KLEDING EN CONFECTIE

Transcriptie

1 KLEDING EN CONFECTIE PC CAO

2 Inhoud Inhoud Nationaal akkoord voor de sector kleding en confectie 3 Inkomen Index Maaltijdcheques Vervoerkosten Bestaanszekerheid Bijkomende uitkering bestaanszekerheid voor volledig werklozen Bijkomende uitkering bestaanszekerheid voor langdurig zieken Bijkomende uitkering bestaanszekerheid voor volledig werklozen van +54 jaar Bijkomende uitkering bestaanszekerheid voor werknemers in moeilijkheden Aanvullende werkloosheidsvergoeding bij economische werkloosheid Aanvullende vergoeding dubbel vakantiegeld Werk Begeleidingspremie Uitzendarbeid Tewerkstelling Eenheidsstatuut Opzegtermijnen Carenzdag Loopbaan Brugpensioen Tijdkrediet Anciënniteitverlof Hospitalisatieverzekering Functieclassificatie Vorming en opleiding Vakbondsaanwezigheid in de onderneming Syndicale voordelen Syndicale premie Andere voordelen

3 Nationaal akkoord voor de sector kleding en confectie Beste, De onderhandelingen tussen de werkgevers en de vakbonden van de sector kleding en confectie zijn achter de rug. Een Collectieve Arbeidsovereenkomst (CAO), geldig voor , werd ondertekend. Deze CAO bevat de arbeidsvoorwaarden van toepassing voor alle arbeiders en alle bedrijven binnen de sector kleding en confectie. Dankzij ACV-CSC METEA staat de index niet ter discussie, worden de verschillende systemen brugpensioen verlengd en hebben we een eerste stap gezet in de richting van een eenheidsstatuut. In deze brochure vind je alle belangrijke elementen uit de CAO, aangevuld met algemene informatie die de sector kleding en confectie aanbelangt. Nieuwe zaken herkent u aan het icoontje. Nationaal akkoord voor de sector kleding en confectie Heeft u vragen of wenst u bijkomende informatie rond deze bepalingen, raadpleeg dan uw ACV-CSC METEA afgevaardigde. Veel leesplezier, ACV-CSC METEA 3

4 Inkomen Inkomen Index De automatische koppeling van de lonen aan de index blijft behouden. Zowel de effectieve lonen, als de baremalonen worden tweejaarlijks geïndexeerd en dit op 1 april en 1 oktober van elk jaar. Concreet betekent dit dat de lonen op 1 april 2011 verhoogd werden met 1,23 %. Maaltijdcheques Vanaf 1 april 2012 verhoogt de maaltijdcheque met 0,50. Dit betekent dat vanaf 1 april 2012 de nominale waarde van de maaltijdcheque 2,80 per gewerkte dag bedraagt. Hiervan betaalt de werkgever 1,71 en de werknemer 1,09. In de ondernemingen waar de verhoging met 0,50 op 1 april 2012 niet of niet volledig onder de vorm van maaltijdcheques kan worden toegekend, dient voor het resterende saldo, met ingang van 1 april 2012 een gelijkwaardig voordeel te worden toegekend. Tenten: In de ondernemingen die tenten vervaardigen, behandelen, herstellen, onderhouden, verhuren, plaatsen of er handel in drijven en die nog geen maaltijdcheques toekennen, diende de verhoging met 0,30 op 1 april 2010 te worden vervangen door een gelijkwaardig voordeel. Dit stelsel kan worden verder gezet, waarbij er uiterlijk op 1 april 2012 een bijkomend voordeel moeten worden toegekend dat gelijkwaardig is aan de verhoging van de maaltijdcheque met 0,50. 4 Alle gelijkwaardige voordelen die in het verleden werden toegekend in het kader van deze sectorale maaltijdcheque dienen verder te worden toegekend.

