Ieder onderdeel duurt ± 13 minuten. Na die 13 minuten wisselen de groepen van oefening.

Maat: px

Weergave met pagina beginnen:

Download "Ieder onderdeel duurt ± 13 minuten. Na die 13 minuten wisselen de groepen van oefening."

Merel Willems
7 jaren geleden
Aantal bezoeken:

1 Ieder onderdeel duurt ± 13 minuten. Na die 13 minuten wisselen de groepen van oefening. Onderdeel 1: Balgevoel Basisbewegingen: oefening 4 t/m 7 Snel voetenwerk: oefening 14, 6, 7 en 8 Onderdeel 2: 1-tegen-1 Richtingsveranderingen: tegenstander naast je Onderdeel 3: Pass en trap Het inspelen en aannemen van de bal met tweetallen Inspelen en afronden op doel Onderdeel 4: Spelvorm Estafette spel Het verwerken van de bal; de 1 e aanname Partijspel Partijspel 4-tegen-4 Veldindeling:

2 Spelerslijst EWC/RESIA E-pupillen najaar 2009 # Naam Roepnaam Geboortejaar Aanwezig Afwezig Afgemeld 1 Michiels Sem 1998 X 2 Bulterman Max 1999 X 3 Clevers Kevin 1999 X 4 Elsen van Kai 1999 X 5 Hebben Sid 1999 X 6 Koppes Leroy 1999 X 7 Lieshout van Tim 1999 X 8 List Luca 1999 X 9 Michiels Stef 1999 X 10 Rombouts Niels 1999 X 11 Splinter Ottojan 1999 X 12 Theeuwen Sven 1999 X 13 Verstraelen Max 1999 X 14 Vissers Lloyd 1999 X 15 Welvaarts Sjoerd 1999 X 16 Brand Maan 2000 X 17 Foudraine Christian 2000 X 18 Heijmans Joep 2000 X 19 Maarse Niels 2000 X 20 Nijsen Friso 2000 X 21 Pelzer Sam 2000 X 22 Peters Chad 2000 X 23 Soest van Jesper 2000 X 24 Theeuwen Jord 2000 X 25 Valckx Sen 2000 X 26 Verrijdt Casper 2000 X 27 Vleugel vd Sander 2000 X 28 Welvaarts Marco 2000 X 29 Zamarialai Hshmettulaah 2000 X 30 Kleeven Silke 2000 X 31 Hendriks Youri 2001 X 32 Michiels Tim 2001 X 33 Verberne Karlijn 2000 X Trainers EWC/RESIA E-pupillen najaar 2009 # Naam Aanwezig Afwezig 1 Ger Koppes X 2 Willem Janssen X 3 Rob Stevens X 4 Chris Michiels X 5 Rob Verstraelen X 6 Dries Nijsen X 7 Ron Verrijdt X 8 Pierre Verberne X

3 Onderdeel 1: Balgevoel Basisbewegingen: oef 4 t/m 7 Snel Voetenwerk: oef 14, 6, 7 en 8 - Speler 1 speelt de bal met binnenkant voet naar speler 2. - Speler 2 neemt de bal aan, draait open en slalom door de stokken heen. Speler 1 neemt de positie van speler 2 in. - Na het slalommen schiet speler 2 op doel. Scoren in het kleine doeltje is 1 punt, scoren in het grote doel is 2 punten. - Na het schot pakt speler 2 snel de bal op uit het doel en dribbelt terug tussen de blauwe pylonen. Slalommen op de volgende manieren (basisbewegingen): 4. Bal voorlangs spelen met punt van de voetzool en buitenkant andere voet meenemen (2x) 5. De bal met de punt van de voet onder het lichaam draaien en met de binnenkant van de andere voet meenemen (2x) 6. Met de binnenkant van de voet van het dribbelbeen een felle overstap om de bal maken en de bal met binnenkant van de andere voet voorlangs meenemen (2x) 7. De bal met de onderkant van de voet terughalen en met de binnenkant van dezelfde voet zijwaarts meenemen (2x) De volgende snel voetenwerk-oefeningen uitvoeren tussen de blauwe pylonen: 14. De bal door snelle tussentikken in zigzagbeweging vooruit meenemen (2x) 6. Tussentikken; de bal met de voetzool terughalen en met de wreef weer vooruit meenemen (2x) 7. Tussentikken; dan steeds van binnen naar buiten over de bal rollen (2x) 8. Tussentikken; de bal met de binnenkant van de voet afrollen op de binnenkant van de andere voet (2x)

4 Onderdeel 2: 1-tegen-1 1. Halve draaien individueel oefenen Benodigdheden: - Spelers: 8 - Ballen: 8 - Pylonen: 8 - Afstand tussen de pylonen: 8 meter : De spelers oefenen de bovenstaande halve draaien nu individueel. Steeds heen en weer tussen 2 pylonen. 4. Overstap om de bal (step-over) 6. Bal achter het standbeen langs rollen 7. Voet op de bal en doordraaien (u-turn) 2. 1-tegen-1 met richtingsveranderingen : De spelers stellen zich op in twee groepjes, aan beide kanten van de trainer. De trainer speelt de bal het veld in en twee spelers spelen een duel. De spelers proberen op één van de vier doeltjes te scoren. Het spel is afgelopen als er wordt gescoord, als de bal buiten is of als het duel langer duurt dan 20 sec. Wie scoort de meeste doelpunten? Variant: in plaats van 1 tegen 1 kan er ook 2 tegen 2 worden gespeeld. Coaching: De bedoeling is dus dat de spelers d.m.v. van veel richtingsveranderingen de tegenstander proberen af te schudden. De halve draaien (kapbewegingen) die zijn aangeleerd moeten hierbij worden gebruikt. - Altijd goed kijken waar de ruimte ligt om te scoren. - Zorg dat je altijd dat bal goed afschermt voor je tegenstander. - Als je de tegenstander op het verkeerde been zet middels een halve draai, zorg dan dat je doorversneld en snel probeert te scoren. - Willen winnen, dus ook verdedigend alles geven.

