Profielschets. Lid Raad van Toezicht / Vice Voorzitter. Portefeuille Ondernemen Bedrijfsleven. Op voordracht van de Medezeggenschapsraad (MR)

Transcriptie

1 Profielschets Lid Raad van Toezicht / Vice Voorzitter Portefeuille Ondernemen Bedrijfsleven Op voordracht van de Medezeggenschapsraad (MR) Van der Laan & Company BV Karen Kragt, Partner Nicolette van Helsdingen, Partner Versie 29 augustus

2 1.0 Over Het Baken Almere Het Baken Almere (hierna Het Baken) is een stichting voor interconfessioneel onderwijs, waartoe vijf scholen behoren: Stad College voor vmbo onderwijs, Poort school voor havo en mavo, Park Lyceum met havo en atheneum onderwijs, Trinitas Gymnasium en International School Almere (IS Almere). Het jaar 2013 was het eerste volledige kalenderjaar waarin Het Baken als zelfstandige scholenorganisatie functioneerde. Na de ingrijpende ontwikkeling die leidde tot de ontbinding van de Amarantis-groep per medio 2012 moest Het Baken een nieuwe koers bepalen en de kaders creëren waarbinnen een reguliere exploitatie van de opdat moment vier Baken-scholen en uiteindelijk ook IS Almere mogelijk is. Het Baken heeft voor de komende jaren nog voldoende uitdagingen en wil in Almere goed interconfessioneel voortgezet onderwijs aan kunnen blijven bieden. 2.0 Het Bestuur en Raad van Toezicht De bestuurder van Het Baken is mevrouw Sandra van Rijnbach. De Raad van Toezicht (hierna RvT) bestaat uit vijf personen, waarvan een persoonlijke toelichting te vinden is op de homepage van Het Baken. Hieronder vindt u een overzicht en het rooster van aftreden. Naam Aangetreden Aftreden Portefeuille Herbenoemd Mevrouw G. Ritskes Voorzitter 2018 De heer H. Sietsma Vicevoorzitter / juridisch Stopt Q4 15 Mevrouw C.Bonekamp Positionering De heer R.Liefting Financiën / huisvesting Mevrouw G. Taus Onderwijs / kwaliteit 3.0 Profielschets De basis voor de profielschets voor het bestuur en de raad van toezicht is de Code voor Goed Bestuur VO van maart 2015 jl. en de statuten van Stichting Het Baken. De RvT bestaat uit minimaal vijf leden en is zodanig opgesteld dat de leden ten opzichte van elkaar, het College van Bestuur (hierna CvB) en welk deelbelang dan ook, onafhankelijk en kritisch kunnen opereren. De raad heeft tot taak de werkzaamheden van het CvB te controleren en zicht en toezicht te houden op de algemene gang van zaken. Dit met in achtneming van de eigen branchecode voor Good Governance. De voltallige RvT komt ten minste vijf keer per jaar samen. Benoeming van de leden vindt plaats voor een periode van vier jaar, met de mogelijkheid tot herbenoeming voor één periode van vier jaar. De leden van de raad ontvingen tot en met 2014 geen bezoldiging, maar hebben wel recht op een vergoeding voor gemaakte onkosten en een niet bovenmatig vacatiegeld. Voor 2016 is een bezoldiging overeengekomen van 5000 euro bruto per jaar. 2

