Spelling op maat. Kopieerbladen 8. Hoofdauteurs Ton van den Broek Gerard de Haan. Eindredactie Marcia Schouten

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Spelling op maat. Kopieerbladen 8. Hoofdauteurs Ton van den Broek Gerard de Haan. Eindredactie Marcia Schouten"

Transcriptie

1 Spelling op maat Kopieerbladen 8 Hoofdauteurs Ton van den Broek Gerard de Haan Eindredactie Marcia Schouten Auteurs Nynke Braaksma Bo Buijs Anneke Luijendijk Anita Middel Marcia Schouten Saskia Tromp-Lantman Cora Verhoeven Mascha Verhulst Noordhoff Uitgevers

2 Ontwerp binnenwerk: Aly Pepping, Thesinge Ontwerp omslag: Astrid van der Neut, Rotterdam Illustraties binnenwerk: Yvonne Windhorst-Maaskant, Alphen a/d Rijn: alle spellingplaatjes Foto s binnenwerk: Shutterstock, New York, USA: kopieerblad 8 en 0 Noordhoff Uitgevers bv, Groningen/Houten Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 9 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voor zover het maken van reprografische verveelvoudigingen uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 6h Auteurswet 9 dient men de daarvoor verschuldigde vergoedingen te voldoen aan Stichting Reprorecht (postbus 060, 0 KB Hoofddorp, Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 6 Auteurswet 9) kan men zich wenden tot Stichting PRO (Stichting Publicatie- en Reproductierechten Organisatie, postbus 060, 0 KB Hoofddorp, Eerste uitgave, 0 SISO

3 Inhoud Klik op het kopieerbladnummer om naar het kopieerblad te gaan. Klik op het kopieerbladnummer op de pagina om terug te keren. categorie kopieerblad molen, mollen, geit 5 gladheid 6 majesteit 7 specht 8 lachen 9 pauw 0 houten, 4 rugby 7, 8 bloemenvaas, liniaal 5, 6 alle/allen 7 ruïne 0, auto-ongeluk 4, 5 knieën (uitbreiding) 8, 47 auto s 9, 46 tv 4, 4 stripboek 5 W W4 W5, 4,, 5, 6, 9, 0,, 4, 8, 9,,, 6, 7, 40, 4, 44, 45, 48, 49, 50 De kopieerbladen met antwoorden staan op bladzijde

4 molen mollen Schrijf de woorden in de goede rij. kippenvel rekensommen overwinnen fazant collectie hoffelijkheid tekenfiguur publiciteit assistent regisseur arrogant gifkikker ademhalen tomatensaus solliciteren annuleren vrijwillig avonduren resultaat Hollands tafeltennis zaterdagmiddag opzettelijk kanonskogel Schrijf het meervoud op. boomhut slaapzak elleboog probleem zeekrab koolmees woensdag spinnenweb hagedis maairobot regelneef knipoog bloemenkas visgraat handpeer boerin Schrijf de woorden op. brugkla er re enmachine ch colade brievenbu en a elmoes wa erschade bel ning e endig achter ver vergi ing n vember pla eland

5 molen mollen Schrijf de woorden op. p/pp uitsta en a araat su erieur dameska er r/rr a estatie ma ionet co ectie pa aplu k/kk d/dd le erbekje postbo e te enaar bene en houtha er onmi ellijk fietsspa en toonla er Vul het bijvoeglijk naamwoord in. kil de dag krap de broek leeg de trommel groot de mannen vlug de jongen kaal de meneer ver het land krom de tak slim de kater hoog de flats zuur de bommen klam de doek tof de peer guur het weer klef de handen laag het zadel Maak er meervoud van en vul in. bibliotheek kennis zeerob citaat eigenschap vuilniszak cultuur pakket Maartje heeft een paar vrienden en heel veel Hoeveel zijn er in jouw woonplaats? Deze komen uit een boek van Francine Oomen. Eerlijkheid en betrouwbaarheid zijn goede In Nederland wonen mensen uit verschillende De vuilniswagen haalt op maandag de op. Zie jij hoeveel er op die zandbank zitten? De postbode bezorgt liever geen grote

6 Maak voltooid deelwoorden en schrijf ze in de goede rij. verwachten verdwijnen groeien schamen rusten vliegen drogen inlichten vluchten zenden roepen haasten uitstellen praten heffen stromen vergaderen doen eindigt op t eindigt op d eindigt op en Werkwoorden 5 hele ander tt ander vt voltooid deelwoord werkwoord (ik heb/ben ) vermelden bewaren vertellen vinden snijden storten schuiven starten Onderstreep en vul het werkwoord in. pv / vd Waarom (kladden tt) je toch zo in je schrift? pv / vd De politie (leiden vt) het verkeer in goede banen. pv / vd De mannen (schelden vt) naar elkaar. pv / vd Het bosgebied wordt (begrenzen) door sloten. pv / vd De man (raden tt) het getal in een keer! pv / vd De wedstrijd is (staken) met een gelijk spel. pv / vd pv / vd Ik heb mijn spullen (verhuizen) De kaartjes voor het feest zijn (uitverkopen)

7 4 Onderstreep het onderwerp en de persoonsvorm. Schrijf het voltooid deelwoord in de zin. Werkwoorden 5 Heb jij mijn laptop van de tafel (pakken)? Die zangeres heeft bij ons op het plein (zingen) Gelukkig zijn mijn ouders tegen inbraak (verzekeren) Op het feest van Erwin hebben we uren (dansen) Ik ben wel drie keer (uitglijden) De hond van de buren heeft mij drie keer (bijten) Die dikke spin is over mijn boek (kruipen) Het vliegtuig is na een korte vertraging (landen) hele ander tt ander vt voltooid deelwoord werkwoord (ik heb/ben ) lopen genoot richten sloeg bedanken herhalen gekropen toepassen beslist Onderstreep de persoonsvorm. Schrijf daarna het voltooid deelwoord van dat werkwoord op. Die aanpak lukt altijd volgens de meester. Ik rende vijf kilometer in een uur. De bejaarde man wandelt op de snelweg. Het schoolfeest begint al om zeven uur. De auto met kapotte remmen rijdt de etalage in. De bloemist biedt op de bloemenveiling. Mijn vriendin belooft op tijd te komen. Raadde jij het in één keer goed?

8 5 geit Schrijf de woorden op. = ei = ij porsel n afw zing gel kenis besch den bevr den verdw ning gendom ber ken r st d kl ngeld waterp l tevoorsch n verl den gent ds sch dsrechter verw deren Maak samengestelde woorden. Gebruik elk woord één keer. sprint reis kever hard lever geld leider kei leiding terrein klein eieren pastei arbeider aardbeien eind mei geheim Schrijf de woorden op de goede regel. water schrift sport taart fabrieks roer omh ning surv lleren gastvr ndelijk afw king wederz ds vr wel voorber ding afl ding afsn den st geren staatsloter vuurp l n ging afsch ding b voorbeeld verbr zelen kaps zen ij ei

9 6 gladheid Maak er een woord op heid van. bijzonder gezond toevallig mogelijk omstandig rechtvaardig beleefd saamhorig verscheiden gretig hoeveel schoon afwezig plechtig vijandig gulzig gelijk nalatig misselijk waar Achter welk woord kun je heid zetten? Schrijf de woorden met heid op. ongeluk mogelijk persoonlijk minder troon benauwd geloof boos tevreden zeker angst dankbaar moeilijk werkeloos vertrouwen gelegen fantasie eeuwig Maak een woord op heid en vul in. wijs bezig sierlijk slordig onzeker werkelijk beroemd gastvrij eenzaam Kinderen in oorlogsgebieden leven in grote Wat is? Wat is slim om nu als eerste te doen? In had Tristan zich helemaal niet verslapen. Ik vind spelletjes doen op de computer een leuke De meisjes hebben de handtekening van die De danseres valt op door haar lengte en haar Door de van de monteur hebben we geen elektriciteit. Veel ouderen in Nederland leven in grote Wij staan bekend om onze : iedereen is welkom.

10 7 majesteit Maak er een woord op teit van. mentaal stom creatief sportief anoniem nationaal elektra populair origineel Schrijf de woorden op. ti mi in teit teit to ri au kwan teit ti mi stom teit ver si uni teit spon ni ta teit teit for li ma pas teit si vi vi li ta teit crimineel spontaan muzikaal speciaal divers elastiek actueel rivaal effectief ber pu teit den teit i ti teit re a li li teit kwa bli ci pu teit ci teit ca pa fa ci teit li ta to li teit teit vi ti spor Maak de woorden langer en schrijf ze op de goede regel. De woorden eindigen op teit of tijd. vitaal creatief zomer puber tussen vertrek muzikaal spontaan lunch kleuter leef spontaan totaal ijs divers actueel maal ronde passief teit tijd

11 8 specht Schrijf het woord op. acht echt icht ocht ucht Ze horen allerlei ger en over de filmster. Wat voor cadeau heb jij voor haar gek? Ik heb werkelijk geen idee wat mijn gew is. Oma gaat met haar kl en naar een arts. Deze weg heeft veel gevaarlijke b en. Heb je ook al bed wat ik moet doen? We zagen allebei een vl ganzen. Sofie heeft twee n en en drie neven. Schrijf de woorden achter de zin. cht gt Wat li er voor iets vies op het aanre? Oma ze dat ik re op moet lopen. Zij is vrij sle in dat soort opdra en. De a erdeur klapte tegen mijn gezi Hij klaa over de herrie van de vra auto. De buurman wee zich elke na Mama le de kussens weer re Is dat waterpistool e op mij geri? Schrijf de woorden op. acht echt icht ocht ucht pl vr kl br kr sl m uitz ger vl geh gez gew v ber ged

12 9 lachen Schrijf de woorden op. = ch = g zi ku en li aam ar ief no al emisch ri el bela elijk bezor d limla en pe vo el ie elen bo el ar eolo ie ro elen re elen a tenta tig oo elen Maak samengestelde woorden. Gebruik elk woord één keer. lachen chloor richel techniek lichaam chaos pech echo lach goochel archief kachel hemel glim... kast auto vogel verkeers Schrijf het woord achter de zin. ch g hout truc water berg spiegel put Geef mij maar kaas, ik ben niet zo dol op zoet bele Steeds meer meisjes kiezen een te nisch beroep. Thijs is nieuws ierig hoeveel punten hij heeft. De goo elaar tovert een konijn uit de hoge hoed. De fans jui en het elftal elk weekend toe. Mijn moeder vindt mijn korte rok bela elijk staan. Wist je dat een lama spuu t uit zelfverdediging? Doe je voorzi tig? Gister viel er ook al iemand.

13 0 pauw Schrijf de woorden op. = au = ou wantr wen n welijks kniek s wenkbr w toband kl teren gustus tr ma tr wjurk gurk ben wd badz t tomaat kab ter juffr w fl wekul verst wen n wkeurig Maak samengestelde woorden. Gebruik elk woord één keer. touw pauze rauw dauw bouw fouten flauw saus schouder klauw blauw kauw beren spring donker... nummer spel vallen Welk woord hoort erbij? gom tomaten band kost druppels...plaats herkauwer nauwkeurig lichtblauw pauze aula auteur kabeljauw lauw applaus flauwekul rauw grauw automobilist astronaut soort vis schrijver koe onzin heel precies bestuurder ongekookt ruimtevaarder kleur beetje warm rustmoment klappen grote zaal vaalgrijs

14 Vul het voltooid deelwoord in. uiten emigreren aantasten afschaffen wegebben internetten eren ombouwen imiteren organiseren erven accepteren oefenen immigreren irriteren instrueren Schrijf het voltooid deelwoord in de goede rij. zwijgen evenaren eisen zitten interesseren illustreren ontdekken bewegen ergeren oppassen eindigen klimmen hangen informeren verschaffen mislukken vergissen vinden eindigt op d eindigt op t eindigt op en Werkwoorden 5 Onderstreep en vul het werkwoord in. pv / vd Wie heeft daarmee (experimenteren)? pv / vd Waarom (reageren vt) jullie zo laat? pv / vd De aanslag heeft veel slachtoffers (eisen) pv / vd Dat heb je heel knap (ordenen) pv / vd Vorig jaar (glimmen) die kerstballen mooier. pv / vd Het boek is mooi (illustreren) pv / vd De juf (beantwoorden vt) onze vragen. pv / vd De politie heeft het onderzoek (eindigen) pv / vd De agent heeft de bromfietser (achtervolgen) pv / vd Men heeft de dief niet (arresteren)

15 Werkwoorden Werkwoorden 4 Vul in de verleden tijd in. haken wippen krimpen ik ander meer begrijpen lachen verrassen ik ander meer Onderstreep en vul in de verleden tijd in. ik/ander/meer In de pauze (drinken) Karin koffie. ik/ander/meer De agenten (zitten) achter de overvaller aan. ik/ander/meer (hebben) je me daarvoor wakker gemaakt? ik/ander/meer In welke maand (vallen) Pasen? ik/ander/meer Ik (krabben) mijn huid stuk. ik/ander/meer Mijn vader (fietsen) naar zijn werk. ik/ander/meer De dief (verdubbelen) zijn eisen. ik/ander/meer De kat (bezwijken) aan de verwondingen. ik/ander/meer Hoe lang (branden) die kaarsen? ik/ander/meer Ik (wachten) erg lang op hem. Onderstreep het onderwerp en vul in de verleden tijd in. Vorige week (slagen) Het varken (verstoten) De inbrekers (verschuilen) wij voor ons rijexamen. drie biggen. zich in een portiek. De stoel (bezwijken) Hij (zijn) Kadir (gieten) De kinderen (zich verspreiden) De acteur (treden) onder zijn gewicht. alweer te laat. de hele gieter in Adi s nek. over de ruimte. de zaal binnen. Hij (sluipen) Het onweer (dwingen) de deur uit. de zeilers beschutting te zoeken.

