Handhavingsbeleidsplan

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Handhavingsbeleidsplan"

Transcriptie

1 Handhavingsbeleidsplan 1. Inleiding 1.1 Aanleiding Artikel 8a van de Wet werk en bijstand (WWB) luidt: De gemeenteraad stelt in het kader van het financiële beheer bij verordening regels voor de bestrijding van het ten onrechte ontvangen van bijstand alsmede van misbruik en oneigenlijk gebruik van de wet. Aan deze verplichting is op 15 december 2004 voldaan door de vaststelling van de Handhavingsverordening WWB. In artikel 2 van de Handhavingsverordening WWB wordt bepaald dat het college een Handhavingsbeleidsplan vaststelt; dat in dit plan regels worden gesteld ten aanzien van de voorkoming en de bestrijding van misbruik en oneigenlijk gebruik van de wet; dat dit plan tevens regels bevat over de voorlichting aan klanten over hun rechten en plichten (het handhavingscommunicatieplan), de consequenties van misbruik en oneigenlijk gebruik van de wet, de wijze van controle bij de aanvraag en voortzetting van de bijstand en de opsporing. In het thans voor u liggende Handhavingsbeleidsplan wordt uitwerking gegeven aan artikel 2 van de Handhavingsverordening WWB. 1.2 Ontwikkeling in handhaving Sinds 1998 is de bestrijding van fraude in de sociale zekerheid één van de belangrijkste doelstellingen van de opvolgende kabinetten. In de successievelijke bijstandswetten (ABW, Abw en WWB) heeft handhaving een steeds sterker accent gekregen. De gemeentelijke uitvoeringspraktijk volgde deze trend. Toch is het goed stil te staan bij de gedachte dat handhaving geen op zichzelf staand doel is, maar een middel om te zorgen dat de juiste uitkering bij de juiste mensen komt. Het is een integraal onderdeel van het uitvoeringsproces gericht op evenwicht tussen rechten en plichten. De Wet werk en bijstand koppelt reïntegratie en handhaving uitdrukkelijk aan elkaar. Rechten en plichten zijn twee kanten van één medaille: het recht op een uitkering is altijd verbonden aan de plicht zich in te zetten om weer onafhankelijk van de uitkering te worden. Dit betekent dat de vaststelling van de uitkering niet alleen afhangt van de toepasselijke uitkeringsnorm en de beschikbare middelen van de belanghebbende, maar ook van de mate waarin de opgelegde verplichtingen worden nagekomen. Als uitwerking van het regeerakkoord heeft de toenmalige minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid het project Kwaliteitsverbetering Fraudebestrijding geïnitieerd. Een uitvloeisel daarvan is het project Hoogwaardige Handhaving. In 2003 heeft de cluster Sociale Zaken al een aanzet gegeven tot een nieuw handhavingsbeleid. Daarbij is gezocht naar nieuwe methoden die extra rendement opleveren. Aansluiting werd gevonden bij het landelijk ontwikkelde concept "hoogwaardig handhaven". Dit project, waarmee het college op 26 augustus 2003 heeft ingestemd, loopt tot 2006 en is richtinggevend voor het te formuleren handhavingsbeleid. 1.3 Het concept hoogwaardige handhaving Het hoogwaardige handhavingsbeleid is erop gericht de bereidheid tot naleving van de Wet werk en bijstand, de Ioaw en de Ioaz door de klanten te verhogen door maatregelen op het gebied van voorlichting, controle, dienstverlening en afdoening. Hoogwaardige Handhaving stoelt op de gedachte dat het gelijktijdig doorvoeren van zowel preventieve als repressieve aanpassingen in de uitvoering leidt tot verbeterde handhaving. Het wordt geacht te leiden tot een toename van het aantal klanten dat bereid is de regelgeving na te leven. 1

2 Tijdens de looptijd van het project is/wordt in de bedrijfsvoering van de cluster Sociale Zaken een aantal ingrijpende veranderingen doorgevoerd, welke zijn gericht op: 1. het beter en vroegtijdig informeren van klanten, waardoor zij een correct beeld krijgen van hun rechten en verplichtingen en daardoor een meer realistisch verwachtingspatroon; 2. het bevorderen van de acceptatie van wet- en regelgeving en de daarmee samenhangende controle door optimalisering van de dienstverlening en het wegnemen van onnodige belemmeringen; 3. de vroegtijdige detectie en afhandeling van fraudesignalen volgens het principe van controle op maat, waardoor de klanten ervaren dat er een hoge pakkans bestaat; 4. een daadwerkelijke, zowel proportionele als afschrikwekkende, sanctionering in het geval van geconstateerde fraude. Een eerste belangrijke stap op weg naar hoogwaardige handhaving is het formuleren van een visie (hoofdstuk 2), die wordt vertaald in concreet en meetbaar beleid (hoofdstuk 3). Vervolgens komt in hoofdstuk 4 het terugvorderingsbeleid beknopt aan de orde. In de bijlagen vindt u tenslotte de nadere uitwerking van de volgende onderwerpen: Bijlage 1 Verplichtingen WWB Bijlage 2 Handhavingscommunicatieplan Bijlage 3 Communicatieprogramma Bijlage 4 Controleplan Bijlage 5 Beleidsregels terugvordering Bijlage 6 Beleidsregels verhaal 2

3 2. Handhaving: definitie, doel, ambities en visie 2.1 Definitie handhaving Onder handhaving verstaan wij alle activiteiten van de overheid gericht op het doen naleven van weten regelgeving ter bevordering van het juist benutten en toepassen van wetten en regelingen in overeenstemming met hun doel en strekking. In de sociale zekerheid is handhaving gericht op de naleving van (meestal) uitkeringsregels. Handhaving staat daarom voor alle bewust ondernomen activiteiten, die erop gericht zijn de naleving van wet- en regelgeving te bevorderen. Het gaat daarbij om zowel repressieve als preventieve activiteiten en controle als verbindende schakel daartussen Het preventieve handhavingsbeleid Het preventieve handhavingsbeleid richt zich op het voorkomen van misbruik en oneigenlijk gebruik, op kennis van regels (door voorlichting) en alles wat bijdraagt aan de bereidheid tot naleving van regels. Preventie is belangrijk vanaf de poort, omdat daar het recht op en de hoogte van de uitkering wordt bepaald en informatie aan de klant wordt verstrekt over diens rechten en plichten Het repressieve handhavingsbeleid Het repressieve handhavingsbeleid richt zich primair op het sanctioneren van misbruik en oneigenlijk gebruik en de terugvordering van ten onrechte uitbetaalde bedragen. Om na te gaan of de klant zich aan de regels houdt, moet er controle plaatsvinden. Controle is van belang vanaf de aanvraag tot en met beëindiging van een uitkering. Controleren kan op verschillende wijzen. In een apart controleplan zullen wij de controleaspecten verder uitwerken. Zie bijlage Doel handhaving Het doel van handhaving in de sociale zekerheid is de bevordering van de nalevingsbereidheid van de regelgeving door uitkeringsgerechtigden en het bewerkstelligen dat de juiste uitkering aan de juiste persoon wordt verstrekt. Hiermee kan de solidariteit voor het verstrekken van uitkeringen aan mensen die daar echt recht op hebben, behouden worden. Handhaving zorgt voor draagvlak van de sociale zekerheid. 2.3 Ambities handhaving De gemeente heeft een belangrijke maatschappelijke functie en verantwoordelijkheid inzake de uitvoering van de wettelijke sociale zekerheid, die gefinancierd wordt uit de collectieve publieke middelen. De gemeente hecht grote waarde aan het afleggen van verantwoording over de besteding van de publieke middelen. Haar maatschappelijke betrokkenheid en verantwoordelijkheid worden onder meer tot uitdrukking gebracht in een actieve en een open communicatie over de uitvoering van en het voorkomen van aanspraken op sociale uitkeringen en voorzieningen, alsmede de reïntegratie van uitkeringsgerechtigden. Haar ambities op het terrein van handhaving zijn: a. Rechtmatige uitkeringen Als het noodzakelijk is om een uitkering te verstrekken, moet dit op rechtmatige wijze geschieden. Alleen mensen die er recht op hebben, moeten een uitkering ontvangen. b. Minder bijstandsfraude Vermindering van sociale zekerheidsfraude is de tweede belangrijke doelstelling. Hoewel niet objectief is vast te stellen hoe vaak er gefraudeerd wordt, is wel duidelijk dat elke frauderende klant er één te veel is. Bovendien frustreren fraudeurs niet alleen de uitstroom uit de bijstand en daarmee ook een verlaging van de uitkeringslasten, maar tasten zij de collectieve bereidheid tot uitkeringsverstrekking aan. 3

4 c. Grotere mate van bereidheid tot naleving van de wet Het streven is erop gericht de klanten te stimuleren de voor de uitkering noodzakelijke gegevens zoveel mogelijk uit zichzelf te verstrekken. d. Geen "onnodige" strafrechtszaken Vermeden moet worden dat klanten door het creëren van fraudemogelijkheden door de gemeente in het strafrechtelijke circuit terechtkomen. Als de gemeente onvoldoende informeert en/of onvoldoende controleert, verhoogt zij de vermijdbare kans op misbruik en oneigenlijk gebruik. e. Optimale handhaafbaarheid Om misbruik effectief te voorkomen of te bestrijden, moet de wet- en regelgeving natuurlijk zo handhaafbaar mogelijk zijn. Ook de uitvoering moet zodanig worden georganiseerd dat er optimaal grip ontstaat op de efficiëntie, de effectiviteit en de fraudebeheersing. f. Maatschappelijk draagvlak De gemeente moet laten zien dat alleen zij die recht hebben op een uitkering deze ook daadwerkelijk kunnen krijgen. Hiermee voorkomt zij dat het draagvlak voor de sociale zekerheid afbrokkelt en voorkomt zij stigmatisering van uitkeringsgerechtigden. 2.4 Visie op handhaving: het concept hoogwaardig handhaven Om de hiervoor genoemde ambitie waar te maken, hanteert de gemeente Best het concept hoogwaardig handhaven. In deze visie is de vormgeving van het handhavingsbeleid samengesteld uit zowel preventieve als repressieve elementen. De preventieve visie-elementen gericht op voorkoming van fraude zijn vroegtijdig informeren en het optimaliseren van de dienstverlening. De repressieve visie-elementen gericht op aanpak van fraude zijn de vroegtijdige detectie plus afhandeling en een adequate sanctionering. Deze vier visie-elementen werken wij hieronder en in paragraaf 3 verder uit. Visie-elementen gericht op voorkoming van fraude (preventie): 1. Vroegtijdig informeren Het vroegtijdig informeren van de klant is een belangrijk visie-element. Voorkomen moet worden dat onwetendheid tot fraude leidt of dat mensen ongewenst gedrag gaan vertonen door verkeerde verwachtingen. Elke klant moet daarom zo goed mogelijk worden geïnformeerd over de voor hem of haar geldende rechten en plichten. Juiste en tijdige informatie is een noodzakelijke voorwaarde voor een transparante en klantgerichte uitvoeringspraktijk. 2. Optimaliseren dienstverlening Voor het optimaliseren van de dienstverlening is het noodzakelijk inzicht te krijgen in de positieve en negatieve ervaringen van de klanten met de dienstverlening van de gemeente. Met het uitvoeren van klanttevredenheidsonderzoeken kunnen de zwakke plekken aangepakt worden en kunnen verbeteringen worden aangebracht in het dienstverleningsconcept. Als aanvullend onderdeel van de klanttevredenheidsonderzoeken worden klantenpanels geraadpleegd. Hierbij is het vergroten van het mogelijke gemak voor de klant en het wegnemen van organisatorische belemmeringen van belang. Door het gemak voor de klant te vergroten wordt draagvlak gecreëerd. Drempels die onnodig irritaties oproepen, zoals een bepaalde vraag of benaderingswijze en het zich niet houden aan afspraken, verkleinen de bereidheid tot naleving. Visie-elementen gericht op aanpak van fraude (repressie): 3. Vroegtijdige detectie en afhandeling Gestreefd wordt naar een effectieve en efficiënte controle. Dat betekent dat er tijdig fraudedetectie zal plaatsvinden met een zo efficiënt mogelijke inzet van middelen. Snelle detectie en snelle afhandeling van de fraude(signalen) moeten ertoe bijdragen dat de burger ervaart dat fraude niet loont, omdat de pakkans hoog is. 4. Daadwerkelijke sanctionering in geval van geconstateerde fraude In het kader van de Wet werk en bijstand heeft de gemeente een nieuw sanctiebeleid geformuleerd, dat aanzienlijk strengere sancties kent dan het systeem dat onder de Algemene bijstandwet gold. Daarbij hanteert de gemeente Best een lik-opstukbeleid. De klant moet de sanctie voelen en zien als een consequentie van zijn gedrag. 4

