grote steden en Nederland

Transcriptie

1 Kerncijfers 393 Vier grote steden en Nederland. Bevolking.2 Openbare orde en veiligheid.3 Verkeer en openbare ruimte.4 Werk en inkomen.5 Onderwijs.6 Welzijn en zorg.7 Stedelijke ontwikkeling en wonen.8 Verkiezingen Amsterdam in cijfers 204

2 394 Vier grote steden en Nederland De G4 Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht vormen samen de G4: de vier grootste steden van Nederland. Veertien procent van de Nederlandse bevolking woont in een van deze steden. Er wonen relatief veel twintig- tot veertigjarigen in de G4-steden. De samenstelling van de huishoudens is er anders dan gemiddeld in Nederland. Het aandeel eenpersoonshuishoudens is er groter. Er zijn ook verschillen tussen de vier steden, bijvoorbeeld op het gebied van criminaliteit en jeugdwerkloosheid. Geregistreerde criminaliteit In 204 registreerde de politie in Nederland delicten. Het grootste deel hiervan bestaat uit vermogensmisdrijven (62%), gevolgd door vernieling en misdrijven tegen de openbare orde (3%), verkeersmisdrijven (%) en gewelds- en seksuele misdrijven (0%). Van de meer dan een miljoen geregistreerde delicten komt 23% voor de rekening van de vier grote steden in Nederland. In Amsterdam werden de meeste delicten geregistreerd (93.645), daarna volgt Rotterdam met delicten. In Amsterdam (73%) en Utrecht (7%) maken vermogensdelicten een groter deel uit van het aantal geregistreerde delicten dan landelijk (62%) en dan in Rotterdam en Den Haag. In Utrecht is het percentage gewelds- en seksuele misdrijven lager (7%) dan in Nederland (0%) en de drie andere grote steden. In Amsterdam is het percentage vernielingen en openbare ordedelicten (8%) lager dan het landelijk percentage (3%). In Rotterdam en Den Haag is het aandeel verkeersmisdrijven relatief hoog (beide 4%), terwijl dit in Amsterdam (6%) en Utrecht (9%) een kleiner deel uitmaakt.

3 Vier grote steden en Nederland 395 Utrecht Den Haag Rotterdam Amsterdam Nederland Geregistreerde misdrijven, 204 % vermogensmisdrijven gewelds- en seksuele misdrijven drugsmisdrijven vernieling en openbare orde verkeersmisdrijven overig bron: CBS/bewerking OIS Gerapporteerd slachtofferschap Uit de Veiligheidsmonitor 204 blijkt dat bewoners van de G4-steden vaker slachtofferschap rapporteren van één of meerdere delicten ) (28%) dan landelijk gezien (9%) 2 ). Ook in de G32 (37 middelgrote gemeenten in Nederland) en de overige gemeenten met meer dan inwoners (zogeheten gemeenten ) ligt het gerapporteerde slachtofferschap met respectievelijk 22% en 9% lager dan in de G4-steden. Opgehelderde misdrijven Hoewel in Nederland en in het bijzonder in de G4-steden Amsterdam en Utrecht het aandeel geregistreerde vermogensdelicten het grootst is, zijn de ophelderingspercentages het hoogst voor gewelds-en seksuele misdrijven. Vooral in Den Haag is dit percentage hoog (7% ten opzichte van 64% in heel Nederland). In deze G4-stad is het totale aandeel opgehelderde misdrijven ook groter dan in heel Nederland (32% tegen 25%) en dan in de andere G4-steden. In Amsterdam is het percentage opgehelderde misdrijven met 24% (iets) lager dan landelijk. In Utrecht is dit met 22% het laagst: lager dan landelijk en dan in de overige G4-steden. Opvallend is dat in Utrecht vooral minder verkeersmisdrijven worden opgehelderd dan landelijk (27% tegenover 37%), terwijl het aandeel ophelderingen voor dit delict in de andere drie grote steden juist hoger ligt dan in heel Nederland. Amsterdam in cijfers 205

4 396 Vier grote steden en Nederland Opgehelderde misdrijven, 204 (procenten) 80 % Amsterdam Rotterdam Den Haag Utrecht Nederland vermogensmisdrijven verkeersmisdrijven gewelds- en seksuele misdrijven totaal misdrijven bron: CBS Werkloze jongeren in de G4-steden In Amsterdam is de jeugdwerkloosheid hoger dan in de rest van Nederland: 3,3% van de Amsterdamse jongeren tot 26 jaar werkt niet, maar is actief op zoek naar een baan voor minimaal uur per week. 3 ) Landelijk gaat het om,8% van de jonge beroepsbevolking. Net als in de rest van het land is de jeugdwerkloosheid in Amsterdam wel gedaald. In 204 waren er naar schatting 800 jongeren minder werkloos dan in 203. Van de G4-steden is de jeugdwerkloosheid in Rotterdam het hoogst: hier is 7,6% werkloos. Ook in Den Haag is Ontwikkeling werkloze jongeren (5-26 jaar) G4 en Nederland, (procenten) 20 % Rotterdam Den Haag Amsterdam Nederland Utrecht bron: EBB CBS/REB OIS/bewerking OIS