5 Met betrekking tot de invoering van de elektronische maaltijdcheques zal een sectorale arbeidsovereenkomst worden uitgewerkt. Vervoerkosten De sectorale overeenkomst betreffende de tussenkomst in de vervoerskosten bij gebruik van openbaar vervoer wordt aangepast aan de algemene wetgeving betreffende de tussenkomst van de vervoerskosten in het openbaar vervoer. Deze aanpassing moet gebeuren omdat de wetgeving duidelijk voorziet dat de sector ten minste in evenwaardige voordelen moet voorzien als deze die zijn opgenomen in de algemene wetgeving. Tot op heden lagen deze tussenkomsten lager dan wat wettelijk is voorzien. Dit betekent concreet : Inkomen Bij gebruik van gemeenschappelijk openbaar vervoer, met uitzondering van het treinvervoer: De bijdrage van de werkgever in prijs van de abonnementen voor de verplaatsingen vanaf 5 km, berekend vanaf de vertrekhalte, wordt vastgesteld volgens de hierna vastgestelde modaliteiten : a) Wanneer de prijs van het vervoer in verhouding tot de afstand staat, wordt de tussenkomst van de werkgever in de prijs van de prijs van het gebruikte vervoerbewijs berekend op basis van het gebruik van het treinvervoer. De tussenkomst van de werkgever zal niet hoger liggen dan 75 % van het werkelijke vervoerbewijs. In de vroegere sectorale regeling lag de tussenkomst van de werkgever niet hoger dan 60 %. b) Wanneer de prijs een eenheidsprijs is, ongeacht de afstand, wordt de bijdrage van de werkgever forfaitair vastgesteld en bedraagt de tussenkomst 71,8 % van de effectief door de werknemers betaalde prijs. In de sectorale CAO was er slechts een percentage opgenomen van 54 %. De bij- 5

6 Inkomen drage van de werkgever zal nooit hoger liggen dan het bedrag dat de werkgever moet betalen bij het gebruik van het treinvervoer voor een afstand van 7 km. Bij gebruik van het openbaar treinvervoer zal de tussenkomst van de werkgever berekend worden volgens het barema, ingevolge de uitgifte van de abonnementen voor werklieden. Bij gebruik van een eigen vervoermiddel zal de werkgever in de vervoerskosten tussenkomen vanaf 10 km of meer in enkele richting. De tussenkomst is gelijk aan 50 % van de treinkaart voor het overeenstemmende aantal kilometers. Aan alle werknemers wordt daarenboven een dagvergoeding van 0,2475 per werkelijk gepresteerde arbeidsdag betaald, ongeacht de wijze van verplaatsing van en naar het werk. Bestaanszekerheid 6 Bijkomende uitkering bestaanszekerheid voor volledig werklozen Aan de werknemers die ontslagen worden en die niet in aanmerking komen voor het brugpensioen, wordt een bijkomende uitkering voor bestaanszekerheid toegekend. Voorwaarden: Voor de aanvang van de werkloosheidsperiode tewerkgesteld zijn met een contract van onbepaalde duur. Vereiste anciënniteit: 5 jaar ononderbroken anciënniteit onmiddellijk voor het ontslag of een tewerkstelling van minstens 10 jaar binnen een periode van 15 jaar. Niet ontslagen zijn om dringende redenen. Niet werkloos zijn na een tewerkstelling als grensarbeider.

