LEIDRAAD CARDIOLOGIE. mediselect bv. Leidraad Cardiologie. Dr. Hans A. Bosker cardioloog Ziekenhuis Rijnstate Arhnem

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "LEIDRAAD CARDIOLOGIE. mediselect bv. Leidraad Cardiologie. Dr. Hans A. Bosker cardioloog Ziekenhuis Rijnstate Arhnem"

Transcriptie

1 Leidraad Cardiologie Dr. Hans A. Bosker cardioloog Ziekenhuis Rijnstate Arhnem Dr. Paul R.M. van Dijkman cardioloog Ziekenhuis Bronovo Den Haag Deze uitgave is mogelijk gemaakt door: Bristol-Myers Squibb BV en Sanofi-Synthélabo b.v. Vormgeving: Niels Timmerman Grafische Vormgeving, Leusden Druk: Den Haag Offset, Rijswijk 2002 Realisatie Mediselect bv Postbus AB Leusden Tel.: Fax: Internet: mediselect bv Dr. Hans A. Bosker Dr. Paul R.M. van Dijkman 2002 Mediselect bv. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag openbaar worden gemaakt door middel van druk, microfilm of op welke wijze ook, zonder schriftelijke toestemming van de uitgever. ISBN:

2 Voorwoorden 6 I Protocollen therapeutisch handelen I.1 Acuut coronair syndroom 9 I.2 Aneurysma aortae 10 I.3 Angina pectoris (instabiel) 12 I.4 Angina pectoris (stabiel) 13 I.5 Aortadissectie 16 I.6 Aortaklepinsufficiëntie 18 I.7 Aortaklepstenose 19 I.8 Aritmogene rechterventrikeldysplasie 21 I.9 Astma cardiale 22 I.10 Bradyaritmieën 24 I.11 Cardiomyopathie 26 I.12 Decompensatio cordis 29 I.13 Endocarditis 32 I.14 Extrasystolie 36 I.15 Hypercholesterolemie 37 I.16 Hyperhomocysteïnemie 38 I.17 Hypertensie 39 I.18 Longembolie 43 I.19 Mitralisklepinsufficiëntie 45 I.20 Mitralisklepstenose 46 I.21 Myocardinfarct 48 I.22 Myocarditis 54 I.23 Papillairspierdysfunctie of -ruptuur 55 I.24 Pericarditis 56 I.25 Preëxcitatiesyndroom Wolff-Parkinson-White (WPW) 59 I.26 Pulmonale hypertensie 61 I.27 Reanimatie 63 I.28 Shock 70 I.29 Tachyaritmieën 71 I.30 Tamponade 78 I.31 Ventrikelseptumruptuur 79 II Protocollen diagnostiek II.1 Coronaire angiografie (CAG) 81 II.2 Elektrofysiologisch onderzoek (EFO) 87 II.3 Hartcatheterisatie 92 II.4 Hemodynamische monitoring (Swan-Ganz) 96 II.5 Inspanningsonderzoek 99 II.6 Intra-arteriële bloeddrukmeting (arteriële lijn) 101 II.7 Oesofagus-ECG 102 II.8 Transoesofageaal echocardiogram (TOE/TEE) 104 III Protocollen therapie III.1 Bypass-chirurgie (CABG) 107 III.2 Catheterablatie (RF) 109 III.3 Elektrocardioversie 112 III.4 Intra-aortale ballonpomp (IABP) 114 III.5 Non-invasieve beademing 117 III.6 Pacemakerimplantatie (tijdelijk, uitwendig) 119 III.7 Pacemakerimplantatie (definitief, inwendig) 122 III.8 Percutane transluminale coronaire angioplastiek (PTCA) 128 III.9 Pericardpunctie/pericardiocentese 134 IV Protocollen intraveneuze toediening medicatie IV Algemene voorschriften 136 IV.1 Antiaritmica 137 IV.1.1 Adenosine (Adenocor) 137 IV.1.2 Amiodaron (Cordarone) 139 IV.1.3 Disopyramide (Ritmoforine) 140 IV.1.4 Fenytoïne (Diphantoïne) 141 IV.1.5 Flecaïnide (Tambocor) 142 IV.1.6 Lidocaïne 144 IV.1.7 Procaïnamide (Pronestyl) 145 IV.1.8 Sotalol (Sotacor) 146 IV.1.9 Verapamil (Isoptin)

3 IV.2 Antitrombotica 148 IV.2.1 Glycoproteïne IIb/IIIa-receptorantagonisten 148 IV.2.1.a Abciximab (Reopro) 148 IV.2.1.b Eptifibatide (Integrilin) 150 IV.2.1.c Tirofiban (Aggrastat) 153 IV.2.2 Laagmoleculaire heparines 155 IV.2.2.a Dalteparine (Fragmin) 156 IV.2.2.b Enoxaparine (Clexane) 156 IV.2.2.c Nadroprarine (Fraxiparine) 157 IV.2.3 Ongefractioneerde heparine 158 IV.3 Bètablokkers IV.3.1 Labetalol (Trandate) 159 IV.3.2 Metoprolol (Selokeen) 159 IV.3.3 Sotalol (Sotacor) 160 IV.4 Calciumantagonisten 161 IV.4.1 Diltiazem (Tildiem) 161 IV.4.2 Verapamil (Isoptin) 161 IV.5 Diuretica 162 IV.5.1 Bumetanide (Burinex) 162 IV.5.2 Furosemide (Lasix) 163 IV.6 Inotropica 164 IV.6.1 Dobutamine (Dobutrex) 164 IV.6.2 Dopamine 165 IV.6.3 Enoximon (Perfan) 166 IV.6.4 Isoprenaline 167 IV.6.5 Noradrenaline (Norepinefrine) 172 IV.7.4 Streptokinase 178 IV.8 Vasodilatantia 178 IV.8.1 Nitroglycerine (Nitro Pohl) 178 IV.8.2 Nitroprussidenatrium (Nipride) 179 IV.9 Diversen 180 IV.9.1 Insuline (Actrapid) 180 IV.9.2 Kaliumchloride (KCL) 181 IV.9.3 Methylergometrinemaleaat (Methergin) 184 IV.9.4 Morfine 185 IV.9.5 Theofylline 186 V Antistollingstherapie 188 VI ECG-diagnostiek 190 VII Protocol endocarditisprofylaxe 195 VIII Perioperatief beleid bij cardiale patiënten met niet-cardiale chirurgie 199 IX Protocol klinische brief 203 X Handelingen te verrichten na overlijden patiënt 205 IV.7 Trombolytica 173 IV.7.1 Alteplase (Actilyse) 173 IV.7.2 Reteplase (Rapilysin) 176 IV.7.3 Tenecteplase (Metalyse)

4 Voorwoorden L.S. De boekjes van Bosker en Van Dijkman zijn in korte tijd een begrip geworden in cardiologisch Nederland. Zij worden gebruikt door cardiologen, assistenten al of niet in opleiding, maar ook door verpleegkundigen. Het is een goed streven deze twee initiatieven samen te voegen en u ziet hierbij het resultaat. Hoewel het vrijwel onmogelijk is om binnen ons aan veel veranderingen onderhevig vak werkelijk up-to-date te blijven, wordt alle informatie in dit boekje aangepast aan de meest recente inzichten. Vergeet echter nooit dat gezond verstand in de eerste plaats de leidraad dient te zijn voor ons klinisch handelen. Namens de Nederlandse Vereniging voor Cardiologie, dr. M.J. de Boer, voorzitter Het maken en implementeren van richtlijnen is wereldwijd actueel in de cardiologie. Doorgaans wordt na de publicatie van een richtlijn in de kliniek een protocol opgesteld voor lokaal gebruik. Het is de Commissie Kwaliteit van de NVVC tijdens het visiteren van de niet-opleidingsziekenhuizen opgevallen dat vele afdelingen cardiologie zelfstandig protocollen hadden gemaakt of daar druk mee doende waren. Daarnaast zijn er de laatste jaren verschillende handige protocollenboekjes verschenen. Mede op verzoek van de Commissie Kwaliteit hebben Hans Bosker en Paul van Dijkman hun krachten en eerdere activiteiten letterlijk en figuurlijk gebundeld in een nieuw protocollenboek. Doordat de auteurs de tekst ook publiceren op is het mogelijk voor Nederlandse cardiologen de inhoud te downloaden en daarna te bewerken en aan te passen aan hun lokale situatie. Veel overbodig en dubbel werk kan zo worden voorkomen. Hoewel de Commissie Kwaliteit kennis heeft genomen van de tekst en waar nodig opbouwend commentaar geleverd, zijn de auteurs verantwoordelijk voor de inhoud. De Commissie Kwaliteit verwacht dat met dit initiatief de kwaliteit van de cardiologische zorg verder zal worden verbeterd. Dr. A.J. Funke Küpper, voorzitter Commissie Kwaliteit van de NVVC De Leidraad Cardiologie is een onmisbaar handboek voor iedere cardioloog en assistent-cardioloog die optimale zorg aan de individuele cardiale patiënt wil bieden. Het protocollenboek is een noodzakelijke aanvulling op het reeds bestaande arsenaal van consensuswerkstukken, protocollen en guidelines. Hans Bosker en Paul van Dijkman hebben zich op voortreffelijke wijze beziggehouden met het opstellen van behandelingsprotocollen in de klinische cardiologie. Hans Bosker, die een zeer actief en gewaardeerd lid is van de redactieraad van het Netherlands Heart Journal, en Paul van Dijkman verdienen alle complimenten voor het initiatief en de uitwerking van dit protocollenboek. Mede namens de hoofdredactie van het Netherlands Heart Journal, prof. dr. E.E. van der Wall, hoofdredacteur 6 7

5 Voor u ligt het nieuwe protocollenboek Leidraad Cardiologie. Verschillende collega-cardiologen, assistent-geneeskundigen en verpleegkundigen hebben ons benaderd voor een nieuwe uitgave, en nu is het dan zover... Terwijl wij ieder afzonderlijk bezig waren met de voorbereidingen voor een herziene uitgave van ons eigen protocollenboekje kwam het idee op om onze krachten te bundelen en te komen tot een gezamenlijk boekwerk, dat dienst zou kunnen doen als leidraad bij de uitoefening van de cardiologische praktijk in Nederland. Dit vond bijval van de Commissie Kwaliteit van de Nederlandse Vereniging voor Cardiologie (NVVC) en vervolgens zijn wij enthousiast aan de slag gegaan met als resultaat het boekwerkje dat u nu in handen heeft getiteld Leidraad Cardiologie. Voor deze titel is gekozen omdat de inhoud niet als een bindend protocol aan een ieder kan worden opgelegd, maar wel als basis kan dienen voor het ontwikkelen van protocollen op lokaal niveau. Mede met het oog hierop zal binnen afzienbare tijd de tekst integraal beschikbaar komen op de website van de NVVC ( zodat het geheel of delen ervan gedownload kunnen worden op het net van uw ziekenhuis voor algemeen gebruik en/of op de handheld computer voor persoonlijk gebruik. Wij hopen op deze wijze velen van u het tijdrovend werk te besparen, dat het heden ten dage vereiste protocollen met zich meebrengt. De afmeting en vorm van het boekje maken het geschikt om het in de witte jas bij zich te dragen voor dagelijks gebruik. De stijl en het uiterlijk van het boekje is voor ons ontworpen. Het is ontegenzeggelijk veel kleurrijker dan voorheen, en het karakter ervan is haast kunstzinnig te noemen. Daarmee wordt ons inziens onderstreept date evidence based, protocollaire geneeskunde niet los gezien kan worden van geneeskunst. De inhoud is door ons met de grootst mogelijke zorg tot stand gekomen; wij kunnen echter niet aansprakelijk gesteld worden voor eventuele incidenten die uit gebruik van deze uitgave voortvloeien. Op- en aanmerkingen aangaande de inhoud zijn ons zeer welkom. Wij wensen een ieder veel plezier en een goed onderscheidingsvermogen toe bij het gebruik van deze Leidraad Cardiologie. Hans A. Bosker Paul R.M. van Dijkman 8 Hoofdstuk I: Protocollen therapeutisch handelen I.1 ACUUT CORONAIR SYNDROOM Definitie Klinische presentatie van een patiënt met pijn op de borst, waarbij sterke verdenking bestaat op angina pectoris (instabiel) of (dreigend) myocardinfarct. ST-elevatie protocol myocardinfarct hoofdstuk I.21 acuut coronair syndroom (anamnese; cave: andere acute pathologie!) afwijkend of gewijzigd ECG ST-depressie protocol instabiele angina pectoris hoofdstuk I.3 elektrocardiografie protocol instabiele angina pectoris (I.3) inclusief CAG of protocol myocardinfarct (I.21) 9 overige (bijv. LBTB) troponine en/of CK-MB massa verhoogd 12 uur na pijn abnormaal protocol stabiele angina pectoris (I.4) normaal QRS/STT laboratoriumonderzoek troponine en/of CK-MB massa niet verhoogd 12 uur na pijn stresstest normaal Tabel 1 ontslag + zonodig primaire preventie

