Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen en profielen geneeskunst.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen en profielen geneeskunst."

Transcriptie

1 DE KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER GENEESKUNST IS DE ORGANISATIE VAN EN VOOR ARTSEN IN NEDERLAN uitspraak Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen en profielen geneeskunst. Uitspraak Uitspraak als bedoeld in artikel 12 van het reglement van orde van de geschillencommissie in het geschil tussen A, wonende te., hierna te noemen de aios, bijgestaan door mw. mr. A.M.L. Hopmans en B, opleider interne geneeskunde in C te... Geschillencommissie Verloop van de procedure De aios heeft op 30 december 2015 en op 7 januari 2016 een pro forma verzoekschrift bij de geschillencommissie ingediend, betreffende een geschil met de opleider. Op 27 januari 2016 heeft mw. mr. A.M.L. Hopmans namens de aios een aanvullend verzoekschrift ingediend. De opleider heeft op 14 maart 2016 een verweerschrift ingediend. Mw Hopmans heeft op 29 maart 2016 aanvullende stukken ingediend. Op 1 april 2016 heeft de geschillencommissie een brief van de opleider ontvangen naar aanleiding van de door de aios ingediende aanvullende stukken. Op 5 april 2016 heeft een hoorzitting plaatsgevonden, waarvan een verslag is gemaakt. UTRECHT Geschil Het geschil heeft betrekking op het mondelinge besluit van de opleider van 30 november 2015 waarbij de opleider de aios heeft meegedeeld het C-formulier niet te zullen tekenen omdat de competenties van de aios nog onvoldoende ontwikkeld waren. De opleider heeft dit besluit op 17 december 2015 schriftelijk bevestigd. Regelgeving Voor de beoordeling van het geschil zijn van toepassing: De Regeling specialismen en profielen geneeskunst, in werking getreden op 1 januari 2013 Het Kaderbesluit CCMS, zoals gewijzigd en in werking getreden op 1 juli 2014 Het besluit interne geneeskunde, in werking getreden op 1 januari 2011 Het Reglement van Orde geschillencommissie, in werking getreden op 1 januari Feiten De aios is op 1 januari 2009 gestart met de opleiding tot internist. De eerste drie jaar van de opleiding volgde zij in het D te. In het eerste jaar van de opleiding hebben verschillende gesprekken met de aios plaatsgevonden. De aios kon blijkens een brief van 9 maart 2010 van de toenmalige opleider de opleiding na het eerste jaar voortzetten. Als verbeterpunten werden kennis, timemanagement, scheiden van hoofd- en bijzaken en presentatie genoemd. TELEFOON (030) geschillencommissie@ fed.knmg.nl

2 De aios is op 1 januari 2010 met het tweede jaar gestart. Naar aanleiding van de verbeterpunten heeft zij gedurende enkele maanden een coach gehad. Zij heeft haar timemanagement kunnen verbeteren. Ook heeft zij een presentatiecursus gevolgd. Het tweede jaar bestond uit drie stages, elk van vier maanden. Na de eerste stage kreeg de aios een goede beoordeling, de tweede stage werd met een voldoende beoordeeld en de derde stage werd met een goede beoordeling afgesloten. De aios kon naar het derde opleidingsjaar. De aios startte op 1 januari 2011 het derde opleidingsjaar. Het jaar bestond uit twee stages. De aios heeft beide stages goed afgerond. Tijdens het derde jaar maakte de aios de keuze voor de differentiatie medische oncologie in de laatste twee jaar van de opleiding. Er werd afgesproken dat de aios per 1 januari 2013 zou starten met dit aandachtsgebied en dat zij per 1 september 2013 de opleiding gedurende een jaar zou onderbreken voor het doen van wetenschappelijk onderzoek. Bij de eindbeoordeling aan het eind van het derde jaar werd aangegeven dat de hoofd- en bijzaken iets meer gescheiden mochten worden. De aios startte op 1 januari 2012 met het tweede deel van de opleiding in C. Het vierde jaar bestond uit drie stages van vier maanden. Tijdens de eerste stage liep de aios een stage op de afdeling ouderengeneeskunde. Naar aanleiding hiervan overwoog zij de mogelijkheid van een wetenschappelijk (promotie) onderzoek in de geriatrische oncologie. Er was echter geen geld voor een dergelijk onderzoek. Ze bleef daarom bij haar plan als differentiatie de medische oncologie te doen en de opleiding gedurende een jaar te onderbreken in verband met wetenschappelijk onderzoek. Ze stelde de opleider medisch oncologie echter wel een ander onderzoek voor dat dichter bij haar interesses lag. De aios sloot de drie stages van het vierde jaar positief af. Als aandachtspunten werden genoemd dat de aios niet moest verzanden in details en essentiële details niet uit het oog moest verliezen wanneer sprake was van tijdsdruk. De aios is op 1 januari 2013 gestart met het vijfde jaar van de opleiding en tevens de differentiatie medische oncologie. De aios startte het vijfde jaar met een zaalstage van 8 maanden gecombineerd met een dagdeel polikliniek in de week en het dragen van een consultsein. Op 27 augustus 2013 had de aios een gesprek met de opleider oncologie en de opleider medische oncologie waarin de aios te kennen werd gegeven dat zij niet per 1 september 2013 met wetenschappelijk onderzoek zou kunnen starten omdat er zorgen waren ten aanzien van de competentie organisatie. Deze competentie zou voldoende moeten zijn, voordat de aios de opleiding zou kunnen onderbreken voor wetenschappelijk onderzoek. Het doen van onderzoek werd uitgesteld tot 1 januari Op 15 oktober 2013 heeft een eindbeoordeling van de zaalstage plaatsgevonden door de opleider medische oncologie. Er werden sterke punten benoemd en als verbeterpunten timemanagement en bondiger communicatie. 2

3 Op 24 oktober 2013 vond het jaargesprek plaats. De competentie organisatie werd als aandachtspunt gemeld maar voor het overige had de aios een prima voortgang gemaakt en was zij geschikt om met het zesde opleidingsjaar te starten. Er werd afgesproken dat de aios per 1 januari 2014 zou starten met een jaar wetenschappelijk onderzoek. Half december 2013 bleek het niet mogelijk dat de aios per 1 januari 2014 zou starten met het onderzoek omdat er onvoldoende geld voor het onderzoek beschikbaar was. Na verschillende overleggen, stelde de opleider oncologie de aios in januari 2014 voor om na haar zwangerschapsverlof de opleiding niet te onderbreken voor wetenschappelijk onderzoek, maar de opleiding tot internist-oncoloog af te ronden. Zij kon dan na het afronden van haar opleiding wetenschappelijk onderzoek doen en de opleider oncologie zou zich inspannen om de aios te helpen aan een onderzoeksplaats. Als gevolg van het steeds wijzigen van de periode van de onderbreking van de opleiding in verband met wetenschappelijk onderzoek heeft de aios in de periode van 1 september 2013 tot 1 april 2014 gewerkt met een niet adequaat opleidingsplan. In maart 2014 gaf de opleider medische oncologie aan dat de competentie organisatie op orde was. De aios heeft de opleiding van 1 april 2014 tot 1 oktober 2014 onderbroken in verband met zwangerschaps- en bevallingsverlof. De aios is na haar verlof minder gaan werken. Haar dienstverband werd 0,8 fte. In november 2014 heeft de aios een gesprek met de opleider medische oncologie en haar mentor gehad. Tijdens dat gesprek werd aangegeven dat de organisatorische kwaliteiten van de aios minder goed waren ten opzichte van de eerder vastgestelde vooruitgang. Op 11 december 2014 werd tijdens een gesprek met de opleider, de opleider medische oncologie en haar mentor vastgesteld dat de competentie organisatie niet op orde was. Er zou intensievere begeleiding plaats vinden in de vorm van voor- en nabespreken van spreekuren en de voortgang van het proces zou op geregelde tijden worden bewaakt. Op 27 december 2014 heeft een evaluatiegesprek plaatsgevonden naar aanleiding van het gesprek van 11 december Er was verbetering gezien op het gebied van organisatie maar er bestonden zorgen of dit wel op tijd op voldoende niveau zou zijn. Een verlenging van de opleiding werd overwogen. Er werd afgesproken dat de aios door zou gaan, zoals ze bezig was en dat in maart een volgend gesprek zou plaatsvinden. Op 16 maart 2015 had de aios een jaargesprek met de opleider. Het ontbrak de aios aan zelfvertrouwen en zij voelde zich onzeker in besluitvorming. De competenties organisatie en timemanagement waren nog een struikelblok. Ook moest de aios goed onderscheid maken tussen hoofd- en bijzaken. Er werd een intensivering van coaching en begeleiding voorgesteld op het bondig formuleren van een geprioriteerde differentiaal diagnose en het definiëren van een efficiënte diagnostisch of therapeutisch traject. De aios zou beter discipline houden en een meer professionele houding innemen zodat de balans die timemanagement vroeg niet zou doorslaan door empathie met de zorgvraag bij individuele patiënten. Daarnaast zouden de skills 3

