Portefeuillehouder: H.J. van Schaik
|
|
- Augusta Eilander
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Nota voor : vergadering algemeen bestuur Datum : 11 september 2013 Onderwerp : Treasurystatuut Agendapunt : 6a Kenmerk : AB/1320a Bijlage: - Treasurystatuut - Memorie van Toelichting Portefeuillehouder: H.J. van Schaik Toelichting voorstel: Inleiding Het vigerende treasurystatuut biedt onvoldoende mogelijkheden om in de geregionaliseerde grotere organisatie adequaat, flexibel en snel te kunnen handelen bij onder meer de veranderende financieringsbehoeften. Voorts ontbrak een gedetailleerde uitwerking van een aantal in de wet fido 1 voorgeschreven zaken ten aanzien van risicobeheer. Dit betreft dan voorschriften ten aanzien van renterisicobeheer, koersrisicobeheer en kredietrisicobeheer. Daarnaast moest in veel gevallen een besluit tot financiering voorgelegd worden aan het algemeen bestuur. Om daaraan tegemoet te komen is- in samenwerking met de externe adviseur van de BNG- een vernieuwd statuut opgesteld dat voldoet aan de te stellen eisen. Bovendien wordt daarmee de rechtmatigheid van het handelen inzake treasury gereglementeerd. Bij de samenstelling van het treasurystatuut zijn de nodige waarborgen ingebouwd zoals bijvoorbeeld een bevoegdhedenverdeling met het vier-ogen-principe en het verbod om met derivaten te werken of met een andere valuta dan de euro. Daarnaast worden de bevoegdheden tot benoeming van functionarissen die de in het statuut genoemde taken uitvoeren bij het dagelijks bestuur neergelegd. Voor een uitgebreidere toelichting wordt kortheidshalve naar de memorie van toelichting verwezen. Voorstel: 1. Het treasurystatuut vaststellen; 2. Het statuut met ingang van 1 oktober 2013 in werking laten treden. Beoogd effect / Argumenten 1.1 Een aan de wet fido aangepast en adequaat uit te voeren treasurystatuut. 2.1 De vaststelling van de herziening van het treasurystatuut in de vergadering van 11 september 2013 is noodzakelijk om op adequate wijze de financieringsmiddelen aan te trekken die nodig zijn voor de financiering van de voorgenomen overname van de roerende en onroerende goederen van de gemeenten. 1 Financiering decentrale overheden. 1
2 Kanttekeningen Uitstel van de besluitvorming over dit document zal leiden tot vertraging waarbij de tijdige overname van de roerende en onroerende zaken in gevaar kan komen. Dit zou dan leiden tot aanzienlijke financiële nadelen voor de desbetreffende gemeenten. Uitvoering De uitvoering wordt gedaan door de staf Bestuur en bedrijfsvoering. Rapportage/ evaluatie n.v.t. Personele consequenties n.v.t. Financiën n.v.t. Bijlagen Treasurystatuut Memorie van toelichting bij het treasurystatuut. 2
3 Het Algemeen Bestuur van de Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland; Bijeen in de vergadering d.d. 11 september 2013; Gelezen het voorstel van het dagelijks bestuur d.d. 5 september 2013; Besluit: 1. Het treasurystatuut vast te stellen; 2. Het statuut met ingang van 1 oktober 2013 in werking te laten treden. De voorzitter De ambtelijk secretaris Drs. J.C.G.M Berends mr. M. Assies Apeldoorn, 11 september
4 TREASURYSTATUUT VEILIGHEIDSREGIO NOORD- EN OOST GELDERLAND 1
5 Inhoud 1 Treasurystatuut I Begrippenkader II Doelstellingen van de treasuryfunctie III Uitgangspunten risicobeheer IV Renterisicobeheer V Koersrisicobeheer VI Kredietrisicobeheer VII Intern liquiditeitsrisicobeheer VIII Valutarisicobeheer IX Financiering X Langlopende uitzettingen XI Relatiebeheer XII Geldstromenbeheer XIII Saldo- en liquiditeitenbeheer XIV Uitgangspunten administratieve organisatie en interne controle XV Verantwoordelijkheden XVI Bevoegdheden XVII Informatievoorziening XVIII Inwerkingtreding 2
6 1. Treasurystatuut Het algemeen bestuur van de Veiligheidsregio Noord- en Oost Gelderland; Gelet op artikel 212 van de Gemeentewet, Wet dualisering gemeentebestuur, de Wet financiering decentrale overheden en de financiële verordening van de Veiligheidsregio Noorden Oost Gelderland; Besluit: Vast te stellen het navolgende treasurystatuut voor de Veiligheidsregio Noord- en Oost- Gelderland. I Begrippenkader Artikel 1 In dit statuut wordt verstaan onder: Administratie Administratieve organisatie Derivaten Financiering Geldstromenbeheer Het systematisch verzamelen, vastleggen en verwerken van gegevens en het verstrekken van informatie ten behoeve van het besturen, het functioneren en het beheersen van de organisatie en het afleggen van verantwoording hierover, ook omvattende de administratie en verantwoording aangaande de geldmiddelen. Het stelsel van organisatorische maatregelen gericht op het tot stand brengen en in standhouden van de goede werking van de administratie. Financiële (beleggings)instrumenten die hun waarde ontlenen aan de waarde van een ander goed, zoals aandelen en olie. Het andere goed wordt de onderliggende waarde genoemd. De onderliggende waarden kunnen financiële producten zoals leningen of obligaties zijn. Men gebruikt financiële derivaten om risico s te verkleinen of juist te speculeren. Het aantrekken van benodigde financiële middelen voor een periode van minimaal één jaar. Deze middelen kunnen bestaan uit zowel eigen vermogen als vreemd vermogen. Al die activiteiten die nodig zijn om liquiditeiten te transfereren zowel binnen de organisatie zelf als tussen de organisatie en derden (betalingsverkeer) Intern liquiditeitsrisico De risico s van mogelijke wijzigingen in de liquiditeitenplanning en meerjareninvesteringsplanning waardoor financiële resultaten kunnen afwijken van de verwachtingen. Kasgeldlimiet Koersrisico Kredietrisico Een bedrag op basis van de Wet fido ter grootte van een percentage van het totaal van de jaarbegroting van de gemeenschappelijke regeling bij aanvang van het jaar. Het risico dat de financiële activa van de organisatie in waarde verminderen door negatieve koersontwikkelingen. De risico s op een waardedaling van een vordering ten gevolge van het niet (tijdig) na kunnen komen van de verplichtingen door de tegenpartij als gevolg van insolventie of deficit. 3
7 Liquiditeitenbeheer Rating Renterisico Renterisiconorm Saldobeheer Rentevisie Treasuryfunctie Treasuryparagraaf Uitzetting Het aantrekken en uitzetten van middelen voor een periode tot één jaar. De inschatting van de kans op eventuele wanbetalingen bij toekomstige rente- en aflossingsbetalingen op schuldpapier. Het gevaar van ongewenste veranderingen van de (financiële) resultaten door rentewijzigingen. Deze norm beoogt het risico van rentewijziging bij herfinanciering van de vaste schuld te beheersen. De norm wordt berekend aan de hand van een gefixeerd percentage (20%) van het begrotings-totaal bij aanvang van het dienstjaar. De norm mag niet worden overschreden. Het beheer van de dagelijkse saldi op de rekeningen. Toekomstverwachtingen over de rente-ontwikkeling. De treasuryfunctie omvat alle activiteiten die zich richten op het besturen en beheersen van, het verantwoorden over en het toezicht houden op de financiële vermogenswaarden, de financiële stromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico s. De treasuryfunctie bestaat uit vier deelfuncties; risicobeheer, financiering, kasbeheer en debiteuren- en crediteurenbeheer. De treasuryparagraaf is de uitvoering van het treasurybeleid en wordt opgenomen in de begroting en jaarrekening. De treasuryparagraaf in de begroting behandelt de beleidsplannen voor het komende jaar. De jaarrekening gaat in op de realisatie van de plannen en geeft een verschillenanalyse tussen de plannen en de uitkomsten. Het tijdelijk toevertrouwen van liquiditeiten aan derden tegen vooraf overeen gekomen condities en bedingen. Kortlopende uitzettingen hebben betrekking op een periode tot 3 maanden en langlopende uitzettingen hebben betrekking op een periode vanaf 3 maanden. II Doelstellingen van de treasuryfunctie Artikel 2 De gemeenschappelijke regeling onderscheidt een vijftal doelstellingen van de treasuryfunctie: 1. Het verzekeren van duurzame toegang tot financiële markten tegen acceptabele condities. 2. Het beschermen van vermogens- en (rente)resultaten van de gemeenschappelijke regeling tegen ongewenste financiële risico s zoals renterisico s, koersrisico s, kredietrisico s, liquiditeitsrisico s en valutarisico s. 3. Het minimaliseren van de interne verwerkingskosten en externe kosten bij het beheren van de geldstromen en de financiële posities. 4. Het optimaliseren van de renteresultaten binnen de kaders van de Wet fido respectievelijk de limieten en richtlijnen van het treasurystatuut. 4
8 Risicobeheer III Uitgangspunten risicobeheer Artikel 3 Met betrekking tot risicobeheer gelden de volgende algemene uitgangspunten: 1. De gemeenschappelijke regeling mag leningen of garanties uit hoofde van de publieke taak uitsluitend verstrekken aan door het algemeen bestuur goedgekeurde derde partijen, waarbij vooraf advies wordt ingewonnen over de financiële positie en de kredietwaardigheid van de betreffende partij. 2. De gemeenschappelijke regeling kan middelen uitzetten uit hoofde van de treasuryfunctie indien deze uitzettingen een prudent karakter hebben en niet zijn gericht op het genereren van inkomen door het lopen van overmatig risico. Het prudente karakter van deze uitzettingen wordt gewaarborgd middels de richtlijnen en limieten van dit treasurystatuut. 3. Het gebruik van derivaten is niet toegestaan. IV Renterisicobeheer Artikel 4 1. De kasgeldlimiet wordt niet overschreden conform de Wet fido. 2. De renterisiconorm wordt niet overschreden conform de Wet fido. 3. Nieuwe leningen/uitzettingen worden afgestemd op de bestaande financiële positie. 4. De rentetypische looptijd en het renteniveau van de betreffende lening/uitzetting wordt zo veel mogelijk afgestemd op de actuele rentestand en de rentevisie. 5. De rentevisie van de gemeenschappelijke regeling wordt jaarlijks opgesteld. 6. Binnen de kaders gesteld onder het derde en het vierde lid, streeft de gemeenschappelijke regeling naar spreiding in de rentetypische looptijden van leningen/uitzettingen, opdat ook in de toekomst geen overmatige blootstelling aan rentebewegingen optreedt. V Koersrisicobeheer Artikel 5 1. De gemeenschappelijke regeling beperkt de koersrisico s op uitzettingen uit hoofde van treasury, door uitsluitend producten in vastrentende waarden te hanteren. 2. Tevens beperkt de gemeenschappelijke regeling de koersrisico s door conform artikel 7 de looptijd van de uitzettingen af te stemmen op de liquiditeitenplanning. VI Kredietrisicobeheer Artikel 6 1. Bij het uitzetten van middelen uit hoofde van treasury gelden de volgende uitgangspunten: Overtollige middelen mogen uitsluitend worden uitgezet: a. bij financiële ondernemingen gevestigd in landen die behoren tot de Europese Economische Ruimte (EER 1 ). Het land moet beschikken over minimaal een AA-rating, toegekend door minimaal twee van de erkende ratingbureaus. Dit zijn Moody s, Fitch en Standard & Poors. 1 Onder de Europese Economische Ruimte (EER) vallen naast de lidstaten van de Europese Unie ook Noorwegen, IJsland en Liechtenstein. 5
