Rotterdamse Ambassadrices Netwerk

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Rotterdamse Ambassadrices Netwerk"

Transcriptie

1 De ambassadrice als begeleider van de taalcursus dag 1 Doelstelling van deze dag: Aan het eind van deze cursusdag zijn jullie op de hoogte van de basisvoorwaarden voor het leren van een Taal de basisvoorwaarden van het leren van een Tweede taal voor volwassenen de invloed van persoonlijke kenmerken, van cultuur en moedertaal verschillende niveaus en vaardigheden dag 2 Doelstelling van deze dag: Aan het eind van deze cursusdag zijn jullie op de hoogte van de verschillende soorten analfabetisme het belang van woordenschat volwassenen verschillende leerstijlen/ verschillende talenten practische lestips lesopbouw dag 3 Doelstelling van deze dag: Aan het eind van deze cursusdag zijn jullie op de hoogte van je huidige taalniveau op de vaardigheden schrijven, lezen en gesprekken voeren Jullie passen het geleerde toe: je bereidt op papier een aantal bijeenkomsten voor

2 dag 1 1 Inleiding Hoe oud was jij toen je Nederlands leerde? Hoeveel talen spreek je? Hoeveel talen schrijf je? Als je je pijn doet, in welke taal vloek je? In welke taal droom je? We spreken op de wereld zo n 5000 talen. Hoe verschillend ze ook zijn, ze hebben allemaal één doel: de ander iets duidelijk maken. Pratend of schrijvend. Taal bestaat uit woorden en die woorden betekenen iets. Maar hoe is taal ontstaan, hoe leer je het, en komen er nog nieuwe bij? Communicatie Als je met iemand praat, heet dat communicatie. Communiceren is heel belangrijk in onze maatschappij. Je doet het eigenlijk altijd. Iemand heeft eens uitgerekend dat we éénderde van ons leven communiceren. Een belangrijk middel waarmee je communiceert, is taal.. Voor de meeste mensen is het leren van taal niets bijzonders. Meestal leer je zo n taal zonder er erg in te hebben. Dat begint al als baby. Nog voor ze 1 jaar worden, spreken veel kinderen hun eerste herkenbare woordje, bijvoorbeeld papa of mama. In elk geval een woord dat ze vaak hebben gehoord. Een kind dat naar de basisschool gaat, kent meestal zo n woorden Afgesproken De ene taal is de andere niet. Naast de natuurlijke taal, de bestaande taal die baby s en kleine kinderen op een natuurlijke manier leren spreken, bestaan er kunsttalen (die door mensen bedacht zijn), wetenschappelijke en formele talen (zoals computertalen, waardoor systemen die automatisch informatie verwerken elkaar kunnen begrijpen). Taal is eigenlijk één grote afspraak: over de betekenis van de woorden, en de bedoeling van zinnen. In elke taal bestaan er andere afspraken. Ook gebaren en zogenaamde non-verbale (niet gesproken) elementen kunnen in andere culturen iets anders betekenen. Als een Griek knikt, bedoelt hij nee. Knoop dat goed in je oren, als je aan een Griek vraagt of hij het eten lekker vindt Een nieuwe taal De schatting is dat er op dit moment, wereldwijd, ongeveer 5000 talen gesproken worden. Zo af en toe verdwijnt er een, omdat de laatste spreker van die taal sterft. Zo n taal heet dan een dode taal. Het gebeurt ook dat mensen massaal een andere taal overnemen, en hun eigenlijke taal niet meer spreken. Dat is in Zuid-Amerika gebeurd, waar het Spaans en het Portugees de oorspronkelijke indianentalen verdrongen. Maar er komen ook nieuwe talen bij, omdat twee talen A en B door de bewoners van een gebied gemengd worden. Talen veranderen, er ontstaan nieuwe woorden en nieuwe regels, terwijl oude woorden en oude regels verdwijnen.. Over taal wordt vaak ruzie gemaakt. Veel volkeren vinden het belangrijk hun eigen taal te mogen spreken en schrijven. Dat geeft ze het gevoel bij elkaar te horen. Zou het niet handiger zijn als de hele wereld dezelfde taal zou spreken?

3 Rooksignalen Telefoons, faxen en computers zijn voor ons de normaalste zaak van de wereld. Hartstikke handig om te kunnen praten met mensen die ver weg zijn. Vroeger hadden ze daar andere middelen voor. Indianen stookten vuren om over grote afstanden met elkaar te communiceren. s Nachts konden ze dan zien waar ze waren en overdag gebruikten ze die vuren om rooksignalen te maken. Stammen in Afrika gebruikten de tamtam om boodschappen door te geven. Ze trommelden niet elk woord, maar hadden bepaalde codes afgesproken. Bij elkaar waren er wel 500 van zulke afgesproken boodschappen! En in de Pyreneeën bestonden fluittalen. Dat galmde lekker in de bergen! Talen-Top Engels heet de wereldtaal, maar Chinees wordt door véél meer mensen gesproken. En Bengalees scoort óók niet slecht. De aantallen staan voor miljoenen. 1. Chinees Engels Hindoestaans Spaans Russisch Arabisch Bengalees Portugees 194

4 2 De basisvoorwaarden opdracht 1: 1. lees onderstaande tekst over Wolfskinderen 2. onderstreep de voor jou onbekende woorden 3. probeer uit de context een betekenis te halen Een gewaarschuwd mens telt voor twee: er is expres voor gekozen de tekst niet aan te passen Zie het als een uitdaging de belangrijkste informatie er uit te halen Wolfskinderen Wolfskinderen of wilde kinderen zijn kinderen die vanaf jonge leeftijd zonder menselijk contact zijn opgegroeid en dientengevolge nauwelijks of geen kennis hebben van menselijk gedrag en taal. Het gebeurt slechts zeer zelden dat wilde kinderen worden ontdekt. In de afgelopen eeuwen zijn zo'n honderd gevallen gedocumenteerd. Een kind kan een wolfskind worden door in de jeugd door de ouders verlaten te worden (al dan niet opzettelijk), maar het komt ook voor dat ouders een kind volledig afgezonderd laten opgroeien. In dit laatste geval komen ook vaak andere (fysieke) vormen van kindermishandeling voor. In de vrije natuur kan een wolfskind alleen overleven als de zorg wordt overgenomen door dieren. Zo zijn gevallen bekend van kinderen die werden 'geadopteerd' door wolven of beren en als soortgenoot zijn geaccepteerd. Het is opvallend dat deze wilde dieren zich zorgzaam voor mensenkinderen opstellen, terwijl ze zich tegenover volwassen mensen agressief opstellen. Voor de wetenschap zijn wilde kinderen interessant, omdat ze inzicht verschaffen in de taalontwikkeling en de ontwikkeling van sociale vaardigheden bij jonge kinderen. Wolfskinderen worden in romans en films vaak voorgesteld als mensen die in staat zijn zich later redelijk te handhaven in de menselijke maatschappij, maar in de praktijk hebben wilde kinderen een zeer moeilijk te overbruggen cognitieve en sociale achterstand. Wilde Peter In 1724 werd een wild kind ontdekt in Duitsland, dat zonder kleren rondliep in de bossen. Men schatte hem op ongeveer twaalf jaar en noemde hem Wilde Peter. Hij bewoog zich voort als een viervoetig dier en ving vogeltjes die hij uit elkaar haalde en opat. Peter werd opgenomen aan het koninklijk hof van koning George I in Engeland, waar hij werd opgevangen door dr. Arbuthnot. Dr. Arbuthnot wilde de jongen graag leren spreken maar Peter kon enkel een soort gebrabbel voortbrengen. De enige woorden die hij uit kon spreken waren ki scho (king George) en qui ca (queen Caroline). Verder

5 heeft hij nooit leren praten. Hij stierf in 178 De Wilde van Aveyron Victor uit Aveyron werd in 1797 op zijn elfde jaar ontdekt in de bossen nabij Toulouse. Deze jongen had ongeveer zeven jaar in het bos gewoond en leek in zijn gedrag niet op een mens. Hij werd daarom door veel wetenschappers tot idioot verklaard, maar dr. Itard uit Parijs nam de moeite om hem beschaving bij te brengen. Vijf jaar lang probeerde hij Victors geheugen te trainen en zijn zintuigen op een menselijke manier te gebruiken. Toch kreeg hij hem niet aan het praten. De enige woorden die Victor uit kon spreken waren lait (melk) en Oh Dieu (Oh God). Dit laatste was het stopwoordje van Madame Guerin, zijn verzorgster die zich tot zijn dood in 1828 over hem ontfermde. Kamala en Amala In 1912 ontdekten twee Indiase onderzoekers, Singh en Zingg, twee meisjes in het bos. Kamala en Amala waren gezoogd door een wolf en daarna achtergelaten. De onderzoekers ontfermden zich over de meisjes. Ze konden echter niet met andere kinderen spelen: ze maakten hen bang en joegen hen weg. Verder was het opvallend dat ze s nachts beter konden zien dan overdag en dat ze een glans in hun ogen kregen zoals je wel ziet bij honden en katten. Net als de wolven, liepen de meisjes op handen en voeten. Amala stierf vroeg, maar haar zusje Kamala leerde gedurende haar leven nog 30 woorden spreken. Kritieke leeftijd Uit al deze voorbeelden blijkt dat taalverwerving leeftijdsgebonden is. Als men voor een bepaalde leeftijd niet of nauwelijks in contact is geweest met taal, is het heel moeilijk om een taal nog te leren. De kritieke leeftijd om een taal te leren wordt meestal op acht jaar geschat. Bij alle genoemde kinderen kon het taalgevoel zich niet meer genoeg ontwikkelen. Dat kwam omdat zij voor hun achtste levensjaar bijna geen of geen taal hadden geleerd of gehoord. Filmtip: Victor van Aveyron., door FrancoisTruffaut (1969) opdracht 2: 1. Wat leren de verhalen over de in het wild opgegroeide kinderen ons over het menselijk taalvermogen? 2. Wat wordt er hier bedoeld met kritieke leeftijd? 3. Het is jullie allemaal gelukt om na de kritieke leeftijd nog Nederlands te leren. Hoe kun je dat verklaren? 4. Er zijn mensen die beweren dat baby s al taal leren in de moederbuik. Wat denk jij daarvan?

