De Taalfanfare Woordenschat

Transcriptie

1 De Taalfanfare Woordenschat Een programma voor het uitbreiden van de woordenschat Leeftijd: vanaf 6 jaar Auteur: Jelle Boonstra Versie Rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of enige wijze, hetzij elektronisch, door kopieën, opnamen of enige manier, zonder voorafgaande toestemming van het OWG-Bureau.

2 Inhoudsopgave Inhoudsopgave...1 Inleiding Het leerlingenprogramma...4 Het namenscherm...4 Het planningsscherm...4 Thema s selecteren...5 Werkvormen...5 Leerlingen....5 Het menuscherm...5 De verschillende werkvormen...6 Werkvormen met losse foto s...6 Werkvormen met Plaat ( overzichtsfoto)....6 Lesjes...7 Beschrijving van de oefeningen...8 A. Foto s...8 Verkennen...8 Oefenen...8 Slepen...9 Kiezen...9 De of het?...10 Typen...10 Memory...11 Toets...12 B. Plaat Verkennen...12 Oefenen...13 Slepen...13 Typen...14 Meerkeuze...14 Lijst...15 Toets...15 Puzzel...15 C.Lesjes...16 Meervoud...16 Verkleinwoorden...16 Losmaken...17 Omschrijving...17 Zin maken...18 Alfabet Het woordenboek De resultaten...20 Sorteren...20 Wissen...20 Afdrukken Het lerarenprogramma...21 Het menuscherm...21 Stap 1: Woorden bij de foto s...21 Stap 2: De overzichtsfoto...22 Stap 3: Meervoud...22 Stap 4: Verkleinwoord...23 Stap 5: Woorden losmaken...23 Stap 6: Betekenis...24 Stap 7: Zinnen maken

3 Stap 8: Alfabet...25 Een thema toevoegen De spraaksynthese, Dragon Naturally Speaking (voorheen L&H) OWG Central Unit, een centrale database Systeemeisen Taalkeuze Installatie...28 Adres OWG-Bureau BV Postbus KE ROERMOND (NL) Fax : +31(0) Servicedesk : +31(0) Bereikbaar Maandag, donderdag, vrijdag: Dinsdag: Woensdag: helpdesk@bureau.owg.nl bureau@owg.nl Bezoek ook en uur uur uur 2

4 Inleiding De Taalfanfare Woordenschat is een programma, bedoeld om de woordenschat uit te breiden. Aan de hand van thema s worden woorden binnen dat thema geoefend. Dit oefenen gebeurt aan de hand van duidelijke visuele- en auditieve presentatie. De oefeningen zijn in drie onderdelen verdeeld: Foto s, Plaat en Lesjes. Het is mogelijk om zelf thema s toe te voegen of te laten toevoegen door leerlingen. Het programma is uitermate geschikt als ondersteuning bij inburgeringscursussen e.a. cursussen voor volwassenen voor het leren van de taal. Het programma bestaat uit een leerlingendeel, waar voor de leerkrachten via een rolmenu een planningsscherm en een resultatenscherm op te roepen is en een echt lerarendeel, waar de leerstof kan worden gewijzigd en kan worden uitgebreid In het planninggedeelte kan de leerkracht per groep of zelfs per leerling bepalen met welk thema moet worden gewerkt en welke opdrachten wel en niet kunnen worden uitgevoerd. Omdat de oefeningen weinig uitleg vragen, kan het programma uitstekend worden gebruikt om de kinderenen volwassenen zelfstandig mee te laten werken. 3

5 1. Het leerlingenprogramma Klik op het icoon Taalfanfare Woordenschat. Klik in het introductiescherm op de knop Start. Het namenscherm Klik in het linkervenster een groep of klas aan en daarna in het rechtervenster een van de namen. Klik daarna op de groene knop Verder In het menu Bestand van dit scherm kunt u naar de Planning en naar de Resultaten gaan. Het planningsscherm Het bovenste deel van het planningsscherm bevat een lijst met de verschillende thema s en een overzicht van alle 22 verschillende werkvormen verdeeld in de categoriën: Foto s, Plaat en Lesjes. 4