4 regelmatig in de praktijk worden getoetst. Medio juni zou gekeken worden of verlenging van de opleidingsduur zou plaatsvinden. Op 16 maart 2015 had de aios eveneens een afspraak met een internistouderengeneeskunde in E. Zij besprak met haar de mogelijkheid van het doen van wetenschappelijk onderzoek na het afronden van haar opleiding Medio april 2015 heeft de aios een gesprek gehad met haar mentor naar aanleiding van veel negatieve kritiek op haar functioneren sinds 1 oktober 2014, de datum waarop zij haar werk weer had hervat na zwangerschaps- en bevallingsverlof. De aios heeft hierop een coach benaderd om te werken aan haar timemanagement, het korter en bondiger formuleren, het scheiden van hoofd- en bijzaken en het opbouwen van zelfvertrouwen. Half mei 2015 vond een gesprek plaats tussen de aios, opleider en mentor. Er is toen gesproken over verlenging van de opleiding en tijdens deze verlenging een stage ouderengeneeskunde te doen. Op 24 juni 2015 vond een gesprek plaats waarbij naast de aios, opleider en mentor ook de opleider medische oncologie aanwezig was. Er werd gesproken over een verlenging in de vorm van een geïntensiveerd begeleidingstraject. De aios werd er op gewezen dat het hard werken voor haar zou worden. Ter sprake kwam of de aios zich zelf als internist-oncoloog zag. Zij zou haar motivatie hiervoor op schrift stellen. De aios heeft op 29 juni 2015 haar motivatie op schrift gesteld en daarbij aangegeven ook de differentiatie ouderengeneeskunde te willen doen. Op 1 juli 2015 vond een vervolggesprek plaats en werd de invulling van het geïntensiveerd begeleidingstraject besproken. Er is gesproken over een wijziging van differentiatie: van medische oncologie naar ouderengeneeskunde. Besloten werd dit niet te doen. De duur van het geïntensiveerd begeleidingstraject werd op 5 maanden bepaald. Op 3 juli 2015 heeft de opleider de RGS op de hoogte gebracht van het geïntensiveerd begeleidingstraject. In de brief werden als verbeterpunten genoemd: medisch handelen, communicatie, organisatie en samenwerking. De opleider gaf daarbij aan dat de reden voor het achterlopen van de ontwikkeling van deze competenties mede veroorzaakt was door de versnippering van de opleiding in het laatste jaar door het zwangerschapsverlof en doordat de aios minder was gaan werken. De aios is op 15 juli 2015 gestart met het geïntensiveerd begeleidingstraject. Het opleidingsplan werd bijgesteld en er werd afgesproken dat de aios continue verbetering op de met name genoemde competenties moest laten zien. Er werd afgesproken dat iedere 4 tot 6 weken een evaluatiegesprek zou plaatsvinden. Het eerste evaluatiegesprek heeft plaatsgevonden op 26 augustus Voor die tijd hebben vijf KKB s plaatsgevonden. Er werden verbeteringen gezien in de competenties organisatie en medisch handelen, maar de competentie organisatie was nog onvoldoende. Ook was de stressbestendigheid van de aios onvoldoende. Het was voor de aios belangrijk om overzicht te houden als het druk werd en dan de rust zien te pakken. Het tweede evaluatiegesprek vond plaats op 14 oktober Tussen het eerste en tweede gesprek hebben meerdere KKB s plaatsgevonden. 4

5 Deze waren bijna allemaal positief, er was sprake van verbetering. Tijdens het evaluatiegesprek sprak de opleider oncologie zijn twijfel uit over de geschiktheid van de aios om als internist oncoloog werkzaam te zijn. Bij situaties onder druk schoot de aios op medisch inhoudelijk vlak te kort. De mondelinge communicatie moest verbeterd worden. De aios kreeg op 1 november 2015 een uitgebreider takenpakket. Op 30 november 2015 vond een derde evaluatiegesprek plaats. Tijdens dit gesprek concludeerde de opleider en de opleider medische oncologie dat er sprake was van verbetering maar dat de aios niet geregistreerd kon worden als internist. Er waren zorgen over de competentie medisch handelen tijdens drukte/onder stressvolle situaties en over de competentie communicatie. Van het gesprek is een verslag gemaakt, waarmee de aios het niet eens is. Tijdens dit gesprek werd zowel door de opleider als de opleider medische oncologie aangegeven dat een samengesteld profiel met bijvoorbeeld ouderengeneeskunde een kans van slagen zou hebben om de opleiding tot internist alsnog te voltooien. De opleiding zou dan wel verlengd moeten worden. De opleider heeft bij de RGS verlenging van de opleiding van de aios gevraagd, dit verzoek werd afgewezen, omdat er al een verlenging van de opleiding had plaatsgevonden. Op 17 december 2015 heeft de opleider de RGS meegedeeld dat het C- formulier niet getekend kon worden omdat de aios niet geschikt is om internist oncoloog te worden. In december 2015 heeft de aios gesprekken met het hoofd van de afdeling ouderengeneeskunde van E gevoerd over een mogelijke overstap naar de differentiatie ouderengeneeskunde. De aios was welkom in E indien de verlenging van de opleiding zou zijn goedgekeurd. Standpunt aios De aios is het niet eens met de beëindiging van de opleiding. Zij stelt zich op het standpunt dat zij gedurende de opleiding altijd goede beoordelingen heeft gekregen. Er zijn wel verbeterpunten genoemd. Zij is daar mee aan de slag gegaan en deze punten waren vervolgens bij de volgende beoordeling verbeterd. Er heeft nooit enige twijfel bestaan of zij wel geschikt zou zijn om door te kunnen gaan naar het volgende opleidingsjaar. Zij wilde onderzoek doen. Het onderzoeksjaar werd echter steeds op het laatste moment uitgesteld, waardoor haar opleidingsplan niet naar behoren kon worden ingericht. Zij heeft in de periode van 1 september 2013 tot 1 april 2014 zonder adequaat opleidingsplan gewerkt. In het laatste jaar van de opleiding kwam pas naar voren dat zij niet geschikt zou zijn om de opleiding af te ronden. De opleider is inconsistent in het aangeven van de competenties waaraan het zou schorten. Er is een geïntensiveerd begeleidingstraject afgesproken. Voorafgaand aan de start van het GBT zijn niet alle deelcompetenties die verbetering behoefden gedurende het GBT met haar besproken. Ook is er geen schriftelijke verslaglegging van de inhoud van het GBT aan de aios voorgelegd en is zij niet gewezen op de mogelijkheid van het maken van bezwaar tegen het GBT. Er heeft volgens de aios tijdens het GBT geen intensievere begeleiding plaatsgevonden dan voor de start van het GBT. De werklast werd tijdens het GBT verhoogd in plaats verlaagd. Dit gebeurde met de gedachte dat eventuele deficiënties onder toename van de werkdruk duidelijker zichtbaar zouden worden. De aios heeft tijdens het GBT moeten functioneren als zelfstandig 5

