AEO: Aanvraag, schorsing en intrekking

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "AEO: Aanvraag, schorsing en intrekking"

Transcriptie

1 AEO: Aanvraag, schorsing en intrekking Door: mr. P.J.H. Schoenmakers 2012/2013

2 Hoofdstuk 1 Inleiding 1.1 Achtergrond De terroristische aanslagen op 11 september 2001 hebben de wereld ingrijpend veranderd. Iedereen ondervindt nog dagelijks bewust dan wel onbewust de gevolgen van deze terreurdaden. Tengevolge hiervan veranderde ook het denken over douane en veiligheid. De eerste reactie was de Amerikaanse roep om 100%-controles. Al snel bleek dat dit niet de oplossing was omdat dit door het gebrek aan middelen hiervoor het handelsverkeer stillegde. Anderzijds groeide internationaal wel het besef dat de gebruikelijke controleaanpak niet afdoende was en begon men te denken over end-to-end supply chain security. De Wereld Douane Organisatie (WDO) ontwikkelde hiervoor het SAFE Framework of Standards to Secure and Facilitate Global Trade 1 en het concept van Authorised Economic Operator (AEO) werd ontwikkeld Introductie AEO In 2005 vond de AEO oftewel de Geautoriseerde marktdeelnemer zijn weg naar het communautair douanewetboek (CDW). Het idee achter de AEO is het creëren van een netwerk van betrouwbare marktdeelnemers teneinde supply chain security te bewerkstelligen. Eenmaal tot dit netwerk toegelaten wordt men aan een minder stringent toezichtsregime onderworpen dan bedrijven waar de douane minder zicht op heeft. Dit als trade-off voor de bijdrage aan de supply chain security. Om in aanmerking te komen voor de status van Geautoriseerde marktdeelnemer dienen marktdeelnemers te voldoen aan bepaalde gemeenschappelijke criteria in verband met de controlesystemen, de financiële solvabiliteit en de staat van dienst op het gebied van naleving van verplichtingen door de marktdeelnemer. Voor een deel vinden we deze gemeenschappelijke criteria terug in het Communautair Douanewetboek 3 en de Toepassingsbepalingen CDW 4. 1 Het SAFE Framework heeft vier doelstellingen, t.w. harmonisatie van informatie, risicodetectie door consistent risicomanagement, onderlinge samenwerking van douane en bevoordelen van de deelnemers. Zij hanteert hiervoor een Two-pillar-strategy : customs-tocustoms network arrangements en customs-to-business partnerships. 2 Pillar two van het SAFE Framework.. concentreert zich op customs-to-businesspartnerships. De achterliggende gedachte: Companies that demonstrate a verifiable willingness to enhance supply chain security will benefit. Minimizing risk in this way helps Customs in performing their security functions, and in facilitating legitimate trade." WCO Research Paper No. 14 Compendium of Authorized Economic Operator Programmes, 2011 edition. 3 Vo. 2912/92 4 Vo. 2454/93 1

3 1.3 Passende staat van dienst Een van de CDW-criteria voor het verlenen van de AEO-status is het hebben van een passende staat van dienst op het gebied van douanevereisten 5. De gedachte achter deze voorwaarde is dat men slechts vertrouwen geniet als men dit verdient. Een erg logische eis als je het concept van de AEO beziet. Het beoogt namelijk een netwerk van betrouwbare marktdeelnemers te bewerkstelligen ten behoeve van supply chain security. Wat echter onder passende staat van dienst dient te worden verstaan, wordt niet nader uitgewerkt in het CDW, maar vindt men in de Toepassingsbepalingen CDW (Vo. 2454/93) 6 (TCDW). Dit geldt eveneens voor de procedure die geldt voor het afwijzen van de aanvraag, het verlenen en het schorsen van de status. Ten aanzien van het intrekken van de status vinden we zowel bepalingen in afdeling twee van het CDW als in titel IIbis TCDW. De voorwaarden ten aanzien van verlenen, schorsen en intrekken van de AEO-status kunnen naar mijn mening moeilijk los van elkaar bestaan zonder dat deze elkaar in de praktijk zouden kunnen gaan bijten. Zij behoren in zijn geheel dan ook een consistent toelatingssysteem tot het AEO-netwerk te vormen. De betrouwbaarheid van de AEO oftewel zijn passende staat van dienst is randvoorwaarde in dit gehele toelatingssysteem. De Europese wetgever is bij het formuleren van de voorwaarden niet altijd even consistent en duidelijk geweest. Ook is bij het beoordelen of aan de voorwaarden wordt voldaan nogal wat ruimte ter beoordeling aan de douaneautoriteiten gelaten. Enerzijds geeft dit ruimte voor het leveren van maatwerk, anderzijds liggen willekeur en rechtsonzekerheid op de loer. In deze verhandeling zal ik daarom nader inzoomen op deze procedures in relatie tot de passende staat van dienst. Ik meen dat het de wetgever niet gelukt is een sluitend en consistent toelatingssysteem te creëren doordat het kan voorkomen dat fraudeurs de AEO-status niet kan worden ontzegd. 5 Art. 5bis, eerste lid Communautair Douane Wetboek 6 Vo (EEG) 1875/2006 van 18 december

4 Hoofdstuk 2 Wettelijk Kader 2.1 CDW-bepalingen AEO-framework Artikel 5bis CDW introduceerde al in 2005 de geautoriseerde marktdeelnemer (AEO-er) in het CDW. Op grond van deze bepaling kunnen de douaneautoriteiten de status van geautoriseerde marktdeelnemer verlenen aan in het douanegebied van de Europese Unie gevestigde ondernemers. Er bestaan drie categorieën AEO 7 : AEO-douanevereenvoudigingen AEO-veiligheid AEO-douanevereenvoudigingen/veiligheid (full) Afhankelijk van zijn categorie geniet de AEO faciliteiten voor douanevereenvoudigingen en/of veiligheid. Hij dient echter wel aan bepaalde cumulatieve specifieke eisen te voldoen zoals opgesomd in het tweede lid van dit artikel: Een passende staat van dienst op het gebied van naleving van douanevereisten; Een deugdelijke handels- en, in voorkomend geval, vervoersadministratie die passende douanecontroles mogelijk maakt; In voorkomend geval, het bewijs van financiële solvabiliteit; Indien van toepassing, passende veiligheidsnormen. Artikel 5bis CDW is overigens het enige CDW-artikel dat vooral ziet op de geautoriseerde marktdeelnemer. Het is als het ware een kapstok waar de gehele verdere AEO-regelgeving aan is opgehangen. Wat in het bijzonder opvalt bij lezing van dit artikel is het herhaaldelijk gebruik van de niet nader gedefinieerde term passende en de verwijzing naar de verdere uitwerking van de voorwaarden in nadere regelgeving in de TCDW en de guidelines. De Commissie heeft hier echter bewust voor gekozen. Enerzijds vanuit het besef dat het een nog verder te ontwikkelen concept betrof 8 en bovendien beoogd werd een interim AEO- framework te creëren in het zicht van het invoeren van de Modernised Customs Code (MCC). Anderzijds vond de Commissie het CDW niet geschikt om er alle zeer gedetailleerde technische details voor de werking van het AEO-concept in op te nemen en besloot ze de details verder in te vullen in TCDW en guidelines. Verder vinden we in afdeling 2 van het CDW nog enkele bepalingen over de intrekking van voor belanghebbende gunstige douanebeschikkingen, die ook een rol kunnen spelen bij intrekking van de AEO-status. Daarop kom ik bij de behandeling van de intrekking uitgebreider terug. 7 Art. 14bis, eerste lid Toepassingsbepalingen CDW 8 Zie THE AUTHORISED ECONOMIC OPERATOR, TAXUD/C4 (2005)1432, Brussel, 13 april

5 2.2 Procedures De gang van zaken bij de aanvraag van het AEO-certificaat tot en met diens eventuele intrekking kent een aantal van elkaar te onderscheiden volgtijdelijke procedures, t.w.: Indienen aanvraag 9, par Prétoets - de eerste beoordeling 10, par Afgifte en afwijzing aanvraag AEO-certificaat, par Het onderhoud van de AEO-status 11, par De schorsing van de AEO-status 12, par De intrekking van de AEO-status 13, par In de praktijk gaat er echter aan deze TCDW-procedures een niet geheel onbelangrijke maar -in de regelgeving- niet nader omschreven informatieve/aftastende procedure vooraf. Het initiatief daarvoor ligt doorgaans bij het bedrijf dat interesse heeft in het AEO-concept en daarover contact opneemt met de Douane. Er worden dan vaak een of meer afspraken gemaakt met de klantcoördinator en een AEOonderzoeker van de Douane die tijdens deze contacten nadere informatie geven over het AEO-concept, de voorwaarden waaraan het bedrijf moet voldoen en de voordelen verbonden aan de status. Ook komen de beweegredenen van het bedrijf om de status aan te vragen aan de orde, evenals het zichzelf beoordelen aan de hand van een self-assessment 14. Als daartoe aanleiding bestaat worden ook onregelmatigheden uit het verleden besproken en eventuele direct aanwijsbare beletsels voor het toekennen van de AEO-status. Ter illustratie: een lopend strafrechtelijk onderzoek tegen de aanvrager hoeft geen geldige reden te zijn om een aanvraag af te wijzen aangezien artikel 14 septies TCDW (waarover later meer) slechts de mogelijkheid biedt om een aanvraag af te wijzen als de aanvrager ten tijde van de indiening van de aanvraag al is veroordeeld voor een ernstig strafbaar feit gepleegd in verband met zijn economische activiteit. Het kan ook zo zijn dat het feit waarvoor de aanvrager wordt vervolgd geen verband houdt met overtreding van douanewetgeving of als het wel een overtreding van de douanewetgeving betrof, maar het feit zich vóór de driejaarsperiode van art.14nonies TCDW afspeelde. In dergelijke gevallen beschikt de douane niet over de wettelijke 9 Art. 14quater t/m 14quinquies Toepassings bepalingen CDW 10 Art. 14septies Toepassingsbepalingen CDW 11 Art. 14octodecies Toepassingsbepalingen CDW 12 Art. 14novodecies t/m 14duovicies Toepassingsbepalingen CDW 13 Art. 14tervicies t/m 14quinvicies Toepassingsbepalingen CDW pl.pdf 4