5 De ambitie van de cluster Sociale Zaken is om samenhang te creëren tussen deze vier onderdelen door deze zo te positioneren en te implementeren dat onderlinge versterking plaatsvindt. Het gaat in het bijzonder om het realiseren van een balans tussen preventie en repressie. De preventieve elementen starten al bij het CWI. De gemeente Best wil het CWI betrekken bij de uitwerking en uitvoering van hoogwaardige handhaving. Maar ook het vervolgtraject van de keten, de sociale recherche, de reïntegratiebedrijven en in mindere mate de UWV s moeten worden betrokken bij de uitwerking. Samenhang visie-elementen hoogwaardige handhaving Vroegtijdige detectie/afhandeling Vroegtijdig informeren Draagvlak Preventie: Draagvlak Visie creëren Repressie: benutten Optimaliseren dienstverlening Daadwerkelijk sanctioneren 5

6 3. Het handhavingsbeleid Wat willen we met (hoogwaardig) handhaven bereiken? Welke effecten beogen wij? Welke acties zetten we daartoe in? En hoe evalueren we vervolgens of we op de goede weg zitten? Deze vragen staan centraal in deze paragraaf, waarbij we de vier visie-elementen van hoogwaardig handhaven als kapstok gebruiken. 3.1 Vroegtijdig informeren: aanpak, beoogde effecten en evaluatie Aanpak Door aandacht voor in- en externe voorlichting en communicatie over rechten, plichten en handhaving wil de gemeente dat (potentiële) klanten goed op de hoogte zijn van hun rechten en plichten en van de gevolgen van het niet naleven van regels en afspraken. Als klanten weten wat hun rechten en plichten zijn, kunnen zij deze ook makkelijker naleven (kenbaarheidsvereiste). De voorlichting aan klanten is tevens van belang als legitimatie voor een repressieve aanpak bij handhaving. Elke klant moet op een op de doelgroep toegesneden wijze en zo vroeg mogelijk worden geïnformeerd over zijn rechten en plichten en de controle daarop. Dit vraagt om een informatie-opmaat-aanpak van de cluster Sociale Zaken. Medewerkers van de cluster Sociale Zaken en de ketenpartners vervullen bij het vroegtijdig informeren een belangrijke rol. Zij moeten in hun gesprekken met de klanten allemaal dezelfde boodschap uitdragen. Hierdoor moeten de normen en waarden bekend worden. De cluster Sociale Zaken zal aan de klant eenduidige en heldere informatie verschaffen over diens rechten en plichten. Zo worden bij het eerste gesprek (het dienstverleningsgesprek) de klanten voorgelicht over hun rechten, plichten en over de controlemethodieken van de gemeente. Bij heronderzoeken zal dit onderwerp wederom aan de orde komen. Een goede aanleiding hiervoor is het uitreiken van de infomap. In het dienstverleningsgesprek komen aan de orde (voor zover van toepassing): kennismaking (waaronder uitleg over de rol van klantmanager) rechten en plichten (sollicitatieplicht, enz) niet houden aan verplichtingen (maatregelen, terugvordering) trajectplan (activeringsafspraken, sollicitatieactiviteiten, trajectbegeleiding, reïntegratiebedrijven) infomap (uitleg over gebruik en doel van de map) Verder zullen de klanten consequent geattendeerd worden op mogelijke voorzieningen, door tijdens elk onderzoek het gebruik van (voorliggende) voorzieningen aan de orde te stellen. De cluster Sociale Zaken heeft inmiddels de infomap als voorlichtingsinstrument geïntroduceerd om de klant te informeren over diens plichten en over datgene dat de klant van de cluster mag verwachten. De map bevat op rubriek gesorteerde informatie over de belangrijkste onderwerpen, zoals rechten en plichten, maatregelen, voorzieningen en belangrijke adressen. Nieuwe klanten krijgen de map uitgereikt bij het dienstverleningsgesprek. Ook de reeds langer in de uitkering zittende klanten hebben de map gekregen. Er is een concreet uitgewerkt handhavingscommunicatieplan ontwikkeld voor zowel de interne als de externe communicatie (Zie bijlage 2). Het onderhouden en de uitvoering van dit plan geschiedt door de werkgroep Communicatie Beoogde effecten het voorkomen van onwetende overtreders; het creëren van een juist verwachtingspatroon; de klanten zijn geïnformeerd over hun rechten en plichten, over de wijze van controle en de gevolgen van het niet naleven regels en verplichtingen; de effectieve samenwerking tussen de ketenpartners, die allen dezelfde boodschap communiceren. 6

7 3.1.3 Evaluatie Door middel van periodieke klanttevredenheidsonderzoeken en het polsen van klantpanels zal worden nagegaan of de klanten goed op de hoogte zijn van hun rechten en plichten en van onze aanpak. Tevens zal worden nagegaan hoe ze de verstrekte informatie, werkwijze en aanpak (inclusief instrumenten) waarderen. Periodiek zullen documentanalyses plaatsvinden om producten op actualiteit te controleren. Hiermee wordt de kwaliteitsmedewerker belast. Periodiek zal de samenwerking met het CWI worden geëvalueerd. 3.2 Optimaliseren dienstverlening: aanpak, beoogde effecten en evaluatie Aanpak Wat betreft de dienstverlening op maat zal de cluster Sociale Zaken de dienstverlening optimaliseren door de werkprocessen en het managementinformatiesysteem (inclusief meetinstrumentarium) nader in te richten op de gewenste bedrijfsvoering en handhavingspraktijk Zie o.a. de gedeeltelijke afschaffing van het rofje in de volgende alinea). Voorts zal naast de klanttevredenheidsonderzoeken kwaliteitsmeting via klantenpanels worden ingevoerd, waarin een panel van klanten op een systematische manier wordt geïnterviewd over de kwaliteit van alle aspecten van de dienstverlening. In de infomap wordt aangegeven wat de klant van ons mag verwachten. Het rechtmatigheidsonderzoeksformulier (rofje) Voor de vaststelling van het recht op bijstand wordt, voorafgaande aan de maandelijkse betalingen, nagegaan of er wijzigingen zijn, die relevant zijn voor het recht op en de hoogte van de bijstand. Dit gebeurt door middel van het invullen van een rechtmatigheidsonderzoeksformulier door de klant. De vragen hebben betrekking op: de verblijfplaats van de uitkeringsgerechtigde, de leefsituatie, het inkomen en het vermogen, de aanvang van een opleiding en (vrijwilligers-)werk en de ondernomen activiteiten om aan het werk te komen. Klanten vinden het vaak een vorm van "klantje-pesten" om iedere maand weer het formulier in te vullen. Veranderingen zijn immers sporadisch. De vraag rijst of het noodzakelijk is het rofje te handhaven. Wij achten dit niet noodzakelijk. Immers nu de Algemene bijstandwet is afgeschaft, is tevens het voorschrift vervallen om maandelijks een rofje in te leveren en bovendien zijn er efficiëntere methoden om het recht op uitkering te kunnen bewaken. In een aantal pilotgemeenten is al geëxperimenteerd met het afschaffen van het rofje voor bepaalde klantgroepen. Aldaar hoeven alleen wijzigingen in de persoonlijke situatie van de klant op een mutatieformulier te worden doorgegeven. Eenmaal per half jaar wordt een statusformulier naar de klant gestuurd, dat hij moet nakijken en ondertekend moet terugsturen. Op die manier worden alle gegevens regelmatig gecontroleerd. Klanten met inkomsten worden hiervan uitgezonderd. Zij moeten wel maandelijks een rofje inleveren, omdat hun inkomensgegevens nodig zijn om de uitkering op de juiste hoogte vast te stellen. Door de koppeling met het Inlichtingenbureau wordt voorkomen, dat er grote terugvorderingen ontstaan, omdat de klant vergeten is om op het mutatieformulier te melden, dat hij inkomsten heeft verworven. Vanuit de gemeentelijke basisadministratie (gba) worden signalen verkregen die betrekking hebben op de leefsituatie en het verblijfadres van de uitkeringsgerechtigde. Hierdoor wordt voorkomen dat gedurende lange tijd ten onrechte uitkering wordt verstrekt of dat een hoger bedrag wordt betaald, dan waar de klant recht op heeft. Motieven voor deze nieuwe manier van werken zijn dat het klantvriendelijker is, dat de klantgegevens d.m.v. het statusformulier binnen een redelijke termijn bij de klant worden gecontroleerd, dat vanuit andere bronnen op redelijk korte termijn informatie beschikbaar komt en dat het tijdbesparend kan werken voor de afdeling Financiële administratie. 7

8 Reïntegratieklanten De WWB wil bevorderen dat klanten zo snel mogelijk aan het werk gaan. Daarom is het van belang dat de gemeente goed zicht blijft houden op de activiteiten die de klant onderneemt om dit te bereiken. Dit kan door de klant periodiek te bevragen over zijn activiteiten richting arbeidsinpassing. De verplichting om een rofje in te vullen voegt hier niets aan toe. Klanten met inkomsten uit arbeid Voor klanten met inkomsten uit arbeid beneden de bijstandsnorm, geldt dat het noodzakelijk blijft om hen maandelijks te bevragen over de hoogte van hun inkomsten en, voor zover noodzakelijk, hun inspanningen om méér inkomsten te verwerven. Dit is nodig om de hoogte van hun aanvullende bijstand te kunnen berekenen. Klanten met inkomsten uit WAO of AOW Deze inkomsten wijzigen slechts een of twee maal per jaar, zodat voor hen kan worden volstaan met status- en mutatieformulieren. Conclusie: alleen voor de klanten met arbeidsinkomsten moet het rofje worden gehandhaafd Beoogde effecten een goede communicatie (mondeling, schriftelijk en telefonisch), duidelijke informatie, formulieren waarvan het doel duidelijk is en die goed invulbaar zijn, afstemming op doelgroepen (maatwerk) goede telefonische bereikbaarheid; de drempels en belemmeringen in werkprocessen wegnemen voor de klant. Bijvoorbeeld: voorkomen dat informatie twee keer wordt gevraagd of dat onnodige informatie wordt gevraagd; gestroomlijnde informatievoorziening en gegevensuitwisseling, intern en met ketenpartners; klantvriendelijke dienstverlening (aandacht voor bejegening van de klant) en klantgerichte dienstverlening (oog voor de kaders waarbinnen we opereren); werkprocessen gecheckt op fraudegevoeligheid. Bijvoorbeeld: informatie over inkomen uit werk via bestandsvergelijkingen is betrouwbaarder dan via vragen aan de klant; effectieve samenwerking met ketenpartners in de optimalisering van de dienstverlening Evaluatie via klanttevredenheidsonderzoek en (keten)partnertevredenheidsonderzoek: periodiek nagaan waar klanten en ketenpartners drempels ervaren, hoe tevreden men is over de (kwaliteit van de) dienstverlening en welke verbeteringen men wenselijk acht. 3.3 Vroegtijdige detectie en afhandeling: aanpak, beoogde effecten en evaluatie Aanpak De thans gehanteerde systematiek van heronderzoeken en inkomstenverklaringen (rofjes) wordt vervangen door een efficiëntere en effectievere controlesystematiek. Deze zal bestaan uit een scala van instrumenten, zoals gesprekken met de klant, waar nodig huisbezoeken, de invoering van signaal- en risicosturing, themaonderzoeken (o.a. om in te spelen op actuele zaken), het gebruik van zgn. status- in combinatie met wijzigingsformulieren en door samenwerking met andere organisaties. We willen in minder tijd méér fraude detecteren. Daarbij hebben we behoefte aan heldere criteria voor de beoordeling en validatie van fraudesignalen, standaardisering in de aanpak van controle en opsporing waar dit mogelijk is en goed zicht op gemaakte afspraken voor de handhaving ervan. Ondersteuning door geautomatiseerde werkprocessen is hierbij van belang om relevante signalen te herkennen en aan anderen in de keten door te kunnen geven. Signaalsturing houdt in dat de intensiteit van de controle afhankelijk is van de signalen. Uit de gesprekken (intake, activering en zorg), externe bronnen (Inlichtingenbureau, CWI, GBA, SUWI-inkijk enz.) en de gegevens/documenten die de klant verschaft, kunnen signalen naar voren komen. 8

