3. Vergaderschema Gevraagde beslissing: het algemeen bestuur te adviseren het vergaderschema 2015 conform bijgevoegd schema vast te stellen.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "3. Vergaderschema 2015. Gevraagde beslissing: het algemeen bestuur te adviseren het vergaderschema 2015 conform bijgevoegd schema vast te stellen."

Transcriptie

1 portefeuillehoudersoverleg BOC&M vergadering 24 september 2014 Agenda voor de vergadering d.d. 24 september 2014 van het portefeuillehoudersoverleg Bestuurlijke Organisatie Communicatie & Middelen (BOC&M) van de stadsregio Rotterdam. 1. Opening en mededelingen. 2. Verslag van de vergadering d.d. 25 juni 2014 van het portefeuillehoudersoverleg Bestuurlijke Organisatie, Communicatie en Middelen van de stadsregio Rotterdam. Gevraagde beslissing: 1. het verslag vast te stellen. 3. Vergaderschema Gevraagde beslissing: het algemeen bestuur te adviseren het vergaderschema 2015 conform bijgevoegd schema vast te stellen. Portefeuillehouder: Koen. Samenvatting: In het concept vergaderschema is bij de vergadering van het algemeen bestuur rekening gehouden met de besluitvormingstermijnen in verband met de vaststelling van het liquidatieplan, vaststelling van de opheffingsbesluiten en vaststelling van de wijziging gemeenschappelijke regeling en de daarmee verband houdende consultatieperiodes bij deelnemende gemeenten. Op 1 juli vindt de opheffingsvergadering van de stadsregio plaats. In verband hiermee is de aanvangstijd gewijzigd. Aansluitend aan de vergadering is er een informeel afscheidsbuffet. De vergaderlocatie wordt nader bekend gemaakt. Bijlage(n): 1. Concept vergaderschema Sociaal plan en intentieovereenkomst gemeenten en stadsregio Als gevolg van de advisering door ondernemingsraden en vakbonden kunnen de bijbehorende stukken pas ter vergadering beschikbaar worden gesteld. De stukken worden mondeling toegelicht. AGBOC&M / BZC / CB / 24 september Pagina 1

2 5. Samenwerkingsovereenkomst stadsregio Rotterdam en Haaglanden Plan B Als gevolg van de advisering door ondernemingsraden en vakbonden kunnen de bijbehorende stukken pas ter vergadering beschikbaar worden gesteld. De stukken worden mondeling toegelicht. 6. Treasurystatuut Gevraagde beslissing: 1. Het algemeen bestuur te adviseren het bijgevoegde treasurystatuut 2014 vast te stellen met terugwerkende kracht tot 1 januari 2014, onder intrekking van het treasurystatuut Portefeuillehouder: Koen. Samenvatting: Sinds 15 december 2013 zijn alle decentrale overheden verplicht om alle geldmiddelen die zij niet onmiddellijk nodig hebben voor de publieke taak aan te houden in s Rijks schatkist, kortweg verplicht schatkistbankieren genoemd. De financieringsstructuur van de stadsregio wordt in belangrijke mate bepaald door het verstrekken van middelen in de vorm van subsidies en (project)bijdragen aan gemeenten, bedrijven en instellingen, die (soms al veel) eerder van vooral het Rijk zijn ontvangen. Mede gezien de omvang daarvan is daarmee door de jaren heen sprake van een forse vermogenspositie. Het uitzetten van deze middelen bracht tot nu toe structurele en ondanks de steeds lagere rentetarieven in de afgelopen jaren relatief belangrijke rentebaten. Verplicht schatkistbankieren leidt onontkoombaar tot lagere vermogensopbrengsten. Binnen de hiervoor geschetste kaders wordt daarom ingezet op de volgende beleidslijnen om de voorziene negatieve effecten te minimaliseren: 1. Aanhouden van de bestaande beleggingsportefeuille in lange middelen (obligaties met een looptijd van > 1 jaar) tot het einde van de looptijd, die varieert van 2014 tot 2016; 2. Het verstrekken van leningen aan andere decentrale overheden als substituut voor de belegging in zowel korte (looptijd tot 1 jaar) als lange middelen (looptijd > 1 jaar). Daarmee wordt een substantieel hoger rendement behaald dan het Rijk in rekening-courant en/of in de vorm van deposito s kan bieden. Hiertoe is een mantelovereenkomst aangegaan met BNG Vermogensbeheer B.V. (onderdeel van de Bank Nederlandse Gemeenten), die dit geheel voor de stadsregio kan faciliteren. Ook enkele andere hierin gespecialiseerde financiële instellingen kunnen hiervoor worden ingezet; 3. Gebruik maken van de depositofaciliteiten van het Rijk op basis van een gemiddelde looptijd van 1 jaar, indien de renteontwikkeling daartoe aanleiding geeft. Deze drie instrumenten worden in een nader uit te werken mix ingezet. De mogelijkheid om leningen aan andere decentrale overheden te verstrekken is niet opgenomen in het vigerende treasurystatuut Daarom is een nieuw treasurystatuut 2014 opgesteld (zie bijlage). Tenslotte wordt uitgegaan van de veronderstelling, dat de bestaande rechtstreeks aan de BDU toe te rekenen vermogensbestanddelen en beleggingen van de stadsregio Rotterdam per 1 januari 2015 moeten worden overgedragen aan de Metropoolregio Rotterdam-Den Haag (hierna te noemen: MRDH). Daarom is voor de MRDH een treasurystatuut opgesteld, waarin wordt uitgegaan van dezelfde beleidslijnen als hiervoor geschetst. AGBOC&M / BZC / CB / 24 september Pagina 2

3 Bijlage(n): 1. Treasurystatuut 2014 (met wijzigingen t.o.v en relevante opmerkingen) 2. Treasurystatuut 2014 (gewijzigde versie) 7. Controleprotocol 2014 Gevraagde beslissing: het algemeen bestuur te adviseren het Controleprotocol 2014 conform bijgevoegd ontwerp vast te stellen. Portefeuillehouder: Koen Samenvatting: In de Controleverordening 2012 is bepaald, dat het algemeen bestuur voor de jaarlijks uit te voeren accountantscontrole een controleprotocol vaststelt.in het Controleprotocol zijn uitgangspunten opgenomen, welke voor de accountant de reikwijdte en de te hanteren goedkeurings- en rapporteringstoleranties bepalen voor het uitvoeren van de accountantscontrole Inhoudelijk wijkt het protocol niet af van de uitgangspunten, die ook voor 2013 van toe-passing waren. Wel is de in bijlage 1 opgenomen inventarisatie van de vigerende wet- en regelgeving, die op de stadsregio van toepassing is, geactualiseerd. Het Controleprotocol is aan te merken als het normenkader voor het operationaliseren van de term rechtmatigheid en getrouwheid. Het algemeen bestuur stelt het protocol vast. Bijlage(n): 1. concept-controleprotocol Afwikkeling fonds Bereikbaarheidsoffensief regio Rotterdam (BOR-fonds). Gevraagde beslissing: 1. het algemeen bestuur te adviseren het Fonds inzake Bereikbaarheidsoffensief Regio Rotterdam te ontbinden op grond van artikel 2, tweede lid, van het convenant Fonds inzake het bereikbaarheidsoffensief regio Rotterdam conform bijgevoegd ontwerp; 2. het algemeen bestuur te adviseren de subsidieverordening Fonds inzake het Bereikbaarheidsoffensief regio Rotterdam in te trekken conform bijgevoegd ontwerp. Portefeuillehouder: Langenberg. Samenvatting: Op 12 oktober 2000 heeft de Minister van Verkeer en Waterstaat met de provincie Zuid-Holland, de gemeente Rotterdam en de stadsregio Rotterdam de bestuursovereenkomst Bereikbaarheidsoffensief regio Rotterdam gesloten. Deze overeenkomst bevatte een samenhangend pakket aan maatregelen ter verbetering van de bereikbaarheidskwaliteit van de regio. Door alle partijen is geld ingelegd in het zogeheten BOR-fonds om de bereikbaarheid van de regio Rotterdam te verbeteren door de uitvoering van zowel kleine als grote projecten. Het rijk heeft de inleg van de partners verdubbeld. De partijen zijn overeengekomen dat de stadsregio het fonds beheert. Door het rijk was eenmalig een generiek uitstel verleend voor de financiële afronding van het totale programma tot eind. Voor een aantal projecten is de bestedingstermijn na vastgesteld, waarvan de laatste in De laatste subsidie die nog vastgesteld moest worden was het project Pettendijk. Dit is gebeurd in het dagelijks bestuur van 9 juli Met deze laatste subsidievaststelling zijn alle projecten uit het fonds verplicht, gerealiseerd en financieel afgewikkeld. Aangezien het volledige programma is uitgevoerd en er geen batig saldo meer is, wordt voorgesteld om het fonds te ontbinden en de subsidieverordening Fonds inzake het Bereikbaarheidsoffensief regio Rotterdam in te trekken. AGBOC&M / BZC / CB / 24 september Pagina 3

4 Bijlage(n): 1. ontwerp intrekking- en ontbindingsbesluit; 2. definitief programma BOR-fonds. 9. Intrekking Verordeningen Woninggebonden subsidies 1994 en Gevraagde beslissing: 1. Het algemeen bestuur te adviseren de verordening Woninggebonden subsidies 1994 in te trekken, conform bijgevoegd ontwerpbesluit; 2. Het algemeen bestuur te adviseren de verordening Woninggebonden subsidies 1995 in te trekken, conform bijgevoegd ontwerpbesluit. Portefeuillehouder: Karssen. Samenvatting: De verplichtingen op grond van de verordening Woninggebonden subsidies 1994 en de verplichtingen op grond van de verordening Woninggebonden subsidies 1995 zijn voldaan. De beide verordeningen worden niet langer gebruikt en kunnen worden ingetrokken. Bijlage(n): 1. Ontwerpbesluit intrekking verordening Woninggebonden subsidies 1994; 2. Ontwerpbesluit intrekking verordening Woninggebonden subsidies Rondvraag en sluiting. AGBOC&M / BZC / CB / 24 september Pagina 4

5 rt 2010 portefeuillehoudersoverleg BOC&M vergadering 24 september 2014 Agendapunt XX maart 2010 Verslag van de vergadering d.d. 25 juni 2014 van het portefeuillehoudersoverleg Bestuurlijke Organisatie, Communicatie en Middelen (BOC&M) van de stadsregio Rotterdam Aanwezig: de heer Koen (voorzitter), mevrouw Bouvy-Koene (gemeente Brielle), de heer Meuldijk (gemeente Capelle aan den IJssel), mevrouw Den Brok-Swakhoven (gemeente Hellevoetsluis), de heer De Leeuw (gemeente Krimpen aan den IJssel), de heer Abee (gemeente Lansingerland), de heer Eitjes (gemeente Maassluis), mevrouw Gouweleeuw (gemeente Schiedam). Alsmede: de medewerkers van de stadsregio: mevrouw Fix, de heer Nettinga, de heer Barre, mevrouw Fokkema. 1. Opening en mededelingen. De voorzitter opent de vergadering en heet een ieder welkom. De voorzitter meldt dat er afmeldingen zijn ontvangen van mevrouw Van Ginkel (gemeente Albrandswaard), mevrouw Attema (gemeente Ridderkerk), de heer Eenhoorn (gemeente Vlaardingen), de heer Hoekstra (gemeente Vlaardingen) en de heer Mulder (gemeente Westvoorne). De secretaris van de stadsregio, mevrouw Fix, zal een deel van de vergadering bijwonen. De voorzitter vraagt de nieuwe portefeuillehouders zichzelf te introduceren en schetst een beeld van de geschiedenis van de stadsregio en de ontwikkelingen richting de Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH). Mevrouw Fix geeft een toelichting op de voorgeschiedenis en de stand van zaken met betrekking tot de afschaffing van de plusregio s en de daarmee samenhangende liquidatie van de stadsregio Rotterdam. Zij licht toe dat de vanmorgen aan de portefeuillehouders verzonden notitie inzake plan B voorsorteert op de oprichting van de MRDH in het geval de Wet afschaffing plusregio s niet per 1 januari 2015 in werking treedt. Mevrouw Bouvy-Koene dankt mevrouw Fix voor de heldere samenvatting. Zij uit haar zorg over de financiering van plan B indien de BDU niet naar de Vervoerautoriteit gaat. Kent plan B in die zin een risicoparagraaf? Mevrouw Gouweleeuw vraagt naar de totstandkoming van de notitie plan B en op welk moment er voor een scenario wordt gekozen. De heer Eitjes geeft aan vernomen te hebben dat de behandeling van het wetsvoorstel toch nog voor het zomerreces plaats zal vinden. Hij vraagt naar een nadere toelichting op de inwonerbijdrage in plan B. Ook de heer Abee vraagt een nadere toelichting op de inwonerbijdrage. De heer De Leeuw vraagt aandacht voor de personele kant. Zijn de keuzes voor het personeel al gemaakt? De heer Meuldijk vraagt naar de verdere vorm en inhoud van plan B. Mevrouw Fix merkt op dat in geval van plan B, dat inhoudt dat de Wet afschaffing plusregio s niet in werking treedt per 1 januari 2015, de stadsregio nog wettelijke taken heeft uit te voeren. Bijvoorbeeld de Huisvestingsverordening. Daarnaast kent de stadsregio een aantal vrijwillige taken die beschreven staan in de Gemeenschappelijke Regeling maar waarvan de intensiteit niet bepaald is. Vanuit de inhoudelijke portefeuillehoudersoverleggen is input nodig voor de invulling van deze taken. Uitgangspunt is dat de Gemeenschappelijke Regeling niet wordt aangepast. Verslag PHO BOCM vergadering 25 juni 2014 / / BV / EF / 24 september 2014 Pagina 1

