Investeren in Zeeland
|
|
- Brecht Vos
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Investeren in Zeeland Trends en uitdagingen EIB Eindrapport 17 maart 2015
2 2
3 Inhoudsopgave Perspectief voor Zeeland 7 1 Inleiding 9 2 Wonen in Zeeland 10 3 Vastgoed in Zeeland 16 4 Infrastructuur in Zeeland 20 5 Beleidsuitdagingen voor Zeeland 24 Bijlage A Landelijk beeld 27
4 6
5 Perspectief voor Zeeland Zeeland wacht herstructureringsopgave In de komende decennia zijn er belangrijke ruimtelijke opgaven in Zeeland. Op het gebied van wonen, vastgoed en infrastructuur gaat het in de periode tot 2040 onder meer om: Herstructurering van de woningvoorraad in Zeeuws-Vlaanderen, uitbreiding in het noordelijke deel van Zeeland Per saldo uitbreiding van de voorraad met à woningen Verduurzamen van de woningvoorraad: 51% van de gelabelde woningen heeft energielabel D-G Verdubbelen van de voorraad zorggebouwen tot 0,6 miljoen m 2 Vervangen van 0,8 tot 1,3 miljoen m 2 maatschappelijk en commercieel vastgoed Onttrekken van 0,3 tot 0,8 miljoen m 2 vastgoed tussen 2020 en tot 9 miljard voor nieuwbouw, vervanging en onderhoud van infrastructuur Grote investeringen in waterveiligheid Groeimarkten in Zeeland tot 2040 Wonen Vastgoed Infrastructuur Aangepaste woningen Zorggebouwen Reconstructie wegennet Vervanging en verduurzaming bestaande voorraad Bedrijfsruimten Vervanging en verbetering bestaande voorraad Vervanging binnenstedelijke netwerken Waterveiligheid Samenvatting beleidsuitdagingen in Zeeland Wonen - De woningmarkt in Zeeland vraagt gelijktijdig om het selectief ontwikkelen van nieuwe woningbouw en het opzetten van een strategie voor herstructurering en krimp. - De grote herstructureringsopgave biedt kansen voor kwaliteitsverbetering van de voorraad, bijvoorbeeld op het gebied van duurzaamheid en levensloopbestendigheid. - Kwaliteitsverbetering in de woningvoorraad vraagt zowel om renovatie van (onder meer jaren zeventig) woningen als om sloop en vervangende nieuwbouw. 7
6 Vastgoed - Krimp in delen van de provincie noodzaakt tot herstructurering van de gebouwenvoorraad; bij het maatschappelijk vastgoed kan dit leiden tot concentratie van voorzieningen. - Door afname van de uitbreidingsvraag kan lokaal leegstand optreden in de bestaande voorraad met verminderde leefbaarheid tot gevolg. - De vergrijzing vraagt in alle scenario s om een sterke uitbreiding van het zorgvastgoed. - Vervanging en verbetering van de gebouwenvoorraad wordt van groter gewicht in de vastgoedopgave. Infrastructuur - Afnemende pendelstromen leiden tot lagere uitbreidingsinvesteringen in de infrastructuur. Reconstructie wordt na 2020 belangrijker, onder meer vanwege maatschappelijke wensen op het gebied van leefbaarheid en verkeersveiligheid. - Toenemend recreatieverkeer kan tot nieuwe knelpunten leiden naar en bij belangrijke toeristische bestemmingen. - Gemeentelijke investeringen verschuiven vanwege lagere woningbouwaantallen van nieuwbouw naar vervanging. Onder meer vervanging van energie-, water- en rioleringsnetwerken in binnenstedelijk gebied neemt in gewicht toe. - Op het gebied van waterveiligheid zal een evenwicht moeten worden gevonden tussen de belangen van de omgeving en het bieden van voldoende veiligheid. Onzekerheden in klimaatverandering vereisen daarbij een slimme fasering en strategie. 8
7 1 Inleiding Welke ontwikkelingen zijn in de komende decennia te verwachten in de gebouwde omgeving in Zeeland? Zijn er in Zeeland nog belangrijke groeimarkten op het gebied van wonen, vastgoed en infrastructuur? Waar dreigt leegstand en hoe moet worden omgegaan met de vervanging van gebouwen en infrastructuur? In deze notitie schetsen we de trends en uitdagingen voor Zeeland in de komende decennia. Drie scenario s voor Nederland In de studie Investeren in Nederland 1 worden drie scenario s uitgewerkt voor de periode Dit zijn scenario s met duidelijk uiteenlopende ontwikkelingen op het terrein van economie, demografie en technologie. De gevolgen van deze toekomstige ontwikkelingen voor de gebouwde omgeving lopen sterk uiteen voor de verschillende regio s van Nederland. Dit betekent dat ook de investeringsopgaven en de beleidsuitdagingen voor de regio s sterk zullen verschillen. De scenario s geven een beeld van mogelijke ontwikkelingen die op ons afkomen. Hierbij gelden uiteraard de nodige onzekerheden. 1 Dynamische Agglomeraties (DA). Dit is een scenario met een hoge economische en demografische groei. De werkgelegenheid stijgt en de inkomensontwikkeling is gunstig. Bevolking en huishoudens nemen vooral toe in de gebieden rond de sterke agglomeraties. 2 Evenwichtige Groei (EG). Dit scenario is gebaseerd op de huishoudensprognoses uit het middenscenario van het CBS en hanteert economische groeicijfers die zijn af te leiden uit CPB-studies. Er is sprake van een solide economische groei, die op lange termijn vooral uit productiviteitsgroei bestaat. De ruimtelijke spreiding is meer gelijkmatig en trendmatig dan in DA. 3 Ruimtelijke Segregatie (RS). Dit is een scenario met lage economische en demografische groei. De economie stagneert bijna en er is nauwelijks ruimte voor extra investeringen buiten de zorg. Er is sprake van regionale concentratie binnen de landsdelen. Deze notitie gaat in op de trends en uitdagingen voor Zeeland in de komende decennia. Voor meer achtergrond over de inhoud en de belangrijkste ontwikkelingen in de verschillende scenario s op landelijk niveau wordt verwezen naar bijlage A bij deze notitie. Het volledige rapport Investeren in Nederland zal binnenkort worden gepubliceerd. 1 Deze studie is verricht in samenwerking met Aedes, Bouwend Nederland en het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Voor een uitgebreidere beschrijving van de scenario s en uitkomsten daarachter wordt verwezen naar dit landelijke rapport. 9
8 2 Wonen in Zeeland Welke ontwikkelingen staan ons op de woningmarkt in Zeeland te wachten op lange termijn? Wat wordt de vraag naar huur- en koopwoningen en welke woonkwaliteiten worden vooral gevraagd? Hoe verhouden binnenstedelijke en groene woonlocaties zich tot elkaar? Wat betekent de vergrijzing voor de gevraagde samenstelling van de woningvoorraad? Hoe ziet de vervangingsopgave eruit in de komende decennia? De demografische ontwikkeling is een bepalende factor voor de gevraagde omvang van de woningvoorraad. De ontwikkeling van het aantal huishoudens en de woningvoorraad gaan op lange termijn gewoonlijk gelijk op. Naast de omvang van de woningvraag is ook de samenstelling van belang. Verschillende groepen zoals jongeren, ouderen, samenwonenden en alleenstaanden hebben verschillende voorkeuren en financiële mogelijkheden. Een interessant punt is de oriëntatie van een nieuwe generatie starters c.q. doorstromers ten aanzien van koop en huur. Tot nu is er sprake van een heel duidelijk profiel van huurders en kopers. Huurders zijn vaak jong, alleenstaand en hebben relatief lage inkomens. Vanaf een jaar of dertig kiezen huishoudens vaak voor een koopwoning en dit geldt in nog sterkere mate bij hogere (midden)inkomens en bij samenwonenden. Vooruitzichten: woningbehoefte neemt toe De bevolking in Zeeland vertoont bij een gemiddelde tot hoge economische groei een lichte toename. Alleen in RS is op lange termijn sprake van krimp. Groei is er in de komende decennia vooral in het noordelijke deel van Zeeland, terwijl Zeeuws-Vlaanderen in alle scenario s met een krimpende bevolkingsomvang te maken heeft. De bevolking verandert in de periode tot 2020 en vervolgens tot 2040 duidelijk van opbouw. De bevolkingsgroep ouder dan 65 jaar neemt toe terwijl de jongere bevolkingsgroepen afnemen (tabel 2.1). Door de veranderende samenstelling van de bevolking stijgt het aantal huishoudens in Zeeland nog in alle scenario s. Het aantal eenpersoonshuishoudens is in de leeftijdsgroep boven 65 jaar immers relatief hoog waardoor de woningvraag in die groep ook hoog blijft. De verwachte groei van het aantal huishoudens vraagt in alle scenario s om uitbreiding van de woningvoorraad. De uitbreidingsvraag vlakt na 2020 wel af, maar laat ook in RS nog steeds groei zien tot 2040 (tabel 2.2). In totaal gaat het voor Zeeland om uitbreiding met tot woningen tussen 2010 en De ontwikkeling in Zeeuws-Vlaanderen wijkt daarbij af van de rest van Zeeland. In Zeeuws-Vlaanderen krimpt in RS het aantal huishoudens met 15%. Toenemende instroom vanuit België Een interessante ontwikkeling die enig tegenwicht kan bieden aan de autonome demografische ontwikkelingen in Zeeland is de toenemende vestiging van inwoners uit België in vooral Zeeuws-Vlaanderen. Door de gunstige prijsverhoudingen op de Nederlandse woningmarkt in vergelijking tot de Belgische is dit aantal nieuwkomers de laatste jaren relatief sterk toegenomen. Deze trend heeft vooral effect op de woningmarkt en veel minder op de vastgoedmarkt (exclusief dagelijkse inkopen) omdat de nieuwe inwoners voor zaken als onderwijs, zorg en grote inkopen relatief sterk op België blijven georiënteerd. 10
9 Tabel 2.1 Bevolkings- en huishoudensontwikkeling in Zeeland, , in duizenden DA EG RS DA EG RS Bevolking Tot 20 jaar jaar Ouder dan 65 jaar Huishoudens Tabel 2.2 Ontwikkeling woningvoorraad in Zeeland, , in duizenden DA EG RS DA EG RS Woningvoorraad Gereguleerde huur Vrije huur Koop Stedelijk Groen Eengezins Meergezins Opgeleverde woningen Aantallen in eindjaar Vraag naar zowel groene als stedelijke woonomgeving neemt toe Ruim tweederde van de bevolking in Zeeland woont in een groene woonomgeving. In ieder scenario groeit zowel de vraag naar een meer stedelijke als naar een groene woonomgeving in absolute aantallen. Het aantal woningen in een groene omgeving stijgt met à woningen. Bij woningen in een stedelijke omgeving gaat het om tot woningen in de komende decennia. In de provincie Zeeland is de ontwikkeling van het aantal 11
