Stichting Vrijwillig Vervroegd Uittreden uit de Banden- en Wielenbranche

Transcriptie

1 Stichting Vrijwillig Vervroegd Uittreden uit de Banden- en Wielenbranche jaarverslag 2013

2 Stichting Vrijwillig Vervroegd Uittreden uit de Banden- en Wielenbranche Jaarverslag 2013 Dit jaarverslag is een uitgave van Stichting Vrijwillig Vervroegd Uittreden uit de Banden- en Wielenbranche Administrateur Syntrus Achmea Pensioenbeheer N.V. Postbus 40050, 7300 AX APELDOORN telefoon: datum 11 juni 2014

3 Jaarverslag 2013 pagina 2 26

4 Inhoud 1 Kerncijfers 5 2 Algemene gegevens Colleges en vertegenwoordigingen Samenstelling van het bestuur op 31 december Wisselingen in het bestuur Vertegenwoordiging in de Klantenraad van Syntrus Achmea Accountant Administrateur 8 3 Verslag Inleiding Inhoud van de regeling Cao, statuten en reglement Premie Begroting VUT-uitkeringen Aantal uittreders Aantal aangesloten ondernemingen Financieel beleid Totale uitkeringslast Verhoging uitkeringen Bestuursbesluiten Belangrijks bestuurlijke voornemens en besluiten na balansdatum Toekomstparagraaf Slotwoord 14 4 Jaarrekening Balans per 31 december 2013 na resultaatverdeling Staat van baten en lasten over het boekjaar Algemene toelichting Toelichting op de balans Beleggingen Vorderingen Liquide middelen Eigen vermogen Voorzieningen Schulden Niet in de balans opgenomen verplichtingen Toelichting op de staat van baten en lasten Baten Lasten Financiële baten en lasten Gebeurtenissen na balansdatum 24 Stichting Vrijwillig Vervroegd Uittreden uit de Banden- en Wielenbranche pagina 3 26

5 5 Overige gegevens Bestemming van het saldo van baten en lasten Gebeurtenissen na balansdatum Controleverklaring van de onafhankelijke accountant 26 Jaarverslag 2013 pagina 4 26

6 1 Kerncijfers (x 1.000,--) Aantal aangesloten ondernemingen (ultimo boekjaar) Bijdragepercentage Suppletieregeling 1% 2,55% 4,9% 6,4% 5,5% Totale uitkeringslast Overgangsregeling (excl. overkook) Stichting Vrijwillig Vervroegd Uittreden uit de Banden- en Wielenbranche pagina 5 26

7 Jaarverslag 2013 pagina 6 26

8 2 Algemene gegevens 2.1 Colleges en vertegenwoordigingen Samenstelling van het bestuur op 31 december 2013 Leden werkgevers: Ruud Spuijbroek, secretaris 1) Carel Bikkers, plv secretaris 1) Aad van den Berg 1) Leden werknemers: Hans Schaacke 2) Ed Lecomte, voorzitter 3) Arie Kasper 4) Plaatsvervangend lid werkgevers: Wim van de Pavert 1) Plaatsvervangend lid werknemers: vacature 2) vacature 3) vacature 4) Aangewezen door: 1) Vereniging VACO, Bedrijfstakorganisatie voor de Banden- en Wielenbranche 2) FNV Bondgenoten 3) De Unie, Vakbond voor industrie en dienstverlening 4) CNV Dienstenbond Wisselingen in het bestuur De heer Bikkers neemt per 1 januari 2013 zitting in het bestuur als nieuw bestuurslid namens Vereniging VACO. Vanuit werknemerszijde is de vacature bij FNV Bondgenoten opgevuld door de heer Schaacke. Namens CNV Dienstenbond is de heer Den Heijer in 2013 afgetreden en opgevolgd door de heer Kasper. In juni 2014 wordt de rol van plaatsvervangend voorzitter/secretaris werknemerszijde gekozen Vertegenwoordiging in de Klantenraad van Syntrus Achmea In de Klantenraad van Syntrus Achmea wordt de Stichting vertegenwoordigd door Ruud Spuijbroek. Voor de vertegenwoordiging vanuit werknemerszijde wordt in juni 2014 de rol ingevuld. Stichting Vrijwillig Vervroegd Uittreden uit de Banden- en Wielenbranche pagina 7 26

9 2.1.4 Accountant De heer M. Ferwerda RA PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. Thomas R. Malthusstraat JR Amsterdam Administrateur Syntrus Achmea Pensioenbeheer N.V. Bezoekadres: Rijnzathe 10, 3454 PV, De Meern Postadres: Postbus 40050, 7300 AX Apeldoorn Jaarverslag 2013 pagina 8 26