9 In een fraudekompas wordt opgenomen welke signalen er zijn en hoe daarmee wordt omgegaan. De signalen kunnen aanleiding geven om de klant in de gelegenheid te stellen zelf het signaal te weerleggen door het geven van argumenten, gegevens of documenten. Indien de weerlegging voldoende is, vindt decharge plaats. Is de weerlegging onvoldoende, dan gaat het signaal van groen (reguliere controle) naar oranje (intensieve controle). In het dan plaatsvindende intensievere controletraject (oranje traject) worden andere bronnen geraadpleegd en worden zonodig huisbezoeken afgelegd. Voor de wijze waarop een dergelijk onderzoek en de rapportage daarvan plaatsvindt, zijn protocollen ontwikkeld. Als uit het intensievere onderzoek blijkt dat er niets aan de hand is, vindt decharge plaats. In het andere geval kan een maatregel volgen. Is de zaak te complex of komt het schadebedrag boven de norm ( 6000,00 of 3000,00 bij recidive) dan wordt de sociale recherche ingezet (het rode traject). Risicosturing Bij risicosturing gaat het om het principe: hoe meer risico, hoe meer controle. De verwachting is dat er dan uiteindelijk minder benadeling plaatsvindt door vroegtijdige opsporing en door het afschrikkingseffect hiervan. Extra controles kunnen worden uitgevoerd op basis van bepaalde risicoomstandigheden. Door juist in deze situaties intensiever te controleren, wordt de pakkans vergroot. Wat betreft de controle op maat zal de gemeente Best risicosituaties benoemen waarbij een verhoogd risico van fraude verondersteld wordt. Voorbeelden van mogelijke risicosituaties vindt u in het schema hieronder. Omstandigheden die passen in een risicoprofiel worden extra gecontroleerd (het oranje traject). Het gehele systeem zal worden vastgelegd in een controleplan. Tot slot hebben de medewerkers een training fraudealertheid gevolgd. Door alert te zijn op mogelijke fraude kan in een vroeg stadium actie worden ondernomen. Schema: Voorbeeld van enkelvoudige profielen Woonfraude kamerbewoning dak- en thuislozensituaties alleenstaand ouderschap (met gezinsuitbreiding) scheiding verlating kostgangerschap meerdere uitkeringen op één adres, er zijn financieel afhankelijke kinderen relatief veel verhuizingen postadressen Inkomstenfraude groep met bijverdiensten risicoberoepen (horeca, autohandel, bouw, glazenwassers) voorheen werkzaam geweest in risicobranche ex-zelfstandigen onduidelijkheden over (inkomsten uit) beroep ongevoeligheid voor inkomenssancties afspraken niet of slecht nakomen of traject afbreken geringe sollicitatieactiviteiten Vermogensfraude ex-zelfstandigen 9

10 Algemeen eerder fraude geconstateerd agressief gedrag veel beperkingen opwerpen schuldensituaties Beoogde effecten vroegtijdig voorkomen van ten onrechte te verstrekken uitkeringen; klantdossiers bevatten de voor fraude relevante (historische) informatie; voorkomen dat klanten onnodig in een straftraject terecht komen; voorkomen van langdurige terugvorderingstrajecten; op langere termijn: verlaging van gemiddeld terug te vorderen bedragen; fraudealerte medewerkers bij de cluster Sociale Zaken en ketenpartners; gestroomlijnde informatie- en gegevensvoorziening en uitwisseling voor detectie van fraude; effectieve samenwerking met ketenpartners en andere handhavingsorganisaties Evaluatie Door middel van klanttevredenheidsonderzoeken zal periodiek worden nagegaan hoe de klanten de controle (en de pakkans) ervaren. Periodieke analyse en evaluatie van de klantendossiers, de frauderegistratie, de frauderesultaten, enz.; Periodieke evaluatie en bijstelling van risicoprofielen. 3.4 Daadwerkelijke sanctionering in geval van geconstateerde fraude Aanpak Wie fraudeert, moet worden gestraft. Twijfelaars en regelvolgzamen moeten niet aangemoedigd worden om over de schreef te gaan. Sancties moeten een afschrikkingseffect hebben. Zij moeten ook preventief werken. Om deze redenen is in- en externe communicatie over onze aanpak en over de hoogte van de sancties van belang. Wij willen een herkenbaar "lik op stuk"-beleid voeren. Inmiddels is een nieuw sanctiebeleid geformuleerd, dat aanzienlijk strengere sancties kent dan het systeem dat onder de Algemene bijstandwet gold. Ook de Boeteverordening Wet inburgering nieuwkomers kent hogere sancties dan voorheen. De klant moet de sanctie voelen en zien als een consequentie van zijn gedrag. Terugvordering is het sluitstuk van een effectief handhavingsbeleid. Bij geconstateerde fraude wordt een haalbaar incassotraject ingezet voor terugvordering. Het aantal af te schrijven terugvorderingen zal tot een minimum beperkt moeten worden. Er zullen voorstellen gedaan worden over een systematischer uitvoering van het invorderingsbeleid Beoogde effecten fraudeurs worden gestraft; onterecht verstrekte uitkeringen worden teruggevorderd; haalbare incassotrajecten; voorkomen van fraude. Het preventieve effect zal echter moeilijk meetbaar zijn; effectieve samenwerking met andere organisaties (o.a. het OM) Evaluatie Door middel van klanttevredenheidsonderzoeken wordt periodiek nagegaan hoe klanten de sancties ervaren. Periodieke evaluatie van de frauderegistratie; 10

11 Periodieke evaluatie van de terugvorderings- en incassotrajecten. 3.5 Handhaving en samenwerking met de ketenpartners De cluster Sociale Zaken is bij de instroom en de reïntegratie van haar klanten afhankelijk van haar ketenpartners, zoals de CWI, het UWV, de reïntegratiebedrijven, de scholingsinstituten, enz. Vooral in langdurige trajecten, waarbij diverse partijen zijn betrokken, is het van belang dat alle aspecten van het hoogwaardig handhaven blijvend aandacht krijgen, ook van de ketenpartners. Het gaat daarbij om vragen als: Is de klant voldoende op de hoogte van zijn (rechten én) verplichtingen? Is de dienstverlening aan de klant optimaal, door onszelf en door de ketenpartners? Of werpen we onnodige drempels op voor een maximale inspanning voor reïntegratie en uitstroom? Bijvoorbeeld: geven we allemaal duidelijk aan wat we van de klant verwachten en wat de klant van ons en de ketenpartners mag verwachten? Maken we heldere afspraken? Communiceren we duidelijk en voldoende? Vragen we niet allemaal steeds hetzelfde? Komt de klant wettelijke verplichtingen en aanvullende afspraken na? Hoe controleren we dat? Welke normen hanteren we daarbij? En wat doen we als we vinden dat de klant dat onvoldoende doet? Wie komt er dan in actie? Zijn de door de klant verstrekte gegevens nog steeds actueel (volledig en juist)? Of is er wat gewijzigd in de woon- en leefomstandigheden van de klant die (mogelijk) van invloed zijn op de (hoogte van de) uitkering? Wie is hier alert op? Waar moet aanvullende informatie heen? Wat te doen met eventuele signalen die op fraude zouden kunnen duiden? Om het hoogwaardig handhaven in de keten voldoende aandacht te geven, moet voor de gehele keten een eenduidig handhavingsinstrumentarium worden ontwikkeld. Dit is niet eenvoudig en daar komt bij dat de belangen en de cultuur van de cluster Sociale Zaken en de betrokken ketenpartners niet altijd parallel lopen. De cluster Sociale Zaken zal hierover met haar ketenpartners moeten overleggen en hieraan aandacht moeten besteden bij het afsluiten van contracten. 3.6 Handhaving en samenwerking met andere instanties Bij de verificatie van gegevens en de opsporing en vervolging van fraude werkt de cluster Sociale Zaken intensief samen met diverse gegevensleveranciers en andere organisaties met een handhavingstaak. Dit vereist coördinatie en afstemming. Voorbeelden: het Openbaar Ministerie, i.v.m. sancties en detenties; politie, i.v.m. detenties, agressie en overleg in incidentele gevallen; de Belastingdienst, i.v.m. signalen via het Inlichtingenbureau; de Informatie Beheer Groep, i.v.m. uitwisseling studie(financierings)gegevens; Ministerie van VROM, i.v.m. huursubsidies en uitwisseling gegevens; het Internationaal Bureau Fraude, i.v.m. informatie uit buitenland; de Arbeidsinspectie, i.v.m. opsporing zwart werk; Regionaal Interventieteam en SIOD, i.v.m. opsporing complexe en grootschalige fraudezaken; de Rijksdienst voor het Wegverkeer i.v.m. uitwisseling gegevens; verhuurders, i.v.m. overleg en gegevensuitwisseling; andere sociale diensten, i.v.m. informatie over uitkeringen elders, in verleden of toekomst 3.7 Verantwoording Verantwoording aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid De gemeente dient zich tegenover de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) te verantwoorden over de (rechtmatige) uitvoering van de WWB aan de hand van een door de Minister vastgesteld model, het "Verslag over de uitvoering WWB" (Vodu). Een belangrijk onderdeel van het Vodu is de zgn. Bestuurlijke mededeling 1 van het college, waarin het college een oordeel moet geven over de rechtmatige uitvoering van de WWB. In de WWB wordt ook een oordeel van de 1 De Bestuurlijke Mededeling is een verklaring van het college dat allerlei informatie in het Vodu correct is weergegeven, dat aan de eisen van een rechtmatige uitvoering is voldaan, dat de gegevens in het zgn. Financieel Beeld juist en volledig zijn en dat er naar waarheid over het onderdeel beleid is gerapporteerd. 11

12 gemeenteraad over de uitvoering gevraagd. Dit oordeel dient, in het kader van het Vodu, ook naar de Minister van SZW te worden gezonden, waarbij overigens kan worden volstaan met de notulen van een bespreking in de gemeenteraad. Voor het Vodu en de Bestuurlijke mededeling moeten gegevens worden geleverd m.b.t. de rechtmatige aanwending van middelen van het werkdeel en het inkomensdeel 2 van het Fonds Werk en Inkomen. Ook moet worden aangegeven of de gemeente heeft voldaan aan een aantal wettelijke verplichtingen (o.a. of de vereiste verordeningen zijn gemaakt). Over enkele onderwerpen hoeft alleen informatie te worden verstrekt als de financiële tekortkomingen boven een bepaalde norm uitkomen (>1% van de uitgaven + ontvangsten van het Werk- en Inkomensdeel en de bijzondere bijstand). Om de informatie-uitvraag te beperken wordt voor het Vodu alleen informatie gevraagd die niet d.m.v. statistieken en monitoren wordt verzameld. Tevens vraagt de Minister enige informatie m.b.t. het beleid (voornamelijk betrekking hebbend op het reïntegratiebeleid) en een financieel beeld, waarbij gegevens worden gevraagd t.b.v. de omvang en de berekening van het werk- en het inkomensdeel van het FWI. Na afloop van een vergoedingsjaar spreekt de accountant zich uit over de rechtmatige verstrekking van uitkeringen en de getrouwheid van de weergave die de gemeente hiervan in haar Vodu geeft. Hierbij stelt het Ministerie SZW als voorwaarde dat met 95% betrouwbaarheid de totale massa van ontvangsten en uitgaven geen fout groter dan 1% mag bevatten. Vóór de invoering van de WWB gold nog 5% foutfractie in de uitvoering Verantwoording van het college aan de gemeenteraad Het Vodu heeft slechts indirect betrekking op de verantwoording van het college aan de gemeenteraad. Op welke wijze deze verantwoording vorm wordt gegeven, is een gemeentelijke aangelegenheid. Om inzicht te geven in de uitvoering kunnen verschillende instrumenten worden gebruikt, zoals de kwartaalrapportages van de cluster Sociale Zaken, het interne controleverslag, de controleverslagen (zie 3.7.3), de kwaliteitsonderzoeken, enz. Samen met de informatie uit het Vodu leveren zij een zeer compleet beeld van de uitvoering Voorstellen In deze paragraaf wordt een aantal voorstellen gepresenteerd om verantwoording af te leggen aan het College (en de gemeenteraad) specifiek over het handhavingsbeleid. We stellen voor om daarbij een onderscheid maken tussen verantwoording over: 1. het preventieve handhavingsbeleid 2. het repressieve beleid en 3. de uitgevoerde controles (als de verbindende schakel tussen preventief en repressief beleid) Verantwoording over het preventieve handhavingsbeleid Hierbij zal aandacht worden besteed aan de volgende aspecten van het (hoogwaardig) handhaven: het vroegtijdig informeren (o.a. op basis van het handhavingscommunicatieplan); de optimalisering van de dienstverlening; de samenwerking met anderen en de aanpak hiervan in de ketenaanpak bij de reïntegratie. Hierbij kan, behalve van de kwartaalrapportages, gebruik worden gemaakt informatie uit de evaluatievoorstellen van 3.1 en 3.2 m.b.t. vroegtijdig informeren en optimalisering van de dienstverlening om na te gaan of beoogde effecten op dit gebied zijn gerealiseerd Verantwoording over het repressieve handhavingsbeleid Hierbij zal aandacht worden besteed aan de volgende aspecten: het sanctioneren en opleggen van maatregelen; het terugvorderingsbeleid; de samenwerking met anderen en de aanpak hiervan in de ketenaanpak bij de reïntegratie. Hierbij kan, behalve van de kwartaalrapportages, gebruik worden gemaakt van de informatie uit de evaluatievoorstellen ( 3.4) m.b.t. daadwerkelijk sanctioneren om na te gaan of beoogde effecten op dit gebied zijn gerealiseerd. 2 Hierbij gaat het met name om gegevens m.b.t. het recht en de hoogte van een uitkering, de plichten & maatregelen, het recht en de hoogte van de langdurigheidstoeslag en het recht op en de hoogte van de bijzonder bijstand. 12

