Configuratie en instellingen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Configuratie en instellingen"

Transcriptie

1 Configuratie en instellingen Inclusief Fiery Software Lees deze handleiding zorgvuldig door voordat u het product gaat gebruiken. Bewaar de handleiding na het doorlezen op een veilige plaats, zodat u deze later nog kunt raadplegen. HOL

2 2011 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product maart 2011

3 INHOUD 3 INHOUD INLEIDING 7 Terminologie en conventies 7 Over dit document 8 Batterij-informatie voor de Europese Unie en het Europees Milieuagentschap 9 AANSLUITEN OP HET NETWERK 10 ColorPASS op het netwerk 10 Fasen van de installatie op het netwerk 11 Samenvatting van de netwerkinstallatie van de ColorPASS 12 Vereisten voor Instelling van de netwerkserver 13 Windows-netwerken 13 AppleTalk-netwerken 13 UNIX-netwerken 14 INSTELLING VAN DE COLORPASS VOORBEREIDEN 15 Toegangs- en beheerniveaus 15 Gebruikers en groepen 15 ColorPASS-afdrukverbindingen 18 WebTools 19 Aanvullende beveiligingsfuncties 20 Bescherming tegen virussen 20 toegang tot de ColorPASS beheren 20 IP-adressen, poorten en MAC-adressen beperken 20 Verwijderbare vaste schijf 21 Beveiligd afdrukken 21 LDAP-authenticatie 21

4 INHOUD 4 De netwerkkabel aansluiten op de ColorPASS 22 Achteraanzicht van de ColorPASS 22 Ethernetverbinding 23 Over Instelling 23 Instelling vanaf het aanraakpaneel van de kopieermachine 23 Instelling vanaf een netwerkcomputer 23 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 24 De ColorPASS instellen vanaf het aanraakpaneel van de kopieermachine 24 Illustratie van het aanraakpaneel van de kopieermachine 25 Menu Functies 25 Toegang krijgen tot opties van Instelling 27 Informatie over de instellingeninterface van het aanraakpaneel van de kopieermachine 28 Soorten instellingenschermen 28 Opties van Serverinstellingen 29 Opties voor netwerkinstellingen 33 Poortinstellingen 34 Protocolinstellingen 36 Service-instellingen 48 Opties voor printerinstellingen 59 PostScript/Instel. kopieermach. 61 INSTELLING VANAF EEN NETWERKCOMPUTER 62 Configure vanaf een netwerkcomputer openen 62 Configure gebruiken 63

5 INHOUD 5 BESCHRIJVING VAN DE OPTIES VAN INSTELLING 64 Opties voor PS-instellingen (PostScript) en kopieermachine-instellingen 64 Instellingsopties voor takenlogboek 67 Instellingsoptie Verwerking tijdens ontvangst 68 Instellingsopties voor Adobe PDF Print Engine 68 WEBTOOLS CONFIGUREREN 69 De ColorPASS en computers configureren voor WebTools 69 DE COLORPASS BEHEREN 70 Beheerdersfuncties 70 Wachtwoorden instellen 71 Wachtwoorden vanaf het aanraakpaneel van de kopieermachine 72 Wachtwoorden op een netwerkcomputer 72 Het Windows XP-systeemwachtwoord wijzigen 73 Standaardtaal van de ColorPASS wijzigen 73 Systeem- en gebruikerssoftware bijwerken 74 Voordat u de ColorPASS bijwerkt 74 System Updates 75 Zoeken naar updates van het product (softwaredownloadsite) 80 Een virusvrije werking van de ColorPASS garanderen 81 Lettertypebeheer 81 De ColorPASS aan een stationsletter toewijzen 82 Externe verbinding met de ColorPASS 82 De ColorPASS wissen 83

6 INHOUD 6 Reservekopie maken van de volledige ColorPASS 83 Instellingen van de ColorPASS herstellen 84 De configuratie van de ColorPASS opslaan en herstellen 84 Het takenlogboek configureren vanaf het aanraakpaneel van de kopieermachine 84 USB-afdrukken 85 adresboeken beheren 86 VDP-zoekpad 89 Courante algemene zoekpaden instellen 89 Gebruikers toestaan om een zoekpad voor één taak te definiëren 90 De configuratiepagina afdrukken 91 Optimale prestaties van de ColorPASS onderhouden 91 De ColorPASS afsluiten, rebooten en opnieuw opstarten 92 De ColorPASS afsluiten 92 De ColorPASS rebooten of opnieuw starten 93 Cd-/dvd-station 96 Cd-rw of dvd-rw branden 96 Een cd/dvd uitwerpen uit de ColorPASS 96 PROBLEMEN OPLOSSEN 97 Problemen met de ColorPASS oplossen 97 Runtime-foutberichten 97 Kan geen verbinding met de ColorPASS maken met hulpprogramma s 98 Kan geen verbinding met de ColorPASS maken met Command WorkStation 99 INDEX 101

7 INLEIDING 7 INLEIDING In dit document wordt beschreven hoe u netwerkservers en gebruikerscomputers instelt voor gebruik met de Canon ColorPASS GX300, zodat gebruikers ernaar kunnen afdrukken als een hoogwaardige netwerkprinter. Voor algemene informatie over het gebruik van de kopieermachine, uw computer, uw software of uw netwerk, raadpleeg de documentatie bij deze producten. De juiste instelling van de netwerkomgeving vereist de aanwezigheid en de actieve medewerking van de netwerkbeheerder. Gedetailleerde instructies voor de configuratie van netwerken vallen buiten het bestek van dit document. Raadpleeg de documentatie bij uw netwerk voor meer informatie. Voor meer informatie over ondersteunde besturingssystemen en systeemvereisten, raadpleeg Welkom. Terminologie en conventies Dit document gebruikt de volgende terminologie en conventies. Term of conventie Aero ColorPASS Kopieermachine Mac OS Titels in cursief Verwijst naar ColorPASS (in illustraties en voorbeelden) Canon ColorPASS GX300 Canon imagerunner ADVANCE C9000/C7000/C5000-serie Apple Mac OS X Andere documenten in dit pakket Windows Microsoft Windows XP, Windows Vista, Windows 7, Windows Server 2003, Windows Server 2008/2008 R2 Onderwerpen waarvoor aanvullende informatie beschikbaar is door de Help te openen in de software Tips en informatie

8 INLEIDING 8 Term of conventie Verwijst naar Een waarschuwing met betrekking tot handelingen die kunnen leiden tot de dood of zwaar lichamelijk letsel indien deze niet juist worden uitgevoerd. Let altijd op deze waarschuwingen voor een veilig gebruik van de apparatuur. Een waarschuwing met betrekking tot handelingen die kunnen leiden tot lichamelijk letsel indien deze niet juist worden uitgevoerd. Let altijd op deze waarschuwingen voor een veilig gebruik van de apparatuur. Vereisten en beperkingen met betrekking tot handelingen. Lees deze onderdelen altijd goed voor een juist gebruik van de apparatuur en om beschadiging aan apparatuur of eigendommen te voorkomen. Over dit document Dit document behandelt de volgende onderwerpen: Netwerkconnectoren op de ColorPASS Specifieke informatie voor de ColorPASS voor het installeren van netwerkservers OPMERKING: Raadpleeg de documentatie van uw netwerk voor meer informatie over netwerkservers. Beveiliging van het systeem met niveaus en wachtwoorden De ColorPASS instellen vanaf het aanraakpaneel van de kopieermachine De ColorPASS instellen vanaf een netwerkcomputer De ColorPASS zo instellen dat gebruikers toegang hebben tot WebTools De ColorPASS beheren Problemen oplossen Op pagina 70 wordt een overzicht gegeven van beheerdersfuncties die in andere documentatie worden beschreven.

9 INLEIDING 9 Batterij-informatie voor de Europese Unie en het Europees Milieuagentschap Dit symbool geeft aan dat de batterijen en accu s die in dit product worden gebruikt, gescheiden van uw huishoudelijk afval moeten worden weggeworpen in overeenstemming met EU-richtlijn 2006/66/EG ( Richtlijn ) en lokale vereisten. Als onder het symbool links een chemisch symbool is afgedrukt, in overeenstemming met de Richtlijn, geeft dit aan dat in deze batterij of accu een zwaar metaal (Hg = kwik, Cd = cadmium, Pb = lood) aanwezig is met een concentratie boven een bepaalde drempel die in de Richtlijn wordt vermeld. Batterijen en accu s mogen niet als ongesorteerd stedelijk afval worden weggegooid. Gebruikers van batterijen en accu s moeten gebruik maken van de beschikbare inzamelingsen recyclingsystemen voor batterijen en accu s. Als uw product niet-verwijderbare batterijen bevat, valt het gehele product al onder de EU-richtlijn voor AEEA (afgedankte elektrische en elektronische apparatuur) en moet dit worden ingeleverd bij een van de bevoegde inzamelingssystemen voor AEEA. Bij het inzamelingssysteem worden passende maatregelen genomen voor de recycling en verwerking van het product, met inbegrip van de batterijen. Deelname van eindgebruikers aan de inzameling en recycling van batterijen en accu s is van belang om elke mogelijke invloed van in batterijen en accu s gebruikte stoffen op het milieu en de menselijke gezondheid tot een minimum te beperken. In de EU zijn er gescheiden inzamelings- en recyclingsystemen voor batterijen en accu s. Als u meer wilt weten over beschikbare recyclingsystemen voor batterijen en accu s in uw omgeving, neemt u dan contact op met uw lokale gemeente, afvalbeheer of afvalverwerkingsbedrijf.

10 AANSLUITEN OP HET NETWERK 10 AANSLUITEN OP HET NETWERK Dit hoofdstuk beschrijft de fasen van de installatie van de ColorPASS. ColorPASS op het netwerk Wanneer de ColorPASS is aangesloten op een netwerk, werkt deze als een netwerkprinter. De ColorPASS ondersteunt de volgende netwerkprotocollen (regels waarmee computers op een netwerk met elkaar kunnen communiceren): AppleTalk, Bonjour TCP/IP (DHCP, FTP, HTTP, IMAP, IPP, LDAP, LPD, NBT, POP3, Port 9100, SMB, SMTP, SNMP, SNTP en SSL/TLS) met inbegrip van Pv4 TCP/IP (LPR, Port 9100 en SNMP) met inbegrip van IPv6 Deze protocollen kunnen tegelijkertijd op dezelfde kabel worden gebruikt. Computers die andere protocollen gebruiken, kunnen afdrukken via een server die een van de ondersteunde protocollen gebruikt. De ColorPASS herkent de protocollen automatisch en behandelt alle verbindingen tegelijkertijd.

11 AANSLUITEN OP HET NETWERK 11 Fasen van de installatie op het netwerk De installatie kan worden uitgevoerd door een netwerk- of afdrukbeheerder. Bij een succesvolle installatie doorloopt u de volgende fasen: 1 De netwerkomgeving configureren Configureer de netwerkservers om de gebruikers toegang te geven tot de ColorPASS als een netwerkprinter. Raadpleeg pagina 13 voor informatie over het configureren van netwerkservers in Windows- en UNIX-netwerkomgevingen wanneer deze specifiek betrekking hebben op de ColorPASS. Raadpleeg de documentatie bij uw netwerk voor meer informatie over het gebruik van uw netwerk. 2 De ColorPASS fysiek aansluiten op een functionerend netwerk Maak een netwerkknooppunt voor de ColorPASS. Zorg voor een kabel en leid deze naar de plaats waar de ColorPASS wordt geïnstalleerd, en sluit de kabel aan op de netwerkaansluiting van de ColorPASS. Raadpleeg pagina 22 voor meer informatie. 3 De ColorPASS instellen Configureer de ColorPASS voor uw afdruk- en netwerkomgeving (zie pagina 24). 4 Gebruikerscomputers voorbereiden op het afdrukken Installeer de bestanden die nodig zijn om af te drukken, installeer gebruikerssoftware en verbind de gebruikerscomputers met het netwerk. De installatie van de software wordt beschreven in Afdrukken. 5 De ColorPASS beheren Controleer en onderhoud de systeemprestaties en los mogelijke problemen op (raadpleeg De ColorPASS beheren op pagina 70).

12 AANSLUITEN OP HET NETWERK 12 Samenvatting van de netwerkinstallatie van de ColorPASS Netwerkserver configureren Configureer de netwerkserver voor ColorPASSafdrukwachtrijen en ColorPASS-gebruikers. Netwerkserver Aansluiten ColorPASS Maak een netwerkknooppunt klaar. Sluit de ColorPASS aan op het netwerk. Als u de monitor, toetsenbord en muis gebruikt, moet u deze op het netwerk aansluiten. ColorPASS instellen Configureer standaardinstellingen voor de opties in de instellingenmenu s. Clientcomputers instellen Op computers waarop gebruikers afdrukken naar de ColorPASS: Installeer de juiste printerbestanden en maak verbinding met een of meer afdrukverbindingen. Installeer hulpprogramma s en een internetbrowser op de computers waar de gebruikers deze zullen gebruiken. Controleer de ColorPASS in de lijst met printers. ColorPASS beschikbaar op het netwerk

13 AANSLUITEN OP HET NETWERK 13 Vereisten voor Instelling van de netwerkserver Dit gedeelte bevat basisinformatie over de configuratie van de ColorPASS en het gebruik ervan op het netwerk. Het geeft geen uitleg over de algemene netwerkfuncties voor afdrukken. Het beperkt zich tot informatie die specifiek is voor de ColorPASS. De juiste instelling van de netwerkomgeving vereist de aanwezigheid en de actieve medewerking van de netwerkbeheerder. Gedetailleerde instructies voor de configuratie van netwerken vallen buiten het bestek van dit document. Raadpleeg de documentatie bij uw netwerk voor meer informatie. Configureer het netwerk en de servers en zorg dat er een actieve netwerkverbinding is voordat u netwerkinstellingen in Instelling configureert. Dit geeft de ColorPASS de mogelijkheid om op het netwerk naar zones, servers en wachtrijen op servers te zoeken. Telkens als u de configuratie van de ColorPASS, de kopieermachine of het netwerk op uw locatie verandert, moet u de instellingen aanpassen aan de gewijzigde omgeving. Voor het wijzigen van netwerk- of poortinstellingen kan het nodig zijn dat u ook andere opties in Instelling wijzigt. Windows-netwerken De ColorPASS heeft een geldig IP-adres, subnetmasker en adres van de gateway nodig. U kunt deze gegevens handmatig invoeren of het DHCP-protocol gebruiken om de adressen dynamisch toe te wijzen. Zorg dat de naam en het adres van de ColorPASS zijn opgenomen in een DNS-database (Domain Name Server) of een database met hostnamen die door het systeem wordt gebruikt. Als er meerdere ColorPASS-afdrukverbindingen worden gepubliceerd (bijvoorbeeld zowel de afdrukwachtrij als de blokkeringswachtrij), kunt u een printer definiëren voor elke afdrukverbinding, zodat de gebruikers direct naar elke verbinding kunnen afdrukken. Configureer de ColorPASS met de juiste Windows-domeinnaam. Dit is vooral belangrijk voor Windows-afdrukken, ook wel SMB-afdrukken genoemd. Om Microsoft Active Directory te gebruiken, moet u de ColorPASS aan een domein toewijzen. Als u de ColorPASS aan een werkgroep toewijst, kunt u Active Directory niet gebruiken. AppleTalk-netwerken AppleShare-servers hebben geen speciale configuratie nodig. U moet Bonjour in Instelling inschakelen om Mac OS X-computers toegang te geven tot Bonjour-printers.

14 AANSLUITEN OP HET NETWERK 14 UNIX-netwerken Wanneer u een UNIX-werkstation configureert met het LPR-protocol en verbinding maakt met de ColorPASS via een TCP/IP-netwerk, kunt u rechtstreeks afdrukken naar de ColorPASS. UNIX-werkstations kunnen alleen worden ingesteld door een beheerder met rechten op het root -niveau. Na de eerste configuratie kunnen UNIX-gebruikers afdruktaken verzenden naar een benoemde printer. De ColorPASS is een printercontroller die ondersteuning biedt voor LPR-protocollen. De ColorPASS heeft een externe printernaam die u moet gebruiken om ermee te kunnen communiceren. Ongeacht het UNIX-systeem dat u gebruikt, moet u tijdens de configuratie van het netwerk voor de ColorPASS een van de volgende namen gebruiken voor de externe printer (of het bestand rp/etc/printcap): print hold naam van virtuele printer Computers in een TCP/IP-netwerk kunnen rechtstreeks naar de ColorPASS afdrukken als een externe printer, of kunnen afdrukken naar Windows Server 2003/Server 2008/ Server 2008 R2- of UNIX-werkstations die als afdrukserver zijn ingesteld.

15 INSTELLING VAN DE COLORPASS VOORBEREIDEN 15 INSTELLING VAN DE COLORPASS VOORBEREIDEN Als voorbereiding op het afdrukken op uw locatie moet u de ColorPASS configureren ( Instelling ) om de netwerkomgeving op te geven en te bepalen welke soorten afdruktaken u zult uitvoeren. Voordat u met de instelling begint, moet u beslissen welke toegangsniveaus u wilt implementeren, zoals wachtwoorden en andere beveiligingsfuncties van de ColorPASS. Omdat veel van deze beveiligingsfuncties aan elkaar gekoppeld zijn, moet u de informatie in dit hoofdstuk aandachtig lezen om een doeltreffend beveiligingssysteem te plannen en de instelling vervolgens in die zin uitvoeren. Toegangs- en beheerniveaus Tijdens het configureren van de ColorPASS in Instelling implementeert u een bepaald beheerniveau door de volgende elementen te configureren: Gebruikers en groepen Afdrukverbindingen Toegang tot WebTools Gebruikers en groepen Met Configure kunt u gebruikers maken, wachtwoorden toewijzen aan gebruikers, groepen met specifieke privileges maken en gebruikers toewijzen aan groepen. Verscheidene groepen zijn standaard ingesteld en u kunt nieuwe groepen maken. Alle gebruikers in een groep hebben dezelfde rechten. U kunt niet alleen de gebruikers die u hebt aangemaakt toewijzen aan een groep, maar ook gebruikers toevoegen uit de algemene adreslijst van uw organisatie, indien u LDAP services op de ColorPASS hebt ingeschakeld. Het volgende onderwerp is een overzicht dat is ontwikkeld om u te helpen een beveiligingsstrategie voor te bereiden. Raadpleeg de Help van Configure voor meer informatie, inclusief specifieke procedures. U kunt gedetailleerde informatie weergeven over gebruikers en groepen die u hebt gemaakt vanuit Configure in Command WorkStation. Raadpleeg de Help van Command WorkStation voor meer informatie.

16 INSTELLING VAN DE COLORPASS VOORBEREIDEN 16 Gebruikersauthenticatie De term gebruikersauthenticatie betekent dat de ColorPASS controleert of de gebruiker die een taak verzendt, bij een groep hoort en of de groep afdrukprivileges heeft ( Afdrukken in zwart-wit of Afdrukken in kleur en zwart-wit ). De ColorPASS verplicht standaard geen gebruikersauthenticatie. Zelfs als u wachtwoorden toewijst aan gebruikers en gebruikers toewijst aan groepen, wordt geen authenticatie uitgevoerd tenzij u de optie Gebruikers toestaan af te drukken zonder authenticatie uitschakelt (in Configure > Gebruikers en groepen). Als deze optie is geselecteerd, kan iedereen afdrukken naar de ColorPASS. OPMERKING: U kunt niet tegelijkertijd authenticatie van de ColorPASS en van de kopieermachine inschakelen. Als u wilt dat gebruikers hun gebruikersnaam en wachtwoord invoeren (als u de optie Gebruikers toestaan af te drukken zonder authenticatie hebt uitgeschakeld), moet de gebruikers deze informatie invoeren in het printerstuurprogramma wanneer deze afdrukken. Gebruikers moeten hun gebruikersnaam en wachtwoord opgeven als deze bestanden maken vanaf het printerstuurprogramma om deze later af te drukken (zoals een bijlage die zal worden verzonden naar de ColorPASS). Omdat taken die via FTP worden verzonden, geen printerstuurprogramma vereisen, kunt u opgeven dat FTP-taken worden geverifieerd (raadpleeg Configure > Netwerk > Services > FTP >Wachtwoord vereisen voor afdrukken). Wachtwoorden Wanneer u een nieuwe gebruiker maakt in Configure > Gebruikers en groepen, wijst u een wachtwoord toe aan de gebruiker. In andere gebieden van het systeem kunt u ook wachtwoorden voor de volgende gebieden instellen. Standaardbeheerder in de beheerdersgroep Standaardoperator in de operatorgroep Windows-systeemwachtwoord OPMERKING: Het beheerderswachtwoord en het operatorwachtwoord staan los van het systeemwachtwoord van Windows. Het beheerderswachtwoord is standaard ingesteld op de ColorPASS. Wijzig het beheerderswachtwoord regelmatig om decolorpass te beschermen tegen willekeurige of opzettelijke wijzigingen van de instellingen. Raadpleeg Wachtwoorden instellen op pagina 71 voor meer informatie. Gebruikers in de beheerdersgroep en de operatorgroep hebben rechten naast de expliciete rechten die u instelt wanneer u groepen maakt. In de volgende secties vindt u voorbeelden van deze privileges.

