EVALUATIE BREDE SCHOOL Inhoudsopgave: Inleiding 2

Transcriptie

1 EVALUATIE BREDE SCHOOL 2008 Inhoudsopgave: Inleiding 2 Hoofdstuk 1: Evaluatie Instrumenten 1.2 Respons Hoofdstuk 2: Resultaten vragenlijst personeel. 4 Hoofdstuk 3: Resultaten vragenlijst besturen.. 8 Hoofdstuk 4: Resultaten vragenlijst coördinator.. 9 Hoofdstuk 5: Conclusies Algemeen 5.2 Doelstellingen Hoofdstuk 6: Kort vergelijk uitkomsten evaluatie met landelijke 12 ervaringen 1

2 INLEIDING In september 2006 is brede school de Zuiderbreedte geopend. Naast twee basisscholen, een peuterspeelzaal en kinderopvang, maken ook de jeugdgezondheidszorg, een ROC, de bibliotheek en Stichting Welzijnswerk deel uit van de brede school. De brede school is in Hoogeveen-Zuid gekomen om meer te doen aan het bestrijden van ontwikkelingsachterstanden bij kinderen. De volgende visie/missie is voor de Zuiderbreedte geformuleerd: SAMEN werken, samen WERKEN in de Zuiderbreedte. De Zuiderbreedte is een laagdrempelige voorziening voor kinderen van 0-12 en hun ouders, als het gaat om educatie, opvang, zorg en hulpverlening De Zuiderbreedte is het kloppend hart in de wijk voor kinderen en hun ouders. In de Zuiderbreedte werken kinderen aan hun talenten en creëren daarmee optimale kansen voor zichzelf. De Zuiderbreedte is daartoe dagelijks geopend. Deze visie en missie zijn vertaald in meer concrete doelstellingen. Dit betekent dat de Zuiderbreedte: een sfeer van ontmoeting, toegankelijkheid en veiligheid uitstraalt uitstraling van de wijk verbetert betrokken is en deelneemt aan projecten in de wijk en met de partners breed en creatief denkt en blijft denken; met wie kunnen we meer? aansluit bij vragen die opkomen en het proces dat gaande is een spin is in het web dat gevormd wordt door educatie, vrije tijd, buurt, zorg en dat vanuit een persoonlijke aanpak zichtbaar aanwezig is in de wijk, ook via papier en internet de partners stimuleert optimaal gebruik te maken van elkaars kwaliteiten en deskundigheden. een coördinerende rol vervult als het gaat om de zorg rondom het kind en zijn/haar ouders kinderen van 0-12 jaar optimale ontwikkelingskansen biedt en een doorgaande lijn tussen de verschillende partners effectief de ervaren problematiek bestrijdt; maatwerk in de wijk levert ouders ondersteunt bij de opvoeding en een samenhangend aanbod voor ouders biedt er naar streeft dat alle partners de focus op hun eigenlijke taak hebben; wie doet wat en is waarop aanspreekbaar. Het doel van de evaluatie naar de brede school de Zuiderbreedte is zicht krijgen op de tot nu toe bereikte resultaten. Aan de hand van de bevindingen uit de evaluatie kan vastgesteld worden of en in hoeverre de doelstellingen van de brede school al zijn bereikt. Daarnaast maakt de evaluatie duidelijk of het proces naar wens verloopt en of de zaken op de juiste manier worden aangepakt. Daarnaast kunnen de bevindingen rond de Zuiderbreedte waardevol zijn voor de ontwikkeling van andere brede scholen. 2

3 HOOFSTUK 1: EVALUATIE 1.1 Instrumenten Voor de evaluatie zijn vragenlijsten gebruikt die ontwikkeld zijn door Oberon in het kader van een landelijke evaluatie naar brede scholen. Er is een vragenlijst verstuurd naar al het personeel van de Zuiderbreedte, een vragenlijst naar de besturen van de instellingen die onderdeel uit maken van de Zuiderbreedte en een vragenlijst naar de coördinator van de brede scholen. Daarnaast is er een inventarisatie van de activiteiten op de Zuiderbreedte gehouden, waarin ook geprobeerd is zicht te krijgen op de deelname aan activiteiten. De