Supraventriculaire tachycardieën en premature atriumcontracties bij de foetus

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Supraventriculaire tachycardieën en premature atriumcontracties bij de foetus"

Transcriptie

1 Capita selecta Supraventriculaire tachycardieën en premature atriumcontracties bij de foetus r.vlagsma, e.hallensleben en e.j.meijboom Foetale worden bij 1-2% van de zwangerschappen vastgesteld; 12 10% hiervan vormt een potentiële bron van morbiditeit en sterfte. 12 Het meest komen supraventriculaire aritmieën voor, waarbij het in 85% gaat om een irregulair ritme veroorzaakt door premature atriumcontracties. 2-6 Van de bestaat daarnaast 10% uit tachycardieën, 2 met een frequentie van meer dan 180/min; 2 deze zijn meestal supraventriculair van oorsprong 125 en worden in het algemeen ontdekt tijdens routinematige verloskundige controle. Diagnostiek en eventuele behandeling van deze ritmestoornissen zijn van belang omdat ze verband kunnen houden met structurele hartafwijkingen of, zoals gezegd, kunnen leiden tot morbiditeit en sterfte van de foetus. diagnostiek bij foetale Echocardiografie. Een afwijkend hartritme verdient verdere diagnostiek door middel van foetale echocardiografie, omdat de frequentie van structurele hartafwijkingen (normaal 0,8%) in aanwezigheid van verhoogd is tot 10% (bij premature atriumcontracties: 1-2%; bij supraventriculaire tachycardie: 6-10%) M-mode-echografie. Met behulp van zogenaamde M-mode-echografie kan men intra-uterien onderscheid maken tussen sinustachycardie, supraventriculaire tachycardie en ventriculaire tachycardie. Door de M-modecursor zodanig te plaatsen dat deze het atrium en het ventrikel kruist, kunnen de hartfrequentie en de timing van de verschillende bewegingen ten opzichte van elkaar vastgelegd worden (figuur 1) Een cardiotocogram heeft slechts beperkte waarde, daar bij frequenties boven de 200/min registratie onmogelijk is en irregulaire ritmen niet gedetecteerd kunnen worden. mechanisme van de ritmestoornissen Premature atriumcontracties. Premature atriumcontracties leiden tot een atrioventriculair (AV)-blok, doordat de impuls de AV-knoop bereikt wanneer deze in de repolarisatiefase is. De impuls wordt dan niet voortgeleid Leids Universitair Medisch Centrum, afd. Interne Geneeskunde, Leiden. R.Vlagsma, assistent-geneeskundige. Groene Hart Ziekenhuis, afd. Gynaecologie, Gouda. E.Hallensleben, gynaecoloog. Universitair Medisch Centrum Utrecht, locatie Wilhelmina Kinderziekenhuis, afd. Cardiologie, Postbus , 3508 AB Utrecht. E.J.Meijboom, kindercardioloog. Correspondentieadres: E.J.Meijboom. samenvatting Foetale ritmestoornissen treden bij 1-2% van de zwangerschappen op; 10% gaat samen met morbiditeit of sterfte bij de foetus, waaronder structurele hartafwijkingen, foetale dood en neurologische complicaties. De meest voorkomende vorm van foetale aritmie zijn supraventriculaire tachycardieën, 85% bestaat uit onschuldige premature atriumcontracties, 10% betreft tachycardieën met een hartritme van meer dan 180/min. Echocardiografische evaluatie is nodig om structurele afwijkingen uit te sluiten en te bepalen of therapie noodzakelijk is. De prognose van een foetus met een tachycardie is afhankelijk van de eventueel aanwezige pathologische afwijkingen, het type aritmie, de aanwezigheid van hydrops foetalis, de hartfrequentie en het onmiddellijke succes van de behandeling. De behandeling van een foetale tachycardie is afhankelijk van het type aritmie. Gezien de supraventriculaire origine van de meeste tachycardieën kunnen sotalol, flecaïnide en digoxine worden gebruikt, ieder met hun eigen specifieke bijwerkingen. Foetale tachycardieën vereisen onmiddellijke diagnostiek en zo nodig specialistische behandeling. naar het ventrikel, dit heeft een gemiste ventrikelcontractie en een compensatoire pauze tot gevolg (figuur 2) Auscultatoir bemerken wij hierbij gemiste of overgeslagen hartslagen. Supraventriculaire tachycardie. Bij 95% gaat het om een cirkeltachycardie, met een frequentie boven de 180/min, meestal /min, met een 1:1-AV-geleiding Atriumfladderen, een tweede vorm van supraventriculaire tachycardie, wordt veroorzaakt door een circulaire beweging van elektrische activiteit beperkt tot het atrium. De atriumfrequentie kan dan /min bedragen, vaak met een 2:1-, een 3:1- of een variabel AV-blok, waardoor de ventriculaire frequentie /min is. 713 gevolgen van de ritmestoornissen Premature atriumcontracties. Premature extrasystolen leiden niet tot intra-uteriene complicaties. Ze blijven tot kort na de geboorte bestaan en verdwijnen daarna zonder therapie Bij 0,5-2% van de foetussen met premature atriumcontracties ontwikkelt zich echter een supraventriculaire tachycardie Supraventriculaire tachycardie. De foetus met een persisterende tachycardie heeft een hoog risico op het ontstaan van hartfalen en hydrops in utero, die gepaard gaan met een verhoogd risico op foetale dood (20-50%), neurologische complicaties (ongeveer 20%), partus praematurus en neonatale complicaties. De toegenomen zuurstofbehoefte van het myocard bij Ned Tijdschr Geneeskd februari;145(7) 295

2 figuur 1. Het rechter paneel toont de echografische doorsnede van het foetale hart (4-kamerafbeelding) met de tracerlijn van de M-modecursor gericht door de rechter kamer (RV), de tricuspidaalklep en het rechter atrium (RA); (LV = linker ventrikel; LA = linker atrium). Het linker paneel toont het M-mode-echocardiogram waarin een normaal regulair sinusritme is te zien, met de rechterboezemfrequentie onder in beeld, de rechterkamerfrequentie boven in beeld; de schuine pijlen geven de contracties weer. tachycardie leidt tot ventriculaire disfunctie. Indien deze persisteert, ontstaat dilatatie van atria en ventrikels en insufficiëntie van de AV-kleppen. Het verminderde hartminuutvolume veroorzaakt hydrops foetalis, met toename van pericardvocht, pleuravocht, ascites en oedeem van de huid en uiteindelijk foetale dood Daarnaast veroorzaakt de decompensatie acidose, die het autoregulatiemechanisme van de cerebrale perfusie aantast, hetgeen leidt tot ischemische dan wel hemorragische neurologische schade. 22 behandeling van foetale In het verleden werd vaak met spoed een sectio caesarea verricht. Controle van de aritmie in utero is echter te prefereren, omdat de behandeling van een premature neonatus met een respiratoire-distress-syndroom en hydrops zeer moeilijk is en gepaard gaat met een hoge morbiditeit en sterfte, terwijl de risico s van foetale medicamenteuze behandeling beperkter zijn Slechts wanneer therapie faalt en de foetus mature longen heeft, a PAC b figuur 2. (a) M-mode-echocardiogram waarop een premature atriumcontractie (PAC) is te zien: de onderste rij pijlen geeft de atriumcontracties weer, de bovenste de ventrikelcontracties; de atriumcontractie komt te vroeg, nog in de repolarisatiefase van het ventrikel, waardoor deze een slag overslaat; (b) M-mode-echocardiogram van foetaal fladderen: de atriumcontracties tonen een frequentie van 448/min (het tijdsverloop tussen de verticale stippellijnen bedraagt 268 ms) met een ventriculaire frequentie van 224/min: een 2:1 atrioventriculair blok. 296 Ned Tijdschr Geneeskd februari;145(7)