9 b. bij (niet-financiële) instellingen waarvan het waardepapier een solvabiliteitsratio van 0% heeft of bij beleggingen in waardepapieren waaraan een overheidsgarantie is verbonden. 2. Indien de rating na het afsluiten van een contract daalt onder het vereiste niveau is het wenselijk om afspraken te maken met de tegenpartij waarin directe opeisbaarheid van de uitgezette middelen in die situatie wordt geregeld. Daarbij moet een goede afweging worden gemaakt tussen boete en risico. 3. Bij het verstrekken van leningen uit hoofde van de publieke taak worden, zoveel mogelijk, zekerheden geëist. 4. In de regeling uitzettingen en derivaten decentrale overheden (ruddo) wordt onderscheid gemaakt in kort en lang uitzetten, waarbij drie maanden de grens is. Voor uitzettingen met een korte periode dient de financiële instelling minimaal een A-rating te bezitten. Voor de lange periode geldt een AA-minus rating. In beide gevallen geldt dat de rating moet zijn afgegeven door minimaal twee van de drie erkende ratingbureaus. 5. Leningen mogen uitsluitend worden aangegaan ten behoeve van uitoefening van de publieke taak. Het zogenaamde in- en doorlenen met het enkele doel de middelen tegen een hoger rendement uit te zetten is verboden. VII Intern liquiditeitsrisicobeheer Artikel 7 De gemeenschappelijke regeling beperkt haar interne liquiditeitsrisico s door haar treasuryactiviteiten te baseren op een meerjarige liquiditeitenplanning met een looptijd van 4 jaar. VIII Valutarisicobeheer Artikel 8 Valutarisico s worden bij de gemeenschappelijke regeling uitgesloten door uitsluitend leningen te verstrekken, aan te gaan of te garanderen in de euro. IX Financiering Artikel 9 Bij het aantrekken van financieringen voor een periode van één jaar en langer gelden de volgende uitgangspunten: 1. Financieringen worden uitsluitend aangetrokken ten behoeve van de uitoefening van de publieke taak. 2. Financiering met externe financieringsmiddelen wordt zoveel mogelijk beperkt door primair de beschikbare interne financieringsmiddelen te gebruiken teneinde de renterisico s te minimaliseren en het renteresultaat te optimaliseren. 3. Toegestane instrumenten bij het aantrekken van financieringen zijn onderhandse leningen. 4. Tijdelijk overtollige gelden van aangetrokken leningen voor projectfinanciering mogen uitsluitend worden uitgezet bij de financiële instelling waar de leningen zijn aangegaan. Hiervoor kan een nettingovereenkomst worden gesloten, zodat bij het niet nakomen van verplichtingen, vorderingen en schulden tegen elkaar kunnen worden weggestreept. Indien een nettingovereenkomst ontbreekt, gelden de eisen die genoemd staan in lid 1 van artikel De gemeenschappelijke regeling vraagt offertes op bij minimaal twee instellingen alvorens een financiering wordt aangetrokken. Deze offertes worden door de gemeenschappelijke regeling schriftelijk vastgelegd. 6
10 X Langlopende uitzettingen Artikel 10 Bij het uitzetten van middelen uit hoofde van de treasuryfunctie voor een periode van drie maanden en langer gelden de volgende uitgangspunten: 1. Uitzettingen worden uitsluitend gedaan onder de in de artikelen 4, 5 en 6 genoemde voorwaarden. 2. De gemeenschappelijke regeling vraagt offertes op bij minimaal twee instellingen alvorens een langlopende uitzetting wordt gedaan. Deze offertes worden door de gemeenschappelijke regeling schriftelijk vastgelegd. XI Relatiebeheer Artikel 11 De gemeenschappelijke regeling beoogt het realiseren van gunstige c.q. marktconforme condities voor af te nemen financiële diensten. Hierbij gelden de volgende uitgangspunten: 1. Bankrelaties dienen, wat betreft hun kredietwaardigheid, minimaal te voldoen aan de eisen die zijn gesteld in artikel Financiële ondernemingen (kredietinstellingen, beleggingsinstellingen, effecteninstellingen en pensioenfondsen) dienen onder Nederlands of anderszins EERtoezicht 2 te vallen, zoals De Nederlandsche Bank en de Verzekeringskamer. 3. Bankrelaties en hun bancaire condities worden ten minste ééns in de vier jaar beoordeeld. 4. Tussenpersonen dienen geregistreerd te staan bij de Autoriteit Financiële Markten (AFM) en daarvan een vergunning als makelaar te hebben ontvangen. 5. Een transactie wordt onmiddellijk geregistreerd door de functionaris die de transactie heeft afgesloten. 6. Tegenpartijen wordt opdracht gegeven de bevestigingen van iedere transactie te versturen naar de financiële administratie, zonder tussenkomst van de personen die bevoegd zijn tot het sluiten van de transacties. 7. Na ontvangst van de transactiebevestiging wordt de transactie direct gecontroleerd door de functionaris die belast is met de interne controle. Kasbeheer XII Geldstromenbeheer Artikel 12 Teneinde de kosten van het geldstromenbeheer te minimaliseren wordt: 1. Het liquiditeitsgebruik beperkt door de geldstromen op elkaar af te stemmen. Hierbij wordt erop toegezien dat de liquiditeitspositie voldoende is om te garanderen dat de verplichtingen tijdig kunnen worden nagekomen. 2. Het betalingsverkeer zoveel mogelijk elektronisch uitgevoerd door één bank. XIII Saldo- en liquiditeitenbeheer Artikel 13 Voor het saldobeheer en het liquiditeitenbeheer gelden de volgende specifieke richtlijnen: 2 Onder de Europese Economische Ruimte (EER) vallen naast de lidstaten van de Europese Unie ook Noorwegen, IJsland en Liechtenstein. 7
11 1. De gemeenschappelijke regeling streeft naar concentratie van de liquiditeiten binnen één rente compensatiecircuit bij de bank met de gunstigste condities. 2. Indien een liquiditeitsbehoefte ontstaat, kan de gemeenschappelijke regeling kortlopende middelen aantrekken. Hierbij wordt conform artikel 4, eerste lid de kasgeldlimiet niet overschreden. 3. Toegestane instrumenten bij het aantrekken van kortlopende middelen zijn daggeld, kasgeldleningen en kredietlimiet op rekening courant. 4. Toegestane instrumenten bij het extern uitzetten van gelden voor een periode korter dan één jaar zijn producten in vastrentende waarden. 5. Bij het extern uitzetten van gelden korter dan één jaar zijn slechts de in artikel 6 genoemde tegenpartijen toegestaan. Administratieve organisatie en interne controle XIV Uitgangspunten administratieve organisatie en interne controle Artikel 14 In het kader van de treasuryfunctie gelden de volgende algemene uitgangspunten op het gebied van administratieve organisatie en interne controle: 1. De verantwoordelijkheden en bevoegdheden van treasuryactiviteiten zijn op eenduidige wijze schriftelijk vastgelegd en worden aan de betrokken partijen kenbaar gemaakt (zie artikel 16). 2. De administratieve organisatie en interne controle waarborgen dat: a. de uitvoering rechtmatig en doelmatig is. b. de treasuryactiviteiten adequaat kunnen worden uitgevoerd en bijgestuurd. c. de juistheid, tijdigheid en volledigheid van de informatie verzekerd zijn. 3. Bij de uit te voeren treasuryactiviteiten is functiescheiding doorgevoerd met als belangrijkste voorwaarden: a. iedere transactie wordt door minimaal twee functionarissen geautoriseerd (het vierogenprincipe). b. de uitvoering en de controle geschieden door afzonderlijke functionarissen. c. de uitvoering en de registratie in de financiële administratie geschiedt door afzonderlijke functionarissen. XV Verantwoordelijkheden Artikel 15 De taken en verantwoordelijkheden met betrekking tot de treasuryfunctie van de gemeenschappelijke regeling staan in onderstaande tabel gedefinieerd. Functie Verantwoordelijkheden Algemeen bestuur Vaststellen van de publieke taak. Vaststellen van treasurydoelstellingen, treasurybeleid, beleidskaders en limieten, middels de financiële verordening. Vaststellen van de financieringsparagraaf in de begroting en de jaarrekening. Houden van toezicht op het treasurybeleid en de uitvoering hiervan. Vaststellen van het Treasurystatuut. Dagelijks bestuur Uitvoeren van het financiële/treasurybeleid (formele verantwoordelijkheden) binnen de kaders van het treasurystatuut. Het achteraf bekrachtigen van de afgesloten transacties. Rapporteren aan het algemeen bestuur over de uitvoering van het treasurybeleid. 8
12 Directeur Brandweer Directeur GHOR Hoofd Bestuur en Bedrijfsvoering Uitbrengen van advies over beleidsvoorstellen en rapportages op het gebied van treasury aan het dagelijks en algemeen bestuur. Uitvoeren van het treasurybeleid. Controleren van de volledigheid en betrouwbaarheid van de informatievoorziening van de treasuryfuncties en hierover rapporteren aan het dagelijks bestuur. Rapporteren aan dagelijks bestuur over de uitvoering van het treasurybeheer. Afleggen van verantwoording aan dagelijks bestuur. Opstellen van de rentevisie. Opstellen van beleidsvoorstellen en adviezen op treasurygebied. Opstellen van de financieringsparagraaf voor begroting en rekening. Opzetten van administratieve richtlijnen op het gebied van treasury. Bewaken van de kwaliteit van de treasuryprocessen. Uitvoeren van de aan haar/hem gemandateerde treasuryactiviteiten conform het treasurystatuut en de treasuryparagraaf. Zorgdragen voor juiste verantwoording van de uitvoering van de door hem/haar gemandateerde treasuryactiviteiten. Aantrekken en uitzetten van gelden in het kader van het saldo- en liquiditeitenbeheer. Beheren van de geldstromen. Onderhouden van contacten met banken, geldmakelaars en overige financiële instellingen. Afsluiten van financiële contracten voortvloeiend uit bovenstaande deelfuncties. Schriftelijk vastleggen van de treasuryfuncties en het doorgeven hiervan aan de medewerker belast met de administratie. Adviseren van de afdelingen over de financiële gevolgen van hun activiteiten en projecten. Aanleveren van tijdige, volledige en betrouwbare gegevens administratie. Afleggen van verantwoording aan de directeur Brandweer over de uitvoering van de aan hem/haar gemandateerde activiteiten. Overboeken van saldi tussen bankrekeningen. Afhandelen van het contante en girale betalingsverkeer. De budgethouders Zorgdragen voor het tijdig aanleveren van betrouwbare operationele informatie over toekomstige geldstromen aan de afdeling financiën. (Mede) fiatteren van betalingen en ontvangsten, ten laste c.q. ten gunste van hun budgetten. Zorgdragen voor een goede kwaliteit van de informatie die hun afdeling aanlevert aan de afdeling financiën met betrekking tot toekomstige uitgaven en ontvangsten. Financiële administratie Het juist, volledig en tijdig administreren van de bezittingen, schulden, rechten, verplichtingen, uitgaven, ontvangsten en betalingen in de verplichtingen- en financiële administratie. 9
