U I T S P R A A K

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "U I T S P R A A K"

Transcriptie

1 U I T S P R A A K van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Geesteswetenschappen, verweerder 1. Ontstaan en loop van het geding Bij besluit van 25 augustus 2011 heeft de Examencommissie Engelse taal en cultuur namens verweerder aan appellant een negatief advies gegeven met betrekking tot de voortzetting van de opleiding Engelse taal en cultuur, waaraan krachtens artikel 7.8b, derde lid, van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek ( WHW ) een afwijzing is verbonden. Bij brief van 5 september 2001, ingekomen op 12 september 2011, heeft appellant tegen dit besluit administratief beroep ingesteld. Ter onderbouwing van zijn administratief beroep heeft appellant aangevoerd dat hij in het afgelopen studiejaar door persoonlijke omstandigheden gehinderd was in zijn studie. Hij stelt dat met deze omstandigheden geen rekening is gehouden bij het nemen van het besluit. Op 22 september 2011 is een verweerschrift ingediend. Daarin is aangegeven dat kennis is genomen van de verklaring van 12 september 2011 van de afdeling SOZ inzake de persoonlijke omstandigheden en dat deze zwaar weegt. Verweerder stelt dat volgens de verklaring appellant voor 75% moet kunnen studeren. Na twee jaar deeltijdstudie had appellant derhalve 60 studiepunten kunnen behalen. Er zijn slechts 30 studiepunten behaald, waarvan geen enkele in het hoofdvak Philology. Verweerder handhaaft daarom zijn besluit. Het beroep is op 26 oktober 2011 behandeld tijdens een openbare zitting van een kamer uit het College, waarop appellant in persoon is verschenen. Namens verweerder is XXX, voorzitter van de examencommissie Engelse taal en cultuur en XXX, studiecoördinator, ter zitting verschenen. Secretariaat: Rapenburg 70 Postbus RA Leiden Telefoon Fax

2 Blad 2/9 Appellant licht toe dat zijn omstandigheden hem de afgelopen studiejaren hebben gehinderd bij het studeren. Hij voert aan dat hij de opleiding Engels heeft gekozen uit interesse en dat hij daar, na het behalen van het diploma, mee aan de slag wil. Hij licht toe dat hij een verleden heeft met geestelijke problemen en dat hij bij de start van deze studie had gehoopt dit achter zich te kunnen laten. Hij heeft verkeerde keuzes wat betreft zijn studiestrategie gemaakt. Hij heeft te veel vakken tegelijk gevolgd op advies van zijn medestudenten. Hij is organisatorisch niet zo handig bezig geweest met de studie. Hij heeft zich gemeld bij de studentendecaan voor advies en in het kader van het leren maken van een studieplanning heeft hij een workshop gevolgd. Hij erkent teveel hooi op zijn vork te hebben genomen waardoor hij slechts halve resultaten heeft behaald ondanks alle energie die hij in de studie heeft gestoken. Zijn essay heeft hij wel met een voldoende afgesloten, maar verder zijn de resultaten niet zo goed. Hij geeft aan in contact te blijven met de decaan die hem in het vervolg van zijn studie verdere ondersteuning kan bieden. Hij is van mening dat er wel sprake is van progressie in zijn studie. Verweerder geeft aan de ontstane situatie en het feit dat partijen nu in een beroep verwikkeld zijn te betreuren. Appellant is met de opleiding gestart in en heeft in dat studiejaar 5 studiepunten behaald. In het afgelopen studiejaar heeft hij 25 studiepunten behaald. Verweerder is van oordeel dat na twee jaar 60 studiepunten (propedeuse) vereist is te behalen. In juni 2010 heeft appellant een negatief studieadvies gekregen. Vanaf dat moment tot september 2010 is appellant in contact met de studieadviseur gebleven en voor het tweede jaar een studieplan heeft opgesteld gericht op het behalen van 40 studiepunten aan het eind van het tweede jaar van inschrijving. Appellant heeft in de afgelopen twee jaar uiteindelijk 30 studiepunten behaald. Verweerder geeft aan dat hij met een eenvoudig rekensommetje kan aangeven dat appellant op grond van de gegeven hinderverklaring 75% van de 60 studiepunten, dat wil zeggen 45 studiepunten had kunnen behalen in deze periode. Ook rekening houdend met de aangegeven omstandigheden heeft appellant niet het vereiste aantal studiepunten behaald. Daar komt bij dat verweerder weinig vertrouwen heeft in een verbetering van de studieprestaties. Verweerder wordt gevraagd deze berekening nader uit te leggen. Met name vanwege het feit dat appellant in het tweede studiejaar 25 studiepunten heeft gehaald terwijl 30 studiepunten per jaar voor deeltijdstudenten de eis zou zijn. Appellant zou met dit aantal punten en met de hinderverklaring wel voor dát tweede jaar aan de eisen hebben voldaan. Opgemerkt wordt hierbij dat de indruk wordt gewekt dat de achterstand van het eerste jaar op deze manier door verweerder wordt doorgerekend naar het tweede jaar. Verweerder licht toe dat zij zich hebben gehouden aan de richtlijnen van SOZ die bij de verklaring zijn gevoegd namelijk dat de student voor de studiejaren en was gehinderd.

