ANALYSE VAN DE PRIJZEN: EERSTE KWARTAALVERSLAG 2012 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "ANALYSE VAN DE PRIJZEN: EERSTE KWARTAALVERSLAG 2012 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM"

Transcriptie

1 Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN: EERSTE KWARTAALVERSLAG 2012 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM

2 Meer informatie: FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie Peter Van Herreweghe City Atrium Vooruitgangstraat Brussel Tel.: Peter.Vanherreweghe@economie.fgov.be 2

3 Inleiding In dit verslag wordt het verloop van de consumptieprijzen in België, in het eerste kwartaal 2012, onderzocht. Zoals bepaald in de wet van 8 maart 2009 werd deze taak van prijsobservatie en prijsanalyse toevertrouwd aan de FOD Economie voor rekening van het Instituut voor de Nationale Rekeningen (INR). Er wordt aandacht besteed aan de totale inflatie en aan het prijsstijgingstempo en de bijdrage tot de inflatie van elk van de vijf grote productgroepen: energiedragers, bewerkte en niet-bewerkte levensmiddelen, diensten en tenslotte industriële, niet-energetische goederen. Voor elke productgroep wordt eerst de inflatie in België toegelicht en wordt het verloop van de consumptieprijzen vervolgens vergeleken met dat in de buurlanden. De geharmoniseerde consumptieprijsindex (GICP), die opgesteld wordt conform de Europese methodologie, vormt veruit de belangrijkste gegevensbron voor het verslag. Naast het gebruik van de GICP, werd de analyse uitgebreid met detailgegevens van de nationale consumptieprijsindex of met andere statistieken van officiële instanties (IMF, EC, ). Zoals elk jaar, werd ook in 2012 het gewichtenschema voor het geharmoniseerd indexcijfer der consumptieprijzen aangepast 1. Dergelijke aanpassingen hebben tot doel het gewichtenschema in overeenstemming te brengen met de meest recente ontwikkelingen in het consumptiepatroon en komen aldus de representativiteit van de GICP ten goede. Sinds 2011 vindt deze bijwerking in België plaats op basis van de meest recente versie van de Nationale Rekeningen. Vanaf 2012 dienen alle lidstaten van de Europese Unie het gewicht van de GICP-getuigen in hun respectieve consumptiekorven, conform deze methodologie aan te passen. Nederland en Frankrijk pasten de Europese Richtlijn al eerder toe, Duitsland doet dit vanaf 2012, hetgeen een (geringe) impact kan hebben op de Duitse inflatie 2. Voor de gewichten van de vijf grote productgroepen binnen de GICP in België vonden de volgende verschuivingen plaats: het belang van zowel de bewerkte als de niet-bewerkte levensmiddelen in de consumptiekorf ging iets omlaag (beide met -0,4 procentpunt). Ook het gewicht van de niet-energetische, industriële goederen werd dit jaar verder teruggebracht tot 28,1 % (-0,4 procentpunt). Het belang van de productgroepen diensten (+0,6 procentpunt) en energie (+0,7 procentpunt) nam daarentegen toe tot respectievelijk 39,2 % en 11,7 %. Binnen deze vijf productgroepen werden ook aanpassingen doorgevoerd. De voornaamste wijzigingen worden hierna opgesomd. Bij de energiedragers nam het belang van vloeibare brandstoffen (+0,3 procentpunt) en van gas (+0,5 procentpunt) toe. Daar tegenover staat dat brandstoffen voor wegvervoer een kleiner gewicht hebben gekregen (-0,3 procentpunt). Bij de bewerkte levensmiddelen viel het gewicht van tabak terug (-0,2 procentpunt), terwijl bij de onbewerkte levensmiddelen het gewicht van groenten werd verlaagd (-0,3 procentpunt). Bij de diensten kregen verpleging in het ziekenhuis (+0,9 procentpunt), sociale bescherming (+0,8 procentpunt) en financiële diensten (+0,7 procentpunt) een groter gewicht, en werden woninghuur en pakketreizen minder belangrijk (beide -0,5 procentpunt). Bij de niet-energetische industriële goederen nam het belang van kleding toe (+0,6 procentpunt), bij verschillende andere producten ging het gewicht er daarentegen lichtjes op achteruit. De Raad van Bestuur van het INR heeft dit verslag goedgekeurd op 20 april 2012 en het Wetenschappelijk Comité voor prijsobservatie en -analyse verleende op 25 april 2012 een gunstig advies. 1 De volledige lijst met de aangepaste gewichten bevindt zich achteraan dit verslag, in bijlage 2. 2 Deze impact zal elk kwartaal worden weergegeven in deel I.2: de totale inflatie in de buurlanden. De berekeningen worden overgenomen van Eurostat. 3

4 Inhoudstafel Inleiding... 3 Inhoudstafel... 4 Samenvatting... 5 I. Totale inflatie in het eerste kwartaal I.1 Totale inflatie in België... 6 I.2 Totale inflatie in de voornaamste buurlanden... 9 II De inflatie voor energie in het eerste kwartaal II.1 De inflatie voor energie in België II.2 De inflatie voor energie in de voornaamste buurlanden III De inflatie voor bewerkte levensmiddelen in het eerste kwartaal III.1 De inflatie voor bewerkte levensmiddelen in België III.2 De inflatie voor bewerkte levensmiddelen in de voornaamste buurlanden IV. De inflatie voor niet-bewerkte levensmiddelen in het eerste kwartaal IV.1 De inflatie voor niet-bewerkte levensmiddelen in België IV.2 De inflatie voor niet-bewerkte levensmiddelen in de voornaamste buurlanden V De inflatie voor diensten in het eerste kwartaal V.1 De inflatie voor diensten in België V.2 De inflatie voor diensten in de voornaamste buurlanden VI. De inflatie voor niet-energetische industriële goederen tijdens het eerste kwartaal VI.1 De inflatie voor niet-energetische industriële goederen in België VI.2 De inflatie voor niet-energetische industriële goederen in de voornaamste buurlanden Lijst van afkortingen Bijlagen Bijlage 1A: Overzicht van de producten en diensten waarvan de prijzen tussen het eerste kwartaal 2011 en 2012 het sterkst zijn veranderd Bijlage 1B: Overzicht van de producten en diensten waarvan de prijzen in het eerste kwartaal 2012 de grootste impact op de inflatie hebben Bijlage 2: Gewichten van de voornaamste productgroepen in de GICP

5 Samenvatting 1. In het eerste kwartaal 2012, bedroeg de inflatie in België, gemeten aan de hand van de GICP, gemiddeld 3,2 %. De inflatievertraging (met 0,2 procentpunt) ten opzichte van het laatste kwartaal 2011, is vooral het gevolg van een lagere energie-inflatie. In onze drie voornaamste buurlanden (Duitsland, Frankrijk en Nederland) vertraagde de inflatie ook, en kwam ze uit op 2,5 %, nog steeds heel wat lager dan in België. 2. De consument betaalde het afgelopen kwartaal gemiddeld 12,2 % meer voor energiedragers dan een jaar voordien. De forse jaar-op-jaar-prijsstijging van de aardoliekoersen, gecombineerd met een waardevermindering van de euro tegenover de dollar, hadden vrijwel onmiddellijk een impact op de consumptieprijzen van aardolieproducten zoals motorbrandstoffen (+10,2 %) en huisbrandolie (+17,7 %). Ook voor gas (+16,4 %) en elektriciteit (+9,7 %) zorgt de koppeling van de energiecomponent in de tariferingformules van energieleveranciers aan de aardolieprijs of aan de prijs van andere energetische grondstoffen voor een opwaartse impact op de consumptieprijs die, zeker voor elektriciteit, nog versterkt wordt door de gestegen tarieven van de netwerkbeheerders. Driekwart van het inflatieverschil met de buurlanden (0,7 procentpunt) kwam van de productgroep energiedragers, waarvan de consumptieprijzen in de buurlanden gemiddeld met 7,3 % toenamen. 3. Net zoals in het vierde kwartaal 2011, kwam de inflatie in België voor bewerkte levensmiddelen het afgelopen kwartaal uit op 3,5 %. De grondstoffennoteringen voor levensmiddelen lagen in vergelijking met een jaar voordien nagenoeg op hetzelfde niveau, de producentenprijzen van de voedingsindustrie en de consumptieprijzen voor bewerkte levensmiddelen bleven echter opwaarts gericht. Op productgroepniveau waren de prijsstijgingen het meest uitgesproken voor oliën en vetten (+10,2 %) en suiker, jam, honing en chocolade (+7,3 %). Samen met brood en granen (en andere voedingsmiddelen ) droegen zij het meest bij tot het positieve inflatieverschil met de buurlanden. Micro-onderzoek voor vier van de gevolgde getuigen bij deze productgroepen wees uit dat de inflatie in het eerste kwartaal 2012 vooral het gevolg was van duurder geworden A-merken (voor kristalsuiker, melkerijboter en minarine was dat het geval). Voor maïsolie waren de jaar-op-jaarprijsstijgingen het afgelopen kwartaal daarentegen meer uitgesproken voor eersteprijsproducten en distributiemerken. 4. De diensteninflatie steeg van 2,1 % in het vierde kwartaal 2011 naar 2,5 % in het eerste kwartaal Deze versnelling vond onder meer plaats bij de productgroepen vrijetijdsbesteding en lichaamsverzorging, huisvestingsdiensten en communicatiediensten. Vooral bij de diverse diensten ging de inflatie echter naar omhoog (van 2,4 naar 3,2 %). Prijsstijgingen in rusthuizen en voor kinderopvang speelden daar een rol in, net als de toegenomen notariskosten voor hypotheekleningen (+22 %, vrijwel volledig het gevolg van de invoering van een btw-tarief van 21 %). 5. De consumptieprijzen voor de niet-energetische industriële goederen namen tussen het eerste kwartaal 2011 en het overeenstemmende kwartaal 2012 toe met gemiddeld 1,0 %. In de buurlanden kwam de inflatie voor deze productgroep uit op 1,3 %, zodat ze bijdroeg tot het verminderen van het inflatieverschil tussen België en de buurlanden. 6. Voor bewerkte levensmiddelen en voor niet-energetische industriële goederen bleef de inflatie nagenoeg stabiel tegenover het vorige kwartaal. Voor de voornaamste component van de onderliggende inflatie, namelijk de diensten, nam het prijsstijgingstempo wel toe. Dat zorgde er uiteindelijk voor dat de onderliggende inflatie in het eerste kwartaal ,1 % bedroeg, tegenover 2,0 % in het vorige kwartaal. Ook in de buurlanden deed zich, onder impuls van een versnelling van het prijsstijgingstempo van de bewerkte levensmiddelen, een lichte stijging voor van de onderliggende inflatie (1,8 %) ook al bleef ze er lager dan in België. 7. De inflatie voor de niet-bewerkte levensmiddelen tenslotte, bleef in België (+1,7 %) voor het vijfde kwartaal op rij, onder de inflatie van deze productgroep in de buurlanden (+2,5 %). 5