6 internist oncoloog. Dit is niet de bedoeling van een GBT. De beoordelingen tijdens het GBT tonen aan dat er sprake was van vooruitgang, op grond waarvan zij niet kon vermoeden dat zij niet aan het vereiste niveau zou kunnen voldoen. Uiteindelijk is de conclusie dat de aios in situaties van drukte en stress niet goed zou functioneren. Met de beëindiging van de opleiding wordt zesenhalf jaar opleiding van tafel geveegd. Zij wil een extra kans krijgen. Het kaderbesluit biedt de mogelijkheid van een tweede geïntensiveerd begeleidingstraject, hetgeen kan leiden tot verlenging van de opleiding. Standpunt opleider De opleider stelt zich op het standpunt dat gedurende de opleiding meerdere keren is aangegeven dat timemanagement en organisatie nadere aandacht en ontwikkeling behoefden. De aios zou aanvankelijk op 1 september 2013 de opleiding onderbreken voor onderzoek. In augustus 2013 werd geconstateerd dat gelet op de twijfel die er bestond over het niveau van en de progressie in zorg- en timemanagement het beter was dat de aios pas later zou starten met onderzoek. Uiteindelijk is de aios niet met het onderzoek gestart omdat er geen financiering voor het onderzoek was en de aios daarna de opleiding onderbrak in verband met zwangerschaps- en bevallingsverlof. Nadat de aios terug kwam van haar bevallingsverlof werd al snel geconstateerd dat er in de logistiek problemen waren en de competentie organisatie niet op orde was. De aios is op 15 juli 2015 met een geïntensiveerd begeleidingstraject gestart omdat de competenties voor het verlenen van de titel van internist, nog niet voldoende aanwezig waren. Hoewel er aan het eind van het GBT sprake was van een duidelijke verbetering binnen een aantal competenties, waren de competenties nog niet voldoende ontwikkeld om een handtekening onder het C- formulier te zetten voor de kwalificatie als internist en onder het formulier voor de toevoeging van oncoloog. De opleider stelt zich daarbij op het standpunt, gesteund door de opleider medische oncologie dat de enkelvoudige differentiatie oncologie voor de aios niet de juiste keuze is geweest. Bij deze differentiatie zijn organisatorische aspecten bij het adequaat in gang zetten, gecontroleerd uitvoeren en periodiek evalueren van ingesteld medisch beleid van doorslaggevend belang. Indien de aios een andere differentiatie zou hebben gevolgd, die beter aansluit bij haar beter ontwikkelde eigenschappen, had zij de eindtermen zoals genoemd in het besluit interne geneeskunde kunnen behalen. De opleider stelt voorts dat hij de aios meerdere keren heeft geadviseerd over te gaan naar een samengestelde differentiatie in die zin dat zij in de laatste periode van haar opleiding tot internist in plaats van de oncologie een tweede profiel met bijvoorbeeld ouderengeneeskunde en/of palliatieve zorg zou volgen. Indien de aios nog 12 maanden ouderengeneeskunde volgt, is de aios volgens de opleider in staat om het C-formulier te behalen. De aios kan niet werkzaam zijn binnen de oncologie in enge zin. Bevoegdheid geschillencommissie Voordat een geschil aan de geschillencommissie kan worden voorgelegd, moet eerst bemiddeling hebben plaatsgevonden. Ingevolge artikel 3 van het reglement van orde van de geschillencommissie moet een verzoek tot bemiddeling binnen vier weken na het besluit van de opleider aan de centrale 6

7 opleidingscommissie worden voorgelegd. De centrale opleidingscommissie heeft zes weken de tijd om te bemiddelen in het geschil. De centrale opleidingscommissie kan gebruik maken van een mediator. Indien het geschil onbemiddelbaar is gebleken kan de aios binnen twee weken het geschil aan de geschillencommissie voorleggen. De opleider heeft op 30 november 2015 besloten tot beëindiging van de opleiding. Hij heeft dit op 17 december 2015 schriftelijk aan de aios meegedeeld. De aios heeft het geschil vervolgens op 29 december 2015, binnen vier weken na het schriftelijke besluit van de opleider, aan de centrale opleidingscommissie voorgelegd. De centrale opleidingscommissie heeft op 30 december 2015 geconcludeerd dat het geschil onbemiddelbaar was en dit aan de aios meegedeeld. De aios heeft vervolgens diezelfde dag nog een pro forma verzoekschrift bij de geschillencommissie ingediend en op 27 januari 2016 een aanvullend verzoekschrift ingediend. De geschillencommissie is bevoegd het geschil in behandeling te nemen Overwegingen Artikel B.12 Kaderbesluit bepaalt dat de opleiding is voorzien van momenten waarop toetsing en beoordeling plaatsvindt. Artikel B.13 Kaderbesluit bepaalt dat de aios in een voortgangsgesprek wordt beoordeeld op de voortgang in zijn ontwikkeling en in de jaarlijkse beoordeling of hij geschikt en in staat is de opleiding voort te zetten. Artikel B.14 Kaderbesluit bepaalt dat tijdens de opleiding gesprekken plaatsvinden tussen de opleider en de aios over de voortgang in de ontwikkeling van de aios. In het eerste jaar van de opleiding vinden ten minste vier voortgangsgesprekken plaats, ten minste één per kwartaal. In het tweede en derde jaar vinden ten minste twee voortgangsgesprekken plaats, ten minste één per half jaar. In de opleidingsjaren daarna tot het einde van de opleiding vindt ten minste één voortgangsgesprek per opleidingsjaar plaats, waarbij geldt dat een voortgangsgesprek ten minste drie maanden voor het eind van elk opleidingsjaar wordt gehouden. Een voortgangsgesprek kan aanleiding geven het individueel opleidingsplan bij te stellen en kan leiden tot een geïntensiveerd begeleidingstraject. Van het voortgangsgesprek wordt een schriftelijk verslag gemaakt dat zowel door de opleider als door de aios wordt ondertekend. Artikel B.15 Kaderbesluit bepaalt dat aan het eind van elk opleidingsjaar, dat wil zeggen in ieder geval binnen een maand nadat de aios twaalf maanden opleiding heeft gevolgd, een geschiktheidsbeoordeling plaatsvindt. Dit geldt niet voor het laatste opleidingsjaar. Artikel B.22 Kaderbesluit bepaalt dat tot een geïntensiveerd begeleidingstraject kan worden besloten naar aanleiding van een voortgangsgesprek, een jaarlijkse geschiktheidsbeoordeling of een eind beoordeling. Voor een geïntensiveerd begeleidingstraject wordt het individuele opleidingsplan bijgesteld. Het plan vermeldt de doelen van en de voorwaarden waaronder een geïntensiveerd begeleidingstraject plaatsvindt, de termijn en de wijze waarop ontwikkeling van de aios zal worden beoordeeld. Een geïntensiveerd begeleidingstraject duurt minimaal drie en maximaal zes maanden. Tijdens het traject vindt ten minste één voortgangsgesprek plaats. Het traject wordt afgesloten met een 7

8 geschiktheidsbeoordeling. De opleider brengt de RGS op de hoogte van het geïntensiveerd begeleidingstraject en wijst de aios op de geschillenprocedure. Er vindt één geïntensiveerd begeleidingstraject per opleiding plaats. Om bijzondere omstandigheden kan de opleider besluiten een tweede begeleidingstraject (niet aansluitend) te laten plaatsvinden. Een geïntensiveerd begeleidingstraject kan leiden tot een verlenging van de opleiding. De aios is op 1 januari 2009 met de opleiding interne geneeskunde gestart. De eerste drie jaar van de opleiding volgde zij in het D in. Tijdens deze jaren hebben voldoende voortgangsgesprekken plaatsgevonden en de aios kon zowel na het eerste, het tweede als na het derde opleidingsjaar, de opleiding voortzetten. Er werden wel aandachtspunten genoemd, maar de aios wist deze punten steeds te verbeteren. Er bestond gedurende deze jaren geen enkele twijfel over de geschiktheid van de aios om de opleiding voort te zetten. Vanaf het vierde jaar volgde de aios de opleiding in C. In dit jaar vatte de aios het plan op om gedurende een jaar de opleiding te onderbreken om onderzoek te doen. Ze maakte hierover afspraken met haar opleider. Ook koos ze voor de differentiatie medische oncologie in het vijfde en zesde opleidingsjaar. Overeenkomstig de regelgeving heeft halverwege het vierde jaar een voortgangsgesprek plaatsgevonden. De aios kon na het vierde opleidingsjaar de opleiding voortzetten. Er bestond geen twijfel over haar functioneren. Op 1 januari 2013 startte de aios met het vijfde jaar van de opleiding. Zij was van plan om per 1 september 2013 de opleiding gedurende een jaar te onderbreken om onderzoek te doen. Eind augustus 2013 vond een voortgangsgesprek met de aios plaats. Tijdens dit gesprek werd meegedeeld dat de aios niet op 1 september 2013 met het onderzoeksjaar kon beginnen omdat er zorgen waren over de competentie organisatie. Als deze competentie verbeterd zou zijn, zou de aios per 1 januari 2014 kunnen starten met het onderzoeksjaar. Tijdens het einde jaargesprek in oktober 2013 werd de aios meegedeeld dat de competentie organisatie een aandachtspunt bleef, maar dat zij wel per 1 januari 2014 zou kunnen starten met het onderzoeksjaar. In december 2013 bleek het toch niet mogelijk te zijn om de opleiding per 1 januari 2014 te onderbreken voor onderzoek, omdat er geen financiering was voor het onderzoek. In januari 2014 werd vervolgens besloten het onderzoek uit te stellen tot na afronding van de opleiding in verband met de zwangerschap van de aios. Deze onduidelijk rondom het al dan niet onderbreken van de opleiding zorgde er voor dat de van september 2013 tot 1 april 2014, de datum waarop haar zwangerschapsverlof in ging, de aios de opleiding heeft gevolgd met een niet adequaat opleidingsplan. Voor de aios met verlof ging heeft de opleider medische oncologie aangegeven dat de competentie organisatie in orde was. De aios heeft de opleiding op 1 oktober 2014 voortgezet na haar zwangerschaps- en bevallingsverlof. Vanaf toen ging het minder goed met de opleiding, met name wat de competentie organisatie betrof. De aios heeft daarover verschillende gesprekken gevoerd en eind december 2014 werd een verlenging van de opleiding overwogen. Dit is in januari 2015 nogmaals aan de orde gekomen. Tijdens het jaargesprek in maart 2015 kwam naar voren dat de aios zelfvertrouwen miste en onzeker was in de besluitvorming. Het struikelblok was haar organisatie en timemanagement. Er werden afspraken gemaakt voor de resterende 8

