Notulen vergadering algemeen bestuur d.d. 10 juli 2013

Transcriptie

1 Plaats : Houten, Bestuurszaal Van : uur Aanwezig : Water Natuurlijk mevrouw E. van der Vorm (hoogheemraad), mevrouw L.A. Tutein Nolthenius, G.J.P. Jansen, J.J.H.G.D. Karelse : CDA J.G.M. Kromwijk (hoogheemraad), mevrouw M.L.A.A. de Bont, B. de Jong, J.M. Verheul : PvdA mevrouw G.A. Van der Nat, mevrouw J.A. Balkema, J.G.M. Reerink : VVD mevrouw T. Van der Stroom, R.D. Woittiez, H.A. ten Hove : AWP W. van der Zaag, A.E. Jansen : Waterschap@inwonersbelangen P.M. Terpstra, E. Verkaik : ChristenUnie J.P. Verweij : SGP G. van Leeuwen : Bos- en Natuureigenaren mevrouw A.J. de Kruijf, W.H.J. De Beaufort PVDD mevrouw W.A. Bodewitz : Agrariërs H.A.P. van der Maat (hoogheemraad), G. van den Hoeven, H. Schalkwijk : Bedrijven N.J.M. Ypma Afwezig : G.P. Beugelink (hoogheemraad, WN), P. Blokdijk (WN), vacature (Bedrijven) Voorzitter : P.J.M. Poelmann (dijkgraaf) Secretaris : J. Miedema (a.i.) Notulist : mevrouw K. Verhoef (Notuleerservice Nederland) 1. Opening, vaststelling agenda en loting primus De voorzitter opent de vergadering om uur. Er zijn berichten van verhindering ontvangen van de heren Beugelink en Blokdijk. Spreker geeft een toelichting op de te volgen procedure bij de algemene beschouwingen. De voorzitter deelt mee dat de leden op korte termijn een stuk van de bestuurlijke Werkgroep Veranderagenda zullen ontvangen. Tot 1 september hebben de fracties de tijd om hier schriftelijk op te reageren. Vervolgens zal het stuk voor de AB-vergadering van 2 oktober 2013 worden geagendeerd. Vaststellen agenda en loting primus Op voorstel van de voorzitter wordt aan het opiniërend deel van de agenda punt 8a ingevoegd, jaarrekening en jaarverslag De voorzitter geeft aan dat de heer Verweij hierbij het woord zal voeren. De agenda wordt voor het overige ongewijzigd vastgesteld. De loting van de primus komt uit op nummer 15, de heer Van Leeuwen. 2. Adviezen en conclusies Gecombineerde Commissievergadering d.d. 12 juni 2013 Tekstueel Pagina 3, biologische producten: mevrouw Bodewitz (PVDD) merkt op dat de voorzitter heeft gezegd dat het verder biologisch maken van producten de blijvende aandacht heeft. Dit wordt aan het verslag toegevoegd en als toezegging op de actielijst opgenomen. (actiepunt 228) Pagina 4, onderaan: mevrouw Bodewitz (PVDD) geeft aan dat haar opmerking was: als ongebouwd meer mag profiteren dan moet zij op andere momenten meer bijdragen. Dit wordt in het verslag aangepast. Pagina 4, onderaan: de heer Van der Zaag (AWP) heeft hier gezegd dat hij instemt met het voorstel van de ChristenUnie. Pagina 7, ten aanzien van de geïndexeerde nullijn: mevrouw Van der Stroom (VVD) zegt dat hier moet staan dat de VVD het met de opbouw daarvan niet eens was. Pagina 11, ten aanzien van bezuinigingskaart 18 (afschaffing kwijtschelding belasting): mevrouw Van der Stroom (VVD) heeft hier gezegd dat de VVD niet achter kaart 18 staat, om daarmee niet uit de pas te lopen met het gemeentelijk beleid. Het verslag wordt met inbegrip van bovengenoemde wijzigingen vastgesteld. Bestuurszaken / DM Pagina 1 van 15

2 Naar aanleiding van Er zijn geen verdere opmerkingen. Informerend deel 3. Ingekomen stukken en mededelingen a) Burap 2013 no.1 De Burap 2013 no. 1 wordt voor kennisgeving aangenomen en betrokken bij de behandeling van de eerste begrotingswijziging 2013 en de voorjaarsnota Mededelingen Er zijn geen mededelingen. Opiniërend deel 4a. Algemene beschouwingen Eerste termijn In de eerste termijn houden de fracties hun algemene beschouwingen die zij schriftelijk hebben aangeleverd. De feitelijke inbreng van de fracties zal achter de notulen van deze vergadering worden gevoegd en is bovendien in te zien op de website. De fractie van de SGP heeft geen schriftelijk stuk aangeleverd. De samenvatting van de mondelinge bijdrage van de SGP zal bij de algemene beschouwingen van de overige fracties worden gevoegd. In aanvulling op de algemene beschouwingen van de fractie WN wil de heer Jansen (WN) het college nog de volgende suggesties meegeven: - Op korte termijn een verkenning starten voor een samenwerking/samengaan met andere waterschappen. - Op korte termijn een verkenning starten naar de mogelijkheden voor samenwerking met andere overheden in het buitengebied. - De slag rondom de bezuinigingskaarten c.q. financiën een verder vervolg geven. De heer Woittiez (VVD) geeft aan dat de fractie VVD een motie heeft voorbereid. Het indienen van deze motie laat de fractie afhangen van de beantwoording door het college. Mevrouw Bodewitz (PVDD) meldt bij de algemene beschouwingen dat ook door haar fractie een motie is voorbereid. De heer Jansen (AWP) voegt eveneens een aantal punten aan zijn schriftelijke bijdrage toe. De uitgebreidere versie van zijn algemene beschouwingen heeft hij inmiddels ingediend. Deze versie wordt t.z.t. achter de notulen van deze vergadering gevoegd. De heer Ten Hove komt binnen na de bijdrage van de Agrariërs. De voorzitter geeft de fracties een compliment voor hun vergaderdiscipline. Schorsing De voorzitter draagt het voorzitterschap over aan de heer Van der Maat. Beantwoording De heer Poelmann vindt het goed dat er veel is gezegd. Het blijkt dat er sprake is van een divers samengesteld bestuur, waarbij iedereen verschillende accenten legt en dat is een goede zaak. Spreker gaat in op de diverse punten: Het college is van mening dat het instituut waterschap zou moeten blijven bestaan. Deze opvatting is leidend in het optreden van De Stichtse Rijnlanden binnen de kring van waterschappen en richting andere overheden. Er is sprake van een spanning tussen kwaliteitsdoelen en lastendruk/kostenomvang. Dit is een natuurlijke spanning, waar het waterschap zo goed mogelijk mee om moet gaan. Met elkaar moet men scherp krijgen wat er de komende jaren moet gaan gebeuren. Het waterschap staat aan de vooravond van het opstellen van een nieuw Waterbeheerplan, dat ergens op moet zijn gestoeld. Mede in het licht van de veranderagenda, moet ervoor gezorgd worden dat het Waterbeheerplan een goede aftrap krijgt. Bestuurszaken / DM Pagina 2 van 15