6 I. Totale inflatie in het eerste kwartaal I.1 Totale inflatie in België Gemeten aan de hand van de GICP en met als basisjaar 2005=100, klom het gemiddelde consumptieprijspeil in maart 2012 naar 118,4 punten. De consumptieprijzen voor energiedragers zijn nog steeds sterk opwaarts gericht en de consument betaalde in maart 2012 gemiddeld 10,4 % meer voor energetische producten dan gedurende de laatste piekmaand (juli 2008). De onderliggende inflatie, die geen rekening houdt met het prijsverloop van de niet-bewerkte levensmiddelen en de energiedragers, kwam in dezelfde maand uit op 114,0 punten. Als gevolg van de soldenperiode, vertonen de curves van zowel de GICP als de onderliggende inflatie zoals steeds in januari (en in juli) een knik naar beneden toe. De totale inflatie vertraagde het afgelopen kwartaal lichtjes tot gemiddeld 3,2 % (tegen gemiddeld 3,4 % in het laatste kwartaal 2011) maar bleef, nu al onafgebroken sinds het laatste kwartaal 2010, boven de 3 %- drempel. Grafiek 1A: Recent verloop van de GICP, de onderliggende inflatie en de prijzen voor energiedragers 120 (Index 2005=100) GICP (linkerschaal) Onderliggende inflatie (linkerschaal) Energiedragers (rechterschaal) Bronnen: EC, FOD Economie, ADSEI 3 De gemiddelde inflatie voor een kwartaal wordt berekend als de procentuele variatie van het rekenkundige gemiddelde van de indexcijfers van het betrokken kwartaal t.o.v. het rekenkundige gemiddelde van de indexcijfers van het overeenstemmende kwartaal van het voorgaande jaar. 4 Omwille van de vergelijkbaarheid met de evoluties in andere Europese landen gebeurt de analyse op grond van de geharmoniseerde consumptieprijsindex (GICP). Waar nodig wordt voor de Belgische cijfers nog verder in detail getreden op basis van de gegevens afkomstig van de nationale consumptieprijsindex. 6

7 Grafiek 1B: Recent verloop van de GICP, de onderliggende inflatie en de prijzen voor energiedragers Bronnen: EC, FOD Economie, ADSEI (Veranderingspercentage ten opzichte van de overeenstemmende maand van het voorgaande jaar) GICP (linkerschaal) Onderliggende inflatie (linkerschaal) Energiedragers (rechterschaal) Meer in detail werden voor de vijf grote productgroepen van de GICP de volgende prijsbewegingen vastgesteld: Hoewel de energieprijzen in het 1 ste kwartaal 2012 opnieuw fors omhoog gingen (net als in het 1 ste kwartaal 2011), vertraagde de inflatie voor energiedragers sterk. Het afgelopen kwartaal bedroeg de energie-inflatie gemiddeld 12,2 % (komende van nog 18,0 % in het derde kwartaal 2011). Deze productgroep leverde niettemin nog steeds de grootste bijdrage (1,4 procentpunt) tot de totale inflatie (3,2 %). De diensteninflatie daarentegen nam opnieuw toe en ten opzichte van het eerste kwartaal 2011 betaalde de consument het afgelopen kwartaal gemiddeld 2,5 % meer voor diensten. Gezien het grote gewicht van deze productgroep (39,2 %), zorgde de forse versnelling van de diensteninflatie voor een opwaartse impact op de totale inflatie van 1,0 procentpunt. De inflatie voor bewerkte levensmiddelen stabiliseerde zich op een hoog niveau: voor deze productgroep werd in het eerste kwartaal 2012 gemiddeld 3,5 % meer betaald dan in de overeenstemmende periode in 2011 (tegen 3,6% in het voorgaande kwartaal). De bijdrage tot de totale inflatie kwam uit op 0,5 procentpunt. De niet-bewerkte levensmiddelen kenden een toename van de inflatie. Terwijl de inflatie in het derde kwartaal 2011 nog lichtjes negatief was, namen de consumptieprijzen dit kwartaal al met gemiddeld 1,7 % toe ten opzichte van het overeenstemmende kwartaal 2011 (tussen maart 2011 en maart 2012 gingen ze zelfs met gemiddeld 3,0 % omhoog). De opwaartse impact op de algemene inflatie bleef, omwille van het geringe gewicht van deze productgroep (7,9 % van de totale korf), beperkt tot 0,1 procentpunt. De niet-energetische industriële goederen kostten gemiddeld 1,0 % meer dan in het eerste kwartaal Net zoals in het laatste kwartaal van vorig jaar, droeg deze productgroep ongeveer 0,3 procentpunt bij aan de totale inflatie. 7

8 In het eerste kwartaal 2012 bedroeg de onderliggende inflatie 2,1 % (tegen 2,0 % in het voorgaande kwartaal). Er trad immers een inflatieversnelling op voor de belangrijkste productgroep van de onderliggende inflatie, namelijk de diensten, terwijl de inflatie voor de twee andere componenten (de bewerkte levensmiddelen en de niet-energetische industriële goederen) nagenoeg stabiel bleef. In januari 2012 werd de spilindex voor de overheidswedden en sociale uitkeringen overschreden 5. Als gevolg daarvan werden in februari de sociale uitkeringen en in maart de wedden van het overheidspersoneel met 2 % verhoogd. Tabel 1: Geharmoniseerde consumptieprijsindex (Veranderingspercentage ten opzichte van de overeenstemmende periode van het voorgaande jaar, tenzij anders vermeld) Totaal Energiedragers Diensten Bewerkte levensmiddelen Nietbewerkte levensmiddelen a Nietenergetische industriële goederen p.m. Onderliggende inflatie b p.m. Gezondheidsindex c ,0-14,0 2,6 1,7 0,4 1,4 2,0 0, ,3 10,0 1,4 1,0 3,5 0,8 1,1 1, ,5 17,0 2,2 3,1 0,2 1,0 1,9 3, I 3,5 17,4 2,5 2,3 0,7 0,8 1,9 2,8 II 3,3 16,5 2,3 3,0-0,1 0,7 1,8 3,0 III 3,6 18,0 2,0 3,5-0,4 1,2 2,0 3,1 IV 3,4 16,3 2,1 3,6 0,4 1,1 2,0 3, I 3,2 12,2 2,5 3,5 1,7 1,0 2,1 3, I Jan 3,3 13,7 2,6 3,5 0,3 0,7 2,1 3,4 Feb 3,4 12,6 2,6 3,5 1,8 1,1 2,2 3,4 Maa 3,1 10,4 2,3 3,5 3,0 1,1 2,1 3,1 Gewicht 2012 (in %) 100,0 11,7 39,2 13,2 7,9 28,1 80,4 92,5 Bronnen: EC, FOD Economie, ADSEI a Fruit, groenten, vlees en vis. b Gemeten aan de hand van de GICP, zonder niet-bewerkte levensmiddelen en energiedragers. c Nationale consumptieprijsindex, zonder tabak, alcoholhoudende dranken, benzine en diesel. Grafiek 2: Bijdrage tot de inflatie 6 (In procentpunt, jaar- en kwartaalgemiddelden) Niet-energetische industriële goederen Bewerkte levensmiddelen Energie Diensten Niet-bewerkte levensmiddelen GICP Bronnen: EC, FOD Economie, ADSEI 5 Het Federaal Planbureau gaat er in haar meest recente inflatievooruitzichten van uit dat de volgende overschrijding van de spilindex in oktober 2012 zal plaatsvinden. 8

9 I.2 Totale inflatie in de voornaamste buurlanden De totale inflatie is gemiddeld eveneens vertraagd in onze voornaamste buurlanden: van 2,6 % naar 2,5 % tussen het laatste kwartaal 2011 en het eerste kwartaal Die vertraging komt voornamelijk op rekening van Duitsland, waar de inflatie in die periode zakte van 2,6 % naar 2,4 %. In Frankrijk bleef de inflatie echter stabiel (2,6 %). In Nederland versnelde ze van 2,7 % naar 2,8 %. Met 3,2 % bleef de inflatie in het eerste kwartaal 2012 echter het hoogst in België. Het inflatieverschil tussen ons land en de buurlanden bedroeg 0,7 procentpunt en is dus iets gedaald vergeleken met het vorige kwartaal (toen het 0,8 procentpunt bedroeg). Voor de negende keer op rij kwam de inflatie in België niettemin hoger uit dan gemiddeld in de buurlanden. Grafiek 3: Kwartaalevolutie van de inflatie in België en in de voornaamste buurlanden 6,0 5,0 4,0 3,0 2,0 1,0 0,0-1,0 Totale inflatie -2, ,0 2,5 2,0 1,5 1,0 0,5 Onderliggende inflatie (Wijziging op jaarbasis) 0, Bronnen: EC, FOD Economie België Duitsland Frankrijk Nederland Gemiddelde buurlanden Net zoals in België is de onderliggende inflatie in onze buurlanden gemiddeld genomen versneld tussen het laatste kwartaal 2011 en het eerste kwartaal Met 1,8 % (1,7 % in het vorige kwartaal) ligt ze nog steeds lager dan in ons land (waar de onderliggende inflatie 2,1 % bedroeg). De onderliggende inflatie in Nederland bleef met 2,2 % stabiel, en lag in het eerste kwartaal 2012 hoger dan in België. In Frankrijk en Duitsland versnelde de onderliggende inflatie tot 2,0 % in Frankrijk (1,8 % in het vorige kwartaal) en 1,7 % in Duitsland (1,6 % in het vorige kwartaal). Sinds 2008 zijn vooral de consumptieprijzen van energieproducten bepalend voor het inflatieverschil tussen België en de buurlanden, zowel ten voordele (in 2009) als ten nadele van ons land (in 2008, 2010 en 2011). In de loop van het eerste kwartaal 2012 zorgden de energieproducten nog eens voor ¾ van het inflatieverschil tussen België en de buurlanden (ten belope van 0,6 procentpunt). Het verloop van de consumptieprijzen voor diensten in het eerste kwartaal 2012 droeg 0,3 procentpunt bij tot het inflatieverschil ten nadele van ons land, een aanzienlijk grotere bijdrage voor die productgroep dan in de vorige kwartalen. De nietenergetische industriële goederen zorgden ervoor dat het inflatieverschil tussen België en de buurlanden met 0,1 procentpunt verkleind werd. De bewerkte en niet-bewerkte levensmiddelen droegen op hun beurt nauwelijks bij tot het inflatieverschil in het eerste kwartaal 2012 ten voordele van ons land (minder dan -0,1 procentpunt voor beide). 9

10 Grafiek 4: Driemaandelijkse bijdrage van elke component van het GICP aan het inflatieverschil tussen België en de drie voornaamste buurlanden 2,5 2,0 1,5 1,0 0,5 0,0-0,5-1,0-1,5 (In procentpunt) Niet-energetische industriële goederen Bewerkte levensmiddelen Energie Bronnen: EC, FOD Economie Diensten Niet-bewerkte levensmiddelen Geheel GICP Tabel 2: GICP en voornaamste componenten in België en in de drie voornaamste buurlanden in het eerste kwartaal 2012 (Veranderingspercentage ten opzichte van het eerste kwartaal 2011, tenzij anders vermeld) België Gewicht in 2012 (in %) Gemiddelde van Duitsland Frankrijk Nederland Gemiddelde de buurlanden België buurlanden Onderliggende inflatie 2,1 1,8 1,7 2,0 2,2 80,4 82,4 Bewerkte levensmiddelen 3,5 4,2 4,0 4,4 4,2 13,2 11,5 Niet-energetische industriële goederen 1,0 1,3 1,3 1,3 0,8 28,1 28,6 Diensten 2,5 1,6 1,4 1,7 2,6 39,2 42,3 Energie 12,2 7,3 7,1 7,3 8,3 11,7 11,4 Niet-bewerkte levensmiddelen 1,7 2,5 2,3 3,0 0,5 7,9 6,2 GICP 3,2 2,5 2,4 2,6 2,8 100,0 100,0 Bronnen: EC, FOD Economie II De inflatie voor energie in het eerste kwartaal 2012 II.1 De inflatie voor energie in België In het eerste kwartaal 2012 gingen de consumentenprijzen van energiedragers opnieuw de hoogte in, na een relatief stabiele periode in de drie laatste kwartalen van De jaar-op-jaar groei van diezelfde energieprijzen is echter aanzienlijk vertraagd, van gemiddeld 17 % in 2011 tot 12,2 % in het eerste kwartaal Afgelopen maart bleef de inflatie van energiedragers zelfs beperkt tot 10,4 % in vergelijking met maart Terwijl de energiedragers sinds enkele kwartalen meer dan de helft bijdroegen tot de gemiddelde stijging van de consumptieprijzen, bleef hun invloed op de totale inflatie in het eerste kwartaal 2012 beperkt tot 1,4 procentpunt, hetzij 43 % van de totale inflatie. 10