6 I.2 ANEURYSMA AORTAE Definitie Lokale fusiforme of sacculaire verwijding van de aorta. Oorzaken congenitaal; atherosclerose; annulo-aortale ectasie: - hypertensie; - aortakleplijden; - M. Marfan; - idiopathisch; lues. Indeling 1. thoracaal: - ascendens; - aortaboog; - descendens; - combinatie; 2. thoraco-abdominaal; 3. abdominaal. Indeling volgens Crawford I. voornamelijk thoracaal; II. beide segmenten gelijkelijk aangedaan; III. voornamelijk abdominaal; IV. volledig infradiafragmaal. Symptomatologie Veelal asymptomatisch. Risico 1. rupturering; 2. dissectie; 3. trombo-embolie; 4. cholesterolembolieën. Diagnostiek echo(cardio)grafie (al dan niet met TEE); CT-scan; MRI; aortografie. Ruptuurkans aneurysma aortae abdominalis diameter <40 mm cumulatief 1% in 6 jaar; diameter mm cumulatief 2% in 6 jaar; diameter 50 mm cumulatief 20% in 6 jaar; Mortaliteit geruptureerd aneurysma aortae abdominalis: 80%! Therapie causaal behandelen; aortachirurgie in geval van: - symptomen, of - abdominale aortadiameter 55 mm, danwel thoracale aortadiameten 60 mm, of - toename aortadiameter >5 mm per jaar, of - annulo-aortale ectasie met diameter 50 mm in aanwezigheid van aortaklepinsufficiëntie; aortachirurgie bij M. Marfan in geval van: - aortadiameter 55 mm, of - aortadiameter 50 mm + positieve familieanamnese voor aortadissectie, of - toename aortadiameter >2 mm per jaar

7 I.3 ANGINA PECTORIS (INSTABIEL) Onderverdeling recent (opnieuw) ontstane angina pectoris; progressieve angina pectoris (in frequentie en/of duur en/of intensiteit); angina pectoris in rust; dreigend myocardinfarct. Pathofysiologie Bloeding in of ulceratie van atheromateuze plaque in coronaire vaatwand. Dit induceert plaatjesaggregatie, al dan niet gepaard gaand met coronair spasme, met als gevolg obstructie van coronaire bloeddoorstroming. Classificatie volgens Braunwald 1. klinische presentatie: I. nieuw of hernieuwd ontstane ernstige of progressieve AP bij inspanning, d.w.z. duur <2 maanden, afnemende inspanningstolerantie door AP, in frequentie en/of in ernst toenemende AP. II. AP in rust, subacuut d.w.z. een of meerdere aanvallen van AP in rust in de voorafgaande maand maar niet gedurende de laatste 48 uur. III. AP in rust, acuut d.w.z. een of meerdere aanvallen van AP in rust gedurende de laatste 48 uur. 2. klinische omstandigheden: A extracardiaal (bijv. anemie, tachycardie, enz.) B primair (alléén coronair vaatlijden) C post-ami 3. dynamische ECG-veranderingen: afwezig aanwezig 4. intensiteit anti-ischemische medicatie: geen medicatie orale medicatie intraveneuze medicatie 12 Diagnostiek anamnese (!); ECG ten tijde van AP: gewijzigde repolarisatie; bij twijfel omtrent diagnose: inspannings-ecg; coronaire angiografie indien positieve troponine-test en/of blijvende instabiliteit ondanks medicatie en/of aanwijzingen voor groot bedreigd gebied van myocard. Therapeutisch beleid bedrust; sedatie; nitroglycerine i.v. op geleide van pijn en tensie, 24 uur na stabilisering eventueel overnemen met langwerkend nitraat per os of transdermaal; bèta-blokker per os en evt. i.v.; indien β-blokker gecontraïndiceerd is als alternatief calciumantagonist; nooit monotherapie met nifedipine!; salicylaat; HMG-CoA-reductaseremmer (statine) bij cholesterol >5 mmol/l; laagmoleculaire heparine s.c. 2x daags gedurende 5-7 dagen; clopidogrel oplaaddosis 300 mg gevolgd door 1dd 75 mg gedurende 1-3 maanden; glycoproteïne IIb/IIIa-receptorantagonist intraveneus in de aanloop naar PTCA; intra-aortale ballonpomp bij onvoldoende effect van bovenstaande therapeutische maatregelen én in afwachting van PTCA of CABG; PTCA of CABG op basis van het coronair angiogram. Indicatie invasief beleid in relatie tot risicostratificatie Zie tabel 2 (pagina 14). I.4 ANGINA PECTORIS (STABIEL) Definitie Angina pectoris geprovoceerd door inspanning, overgang van warmte naar 13

8 koude, emoties of na een maaltijd; de klachten verdwijnen binnen enkele minuten na staken van de inspanning en/of na inname van nitroglycerine sublinguaal. Tabel 2 Oorzaken obstructieve coronaire sclerose; coronair spasme; aortaklepstenose; combinaties van bovengenoemde oorzaken. Presentatie Initiële therapie Beloop in het ziekenhuis Beleid Behandelingsstratificatie angina pectoris Laag risico: Braunwald IB Geen AP tevoren Geringe progressie Geen/weinig anti-ischemische medicatie Normaal of ongewijzigd ECG Geen verhoogde troponines Jongere leeftijd 14 Intermediair risico: Braunwald IIB Progressieve klachten AP in rust Geen STTveranderingen Geen verhoogde troponines Hoog risico: Braunwald IC, IIC, IIIc, IIIB AP in rust AP na AMI Uitgebreide anti-ischemische medicatie Dynamische ECGveranderingen Hemodynamische instabiliteit Verhoogde troponines Oudere leeftijd trombocytenaggregatieremmer (inclusief clopidogrel in geval van hoog risico) laagmoleculaire heparine (s.c.) β-blokker nitraat calciumantagonist recidief myocardischemie? risicostratificatietest (stresstest) negatief testresultaat medicamenteuze therapie positief testresultaat coronaire angiografie en myocardrevascularisatie Uitlokkende factoren koude; maaltijd; lichamelijke inspanning; psychische belasting; hypertensie; hypercirculatie (anemie, koorts, hyperthyreoïdie, AV-shunt). Classificatie (New York Heart Association; NYHA) Klasse I : geen of sporadisch klachten; Klasse II : alleen klachten bij zware lichamelijke inspanning; Klasse III : klachten bij geringe lichamelijke inspanning; Klasse IV : klachten in rust en/of s nachts. Diagnostiek anamnese (!); inspannings-ecg: repolarisatiestoornissen; radionuclide-perfusiescintigrafie (SPECT) met lichamelijke inspanning en/of met farmacologische stress (dipyridamol, adenosine of dobutamine): reversibel perfusiedefect, reversibele wandbewegingsstoornis; stressechocardiografie of stress-mri m.b.v. dobutamine i.v.: reversibele wandbewegingsstoornis; coronaire angiografie: coronaire anatomie. Therapeutisch beleid nitroglycerine sublinguaal ter coupering aanval; salicylaat (alternatief: clopidogrel); β-blokker; calciumantagonist; 15

9 langwerkend nitraat per os of transdermaal; combinatie van 2 of 3 bovengenoemde anti-anginosa; correctie uitlokkende factor; PTCA of CABG indien geïndiceerd; in geval van aortaklepstenose aortaklepvervanging; maatregelen in het kader van secundaire preventie (o.a. cholesterol syntheseremmer). I.5 AORTADISSECTIE Pathogenese Atherosclerose aorta met intimascheur gevolgd door dissectie van de aortawand in de lengterichting van het vat, met als gevolg intimaflap in het lumen, los van de adventitia. Door deze intimaflap ontstaat de scheiding van het aortalumen in een vals en een waar lumen. Classificatie Volgens Stanford: type A: aorta ascendens betrokken bij dissectie; type B: aorta ascendens niet betrokken bij dissectie. Volgens DeBakey: type I: dissectie aorta ascendens en aortaboog; type II: dissectie aorta ascendens; type III: dissectie aorta descendens. Anamnese plotseling ontstane, heftige en scheurende pijn in de borst en/of in de rug; klachten voortkomend uit orgaanperfusiestoornis (hemibeeld bij afsluiting a. carotis, acute buik bij afsluiting a. mesenterica, enz.); klachten voortkomend uit extravasatie bloed (hypovolemische shock bij bloedverlies intrathoracaal of abdominaal, tamponade bij bloedverlies in pericard); klachten voortkomend uit aortaklepinsufficiëntie (acuut hartfalen). Lichamelijk onderzoek heftig pijnlijk met sterke onrust; (soms) hypertensie. 16 Bij complicaties shock; bloeddrukverschil links/rechts of arm/been; afwezige perifere arteriële pulsaties; hemibeeld; acute buik; aortaklepinsufficiëntie; tamponade; collaps. Aanvullend onderzoek ECG: LVH, acuut myocardinfarct; X-thorax: verbreed mediastinum, pleuravocht; laboratorium: Hb-daling, diffuse intravasale stolling, nierfunctiestoornis; echocardiografie: dubbelcontour, pericardeffusie, aortaklepinsufficiëntie; transoesofageale echocardiografie: intimaflap, intramuraal hematoom; bijna 100% sensitiviteit; CT-scan: dubbelcontour, intimaflap, pericardvocht, pleuravocht, uitbreiding en relatie tot grote arteriën goed te visualiseren; aortografie: intimaflap, dubbelcontour; MRA: intimaflap, extravasaat, flow-onderzoek, pericardvocht, pleuravocht, uitbreiding en relatie tot grote arteriën goed te visualiseren. Therapeutisch beleid bloeddruk verlagen tot systolisch 120 mmhg met intraveneuze medicatie: - labetalol i.v. (bij voorkeur) - nitroprussidenatrium; pijnstilling met morfinomimetica; sedatie; 3 weken bedrust bij aneurysma dissecans type B (of type III); operatie indien: - aneurysma dissecans type A (type I/II), of - aneurysma dissecans type B (type III) met perfusiestoornis vitaal orgaan (bijv. darm, nier); 17

10 als alternatief voor operatie bij aneurysma dissecans type B (type III) een catheterinterventie (endovasculaire prothese). Controles bloeddruk (intra-arterieel of Dynamap); laboratoriumonderzoek (Hb, Ur, Creat, stolling); urineproductie speciaal bij type B-dissectie (blaascatheter). I.6 AORTAKLEPINSUFFICIËNTIE Oorzaken aangeboren (meestal in combinatie met stenose); acuut reuma; endocarditis; aortaklepsclerose (klepdegeneratie); M. Bechterew; syndroom van Marfan; aneurysma (dissecans) aorta ascendens; syfilis (luetische aortitis); membraneus ventrikelseptumdefect; trauma. Pathofysiologie Volumeoverbelasting linkerventrikel. Onderverdeling Acute versus chronische aortaklepinsufficiëntie. Lichamelijk onderzoek diastolisch lekgeruis derde ic-ruimte links; Austin-Flint-geruis apex; hoge polsdruk; dubbelgeruis Duroziez. 18 Aanvullend onderzoek ECG: LVH; X-thorax: LV-vergroting, longvaat-overvulling; echocardiogram: LV-dilatatie, aortaklepafwijking, pathologie aorta ascendens (TEE bij verdenking op aortapathologie); Doppleronderzoek: pressure-halftime; kleuren-doppler: semikwantitatief; hartcatheterisatie: verhoogde LVEDP, hoge polsdruk; supravalvulaire aortografie: regurgitatie van contrast naar LV (graad I = regurgitatie net te zien, graad II = regurgitatie + aankleuring van deel LV, graad III = aankleuring gehele LV die qua intensiteit gelijk is aan aorta, graad IV = aankleuring LV sterker dan aorta); spiraal CT-scan en/of MRA. Therapeutisch beleid causaal behandelen (endocarditis, syfilis, enz.); vermindering nabelasting met ACE-remmer of calciumantagonist nifedipine; diureticum bij hartfalen met vochtretentie; endocarditisprofylaxe in voorkomende gevallen (hoofdstuk VII); aortaklepvervanging indien 1) klachten ondanks medicatie persisteren en/of 2) LV-eindsystolische diameter 55 mm bij echocardiografie en/of 3) LVEF <55%. I.7 AORTAKLEPSTENOSE Onderverdeling valvulaire aortastenose; subvalvulaire aortastenose; supravalvulaire aortastenose. Oorzaken congenitaal (unicuspide of bicuspide aortaklep); klepdegeneratie (aortasclerose); acuut reuma (meestal in combinatie met AI). 19

11 Pathofysiologie Drukoverbelasting linkerventrikel. Symptomatologie asymptomatisch; angina pectoris; collaps (tijdens inspanning); decompensatio cordis; ritmestoornis (ventriculair); AV-geleidingsstoornis. Prognose indien angina pectoris dan levensverwachting <5 jaar; indien collaps dan levensverwachting <3 jaar; indien decompensatio cordis dan levensverwachting <2 jaar. Lichamelijk onderzoek vertraagde upstroke a. carotis; frémissement precordiaal, carotiden; systolisch uitdrijvingsgeruis 2R; ejectietoon; vierde harttoon; lage polsdruk. Aanvullend onderzoek ECG: LVH, intraventriculaire en/of AV-geleidingsstoornis; X-thorax: LV-vergroting, klepkalk bij doorlichting; echocardiogram: aangetaste aortaklep met afgenomen klepseparatie, LV-hypertrofie, uiteindelijk LV-dilatatie; Doppler: drukgradiënt over aortaklep, compliantieverlies van LV, verminderd klepoppervlak; hartcatheterisatie: drukgradiënt over aortaklep, vernauwd aorta-ostium. Ernst mild: klepoppervlak >1,5 cm 2 (>0,9 cm 2 /m 2 ) 20 matig: klepoppervlak 1,1-1,5 cm 2 (0,6-0,9 cm 2 /m 2 ) ernstig: klepoppervlak 1,0 cm 2 (<0,6 cm 2 /m 2 ). Therapeutisch beleid endocarditisprofylaxe in voorkomende gevallen (hoofdstuk VII); piekbelasting vermijden; vaatverwijdende geneesmiddelen zijn relatief gecontraïndiceerd; aortaklepvervanging bij symptomen en/of klepoppervlak 1,0 cm 2 en/of drukgradiënt over aortaklep >60 mmhg bij hartcatheterisatie. I.8 ARITMOGENE RECHTERVENTRIKELDYSPLASIE Omschrijving Bijzondere vorm van cardiomyopathie met vervanging van normaal rechterventrikelmyocard door vet en fibrotisch weefsel. Symptomatologie Non-sustained of sustained ventriculaire tachycardieën veelal met LBTBmorfologie; soms ventrikelfibrillatie. Diagnostiek ECG: (in)compleet RBTB met negatieve T in V 1 -V 3, laag gevolteerde fragmentaties t.h.v. ST-junctie in V 1 en/of V 2 ( epsilon -golven), intraventriculaire geleidingsstoornis; echocardiogram: lokale of diffuse verwijding van de RV-wand met ter plaatse contractiestoornis; MRI: vettige degeneratie RV-wand, weefseldetectie. Therapie antiaritmicum op geleide van elektrofysiologisch onderzoek; RF-catheterablatie; ICD met mogelijkheid van antitachycardie pacing. 21

