Rapportage Evaluatie voortgezette nascholing van de Permanente Educatie. Rapport van de Commissie voor de Permanente Educatie
|
|
- Andrea van den Broek
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Rapportage Evaluatie voortgezette nascholing van de Permanente Educatie Rapport van de Commissie voor de Permanente Educatie Generale Synode November 2016 LWK 16-06
2 Samenvatting Aanleiding In 2012 besloot de generale synode tot invoering van permanente educatie voor predikanten en kerkelijk werkers. De synode gaf ook aan dat deze permanente educatie te zijner tijd geëvalueerd zou moeten worden. Deze evaluatie is in het afgelopen jaar uitgevoerd. Onderzoeksresultaten De evaluatie van de voortgezette nascholing binnen de permanente educatie is gebaseerd op onderzoeken onder predikanten, kerkelijk werkers, kerkenraden en enkele classicale vergaderingen. Met name de grote respons van predikanten (50%) maakt dat op basis van het onderzoek uitspraken gedaan mogen worden over de deelname aan en de waardering voor de voortgezette nascholing Vrijwel alle predikanten (96%) doen mee aan de nascholing. Driekwart van de predikanten ronden hun studielast binnen de tijd af. Voor de predikanten die de studielast niet binnen de cyclus afronden zijn planningsproblemen en persoonlijke omstandigheden de belangrijkste redenen. De deelname van kerkelijk werkers komt hiermee overeen, maar er zijn aanwijzingen dat de groep die voor Permanente Educatie (PE) in aanmerking komt kleiner is dan vooraf gedacht. Over de inhoud van de cursussen (aangestuurd en open erkend) is men over het algemeen tevreden (met gemiddelde rapportcijfers variërend van 7,2 tot 7,4). Wel is er sprake van een zekere spreiding in de waarderingscijfers, met uitschieters naar boven en naar beneden. Het cijfer voor de voortgezette nascholing als geheel is echter beduidend lager en kan eigenlijk geen voldoende genoemd worden (gemiddeld een 5,6). De reden hiervoor ligt voornamelijk bij de opzet van de permanente educatie. Genoemd worden o.a. planningsproblemen, versnippering en de ingewikkeldheid en extra tijd die accreditatie en registratie met zich meebrengen. Een belangrijke factor is ook dat zowel predikanten als kerkelijk werkers aangeven dat het aangestuurde aanbod onvoldoende aansluit bij hun wensen. Bij de waardering voor de cursusinhoud valt op dat, ondanks een zeer gevarieerd aangestuurd aanbod voor predikanten, deze als onvoldoende wordt ervaren. Deze verwachtingen lijken strijdig met de motivatie voor de invoering van de PE, waarin het stimuleren van een grotere gezamenlijkheid van predikanten bij het volgen van de nascholing een belangrijke rol speelde (in aansluiting op de rapporten van de Commissie Veerman in de jaren 2008 en 2009). Er blijkt tenslotte nog veel onwennigheid rond het scholingsplan, die mede lijkt voort te komen uit onwennigheid met het reflecteren op het eigen functioneren en het onderlinge gesprek daarover. Tegelijkertijd wordt het belang daarvan ook gezien en benoemd. Wijzigingsvoorstellen Voorgesteld wordt een vereenvoudiging van de voortgezette nascholing van drie naar twee delen; verlagen van de administratieve last door afschaffing van accreditatie en registratie en invoering van meer zelfsturing. Vastgehouden wordt aan een aangestuurd deel van ongeveer 200 uur per vijf jaar, overeenkomend met wat gebruikelijk is in andere beroepsgroepen. Het aangestuurde deel bestaat uit twee onderdelen; een op reflectie op het eigen werk gericht begeleidingstraject Evaluatie Permanente Educatie Pagina 2 van 25