11 Tabel 3: Recent verloop van de consumptieprijzen voor energiedragers (Veranderingspercentage ten opzichte van de overeenstemmende periode van het voorgaande jaar, tenzij anders vermeld) I p.m. Gewicht in I II III IV I Jan Feb Maa 2012 (in %) Brandstoffen voor wegvervoer -15,7 14,9 15,6 17,7 15,3 15,7 14,0 10,2 10,6 10,5 9,5 36,7 Vloeibare brandstoffen -34,9 28,0 27,8 33,2 25,2 26,6 26,8 17,7 22,6 18,8 12,4 14,4 Vaste brandstoffen 4,7 0,9 2,6 2,0 2,5 2,6 3,0 3,6 2,9 3,8 4,1 0,6 Elektriciteit -3,8 4,1 11,8 7,2 11,9 15,0 13,0 9,7 11,9 9,4 7,9 24,9 Gas -9,5-1,7 19,1 18,8 20,6 20,0 17,3 16,4 16,9 17,5 14,9 23,3 Totaal energiedragers -14,0 10,0 17,0 17,4 16,5 18,0 16,3 12,2 13,6 12,6 10,4 100,0 Bronnen: EC, FOD Economie, ADSEI De evolutie van de olieprijzen op de internationale markten bepaalt grotendeels de variaties in de consumptieprijzen van de energieproducten. In het eerste kwartaal 2012 kostte een vat ruwe Brentolie gemiddeld 118,1 dollar, een stijging van 12,7 % vergeleken met het eerste kwartaal Door de waardevermindering van de euro ten opzichte van de dollar (-4,2 %) nam de prijs van ruwe Brentolie in euro op jaarbasis toe met 17,6 % tot 90,0. Na een kalmere periode in het tweede semester 2011 stegen de olieprijzen in euro opnieuw en ze bereikten in maart 2012 zelfs een nieuw record. Die stijging kan grotendeels worden verklaard door de voortdurende spanningen tussen Iran en de Westerse landen. Eind januari besliste de Europese Unie om een olie-embargo in te stellen tegen Iran, dat van januari tot 1 juli 2012 geleidelijk in werking treedt. Volgens het Internationaal Energieagentschap (IEA) zou de totale Iranese olie-uitvoer zo vanaf half 2012 met een derde gereduceerd worden. De OESO omschreef de nieuwe prijsstijgingen voor Brentolie als "een bedreiging voor het economische herstel" 6 De brandstoffen en de vloeibare brandstoffen (stookolie), waarvan de prijzen vrijwel meteen reageren op de schommelingen in de noteringen voor aardolie, zijn in het eerste kwartaal met respectievelijk 10,2 % en 17,7 % gestegen ten opzichte van het jaar voordien. Het groeitempo van de prijzen is op die manier vertraagd ten opzichte van het vorige kwartaal. Die prijzen in niveau blijven echter onophoudelijk stijgen sinds De prijzen van vloeibare brandstoffen naderen stilaan het record van juli De prijzen van motorbrandstoffen bereikten een nieuwe piek in de afgelopen periode. De gemiddelde maximumprijs voor diesel meer bepaald kwam dit kwartaal uit op 1,54 euro/liter (inclusief btw), een stijging van 15 eurocent vergeleken met dezelfde periode in In maart werd met 1,56 euro/liter (inclusief btw) zelfs een nieuw record bereikt. De gemiddelde maximumprijs van benzine (super 95) bereikte dit kwartaal 1,70 euro/liter (inclusief btw), 14 eurocent meer dan een jaar eerder. Ook hier werd er in maart een nieuw record bereikt, namelijk 1,75 euro/liter (inclusief btw). Sinds eind 2011 is het omgekeerde cliquetsysteem 7 niet meer van toepassing. 6 De Verenigde Staten en Groot-Brittannië hebben met steun van Frankrijk voorgesteld om een beroep te doen op de strategische olievoorraden om het olieaanbod te doen toenemen en op die manier de prijzen op de internationale markten te doen dalen. Het IEA heeft bevestigd dat het bereid is om een deel van de strategische voorraden op de markt vrij te maken, maar alleen als de marktomstandigheden die beslissing rechtvaardigen. Het IEA beklemtoont zo dat de strategische olievoorraden alleen mogen worden gebruikt om eventuele bevoorradingsproblemen op te lossen. 7 Dit systeem voorzag een daling van de accijnzen ten belope van de toename van de btw die het gevolg is van de prijsstijging van de brandstoffen, van zodra die laatste een bepaalde drempel overschreden. 11

12 Grafiek 5: Consumptieprijzen voor energiedragers 220 (Index 2005=100) Elektriciteit Gas Vloeibare brandstoffen Motorbrandstoffen Totaal energiedragers Brent (euro) Bronnen: EC, FOD Economie, ADSEI De consumptieprijzen voor gas en elektriciteit worden voornamelijk beïnvloed door de kost van de component energie, die met enige vertraging op de prijsschommelingen van ruwe aardolie reageert en andere energetische grondstoffen zoals de spotprijs van gas en de steenkoolprijs, evenals door de distributietarieven. De transporttarieven en de verschillende belastingen en taksen oefenen eveneens een aanzienlijke invloed uit op de prijsevolutie 8. Zoals in de vorige rapporten werd gepreciseerd, keurt de CREG sinds exploitatiejaar 2009 de nettarieven goed voor een periode van vier jaar 9. De verkoopprijs van de energiecomponent wordt sinds de vrijmaking van de elektriciteits- en gasmarkt vrij bepaald door de leveranciers. Zij bepalen hun eigen tariefformules, indexparameters en wegingscoëfficiënten. De consumptieprijzen van elektriciteit kenden in de tweede helft van 2011 een lichte daling (prijsdaling tussen juni en december 2011 met 2 %). Vanaf februari 2012 gingen ze echter opnieuw de hoogte in. Toch vertraagde het prijsstijgingstempo van de prijzen vergeleken met een jaar voordien: gemiddeld 9,7 % in de loop van dit kwartaal, tegenover 13,0 % in het vierde kwartaal In maart bereikte het prijsstijgingstempo op jaarbasis zelfs 7,9 %. Op basis van de indicator "gemiddelde Belgische elektriciteitsfactuur" kan de evolutie van de verschillende componenten van de elektriciteitsprijs worden geëvalueerd. Zo blijkt dat de energiecomponent van de consumptieprijzen voor elektriciteit tussen het eerste kwartaal 2011 en dat van 2012 met 3,9 % gestegen is (tegenover 6,8 % tussen het vierde kwartaal 2010 en 2011). De component vertegenwoordigt op die manier een aandeel van 38,9 % (9,2 c /kwh) in de totaalfactuur van elektriciteit en verklaart 15,1 % van de stijging ervan. 8 Het gewicht van de verschillende componenten kan sterk verschillen naargelang het type klant (consumptieprofiel en spanningsniveau van de aansluitingen), de distributiezones, de regio s en de leveranciers. 9 Toch worden ze geïndexeerd en kunnen ze in bepaalde gevallen worden aangepast in de loop van diezelfde periode wanneer er veranderingen in de kosten voor de netbeheerders opduiken (maar steeds na goedkeuring door de CREG). 12

13 Het prijsstijgingstempo van de nettarieven op jaarbasis bedroeg 18,8 % in het eerste kwartaal 2012, tegenover 20,4 % in het vorige kwartaal. De nettarieven zijn gemiddeld gestegen tot 9,7 c /kwh, goed voor 41,0 % van de totaalfactuur. Ter herinnering, de stijging van de nettarieven is hoofdzakelijk te verklaren door een stijging van de distributietarieven in het Vlaamse Gewest midden 2011 wegens de kosten van gewestelijke subsidies voor de installatie van zonnepanelen 10. Bovendien werden in het eerste kwartaal 2012 de nettarieven verhoogd door het indexatiemechanisme 11. De stijging van de nettarieven verklaart op die manier twee derde van de stijging van de elektriciteitsfactuur tussen het eerste kwartaal 2011 en dat van De component taksen en belastingen" oefende een beperkte invloed uit op de evolutie van de consumptieprijzen. Hoewel de component dit kwartaal met 4,2 % steeg vergeleken met een jaar voordien, verklaart hij 1,0 % van de prijsstijging. Daaruit blijkt dat de stijging van de consumptieprijzen voor elektriciteit hoofdzakelijk te verklaren zijn door de stijging van de nettarieven en, in mindere mate, de stijging van de verkoopprijs van de energiecomponent. Voor een huishouden met een jaarlijks verbruik van kwh aan enkelvoudig tarief bedroeg de totale elektriciteitsfactuur in het eerste kwartaal 2012 gemiddeld 825,4 euro, een stijging van 80,5 euro vergeleken met het eerste kwartaal Grafiek 6A: Indicator voor een gemiddelde elektriciteitsfactuur en zijn componenten 25 (Consumptieprofiel Dc1 - In eurocent/kwh) K1/2010 K2/2010 K3/2010 K4/2010 K1/2011 K2/2011 K3/2011 K4/2011 K1/ Energieprijs Nettarieven Taksen en heffingen Btw (21 %) Bronnen: VREG, CWaPE, BRUGEL, FOD Economie, eigen berekeningen Opm. 1: Op de elektriciteitsfactuur dekken de nettarieven de kosten voor het gebruik van de distributienetwerken en voor het transport. Opm. 2: De hoeveelheid gratis elektriciteit die in het Vlaamse Gewest wordt toegekend, werd opgenomen in de energiecomponent. Opm. 3: De belastingvoet voor elektriciteit bedraagt 21 %, zodat het aandeel van de belasting op toegevoegde waarde, proportioneel, een aandeel heeft van 17,4 % in zowel de elektriciteitsfactuur als in de stijging van de factuur. De consumptieprijs van gas steeg verder en bereikte in maart bijna zijn recordpeil van januari Zo betaalde de consument in het eerste kwartaal ,4 % meer dan een jaar voordien. Het prijsstijgingstempo vertraagde ten opzichte van het vorige kwartaal (17,3 %) en bereikte in maart zelfs 14,9 %. 10 Zie de kwartaal- en jaarrapporten uit 2011 van het Prijzenobservatorium. 11 De samenstellende componenten van het totale inkomen van de netbeheerder, die overeenkomen met de uitgaven die door de tarieven worden gedekt, evolueren tijdens de regulatoire periode van vier jaar op basis van een indexatiemechanisme zoals gedefinieerd in de koninklijke besluiten die daarop betrekking hebben. 13