vragen voor de besturen van de instellingen gingen allemaal over de samenwerking en betrokkenheid bij de brede schoolontwikkeling. De vragen in de vragenlijst voor het personeel van de Zuiderbreedte zijn per thema verdeeld. De volgende thema s zijn aan de orde gekomen: - draagvlak en betrokkenheid - vraaggericht werken - informatie en communicatie - betrokkenheid en medezeggenschap - beschikbare middelen - samenwerking - functioneren professionals - tevredenheid en sfeer - afstemming en doorgaande lijn - efficiënt ruimtegebruik - tevredenheid gebouw en omgeving - meerwaarde brede school - open vragen naar de knelpunten en succesfactoren van de brede school De vragenlijst voor de coördinator dient om de wensen, opinies en ideeën ten aanzien van de brede school (in ontwikkeling) in kaart te brengen. Thema s die onder andere aan bod komen zijn: vraaggericht werken; overlegstructuren; samenwerking; functioneren professionals; sfeer; afstemming en doorgaande lijn; overdracht; ruimtegebruik; de meerwaarde van de brede school voor kinderen, ouders en buurtbewoners. 1.2 Respons De vragenlijst voor het personeel is onder 75 personen verspreid. Daarvan hebben er 26 een ingevulde vragenlijst retour gestuurd. Dat betekent een respons van 35%. De vragenlijst voor de besturen is verstuurd naar 12 personen. Daarvan hebben er 11 een ingevulde vragenlijst retour gestuurd. Dat betekent een zeer hoge respons van 92% 3

4 HOOFDSTUK 2: RESULTATEN VRAGENLIJST PERSONEEL De vragen in de vragenlijst voor het personeel zijn onderverdeeld naar diverse thema s. Per thema is gekeken naar de gemiddelde score van alle respondenten. Die wordt hieronder weergegeven en toegelicht. Daarnaast worden ook uitschieters en opvallende zaken weergegeven. Draagvlak en betrokkenheid Onder dit thema vallen 5 vragen, die aangeven in hoeverre respondenten betrokken zijn bij de ontwikkelingen die plaatsvinden en naar het draagvlak voor de brede school dat bij de respondenten aanwezig is. De vragen konden worden beantwoord met zeer oneens (1), oneens (2), neutraal (3), eens (4) en zeer eens (5). De gemiddelde score op de 5 vragen is 3,98, wat aangeeft dat de respondenten goed op de hoogte zijn van wat de brede school inhoudt en ze goed geïnformeerd zijn over en betrokken bij de ontwikkelingen rond de brede school. De hoogste scores werd behaald op de vragen de brede school heeft een toegevoegde waarde boven niet-brede scholen en ik vind het belangrijk dat de brede school er is. Vraaggericht werken Onder dit thema is gevraagd naar de inventarisatie van vragen en behoeften van kinderen, ouders en buurtbewoners en de instrumenten die daar voor gebruikt zijn. Deze vraag is door weinig respondenten volledig ingevuld (14), en de respondenten verschilden vaak van mening, waardoor niet echt een goed beeld ontstaat. Wat wel opvalt is dat slechts enkele respondenten hebben aangegeven dat er een inventarisatie van de vragen en behoeften van kinderen heeft plaatsgevonden, maar het overgrote deel geeft aan dat dit niet het geval is. Voor de inventarisatie van de ouders en behoefte is gebruik gemaakt van enquêtes en gesprekken. Volgens de respondenten zijn de buurtbewoners met name door gesprekken geïnformeerd. Informatie en communicatie Aan de respondenten is gevraagd op welke manier kinderen, ouders en of buurtbewoners geïnformeerd worden over het aanbod van de brede school. Ook deze vragen zijn niet door alle respondenten ingevuld. Uit de antwoorden blijkt dat kinderen vooral door posters en folders worden geïnformeerd over het