13 XVI Bevoegdheden Artikel In onderstaande tabel staan de bevoegdheden met betrekking tot treasuryactiviteiten weergegeven evenals de daarbij benodigde autorisatie. Bevoegd functionaris (eerste handtekening) Autorisatie door (tweede handtekening) Saldo-, liquiditeiten en geldstromenbeheer 1. Het uitzetten van middelen via daggeld, deposito en spaarrekening 2. Het aantrekken van middelen via daggeld of kasgeld Vakspecialist financieel geregistreerd bij de bank Vakspecialist financieel geregistreerd bij de bank Teamleider Financiën Teamleider Financiën 3. Betalingsopdrachten voorbereiden en versturen Vakspecialist financieel geregistreerd bij de bank Financieel adviseur geregistreerd bij de bank Bankrelatiebeheer 4. Bankrekeningen openen/sluiten/wijzigen Hoofd Bestuur en Bedrijfsvoering 5. Bankcondities en tarieven afspreken Hoofd Bestuur en Bedrijfsvoering Directie VNOG Directie VNOG Financiering en uitzetting 6. Het vaststellen van kredietfaciliteiten Hoofd Bestuur en Bedrijfsvoering Directie VNOG 7. Het aantrekken van middelen zoals vastgelegd in de financieringsparagraaf 8. Het uitzetten van middelen zoals vastgelegd in de financieringsparagraaf 9. Het verstrekken van leningen aan derden uit hoofd van de publieke taak 10. Het garanderen van leningen uit hoofd van de publieke taak Hoofd Bestuur en Bedrijfsvoering Hoofd Bestuur en Bedrijfsvoering Directie VNOG Directie VNOG Directie VNOG Directie VNOG Algemeen Bestuur Algemeen Bestuur 10
14 2a. Met inachtneming van de in het eerste lid genoemde functies en bevoegdheden wordt het aanwijzen benoemen van medewerkers en vervangers die de genoemde bevoegdheden uitvoeren gedelegeerd aan het Dagelijks Bestuur. 2b. Bij de benoeming wordt onderscheid gemaakt tussen de groep eerste en tweede handtekeningen. XVII Informatievoorziening Artikel 17 Met betrekking tot de treasuryactiviteiten dient tenminste de in de onderstaande tabel opgenomen informatie te worden verstrekt door de betreffende functionarissen: Informatie Frequentie Informatieverstrekker Informatieontvanger 1. Beleidsplannen voor de jaarlijks Financieel adviseur algemeen bestuur treasuryparagraaf bij de begroting 2. Evaluatie jaarlijks Financieel adviseur algemeen bestuur treasuryactiviteiten in treasuryparagraaf van de jaarrekening. 3. Informatie aan derden (toezichthouder) n.v.t. n.v.t. derden XVIII Overig Artikel 18 Indien gehandeld wordt in afwijking van het treasurystatuut dient vooraf toestemming verkregen te worden, middels een afzonderlijk voorstel, van het algemeen bestuur. XVIV Inwerkingtreding Artikel 19 Dit treasurystatuut treedt in werking met ingang van 1 oktober de voorzitter, de ambtelijk secretaris, drs. J.C.G.M. Berends mr. M. Assies Apeldoorn, 11 september
15 Memorie van toelichting Treasurystatuut 2013 In dit treasurystatuut is het treasurybeleid van de gemeenschappelijke regeling op hoofdlijnen vastgelegd. Dat gebeurt in de eerste plaats door het aangeven van de doelstellingen van de treasuryfunctie (in artikel 2). Vervolgens geeft het algemeen bestuur in het treasurystatuut aan binnen welke richtlijnen en limieten de doelstellingen dienen te worden gerealiseerd. Een richtlijn is een bindend voorschrift voor een handelswijze die gevolgd moet worden en een limiet is een type richtlijn die een uiterste grens aangeeft. Een belangrijk deel van de limieten en richtlijnen is bepaald door de Wet fido. Middels de limieten en richtlijnen wordt het risicoprofiel van de gemeenschappelijke regeling bepaald waarbinnen de treasuryactiviteiten dienen te worden uitgevoerd. De treasuryparagraaf bij de begroting geeft de beleidsplannen voor de treasuryfunctie voor de komende jaren en in het bijzonder voor het eerstkomende jaar weer. Het bevat onder meer gegevens over de algemene ontwikkelingen en de concrete beleidsplannen binnen de kaders van het treasurystatuut. Het gaat hierbij vooral om de plannen voor het risicobeheer, de financiering (analyse financieringspositie, leningen- en garantieportefeuille en uitzettingsportefeuille) en het kasbeheer. Uit de toelichting zal moeten blijken dat de beleidsplannen binnen de kaders van de Wet fido en het treasurystatuut blijven. De treasuryparagraaf in het jaarverslag geeft in het bijzonder een verschillenanalyse tussen de beleidsplannen zoals deze zijn opgenomen in de begroting en de realisatie hiervan. Artikel 2 Artikel 2 lid 1 Artikel 2 lid 2 Artikel 2 lid 3 Artikel 2 lid 4 In artikel 2 worden de doelstellingen van de treasuryfunctie van de gemeenschappelijke regeling weergegeven hieronder worden deze afzonderlijk toegelicht. In de eerste plaats dient de treasury ervoor te zorgen dat de gemeenschappelijke regeling duurzaam toegang heeft tot de financiële markten tegen acceptabele condities. De treasury dient te waarborgen dat de gemeenschappelijke regeling duurzaam in staat is de voor haar activiteiten benodigde middelen aan te trekken c.q. haar overtollige middelen uit te zetten op de financiële markten (bijv. bij banken). De condities die daarbij worden bedongen dienen, in het licht van de op het betreffende moment gebruikelijke condities, acceptabel (tenminste marktconform) te zijn. De gemeenschappelijke regeling loopt de volgende financiële risico s: renterisico s, koersrisico s, kredietrisico s, interne liquiditeitsrisico s en valutarisico s. Het is de taak van de treasury dergelijke risico s tegen acceptabele condities te beperken. In de artikelen 4 tot en met 8 wordt aangegeven op welke wijze dit wordt gewaarborgd. De derde doelstelling van de treasuryfunctie is het minimaliseren van de kosten bij het beheren van de geldstromen en de financiële posities. Deze kosten bestaan o.a. uit rentekosten, provisies en kosten van het betalingsverkeer. Het is de taak van de treasury het beheer zo efficiënt en effectief mogelijk uit te voeren. De gemeenschappelijke regeling streeft ernaar de renteresultaten te optimaliseren. Dit betekent dat de gemeenschappelijke regeling geen middelen onbenut laat en streeft naar zo hoog mogelijke renteopbrengsten (c.q. zo laag mogelijk rentekosten) zonder dat daarbij overmatige risico s worden gelopen. De prioriteiten van de treasuryfunctie liggen in eerste instantie bij het beheersen en beperken van financiële risico s; de treasuryfunctie is immers géén winstgerichte afdeling ( profit center ). Binnen het risicoprofiel zoals vastgesteld in de Wet fido en dit treasurystatuut dient te worden gestreefd naar optimalisatie van de renteresultaten. 1
16 Artikel 3 lid 1 Artikel 3 lid 2 De Wet fido geeft twee belangrijke beleidsmatige uitgangspunten met betrekking tot treasury. Dit betreft enerzijds de publieke taak waarvoor leningen en garanties dienen en anderzijds het prudente karakter van (overige) uitzettingen. Er wordt hierbij dus een specifiek onderscheid gemaakt tussen het verstrekken van leningen uit hoofde van de publieke taak en het uitzetten van middelen uit hoofde van treasury. De wet stelt geen eisen aan het verstrekken van leningen en garanties uit hoofde van de publieke taak. Wel wordt in de toelichting op de Wet fido het volgende aangegeven: Het algemeen bestuur bepaalt de publieke taak. De begroting en de begrotingswijzigingen bepalen het budgettaire kader voor de uitoefening van de publieke taak. In dit licht is het dus niet het team Financiën die het besluit voor dergelijke garanties en leningen voorbereidt. Wel wordt geadviseerd dat het algemeen bestuur het advies van de afdeling Financiën inwint voordat zij een beslissing neemt t.a.v. het verstrekken van leningen of garanties uit hoofde van de publieke taak. De afdeling Financiën adviseert over bijv. financieringsvoorwaarden en de implicaties van de betreffende aanvraag voor de totale financiële positie van de gemeenschappelijke regeling. Daarnaast is het van belang dat de afdeling Financiën de betreffende aanvraag opneemt in de liquiditeitenplanning. Conform de Wet fido, dienen uitzettingen uit hoofde van treasury (zie toelichting artikel 3 lid 1) een prudent karakter te hebben. In de Wet fido en de bijbehorende ministeriële regelingen wordt het begrip prudent nader uitgewerkt. Uitgangspunt is hierbij dat het nemen van overmatige risico's teneinde extra inkomsten te kunnen genereren nadrukkelijk niet is toegestaan (zie artikel 2 lid 2 Wet fido en de memorie van toelichting op de Wet fido). Bankachtige activiteiten het aantrekken en uitzetten van middelen met als doel het genereren van inkomen zijn als gevolg van deze bepaling verboden. De richtlijnen en limieten van dit treasurystatuut vallen binnen de kaders van de Wet fido. Artikel 3 lid 3 De limieten en richtlijnen van dit treasurystatuut zijn specifiek geformuleerd om het prudente karakter van de uitzettingen uit hoofde van treasury te garanderen en hebben daarom géén betrekking op (eventueel) verstrekte leningen of garanties uit hoofde van de publieke taak van de gemeenschappelijke regeling. Derivaten zijn financiële instrumenten die hun bestaan ontlenen aan een bepaalde onderliggende waarde. Derivaten kennen een breed toepassingsgebied en worden onder andere gebruikt om renterisico s te sturen en financieringskosten te minimaliseren. De Wet fido stelt dat derivaten uitsluitend mogen worden gebruikt ter beperking van financiële risico s. Gezien de (mogelijke) complexiteit van derivaten en de beperkte kennis binnen de organisatie over dergelijke instrumenten, is het gebruik van derivaten niet toegestaan. 2
