Belgian Karting Championship 2016 Sporting Regulations BELGIAN KARTING CHAMPIONSHIP

Transcriptie

1 BELGIAN KARTING CHAMPIONSHIP Sportief Reglement

2 Hoofdstuk 1 : Defenities en Klassen Groepen en Categoriën Zie hoofdstuk Definities en Klassen van het Jaarboek van de Kartsport 2016 van de CIK-FIA. Art Definities De definities en klassen opgenomen in het huidige reglement zijn deze die opgenomen zijn in het Internationale Kartingreglement van de FIA Jaarboek van de Kartsport 2016 van de CIK-FIA. Art Organisatie De «Challenge IAME-Belgium» is een serie die bestaat uit 9 categoriën op initiatief van IAME Belgium. De promotor van de serie heeft de coördinatie en organisatie van de wedstrijden afgevaardigd aan de Karting Club Mariembourg. De promotor, Karting Club Mariembourg en alle partners van de Challenge IAME Belgium behouden zich het recht voor om tijdens de wedstrijden genomen foto s, beelden en audio-materiaal te gebruiken om commerciële of promotionele doeleinden zonder hierbij de mening van de betrokken personen te vragen en zonder betaling van enig honorarium of copyright. Elk gebruikt materiaal zal bedoeld worden om de kartsport of de Challenges IAME-Belgium te promoten. Art Specifieke informatie Challenge IAME Belgium Promoteur : Organisator : IAME BELGIUM Rue du Karting Mariembourg Tel : Fax : Website : Mail : info@iame-belgium.com KC Mariembourg Rue du Karting Mariembourg Website : Mail : olivier@kcmariembourg.be Art Categoriën De weerhouden categoriën in de «Challenge Iame-Belgium» zijn : Mini Parilla X30 Cadet X30 Junior X30 Senior X30 Master X30 Shifter X30 Super Shifter X30 Super X30 Super Master Art Toegankelijkheid Mini : vanaf 8 jaar tot maximum 12 jaar in de loop van het jaar 2

3 X30 Cadet : vanaf 11 jaar tot maximum 14 jaar in de loop van het jaar X30 Junior : vanaf 13 jaar tot maximum 16 jaar in de loop van het jaar X30 Senior : vanaf 15 jaar in de loop van het jaar X30 Master : vanaf 25 jaar in de loop van het jaar (of vanaf 16 jaar in de loop van het jaar indien de piloot minstens 80 kg weegt inbegrepen zijn uitrusting (overall, helm, schoenen, handschoenen)) X30 Shifter : vanaf 15 jaar in de loop van het jaar X30 Super Shifter : vanaf 25 jaar in de loop van het jaar (of vanaf 16 jaar in de loop van het jaar indien de piloot minstens 80 kg weegt inbegrepen zijn uitrusting (overall, helm, schoenen, handschoenen)) X30 Super : vanaf 15 jaar in de loop van het jaar X30 Super Master : vanaf 30 jaar in de loop van het jaar Art Gebruik van sociaal netwerk en forums Elke deelnemer heeft het recht niet akkoord te gaan met de beslissingen genomen door de officiëlen van de Federatie, van de organisator of van de promotor van de challenge. Het staat hem vrij om in dit geval gebruik te maken van het klachtenrecht hem ter beschikking gesteld door de geldende reglementen. Elke verklaring of publicatie wordt direct verbonden aan zijn auteur en mag geen beledigend of lasterlijk karakter bevatten. Bovendien moet herinnerd worden dat elke deelnemer verantwoordelijk is voor zijn begeleiders en zijn omgeving, en dit inbegrepen zijn mekanieker(s), voorbereider(s) en alle personen verbonden met hem. Chapitre 2 : Algemene en Bijzondere Voorschriften Art. 2. Algemene Voorschriften Het Belgian Karting Championship 2016 wordt georganiseerd conform de voorschriften van de Internationale Sport Code (ISC) van de FIA en zijn bijlagen, het Internationale Kartingreglement van de FIA Jaarboek van de Kartsport 2016 van de CIK-FIA, de officiële bulletings van de FIA en van de CIK-FIA, de algemene voorschriften die toepasbaar zijn op de Internationale Kartingwedstrijden van de CIK-FIA, het sportief reglement en het technisch reglement van het Belgian Karting Championship 2016 en de Bijzondere Wedstrijdreglementen van de betrokken wedstrijden. Alles wat niet is toegelaten in de Codes, Bulletins, Algemene Voorschriften of Reglement of in één van de bijlagen, is verboden. Art. 3. Bijzondere Voorschriften Art All betrokken partijen (FIA, CIK-FIA, RACB Sport, organisatoren, promotoren, circuit-uitbaters, officiëlen, deelnemers, teamchefs, piloten en hun helpers) verbinden er zich toe de reglementen van het Belgian Karting Championship 2016 nauwgezet toe te passen. Wijzigingen aan de reglementen zal bekendgemaakt worden door middel van bijlagen. Art Circuits De evenementen van het Belgian Karting Championship mogen enkel georganiseerd worden op permanente en internationale of nationale gehomologeerde circuits. Art Verplichtingen van de Organisator/Promotor De Organisator/Promotor van een evenement tellend voor het Belgian Karting Championship verbindt zich er toe om wedstrijden te organiseren voor alle categoriën voorzien in Artikel 1.4 voor zover het minimum van 10 piloten wordt bereikt per categorie. De Organisator/Promotor organiseert de meeting conform aan de Nationale Sport Code van de RACB Sport. 3