13 Verantwoording over uitgevoerde controles op basis van het controleplan Hierbij zal een onderscheid worden gemaakt naar: het controleren aan de poort en de resultaten daarvan; het controleren bij lopende uitkeringen en de resultaten daarvan; het controleren bij beëindiging van de uitkering en de resultaten daarvan; de samenwerking met anderen en de aanpak hiervan in de ketenaanpak bij reïntegratie. Hierbij kan, behalve van de kwartaalrapportages, gebruik worden gemaakt van de informatie uit de evaluatievoorstellen in 3.3 m.b.t. vroegtijdige detectie Beoogde effecten kwantificeren Een belangrijk aandachtspunt is nog het kwantificeren van de beoogde effecten van verschillende handhavingsactiviteiten in het kader van het hoogwaardig handhaven, in termen van meetbare resultaten en de normering daarbij. We zien de verantwoording op basis van het controleplan als de kern van de verantwoording over de handhaving van de WWB. Op basis daarvan willen we zo concreet mogelijk de resultaten van alle handhavingsinspanningen aangeven. ledere onnodig of onterecht toegekende uitkering kost de gemeente immers ongeveer op jaarbasis. Vanwege het belang van het controleplan en de daarop gebaseerde verantwoordingsinformatie, gaan we er hierna een korte inhoudsschets. In hoofdstuk 4 zal het controleplan integraal worden opgenomen. 3.8 Het controleplan in het kort Doelen van controle Het belangrijkste doel van controle is het vaststellen van de rechtmatigheid van de uitkering. Nevendoel is het verhogen van de objectieve en subjectieve pakkans bij misbruik en oneigenlijk gebruik van uitkeringen en bij het niet nakomen van afspraken en verplichtingen Waarop richten we ons met controles? In het controleplan is vastgelegd hoe we omgaan met de gegevenscontrole en de controle van de verplichtingen van de klant. Ons streven is hierbij de controle zodanig in te richten dat het frauderisico wordt geminimaliseerd, zonder dat de gemeente verplicht is hiervoor een omvangrijk en kostbaar controleapparaat op te tuigen De gegevenscontrole richt zich op de vier toetsgebieden van de WWB, die het recht op een uitkering en de hoogte daarvan mede bepalen, te weten: de identiteit, met inbegrip van verblijfstatus en detentie; het inkomen en/of het werk; het aanwezige vermogen; de woon- en leefsituatie van de klant De controle van de verplichtingen richt zich op: de plicht tot arbeidsinschakeling de plicht tot het tonen van voldoende besef van verantwoordelijkheid om in het eigen levensonderhoud te voorzien; de informatieplicht; de medewerkingsplicht; de identificatieplicht; aanvullende verplichtingen op basis van met de klant gemaakte afspraken. In bijlage 1 worden deze verplichtingen nader gepreciseerd. Het integrale controleplan vindt u in bijlage 4. 13

14 3.9 Terugvordering en verhaal Aanpak Terugvordering vloeit voort uit de gemeentelijke rol van wetgever en handhaver. Daarom zal de gemeentelijke bedrijfsvoering bepalend zijn voor het opleggen van verplichtingen aan de klant. Daarbij zal onderscheid worden gemaakt tussen uitkeringsgerechtigden en nietuitkeringsgerechtigden, tussen regelmatig betalende en niet regelmatig betalende of niet-betalende klanten en tussen "gewone" schulden en fraudeschulden. Bij de uitkeringsgerechtigden zal de aflossing geschieden door inhouding op de uitkering dan wel via pseudo-verrekening met andere uitkeringen. Bij niet-uitkeringsgerechtigden vindt incasso plaats volgens een afbetalingsregeling en bij niet (regulier) betalende niet-uitkeringsgerechtigde wordt een verscherpte incassoprocedure gehanteerd. De termijnen van aflossing, de buiten invorderingstelling en incassoprocedure zullen verder worden uitgewerkt in de beleidsregels terugvordering en in de beleidsregels verhaal. Deze vindt u in bijlage 5 en Het terugvorderingsbeleid In de Algemene bijstandswet was terugvordering een verplichting. In de Wet werk en bijstand is het een bevoegdheid van het college (artikel 58 WWB). Daarbij verlangt de wetgever dat het terugvorderingsbeleid een effectieve bijdrage levert aan een adequate fraudebestrijding. Het eerste lid van artikel 11 van de Handhavingsverordening WWB geeft aan dat het college van zijn bevoegdheid tot terugvordering gebruikmaakt. Het verplicht het college het terugvorderingsbeleid in beleidsregels vast te leggen, waarbij in de verordening reeds op voorhand de volgende fundamentele keuzen zijn vastgelegd: a. In beginsel zal de ten onrechte verstrekte bijstand geheel worden teruggevorderd. Enerzijds vanuit de gedachte dat "misdaad niet mag lonen" en anderzijds vanwege de mogelijk preventieve werking die daarvan uitgaat. Deze laatste overweging is mede een reden waarom naast terugvordering van het ten onrechte betaalde in principe ook altijd een maatregel als bedoeld in de Maatregelenverordening WWB zal worden opgelegd. b. Bij gebreke van tijdige betaling kan het college de vordering verhogen met de wettelijke rente en de op de terugvordering betrekking hebbende kosten. In de nadere regels zal in ieder geval worden bepaald dat hiertoe zal worden overgegaan wanneer de bijstand weliswaar als gevolg van fraude geheel kan worden teruggevorderd, maar de belanghebbende geen maatregel als bedoeld in de Maatregelenverordening WWB kan worden opgelegd, bijvoorbeeld omdat hij geen uitkering meer geniet. c. Om doelmatigheidsredenen kan worden afgezien van terugvordering als het om zogenaamde "kruimelbedragen" gaat. De kosten van terugvordering bedragen dan al snel meer dan de baten. De grens is gesteld op 120,00, waarbij van indexering is afgezien. Dit geldt alleen als de belanghebbende niets te verwijten valt. Dit is bijvoorbeeld het geval bij fouten van de gemeente of wijzigingen in de omstandigheden van de klant die niet tijdig in de hoogte van het uitkeringsbedrag zijn verwerkt. Te allen tijde blijft echter het uitgangspunt dat de gemeente gehouden is om de onverschuldigd betaalde uitkering terug- en in te vorderen en daartoe ook haar incassomogelijkheden aanwendt. Indien terug- en invordering onder de 120,00 niet mogelijk dan wel ondoelmatig blijkt te zijn, kan worden besloten om van terugvordering af te zien. Fraudevorderingen dienen altijd geheel te worden terugbetaald. Mede met het oogmerk van preventie. d. Van terugvordering kan worden afgezien indien dringende redenen daartoe noodzaken. De vraag wat dringende redenen zijn om van terugvordering af te zien, kan niet in zijn algemeenheid worden beantwoord, maar zal steeds van geval tot geval aan de hand van alle omstandigheden van belanghebbende moeten worden beoordeeld. Doelmatigheidsredenen vallen hier niet onder. Tevens is niet alleen de financiële positie van de belanghebbende bepalend. Er zal mede sprake moet zijn van zwaarwegende redenen van immateriële aard. 14

15 e. Het college kan ook voor andere situaties bepalen dat van terugvordering wordt afgezien. Ook hierbij zal onderscheid worden gemaakt tussen terugvorderingen die het gevolg zijn van verwijtbaar gedrag en terugvorderingen die het gevolg zijn van omstandigheden die eerder buiten de schuld van belanghebbende liggen. Situaties waarin van terugvordering of verdere terugvordering zou kunnen worden afgezien zijn bijvoorbeeld: er is sprake van problematische schulden; het besluit om af te zien van terugvordering draagt bij aan een structurele oplossing van een problematische schuldsituatie; de belanghebbende heeft gedurende een bepaalde periode geen betalingen verricht en het is niet aannemelijk dat hij deze op enig moment zal gaan verrichten; de belanghebbende heeft gedurende een bepaalde periode (bijvoorbeeld drie of vijf jaar) aan zijn betalingsverplichtingen voldaan. Met inachtneming van bovenvermelde beleidsuitgangspunten zijn in bijlage 5 de Beleidsregels terugvordering geformuleerd. 15

16 Bijlage 1 De zes verplichtingen die de WWB verbindt aan het recht op uitkering: 1. Voldoende besef van verantwoordelijkheid tonen voor de voorziening in het bestaan. De verplichting om voldoende besef van verantwoordelijkheid te tonen voor de voorziening in het bestaan van artikel 18 WWB geldt reeds vóórdat een bijstandsuitkering wordt aangevraagd. Dit betekent dat wanneer iemand in de periode voorafgaand aan de bijstandsaanvraag onvoldoende besef heeft getoond, waardoor hij niet over voldoende middelen beschikt, de bijstand kan worden afgestemd op het betoond besef. 2. De plicht tot arbeidsinschakeling De plicht tot arbeidsinschakeling is neergelegd in artikel 9 van de WWB en is tweeledig: a. De plicht om naar vermogen algemeen geaccepteerde arbeid te verkrijgen en te aanvaarden b. De plicht gebruik te maken van een door het college aangeboden voorziening gericht op arbeidsinschakeling. Deze verplichtingen worden toegesneden op de klant en worden in het besluit tot het verlenen van bijstand neergelegd. De juridische basis hiervoor is de Reïntegratieverordening WWB. 3. De inlichtingenplicht Artikel 17, eerste lid, bepaalt dat de klant op verzoek of onverwijld uit eigen beweging mededeling doet aan het college van alle feiten en omstandigheden waarvan hem redelijkerwijs duidelijk moet zijn dat zij van invloed kunnen zijn op zijn arbeidsinschakeling en het recht op bijstand. 4. De medewerkingsplicht De plicht van uitkeringsgerechtigden om desgevraagd het college medewerking te verlenen die redelijkerwijs nodig is voor de uitvoering van de wet, is neergelegd in artikel 17, tweede lid, WWB. De medewerkingsplicht kan uit allerlei concrete verplichtingen bestaan, zoals het toestaan van huisbezoek en het meewerken aan een psychologisch onderzoek. Artikel 18, tweede lid, noemt een gedraging die in ieder geval een schending van de medewerkingsplicht inhoudt, nl. het zich jegens het college zeer ernstig misdragen. Hiertoe behoort ook agressief gedrag en van gedrag dat in het normale menselijke verkeer in alle gevallen als onacceptabel kan worden beschouwd. 5. De identificatieplicht Artikel 17, vierde lid, bepaalt dat een ieder desgevraagd, verplicht is aan het college informatie te verstrekken over zijn identiteit, voor zover dit redelijkerwijs nodig is voor de uitvoering van de wet. 6. Aanvullende verplichtingen Naast algemene, voor iedere uitkeringsgerechtigde geldende verplichtingen, kent de WWB het college de bevoegdheid toe om aanvullende verplichtingen op te leggen. Het betreft verplichtingen die strekken tot arbeidsinschakeling, dan wel verband houden met de aard en het doel van een bepaalde vorm van bijstand of strekken tot vermindering of beëindiging van de bijstand. Voorbeelden van dergelijke verplichtingen: het onder behandeling stellen van een deskundige voor het oplossen van medische, psychische of problemen van andere aard, het aanvragen van kinderalimentatie of ermee akkoord gaan dat bepaalde betalingen voor noodzakelijke kosten van het bestaan rechtstreeks worden voldaan door de gemeente, dan wel akkoord te gaan met betaling van bijstand in natura (artikelen 55 tot en met 57 WWB). 16