6 De heer Barre licht toe dat zolang de plusregio s niet zijn afgeschaft er een stadsregionale begroting dient te worden opgesteld. Uitgangspunt voor Plan B is een 1 e wijziging begroting 2015 die bestaat uit een deel Vervoerautoriteit, een deel Economisch vestigingsklimaat en een deel regiospecifieke taken. De huidige inwonerbijdrage van 4,63 zal verlaagd kunnen worden. De bijdrage aan de MRDH organisatie zal 2,45 bedragen en afhankelijk van de mate van regiospecifieke taken komt hier een bedrag bovenop. De intentie is dat de 1 e wijziging begroting 2015 in december door het AB zal worden vastgesteld. De voorzitter licht nog een aantal opties toe met betrekking tot het wetsvoorstel. Hij geeft aan dat het Bestuursforum unaniem is dat het van belang is een gezamenlijk signaal af te geven richting de landelijke politiek. Het gaat niet om macht maar om de economische kwaliteit van de regio. Mevrouw Gouweleeuw benadrukt dat het van belang is dat ook de stadsregio Rotterdam en het stadsgewest Haaglanden op een lijn blijven zitten. De voorzitter antwoordt dat de notitie plan B unaniem is aangenomen binnen beide DB s. De heer Nettinga vult aan dat de behandeling van plan B in het AB van 9 juli een fundamentele stap is. Daarop volgt dan de uitwerking in een bestuursprogramma en een begroting. Per 1 januari 2015 is er dan een gezamenlijk werkapparaat om uitvoering te geven aan de inhoudelijke ambities. De heer Eitjes vraagt een bevestiging of dit allemaal binnen de huidige begroting/ inwonerbijdrage plaats zal vinden. De voorzitter bevestigt dit en geeft aan dat de bijdrage zeer waarschijnlijk lager zal liggen dan de huidige 4,63, zoveel mogelijk in de buurt van 2,45. De hoogte van de inwonerbijdrage is daarnaast afhankelijk van in hoeverre de stadsregionale reserves worden aangesproken. Naar aanleiding van de vragen over het personeel van de heer De Leeuw licht de voorzitter toe dat er een sociaal plan wordt opgesteld en dat het om maximaal 15 personen gaat waarvoor geen functie is in de MRDH. Dit is wel gebaseerd op de aanname dat de BDU naar de MRDH gaat. Mevrouw Gouweleeuw vraagt of het op te stellen sociaal plan ook negatiever uit kan pakken voor de medewerkers dan het huidige sociaal statuut van de gemeente Rotterdam. De voorzitter geeft aan dat de OR vooral inzet op baangarantie. 2. Verslag van de vergadering d.d. 29 januari 2014 Het verslag wordt zonder opmerkingen vastgesteld. 3. Stand van zaken afbouw stadsregio en opbouw MRDH De stand van zaken is besproken onder agendapunt 1. Opening en mededelingen. 4. 1e Bestuursrapportage 2014 De heer Eitjes vraagt waarom de treasury resultaten op dit moment nog niet naar beneden worden bijgesteld. De heer Barre geeft aan dat eerst het treasurystatuut opnieuw zal worden bezien als gevolg van de invoering van het schatkistbankieren. Het portefeuillehoudersoverleg BOC&M adviseert het algemeen bestuur 1. kennis te nemen van de 1 e Bestuursrapportage 2014; 2. de 2 e begrotingswijziging 2014 vast te stellen. 5. Begroting Het portefeuillehoudersoverleg BOC&M adviseert het algemeen bestuur: 1. de begroting 2015 vast te stellen. 6. Intrekking Omslagverordening. De heer Abee geeft aan dat de gemeente Lansingerland in haar begroting rekening houdt met een inwonerbijdrage van maximaal 2,45. De reserves kunnen mogelijk dienen als extra dekking in dit overbruggingsjaar. Volgens de heer De Leeuw sorteert de gemeente krimpen aan den IJssel ook voor op een lagere inwonerbijdrage dan 4,63. De voorzitter vindt dit een helder appel. Het portefeuillehoudersoverleg BOC&M adviseert het algemeen bestuur: Verslag PHO BOCM vergadering 25 juni 2014 / / BV / EF / 24 september 2014 Pagina 2

7 1. de Omslagverordening met terugwerkende kracht per 1 januari 2014 in te trekken conform bijgevoegd intrekkingsbesluit. 7. Rondvraag en sluiting. Mevrouw Gouweleeuw vraagt aandacht voor de communicatie rondom de bereikbaarheid van Schiedam tijdens de werkzaamheden van de ombouw Hoekse Lijn. Verslag PHO BOCM vergadering 25 juni 2014 / / BV / EF / 24 september 2014 Pagina 3

8 Portefeuillehoudersoverleg BOC&M vergadering 24 september 2014 agendapunt 3 maart 2010 Onderwerp: Vergaderschema Gevraagde beslissing: 1. het algemeen bestuur te adviseren het vergaderschema 2015 conform bijgevoegd schema vast te stellen. Portefeuillehouder: Koen. Samenvatting: In het concept vergaderschema is bij de vergadering van het algemeen bestuur rekening gehouden met de besluitvormingstermijnen in verband met de vaststelling van het liquidatieplan, vaststelling van de opheffingsbesluiten en vaststelling van de wijziging gemeenschappelijke regeling en de daarmee verband houdende consultatieperiodes bij deelnemende gemeenten. Op 1 juli vindt de opheffingsvergadering van de stadsregio plaats. In verband hiermee is de aanvangstijd gewijzigd. Aansluitend aan de vergadering is er een informeel afscheidsbuffet. De vergaderlocatie wordt nader bekend gemaakt. Financiële consequenties: geen. Verdere procedure: - Aanbieden ter vaststelling aan het algemeen bestuur van 8 oktober aanstaande. Bijlage(n): Concept vergaderschema 2015 Toelichting: -- Vergaderschema / / BZC. / CL. / 16 September 2014 Pagina 1

9 Vergaderschema 2015 CONCEPT vergaderschema algemeen bestuur Woensdag 18 februari uur tot uur Woensdag 22 april uur tot uur Woensdag 1 juli uur tot uur Woensdag 7 oktober uur tot uur Woensdag 9 december uur tot uur vergaderschema dagelijks bestuur Woensdag 14 januari 2015* uur tot uur Woensdag 18 februari uur tot uur Woensdag 11 maart 2015 * uur tot uur Woensdag 22 april uur tot uur Woensdag 27 mei 2015* uur tot uur Woensdag 17 juni uur tot uur Woensdag 1 juli uur tot uur Woensdag 9 september 2015* uur tot uur Woensdag 7 oktober uur tot uur Woensdag 11 november 2015* uur tot uur Woensdag 9 december uur tot uur Op 18 februari, 22 april, 1 juli, 7 oktober, 9 december 2015 vindt naast de vergadering voor het algemeen bestuur eveneens een vergadering van het dagelijks bestuur plaats. Op 1 juli vindt de opheffingsvergadering van de stadsregio plaats. In verband hiermee is de aanvangstijd gewijzigd. Aansluitend aan de vergadering is er een informeel afscheidsbuffet. De vergaderlocatie wordt nader bekend gemaakt. *) Laatste DB vaststelling agendaposten AB - Pasen: ma. 6 april. - Koningsdag: ma. 27 april. - Bevrijdingsdag: di. 5 mei. - Hemelvaart: do. 14 mei. - Pinksteren: ma. 25 mei. - Het VNG congres vindt plaats op 2 en 3 juni Naturalisatie dag 15 december Voorjaarsvakantie 21 feb. Tot en met 1 mrt. - Meivakantie: 2 mei tot en met 10 mei. - Herfstvakantie: 17 okt. tot en met 25 okt. - Zomervakantie 11 juli tot en met 23 augustus. Rotterdamse vakantieplanning nog niet bekend.

10 Portefeuillehoudersoverleg BOCM Vergadering 24 september 2014 agendapunt 04 Onderwerp: Sociaal plan en intentieovereenkomst gemeenten en stadsregio Als gevolg van de advisering door ondernemingsraden en vakbonden kunnen de bijbehorende stukken pas ter vergadering beschikbaar worden gesteld. De stukken worden mondeling toegelicht. Sociaal Plan / / BZC / CB / 24 september 2014 Pagina 1

11 Portefeuillehoudersoverleg BOCM Vergadering 24 september 2014 agendapunt 05 Onderwerp: Samenwerkingsovereenkomst stadsregio Rotterdam en Haaglanden Plan B Als gevolg van de advisering door ondernemingsraden en vakbonden kunnen de bijbehorende stukken pas ter vergadering beschikbaar worden gesteld. De stukken worden mondeling toegelicht. Sociaal Plan / / BZC / CB / 24 september 2014 Pagina 1

12 Portefeuillehoudersoverleg BOC&M vergadering 24 september 2014 agendapunt 6 10 februari 2012 Onderwerp: Treasurystatuut Gevraagde beslissing: Het algemeen bestuur te adviseren het bijgevoegde treasurystatuut 2014 vast te stellen met terugwerkende kracht tot 1 januari 2014, onder intrekking van het treasurystatuut Portefeuillehouder: Koen. Samenvatting: Sinds 15 december 2013 zijn alle decentrale overheden verplicht om alle geldmiddelen die zij niet onmiddellijk nodig hebben voor de publieke taak aan te houden in s Rijks schatkist, kortweg verplicht schatkistbankieren genoemd. De financieringsstructuur van de stadsregio wordt in belangrijke mate bepaald door het verstrekken van middelen in de vorm van subsidies en (project)bijdragen aan gemeenten, bedrijven en instellingen, die (soms al veel) eerder van vooral het Rijk zijn ontvangen. Mede gezien de omvang daarvan is daarmee door de jaren heen sprake van een forse vermogenspositie. Het uitzetten van deze middelen bracht tot nu toe structurele en ondanks de steeds lagere rentetarieven in de afgelopen jaren relatief belangrijke rentebaten. Verplicht schatkistbankieren leidt onontkoombaar tot lagere vermogensopbrengsten. Binnen de hiervoor geschetste kaders wordt daarom ingezet op de volgende beleidslijnen om de voorziene negatieve effecten te minimaliseren: 1. Aanhouden van de bestaande beleggingsportefeuille in lange middelen (obligaties met een looptijd van > 1 jaar) tot het einde van de looptijd, die varieert van 2014 tot 2016; 2. Het verstrekken van leningen aan andere decentrale overheden als substituut voor de belegging in zowel korte (looptijd tot 1 jaar) als lange middelen (looptijd > 1 jaar). Daarmee wordt een substantieel hoger rendement behaald dan het Rijk in rekeningcourant en/of in de vorm van deposito s kan bieden. Hiertoe is een mantelovereenkomst aangegaan met BNG Vermogensbeheer B.V. (onderdeel van de Bank Nederlandse Gemeenten), die dit geheel voor de stadsregio kan faciliteren. Ook enkele andere hierin gespecialiseerde financiële instellingen kunnen hiervoor worden ingezet; 3. Gebruik maken van de depositofaciliteiten van het Rijk op basis van een gemiddelde looptijd van 1 jaar, indien de renteontwikkeling daartoe aanleiding geeft. Deze drie instrumenten worden in een nader uit te werken mix ingezet. De mogelijkheid om leningen aan andere decentrale overheden te verstrekken is niet opgenomen in het vigerende treasurystatuut Daarom is een nieuw treasurystatuut 2014 opgesteld (zie bijlage). Tenslotte wordt uitgegaan van de veronderstelling, dat de bestaande rechtstreeks aan de BDU toe te rekenen vermogensbestanddelen en beleggingen van de stadsregio Rotterdam per 1 januari 2015 moeten worden overgedragen aan de Metropoolregio Rotterdam-Den Haag (hierna te noemen: MRDH). Daarom is voor de MRDH een treasurystatuut opgesteld, waarin wordt uitgegaan van dezelfde beleidslijnen als hiervoor geschetst. Treasurystatuut 2014 / / BV / EV / 16 September 2014 Pagina 1