17 Artikel 4 lid 1 Artikel 4 lid 2 Artikel 4 lid 3 Artikel 4 lid 5 Artikel 4 lid 6 Artikel 5 lid 1 Renterisicobeheer omvat het beperken van de invloed van (externe-) rentewijzigingen op de financiële resultaten van de gemeenschappelijke regeling. Een belangrijk uitgangspunt van de Wet fido is het vermijden van grote fluctuaties in de rentelasten van openbare lichamen. Teneinde een grens te stellen aan korte financiering (met een rentetypische looptijd tot één jaar) is in de Wet fido (evenals in de Wet filo) de kasgeldlimiet opgenomen. Juist voor korte financiering geldt dat het renterisico aanzienlijk kan zijn, aangezien fluctuaties in de rente bij korte financiering direct een relatief grote invloed hebben op de rentelasten. De kasgeldlimiet wordt berekend als een percentage (8,2%) van het totaal van de jaarbegroting van de gemeenschappelijke regeling bij aanvang van het jaar (zie artikel 3 en 4 van de Wet fido en de Uitvoeringsregeling financiering decentrale overheden). Het doel van de renterisiconorm is het beheersen van de renterisico s op de vaste schuld (schuld met een rentetypische looptijd van één jaar of langer) door het aanbrengen van spreiding in de looptijden in de leningenportefeuille. De renterisiconorm kan worden berekend door een vastgesteld percentage (20%) te vermenigvuldigen met het totaal van de jaarbegroting (zie artikel 6 van de Wet fido en de Uitvoeringsregeling financiering decentrale overheden). Afstemming op de liquiditeitenplanning beoogt middelen te lenen c.q. uit te zetten gedurende de periode dat zij daadwerkelijk nodig respectievelijk beschikbaar zijn. Een rentevisie is een toekomstverwachting over de renteontwikkeling, op basis waarvan een financierings- en beleggingsbeleid wordt gevoerd. Afhankelijk van de (interne- of externe) ontwikkelingen zal de gemeenschappelijke regeling haar rentevisie actualiseren. De rentevisie kan daarbij gebaseerd worden op de rentevisie van enkele financiële instellingen, zoals de huisbankier. Afstemming van het beleid op de rentevisie betekent bijvoorbeeld het uitstellen van uitzettingen met een lange looptijd indien men een rentestijging verwacht. Door spreiding aan te brengen in de rentetypische looptijd (de periode dat de rente van een uitzetting vast is) van uitzettingen, wordt de invloed van een rentedaling op de renteresultaten gespreid over meerdere jaren. Deze spreiding is slechts mogelijk indien uit de liquiditeitenplanning blijkt dat middelen gedurende een langere periode beschikbaar zijn. Ten aanzien van de financiële instrumenten die kunnen worden gehanteerd voor uitzettingen in het kader van treasury, geldt in de Wet fido als belangrijkste uitgangspunt dat de hoofdsom van de betreffende uitzetting aan het einde van looptijd in tact blijft. Bij alle in dit artikel genoemde producten wordt aan het einde van de looptijd ten minste de hoofdsom (bij vastrentende waarden de nominale waarde ) uitgekeerd. Bij het uitzetten van gelden op rekening courant, spaarrekening, daggeld of deposito s worden géén koersrisico s gelopen. Het kan bij dergelijke producten echter voorkomen dat de opnamemogelijkheden beperkt zijn (in het bijzonder bij deposito s en soms bij een spaarrekening). Voor uitzettingen uit hoofde van de publieke taak van de gemeenschappelijke regeling worden in dit treasurystatuut geen 3
18 richtlijnen met betrekking tot producten opgenomen. Van belang is dat het algemeen bestuur bepaalt dat de betreffende uitzetting tot de publieke taak van de gemeenschappelijke regeling behoort. Artikel 6 lid 2 Artikel 6 lid 1 In dit kader is het bijvoorbeeld mogelijk dat uitzettingen in de vorm van aandelen tot de publieke taak behoren. Koersrisico s kunnen nooit volledig worden uitgesloten. Als de organisatie in een vastrentend product heeft belegd maar wegens wijziging in de liquiditeitenplanning - voor de afloopdatum deze uitzetting moet verkopen, dan wordt niet 100% van de hoofdsom ontvangen, maar de actuele waarde van de uitzetting op basis van de actuele rente en resterende looptijd. Om deze koersrisico s zoveel mogelijk te beperken stemt de gemeenschappelijke regeling de looptijd van de uitzetting af op de liquiditeitenplanning. Ter beperking van kredietrisico s zijn in dit artikel richtlijnen opgenomen voor de minimale kredietwaardigheid van de partijen waar de gemeenschappelijke regeling uit hoofde van Treasury middelen kan uitzetten/beleggen. Een (credit-) rating is een beoordeling van de kredietwaardigheid van een instelling, die voor zowel de korte als voor de lange termijn wordt toegekend door gerenommeerde rating agencies zoals Standard & Poor s, Moody s en Fitch IBCA. De hoogste kredietwaardigheid wordt bij Standard & Poor s en Fitch IBCA weergegeven met AAA, gevolgd door AA en A. Moody s kwalificeert van hoog naar laag Aaa, Aa en A. Daarnaast kent men kwalificaties met letters B, C en D. Een A-rating staat voor zeer kredietwaardig. Een solvabiliteitsratio van 0% (ofwel een solvabiliteitsvrije status ) is een status die door een bancaire toezichthouder in een EER-lidstaat (bijv. De Nederlandsche Bank) wordt toegekend aan het schuldpapier van een instelling. Deze status houdt in dat een bank voor desbetreffend papier geen reserves (0%) hoeft aan te houden en wordt onder meer toegekend aan papier uitgegeven of gegarandeerd door (centrale) overheden. Het is de gemeenschappelijke regeling dus toegestaan om bij andere overheden geld uit te zetten, of om te beleggen in papier waaraan een overheidsgarantie is verbonden. Artikel 6 lid 2 Artikel 6 lid 3 De Ruddo stelt ratingeisen aan financiële ondernemingen aangezien dit een beperkte kans van faillissement van de tegenpartij inhoudt. Hoewel voor iedere uitzetting geldt dat de rating op het moment dat de uitzetting gedaan wordt bepalend is, moet de uitzetting ter beperking van het zogenoemde debiteurenrisico in beginsel worden beëindigd indien de kans op faillissement blijkens een downgrading is vergroot. De Ruddo laat echter toe dat bij een dergelijke downgrading een afweging wordt gemaakt tussen het debiteurenrisico en de kosten van beëindiging van de uitzetting binnen de restantlooptijd. Goed rentmeesterschap kan immers betekenen dat er - afhankelijk van de (markt)omstandigheden - voor wordt gekozen om de uitzetting voor de resterende looptijd voort te zetten. De Wet fido stelt geen eisen aan de kwaliteit van de debiteuren bij het verstrekken van leningen of garanties aan derden in het kader van de publieke taak. Omdat het algemeen bestuur bepaalt, worden leningen of garanties uitsluitend verstrekt aan door het algemeen bestuur goedgekeurde partijen. Teneinde de kredietrisico s te beheersen 4
19 kunnen zekerheden of garanties worden verlangd van de debiteuren. Artikel 6 lid 4 Artikel 6 lid 5 Artikel 7 Afhankelijk van de looptijd waartegen (tijdelijk) overtollige middelen worden uitgezet, gelden verschillende ratingeisen. Indien de middelen worden uitgezet voor een periode vanaf 3 maanden, geldt dat de financiële onderneming of het waardepapier dat zij uitgeeft minimaal een AA-minus rating moet hebben. Indien de middelen worden uitgezet voor een periode korter dan 3 maanden, geldt dat de financiële onderneming of het waardepapier dat zij uitgeeft minimaal een A-rating moet hebben. Bankieren, zoals het bewust aantrekken van gelden om deze uit te lenen met als doel het genereren van inkomen verboden is. Interne liquiditeitsrisico s doen zich bijvoorbeeld voor wanneer de gemeenschappelijke regeling middelen voor een bepaalde periode heeft uitgezet en gedurende de looptijd van de uitzetting blijkt dat de middelen (onverwacht) nodig zijn voor het doen van een investering. Dit kan tot gevolg hebben dat de gemeenschappelijke regeling tijdelijk een lening moet aantrekken (wanneer de uitzettingen vast staan in bijvoorbeeld een deposito) ofwel tussentijds een uitzetting moet verkopen (bijvoorbeeld een obligatie). In beide gevallen kan dit negatieve gevolgen hebben voor de financiële resultaten. Ter beperking van dit risico baseert de gemeenschappelijke regeling haar financiële transacties op een liquiditeitenplanning waarin de toekomstige inkomsten en uitgaven van de gehele organisatie zijn gepland. Artikel 8 Artikel 9 lid 1 Artikel 9 lid 2 Artikel 9 lid 3 Artikel 9 lid 4 In de praktijk is het opstellen van een betrouwbare en nauwkeurige liquiditeitenplanning niet eenvoudig. Dit heeft te maken met de inherente onzekerheden die verbonden zijn aan de activiteiten van de gemeenschappelijke regeling en de hieraan verbonden mogelijke financiële gevolgen. Het is daarom van groot belang dat de afdeling Financiën juist, tijdig en volledig wordt geïnformeerd door de overige afdelingen over de financiële vertaling van hun voorgenomen activiteiten. Dit betreft een ongewijzigde voortzetting van het beleid binnen de gemeenschappelijke regeling. Het aantrekken van middelen met als doel deze met winstoogmerk te beleggen is door artikel 2 lid 2 van de Wet fido (zie ook memorie van toelichting op de Wet fido) nadrukkelijk niet toegestaan. Teneinde de renteresultaten te optimaliseren wordt zoveel mogelijk intern gefinancierd. Onderhandse geldleningen zijn leningen waarbij de voorwaarden van de lening in onderling overleg met de geldgevende partij kunnen worden vastgesteld. Naast totaalfinanciering hebben gemeenschappelijke regelingen ook te maken met projectfinanciering voor grote investeringen. Bij projectfinanciering is het uitgangspunt dat niet eerder wordt geleend, dan dat de financiële middelen daadwerkelijk benodigd zijn. Bij tijdelijke overtolligheid van financiële middelen in het kader van projectfinanciering, worden de middelen uitgezet waar ook is geleend. Dit heet een netting-overeenkomst. Indien een dergelijke overeenkomst ontbreekt, gelden de reguliere eisen voor het uitzetten van middelen. 5