17 Bijlage 2 Handhavingscommunicatieplan gemeente Best 1. Inleiding In artikel 3 van de Handhavingsverordening WWB wordt het college opgedragen de communicatie zodanig op te zetten en in te richten dat deze effectief kan bijdragen aan het voorkomen van misbruik en oneigenlijk gebruik van uitkeringsgelden. Daarmee is het belang van een adequate en vroegtijdige voorlichting aangegeven. Voorkomen moet immers worden dat niet-weten leidt tot niet-regelconform gedrag of dat de belanghebbenden ongewenst gedrag vertonen door onjuiste verwachtingen. Elke klant moet daarom zo goed mogelijk worden geïnformeerd over de voor hem of haar geldende rechten en plichten. De Toelichting op artikel 3 van de Handhavingsverordening WWB kondigt om deze redenen dan ook aan dat er een concreet uitgewerkt handhavingscommunicatieplan zal worden ontwikkeld voor zowel de interne als de externe communicatie en dat dit handhavingscommunicatieplan zal worden opgenomen in het Handhavingsbeleidsplan. Deze notitie beoogt hieraan invulling te geven. Het "Handhavingscommunicatieplan" beschrijft de communicatieactiviteiten van de gemeente Best in het kader van het hoogwaardig handhaven. Aan de orde komen o.a. het doel van de communicatie, de algemene boodschap die wordt uitgedragen, de te onderscheiden doelgroepen en de voorlichting per doelgroep. Als laatste volgt de planning en beschrijving van de wijze waarop de effectiviteit van de voorlichting zal worden gemeten. Het communicatieplan staat niet op zichzelf. Het moet vooral worden gezien als een op bepaalde facetten van de uitkeringsverlening gerichte uitwerking van het Communicatieplan WWB: "Best maakt er werk van" van 20 april De voor deze notitie relevante onderdelen uit dit Communicatieplan zijn hier opgenomen. 2. Wat is het doel van (handhavings)communicatie? Het communicatieplan van de cluster Sociale Zaken is een essentieel managementinstrument om de beleidsdoelen te realiseren dus ook die van handhaving. De communicatiedoelen zijn afgeleid van de functies van de cluster Sociale Zaken: Activeren naar werk (uitstroomfunctie); Rechtmatige uitkeringen verstrekken (handhavingsfunctie); Inkomensondersteuning bieden (zorgfunctie) Het is duidelijk dat de communicatie over handhaving samenhangt met de communicatie over activering en inkomensondersteuning. Het "Handhavingscommunicatieplan" voorziet in die samenhang. In de context van het handhavingscommunicatieplan beperken wij ons uitsluitend tot het handhavingsdeel. Door planmatig, vroegtijdig, consequent en transparant te communiceren over (hoogwaardige) handhaving, worden zowel de klanten als de medewerkers doordrongen van het belang van naleving van de gestelde regels. Zo wordt voor alle (mogelijke) betrokkenen duidelijk wat zij van Sociale Zaken kunnen verwachten en ook wat de gemeente van verschillende doelgroepen verwacht. 17

18 3. Interne communicatie Het welslagen van het handhavingsbeleid hangt grotendeels af van een goede communicatie. Zowel intern naar de eigen organisatie als naar buiten. Ten aanzien van de externe communicatie vervullen de medewerkers, met name de klantmanagers en de medewerkers inkomen, een cruciale rol. Zij hebben immers de eerste contacten met de klant en geven de eerste uitleg over rechten en plichten. Ook kunnen de medewerkers dan al eventuele fraudesignalen opmerken. En daarna zien ze de cliënt doorgaans nog regelmatig terug. 3.1 De doelstelling van de interne communicatie Het hoofddoel van de interne communicatie is dat medewerkers niet alleen goed kunnen informeren, maar dat ze dat zelf ook willen. Het gaat erom te bereiken dat medewerkers competent zijn, d.w.z. de juiste grondhouding en beroepsattitude tonen ("willen") en de juiste kennis en vaardigheden bezitten ("kennen en kunnen"). Grondhouding In hun omgang met klanten hanteren medewerkers de principes: "afspraak is afspraak" en "tegenover rechten staan ook plichten". Beroepsattitude De medewerkers voeren de hoogwaardige handhaving loyaal uit en dragen er in hun werk actief aan bij. Ze beschouwen hoogwaardig handhaven als een gezamenlijke verantwoordelijkheid en onderkennen het belang van informatie op maat. Met vragen of voor ondersteuning wenden ze zich tot de daartoe aangewezen personen. Kennis en vaardigheden De medewerkers zijn bekend met het (hoogwaardig) handhavingsbeleid van de gemeente: de doelstelling, de visie erachter, de nieuwe werkwijze, hun aandeel en verantwoordelijkheid in de uitvoering. Ze zijn tijdig op de hoogte van managementbesluiten en weten daarnaar te handelen. Dat geldt uiteraard ook voor alle (nieuwe) voorschriften rond de Wet werk en bijstand. De medewerkers kennen elkaars werkzaamheden en weten bij wie ze moeten aankloppen. Ze begrijpen dat ze een belangrijke schakel in het informatieproces vormen en zijn vaardig in het communiceren met hun klanten. 3.2 De interne doelgroepen: 1. De direct betrokken medewerkers van de cluster Sociale Zaken: a. de klantmanagers (zij vormen de schakel tussen de klant en de mogelijke werkgever(s) en reïntegratiebedrijven), de medewerkers Inkomen en medewerkers Informatiebalie; b. de overige medewerkers van Sociale Zaken zoals bijvoorbeeld de kwaliteitsmedewerker, de medewerkers verhaal en terugvordering, interne controle en de medewerkers van de Administratie; c. de medewerkers van afdelingen die WWB-gerelateerde taken uitvoeren: de juristen van de afdeling Algemene Zaken (bezwaar en beroep), de afdeling Maatschappelijk Welzijn (contacten welzijnsinstellingen) en de afdeling Financiën. 2. De overige medewerkers van de gemeente Best. 3. Het bestuur: a. de gemeenteraad; b. het college van b. en w.; c. de raadsgriffie 4. De Adviesraad Sociale Voorzieningen; 18

19 5. De Onafhankelijke Commissie voor Behandeling Bezwaarschriften (OCBB). De klantmanagers en de andere medewerkers Om bij de medewerkers het gewenste handhavingsgerichte én klantgerichte gedrag te realiseren zullen de instructies (werkprocessen) worden aangepast, zodat duidelijk is welke informatie zij op welk moment aan wie moeten verschaffen. Via herhaalde discussie over normen en waarden in de diverse overlegsituaties wordt gewerkt aan een juiste overtuiging en attitude bij de medewerkers over hun informerende (en signalerende) rol. Vragen, knelpunten en wijzigingen kunnen op dat moment aan de orde komen. Bij wijzigingen van procedures en beleid worden de medewerkers door middel van een memo of aanpassing van de interne instructie onmiddellijk op de hoogte gebracht. De verantwoordelijkheid voor het doorgeven van wijzigingen ligt bij de clustermanager Sociale Zaken, de teamleider WIZ en de teamleider Administratie. Het management van de cluster ontvangt op maandelijkse basis managementinformatie over instroom, doorstroom en uitstroom. Daarbij wordt ook aandacht besteed aan cijfers over fraude en opgelegde maatregelen. Deze informatie wordt ook in de werkoverleggen van de teams ter sprake gebracht. Het bestuur De gemeenteraad De raad wordt periodiek op de hoogte gesteld via de managementsrapportages (maraps). Tevens wordt het handhavingsbeleidsplan aan de raad voorgelegd en kan de raad via de jaarrekening en programmabegroting zijn invloed aanwenden. Via de griffie kan daarnaast op ad-hoc basis het verzoek worden gedaan voor aanvullende voorlichting. Daarbij kan worden gedacht aan thema-avonden voor de commissie voorlichting aan overige raadsleden voorlichten en bijpraten van individuele raadsleden Het college van b en w Het college wordt maandelijks via de maraps geïnformeerd over instroom, doorstroom en uitstroom. Ook cijfers over fraude en maatregelen worden in de marap behandeld. Het handhavingsbeleid wordt vorm gegeven in het handhavingsbeleidsplan dat door het college wordt vastgesteld. Nieuw beleid wordt door het college vastgesteld na advies van de Adviesraad Sociale Voorzieningen. De Adviesraad Sociale Voorzieningen Op grond van artikel 11 van de Verordening klantenparticipatie WWB heeft de Adviesraad Sociale Voorzieningen tenminste vier keer per jaar overleg met de clustermanager van Sociale Zaken. In de genoemde verordening is het aandragen van agendapunten en het doen van beleidssuggesties gewaarborgd. Dit geldt evenzeer voor onderwerpen betreffende handhaving en rechtmatigheid. Ook ten aanzien van het handhavingsbeleidsplan en wijzigingen daarvan heeft de Adviesraad Sociale Voorzieningen adviesrecht. 19

20 De Onafhankelijke Commissie voor Behandeling Bezwaarschriften (OCBB). Veranderingen in de regelgeving zullen te allen tijde door de medewerker bezwaar en beroep aan de OCBB worden gecommuniceerd. 3.3 De boodschap: we pakken samen fraude aan De boodschap is helder: de gemeente pakt fraude aan. We informeren de klant optimaal over zijn rechten en plichten. En we ondersteunen mensen die recht hebben op een uitkering. Maar mensen die géén recht hebben op een uitkering, krijgen deze ook niet. Afspraak is afspraak. Daar zijn we als gemeente (dus ook als individuele medewerkers) gezamenlijk verantwoordelijk voor. De intern uitgedragen boodschap dient door medewerkers en management, ieder vanuit de eigen rol, te worden opgepakt. De medewerker verzorgt de feitelijke communicatie, de manager stimuleert en faciliteert de medewerker hierin en spreekt hem aan op het niet-nakomen van afspraken. De toon van de boodschap naar de medewerkers is: de gemeente heeft jullie nodig om "informatie op maat" te kunnen uitvoeren, maar het is ook gewoon een onderdeel van je professionele taakinvulling. En naar het management: het is jullie taak de medewerkers hierin te ondersteunen en op naleving toe te zien. 3.4 De communicatiemiddelen Bijeenkomsten Intranet GroupWise: (bij voorkeur) alleen voor het aankondigen van recent gepubliceerde nieuwsberichten op Intranet en 1:1 informatie-uitwisseling Nieuwsbrief Mailings (persoonlijke brief) Overlegstructuren: afdelingsoverleg, teamoverleg, werkgroepen Cursussen / opleidingen / workshops en trainingen Handboek voor de medewerkers Verificatie- en fraudeprotocollen 20

Visie op Hoogwaardig Handhaven

Visie op Hoogwaardig Handhaven Visie op Hoogwaardig Handhaven Fraudepreventie en repressie in balans Missie: Zakelijk, duidelijk en streng, om sociaal te kunnen zijn en blijven Gemeente Overbetuwe mei 2004 Inhoudsopgave Inhoudsopgave

Nadere informatie

Handhavingsverordening Participatiewet, IOAW, IOAZ Het Hogeland 2019

Handhavingsverordening Participatiewet, IOAW, IOAZ Het Hogeland 2019 Handhavingsverordening Participatiewet, IOAW, IOAZ Het Hogeland 2019 gelet op artikel 8b van de Participatiewet, artikel 35 van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze

Nadere informatie

Fraudeverordening gemeente Lelystad 2004

Fraudeverordening gemeente Lelystad 2004 Fraudeverordening gemeente Lelystad 2004 Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie gemeente Lelystad Officiële naam regeling Fraudeverordening gemeente Lelystad 2004 Citeertitel

Nadere informatie

Handhavingsverordening Wwb en WIJ gemeente Borger-Odoorn. gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 1 december 2009

Handhavingsverordening Wwb en WIJ gemeente Borger-Odoorn. gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 1 december 2009 Gemeenteraad Onderwerp: Handhavingsverordening Wwb en WIJ gemeente Borger-Odoorn Registratienummer: 09.13039 De raad van de gemeente Borger-Odoorn; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d.

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 21 januari 2010, bijlagenr. 696; BESLUIT

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 21 januari 2010, bijlagenr. 696; BESLUIT No. 2010/696 De raad van de gemeente Coevorden; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 21 januari 2010, bijlagenr. 696; BESLUIT gelet op de artikelen 7 en 8 en 10, tweede lid, van de

Nadere informatie

Gemeente Achtkarspelen Gemeente Kollumerland c.a.