3 De heer Van Leeuwen heeft voorgesteld om in beslotenheid over samenwerking te praten, een suggestie die door het college wordt ondersteund. Het college stelt echter voor om deze discussie breder te trekken met onderwerpen als: ambitieniveau, duurzaamheid, zelf doen/uitbesteden, toekomst Kaderrichtlijn Water, Deltaprogramma, PPSconstructies en agrarisch waterbeheer in relatie tot LTO. Alle onderwerpen die de fracties over de toekomst van het waterschap hebben gemaakt, horen in deze discussie thuis. Het college stelt voor om deze ingrediënten bij elkaar te brengen en in september/oktober in beslotenheid de grote lijnen met betrekking tot deze onderwerpen te bespreken. (actiepunt 229) De RWZI Utrecht is een bijzondere eend in de bijt. Het staat vast dat hier iets moet gebeuren, liefst zo zuinig en sober mogelijk. Het college zou het geen goede ontwikkeling vinden als dit project de andere taken van het waterschap in de weg zou gaan zitten. De afgelopen periode is zwaar geweest voor medewerkers en bestuurders. Het college hoopt dat de commotie niet voor niets is geweest en dat een en ander leidt tot verbetering van de sfeer en een bestendige toekomst van het waterschap. Over de digitale veiligheid van stuwen en sluizen volgt zo spoedig mogelijk informatie. De ontploffing bij Raalte is zeer serieus genomen. Er is een rapport met een actieplan opgesteld, dat binnenkort naar het algemeen bestuur toe komt. Het onderwerp social return stond tot nu toe niet hoog op de agenda. Het college zal hier de komende tijd meer aandacht aan gaan besteden. Het college neemt de lof van de VVD voor het ombuigingspakket gaarne in ontvangst. De opmerkingen over de dreigende lastenverzwaring krijgen hopelijk een goede plaats in de komende discussie in september/oktober. De AWP heeft een opmerking gemaakt over een innovatieagenda. Het waterschap is zeer actief op het gebied van innovatie als dit een bepaald doel dient. Spreker noemt als voorbeelden: veldproef muskusrattenbestrijding, nieuwe techniek RWZI Utrecht, bodemdalingvertraging veenweidegebied. Het college zal alle innovaties eens op een rij zetten. Bij de opmerking over functie volgt peil merkt spreker op dat dan wel eerst het peil moet worden vastgesteld. Hiervoor is input nodig. Het is primair de algemene democratie die functies toekent en daar hoort een peil bij. De heer Woittiez (VVD) concludeert dat het vaststellen van de functie is voorbehouden aan de provincie, dus niet aan het waterschap als uitvoerende partij. De voorzitter geeft aan dat deze conclusie juist is. De ChristenUnie houdt een pleidooi voor recreatief medegebruik. Het college zal binnenkort met voorstellen komen. De Gekanaliseerde Hollandse IJssel dwingt het college ook om iets op papier te zetten over vaarwegbeheer en recreatieve zaken. Dit zal ook in het nieuwe Waterbeheerplan moeten worden beschreven. Het college is het eens met de SGP dat de opties over de toekomst in beslotenheid besproken moeten worden. Daarna moet het waterschap de uitkomst zo snel mogelijk openbaar maken. Rentmeesterschap is inderdaad een belangrijk onderdeel van het bestaan van het waterschap. Het college is het deels eens met de opmerkingen van de PVDD over de collectieve hoogwatervoorzieningen. Ten aanzien van de besluitvorming over Kamerik is een route ingezet, die het college verder wil vervolgen. Het college is het eens met Bos- en Natuureigenaren dat er voor draagvlak onder de bevolking een zekere continuïteit in het tarievenbeleid moet zijn. Afwijkingen moeten duidelijk worden gemotiveerd. De heer Kromwijk gaat in op de financiële zaken: Het is fijn dat de fracties hun waardering uiten over de voorjaarsnota. In de commissie BMZ van september zal de aanpak nader worden geëvalueerd. (actiepunt 230) Veel fracties hebben opmerkingen gemaakt over het investeringsplafond. De organisatie zou zich meer moeten richten op wat zij zelf aankan. In de oplegnotitie heeft het college gezegd hierin te willen meegaan. Het college wil echter niet sec een bedrag noemen, maar kijken naar de kapitaalslasten. Een en ander is wel exclusief de investering van RWZI Utrecht. Inzake het algehele kostenniveau wil het college de veranderagenda laten overlopen naar een efficiencyagenda. Het voorstel is om hiermee in december te starten, door middel van een interviewronde. (actiepunt 231) Dit moet uiteindelijk uitmonden in de voorjaarsnota De heer Woittiez (VVD) vraagt hoe deze efficiencyagenda zich verhoudt tot de herijkingsdiscussie. Efficiency richt zich op een goedkopere en slimmere aanpak. De discussie over de toekomstvisie moet voorafgaan aan het bijschaven. Het college neemt dit mee. Het college komt in september/oktober met een voorstel om voor RWZI Utrecht een spaarpot te creëren. Het waterschap krijgt te maken met grote investeringen, waar in het verleden niet voor is gespaard. Inzake het kostentoedelingsvraagstuk noemt spreker de watergebiedsplannen. Deze zijn onderdeel van het uitvoeren van een door de algemene democratie genomen besluit. Voor deze gebieden is een besluit genomen Bestuurszaken / DM Pagina 3 van 15

4 voor een bepaalde functie, waar het watersysteem op gebaseerd moet worden. Volgens de kostentoedeling is er sprake van een bepaalde verdelingsmethodiek. Deze ligt vast. De voorzitter draagt het voorzitterschap weer over aan de heer Poelmann. Tweede termijn Mevrouw Bodewitz (PVDD) wil graag een reactie op haar motie. Verder ondersteunt zij het betoog van de AWP inzake functie volgt peil. Door de provinciale politiek zijn weliswaar besluiten genomen, maar het waterschap heeft de deskundigheid in huis en kan de provincie laten weten dat bepaalde consequenties niet wenselijk zijn. Het waterschap kan dus wel degelijk beïnvloeden en moet hierin zijn verantwoordelijkheid nemen. De heer Schalkwijk (Agrariërs) vraagt of de PVDD het beleid hierin wil veranderen. Mevrouw Bodewitz geeft aan dat dit inderdaad de bedoeling is. Zij onderschrijft het betoog van de AWP, vanwege de kwalijke gevolgen van het besluit voor het veenweidegebied. Spreekster gaat vervolgens in op PAS en het nieuwe natuurbeleid, hetgeen WN ondersteunt. Wat als uit de programmatische aanpak stikstof blijkt dat dit onvoldoende is om de natuurdoelen te bereiken? Tot slot is spreekster het eens met de CU inzake de kostenverdeling. De heer Woittiez (VVD) vindt het een goed idee om in september/oktober het herijkingsdebat te starten. Hij vraagt het college om hier de nodige voorbereidingen voor te treffen. Hij vraagt het college expliciet om niet bij voorbaat de lusten en lasten van de RWZI Utrecht hiervan uit te sluiten. Spreker is er een voorstander van om het herijkingsdebat integraal te voeren, inclusief alle zaken die het waterschap aangaan. Tot slot vraagt spreker om bij de voorbereiding ook de laatste signalen van minister Schultz inzake de doorlooptijd KRW mee te nemen. De heer Schalkwijk (Agrariërs) reageert op de stelling van de CU dat de kosten voor de watergebiedsplannen ten dienste staan van de agrariërs. Spreker brengt daartegenin dat het landelijk gebied het opvanggebied voor het stedelijk gebied is. Het