Wat betekent monitoring eigenlijk? Het staat niet in de Van Dale. Wel in de encyclopedie, en daar betekent het bewaking.

Transcriptie

1 Uw Staten hebben gevraagd hoe het college de voortgang van het nieuwe economische beleidskader gaat monitoren. Graag willen we dat in deze presentatie laten zien. VOETREGEL 1

2 Wat betekent monitoring eigenlijk? Het staat niet in de Van Dale. Wel in de encyclopedie, en daar betekent het bewaking. In de Najaarsnota heeft het college u voorgesteld om u meer behulpzaam te zijn in het sturen op maatschappelijk rendement. Het college stelt u voor om eenduidiger te laten zien hoe de activiteiten, waarvoor uw Staten de middelen beschikbaar stellen, bijdragen aan de kwaliteit van de leefomgeving. In de begroting 2017 is het sturen op maatschappelijk rendement verder uitgewerkt. Per activiteit wordt gekeken naar de effecten op de vlakken economie, duurzaamheid en veiligheid. Deze werkwijze gaat ervanuit dat wij met één activiteit meerdere effecten (tegelijkertijd) bereiken. Mooi voorbeeld: de gebiedsopgaven, maar bijvoorbeeld ook de kerntaak Bereikbaarheid dragen sterk bij aan de economie van Gelderland. En economische innovaties kunnen weer bijdragen aan duurzaamheid. VOETREGEL 2

3 Deze presentatie zoomt in op het beleidskader. Het beleidskader is inmiddels door uw Staten vastgesteld en is de uitwerking van de economische speerpunten uit het Coalitieakkoord: MKB Onderwijs arbeidsmarkt Innovatie bevorderen Ruimte voor duurzame groei Internationaliseren Tijdens behandeling beleidskader op 29 juni jl. heeft u als Staten vragen gesteld over de samenhang tussen de mijlpalen, de rode draden en de plandoelen. Daarbij heeft u aangegeven meer zicht te willen krijgen op de wijze waarop de uitvoering en voortgang van het economisch beleid wordt gemonitord. Hiervoor is de briefing van vanmiddag georganiseerd. VOETREGEL 3

4 Omdat het vandaag vooral gaat om het beleidskader Economie, beginnen we met een stukje theorie: hoe wordt in Europa en in de wereld de Economie gemeten? We gaan kijken hoe het World Economic Forum en de EU dat doen. Vervolgens maken we het bruggetje naar het Gelderse beleid en laten we u zien hoe wij dat willen monitoren. We hebben ook de Rekenkamer Oost gevraagd op onze werkwijze te reflecteren, en dat komt bij het laatste onderdeel (bespreekpunten), waarna wij u willen vragen wat u ervan vindt. VOETREGEL 4

5 VOETREGEL 5

6 Het World Economic Forum meet onder andere jaarlijks het economische concurrentievermogen van landen. Dit gezaghebbende instituut zet zich in voor de verbetering van de toestand van de wereld. In 1971 opgericht door Klaus Schwab. Hoofdkantoor in Genève. Bij het grote publiek vooral bekend om de jaarvergaderingen in Davos. Jaarlijkse bijeenkomsten van de CEO's van de grootste bedrijven ter wereld, ministers-presidenten, staatshoofden, intellectuelen en journalisten over de toestand in de wereld. De meest invloedrijke personen van de wereld komen er, in totaal zo'n Daardoor een zeer prestigieus platform. VOETREGEL 6

7 Al even invloedrijk en gezaghebbend is hun publicatie over de concurrentieverhoudingen in de wereld. Jaarlijkse studie en benchmark van 138 landen. Er wordt gekeken naar de factoren die de productiviteit, de groei en de welvaart op lange termijn bepalen. Nederland behoort al jaren tot de top tien van meest concurrerende landen ter wereld. Een paar weken geleden is de jaargang verschenen en is Nederland gestegen naar de vierde plaats, achter Zwitserland, Singapore en de Verenigde Staten. Geïnspireerd door de Global Competitiveness Index van het World economisch Forum heeft de Europese Commissie op basis van dezelfde methode en uitgangspunten een soortgelijke index ontwikkeld om het concurrentievermogen van de Europese regio s in kaart te brengen, de zogenaamde Regional Competitiveness Index. De index is gebaseerd op 73 indicatoren, geclusterd naar dezelfde pijlers als bij de landenindex. Op basis daarvan is een rangorde opgesteld van de 262 Europese regio s. Voor Nederland zijn dat de provincies. VOETREGEL 7