6 mogelijkheid om de AEO-status te weigeren. Ingeval het een overtreding van douanewetgeving betreft, bestaat de mogelijkheid om het AEO-certificaat te schorsen. Maar in andere gevallen dus niet. Het is dus mogelijk dat een aanvrager die voor belastingfraude (niet-douanewetgeving) wordt vervolgd, maar nog niet is veroordeeld, de AEO-status niet kan worden ontzegd. Als hij wordt veroordeeld als de AEO-status al is toegekend, bestaat er geen wettelijke mogelijkheid om de AEO-status te schorsen of in te trekken. Dit is onwenselijk. Het spreekt voor zich dat dit onderwerp van de gesprekken met de AEO-aspirant moet worden. Een belangrijke procedure dus, want het bedrijf neemt mede op grond van de inleidende gesprekken haar beslissing om te gaan investeren in het verkrijgen van de AEO-status. Dat deze procedure ook voor de Douane belangrijk is kwam onder meer tot uiting in de aandacht die de training voor deze gesprekken kreeg tijdens de Modernisering Toezicht Douaneopleidingsessies in 2011 en Bevreemdend temeer nu over deze procedure geen letter in de Europese regelgeving is terug te vinden. 2.3 Indienen aanvraag AEO-certificaat Algemeen Hoofdstuk 1 van Titel IIbis Geautoriseerde marktdeelnemers behandelt de procedure voor de afgifte van AEO-certificaten en daarmee het verlenen van de AEO-status. Afdeling 1 behandelt de soorten certificaten en de daaraan verbonden voordelen. Afdeling 2 regelt enkele formaliteiten ten aanzien van de aanvraag voor het AEO-certificaat. Deze afdeling regelt hoe en in welke vorm de aanvraag 16 dient plaats te vinden evenals waar de aanvraag moet worden ingediend 17. Ook regelt het de publicatie van de voor de afgifte van AEO-certificaten verantwoordelijke autoriteiten 18. Tot slot eindigt deze afdeling met een aantal situaties op grond waarvan de aanvraag dient te worden afgewezen, de zogenaamde pré-toets. Uit de wettekst is op te maken dat de Commissie de beoordeling van de aanvraag in twee afzonderlijke procedures splitst. Elke procedure heeft daarbij zijn eigen criteria en begrippen. 15 Bij de Douane is modernisering van het toezicht in ontwikkeling, dat in 2011 een sterke impuls kreeg. Dit toezicht gaat uit van vertrouwen en sluit aan bij de bedrijfseigen controlemechanismen, certificeringen, kwaliteits- en veiligheidssystemen. Het bedrijfsleven en de Douane zijn samen als belanghebbenden verantwoordelijk voor veilige en integere buitengrensoverschrijdende goederenstromen. Bedrijven die deelnemen aan dit traject ervaren een verminderde toezichtlast. Bedrijven die niet gecertificeerd zijn binnen dit programma zullen een stijgende toezichtlast ervaren. 16 Art. 14quater Toepassingsbepalingen CDW 17 Art. 14 quinquies Toepassingsbepalingen CDW 18 Art. 14sexies Toepassingsbepalingen CDW 5

7 2.3.2 Artikel 14quater TCDW (Aanvraag AEO-certificaat) De aanvraag om een AEO-certificaat kan volgens het eerste lid schriftelijk of elektronisch worden ingediend, maar moet overeenstemmen met het model in bijlage 1quater TCDW. In het model zelf worden geen passende staat van dienst-vragen gesteld, maar in rubriek 19 en uit de toelichting daarop blijkt dat de aanvrager in een bijlage een overzicht moet geven van de voornaamste eigenaren/aandeelhouders, onder vermelding van hun belang in de onderneming. De vraag: Hebben de eigenaren eerder de douanewetgeving overtreden? is bewust ruim geformuleerd zodat ook kleine overtredingen hieronder vallen. Begrijpelijk, aangezien de douaneautoriteiten zelf de passende staat van dienst-beoordeling maken. 2.4 Eerste beoordeling van de aanvraag, de pré-toets Algemeen De pré-toets is geïntroduceerd in het TCDW met Verordening (EEG) nr. 1875/2006. Zij schrijft daarover het volgende: In alle lidstaten moeten gemeenschappelijke voorwaarden en criteria worden vastgesteld voor het afgeven, wijzigen of intrekken van certificaten van geautoriseerde marktdeelnemers of het schorsen van de status van geautoriseerde marktdeelnemer en moeten regels worden vastgesteld inzake het aanvragen en de afgifte van certificaten van geautoriseerde marktdeelnemers. Om te verzekeren dat een hoog veiligheidsniveau wordt gehandhaafd, moeten de douaneautoriteiten voortdurend erop toezien, dat de geautoriseerde marktdeelnemers aan de voorwaarden voldoen. Hieruit valt op te maken dat de commissie onder meer gemeenschappelijke toelatingseisen heeft willen formuleren. Zij beoogt ook een hoog veiligheidsniveau te garanderen. Om dit te bewerkstelligen, geeft zij de douaneautoriteiten de opdracht voortdurend te monitoren of de AEO aan de voorwaarden blijft voldoen. Artikel 14septies TCDW 19 noemt een viertal situaties, waarbij de aanvraag wordt afgewezen: a. De aanvraag voldoet niet aan de artikelen 14quater en 14quinquies. Deze voorwaarden betreffen voornamelijk formaliteiten, zoals de volledigheid van de aanvraag en het indienen van de aanvraag bij de juiste douaneautoriteiten; b. De aanvrager is ten tijde van de indiening van de aanvraag veroordeeld voor een ernstig strafbaar feit dat verband houdt met zijn economische activiteit of tegen hem loopt een faillissementsprocedure. In deze situatie wordt de aanvraag afgewezen door het ontbreken van een passende staat van dienst van de aanvrager. 19 Zie ook Art. 14f EC No 1875/2006 van 18 december

8 c. de aanvrager heeft een wettelijke vertegenwoordiger die veroordeeld is voor een ernstig strafbaar feit met betrekking tot een inbreuk op de douanewetgeving die verband houdt met zijn activiteit als wettelijke vertegenwoordiger. Hierbij is de passende staat van dienst van de wettelijke vertegenwoordiger het afwijzend criterium. d. de aanvraag wordt ingediend binnen drie jaar na de intrekking van het AEO-certificaat, zoals bedoeld in artikel 14tervicies, lid 4 TCDW. Dit betreft de situatie dat de AEO niet voldoet aan de voor het AEO-certificaat geldende voorwaarden en criteria en hij geen maatregelen treft om dit op te heffen en de situatie waarin de AEO een ernstige overtreding van de douanevoorschriften beging en geen recht tot beroep meer heeft. Blijkens letter b van dit artikel wordt de aanvraag om de AEO-status afgewezen als aan een aantal elementen wordt voldaan: De aanvrager; Is ten tijde van de indiening van de aanvraag veroordeeld voor een ernstig strafbaar feit; Dat verband houdt met zijn economische activiteit; Of er loopt een faillissementsprocedure tegen hem De aanvrager Alhoewel het begrip aanvrager in de regelgeving niet nader gedefinieerd is, verwacht ik niet dat de vraag wie aanvrager is snel tot juridische discussies zal leiden. Uit het aanvraagformulier opgenomen in bijlage 1quater blijkt dat als aanvrager wordt aangemerkt de marktdeelnemer die een AEO-certificaat aanvraagt voor zichzelf Is ten tijde van de indiening van de aanvraag veroordeeld voor een ernstig strafbaar feit Verordening (EC) nr.1875/2006 omschrijft het in de Engelstalige versie enigszins anders. Article 14f spreekt over The applicant has been convicted of a serious criminal offence. Wat opvalt is dat de momentbepaling in de Engelstalige tekst van de verordening geheel ontbreekt. Het lijkt mij echter geen nieuw element toe te voegen aan de wettekst, doch slechts een nadere toelichting te geven. Wanneer is iemand veroordeeld voor een ernstig strafbaar feit? Dit criterium wordt in de toepasselijke regelgeving niet gedefinieerd noch nader toegelicht. Van belang hierbij acht ik hetgeen het Hof van Justitie in de casus Meico- Fell 20 overwoog: Afhankelijk van het in de verschillende Lid-Staten geldende materiële strafrecht kan de toepassing van dit criterium weliswaar tot verschillende resultaten leiden, doch dit is terug te voeren op de omstandigheid dat bij de huidige stand van het gemeenschapsrecht de strafrechtelijke kwalificatie van een bepaald gedrag niet is geharmoniseerd en derhalve een zaak van nationaal recht is. Aangezien naar de huidige stand 20 Hof van Justitie, C-273/90, 27 november 1991, rechtsoverweging 12. 7

9 van zaken het strafrecht nog steeds niet geharmoniseerd is, is deze rechtspraak nog steeds van belang. Zonder nadere toelichting van dit criterium dient men dus invulling te geven aan dit criterium vanuit het eigen nationale strafrecht. De wet 21 deelt strafbare feiten naargelang hun ernst in naar misdrijven en overtredingen. Een definitie van beide begrippen ontbreekt in de nationale wetgeving, maar de wet geeft wel aan welke strafbare feiten misdrijven zijn en welke als overtredingen worden aangemerkt. Op ernstige strafbare feiten wordt gevangenisstraf gesteld en deze worden door de wet tot misdrijf bestempeld 22. De overige strafbare feiten worden als overtreding aangemerkt. Kenmerkend aan misdrijven is dat zij opzettelijk begaan zijn. De term ernstig brengt een zwaardere kwalificatie met zich mee. Ik meen derhalve dat ernstig strafbaar feit moet worden opgevat als een misdrijf, waarbij het feitencomplex zo ernstig is dat het openbaar ministerie heeft besloten tot daadwerkelijke strafvervolging. In de jurisprudentie wordt onder ernstig strafbaar feit verstaan dat het moet gaan om een strafbaar feit waarvoor voorlopige hechtenis is toegestaan 23, de zogenaamde vierjaarsfeiten. Uit de door de jurisprudentie aangebrachte koppeling met voorlopige hechtenis concludeer ik derhalve dat het moet gaan om een misdrijf waarop een gevangenisstraf van 4 jaar of meer staat. De mate van ernst komt tot uiting in de gekozen strafmaat. Als men veroordeeld wordt ter zake van een misdrijf krijgt men een zogenaamd strafblad en wordt het misdrijf geregistreerd in de justitiële gegevens 24. Bij de introductie van de fiscale strafbeschikking zouden zowel misdrijven als overtredingen van 100 of meer tot registratie in de justitiële gegevens leiden. Daarvan was bij de fiscale transactie, die door de fiscale strafbeschikking werd vervangen, overigens geen sprake. Een fiscale transactie ter zake van overtredingen leidde namelijk nooit tot het ontstaan van een strafblad. De vrees ontstond dat de registratie van de fiscale strafbeschikking in de justitiële gegevens daarin verandering zou brengen doordat het een belemmering zou kunnen zijn voor het op vertrouwen gebaseerde AEOcertificering. Een strafrechtelijk verleden lijkt namelijk moeilijk te corresponderen met een passende staat van dienst. Hierdoor zou de concurrentiepositie van Nederlandse bedrijven schade kunnen leiden 25. Deze overwegingen hebben geleid tot wijziging van artikel 5 tweede lid Besluit justitiële en strafvorderlijke gegevens 26. In de huidige versie van dit artikellid 21 Wetboek van strafrecht, boek 2 Misdrijven, boek 3 Overtredingen 22 Art. 72 Awr en 10:13 Adw 23 Gerechtshof Arnhem, 13 april 1987, LJN-nr AC3004, NJ 1987, Art. 5, tweede lid Besluit justitiële en strafvorderlijke gegevens jo. Art 1 letter a Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens 25 In een brief van 30 juni 2009 van Willy Rovers aan het Ministerie van Justitie en het daarop ontvangen antwoord van 9 juli 2009 wordt deze zorg uitgesproken en ontkracht door de toezegging dit per algemene maatregel van bestuur te zullen repareren. 26 Stb. 2010, 10; inwerkingtreding 1 juli 2011, Stb. 2011,