7 De maximale bijkomende uitkering voor bestaanszekerheid bedraagt: 123,95 wanneer de werknemer jonger is dan 30 jaar. 247,89 wanneer de werknemer tussen 30 en 35 jaar oud is. 371,84 wanneer de werknemer tussen 35 en 40 jaar oud is. 619,73 wanneer de werknemer tussen 40 en 45 jaar oud is. 743,68 wanneer de werknemer tussen 45 en 50 jaar oud is ,47 wanneer de werknemer ouder is dan 50 jaar ,40 wanneer de werknemer ouder is dan 50 jaar én 20 jaar in de sector heeft gewerkt. Inkomen De betaling van de bijkomende uitkering bestaanszekerheid gebeurt als volgt: Per periode van drie maanden wordt door het Sociaal Waarborgfonds een maximumbedrag van 247,89 uitgekeerd tot het krediet is opgebruikt. Een ontslagen werknemer die jonger dan 30 jaar is, ontvangt slechts éénmaal het bedrag van 123,95. De ontslagen werknemers die op het ogenblik van het ontslag ouder zijn dan 50 jaar en die niet kunnen genieten van het conventioneel brugpensioen conform de CAO van 28 april 1999, ontvangen 1 239,47. Wanneer deze ontslagen werknemers tevens een anciënniteit in de sector van 20 jaar kunnen bewijzen op het ogenblik van hun ontslag, wordt het bedrag van 1 239,47 op 3 718,40 gebracht. De betaling van het bedrag ter waarde van 3 718,40 zal als volgt gebeuren: per 3 maanden werkloosheid zal door het fonds een schijf van 247,89 worden uitgekeerd. Deze 7

8 Inkomen betalingswijze zal toegepast blijven tot op het ogenblik dat de ontslagen werknemer het forfaitair bedrag van 1 239,47 heeft ontvangen. Vervolgens wordt per bijkomende periode van 1 jaar ononderbroken werkloosheid een forfaitaire uitbetaling van 247,89 per jaar toegekend tot het maximaal bedrag van 3 718,40 is uitgeput. Wanneer de ontslagen werknemer het maximum bedrag van 3 718,40 niet heeft uitgeput in het jaar dat de wettelijke pensioenleeftijd wordt bereikt, kan de ontslagen werknemer aanspraak maken op een éénmalig bedrag van maximaal 495,79, op voorwaarde dat er nog voldoende saldo overblijft ten opzichte van het maximaal bedrag. Bij een wedertewerkstelling in de sector, worden de rechten met betrekking tot bijkomende uitkeringen voor bestaanszekerheid behouden! Bijkomende uitkering bestaanszekerheid voor langdurig zieken Aan de werknemers die sedert een ononderbroken periode van minstens één jaar volledig ziek zijn, wordt een bijkomende uitkering voor bestaanszekerheid uitbetaald. Dit bedrag, dat ook forfaitair vastgesteld is op 495,79, wordt slechts éénmalig toegekend en dit indien aan de volgende voorwaarden voldaan is: De werknemer moet nog verbonden zijn met een contract van onbepaalde duur. Vereiste anciënniteit: minstens 5 jaar effectieve prestaties voor de aanvang van de ziekte of minstens 10 jaar effectieve prestaties binnen een periode van 15 jaar voor de aanvang van de ziekte. 8 Een bewijs kunnen voorleggen van erkenning als invalide.

9 Bijkomende uitkering bestaanszekerheid voor volledig werklozen van +54 jaar Werknemers die ontslagen worden (zonder dringende redenen) vanaf de leeftijd van 54 jaar en ouder, hebben recht op een maandelijks aanvullende vergoeding van 74,37 bij de werkloosheidsvergoeding als voldaan is aan de volgende voorwaarden: 40 jaar anciënniteit als werknemer in de sector kleding en confectie. De leeftijd van 54 jaar hebben bereikt tijdens de duur van de arbeidsovereenkomst en de duur van de sectorale CAO. Inkomen Bijkomende uitkering bestaanszekerheid voor werknemers in moeilijkheden Werknemers die erkend worden door het Sociaal Fonds als werknemers in moeilijkheden kunnen genieten van een bijzondere maandelijkse aanvullende vergoeding bij de werkloosheidsuitkering of bij de uitkering wegens ziekte of invaliditeit wanneer is voldaan aan de volgende cumulatieve voorwaarden: Onvrijwillig werkloos, ziek of invalide geworden zijn tijdens de duurtijd van de arbeidsovereenkomst en deze CAO. De leeftijd van 52 jaar hebben bereikt tijdens de duurtijd van de arbeidsovereenkomst en deze CAO. Niet herinschakelbaar of herplaatsbaar zijn op het vlak van de onderneming. Een schriftelijke verklaring van de laatste werkgever voorleggen waarin deze de medische en/of arbeidsorganisatorische redenen motiveert die aan de grondslag liggen van het ontslag. Het bedrag van de maandelijkse aanvullende vergoeding bedraagt 74,37 op voltijdse basis. 9