16 houten Vul het bijvoeglijk naamwoord in. beton de vloer blik het doosje aardig het kind laat de trein hout het beeld glas het huis zilver de munt slim de jongen donker de nacht gips het been aparte het boek wol de trui mooi de film half de appel plastic de zak stof de bank Vul het bijvoeglijk naamwoord in. aluminium De trap is handiger, want hij is licht. vermoeid Zij gaven de chauffeur de schuld. pluche De kleuter is haar konijn kwijt. flanel Mijn opa draagt het liefst een blouse. karton We stoppen alles in verhuisdozen. gelukkig Mijn ouders hadden beiden een jeugd. aantrekkelijk In de film spelen een paar acteurs. brons De kunstenaar maakt een beeld. eik De nieuwe, tafel staat heel mooi. kristal Sommige mensen sparen beeldjes. de broek is van katoen een broek de taart is een lekkere taart het huis is fraai een huis de zaag is van een metalen zaag de blouse is van satijn een blouse het jasje is van een leren jasje het dak is van riet een dak de laars is van rubber een laars het boek is spannend een boek de ring is van een diamanten ring

17 4 houten Vul het bijvoeglijk naamwoord in. leem de hut bamboe de stok smal de weg actief de kat lood de pijp tin het soldaatje knap de man canvas de tent stijf de hark bruisend de stad deftig de dame platina de plaat zeer de vinger chroom de kraan riet de mand graniet de vloer Vul de bijvoeglijke naamwoorden in. nieuw wit de, broek zwaar lang de, jassen glad marmer de, vloer zacht fluweel het, jurkje klein porselein het, beeldje grijs ijzer de, stellage leeg glas de, flessen rood steen de, afscheiding lelijk rotan de, stoel dik stof de, bekleding de vloer is scheef een vloer het tasje is van plastic een tasje de rechter is een wijze rechter de pot is van aardewerk een pot het bedrijf is oud een bedrijf de pop is van een wassen pop de hoed is van een strooien hoed de pijp is van aluminium een pijp de neus is van een stalen neus het klusje is moeilijk een klusje

18 5 hele werkwoord ander tt voltooid deelwoord Werkwoorden 5 mixen crossen joggen saven printen showen trainen mailen focussen tweeten biken lunchen ik heb ik heb ik heb ik heb ik heb ik heb ik heb ik heb ik heb ik heb ik heb ik heb Onderstreep het onderwerp en vul in. ik-vorm Wij (toasten vt) Mila (downloaden) (flossen tt) De wielrenner (finishen vt) Mijn broer (updaten) Do en Meindert (grillen vt) Papa (golfen) op de overwinning. je bestand zo. je wel iedere dag? als eerste. zijn website straks. het vlees. het afgelopen jaar heel vaak. Onderstreep het onderwerp en de persoonsvorm en vul in. ik-vorm Ik heb in het Amsterdamse bos (skaten) Hij heeft het programma (upgraden) Heeft jouw moeder (carpoolen)? Jij hebt jouw werk toch zeker wel (saven)? Heb jij haar naam (googelen)? De jongen (snookeren tt) met vrienden.

19 6 Werkwoorden 5 hele ander tt ander vt voltooid deelwoord werkwoord (ik heb/ben...) mailen coachen scoren finishen checken stressen timen inloggen downloaden updaten claimen dealen promoten en racen relaxen trainen uitloggen sprinten gamen mixen chatten picknicken uitchecken pushen computeren scrollen snacken interviewen joggen

20 7 rugby Schrijf het woord met y op. Zeg het woord. Je hoort: Je schrijft: Schrijf op. anal se de t pe het oga s mbool het h sterisch loll de oghurt g mnastiek de Onderstreep de woorden waarin de y klinkt als /ie/. Schrijf de woorden ook op. de de rugby puppy sympathiek baby royaal hyena hypnose python mysterie penalty Egypte hyacint typisch dyslexie dynamiet pyjama pony lynx Schrijf de woorden op. = i = ie = y p stool m graine f s k fam l p ranha pol t k Eg pte g mzaal p ano acr l unan m hobb d namo p ram de h peract f s mpath k kr t k stab l gen ten c l nder

21 8 rugby Schrijf de woorden in de goede rij. hypnotiseur mysterieus buggy mayonaise yoghurt typediploma hysterisch lynx yoga royaal dyslectisch psycholoog systeem yell sympathie y klinkt als /ie/ y klinkt als /i/ y klinkt als /j/ t pisch sorr vakjur h ena penalt f siotherapie De Als je het goed wilt maken, moet je eerst Een Het elftal won de wedstrijd door een Door de Dat is nou een Schrijf het woord dat je ziet op. stemde unaniem op dezelfde zangeres. zeggen. is een wild dier dat in Afrika leeft. is de pijn in mijn rug weg. geval van veel pech hebben. de de de het de de de de de de

22 9 Werkwoorden 5 schudden ik heb de kaarten poten ik heb de aardappels invetten ik heb de schaatsen uiten ik heb de klacht ontleden ik heb de zin doden ik heb het konijn witten ik heb de gevel verbreden ik heb de weg bieden ik heb het bedrag redden ik heb de drenkeling Ik (sturen tt) Laatst (sturen) je een brief. ik je nog een kaart. Heb je de bestelling al (sturen)? Hij ontving de gisteren (sturen) Het vliegtuig (landen tt) De helikopter (landen) brief vandaag al. om drie uur. gisteren op platform vier. Is het vliegtuig uit Madrid al (landen)? De (landen) passagiers stapten uit het vliegtuig. Onderstreep en vul in. pv / vd / bn Die jongens (verspreiden) laatst leugens. pv / vd / bn Mama heeft de kinderen een ijsje (beloven) pv / vd / bn Het (sneuvelen) hek werd verbrand. pv / vd / bn Hij (rijden vt) in een half uur naar het station. pv / vd / bn Ik heb (luisteren) naar de storm. pv / vd / bn Mijn buurman gleed uit over de (boenen) vloer. pv / vd / bn De (redden) zwemmer was erg geschrokken. pv / vd / bn Het leesboek is prachtig (illustreren) pv / vd / bn De (verplanten) heesters staan in bloei. pv / vd / bn Mijn broertje won de (verloten) kaart.

23 0 Werkwoorden 5 bijten ik heb de man laden ik heb de vracht plakken ik heb de band melden ik heb de schade slachten ik heb het zwijn fluiten ik heb het deuntje leren ik heb de les snijden ik heb de worst maken ik heb de afspraak Vul het bijvoeglijk naamwoord in. (overdrijven) De (verkleden) Dat zijn (zoeken) Het (geven) Het (wissen) De (verliezen) Raap nooit (afsteken) Het (vinden) De (beluisteren) vriendelijkheid stellen we niet op prijs. kinderen hadden veel pret. bewijzen en die zijn dus niet geldig. antwoord was fout. programma was nog wel nodig. wedstrijd is voorbij. vuurwerk op; dat is gevaarlijk. briefje van 00 euro bleek vals te zijn. berichten waren erg actueel. Onderstreep en vul in. pv / vd / bn Het (kneden) deeg moet nu eerst rijzen. pv / vd / bn Ben jij op dat tijdschrift (abonneren)? pv / vd / bn Ik (durven vt) niet over die sloot te springen. pv / vd / bn De (kopen) fiets zag er schitterend uit. pv / vd / bn Hij (baden tt) zich vier keer per week. pv / vd / bn Mijn moeder (bestellen) morgen een gordijn. pv / vd / bn De (installeren) computer liep vast. pv / vd / bn Elke week wordt de badkamer (schrobben) pv / vd / bn De (verwachten) nederlaag kwam hard aan. pv / vd / bn Het (stranden) schip trok veel bekijks.

24 bloemenvaas Schrijf de samengestelde woorden op. krant + bak stad + deel hond + slee staat + loterij boek + plank bakker + zaak heg + schaar hart + wens Vul het samengestelde woord in. Een feest voor je verjaardag is een Een assistent van de dokter is een Een stok voor een vlag is een Een feest in een dorp is een Een bezorger van de krant is een Een bon voor boeken is een Een situatie in het verkeer is een Een kap voor een lamp is een Een bus die in de stad rijdt, is een Een chef van een afdeling is een Vul de samengestelde woorden in. duif + kooi varken + hok verkeer + bord paard + staart visser + vloot pen + bakje aardbei + ijs water + nood pan koek mening verschil veiligheid peld fiets maker stad centrum kip vel bes sap redding vest Het hengsel van mijn tas zit vast met een Wil je stroop of poedersuiker op je? Zij praten niet meer met elkaar door een Als je mee wilt op de boot, moet je wel een aan. De plakt een band in vijf minuten. Mijn vader is gek op gele pudding met Op zaterdag is het vol met winkelende mensen. Ik heb het koud! Kijk maar, ik heb op mijn armen.

25 bloemenvaas Schrijf het samengestelde woord op de goede regel. eendenei studentenhuis lamsvlees krentenbol koningszoon moederskindje dorpsschool woordenboek pijpenkrullen passagiersschip paddenstoel reddingsboei hartendief schildersezel kapperszaak paardenbloem vissersvloot krantenlezer tussen-s tussen-n Schrijf de samengestelde woorden op. berk + boom kar + spoor station + hal fles + hals kanon + kogel kapitein + pet handel + schip fiets + dief slang + kuil hoed + plank schoen + doos slager + mes training + pak keizer + kroon stoel + dans dorp + straat roos + struik dier + tuin stad + muur hond + riem boek + bon bed + goed Trek lijnen en schrijf de samengestelde woorden op. tomaat taart kat installatie voorjaar mepper man staart kers soep geluid besluit vlieg zon regering stem

26 Werkwoorden 5 hele ander tt ander vt voltooid deelwoord werkwoord (ik heb/ben...) kijken dragen verbranden helpen roepen lijden melden verstaan besteden oplossen trouwen Onderstreep en vul in. pv / vd In de Noordzee is een nieuwe vissoort (ontdekken) pv / vd Mijn broertje (stoten vt) zijn glas melk om. pv / vd Eric (kunnen tt) mij ook wel eten opscheppen. pv / vd pv / vd De gevaarlijke stoffen zijn veilig (opbergen) Dat armbandje heeft Caro al veel geluk (brengen) pv / vd Het winkelpand (branden vt) helemaal uit. pv / vd In de vakantie ben ik naar de Waddeneilanden (afreizen) pv / vd Vanochtend (melden) zeven leerlingen zich ziek. Onderstreep en vul in. pv / vd / bn De (finishen) lopers werden toegejuicht. pv / vd / bn Mijn buren zijn vorige week (verhuizen) pv / vd / bn Het (invullen) formulier moet je terugsturen. pv / vd / bn Aziz (bezoeken tt) ieder jaar Turkije. pv / vd / bn Die oude dametjes hebben te hard (rijden) pv / vd / bn In 00 (vieren) onze school het honderdjarig bestaan. pv / vd / bn Na elke (winnen) wedstrijd vieren we feest. pv / vd / bn De (irriteren) man gaf een kort antwoord.

27 4 Werkwoorden 5 vinden ik heb de voorwerpen boeken ik heb de reis bellen ik heb de vrienden inchecken ik heb de passagiers schrikken ik ben het hert bakken ik heb de taart verbreden ik heb de snelwegen verkopen ik heb het tv-toestel vegen ik heb de hal verven ik heb de etalages Onderstreep en vul het werkwoord in. pv / vd De portier (zetten vt) twee mannen buiten de deur. pv / vd Op de akkers werd vooral graan (verbouwen) pv / vd Het weer (veranderen) de komende weken niet. pv / vd De toeristen (vragen vt) ons de weg. pv / vd pv / vd Op het kamp was veel regen (voorspellen) Mijn broer heeft zijn fietsband (oppompen) pv / vd De politie (ondervragen) de verdachte zojuist. pv / vd (branden tt) je kachel wel goed? pv / vd Vroeger (trainen) voetballers niet zo veel als nu. Onderstreep en vul in. pv / vd / bn Tijdens de cruise (rusten vt) mijn opa en oma heerlijk uit. pv / vd / bn De coach heeft het speelschema (mailen) pv / vd / bn De meester had zich (vermommen) als agent. pv / vd / bn De (plukken) aardbeien kun je meteen opeten. pv / vd / bn Hoeveel (branden) cd s heb je bij je? pv / vd / bn (zullen) ik jou je fiets terugbrengen? pv / vd / bn De (breken) vaas is niet meer te lijmen. pv / vd / bn Ik heb niets meer van hem (horen) pv / vd / bn De (lakken) tafel staat in de gang.