10 3 Verslag 3.1 Inleiding Het ons een genoegen hierbij verslag uit te brengen over het boekjaar 2013 van Stichting Vrijwillig Vervroegd Uittreden uit de Banden- en Wielenbranche (hierna: het fonds). In dit verslag wordt de inhoud van de VUT-regeling uiteengezet. Daarnaast komen de bestuursbesluiten die in 2013 zijn doorgevoerd aan de orde. Tevens wordt aandacht besteed aan de premie-inning, het liquidatieproces en wordt een overzicht gegeven van het aantal (toegekende) VUT-uitkeringen. 3.2 Inhoud van de regeling Overgangsregeling Uittredingsregeling en financiering vanaf Voor deelnemers geboren vóór 1 januari 1950 is, in het kader van de Wet aanpassing fiscale behandeling vut/prepensioen en de introductie van de levensloopregeling (de Wet VPL), met ingang van 1 januari 2006 de overbruggingsregeling komen te vervallen en is de suppletieregeling aangepast. Tot 1 juli 2006 konden deze deelnemers nog vervroegd uittreden op basis van de oude uittredingsleeftijden. Te weten op 60, 59 en 57,5 jarige leeftijd. Vanaf de tweede helft van 2006 is de uittredingsleeftijd voor deze groep stapsgewijs verhoogd volgens onderstaande tabellen. Voor deelnemers die minder dan 35 jaren in de branche hebben gewerkt: Kalenderjaar Vroegst mogelijke uittredingsleeftijd in de 2 e helft van jaar en 3 maanden in jaar en 6 maanden in jaar en 9 maanden in jaar In jaar en 3 maanden Voor deelnemers die ten minste 35 jaren maar minder dan 40 jaren in de branche hebben gewerkt: Kalenderjaar Vroegst mogelijke uittredingsleeftijd in de 2 e helft van jaar en 3 maanden in jaar en 6 maanden in jaar en 9 maanden in jaar Voor deelnemers die ten minste 40 jaren in de branche hebben gewerkt: Kalenderjaar Vroegst mogelijke uittredingsleeftijd in de 2 e helft van jaar en 9 maanden in jaar Deelnemers die gebruik maken van de mogelijkheid om vervroegd uit te treden op basis van bovenstaande regeling dienen hun ouderdomspensioen te vervroegen naar 62-jarige leeftijd. Vanaf 62-jarige leeftijd bestaat de uitkering uit een deel vervroegd Stichting Vrijwillig Vervroegd Uittreden uit de Banden- en Wielenbranche pagina 9 26