Onderdeel 3: Pass en trap Oef 1 Inspelen en aannemen (± 3 minuten) Met tweetallen tegenover elkaar; afstand ongeveer 10 meter. Steeds de bal naar elkaar overspelen.

5 Onderdeel 3: Pass en trap Oef 1 Inspelen en aannemen (± 3 minuten) Met tweetallen tegenover elkaar; afstand ongeveer 10 meter. Steeds de bal naar elkaar overspelen. De bal 1 keer aannemen en dan terugspelen. Let op een goede aanname en een strakke inspeelpass met binnenkant voet. Let goed op de houding tijdens het aannemen en tijdens het inspelen. Oef 2 Afronden op doel - Speler 1 speelt de bal met binnenkant voet naar speler 2. - Speler 2 neemt de bal met de rechtervoet aan en draait meteen open. - Na het opendraaien dribbelt speler 2 om de middelste pylon en trapt meteen met rechts uit de draai op doel. - Speler 1 neemt de positie over van speler 2; speler 2 haalt zijn bal en sluit weer aan bij het groepje. Na verloop van tijd ook starten aan de andere kant. Dan geldt dat de spelers de bal met de linkervoet aan moeten nemen en ook de bal met de linkervoet op doel moeten schieten. Doelpunten zelf tellen en bijhouden. Een doelpunt telt alleen als je juicht na het scoren! Wie scoort de meeste doelpunten?

Onderdeel 4: Spelvorm met bal Oef 1 Estafette spel Twee gelijke groepjes maken. De spelers starten tegelijk met de bal aan de voet en dribbelen om de slalomstok. Ze maken een hele draai om de stok.

6 Onderdeel 4: Spelvorm met bal Oef 1 Estafette spel Twee gelijke groepjes maken. De spelers starten tegelijk met de bal aan de voet en dribbelen om de slalomstok. Ze maken een hele draai om de stok. Daarna dribbelen ze zo snel mogelijk terug en geven de bal door aan de volgende. Welke groepje als eerste helemaal terug is, wint. In totaal 3 spelletjes; de verliezers doen een opdracht. Oef 2 Het verwerken van de bal; trainen van de 1 e aanname De zwarte speler in de tekening speelt de bal naar de grijze speler. De grijze speler neemt de bal aan en probeert op één van beide doeltjes te scoren. De zwarte speler wordt verdediger. De grijze speler mag pas op één van beide doeltjes scoren als hij in het aanvalsvak gedribbeld is (dus achter de blauwe pylonen). Als de zwarte speler de bal afpakt, dan mag hij meteen scoren. Het duel eindigt als er gescoord wordt, als de bal buiten het speelveld gaat of als er 20 sec is gespeeld. Na de actie wisselen de spelers van functie. Eerst zonder punten; later competitievorm. Wie scoort de meeste doelpunten? Coaching De speler in balbezit moet dus proberen om zo snel mogelijk te scoren. Het gaat er om dat deze speler de verdediger op snelheid klopt of hem op het verkeerde been zet door richtingsveranderingen (halve draaien). 1. De eerste aanname is belangrijk, neem de bal gelijk mee naar de zijkant, zodat je snel kunt scoren 2. Probeer zoveel mogelijk snelheid te maken/houden. Na het kappen gelijk doorversnellen en scoren 3. Blijf goed kijken waar de verdediger zit, overzicht houden tijdens het dribbelen 4. Zorg ervoor dat je de bal altijd goed afschermt voor je tegenstander, je lichaam tussen de verdediger en de bal 5. Willen scoren, willen winnen van je tegenstander

Partijspel: 4-tegen-4 Materialen - 8 spelers, 2 teams van 4 (zonder keeper) - 6 pylonen - 4 ballen - Doelen: kleine doelen of pupillen doelen - 4 hesjes - afmetingen speelveld: 40 m. bij 20 m.

7 Partijspel: 4-tegen-4 Materialen - 8 spelers, 2 teams van 4 (zonder keeper) - 6 pylonen - 4 ballen - Doelen: kleine doelen of pupillen doelen - 4 hesjes - afmetingen speelveld: 40 m. bij 20 m. Spelbedoeling Partijspel 4 tegen 4. Spelregels: Bal uit: intrappen of indribbelen Corner: balbezit bij eigen doel Bal achter: intrappen of indribbelen Coaching: 1. Veldbezetting => balbezit, veld groot maken (1 achter, 1 diep, 1 rechts en 1 links) 2. Samenspel, maar ook individuele acties 3. Bewegingen proberen die op de trainingen behandeld zijn 4. Verdedigend iedereen een tegenstander dekken 5. Regelmatig van positie wisselen

Vergelijkbare documenten

Ieder onderdeel duurt ± 13 minuten. Na die 13 minuten wisselen de groepen van oefening.

Ieder onderdeel duurt ± 13 minuten. Na die 13 minuten wisselen de groepen van oefening. Onderdeel 1: Balgevoel Dribbelen, balgevoeloefeningen en halve draaien Snel voetenwerk (E1 en E2) of halve draaien