3 kan inleiding van de baring overwogen worden. 1 De verschillende behandelopties bij foetale tachycardie volgen hierna. Geen therapie. Behandeling van een ritmestoornis is niet nodig wanneer complicaties onwaarschijnlijk zijn, zoals bij premature atriumcontracties. Medicamenteuze therapie. Bij de zwangere kan de therapie oraal of intraveneus worden toegepast, bij de vrucht intra-amniotisch of intra-umbilicaal. Van de gebruikte antiarrhythmica zijn geen teratogene effecten beschreven indien ze worden toegediend na het eerste trimester, terwijl foetale tachycardieën alleen voorkomen na het tweede trimester van de zwangerschap. De meeste antiarrhythmica hebben echter een pro-aritmogeen effect als bijwerking. Daarom moet vooraf altijd een zorgvuldige afweging van de risico s voor zwangere en kind plaatsvinden Risico s voor de zwangere worden beperkt door een anamnese ter opsporing van eventuele preëxistente ritmestoornissen en een ECG als onderdeel van een cardiologische beoordeling. De keuze voor een anti-aritmisch middel blijft een compromis tussen effectiviteit en de eventuele complicaties voor zwangere en kind, 1 mede omdat behandeling bij voorkeur plaatsvindt via toediening aan de vrouw. Directe foetale therapie is wel gebruikt bij ernstige hydrops, maar gaat samen met een sterk verhoogd risico van morbiditeit en sterfte. 1 Van Engelen et al. laten zien dat hoewel foetussen met hydrops een langere behandelduur en een groter aantal medicamenten nodig hebben conversie van de aritmie toch bereikt kan worden. 17 De aanwezigheid van hydrops lijkt de transplacentaire passage van medicamenten te verminderen. Verapamil (klasse-iv-antiarrhythmicum). Verapamil blokkeert de geleiding in de AV-knoop en werd gebruikt bij re-entry -tachycardieën, 12 tot in 1987 onderzoeken lieten zien dat het negatieve effecten heeft op de myocardfunctie. 17 Amiodaron (klasse-iii-antiarrhythmicum). Amiodaron verlengt de refractaire periode, vertraagt de geleiding in de AV-knoop en in de accessoire AV-geleidingsbanen en is zeer succesvol in de conversie van foetale tachycardieën. De lange halfwaardetijd en de toxische effecten op de ontwikkeling van schildklier, myocard en brein van de foetus maken het tot een middel dat slechts in uitzonderlijke situaties gebruikt wordt Sotalol (klasse-iii-antiarrhythmicum). Sotalol, een β- adrenerge antagonist die de duur van de refractaire periode verlengt, is zeer effectief bij de behandeling van supraventriculaire tachycardie bij volwassenen, kinderen en foetussen De placentapassage bedraagt %. Sotalol heeft met name een hoog succespercentage bij foetussen met hydrops Het pro-aritmogene effect van sotalol en de mogelijke sterfte als gevolg daarvan vormen een beperkende factor Flecaïnide (klasse-ic-antiarrhythmicum). Flecaïnide verlaagt de geleidingssnelheid, verlengt de duur van de refractaire periode en is gemakkelijk te doseren (tabel). De placentapassage bedraagt 80% en het middel heeft in 60-80% een snelle cardioversie tot resultaat, zelfs bij de foetus met hydrops Nadelen van het Medicatiegegevens van geneesmiddelen geïndiceerd bij foetale medicament dosering spiegel digoxine flecaïnide sotalol amiodaron zwangere foetus* i.v. 1,5 mg (in 3 delen om de 8 h) 1-2 ng/ml 0,6:1 p.o. 0,25 tot 1,0 mg/dag p.o. 150 mg 2 dd (2 doseringen) 0,2-1 µg/ml 0,86:1 p.o mg 2 dd p.o mg/24 h 2-7 µg/ml 1,05:1 p.o mg/24 h 1-2,5 µg/ml 0,1-0,3:1 *Verhouding met de spiegel bij de zwangere. gebruik van flecaïnide zijn het negatief inotrope en het pro-aritmogene effect Verschillende onderzoekers rapporteren een significant verhoogde pro-aritmische sterfte bij volwassenen, terwijl ook foetale sterfte na het starten van flecaïnide beschreven is. 21 Toch wordt het gebruik van flecaïnide niet bij voorbaat uitgesloten bij foetale supraventriculaire tachycardie, 20 maar het is waarschijnlijk geen goed middel voor de behandeling van atriumfladderen omdat het de ventrikelrespons en daarmee de hartfrequentie kan verhogen 20 met een risico van 10% op foetale sterfte. 29 Digoxine. Digoxine heeft een positief inotrope werking, remt de atrioventriculaire geleiding en induceert een sinusbradycardie. Het gebruik geeft weinig ernstige complicaties en is bovendien goed gedocumenteerd; de doseringen staan in de tabel De transplacentaire pas sage van digoxine bedraagt echter slechts 40-50%, neemt in geval van hydrops af tot 10% en het succespercentage bij de bestrijding van aritmie is slechts In combinatie met sotalol of amiodaron stijgt dit tot 50-60%. 21 beloop van foetale Farmacotherapeutische interventie bij de foetus met een supraventriculaire tachycardie heeft tot doel het sinusritme te herstellen, dan wel, in geval van atriumfladderen een acceptabele ventrikelfrequentie te bereiken. Bij adequate behandeling van de tachycardie wordt doorgaans binnen twee weken een toestand van blijvend sinusritme verkregen, al kunnen kortdurende perioden van supraventriculaire tachycardie blijven optreden. Bij de behandeling met digoxine wordt vaak peri- en postnatale terugkeer van de aritmie waargenomen, dit blijkt veel minder het geval indien sotalol gebruikt wordt. Postnataal wordt alleen medicatie geadviseerd indien een terugkeer van de tachycardie heeft plaatsgevonden; deze medicatie kan doorgaans na een jaar gestaakt wor- Ned Tijdschr Geneeskd februari;145(7) 297

4 den Het blijkt dat de patiënten zich op lange termijn ongestoord ontwikkelen; dit geldt niet voor patiënten die definitieve neurologische schade hebben opgelopen. 22 beschouwing Foetale supraventriculaire ritmestoornissen hebben, mits tijdig gediagnosticeerd en behandeld, in het algemeen een gunstige prognose. Indien een foetale tachycardie samenhangt met een structurele hartafwijking wordt de prognose bepaald door de ernst van die hartafwijking. Een uitgebreid echocardiografisch onderzoek van iedere foetus met een aritmie lijkt dan ook geïndiceerd. Premature atriumcontracties. Premature atriumcontracties vormen het grootste percentage van de foetale ritmestoornissen en hebben een goedaardig beloop Deze atriumcontracties behoeven geen therapie, maar verdienen, in verband met een klein risico op het ontstaan van een aanhoudende supraventriculaire tachycardie, frequente controle van het hartritme door de verwijzend behandelaar Persisterende/paroxismale supraventriculaire tachycardieën. Alhoewel foetale tachycardieën een wisselend beeld tonen bij presentatie is er een persisterende tachycardie. Het diagnostische probleem is groter bij paroxismale tachycardieën, waarbij meerdere echocardiografische onderzoeken of soms zelfs continue registraties nodig zijn om de diagnose te stellen. In de praktijk behandelt men paroxismale tachycardieën, mits ze meer dan één keer zijn vastgelegd en langer duren dan 10 min, omdat ze gemakkelijk kunnen overgaan in persisterende supraventriculaire tachycardieën, en ook op zichzelf hydrops kunnen veroorzaken. Ze spelen eveneens een belangrijke rol bij het ontstaan van cerebrale complicaties, omdat de plotselinge veranderingen in hartfrequentie ernstige consequenties hebben voor het handhaven van een constante cerebrale doorbloeding bij een verstoorde autoregulatie. 22 Persisterende supraventriculaire tachycardie rechtvaardigt een onmiddellijke behandeling omdat bij hartfrequenties boven de 230/min een verhoogd risico bestaat op het ontstaan van hydrops foetalis Is deze eenmaal aanwezig, dan is de behandeling van de ritmestoornis veel gecompliceerder 21 en heeft de foetus een verhoogd risico te overlijden (20-50%) en een risico van ongeveer 20% op neurologische schade. Atriumfladderen. Patiënten met atriumfladderen vormen een specifieke subgroep, die in het algemeen moeilijker te behandelen is. De slechte prognose van atriumfladderen en hydrops rechtvaardigen intra-uteriene therapie. 14 Hoewel ook bij deze patiënten het bereiken van normaal sinusritme wordt nagestreefd, moet vanwege de hoge therapieresistentie van deze afwijking vaak genoegen genomen worden met het bereiken van een partieel AV-blok met een ventriculaire frequentie die niet boven de 200/min komt. 7 Digoxinetherapie is lang eerste keus geweest gezien de bewezen effectiviteit en het bekende en relatief onschuldige bijwerkingenprofiel. 1 De toxische effecten op de zwangere (nausea), de rechutes van atriumfladderen ten tijde van de partus en het beperkte succespercentage bij de foetus met hydrops hebben ertoe geleid dat zowel flecaïnide als sotalol vaak toegepaste therapieën zijn geworden. Hun potentiële pro-aritmogene effecten maken echter dat men nog steeds op zoek is naar betere, geneesmiddelen. Tertiair centrum. Foetussen en neonati met een supraventriculaire tachycardie verkeren in een labiel hemodynamisch evenwicht en kunnen daardoor in acute nood raken; directe opvang in een tertiair centrum is dan wenselijk. Het verdient daarom aanbeveling ook de perinatale behandeling in een dergelijk centrum plaats te laten vinden, temeer daar postnataal bij 25-50% een terugkeer van de tachycardie wordt gezien die continuering van de therapie vereist De behoefte aan medicamenteuze therapie neemt af met de leeftijd en de patiënten lijken zich verder normaal te ontwikkelen. conclusie Premature atriumcontracties komen veelvuldig voor, zijn onschuldig en behoeven geen behandeling. Foetale tachycardieën zijn zeldzaam, maar als ze optreden, vormen ze een ernstige bedreiging voor de foetus en verdienen ze onmiddellijke diagnosticering en specialistische behandeling in een centrum voor perinatale zorg. Sotalol en flecaïnide, per os door de zwangere te gebruiken, vormen op dit moment de middelen van voorkeur bij de behandeling van supraventriculaire foetale tachycardie. abstract Supraventricular tachycardias and premature atrial contractions in the foetus Foetal arrhythmias are encountered in 1-2% of pregnancies and 10% of these are associated with some form of foetal mortality or morbidity, including structural heart disease, foetal death and neurological complications. The most frequent types of arrhythmia are supraventricular arrhythmias of which the innocent premature atrial depolarisations make up 85%; 10% are tachycardias with a foetal heart rate of over 180/min. Echocardiographic evaluation is required to exclude associated structural abnormalities and to decide whether therapy is required. The prognosis of a foetus with tachycardia depends on the presence of associated pathology, the type of arrhythmia, the presence of foetal hydrops, the heart rate and the adequacy of treatment. The treatment of foetal tachycardia depends on the type of the tachycardia and since most tachycardias are of supraventricular origin the therapeutic armamentarium includes digoxin, sotalol and flecainide, each with its specific side effects. Foetal tachycardia patients require immediate diagnosis and if necessary therapy in a specialized center. literatuur 1 Meijboom EJ, Engelen AD van, Beek EW van de, Weijtens O, Lautenschutz JM, Benatar AA. Fetal arrhythmias. Curr Opin Cardiol 1994;9: Reed KL. Fetal arrhythmias: etiology, diagnosis, pathophysiology, and treatment. Semin Perinatol 1989;13: Ned Tijdschr Geneeskd februari;145(7)