6 3 Volwassen tweede taalleerders Heel veel mensen in onze culturele samenleving zijn meertalig. Er zijn grote verschillen tussen deze mensen. Hoe goed spreekt zij die tweede taal? Hoe snel heeft zij de taal geleerd? Wanneer gebruikt zij die taal? Hoe vaak gebruikt zij die? opdracht 3 Hieronder volgt een rijtje met factoren die invloed zouden kunnen hebben op het leren van een tweede taal. Niet alle genoemde factoren hebben evenveel invloed. Er staan er ook bij die helemaal niet van belang zijn. Maak een topdrie. aanleg/ talent persoonlijkheid motivatie onderwijskwaliteit leeftijd vooropleiding intelligentie geslacht grammatica moedertaal taalcontact

7 4 Cultuur en taal Iemand die een tweede taal leert, leert ook iets over de cultuur van de sprekers van die taal. Een voorbeeld hiervan is : Je hebt woorden die volkomen nieuw kunnen zijn: bv. Koninginnedag, windmolens, paars kabinet. Maar ook woorden die anders voelen: bv een kamer op de zonkant In Nederland staat de zon het grootste deel van de dag in het zuiden en is het fijn om hem in je huis te hebben. In warme landen ten zuiden van de evenaar vindt men een zonnige woonkamer niet positief. Eskimo s kennen tientallen woorden voor de kleur wit. vraag: weet jij een aantal woorden die in jouw moedertaal een ander gevoel oproepen? Als mensen met elkaar omgaan, gelden er ook allerlei regels en die hebben ook invloed op het taalgebruik. Een voorbeeld: Surinamers vinden het moeilijk om ouderen aan te spreken met jij en hun voornaam te gebruiken. vraag: weet jij een aantal voorbeelden van regels in het omgaan met elkaar die invloed hebben op je taalgebruik?

8 5 Vaardigheden en niveaus Hieronder vind je de oude niveaus. Bij een aantal van jullie zijn deze op je certificaat vermeld. Vraag: wat waren de 4 vaardigheden? NT2 niveau 1 Duidt op Nederlandse taalbeheersing op een zeer elementair niveau dat alleen doorstroming biedt naar NT2 niveau 2. NT2 niveau 2 Stelt nieuwkomers in staat vervolgcursussen te volgen gericht op een van de twee Staatsexamens. Ook kunt u instromen in het mbo (assistentenopleidingen). NT2 niveau 3 Is vergelijkbaar met het Staatsexamenprogramma I van NT2. Dit niveau geeft toegang tot het mbo basisberoepsopleiding. NT2 niveau 4 Is te vergelijken met het niveau van het Staatsexamenprogramma II van NT2. Aangevuld met andere benodigde (beroeps-)kwalificaties geeft het toegang tot het hoogste niveau van het mbo (middenkader- en specialistenopleidingen), het hbo (hoger beroepsonderwijs) en universiteit. NT2 niveau 5 Op dit niveau beheerst iemand de Nederlandse taal vloeiend en (bijna) accentloos. Hieronder vind je de nieuwe en de oude indeling naast elkaar. Bekijk die eens goed. A B C is beginnend taalgebruiker is onafhankelijk taalgebruiker is vaardig taalgebruiker NT2 niveau 1 (A1) is 500 woorden productief NT2 niveau 2 (A2) is 1000/2000 woorden NT2 niveau 3 (B1) is werk of opleiding op bijv. een ROC NT2 niveau 4 (B2) is naar MBO/HBO NT2 niveau 5 (C1) is naar universiteit NT2 niveau 6 (C2) is bijna 'native speaker'

9 B1 B2 C1 C2 Begrijpen Luisteren Lezen Spreken Ik kan moeiteloos gesproken taal begrijpen, in welke vorm dan ook, hetzij in direct contact, hetzij via radio of tv, zelfs wanneer in een snel moedertaaltempo gesproken wordt als ik tenminste enige tijd heb om vertrouwd te raken met het accent. Ik kan een langer betoog begrijpen, zelfs wanneer dit niet duidelijk gestructureerd is en wanneer relaties slechts impliciet zijn en niet expliciet worden aangegeven. Ik kan zonder al te veel inspanning tvprogramma s en films begrijpen. Ik kan een langer betoog en lezingen begrijpen en zelfs complexe redeneringen volgen, wanneer het onderwerp redelijk vertrouwd is. Ik kan de meeste nieuws- en actualiteitenprogramma s op de tv begrijpen. Ik kan het grootste deel van films in standaarddialect begrijpen. Ik kan de hoofdpunten begrijpen wanneer in duidelijk uitgesproken standaarddialect wordt gesproken over vertrouwde zaken die ik regelmatig tegenkom op mijn werk, school, vrije tijd enz. Ik kan de hoofdpunten van veel radio- of tvprogramma s over actuele zaken of over onderwerpen van persoonlijk of beroepsmatig belang begrijpen, wanneer er betrekkelijk langzaam en duidelijk gesproken wordt. Ik kan moeiteloos vrijwel alle vormen van de geschreven taal lezen, inclusief abstracte, structureel of linguïstisch complexe teksten, zoals handleidingen, specialistische artikelen en literaire werken. Ik kan lange en complexe feitelijke en literaire teksten begrijpen, en het gebruik van verschillende stijlen waarderen. Ik kan gespecialiseerde artikelen en lange technische instructies begrijpen, zelfs wanneer deze geen betrekking hebben op mijn terrein. Spreken Gesprekken voeren/interacti e Ik kan een duidelijke, Ik kan zonder moeite goedlopende deelnemen aan welk beschrijving of redenering presenteren in een stijl die past bij de context en in een doeltreffende logische structuur, zodat de toehoorder in staat is de belangrijke punten op te merken en te onthouden. Ik kan duidelijke, gedetailleerde beschrijvingen geven over complexe onderwerpen en daarbij sub-thema's integreren, specifieke standpunten ontwikkelen en het geheel afronden met een passende conclusie. Ik kan artikelen en Ik kan duidelijke, verslagen lezen die gedetailleerde betrekking hebben op eigentijdse problemen, waarbij de schrijvers een bepaalde houding of standpunt innemen. Ik kan eigentijds literair proza begrijpen. Ik kan teksten begrijpen die hoofdzakelijk bestaan uit hoogfrequente, alledaagse of aan mijn werk gerelateerde taal. Ik kan de beschrijving van gebeurtenissen, gevoelens en wensen in persoonlijke brieven begrijpen. beschrijvingen presenteren over een breed scala van onderwerpen die betrekking hebben op mijn interessegebied. Ik kan een standpunt over een actueel onderwerp verklaren en de voordelen en nadelen van diverse opties uiteenzetten. Ik kan uitingen op een simpele manier aan elkaar verbinden, zodat ik ervaringen en gebeurtenissen, mijn dromen, verwachtingen en ambities kan beschrijven. Ik kan in het kort redenen en verklaringen geven voor mijn meningen en plannen. Ik kan een verhaal vertellen, of de plot van een boek of film weergeven en mijn reacties beschrijven. gesprek of discussie dan ook en ben zeer vertrouwd met idiomatische uitdrukkingen en spreektaal. Ik kan mezelf vloeiend uitdrukken en de fijnere betekenisnuances precies weergeven. Als ik een probleem tegenkom, kan ik mezelf hernemen en mijn betoog zo herstructureren dat andere mensen het nauwelijks merken. Ik kan mezelf vloeiend en spontaan uitdrukken zonder merkbaar naar uitdrukkingen te hoeven zoeken. Ik kan de taal flexibel en effectief gebruiken voor sociale en professionele doeleinden. Ik kan ideeën en meningen met precisie formuleren en mijn bijdrage vaardig aan die van andere sprekers relateren. Ik kan zodanig deelnemen aan een vloeiend en spontaan gesprek, dat normale uitwisseling met moedertaalsprekers redelijk mogelijk is. Ik kan binnen een vertrouwde context actief deelnemen aan een discussie en hierin mijn standpunten uitleggen en ondersteunen. Ik kan de meeste situaties aan die zich kunnen voordoen tijdens een reis in een gebied waar de betreffende taal wordt gesproken. Ik kan onvoorbereid deelnemen aan een gesprek over onderwerpen die vertrouwd zijn, of mijn persoonlijke belangstelling hebben of die betrekking hebben op het dagelijks leven (bijvoorbeeld familie, hobby's, werk, reizen en actuele gebeurtenissen). Schrijven Ik kan een duidelijke en vloeiend lopende tekst in een gepaste stijl schrijven. Ik kan complexe brieven, verslagen of artikelen schrijven waarin ik een zaak weergeef in een doeltreffende, logische structuur, zodat de lezer de belangrijke punten kan opmerken en onthouden. Ik kan samenvattingen van en kritieken op professionele of literaire werken schrijven. Ik kan me in duidelijke, goed gestructureerde tekst uitdrukken en daarbij redelijk uitgebreid standpunten uiteenzetten. Ik kan in een brief, een opstel of een verslag schrijven over complexe onderwerpen en daarbij de voor mij belangrijke punten benadrukken. Ik kan schrijven in een stijl die is aangepast aan de lezer die ik in gedachten heb. Ik kan een duidelijke, gedetailleerde tekst schrijven over een breed scala van onderwerpen die betrekking hebben op mijn interesses. Ik kan een opstel of verslag schrijven, informatie doorgeven of redenen aanvoeren ter ondersteuning vóór of tégen een specifiek standpunt. Ik kan brieven schrijven waarin ik het persoonlijk belang van gebeurtenissen en ervaringen aangeef. Ik kan eenvoudige samenhangende tekst schrijven over onderwerpen die vertrouwd of van persoonlijk belang zijn. Ik kan persoonlijke brieven schrijven waarin ik mijn ervaringen en indrukken beschrijf.