12 I.9 ASTMA CARDIALE Synoniem Acuut longoedeem (alveolair). Pathofysiologie Acute drukverhoging in linkeratrium en/of vv. pulmonales als gevolg van obstructie van doorstroming of acuut LV-hartfalen of combinatie van beide. Het acute hartfalen kan zijn veroorzaakt door drukoverbelasting van de LV, door volumeoverbelasting van de LV, door verminderde contractiliteit van de LV, of door een combinatie hiervan. Oorzaken kleplijden aorta- en/of mitralisklep; hartspieraandoening (myopathie, myocardinfarct); arteriële hypertensie; intracardiale tumor (myxoma cordis); veno-occlusive disease; myocardischemie (obstructief coronair vaatlijden). Uitlokkende factoren tachyaritmie (bijv. AFib bij MS); bradyaritmie; hypercirculatie (koorts, anemie, enz.); geneesmiddelen (β-blokker, prednison); therapieontrouw; dieetfouten (overmatig natrium); lichamelijke of emotionele stress; longembolie; acute nierinsufficiëntie. Symptomatologie vrij plotseling ontstane heftige dyspnoe; tachypnoe; orthopnoe; 22 hoestprikkel zonder sputumproductie; indien sputum dan roze, schuimend aspect; sterk transpireren; doodsangst. Lichamelijk onderzoek tachypnoe; perifere vasoconstrictie (bleekheid); perifere cyanose; tachycardie; souffles over het hart; galopritme (S3); crepitaties of vochtige rhonchi. Aanvullend onderzoek bloedgasanalyseanalyse: respiratoire acidose; X-thorax: longvaatstuwing met alveolair oedeem, groot hart; ECG: sinustachycardie, tachyaritmie, bradyaritmie, oud of vers myocardinfarct, myocardischemie, LVH; Swan-Ganz-catheter: verhoogde wiggedruk AP, verhoogde AP-druk, lage CO, verlaagde veneuze saturatie; echocardiogram + Doppler: LV-dysfunctie, klepgebrek. Differentiële diagnostiek Astma bronchiale! (COPD in voorgeschiedenis, sputumproductie, koorts, recente luchtweginfectie, langzamere progressie.) Therapeutisch beleid Symptomatische therapie: bedrust, halfzittend, afhangende benen; zuurstoftoediening nasaal 5-10 l/min; evt. met kapje of Venturi-masker (CAVE: astma bronchiale); morfine i.v mg; evt. te herhalen na minuten; lisdiureticum: furosemide mg i.v. of bumetanide 2-4 mg i.v.; evt. te herhalen na 30 minuten; 23

13 vermindering nabelasting met nitroprussidenatrium i.v. bij hypertensie; vermindering voorbelasting met nitroglycerine i.v. op geleide van tensie (zeker bij myocardischemie/-infarct); digitalisatie bij atriumfibrilleren (eerste dag 0,5+0,25+0,25 mg; tweede dag 0,25+0,25 mg; vanaf derde dag onderhoudstherapie afhankelijk van nierfunctie en spiermassa); dobutamine 5-10 µg/kg/min evt. aangevuld met dopamine; non-invasieve beademing met PEEP bij onvoldoende effect op bovengenoemde maatregelen (BiPAP Vision; zie hoofdstuk III.5); invasieve beademing met PEEP wanneer onvoldoende effect van noninvasieve beademing, waarvoor dan overplaatsing naar afdeling IC/beademing; eventueel aderlating. Oorzakelijke therapie Afhankelijk van oorzaak en uitlokkende factor. Controles urineproductie (blaascatheter); bloeddruk (Dynamap, intra-arterieel); laboratoriumonderzoek (arteriële bloedgasanalyse, nierfunctie, elektrolyten, hartenzymen); evt. Swan-Ganz (drukken, saturaties, CO). I.10 BRADYARTIMIEËN Definitie Ventrikelfrequentie <50/min. Pathogenese sinusknoopdysfunctie (sick sinus syndrome): - extreme sinusbradycardie (<40/min); - sinusarrest; - sino-auriculair blok; 24 - bradytachycardiesyndroom. AV-knoopdysfunctie: - tweedegraads AV-blok; - derdegraads AV-blok. combinatie van beide. Oorzaken degeneratie sinusknoop/av-knoop; medicatie (β-blokker (ook in oogdruppels!), digitalis, antiaritmicum); coronaire insufficiëntie (bijv. acuut OW-infarct); kleplijden (aortaklepstenose); postcardiochirurgie; myocarditis; sarcoïdose; borreliose (ziekte van Lyme); congenitaal. Symptomatologie trage pols; vermoeidheid; duizeligheid, bijna-wegraking; wegraking (Adams-Stokes-aanval); concentratiestoornis, geheugenstoornis; decompensatio cordis. Diagnostiek ECG; telemetrie; 24-uurs ECG; eventueel elektrofysiologie. Therapeutisch beleid 1. medicamenteus: atropine 0,25-0,50 mg i.v., te herhalen na minuten; isoprenaline 0,01-0,03 µg/kg/min i.v. op geleide van de ventrikelfrequentie; 25

14 adrenaline 1 mg i.v., te herhalen na 5 minuten bij onvoldoende effect. 2. pacemakerimplantatie: tijdelijk (transveneus, transcutaan); permanent. I.11 CARDIOMYOPATHIE Definitie Hartspieraandoening, niet ten gevolge van coronaire insufficiëntie, hypertensie, vitium cordis of congenitale afwijking. Onderverdeling (gebaseerd op echocardiografie) 1. dilaterende cardiomyopathie; 2. restrictieve of infiltratieve cardiomyopathie; 3. hypertrofische cardiomyopathie met of zonder obstructie. Ad 1. dilaterende cardiomyopathie Oorzaken myocarditis; metabole stoornis (vitamine B 1 -deficiëntie, enz.); intoxicaties (alcohol, thyreotoxicose, enz.); infiltratieve ziekten; geneesmiddelen (adriamycine); bestraling; postcardioplegie; postpartum; tachycardie (tachycardiomyopathie); spierziekten (erfelijk); onbekend. Diagnose Gedilateerde LV met gegeneraliseerd slecht contractiepatroon bij echocardiografie, wanddiktes normaal of afgenomen. Gevolgen pompfunctiestoornis; arteriële trombo-embolie; ventriculaire (en/of supraventriculaire) tachyaritmieën. Therapeutisch beleid 1. symptomatisch met pompfunctie-ondersteunende geneesmiddelen (ACE-remmer of angiotensine II-antagonist, langwerkend nitraat, diureticum, dopamineagonist, β-blokker; digitalis bij begeleidend atriumfibrilleren); 2. profylactisch met orale anticoagulantia ter preventie van arteriële trombo-embolie; 3. behandeling van secundaire ventriculaire tachyaritmie (medicamenteus en/of inwendige cardioverter-defibrillator = ICD); 4. oorzakelijk; 5. resynchronisatietherapie met biventriculaire pacemaker bij begeleidend LBTB; 6. harttransplantatie indien NYHA-klasse III/IV onder medicamenteuze therapie. Ad 2. restrictieve cardiomyopathie Oorzaken amyloïdose; sclerodermie; sarcoïdose; hemosiderose; metastasen; bestraling; Löffler (endomyocardiale fibrose); Friedreichse ataxie; onbekend. Klinisch beeld Voornamelijk rechtszijdige decompensatio cordis

15 Diagnose Normale LV-diameter en normale tot licht gehypertrofieerde LV-wanden met diastolische functiestoornis (afname elasticiteit), dilatatie LA en RA. Differentiaaldiagnose: pericarditis constrictiva. Therapeutisch beleid 1. symptomatisch (pompfunctieondersteunende medicatie); 2. profylactisch (antistolling); 3. oorzakelijk; 4. harttransplantatie. Ad 3. hypertrofische cardiomyopathie Oorzaken erfelijk (autosomaal dominant); onbekend. Diagnose Normale tot kleine afmeting van de LV en asymmetrische hypertrofie van het interventriculaire septum al dan niet gepaard gaand met obstructie van de uitstroombaan van de LV en abnormale systolische voorwaartse beweging van de mitralisklep ( SAM ); dilatatie van het LA (NB: symmetrische hypertrofie kan ook voorkomen evenals asymmetrische apicale hypertrofie). Echocardiografische classificatie volgens Maron type I: hypertrofie anterobasale septum met normale wanddiktes elders (10%). type II: hypertrofie interventriculaire septum met normale wanddiktes laterale wanden (20%). type III: hypertrofie interventriculaire septum alsook van de anterior en anterolaterale wand (65%). type IV: normale anterobasale septumdikte maar aanwezigheid van hypertrofie elders zoals posterieure septum en posterolateraal (5%). 28 Therapeutisch beleid 1. calciumantagonist, bij voorkeur verapamil; als alternatief β-blokker al dan niet in combinatie met calciumantagonist; 2. symptomatisch (pompfunctie-ondersteunende medicatie), CAVE: bij obstructieve vorm van hypertrofische cardiomyopathie geen vaatverwijder of dopamineagonist; 3. profylactisch (antistolling); 4. antiaritmicum in geval van supraventriculaire of ventriculaire tachyaritmie (evt. ICD!); 5. DDD-pacemakerimplantatie met instelling van zeer kort AV-delay; 6. cardiochirurgie: resectie volgens Morrow (= septale myectomie en myotomie) bij voorkeur met mitralisklepplastiek of -vervanging; 7. selectieve alcoholinjectie in eerste septale tak van de ramus descendens anterior resulterend in een gecontroleerd septaal infarct. 8. harttransplantatie. Aanvullend onderzoek Holter-onderzoek (VT!); familieonderzoek. I.12 DECOMPENSATIO CORDIS Onderverdeling linkszijdige versus rechtszijdige decompensatio cordis; backward versus forward hartfalen; acuut versus chronisch. Oorzaken decompensatio cordis links Stuwing in het veneuze deel van de kleine circulatie (capillaire longvaatbed) als gevolg van: volumeoverbelasting LV (bijv. mitralisklepinsufficiëntie, L R-shunt); drukoverbelasting LV (bijv. AS, hypertensie); contractiliteitsstoornis LV-myocard (bijv. cardiomyopathie, myocardinfarct); 29

16 instroombelemmering LV (bijv. MS, LA-myxoom); combinaties van bovengenoemde oorzaken. Oorzaken decompensatio cordis rechts Stuwing in het veneuze deel van de grote circulatie als gevolg van: volumeoverbelasting RV (bijv. TI, L R-shunt); drukoverbelasting RV (bijv. PS, pulmonale hypertensie); contractiliteitsstoornis RV-myocard (bijv. RV-myocardinfarct); instroombelemmering RV (bijv. TS, pericarditis constrictiva); combinaties van bovengenoemde oorzaken. Uitlokkende factoren tachyaritmie; bradyaritmie; hypercirculatie (koorts, anemie); geneesmiddelen (β-blokker); therapieontrouw; dieetfouten; lichamelijke of emotionele stress; longembolie; acute nierinsufficiëntie; hypertensie; coronaire insufficiëntie. Symptomatologie decompensatio cordis links dyspnoe d effort; orthopnoe; nyctodyspnoe; dyspnoe de repos; hoestprikkel zonder sputumproductie; vermoeidheid. Symptomatologie decompensatio cordis rechts bovenbuikklachten; oedeemvorming (pretibiaal, presacraal); 30 nycturie; gewichtstoename; toename buikomvang (ascites); vermoeidheid. Lichamelijk onderzoek bij decompensatio cordis links tachypnoe; tachycardie; galopritme (S3); crepitaties of vochtige rhonchi; pleuravocht. Lichamelijk onderzoek bij decompensatio cordis rechts verhoogde centraal-veneuze druk; pitting oedeem pretibiaal/presacraal; hepatomegalie; ascites; pleuravocht. Aanvullende onderzoeken elektrocardiogram; X-thorax; echocardiogram + Doppler; hartcatheterisatie (bijv. Swan-Ganz-catheter); angiocardiografie; radionuclide-angiografie (LVEF, RVEF, shunt-berekening). Therapeutisch beleid Symptomatisch: leefregels (bedrust, dieet); diureticum (bestrijding vochtretentie); ACE-remmer (vermindering nabelasting), als alternatief bij onverdraagzaamheid ACE-remmer: angiotensine II-antagonist; aldosteronantagonist (spironolacton); bèta-blokker; 31