3 van supervisie, coaching of geestelijke begeleiding; en het volgen van, afhankelijk van de arbeidsomvang, één tot drie cursussen uit het aangestuurde aanbod. De overige werktijdafhankelijke studietijd 1 wordt een studieverlof onder eigen regie. Voorwaarden zijn dat het is gebaseerd op een ingezonden studieplan en dat minstens de helft van de studietijd wordt besteed aan studieactiviteiten waarvoor certificaten en/of diploma s worden afgegeven. Het aanvragen van accreditatie van cursussen en de verplichting activiteiten te registeren in Extranet komen te vervallen. Predikanten en kerkelijk werkers dienen daarvoor in de plaats een persoonlijk portfolio bij te houden van gevolgde activiteiten. Voorgesteld wordt dat bespreking van de voortgang van de studie verplicht onderdeel wordt van het jaargesprek van de predikant en het functioneringsgesprek van de kerkelijk werker. Het studieplan omvat zowel een beschrijving van de persoonlijke ontwikkeling als van de beoogde studie. Elk nieuw studieplan wordt, na bespreking met een vertegenwoordiging van de kerkenraad, toegezonden aan de toekomstige voorzitter van de regionale classis. Deze kan aanleiding zien het studieplan met de predikant of kerkelijk werker nader te bespreken. Inzending van het studieplan is in deze opzet voorwaardelijk voor het kunnen volgen van nascholing. In de aangestuurde nascholing komt de focus te liggen op een update van de laatste ontwikkelingen / stand van zaken op de bestaande drie onderzoeksvelden (Bijbelse-, systematische- en praktische theologie) met inachtneming van speerpunten in kerkelijk beleid. Vertegenwoordigers van de beroepsgroepen worden meer bij de samenstelling van het aanbod betrokken. Nieuw is dat cursussen op meerdere niveaus aangeboden worden (bijv. algemeen verdiepend en gespecialiseerd). De verwachting is dat het komen tot een gezamenlijke focus leidt tot een beperkter, meer samenhangend aanbod. Het risico dat cursussen niet door kunnen gaan, wordt daarmee sterk teruggebracht. Cursussen worden in clusters aangeboden, wat studeren binnen een langere aaneengesloten periode meer mogelijk maakt. De cursussen binnen het aangestuurde deel blijven ondergebracht bij de PThU, het (na)scholingsinstituut van de kerk, waarbij meer samenwerking wordt beoogd met andere opleidingsinstituten, waaronder de hbo-opleidingen Theologie aan de CHE en Windesheim. Kerkelijk werkers gaan eveneens deelnemen aan het aangestuurde aanbod van de PThU. 1 Nu bestaande uit het open erkende deel en (voor predikanten) het vrije deel. Evaluatie Permanente Educatie Pagina 3 van 25
4 Rapportage Evaluatie voortgezette nascholing van de Permanente Educatie 1. Inleiding In 2012 is na een lang voortraject de generale regeling voor de permanente educatie (PE) door de generale synode vastgesteld (zie bijlage 2). Een jaar eerder al (november 2011) was de invoering van de PE door de synode goedgekeurd door de instemming in tweede lezing met de wijzigingen in ordinantie Wel riep de nieuwe regeling voor de PE zoals neergelegd in de generale regeling veel vragen op bij de leden van de synode. Om die reden besloot de synode de besluitvorming over de generale regeling uit te stellen, na een toezegging van het moderamen dat aan een aantal bezwaren van de synode tegemoet gekomen zou worden. Een deel van de weerstand vond zijn bron in het feit dat de voortgezette nascholing het vrije studieverlof voor predikanten vervangt. Tegen deze achtergrond zegde de scriba aan de synode toe dat de PE "te zijner tijd" geëvalueerd zal worden. Op grond van de ervaringen in de eerste drie jaar heeft de commissie besloten al in 2015 een begin te maken met de toegezegde evaluatie. Daarmee is het mogelijk om, zo nodig, de organisatie van de voortgezette nascholing bij aanvang van de tweede cyclus (september juli 2022) bij te stellen. Met deze rapportage doet de commissie aan de Generale Synode verslag van haar bevindingen op grond van de evaluatie ( 2 4) en doet zij voorstellen tot wijziging van de inrichting van de voortgezette nascholing binnen de Permanente Educatie ( 5 en 6). 