maandag 9 oktober

Transcriptie

1 maandag 9 oktober PROGRAMMA-OVEREENKOMST GECOORDINEERDE TEKST VAN 1 OKTOBER 2006

2 maandag 9 oktober PROGRAMMA-OVEREENKOMST BETREFFENDE DE REGELING VAN DE MAXIMUM VERKOOPPRIJZEN VAN DE AARDOLIEPRODUCTEN. Bij toepassing van de wet op de economische reglementering en de prijzen, zoals deze voortvloeit uit de wet van 30 juli 1971 houdende wijziging van de besluitwet van 22 januari 1945 betreffende de beteugeling van de inbreuken op de reglementering inzake de bevoorrading van het land; Overwegende dat, in het algemeen belang, prijzen moeten worden verzekerd die een normale bevoorrading van het land met aardolieproducten waarborgen en dat deze dwingende doelstelling in de hand wordt gewerkt door de samenstelling van een structuurformule van de maximum verkoopprijzen der aardolieproducten, welke mogelijk maakt: - prijswijzigingen van redelijke omvang, zowel naar boven als naar beneden, voor zoverre deze wijzigingen tegelijkertijd rekening houden met de voorwaarden die op elk ogenblik op de internationale markten heersen en met kostenelementen die controleerbaar zijn bij de ondernemingen die op het Belgische grondgebied actief zijn; - te komen tot prijzen die ertoe leiden de kosten die in alle stadia door de aardoliesector worden gedragen, weer te geven teneinde een bepaalde exploitatiestabiliteit van deze sector te waarborgen; Overwegende de internationale verbintenissen die België aangegaan heeft ten overstaan van de EU, het IEA, de NAVO. en de Benelux; Overwegende dat de elementen van de Programma-Overeenkomst niet tot een verkoop met verlies mogen leiden; Overwegende dat de prijzen aan de gebruiker zo stabiel mogelijk dienen te zijn en hun evolutie niet mag ingaan tegen deze van de markt; Gelet op de praktijken in de distributie van de petroleumproducten; Overwegend dat het past om in de formule die de prijsstructuur van de maximumprijzen beschrijft de bijdragen te vermelden voor de verschillende fondsen zoals het Sociaal Stookoliefonds, Bofas, voorzien in artikel 21 van de technische bijlage aan de Programma-Overeenkomst ; Overwegend dat het past om een prijsstructuur voor de maximumprijzen van de 10 ppm motorbrandstoffen uit te werken daar de Richtlijn 2003/17 voorziet dat de lidstaten nemen alle maatregelen die nodig zijn om ervoor te zorgen dat te gelegener tijd, doch uiterlijk op 1 januari 2005, ongelode benzine met een zwavelgehalte van maximaal 10 mg/kg op hun grondgebied in de handel wordt gebracht. De Lidstaten zorgen ervoor dat dergelijke ongelode benzine beschikbaar is op een verantwoord evenwichtig gespreide geografische basis en in alle overige opzichten voldoet aan de specificaties van bijlage III van de Richtlijn ;