10 worden nog uitsluitend fiscale strafbeschikkingen ter zake van misdrijven o.g.v. artikelen 76 Awr en 10:15 Adw als justitiële gegevens aangemerkt dat verband houdt met zijn economische activiteit Deze zinsnede brengt mijns inziens ook fraude in de ruimste zin des woords onder de reikwijdte van deze bepaling. Economische activiteit is een veel ruimer begrip dan douanewetgeving 27 of douanevoorschriften 28. De bepaling geldt dus ook als de aanvrager veroordeeld is voor een misdrijf uit andere wetgeving dan douanewetgeving Of er loopt een faillissementsprocedure tegen hem Of deze zinsnede verband houdt met daaraan voorafgaande zinsnede is onduidelijk. Ook in de Guidelines wordt daarop geen toelichting gegeven. De ratio van deze bepaling houdt wellicht verband met de eis van solvabiliteit. Een marktdeelnemer die in een faillissementsprocedure verwikkeld is, is in zodanig financieel noodweer terechtgekomen dat hij ook niet meer aan de eis van financiële solvabiliteit voldoet Evaluatie Artikel 14septies TCDW lijkt een divers maar minimumkader te geven voor het afwijzen van een eenmaal ingediende aanvraag. Om terug te komen op de afwijzing van de aanvraag in het licht van artikel 14septies, letter b, TCDW is het nog maar de vraag of het daar ooit van zal komen. Tijdens de procedure die voorafgaat aan het indienen van de aanvraag, passeren al vaak mogelijke beletsels voor certificering de revue. Aangezien AEO-certificering nogal wat investeringen met zich kan meebrengen, maken AEO-aspiranten dan logischerwijs een afweging of het indienen van de aanvraag wel opportuun is. Ook de douane denkt hierin mee. Als deze denkt dat de afgifte van het AEO-certificaat mede met het oog op de gestelde termijnen 30 niet haalbaar is, kunnen zij het voorstel doen met de aanvraag te wachten of voorstellen de aanvraag toch maar in te trekken. Maar ongeacht de twijfel of deze bepaling ooit toepassing zal vinden, is er toch wel wat over op te merken. Zoals de bepaling er nu staat 31, betekent dit 27 Art.14nonies, eerste lid aanhef Toepassingsbepalingen CDW. 28 Art.14tervicies, eerste lid letter b Toepassingsbepalingen CDW. 29 Art. 5bis, tweede lid CDW 30 Art. 14sexdecies Toepassingsbepalingen CDW. In Verordening (EU) No 197/2010 van 9 maart 2010 is de termijn waarbinnen het autorisatieproces moet zijn afgerond met 30 kalenderdagen verhoogd naar 120 kalenderdagen, welke termijn kan worden verlengd met 60 kalenderdagen. Reden hiervoor was dat uit de praktijk bleek dat de termijn van 90 dagen doorgaans te kort was. 31 Het overgrote deel van dit artikel lijkt van dwingend recht. Hier lijkt geen discretionaire bevoegdheid aanwezig voor de douaneautoriteiten. Echter door de resterende onduidelijkheid over hoe ernstige overtreding moet worden gelezen en de daardoor ontstane interpretatieruimte (zie ook hetgeen de Guidelines hierover opmerken) is de mogelijkheid geschapen om maatwerk te leveren. Elk voordeel heeft zijn nadeel. In dit geval is dat willekeur en rechtsonzekerheid. 9

11 dat een marktdeelnemer die ooit veroordeeld is door de rechter voor zo n ernstig vergrijp, echt nooit meer aan deze bepaling zou kunnen ontkomen. De wetgever lijkt hiermee te willen zeggen: Ooit een dief, altijd een dief. Enerzijds lijkt dit redelijk met het oog op het nagestreefde belang (het creëren van een betrouwbare keten van marktpartners), anderzijds is dit in sommige situaties echt teveel van het goede. Als een natuurlijke of rechtspersoon ooit veroordeeld is, loopt deze ook na bewezen verbetering van zijn leven telkens tegen dezelfde barrière op. Daarbij is het ook van belang te beseffen dat een algehele directiewijziging geen soelaas lijkt te bieden, tenzij er een nieuwe rechtspersoon wordt opgericht. Deze laatste optie lijkt overigens bij uitstek dé methode om de gevolgen van deze lastige bepaling te ontlopen. De foute directeur van een rechtspersoon kan zijn kwalijke praktijken gewoon in een nieuwe rechtspersoon onderbrengen en deze eeuwige barrière redelijk eenvoudig ontlopen. Een dergelijke uitwerking van deze bepaling doet enerzijds tekort aan de bedoeling van de wetgever, anderzijds schiet het zijn doel voorbij. Blijkbaar heeft de wetgever de keten vrij willen houden van elke schijn van twijfel over de betrouwbaarheid van de AEO-gecertificeerde ketenpartners, maar geeft niet voldoende munitie om de echte manipulators te weren. Overigens komen mij de bepalingen van art.14septies, letters b en c, TCDW enigszins overbodig voor, omdat de bepaling in artikel 14nonies hetzelfde onderwerp veel genuanceerder behandelt en -met enkele aanpassingen- veel beter geschikt lijkt voor het maatwerk dat beter past bij het belang dat het dient. De beoordeling van artikel 14nonies is echter wel veel bewerkelijker. 2.5 Afgifte en afwijzing aanvraag AEO-certificaat Algemeen Met het passeren van de pré-toets van artikel 14septies TCDW is de aanvraag aanvaard en wordt deze verder behandeld. De criteria voor het vaststellen van een passende staat van dienst voor het aanvragen van een AEO-certificaat worden verder ingevuld in artikel 14nonies TCDW.: 1. De staat van dienst op het gebied van de naleving van de douanevereisten wordt passend geacht, als bedoeld in artikel 5bis, lid 2, eerste streepje, van het Douanewetboek indien in de drie jaar voorafgaande aan de indiening van de aanvraag geen ernstige of herhaalde overtredingen van de douanewetgeving zijn begaan door: a. de aanvrager: b. personen die verantwoordelijk zijn voor het bedrijf dat de aanvraag heeft ingediend of die zeggenschap hebben over het bedrijf; c. indien van toepassing, de wettelijke vertegenwoordiger van de aanvrager in douanezaken; d. de voor douanezaken verantwoordelijke persoon in het bedrijf dat de aanvraag heeft ingediend. De staat van dienst op het gebied van de naleving van de douanevereisten kan passend worden geacht, indien de bevoegde douaneautoriteit eventuele overtredingen als van weinig belang 10

12 beschouwt in verhouding tot het aantal en de omvang van de douanegerelateerde activiteiten en zij geen twijfel hebben doen ontstaan over diens goede trouw. Dit artikel is een dwingendrechtelijke bepaling dat inzoomt op de naleving van douanevoorschriften door de aanvrager gedurende de drie jaar die voorafgingen aan de aanvraag. Deze bepaling geeft nadere invulling aan het criterium passende staat van dienst. Wat zijn dus de ervaringen van de douane met deze aanvrager met betrekking tot zijn naleving van douaneregelgeving, oftewel zijn record compliance? De douane heeft niet de bevoegdheid om hiervan voor de aanvrager negatief af te wijken door de staat van dienst niet passend te achten ingeval de onregelmatigheden zich meer dan drie jaar geleden hebben voorgedaan. Dit is echter een lacune in de wet. Met het oog op het mogelijk tijdsverloop tussen het begaan van ernstige overtredingen en het voor het gerecht brengen van de verdachte kan dit namelijk tot ongewenste situaties leiden. Bijvoorbeeld: een AEO-aanvrager heeft 4 jaar geleden de douanewet ernstig overtreden, maar is nog niet daadwerkelijk vervolgd. Dan zou hij toch in aanmerking kunnen komen voor AEO-certificering. Op grond van artikel 14novodecies, eerste lid, letter b TCDW moet de AEO-status dan na het eventueel succesvol doorlopen van de aanvraagprocedure meteen worden geschorst. Dit kan nooit de bedoeling van de wetgever zijn geweest. Er is overigens wel de mogelijkheid gecreëerd om positief op de aanvraag te beslissen mocht de aanvrager dreigen te stranden op de eerste volzin van dit artikellid. Dit is het geval als de marktdeelnemer in de driejaarsperiode de douaneregelgeving heeft overtreden en de douane oordeelt dat de overtredingen relatief gezien van weinig belang zijn in verhouding tot alle douanegerelateerde activiteiten van de aanvrager. Er mag echter geen twijfel ontstaan over diens goede trouw. De douane twijfelt echter niet snel aan de goede trouw van bedrijven. Zij twijfelt pas aan goede trouw als de overtredingen hebben geleid tot een zogenaamde AAFD-waardige-zaak 32 en zijn besproken via het SO-TPO-traject 33 en zijn geaccepteerd voor daadwerkelijke vervolging met de AEO-aanvrager als verdachte. Dit geldt overigens uitsluitend voor zaken die zich in de driejaarsperiode voorafgaand aan de aanvraag hebben afgespeeld Ernstige overtredingen Algemeen Binnen de douane gaan er geluiden op dat onder ernstige overtredingen 34 moet worden begrepen als onder het ernstig strafbare feit 35, omdat voor 32 Richtlijnen Aanmelding en Afhandeling Fiscale Delicten 33 SO-TPO: Strafrechtelijk Onderzoek - Tri Partite Overleg 34 Art.14nonies en art.14tervicies Toepassingsbepalingen CDW 35 Art.14septies Toepassingsbepalingen CDW 11

13 ernstige overtredingen al de zwaarste sanctiegraad op het gebied van douanewetgeving zou gelden. Ik meen dat dit niet geheel juist is. Waar artikel 14septies TCDW bij de afwijzing van de aanvraag spreekt van veroordeeld voor een ernstig strafbaar feit dat verband houdt met zijn economische activiteit, hanteert artikel 14tervicies de bewoordingen een ernstige overtreding van de douanevoorschriften en er is geen verder recht tot beroep, als een van de voorwaarden voor intrekking van het AEO-certificaat. Beide artikelen dienen echter hetzelfde doel: het waarborgen van een betrouwbare keten van marktdeelnemers. Hoewel beide criteria de kwalificatie ernstig bevatten, meen ik dat deze criteria een van elkaar afwijkende inhoud dekken. Het criterium ernstige overtreding zien we overigens ook in artikel 14nonies TCDW terug Verschillende bewoordingen De verschillende bewoordingen ernstig strafbaar feit 36 en ernstige overtreding duiden op een verschillende inhoud. Hoe het ernstig strafbaar feit moet worden gelezen laat de wetgever echter ongewis. Noch de Guidelines 37 noch de laatste versie van de nog in ontwerp zijnde Union Customs Code geven hierover uitsluitsel. Het is helaas wachten op de Delegated act of equivalent voor de huidige Guidelines waar het onderwerp misschien wel in geregeld wordt 38. Ik ben van mening dat het moet gaan om een misdrijf waarop een gevangenisstraf van 4 jaar of meer is gesteld. Zie par Aan het onderwerp serious infringements oftewel ernstige overtredingen wordt door de Guidelines gelukkig wel de nodige aandacht besteed. Bij het vaststellen of er sprake is van een serious infringement spelen verschillende aspecten een belangrijke rol, t.w. opzet, aard van de overtreding, opzettelijke nalatigheid en bepaalde belangrijke overtredingen waarbij opzet ontbreekt Opzet Als de aanvrager of degene die de leiding heeft over het aanvragende bedrijf opzettelijk overtredingen heeft begaan wordt daaraan veel gewicht toegekend: an infringement which has been fully proved to be with full knowledge of the above parties or with full intention in his act, should be considered a more serious infringement than the same case under other circumstances, even if the nature of the error could be considered to be of negligible importance. De escape -mogelijkheden die de wetgever in het leven heeft geroepen bij overtredingen van weinig belang in de artikelen 36 Commision Regulation (EC) No 1875/2006 serious criminal offence c.q. serious infringements. 37 Authorised Economic Operators, Guidelines, 17 april 2012, TAXUD/B2/047/2011 Rev.3 38 Artikel 23 van het meest recente voorstel van het UCC (versie , COM(2012) 64 final, bepaalt: The Commission shall be empowered to adopt delegated acts in accordance with Article 243, specifying: (a) the rules for granting the status of authorised economic operator referred to in article 21;, COM(2012) 64 final 2012/0027 (COD) 12

