HANDLEIDING VOOR HET OPLOSSEN VAN CRYPTOGRAMMEN. Door B. en T. Oversteegen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "HANDLEIDING VOOR HET OPLOSSEN VAN CRYPTOGRAMMEN. Door B. en T. Oversteegen"

Transcriptie

1 HANDLEIDING VOOR HET OPLOSSEN VAN CRYPTOGRAMMEN Door B. en T. Oversteegen

2 Inhoud Door inzicht te bieden in verbergingstechnieken die de grondslag vormen van cryptogrammen, wordt getracht deze voor een breder publiek toegankelijk te maken. Aan bod komen technieken die de betekenis, vorm, klank, context of het zinsverband van de oplossingsterm betreffen. Uitleg geschiedt aan de hand van meer dan 350 voorbeeldzinnen, die stuk voor stuk worden besproken. Met deze handleiding beschikt de puzzelaar over een stuk ontleedgereedschap waarmee cryptogrammen gemakkelijker kunnen worden opgelost en ontworpen. Over de auteurs Drs. Bas Oversteegen is cum laude afgestudeerd in de theoretische grammatica bij de vakgroep Spaans van de Rijksuniversiteit te Utrecht. Hij is nu werkzaam als software engineer bij een automatiseringsbedrijf. Drs. Tom Oversteegen is afgestudeerd in de middeleeuwse geschiedenis bij de vakgroep Geschiedenis van de Rijksuniversiteit te Leiden. Hij houdt zich momenteel bezig met archiefonderzoek.

3 2015 B. en T. Oversteegen Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd door middel van druk, fotokopieën, geautomatiseerde gegevensbestanden of op welke andere wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de auteurs.

4 Woord vooraf Deze handleiding is ontstaan als reactie op de door puzzelaars uit onze directe omgeving uitgesproken behoefte aan een gedegen structuurbeschrijving van cryptogrammen. Bestaande documentatie vonden zij van weinig praktisch nut, onsamenhangend of te summier. We beschouwen cryptogramstructuur als een verzameling op taalkundige principes gebaseerde verbergingstechnieken waarmee cryptogramomschrijvingen modulair kunnen worden geconstrueerd en ontleed. Bij het categoriseren zijn we zowel inductief (afleiding van verbergingstechnieken uit gegeven voorbeelden) als deductief (afleiding van voorbeelden uit gegeven verbergingstechnieken) te werk gegaan. Onze beschrijving is bedoeld als hulpmiddel voor cryptogramoplossers en -ontwerpers. Ze is bruikbaar als leerboek en naslagwerk. Dit document is een e-publicatie van onze gelijknamige handleiding uitgegeven bij Stereo+Grafia te Maastricht in 1999 (eerste druk) en 2000 (tweede druk) onder ISBN juli 2015

5 Inhoudsopgave Inleiding... 6 Verbergingstechnieken... 6 I. Betekenistechnieken (semantische verberging) De oplossingsterm als geheel omschrijven als synoniem De oplossingsterm als geheel omschrijven als hyponiem De oplossingsterm als geheel omschrijven als hyperoniem Combinaties van de betekenistechnieken 1, 2 en Gedeelten van de oplossingsterm omschrijven als synoniem Gedeelten van de oplossingsterm omschrijven als hyponiem Gedeelten van de oplossingsterm omschrijven als hyperoniem Combinaties van de betekenistechnieken 5, 6 en Betekenisspiegeling II. Vormtechnieken (morfologische verberging) Vormreproductie Anagram Vormspiegeling Combinaties van vormtechnieken III. Klanktechnieken (fonetische verberging) Klankverschil Klankovereenkomst Klankspiegeling Combinaties van betekenis-, vorm- en klanktechnieken IV. Contexttechnieken (pragmatische verberging) Beeldassociatie Symboolassociatie Verwantschapsassociatie Contextspiegeling Combinaties van contexttechnieken V. Zinsverbandtechnieken (syntactische verberging) Omissie van de oplossingsterm Substitutie van de oplossingsterm Uitdrukkingsubstitutie Zinsverbandspiegeling Combinaties van zinsverbandtechnieken VI. Cryptische inbedding VII. Homologie Epiloog Terminologie

6 Inleiding De overeenkomst van een cryptogram met een kruiswoordpuzzel is dat elke oplossingsterm wordt afgebakend door een aantal letters, aansluitmogelijkheden en een omschrijving. Het verschil is dat in een cryptogram de omschrijving cryptisch (verbergend) is en niet alleen de betekenis maar ook de vorm, klank, context of het zinsverband van de oplossingsterm kan betreffen. Het oplossen van een cryptogram betekent onderkenning van de gebruikte verbergingstechnieken. We zullen deze technieken nu bespreken, waarbij is gekozen voor een analytische benadering. Verbergingstechnieken I. Betekenistechnieken (semantische verberging) Betekenistechnieken nemen in de cryptogramomschrijvingen termen (letters, afkortingen, woorddelen, woorden of woordgroepen) op die gezamenlijk verwijzen naar verschillende betekenissen van de oplossingsterm als geheel (techniek 1 t/m 4) of naar betekenissen van gedeelten van de oplossingsterm (techniek 5 t/m 8). Daarnaast onderscheiden we enkele bijzondere constructies (techniek 9). 1. De oplossingsterm als geheel omschrijven als synoniem Het begrip synoniem kan worden gedefinieerd als een term met bijna of geheel dezelfde betekenis als een andere term. Dit houdt in dat een oplossingsterm moet worden gevonden die de verschillende betekenissen heeft die worden uitgedrukt door in de omschrijving opgenomen termen. Ook in kruiswoordpuzzels wordt de synoniemtechniek vaak gebruikt. Daar wordt de oplossingsterm elders bijvoorbeeld omschreven als op een andere plaats (met één synoniem) of explicieter als op een andere plaats, niet hier (met meerdere synoniemen). Van verberging is hier geen sprake omdat naar één betekenis van de oplossingsterm wordt verwezen. Een woordvorm met uiteenlopende betekenissen wordt ook wel homoniem genoemd. Hoofdletters en diakritische tekens beschouwen we als niet vorm onderscheidend. Zo worden baal en Baäl opgevat als dezelfde woordvorm. Onderscheidende eigenschappen bij het vaststellen van homonymie zijn woordklasse-, klank-, klemtoon- en lettergreepverandering, die betrekking kunnen hebben op alleen het Nederlands of op verschillende talen. In het laatste geval kunnen in de omschrijving taalindicatoren als Frans, volgens Duits gebruik, in het buitenland, uitheems en vreemd worden opgenomen. De woordklasse wordt bepaald door de grammaticale rol die een term in een bepaalde betekenis vervult. Belangrijke woordklassen zijn zelfstandig naamwoord (duidt een al dan niet tastbare entiteit aan), werkwoord (drukt een handeling, toestand of proces uit), bijvoeglijk naamwoord (geeft een eigenschap of hoedanigheid van een zelfstandig 6

7 naamwoord aan) en bijwoord (geeft een nadere bepaling van een werkwoord, bijvoeglijk naamwoord of ander bijwoord). De fonetische interpretatie van de oplossingsterm geven we aan met een notatie die klank, klemtoon en lettergrepen uitdrukt door middel van respectievelijk uitspraakletters, klinkeronderstreping en koppeltekenplaatsing. (1) a. bessen bekijken (bezien) b. pas gonzen (zoeven) c. keverpoort in Duitsland (tor) d. gisteren op deze plaats (hier) e. passend geordend (geschikt) f. voortreffelijk naar buiten staand (uitstekend) g. zonder landgoed (buiten) h. balpenvorm (stylo) i. Engelse hoonplaats (spot) j. griezelig nauw (eng) In (1a) heeft de oplossingsterm bezien de interpretatie bee-zie-un als synoniem van bessen (beide zelfstandig naamwoord) en de interpretatie bu-zien als synoniem van bekijken (beide werkwoord). In (1b) heeft de oplossingsterm zoeven de interpretatie zooee-vun als synoniem van pas (beide bijwoord) en de interpretatie zoe-vun als synoniem van gonzen (beide werkwoord). In (1c) heeft de oplossingsterm tor de interpretatie tor als synoniem van kever (beide zelfstandig naamwoord) en de interpretatie toor als Duits synoniem van poort (beide zelfstandig naamwoord). In (1d) heeft de oplossingsterm hier de interpretatie jee als Frans synoniem van gisteren (beide bijwoord) en de interpretatie hier als synoniem van op deze plaats (beide bijwoord). In (1e) heeft de oplossingsterm geschikt de interpretatie chu-schikt als synoniem van passend (beide bijwoord) en als synoniem van geordend (beide werkwoord). In (1f) heeft de oplossingsterm uitstekend de interpretatie uit-stee-kunt als synoniem van voortreffelijk (beide bijwoord) en de interpretatie uit-stee-kunt als synoniem van naar buiten staand (beide bijvoeglijk naamwoord). In (1g) heeft de oplossingsterm buiten de interpretatie bui-tun als synoniem van zonder (beide voorzetsel) en als synoniem van landgoed (beide zelfstandig naamwoord). In (1h) heeft de oplossingsterm stylo de interpretatie stie-loo als synoniem van balpen (beide zelfstandig naamwoord) en de interpretatie stie-loo als synoniem van vorm (beide zelfstandig naamwoord). In (1i) heeft de oplossingsterm spot de interpretatie spot als synoniem van hoon (beide zelfstandig naamwoord) en als Engels synoniem van plaats (beide zelfstandig naamwoord). In (1j) heeft de oplossingsterm eng de interpretatie eng als synoniem van griezelig (beide bijwoord) en als synoniem van nauw (beide bijvoeglijk naamwoord). We zien dat bij de interpretatie van de homonymie woordklasseverandering optreedt bij (1a,b,e-g,j), klankverandering optreedt bij (1a-d), klemtoonverandering optreedt bij (1a,b,f,h) en lettergreepverandering optreedt bij (1a,b). In de omschrijvingen kunnen termen zijn opgenomen die verwijzen naar de homoniemstatus van de oplossingsterm door de betreffende synoniemen gelijk te stellen 7

8 (zoals is, zijn, is gelijk aan, zijn gelijk aan, =, :, als, te vervangen door en in plaats van) of te laten overlappen (zoals in, uit, op, naast, over, over elkaar, door en doorheen). In onderstaande voorbeelden worden deze termen met een stippellijn onderstreept weergegeven. (2) a. cupsport spelen: tot een ander geloof brengen (bekeren) b. minnaar = groen (lover) c. mengsel als uitkomst (oplossing) d. non in plaats van verpleegster (zuster) e. Duits kleinkind is alleen (enkel) f. Engelse duikers zijn verschillend (divers) g. woest op paarden rijden (rossen) h. bosjes rijshout uit Engelse tuin (garden) i. huilen in Vienna (wenen) j. tevreden over inhoud (content) In (2a) heeft de oplossingsterm bekeren de interpretatie bee-ku-run als synoniem van cupsport spelen (beide werkwoord) en de interpretatie bu-kee-run als synoniem van tot een ander geloof brengen (beide werkwoord). In (2b) heeft de oplossingsterm lover de interpretatie lo-vur als synoniem van minnaar (beide zelfstandig naamwoord) en de interpretatie loo-vur als synoniem van groen (beide zelfstandig naamwoord). In (2c) heeft de oplossingsterm oplossing de interpretatie op-los-sing als synoniem van mengsel (beide zelfstandig naamwoord) en als synoniem van uitkomst (beide zelfstandig naamwoord). In (2d) heeft de oplossingsterm zuster de interpretatie zus-tur als synoniem van non (beide zelfstandig naamwoord) en als synoniem van verpleegster (beide zelfstandig naamwoord). In (2e) heeft de oplossingsterm enkel de interpretatie eng-kul als Duits synoniem van kleinkind (beide zelfstandig naamwoord) en als synoniem van alleen (beide bijwoord). In (2f) heeft de oplossingsterm divers de interpretatie daj-vurs als Engels synoniem van duikers (beide zelfstandig naamwoord) en de interpretatie die-vers als synoniem van verschillend (beide bijwoord). In (2g) heeft de oplossingsterm rossen de interpretatie ros-sun als synoniem van woest rijden (beide werkwoord) en als synoniem van paarden (beide zelfstandig naamwoord). In (2h) heeft de oplossingsterm garden de interpretatie char-dun als synoniem van bosjes rijshout (beide zelfstandig naamwoord) en de interpretatie gar-dun als Engels synoniem van tuin (beide zelfstandig naamwoord). In (2i) heeft de oplossingsterm wenen de interpretatie wee-nun als synoniem van huilen (beide werkwoord) en als synoniem van Vienna (beide zelfstandig naamwoord). In (2j) heeft de oplossingsterm content de interpretatie kon-tent als synoniem van tevreden (beide bijvoeglijk naamwoord) en de interpretatie kon-tent als Engels synoniem van inhoud (beide zelfstandig naamwoord). We zien dat bij de interpretatie van de homonymie woordklasseverandering optreedt bij (2e-g,i,j), klankverandering optreedt bij (2a,b,f,h), klemtoonverandering optreedt bij (2a,f,j) en lettergreepverandering optreedt bij geen van de voorbeelden. Een synoniem kan zo zijn geconstrueerd dat daarmee de tegengestelde betekenis van de oplossingsterm wordt ontkend. Het bestaat dan uit een ontkenningsterm als niet, geen of on, en uit een term met de tegengestelde betekenis van de oplossingsterm. Termen met 8