17 veneuze vaatverwijder (vermindering voorbelasting); orale dopamineagonist (verbetering contractiliteit), alleen bij NYHAklasse II in combinatie met diureticum en niet tegelijk met amiodaron; orale antistolling op indicatie (profylaxe trombo-embolie). Oorzakelijk Afhankelijk van oorzaak en uitlokkende factor. Controles gewicht; vochtbalans; bloeddruk; laboratorium (Ur, Creat, Na, K); eventueel hemodynamische monitoring. NB: indien decompensatio cordis rechts op de voorgrond staat, dan langdurig behandelen met intraveneus lisdiureticum in hoge dosering (al dan niet in combinatie met lage dosering positief inotropicum i.v.) en pas vervangen door orale toedieningsvorm wanneer alle lichaamsoedeem is verdwenen en/of het streefgewicht is bereikt. I.13 ENDOCARDITIS Pathogenese Ontsteking van het endocard en/of van een hartklep veroorzaakt door een micro-organisme. Risicogroepen aangeboren of verworven klepdeformatie met insufficiëntie en/of stenosering; congenitaal vitium cordis; klepprothese (mechanische, homograft, bioprothese); intraveneuze drugsgebruiker (rechtszijdige endocarditis). 32 Klinisch beeld acute endocarditis: hoge koorts, sepsis en klepinsufficiëntie; subacute endocarditis: subfebriele temperatuur, algehele malaise, vermagering, nachtelijk zweten en klepinsufficiëntie. Diagnostiek lichamelijk onderzoek: veranderde auscultatie, splinterbloedingen; laboratoriumonderzoek: bloedbeeld, ery-cilinders urine; bloedkweek (3 bloedkweken binnen 24 uur zonder gebruik van antibiotica; de daaropvolgende 24 uur eventueel opnieuw 3 bloedkweken): bacteriegroei; echocardiogram: (klep)vegetaties; Doppler-cardiografie: klepinsufficiëntie; TEE: vegetaties, abces; fundoscopie: septische embolieën. Duke-criteria 1. Pathologische criteria micro-organisme gekweekt uit of histologisch aangetoond in: - vegetatie in situ; - geëmboliseerde vegetatie; - intracardiaal abces. pathologisch-anatomisch kenmerk: - vegetatie of intracardiaal abces met actieve endocarditis. 2. Klinische criteria Primair - positieve bloedkweek (bij herhaling!) - bewijs van cardiale betrokkenheid: - kenmerkend echocardiografisch beeld (klepvegetatie en/of abces en/of partiële dehiscentie kunstklep) - nieuw ontstane klepinsufficiëntie Secundair - predisponerende factoren (hartklepgebrek tevoren); - koorts >38 C; 33

18 - vasculaire fenomenen: septische embolieën, septische longinfarcten, mycotisch aneurysma, Janeway-laesies; - immunologische fenomenen: glomerulonefritis, Osler-noduli, Rothspots, positieve reumafactor; - niet kenmerkend, maar wel voor endocarditis verdacht echocardiografisch beeld. Endocarditis bewezen in geval van: 1 pathologisch criterium; 2 primaire klinische criteria; 1 primair klinisch criterium en 3 secundaire, of 5 secundaire criteria. Complicaties septische embolieën; hartfalen; abcedering (aortawortel, mitralisklepring); fisteling (L R-shunt AO RA); neerslagen immuuncomplexen (glomerulonefritis); geleidings- of ritmestoornis. Therapeutisch beleid 1. antibiotica: - bactericide middel; - intraveneuze toediening; - hoge dosering; - gedurende 4-6 weken; - op geleide van resistentiebepaling bloedkweek. 2. cardiochirurgie: - bij voorkeur na antibiotische therapie; - tijdens antibiotische therapie indien: - recidiverende embolie; - hartfalen (medicatie refractair); - persisterende infectie; - ernstige begeleidende klepinsufficiëntie. 34 Specifieke therapeutische richtlijnen (verdenking) endocarditis + kweekuitslag nog niet bekend + geen klepprothese: - flucloxacilline 6 dd 2 g i.v. plus netilmicine 2 dd 4 mg/kg i.v. op geleide van creatinineklaring en serumconcentratie; (verdenking) endocarditis + kweekuitslag nog niet bekend + klepprothese: - vancomycine 2 dd 1 g i.v. plus netilmicine 2 dd 4 mg/kg i.v. opgeleide van creatinineklaring en serumconcentratie; Streptococcus viridans als verwekker: - MIC <0,1 mg/l: benzylpenicilline 12 miljoen IE/24 uur i.v. gedurende 2 weken, gecombineerd met 2 dd 2 mg/kg netilmicine i.v.; - MIC 0,1 mg/l: benzylpenicilline 12 miljoen IE/24 uur i.v. gedurende 4 weken. - in geval van klepprothese: benzylpenicilline 12 miljoen IE/24 uur i.v. gedurende 6 weken; Enterokokken als verwekker: - 6 dd 2 g amoxicilline i.v. gedurende 6 weken, waarvan de eerste 2 weken gecombineerd met 2 dd 4 mg/kg netilmicine i.v.; Staphylococcus aureus als verwekker: - 6 dd 2 g flucloxacilline i.v. gedurende 6 weken, waarvan de eerste 5 dagen gecombineerd met 2 dd 4 mg/kg netilmicine i.v. Bij penicillineallergie moet benzylpenicilline of amoxicilline worden vervangen door vancomycine 2 dd 1 g i.v., of door teicoplanine 1 dd mg i.v. Controles temperatuur; auscultatie (dagelijks!); laboratorium (BSE, CRP, bloedbeeld, nierfunctie); echocardiogram + Doppler: 1 week na aanvang behandeling en aan het einde ervan; tussendoor op indicatie; TEE: bij aanvang behandeling en aan het einde ervan; in geval van complicaties; preoperatief. 35

19 I.14 EXTRASYSTOLIE Definitie Premature atriale of ventriculaire depolarisatie. Pathofysiologie gestoorde impulsvorming (verhoogde automatie); gestoorde impulsgeleiding (re-entry, echo-beat). Oorzaken en uitlokkende factoren myocardischemie; decompensatio cordis; mitralisklepprolaps; oud myocardinfarct; myocarditis; cardiomyopathie; metabole afwijkingen; elektrolytenstoornis; hyperthyreoïdie; geneesmiddelen; intoxicaties (alcohol, koffie, roken); stress; onbekend. Onderverdeling Supraventriculaire en ventriculaire extrasystolen (respectievelijk SVES en VES). Diagnostiek ECG; 24-uurs ECG; inspannings-ecg; echocardiogram. Therapeutisch beleid behandeling onderliggend lijden; 36 eliminatie uitlokkende factor; in principe geen medicamenteuze therapie; alleen antiaritmicum indien: - ondanks adequate behandeling onderliggende oorzaak en/of adequate correctie van uitlokkende factor; - invaliderend klachtenpatroon en/of bedreigend karakter van de ritmestoornis. Specifieke therapeutische richtlijnen (in volgorde van voorkeur) SVES: - bètablokker; - sotalol 2 dd mg; - flecaïnide 2 dd mg; - disopyramide 2 dd 250 mg. VES: - bètablokker - sotalol 2 dd 80 mg; - disopyramide 2 dd 250 mg; - propafenon 3 dd 150 mg; - flecaïnide 2 dd mg (CAVE: structurele hartafwijking, oud myocardinfarct, intraventriculaire geleidingsstoornis). NB: bij therapie met sotalol controle van het QT-interval; bij therapie met klasse I-c antiaritmicum (flecaïnide/propafenon) controle QRS-duur en beoordeling proaritmisch effect met inspanningsonderzoek. I.15 HYPERCHOLESTEROLEMIE Bloedbepalingen totaal cholesterol; HDL-cholesterol; LDL-cholesterol; triglyceriden. 37

20 Berekening LDL-cholesterol vlgs. Friedewald (alleen indien triglyceriden <5 mmol/l): LDL = totaal cholesterol - (HDL + 0,45 x TG). Streefwaarden behandeling ( regel) totaal cholesterol <5 mmol/l LDL-cholesterol <3 mmol/l triglyceriden <2 mmol/l HDL-cholesterol >1 mmol/l Therapie niet-medicamenteus: - dieet; - gewichtsreductie; - matiging alcoholgebruik; HMG-CoA-reductaseremmer (statine) indien: - secundaire preventie + totaal cholesterol >5 mmol/l + levensverwachting meer dan 5 jaar; - primaire preventie + cholesterol >5 mmol/l + twee additionele risicofactoren; fibraat in geval van (bijkomende) hypertriglyceridemie. I.16 HYPERHOMOCYSTEÏNEMIE Definitie Homocysteïne in serum 15 µmol/l (nuchter bepaald!). Bij een herhalingsonderzoek dient ook de bloedspiegel van vitamine B 12, foliumzuur en creatinine te worden bepaald. Indicatie homocysteïne bepaling patiënten bekend met: - coronaire hartziekte zoals AP, AMI of na PTCA danwel CABG; - herseninfarct of transient ischemic attack (TIA); - perifeer arterieel vaatlijden (bijv. claudicatio intermittens); - diepe veneuze trombose of een trombo-embolie indien trombofilie- 38 screening is geïndiceerd; - nierinsufficiëntie; personen met een hoog risico op hart- en vaatziekten (kans 20% op ontwikkeling van een hart- of vaatziekte in de komende 10 jaar). Indicatie genetisch onderzoek/genetic counseling: nuchter homocysteïne in serum 50 µmol/l. Therapie start met 0,5 mg foliumzuur per dag; evalueer het effect na 2 mnd. met een eenmalige bepaling van de plasmaspiegel van nuchtere homocysteïne; indien nuchtere plasma-homocysteïne >12 µmol/l dan dosis verhogen naar 1x daags 1 mg foliumzuur. Zo nodig verder verhogen naar 1x daags 5 mg foliumzuur op geleide van nuchtere plasma-homocysteïnebepaling (streefwaarde 12 µmol/l); monitor bij chronische behandeling regelmatig (bijv. jaarlijks) de bloedspiegel van vitamine B 12 en suppleer zo nodig een tekort. I.17 HYPERTENSIE Definitie Leeftijd <45 jaar: - systolische bloeddruk > 140 mmhg - diastolische bloeddruk > 90 mmhg Leeftijd >45 jaar: - systolische bloeddruk > 160 mmhg - diastolische bloeddruk > 95 mmhg. Systolisch Diastolisch Normotensie <140 <90 Hypertensie stadium 1 (mild) Hypertensie stadium 2 (matig) Hypertensie stadium 3 (ernstig) Hypertensie stadium 4 (zeer ernstig) >210 >120 39

21 Interpretatie 24-uurs bloeddrukmeting hypertensie: - gemiddelde bloeddruk over 24 uur >135/85 mmhg; - gemiddelde bloeddruk overdag >140/90 mmhg; nachtelijke hypertensie: nachtelijke daling <10-15% van de dagwaarden ( non-dipper ). Oorzaken 1. primair of idiopathisch; 2. secundair bij: - renovasculair lijden (stenose a. renalis); - nierlijden (diabetische nefropathie); - endocrinologische afwijking (feochromocytoom, hyperaldosteronisme); - coarctatio aortae; - zwangerschap; - orale anticonceptie; - neurologisch lijden (hersentumor); - volumeoverbelasting (nierinsufficiëntie); - dieetfouten (overmatig zout of drop). Diagnostiek herhaalde meting bloeddruk bij patiënt in rustsituatie; bloeddrukmeting linker- en rechterarm; lichamelijk onderzoek (pulsaties onderste extremiteiten; zo mogelijk bloeddruk benen); laboratoriumonderzoek (nierfunctie, elektrolyten, glucose, urine op eiwit en sediment); ECG (LVH); echocardiogram (ASH, LVH); consult oogarts voor fundoscopie bij lang bestaande ernstige hypertensie of gecompliceerde hypertensie: - graad 1 = vernauwd lumen; - graad 2 = crossing-over, vaatwandverdikking; - graad 3 = fundusbloedingen; 40 - graad 4 = papiloedeem. echo nieren, MRA nierarteriën, renogram (o.a. na toediening van captopril), op indicatie i.v. of i.a. DSA nierarteriën, ; consult internist bij 1) jonge patiënt (<40 jaar) met ernstige hypertensie en/of 2) verdenking op secundaire hypertensie. Therapeutisch beleid oorzakelijk; symptomatisch: - dieet (natriumbeperkt); - antihypertensivum. Soorten antihypertensiva diuretica (vnl. thiazidediuretica); bètablokkers; calciumantagonisten; ACE-remmers; angiotensine II-antagonisten; alfablokkers; directe vaatverwijders; centraal werkende middelen (bijv. methyldopa); overige antihypertensiva (bijv. ketanserine, urapidil). Therapievoorkeur algemeen De meeste langetermijnstudies zijn uitgevoerd met thiazidediuretica en β-blokkers, waarbij een significant gunstig effect van deze middelen op de morbiditeit en de mortaliteit is aangetoond. Om deze reden en vanwege het feit dat deze middelen betrekkelijk goedkoop zijn, gelden zij als middelen van eerste keus voor de initiële medicamenteuze behandeling van hypertensie. Ook van calciumantagonisten en ACE-remmers zijn gunstige effecten op cardiovasculaire morbiditeit aangetoond, en ze vormen dus een goed alternatief bij patiënten die onvoldoende reageren op diuretica en/of β-blokkers of die onacceptabele bijwerkingen ondervinden. Om de therapietrouw te bevorderen wordt de voorkeur gegeven 41