10 A2 A1 Ik kan zinnen en de meest frequente woorden begrijpen die betrekking hebben op gebieden die van direct persoonlijk belang zijn (bijvoorbeeld basisinformatie over mezelf en mijn familie, winkelen, plaatselijke omgeving, werk). Ik kan de belangrijkste punten in korte, duidelijke eenvoudige boodschappen en aankondigingen volgen. Ik kan vertrouwde woorden en basiszinnen begrijpen die mezelf, mijn familie en directe concrete omgeving betreffen, wanneer de mensen langzaam en duidelijk spreken. Ik kan zeer korte eenvoudige teksten lezen. Ik kan specifieke voorspelbare informatie vinden in eenvoudige, alledaagse teksten zoals advertenties, folders, menu's en dienstregelingen en ik kan korte, eenvoudige, persoonlijke brieven begrijpen. Ik kan vertrouwde namen, woorden en zeer eenvoudige zinnen begrijpen, bijvoorbeeld in mededelingen, op posters en in catalogi. Council of Europe / Conseil de l Europe Ik kan een reeks uitdrukkingen en zinnen gebruiken om in eenvoudige bewoordingen mijn familie en andere mensen, leefomstandigheden, mijn opleiding en mijn huidige of meest recente baan te beschrijven. Ik kan eenvoudige uitdrukkingen en zinnen gebruiken om mijn woonomgeving en de mensen die ik ken, te beschrijven. Ik kan communiceren over eenvoudige en alledaagse taken die een eenvoudige en directe uitwisseling van informatie over vertrouwde onderwerpen en activiteiten betreffen. Ik kan zeer korte sociale gesprekken aan, alhoewel ik gewoonlijk niet voldoende begrijp om het gesprek zelfstandig gaande te houden. Ik kan korte, eenvoudige notities en boodschappen opschrijven. Ik kan een zeer eenvoudige persoonlijke brief schrijven, bijvoorbeeld om iemand voor iets te bedanken. Ik kan deelnemen aan een Ik kan een korte, eenvoudige eenvoudig gesprek, wanneer ansichtkaart schrijven, de gesprekspartner bereid is bijvoorbeeld voor het zenden om zaken in een langzamer van vakantiegroeten. Ik kan spreektempo te herhalen of op formulieren persoonlijke opnieuw te formuleren en mij details invullen, bijvoorbeeld helpt bij het formuleren van mijn naam, nationaliteit en wat ik probeer te zeggen. Ik adres noteren op een hotelinschrijvingsformulier. kan eenvoudige vragen stellen en beantwoorden die een directe behoefte of zeer vertrouwde onderwerpen betreffen. opdracht: schrijf eens op per vaardigheid aan op welk niveau je nu denkt te hebben Het Raamwerk NT2 is verdeeld in vijf vaardigheden: luisteren, lezen, spreken, gesprekken voeren en schrijven. vraag: Welke vaardigheid is erbij gekomen? Wat is het verschil tussen spreken en gesprekken voeren? Wat betekent 'native speaker'? opdracht: Bedenk in groepjes van 3 een spreekopdracht op A2 en een schrijfopdracht op A1 niveau. thuiswerk voorbereiding les: Probeer antwoord te vinden op de volgende vragen: Wat betekent: analfabetisme? Welk werkwoord hoort daarbij? Welk synoniem wordt in de tekst gebruikt voor analfabetisme? Wat betekent: anders alfabeet? Wat betekent: functioneel analfabeet NB een aantal antwoorden vind je in onderstaande tekst; ook kun je antwoorden vinden door te googlen of de genoemde sites te bekijken.

11 Nederland telt ongeveer 1,5 miljoen volwassenen die moeite hebben met lezen, schrijven of rekenen. Deze mensen kunnen worden aangeduid als laaggeletterd. Het gaat om ongeveer 13 procent van de volwassen bevolking. Laaggeletterdheid komt voor bij allochtonen en autochtonen, bij jonge en oude mensen, bij mannen en vrouwen en bij werkenden en niet-werkenden. Mensen die laaggeletterd zijn, kunnen onvoldoende lezen en schrijven - en vaak ook onvoldoende rekenen - om volwaardig deel te kunnen nemen aan onze informatiemaatschappij.. Oorzaken Oorzaken van laaggeletterdheid verschillen per individu. Er is niet één specifieke oorzaak aan te wijzen. Onderzoek toont aan dat de volgende mensen kwetsbaar zijn: Mensen met algemene leer- en gedragsproblemen, zoals concentratiestoornissen en een tekort aan discipline, of met specifieke lees- en schrijfproblemen, zoals taalzwakte en dyslexie. Mensen met een taalachterstand omdat thuis dialect wordt gesproken of een buitenlandse taal (bijvoorbeeld 2 e en 3 e generatie immigranten). Mensen die opgroeien in een taalarme omgeving zonder boeken, kranten en tijdschriften en die niet gestimuleerd worden om te lezen en te schrijven. Mensen met groot schoolverzuim en weinig opleiding (bijvoorbeeld vanwege ziekte, lichamelijke handicap, spijbelen, voortijdig schoolverlaten of een reizend bestaan). Mensen die op school onvoldoende aandacht en begeleiding kregen. Mensen bij wie de vaardigheden zijn weggezakt. Bij lezen, schrijven en rekenen geldt het motto use it or lose it. Als je deze vaardigheden niet onderhoudt, raak je ze kwijt. Ongeletterd of analfabeet Iemand is ongeletterd of analfabeet als deze persoon 15 jaar of ouder is en helemaal niet kan lezen en schrijven en dit ook nooit heeft geleerd. Laaggeletterdheid of functioneel analfabetisme Het beheersen van lees- en schrijfvaardigheden op een dusdanig laag niveau dat iemand niet in staat is zich te ontwikkelen of om te functioneren in de maatschappij, thuis en op het werk. Voor meer informatie: Succes.

12 Dag 2 1 Inleiding Woordenschat: het hart van de taal! Het zijn de woorden die je gebruikt (productief) of begrijpt( receptief) vraag: Weet je nog wat het eerste Nederlandse woord was wat je begreep en het eerste woord wat je zelf ging gebruiken? Het is belangrijk als ambassadrice in je taalles veel aandacht te besteden aan de woordenschat. Maar hoe dan? Er zijn zoveel woorden en er is zo weinig tijd. Welke woorden zijn belangrijk? Welke woorden zijn makkelijk of moeilijk om te leren? Wat kun je allemaal leren over een woord? Op welke manier onthoudt je deelnemer een nieuw woord het best? Even een overzichtje: Een Nederlandstalig kind beschikt op vierjarige leeftijd receptief over ongeveer 3200 woorden. Tot en met hun achtste jaar komen daar ongeveer 600 woorden per jaar bij, van hun negende tot hun twaalfde tussen de 1700 en 3000 per jaar, zodat ze op twaalfjarige leeftijd ongeveer de beschikking over woorden hebben. Voor een volwassene zijn dat zo'n woorden. In het volgende overzicht wordt steeds de leeftijd van een kind genoemd, met daarachter eerst het aantal woorden dat receptief beheerst wordt door eentalige Nederlandse kinderen, vervolgens het aantal Nederlandse woorden dat receptief beheerst wordt door Turkse of Marokkaanse kinderen. Nederlandse kinderen Turkse of Marokkaanse kinderen 4 jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar jaar (bron: Nederlands als tweede taal in het basisonderwijs)

13 2 Het belang van woordenschat en vaste formules Als je een taal leert, zet je verschillende stappen: de stille periode: je luistert en kijkt (TPR) je gebruikt woorden en vaste formules je gebruikt zinnen je begrijpt teksten je ontdekt en gebruikt regels toelichting: vaste formules (Ik weet het niet. Hoe gaat het?) Voor een beginnende taalleerder zijn ze belangrijk omdat je met weinig kennis er veel mee kunt doen. Taalriedels is een voorbeeld van zo n methode opdracht: bespreek in groepjes van 3 wat de voordelen van de stille periode (de cursist kijkt en luistert en hoeft zelf nog niets te zeggen) kunnen zijn stel in groepjes van 3 een aantal vaste formules vast voor de volgende situaties: voorstellen begroeten en afscheid nemen op de markt bij de dokter toelichting: Geef woorden die vaak en in verschillende situaties gebruikt kunnen worden. Bv het woord doen wordt niet alleen veel gebruikt maar is ook makkelijk om woorden die je nog niet weet, te vervangen. ik heb de auto gedaan in plaats van ik heb de auto gewassen. Jouw lessen bereidt de mensen voor op een taalcursus. Leer mensen dus algemene woorden en vaste formules over school. opdracht: stel in groepjes van 3 een aantal vaste formules vast en een tiental woorden voor de eerste taalles.

