Analyse biedt inzicht in instroom in de pgb-regeling voor jeugd-ggz. Analyse van de instroom in de pgb-regeling via Bureau Jeugdzorg

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Analyse biedt inzicht in instroom in de pgb-regeling voor jeugd-ggz. Analyse van de instroom in de pgb-regeling via Bureau Jeugdzorg"

Transcriptie

1 Analyse biedt inzicht in instroom in de pgb-regeling voor jeugd-ggz Analyse van de instroom in de pgb-regeling via Bureau Jeugdzorg 27 mei 2008

2 Inhoud Inleiding Conclusies en aanbevelingen... 7 Conclusies... 7 Conclusies ten aanzien van de kwantitatieve analyse... 7 Conclusies ten aanzien van de kwalitatieve analyse... 8 Aanbevelingen Analyse van het proces van diagnose tot zorgaanbod leidt tot aandachtspunten De cliënt weet de weg naar de diagnosesteller goed te vinden Proces van diagnose stellen Bevindingen ten aanzien van het diagnose stellen Werkwijze ten aanzien van AWBZ-indicaties stellen door bureau jeugdzorg is niet landelijk uniform Proces van indicatie stellen Kwantitatieve gegevens ten aanzien van de indicaties Bevindingen ten aanzien van de indicatiestelling AWBZ-zorgaanbod in natura sluit veelal niet aan op de behoefte van de cliënt, van het zorgaanbod dat wordt ingekocht met het pgb zijn de kwaliteit en effectiviteit niet geborgd Proces van keuze uit zorgaanbod Kwantitatieve gegevens ten aanzien van de geïndiceerde zorgfuncties en klassen Bevindingen ten aanzien van het zorgaanbod in natura en met pgb Externe factoren zijn van invloed op de instroom in de pgb-regeling via Bureau Jeugdzorg.. 36 Grijze gebieden en witte vlekken in de wet- en regelgeving leiden tot een gebrek aan toetsbaarheid van de indicatiestelling Maatschappelijke ontwikkelingen leiden tot een toename in het gebruik van de pgb-regeling 39 2

3 Inleiding Uit het eindrapport Evaluatie persoongebonden budget nieuwe stijl van augustus 2007 blijkt dat het aantal pgb s voor jeugdigen toeneemt: a Het aantal budgethouders in de leeftijdscategorie tot 17 jaar neemt toe. b Het aantal budgethouders met een psychiatrische grondslag neemt toe. c Het aantal indicaties voor ondersteunende begeleiding, activerende begeleiding en kortdurend verblijf neemt toe. Om meer zicht te krijgen op de instroom in de pgb-regeling die binnenkomt via de bureaus jeugdzorg heeft de directie langdurige zorg van het ministerie van VWS een lijst met vragen opgesteld en PwC gevraagd, deze vragen te beantwoorden. Het gaat hierbij om de volgende vragen: Vraag Kwantitatief 1.Welke diagnosen hebben jeugdigen? Wat zijn de meest voorkomende diagnosen en wat zijn de ziektebeelden die steeds vaker of juist minder vaak voorkomen? Wat zijn de meest voorkomende diagnosen welke leiden tot doorstroom naar de AWBZ? Welke diagnose blijven juist in de jeugdzorg? 2. Hoeveel cliënten (respectievelijk indicaties) zijn er die AWBZ-zorg (jeugd-ggz) ontvangen (via BJZ) en hoeveel cliënten ontvangen jeugdzorg (tijdreeks vanaf 2004 of eerder, tm de kwartaal)? NB: cliënten en indicaties zijn van belang! 3. Hoeveel van de cliënten voor AWBZ-zorg (Jeugd-GGZ) kiest voor een pgb resp. voor zorg in natura? (indien mogelijk meerdere jaren) Kwalitatief 4. Wat zijn de mogelijkheden en prikkels om bij een indicatiebesluit AWBZ gebruik te maken van zorg in natura versus zorg in de vorm van een pgb-regeling? En in hoeverre zijn deze mogelijkheden en prikkels veranderd sinds de start van de provinciale jeugdzorg? 5. In hoeverre is de groei van de uitgaven aan AWBZ-zorg voor jeugdigen (jeugd-ggz) in natura en in de vorm van pgb te verklaren door de volgende factoren: demografie, gezondheid bevolking, technologie, aanboren van nieuwe zorgvraag, groeiende bekendheid met regeling, medicalisering, etc.? 6. Hoe ziet het proces van zorgbehoefte tot zorglevering eruit voor de jeugd-ggz respectievelijk voor andere jeugdzorg? 7. Welk deel van de cliënten (respectievelijk indicaties) voor jeugd-ggz in de AWBZ (pgb dan wel zorg in natura) loopt via de bureaus jeugdzorg? 8. Is er een relatie tussen het type diagnose en de voorkeur voor zorg in natura of pgb? 9. Hoe indiceert bureau jeugdzorg (richtlijnen, wettelijke grondslag, protocollen etc.) en hoe verschilt dit met indicaties bij het CIZ? 10.Wat zijn de kenmerken van de cliënten (respectievelijk indicaties) in de jeugdzorg respectievelijk AWBZzorg (jeugd-ggz) in tijdreeks? 3

4 Vraag 11. Welke zorg wordt met behulp van een pgb feitelijk ingekocht? (bijvoorbeeld mantelzorg versus formele zorg en welke type zorg)? Wie levert de zorg? 12. In hoeverre wordt er met de ingekochte zorg een probleem opgelost, c.q. wat gaat er mis als deze zorg niet wordt geleverd? Met de opdrachtgever is afgesproken dat door middel van dit onderzoek naar een antwoord wordt gezocht op de vragen één tot en met drie (de kwantitatieve vragen) en de vragen vier, vijf, acht, negen en tien. Daarbij is vermeld dat de vragen een tot en met drie, acht en negen voornamelijk belangrijk zijn. Voor het kunnen toelichten van de antwoorden op deze vragen moet een antwoord komen op de vragen vier, vijf en tien. Ten aanzien van de overige vragen is afgesproken dat deze vragen mee zullen worden genomen als gedurende het onderzoek hierover informatie ter beschikking komt. Onderzoeksopzet Om de onderzoeksvragen goed te kunnen interpreteren en in te kaderen is begonnen met een schematische weergave van de onderwerpen. Dit heeft geleid tot het onderstaande schema: Omgeving (1,2) Proces Diagnose BJZ (3,4) Diagnose GGZ-aanbieder Indicatiebesluit BJZ (5,6,7,8) Jeugdzorg JJI AWBZ Indicatie besluit Jeugd-GGZ: Behandeling en langdurig verblijf Zorg (9,10) PJZ ZIN Subsidie provincie Zorgkantoor DoelRealisati e(11) Diagnose BJZ (3,4) Jeugd-GGZ: Ondersteunende begeleiding, activerende begeleiding, kortdurend verblijf buitenshuis en overige ZIN PGB Zorgkantoor Diagnose arts = indicatiebesluit (3,4) Jeugd-GGZ: Behandeling en langdurig verblijf ZIN Zorgkantoor Het onderzoek is opgedeeld in een kwantitatief en een kwalitatief gedeelte. Voor de beantwoording van de kwantitatieve vragen is een format opgesteld waarin de benodigde gegevens konden worden ingevuld. Na overleg met het ministerie van VWS, de bureaus jeugdzorg via de MO-groep en Zorgverzekeraars Nederland, is besloten dit format uit te zetten bij bureaus jeugdzorg. 4

5 Vervolgens is op basis van het aantal jeugdigen per bureau jeugdzorg en enkele voorwaarden met betrekking tot spreiding over Nederland en stedelijk/ landelijk gebied, een zestal bureaus jeugdzorg uitgekozen die gezamenlijk een landelijk representatieve steekproef vormen. Het gaat hierbij om: a Bureau Jeugdzorg Amsterdam; b Bureau Jeugdzorg Friesland; c Bureau Jeugdzorg Gelderland; d Bureau Jeugdzorg Haaglanden; e Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant; f Bureau Jeugdzorg Overijssel. Het format is naar deze bureaus jeugdzorg gestuurd en door medewerkers van de bureaus jeugdzorg ingevuld. Ten aanzien van de vraag over diagnosen bij jeugdigen bleek dat de gevraagde gegevens niet in de systemen van de bureaus jeugdzorg aanwezig waren. Daarom heeft PwC bij de zes bureaus jeugdzorg dossieronderzoek gedaan teneinde deze vraag te beantwoorden. Om de kwalitatieve vragen te beantwoorden is in samenwerking met het ministerie van VWS een vragenlijst opgesteld. Deze is opgesteld met het proces van diagnose tot en met zorgaanbod en doelrealisatie als basisstructuur. De vragenlijst is in interviews voorgelegd aan verschillende stakeholders. De volgende stakeholders zijn geïnterviewd: a zes bureaus jeugdzorg; b drie zorgverzekeraars; c CIZ; d GGZ Nederland; e een ggz-zorgaanbieder; f een pgb-zorgaanbieder; g belangenvereniging Per Saldo. De resultaten van het kwantitatieve onderzoek, het dossieronderzoek en de interviews zijn geanalyseerd en samengebracht in deze rapportage. Beperkingen ten aanzien van de kwantitatieve gegevens Bureaus Jeugdzorg registeren vanaf de invoering van de Wet op de Jeugdzorg hun gegevens ten aanzien van hun cliënten (jeugdigen) in Informatiesysteem IJ (Informatiesysteem Jeugdzorg). Dagelijks vinden in dit informatiesysteem registraties plaats van kenmerken jeugdigen, aanmeldingen, indicatiebesluiten, zorgaanspraken, aanvang zorg, beëindiging zorg, opgelegde maatregel, inkennisstelling maatregel etc. Uit onderzoek blijkt dat bureaus jeugdzorg de informatie ten aanzien van de AWBZindicatiebesluiten verschillend registreren. De meeste bureaus Jeugdzorg kunnen de informatie niet of onvoldoende uit IJ halen. Dit komt omdat de bureaus jeugdzorg met verschillende versies van IJ werken en door autonomie niet de verplichting hebben om te beschikken over de laatste 5

6 versie van IJ. In 2005 bestond de mogelijkheid van het registeren van AWBZ indicatiebesluiten in IJ nog niet. Na aanpassing van de laatste versie in IJ konden de AWBZ indicatiebesluiten worden geregistreerd, maar was onderscheid naar AWBZ ZIN en AWBZ Pgb niet mogelijk. In een nog latere versie van IJ is dit alsnog aangepast. Dit heeft er toe geleid dat de meeste bureaus jeugdzorg over zijn gegaan tot het vastleggen van de indicatiebesluiten AWBZ in een ander informatiesysteem bijvoorbeeld Excel. Bureau Jeugdzorg Gelderland is niet meegegaan met de laatste versie van IJ waarin onderscheid kan worden gemaakt tussen AWBZ indicatiebesluiten ZIN en PGB waardoor alleen de AWBZ indicatiebesluiten ZIN geregistreerd naar behandeling en verblijf in IJ worden geregistreerd. Omdat Bureau Jeugdzorg wel het onderscheid wil maken wordt er gewerkt met een zogenaamde noodprocedure waarin de indicatiebesluiten AWBZ in de vorm van een pgb worden weergegeven naar zorgfunctie en klassen in een apart registratiesysteem. Daarnaast blijkt dat niet alle bureaus jeugdzorg de informatie volledig registeren dan wel bijhouden. Dit heeft voor het onderzoek er toe geleid dat de gegevens van bureau jeugdzorg Haaglanden niet zijn meegenomen. Het dossieronderzoek heeft bij bureau jeugdzorg Haagladen tot onvoldoende bruikbare gegevens geleid om een representatief beeld weer te geven. Leeswijzer voor dit rapport In dit rapport worden bovenstaande onderzoeksvragen beantwoord. In hoofdstuk 1 zijn de belangrijkste conclusies en de aanbevelingen weergegeven die uit dit onderzoek naar voren zijn gekomen. In de hoofdstukken 2 en 3 worden deze conclusies nader onderbouwd. In hoofdstuk 2 wordt het proces beschreven van diagnose tot en met zorgaanbod. In iedere paragraaf wordt een processtap behandeld. Binnen deze structuur worden de onderzoeksvragen beantwoord die betrekking hebben op het proces, zowel kwantitatief als kwalitatief. Ten slotte wordt in hoofdstuk 3 ingegaan op externe factoren die van invloed zijn op de instroom in de pgbregeling via bureau jeugdzorg. Deze zijn onderverdeeld in factoren voortvloeiend uit de wet- en regelgeving en maatschappelijke ontwikkelingen. In dit rapport wordt met jeugd-ggz bedoeld de totale zorgverlening aan jeugdigen met een psychiatrische AWBZ-grondslag, zowel in natura als door middel van een pgb. Met ggz-instellingen worden bedoeld instellingen met een AWBZ-erkenning door wie meestal alleen zorg in natura wordt verleend. Instellingen die zorg verlenen aan pgb-houders, worden aangeduid als pgb-zorgaanbieders. Dit onderzoek heeft betrekking op de periode voor 1 januari 2008, toen de op genezing gerichte ggz nog niet was overgeheveld naar de Zorgverzekeringswet. 6