11 ouderdomspensioen bestaande uit de omgezette prepensioenaanspraken, en het verschil in opbouw vanaf tussen de oude en de nieuwe regeling. De pensioenopbouw stopt voor deze deelnemers op 62-jarige leeftijd of bij latere uittreding maar uiterlijk op 65-jarige leeftijd. Spaarvut Indien een deelnemer de ingangsdatum van de uitkering uit de overgangsregeling uitstelt, wordt de uitkering uit de overgangsregeling verhoogd. De wet schrijft voor op welke manier dat moet gebeuren; er moeten algemeen aanvaarde actuariële grondslagen worden gebruikt. Dat houdt in dat onafhankelijk van de ingangsdatum van de uitkering, de totale waarde van alle uitgekeerde termijnen gelijk moet blijven. Vanaf 1 januari 2008 hoeft de uitkering wettelijk bij uitstel nog maar te worden verhoogd met 50% van de verhoging die met gebruikmaking van algemeen aanvaarde actuariële grondslagen zou zijn vastgesteld. Cao-partijen hebben in 2008 besloten, om de spaarvutbepaling, overeenkomstig bovenstaande regeling, met 50% te versoepelen. Daarbij is tevens, op advies van het bestuur, besloten om een overgangsrecht toe te passen. Het overgangsrecht houdt in dat in gevallen waarbij de uitkering had kunnen ingaan vóór 1 januari 2009, de hoogte van de uitkering in twee stappen wordt vastgesteld. Eerst wordt de uitkering vanaf de vroegst mogelijke ingangsdatum tot de wijzigingsdatum verhoogd op basis van gebruikelijke actuariële factoren. Vervolgens wordt de op deze manier vastgestelde uitkering vanaf de wijzigingsdatum tot de datum van feitelijke ingang verhoogd met de nieuwe, lagere, factoren. Overkook In het reglement is bepaald dat de hierboven weergegeven actuariële verhoging plaatsvindt tot een hoogte van 100% van het laatste salaris. Het meerdere wordt overgeheveld naar het Bedrijfstakpensioenfonds voor de Banden- en Wielenbranche (hierna: het pensioenfonds) ten behoeve van het pensioen. Voor deelnemers geboren op of na 1 januari 1950 is naast de overbruggingsregeling ook de overgangsregeling komen te vervallen. Eerder stoppen met werken blijft voor deze groep deelnemers mogelijk door het ouderdomspensioen te vervroegen. Extra ouderdomspensioen komt beschikbaar door: een verbetering van de ouderdomspensioenregeling vanaf 1 januari 2006; door een verhoging van het opbouwpercentage en een verlaging van de franchise wordt er meer pensioen opgebouwd; de omzetting van het tot 31 december 2005 opgebouwd prepensioen in extra ouderdomspensioen; de, onder voorwaarde, toegezegde voorwaardelijke aanspraken ouderdomspensioen uit de overgangsregeling voor deelnemers geboren op of na 1 januari De overgangsregeling voor deelnemers geboren op of na 1 januari 1950 betreft een vertaling van de oude suppletieregeling in extra aanspraken ouderdomspensioen. Dit is nodig omdat deze groep nog niet voldoende kan opbouwen in de nieuwe regeling om eerder dan op 65-jarige leeftijd met pensioen te kunnen gaan. Er zal pas sprake zijn van extra aanspraken op het moment dat deze ook daadwerkelijk gefinancierd zijn. Wanneer een deelnemer voor die tijd de bedrijfstak verlaat, bestaan er geen rechten op extra aanspraken. De overgangsregeling voor deelnemers geboren op of na 1 januari 1950 is een regeling van het pensioenfonds. Financiering vanaf Het VUT-bestuur en het BPF- bestuur hebben eind 2009, mede ook naar aanleiding van opmerkingen van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en De Nederlandsche Bank, besloten de bijdrageverdeling voor de komende jaren anders vorm te geven. Vanaf 1 januari 2010 wordt vooraf vastgesteld welke bijdrage nodig is voor de financiering van de uitkerings- en uitvoeringslasten van de VUT-Stichting in dat jaar. Zie hoofdstuk Cao, statuten en reglement De uittredingsregeling voor 2013 is vastgelegd in een tussen werkgevers en werknemers overeengekomen Cao inzake het vervroegd uittreden voor de Banden- en Wielenbranche (VUT-CAO). Jaarverslag 2013 pagina 10 26

12 De VUT-CAO is per 1 januari 2006 aangepast in het kader van de Wet VPL en had een looptijd tot en met 31 december In verband met een reglementswijziging inzake de wijze van premieheffing is in 2010 door Cao-partijen besloten vervroegd een nieuw AVV verzoek in te dienen bij het Ministerie van Sociale Zekerheid en Werkgelegenheid. Dit verzoek is in 2010 toegewezen. De nieuwe AVV heeft een looptijd tot en met 31 december Geen AVV, dan alleen premieheffing bij georganiseerde werkgevers Georganiseerde werkgevers betalen premie voor de VUT-Stichting op grond van de VUT-CAO Stichting Vrijwillig Vervroegd Uittreden uit de Banden- en Wielenbranche. Ongeorganiseerde werkgevers zijn verplicht premie te betalen op grond van de algemeen verbindend verklaring (AVV) van deze Cao. Het Ministerie van SZW heeft vastgesteld dat er fondsen zijn die bij hun premieheffing geen onderscheid maken tussen georganiseerde en ongeorganiseerde werkgevers. In een AVV-loze periode mag het fonds geen premie in rekening brengen bij ongeorganiseerde werkgevers. Daarom is voorgeschreven dat de (incasso) administratie van het fonds gescheiden moet zijn in georganiseerde en ongeorganiseerde werkgevers. Het fonds heeft deze scheiding doorgevoerd en heeft de administratie zodanig ingericht dat deze scheiding periodiek geactualiseerd wordt. 3.4 Premie De bijdrage wordt apart gespecificeerd richting de aangesloten ondernemingen. Het bijdragepercentage voor de financiering van de overgangs- en suppletieregeling bedroeg in ,55% en is voor 2013 verlaagd naar 1% van de pensioengrondslag. Van deze premie komt 60% ten laste van de werkgever en 40% ten laste van de werknemer. De bijdrage wordt geheven door het pensioenfonds voor rekening en risico van de VUT-Stichting. Op basis van de actuariële memo over de toekomstige uitkeringen en de vastgestelde continuïteitsanalyse in 2013 is besloten om voor 2014 het bijdragepercentage verder te verlagen naar 0% van de pensioengrondslag. 3.5 Begroting Ingevolge richtlijn 640, lid 350, inzake de verslaglegging van organisaties zonder winststreven, dient het fonds de begrotingscijfers in de staat van baten en lasten op te nemen. Van deze verplichting wordt een fonds ontslagen indien de begroting slechts in beperkte mate als sturingsmiddel wordt gehanteerd. Dit laatste is voor dit fonds het geval. 3.6 VUT-uitkeringen Aantal uittreders Het aantal uitkeringen uit de overgangsregeling (overbrugging- en suppletie) Aantal lopende uitkeringen per 31 december Bij aantal toegekende uitkeringen +/+ 9 Af aantal beëindigde uitkeringen wegens pensionering -/- 57 aantal beëindigde uitkeringen wegens overlijden -/- 0 Aantal lopende uitkeringen per 31 december Stichting Vrijwillig Vervroegd Uittreden uit de Banden- en Wielenbranche pagina 11 26