3 Blad 3/9 Gevraagd naar de inrichting van de propedeuse in deeltijd geeft verweerder aan dat het eerste jaar van de deeltijdopleiding zo is ingericht dat 45 studiepunten van de propedeuse kunnen worden behaald en in het tweede jaar is de overige 15 studiepunten van de propedeuse plus 25 studiepunten van het tweede jaar van de opleiding. Appellant voegt hieraan toe dat hem is uitgelegd door de studieadviseur, dat hij aan het eind van het tweede deeltijdjaar 40 studiepunten van de propedeuse moet hebben behaald. Dit zou, gezien de verklaring voor circa 75% in staat te studeren, betekenen dat hij met de door hem behaalde 30 studiepunten voldoet aan deze eisen. De voorzitter merkt op dat deze redenering een plausibele verklaring biedt. Maar wijst erop dat ook de andere geopperde berekeningswijzen een legitieme verklaring kunnen bieden. Gelet op de verschillen in uitkomst ervan maakt het voor de student wel uit welke berekening wordt gehanteerd. De percentages van hinder vormen een benadering en zijn een hulpmiddel bij de beoordeling van de behaalde studieresultaten, maar zijn niet bedoeld om exacte wetenschap mee te bedrijven. Het College zal zich dan ook beraden over de meest geëigende benadering. Verweerder merkt nogmaals op dat zijn berekening is geënt op de verklaring van SOZ, waarin wordt gewezen op een mate van hinder in beide studiejaren. Bovendien heeft meegewogen dat appellant zich weliswaar aan het eind van het eerste studiejaar (2010) heeft gemeld bij de studieadviseur, maar daarna pas weer op 25 augustus 2011, na het uitbrengen van het besluit, contact heeft gezocht. Verweerder heeft dus bij het nemen van het besluit niet de beschikking gehad over de hinderverklaring van SOZ. Gevraagd naar de reden van het late melden van zijn persoonlijke omstandigheden bij SOZ, licht appellant toe dat hieraan uitstelgedrag ten grondslag ligt voortkomend uit angststoornissen. Hij heeft zijn problematiek in diepe vertrouwelijkheid besproken met de studentenpsycholoog en uiteindelijk met de studentendecaan en daar is een uitgebreid traject van begeleiding en regelmatig contact op ingezet. Appellant was voor zijn gevoel heel erg bezig met het onder controle krijgen van zijn gedrag en stoornis onder begeleiding van de universiteit. Hij verkeerde dan ook in de veronderstelling dat zijn situatie bekend was binnen de universiteit en daarmee ook bij de opleiding. Achteraf bezien, is het aanspreekpunt voor de studenten van de opleiding (de studieadviseur) gewijzigd en dat bleek voor hem een drempel. Bovendien had hij met het nieuwe aanspreekpunt een heel ander contact. Appellant geeft desgevraagd aan dat de decaan hem niet heeft gewezen op het belang van het contact met de studieadviseur vanwege het uit te brengen BSA. Hij constateert wel een verbetering ten goede in zijn situatie. Zijn studieprestaties zijn als gevolg hiervan behoorlijk verbeterd en laten een stijgende lijn zien.

4 Blad 4/9 Gevraagd aan verweerder of met deze getoonde verbeteringen rekening is gehouden bij het nemen van het besluit geeft die aan dat de opleiding redelijk groot is en dat studenten zelf aan de bel moeten trekken wil met hun omstandigheden rekening kunnen worden gehouden. Verweerder geeft aan dat de prestaties van appellant inhoudelijk dusdanig zijn dat wordt getwijfeld aan het kunnen behalen van de propedeuse in drie jaar. Appellant zal nog twee zogenaamde struikelblokvakken moeten behalen en daarnaast nog twee grote propedeusevakken, betwijfeld wordt of dit het komende studiejaar allemaal zal gaan lukken. Gevraagd naar de reden waarom nu het afwijzend negatief advies is uitgebracht en niet is gewacht tot het eind van het derde jaar wanneer de propedeuse behaald moet zijn, licht verweerder toe dat gezien het feit dat de grote vakken en de struikelvakken niet zijn behaald de kans te klein is dat appellant binnen drie jaar de propedeuse zal behalen. Verweerder geeft aan dat hierbij niet is meegewogen het feit of appellant in staat zal zijn de studie met succes binnen een redelijke periode te voltooien. Desgevraagd geeft appellant aan nu volop actief te zijn met de studie, colleges te volgen en zeer gestructureerd en georganiseerd bezig te zijn. Hij is erg gemotiveerd de studie voort te zetten. Hij heeft nog geen tentamens afgelegd, maar moet binnenkort wel papers inleveren. Gevraagd of er een studieplanning voor het tweede jaar is gemaakt, licht verweerder toe dat het onderwijsprogramma direct aansluit bij het eventueel op te stellen studieplan. Een apart programma voor het wegwerken van achterstanden is dan ook niet opgesteld. Geadviseerd is aan appellant om het onderwijsprogramma zoveel mogelijk te volgen en daarvan de resterende openstaande eerstejaarsvakken af te ronden. Gevraagd naar de contacten met de studieadviseur geeft verweerder aan dat in het eerste jaar het initiatief bij de opleiding ligt maar dat in het tweede jaar de verantwoordelijkheid hiervoor vooral bij de student ligt. Tot slot geeft appellant aan dat hij de procedure als een zeer slopende ervaart en in feite graag verder wil met zijn studie. Hij vindt zijn vooruitzichten in ieder geval positief. Hij geeft aan nog niet trots te zijn op zijn behaalde resultaten en hoopt dat hem de kans gegund wordt te laten zien dat hij beter kan presteren. Nadat verweerder heeft aangegeven geen gebruik te maken van de gelegenheid een laatste woord te houden, wordt de zitting gesloten.