3 3.1 Samenstelling en benoeming RvT (artikel 10 van de statuten) De RvT bestaat uit ten minste vijf natuurlijke personen. Het aantal leden van de RvT wordt door de RvT vastgesteld. De leden van de RvT worden benoemd door de RvT. De benoeming van een lid van de RvT geschiedt aan de hand van een door de RvT, na verkregen advies van de MR, vast te stellen openbare profielschets en werving- en selectieprocedure. De profielschets bevat de kwaliteiten en deskundigheden waarover een lid van de RvT dient te beschikken. Bij het ontstaan van een vacature gaat de RvT na of de profielschets nadere uitwerking en/of aanpassing behoeft. De MR wordt in de gelegenheid gesteld om voor één zetel in de RvT een bindende voordracht te doen. De voordracht als hiervoor bedoeld vindt plaats met inachtneming van de profielschets. De leden van de RvT dienen grondslag en doelstelling van de Stichting te onderschrijven, de uitwerking van grondslag en doelstelling te bevorderen en dit schriftelijk te verklaren bij hun benoeming. De leden van de RvT hebben zitting op persoonlijke titel en functioneren onafhankelijk van de (deel)belangen van de Stichting, zodat zij onbevangen ten opzichte van elkaar en van het CvB opereren. De leden functioneren zonder last of ruggespraak. Zij hebben geen directe belangen bij de instelling(en). Geen toezichthouder kunnen zijn: a. werknemers in dienst van de Stichting of van andere rechtspersonen of instellingen waarmee de Stichting een duurzame samenwerking onderhoudt; b. personen die op enige wijze direct of indirect betrokken zijn bij het leveren van goederen of diensten aan de Stichting welke voor de realisatie van de doelstelling van de Stichting overwegend van belang zijn; c. personen die deel uitmaken van een bestuur, toezichthoudend orgaan of vergelijkbaar orgaan van een andere Stichting of organisatie voor onderwijs in de regio waarmee onverenigbare belangen zouden kunnen bestaan; d. bestuurders alsmede voormalige bestuurders binnen acht jaar na hun (laatste) aftreden. De RvT benoemt uit zijn midden een voorzitter en een vicevoorzitter. Onverminderd de collectieve verantwoordelijkheid kan de RvT besluiten tot een onderlinge verdeling van taken en bevoegdheden. Een lid van de RvT treedt volgens rooster, doch uiterlijk vier jaar na zijn benoeming af. Een volgens dit lid aftredend lid van de RvT is eenmaal herbenoembaar volgens de procedure vastgelegd in het reglement voor de RvT. Herbenoeming is geen automatisme. Ingeval van vacatures behoudt de RvT zijn bevoegdheden, onverminderd de verplichting om onverwijld maatregelen tot aanvulling van zijn ledental te nemen. Eenmaal per jaar evalueert de RvT zijn functioneren. 3.2 Schorsing, ontslag, defungeren en ontstentenis (artikel 11 van de statuten) De leden van de RvT kunnen door de RvT worden geschorst en ontslagen. Indien een lid van de RvT is geschorst, dient de RvT binnen drie maanden na ingang van de schorsing te besluiten tot ontslag van het lid dan wel tot opheffing of verlenging van de schorsing. Bij gebreke van een besluit als bedoeld in de vorige zin, vervalt de schorsing. Een besluit tot verlenging van de schorsing kan slechts eenmaal worden genomen en de schorsing kan daarbij ten hoogste worden verlengd voor drie maanden, ingaande op de dag waarop de RvT het besluit tot verlenging heeft genomen. Een lid van de RvT dat is geschorst, wordt in de gelegenheid gesteld zich jegens de RvT te verantwoorden en zich daarbij door een raadsman te laten bijstaan. Een besluit tot ontslag wordt niet genomen dan nadat het lid van de RvT over wiens ontslag wordt besloten vooraf de gelegenheid is geboden om te worden gehoord. 3

4 Een lid van de RvT defungeert voorts: a. door het verlies van het vrije beheer of de vrije beschikking over zijn vermogen; b. door zijn vrijwillig of periodiek aftreden; c. door het verstrijken van de termijn waarvoor hij is benoemd, behoudens zijn eventuele herbenoeming; d. indien zij gaan voldoen aan een kwaliteit als genoemd in artikel 10 lid 7 van de statuten; e. door zijn ontslag; f. door zijn overlijden. In geval van ontstentenis of belet van één of meer leden van de RvT nemen de overblijvende leden, of neemt het overblijvende lid, de volledige taken van de RvT waar. Een niet voltallige RvT blijft volledig bevoegd. In geval van ontstentenis of belet van alle leden van de RvT zal door de president van de Rechtbank binnen wiens arrondissement de Stichting is gevestigd, op verzoek van hetzij een afgetreden lid van de RvT, hetzij het CvB, hetzij de MR, met inachtneming van het in deze statuten bepaalde, een nieuwe RvT worden benoemd. 3.3 Taken en bevoegdheden (artikel 12 van de statuten) De RvT heeft tot taak integraal toezicht te houden op de verwezenlijking van grondslag en doelstelling van de Stichting, het beleid van het CvB en op de algemene gang van zaken in de Stichting en de door haar in stand gehouden instellingen. De RvT staat het CvB met raad terzijde, fungeert als klankbord en kan het CvB gevraagd en ongevraagd adviseren. Bij de vervulling van zijn taak richt de RvT zich naar het belang van de Stichting en de door de Stichting in stand gehouden instellingen, alsmede het belang van de samenleving. De RvT kan met inachtneming van deze statuten een reglement opstellen, waarin de verdeling van zijn taak over de verschillende leden wordt geregeld. Ook overigens kan de RvT zijn werkzaamheden en al wat zijn functioneren betreft nader bij dit reglement regelen. De taken en bevoegdheden van de RvT zijn zodanig dat de RvT een deugdelijk en onafhankelijk intern toezicht kan uitoefenen. De RvT is ten minste belast met: a. het goedkeuren van de begroting, het jaarverslag en het strategisch (meerjaren)plan van de Stichting, alsmede het goedkeuren van de besluiten van het CvB als genoemd in artikel 7 van de statuten; b. het toezien op de verwezenlijking van de grondslag en de doelstelling van de Stichting, het bereiken van de doelen en gewenste resultaten en het belang van de samenleving; c. het houden van toezicht op het functioneren van het CvB en het toezien op de naleving door het CvB van de wettelijke verplichtingen, de omgang met de branchecode en eventuele afwijkingen van die branchecode; d. het toezien op de rechtmatige verwerving en de doelmatige, efficiënte en rechtmatige bestemming en aanwending van de financiële middelen; e. het toezien op het portfoliobeleid voor de instellingen, de onderwijskwaliteit van de instellingen alsmede de beoordeling van resultaten uit onderzoek naar tevredenheid van leerlingen en medewerkers van de instellingen; f. het aanwijzen van de accountant. De RvT legt jaarlijks verantwoording af over de uitvoering van de taken en de uitoefening van de bevoegdheden als hiervoor genoemd, in het jaarverslag van de Stichting. 4

