04 Meetkunde. hoofdstuk. 4.1 Uitslagen
|
|
- Eva Dekker
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 hoofdstuk 0 eetkunde bladzijde 06 e schuine muren aan de benedenkant van de woning. e vloeren en de plafonds zijn regelmatige zeshoeken of regelmatige driehoeken. ovenaanzicht:. Uitslagen bladzijde 08 e figuren a, b en d kunnen de uitslag van een kubus zijn. e figuren a, b en d kunnen de uitslag van het prisma zijn. bladzijde
2 a is een vergroting van. Omdat = en = is de vergrotingsfactor =. us = met = + = +. itgeeft+ = ofwel = endus = 6. b
3
4 bladzijde 6 P = P = Q = Q = R = R = S = S = K met K is het midden van. PQ = QR = RS = SP =. R K R S S Q P S P Q 7 Van figuur b. e straal van de cirkels in figuur b is 0,8 cm en de omtrek is dus π 0,8 cm. it komt overeen met de lengte van de rechthoek. bladzijde 8 a Omtrekcirkel met R = cmisπ = 6π cm. Lengte cirkelboog is 90 6π =,π cm. 60 Omtrek grondcirkel is πr cm. us πr =,π r = 0,7 cm bomtrekcirkelmetr =, cm is π, = π cm. Lengte cirkelboog is 0 π = 60 π cm. Omtrek grondcirkel is πr cm. us πr = π r = cm, cm c Omtrekcirkel met R = cmisπ = π cm. Lengte cirkelboog is 00 0 π = 60 π cm. Omtrek grondcirkel is πr cm. us πr = 0 π r = cm,7 cm
5 bladzijde 9 Omtrek cirkel met straal R is πr. p Lengte cirkelboog is 60 πr = p 80 πr. Omtrek grondcirkel is πr. us πr = p 80 πr r = p 60 R 0 Stel de middelpuntshoek is p. p r geldt π = π 60 p 60 0 = 6 p 60 = 0,6 p = 0,6 60 = 6. us de middelpuntshoek is 6. a R = + = e middelpuntshoek van de uitslag van de mantel is 6 (zie opgave 0). 6
6 p b π = π 60 p 60 = 0,8 p = 0,8 60 = 88, dus de middelpuntshoek van de uitslag van de mantel is a e afmetingen zijn π = π cm en cm. b cm π cm c e stelling van Pythagoras geeft = (π) + 8,9, e lengte van het touwtje is ongeveer, cm. fstand is 6 = m. Op vier keer, dus per keer =, m. iameter mast is 9 cm, dus straal is, cm en omtrek is π, = 9π cm. Voor één winding krijg je us lengte één winding is + (9π) 8,6 cm. Lengte vlaggentouw is 8,6 cm. cm 9π cm
7 . Oppervlakte van vlakke figuren bladzijde 6 e oppervlakte van de gegeven figuur is gelijk aan de oppervlakte van een rechthoek van 7 bij cm. e oppervlakte is dus 7 = cm. bladzijde 8 a O (QP) = O (N) O (Q) = N = = is niet de helft van 7, dus PQ verdeelt de achthoek niet in twee stukken met gelijke oppervlakte. b O () = O (S) O (RS) O (R) = 9 9 S = = 8 us O () = 7 8 =. O () :O () = 8 : R = 7 : 09 P Q 6 a O () = O () = (a + b)h b O () = O () + O () = ah + bh = h(a + b) = (a + b)h a h b
8 7 a O = = cm b O = = = cm c O = + π = + π, cm = mm d e oppervlakte is gelijk aan de oppervlakte van het trapezium, dus O = ( + ) = 9cm. e e oppervlakte is gelijk aan de oppervlakte van een rechthoek met zijden van en cm plus de oppervlakte van een halve cirkel met straal cm, dus O = + π = 6 + π 7,7 cm = 77 mm
9 bladzijde 9 8 O () = O () = = = 6 = 8 e gevraagde oppervlakte is π 8 = 9π 8 0,7 9 a In is = 60 = 60 6 b = en = 60, dus is gelijkzijdig en dus is = = =. In N is N + N = + N = N = 6 =, dus N = O ( ) = 6,9 c O () = 6 O ( ) = 6 6,9,6 N OS VOORKNNIS a cos = 7 = 7 cos,7 sin = 7 = 7 sin,0 btan Q = 6 Q bladzijde 0 0 = 60 = 7, dus N = 6. tan 6 =, N N =, tan 6,09 O () =,09,0 6, N, = 60 8 cos, = N 6 N = 6 cos,,8 =, dus N =,. sin, = N 6 N = 6 sin,,96 dus,9 O () = 8,9,8 0,8 6, N
10 In is tan 70 = 0 = 0 tan 70,697 In is tan 0 = 0 = 0 tan 0,97 us = + =,697 +,97=,7 O () = =,7 0 77, bladzijde a 70 8 bin is sin 70 = = sin 70,70 O () = = 8,70 8,8 c In is sin = b = b sin O () = b = c b sin = bc sin c a ebruik de formule van opgave c. it geeft O ( ) = sin = 0 0 sin 80 9, b O (segment) = O (sector) O ( ) = π 0 9, 0,7 e hoeken bij zijn allemaal 60. O () = O ( ) + O (sector ) = sin π 7,7
11 bladzijde 6 In N is sin N = N 6,87 us 7,7 Ook 7,7 en 7,7, dus voor de cirkelsectoren blijft over 60 7,7 8,78. O () = O ( ) + O (cirkelsectoren) 8,78 = sin 7, π 66, N 7 P 6 R N 6 Q sin PR = PR 8,68, dus PQ 77,6 sin PNR = 6 PNR,6, dus PNQ 9, O (gebied) = O (sector PQ) O( PQ) + O (sector PNQ) O ( PQN) = 77,6 60 π 9, sin 77, π sin 9,,8
12 . Oppervlakte van ruimtefiguren bladzijde 8 O (cilinder) = O (grondcirkel) + O (cirkelmantel) = π + π = 8π + π = π cm 9 a Stel de middelpuntshoek is p. p R = + = r geldt π = π 60 p 60 0 = 6 p 60 = 0,6 p = 0,6 60 = 6 us de middelpuntshoek is 6. b O (kegelmantel) = 6 60 π 7, cm 7 cm c O (kegel) = O (grondvlak) + O (kegelmantel) π + 7, 7 cm bladzijde 0 sin, = 7 R 7 R = sin, 8,9 O kegel = πr + πrr π 7 + π 7 8,9 6, cm R, 7 O grondcirkel = 00 cm O grondvlak = πr } πr = 00 r = 00 π r,6 cm R = 0 + (,6) R,8 cm O kegelmantel = πrr π,6,8 0, cm R 0,6