7 1 Conclusies en aanbevelingen 1.01 In dit hoofdstuk worden de belangrijkste conclusies van het onderzoek weergegeven, gevolgd door aanbevelingen aan het ministerie van VWS. Conclusies Conclusies ten aanzien van de kwantitatieve analyse 1.02 De diagnosen die ten grondslag liggen aan een indicatiebesluit AWBZ via bureaus jeugdzorg blijven over de jaren 2005, 2006 en 2007 hetzelfde. Het aantal diagnosen dat wordt gesteld neemt over de jaren echter toe. De diagnosen die het meest voorkomen zijn PDD-NOS en gedragsstoornissen zoals ADHD voor zowel pgb als zorg in natura Het aantal indicatiebesluiten neemt over de jaren 2005, 2006 en 2007 toe voor AWBZ zorg bij de bureaus jeugdzorg in verhouding tot het totale aantal indicatiebesluiten gesteld door bureau jeugdzorg. Zowel het aantal indicatiebesluiten voor zorg in natura als pgb nemen over de jaren heen toe. Voor het pgb bedragen deze percentages 150% en 42%. Voor zorg in natura bedragen deze percentages 79% en 22%. Tabel 1-1: Aantal indicatiebesluiten AWBZ via bureau jeugdzorg voor de eerste drie kwartalen 2005, 2006 en 2007 Aantal indicatiebesluiten Jeugd-GGZ AWBZ PGB Mutatie 150% 42% Zin Mutatie 79% 22% NB. Cijfers verkregen door middel van extrapolatie 1.04 De geïndiceerde zorgfuncties ondersteunende begeleiding klasse 1 en 2 en activerende begeleiding klasse 1 en 2 zijn de zorgfuncties die nagenoeg standaard worden geïndiceerd voor jeugdigen met een psychiatrische grondslag voor zowel pgb als zorg in natura. Een daling is zichtbaar in de hoogte van de klassen waarvoor wordt geïndiceerd in de vergelijking over de jaren 2005, 2006 en Onderstaande tabel geeft in absolute en relatieve zin het aantal zorgfuncties dat per indicatiebesluit pgb wordt geïndiceerd weer. 7

8 Tabel 1-2: Aantal zorgfuncties per indicatiebesluit pgb zorgfuncties Totaal landelijk % Verpleging 0,00 0,00 0,00 0% 0% 0% Ondersteunende begeleiding 1,02 1,17 1,18 49% 57% 57% Activerende begeleiding 0,61 0,49 0,48 29% 24% 23% Behandeling 0,00 0,00 0,00 0% 0% 0% Kortdurend verblijf 0,46 0,39 0,42 22% 19% 20% Langdurend verblijf 0,00 0,00 0,00 0% 0% 0% Persoonlijke verzorging 0,01 0,00 0,00 0% 0% 0% Totaal 2,10 2,05 2,09 100% 100% 100% 2006 % 1.06 Over de eerste drie kwartalen 2007 worden twee zorgfuncties per indicatiebesluit geïndiceerd. Van alle geïndiceerde zorgfuncties is 57% een zorgfunctie voor ondersteunende begeleiding. Dit kan per indicatiebesluit ondersteunende begeleiding dag en/of algemeen zijn % Conclusies ten aanzien van de kwalitatieve analyse Pgb-regeling voorziet in een behoefte aan praktische ondersteuning van kinderen met een psychiatrische stoornis en hun ouders 1.07 De maatschappelijke trend is dat ook mensen met een stoornis of beperking zoveel mogelijk deelnemen aan de samenleving. Dit betekent dat kinderen met een psychiatrische stoornis zoveel mogelijk thuis blijven wonen en naar het reguliere onderwijs gaan. Hierbij is praktische ondersteuning nodig. In deze behoefte wordt voorzien door met name de functie ondersteunende begeleiding. Aangezien deze functie nauwelijks verkrijgbaar is in zorg in natura, zoals door onder andere de bureaus jeugdzorg en GGZ Nederland wordt aangegeven in het interview, kiezen ouders voor een pgb. In de meeste gevallen is een DSM IV-classificatie voldoende voor toegang tot de AWBZ 1.08 Instroom in de AWBZ is alleen mogelijk als een jeugdige een psychiatrische stoornis heeft, geclassificeerd volgens de DSM IV, en een psychiatrische aanpak vereist is. Met betrekking tot het begrip psychiatrische aanpak is een GAF-score (een schaal voor de algemene beoordeling van het functioneren) van 50 en lager het enige houvast. De bureaus jeugdzorg ervaren de omschrijving van het begrip psychiatrische aanpak als onduidelijk en enkel de GAF-score als criterium te mager. Daardoor wordt door meerdere geïnterviewde bureaus jeugdzorg volstaan met de aanwezigheid van een gestelde diagnosecategorie die onder de in de DSM IV beschreven diagnosecategorieën valt. 8

9 Wet- en regelgeving leidt tot onduidelijkheid en gebrek aan uniformiteit 1.09 De bureaus jeugdzorg hanteren verschillende werkwijzen en criteria bij de indicatiestelling. Tot op heden zijn er voor de Bureaus Jeugdzorg geen landelijk vastgestelde beleidsregels beschikbaar ten aanzien van indicatiestelling voor AWBZ-zorg door bureau jeugdzorg, zoals die (door VWS) wel zijn beschreven voor het CIZ. Hierdoor mist ook een toetsingskader ter onderbouwing van de indicatiebesluiten door bureau jeugdzorg Bureau jeugdzorg wordt formeel aangestuurd door de provincie, terwijl de AWBZ de verantwoordelijkheid is van het ministerie van VWS. Bovendien zijn de bureaus jeugdzorg vijftien autonome organisaties. Dit heeft ertoe bijgedragen dat niet tot een uniform toetsingskader en een uniforme werkwijze is gekomen Bureau jeugdzorg heeft te maken met de Wet op de Jeugdzorg en met de AWBZ, waarvan door de bureaus jeugdzorg ervaren wordt dat die elkaar deels overlappen en waarvan de onderlinge samenhang soms onduidelijk is. Beide wetten zijn op een verschillend begrippenkader gebaseerd. Het is in veel gevallen moeilijk te bepalen of een cliënt recht heeft op zorg in het kader van de Wet op de jeugdzorg of de AWBZ De Wet op de jeugdzorg sluit ook niet aan op de pgb-regeling voor jeugd-ggz. Volgens de Wet op de jeugdzorg is bureau jeugdzorg verantwoordelijk voor de veiligheid en de verdere ontwikkeling van het kind. Uit de interviews blijkt dat de bureaus jeugdzorg bezorgd zijn omdat zij in tegenstelling tot de provinciale jeugdzorg geen zicht hebben op de kwaliteit van door ouders ingekochte zorg. De bureaus jeugdzorg verwachten dat met ondersteuning van de ouders door middel van (een vorm van) casemanagement een effectievere en kwalitatief betere zorginkoop kan worden gerealiseerd. Echter dit komt niet overeen met het doel van de pgb. Een pgb stelt budgethouders in staat zelf beslissingen te nemen. Zorgkantoren kunnen effectiviteit van ingekochte zorg onvoldoende beoordelen 1.13 De zorgkantoren controleren de uitgaven ten aanzien van het pgb steekproefsgewijs en op basis van risico-analyse. In de intensieve controle worden de nota s opgevraagd aan de pgbhouder. Er wordt echter niet gecontroleerd of met de ingekochte zorg het gewenste doel wordt gerealiseerd. In de pgb-regeling staat dat alleen de budgethouder verantwoordelijk is of de juiste zorg is ingekocht. Aanbevelingen 1.14 Registratie van de jeugdigen die via bureau jeugdzorg in aanmerking komen voor de jeugd-ggz dient te allen tijde plaats te vinden in het registratiesysteem van bureau jeugdzorg. Hierbij moet het mogelijk zijn aan te geven op welke wijze de zorg aanvangt: in natura of door middel van een pgb. Dit draagt bij aan een compleet gevuld cliëntvolgsysteem. 9

10 1.15 De toegepaste protocollen en werkwijzen dienen te worden geüniformeerd en gestandaardiseerd, teneinde een uniform toetsingskader te realiseren dat voor alle bureaus jeugdzorg geldt. Het toetsingskader dient een wettelijke basis te hebben Verduidelijking van de grijze gebieden in de wet- en regelgeving ten aanzien van de overlap tussen de Wet op de jeugdzorg en de AWBZ en het opheffen van de scheidslijn tussen jeugdzorg en jeugd-ggz. Aandachtspunt is de verduidelijking van het begrip psychiatrische aanpak, zodat de criteria op grond waarvan toegang verleend wordt tot de AWBZ helder worden. Deze problematiek dient in samenwerking tussen het ministerie van VWS als eindverantwoordelijke voor de AWBZ en het programmaministerie voor jeugd en gezin en de provincies als verantwoordelijke partijen voor de wet op de jeugdzorg te worden opgelost Daarnaast is aan te bevelen de omschrijving van vooral de functies activerende en ondersteunende begeleiding in relatie tot de eigen verantwoordelijkheid van de ouders, kritisch te beoordelen. De grens van het zelfoplossend vermogen van de ouders kan hierbij duidelijker worden omschreven. De aantrekkelijkheid van de pgb-regeling wordt nu volgens verschillende geïnterviewden deels veroorzaakt door de brede toepassingsmogelijkheden van het pgb, met name in bovengenoemde functies Aangezien de DSM IV geclassificeerde diagnose een belangrijke toets is voor instroom in de AWBZ, is het aan te bevelen voorwaarden te formuleren waaraan het proces om te komen tot een DSM IV geclassificeerde diagnose moet voldoen. Hierbij kan gedacht worden aan het gebruik van een standaard verslagformat, waarin naast de DSM IV-classificatie ook verslag wordt gedaan ten aanzien van omgevingsfactoren, zoals de thuissituatie, en waarin een uitgebreidere omschrijving van de problematiek wordt gegeven. Een andere mogelijkheid is het inperken van de groep bevoegde diagnosestellers, bijvoorbeeld alleen nog diagnostiek door ggz-instellingen waarbij multidisciplinair overleg met bijvoorbeeld bureau jeugdzorg ten aanzien van de thuissituatie een voorwaarde is Het is van belang dat de kwaliteit en de effectiviteit van de met het pgb ingekochte zorg eenvoudig is te verantwoorden zodat alle verantwoordelijke partijen hun taken conform de wet kunnen uitvoeren. Om de kwaliteit van de met het pgb ingekochte zorg te waarborgen, kan een keurmerk worden ontwikkeld voor pgb-zorgaanbieders. Hiermee kan tevens bereikt worden dat de veiligheid van de cliënt meer aandacht krijgt. Een andere mogelijkheid om deze doelen te bereiken is het invoeren van een (vorm van) casemanagement ten behoeve van de pgb-houder die hulp nodig heeft bij de inzet van het pgb. Een laatste, door een bureau jeugdzorg genoemde mogelijkheid, is het ontwikkelen van een gestandaardiseerd zorgaanbod dat met een pgb kan worden ingekocht. Hierbij zijn meerdere varianten mogelijk, op basis van de aard en de zwaarte van de problematiek Wanneer de capaciteit van de beschikbare zorg in natura wordt uitgebreid en daarmee de 10

11 wachtlijsten voor de reguliere jeugd-ggz worden ingekort, verdwijnt een belangrijke prikkel om gebruik te maken van de pgb-regeling. Ditzelfde geldt wanneer de reguliere jeugd-ggz haar aanbod verbreedt en ook de functies ondersteunende en activerende begeleiding gaat aanbieden met mogelijkheden om voor de klant maatwerk te leveren en flexibiliteit in te bouwen in het zorgaanbod. Door het ontbreken van aanbod in natura voor deze functies komen cliënten op dit moment automatisch in de pgb-regeling terecht wanneer de zorgbehoefte uit deze functies bestaat. Gezien de aard van de problematiek en de gewenste ondersteuning van jeugdigen met psychiatrische problematiek, geldt dit voor een groot gedeelte van deze groep. 11