14 14nonies en 14tervicies lijken bij deliberate intent dus niet op te gaan. Dus ook lichtere overtredingen, waarbij opzet speelt, kunnen onder de ernstige overtredingen vallen. Opzet kleurt als het ware de overtredingen Aard van de overtreding Ook de straf, die de wet van toepassing verklaart op gemaakte overtreding, is indicatief voor het bestaan van een serious infringement. Hoe zwaarder de straf, hoe ernstiger de overtreding dus Opzettelijke nalatigheid Hierbij verwijst de Commissie naar jurisprudentie van het Europese Hof van Justitie 40, waarin deze bepaalde dat bij het vaststellen van opzettelijke nalatigheid rekening moet houden met de complexiteit van de regelgeving, de zorgvuldigheid van het bedrijf en de ervaring van het bedrijf Als opzet ontbreekt Welke overtredingen de Commissie hierbij voor ogen heeft, wordt niet uitgebreid toegelicht in de Guidelines, want zij beperkt zich door te verwijzen naar ernstige risicosignalen met betrekking tot veiligheid en beveiliging en douanevoorschriften. Ik denk daarbij aan de aanvrager die in de aan de aanvraag voorafgaande driejaarsperiode herhaaldelijk geplaagd werd door diefstal (of vermis in entrepot). Deze zou geconfronteerd kunnen worden met deze bepaling. Opmerkelijk is dat ook de reeds gecertificeerde AEOS 41 of AEOF 42 last lijken te kunnen krijgen van deze invulling van het serious infringement -begrip. Blijkbaar meent de Commissie dat ook overtredingen, die door de wetgever niet of niet zwaar bestraft worden, onder deze bepaling moeten kunnen vallen. Wellicht verwijst zij hiermee naar de specifieke criteria die betrekking hebben op de AEO-certificatie. Herhaaldelijke diefstal kan er bijvoorbeeld op duiden dat het aan de werking van de beveiligingsmaatregelen schort Voorbeelden Tot slot noemen de Guidelines enkele voorbeelden van overtredingen die als ernstige overtreding moeten worden aangemerkt, zoals fraude (zoals opzettelijke onjuiste goederenindeling, onderwaardering of het doen van een valse oorsprongsverklaring met als oogmerk douanerechten te ontgaan), smokkel, overtredingen verband houdend met intellectuele rechten en andere overtredingen die strafrechtelijk vervolgd zijn Voorbehoud Een tweede argument dat serious criminal offence anders gelezen moet worden dan serious infringement vind ik in het voorbehoud dat in de laatste 39 De Guidelines (17 april 2012, p27): a significant penalty or referral to the criminal proceedings. 40 Zaak Kaufring AG, 10 mei 2001, Europese Hof van Justitie, paragrafen 278 en AEOS: AEO security (veiligheid). 42 AEOF: AEO full (douanevereenvoudigingen en veiligheid). 13

15 volzin van het eerste lid van artikel 14tervicies wordt gemaakt 43. Dit voorbehoud geeft indirect aan dat aan beide criteria een andere inhoud toegedicht wordt door de wetgever. Een wezenlijk verschil betreft de ernst van de gevallen. In artikel 14septies is de aanvrager voor zijn misdrijf namelijk al voor de rechter gebracht en veroordeeld tot een aanzienlijke gevangenisstraf vóór hij de aanvraag indient. De afweging voor strafrechtelijke vervolging of transactie/fiscale strafbeschikking is dan al een gepasseerd station. De ernst van de feiten hebben hem dan namelijk al voor de rechter gebracht. De situaties waarop art.14tervicies betrekking zou kunnen hebben, kunnen ondanks het criterium serious zowel misdrijven als overtredingen (naar maatstaven van nationaal strafrecht) betreffen Nieuwe aanvraag Tot slot vind ik ondersteuning voor een andere uitleg in art.14tervicies vierde lid: Behoudens de in lid 1, onder c en d, bedoelde gevallen van intrekking, kan de marktdeelnemer binnen drie jaar na de intrekking geen nieuwe aanvraag voor een AEO-certificaat indienen. Deze bepaling geeft aan dat de marktdeelnemer, wiens certificaat wegens een ernstige overtreding is ingetrokken, na drie jaar gewoon weer een aanvraag kan indienen. Ervan uitgaande dat de wetgever met deze bepaling niet een dode letter in het leven heeft willen roepen, moet dit betekenen dat de intrekkingsgevallen van art.14tervicies eerste lid, letter b ook minder ernstige gevallen dan die in art.14septies letter b moet kunnen bevatten Herhaalde overtredingen Hierover vinden we in de Guidelines ook een toelichting. Bij de beoordeling van de passende staat van dienst van de marktdeelnemer moeten de douaneautoriteiten ook rekening houden met overtredingen die zij normaliter maar van gering belang achten. Als met elkaar vergelijkbare overtredingen in de beoordelingsperiode voorkomen, dient de douane de oorzaak hiervoor te onderzoeken. De overtredingen kunnen namelijk veroorzaakt worden door de onjuiste handelwijze van één of meerdere personen, die bij de aanvrager werkzaam zijn. De overtredingen kunnen ook worden opgeroepen door een structurele fout in de systemen van de aanvrager. Herhaaldelijk overtredingen kunnen namelijk duiden op een zwakke schakel in het interne beheersing bij de aanvrager. Maar alvorens dit te onderzoeken dient de douane het aantal overtredingen te bezien in relatie tot het aantal en de omvang van de douanegerelateerde activiteiten van de aanvrager in de onderzoeksperiode. Ook hier geldt dat er geen twijfels mogen rijzen omtrent de goede trouw van de aanvrager In het onder b bedoelde geval kan de douaneautoriteit echter besluiten, het AEOcertificaat niet in te trekken, indien zij de overtreding als van weinig belang beschouwt in verhouding tot het aantal en de omvang van de douanegerelateerde activiteiten van de geautoriseerde marktdeelnemer en de overtreding geen twijfel heeft doen ontstaan over diens goede trouw 44 Zie paragraaf Zie ook hetgeen daarover wordt opgemerkt in Section II van de Explanatory notes for AEO-Self Assessment Questionnaire (p. 7) 14

16 2.5.4 Conclusies Uit bovenstaande concludeer ik dat ook bepaalde overtredingen (nietmisdrijven), die als zodanig in het nationale strafrecht worden ingedeeld onder deze bepaling kunnen vallen. Duidelijk is ook dat de gebruikte terminologie als een vertaling van de originele Engelse versie moet worden gelezen, waarbij de termen niet dezelfde inhoud hebben als de gelijkluidende termen uit de nationale strafwetgeving. De vertaling richting nationale strafrecht moet dan nog plaatsvinden. Het nationale strafrechtelijke begrip overtreding dekt dus niet dezelfde lading als het TCDW-begrip overtreding. Has been convicted of a serious criminal offence ziet op daadwerkelijke veroordeling door de rechter voor ernstige rechtsdelicten/misdrijven die de marktdeelnemer met betrekking tot zijn economische activiteiten heeft begaan en waarop een gevangenisstraf van vier jaar of meer staat. Onder economische activiteiten zijn niet uitsluitend de douanegerelateerde activiteiten te begrijpen, maar ook andere misdrijven die daar geen verband mee houden. Dit artikel is het voorportaal en minimumdrempel van de uitgebreidere passende-staat-toets van artikel 14nonies. Serious infringements spitst zich echter slechts toe op de douanegerelateerde activiteiten van de aanvrager. Enerzijds is dit beperkter doordat bepaalde misdrijven die niet met de douane verband houden hier niet onder vallen, anderzijds is dit begrip ruimer doordat ook overtredingen naar nationaal strafrechtelijke opvattingen onder dit criterium vallen. Verschillende interpretatie van serious criminal offence en serious infringements leidt niet tot de ongewenste situatie dat een aanvrager meteen na certificering met een intrekkingprocedure zou kunnen worden geconfronteerd, omdat de tweede poort voor toelating tot AEO, artikel 14nonies TCDW door het gebruik van nagenoeg dezelfde terminologie t.w. geen ernstige of herhaalde overtredingen van de douanewetgeving zijn begaan aansluit bij de criteria voor de intrekkingprocedure. De hiervoor aangehaalde problematiek kan in de praktijk toch nog voor de nodige hoofdbrekens zorgen. De kans op willekeur is hier erg groot en voor eenheid van beleid en uitvoering is verregaande coördinatie en afstemming vereist. Voordat daadwerkelijk tot afwijzing, schorsing en intrekking van AEOcertificaten kan worden overgegaan is derhalve voorgeschreven dit af te stemmen met het Landelijk Kantoor, Vaktechniek & Internationaal. Eenheid van beleid en uitvoering wordt dan zoveel mogelijk bereikt doordat de directeur Vaktechniek & Internationaal van het Landelijk Kantoor Douane een bindend advies in de gevallen van schorsing en intrekking afgeeft aan de regio-directeur waar de AEO gevestigd is. Deze laatste neemt de uiteindelijke beslissing en licht dit toe aan de AEO. Op dit moment zijn er nog geen gevallen bekend van afwijzing van de aanvraag of intrekking van het certificaat waaraan bovenstaande voorwaarden ten grondslag lagen. Vooralsnog is het dus maar geduldig wachten op de eerste gevallen van intrekking waarover de rechter zijn oordeel moet geven. Er is sowieso nog geen geval bekend, waarbij het certificaat definitief door de douane is ingetrokken. Er liggen overigens wel een paar zaken ter schorsing 15

17 of intrekking ter beoordeling voor en de oorzaken daarvoor zijn divers. In de eerste jaren lag de focus van de douane op het zoveel mogelijk promoten, beoordelen en verstrekken van AEO-certificering. Ook voor de douane bleek dit een leerproces waarbij het vereiste gerechtvaardigd vertrouwen soms te snel aanwezig geacht werd. Naarmate bekendheid met het AEO-concept bij marktdeelnemers groeit, groeit ook het aantal bedrijven die AEO-certificering van hun ketenpartners verlangt of duidelijk hun voorkeur uitspreken voor AEO-gecertificeerde bedrijven. Deze trend wordt versterkt door diverse ontwikkelingen op het terrein van maatschappelijk verantwoord ondernemerschap 45 en nieuwe wetgeving 46. Internationaal opererende bedrijven hebben er dus steeds meer belang bij er zich van te verzekeren dat het ten aanzien van hun handelspartners wel goed zit. Ten gevolge hiervan verdwijnt langzamerhand de vrijwilligheid van het AEO-concept voor een aantal marktdeelnemers en wordt certificering soms als economische noodzaak voor het voortbestaan van het bedrijf gezien. Ook al bestond er (en bestaat er nog steeds) geen wettelijke verplichting om AEO te worden 47 of uitsluitend met geautoriseerde marktdeelnemers in zee te gaan, toch meen ik dat een deel van de marktdeelnemers zich onder druk gezet kan voelen om prematuur het certificeringtraject in te gaan. De markt gaat certificering soms als het ware eisen. Zodanig dat marktdeelnemers zich gedrongen kunnen voelen de wenselijke situatie als de bestaande situatie te schetsen. De verleiding kan groot zijn. 2.6 Het onderhoud van de AEO-status Een belangrijke vereiste voor het verkrijgen van de AEO-status is dat de marktdeelnemer in control is en blijft over zijn bedrijf. Dit houdt simpelweg in dat de marktdeelnemer in zijn bedrijf maatregelen treft om risico s ten aanzien van zijn douaneactiviteiten te voorkomen of te minimaliseren 48. Dit alles ter verzekering van het feit dat we te maken hebben met een betrouwbare marktdeelnemer. De beheersingsmaatregelen die een marktdeelnemer kan treffen kent zes niveaus, t.w.: 0. Er zijn geen beheersingsmaatregelen toegepast; 1. De interne beheersing van bedrijfsprocessen is ad hoc en ongeorganiseerd; 2. De interne beheersing van bedrijfsprocessen kent een vast patroon; 3. De interne beheersing van bedrijfsprocessen is beschreven en bekend; 45 PeoplePlanetProfit 46 Er wordt steeds vaker door overheden een zwaar gesanctioneerde zorgplicht opgelegd aan internationaal opererende bedrijven ten aanzien van de keuze van hun handelspartners. Ik beperk me hier door te verwijzen naar de UK Bribery Act en de American Foreign Corrupt Practices Act. 47 Zie TAXUD/B2/047/2011 Rev.3,section 1.I.4. There is no legal obligation for economic operators to become AEO, it is a matter of the operators own choice based on their specific situation. Nor is there any legal obligation for AEOs to require their business partners to obtain AEO status. 48 Zie TAXUD/B2/047/2011 van 17 april