9 tegengestelde betekenis, zoals goed en slecht, worden ook wel antoniemen genoemd. Een dergelijk opgebouwd synoniem zouden we ontkend antoniem kunnen noemen. In onderstaande voorbeelden worden de ontkende antoniemen met een stippellijn onderstreept weergegeven. (3) a. ontmantel niet goed (slecht) b. geen vreesboel (hoop) c. gemeen onecht (vals) d. niet smal Engels ras (breed) e. Duitse neef is niet slanker (vetter) In (3a) heeft de oplossingsterm slecht de interpretatie slecht als synoniem van ontmantel (beide werkwoord) en als synoniem van niet goed (beide bijwoord). In (3b) heeft de oplossingsterm hoop de interpretatie hoop als synoniem van geen vrees (beide zelfstandig naamwoord) en als synoniem van boel (beide zelfstandig naamwoord). In (3c) heeft de oplossingsterm vals de interpretatie vals als synoniem van gemeen (beide bijwoord) en als synoniem van onecht (beide bijvoeglijk naamwoord). In (3d) heeft de oplossingsterm breed de interpretatie breet als synoniem van niet smal (beide bijvoeglijk naamwoord) en de interpretatie briet als Engels synoniem van ras (beide zelfstandig naamwoord). In (3e) heeft de oplossingsterm vetter de interpretatie vet-tur als Duits synoniem van neef (beide zelfstandig naamwoord) en als synoniem van niet slanker (beide bijwoord). We zien dat bij de interpretatie van de homonymie woordklasseverandering optreedt bij (3a,c-e), klankverandering optreedt bij (3d), klemtoonverandering optreedt bij geen van de voorbeelden en lettergreepverandering optreedt bij geen van de voorbeelden. In cryptogramomschrijvingen kunnen leestekens, spaties, uitgangen, lidwoorden, voornaamwoorden, voorzetsels of werkwoorden worden opgenomen die als doel hebben de omschrijving grammaticaal of logisch te maken. In onderstaande voorbeelden worden deze termen met een stippellijn onderstreept weergegeven. (4) a. doffere Engelse materie (matter) b. bedrevenheid van Duitse klant (kunde) c. kijk voor een horloge in Engeland (watch) d. de auto riskeren (wagen) e. grijp het kostuum (pak) f. 7 zachte dagen (week) g. profeet heeft souffleur (voorzegger) h. achterblijven met uitladen (lossen) i. Spaanse vriend gaat naar de gevangenis (amigo) j. genade schenken maar toch vergiftigen (vergeven) In (4a) heeft de oplossingsterm matter de interpretatie mat-tur als synoniem van doffer (beide bijvoeglijk naamwoord) en de interpretatie met-tur als Engels synoniem van materie (beide zelfstandig naamwoord). In (4b) heeft de oplossingsterm kunde de 9

10 interpretatie kun-du als synoniem van bedrevenheid (beide zelfstandig naamwoord) en de interpretatie koen-du als Duits synoniem van klant (beide zelfstandig naamwoord). In (4c) heeft de oplossingsterm watch de interpretatie watsj als Engels synoniem van kijk (beide werkwoord) en als Engels synoniem van horloge (beide zelfstandig naamwoord). In (4d) heeft de oplossingsterm wagen de interpretatie waa-chun als synoniem van auto (beide zelfstandig naamwoord) en als synoniem van riskeren (beide werkwoord). In (4e) heeft de oplossingsterm pak de interpretatie pak als synoniem van grijp (beide werkwoord) en als synoniem van kostuum (beide zelfstandig naamwoord). In (4f) heeft de oplossingsterm week de interpretatie week als synoniem van 7 dagen (beide zelfstandig naamwoord) en als synoniem van zacht (beide bijvoeglijk naamwoord). In (4g) heeft de oplossingsterm voorzegger de interpretatie voor-zech-chur als synoniem van profeet (beide zelfstandig naamwoord) en de interpretatie voor-zech-chur als synoniem van souffleur (beide zelfstandig naamwoord). In (4h) heeft de oplossingsterm lossen de interpretatie los-sun als synoniem van achterblijven (beide werkwoord) en als synoniem van uitladen (beide werkwoord). In (4i) heeft de oplossingsterm amigo de interpretatie aa-mie-goo als Spaans synoniem van vriend (beide zelfstandig naamwoord) en als synoniem van gevangenis (beide zelfstandig naamwoord). In (4j) heeft de oplossingsterm vergeven de interpretatie ver-chee-vun als synoniem van genade schenken (beide werkwoord) en als synoniem van vergiftigen (beide werkwoord). We zien dat bij de interpretatie van de homonymie woordklasseverandering optreedt bij (4a,c-f), klankverandering optreedt bij (4a,b), klemtoonverandering optreedt bij (4g) en lettergreepverandering optreedt bij geen van de voorbeelden. Aan omschrijvingen die zowel grammaticaal als logisch zijn kan esthetische waarde worden toegekend. De esthetische ervaring kan sterker zijn naarmate de verbergingsgraad hoger is. Een hogere verbergingsgraad wordt verkregen wanneer de verwijzende term in de omschrijving als geheel wordt geïnterpreteerd in een andere betekenis dan die van de oplossingsterm. Hierbij kan de verwijzende term van woordklasse, klank, klemtoon of lettergrepen veranderen. In onderstaande voorbeelden worden deze verwijzende termen met een stippellijn onderstreept weergegeven. (5) a. heet niet stomp te zijn (scherp) b. uitheemse poet is van Sluiter (dichter) c. hulpdienst krijgt opslag (service) d. wapenstilstand in de file (bestand) e. veel drinken naar boven halen (hijsen) f. soort mortel (specie) g. kunstmatige made (gemaakt) h. poetsgebied (streek) i. gulden lans (piek) j. verachtelijk publiek (gemeen) In (5a) heeft de oplossingsterm scherp de interpretatie scherp als synoniem van heet (beide bijvoeglijk naamwoord) en als synoniem van niet stomp (beide bijvoeglijk naamwoord). In de omschrijving als geheel wordt de verwijzende term heet geïnterpreteerd in de betekenis van bepaalde wijze van aanduiden (werkwoord) in plaats 10

11 van bepaalde heftige gewaarwording veroorzakend (bijvoeglijk naamwoord). In (5b) heeft de oplossingsterm dichter de interpretatie dich-tur als synoniem van het Engelse poet (beide zelfstandig naamwoord) en als synoniem van sluiter (beide zelfstandig naamwoord). In de omschrijving als geheel wordt de verwijzende term poet geïnterpreteerd in de betekenis van bepaalde geldsom (zelfstandig naamwoord) in plaats van bepaald soort schrijver (zelfstandig naamwoord). Verder wordt de verwijzende term Sluiter geïnterpreteerd in de betekenis van bepaalde persoon (zelfstandig naamwoord) in plaats van bepaalde handeling verrichtende persoon (zelfstandig naamwoord). In (5c) heeft de oplossingsterm service de interpretatie sur-vis als synoniem van hulpdienst (beide zelfstandig naamwoord) en als synoniem van opslag (beide zelfstandig naamwoord). In de omschrijving als geheel wordt de verwijzende term opslag geïnterpreteerd in de betekenis van bepaalde geldelijke vergoeding (zelfstandig naamwoord) in plaats van bepaalde tennisterm (zelfstandig naamwoord). In (5d) heeft de oplossingsterm bestand de interpretatie bu-stant als synoniem van wapenstilstand (beide zelfstandig naamwoord) en als synoniem van het Engelse file (beide zelfstandig naamwoord). In de omschrijving als geheel wordt de verwijzende term file geïnterpreteerd in de betekenis van bepaalde rij personen of voertuigen (zelfstandig naamwoord) in plaats van bepaalde hoeveelheid digitale gegevens (zelfstandig naamwoord). In (5e) heeft de oplossingsterm hijsen de interpretatie hij-sun als synoniem van veel drinken (beide werkwoord) en als synoniem van naar boven halen (beide werkwoord). In de omschrijving als geheel wordt de verwijzende term veel drinken geïnterpreteerd in de betekenis van bepaalde hoeveelheid vloeistof (zelfstandig naamwoord) in plaats van bepaalde hoeveelheid vloeistof nuttigen (werkwoord). In (5f) heeft de oplossingsterm specie de interpretatie spee-sie als synoniem van soort (beide zelfstandig naamwoord) en als synoniem van mortel (beide zelfstandig naamwoord). In de omschrijving als geheel wordt de verwijzende term soort geïnterpreteerd in de betekenis van bepaalde vorm van (bijvoeglijk naamwoord) in plaats van bepaalde biologische categorie (zelfstandig naamwoord). In (5g) heeft de oplossingsterm gemaakt de interpretatie chu-maakt als synoniem van kunstmatig (beide bijvoeglijk naamwoord) en als synoniem van het Engelse made (beide werkwoord). In de omschrijving als geheel wordt de verwijzende term made geïnterpreteerd in de betekenis van bepaalde larve (zelfstandig naamwoord) in plaats van bepaalde productieterm (werkwoord). In (5h) heeft de oplossingsterm streek de interpretatie streek als synoniem van poets (beide zelfstandig naamwoord) en als synoniem van gebied (beide zelfstandig naamwoord). In de omschrijving als geheel wordt de verwijzende term poets geïnterpreteerd in de betekenis van bepaalde schoonmaakhandeling betreffend (bijvoeglijk naamwoord) in plaats van bepaalde humorterm (zelfstandig naamwoord). In (5i) heeft de oplossingsterm piek de interpretatie piek als synoniem van gulden (beide zelfstandig naamwoord) en als synoniem van lans (beide zelfstandig naamwoord). In de omschrijving als geheel wordt de verwijzende term gulden geïnterpreteerd in de betekenis van bepaalde kleur hebbend (bijvoeglijk naamwoord) in plaats van bepaalde munt (zelfstandig naamwoord). In (5j) heeft de oplossingsterm gemeen de interpretatie chu-meen als synoniem van verachtelijk (beide bijvoeglijk naamwoord) en als synoniem van publiek (beide bijvoeglijk naamwoord). In de omschrijving als geheel wordt de verwijzende term publiek geïnterpreteerd in de betekenis van bepaalde groep mensen (zelfstandig naamwoord) in plaats van bepaald bereik hebbend (bijvoeglijk naamwoord). 11