6 Thema s selecteren. In de lijst met thema s kunt u slechts één thema tegelijk selecteren. De leerling kan dan alleen oefeningen bij dát thema doen. Wanneer er geen thema in dit planningsscherm geselecteerd is, kan de leerling zelf een keuze maken uit alle thema s en werkvormen. Werkvormen. In het vak met Werkvormen kunt u de oefeningen aanvinken die de leerlingen krijgen aangeboden. Een leerling bepaalt zelf in welke volgorde hij/zij de oefeningen wil doen. Met de knop Selecteer alles kunt u in één keer alle oefeningen aanvinken. Met de knop Selecteer niets haalt u bij alle oefeningen de vinkjes weer weg en is er niets meer geselecteerd. Leerlingen. Wanneer u wel een groep heeft geselecteerd, maar geen leerling, geldt de planning voor alle leerlingen in die groep. Heeft u een leerling geselecteerd, dan geldt de planning allen voor die leerling. U kunt slechts één leerling tegelijk selecteren. De namen van de groepen en de leerlingen komen uit de centrale database van de OWG. Wilt u namen of groepsnamen wijzigen, dan kunt u dit doen via de OWG Central Unit. Het menuscherm In het menuscherm is een lijst met beschikbare thema s, die de leerling kan aanklikken. Mocht er voor de leerling in de planning slechts één thema beschikbaar zijn, dan is uiteraard alleen dat thema te zien. Aan de rechterkant staan de verschillende werkvormen, die werken met de losse foto s, de overzichtsfoto (plaat) en de taaloefeningen (lesjes). Wanneer in de planning is aangegeven dat sommige werkvormen niet beschikbaar zijn, dan zijn de knoppen van die oefeningen ook niet beschikbaar. Ook kan het zijn dat de (zelf gemaakte) thema s niet volledig zijn. Knoppen van ontbrekende lesjes zijn ook niet beschikbaar. 5

7 Door op de paarse knop Wisselen te klikken, kan er een andere leerling met het programma werken. De knop Woordenboek geeft toegang tot het speciale woordenboek, waarin de woorden van alle thema s automatisch in worden opgenomen. De verschillende werkvormen Werkvormen met losse foto s Er zijn 8 oefenvormen die werken met de twaalf losse foto s van elk thema: Verkennen Oefenen Slepen Kiezen De of het Typen Memory Toets Het is aan te bevelen te beginnen met de oefenvorm Verkennen. Hier raakt de leerling bekend met de woorden bij het thema. Er hoeft alleen maar op de foto s te worden geklikt, dan ziet en hoort de leerling de verschillende woorden. Na het verkennen kunt u het beste verder gaan met Oefenen. De leerlingen horen en zien een woord en moeten de juiste foto aanklikken uit vier mogelijkheden. Bij de oefening Slepen moeten de woorden bij de foto s worden gezocht. In de oefening Kiezen wordt er één foto getoond en moet de leerling het juiste woord aanklikken in de lijst met de twaalf woorden van het thema. De oefening De of het oefent het gebruik van het lidwoord. Bij Typen gaat het erom het woord foutloos te typen. Het lidwoord hoeft niet te worden getypt. Memory is een spel om nogmaals de begrippen in woord en/of beeld te herhalen. Ter afsluiting de Toets, waarbij de foto s een voor een moeten worden aangeklikt. Werkvormen met Plaat ( overzichtsfoto). Er zijn 8 werkvormen die werken met de overzichtsfoto van elk thema: Verkennen Oefenen Slepen Typen Meerkeuze Lijst Toets Puzzel Bij de overzichtsfoto zijn de begrippen in hun onderlinge samenhang te zien. Eventueel kunnen hier ook andere begrippen aan de orde komen dan bij de losse foto s. U kunt dan het 6

8 aantal begrippen per thema uitbreiden tot maximaal 24 ( 12 bij de losse foto s en 12 andere bij de overzichtsfoto) Ook hier is het aan te bevelen te beginnen met de oefening Verkennen. De rode stippen op de overzichtfoto kunnen worden aangeklikt, waarna het begrip auditief en visueel duidelijk wordt gemaakt. Als afsluiting weer een Toets en als toetje kan er met de overzichtsfoto gepuzzeld worden. Zie voor beschrijving van de overige oefeningen verderop in dit document. Lesjes Er zijn bij elk thema 6 talige werkvormen: Meervoud Verkleinwoord Losmaken Betekenis Zin maken Alfabet In de oefening Meervoud gaat het erom hoe het woord in het meervoud moet worden geschreven. Bij de oefening Verkleinwoord oefent de leerling welke uitgang het woord krijgt bij het verkleinwoord. De oefening Losmaken is bedoeld voor het herkennen van de verschillende woorden. Bij Betekenis worden de verschillende woorden omschreven. In de oefening Zin maken moet een goede zin worden gemaakt uit een aantal gegeven delen. Bij de laatste oefening Alfabet moeten de woorden van een thema op alfabetische volgorde worden gezet. 7