5 Vier grote steden en Nederland 397 een groter deel van de jonge beroepsbevolking werkloos dan in Amsterdam: 6,9% van de jongeren is hier op zoek naar een baan. In Utrecht daarentegen is de jeugdwerkloosheid lager dan in de andere drie G4-steden en de rest van Nederland: 9,9% van Utrechtse jeugdige beroepsbevolking heeft geen baan. Voornaamste activiteit van jongeren Jongeren die alleen een opleiding volgen en geen werk zoeken, horen niet tot de beroepsbevolking, net zo min als jongeren die geen onderwijs volgen en niet werkzoekend zijn. Zij worden niet meegerekend bij de berekening van jeugdwerkloosheid. In Den Haag (30,4%) en Rotterdam (3,2%) volgt het grootste deel van de jongeren een opleiding en werkt niet. Het aandeel jongeren dat geen onderwijs volgt en ook geen baan zoekt, is in Den Haag het hoogst (9,5%). In Amsterdam en Utrecht is het grootste deel van de jongeren in opleiding en aan het werk (35,2% en 39,6%). Dat komt omdat er in deze steden meer studenten zijn met een kleine bijbaan dan in Den Haag en Rotterdam. Jongeren (5-26 jaar) naar voornaamste activiteit G4 en Nederland, 204 (procenten) Utrecht Den Haag Rotterdam Amsterdam Nederland. in opleiding 25,3 30,4 3,2 23,3 23,7 2. in opleiding en aan het werk 39,6 28,7 29,8 35,2 34,0 3. aan het werk en niet in opleiding 23,9 2,2 20,9 26,6 28, 4. werkloos en in opleiding 4,3 5,4 7,0 6,2 4,9 5. werkloos en niet in opleiding 2,7 4,7 3,9 3,3 3,4 6. niet in opleiding en niet werkend, overig 4,2 9,5 7, 5,4 5,8 totaal bron: EBB CBS/REB OIS/bewerking OIS ) Hierbij gaat het om geweldsdelicten, vermogensdelicten en vandalisme. 2 ) Centraal Bureau voor de Statistiek (205). Veiligheidsmonitor 204. Den Haag: Centraal Bureau voor de Statistiek. 3 ) OIS (205), Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 204. Amsterdam: Onderzoek, Informatie en Statistiek. Amsterdam in cijfers 205

6 398 Inhoud. Bevolking 400 tabellen.. Oppervlakte, bevolkingsdichtheid, woningdichtheid en gemiddelde woningbezetting Bevolking naar herkomstgroepering Bevolking naar leeftijdsgroepen Bevolking naar burgerlijke staat en geslacht Bevolking naar nationaliteiten Stand en loop van de bevolking Stand en groei van de bevolking Particuliere huishoudens naar samenstelling Prognose bevolking Prognose huishoudens 408 grafieken.a Bevolkingsdichtheid en woningdichtheid 400.b Bevolking naar herkomstgroepering 40.c Bevolking naar leeftijdsgroepen en geslacht 402.d Groei van de bevolking Openbare orde en veiligheid 409 tabellen.2. Geregistreerde misdrijven en ophelderingen 409 grafieken.2a Opgehelderde misdrijven Verkeer en openbare ruimte 40 tabellen.3. Geregistreerde motorvoertuigen Voertuigen met bromfietskenteken 40 grafieken.3a Voertuigen met bromfietskenteken 40.4 Werk en inkomen 4 tabellen.4. Beroepsbevolking en arbeidsparticipatie Banen van werknemers naar bedrijfstak Bedrijfsvestigingen naar sectoren Werkzame personen naar sectoren, soort banen en geslacht Openstaande vacatures in 4 UWV arbeidsregio s Uitkeringen WWB Uitkeringen WW Uitkeringen WIA, WAO, WAZ en Wajong Uitkeringen AOW Toegekende aanvragen huurtoeslag van huishoudens naar huishoudenstypen en leeftijdsgroepen Gemiddelde huurtoeslag per jaar van huishoudens naar huishoudenstypen en leeftijdsgroepen Bevolking en gemiddeld besteedbaar inkomen Personen met een heel jaar inkomen en gemiddeld persoonlijk inkomen naar sociaal-economische categorie 48

7 Inhoud Personen met een heel jaar inkomen en gemiddeld persoonlijk inkomen naar geslacht en leeftijdsgroepen Personen met een heel jaar inkomen en gemiddeld persoonlijk inkomen naar herkomstgroepering Personen met een heel jaar inkomen naar inkomensklassen Particuliere huishoudens incl. studenten en gemiddeld besteedbaar inkomen naar samenstelling huishouden Particuliere huishoudens incl. studenten naar inkomensklassen Particuliere huishoudens excl. studenten en gemiddeld besteedbaar inkomen naar samenstelling huishouden Particuliere huishoudens excl. studenten naar inkomensklassen Gemeentelijke woonlasten 42 grafieken.4a Openstaande vacatures in 4 UWV arbeidsmarktregio s 43.4b Gemiddeld persoonlijk inkomen per persoon met een heel jaar inkomen en gemiddeld besteedbaar inkomen per inwoner 48.5 Onderwijs 422 tabellen.5. Leerlingen naar soort onderwijs en gemeente van hoofdvestiging Bevolking van 5-74 jaar naar hoogst afgerond opleidingsniveau 422 grafieken.5a Percentage geslaagden van eindexamenkandidaten in het voortgezet onderwijs Welzijn en zorg 423 tabellen.6. Sterfte naar doodsoorzaken 423 grafieken.6a Sterfte naar doodsoorzaken Stedelijke ontwikkeling en wonen 424 tabellen.7. Woningvoorraad Woningvoorraad en mutaties in de woningvoorraad Waarde woningvoorraad Verkiezingen 425 tabellen.8. Uitgebrachte geldige stemmen, blanco/ongeldige stemmen, kiesgerechtigden en opkomstpercentage bij de verkiezingen voor de Gemeenteraad Zetelverdeling bij de verkiezingen voor de Gemeenteraad Uitgebrachte geldige stemmen, blanco/ongeldige stemmen, kiesgerechtigden en opkomstpercentage bij de verkiezingen voor de Provinciale Staten 427 Amsterdam in cijfers 205