12 We zien dat bij de interpretatie van de homonymie woordklasseverandering optreedt bij (5g), klankverandering optreedt bij geen van de voorbeelden, klemtoonverandering optreedt bij geen van de voorbeelden en lettergreepverandering optreedt bij geen van de voorbeelden. Bij de interpretatie van de verwijzende term in de omschrijving als geheel zien we dat woordklasseverandering optreedt bij (5a,e-j), klankverandering optreedt bij (5b,d,g), klemtoonverandering optreedt bij geen van de voorbeelden en lettergreepverandering optreedt bij (5b,d,g). 2. De oplossingsterm als geheel omschrijven als hyponiem Het begrip hyponiem kan worden gedefinieerd als een term die de specifiekere betekenis heeft van een andere term. Dit houdt in dat een oplossingsterm moet worden gevonden die valt onder de verschillende algemenere betekenissen die worden uitgedrukt door in de omschrijving opgenomen termen. Net als de synoniemtechniek wordt de hyponiemtechniek ook gebruikt in kruiswoordpuzzels. Daar wordt de oplossingsterm adder bijvoorbeeld omschreven als gifslang (met één algemener woord) of algemener als slang, serpent (met meerdere algemenere woorden), of nog algemener als reptiel (met één algemener woord). Van verberging is hier geen sprake omdat naar één betekenis van de oplossingsterm wordt verwezen. (6) a. gemoedstoestand in Italiaanse plaats (triest) b. met Zwitsers muntstuk muziek maken (rappen) c. bouwwerken van mannelijke dieren (ruinen) d. Engels brouwsel voor roofdier (beer) e. op vruchten kauwen (pruimen) f. reizen met brommers (vliegen) g. eet ter versterking (bunker) h. lettersteen (klinker) i. oversteekplaats van hoefdier (zebra) j. eend op verhoging (woerd) In (6a) heeft de oplossingsterm triest de interpretatie triest als hyponiem van gemoedstoestand (respectievelijk bijvoeglijk naamwoord en zelfstandig naamwoord) en de interpretatie Trie-est als hyponiem van Italiaanse plaats (beide zelfstandig naamwoord). In (6b) heeft de oplossingsterm rappen de interpretatie rap-pun als hyponiem van Zwitsers muntstuk (beide zelfstandig naamwoord) en de interpretatie reppun als hyponiem van muziek maken (beide werkwoord). In (6c) heeft de oplossingsterm ruinen de interpretatie ruu-ie-nun als hyponiem van bouwwerken (beide zelfstandig naamwoord) en de interpretatie rui-nun als hyponiem van mannelijke dieren (beide zelfstandig naamwoord). In (6d) heeft de oplossingsterm beer de interpretatie bier als Engels hyponiem van brouwsel (beide zelfstandig naamwoord) en de interpretatie beer als hyponiem van roofdier (beide zelfstandig naamwoord). In (6e) heeft de oplossingsterm pruimen de interpretatie prui-mun als hyponiem van vruchten (beide zelfstandig naamwoord) en als hyponiem van kauwen (beide werkwoord). In (6f) heeft de oplossingsterm vliegen de interpretatie vlie-chun als hyponiem van reizen (beide 12

13 werkwoord) en als hyponiem van brommers (beide zelfstandig naamwoord). In (6g) heeft de oplossingsterm bunker de interpretatie bung-kur als hyponiem van eet (beide werkwoord) en als hyponiem van versterking (beide zelfstandig naamwoord). In (6h) heeft de oplossingsterm klinker de interpretatie kling-kur als hyponiem van letter (beide zelfstandig naamwoord) en als hyponiem van steen (beide zelfstandig naamwoord). In (6i) heeft de oplossingsterm zebra de interpretatie zee-braa als hyponiem van oversteekplaats (beide zelfstandig naamwoord) en als hyponiem van hoefdier (beide zelfstandig naamwoord). In (6j) heeft de oplossingsterm woerd de interpretatie woert als hyponiem van eend (beide zelfstandig naamwoord) en als hyponiem van verhoging (beide zelfstandig naamwoord). We zien dat bij de interpretatie van de homonymie woordklasseverandering optreedt bij (6a,b,e-g), klankverandering optreedt bij (6a-d), klemtoonverandering optreedt bij (6a,c) en lettergreepverandering optreedt bij (6a,c). 3. De oplossingsterm als geheel omschrijven als hyperoniem Het begrip hyperoniem kan worden gedefinieerd als een term die de algemenere betekenis heeft van een andere term. Dit houdt in dat een oplossingsterm moet worden gevonden die de verschillende specifiekere betekenissen insluit die worden uitgedrukt door in de omschrijving opgenomen termen. Net als de synoniem- en hyponiemtechniek wordt de hyperoniemtechniek ook gebruikt in kruiswoordpuzzels. Daar wordt de oplossingsterm reptiel bijvoorbeeld omschreven als slang, serpent (met meerdere specifiekere woorden) of specifieker als gifslang (met één specifieker woord), of nog specifieker als adder (met één specifieker woord). Van verberging is hier geen sprake omdat naar één betekenis van de oplossingsterm wordt verwezen. (7) a. erwten schoonmaken met viltstift (doppen) b. christusfiguren in parkeergebieden (zonen) c. 2e klas stekeltjes (coupe) d. messing uit Den Helder (legering) e. slakkenhuizen in verzekerde bewaring stellen (oordelen) f. door rood rijden met oplegger (wagen) g. professoren die liften (wijzen) h. de liberalen zijn verwikkeld in een schaakspel (kamp) i. kaakslag van rondemiss (stoot) j. vuurpeloton treft witte kat (batterij) In (7a) heeft de oplossingsterm doppen de interpretatie dop-pun als hyperoniem van erwten schoonmaken (beide werkwoord) en de interpretatie dop-pen als hyperoniem van viltstift (beide zelfstandig naamwoord). In (7b) heeft de oplossingsterm zonen de interpretatie zoo-nun als hyperoniem van christusfiguren (beide zelfstandig naamwoord) en de interpretatie zo-nun als hyperoniem van parkeergebieden (beide zelfstandig naamwoord). In (7c) heeft de oplossingsterm coupe de interpretatie koe-pee als hyperoniem van 2e klas (beide zelfstandig naamwoord) en de interpretatie koep als 13

14 hyperoniem van stekeltjes (beide zelfstandig naamwoord). In (7d) heeft de oplossingsterm legering de interpretatie lu-chee-ring als hyperoniem van messing (beide zelfstandig naamwoord) en de interpretatie lee-chu-ring als hyperoniem van Den Helder (beide zelfstandig naamwoord). In (7e) heeft de oplossingsterm oordelen de interpretatie oor-dee-lun als hyperoniem van slakkenhuizen (beide zelfstandig naamwoord) en als hyperoniem van in verzekerde bewaring stellen (beide werkwoord). In (7f) heeft de oplossingsterm wagen de interpretatie waa-chun als hyperoniem van door rood rijden (beide werkwoord) en als hyperoniem van oplegger (beide zelfstandig naamwoord). In (7g) heeft de oplossingsterm wijzen de interpretatie wij-zun als hyperoniem van professoren (beide zelfstandig naamwoord) en als hyperoniem van liften (beide werkwoord). In (7h) heeft de oplossingsterm kamp de interpretatie kamp als hyperoniem van liberalen (beide zelfstandig naamwoord) en als hyperoniem van schaakspel (beide zelfstandig naamwoord). In (7i) heeft de oplossingsterm stoot de interpretatie stoot als hyperoniem van kaakslag (beide zelfstandig naamwoord) en als hyperoniem van rondemiss (beide zelfstandig naamwoord). In (7j) heeft de oplossingsterm batterij de interpretatie bat-tu-rij als hyperoniem van vuurpeloton (beide zelfstandig naamwoord) en als hyperoniem van Witte Kat (beide zelfstandig naamwoord). We zien dat bij de interpretatie van de homonymie woordklasseverandering optreedt bij (7a,e-g), klankverandering optreedt bij (7a-d), klemtoonverandering optreedt bij (7c,d) en lettergreepverandering optreedt bij (7c). 4. Combinaties van de betekenistechnieken 1, 2 en 3 De technieken 1, 2 en 3 kunnen worden gecombineerd. (8) a. mooie Spaanse vrouw (linda) b. popcorn, maar Frans (mais) c. muziekinstrumenten samensmelten (lieren) d. muziek op de Duitse radio (funk) e. Shirley Temple als bestuurder (minister) f. (metgez)ellen (maten) g. plavuizen leggen in Limburgse plaats (tegelen) h. ziekte van Ierse Setter (4,4) (rodehond) i. gave munt (talent) j. kleding van korfballer (overgooier) In (8a) heeft de oplossingsterm linda de interpretatie lien-daa als Spaans synoniem van mooi (beide bijvoeglijk naamwoord) en de interpretatie Lin-daa als hyponiem van vrouw (beide zelfstandig naamwoord). In (8b) heeft de oplossingsterm mais de interpretatie majs als hyperoniem van popcorn (beide zelfstandig naamwoord) en de interpretatie me als Frans synoniem van maar (beide bijwoord). In (8c) heeft de oplossingsterm lieren de interpretatie lie-run als hyponiem van muziekinstrumenten (beide zelfstandig naamwoord) en de interpretatie lie-ee-run als hyperoniem van samensmelten (beide werkwoord). In (8d) heeft de oplossingsterm funk de interpretatie fungk als hyponiem van muziek (beide zelfstandig naamwoord) en de interpretatie foengk als Duits synoniem van radio (beide zelfstandig naamwoord). In (8e) heeft de oplossingsterm minister de 14

15 interpretatie mie-nie-ster als hyperoniem van Shirley Temple (beide zelfstandig naamwoord) en de interpretatie mie-nis-tur als hyponiem van bestuurder (beide zelfstandig naamwoord). In (8f) heeft de oplossingsterm maten de interpretatie maa-tun als synoniem van metgezellen (beide zelfstandig naamwoord) en als hyperoniem van ellen (beide zelfstandig naamwoord). In (8g) heeft de oplossingsterm tegelen de interpretatie tee-chu-lun als hyperoniem van plavuizen leggen (beide werkwoord) en als hyponiem van Limburgse plaats (beide zelfstandig naamwoord). In (8h) heeft de oplossingsterm rodehond de interpretatie roo-du hont als hyponiem van ziekte (beide zelfstandig naamwoord) en als hyperoniem van Ierse Setter (beide zelfstandig naamwoord). In (8i) heeft de oplossingsterm talent de interpretatie taa-lent als synoniem van gave (beide zelfstandig naamwoord) en als hyponiem van munt (beide zelfstandig naamwoord). In (8j) heeft de oplossingsterm overgooier de interpretatie oo-vur-choo-jur als hyponiem van kleding (beide zelfstandig naamwoord) en als hyperoniem van korfballer (beide zelfstandig naamwoord). We zien dat bij de interpretatie van de homonymie woordklasseverandering optreedt bij (8a-c,g), klankverandering optreedt bij (8a-e), klemtoonverandering optreedt bij (8c,e) en lettergreepverandering optreedt bij (8c,e). 5. Gedeelten van de oplossingsterm omschrijven als synoniem Dit houdt in dat een oplossingsterm moet worden gevonden die de deeltermen heeft met de gelijke betekenissen die worden uitgedrukt door in de omschrijving opgenomen termen. Onderscheidende eigenschappen bij het bepalen van de samenstelling van de oplossingsterm in deeltermen zijn overlapping van de deeltermen en omvatting van de gehele oplossingsterm. Hierbij geldt dat niet alleen de deeltermen worden omschreven, maar ook de gehele oplossingsterm als synoniem, hyponiem of hyperoniem, zonder (omschrijving van de) homonymie. (9) a. aan gajes een foedraal tonen (betuigen) b. kinderlijk doen tegen aanbidder (infantiel) c. onwrikbaar oosters land is niet echt (nepal) d. zoogdieren zijn voortreffelijke partners (primaten) e. vogel van 100(0) jaar (meeuw) f. een deel van de week dronken zijn (zaterdag) g. wartaal uitslaan over tomahawks (bijlen) h. erg kapot door weerlicht (4,2,7) (naardebliksem) i. kwaadsprekerij over rare Duitse oom (gekonkel) j. beëindig relatie met elektrisch tuig (stopcontact) In (9a) is de oplossingsterm betuigen als geheel synoniem van tonen en zijn de deeltermen tuig en etui synoniemen van respectievelijk gajes en foedraal. In (9b) is de oplossingsterm infantiel als geheel synoniem van kinderlijk en zijn de deeltermen anti en fan synoniemen van respectievelijk tegen en aanbidder. In (9c) is de oplossingsterm Nepal als geheel hyponiem van oosters land en zijn de deeltermen pal en nep 15