28 5 liniaal Schrijf de woorden in de goede rij. cruciaal officieel punctueel eventueel financieel initiaal speciaal ceremonieel notarieel filiaal actueel seksueel presidentieel sensueel imperiaal visueel mondiaal materieel iaal ueel ieel Schrijf de woorden op. iaal ueel ieel fil vis procent soc intellect cruc concept asoc Maak woorden op iaal, ueel of ieel. individu commercie collega tekst bacterie president kolonie principe industrie lin offic jov rit triv potent init financ ceremonie genie territorium principe essentie provincie contract concept intellect

29 6 liniaal Maak het woord af en schrijf het op. iaal ueel ieel Hij is princip tegen het eten van vlees. In dat fil van AH verkopen ze dit sap niet. Het is cruc dat je goed oplet nu. De Kinderboekenweek is nu niet act Wil jij event morgen met mij mee? Het buurthuis wordt nu offic geopend. Ons oude lesmater vond ik saai. Timme werkt liever individ aan de taak. Waarom meet je het niet na met je lin? De Maasvlakte is een industr gebied. Maak het woord langer. geniaal punctueel tekstueel provinciaal individueel territoriaal procentueel gœeflºón iï aÿºılçefl lçefl sociaal speciaal visueel joviaal eventueel sensueel mondiaal Maak het woord langer en schrijf het in de goede zin. asociaal materiaal visueel eventueel joviaal seksueel ritueel initiaal Mensen die blind zijn, hebben een beperking. Die jongeren hebben het bushokje gesloopt. Bij een dienst in de kerk horen allerlei Graag op elke bladzijde rechtsonder uw zetten. Welke hebben we nodig bij het bouwen? Wil jij het nalezen en fouten eruit halen? Bij ons op school geven ze geen voorlichting. De slager maakt grapjes met iedereen: het is een man.

30 7 Onderstreep het goede woord. Die meisjes hebben gister alle / allen cola opgedronken. Sommige apparaten stonden er nog, maar vele / velen waren weggegooid. De grap was flauw, slechts enkele / enkelen moesten erom lachen. Beide / Beiden kleuters durfden niet met hun hoofd onder water. De sporter heeft nog enkele / enkelen weken om zich voor te bereiden. Vele / Velen waren vandaag naar de schouwburg gekomen. Wij zijn beide / beiden zeer tevreden over de gang van zaken. Veel mensen vonden het prima, maar sommige / sommigen protesteerden. Van de vele / velen series op tv vind ik er geen één echt spannend. De meeste bomen bloeien nu, slechts enkele / enkelen niet. alle allen mensen hadden zich vergist in de datum. Zij willen een kaartje voor hun verjaardag. De winkelier geeft een appeltaart cadeau. Ik wil niet een paar boeken, maar Gelukkig is geen van ernstig gewond geraakt. Waarom doen kinderen onaardig tegen haar? Het meisje graaide chips uit de bakjes. Waarom zij blij zijn? Ze hebben geld gewonnen! Kies het goede woord en vul in. beide beiden acteurs hebben een prijs gewonnen. sommige sommigen Ach weet je, zijn nooit tevreden. enkele enkelen Slechts wisten de finish te halen. vele velen Er zijn wegen die naar Rome leiden. enkele enkelen hondjes hebben nog geen baasje. sommige sommigen willen nog een keertje schommelen! vele velen Bij de winnaars hoort ook mijn zusje. beide beiden Willen jullie je haar helemaal kort? vele velen rijden te snel op die binnenwegen.

31 8 Werkwoorden 5 hele ander tt ander vt voltooid deelwoord werkwoord (ik heb/ben...) rusten tekenen grinniken kiezen graven verwerven richten oplossen opvoeden maaien ik heb het gras bestellen ik heb het boek bederven het is het vlees voldoen ik heb het bedrag ontdooien ik heb de maaltijd vinden ik heb de sleutel stranden ik ben het schip typen ik heb de brief hakken ik heb het hout Onderstreep en vul in. pv / vd / bn Hoe vaak is dat al (gebeuren)? pv / vd / bn De boer (verbranden vt) de takken. pv / vd / bn De (verplanten) rozen waren doodgegaan. pv / vd / bn De kinderen (feesten vt) de hele nacht door. pv / vd / bn Waarom (rijden tt) je zo hard? pv / vd / bn De (oprichten) vereniging telt duizend leden. pv / vd / bn Het meisje heeft mij weer (stompen) pv / vd / bn De jongens (fluiten vt) naar de meisjes. pv / vd / bn Ik (binden tt) je tas wel even achter op je fiets.

32 9 Werkwoorden 5 (lijden tt) Oma (rusten) (binden tt) Ik (bieden tt) Het kampvuur (branden tt) Er (vallen) Marga (zijn vt) Hij (strijken vt) Hij (oplossen vt) je broer aan astma? toen op de sofa. jij de geit even vast? je de hoogste prijs. hard. vorig jaar heel veel sneeuw. erg geschrokken. met zijn hand door het haar. de rebus helemaal fout hele ander vt bijvoeglijk naamwoord werkwoord redden de zeiler verbreden de weg scheren het schaap missen de kans scoren het doelpunt downloaden het bestand zouten de haring zwemmen het record stoven de kabeljauw Onderstreep en vul het werkwoord in. pv / vd Heeft jouw moeder haar haar (verven)? pv / vd Jullie (proeven vt) toch ook olie? pv / vd Heeft het bij jullie ook zo (regenen)? pv / vd Geloof jij echt dat juf zoiets (geloven tt)? pv / vd De vrouw (besluiten vt) om kok te worden. pv / vd Het vliegtuig was bijna (crashen) pv / vd Is de macaroni al (opwarmen)? pv / vd De man (krabben) zojuist de verf van de tafel. pv / vd De schoonmaker heeft de vloer (schrobben)

33 0 ruïne Schrijf het woord over en zet het trema op de goede plaats. agrarier skier egoist terrier patient Israel hygiene bingoen industriele concierge Argentinie naief Azie client reunie Onderstreep de woorden die goed gespeld zijn. Verbeter de fout gespelde woorden. vacuum tekstuele kopieren Australie poezie dieet geuit geirriteerd skien mozaiek financiele kanoen officiele beantwoorden ruine mondiale financien geinterviewd geoloog Schrijf het woord met het trema op de goede plek in de zin. beinvloeden poezie creeren notariele kanoer geind presidentiele orientatie De gebouwen zijn erg mooi om te zien. De politicus laat zich niet door de media. Het geld voor het schoolreisje wordt door de juf. De kanoot met grote vaart door de wilde rivier. Vroeger had je geen vriendenboekjes, maar albums. De kosten voor een testament zijn hoog. Samen kunnen we vast iets heel moois Ik heb ter wat brochures gekregen van scholen.

34 ruïne Onderstreep de woorden die goed gespeld zijn. Verbeter de fout geschreven woorden. client orientatie museum beeindigen concierge aftroeven cooperatief chaotisch relief skien Schrijf de woorden op. Denk aan het trema. De Australi r is geen heel goede ski r. biografie kanoer efficient begroeiing materiele coordinatie serieus naief jojoen Ter ori ntatie blader ik door de bundel po zie. Oma cre ert een moza ek met stukjes glas. De pati..nt was ge rriteerd door de pijn. Wij houden onze re nie dit jaar in Veneti De conci rge is lief, maar wel wat na ef. Hij gaat het kopi ren voor zijn cli nten. De ru ne wordt effici nt gerestaureerd. Gelooft elke Indi r in re ncarnatie? De agri rs daar zijn gek op bingo n. Schrijf het woord dat je ziet met een trema op. geachte de de het de de

35 Werkwoorden 5 Maak er gebiedende wijs van. (verroeren) (opletten) je niet! dat ze niet te veel nemen! (afblijven) er toch met je vingers van! (nadenken) eerst voor je begint! (eten) (spreken) (verwachten) (lopen) (gaan) (vertrouwen) met je mond dicht! met twee woorden! niet teveel van die nieuwe aanpak! nou toch eens door! jij maar eerst! nu eens op je eigen kennis! kruiden ik heb het gehakt mesten ik heb het kalf redden ik heb de zwemmer beklimmen ik heb de berg verwoesten ik heb de huizen verliezen ik heb de wedstrijd bereiden ik heb de maaltijd invetten ik heb de schaatsen bieden ik heb het bedrag Onderstreep en vul in. pv / vd / bn De minister (aftreden) morgen pv / vd / bn De (verlaten) straat was slecht verlicht. pv / vd / bn De soep (aanbranden) gister pv / vd / bn Wij hebben ons (amuseren) pv / vd / bn De (doorstaan) ellende is achter de rug. pv / vd / bn Zes jaar terug (vluchten) de familie al. pv / vd / bn Het bedrag werd (terugbetalen) pv / vd / bn Hassan heeft dat mooi (figuurzagen) pv / vd / bn Het (erven) horloge was van mijn oma.

36 Werkwoorden 5 hele ander tt ander vt voltooid deelwoord werkwoord (ik heb/ben...) kijken branden vallen verbieden helpen roepen lijden spatten vangen zuchten voeren zuigen rekenen snijden binden leggen klagen zingen spuiten vertonen haasten worden redden schrikken ruiken schakelen zien gooien bouwen stoten

37 4 auto-ongeluk Trek lijnen en schrijf de samengestelde woorden met een koppelteken op. politie avond milieu ongeluk chocolade omroep auto inspectie gala uniform luxe opname radio ijs video uitvoering Schrijf de samengestelde woorden op. Let op: niet alle woorden schrijf je met een koppelteken. fietsen + dief zo + even mee + eten kersen + pit kaars + vlam zee + egel thee + ei rij + examen co + piloot politie + inspecteur mede + inzittende foto + expositie vakantie + oord file + ellende bio + industrie bagage + ruimte bureau + inhoud cadeau + idee Onderstreep de woorden die goed gespeld zijn. Verbeter de fout geschreven woorden. naapen miniemmer roggebrood reintegratie coouder tostiijzer koffieautomaat meeeter vanilleyoghurt naebben autoonderdelen eendenei toeeigenen olieopbrengst astmaaanval mediaaandacht cadeauidee brutoinkomen atoomenergie dataanalyse

38 5 auto-ongeluk Schrijf de woorden goed op met een trema of een koppelteken. galavond sojaextract vacuum mediaevent toegeeigend geinteresseerd mangoijs nettouitkering clienten niveauindeling judoen fotoimpressie egoisme radiouitzending beinvloeden dominoeffect Welke samengestelde woorden kun je maken? Schrijf ze op. familie media opera auto bruto stereo schade zo mini na inkomen expert uitvoering uitje aandacht jurk even installatie inbraak aperij Schrijf het samengestelde woord met koppelteken in de zin. fotoonderschrift theeei camerainstelling alineaindeling cadeauidee functieinhoud keuzeelementen zoeven tweeeiige bamiingrediënten Heb jij al een voor het 5-jarig huwelijk van je ouders? Ze wilde die baan, maar ze had geen idee van de In het kun je lezen wat voor soort bloem het is. Deze game is leuk, omdat er veel in zitten. Wist je dat mijn zus en ik een tweeling zijn? Met de juiste kun je ook s nachts foto s maken. Ik heb alle in huis, behalve de mie. Een tekst is leesbaarder als hij een goede heeft. Heb jij de hele fles cola leeggedronken? Ik vind thee zetten met een en losse thee te veel gedoe.

39 6 Werkwoorden 5 Onderstreep en vul het werkwoord in. pv / vd (horen tt) jij een harde dreun? pv / vd Hij heeft bij Alkmaarse Boys (voetballen) pv / vd Het (beloven vt) een mooie dag te worden. pv / vd Het heeft mij (verbazen) hoe mooi zij zong. pv / vd De poes heeft mij weer (krabben)! pv / vd Ik (vissen) gisteren op karper. pv / vd Wij hebben het project (coördineren) pv / vd We (rondneuzen vt) wat op de braderie. pv / vd Bijna iedereen is al (inloggen) Onderstreep en vul in. pv / vd / bn Opa (gebruiken) vroeger veel suiker. pv / vd / bn De (hechten) wond is al aan het helen. pv / vd / bn Het (verwoesten) huis werd weer herbouwd. pv / vd / bn De meester (groeten vt) zijn collega. pv / vd / bn Het (uitloten) nummer is: drieënveertig. pv / vd / bn De kat (lopen vt) met een muis in zijn bek. pv / vd / bn Vorige week heb ik aardappelen (poten) pv / vd / bn De (verwachten) gast kwam niet opdagen. pv / vd / bn Ik heb de hele dag buiten (spelen) bakken ik heb de aardappelen dragen ik heb de kleding geven ik heb de voorbeelden nemen ik heb het besluit lopen ik heb de afstand verliezen ik heb de portemonnee zouten ik heb de haring vinden ik heb de voorwerpen schrijven ik heb de tekst rijden ik heb de kilometers

40 7 Werkwoorden 5 ik ander meer genezen (tt) bidde n (tt) verstaan (vt) ik ander meer zwerven (vt) helpen (tt) dragen (tt) ik ander meer herstellen (vt) werken (vt) springen (tt) ik ander meer schuiven (tt) worden (vt) vliegen (vt) ik ander meer maken (vt) kleden (vt) praten (tt) ik ander lezen (tt) blazen (vt) verven (vt) meer ik ander meer smullen (vt) blozen (tt) melden (tt)

41 8 knieën Onderstreep het stukje waar de klemtoon op valt. Schrijf het meervoud op. ree lemmet bacterie havik lobbes idee perzik olie Schrijf het meervoud in de goede rij. dreumes aardappel fantasie viezerik assurantie categorie allergie stouterik tractor krokus vonnis bangerik parfumerie afscheidskus bajes winnares verfblik epidemie lomperik oorlel en verdubbeling + en Schrijf het meervoud in de goede zin. trofee aardappel monnik leeuwerik luiwammes epidemie lemmet melodie De in dat klooster bidden vijf keer per dag. Mijn broer heeft al veel gewonnen met atletiek. Wist je dat heel hoog in de lucht fluiten? Wat zijn jullie toch een! Ruim toch eens op! In de middeleeuwen stierven hele dorpen uit door De van haar liedjes blijven in je hoofd zitten. In zuurkoolstamppot horen wortels, uien en De van die oude messen zijn niet scherp meer.