10 Inkomen Aanvullende werkloosheidsvergoeding bij economische werkloosheid In 2011 zal er aan de werknemers die tijdens de referteperiode van 1 april 2011 tot 31 december 2011 tenminste 7 dagen werkloos zijn geweest omwille van economische of technische redenen, een aanvullende werkloosheidsvergoeding ter waarde van 60 betaald worden. In 2012 zal er, bij tijdelijke werkloosheid, een dagvergoeding worden uitbetaald bij tijdelijke werkloosheid. De werknemers ontvangen vanaf 1 januari 2012 een opleg van 3 per dag voor de eerste 35 dagen economische werkloosheid. Voor de daaropvolgende 10 dagen economische werkloosheid ontvangen de werknemers een opleg van 2 per dag. Dit betekent dat de werknemers voor de eerste 45 dagen economische werkloosheid een supplement ontvangen van 115. Deze 115 zal uitbetaald worden door het Sociaal Fonds Kleding & Confectie. Vanaf de 46ste dag economische werkloosheid hebben de werknemers recht op een bedrag van 2 per dag tijdelijke werkloosheid, uitbetaald door de werkgever. Aanvullende vergoeding dubbel vakantiegeld Voorwaarden: ofwel op 30 juni van het lopende jaar in dienst zijn. ofwel de onderneming hebben verlaten na 1 juli van het voorgaande jaar, maar niet om dringende redenen ontslagen zijn en 3 maanden binnen de onderneming hebben gewerkt. ofwel in tijdkrediet (= volledige onderbreking) zijn. 10 Bedrag: 6,5 % van het brutoloon voor effectieve prestaties, verdiend tussen 1 juli van het voorgaande jaar en 30 juni van het lopende jaar. Toegepast op 2011 beslaat dit de periode van 1 juli 2010 tot en met 30 juni 2011, voor het jaar

11 2012 loopt het refertejaar van 1 juli 2011 tot en met 30 juni Met brutolonen wordt bedoeld: De brutolonen met betrekking tot de dagen waarop arbeid wordt verricht. De brutolonen met betrekking tot de dagen toegelaten afwezigheid wegens sociale vorming. Deze brutolonen worden forfaitair vermeerderd met 40 dagen voor wettelijke feestdagen, wettelijke vakantiedagen en dagen van schorsing van de arbeidsovereenkomst. Inkomen Betaling: De betaling gebeurt door de werkgever, bij het verlenen van de hoofdvakantie in de onderneming en ten laatste samen met de loonuitkering na 15 augustus of bij uitdiensttreding. 11

12 Werk Werk Begeleidingspremie Voor arbeiders die individueel ontslagen worden door de werkgever, werd tot 31 maart 2011 een crisispremie voorzien. Deze crisispremie bedraagt en wordt nu verlengd tot eind Vanaf 1 januari 2012 krijgt deze premie een nieuwe naam, de zogenaamde begeleidingspremie. Het gaat eveneens om een netto premie, dus zonder belastingen of sociale bijdragen. Deze premie is ten laste van de RVA. Voor arbeiders die voor 1 januari 2012 in dienst zijn van hun werkgever en na 1 januari 2012 ontslagen worden, bedraagt deze begeleidingspremie: voor arbeiders met minder dan 5 jaar anciënniteit na 5 jaar anciënniteit na 10 jaar anciënniteit. Voor arbeiders die na 1 januari 2012 in dienst treden en ontslagen worden, bedraagt de begeleidingspremie Ook deeltijds tewerkgestelde arbeiders ontvangen deze premie in verhouding tot de arbeidsprestaties zoals voorzien in de arbeidsovereenkomst. 12 Komen niet in aanmerking voor deze begeleidingspremie: Beëindiging om dringende redenen Beëindiging tijdens de proeftijd Beëindiging met het oog op brugpensionering Beëindiging met het oog op pensioen. Ontslag binnen de eerste 6 maanden anciënniteit Beëindiging wegens overmacht Beëindiging na onderling akkoord. Meer informatie: > crisismaatregelen > crisispremie voor ontslagen arbeiders