9 Beschrijving van de oefeningen A. Foto s Verkennen Alle twaalf foto s staan op het scherm en kunnen worden aangeklikt. Het begrip wordt dan uitgesproken en wordt onder de aangeklikte foto weergegeven. Oefenen Er worden steeds vier foto s getoond. Van een van de foto s wordt de naam van het begrip getoond en uitgesproken. De bijhorende foto moet worden aangeklikt. Wanneer alle twaalf woorden zijn geweest, is de oefening afgelopen. 8

10 Slepen In deze oefening moeten de twaalf woorden naar de bijhorende foto s worden gesleept. Wanneer op een foto wordt geklikt, wordt het begrip uitgesproken. Wanneer alle woorden onder de foto s staan, kan middels de nakijkknop opdracht worden gegeven de antwoorden na te kijken. Verkeerd geplaatste woorden worden teruggezet en goed geplaatste woorden worden groen gekleurd. Zijn er fouten gemaakt, dan kunnen die worden hersteld. De oefening is klaar wanneer alle woorden onder de bijhorende foto s staan. Kiezen Er wordt steeds een van de foto s getoond. Naast de foto is een lijstje met alle twaalf woorden van het thema. Het juiste woord moet worden aangeklikt in de lijst. Is het antwoord goed, dan wordt het woord helemaal boven aan het scherm getoond. Wordt een woord tot drie keer toe fout aangeklikt, dan wordt het goede antwoord groen weergegeven. De foto s boven aan het scherm kunnen worden aangeklikt. Het woord wordt dan uitgesproken. De oefening is klaar wanneer alle twaalf woorden boven in het scherm staan. 9

11 De of het? Deze werkvorm oefent het gebruik van het lidwoord. Een foto wordt getoond. Door op de knop de of het te klikken moet de leerling aangeven welk lidwoord bij het woord hoort. De oefening kan ook gedaan worden met spieken. Er is dan een knopje met een luidsprekertje. Wanneer daarop wordt geklikt wordt het woord mét lidwoord uitgesproken. De woorden die aan bod zijn geweest, worden boven aan het scherm getoond. Wanneer op een van deze foto s wordt geklikt, wordt het woord uitgesproken. Typen Het doel van deze werkvorm is het foutloos typen van de woorden van een thema. Er wordt een foto getoond en het woord moet worden getypt (zonder lidwoord, dat wordt al gegeven) Het woord kan worden beluisterd door op het luidsprekerknopje te klikken. 10

12 De oefening kan ook gedaan worden met spieken. Er is dan een knopje met een oog. Wanneer dat wordt ingedrukt, wordt het woord getoond. Bij het loslaten van het knopje verdwijnt het woord weer. De woorden die aan bod zijn geweest, worden boven aan het scherm getoond. Wanneer op een van deze foto s wordt geklikt, wordt het woord uitgesproken. Memory Het memoryspel is algemeen bekend. De weergave van de begrippen kan op drie manieren: alleen foto s, een foto en een woord of alleen woorden. In alle gevallen wordt het woord uitgesproken zodra op een kaartje wordt geklikt. Het spel is afgelopen wanneer alle paren gevonden zijn. 11

13 Toets Bij de toets moeten alle woorden wederom worden aangeklikt. Het resultaat is niet meteen zichtbaar, maar wordt getoond wanneer alle foto s zijn aangeklikt. De foto s worden dan anders gerangschikt en door middel van rode en groene kleuren wordt aangegeven welke woorden fout en goed waren. Foute woorden kunnen worden aangeklikt, dan wordt het goede woord getoond en uitgesproken. B. Plaat. Verkennen Alle twaalf begrippen staan op de overzichtsfoto. Op de foto zijn rode stippen te zien. De stippen kunnen worden aangeklikt. Het woord wordt dan getoond en uitgesproken. 12