14 3 Verschillende manieren van leren Er is vanzelfsprekend een verschil tussen hoger en lager opgeleiden. Als mensen nooit naar school zijn geweest, is bijvoorbeeld het vasthouden van een potlood al een leerpunt. Mensen die in het thuisland al geschoold zijn, leren een tweede taal vaak sneller omdat ze gewend zijn aan leren en steun hebben aan regels die ze al kennen. Maar voor iedereen geldt dat je makkelijker leert als je je talent erbij kunt gebruiken. Sommige mensen leren het best door iets vaak te horen, anderen door iets te zien, weer anderen door een combinatie. Een woord uitleggen is niet genoeg. Je moet mensen ook leren hoe ze de woorden kunnen oefenen. Al gauw wordt duidelijk welke manier of manieren het beste bij hun talent past Geef precies aan hoe ze moeten oefenen. Bijvoorbeeld: Schrijf ze 5 x op in verschillende kleuren (zien) Spreek de woorden in op cassette en luisteren er 10 x naar terwijl je aan het schoonmaken bent Zoek plaatjes bij de nieuwe woorden Maak losse briefjes van nieuwe woorden en hang die ergens op Overhoor elkaar Schrijf de woorden met je vinger in de lucht Maak groepen van woorden die bij elkaar horen. Welk woord hoort er niet bij

15 4 Praktische lestips 1. Inhoud boven vorm: Het gaat erom dat de betekenis duidelijk overkomt. Sta niet stil bij grammaticale regels. Bv Ik maakt lekkere taart: de boodschap komt duidelijk over. Als een deelnemer zegt: ik maak lekker brood maar ze bedoelt taart maar kent dat woord niet, komt de bedoeling niet over Verbeter wel maar niet steeds. Verbeter door zelf het goed te herhalen. opdracht: in groepjes van 2: een is de deelnemer die al pratend fouten maakt, de ander verbetert dat door het al herhalend te verbeteren receptief voor productief De lesneemster hoeft de woorden eerst alleen maar te begrijpen en te herkennen zonder ze zelf te gebruiken. Daarna gaat ze de woorden pas zelf gebruiken 2. Zet kleine stapjes Je kunt beter weinig woorden goed beheersen dan veel woorden maar een beetje. Advies is om per bijeenkomst 8 a 10 nieuwe woorden aan te bieden. 3. Veel herhaling Een woord moet 7x herhaald worden op verschillende manieren. gebruik veel voorwerpen en foto s 4. Laat de woorden in een context leren. Woorden in een context worden beter onthouden dan losse woorden. Dat kan door foto s en afbeeldingen te laten zien. Je kunt ook eenvoudige voorbeeldzinnetjes gebruiken. Bv. Oud. De man is oud. Hij is 90 jaar opdracht: Maak voorbeeld zinnen bij de volgende woorden: winkel, potlood, land, zoon, feest. 5. Succes laten voelen. Wanneer mensen woorden begrijpen uit hun eigen omgeving (bv op straat) is dat een enorme stimulans. 6. Tempo. Niet alles hoeft meteen foutloos te zijn voordat je met iets nieuws verder gaat. 7. Wissel denk- en doe opdrachten af 8. Maak, zeker in het begin, gebruik van de moedertaal

16 5 Lesopbouw 1. Hoe moet het? Je kijkt met behulp van illustraties wat de deelneemster al weet. Je doet voor (TPR). Je herhaalt zowel door het te laten zien te laten horen. 2. Doen! Nadoen. Kleine stappen. Veel herhaling. Rustig tempo. Veel hulp, veel complimenten. 3. Hoe gaat het? Duidelijke, simpele vragen: gaat het goed? / niet zo goed? Kan ook met gebaren, laat duidelijk maken dat fouten maken niet erg is. Voorbeeld van een lesopbouw over kleding. 1. Hoe moet het? Pak je jas en laat hem zien. Zeg: Dit is de jas Laat dan een plaatje van een jas zien en zeg opnieuw: Dit is de jas Doe hetzelfde met broek, trui en rok 2. Doen! Doe onderstaande opdrachten eerst een keer voor. 1. Noem een kledingstuk en zeg: wijs aan : de jas. De lesneemster voert de opdracht uit 2. Leg de kaartjes met de kledingstukken op de tafel. Wijs het paaltje aan en vraag weer : wijs aan: de jas. Doe hetzelfde met de andere kledingstukken 3 Leg een blad met plaatjes op tafel. Noem een kledingstuk en zet een kruisje bij het juiste plaatje. Geef steeds de opdracht: Zet een kruisje bij 3. Hoe gaat het? Kijk samen hoe het gaat: wat gaat goed/ niet goed? Moeilijk/ makkelijk. Op de volgende bladzijden vind je bijlage 1: een overzicht waar je per deelnemer kort op kunt schrijven hoe het gaat. bijlage 2: een formulier wat je kunt gebruiken om een les voor te bereiden.

17 Bijlage 1 Vorderingentabel (in te vullen door de lesgeefster) Naam lesneemster: Naam lesgeefster: Thema:... Doelstellingen datum: Doelstellingen gehaald? Want Les 1: Bijvoorbeeld: 1. Lichaamsdelen kunnen benoemen 2. lichaamsdelen kunnen schrijven 1. Ja, de oefeningen heeft ze allemaal voldoende gedaan. 2. Nee,ze heeft nogveel moeite met... Les 2: Les 3: Les 4: NB: Indien mogelijk is het leuk als de lesneemster ook zelf iets bijhoudt; bijvoorbeeld een lijstje met aandachtspunten per thema: wat ging goed/ wat kan beter?

18 Bijlage 2 Werkhandleiding Te gebruiken als een soort checklist die je kunt vullen ter voorbereiding op een les: Doel van de les: Benodigd lesmateriaal: A Hoe moet het? Introductie/voorbereiding op de les. Kijken wat iemand al weet: Gebruik van voorbeelden: illustraties enzovoort: B Doen! Uitleg opdracht: Uitvoeren/ oefenen: C Hoe gaat het? Terugkijken op de taak. hoe ging het? Wat vond ze ervan? Wat heeft ze geleerd? D Evaluatie E Huiswerk

Niveaus van het Europees Referentiekader (ERK)

Niveaus van het Europees Referentiekader (ERK) A Beginnend taalgebruiker B Onafhankelijk taalgebruiker C Vaardig taalgebruiker A1 A2 B1 B2 C1 C2 LUISTEREN Ik kan vertrouwde woorden en basiszinnen begrijpen die mezelf, mijn familie en directe concrete

Nadere informatie

Europees Referentiekader

Europees Referentiekader Europees Referentiekader Luisteren Ik kan vertrouwde woorden en basiszinnen begrijpen die mezelf, mijn familie en directe concrete omgeving betreffen, wanneer de mensen langzaam en duidelijk spreken. Ik

Nadere informatie

Niveaus Europees Referentie Kader

Niveaus Europees Referentie Kader Niveaus Europees Referentie Kader Binnen de niveaus van het ERK wordt onderscheid gemaakt tussen begrijpen, spreken en schrijven. Onder begrijpen vallen de vaardigheden luisteren en lezen. Onder spreken

Nadere informatie

Niveaubepaling Nederlandse taal

Niveaubepaling Nederlandse taal Niveaubepaling Nederlandse taal Voor een globale niveaubepaling kunt u de niveaubeschrijvingen A1 t/m C1 doornemen en vaststellen welk niveau het beste bij u past. Niveaubeschrijving A0 Ik heb op alle

Nadere informatie

Common European Framework of Reference (CEFR)

Common European Framework of Reference (CEFR) Common European Framework of Reference (CEFR) Niveaus van taalvaardigheid volgens de Raad van Europa De doelstellingen van de algemene taaltrainingen omschrijven we volgens het Europese gemeenschappelijke

Nadere informatie

Kan ik het wel of kan ik het niet?

Kan ik het wel of kan ik het niet? 1 Kan ik het wel of kan ik het niet? Hieronder staan een aantal zogenaamde kan ik het wel, kan ik het niet-schalen. Deze hebben betrekking op uw taalvaardigheid in zowel het Nederlands als het Engels.

Nadere informatie

Logboek Tandem learning

Logboek Tandem learning Logboek Tandem learning Academiejaar 2012 2013 Semester 1 Semester 2 Naam :... Voornaam :... Inschrijvingsnummer :... ULB VUB ISTI Jaar : BA1 BA2 BA3 MA1 MA2 DOC INCOM E mailadres :... Moedertaal :...

Nadere informatie

Beschrijving van de taalniveaus van A1 tot C1

Beschrijving van de taalniveaus van A1 tot C1 Beschrijving van de taalniveaus van tot C1 v o o r p r oefj e v o o r p r o e f j e Begrijpen Spreken Schrijven Luisteren Lezen Productie Interactie Ik kan vertrouwde woorden en basiszinnen begrijpen die

Nadere informatie

Nederlands, Engels en rekenen/wiskunde

Nederlands, Engels en rekenen/wiskunde BIJLAGE 4 Nederlands, Engels en rekenen/wiskunde Niveaueisen voor Nederlandse taal en rekenen Volgens de Referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen die met ingang van schooljaar 2010-2011 van kracht

Nadere informatie

Naam leerlingen. Groep BBL1 Engels. Verdiepend arrangement. Basisarrange ment. Leertijd; 3 keer per week 45 minuten werken aan de basisdoelen.