5 3 Southall DP, Richards J, Hardwick RA, Shinebourne EA, Gibbens GLD, Thelwall-Jones H, et al. Prospective study of fetal heart rate and rhythm patterns. Arch Dis Child 1980;55: Respondek M, Wloch A, Kaczmarek P, Borowski D, Wilczynski J, Helwich E. Diagnostic and perinatal management of fetal extrasystole. Pediatr Cardiol 1997;18: Eronen M. Outcome of fetuses with heart disease diagnosed in utero. Arch Dis Child Fetal Neonatal Ed 1997;77:F Friedman AH, Copel JA, Kleinman CS. Fetal echocardiography and fetal cardiology: indications, diagnosis and management. Semin Perinatol 1993;17: Jaeggi E, Fouron JC, Drblik SP. Fetal atrial flutter: diagnosis, clinical features, treatment, and outcome. J Pediatr 1998;132: Lingman G, Lundström NR, Marsál K, Ohrlander S. Fetal cardiac arrhythmia. Clinical outcome in 113 cases. Acta Obstet Gynecol Scand 1986;65: Bergmans MGM, Jonker GJ, Kock HCLV. Fetal supraventricular tachycardia. Review of the literature. Obstet Gynecol Surv 1985;40: Fyfe DA, Meyer KB, Case CL. Sonographic assessment of fetal cardiac arrhythmias. Semin Ultrasound CT MR 1993;14: Stewart PA, Wladimiroff JW. Fetal atrial arrhythmias associated with redundancy/aneurysm of the foramen ovale. J Clin Ultrasound 1998;16: Kleinman CS, Copel JA, Weinstein EM, Santulli jr TV, Hobbins JC. Treatment of fetal supraventricular tachyarrhythmias. J Clin Ultrasound 1985;13: Kleinman CS, Copel JA, Weinstein EM, Santulli jr TV, Hobbins JC. In utero diagnosis and treatment of fetal supraventricular tachycardia. Semin Perinatol 1985;9: Copel JA, Friedman AH, Kleinman CS. Management of fetal cardiac arrhythmias. Obstet Gynecol Clin North Am 1997;24: Toro L, Weintraub RG, Shiota T, Sahn DJ, Sahn C, McDonald RW, et al. Relation between persistent atrial arrhythmias and redundant septum primum flap (atrial septal aneurysm) in fetuses. Am J Cardiol 1994;73: Naheed ZJ, Strasburger JF, Deal BJ, Benson jr DW, Gidding SS. Fetal tachycardia: mechanisms and predictors of hydrops fetalis. J Am Coll Cardiol 1996;27: Engelen AD van, Weijtens O, Brenner JI, Kleinman CS, Copel JA, Stoutenbeek P, et al. Management outcome and follow-up of fetal tachycardia. J Am Coll Cardiol 1994;24: Frohn-Mulder IM, Stewart PA, Witsenburg M, Hollander NS den, Wladimiroff JW, Hess J. The efficacy of flecainide versus digoxin in the management of fetal supraventricular tachycardia. Prenat Diagn 1995;15: Wladimiroff JW, Stewart PA. Treatment of fetal cardiac arrhythmias. Br J Hosp Med 1985;34: Allan LD, Chita SK, Sharland GK, Maxwell D, Priestley K. Flecainide in the treatment of fetal tachycardias. Br Heart J 1991; 65: Barjot P, Hamel P, Calmelet P, Maragnes P, Herlicoviez M. Flecainide against fetal supraventricular tachycardia complicated by hydrops fetalis. Acta Obstet Gynecol Scand 1998;77: Schade RP, Stoutenbeek P, Vries LS de, Meijboom EJ. Neurological morbidity after fetal supraventricular tachyarrhythmia. Ultrasound Obstet Gynecol 1999;13: Sonesson SE, Winberg P, Lidegran M, Westgren M. Foetal supraventricular tachycardia and cerebral complications. Acta Paediatr 1996;85: Gembruch U, Redel DA, Bald R, Hansmann M. Longitudinal study in 18 cases of fetal supraventricular tachycardia: Doppler echocardiographic findings and pathophysiologic implications. Am Heart J 1993;125(5 Pt 1): Kanhai HHH, Kamp IL van, Moolenaar AJ, Bennebroek Gravenhorst J. Transplacental passage of digoxin in severe Rhesus immunization. J Perinat Med 1990;18: Smoleniec JS, Martin R, James DK. Intermittent fetal tachycardia and fetal hydrops. Arch Dis Child 1991;66: Arnoux P, Seyral P, Llurens M, Djiane P, Potier A, Unal D, et al. Amiodarone and digoxin for refractory fetal tachycardia. Am J Cardiol 1987;59: Perry JC, Ayres NA, Carpenter jr RJ. Fetal supraventricular tachycardia treated with flecainide acetate. J Pediatr 1991;118: Allan LD. Fetal cardiology. Curr Opin Obstet Gynecol 1996;8: Sonesson SE, Fouron JC, Wesslen-Eriksson E, Jaeggi E, Winberg P. Foetal supraventricular tachycardia treated with sotalol. Acta Paediatr 1998;87: Oudijk MA, Michon MM, Kleinman CS, Kapusta L, Stoutenbeek P, Visser GHA, et al. Sotalol in the treatment of fetal dysrhythmias. Circulation 2000;101: Lisowski LA, Verheijen PM, Benatar AA, Soyeur DJG, Stoutenbeek P, Brenner JI, et al. Atrial flutter in the perinatal age group: diagnosis, management and outcome J Am Coll Cardiol 2000;35: Erkkola R, Lammintausta R, Liukko P, Anttila M. Transfer of propranolol and sotalol across the human placenta. Their effect on maternal and fetal plasma renin activity. Acta Obstet Gynecol Scand 1982;61: Hackett LP, Wojnar-Horton RE, Dusci LJ, Ilett KF, Roberts MJ. Excretion of sotalol in breast milk. Br J Clin Pharmacol 1990;29: Wagner X, Jouglard J, Moulin M, Miller AM, Petitjean J, Pisapia A. Coadministration of flecainide acetate and sotalol during pregnancy: lack of teratogenic effects, passage across the placenta, and excretion in human breast milk. Am Heart J 1990;119(3 Pt 1): Hijazi ZM, Rosenfeld LE, Copel JA, Kleinman CS. Amiodarone therapy of intractable atrial flutter in a premature hydropic neonate. Pediatr Cardiol 1992;13: Aanvaard op 4 september 2000 Bladvulling Over concurrentie en dankbaarheid Zooals ik zeide, wordt van den geneeskundige meer en fijneren arbeid geëischt dan voorheen. Voor dezen meerderen arbeid, in dit geval niet door verfijning der technische hulpmiddelen verlicht, maar verzwaard, zullen meer arbeiders noodig zijn, en wij behoeven dus in toename van het aantal geneeskundigen op zich zelf nog geen bezwaar te zien, mits, en hieromtrent bestaat twijfel, die toename geëvenredigd is aan den meerderen arbeid. Indien echter het aantal arbeiders sterker toeneemt, dan de arbeid die voor hen te verrichten valt, ontstaat de harde strijd die den jongen evenzeer belet om vooruit te komen, als hij den ouderen te vroeg naar zijn zin het werk ontneemt. Dan moet om den broode of om de positie worden gevochten met wapenen, die dikwijls reeds pijnlijk treffen, wanneer het eerlijke wapenen zijn, maar gerechtvaardigde ergernis verwekken, wanneer zij moreele dumdumkogels moeten genoemd worden. Ik kan de vrees niet onderdrukken, dat in de twintigste eeuw naast de meerdere inspanning, die het vak zelf eischt, door scherpe concurrentie zoowel gerechtvaardigde als ongerechtvaardigde ergernis bij jongeren en ouderen het levensgenot zullen verminderen. De bezwaren aan een niet steeds gemakkelijken of aangenamen arbeid verbonden, de moeite en zorg, die zware concurrentie berokkenen, ik weet het, zij waren ook het deel van vele onzer vroegere collega s, zij zijn niet nieuw, komen alleen van tijd tot tijd in meer geprononceerden vorm voor den dag, zij behooren nu eenmaal tot het vak en zijn des te gemakkelijker te dragen naarmate den geneeskundige grootere waardeering van den kant zijner patiënten ten deel valt. Of deze echter in de nieuwe eeuw grooter zijn, dan in de oude, waag ik niet te voorspellen, maar oudere tijdgenooten verzekeren mij, dat de band tusschen patiënt en geneeskundige verslapt, dat de andere tijdsomstandigheden meer dan vroeger de patiënten onbillijk doen zijn tegenover hun geneesheer en dat evenals in allerlei andere opzichten de dankbaarheid de wereld uitgaat. (Ned Tijdschr Geneeskd 1901;45II:4-5.) Ned Tijdschr Geneeskd februari;145(7) 299