42 9 auto s Schrijf het meervoud op. vakjury programma breedte alinea keuken engerd cobra wandelaar pagina diploma familie restaurant taxi avocado garage farao Schrijf het meervoud in de goede rij. dictee bezem agenda paraplu cafetaria abonnee shampoo opera horloge hobby conciërge risico accu installatie helikopter firma s s Onderstreep de woorden die in het meervoud s krijgen. Schrijf ze op in het meervoud. limonade collega pinda ijsco combinatie tante kilo menu tosti jongedame camera radio ziekte iglo spatie bikini komma idee vakantie zebra

43 40 Werkwoorden 5 Onderstreep en vul het werkwoord in. pv / vd Waarom hebben jullie dat niet (vragen)? pv / vd Het oude treinstation wordt niet meer (gebruiken) pv / vd De kinderen (zitten vt) op het schoolplein te wachten. pv / vd Bart heeft zijn sporttas in de hoek (gooien) pv / vd Francine Oomen (schrijven tt) kinderboeken. pv / vd Jij (denken tt) wel vijftig boeken gelezen te hebben? pv / vd In dat liedje werd (zingen) over de liefde. pv / vd (zijn vt) het vandaag echt de laatste schooldag? Onderstreep en vul in. pv / vd / bn Tom en Bert (hebben vt) spijt van het spijbelen. pv / vd / bn Het meisje heeft op hoge hakken (dansen) pv / vd / bn De (troosten) jongen was op zijn knie gevallen. pv / vd / bn Ik (trainen tt) elke zaterdag. pv / vd / bn Op de (vertragen) beelden kon je het zien. pv / vd / bn Wij (beantwoorden) de gisteren. pv / vd / bn De jongen tuurde door het (verlichten) raam. pv / vd / bn De (vluchten) gevangene werd opgepakt. pv / vd / bn pv / vd / bn We hebben de film met afgrijzen (bekijken) Isis heeft dit jaar weer (meedoen) redden ik heb de zwemmer beklimmen ik heb de berg luiden ik heb de klok bieden ik heb het bedrag mesten ik heb het kalf bijten ik heb de man laden ik heb de vracht snijden ik heb de worst fluiten ik heb het deuntje maken ik heb de afspraak

44 4 Schrijf de persoonsvorm tt én vt achter de zin. Gijs (kopen) zijn schoenen in de uitverkoop. Idris (spelen) bij de B-junioren. Jij (horen) een harde dreun. Het kind (zullen) een broodje eten. De wolken (drijven) over. (draven) jullie paard altijd zo hard? Mijn zusje (kruipen) voor de eerste keer. We (zien) de zon achter de bergen ondergaan. Er (worden) zacht op de dwarsfluit gespeeld. Met piepende banden (rijden) Thomas de bocht om. Werkwoorden 5 Vul het bijvoeglijk naamwoord in. De (bezetten) De (plakken) De (bijten) De (verhitten) Het (stranden) De (lenen) Ik heb mijn (verroesten) De (wassen) De door oma (maken) Ik heb de (gebruiken) Vul het voltooid deelwoord in. Ik heb (pakken) Ik heb (bedenken) plaatsen waren gereserveerd door de oude heer. band was alweer lek. hond werd door de dierenarts verzorgd. discussie liep uit op een vechtpartij. schip was van mijn oom. boeken lagen op tafel. fiets opnieuw geverfd. borden staan in de servieskast. roti smaakte erg lekker. tandenborstel weggegooid. Ik heb (slapen) Ik heb (plakken) Ik heb (wegzetten) Ik heb (opletten) Ik heb (draaien) Ik heb (overdoen) Ik heb (inademen) Ik heb (kruipen) Ik heb (afbreken) Ik heb (ontdekken) Ik heb (eten) Ik heb (verbranden) Ik heb (raden) Ik heb (invullen)

45 4 tv Schrijf de afkortingen op. centimeter mevrouw met ingang van bladzijde bijvoorbeeld naar aanleiding van enzovoort inclusief onder andere met andere woorden dat wil zeggen exclusief en dergelijke met uitzondering van compact disc zo spoedig mogelijk en anderen doctorandus Schrijf de afkortingen voluit op. Je mag een woordenboek gebruiken. a.s. z.o.z. a.u.b. p.p. tel. t.k.a. mv. jl. m.n. m.v.g. max. info pag. i.p.v. nr. o.l.v. Schrijf de afkorting in de goede zin. apk i.p.v. par. tv min. v.l.n.r. e.o. etc. Ik kijk elke avond : het Klokhuis en het Jeugdjournaal. Mijn moeder wil dat ik een 8 haal voor de toets. Oudere auto s moeten elk jaar verplicht een -keuring krijgen. Op de middelbare school krijg je wiskunde, Engels, gym, Zij wil een chocolade-ijsje een vanille-ijsje. Op deze foto zie je mijn oom, tante, vader en moeder. In Apeldoorn is het fijn om lange wandelingen te maken. Van dit hoofdstuk moet hij alleen en 5 lezen. Het pretpark is december gesloten voor al het publiek.

46 4 tv Schrijf de afkortingen op. televisies met name en omgeving paragraaf en dergelijke Europese Unie et cetera enzovoort afzender als gevolg van en vele andere familie artikel aanstaande bustehouder personal computer centimeter een en ander gram gymnastiek Schrijf de afkortingen voluit op. Je mag een woordenboek gebruiken. dhr. n.v.t. evt. d.m.v. N d.w.z. e.a. hbo fig. i.c.m. l NS dl m.b.t. NL m.m.v. Schrijf de afkorting in de goede zin. o.l.v. i.v.m. m.v.g. a.u.b. vmbo ong. m.b.v. d.w.z. Mijn vriendin en ik gaan volgend jaar naar het Het orkest treedt morgen op De hoogste berg ter wereld is De hoofdweg is afgesloten Een blinde kan buiten de weg vinden Die uitleg is te vaag, Een mailtje kun je heel goed afsluiten met: Ik hoor het bijna niet. Wilt u een zeer bekende dirigent meter hoog. werkzaamheden. een geleidehond. : ik snap het gewoon niet. even stil zijn?

47 44 Vul het werkwoord in. Gisteren (verslapen) Ik (vergeten) Iedereen (vluchten vt) (vinden tt) Rania (vinden) (branden tt) Toen ik opstond, (schieten) (worden) Mehmet (slagen) Toen ze ziek was, (hoesten) Werkwoorden 5 Maaike zich, vandaag gelukkig niet. mijn boeken vroeger veel vaker dan nu. voor de regen naar binnen. je broer jouw vriendin nu wel aardig? deze opgave elke keer weer moeilijk. je je vingers niet aan die kleine oven? de pijn in mijn arm. Arjan toen wel geholpen door een klasgenoot? vorige week voor zijn rijexamen. Merel haar longen uit haar lijf. Ik heb vandaag mijn kamer (schoonmaken) De (verloten) prijzen kunnen worden opgehaald bij de balie. Dana is niet naar zwemles (gaan) Ik heb nog nooit zoiets lekkers (proeven)! (bieden) je excuses aan! Alle opvarenden van het (stranden) Op de (overbelichten) schip werden gered. foto was niets herkenbaar. Die vervelende hond heeft de hele nacht (blaffen) Gerard (zien vt) De (afvuren) de bus voor zijn neus wegrijden. raket stortte direct neer. aanhouden ik heb de dief verbreden ik heb de weg blussen ik heb de brand vertellen ik heb het verhaal houden ik heb de wedstrijd spotten ik heb de ster beantwoorden ik heb de vragen ontploffen het is het rotje

48 45 Werkwoorden 5 Willem (zijn tt) nog nooit in een bioscoop (zijn) Hij (denken tt) : Het (worden) toch wel eens tijd. Maar ik (gaan) niet alleen. (zullen) ik het aan Helma vragen? Die (vinden) films prachtig. Toen hij op een dag Helma op straat (ontmoeten), (vragen) hij het haar. Natuurlijk (mogen) je met me mee, (zeggen) ze. Maar je (moeten) schone kleren (hebben) (aantrekken) Ze (maken tt) afspraak. Toen Willem Helma (ophalen) hij er piekfijn uit met zijn (strijken) en zijn (poetsen) een, (zien) blouse schoenen. Hoe het (gebeuren) in de filmzaal (weten) Helma niet, maar binnen een paar minuten (zijn) alle mensen om hen heen (verdwijnen) Toen (zeggen) Helma: Willem, (hebben tt) je wel schoon (wassen) sokken (aantrekken)? Ja, (antwoorden) Willem. (kijken) zijn broekspijpen op. Ik (weten) maar. Hij (tillen) wel, dat je me niet (zullen) (geloven), (zeggen) Willem. Daarom (hebben) ik mijn vies (dragen) sokken ook (meenemen) (halen) En met een triomfantelijk gezicht hij twee vieze sokken uit zijn broekzak! hakken ik heb het hout verbranden ik heb het hout maaien ik heb het gras vergoeden ik heb de schade besproeien ik heb de tuin verlaten ik ben de trein smeden ik heb het hek ontbloten ik heb het bovenlijf

49 46 auto s Schrijf het meervoud op. college vakantie salto loempia agenda extra pasfoto theelepel Schrijf het meervoud in de goede rij. buggy tv-studio piano goochelaar finale schema risico lieverd vakjury alinea sufferd avocado etalage contributie kiwi farao creatie rechercheur programma pagina machine analyse dagmenu tv-opname s s Schrijf het meervoud in de goede zin. zwendelaar zwemdiploma penalty skiër taxi lolly pagina sleutel De kinderen willen geen zuurstokken, maar Die hebben al heel wat mensen opgelicht. Het is een dik boek: het heeft ruim vijfhonderd Welke heb jij? Ik heb A, B én C. Ruud is zijn kwijt, dus kan hij het huis niet in. Buiten het station wacht een rij op klanten. Op de zwarte piste komen alleen ervaren Het Nederlands elftal is niet goed in het nemen van

50 47 knieën Onderstreep het stukje waar de klemtoon op valt. Schrijf het meervoud op. epidemie melodie flauwerik porie dommerik orchidee industrie zee Schrijf het meervoud in de goede rij. parfumerie bajes luiwammes dreumes aardappel amfibie kopie encyclopedie lemmet kroket voorstel lobbes monnik terugblik bosbes professor symfonie trofee harnas hangmat en verdubbeling + en Schrijf het meervoud in de goede zin. porie allergie wereldzee lomperik lobbes twee categorie havik viezerik Wat een! Ze helpen die oude vrouw niet eens! Als je zweet, komt er vocht uit je Mijn broertjes zijn, want ze peuteren in hun neus. Ik heb last van allerlei, daarom ben ik vaak ziek. Sint-Bernardshonden zijn grote, maar vriendelijke De informatieboeken staan ingedeeld in De Hollandse piraten zwierven over de zijn roofvogels met een lange staart en korte vleugels. Opa en oma gaan het liefst met zijn op pad.