22 aan een eenmaal daagse dosering. Stoppen met roken heeft meer resultaat dan medicamenteuze behandeling van een matige bloeddrukverhoging. Bij onvoldoende resultaat van monotherapie heeft het combineren van twee middelen in het algemeen de voorkeur boven het overgaan op een ander middel. Specifiek - hypertensie + systolisch hartfalen: diureticum, ACE-remmer; - hypertensie + diastolisch hartfalen: β-blokker, calciumantagonist; - hypertensie + diabetes mellitus: ACE-remmer; - hypertensie + coronairlijden: β-blokker, calciumantagonist; - hypertensie + aritmie: β-blokker. Hypertensieve crisis Definitie Hypertensie met persisterende diastolische bloeddruk >140 mmhg én gepaard gaand met één of meer van de volgende karakteristieken: funduscopische afwijkingen (retinabloedingen, -exsudaten, papiloedeem); neurologische afwijkingen (hoofdpijn, verwardheid, somnolentie, stupor, visusverlies, epileptiforme aanvallen, coma); decompensatio cordis; nierbeschadiging; hemolyse. Therapie ziekenhuisopname; nitroprussidenatrium 0,5-10 µg/kg/min i.v.; labetalol mg i.v. als bolus meestal gevolgd door intraveneuze onderhoudstherapie met 0,5-2 mg/min (NB: labetalol speciaal geïndiceerd bij hypertensie en aneurysma dissecans); nitroglycerine i.v. 2-6 mg/uur (speciaal bij hypertensie en coronairlijden). Controles bloeddruk (evt. intra-arterieel); 42 nierfunctie, elektrolyten; funduscopie; neurologisch vervolgonderzoek. I.18 LONGEMBOLIE Definitie Geëmboliseerde trombus in de a. pulmonalis waardoor longinfarct ontstaat met als gevolg een verminderde longfunctie (ventilatie/perfusie-mismatch) en in geval van een grote trombus een verhoogde pulmonale vaatweerstand met pulmonale drukverhoging. Risicofactoren oudere leeftijd; immobilisatie (postoperatief); zwangerschap (postpartum); nicotine-abusus; orale anticonceptie; maligniteit. Symptomatologie pijn in/op de borst vastzittend aan de ademhaling (DD: pericarditis); (plotselinge) dyspnoe of tachypnoe; tachycardie (sinustachycardie, atriale tachyaritmie); haemoptoë; collaps; shock. Lichamelijk onderzoek cyanose; tachypnoe; tachycardie; koorts (subfebriel); pleurawrijven; 43

23 i.h.a. eenzijdige afwijkingen; tekenen van diepe, veneuze trombose. Aanvullend onderzoek arteriële bloedgasanalyse: hypoxemie, lage po 2, lage pco 2 ; ECG: rechtsbelasting, sinustachycardie, atriale tachyaritmie pseudoinfarct patronen; X-thorax: eenzijdige diafragmahoogstand, verbreding hilusvaten, afgeknotte vaten, wigvormig infiltraat, atelectase, pleura-effusie; longperfusiescan: gebieden met verminderde tot afwezige perfusie; ventilatie- en perfusiescan: ventilatie/perfusie-mismatch; echocardiogram: acute drukoverbelasting RV, paradoxale beweeglijkheid IVS; evt. TEE; angiografie a. pulmonalis; echo-doppler (duplex) bekken- en beenvenen. Therapeutisch beleid bij afwezigheid van gestoorde hemodynamiek (normale bloeddruk, geen RV-drukoverbelasting) en/of ernstig gestoorde oxygenatie: - bedrust (tot adequate antistolling); - zuurstoftoediening op geleide van bloedgasanalyse; - heparinisatie (tot adequate antistolling); - orale antistolling gedurende 6 maanden. bij aanwezigheid van gestoorde hemodynamiek (lage tensie, lage CO, RV-drukoverbelasting) en/of sterk gestoorde oxygenatie: - bedrust; - zuurstoftoediening (evt. beademing); - trombolyse; - heparinisatie aan te vangen tijdens of direct na trombolyse; - orale antistolling gedurende 6 maanden; - bij contra-indicatie trombolyse evt. embolectomie. Controles bloeddruk; urineproductie; 44 hemodynamische monitoring; arteriële bloedgasanalyse (arterielijn); stollingsstatus. I.19 MITRALISKLEPINSUFFICIËNTIE Onderverdeling valvulair; subvalvulair (chordae); papillairspier; mitralisklepring. Oorzaken endocarditis; mitralisklepprolaps; papillairspierdysfunctie of -ruptuur; chordaruptuur (myxomateuze degeneratie); acuut reuma (meestal in combinatie met MS); secundair aan klepringdilatatie bij LV-dilatatie. Pathofysiologie Volumeoverbelasting linkerventrikel. Lichamelijk onderzoek hoogfrequent systolisch geruis apex (holosystolisch, telesystolisch); derde harttoon; flow-geruis in diastole bij ernstige MI. Aanvullend onderzoek ECG: LVH, atriumfibrilleren; X-thorax: LV-vergroting, LA-vergroting, longvaatovervulling; echocardiogram: LV-dilatatie, LA-dilatatie, mitralisklepprolaps, mitralisklepdeformatie, deformatie subvalvulaire apparaat, vegetaties (om een goed beeld van de mitralisklep te verkrijgen is - zeker met het oog op 45

24 chirurgie - TEE een vereiste); Doppleronderzoek: systolische terugvloed in LA (semikwantitatief); hartcatheterisatie: verhoogde AP-wiggedruk met hoge V-top (alleen hoge V-top bij niet-compliant LA); LV-angiografie: regurgitatie van contrast naar LA (graad I = regurgitatie net te zien, graad II = regurgitatie + vluchtige aankleuring LA, graad III = aankleuring LA gelijk aan LV, graad IV = aankleuring LA sterker dan LV + reflux naar vv. pulmonales). Therapeutisch beleid causale therapie (bijv. antibiotica bij endocarditis); vermindering nabelasting met ACE-remmer; vermindering voorbelasting met langwerkend nitraat; diureticum bij hartfalen met vochtretentie; bij begeleidend atriumfibrilleren trachten sinusritme te herstellen (medicamenteus of met elektroconversie); endocarditisprofylaxe in voorkomende gevallen (zie hoofdstuk VII); cardiochirurgie (klepplastiek of klepvervanging) bij 1) invaliderende klachten ondanks medicamenteuze therapie, en/of 2) LV-eindsystolische afmeting >45 mm bij echocardiografie, en/of LVEF <60%. I.20 MITRALISKLEPSTENOSE Oorzaken acuut reuma; mitralisklepdegeneratie; linkeratriummyxoom (equivalent beeld van MS). Pathofysiologie Drukoverbelasting linkeratrium. openingstoon mitralisklep; diastolische roffel/roulement apex. Aanvullend onderzoek ECG: linkeratriumhypertrofie (P-mitrale), atriumfibrilleren; X-thorax: verstreken harttaille, LA-vergroting, stompe hoek carina, longvaatstuwing; echocardiogram: vergroot LA, normale of kleine LV, achterste klepblad mitralis gaat niet in oppositie als gevolg van verkleefde commissuren, afgenomen EF-slope en DE-amplitude, kalkafzetting in mitralisklep of subvalvulaire apparaat (TEE is noodzakelijk indien ballonklepdilatatie of commissurotomie wordt overwogen); Doppleronderzoek: drukgradiënt over mitralisklep, mitralisklepostium vernauwd, pulmonale drukverhoging; hartcatheterisatie: drukgradiënt over mitralisklep bij simultane drukregistratie LV en AP-wiggedruk, pulmonale drukverhoging. Therapeutisch beleid vermindering voorbelasting met langwerkend nitraat; diureticum bij longoedeem; hartfrequentie zo traag mogelijk houden (digitalis, β-blokker, verapamil) om vullingsduur in diastole te verlengen; endocarditisprofylaxe in voorkomende gevallen (zie hoofdstuk VII); antistollingstherapie indien begeleidend atriumfibrilleren en/of LA groter of gelijk aan 50 mm; invasieve therapie (ballonklepdilatatie of commissurotomie indien soepele klep, geen klepkalk en geen mitralisklepinsufficiëntie; mitralisklepvervanging in de overige gevallen) indien invaliderende klachten ondanks medicamenteuze therapie en/of mitralisklepostium <1,0 cm 2 en/of pulmonale hypertensie in rust >45 mmhg). Lichamelijk onderzoek mitralisblos; luide eerste harttoon; 46 47

LEIDRAAD CARDIOLOGIE

LEIDRAAD CARDIOLOGIE nnn Inhoud Voorwoord NVVC 10 Voorwoord auteurs 11 Algemene inleiding 13 1 Leidraad algemene diagnostiek/therapie bij cardiale ziekte beelden 15 1.1 Cardiomyopathieën 15 1.1.1 Aritmogene rechterventrikelcardiomyopathie

Nadere informatie

LEIDRAAD CARDIOLOGIE

LEIDRAAD CARDIOLOGIE LEIDRAAD CARDIOLOGIE Dr. Hans A. Bosker cardioloog Ziekenhuis Rijnstate Arnhem Dr. Paul R.M. van Dijkman cardioloog Ziekenhuis Bronovo Den Haag Bohn Stafleu van Loghum, 2010 Alle rechten voorbehouden.

Nadere informatie

LEIDRAAD CARDIOLOGIE

LEIDRAAD CARDIOLOGIE LEIDRAAD CARDIOLOGIE Dr. Hans A. Bosker cardioloog Ziekenhuis Rijnstate Arnhem Dr. Paul R.M. van Dijkman cardioloog Ziekenhuis Bronovo Den Haag Bohn Stafleu van Loghum, 2008 Alle rechten voorbehouden.

Nadere informatie

De behandeling van hartfalen bij de oudere patiënt. Loes Klieverik WES 11-03-2010

De behandeling van hartfalen bij de oudere patiënt. Loes Klieverik WES 11-03-2010 De behandeling van hartfalen bij de oudere patiënt Loes Klieverik WES 11-03-2010 Wat is oud?? Definitie Hartfalen Tekortschieten van de pompwerking van het hart en veranderingen in de neurohumorale activatie

Nadere informatie

Hartfalen. Duo-avonden 20-4-2015. Jaco Houtgraaf, cardioloog

Hartfalen. Duo-avonden 20-4-2015. Jaco Houtgraaf, cardioloog Hartfalen Duo-avonden 20-4-2015 Jaco Houtgraaf, cardioloog Opbouw presentatie Inleiding Wat is het? Hoe ziet het eruit? Hoe ontstaat het? Behandeling Waar op te letten? Symptomen / klachten / dieet / vocht

Nadere informatie

Klinische les Links Hartfalen. IC/CC specialisatie Marco van Meer

Klinische les Links Hartfalen. IC/CC specialisatie Marco van Meer Klinische les Links Hartfalen IC/CC specialisatie Marco van Meer Inhoud Definitie Gradaties Oorzaken (patho)fysiologie Gevolg Diagnostiek en monitoring Therapie Er komt een man bij de dokter: Definitie

Nadere informatie

Inhoud. Verpleegkunde Cardiologie. Symptomen. Diagnose. Verpleegkunde Cardiologie 1. Indeling New York Heart Association (NYHA)

Inhoud. Verpleegkunde Cardiologie. Symptomen. Diagnose. Verpleegkunde Cardiologie 1. Indeling New York Heart Association (NYHA) Inhoud Verpleegkunde Cardiologie Han van der Borgh Verpleegkundige aspecten bij: Angina Pectoris Acuut coronair syndroom Prinz Metal Decompensatie cordis Cardiogene shock P.C.I./STENT/ spoed CABG in perifeer

Nadere informatie

Cardiologie De nieuwste ontwikkelingen. Dr. S.A.J. van den Broek Thoraxcentrum/Afdeling Cardiologie UMCG

Cardiologie De nieuwste ontwikkelingen. Dr. S.A.J. van den Broek Thoraxcentrum/Afdeling Cardiologie UMCG Cardiologie De nieuwste ontwikkelingen Dr. S.A.J. van den Broek Thoraxcentrum/Afdeling Cardiologie UMCG Dhr. A, 48 jaar taxichauffeur s ochtends 06.20 uur acuut pijn op de borst met een zwaar gevoel in

Nadere informatie

Hartfalen: kunnen we het beter doen?

Hartfalen: kunnen we het beter doen? Hartfalen: kunnen we het beter doen? Dr. Irène Oudejans, klinisch geriater 17 Maart 2015 Inhoud Wat is hartfalen? Wanneer aan hartfalen denken? Hoe stel je de diagnose? Hartfalen Onderzoek GERiatrie Wat

Nadere informatie

Hypertensie. Huug van Duijn Spiegelavond 15 april 2013

Hypertensie. Huug van Duijn Spiegelavond 15 april 2013 Hypertensie Huug van Duijn Spiegelavond 15 april 2013 Waarom bloeddruk? Bloeddruk: niet te laag Bloeddruk: niet te hoog Het verband tussen bloeddruk en cardiovasculaire complicaties heeft als drempel

Nadere informatie

Hierbij gaat voor de delegaties document D043528/02 Annex.