8 De top-twintig procent van de meest concurrerende regio s liggen allemaal in Noordwest-Europa: delen van het Verenigd Koninkrijk, de Benelux, Duitsland, Scandinavië en als enige Franse - de regio Parijs. Gelderland komt zeer goed uit de internationale vergelijking en staat in de rangorde van de 262 EU-regio s op de 16 e plaats. VOETREGEL 7

9 De landenindex wordt berekend aan de hand van een breed scala aan indicatoren. Deze indicatoren zijn geclusterd in 12 thema s, de zogenaamde pijlers waar de concurrentiekracht op berust. 1. In het eerste blok wordt gekeken naar de minimaal noodzakelijke basisomstandigheden die voor elke economie van cruciaal belang zijn, zoals infrastructuur, de kwaliteit van het basisonderwijs en de volksgezondheid. 2. In het tweede blok wordt gekeken naar de vaardigheden van de beroepsbevolking, de kwaliteit van het hoger onderwijs en de marktcondities. Omstandigheden die van belang zijn voor economieën in een hogere ontwikkelingsfase. 3. In het derde blok wordt de mate van technologische ontwikkeling en innovatie beoordeeld. 4. Als laatste stap worden alle resultaten gewogen en in één robuuste index samengebracht: de Competitiveness Index. Op basis daarvan is vervolgens de rangorde opgesteld. VOETREGEL 8

10 VOETREGEL 9

11 In het zoeken naar aanknopingspunten voor ons beleid en onze monitoring, hebben wij aansluiting gezocht bij de thema s uit de concurrentie-index van het WEF en de RCI van de EU. Deze thema s worden binnen de economische wetenschap algemeen erkend als bepalende factoren die de productiviteit, de groei en de welvaart op lange termijn bepalen. Niet elk thema is het exclusieve terrein van economisch beleid, en ook verschilt de mate waarin het beleid door de regionale overheid beïnvloedbaar is. Maar toch doen we heel wat! In de tweede kolom hebben wij voorbeelden opgenomen van taken en speerpunten, waarmee wij als provincie aan die thema s bijdragen. In wezen is dit plaatje de brug van hoe er in Europa wordt gedacht over de economie naar wat wij daar aan doen. Het wordt zo wel heel veel, dus hierna laten we zien hoe we e.e.a. kunnen VOETREGEL 10

12 samenpakken. VOETREGEL 10

13 De speerpunten van ons beleid zijn uitgewerkt in het nieuwe beleidskader economie. Deze inzet moet ergens toe leiden: Sowieso moet de inzet leiden tot economische groei en werkgelegenheid, dat is het hoofddoel van ons beleid. Daarbinnen hebben uw Staten een zevental ambities voor 2020 vastgesteld. In beleid en uitvoering werken we daar aan. Dat helpt en geeft focus. Ook voor de monitoring. VOETREGEL 11

14 Om nog wat meer focus te kunnen aanbrengen voor de uitvoering, hebben we uw 7 ambities geclusterd tot drie overkoepelende ambities. Deze drie overkoepelende ambities staan ook als zodanig beschreven in de begroting, als een soort paragraaf dwars door de begroting heen. Immers, het is zo dat vanuit diverse teams en programma s van de provincie eveneens wordt bijdragen aan die overkoepelende ambities. VOETREGEL 12

15 Daarom hebben we deze tabel opgesteld, waarin wij voor onszelf bijhouden hoe vanuit de teams en programma s wordt bijgedragen aan de ambities. We gebruiken deze tabel ook om u zo meteen te laten zien hoe we de uitvoering gaan monitoren. VOETREGEL 13