5 Blad 5/9 2. De overwegingen ten aanzien van de ontvankelijkheid Appellant heeft tijdig beroep ingesteld tegen het besluit van 25 augustus Het beroepschrift voldoet ook overigens aan de daaraan ingevolge de Algemene wet bestuursrecht en de WHW gestelde eisen, zodat het administratief beroep ontvankelijk is. 3. De overwegingen ten aanzien van het geschil Bij het in administratief beroep bestreden besluit is aan appellant een negatief studieadvies gegeven met betrekking tot de voorzetting van de bacheloropleiding Engelse taal en cultuur, waaraan krachtens artikel 7.8b, derde lid, van de WHW een afwijzing is verbonden. Het verbinden van een afwijzing aan het negatief studieadvies betekent dat de inschrijving van appellant voor deze opleiding aan de Universiteit Leiden wordt beëindigd en hij zich gedurende vier jaren niet opnieuw voor deze opleiding aan deze universiteit kan inschrijven. Het College dient overeenkomstig artikel 7.61, tweede lid, van de WHW te beoordelen of de bestreden beslissing al dan niet in strijd is met het recht. Ingevolge artikel 7.8b, eerste lid, van de WHW, brengt het instellingsbestuur van een bekostigde universiteit of hogeschool iedere student uiterlijk aan het einde van diens eerste jaar van inschrijving voor de propedeutische fase van een voltijdse of duale bacheloropleiding advies uit over de voortzetting van zijn studie binnen of buiten de bacheloropleiding. In geval van een deeltijdse bacheloropleiding regelt het instellingsbestuur het tijdstip waarop dat advies wordt uitgebracht. Ingevolge artikel 7.8b, vierde lid, van de WHW geeft het instellingsbestuur voordat tot afwijzing overgaat, het de desbetreffende student een waarschuwing onder bepaling van een redelijke termijn waarbinnen de studieresultaten ten genoegen van dat bestuur moeten zijn verbeterd. ( ) Ingevolge artikel 7.8b, zesde lid, van de WHW worden door het instellingsbestuur nadere regels vastgesteld die in elk geval betrekking hebben op de studieresultaten en de voorzieningen. Voor de Universiteit Leiden zijn deze regels vastgelegd in de Regeling Bindend Studieadvies en de bijbehorende Procedure persoonlijke omstandigheden in het kader van het bindend studieadvies (hierna te noemen: de Regeling ). Ingevolge artikel 7.8b, zevende lid, van de WHW wordt bij algemene maatregel van bestuur bepaald welke persoonlijke omstandigheden, bedoeld in het derde lid, het instellingsbestuur in zijn beoordeling betrekt. Deze omstandigheden zijn neergelegd in het Uitvoeringsbesluit WHW. In artikel 2.1, eerste lid, van dit besluit zijn de persoonlijke

6 Blad 6/9 omstandigheden limitatief opgesomd. Dit betreft ziekte van betrokkene, lichamelijke, zintuiglijke of andere functiestoornis van betrokkene, zwangerschap van betrokkene, bijzondere familieomstandigheden, het lidmaatschap van universiteitsraad of faculteitsraad en het lidmaatschap van het bestuur van een studentenorganisatie van enige omvang met volledige rechtsbevoegdheid. Ingevolge artikel 3.5 van de bij de Regeling horende "Procedure bijzondere omstandigheden" heeft de examencommissie de beschikking over een hardheidsclausule. Indien de studieresultaten van een student niet voldoen aan de norm, kan hij besluiten om geen afwijzend studieadvies uit te brengen op grond van "onbillijkheden van overwegende aard". Ingevolge artikel 2.1 van de Regeling heeft elke bacheloropleiding een studiebegeleidingsplan dat door het faculteitsbestuur wordt vastgesteld. Dit plan regelt in de propedeutische fase in ieder geval het volgende: ( ) het eerste studieadvies, dat voor voltijdstudenten uiterlijk op 31 januari in het eerste jaar van inschrijving en voor deeltijdstudenten in het eerste jaar van inschrijving, na het reguliere onderwijs en tentamens maar vóór de laatste ronde van hertentamens in dat desbetreffende jaar, schriftelijk aan elke student die voor het eerst voor de propedeutische fase van de bacheloropleiding is ingeschreven, wordt uitgebracht; ( ) het eindadvies bedoeld in artikel 7.8b, derde lid van de WHW, dat uiterlijk 31 augustus van het eerste studiejaar schriftelijk aan elke voltijdstudent die voor de propedeutische fase van de bacheloropleiding is ingeschreven en uiterlijk 31 augustus van het tweede studiejaar aan elke deeltijdstudent die voor de propedeutische fase van de bacheloropleiding is ingeschreven, wordt uitgebracht. ( ) Ingevolge artikel 4.2.2, van de Regeling is het advies, bedoeld in artikel 2.1.7, negatief en afwijzend, indien op het moment dat het advies wordt uitgebracht minder dan 40 studiepunten van de propedeutische fase van desbetreffende bacheloropleiding zijn behaald. Ingevolge artikel van de Regeling is het in bedoelde uitgestelde advies negatief en afwijzend als een voor een voltijdse bacheloropleiding ingeschreven student de propedeutische fase van de desbetreffende bacheloropleiding nog niet heeft afgerond aan het einde van het tweede jaar van inschrijving. Ingevolge artikel 4.8 van de regeling wordt aan het advies, bedoeld in artikel en geen afwijzing verbonden indien de in artikel 4.9 genoemde persoonlijke omstandigheden van de student, die zijn opgenomen in het dossier bedoeld onder artikel 3.2, de oorzaak zijn geweest van het niet behalen van de in artikel genoemde norm van 40 studiepunten, dan wel het propedeutisch examen niet wordt behaald in de in artikelen