12 2 Analyse van het proces van diagnose tot zorgaanbod leidt tot aandachtspunten 2.01 In dit hoofdstuk wordt het proces van diagnose tot en met zorgaanbod beschreven en onderbouwd met kwantitatieve gegevens. Ook worden aandachtspunten met betrekking tot het proces genoemd, die uit het kwalitatieve onderzoek naar voren zijn gekomen. Het proces ziet er als volgt uit: Figuur 2-1: Proces van diagnose tot zorgaanbod De cliënt weet bij de vraag naar jeugd-ggz de weg naar de diagnosesteller goed te vinden 2.02 In deze paragraaf komt de diagnose die ten grondslag ligt aan een indicatiebesluit jeugdggz aan de orde. Ten eerste zal worden beschreven hoe het proces van het stellen van de diagnose er uit ziet. Vervolgens wordt een overzicht gegeven van de meest voorkomende diagnosen. Hierbij zal onderscheid worden gemaakt tussen jeugdigen die kiezen voor zorg in natura en jeugdigen die kiezen voor instroom in de pgb-regeling. Ten slotte worden enkele opvallende bevindingen genoemd ten aanzien van het stellen van de diagnose. Proces van diagnose stellen 2.03 Diagnosticeren binnen de jeugd-ggz is het vinden van een antwoord op de vraag of er bij het betreffende kind sprake is van een psychiatrische stoornis. Om een goede diagnose te kunnen stellen zijn conform de theorie onderzoek en classificatie op basis van DSM IV noodzakelijk. 12

13 Voorbeeld: Het stellen van een diagnose voor PDD-NOS. Het doel van een onderzoek naar PDD- NOS is tweeledig: het vergaren van noodzakelijke informatie om een meer accurate diagnose te krijgen, evenals om informatie te verkrijgen, die de basis gaat vormen voor een doelmatig behandelplan voor het betreffende kind en diens familie. DSM-IV adviseert om de diagnose van PDD-NOS te stellen indien er een zware en in alle gebieden van de hersenen doordringende beperking is in de ontwikkeling van sociale interactie met de buitenwereld, de verbale en non-verbale (waaronder ook het uitstralen van interesse, een juiste luisterhouding, zoeken en behouden van oogcontact, glimlachen, etc.) communicatieve vaardigheden, of de ontwikkeling van schijnbaar betekenisloos zich herhalend gedrag, interesses en activiteiten, maar wanneer de criteria niet geheel gehaald zijn voor een meervoudige ontwikkelingsstoornis (autisme, Rett's stoornis, Asperger's stoornis, Childhood disintegrative disorder) of voor een enkelvoudige ontwikkelingsstoornis (ADHD, ADD, DCD, leerstoornissen, etc) Om een psychiatrische aandoening te diagnosticeren voert een ggz-psychiater een aantal gesprekken met het kind en de ouders. Daarnaast wordt door middel van verschillende testen (bijvoorbeeld vragenlijsten, observatie etc.) geprobeerd te achterhalen of een kind leidt aan een bepaalde psychiatrische stoornis. Voor een groot aantal psychiatrische stoornissen bestaan internationaal erkende en gevalideerde testmethoden. De gesprekken en testen geven inzicht in de te stellen diagnose. De psychiater maakt daarbij gebruik van de DSM-IV classificatie, een internationaal erkend classificatiesysteem om de diagnose te registeren. In het geval van een moeilijk te stellen diagnose of complexe problematiek wordt in een multidisciplinair ggz-overleg bepaald wat de uiteindelijke te stellen diagnose is De theorie geeft verder aan dat de diagnose op zichzelf staat en niet vermeldt welke en welke hoeveelheid zorg benodigd is. De diagnosesteller kan wel een advies toevoegen. Het proces van het stellen van de indicatie op basis van de diagnose, komt in de volgende paragraaf aan de orde Alleen een BIG-geregistreerde professional kan de diagnose voor een psychiatrische aandoening bij een jeugdige stellen. Dergelijke diagnoses waarmee cliënten zich aanmelden bij bureau jeugdzorg zijn in de meeste gevallen vastgesteld door psychiaters in een ggz-instelling. Andere diagnosestellers voor jeugd-ggz zijn: a vrijgevestigde psychiater; b gz-psycholoog (binnen een ziekenhuis); c klinisch psycholoog; d kinderarts; e SPV-er (onder supervisie van een psychiater of gedragskundige); f psycholoog of psychiater in dienst van een pgb-bureau; g gedragswetenschapper (bureau jeugdzorg). 13

14 2.07 Uit het onderzoek blijkt dat een diagnose voor jeugd-ggz meestal niet door bureau jeugdzorg wordt gesteld. Dit is alleen mogelijk wanneer het bureau jeugdzorg over een gedragswetenschapper beschikt In de meeste gevallen is een gestelde diagnose twee jaar geldig. Deze termijn is door de ggz vastgesteld. Dit geldt niet voor de diagnose autisme spectrum stoornissen: klassiek autisme. Wanneer deze diagnose wordt gesteld, is die gedurende het hele leven van de patiënt van toepassing Wanneer voor een jeugdige een diagnose is gesteld die te classificeren is binnen DSM IV en helder is dat een psychiatrische aanpak is vereist komt de jeugdige in aanmerking voor de AWBZ. De meest voorkomende diagnosen 2.10 Onderstaande figuren laten de zes meest voorkomende diagnosen zien die ten grondslag liggen aan een indicatiebesluit voor de AWBZ (pgb en zorg in natura) in de tijd. De figuren maken onderscheid naar de eerste drie kwartalen van 2005, 2006 en Om de diagnosen inzichtelijk te kunnen maken heeft dossieronderzoek plaatsgevonden waarbij alle op de indicatiebesluiten vermelde diagnosen zijn meegenomen. Voor alle bureaus jeugdzorg behalve Noord-Brabant geldt dat extrapolatie van de gegevens heeft plaatsgevonden naar de totale cliëntenpopulatie van het betreffende bureau jeugdzorg. Figuur 2-2: Top 5 van meest voorkomende diagnosen die worden vermeld op een pgbindicatiebesluit AWBZ per onderzocht bureau jeugdzorg 60,00% 50,00% 40,00% 30,00% 20,00% PGB Q1-Q PGB Q1-Q PGB Q1-Q ,00% 0,00% Autisme spectrum stoornissen/ Pervasieve Ontwikkelingsstoornissen/ PDD-NOS/ Asperger Gedragsstoornissen, zoals ADHD Leerstoornis Ouder-kindproblematiek Geen diagnosen Gilles de la Tourette Leesstoornis Dystymie Hechtingsstoornissen ODD 14

15 Figuur 2-3: Top 5 van meest voorkomende diagnosen die worden vermeld op een indicatiebesluit zorg in natura per onderzocht bureau jeugdzorg 60,00% 50,00% 40,00% 30,00% 20,00% ZIN Q1-Q ZIN Q1-Q ZIN Q1-Q ,00% 0,00% Autisme spectrum stoornissen/ Pervasieve Ontwikkelingsstoornissen/ PDD-NOS/ Asperger Gedragsstoornissen, zoals ADHD Leerstoornis Ouder-kindproblematiek Geen diagnosen Gilles de la Tourette Leesstoornis Dystymie Hechtingsstoornissen ODD 2.11 Bovenstaande figuren tonen alleen de diagnosen van jeugdigen die in de jeugd-ggz zijn terechtgekomen via bureau jeugdzorg. De diagnosen van jeugdigen die jeugd-ggz ontvangen via een arts-artsverwijzing komen hier niet in beeld. Het aantal jeugdigen dat jeugd-ggz ontvangt in natura via arts-artsverwijzingen is vele malen groter dan het aantal jeugdigen dat via de bureaus jeugdzorg AWBZ-zorg in natura ontvangt (10%) In deze figuren valt op dat aan een indicatiebesluit waarmee een pgb wordt aangevraagd voornamelijk de diagnosegroep ten grondslag ligt die bestaat uit autisme spectrum stoornissen, PDD-NOS en Asperger. Daarop volgt de diagnosegroep gedragsstoornissen, waar de diagnose ADHD deel van uitmaakt. Deze twee diagnosegroepen vormen samen 70% à 80% van de diagnosen die hebben geleid tot een pgb Aan de indicatiebesluiten die hebben geleid tot zorg in natura liggen eveneens in de meeste gevallen deze twee diagnosegroepen ten grondslag. Deze vormen samen gemiddeld bijna 60% van de totale diagnosen. In deze figuur is ook te zien dat sprake kan zijn van geen diagnose. Het gaat hierbij om indicatiebesluiten voor diagnostiek. Met het indicatiebesluit van bureau jeugdzorg gaat de cliënt naar een ggz-aanbieder om eerst diagnostisch onderzoek te laten uitvoeren Bovenstaande figuren laten zien dat de vraag naar jeugd-ggz voornamelijk afkomstig is van jeugdigen met diagnosen binnen de diagnosegroep autisme spectrum stoornissen, PDD-NOS (pervasieve ontwikkelingstoornis) en Asperger. In onderstaande tabel wordt voor de provincie Noord-Brabant deze diagnosegroep uitgesplitst naar percentage autisme, PDD-NOS en Asperger. 15

16 In de tabel zijn zowel de diagnosen opgenomen die hebben geleid tot indicatiebesluiten zorg in natura als de diagnosen die hebben geleid tot indicatiebesluiten pgb. Tabel 2.1: Percentage diagnosen autisme, PDD-NOS en asperger van de totale diagnosegroep in Noord-Brabant Uitsplitsing naar diagnosen Q1 t/m Q Q1 t/m Q Q1 t/m Q3 PGB ZIN PGB ZIN PGB ZIN Autisme als % van totale diagnosegroep 6,0% 9,3% 6,8% 12,7% 5,4% 11,3% PDD-NOS als % van totale diagnosegroep 69,7% 71,0% 72,3% 75,8% 71,4% 74,6% Asperger als % van totale diagnosegroep 24,3% 19,6% 20,9% 11,5% 23,2% 14,1% De tabel laat zien dat binnen de diagnosegroep die bestaat uit autisme spectrum stoornissen, PDD-NOS en Asperger de diagnose PDD-NOS het vaakst voorkomt. De diagnose autisme komt vaker voor in de indicatiebesluiten die geleid hebben tot zorg in natura, dan in de pgb-indicatiebesluiten. De relatieve verhouding tussen de drie diagnosen in deze diagnosegroep, blijft over de drie onderzochte jaren vrij stabiel In de onderstaande tabel wordt de diagnose ADHD weergegeven als percentage van de totale diagnosegroep gedragsstoornissen. Hierin is voor zowel de pgb-indicatiebesluiten als de indicatiebesluiten die hebben geleid tot zorg in natura een toename zichtbaar over de jaren. Het aandeel van de diagnose ADHD in de diagnosegroep is groter in de indicatiebesluiten pgb dan in de indicatiebesluiten zorg in natura. Tabel 2.2: ADHD als onderdeel van de diagnosegroep gedragsstoornissen Uitsplitsing naar diagnosen Q1 t/m Q Q1 t/m Q Q1 t/m Q PGB ZIN PGB ZIN PGB ZIN ADHD als % van gedragstoornissen 86,9% 58,3% 92,3% 74,4% 94,6% 79,6% 2.17 De twee hierboven genoemde diagnosegroepen vormen samen de meest voorkomende diagnosen die in het dossieronderzoek naar voren zijn gekomen in de indicatiebesluiten voor jeugd-ggz pgb s. Onderstaande tabellen geven de absolute aantallen weer voor beide diagnosegroepen. NB er zijn meerdere diagnosen op 1 indicatiebesluit mogelijk. 16