8 400 Bevolking.. Oppervlakte, bevolkingsdichtheid, woningdichtheid en gemiddelde woningbezetting, januari 205 oppervlakte in km 2 land bevolking bevolkingsdichtheid per km 2 land woningvoorraad woningdichtheid per km 2 land gemiddelde woningbezetting,97 2,00 2,05 2,27 2,23 bron: CBS/OIS.a Bevolkingsdichtheid en woningdichtheid (per km 2 land), januari x Amsterdam Rotterdam 's-gravenhage Utrecht Nederland bevolkingsdichtheid woningdichtheid bron: CBS/OIS

9 Bevolking Bevolking naar herkomstgroepering, januari 205 absoluut herkomstgroepering Surinamers Antillianen Turken Marokkanen overige niet-westerse allochtonen totaal niet-westerse allochtonen westerse allochtonen autochtonen totaal procenten Surinamers 8, 8,4 9, 2,3 2, Antillianen,5 3,8 2,4 0,8 0,9 Turken 5,2 7,7 7,5 4, 2,3 Marokkanen 9,0 6,8 5,8 8,9 2,3 overige niet-westerse allochtonen,0 0,7 9,9 5,6 4,5 totaal niet-westerse allochtonen 34,7 37,4 34,7 2,7, westerse allochtonen 6,3,9 6,5 0,8 9,6 autochtonen 49,0 50,7 48,8 67,5 78,3 totaal bron: CBS/OIS.b Bevolking naar herkomstgroepering, januari 205 (procenten) % Amsterdam Rotterdam 's-gravenhage Utrecht Nederland niet-westerse allochtonen westerse allochtonen autochtonen bron: CBS/OIS Amsterdam in cijfers 205

10 402 Bevolking..3 Bevolking naar leeftijdsgroepen, januari 205 leeftijdsgroep in jaren abs. % abs. % abs. % abs. % abs. % , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , 556 3, , , , , , , , , , , , , ,7 28 2,4 6323, , , , , , ,3 totaal w.v. mannen , , , , ,5 vrouwen , , , , ,5 bron: CBS/OIS.c Bevolking naar leeftijdsgroepen en geslacht, januari 205 Amsterdam mannen vrouwen

11 Bevolking 403.c Bevolking naar leeftijdsgroepen en geslacht, januari 205 (slot) Rotterdam mannen vrouwen s-gravenhage mannen vrouwen Utrecht mannen vrouwen Nederland mannen vrouwen bron: CBS/OIS Amsterdam in cijfers 205

12 404 Bevolking..4 Bevolking naar burgerlijke staat en geslacht, januari 205 burgerlijke staat ongehuwd mannen vrouwen totaal gehuwd ) mannen vrouwen totaal gescheiden ) mannen vrouwen totaal weduwstaat ) mannen vrouwen totaal totaal-generaal ) Incl. geregistreerd partnerschap. bron: CBS/OIS..5 Bevolking naar nationaliteiten, januari 204 nationaliteit Nederland Turkije Groot-Brittannië Duitsland Italië Spanje Frankrijk Polen overig Europa Marokko overig Afrika Verenigde Staten overig Amerika Azië Oceanië staatloos/onbekend totaal bron: CBS/OIS

13 Bevolking Stand en loop van de bevolking, 204 stand januari geboorte sterfte geboorteoverschot vestiging vertrek vestigingsoverschot groei ) absoluut %,4 0,9,2,8 0,4 stand januari ) Incl. administratieve correcties. bron: CBS/OIS..7 Stand en groei van de bevolking, groei (absoluut) stand stand Amsterdam Rotterdam s-gravenhage Utrecht Nederland groei (procenten) Amsterdam,7,2,2,5,4 Rotterdam 2,9,0 0,0 0,3 0,9 s-gravenhage,3,4 0,8 0,6,2 Utrecht,4,6,8,9,8 Nederland 0,5 0,4 0,3 0,3 0,4 personen 65 jaar e.o. per januari (procenten) Amsterdam,,0,3,6,7,8 Rotterdam 4,2 4, 4,4 4,7 4,9 5,0 s-gravenhage 3,,9 3,3 3,5 3,8 3,8 Utrecht 9,9 9,8 0,0 0,0 0, 0, Nederland 5,3 5,6 6,2 6,8 7,3 7,4 bron: CBS/OIS Amsterdam in cijfers 205

14 406 Bevolking.d Groei van de bevolking, (procenten) % 3,5 3,0 2,5 2,0,5,0 0,5 0,0 Amsterdam Rotterdam 's-gravenhage Utrecht Nederland bron: CBS/OIS..8 Particuliere huishoudens naar samenstelling, januari 204 huishouden eenpersoonshuishouden meerpersoonshuishouden ongehuwd paar zonder kinderen gehuwd paar zonder kinderen ongehuwd paar met kinderen gehuwd paar met kinderen eenoudergezin overig huishouden totaal totaal bron: CBS