17 INSTELLING VAN DE COLORPASS VOORBEREIDEN 17 Beheerdersrechten Gebruikers in de beheerdersgroep hebben het hoogste beheerniveau. De beheerdersrechten omvatten: De ColorPASS configureren met Configure of het aanraakpaneel van de kopieermachine Groepen toevoegen en verwijderen Gebruikers toevoegen en verwijderen Wachtwoorden voor gebruikers instellen en wijzigen Het takenlogboek verwijderen, afdrukken, exporteren of weergeven Printtaken van gebruikers verwijderen, weergeven en wijzigen Alle taakgegevens van de ColorPASS wissen In zwart-wit of kleur afdrukken Afdrukverbindingen publiceren Lettertypen verwijderen Afdruktaken beheren met de hulpmiddelen voor taakbeheer Afdrukinstellingen vervangen Standaardinstellingen voor afdrukopties bepalen De ColorPASS kalibreren Operatorrechten Gebruikers in de operatorgroep beheren afdruktaken via de hulpmiddelen voor taakbeheer, inclusief: Het takenlogboek weergeven Printtaken van andere gebruikers verwijderen, weergeven en wijzigen In zwart-wit of kleur afdrukken Gastrechten (geen wachtwoord) Een gebruiker heeft geen wachtwoord nodig om zich vanuit de hulpmiddelen voor taakbeheer aan te melden als gastgebruiker. Een gastgebruiker kan de status van actieve taken bekijken, maar kan geen wijzigingen aanbrengen in taken of in de status van de ColorPASS.

18 INSTELLING VAN DE COLORPASS VOORBEREIDEN 18 ColorPASS-afdrukverbindingen De ColorPASS ondersteunt drie afdrukverbindingen: Blokkeringswachtrij, Afdrukwachtrij en Directe verbinding. U activeert of publiceert deze afdrukverbindingen voor de gebruikers op het netwerk wanneer u de printerinstellingen configureert. Alle gepubliceerde verbindingen worden constant gecontroleerd op de aanwezigheid van taken. Via de afdrukwachtrij en de directe verbinding hebben gebruikers meer directe toegang tot de ColorPASS dan via de blokkeringswachtrij. Publiceer de afdrukwachtrij en de directe verbinding daarom niet in omgevingen waarin een maximale controle vereist is. U kunt ook de wachtrij Afgedrukt inschakelen. Dit is een opslaggebied voor de meest recente taken uit de afdrukwachtrij. Via de wachtrij Afgedrukt kunnen gebruikers deze taken opnieuw afdrukken met de taakbeheerhulpprogramma s (bijvoorbeeld: Command WorkStation). OPMERKING: Als u de hulpprogramma s en WebTools wilt gebruiken, moet u ten minste één afdrukverbinding inschakelen. Blokkeringswachtrij Taken die naar de blokkeringswachtrij zijn verzonden, worden op de vaste schijf van de ColorPASS geplaatst zodat deze later kunnen worden afgedrukt of meerdere malen kunnen worden afgedrukt. Aangezien de blokkeringswachtrij een opslagruimte is, kunnen de daar opgenomen taken alleen worden afgedrukt met behulp van de hulpmiddelen voor taakbeheer. Afdrukwachtrij De afdrukwachtrij is de standaardwachtrij van de ColorPASS. Taken die naar de afdrukwachtrij zijn verzonden, worden verwerkt en afgedrukt in de volgorde waarin deze zijn ontvangen. Taken waaraan een operator een bepaalde prioriteit heeft toegekend via de hulpmiddelen voor taakbeheer en taken die via de directe verbinding zijn verzonden, hebben prioriteit boven taken die naar de afdrukwachtrij zijn verzonden. Directe verbinding Met de Directe verbinding worden taken direct naar de ColorPASS verzonden, maar alleen wanneer de ColorPASS niet actief is. Als de ColorPASS bezig is, blijft de taak aanwezig op de computer van de gebruiker totdat de ColorPASS klaar is. Vervolgens wordt de taak verwerkt zodra de vorige taak is beëindigd en voordat de volgende taak in de wachtrij wordt verwerkt. In de meeste gevallen worden taken die via de directe verbinding worden verzonden, niet opgeslagen op de vaste schijf van de ColorPASS en deze kunnen dus niet worden geselecteerd voor opnieuw afdrukken, verplaatsen of verwijderen. De directe verbinding biedt dus enige beveiliging voor vertrouwelijke bestanden. Taken die naar de directe verbinding zijn verzonden, worden wel in het takenlogboek vermeld. Dit is uitsluitend om administratieve redenen.

19 INSTELLING VAN DE COLORPASS VOORBEREIDEN 19 Sommige soorten taken die worden afgedrukt naar de directe verbinding veroorzaken het opslaan van tijdelijke bestanden op de vaste schijf van de ColorPASS, maar worden niet in een van de andere taakbeheerhulpprogramma s weergegeven. Het gaat hier om de volgende soorten taken: PDF-taken TIFF-taken Taken met instellingen voor elk van de volgende afdrukopties: Afdrukken in omgekeerde volgorde (voor grote taken) Booklet Maker Gemengde media Scheidingen combineren OPMERKING: Lettertypen kunnen alleen naar de ColorPASS worden gedownload als de directe verbinding is gepubliceerd. WebTools De ColorPASS kan toegang tot het internet of een intranet ondersteunen met behulp van WebTools vanaf Windows- en Mac OS-computers. Raadpleeg WebTools configureren op pagina 69 om het gebruik van WebTools in te schakelen. Begin Begin biedt actuele informatie over de taken die worden verwerkt en afgedrukt op de ColorPASS. U hebt geen wachtwoord nodig om deze WebTool te gebruiken. Raadpleeg Hulpprogramma s voor meer informatie. Downloads Met Downloads kunnen gebruikers installatieprogramma s voor printerstuurprogramma s en andere software rechtstreeks downloaden van de ColorPASS. U hebt geen wachtwoord nodig om deze WebTool te gebruiken. Raadpleeg Afdrukken en Hulpprogramma s voor meer informatie. Documenten Met Documenten kunnen gebruikers taken in hun postvakken op de ColorPASS openen, beheren en wijzigen, en taken naar de ColorPASS verzenden. Raadpleeg de Help van WebTool Documenten voor meer informatie. Configure Met Configure kunt u opties van de ColorPASS bekijken en wijzigen vanaf een computer. Voor deze functie is het beheerderswachtwoord nodig. Raadpleeg pagina 62 voor meer informatie.

20 INSTELLING VAN DE COLORPASS VOORBEREIDEN 20 Aanvullende beveiligingsfuncties Naast de traditionele beveiligingsfuncties zoals wachtwoorden, kunt u de volgende functies gebruiken om de veiligheid van de ColorPASS te verzekeren: Bescherming tegen virussen toegang IP-adressen, poorten en MAC-adressen Verwijderbare vaste schijf Beveiligd afdrukken LDAP-authenticatie Bescherming tegen virussen Als bescherming tegen virussen moet u de ColorPASS regelmatig controleren met antivirussoftware. Start de antivirussoftware alleen als de ColorPASS niet actief is en niet bezig is met het ontvangen van een taak. Dit voorkomt fouten die kunnen ontstaan indien de antivirussoftware actief is terwijl de ColorPASS tracht een taak te verwerken. Gebruik de antivirussoftware om bestanden te zoeken die buiten de normale afdrukscenario s naar de ColorPASS zijn verzonden, met inbegrip van bestanden die van verwijderbare media of uit een gedeelde netwerkmap naar de ColorPASS zijn gekopieerd. toegang tot de ColorPASS beheren Omdat u gebruikers toestemming kunt geven voor het afdrukken van bestandsbijlagen in berichten die naar de ColorPASS zijn verzonden, aanvaardt de ColorPASS alleen geldige bijlagen (bijvoorbeeld PostScript- of PDF-bestanden). Normaal moeten via verzonden virussen door de ontvanger worden uitgevoerd. Bijlagen die geen geldige bestanden zijn, worden door de ColorPASS geweigerd. Omdat bestandstypen zoals.bat,.vbs en.exe schadelijke virusactiviteiten kunnen starten, verwerkt de ColorPASS deze bestandstypen niet. De ColorPASS negeert ook s in RTF- (Rich Text Format) of HTML- (Hypertext Markup Language) indeling en alle JavaScript-code die in s voorkomt. Op de ColorPASS kunt u lijsten van geautoriseerde adressen definiëren. Elke die de ColorPASS ontvangt van een adres dat niet op deze lijst voorkomt, wordt verwijderd. Raadpleeg pagina 86 voor meer informatie. IP-adressen, poorten en MAC-adressen beperken Om ongeoorloofde verbindingen met de ColorPASS te beperken, kunt u alleen gebruikers toelaten met IP-adressen of MAC-adressen die binnen een bepaald bereik vallen. U kunt onnodige poorten sluiten om ongewenste toegang via het netwerk te weigeren. Opdrachten of taken die door een ongeoorloofd IP-adres worden verzonden, worden door de ColorPASS genegeerd.

21 INSTELLING VAN DE COLORPASS VOORBEREIDEN 21 Verwijderbare vaste schijf De ColorPASS biedt een optie voor een verwijderbare vaste schijf. Als u over deze optie beschikt, kunt u de schijf vergrendelen voor het opslaan van bestanden en de schijf vervolgens verwijderen en op een veilige plaats bewaren nadat u de ColorPASS hebt uitgeschakeld. Raadpleeg de documentatie bij deze optie voor meer informatie. Beveiligd afdrukken Met deze optie kunt u zeer delicate of vertrouwelijke bestanden afdrukken. Een gebruiker die met het printerstuurprogramma een bestand afdrukt, geeft de taak een wachtwoord. De gebruiker moet dat wachtwoord vervolgens op de kopieermachine invoeren om de taak te kunnen afdrukken. Raadpleeg Afdrukken voor meer informatie. LDAP-authenticatie Wanneer u LDAP-communicatie activeert om namen en andere informatie van mensen van uw organisatie op te vragen, kunt u het soort authenticatie instellen. Raadpleeg de Help van Configure voor meer informatie.

22 INSTELLING VAN DE COLORPASS VOORBEREIDEN 22 De netwerkkabel aansluiten op de ColorPASS Dit gedeelte toont een illustratie van het achterpaneel van de ColorPASS en geeft informatie over het aansluiten van de ColorPASS op het netwerk. Achteraanzicht van de ColorPASS 1 USB-poorten (x2) 2 Netwerkpoort (RJ-45) (gewone ethernetkabel) 3 USB-poorten (x4) 4 Opdracht-/statuspoort (gekruiste ethernetkabel) 5 Interfacekabel voor kopieermachine

23 INSTELLING VAN DE COLORPASS VOORBEREIDEN 23 Ethernetverbinding Voor ethernetverbindingen ondersteunt de ColorPASS Unshielded Twisted Pair-bekabeling (UTP) voor de volgende netwerksnelheden: 10BaseT: Categorie 3 of hoger 100BaseTX: Categorie 5 of hoger (4 paar/8 draden, korte lengte) 1000BaseT: Categorie 5e of hoger (4 paar/8 draden, korte lengte) VERBINDING MAKEN MET HET NETWERK 1 Schakel de kopieermachine en de ColorPASS uit. Raadpleeg pagina 92 voor meer informatie over de correcte procedures. 2 Sluit de netwerkkabel aan op de juiste netwerkconnector (RJ-45) aan de achterkant van de ColorPASS. 3 Schakel de ColorPASS en de kopieermachine in. Over Instelling In Instelling configureert u de ColorPASS voor communicatie met andere apparaten en het beheren van afdruktaken. Voer Instelling uit wanneer u de ColorPASS de eerste keer aanzet nadat nieuwe systeemsoftware is geladen, of telkens als serversoftware opnieuw wordt geïnstalleerd. Wanneer de netwerk- of gebruikersafdrukomgeving verandert, moet u de opties aanpassen. Instelling vanaf het aanraakpaneel van de kopieermachine Voer de eerste instelling uit vanaf het aanraakpaneel van de kopieermachine. Na de eerste instelling kunt u instellingsopties wijzigen vanaf een netwerkcomputer (pagina 62). Als u geen opties instelt in de instellingenmenu s, worden de standaardinstellingen gebruikt door de ColorPASS. Het is beter dat u de juiste instellingen voor de afdrukomgeving op uw locatie opgeeft. Instelling vanaf een netwerkcomputer Gebruik Configure (pagina 62) om de ColorPASS in te stellen vanaf een netwerkcomputer. Open Configure vanuit WebTools of Command WorkStation.

24 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 24 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE Instellen wordt aanbevolen wanneer u de ColorPASS de eerste keer aanzet nadat nieuwe systeemsoftware is geïnstalleerd. Als u bepaalde instellingsopties niet configureert, gebruikt de ColorPASS de standaardinstellingen. Zorg dat de instellingen aangepast zijn aan de afdrukomgeving op uw locatie. De ColorPASS instellen vanaf het aanraakpaneel van de kopieermachine Met Instelling kunt u de ColorPASS configureren om met andere apparaten te communiceren en verzonden afdruktaken te beheren. Instelling bevat de volgende groepen opties: Serverinstellingen om systeemopties op te geven Netwerkinstellingen om alle actieve netwerksystemen op te geven die afdruktaken naar de ColorPASS doorgeven Printerinstellingen om op te geven hoe afdruktaken en wachtrijen worden beheerd PS-instellingen om PostScript-instellingen op te geven Instel. kopieermach. om afdrukinstellingen voor afgedrukte uitvoer op te geven Takenlogboekinstellingen om op te geven hoe de ColorPASS het logboek van afgedrukte taken verwerkt De resterende opdrachten in het hoofdvenster van Instelling zijn administratieve onderwerpen. Raadpleeg pagina 70 voor meer informatie.

25 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 25 Weergave voor het aanraakpaneel van de kopieermachine Illustratie van het aanraakpaneel van de kopieermachine Via het aanraakpaneel van de kopieermachine kunt u statusgegevens bekijken over de naar de ColorPASS afgedrukte taken, systeempagina s afdrukken en afdrukopties instellen. Menu Functies Het menu Functies geeft toegang tot veel van dezelfde opties die ook beschikbaar zijn vanaf Command WorkStation. OPMERKING: Wanneer u eenmaal gegevens in Instelling invoert vanaf het aanraakpaneel van de kopieermachine, keert het display na 30 seconden terug naar het hoofdmenu.

26 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 26 In dit menu kunt u de volgende opdrachten kiezen: Pagina s afdrukken Hiermee kunt u de volgende systeempagina s afdrukken vanaf de ColorPASS: Testpagina: deze bevestigt dat de ColorPASS correct is aangesloten op de kopieermachine en levert voorbeelden in kleur en grijswaarden om problemen met de kopieermachine of de ColorPASS op te lossen. De instellingen op de testpagina kunnen de volgende gegevens vermelden: servernaam, kleurinstellingen, printermodel, en datum en tijd waarop de testpagina is afgedrukt. Configuratie: hiermee wordt algemene informatie geboden over de configuratie van hard- en software van de ColorPASS, de instellingsopties, de huidige kalibratie, instellingen voor Hot Folders en het IP-adres van de ColorPASS. Takenlogboek: hiermee wordt een logboek van de laatste 55 taken afgedrukt. Kleurendiagrammen: hiermee worden voorbeelden afgedrukt van de RGB-, CMYen PANTONE-kleuren die beschikbaar zijn op de ColorPASS. Lettertypenlijst: hiermee wordt een lijst afgedrukt van alle lettertypen die beschikbaar zijn op de vaste schijf van de ColorPASS. logboek: hiermee wordt een lijst met recente activiteiten afgedrukt. FTP-logboek: hiermee wordt een lijst met recente FTP-activiteiten afgedrukt. OPMERKING: Als u het - of FTP-logboek wilt afdrukken, moet u eerst de juiste service inschakelen. Raadpleeg Configure voor services. Raadpleeg pagina 50 voor FTP-afdrukken. USB-mediaserver Scantaak Afsluiten Hiermee wordt een bestand van een USB-apparaat afgedrukt naar een van de gepubliceerde afdrukverbindingen of een virtuele printer. Deze optie wordt alleen weergegeven als u Automatisch afdrukken USB-media uitschakelt (pagina 31). Hiermee wordt een document gescand dat op de glasplaat of in de documentinvoer is geplaatst. Raadpleeg Hulpprogramma s voor meer informatie over het gebruik van deze functie. Hiermee worden alle activiteiten van de ColorPASS op de correcte wijze afgesloten, waarna het apparaat opnieuw wordt gestart. De volgende opties zijn beschikbaar vanuit het submenu dat wordt geopend: Server herstarten: hiermee wordt de serversoftware opnieuw ingesteld zonder het volledige systeem opnieuw te starten. De netwerktoegang tot de ColorPASS is tijdelijk onderbroken en alle huidige verwerkte taken worden afgebroken en kunnen verloren gaan. Systeem afsluiten: hiermee worden alle activiteiten van de ColorPASS op de correcte wijze afgesloten. Systeem rebooten: hiermee wordt de ColorPASS afgesloten en vervolgens gereboot.

27 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 27 Server wissen Setup uitvoeren Diagnose uitvoeren Lade-uitlijning Kalibratie Systeemupdates Hiermee worden alle taken in alle wachtrijen verwijderd, alsmede alle taken die zijn gearchiveerd op de vaste schijf van de ColorPASS, de index van gearchiveerde taken (in de lijst Gearchiveerd), alle FreeForm-masters en de index van FreeForm-masters (in het venster FreeForm). Raadpleeg uw beheerder of operator voordat u Server wissen kiest. Als een beheerderswachtwoord ingesteld is, moet u het invoeren om toegang te krijgen tot Server wissen. Hiermee wordt het menu Instelling geopend waarin u instellingsopties kunt wijzigen. Deze functie is alleen voor onderhoudspersoneel bedoeld. Neem contact op met uw geautoriseerde onderhoudsdienst/servicemonteur voor meer informatie over diagnose uitvoeren. Hiermee worden tekst en afbeeldingen zo op de pagina geplaatst dat deze correct worden uitgelijnd op het vel papier en dat beide zijden van een dubbelzijdig vel precies dezelfde uitlijning hebben. Raadpleeg de Help van Command WorkStation voor meer informatie over deze functie. Hiermee wordt de ColorPASS gekalibreerd met ColorCal. Raadpleeg Afdrukken in kleur voor meer informatie. Als een beheerderswachtwoord ingesteld is, moet u het invoeren om toegang te krijgen tot Kalibratie. Zoekt naar updates voor de systeemsoftware van de ColorPASS. Toegang krijgen tot opties van Instelling Wanneer u opties van Instelling wilt openen, moet u controleren of er niemand bezig is met afdrukken naar de ColorPASS. TOEGANG TOT INSTELLING KRIJGEN WANNEER DE COLORPASS NIET ACTIEF IS 1 Controleer of het informatiescherm op het aanraakpaneel van de kopieermachine Niet actief weergeeft. Als de ColorPASS bezig is met verwerken, moet u wachten tot het systeem klaar is en de status Niet-actief bereikt. 2 Druk op het aanraakpaneel van de kopieermachine op Printer en druk vervolgens op Status/Instellingen Printserver. 3 Druk op Functies. 4 Blader met de pijl-omlaag en kies Setup uitvoeren. 5 Voer Serverinstellingen, Netwerkinstellingen en Printerinstellingen uit, in deze volgorde. Zorg dat de instellingen aangepast zijn aan de afdrukomgeving op uw locatie. 6 Wijzig het beheerderswachtwoord om uw instellingen tegen ongeoorloofde wijzigingen te beschermen. Raadpleeg pagina 71 voor meer informatie. 7 Druk in het hoofdvenster van Instelling op de knop voor de instellingen die u wilt openen.