16 synoniemen van respectievelijk onwrikbaar en niet echt. In (9d) is de oplossingsterm primaten als geheel hyponiem van zoogdieren en zijn de deeltermen prima en maten synoniemen van respectievelijk voortreffelijk en partners. In (9e) is de oplossingsterm meeuw als geheel hyponiem van vogel en zijn de deeltermen M en eeuw synoniemen van respectievelijk 1000 en 100 jaar. In (9f) is de oplossingsterm zaterdag als geheel hyponiem van deel van de week en is de deelterm zat synoniem van dronken. In (9g) is de oplossingsterm bijlen als geheel hyperoniem van tomahawks en is de deelterm ijlen synoniem van wartaal uitslaan. In (9h) is de oplossingsterm naardebliksem als geheel synoniem van kapot en zijn de deeltermen naar en bliksem synoniemen van respectievelijk erg en weerlicht. In (9i) is de oplossingsterm gekonkel als geheel synoniem van kwaadsprekerij en zijn de deeltermen gek en het Duitse Onkel synoniemen van respectievelijk rare en oom. In (9j) is de oplossingsterm stopcontact als geheel hyponiem van elektrisch tuig en zijn de deeltermen stop en contact synoniemen van respectievelijk beëindig en relatie. We zien dat overlapping van de deeltermen optreedt bij (9a-d) en omvatting van de gehele oplossingsterm optreedt bij (9c-e,i,j). De omschrijvingen kunnen termen bevatten die verwijzen naar de plaatsing van deeltermen ten opzichte van elkaar binnen de oplossingsterm. Dit zijn termen als voor, eerst, aanvankelijk, om mee te beginnen, achter, na, daarna, als laatste, rond, om, daarom, buiten, met, plus, +, tussen, in, binnen en in combinatie met. In onderstaande voorbeelden worden deze termen met een stippellijn onderstreept weergegeven. (10) a. wagen voor vat van bordpapier (karton) b. plezier om model van echtgenotes (gemalinnen) c. geld glad schuren buiten een kader (polijsten) d. gezellige praters worden kwaad binnen de korf (keuvelaars) e. bemerk rond tucht de winst (voordeel) In (10a) is de oplossingsterm karton als geheel synoniem van bordpapier en zijn de deeltermen kar en ton synoniemen van respectievelijk wagen en vat. In (10b) is de oplossingsterm gemalinnen als geheel synoniem van echtgenotes en zijn de deeltermen gein en mal synoniemen van respectievelijk plezier en model. In (10c) is de oplossingsterm polijsten als geheel synoniem van glad schuren en zijn de deeltermen poen en lijst synoniemen van respectievelijk geld en kader. In (10d) is de oplossingsterm keuvelaars als geheel synoniem van gezellige praters en zijn de deeltermen euvel en kaar synoniemen van respectievelijk kwaad en korf. In (10e) is de oplossingsterm voordeel als geheel synoniem van winst en zijn de deeltermen voel en orde synoniemen van respectievelijk bemerk en tucht. We zien dat overlapping van de deeltermen optreedt bij geen van de voorbeelden en dat omvatting van de gehele oplossingsterm optreedt bij (10a,c,e). 6. Gedeelten van de oplossingsterm omschrijven als hyponiem Dit houdt in dat een oplossingsterm moet worden gevonden die de deeltermen heeft met de specifiekere betekenissen van in de omschrijving opgenomen termen. 16

17 (11) a. Europeaan heeft snaarinstrument in orgaan (klier) b. vervoermiddel voor niet meegaand schaap (stram) c. vaartuig is met waterzoogdier sneller (vlotter) d. houder van afscheidingen plezieren (behagen) e. de moed verliezen door volksverhaal (versagen) f. ordinaire relatie met prikbeest (platvloers) g. spreidzit op kwartsgesteente (spagaat) h. met schrijfgerei om kleur kaarten (pokeren) i. persoon moet verschijnen om te trouwen (3,2,3,5) (aandemankomen) j. zangvogel met bladgroente als vleesgerecht (slavink) In (11a) is de oplossingsterm klier als geheel hyponiem van orgaan en zijn de deeltermen Ier en lier hyponiemen van respectievelijk Europeaan en snaarinstrument. In (11b) is de oplossingsterm stram als geheel synoniem van niet meegaand en zijn de deeltermen tram en ram hyponiemen van respectievelijk vervoermiddel en schaap. In (11c) is de oplossingsterm vlotter als geheel synoniem van sneller en zijn de deeltermen vlot en otter hyponiemen van respectievelijk vaartuig en waterzoogdier. In (11d) is de oplossingsterm behagen als geheel synoniem van plezieren en zijn de deeltermen beha en hagen hyponiemen van respectievelijk houder en afscheidingen. In (11e) is de oplossingsterm versagen als geheel synoniem van de moed verliezen en is de deelterm sage hyponiem van volksverhaal. In (11f) is de oplossingsterm platvloers als geheel synoniem van ordinair en zijn de deeltermen lat en vlo hyponiemen van respectievelijk relatie en prikbeest. In (11g) is de oplossingsterm spagaat als geheel synoniem van spreidzit en is de deelterm agaat hyponiem van kwartsgesteente. In (11h) is de oplossingsterm pokeren als geheel hyponiem van kaarten en zijn de deeltermen pen en oker hyponiemen van respectievelijk schrijfgerei en kleur. In (11i) is de oplossingsterm aandemankomen als geheel synoniem van trouwen en zijn de deeltermen man en komen hyponiemen van respectievelijk persoon en verschijnen. In (11j) is de oplossingsterm slavink als geheel hyponiem van vleesgerecht en zijn de deeltermen vink en sla hyponiemen van respectievelijk zangvogel en bladgroente. We zien dat overlapping van de deeltermen optreedt bij (11a-d) en omvatting van de gehele oplossingsterm optreedt bij (11c,d,h,j). 7. Gedeelten van de oplossingsterm omschrijven als hyperoniem Dit houdt in dat een oplossingsterm moet worden gevonden die de deeltermen heeft met de algemenere betekenissen van in de omschrijving opgenomen termen. (12) a. kies het eerste kwartier van de burgerij (maanstand) b. SM-vrouw bewerkt matkop met supernova (meesteres) c. Griekse heraut heeft wigwam voor lieveheersbeestje (stentor) d. met kotters naar Limerick transporteren (verschepen) e. misleid zijn door ledikant met Duitse marihuana (bedrogen) f. oehoes die schreien (huilen) g. speciaal tegen werkster liegen (bijzonder) 17

18 h. astronaut met horloge (vuurwerk) i. praatjes maken over kleine turkooizen violen (6,9) (blauwebloempjes) j. oprechte smient heeft Engels tijgeroog (gemeend) In (12a) is de oplossingsterm maanstand als geheel hyperoniem van eerste kwartier en zijn de deeltermen tand en stand hyperoniemen van respectievelijk kies en burgerij. In (12b) is de oplossingsterm meesteres als geheel hyperoniem van SM-vrouw en zijn de deeltermen mees en ster hyperoniemen van respectievelijk matkop en supernova. In (12c) is de oplossingsterm stentor als geheel hyperoniem van Griekse heraut en zijn de deeltermen tent en tor hyperoniemen van respectievelijk wigwam en lieveheersbeestje. In (12d) is de oplossingsterm verschepen als geheel hyponiem van transporteren en zijn de deeltermen schepen en vers hyperoniemen van respectievelijk kotters en limerick. In (12e) is de oplossingsterm bedrogen als geheel synoniem van misleid en zijn de deeltermen bed en het Duitse Drogen hyperoniemen van respectievelijk ledikant en marihuana. In (12f) is de oplossingsterm huilen als geheel synoniem van schreien en is de deelterm uilen hyperoniem van oehoes. In (12g) is de oplossingsterm bijzonder als geheel synoniem van speciaal en zijn de deeltermen bij en zonde hyperoniemen van respectievelijk werkster en liegen. In (12h) is de oplossingsterm vuurwerk als geheel hyperoniem van astronaut en is de deelterm uurwerk hyperoniem van horloge. In (12i) is de oplossingsterm blauwebloempjes als geheel synoniem van praatjes en zijn de deeltermen bloempjes en blauwe hyperoniemen van respectievelijk kleine violen en turkooizen. In (12j) is de oplossingsterm gemeend als geheel synoniem van oprecht en zijn de deeltermen eend en het Engelse gem hyperoniemen van respectievelijk smient en tijgeroog. We zien dat overlapping van de deeltermen optreedt bij (12a-e) en omvatting van de gehele oplossingsterm optreedt bij (12d,e,i,j). 8. Combinaties van de betekenistechnieken 5, 6 en 7 De technieken 5, 6 en 7 kunnen worden gecombineerd. (13) a. ooievaar gebruikt munt als vaporisator (verstuiver) b. bloedwraak om dik rijgsnoer (veter) c. spelen met ankers van boten (schaken) d. vrij fatsoenlijk Grieks teken (betamelijk) e. wurm griesmeel in crêpe (papier) f. parachutist vocht tegen traan (waterlander) g. zeer gemakkelijk lichaamsdeel laten groeien (3,6,4) (eenwassenneus) h. gebruik bierpul als strafwerktuig voor springdier (kangoeroe) i. holtedieren gaan dapper om loopvogel heen (koralen) j. uitstekend racen in twijfel trekken (bestrijden) In (13a) is de oplossingsterm verstuiver als geheel synoniem van vaporisator, is de deelterm uiver synoniem van ooievaar en is de deelterm stuiver hyponiem van munt. In (13b) is de oplossingsterm veter als geheel synoniem van rijgsnoer, is de deelterm vete hyperoniem van bloedwraak en is de deelterm vet synoniem van dik. In (13c) is de 18

19 oplossingsterm schaken als geheel hyponiem van spelen, is de deelterm haken hyperoniem van ankers en is de deelterm aken hyponiem van boten. In (13d) is de oplossingsterm betamelijk als geheel synoniem van fatsoenlijk, is de deelterm tamelijk synoniem van vrij en is de deelterm bèta hyponiem van Grieks teken. In (13e) is de oplossingsterm papier als geheel hyperoniem van crêpe, is de deelterm pier synoniem van wurm en is de deelterm pap hyperoniem van griesmeel. In (13f) is de oplossingsterm waterlander als geheel synoniem van traan, is de deelterm lander hyperoniem van parachutist en is de deelterm water hyponiem van vocht. In (13g) is de oplossingsterm eenwassenneus als geheel synoniem van zeer gemakkelijk, is de deelterm neus hyponiem van lichaamsdeel en is de deelterm wassen synoniem van groeien. In (13h) is de oplossingsterm kangoeroe als geheel hyponiem van springdier, is de deelterm kan hyperoniem van bierpul en is de deelterm roe hyponiem van strafwerktuig. In (13i) is de oplossingsterm koralen als geheel hyponiem van holtedieren, is de deelterm koen synoniem van dapper en is de deelterm ral hyponiem van loopvogel. In (13j) is de oplossingsterm bestrijden als geheel synoniem van in twijfel trekken, is de deelterm best synoniem van uitstekend en is de deelterm rijden hyperoniem van racen. We zien dat overlapping van de deeltermen optreedt bij (13a-e) en omvatting van de gehele oplossingsterm optreedt bij (13d-f,i,j). 9. Betekenisspiegeling Voor de tot dusver besproken constructies geldt dat betekenissen van de oplossingsterm of gedeelten daarvan worden uitgedrukt door termen binnen de omschrijving. Het is ook mogelijk dat betekenissen van een omschrijvingsterm worden uitgedrukt door termen binnen de oplossingsterm. Dit noemen we betekenisspiegeling, waarbij we drie categorieën onderscheiden. In de omschrijving kan naar het voorkomen van meerdere betekenistermen worden verwezen met termen als twee, dubbel, verdubbelen, duo, 2 x, in het kwadraat, dualistisch, driedubbel, trio, drie maal, tot de derde macht, hermafrodiet, meervoudig, nogmaals, weer, wederom, herhalen en herhaaldelijk. In onderstaande voorbeelden worden deze termen met een stippellijn onderstreept weergegeven. Ten eerste onderscheiden we constructies waarin sprake is van homonymie met omschrijving daarvan. (14) a. lokspijs (kaas) b. buis (televisiepijp) c. twee neven (naasten) d. eerlijke zaak (bedrijfsaffaire) e. koekoek 2 (vogelroep) f. terugkomen op dubbele post (nakaarten) g. hermafrodiet opperwezen (godin) h. een beuk als afsluiting hebben (slagboom) i. portiersduo (deurwachter) j. rover behoort tot de tweede macht (autodief) 19