Naam leerlingen. Groep BBL1 Engels. Verdiepend arrangement. Basisarrange ment. Leertijd; 3 keer per week 45 minuten werken aan de basisdoelen. Verdiepend Basisarrange ment Naam leerlingen Groep BBL1 Engels Leertijd; 3 keer per week 45 minuten werken aan de basisdoelen. - 3 keer per week 45 minuten basisdoelen toepassen in verdiepende contexten.

Nadere informatie

INSTRUCTIES VOOR HET INVULLEN VAN UW EUROPASS TAALPASPOORT INLEIDING

INSTRUCTIES VOOR HET INVULLEN VAN UW EUROPASS TAALPASPOORT INLEIDING INSTRUCTIES VOOR HET INVULLEN VAN UW EUROPASS TAALPASPOORT INLEIDING Het Europass Taalpaspoort is een document waarin u uw vaardigheden en competentie op het gebied van Talen kunt vastleggen. Het is ontwikkeld

Nadere informatie

NIVEAU TAALBEHEERSING MODERNE VREEMDE TALEN VWO/HAVO STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

NIVEAU TAALBEHEERSING MODERNE VREEMDE TALEN VWO/HAVO STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0 NIVEAU TAALBEHEERSING MODERNE VREEMDE TALEN VWO/HAVO STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0 De vakinformatie in dit document is vastgesteld door het College voor Toetsen en Examens (CvTE). Het CvTE is verantwoordelijk

Nadere informatie

Gesprekjes voeren Waar sta ik nu?

Gesprekjes voeren Waar sta ik nu? Gesprekjes voeren gesprekspartner gebruikt veelvoorkomende woorden en hele korte zinnetjes; spreekt heel langzaam en pauzeert vaak spreekt woorden en korte zinnetjes duidelijk uit; herhaalt zinnetjes en

Nadere informatie

Doorlopende leerlijn vaardigheden Frans ERK (PO - havo/vwo) 2009 Streefniveaus en eindniveaus ERK per vaardigheid

Doorlopende leerlijn vaardigheden Frans ERK (PO - havo/vwo) 2009 Streefniveaus en eindniveaus ERK per vaardigheid Doorlopende leerlijn vaardigheden Frans ERK (PO - havo/vwo) 2009 Streefniveaus en eindniveaus ERK per vaardigheid Kernvaardigheden PO Onderbouw havo en vwo Tweede fase havo Tweede fase vwo 1. Leesvaardigheid

Nadere informatie

Kan-beschrijvingen ERK A2

Kan-beschrijvingen ERK A2 Kan-beschrijvingen ERK A2 Lezen Ik kan zeer korte, eenvoudige teksten lezen. Ik kan specifieke voorspelbare informatie vinden in eenvoudige, alledaagse teksten zoals advertenties, folders, menu's en dienstregelingen

Nadere informatie

LES 1 LESMODULE LAAGGELETTERDHEID. Laaggeletterdheid: een probleem

LES 1 LESMODULE LAAGGELETTERDHEID. Laaggeletterdheid: een probleem LES 1 LESMODULE LAAGGELETTERDHEID Laaggeletterdheid: een probleem Laaggeletterdheid Lesmodule met 4 delen: Wat is laaggeletterdheid? Hoe herken je laaggeletterdheid? Waar kan je naar verwijzen als je iemand

Nadere informatie

A1 A2 B1 B2 C1. betrekking op concrete betrekking op abstracte, complexe, onbekende vertrouwde

A1 A2 B1 B2 C1. betrekking op concrete betrekking op abstracte, complexe, onbekende vertrouwde Luisteren - kwalitatieve niveaucriteria en zinsbouw tempo en articulatie Teksten hebben Teksten hebben Teksten hebben Teksten hebben Teksten hebben o.a. betrekking op zeer betrekking op betrekking op betrekking

Nadere informatie

VOORBLAD BIJ BIJLAGE 2 PROFIELPRODUCT

VOORBLAD BIJ BIJLAGE 2 PROFIELPRODUCT VOORBLAD BIJ BIJLAGE 2 PROFIELPRODUCT Naam auteur(s) E. van der Made Vakgebied Frans Titel Leerlijn onderbouw h/v Frans, Duits, Spaans. Schooljaar 2015-2016. Onderwerp Een leerlijn voor de talen Frans,

Nadere informatie

Tussendoelen Engels onderbouw vo havo/vwo

Tussendoelen Engels onderbouw vo havo/vwo Tussendoelen Engels onderbouw vo havo/vwo Preambule Voor alle domeinen van Engels geldt dat het gaat om toepassingen van kennis en vaardigheden op thema s die alledaags en vertrouwd zijn. Hieronder worden

Nadere informatie

A1 A2 B1 B2 C1. betrekking op concrete betrekking op abstracte, complexe, onbekende vertrouwde

A1 A2 B1 B2 C1. betrekking op concrete betrekking op abstracte, complexe, onbekende vertrouwde Luisteren - kwalitatieve niveaucriteria en zinsbouw tempo en articulatie Teksten hebben Teksten hebben Teksten hebben Teksten hebben Teksten hebben o.a. betrekking op zeer betrekking op betrekking op betrekking

Nadere informatie

CONCEPT. Tussendoelen Engels onderbouw vo havo/vwo

CONCEPT. Tussendoelen Engels onderbouw vo havo/vwo Tussendoelen Engels onderbouw vo havo/vwo Preambule Voor alle domeinen van Engels geldt dat het gaat om toepassingen van kennis en vaardigheden op thema s die alledaags en vertrouwd zijn. Hieronder worden

Nadere informatie

Schrijven voor internet

Schrijven voor internet Schrijven voor internet Wat gaat er mis en hoe kan het beter? Amersfoort, 4 februari 2016 Wie is Xenia? Xenia Wassenbergh, geboren in Amsterdam. Is drs. Europese Studies (UvA). Schrijft sinds 1992 voor

Nadere informatie

De leerling leert strategieën te gebruiken voor het uitbreiden van zijn Duitse woordenschat.

De leerling leert strategieën te gebruiken voor het uitbreiden van zijn Duitse woordenschat. A. LEER EN TOETSPLAN DUITS Onderwerp: Leesvaardigheid De leerling leert strategieën te gebruiken voor het uitbreiden van zijn Duitse woordenschat. De leerling leert strategieën te gebruiken bij het verwerven

Nadere informatie

Ik beschik over voldoende woorden om me te redden in veel voorkomende dagelijkse situaties.

Ik beschik over voldoende woorden om me te redden in veel voorkomende dagelijkse situaties. aardigheid BB B GT ER-niveau A2 A2 A2+ Alle leerwegen Alleen voor GT Ik voer over eenvoudige en alledaagse gesprekken. Het gaat dan over uitwisseling van informatie van bekende onderwerpen en activiteiten.

Nadere informatie

taal portfolio Checklist B1

taal portfolio Checklist B1 taal portfolio Checklist B1 Inhoud bladzijde 3 bladzijde 4 Vul eerst je naam in Checklist Zo gebruik je deze checklist Je kunt deze checklist op de computer invullen en daarna printen. Je kunt ook de checklist

Nadere informatie

COMMUNICATIE IN VREEMDE TALEN

COMMUNICATIE IN VREEMDE TALEN Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair Onderwijs Guimardstraat 1, 1040 Brussel Algemene vorming op het einde van de derde graad secundair onderwijs COMMUNICATIE IN VREEMDE TALEN Op het einde van de

Nadere informatie

Luisteren 1 hv 2 hv 3hv

Luisteren 1 hv 2 hv 3hv Carte Orange 1 hv, 2 hv, 3 hv ERK-overzicht 1 Luisteren 1 hv 2 hv 3hv 1 Gesprekken tussen moedertaalsprekers verstaan A2 Kan het onderwerp bepalen van een langzaam en duidelijk gesproken gesprek 2-3-4-5-6-7-8*

Nadere informatie

NIVEAU TAALBEHEERSING MODERNE VREEMDE TALEN HAVO EN VWO

NIVEAU TAALBEHEERSING MODERNE VREEMDE TALEN HAVO EN VWO NIVEAU TAALBEHEERSING MODERNE VREEMDE TALEN HAVO EN VWO STAATSEXAMEN 2014 Juni 2013 De vakinformatie in dit document is vastgesteld door het College voor Examens (CvE). Het CvE is verantwoordelijk voor

Nadere informatie

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken - 2 - Weer huiswerk? Nee, deze keer geen huiswerk, maar een boekje óver huiswerk! Wij (de meesters en juffrouws) horen jullie wel eens mopperen als je huiswerk opkrijgt.

Nadere informatie

Behaal je diploma secundair onderwijs

Behaal je diploma secundair onderwijs www.diplomasecundair.be Behaal je diploma secundair onderwijs INTKO is dé school voor Tweedekansonderwijs in de regio Halle-Vilvoorde. Ben je ouder dan 18 en heb je je diploma secundair onderwijs nog niet

Nadere informatie

Alles onder de knie? 1 Herhalen. Intro. Met de docent. 1 Werk samen. Lees het begin van de gesprekjes. Maak samen de gesprekjes af.

Alles onder de knie? 1 Herhalen. Intro. Met de docent. 1 Werk samen. Lees het begin van de gesprekjes. Maak samen de gesprekjes af. Intro Met de docent Wat ga je doen in dit hoofdstuk? 1 Herhalen: je gaat herhalen wat je hebt geleerd in hoofdstuk 7, 8 en 9. 2 Toepassen: je gaat wat je hebt geleerd gebruiken in een situatie over werk.