28 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 28 Informatie over de instellingeninterface van het aanraakpaneel van de kopieermachine Wanneer u de instellingen uitvoert vanaf het aanraakpaneel van de kopieermachine, kunt u de menu s achter elkaar kiezen en informatie invoeren over de ColorPASS en uw netwerken afdrukomgeving. In elk instellingenscherm toont de laatste regel van het weergavevenster de naam van het huidige configuratiemenu. Wanneer u een functie van het aanraakpaneel van de kopieermachine uitvoert waarbij u om het beheerderswachtwoord wordt gevraagd, moet u dit onmiddellijk invoeren. Als u dit niet doet, keert het aanraakpaneel van de kopieermachine terug naar Niet actief en moet u opnieuw beginnen. Soorten instellingenschermen Er zijn verschillende soorten instellingsopties: Meerkeuzevragen U kunt kiezen uit een aantal mogelijkheden in een lijst (bijvoorbeeld Ja of Nee, of een lijst met instellingen waaruit u kunt kiezen). De op dat moment geselecteerde waarde wordt gemarkeerd. Druk op de knop voor de gewenste optie op het aanraakpaneel van de kopieermachine. Als de lijst met instellingen meer dan een scherm beslaat, bladert u met de knoppen pijl-omhoog en pijl-omlaag en kiest u vervolgens de instelling. Informatieinvoeropties U moet de informatie voor uw locatie opgeven (bijvoorbeeld de printernaam of het IP-adres). Voer informatie in met het toetsenbord op het aanraakpaneel van de kopieermachine. Wijzigingen opslaan Nadat u de instellingen hebt ingevoerd, moet u de wijzigingen opslaan. U wordt hier meestal om gevraagd. Als u Ja kiest, worden de bestaande instellingen overschreven door de nieuwe. Als u Nee kiest, blijven de bestaande instellingen behouden. De ColorPASS wordt opnieuw opgestart wanneer u het instellingenmenu afsluit.

29 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 29 Opties van Serverinstellingen In het menu Serverinstellingen kunt u systeeminformatie opgeven die betrekking heeft op de ColorPASS en op gebruikers. Als u dit menu wilt openen, volgt u de instructies op pagina 27. De submenu s en opties worden in volgorde weergegeven. Waar van toepassing, worden standaardwaarden onderstreept. Cursieve woorden geven aan dat een product- of locatiespecifieke waarde wordt weergegeven. Servernaam Standaardservernaam Voer een naam in voor de ColorPASS (maximaal 15 tekens). Dit is de naam waarmee de ColorPASS wordt weergegeven in het netwerk. Wanneer u de servernaam wijzigt met deze optie, wordt de nieuwe naam ook toegepast op de NetBIOS-naam voor WINS (pagina 40). OPMERKING: Wijs niet dezelfde naam toe aan meer dan één ColorPASS. Servercommentaar Servercommentaar (facultatief) kan informatie over de printer bevatten. Dit commentaar wordt weergegeven in de eigenschappen van de ColorPASS in Netwerkomgeving en kan uit maximaal 15 tekens bestaan. Na het kiezen van de instellingen voor de WINS-naamserver, moet u de kopieermachine uitschakelen en weer inschakelen om de instellingen toe te passen. Controleer of het statusbericht Niet actief wordt weergegeven op de ColorPASS wanneer u de kopieermachine uitschakelt en weer inschakelt. Domeinnaam instellen Selecteren uit lijst, Handmatig opgeven Deze optie biedt twee mogelijkheden om de werkgroep of het domein op te geven waarin de ColorPASS moet worden weergegeven. Het is mogelijk dat de ColorPASS opnieuw moet starten om de huidige instellingen weer te geven. Als u Selecteren uit lijst selecteert: Domein kiezen Lijst met domeinen Selecteer de werkgroep of het domein in de lijst. Als u Handmatig opgeven selecteert gekozen: Werkgroep of domein Voer de naam in van de werkgroep of het domein. Raadpleeg Soorten instellingenschermen op pagina 28 voor meer informatie over het invoeren van tekst en tekens. Tijdzone Lijst met zones Kies de juiste tijdzone uit een lijst van ondersteunde zones.

30 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 30 Zomertijd Ja, Nee Deze optie verschijnt wanneer u een tijdzone kiest waarvan sommige delen zomertijd/wintertijd gebruiken en andere delen niet. Systeemdatum Datum Voer de juiste systeemdatum in met de standaardnotatie die u gebruikt. De datum wordt weergegeven in het takenlogboek. Startpag. afdrukken Ja, Nee Kies of automatisch een startpagina moet worden afgedrukt telkens wanneer de ColorPASS wordt opgestart. De startpagina bevat informatie over de ColorPASS, zoals de servernaam, de huidige datum en tijd, de hoeveelheid geheugen, de netwerkprotocollen en de afdrukverbindingen. Tekenset gebruiken Macintosh, DOS, Windows Selecteer de tekenset voor het weergeven van bestandsnamen op het aanraakpaneel van de kopieermachine en in Command WorkStation. Dat is belangrijk als in de bestandsnamen tekens met accenten of samengestelde tekens voorkomen (zoals é of æ). Voor netwerken met gemengde platforms selecteert u de instelling die in het algemeen de beste weergave oplevert van de speciale tekens die u gebruikt. Afdrukken toestaan voor Alle gebruikers, Bevoegde gebruikers Kies of de ColorPASS gebruikers verifieert voordat hun opdrachten worden verzonden naar de ColorPASS. Als u voor deze optie Bevoegde gebruikers kiest, moeten de gebruikers horen bij een groep waaraan u afdrukprivileges hebt toegewezen. Wachtrij Afgedrukt inschakelen Ja, Nee De wachtrij Afgedrukt is een opslaglocatie op de vaste schijf van de ColorPASS voor taken die onlangs zijn afgedrukt vanuit de afdrukwachtrij. Gebruikers drukken niet af naar de wachtrij Afgedrukt. Gebruikers met beheerders- of operatortoegang tot de hulpmiddelen voor taakbeheer kunnen echter taken uit de wachtrij Afgedrukt opnieuw afdrukken zonder deze opnieuw naar de ColorPASS te sturen. Als u de wachtrij Afgedrukt niet inschakelt, worden afdruktaken van de harde schijf van de ColorPASS verwijderd zodra deze zijn afgedrukt.

31 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 31 Taken opgeslagen in wachtrij Afgedrukt 1-99, 10 Als u de wachtrij Afgedrukt hebt ingeschakeld, moet u het aantal taken opgeven die in de wachtrij Afgedrukt moeten worden opgeslagen. Taken in de wachtrij Afgedrukt nemen ruimte in beslag op de vaste schijf van de ColorPASS. Als er weinig schijfruimte is, moet u een kleiner aantal opgeslagen taken opgeven. Elke scantaak wissen Na 1 dag, Handmatig, Na 1 week Kies hoe vaak u gescande gegevens die naar een postvak op de vaste schijf van de ColorPASS zijn verzonden, wilt verwijderen. Als u Handmatig kiest, blijven de gescande gegevens op de vaste schijf staan, tot u deze expliciet hebt verwijderd of tot u alle scantaken hebt gewist. Elke scantaak nu wissen Ja, Nee Selecteer of u scantaken nu wilt wissen. Voorbeeld tijdens verwerking Ja, Nee Kies of u een voorbeeldminiatuur wilt weergeven in Command WorkStation terwijl een taak wordt verwerkt. Veilig wissen Ja, Nee Kies of u de gegevens op de vaste schijf van de ColorPASS op een veilige manier wilt wissen wanneer een taak wordt verwijderd. Aut. afdr. USB-med. Alles afdrukken, Uitgeschakeld Kies of u het automatisch afdrukken van taken vanaf een USB-apparaat wilt inschakelen. De taken worden afgedrukt van zodra het USB-apparaat op de ColorPASS wordt aangesloten. Raadpleeg pagina 85 voor meer informatie. Als u Alles afdrukken kiest, worden alle bestanden van de ondersteunde bestandstypes automatisch afgedrukt wanneer een gebruiker een USB-apparaat aansluit op de ColorPASS. Daarom verschijnt de opdracht USB-mediaserver niet in het menu Functies (pagina 25). Met de opdracht in het menu Functies kunnen gebruikers navigeren naar een aangesloten USBapparaat en het af te drukken bestand selecteren. Verkeerde comb. van acties inschakelen Ja, Nee Kies of de ColorPASS een taak annuleert als deze niet kan worden afgedrukt vanwege ontbrekende bronnen.

32 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 32 Actie bij verkeerde combinatie Onderbreken, Annuleren Als u Actie bij verkeerde combinatie hebt ingeschakeld, moet u de actie voor verkeerde combinaties van taken kiezen. Terwijl een taak onderbroken is, worden andere taken verder verwerkt en afgedrukt. Time-out verkeerde combinatie Als u de optie Verkeerde comb. van acties inschakelen in taak hebt ingeschakeld, moet u opgeven hoe lang (in seconden) de ColorPASS wacht voor deze bepaalt dat een taak een verkeerde combinatie bevat en daarom moet worden geannuleerd. Verwerking annuleren bij verkeerde combinatie Ja, Nee Kies of de ColorPASS het verwerken van een taak annuleert als de taak niet kan worden afgedrukt vanwege ontbrekende bronnen. Extern bureaublad inschakelen Ja, Nee Kies of Extern bureaublad moet worden ingeschakeld. Dit is een Microsoft-toepassing die externe computers de mogelijkheid geeft om de bureaubladfuncties van Windows van de ColorPASS te beheren en te controleren. Wijzigingen opslaan Ja, Nee Kies Ja om de wijzigingen in Serverinstellingen toe te passen. Kies Nee om terug te keren naar het hoofdmenu van Instelling zonder wijzigingen door te voeren.

33 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 33 Opties voor netwerkinstellingen Wanneer u de netwerkinstellingen uitvoert, configureert u de ColorPASS om taken te ontvangen via de netwerksystemen die op uw locatie worden gebruikt. Dit omvat het instellen van netwerkadressen en -namen die door computers, servers en de ColorPASS moeten worden gebruikt wanneer deze met elkaar communiceren. Voor het configureren van netwerkinstellingen moet u controleren of de ColorPASS verbonden is met een actieve netwerkverbinding, omdat de ColorPASS in het netwerk zoekt naar zones, servers en wachtrijen op servers. Als u de netwerkinstellingen configureert zonder dat er een functionerend netwerk met de server is verbonden, worden standaardinstellingen gebruikt die wellicht niet geschikt zijn. U moet alleen opties configureren voor de netwerksystemen die op het moment bij u actief zijn. Als uw netwerkvereisten veranderen, kunt u de netwerkinstellingen op elk gewenst moment wijzigen. Als de ColorPASS is geconfigureerd voor ondersteuning van meerdere protocollen, wordt automatisch het juiste protocol geactiveerd wanneer een afdruktaak wordt ontvangen. Aangezien de menu s voor de netwerkinstellingen genest zijn, worden de namen van menu s van hogere niveaus in dit hoofdstuk links van de menutitels weergegeven. Waar van toepassing, zijn de standaardinstellingen voor de opties onderstreept. In de volgende tabel wordt een overzicht gegeven van de beschikbare netwerktypen en van de gebieden van Instelling die hierop betrekking hebben. Voor dit netwerk- of verbindingstype Gebruikt u deze poortinstelling Gebruikt u deze protocolinstelling Gebruikt u deze service-instelling AppleTalk via ethernet Ethernet-instelling AppleTalk-instellingen AppleTalk-afdrukken (PAP) wordt automatisch geactiveerd TCP/IP via ethernet Ethernet-instelling IPv4-instellingen: Ethernet-instelling Service-instellingen op pagina 48

34 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 34 Poortinstellingen Netwerkinstellingen Poortinstellingen Voer de instellingen voor de ethernetpoort in, geef op of u de toegang van MAC-adressen wilt beperken en geef op of u 802.1x-authenticatie wilt gebruiken. Ethernet-instelling Ethernet-snelheid Auto (10/100/1000), 10 Mbps Half-Duplex, 100 Mbps Half-Duplex, 10 Mbps Full-Duplex, 100 Mbps Full-Duplex Kies de geschikte snelheid van het netwerk. Selecteer Auto (10/100/1000) in een van de volgende gevallen: Het netwerk gebruikt 1 Gbps. De ColorPASS is verbonden met een hub met automatische onderhandeling. MAC-adresfilter De ColorPASS accepteert standaard alle inkomende pakketten. Als u de toegang wilt controleren, kunt u maximaal 100 MAC-adressen instellen waarvoor u inkomende pakketten accepteert of weigert. Wanneer u het MAC-adresfilter inschakelt, moet u alle MAC-adressen registreren waarvoor de ColorPASS toegang toestaat of weigert. Alle inkomende pakketten die vanaf een nietgeregistreerd MAC-adres zijn verzonden, worden gecontroleerd. Als u onbeperkte toegang naar de ColorPASS wilt toestaan op basis van het MAC-adres, selecteert u Nee bij de optie Filter inschak. OPMERKING: Wanneer u afdrukt met AppleTalk, moet u het MAC-adres toestaan voor uw clientcomputer en voor de SeedRouter, waarmee de AppleTalk-zone wordt beheerd. Raadpleeg pagina 41 voor informatie over het toestaan of weigeren van de toegang tot IP-poorten en tot verbindingen die op IP-adressen zijn gebaseerd. MAC-adresfilter inschakelen Ja, Nee Kies of de ColorPASS inkomende pakketten van de opgegeven MAC-adressen mag controleren.

35 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 35 Filterbeleid Accepteren, Weigeren Kies het beleid voor MAC-adressen (dat wil zeggen: of deze moeten worden geaccepteerd of geweigerd). Als u Accepteren kiest, worden alle inkomende pakketten van MAC-adressen die u hebt geregistreerd geaccepteerd en worden alle overige geweigerd. Als u Weigeren kiest, worden alle inkomende pakketten van MAC-adressen die u hebt geregistreerd geweigerd en worden alle overige geaccepteerd. MAC-adresfilter Filter toevoegen, Filter verwijderen, Filter bewerken Selecteer de bewerking die u wilt uitvoeren. Filter toevoegen FFFFFFFFFFFE Voer MAC-adressen in die moeten worden geaccepteerd of geweigerd. U kunt maximaal 100 adressen invoeren. OPMERKING: Ongeldige en dubbele MAC-adresgegevens worden geweigerd. Filter verwijderen Filterlijst Kies het MAC-adres dat u individueel uit de lijst wilt verwijderen. Filter bewerken Filterlijst Kies het MAC-adres dat u individueel in de lijst wilt wijzigen x-instellingen Netwerkinstellingen Poortinstellingen De ColorPASS kan authenticatie vereisen van een 802.1x-authenticatieserver (zoals een RADIUS-server), vaak via een tussenliggend toegangspunt (een authenticator). De ColorPASS vereist authenticatie bij het opstarten of wanneer de ethernetkabel wordt losgekoppeld en opnieuw aangesloten. Als de ColorPASS met succes is geverifieerd, krijgt het apparaat altijd toegang tot het netwerk x-authenticatie inschakelen Ja, Nee Kies of u de ColorPASS wilt toestaan authenticatie te vragen van een 802.1xauthenticatieserver.

36 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 36 Selecteer EAP-type MD5-Challenge, PEAP-MSCHAPv2 Kies het type EAP (Extensible Authentication Protocol). Als u PEAP-MSCHAPv2 kiest en wilt dat de ColorPASS het servercertificaat valideert, plaatst u het certificaat in de lijst van vertrouwde certificaten van de ColorPASS. Raadpleeg de Help van WebTools Configure voor meer informatie. Gebruikersnaam, wachtwoord De ColorPASS gebruikt deze informatie om authenticatie aan te vragen van een 802.1xauthenticatieserver. Protocolinstellingen U configureert de ColorPASS door elk protocol te kiezen en de instellingen voor dat protocol op te geven. U kunt AppleTalk- en TCP/IP-communicatie tegelijkertijd activeren. AppleTalk-instellingen Netwerkinstellingen Protocolinstell AppleTalk inschakelen Ja, Nee Kies of u de ColorPASS hebt aangesloten op een AppleTalk-netwerk. Met deze instelling kan de ColorPASS via AppleTalk-netwerken communiceren. AppleTalk-zone Lijst met zones De ColorPASS zoekt in het netwerk naar AppleTalk-zones in het netwerksegment. Kies de AppleTalk-zone waarin u de ColorPASS wilt weergeven. Als het segment slechts één zone heeft, wordt de ColorPASS automatisch aan die zone toegewezen. Het bericht Geen AppleTalk-zone gevonden kan betekenen dat uw netwerk geen zones heeft of dat de netwerkkabel niet is aangesloten. IPv4-instellingen Netwerkinstellingen Protocolinstell. In IPv4-instellingen configureert u opties die verband houden met TCP/IP.

37 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 37 Wanneer u in Instelling een IP-adres, subnetmasker of adres van de gateway instelt voor de ColorPASS, kunt u de ColorPASS deze adressen automatisch laten ophalen van een DHCP-server. Schakel de ColorPASS eerst in of start deze opnieuw en laat deze de status Niet actief krijgen. Zorg dat de DHCP-server actief is en voer daarna de netwerkinstellingen uit. Ethernet-instelling Netwerkinstellingen Protocolinstell. IPv4-instellingen Auto IP-configuratie inschakelen Ja, Nee Selecteer of de u de ColorPASS wilt toestaan het IP-adres voor ethernet automatisch te verkrijgen door te zoeken op het netwerk. Selecteer Nee om een statisch IP-adres toe te wijzen aan de ColorPASS. Afhankelijk van uw keuze configureert u de betreffende opties als volgt: Als u Ja selecteert voor Auto IP-configuratie inschakelen Als u Nee selecteert voor Auto IP-configuratie inschakelen IP-adres Voer het IP-adres van de ColorPASS voor ethernet in. In tegenstelling tot een IP-adres dat automatisch wordt ingesteld, blijft dit IP-adres hetzelfde als u de ColorPASS opnieuw opstart. U moet de standaardinstelling wijzigen in een geldig adres voor het netwerk. Raadpleeg pagina 13 voor informatie over het instellen van afdrukken via TCP/IP. Subnetmasker Stel het subnetmasker in met TCP/IP op uw netwerk. OPMERKING: Controleer de instelling van het subnetmasker bij uw netwerkbeheerder voordat u verder gaat.

38 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 38 Als u Ja selecteert voor Auto IP-configuratie inschakelen Gateway-adres autom. inschakelen Ja, Nee Kies of het gatewayadres automatisch moet worden ingesteld met TCP/IP. Als u Nee selecteert voor Auto IP-configuratie inschakelen Gateway-adres Stel het gateway-adres in met TCP/IP op uw netwerk. Gateway-adres Als u op de vorige optie Nee hebt geantwoord, stelt u het gatewayadres in met TCP/IP op uw netwerk. DNS-instellingen Netwerkinstellingen Protocolinstell. IPv4-instellingen U kunt de ColorPASS zo configureren dat deze toegang heeft tot een geschikte DNS-server. Met de DNS-server moeten gebruikers bij het verbinden van de hulpprogramma s of WebTools van externe computers met de ColorPASS alleen de servernaam onthouden, die gemakkelijker te onthouden is dan een IP-adres. DNS-adres automatisch ophalen Ja, Nee Kies of u de ColorPASS wilt toestaan automatisch een DNS-adres op te halen. Als u deze optie wilt gebruiken, moet u eerst Ja selecteren bij Auto IP-configuratie inschakelen op pagina 37. Als u Nee selecteert bij Auto IP-configuratie inschakelen, wordt deze optie niet weergegeven en moet u het DNS-adres handmatig opgeven.