14 Oefenen Het oefenen van de begrippen geeft hetzelfde scherm als boven. Er komen nu opdrachten om een begrip (rode stip) aan te klikken. De oefening is afgelopen wanneer alle begrippen aangeklikt zijn. Slepen De woorden moeten worden gesleept naar naast de foto staande kaders. Elk kader is middels een lijntje verbonden met een begrip op de foto. Staan alle woorden ergens binnen een kader, dan kan er worden gecontroleerd of de antwoorden goed zijn. Goede antwoorden worden groen gekleurd en foute antwoorden worden teruggep plaatst naar beneden. Die kunnen daarna worden hersteld. De oefening is klaar wanneer alle woorden op de juiste plaats staan. 13

15 Typen Doel van deze werkvorm is het foutloos typen van de woorden. Onder de overzichtsfoto is een invulvak. Een lijn wijst naar een van de begrippen op de foto. De naam ervan moet worden getypt. Het lidwoord hoeft niet te worden getypt. Dit is al gegeven. Door op de luidsprekerknop te klikken wordt het woord uitgesproken. Van de correct ingetypte woorden verschijnt een label naast de foto. Meerkeuze De leerling kan een van de rode stippen op de overzichtsfoto aanklikken. Onder de foto komen dan drie woorden te staan. Klik op de knop met een letter voor het goede antwoord. Wanneer de vraag beantwoord is, wordt de rode stip groen gekleurd en kan niet meer worden aangeklikt. De oefening is klaar wanneer alle stippen groen gekleurd zijn. 14

16 Lijst Een van de begrippen op de overzichtsfoto wordt aangegeven met een rode stip. De leerling kan in de lijst naast de foto klikken op het bijhorende woord. Toets Alle begrippen van de overzichtsfoto moeten één voor één worden aangeklikt. Er is niet meteen een resultaat bekend. Dit wordt pas gegeven wanneer alle begrippen gevraagd zijn. Door middel van rode en groene stippen wordt dan aangegeven welke antwoorden goed en fout waren. Er is dan nog de gelegenheid de stippen aan te klikken. Het betreffende woord wordt dan nog uitgesproken. Puzzel De overzichtsfoto is ook als legpuzzel te maken op de computer( met 16 stukjes). De puzzelstukjes kunnen naar het puzzelrooster worden gesleept. Door op de knop Voorbeeld te klikken, wordt de foto ook zichtbaar rechts naast het puzzelrooster. 15

17 C.Lesjes. Deze werkvormen zijn o.a. ook te vinden in Taalfanfare voor groep 4. Meervoud Van de twaalf woorden van het thema moet de meervoudsvorm worden getypt. Na een fout komt er een korte uitleg met een voorbeeldwoord voor die vorm van meervoud. Verkleinwoorden Van de twaalf woorden van het thema moet het verkleinwoorden worden gevonden. Er zijn vier mogelijkheden: -je, -tje, -pje of een restcategorie met etje en - tje. Zodra de muisaanwijzer zich boven een van de vier mogelijkheden bevindt, wordt het hele verkleinwoord met die uitgang getoond. Klik op de knop waar het goede woord zich bevindt. 16

18 Losmaken Doel van deze werkvorm is het herkennen van de afzonderlijke woorden. De twaalf woorden van het thema worden allemaal aan elkaar geplakt. De woorden moeten worden losgemaakt. Dat gebeurt door steeds vlak achter het eerste woord te klikken. Het woord verdwijnt dan en de rest schuift naar links zodat er weer een ander woord voorop staat. De woorden kunnen in alle vormen voorkomen, gewoon, als verkleinwoord of als meervoudsvorm. Omschrijving Van de twaalf woorden wordt de omschrijving gegeven. Aan de leerling de woorden bij de juiste omschrijving te slepen. Wanneer alle woorden bij een omschrijving geplaatst zijn, is er een nakijkknop beschikbaar. Wanneer hierop wordt geklikt, worden de antwoorden nagekeken. Goede antwoorden worden groen gekleurd en fouten worden teruggeplaatst en kunnen worden hersteld. De les is klaar wanneer alle woorden groen gekleurd zijn. 17