13 Financiële consequenties: n.v.t. Communicatie: n.v.t. Afgestemd met: n.v.t. Verdere procedure: 1. Het treasurystatuut 2014 ter vaststelling aanbieden als vervanging van het vigerende treasurystatuut 2012 aan de vergadering van het algemeen bestuur van 8 oktober 2014; 2. AWB-publicatie na vaststelling door het algemeen bestuur; 3. Actualisering mandaat treasurystatuut door het dagelijks bestuur. Bijlage(n): 1. Treasurystatuut 2014 (met wijzigingen t.o.v en relevante opmerkingen) 2. Treasurystatuut 2014 (gewijzigde versie) Toelichting: Om beter te kunnen voldoen aan de door Europa gestelde begrotingsdiscipline is sinds 15 december 2013 een daartoe strekkende wijziging van de wet Financiering decentrale overheden (FIDO) van kracht. Hiermee worden alle decentrale overheden verplicht om alle geldmiddelen die zij niet onmiddellijk nodig hebben voor de publieke taak aan te houden in s Rijks schatkist. Dat is van grote invloed op de treasuryfunctie en opbrengsten van decentrale overheden. In s Rijks schatkist kan een decentrale overheid middelen aanhouden in rekening-courant en/of in deposito s met een looptijd variërend van een week tot maximaal 30 jaar. Over het dagelijkse saldo in rekening-courant wordt de daggeldrente (het zgn. Eonia-tarief) vergoed. De te vergoeden rente op deposito s is gelijk aan de percentages waartegen het Rijk zelf leent op de geld- en kapitaalmarkt. Omdat de actuele rentetarieven historisch gezien extreem laag zijn en soms zelfs negatief, is expliciet bepaald dat de aan decentrale overheden te vergoeden rente nooit negatief kan zijn. Alle rentepercentages worden dagelijks vastgesteld op basis van de actuele marktrente. Uitzettingen uit hoofde van de publieke taak blijven voor decentrale overheden mogelijk. Zo kunnen ook na invoering van het verplicht schatkistbankieren leningen worden verstrekt aan derden of eigen vermogen aan verbonden partijen. Daarnaast kunnen decentrale overheden er als alternatief voor het aanhouden van overtollige middelen in s Rijks schatkist voor kiezen om schulden af te lossen en/of aan elkaar leningen te verstrekken (los van de publieke taak). Bij onderling te verstrekken leningen gelden twee voorwaarden. Ten eerste mag er geen verticale toezichtrelatie bestaan tussen geldverschaffer en lener en ten tweede dienen onderlinge leningen aan het CBS te worden gerapporteerd. Dat gebeurt via de zgn. Iv3-verantwoording, die alle decentrale overheden nu al verplicht per kwartaal en per jaar bij het CBS in moeten dienen. Beleggingen, die vóór 4 juni 2012 om uur zijn aangegaan en een looptijd hebben tot na 31 december 2013 mogen tot het einde van de looptijd worden aangehouden. Herbelegging van deze middelen in obligaties is toegestaan, mits dat binnen de oorspronkelijk overeengekomen looptijd past. De op grond van de wet BDU Verkeer en Vervoer verplichte jaarlijkse toerekening van rente aan de fondsen BDU op basis van het herfinancieringstarief van de Europese Centrale Bank (de zgn. refirente) is met de invoering van het verplicht schatkistbankieren vanaf 2014 vervallen. Treasurystatuut 2014 / / BV / EV / 16 September 2014 Pagina 2

14 De financieringsstructuur van de stadsregio wordt in belangrijke mate bepaald door het verstrekken van middelen in de vorm van subsidies en (project)bijdragen aan gemeenten, bedrijven en instellingen, die (soms al veel) eerder van vooral het Rijk zijn ontvangen. Mede gezien de omvang daarvan is daarmee door de jaren heen sprake van een forse vermogenspositie. Het uitzetten van deze middelen bracht tot nu toe structurele en ondanks de steeds lagere rentetarieven in de afgelopen jaren relatief belangrijke rentebaten. Verplicht schatkistbankieren leidt onontkoombaar tot lagere vermogensopbrengsten. Binnen de hiervoor geschetste kaders wordt daarom ingezet op de volgende beleidslijnen om de voorziene negatieve effecten te minimaliseren: 1. Aanhouden van de bestaande beleggingsportefeuille in lange middelen (obligaties met een looptijd van > 1 jaar) tot het einde van de looptijd, die varieert van 2014 tot 2016; 2. Het verstrekken van leningen aan andere decentrale overheden als substituut voor de belegging in zowel korte (looptijd tot 1 jaar) als lange middelen (looptijd > 1 jaar). Daarmee wordt een substantieel hoger rendement behaald dan het Rijk in rekeningcourant en/of in de vorm van deposito s kan bieden. Hiertoe is een mantelovereenkomst aangegaan met BNG Vermogensbeheer B.V. (onderdeel van de Bank Nederlandse Gemeenten), die dit geheel voor de stadsregio kan faciliteren. Ook enkele andere hierin gespecialiseerde financiële instellingen kunnen hiervoor worden ingezet; 3. Gebruik maken van de depositofaciliteiten van het Rijk op basis van een gemiddelde looptijd van 1 jaar, indien de renteontwikkeling daartoe aanleiding geeft. De drie genoemde instrumenten worden in een nader uit te werken mix ingezet. Hierbij wordt opgemerkt dat de fondsen waarin de vooruit ontvangen rijksgelden worden beheerd (voornamelijk de BDU Verkeer en Vervoer) voor minimaal 60% als lang vermogen kunnen worden beschouwd. De mogelijkheid om leningen aan andere decentrale overheden te verstrekken is niet opgenomen in het vigerende treasurystatuut Daarom is een nieuw treasurystatuut 2014 opgesteld, dat als bijlage is toegevoegd. Uitgegaan wordt van de veronderstelling, dat de bestaande rechtstreeks aan de BDU toe te rekenen vermogensbestanddelen en beleggingen van de stadsregio Rotterdam per 1 januari 2015 moeten worden overgedragen aan de Metropoolregio Rotterdam-Den Haag (hierna te noemen: MRDH). Daarom is voor de MRDH een concept treasurystatuut opgesteld, waarin wordt uitgegaan van dezelfde beleidslijnen als hiervoor geschetst en dat momenteel ter zienswijze voorligt bij de deelnemende gemeenten. Treasurystatuut 2014 / / BV / EV / 16 September 2014 Pagina 3

15 TREASURYSTATUUT Treasurystatuut stadsregio Rotterdam 1

16 INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING Algemeen Wettelijke kaders Stadsregionale kaders UITGANGSPUNTEN Doelstelling Rolverdeling Beleggingsrisico s ORGANISATIE UITVOERING Inleiding Kaders INFORMATIEVOORZIENING Operationele aspecten Rapportages RISICOBEHEER Organisatorische risico s Operationele risico s BIJLAGEN Kredietwaardigheid/ratings Ontwerpbesluit Treasurystatuut stadsregio Rotterdam 2

17 1 INLEIDING 1.1 Algemeen Treasury is het sturen en beheersen van, het verantwoorden over en het toezicht houden op de financiële vermogenswaarden, de financiële geldstromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico s op een zodanige wijze, dat risico s maximaal worden geminimaliseerd en opbrengsten worden geoptimaliseerd. De treasuryfunctie heeft de laatste jaren sterk aan betekenis gewonnen. Belangrijke redenen daarvoor zijn vooral de ontwikkelingen op de geld- en kapitaalmarkten, de introductie van nieuwe beleggings- en financieringsinstrumenten, de invoering en wijziging van (aanvullende) wet- en regelgeving en de voortschrijdende professionalisering van de treasury. De (uiteindelijk budgettaire) risico s van deze functie kunnen aanzienlijk zijn. Het bestuur van de stadsregio moet daarom zorg dragen voor een verantwoordelijke en professionele inrichting en uitvoering van de treasuryfunctie. De hoofdlijnen hiervan worden geregeld in het treasurystatuut. Om beter kunnen voldoen aan de door Europa gestelde begrotingsdiscipline is sinds 15 december 2013 een daartoe strekkende wijziging van de wet Financiering decentrale overheden (FIDO) van kracht. Hiermee worden alle decentrale overheden verplicht om alle geldmiddelen die zij niet onmiddellijk nodig hebben voor de publieke taak aan te houden in s Rijks schatkist. Dat is van grote invloed op de treasuryfunctie en opbrengsten van decentrale overheden. De wijze waarop de stadsregio Rotterdam hiermee omgaat, is verwerkt in dit treasurystatuut Wettelijke kaders De wettelijke kaders voor treasury worden grotendeels bepaald door nationale regelgeving. Ook Europese regelgeving kan van toepassing zijn. De wet FIDO (Financiering Decentrale Overheden) en de daarbij horende ministeriële regelingen vormen de relevante kaders voor de uitoefening van de treasury van onder andere gemeenschappelijke regelingen. De relevante ministeriële regelingen zijn: Voor het uitzetten en/of verstrekken van financiële middelen: De regeling uitzettingen en derivaten decentrale overheden (RUDDO) Het besluit leningvoorwaarden decentrale overheden (BLDO) Voor het aantrekken van financiële middelen: De uitvoeringsregeling financiering decentrale overheden (UFDO) Het besluit Lleningvoorwaarden decentrale overheden (BLDO) Artikel 212 van de Gemeentewet verplicht de stadsregio daarnaast om een financiële verordening te hebben. Daarin worden de financiële beleidskaders vastgelegd en vastgesteld door het algemeen bestuur. Het is gebruikelijk dat deze kaders met name die over de financiële positie en organisatie en administratie worden uitgewerkt, onder meer in een financierings- of treasurystatuut. In dit statuut stelt het bestuur bepalingen op voor de beleidsmatige infrastructuur voor het uitvoeren van de treasuryfunctie. Tenslotte moet bij het uitzetten of verstrekken van financiële middelen ook rekening worden gehouden met de staatssteunregels uit het EU-verdrag. Voor een correcte naleving daarvan is de stadsregio zelf rechtstreeks verantwoordelijk. 1.3 Stadsregionale kaders Dit treasurystatuut is naast de wettelijke kaders onder meer gebaseerd op de vigerende verordening 2012, zoals vastgesteld door het algemeen bestuur op 14 december. Tevens zijn hierin de richtlijnen voor meerjarige beleggingen opgenomen, zoals vastgesteld door het dagelijks bestuur op 18 mei. De aanscherping van wettelijke richtlijnen onder meer als gevolg van de mondiale kredietcrisis in Treasurystatuut stadsregio Rotterdam 3