18 4. De bedrijfsprocessen worden intern gecontroleerd en geëvalueerd; 5. De interne beheersingsmaatregelen zijn geïntegreerd in de bedrijfsprocessen en worden voortdurend geëvalueerd. Een minimaal niveau van 3 is vereist om als AEO-waardig te kunnen worden geclassificeerd. Met de constatering dat er beheersingsmaatregelen bestaan en dat deze beschreven zijn, zijn we er echter nog niet. De beheersingsmaatregelen moeten ook worden nageleefd en in de praktijk de toets der kritiek kunnen doorstaan. De AEO zal dus moeten controleren of deze maatregelen werken en de controle hierop zal onderdeel moeten uitmaken van zijn interne controle systeem 49. De noodzaak tot monitoring op de beheersingsmaatregelen volgt ook indirect uit artikel 14quatervicies TCDW dat de AEO verplicht de douaneautoriteiten actief te informeren over elk feit dat zich na de toekenning van het certificaat voordoet en dat gevolgen kan hebben voor de handhaving of inhoud van het certificaat. In dit vervolgtraject, het onderhoud van de AEO-status, is helaas gebleken dat enkele AEO s uiteindelijk toch niet over het beheersingsniveau beschikken dat passend is voor de certificering. Aangezien de schorsing en intrekking van het certificaat verstrekkende gevolgen kan hebben voor de AEO, is maatwerk op zijn plaats. Schorsing en intrekking van het certificaat is namelijk een pijnlijke maatregel, die verstrekkende economische gevolgen voor een marktdeelnemer kan hebben. Dit maatwerk kan worden bereikt door centrale afstemming met het Landelijk Kantoor. Wat betekent de passende staat voor het onderhoud van de AEO-status? De passende staat van dienst lijkt toch slechts een voorwaarde voor het verlenen van de AEO-status. Deze voorwaarde verwijst naar de driejaarsperiode voorafgaand aan de aanvraag. Vanuit wettelijk oogpunt bezien lijkt dit criterium vanaf het moment dat de status verleend is dus eigenlijk geen rol meer te spelen. Door artikel 14novodecies TCDW wordt indirect onder andere de passende staat van dienst een doorlopend geldig criterium gemaakt. Iemands staat van dienst is een momentopname die weergeeft in welke mate de AEO tot dat moment compliant was en hoe hij in de praktijk omging met de aan hem toevertrouwde verantwoordelijkheid voor zijn douanegerelateerde verplichtingen. De staat van dienst van een AEO is een van de pijlers voor het gerechtvaardigde vertrouwen dat de douane in de AEO heeft. Als een marktdeelnemer aan alle gestelde voorwaarden heeft voldaan en is de AEOstatus verleend, dan is het voor de AEO van belang dit vertrouwen te blijven verdienen. De douane is ook wettelijk verplicht 50 om erop toe te zien dat de AEO aan de voor hem geldende voorwaarden en criteria blijft voldoen. Dit houdt in concreto voor de AEO in dat hij de werking van de beheersingsmaatregelen die hij heeft getroffen regelmatig zal moeten controleren en hierover verslag 49 Zie TAXUD/B2/047/2011 van 17 april 2012, 5.I Art.14octodecies, vierde lid Toepassingsbepalingen CDW 17

19 dient uit te brengen in het kader van zijn informatieverplichting 51. Als echter later blijkt dat de AEO eigenlijk van meet af aan geen recht had op de status dan dient beoordeeld te worden of de status kan worden ingetrokken op basis van de artikelen 8 en 9 CDW 52 Mocht uit deze controle blijken dat de bestaande beheersingsmaatregelen niet werken of niet afdoende blijken om de douanegerelateerde risico s binnen aanvaardbare normen te houden, dan is het zijn verantwoordelijkheid om daarop actie te ondernemen en de betreffende maatregelen aan te passen of extra maatregelen te nemen zodat de AEO-status intact blijft. 2.7 De schorsing van de AEO-status Algemeen Artikel 5bis tweede lid CDW bepaalt dat volgens de procedure van het comité voorschriften worden vastgesteld van de voorwaarden waaronder de status van geautoriseerd marktdeelnemer kan worden opgeschort of ingetrokken. Er zijn hierbij twee soorten van schorsing te onderscheiden. De schorsing door de douaneautoriteiten 53 en de schorsing op eigen verzoek 54. Het onderscheid is zeer relevant aangezien beide vormen in voorwaarden en rechtsgevolgen van elkaar afwijken. Ik zal deze derhalve afzonderlijk behandelen. Schorsing van de status betekent dat een toegekend AEO-certificaat (AEOC 55 en/of AEOS 56 ) gedurende een bepaalde periode niet meer geldig is. De houder van het certificaat heeft gedurende de schorsing geen recht meer op de voordelen van artikel 14ter TCDW. In het algemeen geldt dat de schorsing uitsluitend ziet op de AEO-status, maar afhankelijk van de tekortkomingen ook van invloed kan zijn op andere douanefaciliteiten, die gebaseerd zijn op de AEO-status 57. De schorsing heeft overigens geen invloed op douaneprocedures die gestart zijn vóór de schorsing en nog niet beëindigd zijn. Voordat tot schorsing wordt overgegaan brengt de douane de AEO op de hoogte van de bevindingen zodat deze binnen 30 kalenderdagen hierop kan reageren of de situatie kan herstellen of regulariseren. Mocht herstel binnen 30 kalenderdagen vanaf kennisgeving niet mogelijk blijken dan kan een schorsing van 30 kalenderdagen worden opgelegd na evaluatie van de casus in het landelijk AEO-overleg. 51 Art.14quatervicies Toepassingsbepalingen CDW 52 Zie paragraaf Art.14novodecies t/m 14 unvicies Toepassingsbepalingen CDW 54 Art.14duovicies Toepassingsbepalingen CDW 55 AEOC= AEO customs simplifications 56 AEOS= AEO security and safety 57 Zie TAXUD/1284/2005, Rev.5.5) 18

20 2.7.2 Schorsing door de douane De voorwaarden voor de schorsing door de douane vinden we in de artikelen 14novodecies tot en met 14unvicies TCDW. Deze worden nader toegelicht in de Guidelines 58. Schorsing van de status van geautoriseerd marktdeelnemer vindt plaats als gebleken is dat de voor het betreffende AEO-certificaat geldende voorwaarden en criteria niet worden nageleefd, maar ook als zich feiten hebben voorgedaan, die verband houden met de overtreding van douanewetgeving en die aanleiding geven tot strafrechtelijke vervolging Niet naleven voorwaarden en criteria In artikel 14novodecies, eerste lid letter a TCDW is het compliance -vereiste opgenomen. Zij bepaalt namelijk dat de status van een AEO door de douaneautoriteiten van afgifte wordt geschorst, wanneer blijkt dat de voor het AEO-certificaat geldende voorwaarden en criteria niet worden nageleefd. Hieruit volgt impliciet de verplichting voor de AEO om blijvend te voldoen aan de voorwaarden van certificaatafgifte. Dit betreffen de voorwaarden voor het verlenen van de AEO-status die in het CDW en TCDW zijn opgenomen 59, zoals passende staat van dienst, een deugdelijke handels- c.q. vervoersadministratie die passende controles mogelijk maakt en indien van toepassing ook passende veiligheidsnormen. Het voorbehoud dat de wetgever in dit artikel ten aanzien van overtredingen 60 heeft gemaakt, lijkt ten aanzien van letter a niet op te gaan. Echter door te verwijzen naar de voor het AEO-certificaat geldende voorwaarden en criteria, worden dus ook de voor de passende staat van dienst geldende bepalingen van toepassing verklaard, zodat een dergelijk voorbehoud 61 ook geldt voor overtredingen ten aanzien van de gehele douanewetgeving die niet strafrechtelijk vervolgbaar zijn. De passende staat moet dus ook passend blijven! In de Guidelines staat dat schorsing een gevolg kan zijn van een onderzoek door de douane, waarbij ernstige tekortkomingen 62 worden geconstateerd waardoor de AEO te grote douanegerelateerde risico s loopt. Uit de wijze van formuleren maak ik op dat de wetgever hier slechts een voorbeeld geeft waaronder tot schorsing zou kunnen worden overgegaan. Welke tekortkomingen als ernstig kwalificeren wordt namelijk niet toegelicht. Opnieuw heeft de wetgever discretionaire ruimte voor de douaneautoriteiten gelaten om maatwerk te kunnen leveren. De Guidelines spreken weliswaar over serious deficiencies, wat zoveel betekent als ernstige tekortkomingen of 58 Zie TAXUD/B2/047/2011 van 17 april 2012, Part 5 section Artikel 5bis Toepassingsbepalingen CDW 60 In het in lid 1, onder b bedoelde geval kan de douaneautoriteit echter besluiten de status van geautoriseerde marktdeelnemer niet te schorsen, 61 Zie art.14nonies, eerste lid, laatste volzin Toepassingsbepalingen CDW 62 De Guidelines spreken over serious deficiencies.zie TAXUD/B2/047/2011 van 17 april 2012, Part 5 section 3. 19

AEO in verzet. alles of niets

AEO in verzet. alles of niets AEO in verzet alles of niets Door: Tony Lindsen 2011/2012 Inhoudsopgave Inleiding... 2 1 De introductie van AEO... 3 1.1 Algemeen... 3 1.2 Passende staat van dienst, de juridische context... 4 1.3 Samenvatting

Nadere informatie

AEOF-certificaat factsheet

AEOF-certificaat factsheet Europese Commissie - AEO Opleidingsmodule voor Marktdeelnemers AEOF-certificaat factsheet oktober 2007 AEOF betekent AEO-certificaat voor Douanevereenvoudigingen en Veiligheid. Een AEO-certificaat voor

Nadere informatie

WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE SAMENVATTING VAN DE EFFECTBEOORDELING. Begeleidend document bij het

WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE SAMENVATTING VAN DE EFFECTBEOORDELING. Begeleidend document bij het EUROPESE COMMISSIE Brussel, 13.12.2013 SWD(2013) 513 final WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE SAMENVATTING VAN DE EFFECTBEOORDELING Begeleidend document bij het Voorstel voor een richtlijn van

Nadere informatie

Toelichting op de voorwaarden om in aanmerking te komen voor een AEO-certificaat en de te volgen procedure voor multinationals en grote ondernemingen

Toelichting op de voorwaarden om in aanmerking te komen voor een AEO-certificaat en de te volgen procedure voor multinationals en grote ondernemingen Bijlage 1 Toelichting op de voorwaarden om in aanmerking te komen voor een AEO-certificaat en de te volgen procedure voor multinationals en grote ondernemingen 1. Juridische mededeling In dit document