13 Uitzendarbeid De tewerkstelling van een uitzendarbeider zal beperkt worden tot een ononderbroken periode van maximum 6 maanden. Het aantal gepresteerde uren op jaarbasis, uitgevoerd door de uitzendkrachten mag maximaal 10 procent bedragen van het totaal aantal gepresteerde uren van de arbeiders(sters) tijdens de laatste vier kalenderkwartalen. Werk Tewerkstelling De ondernemingen die overgaan tot individueel ontslag, dienen volgende procedure na te leven. De werkgever dient de betrokken werknemer voorafgaandelijk een schriftelijke verwittiging te geven, tegelijkertijd wordt de syndicale afvaardiging hiervan in kennis gesteld. Slechts mits een inachtname van minimum 14 kalenderdagen, na deze voorafgaandelijke verwittiging kan de werkgever overgaan tot ontslag. Op het ogenblik van het ontslag dient andermaal de syndicale afvaardiging op de hoogte te worden gesteld. De plaatselijke afgevaardigden van de vakorganisaties vertegenwoordigd in het paritaire comité voor de sector kunnen op eigen initiatief een gesprek over het ontslag aan vragen bij de werkgever. Indien de werkgever deze procedure niet respecteert kan elke betrokken werknemer of betrokken werkgever een vraag tot onderzoek indienen op het niveau van het paritair comité van de sector. De leden van het paritair comité zullen vervolgens een uitspraak doen over het dossier. Bij niet-naleving van de procedure moet de betrokken werkgever 500 schadeloosstelling betalen aan de betrokken werknemer. Een verdubbeling van de sanctie ( 1000) is voorzien in geval van herhaling van dezelfde inbreuk door dezelfde werkgever. 13

14 Eenheidsstatuut Eenheidsstatuut Opzegtermijnen In de sector kleding en confectie werden de wettelijke opzeggingstermijnen toegepast. Dit wil zeggen dat, bij ontslag door de werkgever (= een beeïndiging van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde duur door een werkgever) een opzeggingstermijn van toepassing was van: 28 kalenderdagen met een ononderbroken tewerkstelling van minder dan 20 jaar bij dezelfde onderneming 56 kalenderdagen met een ononderbroken tewerkstelling van 20 jaar of meer bij dezelfde onderneming Vanaf 1 januari 2012 worden er in de sector kleding en confectie nieuwe opzegtermijnen van toepassing. Dit wil zeggen dat, bij ontslag door de werkgever ( = een beeïndiging van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde duur door een werkgever) een opzeggingstermijn van toepassing is, van: 32 kalenderdagen met een ononderbroken tewerkstelling van minder dan 20 jaar bij dezelfde onderneming 64 kalenderdagen met een ononderbroken tewerkstelling van 20 jaar of meer bij dezelfde onderneming. Deze nieuwe opzeggingstermijnen zijn, vanaf 1 januari 2012, van toepassing op alle werknemers: zowel voor de werknemers die reeds in de sector tewerkgesteld waren voor 1 januari 2012 als de werknemers die nà 1 januari 2012 in de sector komen werken. 14 Deze nieuwe opzeggingstermijnen zijn NIET van toepassing indien het ontslag door de werkgever wordt gegeven in het kader van brugpensioen of pensioen.