10 vakantiewoningen en tweede woningen van belang. Bij gemiddelde tot hoge economische groei zal dit marktsegment aan belang winnen. Vergrijzende bevolking factor voor kwalitatieve woningvraag De bevolking in Zeeland vergrijst. Door deze veranderde samenstelling van de bevolking verandert ook de samenstelling van de woningvraag. De vraag naar gereguleerde huurwoningen komt in 2040 lager uit dan in Alleen in RS leidt de beperkte inkomensontwikkeling tot een beperkte toename van de voorraad gereguleerde huurwoningen. Hierbij speelt een rol dat de toekomstige generatie ouderen de huidige babyboomers veel meer in de koopsector zijn aan te treffen dan de huidige generatie ouderen. Dit zorgt voor meer vraag naar koopwoningen. De voorraad koopwoningen stijgt de komende decennia met à woningen. Het woningaanbod zal vooral via uitbreiding en ontwikkeling van bestaande en soms ook nieuwe locaties tot stand moeten komen. Het is in ieder geval niet mogelijk om de woningvraag in betekenisvolle mate op te vangen binnen de bestaande vastgoedvoorraad voor wonen en overige functies. In de woningsector zelf is nauwelijks sprake van leegstand. De leegstandscijfers in de koopsector en de sociale huursector liggen landelijk net boven de 3%, wat niet veel meer is dan frictieleegstand. In tegenstelling tot de rest van Nederland kent Zeeland ook weinig (geregistreerde) leegstand in de commerciële en maatschappelijke vastgoedmarkten. Zo bedraagt de leegstand in winkels en kantoren circa 5% in Match tussen vraag en aanbod Het voorzien in een kwantitatieve behoefte betekent niet dat er voor ieder huishouden ook een geschikte woning beschikbaar is. Op microniveau kunnen er altijd spanningen bestaan om een geschikte woning te vinden. Met het toenemende aantal ouderen neemt de vraag naar aangepaste woningen toe (zie ook kader). Deze situatie doet zich ook in Zeeland voor. Een deel van deze opgave zal via aanpassingen van de bestaande voorraad lopen of door allocatie binnen de sociale huursector. De mate waarin een huishouden zelf de woning geschikt kan maken voor de zorgbehoefte speelt vooral op korte termijn. De huidige ouderen zijn minder vermogend dan de toekomstige ouderen waardoor een eigen bijdrage voor aanpassing van de woning niet altijd vanzelfsprekend is. Op lange termijn zullen ongeacht het scenario de woningaanpassingen gemakkelijker tot stand komen door het reeds opgebouwde vermogen van de toekomstige ouderen. Verbetering van de voorraad De kwalitatieve opgave in de voorraad komt niet alleen voort vanuit de vraag. Er is nog een vrij omvangrijke voorraad van vroeg naoorlogse woningen die in hoog tempo is ontwikkeld in de tijd van woningnood na de Tweede Wereldoorlog. De woningvoorraad in Zeeland kent circa woningen uit de jaren vijftig en zestig van de vorige eeuw (figuur 2.1). Deze woningen zullen de komende decennia naar verwachting in aanmerking komen voor renovatie of sloop en vervangende nieuwbouw. Daarbij worden de daadwerkelijke aantallen bepaald door de maatschappelijke ambities en kwaliteitseisen aan de ene kant en de financiële mogelijkheden van de corporaties aan de andere kant. 12
11 Meer vraag naar nultredenwoningen Het aantal ouderen zal landelijk gezien de komende dertig jaar met ongeveer 80% toenemen. Toekomstige ouderen zullen veelal in de huidige (koop)woning blijven wonen, omdat zij dat zelf willen of omdat dit wordt gestimuleerd vanuit het beleid. Ouderen kunnen de eigen woning aanpassen aan de eigen zorgbehoefte, bijvoorbeeld omdat traplopen een probleem wordt. Als van een huishouden ten minste één bewoner moeite heeft met traplopen valt deze onder de doelgroep van de zogenaamde nultredenwoningen 2. Met het groter worden van de doelgroep zal ook de vraag naar nultredenwoningen toenemen. Deze situatie doet zich in sterke mate ook in Zeeland voor. Deze relatie is echter niet 1 op 1. Landelijk gezien zitten er zo n 1,8 miljoen nultredenwoningen in de voorraad met daar tegenover een doelgroep van 1,2 miljoen huishoudens. Niet de hele doelgroep is gehuisvest in een nultredenwoning en omgekeerd is ook niet iedere nultredenwoning alleen maar in gebruik door de doelgroep. Dit betekent dat er aandacht nodig is voor deze match van vraag en aanbod. Figuur 2.1 Aantal woningen naar bouwjaar in Zeeland Een nultredenwoning is vanaf de straat te bereiken zonder traplopen en in de woning zijn woonkamer, keuken, toilet, badkamer en tenminste één slaapkamer zonder traplopen te bereiken. 13
12 Verbetering duurzaamheid gebouwenvoorraad In de afgelopen jaren is de woningvoorraad in Zeeland energie-efficiënter geworden. Er zijn ruim energielabels toegekend. Iets minder dan de helft van de gelabelde woningen heeft het label A, B of C. Bijna 10% heeft het label F of G. In vergelijking met de rest van Nederland hebben veel woningen het label D of E. De gemiddelde energieindex van Zeeland ligt iets ongunstiger dan het landelijk gemiddelde. Bij de utiliteitsgebouwen scoort Zeeland bij de kantoren en winkels eveneens minder goed dan gemiddeld. Verdere verduurzaming van de gebouwenvoorraad in Zeeland is daarmee een belangrijke opgave die geïntegreerd zal moeten worden met de vernieuwing en vervanging van woningen en andere gebouwen. Energielabels woningen, Zeeland en totaal Nederland A, A+ of A++ B of C D of E F of G Zeeland 5% 44% 43% 8% Nederland 5% 46% 38% 10% De woningbouwopgave bedroeg in 2010 circa 600 miljoen en zal bij gemiddelde tot hoge economische groei de komende jaren naar verwachting nog duidelijk toenemen. Op lange termijn blijven de woninginvesteringen bij gemiddelde economische groei op peil (figuur 2.2). Bij hoge economische groei nemen de investeringen tot 2040 toe met 80 miljoen, in RS daalt de opgave met 70 miljoen ten opzichte van het niveau van De groei in DA en EG op middellange termijn komt voor het overgrote deel voor rekening van de nieuwbouw van woningen. Op langere termijn is in alle scenario s sprake van een krimpende woningbouwproductie. In EG ligt deze in 2040 nog wel op het niveau van 2010, in DA komt deze hier nog enigszins boven uit. In RS loopt de woningbouwopgave relatief sterk terug naar 450 miljoen in Herstel, verbouw en onderhoud worden de komende decennia belangrijker in Zeeland, zowel relatief als absoluut. Als aandeel in de totale opgave nemen herstel, verbouw en onderhoud toe van 50% in 2010 naar ruim 60% in 2040 in DA. In EG en RS stijgt het aandeel verder door naar respectievelijk 70% en 80% van de totale opgave. De markt voor herstel, verbouw en onderhoud neemt tussen 2010 en 2040 in omvang toe met een bedrag dat tussen de scenario s varieert van 50 miljoen (RS) tot 125 miljoen (DA). 14
13 Figuur 2.2 Woningbouwopgave in Zeeland, (bouwproductie per jaar in miljoen euro) DA EG RS Nieuwbouw Herstel en verbouw Onderhoud 15
14 3 Vastgoed in Zeeland In welke deelmarkten van de utiliteitsbouw zal de gebouwenvoorraad in Zeeland nog groeien? Wat betekent de toenemende veroudering van de nu nog jonge gebouwenvoorraad voor de toekomstige vervangingsopgave? En hoe werken ontwikkelingen rond leegstand, internetwinkelen, het nieuwe werken en de beleidsingrepen in de zorg in de verschillende scenario s door op de verwachte ruimtevraag? De voorraad utiliteitsgebouwen is in deze studie naar zes gebouwtypen gedefinieerd: bedrijfsruimten, kantoren, winkels, onderwijsgebouwen, zorggebouwen en overige gebouwen. Demografie en economie spelen generiek een rol in de opbouw van de gebouwenvoorraad. In het geval van maatschappelijk vastgoed zijn ook beleidsingrepen zichtbaar. Een groot deel van de zorggebouwen en scholen is in de jaren zeventig van de vorige eeuw gebouwd. De kantorenvoorraad is vooral na 1985 gebouwd. In deze periode is het aantal kantoorbanen door een groeiende beroepsbevolking en de verdienstelijking van de economie sterk gegroeid. De voorraad winkels en bedrijfsruimten ontwikkelt zich meer in lijn met de economische groei. Vooruitzichten: afnemende uitbreidingsvraag De werkgelegenheid in Zeeland vertoont tot 2020 een stabiele ontwikkeling tot lichte groei. Daarna neemt de werkgelegenheid in alle scenario s af. In DA daalt het aantal werkzame personen tussen 2020 en 2040 met 5.000, in RS met (figuur 3.1). De daling is het sterkst in Zeeuws-Vlaanderen. De totale vastgoedopgave in Zeeland blijft bij gemiddelde tot hoge economische groei redelijk op peil (figuur 3.2). De omvang van deze opgave bedroeg in 2010 ongeveer 350 miljoen. Na een beperkte daling tot 2020 in DA treedt weer herstel op en wordt in 2040 het niveau van 2010 weer gehaald. In EG neemt de opgave op lange termijn af, maar is deze vanaf 2020 wel stabiel. Bij lage economische groei (RS) komt de vastgoedopgave op de lange termijn op een structureel lager niveau. In 2040 bedraagt de opgave in dat scenario 250 miljoen, een kwart lager dan in De teruggang in de totale opgave tot 2020 komt volledig voor rekening van de nieuwbouw van vastgoed. Uitbreiding van het vastgoed in Zeeland komt in de komende decennia niet meer op het niveau van 2010, ook niet in DA. Herstel, verbouw en onderhoud van vastgoed wordt in alle scenario s van groter belang. Vervanging en verbetering van de kwaliteit in de bestaande voorraad vragen een grotere aandacht. 16
15 Figuur 3.1 Werkgelegenheid in Zeeland, , in duizend personen Figuur 3.2 Vastgoedopgave in Zeeland, (bouwproductie per jaar in miljoen euro) DA EG RS Nieuwbouw Herstel en verbouw Onderhoud 17