39 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 39 Afhankelijk van uw keuze configureert u de betreffende opties als volgt: Als u Ja selecteert voor DNS-adres automatisch ophalen Hostnaam Geef de DNS-domeinnaam van de ColorPASS op. Als u Nee selecteert voor DNS-adres automatisch ophalen IP-adres primaire DNS-server Geef het IP-adres van de primaire DNS-server op. IP-adres secundaire DNS-server Geef het IP-adres van de secundaire DNS-server op. OPMERKING: Nadat u de opties voor DNS-instellingen en de instellingen voor de WINSnaamserver hebt opgegeven, wacht u totdat het statusbericht Niet actief wordt weergegeven op het aanraakpaneel van de kopieermachine van de ColorPASS. Vervolgens schakelt u de kopieermachine uit en weer in om de instellingen toe te passen. OPMERKING: Wanneer u Hostnaam wijzigt, veranderen de Servernaam (pagina 29) en de NetBIOS-naam voor WINS (pagina 40) eveneens. DNS en functies van de kopieermachine (waaronder Verzendmethoden) Wanneer een gebruiker een taak verzendt naar de kopieermachine, kan deze instellingen kiezen voor de functie Verzendmethoden op het aanraakpaneel van de kopieermachine. De gebruiker kan de DNS-naam gebruiken voor Verzendmethoden. Raadpleeg de documentatie bij uw kopieermachine voor meer informatie over deze functies. De gebruiker kan een taak alleen verzenden naar een Windows-server of een FTP-server als Verzendmethoden wordt gebruikt. Selecteer Windows (SMB) voor een Windows-server of FTP voor een FTP-server in de keuzelijst Protocol van het verzendscherm. Wanneer u FTP selecteert, voert u 21 in voor het poortnummer. Als de passieve FTP-modus is opgegeven via het aanraakpaneel van de kopieermachine, voert u een willekeurig poortnummer in. Als u verzendfuncties wilt gebruiken, moet u mogelijk ook de instellingen voor de WINSnaamserver wijzigen via Netwerkinstellingen > Protocolinstell. > TCP/IP-instellingen > WINS. Het instellen van de WINS-naamserver valt echter buiten het bestek van dit document. Neem contact op met de netwerkbeheerder voor meer informatie over het instellen van een WINS-naamserver.

40 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 40 WINS-instellingen Netwerkinstellingen Protocolinstell. IPv4-instellingen Autom. configuratie gebruiken Ja, Nee Deze optie wordt weergegeven als u Auto IP-configuratie hebt ingeschakeld voor het automatisch ophalen van het IP-adres voor de ColorPASS (raadpleeg pagina 37). Kies Ja als de ColorPASS een WINS-naamserver gebruikt en automatisch zijn IP-adres verkrijgt. Afhankelijk van uw keuze worden de volgende opties weergegeven. Als u Ja selecteert: Als u Nee selecteert: WINS-naamserver gebruiken Ja, Nee Rondzendingen vanaf SMB-apparaten kunnen zonder een WINS-naamserver niet worden gerouteerd. Het instellen van de WINS-naamserver valt buiten het bestek van dit document. Vraag de netwerkbeheerder of een naamserver beschikbaar is in het netwerk. Deze optie wordt ook weergegeven als u Nee hebt geantwoord bij Auto IPconfiguratie inschakelen (pagina 37). WINS IP-adres Deze optie wordt alleen weergegeven als u Ja kiest voor WINS-naamserver. Wijzig het standaardadres in het juiste IP-adres voor de WINS-naamserver. De netwerkbeheerder kan u het juiste adres geven. NetBIOS-naam Standaardnaam De NetBIOS-naam is de naam die in het netwerk wordt weergegeven voor toegang tot de ColorPASS via SMB. De standaardnaam is dezelfde naam als de servernaam die is toegewezen in Serverinstellingen (raadpleeg pagina 29).

41 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 41 Beveiligingsinstellingen Netwerkinstellingen Protocolinstell. IPv4-instellingen Om de omgeving van de ColorPASS veiliger te maken, kunt u de toegang tot de volgende items controleren: IP-adressen IP-poorten Nadat u de filterinstellingen hebt gedefinieerd, past de ColorPASS de filters toe op gegevenspakketten in deze volgorde: IP-adressen en vervolgens IP-poorten. Raadpleeg MAC-adresfilter op pagina 34 voor informatie over het controleren van MAC-adressen. IP-filters Standaard worden alle IP-adressen toegestaan door de ColorPASS. Stel de gecontroleerde toegang tot de ColorPASS in door de IP-adressen of een bereik van IP-adressen op te geven die de ColorPASS aanvaardt of weigert. Op die manier wordt onbeperkte toegang tot de ColorPASS via uw netwerk voorkomen en is de beveiliging van het netwerk in uw omgeving gegarandeerd. IP-filter inschakelen Ja, Nee Kies of u het IP-filter wilt inschakelen op de ColorPASS. Standaardbeleid Accepteren, Weigeren Selecteer Accepteren om andere IP-adressen dan de IP-adressen die u opgeeft tijdens deze instellingen te accepteren. Selecteer Weigeren om andere IP-adressen dan de IP-adressen die u opgeeft tijdens deze instellingen te weigeren. Filter toevoegen Filterlijst Het aantal beschikbare ingangen in de filterlijst wordt weergegeven. Geef het IP-adres/ IP-bereik op. Er wordt geen lijst weergegeven als u het eerste IP-adres invoert. Filter verwijderen Filterlijst Kies deze opdracht om IP-adressen afzonderlijk of per bereik uit de lijst te verwijderen.

42 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 42 Filter bewerken Filterlijst Kies deze opdracht om IP-adressen in de lijst afzonderlijk of per bereik te wijzigen. Type IP-filter IP-adres, IP-bereik Kies of u IP-adressen afzonderlijk of per bereik wilt invoeren. Afhankelijk van uw keuze worden de volgende opties weergegeven. Als u IP-adres selecteert IP-adres Als u IP-bereik selecteert IP-beginadres IP-eindadres Geef een IP-adres op om afzonderlijke IP-adressen toe te staan of te weigeren. Geef maximaal 16 bereiken van IP-adressen op die moeten worden toegestaan of geweigerd. OPMERKING: De IP-adressen en zijn geen geldige adressen. OPMERKING: Geef een IP-eindadres op dat groter is dan het IP-beginadres. Filterbeleid Accepteren, Weigeren Kies het filterbeleid voor het IP-adres/IP-bereik dat u zojuist hebt toegevoegd. IP-poortinstell. Sluit onnodige poorten om ongewenste toegang via het netwerk tegen te gaan, de belasting van de ColorPASS te verlagen en de beveiliging van uw systeem te verbeteren. Alle poorten die niet worden vermeld in de volgende tabel, zijn gesloten. IP-poorten configureren Ja, Nee Kies of u de beveiliging van het systeem wilt verbeteren en kies vervolgens de poortnummers in de volgende opties. Onnodige poorten worden fysiek gesloten op de ColorPASS. Poortnummer Overeenkomend protocol Voorbeeld van protocolgebruik FTP FTP-afdrukken, scannen naar FTP 25 SMTP I-FAX 80 HTTP WebTools en IPP-afdrukken 135 MS RPC Hiermee kan Windows XP functies voor externe procedureoproep (RPC = remote procedure call) gebruiken

43 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 43 Poortnummer Overeenkomend protocol Voorbeeld van protocolgebruik NetBIOS SMB-afdrukken SNMP 427 SLP 443 SSL 445 SMB/IP 500 ISAKMP IPSec 515 LPD WebTools en LPD-afdrukken via Windows 631 IPP IPP-afdrukken 3389 Extern bureaublad 4500 IPSec 5353 Multicast DNS 5900 VNC EFI-poorten Command WorkStation en de functie Tweerichtingscommunicatie van het printerstuurprogramma 8080 RUI Afdrukken via poort 9100 Canon-poorten Door deze poort te sluiten, kunt u toegang tot de netwerkfuncties van de kopieermachine en tot de functies van het printerstuurprogramma controleren, terwijl de ColorPASS basisafdruktaken uitvoert. Wij raden aan dat de poort wordt geopend voor niet-gecontroleerde toegang tot de netwerkfuncties van de kopieermachine.

44 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 44 Overige poorten Mogelijk zijn er MEAP-toepassingen (Multifunctional Embedded Application Platform) geïnstalleerd op uw kopieermachine. MEAP-toepassingen zijn op Java gebaseerde optionele toepassingen die worden uitgevoerd op de kopieermachine. Bepaalde MEAP-toepassingen gebruiken tweerichtingscommunicatie met externe computers en relevante toepassingsservers op het netwerk via de ColorPASS. De ColorPASS brengt pakketten over via bepaalde poorten als een rondzendmedium via een TCP/IP-verbinding. Raadpleeg de documentatie bij uw kopieermachine voor meer informatie over MEAPtoepassingen. OPMERKING: Multicasting en rondzendingen worden ondersteund. Instell. van overige poorten Alle poorten weigeren, Opgegeven poorten Standaard worden alle poorten of poortbereiken niet doorgestuurd. Kies Opgegeven poorten om op te geven welke poorten worden doorgestuurd. Als u Opgegeven poorten kiest, kunt u opgegeven poorten of een opgegeven poortbereik toevoegen, omleiden of verwijderen met de volgende subopties: Poort toevoegen, Poortbereik toevoegen, Poort omleiden, Poortbereik omleiden en Poort verwijderen. Deze optie wordt alleen weergegeven wanneer Opgegeven poorten is gekozen. OPMERKING: Geef poorten of poortbereiken niet herhaaldelijk op. OPMERKING: U kunt gezamenlijk maximaal 100 poorten of poortbereiken registreren voor Poort toevoegen, Poortbereik toevoegen, Poort omleiden en Poortbereik omleiden. Poort toevoegen Kies deze opdracht om poorten op te geven die u wilt toevoegen. Poortbereik toevoegen Kies deze opdracht om een poortbereik op te geven dat u wilt toevoegen. Poort vanaf Voer de beginpoort van het bereik in. Deze optie wordt weergegeven als Poortbereik toevoegen is geselecteerd. Poort t/m Voer de eindpoort van het bereik in. Deze optie wordt weergegeven nadat u een beginpoort hebt opgegeven voor de optie Poort vanaf. OPMERKING: Geef een grotere waarde op dan de ingevoerde waarde voor Poort vanaf.

45 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 45 Poort omleiden Kies deze opdracht om poorten op te geven die u wilt omleiden. Oorspronkelijke poort Voer de oorspronkelijke poort in die u wilt omleiden. Deze optie wordt weergegeven als Poort omleiden is geselecteerd. Doelpoort Voer de doelpoort in waarnaar u de oorspronkelijke poort wilt omleiden. Deze optie wordt weergegeven als Oorspronkelijke poort is opgegeven. Poortbereik omleiden Kies deze opdracht om een poortbereik op te geven dat u wilt omleiden. Oorspronkelijke poort: vanaf Voer de beginpoort van het oorspronkelijke bereik in. Deze optie wordt weergegeven als Poortbereik omleiden is geselecteerd. Oorspronkelijke poort: t/m Voer de eindpoort van het oorspronkelijke bereik in. Deze optie wordt weergegeven als Oorspronkelijke poort: vanaf is opgegeven. OPMERKING: Geef een grotere waarde op dan de ingevoerde waarde voor Oorspronkelijke poort: vanaf. Doelpoort: vanaf Voer de beginpoort van het doelbereik in. Deze optie wordt weergegeven nadat het oorspronkelijke poortbereik is opgegeven voor Oorspronkelijke poort: vanaf en Oorspronkelijke poort: t/m. Poort verwijderen Kies deze opdracht om poorten of een poortbereik op te geven die u wilt verwijderen.

46 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 46 Informatie over basispoorten De volgende tabel geeft basispoorten weer. De basispoorten worden gebruikt voor afdrukken of andere taakbeheerfuncties. MEAP-toepassingen kunnen deze poorten niet gebruiken. OPMERKING: De basispoorten zijn niet onderhevig aan filterinstellingen voor Overige poorten (pagina 44). Poortnummer Poortnaam FTP 25 SMTP-server (internetfax) 80 WebTools 135 MS RPC SMB SNMP 427 SLP 443 SSL 445 SMB 500 ISAKMP 515 LPD 631 IPP 3050 Fiery-hulpprogramma s 3389 RDP 4500 IPSec 5353 Multicast DNS 5900 VNC 8000 Canon-hulpprogramma s 8010 Fiery-hulpprogramma s Fiery-hulpprogramma s 8080 RUI 8443 Canon-hulpprogramma s Canon-hulpprogramma s Poort 9100

47 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 47 Poortnummer Poortnaam 9906 Fiery-hulpprogramma s Canon-hulpprogramma s (MEAP) Fiery-hulpprogramma s Fiery-hulpprogramma s Canon-hulpprogramma s Fiery-hulpprogramma s Canon-hulpprogramma s Canon-hulpprogramma s (geen controle van openen) Fiery-hulpprogramma s Fiery-hulpprogramma s Canon-hulpprogramma s Canon-hulpprogramma s SSO Canon-hulpprogramma s Canon-hulpprogramma s IPSec-instelling (Internet Protocol Security) Als de computers van de gebruikers IPSec ondersteunen, kunt u de ColorPASS instellen om versleutelde communicatie van gebruikers te ontvangen. Wanneer IPSec is ingeschakeld, kunt u de volgende functies mogelijk niet gebruiken: Scannen naar FTP (via een proxyserver) IP-poortfilter

48 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 48 IPSec inschakelen Ja, Nee Selecteer deze optie om IPSec op de ColorPASS in te schakelen. Vooraf gedeelde sleutel Als u al een vooraf gedeelde sleutel hebt gedefinieerd, voert u deze hier in. Elke inkomende communicatie die IPSec gebruikt, moet deze sleutel bevatten. Als er geen overeenkomst is voor de vooraf gedeelde sleutel, wordt de vooraf gedeelde sleutel doorgegeven in tekst zonder opmaak. Service-instellingen Met de volgende opties kunt u services zoals LPD en FTP inschakelen. LPD-instellingen Netwerkinstellingen Service-instell. LPD-instellingen LPD inschakelen Ja, Nee Kies of u LPD-afdrukken wilt toestaan. Standaard LPD-wachtrij Afdrukwachtrij, Blokkeringswachtrij Kies de standaardverbinding voor LPD-afdrukken als deze niet door de gebruiker is ingesteld of onjuist is ingesteld. Windows-instellingen Netwerkinstellingen Service-instell. Windows-instell. Bij het instellen van de Windows-afdrukservice zijn in de tekstvelden hoofdletters, cijfers, spaties en de volgende tekens toegestaan: - _. # $ % ^ & ( ) { } \ ',

49 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 49 Windows-afdrukken inschakelen Ja, Nee Als u Windows-afdrukken inschakelt, schakelt u SMB (Server Message Block) in, het ingebouwde protocol voor bestands- en printerdeling van Windows. Als SMB is ingeschakeld, kan de ColorPASS worden gekozen in het netwerk, zodat Windows-clients kunnen afdrukken naar een bepaalde afdrukverbinding op de ColorPASS (zoals blokkeringswachtrij, afdrukwachtrij of directe verbinding) zonder dat daarvoor andere netwerksoftware nodig is. Raadpleeg Afdrukken en de documentatie bij Windows voor meer informatie over het instellen van een Windows-computer voor Windows-afdrukken. Windows-afdrukken werkt via TCP/IP, dus u moet TCP/IP configureren op de ColorPASS en op alle werkstations die Windows-afdrukken gebruiken. Web Services-instellingen Netwerkinstellingen Service-instell. Web Services inst. Web Services insch. Ja, Nee Kies of u de WebTools beschikbaar wilt maken voor de gebruikers. IPP-instellingen Netwerkinstellingen Service-instell. IPP-instellingen IPP inschakelen Ja, Nee Kies of u afdrukken met het Internet Printing Protocol (IPP) wilt inschakelen. U moet Web Services inschakelen. U kunt alleen afdrukken naar de afdrukwachtrij wanneer u IPP gebruikt. De directe verbinding en de blokkeringswachtrij worden niet ondersteund met IPP. Raadpleeg Afdrukken voor meer informatie over het instellen van gebruikerscomputers om IPP-afdrukken te gebruiken.

50 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 50 Poort 9100-instellingen Netwerkinstellingen Service-instell. Poort 9100-instell. Poort 9100 inschakelen Ja, Nee Met deze optie kunnen toepassingen een TCP/IP-socket naar de ColorPASS openen op Poort 9100 om een afdruktaak te downloaden. Poort 9100-wachtrij Direct, Afdrukwachtrij, Blokkeringswachtrij Kies de ColorPASS-afdrukverbinding voor het downloaden van taken naar Poort Alleen de afdrukverbindingen die u hebt ingeschakeld (pagina 59), zijn beschikbaar. FTP-instellingen Netwerkinstellingen Service-instell. FTP-instellingen FTP-instellingen omvat opties voor Scannen naar FTP en FTP-afdrukken. Met de opties voor FTP-afdrukken kunt u de ColorPASS doen fungeren als FTP-server. OPMERKING: Wanneer u de taal wijzigt in WebTools Configure, worden de instellingen voor Scannen naar FTP gewist en worden de standaardinstellingen hersteld Scannen naar FTP Scannen naar FTP inschakelen Ja, Nee Scannen naar FTP geeft u de mogelijkheid taken te scannen vanaf de ColorPASS naar een FTP-site en een FTP-logboek af te drukken. De FTP-proxy die de ColorPASS ondersteunt, gebruikt het verbindingstype naam_doelgebruiker@naam_doelsysteem / naam_doelgebruiker@ip_doeladres. Andere verbindingstypen zullen misschien niet correct werken. Vraag uw netwerkbeheerder om details.

51 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 51 FTP-afdrukken FTP-afdrukken inschakelen Ja, Nee Kies of u FTP-afdrukken wilt inschakelen op de ColorPASS. OPMERKING: FTP-afdrukken wordt ondersteund voor Windows, Mac OS, UNIX, Linux en andere besturingssystemen die het FTP-protocol ondersteunen. De ColorPASS fungeert als een FTP-server in overeenstemming met RFC959, maar ondersteunt niet de volledige functionaliteit die wordt omschreven in RFC959. Wachtwoord vereisen voor afdrukken Ja, Nee Kies of een gebruikerswachtwoord wordt gevraagd voor FTP-afdrukken. Standaard is geen wachtwoord vereist voor FTP-afdrukken. Nadat u wachtwoorden voor een gebruiker hebt gedefinieerd en de gebruiker aan minstens één groep hebt toegewezen, zal het selecteren van deze optie vereisen dat de ColorPASS controleert of de gebruiker hoort bij een groep die afdrukprivileges heeft en of de gebruikersnaam en het wachtwoord geldig zijn. Raadpleeg de Help van Configure voor informatie over gebruikers en groepen. Time-out (sec) Geef de time-out op. Wanneer de instellingen hebt geselecteerd, moet u de ColorPASS opnieuw starten om de instellingen toe te passen. Druk een configuratiepagina af om de instellingen te controleren. Standaard FTP-wachtrij Afdrukwachtrij, Blokkeringswachtrij, virtuele printers Kies de standaardverbinding voor het afdrukken van taken via FTP-afdrukken als deze niet is ingesteld door de gebruiker. Uitgaande FTP-instellingen Passieve FTP-modus gebruiken Ja, Nee Als u Scannen naar FTP inschakelt, kiest u of de passieve modus moet worden ingeschakeld.

52 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 52 SNMP-instellingen Netwerkinstellingen Service-instell. SNMP-setup SNMP inschakelen Ja, Nee Kies of u SNMP-communicatie via een IP-verbinding wilt inschakelen. SNMP-standaardinst. herstellen Ja, Nee Selecteer deze optie om de standaard-snmp-instellingen terug te zetten. SNMP-instellingen wijzigen Ja, Nee Selecteer Ja om de SNMP-gegevens te wijzigen. Beveiligingsniveau Minimaal, Normaal, Maximaal Selecteer het door de ColorPASS geleverde beveiligingsniveau: Minimaal: komt overeen met de functionaliteit in SNMP versie 1. Normaal: biedt een hogere beveiliging voor SNMP versie 3. Maximaal: biedt het hoogste beveiligingsniveau voor SNMP versie 3. De volgende tabel beschrijft de toegang voor de verschillende beveiligingsniveaus. Gebruiker Toegang Minimaal Normaal Maximaal SNMP v1 Lezen Ja Ja Nee Schrijven Ja Nee Nee SNMP v3 Onbeveiligd SNMP v3 Beveilig Lezen Ja Ja Nee Schrijven Nee Nee Nee Lezen Ja Ja Ja Schrijven Ja Ja Ja OPMERKING: Voor sommige hulpprogramma s moet u in een SNMP v1-omgeving het beveiligingsniveau op Minimum instellen.