4 Art Deelnemers, Piloten Belgian Karting Championship 2016 Sporting Regulations De deelnemers dienen ervoor te zorgen dat hun karts voldoen aan de conformiteitsvoorwaarden van het Technisch Reglement en voldoen aan de veiligheidsvoorwaarden gedurende de volledige duur van de meeting (een meeting begint bij de administratieve controle). Alle personen die op één of andere manier betrokken zijn bij een deelnemende kart en/of zich in de Paddock, het Assistentiepark of op het circuit bevinden, moeten de geldende reglementen naleven. Elke deelnemende piloot, en dit samen met zijn deelnemer, dient de voorschriften van de Internationale Sport Code van de FIA en van het huidig reglement op elk moment van de meeting na te leven. Art. 4. Timing, Aantal Deelnemers, Registratie Materiaal, Nazichten Art Timing, Aantal Deelnemers De administratieve controles en de registratie van het materiaal vinden plaats bij het begin van de meeting volgens de timing van het evenement (normaal op zaterdag, eventueel op vrijdag). Elke meeting verloopt volgens een identieke chronologie: vrije trainingen, kwalificatietrainingen, kwalificatiemanches en de finale. De duurtijd van de vrije trainingen en de kwalificatietrainingen zal minimum 8 minuten bedragen. Het maximum aantal inschrijvingen is beperkt tot 72 per categorie. Indien meer dan 34 deelnemers zijn ingeschreven in een categorie zullen kwalificatiemanches georganiseerd worden. De finales vinden plaats op zondagnamiddag. Art Administratieve Controle Tijdens de registratie van het materiaal en de administratieve controles die zullen plaatsvinden op de datum en plaats vermeld in het Bijzonder Wedstrijdreglement van elke meeting, dienen de piloten en deelnemers zich met de gevraagde documenten en informatie ter beschikking te houden van de Officiëlen. Piloten en deelnemers die de planning van de controles niet respecteren kunnen niet toegelaten worden tot de meeting. Indien het voor een deelnemer onmogelijk is om op de controles aanwezig te zijn, dient hij een vertegenwoordigen aan te duiden via een geschreven volmacht (zie Art ) en deze overhandigen aan de Officiëlen tijdens de administratieve controle. Tijdens de administratieve controle dient een geldige piloot- en deelnemerlicentie te worden getoond. Elke deelnemer dient tevens, per kartnummer, in het bezit te zijn van een brandblusser van minimum 6 kg (type ABC). Indien de deelnemer niet in het bezit blijkt te zijn van zulke brandblusser op gelijk welk moment van de meeting, zal een sanctie worden opgelegd. Art Technische Controle De technische controles en nazichten worden uitgevoerd door Officiëlen (Technische Commissarissen en Technische Controleurs) die worden benoemd in het Bijzonder Wedstrijdreglement. De Technische Commissarissen kunnen op elk moment van het evenement: de conformiteit van de kart en de pilootuitrusting controleren ; eisen dat een een kart gedemonteerd wordt door de deelmer of de voorbereider teneinde te kunnen nagaan of de toelatings- en conformiteitsvoorwaarden volledig worden nageleefd; aan een deelnemer het proefmonster of onderdeel te vragen dat ze nodig achten. Elke kart die, na de registratie door de Technische Commissarissen, wordt gedemonteerd, aangepast en/of hersteld op een dusdanige manier dat de veiligheid of de conformiteit ervan in vraag kan worden gesteld, moet opnieuw ter goedkeuring worden aangeboden bij de Technische Commissarissen. Bovendien kan de Wedstrijddirecteur vragen dat elke kart die betrokken is bij een ongeval opnieuw wordt gecontroleerd door de Technische Commissarissen. 4

5 Bij de beëindiging van de kwalificaties en de wedstrijden, en vooraleer naar het parc fermé te gaan, dient de piloot zich ter beschikking te houden van de Technische Commissarissen/Controleurs vooral voor de weging van zijn kart, en dit op straffe van uitsluiting. Het aanbieden van een kart bij de materiaalregistratie wordt beschouwd als een impliciete verklaring van conformiteit. Art Registratieformulier Materiaal Elke deelnemer/piloot ontvangt bij de administratieve contrôle een registratieformulier voor het materiaal. Alle details betreffende het materiaal moeten op dit formulier worden vermeld voordat het materiaal wordt aangeboden aan de materiaalregistratie. Een onvolledig formulier zal geweigerd worden door de Technische Commissarissen. Het wedstrijdnummer, de naam en de nationaliteit van de piloot moeten op de kart zijn aangebracht bij de registratie van het materiaal. Art Technische Assistentie Tijdens de wedstrijden is elke herstelling aan de kart verboden buiten de daarvoor voorziene herstellingszone. De piloot mag enkel assistentie krijgen in deze zone, die zal worden aangegeven in het Bijzonder Wedstrijdreglement of tijdens de briefing. Buiten deze zone is geen externe hulp toegelaten. Het is bovendien expliciet verboden om aan boord van de kart gereedschappen of vervangingsonderdelen mee te nemen. Art. 5. Toegang tot het Circuit Enkel de Officiëlen die vermeld worden in het Bijzonder Wedstrijdreglement van het evenement en de door de Organisator/Promotor aangewezen personen hebben toegang tot het circuit. De persvertegenwoordigers hebben slechts toegang tot het circuit indien zij de toelating ontvingen van de Organisator/Promotor. Zij dienen de veiligheidsvoorschriften opgelegd door de Officiëlen en/of Organisator/Promotor na te leven. Art. 6. Parc Fermé Zie Artikel 2.13 van de Algemene Voorschriften van de CIK-FIA. Enkel de Technische en Sportcommissarissen mogen het Parc Fermé betreden. Er mag geen enkele interventie worden uitgevoerd aan de kart zonder daarvoor de toestemming te hebben gekregen van de Technische Commissarissen. Vanaf het tonen van de zwart-wit geblokte vlag (aankomst) is de Parc Fermé regelgeving van toepassing tussen de aankomstlijn en de weging, geen enkele mekanieker mag er zich bevinden. Het is dus verboden om de bandenspanning de controleren voor de weging. De Organisator/Promotor dien een voldoende groot en bewaakt Parc Fermé te voorzien en moet tevens waarborgen dat geen enkel onbevoegd persoon dit Parc Fermé kan betreden. Art. 7. Algemene Veiligheid Zie Artikel 2.14 van de Algemene Voorschriften van de CIK-FIA. Art Het is voor de piloten ten strengste verboden om met hun kart in de tegengestelde richting van het circuit te rijden. Tijdens de vrije trainingen, de kwalificatietrainingen, de kwalificatiemanches en de finale heeft de piloot van een gestopte kart het recht om te proberen terug te vertrekken als hij zich buiten de ideale rijlijn opstelt en als hij geen gevaar of hinder oplevert voor de andere piloten. Indien de kart niet onmiddellijk terug vertrekt, moet deze zo snel mogelijk naar een veilige plaats op het circuit worden gebracht, teneinde geen gevaar of hinder op te leveren voor de andere piloten. Indien het voor een piloot onmogelijk is om zijn kart al rijdend uit zijn gevaarlijke positie te brengen, is het de plicht van de dichtsbijzijnde baancommissaris om hem hulp te verlenen. Indien de kart terug vertrekt dankzij zulke tussenkomst, zal de piloot uitgesloten worden uit de rangschikking van de betreffende sessie (vrije training, kwalificatietraining of wedstrijd). De 5