Nadere informatie

Het non-formele bibliotheekaanbod voor volwassenen

Het non-formele bibliotheekaanbod voor volwassenen Het non-formele bibliotheekaanbod voor volwassenen Programma s laagdrempelig Voor veel laaggeletterden is leren en het volgen van formeel of non-formeel onderwijs allerminst een vanzelfsprekend. Zaken

Nadere informatie

Standaardrapportage (strikt vertrouwelijk)

Standaardrapportage (strikt vertrouwelijk) Standaardrapportage (strikt vertrouwelijk) Naam: Mevrouw Bea Voorbeeld Adviseur: De heer Administrator de Beheerder Datum: 19 juni 2015 Inleiding In dit rapport wordt ingegaan op alle afgeronde onderdelen.

Nadere informatie

Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten

Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten www.edusom.nl Opstartlessen Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten Wat leert u in deze les? Een gesprek voeren over familie, vrienden en buurtgenoten. Antwoord geven op vragen. Veel succes! Deze les

Nadere informatie

Engels, vmbo gltl, Liesbeth Pennewaard kernen subkernen Context (inhoud) taalvaardigheidsniveau CE of SE Eindterm niveau GL/TL Exameneenh eid Lezen

Engels, vmbo gltl, Liesbeth Pennewaard kernen subkernen Context (inhoud) taalvaardigheidsniveau CE of SE Eindterm niveau GL/TL Exameneenh eid Lezen Engels, vmbo gltl, Liesbeth Pennewaard kernen subkernen Context (inhoud) taalvaardigheidsniveau CE of SE Eindterm niveau GL/TL Exameneenh eid Lezen Correspondentie lezen Opleiding: uitwisseling, vorming,

Nadere informatie

Wat kan ik na het 1 ste jaar? SPREKEN SCHRIJVEN LUISTEREN

Wat kan ik na het 1 ste jaar? SPREKEN SCHRIJVEN LUISTEREN Wat kan ik na het 1 ste jaar? Ik kan mezelf kort voorstellen: naam, woonplaats, beroep, Ik kan iemand op een eenvoudige maar correcte manier begroeten en afscheid nemen. Ik kan in een eenvoudig gesprek

Nadere informatie

Onderzoek Leesbaarheid Polisvoorwaarden Reisverzekeringen. juni 2017

Onderzoek Leesbaarheid Polisvoorwaarden Reisverzekeringen. juni 2017 Onderzoek Leesbaarheid Polisvoorwaarden Reisverzekeringen juni 2017 Opstellers: Loo van Eck Klinkende Taal Independer Pascalstraat 28 Tolstraat 127 Snelliuslaan 10 6716 AZ EDE 1074 VJ AMSTERDAM 1222 TE

Nadere informatie

Actielessen. Lesbrief 3. Leren in de bibliotheek. Wat leert u in deze les? Veel succes! http://www.edusom.nl

Actielessen. Lesbrief 3. Leren in de bibliotheek. Wat leert u in deze les? Veel succes! http://www.edusom.nl http://www.edusom.nl Actielessen Lesbrief 3. Leren in de bibliotheek Wat leert u in deze les? Hoe je kunt leren in de bibliotheek en op het internet Grammatica: voltooide tijd Veel succes! Deze les is

Nadere informatie

Streefniveaus NT2 Voorbeelden, kenmerken en inkijkjes in de les Route 2, 12 16 jaar vmbo basis

Streefniveaus NT2 Voorbeelden, kenmerken en inkijkjes in de les Route 2, 12 16 jaar vmbo basis Streefniveaus NT2 Voorbeelden, kenmerken en inkijkjes in de les Route 2, 12 16 jaar vmbo basis Voorbeeld van een leerling Faysal is 12 jaar en komt uit Syrië. Hij heeft de afgelopen 3 jaar geen onderwijs

Nadere informatie

Vlot van Start Formulieren

Vlot van Start Formulieren Vlot van Start Formulieren Controleformulier Lesmateriaal Startpakket Kruis in de kolom Aanwezig aan welke lesmaterialen je hebt ontvangen: Materiaal Aanwezig 1 Ringband 2 Opdrachtenboek Vlot van Start

Nadere informatie

Inhoud. 1 Wil je wel leren? 2 Kun je wel leren? 3 Gebruik je hersenen! 4 Maak een plan! 5 Gebruik trucjes! 6 Maak fouten en stel vragen!

Inhoud. 1 Wil je wel leren? 2 Kun je wel leren? 3 Gebruik je hersenen! 4 Maak een plan! 5 Gebruik trucjes! 6 Maak fouten en stel vragen! 1 Wil je wel leren? Opdracht 1a Wat heb jij vanzelf geleerd? 7 Opdracht 1b Van externe naar interne motivatie 7 Opdracht 1c Wat willen jullie graag leren? 8 2 Kun je wel leren? Opdracht 2a Op wie lijk

Nadere informatie

ZEG HET MAAR HET PRATEN VAN UW KIND. Leeftijd 0 tot 4 jaar

ZEG HET MAAR HET PRATEN VAN UW KIND. Leeftijd 0 tot 4 jaar ZEG HET MAAR HET PRATEN VAN UW KIND Leeftijd 0 tot 4 jaar Het leren praten van uw kind gaat vaak bijna vanzelf. Toch is er heel wat voor nodig voordat uw kind goed praat. Soms gaat het niet zo vlot met

Nadere informatie

INTERNATIONAAL ERKENDE TAALNIVEAUS

INTERNATIONAAL ERKENDE TAALNIVEAUS INTERNATIONAAL ERKENDE TAALNIVEAUS Taal Actief, Taaltraining NT2 werkt met het Europees Referentiekader voor moderne vreemde talen. Aan cursisten wordt met dit kader een zelftest (checklists taalniveau)

Nadere informatie

Educatief Professioneel (EDUP) - C1

Educatief Professioneel (EDUP) - C1 Educatief Professioneel (EDUP) - C1 Voor wie? Voor hogeropgeleide volwassenen (18+) die willen functioneren in een uitdagende kennis- of communicatiegerichte functie: in het hoger onderwijs, als docent

Nadere informatie

Checklist Gesprek voeren 2F - handleiding

Checklist Gesprek voeren 2F - handleiding Checklist Gesprek voeren 2F - handleiding Inleiding De checklist Gesprek voeren 2F is ontwikkeld voor leerlingen die een gesprek moeten kunnen voeren op 2F. In deze handleiding wordt toegelicht hoe de

Nadere informatie

Een overtuigende tekst schrijven

Een overtuigende tekst schrijven Een overtuigende tekst schrijven Taalhandeling: Betogen Betogen ervaarles Schrijftaak: Je mening geven over een andere manier van herdenken op school instructieles oefenlesles Lesdoel: Leerlingen kennen

Nadere informatie

3 Hoogbegaafdheid op school

3 Hoogbegaafdheid op school 3 Hoogbegaafdheid op school Ik laat op school zien wat ik kan ja soms nee Ik vind de lessen op school interessant meestal soms nooit Veel hoogbegaafde kinderen laten niet altijd zien wat ze kunnen. Dit

Nadere informatie

Beginnerslessen. Lesbrief 42. Het inburgeringsexamen

Beginnerslessen. Lesbrief 42. Het inburgeringsexamen Beginnerslessen Lesbrief 42. Het inburgeringsexamen Wat leert u in deze les? Gesprekken over het inburgeringsexamen begrijpen. Welke examens bij het inburgeringsexamen horen. Waar u kunt oefenen met de

Nadere informatie

Luisteren 1 gt/h 2 gt 3/4 vmbo

Luisteren 1 gt/h 2 gt 3/4 vmbo Carte Orange 1 gth, 2 gt, 3/4 vmbo ERK-overzicht 1 Luisteren 1 gt/h 2 gt 3/4 vmbo 1 Gesprekken tussen moedertaalsprekers verstaan A2 Kan het onderwerp bepalen van een langzaam en duidelijk gesproken gesprek

Nadere informatie

Talenpaspoort Checklist

Talenpaspoort Checklist Talenpaspoort Checklist www.bogaerstalen.nl Deze checklist is van: Naam: Klas: Taal: Bogaers 2 TALENINSTITUUT B.V. Groenstraat 139-155 5021 LL Tilburg Tel. 013-5362101 E-mail: info@bogaerstalen.nl www.bogaerstalen.nl

Nadere informatie

Doorlopende leerlijn vaardigheden Duits ERK (PO - havo/vwo) 2009 Streefniveaus en eindniveaus ERK per kernvaardigheid

Doorlopende leerlijn vaardigheden Duits ERK (PO - havo/vwo) 2009 Streefniveaus en eindniveaus ERK per kernvaardigheid Doorlopende leerlijn vaardigheden Duits ERK (PO - havo/vwo) 2009 Streefniveaus en eindniveaus ERK per kernvaardigheid Kernvaardigheden PO Onderbouw havo en vwo Tweede fase havo Tweede fase vwo 1. Leesvaardigheid

Nadere informatie

Handleiding basiswoordenschat.

Handleiding basiswoordenschat. basiswoordenschat. Inleiding. In de basismodule wordt een basis van ongeveer 80 woorden gelegd. Deze woorden worden aangeboden om de woordenschat, maar ook om de communicatieve vaardigheden van de cursist

Nadere informatie

Thema In en om het huis.