51 48 Onderstreep en vul het werkwoord in. pv / vd Mijn hond is nog niet aan zijn nieuwe mand (wennen) Werkwoorden 5 pv / vd Ik (verrichten) vorige maand een goede daad. pv / vd Ik heb het wondje weer (openkrabben) pv / vd Hij (verkleden) zich toen vaak. pv / vd (slapen vt) Boris echt het hele weekend? pv / vd In de klas wordt niet (geeuwen)! pv / vd Ik (poten) de aardappeltjes drie dagen geleden. pv / vd De man werd (betalen) voor zijn werkzaamheden. pv / vd Lize (haasten) zich, maar kwam toch te laat. pv / vd De trainer heeft dagenlang over de opstelling (tobben) Onderstreep en vul in. pv / vd / bn Heeft het in Paramaribo ooit (sneeuwen)? pv / vd / bn Maria (klagen vt) over de toets van gisteren. pv / vd / bn De (hechten) wond is al aan het helen. pv / vd / bn Er werd tijdens het concert wel veel (kuchen) pv / vd / bn Ik heb de (oplossen) puzzel ingestuurd. pv / vd / bn Zoiets heb ik nooit (durven)! pv / vd / bn Het pas (openen) park heeft twee speeltuinen. pv / vd / bn Dat meisje heeft uitstekend (keepen) pv / vd / bn Ik (snappen vt) helemaal niets van het verhaal. Schrijf de persoonsvorm in een andere tijd op. Mama deed haar oorbellen uit. Fatima rommelde in haar kast. Op zaterdag ga ik meestal winkelen. De auto staat in de garage. Mijn moeder en ik vertellen een spannend verhaal. De hele school vierde feest. De hele club staat te dansen. De wielrenners fietsen heel hard. Waarom vond jij die film niet mooi?

52 49 Werkwoorden 5 hele ander tt ander vt voltooid deelwoord werkwoord (ik heb/ben...) verdwijnen zoeken tekenen boffen raden vermoeden strijden hakken opletten toepassen voorstellen sluiten wensen begroeten uiten verzetten luiden inrichten wachten mompelen bevrijden draaien glijden schatten kiezen reizen schetsen buigen bevrijden bonzen

53 50 Werkwoorden 5 Vul het werkwoord in. De houthakkers (vellen vt) Langzaam aan (dichtslibben tt) Ik (worden tt) boom na boom. de haven van het stadje s nachts vaak wakker. Doordat iemand tegen zijn arm stootte, (morsen) Hij (houden tt) Doordat hij te haastig werkte, (verprutsen) hij koffie. je voortdurend aan de praat. hij zijn werkstuk. Ik begreep direct dat hij haar met iemand (verwarren) Toen ze klaar was, (zich haasten) Astrid naar buiten. Een Spaanse dirigent (leiden tt) (wennen tt) het orkest. je broer al aan zijn nieuwe baan? Vul het voltooid deelwoord in. De uitgaven moeten worden (beperken) De plannen zijn (wijzigen) Na haar aankomst op Schiphol werd zij (interviewen) Mijn vrije dag heb ik fijn (besteden) We hebben de hele dag (zeilen) Aan alle kinderen werd een brochure (uitreiken) Alle moeilijkheden zijn (oplossen) Ik heb een gesprek met hem (aanknopen) Ik heb de trein (missen) De pianist werd met een hartelijk applaus (belonen) bedreigen ik heb de stad doorstaan ik heb de ellende verzenden ik heb het pakket bevrijden ik heb het gebied planten ik heb de bomen verbreden ik heb het kanaal uitputten ik heb de atleet verloten ik heb de prijzen

54 5 stripboek Splits de samengestelde woorden en schrijf ze daarna helemaal op. fiet trook + = vuilni ak + = wekke adio + = werel eel + = voo onde + = gla cherf + = han ekening + = bu hauffeur + = Streep één woord weg. Maak een samengesteld woord van de twee andere woorden. knutsel zak lokaal + = jeugd droom wolk + = boeket doos verband + = ta`fel broed tijd + = gordijn boom douche + = radio tegels antenne + = vakantie sein oord + = dictee cijfer kastje + = Schrijf het in één samengesteld woord op. Let op: soms moet je een koppelteken gebruiken. de ruit van een etalage een boek met recepten een bloem van een cactus de aandacht van de media een beschrijving van een route een uitzending op de radio een opleiding die je in de avond doet de montage van een video een analyse van de data een ontbijt met champagne erbij de uitreiking van een diploma een uitje met de familie de het de de de de de de de het de het

55 Inhoud Antwoorden Klik op het kopieerbladnummer om naar het kopieerblad te gaan. Klik op het kopieerbladnummer op de pagina om terug te keren. categorie kopieerblad molen, mollen, geit 5 gladheid 6 majesteit 7 specht 8 lachen 9 pauw 0 houten, 4 rugby 7, 8 bloemenvaas, liniaal 5, 6 alle/allen 7 ruïne 0, auto-ongeluk 4, 5 knieën (uitbreiding) 8, 47 auto s 9, 46 tv 4, 4 stripboek 5 W W4 W5, 4,, 5, 6, 9, 0,, 4, 8, 9,,, 6, 7, 40, 4, 44, 45, 48, 49, 50

56 molen mollen Schrijf de woorden in de goede rij. kippenvel rekensommen overwinnen fazant collectie hoffelijkheid tekenfiguur publiciteit assistent regisseur arrogant gifkikker ademhalen tomatensaus solliciteren annuleren vrijwillig avonduren resultaat Hollands tafeltennis zaterdagmiddag opzettelijk kanonskogel fμaÿºózï aÿºón»tfl faÿ k i p pçeflºónÿºóvéeflºılÿ vefl lÿ ÛrÇeflºıkÇeflºÓn são mÿºómçeflºónÿ n sãomÿ mçefl nÿ tñeflºıkçeflºónÿºıføiï gòu uÿñrÿ fiï cì oßlÿºılçeì càt içefl olÿ lçeì càt içefl ovefl o véeflñrÿºówωiÿºónÿºónçeflºónÿ wiÿ nçefl p uÿºıb l iï c i»tñe i»tfl hï oßf f eflºıl ÿœºıkÿºıhçe iï dÿ of fefl l ÿœ hçe iï ÛrÇeÌ gòi sπsªe uÿñrÿ sªe uÿ rÿ aï dçeflºómÿºıhï aÿºılçeflºónÿ aÿ lçefl a sπsπi s tñeflºón»tfl s aÿñrÿñrï o gîaÿºón»tfl rï ogîaÿ tì o mï a»tñeflºón sãa u s omï gòiÿºıf k iÿºıkÿºıkçeflñrÿ kÿ kçefl sãoßlÿºıl iï c i»tñeflñrçeflºónÿ sãolÿ l iï aÿºóv o nï d uÿñrçeflºónÿ onï nÿ Óvør ÿœºówωiÿºılÿºıl iï g vr ÿœ wiÿ l iï aÿºónÿºón uÿºılçeflñrçeflºónÿ n uÿ ÛrÇe sπuÿºıl»tì aï a»tfl a»tfl HÏ oßlÿºılï aÿºónï d s olÿ lï tì aÿºıf eflºıl»tñeflºónÿºón i s fefl l»tñefl n i s kï aÿºónï o n s kï o gœeflºılÿ on s kï ogœefl lÿ opÿ o pÿºózçeàtàtñeflºıl ÿœºıkÿ l ÿœ ÓzÏ a»tñeflñrï dï aï gœºóm iï dï dï aï g aï aï g Schrijf het meervoud op. boomhut elleboog zeekrab woensdag hagedis regelneef bloemenkas handpeer Schrijf de woorden op. b o o mÿºıh u»tàtñeflºónÿ oomÿ ÅeflºılŸºılÇeflºıb o gœeflºónÿ lÿ lçefl ogœefl ÓzÇeÑeflºıkŸñrÏ aÿºıb béeflºónÿ befl Ów o eflºón sãdï aï gœeflºónÿ oefl nÿ hï aï gœeì d i sπsªeflºónÿ sªefl ÛrÇeÌ gœeflºılÿºónçeflºóvéeflºónÿ lÿ vefl nÿ b lï o eflºómçeflºónÿºıkï a sπsªeflºónÿ oefl sªefl hï aÿºónï d pçeflñrçeflºónÿ nÿ bør uï gœºıkÿºılï a sπsªeflñrÿ br uï sªefl rÿ cflºıhï o cì oßlï aï dçefl ocì olï a p pçeflºılÿºómï o e s lÿ oe s béeflºılï o n iÿºónï g befl lï on iÿ nï aï cflºıh»tñeflñrï o véeflñrÿ ovefl rÿ ÓnÏ o véeflºómÿºıbéeflñrÿ ovefl befl slaapzak probleem koolmees spinnenweb maairobot knipoog visgraat boerin brugkla er re enmachine ch colade brievenbu en a elmoes wa erschade bel ning e endig achter ver vergi ing n vember pla eland s lï aï a pÿºózï aÿºıkÿºıkçeflºónÿ a pÿ aÿ kçefl pÿñrï oßb lçeflºómçeflºónÿ ob kï o oßlÿºómçeflºózçeflºónÿ oolÿ sπp iÿºónÿºónçeflºónÿºówéeflºıb béeflºónÿ nçefl wefl befl ÓmÏ aï a iÿñrï oßb o«tàtñeflºónÿ a iÿ ob otàtñefl kÿºón i pï o gœeflºónÿ ogœefl nÿ ÓvΩi sãgêrï a»tñeflºónÿ vi sãgêrï b o eflñr iÿºónÿºónçeflºónÿ oefl nçefl ÛrÇeflºıkÇeflºÓnŸºÓmÏ aï cflºıh iÿºónçeÿ nçeÿ bør içeflºóvéeflºónÿºıbωu sπsªeflºónÿ br içefl vefl bu s sªefl w a»tñeflñr sãcflºıhï aï dçefl aï ÅeflºılŸºılÇeflºÓnÏ d iï g lÿ lçefl ÓvÉeflñrÏ gòi sπsπiÿºónï g vefl s iÿ g pÿºılï a»tàtñeflºılï aÿºónï dÿ aÿ

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1 MEMORY WOORDEN 1.1 TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1 ik jij hij zij wij jullie zij de baby het kind ja nee de naam TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 2 MEMORY WOORDEN 1.2 TaalCompleet A1 Memory Woorden

Nadere informatie

de aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop.

de aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop. Woordenlijst bij hoofdstuk 4 de aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop. alleen zonder andere mensen Hij is niet getrouwd. Hij woont helemaal a, zonder familie.

Nadere informatie

z ó leuk is lezen! taart van juf jet Anneke Scholtens en Pauline Oud Zwijsen

z ó leuk is lezen! taart van juf jet Anneke Scholtens en Pauline Oud Zwijsen z ó leuk is lezen! taart van juf jet Anneke Scholtens en Pauline Oud Zwijsen z ó leuk is lezen! taart van juf jet Anneke Scholtens Pauline Oud Zwijsen kijk, daar is juf jet. ze is jarig. lot heeft koek

Nadere informatie

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen 1. Print deze tekst 2. Download het geluidsbestand en luister Je gaat een toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen maken. Dit is een leestoets. De toets heeft vijf delen. Deel A, B, C, D en E. Deze toets

Nadere informatie

Wat gaan we doen? Kies uit: bijzondere dagelijks gratis aanstaande praktisch. 1 Dick en Anna gaan vrijdag trouwen. Dat is over twee dagen.

Wat gaan we doen? Kies uit: bijzondere dagelijks gratis aanstaande praktisch. 1 Dick en Anna gaan vrijdag trouwen. Dat is over twee dagen. 103 103 HOOFDSTUK 7 Wat gaan we doen? WOORDEN 1 Kies uit: bijzondere dagelijks gratis aanstaande praktisch 1 Dick en Anna gaan vrijdag trouwen. Dat is over twee dagen. 2 Op 22 november zijn we 25 jaar

Nadere informatie

- je kan me wat - module 4. docere delectare movere

- je kan me wat - module 4. docere delectare movere - je kan me wat - module 4 docere delectare movere je kan me wat ROCvA - educatie nt2taalmenu.nl - ROCvAmodule 4 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 je kan me wat nt2taalmenu.nl module 4 1 1 2 3

Nadere informatie

Werkwoordpakket thema 1 (Taal Actief 3 groep 7) roepen beginnen begrijpen breken buigen drinken duiken klimmen kruipen roepen ruiken

Werkwoordpakket thema 1 (Taal Actief 3 groep 7) roepen beginnen begrijpen breken buigen drinken duiken klimmen kruipen roepen ruiken Werkwoordpakket thema 1 (Taal Actief 3 groep 7) bellen belonen benoemen dreigen dromen gillen gooien groeien huilen bakken bedanken boksen botsen danken dansen drukken eisen fietsen beginnen begrijpen

Nadere informatie

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen 1. Print deze tekst 2. Download het geluidsbestand en luister Je gaat een toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen maken. Dit is een leestoets. De toets heeft vijf delen. Deel A, B, C, D en E. Deze toets

Nadere informatie

Veertien leesteksten. Leesvaardigheid A1. Te gebruiken bij : Basisexamen Inburgering Studieboek. Ad Appel

Veertien leesteksten. Leesvaardigheid A1. Te gebruiken bij : Basisexamen Inburgering Studieboek. Ad Appel Veertien leesteksten Leesvaardigheid A1 Te gebruiken bij : Basisexamen Inburgering Studieboek Ad Appel Uitgave: Appel, Aerdenhout 2011-2016 Verkoopprijs: 1,95 Ad Appel Te bestellen via www.adappelshop.nl

Nadere informatie

OPA EN OMA DE OMA VAN OMA

OPA EN OMA DE OMA VAN OMA Hotel Hallo - Thema 4 Hallo opdrachten OPA EN OMA 1. Knip de strip. Strip Knip de strip los langs de stippellijntjes. Leg de stukken omgekeerd en door elkaar heen op tafel. Draai de stukken weer om en

Nadere informatie

Uitprobeerpakket. Toetsboek 4 groep 4 blok 6

Uitprobeerpakket. Toetsboek 4 groep 4 blok 6 Uitprobeerpakket Toetsboek 4 groep 4 blok 6 Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd

Nadere informatie

Grammatica Zinsontleding. Werkboek Geschikt voor de groepen 5 en 6

Grammatica Zinsontleding. Werkboek Geschikt voor de groepen 5 en 6 Grammatica Werkboek Geschikt voor de groepen 5 en 6 Inhoudsopgave Zinnen knippen 4 Het onderwerp 7 De persoonsvorm 11 Het gezegde 17 Het werkwoordelijk gezegde 21 Het naamwoordelijk gezegde 24 Het lijdend

Nadere informatie

Thema 7 spelling groep 7

Thema 7 spelling groep 7 Piano s en Selma s Week 1 Week 2 Woorden met meervoud op s en bezittelijke s 00 accu s 00 agenda s 00 alinea s 00 baby s 00 camera s 00 collega s 00 dia s 00 diploma s 00 duo s 00 echo s 00 Eskimo s 00

Nadere informatie

O, antwoordde ik. Verder zei ik niets. Ik ging vlug de keuken weer uit en zonder eten naar school.