16 Uitbreidingsvraag alleen in zorg en bedrijfsgebouwen De provincie Zeeland heeft te maken met een gelijkblijvende bevolkingsomvang en een licht dalende werkgelegenheid waardoor de vraag naar uitbreiding van de gebouwenvoorraad afneemt. Wanneer de omvang van de gebouwenvoorraad in gebruik in 2040 wordt vergeleken met die in 2010 komen alleen zorggebouwen in alle drie scenario s hoger uit (tabel 3.1). In DA en EG groeit ook de voorraad bedrijfsruimten door de hogere economische groei. De uitbreidingsvraag komt beduidend lager uit dan in de afgelopen decennia. Tussen 2000 en 2010 bedroeg de uitbreidingsvraag nog 0,2 miljoen m2 per jaar. Deze vraag blijft daar tot 2020 met een omvang van tot m2 per jaar duidelijk bij achter. Na 2020 is het verschil tussen de scenario s groter. Tabel 3.1 Ontwikkeling gebouwenvoorraad Zeeland, , in miljoen m DA EG RS DA EG RS Gebouwenvoorraad 11,3 11,4 11,3 10,9 12,5 11,5 10,5 Bedrijfsruimten 7,1 7,3 7,2 6,9 8,0 7,4 6,7 Kantoren 1,2 1,2 1,2 1,2 1,1 1,1 1,0 Winkels 1,5 1,5 1,5 1,4 1,5 1,5 1,3 Onderwijsgebouwen 0,6 0,6 0,6 0,6 0,6 0,6 0,6 Zorggebouwen 0,3 0,5 0,5 0,5 0,7 0,6 0,5 Overige gebouwen 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0,5 0, Mutaties DA EG RS DA EG RS Uitbreidingsvraag 1,7 0,5 0,4 0,2 1,4 0,7 0,3 Vervangingsvraag 0,4 0,3 0,2 0,1 1,3 1,1 0,8 Krimpvraag 0,0 0,4 0,4 0,5 0,3 0,5 0,8 Vervangingsvraag wordt groter De vervangingsvraag wordt vooral een uitdaging voor de periode na Er treedt dan een verdubbeling tot verdrievoudiging op van de vervangingsopgave ten opzichte van het verleden. De vervangingsvraag wordt bij het vastgoed op termijn ook beduidend groter dan de uitbreidingsvraag. Alleen in DA houden deze elkaar ongeveer in evenwicht. De gebouwenvoorraad is nu nog relatief jong, maar gaat de komende decennia flink verouderen. De vraag naar vernieuwing van de voorraad neemt dan toe. Omdat de voorraad in gebruik in ieder scenario ten opzichte van het verleden veel minder zal hoeven toe te nemen, wordt bovendien de afweging belangrijker op welke wijze in deze vraag naar vernieuwing zal worden voorzien. Krimpvraag Het beeld voor de vastgoedmarkt loopt uiteen tussen de verschillende regio s van Zeeland. De demografische en economische vooruitzichten zijn in Zeeuws-Vlaanderen naar verwachting minder gunstig dan in de andere delen van de provincie. De ruimtebehoefte vanuit scholen, winkels en kantoren neemt met name in Zeeuws-Vlaanderen af in de meeste scenario s. In 18
17 geheel Zeeland krimpt de totale voorraad in RS tussen 2010 en 2020 met 0,4 miljoen m2. In DA en EG blijft deze stabiel. Na 2020 is de bandbreedte groter. De verschillen in demografische en economische ontwikkelingen ogen op jaarbasis bescheiden maar cumuleren naarmate de beschouwde periode langer duurt tot een aanzienlijk verschil in perspectief. In het DA-scenario bedraagt de krimpvraag 0,3 miljoen m2. In RS komt de krimpvraag uit op 0,8 miljoen m2 tussen 2020 en Voor een deel van het vastgoed zal naar verwachting geen bestemming meer gevonden kunnen worden. De problemen van leegstand en leefbaarheid die daarmee samen kunnen hangen, nemen zonder nadere actie toe. 19
18 4 Infrastructuur in Zeeland Welke opgaven zijn er in Zeeland op het gebied van de infrastructuur? Wat betekenen de demografische en economische ontwikkelingen in de provincie voor de behoefte aan nieuwe infrastructuur? In welke mate zal in de komende decennia sprake zijn van vervanging van infrastructuur? Welke groeimarkten dienen zich de komende tijd aan? De infrastructuur in Zeeland bestaat voor een belangrijk deel uit wegen en waterwerken. Rijk, provincie, gemeenten en waterschap beheren de weginfrastructuur in de provincie. Rijk en waterschappen beheren daarnaast dijken en kunstwerken voor de waterveiligheid. In Zeeland is ook de private sector (havens en industrie in Terneuzen en Vlissingen) een belangrijke opdrachtgever voor infrastructurele werken. Toekomstige ontwikkelingen in de infrastructuuropgave staan onder invloed van demografische en economische trends. De afnemende nieuwbouw van woningen en de trends in de werkgelegenheid hebben sterke invloed op de behoefte aan uitbreiding van de infrastructuur. Daarnaast blijft in twee van de drie scenario s de komende tijd sprake van gemiddelde of hoge economische groei die van invloed is op de vraag naar kwaliteit en op de investeringen van de private sector. Vooruitzichten: afnemende pendelstromen, toenemende vervanging De totale infrastructuuropgave voor Zeeland voor de komende decennia wordt geraamd tussen 7 en 9 miljard. Hiervan heeft 3 tot 4 miljard betrekking op nieuwbouw en reconstructie en 4 tot 5 miljard op vervanging en onderhoud. Door de demografische en economische trends zal de verdeling van de infrastructuuropgave in de komende decennia verschuiven (figuur 4.1). In 2010 was het aandeel van nieuwbouw en reconstructie ongeveer 45%. Dit zal afnemen naar ruim 40% in DA en EG. In RS loopt nieuwbouw en reconstructie nog verder terug naar circa 38%, vooral de uitbreidingsinvesteringen nemen in dit scenario sterk af. De samenstelling van de infrastructuuropgave verschilt in Zeeland op een aantal punten van de andere provincies. In Zeeland ligt het aandeel van waterkeringen naar schatting op 15%, terwijl dit landelijk gezien minder dan 10% is. Daarnaast hebben havens en industrie een relatief hoog aandeel. 20
19 Figuur 4.1 Infrastructuuropgave in Zeeland, (bouwproductie per jaar in miljoen euro) DA EG RS Nieuwbouw en reconstructie Vervanging en onderhoud Afnemende pendelstromen De behoefte aan verkeersinfrastructuur wordt in kwantitatieve zin vooral bepaald door de gevraagde piekcapaciteit. Op het wegennet in de provincie is het vooral de ontwikkeling van de pendelstromen die deze capaciteit beïnvloedt. De afnemende beroepsbevolking in de provincie leidt ertoe dat de pendelstromen binnen Zeeland en vanuit Zeeland naar andere regio s op provincieniveau zullen afnemen. De uitbreidingsinvesteringen in de infrastructuurnetwerken nemen op termijn daarom af. Dit geldt zowel voor de nationale als de regionale en lokale infrastructuur. Binnen de provincie doen zich hierbij sterke verschillen voor. De pendelstromen zullen tot 2020 buiten Zeeuws-Vlaanderen nog licht toenemen. Dit levert tot die tijd nog enige uitbreidingsbehoefte op, zowel bij de rijks- en provinciale infrastructuur als bij de gemeenten. Na 2020 nemen de pendelstromen in geheel Zeeland af. In Zeeuws-Vlaanderen is daarbij sprake van een relatief sterke afname, elders nemen de pendelstromen licht af. Recreatieverkeer Voor Zeeland is naast het woon-werkverkeer ook de ontwikkeling van het recreatieverkeer van belang. Dit recreatieverkeer zal bij economische groei en toenemende vergrijzing zowel in DA als EG in belang toenemen. Zowel vanuit de zuidelijke Randstad als vanuit Noord- Brabant kan dit tijdens weekends en in vakantieperioden tot capaciteitsproblemen leiden. Het gaat hierbij om de hoofdverbindingen (rijks- en provinciale wegen) en om gemeentelijke wegen. 21
20 Figuur 4.2 Pendelstromen in Zeeland, (gemiddelde mutatie per jaar in %) 0,2 0,0-0,2-0,4-0,6-0,8-1,0-1,2-1, DA EG RS Zeeuws-Vlaanderen Overig Zeeland De afnemende woningnieuwbouw in Zeeland leidt ertoe dat er binnen gemeenten minder werk is aan de ontwikkeling en inrichting van bouwlocaties. Ook energie- en waterbedrijven investeren minder in uitbreiding van netwerken. Tegenover dalende nieuwbouw van infrastructuur staat dat, in ieder geval in DA en EG in de periode , de reconstructie van infrastructuur op een hoger groeipad zal komen dan in het lopende decennium. Door verschillende bezuinigingsrondes bij Rijk en gemeenten zijn de investeringen in de afgelopen jaren teruggelopen. De komende jaren is er bij gunstige economische ontwikkelingen dan ook nog een relatief grote verbeteringsopgave (figuur 4.3). 22
21 Figuur 4.3 Reconstructieopgave in Zeeland, (gemiddelde mutatie per jaar in %) 2,0 1,5 1,0 0,5 0,0-0,5-1,0-1, DA EG RS Naast kwantitatieve vraag naar infrastructuur is er een belangrijke kwaliteitscomponent. In de verschillende scenario s blijft de komende jaren sprake van economische groei. Deze zal in beperkte of grotere mate gepaard gaan met een groeiende kwaliteitsvraag. Deze richt zich in het DA-scenario vooral op individuele wensen rond comfort en bereikbaarheid op de verschillende netwerken. In EG gaat het meer op maatschappelijke wensen, bijvoorbeeld op het gebied van de leefbaarheid van woonkernen en de verkeersveiligheid op provinciale wegen. Beperkte of geen uitbreiding van de infrastructuur om capaciteitsredenen betekent dat de aandacht bij het beheer veel meer in het teken komt te staan van vervanging en onderhoud. De vervanging van infrastructuur zal in Zeeland, evenals in de andere provincies, in de komende decennia moeten toenemen. Dit betreft zowel gemeentelijke infrastructuur op het gebied van wegen en riolering als infrastructuurnetwerken van andere overheden en de energie- en waterbedrijven. De vervangingsopgave neemt toe omdat in de komende decennia de bestaande infrastructuur verder zal verouderen. Een groot deel van de gemeentelijke infrastructuur is in de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw aangelegd en komt de komende perioden voor vervanging in aanmerking. 23
22 5 Beleidsuitdagingen voor Zeeland Huishoudensgroei vraagt lokaal om uitbreiding woningvoorraad Het aantal huishoudens in Zeeland zal in de komende decennia in alle scenario s toenemen, zodat ook de woningvoorraad moet worden uitgebreid. De woningvoorraad zal tussen 2010 en 2040 moeten toenemen met à woningen. Daarbij zijn er grote verschillen tussen Zeeuws-Vlaanderen, waar de bevolking krimpt, en de andere delen van Zeeland. Vooral nieuwe koopwoningen gevraagd Tot 2040 zal vooral de vraag naar nieuwe koopwoningen toenemen. Tussen 2010 en 2040 groeit de voorraad koopwoningen met à woningen. De vraag naar gereguleerde huurwoningen daalt licht. Grote verbeteringsopgave bestaande voorraad Meer dan een vijfde deel van de woningen in Zeeland is gebouwd in de vroeg naoorlogse periode ( ), twee derde van de voorraad is van voor Deze woningen zullen nog een belangrijke kwaliteitsverbetering moeten ondergaan, door renovatie of door sloop en vervangende nieuwbouw. Financiële mogelijkheden van corporaties zijn medebepalend voor de aantallen te verbeteren woningen. Daarbij moet ook nog een relatief groot aantal woningen worden verduurzaamd. Eenenvijftig procent van de gelabelde woningen heeft een energielabel D of ongunstiger. Dit aandeel is hoger dan het landelijk gemiddelde. Gebouwenvoorraad: minder uitbreiding, meer sloop en vervanging Door de licht dalende werkgelegenheid in de provincie zal de gebouwenvoorraad ook krimpen. De krimp betreft vooral kantoren en winkels. De voorraad zorggebouwen laat als gevolg van de vergrijzing in alle scenario s groei zien. Bij gemiddelde tot hoge economische groei groeit ook de voorraad bedrijfsruimten. De bestaande gebouwenvoorraad zal de komende decennia verder verouderen. Om tegemoet te komen aan hogere gebruikers- en maatschappelijke eisen is een groot deel van deze voorraad de komende decennia aan vervanging toe. Herstructurering vastgoed vereist samenwerking De veroudering van de gebouwenvoorraad, de behoefte aan vernieuwing en de vraag naar kantoren, winkels en onderwijsgebouwen die in bepaalde regio s relatief sterk terugloopt, brengen het risico op toenemende leegstand met zich mee. Het omgaan met deze uitdagingen vraagt nieuwe oplossingen en meer samenwerking. Krimpverschijnselen in het maatschappelijk vastgoed kunnen noodzaken tot concentratie van voorzieningen. Afnemende pendelstromen leiden tot minder uitbreidingsvraag Door de daling van de werkgelegenheid nemen de pendelstromen af. Hierdoor zijn minder uitbreidingsinvesteringen in de infrastructuur nodig. Vanaf 2020 neemt de reconstructieopgave toe, onder meer vanwege maatschappelijke wensen op het gebied van leefbaarheid en verkeersveiligheid. Toenemend recreatieverkeer kan tot nieuwe knelpunten leiden naar en bij belangrijke toeristische bestemmingen. 24