14 De evolutie van de indicator "gemiddelde Belgische gasfactuur" toont aan dat de stijging van de consumptieprijzen voor gas in het eerste kwartaal 2012, in vergelijking met dezelfde periode 2011, hoofdzakelijk te wijten is aan de stijging van de verkoopprijs van de energiecomponent (aanpassing van de energiekost voor vaste contracten en maandelijkse indexering van de parameters van de formules voor variabele contracten). Die stijging verklaart 72,4 % van de prijsstijging voor gas. Het groeiritme op jaarbasis van de energiecomponent steeg meer bepaald in het eerste kwartaal 2012 tot gemiddeld 19,1 %, tegenover gemiddeld 22,3 % in het vorige kwartaal. Deze component maakt zo 62 % (4,5 c /kwh) van de totale gasfactuur uit. De nettarieven gingen dit kwartaal eveneens naar omhoog: hun groeiritme op jaarbasis bedroeg 7,1 % (tegenover 8,1 % in het vierde kwartaal 2011). Zo bedroegen ze gemiddeld 1,4 c /kwh, goed voor 18,6 % van de totaalfactuur. De stijging van de nettarieven verklaart op die manier 9 % van de stijging van de gasfactuur. Taksen en belastingen gingen dit kwartaal met 10,3% naar omhoog en verklaren zo 1,5 % van de totale prijsstijging voor gas. Een huishouden met een gasverbruik van kwh per jaar zag de totale gasfactuur (op jaarbasis) met 234,3 euro stijgen tussen het eerste kwartaal 2011 en 2012, tot een totaalbedrag van 1.705,0 euro. Grafiek 6B: Indicator voor een gemiddelde aardgasfactuur en zijn componenten 8 (Consumptieprofiel D3, In eurocent/kwh) K1/2010 K2/2010 K3/2010 K4/2010 K1/2011 K2/2011 K3/2011 K4/2011 K1/ Energieprijs Nettarieven Taksen en heffingen Btw (21 %) Bronnen: VREG, CWaPE, BRUGEL, FOD Economie, eigen berekeningen Opm. 1: Op de gasfactuur dekken de nettarieven de kosten voor het gebruik van de distributienetwerken. Opm. 2: De belastingvoet voor elektriciteit bedraagt 21 %, zodat het aandeel van de belasting op toegevoegde waarde, proportioneel, een aandeel heeft van 17,1 % in zowel de gasfactuur als in de stijging van de factuur. Om de CREG de mogelijkheid te geven om de prijssamenstelling van gas en elektriciteit te onderzoeken, stelden de minister van Economie en Staatssecretaris voor Energie begin dit jaar een voorontwerp van wet voor om de indexeringen van de variabele gas- en elektriciteitscontracten tijdelijk te bevriezen vanaf april tot en met december dit jaar. De gas- en elektriciteitsprijzen mogen niet meer geïndexeerd worden naar boven toe in de overgangsperiode (uitzonderingen niet te na gelaten). De maatregel werd gestemd in het Parlement en is sindsdien vastgelegd in de wet van 29 maart 2012 houdende diverse bepalingen. In die negen maanden zal er worden nagedacht over een nieuwe methode om de indexering te berekenen zodat die de reële kosten van de energieleveranciers weergeeft. De CREG kreeg daarom van de regering de opdracht om zo snel mogelijk een lijstvoorstel met nieuwe indexparameters op te stellen. Uiteraard heeft deze maatregel geen impact op de inflatie voor het afgelopen trimester. 14

15 De distributietarieven, die voor vier jaar worden goedgekeurd, moeten in juni worden herzien om de tarieven voor 2013 tot 2016 vast te leggen. De CREG heeft echter beslist om de huidige vierjaarlijkse tarieven te verlengen, zonder ze te herzien. De herziening is voorzien voor 2013 of II.2 De inflatie voor energie in de voornaamste buurlanden Net als in België vertraagde de inflatie voor energieproducten in onze buurlanden gemiddeld genomen in het eerste kwartaal 2012 tot 7,3 % (9,9 % in het vorige kwartaal). De inflatie voor deze categorie bleef in België dus duidelijk hoger (ter herinnering: 12,2 %) dan in de buurlanden en droeg daardoor voor 0,6 procentpunt bij tot het totale inflatieverschil (of ¾ van het inflatieverschil ten nadele van België). Meer bepaald vertraagde de inflatie voor energieproducten dit kwartaal in Frankrijk en Duitsland. In Frankrijk bedroeg ze 7,3 % (10,3 % in het vorige kwartaal) en in Duitsland 7,1 % (10,1 % in het vorige kwartaal). Nederland zag zijn inflatie voor deze producten in dezelfde periode echter versnellen tot 8,3 % (7,4 % in het vorige kwartaal). Grafiek 7: Kwartaalevolutie van de inflatie voor energieproducten in België en in de voornaamste buurlanden (Wijzigingen in % t.o.v. het overeenstemmende kwartaal van het voorgaande jaar) Bronnen: EC, FOD Economie België Duitsland Frankrijk Nederland Gemiddelde buurlanden De belangrijkste bijdrage tot het inflatieverschil voor energie ten nadele van België werd in het eerste kwartaal 2012 geleverd door gas, gevolgd door elektriciteit, en in mindere mate door motorbrandstoffen, smeermiddelen en vloeibare brandstoffen. Voor alle categorieën lag de inflatie in België dus hoger dan in de buurlanden. Zoals aangegeven in eerdere rapporten zijn de consumptieprijzen voor energiedragers in België volatieler, vooral omwille van de, in Europa, unieke indexeringsmechanismen (met een koppeling van de verkoopprijzen van elektriciteit en van gas aan de noteringen van energetische grondstoffen) in de tariefformules van de Belgische energieleveranciers. In tegenstelling tot België zagen alle buurlanden hun inflatie voor gas dit kwartaal stijgen tot gemiddeld 8,1 % (6,9 % in het vorige kwartaal), nog steeds minder dan in België (waar de inflatie voor gas dit kwartaal 16,4 % bedroeg). In Nederland, Frankrijk en Duitsland kwam de consumptieprijsstijging voor gas, het eerste kwartaal 2012 uit op respectievelijk 9,7 %, 9,0 % en 6,8 % (tegen respectievelijk 8,5 %, 6,0 % en 6,7 % in het vierde kwartaal 2011). De inflatie voor elektriciteit viel dit kwartaal in onze buurlanden gemiddeld genomen terug tot 3,0 % (6,5 % in het vorige kwartaal). In België daalde de inflatie voor die categorie eveneens en bereikte ze dit kwartaal 9,7 %. Hoewel de inflatie voor elektriciteit dit kwartaal in Duitsland en Frankrijk effectief lager lag (2,7 % tegenover 6,9 % in het vorige kwartaal in Duitsland en 3,0 % tegenover 6,1 % in het vorige kwartaal in Frankrijk), versnelde ze in Nederland (6,3 % tegenover 4,0 % in het vorige kwartaal). 15

16 Grafiek 8: Kwartaalevolutie van de inflatie voor de verschillende componenten van de energieproducten in België en in de voornaamste buurlanden (Wijzigingen in % t.o.v. het overeenstemmende kwartaal van het voorgaande jaar) Elektriciteit Gas Vloeibare brandstoffen Brandstoffen voor wegvervoer België Duitsland Frankrijk Nederland Gemiddelde buurlanden Bronnen: EC, FOD Economie Net als in België ging de inflatie voor vloeibare brandstoffen in onze buurlanden in het eerste kwartaal 2012 achteruit. Gemiddeld bedroeg de inflatie voor deze categorie 14,2 % in onze buurlanden, tegenover 17,7 % in België. De inflatie voor motorbrandstoffen en smeermiddelen ging in onze buurlanden dit kwartaal gemiddeld eveneens naar beneden tot 7,7 %, tegenover 10,2 % in België. 16

17 III De inflatie voor bewerkte levensmiddelen in het eerste kwartaal 2012 III.1 De inflatie voor bewerkte levensmiddelen in België Tot op zekere hoogte zijn de noteringen op de internationale voedingsgrondstoffenmarkten bepalend voor het verloop van de producenten- en consumptieprijzen van bewerkte levensmiddelen. Na een dipje in het najaar van 2011 bevinden de grondstoffenprijzen 12 zich bijna terug op hetzelfde niveau als in mei 2011, hun meest recente recordpeil. In februari 2012 (meest recente gegevens) noteerden de grondstoffen alweer 6,3 % hoger dan in oktober 2011 (wat voornamelijk toe te schrijven is aan de prijstoename voor granen - haver, rogge, tarwe, gerst en maïs- en eieren). Zowel de producentenprijzen als de consumptieprijzen in de voedingskolom zijn sinds begin 2010 opwaarts gericht. In vergelijking met een jaar voordien lagen de grondstoffennoteringen in februari 2012 op nagenoeg hetzelfde niveau (-0,1 %). De producentenprijzen van de voedingsindustrie stegen in dezelfde periode echter met 3,2 %. Ook de consumptieprijzen namen fors toe. Grafiek 9: Prijsverloop in de voedingskolom (Index 2005=100) 95 jan/06 jan/07 jan/08 jan/09 jan/10 jan/11 jan/12 Internationale noteringen voedingsgrondstoffen in euro, gewogen aan de hand van de consumptie in België (a) Afzetprijs van bewerkte levensmiddelen, gewogen aan de hand van de consumptie in België (b) Consumptieprijs bewerkte levensmiddelen Consumptieprijs bewerkte levensmiddelen, exclusief alcoholhoudende dranken en tabak Bronnen: EC, ADSEI, NBB (a) Voor de grondstoffenprijzen werd op basis van de gegevens betreffende de Europese interne marktprijzen (granen, melk, eieren, vlees en vetten) en de grondstoffenprijzen van het IMF (suiker, cacao en koffie) een index samengesteld die het gemiddelde verloop van de voedingsgrondstoffennoteringen weergeeft. (b) Voor de berekening van de index betreffende de afzetprijzen werd een gewogen gemiddelde gemaakt van enerzijds de afzetprijzen voor de totale Belgische markt (voor de sectoren NACE 1040 Oliën en vetten, 1050 Zuivelproducten, 1060 Maalderijproducten, 1070 Bakkerijproducten, 1080 Andere voedingsmiddelen en 1100 Dranken) en anderzijds de (via Eurostat beschikbare) afzetprijzenstatistiek van dezelfde sectoren voor de eurozone (17 landen). De in de detailhandel verkochte goederen worden immers zowel in België als in het buitenland geproduceerd. Aan beide reeksen werd, op basis van de input-outputtabellen (het intermediair verbruik door de detailhandel van producten afkomstig uit de voedingsindustrie en de groothandel is voor ongeveer de helft afkomstig uit België en wordt voor de andere helft ingevoerd), een gewicht toegekend van 50 %. Voor het samenstellen van de index werden de gewichten van de betreffende sectoren binnen de nationale consumptieprijsindex gebruikt. 12 Aangezien de noteringen voor oliën met betrekking tot de Europese interne marktprijzen ontbraken voor februari 2012, werden deze gelijk verondersteld aan de noteringen van januari 2012 (gewicht van 3,3 % in de samengestelde index). 17