20 In (14a) is de omschrijvingsterm lokspijs hyperoniem van kaas en synoniem van aas en is de omschrijvingsterm spijs hyperoniem van kaas en hyperoniem van aas. In (14b) is de omschrijvingsterm buis synoniem van televisie en synoniem van pijp. De oplossingsterm televisiepijp als geheel is hyponiem van buis. In (14c) is de omschrijvingsterm neven synoniem van naast en hyponiem van naasten. In (14d) is de omschrijvingsterm zaak synoniem van bedrijf en synoniem van affaire. De oplossingsterm bedrijfsaffaire als geheel is hyponiem van zaak en de deelterm fair is synoniem van eerlijk. In (14e) is de omschrijvingsterm koekoek hyponiem van vogel en hyponiem van roep. De oplossingsterm vogelroep als geheel is hyperoniem van koekoek. In (14f) is de omschrijvingsterm post synoniem van na en hyperoniem van kaarten. De oplossingsterm nakaarten als geheel is synoniem van terugkomen op. In (14g) is de omschrijvingsterm opperwezen hyperoniem van god, hyperoniem van godin en hyperoniem van Odin. In (14h) is de omschrijvingsterm beuk synoniem van slag en hyponiem van boom. De oplossingsterm slagboom als geheel is hyponiem van afsluiting. In (14i) is de omschrijvingsterm portier hyponiem van deur en hyponiem van wachter. De oplossingsterm deurwachter als geheel is synoniem van portier. In (14j) is de omschrijvingsterm rover hyponiem van auto en synoniem van dief. De oplossingsterm autodief als geheel is hyponiem van rover. Ten tweede onderscheiden we constructies waarin sprake is van homonymie zonder omschrijving daarvan. Hierbij geldt dat de omschrijvingsterm en de oplossingsterm of een gedeelte daarvan elkaars homoniemen zijn, anders gezegd ieder worden geïnterpreteerd in dezelfde van elkaar verschillende betekenissen. Dit noemen we reciproque homonymie. (15) a. dualistische troep (bende) b. 2 schijfjes (chips) c. geld hebben in het kwadraat (centen) d. dog (hond) e. dubbel riviertje (geul) In (15a) is de omschrijvingsterm troep synoniem van bende in de betekenis van groep personen en rotzooi. In (15b) is de omschrijvingsterm schijfjes hyperoniem van chips in de betekenis van gebakken aardappelplakjes en plakjes silicium met elektronische schakelingen. In (15c) is de omschrijvingsterm geld synoniem van centen in de betekenis van betaalmiddel en hyperoniem van centen in de betekenis van bepaalde munten. In (15d) is de omschrijvingsterm dog Engels synoniem van hond in de betekenis van bepaald soort huisdier en hyponiem van hond in de betekenis van bepaald hondenras. In (15e) is de omschrijvingsterm riviertje hyponiem van geul in de betekenis van bepaald soort waterloop en hyperoniem van Geul in de betekenis van bepaalde waterloop. Ten derde onderscheiden we constructies waarin geen sprake is van homonymie. Hierbij geldt dat de omschrijvingsterm wordt uitgedrukt binnen de oplossingsterm door meerdere termen in dezelfde betekenis. Dit duiden we aan met betekenisiteratie. (16) a. twee maal getemd met trommel (tamtam) 20

21 b. 2 x in orde (okido) c. driedubbele cacaodrank (chocolade) d. dubbele hemelsblauwe deklaag (glazuur) e. 3H 2 O (ijswater) In (16a) is de omschrijvingsterm getemd synoniem van tam en tam. De oplossingsterm tamtam als geheel is hyponiem van trommel. In (16b) is de omschrijvingsterm in orde synoniem van ok en okido. In (16c) is de omschrijvingsterm cacaodrank synoniem van choc, chocola en chocolade. In (16d) is de omschrijvingsterm hemelsblauw synoniem van lazuur en azuur. De oplossingsterm glazuur als geheel is hyponiem van deklaag. In (16e) is de omschrijvingsterm H 2 O synoniem van water, hyperoniem van ijs en hyperoniem van ijswater. II. Vormtechnieken (morfologische verberging) Vormtechnieken nemen in de cryptogramomschrijvingen termen op die gezamenlijk verwijzen naar de vorm van de gehele oplossingsterm of van gedeelten van de oplossingsterm. Ze worden gebruikt in combinatie met betekenistechnieken, waarbij geldt dat de oplossingsterm geen homoniemstatus hoeft te hebben of als homoniem omschreven hoeft te worden. Onderscheidende eigenschappen bij het vaststellen van de vorm van de oplossingsterm zijn vorm noemen in de omschrijving, juiste positie van letters, opeenvolging van letters en vormisolatie. Er is sprake van een vormverwijzing als de bedoelde vorm van de oplossingsterm een afzonderlijk woord of woordgroep voorstelt. Met het begrip vormisolatie bedoelen we het aanduiden van de weglating of toevoeging van letters om een woordvorm te verkrijgen die de oplossingsterm of een gedeelte daarvan voorstelt. In onderstaande voorbeelden worden vormverwijzingen onderstreept weergegeven en worden termen die vormisolatie uitdrukken met een stippellijn onderstreept weergegeven. 10. Vormreproductie Wanneer de vorm van de oplossingsterm of een gedeelte daarvan in de omschrijving wordt genoemd met de letters op de juiste positie, dan kan gesteld worden dat deze vorm wordt gereproduceerd. (17) a. kruis ros (crosspaard) b. een week geslapen hebben (slap) c. Marie is in Frankrijk getrouwd (marie) d. vreemde grap van Joke (joke) e. geschonden huisdieren (honden) f. zonderling gaat hellingen repareren (helen) g. die vis is al ver (alver) h. overdrijft woede (drift) i. kan Arie die vogel verbinden? (kanarie) j. niet te geloven, doorlopend een bakruimte (tegeloven) 21

22 In (17a) is de omschrijvingsterm ros synoniem van paard en hyperoniem van crosspaard. De deelterm cross is Engels synoniem van kruis. In (17b) is de oplossingsterm slap als geheel synoniem van week. In (17c) is de oplossingsterm marié als geheel Frans synoniem van getrouwd. In (17d) is de oplossingsterm joke als geheel Engels synoniem van grap. In (17e) is de oplossingsterm honden als geheel hyponiem van huisdieren. In (17f) is de oplossingsterm helen als geheel synoniem van repareren. In (17g) is de oplossingsterm alver als geheel hyponiem van vis. In (17h) is de oplossingsterm drift als geheel synoniem van woede. In (17i) is de oplossingsterm kanarie als geheel hyponiem van vogel. In (17j) is de oplossingsterm tegeloven als geheel hyponiem van bakruimte. We zien dat de vorm in de omschrijving wordt genoemd bij alle voorbeelden, de letters de juiste positie hebben bij alle voorbeelden, de letters opeenvolgend zijn bij (17a-e) en vormisolatie optreedt bij (17e,f,i,j). In (17e) geeft de term geschonden aan dat de woordvorm honden geïsoleerd moet worden door weglating van de letters gesc uit geschonden. In (17f) geeft de term zonder aan dat de woordvorm helen geïsoleerd moet worden door weglating van de letters ling uit hellingen. In (17i) geeft de term verbinden aan dat de woordvorm kanarie geïsoleerd moet worden door samenvoeging van de woorden kan en Arie. In (17j) geeft de term doorlopend aan dat de woordvorm tegeloven geïsoleerd moet worden door samenvoeging van de woorden te en geloven. 11. Anagram Wanneer de vorm van de oplossingsterm of een gedeelte daarvan in de omschrijving wordt genoemd met de letters op twee of meer andere posities, dan houdt dit in dat de genoemde letters herleid kunnen worden tot een anagram van de oplossingsterm of een gedeelte daarvan. Het begrip anagram kan worden gedefinieerd als een woord dat is gevormd door herschikking van de letters van een ander woord. (18) a. tengere vrouw met gezag (regentes) b. naast de duivel staan (satan) c. verlegenheid (gêne) d. excursie (cruise) e. jeugd als eregasten (teenagers) f. gesnater van onderofficier (sergeant) g. purist met kleine koolkrop (spruitje) h. is de stamvader niet het verst? (adam) i. 't is plus rente (interest) j. ja sigaartje uitgedrukt (sigaret) In (18a) is de oplossingsterm regentes als geheel hyponiem van vrouw met gezag. In (18b) is de oplossingsterm satan als geheel synoniem van duivel. In (18c) is de oplossingsterm gêne als geheel synoniem van verlegenheid. In (18d) is de oplossingsterm cruise als geheel hyponiem van excursie. In (18e) is de oplossingsterm teenagers als geheel synoniem van jeugd. In (18f) is de oplossingsterm sergeant als geheel hyponiem van onderofficier. In (18g) is de oplossingsterm spruitje als geheel hyponiem van kleine koolkrop. In (18h) is de oplossingsterm Adam als geheel hyponiem van stamvader. In 22

Samenvatting Nederlands Deel 5

Samenvatting Nederlands Deel 5 Samenvatting Nederlands Deel 5 Samenvatting door een scholier 745 woorden 7 mei 2016 4 3 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Nieuw Nederlands Groene kaders deel 5 Beschrijvend verband Als de schrijver

Nadere informatie

et en de letterfabriek mijn eerste leesboek Inkijkexemplaar Plantyn

et en de letterfabriek mijn eerste leesboek Inkijkexemplaar Plantyn MIJN EERSTE LEESBOEK et en de letterfabriek mijn eerste leesboek Plantyn De iconen in Mijn eerste leesboek geven het niveau van woorden en teksten aan. Hieronder staat hoe je ze kunt herkennen. Plantyn

Nadere informatie

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1 MEMORY WOORDEN 1.1 TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1 ik jij hij zij wij jullie zij de baby het kind ja nee de naam TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 2 MEMORY WOORDEN 1.2 TaalCompleet A1 Memory Woorden

Nadere informatie

Taalbeschouwelijke termen bao so 2010

Taalbeschouwelijke termen bao so 2010 1 Bijlage: Vergelijking taalbeschouwelijke termen leerplannen basisonderwijs en secundair onderwijs In deze lijst vindt u in de linkerkolom een overzicht van de taalbeschouwelijke termen uit het leerplan

Nadere informatie

Ons eerste boek. plaatjes en bijschriften voor 't jonge volkje dat lezen leert. W.F. Oostveen

Ons eerste boek. plaatjes en bijschriften voor 't jonge volkje dat lezen leert. W.F. Oostveen Ons eerste boek plaatjes en bijschriften voor 't jonge volkje dat lezen leert W.F. Oostveen bron. A.W. Sijthoff, Leiden 1880-1890 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/oost080onse01_01/colofon.php

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) 2016-2017 Vak: Nederlands Klas: vmbo-tl 2 Onderdeel: Spelling 1 & 2 Digitale methode 1F Spelling: verdubbeling en verenkeling. 1F Spelling: vorming van het bijvoeglijk naamwoord. 1F Werkwoordspelling waarvan

Nadere informatie

1 De lange klinkers en klinkerreductie

1 De lange klinkers en klinkerreductie 1 De lange klinkers en klinkerreductie Schrijven A1 - richting werk de man is kaal het been het stuur de boot de ka-le man de be-nen de stu-ren de bo-ten de zee de gieter de liter de drie ik ski Schrijven

Nadere informatie

J A P U O I Z S E O G K G J V S Z H T J U Z V I O E U A L I G I T K U I H U U K O Z A E I Z J L O G P B E L V H P

J A P U O I Z S E O G K G J V S Z H T J U Z V I O E U A L I G I T K U I H U U K O Z A E I Z J L O G P B E L V H P 1 80 Cijfers(45) Beschikbare letters: A B E G H I J K L O S T U V J A U O I Z S E O G K G J V S Z H T J U Z V I O E U A L I V K I B G T H G I T K U O H B I I H U U K O Z A E I Z J L O G G J B A Z E S H

Nadere informatie

Les 1 jas en das. Op pad. van links naar rechts

Les 1 jas en das. Op pad. van links naar rechts Les 1 jas en das Op pad van links naar rechts 1 Inhoud 0 Inleiding 1.1 a} 1.2 s} as 1.3 j} jas 1.4 d} das 1.5 t} tas 1.6 k} kat 1.7 n} nat 1.8 r} rat, kar 1.9 v} vat 1.10 b} bak 1.11 l} bal 1.12 p} pak

Nadere informatie

E U O Y W A B N M S P W I H B O W B M N P Z M B E N B P J Y

E U O Y W A B N M S P W I H B O W B M N P Z M B E N B P J Y 1 100 Cijfers(32) Beschikbare letters: A B E H I J L M N O P S U W Y B Z Y U N S M H E U O Y W A B H W M J N M S P W I H B O O W B M N P Z M B E N B P J Y S Z N W E J B W Y S M P J B U W B A H O N P Y

Nadere informatie

zelfstandig naamwoord

zelfstandig naamwoord zelfstandig naamwoord Het zelfstandig naamwoord is een woord voor een mens, dier of ding. de man de kat de fiets lidwoord Het lidwoord hoort bij het zelfstandig naamwoord. de het een samenstelling Een

Nadere informatie

* Mijn vader vindt dat je aan make-up niet te veel geld aan moet uitgeven.