landelijk gebied heeft zelf geen wateroverlast. Dan is het toch niet vreemd dat de kosten grotendeels ook door die groep mensen worden betaald? De heer Verweij (CU) heeft dit als een mooi voorbeeld van het solidariteitsprincipe genoemd. Het is niet verkeerd, maar het is wel goed om te beseffen dat dit voor 91,5 % bij andere belastingcategorieën vandaan komt. De heer Verweij (CU) constateert dat diverse fracties en ook het college een investeringsplafond toejuichen. Hij vraagt wat dit concreet voor de voorjaarsnota 2013 betekent. Hierin staan nog behoorlijke investeringsbedragen voor de jaren 2014 tot en met In hoeverre wordt er in deze voorjaarsnota al rekening gehouden met het gewenste investeringsplafond? De heer Van den Hoeven (Agrariërs) zegt dat de PVDD voor nog zuiverder water pleit, maar hij vraagt naar de gevolgen hiervan voor de vissen. Dertig jaar geleden werd de mest gewoon in de sloot gegooid en juist op die plekken werd de meeste vis gevangen. Verder vraagt spreker welke gevolgen het aanpassen van individuele hoogwatervoorzieningen heeft voor de KRW. Mevrouw Bodewitz (PVDD) antwoordt op de eerste vraag dat bepaalde vissoorten in nutriëntrijk water goed kunnen overleven, maar andere niet. De PVDD staat voor meer diversiteit. Inzake de collectieve hoogwatervoorzieningen stelt de PVDD voor om te zorgen dat mensen hun fundering aanpassen. Dit is beter dan een individuele hoogwatervoorziening. Men kan mensen niet dwingen, maar wel stimuleren. De heer Ypma (Bedrijven) onderschrijft de mening van de VVD over de integrale beschouwing van de RWZI Utrecht. Het is niet gewenst om de RWZI Utrecht buiten het totale lastenplaatje te houden. Dit moet integraal bekeken worden. De bedrijven leveren een belangrijke bijdrage aan de exploitatie van de RWZI s en moeizame discussies over de kosten moeten vermeden worden. Het waterschap moet integraal de totale lasten in control hebben. De heer Van Leeuwen (SGP) constateert dat de fractie Bedrijven zich nog steeds afzet tegen de politiek binnen het waterschap. Na vijf jaar is dit zo langzamerhand wel bekend. Spreker is juist van mening dat de politiek veel gebracht heeft. Bovendien zit de burger via het algemeen bestuur aan tafel. Verder merkt spreker op dat alleen biologische agrariërs op de ChristenUnie stemmen. De rest maakt een andere keuze. Spreker vraagt aan de VVD of de gewenste kerntakendiscussie ertoe zal leiden dat alles wat nu onder de zaaglijn staat, erboven wordt getild. Tot slot geeft spreker het college en de ambtenaren een groot compliment voor de wijze waarop de voorjaarsnota tot stand is gekomen. Mevrouw Van der Nat (PvdA) vraagt hoe en wanneer de fracties antwoord krijgen op alle overige gestelde vragen.de PvdA staat achter het voorstel om in september/oktober een herijkingsdiscussie te starten. De RWZI Utrecht moet in Bestuurszaken / DM Pagina 4 van 15

5 deze discussie worden meegenomen. Hoe het waterschap met de RWZI Utrecht wil omgaan, moet dan uit de discussie blijken. Het gevoel van na vijf jaar weten we dat nu wel geldt voor meerdere fracties. De heer Jansen (WN) vindt de vraag van de PVDD over PAS lastig te beantwoorden vanwege het wat als -karakter. WN wil eerst de onderzoeken afwachten. Het college heeft een procesvoorstel gedaan om in september/oktober de discussie aan te gaan, met als vehikel het Waterbeheerplan. Spreker vraagt zich af of dit in het kader van samenwerken/samengaan met andere waterschappen het juiste vehikel is. Verder wenst spreker het college veel succes met het optuigen van de discussie in september/oktober. Het wordt een hele kluif om alle onderwerpen op een goede manier aan bod te laten komen. De heer Ypma (Bedrijven) vraagt of de SGP ervoor pleit om de ingezetenen de rekening te laten betalen. Of worden de belangen van de groeperingen nu door de politiek behartigd? De heer Van Leeuwen (SGP) zegt dat de AB-leden zonder last of ruggespraak zijn. De heer Ypma blijft herhalen dat hij moeite heeft met het systeem, maar hier valt niets aan te veranderen. De heer Ypma (Bedrijven) merkt in de politieke discussie niet dat belangen worden geëvalueerd en afgewogen. Het gaat altijd om de politieke voorkeur, maar dit heeft niets te maken met de relatie van betalen. Het waterschap is nog steeds gerelateerd aan het aandeel van belangengroepen. Dat moet dan naar voren worden gebracht en dat moet dan onderkend worden in relatie tot wat de politiek in te brengen heeft. De heer De Beaufort (Bos- en Natuureigenaren) zegt dat de discussie in september een verzamelbak wordt van veel verschillende onderwerpen. Deze discussie heeft alleen maar zin als men het met elkaar eens is over hoe het waterschap in de toekomst moet functioneren en gestalte moet geven aan de doelstellingen. Dit is een randvoorwaarde om de discussie richtinggevend te kunnen voeren. De heer Verheul (CDA) is blij met de komende discussies over herijking en efficiency. Spreker maakt zich zorgen over de ontwikkelingen rond de hoogwatervoorzieningen. Het waterschap moet hierin zijn verantwoordelijkheid nemen en moet een heldere lijn trekken. Er mag geen sprake zijn van een jojo-effect. Met LTO moet het ijzer gesmeed worden als het heet is. Wat gaat het waterschap hieraan doen? Dit moet hoge prioriteit hebben en spreker vraagt nogmaals om een plan van aanpak. Het CDA heeft een signaal afgegeven voor mogelijke oplossingen van de wateropgave. Het CDA zou hierop graag op korte termijn een reactie willen vernemen. Tot slot merkt spreker op dat er voor het veenweidegebied een onvoorstelbare hoeveelheid rapporten en beschouwingen wordt geproduceerd, maar dat het daarbij blijft. Dit komt niet sterk over. De heer Woittiez (VVD) houdt zich aanbevolen voor het plan van LTO. Toegezegd wordt het rapport van LTO inzake hoogwatervoorzieningen toe te zenden. (actiepunt 232) De voorzitter draagt het voorzitterschap over aan de heer Van der Maat. Beantwoording De heer Poelmann: In september/oktober wordt er gesproken over de toekomst van het waterschap. Dit moet een leidraad opleveren, waarlangs de uitwerking in het Waterbeheerplan zal neerdalen. Er wordt dus een lijn afgesproken, om uiteindelijk tot een goed Waterbeheerplan te komen. In de discussie zal duidelijk aan de orde komen hoe men als waterschap wil functioneren. De heer De Beaufort (Bos- en Natuureigenaren) vindt dat men daarbij ook naar de organisatie moet kijken, om handen en voeten aan de uitwerking te kunnen geven. De heer Poelmann is het hiermee eens. De RWZI Utrecht maakt deel uit van het integrale bedrijf. Het waterschap moet zichzelf echter niet rijk rekenen. Er is niet gespaard voor