13 } O grondcirkel = 0 cm O grondcirkel = πr πr = 0 r = 0 π r,99 cm O kegelmantel = 7 cm O kegelmantel = πrr π,99 R sin =,99,98,9 us tophoek = 8. } π,99 R = 7 R = 7,99π R,98 cm,98,99 a N N = N x x x + 6 = N x = (x + 6) x = x + x = 6 x = b O kegelmantel = πrrmet r = enr = + R = + 0, dus R = O kegelmantel = π 7,6 c Van de kegel met top en straal grondcirkel N is O kegelmantel = πrrmet r = enr = N + N R = +, dus R = 0 O kegelmantel = π 0 8,0 us de oppervlakte van de mantel van de afgeknotte kegel is 7,6 8,0 = 7,. d O afgeknotte kegel = π + π + 7, 8,6 N N = N x x x + = 0 0x = (x + ) 0x = x + 6x = N x = 7 cm = N + N = + (7 ) 8, cm = + = 0 + (8 ) 0,88 cm O (kapje) = π π N cm π 0 0,88 π 8, cm cm 0 cm
14 O cilinder = π + π 0 = π + 80π = π O cilinder = π + π h = 8π + πh r geldt 8π + πh = π πh = 0π h = 0 h = 6 bladzijde 6 6 e rechthoek is ( ) bij 6 m, dus 6 bij 6 m. e twee kwart cilinders vormen samen een halve cilinder met r = menh = 6m. O (skatebaan) = π 6 = 6 + 8π 9, m. ateriaalkosten = 9, O (mantel in figuur.b) = π 0 08 cm, dus O (mantel in figuur.a) 08 = 7 cm. bladzijde 8 8 O bol met straal r = πr = 8πr O bol met straal = π = 00π r geldt 8πr = 00π r =, r, } 9 omtrek aarde = km omtrek aarde = πr πr = r 666 km O aarde = π km us O (oceanen) = 0, km. 0 a e straal van een bal is cm, dus O bal = π = 6π cm. O cilindermantel = πrh = π = 7π cm. r geldt 6π = 7π, dus Linda heeft gelijk. b Zie de figuur. In OP is sin 60 = r r 0,866 = r r r = 0,866( r) r =,98 0,866r,866r =,98 r,9 cm c ls de knikkers recht boven elkaar worden gelegd, dan is de benodigde hoogte 8,9 =, cm en dit is minder dan cm. d O (twaalf knikkers) = π,9 9 cm e O (twee ballen) = 7π 6 cm, dus O (twaalf knikkers) = 9 O (twee ballen) 6,9O (twee ballen) O r 60 P r r
15 . Inhoud van ruimtefiguren bladzijde 0 a I kegel = I cilinder = πr h b I bol = I kegel = πr r = πr bladzijde h = r Stel de straal van een tennisbal is r. e inhoud van de doos is dan πr 6r = 6πr. e inhoud van de tennisballen is πr = πr. et percentage is dus πr 6πr 00% = 6 00% 66,7% a + = + = 6 = 7,96 I ( ) = 6,96 8,7 6 6 b KN + N = K + N = N = N = I (L K) = 0 9 = 80 K N c P + = P + = =,6 I kegel = π,6, P
16 bladzijde Zie het ruimtelijk plaatje van de piramide. In PS is P = cmenps = cm (opmeten in de uitslag). us PS + S = P geeft + S = S = S,7 cm O (PQ) = = =, cm P S Q I piramide =,,7,0 cm J K L 6 8 I 8 P Q I (woning) = I ( ) I (IJ PK) I (QK L) I (K PQ) = = = 88 m 6 m m 6 m m m m I ( ) = = 8m I (huis) = I (onder voor) + I (onder achter) + I (dak voor) + I (dak achter) + I ( ) = = = 8 m
17 bladzijde 7 et grondvlak is een regelmatige zeshoek met zijden van, = 7, cm. e hoogte van het doosje is,7 =,7 cm. O ( ) = 7, 7, sin 60,6 cm us O (zeshoek) = 6,6 6, cm en I (doosje) = 6,,7 009 cm 60 7, cm 7, cm 8 r bol = cm, dus I bol = π,6 cm I cilinder = πr 0 = 0πr us 0πr =,6 r =,6 0π r, cm, dus r cilinder mm 7, cm I kegel = πr 0 = 0 πr us 0 πr =,6 r =,6 0 π r 7, cm, dus r grondcirkel kegel 7 mm 9 Stel de straal van de cilinder is r. an is de hoogte van de cilinder (en van de kegel) r. I kegel = πr r = πr I bol = πr I cilinder = πr r = πr us I kegel : I bol : I cilinder = πr : πr :πr = : : = ::6 = :: bladzijde 0 a I (systeem) = I (balk) + I (buizen) = 00 + π 7, (00 0) 0 8 cm b Stel de lengte van het extra stuk buis is l cm. an geldt π 7, l = l = 6 cm π 7,
18 a Zie de figuur. is het midden van de omgeschreven bol en is de straal. = + = + = = + = + = 8 us = 8 en r = = 8,6 I bol = π,6 7, cm I bol I kubus 7, = 0, cm. cm cm cm bebruikr bol,6 cm. Zie de figuur hiernaast. a Zie de figuur met het kiepkarretje op de kop. Omdat = en = heb je te maken met een afgeknotte piramide. e hoogte van de hele piramide is m. b I (kar) = I ( ) I ( ) =, = 8 = 7m, m m m m
19 e emmer heeft de vorm van een afgeknotte kegel. Zie de figuur. = dus x x + = 0 x = 0(x + ) x = 0x + 0 x = 0 x = 0 cm cm I (emmer) = π 7 π 0 0 cm, liter 0 cm. oorsneden bladzijde 6 x zeshoek en driehoek
20 bladzijde 7 a f b g c h c d i e i
21 6 a riehoeken, vierhoeken en zeshoeken. b riehoeken, vierhoeken en zeshoeken. c riehoeken en vierhoeken. bladzijde 9 7 a Q b Q P P R
22 bladzijde 0 8 P 9 60 R P Q
23 6 K L bladzijde 6 Stapeling van cilinders, elk met hoogte cm. Opmeten geeft diameters,,, en, cm. us de stralen (schaal : ) zijn,,, en, cm. Inhoud vaas = π + π + π, + π, = π( + +, +, ) 96 cm 6 a Op de foto is de hoogte van de bolder ongeveer, cm, dus de schaal van de foto is ongeveer : 000. Opmeten geeft diameter eerste verdieping ongeveer 8 m. us de oppervlakte is π 60 m. b Opmeten geeft diameter vijfde verdieping ongeveer m. us oppervlakte is π 0 m. c Vat het onderste gedeelte op als een cilinder met r = m en h = 0 m. otale inhoud = π m. bladzijde 6 Inhoud koffiefilter (, + π ) + (,8 + π, ) + (6,8 + π, ) + (0,8 + π ) + π 6, 7,9 + 7,6 + 7,0 +, + 7, 700 cm