18 In vergelijking met de overeenstemmende periode in 2011 betaalde de consument in het eerste kwartaal ,5 % meer voor bewerkte levensmiddelen, wat voor deze productgroep nagenoeg hetzelfde inflatiecijfer is als tijdens de twee voorbije kwartalen. Wanneer alcoholhoudende dranken en tabak buiten beschouwing worden gelaten 13, kwam de inflatie voor deze productgroep in de beschouwde periode uit op 4,5 %, een lichte vertraging ten opzichte van het voorgaande kwartaal (+5,2 %). Voor alle productgroepen lagen de consumptieprijzen in het eerste kwartaal 2012 hoger dan in de overeenstemmende periode in Ten opzichte van het vierde kwartaal 2011 nam de inflatie toe voor de productgroepen Suiker, jam, honing en chocolade, Andere voedingsmiddelen en Alcoholische dranken. Voor Brood en granen, Zuivelproducten, Oliën en vetten en Alcoholvrije dranken werd daarentegen een vertraging opgetekend. Voor tabak bleef de inflatie quasi gelijk. Tabel 4: Recent verloop van de consumptieprijzen voor bewerkte levensmiddelen (Veranderingspercentage ten opzichte van de overeenstemmende periode van het voorgaande jaar, tenzij anders vermeld) I p.m. gewicht in de I II III IV I Jan Feb Maa groep in 2012 (in %) Brood en granen 1,6 0,3 4,5 3,6 4,9 4,8 4,6 4,0 4,6 4,1 3,3 24,6 Zuivelproducten 0,1 0,2 2,7 0,6 2,1 3,8 4,2 3,5 3,6 3,3 3,5 14,8 Kippeneieren 1,0 12,1-6,1-11,2-9,8-1,7-0,8 5,5 3,0 2,5 11,0 0,7 Oliën en vetten 1,1 1,3 8,4 3,2 7,0 11,2 12,0 10,2 11,0 10,5 9,1 3,0 Suiker, jam, honing, chocolade 3,1 3,5 6,1 5,6 5,6 6,3 6,7 7,3 7,3 7,4 7,3 9,0 Andere voedingsmiddelen 1,6-0,5 3,1 2,3 4,2 3,0 3,0 5,2 4,6 5,3 5,5 5,0 Alcoholvrije dranken 0,8 1,0 4,8 3,3 4,7 5,4 5,9 4,9 4,5 5,0 5,2 10,7 Alcoholhoudende dranken 3,2 0,4-0,4-0,5-0,5-0,4-0,3 0,5 0,0 0,4 0,9 14,4 Tabak 2,5 3,5 1,4 1,9 1,0 1,2 1,3 1,4 1,4 1,4 1,5 18,6 Bewerkte levensmiddelen, exclusief alcoholhoudende dranken en tabak 1,3 1,3 4,5 3,1 4,4 5,1 5,2 4,5 4,7 4,6 4,3 67,0 Totaal van de bewerkte levensmiddelen 1,7 1,0 3,1 2,3 3,0 3,5 3,6 3,5 3,5 3,5 3,5 100,0 Bronnen: EC, FOD Economie, ADSEI De productgroep met het grootste aandeel binnen de bewerkte levensmiddelen, namelijk Brood en granen, werd in het eerste kwartaal 2012 gemiddeld 4,0 % duurder in vergelijking met een jaar voordien. Ten opzichte van het voorgaande kwartaal (+4,6 %) vertraagde de inflatie echter, dankzij de afgenomen inflatiecijfers van speciaalbrood van 400 gram, meergranenbrood, kramiek, speciaalbrood van 800 gram, bruinbrood van 800 gram, broodjes, Luikse wafels, eclairs maar vooral van bloem (-18,5 procentpunt). Voor producten zoals bloem (+11,2 %), cent wafers (+11,1 %), Luikse wafels (+10,1 %), spaghetti (+8,5 %), biscuits (+8,4 %) en speculaas (+7,2 %) werden gedurende het afgelopen kwartaal niettemin nog steeds fors hogere prijzen genoteerd dan in het eerste kwartaal Enkel rijst in kookbuiltjes werd in de beschouwde periode goedkoper (-1,2 %), en de prijs voor pizza s bleef nagenoeg stabiel (+0,1 %). Voor twee getuigenproducten binnen de subgroep Brood en granen, namelijk spaghetti en puddingpoeder, ging de consumptieprijs de afgelopen maanden sterk naar omhoog. In maart 2012 betaalde de consument al 9,5 % meer voor spaghetti dan in oktober De prijs voor harde tarwe is sinds het voorjaar van 2010 flink de hoogte ingegaan, en in februari 2012 noteerde de prijs van de belangrijkste grondstof voor spaghetti 78,3 % hoger dan in maart In vergelijking met de prijstoename voor harde tarwe bleef de consumptieprijs in die periode vrij gematigd. Pas in het voorjaar van 2011 kwam er een eerste reactie, en het afgelopen kwartaal volgde een tweede prijsstijging. De hevige en snelle reactie van de consumptieprijs voor spaghetti op de vorige grondstoffenpiek (in maart 2008) en de minder uitgesproken daling van de consumptieprijs toen de durumtarwenotering naar beneden ging zorgde wellicht voor deze uitgestelde reactie. Daarnaast werd ook puddingpoeder tussen december 2011 en maart ,0 % duurder. 13 Herweging op basis van het totaal van de bewerkte levensmiddelen mits uitsluiten van de categorieën alcoholische dranken en tabak. 18

19 Voor zuivelproducten betaalde men in het eerste kwartaal ,5 % meer dan in de overeenstemmende periode in Voornamelijk geconcentreerde melk werd duurder (+12,6 %), maar ook voor verse melk werd 3,4 % meer betaald: volle melk kostte 2,8 % meer, maar vooral halfvolle melk nam fors in prijs toe (+6,0 %). De prijsstijging voor kaas en afgeleide melkproducten bedroeg respectievelijk +3,2 % en +3,1 %. Toch is het voornamelijk de sterke toename van de eierprijs (+5,5 %) die in het oog springt. Terwijl de jaarop-jaarinflatie in januari en februari 2012 respectievelijk 3,0 % en 2,5 % bedroeg, liep deze in maart 2012 op tot 11,0 %. Hiermee volgt de consumptieprijs de (producenten)prijs op de markt van Kruishoutem, waar de prijs midden maart 2012 anderhalve keer hoger lag dan een jaar voordien. Deze forse prijsstijging ving eind januari 2012 aan, waardoor de prijs voor een bruin scharrelei van mediumgrootte eind maart al 90,8 % hoger uitkwam (12,50 eurocent eind maart 2012, ten opzichte van 6,55 eurocent eind januari 2012). Begin april bleek de prijs weliswaar terug af te nemen, en betaalde men nog 10,86 eurocent voor een bruin scharrelei van mediumgrootte. De belangrijkste reden 14 voor deze prijsstijging is toe te schrijven aan een Europese richtlijn, die sinds 1 januari 2012 dient te worden toegepast, en die de minimum oppervlakte voor een legbatterij vastlegt op 750 cm² (tegenover 550 cm² voordien). Omwille van de nodige extra investeringen voor deze verrijkte kooien aarzelden vele houders van legbatterijen in eerste instantie om de vereiste aanpassingen door te voeren. Daardoor nam het aanbod tijdelijk af en werd de prijs de hoogte ingeduwd. Intussen hebben de Belgische leghennenhouders hun batterijen aangepast, en samen met de start van het voorjaar zorgde dit ervoor dat het aanbod opnieuw op peil komt en dat de eierprijs op de markt van Kruishoutem begin april naar beneden georiënteerd is. Binnen de productgroep van de bewerkte levensmiddelen was het inflatiecijfer voor de subgroep Oliën en vetten het hoogst. Na een jaar-op-jaar prijstoename van 12,0 % in het vierde kwartaal 2011 vertraagde de inflatie voor deze groep tot 10,2 % in het eerste kwartaal 2012 (met +11,0 % in januari 2012, +10,5 % in februari 2012 en +9,1 % in maart 2012). Behalve voor olijfolie werden voor vrijwel alle producten in het eerste kwartaal 2012 nog steeds fors hogere prijzen genoteerd dan gedurende de overeenstemmende periode in 2011: minarine (+21,9 %), margarine op basis van olijfolie (+17,5 %), gewone braadmargarine (+12,5 %), maïsolie (+10,7 %) en boter (+7,1 %). Nochtans kan stilaan een vertraging van het prijsstijgingstempo worden verwacht voor enkele van deze producten, aangezien de noteringen voor plantaardige oliën op de internationale grondstoffenmarkten in januari-februari 2012 (de meest recent beschikbare gegevens) nagenoeg op hetzelfde (hoge) niveau dan in de overeenstemmende maanden een jaar voordien. Voor Suiker, jam, honing en chocolade betaalde de consument in het eerste kwartaal 2012 gemiddeld 7,3 % meer dan een jaar voordien (een bijdrage tot de totale inflatie van 0,1 procentpunt). Voor het zesde kwartaal op rij bedroeg de inflatie voor deze productgroep meer dan 5 %. Met uitzondering van pralines (+4,3 %) werden tussen het eerste kwartaal 2011 en dat van 2012, voor alle getuigenproducten uit de categorie Chocolade en suikerwerk (+9,2 %), prijsverhogingen vastgesteld die deze drempel overschreden: boterhampasta +24,5 %, pure chocolade +9,5 %, melkchocolade +8,6 %, toffees +8,2 % en candybars +5,9 %. Anderzijds daalden de prijzen voor melkchocolade (-2,2 %) en pure chocolade (-0,3 %) ten opzichte van het voorgaande kwartaal, maar namen de prijzen voor candybars (+5,3 %) en boterhampasta (+5,0 %) nog steeds toe. Nochtans kon een consumptieprijsdaling voor de van cacao afgeleide producten worden verwacht, gezien de noteringen op de internationale markten (uitgedrukt in euro) in januari februari ,3 % lager lagen dan een jaar geleden, o.a. ten gevolge van de toegenomen politieke stabiliteit in Ivoorkust. Daarnaast kostten ook suiker (+7,9 %), viervruchtenjam (+4,0 %) en roomijs (+3,7 %) opvallend meer. Enkel ijshoorntjes (-1,1 %) werden goedkoper. 14 Ter herinnering: medio 2010 leidde de toegenomen vraag naar eieren vanuit Duitsland eveneens tot sterke consumptieprijsverhogingen voor eieren. 19