2. Afbakening Zoals vermeld in de generale regeling (vastgesteld in april 2012) bestaat de permanente educatie van predikanten en kerkelijk werkers uit drie onderdelen: A. Mentoraat in het eerste jaar B. Primaire nascholing in de daarop volgende vier jaar C. Voortgezette nascholing, vanaf het zesde jaar dat een predikant of kerkelijk werker aan het werk is. Deze evaluatie en wijzigingsvoorstellen hebben alleen betrekking op het derde onderdeel, de voortgezette nascholing. 3. Doel en opzet van het evaluatieonderzoek Het doel van de evaluatie is het vinden van een antwoord op de vraag of de invoering van de voortgezette nascholing het resultaat heeft opgeleverd dat de synode er mee heeft beoogd. Dat doel is als volgt gedefinieerd: "De voortgezette nascholing zoals deze in opdracht van de synode wordt ingericht, stelt predikanten en kerkelijk werkers in staat om hun professionaliteit als predikant / kerkelijk werkers op peil te houden." Vervolgens is de invoering van de voortgezette nascholing op drie punten geëvalueerd: Evaluatie van het bereikte effect van de invoering Evaluatie van de gevolgde werkwijze (het proces) Evaluatie van het draagvlak onder predikanten en kerkelijk werkers Evaluatie Permanente Educatie Pagina 4 van 25
5 Over de evaluatie van het gewenste effect nog het volgende: In het onderzoek is dit als volgt geoperationaliseerd: A. Hoeveel predikanten en kerkelijk werkers doen mee aan de voortgezette nascholing? En is dat wat de synode van de invoering van de voortgezette nascholing zou mogen verwachten? B. Wat is de kwaliteit van de aangeboden en gevolgde nascholing? Dit immers bepaalt of het volgen van de nascholing (A) inderdaad er toe leidt dat predikanten en kerkelijk werkers zich in staat hebben gevoeld hun professionaliteit op peil te houden. Voor de opzet en uitvoering van het onderzoek heeft de commissie een beroep gedaan op het Expertisecentrum van de Dienstenorganisatie Het Expertisecentrum heeft allereerst getracht zich een beeld te vormen van de vraagstelling, onder meer door middel van bestudering van beschikbare gegevens en consultatie van andere kerken 2. Op grond van deze informatie heeft het Expertisecentrum een kwantitatief onderzoek verricht onder predikanten en kerkelijk werkers en onder gemeenten 3. Daarnaast zijn door hen telefonische interviews gehouden met leden van de brede moderamina van de classicale vergaderingen. Met name onder de predikanten is de respons op de enquête hoog. Het aantal reacties maakt dat het een representatief onderzoek is. Daarbij leveren de vele reacties op de open vragen een schat aan informatie op 4. In het onderzoeksrapport van het Expertisecentrum wordt de opzet van het onderzoek nader toegelicht. Het onderzoeksrapport en de bijlagen daarbij zijn separaat aan het moderamen toegezonden. In deze rapportage volgt eerst een bespreking door de commissie van de onderzoeksresultaten. Daarna doet de commissie voorstellen voor aanpassing van de voortgezette nascholing. 4. Evaluatie van het onderzoek De commissie evalueert de voortgezette nascholing op basis van het onderzoek aan de hand van de volgende thema s: 1) De omvang van de deelname 2) De geschiktheid van het cursusaanbod 3) De kwaliteit van het gevolgde cursusaanbod 4) De werkbaarheid van de gekozen werkwijze 5) Beoordeling van het draagvlak 4.1. De omvang van de deelname Conclusie: De invoering van de PE heeft het beoogde effect van een grotere deelname aan georganiseerde voortgezette nascholing bereikt. Predikanten Van de gemeentepredikanten op wie de voortgezette nascholing van toepassing is, heeft op het moment van het onderzoek (juni 2016) 96,4% binnen het programma van de voortgezette nascholing activiteiten ontplooid. Ondanks alle vragen over opzet en inhoud die ook klinken is de bereidheid om deel te nemen hoog. 2 Voor een overzicht van genoemde beschikbare gegevens, zie bijlage 1. 3 Dit onderzoek is uitgevoerd middels vragenlijsten die digitaal konden worden ingevuld. 4 Zo zijn alle antwoorden op open vragen die het aanbod van de PThU betroffen doorgegeven aan de PThU. Evaluatie Permanente Educatie Pagina 5 van 25