* Mijn vader vindt dat je aan make-up niet te veel geld aan moet uitgeven. 1.8 Nederlands formuleren Als je zuiver Nederlands schrijft, moet je net als een verzorgde spelling een verzorgde zinsbouw gebruiken. Veel voorkomende fouten moet je daarbij vermijden. Deze fouten vind

Nadere informatie

Het verwoorden van de spellingsregel is belangrijk (bewustwording waarom je iets op een bepaalde manier schrijft).

Het verwoorden van de spellingsregel is belangrijk (bewustwording waarom je iets op een bepaalde manier schrijft). Beste ouders, Wij zijn begonnen aan thema 8 van taal. Dit is het laatste thema van dit schooljaar. Volgend schooljaar krijgt u geen uitleg meer over de spellingscategorieën omdat de categorieën in groep

Nadere informatie

Wat is een zelfstandig naamwoord?

Wat is een zelfstandig naamwoord? Wat is een zelfstandig naamwoord? 1. Inleiding Zelfstandig naamwoorden zijn woorden die 'een zelfstandigheid' aanduiden: een persoon of dier: vrouw, oom, hond een eigennaam: Sara, Apple een ding: fiets,

Nadere informatie

1 WOORDSOORTEN 3 2 ZINSDELEN 8

1 WOORDSOORTEN 3 2 ZINSDELEN 8 Deel 1 Grammatica 1 1 WOORDSOORTEN 3 1.1 Tot welke woordsoort behoren de onderstreepte woorden in de volgende zinnen? 3 1.2 Multiple choice. Benoem de onderstreepte woorden 4 1.3 Benoem de onderstreepte

Nadere informatie

8. Logogrammen. Soemer. Uitbreiding

8. Logogrammen. Soemer. Uitbreiding 8. Logogrammen Soemer Ongeveer 5 duizend jaar geleden woonde in Zuid-Oost Irak een volk dat de Soemeriërs werd genoemd. Zelf noemden ze hun land ki-en-gir, het land van de beschaafde heersers. De Soemeriërs

Nadere informatie

Lesbrief. De vis op het droge. Laros & de Jong beeldmakerij. De vis op het droge. spreekwoorden en spelen met woorden

Lesbrief. De vis op het droge. Laros & de Jong beeldmakerij. De vis op het droge. spreekwoorden en spelen met woorden Laros & de Jong beeldmakerij spreekwoorden en spelen met woorden Beste leerkracht, Binnenkort gaat u met uw leerlingen naar de poppentheatervoorstelling de Vis op het Droge van Beeldmakerij Laros & de

Nadere informatie

Gevarieerde Spelling is een programma voor het leren van de belangrijkste spellingregels van het Nederlands.

Gevarieerde Spelling is een programma voor het leren van de belangrijkste spellingregels van het Nederlands. Gevarieerde Spelling Gevarieerde Spelling is een programma voor het leren van de belangrijkste spellingregels van het Nederlands. Doelgroep Gevarieerde Spelling Gevarieerde Spelling is bedoeld voor leerlingen

Nadere informatie

instapkaarten taal verkennen

instapkaarten taal verkennen instapkaarten inhoud instapkaarten Taal verkennen thema 1 les 2 1 thema 1 les 4 2 thema 1 les 7 3 thema 1 les 9 4 thema 2 les 2 5 thema 2 les 4 6 thema 2 les 7 7 thema 2 les 9 8 thema 3 les 2 9 thema 3

Nadere informatie

Ik schrijf op wat ik hoor.

Ik schrijf op wat ik hoor. Categorie 1a Woorden met a Groep 3 Ik schrijf op wat ik hoor. kam Categorie 1a Woorden met a Groep 3 tak kar hal gas Categorie 1b Woorden met aa Groep 3 Ik schrijf op wat ik hoor. raam Categorie 1b Woorden

Nadere informatie

Als je woorden goed uit wilt spreken, is het belangrijk dat je weet waar een lettergreep begint en waar hij eindigt.

Als je woorden goed uit wilt spreken, is het belangrijk dat je weet waar een lettergreep begint en waar hij eindigt. Lettergrepen Als je woorden goed uit wilt spreken, is het belangrijk dat je weet waar een lettergreep begint en waar hij eindigt. Om een woord in lettergrepen te verdelen, kijken we naar de klinkers. Als

Nadere informatie

- je kan me wat - module 2. docere delectare movere. tekeningen -

- je kan me wat - module 2. docere delectare movere. tekeningen - - je kan me wat - module 2 docere delectare movere je O kan ROC p e me n van S wat Amsterdam c h o o l - A nt2taalmenu.nl educatie m s t e r - d ROC a m van module Z Amsterdam u i d - O 2 o s t tekeningen

Nadere informatie

Huiswerkblaadje Maan Kern 5

Huiswerkblaadje Maan Kern 5 Leestoets Aan het einde van een kern leest ieder kind bij de juf apart een leestoets: veilig en vlot. Veilig en vlot zijn woordrijtjes die je van boven naar beneden leest. Deze woorden zijn gevormd met

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse Samenvatting Nederlandse Samenvatting Men neemt algemeen aan dat er in de orde van vijf- tot zesduizend talen zijn. Afgezien van het Engels, Frans of het Spaans, bestaat er voor veel talenparen X, Y niet een woordenboek

Nadere informatie

Niemand hoeft verlegen te zijn

Niemand hoeft verlegen te zijn Centrum Basiseducatie Brusselleer Oefenmap lezen en schrijven p. 1 Verlegen mensen Niemand hoeft verlegen te zijn Kleine kinderen zijn vaak verlegen. Dat vindt iedereen normaal. Maar ook 1 op 5 volwassenen

Nadere informatie

- je kan me wat - module 2. docere delectare movere. tekeningen -

- je kan me wat - module 2. docere delectare movere. tekeningen - - je kan me wat - module 2 docere delectare movere je O kan ROC p e me n van S wat Amsterdam c h o o l - A nt2taalmenu.nl educatie m s t e r - d ROC a m van module Z Amsterdam u i d - O 2 o s t tekeningen

Nadere informatie

Het pakket dolle drietjes Op de bovenstaande foto kunt u zien dat het pakket uit een handleiding, twee leesdelen en een map werkbladen bestaat.

Het pakket dolle drietjes Op de bovenstaande foto kunt u zien dat het pakket uit een handleiding, twee leesdelen en een map werkbladen bestaat. Het pakket dolle drietjes Op de bovenstaande foto kunt u zien dat het pakket uit een handleiding, twee leesdelen en een map werkbladen bestaat. De twee leesdelen bevatten respectievelijk 72 en 56 pagina

Nadere informatie

Lezer Game. Gemaakt door Drika Pepping-Poot

Lezer Game. Gemaakt door Drika Pepping-Poot Lezer Game Gemaakt door Drika Pepping-Poot Lezer Game Lezer Game is een spel waarbij de spelers allerlei leesopdrachtjes uitvoeren. Met behulp van dit spel wordt er en geoefend en gespeeld. Materiaal:

Nadere informatie

Meer dan grammatica!

Meer dan grammatica! Gramm@foon Meer dan grammatica! 1e druk 2011 ISBN: 9789490807061 Copyright: KleurRijker B.V., info@kleurrijker.nl Auteurs: Karine Jekel, Vika Lukina, Nynke Oosterhuis Redactie: Karine Jekel, Nynke Oosterhuis,

Nadere informatie

Van. horen zeggen. Teksten van de oefeningen

Van. horen zeggen. Teksten van de oefeningen Van horen zeggen Teksten van de oefeningen Van horen zeggen - Tapescripts en antwoorden - versie 22 juli 2017 2 Inhoudsopgave 1 pak en bak... 3 2 man en maan... 6 3 pen en peen... 9 4 de regen... 12 Deze

Nadere informatie

ALFA A ANTWOORDEN STER IN LEZEN

ALFA A ANTWOORDEN STER IN LEZEN STER IN LEZEN ALFA A LES 1: NAAR SCHOOL 1 Ziek 1 b 2 3 b 4 a a B maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag zaterdag zondag C Dit is een vraag Hoe gaat het? Het gaat wel. En met jou? Waarom kom je niet?

Nadere informatie

Samenvatting Nederlands formuleren

Samenvatting Nederlands formuleren Samenvatting Nederlands formuleren Samenvatting door een scholier 1199 woorden 3 maart 2016 7,5 2 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Nieuw Nederlands Nederlands Samenvatting formuleren Par 1 dubbelop

Nadere informatie

Visuele Leerlijn Taal

Visuele Leerlijn Taal Visuele Leerlijn Taal www.gynzy.com Versie: 05-09-2019 Taalbegrip Abstracties Probleem & oplossing Zender & ontvanger Functies van taal Discussie Standpunt & argument Feit & mening Illustratie (als voorbeeld)

Nadere informatie

Wat is een zelfstandig naamwoord?

Wat is een zelfstandig naamwoord? Wat is een zelfstandig naamwoord? 1. Inleiding Een zelfstandig naamwoord geeft aan: een persoon of dier: vrouw, oom, hond een eigennaam: Sara, Apple een ding: fiets, berg een gebeurtenis: feest, botsing

Nadere informatie

Centrum Basiseducatie Brusselleer Oefenmap lezen en schrijven p. 1 Cultuur Choco en Co Niveau 3

Centrum Basiseducatie Brusselleer Oefenmap lezen en schrijven p. 1 Cultuur Choco en Co Niveau 3 Centrum Basiseducatie Brusselleer Oefenmap lezen en schrijven p. 1 Voedsel voor de goden Choco en Co De meeste mensen houden van chocolade. Want chocolade is heel lekker. Maar ze haten de bruine snoep

Nadere informatie

Mondeling Nederlands. Cursus 2 Module 4. Dag 1

Mondeling Nederlands. Cursus 2 Module 4. Dag 1 Mondeling Nederlands Cursus 2 Module 4 Dag 1 het gras het pad het park de boom de poep de vlieg rondkijken wegjagen wrijven dichtbij ver weg moe moe veel weinig iets - niets vallen wij/zij vallen hij/zij

Nadere informatie

Zien en zingen. Een bundel oude kinderliedjes

Zien en zingen. Een bundel oude kinderliedjes Zien en zingen. Een bundel oude kinderliedjes Hugo de Groot bron. Met illustraties van Corina. A.J.G. Strengholt, Amsterdam 1945 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/groo172zien01_01/colofon.php

Nadere informatie

i n h o u d Inhoud Inleiding

i n h o u d Inhoud Inleiding V Inhoud Inleiding IX 1 Informatie structureren 1 1.1 Onderwerp in kaart brengen 1 1.1.1 Je doel vaststellen 1 1.1.2 De lezers inschatten 2 1.1.3 Het onderwerp afbakenen 3 1.1.4 Van ideeën naar mindmap

Nadere informatie

Latijn en Grieks in de 21ste eeuw

Latijn en Grieks in de 21ste eeuw Latijn en Grieks in de 21ste eeuw Kiezen voor Latijn en/of Grieks? Als leerling in het laatste jaar van de basisschool sta jij voor een belangrijke keuze. Welke studierichting moet je gaan volgen in het

Nadere informatie

Wij willen u vragen niet vooruit te gaan werken/oefenen. Er kan dan verwarring ontstaan bij het kind. Wij willen dit graag voorkomen!