53 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 53 Naam van SNMP Read Community public Geef de naam van de SNMP Read Community op. Wanneer deze is gewijzigd, moet de nieuwe community-naam worden ingevoerd om informatie te kunnen lezen en schrijven in de WebTool Configure. U kunt maximaal 32 ASCII-tekens, inclusief spaties, gebruiken voor de community-naam. Naam van SNMP Write Community waarde Geef de naam van de SNMP Write Community op. OPMERKING: Een spatie aan het begin of einde van de ingevoerde naam wordt automatisch verwijderd uit de ingevoerde naam. Wanneer een ongeldig teken wordt ingevoerd, wordt de standaardnaam public gebruikt als naam van de Read Community. Een naam die alleen uit spaties bestaat, is ongeldig. Onveilige gebruikersnaam initieel Als u Minimum of Medium hebt geselecteerd voor Beveiligingsniveau, moet u een gebruikersnaam opgeven waarvoor geen authenticatie en encryptie worden gebruikt. Veilige gebruikersnaam admin Geef een gebruikersnaam op waarvoor authenticatie (en indien nodig encryptie) wordt gebruikt. Type authenticatie MD5, SHA Kies het authenticatietype. Authenticatiewachtwoord Geef het wachtwoord op voor het lezen van MIB-waarden gebaseerd op de beveiligde gebruikersnaam. Type privacy DES, Geen Selecteer het type encryptiealgoritme. Privacywachtwoord Geef het privacywachtwoord op.

54 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 54 LDAP-instellingen Netwerkinstellingen Service-instell. LDAP-instellingen De ColorPASS communiceert met bedrijfsservers door middel van het LDAP v3-protocol (Lightweight Directory Access Protocol) dat op RFC2251 is gebaseerd. Via het gebruik van LDAPv3, krijgt de ColorPASS toegang tot adressen. Deze adressen worden gebruikt door de scanfuncties van de ColorPASS. De ColorPASS communiceert ook met bedrijfsservers via LDAP om toegang te krijgen tot de informatie van LDAP-gebruikers en -groepen en om gebruikers te verifiëren. Voor deze functie ondersteunt de ColorPASS alleen LDAP-verbindingen met Active Directory-servers. LDAP inschakelen Ja, Nee Selecteer deze optie als u een LDAP-server wilt gebruiken. Servernaam/IP-adres Naam of IP-adres Voer de naam of het IP-adres in van de LDAP-server die u wilt gebruiken. Beveiligde communicatie Geen, SSL/TLS Kies de methode voor de verificatie van de authenticatie. Selecteer SSL/TLS voor op certificaten gebaseerde authenticatie. Poort , 389 Geef het poortnummer op voor LDAP-communicatie. Gebruik 389 als u Geen hebt ingesteld voor Beveiligde communicatie. Gebruik 636 als u SSL/TLS hebt ingesteld voor Beveiligde communicatie. Authenticatie vereist Ja, Nee Selecteer deze optie als uw LDAP-server authenticatie vereist.

55 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 55 Authenticatieselectie Automatisch, Eenvoudig, GSSAPI Afhankelijk van de instelling voert u de gebruikersnaam, het wachtwoord en het domein in voor de authenticatie. De ColorPASS ondersteunt de volgende authenticatiemethoden: Anonymous (Lotus Domino, Windows Server 2003) Simple (Lotus Domino) GSSAPI (Windows Server 2003) Als u GSSAPI gebruikt, moet u de volgende punten in acht nemen: Een DNS-server die Reverse DNS Lookup ondersteunt moet aanwezig zijn in uw netwerk. Het IP-adres en de hostnaam van de LDAP-server moeten geregistreerd zijn op de DNS-server. Het tijdsverschil tussen de LDAP-server en de systeemtijd van de ColorPASS mag maximaal 5 minuten bedragen. Raadpleeg uw netwerkbeheerder voor meer informatie. Gebruikersnaam Typ de gebruikersnaam voor toegang tot de LDAP-server. Deze informatie wordt gebruikt als de authenticatiemethode Eenvoudig of GSSAPI is. Wachtwoord Typ het wachtwoord voor toegang tot de LDAP-server. Deze informatie wordt gebruikt als de authenticatiemethode Eenvoudig of GSSAPI is. Als u de GSSAPI-authenticatie gebruikt, wordt het wachtwoord versleuteld over het netwerk verzonden. Domein Typ de naam van het domein waarin de LDAP-server bestaat. Deze informatie wordt gebruikt als de authenticatiemethode GSSAPI is. Zoekbasis Typ de zoekbasis om een LDAP-server te doorzoeken. De ColorPASS doorzoekt het gebied van de directory die is opgegeven door de zoekbasis. Maximumaantal ingangen , Geef het maximum aantal resultaten dat de ColorPASS van de LDAP-server aanvaardt.

56 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 56 Time-out (sec) , 60 Geef de maximale tijd op die moet verstrijken voor de ColorPASS de poging om verbinding te maken met de LDAP-server opgeeft. SNTP-instellingen Netwerkinstellingen Service-instell. SNTP-instellingen Zoek de gebruikte SNTP-server door het IP-adres of de DNS-naam in te voeren of in een lijst te selecteren. SNTP inschakelen Ja, Nee Kies Ja om de tijdsynchronisatiefunctie van de ColorPASS te gebruiken met een NTP/SNTPserver via SNTP. Als u Nee kiest, moet u de systeemdatum en -tijd van de ColorPASS handmatig instellen (pagina 30). Tijdserver Tijdserver instellen Selecteren uit lijst, DNS-naam invoeren, IP-adres invoeren Kies de methode voor de identificatie van de tijdserver. Lijst tijdservers Wereld, Azië, Europa, Oceanië, Noord-Amerika Als u Selecteren uit lijst kiest, moet u de regio selecteren waar de ColorPASS zich bevindt. De ColorPASS wordt gesynchroniseerd door een geschikte tijdserver voor die regio DNS-naam tijdserver Voer de hostnaam in van de NTP- of SNTP-server. U kunt maximaal 255 ASCII-tekens invoeren voor de hostnaam. Tijdserver IP-adres Voer het IP-adres in van de NTP- of SNTP-server in uw netwerk.

57 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 57 Navraaginterval Elke 8 uur, Elke dag, Elke week Geeft het interval in voor de tijdsynchronisatie van de ColorPASS met een NTP- of SNTP-server. OPMERKING: Nadat u de SNTP-instellingen hebt geconfigureerd, wacht u totdat het statusbericht Niet actief wordt weergegeven op het aanraakpaneel van de kopieermachine van de ColorPASS. Vervolgens schakelt u de kopieermachine uit en weer in om de instellingen toe te passen. SLP-instelling Netwerkinstellingen Service-instell. SLP-instelling SLP inschakelen Ja, Nee Configureer SLP-opties als u netwerkservices die beschikbaar zijn in de netwerkomgeving van uw ColorPASS automatisch wilt opsporen met behulp van SLP via de 427 UDP-poort. OPMERKING: U moet de poort 427 (SLP) openen in Netwerkinstellingen > Protocolinstell. > IPv4 > Beveiligingsinstellingen > IP-poortinstell. (pagina 42). Scope Geef een bereik op voor Multicast Discovery. Via het aanraakpaneel van de kopieermachine van de ColorPASS kunt u maximaal 32 ASCII-tekens invoeren voor Scope. OPMERKING: De volgende tekens kunnen niet worden gebruikt voor Scope. ( ), \! < = > ~ ; * + Proxy-instellingen Netwerkinstellingen Service-instell. Proxy-instellingen Als uw FTP-server een proxyserver gebruikt, voert u in volgende opties de gewenste informatie in. Proxy inschakelen Ja, Nee Selecteer deze optie om voor de veiligheid een proxyserver in te schakelen.

58 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 58 IP-adres Typ het IP-adres van de proxyserver in uw netwerk. Poortnummer , 21 Typ het poortnummer van de proxyserver in uw netwerk. Gebruikers moeten dit poortnummer invoeren op de ColorPASS wanneer deze taken verzenden naar een beveiligde FTP-site. Als gebruikers een taak verzenden met een ander poortnummer, moeten zij het poortnummer invoeren op de ColorPASS om de taak te verzenden. Time-out (sec) 1-999, 30 Typ de maximale tijd die moet verstrijken voor de ColorPASS de poging om verbinding te maken met de proxyserver opgeeft. Gebruikersnaam Typ de gebruikersnaam voor de proxyserver. Wachtwoord Typ het gebruikerswachtwoord voor de proxyserver. Bonjour-instellingen Netwerkinstellingen Service-instell. Bonjour-instell. Bonjour is de technologie van Apple die een nulconfiguratie toestaat wanneer u de ColorPASS instelt, installeert op, toevoegt aan of verwijdert van het netwerk. Hierdoor kunnen Mac OS-computers of Windows-computers die Bonjour ondersteunen de ColorPASS met Bonjour-ondersteuning detecteren en verbinden voor het afdrukken. Bonjour inschakelen Ja, Nee Kies of u Bonjour wilt inschakelen. Bonjour-servicenaam Naam Voer de Bonjour-servicenaam in.

59 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 59 Voorkeurprotocol voor afdrukken LPD, IPP, Poort 9100 Kies het protocol dat de ColorPASS gebruikt wanneer de Bonjour-service wordt gebruikt. De lijst toont alleen de protocollen die u hebt ingeschakeld. Taken die via Bonjour zijn verzonden, worden verzonden naar de standaardafdrukverbinding voor het geselecteerde protocol. Als u bijvoorbeeld LPD kiest, worden opdrachten verzonden naar de verbinding die u hebt gekozen voor LPD-taken ( Standaard LPD-wachtrij op pagina 48). Als er geen standaardverbinding kan worden gedefinieerd (zoals voor IPP), wordt de afdrukwachtrij gebruikt. Opties voor printerinstellingen Met printerinstellingen configureert u de verbindingen en het afdrukgedrag van een bepaald afdrukapparaat. Alleen de verbinding die u publiceert, zijn beschikbaar voor gebruikers. Raadpleeg pagina 18 voor meer informatie over de afdrukverbindingen van de ColorPASS. TOEGANG KRIJGEN TOT DE OPTIES VOOR PRINTERINSTELLINGEN 1 Kies Printerinstellingen in het hoofdmenu van Instelling. 2 Voer de juiste opties in voor de afdrukvereisten op uw locatie. 3 Sla na afloop de wijzigingen op. OPMERKING: U moet in ieder geval de afdrukwachtrij of de blokkeringswachtrij publiceren om gebruikers in staat te stellen de hulpprogramma s en de WebTools te gebruiken of om via een TCP/IP-netwerk af te drukken naar de ColorPASS. Directe verbinding publiceren Ja, Nee Met de directe verbinding kunnen gebruikers taken naar de ColorPASS afdrukken (of downloaden) zonder de taken in de wachtrij te plaatsen. Taken die naar de directe verbinding zijn verzonden, worden niet opgeslagen in de wachtrij Afgedrukt. Als u lettertypen wilt downloaden naar de ColorPASS, moet u de directe verbinding publiceren. Afdrukwachtrij publiceren Ja, Nee Taken die naar de afdrukwachtrij zijn afgedrukt (of gedownload), worden in de wachtrij op de harde schijf van de ColorPASS geplaatst en in volgorde van binnenkomst afgedrukt.

60 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 60 Blokkeringswachtrij publiceren Ja, Nee Taken die naar de blokkeringswachtrij zijn afgedrukt (of gedownload), kunnen alleen worden afgedrukt door de taken te kopiëren of te verplaatsen naar de afdrukwachtrij (bijvoorbeeld met Command WorkStation). ID-beheer afdeling Ja, Nee Kies of u afdelings-id-beheer wilt inschakelen. Hiermee kunt u informatiepagina s van de ColorPASS afdrukken, waaronder configuratiepagina, takenlogboek, PS-testpagina, PSlettertypenlijst, logboek en FTP-logboek. OPMERKING: U moet respectievelijk service of FTP-service inschakelen als u een e- maillogboek of FTP-logboek wilt afdrukken. Operator ID s afdeling Voer de zeven cijfers voor de afdelings-id in. De ID moet overeenkomen met de ID die is ingesteld via het aanraakpaneel van de kopieermachine. Operatorwachtwoord Voer de zeven cijfers in om het afdelingswachtwoord in te stellen. Het wachtwoord moet overeenkomen met het wachtwoord dat is ingesteld via het aanraakpaneel van de kopieermachine. OPMERKING: Wij raden u aan ID-beheer afdeling in te stellen op Nee wanneer geen afdelings- ID of -wachtwoord is opgegeven via de kopieermachine. U kunt informatiepagina s van de ColorPASS afdrukken en scans of kalibraties uitvoeren zonder afdelings-id of -wachtwoord. Stel ID-beheer afdeling in op Ja wanneer een afdelings-id en -wachtwoord zijn ingesteld via de kopieermachine. Als een afdelings-id en -wachtwoord zijn ingesteld via de kopieermachine en de kopieermachine zo is ingesteld dat deze alleen afdrukken accepteert met een afdelings-id en wachtwoord, kunt u met de kopieermachine geen informatiepagina s van de ColorPASS afdrukken of scans uitvoeren zonder afdelings-id en -wachtwoord. Deze functie wordt Allow Printer Jobs With Unknown ID (Afdruktaken met onbekende ID toestaan) genoemd (en is standaard ingeschakeld). Raadpleeg de documentatie bij uw kopieermachine voor meer informatie. OPMERKING: Daarnaast zijn er de instellingen Allow Black Copy/Inbox Print Jobs (Zwarte afdruktaken voor kopie/postvak toestaan) en Allow Black Printer Jobs (Zwarte printertaken toestaan) voor het beheren van afdelings-id en -wachtwoord (de standaardinstelling is Uit). Als een van deze instellingen is ingesteld op Uit, kunt u met de kopieermachine niet afdrukken zonder afdelings-id en -wachtwoord. Raadpleeg de documentatie bij de kopieermachine voor meer informatie.

61 DE COLORPASS INSTELLEN VANAF HET AANRAAKPANEEL VAN DE KOPIEERMACHINE 61 Alle verw. en afdr. Ja, Nee Kies of een taak volledig wordt verwerkt (RIP) voordat deze wordt afgedrukt. Uitvoer in omgekeerde volgorde wordt bereikt door het mechanisme eerst verwerken, dan afdrukken. Zelfs als u deze optie instelt op Nee, is afdrukken in omgekeerde volgorde nog altijd beschikbaar. Wijzigingen opslaan Ja, Nee Kies Ja om de wijzigingen in Printerinstellingen toe te passen. Kies Nee om terug te keren naar het hoofdmenu van Instelling zonder wijzigingen door te voeren. PostScript/Instel. kopieermach. Met deze instellingenmenu s kunt u standaardinstellingen voor het afdrukken selecteren voor taken die naar de ColorPASS worden verzonden. Wanneer een gebruiker een taak afdrukt vanaf het printerstuurprogramma, kan de gebruiker een specifieke instelling opgeven voor de meeste afdrukopties per taak en wordt deze instelling toegepast op de taak. Gebruikers die echter taken verzenden zonder printerstuurprogramma (bijvoorbeeld van UNIX- of DOS-opdrachtregels), kunnen geen instelling opgeven en moeten daarom vertrouwen op de standaardinstellingen in de instellingenmenu s. Raadpleeg pagina 64 voor informatie over deze standaardinstellingen.

62 INSTELLING VANAF EEN NETWERKCOMPUTER 62 INSTELLING VANAF EEN NETWERKCOMPUTER Na het uitvoeren van de eerste instelling via het aanraakpaneel van de kopieermachine, kunt u de meeste instellingsopties wijzigen vanaf een netwerkcomputer door Configure te gebruiken. Om Configure te gebruiken vanaf een netwerkcomputer, moet u het beheerderswachtwoord van de ColorPASS kennen. Configure vanaf een netwerkcomputer openen Gebruik Configure om de ColorPASS in te stellen vanaf een netwerkcomputer. U kunt Configure op de volgende manieren openen: WebTools vanaf een ondersteunde internetbrowser Command WorkStation CONFIGURE OPENEN VANAF EEN INTERNETBROWSER 1 Start uw internetbrowser en voer het IP-adres van de ColorPASS in. 2 Klik op Fiery WebTools. 3 Klik op het tabblad Configureren. 4 Klik op Configure starten. 5 Meld u aan met beheerdersrechten.

63 INSTELLING VANAF EEN NETWERKCOMPUTER 63 CONFIGURE OPENEN VANUIT COMMAND WORKSTATION 1 Start Command WorkStation. 2 Meld u aan met beheerdersrechten. 3 Kies Configure in het menu Server. Het volgende dialoogvenster wordt altijd weergegeven, ongeacht de methode die u gebruikt. Configure gebruiken Raadpleeg voor informatie over het gebruik van Configure en het instellen van opties de Help van Configure, die u kunt openen vanuit WebTools Configure en Command WorkStation.

64 BESCHRIJVING VAN DE OPTIES VAN INSTELLING 64 BESCHRIJVING VAN DE OPTIES VAN INSTELLING In dit hoofdstuk worden de standaardinstellingen beschreven die u kunt instellen voor de volgende soorten opties van Instelling: PS-instellingen (PostScript) en Instel. kopieermach. Takenlogboek Verwerking tijdens ontvangst Adobe PDF Print Engine Het is mogelijk dat niet alle opties beschikbaar zijn. Dit hangt af van de instellingsmethode die u gebruikt (Configure of aanraakpaneel van de kopieermachine). Raadpleeg Afdrukken voor meer informatie over afdrukopties. Raadpleeg pagina 73 voor meer informatie over de optie Kies servertaal. Raadpleeg de Help van Configure voor instellingsopties die niet in dit gedeelte worden vermeld. Druk de serverconfiguratiepagina af vanuit Command WorkStation om te controleren wat de huidige standaardinstellingen zijn. Opties voor PS-instellingen (PostScript) en kopieermachine-instellingen Kies Configure > PDL > PS om de PS-opties (PostScript) te openen vanuit Configure. Druk op Printer op het aanraakpaneel van de kopieermachine en druk op Status/Instellingen Printserver > Functies > Setup uitvoeren > Instel. kopieermach. om de kopieermachineopties te openen vanaf het aanraakpaneel van de kopieermachine. Optie 2-zijdig afdrukken Instellingen (standaardinstelling is onderstreept) Uit/Binden aan lange rand/binden aan korte rand Beschrijving Gebruik deze optie om op beide zijden van het papier te drukken. Raadpleeg Afdrukken voor meer informatie over dubbelzijdig afdrukken. Geavanceerde verfijning Vloeiend1, Vloeiend2, Uit Geef op of u de randen van tekst, gebogen lijntekeningen of siertekens vloeiender wilt laten verlopen.

65 BESCHRIJVING VAN DE OPTIES VAN INSTELLING 65 Optie Courier-vervanging toestaan PDF- en PS-objecten opslaan in cache Kalibratiepapier Kleurcontrole lijntek./lijnen Instellingen (standaardinstelling is onderstreept) Ja, Nee Aan, Uit Canon CLC 80gsm, Hammermill 28lb, Neusiedler 100gsm, Door gebruiker gedefinieerd (de standaardinstelling is Hammermill 28lb in de VS en Neusiedler 100gsm elders) Kleur heeft prioriteit, Resolutie heeft prioriteit Beschrijving Kies of het lettertype Courier moet worden gebruikt voor lettertypen die niet beschikbaar zijn, wanneer bestanden naar de ColorPASS worden gedownload of wanneer u een document afdrukt zonder over het corresponderende printerlettertype te beschikken. Als deze optie is ingesteld op Nee, produceren taken met lettertypen die niet beschikbaar zijn op de vaste schijf van de ColorPASS een PostScript-fout en worden deze niet afgedrukt. Deze instelling is niet van toepassing op PDFbestanden omdat bij dit type bestanden lettertypevervanging automatisch wordt uitgevoerd. Kies of afbeeldingen in PDF- en PS-bestanden in het cachegeheugen worden bewaard, om het opnieuw verwerken van dezelfde afbeelding in een bestand te beperken. Geef de kalibratieset op die voor alle taken wordt gebruikt. Kies het papier dat het meest overeenkomt met het papier dat u gebruikt om af te drukken. Als geen van de papiersoorten overeenkomt, kiest u Door gebruiker gedefinieerd, waarmee u kalibratiesets voor andere papiersoorten kunt maken in Calibrator. Geef op hoe u de hoeveelheid toner wilt aanpassen om afbeeldingen met dunne lijnen af te drukken. Aantal Hiermee geeft u het standaardaantal exemplaren op dat van een document wordt afgedrukt. Papierform. convert. Nee, Letter/11x17->A4/A3, A4/ A3->Letter/11x17 Converteert papierformaten in documenten automatisch in de standaardpapierformaten die zijn opgegeven. Als u bijvoorbeeld Letter/11x17->A4/A3 selecteert, worden documenten met Letterformaat automatisch op A4-papier afgedrukt. Deze optie werkt in combinatie met de optie Standaard papierformaten. Als de optie Papierform. convert. bijvoorbeeld is ingesteld op Letter/ 11x17->A4/A3 en Standaard papierformaten is ingesteld op VS, worden taken afgedrukt op het formaat A4/A3. Dit geldt ook voor de systeempagina s van de ColorPASS, zoals de startpagina, de testpagina en het takenlogboek. Standaardpapierformaten Fijnafstemming dichtheid VS, Metrisch (standaardinstelling is VS in de Verenigde Staten, Metrisch elders) Lichter, Licht, Normaal, Donker, Donkerder Geef aan of u standaard wilt afdrukken op Amerikaanse papierformaten (zoals Letter, Legal of 11x17) of op metrische papierformaten (zoals A4 of A3). Als geen paginaformaat is gedefinieerd in een PostScript-bestand, worden taken afgedrukt op Letter-papier als u VS hebt gekozen of op A4-papier als u Metrisch hebt gekozen. Met deze optie kunt u de donkerte van afdrukken met 1200 dpi beheren.