13 3.6.2 Aantal aangesloten ondernemingen Het aantal aangesloten ondernemingen ultimo 2013 bedroeg 676. Ultimo 2012 was het aantal Financieel beleid Totale uitkeringslast De uitkeringslast inclusief de overkook bedroeg in ,2 miljoen en in ,7 miljoen. De voorziening voor nakomende verplichtingen voor de ingegane en niet-ingegane uitkeringen uit de overgangsregeling verminderde van 2,9 miljoen ultimo 2012 naar 0,8 miljoen ultimo Verhoging uitkeringen De uitkeringen uit de overgangsregeling zijn in het verslag jaar niet verhoogd. Deze lopen gelijk met de pensioenuitkeringen welke per 1 januari 2013 niet zijn geïndexeerd. 3.8 Bestuursbesluiten In het verslagjaar kwam het bestuur tweemaal in vergadering bijeen. Deze vergaderingen vonden plaats op 12 juni en 19 december In de vergaderingen zijn de volgende punten aan de orde gekomen: financiële situatie; beleggingen; toekomstige uitkeringen/ continuïteitsoverzicht; liquidatieproces; jaarverslag 2012; administratiekosten; Financiële situatie Gezien de bestuurlijke verantwoordelijkheid voor de financiële huishouding heeft het bestuur in alle vergaderingen financiële rapportages besproken. Uitgangspunt hierbij is het bewaken van de VUT en overgangsregeling en het handhaven van een financieel gezonde situatie. Bespreking vond onder andere plaats aan de hand van informatie die werd verstrekt via de zogenaamde kerngegevens. Deze informatie bestond uit een balans en een winst- en verliesrekening, een overzicht van de bijdrageheffing en incasso en een overzicht van de beleggingen. Beleggingen Het F&C Geldmarktfonds verkeerde in 2012 in liquidatie. De redenen om tot liquidatie over te gaan waren de voortdurende illiquiditeit en de beperkte omvang van het Geldmarktfonds en de verwachting dat de omvang in de toekomst nog kleiner zou worden. F&C heeft per december 2012 het illiquide Geldmarktfonds volledig vereffend. In de bestuursvergadering van 19 december 2013 is de beëindigingovereenkomst tussen Stichting VUBAN en F&C getekend. Met de afsluiting van de portefeuille eindigt de relatie tussen beide partijen. Toekomstige uitkeringen / continuïteitsoverzicht Het bestuur laat voor elke vergadering een memo opstellen met de actuele financiële situatie om beter inzicht te krijgen in de toekomstige verplichtingen van het fonds. Daarbij is ook de premievaststelling voor de jaren 2013 en 2014 in beschouwing genomen. De uitkeringen van de huidige en toekomstige deelnemers zijn zo exact mogelijk geïnventariseerd en worden jaarlijks Jaarverslag 2013 pagina 12 26