6 Aantal predikanten in onderzoek ,0% Aantal predikanten dat onderdelen van de VN heeft gevolgd waarvan 61 (9%) via een vrijstelling (promotie of specialisatie) ,4% Belangrijke vervolgvraag is of predikanten aan het einde van de cyclus de omvang aan studie hebben gevolgd die past bij hun arbeidsomvang. Uit het onderzoek van het Expertisecentrum blijkt dat het grootste deel van de predikanten aangeeft de volledige studielast zeker of met een goede kans te zullen afronden. Een klein maar toch substantieel deel (25%) geeft feitelijk aan de volledige studielast (zeker) niet te kunnen afronden. Uit de respons op andere vragen binnen het onderzoek concludeert het Expertisecentrum dat persoonlijke omstandigheden en het niet kunnen vinden van een passend aanbod de belangrijkste redenen zijn voor opgelopen achterstanden; ook het feit dat cursussen niet doorgingen speelt daarbij een rol. "Ik ga het aantal uren dat ik dit jaar aan nascholing moet besteden zeker halen" Antwoord Percentage Cumulatief Volledig oneens 11,60% 11,60% Meer oneens dan eens 14,20% 25,70% Neutraal 16,20% 41,90% Meer eens dan oneens 28,40% 70,30% Volledig eens 29,70% 100,00% Het is belangrijk om te constateren dat slechts een enkeling aangeeft 'uit protest' niet mee te doen. Bij de invoering van de PE is de vraag naar de sanctie aan de orde geweest. Er is vanaf gezien omdat de verantwoordelijkheid allereerst bij de predikanten hoort te liggen. Die verantwoordelijkheid is, zoals uit het onderzoek blijkt, ook genomen. De PE is wel gekwalificeerd als onderdeel van de ambtsbelofte. In de periode van het studieverlof oude stijl werd volgens inschatting van de PThU door circa een derde van de predikanten deelgenomen aan het postacademisch onderwijs. Dit percentage ligt dicht bij het aantal predikanten dat in de vijf jaar voorafgaand aan de invoering van de PE een declaratie indiende bij de Centrale Kas in het kader van het studieverlof, namelijk 25%. Op grond van het onderzoek kunnen we concluderen dat de PE tot de beoogde verhoogde deelname aan georganiseerde nascholing (cursussen, opleidingen, e.d.) heeft geleid. Kerkelijk werkers Voor de kerkelijk werkers is de PE een aanvulling en daarmee verrijking van de in de rechtspositie opgenomen regeling studieverlof. Het aantal kerkelijk werkers dat in aanmerking komt voor de PE is onzeker omdat we regelmatig constateren dat gegevens over aanstellingen in het register onvolledig zijn. Dit komt voornamelijk doordat gemeenten mutaties (in standplaats, formatie-omvang) regelmatig niet of onvolledig aan het register doorgeven. Het register voor kerkelijk werkers omvat ruim 900 ingeschrevenen, waarvan er ca. 680 jonger zijn dan 65 jaar. Een kleine 300 van deze 680 kerkelijk werkers zijn volgens de gegevens in het register werkzaam en/of werkzaam geweest binnen de Protestantse Kerk. Voor het onderzoek zijn 203 kerkelijk werkers uitgenodigd die volgens het register op dit moment werkzaam zijn binnen een gemeente van de Protestantse Kerk. De respons op het onderzoek laat zien dat daarvan slechts een deel (mogelijk één derde) in aanmerking komt voor de voortgezette nascholing. Dit bevestigt het beeld dat in de praktijk al was ontstaan van een kleine omvang van de doelgroep. Met alle voorzichtigheid vanwege de kleine responsgroep constateren we dat de feitelijke deelname van kerkelijk werkers in grote lijnen overeenkomt met die van de predikanten. Ondanks het ontbreken van informatie over de deelname aan nascholing voor invoering van de PE durven we daarom de stelling aan dat ook voor de kerkelijk werkers de PE een positief effect heeft op de deelname aan georganiseerde nascholing. Evaluatie Permanente Educatie Pagina 6 van 25