15 Carenzdag Per kalenderjaar, worden 2 carenzdagen betaald vanaf 8 jaar ondernemingsanciënniteit, mits de ziekteperiode minimum 7 kalenderdagen bedraagt. De betaling van 2 carenzdagen, per kalenderjaar, is van toepassing vanaf 1 januari 2011 tot 31 december Loopbaan Loopbaan Brugpensioen Binnen de sector worden de verschillende brugpensioenmogelijkheden verlengd tot 31 december Wettelijk brugpensioen op 60 jaar Voorwaarden voor 2011: een loondienst kunnen bewijzen van 30 jaar (mannen) of 26 jaar (vrouwen) én een ononderbroken tewerkstelling van minstens 2 jaar in de sector onmiddellijk voor het ontslag ofwel 30 jaar loondienst (mannen) of 26 jaar (vrouwen) én een loopbaan van minstens 10 jaar in de sector kunnen bewijzen. Voorwaarden voor 2012: een loondienst kunnen bewijzen van 35 jaar (mannen) of 28 jaar (vrouwen) én een ononderbroken tewerkstelling van minstens 2 jaar in de sector onmiddellijk voor het ontslag ofwel 35 jaar loondienst (mannen) of 28 jaar (vrouwen) én een loopbaan van minstens 10 jaar in de sector kunnen bewijzen. Sectoraal brugpensioen op 58 jaar Voorwaarden voor 2011: een loondienst kunnen bewijzen van 37 jaar (mannen) of 33 jaar (vrouwen) én een ononderbroken te- 15

16 Loopbaan werkstelling van minstens 2 jaar in de sector onmiddellijk voor het ontslag ofwel 37 jaar (mannen) of 33 jaar (vrouwen) loondienst én een loopbaan van minstens 10 jaar in de sector kunnen bewijzen. Voorwaarden voor 2012: een loondienst kunnen bewijzen van 38 jaar (mannen) of 35 jaar (vrouwen) én een ononderbroken tewerkstelling van minstens 2 jaar in de sector onmiddellijk voor het ontslag ofwel 38 jaar (mannen) of 35 jaar (vrouwen) loondienst én een loopbaan van minstens 10 jaar in de sector kunnen bewijzen. Halftijds brugpensioen vanaf 55 jaar Voorwaarden: 25 jaar loondienst én een ononderbroken tewerkstelling van minstens 2 jaar in de sector onmiddellijk voor het ontslag ofwel 25 jaar loondienst én een loopbaan van minstens 10 jaar in de sector kunnen bewijzen. Brugpensioen op 56 jaar nà 40 jaar loopbaan Voorwaarden een loondienst kunnen bewijzen van 40 jaar en een ononderbroken tewerkstelling van minsterns 2 jaar in de sector onmiddellijk voor het ontslag ofwel 40 jaar loondienst en een loopbaan van minstens 10 jaar in de sector kunnen bewijzen. 16 Brugpensioen op 56 jaar voor werklieden met 20 jaar nachtprestaties Voorwaarden: 33 jaar als loontrekkende hebben gewerkt én 20 jaar als loontrekkende hebben gewerkt in een ploegenstelsel met nachtprestaties én een ononderbroken tewerkstelling van minstens 2 jaar in de sector onmiddellijk voor het ontslag of een loopbaan van minstens 10 jaar in de sector kunnen bewijzen.

17 Aanvullende vergoeding (van toepassing bij alle stelsels van brugpensioen) Het brugpensioen bestaat uit een werkloosheidsvergoeding en een aanvullende vergoeding. Het bedrag van de aanvullende vergoeding is gelijk aan de helft van het verschil tussen het netto-referteloon en de werkloosheidsuitkering. De betaling van de aanvullende vergoeding wordt maandelijks uitgevoerd door het Sociaal Waarborgfonds der kleding- en confectienijverheid. Vanaf 1 juli 2005 bedraagt de aanvullende vergoeding minimum 80,00 per maand Loopbaan De opzegtermijnen in het kader van het brugpensioen voor een tewerkstelling van minder dan 20 jaar ononderbroken dienst bij dezelfde onderneming: 28 kalenderdagen. voor een tewerkstelling van 20 jaar ononderbroken dienst en meer bij dezelfde onderneming: 56 kalenderdagen. Verbetering van de werkzaamheidsgraad In de schoot van IVOC (instituut voor opleidingen in de confectie-sector) zal er, in samenwerking met alle sociale partners, een behoeftenonderzoek bij de oudere werknemers worden opgezet om na te gaan onder welke voorwaarden werknemers behoefte hebben om langer in dienst te blijven. Tijdkrediet Maximaal 10 % van het personeel kan gelijktijdig tijdkrediet opnemen Voor de berekening van de 10 % worden de 54- plussers niet meegerekend. Op vlak van de onderneming kan binnen de 10 %, indien nodig, een passende verdeling gemaakt worden tussen de verschillende categorieën van rechthebbenden op het tijdkrediet. Deze grens kan op ondernemingsvlak verhoogd worden mits akkoord van de werkgever en rekening houdend met de mogelijkheden inzake 17