Nadere informatie

Resultaten test je kennis en win een ontbijt quiz. januari 2014

Resultaten test je kennis en win een ontbijt quiz. januari 2014 Resultaten test je kennis en win een ontbijt quiz januari 2014 Algemene Administratie van de Douane en Accijnzen Authorised Economic Operator Geautoriseerde marktdeelnemer Algemene Administratie van de

Nadere informatie

Authorised Economic Operator (AEO)

Authorised Economic Operator (AEO) Informatieblad November 2011 Authorised Economic Operator (AEO) Op dit informatieblad staan veelgestelde vragen over Authorised Economic Operator (AEO). Inhoud 1 Algemene vragen 2 Overwegingen bij de keuze

Nadere informatie

L 360/64 Publicatieblad van de Europese Unie

L 360/64 Publicatieblad van de Europese Unie L 360/64 Publicatieblad van de Europese Unie 19.12.2006 VERORDENING (EG) Nr. 1875/2006 VAN DE COMMISSIE van 18 december 2006 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 2454/93 houdende vaststelling van enkele

Nadere informatie

AEO to the next level monitoring en audits

AEO to the next level monitoring en audits AEO to the next level monitoring en audits vr 03 aug 2012, 07:00 Lloyd s op matje voor certificering Van een onzer verslaggevers ROTTERDAM - Lloyd s Register moet duidelijkheid verschaffen aan de Raad

Nadere informatie

AUTHORISED ECONOMIC OPERATOR. Brussel 13 juni Annie Vanherpe, Klantencoördinator, Gent

AUTHORISED ECONOMIC OPERATOR. Brussel 13 juni Annie Vanherpe, Klantencoördinator, Gent AUTHORISED ECONOMIC OPERATOR Brussel 13 juni 2018 Annie Vanherpe, Klantencoördinator, Gent Deel 1: AEO algemene begrippen en procedure Deel 2: voorwaarden art. 39 DWU Deel 3: AEO voordelen Deel 4: AEO

Nadere informatie

Authorised Economic Operator. 1. Inleiding en historische achtergrond van AEO

Authorised Economic Operator. 1. Inleiding en historische achtergrond van AEO Douanerecht Mr. N.M..A. gberts, adviseur douane & internationale handel bij Trade Facilitation BV Authorised Economic Operator Uitleg over de stappen, die een bedrijf moet nemen om de AEO-status te verkrijgen

Nadere informatie

AANGENOMEN TEKSTEN Voorlopige uitgave

AANGENOMEN TEKSTEN Voorlopige uitgave Europees Parlement 2014-2019 AANGENOMEN TEKSTEN Voorlopige uitgave P8_TA-PROV(2019)0047 Douanewetboek van de Unie: opname van de Italiaanse gemeente Campione d'italia en de Italiaanse wateren van het meer

Nadere informatie

Controle bij de Geautoriseerde Marktdeelnemers (AEO) met behulp van statistische steekproeven.

Controle bij de Geautoriseerde Marktdeelnemers (AEO) met behulp van statistische steekproeven. Controle bij de Geautoriseerde Marktdeelnemers (AEO) met behulp van statistische steekproeven. Wat is goed genoeg? Verhandeling in het kader van de Europese Fiscale Studie TopMaster Douane Auteur: W.F.A.

Nadere informatie

Authorised Economic Operator

Authorised Economic Operator Authorised Economic Operator De internationale Douanewereld heeft het afgelopen decennium zijn scope ingrijpend gewijzigd. Was de focus voorheen vooral gericht op fiscaliteit, sinds de aanslagen in de

Nadere informatie

Authorised Economic Operator

Authorised Economic Operator Algemene Administratie van de Douane en Accijnzen Authorised Economic Operator Bedrijfspresentatie 2017 Hilde De Potter, Klantencoördinator en Dossierbeheerder Regionale Component Brussel Mail: hilde.depotter@minfin.fed.be

Nadere informatie

De toepassing van de Verordening betreffende wederzijdse erkenning op procedures van voorafgaande machtiging

De toepassing van de Verordening betreffende wederzijdse erkenning op procedures van voorafgaande machtiging EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL ONDERNEMINGEN EN INDUSTRIE Leidraad 1 Brussel, 1.2.2010 - De toepassing van de Verordening betreffende wederzijdse erkenning op procedures van voorafgaande machtiging

Nadere informatie

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 maart 2002 (18.03) (OR. fr) 7244/02. Interinstitutioneel dossier: 2002/0068 (ACC) LIMITE UD 17

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 maart 2002 (18.03) (OR. fr) 7244/02. Interinstitutioneel dossier: 2002/0068 (ACC) LIMITE UD 17 Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 15 maart 2002 (18.03) (OR. fr) PUBLIC Interinstitutioneel dossier: 2002/0068 (ACC) 7244/02 LIMITE UD 17 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Sylvain BISARRE, directeur

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie

Publicatieblad van de Europese Unie 4.5.2005 L 117/13 VERORDENING (EG) Nr. 648/2005 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 13 april 2005 houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad tot vaststelling van het communautair

Nadere informatie

Zaak T-205/99. Hyper Srl tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen

Zaak T-205/99. Hyper Srl tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen Zaak T-205/99 Hyper Srl tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen Douanerechten Invoer van televisietoestellen uit India Ongeldige certificaten van oorsprong Verzoek tot kwijtschelding van invoerrechten

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Beleidskader intrekken erkenning als Jobcoachorganisatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Beleidskader intrekken erkenning als Jobcoachorganisatie STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 13672 27 mei 2013 Beleidskader intrekken erkenning als Jobcoachorganisatie Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen,

Nadere informatie

De uitvoering van het jeugdstrafrecht

De uitvoering van het jeugdstrafrecht Stelselwijziging Jeugd Factsheet De uitvoering van het jeugdstrafrecht Na inwerkingtreding van de Jeugdwet De uitvoering van het jeugdstrafrecht 1 De uitvoering van het jeugdstrafrecht 2 Inleiding Deze

Nadere informatie

Amendement 1 Anneleen Van Bossuyt namens de Commissie interne markt en consumentenbescherming AMENDEMENTEN VAN HET EUROPEES PARLEMENT *

Amendement 1 Anneleen Van Bossuyt namens de Commissie interne markt en consumentenbescherming AMENDEMENTEN VAN HET EUROPEES PARLEMENT * 23.1.2019 A8-0368/1 Amendement 1 Anneleen Van Bossuyt namens de Commissie interne markt en consumentenbescherming Verslag A8-0368/2018 Jasenko Selimovic Douanewetboek van de Unie: opname van de Italiaanse

Nadere informatie

De gevolgen van een strafrechtelijke afdoening voor de verblijfsrechtelijke positie van jongeren

De gevolgen van een strafrechtelijke afdoening voor de verblijfsrechtelijke positie van jongeren De gevolgen van een strafrechtelijke afdoening voor de verblijfsrechtelijke positie van jongeren Dit document beoogt de strafrechtelijke consequenties voor de verblijfsrechtelijke positie van een vreemdeling

Nadere informatie

De Raad van de gemeente Ede,

De Raad van de gemeente Ede, De Raad van de gemeente Ede, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van Ede d.d. 11 november 2014; gelet op artikel 8, eerste lid, onderdeel b, en tweede lid, van de Participatiewet; overwegende

Nadere informatie

Bijeenkomst 9. Kerntaken van de Douane. Strategische doelen van de douane. VGEM Algemeen. Stoppen niet gewenste goederen tegenhouden

Bijeenkomst 9. Kerntaken van de Douane. Strategische doelen van de douane. VGEM Algemeen. Stoppen niet gewenste goederen tegenhouden Bijeenkomst 9 VGEM Algemeen Kerntaken van de Douane Stoppen niet gewenste goederen tegenhouden Bewaken juiste toepassing van de wetgeving bewaken Heffen en innen heffen en innen van de belastingen Innoveren

Nadere informatie

Vertegenwoordiging en het DWU. FENEX/TLN Oktober 2016

Vertegenwoordiging en het DWU. FENEX/TLN Oktober 2016 Vertegenwoordiging en het DWU FENEX/TLN Oktober 2016 Onderwerpen Vertegenwoordiging in douanezaken Wat hebben we nu? Wat verandert er? Waarom verandering? Wat betekent dat? Wat gaat er nog gebeuren? Wat

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 33 754 Wijziging van enkele wetten met het oog op de bestrijding van fraude in de toeslagen en fiscaliteit (Wet aanpak fraude toeslagen en fiscaliteit)

Nadere informatie

Nota naar aanleiding van het verslag. Inhoudsopgave

Nota naar aanleiding van het verslag. Inhoudsopgave 34 409 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten in verband met het van toepassing worden van Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en van de Raad van 9 oktober 2013

Nadere informatie

Voorstel voor een. VERORDENING (EU) Nr. VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een. VERORDENING (EU) Nr. VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Voorstel voor een Brussel, 6.10.2010 COM(2010) 544 definitief 2010/0272 (COD) C7-0316/10 VERORDENING (EU) Nr. VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot intrekking van Verordening (EG)

Nadere informatie

Bekende Afzender (Known Consignor)

Bekende Afzender (Known Consignor) Bekende Afzender (Known Consignor) & AEO (Authorized Economic Operator) 26-05-2011 Godfried Smit EVO Wat is AEO Wat is AEO AEO staat voor Authorized Economic Operator, gecertificeerd marktdeelnemer. Wat

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 35 157 Voorstel van wet van de leden Ploumen, Özütok, Jasper van Dijk en Van Brenk tot wijziging van de Wet gelijke behandeling mannen en vrouwen

Nadere informatie

De verhouding tussen Richtlijn 98/34/EG en de Verordening betreffende wederzijdse erkenning

De verhouding tussen Richtlijn 98/34/EG en de Verordening betreffende wederzijdse erkenning EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL ONDERNEMINGEN EN INDUSTRIE Leidraad 1 Brussel, 1.2.2010 - De verhouding tussen Richtlijn 98/34/EG en de Verordening betreffende wederzijdse erkenning 1. IEIDING

Nadere informatie

Datum 23 februari 2012 Onderwerp Beantwoording Kamervragen over de voorlopige hechtenis van dhr. R.

Datum 23 februari 2012 Onderwerp Beantwoording Kamervragen over de voorlopige hechtenis van dhr. R. 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den

Nadere informatie

AEO: TIJDWINST DOOR VERTROUWEN

AEO: TIJDWINST DOOR VERTROUWEN EENDRACHT MAAKT MACHT AEO: TIJDWINST DOOR VERTROUWEN Klinken wederzijds vertrouwen, betere douaneprocessen, optimaliseren interne controle en concurrentievoordeel u als muziek in de oren? Lees dan zeker

Nadere informatie

GEDRAGSCODE. Nederlands Register Gerechtelijk Deskundigen

GEDRAGSCODE. Nederlands Register Gerechtelijk Deskundigen GEDRAGSCODE Nederlands Register Gerechtelijk Deskundigen Het College gerechtelijk deskundigen, met inachtneming van artikel 51k, eerste lid van de Wet deskundige in strafzaken (Stb. 2009, 33; hierna de

Nadere informatie

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Breda houdende regels omtrent taxi s Taxiverordening Breda

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Breda houdende regels omtrent taxi s Taxiverordening Breda GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Breda Nr. 25478 4 februari 2019 Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Breda houdende regels omtrent taxi s Taxiverordening Breda Bekendmaking Burgemeester

Nadere informatie

Stelselwijziging Jeugd. Factsheet. De uitvoering van het jeugdstrafrecht. Na inwerkingtreding van de Jeugdwet

Stelselwijziging Jeugd. Factsheet. De uitvoering van het jeugdstrafrecht. Na inwerkingtreding van de Jeugdwet Stelselwijziging Jeugd Factsheet De uitvoering van het jeugdstrafrecht Na inwerkingtreding van de Jeugdwet Inleiding Dit memo heeft betrekking op de uitvoering van het jeugdstrafrecht na de invoering

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 32 415 (R1915) Bepalingen omtrent de verlening van visa voor de toegang tot de landen van het Koninkrijk (Rijksvisumwet) Nr. 2 VOORSTEL VAN RIJKSWET

Nadere informatie

Zaak A 2005/1 - Bovemij Verzekeringen N.V. / Benelux-Organisatie voor de Intellectuele Eigendom

Zaak A 2005/1 - Bovemij Verzekeringen N.V. / Benelux-Organisatie voor de Intellectuele Eigendom COUR DE JUSTICE BENELUX GERECHTSHOF ~ Zaak A 2005/1 - Bovemij Verzekeringen N.V. / Benelux-Organisatie voor de Intellectuele Eigendom Nadere conclusie van de Advocaat-Generaal L. Strikwerda (stuk A 2005/1/13)

Nadere informatie

Dit document maakt gebruik van bladwijzers.