Chapter Protocollen voor de behandeling van supraventriculaire tachycardieën bij de foetus

Chapter Protocollen voor de behandeling van supraventriculaire tachycardieën bij de foetus Chapter 8 Protocollen voor de behandeling van supraventriculaire tachycardieën bij de foetus Martijn A. Oudijk Barbara Ambachtsheer Philip Stoutenbeek Erik J. Meijboom 140 141 Chapter 8 Abstract Protocols

Nadere informatie

Foetale hartritmestoornissen

Foetale hartritmestoornissen Casuïstiek bespreking RCPSNH 12 maart 2019 Dr. Els Grijseels, arts Prenatale Geneeskunde, Amsterdam UMC Opbouw presentatie: Achtergrond Overzicht hartritmestoornissen Etiologie Diagnostiek Behandeling

Nadere informatie

Foetale en neonatale hartritmestoornissen: diagnostiek en behandeling

Foetale en neonatale hartritmestoornissen: diagnostiek en behandeling Foetale en neonatale hartritmestoornissen: diagnostiek en behandeling I.M.E. Frohn-Mulder, kindercardioloog P.C. Schut, prenataal arts Erasmus MC Casuïstiekavond SPSZN 21 november 2017 Als het hart van

Nadere informatie

Diagnostiek, behandeling en follow-up van foetale hartritmestoornissen

Diagnostiek, behandeling en follow-up van foetale hartritmestoornissen Diagnostiek, behandeling en follow-up van foetale hartritmestoornissen I.M.E. Frohn-Mulder, kindercardioloog P.C. Schut, prenataal arts Erasmus MC GUO-cursus 21 maart 2018 Als het hart van slag is Overzicht

Nadere informatie

Fetal heart rate. Het hartritme voor en na geboorte. Fetal heart rate 22/04/2013. Het hart : een elektrisch aangestuurde pomp

Fetal heart rate. Het hartritme voor en na geboorte. Fetal heart rate 22/04/2013. Het hart : een elektrisch aangestuurde pomp Het hart : een elektrisch aangestuurde pomp Het hartritme voor en na geboorte Dr. Wim Decaluwe Neonatologie kindercardiologie AZ Sint-Jan Brugge- Fetal heart rate The fetal heart begins to beat at approximately

Nadere informatie

Samenvatting en nabeschouwing. Deel I: Foetale tachycardieën

Samenvatting en nabeschouwing. Deel I: Foetale tachycardieën Chapter 11 Samenvatting en nabeschouwing De foetale hartslag is een belangrijke parameter voor het verkrijgen van inzicht in de conditie van de foetus. Aangezien het, het doel van verloskundige zorg is

Nadere informatie

Behandeling van atrium fibrilleren op de IC. Mirjam Wikkerink, ANIOS IC

Behandeling van atrium fibrilleren op de IC. Mirjam Wikkerink, ANIOS IC Behandeling van atrium fibrilleren op de IC Mirjam Wikkerink, ANIOS IC AF op IC 15% van de patiënten, meestal in de eerste 72 uur na ontstaan van sepsis Verminderde atriale contractie, hoge ventriculaire

Nadere informatie

Anti-artimica Marieke Aalbers Ziekenhuisapotheker Treant Zorggroep NVZA: SIG cardiologie

Anti-artimica Marieke Aalbers Ziekenhuisapotheker Treant Zorggroep NVZA: SIG cardiologie Anti-artimica Marieke Aalbers Ziekenhuisapotheker Treant Zorggroep NVZA: SIG cardiologie Syncope Syncope als bijwerking van geneesmiddelen: Anti-aritmica Diuretica Anti-depressiva Antihypertensiva Geneesmiddelen

Nadere informatie

Boezemfibrilleren in de dagelijkse praktijk. Refik Kaplan Cardioloog SXB

Boezemfibrilleren in de dagelijkse praktijk. Refik Kaplan Cardioloog SXB Boezemfibrilleren in de dagelijkse praktijk Refik Kaplan Cardioloog SXB Boezemfibrilleren Ontbreken van relatie tussen sinusknoop activiteit en ventriculaire activiteit Elektrische activatie uit meerdere

Nadere informatie

NEDERLANDSE SAMENVATTING

NEDERLANDSE SAMENVATTING Chapter 9 NEDERLANDSE SAMENVATTING Boezemfibrilleren is een zeer frequent voorkomende hartritmestoornis en daardoor een belangrijk klinisch probleem. Onder de westerse bevolking is de kans op boezemfibrilleren

Nadere informatie

THEMA-AVOND ELEKTROCARDIOGRAFIE

THEMA-AVOND ELEKTROCARDIOGRAFIE THEMA-AVOND ELEKTROCARDIOGRAFIE Drs. E. Göbel; J. Rademakers Differentiaaldiagnose in tachy-aritmieën AV nodale reentry tachycardie (AVNRT) Twee gescheiden geleidingsbanen in AV knoop Snel geleidend,

Nadere informatie

De medicamenteuze behandeling van VKF. Do s & Don ts. Dr. Guy Lenders, MD Cardioloog Interventiecardioloog Afdelingshoofd cathlab AZ Monica

De medicamenteuze behandeling van VKF. Do s & Don ts. Dr. Guy Lenders, MD Cardioloog Interventiecardioloog Afdelingshoofd cathlab AZ Monica De medicamenteuze behandeling van VKF Do s & Don ts Dr. Guy Lenders, MD Cardioloog Interventiecardioloog Afdelingshoofd cathlab AZ Monica 1 Voorkamerfibrillatie 2 Meest voorkomende aritmie wereldwijd Immense

Nadere informatie

De waarde van het oppervlakte ECG in volwassenen met een aangeboren hartafwijking. R. Evertz Cardioloog/Elektrofysioloog

De waarde van het oppervlakte ECG in volwassenen met een aangeboren hartafwijking. R. Evertz Cardioloog/Elektrofysioloog De waarde van het oppervlakte ECG in volwassenen met een aangeboren hartafwijking R. Evertz Cardioloog/Elektrofysioloog Continuous Nursing Education Utrecht, Dinsdag 14 februari 2017 Is het ECG behulpzaam?

Nadere informatie

Acute behandeling van atriumfibrilleren en atriumflutter. Ad Oomen Cardioloog Amphia Ziekenhuis

Acute behandeling van atriumfibrilleren en atriumflutter. Ad Oomen Cardioloog Amphia Ziekenhuis Acute behandeling van atriumfibrilleren en atriumflutter Ad Oomen Cardioloog Amphia Ziekenhuis 5-6-2019 Inhoud Introductie Instabiele patiënten Stabiele patiënten Rhythm control vs rate control ECV vs

Nadere informatie

Aangeboren hartafwijkingen, een prenatale diagnose. Lieke Rozendaal Kindercardioloog LUMC 20-01-2015

Aangeboren hartafwijkingen, een prenatale diagnose. Lieke Rozendaal Kindercardioloog LUMC 20-01-2015 Aangeboren hartafwijkingen, een prenatale diagnose Lieke Rozendaal Kindercardioloog LUMC 20-01-2015 20 januari 2015 Aangeboren hartafwijkingen (AHA) Zeldzaam: 6-8 op 1000 pasgeborenen Complexe hartafwijkingen:

Nadere informatie

Voriconazol en ritmestoornissen

Voriconazol en ritmestoornissen Voriconazol en ritmestoornissen MDO bespreking 29-10-2014 Michelle Oude Alink Casus Man 68 jaar oud Voorgeschiedenis 2014, juni: myocardinfarct wv DES-stent Sinds september verdenking pneumonie, aanvankelijk

Nadere informatie

Cardiologie Polikliniek Atriumfibrilleren (AF-poli)

Cardiologie Polikliniek Atriumfibrilleren (AF-poli) Cardiologie Polikliniek Atriumfibrilleren (AF-poli) Uw afspraak Plaats : d.d om uur : Polikliniek cardiologie Inhoudsopgave Inleiding... 1 De AF-poli... 1 Atriumfibrilleren... 2 Het ontstaan van atriumfibrilleren...