18 2 UITGANGSPUNTEN 2.1 Doelstelling Het treasurystatuut regelt de kwaliteit van de uitvoering van de treasuryfunctie,en het verantwoordingsproces daaromtrent binnen de stadsregio Rotterdam. de transparantie van het 2.2 Rolverdeling Kenmerkend voor de treasuryfunctie is dat de risico s aanzienlijk kunnen zijn. Primair gaat het immers om de beheersing van aanzienlijke geldstromen. Op het gebied van treasury kunnen qua rolverdeling de volgende groepen en functies worden onderscheiden: Bestuurlijk Algemeen bestuur: Kaderstellende en controlerende functie. Ten aanzien van de treasuryfunctie gaat het concreet om de volgende taken: 1. Controle: het bestuur moet zich daarbij voldoende bewust zijn van de (kritische) vragen die zij ten aanzien van treasury kan of moet stellen; 2. Binnen de wet- en regelgeving vaststellen van de kaders van de financieringsfunctie in de financiële verordening; 3. Vaststellen van het financiële beheer en de inrichting van de financiële organisatie in de financiële verordening; 4. Vaststellen van de uitgangspunten van het treasurybeleid, zoals vastgelegd in het treasurystatuut; 5. Toezicht op de uitvoering van het treasurybeleid. Dagelijks bestuur: Hoofdlijnen van de dagelijkse treasurypraktijk. Daarbij gaat het om: 1. Initiërende rol in het treasurybeleid; 2. Beleidsmatige inkadering van de treasury binnen de vigerende wettelijke en eigen eisen (financiële verordening) in de vorm van een treasurystatuut; 3. Bepalen welke risico s met betrekking tot treasury acceptabel zijn, mede in relatie tot het risicokader volgens de wetgeving; 4. Het vaststellen van de financiële kaders voor het doen van meerjarige beleggingen. Ambtelijk Op ambtelijk niveau wordt zorg gedragen voor de uitvoering van de treasuryfunctie binnen de door het bestuur vastgestelde beleidsmatige kaders. De invulling daarvan komt aan de orde in de hoofdstukken 3 en Beleggingsrisico s De stadsregio Rotterdam hanteert bij al haar beleggingsactiviteiten de wettelijke en eigen kaders, zoals uitgewerkt in hoofdstuk 4.2 en de maatregelen ten aanzien van risicobeheer, zoals aangegeven in hoofdstuk 6.2. Treasurystatuut stadsregio Rotterdam 4

19 3 ORGANISATIE Binnen de stadsregio zijn bij de uitvoering van de treasuryfunctie zowel het bestuur als het ambtelijk apparaat betrokken. De verantwoordelijkheden zijn als volgt verdeeld: Het algemeen bestuur stelt op voorstel van het dagelijks bestuur het treasurystatuut vast en bepaalt daarmee het treasurybeleid. De voorbereiding en uitvoering van het treasurybeleid is door het algemeen bestuur gedelegeerd aan het dagelijks bestuur. De commissie BOCM van de stadsregio adviseert het algemeen bestuur over voorstellen van het dagelijks bestuur voor het treasurybeleid. Ambtelijk is de treasuryfunctie ondergebracht bij de stafafdeling Bedrijfsvoering, team Financiën. De uitvoering geschiedt daarmee onder de verantwoordelijkheid van het hoofd Bedrijfsvoering, die daartoe een medewerker aanwijst, hierna te noemen de treasurer. Voor de uitvoering van de treasuryfunctie wordt onderscheid gemaakt tussen de uitvoerende, de registrerende en de controlerende taak. Het hoofd Bedrijfsvoering ziet als controller toe op de naleving van deze functiescheiding. De taken van de treasurer zijn als volgt samen te vatten: 1. Eerste aanspreekpunt voor de partijen van geld- en kapitaalmarkt; 2. Uitvoering treasurytransacties binnen de geldende richtlijnen en limieten; 3. Voorbereiden en samenstellen beleidsadviezen met betrekking tot treasury; 3.4.Voorbereiden en onderhouden uitvoeringsovereenkomsten met relevante marktpartijen; 4.5.Uitvoering alle activiteiten die verband houden met de optimalisatie van de te onderscheiden geldstromen (cash management); 5.6.Voorbereiden en opstellen alle relevante begrotings- en verantwoordingsinformatie (zie ook hoofdstuk 54: Informatievoorziening). De financieel medewerker(s) is (zijn) verantwoordelijk voor de juiste verwerking en zo nodig betaling van de treasurytransacties overeenkomstig de door de controller te fiatteren aanwijzingen van de treasurer. De beleidsmedewerker financiën, belast met de AO/IC B taak, voert conform het jaarlijks vast te stellen interne controleplan verbijzonderde interne controles uit op alle treasuryhandelingen. Daarbij moet worden vastgesteld of alle preventieve maatregelen worden nageleefd en de administratieve vastlegging een juiste, volledige en tijdige weergave is van de stand van zaken op enig moment (rechtmatigheidstoetsing). Daarnaast moet de mate waarin de treasury haar doelen realiseert, worden gecontroleerd (doelmatigheidstoetsing). Treasurystatuut stadsregio Rotterdam 5

20 4 UITVOERING 4.1 Inleiding De jaarlijkse inkomsten van de stadsregio Rotterdam bestaan voor het grootste deel uit rijks- en provinciale bijdragen *. Daarmee worden vooral subsidies en bijdragen aan derden betaald op zowel exploitatie- als projectbasis. Daarnaast betaalt de stadsregio daarmee ook een deel van haar eigen (apparaats)kosten. Als algemene beleidsregel geldt dat subsidies en bijdragen door de stadsregio pas worden uitbetaald aan rechthebbenden nadat de daartoe strekkende rijks- en provinciale bijdragen daadwerkelijk zijn ontvangen. Daar vloeit automatisch uit voort dat de financieringsstructuur van de stadsregio zeer gezond is. De current ratio ** bedraagt gemiddeld 1,2 en dus is de statische liquiditeit waaruit kan worden afgeleid of de organisatie in staat is om haar verplichtingen op korte termijn te voldoen uit de aanwezige vlottende activa ruimschoots voldoende. De dynamische liquiditeit *** ligt nog veel hoger, vooral omdat de fondsen waarbinnen de ontvangen rijksmiddelen worden beheerd (met name de BDU) voor een substantieel deel als lang vermogen kunnen worden beschouwd, hoewel ze als schuld op korte termijn op de balans staan. Bovendien geldt voor langlopende beleggingen, die als financiële vaste activa op de balans staan, als norm dat die snel liquide te maken zijn (zie blz. 11 onder Liquiditeitsrisico). Hierbij past een actief beleggingsbeleid. Tevens wordt uit het voorgaande duidelijk dat de stadsregio Rotterdam in principe geen geld hoeft te lenen. 4.2 Kaders Inleiding Het (eventueel) aantrekken en uitzetten van financiële middelen vindt plaats op basis van een actuele prognose van de financierings- en liquiditeitsbehoefte, een actuele rentevisie en een actuele beoordeling van de bestaande beleggingsportefeuille. In de vorige paragraaf is al aangegeven dat de stadsregio binnen de bestaande gemiddelde netto vlottende schuld **** (inclusief eventuele aangesproken bankkredieten) per kwartaal de wettelijke limiet van 8,2% van het begrotingstotaal van het lopende jaar niet mag overschrijden. Eventuele vaste schulden (schulden met een rentetypische looptijd vanaf één jaar) zijn daarnaast onderworpen aan de renterisiconorm volgens de wet FIDO. Die houdt in dat het totaal van deze schulden waarop in enig jaar een rentewijziging van toepassing is, vermeerderd met de totale aflossing van alle vaste schulden in dat jaar deze norm (20% van het begrotingstotaal in dat jaar) niet mag overschrijden. Omdat het aantrekken van financiële middelen bij de stadsregio in de praktijk niet aan de orde is, wordt in dit statuut niet nader ingegaan op de ministeriële regelingen ter zake in hoofdstuk 1.2 (UFDO en BLDO, voor wat betreft het aangaan van leningen). In de ministeriële Regeling Uitzettingen en Derivaten Decentrale Overheden (hierna te noemen: RUDDO) en het Besluit Leningvoorwaarden Decentrale Overheden (hierna te noemen: BLDO) zijn de kaders vastgelegd voor de uitzettingen uit hoofde van de treasuryfunctie. Uitgangspunt is dat er sprake moet zijn van een prudent beheer. De stadsregio mag dus in haar beleggingsbeleid geen overmatige financiële risico s aangaan om een zo hoog mogelijk inkomen te genereren. In de RUDDO zijn daartoe twee belangrijke randvoorwaarden te onderscheiden. Ten eerste worden eisen gesteld aan de kredietwaardigheid van partijen bij wie de stadsregio (tijdelijk) overtollige middelen uitzet of derivaten afsluit (ter beperking van het debiteurenrisico). In de tweede plaats zijn er randvoorwaarden verbonden aan de producten waarin deze middelen worden uitgezet (ter beperking van het marktrisico). Bron: jaarrekening stadsregio Rotterdam ** De verhouding tussen de vlottende activae (vorderingen en liquide middelen) en de vlottende passiva- (crediteuren en overige schulden op korte termijn) *** De feitelijk beschikbare financiële middelen over een vooraf gedefinieerde periode op basis van een liquiditeitsprognose **** het saldo van vlottende passiva en vlottende activa Treasurystatuut stadsregio Rotterdam 6

21 4.2.2 Kredietwaardigheidseisen Onderscheid moet worden gemaakt naar het type tegenpartij. Is deze een financiële onderneming *, dan worden ratingeisen ** gesteld ten aanzien van deze onderneming dan wel aan een door haar uitgegeven waardepapier. Ook worden ratingeisen gesteld aan de lidstaat van de EU/EER *** waarin deze onderneming is gevestigd. Afhankelijk van de looptijd waartegen middelen worden uitgezet, gelden verschillende ratingeisen. Indien wordt uitgezet voor een periode vanaf drie maanden, geldt dat de financiële onderneming of de belegging in het door haar uitgegeven waardepapier minimaal een AA-minus rating moet hebben. Voor een periode korter dan drie maanden (inclusief driemaandstermijndeposito s), is minimaal een A-rating van toepassing. Tevens moet de onderneming zijn gevestigd in een lidstaat van de EU/EER die tenminste beschikt over een AArating. Voor zowel de rating van de onderneming (of het door haar uitgegeven waardepapier) als die van de lidstaat geldt tenslotte dat die moet zijn afgegeven door tenminste twee ratingbureaus. In de toelichting van de RUDDO staat dat Standard & Poor s, Moody s en Fitch de meest gerenommeerde ratingbureaus zijn. De hiervoor genoemde ratingeisen gelden niet als het gaat om een tegenpartij of een door haar uitgegeven waardepapier, waarvoor een zgn. 0% solvabiliteitsweging geldt. Het gaat hier om centrale overheden of supranationale instellingen van de EU/EER. Dit geldt ook voor waardepapier dat wordt uitgegeven door regionale of lokale overheden, die door een financieel toezichthouder van een lidstaat van de EU/EER worden aangemerkt als van eenzelfde risicogewicht als de centrale overheid (mits voor deze centrale overheid een 0% solvabiliteitsweging geldt). In ons land geldt dit voor provincies, gemeenschappelijke regelingen, gemeenten en waterschappen. Tenslotte geldt deze weging ook voor het waardepapier, uitgegeven door centrale banken van de lidstaten van de EU/EER en de meeste multilaterale ontwikkelingsbanken (bv. de European Investment Bank). Niet alleen de hiervoor genoemde kwalitatieve eisen (ratings) zijn belangrijk, maar ook kwantitatieve aspecten spelen een belangrijke rol. Diversificatie van tegenpartijen voorkomt dat een eventuele wanbetaling of faillissement van een tegenpartij een te groot beslag legt op de financiële positie van de stadsregio. Het is mogelijk dat de rating van een financiële onderneming en/of de belegging in het door haar uitgegeven waardepapier zodanig wordt verlaagd (downgrading), dat niet langer wordt voldaan aan de minimale eisen zoals hiervoor gesteld. Hoewel de RUDDO dit niet als voorwaarde stelt, zal de stadsregio in dat geval altijd een afweging maken tussen het debiteurenrisico en de kosten van beëindiging van de uitzetting binnen de resterende looptijd Producteisen Er kan een onderscheid worden gemaakt tussen sparen, en beleggen en het verstrekken van geldleningen. Sparen is mogelijk door het aanhouden van tegoeden in rekening-courant en spaarrekeningen of het afsluiten van deposito s bij (een) bank(en). Deze bank(en) dien(t)(en) te voldoen aan de hiervoor onder genoemde kredietwaardigheidseisen. Met de invoering van het verplicht schatkistbankieren zal behoudens het drempelbedrag dat door de stadsregio buiten de schatkist mag worden aangehouden afhankelijk van de actuele rentevergoeding uitsluitend worden gespaard binnen de rekening-courant en eventueel ook de depositofaciliteiten in s Rijks schatkist. Belegd kan worden in (verhandelbaar) waardepapier voor zover dit waardepapier kan worden gekwalificeerd als een hoofdsomgarantieproduct (bv. obligaties) of een vastrentende waarde conform RUDDO (bv. onderhandse geldlening), dat is uitgegeven door een partij die voldoet aan de hiervoor onder genoemde kredietwaardigheidseisen. Gezien de beperkte hoogte van het drempelbedrag dat door de stadsregio buiten de schatkist mag worden aangehouden, is het onwaarschijnlijk dat na de invoering van het verplicht schatkistbankieren nog van deze beleggingsvorm gebruik zal worden gemaakt. Daarnaast kan worden belegd in Euro Medium Term De wet FIDO en de regeling RUDDO staan ook het aangaan van derivatentransacties (bv. renteswaps) toe, mits deze worden gebruikt ter beperking van financiële risico s en zij worden afgesloten met een tegenpartij die voldoet aan de onder genoemde kredietwaardigheidseisen. Gezien de hieraan verbonden financiële risico s is deze beleggingsvorm * Kredietinstellingen, beleggingsondernemingen, beheerders van beleggingsinstellingen en verzekeraars ** Een overzicht van de geldende ratings is als bijlage opgenomen in hoofdstuk 7.1 *** EER = Europese Economische Ruimte: Alle EU-landen en Liechtenstein, Noorwegen en IJsland Treasurystatuut stadsregio Rotterdam 7