19 Zin maken Doel van deze les is goede zinnen te vormen uit gegeven delen. De zinnen zijn in kleinere delen verdeeld. Deze staan als knoppen onder aan het scherm. Door deze in de juiste volgorde aan te klikken, kan de zin worden gevormd. Er is per zin maar één juist antwoord mogelijk. Het deel dat begint met een hoofdletter moet voorop worden geplaatst, dat met een leesteken (stip, vraagteken of uitroepteken) komt achteraan. Wanneer de leerling denkt het niet goed te doen, kan hij/zij op de knop Opnieuw klikken. Alle delen worden dan weer als knoppen onder neergezet. Wanneer een zin compleet is, kan op de nakijkknop worden geklikt. De gemaakte zin wordt dan (goed of niet goed) uitgesproken. Is de zin goed, dan wordt deze in de bovenste helft weergegeven. Is het antwoord niet goed, dan kan het opnieuw worden geprobeerd. Alfabet. De twaalf woorden van het thema moeten in alfabetische volgorde worden gezet. 18

20 Zijn alle woorden in de blauwe kast gesleept, dan kan er worden nagekeken door op de groene nakijkknop te klikken. Fout geplaatste woorden worden weggehaald en kunnen worden hersteld. Het woordenboek In het woordenboek worden automatisch de woorden van alle thema s opgenomen. Ook van de thema s die u eventueel zelf toevoegt. Het woordenboek is te raadplegen door eerst een beginletter aan te klikken. In de lijst komen dan alle woorden met die beginletter te staan. Wordt er op een van deze woorden geklikt, dan is rechts een fotootje te zien, met daaronder het woorden en de naam van het thema waarin het voorkomt. Bovendien wordt het woord uitgesproken. Terug naar het menuscherm door op de blauwe menuknop te klikken. 19

21 2. De resultaten. De resultaten van de oefeningen kunt u bekijken door in het namenscherm het rolmenu Bestand te gebruiken. In het navolgende scherm krijgt u een globale indruk van de resultaten van de kinderen. Sorteren. De resultaten zijn op verschillende manieren te sorteren, op datum, naam, oefening, lesje, aantal opdrachten, aantal goed, aantal fout en op verbruikte tijd. U sorteert door op een grijze knop boven een kolom te klikken. Wissen. Door een of meer regels te selecteren (met behulp van Shift of CTRL-toets) kunt u deze wissen door te klikken op de knop Wissen die dan onder de tabel staat. Afdrukken. De volledige lijst zoals die gesorteerd op het scherm staat, kan worden afgedrukt door te klikken op de knop Afdrukken. Is er een selectie gemaakt, dan wordt alleen die selectie afgedrukt. U kunt een selectie ongedaan maken door op de kop van een kolom te klikken. 20

22 3. Het lerarenprogramma Met het lerarenprogramma kunt u de oefenstof naar eigen smaak aanpassen. Klik op het icoon Taalfanfare Woordenschat leraar. Klik in het introductiescherm op de knop Starten. Het menuscherm In het menuscherm kunt u het thema kiezen waarvan u oefeningen wilt wijzigen. Selecteer een thema in de lijst en klik vervolgens op de knop Verder. Stap 1: Woorden bij de foto s Alle losse foto s van het thema worden afgebeeld met invulvakjes eronder. U kunt een invulvakje aanklikken en de tekst ervan veranderen. Het begrip dient altijd mét lidwoord te worden opgegeven! 21

23 In het onderste gedeelte staan vier knoppen, die ook in de volgende schermen voorkomen. Vorige: ga naar de vorige stap Verder: ga naar de volgende stap Menu: ga terug naar het menu Diskette: sla de gegevens op (moet in elk scherm worden gedaan!) Auditief/visueel: controleer of woorden goed worden afgesproken. Eventueel fonetisch corrigeren. Stap 2: De overzichtsfoto. Op het scherm de overzichtsfoto met alle begrippen ernaast. Op de overzichtsfoto twaalf rode stippen die met een lijntje verbonden zijn met de begrippen. De rode stippen kunt u verslepen naar een andere positie. De namen van de begrippen aan weerszijden van de foto zijn invulvakjes. U kunt ze aanklikken en de inhoud ervan wijzigen. De namen van de begrippen dienen ook het lidwoord te bevatten! Stap 3: Meervoud Hier kunt u in de tweede kolom de meervoudsvorm van elk begrip intypen Zowel in het enkelvoud als in het meervoud moet het lidwoord worden weggelaten! n.b. Wanneer een woord meerdere vormen van een meervoud kent (poesen - poezen) kunnen deze ingevoerd worden, gescheiden door een punt-komma (poesen;poezen). 22