15 Bevolking Prognose bevolking (x.000), januari jaar Amsterdam 236,6 246,2 247,7 246,3 245,4 Rotterdam 84,8 89,3 9,0 92,2 9,2 s-gravenhage 52,2 56,3 59,7 64,2 68,6 Utrecht 5,9 8,0 33,8 37, 38,7 Nederland 486,2 4780, 4734,7 4764, 4799, jaar Amsterdam 333,5 333,9 336,2 334,4 333,7 Rotterdam 228,4 225,5 224,6 220,4 26,8 s-gravenhage 92, 87,7 88,5 9,0 95,7 Utrecht 43,3 49,3 55,8 56,9 55,3 Nederland 536,9 5234,9 5349,4 5390,4 5365, jaar Amsterdam 55,2 6,3 60,5 6,4 62,9 Rotterdam 8,,3 8,5 7,3 7,7 s-gravenhage 98, 04,0 04,4 03,9 02,5 Utrecht 53,3 60,2 63,5 66,3 67,9 Nederland 360,3 358,3 3303,5 3037,4 2925,2 65 jaar e.o. Amsterdam 6,9 34, 54,0 70,2 83,8 Rotterdam 02,2,7 4,0 34, 42,4 s-gravenhage 78,9 87,3 98,0 08,7 8,8 Utrecht 38,8 44, 5,5 59,0 67, Nederland 3397,7 3792,8 4206,0 4547,4 4726, mannen Amsterdam 407,9 423,8 434,3 440,4 446,0 Rotterdam 309,4 35,8 320,5 322,9 324,3 s-gravenhage 254,0 259,0 266,0 273,9 282,2 Utrecht 7, 86,2 97,7 204,8 209,4 Nederland 8479,3 8600,6 8697,3 876,7 8788,7 vrouwen Amsterdam 434,5 45,6 463,9 472,0 479,7 Rotterdam 324, 332, 337,5 340,9 343,6 s-gravenhage 267,5 276,2 284,5 293,8 303,2 Utrecht 80,3 95, 206,8 24,5 220,0 Nederland 866,8 8788,5 8896,4 8977,4 9027,3 totaal Amsterdam 842,4 875,4 898,2 9,4 925,7 Rotterdam 633,5 647,9 658,0 663,8 667,9 s-gravenhage 52,5 535,2 550,5 567,7 585,4 Utrecht 35,4 38,3 404,5 49,3 429,4 Nederland 74, 7389, 7593,7 7739, 786,0 bron: CBS Amsterdam in cijfers 205

16 408 Bevolking..0 Prognose huishoudens (x.000), eenpersoonshuishoudens Amsterdam 256,2 265,4 275,3 285, 293,9 Rotterdam 47, 5,0 54,9 59,9 64,6 s-gravenhage 6,7 34,6 4,8 50,0 57,4 Utrecht 99,2 06,9 3,7 8,3 2,6 Nederland 308,2 3266,4 3430,3 3555,6 3646,7 paren Amsterdam 57,0 63,2 66,8 68,4 70,2 Rotterdam 38,5 4,8 43,2 43, 43,0 s-gravenhage 08,6 09,5,,8 5,2 Utrecht 72,5 77,6 8,8 84,4 86,3 Nederland 4296,4 4343, 4354, 4333,3 4298,6 eenouderhuishoudens Amsterdam 4,5 42,4 43, 43,4 43,6 Rotterdam 28, 27, 26,4 26,0 25,9 s-gravenhage 23,5 23,7 23,8 24,2 24,7 Utrecht 0,3,0,7,,4 Nederland 542,7 54,3 535,9 533,4 536, overige huishoudens Amsterdam 2,6 2,6 2,7 2,8 2,9 Rotterdam,6,6,7,7,7 s-gravenhage,4,4,4,5,5 Utrecht 0,6 0,7 0,7 0,7 0,7 Nederland 46,3 47,7 48,8 49,3 49,9 totaal huishoudens Amsterdam 457,3 473,6 487,9 499,7 50,6 Rotterdam 35,3 32,6 326,3 330,7 335,3 s-gravenhage 260,2 269,2 278,2 288,5 298,8 Utrecht 82,6 96,2 207,9 25,5 222,0 Nederland 7966,6 898,4 8369,0 847,7 853,4 bron: CBS

17 Openbare orde en veiligheid Geregistreerde misdrijven en ophelderingen, ) vermogensmisdrijven vernieling en openbare orde gewelds- en seksuele misdrijven overige misdrijven wetboek v. strafrecht verkeersmisdrijven drugsmisdrijven (vuur)wapenmisdrijven misdrijven overige wetten totaal w.v. opgehelderd (%) 24,0 28,3 32, 2,5 24,6 203 ) vermogensmisdrijven vernieling en openbare orde gewelds- en seksuele misdrijven overige misdrijven wetboek v. strafrecht verkeersmisdrijven drugsmisdrijven (vuur)wapenmisdrijven misdrijven overige wetten totaal w.v. opgehelderd (%) 23,5 30,9 34,6 24,3 25,6 totaal ) Voorlopige cijfers. bron: CBS.2a Opgehelderde misdrijven, 204 (procenten) % Amsterdam Rotterdam 's-gravenhage Utrecht Nederland vermogensmisdrijven gewelds- en seksuele misdrijven verkeersmisdrijven totaal misdrijven bron: CBS Amsterdam in cijfers 205

18 40 Verkeer en openbare ruimte.3. Geregistreerde motorvoertuigen, januari 205 totaal alle voertuigtypen personenauto s totaal bedrijfsauto s totaal bedrijfsmotorvoertuigen bestelauto s vrachtauto s trekkers speciale voertuigen autobussen motortweewielers bron: CBS.3.2 Voertuigen met bromfietskenteken, januari snorfietsen bromfietsen brommobielen totaal snorfietsen bromfietsen brommobielen totaal totaal a Voertuigen met bromfietskenteken, januari bron: CBS 60 x Amsterdam Rotterdam s-gravenhage Utrecht bron: CBS