deze grote investering en de kosten zijn niet weg te werken door andere investeringen weg te snoeien. Als een en ander leidt tot een tariefstijging, zal dit goed gecommuniceerd moeten worden. De heer Woittiez (VVD) wil alles open bekijken en niet bij voorbaat dingen uitsluiten. Soms ontkomt men niet aan een lastenverhoging, maar dan moet duidelijk gemotiveerd worden dat dit onvermijdelijk is. De heer Poelmann is het hiermee eens. De heer Schalkwijk (Agrariërs) vindt dat er snel helderheid moet komen over het vormen van een reserve. Hij wil dit niet langer uitstellen. De heer Kromwijk antwoordt dat er in september/oktober een collegevoorstel komt dat kan worden meegenomen in de begroting. De heer Ypma (Bedrijven) wijst erop dat er in het verleden een financiële planning is gemaakt, met een overzicht van welke onderdelen op welke termijn zouden worden uitgevoerd. De RWZI Utrecht was hier ook onderdeel van. Het is dus niet juist om te zeggen dat er niet gespaard is. De voorzitter draagt het voorzitterschap weer over aan de heer Poelmann. Bestuurszaken / DM Pagina 5 van 15

6 De heer Van der Maat zegt dat het college wordt ondersteund vanuit LTO om het Deltaprogramma te omarmen. Gezamenlijk is de intentie uitgesproken om hiermee aan de slag te gaan. Dit is ook in het overleg met LTO Noord besproken. Uitgangspunt is dat er een aantal pilots door heel Nederland wordt uitgevoerd, waarvoor het eigen werkgebied van De Stichtse Rijnlanden aanvankelijk niet in aanmerking kwam. Het waterschap is nu in afwachting van LTO om dit wel te gaan doen. Dit wordt waarschijnlijk het veenweidegebied, omdat daar de grootste uitdagingen liggen. De heer Kromwijk: Met de voorjaarsnota worden vandaag de kaders vastgesteld. Daarbij hoort ook het verslag van deze vergadering. Het college krijgt de opdracht om vanuit deze kaders een begroting op te stellen, die eind dit jaar ter vaststelling wordt voorgelegd. Het kader investeringsplafond zal in de begroting worden verwerkt. De heer Verweij (CU) zegt dat het plafond is verwoord in de voorjaarsnota: 63,2 miljoen voor 2014, 73,5 miljoen voor 2015, 85,9 miljoen voor 2016 en 84,9 miljoen voor Als de voorjaarsnota wordt vastgesteld, zijn dit de plafonds voor de komende jaren. De heer Kromwijk legt uit dat het debat van vandaag plus de oplegnotitie van het college onderdeel zijn van de voorjaarsnota. In de oplegnotitie is aangegeven hoe het college met het investeringsplafond wil omgaan. In de begroting zal dit nader worden uitgewerkt. Inzake de investering voor RWZI Utrecht gaat het college nog steeds uit van het uitwerken van de motie van twee jaar geleden. Dit betekent de geïndexeerde nullijn, exclusief RWZI Utrecht. Het algemeen bestuur is vrij om het besluit van de motie open te breken. Het college zal hiervoor echter niet met een voorstel komen. De heer Woittiez (VVD) proeft nu een andere toonzetting. Dit lijkt niet de kant op te gaan van een open discussie. De heer De Jong (CDA) vindt juist dat de heer Kromwijk heel helder aangeeft wat het huidige kader is. Bij een herijking kan dit anders worden. Inzake de hoogwatervoorzieningen is een studie verricht naar de langere termijn. Dit levert andere inzichten op. De hoogwatervoorzieningen die nog moeten worden uitgevoerd, zullen worden getoetst aan dit nieuwe beleid. Oud-Kamerik volgt nog de oude procedure en wordt ter besluitvorming in september/oktober voorgelegd. De motie van de PVDD om biologische agrariërs minder te belasten, past niet in het beleid. Het principe van de vervuiler betaalt, is lastig scherp te krijgen. Het is moeilijk aan te tonen dat een biologische agrariër minder vervuilt dan een conventionele agrariër. Mevrouw Bodewitz (PVDD) wijst erop dat het EKO-keurmerk als leidraad kan dienen. Toezeggingen door het college Toegezegd wordt in het najaar een brede integrale discussie te voeren (eerst besloten en daarna openbaar) over herijking van standpunten over onder meer toekomstig beleid en samenwerking in brede zin, een en ander in relatie tot onder meer het nieuwe Waterbeheerplan en de KRW. De uitkomsten van deze discussie zullen de basis vormen voor respectievelijk de voorjaarsnota 2014 en de begroting (actiepunt 229) Toegezegd wordt in de vergadering van de commissie BMZ van 3 september a.s. een evaluatie van de procedure rondom de voorjaarsnota 2013 te bespreken. (actiepunt 230) Toegezegd wordt in december te starten met een Efficiencyagenda (als voortvloeisel uit de Veranderagenda) aan de hand van een interviewronde. (actiepunt 231) 5a. Actualisatie reservepositie De heer Ypma (Bedrijven) vraagt of deze omzetting is besproken met de accountant. De heer Verweij (CU) zegt dat het voorstel een uitwerking is van de aanbevelingen bij de jaarrekening Daarbij is geadviseerd om de bedragen van AGV onder te brengen in een bestemmingsreserve. Deze bestemmingsreserve is eind 2012 ingesteld. Het college wil in de toekomst nog andere voorstellen doen om de reserve op peil te brengen, wat een goede zaak is. Vandaag ligt het voorstel voor om 6,4 miljoen euro van AGV in de bestemmingsreserve te storten. Spreker merkt op dat het voorstel niet zuiver is. Beleidsmatig is de transactie ongewenst en niet in lijn met de wettelijke uitgangspunten. Spreker doet daarom een aangepast voorstel en dient namens AWP, W@I, PVDD en CU een amendement met twee bijlagen in. Bestuurszaken / DM Pagina 6 van 15

7 Amendement volgnummer 10 Titel: Bestemmingsreserve Vernieuwing RWZI Utrecht Het algemeen bestuur van Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden in vergadering bijeen op 10 juli 2013 Ter behandeling van het voorstel aan het algemeen bestuur bij agendapunt 5, met nummer , inzake actualisatie reservepositie, Dictum: Besluit in het voorliggende conceptbesluit: In besluit 1 de tekst ingezetenen en gebouwd te vervangen door conform de verdeelsleutels van de kostentoedelingsverordening In besluit 1 de tekst reserve zuiveringsheffing te vervangen door bestemmingsreserve Vernieuwing RWZI Utrecht In besluit 2 de tekst voor watersysteemheffing te verwijderen Na vaststelling van het bovenstaande amendement luidt de tekst van het voorgestelde besluit: 1. De ontvangen 6,4 miljoen van de overeenkomst Wateraanvoer de Vecht en het waterakkoord Weerdsluis van de reserve watersysteemheffing (conform de verdeelsleutels van de kostentoedelingsverordening) over te hevelen naar de bestemmingsreserve Vernieuwing RWZI Utrecht. 