23 Grote vervangingsopgave bij binnenstedelijke infrastructuurnetwerken Gemeentelijke investeringen verschuiven vanwege lagere woningbouwaantallen van nieuwbouw naar vervanging. Onder meer vervanging van energie-, water- en rioleringsnetwerken in binnenstedelijk gebied nemen in gewicht toe. Investeringsstrategie voor waterveiligheid Investeringen in waterveiligheid hebben een belangrijk aandeel in de infrastructuuropgave in Zeeland. Bij deze investeringen zal een evenwicht moeten worden gevonden tussen de belangen van de omgeving en het bieden van voldoende veiligheid. Onzekerheden in klimaatverandering vereisen daarbij een slimme fasering en strategie. 25
24 26
25 Bijlage A Landelijk beeld Trendmatige demografische groei: een miljoen extra huishoudens tot 2040 In het landelijk beeld lopen de demografische ontwikkelingen sterk uiteen in de verschillende scenario s. In het EG-scenario is sprake van een toename van ruim 1 miljoen huishoudens in de periode In het DA-scenario komen er 1,4 miljoen huishoudens bij, terwijl in het RSscenario het aantal huishoudens nog met toeneemt. In figuur 1 wordt de huishoudensgroei in drie scenario s weergegeven. Figuur 1 Huishoudensontwikkeling in drie scenario s, ,5 Aantal in miljoenen 9,0 8,5 8,0 7,5 7, Dynamische Agglomeraties Evenwichtige Groei Ruimtelijke Segregatie Vergrijzing overheerst demografisch beeld In het demografische beeld is het de vergrijzing die het meeste opvalt. Het aantal ouderen zal met ongeveer 80% stijgen in de komende dertig jaar, zoals blijkt uit tabel 1. De groep oudere ouderen (vanaf 80 jaar) wordt meer dan twee keer zo groot. Opvallend is verder dat van ontgroening in absolute zin naar verwachting geen sprake zal zijn in de komende decennia. Het aantal jongeren blijft gelijk en ook de groep tussen 30 en 50 jaar blijft stabiel na Het is de groep tussen 50 en 70 jaar die, na 2020, in absolute termen terugloopt. Hier neemt het aantal personen met tot af in de periode
26 Tabel 1 Bevolkingsontwikkeling naar leeftijd, , in miljoenen DA EG RS DA EG RS Tot 25 jaar 4,9 4,9 4,8 4,7 5,1 4,8 4,5 25 tot 30 jaar 1,0 1,1 1,1 1,1 1,1 1,0 0,9 30 tot 50 jaar 4,7 4,2 4,2 4,1 4,6 4,3 4,1 50 tot 70 jaar 4,2 4,6 4,6 4,6 4,0 3,9 3,8 70 tot 80 jaar 1,1 1,6 1,6 1,6 2,1 2,1 2,1 Vanaf 80 jaar 0,7 0,9 0,9 0,8 1,7 1,6 1,5 Totale bevolking 16,7 17,4 17,2 17,0 18,6 17,8 17,0 1 De getallen zijn afgerond, hierdoor kunnen er afrondingsverschillen ontstaan. Sterke stijging opleidingspeil Een andere opvallende trend is dat in de komende decennia het opleidingspeil van de bevolking sterk zal toenemen. In 2010 was gemiddeld 38% van de bevolking hoog opgeleid, in 2040 is dit toegenomen tot bijna de helft. Tabel 2 geeft dit weer voor het EG-scenario. In de andere scenario s is het beeld vergelijkbaar. Opvallend is het verschil in opleidingspeil tussen jongeren en ouderen. De meeste winst in termen van een stijgend opleidingsniveau wordt bereikt onder ouderen. De generatie van laagopgeleide ouderen sterft uit in de komende decennia en deze wordt vervangen door de babyboomgeneratie. Waar de (oudere) ouderen van nu vaak laag tot middelbaar opgeleide alleenverdieners zijn, zijn de nieuwe ouderen vaak middelbaar tot hoogopgeleide tweeverdieners. In termen van inkomen zijn de toekomstige ouderen dan ook veel beter af in vergelijking met hun ouders nu. Tabel 2 Opleidingspeil huishoudens naar leeftijdsgroepen, in het EG-scenario, aandelen in procenten, Laag Middelbaar Hoog Laag Middelbaar Hoog Tot 25 jaar tot 30 jaar tot 50 jaar tot 70 jaar tot 80 jaar Vanaf 80 jaar Gemiddeld
27 Flinke uitbreidingsvraag op de woningmarkt De ontwikkeling van het aantal huishoudens zoals hierboven geschetst is op lange termijn bepalend voor de uitbreidingsvraag op de woningmarkt. Op middellange termijn kunnen verschuivingen optreden in de leeftijd waarop huishoudens zelfstandig gaan wonen waarbij de leeftijd doorgaans daalt in tijden van economische voorspoed en stijgt bij een verslechtering van het economische klimaat maar op lange termijn is er een hechte relatie tussen de structurele groei van het aantal huishoudens en de groei van de woningvoorraad. Naast uitbreidingsvraag is er ook vervangingsvraag, die voor het grootste deel in de sociale voorraad plaatsvindt. De omvang van de vervangende nieuwbouw wordt vooral bepaald door de leeftijd en kwaliteit van de bestaande voorraad en de financiële mogelijkheden van de corporaties. In figuur 2 wordt de ontwikkeling van de uitbreidings- en vervangingsvraag voor geheel Nederland weergegeven. In de komende decennia moet nog een flink aantal woningen worden gebouwd. Het tempo van de jaarlijkse woningbouwproductie neemt in alle scenario s wel (duidelijk) af in de tijd in samenhang met de afnemende demografische groei. Figuur 1 Uitbreidings- en vervangingsvraag, Aantal woningen in duizenden Uitbreiding Vervanging Dynamische agglomeraties Evenwichtige groei Ruimtelijke segregatie De vraag is vervolgens op welke wijze in deze uitbreidingsvraag kan worden voorzien. Wat betreft de locaties wordt onderscheiden tussen (binnen)stedelijke locaties en landelijke locaties. Naast fysieke beperkingen voor de invulling van de woningvraag op stedelijke locaties spelen de potentiële effecten op de grondexploitaties een rol. Tabel 3 geeft een beeld van deze effecten. Ook in de toekomst zijn stedelijke locaties gemiddeld verliesgevend, terwijl op landelijke locaties positieve grondexploitatiesaldi te realiseren zijn. Dit leidt er toe dat ontwikkelingen in het DA-scenario het beste gewaarborgd kunnen worden. In het EG-scenario leidt een sterk binnenstedelijk bouwprogramma tot problemen met het rendabel ontwikkelen van de plannen. De negatieve ontwikkeling van de reële huizenprijs en lage bouwvolumes zorgen er in het RS- 29
28 scenario voor dat de exploiteerbaarheid van woningen sterk onder druk komt te staan. Alleen kwalitatief hoogwaardige locaties bieden daar nog perspectief. Tabel 3 Financieel effect grondexploitaties uitbreidingsvraag, , netto contante waarde, miljard euro, prijzen 2013 Dynamische Agglomeraties Evenwichtige Groei Ruimtelijke Segregatie Stedelijk -2,3-4,6-3,5 Landelijk 8,3 3,4 0,8 Totaal 6,0-1,3-2,7 De kwantitatieve woningvraag vereist nieuw woningaanbod Het toenemende woningaanbod zal vooral via uitbreiding en ontwikkeling van bestaande en nieuwe locaties tot stand moeten komen. Het is in ieder geval niet mogelijk om de woningvraag in betekenisvolle mate op te vangen binnen de bestaande vastgoedvoorraad voor wonen en overige functies. In de woningsector zelf is nauwelijks sprake van leegstand. Bij de particuliere huursector is sprake van een leegstandspercentage van rond de 15%, maar dit is vooral een registratieprobleem. De leegstand zit vooral in recreatiegebieden en boven winkels in de steden, waar illegale verhuur een belangrijke rol speelt. Professionele verhuurders in de vrije sector kennen een leegstand van rond de 2%, wat een frictieleegstand is. Van een andere dimensie is de leegstand in de kantorensector en in wat mindere mate die in de winkelsector. Ook is sprake van het overtollig worden van verzorgingshuizen als gevolg van de beleidsveranderingen in het kader van AWBZ. De relevante aantallen vierkante meters blijken echter gering te zijn als deze worden afgezet tegen de vraag-aanbodverhoudingen op de woningmarkt, zoals blijkt uit tabel 4. Tabel 4 Leegstand bij kantoren, winkels en verzorgingshuizen in relatie tot de woningvraag Overcapaciteit in miljoen m 2 Beschikbaar voor conversie Potentieel aan woningen Kantoren 7,6 25% Winkels 1,6 60% Verzorgingstehuizen 1 8,0 25% Totaal Betreft alle capaciteit van de huidige verzorgingstehuizen De beschikbare overcapaciteit in de utiliteitssector is daarmee hooguit goed voor het opleveren van enkele tienduizenden woningen en zal daarmee niet snel kunnen uitkomen boven een jaar vraag naar nieuwe woningen. Als oplossing voor de woningvraag op lange termijn is de rol van 30