9 opleidingstijd tot augustus Er werd nog vanuit gegaan dat de aios de opleiding in augustus 2015 zou afronden. Wel werden concrete verbeterpunten genoemd waarop de coaching en begeleiding geïntensiveerd zouden worden. Een en ander werd schriftelijk vastgelegd en er zou maandelijkse toetsing van de afspraken plaats vinden. Over twijfel over de geschiktheid van de aios om de opleiding voort te zetten werd niet gesproken en blijkt ook niet uit de schriftelijke vastlegging. De aios werd niet gewezen op mogelijke consequenties bij onvoldoende functioneren. De maandelijkse gesprekken hebben plaatsgevonden en de uiteindelijke conclusie was dat de aios niet per augustus 2015 als internist-oncoloog zou kunnen functioneren. Er werd besloten tot een geïntensiveerd begeleidingstraject teneinde de opleiding te kunnen verlengen met vijf maanden. Er werd een opleidingsprogramma afgesproken en op schrift gesteld. Hierin werd ook vastgesteld wanneer de voortgangsgesprekken zouden plaatsvinden. De RGS is hiervan op de hoogte gesteld. In het schrijven aan de RGS wordt vermeld dat het achterlopen van de ontwikkeling in de competenties mede veroorzaakt was door versnippering in de opleiding in het laatste jaar door zwangerschapsverlof en het daarop volgende 80% werken. De aios stelt zich op het standpunt dat zij niet is gewezen op de mogelijkheid van het aanhangig maken van een geschil naar aanleiding van het GBT. Dit wordt niet bestreden door de opleider. Overeenkomstig de afspraken hebben de voorgangsgesprekken plaatsgevonden. Volgens de aios kwam pas tijdens het GBT naar voren dat zij in situaties van drukte en stress onvoldoende functioneerde op het niveau van een zelfstandig specialist. Dit punt is nooit eerder genoemd. Daarnaast stelt de aios zich op het standpunt dat er sprake was van verbetering op genoemde competenties. Volgens de aios werd pas tijdens het voortgangsgesprek van 14 oktober 2015 voor het eerst besproken dat de aios rekening moest houden met de mogelijkheid van een negatief advies ten aanzien van de registratie tot internistoncoloog op 30 november Hierdoor was er bij de aios sprake van prestatiedruk. De opleider daarentegen stelt dat hij de aios meerdere keren zijn zorgen over het functioneren van de aios heeft uitgesproken en met haar heeft besproken of de medische oncologie wel het juiste aandachtsgebied voor de aios was. Hij heeft een samengesteld profiel met het aandachtsgebied ouderengeneeskunde geadviseerd. Dit werd steeds door de aios afgewezen. Aan het eind van het GBT heeft hij de RGS om een extra verlenging van de opleiding verzocht De geschillencommissie stelt vast dat gedurende de opleiding de beoordelingsprocedure overeenkomstig de regelgeving heeft plaatsgevonden. De aios kon steeds op basis van de voortgangs- en beoordelingsgesprekken de opleiding voortzetten, er waren wel aandachtspunten, maar die waren niet van dien aard dat er enige discussie was over de geschiktheid van de aios voor het voortzetten van de opleiding. Eind augustus 2013 zijn voor het eerst zorgen uitgesproken over de competentie organisatie. Deze competentie was uiteindelijk voldoende en de aios kon per 1 januari 2014 starten met het laatste opleidingsjaar. De aios ging per 1 april 2014 met zwangerschaps- en bevallingsverlof. Na terugkomst op 1 oktober 2014 ging het minder goed. Dit is met de aios besproken. Zij werd intensiever begeleid en werd er voldoende op gewezen dat 9

10 zij verbetering moest laten zien. De opleider heeft hierbij echter niet duidelijk gemaakt wat de consequenties zouden zijn bij het uitblijven van verbetering. Daar gingen de aios en kennelijk ook de opleider niet vanuit. De opleider heeft wel met de aios meerdere malen besproken of de medische oncologie wel het juiste aandachtsgebied voor haar was en de optie van een samengesteld profiel aan haar voorgelegd. Dit wordt door de aios niet ontkend. De opleider heeft de aios daarbij naar het oordeel van de geschillencommissie onvoldoende duidelijk gemaakt dat er twijfels waren over haar geschiktheid voor de differentiatie medisch oncologie. Op 14 oktober 2015 is de mogelijkheid van het beëindigen van de opleiding wegens ongeschiktheid pas voor het eerst benoemd. De aios heeft voorts aangevoerd dat de opleiding is beëindigd omdat zij niet goed zou functioneren in situaties met drukte en stress, terwijl dit niet de insteek van het GBT was. De geschillencommissie kan de aios daarin volgen. Het doel van het GBT was dat de competenties organisatie en medische kennis nog verder ontwikkeld moesten worden om een C-verklaring te kunnen afgeven. Hoewel de geschillencommissie van oordeel is dat de aios ook goed moet functioneren in situaties met drukte en stress, is hierover pas in een laat stadium gesproken. De geschillencommissie is dan ook van oordeel dat de aios onvoldoende gelegenheid heeft gekregen om haar functioneren op dat gebied te verbeteren. De geschillencommissie is voorts van oordeel dat indien de aios er nadrukkelijk op was gewezen dat er al eerder twijfel bestond op haar geschiktheid voor de differentiatie medische oncologie, zij wellicht het harde signaal van de opleider had opgepakt om te kiezen voor een samengesteld profiel. Gelet op het vorenstaande en het feit dat er wel verbetering werd geconstateerd tijdens het GBT, zij het onvoldoende, is de geschillencommissie van oordeel dat de aios een extra kans moet worden geboden om de opleiding alsnog te kunnen afronden, maar dan met een samengesteld profiel. De opleider heeft voldoende aannemelijk gemaakt dat de aios ongeschikt is voor de differentiatie medische oncologie maar met een samengesteld profiel de opleiding alsnog zal kunnen afronden. In dit uitzonderlijke geval betekent dit dat nogmaals een verlenging van de opleiding moet plaatsvinden van maximaal een jaar, omdat een samengesteld profiel niet in een periode van zes maanden realiseerbaar is. Uitspraak De geschillencommissie is van oordeel dat de opleider de opleiding niet heeft kunnen beëindigen en dat de aios in de gelegenheid moet worden gesteld haar opleiding interne geneeskunde af te ronden met een samengesteld profiel, hetgeen betekent dat haar opleiding met maximaal een jaar verlengd moet worden. 10

11 Aldus uitgebracht door: mr. G.G.A.J.M. van Poppel (voorzitter), dr. S. Lobatto, internist en dr. T.J. Gardenbroek, aios heelkunde, in tegenwoordigheid van mevr. mr. J.E.D. de Planque, secretaris. Namens de Geschillencommissie Utrecht, mr. G.G.A.J.M. van Poppel, voorzitter mevr. mr. J.E.D. de Planque secretaris 11

Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen en profielen geneeskunst.

Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen en profielen geneeskunst. DE KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER GENEESKUNST IS DE ORGANISATIE VAN EN VOOR ARTSEN IN NEDERLAN uitspraak Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen

Nadere informatie

Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen en profielen geneeskunst.

Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen en profielen geneeskunst. DE KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER GENEESKUNST IS DE ORGANISATIE VAN EN VOOR ARTSEN IN NEDERLAN uitspraak Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen

Nadere informatie

UITSPRAAK GESCHILLENCOMMISSIE A

UITSPRAAK GESCHILLENCOMMISSIE A UITSPRAAK GESCHILLENCOMMISSIE A Referentie Utrecht, 20 december 2016 GC 16-63266 Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen en profielen geneeskunst. Uitspraak Uitspraak als

Nadere informatie

UITSPRAAK GESCHILLENCOMMISSIE A

UITSPRAAK GESCHILLENCOMMISSIE A UITSPRAAK GESCHILLENCOMMISSIE A Referentie Utrecht, 14 februari 2017 GC/17-63268 Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen en profielen geneeskunst. Uitspraak Uitspraak als

Nadere informatie

Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen en profielen geneeskunst.

Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen en profielen geneeskunst. DE KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER GENEESKUNST IS DE ORGANISATIE VAN EN VOOR ARTSEN IN NEDERLAND uitspraak Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen

Nadere informatie

UITSPRAAK van de GESCHILLENCOMMISSIE A

UITSPRAAK van de GESCHILLENCOMMISSIE A UITSPRAAK van de GESCHILLENCOMMISSIE A Referentie Datum GC 16-63262 Utrecht, 7 november 2016 Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen en profielen geneeskunst. Uitspraak Uitspraak

Nadere informatie

DE KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DERDE KONINKLIJKE NEDESKUNST IS DE

DE KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DERDE KONINKLIJKE NEDESKUNST IS DE DE KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DERDE KONINKLIJKE NEDESKUNST IS DE ORGANISATIE VAN EN VOOR ARTSEN IN NEDERLAND uitspraak Van De geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling

Nadere informatie

UITSPRAAK van de GESCHILLENCOMMISSIE

UITSPRAAK van de GESCHILLENCOMMISSIE UITSPRAAK van de GESCHILLENCOMMISSIE Referentie Utrecht, 29 november 2016 GC 16-63264 Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen en profielen geneeskunst. Uitspraak Uitspraak

Nadere informatie

UITSPRAAK van de GESCHILLENCOMMISSIE A

UITSPRAAK van de GESCHILLENCOMMISSIE A UITSPRAAK van de GESCHILLENCOMMISSIE A Referentie Utrecht, 8 oktober 2016 GC 16-63263 Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen en profielen geneeskunst. Uitspraak als bedoeld

Nadere informatie

UITSPRAAK van de GESCHILLENCOMMISSIE

UITSPRAAK van de GESCHILLENCOMMISSIE UITSPRAAK van de GESCHILLENCOMMISSIE Datum Utrecht, 4 oktober 2016 Referentie GC 16-63260 Opgemaakt door mw. mr. J.E.D. de Planque, secretaris Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen

Nadere informatie

Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen en profielen geneeskunst.

Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen en profielen geneeskunst. DE KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER GENEESKUNST IS DE ORGANISATIE VAN EN VOOR ARTSEN IN NEDERLAN uitspraak Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen

Nadere informatie

Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen en profielen geneeskunst.

Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen en profielen geneeskunst. DE KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER GENEESKUNST IS DE ORGANISATIE VAN EN VOOR ARTSEN IN NEDERLAN uitspraak Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen

Nadere informatie

Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen en profielen geneeskunst.

Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen en profielen geneeskunst. DE KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER GENEESKUNST IS DE ORGANISATIE VAN EN VOOR ARTSEN IN NEDERLAND uitspraak Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen

Nadere informatie

UITSPRAAK GESCHILLENCOMMISSIE A

UITSPRAAK GESCHILLENCOMMISSIE A UITSPRAAK GESCHILLENCOMMISSIE A Referentie Utrecht, 23 januari 2018 GC/18-05 Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen en profielen geneeskunst. Uitspraak Uitspraak als bedoeld

Nadere informatie

UITSPRAAK GESCHILLENCOMMISSIE A

UITSPRAAK GESCHILLENCOMMISSIE A UITSPRAAK GESCHILLENCOMMISSIE A Referentie Utrecht, 29 januari 2019 GC 2019 1 Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen en profielen geneeskunst. Uitspraak Uitspraak als bedoeld

Nadere informatie

Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen en profielen geneeskunst.

Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen en profielen geneeskunst. DE KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER GENEESKUNST IS DE ORGANISATIE VAN EN VOOR ARTSEN IN NEDERLAND uitspraak Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen

Nadere informatie

UITSPRAAK van de GESCHILLENCOMMISSIE

UITSPRAAK van de GESCHILLENCOMMISSIE UITSPRAAK van de GESCHILLENCOMMISSIE Datum 17 oktober 2016 Referentie GC 16-63261 Opgemaakt door mw. mr. J.E.D. de Planque, secretaris Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen

Nadere informatie

UITSPRAAK GESCHILLENCOMMISSIE A

UITSPRAAK GESCHILLENCOMMISSIE A UITSPRAAK GESCHILLENCOMMISSIE A Referentie Utrecht, 21 februari 2019 GC 2019 3 Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen en profielen geneeskunst. Uitspraak Uitspraak als bedoeld

Nadere informatie

UITSPRAAK GESCHILLENCOMMISSIE

UITSPRAAK GESCHILLENCOMMISSIE UITSPRAAK GESCHILLENCOMMISSIE Referentie Utrecht, 18 april 2017 GC/17-63272 Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen en profielen geneeskunst. Uitspraak Uitspraak als bedoeld

Nadere informatie

geschillencommissie jaarverslag 2016

geschillencommissie jaarverslag 2016 geschillencommissie jaarverslag 2016 8 maart 2017 geschillencommissie jaarverslag 2016 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 4 2 Reglement van Orde... 4 3 Jaarverslag... 4 4 Hoorzitting en samenstelling... 4 5

Nadere informatie

Jaarverslag geschillencommissie 2015

Jaarverslag geschillencommissie 2015 Jaarverslag geschillencommissie 5 1. Inleiding De Registratiecommissie Geneeskundige Specialisten (RGS) heeft overeenkomstig artikel 43 van de Regeling specialismen en profielen geneeskunst een geschillencommissie

Nadere informatie

Geïntensiveerd begeleidingstraject GBT

Geïntensiveerd begeleidingstraject GBT Geïntensiveerd begeleidingstraject GBT dr Jos Lips, Secretaris RGS drs Corry den Rooijen, onderwijskundige 8 december 2016 Workshop intensief begeleidingstraject Indeling workshop Kennismaking en inventarisatie

Nadere informatie

Geïntensiveerd begeleidingstraject GBT

Geïntensiveerd begeleidingstraject GBT Geïntensiveerd begeleidingstraject GBT Martine Yntema Kalff anesthesioloog, plvv opleider UMCG Jos Lips Secretaris RGS Disclosure belangen spreker (Potentiële) belangenverstrengeling Voor bijeenkomst mogelijk

Nadere informatie

UITSPRAAK GESCHILLENCOMMISSIE A.

UITSPRAAK GESCHILLENCOMMISSIE A. UITSPRAAK GESCHILLENCOMMISSIE A. Referentie Utrecht, 17 juli 2017 GC/17-63279 Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen en profielen geneeskunst. Uitspraak Uitspraak als bedoeld

Nadere informatie

ECLI:NL:RBZWB:2017:3873

ECLI:NL:RBZWB:2017:3873 ECLI:NL:RBZWB:2017:3873 Instantie Datum uitspraak 15-06-2017 Datum publicatie 28-06-2017 Zaaknummer AWB 16/10200 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Zeeland-West-Brabant Bestuursrecht

Nadere informatie

UITSPRAAK GESCHILLENCOMMISSIE A

UITSPRAAK GESCHILLENCOMMISSIE A UITSPRAAK GESCHILLENCOMMISSIE A Referentie Utrecht, 26 juni 2018 GC/18-104 Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen en profielen geneeskunst. Uitspraak Uitspraak als bedoeld

Nadere informatie

DE KONINKLIJKE NEDERLANDSNEESKUNST IS DE ORGANISATIE VAN EN VOOR ARTSEN IN NEDERLAND

DE KONINKLIJKE NEDERLANDSNEESKUNST IS DE ORGANISATIE VAN EN VOOR ARTSEN IN NEDERLAND DE KONINKLIJKE NEDERLANDSNEESKUNST IS DE ORGANISATIE VAN EN VOOR ARTSEN IN NEDERLAND advies Van Adviescommissie voor behandeling van bezwaren ex artikel 42 Regeling specialismen en profielen geneeskunst

Nadere informatie

Intensief begeleidingstraject. Pieter van Driel, SEH arts en opleider Jos Lips, gynaecoloog en secretaris RGS Corry den Rooyen, opleidingskundige MMV