Dit document maakt gebruik van bladwijzers. Dit document maakt gebruik van bladwijzers. NBA-handreiking 1138 21-11-2017 NBA-handreiking 1138 NBA-handreiking 1138 Van toepassing op: Onderwerp: Vraag en antwoord Datum: 21 november 2017 Status: NBA-handreiking,

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 14.4.2015 COM(2015) 155 final 2015/0080 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot uitvoering van het antiontwijkingsmechanisme dat voorziet

Nadere informatie

Het nieuwe DouaneWetboek van de Unie (DWU): Wat gaat er veranderen?

Het nieuwe DouaneWetboek van de Unie (DWU): Wat gaat er veranderen? Het nieuwe DouaneWetboek van de Unie (DWU): Wat gaat er veranderen? Wat is er zo belangrijk aan 1 mei 2016? Het Douanewetboek van de Unie (DWU): in principe betreft dit een grote herziening van de huidige

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK MigratieWeb ve12000040 201102012/1/V2. Datum uitspraak: 13 december 2011 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger

Nadere informatie

gelet op het bepaalde in artikel 8, eerste lid, aanhef en onderdeel b en tweede lid van de Participatiewet;

gelet op het bepaalde in artikel 8, eerste lid, aanhef en onderdeel b en tweede lid van de Participatiewet; De raad van de gemeente Ooststellingwerf; nr. 12 gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 november 2014; gelet op het bepaalde in artikel 8, eerste lid, aanhef en onderdeel b en tweede

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2014 2015 33 662 Wijziging van de Wet bescherming persoonsgegevens en enige andere wetten in verband met de invoering van een meldplicht bij de doorbreking

Nadere informatie

Verordening individuele inkomenstoeslag Participatiewet gemeente Beesel 2015

Verordening individuele inkomenstoeslag Participatiewet gemeente Beesel 2015 Verordening individuele inkomenstoeslag Participatiewet gemeente Beesel 2015 De Raad van de Gemeente Beesel; Gelet op artikel 8 eerste lid, aanhef en onderdeel b, en tweede lid, van de Participatiewet;

Nadere informatie

Douanevertegenwoordiging en AEO

Douanevertegenwoordiging en AEO Douanevertegenwoordiging en AEO Door: Piet Jan de Jonge December 2008 Verhandeling in het kader van de Postmaster Douane 2008 Stichting Europese Fiscale Studies Erasmus Universiteit Rotterdam Inhoudsopgave

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 18.5.2015 COM(2015) 201 final 2015/0104 (NLE) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1387/2013 houdende schorsing van de autonome rechten

Nadere informatie

BEKENDE AFZENDER (AIR FREIGHT SECURITY)

BEKENDE AFZENDER (AIR FREIGHT SECURITY) BEKENDE AFZENDER (AIR FREIGHT SECURITY) Versie 1.1 Bekende Afzender & AEO: 1 project, 1 partner Dit e-book bevat toelichting over de Bekende Afzender status en AEOcertificering. Wat houden beide erkenningen

Nadere informatie

Stelselwijziging Jeugd. Factsheet. De uitvoering van het jeugdstrafrecht. Na inwerkingtreding van de Jeugdwet

Stelselwijziging Jeugd. Factsheet. De uitvoering van het jeugdstrafrecht. Na inwerkingtreding van de Jeugdwet Stelselwijziging Jeugd Factsheet De uitvoering van het jeugdstrafrecht Na inwerkingtreding van de Jeugdwet Inleiding Deze factsheet heeft betrekking op de uitvoering van het jeugdstrafrecht na de invoering

Nadere informatie

Regeling toezicht verwerking persoonsgegevens door gerechten en het parket bij de Hoge Raad 1

Regeling toezicht verwerking persoonsgegevens door gerechten en het parket bij de Hoge Raad 1 Regeling toezicht verwerking persoonsgegevens door gerechten en het parket bij de Hoge Raad 1 Gelet op artikel 55 lid 3 Verordening EU 2016/679 en artikel 45 lid 2 van de Richtlijn EU 2016/680, gehoord

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 14.12.2016 COM(2016) 798 final 2016/0399 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot aanpassing van een aantal rechtshandelingen op het gebied

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD NL COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 25.9.2003 COM(2003) 566 definitief 2003/222 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD houdende wijziging van Verordening

Nadere informatie

==================================================================== Artikel 1

==================================================================== Artikel 1 Intitulé : LANDSBESLUIT, houdende algemene maatregelen, ter uitvoering van enkele artikelen van het Wetboek van Strafvordering van Aruba (AB 1996 no. 75) inzake de verlening van toevoegingen in strafzaken

Nadere informatie

(Wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

(Wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN 29.12.2017 L 348/1 I (Wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN VERORDENING (EU) 2017/2454 VAN DE RAAD van 5 december 2017 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 904/2010 van de Raad betreffende de administratieve

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 059 Wijziging van de Wet op het financieel toezicht en de Faillissementswet, alsmede enige andere wetten in verband met de introductie van aanvullende

Nadere informatie

ECLI:NL:RBZUT:2004:AO7273

ECLI:NL:RBZUT:2004:AO7273 ECLI:NL:RBZUT:2004:AO7273 Instantie Rechtbank Zutphen Datum uitspraak 31-03-2004 Datum publicatie 08-04-2004 Zaaknummer 06/060115-03 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

4204 REGELING INCIDENTEN KREDIETINSTELLINGEN EN VERZEKERAARS NEDERLANDSE STAATSCOURANT VAN 23 DECEMBER 2003 NR 248

4204 REGELING INCIDENTEN KREDIETINSTELLINGEN EN VERZEKERAARS NEDERLANDSE STAATSCOURANT VAN 23 DECEMBER 2003 NR 248 4204 REGELING INCIDENTEN KREDIETINSTELLINGEN EN VERZEKERAARS NEDERLANDSE STAATSCOURANT VAN 23 DECEMBER 2003 NR 248 Regeling van De Nederlandsche Bank N.V. en de Pensioen- & Verzekeringskamer ingevolge

Nadere informatie

MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP. 5 MEI 2000. - Besluit van de Vlaamse regering betreffende de transactiesom inzake ruimtelijke ordening

MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP. 5 MEI 2000. - Besluit van de Vlaamse regering betreffende de transactiesom inzake ruimtelijke ordening MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP 5 MEI 2000. - Besluit van de Vlaamse regering betreffende de transactiesom inzake ruimtelijke ordening Advies van de Raad van State De raad van State, afdeling wetgeving,

Nadere informatie

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2015/1973 VAN DE COMMISSIE

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2015/1973 VAN DE COMMISSIE 10.11.2015 L 293/15 GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2015/1973 VAN DE COMMISSIE van 8 juli 2015 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 514/2014 van het Europees Parlement en de Raad met specifieke bepalingen

Nadere informatie

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0423/4. Amendement. Marek Jurek, Jussi Halla-aho, Branislav Škripek namens de ECR-Fractie

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0423/4. Amendement. Marek Jurek, Jussi Halla-aho, Branislav Škripek namens de ECR-Fractie 7.12.2018 A8-0423/4 4 Overweging A A. overwegende dat er, ondanks talrijke aankondigingen van en verzoeken om veilige en legale trajecten die toegang bieden tot Europees grondgebied voor personen die een

Nadere informatie

Leidraad voor het nakijken van de toets BESTUURSPROCESRECHT 19 juni 2009

Leidraad voor het nakijken van de toets BESTUURSPROCESRECHT 19 juni 2009 Leidraad voor het nakijken van de toets BESTUURSPROCESRECHT 19 juni 2009 OPGAVE 1 (34 punten) Vraag 1.1 (5 punten) Er staan geen bestuursrechtelijke rechtsmiddelen open. Het voorbereidingsbesluit van artikel

Nadere informatie

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van..; gelet op titel VA van de Wet op de kansspelen en artikel 149 van de Gemeentewet;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van..; gelet op titel VA van de Wet op de kansspelen en artikel 149 van de Gemeentewet; VERORDENING SPEELAUTOMATENHALLEN 2017 De raad van de gemeente Roosendaal, gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van..; gelet op titel VA van de Wet op de kansspelen en artikel 149 van de Gemeentewet;

Nadere informatie

2013 no. 42 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

2013 no. 42 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA 2013 no. 42 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA LANDSVERORDENING van 18 juli 2013 houdende regels over de aanleg, het beheer en het onderhoud van spoorwegen en de daarbij behorende infrastructuur, alsmede over

Nadere informatie

Maatregelenverordening IOAW en IOAZ 2013 gemeente Velsen

Maatregelenverordening IOAW en IOAZ 2013 gemeente Velsen Maatregelenverordening IOAW en IOAZ 2013 gemeente Velsen Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begrippen 1.In deze verordening wordt verstaan onder: a. IOAW: de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk

Nadere informatie

Zekerheidstelling. bij. opslag. domiciliëringsprocedure invoer

Zekerheidstelling. bij. opslag. domiciliëringsprocedure invoer Zekerheidstelling bij opslag en domiciliëringsprocedure invoer Door: Pedro op t Hoog, Belastingdienst/Douane Post Master Douane 2011/2012 Inhoudsopgave: 1. INLEIDING... 2 2. ZEKERHEID... 3 2.1 ALGEMEEN...

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van: 11 november 2014;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van: 11 november 2014; Verordening individuele inkomenstoeslag Westerveld 2015 De raad van de gemeente Westerveld; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van: 11 november 2014; gelet op artikel 147, eerste lid,

Nadere informatie

Als aan één van de voertuigverplichtingen niet wordt voldaan, is dat strafbaar (zie Achtergrond, onder 1. en 2.).

Als aan één van de voertuigverplichtingen niet wordt voldaan, is dat strafbaar (zie Achtergrond, onder 1. en 2.). Rapport 2 h2>klacht Verzoeker klaagt erover dat de Dienst Wegverkeer (verder ook: RDW) hem na een periode van meer dan zeven jaar heeft aangesproken op het feit dat hij niet over een geldige APK voor zijn

Nadere informatie

CASUS HERKOMST EN OORSPRONG Vragen en antwoorden omtrent de Leveranciersverklaring

CASUS HERKOMST EN OORSPRONG Vragen en antwoorden omtrent de Leveranciersverklaring CASUS HERKOMST EN OORSPRONG Vragen en antwoorden omtrent de Leveranciersverklaring Vraag 1 Waartoe dienen leveranciersverklaringen? Vraag 2 Hoe vul ik een leveranciersverklaring in? Vraag 3 Is een distributeur

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 13 januari 2011;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 13 januari 2011; De raad van de gemeente Schiermonnikoog; overwegende, dat het noodzakelijk is het verstrekken van toeslagen en het verlagen van uitkeringen van bijstandsgerechtigden jonger dan 65 jaar bij verordening

Nadere informatie

15445/1/06 REV 1 wat/hor/mg 1 DG H 2B

15445/1/06 REV 1 wat/hor/mg 1 DG H 2B RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 24 november 2006 (01.12) (OR. en) 15445/1/06 REV 1 COPEN 119 NOTA van: het voorzitterschap aan: de Raad nr. vorig doc.: 15115/06 COPEN 114 nr. Comv.: COM(2005) 91 def.