Hierbij gaat voor de delegaties document D043528/02 Annex. Raad van de Europese Unie Brussel, 8 maart 2016 (OR. en) 6937/16 ADD 1 TRANS 72 BEGELEIDENDE NOTA van: de Europese Commissie ingekomen: 7 maart 2016 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: het secretariaat-generaal

Nadere informatie

ANEURYSMATA VAN DE AORTA THORACALIS. Vaatsymposium Emmen 6 november 2015 Lambert van den Merkhof

ANEURYSMATA VAN DE AORTA THORACALIS. Vaatsymposium Emmen 6 november 2015 Lambert van den Merkhof ANEURYSMATA VAN DE AORTA THORACALIS Vaatsymposium Emmen 6 november 2015 Lambert van den Merkhof DE AORTA Aorta ascendens * * Aortaboog (het gedeelte van art. brachiocephalica t/m art. subclavia links)

Nadere informatie

Lange termijn follow up van coarctatio aorta

Lange termijn follow up van coarctatio aorta Diagnostiek en chirurgie in de levensloop van een patiënt met een aangeboren hart-afwijking. Coarctatio Aortae Lange termijn follow up van coarctatio aorta Toon (A.L.) Duijnhouwer, cardioloog Take home

Nadere informatie

Syncope met betrekking tot cardiologie

Syncope met betrekking tot cardiologie Syncope met betrekking tot cardiologie 20 maart 2018 Frank Brouwers AIOS cardiologie Gepubliceerd op 19 maart 2018! Inhoud Definitie Epidemiologie Classificatie Risico-stratificatie Kliniek en aanvullend

Nadere informatie

ACUTE CORONAIRE SYNDROMEN

ACUTE CORONAIRE SYNDROMEN ACUTE CORONAIRE SYNDROMEN Definitie, pathofysiologie, symptomatologie en diagnostiek Dr. Marcel Daniëls Jeroen Bosch Ziekenhuis s-hertogenbosch ACUTE CORONAIRE SYNDROMEN pathofysiologie Definitie symptomatologie

Nadere informatie

BSL_LEIDRAAD_CARDIOLOGIE_ED4:100 x 150 1-1 03-09-2010 16:33 Pa LEIDRAAD CARDIOLOGIE

BSL_LEIDRAAD_CARDIOLOGIE_ED4:100 x 150 1-1 03-09-2010 16:33 Pa LEIDRAAD CARDIOLOGIE BSL_LEIDRAAD_CARDIOLOGIE_ED4:100 x 150 1-1 03-09-2010 16:33 Pa BSL_LEIDRAAD_CARDIOLOGIE_ED4:100 x 150 1-1 03-09-2010 16:33 Pa BSL_LEIDRAAD_CARDIOLOGIE_ED4:100 x 150 1-1 03-09-2010 16:33 Pa LEIDRAAD CARDIOLOGIE

Nadere informatie

ACUUT CORONAIR SYNDROOM. 12 februari 2015 Esther de Haan Verpleegkundig specialist cardiolgie St Antonius Ziekenhuis

ACUUT CORONAIR SYNDROOM. 12 februari 2015 Esther de Haan Verpleegkundig specialist cardiolgie St Antonius Ziekenhuis ACUUT CORONAIR SYNDROOM 12 februari 2015 Esther de Haan Verpleegkundig specialist cardiolgie St Antonius Ziekenhuis Doelen Behandeling van ACS - Medicamenteus - Invasief Complicaties Prognose 2 Behandeling:

Nadere informatie

Prof. dr. F. C. Visser Cardioloog Erasmus Medisch Centrum. Electrocardiografische & fysiologische veranderingen tijdens inspanning

Prof. dr. F. C. Visser Cardioloog Erasmus Medisch Centrum. Electrocardiografische & fysiologische veranderingen tijdens inspanning Prof. dr. F. C. Visser Cardioloog Erasmus Medisch Centrum Electrocardiografische & fysiologische veranderingen tijdens inspanning Indicaties voor inspannings ECG Evaluatie van patienten met pijn op de

Nadere informatie

Wanneer faalt het hart? Wanneer faalt het hart? . een rondje langs de toehoorders. Hartfalen in de Middeleeuwen. Hartfalen in de loop der eeuwen

Wanneer faalt het hart? Wanneer faalt het hart? . een rondje langs de toehoorders. Hartfalen in de Middeleeuwen. Hartfalen in de loop der eeuwen Wanneer faalt het hart? 14 april 2011 Aggie H.M.M. Balk, cardioloog Thoraxcentrum,, Erasmus MC Wanneer faalt het hart?. een rondje langs de toehoorders Hartfalen in de loop der eeuwen Hartfalen in de Middeleeuwen

Nadere informatie

Hypertensie. Presentatie door G.J. Knot-Veldhuis, verpleegkundig specialist

Hypertensie. Presentatie door G.J. Knot-Veldhuis, verpleegkundig specialist Hypertensie Presentatie door G.J. Knot-Veldhuis, verpleegkundig specialist Hypertensie Primaire of essentiële (95%) Secundaire (5%) G.J. Knot-Veldhuis, verpleegkundig specialist, jan. 2012 2 Bloeddruk

Nadere informatie

HARTFALEN casusschetsen

HARTFALEN casusschetsen HARTFALEN casusschetsen 1 Casusschetsen Hartfalen 4 maart 2003 Casusschets 1 Boer, 72 jaar Voorgeschiedenis: Bekend met COPD en recidiverende bronchitiden. Anamnese: Sinds 1 week last van hevige benauwdheid

Nadere informatie

Dyspnoe. Duo-dagen IJsselland ziekenhuis. Jaco Houtgraaf, Cardioloog. 16 en 17 april 2015

Dyspnoe. Duo-dagen IJsselland ziekenhuis. Jaco Houtgraaf, Cardioloog. 16 en 17 april 2015 Dyspnoe Duo-dagen IJsselland ziekenhuis 16 en 17 april 2015 Jaco Houtgraaf, Cardioloog Opbouw presentatie 1. Inleiding 2. Etiologie 3. Diagnostiek 4. Casuïstiek 5. Take-home messages 25-5-2015 Voettekst

Nadere informatie

LEIDRAAD CARDIOLOGIE 4.1 ANTIARITMICA

LEIDRAAD CARDIOLOGIE 4.1 ANTIARITMICA atropine i.v. 0,25-0,50 mg bij bradycardie < 40/min, asystolie of hooggradig AV-blok; zo nodig herhalen met tussenpozen van 5-15 minuten tot in totaal 1,5 mg; isoprenaline-infuus bij persisterende asystolie

Nadere informatie

Programma. Atriumfibrilleren (AF) Ketenzorg. Welkom en inleiding NHG standaard AF. Hoofdbehandelaar 1 e en 2 e lijn 2014

Programma. Atriumfibrilleren (AF) Ketenzorg. Welkom en inleiding NHG standaard AF. Hoofdbehandelaar 1 e en 2 e lijn 2014 Atriumfibrilleren (AF) Ketenzorg Programma Welkom en inleiding NHG standaard AF de standaard en ontwikkelingen Hoofdbehandelaar 1 e en 2 e lijn 2014 resultaten van pilot studie Diagnostiek en behandeling

Nadere informatie

ACUUT CORONAIR SYNDROOM

ACUUT CORONAIR SYNDROOM ACUUT CORONAIR SYNDROOM Doelen ACS pathofysiologie begrijpen Risicofactoren voor ACS kunnen herkennen Diagnostische stappen kunnen volgen 12 februari 2015 Esther de Haan, verpleegkundig specialist cardiologie

Nadere informatie

LEIDRAAD CARDIOLOGIE. cardiale ziektebeelden. nnn 1 Leidraad algemene diagnostiek/therapie bij 1.1 CARDIOMYOPATHIEËN

LEIDRAAD CARDIOLOGIE. cardiale ziektebeelden. nnn 1 Leidraad algemene diagnostiek/therapie bij 1.1 CARDIOMYOPATHIEËN nnn 1 Leidraad algemene diagnostiek/therapie bij cardiale ziektebeelden 1.1 CARDIOMYOPATHIEËN LEIDRAAD CARDIOLOGIE 1.1.1 Aritmogene rechterventrikelcardiomyopathie (ARVC) Omschrijving Bijzondere vorm van

Nadere informatie

Acute behandeling van atriumfibrilleren en atriumflutter. Ad Oomen Cardioloog Amphia Ziekenhuis

Acute behandeling van atriumfibrilleren en atriumflutter. Ad Oomen Cardioloog Amphia Ziekenhuis Acute behandeling van atriumfibrilleren en atriumflutter Ad Oomen Cardioloog Amphia Ziekenhuis 5-6-2019 Inhoud Introductie Instabiele patiënten Stabiele patiënten Rhythm control vs rate control ECV vs

Nadere informatie

De behandeling van cardiovasculaire ziekten tijdens de zwangerschap

De behandeling van cardiovasculaire ziekten tijdens de zwangerschap De behandeling van cardiovasculaire ziekten tijdens de zwangerschap NVVC-richtlijn in zakformaat Richtlijnen voor de Behandeling van cardiovasculaire ziekten tijdens de zwangerschap, gebaseerd op het ESC

Nadere informatie

Fries Wisselprotocol CVRM

Fries Wisselprotocol CVRM Fries Wisselprotocol CVRM Basis Educatie Leefstijloptimalisatie: o matig alcoholgebruik o bewuste voeding waaronder zoutbeperking (tot 5 gram/dag) o stoppen roken o voldoende lichamelijke activiteiten

Nadere informatie

TAVI (Un) limited. transcatheter aorta valve implantation. NVVC 1 April 2016. Anjo van Staaveren Verpleegkundig specialist TAVI team

TAVI (Un) limited. transcatheter aorta valve implantation. NVVC 1 April 2016. Anjo van Staaveren Verpleegkundig specialist TAVI team TAVI (Un) limited transcatheter aorta valve implantation NVVC 1 April 2016 Anjo van Staaveren Verpleegkundig specialist TAVI team Disclosure (potentiële) belangenverstrengeling geen Zijn er grenzen aan

Nadere informatie

Medicatie bij atherosclerose. Yvette Henstra Verpleegkundig Specialist Vasculaire Geneeskunde OLVG

Medicatie bij atherosclerose. Yvette Henstra Verpleegkundig Specialist Vasculaire Geneeskunde OLVG Medicatie bij atherosclerose Yvette Henstra Verpleegkundig Specialist Vasculaire Geneeskunde OLVG Wat heeft de patiënt? Cerebrovasculair lijden Perifeer arterieel vaatlijden Coronairlijden Inhoud Trombocytenaggregatieremmers

Nadere informatie

PROTOCOL RIJBEWIJSKEURING CBR

PROTOCOL RIJBEWIJSKEURING CBR PROTOCOL RIJBEWIJSKEURING CBR Maart 2018 Voor de geschiktheidbeoordeling zijn bij hart- en vaatziekten van belang: de actuele lichamelijke conditie (al of geen klachten optredend bij deelname aan het verkeer),

Nadere informatie

Aortadissecties. Wie A zegt. H.P. Lok, cardio-thoracale chirurgie OLVG

Aortadissecties. Wie A zegt. H.P. Lok, cardio-thoracale chirurgie OLVG Aortadissecties Wie A zegt Definitie Dissectie: middeleeuws latijn dissectio, van dissecare (verl. deelw. dissectum), van dis- [uiteen] + secare [snijden]. Dissectie: proces waarbij de lagen van de aorta

Nadere informatie

Transmurale afspraken interne <-> huisartsen

Transmurale afspraken interne <-> huisartsen Transmurale afspraken interne huisartsen dr. D.R. Faber, internist-vasculair geneeskundige A. van Essen-Rubingh, huisarts 18-03-2014 Casus Hypertensie Vrouw, 44 jaar, belaste familie anamnese, was

Nadere informatie

Myocard infarct Diagnostiek en transmurale afspraken OLVG regio. dr. Geert-Jan Geersing Huisarts Buitenhof Prof.dr. Freek Verheugt Cardioloog OLVG

Myocard infarct Diagnostiek en transmurale afspraken OLVG regio. dr. Geert-Jan Geersing Huisarts Buitenhof Prof.dr. Freek Verheugt Cardioloog OLVG Myocard infarct Diagnostiek en transmurale afspraken OLVG regio dr. Geert-Jan Geersing Huisarts Buitenhof Prof.dr. Freek Verheugt Cardioloog OLVG Presentatie vandaag Epidemiologie myocardinfarct Diagnostiek

Nadere informatie

ZORGPADEN HART- EN VAATZIEKTEN Regionale Transmurale Afspraken

ZORGPADEN HART- EN VAATZIEKTEN Regionale Transmurale Afspraken ZORGPADEN HART- EN VAATZIEKTEN Regionale Transmurale Afspraken regio DWO & NWN Samenvatting (01-2017) Dit document beschrijft de specifieke verwijs- en terugverwijsafspraken tussen huisartsen en betreffende

Nadere informatie

Symptomen bij hartfalen 24 november M. Aertsen Verpleegkundig specialist hartfalen Diakonessenhuis Utrecht/Zeist

Symptomen bij hartfalen 24 november M. Aertsen Verpleegkundig specialist hartfalen Diakonessenhuis Utrecht/Zeist Symptomen bij hartfalen 24 november 2017 M. Aertsen Verpleegkundig specialist hartfalen Diakonessenhuis Utrecht/Zeist Hartfalen Hartfalen is een complex van klachten en verschijnselen bij een structurele

Nadere informatie

Hartfalen. Lianne van der Leeuw & Joke van Driel

Hartfalen. Lianne van der Leeuw & Joke van Driel Hartfalen Lianne van der Leeuw & Joke van Driel Programma Hartfalen Wat is hartfalen, oorzaken, diagnostiek, symptomen en behandeling De patiënt centraal; de juiste zorg, op juiste plaats Wat is de rol

Nadere informatie

Goed leven met hartfalen?! 26 juni 2012 Mgm Kolff-Kamphuis

Goed leven met hartfalen?! 26 juni 2012 Mgm Kolff-Kamphuis Goed leven met hartfalen?! 26 juni 2012 Mgm Kolff-Kamphuis Komt iemand bij de dokter.. Heb ik hartfalen? Indeling + Definitie + Statistiek + Oorzaken + Onderzoek + Behandeling: medicatie leefregels CABG/klepoperatie

Nadere informatie

Document aorta aneurysmata Een expertrapport voor doelmatig gebruik

Document aorta aneurysmata Een expertrapport voor doelmatig gebruik Document aorta aneurysmata Een expertrapport voor doelmatig gebruik Bijlage A bij deel 1; detaillering thoraco(abdominale) aortapathologie (segment A en/of B). Eigenaar Bestuur NVvV Email; NVvV @nvvh.knmg.nl

Nadere informatie

Zorgpad Atriumfibrilleren (AF)

Zorgpad Atriumfibrilleren (AF) Zorgpad Atriumfibrilleren (AF) Highlights Ziekenhuizen 2017 Hans Ros, ziekenhuisapotheker Inhoud Wat is AF? Hoe ontstaat een CVA (beroerte)? Behandeling AF: 4 peilers Orale antistolling 1 2016 ESC Guidelines