Nadere informatie

Mijn patiënt heeft palpitaties. Dr. Joris Schurmans 26/9/2015

Mijn patiënt heeft palpitaties. Dr. Joris Schurmans 26/9/2015 Palpitaties Mijn patiënt heeft palpitaties Dr. Joris Schurmans 26/9/2015 Palpitaties Palpitaties Hartritme-stoornissen Diagnostische work-up Hartritme-stoornissen Hartritme-stoornissen Palpitaties Palpitaties

Nadere informatie

non-profit / open access / physician moderated / up-to-date Ritmestoornissen

non-profit / open access / physician moderated / up-to-date Ritmestoornissen non-profit / open access / physician moderated / up-to-date Ritmestoornissen Indeling ritmestoornissen Naar origine Ritmestoornissen Nomenclatuur Extrasystolie : vroeg vallende slag Escapeslag: eerste

Nadere informatie

Johan Vijgen. ECG bij hartritmestoornissen

Johan Vijgen. ECG bij hartritmestoornissen Johan Vijgen ECG bij hartritmestoornissen De patiënt heeft ritmestoornissen De patiënt had ritmestoornissen De patiënt wordt behandeld voor ritmestoornissen ECG bij hartritmestoornissen De patiënt heeft

Nadere informatie

Het Erasmus MC hartteam, vruchtbare samenwerking voor moeder en kind.

Het Erasmus MC hartteam, vruchtbare samenwerking voor moeder en kind. Het Erasmus MC hartteam, vruchtbare samenwerking voor moeder en kind. Dr. J.J. Duvekot, gynaecoloog/perinatoloog Moeder en Kind Centrum subafdeling verloskunde en prenatale geneeskunde Erasmus MC, Rotterdam

Nadere informatie

Cardiologie Polikliniek Atriumfibrilleren (AF-poli)

Cardiologie Polikliniek Atriumfibrilleren (AF-poli) Cardiologie Polikliniek Atriumfibrilleren (AF-poli) Uw afspraak U wordt verwacht op: datum:. tijdstip:... Inhoudsopgave Inleiding... 1 De AF-poli... 1 Atriumfibrilleren... 2 Het ontstaan van atriumfibrilleren...

Nadere informatie

Tweede screening bij Rhc-negatieve vrouwen: Wat levert het op?

Tweede screening bij Rhc-negatieve vrouwen: Wat levert het op? Tweede screening bij Rhc-negatieve vrouwen: Wat levert het op? 1 INHOUD PSIE programma Antistoffen Ontstaan en Risico Achtergrond Rhc-screening Doel Rhc-screening Evaluatiestudie Rhc-screening Opzet Inclusies

Nadere informatie

2. De incidentie van zwangerschap beëindiging voor hypertensieve aandoeningen op de grens van foetale levensvatbaarheid in Nederland.

2. De incidentie van zwangerschap beëindiging voor hypertensieve aandoeningen op de grens van foetale levensvatbaarheid in Nederland. Tijdens de zwangerschap kan de gezondheid van de moeder ernstig bedreigd worden door verschillende aandoeningen. Deze aandoeningen kunnen veroorzaakt worden door de zwangerschap zelf, zoals bijvoorbeeld

Nadere informatie

De oudere patiënt met comorbiditeit

De oudere patiënt met comorbiditeit De oudere patiënt met comorbiditeit Dr. Arend Mosterd cardioloog Meander Medisch Centrum, Amersfoort Dr. Irène Oudejans klinisch geriater Elkerliek ziekenhuis, Helmond Hartfalen Prevalentie 85 plussers

Nadere informatie

Rechts ECG: V3 t/m V6 uitpolen naar rechts om rechter ventrikel te bekijken op ischaemie. Belangrijk voor behandeling ( Vullen? ja/nee?

Rechts ECG: V3 t/m V6 uitpolen naar rechts om rechter ventrikel te bekijken op ischaemie. Belangrijk voor behandeling ( Vullen? ja/nee? ECG diagnostiek Aansluiten Electrode tbv Electro Cardio Gram Rood Geel :Rechter arm / Schouder : Linker arm /schouder Groen : Linker been/ onderbuik/heup links Zwart : Rechter been/ onderbuik/heup rechts

Nadere informatie

QTc, Wat moet je ermee? J.A. Janson fellow IC, AIOS cardiologie

QTc, Wat moet je ermee? J.A. Janson fellow IC, AIOS cardiologie QTc, Wat moet je ermee? J.A. Janson fellow IC, AIOS cardiologie 01-11-2018 Waarom QT-tijd? - Verhoogd risico op levensbedreigende ritmestoornissen - Verlenging van QT-tijd bij veel medicijnen, derhalve

Nadere informatie

Inclusief levendgeboren kinderen, doodgeboren kinderen en afgebroken zwangerschappen.

Inclusief levendgeboren kinderen, doodgeboren kinderen en afgebroken zwangerschappen. Factsheet Aangeboren hartafwijkingen bij kinderen Cijfers en feiten Prevalentie Aangeboren hartafwijkingen betreffen aanlegstoornissen in de structuur van het hart en/of de grote vaten. De gemiddelde totale

Nadere informatie

Chapter 10. Samenvatting

Chapter 10. Samenvatting Samenvatting Samenvatting: Bij patiënten met een indicatie voor een pacemaker op grond van bradycardieën, komt paroxysmaal atrium fibrilleren (AF) vaak voor (30-50%), ook als deze ritmestoornis voor pacemaker

Nadere informatie

Regioprotocol; Foetale Bewaking durante partu. juni 2016

Regioprotocol; Foetale Bewaking durante partu. juni 2016 Regioprotocol; Foetale Bewaking durante partu juni 2016 Dit document bevat mogelijk vertrouwelijke informatie van JIJWIJ. Het kopiëren en/of verspreiden van dit document zonder voorafgaande schriftelijke

Nadere informatie

Ritme en Geleidingsstoornissen

Ritme en Geleidingsstoornissen Ritme en Geleidingsstoornissen www.skillstat.com/tools/ecgsimulator#/-play Aansluiten = bewaken COMPLEX- OUTPUT Ritme beoordeling Kies bij voorkeur afleiding II Of een afleiding met duidelijke P-top Zorg

Nadere informatie

Richtlijn Varicella Zoster Verloskunde 1 e en 2 e lijn

Richtlijn Varicella Zoster Verloskunde 1 e en 2 e lijn : Pagina 1 van 6 Inhoud Doel... 1 Doelgroep... 1 Definitie... 1 Varicella zoster en zwangerschap... 2 Varicella zoster en neonaten... 3 Bronnen... 4 Bijlagen... 5 Stroomdiagram 1 : Beleid bij zwangere

Nadere informatie

Supra-ventriculaire tachycardie

Supra-ventriculaire tachycardie Supra-ventriculaire tachycardie (SVT) Dr. Sebastiaan Velthuis Cardioloog, Jeroen Bosch Ziekenhuis Typen SVT s Smal complex tachycardie (Inappropriate) Sinustachycardie AF Atriale flutter Atriale tachycardie

Nadere informatie

Paediatric population Rapid conversion to a normal sinus rhythm of paroxysmal supraventricular tachycardia in children aged 0 to 18 years.

Paediatric population Rapid conversion to a normal sinus rhythm of paroxysmal supraventricular tachycardia in children aged 0 to 18 years. ADENOSINE Conclusions from the Art 45 Paediatric Worksharing procedure UK/W/040/pdWS/001 31 July 2013 Final SmPC Recommendations a) Solution for intravenous injection Section 4.1 Therapeutic indications

Nadere informatie

Nimodipine. Luuk van den Bersselaar, ANIOS IC April 2019

Nimodipine. Luuk van den Bersselaar, ANIOS IC April 2019 Nimodipine Luuk van den Bersselaar, ANIOS IC April 2019 Inleiding, profylaxe van vasospasmen SAB à nimodipine CABG met art revascularisatie à diltiazem Amlodipine, nifedipine, nicardipine? Nimodipine Calciumantagonist

Nadere informatie

IN ZWANG PROTOCOL: Preventie recidief spontane vroeggeboorte

IN ZWANG PROTOCOL: Preventie recidief spontane vroeggeboorte IN ZWANG PROTOCOL: Preventie recidief spontane vroeggeboorte DEFINITIE: Vroeggeboorte: bevalling bij amenorroeduur < 37 weken Bij een zwangerschapsduur van meer dan 35 weken wordt het risico van belangrijke

Nadere informatie

12. PERINATAAL BELEID BIJ VERHOOGD RISICO OP AGS

12. PERINATAAL BELEID BIJ VERHOOGD RISICO OP AGS 12. PERINATAAL BELEID BIJ VERHOOGD RISICO OP AGS 1. Prenatale diagnostiek en behandeling met DXM Indicatie: Echtparen, die beiden drager zijn van een mutatie van de klassieke vorm van AGS. Als een van

Nadere informatie

Dag 2 Basiscursus ECG

Dag 2 Basiscursus ECG Dag 2 Basiscursus ECG Jonas de Jong Voorzitter Stichting Cardionetworks Ritmestoornissen non-profit / open access / physician moderated / up-to-date Cursusoverzicht Dag 1: Basis, systematische beoordeling

Nadere informatie

PILLENCOCKTAILS: HARTVEROVEREND. Aspecten van geneesmiddelen bij atriumfibrilleren

PILLENCOCKTAILS: HARTVEROVEREND. Aspecten van geneesmiddelen bij atriumfibrilleren PILLENCOCKTAILS: HARTVEROVEREND Aspecten van geneesmiddelen bij atriumfibrilleren INHOUD Presentatie (20-25 minuten) Inleiding Medicamenteuze behandeling atriumfibrilleren Geneesmiddelgroepen Bijwerkingen

Nadere informatie

Doel Behandeling bij Varicella Zoster virus (VZV) tijdens de zwangerschap en bij neonaat.