Wij willen u vragen niet vooruit te gaan werken/oefenen. Er kan dan verwarring ontstaan bij het kind. Wij willen dit graag voorkomen! In dit document kunt u lezen wat de kinderen leren in elke kern. In de eerste zes kernen zal dit voornamelijk ingaan op het aanleren van woorden en letters. In de laatste kernen komt het lezen al wat meer

Nadere informatie

Lesbrief groep 5/6. Beste ouders,

Lesbrief groep 5/6. Beste ouders, Lesbrief groep 5/6 Beste ouders, Het is al weer een tijdje geleden dat we een lesbrief aan jullie hebben gestuurd. Maar met de start op onze prachtige nieuwe school, ook gelijk maar een doorstart met de

Nadere informatie

Doelen taalbeschouwing die verworven moeten zijn in het vierde leerjaar

Doelen taalbeschouwing die verworven moeten zijn in het vierde leerjaar Doelen taalbeschouwing die verworven moeten zijn in het vierde leerjaar Hieronder vindt u de leerplandoelen taalbeschouwing die we met onze evaluatie in kaart willen brengen. Ze staan in dezelfde volgorde

Nadere informatie

Overzicht categorieën Taal actief groep 7

Overzicht categorieën Taal actief groep 7 Overzicht categorieën Taal actief groep Introductie Onderstaand treft u in de eerste kolom het nummer van de categorie aan zoals die voorkomt in Taal actief, in de tweede kolom de omschrijving, in de derde

Nadere informatie

Auditieve taaloefeningen bij onderwerp indianen

Auditieve taaloefeningen bij onderwerp indianen Auditieve taaloefeningen bij onderwerp indianen Boek van de week: 1; Het grote telboek van Indi 2; De kleine Indiaan 3; Rode Vos en zijn kano 4; Bij de indianen Verhaalbegrip: Bij elk boek stel ik de volgende

Nadere informatie

Deze weken leren wij:

Deze weken leren wij: Kern 1: ik - maan - roos - vis- sok Letters: m - r - v - i - s - aa - p - e Woorden: ik - maan - roos - vis - sok aan pen - en We leren ook in welke straat de letters horen; korte klankstraat, lange klankstraat,

Nadere informatie

Adaptieve toets: Kern 3

Adaptieve toets: Kern 3 VEILIG LEREN LEZEN 2 e MAANVERSIE Adaptieve toets: Kern 3 Voor meer informatie of het downloaden van deze of vele andere handige documenten Grafementoets aangeboden letters kern 3: instructie voor de leerkracht

Nadere informatie

Taaljournaal Leerlijnenoverzicht - Lezen

Taaljournaal Leerlijnenoverzicht - Lezen Taaljournaal Leerlijnenoverzicht - Lezen 1.1 Eigen kennis 1.1.1 Kinderen kunnen hun eigen kennis activeren, m.a.w. ze kunnen aangeven wat ze over een bepaald onderwerp al weten en welke ervaringen ze er

Nadere informatie

Samenvatting Nederlands Formuleren

Samenvatting Nederlands Formuleren Samenvatting Nederlands Formuleren Samenvatting door Luca 1052 woorden 28 maart 2016 8,2 1 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Nieuw Nederlands Dubbelop Onjuiste herhaling; Tautologie; Pleonasme; Contaminatie;

Nadere informatie

Auditieve oefeningen bij het thema: Barbapapa

Auditieve oefeningen bij het thema: Barbapapa Auditieve oefeningen bij het thema: Barbapapa Boek van de week: 1. Barbapapa boeken allerlei 2. Met Barbapapa de wereld rond Verhaalbegrip: Bij elk boek stel ik de volgende vragen: Wat staat er op de voorkant

Nadere informatie

4. Sterk dino-rekenwerk

4. Sterk dino-rekenwerk 4. Sterk dino-rekenwerk Vul aan met +, - en = 7 + 8 = 20-5 20 4 12 4 100 45 30 25 25 30 45 100 1 000 400 300 300 670 300 250 120 340 300 28 12 Vul aan met > of < of = 45 : 9 2 x 3 100 x 8 1000 200 70 x

Nadere informatie

Basis. letter a b c hoofdletter A B C woord appel banaan citroen zin Ik eet een appel. cijfer getal

Basis. letter a b c hoofdletter A B C woord appel banaan citroen zin Ik eet een appel. cijfer getal Basis letter a b c hoofdletter A B C woord appel banaan citroen zin Ik eet een appel. cijfer 1 2 3 getal 123.000 punt. komma, uitroepteken! vraagteken? Woordvolgorde Jij drinkt appelsap. Hij eet een banaan.

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) Lesperiode: 1 week 36 t/m week 38 Hoofdstuk: Spelling 2 t/m 6 De stam van het werkwoord Splitsbare werkwoorden Persoonsvorm tegenwoordige tijd en de bijbehorende regel De stam van werkwoorden kunnen noteren

Nadere informatie

De bovenkamer. Josée Coenen. een kleurrijke grammatica van het Nederlands. colofon

De bovenkamer. Josée Coenen. een kleurrijke grammatica van het Nederlands. colofon Josée Coenen De bovenkamer een kleurrijke grammatica van het Nederlands colofon Dit overzicht is samengesteld door Josée Coenen, auteur van De bovenkamer. Vormgeving Marjo Starink Bazalt 2016 Voor meer

Nadere informatie

Bayernwald. Duitse loopgraven in de Groote Oorlog. Opdrachten 4de, 5de en 6de leerjaar

Bayernwald. Duitse loopgraven in de Groote Oorlog. Opdrachten 4de, 5de en 6de leerjaar Bayernwald Duitse loopgraven in de Groote Oorlog Opdrachten 4de, 5de en 6de leerjaar Hoi, ik ben Hanna. Ik ben 11 jaar. Ik woon in Heuvelland. Vandaag neem ik jullie mee op reis in de tijd, terug naar

Nadere informatie

Op Pad. werkboek. les 1: jas en das les 2: kas en kaas les 3: pen en peen

Op Pad. werkboek. les 1: jas en das les 2: kas en kaas les 3: pen en peen Op Pad 1 werkboek les 1: j en d les 2: k en ka les 3: pen en peen Inhoud 1 j en d... 3 1 a}, j, d, t... 4 2 a},,,... 5 3 a} kar, kam, dak, tak... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 4 b,p} bak, pak, bal,

Nadere informatie

PLURALIS. Algemeen. Substantief + en o Het tapijt de tapijten Substantief + s o De jongen de jongens. Vorm. A. Substantief + en

PLURALIS. Algemeen. Substantief + en o Het tapijt de tapijten Substantief + s o De jongen de jongens. Vorm. A. Substantief + en Algemeen Substantief + en o Het tapijt de tapijten Substantief + s o De jongen de jongens Vorm A. Substantief + en woorden afgeleid van een adjectief o de arme de armen o de goede de goeden o de slechte

Nadere informatie

Grafementoets: instructie voor de leerkracht

Grafementoets: instructie voor de leerkracht veilig leren lezen Grafementoets: instructie voor de leerkracht De Grafementoets wordt afgenomen na kern 3. De toets bestaat uit een kaart, waarop de letters per kern gegroepeerd staan. De letterkennis

Nadere informatie

Lesdoelen De kinderen herkennen het werkwoord in een zin. Materiaal Oefenblad instaples 1 taal Antwoordblad instaples 1 taal. Lesduur 25 minuten

Lesdoelen De kinderen herkennen het werkwoord in een zin. Materiaal Oefenblad instaples 1 taal Antwoordblad instaples 1 taal. Lesduur 25 minuten groep 5 vakantie instaples 1 taal Lesdoelen De kinderen herkennen het werkwoord in een zin. Materiaal Oefenblad instaples 1 taal Antwoordblad instaples 1 taal Lesduur 25 minuten Aanwijzingen bij de les

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) Vak: Nederlands Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) 2016-2017 Lesperiode: 1 Hoofdstuk: Spelling 2 t/m 6 De stam van het werkwoord Splitsbare werkwoorden Persoonsvorm tegenwoordige tijd en de bijbehorende

Nadere informatie

in het hok is een noot en een kool een aap is ook in het hok de aap gaat naar de noot eet de aap de noot op? nee, de aap gaat weg van de noot

in het hok is een noot en een kool een aap is ook in het hok de aap gaat naar de noot eet de aap de noot op? nee, de aap gaat weg van de noot verhaaltjes M3 - werkblad 21a in het hok is een noot en een kool een aap is ook in het hok de aap gaat naar de noot eet de aap de noot op? nee, de aap gaat weg van de noot de aap gaat naar de kool de aap

Nadere informatie

In dit boekje staan verschillende mogelijkheden om iets op te lossen.

In dit boekje staan verschillende mogelijkheden om iets op te lossen. In dit boekje staan verschillende mogelijkheden om iets op te lossen. Mochten er aanvullingen zijn, kunt u altijd een e-mail sturen naar info@obs-delandweert.nl. ONTLEDEN Taalkundig ontleden. benoem de

Nadere informatie

Eigen vaardigheid Taal

Eigen vaardigheid Taal Eigen vaardigheid Taal Door middel van het beantwoorden van de vragen in dit blok heeft u inzicht gekregen in uw kennis en vaardigheden van de grammatica en spelling van de Nederlandse taal. In het overzicht

Nadere informatie

π (spreek uit uiltje ): hulpwerkwoorden of modale hulpwerkwoorden 46

π (spreek uit uiltje ): hulpwerkwoorden of modale hulpwerkwoorden 46 Inhoud Inleiding 6 1 Wie? (mensen) Wat? (dieren en dingen) 10 π Het zelfstandig naamwoord (man, vrouw, Jan) 12 π Het zelfstandig naamwoord, meervoud (lepels, bloemen) 13 π Het zelfstandig naamwoord, verkleinwoord

Nadere informatie

Drie maal taal. Taal beschouwen in realistische situaties

Drie maal taal. Taal beschouwen in realistische situaties Ronde 3 Joost Hillewaere Eekhoutcentrum Contact: joost.hillewaere@kuleuven-kulak.be Drie maal taal. Taal beschouwen in realistische situaties 1. Inleiding Waarom leren kinderen taal op school? Taal heeft

Nadere informatie

Een hele eenvoudige benadering van de oplossing van dit probleem die men wel voorgesteld heeft, is de volgende regel:

Een hele eenvoudige benadering van de oplossing van dit probleem die men wel voorgesteld heeft, is de volgende regel: Accent op voorzetsels en partikels Het tweede probleem dat ik wil gebruiken ter illustratie is een probleem dat meer van belang is voor de spraaktechnologie. Een van de technologieën die spraaktechnologen

Nadere informatie

Zinsontleden en woordbenoemen groep 7/8

Zinsontleden en woordbenoemen groep 7/8 Zinsontleden en woordbenoemen groep 7/8 Naam: 1 Inhoudsopgave: 3 - Onderwerp 4 - Persoonsvorm 5 - Gezegde 6 - Lijdend voorwerp 7 - Meewerkend voorwerp 8 - Werkwoorden 8 - Zelfstandig naamwoorden 9 - Bijvoeglijk

Nadere informatie

inhoud De wolf 3 1. Een roofdier 2. Ruiken, horen en zien 3. De roedel 4. De taal van de wolf 5. Wolf en hond 6. Soorten wolven 7.

inhoud De wolf 3 1. Een roofdier 2. Ruiken, horen en zien 3. De roedel 4. De taal van de wolf 5. Wolf en hond 6. Soorten wolven 7. De wolf inhoud De wolf 3 1. Een roofdier 4 2. Ruiken, horen en zien 6 3. De roedel 7 4. De taal van de wolf 9 5. Wolf en hond 10 6. Soorten wolven 11 7. Sprookjes 12 8. Filmpje 13 Pluskaarten 14 Bronnen

Nadere informatie

Onderdeel: Vakvaardigheden EBR Nieuwsbegrip: Leesvaardigheid en woordenschat Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:

Onderdeel: Vakvaardigheden EBR Nieuwsbegrip: Leesvaardigheid en woordenschat Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing: - NEX Klas: IG2 HV Onderdeel: Vakvaardigheden EBR Nieuwsbegrip: Leesvaardigheid en woordenschat Lesperiode: 2 1 Nieuwsbegrip en Nieuwsbegrip XL Materiaal: Leerlingschrift A4 Snelhechter Markeerstift Al

Nadere informatie

Iets wat alleen een mens kan. Geheel Deel Mensen Persoon Voorwerp Inhoud Product uitstreek product

Iets wat alleen een mens kan. Geheel Deel Mensen Persoon Voorwerp Inhoud Product uitstreek product Samenvatting door Sam 813 woorden 2 maart 2016 6,8 21 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Nieuw Nederlands Lezen Tekststructuren: Voor/nadelenstructuur Verleden/heden(/toekomst)structuur Aspectenstructuur

Nadere informatie

EK KAN LEES E. TISMEER, L. B. HOSKING, DEUR. Departementale lnstruktriese vir Kindertuin~Metodes. in die Kaapprovinsie

EK KAN LEES E. TISMEER, L. B. HOSKING, DEUR. Departementale lnstruktriese vir Kindertuin~Metodes. in die Kaapprovinsie EK KAN LEES DEUR E. TISMEER, Departementale lnstruktriese vir Kindertuin~Metodes in die Kaapprovinsie EN L. B. HOSKING, vroeer onderwyseres vir Kindertuin~Metodes aan die Opleidingskollege Wellington,

Nadere informatie

reeks 1 leesboek 1 Leesteksten bij Leesboekje 7/43-1 1

reeks 1 leesboek 1 Leesteksten bij Leesboekje 7/43-1 1 leesboek 1 Leesteksten bij Leesboekje 7/43-1 1 In de kar Anja loopt op straat. Ze heeft last van haar rug. Ze loopt niet met een tas maar met een kar. Er is vis in de kar en kaas en kool en meel. Jan zit