20 De inflatie voor Andere voedingsmiddelen nam sterk toe, van +3,0 % in het vierde kwartaal 2011 tot +5,2 % in het eerste kwartaal Deze inflatieversnelling is te wijten aan enkele producten, namelijk tomatensoep, diepvriessoep en mayonaise. De recente prijstoename van mayonaise is mogelijk het gevolg van de hoge prijzen van de belangrijkste grondstoffen, namelijk olie en eieren. Op productniveau betaalde de consument in het eerste kwartaal ,3 % meer voor tomatensoep, maar ook de prijzen voor gedroogde pindanootjes (+11,7 %), gepelde tomaten (+9,8 %), witte bonen in tomatensaus (+9,1 %), ananas in blik (+8,7 %), chips (+7,7 %), diepvriessoep (+6,1 %), bereide erwtjes (+5,9 %) en gedroogde spliterwten (+5,0 %) lagen dit kwartaal opvallend hoger in vergelijking met het voorgaande jaar. De prijstoename voor chips sinds medio 2011 is deels toe te schrijven aan een dominant merk, dat de inhoud van zijn verpakkingen uitbreidde en daarvan gebruik maakte om de prijs meer dan evenredig te verhogen. Voor alcoholvrije dranken betaalde de consument in het eerste kwartaal ,9 % meer dan een jaar voordien (tegenover +5,9 % in het vierde kwartaal 2011), waarmee een einde kwam aan de inflatieversnelling waaraan deze productgroep sinds het tweede kwartaal 2010 onderhevig was. Koffie werd in het afgelopen kwartaal 12,7 % duurder dan één jaar voordien, wat volledig te wijten is aan de consumptieprijs voor gemalen koffie of koffiebonen (+16,5 %), gezien koffiepads 1,1 % goedkoper werden. Nochtans zouden we, op basis van de internationale noteringen voor koffiebonen 15 die in januari-februari 2012 (uitgedrukt in euro) 11,4 % lager lagen dan tijdens dezelfde periode een jaar voordien, kunnen verwachten dat de prijzen voor koffie stilaan wat gaan afzwakken. Daarnaast werden prijsstijgingen genoteerd voor vruchtensap (+5,6 %), instantcacaodrank (+4,9 %), niet-gashoudend water (+4,5 %), cola light (+3,7 %), limonade (+2,9 %) en cola (+2,6 %). Enkel voor thee werd minder betaald (-6,7 %). Dat zou in de toekomst echter kunnen veranderen, aangezien een daling van de productie verwacht wordt omwille van de droogte in India en Kenia gedurende de afgelopen maanden. De laagste inflatiecijfers binnen de bewerkte levensmiddelen zijn opnieuw voor de productgroepen Alcoholhoudende dranken en Tabak. De inflatie voor de alcoholhoudende dranken nam wel toe van -0,3 % in het vierde kwartaal 2011 tot +0,5 % in het eerste kwartaal 2012 (en zelfs +0,9 % in maart 2012). Voor tabak daarentegen bleef de inflatie op nagenoeg hetzelfde niveau (+1,4 % in het eerste kwartaal 2012). Op jaarbasis werden Vermout (+5,5 %), Roséwijn (+3,5 %), likeur (+3,2 %) en trappistenbier (+2,9 %) duurder, terwijl Beaujolais (-5,7 %) en Riesling (-2,8 %) goedkoper werden. De jaar-op-jaarinflatie voor een bak pilsbier bleef in het eerste kwartaal 2012 nog beperkt tot +1,7 %, maar in maart 2012 betaalde de consument toch reeds 3,6 % meer voor een bak pilsbier en 2,4 % meer voor witbier in verloren verpakking ten opzichte van december De consumptieprijs voor bier zal mogelijk nog toenemen, aangezien zowel AB Inbev (vanaf 1 maart 2012) als Alken-Maes (vanaf 12 maart 2012) en brouwerij Haacht (vanaf 16 april 2012) aankondigden dat ze hun prijzen met ongeveer 6 % verhogen omwille van de toegenomen grondstoffenprijzen, loonkosten, energie- en verpakkingskosten. Van enkele producten, werd het prijsverloop meer in detail geanalyseerd. In eerste instantie werd op basis van de GICP-gegevens bepaald welke van de elf onderliggende productgroepen van de bewerkte levensmiddelen in het eerste kwartaal 2012 bijdroegen tot het positieve inflatieverschil met de buurlanden. Het betreft de subgroepen Brood en granen (0,29 procentpunt), Suiker, jam, honing, siroop, chocolade en suikerwerk (0,31 procentpunt), Andere voedingsmiddelen (0,12 procentpunt) en Oliën en vetten (0,06 procentpunt). Vervolgens werden binnen deze vier subgroepen enkel de producten weerhouden met een gemiddelde consumptieprijsstijging die hoger lag dan de gemiddelde inflatie voor bewerkte levensmiddelen (3,5 %), en die daarenboven het meeste bijdroegen tot de inflatie: bloem, broodje, Luikse wafel, spaghetti, melkerijboter, minarine, maïsolie, kristalsuiker, viervruchtenjam, toffees, roomijs en tomatensoep. Een aantal van deze getuigen werden reeds in het jaarverslag 2011 behandeld, of zijn te heterogeen, en worden daarom niet hernomen. De analyse werd bijgevolg uitgevoerd voor vier producten, namelijk melkerijboter, minarine, maïsolie en kristalsuiker, die samen een gewicht hebben van 2,69 in de consumptiekorf (2 % van het gewicht van de bewerkte levensmiddelen). 15 Berekend als 85 % other milds (arabica) en 15 % robusta. 20

ANALYSE VAN DE PRIJZEN: DERDE KWARTAALVERSLAG 2012 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM

ANALYSE VAN DE PRIJZEN: DERDE KWARTAALVERSLAG 2012 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN: DERDE KWARTAALVERSLAG 2012 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Meer informatie: FOD Economie, K.M.O., Middenstand

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN: TWEEDE KWARTAALVERSLAG 2012 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM

ANALYSE VAN DE PRIJZEN: TWEEDE KWARTAALVERSLAG 2012 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN: TWEEDE KWARTAALVERSLAG 2012 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Meer informatie: FOD Economie, K.M.O., Middenstand

Nadere informatie

Consumptieprijsindex en inflatie in september 2012

Consumptieprijsindex en inflatie in september 2012 Consumptieprijsindex en inflatie in september 2012 1. Consumptieprijsindex Brussel, 27 september 2012 De consumptieprijsindex stijgt in september 2012 met 0,21 punt ten opzichte van vorige maand en bedraagt

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN TWEEDE KWARTAALVERSLAG 2014 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM

ANALYSE VAN DE PRIJZEN TWEEDE KWARTAALVERSLAG 2014 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN TWEEDE KWARTAALVERSLAG 2014 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Meer informatie: FOD Economie, K.M.O., Middenstand

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN JAARVERSLAG 2012 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN

ANALYSE VAN DE PRIJZEN JAARVERSLAG 2012 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN JAARVERSLAG 2012 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Meer informatie: FOD Economie, K.M.O., Middenstand en

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN DERDE KWARTAALVERSLAG 2017 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN

ANALYSE VAN DE PRIJZEN DERDE KWARTAALVERSLAG 2017 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN DERDE KWARTAALVERSLAG 2017 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Meer informatie: FOD Economie, K.M.O., Middenstand

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN DERDE KWARTAALVERSLAG 2014 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM

ANALYSE VAN DE PRIJZEN DERDE KWARTAALVERSLAG 2014 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN DERDE KWARTAALVERSLAG 2014 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Meer informatie: FOD Economie, K.M.O., Middenstand

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN JAARVERSLAG 2011 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN

ANALYSE VAN DE PRIJZEN JAARVERSLAG 2011 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN JAARVERSLAG 2011 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Meer informatie: FOD Economie, K.M.O., Middenstand en

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN DERDE KWARTAALVERSLAG 2013 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM

ANALYSE VAN DE PRIJZEN DERDE KWARTAALVERSLAG 2013 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN DERDE KWARTAALVERSLAG 2013 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Meer informatie: FOD Economie, K.M.O., Middenstand

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN TWEEDE KWARTAALVERSLAG 2013 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM

ANALYSE VAN DE PRIJZEN TWEEDE KWARTAALVERSLAG 2013 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN TWEEDE KWARTAALVERSLAG 2013 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Meer informatie: FOD Economie, K.M.O., Middenstand

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN: TWEEDE KWARTAALVERSLAG 2011 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM

ANALYSE VAN DE PRIJZEN: TWEEDE KWARTAALVERSLAG 2011 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN: TWEEDE KWARTAALVERSLAG 2011 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Voorwoord In het tweede kwartaalverslag van

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN: DERDE KWARTAALVERSLAG 2011 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM

ANALYSE VAN DE PRIJZEN: DERDE KWARTAALVERSLAG 2011 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN: DERDE KWARTAALVERSLAG 2011 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Voorwoord In dit verslag van het Prijzenobservatorium

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN EERSTE KWARTAALVERSLAG 2013 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM

ANALYSE VAN DE PRIJZEN EERSTE KWARTAALVERSLAG 2013 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN EERSTE KWARTAALVERSLAG 2013 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Meer informatie: FOD Economie, K.M.O., Middenstand

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN TWEEDE KWARTAALVERSLAG 2017 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM

ANALYSE VAN DE PRIJZEN TWEEDE KWARTAALVERSLAG 2017 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN TWEEDE KWARTAALVERSLAG 2017 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Meer informatie: FOD Economie, K.M.O., Middenstand

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 7 november 2014

PERSBERICHT Brussel, 7 november 2014 01/2010 05/2010 09/2010 01/2011 05/2011 09/2011 01/2012 05/2012 09/2012 01/2013 05/2013 09/2013 01/2014 05/2014 09/2014 Inflatie (%) PERSBERICHT Brussel, 7 november 2014 Geharmoniseerde consumptieprijsindex

Nadere informatie

Prijzenobservatorium: Historiek en werking

Prijzenobservatorium: Historiek en werking Prijzenobservatorium: Historiek en werking Seminarie FEVIA - BABM 17 september 2013 Peter Van Herreweghe Agenda 1. Prijzenobservatorium : Historiek en taken 2. Werking : Gegevens, aanpak, procedure, timing

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN: EERSTE KWARTAALVERSLAG 2011 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM

ANALYSE VAN DE PRIJZEN: EERSTE KWARTAALVERSLAG 2011 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN: EERSTE KWARTAALVERSLAG 2011 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM INLEIDING Zoals bepaald in de wet van 8 maart

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN JAARVERSLAG 2017 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN

ANALYSE VAN DE PRIJZEN JAARVERSLAG 2017 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN JAARVERSLAG 2017 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Totale inflatie in 2017 FOD Economie, K.M.O., Middenstand

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 5 december 2014

PERSBERICHT Brussel, 5 december 2014 01/2010 05/2010 09/2010 01/2011 05/2011 09/2011 01/2012 05/2012 09/2012 01/2013 05/2013 09/2013 01/2014 05/2014 09/2014 Inflatie (%) PERSBERICHT Brussel, 5 december 2014 Geharmoniseerde consumptieprijsindex

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN DERDE KWARTAALVERSLAG 2017 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN

ANALYSE VAN DE PRIJZEN DERDE KWARTAALVERSLAG 2017 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN DERDE KWARTAALVERSLAG 2017 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Meer informatie: FOD Economie, K.M.O., Middenstand

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN JAARVERSLAG 2013 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN

ANALYSE VAN DE PRIJZEN JAARVERSLAG 2013 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN JAARVERSLAG 2013 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Meer informatie: FOD Economie, K.M.O., Middenstand en

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 16 januari 2017

PERSBERICHT Brussel, 16 januari 2017 PERSBERICHT Brussel, 16 januari 2017 Geharmoniseerde consumptieprijsindex - december 2016 o De Belgische inflatie volgens de Europees geharmoniseerde consumptieprijsindex bedraagt in december 2,2% ten

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 13 mei 2015

PERSBERICHT Brussel, 13 mei 2015 01/2010 05/2010 09/2010 01/2011 05/2011 09/2011 01/2012 05/2012 09/2012 01/2013 05/2013 09/2013 01/2014 05/2014 09/2014 01/2015 Inflatie (%) PERSBERICHT Brussel, 13 mei 2015 Geharmoniseerde consumptieprijsindex

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN EERSTE KWARTAALVERSLAG 2015 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM

ANALYSE VAN DE PRIJZEN EERSTE KWARTAALVERSLAG 2015 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN EERSTE KWARTAALVERSLAG 2015 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Meer informatie: FOD Economie, K.M.O., Middenstand

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN JAARVERSLAG 2014 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN

ANALYSE VAN DE PRIJZEN JAARVERSLAG 2014 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN JAARVERSLAG 2014 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Meer informatie: FOD Economie, K.M.O., Middenstand en

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 19 januari 2016

PERSBERICHT Brussel, 19 januari 2016 01/2010 05/2010 09/2010 01/2011 05/2011 09/2011 01/2012 05/2012 09/2012 01/2013 05/2013 09/2013 01/2014 05/2014 09/2014 01/2015 05/2015 09/2015 Inflatie (%) PERSBERICHT Brussel, 19 januari 2016 Geharmoniseerde

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN EERSTE KWARTAALVERSLAG 2017 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN

ANALYSE VAN DE PRIJZEN EERSTE KWARTAALVERSLAG 2017 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN EERSTE KWARTAALVERSLAG 2017 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Meer informatie: FOD Economie, K.M.O., Middenstand

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 15 maart 2016

PERSBERICHT Brussel, 15 maart 2016 01/2010 05/2010 09/2010 01/2011 05/2011 09/2011 01/2012 05/2012 09/2012 01/2013 05/2013 09/2013 01/2014 05/2014 09/2014 01/2015 05/2015 09/2015 01/2016 Inflatie (%) PERSBERICHT Brussel, 15 maart 2016 Geharmoniseerde

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 14 januari 2015

PERSBERICHT Brussel, 14 januari 2015 PERSBERICHT Brussel, 14 januari 2015 Geharmoniseerde consumptieprijsindex - december 2014 o De Belgische inflatie volgens de Europees geharmoniseerde consumptieprijsindex daalt in december naar -0,4%,

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN JAARVERSLAG 2015 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN:

ANALYSE VAN DE PRIJZEN JAARVERSLAG 2015 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN: Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN JAARVERSLAG 2015 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN: I. TOTALE INFLATIE PRIJZENOBSERVATORIUM Meer informatie: FOD Economie, K.M.O.,

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 11 september 2015

PERSBERICHT Brussel, 11 september 2015 01/2010 05/2010 09/2010 01/2011 05/2011 09/2011 01/2012 05/2012 09/2012 01/2013 05/2013 09/2013 01/2014 05/2014 09/2014 01/2015 05/2015 Inflatie (%) PERSBERICHT Brussel, 11 september 2015 Geharmoniseerde

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 11 december 2015

PERSBERICHT Brussel, 11 december 2015 PERSBERICHT Brussel, 11 december 2015 Geharmoniseerde consumptieprijsindex - november 2015 De Belgische inflatie volgens de Europees geharmoniseerde consumptieprijsindex stijgt in november naar 1,4%, ten

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 12 november 2015

PERSBERICHT Brussel, 12 november 2015 01/2010 05/2010 09/2010 01/2011 05/2011 09/2011 01/2012 05/2012 09/2012 01/2013 05/2013 09/2013 01/2014 05/2014 09/2014 01/2015 05/2015 09/2015 Inflatie (%) PERSBERICHT Brussel, 12 november 2015 Geharmoniseerde

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 29 maart 2018

PERSBERICHT Brussel, 29 maart 2018 01/2007 07/2007 01/2008 07/2008 01/2009 07/2009 01/2010 07/2010 01/2011 07/2011 01/2012 07/2012 01/2013 07/2013 01/2014 07/2014 01/2015 07/2015 01/2016 07/2016 01/2017 07/2017 01/2018 Index (2013 = 100)

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN TWEEDE KWARTAALVERSLAG 2018 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN

ANALYSE VAN DE PRIJZEN TWEEDE KWARTAALVERSLAG 2018 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN TWEEDE KWARTAALVERSLAG 2018 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN DERDE KWARTAALVERSLAG 2016 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM

ANALYSE VAN DE PRIJZEN DERDE KWARTAALVERSLAG 2016 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN DERDE KWARTAALVERSLAG 2016 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Meer informatie: FOD Economie, K.M.O., Middenstand

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN JAARVERSLAG 2017 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN

ANALYSE VAN DE PRIJZEN JAARVERSLAG 2017 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN JAARVERSLAG 2017 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie Algemene

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN EERSTE KWARTAALVERSLAG 2014 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM

ANALYSE VAN DE PRIJZEN EERSTE KWARTAALVERSLAG 2014 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN EERSTE KWARTAALVERSLAG 2014 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Meer informatie: FOD Economie, K.M.O., Middenstand

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 14 december 2016

PERSBERICHT Brussel, 14 december 2016 PERSBERICHT Brussel, 14 december 2016 Geharmoniseerde consumptieprijsindex - november 2016 o De Belgische inflatie volgens de Europees geharmoniseerde consumptieprijsindex bedraagt in november 1,7% ten

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN JAARVERSLAG 2018 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN

ANALYSE VAN DE PRIJZEN JAARVERSLAG 2018 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN JAARVERSLAG 2018 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN Deel I. De totale inflatie in 2018 PRIJZENOBSERVATORIUM FOD Economie, K.M.O.,

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN DERDE KWARTAALVERSLAG 2015 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM

ANALYSE VAN DE PRIJZEN DERDE KWARTAALVERSLAG 2015 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN DERDE KWARTAALVERSLAG 2015 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Meer informatie: FOD Economie, K.M.O., Middenstand

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN TWEEDE KWARTAALVERSLAG 2016 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM

ANALYSE VAN DE PRIJZEN TWEEDE KWARTAALVERSLAG 2016 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN TWEEDE KWARTAALVERSLAG 2016 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Meer informatie: FOD Economie, K.M.O., Middenstand

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN EERSTE KWARTAALVERSLAG 2018 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN

ANALYSE VAN DE PRIJZEN EERSTE KWARTAALVERSLAG 2018 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN EERSTE KWARTAALVERSLAG 2018 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN DERDE KWARTAALVERSLAG 2018 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN

ANALYSE VAN DE PRIJZEN DERDE KWARTAALVERSLAG 2018 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN DERDE KWARTAALVERSLAG 2018 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 13 oktober 2016

PERSBERICHT Brussel, 13 oktober 2016 PERSBERICHT Brussel, 13 oktober 2016 Geharmoniseerde consumptieprijsindex - september 2016 o De Belgische inflatie volgens de Europees geharmoniseerde consumptieprijsindex bedraagt in september 1,8% ten

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 27 februari 2018

PERSBERICHT Brussel, 27 februari 2018 01/2007 07/2007 01/2008 07/2008 01/2009 07/2009 01/2010 07/2010 01/2011 07/2011 01/2012 07/2012 01/2013 07/2013 01/2014 07/2014 01/2015 07/2015 01/2016 07/2016 01/2017 07/2017 01/2018 Index (2013 = 100)

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 14 september 2017

PERSBERICHT Brussel, 14 september 2017 PERSBERICHT Brussel, 14 september 2017 Geharmoniseerde consumptieprijsindex - augustus 2017 o De Belgische inflatie volgens de Europees geharmoniseerde consumptieprijsindex bedraagt in augustus 2,0% ten

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN: TWEEDE KWARTAALVERSLAG 2010 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM

ANALYSE VAN DE PRIJZEN: TWEEDE KWARTAALVERSLAG 2010 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN: TWEEDE KWARTAALVERSLAG 2010 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Voorwoord Met de publicatie in augustus van

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN JAARVERSLAG 2016 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN

ANALYSE VAN DE PRIJZEN JAARVERSLAG 2016 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN Instituut voor de Nationale Rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN JAARVERSLAG 2016 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie Algemene

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN JAARVERSLAG 2018 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN

ANALYSE VAN DE PRIJZEN JAARVERSLAG 2018 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN JAARVERSLAG 2018 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie Algemene

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN JAARVERSLAG 2015 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN

ANALYSE VAN DE PRIJZEN JAARVERSLAG 2015 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN JAARVERSLAG 2015 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Meer informatie: FOD Economie, K.M.O., Middenstand en

Nadere informatie

Persbericht. Inflatie gestegen naar 1,9 procent. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Inflatie gestegen naar 1,9 procent. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB11-001 6 januari 2011 9.30 uur Inflatie gestegen naar 1,9 procent Duurdere autobrandstoffen verhogen inflatie Inflatie in 2010 gemiddeld 1,3 procent Inflatie

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN TWEEDE KWARTAALVERSLAG 2015 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM

ANALYSE VAN DE PRIJZEN TWEEDE KWARTAALVERSLAG 2015 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN TWEEDE KWARTAALVERSLAG 2015 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Meer informatie: FOD Economie, K.M.O., Middenstand

Nadere informatie

Inflatie stijgt in december naar 1,7 procent

Inflatie stijgt in december naar 1,7 procent Persbericht PB14-001 9 januari 2014 9.30 uur Inflatie stijgt in december naar 1,7 procent - Prijzen van benzine en kleding verhogen inflatie - Inflatie in 2013 gemiddeld 2,5 procent - Inflatie eurozone

Nadere informatie

Laagste inflatie sinds november 2010

Laagste inflatie sinds november 2010 Persbericht PB13-067 7 november 2013 9:30 uur Laagste inflatie sinds november 2010 - Inflatie daalt sterk naar 1,6 procent - Effect btw op inflatie uitgewerkt - Nederlandse inflatie blijft hoger dan in

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie in september 2,0 procent. Inflatie afgelopen halfjaar vrijwel stabiel

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie in september 2,0 procent. Inflatie afgelopen halfjaar vrijwel stabiel Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB03-195 30 oktober 2003 9.30 uur Inflatie in september 2,0 procent De inflatie in Nederland is in september 2003 uitgekomen op 2,0 procent. Dat is een lichte

Nadere informatie

Inflatie daalt licht naar 1,5 procent

Inflatie daalt licht naar 1,5 procent Persbericht PB13 077 5 december 2013 9:30 uur Inflatie daalt licht naar 1,5 procent Pakketreizen en voeding verlagen inflatie Benzine verhoogt inflatie Inflatie eurozone stijgt De inflatie is in november

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek

Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB10-007 11 februari 2010 9.30 uur Inflatie omlaag door gas en elektriciteit Energie ruim 17 procent goedkoper dan een jaar eerder Voeding goedkoper Nederlandse

Nadere informatie

Persbericht. Consumentenprijsindex juni

Persbericht. Consumentenprijsindex juni Persbericht PB99-176 9 juli 1999 10.30 uur Consumentenprijsindex juni De consumentenprijzen zijn tussen mei en juni met 0,4 procent gedaald. Dit blijkt uit cijfers van het CBS. Vergeleken met vorig jaar

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie daalt naar 2,4 procent

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie daalt naar 2,4 procent Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB12-029 10 mei 2012 9.30 uur Inflatie daalt naar 2,4 procent Inflatie omlaag door voeding en tabak Vakanties duurder Inflatie in Nederland nog steeds hoger

Nadere informatie

Instituut voor de nationale rekeningen

Instituut voor de nationale rekeningen Instituut voor de nationale rekeningen Analyse van de prijzen: derde kwartaalverslag 2009 van het Instituut voor de nationale rekeningen Vooruitgangstraat 50 B-1210 Brussel Ondernemingsnummer: 0314.595.348

Nadere informatie

Technische toelichting

Technische toelichting Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB00-080 7 april 2000 10.30 uur Inflatie ook in maart stabiel De inflatie is in maart 2000 uitgekomen op 1,9 procent. Dat is ongeveer even hoog als in de

Nadere informatie

CBS: Inflatie december naar laagste niveau in ruim 5 jaar

CBS: Inflatie december naar laagste niveau in ruim 5 jaar Persbericht PB15-001 8 januari 2015 9.30 uur CBS: Inflatie december naar laagste niveau in ruim 5 jaar Inflatie december daalt naar 0,7 procent Goedkopere autobrandstoffen verlagen inflatie Inflatie eurozone

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie stijgt naar 2,1 procent

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie stijgt naar 2,1 procent Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB11-034 10 mei 2011 9.30 uur Inflatie stijgt naar 2,1 procent Inflatie stijgt vooral door duurdere benzine Tabak, voedingsmiddelen en koffie ook duurder

Nadere informatie

Inflatie zakt naar 0,8 procent

Inflatie zakt naar 0,8 procent Persbericht PB14-022 10 april 2014 9.30 uur Inflatie zakt naar 0,8 procent Laagste inflatie in bijna vier jaar tijd Tabak en identiteitsbewijzen drukken inflatie Kleding goedkoper De inflatie is in maart