17 Tabel 2.3: Absolute aantallen diagnosegroep autisme spectrum stoornissen, PDD-NOS en Asperger eerste drie kwartalen van 2007 Autisme spectrum stoornissen, PDD-NOS en Asperger PGB Q1- Q Totaal aantal indicatiebesluiten Frequentie diagnosen Percentage t.o.v. totaal aantal indicatiebesluiten Noord-Brabant ,9% Friesland ,0% Amsterdam ,7% Gelderland ,6% Overijssel ,4% Totaal ,6% 2.18 In bovenstaande tabel wordt per onderzocht bureau jeugdzorg een aantal kengetallen weergegeven met betrekking tot de aangetroffen diagnosen autisme spectrum stoornissen, PPD- NOS en Asperger. In de eerste kolom van de tabel is te zien welke bureaus jeugdzorg zijn onderzocht. In de tweede kolom is het totale aantal indicatiebesluiten weergegeven dat in de periode van het eerste tot en met het derde kwartaal 2007 is afgegeven. In de derde kolom is weergegeven hoe vaak diagnosen uit de betreffende diagnosegroep ten grondslag lagen aan de indicatiebesluiten uit deze periode. In de laatste kolom ten slotte is te zien hoe het aantal diagnosen uit deze diagnosegroep zich verhoudt tot het aantal indicatiebesluiten in de periode. Het is hierbij van belang te onderkennen dat meerdere diagnosen ten grondslag kunnen liggen aan één indicatiebesluit. Tabel 2.4: Absolute aantallen diagnosegroep gedragsstoornissen, zoals ADHD eerste drie kwartalen 2007 Gedragsstoornissen PGB Q1- Q Totaal aantal indicatiebesluiten Frequentie diagnosen Percentage t.o.v. totaal aantal indicatiebesluiten Noord-Brabant ,8% Friesland ,1% Amsterdam ,6% Gelderland ,8% Overijssel ,9% Totaal ,3% 2.19 In de bovenstaande tabel zijn dezelfde gegevens weergegeven met betrekking tot de diagnosegroep gedragsstoornissen als in tabel 2.3 is gedaan voor de diagnosegroep autisme spectrum stoornissen, PDD-NOS en Asperger. 17

18 Bevindingen ten aanzien van het diagnose stellen 2.20 Ten aanzien van het stellen van de diagnose voor jeugd-ggz zijn een aantal opvallende punten uit de interviews en het dossieronderzoek naar voren gekomen. Ten eerste valt op dat op dit moment vrijwel iedere cliënt die bij bureau jeugdzorg binnenkomt om in te stromen in de jeugdggz, over een diagnose beschikt. In 2005 was dit aantal veel kleiner, ongeveer de helft van de cliënten beschikte toen bij binnenkomst over een diagnose. De cliënten zijn dus goed geïnformeerd over de benodigde informatie bij aanvraag van een indicatie voor een pgb en hebben de weg naar de diagnosesteller weten te vinden zonder hulp van bureau jeugdzorg Wanneer een cliënt binnenkomt zonder diagnose en bureau jeugdzorg heeft het vermoeden dat sprake is van psychiatrische problematiek, verwijst bureau jeugdzorg de cliënt naar een ggz-aanbieder om een diagnostisch onderzoek te laten doen. Hiervoor wordt een indicatie jeugd-ggz behandeling afgegeven, in natura, meestal voor een termijn van enkele maanden. Wanneer de diagnose uitwijst dat behandeling gewenst is, blijft de jeugdige bij de betreffende ggzinstelling in behandeling. Officieel moet bureau jeugdzorg hiervan een melding ontvangen. Dit gebeurt niet bij alle bureaus jeugdzorg. Komt de cliënt niet voor behandeling in aanmerking, dan komt de cliënt met de door de ggz-instelling gestelde diagnose terug bij bureau jeugdzorg. Behalve een indicatie jeugd-ggz behandeling voor het stellen van een diagnose door een ggz-instelling, is gebleken dat enkele bureaus jeugdzorg in plaats daarvan kiezen voor een indicatie jeugdzorg in de vorm van 24-uurs observatie(observatiediagnostiek-24 uurs) De geïnterviewde bureaus jeugdzorg geven aan dat in principe altijd, een enkele uitzondering daargelaten, bij een vraag naar jeugd-ggz, de jeugdige over een diagnose beschikt die valt onder de diagnosecategorieën die de DSM IV beschrijft. Uit het dossieronderzoek blijkt een wat gedifferentieerd beeld: bij de meeste bureaus jeugdzorg is in de dossiers vrijwel altijd een DSM IV-classificatie te vinden, bij een enkel bureau jeugdzorg bleek dit niet het geval Zoals eerder vermeld is de DSM IV-classificatie op zich geen geldig toegangsbewijs tot AWBZ-zorg. Er dient ook een psychiatrische aanpak noodzakelijk te zijn. Geïnterviewde bureaus jeugdzorg geven aan dat de wet onduidelijk is op het punt van de psychiatrische aanpak. Aangezien de bureaus jeugdzorg niet altijd goed begrijpen wat bedoeld wordt met deze psychiatrische aanpak, vindt men veelal enkel de DSM IV-classificatie voldoende als basis voor een AWBZ-indicatie Uit de interviews blijkt dat het voorkomt dat de ggz-diagnosesteller verwijst naar zijn eigen (vrijgevestigde) praktijk voor de uiteindelijke levering van de zorg. De geïnterviewde bureaus jeugdzorg hebben het gevoel dat dit meer uitzondering is dan regel. Toch moet gewaakt worden voor belangenverstrengeling bij de diagnosesteller. De geïnterviewden voor het onderzoek geven aan dat pgb-bureaus vaak zowel de diagnose stellen als helpen met de indicatie-aanvraag als uiteindelijk de zorg leveren. Het CIZ merkt ook op dat diagnosestellers zich vaak niet beperken tot 18

19 het stellen van de diagnose, maar hieraan ook meteen een gewenste zorgvorm koppelen. Het CIZ vindt dit niet wenselijk Een gestelde diagnose is volgens door GGZ Nederland vastgestelde richtlijnen voor jeugdigen maximaal twee jaar geldig. De geïnterviewde bureaus jeugdzorg geven aan in principe een ouder dan twee jaar gedateerde diagnose niet te accepteren als basis voor de indicatie. Uit het dossieronderzoek blijkt echter dat niet altijd aan deze termijn wordt vastgehouden voor het opnieuw laten diagnosticeren van de jeugdige en dat ook gestelde diagnoses ouder dan twee jaar worden gebruikt als basis voor een indicatie Een laatste bevinding met betrekking tot de diagnosen bestaat uit het feit dat de diagnosetechnieken die gebruikt worden bij het stellen van een diagnose voor psychiatrische stoornissen in de laatste jaren sterk verbeterd zijn. Hierdoor is het beter mogelijk een stoornis vast te stellen. Ook lukt dit op steeds jongere leeftijd en kan een meer gedetailleerde diagnose worden gesteld. Zo zijn er een aantal varianten onderkend op reeds bekende stoornissen. Het totale aantal gestelde diagnosen is door deze verbeterde technieken toegenomen. Werkwijze ten aanzien van AWBZ-indicaties stellen door bureau jeugdzorg is niet landelijk uniform 2.27 In deze paragraaf komt het stellen van de indicatie voor AWBZ-zorg door bureau jeugdzorg aan de orde. Ten eerste zal worden beschreven hoe het proces van het stellen van de indicatie er uit ziet. Vervolgens wordt een overzicht gegeven van de verzamelde kwantitatieve gegevens met betrekking tot de indicaties. Hierbij zal onderscheid worden gemaakt tussen jeugdzorg en jeugd-ggz, en binnen de jeugd-ggz tussen jeugdigen die kiezen voor zorg in natura en jeugdigen die kiezen voor instroom in de pgb-regeling. Ten slotte worden enkele opvallende bevindingen genoemd rondom de indicatiestelling. Proces van indicatie stellen 2.28 Sinds de oprichting van de bureaus jeugdzorg (2001) hebben zij de functie van indicatiesteller voor provinciale jeugdzorg. De cliënten die geïndiceerd zijn voor deze zorg, worden door bureau jeugdzorg verwezen naar een zorgaanbieder. Vanaf 1 januari 2005 is het indicatiestellen voor de jeugd-ggz toegevoegd aan het takenpakket van de bureaus jeugdzorg. Vanaf deze datum dienen de bureaus jeugdzorg volgens de Wet op de jeugdzorg vast te stellen of een cliënt is aangewezen op jeugdzorg krachtens: a de Beginselenwet Justitiële Jeugdinrichtingen; b de Provinciale doeluitkering; c de AWBZ voor zover de opgroei- en/of opvoedingsproblemen van de cliënt berusten op een psychiatrische aandoening die een psychiatrische aanpak vereist. 19

20 2.29 Het proces van indicatiestellen door Bureau Jeugdzorg begint bij het diagnostische beeld. Dit beeld bevat alle informatie om een beslissing te kunnen nemen over de benodigde zorg. Hierbij dient bureau jeugdzorg altijd eerst te bezien of aanspraak mogelijk is op zorg voortvloeiend uit de Wet op de jeugdzorg. Is dat niet het geval, dan kan worden bezien of aanspraak bestaat op AWBZzorg. Vervolgens, voordat de benodigde zorg wordt vastgesteld, stelt bureau jeugdzorg met de cliënt verschillende doelen op, bijvoorbeeld het gewenste einddoel Bij het vaststellen van de benodigde zorg zijn de volgende uitkomsten mogelijk: a b c d e Er is geen verdere zorg nodig in de zin van de wet: er wordt eventueel doorverwezen naar andersoortige hulp of zorg (gemeentelijke voorzieningen). Er is vastgesteld dat de cliënt geen aanspraak heeft op geïndiceerde zorg; licht ambulante hulpverlening 2 door het bureau jeugdzorg aan de cliënt blijkt voldoende te zijn. Er is andere dan geïndiceerde zorg nodig en er wordt verwezen (met of zonder schriftelijk advies). Er is geïndiceerde zorg nodig op basis van de Wet op de jeugdzorg (voorliggend op de AWBZ). Er is geïndiceerde zorg nodig op basis van de AWBZ Het diagnostisch beeld dat ten grondslag ligt aan een indicatiebesluit voor de provinciale jeugdzorg wordt meestal niet weergegeven aan de hand van een DSM IV-classificatie, maar als een beschrijving van de aard en de ernst van de problematiek. Om te kunnen indiceren voor provinciale jeugdzorg moet sprake zijn van een problematische gezinssituatie. Voor het ontstaan van een dergelijke situatie worden verschillende oorzaken genoemd. In deze oorzaken kan de volgende tweedeling gemaakt kan worden: 1. Situaties waar de ouders niet in staat zijn de kinderen een goede opvoeding te geven. Voorbeelden: drugsgebruik ouders, huiselijk geweld, psychische/psychiatrische aandoening ouder. 2. Situaties waarin het kind de oorzaak van de probleemsituatie lijkt te zijn Voorbeelden: Kind is druk, praat nauwelijks, dyslexie, sociaal emotionele achterstand, drugsgebruik De situaties onder punt 2 komen overeen met situaties waarbij de jeugdige op basis van een DSM IV-classificatie een indicatiebesluit AWBZ krijgt. Het verschil is echter dat een DSM IV-classificatie (meestal) ontbreekt en de nadruk op de opvoedproblematiek ligt Het onderzoek laat zien dat wanneer een cliënt binnen komt bij bureau jeugdzorg voor een indicatiebesluit AWBZ in de vorm van een pgb, de cliënt bijna altijd over een DSM IV- classificatie beschikt. Hoe een bureau jeugdzorg vervolgens het traject van de gestelde diagnose tot 1 Handboek indicatiestelling Bureaus Jeugdzorg 2 Er kunnen omstandigheden zijn waarbij niet wordt doorverwezen naar andere hulp (lokale voorzieningen) maar dat bureau jeugdzorg zelf de hulp uitvoert. Het gaat hierbij om gemiddeld vijf gesprekken die worden gevoerd in het kader van de taak het verlenen van jeugdzorg waarop geen aanspraak bestaat (Wet op de jeugdzorg artikel 10, derde lid onder b). 20