6 piloot dient verplicht in de buurt te blijven van de kart tot het einde van de betreffende sessie, behoudens veiligheids- of medische redenen. De piloot mag in geen geval terugkeren naar het Assistentiepark om herstellingsgereedschap op te halen. Art Een piloot die tijdens een sessie zijn helm afzet, wordt beschouwd als een piloot die heeft opgegeven en mag dus niet opnieuw vertrekken. Na de sluiting van het circuit door de Wedstrijdleider mag er tijdens en na de sessie niemand de baan betreden, behalve de sportcommissarissen of baancommissarissen tijdens de uitvoering van hun taken en de piloot terwijl hij rijdt. Art Geen enkele piloot mag tijdens de sessie de herstellingszone verlaten zonder daarvoor toelating te hebben gekregen van de betrokken Technische Commissaris(sen). Elke piloot die de intentie heeft om de baan te verlaten en/of het assistentiepark in te rijden en/of te stoppen in de herstellingszone dient deze intentie duidelijk kenbaar te maken ten overstaan van de andere piloten door zijn arm omhoog te steken en er zich van te vergewissen dat hij dit manoeuvre zonder gevaar kan uitvoeren. Art Tijdens de wedstrijd en op aangeven van de Wedstrijdleider moet een piloot wiens kart niet voldoet aan het Technisch Reglement stoppen in de herstellingszone en de non-conformiteit herstellen alvorens de baan terug op te rijden. Indien de piloot deelneemt aan de vrije trainingen, kwalificatietrainingen, kwalificatiemanches of wedstrijden, moet hij in alle omstandigheden de volledige uitrusting dragen zoals beschreven in het Technisch Reglement. Indien een piloot niet aan deze regel voldoet, zal hem de start tot de sessie geweigerd worden door de Wedstrijdleider. Aanrijdingen ten gevolge van vrijwillige op opzettelijke richtingswijzigingen, een afwijking van de ideale rijlijn of vroegtijdig of onnodig hard remmen kan de uitsluiting aan de wedstrijd betekenen. Een piloot die gevaarlijk rijgedrag vertoont of die ernstige fouten begaat of een gebrek aan beheersing van de kart vertoont, kan uit de wedstrijd/het evenement uitgesloten worden op beslissing van de Sportcommissarissen. Art In de paddock is het verboden om met motoren, bromfietsen of andere gemotoriseerde voertuigen rond te rijden (verbrandingsmotor, elektromotor of andere) Art De piloten uit de X30 Shifter en X30 Super Shifter klasse zullen de mogelijkheid hebben om hun starts te oefenen tijdens de vrije training maar enkel op de daarvoor in het Bijzonder Wedstrijdreglement of tijdens de briefing gespecificeerde plaatsen. Art In geval van een regenwedstrijd (die aangegeven wordt door middel van een bord dat getoond wordt door de Wedstrijdleider) zal de keuze van de banden overgelaten worden aan het oordeel van de piloot. De Wedstrijdleider behoudt zich echter het recht voor om gebruik te maken van de zwarte vlag indien hij van oordeel is dat een piloot door een verkeerde bandenkeuze te langzaam en/of te gevaarlijk is voor de andere piloot. Het gebruik van slicks is daarom verplicht in alle andere gevallen. Art. 8. Medisch Onderzoek Op elk moment van een evenement kan de Wedstrijdleider en/of de verantwoordelijke arts een piloot verplichten zich te onderwerpen aan een medisch onderzoek, drugstest, alcoholtest of dopingtest (zie Appendix B van het Kartjaarboek van de CIK-FIA 2016). 6

7 Art. 9. Vlaggen en Signalisatie Belgian Karting Championship 2016 Sporting Regulations a. Lichten of (in geval van overmacht) een nationale vlag: betekenen het startsein voor een sessie (vrije training, warm-up, kwalificatie, superpole of een wedstrijd). De startprocedure van een wedstrijd wordt tijdens de briefing besproken. b. Rode vlag: Wordt heen en weer gezwaaid op de startlijn om een sessie stop te zetten. Tegelijkertijd wordt met rode vlaggen gezwaaid op elke baanpost langs het circuit. De rode vlag kan worden gebruikt door de Wedstrijdleider of de Assistent-wedstrijdleider om de sluiting van de baan aan te duiden. De piloten moeten onmiddellijk hun snelheid minderen en langzaam naar het aankomst Parc Fermé rijden. Elke inhaalpoging is verboden. Als de rode vlag getoond wordt tijdens de formatieronde(n), dienen de piloten te stoppen onder de startlichten. c. Zwart-wit geblokte vlag: wordt heen en weer gezwaaid op de startlijn en betekent het einde van een sessie (vrije training, kwalificatie, wedstrijd en/of eventuele series). d. Zwarte vlag met een startnummer: wordt gebruikt om de betrokken piloot te informeren dat hij het aankomst Parc Fermé dient binnen te rijden bij zijn volgende doorkomst. Als de piloot om welke reden dan ook deze instructie negeert, dient deze vlag niet langer dan gedurende drie opeenvolgende ronden vertoond te worden, waarna een bijkomende sanctie zal worden opgelegd. e. Zwarte vlag met een oranje schijf van ongeveer 40 centimeter diameter, met een startnummer: wordt gebruikt om de betrokken piloot te informeren dat zijn kart mechanische problemen vertoont die gevaar opleveren voor de piloot zelf en/of voor zijn tegenstanders. De piloot dient bij de volgende doorkomst te stoppen in de herstellingszone. Als de mechanische problemen opgelost worden, mag de kart de sessie vervolgen. f. Diagonaal zwart-witte vlag met nummer: wordt slechts éénmaal aan een piloot vertoont, doet dienst als waarschuwing voor de piloot dat hij riskeert uitgesloten te worden wegens onsportief rijgedrag. g. Gele vlag: duidt op gevaar en wordt aan de piloot vertoond op twee manieren: 1. Een gezwaaide gele vlag: verminder uw snelheid, haal niet in en wees klaar om van richting te veranderen. Er is gevaar langs of op een deel van de baan. 2. Twee (door dezelfde persoon) gezwaaide gele vlaggen: verminder uw snelheid, haal niet in en wees klaar om van richting te veranderen of te stoppen. Een hindernis verspert gedeeltelijk of volledig de baan. Normalerwijze worden de gele vlaggen slechts getoond op de post met de Baancommissarissen in de zone voor het gevaar/de hindernis. Inhalen is verboden tussen de eerste gele vlag tot de groene vlag, die getoond wordt na het incident/de hindernis. h. Gele vlag met rode strepen: deze vlag wordt stilgehouden en informeert piloten over een vermindering van grip (slipgevaar, bijvoorbeeld door olie, waterplassen etc.) in de zone na de vlag. Deze vlag dient minstens vier achtereenvolgende ronden getoond te worden, tenzij de grip voordien reeds genormaliseerd is. De Baancommissarissen op de post na deze zone met verminderde grip hoeven de groene vlag niet te tonen. i. Blauwe vlag: wordt getoond aan piloten die op minstens een ronde achterstand gezet worden. j. Witte vlag: duidt op de aanwezigheid van een veel trager voertuig in de desbetreffende sector van de baan. k. Groene vlag: wordt gebruikt om aan te duiden dat de baan vrij is van enige hindernis. De groene vlag wordt getoond op de post met Baancommissarissen onmiddellijk na de hindernis/het ongeval dat het gebruik van één of meerdere gele vlaggen rechtvaardigt. De groene vlag kan eveneens de start betekenen van een opwarmronde of van een oefensessie (als de Wedstrijdleider dit nodig acht). Bij de kwalificatie moet met de groene vlag gelijktijdig gezwaaid worden op de startlijn en bij het begin van de voor-startopstelling. Dit toont de piloten dat de sessie begonnen is en de tijdwaarneming geactiveerd werd. Bij a, b, c, d, e, f, g, h, i, j en k moet het signaal/de vlag op de startlijn getoond worden door de Wedstrijdleider of zijn Assistent. Bij b, g, h, i, j en k moet de vlag eveneens getoond worden door de posten met Baancommissarissen. 7