O, antwoordde ik. Verder zei ik niets. Ik ging vlug de keuken weer uit en zonder eten naar school. Voorwoord Susan schrijft elke dag in haar dagboek. Dat dagboek is geen echt boek. En ook geen schrift. Susans dagboek zit in haar tablet, een tablet van school. In een map die Moeilijke Vragen heet. Susan

Nadere informatie

Sleutel bij hoofdstuk 1

Sleutel bij hoofdstuk 1 Sleutel bij hoofdstuk 1 van Taaltalent NT2-leergang voor midden- en hoogopgeleide anderstaligen Katja Verbruggen Henny Taks Eefke Jacobs u i t g e v e r ij coutinho c bussum 2012 Deze sleutel hoort bij

Nadere informatie

Moshi gaat met het vliegtuig naar Malawi

Moshi gaat met het vliegtuig naar Malawi Malawi Auditieve analyse: 1.2 Eén en twee lettergrepen 1.3 Drie of meer lettergrepen Auditieve synthese 4.1 Lettergrepen samenvoegen tot een woord 4.2 Letters samenvoegen tot een woord Zon varken Malawi

Nadere informatie

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen 1. Print deze tekst 2. Download het geluidsbestand en luister Je gaat een toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen maken. Dit is een leestoets. De toets heeft vijf delen. Deel A, B, C, D en E. Deze toets

Nadere informatie

1. Joris. Voor haar huis remt Roos. Ik ben er. De gordijnen beneden zijn weer dicht.

1. Joris. Voor haar huis remt Roos. Ik ben er. De gordijnen beneden zijn weer dicht. 1. Joris Hé Roos, fiets eens niet zo hard. Roos schrikt op en kijkt naast zich. Recht in het vrolijke gezicht van Joris. Joris zit in haar klas. Ben je voor mij op de vlucht?, vraagt hij. Wat een onzin.

Nadere informatie

Ik schrijf op wat ik hoor.

Ik schrijf op wat ik hoor. Categorie 1a Woorden met a Groep 3 Ik schrijf op wat ik hoor. kam Categorie 1a Woorden met a Groep 3 tak kar hal gas Categorie 1b Woorden met aa Groep 3 Ik schrijf op wat ik hoor. raam Categorie 1b Woorden

Nadere informatie

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen 1. Print deze tekst 2. Download het geluidsbestand en luister Je gaat een toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen maken. Dit is een leestoets. De toets heeft vijf delen. Deel A, B, C, D en E. Deze toets

Nadere informatie

Papa en mama hebben ruzie. Ton en Toya vinden dat niet leuk. Papa wil graag dat Ton en Toya bij hem op bezoek komen, maar van mama mag dat niet.

Papa en mama hebben ruzie. Ton en Toya vinden dat niet leuk. Papa wil graag dat Ton en Toya bij hem op bezoek komen, maar van mama mag dat niet. Bezoek op kantoor Papa en mama hebben ruzie. Ton en Toya vinden dat niet leuk. Papa wil graag dat Ton en Toya bij hem op bezoek komen, maar van mama mag dat niet. Ton en Toya hebben wat problemen thuis.

Nadere informatie

afgeven de kleur gaat in de Dit rode overhemd moet je apart wassen, want het g a. andere kleren zitten

afgeven de kleur gaat in de Dit rode overhemd moet je apart wassen, want het g a. andere kleren zitten Woordenlijst bij hoofdstuk 7 Deel 1 aanhebben (kleren) dragen Hij h een warme trui a, want het is koud. afgeven de kleur gaat in de Dit rode overhemd moet je apart wassen, want het g a. andere kleren zitten

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 4 Wonen

Spreekopdrachten thema 4 Wonen Spreekopdrachten thema 4 Wonen Opdracht 1 bij 4.1 ** Uitleg voor de docent: Op de volgende pagina vind je een blad met plaatjes. Knip de plaatjes uit en doe ze in een envelop. Geef elk tweetal een envelop.

Nadere informatie

- je kan me wat - module 4. docere delectare movere

- je kan me wat - module 4. docere delectare movere - je kan me wat - module 4 docere delectare movere je kan me wat ROCvA - educatie nt2taalmenu.nl - ROCvAmodule 4 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 je kan me wat nt2taalmenu.nl module 4 1 1 2 3

Nadere informatie

De leessleutel Begrijpend luisteren-lezen thema 5 verhaal 1 groep 3. Thema 5 Verhaal 1 bladzijde 2 t/m 5 van het leesboek

De leessleutel Begrijpend luisteren-lezen thema 5 verhaal 1 groep 3. Thema 5 Verhaal 1 bladzijde 2 t/m 5 van het leesboek De leessleutel Begrijpend luisteren-lezen thema 5 verhaal 1 groep 3 Thema 5 Verhaal 1 bladzijde 2 t/m 5 van het leesboek Het wiel doet raar! 1 Naar wie gaat Daan? a Naar school b Naar Loes c Naar Rik 2

Nadere informatie

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen 1. Print deze tekst 2. Download het geluidsbestand en luister Je gaat een toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen maken. Dit is een leestoets. De toets heeft vijf delen. Deel A, B, C, D en E. Deze toets

Nadere informatie

- je kan me wat - module 3. docere delectare movere. je kan me wat nt2taalmenu.nl module 3. tekeningen -

- je kan me wat - module 3. docere delectare movere. je kan me wat nt2taalmenu.nl module 3. tekeningen - - je kan me wat - module 3 docere delectare movere tekeningen - 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 je kan me wat ROCvA nt2taalmenu.nl - educatie - ROCvA module 3 1 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 1 2 3 4 5

Nadere informatie

Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten

Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten www.edusom.nl Opstartlessen Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten Wat leert u in deze les? Een gesprek voeren over familie, vrienden en buurtgenoten. Antwoord geven op vragen. Veel succes! Deze les

Nadere informatie

Ons eerste boek. plaatjes en bijschriften voor 't jonge volkje dat lezen leert. W.F. Oostveen

Ons eerste boek. plaatjes en bijschriften voor 't jonge volkje dat lezen leert. W.F. Oostveen Ons eerste boek plaatjes en bijschriften voor 't jonge volkje dat lezen leert W.F. Oostveen bron. A.W. Sijthoff, Leiden 1880-1890 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/oost080onse01_01/colofon.php

Nadere informatie

Kijk nog eens in het boek op bladzijde 80 naar Werkwoorden in een andere tijd.

Kijk nog eens in het boek op bladzijde 80 naar Werkwoorden in een andere tijd. Grammaticaoefeningen 3 Wonen en vervoer Werkwoorden in een andere tijd Oefening 1 Kijk nog eens in het boek op bladzijde 80 naar Werkwoorden in een andere tijd. 1 Begrijp je deze informatie? ja / nee,

Nadere informatie

Tik-tak Tik-tak tik-tak. Ik tik de tijd op mijn gemak. Ik haast me niet zoals je ziet. Tik-tak tik-tak, ik denk dat ik een slaapje pak.

Tik-tak Tik-tak tik-tak. Ik tik de tijd op mijn gemak. Ik haast me niet zoals je ziet. Tik-tak tik-tak, ik denk dat ik een slaapje pak. Tik-tak - Lees het gedicht tik-tak voor. Doe dit in het strakke ritme van een langzaam tikkende klok: Tik - tak - tik - tak Ik tik - de tijd - op mijn - gemak. Enzovoort. - Laat de kinderen vrij op het

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 4 Wonen

Spreekopdrachten thema 4 Wonen Boven: Spreekopdrachten thema 4 Wonen Opdracht 2 bij 4.1 * slaapkamer 2 trap Beneden: tuin garage TaalCompleet A1 Spreken Plus Thema 4-1 Opdracht 3 bij 4.1 ** Vertel. Wat voor huis heb jij? - Woon je in

Nadere informatie

ALFA A ANTWOORDEN STER IN LEZEN

ALFA A ANTWOORDEN STER IN LEZEN STER IN LEZEN ALFA A LES 1: NAAR SCHOOL 1 Ziek 1 b 2 3 b 4 a a B maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag zaterdag zondag C Dit is een vraag Hoe gaat het? Het gaat wel. En met jou? Waarom kom je niet?

Nadere informatie

Luisteren: muziek (A2 nr. 7)

Luisteren: muziek (A2 nr. 7) OPDRACHTEN LUISTEREN: MUZIEK www.nt2taalmenu.nl nt2taalmenu is een website voor mensen die Nederlands willen leren én voor docenten NT2. Iedereen die Nederlands wil leren, kan gratis online oefenen. Kijk

Nadere informatie

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen 1. Print deze tekst 2. Download het geluidsbestand en luister Je gaat een toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen maken. Dit is een leestoets. De toets heeft vijf delen. Deel A, B, C, D en E. Deze toets

Nadere informatie

HANDIG SPELEN MET EEN HOND

HANDIG SPELEN MET EEN HOND l a n d e l i j k i n f o r m a t i e c e n t r u m g e z e l s c h a p s d i e r e n HANDIG SPELEN MET EEN HOND OVER HOUDEN VAN HUISDIEREN HIER LEES JE HANDIGE INFORMATIE OVER SPELEN MET EEN HOND. JE

Nadere informatie

Uitprobeerpakket. Toetsboek 6 groep 6 blok 6

Uitprobeerpakket. Toetsboek 6 groep 6 blok 6 Uitprobeerpakket Toetsboek 6 groep 6 blok 6 Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd

Nadere informatie

LES 3 Ik leer Nederlands. TESTEN TEST 1

LES 3 Ik leer Nederlands. TESTEN TEST 1 12/11/14 1 LES 3 Ik leer Nederlands. TESTEN TEST 1 1. (lezen) Ik.... een lange tekst. 2 Hij.... een moeilijk boek. 3. Zij.... een gemakkelijk tekstje. 4..... jullie veel? Ja, wij.... graag kinderboeken.

Nadere informatie

Jouw avontuur met de Bijbel

Jouw avontuur met de Bijbel Nieske Selles-ten Brinke Jouw avontuur met de Bijbel Dagboek voor kinderen Uitgeverij Jes! Zoetermeer Uitgeverij Jes! is een samenwerking tussen Uitgeverij Boekencentrum en de HGJB. Kijk voor meer informatie

Nadere informatie

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen 1. Print deze tekst 2. Download het geluidsbestand en luister Je gaat een toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen maken. Dit is een leestoets. De toets heeft vijf delen. Deel A, B, C, D en E. Deze toets

Nadere informatie

De leessleutel Begrijpend lezen thema 9 verhaal 1 groep 3. Thema 9 Verhaal 1 bladzijde 2 t/m 5 van het leesboek

De leessleutel Begrijpend lezen thema 9 verhaal 1 groep 3. Thema 9 Verhaal 1 bladzijde 2 t/m 5 van het leesboek De leessleutel Begrijpend lezen thema 9 verhaal 1 groep 3 Thema 9 Verhaal 1 bladzijde 2 t/m 5 van het leesboek Zoek maar, Guus! 1 Waarom pakt mama de schoen niet? a Zij is moe b Haar buik is te dik c Ze

Nadere informatie

Een meneer heeft veel ballonnen. Hij roept: Kinderen, kom erbij! Mijn ballonnen die zijn gratis. Wie wil een ballon van mij?