7 Blad 7/ en genoemde termijnen. Indien een persoonlijk studieplan zoals bedoeld in artikel 3.3 aanwezig is, wordt het al dan niet verbinden van een afwijzing aan de bedoelde adviezen in bedoelde situatie bepaald door de behaalde studieresultaten te vergelijken met het persoonlijke studieplan. Bij het nemen van het besluit aangaande het bindend studieadvies dient rekening te worden gehouden met het doel van de regels omtrent dit studieadvies. Dit doel luidt dat iedere student een advies krijgt over de voortzetting van zijn of haar studie. Bij het uitbrengen van het advies wordt meegewogen of de prestaties van de student aannemelijk maken dat de student met succes de bacheloropleiding in een redelijke tijd kan afronden. Het advies is negatief en heeft een bindend karakter als de studieresultaten van de student niet voldoen aan de vereisten die daaraan door de Universiteit Leiden zijn gesteld. Voor de propedeutische fase van de bacheloropleiding Engelse taal en cultuur behelzen de vereisten, als bedoeld in artikel 7.8b van de WHW, dat appellant, als deeltijdstudent, aan het eind van het tweede jaar van inschrijving 40 studiepunten moet hebben behaald. Appellant heeft, blijkens de stukken, 30 studiepunten behaald. Hij heeft een verklaring van SOZ, gedateerd 12 september 2011, overgelegd, waaruit blijkt dat hij in de studiejaren en gehinderd was bij het verrichten van studieprestaties. De aanduiding gehinderd bij het studeren impliceert voor circa 75% kunnen studeren. Verweerder stelt, blijkens het verhandelde ter zitting, rekening te hebben gehouden met de persoonlijke omstandigheden van appellant, maar is van oordeel dat appellant in staat had moeten zijn 45 studiepunten te behalen, zijnde 75% van de normale studiebelasting voor een academisch jaar. Bovendien heeft verweerder te weinig vertrouwen in het verbeteren van de studieprestaties. Gelet op artikel 4.9 van de Regeling en de bijbehorende procedure rond persoonlijke omstandigheden, leidt een redelijke uitleg hiervan tot het hanteren van een berekening waarbij wordt uitgegaan van het mogelijk aantal te behalen studiepunten dat is gerelateerd aan het voor het bindend studieadvies vereiste aantal van 40 punten. Indien sprake is van persoonlijke omstandigheden dienen deze meegewogen te worden bij het mogelijk aantal te behalen studiepunten. Wel moet duidelijk zijn dat vanwege de persoonlijke omstandigheden en niet om andere redenen minder dan 40 punten zijn behaald. Voorwaarde hierbij is dat door betrokkenen zoveel mogelijk is gehandeld volgens de in de Regeling opgenomen procedure onder meer het melden van de omstandigheden (artikel 3.2) en het opstellen van een studieplan (artikel 2.1.3). In de bij de SOZ verklaring gevoegde richtlijn betreffende de waardering van de hinder in bepaalde percentages is niet voor niets aangegeven dat de percentages een bepaalde marge hebben. Dit is aangeduid met circa 75% kunnen studeren. Een louter rekenkundige omzetting van de door SOZ