7 4.2. De geschiktheid van het cursusaanbod Conclusies: Er lijkt sprake van ongelijkheid in het doel waarmee de PE is ingevoerd en de verwachtingen van de deelnemers aan de PE. Daarbij valt de grote gevarieerdheid binnen de beroepsgroep op. Er lijkt een vrij brede, soms tegenstrijdige, opvatting over de inhoud van de nascholing te zijn. De kwaliteit van de gevolgde nascholing wordt door de deelnemers als goed gewaardeerd. Het blijkt in de huidige opzet voor kerkelijk werkers lastig een relevant aangestuurd aanbod te realiseren De ervaringen met het scholingsplan laten zien dat predikanten en kerkelijk werkers baat hebben bij begeleiding om te komen tot reflectie op het eigen werk en het vaststellen van een persoonlijk perspectief. Het cursusaanbod binnen de voortgezette nascholing wordt onderscheiden in twee onderdelen: 1. Het aangestuurde deel, studieactiviteiten uit een door de kerk aangestuurd aanbod, verzorgd door de PThU en Hogescholen. 2. Open erkend aanbod, studieactiviteiten uit een open aanbod dat erkend is door de Commissie voor de Permanente Educatie Predikanten Het onderzoek laat zien dat naar de mening van de predikanten de PThU er nog niet in is geslaagd vraag en aanbod voldoende op elkaar aan te laten sluiten. Op vragen of het aanbod van de PThU goed aansluit bij het werk van een gemeentepredikant; of het aanbod voldoet aan de nascholingsbehoefte en of men tevreden is over de keuzemogelijkheden in het aanbod, reageert grofweg een derde positief en is een kleine 50% het daarmee oneens. Als we naar het aangestuurde aanbod kijken dan kenden de 154 cursussen die in de afgelopen drie cursusjaren door de PThU werden aangeboden, in totaal 96 verschillende onderwerpen. Zo naast elkaar levert dat het beeld op dat er binnen de beroepsgroep blijkbaar geen grote eenduidigheid is over wat er nodig is om de kerk professioneel goed te kunnen dienen. In het onderzoek klinkt dan ook regelmatig de klacht dat men een gebrek aan vrijheid ervaart een eigen route te gaan. In deze evaluatie moeten we dat bezien tegen de achtergrond dat de invoering van het aangestuurde deel van de voortgezette nascholing juist voortkwam uit de wens van de synode om tot meer gerichtheid te komen. Voor het aangestuurde deel werden daarbij twee uitgangspunten benoemd 5 : Op grond van vigerend beleid, kan de kerk bepaalde competenties doen accentueren of nieuwe competenties toevoegen. De synodale nota noemt in dat verband als voorbeeld de missionaire competentie en het toenemende belang van de mystagogische bekwaamheid Wat aan actuele kennis van het vak voor het op peil houden van de bekwaamheid op de drie velden (Bijbelse theologie, de systematische theologie en de praktische theologie) noodzakelijk is. In de aangestuurde nascholing zou dus volgens de opzet van de voortgezette nascholing de focus moeten liggen op enerzijds speerpunten in kerkelijk beleid, anderzijds een update/state of the art op de drie genoemde velden. We kunnen concluderen dat het brede aanbod eerder heeft geleid tot de beeldvorming dat ook binnen het aangestuurde deel alles mogelijk zou moeten zijn en dat zowel in aanbod als vraag de notie van de gezamenlijke gerichtheid die we als kerk zoeken naar de achtergrond is geraakt. In dat licht is het ook begrijpelijk dat predikanten het aanbod van de PThU soms te weinig 'op maat' vinden. 5 Plan van Aanpak implementatie en uitvoering van synodale besluitvorming met betrekking tot het rapport Hand aan de Ploeg, AZ 10-06, Generale synode april Evaluatie Permanente Educatie Pagina 7 van 25
8 De voortgezette nascholing gaat uit van competentiegerichte nascholing. Essentie van deze benadering is dat de predikant of kerkelijk werker niet zozeer start met het zoeken van aansprekende cursussen, maar zich eerst bezint op het eigen functioneren en zich afvraagt wat men daarvoor nodig heeft. In essentie gaat het om de vraag waar ben ik goed in en waar ben ik minder goed in en de vervolgvragen wil ik mij scholen in waar ik goed in ben (specialiseren) of waar ik minder goed in ben (verbreding van kennis en vaardigheden). Dit in combinatie met de vraag wat vraagt de context waarin ik werk van mij? Ruim 40% van