29 de bestaande voorraad daarmee dus zeer bescheiden. De woningvraag zal met andere woorden moeten worden opgevangen via nieuw woningaanbod. Dit speelt vooral in de Randstad en andere centraal gelegen gebieden in ons land, waar sprake is van een krachtige groei van de vraag. Toenemende regionale verschillen De ruimtelijke spreiding van de groei is de komende decennia niet gelijkmatig. De verwachting is dat juist in scenario s met een hoge demografische druk er sprake zal zijn van extra groei, zoals in de Randstad en enkele andere groeigebieden buiten de Randstad. De ontwikkeling van het aantal huishoudens naar landsdeel is weergegeven in tabel 5. Uit de tabel kan worden opgemaakt dat in Randstad Noord (Noord-Holland en Utrecht) er (EG) tot bijna (DA) huishoudens bij kunnen komen als sprake is van een trendmatige tot hoge demografische groei in Nederland. Het gaat dan om een groei van het aantal huishoudens in dit deel van het land met 20 tot 30%. In Randstad Zuid (provincie Zuid-Holland) is de demografische groei wat minder krachtig dan in Randstad Noord. Deze ligt dichter bij het nationale gemiddelde. In de drie noordelijke provincies van ons land komt de groei van het aantal huishoudens in de beschouwde periode in geen van de scenario s uit boven 10%. Het beeld is dat de regionale demografische verschillen zullen toenemen, waarbij vooral de mate waarin dit zal gebeuren met (veel) onzekerheid is omgeven. Tabel 5 Huishoudens naar landsdeel, 2010 en 2040, in duizenden Dynamische Agglomeraties Evenwichtige Groei Ruimtelijke Segregatie Noord Oost Randstad Noord Randstad Zuid Zuid Totaal De omslag op de arbeidsmarkt Een bijzondere ontwikkeling zal zich in de komende decennia gaan voordoen op de arbeidsmarkt (figuur 3). In het verleden is sprake geweest van een duidelijke groei van de beroepsbevolking, waarbij bovendien de participatiegraad (van vrouwen) sterk is gestegen. Hierdoor is sprake geweest van een krachtige groei van de werkgelegenheid. In de komende decennia zal de beroepsbevolking naar verwachting dalen, waarbij de participatiegraden alleen nog maar licht zullen toenemen. In de dynamische omgeving van DA kan de werkgelegenheid na een stijging tot 2020 zich vervolgens op dat niveau stabiliseren in de periode In de andere scenario s zal het arbeidsaanbod en daarmee ook de werkgelegenheid op lange termijn gaan dalen. Op korte termijn spelen verschillen in werkloosheid ook een rol voor de werkgelegenheid, maar op lange termijn is het arbeidsaanbod bepalend voor de 31
30 werkgelegenheid. Daarmee ontstaat een situatie op de arbeidsmarkt die de thans levende bevolking nog niet eerder heeft meegemaakt, namelijk een situatie van structureel stagnerende of zelfs dalende werkgelegenheid in de tijd. Figuur 2 Ontwikkeling werkgelegenheid, In duizend arbeidsjaren DA EG RS De werkgelegenheid ontwikkelt zich niet gelijkmatig over de regio s in ons land. De regio s met weinig demografische groei zijn meestal ook de regio s met een bovengemiddelde vergrijzing, zodat de groei van het arbeidsaanbod in deze regio s duidelijk achterblijft bij het landelijk gemiddelde. In de Randstad is, in tegenstelling tot het noorden en zuiden van het land, nog sprake van een duidelijke groei van de werkgelegenheid. In het DA-scenario is de groei van de werkgelegenheid in de Noordvleugel van de Randstad zelfs fors te noemen en komen er nog een half miljoen voltijdsbanen bij in de komende dertig jaar. Ook de samenstelling van de werkgelegenheid zal de komende decennia veranderen, ten gunste van de zorg en ten koste van industrie en landbouw (figuur 4). De dienstensector blijft in aandeel ongeveer gelijk. De verschuivingen verschillen niet veel tussen de scenario s. Uit de figuur kan worden afgeleid dat de werkgelegenheid in de zorg nog fors zal stijgen. Momenteel werkt één op de acht mensen in de zorg. In 2040 zal dit zijn opgelopen tot één op de vier. De werkgelegenheid wordt onder meer steeds sterker in de zorg geconcentreerd door productiviteitsstijging in andere sectoren. 32
31 Figuur 3 Sectorale samenstelling werkgelegenheid in EG, 2010 en Landbouw Industrie Commerciële diensten Zorg Overheid Bestedingsruimte blijft toenemen Een belangrijke ontwikkeling is dat het inkomen per hoofd in alle scenario s toeneemt. Een deel van deze groei zal echter neerslaan in hogere zorguitgaven. De ruimte voor overige bestedingen en productie zal hierdoor worden beperkt (figuur 5). Positief is dat ook na verdiscontering van de toenemende zorguitgaven de bestedingen nog kunnen toenemen. Dit is gunstig voor de bekostiging van de investeringsopgaven in de fysieke ruimte. In het DA-scenario en EG-scenario neemt de bestedingsruimte met 35% respectievelijk 20% toe tot Alleen in het ongunstige RS-scenario met een lage economische groei en een vergrijzende bevolking- blijft per hoofd van de bevolking nauwelijks ruimte over voor groei van de overige bestedingen. Dit betekent dat in RS ook de kwaliteitsvraag naar woningen zeer beperkt zal kunnen toenemen en dat de betaalbaarheid voor bepaalde groepen sterker in het gedrang zal komen. 33
32 Figuur 5 Ontwikkeling van het (besteedbaar) inkomen per capita, wel en niet gecorrigeerd voor zorguitgaven, Index 2010=100 BBP per capita DA EG RS BBP per capita, na correctie voor zorguitgaven Index 2010= DA EG RS Bevolking blijft stationair na 2040 Om een goed beeld te krijgen van de demografische trends en de effecten daarvan op de gebouwde omgeving, is het interessant om nog wat verder te kijken dan De demografische ontwikkelingen op de heel lange termijn zijn weergegeven in figuur 6. Hieruit blijkt dat na 2040 er geen sprake zal zijn van een krimpende bevolking zoals vaak wordt gedacht - maar dat de bevolkingsomvang ongeveer op het niveau van 2040 zal blijven. Deze 34
33 stationaire staat hangt ermee samen dat de krimp van de bevolking door overlijden van ouderen wordt gecompenseerd door groei van de bevolking. De huidige bevolking reproduceert zich hiermee. Gelijk blijven van de bevolkingsomvang op termijn heeft als belangrijke implicatie dat er na 2040 op landelijk niveau geen sprake zal zijn van grote aantallen vrijkomende woningen door overlijden van de oudere bevolking. Regionaal zullen hier wel verschillen optreden. Figuur 6 Huishoudensontwikkeling tot 2060, in miljoenen 6,0 5,0 4,0 3,0 2,0 1,0 0, tot 65 vanaf 65 Utiliteitsbouw: grote uitbreidingsvraag bedrijfsruimten en zorggebouwen Het perspectief voor de utiliteitsbouw hangt sterk samen met de geschetste demografische en economische ontwikkelingen. In lijn met de werkgelegenheidsontwikkeling komt de uitbreidingsvraag naar gebouwen lager uit dan in het verleden, maar is deze bij bedrijfsruimten en zorggebouwen nog vrij omvangrijk (tabel 6). De totale gebouwenvoorraad zal tussen 2010 en 2040 in alle scenario s toenemen, met 35 miljoen m 2 in RS en met 180 miljoen m 2 in DA. In specifieke sectoren zoals de kantoren- en winkelmarkt spelen trends als het nieuwe werken en internetwinkelen die de ruimtevraag zullen drukken. De vraag naar kantoren hangt vooral samen met de kantoorhoudende werkgelegenheid en de hoeveelheid kantoorruimte die werknemers gemiddeld in gebruik hebben. Het landelijk beeld in de utiliteitsbouw is dat met name de gebouwenvoorraden van kantoren, winkels en scholen vergeleken met het verleden niet veel meer hoeven toe te nemen tot aan Regionaal en in specifieke segmenten zal sprake zijn van krimpvraag. 35
34 Tabel 6 Courante voorraad utiliteitsgebouwen, , miljoen m DA EG RS DA EG RS Bedrijfsruimten 257,7 301,9 290,3 272,7 385,0 340,0 290,6 Kantoren 69,5 76,0 73,1 71,1 78,9 73,5 68,6 Winkels 52,7 54,8 53,5 52,2 60,2 54,3 49,6 Onderwijsgebouwen 39,7 42,4 41,2 39,6 49,8 44,4 38,5 Zorggebouwen 26,9 33,8 31,8 30,5 49,7 41,5 37,1 Overige gebouwen 19,6 21,0 20,4 19,5 23,4 21,0 18,4 Totaal utiliteitsgebouwen 466,2 530,0 510,3 485,6 647,0 574,8 502,7 Bron: BAG, EIB In de komende decennia is in het vastgoed sprake van een omvangrijke vervangingsvraag. De gebouwenvoorraad zal de komende decennia sterk gaan verouderen. De vraag naar vernieuwing van de voorraad gaat daarmee sterk toenemen. Dit kan zowel via vervangende nieuwbouw als via grootschalige renovatie van gebouwen plaatsvinden. De totale vastgoedopgave verschuift daardoor ook steeds meer naar herstel, verbouw en onderhoud. In 2010 was het aandeel hiervan ruim 40% van de opgave, in 2040 is dit toegenomen naar circa 50% in DA en EG en zelfs 60% in RS. De vervangingsvraag in het vastgoed is zodanig groot dat deze de teruggang bij de uitbreidingsvraag compenseert (EG) of zelfs overtreft (DA). Alleen in het RS-scenario komt de totale vastgoedopgave op landelijk niveau lager uit dan in het verleden. Infrastructuur: vervanging verouderde netwerken, uitbreiding in de Randstad De behoefte aan infrastructuur wordt in de komende jaren positief beïnvloed doordat bij gemiddelde tot hoge economische groei de pendelstromen in en naar de sterke agglomeraties nog zullen toenemen. In de andere regio s nemen de pendelstromen niet meer toe en neemt de uitbreidingsbehoefte af. In alle gebieden is sprake van een toenemende vervangingsvraag. Onder meer gemeentelijke wegen en riolering, maar ook energie- en waterstelsels, zijn aan toenemende veroudering onderhevig waardoor in de komende decennia een grote vervangingsopgave ontstaat. Een groot deel van de bestaande infrastructuurnetwerken is in de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw aangelegd. Naast kwantitatieve vraag is ook de vraag naar kwaliteit van de infrastructuur van belang. Toenemende welvaart leidt tot hogere eisen en wensen ten aanzien van het gebruik en de beschikbaarheid van de infrastructuur, met name in DA en EG. Denk hierbij aan aspecten als comfort, bereikbaarheid, leefbaarheid en verkeersveiligheid. Voor een belangrijk deel zullen deze eisen worden gerealiseerd via reconstructie en vervanging van de bestaande infrastructuur. De afnemende nieuwbouw van woningen leidt in alle scenario s tot een afnemende uitbreidingsvraag wat betreft wegen en netwerken rond nieuwe bouwlocaties. Hierbij doen zich, gegeven de differentiatie in demografische dynamiek, grote regionale verschillen voor. In totaal bedraagt de infrastructuuropgave voor de periode in DA en EG ongeveer 400 miljard. In RS is de opgave voor de infrastructuur ruim 300 miljard (figuur 7). De lagere opgave in RS komt vooral doordat de activiteiten op het gebied van nieuwbouw en reconstructie veel minder zijn dan in de andere scenario s. DA kent de grootste nieuwbouwopgave. 36
Investeren in Zeeland