22 bij de stadsregio Rotterdam uitgesloten. Overigens maakt de beperkte hoogte van het drempelbedrag dat door de stadsregio buiten de schatkist mag worden aangehouden, dit sinds de invoering van het verplicht schatkistbankieren praktisch onmogelijk. Tenslotte kan de stadsregio zijn liquide middelen ook uitzetten in de vorm van leningen aan andere decentrale overheden in Nederland. De looptijd van deze leningen kan variëren van een maand tot meerdere jaren. Hierbij gelden twee randvoorwaarden. Ten eerste mag er geen verticale toezichtrelatie bestaan tussen geldverschaffer en lener en ten tweede dienen deze leningen aan het CBS te worden gerapporteerd. Dat gebeurt via de zgn. Iv3-verantwoording, die alle decentrale overheden nu al verplicht per kwartaal en per jaar bij het CBS in moeten dienen. Deze beleggingsvorm biedt een substantieel hoger rendement dan uitzetting in de Nederlandse schatkist. Het risico is vergelijkbaar met de Nederlandse staat en dus nagenoeg nihil. Als aanvullende maatregel sluit de stadsregio Rotterdam het verstrekken van leningen aan gemeenten met een zogenoemde artikel 12-status uit. Dat zijn gemeenten die lange tijd grote tekorten op de begroting hebben, extra geld uit het Gemeentefonds ontvangen en daarmee hun financiële zelfstandigheid voor een deel hebben ingeleverd (zie ook de betreffende bepalingen in de Financiële-verhoudingswet). Ook worden geen leningen verstrekt aan gemeenten die onder preventief toezicht zijn geplaatst als gevolg van een niet structureel sluitende begroting Operationele stadsregionale kaders Beleggingen met een rentetypische looptijd tot één jaar worden ambtelijk afgewikkeld. Op basis van concrete voorstellen van de treasurer, die door het hoofd Bedrijfsvoering in zijn functie van controller worden geaccordeerd, worden tijdelijk overtollige liquiditeiten belegd in deposito s en/of in onderhandse leningen aan andere decentrale overheden in Nederland met een looptijd tot één jaar. Periodiek (minimaal eens per twee jaar) worden door de treasurer nieuwe uitvoeringskaders opgesteld met betrekking tot het doen van meerjarige beleggingen (met een rentetypische looptijd vanaf één jaar). Onder meer worden daarin de te hanteren producten, het beleggingsplafond en de maximale looptijd van de beleggingen opgenomen (op basis van de meest actuele meerjarenbegroting), evenals een analyse van de actuele en voorziene marktontwikkelingen en eventuele aanvullende voorwaarden ten opzichte van dit treasurystatuut. Deze kaders worden vervolgens door het dagelijks bestuur vastgesteld. Binnen deze kaders worden door de treasurer concrete meerjarige beleggingsvoorstellen uitgewerkt, desgewenst met ondersteuning van op huisbankier en/of de vermogensbeheerder(s). Deze voorstellen worden na inhoudelijke Bedrijfsvoering, waarna de voorstellen ter finale goedkeuring worden voorgelegd aan de portefeuillehouder Middelen. Na diens schriftelijke goedkeuring worden de voorstellen verder op ambtelijk niveau afgedaan. Treasurystatuut stadsregio Rotterdam 8

23 5 INFORMATIEVOORZIENING 5.1 Operationele aspecten Om goed onderbouwde treasurybeslissingen te kunnen nemen, is het van belang dat de treasurer kan beschikken over de volgende interne en externe operationele informatie: Liquiditeitsplanning op korte en middellange termijn; Rentestructuur en rentevisie; Inzicht in kansen en risico s bestaande beleggingsportefeuille en voorgenomen nieuwe uitzettingen van uitgezette gelden; Rekening-courant structuur en condities; Saldo-informatie banken. 5.2 Rapportages Met de rapportages over treasury-activiteiten wordt verantwoording afgelegd over het gevoerde beleid, de interne controle ondersteund en performancemetingen mogelijk gemaakt. Conform de wettelijke vereisten wordt jaarlijks in de begroting en in de jaarrekening een financieringsparagraaf opgenomen. In deze paragraaf komen in de begroting tenminste de onderstaande aspecten aan de orde: Algemene ontwikkelingen (intern/extern); Verwachte liquiditeitsontwikkeling in het begrotingsjaar; Marktontwikkelingen en rentevisie; Risicopositie bestaande portefeuilles uitgezette gelden; Samenstelling en resultaat beleggingen; Renterisico s van het afgelopen jaar, met een rentetypische looptijd tot 1 jaar (kasgeldlimiet); Renterisiconorm bij de begroting vier jaar vooruit; Voorgenomen liquiditeitsbeheer/transacties; Eventuele risicobeheersmaatregelen. In de jaarrekening bevat de financieringsparagraaf tenminste een verschillenanalyse tussen de plannen volgens de begroting en de realisatie daarvan in het verslagjaar. Daarnaast wordt het management van de stadsregio via periodieke rapportages geïnformeerd over geleverde prestaties en voorstellen voor eventuele beleidswijzigingen. Standaard onderdelen van deze rapportages zijn de renteontwikkeling, het gevoerde rentemanagement, de afgesloten transacties op de geld- en kapitaalmarkten, het liquiditeitsbeheer en eventuele financieringsconstructies en transacties. Deze rapportages moeten de beleidsmedewerker financiën, die belast is met de AO/ICB taak, in staat stellen de treasury op doelmatigheid te beoordelen. Treasurystatuut stadsregio Rotterdam 9

TREASURYSTATUUT 2014. Treasurystatuut 2014 stadsregio Rotterdam 1

TREASURYSTATUUT 2014. Treasurystatuut 2014 stadsregio Rotterdam 1 TREASURYSTATUUT 2014 Treasurystatuut 2014 stadsregio Rotterdam 1 INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING... 3 1.1 Algemeen... 3 1.2 Wettelijke kaders... 3 1.3 Stadsregionale kaders... 3 2 UITGANGSPUNTEN... 4 2.1 Doelstelling...

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD. Nr. 8208. Treasurystatuut MRDH 2015. 29 januari 2015. Officiële uitgave van gemeente Barendrecht. 1. I nleiding. 1.

GEMEENTEBLAD. Nr. 8208. Treasurystatuut MRDH 2015. 29 januari 2015. Officiële uitgave van gemeente Barendrecht. 1. I nleiding. 1. GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Barendrecht. Nr. 8208 29 januari 2015 Treasurystatuut MRDH 2015 1. I nleiding 1.1 Algemee n Treasury is het sturen en beheersen van, het verantwoorden over en

Nadere informatie

STADSREGIO ROTTERDAM TREASURYSTATUUT 2012. Treasurystatuut 2012 stadsregio Rotterdam 1

STADSREGIO ROTTERDAM TREASURYSTATUUT 2012. Treasurystatuut 2012 stadsregio Rotterdam 1 STADSREGIO ROTTE RDAM STADSREGIO TREASURYSTATUUT 2012 Treasurystatuut 2012 stadsregio Rotterdam 1 BOUWEN AAN S A M E N H A N C STADSREOIO,^^ INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING 3 1.1 Algemeen 3 1.2 Wettelijke kaders

Nadere informatie

De inschatting van de kans op eventuele wanbetalingen bij toekomstige rente- en aflossingsbetalingen op schuldpapier; Renterisico

De inschatting van de kans op eventuele wanbetalingen bij toekomstige rente- en aflossingsbetalingen op schuldpapier; Renterisico Agendapunt 05 Bijlage 08 TREASURYSTATUUT I Begripsbepalingen Artikel 1 In dit statuut wordt verstaan onder: Derivaten Financiële instrumenten die hun bestaan ontlenen aan een bepaalde onderliggende waarde.

Nadere informatie

Treasurystatuut Nordwin College

Treasurystatuut Nordwin College Treasurystatuut Nordwin College Vastgesteld bij RvT-besluit 24 november 2016 Treasurystatuut van Nordwin College gevestigd te Leeuwarden Het treasurystatuut kent de volgende opbouw: 1. inleiding 2. uitgangspunten,

Nadere informatie

Treasurystatuut Stichting Openbare Scholengroep Vlaardingen Schiedam (OSVS)

Treasurystatuut Stichting Openbare Scholengroep Vlaardingen Schiedam (OSVS) Treasurystatuut Stichting Openbare Scholengroep Vlaardingen Schiedam (OSVS) Treasurystatuut Stichting Openbare Scholengroep Vlaardingen Schiedam vs. 1.2 28 november 2013 pagina 1 van13 Inhoudsopgave 1.

Nadere informatie

Treasury Statuut Vastgesteld 10 april 2017

Treasury Statuut Vastgesteld 10 april 2017 Treasury Statuut Treasury Statuut Vastgesteld 10 april 2017 Inleiding Treasury is het sturen en het beheersen van, het verantwoorden over en het toezicht houden op de financiële vermogenswaarden, de financiële

Nadere informatie

Treasurystatuut VRU Vastgesteld door het algemeen bestuur d.d. 19 februari 2018

Treasurystatuut VRU Vastgesteld door het algemeen bestuur d.d. 19 februari 2018 Treasurystatuut VRU Vastgesteld door het algemeen bestuur d.d. 19 februari 2018 Inhoudsopgave 1 Inleiding 1 1.1 Kader 1 1.2 Leeswijzer 2 2 Beleid 3 2.1 Doelstellingen treasurybeleid 3 2.2 Uitgangspunten

Nadere informatie

Agenda voor de vergadering d.d. 1 juli 2015 van het algemeen bestuur van de stadsregio Rotterdam

Agenda voor de vergadering d.d. 1 juli 2015 van het algemeen bestuur van de stadsregio Rotterdam Algemeen Bestuur vergadering 1 juli 2015 Agenda voor de vergadering d.d. 1 juli 2015 van het algemeen bestuur van de stadsregio Rotterdam NB. Vergadering begint om 16.00 uur Locatie zaal Staal WTC Rotterdam

Nadere informatie

Uitgangspunten Het treasurybeleid van de Stichting maakt deel uit van het financiële beleid van de Stichting.

Uitgangspunten Het treasurybeleid van de Stichting maakt deel uit van het financiële beleid van de Stichting. Treasury Statuut Inleiding Algemeen Treasury is het sturen en beheersen van, het verantwoorden over en het toezicht houden op de financiële vermogenswaarden, de financiële stromen, de financiële posities

Nadere informatie

Aan de raad AGENDAPUNT 6.9

Aan de raad AGENDAPUNT 6.9 Aan de raad AGENDAPUNT 6.9 Treasurystatuut 2010 Voorstel: het Treasurystatuut 2010 vaststellen. Inleiding In februari 2009 hebben wij u geïnformeerd over de treasury bij onze gemeente. Aanleiding hiervoor

Nadere informatie

BESLUIT: vast te stellen het navolgende: TREASURYSTATUUT VOOR DE GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING STROOMOOPWAARTS MVS.