activiteitenaanbod. Dat geldt ook voor ouders, die daarnaast ook in bijeenkomsten worden geïnformeerd. Gebruik van de websites wordt ook af en toe genoemd, maar wel minder vaak. Ook buurtbewoners worden door middel van folders, posters en bijeenkomsten en in mindere mate door websites geïnformeerd. Betrokkenheid en medezeggenschap Onder dit thema werden vragen gesteld over de mate waarin de doelgroep wordt geïnformeerd en betrokken bij de activiteiten van de brede school en hierbij helpt of meedoet. De doelgroep is daarbij verdeeld in de categorieën kind, ouders en buurtbewoners. Uit de antwoorden blijkt dat zowel de kinderen als de ouders redelijk ( enigszins ) bij het activiteitenaanbod worden betrokken, maar dat dit in veel mindere mate geldt voor de buurtbewoners. Het hoogst werd gescoord op de vraag de doelgroep kind wordt goed geïnformeerd over het activiteitenaanbod' (score 2.65, waarbij 1 staat voor nee, 2 voor enigszins en 3 voor ja ). Beschikbare middelen Belangrijk voor een brede school is de aanwezigheid van een aantal voorwaardelijke zaken, als tijd, geld, ruimte en personeel. In de vragenlijst is aan de respondenten gevraagd aan te 4

5 geven in welke mate deze middelen beschikbaar zijn. De antwoordcategorieën waren ruim onvoldoende (1), onvoldoende (2), voldoende (3) en ruim voldoende (4). Over het geheel genomen is de gemiddelde score 2,49, wat aangeeft dat de gemiddelde beoordeling ergens tussen onvoldoende en voldoende in zit. Tijd scoorde het slechts met een score van 2,3. Dit betekent dat de respondenten het minst positief zijn over de beschikbare tijd. Ook over het beschikbare geld waren de respondenten negatief. Samenwerking Bij dit thema zijn 10 vragen gesteld over de samenwerking tussen de verschillende organisaties in de brede school. Vragen gaan onder andere over de overlegstructuren, expertise en gezamenlijke pedagogische visie. De antwoordmogelijkheden bij deze vragen waren zeer oneens (1), oneens (2), neutraal (3), eens (4) en zeer eens (5). De gemiddelde score van de respondenten op alle onderdelen was 3,06, dus neutraal. De respondenten hebben het meest positief geantwoord op de vragen de samenwerking tussen organisaties verloopt soepel (3,5) en er zijn weinig meningsverschillen tussen de personeelsleden van verschillende organisaties (3,43). Over de stelling de verschillende organisaties maken veel gebruik van elkaars expertise waren de respondenten het meest negatief, de gemiddelde score was 2,48, dus een score tussen oneens en neutraal in. Functioneren professionals Bij de 14 stellingen onder dit thema staat het functioneren van de professionals centraal. Te denken valt dan aan taken en werkomstandigheden, taakverdeling, deskundigheid en waardering. De antwoordmogelijkheden bij deze stellingen waren wederom zeer oneens (1), oneens (2), neutraal (3), eens (4) en zeer eens (5). De gemiddelde score op dit onderdeel is 3,68, dus een score tussen neutraal en eens in, dichterbij eens. Vooral met de stellingen over voldoening, werkplezier, energie en waardering waren de respondenten het eens, met als hoogste score 4,24 op de stelling mijn werk geeft me over het geheel genomen veel voldoening. Tevredenheid en sfeer Bij dit onderdeel werd aan de respondenten gevraagd aan te geven zeer ontevreden (1), ontevreden (2), neutraal (3), tevreden (4) of zeer tevreden (5) te zijn over de sfeer tussen personeel van de eigen organisatie en andere organisaties, de sfeer tussen personeel en kinderen en over de sfeer tussen kinderen onderling. De gemiddelde