14 gemonitoord. In december is het continuïteitsoverzicht met de verwachte stand ultimo 2014 besproken. Er is vastgesteld dat er voldoende beschikbaar vermogen is om de (toekomstige) uitkeringen te financieren. Liquidatieproces In december 2014 zullen de laatste uitkeringen vanuit de Stichting plaatsvinden. Hierna zijn er geen deelnemers meer die recht hebben op een VUT-uitkering. De Cao voor het fonds loopt op 31 december 2014 af. In de bestuursvergadering van juni 2013 is een globaal inzicht in de stappen van het ontbindingstraject besproken. Daarbij is gekeken naar onder andere de statuten, vereffening, uitschrijvingen en communicatie naar werkgevers en werknemers. De uitkomsten van de continuïteitsanalyse zijn van belang voor het maken van keuzes in het liquidatieproces. In juni 2013 heeft het bestuur een principebesluit genomen over het ontbinden van de Stichting en de bestemming van het batig saldo. Het principebesluit is voorgelegd aan cao-partijen. Zij hebben positief advies afgegeven aan het bestuur om het te verwachten batig saldo aan te wenden voor de algemene reserve van het pensioenfonds. Daarnaast heeft het bestuur mandaat gekregen voor de verdere afwikkeling van de ontbinding van het fonds. In de bestuursvergadering van december is de mogelijkheid besproken om een (groot) deel van het vermogen van het fonds reeds in 2013 over te hevelen naar het pensioenfonds. De feitelijke eindafrekening van het batig saldo zal bij liquidatie plaatsvinden. Na uitvoerig overleg tussen de besturen van de fondsen en de externe adviseurs, is besloten om een dotatie van 1,2 miljoen aan het gelieerde pensioenfonds te doen op het verwacht toekomstig batig saldo. Jaarverslag 2012 In de vergadering van 12 juni 2013 kwam het jaarverslag over 2012 aan de orde. Het bestuur is, na verwerking van de opmerkingen en errata, akkoord gegaan met het jaarverslag. In december 2013 heeft het bestuur de overeenkomst met de accountant PWC verlengd voor de controle van de jaarrekening Administratiekosten De afrekening van de administratiekosten 2012 en de toelichting daarop zijn besproken in de vergadering van 12 juni Het bestuur heeft kennisgenomen van de administratiekosten en is akkoord gegaan met de toelichting. De begroting van de administratiekosten 2014 is vastgesteld in de vergadering van 19 december Belangrijks bestuurlijke voornemens en besluiten na balansdatum Na balansdatum hebben zich geen belangrijke stellige bestuurlijke voornemens en besluiten voorgedaan Toekomstparagraaf Ultimo 2014 eindigt de VUT-regeling. De verwachting van het bestuur is dat alle uitkeringen tot het einde van de regeling betaald kunnen worden. Op basis van de meest recent opgestelde prognose wordt een overschot verwacht aan het eind van de looptijd van de regeling. Er is besloten om een dotatie van 1,2 miljoen aan het gelieerde pensioenfonds te doen op het verwacht toekomstig batig saldo. De gelden komen ten goede aan de deelnemers die de gelden hebben ondergebracht en worden derden niet direct of indirect bevooroordeeld. Op 23 januari 2014 heeft de Belastingdienst te kennen gegeven dat het batig saldi van liquiderende Vutfondsen overgedragen kunnen worden aan gelieerde pensioenfondsen zonder dat er schenkingsbelasting verschuldigd is. In principe wordt 31 december 2014 aangehouden als ontbindingstijdstip. Stichting Vrijwillig Vervroegd Uittreden uit de Banden- en Wielenbranche pagina 13 26

15 3.11 Slotwoord Nadere gegevens met betrekking tot financiële gang van zaken gedurende het afgelopen boekjaar zijn vermeld in de op de volgende pagina s opgenomen jaarrekening. Wij danken iedereen die in het verslagjaar heeft bijgedragen aan het goed functioneren van het fonds. Eemnes, 11 juni 2014 Stichting Vrijwillig Vervroegd Uittreden uit de Banden en Wielenbranche Het bestuur: Ruud Spuijbroek Voorzitter Ed Lecomte Secretaris Jaarverslag 2013 pagina 14 26

16 4 Jaarrekening 4.1 Balans per 31 december 2013 na resultaatverdeling Activa (x 1.000) Toelichting *) Beleggingen Liquiditeiten Vorderingen Overige vorderingen en overlopende activa Liquide middelen Totaal *) De nummering verwijst naar de toelichting Passiva (x 1.000) Toelichting Eigen vermogen Algemene reserve Voorzieningen Voorziening voor nakomende verplichtigingen Schulden Overige schulden Totaal Stichting Vrijwillig Vervroegd Uittreden uit de Banden- en Wielenbranche pagina 15 26