3 maandag 9 oktober Overwegend dat een gelijkaardige bepaling voorzien is voor de diesel; Overwegend dat de norm EN 228 voor benzine met 10 ppm zwavel, de norm EN 590 voor gasolie diesel met 10 ppm zwavel (KB van 23 februari 2005) evenals de noteringen Platt s European Market Scan bestaan; Overwegend dat vanaf 01/01/2005 enkel benzine met een laag gehalte aan aromaten toegelaten zijn; is het gepast de toeslag van 10 $/T te schrappen; Overwegend en vaststellend dat in de praktijk de intermediaire stookolies (halfzware en zware fuels) van de markt verdwenen zijn is het schrappen van de publicatie van de maximum verkoopprijs gerechtvaardigd; Overwegend dat het past de wijzigingen van de maximum verkoopprijs van gasolie verwarming extra te binden aan de wijziging van de maximum verkoopprijs van diesel daar deze gasolie verwarming extra een gasolie diesel met 50 ppm zwavel is volgens de norm EN 590 maar met de merkstof Solvent Yellow 124 en met rode kleurstof; Overwegend dat lamppetroleum eveneens euromerker bevat, is het aangewezen rekening te houden met de kosten ervan in de maximum prijsstructuur ; Overwegend dat de indexatieformule van de distributiemarge en van de marge van de kleinhandelaar onvoldoende rekening houdt met de financieringskosten, is het aangewezen deze formule te wijzigen; Overwegend dat de amplitude van de schommelingen van de internationale noteringen steeds groter wordt en dat bijgevolg maatregelen moeten genomen worden om de financiële impact te temperen, is het aangewezen om de distributie marges tweemaal per jaar te indexeren; Overwegend dat de internationale noteringen in de periode sterk gestegen zijn, is het aangewezen deze uitzonderlijke stijging te verrekenen door de nieuwe indexatieformule, die rekening houdt met de financiële lasten in de distributie, nu toe te passen. Inderdaad het automatisch toepassen van de nieuwe formule,, bij een waarschijnlijke daling van de internationale noteringen zou het omgekeerd effect hebben van wat bedoeld werd; Overwegend dat voor butaan en propaan, de distributiemarges reeds in 1999 en in 2001 substantieel werden aangepast, waarbij impliciet rekening werd gehouden met de bijzondere distributiestructuur en met de financiële last is een compensatie voor de recente stijgingen niet nodig. Het is echter aangewezen om voor deze produkten in de toekomst dezelfde indexatieformule toe te passen. Overwegend dat de ministerraad beslist heeft dat op het ogenblik dat de nationale stockagemaatschappij APETRA- de nationale voorraden overneemt, de vergoeding voor de verplichte voorraad wordt verminderd; Gelet dat verwacht werd dat APETRA per 1 oktober 2006 operationeel zou zijn, dat omwille van externe omstandigheden APETRA, slechts per 1 april 2007 operationeel zal zijn, maar dat het past dat de gebruiker toch vanaf 1oktober 2006 van de voorziene verlaging kan genieten, wordt deze vermindering vanaf 1 oktober 2006 ingevoerd Overwegend dat, gelet op de complexiteit van de toepassing en van het toezicht op het stelsel van de maximum verkoopprijzen voor smeermiddelen voorzien in artikel 3 van de Programma-Overeenkomst evenals in artikel 29 van de technische bijlage aan de Programma-Overeenkomst, het aangewezen is dit stelsel af te schaffen door de smeermiddelen onder te brengen in de groep van producten waarvoor de

4 maandag 9 oktober leveranciers vrij zijn de prijzen vast te stellen voor zoverre de jaarlijks verkochte tonnenmaat T niet overschrijdt; Overwegend dat de minimummarges voor de motorbrandstoffen die in de Programma-Overeenkomst voorzien worden, ten alle tijde moeten gewaarborgd worden; Overwegend dat de kleinhandelaar naar goeddunken beschikt over deze minimum marges en dat bijgevolg de leveranciers en de kleinhandelaars, wat betreft de minimum marge, mits wederzijdse schriftelijke overeenkomst, eventueel vrij over een gedeelte van deze minimum marge beschikken; Gelet op artikel 119 van de wet van 20 juli 2006 houdende diverse bepalingen (BS van 28 juli 2006); Overwegende dat aan alle partijen die belang hebben bij het vaststellen van de maximum prijzenstructuur van de petroleumproducten om advies werd verzocht, in verband met een eventuele vernieuwing van de Programma-Overeenkomst Rekening houdend met de bepalingen van de artikels 10 2 en 12 van de desbetreffende Programma- Overeenkomst die aan de ondertekenende partijen op elk ogenblik toelaten, om overleg te plegen en de verschillende parameters en elementen van de Programma-Overeenkomst in gemeenschappelijk akkoord te herzien:

5 maandag 9 oktober Rekening houdend met de onderhandelingsprocedure die in artikel 119 van de wet van 20 Juli 2006 houdende diverse bepalingen is vastgelegd; Overwegend dat de ondertekenende beroepsvereniging representatief is voor tenminste 60% van de in verbruik gestelde hoeveelheden aardolieproducten in België, wordt deze Programma-Overeenkomst bindend voor de ganse sectorartikel 1 1. Daar een harmonieus prijsbeleid een normaal aanbod van producten inhoudt, verbinden de ondertekenende partijen van deze Programma-Overeenkomst zich ertoe alles in het werk te stellen om de bevoorrading van België, te verzekeren zonder discriminatie ten opzichte van andere landen en van hun traditioneel en historisch cliënteel, zonder onderscheid, op de nationale markt. 2. De Minister belast met Energie neemt, na overleg met de medeondertekenaar(), alle schikkingen die hij nuttig acht op reglementair en administratief vlak, om het grootst mogelijk aanbod van petroleumproducten te verzekeren. ARTIKEL 2 De Overeenkomst heeft tot doel de uitwerking van een structuurformule voor de maximum verkoopprijzen van alle producten geleverd op de Belgische markt en opgenomen in artikel 3. Voor de producten die in bulk en per liter verkocht worden, met uitzondering van de petroleumproducten verkocht aan de pomp, hebben de prijzen betrekking op leveringen bij 15 C. Voor de producten verkocht aan de pomp, en in afwachting van het van kracht worden van de wetgeving die het Koninklijk besluit van 21 november 2001 tot vaststelling van bijzondere regels inzake de aanduiding van de hoeveelheid bij het op de markt brengen van sommige motorbrandstoffen en vloeibare brandstoffen in bulk vervangt, hebben de maximum verkoopprijzen betrekking op leveringen bij omgevingstemperatuur. ARTIKEL 3. Met de toepassing van de bepalingen van de technische bijlage wordt beoogd : 1. op dagelijkse basis de maximum verkoopprijzen te bepalen van de benzines, gasolie-wegvervoer, motorbrandstofgas, gasolie-verwarming, butaan, propaan, zeer zware stookolie en lamppetroleum; 2 a) aan de leveranciers en kopers de vrijheid te laten door middel van onderhandelingen de verkoopprijs te bepalen voor de smeermiddelen voor zover hun marktaandeel kleiner is dan T/jaar; b) in geval het marktaandeel van de smeermiddelen meer dan T/jaar bedraagt bepaalt men automatisch het niveau van de maximum verkoopprijzen voor smeermiddelen,

6 maandag 9 oktober gedeeltelijk op grond van de prijs van het voortschrijdend gemiddelde van de valorisatie van de ton geraffineerde aardolie, gedeeltelijk op grond van de index van de industriële productie prijzen - rubriek 251 "scheikundige basisproducten" en gedeeltelijk op grond van de formule voor de aanpassing van de distributiekosten (artikel 16 van de technische bijlage); 3. aan de leveranciers en kopers de vrijheid te laten door middel van onderhandelingen het prijsniveau te bepalen voor alle andere petroleumproducten die niet expliciet in de 1 en 2b) hierboven gesteld zijn inclusief de petroleumgassen verkocht in verpakkingen kleiner dan 10 kg, voor zover het marktaandeel van deze types van verpakkingen beperkt blijft tot 2 % van de leveringen van petroleumgas in flessen; 4. aan de in de artikels 22 en 23 van de in de technische bijlage bedoelde kleinhandelaars een marge te waarborgen voor de benzines en gasolie- wegvoertuigen en motorbrandstofgas; 5. aan de verdelers van gasolie-verwarming een minimummarge te waarborgen. Deze moeten contractueel verbonden zijn aan één of meerdere leveranciers, of referenties hebben bij één of meerdere leveranciers, en voor hoeveelheden die de jaarlijkse contractuele hoeveelheden niet overschrijden en die werkelijk bij elke van de leveranciers werden opgenomen gedurende de 12 voorafgaande maanden. Deze minimummarge dekt het geheel van de distributiekosten, afschrijvingen en winst niet inbegrepen, voor de handelingen, die zij verrichten voor de levering aan de nationale eindverbruiker, als de internationale noteringen leiden tot een valorisatie hoger dan 120 % van het voortschrijdende gemiddelde van de valorisatie van een ton geraffineerde olie. ARTIKEL 4. Het niveau van deze marge is bepaald in artikel 24 van de technische bijlage van onderhavige Overeenkomst; Voor de maximum verkoopprijzen van de in art. 3 1 en 2b) bedoelde producten komen de partijen overeen te verwijzen naar de hierbij gevoegde maximum verkoopprijzen en parameters die op de datum van de ondertekening van deze Programma-Overeenkomst van kracht zijn Zij verbinden zich ertoe deze maximum verkoopprijzen slechts te wijzigen binnen de limieten vastgesteld bij de toepassing van de bepalingen van de technische bijlage van onderhavige Programma- Overeenkomst. ARTIKEL 5 Overeenkomstig de modaliteiten beschreven in de technische bijlage omvat de formule van de structuur van de maximum verkoopprijzen voor de aardolieproducten de volgende berekeningen: de valorisatie per ton geraffineerde aardolie;