score was 4,01, dat aangeeft dat de respondenten tevreden zijn over de sfeer op de Zuiderbreedte. Over de sfeer tussen het personeel van verschillende organisaties en de sfeer tussen kinderen onderling zijn de respondenten het minst positief. Afstemming en doorgaande lijn Aan de respondenten is gevraagd door te antwoorden op 12 stellingen aan te geven in hoeverre de activiteiten op elkaar zijn afgestemd en of er sprake is van een doorgaande lijn in het aanbod voor kinderen. Ook hier waren de antwoordmogelijkheden zeer ontevreden (1), ontevreden (2), neutraal (3), tevreden (4) of zeer tevreden (5). De gemiddelde score op dit onderdeel is 3,41, dus tussen neutraal en tevreden in. De stellingen Betrokken organisaties zijn goed op de hoogte van het aanbod van andere organisaties en Het aanbod van de brede school is overzichtelijk en helder voor kinderen, ouders en buurtbewoners scoorden het minst positief (een gemiddelde score van 3,12 respectievelijk 3,19). Het meest positief waren de respondenten over de stelling Kinderen worden nauwgezet gevolgd in hun ontwikkeling (gemiddelde score 3,72). 5

6 Efficiënt ruimtegebruik Bij dit onderwerp gingen de stellingen over efficiënt en multifunctioneel ruimtegebruik en de invloed hiervan op het activiteitenaanbod. Er zijn 4 stellingen aan de respondenten voorgelegd met weer de antwoordmogelijkheden van zeer oneens (1) tot en met zeer eens (5). De gemiddelde score is 3,54. Tevredenheid gebouw en omgeving Bij de onderwerpen die bij deze vraag aan de orde kwamen, konden de respondenten aangeven hoe het gesteld is met verschillende aspecten van het gebouw en de omgeving. Respondenten is gevraagd aan te geven in hoeverre de huisvesting van de brede school voldoet een verkeersveiligheid, veiligheid gebouw, vandalisme bestendigheid, hygiëne, kindvriendelijkheid en openheid en toegankelijkheid. Antwoordmogelijkheden waren zeer slecht (1), slecht (2), neutraal (3), goed (4) en zeer goed (5). Gemiddeld is ten aanzien van het onderwerp gebouw en omgeving een 3,7, dus een score die dicht tegen goed aanligt. Ten aanzien van de hygiëne en de verkeersveiligheid hebben enkele respondenten aangegeven dit zeer slecht te vinden, hoewel de gemiddelde score neutraal was. De veiligheid van het gebouw zelf en de openheid en de toegankelijkheid worden erg positief gewaardeerd (gemiddelde scores van 4). Meerwaarde brede school De brede school kan op verschillende vlakken een meerwaarde hebben voor kinderen, ouders en of buurtbewoners. Aan de respondenten is gevraagd aan te geven of de brede school volgens hen een meerwaarde heeft voor de ontwikkeling van kinderen, de sociale competenties van kinderen, de zorg voor ouders en kinderen, de opvangmogelijkheden en de sociale cohesie en veiligheid in de wijk. Mogelijke antwoorden waren geen (1), gering (2), tamelijk groot (3) en zeer groot (4). De gemiddelde score was 2,74, dus ergens tussen gering en tamelijk groot in. Op de onderdelen cognitieve en motorische ontwikkeling werd het slechts gescoord (2,3), terwijl de invloed van de brede school op de zorg voor ouders en kinderen en de opvangmogelijkheden voor kinderen volgens de respondenten tamelijk groot wordt geacht. Open vragen Aan het einde van de vragenlijst is aan de respondenten gevraagd aan te geven wat de belangrijkste knelpunten en belangrijkste succesfactoren van de brede school zijn. Veel respondenten hebben hier antwoord op gegeven. Hieronder worden de meest voorkomende antwoorden verdeeld in categorieën weergegeven Knelpunten - Gebouw: Het klimaat in het