Nadere informatie

Persbericht. Inflatie iets lager. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Inflatie iets lager. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB10-016 4 maart 2010 9.30 uur Inflatie iets lager Kleding en brandstoffen drukken inflatie Beltarieven hoger Nederlandse inflatie blijft duidelijk onder

Nadere informatie

Inflatie daalt naar 2,8 procent

Inflatie daalt naar 2,8 procent Persbericht PB13-057 5 september 2013 9:30 uur Inflatie daalt naar 2,8 procent - Inflatie daalt van 3,1 naar 2,8 procent - Daling door benzine, kleding en buitenlandse vakanties - Inflatie eurozone gedaald

Nadere informatie

CBS: inflatie nog steeds onder de 1 procent

CBS: inflatie nog steeds onder de 1 procent Persbericht PB14-046 7 augustus 2014 9.30 uur CBS: inflatie nog steeds onder de 1 procent Inflatie in juli onveranderd laag op 0,9 procent Huren weer fors omhoog Inflatie eurozone gedaald De inflatie in

Nadere informatie

Persbericht. Dure benzine verhoogt inflatie. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Dure benzine verhoogt inflatie. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB10-026 8 april 2010 9.30 uur Dure benzine verhoogt inflatie Inflatie in maart omhoog door prijsstijging benzine Groenteprijzen stijgen door strenge winter

Nadere informatie

Persbericht. Inflatie loopt in april licht op. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Inflatie loopt in april licht op. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB00-107 12 mei 2000 10.30 uur Inflatie loopt in april licht op De inflatie is in april 2000 iets hoger uitgekomen dan in het eerste kwartaal dit jaar. Ten

Nadere informatie

Persbericht. Consumentenprijsindex maart 1999

Persbericht. Consumentenprijsindex maart 1999 Persbericht PB99-085 9 april 1999 10.30 uur Consumentenprijsindex maart 1999 In maart was de consumentenprijsindex 0,9 procent hoger dan in februari. De stijging is vooral een gevolg van de stijging van

Nadere informatie

Persbericht. Consumentenprijsindex juli 1999

Persbericht. Consumentenprijsindex juli 1999 Persbericht PB99-200 6 augustus 1999 10.30 uur Consumentenprijsindex juli 1999 In juli zijn de consumentenprijzen in Nederland gemiddeld niet veranderd. Dit blijkt uit cijfers van het CBS. Er waren wel

Nadere informatie

Persbericht. Inflatie in december gedaald. Centraal Bureau voor de Statistiek. Prijzen in december gedaald. Inflatie naar laag niveau

Persbericht. Inflatie in december gedaald. Centraal Bureau voor de Statistiek. Prijzen in december gedaald. Inflatie naar laag niveau Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB04-002 8 januari 2004 9.30 uur Inflatie in december gedaald De inflatie in Nederland is in december 2003 uitgekomen op 1,7 procent. Dit is de laagste uitkomst

Nadere informatie

CBS: inflatie stijgt licht

CBS: inflatie stijgt licht Persbericht PB14-042 10 juli 2014 9.30 uur CBS: inflatie stijgt licht Inflatie in juni 0,9 procent Kleding, vakanties en vliegtickets verhogen inflatie Verschil met eurozone kleiner De inflatie in juni

Nadere informatie

Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003

Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 niet correct zijn. Dientengevolge zijn de CPI-cijfers

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Laagste inflatie sinds 1987

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Laagste inflatie sinds 1987 Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB09-052 6 augustus 2009 9.30 uur Laagste inflatie sinds 1987 Inflatie duikt naar 0,2 procent Prijsdaling gas verlaagt inflatie met 1,0 procentpunt Huurstijging

Nadere informatie

CBS: inflatie omhoog door autobrandstoffen en vakanties

CBS: inflatie omhoog door autobrandstoffen en vakanties Persbericht PB14-029 8 mei 2014 9.30 uur CBS: inflatie omhoog door autobrandstoffen en vakanties Inflatie stijgt van 0,8 procent naar 1,2 procent Inflatie omhoog na drie maanden daling Verschil met eurozone

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie daalt, huurstijging historisch laag. Daling gasprijs sterkste in jaren

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie daalt, huurstijging historisch laag. Daling gasprijs sterkste in jaren Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB07-056 9 augustus 2007 9.30 uur Inflatie daalt, huurstijging historisch laag De inflatie is in juli 2007 gedaald naar 1,5 procent. Dat is 0,2 procentpunt

Nadere informatie

Inflatie in januari 1,4 procent Halvering in halfjaar tijd Inflatie Nederland en eurozone nagenoeg gelijk

Inflatie in januari 1,4 procent Halvering in halfjaar tijd Inflatie Nederland en eurozone nagenoeg gelijk Persbericht PB14-008 13 februari 2014 9.30 uur Inflatie daalt Inflatie in januari 1,4 procent Halvering in halfjaar tijd Inflatie Nederland en eurozone nagenoeg gelijk De inflatie is in januari 2014 gedaald

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 23 december 2015

PERSBERICHT Brussel, 23 december 2015 PERSBERICHT Brussel, 23 december 2015 Inflatie bedraagt in december 1,50% Consumptieprijsindex van december 2015 o De inflatie daalt in december van 1,52% naar 1,50%. o De gemiddelde inflatie van 2015

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN: JAARVERSLAG 2010 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN

ANALYSE VAN DE PRIJZEN: JAARVERSLAG 2010 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN: JAARVERSLAG 2010 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM 2 INLEIDING Met dit document publiceert het INR voor

Nadere informatie

CBS: Inflatie stijgt licht naar 1 procent

CBS: Inflatie stijgt licht naar 1 procent Persbericht PB14 054 4 september 2014 9.30 uur CBS: Inflatie stijgt licht naar 1 procent Prijsontwikkeling vliegtickets en kleding verhoogt inflatie Weinig impact boycot Rusland op prijzen voor consument

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie daalt in juli tot 1,1 procent. Huurstijging gemiddeld 3,1 procent

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie daalt in juli tot 1,1 procent. Huurstijging gemiddeld 3,1 procent Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB04-121 5 augustus 2004 9.30 uur Inflatie daalt in juli tot 1,1 procent De inflatie is in juli 2004 uitgekomen op 1,1 procent. Dat is 0,3 procentpunt lager

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Van dit persbericht is een herziene versie verschenen (zie persbericht PB04-036)

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Van dit persbericht is een herziene versie verschenen (zie persbericht PB04-036) Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB04-035 11 maart 2004 9.30 uur Van dit persbericht is een herziene versie verschenen (zie persbericht PB04-036) Inflatie in februari gedaald naar 1,2 procent

Nadere informatie

Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003

Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 niet correct zijn. Dientengevolge zijn de CPI-cijfers

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie weer onder 3 procent

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie weer onder 3 procent Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB08-072 6 november 2008 9.30 uur Inflatie weer onder 3 procent Inflatie lager door sterkste daling benzineprijs in dertig jaar Ook inflatie eurozone flink

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN EERSTE KWARTAALVERSLAG 2019 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN

ANALYSE VAN DE PRIJZEN EERSTE KWARTAALVERSLAG 2019 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN EERSTE KWARTAALVERSLAG 2019 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie

Nadere informatie

CBS: Inflatie weer onder de 1 procent

CBS: Inflatie weer onder de 1 procent Persbericht PB14-059 9 oktober 2014 9.30 uur CBS: Inflatie weer onder de 1 procent Inflatie in september 0,9 procent Vliegtickets verlagen inflatie Inflatie in Nederland iets lager dan in de eurozone De

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie licht omhoog naar 1,6 procent

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie licht omhoog naar 1,6 procent Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB10-064 7 oktober 2010 9.30 uur Inflatie licht omhoog naar 1,6 procent Inflatie iets omhoog door prijsontwikkeling benzine Nederlandse inflatie blijft lager

Nadere informatie

CBS: inflatie blijft laag

CBS: inflatie blijft laag Persbericht PB14 039 10 juni 2014 9.30 uur CBS: inflatie blijft laag Inflatie in mei 0,8 procent Vakanties en voedingsmiddelen goedkoper Autobrandstoffen duurder De inflatie in mei was 0,8 procent. Na

Nadere informatie

REGULERINGSCOMMISSIE VOOR ENERGIE IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

REGULERINGSCOMMISSIE VOOR ENERGIE IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST REGULERINGSCOMMISSIE VOOR ENERGIE IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST Studie (BRUGEL-STUDIE-20171208-25) Betreffende de OBERVATORIUM VAN DE PRIJZEN PROFESSIONELE KLANTEN 2009-2016-Executive summary Opgesteld

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie in december licht gestegen

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie in december licht gestegen Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB13-001 10 januari 2013 9.30 uur Inflatie in december licht gestegen Inflatie in december 2,9 procent Prijzen van voedingsmiddelen verhogen inflatie Inflatie

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 23 december 2016

PERSBERICHT Brussel, 23 december 2016 01/2007 05/2007 09/2007 01/2008 05/2008 09/2008 01/2009 05/2009 09/2009 01/2010 05/2010 09/2010 01/2011 05/2011 09/2011 01/2012 05/2012 09/2012 01/2013 05/2013 09/2013 01/2014 05/2014 09/2014 01/2015 05/2015

Nadere informatie

Persbericht. Inflatie opnieuw hoger. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Inflatie opnieuw hoger. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB09-078 3 december 2009 9.30 uur Inflatie opnieuw hoger Benzineprijs verhoogt inflatie in november Inflatie in Nederland en eurozone nu vrijwel gelijk De

Nadere informatie

Persbericht. Inflatie hoger door duurdere kleding. Centraal Bureau voor de Statistiek. Technische toelichting. Zomercollectie kleren duurder

Persbericht. Inflatie hoger door duurdere kleding. Centraal Bureau voor de Statistiek. Technische toelichting. Zomercollectie kleren duurder Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB07-027 5 april 2007 9.30 uur Inflatie hoger door duurdere kleding De inflatie is in maart 2007 uitgekomen op 1,8 procent. Dat is 0,3 procentpunt hoger dan

Nadere informatie

Persbericht. Inflatie in 1999 is 2,2 procent. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Inflatie in 1999 is 2,2 procent. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB00-008 14 januari 2000 10.30 uur Inflatie in 1999 is 2,2 procent In 1999 lagen de prijzen voor consumenten gemiddeld 2,2 procent hoger dan in 1998. Dit

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie lager in december

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie lager in december Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB12-001 5 januari 2012 9.30 uur Inflatie lager in december Inflatie in december omlaag naar 2,4 procent Benzineprijzen en beltarieven verlagen inflatie Inflatie

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Prijzen in januari iets hoger dan in december. Daling van inflatie kent meerdere oorzaken

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Prijzen in januari iets hoger dan in december. Daling van inflatie kent meerdere oorzaken Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB04-016 5 februari 2004 9.30 uur Inflatie in januari gedaald naar 1,4 procent De inflatie in Nederland is in januari 2004 uitgekomen op 1,4 procent. Dit

Nadere informatie

Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003

Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 niet correct zijn. Dientengevolge zijn de CPI-cijfers

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN JAARVERSLAG 2015 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN:

ANALYSE VAN DE PRIJZEN JAARVERSLAG 2015 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN: Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN JAARVERSLAG 2015 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN: II. ONDERLIGGENDE INFLATIE: EEN AANHOUDEND VERSCHIL TEN NADELE VAN BELGIË

Nadere informatie