19 Werk en inkomen 4.4. Beroepsbevolking en arbeidsparticipatie, 204 beroepsbevolking (x.000) werkzaam werkloos totaal niet-beroepsbevolking (x.000) totale bevolking 5-74 jaar (x.000) arbeidsparticipatie (%) bruto 7,3 66,3 67,2 74,6 70, netto 65,2 57,9 59,8 68,9 64,9 werkloze beroepsbevolking (%) 8,5,6 0,9 7,6 7,4 bron: CBS.4.2 Banen van werknemers (x.000) naar bedrijfstak, 3 december 203 ) bedrijfstak landbouw, bosbouw en visserij 0,05 0,3 0,72 0, 97,85 nijverheid en energievoorziening 27,95 42,6,45 5,44 4,30 w.o. delfstoffenwinning x x x x 0,68 industrie x 22,4 5,83 x 740,43 energievoorziening x 3,53 x x 26,7 waterbedrijven en afvalbeheer x x x x 3,98 bouwnijverheid 8,60 4,7 5,39 7, 34,50 commerciële dienstverlening 338,75 84,74 2,36 3,86 386,27 w.o. handel 72,4 44,58 25,08 23,45 95,68 vervoer en opslag 8,39 32,60 8,99 4,49 369,5 horeca 37,36 4,26 9,84 9,5 34,55 informatie en communicatie 32,69 7,96, 6,3 227,86 financiële dienstverlening 45,78,37 9,26 20, 243,6 verhuur en handel van onroerend goed 7,35 3,72 2,48 2,69 67,37 specialistische zakelijke diensten 58,25 26,23 7,54 5,93 487,66 verhuur en ov. zakelijke diensten 66,5 43,0 38,06 29,36 828,38 niet-commerciële dienstverlening 7,48 30,9 7,70 98, ,2 w.o. openbaar bestuur en overheidsdiensten 32,86 29,56 55,37 26,24 5,08 onderwijs 35,39 25,84 5,35 2,09 508,5 gezondheids- en welzijnszorg 80,46 60,05 4,06 39,28 343,7 cultuur, sport en recreatie 3,6 6,94 5,29 3,29 7,82 overige dienstverlening 9,62 7,79 0,62 8,66 36,09 totaal 538,23 357,86 263,22 245,97 77,62 ) Voorlopige cijfers. bron: CBS Amsterdam in cijfers 205

20 4 Werk en inkomen.4.3 Bedrijfsvestigingen naar sectoren, ) sector primair industrie bouwnijverheid tertiair quartair totaal ) Vestigingen met werkzame personen. bron: LISA.4.4 Werkzame personen naar sectoren, soort banen en geslacht, sectoren primair industrie bouwnijverheid tertiair quartair grote banen ) mannen vrouwen kleine banen 2 ) mannen vrouwen totaal ) Personen uur of meer per week werkzaam. bron: LISA 2 ) Personen minder dan uur per week werkzaam.

21 Werk en inkomen Openstaande vacatures in 4 UWV arbeidsmarktregio s, januari 205 Groot Midden Amsterdam Rijnmond Haaglanden Utrecht Nederland elementaire beroepen lagere beroepen middelbare beroepen hogere beroepen wetenschappelijke beroepen bron: UWV.4a Openstaande vacatures in 4 UWV arbeidsmarktregio s, januari 204-juli 205 x jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec jan feb mrt apr mei jun jul Groot Amsterdam Rijnmond Haaglanden Midden Utrecht bron: UWV Amsterdam in cijfers 205

22 44 Werk en inkomen.4.6 Uitkeringen WWB, januari 204 ) leeftijdsgroep tot de AOW-leeftijd vanaf de AOW-leeftijd gezinssituatie alleenstaande alleenstaande ouder (echt)paar totaal 205 ) ) ) Voorlopige cijfers. bron: CBS.4.7 Uitkeringen WW, januari 205 leeftijdsgroep 5-24 jaar jaar jaar jaar jaar AOW-leeftijd geslacht mannen vrouwen WW-percentage ) 3,5 4,4 3,8 3,2 4,0 totaal ) WW-percentage = het aantal lopende uitkeringen als bron: UWV

23 Werk en inkomen Uitkeringen WIA, WAO, WAZ en Wajong, januari 205 ) WIA 5-24 jaar jaar jaar jaar jaar AOW-leeftijd totaal w.v. mannen vrouwen geheel arbeidsongeschikt deels arbeidsongeschikt WAO 5-24 jaar jaar jaar jaar jaar AOW-leeftijd totaal w.v. mannen vrouwen geheel arbeidsongeschikt deels arbeidsongeschikt WAZ 5-24 jaar jaar jaar jaar jaar AOW-leeftijd totaal w.v. mannen vrouwen geheel arbeidsongeschikt deels arbeidsongeschikt Wajong 5-24 jaar jaar jaar jaar jaar AOW-leeftijd totaal w.v. mannen vrouwen geheel arbeidsongeschikt deels arbeidsongeschikt totaal AO-uitkeringen ) Inclusief buitenland en onbekend. bron: UWV Amsterdam in cijfers 205