Nadere informatie

Dyspnoe, een adembenemend symptoom. Drs. R. Hoekstra Longarts Klinische avond

Dyspnoe, een adembenemend symptoom. Drs. R. Hoekstra Longarts Klinische avond Dyspnoe, een adembenemend symptoom Drs. R. Hoekstra Longarts Klinische avond 12-06-2018 (potentiële) belangenverstrengeling geen voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven geen sponsoring

Nadere informatie

Troponine bij ACS in 1 e en 2 e lijn. Tom van Loenhout interventiecardioloog Ede - Arnhem

Troponine bij ACS in 1 e en 2 e lijn. Tom van Loenhout interventiecardioloog Ede - Arnhem Troponine bij ACS in 1 e en 2 e lijn Tom van Loenhout interventiecardioloog Ede - Arnhem Indeling Troponinebepaling op de EHH Troponine door ambulance en huisarts: verstandig, wanneer? Moet troponinebepaling

Nadere informatie

Thoracale pijn:het acute coronaire syndroom. Marielle Eefting-Koper Interventiecardioloog

Thoracale pijn:het acute coronaire syndroom. Marielle Eefting-Koper Interventiecardioloog Thoracale pijn:het acute coronaire syndroom Marielle Eefting-Koper Interventiecardioloog Indeling Cardiale oorzaken thoracale pijn Stabiele AP IAP/Acuut coronair syndroom (ACS) Pericarditis Small-vessel

Nadere informatie

Fries Wisselprotocol CVRM Auteurs: Wim Brunninkhuis, Martinus Fennema en Froukje Ubels, November 2014 Beheerder: Froukje Ubels

Fries Wisselprotocol CVRM Auteurs: Wim Brunninkhuis, Martinus Fennema en Froukje Ubels, November 2014 Beheerder: Froukje Ubels Fries Wisselprotocol CVRM Auteurs: Wim Brunninkhuis, Martinus Fennema en Froukje Ubels, November 2014 Beheerder: Froukje Ubels Basis Educatie Leefstijloptimalisatie: o matig alcoholgebruik o bewuste voeding

Nadere informatie

Connect Hartfalen Protocol 2: Diagnostiek en medicamenteuze behandeling in 1 e en 2 e lijn

Connect Hartfalen Protocol 2: Diagnostiek en medicamenteuze behandeling in 1 e en 2 e lijn Connect Hartfalen Protocol 2: Diagnostiek en medicamenteuze behandeling in 1 e en 2 e lijn Patiënten met bewezen hartfalen: Patiënten die geen baat hebben bij begeleiding/diagnostiek en/of behandeling

Nadere informatie

Fries Wisselprotocol CVRM

Fries Wisselprotocol CVRM Fries Wisselprotocol CVRM Basis Educatie Leefstijloptimalisatie: o matig alcoholgebruik o bewuste voeding waaronder zoutbeperking (tot 5 gram/dag) o stoppen roken o voldoende lichamelijke activiteiten

Nadere informatie

17 Acute pijn in thorax en rug

17 Acute pijn in thorax en rug 43-Chirurgie 17 01-06-2005 11:14 Pagina 355 355 17 Acute pijn in thorax en rug M.J.H.M. Jacobs Als huisarts wordt u gebeld door een ongeruste echtgenote van een 54-jarige man die acuut pijn in zijn borst

Nadere informatie

Cardiologie. Afkortingenlijst. Cardiologie. www.catharinaziekenhuis.nl

Cardiologie. Afkortingenlijst. Cardiologie. www.catharinaziekenhuis.nl Cardiologie Afkortingenlijst Cardiologie www.catharinaziekenhuis.nl In bijgaand overzicht vindt u de meest gebruikte afkortingen die worden toegepast op de afdeling Cardiologie van het Catharina Ziekenhuis:

Nadere informatie

Introductie ECG. Jonas de Jong

Introductie ECG. Jonas de Jong Introductie ECG Jonas de Jong Basics van het ECG Waarom? Diagnose acuut infarct Ritmestoornissen: wel of niet klappen? Screening: uitsluiten hartziekte Aantonen hartziekte: LVH Risico-inschatting medicatiegebruik

Nadere informatie

Richtlijn Q koorts. versie 14-12-2009 Jeroen Bosch Ziekenhuis. Richtlijn Q koorts

Richtlijn Q koorts. versie 14-12-2009 Jeroen Bosch Ziekenhuis. Richtlijn Q koorts Richtlijn Q koorts versie 14-12-2009 Jeroen Bosch Ziekenhuis Richtlijn Q koorts Verdenking acute Q koorts: Frequente presentatie: Asymptomatisch Griepachtig beeld: Koorts, hoofdpijn, myalgieen, arthritis.

Nadere informatie

Hartfalen. in een notendop. Dr. Riet Dierckx 22/05/2018

Hartfalen. in een notendop. Dr. Riet Dierckx 22/05/2018 Hartfalen in een notendop Dr. Riet Dierckx 22/05/2018 Hartfalen definitie en classificatie Hartfalen is een klinisch syndroom gekarakteriseerd door symptomen en/of tekenen van congestie objectieve vaststelling

Nadere informatie

Inhoud. Voorwoord 13 ALGEMENE ASPECTEN DEEL II SECUNDAIRE HYPERTENSIE

Inhoud. Voorwoord 13 ALGEMENE ASPECTEN DEEL II SECUNDAIRE HYPERTENSIE Inhoud Voorwoord 13 DEEL I ALGEMENE ASPECTEN Hoofdstuk 1 Ambachtelijke en geautomatiseerde methoden van bloeddrukmeting 17 Inleiding 17 1 Conventionele sfygmomanometrie 18 2 Ambulante niet-invasieve automatische

Nadere informatie

RICHTLIJNEN. (Voor de EER relevante tekst)

RICHTLIJNEN. (Voor de EER relevante tekst) 8.7.2016 L 183/59 RICHTLIJNEN RICHTLIJN (EU) 2016/1106 VAN DE COMMISSIE van 7 juli 2016 tot wijziging van Richtlijn 2006/126/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het rijbewijs (Voor de

Nadere informatie

Dyspneu poli; samenwerking longziekten en cardiologie. Annelies M. Slats

Dyspneu poli; samenwerking longziekten en cardiologie. Annelies M. Slats Dyspneu poli; samenwerking longziekten en cardiologie Annelies M. Slats Ontstaan Cardiologie reeds lopende poli voor pijn op de borst buitenpoli in Lisse Wens gecombineerd spreekuur longziekten ten cardiologie

Nadere informatie

Perifeer Arterieel Vaatlijden en het Aneurysma Aortae Abd.

Perifeer Arterieel Vaatlijden en het Aneurysma Aortae Abd. Perifeer Arterieel Vaatlijden en het Aneurysma Aortae Abd. CVRM-scholing 2010. Drs. Arno M. Wiersema Vaatchirurg, Boven-IJ ziekenhuis Amsterdam Inleiding Nieuwe standaard 2003. Verschil is: behandeling

Nadere informatie

Definitie van infarct. Klinische diagnose. Uitgebreidheid van necrose bepaalt de onmiddellijke en laattijdige prognose!

Definitie van infarct. Klinische diagnose. Uitgebreidheid van necrose bepaalt de onmiddellijke en laattijdige prognose! Acuut Myocardinfarct I Dieter Nuyens Cardiologie Definitie van infarct Klinische diagnose Anamnese Cardiale enzymes ECG veranderingen Uitgebreidheid van necrose bepaalt de onmiddellijke en laattijdige

Nadere informatie

Samenvattingskaart chronisch hartfalen Huisarts en praktijkondersteuner

Samenvattingskaart chronisch hartfalen Huisarts en praktijkondersteuner Samenvattingskaart chronisch hartfalen Huisarts en praktijkondersteuner Diagnostiek Verdenking hartfalen: Symptomen: moeheid of dyspnoe bij inspanning, orthopnoe, Tekenen: perifeer oedeem, pulmonale crepitaties

Nadere informatie

Nieuwe Richtlijn Herseninfarct en Hersenbloeding: wat verandert er in de zorg vanuit neurologisch perspectief?

Nieuwe Richtlijn Herseninfarct en Hersenbloeding: wat verandert er in de zorg vanuit neurologisch perspectief? Nieuwe Richtlijn Herseninfarct en Hersenbloeding: wat verandert er in de zorg vanuit neurologisch perspectief? Dr. R.M. van den Berg-Vos, neuroloog Vergroot endovasculaire behandeling de kans op een goed

Nadere informatie

Casuistiek Hartfalen en nierfunctiestoornissen

Casuistiek Hartfalen en nierfunctiestoornissen Casuistiek Hartfalen en nierfunctiestoornissen Prof. dr. H.P. Brunner-La Rocca Hoofd Divisie Structurele Hartziekte Directeur Hartfalenkliniek Maastricht UMC+ Geen interesse conflict voor deze presentatie

Nadere informatie

Angina Pectoris. Angina Pectoris

Angina Pectoris. Angina Pectoris HVZ zorgpaden Deze afzonderlijke zorgpaden beschrijven de aanvullende ziekte - specifieke behandel- en controle aspecten per cardiovasculaire aandoening. Het gaat hierbij om de volgende aandoeningen: Angina

Nadere informatie

CVRM: patiënten selectie en registratie!! cvrm(anagement!!) Registratie 8-1-2013. Maak een (verbeter)plan!!

CVRM: patiënten selectie en registratie!! cvrm(anagement!!) Registratie 8-1-2013. Maak een (verbeter)plan!! CVRM: patiënten selectie en registratie!! Sandwichcursus huisartsen/praktijkondersteuners 13 december 2012 Organisatie: Zorggroep Synchroon en WDH Uden-Veghel en Oss cvrm(anagement!!) Maak een (verbeter)plan!!

Nadere informatie

Cardio-oncologie. Hartfalen en chemotherapie. dr. M.L. (Louisa) Antoni aios cardiologie LUMC. Geen disclosures

Cardio-oncologie. Hartfalen en chemotherapie. dr. M.L. (Louisa) Antoni aios cardiologie LUMC. Geen disclosures Cardio-oncologie Hartfalen en chemotherapie dr. M.L. (Louisa) Antoni aios cardiologie LUMC Geen disclosures Introducing a new subspecialty of Cardiology.. Doel Preventie, diagnosticering en behandeling

Nadere informatie

Bevolkingsonderzoek Familiaire Hypercholesterolemie

Bevolkingsonderzoek Familiaire Hypercholesterolemie Bevolkingsonderzoek Familiaire Hypercholesterolemie Casuïstiek Mw. K, slanke en sportieve 30 jarige vrouw wordt verwezen voor behandeling van haar verhoogde cholesterol. Haar vader kreeg op 57 jarige leeftijd

Nadere informatie

HARTFALEN achtergronden casusschetsen

HARTFALEN achtergronden casusschetsen HARTFALEN achtergronden casusschetsen 1 Voorstel wijzigingen bij herziening werkafspraak kunnen op de laatste pagina worden genoteerd. Achtergronden casusschetsen Hartfalen INCLUSIEF LEERDOELEN EN STELLINGEN

Nadere informatie

Multidisciplinaire richtlijn. Chronisch hartfalen. Samenvattende adviezen voor diagnostiek, medicamenteuze behandeling en begeleiding

Multidisciplinaire richtlijn. Chronisch hartfalen. Samenvattende adviezen voor diagnostiek, medicamenteuze behandeling en begeleiding Multidisciplinaire richtlijn Chronisch hartfalen Samenvattende adviezen voor diagnostiek, medicamenteuze behandeling en begeleiding Multidisciplinaire richtlijn Chronisch hartfalen Samenvattende adviezen

Nadere informatie

Hart: ischemie en kleppen. Prof. Paul Herijgers

Hart: ischemie en kleppen. Prof. Paul Herijgers Hart: ischemie en kleppen Prof. Paul Herijgers Coronary artery disease Pathofysiologie Maximaal onttrekken zuurstof aan coronair bloed Toename enkel via coronaire vasodilatatie en vooral door openen van

Nadere informatie

Voor langdurige behandeling: bewijs van cardiale valvulopathie als vastgesteld door middel van echocardiografie voorafgaand aan de behandeling.