66 BESCHRIJVING VAN DE OPTIES VAN INSTELLING 66 Optie Instellingen (standaardinstelling is onderstreept) Beschrijving Gradatieverfijning Fijn, Grof, Uit Selecteer Grof of Fijn als u de gradatie wilt verfijnen of als u gradatiebanden ziet in uw afdruktaak. Grof biedt meer gradatieverzachting dan Fijn. Fotohalftoon Beeldcompressie Standaard, Gradatie, Resolutie, Foutdiffusie, Patroon 1, Patroon 2, Patroon 3, Patroon 4, Patroon 5, Patroon 6, Patroon 7 Prioriteit afbeelding, Normaal, Prioriteit snelheid Kies een rastermethode. Raadpleeg Afdrukken in kleur. Selecteer Prioriteit afbeelding als u wilt afdrukken met de prioriteit voor afdrukkwaliteit. Selecteer Prioriteit snelheid als u wilt afdrukken met de prioriteit voor beeldverwerkingsprestaties. Omslagpagina afdrukken Ja, Nee Drukt een omslagpagina af (taakoverzicht) met de naam van de gebruiker die de taak heeft verstuurd, de naam van het document, de naam van de server, de tijd waarop de taak is afgedrukt, het aantal afgedrukte pagina s en de status van de taak. Voor VDP-taken worden ook het aantal records, aantal pagina s per record, aantal exemplaren en aantal afgedrukte vellen vermeld. Als een PostScript-fout is opgetreden en de optie Afdrukken tot PS-fout is ingesteld op Ja, wordt op de omslagpagina het PostScript-foutbericht vermeld in plaats van de taakstatus. Master afdrukken Ja, Nee Kies of u een FreeForm-master wilt afdrukken wanneer deze wordt gemaakt en afgedrukt naar de ColorPASS. De master blijft na het afdrukken bewaard op de ColorPASS, tenzij deze later wordt verwijderd. Kies Nee om een FreeForm-master alleen te verwerken en te blokkeren op de ColorPASS. Afdrukken tot PS-fout Ja, Nee Kies of de ColorPASS het beschikbare gedeelte van een afdruktaak afdrukt wanneer een PostScript-fout optreedt. Kies Ja om het deel van de taak af te drukken dat vóór het optreden van de fout was verwerkt. Kies Nee om de afdruktaak helemaal te annuleren wanneer een PostScript-fout optreedt. Laat deze optie ingesteld op Nee, tenzij u problemen hebt met afdrukken. Resolutie 600 dpi, 1200 dpi Kies de resolutie. Passend schalen Aan, Uit Kies of een documentformaat moet worden geschaald naar een geselecteerd papierformaat als het documentformaat verschilt van het papierformaat. Als de instelling Uit is geselecteerd en het documentformaat groter is dan het geselecteerde papierformaat, wordt het document bijgesneden tot het papierformaat wanneer het wordt afgedrukt. Scherpte Scherpst, Scherper, Scherp, Normaal, Geen, Minder scherp, Nog minder scherp Pas de scherpte van afgedrukte uitvoer aan.

67 BESCHRIJVING VAN DE OPTIES VAN INSTELLING 67 Optie Instellingen (standaardinstelling is onderstreept) Beschrijving Sorteermodus Collationeren, Groeperen, Collationeren zonder verschuiving, Groeperen zonder verschuiving, Kruiselings collationeren, Kruiselings groeperen Kies hoe afdruk- of kopieertaken met meerdere pagina s moeten worden uitgevoerd. Met de instelling Collationeren worden meerdere exemplaren gecollationeerd. Met de instelling Groeperen worden alle exemplaren van elke pagina gegroepeerd. Met Collationeren en Groeperen worden de afgewerkte exemplaren in dezelfde richting geleverd. U kunt deze optie opgeven wanneer de afwerkeenheid is bevestigd. Tonerspaarstand Aan, Uit Geef op of blasting -effecten moeten worden beperkt. Die treden op wanneer door een overmatige hoeveelheid toner op bepaalde mediatypen de densiteitsgrenzen die in de afdruktaak zijn gedefinieerd, sterk worden overschreden. Instellingsopties voor takenlogboek Kies Configure > Server > Takenlogboek om de instellingsopties voor het takenlogboek te openen. Optie Automatisch exporteren inschakelen Takenlogboek wissen na exporteren Takenlogboek exporteren via Wachtwoord vereisen voor afdrukken van takenlogboek Instellingen (standaardinstelling is onderstreept) Aan, Uit Aan, Uit , SMB Aan, Uit Beschrijving Geef op of u het takenlogboek automatisch wilt exporteren. Als u Aan selecteert, geeft u de datum en tijd op waarop de export plaatsvindt. De taak wordt geëxporteerd als een tekstbestand in CSV-indeling. Selecteer deze optie als u het takenlogboek automatisch wilt wissen nadat dit is geëxporteerd. OPMERKING: Automatisch exporteren inschakelen moet zijn ingeschakeld om deze optie te kunnen gebruiken. OPMERKING: Automatisch exporteren inschakelen moet zijn ingeschakeld om deze optie te kunnen gebruiken. Als u selecteert, voert u het adres in om het takenlogboek te verzenden. Als u SMB selecteert, geeft u het SMB-adres, de gebruikersnaam en het wachtwoord op. Klik op Controleren om er zeker van te zijn dat de SMB-gegevens juist zijn. Selecteer deze optie om te bepalen dat gebruikers het beheerderswachtwoord moeten invoeren voordat ze het takenlogboek kunnen afdrukken. Standaardpaginaformaat Letter/A4, Tabloid/A3 Selecteer het papierformaat voor het afgedrukte takenlogboek.

68 BESCHRIJVING VAN DE OPTIES VAN INSTELLING 68 Instellingsoptie Verwerking tijdens ontvangst Kies Configure > Server > Taken > Verwerking tijdens ontvangst inschakelen om Verwerking tijdens ontvangst inschakelen te openen. Optie Verwerking tijdens ontvangst inschakelen Instellingen (standaardinstelling is onderstreept) Aan, Uit Beschrijving Wanneer Verwerking tijdens ontvangst is ingeschakeld, wordt een afdruktaak verwerkt en in de wachtrij geplaatst zodra de ColorPASS niet actief is. Anders wordt de afdruktaak pas verwerkt nadat deze in de wachtrij is geplaatst. Instellingsopties voor Adobe PDF Print Engine Kies Configure > PDL > Adobe PDF Print Engine om de instellingsopties voor Adobe PDF Print Engine te openen. Optie Adobe PDF Print Engine (APPE) inschakelen Voorkeur voor Adobe PDF Print Engine als standaard gebruiken voor PDF-taken Instellingen (standaardinstelling is onderstreept) Aan, Uit Aan, Uit Beschrijving Selecteer deze optie om oorspronkelijke PDF-verwerking en -weergave mogelijk te maken zonder de taak van PDF naar PS te hoeven converteren op de ColorPASS. Selecteer deze optie om te bepalen dat de Adobe PDF Print Engine de voorkeurmethode is voor het verwerken van PDF-taken. Hiermee is PDF-verwerking en -weergave mogelijk zonder de taak van PDF naar PS te hoeven converteren op de ColorPASS. OPMERKING: Deze optie is alleen beschikbaar als Adobe PDF Print Engine (APPE) inschakelen is geselecteerd.

69 WEBTOOLS CONFIGUREREN 69 WEBTOOLS CONFIGUREREN WebTools stelt u in staat uw ColorPASS op afstand te beheren via het internet of uw bedrijfsintranet. De ColorPASS heeft een eigen homepage, waarop u de WebTool kunt selecteren die u wilt gebruiken. Raadpleeg Hulpprogramma s voor meer informatie over het gebruik van WebTools. Voor de meeste WebTools kunt u ook de Help raadplegen. De ColorPASS en computers configureren voor WebTools WebTools bieden toegang tot een groot aantal ColorPASS-functies via het internet (of een intranet). Hierdoor krijgt u extra flexibiliteit in beheer op afstand. Nadat WebTools zijn ingeschakeld, hebt u er toegang toe vanaf een netwerkcomputer. EEN COMPUTER INSTELLEN VOOR HET GEBRUIK VAN WEBTOOLS 1 Schakel TCP/IP-netwerk in op de computer van de gebruiker. 2 Wijs aan de computer een geldig, uniek IP-adres en subnetmasker toe en indien nodig een gatewayadres. 3 Installeer een internetbrowser die Java en frames ondersteunt. Zorg dat Java is ingeschakeld. Raadpleeg Welkom voor meer informatie over ondersteunde browsers en de vereisten voor WebTools. WEBTOOLS OPENEN 1 Start uw internetbrowser en typ het IP-adres of de DNS-naam van de ColorPASS. 2 Klik op Fiery WebTools. 3 Klik op het tabblad dat overeenkomt met de WebTool die u wilt gebruiken.

70 DE COLORPASS BEHEREN 70 DE COLORPASS BEHEREN Dit hoofdstuk bevat aanwijzingen voor het beheren van de afdrukmogelijkheden, de prestaties en de beveiliging van de ColorPASS. Beheerdersfuncties Beheersfuncties worden geleverd bij de gebruikerssoftware en zijn in de ColorPASS zelf ingebouwd. In de volgende tabel wordt beschreven waar u informatie vindt over deze functies. Voor deze informatie Raadpleeg Adresboeken voor afdrukken pagina 86 Beheerders- en operatorwachtwoorden pagina 71 Cd- en dvd-rw-station pagina 96 Configuratiepagina pagina 91 De directe verbinding, de afdrukwachtrij of de blokkeringswachtrij voor gebruikers publiceren Help van Configure De ColorPASS aansluiten op het netwerk pagina 22 De ColorPASS afsluiten, rebooten en opnieuw opstarten pagina 92 De ColorPASS wissen pagina 83 De prestaties van de ColorPASS optimaliseren pagina 91 Het afdrukken instellen, printerstuurprogramma s installeren, gebruikerssoftware installeren Lettertypebeheer Afdrukken pagina 81, Help van Command WorkStation Netwerkservers, instellen met specifieke informatie voor de ColorPASS pagina 10 Netwerkservers, instellen voor het beheren en delen van afdrukservices Documentatie van uw netwerkservers Problemen oplossen met de instelling van de ColorPASS pagina 97 Standaardinstellingen printer pagina 64 Afdrukken Standaardtaal van de ColorPASS wijzigen pagina 73 Takenlogboek instellen vanaf het bedieningspaneel pagina 84

71 DE COLORPASS BEHEREN 71 Voor deze informatie Raadpleeg Takenlogboek instellen vanuit Configure pagina 67 Updates van systeemsoftware pagina 74 USB-afdrukken pagina 85 Variabele gegevens afdrukken, het zoekpad instellen voor courante objecten pagina 89 Verbinding met extern bureaublad pagina 82 Virusvrije werking pagina 81 WebTools pagina 69 Windows XP-systeemwachtwoord pagina 72 Wachtwoorden instellen U kunt de wachtwoorden voor de ColorPASS instellen of wijzigen. Alle leden van de beheerdersgroep kunnen de opties in Instelling wijzigen en de stroom en volgorde van afdruktaken beheren met de hulpmiddelen voor taakbeheer. Voor het maken van gebruikers, toewijzen van wachtwoorden en toevoegen van gebruikers aan groepen gebruikt u Configure. Raadpleeg de Help van Configure voor meer informatie. Gebruik Configure of het aanraakpaneel van de kopieermachine om het wachtwoord in te stellen voor de gebruiker met de naam admin in de beheerdersgroep. Beheerder geeft u toegang tot Instelling. De beheerdersrechten omvatten ook de operatorrechten. Operator geeft u toegang tot de functies voor taakbeheer van Command WorkStation. Raadpleeg pagina 15 voor meer informatie over beheerders- en operatorwachtwoorden en de rechten die eraan gekoppeld zijn. Het systeemwachtwoord van Windows XP geeft u toegang tot de monitor, toetsenbord en muis die zijn aangesloten op de ColorPASS. Houd goed bij welke wachtwoorden u instelt.

72 DE COLORPASS BEHEREN 72 Wachtwoorden vanaf het aanraakpaneel van de kopieermachine Wijzig de beheerders- en operatorwachtwoorden regelmatig om ongeoorloofde toegang te voorkomen. U kunt alleen het beheerderswachtwoord wijzigen vanaf het aanraakpaneel van de kopieermachine. Gebruik Configure of Command WorkStation als u het operatorwachtwoord wilt wijzigen. HET BEHEERDERSWACHTWOORD WIJZIGEN 1 Blader door het hoofdmenu van Instelling en kies de optie Wachtwoord wijzigen. Het standaardwachtwoord is Fiery.1 en is hoofdlettergevoelig. 2 Typ het wachtwoord en bevestig dit als volgt. Nieuw wachtwoord Gebruik het venster van het aanraakpaneel van de kopieermachine om informatie in te voeren (raadpleeg Soorten instellingenschermen op pagina 28). Het wachtwoord kan elke combinatie van letters en cijfers zijn met een maximum van 19 tekens. Nieuw wachtwoord bevestigen Typ het wachtwoord opnieuw, precies op dezelfde manier als de eerste keer. Sla de wijzigingen op en start de ColorPASS opnieuw op om het nieuwe wachtwoord te bevestigen. Wachtwoorden op een netwerkcomputer U kunt het beheerderswachtwoord en het operatorwachtwoord wijzigen vanuit Configure of vanuit Configure in Command WorkStation. Raadpleeg de Help van Configure voor meer informatie.

73 DE COLORPASS BEHEREN 73 Het Windows XP-systeemwachtwoord wijzigen De ColorPASS is ingesteld met een Windows XP-systeemwachtwoord. Om de veiligheid van het netwerk in uw omgeving te garanderen, moet de beheerder het wachtwoord wijzigen. HET WINDOWS XP-WACHTWOORD VOOR DE COLORPASS WIJZIGEN 1 Druk op Ctrl+Alt+Delete op het Windows-toetsenbord van monitor, toetsenbord en muis. Het dialoogvenster Windows-beveiliging wordt weergegeven. OPMERKING: Als u het welkomstscherm gebruikt in Windows XP, wordt het dialoogvenster Windows-taakbeheer weergegeven. U moet het welkomstscherm uitschakelen om toegang te krijgen tot het dialoogvenster Windows-beveiliging. Open Gebruikersaccounts in het configuratiescherm van Windows XP, selecteer De manier waarop gebruikers zich aanen afmelden wijzigen en schakel het selectievakje Het welkomstvenster gebruiken uit. 2 Klik in het dialoogvenster Windows-beveiliging op Wachtwoord wijzigen en voer het volgende in. Bijvoorbeeld, als u het wachtwoord wilt wijzigen in Fiery.2 : Gebruikersnaam: administrator Aanmelden bij: \\Aero Oud wachtwoord: Fiery.1 Nieuw wachtwoord: Fiery.2 Bevestig het nieuwe wachtwoord: Fiery.2 3 Klik op OK. Het nieuwe wachtwoord, Fiery.2, is nu ingesteld. Standaardtaal van de ColorPASS wijzigen Als u de standaardtaal die wordt weergegeven op de ColorPASS moet wijzigen, kunt u dit doen vanuit Configure. OPMERKING: Druk een configuratiepagina af voordat u de standaardtaal wijzigt, zodat u de instellingen van de ColorPASS kunt raadplegen. DE STANDAARDTAAL VAN DE COLORPASS WIJZIGEN Geef de taal op die u op de ColorPASS wilt weergeven via Configure > Server > Algemeen > Kies servertaal en klik vervolgens op Toepassen.

74 DE COLORPASS BEHEREN 74 Systeem- en gebruikerssoftware bijwerken Met de hulpmiddelen System Updates en Zoeken naar updates voor het product (softwaredownloadsite) kunt u updates verkrijgen voor systeemsoftware en gebruikerssoftware voor ColorPASS vanaf een beveiligde website op het internet (in deze documentatie de updateserver genoemd). OPMERKING: Updates van het Microsoft-besturingssysteem verkrijgt u rechtstreeks via Microsoft. Aangezien dergelijke updates beschikbaar zijn via Microsoft, worden deze niet door EFI beheerd of aangeboden via de functie System Updates. Voordat u de ColorPASS bijwerkt Houd rekening met het volgende voordat u de ColorPASS bijwerkt via System Updates of Zoeken naar updates voor het product: Als u systeemsoftware vanaf dvd s opnieuw installeert op de vaste schijf van de ColorPASS, worden alle patches en updates die eerder zijn gedownload en geïnstalleerd verwijderd en moet u deze opnieuw installeren. Nadat u systeemsoftware opnieuw hebt geïnstalleerd, moet u direct de meest recente patches verkrijgen via de updateserver. Als de ColorPASS zich achter een firewall bevindt en geen toegang heeft tot het internet, kan de sitebeheerder een proxyserver configureren bij de organisatie van de klant zodat de ColorPASS updates kan ontvangen (raadpleeg pagina 78). Tijdens het installeren van updates kunt u niet afdrukken naar de ColorPASS. Plan automatische updates op een tijdstip waarop geen afdrukken zijn gepland. Tijdens het installeren van updates wordt de ColorPASS mogelijk enkele keren gereboot. Als u wilt bekijken welke updates al zijn geïnstalleerd, drukt u een configuratiepagina af of opent u Nu zoeken en klikt u op het tabblad Geschiedenis (raadpleeg Nu zoeken gebruiken op pagina 78). Nu zoeken is beschikbaar wanneer u System Updates rechtstreeks vanuit de monitor, toetsenbord en muis opent. De lijst die wordt weergegeven wanneer u Zoeken naar updates voor het product (softwaredownloadsite) opent, kan de volgende updates bevatten: Updates die niet beschikbaar zijn via System Updates en/of die niet zijn goedgekeurd voor alle gebruikers. Updates die mogelijk al zijn geïnstalleerd op bepaalde ColorPASS-afdrukservers. Als hulp bij het bepalen van de updates die u wilt downloaden, vergelijkt u de weergegeven lijst met het logboek Configuratiepagina > Updates van de ColorPASS. OPMERKING: Nu zoeken is niet beschikbaar wanneer u System Updates opent vanuit Command WorkStation of WebTools.

75 DE COLORPASS BEHEREN 75 System Updates Met System Updates kunt u plannen dat regelmatig wordt gecontroleerd op beschikbare ColorPASS-updates bij een updateserver op het internet. De ColorPASS controleert automatisch op updates door regelmatig verbinding te maken met de updateserver. Met System Updates kunnen gebruikers ook bijgewerkte versies van gebruikerssoftware (hulpprogramma s) van ColorPASS verkrijgen en deze installeren op clientcomputers die verbinding maken met de ColorPASS. De bijgewerkte toepassingen worden eerst van de updateserver gedownload naar een partitie op de vaste schijf van de ColorPASS. Gebruikers krijgen via het internet toegang tot de ColorPASS, downloaden de bijgewerkte toepassingen naar clientcomputers en installeren deze handmatig. U kunt ook op elk moment updates weergeven en downloaden met Nu zoeken vanaf monitor, toetsenbord en muis. U gebruikt Nu zoeken voor het weergeven en handmatig downloaden van updates die beschikbaar zijn voor installatie (tabblad Patches) en/of voor het weergeven van een lijst van updates die al zijn geïnstalleerd (tabblad Geschiedenis). U kunt Nu zoeken starten door te klikken op een updatekennisgeving in de taakbalk van de ColorPASS-monitor. U kunt System Updates op de volgende manieren openen: Rechtstreeks vanuit de monitor, toetsenbord en muis Vanaf een clientcomputer via WebTools > tabblad Configureren > Configure starten Vanaf een clientcomputer via Command WorkStation > menu Server > Configure > Server > Systeemupdate Raadpleeg System Updates plannen op pagina 76 voor gedetailleerde instructies. Lees eerst Voordat u de ColorPASS bijwerkt op pagina 74 voordat u System Updates gaat plannen.