Intensief begeleidingstraject. Pieter van Driel, SEH arts en opleider Jos Lips, gynaecoloog en secretaris RGS Corry den Rooyen, opleidingskundige MMV Intensief begeleidingstraject Pieter van Driel, SEH arts en opleider Jos Lips, gynaecoloog en secretaris RGS Corry den Rooyen, opleidingskundige MMV Indeling workshop Kennismaking en inventarisatie Herkennen

Nadere informatie

Registratiecommissie Tandheelkundige Specialismen (RTS)

Registratiecommissie Tandheelkundige Specialismen (RTS) Aan de (plv) opleiders Mondziekten, Kaak- en Aangezichtschirurgie (MKA) Registratiecommissie Tandheelkundige Specialismen (RTS) Datum 10 januari 2018 Ons kenmerk 18/AVZ/LdZ/2 Telefoon (088) 4404 380 E-mail

Nadere informatie

5. Protocol Toetsing en Beoordeling

5. Protocol Toetsing en Beoordeling 5. Protocol Toetsing en Beoordeling Dit protocol Toetsing en Beoordeling maakt deel uit van het Landelijk Opleidingsplan met ingangsdatum 1 januari 2017. Uitgangspunten Dit Protocol Toetsing en Beoordeling

Nadere informatie

Registratiecommissie Tandheelkundige Specialismen (RTS)

Registratiecommissie Tandheelkundige Specialismen (RTS) Registratiecommissie Tandheelkundige Specialismen (RTS) Aan de (plv) opleiders Dento-Maxillaire Orthopaedie (DMO) Datum 10 januari 2018 Ons kenmerk 18/AVZ/LdZ/3 Telefoon (088) 4404 380 E-mail rts.opleiding@knmt.nl

Nadere informatie

ADVIES ADVIESCOMMISSIE A

ADVIES ADVIESCOMMISSIE A ADVIES ADVIESCOMMISSIE A Referentie Utrecht, 2 juli 2019 ACO/19 6 Van Adviescommissie voor behandeling van bezwaren ex artikel 42 Regeling specialismen en profielen geneeskunst van de Koninklijke Nederlandsche

Nadere informatie

PROTOCOL TOETSING EN BEOORDELING IN DE VERPLEEGHUISARTSOPLEIDING

PROTOCOL TOETSING EN BEOORDELING IN DE VERPLEEGHUISARTSOPLEIDING PROTOCOL TOETSING EN BEOORDELING IN DE VERPLEEGHUISARTSOPLEIDING Goedgekeurd door de HVRC 1 maart 2007 Voorwoord Conform artikel B3 lid 2 van het Kaderbesluit CHVG (hierna: Kaderbesluit), in werking getreden

Nadere informatie

Inhoudsopgave. 3 Introductie. 4 Procedure. 5 Voorbereiding. 7 Vraag & antwoord. 8 Informatie. 9 Vragenlijst ter voorbereiding op de visitatie

Inhoudsopgave. 3 Introductie. 4 Procedure. 5 Voorbereiding. 7 Vraag & antwoord. 8 Informatie. 9 Vragenlijst ter voorbereiding op de visitatie 2 Inhoudsopgave 3 Introductie 4 Procedure 5 Voorbereiding 7 Vraag & antwoord 8 Informatie 9 Vragenlijst ter voorbereiding op de visitatie 3 Introductie : informatie voor aios Kwaliteit staat bij de medische

Nadere informatie

College Geneeskundige Specialismen

College Geneeskundige Specialismen KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER GENEESKUNST College Geneeskundige Specialismen Besluit van 12 september 2012 houdende de voorwaarden voor het experiment voor de erkenning van

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 4 3 0 2 van (de voorzitter van) het van de Universiteit Leiden inzake het beroep en het verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening van [naam] appellant tegen de Examencommissie

Nadere informatie

Landelijk opleidingsplan Interne geneeskunde 2019

Landelijk opleidingsplan Interne geneeskunde 2019 Gespreksformulieren Deel 2: Nederlandse Internisten Vereniging Inhoud Gespreksformulieren 3 16a. Introductie-, tussen- en eindgesprek met de stagehouder/supervisor 3 lntroductiegesprek 3 Tussengesprek

Nadere informatie

UITSPRAAK GESCHILLENCOMMISSIE D.H. Sparendam

UITSPRAAK GESCHILLENCOMMISSIE D.H. Sparendam UITSPRAAK GESCHILLENCOMMISSIE D.H. Sparendam Referentie Utrecht, 20 augustus 2019 GC/19-6 Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen en profielen geneeskunst. Uitspraak Uitspraak

Nadere informatie

UITSPRAAK GESCHILLENCOMMISSIE A

UITSPRAAK GESCHILLENCOMMISSIE A UITSPRAAK GESCHILLENCOMMISSIE A Referentie Utrecht, 19 november 2018 GC/18-149 Van De Geschillencommissie ex artikel 43 van de Regeling specialismen en profielen geneeskunst. Uitspraak Uitspraak als bedoeld

Nadere informatie

Besluit van 14 maart 2018 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het geneeskundig specialisme maatschappij en gezondheid OUD

Besluit van 14 maart 2018 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het geneeskundig specialisme maatschappij en gezondheid OUD Besluit van 14 maart 2018 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het geneeskundig specialisme maatschappij en gezondheid (Besluit maatschappij en gezondheid) Het College Geneeskundige Specialismen,

Nadere informatie

SAMENVATTING U I T S P R A AK

SAMENVATTING U I T S P R A AK SAMENVATTING 104017 Geschil toekenning ouderschapsverlof Een docent vraagt voor zijn drie geadopteerde kinderen ouderschapsverlof aan. Over de aard - betaald of onbetaald - van het verlof voor twee kinderen

Nadere informatie

College Geneeskundige Specialismen

College Geneeskundige Specialismen College Geneeskundige Specialismen Besluit van 9 november 2016 houdende de wijziging van de volgende besluiten: Besluit spoedeisende geneeskunde van 9 januari 2013; Besluit ziekenhuisgeneeskunde van 11

Nadere informatie

MEDISCH SPECIALISTEN REGISTRATIE COMMISSIE (BELEIDSREGELS OPLEIDING)

MEDISCH SPECIALISTEN REGISTRATIE COMMISSIE (BELEIDSREGELS OPLEIDING) Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst MEDISCH SPECIALISTEN REGISTRATIE COMMISSIE Besluit van 6 oktober 2006 tot vaststelling van beleidsregels met betrekking tot de (wijziging

Nadere informatie

Verweerder heeft op 7 november 1995 een verweerschrift ingediend.

Verweerder heeft op 7 november 1995 een verweerschrift ingediend. Zaaknummer: 1995/147 Rechter(s): mrs. Loeb, Martens, dr Brommer Datum uitspraak: 4 maart 1996 Partijen: X tegen het college van bestuur van de Rijksuniversiteit Groningen Trefwoorden: Fatale datum, bekendmaking

Nadere informatie

ADVIES. in het geding tussen: mevrouw A, wonende te B, verzoekster, gemachtigde: de heer mr. H.J. Stuyt

ADVIES. in het geding tussen: mevrouw A, wonende te B, verzoekster, gemachtigde: de heer mr. H.J. Stuyt 107793 - Een school moet in overleg met ouders treden om een andere passende school te vinden, ook als de school verwacht dat ouders hier niet voor openstaan. in het geding tussen: ADVIES mevrouw A, wonende

Nadere informatie

SCHEIDSGERECHT GEZONDHEIDSZORG

SCHEIDSGERECHT GEZONDHEIDSZORG SCHEIDSGERECHT GEZONDHEIDSZORG Kenmerk: 08/13KG Zitting gehouden op woensdag 4 juni 2008 om 10.00 uur Mondelinge uitspraak in kort geding in de zaak van: drs. A., wonende te Z., eiseres, gemachtigde: mr.