8 Blad 8/9 geconstateerde hinder en de door de student benoemde persoonlijke omstandigheden naar een bepaald aantal te behalen studiepunten, is derhalve in strijd met de Regeling. Het komt het College voor dat verweerder, zijn oordeel kennelijk strikt op het mogelijk aantal te behalen punten gerelateerd aan de normale studiebelasting heeft gebaseerd en daarbij onvoldoende oog heeft gehad voor de beperkende persoonlijke omstandigheden die in dit geval een rol hebben gespeeld. Ook is de progressie in de studievoortgang die appellant heeft laten zien te weinig meegewogen in het besluit. Appellant heeft in het eerste jaar 5 studiepunten behaald en is daarna met ondersteuning van de decaan een actief begeleidingstraject ingegaan. Vervolgens heeft hij in het tweede jaar 25 studiepunten behaald. Dat hij daarbij over het hoofd heeft gezien dat hij de studiecoördinator van zijn omstandigheden op de hoogte had moeten brengen, is in het studiesysteem met een bindend studieadvies niet handig, maar zal hem, gelet op hetgeen hij hierover in het licht van zijn persoonlijke omstandigheden ter zitting heeft verklaard, niet worden aangerekend. Verweerder heeft ter zitting toegelicht geen directe noodzaak te hebben gezien voor het opstellen van een individueel studieplan, omdat het onderwijsprogramma zodanig is ingericht dat dit vanzelfsprekend is bij het inlopen van achterstanden. Daargelaten of dit in het perspectief van het gestelde in de Regeling met betrekking tot het studieplan en de eisen waar aan dit moet voldoen juist is, kan gehoord de opmerking van verweerder ter zitting het ontbreken van een studieplan niet ten nadele van appellant werken. Verweerder heeft dat overigens ook niet gedaan. Het College acht het dan ook voldoende aannemelijk dat appellant gelet op de SOZverklaring in het licht van zijn persoonlijke omstandigheden en de getoonde progressie met het behalen van de 30 studiepunten in twee studiejaren voldoende punten heeft behaald gerelateerd aan de BSA-eisen. Onder deze omstandigheden heeft verweerder in strijd met het recht gehandeld door aan het negatief studieadvies een afwijzing te verbinden. Dit neemt niet weg dat appellant - eventuele persoonlijke omstandigheden daargelaten - aan het eind van zijn derde jaar de propedeutische fase moet hebben afgerond, wil hij voorkomen dat wederom een negatief advies, waaraan alsdan een afwijzing zal worden verbonden, wordt uitgebracht. Nu het College ook overigens niet is gebleken van andere feiten of omstandigheden die tot een andersluidend oordeel zouden moeten leiden, dient het beroep gegrond te worden verklaard en het bestreden besluit wordt vernietigd. Dit betekent dat appellante de opleiding Engelse taal en cultuur aan de Universiteit Leiden in elk geval dit collegejaar kan voortzetten.

9 Blad 9/9 4. De beslissing Het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden, gezien artikel 7.61 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, I. verklaart het beroep gegrond; II. vernietigt het besluit van 25 augustus 2011; III. verstaat dat afschrift van deze uitspraak wordt gezonden aan de directeur van Expertisecentrum SOZ. Aldus vastgesteld op 28 november 2011 door een kamer uit het College van beroep voor de examens, bestaande uit mr. O. van Loon (voorzitter), mr.dr. M.B. de Boer, dr. J.J.G.B. de Frankrijker en prof.dr. E.M. Noordijk en E. Wies (leden), in tegenwoordigheid van de secretaris van het College, mr. M.A.C. de Boer. mr. O. van Loon voorzitter mr. M.A.C. de Boer secretaris Voor eensluidend afschrift, Verzonden op:

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 2 1 2 2 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellante tegen het Bestuur van de Faculteit Sociale Wetenschappen, verweerder

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 4 2 0 3 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellante tegen het Bestuur van de Faculteit der Sociale Wetenschappen,

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 4 2 3 4 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit Wiskunde & Natuurwetenschappen, verweerder 1. Ontstaan en loop

Nadere informatie

U I T S P R A A K 1 3 1 5 4

U I T S P R A A K 1 3 1 5 4 U I T S P R A A K 1 3 1 5 4 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Rechtsgeleerdheid, verweerder

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 0 9 69 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellante tegen de Examencommissie Pedagogische Wetenschappen, verweerster 1.

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 0 9 1 0 6 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellante tegen de Examencommissie propedeuse Rechtsgeleerdheid, verweerster

Nadere informatie

U I T S P R A A K 1 4 1 6 3

U I T S P R A A K 1 4 1 6 3 U I T S P R A A K 1 4 1 6 3 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit Geesteswetenschappen, verweerder

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 0 9-0 9 1 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellante tegen Examencommissie Talen en Culturen Japan, verweerster 1. Ontstaan

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 3 2 0 5 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellante tegen de Raad van Bestuur LUMC, verweerder 1. Ontstaan en loop van het geding Bij besluit van 27 augustus

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 4 2 3 5 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit Geesteswetenschappen, verweerder

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 0 9-1 2 6 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van mevrouw XXX te Den Haag, appellante tegen het bestuur van de Faculteit der Sociale

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 3 2 0 7 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellante tegen het Bestuur van de Faculteit der Rechtsgeleerdheid, verweerder

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 7-3 3 9 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het bestuur van de Faculteit der Wiskunde

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 7-3 3 7 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellante tegen het bestuur van de Faculteit der Governance and Global Affairs,

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 5-2 2 0 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellante tegen het Bestuur van de Faculteit der Wiskunde

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 4 2 3 7 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit Geesteswetenschappen, verweerder 1. Ontstaan en loop van het geding

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 3 1 7 5 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Geneeskunde, verweerder 1. Ontstaan en loop van het geding Bij

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 5-2 3 0 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Geesteswetenschappen,