gebouw werd door veel respondenten genoemd als groot knelpunt. Daarnaast kwam ook het ruimtegebrek van de Sprong en de schoonmaak een aantal keren naar voren. - Sfeer: Een aantal respondenten heeft aangegeven een WIJ-gevoel te missen in de brede school, er is geen gevoel bij de Zuiderbreedte - Aanbod en activiteiten Veel respondenten geven aan dat er meer samenwerking en afstemming mogelijk is tussen de partijen. De inhoudelijke ontwikkeling is laat op gang gekomen. Verder zouden ouders meer de school in kunnen. - Overig 6

7 Diverse respondenten geven aan dat er te weinig financiële middelen beschikbaar zijn. Ook kan de communicatie verbeterd worden en kan met name de buurt nog meer bij de school worden betrokken. Succesfactoren - Gebouw: Veel respondenten geven aan dat het gebouw op zich een grote succesfactor is. Het heeft een goede uistraling en is ook uitnodigend en een herkenbare voorziening in de wijk. - Sfeer: Er is een vriendelijke sfeer in het gebouw en er is een veilig klimaat. Verder zijn de lijnen kort en de onderlinge contacten goed, en is er bereidheid tot samenwerking op verschillende niveaus. - Aanbod en activiteiten: Door de verschillende instellingen onder een dak is er veel expertise aanwezig en kan jong en oud in de brede school terecht. Dit werd door veel respondenten aangegeven. Daarnaast werd aangegeven dat verschillende activiteiten en werkgroepen zorgen voor onderlinge bekendheid en chemie en dat het aanbod voor en na schooltijd goed is. 7

8 HOOFDSTUK 3: RESULTATEN VRAGENLIJSTEN BESTUREN Aan de besturen zijn 15 stellingen voorgelegd over de samenwerking en betrokkenheid bij de brede school. De antwoordmogelijkheden bij deze stellingen waren: zeer oneens (1), oneens (2), neutraal (3), eens (4) en zeer eens (5). De gemiddelde score was 3,5, dus precies tussen neutraal en eens in. Hoewel de vragen allemaal over samenwerking en betrokkenheid gaan, is wel een nadere onderverdeling te maken. Betrokkenheid en belangstelling Alle respondenten geven aan goed op de hoogte te zijn van de bredeschoolontwikkeling in de gemeente Hoogeveen. Ook is men positief over de betrokkenheid bij de ontwikkeling en de prioriteit die de brede school binnen de organisatie krijgt, beiden met een gemiddelde score van 4 ( eens ). De stelling de brede school krijgt voldoende belangstelling binnen de organisatie/afdeling is met een gemiddelde score van 4,2 het meest positief beantwoord. Projectleiding De respondenten geven scoren gemiddeld een 3,5 op de stelling de projectleiding van de brede school is zichtbaar en aanwezig. Dat geeft aan dat men hierover redelijk positief is. Samenwerking en draagvlak Ten aanzien van deze onderwerpen zijn de respondenten ook redelijk positief. Het slechts scoort de stelling de organisaties werken wat de brede school betreft goed samen. De gemiddelde score is een 3, dus neutraal. Met een gemiddelde van 3,6 is men wel positief over het draagvlak binnen de meeste organisaties. Grip op instellingen Gemiddeld staan de respondenten neutraal tegenover de stelling die gaat over de grip die de besturen op de instellingen hebben om de brede school ontwikkeling goed te regisseren. De stelling instellingen moeten door middel van subsidierelaties onder druk worden gezet om de brede school te realiseren scoorde met een gemiddelde van 2,9 het slechtst van alle vragen. Ontwikkeling Op de stelling de brede school ontwikkeling binnen de gemeente Hoogeveen verloopt voorspoedig is een gemiddelde score van 3,4 behaald. De meeste personen hebben aangegeven hier neutraal tegenover te staan of het met de stelling eens te zijn. Slechts 1 respondent is het met deze stelling oneens. 8