Investeren in Zeeland Trends en uitdagingen EIB Concept 11 maart 2015 2 Inhoudsopgave Perspectief voor Zeeland 7 1 Inleiding 9 2 Wonen in Zeeland 10 3 Vastgoed in Zeeland 16 4 Infrastructuur in Zeeland
Nadere informatieInvesteren in Drenthe
Investeren in Drenthe Trends en uitdagingen EIB Eindrapport 31 maart 2015 2 Inhoudsopgave Perspectief voor Drenthe 7 1 Inleiding 9 2 Wonen in Drenthe 10 3 Vastgoed in Drenthe 15 4 Infrastructuur in Drenthe
Nadere informatieInvesteren in Friesland. Trends en uitdagingen
Investeren in Friesland Trends en uitdagingen Eindrapport 10 april 2015 Inhoudsopgave Perspectief voor Friesland 7 1 Inleiding 9 2 Wonen in Friesland 10 3 Vastgoed in Friesland 15 4 Infrastructuur in
Nadere informatieInvesteren in Limburg
Investeren in Limburg Trends en uitdagingen EIB Eindrapport 2 april 2015 2 Inhoudsopgave Perspectief voor Limburg 7 1 Inleiding 9 2 Wonen in Limburg 10 3 Vastgoed in Limburg 15 4 Infrastructuur in Limburg
Nadere informatieInvesteren in Groningen. Trends en uitdagingen
Investeren in Groningen Trends en uitdagingen Eindrapport 10 april 2015 2 Inhoudsopgave Perspectief voor Groningen 7 1 Inleiding 9 2 Wonen in Groningen 10 3 Vastgoed in Groningen 15 4 Infrastructuur in
Nadere informatieInvesteren in Zuid-Holland
Investeren in Zuid-Holland Trends en uitdagingen EIB Eindrapport 27 februari 2015 2 Inhoudsopgave Perspectief voor Zuid-Holland 7 1 Inleiding 9 2 Wonen in Zuid-Holland 10 3 Vastgoed in Zuid-Holland 15
Nadere informatieInvesteren in Noord-Brabant
Investeren in Noord-Brabant Trends en uitdagingen EIB Eindrapport 3 maart 2015 Inhoudsopgave Perspectief voor Noord-Brabant 7 1 Inleiding 9 2 Wonen in Noord-Brabant 10 3 Vastgoed in Noord-Brabant 16 4
Nadere informatieInvesteren in Nederland
Investeren in Nederland Taco van Hoek Amsterdam, 14 oktober 2015 1 Inleiding Investeren in Nederland Initiatief: Aedes, BNL, BZK, EIB Toekomstverkenning, geen voorspellingen Scenariostudie: 2010-2040 Kader
Nadere informatieGebiedsontwikkeling: digitaal of integraal
Gebiedsontwikkeling: digitaal of integraal Taco van Hoek Stibbe Congres Gebiedsontwikkeling Amsterdam, 19 mei 2016 1 Inhoud Drie vragen Wat komt er op ons af? Waar wil de consument wonen? Welke implicaties
Nadere informatieInvesteren in Nederland
Investeren in Nederland Investeren in Nederland Het auteursrecht voor de inhoud berust geheel bij de Stichting Economisch Instituut voor de Bouw. Overnemen van de inhoud (of delen daarvan) is uitsluitend
Nadere informatieBouwproductie 15 procent lager in komende twee jaar
Bouwproductie 15 procent lager in komende twee jaar Het CPB heeft haar vooruitzichten voor de Nederlandse economie sterk neerwaarts aangepast. Het bbp daalt volgens het CPB dit jaar met 3,5 procent en
Nadere informatieBIJLAGE A KENGETALLEN In deze bijlage geven we in overzichtelijke tabellen de kengetallen weer die gebruikt zijn ter bepaling van de effecten van het kantoren- en bedrijventerreinenprogramma voor de regio
Nadere informatieWoonwensen en Woningbehoefte. Kenneth Gopal Kathrin Becker
16086-ABF Woonwensen en Woningbehoefte Kenneth Gopal Kathrin Becker 16086-ABF Opbouw presentatie I. Waar komen we vandaan? Relevante ontwikkelingen in het recente verleden II. Waar gaan we naar toe? Blik
Nadere informatieGrote gemeenten goed voor driekwart van bevolkingsgroei tot 2025
Persbericht PB13 062 1 oktober 2013 9:30 uur Grote gemeenten goed voor driekwart van bevolkingsgroei tot 2025 Tussen 2012 en 2025 groeit de bevolking van Nederland met rond 650 duizend tot 17,4 miljoen
Nadere informatievraaggericht woningmarkt onderzoek Maastricht
vraaggericht woningmarkt onderzoek Maastricht Stec Groep aan Gemeente Maastricht Desiree Uitzetter 18 november 2014 U vroeg ons: Actuele inzichten voor herijking stedelijke programmering Nieuwe regionale
Nadere informatieDe Nederlandse woningmarkt Léon Groenemeijer, Kenneth Gopal (ABF Research)
De Nederlandse woningmarkt 2019-2030 Léon Groenemeijer, Kenneth Gopal (ABF Research) Opgave: Woningtekort anno 2018: 279.000 3,6% Verder opgelopen, raming 2019: 294.000 3,8% Grote regionale verschillen:
Nadere informatieDe grijze golf. Demografische ontwikkeling Drechtsteden tot Figuur 1 Bevolking Drechtsteden , totaal
De grijze golf Demografische ontwikkeling Drechtsteden tot 23 In deze factsheet rapporteren we over de uitkomsten van de bevolkings- en huishoudensprognose en de gevolgen ervan voor de Drechtsteden. De
Nadere informatieWoningmarkt Zeeland: ontwikkelingen en beleidsconsequenties
Woningmarkt Zeeland: ontwikkelingen en beleidsconsequenties Michiel Mulder Programmaleider Wonen & Projectanalyse EIB Masterclass Wethouders Middelburg, 9 juli 2014 1 Inhoud Drie vragen Wat zijn de recente
Nadere informatie2010-2012 SAMENVATTING
2010-2012 SAMENVATTING Samenvatting De Regionale woningmarktmonitor 2010-2012 beschrijft de ontwikkelingen op de woningmarkt in het gebied binnen de driehoek Waalwijk, Oss en Boxtel. De kredietcrisis
Nadere informatieWoON-themarapport. Woningbouwplanningen van kwantiteit naar kwaliteit
Woningbouwplanningen van kwantiteit naar kwaliteit Middelburg, december 2013 Colofon SCOOP 2013 Samenstelling Dick van der Wouw Nadet Somers SCOOP Zeeuws instituut voor sociale en culturele ontwikkeling
Nadere informatieHuishoudensprognose : belangrijkste uitkomsten
Huishoudensprognose 26 2: belangrijkste uitkomsten Elma van Agtmaal-Wobma en Coen van Duin Het aantal huishoudens blijft de komende decennia toenemen, van 7,2 miljoen in 26 tot 8,1 miljoen in 23. Daarna
Nadere informatieDienst Ruimtelijke Ordening Fact sheet Demografische ontwikkelingen: blijvende groei Amsterdamse bevolking
Dienst Ruimtelijke Ordening Fact sheet nummer 7 november 2005 Demografische ontwikkelingen: blijvende groei Amsterdamse bevolking Het inwonertal van Amsterdam is in 2004 met ruim 4.000 personen tot 742.951
Nadere informatieBeter leven voor minder mensen
1 Beter leven voor minder mensen Om te kijken hoe de regio Eemsdelta zich ontwikkelt en te monitoren op het gebied van demografie, leefbaarheid, de woningmarkt en bijvoorbeeld woon-, zorg en andere voorzieningen
Nadere informatiefluchskrift
Wonen in Fryslân Afgelopen jaren minder toename woningen In 2011 bedraagt de totale woningvoorraad in Fryslân 282.689 woningen. In 2000 bestond de totale woningvoorraad nog uit 261.849 woningen. Tussen
Nadere informatieRegionale economische prognoses 2016
Regionale economische prognoses 2016 Themabericht Rogier Aalders De breed gedragen economische groei in 2016 leidt tot productiegroei in alle sectoren en in alle regio s De Randstad, en daarbinnen vooral
Nadere informatieAnalyse van de markt voor (bestaande) huurwoningen in de Gemeente Steenwijkerland
Analyse van de markt voor (bestaande) huurwoningen in de Gemeente Steenwijkerland drs. J.E. den Ouden 1-11-2013 Bevolking De gemeente Steenwijkerland telt momenteel circa 43.400 inwoners. Het inwonertal
Nadere informatieKrimp in Fryslân. Inwonertal
Krimp in Fryslân Bevolkingsdaling, lokaal en regionaal, is een vraagstuk van nu én de komende jaren. Hoewel pas over enkele decennia de bevolking van Fryslân als geheel niet meer zal groeien, is in sommige
Nadere informatieRegionale Landbouw spreiding van bevolking en werkgelegenheid
Regionale Landbouw spreiding van bevolking en werkgelegenheid H 4 Regionale spreiding van bevolking en werkgelegenheid Als we de wisselwerking tussen de mens en zijn leefomgeving willen analyseren, dan
Nadere informatieBevolkings- en woningbehoefteprognose Noord-Brabant. actualisering Brabantse Agenda Wonen
Bevolkings- en woningbehoefteprognose Noord-Brabant Hart van Brabant 28 augustus 2017 Niek Bargeman Senior adviseur bevolking en wonen Provincie Noord-Brabant actualisering 2017 ----- Brabantse Agenda
Nadere informatieOost-Nederland REGIONALE MARKTONTWIKKELINGEN KANTORENMARKT. Marktstructuur. Vraag. Aanbod
REGIONALE MARKTONTWIKKELINGEN KANTORENMARKT Oost-Nederland Marktstructuur Voorraad kantoorruimte in Oost-Nederland (*1. m²) 43.8 4.136 2.481 Overig Nederland In de oostelijke provincies is ruim 13% van
Nadere informatieWONINGMARKTAFSPRAKEN ZEEUWS-VLAANDEREN DEEL 2: DE BALANS. [jaarlijkse rapportage over het jaar20xx]
WONINGMARKTAFSPRAKEN ZEEUWS-VLAANDEREN 216-225 DEEL 2: DE BALANS [jaarlijkse rapportage over het jaar2xx] Vastgesteld bij collegebesluit van d.d. Vastgesteld bij collegebesluit van d.d. Vastgesteld bij
Nadere informatieDe bevolkings- en woningbehoefteprognoses Noord-Brabant actualisering 2011: een samenvatting
De bevolkings- en woningbehoefteprognoses Noord-Brabant actualisering 211: een samenvatting Onderzoek en Statistiek Gooitske Marsman Februari 212 In deze notitie staat een samenvatting van De bevolkingsprognose-
Nadere informatieOverzichtsrapport SER Gelderland
Overzichtsrapport SER Gelderland Bevolking en participatie In opdracht van SER Gelderland September 2008 Drs. J.D. Gardenier L.T. Schudde CAB Martinikerkhof 30 9712 JH Groningen 050-3115113 cab@cabgroningen.nl
Nadere informatieTNO Bouwprognoses SAMENVATTING op basis van de CPB decemberraming 2011
TNO Bouwprognoses 2011-2016 SAMENVATTING op basis van de CPB decemberraming 2011 In opdracht van: Ministerie van BZK 15 december 2011 Delft, TNO 1 Miljoen Euro 1 Samenvatting De TNO Bouwprognoses zijn
Nadere informatieInleiding. Vervolgens worden uitgangspunten geformuleerd die van belang zijn voor de regionale woonvisie.
notitie Wonen in Molenwaard april 2012 Inleiding De woningmarkt is de laatste jaren sterk aan veranderingen onderhevig. De economische situatie heeft grote gevolgen gehad voor de woningmarkt, evenals nieuwe
Nadere informatieRegionale woonagenda 2020
Regionale woonagenda 2020 1. Stad en ommeland bieden samen een breed palet aan woonmilieus dat aansluit bij de behoefte. 2. De feitelijke afspraken, ook over het nieuwbouwprogramma, organiseren we in drie
Nadere informatieRegionale arbeidsmarktprognose
Provincie Zeeland Afdeling Economie Regionale arbeidsmarktprognose 2011-2012 Inleiding Begin juni 2011 verscheen de rapportage UWV WERKbedrijf Arbeidsmarktprognose 2011-2012 Met een doorkijk naar 2016".