24 Stap 4: Verkleinwoord In dit scherm kunt u de uitgang die het woord krijgt bij gebruik als verkleinwoord. Deze vorm wordt tussen haakjes achter het woord getypt. n.b. Niet alle verkleinvormen zijn via dit programma mogelijk! De woorden waarbij een deel van het hoofdwoord moet worden weggelaten zoals in woning woninkje (de g van woning wordt vervangen door een k) zijn niet mogelijk. Stap 5: Woorden losmaken Hier geeft u de woorden op die worden gebruikt voor de oefening Woorden losmaken. Om het iets moeilijker te maken kunt u meervoudsvorm, verkleinwoord of misschien een samenstelling van het woord gebruiken. De begrippen worden zonder lidwoord ingevoerd! 23

25 Stap 6: Betekenis In de eerste kolom staan alle woorden van het thema, in de tweede kolom een omschrijving van deze woorden. Stap 7: Zinnen maken In dit scherm kunt u met elk woord een zin maken. De verschillende delen van de zin kunt u door verticale strepen scheiden. In het leerlingprogramma wordt alleen de zin zoals u die hier samenstelt goedgekeurd. Begin de zin altijd met een hoofdletter en eindig de zin met een punt, vraagteken of uitroepteken. Voor gevorderde gebruikers kunt u de zin in meer stukjes verdelen dan voor beginnende gebruikers. Voor ver gevorderde gebruikers is het mogelijk elk woord als een deel te nemen. 24

26 Stap 8: Alfabet U geeft hier alle woorden van het thema zonder lidwoord. De woorden hoeven hierbij niet op alfabetische volgorde te worden getypt, daar zorgt de computer wel voor! 25

27 Een thema toevoegen Door de leerkracht. Om een nieuw thema toe te voegen heeft u nodig: - 12 losse foto s van de begrippen met de namen Woord01.jpg t/m Woord12.jpg, afmeting 240 x 180 pixels - een overzichtsfoto waarop alle twaalf begrippen voorkomen (andere begrippen binnen hetzelfde thema mag ook) met de naam Combi.jpg, afmeting 600 x 460 pixels - een tekstbestand met de naam Index.txt met daarin de naam van het thema U gaat als volgt te werk: 1. Open Windows Verkenner en zoek naar de directory. C:\Program Files\OWG\Nederlandse taal\taalfanfare Woordenschat. In dit voorbeeld gebruiken we de standaarddrive C: Dit kan echter ook een andere drive zijn, afhankelijk van de plaats waar het programma geïnstalleerd is. 2. Maak binnen deze map een nieuwe map met als naam Thema06 (of een ander volgnummer) 3. Plaats de losse foto s Woord01.jpg t/m Woord12.jpg, de overzichtsfoto Combi.jpg en het tekstbestand Index.txt in deze nieuwe map. 4. Start het programma Taalfanfare Woordenschat leraar. In het menu staat de naam van het nieuwe thema onderaan in de lijst. 5. U kunt nu de acht stappen zoals boven omschreven volgen om de inhoud van het thema aan te passen. Alle invulvakjes zijn nog leeg. In de Powerpoint Presentatie op deze CD-Rom, staat het invoegen van een thema nog eens beschreven. 26