16 VOETREGEL 14

17 De Rekenkamer heeft recent een rapport neergelegd met conclusies over netwerksturing. Ook voor wat betreft monitoring hebben we ons conclusies uit dat rapport ter harte genomen. Want wat blijkt: uw Staten worden niet geholpen door een overvloed aan verantwoordingsrapportages. Die helpen niet bij uw gevoel grip te hebben of te krijgen. Het is in deze tijd ook niet meer zo, dat de provincie als enige alles kan veranderen. Dat doen we samen, met de netwerkspelers. Daarom willen we de monitoring op drie manieren vormgeven: 1. Allereerst via de traditionele meetindicatoren. Meten is weten, net als het World Economic Forum laat zien. Ik zal ze zo langslopen. 2. Het tweede is dat we u de voortgang willen laten beleven. We willen u live kennis laten maken met spelers en hoogtepunten in de economie. We zullen sprekers af en toe uitnodigen voor een referaat, we organiseren evenementen en we gaan op excursie. 3. Als derde corresponderen we met u via de brieven. De komende tijd gaan die vooral over de verdere invulling van ons beleid. Ook daarmee krijgt u zicht op de voortgang en kunt u sturen. VOETREGEL 15

18 In de provinciale begroting is per programma ruimte beschikbaar gesteld voor twee monitoringsindicatoren. Wij hebben gekozen voor de twee belangrijkste economische grootheden: de groei van het bruto binnenlands product en de banengroei. In deze twee komt alles samen. Immers, alle economische doelen en inspanningen zijn uiteindelijk terug te voeren op deze twee fenomenen. Een goed regionaal concurrentievermogen resulteert uiteindelijk in economische bedrijvigheid en legt daarmee de basis voor werk en inkomen van de Gelderse bevolking. Het draagt bij aan de continuïteit van het zittende bedrijfsleven en zorgt binnen de grenzen van de conjunctuur - voor verdere groei. De ontwikkeling van de economische groei en banengroei zijn dus sleutelindicatoren voor het monitoren van het Beleidskader. VOETREGEL 16

19 Elke twee jaar vervaardigen wij de PEV en periodiek krijgt u een update met de stand van zaken op macro-economisch gebied, de Econometer. Uiteraard is het niet alleen ons beleid dat invloed heeft op de stand van die indicatoren! De stand van de indicatoren is zeker van groot belang voor onze beleidsaccenten. Ik vraag nog een keer uw aandacht voor de mooie rapporten, ze kijken zowel terug op het verleden als dat ze voorspellend zijn voor de toekomst. Zie de breedte aan onderwerpen waarover gerapporteerd wordt. Ook worden regionale verschillen geduid en verklaard. Klik even door op de link en zie wat u allemaal aan meet-informatie met duiding krijgt aangeboden. U kunt e.e.a. vinden op de website VOETREGEL 17

20 Dit zijn indicatoren waarover we u bij de Midtermreview, medio volgend jaar, willen informeren over de voortgang en succesvolheid in het beleid. U ziet: de laatste kolom is leeg; deze moet nog ingevuld worden en dat doen we bij de beleidsuitwerking. Maar de indicatoren geven een aardig kompas. VOETREGEL 18

21 Zoals gezegd vinden we dat monitoring ook bestaat (en misschien nog wel veel beter werkt) wanneer u live kennis kunt maken met spelers en hoogtepunten in de economie. We zullen sprekers af en toe uitnodigen voor een referaat, we organiseren evenementen en we gaan op excursie, of we houden een briefing als deze. Het verhaal van een ondernemer maakt vaak 10x meer indruk dan een dikke Statenbrief of rapport. VOETREGEL 19

22 Dit is onze selectie van items die we u willen laten beleven. Het zijn de hoogtepunten van ons beleid, de zaken die ertoe doen en die Gelderland helpen aan de toppositie. We willen u dat laten ervaren, door op bezoek te gaan, door ondernemers of andere betrokkenen uit te nodigen voor een toelichting en door uw commissie twee keer per jaar te briefen over de voortgang. Op die manier gaat ook zo n lijst met thema s van de EU, waarmee de RCIpositie wordt gemeten, meer leven. Wanneer u op deze punten suggesties of wensen hebt, vernemen we die graag. VOETREGEL 20

23 Ook de Statenbrieven zien we als een vorm van monitoring. Hier ziet u welke brieven we u op korte termijn zullen doen toekomen. De Statenbrieven brengen u in de gelegenheid om te sturen op de inhoud. Op die manier is het aanbod monitoring aan uw Staten drieledig: harde indicatoren, zachte beleving en via papieren Statenbrieven gefaciliteerd debat. VOETREGEL 21

24 VOETREGEL 22

25 Namens de Rekenkamer zal een korte reactie gegeven worden op de voorgestelde wijze van harde en zachte monitoring. VOETREGEL 23

26 VOETREGEL 24