2. Geen correctie te maken voor verwerkte ontvangen bedragen AGV in reeds vastgestelde jaarrekeningen t/m 2011 en de nog vast te stellen jaarrekening Ingediend door de heer Verweij, namens de fracties van CU, AWP, W@I en PVDD. Beantwoording De heer Kromwijk zegt dat er verwarring was over de bevoegdheden van het algemeen bestuur, hetgeen met de accountant is besproken. Het algemeen bestuur is bevoegd om gelden uit de reserve watersysteem over te hevelen naar de reserve zuivering. Het waterakkoord met AGV kent vier onderdelen. Eén van de onderdelen is de verplichting van De Stichtse Rijnlanden om water te leveren bij de Weerdsluis. Destijds is besloten om de middelen hiervoor in de reserve watersysteem te laten vloeien, omdat hier ook een taak voor het watersysteem lag. Een ander onderdeel was de verbetering van de effluentkwaliteit van de waterzuivering Utrecht. Met dit voorstel van het college wordt deze belofte aan AGV ingelost, waarbij een gedeelte van 6,4 miljoen euro uit de reserve watersysteem wordt overgeheveld naar zuivering. Het college heeft voor de categorieën ingezetenen en gebouwd gekozen, omdat bij vrijval van deze bestemmingsreserve de kosten worden verlaagd voor de categorie zuivering. De bedrijven en ingezetenen hebben hier het meeste mee te maken. Het college raadt dan ook het amendement op dat punt af. Mogelijk zal het bedrag niet rechtstreeks in de bestemmingreserve RWZI gestort worden, maar in de algemene reserve zuivering. Dit houdt verband met het feit dat er een plan moet liggen onder een bestemmingsreserve. Voor RWZI Utrecht moet dit het herijkte plan zijn. Het college zal voorstellen om de middelen vanuit de algemene reserve naar de specifieke bestemmingsreserve RWZI Utrecht overhevelen zodra het herijkte plan klaar is. Tweede termijn De heer Terpstra (W@I) vraagt hoe de bedragen de vorige keer zijn gestort. Als de middelen zijn gestort op ongebouwd, gebouwd en ingezetenen, dan moet het ook nu weer zo worden teruggedraaid. Er mag geen sprake zijn van een verschuiving van lasten. De heer Kromwijk antwoordt dat de bedragen zijn gestort in de algemene middelen watersysteem. De heer Verweij (CU) zegt dat 91,5% van alle kosten van het watersysteem worden gedragen door ingezetenen en gebouwd. De middelen van AGV zijn in de reserves voor de vier categorieën terechtgekomen. Als de middelen er niet op dezelfde manier worden uitgehaald, is er in feite sprake van een herverdeling van middelen. Dit is niet het doel van het besluit. Het doel is dat de 6,4 miljoen euro in de bestemmingsreserve terechtkomt. Voor mevrouw Van der Stroom (VVD) staat bovenaan dat er zuiver en logisch gehandeld moet worden. Zij onderschrijft de logische redeneringen van de vorige twee sprekers. Zoals het geld erin gegaan is, moet het er ook weer uit gehaald worden. Spreekster krijgt de indruk dat de heer Kromwijk aan het zoeken is naar een legitimatie voor wat het college voorstelt. De VVD gaat mee met het amendement van de heer Verweij. Bestuurszaken / DM Pagina 7 van 15

8 De heer Ypma (Bedrijven) vraagt of het geld van AGV betekent dat zij een verscherping van de emissie-eisen kunnen verlangen. Daarmee zou het gelijk over de investeringsgrondslag gaan. De heer Van der Zaag (AWP) vindt dat afwijzing van dit amendement geen recht doet aan het doel van de overeenkomst. Spreker pleit ervoor om de zaken zuiver te houden. De heer Ypma (Bedrijven) vult aan dat AGV het geld nadrukkelijk voor de RWZI wilde, terwijl De Stichtse Rijnlanden het geld wilde hebben als compensatie voor de waterlevering. Mevrouw Van der Nat (PvdA) vraagt wat het college tegen het voorstel van de heer Verweij heeft. De heer De Jong (CDA) vindt dat het besluit het belang van De Stichtse Rijnlanden moet dienen. Mevrouw Van der Stroom (VVD) onderschrijft dit, maar de tekst van het akkoord is leidend. Het gaat om de verbetering van de effluentkwaliteit en het geld moet op een goede manier worden teruggeboekt. De heer De Jong (CDA) wijst erop dat het waterakkoord twee componenten heeft: de effluentkwaliteit, maar ook het aanvoerdebiet. In het collegevoorstel komt deze dualiteit goed tot uitdrukking. Als het onrechtmatig was, dan had de accountant hierop moeten wijzen. Het CDA kan dan ook instemmen met het voorstel van het college. Beantwoording De heer Kromwijk zegt dat het waterschap enerzijds de verplichting heeft om water te leveren aan Weerdsluis, voor nu en in de toekomst. In de toekomst komen hier kosten voor, die worden betaald uit de reserve watersysteem. Anderzijds heeft het college de intentie om geld voor de effluentverbetering RWZI te gaan inzetten. Door overheveling vanuit de reserve watersysteem naar de reserve zuivering wordt dit mogelijk gemaakt. Met dit voorstel geeft het college uitvoering aan het waterakkoord, maar het college laat zich hierbij niet helemaal leiden door wat AGV wil. 6a. Begrotingswijziging Eerste termijn Mevrouw Van der Stroom (VVD) zegt dat er na de bespreking in de commissie nu een mooi aangepast stuk ligt. De criteria zijn helder en er wordt gemotiveerd waarom een aantal begrotingswijzigingen er nu uitgehaald zijn. De VVD kan zich vinden in de forse begrotingswijzigingen met betrekking tot instandhoudingsplan RWZI en realisatie TDH. De VVD heeft moeite met de twee mineure begrotingswijzigingen. Alhoewel niet verwijtbaar, vraagt de VVD zich af hoeveel inspanning er is gepleegd om deze bedragen binnen het programma op te lossen. Als het college de intentie heeft om dergelijke bedragen voortaan binnen het programma zelf op te lossen, kan de VVD er voor nu mee instemmen. De heer Karelse (WN) steunt het voorstel van het college. In de commissie is gesproken over de Y-lijst. Spreker doet de suggestie om nu al voorbereidingen te treffen voor de uitvoering van Y-lijstprojecten, zodat de uitvoering sneller ter hand kan worden genomen. Mevrouw Van der Nat (PvdA) sluit zich aan bij de VVD. Verder gaat de PvdA akkoord met het voorstel. De heer Verweij (CU) heeft naar aanleiding van de discussie in de commissie een bericht rondgestuurd over het kader, zoals dat bij de jaarrekening 2011 is vastgesteld. Spreker sluit zich aan bij de mening van de VVD. Hij gaat voor deze keer nog akkoord met het voorstel, maar het college moet gaan handelen conform de afgesproken beleidslijn ten aanzien van begrotingswijzigingen. Gaat het college deze uitgangspunten hanteren? De heer Ypma (Bedrijven) waardeert de opmerkingen van de VVD. Het is ongeloofwaardig als een investeringsopgave zo snel weer van tafel wordt geveegd. Als het waterschap op deze manier doorgaat, is er geen sprake meer van sturing. Dan is het waterschap alleen aan het boekhouden en wordt ervoor gezorgd dat de cijfers aan het eind van het jaar kloppen. Spreker is tegen begrotingswijzigingen in het algemeen, tenzij er sprake is van grove fouten. Op deze manier worden er zaken weggemoffeld, hetgeen niet bijdraagt aan de transparantie. De heer De Jong (CDA) sluit zich aan bij de VVD en steunt het voorstel vanuit dat perspectief. Bestuurszaken / DM Pagina 8 van 15