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 2 0 9 4 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellante tegen de Raad van Bestuur van het Leids Universitair Medisch Centrum, verweerder 1. Ontstaan en loop

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 7-3 0 0 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Sociale

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 0 7 5 8 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van de heer XXX, appellant tegen het College van Bestuur, verweerder 1. Ontstaan en loop

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 2 1 0 2 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellant tegen het Bestuur van de faculteit Wiskunde & Natuurwetenschappen, verweerder 1. Ontstaan en loop van

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 4 1 7 0 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Geesteswetenschappen, verweerder 1. Ontstaan en loop van het

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 2 1 1 0 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellante tegen de Raad van Bestuur van het Leids Universitair Medisch Centrum,

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 5 1 5 9 van het College van beroep van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellante tegen het Bestuur van de Faculteit der Geesteswetenschappen, verweerder 1. Ontstaan

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 2 0 9 7 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellante tegen het bestuur van de Faculteit der Geesteswetenschappen 1. Ontstaan

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 7-3 1 1 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het College van beroep van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam] te Leiden, appellant tegen het Bestuur

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 4 1 8 8 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellante tegen het bestuur van de Faculteit der Rechtsgeleerdheid, verweerder 1. Ontstaan en loop van het

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 7-2 8 4 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het College van beroep van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellante tegen het Bestuur van

Nadere informatie

U I T S P R A A K 1 1 0 8 8

U I T S P R A A K 1 1 0 8 8 U I T S P R A A K 1 1 0 8 8 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX appellante tegen de Examencommissie propedeuse Rechtsgeleerdheid, verweerder

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 4 1 5 8 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Sociale Wetenschappen, verweerder 1. Ontstaan en loop van het

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 4 1 8 2 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen, verweerder 1. Ontstaan en

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 3 1 3 3 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellant tegen het Bestuur van de Faculteit Sociale Wetenschappen, verweerder

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 0 9-1 2 4 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van mevrouw XXX te Rotterdam, appellante tegen het Bestuur van de Faculteit der Geesteswetenschappen,

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 7-2 7 5 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellante tegen de Raad van Bestuur van het LUMC,

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 1 1 0 5 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellante tegen het Bestuur van de Faculteit der Geesteswetenschappen, verweerder

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 8-2 2 5 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam] te Leiden, appellant tegen het Bestuur van de Faculteit

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 4 1 7 2 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit Geesteswetenschappen, verweerder 1. Ontstaan en loop van het geding

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 2 1 1 3 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellant tegen het Bestuur van de Faculteit Wiskunde & Natuurwetenschappen

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 6-2 1 2 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Geesteswetenschappen,

Nadere informatie

U I T S P R A A K 07 73

U I T S P R A A K 07 73 U I T S P R A A K 07 73 van het College van Beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellant tegen het College van Bestuur, verweerder 1. Ontstaan en loop van het

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 4 1 1 1 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Rechtsgeleerdheid, verweerder 1. Ontstaan en loop van het geding

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 5 1 6 7 van het College van beroep van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Geesteswetenschappen, verweerder 1. Ontstaan

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 8-2 5 3 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam] te Leiden, appellante tegen de examencommissie Chinastudies,

Nadere informatie

U I T S P R A A K 12 0 9 6

U I T S P R A A K 12 0 9 6 U I T S P R A A K 12 0 9 6 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellant tegen het Faculteitsbestuur Rechtsgeleerdheid, verweerder 1. Ontstaan

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 4 0 3 9 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit Campus Den Haag, verweerder 1. Ontstaan en loop van het geding

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 4 2 3 1 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Geesteswetenschappen, verweerder 1. Ontstaan en loop van het

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 0 9-1 2 1 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van mevrouw XXX te Leiden, appellante tegen de het bestuur van de Faculteit der Geneeskunde,

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 10-0 3 0 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellant tegen de Examencommissie Japanese Studies, verweerster 1. Ontstaan

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 2 0 8 8 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellant tegen de Raad van Bestuur van het Leids Universitair Medisch Centrum, verweerder 1. Ontstaan en loop

Nadere informatie

College van Beroep voor het Hoger Onderwijs

College van Beroep voor het Hoger Onderwijs College van Beroep voor het Hoger Onderwijs Zaaknummer: CBHO 2015/288 Datum uitspraak: 28 april 2016 Uitspraak in de zaak tussen: [naam], appellant, en het college van beroep voor de examens van de Universiteit

Nadere informatie

U I T S P R A A K 1 3 2 1 2

U I T S P R A A K 1 3 2 1 2 U I T S P R A A K 1 3 2 1 2 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellant tegen de Examencommissie Propedeuse van de Faculteit der Rechtsgeleerdheid,

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 7-3 0 4 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellante tegen het Bestuur van de Faculteit der Sociale

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 4-3 0 3 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen de Examencommissie Ma Linguistics, verweerder 1. Ontstaan en loop van het geding Met de op 5

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 07 111 van het College van Beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellant tegen het College van Bestuur, verweerder 1. Ontstaan en loop van het

Nadere informatie

Zaaknummer : CBHO 2015/089 Rechter(s) : mr. Olivier Datum uitspraak : 18 augustus 2015 Partijen : Appellante en CBE Erasmus Universiteit Rotterdam