Doel Behandeling bij Varicella Zoster virus (VZV) tijdens de zwangerschap en bij neonaat. : Pagina 1 van 5 Doel Behandeling bij Varicella Zoster virus (VZV) tijdens de zwangerschap en bij neonaat. Doelgroep Kinderarts en gynaecoloog. Algemene aandachtspunten Overtuig je van de juiste patiënt

Nadere informatie

AANGEBOREN AFWIJKINGEN

AANGEBOREN AFWIJKINGEN Prenatale Geneeskunde voor de specialist: AANGEBOREN AFWIJKINGEN Het continuüm van prenatale en neonatale diagnostiek en behandeling 31 januari en 1 februari 2019 a a a a a a Doelgroep: Gynaecologen (io),

Nadere informatie

Dag 2 Basiscursus ECG

Dag 2 Basiscursus ECG Dag 2 Basiscursus ECG Jonas de Jong Voorzitter Stichting Cardionetworks Korte herhaling van 1 e twee dagen Ritmestoornissen non-profit / open access / physician moderated / up-to-date Cursusoverzicht Dag

Nadere informatie

Ventrikelstorm. Hoe zorg je dat de storm gaat liggen. J.G. van der Hoeven

Ventrikelstorm. Hoe zorg je dat de storm gaat liggen. J.G. van der Hoeven Ventrikelstorm Hoe zorg je dat de storm gaat liggen J.G. van der Hoeven Definitie Minimaal 3 gescheiden episoden van sustained VT of VF binnen 24 uur of VT die minimaal 12 uur aanhoudt Bij aanwezigheid

Nadere informatie

Chronisch Atriumfibrilleren

Chronisch Atriumfibrilleren Chronisch Atriumfibrilleren Wanneer terugverwijzen naar de huisarts? Dr. C.J.H.J. Kirchhof, cardioloog Alrijne Zorggroep, Leiderdorp Disclosure potential conflicts of interest Geen Atriumfibrilleren 165

Nadere informatie

Regioprotocol Foetale Bewaking durante partu.

Regioprotocol Foetale Bewaking durante partu. Regioprotocol Foetale Bewaking durante partu.! Colofon: Datum 1 e versie: juni 2016 Versie: 1 Samenstelling werkgroep: M. Jonkers, verloskundige 2 e lijn, Den Bosch M. Kreté, verloskundige 1 e lijn, Den

Nadere informatie

Robert Bolderman cardioloog - PhD - fellow electrofysiologie. Palpitaties

Robert Bolderman cardioloog - PhD - fellow electrofysiologie. Palpitaties Robert Bolderman cardioloog - PhD - fellow electrofysiologie Palpitaties Een belangrijk probleem? Palpitaties - Hartkloppingen gevoel van abnormaal hartritme of een abnormale kloppende sensatie als normaal

Nadere informatie

Indeling ritmestoornissen Naar oorsprong

Indeling ritmestoornissen Naar oorsprong RITMESTOORNISSEN Indeling ritmestoornissen Naar oorsprong Ritmestoornissen Nomenclatuur extrasystole : vroeg vallende slag escapeslag: slag volgend op pauze, meestal uit distaal weefsel bradycardie :

Nadere informatie

Verwarring in de zwangerschap

Verwarring in de zwangerschap Verwarring in de zwangerschap The 5th Utrecht Sessions for Congenital Heart Disease Henriëtte ter Heide Kindercardioloog aorta long Hartafwijkingen Geboortecijfer 2016: 172.520 (CBS) 0.8% aangeboren hartafwijkingen:

Nadere informatie

Vragenlijst voor medici

Vragenlijst voor medici Vragenlijst voor medici Vragenlijst Vasa Previa ten behoeve van onderzoek door de Vasa Previa Foundation De VPF wil graag meer inzicht krijgen in de beleving en ervaringen uit de dagelijkse praktijk van

Nadere informatie

Hoe wordt het normale hartritme tot stand gebracht?

Hoe wordt het normale hartritme tot stand gebracht? Boezemfibrilleren De cardioloog heeft vastgesteld dat u een ritmestoornis heeft of heeft gehad, die boezemfibrilleren, ofwel atriumfibrilleren wordt genoemd. In deze folder kunt u hierover meer lezen.

Nadere informatie

Zwangerschap en een ICD CarVasZ 20-11-2015. Wilma de Vries Verpleegkundig specialist Erasmus MC Rotterdam

Zwangerschap en een ICD CarVasZ 20-11-2015. Wilma de Vries Verpleegkundig specialist Erasmus MC Rotterdam Zwangerschap en een ICD CarVasZ 20-11-2015 Wilma de Vries Verpleegkundig specialist Erasmus MC Rotterdam Jong Vrouw ICD Erfelijke hartziekten 1: Cardiomyopathieën (hartspier) 2: Aritmieën (elektische geleiding)

Nadere informatie

Medicalisering van de partus:

Medicalisering van de partus: Medicalisering van de partus: Gevolgen voor de borstvoeding Rob Hardeman Klinisch verloskundige Ziekenhuis Rivierenland Tiel "Borstvoeding loont" 7-10-2008 Medicaliseren van de partus Actief ingrijpen

Nadere informatie

Boezemfibrilleren. Cardiologie

Boezemfibrilleren. Cardiologie Boezemfibrilleren Cardiologie Uw cardioloog stelde vast dat er bij u sprake is van boezemfibrilleren. Dit is een veel voorkomende hartritmestoornis die onschuldig is, als bijtijds de juiste maatregelen

Nadere informatie

Behandeling van Voorkamerfibrillatie anno 2014 Dr Peter Geelen

Behandeling van Voorkamerfibrillatie anno 2014 Dr Peter Geelen Behandeling van Voorkamerfibrillatie anno 2014 Dr Peter Geelen Arrhythmia Unit, Hartcentrum OLV Aalst Atriale Fibrillatie Atriale fibrillatie is de meest voorkomende hartritmestoornis: Eén kans op 4 om

Nadere informatie

ECG basis. Veltion bijscholingsdag Edwin Icke VUmc ICVC/6D. E.Icke ICV VUmc

ECG basis. Veltion bijscholingsdag Edwin Icke VUmc ICVC/6D. E.Icke ICV VUmc Grondbeginselen ECG basis Veltion bijscholingsdag Edwin Icke e.icke@vumc.nl VUmc ICVC/6D Bij elkaar horende afleidingen I Lateraal II Inferior III Inferior avr Hoofdstam avl Lateraal avf Inferior

Nadere informatie

Hartfalen. in een notendop. Dr. Riet Dierckx 22/05/2018

Hartfalen. in een notendop. Dr. Riet Dierckx 22/05/2018 Hartfalen in een notendop Dr. Riet Dierckx 22/05/2018 Hartfalen definitie en classificatie Hartfalen is een klinisch syndroom gekarakteriseerd door symptomen en/of tekenen van congestie objectieve vaststelling

Nadere informatie

De behandeling van hartfalen bij de oudere patiënt. Loes Klieverik WES 11-03-2010

De behandeling van hartfalen bij de oudere patiënt. Loes Klieverik WES 11-03-2010 De behandeling van hartfalen bij de oudere patiënt Loes Klieverik WES 11-03-2010 Wat is oud?? Definitie Hartfalen Tekortschieten van de pompwerking van het hart en veranderingen in de neurohumorale activatie

Nadere informatie

Richtlijnen voor de behandeling van patiënten met supraventriculaire ritmestoornissen

Richtlijnen voor de behandeling van patiënten met supraventriculaire ritmestoornissen Richtlijnen voor de behandeling van patiënten met supraventriculaire ritmestoornissen NVVC-richtlijnen in zakformaat Praktijkrichtlijnen ter evordering van de Kwaliteit van de Klinische Patiëntenzorg Richtlijnen

Nadere informatie

Oefenboek ECG 2e master Geneeskunde. Prof. Dr. Rik Willems

Oefenboek ECG 2e master Geneeskunde. Prof. Dr. Rik Willems Oefenboek ECG 2e master Geneeskunde Prof. Dr. Rik Willems ECG protocol Ritme Frequentie P- golf Duur P- golf PR- segment Besluit ritme QRS- as QRS- duur QRS- ST- segment Duur QT T- top Algemeen besluit

Nadere informatie

EFO / ablatie. Amstel Academie 10 januari 2008 Jonas de Jong AIOS cardiologie AMC

EFO / ablatie. Amstel Academie 10 januari 2008 Jonas de Jong AIOS cardiologie AMC EFO / ablatie Amstel Academie 10 januari 2008 Jonas de Jong AIOS cardiologie AMC EFO 1. Wat is ElectroFysiologisch Onderzoek? (EPS) 2. Welke patiënten krijgen een EFO / indicatie 3. Wat is ablatie 4. Effectiviteit