Thema In en om het huis. http://www.edusom.nl Thema In en om het huis. Les 22. Een huis zoeken Wat leert u in deze les? Praten over uw huis Informatie over het vinden van een nieuwe woning Praten over wat afgelopen is Veel succes!

Nadere informatie

Lesbrief 35. AOW aanvragen.

Lesbrief 35. AOW aanvragen. http://www.edusom.nl Thema Gezondheid Lesbrief 35. AOW aanvragen. Wat leert u in deze les? Informatie over AOW begrijpen. Uitleg vragen. Veel succes! Deze les is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente Den

Nadere informatie

VSO leerlijn Engels (uitstroom arbeid)

VSO leerlijn Engels (uitstroom arbeid) VSO leerlijn Engels (uitstroom arbeid) LEERLIJN ENGELS VSO Leerlijnen Kerndoelen 1.1. Taalbegrip 1. De leerling leert vertrouwde woorden en basiszinnen te begrijpen die zichzelf, zijn/haar familie en directe

Nadere informatie

Educatief Professioneel (EDUP) - C1

Educatief Professioneel (EDUP) - C1 Educatief Professioneel (EDUP) - C1 Voor wie? Voor hogeropgeleide volwassenen (18+) die willen functioneren in een uitdagende kennis- of communicatiegerichte functie: in het hoger onderwijs, als docent

Nadere informatie

GESPREKKEN VOEREN NEDERLANDS AAN HET EINDE VAN DEZE UITLEG:

GESPREKKEN VOEREN NEDERLANDS AAN HET EINDE VAN DEZE UITLEG: AAN HET EINDE VAN DEZE UITLEG: - Kun je een verzorgde brief schrijven. - Kun je op een juiste manier werkwoorden vervoegen. - Schrijf je op een juiste manier in meervoud. - Gebruik je hoofdletters op een

Nadere informatie

ERK - Europees Referentiekader. luisteren. pers. prof. educ.

ERK - Europees Referentiekader. luisteren. pers. prof. educ. luisteren A1 Luisteren naar aankondigingen en instructies Kan in vertrouwde situaties korte, duidelijke instructies begrijpen. Kan in korte, duidelijk gesproken teksten, namen, getallen en bekende woorden

Nadere informatie

MANIEREN OM MET OUDERPARTICIPATIE OM TE GAAN

MANIEREN OM MET OUDERPARTICIPATIE OM TE GAAN Blijf kalm; Verzeker je ervan dat je de juiste persoon aan de lijn hebt; Zeg duidelijk wie je bent en wat je functie is; Leg uit waarom je belt; Geef duidelijke en nauwkeurige informatie en vertel hoe

Nadere informatie

Uitleg boekverslag en boekbespreking

Uitleg boekverslag en boekbespreking Uitleg boekverslag en boekbespreking groep 7 schooljaar 2014-2015 Inhoudsopgave: Blz. 3 Blz. 3 Blz. 3 Blz. 4 Blz. 6 Blz. 7 Blz. 7 Stap 1: Het lezen van je boek Stap 2: Titelpagina Stap 3: Inhoudsopgave

Nadere informatie

Waarom ga je schrijven? Om de directeur te overtuigen

Waarom ga je schrijven? Om de directeur te overtuigen week 17 20 april 2015 - Schrijfopdrachten niveau A, les 1 Les 1: Een overtuigende tekst schrijven Beantwoord deze vragen: Een mooie manier om te herdenken 1. Waarom is het volgens jou belangrijk om de

Nadere informatie

VoorleesExpress. Samen met ouders aan de slag. Praktische tips

VoorleesExpress. Samen met ouders aan de slag. Praktische tips VoorleesExpress Samen met ouders aan de slag Praktische tips Samen met ouders aan de slag Ouders betrekken bij het voorlezen Je gaat straks via de VoorleesExpress twintig weken voorlezen bij een of meerdere

Nadere informatie

9 Vader. Vaders kijken anders. Wat doe ik hier vandaag? P Ik leer mijn Vader beter kennen. P Ik weet dat Hij mij geadopteerd

9 Vader. Vaders kijken anders. Wat doe ik hier vandaag? P Ik leer mijn Vader beter kennen. P Ik weet dat Hij mij geadopteerd 53 9 Vader Wat doe ik hier vandaag? P Ik leer mijn Vader beter kennen. P Ik weet dat Hij mij geadopteerd heeft. P Ik begin steeds beter te begrijpen dat het heel bijzonder is dat ik een kind van God, mijn

Nadere informatie

Wat is PDD-nos? VOORBEELDPAGINA S. Wat heb je dan? PDD-nos is net als Tourette een neurologische stoornis. Een stoornis in je hersenen.

Wat is PDD-nos? VOORBEELDPAGINA S. Wat heb je dan? PDD-nos is net als Tourette een neurologische stoornis. Een stoornis in je hersenen. Wat is PDD-nos? 4 PDD-nos is net als Tourette een neurologische stoornis. Een stoornis in je hersenen. Eigenlijk vind ik stoornis een heel naar woord. Want zo lijkt het net of er iets niet goed aan me

Nadere informatie

Vlot van Start Formulieren

Vlot van Start Formulieren Vlot van Start Formulieren Controleformulier Lesmateriaal Startpakket Kruis in de kolom Aanwezig aan welke lesmaterialen je hebt ontvangen: Materiaal Aanwezig 1 Ringband Opdrachtenboek Vlot van Start -

Nadere informatie

ZEG HET MAAR HET PRATEN VAN UW KIND. Leeftijd vanaf 4 jaar

ZEG HET MAAR HET PRATEN VAN UW KIND. Leeftijd vanaf 4 jaar ZEG HET MAAR HET PRATEN VAN UW KIND Leeftijd vanaf 4 jaar Het leren praten van uw kind gaat vaak bijna vanzelf. Toch is er heel wat voor nodig voordat uw kind goed praat. Soms gaat het niet zo vlot met

Nadere informatie

Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine?

Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine? Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine? is op het werk. moet aan de machine werken. De chef vertelt eerst hoe de machine werkt. Dan werkt met de machine. De machine doet het niet. roept een

Nadere informatie

lesmateriaal Taalkrant

lesmateriaal Taalkrant lesmateriaal Taalkrant Toelichting Navolgend vindt u een plan van aanpak en 12 werkbladen voor het maken van de Taalkrant in de klas, behorende bij het project Taalplezier van Stichting Wereldleren. De

Nadere informatie

Taalstimulering voor kinderen en volwassenen. Taal en taalbeleid 3 februari 2014

Taalstimulering voor kinderen en volwassenen. Taal en taalbeleid 3 februari 2014 Taalstimulering voor kinderen en volwassenen Taal en taalbeleid 3 februari 2014 Enkele stellingen Taalontwikkeling 1. Voortalige fase: van 0 tot 1 jaar 2. Vroegtalige fase: van 1 tot 2,5 jaar Eentalige

Nadere informatie

Mensen met afasie hebben moeite met taal, maar zij zijn niet gek!

Mensen met afasie hebben moeite met taal, maar zij zijn niet gek! Afasie Logopedie Afasie is een taalstoornis die ontstaat door schade aan de hersenen, bijvoorbeeld na een beroerte of CVA (hersenbloeding, herseninfarct). In deze folder leest u hoe afasie ontstaat en

Nadere informatie

Instructie voor leerlingen.. 5. Gebruik van de lesbrieven. 6. Lesbrief: Wat wil je zijn en worden.. 7. Wat wil je zijn en worden.

Instructie voor leerlingen.. 5. Gebruik van de lesbrieven. 6. Lesbrief: Wat wil je zijn en worden.. 7. Wat wil je zijn en worden. VOORBEELD DE KLAS ALS TEAM (LEERLINGENBOEK) INHOUDSOPGAVE Instructie voor leerlingen.. 5 Gebruik van de lesbrieven. 6 Lesbrief: Wat wil je zijn en worden.. 7 Wat wil je zijn en worden. 11 Wat wil je zijn

Nadere informatie

Taal voor het Leven VCA-examen en Taalvaardigheid

Taal voor het Leven VCA-examen en Taalvaardigheid Taal voor het Leven VCA-examen en Taalvaardigheid Voorstellen Voorkomen en verminderen van laaggeletterdheid. Agenderen. Ondersteuningsprogramma voor lokale samenwerking ter bevordering van een sluitende

Nadere informatie

In je kracht. Werkboek voor deelnemers

In je kracht. Werkboek voor deelnemers In je kracht Werkboek voor deelnemers Uitleg Mijn toekomst! Benodigdheden: Werkblad Mijn toekomst! (je kunt het Werkblad meegeven om thuis na te lezen, maar dit is niet noodzakelijk) Voor iedere deelnemers

Nadere informatie

Samenwerkingsconvenant regionaal Educatieprogramma

Samenwerkingsconvenant regionaal Educatieprogramma Samenwerkingsconvenant regionaal Educatieprogramma 2018-2019 De ondergetekenden: 1. Gemeente Venlo, rechtsgeldig vertegenwoordigd door de burgemeester de heer A.S. Scholten 2. Gemeente Venray, rechtsgeldig

Nadere informatie

[PILOT] Aan de slag met de Hoofdzaken Ster

[PILOT] Aan de slag met de Hoofdzaken Ster [PILOT] Aan de slag met de Hoofdzaken Ster! Hoofdzaken Ster Copyright EffectenSter BV 2014 Hoofdzaken Ster SOCIALE VAARDIGHEDEN VERSLAVING DOELEN EN MOTIVATIE 10 9 8 10 9 8 7 6 4 3 2 1 7 6 4 3 2 1 10 9