BESLUIT: vast te stellen het navolgende: TREASURYSTATUUT VOOR DE GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING STROOMOOPWAARTS MVS. Treasurystatuut Stroomopwaarts MVS 2015 Het algemeen bestuur van Stroomopwaarts MVS gelet op de Wet financiering decentrale overheden (Wet Fido), de Gemeenschappelijke regeling Stroomopwaarts MVS en de

Nadere informatie

Treasurystatuut 2010

Treasurystatuut 2010 Treasurystatuut 2010 Treasurystatuut 2010 gemeente Dalfsen 2 INHOUDSOPGAVE 1 Treasurystatuut...5 2 Doelstellingen treasuryfunctie...5 3 Uitzettingen en garanties...5 3.1 Uitzettingen en garanties uit hoofde

Nadere informatie

Treasurystatuut voor de Veiligheidsregio Utrecht

Treasurystatuut voor de Veiligheidsregio Utrecht Treasurystatuut voor de Veiligheidsregio Utrecht Versie: AB VRU 21 juni 2010 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 2 Algemeen 2 Wettelijke voorschriften 2 Opbouw statuut 2 2. Uitgangspunten en doelstellingen 3 Uitgangspunten

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Almere (Flevoland)

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Almere (Flevoland) De raad van de gemeente Almere, Gelet op artikel 212, tweede lid, aanhef en onder c van de Gemeentewet, BESLUIT vast te stellen het navolgende treasurystatuut welk statuut in nauwe samenhang met de Wet

Nadere informatie

1. DOEL. 1.1 Doelstellingen en randvoorwaarden van het treasury beleid

1. DOEL. 1.1 Doelstellingen en randvoorwaarden van het treasury beleid TREASURY STATUUT 1. DOEL Het Treasury Statuut (hierna: Statuut) heeft tot doel kaders aan te geven waarbinnen het Natuuren Recreatieschap haar geldstromen, saldi- en renterisico's kan beheren en besturen

Nadere informatie

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 3 november 2014;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 3 november 2014; DE RAAD VAN DE GEMEENTE HAREN, gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 3 november 2014; b e s l u i t : vast te stellen het Treasurystatuut gemeente Haren 2014 Artikel 1 Begrippenkader In

Nadere informatie

Treasurystatuut 2018

Treasurystatuut 2018 Treasurystatuut 2018 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2 2. Doelstelling en richtlijnen 3 2.1 Doelstelling 3 2.2 Richtlijnen algemeen 3 2.3 Richtlijnen voor het aantrekken van langlopende financiering 4 2.4 Richtlijnen

Nadere informatie

Treasury reglement. 4 juni 2014. 1 van 5

Treasury reglement. 4 juni 2014. 1 van 5 Treasury reglement 4 juni 2014 1 van 5 01. Inleiding In het licht van de Code Goed Bestuur Publieke Dienstverleners heeft Spaarnelanden een Treasuryreglement opgesteld. Dit reglement de stelt de aandeelhouder

Nadere informatie

Treasurystatuut 2016 Gemeenschappelijke Regeling Avri

Treasurystatuut 2016 Gemeenschappelijke Regeling Avri Treasurystatuut 2016 Gemeenschappelijke Regeling Avri Auteur Avri Versie 1 Datum 26 november 2015 TREASURYSTATUUT GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING AVRI Het algemeen bestuur van Avri; gelet op de Financiële

Nadere informatie

Treasurystatuut. Acis, Stichting openbaar primair onderwijs Hoeksche Waard

Treasurystatuut. Acis, Stichting openbaar primair onderwijs Hoeksche Waard Treasurystatuut Acis, Stichting openbaar primair onderwijs Hoeksche Waard Vastgesteld door het College van Bestuur na goedkeuring door de Raad van Toezicht d.d. 17-2-2017 1 Toelichting Onderwijsbesturen

Nadere informatie

Het algemeen bestuur van de Modulaire Gemeenschappelijke Regeling Rijk van Nijmegen;

Het algemeen bestuur van de Modulaire Gemeenschappelijke Regeling Rijk van Nijmegen; GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Groesbeek. Nr. 62513 10 juli 2015 Treasurystatuut MGR Rijk van Nijmegen 2015 Het algemeen bestuur van de Modulaire Gemeenschappelijke Regeling Rijk van Nijmegen;

Nadere informatie

Treasurystatuut. Status: Besproken in MT d.d. 14 augustus 2017 Naar DB d.d. 2 oktober 2017 Naar GMR d.d. 9 november 2017 Vastgesteld d.d.

Treasurystatuut. Status: Besproken in MT d.d. 14 augustus 2017 Naar DB d.d. 2 oktober 2017 Naar GMR d.d. 9 november 2017 Vastgesteld d.d. Treasurystatuut Status: Besproken in MT d.d. 14 augustus 2017 Naar DB d.d. 2 oktober 2017 Naar GMR d.d. 9 november 2017 Vastgesteld d.d. 1. Inleiding Onder treasury is te verstaan: het sturen en het beheersen

Nadere informatie

Treasurystatuut. Stichting Proloog

Treasurystatuut. Stichting Proloog Treasurystatuut Stichting Proloog Vastgesteld door het bestuur van de Stichting Proloog d.d. 29 september 2009 INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING 1.1 Verantwoording 1.2 Indeling Treasurystatuut 2. DOELSTELLING

Nadere informatie

CVDR. Nr. CVDR441922_1. Treasurystatuut 2017

CVDR. Nr. CVDR441922_1. Treasurystatuut 2017 CVDR Officiële uitgave van Krimpen aan den IJssel. Nr. CVDR441922_1 26 september 2017 Treasurystatuut 2017 De raad van de gemeente Krimpen aan den IJssel; Gelet op de verordening ex artikel 212 van de

Nadere informatie

TREASURYSTATUUT. Stichting Samenwerkingsverband Primair Onderwijs Westland (SPOW)

TREASURYSTATUUT. Stichting Samenwerkingsverband Primair Onderwijs Westland (SPOW) TREASURYSTATUUT Stichting Samenwerkingsverband Primair Onderwijs Westland 28.03 (SPOW) Beoordeeld door Van Ree Accountants d.d. 15-11-2017. Voldoet aan de regeling. Vastgesteld door dagelijks bestuur d.d.

Nadere informatie

Te besluiten om het treasurystatuut 2010 vast te stellen

Te besluiten om het treasurystatuut 2010 vast te stellen ADVIESNOTA AAN DE GEMEENTERAAD Voorstel 20 april 2010 Agendanummer : 7 B. Karman Datum Financiën raadsvergadering : 3 juni 2010 Registratienummer : 2010004720 Onderwerp: Treasurystatuut 2010 Gevraagde

Nadere informatie

Treasurystatuut Aqualysis 2014

Treasurystatuut Aqualysis 2014 Treasurystatuut Aqualysis 2014 Het algemeen bestuur van Aqualysis, gezien het voorstel van @@ d.d. @@; gelet op het voorstel van het dagelijks bestuur; artikel 50 e van de Wet gemeenschappelijke regelingen

Nadere informatie

FINANCIERINGSSTATUUT OMGEVINGSDIENST GRONINGEN

FINANCIERINGSSTATUUT OMGEVINGSDIENST GRONINGEN FINANCIERINGSSTATUUT OMGEVINGSDIENST GRONINGEN Algemeen Bestuur Veendam 29 oktober 2013 Inhoud 1. INLEIDING... 3 2. VOORBEREIDING EN VASTSTELLING VAN HET TREASURYBELEID... 3 2.1. Beleids- en verantwoordingscyclus...3

Nadere informatie

BIJLAGE 2 Was-wordt tabel

BIJLAGE 2 Was-wordt tabel BIJLAGE 2 Was-wordt tabel In deze bijlage zijn in de eerste kolom de artikelen 1 t/m 11 uit het Treasurystatuut GGD 2015 opgenomen. In de tweede kolom wordt vermeld wat de wijziging is en indien van toepassing

Nadere informatie

Raadsvoorstel Treasurystatuut gemeente Eindhoven 2015

Raadsvoorstel Treasurystatuut gemeente Eindhoven 2015 gemeente Eindhoven Raadsnummer 15R6172 Inboeknummer 15bst00015 Beslisdatum B&W 27 januari 2015 Dossiernummer 15.05.651 Raadsvoorstel Treasurystatuut gemeente Eindhoven 2015 Inleiding Het treasurystatuut

Nadere informatie

Treasurystatuut Samenwerkingsverband Driegang (SWV 28-16)

Treasurystatuut Samenwerkingsverband Driegang (SWV 28-16) Treasurystatuut Samenwerkingsverband Driegang (SWV 28-16) Vastgesteld door het bestuur d.d. 12/12/2016, goedkeuring door ALV d.d. 18/05/2017 Inleiding Dit statuut bevat de algemene grondslagen en beginselen

Nadere informatie

Treasurystatuut. Treasurystatuut

Treasurystatuut. Treasurystatuut Treasurystatuut Treasurystatuut 2016 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2 2. Doelstellingen 2 3. Uitzettingen en garanties 3 3.a. Uitzettingen en garanties uit hoofde van de publieke taak 4 3.b. Uitzettingen

Nadere informatie

2.4 Paragraaf 4 Financiering en beleggingen

2.4 Paragraaf 4 Financiering en beleggingen 2.4 Paragraaf 4 Financiering en beleggingen Deze paragraaf gaat over het beheer van de financiële middelen (treasury). De kaders voor het op een verantwoorde manier beheren van de financiële middelen worden

Nadere informatie

Treasurystatuut Treasurystatuut Veiligheidsregio Kennemerland Pagina 1

Treasurystatuut Treasurystatuut Veiligheidsregio Kennemerland Pagina 1 Treasurystatuut 2015 Treasurystatuut Veiligheidsregio Kennemerland Pagina 1 Besluit: Vaststellen Treasurystatuut 2015 Intrekken van het Treasurystatuut 2010 Wettelijke grondslag(en) waarop de regeling

Nadere informatie

vast te stellen het navolgende Treasurystatuut 2016 van de gemeente Amersfoort.

vast te stellen het navolgende Treasurystatuut 2016 van de gemeente Amersfoort. De Raad van de gemeente Amersfoort; Heeft het voorstel van het College van Burgemeester en Wethouders gelezen van 8 november 2016, afdeling Financiën en Advies (nr 5340839), constaterend dat het huidige

Nadere informatie

Treasurystatuut 2014. voor. Waterschap Brabantse Delta

Treasurystatuut 2014. voor. Waterschap Brabantse Delta Treasurystatuut 2014 voor Waterschap Brabantse Delta Corsa Zaaknr: 13.ZK06602 13IT030589 Inhoudsopgave 1. Inleiding 1 2. Begrippenkader 2 2.1 Algemene begrippen 2 3. Doel van het treasurystatuut 3 3.1

Nadere informatie

Treasurystatuut. Gemeente Westvoorne

Treasurystatuut. Gemeente Westvoorne Treasurystatuut Gemeente Westvoorne Begrippenkader en doelstellingen treasurystatuut...3 Onder de Europese Economische Ruimte (EER) vallen naast de lidstaten van de Europese Unie ook Noorwegen, IJsland

Nadere informatie

RUD UTRECHT. Besluit van het Algemeen Bestuur van de RUD Utrecht

RUD UTRECHT. Besluit van het Algemeen Bestuur van de RUD Utrecht Besluit van het Algemeen Bestuur van de RUD Utrecht Overwegende dat: - De RUD Utrecht een gemeenschappelijke regeling is, waarbij een openbaar lichaam is ingesteld - Dat voor genoemd openbaar lichaam regels

Nadere informatie

- Besluit van het college van burgemeester en wethouders van 7 december 2010 (agendapuntnummer 3.1).

- Besluit van het college van burgemeester en wethouders van 7 december 2010 (agendapuntnummer 3.1). Gemeenteblad Nijmegen Jaartal / nummer 2011 / 031 Naam Besluit Financieringsstatuut gemeente Nijmegen Publicatiedatum 2 maart 2011 Opmerkingen - Besluit van het college van burgemeester en wethouders van

Nadere informatie

TREASURYSTATUUT GEMEENTE RIDDERKERK 2017

TREASURYSTATUUT GEMEENTE RIDDERKERK 2017 TREASURYSTATUUT GEMEENTE RIDDERKERK 2017 Pagina 2 van 9 TREASURYSTATUUT GEMEENTE RIDDERKERK 2017 Burgermeester en wethouders van de gemeente Ridderkerk, gelet op artikel 212 van de Gemeentewet, de Wet

Nadere informatie

Te besluiten om: 1. Treasurystatuut 2016 vast te stellen 2. Treasurystatuut 2010 in te trekken

Te besluiten om: 1. Treasurystatuut 2016 vast te stellen 2. Treasurystatuut 2010 in te trekken Raadsvoorstel Agendanummer: Datum raadsvergadering: Onderwerp: Treasurystatuut 2016 Gevraagde Beslissing: Te besluiten om: 1. Treasurystatuut 2016 vast te stellen 2. Treasurystatuut 2010 in te trekken

Nadere informatie

Treasury statuut. Versiebeheer V2, Besluitvormingscyclus 6 Vaststelling RvT Vastgesteld CvB

Treasury statuut. Versiebeheer V2, Besluitvormingscyclus 6 Vaststelling RvT Vastgesteld CvB Versiebeheer V2, 29-3-2018 Gemaakt door W. Kock Besluitvormingscyclus 6 Vaststelling RvT 28-5-2018 Vastgesteld CvB 28-5-2018 Treasury statuut Vastgesteld door het College van Bestuur na goedkeuring door

Nadere informatie

Treasurystatuut Gemeente Borsele 2015

Treasurystatuut Gemeente Borsele 2015 Treasurystatuut Gemeente Borsele 2015 Het college van burgemeester en wethouders gelet op artikel 14 van de financiële verordening 2015 en de Wet financiering decentrale overheden; besluit: vast te stellen

Nadere informatie

BEGROTING 2014. Paragraaf Financiering

BEGROTING 2014. Paragraaf Financiering BEGROTING 2014 Paragraaf Financiering Ambtelijke programmamanager Afdelingshoofd Bedrijfsvoering Inleiding In de BBV 2004 (Besluit Beheer en Verantwoording Provincies en gemeenten) is een paragraaf financiering

Nadere informatie

Onderstaande tabel geeft het verloop weer van onze huidige langlopende geldleningen.