Een meneer heeft veel ballonnen. Hij roept: Kinderen, kom erbij! Mijn ballonnen die zijn gratis. Wie wil een ballon van mij? Een meneer heeft veel ballonnen. Hij roept: Kinderen, kom erbij! Mijn ballonnen die zijn gratis. Wie wil een ballon van mij? Wat een mooie luchtballonnen! Geel, oranje, groen en blauw. Kies maar uit Daan,

Nadere informatie

ISK Leerlijn. Alfabetisering. zitten. een twee drie vier vijf zes zeven acht negen tien

ISK Leerlijn. Alfabetisering. zitten. een twee drie vier vijf zes zeven acht negen tien 1. Ik ga naar school agenda begrijpen (ik begrijp het niet) boek bord computer dicht (doe dicht) dit docent doe (doen) duidelijk en even fout ga (gaan) geven goed (dat is goed) groep gum klaar klas kom

Nadere informatie

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S 2 Ik en autisme In het vorige hoofdstuk is verteld over sterke kanten die mensen met autisme vaak hebben. In dit hoofdstuk vertellen we over autisme in het algemeen. We beginnen met een stelling. In de

Nadere informatie

Extra oefeningen voor werkwoordspelling

Extra oefeningen voor werkwoordspelling Extra oefeningen voor werkwoordspelling Inleiding Bij Taal actief 2 is voor groep 6 een apart werkboekje samengesteld voor de voorbereiding op de spelling van de werkwoorden. Veel gebruikers van Taal actief

Nadere informatie

Uitprobeerpakket. Toetsboek 5 groep 5 blok 6

Uitprobeerpakket. Toetsboek 5 groep 5 blok 6 Uitprobeerpakket Toetsboek 5 groep 5 blok 6 Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd

Nadere informatie

Auteur: Mirjam Wind, docent en coördinator NT2, Educatie Video s: Gabe Dijkstra en Rick Biemolt, studenten Alfa-college, MultiMedia en Design

Auteur: Mirjam Wind, docent en coördinator NT2, Educatie Video s: Gabe Dijkstra en Rick Biemolt, studenten Alfa-college, MultiMedia en Design Woord voor Woord is een programma mondelinge vaardigheden NT2 voor analfabete beginners. Het omvat 12 lessen. De ontwikkeling van het programma en de daarbij behorende video s is mogelijk gemaakt door

Nadere informatie

Spelling in Beeld R 3. woorden op ~t en ~d. het paard de staart het land de krant het sportveld de goudvis

Spelling in Beeld R 3. woorden op ~t en ~d. het paard de staart het land de krant het sportveld de goudvis 3 regelwoorden woorden op ~t en ~d Hoor je aan het eind van een woord /t/? Maak het woord langer. Dan weet je of je t of d schrijft. Je hoort /paarden/, je schrijft paard. Je hoort /staarten/, je schrijft

Nadere informatie

1. De zolder van opa 3 2. Spullen van vroeger 4 3. De stoof 5 4. Het leesplankje 6 5. De Keulse pot 7 6. De tol 8 7. De foto 9 8.

1. De zolder van opa 3 2. Spullen van vroeger 4 3. De stoof 5 4. Het leesplankje 6 5. De Keulse pot 7 6. De tol 8 7. De foto 9 8. Dingen van vroeger Inhoud 1. De zolder van opa 3 2. Spullen van vroeger 4 3. De stoof 5 4. Het leesplankje 6 5. De Keulse pot 7 6. De tol 8 7. De foto 9 8. De koffiemolen 10 9. De schaatsen 11 10. Nog

Nadere informatie

Doelen van de lessen. Januari C.D. 4

Doelen van de lessen. Januari C.D. 4 Januari C.D. 4 Doelen van de lessen De kinderen kunnen een voorgelezen verhaal navertellen zonder gebruik te hoeven maken van illustraties. De kinderen kunnen fonemen als de kleinste klankeenheden in woorden

Nadere informatie

1. Van je juf of meester krijg je een plaatje. Bekijk je plaatje goed. 3. Zoek samen nog vier klasgenoten met een ander plaatje.

1. Van je juf of meester krijg je een plaatje. Bekijk je plaatje goed. 3. Zoek samen nog vier klasgenoten met een ander plaatje. Opdracht 1 Ongeveer 150 jaar geleden stonden er veel steenfabrieken langs de IJssel. De stenen werden van klei gemaakt. Dat kon je langs de IJssel vinden. Als de rivier overstroomde, bleef er een laagje

Nadere informatie

De arme man en zijn parkiet

De arme man en zijn parkiet De arme man en zijn parkiet deel 3/3 Iedereen op straat is blij dat de arme straatmuzikant niet arm meer is. s Avonds brengt hij zijn volle buideltjes met geld naar de bank. Dat is heel veel en thuisgekomen

Nadere informatie

Johanna Kruit. Gedichten, geïnspireerd door bomen. Geheimen

Johanna Kruit. Gedichten, geïnspireerd door bomen. Geheimen 1 Gedichten, geïnspireerd door bomen Geheimen In het donker huizen bomen die overdag gewoner zijn. Wij slaan de bochten van een pad mee om en gaan, ontkomen aan het licht af op geheimen.kleine geluiden

Nadere informatie

Auditieve oefeningen bij het thema: Mijn huis

Auditieve oefeningen bij het thema: Mijn huis Auditieve oefeningen bij het thema: Mijn huis Boek van de week: 1; Een huis bouwen 2;De bouwvakker 3; Op de bouwplaats 4; Een hol voor mol Verhaalbegrip: Bij elk boek stel ik de volgende vragen: Wat staat

Nadere informatie

1. Nooit in orde! Wat moeten wij met u nu aanvangen? Wat moeten wij met u nu doen? Gade gij nu nooit eens luisteren? Ge zijt echt niet te doen!

1. Nooit in orde! Wat moeten wij met u nu aanvangen? Wat moeten wij met u nu doen? Gade gij nu nooit eens luisteren? Ge zijt echt niet te doen! 1. Nooit in orde! Wat moeten wij met u nu aanvangen? Wat moeten wij met u nu doen? Gade gij nu nooit eens luisteren? Ge zijt echt niet te doen! Ge zijt nooit in orde! Ge zijt altijd te laat! Ge zijt nooit

Nadere informatie

Programma Nederlands Praten

Programma Nederlands Praten Nederlands Praten 1 / Basisvaardigheden, hoofdstuk 3 Oefeningen werkwoorden hebben en zijn Oefening 1: Wat is het juiste werkwoord? (zijn) Jij ben/bent een leerling (zijn) Hij is/bent een man (zijn) Zij

Nadere informatie

inhoud 1. Groeien 2. In de buik 3. De baby 4. De peuter 5, De kleuter 6. Het schoolkind 7. De puber 8. Volwassen 9. Bejaard 10. Filmpje Pluskaarten

inhoud 1. Groeien 2. In de buik 3. De baby 4. De peuter 5, De kleuter 6. Het schoolkind 7. De puber 8. Volwassen 9. Bejaard 10. Filmpje Pluskaarten Groeien inhoud 1. Groeien 3 2. In de buik 4 3. De baby 5 4. De peuter 7 5, De kleuter 9 6. Het schoolkind 10 7. De puber 11 8. Volwassen 12 9. Bejaard 13 10. Filmpje 14 Pluskaarten 15 Bronnen en foto s

Nadere informatie

Wat kan ik voor u doen?

Wat kan ik voor u doen? 139 139 HOOFDSTUK 9 Wat kan ik voor u doen? WOORDEN 1 1 Peter is op vakantie. Hij stuurde mij een... uit Parijs. a brievenbus b kaart 2 Ik heb die kaart gisteren.... a ontvangen b herhaald 3 Bij welke...

Nadere informatie

ZELF STARTEN MET NEDERLANDS NEDERLANDS VOOR ANDERSTALIGEN

ZELF STARTEN MET NEDERLANDS NEDERLANDS VOOR ANDERSTALIGEN ZELF STARTEN MET NEDERLANDS NEDERLANDS VOOR ANDERSTALIGEN Het zelfstudiepakket Zelf starten met Nederlands is ontwikkeld door Uitgeverij Boom in opdracht van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

Nadere informatie

Vragenkaartjes voor onderweg!

Vragenkaartjes voor onderweg! Vragenkaartjes voor onderweg! 1 Print de kaartjes uit 2 Knip de kaartjes uit langs het kniprandje 3 Bind een elastieke om het pakketje kaartjes 4 Klaar om op vakantie te gaan met leuke vragenkaartjes!

Nadere informatie

Auditieve oefeningen bij het thema: de kinderboerderij

Auditieve oefeningen bij het thema: de kinderboerderij Auditieve oefeningen bij het thema: de kinderboerderij Boek van de week: 1; Kinderboerderij; Betty Sluyzer 2; Kinderboerderij/kijkdoosserie 3; Het grote voorleesboek van de Kinderboerderij 4; Boeken over

Nadere informatie

2c nr. 1 zinnen met want en omdat

2c nr. 1 zinnen met want en omdat OPDRACHTKAART www.nt2taalmenu.nl nt2taalmenu is een website voor mensen die Nederlands willen leren én voor docenten NT2. Iedereen die Nederlands wil leren, kan gratis online oefenen. U kunt ook veel oefeningen

Nadere informatie

Wie heeft die rare knopen erin gelegd? vraagt hij. Ik, geeft Bibi eerlijk toe. Vorige week waaide het nogal hard. Dus toen heb ik de rubberboot en

Wie heeft die rare knopen erin gelegd? vraagt hij. Ik, geeft Bibi eerlijk toe. Vorige week waaide het nogal hard. Dus toen heb ik de rubberboot en Het plan van Bart Dobber, niet doen! Bibi staat op het dek van het schip en kijkt naar haar hond die een kat achterna zit op de kade. Haar broer Bart ligt op de loopplank en peutert aan het touw van de

Nadere informatie

Soms ben ik eens boos, en soms wel eens verdrietig, af en toe eens bang, en heel vaak ook wel blij.

Soms ben ik eens boos, en soms wel eens verdrietig, af en toe eens bang, en heel vaak ook wel blij. Lied: Ik ben ik (bij thema 1: ik ben mezelf) (nr. 1 en 2 op de CD) : Weet ik wie ik ben? Ja, ik weet wie ik ben. Weet ik wie ik ben? Ja, ik weet wie ik ben. Ik heb een mooie naam, van achter en vooraan.

Nadere informatie

Basiswerkboek Gebaren 0-3 jaar, aanvulling

Basiswerkboek Gebaren 0-3 jaar, aanvulling Basiswerkboek Gebaren 0-3 jaar, aanvulling Inhoudsopgave Inleiding 2 Toetsing 3 Aanbieden 4 Gebaren Algemeen 5 Familie 16 Eten en drinken 20 Binnen en buiten spelen 33 Verzorging en kleding 44 Het weer

Nadere informatie

Melkweg. De deur op slot. Lezen van Alfa A naar Alfa B. Wonen: Veilig wonen

Melkweg. De deur op slot. Lezen van Alfa A naar Alfa B. Wonen: Veilig wonen Melkweg Lezen van Alfa A naar Alfa B De deur op slot Wonen: Veilig wonen Colofon Melkweg: De deur op slot, 2013 Auteurs: Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn Stockmann Dit katern is een uitgave van

Nadere informatie

Die nacht draait Cees zich naar me toe. In het donker voel ik heel zachtjes zijn lippen op mijn wang.

Die nacht draait Cees zich naar me toe. In het donker voel ik heel zachtjes zijn lippen op mijn wang. Vanavond ga ik mijn man vertellen dat ik bij hem wegga. Na het eten vertel ik het hem. Ik heb veel tijd besteed aan het maken van deze laatste maaltijd. Met vlaflip toe. Ik hoop dat de klap niet te hard

Nadere informatie

NAAM. Uil kijkt in een boek. Het is een boek over dieren. Er staan plaatjes in. Van elk dier één. Uil ziet een leeuw. En een pauw. En een bever.

NAAM. Uil kijkt in een boek. Het is een boek over dieren. Er staan plaatjes in. Van elk dier één. Uil ziet een leeuw. En een pauw. En een bever. Vos en Waar is Haas het ijs? NAAM Uil kijkt in een boek. Het is een boek over dieren. Er staan plaatjes in. Van elk dier één. Uil ziet een leeuw. En een pauw. En een bever. Wat een raar beest! lacht Uil.

Nadere informatie

Woordenschat Taal Actief groep 4 Thema 1 Les 1

Woordenschat Taal Actief groep 4 Thema 1 Les 1 Woordenschat Taal Actief groep 4 Thema 1 Les 1 een hark Een lange steel met een soort kam van ijzer eraan. de fontein Een bak waaruit water spuit. Het is voor de sier. Een wasbak in de badkamer wordt ook

Nadere informatie

Brieven van Ama welpen

Brieven van Ama welpen Introductie Shanti heeft heel veel vriendinnetjes in de jungle. Ze heeft ook een vriendinnetje in een land heel ver weg. Het meisje heet Ama. Ama woont in een land dat Ghana heet. Weten jullie waar dat

Nadere informatie

Als je ergens heel erg bang voor bent, dan heb je angst. Je hebt bijvoorbeeld angst voor de tandarts.