8 Art. 10. Briefing Art Definitie De briefing is een vergadering die georganiseerd wordt door de Wedstrijdleider en dit voor alle piloten en deelnemers die deelnemen aan het evenement. Art Doel De piloten en deelnemers herinneren aan de specifieke punten uit het Bijzonder Wedstrijdreglement en aan punten die betrekking hebben op de organisatie van het evenement; De piloten en deelnemers herinneren aan de algemene en specifieke veiligheidsrichtlijnen evenals aan de specifieke richtlijnen eigen aan het gebruikte circuit. De piloten en deelnemers eventueel verduidelijking verschaffen over de interpretatie van bepaalde punten van de Reglementen. Art Aanwezigheid Tijdens elke evenement is de aanwezigheid van piloten en deelnemers verplicht voor de volledige duur van de briefing, en dit op straffe van een geldboete of mogelijkerwijze op straffe van uitsluiting van het evenement. Elke piloot of deelnemer die afwezig is bij het begin van of tijdens de briefing zal een boete van 50,00 dienen te betalen. De piloot/deelnemer dient zich bij de Wedstrijddirecteur te melden voordat hij de piste kan betreden. De piloot/deelnemer dient zijn boete voor de kwalificatiesessie te betalen op straffe van uitsluiting van het evenement. Indien de piloot tijdens eenzelfde seizoen tweemaal de briefing mist, kan de uitsluiting voor het volgende evenement volgen. Art Tijd en Plaats De tijd en de plaats waar de briefing zal plaatsvinden wordt weergegeven in het Bijzonder Wedstrijdreglement van het evenement. De briefing dient te gebeuren voor het begin van de vrije trainingen. Indien dit nodig wordt geacht door de Wedstrijdleider of de Sportcommissarissen, kunnen bijkomende briefings worden georganiseerd. Hoofdstuk 3 : Vergunningen Art Pilotenvergunning Vergunningen zijn geldig voor het lopende kalenderjaar en vervallen op 31 december van elk jaar. De piloot/deelnemer is te allen tijde verantwoordelijk voor het gedrag van zijn omgeving (ouders, mekaniekers, vrienden, genodigden etc.). Er kunnen straffen worden opgelegd die het gevolg zijn van gedragingen van zijn omgeving. De piloten/deelnemers dienen houder te zijn van een geldige licentie en zullen eveneens moeten beschikken over de vereiste toelatingen afgeleverd door hun ASN, die op haar beurt aangesloten dient te zijn bij de CIK-FIA. De piloot bevestigt dat hij de Code, de Algemene Voorschriften, de Bijzondere Voorschriften, de Bijlagen, het Sportief Reglement en het Technisch Reglement gelezen en begrepen heeft en zich eraan verbindt om deze na te leven. Er zijn twee types licenties: 1. Nationale licentie: deze laat aan de houder ervan toe om deel te nemen aan alle evenementen die vermeld zijn op de nationale kartkalender van een ASN aangesloten bij de CIK-FIA, indien vergezeld van de vereiste toelating van de ASN van de piloot en indien buitenlandse piloten toegelaten worden; 2. Internationale licentie: deze laat aan de houder ervan toe om deel te nemen aan alle evenementen die opgenomen zijn op de Internationale Kalender van de CIK-FIA, aan alle evenementen die vermeld zijn op de nationale kartkalender van een ASN aangesloten bij de CIK-FIA, indien deze open staan voor buitenlandse deelnemers. Voor meer informatie: zie Appendix B van het Kartjaarboek CIK-FIA

9 Het Belgian Karting Championship staat open voor piloten die houder zijn van een geldige vergunning van minimum het hierna vermelde niveau : Mini : National Karting Mini X30 Cadet : National Karting Cadet X30 Junior : CIK Karting C-Junior of National Karting Junior X30 Senior : CIK Karting C-Senior of National Karting K X30 Master : CIK Karting C-Senior of National Karting K X30 Shifter : CIK Karting C-Senior of National Karting K X30 Super Shifter : CIK Karting C-Senior of National Karting K X30 Super : CIK Karting C-Senior of National Karting K X30 Super Master : CIK Karting C-Senior ou National Karting K Een piloot met een Junior licentie mag kiezen om te rijden in de Cadet klasse als hij in het lopende jaar de leeftijd van 15 jaar niet bereikt. Evenzo mag een piloot met een Senior licentie kiezen om te rijden in de Junior klasse als hij in het lopende jaar de leeftijd van 17 jaar niet bereikt. De keuze is definitief voor het kampioenschap en kan niet gewijzigd worden. Eenzelfde piloot mag slechts deelnemen aan één enkele klasse. Art Deelnemerslicentie Art Deelnemerslicentie Team Deze licentie wordt uitgereikt aan elk commercieel bedrijf op vertoon van een bewijs van inschrijving in de Kamer van Koophandel. Art Licentie Minderjarige Piloot Indien de piloot minderjarig is, dient de licentieaanvraag te worden vergezeld van een ouderlijke toestemming, gewettigd door de gemeente, en een afstand van verhaal ondertekend door de ouderlijke autoriteit, de wettelijke vertegenwoordiger of de verantwoordelijke voogd. Deze handtekeningen dienen door de gemeente van domicilie gewettigd te worden. Art Volmacht Elke houder van een deelnemerslicentie kan zijn hoedanigheid van deelnemer per geschreven volmacht afstaan. De piloot dient daarover de verantwoordelijke van de Administratieve Controle te informeren. De volmacht moet als volgt worden opgesteld en moet worden overhandigd tijdens de Administratieve Controle: Ik, ondergetekende (naam, voornaam), wettelijke vertegenwoordiger van (naam en voornaam van de minderjarige) met als nummer van deelnemerslicentie n, geef volmacht aan (naam, voornaam), met als nummer van deelnemerslicentie n, om mij te vertegenwoordigen als deelnemer voor alle evenementen van het Belgisch Kampioenschap /voor dit evenement (doorhalen wat niet van toepassing is). Opgemaakt te op / /20. Ouderlijke Handtekening + Gemachtigde Handtekening Art Doorlaatbewijzen Parc Fermé Elke piloot ontvangt tijdens de Administratieve Controle twee doorlaatbewijzen (polsbandjes) voor het Parc Fermé (1 piloot + 1 mecanicien). De doorlaatbewijzen zijn geldig voor de volledige duur van het evenement. Een voorbereider kan maximaal één bijkomend doorlaatbewijs voor het Parc Fermé verkrijgen, en dient hiertoe ter plaatse een aanvraag te richten aan Organisator/Promotor. Hij dient duidelijk de naam te vermelden van de persoon voor wie het doorlaatbewijs bestemd is, en deze naam zal op het doorlaatbewijs worden vermeld. Daar de doorlaatbewijzen op naam staan, is het onmogelijk om zich te laten vertegenwoordigen door een derde, zelfs als deze derde deel uitmaakt van hetzelfde team. Elke vorm van fraude leidt tot onmiddellijk intrekking van de doorlaatbewijzen. 9