Gemeente Achtkarspelen Gemeente Kollumerland c.a. Gemeente Achtkarspelen Gemeente Kollumerland c.a. Verordening fraudebeleid WWB Afdeling Sociale Zaken November 2006 1 Gemeente Achtkarspelen en gemeente Kollumerland c.a. de Raad van de gemeente Achtkarspelen;

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van (datum),

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van (datum), De raad van de gemeente Leeuwarden; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van (datum), gelet op artikel 108, tweede lid jo. artikel 147, eerste lid van de Gemeentewet, gelet

Nadere informatie

Gemeente Achtkarspelen Gemeente Kollumerland c.a.

Gemeente Achtkarspelen Gemeente Kollumerland c.a. Gemeente Achtkarspelen Gemeente Kollumerland c.a. Verordening fraudebeleid WWB en WIJ Afdeling Werk, Inkomen en Zorg September 2009 1 Gemeente Achtkarspelen en gemeente Kollumerland c.a. de Raad van de

Nadere informatie

: Voorstel tot vaststelling van de Handhavingsverordening Participatiewet,

: Voorstel tot vaststelling van de Handhavingsverordening Participatiewet, Raadsbesluit Raadsvergadering d.d. : 20 oktober 2014 Besluit nummer Onderwerp IOAW en IOAZ : RB14.0119 : Voorstel tot vaststelling van de Handhavingsverordening Participatiewet, De raad van de gemeente

Nadere informatie

: Voorstel tot het vaststellen van de Handhavingsverordening WWB, IOAW en IOAZ 2013

: Voorstel tot het vaststellen van de Handhavingsverordening WWB, IOAW en IOAZ 2013 gemeente Den Helder Raadsbesluit Raadsvergadering d.d. 17 december 2012 Besluit nummer : RB 12.0222 Onderwerp : Voorstel tot het vaststellen van de Handhavingsverordening WWB, IOAW en IOAZ 2013 De raad

Nadere informatie

Handhavingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ 2015

Handhavingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ 2015 Handhavingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ 2015 HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1. Definities Alle begrippen die verder in deze verordening gebruikt worden en die niet nader worden omschreven

Nadere informatie

Beleidsplan handhaving Gemeente Schiedam. Werk en inkomen

Beleidsplan handhaving Gemeente Schiedam. Werk en inkomen Vastgesteld 18 mei 2004 VR2004/056 Beleidsplan handhaving 2004 Gemeente Schiedam Werk en inkomen 19 februari 2004 Beleidsplan handhaving 2004, Werk en Inkomen, 19-02-04 1 Colofon Het beleidsplan handhaving

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 4 november 2014; HANDHAVINGSVERORDENING PARTICIPATIEWET, IOAW EN IOAZ 2015

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 4 november 2014; HANDHAVINGSVERORDENING PARTICIPATIEWET, IOAW EN IOAZ 2015 De raad van de gemeente Ooststellingwerf; nr. 15 gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 4 november 2014; gelet op artikel 147, eerste lid, van de Gemeentewet, artikel 8b, van de Participatiewet

Nadere informatie

Handhavingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ

Handhavingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Appingedam. Nr. 0 1 januari 1900 Handhavingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ De raad van de gemeente Appingedam; gelezen het voorstel van het college

Nadere informatie

Verordening Handhaving Participatiewet, Ioaw en Ioaz gemeente Krimpen aan den IJssel 2017

Verordening Handhaving Participatiewet, Ioaw en Ioaz gemeente Krimpen aan den IJssel 2017 Verordening Handhaving Participatiewet, Ioaw en Ioaz gemeente Krimpen aan den IJssel 2017 De raad van de gemeente Krimpen aan den IJssel; Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

Handhavingsverordening WerkSaam Westfriesland 2015

Handhavingsverordening WerkSaam Westfriesland 2015 Handhavingsverordening WerkSaam Westfriesland 2015 Het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling WerkSaam Westfriesland, gevestigd te Hoorn; Gelezen het voorstel van het dagelijks bestuur van

Nadere informatie

HANDHAVINGSVERORDENING WWB en WIJ gemeente Lelystad

HANDHAVINGSVERORDENING WWB en WIJ gemeente Lelystad HANDHAVINGSVERORDENING WWB en WIJ Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Besloten door Deze versie is geldig tot (als de vervaldatum is vastgesteld)

Nadere informatie

gelet op de Wet werk en bijstand, de Gemeentewet en de Algemene wet bestuursrecht;

gelet op de Wet werk en bijstand, de Gemeentewet en de Algemene wet bestuursrecht; Nummer: Onderwerp: Handhavingsverordening Wet werk en bijstand (Wwb). De Gemeenteraad van Haaksbergen; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van Haaksbergen; gelet op de Wet werk en bijstand,

Nadere informatie

Handhavingsverordening WWB

Handhavingsverordening WWB Handhavingsverordening WWB Midden-Delfland, juli 2004 1 De Raad van de gemeente Midden-Delfland, Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van..., Gehoord de Raadscommissie Samenleving

Nadere informatie

Toelichting. Algemeen

Toelichting. Algemeen Toelichting Algemeen Op 1 januari 2013 zijn de Wet aanscherping handhaving en sanctiebeleid SZW-wetgeving en de Wet verhoging AOW- en pensioenrichtleeftijd in werking getreden. Hierdoor wijzigt o.a. de

Nadere informatie

Handhavingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ Weesp 2017

Handhavingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ Weesp 2017 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Weesp Nr. 57048 20 maart 2018 Handhavingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ Weesp 2017 De raad van de gemeente Weesp, gelezen het voorstel van burgemeester

Nadere informatie

Handhavingsverordening Wet Werk en bijstand en Wet investeren in jongeren Handhavingsverordening WWB en WIJ

Handhavingsverordening Wet Werk en bijstand en Wet investeren in jongeren Handhavingsverordening WWB en WIJ HANDHAVINGSVERORDENING WWB officiële titel Citeertitel Handhavingsverordening Wet Werk en bijstand en Wet investeren in jongeren Handhavingsverordening WWB en WIJ wettelijke grondslag Artikel 8a Wet Werk

Nadere informatie

Handhavingsverordening WWB, IOAW en IOAZ 2013. gemeente Heerenveen

Handhavingsverordening WWB, IOAW en IOAZ 2013. gemeente Heerenveen Handhavingsverordening WWB, IOAW en IOAZ 2013 gemeente Heerenveen De raad van de gemeente Heerenveen; Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van , nr. ; Gelet op artikel 8a van de Wet

Nadere informatie

Afdeling: Beleid & Projecten Leiderdorp, 3-11-2009. gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 3 november 2009;

Afdeling: Beleid & Projecten Leiderdorp, 3-11-2009. gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 3 november 2009; Pagina 1 van 5 Versie 2 Afdeling: Beleid & Projecten Leiderdorp, 3-11-2009 Onderwerp: vaststellen Handhavingsverordening WWB en WIJ 2010 De raad der gemeente Leiderdorp: gelezen het voorstel van burgemeester

Nadere informatie

Handhavingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Heerenveen 2015

Handhavingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Heerenveen 2015 Handhavingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Heerenveen 2015 De raad van de gemeente Heerenveen; Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van [datum en nummer]; Gelet op artikel

Nadere informatie

Gelezen het voorstel van het dagelijks bestuur van de Intergemeentelijke Sociale Dienst Bollenstreek van.;

Gelezen het voorstel van het dagelijks bestuur van de Intergemeentelijke Sociale Dienst Bollenstreek van.; De raad van de gemeente.; Gelezen het voorstel van het dagelijks bestuur van de Intergemeentelijke Sociale Dienst Bollenstreek van.; Gelet op de Gemeenschappelijke Regeling van de Intergemeentelijke Sociale

Nadere informatie

*Z037FAFAFFE* Handhavingsverordening sociale regelingen Goeree-Overflakkee 2015

*Z037FAFAFFE* Handhavingsverordening sociale regelingen Goeree-Overflakkee 2015 *Z037FAFAFFE* Registratienummer: Z -14-27454 / 29627 Handhavingsverordening sociale regelingen Goeree-Overflakkee 2015 De raad van de gemeente Goeree-Overflakkee; gelezen het voorstel van burgemeester

Nadere informatie

VERORDENING HANDHAVING WWB/WIJ

VERORDENING HANDHAVING WWB/WIJ VERORDENING HANDHAVING WWB/WIJ Artikel 1. Begripsbepalingen 1. Deze verordening verstaat onder: a. de wet: de Wet werk en bijstand (WWB), de Wet investeren in jongeren (WIJ), de Wet inkomensvoorziening

Nadere informatie

MAATREGELENVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND. Algemene toelichting

MAATREGELENVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND. Algemene toelichting MAATREGELENVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND Algemene toelichting 1. Inleiding In de Wet werk en bijstand (WWB) wordt de gemeenteraad opgedragen een aantal verordeningen vast te stellen. Dit zijn een reïntegratieverordening,

Nadere informatie

Hoogwaardig Handhaven Werk en Inkomen. Gemeente Hattem

Hoogwaardig Handhaven Werk en Inkomen. Gemeente Hattem Hoogwaardig Handhaven Werk en Inkomen Gemeente Hattem 2010-2013 Gemeente Hattem Juli 2010 Hoofdstuk 1 Inleiding In de Wet werk en bijstand (WWB), de Wet Investeren in Jongeren (WIJ), de Wet inkomensvoorziening

Nadere informatie

overwegende dat het noodzakelijk is bij verordening regels te stellen met betrekking tot het bestrijden van misbruik en oneigenlijk gebruik;

overwegende dat het noodzakelijk is bij verordening regels te stellen met betrekking tot het bestrijden van misbruik en oneigenlijk gebruik; *CONCEPT* CONCEPT Onderwerp Onderwerp_Corsa VERORDENING Nieuw_wijziging_intrekking Dossiercode Documentsoort De Raad van de gemeente Uden; overwegende dat het noodzakelijk is bij verordening regels te

Nadere informatie

DE RAAD VAN DE GEMEENTE GRAVE;

DE RAAD VAN DE GEMEENTE GRAVE; Gemeente Grave DE RAAD VAN DE GEMEENTE GRAVE; Overwegende dat met betrekking tot bestrijding van het ten onrechte ontvangen van bijstand, alsmede van misbruik en oneigenlijk gebruik van de wet, in het

Nadere informatie

Raadsvoorstel Reg. nr : 0710660 Ag nr. : Datum :20-12-07

Raadsvoorstel Reg. nr : 0710660 Ag nr. : Datum :20-12-07 Raadsvoorstel Reg. nr : 0710660 Ag nr. : Datum :20-12-07 Onderwerp Fraudeverordening Boxtel 2008 Status Besluitvormend Voorstel Vast te stellen de Fraudeverordening Boxtel 2008, onder gelijktijdige intrekking

Nadere informatie

Tekstuitgave van de Verordening Handhaven Wet werk en bijstand (WWB) en Wet investeren in jongeren (WIJ)

Tekstuitgave van de Verordening Handhaven Wet werk en bijstand (WWB) en Wet investeren in jongeren (WIJ) Tekstuitgave van de Verordening Handhaven Wet werk en bijstand (WWB) en Wet investeren in jongeren (WIJ) De raad van de gemeente Krimpen aan den IJssel, gezien het voorstel van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

Pagina 1 van 5. Het algemeen bestuur van Werk en Inkomen Lekstroom;

Pagina 1 van 5. Het algemeen bestuur van Werk en Inkomen Lekstroom; Het algemeen bestuur van Werk en Inkomen Lekstroom; gelet op: - artikel 8a van de Wet werk en bijstand; - artikel 35 van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte - werkloze

Nadere informatie

Handhavingsverordening Participatiewet. Gemeente Kerkrade

Handhavingsverordening Participatiewet. Gemeente Kerkrade Handhavingsverordening Participatiewet Gemeente Kerkrade 2015 Vastgesteld door de raad van de gemeente Kerkrade in zijn vergadering van 17 december 2014 (raadsbesluit 14Rb093) 1 Handhavingsverordening

Nadere informatie

: 23 augustus 2011 : 5 september 2011. : J.L.M. Vlaar : E.M. de Rijke

: 23 augustus 2011 : 5 september 2011. : J.L.M. Vlaar : E.M. de Rijke RAADSVOORSTEL ter besluitvorming in de raad Datum Forum vergadering Datum Raad vergadering : 23 augustus 2011 : 5 september 2011 Documentnr. Zaaknummer : 598 : Portefeuillehouder Verantwoordelijk MT-lid

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van 22 april 2014;

gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van 22 april 2014; Zaaknummer Documentnummer Z-13-08355 INT/004666 De Raad van de gemeente Sint Anthonis; gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van 22 april 2014; gelet op: artikel 8a van de

Nadere informatie

vast te stellen: de Verordening handhaving Wet werk en bijstand. het college van burgemeester en wethouders van de gemeente

vast te stellen: de Verordening handhaving Wet werk en bijstand. het college van burgemeester en wethouders van de gemeente De raad van de gemeente Sint Anthonis; overwegende dat met betrekking tot bestrijding van het ten onrechte ontvangen van bijstand, alsmede van misbruik en oneigenlijk gebruik van de wet, in het kader van

Nadere informatie

Gemeente Dalfsen Januari 2013. Beleidsplan hoogwaardig handhaven 2013-2016

Gemeente Dalfsen Januari 2013. Beleidsplan hoogwaardig handhaven 2013-2016 Gemeente Dalfsen Januari 2013 Beleidsplan hoogwaardig handhaven 2013-2016 Inleiding Voor u ligt het handhavingsplan 2013-2016 van gemeente Dalfsen met daarin de beleidsvoornemens op het gebied van handhaving.