Nadere informatie

Chapter 12. Nederlandse samenvatting

Chapter 12. Nederlandse samenvatting Chapter 12 Nederlandse samenvatting 164 165 Chapter 12 Prenatale diagnostiek van hartafwijkingen De toename van het gebruik van geavanceerde ultrasound technologie heeft het mogelijk gemaakt om een steeds

Nadere informatie

Richtlijnen voor de behandeling van voorkamerfibrillatie. Dr E Raymenants Cardiologie St Maarten

Richtlijnen voor de behandeling van voorkamerfibrillatie. Dr E Raymenants Cardiologie St Maarten Richtlijnen voor de behandeling van voorkamerfibrillatie Dr E Raymenants Cardiologie St Maarten Inhoud o Epidemiologie Prevalentie Prognose Associatie met CV en andere aandoeningen o Definities & types

Nadere informatie

Reanimatie bij Fontan. Kim Cortenbach Keuze coassistent IC 7 november 2017

Reanimatie bij Fontan. Kim Cortenbach Keuze coassistent IC 7 november 2017 Reanimatie bij Fontan Kim Cortenbach Keuze coassistent IC 7 november 2017 Inhoud Casus Fysiologie van reanimeren Fontancirculatie Reanimatie bij Fontan Vervolg casus Casus Vrouw, 29 jaar RVO/ OHCA bij

Nadere informatie

Schildklierpathologie bij de moeder, wat betekent dat voor de foetus en de neonaat? Willy Visser Attie Go

Schildklierpathologie bij de moeder, wat betekent dat voor de foetus en de neonaat? Willy Visser Attie Go Schildklierpathologie bij de moeder, wat betekent dat voor de foetus en de neonaat? Willy Visser Attie Go Indeling: Focus ligt op de interactie zwangere en foetus, functie schildklier. Maternale deel Foetale

Nadere informatie

Shared Decision Making in de zorg

Shared Decision Making in de zorg Shared Decision Making in de zorg voor patiënten t met Atriumfibrilleren ill Jeroen Hendriks, RN, MSc Maastricht Universitair Medisch Centrum Invitational Conference Shared Decision Making 22 juni 2011

Nadere informatie

MRSA in de verloskunde Dépistage MRSA en gynécologie Sara Pinxten

MRSA in de verloskunde Dépistage MRSA en gynécologie Sara Pinxten MRSA in de verloskunde Dépistage MRSA en gynécologie Sara Pinxten Verpleegkundig ziekenhuishygiëniste AZ Sint-Jan Brugge-Oostende AV Probleemstelling uit de praktijk Sedert januari 2010 gebeurt in AZ Sint-Jan

Nadere informatie

Atriumfibrilleren, je zou er hartkloppingen van krijgen!

Atriumfibrilleren, je zou er hartkloppingen van krijgen! Atriumfibrilleren, je zou er hartkloppingen van krijgen! ATRIUMFIBRILLEREN EN ANTISTOLLING RECENTE ONTWIKKELINGEN WETENSCHAPPELIJKE BIJEENKOMST 2012 Drs. S Rutten- de Jong, cardioloog Elkerliek ziekenhuis

Nadere informatie

Maatschap Gynaecologen Gelderse Vallei Protocol remming weeënactiviteit en foetale longrijping. Protocol weeënremming bij versie stuitligging

Maatschap Gynaecologen Gelderse Vallei Protocol remming weeënactiviteit en foetale longrijping. Protocol weeënremming bij versie stuitligging Maatschap Gynaecologen Gelderse Vallei Protocol remming weeënactiviteit en foetale longrijping. Protocol weeënremming bij versie stuitligging I OMSCHRIJVING VAN HET PROBLEEM Weeënremming is in de obstetrische

Nadere informatie

Een neonatale casus. Paul-Emile Claus GSO klinische biologie 27/01/2016

Een neonatale casus. Paul-Emile Claus GSO klinische biologie 27/01/2016 Een neonatale casus Paul-Emile Claus GSO klinische biologie 27/01/2016 Casus Zwangere 36j Jeuk ++ Geïnduceerde, vaginale bevalling Geboorte baby V. op 36 weken en 2 dagen Hydronefrose re > li GG 3,205

Nadere informatie

Preventie van myocardischemie gedurende anesthesie bij patiënten met coronaire aandoeningen

Preventie van myocardischemie gedurende anesthesie bij patiënten met coronaire aandoeningen Deel IB1 - Samenvatting van de kenmerken van het product 1 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Tildiem injectie 25/5 ml. Tildiem injectie 100/5 ml. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Tildiem injectie

Nadere informatie

Wat klopt er niet? B.M.E. Adriaanse Arts-echoscopist, Prenatale diagnostiek VUmc

Wat klopt er niet? B.M.E. Adriaanse Arts-echoscopist, Prenatale diagnostiek VUmc Wat klopt er niet? B.M.E. Adriaanse Arts-echoscopist, Prenatale diagnostiek VUmc Casus Mw. V G3P1, AD 20+6 Voorgeschiedenis/ depressie (Sertraline) Obstetrisch/ 1 gezond kind, 1 miskraam Geen combinatietest

Nadere informatie

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Van Gerven (SP) over screening op vasa praevia (2013Z01807).

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Van Gerven (SP) over screening op vasa praevia (2013Z01807). > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 2008 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 25 VX DEN HAAG T 070 340 79 F 070 340 78 34

Nadere informatie

Hartafwijkingen bij het Marfan syndroom. Lieke Rozendaal kindercardioloog LUMC

Hartafwijkingen bij het Marfan syndroom. Lieke Rozendaal kindercardioloog LUMC Hartafwijkingen bij het Marfan syndroom Lieke Rozendaal kindercardioloog LUMC 20 januari 2015 Marfan syndroom 28 Fevrier 1896 Autosomaal dominant overervende bindweefselziekte Incidentie 1/5000, 25-30%

Nadere informatie

Dit product mag niet gebruikt worden bij: Overgevoeligheid voor het werkzame bestanddeel of voor één van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen.

Dit product mag niet gebruikt worden bij: Overgevoeligheid voor het werkzame bestanddeel of voor één van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen. Apotheek Catharina Ziekenhuis SPC Voorraadproducten Adenosine inj vlst 2 mg/ml ampul 10 ml 1. Naam van het geneesmiddel Adenosine 2 mg/ml ampul 10 ml 2. Kwalitatieve en kwantitatieve samenstelling Adenosine

Nadere informatie

Foetale therapie in Nederland

Foetale therapie in Nederland STAND VAN ZAKEN Foetale therapie in Nederland Dick Oepkes Met echoscopisch onderzoek kunnen veel afwijkingen van de foetus tijdens de zwangerschap worden vastgesteld. Enkele foetale ziekten kunnen ook

Nadere informatie

University of Groningen. Paroxysmal atrial fibrillation and atrial flutter Suttorp, Maarten Jan

University of Groningen. Paroxysmal atrial fibrillation and atrial flutter Suttorp, Maarten Jan University of Groningen Paroxysmal atrial fibrillation and atrial flutter Suttorp, Maarten Jan IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from

Nadere informatie

Een verwittigd klinisch bioloog is er twee waard? Kathleen Deiteren (klinisch bioloog, UZA) Glenn Van Den Bosch (klinisch bioloog, AZ Herentals)

Een verwittigd klinisch bioloog is er twee waard? Kathleen Deiteren (klinisch bioloog, UZA) Glenn Van Den Bosch (klinisch bioloog, AZ Herentals) Een verwittigd klinisch bioloog is er twee waard? Kathleen Deiteren (klinisch bioloog, UZA) Glenn Van Den Bosch (klinisch bioloog, AZ Herentals) Kliniek dag 0 Een zwangere vrouw van 36j (A-) wordt opgenomen

Nadere informatie

Syncope : nieuwe inzichten

Syncope : nieuwe inzichten Syncope : nieuwe inzichten Dieter De Cleen 2 februari 2019 TLOC Syncope Indeling Reflex syncope vasovagaal situationeel (niezen, mictie, defecatie, ) carotid sinus syndroom Orthostatische syncope medicatie

Nadere informatie

Chapter 7. Prenatale diagnostiek bij structurele congenitale hartafwijkingen; effectiviteit en gevolgen

Chapter 7. Prenatale diagnostiek bij structurele congenitale hartafwijkingen; effectiviteit en gevolgen Chapter 7 Prenatale diagnostiek bij structurele congenitale hartafwijkingen; effectiviteit en gevolgen P.M. Verheijen, M.M. Michon, L.A. Lisowski, M.A. Oudijk, Ph. Stoutenbeek, E.J. Meijboom In press Ned

Nadere informatie

11/01/2013. Een minuutje geduld. Geboorte.. De mens. Afklemmen van de navelstreng anno 2012 Controversieel? . andere zoogdieren

11/01/2013. Een minuutje geduld. Geboorte.. De mens. Afklemmen van de navelstreng anno 2012 Controversieel? . andere zoogdieren Geboorte.. De mens Een minuutje geduld Vroeg- of Laattijdig afnavelen Dr. David Van Laere Neonatoloog UZ Antwerpen. andere zoogdieren Afklemmen van de navelstreng anno 2012 Controversieel? Zoek de verschillen?