24 46 Werk en inkomen.4.9 Uitkeringen AOW, e kwartaal e kwartaal e kwartaal e kwartaal e kwartaal ) waarvan volledig 2 ) gekort 3 ) mannen vrouwen ) Voorlopige cijfers. bron: CBS 2 ) Volledig houdt in dat over de gehele AOW-periode (50 jaar) rechten zijn opgebouwd. 3 ) Voor elk jaar dat de pensioengerechtigde tussen het 5de en 65ste jaar niet verzekerd is geweest, bijvoorbeeld vanwege wonen in het buitenland, wordt op het ouderdomspensioen 2% gekort..4.0 Toegekende aanvragen huurtoeslag van huishoudens naar leeftijdsgroepen en huishoudenstypen, 20 totaal huishoudens totaal <65 jaar eenpersoonshuishoudens meerpersoonshuishoudens totaal 65+ jaar eenpersoonsouderenhuishoudens meerpersoonsouderenhuishoudens totaal minima bron: MinBZk/WB

25 Werk en inkomen Gemiddelde huurtoeslag per jaar (x euro) van huishoudens naar leeftijdsgroepen en huishoudenstypen, 20 totaal huishoudens totaal <65 jaar eenpersoonshuishoudens meerpersoonshuishoudens totaal 65+ jaar eenpersoonsouderenhuishoudens meerpersoonsouderenhuishoudens totaal minima bron: MinBZk/WB.4. Bevolking en gemiddeld besteedbaar inkomen, 20 bevolking januari 203 totaal (x.000) 799,3 66,3 505,9 32,9 6779,6 w.o. met een heel jaar inkomen 558,2 42,9 335,3 224, 898,9 in % van inwoners 69,8 68,5 66,3 69,6 70,9 gemiddeld besteedbaar inkomen per inwoner (x.000 euro) 5,7 4, 4,8 5,3 5, rangnummer gemiddeld persoonlijk inkomen per persoon met een heel jaar inkomen (x.000 euro) 33, 29,3 32,4 32,8 30,8 rangnummer bron: CBS/RIO 20 Amsterdam in cijfers 205

26 48 Werk en inkomen.4b Gemiddeld persoonlijk inkomen per persoon met een heel jaar inkomen en gemiddeld besteedbaar inkomen per inwoner, x.000 euro Amsterdam Rotterdam 's-gravenhage Utrecht Nederland gemiddeld persoonlijk inkomen per persoon met een heel jaar inkomen gemiddeld besteedbaar inkomen per inwoner bron: CBS/RIO Personen met een heel jaar inkomen en gemiddeld persoonlijk inkomen naar sociaal-economische categorie, 20 personen met een heel jaar inkomen (x.000) totaal actief 349,7 242,9 207,6 44,4 7392,5 w.o. zelfstandige 68,9 30, 3,8 20,4 022,3 totaal niet-actief 208,5 79,0 7,7 79,6 4506,4 w.o. bijstandsuitkering 35, 34, 9,7 7,6 322,7 pensioenontvanger 65+ jaar 8,2 8,6 59,3 28,7 2530, gemiddeld persoonlijk inkomen (x.000 euro) totaal actief 4,9 37,8 40, 4,6 37,6 w.o. zelfstandige 33,5 34,0 34, 36,8 36,2 totaal niet-actief 8,3 7,9 20,0 6,7 9,8 w.o. bijstandsuitkering 3,8 3,8 3,6 3, 3,6 pensioenontvanger 65+ jaar 2,9 20,2 23,4 2,6 2,7 bron: CBS/RIO 20

27 Werk en inkomen Personen met een heel jaar inkomen en gemiddeld persoonlijk inkomen naar geslacht en leeftijdsgroepen, 20 personen met een heel jaar inkomen (x.000) totaal 558,2 42,9 335,3 224, 898,9 mannen 278,7 2,6 70,2 0,5 6094,5 vrouwen 279,5 209,3 65,2 3,6 5804, jaar 52,8 40,5 28,0 29,6 56, jaar 7,9 83,9 65,8 58,9 785, jaar,5 77,3 67,6 46,8 200, jaar 00,9 75, 62,4 34,6 2307, jaar 76,5 59, 48, 23,6 864, jaar 52,4 46,8 36,2 7,4 562,2 75 jaar en ouder 35,7 38,9 27,0,8 06,8 gemiddeld persoonlijk inkomen (x.000 euro) totaal 33, 29,3 32,4 32,8 30,8 mannen 38,0 34,9 38,4 38,5 38,6 vrouwen 28,2 23,6 26,4 27,2 22, jaar,2,3, 0,3, jaar 33,9 29,9 29,9 33,5 30, jaar 43,3 36,6 40,0 44,3 37, jaar 39, 36,0 40,5 4, 39, jaar 34,9 34,0 36,9 37,3 36, jaar 25,7 22,8 26, 24,0 24,6 75 jaar en ouder 20,7 9,5 23,2 2,0 20,3 bron: CBS/RIO Personen met een heel jaar inkomen en gemiddeld persoonlijk inkomen naar herkomstgroepering, 20 personen met een heel jaar inkomen (x.000) totaal 558,2 42,9 335,3 224, 898,9 autochtonen 306,8 242,7 88,5 62, 9707,5 westerse allochtonen 84,9 46,5 48,9 22,9 094,6 niet-westerse allochtonen 66,5 32,7 98,0 39,0 096,8 gemiddeld persoonlijk inkomen (x.000 euro) totaal 33, 29,3 32,4 32,8 30,8 autochtonen 36,5 32,3 35,4 34,9 3,5 westerse allochtonen 38, 3, 37,0 34,2 3,7 niet-westerse allochtonen 24, 23,2 24,5 23,4 23,8 bron: CBS/RIO 20 Amsterdam in cijfers 205