7 maandag 9 oktober de voortschrijdende gemiddelde van 20 dagen valorisatie per ton geraffineerde olie; de verhouding tussen de valorisatie en de voortschrijdend gemiddelde valorisatie per ton geraffineerde olie; de maximum verkoopprijzen der producten bedoeld in artikel 3 1 en 2b); de wijzigingen van de maximum verkoopprijzen. ARTIKEL 6 De maximum verkoopprijzen van de aardolieproducten bedoeld in artikel 3 1 en 2b) en de latere prijzen toegepast in het kader van de Programma-Overeenkomst mogen verhoogd en verlaagd worden, binnen de grenzen bepaald in de technische bijlage. ARTIKEL 7 Met het oog op de controle van de naleving van de bepalingen voorzien in onderhavige Programma- Overeenkomst houden de ondernemingen, alle elementen tot staving van het respecteren van de structuurformule ter beschikking van de ambtenaren van de Algemene Directie Energie, eventueel bijgestaan door ambtenaren van de Algemene Directie Controle en Bemiddeling, of van de revisoren aangesteld door de Minister die Energie tot zijn bevoegdheid heeft. ARTIKEL 8 1. Teneinde de doorzichtigheid te verzekeren op het vlak van de totstandkoming van kosten en prijzen, alsook van de marktvoorwaarden, verbindt de mede ondertekenaar() van de huidige Programma-Overeenkomst, zich ertoe om, aan de Algemene Directie Energie alle gegevens mede te delen die nodig zijn voor het nazien van onderhavige Overeenkomst en meer bepaald van de parameters ervan. Deze gegevens zullen vervolledigd worden door de Algemene Directie Energie, rekening houdend met de gegevens van de maatschappijen De globale sectorale gegevens inzake de verschillende bestanddelen van de kosten, van de maximumprijzen en van de markt zullen door de Algemene Directie Energie ter beschikking gehouden worden van het Overleg- en Controle Comité voor de Petroleum. 2. Te dien einde bepaalt de Algemene Directie Energie de modaliteiten voor het inzamelen en het voorstellen van deze gegevens opdat deze zouden worden voorgesteld volgens een uniform schema. 3. De medeondertekenaar verbindt zich ertoe de Algemene Directie Energie de jaarlijkse, maandelijkse en dagelijkse gegevens te bezorgen die de werking van de maximum prijsstructuur verzekeren zoals beschreven in de technische bijlage van onderhavige Programma-Overeenkomst De Minister belast met Energie zal deze inlichtingen ter beschikking houden van het Overleg- en Controle Comité voor de Petroleum.