17 4.2 Staat van baten en lasten over het boekjaar 2013 (x 1.000) Toelichting Premiebijdragen Beleggingsopbrengsten Onttrekking aan de voorziening nakomende verplichtigingen Baten Uitkeringslasten Sociale lasten en pensioenpremies Overige bedrijfskosten Overige lasten Lasten Financiële baten en lasten Totaal Bestemming van het saldo van baten en lasten Algemene reserve Jaarverslag 2013 pagina 16 26

18 4.3 Algemene toelichting Doel Het doel van de Stichting Vrijwillig Vervroegd Uittreden uit de Banden en Wielenbranche, statutair gevestigd te Amsterdam (hierna het fonds ), is de mogelijkheid bieden om vervroegd uit het arbeidsproces te treden door het doen van uitkeringen aan werknemers die vervroegd uit het arbeidsproces treden of uitkeringen te verstrekken aan werknemers als aanvulling op prepensioen. Grondslagen van waardering, resultaatbepaling en resultaatbestemming Algemene grondslagen De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met Richtlijn voor de jaarverslaggeving 640 'Organisaties zonder winststreven'. Ingevolge Richtlijn 640, lid 305, dient het fonds de begrotingcijfers in de staat van baten en lasten op te nemen. Van deze verplichting wordt het fonds ontslagen indien de begroting slechts in beperkte mate als sturingsmiddel wordt gehanteerd. Dit laatste is voor het fonds het geval. Alle bedragen zijn vermeld in euro x Continuïteit Deze jaarrekening is opgesteld uitgaande van de continuïteitsveronderstelling. Stelselwijziging In 2013 hebben zich geen stelselwijzigingen voorgedaan. Gebruik van schattingen De opstelling van de jaarrekening vereist dat het bestuur oordelen vormt en schattingen en veronderstellingen maakt die van invloed zijn op de toepassing van grondslagen en de gerapporteerde waarde van activa en verplichtingen, en van baten en lasten. De daadwerkelijke uitkomsten kunnen afwijken van deze schattingen. De schattingen en onderliggende veronderstellingen worden voortdurend beoordeeld. Herzieningen van schattingen worden opgenomen in de periode waarin de schatting wordt herzien en in toekomstige perioden waarvoor de herziening gevolgen heeft. Vergelijking met voorgaand jaar De grondslagen van waardering en resultaatbepaling zijn, voorzover niet anders vermeld, ongewijzigd ten opzichte van voorgaand jaar. Waarderingsgrondslagen Voor zover niet anders is vermeld zijn de activa en passiva gewaardeerd tegen nominale waarde. Beleggingen Beleggingen worden gewaardeerd tegen actuele waarde. Overlopende activa en passiva alsmede liquiditeiten vermogensbeheer worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Het verschil tussen marktwaarde en nominale waarde is bij deze activa en passiva in het algemeen gering. Overlopende activa en passiva inzake beleggingen worden onder de kortlopende vorderingen of kortlopende schulden gepresenteerd. Vorderingen en schulden Deze posten bestaan uit handels- en overige vorderingen, leningen en overige financieringsverplichtingen, handelsschulden en overige te betalen posten. Deze posten worden bij de eerste opname verwerkt tegen reële waarde. Indien deze posten niet zijn gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de staat van baten en lasten, maken eventuele direct toerekenbare transactiekosten deel uit van de eerste waardering. Na de eerste opname worden deze posten gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs, verminderd met bijzondere waardeverminderingsverliezen. Stichting Vrijwillig Vervroegd Uittreden uit de Banden- en Wielenbranche pagina 17 26

19 Onder de vorderingen is de rekening courant verhouding met het Bedrijfstakpensioenfonds voor de Banden- en Wielenbranche opgenomen. Met ingang van 2009 wordt hierover interest berekend. Liquide middelen Onder de liquide middelen worden banktegoeden opgenomen welke onmiddellijk opeisbaar zijn. De liquide middelen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Algemene reserve Deze reserve is een saldopost en dient ter opvang van tegenvallers anders dan waarvoor een specifieke reserve respectievelijk voorziening is getroffen. Indien in enig jaar sprake is van een negatieve Algemene reserve vindt presentatie plaats als Financieringstekort. Voorziening voor nakomende verplichtingen De nakomende verplichtingen zijn per balansdatum berekend op het bedrag van de reeds ingegane en niet ingegane nog verschuldigde uitkeringen tot aan de pensioengerechtigde leeftijd van de betrokkenen, onder aftrek van pensioenuitkeringen en andere uitkeringen. De VUT-regeling zal eindigen op 31 december Op deze datum zal de laatste VUT-gerechtigde (geboren voor 1 januari 1950) de pensioengerechtigde leeftijd van 65 jaar hebben bereikt. De stichting heeft per 31 december 2013 naar verwachting voldoende middelen om de VUT-uitkeringen tot en met december 2014 uit te kunnen keren. Er wordt geen rekening gehouden met de toekomstige loonontwikkeling, de eventuele actuariële ophoging en het sterfterisico. Schulden op korte termijn Alle schulden hebben een looptijd korter dan één jaar. Grondslagen van resultaatbepaling De baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. In het algemeen geldt dat bij het opmaken van de jaarrekening nog niet alle gegevens definitief zijn vastgesteld. Met name geldt dit voor de verwerking van deelnemersgegevens. De effecten hiervan worden dan in het volgend jaar verantwoord. Resultaatbestemming Het saldo van baten en lasten wordt gedoteerd aan of geput uit het eigen vermogen. Jaarverslag 2013 pagina 18 26