de predikanten geeft aan bij de keuze van de cursussen ook echt naar de competenties te kijken. Dat is laag en correspondeert met de bevindingen rond het scholingsplan. Of het aanbod van de PThU voorziet in de competenties die men wil versterken scoort op alle drie de keuzemogelijkheden (eens, neutraal, oneens) een derde van de respons. Positiever is men over de vragen of de beloofde competenties ook echt aan bod kwamen en versterkt zijn. Circa de helft is het daarmee eens. Het lijkt erop dat cursussen uit het open erkend aanbod beter zijn afgestemd op het werk van de gemeentepredikant dan het aanbod van de PThU. De verklaring kan liggen in het feit dat, gegeven de opzet van de voortgezette nascholing, bij het open erkend aanbod de predikant de keuze veel beter kan laten aansluiten op de eigen scholingsbehoefte. Immers, het aanbod aan cursussen is hier vele malen groter. Kerkelijk werkers Bij aanvang van de voortgezette nascholing werden voor het aangestuurde aanbod voor kerkelijk werkers afspraken gemaakt met de vier hbo-opleidingen waarmee de kerk een overeenkomst had. Gezien de kleine omvang van de doelgroep was de doelstelling dat zij jaarlijks gezamenlijk acht cursussen zouden aanbieden. In de praktijk is gebleken dat met deze opzet vraag en aanbod onvoldoende aansluiten. Daarnaast is in deze periode de theologieopleiding van NHL opgegaan in Windesheim en die van InHolland afgebouwd. Om die redenen is tussentijds door de commissie besloten kerkelijk werkers die geen passende mogelijkheden binnen het aanbod vanuit de CHE en Windesheim konden vinden de mogelijkheid te geven hun aangestuurde deel met ander aanbod te vullen. Het onderzoek bevestigt de praktijkervaringen. Er is relatief veel gebruik gemaakt van de mogelijkheid ander aanbod te volgen, waarbij dit aanbod hoger wordt gewaardeerd. Waarschijnlijk omdat men dit beter kan laten aansluiten op de eigen scholingsvraag. Dat in eerste instantie het aangestuurde aanbod onvoldoende mogelijkheden bood kan ook de achtergrond zijn dat kerkelijk werkers zich meer moeten inspannen om het aantal benodigde nascholingsuren te halen. Scholingsplan In dit verband is het van belang ook te kijken naar het functioneren van het scholingsplan. In het onderzoek onder gemeenten geeft 52% van de kerkenraadsleden aan dat hun predikant een scholingsplan heeft opgesteld. Dat komt redelijk overeen met het percentage predikanten (62%) dat aangeeft een scholingsplan te hebben opgesteld. Volgens het onderzoek onder gemeenten wordt dat in een overgrote meerderheid (87%) van de gevallen ook besproken met de kerkenraad. Ook dit is vergelijkbaar met wat de predikanten aangeven. Kerkenraden geven aan beperkte invloed te hebben gehad op de inhoud van het scholingsplan (41% mee eens). Ook het aantal kerkenraden dat aangeeft dat de nascholing van hun predikant specifiek gericht is op de vragen van de gemeente ligt in die orde van grootte (46%). Deze resultaten komen overeen met een observatie uit het onderzoek onder predikanten: op de vraag aan predikanten of zij met het oog op hun nascholing binnen de gemeente naar hun sterke en zwakke punten vragen, geeft 24% een positief antwoord op. Ondanks dat beide vragen niet helemaal vergelijkbaar zijn constateert het Expertisecentrum dat er een aarzeling lijkt te bestaan tussen predikant en kerkenraad/gemeente om de wezenlijke vragen op tafel te leggen die voor de nascholing van belang zijn. Tegelijk Evaluatie Permanente Educatie Pagina 8 van 25