Nadere informatie

Besluit van 14 maart 2018 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het geneeskundig specialisme maatschappij en gezondheid 1

Besluit van 14 maart 2018 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het geneeskundig specialisme maatschappij en gezondheid 1 Besluit van 14 maart 2018 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het geneeskundig specialisme maatschappij en gezondheid 1 (Besluit maatschappij en gezondheid) Het College Geneeskundige Specialismen,

Nadere informatie

Opzet van de praktijkopleiding arts Maatschappij & Gezondheid bij de SSGO

Opzet van de praktijkopleiding arts Maatschappij & Gezondheid bij de SSGO Opzet van de praktijkopleiding arts Maatschappij & Gezondheid bij de SSGO Voortgangsbewaking De voortgang van de opleiding en de competentieontwikkeling worden systematisch in een cyclus van formele voortgangsgesprekken

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 8 2 8 8 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam] te Zoetermeer, appellante, tegen de Examencommissie

Nadere informatie

SAMENVATTING Geschil met betrekking tot het taakbelastingsbeleid van de opleiding; HBO

SAMENVATTING Geschil met betrekking tot het taakbelastingsbeleid van de opleiding; HBO SAMENVATTING 105154 - Geschil met betrekking tot het taakbelastingsbeleid van de opleiding; HBO Het taakbelastingsbeleid van de opleiding is van toepassing op de personeelsleden en heeft gevolgen voor

Nadere informatie

College Geneeskundige Specialismen

College Geneeskundige Specialismen KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER GENEESKUNST College Geneeskundige Specialismen Besluit van 22 december 2014 houdende de wijziging van de volgende besluiten: Kaderbesluit CHVG

Nadere informatie

College Geneeskundige Specialismen

College Geneeskundige Specialismen College Geneeskundige Specialismen Besluit van 12 december 2018 houdende de wijziging van de volgende besluiten: Besluit profielen maatschappij en gezondheid van 11 november 2015; Besluit spoedeisende

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 3 2 4 1 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam appellant], appellant tegen de Examencommissie Geneeskunde, verweerder 1. Ontstaan en loop van het geding Bij

Nadere informatie

Het College van Beroep voor de Examens van de Radboud Universiteit Nijmegen doet hierbij uitspraak inzake het beroep van:

Het College van Beroep voor de Examens van de Radboud Universiteit Nijmegen doet hierbij uitspraak inzake het beroep van: UITSPRAAK Het College van Beroep voor de Examens van de Radboud Universiteit Nijmegen doet hierbij uitspraak inzake het beroep van:... appellante tegen de beslissing van De Examencommissie Psychologie

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 6-0 8 2 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellante tegen [naam], in haar hoedanigheid als examinator

Nadere informatie

BESLISSING OP ONTSLAGAANVRAAG. [de hogeschool], gevestigd te [vestigingsplaats], hierna te noemen de hogeschool gemachtigde: de heer mr. M.A.

BESLISSING OP ONTSLAGAANVRAAG. [de hogeschool], gevestigd te [vestigingsplaats], hierna te noemen de hogeschool gemachtigde: de heer mr. M.A. 108064 - Toestemming voor ontslag wegens bedrijfseconomische redenen niet verleend. De werkgever heeft onvoldoende aangetoond dat er geen herplaatsingsmogelijkheden zijn. Inzake het verzoek van: BESLISSING

Nadere informatie

Beleidsregels herregistratie RGS. Geconsolideerde versie

Beleidsregels herregistratie RGS. Geconsolideerde versie Beleidsregels herregistratie RGS Geconsolideerde versie Februari 2017 Februari 2017 Beleidsregels Herregistratie RGS Geconsolideerde versie Februari 2017 1 2 1 Beleidsregels herregistratie RGS, besluit

Nadere informatie

Zaaknummer : 2014/069 Rechter(s) : mr. Nijenhof. Datum uitspraak : 23 juli 2014 Partijen : Appellante tegen het CBE van de Hogeschool Rotterdam

Zaaknummer : 2014/069 Rechter(s) : mr. Nijenhof. Datum uitspraak : 23 juli 2014 Partijen : Appellante tegen het CBE van de Hogeschool Rotterdam Zaaknummer : 2014/069 Rechter(s) : mr. Nijenhof. Datum uitspraak : 23 juli 2014 Partijen : Appellante tegen het CBE van de Hogeschool Rotterdam Trefwoorden : Assessment, kennen en kunnen, stage Artikelen

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 8-2 5 3 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam] te Leiden, appellante tegen de examencommissie Chinastudies,

Nadere informatie

Besluit van 12 december 2018 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme anesthesiologie

Besluit van 12 december 2018 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme anesthesiologie Besluit van 12 december 2018 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme anesthesiologie (Besluit anesthesiologie) Het College Geneeskundige Specialismen, gelet op artikel 14,

Nadere informatie

UITSPRAAK. het College van Bestuur van het C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever

UITSPRAAK. het College van Bestuur van het C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever 107780 - De cao mbo is niet goed toegepast, omdat de werknemer ten onrechte is aangemerkt als betrokken bij het primaire proces en de werkgever de afwijzing van het (on)betaald verlof onvoldoende heeft

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 0 9-1 2 6 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van mevrouw XXX te Den Haag, appellante tegen het bestuur van de Faculteit der Sociale

Nadere informatie

De bemiddelende rol van Centrale Opleidingscommissies bij conflicten tussen opleiders en aios

De bemiddelende rol van Centrale Opleidingscommissies bij conflicten tussen opleiders en aios De bemiddelende rol van Centrale Opleidingscommissies bij conflicten tussen opleiders en aios Resultaten van een onderzoek naar de manier waarop Centrale Opleidingscommissies hun bemiddelende rol in conflicten

Nadere informatie

De Commissie stelt vast dat partijen hebben gekozen voor bindend advies.

De Commissie stelt vast dat partijen hebben gekozen voor bindend advies. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2019-209 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter, mr. dr. S.O.H. Bakkerus, mr. B.F. Keulen, leden en mr. I.M.L. Venker, secretaris) Klacht ontvangen

Nadere informatie

C E N T R A A L T U C H T C O L L E G E

C E N T R A A L T U C H T C O L L E G E C2017.142 C E N T R A A L T U C H T C O L L E G E voor de Gezondheidszorg Beslissing in de zaak onder nummer C2017.142 van: A., wonende te B., appellante, klaagster in eerste aanleg, tegen C., specialist

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 6-0 9 7 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het College van beroep van de Universiteit Leiden inzake het beroep en het verzoek tot het treffen van een voorlopige

Nadere informatie

1.2 Belanghebbende heeft een op 17 april 2014 gedateerd verweerschrift met bijlagen ingediend.

1.2 Belanghebbende heeft een op 17 april 2014 gedateerd verweerschrift met bijlagen ingediend. Uitspraak Commissie van Beroep 2014-019 d.d. 16 juni 2014 (mr. F.R. Salomons, voorzitter, mr. C.A. Joustra, drs. P.H.M. Kuijs AAG, mr. W.J.J. Los en mr. F.P. Peijster, leden, en mr. M.J. Drijftholt, secretaris)

Nadere informatie

Zaaknummer : 2013/129

Zaaknummer : 2013/129 Zaaknummer : 2013/129 Rechter(s) : mr. Olivier Datum uitspraak : 13 november 2013 Partijen : Appellante tegen CBE Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden : Bindend negatief studieadvies, finale geschillenbeslechting,

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 5 0 6 7 van (de voorzitter van) het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep en het verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening van

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 3 1 7 5 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Geneeskunde, verweerder 1. Ontstaan en loop van het geding Bij

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 7-3 3 7 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellante tegen het bestuur van de Faculteit der Governance and Global Affairs,

Nadere informatie

Modern opleiden: hoe visiteren?

Modern opleiden: hoe visiteren? donderdag 30 september 1999 Vrijdag 9 oktober 2009 Modern opleiden: hoe visiteren? Corry den Rooyen, onderwijskundige Paul Blok, secretaris MSRC Introductie Maatschappelijke veranderingen Project modernisering

Nadere informatie

ANONIEM BINDEND ADVIES

ANONIEM BINDEND ADVIES ANONIEM BINDEND ADVIES Partijen : A te B vs C te D Zaak : sportmedisch onderzoek Zaaknummer : ANO08.083 Zittingsdatum : 12 maart 2008 1/5 BINDEND ADVIES Zaak: ANO08.083 (sportmedisch onderzoek) Geschillencommissie

Nadere informatie

College Geneeskundige Specialismen

College Geneeskundige Specialismen KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER GENEESKUNST College Geneeskundige Specialismen Besluit van 13 juli 2016 houdende de wijziging van de volgende besluiten: Kaderbesluit CCMS van

Nadere informatie

SAMENVATTING. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mr. Y.E.M.