9 HOOFDSTUK 4: RESULTATEN VRAGENLIJST COÖRDINATOR De vragenlijst voor de coördinator dient om de wensen, opinies en ideeën van de coördinator over de brede school in kaart te brengen. Thema s die onder andere aan bod komen zijn: vraaggericht werken, samenwerking, professionaliteit en sfeer, afstemming en doorgaande lijn en gebouw en omgeving. Over deze thema s zijn aan de coördinator diverse vragen en stellingen voorgelegd. Vraaggericht werken, informatie en betrokkenheid Uit de vragenlijst voor de coördinator blijkt dat er zowel voor kinderen, als voor ouders en buurtbewoners geen inventarisatie heeft plaatsgevonden van vragen en behoeften. Kinderen zijn door brochures, posters en bijeenkomsten op de hoogte van het aanbod van de brede school. Ouders worden door posters en brochures geïnformeerd over dit aanbod, maar buurtbewoners worden hierover niet geïnformeerd. Het komt nauwelijks voor dat de doelgroep meedenkt of meebeslist over het activiteitenaanbod. Samenwerking Duidelijk wordt ook dat er met veel partijen wordt samengewerkt in de brede school en dat deze samenwerking meestal naar tevredenheid verloopt. Maar volgens de coördinator is er binnen de brede school geen gezamenlijke visie, wordt er weinig gebruik gemaakt van elkaars expertise en ontbreekt op de Zuiderbreedte het wij-gevoel. Wel is de coördinator positief over de overlegstructuren in de brede school, het draagvlak bij de organisaties en de prioriteit die de brede school binnen de diverse organisaties krijgt. Professionaliteit en sfeer Over het functioneren van professionals is de coördinator ook positief. De taakverdeling is duidelijk en iedereen doet wat hij of zij moet doen. Wel wordt aangegeven dat er niet voldoende personele capaciteit is om het gewenste aanbod te kunnen leveren. Ten aanzien van de sfeer wordt erg positief gescoord, uit de antwoorden op alle vragen blijkt dat er grote tevredenheid is over de sfeer op de Zuiderbreedte. Afstemming en doorgaande lijn Ook op de vragen onder dit thema wordt meestal positief gescoord. Er is wat betreft aanbod sprake van een doorgaande lijn voor kinderen, de verschillende activiteiten/voorzieningen zijn goed op elkaar afgestemd en de brede school biedt een goed vangnet voor kinderen met problemen. Minder positief wordt gescoord op Het aanbod van de brede school is overzichtelijk en helder voor kinderen, ouders en buurtbewoners, Ouders weten goed waar ze met vragen naartoe kunnen en Organisaties stemmen begin- en eindtijden van activiteiten goed op elkaar af. Gebouw en omgeving De coördinator geeft aan op de Zuiderbreedte een grote meerwaarde te zien van het multifunctioneel gebruik maken van ruimtes. Ook het gebouw van de Zuiderbreedte en de omgeving worden erg positief gewaardeerd. 9

10 HOOFDSTUK 5: CONCLUSIES 5.1 Algemeen Op basis van de uitkomsten van de evaluatie kunnen conclusies getrokken worden. In het algemeen valt op dat de partners positief zijn over de brede school ontwikkeling. Uit de antwoorden op diverse vragen blijkt dat respondenten een meerwaarde zien voor de brede school, denken dat de samenwerking positieve resultaten oplevert en dat de kansen voor kinderen worden vergroot. Daar tegenover staat dat ook veel respondenten aangeven dat er in de praktijk meer samengewerkt kan worden en de instellingen nu nog weinig gebruik maken van elkaars expertise. Dit blijkt ook uit de antwoorden van de besturen. Ook valt op dat niet al