9 constateert het Expertisecentrum dat dit niet betekent dat het wezenlijk aan communicatie tussen kerkenraad en predikant schort. 87% van de kerkenraadsleden geeft aan dat de communicatie met hun predikant 'makkelijk' verloopt. Ook wordt in 88% van de gemeenten een jaargesprek tussen kerkenraad en predikant gevoerd. Het lijkt er dan ook op dat er niet zozeer sprake is van onwil om over de nascholing van de predikant te spreken, eerder van onwennigheid. Uit pilots zoals de coaching aangeboden door Ruimzicht, ervaringen van de brede moderamina en ondersteuning vanuit het PCTE en de predikanten voor de werkbegeleiding blijkt dat het reflecteren op het eigen functioneren voor veel predikanten nieuw is (en ook soms wel bedreigend). Tegelijkertijd tonen deze activiteiten, maar ook het advies van de arbodienst het belang hiervan aan voor het welbevinden van de predikant in het werk. Dhr. Thijs Bessems (organisator pilot scholingsplan Noord Brabant-Limburg) merkt in dit verband op dat de kernvraag niet is hoe ervoor gezorgd wordt dat predikanten scholingsplannen schrijven, maar hoe predikanten begeleid kunnen worden tot reflectie op hun werk en het vaststellen van een persoonlijk perspectief. In het verlengde daarvan lijkt deelname aan ondersteuning bij het maken van een scholingsplan en deelname aan supervisie, geestelijke begeleiding en/of coaching nog beperkt te blijven. Tegelijkertijd is er in het onderzoek draagvlak supervisie onder te brengen bij het aangestuurde deel. Ook voor de kerkelijk werkers blijkt, volgens het onderzoek van het Expertisecentrum, het scholingsplan een struikelblok. Allereerst heeft de helft geen plan geschreven. Als dat wel het geval was vond men het niet eenvoudig en had men er weinig baat bij. Tenslotte concludeert het Expertisecentrum dat binnen de kerk niet overal een cultuur van feedback vragen of geven bestaat. Tegelijkertijd zijn de redenen om hier wel belang aan te hechten niet minder dan in het geval van de predikant. Evaluatie Permanente Educatie Pagina 9 van 25
10 4.3. De kwaliteit van het gevolgde cursusaanbod Conclusies: De kwaliteit van de cursussen wordt goed gewaardeerd met gemiddelde scores van 7,2 tot 7,5. Er is een zekere spreiding in de waardering voor gevolgde cursussen. evenals de kritische opmerkingen over de kwaliteit van het aanbod in de open vragen. Aangestuurd Predikanten die één cursus bij de PThU hebben gevolgd, geven als gemiddeld rapportcijfer een 7,14 en predikanten die meerdere cursussen volgden, geven gemiddeld een 7,2. Wat daarbij opvalt, is dat de verschillen tussen de cursussen van de PThU soms erg groot zijn, ook per predikant. Bij de lage beoordelingen (cijfer 1-5) speelt de kwaliteit van de lesstof bijna net zo'n belangrijke rol als de criteria "Wat heb ik geleerd" en "kwaliteit docent". Bij de hoge beoordelingen (cijfer 8-10) is de kwaliteit van de docent het meest doorslaggevend. In de antwoorden op de open vragen geven een aantal predikanten een toelichting op hun scores. De opmerkingen op de inhoud zijn samen te vatten met: te weinig gevarieerd, te weinig direct betrokken op de praktijk van het predikantschap, te veel huiswerk (met name papers komen er minder goed af) en onvoldoende qua niveau (teveel een herhaling van de colleges voor de studenten). Ondanks dat het aangestuurde aanbod voor de kerkelijk werker niet adequaat was en aanvullende maatregelen nodig waren, waarderen ook zij de inhoud van de gevolgde cursussen van de CHE en Windesheim met een ruime zeven. De cursussen die men, bij gebrek aan relevant aanbod, daarbuiten gevolgd heeft scoren duidelijk hoger met een 8,4. Het Expertisecentrum zoekt de verklaring daarvoor in een betere aansluiting van de inhoud bij de eigen werkpraktijk. Open erkend Over de kwaliteit van het open erkende aanbod was weinig bekend: het benaderen van de opleiders blijkt geen doen, vanwege het grote aantal daarvan. Over de waardering voor het eigen PE-aanbod van het Protestants Centrum voor Toerusting en Educatie (PCTE) zijn wel gegevens bekend. Over het jaar 2015 was de gemiddelde waardering een 8. In het onderzoek geven predikanten die één cursus uit het open erkende aanbod volgden, als gemiddeld rapportcijfer een 7,8 en predikanten die meerdere cursussen volgden, gemiddeld een 7,5. Bij de beoordelingen is het criterium "Wat heb ik geleerd" bij alle drie de categorieën beoordelingen (van laag tot hoog) het meest wezenlijk. De kwaliteit van de docent is een wat minder dominante factor dan bij de PThU. Het "Samen Leren" is het minst belangrijke criterium. Evaluatie Permanente Educatie Pagina 10 van 25