24 iagnostische toets bladzijde 6 a = = + = b
25 a R = 6 + = 0 6, cm Stel de middelpuntshoek is p. p r geldt 60 π 0 = π p 60 = 0 p = 60 0 b us de middelpuntshoek van de uitslag is. 6, cm a oppervlakte = π = 6 π 9,86 cm = 986 mm b oppervlakte = + + π = π 9,7 cm = 97 mm a = =, dus = en 8 = = 80 =. b Stel de straal van de omgeschreven cirkel is r. r geldt πr = 0π r = sin, = N N = sin, us = 0 sin, en omtrek achthoek = 8 0 sin, 0,6 oppervlakte = sin, dus oppervlakte achthoek = 8 sin 70,7, N sin N = N 6,9 us 7,7. oppervlakte segment = 7,7 60 π sin 7,7,09 N
26 bladzijde 7 6 a R = + 0 = Oppervlakte kegel = π + π,. b PQ PQ = P, dus PQ = 6 0 PQ = 0 0 = us Q = + 6 =. Oppervlakte mantel afgeknotte kegel = π π, 6 P Q 7 a O bol = π = 6π O cilinder = π + π 8 = π + 6π = 96π O cilinder O bol = 96π 6π = π us O cilinder is π 6π 00% = 0% groter dan O bol. b O bol = πr O cilinder = πr + π r r = πr + πr = 6πr O cilinder O bol = 6πr πr = πr πr 00% = 0% is onafhankelijk van r. πr 8 a Van de cilinder is r = cmenh = 0 cm. I cilinder = π 0 78 cm b Van de bol is r = cm. I bol = π cm 9 a et grondvlak is driehoek. = 6 = 7 O ( ) = 6 7 = 7 I piramide = 7 0, b et bovenvlak van de afgeknotte piramide is een gelijkzijdige R driehoek met zijden van =,6. RS =,6,8 = 9,7 O ( PQR) =,6 9,7 =,8 9,7 us inhoud afgeknotte piramide = 7 0,8 9,7 6 0,7.,6,6 P,8 S,8 Q c In is cos 0 = = cos 0,6 us I kegel = π,6 0,66. e inhoud van het deel van de kegel dat buiten de piramide ligt is,66,96 7,70. 0
27 0 a P K L b S K L Inhoud = π 0 + π π π 0 + π 0 = ( ) 0π 0 80 cm liter
Hoofdstuk 2 boek 1 havo b Oppervlakte en inhoud.
Hoofdstuk boek havo b Oppervlakte en inhoud.. Vlakke figuren, oppervlakte.. Het halve cirkeltje boven past precies in het halve cirkeltje onder, dan komt er een rechthoek met breedte en lengte 4 + + +
Nadere informatieLes 1 Oppervlakte driehoeken. Opl. Les 2 Tangens, sinus en cosinus. Aantekening HAVO 4B Hoofdstuk 2 : Oppervlakte en Inhoud
antekening HVO 4B Hoofdstuk 2 : Oppervlakte en Inhoud Les 1 Oppervlakte driehoeken Oppervlakte driehoek = ½ basis hoogte Oppervlakte parallellogram = basis hoogte Oppervlakte trapezium = ½ (basis + top)
Nadere informatieHoofdstuk 2 Oppervlakte en inhoud
Hoofdstuk 2 Oppervlakte en inhoud Les 1 Aant. 2.1 Oppervlakte van vlakke figuren Theorie A: Oppervlakte van vlakke figuren Oppervlakte driehoek = ½ zijde bijbehorende hoogte Oppervlakte parallellogram
Nadere informatieHoofdstuk 6 Inhoud uitwerkingen
Kern Prisma en cilinder a De inhoud is G h=,5 = 4,5cm. b Die inhoud is even groot. a De inhoud is G h= ( 4) 8 = 64 cm b Op iedere hoogte geldt dat de doorsnede van het rechte prisma dezelfde oppervlakte
Nadere informatieOplossingen. b) arctan( 4. c) arctan( AC = 4 2, AS = 2 2, NT = 34 (= 2 17), ST = 32 = 4 2 a) 2 arcsin( 2 2
Voorkennis: Goniometrische verhoudingen De officiële benaming voor de inverse van sinus, op je rekenmachine sin 1 is boogsinus, afgekort als arcsin, voor cos 1 : boogcosinus arccos, voor tan 1 : boogtangens
Nadere informatieHoofdstuk 5 Oppervlakte uitwerkingen
Kern Vlakke figuren a Rechthoek, parallellogram, driehoek Oppervlakte rechthoek = lengte reedte = d Oppervlakte parallellogram = lengte hoogte = d Oppervlakte driehoek = asis hoogte = d a Knip de parallellogram
Nadere informatieWiskunde Uitwerkingen Leerjaar 1 - Periode 3 Meetkunde 3D Hoofdstuk 4 t/m 7
Wiskunde Uitwerkingen Leerjaar - Periode Meetkunde oofdstuk t/m 7 oofdstuk. a). a). a) opp. = ribbe ribbe = ribbe = 8 cm inh. = ribbe ribbe ribbe = ribbe =.78 cm opp. = 00 0 + 0 + 00 = 7.900 cm inh. =
Nadere informatieG&R havo B deel 3 10 Aanzichten en doorsneden C. von Schwartzenberg 1/16. 1a Het bovenaanzicht van het voorwerp is een cirkel. 3
& havo deel 0 anzichten en doorsneden. von chwartzenberg / a et van het voorwerp is een cirkel. b Je moet tegen het (rechter of linker) zijaanzicht aankijken. rechterzijaanzicht I (opg. ) vooraanzicht
Nadere informatie8.1 Inhoud prisma en cilinder [1]
8.1 Inhoud prisma en cilinder [1] Een prisma heeft twee evenwijdige grensvlakken. Een grondvlak en een bovenvlak. De andere grensvlakken zijn rechthoeken. De hoogte van de prisma is de lengte van de opstaande
Nadere informatieOppervlakte en inhoud van ruimtelijke figuren
4 Oppervlakte en inhoud van ruimtelijke figuren BALK EN KUBUS hoogte Figuur lengte reedte In figuur is een alk getekend. Bij een alk zijn steeds de twee tegenover elkaar liggende vlakken gelijk. Alle vlakken