8 maandag 9 oktober ARTIKEL 9 De ambtenaren van de Algemene Directie Energie en de revisoren zijn door dezelfde regels gebonden met betrekking tot de individuele gegevens der ondernemingen als deze opgelegd aan de ambtenaren van het Nationaal Instituut voor de Statistiek. In de mate dat de ambtenaren die houder zijn van individuele inlichtingen, tijdens een globaal overleg, verschillen vaststellen met de mededelingen gedaan door de vertegenwoordigers van de aardolienijverheid, moeten zij het niveau en de herkomst ervan mededelen aan deze laatsten, die op hun beurt gebonden zijn door dezelfde bepalingen als deze die gelden voor de ambtenaren van het Nationaal Instituut voor de Statistiek. ARTIKEL De huidige Programma-Overeenkomst vervangt de oude. Ze is afgesloten voor een periode van 3 jaar vanaf de datum van de ondertekening en wordt stilzwijgend voortgezet voor periodes van drie jaar, behalve bij opzegging door één van beide partijen mits een vooropzeg van 12 maanden. Ze is op elk ogenblik opzegbaar door een van de partijen mits een vooropzeg van één jaar vanaf de datum van opzegging. 2. De bepalingen van 1 sluiten geenszins de herziening uit van de parameters, noch van de bestanddelen van de kosten- en valorisatieformules en van de mechanismen die zijn opgenomen in onderhavige Programma-Overeenkomst. Deze herzieningen gebeuren bij gemeenschappelijk akkoord tussen de partijen die onderhavige Programma-Overeenkomst hebben ondertekend of bij eenparige aanbeveling van het Overleg- en Controle Comité voor de Petroleum. ARTIKEL 11 De kosten van de verplichte opslag en de distributiemarges betreffende de producten bedoeld in artikel 3 1 en 2b) worden periodiek herzien bij toepassing van de bepalingen van de artikels 14 en 16, van de technische bijlage bij onderhavige Programma-Overeenkomst. ARTIKEL 12 Voor het geval dat, na de ondertekening van deze Programma-Overeenkomst, economische omstandigheden, die aan de controle van de ondertekende partijen ontsnappen, dusdanig wijzigen dat één van beide partijen meent dat een herziening van de Programma-Overeenkomst verantwoord is, zal deze partij hiervan de andere schriftelijk op de hoogte brengen met verantwoording van haar verzoek. De partijen zullen dan overleg plegen met elkaar om na te gaan of een dergelijke herziening verantwoord is en, zo zulks het geval is, in welke mate de voorwaarden van onderhavige Programma-Overeenkomst moeten gewijzigd worden om het hoofd te bieden aan de nieuwe omstandigheden.

9 maandag 9 oktober ARTIKEL 13 De ondertekenende partijen verbinden er zich toe: 1. hun inspanningen voort te zetten om de benamingen en karakteristieken van de verschillende petroleumproducten die het voorwerp uitmaken van de onderhavige Programma-Overeenkomst in precieze normen te definiëren. 2. mede te werken aan de inspanningen gericht op het verbeteren van de controle en het waarborgen van de kwaliteit van de producten. 3. om, in het kader van de bestaande wetgeving, de mogelijkheid voor de leveranciers en/of de kleinhandelaars te onderzoeken om de kosten in verband met de elektronische betaalsystemen in de maximum prijsstructuur te verwerken 4. een gedragscode uit te werken voor het ter beschikking stellen van opslagtanks voor propaan in bulk. Deze code beoogt de rechten van de verbruiker en de leverancier te waarborgen en zal besproken worden in een werkgroep. ARTIKEL 14 De Algemene Directie Energie verbindt er zich toe om de geldigheid van de Platt s European Market Scan te vergelijken met Argus en de meest betrouwbare te gebruiken. De andere ondertekenende partij verbindt zich ertoe aan de Algemene Directie Energie alle gevraagde elementen te leveren teneinde deze studie te verwezenlijken.

10 maandag 9 oktober Onderhavige Programma-Overeenkomst wordt van kracht op 1 oktober 2006 Aldus overeengekomen te Brussel, op 2006 Voor de Belgische Petroleum Federatie Voor de Belgische Staat Gilbert ASSELMAN Voorzitter Marc VERWILGHEN Minister van Economie, Middenstand en Energie Gaëtan. van de WERVE Secretaris-generaal