het personeel op de hoogte is van de ontwikkelingen en activiteiten op de Zuiderbreedte. Dit blijkt uit het feit dat niet alle respondenten alle vragen hebben ingevuld (respondenten geven een aantal keer aan geen inzicht in het onderwerp van de vraag te hebben) en uit het feit dat er op vragen naar feitelijk aanbod tegenstrijdig geantwoord wordt. Het vermoeden is dat mensen die deel uit maken van diverse werkgroepen binnen de Zuiderbreedte goed geïnformeerd zijn, maar dat deze informatie niet bij alle mensen op de werkvloer bekend wordt. Op bestuursniveau zijn mensen wel goed geïnformeerd over wat er speelt. Als we kijken naar de thema s van de vragenlijsten valt op dat de respondenten positief zijn ten aanzien van het draagvlak voor en de betrokkenheid bij de brede school. De vragen over vraaggericht werken en informatie en communicatie geven niet echt een duidelijk beeld, de respondenten zijn ten aanzien van deze vragen wat verdeeld. Wel wordt duidelijk dat ouders en kinderen in redelijke mate worden betrokken bij de brede school, maar dat dit veel minder geldt voor buurtbewoners. Respondenten zijn minder positief over de beschikbare middelen voor de brede school (tijd en geld). Ten aanzien van de samenwerking zijn de respondenten neutraal, en men is voorzichtig positief over de afstemming en de doorgaande lijn. De respondenten zijn positief over de sfeer op de Zuiderbreedte en ook over het gebouw, de omgeving en de mogelijkheden van multifunctioneel gebruik van ruimtes. Ten aanzien van het aanbod kan geconcludeerd worden dat er al veel op de Zuiderbreedte wordt aangeboden aan activiteiten, en er ook nog veel activiteiten gepland staan. Vooral op het gebied van opvang, zorg en educatie wordt er veel aangeboden aan kinderen. Het aanbod voor ouders en of buurtbewoners is een stuk minder uitgebreid, maar met name op het gebied van opvoedingsondersteuning zijn er voor de toekomst veel concrete plannen. (zie de bijlage voor het complete overzicht van de programmering van de Zuiderbreedte) 5.2 Doelstellingen Het is interessant om de resultaten uit de vragenlijsten af te zetten tegen de doelstellingen van de Zuiderbreedte, zoals ze door de betrokkenen zelf zijn geformuleerd. Meteen blijkt dat de doelstellingen die betrekking hebben op het gebouw en de uistraling voor de wijk zijn gehaald. Het gebouw van de Zuiderbreedte wordt als aantrekkelijk, toegankelijk en veilig ervaren. Ook is het gelukt om met de brede school een meerwaarde te bereiken voor wat betreft zorg voor leerlingen en ook ten aanzien van de opvangmogelijkheden voor kinderen. Ten aanzien van opvang en zorg voor leerlingen vervult de brede school een 10

11 coördinerende rol ( spin in het web ). Opvallend is dat het samen werken dat in de visie/missie als belangrijkste punt naar voren komt, nog beter van de grond kan komen dan tot nu toe het geval is. De doorgaande lijn voor kinderen van 0 tot 12 kan worden verbeterd en ook kunnen instellingen meer gebruik maken van elkaars kwaliteiten en deskundigheden. Ook ontbreekt het wij-gevoel op de Zuiderbreedte. Daarnaast worden de buurtbewoners van de Zuiderbreedte nog weinig betrokken bij de brede school, die vooral gericht is op de leerlingen en hun ouders. Maatwerk in de wijk wordt nog niet geleverd. Communicatie, zowel binnen de Zuiderbreedte als daarbuiten, is een punt van aandacht. 11