Nadere informatieBlok 4 - Vaardigheden
lok - Vaardigheden Extra oefening - asis -a Het hellingsgetal is 60 = = 0,065. -a De hellingshoek is tan (0,065),6. c De hellingshoek van Raymond is tan ( 60 c 960 tan = geeft tan 6 = 600 = 600 tan 6 9
Nadere informatie5.7. Boekverslag door P woorden 11 januari keer beoordeeld. Wiskunde B
Boekverslag door P. 1778 woorden 11 januari 2012 5.7 103 keer beoordeeld Vak Methode Wiskunde B Getal en ruimte Wiskunde Hoofdstuk 1 Formules en Grafieken 1.1 Lineaire verbanden Van de lijn y=ax+b is de
Nadere informatieOpgave 1: De oppervlakte van de figuur is precies de oppervlakte van een rechthoek van 7 bij 3, dus
Hoofdstuk : Oppevlakte en inhoud.. Oppevlakte van vlakke figuen Opgave : De oppevlakte van de figuu is pecies de oppevlakte van een echthoek van 7 bij, dus Opp 7 Opgave : a. ABCQPH ) 4 dus lijnstuk PQ
Nadere informatieExtra oefenmateriaal H10 Kegelsneden
Deel 1 Extra oefenmateriaal H10 Kegelsneden 1. Bereken de inhoud van de volgende twee afgeknotte figuren. 2. Hiernaast zie je een afgeknot zeszijdig prisma. Het grondvlak is een regelmatige zeshoek met
Nadere informatieAntwoorden De juiste ondersteuning
ntwoorden De juiste ondersteuning a. De straal van de cirkel waarover het beweegt is 5. De maximale hoogte van het is dus 5. Het moet dus dm omhoog. b. Het van het tweede blok beweegt over een cirkel met
Nadere informatieHoofdstuk 4: Meetkunde
Hoofdstuk 4: Meetkunde Wiskunde VMBO 2011/2012 www.lyceo.nl Hoofdstuk 4: Meetkunde Wiskunde 1. Basisvaardigheden 2. Grafieken en formules 3. Algebraïsche verbanden 4. Meetkunde Getallen Assenstelsel Lineair
Nadere informatiemet tijdseenheden overig niet-metrisch moeten zelf bedacht of opgezocht worden a geheeltallig en < 10
Meeteenheden omrekenen 1 2 3 4 5 Eenheid n n = 1 n = 2, n = 3 n > 3 Omrekeningsfactoren uitsluitend metrisch met tijdseenheden overig niet-metrisch Omrekeningsrichting van groot naar klein van klein naar
Nadere informatied = 8 cm 2 6 A: = 26 m 2 B: = 20 m 2 C: = 18 m 2 D: 20 m 2 E: 26 m 2
H17 PYTHAGORAS 17.1 INTRO 1 b c d 1 4 4 = 8 cm 6 A: 6 1 5 1 4 = 6 m B: 6 1 4 4 = 0 m C: 6 1 3 3 4 = 18 m D: 0 m E: 6 m 7 a A:, cm B: 5,0 cm C: 3, cm D: 4,1 cm b Voor elke zijde geldt dat het de schuine
Nadere informatieAntwoordmodel - In de ruimte
Antwoordmodel - In de ruimte Vraag 1 Welke ruimtefiguren (of delen van) herken je op de volgende foto s? a Foto 1. Balk, prisma, cilinder en kubus. b Foto 2. Cilinder, balk, kubus en prisma c Foto 3. Balk,
Nadere informatie6.1 Rechthoekige driehoeken [1]
6.1 Rechthoekige driehoeken [1] In het plaatje hiernaast is een rechthoekige driehoek getekend. Aan elke zijde van deze driehoek ligt een vierkant. Het gele vierkant heeft een oppervlakte van 9 hokjes;
Nadere informatieKaas. foto 1 figuur 1. geheel aantal cm 2.
Kaas Op foto 1 zie je drie stukken kaas. Het zijn delen van een hele, ronde kaas. Het grootste stuk is precies de helft van een hele kaas. Deze halve kaas heeft een vlakke zijkant. De vorm van de vlakke
Nadere informatieCorrectievoorschrift VMBO-GL en TL 2008 tijdvak 1
Correctievoorschrift VMBO-GL en TL 2008 tijdvak 1 Golfbaan 1 maximumscore 4 Een kijklijn tekenen van het putje langs de punt van de bosrand (1) 90 m in werkelijkheid komt overeen met 6 cm in de tekening
Nadere informatie6 A: 6 2 2 1 5 1 4 = 26 m 2 B: 6 2 2 1 4 2 4 = 20 m 2 C: 6 2 1 2
Hoofdstuk 17 PYTHAGORAS HAVO 17.1 INTRO 1 b c 6 A: 6 1 5 1 4 = 6 m B: 6 1 4 4 = 0 m C: 6 1 3 3 4 = 18 m D: 0 m E: 6 m 7 a A:, cm B: 5,0 cm C: 3, cm D: 4,1 cm b Voor elke zijde geldt dat het de schuine
Nadere informatieEXAMEN SCHAKELCURSUS MIDDELBARE LASTECHNIEK WISKUNDE 2010
EXAMEN SCHAKELCURSUS MIDDELBARE LASTECHNIEK WISKUNDE 010 Datum: 13 januari 010 Aantal opgaven: 6 Beschikbare tijd: 100 minuten De maximale score is 90 punten, vooraf 10 punten: totaal 100 punten. Aantal
Nadere informatie1 maximumscore 2 afstand = 1 invullen 1 0, , ,55 = 1,2 1
Eindexamen wiskunde vmbo gl/tl 007 - I Beoordelingsmodel Volleybal maximumscore afstand = invullen 0,05 + 0,7 + 0,55 =, maximumscore 4 afstand in meters hoogte in meters 0 3 4 5 6 7 8 9 0 0,55,0,75,0,55,80,95
Nadere informatiede Wageningse Methode Antwoorden H17 PYTHAGORAS VWO 1
Hoofdstuk 17 PYTHAGORAS VWO 17.0 INTRO 1 b C: 3, cm D: 4,1 cm b Voor elke zijde geldt dat het de schuine zijde van een rechthoekige driehoek met rechthoekszijden van 3 en 4 cm is. Dus alle vier de zijden
Nadere informatie7 a. 8 a. de Wageningse Methode Antwoorden H24 GONIOMETRIE HAVO 1
H GONIOMETRIE HAVO.0 INTRO a schaal : 00 (het touw is in de tekening 6 cm) a 6 km : 00.000 = 6 cm b b ongeveer 8, meter. TEKENEN OP SCHAAL 6 a schaal : b 9 a 7 a (moeilijk nauwkeurig te meten) b schaal