5 De leden van de RvT kunnen ter uitoefening van de toezichthoudende taak het CvB aanwijzingen geven omtrent de soort te verschaffen informatie, alsmede omtrent de wijze en frequentie van de informatieverstrekking door het CvB. Het CvB voorziet de RvT tenminste van relevante extern ontwikkelde informatie over het functioneren van de instellingen, zoals benchmarkgegevens, rapporten van de Inspectie van het Onderwijs en externe audits, alsmede in ieder geval van de resultaten van tevredenheidsonderzoeken, de dialoog daarover en de verbetermaatregelen die eruit voortvloeien. 3.4 Vergadering en werkwijze (artikel 13 van de statuten) De RvT vergadert ten minste vijf keer per jaar en voorts zo dikwijls de voorzitter of twee of meer leden van de RvT dit wenselijk acht(en). De oproeping tot de vergadering van de RvT geschiedt schriftelijk aan ieder lid van de RvT, in opdracht van degene(n) die het houden van de vergadering heeft of hebben verlangd. De bijeenroeping vermeldt de plaats en het tijdstip van de vergadering en de in de vergadering te behandelen onderwerpen. De termijn van oproeping bedraagt ten minste zeven dagen, de dag van oproeping en die van vergadering niet meegerekend. De voorzitter van de RvT kan de termijn van oproeping verkorten. De vergaderingen worden geleid door de voorzitter of bij diens ontstentenis of afwezigheid door zijn plaatsvervanger, die dan ad hoc door de vergadering en alleen voor die vergadering wordt benoemd. De voorzitter wijst een notulist aan. De leden van het CvB wonen de vergadering van de RvT bij en hebben een adviserende stem, tenzij de RvT uitdrukkelijk anders bepaalt. Een lid van de RvT kan zich ter vergadering door een schriftelijk gevolmachtigd ander lid van de RvT doen vertegenwoordigen. In de vergadering van de RvT heeft ieder lid recht op het uitbrengen van één stem. Voor zover de statuten geen grotere meerderheid voorschrijven worden alle besluiten van de RvT genomen met volstrekte meerderheid van de geldig uitgebrachte stemmen. Geldige besluiten kunnen slechts worden genomen, indien alle leden van de RvT met inachtneming van het hiervoor bepaalde zijn opgeroepen en meer dan de helft van alle leden van de RvT ter vergadering aanwezig of vertegenwoordigd is. Indien de voorschriften omtrent de oproeping niet in acht zijn genomen, kunnen niettemin geldige besluiten worden genomen met algemene stemmen in een vergadering, waarin alle leden van de RvT aanwezig of vertegenwoordigd zijn. Besluiten van de RvT kunnen ook buiten vergadering tot stand komen, mits dit schriftelijk geschiedt en alle leden van de RvT zich voor het desbetreffende voorstel uitspreken. Zodanige besluiten alsmede bescheiden waaruit het nemen van een zodanig besluit blijkt, worden aan de notulen toegevoegd. De overige regeling van de werkwijze en besluitvorming van de RvT kan in het reglement van de RvT geschieden. 3.5 Vrijtekening en vrijwaring De leden van de RvT kunnen volgens de statuten van de betreffende Stichting aanspraak maken op vrijtekening en vrijwaring volgens het artikel hierover. 5