20 Artikel 9 lid 5 Artikel 10 Artikel 10 lid 2 Artikel 11 lid 3 Artikel 11 lid 4 Artikel 12 lid 1 Artikel 12 lid 2 Artikel 13 lid 1 Artikel 13 lid 3 Deze richtlijn beoogt de marktconformiteit van financieringen te waarborgen, voor bijv. te betalen rentepercentages, provisies, (boete) clausules bij vervroegde aflossing etc. Middels het opvragen van meerdere offertes wordt bereikt dat de gemeenschappelijke regeling een objectief beeld heeft van de op dat moment gebruikelijke tarieven en voorwaarden op de financiële markten. Op basis daarvan kan een afgewogen keuze worden gemaakt. Uitzetting betreft het uitzetten van middelen (uit hoofde van treasury) voor een periode langer dan één jaar. In het onderdeel Risicobeheer (artikel 3 tot en met 8) is gedefinieerd op welke wijze de gemeenschappelijke regeling het prudente karakter van haar uitzettingen waarborgt. In dit artikel worden aanvullende richtlijnen met betrekking tot uitzettingen geformuleerd. Deze richtlijn beoogt de marktconformiteit van uitzettingen te waarborgen, voor bijv. het effectieve rendement, de hoogte van transactiekosten etc. Middels het opvragen van meerdere offertes wordt bereikt dat de gemeenschappelijke regeling een objectief beeld heeft van de actuele gebruikelijke tarieven en voorwaarden op de financiële markten. Op basis daarvan kan een afgewogen keuze worden gemaakt. Op het gebied van relatiebeheer beoogt de treasury het realiseren van zo gunstig mogelijke condities voor de door haar af te nemen diensten. Teneinde structuur aan te brengen in de momenten waarop de beoordeling van bankrelaties plaats heeft, is opgenomen dat deze beoordeling minimaal eens in de 4 jaar plaats moet hebben. Tussenpersonen hebben een intermediairsfunctie bij het afsluiten van financiële transacties en vallen niet onder de tegenpartijen. De vereisten van lid 2 zijn voor tussenpersonen dan ook niet van toepassing. Teneinde dit te ondervangen stelt de gemeente als eis dat tussenpersonen geregistreerd staan bij de Autoriteit Financiële Markten (AFM) in Nederland. Geldstromenbeheer omvat met name het zorgdragen voor een efficiënt betalingsverkeer. Geldstromen kunnen bijvoorbeeld op elkaar worden afgestemd door een betalingsdatum af te stemmen op verwachte ontvangsten. Hiermee wordt voorkomen dat de gemeenschappelijke regeling tijdelijk middelen aan moet trekken (c.q. middelen aan haar uitzettingenportefeuille moet onttrekken) teneinde de betreffende betaling (tijdelijk) te financieren. Het laten uitvoeren van het betalingsverkeer door één bank heeft als voordeel dat de kosten van het overboeken van middelen tussen verschillende banken worden vermeden. Het saldo en liquiditeitenbeheer betreft het beheer van de dagelijkse saldi op de rekeningen (-courant) van de gemeenschappelijke regeling. Teneinde de noodzaak tot het doen van interne overboekingen te beperken, worden verschillende rekeningen die de gemeenschappelijke regeling bij één bank aanhoudt, opgenomen in een rentecompensatiecircuit. Dit is een systeem waarbij de (valutaire) debet en creditsaldi van alle rekeningen van een organisatie worden samengevoegd tot één gecombineerd saldo, waarover de rente wordt berekend. In dit lid worden limitatief de toegestane korte termijn financieringsinstrumenten benoemd. De term daggeld staat voor opgenomen of uitgezette middelen voor onbepaalde tijd die dagelijks gewijzigd kan worden. Kasgeldleningen zijn niet verhandelbare leningen voor een vast bedrag en een vaste periode (maximaal 2 jaar) 6
21 Artikel 14 Artikel 15 Artikel 16 Artikel 17 en tegen een vooraf overeengekomen rentepercentage. Kredietlimiet op de rekening courant betreft de mogelijkheid debet ( rood ) te staan op de rekening courant tegen vooraf overeengekomen condities. Bij de treasuryfunctie zijn meerdere personen en organen betrokken. Met het oog op de omvang en de aard van de transacties en de hiermee samenhangende risico s, zijn in dit artikel een aantal specifieke uitgangspunten opgenomen teneinde een eenduidige functiescheiding aan te brengen tussen beleidsbepaling en de uitvoering en tussen de administratie en controle op financiële transacties. De verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de functionarissen die binnen de gemeenschappelijke regeling betrokken zijn bij de treasuryactiviteiten zijn in artikel 14 respectievelijk artikel 15 beschreven. De toekenning van de genoemde functies en bijbehorende bevoegdheden en verantwoordelijkheden aan functies en/of functionarissen vindt plaats via de hiertoe dienende documenten (mandaten, besluiten e.d.). Deze verantwoordelijkheden dienen te worden gecommuniceerd naar de betrokkenen. De eindverantwoordelijkheid voor het treasurybeleid ligt primair bij het Algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling. Teneinde niet onnodig te worden belast met het dagelijkse treasurybeheer draagt het Algemeen bestuur een deel van haar bevoegdheden over aan de ambtelijke organisatie. De praktische uitvoering van het beleid heeft dus vooral plaats op ambtelijk niveau plaats, met als voordeel een slagvaardiger optreden. Bij de toewijzing van bevoegdheden is zoveel mogelijk rekening gehouden met de vereiste functiescheiding tussen besluitvorming, uitvoering, administratie en controle. De tabel in dit artikel geeft weer op welke wijze de informatievoorziening wordt gewaarborgd voor: operationele informatie (punt 1 en 2), beleidsmatige informatie (punt 3) en verantwoordingsinformatie (punt 4, 5 en 6). Het verstrekken van juiste, tijdige, volledige en relevante verantwoordingsinformatie moet gerekend worden tot de belangrijkste succesfactoren voor het kunnen beheersen van de financiële en interne risico s van de gemeenschappelijke regeling. 7
22 Credit ratings De kredietwaardigheid van een onderneming, dus ook van een bank, speelt een belangrijke rol in de prijs die de bank moet betalen voor het aantrekken van vreemd vermogen (bijv. obligaties) en bij het afsluiten van derivaten contracten. Een mindere kredietwaardigheid betekent een hogere prijs( rentevergoeding). In principe is een credit rating een inschatting van de kans op een eventuele wanbetaling bij toekomstige rente- en aflossingsbetalingen op schuldpapier (obligaties, Medium Term Notes, Commercial Paper enz.). Een hogere rating houdt een betere kredietwaardigheid in. De gebruikte ratingsystemen zijn dermate consistent, dat rating zowel gelijkertijd als in de tijd met elkaar vergelijkbaar zijn. Ratings worden toegekend op aanvraag door de onderneming. De rating agency stelt daarop een comité samen (bestaande uit specialisten), dat de rating zal gaan bepalen. Dit onderzoek duurt drie tot zes maanden, in welke periode de aanvrager tevens gedurende enkele dagen door het comité worden bezocht. Door interviews en presentaties met het topmanagement wordt een beeld van de organisatie verkregen. De uiteindelijke rating is dan ook gebaseerd op meer informatie dan wat publiekelijk bekend is. Na bekendmaking van de rating zal de rating agency blijvend contacten onderhouden met de onderneming en deze één of twee keer per jaar bezoeken teneinde zich op de hoogte te houden van alle relevante ontwikkelingen. Enkele bekende ratings-agency s zijn Standard & Poor s, Moody s IBCA en Fitch. Credit ratings zijn er in verschillende vormen, zoals long term ratings waarbij het risico van wanbetaling op langere termijn wordt voorspeld, en short term ratings, welke de kredietwaardigheid voor de termijn van één jaar weergeven. Overzicht lange termijn ratings: Moody s Standard & kwalificatie kredietwaardigheid Poor s Aaa AAA Extreem kredietwaardig Aa AA Zeer kredietwaardig. De veiligheidsmarges zijn echter niet zo hoog als bij de AAA-categorie A A Zeer kredietwaardig. Er zijn echter factoren aanwezig waardoor afbetaling in de toekomst enig gevaar loopt. Baa BBB Kredietwaardig, maar gevoelig voor slechte economische tijding Ba BB Speculatief, matige bescherming van afbetaling aanwezig B B Heeft momenteel capaciteit voor rente en aflossing, maar is gevoelig voor faillissement. Caa CCC Enige bescherming voor investeerders is aanwezig, maar grote risico s op onzekerheid aanwezig Ca CC Zeer speculatief, meestal achtergestelde schuld aanwezig C C Rentebetalingen zijn reeds gestopt D Failliet 8
23 Overzicht korte termijn ratings: Moody s Standard & kwalificatie Poor s P-1 A-1 + / A-1 Capaciteit voor rente en aflossing is extreem resp. zeer groot P-2 A-2 Voldoende capaciteit voor tijdige betaling aanwezig. Echter niet zo groot als in de bovenste categorie P-3 A-3 Adequate capaciteit voor tijdige betalingen aanwezig. Echter kwetsbaar indien de omstandigheden tegenzitten. NP B Speculatief C Capaciteit voor tijdige betalingen is zeer twijfelachtig D Reeds failliet of binnenkort failliet N.b. de en + ratings (bijv. AA-) geven aan dat de rating naar beneden(-) of naar boven(+) neigt. 9
24 Uitvoeringsregeling Financiering decentrale overheden De Minister van Financiën; Handelende in overeenstemming met de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Minister van Verkeer en Waterstaat; Gelet op de artikelen 3, 5 en 8 van de Wet financiering decentrale overheden, Besluit: Artikel 1 In deze ministeriële regeling wordt verstaan onder: a. Het bedrag aan renteherziening: Het bedrag aan leningen die een onderdeel vormen van de vaste schuld, gesaldeerd met verstrekte geldleningen met een oorspronkelijke rentetypische looptijd van één jaar of langer, waarvan op grond van de leningvoorwaarden de rente in het lopende kalenderjaar op basis van de leningvoorwaarden eenzijdig door de tegenpartij kan worden herzien. b. Het bedrag aan herfinanciering: Het bedrag aan nieuwe leningen in een jaar met een oorspronkelijke rentetypische looptijd van één jaar of langer, gesaldeerd met nieuw verstrekte leningen voor zover dezelfde rentetypische looptijd, voor zover dit het bedrag van de verplicht afgeloste leningen niet overstijgt. c. De wet: De Wet financiering decentrale overheden. Artikel 2 1. Voor de openbare lichamen wordt het percentage, als bedoeld in artikel 3, eerste lid, van de wet als volgt vastgesteld: a. voor de provincies: 7,0%; b. voor de gemeenten: 8,5%; c. voor de waterschappen: 23%; d. voor de gemeenschappelijke regelingen: 8,2%. 2. Voor de openbare lichamen wordt het in artikel 5 van de wet genoemde percentage als volgt vastgesteld: a. voor de provincies: 20%; b. voor de gemeenten: 20%; c. voor de waterschappen: 30%; d. voor de gemeenschappelijke regelingen: 20%. 3. Voor de renterisiconorm geldt een minimumbedrag van euro. Artikel 3 Het renterisico op de vaste schuld in een jaar wordt als volgt berekend: de som van het bedrag aan herfinanciering en het bedrag aan renteherziening op de vaste schuld. Artikel 4 1. De openbare lichamen zenden aan de toezichthouder a. Jaarlijks tezamen met het jaarverslag een opgave van: 1. Het begrotingstotaal bij aanvang van het voorgaande jaar en het komende jaar; 2. De kasgeldlimiet bij aanvang van het voorgaande jaar; 10
Nota van toelichting bij Treasurystatuut 2017 Gemeente Gennep
Nota van toelichting bij Treasurystatuut 2017 Gemeente Gennep 1. NOTA VAN TOELICHTING Artikel Artikel 2 Artikel 2 lid 1 Artikel 2 lid 2 Artikel 2 lid 3 Artikel 2 lid 4 Toelichting In artikel 2 worden de
Nadere informatieDe inschatting van de kans op eventuele wanbetalingen bij toekomstige rente- en aflossingsbetalingen op schuldpapier; Renterisico
Agendapunt 05 Bijlage 08 TREASURYSTATUUT I Begripsbepalingen Artikel 1 In dit statuut wordt verstaan onder: Derivaten Financiële instrumenten die hun bestaan ontlenen aan een bepaalde onderliggende waarde.