SAMENVATTING. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mr. Y.E.M. 103369 SAMENVATTING Verzoek voorlopige voorziening HBO De werkgever heeft de werkneemster meegedeeld dat haar tijdelijk dienstverband van rechtswege eindigt. De werkneemster stelt dat zij in vaste dienst

Nadere informatie

ECLI:NL:GHLEE:2007:BB1198 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHLEE:2007:BB1198 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer ECLI:NL:GHLEE:2007:BB1198 Instantie Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak 01-08-2007 Datum publicatie 07-08-2007 Zaaknummer 0600575 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Personen- en familierecht

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 4 2 8 1 van (de voorzitter van) het van de Universiteit Leiden inzake het beroep en het verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening van [naam], appellant tegen de Examencommissie

Nadere informatie

Van Bruggen Adviesgroep, gevestigd te Coevorden, hierna te noemen de Adviseur.

Van Bruggen Adviesgroep, gevestigd te Coevorden, hierna te noemen de Adviseur. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2016-133 d.d. 30 maart 2016 (mr. C.E. du Perron, voorzitter, mr. W.F.C. Baars en mr. A.P. Luitingh, leden en mr. R. de Kruif, secretaris) Samenvatting

Nadere informatie

UITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. C.A.C.M.

UITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. C.A.C.M. 107626 UITSPRAAK in het geding tussen: A, wonende te B, appellante, gemachtigde: de heer mr. J. Roose en het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde:

Nadere informatie

CBE-1166 (030)

CBE-1166 (030) CBE-1166 (030) 253 1745 16 januari 2004 beroep A. UITSPRAAK Het College van beroep voor de examens aan de Universiteit Utrecht (hierna: het College) heeft de volgende uitspraak gedaan op het beroep van:

Nadere informatie

UITSPRAAK. de medezeggenschapsraad van obs A, te G, verzoeker, hierna te noemen de MR gemachtigde: de heer mr. W.D. Berkhout

UITSPRAAK. de medezeggenschapsraad van obs A, te G, verzoeker, hierna te noemen de MR gemachtigde: de heer mr. W.D. Berkhout 107643 17.04 De opheffing van (een deel van) de school is zó ingrijpend dat het bevoegd gezag de MR daar in een zo vroeg mogelijk stadium bij moet betrekken. Dat is ten onrechte niet gebeurd. in het geding

Nadere informatie

Besluit van 14 december 2016 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme cardiologie

Besluit van 14 december 2016 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme cardiologie Besluit van 14 december 2016 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme cardiologie (Besluit cardiologie) Het College Geneeskundige Specialismen, gelet op artikel 14, tweede

Nadere informatie

Bezwaarde benoemd in de functie van onderwijsassistent schaal 5: bezwaar gegrond

Bezwaarde benoemd in de functie van onderwijsassistent schaal 5: bezwaar gegrond LANDELIJKE BEZWARENCOMMISSIE FUNCTIEWAARDERING CONFESSIONEEL BVE FUWA Confessioneel BVE 2014-01 18 november 2014 Bezwaarde benoemd in de functie van onderwijsassistent schaal 5: bezwaar gegrond Samenvatting

Nadere informatie

ADVIES. in het geding tussen: de heer A, wonende te B, verzoeker, C, gevestigd te B, het bevoegd gezag van basisschool D te B, verweerder

ADVIES. in het geding tussen: de heer A, wonende te B, verzoeker, C, gevestigd te B, het bevoegd gezag van basisschool D te B, verweerder 107682 School kan een leerling met extra ondersteuningsbehoefte niet weigeren zonder voldoende onderzoek naar de ondersteuningsmogelijkheden van de school. Ook is overleg nodig met de ouders over welke

Nadere informatie

Uitspraak Landelijke Commissie van Vertrouwenslieden

Uitspraak Landelijke Commissie van Vertrouwenslieden Uitspraak Landelijke Commissie van Vertrouwenslieden Uitspraaknr. : 07-06 Datum : 13 november 2007 Partijen : de cliëntenraad , vertegenwoordigd door zijn voorzitter, ,

Nadere informatie

1.2 Belanghebbende, vertegenwoordigd door zijn bewindvoerder [naam 1], heeft een op 1 december 2016 gedateerd verweerschrift ingediend.

1.2 Belanghebbende, vertegenwoordigd door zijn bewindvoerder [naam 1], heeft een op 1 december 2016 gedateerd verweerschrift ingediend. Uitspraak Commissie van Beroep 2017-024 d.d. 3 juli 2017 (mr. F.R. Salomons, voorzitter, mr. A. Bus, mr. J.B. Fleers, drs. P.H.M. Kuijs AAG en mr. R.J.F. Thiessen, leden, en mr. H.C. Dobbelaar-ten Cate,

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2016:3509

ECLI:NL:CRVB:2016:3509 ECLI:NL:CRVB:2016:3509 Instantie Datum uitspraak 21-09-2016 Datum publicatie 22-09-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 15/4307 WW Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

Protocol toetsing en beoordeling in de vervolgopleiding tot openbaar apotheker specialist

Protocol toetsing en beoordeling in de vervolgopleiding tot openbaar apotheker specialist Protocol toetsing en beoordeling in de vervolgopleiding tot openbaar apotheker specialist Datum: december 2011; vastgesteld door de SRC, kamer Openbare Farmacie in januari 2012. Herziene versie: maart

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2015:3038

ECLI:NL:RVS:2015:3038 ECLI:NL:RVS:2015:3038 Instantie Raad van State Datum uitspraak 30-09-2015 Datum publicatie 30-09-2015 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201500566/1/A2 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

1. Procedure. 2. Feiten

1. Procedure. 2. Feiten Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 146 d.d. 4 november 2009 (de heer mr. R.J. Paris, voorzitter, de heren E.J.M. Mackay en mr. C.E. du Perron) 1. Procedure De Commissie beslist

Nadere informatie

ADVIES. [verzoekster], wonende te [woonplaats], moeder van [de leerling], verzoekster, gemachtigde: [naam gemachtigde]

ADVIES. [verzoekster], wonende te [woonplaats], moeder van [de leerling], verzoekster, gemachtigde: [naam gemachtigde] 108056 - Geschil over voorgenomen verwijdering leerling. Het verzoek is gegrond omdat er geen ontwikkelingsperspectief is opgesteld en geen op overeenstemming gericht overleg met de ouder heeft plaatsgevonden.

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 5-2 3 0 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Geesteswetenschappen,

Nadere informatie

U I T S P R A A K 1 4 1 6 3

U I T S P R A A K 1 4 1 6 3 U I T S P R A A K 1 4 1 6 3 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit Geesteswetenschappen, verweerder

Nadere informatie

(BELEIDSREGEL AIOS ALS EERSTE BEHANDELAAR/OPERATEUR)

(BELEIDSREGEL AIOS ALS EERSTE BEHANDELAAR/OPERATEUR) Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst MEDISCH SPECIALISTEN REGISTRATIE COMMISSIE Besluit van 3 maart 2006 houdende de vaststelling van de beleidsregel die de MSRC bij de

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 4 2 3 4 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit Wiskunde & Natuurwetenschappen, verweerder 1. Ontstaan en loop

Nadere informatie

College Geneeskundig Specialismen

College Geneeskundig Specialismen KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER GENEESKUNST College Geneeskundig Specialismen Besluit van 11 november 2015 houdende bepalingen voor de profielen maatschappij en gezondheid (Besluit

Nadere informatie

Reglement Centrale Bezwaarcommissie Sociaal Plan 1 mei 2013 t/m 31 december 2015

Reglement Centrale Bezwaarcommissie Sociaal Plan 1 mei 2013 t/m 31 december 2015 Reglement Centrale Bezwaarcommissie Sociaal Plan 1 mei 2013 t/m 31 december 2015 1. Doel en werkingssfeer Het Sociaal Plan Rabobank CAO biedt medewerkers die worden geraakt door een wijziging van de organisatie

Nadere informatie

ANONIEM BINDEND ADVIES

ANONIEM BINDEND ADVIES ANONIEM BINDEND ADVIES Partijen : A te B, tegen Delta Lloyd Zorgverzekering N.V. te Tilburg Zaak : Geneeskundige zorg, revalidatie, zorghotel Zaaknummer : 201601381 Zittingsdatum : 22 maart 2017 Stichting

Nadere informatie

Besluit van 8 november 2017 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme neurochirurgie

Besluit van 8 november 2017 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme neurochirurgie Besluit van 8 november 2017 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme neurochirurgie (Besluit neurochirurgie) Het College Geneeskundige Specialismen, gelet op artikel 14,

Nadere informatie

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS ADVIES 2015-39 17 februari 2016 De school had ernstige zorgen over de leerlinge en haar zuster. De commissie kijkt naar de vraag of een

Nadere informatie