10 Hoofdstuk 4 : Verloop van het Kampioenschap Art Kalender De Kalender van het Belgian Karting Championship 2016 is als volgt samengesteld : Mariembourg (Bel) : 13/03/2016 Francorchamps (Bel) : 01/05/2016 Genk (Bel) : 21/08/2016 Art Afstand Een evenement bestaat uit 1 wedstrijd in finale fase, genoemd Finale. De afstanden van de wedstrijden, vanaf het startsignaal tot het vallen van de finishvlag, zullen gelijk zijn aan het aantal volledig afgelegde ronden dat vereist is om op het betreffende circuit de afstand van de betreffende klasse het dichtst te benaderen. De finishvlag zal vertoond worden aan de leidende kart, als deze de finishlijn overschrijdt (de lijn) en dit op het einde van de ronde tijdens dewelke de vermelde afstand behaald werd. De lijn bestaat uit één unieke lijn die de baan snijdt. Het eindklassement van het evenement zal het klassement van de finale zijn. Mini : +/- 13km X30 Cadet : +/- 16km X30 Junior / Senior / Master / Super / Super Master : +/- 20km X30 Shifter / Super Shifter: +/- 20km Bij regen kan het aantal af te leggen ronden dat vermeld wordt in het officiële tijdschema van het evenement verminderd worden met 2. Art Algemeenheden Het Belgian Karting Championship staat open voor alle piloten die beschikken over een Belgische vergunning (nationaal of internationaal), evenals alle houders van een internationale licentie van een andere ASN die onder auspicieën staat van de FIA en houders van een nationale licentie van een andere ASN, vergezeld van de toelating van die ASN. Art Klassen De klassen van het Belgian Karting Championship zijn : Mini-Parilla X30 Cadet X30 Junior X30 Senior X30 Shifter X30 Master X30 Super Shifter X30 Super X30 Super Master Art Inschrijvingsrecht Elke piloot heeft de mogelijkheid zich in te schrijven voor alle wedstrijden van het Belgian Karting Championship of zich in te schrijven voor een enkele wedstrijd. Het officieel deelnemingsformulier dient correct, volledig en leesbaar ingevuld te worden. Het deelnemingsformulier is beschikbaar op de website Geen enkel ander deelnemingsformulier zal aanvaard worden. Deze aanvraag voor inschrijving dient vergezeld te worden van een overschrijving op het rekeningnummer vermeld op het inschrijvingsformulier. Voor overschrijvingen van buitenlandse banken dienen de extra kosten door de deelnemer gedragen te worden. Enkel de rekeningen die op het deelnemingsformulier vermeld staan kunnen als betaalbewijs dienen. Tijdens de administratieve controle zal een milieuwaarborg van 15 10

11 gevraagd worden aan elke piloot. Deze borgsom kan teruggevorderd worden na het evenement, na controle van de toegewezen paddockplaats. Een electriciteitsbijdragen kan eveneens gevraagd worden. Tarieven 2016 : Mini-Parilla 1 wedstrijd wedstrijd verhoogde rechten** = wedstrijden 320 X30 Shifter 125cc / X30 Super Shifter 175cc 1 wedstrijd wedstrijd verhoogde rechten** = wedstrijden 450 X30 Cadet / Junior / Senior / Master Super-X30 / Super-X30 Master 1 wedstrijd wedstrijd verhoogde rechten** = wedstrijden 525 Circuitrechten vrijdag en/of zaterdag : 40 / dag ** De verhoogde rechten zijn van toepassing bij laattijdige inschrijving, vanaf 10 dagen voor de betreffende wedstrijd. 5 Dagen voor de betreffende wedstrijd is het niet meer mogelijk om in te schrijven om organisatorische redenen.. Terugbetaling : in geval van niet-deelname zal een enkele terugbetaling (noch geheel, noch gedeeltelijk) geëist kunnen worden. Art Rangschikking van het Belgisch Kampioenschap De rangschikking van het kampioenschap wordt als volgt samengesteld : optelling van de 6 resultaten (punten behaald in het tussenklassement na de kwalificatiemanches en de finale tijdens elk van de 3 wedstrijden). Elke piloot dient 1 minst goede resultaat te schrappen. Een nulresultaat als gevolg van een uitsluiting kan niet dienen als schrapresultaat. De titel van Belgisch Kampioen zal toegekend worden aan de piloot die het grootst aantal punten heeft verzameld in zijn klasse. Indien een wedstrijd wordt onderbroeken door toepassing van Artikel 2.21 van de Algemene Voorschriften zonder te kunnen worden hervat, en indien minder dan 2 ronden werden afgelegd, zullen geen punten toegekend worden. Het geheel van de punten zal toegekend worden indien 75% of meer dan de voorziene afstand werd afgelegd. Indien twee wedstrijden van eenzelfde evenement geannuleerd worden door heirkracht, kan de promotor een ander evenement voorzien. 11