Nadere informatie9.1 Oppervlakte-eenheden [1]
9.1 Oppervlakte-eenheden [1] De omtrek van een figuur bereken je door uit te rekenen hoe lang het is als je één keer langs de rand van de figuur gaat. Omtrek = l + l + l + l + l + l + l + l = 14 + 8 +
Nadere informatieNoordhoff Uitgevers bv
Extra oefening - asis -1a Van trap 1 is de hellingshoek 17. Van trap is de hellingshoek 14. Van trap 1 is het hellingsgetal 60 = 0,. 00 Van trap is het hellingsgetal 0 = 0,. 10 c De tekening hiernaast
Nadere informatie7 a. 8 a. de Wageningse Methode Antwoorden H24 GONIOMETRIE HAVO 1
H GONIOMETRIE HAVO.0 INTRO a : 00 (het touw is in de tekening 6 cm) a 6 km : 00.000 = 6 cm b 6 a Schaal :. b 9. TEKENEN OP SCHAAL a 7 a (moeilijk nauwkeurig te meten) b : 000 c Ik meet cm dus in werkelijkheid
Nadere informatieH24 GONIOMETRIE VWO. Dus PQ = 24.0 INTRO. 1 a 6 km : = 12 cm b. 5 a 24.1 HOOGTE EN AFSTAND BEPALEN. 2 a factor = 3
H GONIOMETRIE VWO.0 INTRO a 6 km : 0.000 = cm a Dus PQ = 680 = 0, dus zeilt 7 ze 0 meter in minuten. Dat is 0 0 = 800 meter in een uur. Dat is,8 km/u.. HOOGTE EN AFSTAND BEPALEN a factor = 0,6 Diepte put
Nadere informatie1 Vlaamse Wiskunde Olympiade : eerste ronde
1 Vlaamse Wiskunde Olmpiade 2006-2007: eerste ronde 1 Hoeveel punten kunnen een rechthoek en een cirkel maimaal gemeen hebben? (A) 2 (B) 4 (C) 6 (D) 8 (E) 10 2 Van de volgende drie uitspraken R : 2 = R
Nadere informatie0,55 1,20 1,75 2,20 2,55 2,80 2,95 3 2,95 2,80 2,55 2,20 1,75
4 Beoordelingsmodel Volleybal 1 maximumscore afstand = 1 invullen 1 0,05 1 + 0,7 1 + 0,55 = 1, 1 maximumscore 4 afstand in meters hoogte in meters 0 1 3 4 5 6 7 8 9 10 11 1 0,55 1,0 1,75,0,55,80,95 3,95,80,55,0
Nadere informatieREKENEN. Les Probleemoplossend Rekenen. Hoofdstuk 13 -
REKENEN Les 2.3.7 Probleemoplossend Rekenen Hoofdstuk 13 - VANDAAG Studiewijzer Terugblik Probleemoplossend Rekenen Tijd om te oefenen Opgaven Proefexamen STUDIEWIJZER 2.3.2 Lengte en Oppervlakte 2.3.3
Nadere informatiewiskunde CSE GL en TL
Examen VMO-GL en TL 2007 tijdvak 1 woensdag 30 mei 13.30-15.30 uur wiskunde SE GL en TL ij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Dit examen bestaat uit 25 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 83 punten
Nadere informatieHandig met getallen 4 (HMG4), onderdeel Meetkunde
Handig met getallen 4 (HMG4), onderdeel Meetkunde Erratum Meetkunde Je vindt hier de correcties voor Handig met getallen 4 (ISBN: 978 94 90681 005). Deze correcties zijn ook bedoeld voor het Rekenwerkboek
Nadere informatieDoorsnede inhoud vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie. https://maken.wikiwijs.nl/74250
Auteur VO-content Laatst gewijzigd Licentie Webadres 24 mei 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie https://maken.wikiwijs.nl/74250 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs
Nadere informatie7 cilinder. bol. torus. 8 a
.0 INTRO a Een vierkant, een lijnstuk, een vierkant ijvooreeld zo: Het laagste punt is het midden van het grondvlak. Een lijnstuk nij van een kurk aan weerszijden een stuk af, zo dat je aan de ovenkant
Nadere informatieAanzichten en inhoud. vwo wiskunde C, domein G: Vorm en ruimte
Aanzichten en inhoud vwo wiskunde C, domein G: Vorm en ruimte 1 Verantwoording 2015, SLO (nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling), Enschede Dit lesmateriaal is ontwikkeld in het kader van de nieuwe
Nadere informatieOefentoets Versie A. Vak: Wiskunde Onderwerp: Meetkunde Leerjaar: 1 (2017/2018) Periode: 3
Oefentoets Versie A Vak: Wiskunde Onderwerp: Meetkunde Leerjaar: 1 (017/018) Periode: 3 Opmerkingen vooraf: Het gebruik van een rekenmachine en een tabellenboekje is toegestaan. Geef je antwoord alljd
Nadere informatieBlok 6B - Vaardigheden
B-a Etra oefening - Basis Eigenschap C is ook een definitie van een rechthoek. A: Als de diagonalen wel even lang zijn maar elkaar niet middendoor delen, is de vierhoek geen rechthoek. Denk ijvooreeld
Nadere informatieOpgave 4. Opgave 5. Opgave 6. (5) a) Isoleer de variabele B uit de formule P A B P B. (6) b) Isoleer de variabele B uit de formule
EXAMEN SCHAKELCURSUS MIDDELBARE LASTECHNIEK WISKUNDE 009 Datum: 14 jan 009 Aantal opgaven: 6 Beschikbare tijd: 100 minuten De maximale score is 90 punten, vooraf 10 punten: totaal 100 punten. Aantal te
Nadere informatieNoordhoff Uitgevers bv
V-1a c d e 1 Voorkennis D C B N A K L Vierhoek ABCD is een vierkant. Vierhoek KLMN is een rechthoek en vierhoek PQRS is een parallellogram. De oppervlakte van vierhoek KLMN is 7 3 4 = 8 roostervierkantjes.