Nadere informatie

Raadsvoorstel Handhavingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ Weststellingwerf 2015.

Raadsvoorstel Handhavingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ Weststellingwerf 2015. - 1 - Raadsvoorstel ALGEMENE GEGEVENS Agendapunt Registratienummer 2014-000985/r Portefeuillehouder CT Griffier 0561-691201 BIJLAGEN (in te vullen door griffier) Voorstel nee ja, Concept besluit Begrotingswijziging

Nadere informatie

Beleidskader Handhaving WWB

Beleidskader Handhaving WWB Beleidskader Handhaving WWB 2004-2006 Sociale Dienst Dordrecht Afdeling Inkomen Werkgroep Handhaving Maart 2004 Inhoudsopgave 1. Inleiding 1.1 Aanleiding tot een nieuw beleidsplan en leeswijzer 1.2 Het

Nadere informatie

Afstemmingsverordening WWB

Afstemmingsverordening WWB Afstemmingsverordening WWB Midden-Delfland, juli 2004 1 De Raad van de gemeente Midden-Delfland, Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 15 oktober 2004, nr 2004-10-11;

Nadere informatie

Handhavingsverordening WWB

Handhavingsverordening WWB Handhavingsverordening WWB Midden-Delfland, juli 2004 1 De Raad van de gemeente Midden-Delfland, Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 15 oktober 2004, nr 2004-10-12;

Nadere informatie

vast te stellen: de volgende Maatregelenverordening WWB, IOAW en IOAZ 2012-A gemeente Heerde.

vast te stellen: de volgende Maatregelenverordening WWB, IOAW en IOAZ 2012-A gemeente Heerde. Raadsbesluit De raad van de gemeente Heerde; gelezen het voorstel van het college d.d. 14 augustus 2012; gelet op artikel 8, lid 1 onderdelen b en h, artikel 9a, lid 12 en artikel 18, lid 1, 2 en 3 van

Nadere informatie

TOELICHTING OP DE MAATREGELENVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND HAARLEMMERMEER

TOELICHTING OP DE MAATREGELENVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND HAARLEMMERMEER TOELICHTING OP DE MAATREGELENVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND HAARLEMMERMEER ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING Artikel 1. Begripsomschrijving De begrippen die in de verordening worden gebruikt hebben een gelijkluidende

Nadere informatie

Voorstel aan : Gemeenteraad van 30 september Door tussenkomst van : Raadscommissie van 17 september Nummer :

Voorstel aan : Gemeenteraad van 30 september Door tussenkomst van : Raadscommissie van 17 september Nummer : Voorstel aan : Gemeenteraad van 30 september 2013 Door tussenkomst van : Raadscommissie van 17 september 2013 Nummer : Onderwerp : Verordeningen Fraudewet (WWB/IOAW/IOAZ en bestuurlijke boete bij recidive)

Nadere informatie

Dag van de uitvoering

Dag van de uitvoering Dag van de uitvoering Regio Noord Nederland 30/09/2014 Workshop Naleving & Handhaving RCF Kenniscentrum Handhaving Wim Heersink & Silvia Kempers Agenda De kijk op handhaving Leeromgeving Handhaving rechtmatigheid

Nadere informatie

Handhavingsverordening 2015 GR Ferm Werk

Handhavingsverordening 2015 GR Ferm Werk Handhavingsverordening 2015 GR Ferm Werk Het algemeen bestuur van Ferm Werk - gelezen het voorstel van het dagelijks bestuur van 11 december 2014; - gelet op: - artikel 147, eerste lid, van de Gemeentewet,

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van 10 april 2012;

gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van 10 april 2012; De Raad van de gemeente Sint Anthonis; gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van 10 april 2012; gelet op artikel 147 van de Gemeentewet en de bepalingen van de algemene wet

Nadere informatie

Registratienr.: 1804/620 Handhavingverordening WWB, IOAW/Z 2012

Registratienr.: 1804/620 Handhavingverordening WWB, IOAW/Z 2012 Registratienr.: 1804/620 Handhavingverordening WWB, IOAW/Z 2012 Handhaving verordening Gemeente Culemborg ex artikel 18 WWB en artikel 35 IOAW/Z Handhavingverordening Wet werk en bijstand (WWB), Inkomensvoorziening

Nadere informatie

Gemeenteraad 29 mei 2012 Gemeenteblad

Gemeenteraad 29 mei 2012 Gemeenteblad Jaar: 2012 Nummer: 39 Besluit: Gemeenteraad 29 mei 2012 Gemeenteblad 6 E WIJZIGING MAATREGELENVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND GEMEENTE HELMOND De raad van de gemeente Helmond; gezien het voorstel van

Nadere informatie

( MAATREGELENVERORDENING WET INVESTEREN IN JONGEREN )

( MAATREGELENVERORDENING WET INVESTEREN IN JONGEREN ) ( MAATREGELENVERORDENING WET INVESTEREN IN JONGEREN ) ARTIKELGEWIJZE TOELICHTING Artikel 1 Begripsomschrijving De begrippen die in de verordening worden gebruikt hebben dezelfde betekenis als in de WIJ.

Nadere informatie

Toelichting Afstemmingsverordening

Toelichting Afstemmingsverordening Toelichting Afstemmingsverordening Algemene toelichting Rechten en plichten zijn twee kanten van één medaille. Het recht op een uitkering is altijd verbonden aan de plicht zich in te zetten om weer onafhankelijk

Nadere informatie

Olst-Wijhe, 10 maart 2015 doc. nr.: Verordening Handhaving inkomensvoorzieningen Olst-Wijhe

Olst-Wijhe, 10 maart 2015 doc. nr.: Verordening Handhaving inkomensvoorzieningen Olst-Wijhe Olst-Wijhe, 10 maart 2015 doc. nr.: 15.013680 De raad van de gemeente Olst-Wijhe; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 21 april 2015, nr. 2015/21; gelet op artikel 147 van de Gemeentewet,

Nadere informatie

Initiatiefvoorstel. Strengere aanpak bijstandsfraude

Initiatiefvoorstel. Strengere aanpak bijstandsfraude Initiatiefvoorstel Strengere aanpak bijstandsfraude Gemeenteraadsfractie Rotterdam Maarten van de Donk 29 oktober 2013 Inleiding Wie kan werken, hoort niet van een uitkering afhankelijk te zijn. Wie buiten

Nadere informatie

Handhavingsverordening WWB en WIJ 2009

Handhavingsverordening WWB en WIJ 2009 Handhavingsverordening WWB en WIJ 2009 Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie gemeente Heemskerk Officiële naam regeling Handhavingsverordening WWB en WIJ 2009 Citeertitel

Nadere informatie

B&W 21 december 2010 Gemeenteblad GEWIJZIGDE INVULLING VAN RICHTLIJN NR B044 OVERZICHT HOOGTE VERLAGINGEN

B&W 21 december 2010 Gemeenteblad GEWIJZIGDE INVULLING VAN RICHTLIJN NR B044 OVERZICHT HOOGTE VERLAGINGEN Jaar: 2010 Nummer: 118 Besluit: B&W 21 december 2010 Gemeenteblad GEWIJZIGDE INVULLING VAN RICHTLIJN NR B044 OVERZICHT HOOGTE VERLAGINGEN Het college van burgemeester en wethouders, Gelet op artikel 8,

Nadere informatie

Antimisbruikverordening (geldig vanaf 01-01-2012)

Antimisbruikverordening (geldig vanaf 01-01-2012) Antimisbruikverordening (geldig vanaf 01-01-2012) Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam van de regeling Gemeente Dalfsen Antimisbruik verordening Wet werk

Nadere informatie

VERORDENING HANDHAVING WWB, Bbz, IOAW, IOAZ GEMEENTE BUREN

VERORDENING HANDHAVING WWB, Bbz, IOAW, IOAZ GEMEENTE BUREN VERORDENING HANDHAVING WWB, Bbz, IOAW, IOAZ GEMEENTE BUREN De raad van de gemeente Buren, gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 15 mei 2012, gelet op artikel 8a van de

Nadere informatie

Het college van burgemeester en wethouders van Zoeterwoude < datum > 2005,

Het college van burgemeester en wethouders van Zoeterwoude < datum > 2005, Het college van burgemeester en wethouders van Zoeterwoude < datum > 2005, Gelet op: artikel 8a van de Wet werk en bijstand. Overwegende dat het voor de verlening van bijstand noodzakelijk is nadere regels

Nadere informatie

Maatregelenverordening IOAW en IOAZ 2013 gemeente Velsen

Maatregelenverordening IOAW en IOAZ 2013 gemeente Velsen Maatregelenverordening IOAW en IOAZ 2013 gemeente Velsen Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begrippen 1.In deze verordening wordt verstaan onder: a. IOAW: de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk

Nadere informatie

Handhavingsverordening Participatiewet 2015 Documentnummer INT

Handhavingsverordening Participatiewet 2015 Documentnummer INT Handhavingsverordening Participatiewet 2015 Documentnummer INT-14-13315 HANDHAVINGSVERORDENING PARTICIPATIEWET, IOAW EN IOAZ 2015 GEMEENTE BEVERWIJK De raad van de gemeente Beverwijk ; Gelet op artikel

Nadere informatie

De Raad van de gemeente Grave;

De Raad van de gemeente Grave; De Raad van de gemeente Grave; Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 4 oktober 2011, en gelet op de artikelen 8a van de Wet werk en bijstand en artikel 12, eerste lid, sub c van de Wet

Nadere informatie

Afstemmingsverordening Wet werk en bijstand

Afstemmingsverordening Wet werk en bijstand Afstemmingsverordening Wet werk en bijstand Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsbepalingen 1 Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde

Nadere informatie

Onderwerp : Handhavingsverordening WWB, IOAW en IOAZ 2013 gemeente Beverwijk

Onderwerp : Handhavingsverordening WWB, IOAW en IOAZ 2013 gemeente Beverwijk Raadsvoorstel *Z00439FA3CD* Aan de raad Documentnummer : INT-13-02777 Afdeling : Samenleving Onderwerp : Handhavingsverordening WWB, IOAW en IOAZ 2013 gemeente Beverwijk Inleiding In de Wet werk en bijstand

Nadere informatie

Onderwerp : Verordening afstemmingsbeleid WWB

Onderwerp : Verordening afstemmingsbeleid WWB Aan de Gemeenteraad Raad Status 5 maart 2009 Besluitvormend Onderwerp Verordening afstemmingsbeleid WWB Punt no. 7 Korte toelichting In verband met de nieuwe Aanwijzing Sociale Zekerheidsfraude moet artikel

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 14 november 2008, voorstelnummer 180;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 14 november 2008, voorstelnummer 180; CVDR Officiële uitgave van Leek. Nr. CVDR57328_2 1 juni 2016 Maatregelenverordening Wet werk en bijstand De raad van de gemeente Leek; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 14 november

Nadere informatie

F. Buijserd burgemeester

F. Buijserd burgemeester Gemeente Nieuwkoop College van Burgemeester en Wethouders raadsvoorstel portefeuillehouder opgesteld door Registratienummer A. Muilwijk Vergunningen, Voorzieningen en Handhaving / Freke Kerkvliet collegebesluit

Nadere informatie

Toelichting op de Beleidsregels Terugvordering Afdeling Mens en Werk 2013

Toelichting op de Beleidsregels Terugvordering Afdeling Mens en Werk 2013 Toelichting op de Beleidsregels Terugvordering Afdeling Mens en Werk 2013 Algemeen Op grond van artikel 58 van de Wet werk en bijstand (WWB) kan het college dat de bijstand heeft verleend de kosten van

Nadere informatie

1. Het college stemt de bijstand en de daaraan verbonden verplichtingen af op de omstandigheden, mogelijkheden en middelen van de belanghebbende.