21 indicatiebesluit met de cliënt doorloopt verschilt per bureau jeugdzorg. Verschillen zijn zichtbaar op het gebied van: a De wijze waarop contact met de cliënt plaatsvindt. Er kan sprake zijn van huisbezoek, de cliënt komt langs bij het bureau jeugdzorg of er is alleen telefonisch contact. b Een aantal bureaus jeugdzorg maakt gebruik van een werkdocument dat door een aantal bureaus jeugdzorg gezamenlijk is opgesteld 3. c Het toepassen van het het IPO-protocol 4. Dit gebeurt niet uniform omdat een aantal bureaus jeugdzorg vindt dat het protocol deels onjuiste informatie bevat. d Het voeren van een vorm van casemanagement voor jeugd-ggz. In de kaders op de volgende pagina s worden bovenstaande punten door middel van voorbeelden nader toegelicht Ggz-instellingen zouden eigenlijk aan bureau jeugdzorg een melding moeten doen als een cliënt binnenkomt via een arts-artsverwijzing, dit gebeurt echter zelden. De reden voor deze meldingsplicht is dat bureau jeugdzorg na een jaar verantwoordelijk is voor de eventuele indicatiestelling aangezien de verwijzing van de arts naar de ggz-instelling maar een jaar geldig is. Bureau Jeugdzorg Amsterdam hanteert bij het indicatiebesluit als richtlijn de Wet op de jeugdzorg, de beleidsregels van het CIZ en het IPO-protocol (protocol indicatiestelling jeugdigen met psychiatrische problematiek). Als bureau jeugdzorg voor een aanmelding jeugd-ggz (ZIN of PGB) over de benodigde informatie beschikt moet binnen zes weken een indicatiebesluit vastgesteld worden. Deze indicatie wordt opgesteld door een HBO-geschoolde medewerker, zoals een verpleegkundige, een maatschappelijk werker of een SPH-er. Bij voorkeur wordt de indicatie vastgesteld door een combinatie van de medewerkers (casuïstiekbespreking onder leiding van een psychiater). In principe is gedurende deze periode alleen sprake van telefonisch contact met de cliënt. In enkele gevallen wordt het noodzakelijk geacht dat een ouder met zijn/haar kind bij bureau jeugdzorg langskomt of dat de indicatiesteller een huisbezoek aflegt. De afspraak met de zorgaanbieders is dat het advies van de zorgaanbieder bij de aanmelding in eerste instantie wordt opgevolgd. Wanneer volgens bureau jeugdzorg sprake is van onjuistheden (bijvoorbeeld in de gestelde diagnose) zal de zorgaanbieder hierop gewezen worden onder supervisie van de kinderen jeugdpsychiater van BJAA. Als de problematiek helder is, worden de functies en de klassen vastgesteld. Volgens BJAA geven hierbij de eerder vermelde richtlijnen meer richting bij het vaststellen van de functie dan bij het vaststellen van de klasse. Of het moeilijk is om de functies en klassen vast te stellen, hangt af van de complexiteit van de problematiek en de mate van ervaring van de indicatiesteller. 3 Indiceren voor AWBZ zorgfuncties GGZ Jeugdigen, Werkdocument voor Bureau Jeugdzorg. Opgesteld door bureau Jeugdzorg Noord-Brabant, Flevoland, Gelderland en Overijssel. 4 Protocol Indicatiestelling Jeugdigen met Psychiatrische Problematiek. 21

22 Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant kent ten aanzien van het indiceren het principe van brede toegang. Jeugdigen die binnenkomen bij bureau jeugdzorg komen eerst bij het aanmeldteam waar aan de hand van checklisten een schifting plaatsvindt tussen jeugdhulpverlening en jeugd-ggz. Voor een mogelijke indicatiestelling jeugd-ggz gebruikt bureau jeugdzorg het werkdocument Indiceren voor AWBZ zorgfuncties ggz-jeugdigen. Binnen bureau Jeugdzorg Noord-Brabant zijn zeven teams die zich focussen op de indicatiestellingen voor de jeugd-ggz. Deze worden ondersteund door een team dat indicaties ten aanzien van jeugd-ggz volgt en toetst. Dit team voert een minimale vorm van casemanagement uit voor indicatiebesluiten AWBZ-zorg in natura. Daar waar het alleen om een pgb-indicatiebesluit gaat wordt door dit team geen rol vervuld. Uitgangspunt van deze teams is dat voor het indiceren face-to-face contact met de ouders van de jeugdigen plaatsvindt. Bureau Jeugdzorg Overijssel werkt conform het door de bureaus jeugdzorg Brabant, Flevoland, Gelderland en Overijssel opgestelde werkdocument: Indiceren voor AWBZ Zorgfuncties GGZ Jeugdigen. Dit houdt in dat Bureau Jeugdzorg Overijssel geen onderscheid maakt tussen cliënten met en zonder een DSM IV-classificatie maar het gehele proces doorloopt conform het protocol Indicatiestelling Jeugdigen met een psychiatrische problematiek van het IPO. Hierbij wordt bij het indiceren van zorg de volgorde in de wetten aangehouden: a zorg voorliggend op jeugdhulpverlening; b jeugdhulpverlening (zorg voorliggend op AWBZ); c AWBZ: i behandeling; ii activerende begeleiding; iii ondersteunende begeleiding Na het vaststellen van de benodigde zorg wordt het indicatiebesluit opgesteld. Hierin is onder andere opgenomen: a het diagnostisch beeld; b de benodigde zorg, voor AWBZ-zorg in de vorm van zorgfunctie en klasse; c een mogelijk advies over in aanmerking komende zorgaanbieder(s) voor jeugdhulpverlening en AWBZ-zorg in natura; d Voorkeur voor zorg in natura of pgb als sprake is van een indicatiebesluit AWBZ. Kwantitatieve gegevens ten aanzien van de indicaties 2.35 Onderstaande figuur laat het percentage indicatiebesluiten jeugd-ggz zien ten opzichte van het totale aantal indicatiebesluiten dat is gesteld door de bureaus jeugdzorg in de eerste drie kwartalen van 2005, 2006 en De figuur geeft weer dat het aantal indicatiebesluiten jeugd-ggz voor nagenoeg alle onderzochte bureaus jeugdzorg toeneemt. 22

23 Figuur 2-4: Percentage indicatiebesluiten jeugd-ggz (AWBZ) van het totale aantal indicatiebesluiten bureau jeugdzorg 60% Percentage indicatiebesluiten jeugd-ggz (AWBZ) 50% 40% 30% % 10% 0% Friesland Overijssel Gelderland Noord- Brabant Amsterdam 2.36 In bovenstaande figuur is de verhouding weergegeven van het aantal indicatiebesluiten jeugd-ggz ten opzichte van het totale aantal door de onderzochte bureaus jeugdzorg afgegeven indicatiebesluiten. Dit is gedaan voor de jaren 2005, 2006 en In de tabel wordt zichtbaar dat het aandeel van de indicatiebesluiten jeugd-ggz in het totaal over de onderzochte jaren is gestegen. Het aantal indicatiebesluiten AWBZ is in Friesland in 2005 nul Een sterke stijging vindt voornamelijk plaats in de vergelijking 2006 ten opzichte van Dit is deels te verklaren door het in 2006 beter registreren van de indicatiebesluiten en het door de bureaus jeugdzorg meer oppakken van de taak indiceren voor jeugd-ggz. 23

24 Figuur 2-5: Totaal aantal indicatiebesluiten jeugdzorg versus het totale aantal AWBZ indicatiebesluiten voor de eerste drie kwartalen 2005, 2006 en Amsterdam Noord-Brabant Gelderland Overijssel Friesland Jeugdzorg AWBZ Jeugdzorg AWBZ Jeugdzorg AWBZ Bovenstaande figuur geeft de absolute waarde van het aantal indicatiebesluiten jeugdzorg (totaal aantal genomen indicatiebesluiten door Bureau Jeugdzorg) en jeugd-ggz weer van de bij het onderzoek betrokken bureaus jeugdzorg. Onderstaande tabel geeft de absolute waarde van het aantal indicatiebesluiten weer voor: a de bij het onderzoek betrokken provincies; b heel Nederland, door het aantal indicatiebesluiten van de bij het onderzoek betrokken provincies te extrapoleren naar een landelijk beeld op basis van het aantal jeugdigen in de bij het onderzoek betrokken provincies versus het aantal jeugdigen dat Nederland landelijk kent. Tabel 2-5: Aantal indicatiebesluiten jeugdzorg en AWBZ in onderzoek en landelijk beeld voor de eerste drie kwartalen 2005, 2006 en 2007 Aantal indicatiebesluiten Jeugdzorg AWBZ Jeugdzorg AWBZ Jeugdzorg AWBZ Totaal onderzoek Totaal Nederland

Rapport indicatiestelling cliënt Bureau Jeugdzorg Haaglanden

Rapport indicatiestelling cliënt Bureau Jeugdzorg Haaglanden Rapport indicatiestelling cliënt Bureau Jeugdzorg Haaglanden Inspectie jeugdzorg Utrecht, april 2010 2 Samenvatting Aanleiding voor dit toezicht was de melding van Bureau Jeugdzorg Haaglanden (hierna BJZ

Nadere informatie

Nader door Bureau Jeugdzorg (BJz) uit te voeren onderzoek.

Nader door Bureau Jeugdzorg (BJz) uit te voeren onderzoek. Onderwerp: Samenvatting: Soort uitspraak: Nader door Bureau Jeugdzorg (BJz) uit te voeren onderzoek. Bij verzekerde is sprake van de grondslagen verstandelijke handicap en psychiatrische aandoening. Zowel

Nadere informatie

Factsheet gemeente Westland

Factsheet gemeente Westland In deze factsheet wordt ingegaan op verschillende indicatoren voor het aantal jeugdigen uit uw gemeente dat in de afgelopen jaren gebruik heeft gemaakt van ondersteuning en zorg voor jeugd. Dit wordt per

Nadere informatie

Dagbehandeling individueel aanvullend op dagbehandeling in groepsverband

Dagbehandeling individueel aanvullend op dagbehandeling in groepsverband Onderwerp: Samenvatting: Dagbehandeling individueel aanvullend op dagbehandeling in groepsverband Het onderwerp van dit geschil is of en zo ja, in welke situaties, een verzekerde aangewezen kan zijn op

Nadere informatie

De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Research voor Beleid. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning in

De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Research voor Beleid. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning in Achtergronden en motieven bij wachten op een pgb Eindrapport Een onderzoek in opdracht van het ministerie van VWS drs. L. Boer drs. M. Hollander Projectnummer: B3811 Zoetermeer, 16 december 2010 De verantwoordelijkheid

Nadere informatie

Inzicht in de jeugdzorg en de samenhang met gerelateerde domeinen

Inzicht in de jeugdzorg en de samenhang met gerelateerde domeinen Inzicht in de jeugdzorg en de samenhang met gerelateerde domeinen Informatiebijeenkomst Transitie jeugdzorg, SRA 19 juni 2011 Startfoto en kennisdeling. Het Planetarium Amsterdam Caroline Mobach Presentatie

Nadere informatie

Bijlage 2: Onderzoeksresultaten van ITS en PwC

Bijlage 2: Onderzoeksresultaten van ITS en PwC Bijlage 2: Onderzoeksresultaten van ITS en PwC Bronnen: - Analyse biedt inzicht in instroom in de pgb-regeling voor jeugd-ggz. Analyse van de instroom in de pgb-regeling via Bureau Jeugdzorg. PricewaterhouseCoopers-

Nadere informatie

Inhoudelijke veranderingen per 1 januari 2014 in de Beleidsregels indicatiestelling AWBZ van het ministerie van VWS en de CIZ Indicatiewijzer

Inhoudelijke veranderingen per 1 januari 2014 in de Beleidsregels indicatiestelling AWBZ van het ministerie van VWS en de CIZ Indicatiewijzer Hoofdkantoor Princenhof Park 3 3972 NG Driebergen Postbus 232 3970 AE Driebergen T 030-751 80 00 F 030-751 80 01 E info@ciz.nl www.ciz.nl Inhoudelijke veranderingen per 1 januari 2014 in de Beleidsregels

Nadere informatie

Datum: 30 augustus 2010 Uitgebracht aan: Onderstaand de volledige uitspraak.

Datum: 30 augustus 2010 Uitgebracht aan: Onderstaand de volledige uitspraak. Onderwerp: Samenvatting: Soort uitspraak: Indicatie voor verblijf van Bureau Jeugdzorg (BJz) BJz is de bevoegde instantie om een indicatie af te geven voor minderjarige verzekerden met psychiatrische problematiek.

Nadere informatie

BELEIDSREGEL BR/CU-7013

BELEIDSREGEL BR/CU-7013 BELEIDSREGEL BR/CU-7013 Eerstelijns psychologische zorg Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef, en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa)

Nadere informatie

Verzamelen gegevens: december 2013

Verzamelen gegevens: december 2013 Verzamelen gegevens: december 2013 Interpretatie gegevens: april/mei 2014 Organisatiebeschrijving Inzowijs richt zich op de begeleiding van kinderen en jongeren in de leeftijd van 2 t/m 23 jaar. De problematiek

Nadere informatie

Vragen en antwoorden over het Persoonsgebonden budget (PGB) jeugdhulp, Inhoudsopgave

Vragen en antwoorden over het Persoonsgebonden budget (PGB) jeugdhulp, Inhoudsopgave Vragen en antwoorden over het Persoonsgebonden budget (PGB) jeugdhulp, Inhoudsopgave 1. Wijzigingen per 1 januari 2015 algemeen 2. Meest gestelde vragen van mensen die vóór 2015 een PGB hadden 3. PGB:

Nadere informatie

Datum: 25 september 2012 Uitgebracht aan: Onderstaand de volledige uitspraak.