28 420 Werk en inkomen.4.6 Personen met een heel jaar inkomen (x.000) naar inkomensklassen, 20 ) persoonlijk inkomen per jaar minder dan.600 euro 03,7 82, 58,9 46,5 2379,8.600 euro-<20.00 euro,6 02,2 73,7 38,6 2379, euro-< euro 0,3 82,7 67,3 38, 2379, euro-<44.00 euro 05,4 79,8 64,8 46,0 2379, euro en meer 6,2 75,3 70,8 54,8 2379,8 totaal 558,2 42,9 335,3 224, 898,9 ) 20%-groepen van de landelijke verdeling van het persoonlijk inkomen. bron: CBS/RIO Particuliere huishoudens incl. studenten en gemiddeld besteedbaar inkomen naar samenstelling huishouden, 20 huishoudens (x.000) totaal 424,0 304,7 240,5 63, 7458, eenpersoonshuishouden 229,4 43, 0,9 84,4 2706,5 paar zonder kinderen 80, 66,6 50,6 33,8 24,0 paar met kinderen 66,4 57,0 5,8 33, 99,8 eenoudergezin 37,3 30,3 2,3 8,5 502, gemiddeld besteedbaar inkomen (x.000 euro) totaal 29,5 28,3 30,8 29,9 33,6 eenpersoonshuishouden 9,5 8,2 9,5 6,9 9,2 paar zonder kinderen 4, 36, 39,0 40,6 37,8 paar met kinderen 49,8 45,3 47,9 5,6 49,2 eenoudergezin 26,7 24,8 25,9 28,0 27,7 gestandaardiseerd inkomen per huishouden (x.000 euro) 22,6 2, 22,7 22,0 23,6 bron: CBS/RIO Particuliere huishoudens incl. studenten (x.000) naar inkomensklassen, 20 ) besteedbaar inkomen per jaar minder dan 7.00 euro 34,9 89,3 65,8 5,8 49, euro-< euro 90,4 73,8 53,0 30,3 49, euro-< euro 75,0 57, 44,7 26,4 49, euro-< euro 56,7 44,0 37, 23,8 49, euro en meer 67,0 40,6 40,0 30,9 49,6 totaal 424,0 304,7 240,5 63, 7458, ) 20%-groepen van de landelijke verdeling van het besteedbaar huishoudensinkomen. bron: CBS/RIO 20

29 Werk en inkomen Particuliere huishoudens excl. studenten en gemiddeld besteedbaar inkomen naar samenstelling huishouden, 20 huishoudens (x.000) totaal 389,0 287,0 230, 36,6 790,0 eenpersoonshuishouden 98,4 7,8 0,8 60,0 2465,2 paar zonder kinderen 77,2 64,7 49,6 32,3 203,4 paar met kinderen 66,4 57,0 5,8 33, 99,8 eenoudergezin 37,3 30,3 2,3 8,5 502, gemiddeld besteedbaar inkomen (x.000 euro) totaal 3,4 29,6 3,8 34,3 34,5 eenpersoonshuishouden 2,4 9,5 20,6 2,2 20,4 paar zonder kinderen 42, 36,7 39,5 4,8 38,0 paar met kinderen 49,8 45,3 47,9 5,6 49,2 eenoudergezin 26,7 24,8 25,9 28,0 27,7 gestandaardiseerd inkomen per huishouden (x.000 euro) 24,0 2,9 23,3 25,0 24,2 bron: CBS/RIO Particuliere huishoudens excl. studenten (x.000) naar inkomensklassen, 20 ) besteedbaar inkomen per jaar minder dan euro 4,3 83,2 63,2 30,0 438, euro-< euro 85,4 69,2 50,3 28,8 438, euro-< euro 70,2 53,5 42,4 24,8 438, euro-< euro 54,3 42,0 35,5 23, 438, euro en meer 64,9 39,0 38,7 29,9 438,0 totaal 389,0 287,0 230, 36,6 790,0 ) 20%-groepen van de landelijke verdeling van het besteedbaar huishoudensinkomen. bron: CBS/RIO Gemeentelijke woonlasten (euro s per jaar per huishouden), ) gemiddelde woning 2 ) eenpersoonshuishouden meerpersoonshuishouden Amsterdam Rotterdam s-gravenhage Utrecht Nederland gemiddeld ) De gemeentelijke woonlasten bestaan uit onroerende bron: COELO/Atlas van de lokale lasten zaakbelasting (OZB), reinigingsheffing en rioolheffing woningen. 2 ) De gemiddelde woning is vastgesteld door het CBS, verschilt per gemeente en is gerelateerd aan de waarde van de woning. Amsterdam in cijfers 205

30 422 Onderwijs.5. Leerlingen naar soort onderwijs en gemeente van hoofdvestiging, 204/ 5 basisonderwijs speciaal basisonderwijs (voortgezet) speciaal onderwijs voortgezet onderwijs bron: OCW/DUO.5.2 Bevolking van 5-74 jaar naar hoogst afgerond opleidingsniveau, 20 (procenten) laag midden hoog totaal bron: CBS/bewerking OIS.5a Percentage geslaagden van eindexamenkandidaten in het voortgezet onderwijs, % VMBO-bkg VMBO-t HAVO VWO Amsterdam Rotterdam s-gravenhage Utrecht Nederland bron: Onderwijsinspectie