6 4.0 Kwaliteiten en deskundigheden Lid RvT 4.1 Algemeen Het profiel voor een Lid van de RvT bevat tenminste de volgende aspecten: een verbinding met de grondslag en doelstelling van de Stichting; algemene bestuurlijke ervaring en kwaliteiten; het verdient aanbeveling dat het lid affiniteit en zo mogelijk ervaring heeft met vergelijkbare bestuurlijke functies en het RvT model; het vermogen om te werken in teamverband, onder meer door gebruik te maken van elkaars complementariteit (eigen inbreng leveren en de inbreng van anderen meenemen in de oordeelsen besluitvorming) en door bij te dragen aan een cultuur van openheid, dialoog en constructieve scherpte; het vermogen en attitude (analytisch, initiërend, proactief, doortastend en besluitvaardig) om het beleid van de Stichting in al zijn facetten en het functioneren van het CvB te toetsen; het vermogen en attitude om het CvB met raad en als klankbord terzijde te staan, daarin een juist evenwicht in betrokkenheid en bestuurlijke afstand in acht nemende; een zo ruim, adequaat en relevant mogelijk sociaal, lokaal, (boven)regionaal of landelijk netwerk; een hoge mate van integriteit, verantwoordelijkheidsgevoel, onafhankelijke kritische opstelling en goed ontwikkelde maatschappelijke en sociale antenne; in staat zijn om de eigen bijdrage als toezichthouder kritisch te beoordelen en op basis daarvan deze bijdrage bij te stellen of te beslissen over voortzetting van het lidmaatschap; de beschikbaarheid over voldoende tijd om zijn/haar taak op afdoende wijze te kunnen vervullen. de bereidheid om zitting te nemen in commissies; de bereidheid om zich gedurende de aangestelde termijn op de hoogte te houden van ontwikkelingen in de VO sector. 4.2 Specifiek Naast de kwaliteiten en deskundigheden zoals beschreven in het algemene profiel voor een lid van de RvT wordt het volgende van de kandidaat verwacht: bestuurlijke ervaring in bedrijf / profit sector, zakelijkheid en ondernemerschap; maatschappelijk of politiek of bestuurlijk netwerk in/rond Almere; ervaring in bestuur of toezicht en begrip van good governance; sparringpartner van bestuurder kunnen / willen zijn; voldoende tijd beschikbaar om de rol naar behoren te kunnen uitoefenen; verbinding aan de interconfessionele grondslag en identiteit van Het Baken; dat deze de voorzitter indien nodig kan vervangen en het toezichtproces regisseren. Naast voorgaande punten is het beschikken over een juridische achtergrond en/of expertise op het gebied van systeemimplementaties / ICT een pré. Het nieuwe lid zal de heer H. Sietsma opvolgen in de RvT. 6

7 5.0 Wervingsprocedure Stichting Het Baken laat zich in deze procedure begeleiden door de partners van Van der Laan & Company. Voor nadere informatie over de functie en de procedure kunt u contact opnemen met mevrouw Drs. Karen Kragt, Partner van Van der Laan & Company. Zij is te bereiken op telefoonnummer Geïnteresseerde kandidaten kunnen hun interesse kenbaar maken door hun CV en motivatiebrief te en naar: k.kragt@vanderlaancompany.nl Uiterste sluitingsdatum: 31 oktober 2015 Als standaard streven wij in onze search en selectie naar 50% mannelijke en 50% vrouwelijke kandidaten. Echter in deze search zullen we een groter accent leggen op het aandeel mannelijke kandidaten en kandidaten met een multiculturele achtergrond gezien de huidige samenstelling van de RvT, waarbij altijd de criteria geschiktheid en kwaliteit voorop blijven staan. Tot slot zal het nieuwe lid op voordracht van de MR deelnemen aan de RvT. Naast twee leden van de RvT zullen dan ook twee leden van de MR deel uit maken van de selectiecommissie. 7

8 Bijlage 1: Organogram Het Baken Almere 8