9 Mevrouw De Kruijf (Bos- en Natuureigenaren) maakt zich zorgen over de planning. Als er wordt gewerkt met een investeringsplafond, moet het waterschap wel leren een planning te maken die kan worden waargemaakt. Anders heeft een investeringsplafond geen zin. Hoe gaat het waterschap dit in de toekomst voorkomen? Beantwoording De heer Kromwijk zegt dat het college heeft gehandeld overeenkomstig de adviezen van de Rekenkamercommissie en de commissie BMZ. Het was de wens van de commissie BMZ om gedurende het jaar aanpassingen in de begroting te doen, om niet alles aan het einde van het jaar te krijgen. Verder is afgesproken dat fouten direct worden hersteld door middel van een begrotingswijziging. Tot slot volgt er een begrotingswijziging voor zaken die het algemeen bestuur heeft teruggedraaid. Met dit voorstel wordt voldaan aan de uitgangspunten. De heer Verweij (CU) wijst erop dat er slechts één besluit ligt van het algemeen bestuur, namelijk de aanbeveling bij de jaarrekening De heer Kromwijk stelt voor om nog een keer de discussie te voeren over tussentijdse begrotingswijzigingen. Er is nu sprake van interpretatieverschillen over wat wel en wat niet opgenomen mag worden. De heer De Beaufort (Bos- en Natuureigenaren) zegt dat de oorzaak op een ander vlak ligt. De kern van het verhaal is dat het risicomijdend begroten eruit moet worden gehaald. Destijds was er behoefte aan begrotingswijzigingen om een stuwmeer aan wijzigingen te voorkomen. Daarnaast wil spreker het signaal afgeven dat een goede begrotingsdiscipline nodig is om goed te kunnen sturen en dat begrotingswijzigingen zo minimaal mogelijk moeten zijn. De heer Kromwijk vindt dat hier sprake is van minimale begrotingswijzigingen, gezien de totale begrotingsomvang. Er komt nog een tweede begrotingswijziging. In de commissie zal dan besproken kunnen worden of men door wil gaan met tussentijdse begrotingswijzigingen. Het college vindt het een goede suggestie om al voor te sorteren met projecten van de Y-lijst. Dit is zeker nodig als het waterschap gaat werken met een investeringsplafond. Het college gaat hiermee aan de slag. Mevrouw Van der Stroom (VVD) heeft geen antwoord gekregen of het college de intentie heeft om op nul te sturen. De heer Kromwijk antwoordt dat het college deze intentie wel heeft. Als het gaat om een structurele post, dan probeert het college dit binnen het programma op te lossen. Als het gaat om een eenmalige grote afschrijving, dan is het de vraag of dit binnen het programma gaat lukken. De voorzitter neemt nadrukkelijk afstand van de opmerking van de heer Ypma over wegmoffelen. Alles binnen het waterschap gebeurt in volledige transparantie. De heer Ypma (Bedrijven) vraagt of begrotingswijzigingen dan ook in de jaarrekening worden vermeld. De voorzitter antwoordt dat de jaarrekening een verantwoording van de begroting is inclusief de begrotingswijzigingen. 7a. Ontwerpvoorjaarsnota 2013 Eerste termijn Mevrouw Bodewitz (PVDD) dient een motie in. Zij kan zich vinden in de voorgestelde bezuinigingen, met uitzondering van de stimuleringsregeling afkoppelen. Zij vindt dat eerst de evaluatie op dit punt moet worden afgewacht. Tot slot spreekt zij haar waardering uit voor het gehele proces. Het dictum van de motie luidt als volgt: Motie volgnummer 11 Titel: toepassing vervuiler betaalt principe in nieuwe kostentoedelingsverordening 2016 Het algemeen bestuur van Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden in vergadering bijeen op 10 juli 2013 Verzoekt het college van dijkgraaf en hoogheemraden om te onderzoeken hoe bijvoorbeeld in de nieuwe kostentoedelingsverordening in 2016 of op basis van het nieuwe GLB of door middel van kwijtschelding van belasting een onderscheid gemaakt kan worden tussen biologische en niet-biologische agrariërs op basis van het vervuiler betaalt principe. Ingediend door mevrouw Bodewitz namens de fractie PVDD. De heer Van Leeuwen (SGP) dient twee amendementen in. Hij vindt kwijtschelding belastingen geen taak van het waterschap, maar een taak van de overheid. Nutsbedrijven doen dit ook niet. Verder vindt spreker het heffen van leges volgens het principe van de gebruiker betaalt een normale zaak. Hij stelt dan ook voor om deze bezuinigingskaart boven de zaaglijn te plaatsen. Bestuurszaken / DM Pagina 9 van 15

10 Het dictum van het amendement met nummer 12 luidt:..kaart 19: Individuele diensten individueel afrekenen (heffen leges) boven de zaaglijn te plaatsen. Het dictum van het amendement met nummer 13 luidt:..kaart 18: Afschaffing kwijtschelding belastingen boven de zaaglijn te plaatsen. Mevrouw Van der Nat (PvdA) stemt in met het voorstel en de gekozen strategie. Voor de PvdA zijn maatschappelijke samenwerking en de nota energie en grondstoffen belangrijke zaken. Spreekster geeft het college een compliment voor de aanpak rond het pakket bezuinigingsvoorstellen. Er heerst wel enige twijfel over de uiteindelijke financiële resultaten, omdat de kaarten nogal optimistisch gesteld zijn. Mevrouw De Kruijf (Bos- en Natuureigenaren) geeft een compliment voor het overzicht, dat duidelijk laat zien waar wel en waar niet bezuinigd gaat worden. Spreekster sluit zich aan bij de PvdA dat een en ander nog wel moet worden waargemaakt. In het voorstel staat dat de consequenties van de bezuinigingsopgaven worden gecommuniceerd binnen de organisatie maar ook naar buiten. Hopelijk gebeurt dit laatste op projectniveau. De heer Ypma (Bedrijven) betreurt het dat het niet mogelijk is om voor de begroting de absolute nullijn te hanteren. Met de aangedragen suggesties zou dit moeten kunnen. De heer Karelse (WN) is zeer positief over de voorjaarsnota en geeft het college een compliment voor het proces. De tendens van de discussie en de afwegingen daarbij zijn door het college goed verwerkt in de voorjaarsnota. De heer Woittiez (VVD) heeft lof voor al het werk dat gedaan is. Toch lukt het niet om per saldo de lastenverhoging tot stilstand te brengen. Er wordt weliswaar stevig gedweild, maar toch nog met de kraan open. De VVD wil nu niet op alle afzonderlijke punten ingaan, omdat dit wordt gezien als klein bier. De echt zware herijkingsdiscussie volgt in september/oktober, waarin met open vizier alles ter discussie kan worden gesteld. De heer Van Leeuwen (SGP) ziet dit niet als klein bier. Hij vraagt de VVD om alles wat onder de zaaglijn staat te heroverwegen. De