Zaaknummer : CBHO 2015/089 Rechter(s) : mr. Olivier Datum uitspraak : 18 augustus 2015 Partijen : Appellante en CBE Erasmus Universiteit Rotterdam Zaaknummer : CBHO 2015/089 Rechter(s) : mr. Olivier Datum uitspraak : 18 augustus 2015 Partijen : Appellante en CBE Erasmus Universiteit Rotterdam Trefwoorden : bindend negatief studieadvies compensatieregeling

Nadere informatie

Zaaknummer : CBHO 2016/180.5 Rechter(s) : mr. Streefkerk Datum uitspraak : 2 november 2016 Partijen : appellant en CBE Hogeschool Inholland

Zaaknummer : CBHO 2016/180.5 Rechter(s) : mr. Streefkerk Datum uitspraak : 2 november 2016 Partijen : appellant en CBE Hogeschool Inholland Zaaknummer : CBHO 2016/180.5 Rechter(s) : mr. Streefkerk Datum uitspraak : 2 november 2016 Partijen : appellant en CBE Hogeschool Inholland Trefwoorden : Ad-programma bijzondere omstandigheden bindend

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 4 2 8 1 van (de voorzitter van) het van de Universiteit Leiden inzake het beroep en het verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening van [naam], appellant tegen de Examencommissie

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 5-1 3 0 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het College van beroep van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellante tegen de Examencommissie

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 5 0 6 7 van (de voorzitter van) het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep en het verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening van

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 5 0 4 4 van (de voorzitter van) het van de Universiteit Leiden inzake het beroep en het verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening van [naam], appellant tegen de Raad van

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 7-2 5 6 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het College van beroep van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellante tegen de Toelatingscommissie

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 2-0 6 8 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen de Bachelor Examencommissie Geneeskunde, verweerder 1. Ontstaan

Nadere informatie

Bij beslissing van 28 augustus 2013 heeft de examencommissie van de opleiding Informatica appellant een negatief bindend studieadvies gegeven.

Bij beslissing van 28 augustus 2013 heeft de examencommissie van de opleiding Informatica appellant een negatief bindend studieadvies gegeven. Zaaknummer : CBHO 2014/045 Rechter(s) : mr. Borman Datum uitspraak : 23 juni 2014 Partijen : Appellant tegen Hogeschool Leiden Trefwoorden : Bijzondere omstandigheden, duale opleiding NBSA, negatief bindend

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 5-2 4 6 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het College van beroep van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen de Raad van Bestuur

Nadere informatie

Bij beslissing van 9 juli 2014 heeft het CBE het door appellante daartegen ingestelde beroep ongegrond verklaard.

Bij beslissing van 9 juli 2014 heeft het CBE het door appellante daartegen ingestelde beroep ongegrond verklaard. Zaaknummer : 2014/125.5 Rechter(s) : mrs. Olivier, Lubberdink en Kleijn Datum uitspraak : 8 oktober 2014 Partijen : Appellante tegen CBE Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden : Bindend studieadvies, BNSA,

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 6-1 8 1 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het College van beroep van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen de Examencommissie

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 2 1 2 7 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellante tegen de Raad van Bestuur van het Leids Universitair Medisch Centrum, verweerder 1. Ontstaan en loop

Nadere informatie

U I T S P R A A K 1 4-3 0 5

U I T S P R A A K 1 4-3 0 5 U I T S P R A A K 1 4-3 0 5 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellante tegen het Bestuur van de Faculteit Campus Den Haag, verweerder

Nadere informatie

U I T S P R A A K 1 4 0 4 9

U I T S P R A A K 1 4 0 4 9 U I T S P R A A K 1 4 0 4 9 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen de Examencommissie Bachelor Fiscaal Recht, verweerder 1.

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 5 0 5 6 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen de Examencommissie Bacheloropleiding Fiscaal Recht, verweerder

Nadere informatie

U I T S P R A A K 0 8 9 1

U I T S P R A A K 0 8 9 1 U I T S P R A A K 0 8 9 1 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Geesteswetenschappen, verweerder

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 2-0 3 2 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Sociale Wetenschappen, verweerder 1. Ontstaan en loop van het

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 1 1 4 6 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellant tegen de Bachelor Examencommissie Geneeskunde, verweerder 1. Ontstaan

Nadere informatie

van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden

van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden U I T S P R A A K 12-17 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellant tegen de Examencommissie van de opleiding Talen en Culturen van Japan,

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 0 0 5 8 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellante tegen het Bestuur van de Faculteit der Rechtsgeleerdheid, verweerder

Nadere informatie

Zaaknummer : CBHO 2014/060 Rechter(s) : mr. Borman Datum uitspraak : 18 juni 2014 Partijen : Appellant tegen CBE Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden

Zaaknummer : CBHO 2014/060 Rechter(s) : mr. Borman Datum uitspraak : 18 juni 2014 Partijen : Appellant tegen CBE Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden Zaaknummer : CBHO 2014/060 Rechter(s) : mr. Borman Datum uitspraak : 18 juni 2014 Partijen : Appellant tegen CBE Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden : NBSA, causaal verband, persoonlijke omstandigheden,