Nadere informatieTreasurystatuut. Gemeente Westvoorne
Treasurystatuut Gemeente Westvoorne Begrippenkader en doelstellingen treasurystatuut...3 Onder de Europese Economische Ruimte (EER) vallen naast de lidstaten van de Europese Unie ook Noorwegen, IJsland
Nadere informatiegelet op artikel 14 van de financiële verordening 2015 en de Wet financiering decentrale overheden;
CVDR Officiële uitgave van Borsele. Nr. CVDR346785_1 17 april 2018 Treasurystatuut Gemeente Borsele 2015 Het college van burgemeester en wethouders gelet op artikel 14 van de financiële verordening 2015
Nadere informatieTreasurystatuut Gemeente Borsele 2015
Treasurystatuut Gemeente Borsele 2015 Het college van burgemeester en wethouders gelet op artikel 14 van de financiële verordening 2015 en de Wet financiering decentrale overheden; besluit: vast te stellen
Nadere informatieTreasurystatuut. Gemeente Nuth. Treasurystatuut van de gemeente Nuth Treasurystatuut pagina 1 van 11 Juni 2009 FIN/2009/9432
Treasurystatuut Gemeente Nuth 2009 Vastgesteld door de raad van de gemeente Nuth op 14 juli 2009 Inwerkingtreding 15 juli 2009 Treasurystatuut van de gemeente Nuth Treasurystatuut pagina 1 van 11 FIN/2009/9432
Nadere informatieTreasurystatuut Omgevingsdienst Midden- en West- Brabant
*OMWB606049* Treasurystatuut Omgevingsdienst Midden- en West- Brabant Het Algemeen bestuur van de Omgevingsdienst Midden- en West- Brabant; gelet op artikel 27 van de Gemeenschappelijke Regeling Omgevingsdienst
Nadere informatieToelichting op het statuut
Toelichting op het statuut In dit treasurystatuut wordt het treasurybeleid van de gemeente op hoofdlijnen vastgelegd. Dat gebeurt in de eerste plaats door het aangeven van de doelstellingen van de treasuryfunctie
Nadere informatieHet algemeen bestuur van de Modulaire Gemeenschappelijke Regeling Rijk van Nijmegen;
GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Groesbeek. Nr. 62513 10 juli 2015 Treasurystatuut MGR Rijk van Nijmegen 2015 Het algemeen bestuur van de Modulaire Gemeenschappelijke Regeling Rijk van Nijmegen;
Nadere informatieBLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING
BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING Officiële uitgave van gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied. Nr. 242 6 mei 2016 Treasurystatuut Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied Het Algemeen
Nadere informatieInleiding Treasurybeleid... 2 Doelstellingen, Uitgangspunten, limieten, begrippen, indeling
Treasurystatuut gemeente Eersel Inhoud Inleiding... 2 Treasurybeleid... 2 Doelstellingen, Uitgangspunten, limieten, begrippen, indeling Risicobeheer... 3 Algemeen Renterisicobeheer Koersrisicobeheer Kredietrisicobeheer
Nadere informatieBesluit: - Koersrisico: Het risico dat de financiële activa van de organisatie in waarde verminderen door negatieve koersontwikkelingen.
Bijlage D. Treasurystatuut De raad der gemeente Weert; Gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders; Gelet op artikel 212 van de Gemeentewet, de Wet financiering decentrale overheden
Nadere informatieTreasurystatuut Gemeente Reimerswaal
Treasurystatuut De raad van de gemeente Reimerswaal; gezien het voorstel van het burgemeester en wethouders van 17 oktober 2014 2014, nummer 14.020096; gelet op artikel 212 van de Gemeentewet en de Wet
Nadere informatieRUD UTRECHT. Besluit van het Algemeen Bestuur van de RUD Utrecht
Besluit van het Algemeen Bestuur van de RUD Utrecht Overwegende dat: - De RUD Utrecht een gemeenschappelijke regeling is, waarbij een openbaar lichaam is ingesteld - Dat voor genoemd openbaar lichaam regels
Nadere informatieTreasurystatuut. Het bestuur van het Noordelijk Belastingkantoor; Gelet op de Wet financiering decentrale overheden;
Treasurystatuut Het bestuur van het Noordelijk Belastingkantoor; Gelet op de Wet financiering decentrale overheden; Besluit: Het Treasurystatuut Noordelijk Belastingkantoor vast te stellen. Het wettelijk
Nadere informatieINHOUD Begrippenkader en doelstellingen Treasurystatuut I Begrippenkader...3 II Doelstellingen van de treasuryfunctie...4
Treasurystatuut gemeente Simpelveld 2013 1 INHOUD Begrippenkader en doelstellingen Treasurystatuut I Begrippenkader...3 II Doelstellingen van de treasuryfunctie...4 Risicobeheer III Uitgangspunten risicobeheer...4
Nadere informatieHOOFDSTUK 1 - ALGEMEEN
De raad van de gemeente Leeuwarderadeel; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 21 februari 2012, nr. 5 gelet op artikel 212 van de Gemeentewet, de Wet financiering decentrale overheden
Nadere informatieGEMEENTEBLAD. Nr Treasurystatuut 2015 gemeente Heemstede. Hoofdstuk 1 Begrippenkader
GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Heemstede. Nr. 4147 14 januari 2016 Treasurystatuut 2015 gemeente Heemstede De raad van de gemeente Heemstede; gelezen het voorstel van burgemeester en van 4
Nadere informatieTREASURYSTATUUT BEDRIJFSVOERINGSORGANISATIE HAVENSCHAP MOERDIJK
TREASURYSTATUUT BEDRIJFSVOERINGSORGANISATIE HAVENSCHAP MOERDIJK 2017 Vastgesteld door de Raad van Bestuur van Havenschap Moerdijk In de vergadering van 21 december 2016 Mij bekend, De secretaris F.J. van
Nadere informatieCVDR. Nr. CVDR441922_1. Treasurystatuut 2017
CVDR Officiële uitgave van Krimpen aan den IJssel. Nr. CVDR441922_1 26 september 2017 Treasurystatuut 2017 De raad van de gemeente Krimpen aan den IJssel; Gelet op de verordening ex artikel 212 van de
Nadere informatieDrs. Ing. G.B.J. Mensink, Drs. A.B.A.M. Damer, Mr. R.S. Cazemier. Treasurystatuut Openbaar Lichaam Noaberkracht Dinkelland Tubbergen
CVDR Officiële uitgave van Noaberkracht Dinkelland Tubbergen. Nr. CVDR249636_1 13 februari 2018 Treasurystatuut Het dagelijks bestuur van het openbaar lichaam Noaberkracht Dinkelland Tubbergen overwegende:
Nadere informatieTreasurystatuut gemeente Tholen
Treasurystatuut gemeente Tholen Laatstelijk vastgesteld 8 december 2016 INHOUDSOPGAVE: Hoofdstuk 1: Treasury functie Artikel 1 Begrippenkader Artikel 2 Doelstellingen van de functie Hoofdstuk 2: Risicobeheer
Nadere informatieTreasurystatuut gemeente Boxtel 2014
Treasurystatuut gemeente Boxtel 2014 Het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Boxtel besluit met de vaststelling van het Treasurystatuut gemeente Boxtel 2014 nadere regels met betrekking
Nadere informatieTreasurystatuut 2010
Treasurystatuut 2010 Treasurystatuut 2010 gemeente Dalfsen 2 INHOUDSOPGAVE 1 Treasurystatuut...5 2 Doelstellingen treasuryfunctie...5 3 Uitzettingen en garanties...5 3.1 Uitzettingen en garanties uit hoofde
Nadere informatieTREASURY STATUUT. Begrippenkader. Artikel 1. Definities In dit statuut wordt verstaan onder:
TREASURY STATUUT Begrippenkader Artikel 1. Definities In dit statuut wordt verstaan onder: Derivaten Duurzaam karakter Financiering Geldstromenbeheer Intern liquiditeitsrisico Kasgeldlimiet Koersrisico
Nadere informatieTreasurystatuut 2016 Gemeenschappelijke Regeling Avri
Treasurystatuut 2016 Gemeenschappelijke Regeling Avri Auteur Avri Versie 1 Datum 26 november 2015 TREASURYSTATUUT GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING AVRI Het algemeen bestuur van Avri; gelet op de Financiële
Nadere informatieBekendmaking van het Treasurystatuut, door het dagelijks bestuur vastgesteld bij besluit van 18 december 2012, nr. 09
Publicatieblad Elektronisch uitgegeven Openbaar lichaam Noaberkracht Dinkelland Tubbergen Jaargang: 2013 Nummer: 6 Uitgifte: 17 januari 2013 Bekendmaking van het Treasurystatuut, door het dagelijks bestuur
Nadere informatiehet College van burgemeester en wethouders der gemeente Menaldumadeel;
Treasurystatuut het College van burgemeester en wethouders der gemeente Menaldumadeel; Gelet op artikel 212 van de Gemeentewet, de Wet financiering decentrale overheden en de financiële verordening; Vast
Nadere informatieIn artikel 2 worden de doelstellingen van de treasuryfunctie van de gemeente weergegeven, hieronder worden deze afzonderlijk toegelicht.
Memorie van toelichting In dit treasurystatuut is het treasurybeleid van de gemeente op hoofdlijnen vastgelegd. Dat gebeurt in de eerste plaats door het aangeven van de doelstellingen van de treasuryfunctie
Nadere informatieTreasurystatuut Gemeente Kollumerland c.a.
Treasurystatuut 2012 Gemeente Kollumerland c.a. De Raad van de gemeente Kollumerland c.a.; Gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders, d.d..; Gelet op de artikelen 147 en 212 van
Nadere informatieArtikel 1 Begrippenkader
Artikel 1 Begrippenkader In dit artikel worden de belangrijkste begrippen gedefinieerd die met betrekking tot relevant zijn. 1. Algemene begrippen functie: a. De functie omvat alle activiteiten die zich
Nadere informatieOverwegende, dat het gewenst is het treasurystatuut op onderdelen aan te passen
*ZD9741D93CC* Raadsbesluit 2015-62 Zaaknummer : 15-17937 - 283 De raad van de gemeente Giessenlanden; Gelezen het raadsvoorstel van 8 september 2015, Overwegende, dat het gewenst is het treasurystatuut
Nadere informatieTREASURYSTATUUT Begrippenkader
TREASURYSTATUUT 2007 Verordening vastgesteld bij Raadsbesluit van 25 januari 2007, nummer 07/05, in werking getreden met ingang van 1 januari 2007. Per die datum is het Treasurystatuut, vastgesteld bij
Nadere informatiePROVINCIAAL BLAD. Treasurystatuut Bedrijfsvoeringsorganisatie Havenschap Moerdijk 2017
PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van provincie Noord-Brabant. Nr. 212 19 januari 2017 Treasurystatuut Bedrijfsvoeringsorganisatie Havenschap Moerdijk 2017 Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant, Besluiten
Nadere informatie1 Inleiding... 1. 3 Memorie van toelichting... 11
TREASURYSTATUUT Inhoud 1 Inleiding... 1 2 Treasurystatuut...2 I Begrippenkader...2 II Reikwijdte treasurystatuur...3 III Doelstellingen van de treasuryfunctie... 4 IV Uitgangspunten risicobeheer... 4 V
Nadere informatieTREASURYSTATUUT GEMEENTE BOXMEER
O-FIN/2015/154 / RIS 2015-124 TREASURYSTATUUT GEMEENTE BOXMEER 2015 Treasurystatuut gemeente Boxmeer 2015 Pagina 1 van 13 Treasurystatuut gemeente Boxmeer 2015 1 Inleiding 3 2 Treasurystatuut I Begrippenkader
Nadere informatieHet algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Achterhoek,
Treasurystatuut Omgevingsdienst Achterhoek. Het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Achterhoek, Gelezen het voorstel van het dagelijks bestuur van 2012, Gelet op de Wet
Nadere informatieTreasurystatuut 2015
Treasurystatuut 2015 Inleiding... 4 Treasurystatuut... 6 Begrippenkader... 6 Doelstellingen van de financieringsfunctie... 7 Risicobeheer... 7 Uitgangspunten risicobeheer... 7 Renterisicobeheer... 7 Kredietrisicobeheer...