Nadere informatieMonitor Leerdamse woningmarkt 2006
Monitor Leerdamse woningmarkt 2006 1. Inleiding Bij de vaststelling van de beleidsnota Volkshuisvesting 2005 2010 door de gemeenteraad op 14 april 2005 zijn een aantal conclusies getrokken die kenmerkend
Nadere informatieRegionale arbeidsmarktprognose
Provincie Zeeland Afdeling Economie Regionale arbeidsmarktprognose 2012-2013 Inleiding Begin juni 2012 verscheen de rapportage UWV Arbeidsmarktprognose 2012-2013 Met een doorkijk naar 2017". Hierin worden
Nadere informatieWoningvoorraad en woningbehoefte in Nederland
Wonen in Hilversum Woningvoorraad en woningbehoefte in Nederland De Nederlandse woningmarkt staat momenteel in het middelpunt van de belangstelling. Deze aandacht heeft vooral betrekking op de ordening
Nadere informatieArtikelen. Huishoudensprognose : uitkomsten. Coen van Duin en Suzanne Loozen
Artikelen Huishoudensprognose 28 2: uitkomsten Coen van Duin en Suzanne Loozen Het aantal huishoudens blijft de komende decennia toenemen, van 7,2 miljoen in 28 tot 8,3 miljoen in 239. Daarna zal het aantal
Nadere informatieDe woning(beleggings)markt in beeld 2016
Research A Capital Value production De woning(beleggings)markt in beeld 2016 Samenvatting Ondanks de grote vraag krimpt de voorraad huurwoningen als er geen verdere maatregelen worden genomen. Er wordt
Nadere informatieWoningmarktrapport 3e kwartaal Gemeente Alphen aan den Rijn
Woningmarktrapport 3e kwartaal 217 Gemeente Alphen aan den Rijn Aantal verkochte woningen naar type (NVM) 12 Aantal verkocht 1 8 6 4 2 Tussenwoning Hoekwoning Twee onder één kap Vrijstaand Appartement
Nadere informatieZuid-Nederland REGIONALE MARKTONTWIKKELINGEN KANTORENMARKT. Marktstructuur. Vraag. Aanbod
REGIONALE MARKTONTWIKKELINGEN KANTORENMARKT Zuid-Nederland Marktstructuur Voorraad kantoorruimte in Zuid-Nederland (*1. m²) 42.2 2.15 5.518 Overig Nederland Het totale oppervlak aan kantoormeters in en
Nadere informatieSprekende Cijfers Woningmarkten. Rogier Weck Researcher
Sprekende Cijfers Woningmarkten Rogier Weck Researcher Sprekende Cijfers De marktdynamiek in 2018 Stand van zaken in de nieuwbouw Voor welke doelgroep moet worden gebouwd Case study: de woonvraag van deze
Nadere informatieKrimp Prognose 2010-2025
Provincie: (Stads)regio gemeenten: Limburg Profiel gemeente: Maastricht Zuid-Limburg: Maastricht, Sittard-Geleen en Heerlen Regio: 35 Aanbod van leegstand Leegstand per stad: Huidige leegstand: aantal
Nadere informatieWoningmarktrapport 4e kwartaal 2015. Gemeente Amsterdam
Woningmarktrapport 4e kwartaal 215 Gemeente Amsterdam Aantal verkochte woningen naar type (NVM) 3 Aantal verkocht 25 2 15 1 5 Tussenwoning Hoekwoning Twee onder één kap Vrijstaand Appartement 1e kwartaal
Nadere informatieVergrijzing, verkleuring en individualisering. Voor wie verstandig handelt!
Vergrijzing, verkleuring en individualisering Trendsamenvatting Naam Definitie Scope Conclusies Invloed Impact Bronnen Vergrijzing, verkleuring en individualisering De wereldbevolking neemt toe, waarbij
Nadere informatieKernprofiel Axel mei 2018
Kernprofiel Axel mei 2018 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Demografie 1. Inwoneraantal 2. Migratie 3. Geboorten en sterftes 4. Huishoudens 5. Bevolkingsopbouw 6. Huishoudenssamenstelling 7. Prognoses 3. Wonen
Nadere informatieVerkenning Sociaal Demografische ontwikkelingen en Ruimte
Verkenning Sociaal Demografische ontwikkelingen en Ruimte PBL Ruimteconferentie 2013 21 mei 2013 Bart van Bleek Opbouw presentatie Aanluitend op presentatie Jan Ritsema van Eck 1. sociaal demografische
Nadere informatieWoonmonitor Limburg 2015 en Bevolkings- en huishoudensprognose Progneff 2016
provincie limburg!ngekomef\i Gemeente Nederweert PERSOONLIJK Gemeente Nederweert College van Burgemeester en Wethouders Postbus 2728 6030 AA NEDERWEERT 3 1 OKT. 2016 NR. -------- ----.. --- - - -- -- Cluster
Nadere informatieContinue bouwstroom Op zoek naar stabiliteit op de verhitte woningmarkt DESIREE UITZETTER, 15 MEI 2019
Continue bouwstroom Op zoek naar stabiliteit op de verhitte woningmarkt DESIREE UITZETTER, 15 MEI 2019 Opmaken voor meer stabiliteit binnen bandbreedtes Verhitte woningmarkt Trends en ontwikkelingen Regionale
Nadere informatieEconomische monitor. Voorne PutteN 5 GEMEENTEN. 5 e editie. Opzet en inhoud. Deze factsheet is de vijfde editie van de
5 e editie Economische monitor Voorne PutteN Opzet en inhoud Deze factsheet is de vijfde editie van de Economische Monitor Voorne-Putten en presenteert recente economische ontwikkelingen van Voorne-Putten
Nadere informatieWordt wonen in Oisterwijk een luxe? Pro-Plein Wonen
Wordt wonen in Oisterwijk een luxe? Pro-Plein Wonen Frenkel Beerens Adviseur wonen 7 maart 2018 Inhoud Woningmarkt (5 min) Woonvisie (10 min) Onderzoek locaties sociale huur (5 min) WONINGMARKT Economische
Nadere informatieEconomische monitor. Voorne PutteN 5 GEMEENTEN. 4 e editie. Opzet en inhoud
4 e editie Economische monitor Voorne PutteN Opzet en inhoud In 2010 verscheen de eerste editie van de Economische Monitor Voorne-Putten, een gezamenlijk initiatief van de vijf gemeenten Bernisse, Brielle,
Nadere informatieNoord-Brabant in demografisch perspectief
Noord-Brabant in demografisch perspectief over prognoses, trends en ontwikkelingen en de opgaven op het vlak van wonen met zorg en welzijn --- Inspiratiebijeenkomst Wonen met zorg en welzijn Futura / Provincie
Nadere informatieEnkele lessen van krimpprofessor Derks:
7 september 2011 Enkele lessen van krimpprofessor Derks: Zorg dat je de demografische cijfers kent Anticipeer tijdig Krimp is geen rampscenario Er moet een omslag komen van kwantiteit naar kwaliteit Prognose
Nadere informatieWoningmarktonderzoek IJsselstein. 24 november 2015 Johan van Iersel en Marlies van der Vlugt
Woningmarktonderzoek IJsselstein 24 november 2015 Johan van Iersel en Marlies van der Vlugt de r u y t e r k a d e 1 1 2 C 1 0 1 1 a b a m s t e r d a m w w w. r i g o. n l Opbouw 1. Algemeen beeld woningmarkt
Nadere informatie1.1 Bevolkingsontwikkeling 9. 1.2 Bevolkingsopbouw 10. 1.2.1 Vergrijzing 11. 1.3 Migratie 11. 1.4 Samenvatting 12
inhoudsopgave Samenvatting 3 1. Bevolking 9 1.1 Bevolkingsontwikkeling 9 1.2 Bevolkingsopbouw 10 1.2.1 Vergrijzing 11 1.3 Migratie 11 1.4 Samenvatting 12 2. Ontwikkelingen van de werkloosheid 13 2.1 Ontwikkeling
Nadere informatieBevolkingsprognose Deventer 2015
Bevolkingsprognose Deventer 2015 Aantallen en samenstelling van bevolking en huishoudens Augustus 2015 augustus 2015 Uitgave : team Kennis en Verkenning Naam : John Stam Telefoonnummer : 0570 693298 Mail
Nadere informatieStimuleren koopmarkt
Stimuleren koopmarkt Sinds 2008 zit de huizenmarkt in het slop. Dat jaar markeert een scherpe daling in het aantal transacties en was het begin van een neerwaartse ontwikkeling van de transactieprijzen.