Nadere informatie

Aandacht voor laaggeletterde ouders. Nynke Okma Stichting Lezen & Schrijven

Aandacht voor laaggeletterde ouders. Nynke Okma Stichting Lezen & Schrijven Aandacht voor laaggeletterde ouders Nynke Okma Stichting Lezen & Schrijven Stichting Lezen & Schrijven Stichting Lezen & Schrijven initiatief van H.K.H. Prinses Laurentien Doel: het voorkomen en verminderen

Nadere informatie

Het houden van een spreekbeurt

Het houden van een spreekbeurt Het houden van een spreekbeurt In deze handleiding staan tips over hoe je een spreekbeurt kunt houden. Waar moet je op letten? Wat moet je wel doen? En wat moet je juist niet doen? We hopen dat je wat

Nadere informatie

MEE Nederland. Raad en daad voor iedereen met een beperking. Moeilijk lerend. Uitleg over het leven van een moeilijk lerend kind

MEE Nederland. Raad en daad voor iedereen met een beperking. Moeilijk lerend. Uitleg over het leven van een moeilijk lerend kind MEE Nederland Raad en daad voor iedereen met een beperking Moeilijk lerend Uitleg over het leven van een moeilijk lerend kind Moeilijk lerend Uitleg over het leven van een moeilijk lerend kind Inhoudsopgave

Nadere informatie

ADHD: je kunt t niet zien

ADHD: je kunt t niet zien ➂ ADHD: je kunt t niet zien Je ziet het niet aan de buitenkant. Je kunt niet gelijk naar iemand kijken en zeggen: die heeft ADHD. Dat kan een voordeel zijn. Als iemand niet weet dat jij het hebt, dan kunnen

Nadere informatie

Vaardigheden. 1. Q1000 Spelling- en grammatica 2. Q1000 Nauwkeurigheid 3. Q1000 Typevaardigheid 4. Q1000 Engels taalniveau

Vaardigheden. 1. Q1000 Spelling- en grammatica 2. Q1000 Nauwkeurigheid 3. Q1000 Typevaardigheid 4. Q1000 Engels taalniveau Vaardigheden Wat zijn vaardigheden? Vaardigheden geven aan waar iemand bedreven in is. Ze zijn meestal aan te leren. Voorbeelden van vaardigheden zijn typen en kennis van het Nederlands. Wat meet Q1000

Nadere informatie

ogen en oren open! Luister je wel?

ogen en oren open! Luister je wel? ogen en oren open! Luister je wel? 1 Verbale communicatie met jonge spelers Communiceren met jonge spelers is een vaardigheid die je van nature moet hebben. Je kunt het of je kunt het niet. Die uitspraak

Nadere informatie

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S 2 Ik en autisme In het vorige hoofdstuk is verteld over sterke kanten die mensen met autisme vaak hebben. In dit hoofdstuk vertellen we over autisme in het algemeen. We beginnen met een stelling. In de

Nadere informatie

Tijdens de video- hometraining worden verschillende begrippen gebruikt. In de bijlage geven we een korte omschrijving van deze begrippen.

Tijdens de video- hometraining worden verschillende begrippen gebruikt. In de bijlage geven we een korte omschrijving van deze begrippen. Bijlage 11 Voorbeeld informatie VHT: Bouwstenen voor geslaagd contact Informatie Video - hometraining Belangrijke begrippen initiatieven herkennen volgen ontvangstbevestiging beurt verdelen leidinggeven

Nadere informatie

Duits A1/A2 in het beroepsonderwijs

Duits A1/A2 in het beroepsonderwijs Keuzedeel mbo Duits A1/A2 in het beroepsonderwijs gekoppeld aan één of meerdere kwalificaties mbo Code K0959 Penvoerder: Sectorkamer voedsel, groen en gastvrijheid Gevalideerd door: Sectorkamer Voedsel,

Nadere informatie

Thema In en om het huis

Thema In en om het huis http://www.edusom.nl Thema In en om het huis Lesbrief 25. Een jurk ruilen. Wat leert u in deze les? Wat u kunt zeggen als u een jurk gaat ruilen. Verleden tijd gebruiken. Vragen stellen. Veel succes! Deze

Nadere informatie

Waarom ga je schrijven? Om de directeur te overtuigen

Waarom ga je schrijven? Om de directeur te overtuigen week 17 20 april 2015 - Schrijfopdrachten niveau B, les 1 Les 1: Een overtuigende tekst schrijven Beantwoord deze vragen: Een mooie manier om te herdenken 1. Waarom is het volgens jou belangrijk om de

Nadere informatie

Zakelijk Professioneel (PROF) - B2

Zakelijk Professioneel (PROF) - B2 Zakelijk Professioneel (PROF) - B2 Voor wie? Voor hogeropgeleiden die hun taalvaardigheid in het Nederlands zullen moeten bewijzen op de werkvloer in Vlaanderen, Nederland of in een buitenlands bedrijf

Nadere informatie

Een poster voor een goed doel maken

Een poster voor een goed doel maken Een poster voor een goed doel maken Taalhandeling: Betogen Betogen ervaarles Schrijftaak: Een reclameposter voor maken voor een zelfbedacht goed doel. instructieles oefenles Lesdoel: Leerlingen kunnen

Nadere informatie

Thema Op het werk. Lesbrief 16. Herhaling thema.

Thema Op het werk. Lesbrief 16. Herhaling thema. http://www.edusom.nl Thema Op het werk Lesbrief 16. Herhaling thema. Wat leert u in deze les? De woorden van les 12, 13, 14 en 15. Veel succes! Deze les is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente Den Haag

Nadere informatie

Thema Informatie vragen bij een instelling

Thema Informatie vragen bij een instelling http://www.edusom.nl Thema Informatie vragen bij een instelling Lesbrief 30. Herhaling thema. Wat leert u in deze les? De woorden uit les 27, 28 en 29. Veel succes! Deze les is ontwikkeld in opdracht van:

Nadere informatie

Lesbrief 14. Naar personeelszaken.

Lesbrief 14. Naar personeelszaken. http://www.edusom.nl Thema Op het werk Lesbrief 14. Naar personeelszaken. Wat leert u in deze les? Wanneer u zeggen en wanneer jij zeggen. Je mening geven en naar een mening vragen. De voltooide tijd gebruiken.

Nadere informatie

Taalniveaus CEFR (A1, A2, B1, B2,C1, C2)

Taalniveaus CEFR (A1, A2, B1, B2,C1, C2) Taalniveaus CEFR (A1, A2, B1, B2,C1, C2) Om het taalonderwijs op elkaar af te stemmen, met elkaar te kunnen vergelijken en taalniveaus te kunnen inschatten is het Europees referentiekader, CEFR, voor de

Nadere informatie

Educatief Startbekwaam (STRT) - B2

Educatief Startbekwaam (STRT) - B2 Educatief Startbekwaam (STRT) - B2 Voor wie? Voor hogeropgeleide volwassenen (18+) of jongeren (16+) aan het einde van het secundair of voortgezet onderwijs in het buitenland die starten met een studie

Nadere informatie

Workshop Handleiding. Verhalen schrijven. wat is jouw talent?

Workshop Handleiding. Verhalen schrijven. wat is jouw talent? Workshop Handleiding Verhalen schrijven wat is jouw talent? Inhoudsopgave Hoe gebruik je deze workshop? Hoe kun je deze workshop inzetten in je klas? Les 1: Even voorstellen stelt zich kort voor en vertelt

Nadere informatie

Wat kan ik na het 1 ste jaar?

Wat kan ik na het 1 ste jaar? Wat kan ik na het 1 ste jaar? SPREKEN LUISTEREN Ik kan mezelf kort voorstellen: naam, woonplaats, beroep, Ik kan begrijpen wat iemand wil zeggen als het over vertrouwde zaken gaat en op Ik kan iemand op

Nadere informatie

Thema Op het werk. Lesbrief 14. Opdrachten

Thema Op het werk. Lesbrief 14. Opdrachten Thema Op het werk. Lesbrief 14. Opdrachten Kofi is op het werk. De chef geeft opdrachten: zij zegt wat Kofi moet doen. De eerste opdracht is de rommel opruimen. Kofi moet de vloer vegen. Het is weer netjes

Nadere informatie

Lesbrief. Voetstappen Kader Abdolah

Lesbrief. Voetstappen Kader Abdolah Lesbrief Voetstappen Kader Abdolah Doe meer met Leeslicht! Bij een aantal boeken in de serie Leeslicht kunt u een gratis lesbrief downloaden van www.eenvoudigcommuniceren.nl. In deze lesbrief staan vragen,

Nadere informatie

Bijeenkomst over geloofsopvoeding Communiceren met je puber Deze bijeenkomst sluit aan bij Moments, magazine voor ouders van jongeren van 12-18 jaar

Bijeenkomst over geloofsopvoeding Communiceren met je puber Deze bijeenkomst sluit aan bij Moments, magazine voor ouders van jongeren van 12-18 jaar DOELSTELLINGEN Ouders zijn zich ervan bewust dat je altijd en overal communiceert Ouders wisselen ervaringen met elkaar uit over hoe de communicatie met hun pubers verloopt Ouders verwerven meer inzicht

Nadere informatie

Voordoen (modelen, hardop denken)

Voordoen (modelen, hardop denken) week 11-12 maart 2012 - hardop-denktekst schrijven B Voordoen (modelen, hardop denken) Waarom voordoen? Net zoals bij lezen, leren leerlingen heel veel over schrijven als ze zien hoe een expert dit (voor)doet.

Nadere informatie