Nadere informatieHet Algemeen Bestuur van de gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Regio Nijmegen,
Treasurystatuut Omgevingsdienst Regio Nijmegen 2012 Het Algemeen Bestuur van de gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Regio Nijmegen, Gelet op de Wet financiering decentrale overheden; Gelet op de
Nadere informatieCVDR. Nr. CVDR61495_1. Treasurystatuut Gemeente Oss
CVDR Officiële uitgave van Oss. Nr. CVDR61495_1 20 maart 2018 Treasurystatuut Gemeente Oss Treasurystatuut I Begrippenkader II Doelstellingen van de treasuryfunctie Risicobeheer III Uitgangspunten risicobeheer
Nadere informatieToelichting Treasurystatuut gemeente Vught
Toelichting Treasurystatuut gemeente Vught Op grond van de Financiële verordening van de Gemeente Vught stelt het college regels vast voor haar eigen taken en bevoegdheden ter uitvoering van de financieringsfunctie
Nadere informatieCVDR. Nr. CVDR14355_1. Treasurystatuut 2001( art. 212 Gemeentewet)
CVDR Officiële uitgave van Deventer. Nr. CVDR14355_1 15 maart 2016 Treasurystatuut 2001( art. 212 Gemeentewet) Treasurystatuut in pdf, inclusief tabellen I Begrippenkader Artikel 1. In dit statuut wordt
Nadere informatieTreasurystatuut ISD Werkplein Hart van West-Brabant
CVDR Officiële uitgave van Werkplein Hart van West-Brabant. Nr. CVDR376080_1 9 januari 2018 Treasurystatuut ISD Werkplein Hart van West-Brabant Het Algemeen Bestuur van de gemeenschappelijke regeling ISD
Nadere informatieTreasurystatuut Stichting Openbare Scholengroep Vlaardingen Schiedam (OSVS)
Treasurystatuut Stichting Openbare Scholengroep Vlaardingen Schiedam (OSVS) Treasurystatuut Stichting Openbare Scholengroep Vlaardingen Schiedam vs. 1.2 28 november 2013 pagina 1 van13 Inhoudsopgave 1.
Nadere informatieTreasurystatuut Gemeente Doetinchem 2010
Treasurystatuut Gemeente Doetinchem 2010 Herzien en vastgesteld door de gemeenteraad op 17 december 2009 Treasurystatuut gemeente Doetinchen 17 december 2009 1 1 Inleiding...3 2 Treasurystatuut...4 I Begrippenkader...4
Nadere informatiegelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 22 januari 2016, registratienummer ;
CVDR Officiële uitgave van Leek. Nr. CVDR394546_1 1 juni 2016 Treasurystatuut gemeente Leek 2015 De raad van de gemeente Leek; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 22 januari 2016, registratienummer
Nadere informatieTREASURYSTATUUT RECREATIESCHAP ROTTEMEREN
TREASURYSTATUUT RECREATIESCHAP ROTTEMEREN Opgesteld door: G.Z-H In opdracht van: Recreatieschap Rottemeren Postbus 341 3100 AH Schiedam Tel.: 010-2981010 Fax: 010-2981020 November 2014 Inleiding... 3 Begrippenkader
Nadere informatieBesluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Altena houdende regels omtrent treasurystatuut Treasurystatuut Altena 2019
GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Altena Nr. 10662 16 januari 2019 Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Altena houdende regels omtrent treasurystatuut Treasurystatuut
Nadere informatieBESLUIT: vast te stellen het navolgende: TREASURYSTATUUT VOOR DE GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING STROOMOOPWAARTS MVS.
Treasurystatuut Stroomopwaarts MVS 2015 Het algemeen bestuur van Stroomopwaarts MVS gelet op de Wet financiering decentrale overheden (Wet Fido), de Gemeenschappelijke regeling Stroomopwaarts MVS en de
Nadere informatieTreasurystatuut 2018 gemeente Midden-Groningen. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Midden-Groningen;
GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Midden-Groningen Nr. 57210 20 maart 2018 Treasurystatuut 2018 gemeente Midden-Groningen Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Midden-Groningen;
Nadere informatieBesluit: Vast te stellen het navolgende Treasurystatuut.
Het algemeen bestuur van de Veiligheidsregio Zeeland; Gelet op artikel 212 van de Gemeentewet en de Wet financiering decentrale overheden en de wet gemeenschappelijke regelingen; Besluit: Vast te stellen
Nadere informatie2010 BESLUITEN Afdeling: Concernzaken Leiderdorp, 19-01-2010
Pagina 1 van 9 Versie 1 Afdeling: Concernzaken Leiderdorp, 19-01-2010 Onderwerp: Treasurystatuut 2010 De raad der gemeente Leiderdorp; gelezen het voorstel van, nr. xx d.d. 19 januari 2010; gezien het
Nadere informatieTreasurystatuut 2018
Treasurystatuut 2018 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2 2. Doelstelling en richtlijnen 3 2.1 Doelstelling 3 2.2 Richtlijnen algemeen 3 2.3 Richtlijnen voor het aantrekken van langlopende financiering 4 2.4 Richtlijnen
Nadere informatieTreasurystatuut Treasurystatuut Veiligheidsregio Kennemerland Pagina 1
Treasurystatuut 2015 Treasurystatuut Veiligheidsregio Kennemerland Pagina 1 Besluit: Vaststellen Treasurystatuut 2015 Intrekken van het Treasurystatuut 2010 Wettelijke grondslag(en) waarop de regeling
Nadere informatieHet College van burgemeester en wethouders;
Bijlage 7. Financieringsstatuut Vastgesteld door B&W op 4 januari 2005. Het College van burgemeester en wethouders; gelet op artikel 212 van de Gemeentewet en de Wet financiering decentrale overheden en
Nadere informatieTreasurystatuut voor de Veiligheidsregio Utrecht
Treasurystatuut voor de Veiligheidsregio Utrecht Versie: AB VRU 21 juni 2010 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 2 Algemeen 2 Wettelijke voorschriften 2 Opbouw statuut 2 2. Uitgangspunten en doelstellingen 3 Uitgangspunten
Nadere informatieGelezen het voorstel van het College van Burgemeester en Wethouders,
GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Terschelling. Nr. 10679 29 januari 2016 De Raad van de gemeente Terschelling, Gelezen het voorstel van het College van Burgemeester en Wethouders, gelet op artikel
Nadere informatieCVDR. Nr. CVDR402982_1. Artikel 1 Begrippenkader In dit statuut wordt verstaan onder:
CVDR Officiële uitgave van Belastingsamenwerking West-Brabant. Nr. CVDR402982_1 1 mei 2018 Treasurystatuut GemeenschappelijkeRegeling BelastingsamenwerkingWest Brabant (BWB) Het Algemeen Bestuur van de
Nadere informatieVerordening treasuryfunctie van de gemeente Druten
CVDR Officiële uitgave van Druten. Nr. CVDR78678_1 17 oktober 2017 Verordening treasuryfunctie van de gemeente Druten De Raad van de gemeente Druten, Gelezen het voorstel van het college van 2 november
Nadere informatieTreasurystatuut. Vast te stellen in AB 6 juli Treasurystatuut RMH, juli 2016 Pagina 1/15
Treasurystatuut Vast te stellen in AB 6 juli 2016 Treasurystatuut RMH, juli 2016 Pagina 1/15 Inhoud blad Inleiding 3 1. Treasurystatuut 3 1.1 Begrippenkader 3 1.2 Doelstellingen van de treasuryfunctie
Nadere informatieBIJLAGE 2 Was-wordt tabel
BIJLAGE 2 Was-wordt tabel In deze bijlage zijn in de eerste kolom de artikelen 1 t/m 11 uit het Treasurystatuut GGD 2015 opgenomen. In de tweede kolom wordt vermeld wat de wijziging is en indien van toepassing
Nadere informatiegelet op artikel 14 van de Financiële Verordening Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid en de Wet financiering decentrale overheden;
Treasurystatuut Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid Het algemeen bestuur van de Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid gelet op artikel 14 van de Financiële Verordening Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid en
Nadere informatieCollegevoorstel. Advies Wij stellen u voor bijgaand besluit vast te stellen. Aanpassing treasurystatuut
College V20100071 Onderwerp: Aanpassing treasurystatuut Collegevoorstel Het treasurystatuut van de gemeente Heusden is aangepast. Dit heeft te maken met gewijzigde wetgeving met betrekking tot de treasuryfunctie.
Nadere informatieGEMEENTE TERSCHELLING TREASURYSTATUUT 2015
GEMEENTE TERSCHELLING TREASURYSTATUUT 2015 De Raad van de gemeente Terschelling, Gelezen het voorstel van het College van Burgemeester en Wethouders, gelet op artikel 15 van de Financiële verordening gemeente
Nadere informatieCVDR. Nr. CVDR30882_1. Treasurystatuut 2010
CVDR Officiële uitgave van Zoeterwoude. Nr. CVDR30882_1 6 november 2018 Treasurystatuut 2010 Hoofdstuk I Begrippenkader Artikel 1 In dit statuut wordt verstaan onder: - Daggeld Deposito voor één dag tegen
Nadere informatieTreasurystatuut. november 2018
Treasurystatuut november 2018 Autorisatie OPSTELLERS: Martin de Jong FUNCTIONARIS Specialist financiën Versiegegevens VERSIE: DATUM: OMSCHRIJVING: 2.1 14-9-2018 Concept 2.2 9-10-2018 Concept t.b.v. PH
Nadere informatieTreasurystatuut Gemeente Schouwen-Duiveland
Treasurystatuut Gemeente Schouwen-Duiveland 1 januari 2006 Inhoud 1 Inleiding... 1 2 Treasurystatuut... 2 I Begrippenkader... 2 II Doelstellingen van de treasuryfunctie... 3 Risicobeheer III Uitgangspunten
Nadere informatieTe besluiten om het treasurystatuut 2010 vast te stellen
ADVIESNOTA AAN DE GEMEENTERAAD Voorstel 20 april 2010 Agendanummer : 7 B. Karman Datum Financiën raadsvergadering : 3 juni 2010 Registratienummer : 2010004720 Onderwerp: Treasurystatuut 2010 Gevraagde
Nadere informatiegelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 9 maart 2010; gelet op het bepaalde in artikel 212, tweede lid onder c.