Nadere informatie

Officiële naam regeling Verordening Individuele Inkomenstoeslag Participatiewet Breda 2015

Officiële naam regeling Verordening Individuele Inkomenstoeslag Participatiewet Breda 2015 Wetstechnische informatie Overheidsorganisatie Gemeente Breda Officiële naam regeling Verordening Individuele Inkomenstoeslag Participatiewet Breda 2015 Citeertitel Verordening Individuele Inkomenstoeslag

Nadere informatie

Geautoriseerde marktdeelnemer

Geautoriseerde marktdeelnemer PERSOONLIJKE UITNODIGING Supply Chain Risk Management Douane en Uw Verzekeringen AEO vanuit een Risicobeheersingsperspectief De procedure rond namaakgoederen waarmee dient u rekening te houden BELGIBO

Nadere informatie

Richtlijn voor strafvordering Arbeidsomstandighedenwet 1998

Richtlijn voor strafvordering Arbeidsomstandighedenwet 1998 JU Richtlijn voor strafvordering Arbeidsomstandighedenwet 1998 Categorie: Strafvordering Rechtskarakter: Aanwijzing i.d.z.v. artikel 130 lid 4 Wet RO Afzender: College van procureurs-generaal Adressaat:

Nadere informatie

Nadere uitleg is opgenomen in de implementatiehandleiding, onderdeel van de bij deze modelverordening behorende ledenbrief.

Nadere uitleg is opgenomen in de implementatiehandleiding, onderdeel van de bij deze modelverordening behorende ledenbrief. Modelverordening individuele inkomenstoeslag Leeswijzer modelbepalingen - [...] of [iets] = door gemeente in te vullen, zie bijvoorbeeld artikel 4, eerste lid. - [iets] = facultatief, zie de considerans.

Nadere informatie

Enkele achtergronden bij de beslissing om geen onderzoek in te stellen tegen Jorge Zorreguieta. Voorgeschiedenis. Aangifte 2001

Enkele achtergronden bij de beslissing om geen onderzoek in te stellen tegen Jorge Zorreguieta. Voorgeschiedenis. Aangifte 2001 Enkele achtergronden bij de beslissing om geen onderzoek in te stellen tegen Jorge Zorreguieta Voorgeschiedenis Aangifte 2001 Eerder werd aangifte gedaan tegen Jorge Zorreguieta in 2001 ter zake van foltering

Nadere informatie

First sale, royalty s en andere ontwikkelingen in het douanerecht. Erik Scheer en Gooike van Slooten

First sale, royalty s en andere ontwikkelingen in het douanerecht. Erik Scheer en Gooike van Slooten First sale, royalty s en andere ontwikkelingen in het douanerecht Erik Scheer en Gooike van Slooten First sale, royalty s en andere ontwikkelingen in het douanerecht Agenda: First sale, royalty s en verbondenheid

Nadere informatie

op voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d. 13 november 2014, no.za. 14-30185/DV.14-415, afdeling Samenleving;

op voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d. 13 november 2014, no.za. 14-30185/DV.14-415, afdeling Samenleving; No. 19. De raad van de gemeente Vlagtwedde; op voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d. 13 november 2014, no.za. 14-30185/DV.14-415, afdeling Samenleving; gelet op artikel 8, eerste lid, aanhef en

Nadere informatie

Het DWU, overpeinzingen en verbazingen

Het DWU, overpeinzingen en verbazingen Het DWU, overpeinzingen en verbazingen Prof. Walter de Wit Hoogleraar Internationaal en Europees Douanerecht, Erasmus Universiteit Rotterdam Partner Global Trade bij EY walter.de.wit@nl.ey.com Inhoud presentatie

Nadere informatie

Rapport. Datum: 11 april 2000 Rapportnummer: 2000/148

Rapport. Datum: 11 april 2000 Rapportnummer: 2000/148 Rapport Datum: 11 april 2000 Rapportnummer: 2000/148 2 Klacht Op 1 februari 1999 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer Y. te Zwolle, ingediend door de Stichting Rechtsbijstand Asiel

Nadere informatie

HOOFDSTUK 1. Algemene bepalingen

HOOFDSTUK 1. Algemene bepalingen Verordening individuele inkomenstoeslag 2015 Kenmerk: 184268 De raad van de gemeente Oldebroek; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 14 oktober 2014; gelet op artikel 8, eerste lid,

Nadere informatie

Richtsnoeren voor de behandeling. van klachten door. verzekeringsondernemingen

Richtsnoeren voor de behandeling. van klachten door. verzekeringsondernemingen EIOPA-BoS-12/069 NL Richtsnoeren voor de behandeling van klachten door verzekeringsondernemingen 1/8 1. Richtsnoeren Inleiding 1. Artikel 16 van de Eiopa-verordening 1 (European Insurance and Occupational

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 32 420 Wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 ter implementatie van de richtlijn nr. 2008/115/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december

Nadere informatie

wet aangenomen, maar ratificatie nog niet bekendgemaakt

wet aangenomen, maar ratificatie nog niet bekendgemaakt Brussel, 23 Mei 2001 Bijna zes jaar nadat de overeenkomst aangaande de bescherming van de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen (de BFB-overeenkomst) werd opgesteld, werkt het ontbreken van

Nadere informatie

==================================================================== 1. Algemene bepalingen. Artikel 1

==================================================================== 1. Algemene bepalingen. Artikel 1 Intitulé : LANDSVERORDENING van 18 juli 2013 houdende regels over de aanleg, het beheer en het onderhoud van spoorwegen en de daarbij behorende infrastructuur, alsmede over het vervoer met spoorvoertuigen

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD. betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD. betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 28.02.2006 COM(2006) 89 definitief Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren (door de Commissie ingediend)

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2013:BZ4692

ECLI:NL:GHARL:2013:BZ4692 ECLI:NL:GHARL:2013:BZ4692 Instantie Datum uitspraak 19-03-2013 Datum publicatie 19-03-2013 Zaaknummer 21-000368-12 Formele relaties Rechtsgebieden Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Eerste aanleg: ECLI:NL:RBGRO:2009:BH3578,

Nadere informatie

ECLI:NL:OGEAA:2016:411

ECLI:NL:OGEAA:2016:411 ECLI:NL:OGEAA:2016:411 Instantie Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba Datum uitspraak 05-02-2016 Datum publicatie 22-06-2016 Zaaknummer 426 van 2015, P-2015/06927 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

Wijziging van de Wet op de kansspelen in verband met de modernisering van het speelcasinoregime

Wijziging van de Wet op de kansspelen in verband met de modernisering van het speelcasinoregime Wijziging van de Wet op de kansspelen in verband met de modernisering van het speelcasinoregime Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz.

Nadere informatie

gelet op artikel 63, eerste alinea punt 3 van het EG-Verdrag,

gelet op artikel 63, eerste alinea punt 3 van het EG-Verdrag, P5_TA(2002)0591 Verblijfstitel met een korte geldigheidsduur * Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement over het voorstel voor een richtlijn van de Raad betreffende de verblijfstitel met een korte

Nadere informatie

Hebben goedgevonden en verstaan: ARTIKEL I

Hebben goedgevonden en verstaan: ARTIKEL I Besluit van, houdende wijziging van het Besluit justitiële en strafvorderlijke gegevens in verband met de implementatie van de richtlijn 2011/93/EU van het Europees Parlement en de Raad ter bestrijding

Nadere informatie

PRIVACYREGLEMENT. Algemene Bepalingen. Doelstelling van de persoonsregistratie

PRIVACYREGLEMENT. Algemene Bepalingen. Doelstelling van de persoonsregistratie PRIVACYREGLEMENT Algemene Bepalingen Artikel 1 Doelstelling van de persoonsregistratie Dit reglement beoogt het juiste gebruik van alle persoonsgegevens waarvan For People Company, hierna genoemd FPC,

Nadere informatie

EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL LANDBOUW EN PLATTELANDSONTWIKKELING. INTERPRETATIENOTA Nr. 2015-01

EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL LANDBOUW EN PLATTELANDSONTWIKKELING. INTERPRETATIENOTA Nr. 2015-01 EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL LANDBOUW EN PLATTELANDSONTWIKKELING Directoraat I. Landbouwwetgeving en procedures I.1. Landbouwwetgeving; vereenvoudiging Datum van verspreiding 8.7.2015 INTERPRETATIENOTA

Nadere informatie

Datum 25 januari 2013 Betreft MAU 2013-2015. Geacht college,

Datum 25 januari 2013 Betreft MAU 2013-2015. Geacht college, > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag Aan Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 T 070 333 44 44 F 070 333 40 33 www.rijksoverheid.nl Contact Betreft MAU 2013-2015 Geacht college,

Nadere informatie

Bijlage 9 behorende bij het Convenant tussen het Ministerie van Economische Zaken en het Ministerie van Financien van 23 februari 2015.

Bijlage 9 behorende bij het Convenant tussen het Ministerie van Economische Zaken en het Ministerie van Financien van 23 februari 2015. Bijlage 9 behorende bij het Convenant tussen het Ministerie van Economische Zaken en het Ministerie van Financien van 23 februari 2015. Inzake de handhavingstaken door de Douane voor niet-veterinaire diervoeders,

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz. 34 *** Voorstel van wet van de leden Ploumen, Özütok, Jasper van Dijk en Van Brenk tot wijziging van de Wet gelijke behandeling mannen en vrouwen in verband met de invoer van een certificaat als bewijs

Nadere informatie

Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive gemeente Heerenveen 2015

Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive gemeente Heerenveen 2015 Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive gemeente Heerenveen 2015 De raad van de gemeente Heerenveen; Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van [datum en nummer]; Gelet op

Nadere informatie

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 8.7.2015 C(2015) 4538 final GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE van 8.7.2015 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 223/2014 van het Europees Parlement en de

Nadere informatie

Veelgestelde vragen. Besluit inzake de wederzijdse erkenning van het AEO-programma (Authorised Economic Operators) tussen China en de EU

Veelgestelde vragen. Besluit inzake de wederzijdse erkenning van het AEO-programma (Authorised Economic Operators) tussen China en de EU Veelgestelde vragen Besluit inzake de wederzijdse erkenning van het AEO-programma (Authorised Economic Operators) tussen China en de EU Inhoud I. Achtergrond... 2 II. Algemene vragen... 3 III. Voordelen...

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 4 november 2015;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 4 november 2015; De raad van de gemeente Purmerend; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 4 november 2015; gelet op artikel 8, eerste lid, aanhef en onderdeel b, en tweede lid, van de Participatiewet;

Nadere informatie

VERORDENING PARTICIPATIE SCHOOLGAANDE KINDEREN WET WERK EN BIJSTAND GEMEENTE BORSELE 2012

VERORDENING PARTICIPATIE SCHOOLGAANDE KINDEREN WET WERK EN BIJSTAND GEMEENTE BORSELE 2012 VERORDENING PARTICIPATIE SCHOOLGAANDE KINDEREN WET WERK EN BIJSTAND GEMEENTE BORSELE 2012 De raad van de gemeente Borsele; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van Borsele d.d. 21 mei 2012;

Nadere informatie