Nadere informatie

Introductie ECG. Jonas de Jong

Introductie ECG. Jonas de Jong Introductie ECG Jonas de Jong Basics van het ECG Waarom? Diagnose acuut infarct Ritmestoornissen: wel of niet klappen? Screening: uitsluiten hartziekte Aantonen hartziekte: LVH Risico-inschatting medicatiegebruik

Nadere informatie

Boezemfibrilleren. Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee!

Boezemfibrilleren. Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee! Boezemfibrilleren De cardioloog heeft vastgesteld dat u een ritmestoornis heeft of heeft gehad, die boezemfibrilleren wordt genoemd. In deze brochure kunt u hierover meer lezen. Neem altijd uw verzekeringsgegevens

Nadere informatie

MDO september 2014 CAT: bewijs voor nimodipine bij SAB

MDO september 2014 CAT: bewijs voor nimodipine bij SAB MDO september 2014 CAT: bewijs voor nimodipine bij SAB B. J. Snel AIOS anesthesiologie Rowland MJ, Hadjipavlou G. Delayed cerebral ischemia after subarachnoid haemorrage: looking beyond vasospasm. Br J

Nadere informatie

Dr. Pascal Vanelderen, MD, PhD Kritieke diensten Ziekenhuis Oost-Limburg, Genk

Dr. Pascal Vanelderen, MD, PhD Kritieke diensten Ziekenhuis Oost-Limburg, Genk Dr. Pascal Vanelderen, MD, PhD Kritieke diensten Ziekenhuis Oost-Limburg, Genk Smal-QRS tachycardie Breed-QRS tachycardie I II III avr avl avf V1 V2 V3 V4 V5 V6 Π 1mV >100/min QRS-duur < 120msec VK-flutter/fibrillatie

Nadere informatie

VSV Zoetermeer. Ketenprotocol. Diabetes gravidarum. Auteurs: Esther van Uffelen Ingrid Mourits. Versie 1.0

VSV Zoetermeer. Ketenprotocol. Diabetes gravidarum. Auteurs: Esther van Uffelen Ingrid Mourits. Versie 1.0 Ketenprotocol Auteurs: Esther van Uffelen Ingrid Mourits 1 Inleiding Het Verloskundig Samenwerkings Verband Zoetermeer (VSV Zoetermeer ) is in 2012 opgericht ter verbetering van de verloskundige zorg in

Nadere informatie

Keuzehulp Bevallen na een eerdere keizersnede: vaginale bevalling of een geplande keizersnede? Poli Gynaecologie

Keuzehulp Bevallen na een eerdere keizersnede: vaginale bevalling of een geplande keizersnede? Poli Gynaecologie 00 Keuzehulp Bevallen na een eerdere keizersnede: vaginale bevalling of een geplande keizersnede? Poli Gynaecologie 1 Inleiding Deze keuzehulp is bedoeld voor vrouwen die zwanger zijn en in een eerdere

Nadere informatie

Zwangerschap en HBV. Greet Boland Nationaal Hepatitis Centrum, Amersfoort Afdeling Virologie, Universitair Medisch Centrum Utrecht

Zwangerschap en HBV. Greet Boland Nationaal Hepatitis Centrum, Amersfoort Afdeling Virologie, Universitair Medisch Centrum Utrecht Zwangerschap en HBV Greet Boland Nationaal Hepatitis Centrum, Amersfoort Afdeling Virologie, Universitair Medisch Centrum Utrecht 1 Virale aandoeningen die verticaal overdraagbaar zijn HIV Hepatitis B

Nadere informatie

Ritmestoornissen CCU

Ritmestoornissen CCU Ritmestoornissen CCU Sinusritme P-top P-top aanwezig P-toppen zijn identiek Afstand tussen gelijke toppen is constant 2 Sinus bradycardie Oorsprong prikkelvorming uit de sinusknoop P top, PQ tijd en QRS

Nadere informatie

Kindercardiologie foetale cardiologie. Prenatale diagnostiek. Geneticus. Neonatoloog. Prenatale screening in België

Kindercardiologie foetale cardiologie. Prenatale diagnostiek. Geneticus. Neonatoloog. Prenatale screening in België Foetale cardiologie: wie screenen en wat zijn de gevolgen? Gynaecoloog diagnostiek Geneticus Universitair Ziekenhuis Gent Kindercardiologie foetale cardiologie In samenwerking met dr. Ellen Roets en dr.

Nadere informatie

Onderwijsmateriaal voor toetsgroepen

Onderwijsmateriaal voor toetsgroepen 1. Toelichting 1 Dit programma is gebaseerd op de NHG-Standaard van december 2009 Huisartsen en cardiologen werken vaak samen bij de diagnostiek en behandeling van atriumfibrilleren. Het beleid bij atriumfibrilleren

Nadere informatie

Voor langdurige behandeling: bewijs van cardiale valvulopathie als vastgesteld door middel van echocardiografie voorafgaand aan de behandeling.

Voor langdurige behandeling: bewijs van cardiale valvulopathie als vastgesteld door middel van echocardiografie voorafgaand aan de behandeling. RUBRIEKEN VAN DE SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN VOOR CABERGOLINE BEVATTENDE PRODUCTEN 4.2 Dosering en wijze van toediening Beperking van de maximumdosis tot 3 mg/dag 4.3 Contra-indicaties Voor langdurige

Nadere informatie

Hartfalen. Manon van der Meer AIOS cardiologie

Hartfalen. Manon van der Meer AIOS cardiologie Hartfalen Manon van der Meer AIOS cardiologie Disclosure belangen spreker (potentiële) belangenverstrengeling Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven Sponsoring of onderzoeksgeld Honorarium

Nadere informatie

Ritmestoornissen Amstel academie. Pieter Postema CCU/IC/SEH/MC/Anesthesie/Cardio-Thoracaal 10/4/2008

Ritmestoornissen Amstel academie. Pieter Postema CCU/IC/SEH/MC/Anesthesie/Cardio-Thoracaal 10/4/2008 Ritmestoornissen Amstel academie Pieter Postema CCU/IC/SEH/MC/Anesthesie/Cardio-Thoracaal 10/4/2008 Auteurs: Jonas de Jong Ivo van der Bilt Pieter Postema Joris de Groot Renee van der Brink Tymen Keller

Nadere informatie

1 FEBRUARI 1991. - Koninklijk besluit betreffende de uitoefening van het beroep van vroedvrouw.

1 FEBRUARI 1991. - Koninklijk besluit betreffende de uitoefening van het beroep van vroedvrouw. 1 FEBRUARI 1991. - Koninklijk besluit betreffende de uitoefening van het beroep van vroedvrouw. BS 06/04/1991 in voege 16/04/1991 Gewijzigd door: KB 08/06/2007 gdp 1 / 5 Artikel 1. 1. De houder of houdster

Nadere informatie

NOAC en coronairlijden. Drs. N. Bennaghmouch, arts-onderzoeker Cardiologie NICE Congres 7 oktober 2016

NOAC en coronairlijden. Drs. N. Bennaghmouch, arts-onderzoeker Cardiologie NICE Congres 7 oktober 2016 NOAC en coronairlijden Drs. N. Bennaghmouch, arts-onderzoeker Cardiologie NICE Congres 7 oktober 2016 Disclosure (potentiële) belangenverstrengeling Geen Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties Geen

Nadere informatie

Fleur. Fleur. Fleur. Fleur. Fleur. Is dit een normaal beloop? Is dit een normaal beloop? Wat doet u nu? Wat doet u nu?

Fleur. Fleur. Fleur. Fleur. Fleur. Is dit een normaal beloop? Is dit een normaal beloop? Wat doet u nu? Wat doet u nu? Inhoud Post reanimatie onderzoek Wat was de oorzaak van het arrest? Hans Breur, kindercardioloog Potentiële belangenverstrengeling: geen Introductie Waar praten we eigenlijk over? Oorzaken arrest welke

Nadere informatie

Programma. Protocol Atriumfibrilleren. Ketenzorg. Pauze Ketenzorg AF. Transmuraal samenwerken. Vragen Afsluiting. protocol

Programma. Protocol Atriumfibrilleren. Ketenzorg. Pauze Ketenzorg AF. Transmuraal samenwerken. Vragen Afsluiting. protocol Protocol Atriumfibrilleren Ketenzorg Programma Pauze Ketenzorg AF protocol Transmuraal samenwerken consultatie, verwijzen, terugverwijzen visie op transmurale zorg vanuit de 2 e lijn Vragen Afsluiting

Nadere informatie

Your snow shovel is killing you! A winter wonderland horror story. Sander Wout AIOS Anesthesiologie 15 december 2017

Your snow shovel is killing you! A winter wonderland horror story. Sander Wout AIOS Anesthesiologie 15 december 2017 Your snow shovel is killing you! A winter wonderland horror story Sander Wout AIOS Anesthesiologie 15 december 2017 Casus: Reanimatie na sneeuwscheppen Patient, 1950 Buiten sneeuwscheppen, onwelwording

Nadere informatie

PROTOCOL DREIGENDE PARTUS

PROTOCOL DREIGENDE PARTUS PROTOCOL DREIGENDE PARTUS PREMATURUS Definitie We spreken van een dreigende partus prematurus wanneer er sprake is van gebroken vliezen en/of contracties bij een amenorroeduur tussen de 24 en 36+6 weken.

Nadere informatie