CVDR Officiële uitgave van Hellendoorn. Nr. CVDR26689_1 29 maart 2016 Treasurystatuut gemeente Hellendoorn De raad van de gemeente Hellendoorn; gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 9
Nadere informatieTreasurystatuut Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant
Het Algemeen Bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant gelet op: de Wet financiering decentrale overheden (Wet FiDO) en de Financiële verordening Veiligheidsregio
Nadere informatieTreasurystatuut Omgevingsdienst regio Arnhem
CVDR Officiële uitgave van Omgevingsdienst Regio Arnhem. Nr. CVDR367752_1 15 januari 2019 Treasurystatuut Omgevingsdienst regio Arnhem Het Algemeen Bestuur van de gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst
Nadere informatieTreasurystatuut Gemeente Delft
Treasurystatuut Gemeente Delft Controlling Juli 2013 1 Inhoud Treasurystatuut 1. BEGRIPPENKADER 3 2. UITGANGSPUNTEN TREASURYBELEID 4 3. DOELSTELLING TREASURYSTATUUT EN TREASURYFUNCTIE 4 4. RISICOBEHEER
Nadere informatieBeleidsregels 1. Doelstelling treasuryfunctie 2
2014d. 18 februari 2014 Treasurystatuut gemeente Korendijk 2015 Inhoudsopgave Inleiding. Beleidsregels 1. Doelstelling treasuryfunctie 2 2. Risicobeheer (doelstellingen, richtlijnen en limieten) 2 2.1.
Nadere informatieTreasurystatuut Gemeente Bergen. Raad 7 februari Treasurystatuut 2017 Pagina 1
Treasurystatuut 2017 Gemeente Bergen Raad 7 februari 2017 Treasurystatuut 2017 Pagina 1 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Begrippenkader... Begrippenkader... 4 Doelstellingen van de treasuryfunctie... 5
Nadere informatiebesluiten vast te stellen het navolgende TREASURYSTATUUT GEMEENTE MARUM 2016
Treasurystatuur gemeente Marum 2016 Burgemeester en wethouders van de gemeente Marum; besluiten vast te stellen het navolgende TREASURYSTATUUT GEMEENTE MARUM 2016 Artikel 1. Definities In dit statuut wordt
Nadere informatieBEHEERSDEEL. Stuknummer: bl10.00029. Administratieve organisatie en interne beheersing. Uitgangspunten administratieve organisatie en interne controle
Stuknummer: bl10.00029 BEHEERSDEEL Administratieve organisatie en interne beheersing Uitgangspunten administratieve organisatie en interne controle Artikel 1. In het kader van de treasuryfunctie gelden
Nadere informatieHet aantrekken van benodigde financiële middelen voor de dekking van de vermogensbehoefte.
Bijlage I Derivaten Financiering Begrippenkader Financiële instrumenten die hun bestaan ontlenen aan een bepaalde onderliggende waarde. De onderliggende waarden kunnen financiële producten, zoals leningen
Nadere informatieOfficiële uitgave van Gemeentelijke Gezondheidsdienst Noord- en Oost-Gelderland. Treasurystatuut GGD Noord- en Oost-Gelderland 2016
CVDR Officiële uitgave van Gemeentelijke Gezondheidsdienst Noord- en Oost-Gelderland. Nr. CVDR575_ 7 juli 07 Treasurystatuut GGD Noord- en Oost-Gelderland 06 Preambule Algemene bepalingen Artikel In dit
Nadere informatieTreasurystatuut. Gemeenschappelijke regeling Regionaal reinigingsbedrijf AVALEX
Treasurystatuut Gemeenschappelijke regeling Regionaal reinigingsbedrijf AVALEX TREASURYSTATUUT AVALEX Inhoudsopgave Inleiding... 3 I Begrippenkader... 4 II Doelstellingen van de treasuryfunctie... 5 III
Nadere informatieTreasurystatuut RUD Zuid-Limburg
Treasurystatuut RUD Zuid-Limburg 1 Inhoud 0 Inleiding... 3 1. Algemene bepalingen... 4 Artikel 1 Begrippenkader... 4 Artikel 2 Doelstellingenvan de Treasuryfunctie... 5 2. Risicobeheer... 5 Artikel 3 Uitgangspunten
Nadere informatieSector : II. besluit: vast te stellen het navolgende TREASURYSTATUUT VAN DE GEMEENTE FERWERDERADIEL HOOFDSTUK I ALGEMEEN
Sector : II Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Ferwerderadiel; gelet op het bepaalde in de Verordening op de inrichting van de financiële organisatie, het financiële beheer en de
Nadere informatieTe besluiten om: 1. Treasurystatuut 2016 vast te stellen 2. Treasurystatuut 2010 in te trekken
Raadsvoorstel Agendanummer: Datum raadsvergadering: Onderwerp: Treasurystatuut 2016 Gevraagde Beslissing: Te besluiten om: 1. Treasurystatuut 2016 vast te stellen 2. Treasurystatuut 2010 in te trekken
Nadere informatieTreasurystatuut GGD GZ 2019 Colofon
Treasurystatuut GGD GZ 2019 Colofon auteur(s) Afdeling Financiën & Control datum 18 april 2019 afdeling FP&C versie 0.1 status Concept Inleiding In dit treasurystatuut wordt de treasuryfunctie van de GGD
Nadere informatieTreasurystatuut gemeente Brummen 2009
Treasurystatuut gemeente Brummen 2009 Kenmerk: BR09.0055/MBo Pagina 1 Inhoud 1 Inleiding...3 2 Treasurystatuut...4 I Begrippenkader...4 II Doelstellingen van de treasuryfunctie...5 Risicobeheer III Uitgangspunten
Nadere informatieTREASURYSTATUUT
TREASURYSTATUUT 2009-2013 2 Inhoud I II Begrippenkader Doelstellingen Doelstellingen Risicobeheer III IV V VI VII VIII Uitgangspunten risicobeheer Renterisicobeheer Koersrisicobeheer Kredietrisicobeheer
Nadere informatiePROVINCIAAL BLAD. gelet op hoofdstuk 5 van de Gemeenschappelijke Regeling Prolander en artikel 12 van de Financiële Reglement Prolander;
PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van provincie Groningen. Nr. 1251 3 maart 2016 Financieringsstatuut Prolander Gedeputeerde Staten van de provincie Groningen Maken bekend dat het bestuur van Prolander
Nadere informatieRaadsbesluit. genomen op: Portefeuillehouder P. Bakker B&W d.d Afdeling: Bedrijfsvoering Commissie d.d Middelen
Gemeente Texel Raadsbesluit genomen op: nr. 8 12 januari 2010 Behandelhistorie Portefeuillehouder P. Bakker B&W d.d. 17-11-2009 Afdeling: Bedrijfsvoering Commissie d.d. 17-12-2009 Middelen Bijlage(n) Ter
Nadere informatieTreasurystatuut Gemeente Etten-Leur 2011
Treasurystatuut Gemeente Etten-Leur 2011 Gemeente Etten-Leur Inhoudsopgave Inhoudsopgave...3 1 Inleiding...5 2 Treasurystatuut...6 Algemeen...6 I Doelstellingen van de treasuryfunctie...6 Risicobeheer...6
Nadere informatieTreasurystatuut. Gemeente Waalwijk
Treasurystatuut Gemeente Waalwijk Treasurystatuut De raad der gemeente Waalwijk; Gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders; Gelet op artikel 212 van de Gemeentewet en de Wet financiering
Nadere informatieTreasurystatuut. Gemeenschappelijke regeling Regionaal reinigingsbedrijf AVALEX
Treasurystatuut Gemeenschappelijke regeling Regionaal reinigingsbedrijf AVALEX TREASURYSTATUUT AVALEX Inhoudsopgave Inleiding...3 I Begrippenkader...4 II Doelstellingen van de treasuryfunctie...5 III Uitgangspunten
Nadere informatieTreasurystatuut Gemeente Bedum
Treasurystatuut Gemeente Bedum Datum 19 oktober 2009 Verwijderd: 22 oktober 2009 Inhoud 1 Inleiding... 1 2 Treasurystatuut... 2 I Begrippenkader... 2 II Doelstellingen van de treasuryfunctie... 3 Risicobeheer
Nadere informatieTreasurystatuut VRU Vastgesteld door het algemeen bestuur d.d. 19 februari 2018
Treasurystatuut VRU Vastgesteld door het algemeen bestuur d.d. 19 februari 2018 Inhoudsopgave 1 Inleiding 1 1.1 Kader 1 1.2 Leeswijzer 2 2 Beleid 3 2.1 Doelstellingen treasurybeleid 3 2.2 Uitgangspunten
Nadere informatieTREASURYSTATUUT STADSREGIO ARNHEM NIJMEGEN
TREASURYSTATUUT STADSREGIO ARNHEM NIJMEGEN 1 Inleiding...1 2 Treasurystatuut...1 I Begrippenkader...1 II Doelstellingen van de treasuryfunctie...3 Risicobeheer III Uitgangspunten risicobeheer...3 IV Renterisicobeheer...3
Nadere informatiegezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 3 november 2009;
CVDR Officiële uitgave van Asten. Nr. CVDR86585_1 3 oktober 2017 Treasurystatuut 2009 De raad van de gemeente Asten; gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 3 november 2009;
Nadere informatieTreasurystatuut Gemeente Den Helder. ieheersdeel
Treasurystatuut 2014 Gemeente Den Helder ieheersdeel Administratieve organisatie en interne controle. A. Uitgangspunten administratieve organisatie en interne controle. Vanuit de treasuryfunctie zijn de
Nadere informatieStuknummer: bl Treasurystatuut Gemeente Den Helder
Stuknummer: bl10.00028 Treasurystatuut 2010 Gemeente Den Helder BELEIDSKADER I Begrippenkader Artikel 1. In dit statuut wordt verstaan onder: Cash management Deposito Derivaten Financiering Treasuryfunctie
Nadere informatieTreasurystatuut Gemeente Utrechtse Heuvelrug 2011
Treasurystatuut Gemeente Utrechtse Heuvelrug 2011 Inhoud Inleiding... 2 Treasurystatuut... Begrippenkader...3 Doelstellingen van de treasuryfunctie... 5 Risicobeheer Uitgangspunten risicobeheer... 5 Renterisicobeheer...
Nadere informatieCVDR. Nr. CVDR340462_2. Treasurystatuut. 13 februari Officiële uitgave van Dinkelland.
CVDR Officiële uitgave van Dinkelland. Nr. CVDR340462_2 13 februari 2018 Treasurystatuut Burgemeester en wethouders van Dinkelland, gelet op artikel 2 van de Verordening op het gemeenteblad; Besluiten:
Nadere informatieTreasurystatuut Regio Twente 2016
Treasurystatuut Regio Twente 2016 Autorisatie OPSTELLERS: Jan Olthof FUNCTIONARIS Beleidsadviseur Bedrijfsvoering Versiegegevens VERSIE: DATUM: OMSCHRIJVING: 1.1 2 september Concept Definitief concept
Nadere informatieBesluit. Behandelschema Treasurystatuut 2015. Doelenboom. De raad van de gemeente Texel: gelezen het advies van burgemeester en wethouders;
1Raadsbesluit Nummer 029 Behandelschema Treasurystatuut 2015 B&W 17-02-2015 Raadscommissie 31-03-2015 Gemeenteraad 15-04-2015 Naar aanleiding van o.a. verplicht Schatkistbankieren is het treasurystatuut
Nadere informatie