heer Woittiez (VVD) moet het dan misschien groot bier noemen, maar het blijft een feit dat de bezuinigingsdoelen niet worden gehaald. Daarom moet het algemeen bestuur in september/oktober een nieuwe aanloop nemen, zonder voorwaarden vooraf. De heer Verheul (CDA) vindt het een belangrijke stap voorwaarts dat de VVD kennelijk instemt met deze voorjaarsnota. Dat is bouwen aan vertrouwen. Het CDA stemt eveneens in met deze nota. De gevolgde procedure is een compliment waard. De heer Ypma (Bedrijven) vraagt of de herijkingsdiscussie onderdeel van het begrotingsproces wordt. Of wordt de begroting opgesteld, ongeacht wat er besproken wordt bij de herijking? Het investeringsplafond wordt in tweeën gesplitst, omdat de RWZI Utrecht afzonderlijk wordt bekeken. Waar gaat het nu precies over? Uiteindelijk zijn het allemaal kapitaalslasten die in de begroting een plaats moeten krijgen. De heer Van der Zaag (AWP) vindt dat de voorjaarsnota goed is opgesteld. Spreker vindt dat de organisatie zorgvuldig moet omgaan met de bezuinigingskaarten rond personele invulling. De indruk bestaat dat de werkdruk nu al hoog is en er wordt veel van de organisatie gevraagd. Bij bezuinigingskaart 23 (nachtvorstbestrijding fruitteelt) wordt vooral gesproken over bezuinigen, maar er moet ook eens gekeken worden naar mogelijkheden om gelden te genereren. Spreker denkt hierbij aan grondwateronttrekkingen en precariorechten. Mevrouw Van der Nat (PvdA) verlaat de vergadering. De heer Verweij (CU) zegt dat deze voorjaarsnota het kader wordt voor de komende begroting. Hij kan zich vinden in de voorgestelde beleidslijnen, maar nieuwe plannen voor de Gekanaliseerde Hollandse IJssel zullen nog kritisch bekeken worden. De discussie over het investeringsplafond zou spreker willen voeren vóór de komende begroting. Als dit kader wordt vastgesteld voor de komende begroting, dan gaat het algemeen bestuur dus akkoord met de kostenontwikkeling die in de voorjaarsnota staat, ongeacht wat de herijkingsdiscussie in september/oktober oplevert. Spreker is blij dat het college de bezuinigingskaart waterakkoorden heeft omgezet in een ontwikkelingskaart. Op pagina 21 staat dit nog verkeerd. Spreker stelt voor om de puntjes op de i te zetten en er een ontwikkelingskaart 02 van te maken. Bestuurszaken / DM Pagina 10 van 15

11 Beantwoording De heer Kromwijk: Het gaat vanavond om een ombuigingsproces van 4,5% van de begroting. Er gebeurt vandaag dus heel wat en het is zeker geen kleintje pils. De complimenten voor het proces zullen worden overgebracht naar de organisatie, waarvoor dank. De legesverordening voor diepe grondwateronttrekking ligt nog bij de provincie. Voor de bovenlaag worden geen leges geheven. Precariorechten zullen een keer bekeken worden. Het college raadt het heffen van leges (amendement 12) af. Dit zou betekenen dat alleen grondeigenaren die aan een dijk zitten leges voor een ontheffing zouden moeten betalen. Het college is van mening dat er dan sprake is van rechtsongelijkheid. De heer Van Leeuwen (SGP) zegt dat men zelf kiest om hier te wonen. Dit is hetzelfde als legesheffing voor een rijbewijs. De heer Kromwijk vindt een ontheffing in het kader van de keur iets anders dan een rijbewijs. Dit is anders dan een baatbelasting. Mevrouw Bodewitz (PVDD) had begrepen dat het vooral gaat om de aanleg van steigers. De heer Kromwijk stelt voor om een keer een onderzoek in te stellen naar de wijze van vergunningverlening. Dit heeft tijd nodig. Op dit moment is het amendement te breed gesteld, zodat het college dit niet wil overnemen. Het investeringsplafond komt nader aan de orde bij de begroting. De voorjaarsnota is een kader, een opdracht aan het college om een begroting op te stellen. Het algemeen bestuur neemt een besluit over de begroting inclusief het investeringsplafond. De herijkingsdiscussie en de efficiencyagenda worden onderdeel van de voorjaarsnota Met de omgeving wordt gecommuniceerd op projectniveau. Het amendement inzake de afschaffing kwijtschelding belastingen raadt het college af. De belastinginning gebeurt in gezamenlijkheid met de gemeente Utrecht. Het college vindt het sociaal verantwoord beleid dat het waterschap dit op dezelfde manier als de gemeente doet. Bovendien brengt afschaffing van kwijtschelding veel hogere invorderingskosten met zich mee. De voorzitter zegt toe de ontwikkelingskaart 01 de waterakkoorden mee te nemen dan wel dit onderwerp op te nemen in een nieuwe ontwikkelingskaart 02. (actiepunt 233) Tweede termijn De heer Schalkwijk (Agrariërs) vraagt waar de euro voor afschaffing van kwijtschelding uit bestaat. De heer Van Leeuwen (SGP) vindt dat de hoogheemraad te weinig ingaat op zijn argumenten. Afschaffing kwijtschelding belastingen levert euro per jaar op. Nutsbedrijven doen dit ook niet. Het waterschap moet geen inkomenspolitiek voeren. Inzake het heffen van leges wijst spreker erop dat de watervergunning op den duur opgaat in de omgevingsvergunning. In de aanloop hiernaartoe kan het waterschap al leges gaan vragen voor de watercomponent. De heer Jansen (AWP) is geen voorstander van het voeren van inkomensbeleid en spreekt zich uit voor het innen van achterstallige lasten. Het innen van achterstallige zorgpremies door de overheid is zeer succesvol geweest. Daarbij ging het vooral om mensen die het wel konden betalen. De heer Verweij (CU) vindt dat de vergelijking met nutsbedrijven niet helemaal opgaat. Iemand kan wel worden afgesloten van de telefoon, maar niet van water. Ten aanzien van het investeringsplafond vindt spreker dat 30% van het kostenvolume de tax moet zijn. De heer Woittiez (VVD) vraagt of de herijkingsdiscussie wordt meegenomen in de voorjaarnota Hij vraagt de heer Van Leeuwen of hij de twee amendementen zou willen aanhouden tot na de meeting in september/oktober. De heer Van Leeuwen (SGP) proeft een meerderheid voor zijn amendementen en wil ze daarom vanavond in stemming brengen. Beantwoording De heer Kromwijk geeft aan dat de herijkingsdiscussie in september/oktober en de efficiencyagenda de basis moeten worden voor de nieuwe voorjaarsnota In het bedrag van euro zitten de inverdieneffecten inbegrepen. Het gaat dus om de netto-opbrengst. 8a. Jaarrekening 2012 en jaarverslag 2012 Het advies over de jaarrekening 2012 vanuit de Gecombineerde Commissievergadering wordt door de woordvoerder, de heer Verweij (CU), in grote lijnen toegelicht. De integrale tekst van het advies luidt als volgt: Bestuurszaken / DM Pagina 11 van 15