Nadere informatie

het College van Beroep voor de Examens van de Haagse Hogeschool (hierna: het CBE), verweerder.

het College van Beroep voor de Examens van de Haagse Hogeschool (hierna: het CBE), verweerder. Zaaknummer : CBHO 2015/293 en 2015/293.1 Rechter(s) : mr. Olivier Datum uitspraak : 12 januari 2016 Partijen : Appellant en Haagse Hogeschool Trefwoorden : bindend negatief studieadvies BNSA duidelijkheid

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 3 2 4 6 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Rechtsgeleerdheid, verweerder

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 7-2 4 8 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het College van beroep van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellante tegen de Raad van Bestuur

Nadere informatie

Zaaknummer : 2013/129

Zaaknummer : 2013/129 Zaaknummer : 2013/129 Rechter(s) : mr. Olivier Datum uitspraak : 13 november 2013 Partijen : Appellante tegen CBE Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden : Bindend negatief studieadvies, finale geschillenbeslechting,

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 4 3 0 2 van (de voorzitter van) het van de Universiteit Leiden inzake het beroep en het verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening van [naam] appellant tegen de Examencommissie

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 0-1 2 2 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellante tegen Bachelor Examencommissie Instituut Politieke Wetenschappen,

Nadere informatie

COLLEGE VAN BEROEP VOOR DE EXAMENS. Uitspraak van het College van Beroep voor de Examens van Tilburg University

COLLEGE VAN BEROEP VOOR DE EXAMENS. Uitspraak van het College van Beroep voor de Examens van Tilburg University COLLEGE VAN BEROEP VOOR DE EXAMENS Uitspraak van het College van Beroep voor de Examens van Tilburg University in de zaak tussen mevrouw X, appellante en de decaan van de Tilburg Law School, verweerder

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 2 0 8 2 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Geesteswetenschappen, verweerder

Nadere informatie

Algemene informatie

Algemene informatie Algemene informatie 2016-2017 BSA-regeling UITVOERINGSREGELING STUDIEADVIES BSA - TUA juni 2016 Aan de TUA geldt een bindend studieadvies. De Wet op het Hoger onderwijs en Wetenschappelijk onderzoek (WHW)

Nadere informatie

U I T S P R A A K 1 1-0 6 9

U I T S P R A A K 1 1-0 6 9 U I T S P R A A K 1 1-0 6 9 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellante tegen de Masterexamencommissie Criminologie, verweerder en van de

Nadere informatie

U I T S P R A A K 0 8 8 9

U I T S P R A A K 0 8 8 9 U I T S P R A A K 0 8 8 9 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX appellante tegen het Bestuur van de Faculteit der Geesteswetenschappen, verweerder

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 2-0 1 3 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep XXX, appellante tegen het Bestuur van de Faculteit der Rechtsgeleerdheid, verweerder 1. Ontstaan en loop van het geding

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 8-0 9 2 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam] te Den Haag, appellante tegen de Facultaire Examencommissie Rechtsgeleerdheid, verweerder 1. Ontstaan en loop

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 6-0 1 0 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen de Deelexamencommissie Notarieel Recht,

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 6-0 8 2 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellante tegen [naam], in haar hoedanigheid als examinator

Nadere informatie

Zaaknummer : 2013/207 Rechter(s) : mr. Borman Datum uitspraak : 18 juli 2014 Partijen : Appellant tegen CBE Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden :

Zaaknummer : 2013/207 Rechter(s) : mr. Borman Datum uitspraak : 18 juli 2014 Partijen : Appellant tegen CBE Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden : Zaaknummer : 2013/207 Rechter(s) : mr. Borman Datum uitspraak : 18 juli 2014 Partijen : Appellant tegen CBE Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden : NBSA, causaal verband, herkansing, persoonlijke omstandigheden,

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 7-1 5 6 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het College van beroep van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam] appellant tegen de Examencommissie

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 4 0 2 7 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Geneeskunde, verweerder

Nadere informatie

Zaaknummer : 2014/145

Zaaknummer : 2014/145 Zaaknummer : 2014/145 Rechter(s) : mr. Olivier Datum uitspraak : 10 december 2014 Partijen : Appellant en CBE Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden : (schriftelijk) advies studentendecaan, bindend negatief

Nadere informatie

De Examencommissie van de Academie voor Marketing en Business Management

De Examencommissie van de Academie voor Marketing en Business Management Uitspraak van het College van Beroep voor de Examens Avans Hogeschool in het geschil tussen: XXX, wonende te XXX, nader toe noemen: appellante, en De Examencommissie van de Academie voor Marketing en Business

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 3-0 0 1 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellante tegen de Examencommissie Psychologie, verweerder 1. Ontstaan en loop

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 0 9-1 3 1 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van de heer XXX te Schiedam, appellant tegen de Examencommissie Bachelor Rechtsgeleerdheid,

Nadere informatie

U I T S P R A A K 1 3-0 87

U I T S P R A A K 1 3-0 87 U I T S P R A A K 1 3-0 87 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep XXX, appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Geesteswetenschappen, verweerder

Nadere informatie