20 4.4 Toelichting op de balans Beleggingen Liquiditeiten In 2013 is de beleggingsovereenkomst met de vermogensbeheerder ontbonden. (x 1.000) Stand per 1 januari Verkopen Gerealiseerde herwaardering - 1 Stand per 31 december Vorderingen Alle vorderingen hebben een looptijd korter dan 1 jaar. Tenzij anders is vermeld. De reële waarde wijkt niet materieel af van de nominale waarde Overige vorderingen en overlopende activa (x 1.000) Rekening-Courant gelieerd BPF-fonds In het verslagjaar is een schenking verricht aan het gelieerde bedrijfstakpensioenfonds van 1,2 miljoen. Deze schenking is vrijgesteld van schenkbelasting Liquide middelen De samenstelling van de liquide middelen is als volgt: (x 1.000) Staalbankiers Onder de liquide middelen worden opgenomen die tegoeden op bankrekeningen die direct opeisbaar zijn. Stichting Vrijwillig Vervroegd Uittreden uit de Banden- en Wielenbranche pagina 19 26

21 4.4.4 Eigen vermogen Algemene reserve Het verloop is als volgt weer te geven: (x 1.000) Stand per 1 januari Resultaatbestemming Stand per 31 december De regeling eindigt op 31 december Ultimo 2013 is geen financieringstekort aanwezig. De verwachting van het bestuur is dat alle uikeringen tot het einde van de regeling betaald kunnen worden. Alle lopende en nieuw in te gane uitkeringen zijn reeds afgefinancierd. Het bestuur verwacht tussentijds geen liquiditeitstekorten. Op basis van de meest recent opgestelde prognose wordt een overschot verwacht aan het eind van de looptijd van de regeling Voorzieningen Voorziening voor nakomende verplichtingen De voorziening heeft betrekking op lopende en toekomstige vervroegde uitkeringen. Mogelijke toekomstige deelnemers zijn volledig in de voorziening meegenomen. (x 1.000) ingegane uitkeringen niet- ingegane uitkeringen Totaal Stand per 1 januari Onttrekking Stand per 31 december (x 1.000) ingegane uitkeringen niet- ingegane uitkeringen Totaal Stand per 1 januari Onttrekking Toevoeging Stand per 31 december Jaarverslag 2013 pagina 20 26

22 4.4.6 Schulden Alle schulden hebben een looptijd korter dan één jaar, tenzij anders is vermeld. De reële waarde wijkt niet materieel af van de nominale waarde Overige schulden De post is als volgt gespecificeerd: (x 1.000) Accountantskosten 11 5 Administratiekosten - 8 Overige schulden 6 5 Totaal De uitkeringen van het fonds vinden plaats door Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Banden en Wielenbranche Niet in de balans opgenomen verplichtingen Per jaareinde zijn er geen verplichtingen die niet in de balans zijn opgenomen. Stichting Vrijwillig Vervroegd Uittreden uit de Banden- en Wielenbranche pagina 21 26

23 4.5 Toelichting op de staat van baten en lasten Baten Premiebijdragen De premiebijdragen zijn als volgt opgebouwd: (x 1.000) Premie boekjaar Mutaties inzake voorziening premievorderingen -3-9 Totaal De premiebaten voorgaande jaren zijn verantwoord conform de door de werkgevers verstrekte definitieve loonopgaven. Het premiepercentage voor 2013 is 1,00 %, in 2012 was het percentage 2,55 % Beleggingsopbrengsten (x 1.000) koersresultaat liquiditeiten Onttrekking aan de voorziening nakomende verplichtingen (x 1.000) Onttrekking voorziening voor nakomende verplichtingen Onttrekking nakomende verplichtiging niet-ingegane uitkeringen Toevoeging nakomende verplichtiging niet-ingegane uitkeringen Totaal Jaarverslag 2013 pagina 22 26