Datum: 25 september 2012 Uitgebracht aan: Onderstaand de volledige uitspraak. Onderwerp: Samenvatting: Soort uitspraak: Leveringsvoorwaarde Het College constateert dat de leveringsvoorwaarden bij de indicatiestelling een steeds belangrijkere rol zijn gaan spelen terwijl een wettelijke

Nadere informatie

Wachttijden. in ggz-instellingen. GGZ Nederland Amersfoort Publicatienummer: juli 2010

Wachttijden. in ggz-instellingen. GGZ Nederland Amersfoort Publicatienummer: juli 2010 Wachttijden in ggz-instellingen 2009 GGZ Nederland Amersfoort Publicatienummer: 2010-365 juli 2010 Inhoudsopgave 1. SAMENVATTING EN CONCLUSIES...3 2 INVENTARISATIE WACHTLIJSTEN GGZ-INSTELLINGEN...4 2.1

Nadere informatie

Experts in diagnostiek

Experts in diagnostiek Experts in diagnostiek Het beste in een kind naar boven halen Elk kind heeft zijn eigen talenten. Dit betekent niet dat alle kinderen even goed mee kunnen komen op school. Sommige kinderen hebben onvoldoende

Nadere informatie

MEMO Wetgeving en Jurisprudentie (onderwerp)

MEMO Wetgeving en Jurisprudentie (onderwerp) MEMO Wetgeving en Jurisprudentie (onderwerp) Sector: Jeugdzorg Onderwerp: Bevoegdheidsverdeling CIZ en Jeugdzorg bij 18 tot 23 jaar Vraag: Wanneer is CIZ bevoegd en wanneer is BJZ bevoegd te indiceren

Nadere informatie

Vervolgonderzoek 2013 naar de reden van wachten van Zuid-Hollandse cliënten

Vervolgonderzoek 2013 naar de reden van wachten van Zuid-Hollandse cliënten Oinici zock naar dc ivdcn van wachicii Vervolgonderzoek 2013 naar de reden van wachten van Zuid-Hollandse Aanleiding In 2009 is er veel geïnvesteerd om de wachtlijst geïndiceerde jeugdzorg in de provincie

Nadere informatie

JEUGDHULP HOLLAND RIJNLAND

JEUGDHULP HOLLAND RIJNLAND JEUGDHULP HOLLAND RIJNLAND Aan: Werkgroep kostencomponenten jeugd GGZ (met aanbieders) Van: TWO jeugdhulp Holland Rijnland Datum: 12-07-2017 Onderwerp: Concept omschrijving diensten Jeugd GGZ 2018, behorende

Nadere informatie

Inhoudelijke veranderingen per 28 juli 2014 in de Beleidsregels indicatiestelling AWBZ van het ministerie van VWS en de CIZ Indicatiewijzer

Inhoudelijke veranderingen per 28 juli 2014 in de Beleidsregels indicatiestelling AWBZ van het ministerie van VWS en de CIZ Indicatiewijzer Hoofdkantoor Princenhof Park 3 3972 NG Driebergen Postbus 232 3970 AE Driebergen T 030-751 80 00 F 030-751 80 01 E info@ciz.nl www.ciz.nl Inhoudelijke veranderingen per 28 juli 2014 in de Beleidsregels

Nadere informatie

Jeugdzorg in Gelderland april 2009

Jeugdzorg in Gelderland april 2009 Jeugdzorg in Gelderland april 2009 Inleiding Voor u ligt de eerste factsheet jeugdzorg 2009. De factsheet is gebaseerd op de actuele beleidsinformatie afkomstig van Bureau Jeugdzorg Gelderland (t/m vierde

Nadere informatie

Wegwijzer naar de AWBZ

Wegwijzer naar de AWBZ Wegwijzer naar de AWBZ Kinderen met een psychiatrische stoornis hebben soms veel zorg nodig. Als dat bij uw kind het geval is, dan kunt u gebruikmaken van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten. Deze

Nadere informatie

JEUGDHULP HOLLAND RIJNLAND

JEUGDHULP HOLLAND RIJNLAND JEUGDHULP HOLLAND RIJNLAND Aan: Werkgroep kostencomponenten jeugd GGZ (met aanbieders) Van: TWO jeugdhulp Holland Rijnland Datum: 12-07-2017 Onderwerp: Concept omschrijving diensten Jeugd GGZ 2018, behorende

Nadere informatie

Hoe werkt de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ)?

Hoe werkt de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ)? Hoe werkt de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ)? Hoe werkt de AWBZ? Wie doet wat in de AWBZ? Hoe werkt de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ)? Deze Informatiekaart geeft antwoord op de

Nadere informatie

RICHTLIJN NAAR EEN COMPLETE AANVRAAG

RICHTLIJN NAAR EEN COMPLETE AANVRAAG RICHTLIJN NAAR EEN COMPLETE AANVRAAG VAN: CIZ ONDERWERP: RICHTLIJN NAAR EEN COMPLETE AANVRAAG VERSIE: 6.0 DATUM: 1-1- 2013 INLEIDING Uniformeren van informatie bij de In deze richtlijn staat welke informatie

Nadere informatie

Vragen en antwoorden over het Persoonsgebonden budget (PGB) jeugdhulp, Inhoudsopgave

Vragen en antwoorden over het Persoonsgebonden budget (PGB) jeugdhulp, Inhoudsopgave Vragen en antwoorden over het Persoonsgebonden budget (PGB) jeugdhulp, Inhoudsopgave 1. Wijzigingen per 1 januari 2015 Algemeen 2. Meest gestelde vragen van mensen die nu een PGB hebben 3. PGB trekkingsrecht

Nadere informatie

BELEIDSREGEL BR/CU-7047

BELEIDSREGEL BR/CU-7047 BELEIDSREGEL Eerstelijns psychologische zorg Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef, en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) beleidsregels

Nadere informatie

Datum: 20 februari 2012 Uitgebracht aan: Begeleiding / behandeling in groepsverband. Onderstaand de volledige uitspraak.

Datum: 20 februari 2012 Uitgebracht aan: Begeleiding / behandeling in groepsverband. Onderstaand de volledige uitspraak. Onderwerp: Samenvatting: Soort uitspraak: AWBZ-zorg en gedeeltelijke ontheffing van de leerplicht Als een kind leerplicht is, is onderwijs in beginsel voorliggend op de inzet van begeleiding of behandeling

Nadere informatie

Samen maken we de zorg persoonlijk

Samen maken we de zorg persoonlijk Samen maken we de zorg persoonlijk Wij zien uw passie om goede zorg mogelijk te maken voor klanten in de Wlz. En we begrijpen dat dit niet altijd eenvoudig is in een complexe omgeving. Daarom willen we

Nadere informatie

Samen maken we de zorg persoonlijk

Samen maken we de zorg persoonlijk Samen maken we de zorg persoonlijk Wij zien uw passie om goede zorg mogelijk te maken voor klanten in de Wlz. En we begrijpen dat dit niet altijd eenvoudig is in een complexe omgeving. Daarom willen we

Nadere informatie

Decentralisatie begeleiding

Decentralisatie begeleiding Decentralisatie begeleiding Zorgkantoor Delft Westland Oostland / Nieuwe Waterweg Noord 31 januari 2012 Inhoudsopgave pagina Inleiding 3 Leeswijzer 4 Bijlage: rapportage per gemeente Rapport decentralisatie

Nadere informatie

Afbakening Wet langdurige zorg (Wlz) en samenwerking Centrum indicatiestelling zorg (CIZ)

Afbakening Wet langdurige zorg (Wlz) en samenwerking Centrum indicatiestelling zorg (CIZ) Afbakening Wet langdurige zorg (Wlz) en samenwerking Centrum indicatiestelling zorg (CIZ) Er is in de praktijk onduidelijkheid over de grens tussen de Wlz en de Wmo / Jeugdwet. Inhoud: - Aanspraak Wmo

Nadere informatie

Versie april Cliëntroute Bureau Jeugdzorg Jeugdhulpverlening

Versie april Cliëntroute Bureau Jeugdzorg Jeugdhulpverlening Versie 1.0 19 april 2005 Cliëntroute Bureau Jeugdzorg Inleiding Het Bureau Jeugdzorg heeft als taak om te mensen te begeleiden die problemen hebben met de opvoeding van hun kind. Mensen die zich zorgen

Nadere informatie

In deze e-mail informeren wij u graag over de veranderingen die in de zorg gaan plaatsvinden per 1 januari 2015.

In deze e-mail informeren wij u graag over de veranderingen die in de zorg gaan plaatsvinden per 1 januari 2015. Beste ouder, In deze e-mail informeren wij u graag over de veranderingen die in de zorg gaan plaatsvinden per 1 nuari 2015. Bij deze e-mail zijn twee bijlagen bijgesloten: 1. Een brief aan u als ouder

Nadere informatie

Protocol crisisopvang (niet uitstelbare zorgvraag) VV&T

Protocol crisisopvang (niet uitstelbare zorgvraag) VV&T Inhoud Protocol crisisopvang (niet uitstelbare zorgvraag) VV&T...2 1. Definitie crisiszorg...2 1.1 Algemene definitie:...2 1.2 Grondslag:...2 2. Uitgangspunten crisiszorg in de VV&T...2 2.1 Scope...2 2.2

Nadere informatie

Het Nederlandse Zorgstelsel

Het Nederlandse Zorgstelsel Het Nederlandse Zorgstelsel Een heldere blik op de regels in de gezondheidszorg Corné Adriaansen 12 september 2012 Door de bomen het bos niet meer te zien? Zorgstelsel Nederland 2012 Financieringsstromen

Nadere informatie

Regeling spoedzorg Gehandicaptenzorg

Regeling spoedzorg Gehandicaptenzorg Regeling spoedzorg Gehandicaptenzorg Zorgkantoorregio Noordoost Brabant 1 Regeling spoedzorg Dit document beschrijft de regeling spoedzorg, zoals deze is overeengekomen en wordt uitgevoerd door de verschillende

Nadere informatie

Aanvullende cliëntinformatie behorend bij de kwartaalrapportage AWBZ

Aanvullende cliëntinformatie behorend bij de kwartaalrapportage AWBZ Aanvullende cliëntinformatie behorend bij de kwartaalrapportage AWBZ De vierde MEE Signaal eindrapportage pakketmaatregel AWBZ geeft een totaalbeeld van de geleverde ondersteuning door MEE gedurende de

Nadere informatie

Een kinderbeschermingsmaatregel?

Een kinderbeschermingsmaatregel? Een kinderbeschermingsmaatregel? Stand van zaken naar aanleiding van het vervolgonderzoek naar de kwaliteit van de Bureaus Jeugdzorg en de Raad voor de Kinderbescherming bij de besluiten over een kinderbeschermingsmaatregel

Nadere informatie

Op al deze eisen dient u een antwoord in te vullen in de daarvoor bestemde kolom.

Op al deze eisen dient u een antwoord in te vullen in de daarvoor bestemde kolom. Aanmeldingscriteria De regio West Brabant Oost (WBO) heeft de volgende eisen geformuleerd, waaraan een zorg aanbieder dient te voldoen om ambulante jeugdhulp te kunnen leveren aan jeugdigen uit de regio

Nadere informatie

Gebruik en omvang pgb Jeugd Holland Rijnland

Gebruik en omvang pgb Jeugd Holland Rijnland Gebruik en omvang pgb Jeugd Holland Rijnland In deze factsheet gaan we in op het pgb zoals dat nu voor jeugd ingezet wordt onder de AWBZ. Daarbij gaan we in op de volgende vragen: - Hoe loopt de procedure

Nadere informatie

Inleiding. Toelichting op aanvraagprocedure

Inleiding. Toelichting op aanvraagprocedure Inleiding U heeft het aanvraagpakket van Bureau Jeugdzorg gedownload in verband met een (her)aanvraag AWBZ in de vorm van PGB/ZIN of ZZP c.q. verblijfsindicatie. Dit pakket bevat: Een uitleg over de procedure

Nadere informatie

Uw brief van Uw kenmerk Datum ---- ---- 24 september 2008. Ons kenmerk Behandeld door Doorkiesnummer GS/28060762 drs. A.M. Hopman (020) 797 86 01

Uw brief van Uw kenmerk Datum ---- ---- 24 september 2008. Ons kenmerk Behandeld door Doorkiesnummer GS/28060762 drs. A.M. Hopman (020) 797 86 01 Aan de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Postbus 20350 2500 EJ 'S-GRAVENHAGE Uw brief van Uw kenmerk Datum ---- ---- 24 september 2008 Ons kenmerk Behandeld door Doorkiesnummer GS/28060762

Nadere informatie

Eén op de vijf patiënten vindt oefentherapeut zonder verwijzing Factsheet Landelijke Informatievoorziening Paramedische Zorg, maart 2009

Eén op de vijf patiënten vindt oefentherapeut zonder verwijzing Factsheet Landelijke Informatievoorziening Paramedische Zorg, maart 2009 Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL De gegevens mogen met bronvermelding (Margit K Kooijman, Ilse CS Swinkels, Chantal J Leemrijse. Eén op de vijf patiënten vindt oefentherapeut zonder verwijzing.