Nadere informatieExamen VMBO-GL en TL. wiskunde CSE GL en TL. tijdvak 2 dinsdag 18 juni 13.30-15.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.
xamen VMO-GL en TL 2013 tijdvak 2 dinsdag 18 juni 13.30-15.30 uur wiskunde CS GL en TL ij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Dit examen bestaat uit 23 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 76 punten
Nadere informatieBereken de oppervlakte van de donkere gedeelten in de tekeningen hieronder.
Oefenopgaven oppervlakte en inhoud 1. Bereken de oppervlakte van de driehoeken en parallellogrammen hieronder. 2. Bereken de oppervlakte van de donkere gedeelten in de tekeningen hieronder. 3. A. Bereken
Nadere informatieHoofdstuk 8 - Ruimtefiguren
Voorkennis V-a De oppervlakte van ABC is 2 5 : 2 = 0 cm 2. c d AB = 2 AC = 5 BC = 44 25 + 69 BC = 69 = cm De omtrek van ABC is 5 + 2 + = 0 cm. BD = 2 4 = 8 cm De oppervlakte van BCD is 8 5 : 2 = 20 cm
Nadere informatiede Wageningse Methode Antwoorden H25 RUIMTELIJKE FIGUREN IN HET PLAT VWO 1
H5 Ruimtelijke figuren in het plat VWO 5.0 INTRO a een vierkant ; een lijnstuk ; een vierkant Bijvooreeld zo: Het laagste punt is het midden van het grondvlak. Snij van een kurk aan weerszijden een stuk
Nadere informatieEindexamen havo wiskunde B 2013-I
Beoordelingsmodel Tornadoschalen maximumscore 80 km/u komt overeen met 77,8 m/s v = 77,8 invullen in de formule geeft F, Dus de intensiteit op de Fujita-schaal is maximumscore De waarde van F is dan minimaal,5
Nadere informatieDocentenhandleiding Wiskonopoly
Docentenhandleiding Wiskonopoly Benodigdheden buiten speelbord en bijgevoegde kaarten per spel. 2 dobbelstenen 4 speelstukken (lopers) strijkkralen kompasroos Uitrekenpapier Per spel een soort geldbiljetten
Nadere informatieWiskunde 1b Oppervlakte
PROFESSIONELE BACHELOR IN HET ONDERWIJS SECUNDAIR ONDERWIJS Auteur: Greet Verhelst, Eddy Greunlinx Lector: Academiejaar 2016-2017 Inhoudsopgave 1 Veelhoekig gebied... 4 2 van een veelhoekig gebied...
Nadere informatieExamen HAVO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 24 juni 13.30-16.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.
Examen HAVO 009 tijdvak woensdag 4 juni 3.30-6.30 uur wiskunde B Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Dit examen bestaat uit 9 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 8 punten te behalen. Voor elk vraagnummer
Nadere informatieHoofdstuk 3 - Piramides - uitwerkingen
Wiskunde Leerjaar 1 - periode Ruimtemeetkunde Hoofdstuk - iramides - uitwerkingen 1. iramide Hiernaast staat een regelma/ge vierzijdige piramide met (dus) een vierkant grondvlak. e hoogte van deze piramide
Nadere informatieHoofdstuk 6 - Oppervlakte en inhoud
Havo B deel Uitwerkingen Moderne wiskunde Hoofdstuk - Oppervlakte en inhoud ladzijde 0 V-a Er passen vierkanten in de puzzel dus één vierkant neemt -deel in eslag. De oppervlakte van de puzzel is = 44
Nadere informatieoppervlakte grondvlak hoogte
OVERZICHT FORMULES: omtrek cirkel = π diameter oppervlakte cirkel = π straal 2 inhoud prisma = oppervlakte grondvlak hoogte inhoud cilinder = oppervlakte grondvlak hoogte inhoud kegel = 1 3 oppervlakte
Nadere informatieEindexamen wiskunde B havo II
Eindexamen wiskunde B havo 009 - II Beoordelingsmodel Kaas maximumscore De oppervlakte van de rechthoek is 0 0 = 00 (cm ) De oppervlakte van de twee halve cirkels is samen π 5 ( 79)(cm ) De oppervlakte
Nadere informatie1 Vlaamse Wiskunde Olympiade : Eerste ronde.
1 Vlaamse Wiskunde Olympiade 1998-1999: Eerste ronde De eerste ronde bestaat uit 30 meerkeuzevragen Het quoteringssysteem werkt als volgt: per goed antwoord krijgt de deelnemer 5 punten, een blanco antwoord
Nadere informatie1. rechthoek. 2. vierkant. 3. driehoek.
Bij het uitrekenen van een lengte, een oppervlakte of een inhoud moet je altijd het volgende opschrijven: de formule - de tussenstap - het antwoord - de eenheid. 1. rechthoek. Kenmerken: alle hoeken zijn
Nadere informatieEindexamen wiskunde B havo II
Tonregel van Kepler In het verleden gebruikte men vaak een ton voor het opslaan en vervoeren van goederen. Tonnen worden ook nu nog gebruikt voor bijvoorbeeld de opslag van wijn. Zie de foto. foto Voor
Nadere informatieParagraaf 4.1 : Gelijkvormigheid
Hoofdstuk 4 Meetkunde (V4 Wis B) Pagina 1 van 8 Paragraaf 4.1 : Gelijkvormigheid Les 1 : Gelijkvormigheid Definities sin( A) = Overstaande Schuine cos( A) = Aanliggende Schuine = O S = A S tan( A) = Overstaande
Nadere informatieVraag Antwoord Scores
Beoordelingsmodel VMBO GL/TL 2008-I Vraag Antwoord Scores Golfbaan maximumscore 4 Een kijklijn tekenen van het putje langs de punt van de bosrand 90 m in werkelijkheid komt overeen met 6 cm in de tekening
Nadere informatieE = mc². E = mc² E = mc² E = mc². E = mc² E = mc² E = mc²
E = mc² E = mc² E = mc² E = mc² E = mc² E = mc² E = mc² E = mc² E = mc² De boom en het stokje staan loodrecht op de grond in het park. De boom is 3 en het stokje 1. Hoe lang is de schaduw van het stokje
Nadere informatieMeetkunde. MBO Wiskunde Niveau 4 - Leerjaar 1, periode 3
Meetkunde MBO Wiskunde Niveau 4 - Leerjaar 1, periode 3 LOCATIE: Noorderpoort Beroepsonderwijs Stadskanaal DOMEINEN: Bouwkunde, Werktuigbouw, Research Instrumentmaker LEERWEG: BOL - MBO Niveau 4 DATUM:
Nadere informatie1 Vlaamse Wiskunde Olympiade : Tweede Ronde.