12 HOOFDSTUK 6: KORT VERGELIJK UITKOMSTEN EVALUATIE MET LANDELIJKE ERVARINGEN Landelijk Een vergelijking met de stand van zaken in andere gemeenten is lastig te maken. Uit alle studies en onderzoeken blijkt dat er op het gebied van de brede school in Nederland nog nauwelijks geëvalueerd wordt. En in de gemeenten waar wel wordt geëvalueerd, ontbreken harde cijfers. Uit een landelijke monitor blijken de volgende gegevens: - brede scholen in het primair onderwijs profileren zich vooral op het gebied van kansen en verrijking voor kinderen. In toenemende mate richt de brede school zich ook op ouders en op de versterking van de relatie met de buurt of wijk. - Betrokkenen bij brede scholen zijn positief over de brede school ontwikkeling en vinden dat de brede school een meerwaarde heeft. Er wordt veel van de brede school verwacht op het gebied van het activiteitenaanbod en voorzieningenniveau, de sociale vaardigheden van kinderen, de leerprestaties, de ouderbetrokkenheid en het verbeteren van de sociale cohesie in de wijk. Betrokkenen geven aan dat deze resultaten in de praktijk zichtbaar zijn, alleen moeilijk aan te tonen. Alleen voor het activiteitenaanbod en de voorzieningen is landelijk duidelijk een vooruitgang te zien, voor de andere verwachte resultaten bestaan geen harde gegevens ter onderbouwing. Trend is wel dat er aan steeds meer brede scholen kwaliteitscriteria worden gesteld. - Ten aanzien van de samenwerking en de meerwaarde die de samenwerking in een brede school oplevert, zijn de betrokkenen bij een brede school enthousiast. Het activiteitenaanbod wordt versterkt, expertise wordt uitgewisseld, er ontstaat een doorgaande lijn in de werkwijze van instellingen en de brede school creëert extra dynamiek en een inspirerend werkklimaat. Toch worden er landelijk ook kritische kanttekeningen bij de bestaande samenwerking geplaatst, veel betrokkenen geven aan dat de samenwerking verbeterd kan worden. - Ook ten aanzien van tijd en werkdruk blijken er landelijk wat knelpunten te zitten. Het ontwikkelen van een brede school en het activiteitenaanbod, moet voor het meeste personeel binnen de reguliere uren gebeuren. Dit wordt soms als belastend ervaren, helemaal wanneer de brede school ontwikkeling op verschillende locaties tegelijk ingezet wordt. Wanneer we dit vergelijken met de uitkomsten uit de evaluatie van de Zuiderbreedte, is er op veel punten herkenning en overeenstemming. De Zuiderbreedte kan meer inzetten op de relatie met en betrokkenheid van de wijk. Nu de brede school al een tijdje draait, lijkt daar ook tijd voor te komen. Ook op de Zuiderbreedte wordt de meerwaarde van de brede school gevoeld, al is die niet met harde gegevens te onderbouwen. Uit de evaluatie blijkt dat er op het gebied van samenwerking nog wel wat mogelijkheden voor verbetering zijn, vooral de expertise van de partners kan meer worden benut. Tot slot blijkt uit de evaluatie van de Zuiderbreedte ook dat tijd een lastige factor is bij het ontwikkelen van de brede school. Assen Ook in andere gemeenten in Drenthe gebeurt het nodige op het gebied van de brede school, bijvoorbeeld in Assen. Interessant is om te kijken welke uitkomsten uit de 12

13 evaluatie van de beginperiode van de brede scholen daar, kwamen. Hiervoor is gebruik gemaakt van de evaluatie brede school Assen 2002/2005. Naast hetgeen hierboven al is opgenomen, kwamen uit de evaluatie nog twee opvallende dingen: - Er is pas echt een meerwaarde als de brede school de partijen ook kan binden en daardoor de kwaliteit van het aanbod hoger wordt. - In de beginperiode van de brede school gaat veel tijd zitten in de organisatie en afstemming. Hierin moet eerst geïnvesteerd worden, waarna later pas resultaten te zien zijn. 13