1. Het college stemt de bijstand en de daaraan verbonden verplichtingen af op de omstandigheden, mogelijkheden en middelen van de belanghebbende. Algemene toelichting op de Maatregelenverordening WWB ISD Bollenstreek 2012 De regeling in de Wet werk en bijstand Artikel 8, eerste lid, onderdeel b, WWB bevat de opdracht aan de gemeenteraad om een maatregelenbeleid

Nadere informatie

TOELICHTING MAATREGELVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND 2011 GEMEENTE DOETINCHEM.

TOELICHTING MAATREGELVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND 2011 GEMEENTE DOETINCHEM. TOELICHTING MAATREGELVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND 2011 GEMEENTE DOETINCHEM. HOOFDSTUK 1: ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1: Begrippen Dit artikel bevat de verschillende begripsomschrijvingen. De begrippen

Nadere informatie

Beleidsplan hoogwaardig handhaven Wet werk en bijstand

Beleidsplan hoogwaardig handhaven Wet werk en bijstand CVDR Officiële uitgave van Bunschoten. Nr. CVDR98919_1 12 september 2017 Beleidsplan hoogwaardig handhaven Wet werk en bijstand 1. Inleiding Voor u ligt het beleidsplan Hoogwaardig Handhaven van de Sociale

Nadere informatie

Elektronisch gemeenteblad

Elektronisch gemeenteblad U kunt uzelf op www.sintanthonis.nl aanmelden voor de bekendmakingenservice van Overheid.nl. U krijgt dan alle bekendmakingen die voldoen aan de door u opgegeven criteria in uw e-mailbox. Bekendmaking:

Nadere informatie

MAATREGELENVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND 2010

MAATREGELENVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND 2010 MAATREGELENVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND 2010 Pag.i/5 HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 Definities 1. In deze verordening wordt verstaan onder: a. de wet: de Wet werk en bijstand (WWB); b. belanghebbende:

Nadere informatie

Raadsvoorstel Reg. nr : Ag nr. : 17 Datum :

Raadsvoorstel Reg. nr : Ag nr. : 17 Datum : Raadsvoorstel Reg. nr : 0910571 Ag nr. : 17 Datum :15-12-09 Onderwerp Een nieuwe Handhavingsverordening Wet werk en bijstand (WWB) en Wet investeren in jongeren (WIJ) Status besluitvormend Voorstel De

Nadere informatie

SAMEN WERKEN AAN HANDHAVEN

SAMEN WERKEN AAN HANDHAVEN SAMEN WERKEN AAN HANDHAVEN in Beek, Schinnen en Stein Beleidsplan 2006 t/m 2009 VERSIE: DEC05 INHOUDSOPGAVE: 1. INLEIDING 2 2. VISIE OP HANDHAVEN 3 3. VOORTGANG BELEIDSPLAN 2005 5 3.1 HOOFDLIJNEN EN KERNPUNTEN

Nadere informatie

Handhavingsverordening Wet werk en bijstand Overbetuwe 2005 HOOFDSTUK 1. Algemene bepalingen

Handhavingsverordening Wet werk en bijstand Overbetuwe 2005 HOOFDSTUK 1. Algemene bepalingen Onderwerp: Handhavingsverordening Wet werk en bijstand Overbetuwe 2005 NR. 19b De Raad van de gemeente Overbetuwe gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van Overbetuwe d.d. 31 augustus 2004

Nadere informatie

REÏNTEGRATIEVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND RIJSWIJK 2005

REÏNTEGRATIEVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND RIJSWIJK 2005 -1.833.52 REÏNTEGRATIEVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND RIJSWIJK 2005 HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1. Begripsomschrijvingen In deze verordening wordt verstaan onder: a. de wet : de WWB b. WWB:

Nadere informatie

de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijke arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen besluit

de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijke arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen besluit Verordening handhaving Sociale Zekerheid 2010, gemeente Drimmelen (na vaststelling van de Wijzigingsverordening Sociale Zekerheid 2012, gemeente Drimmelen) De raad van de gemeente Drimmelen; gezien het

Nadere informatie

Toelichting op de Maatregelenverordening WWB, BBZ 2004, IOAW, IOAZ 2013

Toelichting op de Maatregelenverordening WWB, BBZ 2004, IOAW, IOAZ 2013 Toelichting op de Maatregelenverordening WWB, BBZ 2004, IOAW, IOAZ 2013 Paragraaf 1. Algemene bepalingen Artikel 1. Begripsomschrijvingen Hierbij wordt zoveel mogelijk aangesloten bij de begripsbepalingen

Nadere informatie

Maatregelenverordening WWB Dantumadiel 2009 e.v (*)

Maatregelenverordening WWB Dantumadiel 2009 e.v (*) CVDR Officiële uitgave van Dantumadiel. Nr. CVDR75602_1 12 juni 2018 Maatregelenverordening WWB Dantumadiel 2009 e.v (*) HOOFDSTUK 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsomschrijving 1. In deze verordening

Nadere informatie

Afstemmingsverordening Wet werk en bijstand Nijkerk

Afstemmingsverordening Wet werk en bijstand Nijkerk CVDR Officiële uitgave van Nijkerk. Nr. CVDR2613_2 22 mei 2018 Afstemmingsverordening Wet werk en bijstand Nijkerk De raad van de gemeente Nijkerk; gelezen het collegevoorstel van 9 maart 2004; gelet op

Nadere informatie

Handhaving WWB, IOAW, IOAZ 2012

Handhaving WWB, IOAW, IOAZ 2012 Handhaving WWB, IOAW, IOAZ 2012 Verordening m.i.v. 1 januari 2012 Vastgesteld d.d. 21 december 2011 De raad van de gemeente Bodegraven-Reeuwijk; gelezen het voorstel van het College van burgemeester en

Nadere informatie

Behoort bij agendapunt 5 van de vergadering van de raadscommissie Burger d.d. 11 oktober 2011

Behoort bij agendapunt 5 van de vergadering van de raadscommissie Burger d.d. 11 oktober 2011 Behoort bij agendapunt 5 van de vergadering van de raadscommissie Burger d.d. 11 oktober 2011 De raad van de gemeente Cuijk; Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 16 augustus 2011 Gezien

Nadere informatie

Intergemeentelijke Sociale Dienst Cuijk Grave Mill en Sint Hubert. Wet werk en bijstand. Handhavingsverordening WWB, IOAW en IOAZ 2013

Intergemeentelijke Sociale Dienst Cuijk Grave Mill en Sint Hubert. Wet werk en bijstand. Handhavingsverordening WWB, IOAW en IOAZ 2013 Intergemeentelijke Sociale Dienst Cuijk Grave Mill en Sint Hubert Wet werk en bijstand Handhavingsverordening WWB, IOAW en IOAZ 2013 ISD Cuijk, Grave en Mill en Sint Hubert maart 2013 De Raad van de gemeente

Nadere informatie

Raadsvergadering : 17 december 2012 Agendanr. 16. Beslispunt De "Verordening Verrekening boete bij recidive Stadskanaal 2013" vaststellen.

Raadsvergadering : 17 december 2012 Agendanr. 16. Beslispunt De Verordening Verrekening boete bij recidive Stadskanaal 2013 vaststellen. Raadsvergadering : 17 december 2012 Agendanr. 16 Voorstelnr. : R 6930 Onderwerp : Verordening Verrekening boete bij recidive Stadskanaal 2013 Stadskanaal, 30 november 2012 Beslispunt De "Verordening Verrekening

Nadere informatie

Maatregelenverordening Wet werk en bijstand 2004

Maatregelenverordening Wet werk en bijstand 2004 CVDR Officiële uitgave van Hendrik-Ido-Ambacht. Nr. CVDR114026_1 14 november 2017 Maatregelenverordening Wet werk en bijstand 2004 De raad der gemeente Hendrik-Ido-Ambacht; gezien het voorstel van burgemeester

Nadere informatie

Verordening handhaving Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Lingewaard 2015

Verordening handhaving Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Lingewaard 2015 Verordening handhaving Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Lingewaard 2015 Raadsbesluit 4 december 2014 Naam opsteller M. Huberts Datum vaststelling 4 december 2014 Afdeling Dienstverlening Vastgesteld

Nadere informatie

Beleidsplan handhaving Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Zoeterwoude

Beleidsplan handhaving Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Zoeterwoude Beleidsplan handhaving Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Zoeterwoude 2015-2019 1 Inleiding De Participatiewet schrijft in artikel 8b voor dat in het kader van het financiële beheer bij verordening

Nadere informatie

Toelichting bij de regionale Maatregelenverordening 2004.

Toelichting bij de regionale Maatregelenverordening 2004. Toelichting bij de regionale Maatregelenverordening 2004. De regeling in de Wet werk en bijstand Met de inwerkingtreding van de WWB komt het systeem van boeten en maatregelen van de Algemene bijstandswet

Nadere informatie

MAATREGELENVERORDENING IOAW EN IOAZ 2010

MAATREGELENVERORDENING IOAW EN IOAZ 2010 Pag.1/5 HOOFDSTUK 1ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 Definities 1. In deze verordening wordt verstaan onder: a. IOAW: de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers;

Nadere informatie

Maatregelenverordening Wet werk en bijstand 2013

Maatregelenverordening Wet werk en bijstand 2013 Maatregelenverordening Wet werk en bijstand 2013 Verordening, vastgesteld bij Raadsbesluit van 25 april 2013, nummer R2013.0019, gepubliceerd 22 mei 2013, in werking getreden met ingang van 23 mei 2013,

Nadere informatie

Maatregelverordening Wet werk en bijstand gemeente Gennep 2013

Maatregelverordening Wet werk en bijstand gemeente Gennep 2013 CVDR Officiële uitgave van Gennep. Nr. CVDR305167_1 21 maart 2017 Maatregelverordening Wet werk en bijstand gemeente Gennep 2013 Maatregelen verordening Wet werk en bijstand gemeente Gennep 2013 De Raad

Nadere informatie

FACTSHEET FRAUDEWET, WET HUISBEZOEKEN EN BUITENWETTELIJK BELEID GEMEENTE LEEUWARDEN

FACTSHEET FRAUDEWET, WET HUISBEZOEKEN EN BUITENWETTELIJK BELEID GEMEENTE LEEUWARDEN FACTSHEET FRAUDEWET, WET HUISBEZOEKEN EN BUITENWETTELIJK BELEID GEMEENTE LEEUWARDEN Per 1 januari 2013 gaat de fraudewet en de wet huisbezoeken in, daarnaast wordt het buitenwettelijke beleid ingetrokken

Nadere informatie

Fraude sociale zekerheid

Fraude sociale zekerheid Wat staat er in het wetsvoorstel Aanscherping en handhaving SZW-wetgeving? Kortweg dat fraude in 2013 veel zwaarder bestraft zal gaan worden: Burgers moeten bij fraude met een uitkering alles terugbetalen

Nadere informatie

Beleidsplan Handhaven Werk en Inkomen in Langedijk 2012-2016

Beleidsplan Handhaven Werk en Inkomen in Langedijk 2012-2016 Beleidsplan Handhaven Werk en Inkomen in Langedijk 2012-2016 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleiding... 3-1.1 Definitie... 3-1.2 Waarom Handhaving?... 4-1.3 Preventie... 4-1.4 Repressie... 4 Hoofdstuk 2 Voorlichting...

Nadere informatie

Beleidsregels bestuurlijke boete (Fraudewet) Ede 2017

Beleidsregels bestuurlijke boete (Fraudewet) Ede 2017 Beleidsregels bestuurlijke boete (Fraudewet) Ede 2017 Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Ede; gelezen het voorstel van 20 juni 2017, zaaknummer 70366; besluit vast te stellen de:

Nadere informatie

gevestigde, oudere en beëindigende zelfstandigen en van bedrijfskapitaal vanuit het Bbz Hiervoor blijft aparte financiering bestaan.

gevestigde, oudere en beëindigende zelfstandigen en van bedrijfskapitaal vanuit het Bbz Hiervoor blijft aparte financiering bestaan. ALGEMENE TOELICHTING Met ingang van 1 januari 2010 is het Wetsvoorstel bundeling van uitkeringen inkomensvoorziening aan gemeenten (Wet BUIG) in werking getreden. Met de inwerkingtreding van de Wet BUIG

Nadere informatie

De notitie verantwoording Wet Werk en Bijstand 2004 geeft hiervoor de kaders weer.

De notitie verantwoording Wet Werk en Bijstand 2004 geeft hiervoor de kaders weer. Voorstel aan de Raad Datum raadsvergadering / Nummer raadsvoorstel 9 juni 2004 / 102/2004 Onderwerp Notitie verantwoording Wet Werk en Bijstand 2004 Programma / Programmanummer Inkomen / 3230 Portefeuillehouder

Nadere informatie