12 Voor elk tussenklassement en elke finale worden volgende punten toegekend aan de piloten: punten punten punten punten punten punten punten punten punten punten punten punten punten punten punten punt punten punten punten punten punten punten Een uitsluiting uit de wedstrijd, volgend op een beslissing van de Sportcommissarissen staat gelijk met 0 punten voor die wedstrijd in het kampioenschap. Dit resultaat kan niet dienen als schrapresultaat op het einde van het jaar behalve indien de Sportcommissarissen ander beslissen. Een uitsluiting van het evenement staat gelijk aan 0 punten voor alle wedstrijden van het betreffende evenement. Het niet opdagen voor de start staat gelijk met 0 punten voor die wedstrijd van het kampioenschap. Dit resultaat mag echter wel in mindering gebracht worden op het einde van het jaar. Art Ex-aequo Indien aan het einde van het jaar twee piloot eenzelfde aantal punten gescoord hebben in de eindrangschikking van het kampioenschap, zal, om ze te scheiden, eerst rekening gehouden worden met het aantal eerste plaatsen die behaald werden in de wedstrijden van het kampioenschap. Daarna wordt dit systeem verder gehanteerd, via de tweede plaatsen naar de derde plaatsen etc. Indien deze procedure niet toelaat de piloten te scheiden, zal de winnaar op basis van de snelst gereden tijd in de laatst verreden kwalificatie sessie worden aangewezen. Hoofdstuk 5 : Verloop van het Evenement Art. 13. Algemeenheden Het evenement zal minstens samensteld zijn uit vrije trainingen, kwalificatietrainingen, een warm-up, kwalificatiemanches en een finale fase. a) Vrije trainingen : het tijdschema van het evenement dient voor elke klasse vrije trainingen te voorzien. Deze zijn voorbehouden aan piloten die de administratieve en technische controle hebben doorstaan. b) Kwalificatietrainingen : zie Artikel 18.B van de Algemene Voorschriften CIK-FIA c) Kwalificatiemanches (indien noodzakelijk) : zie Artikel 18.C van de Algemene Voorschriften CIK- FIA. d) Finale : maximum 34 piloten betwisten de finale. De startopstelling wordt bepaald door het tussenklassement na de kwalificatiemanches. Art. 14. Vrije Trainingen Het circuit dient per klasse gedurende minimaal 8 minuten beschikbaar te zijn voor vrije trainingen, voorafgaand aan elke competitie. Het gebruikte materiaal tijdens de vrije trainingen moet overeenkomen met het materiaal vermeld op de fiche registratie materiaal. Art. 15. Kwalificatietrainingen Piloten die voldaan hebben aan de registratie van het materiaal, kunnen deelnemen aan de kwalificatietraining van minimaal 8 minuten per klasse. Tijdens elke Kwalificatietraining mag de piloot beginnen op een ogenblik dat hij vrij mag bepalen. Echter, vanaf het moment dat een piloot de startlijn in de vertrekzone heeft overschreden, krijgt hij de status gestart. Zijn tijden worden vanaf dat moment genoteerd, onafhankelijk van de omstandigheden. Iedere volledige ronde wordt gemeten en de weerhouden tijd is de beste tijd van de sessie. In geval van een ex-aequo tussen twee piloten, zal de tweede beste tijd die ze behaalden bepalend zijn, en zo verder in geval van een blijvend ex-aequo. 12

13 Art Klassement Het klassement van de officiële kwalificatietrainingen zal de startopstelling van elke kwalificatiemanche bepalen. De startopstelling van de finale wordt bepaald door het officiële tussenklassement na de kwalificatiemanches. Art Hulp Het is de helper(s) verboden een piloot te helpen nadat deze de startlijn in de startzone heeft overschreden. Iedere stilstand van een piloot in de herstellingszone of in het assistentiepark aankomst is definitief tijdens de kwalificatietrainingen. Hij mag in geen geval opnieuw vertrekken. Art. 16. Finale Bij elk evenement van het Belgian Karting Championship zal een finale georganiseerd worden voor elke klasse. Een piloot die de aankomst van een wedstrijd niet haalt, zal worden gerangschikt volgens het aantal ronden dat hij werkelijk aflegde. Art. 17. Startopstelling Zie Artikel 2.19 van de Algemene Voorschriften CIK-FIA. Art Algemeenheden In geval van overmacht of van omstandigheden buiten de wil van de Organisator om, kan het College der Sportcommissarissen overgaan tot de beslissing om de kwalificatietraining te vervangen door een loting. Na elke kwalificatietraining zal de startopstelling worden uitgehangen op het officiële uithangbord. De plaats van dat officiële uithangbord wordt vermeld in het Bijzonder Wedstrijdreglement. Alleen de vermelde piloten krijgen toelating om aan de start deel te nemen in de wedstrijden (finales). Elke piloot, waarvan de kart om welke reden dan ook niet kan vertrekken, of elke piloot die redenen heeft om aan te nemen dat zijn/haar kart niet klaar zal zijn om te starten, moet dit onmiddellijk melden aan de verantwoordelijke van de voor-startopstelling, die de Starter en/of Wedstrijdleider zal verwittigen. Art Toegang De toegang tot de startopstelling eindigt vijf (5) minuten voor het voorziene tijdstip voor de start van de kwalificatiemanche of de finale voorzien in het tijdschema is. Elke kart die op dat moment zijn positie op de startopstelling nog niet heeft ingenomen, krijgt hiertoe geen toestemming meer, behalve buitengewone omstandigheden toegestaan door de Sportcommissarissen. Elke piloot die op tijd met zijn kart aanwezig is op de startopstelling, zal beschouwd worden als startend. Art. 18. Start Zie Artikel 2.20 van de Algemene Voorschriften CIK-FIA. De Sportcommissarissen kunnen elke foto-, video- of elektronisch systeem gebruiken dat hen kan helpen bij het nemen van een beslissing. De beslissingen van de Sportcommissarissen kunnen deze van de Feitenrechters overstemmen. Elke inbreuk op de bepalingen van de Code of van het Sportief Reglement met betrekking tot de startprocedure kan leiden tot de uitsluiting van de betrokken piloot uit de wedstrijd. Art Rollende Start Het startsignaal van een wedstrijd wordt gegeven door middel van lichtsignalen of, bij overmacht, door de nationale vlag. De start kan enkel rollend of stilstaand zijn. De startopstelling bestaat in beide gevallen uit twee rijen karts. Het type start wordt vermeld in het Bijzonder Wedstrijdreglement van het evenement. De startprocedure wordt toegelicht tijdens de briefing. 13