Nadere informatie

de behandelaar of huisarts mee te sturen. In deze verklaring moet het volgende worden vermeld: een

de behandelaar of huisarts mee te sturen. In deze verklaring moet het volgende worden vermeld: een Toelichting bij aanvraagformulier AWBZ-indicatie (PGB/ZIN) U dient deze aanvraag bij Bureau Jeugdzorg in, omdat u uw kind in aanmerking wilt laten komen voor zorg die bekostigd wordt op basis van de Algemene

Nadere informatie

In en exclusiecriteria

In en exclusiecriteria In en exclusiecriteria Omschrijving organisatie Schutse Zorg Tholen heeft formeel een toelating voor het bieden van intramurale zorg in het kader van de wet Langdurige zorg (85 plaatsen) waarvan 20 plaatsen

Nadere informatie

2.10 Resultaten van het ITS onderzoek naar leerlingen met autisme in het primair en voortgezet onderwijs in het schooljaar

2.10 Resultaten van het ITS onderzoek naar leerlingen met autisme in het primair en voortgezet onderwijs in het schooljaar 2.10 Resultaten van het ITS onderzoek naar leerlingen met autisme in het primair en voortgezet onderwijs in het schooljaar 2003-2004 Samenvatting, conclusies en aandachtspunten 1 Autisme in het primair

Nadere informatie

Aanvraagformulier voor GGZ AWBZ (her)indicatie Bureau Jeugdzorg Haaglanden/Zuid-Holland

Aanvraagformulier voor GGZ AWBZ (her)indicatie Bureau Jeugdzorg Haaglanden/Zuid-Holland Aanvraagformulier voor GGZ AWBZ (her)indicatie Bureau Jeugdzorg Haaglanden/Zuid-Holland Betreft de aanvraag een herindicatie? Nee Ja, huidige indicatiebesluit geldig tot 1. Jeugdige Voornamen: Roepnaam:

Nadere informatie

Inhoudelijke veranderingen per 1 januari 2013 in de Beleidsregels indicatiestelling AWBZ van het ministerie van VWS

Inhoudelijke veranderingen per 1 januari 2013 in de Beleidsregels indicatiestelling AWBZ van het ministerie van VWS Inhoudelijke veranderingen per 1 januari 2013 in de Beleidsregels indicatiestelling AWBZ van het ministerie van VWS Korte inhoud In dit document worden de veranderingen weergegeven in de Beleidsregels

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

Bevoegdheidsverdeling CIZ en Bureau jeugdzorg bij indicatiestelling van jeugdigen

Bevoegdheidsverdeling CIZ en Bureau jeugdzorg bij indicatiestelling van jeugdigen Onderwerp: Samenvatting: Soort uitspraak: Bevoegdheidsverdeling CIZ en Bureau jeugdzorg bij indicatiestelling van jeugdigen Verzekerde is een 13-jarige jongen met een dubbele grondslag, namelijk een verstandelijke

Nadere informatie

1. Alle dagbesteding inclusief vervoer gaat naar de gemeente (Wmo en Jeugdwet). Ook de dagbesteding van cliënten met een hoog zzp.

1. Alle dagbesteding inclusief vervoer gaat naar de gemeente (Wmo en Jeugdwet). Ook de dagbesteding van cliënten met een hoog zzp. 17 misverstanden over de Wet langdurige zorg (Wlz) Per 1 januari 2015 komt de Wet langdurige zorg (Wlz) in de plaats van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ). De Wlz is van toepassing op cliënten

Nadere informatie

Verpleging en verzorging (V&V)

Verpleging en verzorging (V&V) Bijlage 1 : Aanscherping ZZP-omschrijvingen en algoritmen Op verzoek van VWS zijn de zorgzwaartepakketten (ZZP s) voor de AWBZ inhoudelijk aangescherpt en de algoritmen in het ZZP-registratieprogramma

Nadere informatie

Jeugdzorg in Gelderland september 2011

Jeugdzorg in Gelderland september 2011 Jeugdzorg in Gelderland september 2011 Voor u ligt het derde infoblad 2011. In dit infoblad zijn de actuele cijfers over de ontwikkelingen en prestaties in de Gelderse jeugdzorg kort weergegeven. Tevens

Nadere informatie

Beleidsregels indicatiestelling AWBZ 2011. Bijlage 7. Behandeling

Beleidsregels indicatiestelling AWBZ 2011. Bijlage 7. Behandeling 2011 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Doelstelling functie 4 2.1 Algemeen 4 2.2 Continue, systematische, langdurige en multidisciplinaire zorg (CSLM) 5 2.3 gericht op herstel en/of het aanleren van vaardigheden

Nadere informatie

Regeling gezamenlijke aanlevering ZZP-opgave

Regeling gezamenlijke aanlevering ZZP-opgave REGELING Gezamenlijke aanlevering ZZP-opgave Regeling gezamenlijke aanlevering ZZP-opgave Gelet op de artikelen 61, 62 en 68 van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg) heeft de Nederlandse Zorgautoriteit

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds In hoofdstuk 9 worden na artikel 9.13 vier nieuwe artikelen ingevoegd, luidende:

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds In hoofdstuk 9 worden na artikel 9.13 vier nieuwe artikelen ingevoegd, luidende: STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 60365 25 oktober 2017 Regeling van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 17 oktober 2017, kenmerk

Nadere informatie

Samen maken we de zorg persoonlijk

Samen maken we de zorg persoonlijk Samen maken we de zorg persoonlijk Wij zien uw passie om goede zorg mogelijk te maken voor klanten in de Wlz. En we begrijpen dat dit niet altijd eenvoudig is in een complexe omgeving. Daarom willen we

Nadere informatie

Samen maken we de zorg persoonlijk

Samen maken we de zorg persoonlijk Samen maken we de zorg persoonlijk Wij zien uw passie om goede zorg mogelijk te maken voor klanten in de Wlz. En we begrijpen dat dit niet altijd eenvoudig is in een complexe omgeving. Daarom willen we

Nadere informatie

Beleidsregels indicatiestelling AWBZ Bijlage 7. Behandeling

Beleidsregels indicatiestelling AWBZ Bijlage 7. Behandeling 2009 Versie 1 januari 2009 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Doelstelling functie 4 2.1 Algemeen 4 2.2 Aanvullende functionele diagnostiek 4 2.3 Kortdurende behandeling gericht op herstel en/of het aanleren

Nadere informatie

SECTORVREEMDE EN INSTELLINGSVREEMDE ZZP S. Geldig in jaar: 2011 Versie: 1.0

SECTORVREEMDE EN INSTELLINGSVREEMDE ZZP S. Geldig in jaar: 2011 Versie: 1.0 SECTORVREEMDE EN INSTELLINGSVREEMDE ZZP S Eigenaar: Gereviewd door: Geldig in jaar: 2011 Versie: 1.0 Betrokken beleidsregels NZA: Laura Mostert Saskia Hartendorp CA-392 Invoering Zorgzwaartepakketten CA-437

Nadere informatie

1.1 Dienstverlener levert aan Jeugdigen de Jeugdhulp als opgenomen in Bijlage IIa Producten en prijzen.

1.1 Dienstverlener levert aan Jeugdigen de Jeugdhulp als opgenomen in Bijlage IIa Producten en prijzen. BIJLAGE II Jeugdhulp 2018 (individueel overeengekomen) 1. Jeugdhulp 1.1 Dienstverlener levert aan Jeugdigen de Jeugdhulp als opgenomen in Bijlage IIa Producten en prijzen. 1.2 Dienstverlener levert de

Nadere informatie

Wachttijden. in ggz-instellingen. GGZ Nederland Amersfoort Publicatienummer: juni 2009

Wachttijden. in ggz-instellingen. GGZ Nederland Amersfoort Publicatienummer: juni 2009 Wachttijden in ggz-instellingen 2008 GGZ Nederland Amersfoort Publicatienummer: 2009-353 juni 2009 Inhoudsopgave 1. SAMENVATTING EN CONCLUSIES...3 2 INVENTARISATIE WACHTLIJSTEN GGZ-INSTELLINGEN...4 2.1

Nadere informatie

Beleidsregels indicatiestelling AWBZ 2010. Bijlage 7. Behandeling

Beleidsregels indicatiestelling AWBZ 2010. Bijlage 7. Behandeling 2010 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Doelstelling functie 4 2.1 Algemeen 4 2.2 Aanvullende functionele diagnostiek 5 2.3 Kortdurende behandeling gericht op herstel en/of het aanleren van vaardigheden of

Nadere informatie

Voor u ligt de eerste managementrapportage (marap) CJG+ de Kempen van het eerste kwartaal van 2015.

Voor u ligt de eerste managementrapportage (marap) CJG+ de Kempen van het eerste kwartaal van 2015. Inleiding Voor u ligt de eerste managementrapportage (marap) CJG+ de Kempen van het eerste kwartaal van 2015. Deze rapportage bevat relevante resultaat gegevens (kwantitatief en financieel) over het afgelopen

Nadere informatie

KWARTAALINFORMATIE Jeugdzorg Zuid-Holland e kwartaal versie 13/3/15

KWARTAALINFORMATIE Jeugdzorg Zuid-Holland e kwartaal versie 13/3/15 KWARTAALINFORMATIE Jeugdzorg Zuid-Holland 2014 4e kwartaal versie 13/3/15 1 Inleiding Dit is de laatste Kwartaalinformatie jeugdzorg. De Kwartaalinformatie was de monitor van de provinciale jeugdzorg.

Nadere informatie

Cijfers over zorg in Mook en Middelaar

Cijfers over zorg in Mook en Middelaar Cijfers over zorg in Mook en Middelaar Tijdens de behandeling van de visienotitie in de Commissie Samenleving op 11 februari jl. is toegezegd cijfers te verstrekken over de omvang van zorggebruikers in

Nadere informatie

Inhoudelijke veranderingen per 1 januari 2013 in de Beleidsregels indicatiestelling AWBZ van het ministerie van VWS en de CIZ Indicatiewijzer

Inhoudelijke veranderingen per 1 januari 2013 in de Beleidsregels indicatiestelling AWBZ van het ministerie van VWS en de CIZ Indicatiewijzer Hoofdkantoor Princenhof Park 3 3972 NG Driebergen Postbus 232 3970 AE Driebergen T 030-751 80 00 F 030-751 80 01 E info@ciz.nl www.ciz.nl Inhoudelijke veranderingen per 1 januari 2013 in de Beleidsregels

Nadere informatie

Cliëntgegevens. Aan de leden van de Provinciale Staten. Nr.: /51/A.31, W Groningen, 16 december 2004

Cliëntgegevens. Aan de leden van de Provinciale Staten. Nr.: /51/A.31, W Groningen, 16 december 2004 Aan de leden van de Provinciale Staten Nr.: 2004-27.328/51/A.31, W Groningen, 16 december 2004 Behandeld door : K.C. Sikkema Telefoonnummer : (050) 316 4299 Bijlagen : 3 Onderwerp : Derde Kwartaalrapportage

Nadere informatie

Regeling spoedzorg gehandicaptenzorg Noord-Oost Brabant.