24 4.5.2 Lasten Uitkeringslasten Hieronder zijn de aan het verslagjaar toegerekende uitkeringen opgenomen. Deze post is als volgt opgebouwd: (x 1.000) (Bruto) uitkeringen aanvullingsregeling Overkook Totaal Sociale lasten en pensioenpremies Deze post is als volgt opgebouwd: (x 1.000) Sociale lasten Overige bedrijfskosten Deze post is als volgt gespecificeerd: (x 1.000) Administratiekosten Kosten onafhankelijke accountant; controle van de jaarrekening Bestuurskosten 3 4 Advieskosten - 6 Overige kosten 4 7 Totaal Bestuurdersbezoldiging Onder de bestuurskosten is een bedrag van aan vacatiegelden verantwoord (2012: 4.000). Personeel Het fonds heeft geen personeel in dienst. De beheeractiviteiten worden op basis van een uitvoeringsovereenkomst verricht door personeel in dienst van Syntrus Achmea Pensioenbeheer dan wel vermogensbeheerder. Stichting Vrijwillig Vervroegd Uittreden uit de Banden- en Wielenbranche pagina 23 26

25 Overige lasten (x 1.000) Schenking aan gelieerd BPF fonds Totaal Het bestuur heeft na diepgaand overleg besloten tot overdracht van 1,2 miljoen, als een (belangrijk) gedeelte van het toekomstig batig saldo, ten behoeve van de algemene reserve van het Pensioenfonds Financiële baten en lasten x x Interest liquide middelen - 1 Interest rekening courant gelieerd BPF Totaal Gebeurtenissen na balansdatum Na balansdatum hebben zich geen gebeurtenissen voorgedaan met belangrijke financiële gevolgen voor de stichting. Eemnes, 11 juni 2014 Stichting Vrijwillig Vervroegd Uittreden uit de Banden en Wielenbranche Namens het bestuur, De heer R.J.L. Spuijbroek Voorzitter De heer E.C.P. Lecomte Secretaris Jaarverslag 2013 pagina 24 26

26 5 Overige gegevens 5.1 Bestemming van het saldo van baten en lasten Het resultaat boekjaar wordt ten laste gebracht van de algemene reserves. 5.2 Gebeurtenissen na balansdatum Na balansdatum hebben zich geen gebeurtenissen voorgedaan met belangrijke financiële gevolgen voor de Stichting. Stichting Vrijwillig Vervroegd Uittreden uit de Banden- en Wielenbranche pagina 25 26

27 5.3 Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: het bestuur van Stichting Vrijwillig Vervroegd Uittreden uit de Banden- en Wielenbranche Wij hebben de in dit verslag opgenomen jaarrekening 2013 van Stichting Vrijwillig Vervroegd Uittreden uit de Banden- en Wielenbranche te Amsterdam gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2013 en de staat van baten en lasten over 2013 en de toelichting waarin zijn opgenomen: een overzicht van de grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen. Verantwoordelijkheid van het bestuur Het bestuur van de stichting is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en het saldo van baten en lasten getrouw dient weer te geven in overeenstemming met Richtlijn 640 Organisaties zonder winststreven van de Nederlandse Raad voor de Jaarverslaggeving en de relevante bepalingen van het Toetsingskader Algemeen Verbindend Verklaring CAO-bepalingen. Het bestuur is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als het bestuur noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de stichting. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van de door het bestuur van de stichting gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden. Oordeel Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van Stichting Vrijwillig Vervroegd Uittreden uit de Banden- en Wielenbranche per 31 december 2013 en van het saldo van baten en lasten over 2013 in overeenstemming met Richtlijn 640 Organisaties zonder winststreven van de Nederlandse Raad voor de Jaarverslaggeving. Voorts zijn wij van oordeel dat de in de jaarrekening weergegeven lasten juist zijn aangewend ten behoeve van het bestedingsdoel/de activiteit welke aansluit bij de statuten en/of reglementen van het fonds, in overeenstemming met de relevante bepalingen van het Toetsingskader Algemeen Verbindend Verklaring CAO-bepalingen. Amsterdam, 26 juni 2014 PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. drs. M. Ferwerda RA Jaarverslag 2013 pagina 26 26

28