Nadere informatie

Spelling 1F. Doelgroepen Spelling 1F. Omschrijving Spelling 1F

Spelling 1F. Doelgroepen Spelling 1F. Omschrijving Spelling 1F Spelling 1F Spelling 1F bestrijkt de basisregels van de Nederlandse spelling die op de basisschool worden aangeleerd en waarmee leerlingen in het voortgezet onderwijs meestal verder oefenen. Doelgroepen

Nadere informatie

E K J E. I. I (Me t P 1 at j o.). II ~LE E D E B 0. ,. ~. - "'"""-:"--.. ll II E T T

E K J E. I. I (Me t P 1 at j o.). II ~LE E D E B 0. ,. ~. - '-:--.. ll II E T T ~LE E D E B 0 d 1 E K J E. I II E T T I (Me t P 1 at j o.). II,. ~. - "'"""-:"--.. ll t - I \ LI~~:SOliJFH~Nl~GE~, VbOR,"l' AANSOHOUWELTJK ; I.. LEESONDli_,RWT.JS, ' ~ - ~ J. DOOR ZF.S,DR DRlTK. GORINUI:tE~L

Nadere informatie

Inhoud blz. 1. Honden 2. Van wolf naar hond 3. Rassen 4. Rashonden 5. Filmpjes Pluskaarten Bronnen en foto s Colofon en voorwaarden

Inhoud blz. 1. Honden 2. Van wolf naar hond 3. Rassen 4. Rashonden 5. Filmpjes Pluskaarten Bronnen en foto s Colofon en voorwaarden Het hondenboek Inhoud blz. 1. Honden 3 2. Van wolf naar hond 4 3. Rassen 6 4. Rashonden 8 5. Filmpjes 19 Pluskaarten 20 Bronnen en foto s 22 Colofon en voorwaarden 23 1. Honden Soorten Veel mensen hebben

Nadere informatie

Uitleg racelezen. Veel succes en plezier met oefenen!

Uitleg racelezen. Veel succes en plezier met oefenen! Racelez Naam: Uitleg racelez Lees de wdjes van je leesblad snel én goed. Iedere dag 1 muut lez. Laat iemand meelez om de tijd de score bij te houd én om te luister of je de wdjes goed leest. Zet e stp

Nadere informatie

Het Major Systeem uitgewerkt

Het Major Systeem uitgewerkt Het Major Systeem uitgewerkt Ontdek hoe je makkelijk grote hoeveelheden getallen kunt onthouden 2008 Mark Tigchelaar www.mtcompany.nl 1 Getallen onthouden Sommige mensen zijn bijzonder goed in het onthouden

Nadere informatie

Auditieve oefeningen bij het thema: opa en oma

Auditieve oefeningen bij het thema: opa en oma Auditieve oefeningen bij het thema: opa en oma Boek van de week: 1; Superoma en de redding van blauwbil 2; Bij opa en oma 3; Met opa in het donker 4; De knotsgekke avonturen van opa Smoezel Verhaalbegrip:

Nadere informatie

Studiewijzer TaalCompetent

Studiewijzer TaalCompetent TaalCompetent - Studiewijzer 1 Studiewijzer TaalCompetent leer-/werkboek basisvaardigheden taalbeheersing Nederlands 1 Werken met TaalCompetent 2 Overzicht uitwerkingen 3 Taaltoetsen voor de pabo 4 Kennistrainingen

Nadere informatie

Taal op niveau Spelling en grammatica Op weg naar niveau

Taal op niveau Spelling en grammatica Op weg naar niveau Taal op niveau Spelling en grammatica Op weg naar niveau 1F Naam: Groep: Uitgeverij: Edu Actief b.v. Meppel Auteur: Annemieke Struijk Redactie: Edu Actief b.v. Meppel Vormgeving: Edu Actief b.v. Meppel

Nadere informatie

- je kan me wat - module 4. docere delectare movere

- je kan me wat - module 4. docere delectare movere - je kan me wat - module 4 docere delectare movere je kan me wat ROCvA - educatie nt2taalmenu.nl - ROCvAmodule 4 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 je kan me wat nt2taalmenu.nl module 4 1 1 2 3

Nadere informatie

Verwachting, de vierde dimensie

Verwachting, de vierde dimensie Verwachting, de vierde dimensie Geschreven voor eenieder die wel wíl geloven maar niet kan Verwachting, de vierde dimensie Copyright 2017 Kees Berkhout Auteur: Kees Berkhout Druk: Pumbo.nl ISBN: 978-94-6345-155-0

Nadere informatie

1. poes Luisterweg Ik luister goed naar het woord, Dan schrijf ik het zoals het hoort.

1. poes Luisterweg Ik luister goed naar het woord, Dan schrijf ik het zoals het hoort. 1. poes 2. draak 3. muts 4. wolk Duo betekent twee De /u/ doet dus niet mee 5. krant 6. schaap Hoor je na een s een /g/? Dan schrijf je ch en nooit een g! 7. feest / vier Ik verdeel het woord in klankgroepen.

Nadere informatie

Nederlands voor Arabisch taligen A0 A1/A2

Nederlands voor Arabisch taligen A0 A1/A2 Auteur boek: مو لف الكتاب: Vera Lukassen Titel boek: Nederlands voor Arabisch taligen كتاب : الھولندي للناطقین باللغة العربیة المستوى Niveau A0 A2, A0 A2 2015, Serasta Uitgegeven in eigen beheer info@serasta.nl

Nadere informatie

Handige lessen Zweeds

Handige lessen Zweeds Handige lessen Zweeds Geschreven door Jules Beelen Uitgave van Zweeds Leren van J. Beelen Utrecht, 2016 Geschreven door Jules Beelen Eerste druk, 2016 2 2016 - Kopiëren verboden! Uitsluitend verkoop en

Nadere informatie

Extra oefeningen voor werkwoordspelling

Extra oefeningen voor werkwoordspelling Extra oefeningen voor werkwoordspelling Inleiding Bij Taal actief 2 is voor groep 6 een apart werkboekje samengesteld voor de voorbereiding op de spelling van de werkwoorden. Veel gebruikers van Taal actief

Nadere informatie

Woordsoorten. Nederlands. Aanwijzend voornaamwoord. Onderschikkend voegwoord. Persoonlijk voornaamwoord. Betrekkelijk voornaamwoord

Woordsoorten. Nederlands. Aanwijzend voornaamwoord. Onderschikkend voegwoord. Persoonlijk voornaamwoord. Betrekkelijk voornaamwoord Woordsoorten Nederlands Aanwijzend voornaamwoord Betrekkelijk voornaamwoord Bezittelijk voornaamwoord Bijvoeglijk gebruikt werkwoord Bijvoeglijk naamwoord Bijwoord Bijzin Hoofdzin Hulpwerkwoord Koppelwerkwoord

Nadere informatie

2 Правописание Spelling 11 Hoofdletters en kleine letters 11 Klinkers na de sisklanken ж, ч, ш, щ / г, к, х / ц 12 Interpunctie 12

2 Правописание Spelling 11 Hoofdletters en kleine letters 11 Klinkers na de sisklanken ж, ч, ш, щ / г, к, х / ц 12 Interpunctie 12 Inhoudsopgave 1 Русский алфавит Het Russische alfabet 10 2 Правописание Spelling 11 Hoofdletters en kleine letters 11 Klinkers na de sisklanken ж, ч, ш, щ / г, к, х / ц 12 Interpunctie 12 3 Фонетика Fonetiek

Nadere informatie

Taal & Spelling niveau 2

Taal & Spelling niveau 2 Taal & Spelling niveau 2 Organisatie X & Y 10-3-2011 INHOUDSOPGAVE WORKSHOP TAAL & SPELLING 2 II105 II106 II107 II108 II109 II 110 II111 II112 II114 II115 II117 II118 II119 II121 II123 WERKWOORDEN II HET

Nadere informatie

Overzicht toetsen en oefeningen Grammatica I. Grammatica I

Overzicht toetsen en oefeningen Grammatica I. Grammatica I Overzicht toetsen en oefeningen Grammatica I Grammatica I Rubriek Oefening Type Opgaven Uitleg Alle onderwerpen Totaaltoets Grammatica I (*) 42 1 Klanken/letters Deeltoets 1 (*) Naamwoorden Deeltoets 2

Nadere informatie

Het Muiswerkprogramma Basisgrammatica bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw.

Het Muiswerkprogramma Basisgrammatica bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw. Basisgrammatica Het Muiswerkprogramma Basisgrammatica bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw. Doelgroepen Basisgrammatica Het computerprogramma Basisgrammatica

Nadere informatie

Taal Spelling & leestekens

Taal Spelling & leestekens Taal Taalverzorging Basisoefenboek voor de Citotoets, Entreetoets, LVS-toetsen - groep 7&8 Inzage exemplaar Taal Spelling & leestekens Basisoefenboek met 200 vragen versie 1.0 Uitgave voor het basisonderwijs

Nadere informatie

KRUISWOORDRAADSEL 1: WILDE DIEREN

KRUISWOORDRAADSEL 1: WILDE DIEREN KRUISWOORDRAADSEL 1: WILDE DIEREN KRUISWOORDRAADSEL 1: WILDE DIEREN Vul de benamingen van onderstaande dieren in rooster 1 in. 10 3 6 18 16 12 8 23 21 22 19 5 9 17 4 15 14 20 27 1 7 2 13 26 24 25 11 KRUISWOORDRAADSEL

Nadere informatie

Samenvatting Nederlands Redekundig ontleden

Samenvatting Nederlands Redekundig ontleden Samenvatting Nederlands Redekundig ontleden Samenvatting door Bernard 1165 woorden 29 januari 2015 6,8 14 keer beoordeeld Vak Nederlands Redekundig ontleden Allereerst, wat is redekundig ontleden? Redekundig

Nadere informatie

kettinkje Ik hoor ju. ik schrijf je. Categorie 43d Verkleinwoorden op nkje Thema 5 groep 6

kettinkje Ik hoor ju. ik schrijf je. Categorie 43d Verkleinwoorden op nkje Thema 5 groep 6 Categorie 43d Verkleinwoorden op nkje Thema 5 groep 6 Ik hoor ju. ik schrijf je. kettinkje Categorie 43d Verkleinwoorden op nkje Thema 5 groep 6 buiginkje palinkje schuttinkje woninkje Categorie 43f Verkleinwoorden

Nadere informatie

WEEK MAANDAG WOENSDAG DINSDAG DONDERDAG VRIJDAG ZONDAG ZATERDAG. Vul het juiste voorzetsel in. Nico fietst elke dag (aan, naar, op) de cursus.

WEEK MAANDAG WOENSDAG DINSDAG DONDERDAG VRIJDAG ZONDAG ZATERDAG. Vul het juiste voorzetsel in. Nico fietst elke dag (aan, naar, op) de cursus. Vul het juiste voorzetsel in. Nico fietst elke dag (aan, naar, op) de cursus. 1 Voeg een woord aan de zin toe zodat hij correct wordt. Micky werkt graag in tuin. Verbeter de fout in de zin. Floortje leeft

Nadere informatie

71 S. instapkaarten taal verkennen 5KM. MALtABERG. QVRre. v;rw>r t. -t.

71 S. instapkaarten taal verkennen 5KM. MALtABERG. QVRre. v;rw>r t. -t. v;rw>r t 7 S SS QVRre F9 - -t. t- L 5KM i r MALtABERG instapkaarten taal verkennen S -4 taal verkennen komt er vaak een -e achter. Taa actief. instapkaarten taal verkennen. groep 8 Maimberg s-hertogenbosch

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) Schooljaar 2015 2016 Nederlands havo vwo 1 Lesperiode: 1 week 36 t/m week 38 Hoofdstuk: Spelling H 2 t/m 6 De stam van het werkwoord Splitsbare werkwoorden Persoonsvorm tegenwoordige tijd en de bijbehorende

Nadere informatie

Als je ergens heel erg bang voor bent, dan heb je angst. Je hebt bijvoorbeeld angst voor de tandarts.

Als je ergens heel erg bang voor bent, dan heb je angst. Je hebt bijvoorbeeld angst voor de tandarts. Thema 5 Les 1: De angst: Als je ergens heel erg bang voor bent, dan heb je angst. Je hebt bijvoorbeeld angst voor de tandarts. De schrik: Als iemand ineens achter je staat, dan schrik je. Je bent dan ineens

Nadere informatie