1 Vlaamse Wiskunde Olympiade 1996 1997: Tweede Ronde e tweede ronde bestaat eveneens uit 0 meerkeuzevragen Het quoteringssysteem werkt (opnieuw) als volgt : een deelnemer start met 0 punten Per goed antwoord
Nadere informatieOpmerking Als de punten A en B op de juiste plaats getekend zijn, maar iedere toelichting ontbreekt, drie punten toekennen.
Een functie f(x) = geeft sin(x + 6 π) = x = π x = 5 π f(x) < geeft π < x < 5 π f (x) = cos(x + 6 π) f (0),7 ( f (0) = ) De hoek van l met de x-as is 60 De hoek van l met de y-as is 0 Trailer-tafel Het
Nadere informatieOverzicht eigenschappen en formules meetkunde
Overzicht eigenschappen en formules meetkunde xioma s Rechten en hoeken 3 riehoeken 4 Vierhoeken 5 e cirkel 6 Veelhoeken 7 nalytische meetkunde Op de volgende bladzijden vind je de eigenschappen en formules
Nadere informatieExtra oefeningen: de cirkel
Extra oefeningen: de cirkel 1. Gegeven een cirkel met middelpunt M en straal r 5 cm en. De lengte van de raaklijnstukken PA PB uit een punt P aan deze cirkel bedraagt 1 cm. Bereken de afstand PM. () PAM
Nadere informatieWiskunde D Online uitwerking 4 VWO blok 6 les 4
Wiskunde Online uitwerking 4 VWO blok 6 les 4 Paragraaf 4 Het inproduct om hoeken te berekenen Opgave a e hoek is kleiner dan 4, want het dak zelf staat onder een hoek van 45, en de kilgoot loopt schuin
Nadere informatieOefenexamen wiskunde vmbo-tl Onderwerp: meetkunde H2 H6 H8 Antwoorden: achterin dit boekje
Oefenexamen wiskunde vmbo-tl Onderwerp: meetkunde H2 H6 H8 Antwoorden: achterin dit boekje Indien van toepassing: schrijf je berekening op. Tekening altijd met geodriehoek en potlood. Omtrek rechthoek
Nadere informatieExamen VMBO-KB. wiskunde CSE KB. tijdvak 1 woensdag 30 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.
Examen VMO-K 2007 tijdvak 1 woensdag 30 mei 13.30-15.30 uur wiskunde CSE K ij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Dit examen bestaat uit 25 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 79 punten te behalen.
Nadere informatiewiskunde B bezem vwo 2018-I
Formules Vlakke meetkunde Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting. Hoeken, lijnen en afstanden: gestrekte hoek, rechte hoek, overstaande
Nadere informatieHerhalingsles 2 Meetkunde 1 Weeroefeningen
Herhalingsles Meetkunde Weeroefeningen HB. MK Kruis aan wat juist is. Deze figuur is een vierhoek, maar geen vierkant. een vierkant, maar geen ruit. een ruit, maar geen vierkant. een vierkant en een ruit.
Nadere informatieSamenvatting. Hoofdstuk 3
Hoofdstuk Samenvatting Negatieve en gebroken exponenten ij exponentiële functies N t b g t is N t de hoeveelheid op tijdstip t, b de beginhoeveelheid op tijdstip t 0eng de groeifactor per tijdseenheid.
Nadere informatiewiskunde CSE GL en TL
Examen VMBO-GL en TL 2010 tijdvak 2 dinsdag 22 juni 13.30-15.30 uur wiskunde CSE GL en TL Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Dit examen bestaat uit 25 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 77 punten
Nadere informatieThema: Ruimtelijke figuren vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie. https://maken.wikiwijs.nl/74248
Auteur VO-content Laatst gewijzigd 21 oktober 2016 Licentie CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie Webadres https://maken.wikiwijs.nl/74248 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs
Nadere informatieVl. M. Nadruk verboden 1
Vl. M. Nadruk verboden 1 Opgaven 1. Hoeveel graden, minuten en seconden zijn gelijk aan rechte hoek? van een rechte hoek resp van een 2. Als = 25 13 36, = 37 40 56, = 80 12 8 en = 12 36 25, hoe groot is
Nadere informatieEindexamen wiskunde B1-2 havo 2004-I
Eindexamen wiskunde 1-2 havo 2004-I Kogelstoten Kogelstoten is een onderdeel van de atletiek waarbij het doel is een zware kogel volgens een speciale techniek zover mogelijk weg te werpen; zie foto. Omdat
Nadere informatie5,7. Praktische-opdracht door N woorden 4 mei keer beoordeeld
Praktische-opdracht door N. 3292 woorden 4 mei 2001 5,7 175 keer beoordeeld Vak Wiskunde Inleiding en probleemstelling De laatste jaren hoor je steeds meer over fabrikanten die proberen hun verpakkingen
Nadere informatieSymmetrie en oppervlakte
Symmetrie en oppervlakte Hoofdstuk 5 1 a logoen4 /d 1 1 1 313 414 c logo 1: 180 logo : 180 logo 3: 90 logo 4: 90 d alle logo s zijn puntsymmetrisch 6 a a lijnsymmetrisch draaisymmetrisch puntsymmetrisch
Nadere informatie10 Afstanden. rood. even ver van A als van C even ver van A, van C en van E. 10 m. blauw
28 1 10 fstanden even ver van als van C even ver van, van C en van E 10 m Q ligt even ver van P als van Q, net zo. Dus is middelloodlijn van lijnstuk PQ, dus lijn staat loodrecht op lijn. 180 + = 90 2
Nadere informatieProefwerk VMBO-T3 : Hoofdstuk 6 Oppervlakte en Inhoud Berekening niet opschrijven is altijd fout!! Succes
Proefwerk VMBO-T3 : Hoofdstuk 6 Oppervlakte en Inhoud Berekening niet opschrijven is altijd fout!! Succes Opdracht 1 Bereken de oppervlakte van de volgende figuren. Schrijf je berekening op. LT OP: Je
Nadere informatieA. Cooreman. 6 MV 3D volume, constructies en problemen
A. Cooreman Ink ijke xe mp la ar MV 3D volume, constructies en problemen Leerjaar kk Groep 2 Remediëring 1 3 2 3 Naam: D/201/13280/ ISBN 9 7892 18 i.s.m 7 8 Klas: digitaal Legende iconen Leer dit vanbuiten.