76 DE COLORPASS BEHEREN 76 SYSTEM UPDATES PLANNEN 1 Open Systeemupdate. U kunt System Updates rechtstreeks openen vanuit de monitor, toetsenbord en muis of vanaf een clientcomputer via WebTools of Command WorkStation. Als u System Updates rechtstreeks opent vanuit de monitor, toetsenbord en muis, is de extra functie Nu zoeken beschikbaar (raadpleeg pagina 78). Nu zoeken vermeldt de updates die momenteel beschikbaar zijn (tabblad Patches) en de updates die al zijn geïnstalleerd (tabblad Geschiedenis). OPMERKING: Nu zoeken is niet beschikbaar wanneer u System Updates opent vanuit Command WorkStation of WebTools. Vanuit de monitor, toetsenbord en muis Klik op Start > Alle programma s > Fiery > System Updates. Vanaf een client via Command WorkStation Start Command WorkStation. Meld u aan met beheerdersrechten. Kies Configure in het menu Server. Kies Server > Systeemupdate. Vanaf een client via WebTools Start een webbrowser, typ het IP-adres of de DNS-naam van de ColorPASS en druk vervolgens op Enter. Klik op het tabblad Configure en klik op Configure starten. Meld u aan met beheerdersrechten. Kies Configure > Server > Systeemupdate. OPMERKING: Tijdens het installeren van updates kunt u niet afdrukken naar de ColorPASS. Plan de automatische updates op een tijdstip waarop geen afdrukken zijn gepland. Tijdens het updateproces wordt de ColorPASS mogelijk enkele keren gereboot.

77 DE COLORPASS BEHEREN 77 2 Schakel het selectievakje Zoeken naar belangrijke systeemupdates in (of System Updates inschakelen in Command WorkStation of WebTools). 1 Niet beschikbaar wanneer System Updates is geopend vanuit WebTools of Command WorkStation 1 3 Geef op hoe vaak de ColorPASS verbinding moet maken met de updateserver. Hiermee stelt u een planning in voor het installeren, downloaden en kennisgeven van updates. 4 Kies een methode voor het bijwerken van de besturingssoftware, de systeemsoftware en de hulpprogramma s van de ColorPASS: Updates automatisch downloaden en installeren (aanbevolen methode): updates worden automatisch gedownload naar de ColorPASS en geïnstalleerd. De gebruiker hoeft hierbij niets te doen. Updates downloaden en kennisgeving versturen: updates worden automatisch gedownload naar de ColorPASS maar worden niet geïnstalleerd. Er wordt een kennisgeving verstuurd dat er updates zijn gedownload. Nadat de updates zijn gedownload, installeert u deze handmatig. Kennisgeving versturen wanneer updates beschikbaar zijn: in de taakbalk van ColorPASS wordt een kennisgeving weergegeven wanneer nieuwe updates beschikbaar zijn om te worden gedownload van de updateserver. Als u de updates handmatig wilt downloaden naar de ColorPASS, opent u Nu zoeken door te klikken op de kennisgeving in de taakbalk.

78 DE COLORPASS BEHEREN 78 5 Als u een proxyserver gebruikt om via een firewall verbinding te maken met de updateserver, klikt u op Proxy-instellingen, selecteert u Proxy inschakelen en typt u de juiste informatie in de volgende velden: Adres: IP-adres van proxyserver Poort: poort die de proxyserver gebruikt Gebruikersnaam: gebruikersnaam voor toegang tot de proxyserver Password (Wachtwoord): wachtwoord voor toegang tot de proxyserver 6 Klik op Opslaan in het venster Proxy-instellingen. 7 Klik op Toepassen. Nu zoeken gebruiken Nu zoeken is beschikbaar wanneer u System Updates rechtstreeks vanuit de monitor, toetsenbord en muis opent. U gebruikt Nu zoeken voor het weergeven van updates die beschikbaar zijn voor installatie (tabblad Patches) en updates die al zijn geïnstalleerd (tabblad Geschiedenis). OPMERKING: Nu zoeken is niet beschikbaar wanneer u System Updates opent vanuit Command WorkStation of WebTools. UPDATES WEERGEVEN EN INSTALLEREN VIA NU ZOEKEN 1 Klik vanaf de ColorPASS op Start > Alle programma s > Fiery > System Updates. Het dialoogvenster Voorkeuren voor System Updates wordt weergegeven. 2 Klik op Nu zoeken onder in het scherm en voer een van de volgende opties uit. Als u de beschrijving van een update wilt weergeven, selecteert u de update in de lijst. Als u de update wilt installeren, klikt u op Installeren. Als u wilt weergeven welke updates al zijn geïnstalleerd, selecteert u het tabblad Geschiedenis.

79 DE COLORPASS BEHEREN 79 Als u het venster wilt sluiten zonder een update te installeren, klikt u op X in de rechterbovenhoek. Extern bureaublad inschakelen Extern bureaublad is een Microsoft-toepassing die clientcomputers de mogelijkheid geeft de Windows-bureaubladfuncties van de ColorPASS te beheren en te controleren. U kunt Extern bureaublad inschakelen om de functie Nu zoeken van System Updates te kunnen openen (pagina 78) op ColorPASS s die niet zijn uitgerust met FACI. Extern bureaublad moet worden ingeschakeld in Instelling van ColorPASS en op de clientcomputer (raadpleeg pagina 82).

Xerox EX Print Server, Powered by Fiery, voor de Xerox 700 Digital Color Press. Configuratie en instellingen

Xerox EX Print Server, Powered by Fiery, voor de Xerox 700 Digital Color Press. Configuratie en instellingen Xerox EX Print Server, Powered by Fiery, voor de Xerox 700 Digital Color Press Configuratie en instellingen 2008 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de

Nadere informatie

Fiery Network Controller voor de WorkCentre 7700-serie. Configuratie en instellingen

Fiery Network Controller voor de WorkCentre 7700-serie. Configuratie en instellingen Fiery Network Controller voor de WorkCentre 7700-serie Configuratie en instellingen 2009 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit

Nadere informatie

Fiery Color Server voor Xerox DocuColor 242/252/260. Configuratie en instellingen

Fiery Color Server voor Xerox DocuColor 242/252/260. Configuratie en instellingen Fiery Color Server voor Xerox DocuColor 242/252/260 Configuratie en instellingen 2007 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product.

Nadere informatie

Xerox EX Print Server, Powered by Fiery voor de Xerox Color 1000 Press. Configuratie en instellingen

Xerox EX Print Server, Powered by Fiery voor de Xerox Color 1000 Press. Configuratie en instellingen Xerox EX Print Server, Powered by Fiery voor de Xerox Color 1000 Press Configuratie en instellingen 2010 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen

Nadere informatie

Xerox EX Print Server, Powered by Fiery, voor de DocuColor 8080 Digital Press. Configuratie en instellingen

Xerox EX Print Server, Powered by Fiery, voor de DocuColor 8080 Digital Press. Configuratie en instellingen Xerox EX Print Server, Powered by Fiery, voor de DocuColor 8080 Digital Press Configuratie en instellingen 2011 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de

Nadere informatie

2 mei 2014. Remote Scan

2 mei 2014. Remote Scan 2 mei 2014 Remote Scan 2014 Electronics For Imaging. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product. Inhoudsopgave 3 Inhoudsopgave...5 openen...5 Postvakken...5

Nadere informatie

Xerox EX8002 Print Server, Powered by Fiery. Configuratie en instellingen

Xerox EX8002 Print Server, Powered by Fiery. Configuratie en instellingen Xerox EX8002 Print Server, Powered by Fiery Configuratie en instellingen 2009 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product.

Nadere informatie

Fiery EXP250 Color Server SERVER & CONTROLLER SOLUTIONS. Configuratie en instellingen

Fiery EXP250 Color Server SERVER & CONTROLLER SOLUTIONS. Configuratie en instellingen Fiery EXP250 Color Server SERVER & CONTROLLER SOLUTIONS Configuratie en instellingen 2005 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit

Nadere informatie

Fiery Network Controller voor de WorkCentre 7300-serie. Configuratie en instellingen

Fiery Network Controller voor de WorkCentre 7300-serie. Configuratie en instellingen Fiery Network Controller voor de WorkCentre 7300-serie Configuratie en instellingen 2008 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit

Nadere informatie

Fiery Network Controller voor DocuColor 250/240 SERVER & CONTROLLER SOLUTIONS. Welkom

Fiery Network Controller voor DocuColor 250/240 SERVER & CONTROLLER SOLUTIONS. Welkom Fiery Network Controller voor DocuColor 250/240 SERVER & CONTROLLER SOLUTIONS Welkom 2005 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze uitgave wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit

Nadere informatie

Configuratie en instellingen

Configuratie en instellingen Xerox EX Print Server Powered by Fiery voor de Xerox Color C75 Press / Xerox Integrated Fiery Color Server voor de Xerox Color C75 Press Configuratie en instellingen 2012 Electronics For Imaging. De informatie

Nadere informatie

Xerox EX C60/C70 Print Server Powered by Fiery / Xerox EX-i C60/C70 Print Server Powered by Fiery. Configuratie en instellingen

Xerox EX C60/C70 Print Server Powered by Fiery / Xerox EX-i C60/C70 Print Server Powered by Fiery. Configuratie en instellingen Xerox EX C60/C70 Print Server Powered by Fiery / Xerox EX-i C60/C70 Print Server Powered by Fiery Configuratie en instellingen 2014 Electronics For Imaging. De informatie in deze publicatie wordt beschermd

Nadere informatie

Fiery EX4112/4127. Afdrukken uit Mac OS

Fiery EX4112/4127. Afdrukken uit Mac OS Fiery EX4112/4127 Afdrukken uit Mac OS 2007 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product. 45064027 07 oktober 2007 INHOUD 3

Nadere informatie

Fiery Remote Scan. Fiery Remote Scan openen. Postvakken

Fiery Remote Scan. Fiery Remote Scan openen. Postvakken Fiery Remote Scan Met Fiery Remote Scan kunt u scantaken op de Fiery-server en de printer beheren vanaf een externe computer. Met Fiery Remote Scan kunt u het volgende doen: Scans starten vanaf de glasplaat

Nadere informatie

Versienotities voor de klant Fiery EX4112/4127, versie 2.5

Versienotities voor de klant Fiery EX4112/4127, versie 2.5 Versienotities voor de klant Fiery EX4112/4127, versie 2.5 Dit document bevat informatie over de Fiery EX4112/4127 versie 2.5. Voordat u de Fiery EX4112/4127 gebruikt, moet u een kopie maken van deze Versienotities

Nadere informatie

Afdrukken uit Mac OS. Fiery Network Controller voor DocuColor 240/250

Afdrukken uit Mac OS. Fiery Network Controller voor DocuColor 240/250 Fiery Network Controller voor DocuColor 240/250 Afdrukken uit Mac OS Waar in dit document wordt verwezen naar DocuColor 242/252/260 moet dit DocuColor 240/250 zijn. 2007 Electronics for Imaging, Inc. De

Nadere informatie

Fiery Remote Scan. Verbinden met Fiery servers. Verbinding maken met een Fiery server bij het eerste gebruik

Fiery Remote Scan. Verbinden met Fiery servers. Verbinding maken met een Fiery server bij het eerste gebruik Fiery Remote Scan Met Fiery Remote Scan kunt u scantaken beheren op de Fiery server en de printer vanaf een externe computer. Met Fiery Remote Scan kunt u het volgende doen: Scans starten vanaf de glasplaat

Nadere informatie

Installatiegids Command WorkStation 5.6 met Fiery Extended Applications 4.2

Installatiegids Command WorkStation 5.6 met Fiery Extended Applications 4.2 Installatiegids Command WorkStation 5.6 met Fiery Extended Applications 4.2 Fiery Extended Applications Package (FEA) v4.2 bevat Fiery-toepassingen voor het uitvoeren van taken die zijn toegewezen aan

Nadere informatie

Versienotities voor de klant Xerox EX Print Server Powered by Fiery voor de Xerox igen4 Press, versie 3.0

Versienotities voor de klant Xerox EX Print Server Powered by Fiery voor de Xerox igen4 Press, versie 3.0 Versienotities voor de klant Xerox EX Print Server Powered by Fiery voor de Xerox igen4 Press, versie 3.0 Dit document bevat belangrijke informatie over deze versie. Zorg dat deze informatie bij alle gebruikers

Nadere informatie

Fiery Network Controller voor DocuColor 250/240 SERVER & CONTROLLER SOLUTIONS. Configuratie en instellingen

Fiery Network Controller voor DocuColor 250/240 SERVER & CONTROLLER SOLUTIONS. Configuratie en instellingen Fiery Network Controller voor DocuColor 250/240 SERVER & CONTROLLER SOLUTIONS Configuratie en instellingen 2005 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de

Nadere informatie

Fiery Q5000 voor igen3 SERVER & CONTROLLER SOLUTIONS. Configuratie en instellingen

Fiery Q5000 voor igen3 SERVER & CONTROLLER SOLUTIONS. Configuratie en instellingen Fiery Q5000 voor igen3 SERVER & CONTROLLER SOLUTIONS Configuratie en instellingen 2005 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit

Nadere informatie

Fiery EX4112/4127. Configuratie en instellingen

Fiery EX4112/4127. Configuratie en instellingen Fiery EX4112/4127 Configuratie en instellingen 2008 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product. 45074242 21 juni 2008 INHOUD

Nadere informatie

Xerox EX Print Server, Powered by Fiery, voor de Xerox 700 Digital Color Press. Afdrukken uit Mac OS

Xerox EX Print Server, Powered by Fiery, voor de Xerox 700 Digital Color Press. Afdrukken uit Mac OS Xerox EX Print Server, Powered by Fiery, voor de Xerox 700 Digital Color Press Afdrukken uit Mac OS 2008 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen

Nadere informatie

Voor alle printers moeten de volgende voorbereidende stappen worden genomen: Stappen voor snelle installatie vanaf cd-rom

Voor alle printers moeten de volgende voorbereidende stappen worden genomen: Stappen voor snelle installatie vanaf cd-rom Windows NT 4.x In dit onderwerp wordt het volgende besproken: "Voorbereidende stappen" op pagina 3-24 "Stappen voor snelle installatie vanaf cd-rom" op pagina 3-24 "Andere installatiemethoden" op pagina

Nadere informatie

Fiery EX4112/4127. Configuratie en instellingen

Fiery EX4112/4127. Configuratie en instellingen Fiery EX4112/4127 Configuratie en instellingen 2007 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product. 45064002 07 oktober 2007 INHOUD

Nadere informatie

System Updates Gebruikersbijlage

System Updates Gebruikersbijlage System Updates Gebruikersbijlage System Updates is een hulpprogramma van de afdrukserver dat de systeemsoftware van uw afdrukserver met de recentste beveiligingsupdates van Microsoft bijwerkt. Het is op

Nadere informatie

Xerox EX Print Server, Powered by Fiery, voor de Xerox 700 Digital Color Press. Afdrukken uit Mac OS

Xerox EX Print Server, Powered by Fiery, voor de Xerox 700 Digital Color Press. Afdrukken uit Mac OS Xerox EX Print Server, Powered by Fiery, voor de Xerox 700 Digital Color Press Afdrukken uit Mac OS 2008 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen

Nadere informatie

Versienotities voor de klant Fiery EXP4110, versie 1.1SP1 voor Xerox 4110

Versienotities voor de klant Fiery EXP4110, versie 1.1SP1 voor Xerox 4110 Versienotities voor de klant Fiery EXP4110, versie 1.1SP1 voor Xerox 4110 Dit document beschrijft de upgrade van de Fiery EXP4110-printerstuurprogramma s voor ondersteuning van de optie Lade 6 (Extra groot).

Nadere informatie

Configuratie en instellingen

Configuratie en instellingen Lees deze handleiding zorgvuldig door voordat u het product gaat gebruiken. Bewaar de handleiding na het doorlezen op een veilige plaats, zodat u deze later nog kunt raadplegen. HOL 2014 Electronics For

Nadere informatie

Versienotities voor de klant Xerox EX 560 Print Server, Powered by Fiery, versie 2.0

Versienotities voor de klant Xerox EX 560 Print Server, Powered by Fiery, versie 2.0 Versienotities voor de klant Xerox EX 560 Print Server, Powered by Fiery, versie 2.0 Dit document bevat belangrijke informatie over deze versie. Zorg dat deze informatie bij alle gebruikers bekend is voordat

Nadere informatie

Xerox EX Print Server Powered by Fiery voor de Xerox igen 150 Press. Configuratie en instellingen

Xerox EX Print Server Powered by Fiery voor de Xerox igen 150 Press. Configuratie en instellingen Xerox EX Print Server Powered by Fiery voor de Xerox igen 150 Press Configuratie en instellingen 2013 Electronics For Imaging. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen

Nadere informatie

Fiery Network Controller voor de WorkCentre 7300-serie. Afdrukken uit Windows

Fiery Network Controller voor de WorkCentre 7300-serie. Afdrukken uit Windows Fiery Network Controller voor de WorkCentre 7300-serie Afdrukken uit Windows 2008 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product.

Nadere informatie

Verbinding maken met het netwerk

Verbinding maken met het netwerk 5 Verbinding maken met het netwerk In dit hoofdstuk worden de basisstappen beschreven voor het verbinden van de printer met het netwerk. Er wordt een overzicht gegeven van netwerkvereisten en diagrammen

Nadere informatie

Fiery EXP8000/50 Color Server. Configuratie en instellingen

Fiery EXP8000/50 Color Server. Configuratie en instellingen Fiery EXP8000/50 Color Server Configuratie en instellingen 2007 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product. 45059244 09 maart

Nadere informatie

BEKNOPTE HANDLEIDING INHOUD. voor Windows Vista

BEKNOPTE HANDLEIDING INHOUD. voor Windows Vista BEKNOPTE HANDLEIDING voor Windows Vista INHOUD Hoofdstuk 1: SYSTEEMVEREISTEN...1 Hoofdstuk 2: PRINTERSOFTWARE INSTALLEREN ONDER WINDOWS...2 Software installeren om af te drukken op een lokale printer...

Nadere informatie

Fiery EXP50 Color Server. Welkom

Fiery EXP50 Color Server. Welkom Fiery EXP50 Color Server Welkom 2006 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product. 45055349 11 mai 2006 WELKOM 3 WELKOM In dit

Nadere informatie

Fiery EX4112/4127. Afdrukken uit Windows

Fiery EX4112/4127. Afdrukken uit Windows Fiery EX4112/4127 Afdrukken uit Windows 2007 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product. 45064018 07 oktober 2007 INHOUD 3

Nadere informatie

Installatiegids Command WorkStation 5.5 met Fiery Extended Applications 4.1

Installatiegids Command WorkStation 5.5 met Fiery Extended Applications 4.1 Installatiegids Command WorkStation 5.5 met Fiery Extended Applications 4.1 Fiery Extended Applications Fiery Extended Applications (FEA) 4.1 is een pakket met de volgende toepassingen voor gebruik met

Nadere informatie

Versienotities voor de klant Xerox EX Print Server, Powered by Fiery voor de Xerox Color 800/1000 Press, versie 1.3

Versienotities voor de klant Xerox EX Print Server, Powered by Fiery voor de Xerox Color 800/1000 Press, versie 1.3 Versienotities voor de klant Xerox EX Print Server, Powered by Fiery voor de Xerox Color 800/1000 Press, versie 1.3 Dit document bevat belangrijke informatie over deze versie. Zorg dat deze informatie

Nadere informatie

Handleiding voor aansluitingen

Handleiding voor aansluitingen Pagina 1 van 6 Handleiding voor aansluitingen Windows-instructies voor een lokaal aangesloten printer Opmerking: Wanneer u een lokaal aangesloten printer installeert en het besturingssysteem niet wordt

Nadere informatie

Windows 98 en Windows ME

Windows 98 en Windows ME Windows 98 en Windows ME In dit onderwerp wordt het volgende besproken: Voorbereidende stappen op pagina 3-29 Stappen voor snelle installatie vanaf cd-rom op pagina 3-30 Andere installatiemethoden op pagina

Nadere informatie

Xerox EX Print Server, Powered by Fiery, voor de 770 Digital Color Press. Afdrukken

Xerox EX Print Server, Powered by Fiery, voor de 770 Digital Color Press. Afdrukken Xerox EX Print Server, Powered by Fiery, voor de 770 Digital Color Press Afdrukken 2012 Electronics For Imaging. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product.