12 Advies jaarrekening 2012 van de commissie BMZ aan het algemeen bestuur HDSR Geachte leden van het algemeen bestuur, De commissie BMZ adviseert het algemeen bestuur van het Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden rechtstreeks over de jaarrekening 2012 HDSR. Als woordvoerder van deze commissie wil ik graag het volgende naar voren brengen. Op 4 juni 2013 heeft er een technische bijeenkomst plaatsgevonden. Op 12 juni 2013 is de jaarrekening in de commissie BMZ besproken. Tijdens de vergadering is, onder gewaardeerd voorzitterschap van de heer Van Leeuwen, de jaarrekening en het controlerapport van de accountant besproken. De externe accountants van Deloitte hebben een korte toelichting gegeven en een aantal vragen beantwoord. Voor de beantwoording van de gestelde vragen wordt verwezen naar de notulen van BMZ. Ik wil hierbij onze dank en waardering uitspreken richting de portefeuillehouder voor de beantwoording van de vragen en aan de betrokken ambtenaren voor de wijze van ondersteuning. Algemene conclusie: De commissie spreekt haar waardering uit voor de heldere jaarrekening. Geconstateerd wordt dat de jaarrekening slechts in geringe mate afwijkt van de goedgekeurde begroting inclusief begrotingswijzigingen. Aanbevelingen: De commissie heeft de volgende aanbevelingen voor het algemeen bestuur: 1. Interen op de reserves Geconstateerd wordt dat HDSR in 2012, in lijn met de gewijzigde begroting, voor een totaal bedrag van 3,533 miljoen euro inteert op haar reserves. Voor de langere termijn zullen het uitgavenpatroon en de inkomsten beter op elkaar afgestemd moeten worden. 2. Achterblijven van de investeringen Geconstateerd wordt dat de investeringen in 2012 sterk zijn achtergebleven bij het oorspronkelijk begrote investeringsvolume. Aanbevolen wordt om het investeringsvolume voor de komende jaren terug te brengen tot een realistisch en uitvoerbaar niveau. 3. Subsidies en kredieten Geconstateerd wordt dat het AB nog onvoldoende zicht heeft op de uitgaven van kredieten en de aan projecten toegekende subsidies. Gevraagd wordt aan het DB om in 2013 een (concept)beleidskader aan het AB voor te leggen met betrekking tot subsidies en kredieten. Op basis van dit beleid moet ook duidelijk worden op welke wijze subsidies en kredieten worden verantwoord. Mogelijk moet ook het controleprotocol voor de accountantscontrole op dit onderdeel worden aangepast. 4. Personele kosten Geconstateerd wordt dat de uitgaven voor de personele kosten (vast personeel en inhuurkrachten) onderling afwijkingen laten zien ten opzichte van de begroting. Gevraagd wordt aan het DB om scherper op de personeelskosten te sturen. De begrotingssystematiek moet op dit onderdeel worden aangepast. 5. Eerdere aanbevelingen De aanbevelingen bij de jaarrekening 2010 en 2011 blijven van kracht. Het AB draagt het college op om - voor de aanbevelingen die nog open staan - uitvoering te geven aan de gevraagde nadere uitwerkingen. Aan het algemeen bestuur wordt gevraagd om deze vijf aanbevelingen over te nemen. Advies: De commissie BMZ adviseert het algemeen bestuur na de vaststelling van de aanbevelingen om de jaarrekening 2012 ongewijzigd vast te stellen. Ook adviseert de commissie akkoord te gaan met de mutaties van de reserves, zoals in het voorstel van het college is weergegeven. Namens de commissie BMZ, Jaap Verweij (CU) De heer Kromwijk zegt toe dat de aanbevelingen 1 tot en met 4 integraal op de actiepuntenlijst worden opgenomen en waar mogelijk gekoppeld aan reeds bestaande actiepunten. Over aanbeveling nummer 5 zal in de eerstvolgende leeswijzer een toelichting worden gegeven. (actiepunt 234) Mevrouw Van der Stroom (VVD) bedankt de heer Verweij (CU) en zijn commissie voor dit fraaie advies. Schorsing Bestuurszaken / DM Pagina 12 van 15

13 Besluitvormend deel Er zijn 26 stemgerechtigden aanwezig. Mevrouw Van der Nat en de heren Blokdijk en Beugelink zijn afwezig. 4b. Stemming over eventueel ingediende moties bij de algemene beschouwingen Er zijn bij de algemene beschouwingen geen moties ingediend. 5b. Actualisatie reservepositie Stemverklaringen De heer De Beaufort (Bos- en Natuureigenaren) vindt het principe zoals in het amendement verwoord uitstekend. Anderzijds vindt hij dat deze uitgebreide discussie elders gevoerd had moeten worden. Dan was de discussie vanavond uitsluitend principieel en daardoor helderder geweest. Mevrouw Van der Stroom (VVD) geeft aan dat de VVD het amendement zal steunen. De heer Reerink (PvdA) is het eens met de woorden van de heer De Beaufort inzake de gevoerde discussie. Stemming over amendement nummer 10 Aantal aanwezige leden: 26. Voor het amendement stemmen de fracties van: VVD, Bos- en Natuureigenaren, Bedrijven, ChristenUnie, SGP, PVDD en AWP. Tegen het amendement stemmen de fracties van: CDA, PvdA, Water Natuurlijk, Agrariërs. De voorzitter constateert dat de stemmen bij de stemming over het amendement met nummer 10 staken. Er zijn 13 stemmen voor en 13 stemmen tegen. Het amendement is hiermee aangehouden. Conform artikel 28, lid 10 van het Reglement van Orde van het algemeen bestuur van Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden, wordt de besluitvorming over dit punt verdaagd naar de eerstvolgende AB-vergadering, op 2 oktober b. Begrotingswijziging Stemverklaringen Mevrouw Van der Stroom (VVD) is teleurgesteld over het feit dat het college niet duidelijk heeft gemaakt dat de intentie er is om te streven naar een nullijn. De VVD zal daarom tegen het voorstel stemmen. Voor het voorstel stemmen: alle fracties met uitzondering van VVD, ChristenUnie en Bedrijven. Tegen het voorstel stemmen: VVD, ChristenUnie en Bedrijven. Het voorstel wordt aangenomen met 21 stemmen voor en 5 stemmen tegen. Besloten wordt: 1. In te stemmen met het voorgestelde pakket aan wijzigingen van de begroting 2013 dat per saldo leidt tot een verhoging van de totale begrote netto-kosten met 0,765 miljoen euro; 2. Met inachtneming van hetgeen is besloten onder punt 1 de begrote onttrekking aan de reserves in 2013 van 3,45 miljoen euro bij te stellen tot een onttrekking van 4,215 miljoen euro; 3. De begrote investeringsuitgaven naar beneden bij te stellen met 20,201 miljoen euro tot een totaal van 30,251 miljoen euro; 4. Met inachtneming van hetgeen is besloten onder de punten 1 tot en met 3 de eerste begrotingswijziging 2013 vast te stellen. 7b. Ontwerpvoorjaarsnota 2013 De heer Van Leeuwen (SGP) geeft aan de ingediende amendementen 12 en 13 te willen intrekken. Tijdens de schorsing is gebleken dat veel fracties het nog te vroeg vinden voor deze amendementen. De voorzitter concludeert dat de amendementen 12 en 13 geen deel meer uitmaken van de beraadslaging. Stemverklaringen voorjaarsnota Bestuurszaken / DM Pagina 13 van 15