Nadere informatieHoofdstuk 1 - Inleiding ruimtefiguren
Wiskunde Leerjaar 1 - periode 3 Ruimtemeetkunde Hoofdstuk 1 - Inleiding ruimtefiguren A. Zeven verschillende ruimtefiguren Hieronder zie je zeven verschillende ruimtefiguren. De ruimtefiguren ontstaan
Nadere informatie3 maximumscore 6 De hoogte van het grondvlak van het prisma met de stelling van Pythagoras berekenen: (10. 1 x 8,6 x 10= ) 43,30 (cm 2 ) 1
BEOORDELINGSMODEL vmbo wiskunde 003 tijdvak. SFEERLICHT maximumscore 60( ) maximumscore 3 De oppervlakte van het grondvlak van het ronde gat is (π x,9 =),34 (cm ) De inhoud van het ronde gat is (, x,34
Nadere informatie1 Junior Wiskunde Olympiade : tweede ronde
Junior Wiskunde Olympiade 008-009: tweede ronde ( 7) = (A) 7 (B) 7 (C) 7 of + 7 (D) 7 (E) onbepaald Beschouw de rij opeenvolgende natuurlijke getallen beginnend met en eindigend met Wat is het middelste
Nadere informatieExamen VMBO-KB. wiskunde CSE KB. tijdvak 2 dinsdag 22 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.
Examen VMBO-KB 2010 tijdvak 2 dinsdag 22 juni 13.30-15.30 uur wiskunde CSE KB Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Dit examen bestaat uit 26 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 77 punten te behalen.
Nadere informatie3 Pythagoras 90. 4 Statistiek 128
2BK1 2KGT1 Voorkennis 1 Meetkunde 6 1 Vlakke figuren 8 1.1 Namen van vlakke figuren 10 1.2 Driehoeken 15 1.3 Driehoeken tekenen 19 1.4 Vierhoeken 24 1.5 Hoeken berekenen in een vierhoek 30 1.6 Gemengde
Nadere informatieWillem-Jan van der Zanden
Enkele praktische zaken: Altijd meenemen een schrift met ruitjespapier (1 cm of 0,5 cm) of losse blaadjes in een map. Bij voorkeur een groot schrift (A4); Geodriehoek: Deze kun je kopen in de winkel. Koop
Nadere informatieDiagnostische toets. AMB stelling van de omtrekshoek AMB ˆ ANB. AQB ARB ˆ 180 koordenvierhoekstelling =
P Q M N R l M ˆ N M ˆ N 4M ˆ 4N ZZZ dus M ˆ N ˆ QP ˆ P ˆ M stelling van de omtrekshoek M ˆ N Q R ˆ 80 koordenvierhoekstelling R ˆ N stelling van de omtrekshoek Q PQ ˆ 80 gestrekte hoek Hieruit volgt dat
Nadere informatieExtra opgaven Aanzichten, oppervlakte en inhoud
Piramide (bewerking van opgave uit CE vmbo-gtl wis 2009-II) Hierboven is een piramide getekend. Het grondvlak ABC is een gelijkzijdige driehoek met zijden van 6,5 cm. De top T van de piramide ligt recht
Nadere informatieVraag Antwoord Scores. 1 maximumscore 2 De staplengte is 1600 : 2754 1 De staplengte is 0,580 meter, dit is 58 (cm) (of 0,58 meter) 1
Eindexamen wiskunde vmbo gl/tl 00 - I Beoordelingsmodel Stappenteller maximumscore De staplengte is 600 : 754 De staplengte is 0,580 meter, dit is 58 (cm) ( 0,58 meter) Als het antwoord in meters gegeven
Nadere informatieNoorderpoortcollege School voor MBO Stadskanaal. Reader. Wiskunde MBO Niveau 4 Periode M.van der Pijl.
Noorderpoortcollege School voor MBO Stadskanaal Reader Wiskunde MBO Niveau 4 Periode 5 01-01 M.van der Pijl Transfer Dataase ThiemeMeulenhoff ontwikkelt leermiddelen voor Primair Onderwijs, Algemeen Voortgezet
Nadere informatieDriehoeken vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie. http://maken.wikiwijs.nl/74268
Auteur VO-content Laatst gewijzigd Licentie Webadres 24 May 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/74268 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijsleermiddelenplein. Wikiwijsleermiddelenplein
Nadere informatie1 Vlaamse Wiskunde Olympiade 2009-2010: tweede ronde
Vlaamse Wiskunde Olympiade 009-00: tweede ronde Welke van de volgende vergelijkingen heeft als oplossing precies alle gehele veelvouden van π? () sinx = 0 (B) cos x = 0 (C) sinx = 0 (D) cosx = 0 (E) sinx
Nadere informatieCorrectievoorschrift HAVO. Wiskunde B (oude stijl) Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs. Tijdvak CV16 Begin
Wiskunde B (oude stijl) Correctievoorschrift HAVO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs 0 03 Tijdvak 3000 CV6 Begin Regels voor de beoordeling Het werk van de kandidaten wordt beoordeeld met inachtneming
Nadere informatieUitwerkingen oefeningen hoofdstuk 3
Uitwerkingen oefeningen hoofdstuk 3 3.4.1 Basis Tijd meten 1 Juli heeft 31 dagen. Wanneer 25 juli op zaterdag valt, valt 31 juli dus op een vrijdag. Augustus heeft ook 31 dagen. 1 augustus valt dus op
Nadere informatieVraag Antwoord Scores
VMBO GL/TL 2013-I Vraag Antwoord Scores Paraboolvlucht 1 maximumscore 3 In de formule voor t de waarden 0 en 22 invullen 1 Bij t = 0 is hoogte = 4,91 (0 11) 2 + 8500 = 7905,89 (meter) 1 Bij t = 22 is hoogte
Nadere informatieGoniometrische verhoudingen
Samenvatting 7.1 en 7.2 e onderstaande driehoek heeft een rechte hoek in punt. kan berekend worden als 2 zijden gegeven zijn: r geldt: o (overstaande zijde) tan = overstaande zijde aanliggende zijde =
Nadere informatieSamenvatting Wiskunde Aantal onderwerpen
Samenvatting Wiskunde Aantal onderwerpen Samenvatting door een scholier 2378 woorden 4 juni 2005 5,1 222 keer beoordeeld Vak Wiskunde Gelijkvormigheid Bij vergroten of verkleinen van een figuur worden
Nadere informatieVraag Antwoord Scores. 1 maximumscore 2 0, = 1 Dus in 2006 totaal biljetten van 50 1
Valse euro s maximumscore 2 0,62 20 745 = Dus in 2006 totaal 2 862 biljetten van 50 2 maximumscore 579 000 565 00 = 900 900 : 579 000 00% = De daling is dus 2,4% ( 2%) maximumscore 2 Het zijn percentages
Nadere informatie