Onderstaande tabel geeft het verloop weer van onze huidige langlopende geldleningen. 4 Financiering Het doel van deze paragraaf is om de raad beter te informeren omtrent het treasurybeleid en de beheersing van financiële risico s. De treasuryfunctie ondersteunt de uitvoering van de programma's

Nadere informatie

ONDERWIJSSTICHTING KEMPENKIND EERSEL

ONDERWIJSSTICHTING KEMPENKIND EERSEL TREASURYSTATUUT ONDERWIJSSTICHTING KEMPENKIND EERSEL 1 INHOUDSOPGAVE 1. Doelstelling 3 2. Treasurybeleid 3 2.1. Uitgangspunten 3 2.2. Doelstellingen 4 2.3. Treasury instrumenten. 4 3. Organisatie en bevoegdheden

Nadere informatie

Inleiding Treasurybeleid... 2 Doelstellingen, Uitgangspunten, limieten, begrippen, indeling

Inleiding Treasurybeleid... 2 Doelstellingen, Uitgangspunten, limieten, begrippen, indeling Treasurystatuut gemeente Eersel Inhoud Inleiding... 2 Treasurybeleid... 2 Doelstellingen, Uitgangspunten, limieten, begrippen, indeling Risicobeheer... 3 Algemeen Renterisicobeheer Koersrisicobeheer Kredietrisicobeheer

Nadere informatie

Treasurystatuut Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant

Treasurystatuut Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant Het Algemeen Bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant gelet op: de Wet financiering decentrale overheden (Wet FiDO) en de Financiële verordening Veiligheidsregio

Nadere informatie

TREASURYSTATUUT GEMEENTE HELMOND 2016

TREASURYSTATUUT GEMEENTE HELMOND 2016 Treasurystatuut TREASURYSTATUUT GEMEENTE HELMOND 2016 Burgemeester en wethouders van Helmond, Gelet op artikel 212 Gemeentewet en artikel 14, vierde lid, van de Verordening op de uitgangspunten voor het

Nadere informatie

Treasurystatuut van het SWV VO 2603

Treasurystatuut van het SWV VO 2603 Treasurystatuut van het SWV VO 2603 Goedgekeurd door de algemene ledenvergadering 23-2-17 Vastgesteld door het bestuur 24-1-17 Treasurystatuut SWV VO 2603 Pagina 2 van 13 Inhoud 1. Inleiding... 5 2. Doelstelling

Nadere informatie

Treasurystatuut Belastingsamenwerking Gouwe-Rijnland

Treasurystatuut Belastingsamenwerking Gouwe-Rijnland Treasurystatuut Belastingsamenwerking Gouwe-Rijnland Het Algemeen Bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling Belastingsamenwerking Gouwe-Rijnland, besluit gelet op: artikel 212 van de Gemeentewet, het

Nadere informatie

Treasurystatuut DCMR Milieudienst Rijnmond 2014

Treasurystatuut DCMR Milieudienst Rijnmond 2014 Treasurystatuut DCMR Milieudienst Rijnmond 2014 DCMR Milieudienst Rijnmond Parallelweg 1 3112 NA Schiedam telefoon: (010) 2468 000 telefax : (010) 2468 283 Web: http://www.dcmr.nl/ 1 van 9 Inhoudsopgave

Nadere informatie

http://wetten.overheid.nl/bwbr0011987/geldigheidsdatum_15-01-2015/afdrukken

http://wetten.overheid.nl/bwbr0011987/geldigheidsdatum_15-01-2015/afdrukken http://wetten.overheid.nl/bwbr0011987/geldigheidsdatum_/afdrukken Page 1 of 5 Wet financiering decentrale overheden (Tekst geldend op: ) Wet van 14 december 2000, houdende nieuwe bepalingen inzake het

Nadere informatie

Treasurystatuut Omgevingsdienst Midden- en West- Brabant

Treasurystatuut Omgevingsdienst Midden- en West- Brabant *OMWB606049* Treasurystatuut Omgevingsdienst Midden- en West- Brabant Het Algemeen bestuur van de Omgevingsdienst Midden- en West- Brabant; gelet op artikel 27 van de Gemeenschappelijke Regeling Omgevingsdienst

Nadere informatie

Treasurystatuut Regio Twente 2016

Treasurystatuut Regio Twente 2016 Treasurystatuut Regio Twente 2016 Autorisatie OPSTELLERS: Jan Olthof FUNCTIONARIS Beleidsadviseur Bedrijfsvoering Versiegegevens VERSIE: DATUM: OMSCHRIJVING: 1.1 2 september Concept Definitief concept

Nadere informatie

TREASURYSTATUUT HOGESCHOOL ROTTERDAM

TREASURYSTATUUT HOGESCHOOL ROTTERDAM TREASURYSTATUUT HOGESCHOOL ROTTERDAM 1. Voorwoord Hogeschool Rotterdam is een onderwijsinstelling die, grotendeels, wordt gefinancierd uit publieke middelen. De hogeschool ontvangt deze publieke middelen

Nadere informatie

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING Officiële uitgave van gemeenschappelijke regeling Regionale dienst openbare gezondheidszorg Hollands Midden. Nr. 57 23 januari 2017 Regionale Dienst Openbare Gezondheidszorg

Nadere informatie

4.4 Financiering. 4.4.3 De financiering van de gemeente Spijkenisse

4.4 Financiering. 4.4.3 De financiering van de gemeente Spijkenisse 4.4 Financiering 4.4.1 Inleiding De kaders voor het beleid van de gemeente Spijkenisse ten aanzien van de treasuryfunctie liggen wettelijk vast in de Wet Financiering Decentrale Overheden (Wet Fido). Deze

Nadere informatie

Inleiding. Treasurystatuut. Algemeen

Inleiding. Treasurystatuut. Algemeen Treasurystatuut 1 Inleiding In de vergadering van het bestuur van.. 2018 is ingestemd met de Financiële Verordening Shared Service Centrum-ONS per 2018. In deze verordening staat in artikel 12 over de

Nadere informatie

BESLUIT vast te stellen het volgende Treasurystatuut voor het waterschap Noorderzijlvest.

BESLUIT vast te stellen het volgende Treasurystatuut voor het waterschap Noorderzijlvest. Treasurystatuut Waterschap Noorderzijlvest Het algemeen bestuur van het waterschap Noorderzijlvest; gezien het voorstel van het Dagelijks Bestuur d.d. 6 november 2013 gelet op artikel 108 en 109 van de

Nadere informatie

TREASURY-STATUUT GEMEENTE GRAVE

TREASURY-STATUUT GEMEENTE GRAVE TREASURY-STATUUT GEMEENTE GRAVE 1. Inleiding Dit treasurystatuut geeft de bestuurlijke infrastructuur voor de uitvoering van de treasuryfunctie. Het gaat om de beleidsmatige vaststelling van de uitgangspunten,

Nadere informatie

PARAGRAAF 3 FINANCIERING

PARAGRAAF 3 FINANCIERING PARAGRAAF 3 FINANCIERING In deze paragraaf beschrijven we de plannen en acties op het gebied van liquiditeitsbeheer, de financiële posities en de hieraan verbonden risico s voor de jaren 2019 tot en met

Nadere informatie

Besluit van het bestuur van de gemeenschappelijke regeling Shared Service Centrum Ons houdende regels omtrent Treasurystatuut

Besluit van het bestuur van de gemeenschappelijke regeling Shared Service Centrum Ons houdende regels omtrent Treasurystatuut CVDR Officiële uitgave van Shared Service Centrum ONS. Nr. CVDR612532_1 7 september 2018 Besluit van het bestuur van de gemeenschappelijke regeling Shared Service Centrum Ons houdende regels omtrent Treasurystatuut

Nadere informatie

Treasurystatuut GGD GZ 2019 Colofon

Treasurystatuut GGD GZ 2019 Colofon Treasurystatuut GGD GZ 2019 Colofon auteur(s) Afdeling Financiën & Control datum 18 april 2019 afdeling FP&C versie 0.1 status Concept Inleiding In dit treasurystatuut wordt de treasuryfunctie van de GGD

Nadere informatie

Treasurystatuut Omgevingsdienst IJSSELLAND Inleiding

Treasurystatuut Omgevingsdienst IJSSELLAND Inleiding Treasurystatuut Omgevingsdienst IJSSELLAND 2018 Inleiding In de vergadering van het Algemeen Bestuur van 13-12-2017 is ingestemd met de Financiële Verordening Omgevingsdienst IJSSELLAND (OD IJsselland)

Nadere informatie

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING Officiële uitgave van gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied. Nr. 242 6 mei 2016 Treasurystatuut Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied Het Algemeen

Nadere informatie

CVDR. Nr. CVDR402982_1. Artikel 1 Begrippenkader In dit statuut wordt verstaan onder:

CVDR. Nr. CVDR402982_1. Artikel 1 Begrippenkader In dit statuut wordt verstaan onder: CVDR Officiële uitgave van Belastingsamenwerking West-Brabant. Nr. CVDR402982_1 1 mei 2018 Treasurystatuut GemeenschappelijkeRegeling BelastingsamenwerkingWest Brabant (BWB) Het Algemeen Bestuur van de

Nadere informatie

Wet van 14 december 2000, houdende nieuwe bepalingen inzake het financieringsbeleid van openbare lichamen (Wet financiering decentrale overheden)

Wet van 14 december 2000, houdende nieuwe bepalingen inzake het financieringsbeleid van openbare lichamen (Wet financiering decentrale overheden) (Tekst geldend op: 26-08-2014) Wet van 14 december 2000, houdende nieuwe bepalingen inzake het financieringsbeleid van openbare lichamen (Wet financiering decentrale overheden) Wij Beatrix, bij de gratie

Nadere informatie

BIJLAGE TREASURYSTATUUT. Waterschap Rijn en IJssel Doetinchem

BIJLAGE TREASURYSTATUUT. Waterschap Rijn en IJssel Doetinchem BIJLAGE TREASURYSTATUUT Waterschap Rijn en IJssel Doetinchem Doetinchem, 6 mei 2014 1 INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING 3 2. BEGRIPPENKADER 4 2.1 Algemene begrippen 4 2.2 Belangrijke bepalingen uit de Wet fido

Nadere informatie

Voorwoord. De manier waarop deze plaats vindt is in dit treasurystatuut vastgelegd. Wezep, april 2010. VPCPO De Akker Treasurystatuut 2

Voorwoord. De manier waarop deze plaats vindt is in dit treasurystatuut vastgelegd. Wezep, april 2010. VPCPO De Akker Treasurystatuut 2 Treasurystatuut Vereniging voor Protestants Christelijk Primair Onderwijs in de gemeente Oldebroek eo. De Akker Postbus 7 8090 AA Wezep T 038 3763118 E info@vpcpodeakker.nl W www.schoolverenigingdeakker.nl

Nadere informatie

BEHEERSDEEL. Stuknummer: bl10.00029. Administratieve organisatie en interne beheersing. Uitgangspunten administratieve organisatie en interne controle

BEHEERSDEEL. Stuknummer: bl10.00029. Administratieve organisatie en interne beheersing. Uitgangspunten administratieve organisatie en interne controle Stuknummer: bl10.00029 BEHEERSDEEL Administratieve organisatie en interne beheersing Uitgangspunten administratieve organisatie en interne controle Artikel 1. In het kader van de treasuryfunctie gelden