28 4. De spraaksynthese, Dragon Naturally Speaking (voorheen L&H) Een van de onderdelen van de OWG software Nieuwe Stijl is de toevoeging van spraaksynthese. De OWG heeft in het verleden steeds gezocht naar mogelijkheden om de software voor een zo groot mogelijk publiek toegankelijk te maken. Bij sommige programma s komt dat tot uiting door aparte versies te ontwikkelen voor Nederland en Vlaanderen. Andere programma s werden raamwerkprogramma s die d.m.v. vullingen voor meerdere groepen inzetbaar zijn. Op het moment is de techniek zover dat de toevoeging van geluid aan educatieve programma s erg dicht bij komt: De ontwikkeling van spraaksynthese biedt mogelijkheden die ook toepasbaar zijn in de OWG software. Het geluid kan dan op 2 manieren van toegevoegde waarde zijn: De opdrachten die de voortgang van het programma bepalen, zullen worden uitgesproken: Klik nu op de groene knop is nu ook te horen. Voor kinderen die auditief zijn ingesteld en voor kinderen die moeite hebben met het leesproces, zal dit een welkome toevoeging zijn. Zij kunnen zich zo meer concentreren op de inhoud van het programma. Daarnaast zullen ook inhoudelijke elementen als plaatsnamen, woorden en sommen worden uitgesproken bij programma s waar dit wenselijk en functioneel is. Ook hier geldt weer dat van deze toevoeging van geluid aan de software, alle kinderen zullen profiteren, maar met name de kinderen die moeite hebben met het leesproces, waaronder dyslectische kinderen en kinderen met een visuele handicap. De spraaksynthese wordt uitgeleverd als apart programma. Dit programma zal dan eenmalig op iedere computer die gebruik wil maken van de spraak, geïnstalleerd moeten worden (maximaal 30 computers). Elk OWG programma waarin de spraaksynthese is verwerkt kan dan dit aparte programma aanspreken waardoor de toevoeging van geluid wordt gerealiseerd. De Taalfanfare Woordenschat maakt gebruik van de spraaksynthese. Als deze is geïnstalleerd, zal de spraaksynthese in het programma gebruikt worden. 5. OWG Central Unit, een centrale database Dit programma maakt gedeeltelijk gebruik van de OWG Central Unit. Hierbij worden alleen de namen ingelezen. Een van de onderdelen van de OWG software Nieuwe Stijl is de centrale opslag van gegevens. De OWG Central Unit (OCU) - is een volgende stap om het gebruik van software te vereenvoudigen. Tot voor kort moesten nog alle namen van leerlingen en groepen per programma afzonderlijk door de leerkracht worden ingevoerd. Elke programmeur had zijn eigen idee over hoe dat moest gebeuren. Dat is ook zo met de presentatie van de resultaten. Het grote nadeel hiervan was dat bij het gebruik van veel verschillende OWG programma s telkens de namen opnieuw moesten worden ingevoerd. Bij enkele programma s bestaat al de mogelijkheid om leerlingnamen te importeren uit edex bestanden. De OCU is een databasefaciliteit die met alle nieuwe programma s meegeleverd gaat worden en is ontstaan door de vraag uit het veld om leerlingennamen en resultaten op een eenvoudige manier toegankelijk te maken. Als OWG kennen we als geen ander dit probleem door het grote aanbod aan educatieve software. In deze databasefaciliteit worden één keer alle leerlingennamen ingevoerd. Dit kan door intypen of door het importeren vanuit edex bestanden. Is deze database eenmaal gevuld met leerlinggegevens, dan zullen alle nieuwe programma s hiervan automatisch gebruik maken. Ook de resultaten die leerlingen behalen, worden van een aantal programma s in deze OCU overzichtelijk per programma bijgehouden. Zo ontstaat er per leerling per programma een duidelijk overzicht van de resultaten van de leerling. De resultaten van Taalfanfare Woordenschat worden (nog) niet in deze OCU bijgehouden; deze worden in het programma bijgehouden en gepresenteerd. 27

29 Het invoeren / inlezen van namen en groepen gaat bij Taalfanfare Woordenschat wel via de OCU. 6. Systeemeisen Intel-Pentium III-/500 MHz-Processor (of gelijkwaardige AMD-Processor) of hoger. 128 MB RAM of hoger. Microsoft Windows XP, Windows Millennium, Windows 2000, Windows 98 SE met IE 5.5 of hoger. Creative Labs Sound Blaster 16 of gelijkwaardig. 7. Taalkeuze In de OCU (Owg Central Unit) vindt u onder het menu EXTRA de optie 'Zet spraakmodule voor programma'. Hiermee kunt u de aangeven welke spraakmodule het betreffende programma moet gebruiken. Het spreekt vanzelf, dat u moet beschikken over minimaal een spraakmodule van de OWG. 8. Installatie Zie handleiding op cd-rom. 28