Als je ergens heel erg bang voor bent, dan heb je angst. Je hebt bijvoorbeeld angst voor de tandarts. Thema 5 Les 1: De angst: Als je ergens heel erg bang voor bent, dan heb je angst. Je hebt bijvoorbeeld angst voor de tandarts. De schrik: Als iemand ineens achter je staat, dan schrik je. Je bent dan ineens

Nadere informatie

Marloes. een handdoek. 2.1 Met Ron naar school. naam: Kijk en vul in: groep: 1 De rat van Ron is nog wild. tam. Wie - wat waar

Marloes. een handdoek. 2.1 Met Ron naar school. naam: Kijk en vul in: groep: 1 De rat van Ron is nog wild. tam. Wie - wat waar 2.1 Met Ron naar school naam: Kijk en vul in: Wie - wat waar Op de schouder van Ron zit zijn rat. De rat heet Marloes. In zijn hand draagt Ron haar jong. Het jong heet Snuf. Op de grond staat de kooi van

Nadere informatie

blauw 1 Schrijf het woord op. 2 Schrijf het woord op. spelling 11a pauw Kies uit: au blauw gauw 1 Dit is een kleur. 2 Dit roep je als je pijn voelt.

blauw 1 Schrijf het woord op. 2 Schrijf het woord op. spelling 11a pauw Kies uit: au blauw gauw 1 Dit is een kleur. 2 Dit roep je als je pijn voelt. 1 Schrijf het woord op. Kies uit: au blauw gauw spelling 11a Je leert hoe je woorden met au schrijft. pauw lauw 1 Dit is een kleur. blauw saus Woorden als pauw zijn weetwoorden. Je leert deze woorden uit

Nadere informatie

KOPIEERBLADEN. THEMA 5: Ik wil ridder worden! Plantyn - TotemTaal - Thema 5: ik wil ridder worden!

KOPIEERBLADEN. THEMA 5: Ik wil ridder worden! Plantyn - TotemTaal - Thema 5: ik wil ridder worden! KOPIEERBLADEN THEMA 5: Ik wil ridder worden! 97 97 Wat moet je doen om ridder te worden? Vind je dit goed? Moet er nog iets bij? Als je de opdrachten hier goed uitvoert, krijg je een ridderdiploma. Page

Nadere informatie

De allerliefste oppas

De allerliefste oppas De allerliefste oppas Met de ene oppas ga ik buiten spelen door de andere wordt altijd thee gezet bij de derde zal ik mij echt nooit vervelen en van de vierde mag ik lekker laat naar bed Met de ene oppas

Nadere informatie

Auditieve oefeningen bij het thema: opa en oma

Auditieve oefeningen bij het thema: opa en oma Auditieve oefeningen bij het thema: opa en oma Boek van de week: 1; Superoma en de redding van blauwbil 2; Bij opa en oma 3; Met opa in het donker 4; De knotsgekke avonturen van opa Smoezel Verhaalbegrip:

Nadere informatie

We spelen in het huis van mijn mama deze keer,

We spelen in het huis van mijn mama deze keer, Jip en Janneke. Ik ben Jip. Ik ben Janneke en we wonen naast elkaar. Hij heet Jip, zij heet Janneke. en we spelen soms bij hem en soms bij haar. We spelen in het huis van mijn mama deze keer, we kunnen

Nadere informatie

STEENSOEP OMA VERTELT EEN VERHAAL

STEENSOEP OMA VERTELT EEN VERHAAL Hotel Hallo - Thema 6 Hallo opdrachten STEENSOEP 1. Knip de strip. Strip Knip de strip los langs de stippellijntjes. Leg de stukken omgekeerd en door elkaar heen op tafel. Draai de stukken weer om en leg

Nadere informatie

Iris marrink Klas 3A.

Iris marrink Klas 3A. Iris marrink Klas 3A. 1 Inhoud. 1- Voorpagina 2- Inhoud, inleiding & mijn mening 3- Dag 1 4- Dag 2 5- Dag 3 6- Dag 4 7- Dag 5 Inleiding. Ik kreeg als opdracht om een dagverslag te maken over Polen. 15

Nadere informatie

Dit is het verkiezingsprogramma van de ChristenUnie. Dit vindt de ChristenUnie belangrijk voor Nederland. Lees maar!

Dit is het verkiezingsprogramma van de ChristenUnie. Dit vindt de ChristenUnie belangrijk voor Nederland. Lees maar! Over een paar weken kiest Nederland een nieuwe regering. Op 12 september Jij kunt ook kiezen. Stemmen noemen we dat. Als je stemt, kies je voor de politieke partij die jij het beste vindt. Jij kunt straks

Nadere informatie

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen 1. Print deze tekst 2. Download het geluidsbestand en luister Je gaat een toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen maken. Dit is een leestoets. De toets heeft vijf delen. Deel A, B, C, D en E. Deze toets

Nadere informatie

Voor jongeren in het praktijkonderwijs. temperatuur is er min twintig. De harde wind maakt het nog kouder. Daardoor voelt het als min vijftig.

Voor jongeren in het praktijkonderwijs. temperatuur is er min twintig. De harde wind maakt het nog kouder. Daardoor voelt het als min vijftig. PrO -weekkrant Week 02 januari 2014 Voor jongeren in het praktijkonderwijs 6-12 januari 2014 Eenvoudig Communiceren Winterweer in Amerika Foto: Shutterstock Foto: Shutterstock In grote delen van Amerika

Nadere informatie

Goedendag! Ik, ik ben. Ben jij? En jij? Jij bent! nee. één. twee. drie. vier. vijf. zes. zeven. acht. negen. tien. Gaat het? Het gaat goed.

Goedendag! Ik, ik ben. Ben jij? En jij? Jij bent! nee. één. twee. drie. vier. vijf. zes. zeven. acht. negen. tien. Gaat het? Het gaat goed. Vocabulaire En Action 5 : Nederlans naar Frans Unité 1 Goedendag! Ik ben Ik, ik ben ja Ben jij? En jij? Jij bent! nee één twee drie vier vijf zes zeven acht negen tien Unité 2 Gaat het? Het gaat goed.

Nadere informatie

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen 1. Print deze tekst 2. Download het geluidsbestand en luister Je gaat een toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen maken. Dit is een leestoets. De toets heeft vijf delen. Deel A, B, C, D en E. Deze toets

Nadere informatie

Wijzer. door het verkeer

Wijzer. door het verkeer 3 antwoordenboek Wijzer door het verkeer loop je goed? plaats op de weg kleur de stoep grijs. waar hoort roos? trek een lijn. roos 2 kleur het fiets-pad rood. waar hoort sil? trek een lijn. sil 3 kleur

Nadere informatie

R O S A D E D I E F. Arco Struik. Rosa de dief Arco Struik 1 www.gratiskinderboek.nl

R O S A D E D I E F. Arco Struik. Rosa de dief Arco Struik 1 www.gratiskinderboek.nl R O S A D E D I E F Arco Struik Rosa de dief Arco Struik 1 www.gratiskinderboek.nl In de winkel 3 Bart 5 Een lieve dief 7 De telefoon 9 Bij de dokter 11 De blinde vrouw 13 Een baantje 15 Bijna betrapt

Nadere informatie

Melkweg. Help je mee? Lezen van Alfa A naar Alfa B. Vrijwilligerswerk

Melkweg. Help je mee? Lezen van Alfa A naar Alfa B. Vrijwilligerswerk Melkweg Lezen van Alfa A naar Alfa B Help je mee? Vrijwilligerswerk Colofon Melkweg Lezen van Alfa A naar Alfa B: Help je mee?, 2013 Auteurs: Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn Stockmann Dit katern

Nadere informatie

KAPSTOK SPELLING WERKWOORDEN

KAPSTOK SPELLING WERKWOORDEN gewenning de korte zin doe-deel en wie-deel KAPSTOK SPELLING WERKWOORDEN tegenwoordige/verleden tijd en enkelvoud/meervoud de begrippen onderwerp en persoonsvorm ik-vorm tegenwoordige tijd, alle werkwoorden

Nadere informatie

Met dit lekkere warme weer zijn we lekker gaan wandelen in het park bij ons in de buurt.

Met dit lekkere warme weer zijn we lekker gaan wandelen in het park bij ons in de buurt. Het Kwetternest 3-jarigen Deze week zijn we begonnen met het thema OEF WAT WARM! We hebben in de groep een echte ijswinkel gemaakt. De kinderen kunnen naar hartenlust ijsjes kopen en eten. In de grote

Nadere informatie

4 In de tekst staat: Dit is een recept voor een toetje. Weet jij wat een recept is? Kruis de goede zin aan.

4 In de tekst staat: Dit is een recept voor een toetje. Weet jij wat een recept is? Kruis de goede zin aan. Blok 2 LB 16-17 LES 1 MAAK EEN TOETJE Lees de tekst in het leesboek nog niet. 1 Kijk naar de plaatjes. Nu weet je al heel veel. 1 Hier staat hoe je een toetje maakt. Hier staat hoe je een pop maakt. 2

Nadere informatie

Lesbrief. Een echte man Yvonne Kroonenberg

Lesbrief. Een echte man Yvonne Kroonenberg Lesbrief Een echte man Yvonne Kroonenberg Doe meer met Leeslicht! Bij een aantal boeken in de serie Leeslicht kunt u een gratis lesbrief downloaden van www.eenvoudigcommuniceren.nl. In deze lesbrief staan

Nadere informatie

Geelzucht. Toen pakte een vrouw mijn arm. Ze nam me mee naar de binnenplaats van het huis. Naast de deur van de binnenplaats was een kraan.

Geelzucht. Toen pakte een vrouw mijn arm. Ze nam me mee naar de binnenplaats van het huis. Naast de deur van de binnenplaats was een kraan. Geelzucht Toen ik 15 was, kreeg ik geelzucht. De ziekte begon in de herfst en duurde tot het voorjaar. Ik voelde me eerst steeds ellendiger worden. Maar in januari ging het beter. Mijn moeder zette een

Nadere informatie

Opstartles 10. EXTRA Oefenen met woorden bij de lessen

Opstartles 10. EXTRA Oefenen met woorden bij de lessen www.edusom.nl Opstartles 10. EXTRA Oefenen met woorden bij de lessen Het is belangrijk om veel woorden te leren. In deze extra les vindt u extra woorden bij de Opstartlessen 1 t/m 5. Kijk ook eens naar

Nadere informatie

nooit Zeer ruw en onvoorzichtig zijn Als Pasen en Pinksteren op één dag vallen Als een olifant door een porseleinkast gaan

nooit Zeer ruw en onvoorzichtig zijn Als Pasen en Pinksteren op één dag vallen Als een olifant door een porseleinkast gaan Als een olifant door een porseleinkast gaan Zeer ruw en onvoorzichtig zijn Als één schaap over de dam is volgen er meer Als iemand het voorbeeld geeft, zijn er al snel meer mensen die dit voorbeeld volgen

Nadere informatie

Opdracht 1 Vul de juiste vorm van het werkwoord in tegenwoordige tijd / 20. (slapen) De man.. lang uit in het weekend. Ik mijn verjaardag vandaag.

Opdracht 1 Vul de juiste vorm van het werkwoord in tegenwoordige tijd / 20. (slapen) De man.. lang uit in het weekend. Ik mijn verjaardag vandaag. Proef taal Naam. Opdracht 1 Vul de juiste vorm van het werkwoord in tegenwoordige tijd / 20 (slapen) De man.. lang uit in het weekend. (vieren) (genieten) ijsje. Ik mijn verjaardag vandaag. De kinderen..van

Nadere informatie

bruin bruin de kuil de ui de uil de muis het huis de tuin de fluit het fruit de huid a/aa, e/ee, o/oo, u/uu, i/ ie, ij/ei, oe, ui, eu, au/ou

bruin bruin de kuil de ui de uil de muis het huis de tuin de fluit het fruit de huid a/aa, e/ee, o/oo, u/uu, i/ ie, ij/ei, oe, ui, eu, au/ou Pen! nr. 11 - de bruine trui 1 11.1 Lees en schrijf de ui de uil de muis het huis de ui de uil de muis het huis de tuin de fluit het fruit de huid de tuin de fluit het fruit de huid de kuil bruin bruin

Nadere informatie

René op vakantie. 10-17 mei 2013 P U T T E N

René op vakantie. 10-17 mei 2013 P U T T E N René op vakantie 10-17 mei 2013 P U T T E N Begeleider Theo Vrijdag 10 mei Vertrek naar Landal Tegen 12 uur rijdt de Tendens bus de Ranonkelweg in en René straalt als hij mij ziet. Na de lunch nemen we

Nadere informatie

U leert in deze les "toestemming vragen". Toestemming vragen is vragen of u iets mag doen.

U leert in deze les toestemming vragen. Toestemming vragen is vragen of u iets mag doen. TOESTEMMING VRAGEN les 1 spreken inleiding en doel U leert in deze les "toestemming vragen". Toestemming vragen is vragen of u iets mag doen. Bij toestemming vragen is het belangrijk dat je het op een

Nadere informatie

Melkweg. Een dak boven je hoofd. Lezen van Alfa A naar Alfa B. Wonen: Het huis

Melkweg. Een dak boven je hoofd. Lezen van Alfa A naar Alfa B. Wonen: Het huis Melkweg Lezen van Alfa A naar Alfa B Een dak boven je hoofd Wonen: Het huis Colofon Melkweg Lezen van Alfa A naar Alfa B: Een dak boven je hoofd, 2013 Auteurs: Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn

Nadere informatie