Regeling spoedzorg gehandicaptenzorg Noord-Oost Brabant. Regeling spoedzorg gehandicaptenzorg Noord-Oost Brabant. 1. Regeling Spoedzorg Dit document beschrijft de regeling spoedzorg, zoals deze is overeengekomen en wordt uitgevoerd door de verschillende betrokken

Nadere informatie

Samen maken we de zorg persoonlijk

Samen maken we de zorg persoonlijk Samen maken we de zorg persoonlijk Wij zien uw passie om goede zorg mogelijk te maken voor klanten in de Wlz. En we begrijpen dat dit niet altijd eenvoudig is in een complexe omgeving. Daarom willen we

Nadere informatie

Geschil over het niet indiceren van kortdurend verblijf

Geschil over het niet indiceren van kortdurend verblijf Onderwerp Zorgvorm Geschil over het niet indiceren van kortdurend verblijf Kortdurend verblijf Datum 25 april 2014 Uitgebracht aan Soort uitspraak Samenvatting CIZ Advies als bedoeld in artikel 58 AWBZ

Nadere informatie

Samen maken we de zorg persoonlijk

Samen maken we de zorg persoonlijk Samen maken we de zorg persoonlijk Wij zien uw passie om goede zorg mogelijk te maken voor klanten in de Wlz. En we begrijpen dat dit niet altijd eenvoudig is in een complexe omgeving. Daarom willen we

Nadere informatie

Samen maken we de zorg persoonlijk

Samen maken we de zorg persoonlijk Samen maken we de zorg persoonlijk Wij zien uw passie om goede zorg mogelijk te maken voor klanten in de Wlz. En we begrijpen dat dit niet altijd eenvoudig is in een complexe omgeving. Daarom willen we

Nadere informatie

Samen maken we de zorg persoonlijk

Samen maken we de zorg persoonlijk Samen maken we de zorg persoonlijk Wij zien uw passie om goede zorg mogelijk te maken voor klanten in de Wlz. En we begrijpen dat dit niet altijd eenvoudig is in een complexe omgeving. Daarom willen we

Nadere informatie

Rapport indicatiestelling cliënt Bureau jeugdzorg Noord-Holland

Rapport indicatiestelling cliënt Bureau jeugdzorg Noord-Holland Rapport indicatiestelling cliënt Bureau jeugdzorg Noord-Holland Inspectie jeugdzorg Utrecht, september 2009 2 Inspectie jeugdzorg Inhoudsopgave Samenvatting... 5 Hoofdstuk 1 - Inleiding... 9 1.1 Aanleiding...

Nadere informatie

In- en exclusiecriteria voor cliënten Schutse Zorg Tholen

In- en exclusiecriteria voor cliënten Schutse Zorg Tholen In- en exclusiecriteria voor cliënten Schutse Zorg Tholen Doel Omschrijven van criteria wanneer een cliënt in aanmerking komt voor verpleging en verzorging binnen de intramurale setting en de grenzen van

Nadere informatie

Veel gestelde vragen overgangsrecht persoonsgebonden budget (PGB) Jeugd

Veel gestelde vragen overgangsrecht persoonsgebonden budget (PGB) Jeugd Veel gestelde vragen overgangsrecht persoonsgebonden budget (PGB) Jeugd Wat is trekkingsrecht? Begin september heeft u een brief ontvangen van de Sociale Verzekeringsbank (SVB) over het PGB via trekkingsrecht.

Nadere informatie

Diagnostiek en onderzoek naar autisme bij dubbele diagnose. Annette Bonebakker, PhD, klinisch neuropsycholoog CENTRUM DUBBELE PROBLEMATIEK DEN HAAG

Diagnostiek en onderzoek naar autisme bij dubbele diagnose. Annette Bonebakker, PhD, klinisch neuropsycholoog CENTRUM DUBBELE PROBLEMATIEK DEN HAAG Diagnostiek en onderzoek naar autisme bij dubbele diagnose Annette Bonebakker, PhD, klinisch neuropsycholoog CENTRUM DUBBELE PROBLEMATIEK DEN HAAG 1 Autisme spectrum stoornissen Waarom dit onderwerp? Diagnostiek

Nadere informatie

Kwaliteit van de Adviesen Consultfunctie van het AMK. Hertoets bij het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling Overijssel, locatie Hengelo

Kwaliteit van de Adviesen Consultfunctie van het AMK. Hertoets bij het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling Overijssel, locatie Hengelo Kwaliteit van de Adviesen Consultfunctie van het AMK Hertoets bij het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling Overijssel, locatie Hengelo Inspectie Jeugdzorg Utrecht, augustus 2012 2 Inspectie Jeugdzorg

Nadere informatie

Onderwerp: Inspraakreactie Jeugdplatform Amsterdam op het concept Nadere Regels op de Verordening op de Zorg voor Jeugd in Amsterdam

Onderwerp: Inspraakreactie Jeugdplatform Amsterdam op het concept Nadere Regels op de Verordening op de Zorg voor Jeugd in Amsterdam Gemeente Amsterdam Programmamakers Om Het Kind t.a.v. mevr. P. Helderman Jodenbreestraat 25 1011 NH Amsterdam Datum: 18 november 2014 Onderwerp: Inspraakreactie Jeugdplatform Amsterdam op het concept Nadere

Nadere informatie

Perceelbeschrijving Generalistische Basis Geestelijke Gezondheidszorg Jeugd [GBGGZ] 2016

Perceelbeschrijving Generalistische Basis Geestelijke Gezondheidszorg Jeugd [GBGGZ] 2016 Perceelbeschrijving Generalistische Basis Geestelijke Gezondheidszorg Jeugd [GBGGZ] 2016 Samenwerkende gemeenten regio West-Friesland Drechterland, Enkhuizen, Hoorn, Koggenland, Medemblik, Opmeer, Stede

Nadere informatie

INKOOPBELEID 2015 LANGDURIGE GGZ

INKOOPBELEID 2015 LANGDURIGE GGZ INKOOPBELEID 2015 LANGDURIGE GGZ DATUM: 22-09-2014 VERSIE: 1.0 STATUS: DEFINITIEF Document: inkoopbeleid langdurige GGZ Pagina: 1 van 7 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Visie op klinisch langdurige Zorg...

Nadere informatie

Zorgen voor de veiligheid van pleegkinderen: Hertoets bij Pactum

Zorgen voor de veiligheid van pleegkinderen: Hertoets bij Pactum Zorgen voor de veiligheid van pleegkinderen: Hertoets bij Pactum Inspectie jeugdzorg Utrecht, januari 2010 2 Inspectie jeugdzorg p~ãéåî~ííáåö= Naar aanleiding van de uitkomsten van een eerder pleegzorgonderzoek

Nadere informatie

Jeugdhulp Poolse Gezinnen. Toets Nieuwe Toetreders Jeugdhulp. Gezond vertrouwen

Jeugdhulp Poolse Gezinnen. Toets Nieuwe Toetreders Jeugdhulp. Gezond vertrouwen Jeugdhulp Poolse Gezinnen Toets Nieuwe Toetreders Jeugdhulp Gezond vertrouwen Utrecht, maart 2018 Jeugdhulp Poolse Gezinnen Toets Nieuwe Toetreders Jeugdhulp Samenvatting De Inspectie Gezondheidszorg

Nadere informatie

Aanvraagformulier Persoonsgebonden Budget deel 1 verpleging en verzorging (Zvw-pgb)

Aanvraagformulier Persoonsgebonden Budget deel 1 verpleging en verzorging (Zvw-pgb) Aanvraagformulier Persoonsgebonden Budget deel 1 verpleging en verzorging (Zvw-pgb) DEEL 1: Verpleegkundige deel aanvraag 2017 Dit deel vult de verpleegkundige in samen met de verzekerde of een (wettelijke)

Nadere informatie

Hét Landelijk Online. Diagnostisch Centrum. voor cliënten met een. vermoeden van een. psychische aandoening. Informatie voor Verwijzers

Hét Landelijk Online. Diagnostisch Centrum. voor cliënten met een. vermoeden van een. psychische aandoening. Informatie voor Verwijzers Hét Landelijk Online Diagnostisch Centrum voor cliënten met een vermoeden van een psychische aandoening. Informatie voor Verwijzers GGZ Wijzer: - is hét landelijk online diagnostisch centrum voor cliënten

Nadere informatie

DEEL 1: Verpleegkundige deel aanvraag 2018

DEEL 1: Verpleegkundige deel aanvraag 2018 De Amersfoortse Verzekeringen Afdeling Zorg Postbus 2072 3500 HB Utrecht Aanvraagformulier Persoonsgebonden Budget Verpleging en Verzorging (Zvw-pgb) deel 1 DEEL 1: Verpleegkundige deel aanvraag 2018 Dit

Nadere informatie

DEEL 1: Verpleegkundige deel aanvraag 2017

DEEL 1: Verpleegkundige deel aanvraag 2017 DEEL 1: Verpleegkundige deel aanvraag 2017 Dit deel vult de verpleegkundige in samen met de verzekerde of een (wettelijke) vertegenwoordiger 1. Een kopie van dit deel van het aanvraagformulier dient te

Nadere informatie

CL IËNT. Regelt de aanspraak op zorg voor mensen die een blijvende behoefte hebben aan permanent toezicht of 24 uur per dag zorg in de nabijheid.

CL IËNT. Regelt de aanspraak op zorg voor mensen die een blijvende behoefte hebben aan permanent toezicht of 24 uur per dag zorg in de nabijheid. HET WETTELIJK LANDSCHAP ANNO 2016 WET PASSEND ONDERWIJS Regelt dat zoveel mogelijk kinderen binnen regulier onderwijs een startkwalificatie halen. Legt zorgplicht bij scholen om voor iedere leerling een

Nadere informatie

Feiten en cijfers over de overheveling van AWBZ zorg

Feiten en cijfers over de overheveling van AWBZ zorg Feiten en cijfers over de overheveling van AWBZ zorg Binnen de huidige AWBZ is een aantal partijen betrokken bij de zorg rondom een burger. Het systeem is als een keten vormgegeven waarbij de output van

Nadere informatie

Format kwaliteitsstatuut GGZ - instelling inclusief checklist

Format kwaliteitsstatuut GGZ - instelling inclusief checklist Format kwaliteitsstatuut GGZ - instelling inclusief checklist Dit format is een uitwerking van het model kwaliteitsstatuut GGZ om de zorgaanbieder te ondersteunen in het vormgeven van een eigen kwaliteitsstatuut.

Nadere informatie

Overleg sociaal domein

Overleg sociaal domein Overleg sociaal domein Reflectie gemeenten op gebruik jeugdhulp volgens CBS, verdieping naar aanleiding van bijeenkomst van 12 december 20 dec 2017 Aanleiding: gesprek over het sociaal domein De VNG en

Nadere informatie

Zelf zorg inkopen met een persoonsgebonden budget (PGB)

Zelf zorg inkopen met een persoonsgebonden budget (PGB) Zelf zorg inkopen met een persoonsgebonden budget (PGB) Inleiding In Nederland bent u door de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten verzekerd voor zorg die u nodig heeft bij onder meer langdurige ziekte,

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 30 november 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 30 november 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

Primair proces. Levering

Primair proces. Levering Primair proces Levering Kan een zorgaanbieder weigeren een cliënt na 1-1-2015 te begeleiden (als er te weinig cliënten in een regio zijn)? Mag een Wlz-cliënt die de zorg geleverd krijgt middels een Vpt

Nadere informatie

Reglement Geestelijke gezondheidszorg (GGZ)

Reglement Geestelijke gezondheidszorg (GGZ) Reglement Geestelijke gezondheidszorg (GGZ) geldig vanaf 1 januari 2017 575.774.000.000.1650 Pagina 1 van 9 INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE...2 Reglement GGZ 2017...3 1.1. Het Reglement Geestelijke gezondheidszorg

Nadere informatie

Vereniging Gehandicapten Nederland T.a.v. de heer drs. H.G. Ouwerkerk Postbus 413 3500 AK UTRECHT. Indicatiestelling licht verstandelijk gehandicapten

Vereniging Gehandicapten Nederland T.a.v. de heer drs. H.G. Ouwerkerk Postbus 413 3500 AK UTRECHT. Indicatiestelling licht verstandelijk gehandicapten Vereniging Gehandicapten Nederland T.a.v. de heer drs. H.G. Ouwerkerk Postbus 413 3500 AK UTRECHT Ons kenmerk Inlichtingen bij Doorkiesnummer Den Haag H.J.F.M. Coppens 070 3405235 Onderwerp Bijlage(n)

Nadere informatie

Achternaam, Voorletters: Geslacht: Relatienummer verzekerde: 3. Over de zorgvraag van de verzekerde (anamnese uit het zorgplan)

Achternaam, Voorletters: Geslacht: Relatienummer verzekerde: 3. Over de zorgvraag van de verzekerde (anamnese uit het zorgplan) OHRA Zorgverzekering Aanvraagformulier persoonsgebonden budget verpleging en verzorging (Zvw-pgb) Deel 1: Verpleegkundige deel aanvraag 2018 Dit deel vult de verpleegkundige in samen met de verzekerde

Nadere informatie

Reactie op advies Platform Samenleving IJsselstein op ceo Jeugd over zaaknummer augustus 2018 blad 1 van D.A.

Reactie op advies Platform Samenleving IJsselstein op ceo Jeugd over zaaknummer augustus 2018 blad 1 van D.A. Gemeente IJsselstein postadres Postbus 26, 3400 AA IJsselstein bezoekadres Overtoom 1 3401 BK IJsselstein Platform Samenleving IJsselstein t 14 030 f 030 6884350 e info@ijsselstein.nl betreft uw kenmerk

Nadere informatie