18 Loopbaan arbeidsorganisatie en de noodzaak tot vervanging van de arbeiders. Anciënniteitverlof Jaarlijks wordt aan de werknemers met aan anciënniteit van 20 jaar of meer in de onderneming één dag betaald anciënniteitverlof toegekend. Onder anciënniteit wordt verstaan: een ononderbroken tewerkstelling bij dezelfde werkgever. Eventuele anciënniteit verworven in een onderneming behorende tot dezelfde groep van ondernemingen waarbij de werknemer is tewerkgesteld, wordt volledig in rekening genomen. Hospitalisatieverzekering De franchise van 75, zoals voorzien in de sectorale hospitalisatieverzekering, zal ten laste genomen worden door het Sociaal Waarborgfonds. Functieclassificatie Binnen de duurtijd van de huidige CAO-periode ( ) zullen de technische werkzaamheden met betrekking tot het uitwerken van een nieuwe functieclassificatie worden afgerond. Dit houdt in dat afspraken gemaakt worden met betrekking tot de invoering van een nieuwe functieclassificatie en de daaraan verbonden functielonen, uiterlijk op 1 januari

19 Vorming en opleiding De opleidingsinspanningen in de sector zullen worden verdergezet in de schoot van het Instituut voor Vorming en Onderzoek in de Confectie (IVOC). Er zullen maatregelen worden genomen om ervoor te zorgen dat er jaarlijks 5 % meer werknemers een opleiding volgen. Vorming en opleiding 19

20 Vakbondsaanwezigheid in de onderneming Vakbondsaanwezigheid in de onderneming In elke onderneming waar gemiddeld tenminste 30 werknemers tewerkgesteld zijn, kan een syndicale afvaardiging worden opgericht. Voor het aantal werknemers, komen eveneens in aanmerking de huisarbeiders en de bijkomende uitzendkrachten. Uitzendkrachten die een arbeider vervangen waarvan de arbeidsovereenkomst is geschorst, tellen niet mee. Het aantal syndicale afgevaardigden is gelijk aan: 2, wanneer 30 tot 49 werknemers in de onderneming tewerkgesteld zijn 4, wanneer 50 tot 100 werknemers in de onderneming tewerkgesteld zijn 6, wanneer 101 tot 500 werknemers in de onderneming tewerkgesteld zijn 8, wanneer 501 tot 1000 werknemers in de onderneming tewerkgesteld zijn +1 per bijkomende schijf van 500 werknemers, in de onderneming tewerkgesteld. Voor de berekening van het aantal in de onderneming tewerkgestelde werknemers komen de werknemers onder proefcontract niet in aanmerking. Wanneer het aantal werknemers die in de onderneming tewerkgesteld zijn onder de 30 daalt, zullen de mandaten van de syndicale afvaardiging behouden blijven tot de uiterste datum die voorzien is voor de volgende sociale verkiezingen. In elk geval zullen dan de mandaten slechts een einde nemen zes maanden nadat het aantal tewerkgestelde werknemers lager is geworden dan