31 Welzijn en zorg Sterfte naar doodsoorzaken, doodsoorzaak nieuwvormingen ziekten van hart en vaatstelsel ziekten van ademhalingsstelsel uitwendige doodsoorzaken overige doodsoorzaken totaal procenten doodsoorzaak nieuwvormingen 28,9 28,8 28,8 29,5 3,3 ziekten van hart en vaatstelsel 23,8 26,8 26,4 24, 27,2 ziekten van ademhalingsstelsel 8,2 9,0 8,7 0,2 8,7 uitwendige doodsoorzaken 6,2 5,0 4,7 5,9 4,6 overige doodsoorzaken 32,9 30,4 3,5 30,3 28,3 totaal totaal abs bron: CBS.6a Sterfte naar doodsoorzaken, 203 (procenten) % nieuwvormingen ziekten van hart en vaatstelsel Amsterdam Rotterdam s-gravenhage Utrecht Nederland bron: CBS Amsterdam in cijfers 205

32 424 Stedelijke ontwikkeling en wonen.7. Woningvoorraad, ) 204 e kwartaal e kwartaal e kwartaal e kwartaal e kwartaal e kwartaal e kwartaal ) Beginstand periode, voorlopige cijfers. bron: CBS De gegevens zijn afkomstig uit de Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG)..7.2 Woningvoorraad en mutaties in de woningvoorraad, 204 stand vermeerdering nieuwbouw overige toevoeging vermindering sloop overige onttrekking saldo stand ) ) Incl. administratieve correcties; voorlopige cijfers. bron: CBS.7.3 Waarde woningvoorraad, januari totale waarde woningen (x mln. euro) 204 ) ) ) gemiddelde waarde woningen (x.000 euro) 204 ) ) ) ) Voorlopige cijfers. bron: CBS

33 Verkiezingen Uitgebrachte geldige stemmen (procenten), blanco/ongeldige stemmen, kiesgerechtigden en opkomstpercentage bij de verkiezingen voor de Gemeenteraad, 9 maart 204 politieke groepering Partij van de Arbeid (P.v.d.A.) 8,4 5,8,4 0,2 0,3 VVD,2 7,5 9,5 0,9,2 GROENLINKS 0,7 4,9 5,2 6,9 5,4 Democraten 66 (D66) 26,8,7 5,5 26,5, SP (Socialistische Partij),2 0,5 5,5 9,5 6,6 CDA 2,8 5,9 6,7 6,2 4,4 Partij voor de Dieren 2,8 2,5 2, 2,5 0,5 Partij van de Ouderen (P.v.d.O.) 2, Leefbaar Rotterdam 27,5 Nida Rotterdam 4,8 ChristenUnie-SGP 3,2 2,5,3 PVV (Partij voor de Vrijheid) 4,0 0,6 Haagse Stadspartij, Groep de Mos/Ouderen Partij Den Haag 5,8 Islam Democraten 3,8 Partij van de Eenheid 3,2 Stadsbelang Utrecht 4,2 ChristenUnie 3,9 4, Student & Starter 3,6 overige partijen 4,0 4,7 2,7 5,6 32,5 totaal geldige stemmen blanco/ongeldige stemmen totaal stemmen kiesgerechtigden opkomstpercentage 50,3 45, 5,3 54,2 54,0 bron: Kiesraad/afd. Basisinformatie Amsterdam in cijfers 205

34 426 Verkiezingen.8.2 Zetelverdeling bij de verkiezingen voor de Gemeenteraad, 9 maart 204 politieke groepering Partij van de Arbeid (P.v.d.A.) VVD GROENLINKS Democraten 66 (D66) SP (Socialistische Partij) CDA Partij voor de Dieren Partij van de Ouderen (P.v.d.O.) Leefbaar Rotterdam 4 Nida Rotterdam 2 ChristenUnie-SGP 07 PVV (Partij voor de Vrijheid) 7 Haagse Stadspartij 5 Groep de Mos/Ouderen Partij Den Haag 3 Islam Democraten 2 Partij van de Eenheid Stadsbelang Utrecht 2 ChristenUnie Student & Starter overige partijen 3078 totaal bron: Kiesraad/afd. Basisinformatie

35 Verkiezingen Uitgebrachte geldige stemmen (procenten), blanco/ongeldige stemmen, kiesgerechtigden en opkomstpercentage bij de verkiezingen voor de Provinciale Staten, 8 maart 205 politieke groepering Amsterdam Rotterdam s-gravenhage Utrecht VVD 3,5 4,3 8,2 3,7 Partij van de Arbeid (P.v.d.A.) 5,2,,,2 PVV (Partij voor de Vrijheid) 7,6 6,6 5,5 6,6 Democraten 66 (D66) 20,5 4,8 8,2 25,6 SP (Socialistische Partij),7,9 8,9 9,5 CDA 3,3 7,9 7,6 6,3 GROENLINKS, 6,5 6,7 4,6 Partij voor de Dieren 6,5 5, 5,5 5,5 Ouderenpartij Noord-Holland, 50PLUS,9 3,9 3,3,6 ChristenUnie-SGP 2, Vrouwen Partij (VP) 0,5 Multicultureel Plus Partij (M+),0 Hart voor Holland 0,4 Piratenpartij,6 ChristenUnie 3, 2,3 3, Staatkundig Gereformeerde Partij (SGP),3 0,8 0,5 Nederland Lokaal,0 0,2 Verenigde Lokale Partijen Zuid-Holland 0,3 0,4 Libertarische Partij (LP) 0,3 0,2 0,2 Provincie@Inwonersbelangen 0,4 JEZUS LEEFT 0,2 Vrijzinnige Partij 0, totaal geldige stemmen blanco/ongeldige stemmen totaal stemmen kiesgerechtigden opkomstpercentage 43,6 35, 40,7 48,8 bron: Kiesraad Amsterdam in cijfers 205

36 428