Nadere informatie

Versienotities voor de klant Fiery EX4112/4127, versie 1.0

Versienotities voor de klant Fiery EX4112/4127, versie 1.0 Versienotities voor de klant Fiery EX4112/4127, versie 1.0 Dit document bevat informatie over de Fiery EX4112/4127 versie 1.0. Voordat u de Fiery EX4112/4127 met versie 1.0 gaat gebruiken, moet u kopieën

Nadere informatie

Splash RPX-ii Color Server. Handleiding voor probleemoplossing

Splash RPX-ii Color Server. Handleiding voor probleemoplossing Splash RPX-ii Color Server Handleiding voor probleemoplossing 2007 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product. 45060101 27

Nadere informatie

EX700i Print Server/ Integrated Fiery Color Server. Welkom

EX700i Print Server/ Integrated Fiery Color Server. Welkom EX700i Print Server/ Integrated Fiery Color Server Welkom 2011 Electronics For Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product. 45099415 15 augustus

Nadere informatie

Installatiehandleiding MF-stuurprogramma

Installatiehandleiding MF-stuurprogramma Nederlands Installatiehandleiding MF-stuurprogramma Cd met gebruikerssoftware.............................................................. 1 Informatie over de stuurprogramma s en de software.............................................

Nadere informatie

Fiery Color Server voor Xerox DocuColor 242/252/260. Welkom

Fiery Color Server voor Xerox DocuColor 242/252/260. Welkom Fiery Color Server voor Xerox DocuColor 242/252/260 Welkom 2007 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product. 45059497 18 mei

Nadere informatie

Fiery Network Controller voor Xerox WorkCentre 7800 Series. Welkom

Fiery Network Controller voor Xerox WorkCentre 7800 Series. Welkom Fiery Network Controller voor Xerox WorkCentre 7800 Series Welkom 2013 Electronics For Imaging. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product. 45109469 17

Nadere informatie

Fiery Command WorkStation 5.8 met Fiery Extended Applications 4.4

Fiery Command WorkStation 5.8 met Fiery Extended Applications 4.4 Fiery Command WorkStation 5.8 met Fiery Extended Applications 4.4 Fiery Extended Applications (FEA) v4.4 bevat Fiery software voor het uitvoeren van taken met een Fiery Server. In dit document wordt beschreven

Nadere informatie

NETWERKHANDLEIDING. Afdruklogboek op netwerk opslaan. Versie 0 DUT

NETWERKHANDLEIDING. Afdruklogboek op netwerk opslaan. Versie 0 DUT NETWERKHANDLEIDING Afdruklogboek op netwerk opslaan Versie 0 DUT Definities van opmerkingen Overal in deze handleiding gebruiken we de volgende aanduiding: Opmerkingen vertellen u hoe u op een bepaalde

Nadere informatie

Nero AG SecurDisc Viewer

Nero AG SecurDisc Viewer Handleiding SecurDisc Nero AG SecurDisc Informatie over auteursrecht en handelsmerken De handleiding en de volledige inhoud van de handleiding worden beschermd door het auteursrecht en zijn eigendom van

Nadere informatie

Fiery EX4112/4127. Welkom

Fiery EX4112/4127. Welkom Fiery EX4112/4127 Welkom 2007 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product. 45063995 07 oktober 2007 WELKOM 3 WELKOM In dit

Nadere informatie

Voor alle printers moeten de volgende voorbereidende stappen worden genomen: Stappen voor snelle installatie vanaf cd-rom

Voor alle printers moeten de volgende voorbereidende stappen worden genomen: Stappen voor snelle installatie vanaf cd-rom Windows NT 4.x In dit onderwerp wordt het volgende besproken: "Voorbereidende stappen" op pagina 3-21 "Stappen voor snelle installatie vanaf cd-rom" op pagina 3-21 "Andere installatiemethoden" op pagina

Nadere informatie

Versienotities voor de klant Fiery Network Controller voor Xerox WorkCentre 7800 Series, versie 1.0

Versienotities voor de klant Fiery Network Controller voor Xerox WorkCentre 7800 Series, versie 1.0 Versienotities voor de klant Fiery Network Controller voor Xerox WorkCentre 7800 Series, versie 1.0 Dit document bevat belangrijke informatie over deze versie. Zorg dat deze informatie bij alle gebruikers

Nadere informatie

2015 Electronics For Imaging. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product.

2015 Electronics For Imaging. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product. 2015 Electronics For Imaging. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product. 5 februari 2015 Inhoud 3 Inhoud...5 Welke versie van Configure gebruik ik?...5

Nadere informatie

Fiery EXP4110 SERVER & CONTROLLER SOLUTIONS. Configuratie en instellingen

Fiery EXP4110 SERVER & CONTROLLER SOLUTIONS. Configuratie en instellingen Fiery EXP4110 SERVER & CONTROLLER SOLUTIONS Configuratie en instellingen 2005 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product.

Nadere informatie

Xerox EX Print Server, Powered by Fiery, voor de 770 Digital Color Press. Configuratie en instellingen

Xerox EX Print Server, Powered by Fiery, voor de 770 Digital Color Press. Configuratie en instellingen Xerox EX Print Server, Powered by Fiery, voor de 770 Digital Color Press Configuratie en instellingen 2012 Electronics For Imaging. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen

Nadere informatie

Xerox EX136 Print Server Powered by Fiery voor de Xerox D136 kopieermachine-printer. Afdrukken

Xerox EX136 Print Server Powered by Fiery voor de Xerox D136 kopieermachine-printer. Afdrukken Xerox EX136 Print Server Powered by Fiery voor de Xerox D136 kopieermachine-printer Afdrukken 2013 Electronics For Imaging. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor

Nadere informatie

Windows 2000, Windows XP en Windows Server 2003

Windows 2000, Windows XP en Windows Server 2003 Windows 2000, Windows XP en Windows Server 2003 In dit onderwerp wordt het volgende besproken: Voorbereidende stappen op pagina 3-16 Stappen voor snelle installatie vanaf cd-rom op pagina 3-17 Andere installatiemethoden

Nadere informatie

Xerox EX Print Server, Powered by Fiery, voor de Xerox D110-125 Kopieermachine-printer. Afdrukken

Xerox EX Print Server, Powered by Fiery, voor de Xerox D110-125 Kopieermachine-printer. Afdrukken Xerox EX Print Server, Powered by Fiery, voor de Xerox D110-125 Kopieermachine-printer Afdrukken 2012 Electronics For Imaging. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen

Nadere informatie

Fiery EX Print Server/Fiery Controller voor Xerox Color 550/560 Production Printer. Configuratie en instellingen

Fiery EX Print Server/Fiery Controller voor Xerox Color 550/560 Production Printer. Configuratie en instellingen Fiery EX Print Server/Fiery Controller voor Xerox Color 550/560 Production Printer Configuratie en instellingen 2010 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens

Nadere informatie

De Fiery-software installeren voor Windows en Macintosh

De Fiery-software installeren voor Windows en Macintosh 13 De Fiery-software installeren voor Windows en Macintosh Op de cd-rom met gebruikerssoftware bevinden zich softwareinstallatieprogramma s voor Fiery Link. Fiery-hulpprogrammasoftware wordt ondersteund

Nadere informatie

EX700i Print Server/ Integrated Fiery Color Server. Configuratie en instellingen

EX700i Print Server/ Integrated Fiery Color Server. Configuratie en instellingen EX700i Print Server/ Integrated Fiery Color Server Configuratie en instellingen 2011 Electronics For Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product.

Nadere informatie

Fiery EXP4110 SERVER & CONTROLLER SOLUTIONS. Afdrukken uit Windows

Fiery EXP4110 SERVER & CONTROLLER SOLUTIONS. Afdrukken uit Windows Fiery EXP4110 SERVER & CONTROLLER SOLUTIONS Afdrukken uit Windows 2005 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product. 45051987

Nadere informatie

Fiery QX100 voor igen4. Welkom

Fiery QX100 voor igen4. Welkom Fiery QX100 voor igen4 Welkom 2009 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product. 45074049 20 mei 2009 WELKOM 3 WELKOM In dit

Nadere informatie

Fiery EXP8000 Color Server SERVER & CONTROLLER SOLUTIONS. Afdrukken uit Mac OS

Fiery EXP8000 Color Server SERVER & CONTROLLER SOLUTIONS. Afdrukken uit Mac OS Fiery EXP8000 Color Server SERVER & CONTROLLER SOLUTIONS Afdrukken uit Mac OS 2005 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product.

Nadere informatie

Fiery Q5000 voor igen3 SERVER & CONTROLLER SOLUTIONS. Afdrukken uit Windows

Fiery Q5000 voor igen3 SERVER & CONTROLLER SOLUTIONS. Afdrukken uit Windows Fiery Q5000 voor igen3 SERVER & CONTROLLER SOLUTIONS Afdrukken uit Windows 2005 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product.

Nadere informatie

Fiery Network Controller voor Xerox WorkCentre 7500 Series. Configuratie en instellingen

Fiery Network Controller voor Xerox WorkCentre 7500 Series. Configuratie en instellingen Fiery Network Controller voor Xerox WorkCentre 7500 Series Configuratie en instellingen 2010 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor

Nadere informatie

Color Controller E-3200/E Configuratie en instellingen

Color Controller E-3200/E Configuratie en instellingen Color Controller E-3200/E-5200 Configuratie en instellingen 2010 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product. 45095200 30 december

Nadere informatie

Configuratiesoftware voor NetWare-netwerken

Configuratiesoftware voor NetWare-netwerken Novell NetWare In dit onderwerp wordt het volgende besproken: "Configuratiesoftware voor NetWare-netwerken" op pagina 3-38 "Stappen voor snelle installatie" op pagina 3-38 "Geavanceerde installatie" op

Nadere informatie

Stappen voor snelle installatie vanaf cd-rom

Stappen voor snelle installatie vanaf cd-rom Macintosh In dit onderwerp wordt het volgende besproken: "Vereisten" op pagina 3-31 "Stappen voor snelle installatie vanaf cd-rom" op pagina 3-31 "EtherTalk voor Mac OS 9.x inschakelen en gebruiken" op

Nadere informatie

Splash RPX-i Color Server. Handleiding voor probleemoplossing

Splash RPX-i Color Server. Handleiding voor probleemoplossing Splash RPX-i Color Server Handleiding voor probleemoplossing 2006 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product. 45054839 16

Nadere informatie

Fiery Network Controller voor DocuColor 242/252/260. Hulpprogramma s

Fiery Network Controller voor DocuColor 242/252/260. Hulpprogramma s Fiery Network Controller voor DocuColor 242/252/260 Hulpprogramma s 2007 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product. 45059643

Nadere informatie

Stappen voor snelle installatie vanaf cd-rom

Stappen voor snelle installatie vanaf cd-rom Macintosh In dit onderwerp wordt het volgende besproken: 'Vereisten' op pagina 3-35 'Stappen voor snelle installatie vanaf cd-rom' op pagina 3-35 'EtherTalk voor Mac OS 9.x inschakelen en gebruiken' op

Nadere informatie

Handleiding instellingen vrijgave van afdrukken

Handleiding instellingen vrijgave van afdrukken Handleiding instellingen vrijgave van afdrukken INHOUDSOPGAVE OVER DEZE HANDLEIDING............................................................................. 2 FUNCTIE AFDRUKVRIJGAVE...........................................................................

Nadere informatie

Fiery EXP4110 SERVER & CONTROLLER SOLUTIONS. Welkom

Fiery EXP4110 SERVER & CONTROLLER SOLUTIONS. Welkom Fiery EXP4110 SERVER & CONTROLLER SOLUTIONS Welkom 2005 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product. 45051984 28 september

Nadere informatie

Versienotities voor de klant Xerox EX Print Server, Powered by Fiery, voor de Xerox D kopieermachineprinter,

Versienotities voor de klant Xerox EX Print Server, Powered by Fiery, voor de Xerox D kopieermachineprinter, Versienotities voor de klant Xerox EX Print Server, Powered by Fiery, voor de Xerox D110-125 kopieermachineprinter, versie 1.0 Dit document bevat belangrijke informatie over deze versie. Zorg dat deze

Nadere informatie

Afdrukken vanaf Windowswerkstations

Afdrukken vanaf Windowswerkstations 14 Afdrukken vanaf Windowswerkstations Aan de hand van de volgende instructies kunt u afdrukopties instellen en afdrukken vanaf computers die draaien onder een van de volgende besturingssystemen: Windows

Nadere informatie

Met het oog op een veilig en correct gebruik van dit apparaat dient u de Veiligheidsinformatie in deze gebruikshandleiding te lezen voordat u het

Met het oog op een veilig en correct gebruik van dit apparaat dient u de Veiligheidsinformatie in deze gebruikshandleiding te lezen voordat u het Met het oog op een veilig en correct gebruik van dit apparaat dient u de Veiligheidsinformatie in deze gebruikshandleiding te lezen voordat u het apparaat Copyright 2005. De auteursrechtelijke bescherming

Nadere informatie

Afdrukken vanaf Macintosh OSwerkstations

Afdrukken vanaf Macintosh OSwerkstations 15 Afdrukken vanaf Macintosh OSwerkstations U kunt naar de DocuColor 2006 afdrukken zoals u naar elke andere printer vanuit eender welke applicatie zou doen, namelijk door de DocuColor 2006 te selecteren

Nadere informatie

Hulp krijgen. Systeemberichten. Aanmelden/Afmelden. Pictogrammen op het bedieningspaneel

Hulp krijgen. Systeemberichten. Aanmelden/Afmelden. Pictogrammen op het bedieningspaneel Hulp krijgen Voor informatie/assistentie, raadpleegt u het volgende: Handleiding voor de gebruiker voor informatie over het gebruik van de Xerox 4595. Ga voor online hulp naar: www.xerox.com Klik op de

Nadere informatie

Fiery EX Print Server/Fiery Controller voor Xerox Color 550/560 Production Printer. Welkom

Fiery EX Print Server/Fiery Controller voor Xerox Color 550/560 Production Printer. Welkom Fiery EX Print Server/Fiery Controller voor Xerox Color 550/560 Production Printer Welkom 2010 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor

Nadere informatie

Handleiding InCD Reader

Handleiding InCD Reader Handleiding InCD Reader Nero AG Informatie over auteursrecht en handelsmerken De handleiding en de volledige inhoud van de handleiding worden beschermd door het auteursrecht en zijn eigendom van Nero AG.

Nadere informatie

Fiery Driver Configurator

Fiery Driver Configurator 2015 Electronics For Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product. 16 november 2015 Inhoud 3 Inhoud Fiery Driver Configurator...5 Systeemvereisten...5

Nadere informatie

Splash TM RPX-ii voor de DocuColor 5000. Introductie

Splash TM RPX-ii voor de DocuColor 5000. Introductie Splash TM RPX-ii voor de DocuColor 5000 Introductie 2007 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product. 45065404 05 oktober 2007

Nadere informatie

Color Controller E-42B. Configuratie en instellingen

Color Controller E-42B. Configuratie en instellingen Color Controller E-42B Configuratie en instellingen 2013 Electronics For Imaging. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product. 45116080 10 mei 2013 INHOUD

Nadere informatie

cbox UW BESTANDEN GAAN MOBIEL! VOOR LAPTOPS EN DESKTOPS MET WINDOWS PRO GEBRUIKERSHANDLEIDING

cbox UW BESTANDEN GAAN MOBIEL! VOOR LAPTOPS EN DESKTOPS MET WINDOWS PRO GEBRUIKERSHANDLEIDING cbox UW BESTANDEN GAAN MOBIEL! VOOR LAPTOPS EN DESKTOPS MET WINDOWS PRO GEBRUIKERSHANDLEIDING Inleiding cbox is een applicatie die u eenvoudig op uw computer kunt installeren. Na installatie wordt in de

Nadere informatie

Versienotities voor de klant Fiery EXP8000 Color Server, versie 1.0

Versienotities voor de klant Fiery EXP8000 Color Server, versie 1.0 Versienotities voor de klant Fiery EXP8000 Color Server, versie 1.0 Dit document bevat informatie over de Fiery EXP8000 Color Server -software versie 1.0. Maak, voordat u de Fiery EXP8000 Color Server

Nadere informatie

(2) Handleiding Computer Configuratie voor USB ADSL modem

(2) Handleiding Computer Configuratie voor USB ADSL modem (2) Handleiding Computer Configuratie voor USB ADSL modem Raadpleeg eerst de Quick-Start Guide voor het installeren van uw DSL-aansluiting voordat u deze handleiding leest. Versie 30-08-02 Handleiding

Nadere informatie

Mac OS X 10.6 Snow Leopard Installatie- en configuratiehandleiding

Mac OS X 10.6 Snow Leopard Installatie- en configuratiehandleiding Mac OS X 10.6 Snow Leopard Installatie- en configuratiehandleiding Lees dit document voordat u Mac OS X installeert. Dit document bevat belangrijke informatie over de installatie van Mac OS X. Systeemvereisten

Nadere informatie

Handleiding Hulp bij verbindingsinstellingen. Versie 1.3 20-04-2015 1

Handleiding Hulp bij verbindingsinstellingen. Versie 1.3 20-04-2015 1 Handleiding Hulp bij verbindingsinstellingen Versie 1.3 20-04-2015 1 PostBase (Mini) verbindingsinstellingen Deze handleiding zal u stapsgewijs door de verbindingsinstellingen helpen. Dit is een aanvulling

Nadere informatie

Fiery Network Controller voor Xerox WorkCentre 7500 Series. Welkom

Fiery Network Controller voor Xerox WorkCentre 7500 Series. Welkom Fiery Network Controller voor Xerox WorkCentre 7500 Series Welkom 2010 Electronics for Imaging, Inc. De informatie in deze publicatie wordt beschermd volgens de Kennisgevingen voor dit product. 45092905

Nadere informatie

Aansluitingengids. Ondersteunde besturingssystemen. Aansluitingengids. Pagina 1 van 5

Aansluitingengids. Ondersteunde besturingssystemen. Aansluitingengids. Pagina 1 van 5 Pagina 1 van 5 Aansluitingengids Ondersteunde besturingssystemen U kunt de cd Software en documentatie gebruiken om de printersoftware te installeren voor de volgende besturingssystemen: Windows 8 Windows

Nadere informatie

Handleiding E-mail clients

Handleiding E-mail clients Handleiding E-mail clients Inhoudsopgave Handleiding E-mail clients... 1 1 POP of IMAP... 2 2 Outlook... 2 2.1 Instellen Mailaccount... 2 Stap 1... 2 Stap 2... 2 Stap 3... 3 Stap 4... 3 Stap 5... 3 Stap

Nadere informatie

Mobiel Internet Veiligheidspakket

Mobiel Internet Veiligheidspakket Mobiel Internet Veiligheidspakket Gebruikershandleiding Mobiel Internet Veiligheidspakket voor Windows Mobile smartphones Mobiel IVP Windows Mobile Versie 1.0, d.d. 20-07-2011 Inleiding... 3 1 Installatie...

Nadere informatie

Instellingen voor Scannen naar e-mail

Instellingen voor Scannen naar e-mail Handleiding Snelle configuratie scanfuncties XE3024NL0-2 In deze handleiding vindt u instructies voor het volgende: Instellingen voor Scannen naar e-mail op pagina 1 Instellingen voor Scannen naar mailbox

Nadere informatie

LEES MIJ EERST WorkCentre 7300 Series Fiery-installatie

LEES MIJ EERST WorkCentre 7300 Series Fiery-installatie LEES MIJ EERST WorkCentre 7300 Series Fiery-installatie Dit document beschrijft de installatie en de configuratie van de Fiery Network Controller voor de WorkCentre 7300 Series. Voer de stappen uit die

Nadere informatie

SNELSTARTGIDS. Mediapakket

SNELSTARTGIDS. Mediapakket SNELSTARTGIDS In deze Snelstartgids vindt u een overzicht van de systeemvereisten, evenals informatie over het instellen van uw Fiery EX2101 voor Xerox 2101, zodat u direct aan de slag kunt. In deze gids

Nadere informatie

Fiery WebSpooler gebruiken

Fiery WebSpooler gebruiken 18 Fiery WebSpooler gebruiken Fiery WebSpooler maakt het volgen van opdrachten en beheer van meerdere platforms via het Internet of intranet mogelijk. Fiery WebSpooler, een van de Fiery WebTools, wordt

Nadere informatie