21 Syndicale voordelen Syndicale premie De syndicale premies voor 2011 en 2012 worden toegekend aan iedere gesyndiceerde werknemer die op 31 maart van het lopende jaar tewerkgesteld is in een kledingof confectiebedrijf. Voor 2011 en 2012 zal er een syndicale premie uitgekeerd worden ter waarde van 135. Syndicale voordelen Een werknemer die ontslagen wordt of in (brug)pensioen gaat, kan een syndicale premie van 135 krijgen voor het lopende jaar. Hij of zij heeft daarenboven nog recht op een syndicale premie gedurende twee jaar, voor zover hij of zij nog werkloos is of op brugpensioen is op de refertedatum, zijnde 31 maart van het lopende jaar. De syndicale premie zal in dit geval 37,18 bedragen. Andere voordelen Aan het lidmaatschap van ACV-CSC METEA zijn vele voordelen verbonden. Naast het verdedigen van de belangen van de werknemer, heeft elk lid recht op duidelijke en correcte informatie over tal van thema s (arbeidscontract, studenten- en uitzendcontracten, loons- en arbeidsvoorwaarden ), op juridische bijstand, een aanvullende uitkering bij werkloosheid, ziekte of brugpensioen (als aan bepaalde voorwaarden is voldaan) en talloze extra s. Naast deze vakbondsvoordelen biedt ACV-CSC METEA ook talloze kortingen waarmee heel wat geld kan bespaard worden op vakantie en vrije tijd. Bezoek onze website en ontdek wat ACV-CSC METEA u te bieden heeft! 21

22 ACV-CSC METEA heeft u nodig! ACV-CSC METEA heeft u nodig! Ik wil lid worden van ACV-CSC METEA Syndicaal werk in de onderneming interesseert me. Er is nog heel wat werk aan de winkel. Daarom wil ik me samen met ACV-CSC METEA inzetten voor een betere werkplek voor mijn collega's. U mag me daarvoor contacteren. Naam:... Voornaam:... Straat en nr:... Postnr:... Gemeente:... Telefoon of gsm: Werkgever:... Bezorg deze pagina aan het secretariaat van ACV-CSC METEA (zie adressen op volgende pagina) of aan het ACVsecretariaat in de buurt. 22

23 U kan terecht in onze secretariaten: HOPMARKT AALST Tel NATIONALESTRAAT ANTWERPEN Tel RUE PIETRO FERRERO ARLON Tel CHAUSSÉE DE LOUVAIN NAMUR Tel OUDE BURG BRUGGE Tel RUE PLETINCKXSTRAAT BRUSSEL / BRUXELLES Tel RUE PRUNIEAU CHARLEROI Tel OUDE VEST DENDERMONDE Tel AACHENER STRASSE EUPEN Tel POEL GENT Tel GULDENSPORENLAAN HOUTHALEN Tel BOULEVARD SAUCY LIÈGE Tel ONDER DEN TOREN MECHELEN Tel RUE CLAUDE DE BETTIGNIES MONS Tel RUE SAINT-PIERRE MOUSCRON Tel RUE DES CANONNIERS NIVELLES Tel DR. L. COLENSSTRAAT OOSTENDE Tel H. HORRIESTRAAT ROESELARE Tel AIME DELHAYEPLEIN RONSE Tel H. HEYMANPLEIN SINT-NIKLAAS Tel OUDE STATIONSSTRAAT TIELT Tel AV. DES ÉTATS-UNIS 10 BTE TOURNAI Tel U kan terecht in onze secretariaten PR. KENNEDYPARK 16D 8500 KORTRIJK Tel PLACE MAUGRÉTOUT LA LOUVIÈRE Tel L. VANDERKELENSTRAAT LEUVEN Tel KORTE BEGIJNENSTRAAT TURNHOUT Tel PONT LÉOPOLD VERVIERS Tel TOEKOMSTSTRAAT VILVOORDE Tel

24 Voor meer informatie kunt u altijd op onze website terecht: Via het contactformulier kunt u altijd vragen stellen. Of stuur gewoon een mailtje naar metea@acv-csc.be. Wij trachten u zo snel mogelijk een antwoord te bezorgen. Verantwoordelijke uitgever: Marc De Wilde Pagodenlaan 1-3, 1020 Brussel