Nadere informatie

Treasurystatuut. Conceptversie 1.6, december 2014

Treasurystatuut. Conceptversie 1.6, december 2014 Treasurystatuut Conceptversie 1.6, december 2014 Autorisatie OPSTELLERS: Martin de Jong FUNCTIONARIS Specialist financiën Versiegegevens VERSIE: DATUM: OMSCHRIJVING: 1.5 11 november Concept 1.6 11 december

Nadere informatie

Bekendmaking van het Treasurystatuut, door het dagelijks bestuur vastgesteld bij besluit van 18 december 2012, nr. 09

Bekendmaking van het Treasurystatuut, door het dagelijks bestuur vastgesteld bij besluit van 18 december 2012, nr. 09 Publicatieblad Elektronisch uitgegeven Openbaar lichaam Noaberkracht Dinkelland Tubbergen Jaargang: 2013 Nummer: 6 Uitgifte: 17 januari 2013 Bekendmaking van het Treasurystatuut, door het dagelijks bestuur

Nadere informatie

Treasurystatuut ISD Werkplein Hart van West-Brabant

Treasurystatuut ISD Werkplein Hart van West-Brabant CVDR Officiële uitgave van Werkplein Hart van West-Brabant. Nr. CVDR376080_1 9 januari 2018 Treasurystatuut ISD Werkplein Hart van West-Brabant Het Algemeen Bestuur van de gemeenschappelijke regeling ISD

Nadere informatie

Inhoud 1. INLEIDING 3 2. DOELSTELLING TREASURYFUNCTIE 3 3. INTERNE ORGANISATIE TREASURY FUNCTIE 5 4. TREASURYPARAGRAAF 5

Inhoud 1. INLEIDING 3 2. DOELSTELLING TREASURYFUNCTIE 3 3. INTERNE ORGANISATIE TREASURY FUNCTIE 5 4. TREASURYPARAGRAAF 5 Treasury Statuut MT: Besproken: 21 februari 2017 CvB: Vastgesteld: 12 februari 2017 Raad van Toezicht Goedgekeurd: 6 maart 2017 MR: Besproken: 4 april 2017 Inhoud 1. INLEIDING 3 2. DOELSTELLING TREASURYFUNCTIE

Nadere informatie

1. Onderwerp Vaststelling Financiële verordening, Controle verordening en het Treasurystatuut 2. Rol van het samenwerkingsorgaan. Datum: Informerend

1. Onderwerp Vaststelling Financiële verordening, Controle verordening en het Treasurystatuut 2. Rol van het samenwerkingsorgaan. Datum: Informerend Oplegvel In Holland Rijnland werken samen: Alphen aan den Rijn, Hillegom, Kaag en Braassem, Katwijk, Leiden, Leiderdorp, Lisse, Nieuwkoop, Noordwijk, Noordwijkerhout, Oegstgeest, Rijnwoude, Teylingen,

Nadere informatie

Algemeen bestuur. Vergadering 19-12-2014 Agendapunt 9

Algemeen bestuur. Vergadering 19-12-2014 Agendapunt 9 Algemeen bestuur Vergadering 19-12-2014 Agendapunt 9 Onderwerp Financiële verordeningen en regelingen MRDH Voorgesteld besluit Vaststellen van: 1. De financiële verordening MRDH 2015. 2. De controleverordening

Nadere informatie

Treasurystatuut Stichting voor Bijzonder Voortgezet Onderwijs Bilthoven

Treasurystatuut Stichting voor Bijzonder Voortgezet Onderwijs Bilthoven Treasurystatuut Stichting voor Bijzonder Voortgezet Onderwijs Bilthoven Inhoudsopgave 1. INLEIDING 3 1.1. Verantwoording 3 1.2 Indeling Treasury Statuut 3 2. DOELSTELLING TREASURYFUNCTIE 4 2.1 Liquiditeit

Nadere informatie

Treasurystatuut Stadsregio Arnhem Nijmegen

Treasurystatuut Stadsregio Arnhem Nijmegen Treasurystatuut Stadsregio Arnhem Nijmegen met ingang van 16 december 2013 Vastgesteld door de Stadsregioraad in de vergadering d.d. 11 december 2014 Treasurystatuut per 16 december 2013 Stadsregio Arnhem

Nadere informatie

Werkveld Datum Instemming/Advies GMR Vastgesteld RvT

Werkveld Datum Instemming/Advies GMR Vastgesteld RvT 4.1 Werkveld Datum Instemming/Advies GMR Vastgesteld RvT Financiën nvt 15 december 2010 4.1 Treasurystatuut Financiën/Treasurystatuut Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 1.1. Verantwoording 3 2. Doelstelling

Nadere informatie

Paragraaf 4: Financiering

Paragraaf 4: Financiering Paragraaf 4: Financiering Geldstroombeheer van de gemeente Algemeen De treasuryfunctie omvat de financiering van de beleidsvoornemens en het uitzetten van geldmiddelen die niet direct nodig zijn. Het beleid

Nadere informatie

Nota van toelichting bij Treasurystatuut 2017 Gemeente Gennep

Nota van toelichting bij Treasurystatuut 2017 Gemeente Gennep Nota van toelichting bij Treasurystatuut 2017 Gemeente Gennep 1. NOTA VAN TOELICHTING Artikel Artikel 2 Artikel 2 lid 1 Artikel 2 lid 2 Artikel 2 lid 3 Artikel 2 lid 4 Toelichting In artikel 2 worden de

Nadere informatie

Gedeputeerde Staten van Noord-Holland; Provinciale staten van Noord-Holland;

Gedeputeerde Staten van Noord-Holland; Provinciale staten van Noord-Holland; Besluit van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland van 27 april 2010, nr. 2010-26260, tot bekendmaking van het besluit van Provinciale Staten van Noord-Holland inzake vaststelling van het Financieringsstatuut

Nadere informatie

Treasurystatuut Stadsgewest Haaglanden

Treasurystatuut Stadsgewest Haaglanden Treasurystatuut Stadsgewest Haaglanden Versie: 09-02-2006 Administratieve organisatie/treasurystatuut 2 Inhoud 1. Inleiding 5 2. Algemene doelstellingen 5 3. Begrippenkader 6 3.1 Algemene begrippen 3.2

Nadere informatie

Treasurystatuut. Gemeenschappelijke regeling Regionaal reinigingsbedrijf AVALEX

Treasurystatuut. Gemeenschappelijke regeling Regionaal reinigingsbedrijf AVALEX Treasurystatuut Gemeenschappelijke regeling Regionaal reinigingsbedrijf AVALEX TREASURYSTATUUT AVALEX Inhoudsopgave Inleiding...3 I Begrippenkader...4 II Doelstellingen van de treasuryfunctie...5 III Uitgangspunten

Nadere informatie

Versie 2013-08. TREASURYSTATUUT Stichting Woontij

Versie 2013-08. TREASURYSTATUUT Stichting Woontij Versie 2013-08 TREASURYSTATUUT Stichting Woontij 1. Inleiding Een groot deel van de kosten bij een wooncorporatie bestaat uit rente. Richtlijnen ten aanzien van financieren en beleggen zijn belangrijk.

Nadere informatie

Deelplan IC Treasury 2014. Gemeente Lingewaard

Deelplan IC Treasury 2014. Gemeente Lingewaard Deelplan IC Treasury 2014 Gemeente Lingewaard 1 Inhoudsopgave 1. Aanleiding 3 2. Structureel / incidenteel 3 3. Opdrachtgever 3 4. Opdrachtnemer 3 5. Relevante wet- en regelgeving 3 6. Rapportage 4 7.

Nadere informatie

Paragraaf Financiering

Paragraaf Financiering Paragraaf Financiering De Financieringsparagraaf is samen met het treasurystatuut bij de invoering van de wet Fido, per 1 januari 2001 verplicht gesteld. Het doel is om de raad op deze wijze beter te informeren

Nadere informatie

FINANCIËLE VERORDENING RECREATIESCHAP DOBBEPLAS

FINANCIËLE VERORDENING RECREATIESCHAP DOBBEPLAS FINANCIËLE VERORDENING RECREATIESCHAP DOBBEPLAS Het Algemeen Bestuur van het recreatieschap Dobbeplas; Gezien het voorstel van het Dagelijks Bestuur van 13 oktober 2014; Gelet op het bepaalde in de artikelen

Nadere informatie

gelet op artikel 32 van de Gemeenschappelijke regeling Waddenfonds, de Financiële verordening Gemeenschappelijke regeling Waddenfonds als volgt

gelet op artikel 32 van de Gemeenschappelijke regeling Waddenfonds, de Financiële verordening Gemeenschappelijke regeling Waddenfonds als volgt Verordening van 26 november 2015 van het algemeen bestuur van de Gemeenschappelijke regeling Waddenfonds, houdende regels met betrekking tot de uitgangspunten voor het financiële beleid, alsmede voor het

Nadere informatie

TREASURYSTATUUT RECREATIESCHAP ROTTEMEREN

TREASURYSTATUUT RECREATIESCHAP ROTTEMEREN TREASURYSTATUUT RECREATIESCHAP ROTTEMEREN Opgesteld door: G.Z-H In opdracht van: Recreatieschap Rottemeren Postbus 341 3100 AH Schiedam Tel.: 010-2981010 Fax: 010-2981020 November 2014 Inleiding... 3 Begrippenkader

Nadere informatie

Treasurystatuut Hoogheemraadschap van Delfland 2016

Treasurystatuut Hoogheemraadschap van Delfland 2016 Treasurystatuut Hoogheemraadschap van Delfland 2016 Inhoud 1 Inleiding... 3 2 Wettelijk kader en randvoorwaarden... 3 2.1 Wet- en regelgeving... 3 2.2 Randvoorwaarde treasurybeleid... 4 3 Doel van de Treasurystatuut...

Nadere informatie

Financieringsstatuut Recreatieschap Alkmaarder- en Uitgeestermeer

Financieringsstatuut Recreatieschap Alkmaarder- en Uitgeestermeer Financieringsstatuut Recreatieschap Alkmaarder- en Uitgeestermeer (statuut ingevolge artikel 57 van de Wet gemeenschappelijke regelingen en de Wet financiering decentrale overheden over de kaders voor

Nadere informatie

In het Financieringsstatuut 2016 zijn 19 artikelen opgenomen die als volgt kunnen worden ingedeeld:

In het Financieringsstatuut 2016 zijn 19 artikelen opgenomen die als volgt kunnen worden ingedeeld: Memorie van toelichting Fiancieringsstatuut 2015 Memorie van toelichting Financieringsstatuut 2016 Inleiding: In het Financieringsstatuut 2016 zijn 19 artikelen opgenomen die als volgt kunnen worden ingedeeld:

Nadere informatie

TREASURYSTATUUT Metropoolregio Rotterdam Den Haag

TREASURYSTATUUT Metropoolregio Rotterdam Den Haag TREASURYSTATUUT 2016 Metropoolregio Rotterdam Den Haag Inhoud Inleiding... 3 Treasurystatuut... 4 I Begrippenkader... 4 II Doelstellingen van de treasuryfunctie... 6 Risicobeheer... 7 III Risicobeheer...

Nadere informatie

Artikel 12 Treasury Het DB neemt bij het uitvoeren van de financieringsfunctie de richtlijnen in acht, zoals opgenomen in het treasurystatuut.

Artikel 12 Treasury Het DB neemt bij het uitvoeren van de financieringsfunctie de richtlijnen in acht, zoals opgenomen in het treasurystatuut. Treasurystatuut 2016 Omgevingsdienst Achterhoek Inleiding In de vergadering van het Algemeen Bestuur van 15 december 2016 is ingestemd met de herziene financiële verordening ex artikel 212. In deze verordening

Nadere informatie

Treasurystatuut RUD Zuid-Limburg

Treasurystatuut RUD Zuid-Limburg Treasurystatuut RUD Zuid-Limburg 1 Inhoud 0 Inleiding... 3 1. Algemene bepalingen... 4 Artikel 1 Begrippenkader... 4 Artikel 2 Doelstellingenvan de Treasuryfunctie... 5 2. Risicobeheer... 5 Artikel 3 Uitgangspunten

Nadere informatie

Het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Achterhoek,

Het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Achterhoek, Treasurystatuut Omgevingsdienst Achterhoek. Het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Achterhoek, Gelezen het voorstel van het dagelijks bestuur van 2012, Gelet op de Wet

Nadere informatie

Toelichting op het statuut

Toelichting op het statuut Toelichting op het statuut In dit treasurystatuut wordt het treasurybeleid van de gemeente op hoofdlijnen vastgelegd. Dat gebeurt in de eerste plaats door het aangeven van de doelstellingen van de treasuryfunctie

Nadere informatie