Nadere informatieDe Brabantse Agenda Wonen
De Brabantse Agenda Wonen Wat beweegt de woningmarkt in Brabant? ---- actuele ontwikkelingen en opgaven voor de regionale woningmarkt Brabant Vastgoed 2017 11 mei 2017 Niek Bargeman Senior adviseur bevolking
Nadere informatieWoningmarkt landelijk 2018 (KW3)
In het derde kwartaal van 218 werden volgens het CBS/Kadaster 56.921 woningen verkocht. Dat is 7,3% minder dan in het derde kwartaal van 217 en 7,5% meer dan in het tweede kwartaal van 218. De verkoop
Nadere informatieWoningmarktrapport 3e kwartaal Gemeente 's-gravenhage
Woningmarktrapport 3e kwartaal 216 Gemeente 's-gravenhage Aantal verkochte woningen naar type (NVM) 12 Aantal verkocht 1 8 6 4 2 Tussenwoning Hoekwoning Twee onder één kap Vrijstaand Appartement 4e kwartaal
Nadere informatieDordrecht in de Atlas 2013
in de Atlas Een aantrekkelijke stad om in te wonen, maar sociaaleconomisch kwetsbaar Inhoud:. Conclusies. Positie van. Bevolking. Wonen. De Atlas voor gemeenten wordt jaarlijks gepubliceerd. In mei is
Nadere informatieGEBIEDEN. 4 havo 3 Stedelijke gebieden 4-5
GEBIEDEN 4 havo 3 Stedelijke gebieden 4-5 Probleemwijken Groot aandeel sociale huurwoningen Slechte kwaliteit woonomgeving Afname aantal voorzieningen Toename asociaal gedrag Sociale en etnische spanningen
Nadere informatieRegiobericht 1.0 Noord
Economie, innovatie, werk en inkomen 1 Kenmerken van het landsdeel Het landsdeel Noord bestaat uit de provincies Groningen, Friesland en Drenthe. De provincies werken samen in het Samenwerkingsverband
Nadere informatieSamenvatting Twente Index 2016
Samenvatting Twente Index 2016 Kijk voor regionale en lokale data op www.twenteindex.nl INLEIDING De Twente Index wordt door Kennispunt Twente samengesteld in opdracht van de Twente Board. De Board wil
Nadere informatieDemografische ontwikkeling Gemeente Opmeer Augustus 2014
Demografische ontwikkeling Gemeente Opmeer Augustus 214 Colofon Uitgave I&O Research Van Dedemstraat 6c 1624 NN Hoorn Tel.nr. 229-282555 Rapportnummer 214-248 Datum Augustus 214 Opdrachtgever De Westfriese
Nadere informatieWoningmarktrapport 3e kwartaal 2015. Gemeente Rotterdam
Woningmarktrapport 3e kwartaal 215 Gemeente Rotterdam Aantal verkochte woningen naar type (NVM) 9 Aantal verkocht 8 7 6 5 4 3 2 1 Tussenwoning Hoekwoning Twee onder één kap Vrijstaand Appartement 4e kwartaal
Nadere informatieHuishoudensprognose : ontwikkelingen naar type en grootte
Huishoudensprognose 5: ontwikkelingen naar type en grootte Andries de Jong Het aantal huishoudens neemt de komende decennia fors toe, van 6,9 miljoen in naar 8, miljoen in 5. Deze groei wordt vooral bepaald
Nadere informatieACTUELE OPGAVEN VOOR DE WONINGMARKT EN DE RELATIE TUSSEN LEEGSTAND EN HET WONEN
ACTUELE OPGAVEN VOOR DE WONINGMARKT EN DE RELATIE TUSSEN LEEGSTAND EN HET WONEN RRO + - Zuidoost-Brabant 11 mei 2016 Niek Bargeman senior adviseur bevolking en wonen Provincie Noord-Brabant REGIONALE AGENDA
Nadere informatieOegstgeest aan de Rijn: realisatie van een woningbouwbehoefte
Oegstgeest aan de Rijn: realisatie van een woningbouwbehoefte Stap 1 van de Ladder voor Duurzame Verstedelijking schrijft voor dat een stedelijke ontwikkeling past binnen de regionale behoefte. Provincie
Nadere informatieOnderwerp Bevolkings- en woningbehoefteprognose Noord-Brabant, actualisering 2011
Onderwerp Bevolkings- en woningbehoefteprognose Noord-Brabant, actualisering 2011 Status Informerend Voorstel Kennis te nemen van de bevolkings- en woningbehoefteprognose Noord-Brabant, actualisering 2011
Nadere informatieBevolkings- en woningbehoefteprognose Noord-Brabant actualisering 2011
Bevolkings- en woningbehoefteprognose Noord-Brabant actualisering 2011 ontwikkelingen van de (West-)Brabantse bevolking trends - prognoses - beleidseffecten --- Congres Regio West-Brabant 23 maart 2012
Nadere informatieWoON 2015 Zuid-Holland. Berry Blijie
WoON 2015 Zuid-Holland Berry Blijie 15233-WON Inhoud 1. Inleiding 2. Contouren van de woningmarkt 3. De woningvoorraad 4. Huishoudens in woningen 5. Inkomens en woonuitgaven 6. Verhuizingen en verhuisplannen
Nadere informatiePrimos-model. Basisuitkomsten Primos 2013 Kleidum
Primos-model Basisuitkomsten Primos 2013 Kleidum 2 Het Primos-model Werking Primos-model Het Primos-model voorspelt de bevolkingsontwikkeling als gevolg van geboorte, sterfte, buitenlandse en binnenlandse
Nadere informatieNoord-Nederland REGIONALE MARKTONTWIKKELINGEN KANTORENMARKT. Marktstructuur. Vraag. Aanbod
REGIONALE MARKTONTWIKKELINGEN KANTORENMARKT Noord-Nederland Marktstructuur Voorraad kantoorruimte in Noord-Nederland (*1. m²) 46.787 643 973 1.222 Drenthe Friesland Groningen Overig Nederland De drie noordelijke
Nadere informatieLeegstand van kantoren, 1991-2013
Leegstand van kantoren, 1991-2013 Conclusie In Nederland is een overaanbod van kantoorvloeroppervlakte. Gemiddeld 16% van het kantoorvloeroppervlakte staat leeg in 2013. Dit percentage neemt nog steeds
Nadere informatieKernprofiel Biervliet
Kernprofiel Biervliet Jan 2019 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Demografie 1. Inwoneraantal 2. Migratie 3. Geboortes en sterftes 4. Huishoudens 5. Bevolkingsopbouw 6. Gezinssamenstelling 7. Prognoses 3.
Nadere informatieNaar een woonvisie voor Waterland
Naar een woonvisie voor Waterland Informatieavond Raad 29 oktober 2015 de ruyterkade 112 1011ab amsterdam www.rigo.nl OPZET 1. Welkom en opening door de wethouder 2. Naar een woonvisie voor Waterland 3.
Nadere informatieKiezen, Delen én Doen Samen voor een sterke woningmarkt. platform woningcorporaties noord-holland noord
Kiezen, Delen én Doen Samen voor een sterke woningmarkt platform woningcorporaties noord-holland noord Voorwoord Op 15 december 2011 is door ruim 20 corporaties uit de subregio s Noordkop, West-Friesland,
Nadere informatieZuidwest-Nederland REGIONALE MARKTONTWIKKELINGEN KANTORENMARKT. Marktstructuur. Vraag. Aanbod
REGIONALE MARKTONTWIKKELINGEN KANTORENMARKT Zuidwest-Nederland Marktstructuur Voorraad kantoorruimte in Zuidwest-Nederland (*1. m²) 35.536 13.629 459 Overig Nederland In Zuidwest-Nederland ligt circa 29%
Nadere informatieTrends op de woningmarkt
Trends op de woningmarkt Peter Boelhouwer 29-10-2013 Delft University of Technology Challenge the future Inhoud Demografische ontwikkelingen Economische ontwikkelingen Sociaal-culturele ontwikkelingen
Nadere informatie1 Inleiding: de metamorfose van de arbeidsmarkt
1 Inleiding: de metamorfose van de arbeidsmarkt 1.1 De beroepsbevolking in 1975 en 2003 11 1.2 De werkgelegenheid in 1975 en 2003 14 Halverwege de jaren zeventig van de vorige eeuw trok de gemiddelde Nederlandse
Nadere informatieEconomische monitor. Voorne PutteN 5 GEMEENTEN. 6 e editie. Opzet en inhoud
6 e editie Economische monitor Voorne PutteN Opzet en inhoud Deze factsheet is de zesde editie van de Economische Monitor Voorne-Putten en presenteert recente economische ontwikkelingen van Voorne-Putten
Nadere informatieVoortgangsrapportage demografische ontwikkelingen
Voortgangsrapportage demografische ontwikkelingen Inleiding In deze voortgangsrapportage staat een actualisatie van de demografische gegevens over inwoners en huishoudens. Ook zijn een aantal algemene
Nadere informatiePerspectief voor de markt van koopwoningen
Perspectief voor de markt van koopwoningen Harry van der Heijden OTB Research Institute for the Built Environment / TU Delft Delft University of Technology Challenge the future Agenda Het oude verdienmodel
Nadere informatieRegionale Arbeidsmarkt Informatie Limburg update juni 2013
Regionale Arbeidsmarkt Informatie Limburg update juni 2013 1. Inleiding In 2012 hebben Etil en Research voor Beleid in opdracht van de Provincie Limburg de ontwikkeling van de Limburgse arbeidsmarkt onderzocht
Nadere informatieDEMOGRAFISCHE ONTWIKKELING
Rapport DEMOGRAFISCHE ONTWIKKELING 2014-2040 Gemeente Bergen 2014 www.ioresearch.nl COLOFON Uitgave I&O Research Van Dedemstraat 6c 1624 NN Hoorn 0229-282555 Rapportnummer 2015/concept Datum Januari 2015
Nadere informatieOnderzoeksflits. Planbureau voor de Leefomgeving De stad: magneet, roltrap en spons. IB Onderzoek, 22 mei Utrecht.
Onderzoeksflits Planbureau voor de Leefomgeving De stad: magneet, roltrap en spons IB Onderzoek, 22 mei 2015 Utrecht.nl/onderzoek Colofon uitgave Afdeling Onderzoek Gemeente Utrecht 030 286 1350 onderzoek@utrecht.nl
Nadere informatie(ver)dringen op de woningmarkt Fricties tussen vraag en aanbod
(ver)dringen op de woningmarkt Fricties tussen vraag en aanbod Peter Boelhouwer 4-12-2018 Delft University of Technology Challenge the future Inhoud Demografische ontwikkelingen Achterblijvend woningaanbod
Nadere informatieBijlage Visie Oost : Cijfers & trends bevolking en woningvoorraad Hilversum
Bijlage Visie Oost : Cijfers & trends bevolking en woningvoorraad Hilversum 1. Ontwikkeling bevolking naar leeftijd De Primos huishoudensprognose (2011) voor de periode 2010-2040 schetst het volgend beeld:
Nadere informatieWONINGBEHOEFTEONDERZOEK WIERINGEN
WONINGBEHOEFTEONDERZOEK WIERINGEN 14 december 2017 Publieksversie Joost Wegstapel Dave Havermans Australiëlaan 5, 3526 AB Utrecht 030 693 60 00 info@atrive.nl www.atrive.nl KvK: 17106411 Aanleiding van
Nadere informatieWaardering van leefbaarheid en woonomgeving
Waardering van leefbaarheid en woonomgeving Burgerpeiling Woon- en Leefbaarheidsmonitor Eemsdelta 2015 In de Eemsdelta zijn verschillende ontwikkelingen die van invloed kunnen zijn op de leefbaarheid.
Nadere informatieNoordwest-Nederland REGIONALE MARKTONTWIKKELINGEN KANTORENMARKT. Marktstructuur. Vraag. Aanbod
REGIONALE MARKTONTWIKKELINGEN KANTORENMARKT Noordwest- Marktstructuur Voorraad kantoorruimte in Noordwest- (*1. m²) 38.116 11.59 Overig In Noordwest- ligt circa 23% van de landelijke kantorenvoorraad.
Nadere informatieAchtergrondinformatie Woonsymposium WONEN IN STAD.NL. SESSIE Stad maken
Achtergrondinformatie Woonsymposium WONEN IN STAD.NL SESSIE Stad maken donderdag 19 maart 2015 Stad maken Duiding en context De traditionele rollen binnen het ontwikkeltraject veranderen. De corporaties,
Nadere informatieGemeente Valkenswaard
Gemeente Valkenswaard Bevolkings- en huishoudensprognose 2014 Second opinion 12 maart DATUM 12 maart TITEL Bevolkings- en huishoudensprognose 2014 ONDERTITEL Second opinion OPDRACHTGEVER Gemeente Valkenswaard
Nadere informatieKwartaaloverzicht arbeidsmarkt 2005/2
Hans Langenberg In het tweede kwartaal van 2005 vond voor het eerst in twee jaar geen verdere daling plaats van het aantal banen. Ook is de werkloosheid gestabiliseerd. Wel was er een stagnatie in de toename
Nadere informatieBRABANT IN DEMOGRAFISCH PERSPECTIEF ontwikkelingen van de (West-)Brabantse bevolking trends prognoses beleidseffecten - opgaven
BRABANT IN DEMOGRAFISCH PERSPECTIEF ontwikkelingen van de (West-)Brabantse bevolking trends prognoses beleidseffecten - opgaven Regionale Collegebijeenkomst Regio West-Brabant 19 september 2012 Niek Bargeman
Nadere informatie