14 Zodra de Starter/Wedstrijdleider door middel van een groene vlag aangeeft dat de karts hun formatieronde mogen aanvatten, zijn de piloten onderworpen aan de orders van de Starter en is de startprocedure begonnen. Zij mogen vanaf dat moment ook geen externe hulp meer krijgen. Elke piloot die niet tijdig met een startklare kart kan voldoen aan de orders van de Starter, mag de voor-startopstelling slechts verlaten op aangeven van de Starter. De karts leggen minimaal één formatieronde af alvorens de start wordt gegeven. Tijdens deze formatieronde is het absoluut verboden een andere piloot in te halen na het passeren van de rode lijn, op straffe van een sanctie die opgelegd wordt door het College van Sportcommissarissen. Als een piloot stopt tijdens de formatieronde, dient hij alvorens opnieuw te vertrekken het volledige startveld te laten passeren. Als de piloot toch probeert te vertrekken voordat het volledige startveld hem passeerde, dan wordt hem de zwarte vlag getoond en wordt hij uitgesloten uit de betreffende wedstrijd. Bij een rollende start krijgt een piloot die achteraan komt slechts de mogelijkheid zijn plaats op de startopstelling opnieuw in te nemen als hij hierbij de overige piloten niet hindert. Hij dient dit in elk geval te doen alvorens de rode lijn te overschrijden. Deze zal door de Wedstrijdleider/Starter aangegeven worden tijdens de briefing. Bij het opnieuw innemen van de startplaats is het in beide gevallen ten strengste verboden ieder ander traject te volgen dan het officiële traject van de baan, en dit op straffe van uitsluiting uit de wedstrijd (zwarte vlag). Als de Starter/Wedstrijdleider meent dat een piloot stilvalt door de fout van een andere piloot, dan kan hij de formatieronde stopzetten en de startprocedure opnieuw beginnen met de oorspronkelijke startopstelling, of dan kan hij de gehinderde piloot toelaten om zijn plaats op de startopstelling opnieuw in te nemen. Tijdens de formatieronde is het verboden startsimulaties uit te voeren. De Starter/Wedstrijdleider geeft de start zodra hij tevreden is over de formatie. Bij herhaalde valse starts en bij incidenten tijdens de formatieronde(n) mag de Starter/Wedstrijdleider, optredend in zijn hoedanigheid van Feitenrechter, de startprocedure stopzetten door middel van de rode vlag. De piloten moeten stoppen op het rechte stuk waar de startopstelling zich bevindt. De Starter kan het College van Sportcommissarissen inlichten, dat aan de schuldige(n) een sanctie kan opleggen. Een nieuwe startprocedure wordt opgestart, ofwel meteen, ofwel met een uitstel van maximaal 30 minuten. De startopstelling blijft dezelfde als voorheen. Alle piloten die, vóór het stilleggen van de startprocedure, aanwezig waren in de startzone of in de herstellingszone, worden toegelaten om de start te nemen van de nieuwe formatieronde. Elke poging om de start opzettelijk te anticiperen of uit te stellen, zal bestraft worden. Zodra de start is gegeven, zijn de wedstrijdvoorwaarden van kracht en is het verboden een piloot enige hulp te verlenen, tenzij voor het verplaatsen van een kart naar een veilige omgeving. Art Stilstaande start voor karts met versnellingen Op het einde van hun formatieronde nemen de piloten hun plaats in op de startopstelling. De Wedstrijdleider (of zijn Assistent) zal zich op de startlijn bevinden met opgeheven rode vlag. Alle lichten zullen gedoofd blijven totdat de laatste kart zijn positie op de startopstelling heeft ingenomen. Als alle karts stilstaan op de startopstelling, zal een Official/Baancommissaris achteraan de startopstelling een groene vlag tonen. De Wedstrijdleider, de Assistent Wedstrijdleider en de Baancommissaris verlaten de baan, de piloten zijn onderworpen aan de orders van de Starter. De Starter zal de rode lichten aanzetten. De start wordt beschouwd als gegeven als de Starter/Wedstrijdleider alle rode startlichten heeft gedoofd. Indien hij niet tevreden is over de startprocedure, dan zal hij de oranje knipperlichten ontsteken. Dit geeft aan dat er een extra formatieronde moet worden afgelegd. Indien een piloot niet van start kan gaan, dan is hij verplicht in de kart te blijven zitten en het probleem te aan te geven door de arm in de lucht te steken. 14

15 Tijdens de formatieronde(n) is het verboden startsimulaties uit te voeren. Bij een stilstaande start dient een piloot die achteraan komt zonder externe hulp terug te vertrekken en hij kan zijn oorspronkelijke plaats op de startopstelling niet meer innemen. Hij dient te vertrekken vanop de laatste plaats op de startopstelling. De lege plaatsen op de startopstelling blijven dus leeg. Art. 19. Onderbreking/Neutralisatie van een kwalificatiemanche of wedstrijd Zie Artikel 2.21 van de Algemene Voorschriften CIK-FIA. De wedstrijdleider of de koersdirecteur kan beslissen een kwalificatiemanche of een wedstrijd te neutraliseren. Deze procedure zal enkel worden toegepast indien de baan versperd is of indien de piloten of officials een onmiddellijk fysiek gevaar zien in de omstandigheden de stopzetting van de kwalificatiemanche of de race niet rechtvaardigen. Als het bevel gegeven wordt om de kwalificatiemanche of de wedstrijd te neutraliseren, zullen alle baanposten de gele vlag laten zwaaien en zal er een paneel «SLOW» worden getoond (geel paneel, met de letters SLOW in het zwart) tot het einde van de neutralisatie. Ter hoogte van de finishlijn zullen knipperende oranje lichten worden getoond. Alle karts in de wedstrijd moeten zich in één rij plaatsen achter de leidende kart en het is absoluut verboden in te halen. Inhalen zal enkel toegelaten worden als een kart vertraagt omwille van een ernstig probleem. De leidende kart zal het tempo aangeven tijdens de neutralisatie, aan een gematigd tempo dat door alle andere karts moet worden gevolgd en in een zo strak mogelijke formatie. Tijdens de neutralisatie mogen de karts in de herstellingszone binnenrijden, maar ze mogen slechts terug op de piste als een commissaris dat toelaat. Een kart die opnieuw op de baan komt moet aan een aangepaste snelheid rijden tot het einde van de rij is bereikt van de achter de leidende kart rijdende deelnemers. Als de wedstrijdleider of de koersdirecteur beslist een einde te maken aan de neutralisatie, zullen de oranje knipperlichten worden gedoofd. Dat is voor de piloten het sein dat de neutralisatie bij de volgende passage over de lijn zal worden opgeheven. In de laatste ronde van de neutralisatie blijven de borden «SLOW» getoond en zullen de gele vlaggen stilstaand worden gepresenteerd. De leidende kart zal een gematigd tempo blijven aanhouden. De vrijgave van de race zal door de wedstrijdleider of koersdirecteur worden aangegeven door een groene vlag te zwaaien bij het overschrijden van de startlijn. Zolang de karts de start/finishlijn niet hebben overschreden op het einde van een neutralisatie, is elke inhaalbeweging verboden. Bij het naderen van de lijn, en met de gezwaaide groene vlag door de koersdirecteur of wedstrijdleider, mag er door de piloten slechts worden versneld vanaf de voorafgaande gele lijn. De gele vlaggen en de borden «SLOW» zullen dan worden weggehaald en vervangen door gezwaaide groene vlaggen voor de duur van maximaal één ronde. Elke afgelegde ronde onder neutralisatie zal tellen als een wedstrijdronde. Als de wedstrijd wordt beëindigd onder neutralisatie dan zullen de karts een zwart/wit geblokte vlag gepresenteerd krijgen, zoals in een normale aankomstprocedure. Inhalen zal enkel toegelaten worden als een kart vertraagt omwille van een ernstig probleem. Art. 20. Stopzetten van de Wedstrijd Wanneer het signaal tot stopzetten wordt gegeven door middel van de rode vlag: - tijdens de vrije training of kwalificatietraining: alle karts vertragen onmiddellijk en rijden langzaam het assistentiepark; alle op de baan achtergelaten karts worden verwijderd. - tijdens een wedstrijd: alle karts vertragen onmiddellijk en rijden langzaam het assistentiepark, in de wetenschap dat: 15