Voor langdurige behandeling: bewijs van cardiale valvulopathie als vastgesteld door middel van echocardiografie voorafgaand aan de behandeling. RUBRIEKEN VAN DE SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN VOOR CABERGOLINE BEVATTENDE PRODUCTEN 4.2 Dosering en wijze van toediening Beperking van de maximumdosis tot 3 mg/dag 4.3 Contra-indicaties Voor langdurige

Nadere informatie

Instellen van hartfalenmedicatie op het verpleegkundig poliklinisch spreekuur

Instellen van hartfalenmedicatie op het verpleegkundig poliklinisch spreekuur Instellen van hartfalenmedicatie op het verpleegkundig poliklinisch spreekuur Marjan Aertsen Verpleegkundig specialist hartfalen Diakonessenhuis Utrecht/Zeist 22 januari 2019 Hartfalen Hartfalen is een

Nadere informatie

April 2016 Alexandra Kleberger, M ANP. Palliatieve zorg omtrent Hartfalen

April 2016 Alexandra Kleberger, M ANP. Palliatieve zorg omtrent Hartfalen April 2016 Alexandra Kleberger, M ANP Palliatieve zorg omtrent Hartfalen Deel I Wat is hartfalen? Oorzaken van hartfalen Symptomen Compensatiemechanismen Diagnostiek Behandeling Hartfalenpoli Vragen Deel

Nadere informatie

Rob Foppen, huisarts Jutta Schroeder-Tanka, cardioloog SLAZ

Rob Foppen, huisarts Jutta Schroeder-Tanka, cardioloog SLAZ 1 Rob Foppen, huisarts Jutta Schroeder-Tanka, cardioloog SLAZ 2 ACS wat doe ik als huisarts? Wat doet de cardioloog? Wanneer komt de patient weer terug? Welke afspraken hebben wij gemaakt? 3 Dhr Pieterse

Nadere informatie

Insuline. Verlaagt het glucosegehalte van het bloed. 1 patroon = 300 IE = 3 ml

Insuline. Verlaagt het glucosegehalte van het bloed. 1 patroon = 300 IE = 3 ml Novorapid Insuline Verlaagt het glucosegehalte van het bloed. 1 patroon = 300 IE = 3 ml 0,5 ml (50 IE) Novorapid optrekken in een spuit en aanvullen tot 50 ml met NaCl 0,9 %, zodat verkregen wordt 50 IE

Nadere informatie

Invasieve diagnostiek bij hartfalen patiënten (casuistiek)

Invasieve diagnostiek bij hartfalen patiënten (casuistiek) Invasieve diagnostiek bij hartfalen patiënten (casuistiek) CNE Interventie Cardiologie 26 januari 2016 Alina Constantinescu, cardioloog, Erasmus MC Definitie hartfalen Klinisch syndroom waarbij patient

Nadere informatie

Dokter wat heb ik. Casuïstiek workshop over de Multidisciplinaire richtlijn CVRM 2011

Dokter wat heb ik. Casuïstiek workshop over de Multidisciplinaire richtlijn CVRM 2011 Dokter wat heb ik Casuïstiek workshop over de Multidisciplinaire richtlijn CVRM 2011 Pretoets Zijn de volgende stellingen juist of onjuist? 1. De risicotabel geeft een schatting van het 10-jaarsrisico

Nadere informatie

Atriumfibrilleren Regionale Transmurale Afspraak Zuidoost Brabant

Atriumfibrilleren Regionale Transmurale Afspraak Zuidoost Brabant Atriumfibrilleren Regionale Transmurale Afspraak Zuidoost Brabant Doelstellingen Afstemming rondom diagnostiek, (medicamenteuze) behandeling, consultatie/verwijzing en berichtgeving rondom atriumfibrilleren-patiënten

Nadere informatie

De medicamenteuze behandeling van VKF. Do s & Don ts. Dr. Guy Lenders, MD Cardioloog Interventiecardioloog Afdelingshoofd cathlab AZ Monica

De medicamenteuze behandeling van VKF. Do s & Don ts. Dr. Guy Lenders, MD Cardioloog Interventiecardioloog Afdelingshoofd cathlab AZ Monica De medicamenteuze behandeling van VKF Do s & Don ts Dr. Guy Lenders, MD Cardioloog Interventiecardioloog Afdelingshoofd cathlab AZ Monica 1 Voorkamerfibrillatie 2 Meest voorkomende aritmie wereldwijd Immense

Nadere informatie

INTERLINE CARDIOLOGIE 2014 februari 2014 ACHTERGRONDEN BIJ DE CASUSSCHETSEN INCLUSIEF LEERDOELEN EN STELLINGEN

INTERLINE CARDIOLOGIE 2014 februari 2014 ACHTERGRONDEN BIJ DE CASUSSCHETSEN INCLUSIEF LEERDOELEN EN STELLINGEN INTERLINE CARDIOLOGIE 2014 februari 2014 ACHTERGRONDEN BIJ DE CASUSSCHETSEN INCLUSIEF LEERDOELEN EN STELLINGEN Inleiding Er zijn al eerder cardiologische Interlineprogramma s gepresenteerd: 1999 2004 Angina

Nadere informatie

Het Erasmus MC hartteam, vruchtbare samenwerking voor moeder en kind.

Het Erasmus MC hartteam, vruchtbare samenwerking voor moeder en kind. Het Erasmus MC hartteam, vruchtbare samenwerking voor moeder en kind. Dr. J.J. Duvekot, gynaecoloog/perinatoloog Moeder en Kind Centrum subafdeling verloskunde en prenatale geneeskunde Erasmus MC, Rotterdam

Nadere informatie

Cardiovasculair risicomanagement. Patrick Schrömbges Kaderhuisarts Diabetes Mellitus

Cardiovasculair risicomanagement. Patrick Schrömbges Kaderhuisarts Diabetes Mellitus Cardiovasculair risicomanagement Patrick Schrömbges Kaderhuisarts Diabetes Mellitus Inhoud eerste uur Risicoprofilering Anamnese Lichamelijk Onderzoek Aanvullende diagnostiek Evaluatie en risicoschatting

Nadere informatie

Achtergronden bij casusschetsen 18 oktober 1999

Achtergronden bij casusschetsen 18 oktober 1999 Angina pectoris Achtergronden bij casusschetsen 18 oktober 1999 Inleiding Eerste werkafspraak angina pectoris dateert uit 1996, tweede herziene versie in 1999 door gedeeltelijk nieuwe werkgroep. Voorbouwend

Nadere informatie

THEMA-AVOND ELEKTROCARDIOGRAFIE

THEMA-AVOND ELEKTROCARDIOGRAFIE THEMA-AVOND ELEKTROCARDIOGRAFIE Drs. E. Göbel; J. Rademakers Differentiaaldiagnose in tachy-aritmieën AV nodale reentry tachycardie (AVNRT) Twee gescheiden geleidingsbanen in AV knoop Snel geleidend,

Nadere informatie

Cardiale oorzaken CVA

Cardiale oorzaken CVA CVA Up to Date in RZ Tienen 2/2017 Cardiale oorzaken CVA Opening STROKE-Unit 2/2017 Dr DE WOLF Axel, Cardiologie Is er een cardio-emboligene bron? Voorkamerfibrillatie Endocarditis Myocardinfarct + akinesie

Nadere informatie

PILLENCOCKTAILS: HARTVEROVEREND. Aspecten van geneesmiddelen bij atriumfibrilleren

PILLENCOCKTAILS: HARTVEROVEREND. Aspecten van geneesmiddelen bij atriumfibrilleren PILLENCOCKTAILS: HARTVEROVEREND Aspecten van geneesmiddelen bij atriumfibrilleren INHOUD Presentatie (20-25 minuten) Inleiding Medicamenteuze behandeling atriumfibrilleren Geneesmiddelgroepen Bijwerkingen

Nadere informatie

E. Hart-bloedvaten. Inhoudsopgave 01 E 02 E

E. Hart-bloedvaten. Inhoudsopgave 01 E 02 E E. Hart-bloedvaten nhoudsopgave 1 E 2 E 3 E 4 E 5 E 6 E 7 E 8 E 9 E 1 E 11 E 12 E 13 E 14 E 15 E 16 E 17 E 18 E 19 E 2 E 21 E 22 E 23 E Acuut coronair syndroom: myocardinfarct met persisterende ST-depressie...

Nadere informatie

Bijlage behorende bij de Regeling eisen geschiktheid 2000 (paragraaf 3.3, paragraaf 5.2, hoofdstuk 6, paragraaf 7.

Bijlage behorende bij de Regeling eisen geschiktheid 2000 (paragraaf 3.3, paragraaf 5.2, hoofdstuk 6, paragraaf 7. Appendix A Bijlage behorende bij de Regeling eisen geschiktheid 2000 (paragraaf 3.3, paragraaf 5.2, hoofdstuk 6, paragraaf 7.6 en hoofdstuk 9) Hoofdstuk 3. Stoornissen van het gezichtsorgaan 3.3 Beperkte

Nadere informatie

Robert Bolderman cardioloog - PhD - fellow electrofysiologie. Palpitaties

Robert Bolderman cardioloog - PhD - fellow electrofysiologie. Palpitaties Robert Bolderman cardioloog - PhD - fellow electrofysiologie Palpitaties Een belangrijk probleem? Palpitaties - Hartkloppingen gevoel van abnormaal hartritme of een abnormale kloppende sensatie als normaal

Nadere informatie

Inhoud Hoofdstuk 1 Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3

Inhoud Hoofdstuk 1 Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 INHOUD I Inhoud Hoofdstuk 1 Klinische aspecten van hypertensie 1 1. Voorkomen en definitie 1 2. Over risico en risicoreductie 3 3. Klinische manifestaties 9 4. De bloeddrukmeting 10 A. De bloeddrukmeting

Nadere informatie

Hartlijden en zwangerschap. Dr. Alexander Van De Bruaene

Hartlijden en zwangerschap. Dr. Alexander Van De Bruaene Hartlijden en zwangerschap Dr. Alexander Van De Bruaene Belangenconflicten Belangenconflicten Doel van de presentatie Casus Vrouw 27 jaar A0G1P0, 6 weken zwanger Geen klachten, hartgeruis Casus Vrouw 24

Nadere informatie

Richtlijn behandeling van ernstige sepsis en septische shock volwassenen. Medische protocollencommissie Intensive Care

Richtlijn behandeling van ernstige sepsis en septische shock volwassenen. Medische protocollencommissie Intensive Care Titel Richtlijn behandeling van ernstige sepsis en septische shock volwassenen Datum vaststelling: 02-2013 Datum revisie: 02-2015 Verantwoording: Bron document: Medische protocollencommissie Intensive

Nadere informatie

Longembolie 15-2-2011

Longembolie 15-2-2011 1 ECG veranderingen worden veroorzaakt door: Verhoging van de druk in de rechterkamer Rechterkamer dilatatie met clockwise rotation en verplaatsing van het septum naar boven 3. Verhoogde druk in rechterboezem

Nadere informatie

Workshop voor apothekers en huisartsen. Altijd een statine bij hart- en. t Voorbeeld

Workshop voor apothekers en huisartsen. Altijd een statine bij hart- en. t Voorbeeld Workshop voor apothekers en huisartsen Altijd een statine bij hart- en vaatziekten en type-2-diabetes? t Voorbeeld Programma Maken van de ingangstoets Bespreking leerdoelen en inleiding Presentatie ti

Nadere informatie

De casus is bedoeld voor medisch studenten in de doctoraalfase van de opleiding.

De casus is bedoeld voor medisch studenten in de doctoraalfase van de opleiding. Casus 05A Fase A Titel Pijn op de borst Onderwerp Angina Pectoris Inhoudsdeskundige Drs. M.C.J. Schreuder Technisch verantwoordelijke Drs. R. Sijstermans Opleidingsniveau studenten De casus is bedoeld

Nadere informatie

13/07/2018. Myocardinfarct. in house mortaliteit 4 12% 1 jaar mortaliteit 10% Pagina 3. Voorstelling nieuwe huisstijl SEZZ

13/07/2018. Myocardinfarct. in house mortaliteit 4 12% 1 jaar mortaliteit 10% Pagina 3. Voorstelling nieuwe huisstijl SEZZ Myocardinfarct in house mortaliteit 4 12% 1 jaar mortaliteit 10% Pagina 3 Woman paradox Presentatie AMI leeftijd 7 10 jaar later dan mannen Hoofdoorzaak sterfte bij vrouwen Atypische klachten Latere presentatie

Nadere informatie

24 september 2015. Van harte welkom!

24 september 2015. Van harte welkom! 24 september 2015 Van harte welkom! Programma 20.00: Welkom Wendy de Valk, verpleegkundig specialist cardiologie 20.10: Het vrouwenhart. Is er verschil tussen mannen en vrouwen? Mw. A. Lubbert-Verberkmoes,

Nadere informatie

Deze pagina bevat links binnen de CVRM keten voor de zorgverleners.

Deze pagina bevat links binnen de CVRM keten voor de zorgverleners. Ketenzorg CVRM Programma Website Dokterscoop.nl Inclusie- en exclusie criteria CVRM Controlefrequentie CVRM Labformulier nieuw Registratie deelname Ketenzorg Standaarden en protocollen Vragen? Volgende

Nadere informatie

Aangeboren hartafwijkingen. Ulrike Kraemer kinderarts-intensivist / kindercardioloog Erasmus MC-Sophia, Rotterdam WES symposium

Aangeboren hartafwijkingen. Ulrike Kraemer kinderarts-intensivist / kindercardioloog Erasmus MC-Sophia, Rotterdam WES symposium Aangeboren hartafwijkingen Ulrike Kraemer kinderarts-intensivist / kindercardioloog Erasmus MC-Sophia, Rotterdam WES symposium 29.03.2018 Aangeboren hartafwijkingen 0.6-0.8% aller pasgeborenen kinderen

Nadere informatie

LEIDRAAD CARDIOLOGIE. Trefwoordenregister

LEIDRAAD CARDIOLOGIE. Trefwoordenregister Trefwoordenregister 24-uurs bloeddrukmeting 80 A AAI(R) 157 abciximab 183 acute coronaire syndromen 19 acute pericarditis 73 acuut coronair syndroom 20 acuut hartfalen 30, 37 acuut myocardinfarct 22 adenosine

Nadere informatie

Hartfalen. Manon van der Meer AIOS cardiologie

Hartfalen. Manon van der Meer AIOS cardiologie Hartfalen Manon van der Meer AIOS cardiologie Disclosure belangen spreker (potentiële) belangenverstrengeling Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven Sponsoring of onderzoeksgeld Honorarium

Nadere informatie

ICPC ICPC omschrijving Specificiteit Indicatie zoals genoemd in de standaard

ICPC ICPC omschrijving Specificiteit Indicatie zoals genoemd in de standaard B72 Ziekte van Hodgkin 2 Verminderde weerstand tegen infecties, overig B72.01 Ziekte van Hodgkin 2 Verminderde weerstand tegen infecties, overig B72.02 Non-Hodgkin lymfoom 2 Verminderde weerstand tegen

Nadere informatie

Transmurale Afspraak Nierfunctiestoornis. 30 september 2010

Transmurale Afspraak Nierfunctiestoornis. 30 september 2010 Transmurale Afspraak Nierfunctiestoornis 30 september 2010 Onderwerpen 1. Definitie 2. Prevalentie 3. Richtlijnen 4. Diagnostiek 5. Preventie nierfunctieverlies 6. Behandeling metabole complicaties 7.

Nadere informatie