16 o o o o de rangschikking van de wedstrijd de rangschikking is op het einde van de ronde voorafgaand aan de ronde waarin de rode vlag werd gegeven; er zich karts en/of hulpvoertuigen op de baan kunnen bevinden; de baan volledig geblokkeerd kan zijn tengevolge van een ongeval; de weersomstandigheden de baan onberijdbaar kunnen gemaakt hebben. Art. 21. Nieuwe Start Zie Artikel 2.22 van de Algemene Voorschriften CIK-FIA. Art. 22. Aankomsten Zie Artikel 2.23 van de Algemene Voorschriften CIK-FIA. Art Aankomsten De finish van een wedstrijd wordt gegeven op de aankomstlijn, zodra de leidende kart ofwel: - de voorziene wedstrijdafstand integraal heeft afgelegd; - de grootst mogelijke afstand heeft afgelegd binnen de voorziene duur van de wedstrijd (zie tijdschema in het Bijzonder Wedstrijdreglement). Als de finish van de wedstrijd wordt gegeven voordat de leidende kart het voorziene aantal ronden integraal heeft afgelegd of de voorgeschreven tijd verstreken is, zal de wedstrijd als beëindigd worden beschouwd op het moment dat de leidende kart de aankomstlijn overschreed in de ronde voorafgaand aan de ronde waarin het stopsignaal werd gegeven, overeenkomstig Art. 20. Als de finish van de wedstrijd wordt vertraagd, zal de wedstrijd als beëindigd worden beschouwd op het moment dat het wedstrijdeinde, onder normale omstandigheden, had moeten plaatsvinden. Om een aankomst als geldig te laten beschouwen, moet de piloot de aankomstlijn hebben overschreden gezeten achter het stuur van zijn kart en met draaiende motor. Art Parc Fermé Na het geven van de finish van de wedstrijd moeten alle karts zich onmiddellijk naar het Parc Fermé begeven, zonder te stoppen en zonder externe hulp (met uitzondering van de hulp van Baancommissarissen, indien noodzakelijk). Elke geklasseerde kart die zich niet op eigen kracht naar het Parc Fermé kan begeven, wordt onder de controle van de Baancommissarissen geplaatst, die erover waken dat de kart op een reguliere wijze naar het Parc Fermé gereden wordt. Art. 23. Klassement in het kader van een Evenement en Prijsuitreiking Op het einde van het evenement (zondagavond) vindt per klasse een prijsuitreiking plaats. De plaats en het exacte tijdstip ervan worden vermeld in het Bijzonder Wedstrijdreglement van elk evenement. Op deze prijsuitreiking worden de eerste 3 piloten van elke klasse bekroond. Om de prijzen te kunnen ontvangen, dienen de piloten aanwezig te zijn op de prijsuitreiking. Art. 24. Chronométrage De tijdmeting gebeurt elektronisch. De aanwezigheid van een werkende transponder AMB TranX160 of AMB X2 verplicht vanaf de vrije training, op straffe van boete van 50. De piloot is verantwoordelijk voor de werking en de montage van de transponder (persoonlijk of gehuurd) volgens het verstrekte montageschema. Elke nalatigheid zal aanleiding geven tot het schrappen van alle gechronometreerde tijden. Als een piloot zijn transponder verliest, kan hij in geen geval zijn tijden of rangschikking betwisten. Ter plaatse kan een piloot een transponder huren. Indien een piloot een door de Organisator ter beschikking 16

17 gestelde transponder verliest of beschadigd, zal deze hem worden aangerekend aan kostprijs (270 incl. BTW). Art. 25. Incidenten Zie Artikel 2.24 van de Algemene Voorschriften CIK-FIA. Art Een incident houdt een feit of reeks feiten in, waarbij één of meerdere piloten betrokken zijn (of iedere actie van een piloot, meegedeeld door de Wedstrijdleider of Feitenrechter aan de Sportcommissarissen, of genoteerd door de Sportcommissarissen en overgebracht aan de Wedstrijdleider voor verder onderzoek), en waarbij: - een wedstrijd / sessie dient te worden stopgezet; - een overtreding begaan wordt tegen de Internationale Sportcode van de FIA of tegen de Algemene Voorschriften van de CIK-FIA of tegen onderhavig Sportief Reglement; - een valse start genomen wordt; - de vertoonde vlaggen niet gerespecteerd worden; - één of meerdere karts tot een valse start gedwongen worden; - een ongeval veroorzaakt wordt; - een andere piloot van de baan gereden wordt; - een legale inhaalmanoeuvre van een piloot op een illegale manier verhinderd wordt; - een piloot illegaal gehinderd wordt tijdens een inhaalmanoeuvre. Art Een piloot (of piloten) die betrokken is (zijn) bij een incident mag het circuit niet verlaten zonder het akkoord van het College van Sportcommissarissen. Het College van Sportcommissarissen kunnen een straftijd van 10 seconden opleggen aan iedere piloot die een incident veroorzaakt heeft. Als een incident wordt veroorzaakt gedurende een kwalificatietraining, kan het College van Sportcommissarissen de beste drie tijden uit die sessie annuleren. Het College van Sportcommissarissen kan beslissen om een andere sanctie op te leggen. Art. 26. Bestraffingen In het kader van het Belgian Karting Championship kan het College van Sportcommissarissen rekening houden met eventuele bestraffingen/waarschuwingen opgelopen door een piloot tijdens voorgaande evenementen van het kampioenschap in kwestie. De promotor houdt een lijst bij van de opgelopen bestraffingen per piloot tijdens het geheel van de evenementen van een kampioenschap, en zal deze overhandigen aan de voorzitter van het College van Sportcommissarissen van een evenement. A.Aanmelden op het Secretariaat Sanctie 1. Aankomst na sluiting, zonder verontschuldiging Inschrijving geweigerd 2. Onjuiste of onsportieve houding Uitsluiting van het evenement (E) B.Vrije Trainingen 3. Rijden zonder zich te hebben aangemeld Uitsluiting van het evenement (E) 4. Niet-respecteren van gele vlag, 1 e keer Waarschuwing 5. Niet-respecteren van gele vlag, 2 e keer Uitsluiting van de vrije trainingen 6. Gevaarlijk, antisportief rijgedrag, 1 e keer Waarschuwing 7. Gevaarlijk, antisportief rijgedrag, 2 e keer Uitsluiting van de vrije trainingen 8. Niet-respecteren van de zwart/oranje vlag + nr Uitsluiting van de vrije trainingen na 3 weergaven aan de piloot C.Kwalificatietrainingen 9. Rijden zonder zicht te hebben aangemeld Uitsluiting van het evenement 10. Niet-respecteren van de gele vlag Uitsluiting van de kwalificatietrainingen 11. Gevaarlijk rijgedrag, antisportieve houding Uitsluiting van de kwalificatie- 17