11 4.4. De werkbaarheid van de gekozen opzet van de voortgezette nascholing Conclusies: De waardering voor de voortgezette nascholing als geheel is laag. Spreiding van het cursusaanbod over het hele jaar levert planningsproblemen op. Gepleit wordt voor Nieuw Hydepark als cursuslocatie in combinatie met het houden van meerdaagse cursussen waardoor meer aaneengesloten gestudeerd kan worden. Registratie wordt vooral als niet nuttig of betuttelend ervaren. Registratie en accreditatie blijken behoorlijk arbeidsintensief voor deelnemers en het PCTE. Er is een groot verschil tussen de waardering voor de inhoud van de cursussen met gemiddeld een 7,2 (predikanten) respectievelijk een 7,4 (kerkelijk werkers) en de waardering voor de voortgezette nascholing als geheel met een 5,6 resp. 5,9. Dat geeft aan dat er belemmeringen zijn in de opzet van de voortgezette nascholing en de wijze waarop die functioneert. Het onderzoek van het Expertisecentrum geeft daarvoor verschillende aanwijzingen, ze worden hierna besproken. Planning van studie Belangrijkste conclusie is dat de overgang van een aaneengesloten studieverlof naar deelname aan een meer gespreid cursusaanbod planningsproblemen oplevert. Het inplannen van de cursusactiviteiten in de agenda van de predikant of kerkelijk werker blijkt een hele opgave. Als daarnaast cursussen uiteindelijk niet doorgaan levert dat begrijpelijke irritatie op (dit betreft zowel het Evaluatie Permanente Educatie Pagina 11 van 25
12 aangestuurde als open erkende aanbod). Daarbij komt dat predikanten en kerkelijk werkers hun bijscholing het liefste lang van te voren inplannen, wat niet altijd mogelijk is doordat cursusdata later bekend zijn dan gewenst. Daarnaast leeft breed de klacht dat de nieuwe formule versnippering van de voortgezette nascholing in de hand werkt. Dat drukt het rendement. Belangrijk is ook de werkdruk die vergroot wordt door het tussendoor karakter van de voortgezette nascholing. Voorheen waren er vrije weken voor de voortgezette nascholing, nu moet het steeds tussendoor. Dat geeft verhoogde werkdruk en stress. Daarbij wordt aangegeven dat het kerkelijk seizoen tussen september en april/mei minder geschikt is voor de voortgezette nascholing. De nadrukkelijke wens wordt geuit de dalweken in het kerkelijk seizoen voor de voortgezette nascholing te benutten, inclusief de zomerweken. Opvallend is dat 66% van de kerkenraadsleden in het onderzoek aangeven dat naar hun observatie de nascholing goed is in te passen in het werk van de gemeentepredikant. Onder predikanten is dit percentage slechts 31%. Dit is een groot verschil. Heeft de kerkenraad minder goed zicht op de werkzaamheden van de predikant of wordt het door de predikant meer ervaren als een verstoring van de vrijheid die men gewend was? Bij de organisatie van de cursussen blijkt dat het lage aantal aanmeldingen de belangrijkste reden was dat vooral in de eerste anderhalf jaar cursussen niet doorgingen. In 2012 werd het aantal te verwachten deelnemers voor de aangestuurde cursussen van de PThU geschat op 960 per jaar. Daarop werd de planning van de cursussen gebaseerd. De afgelopen drie cursusjaren werden er gemiddeld 50 cursussen per jaar aangeboden. Bij een deelnemersaantal van per cursus geeft dat een capaciteit van 750 tot 1000 deelnemers per jaar. Door het werkelijke deelnamepercentage in de afgelopen jaren van 59% en, in mindere mate, de daling van het aantal werkzame predikanten was de feitelijke deelname gemiddeld 460 deelnemers per jaar. Vanwege dit lage aantal werd het minimumaantal deelnemers al teruggebracht naar 12 deelnemers en diverse keren werd besloten ook cursussen met minder dan 12 deelnemers door te laten gaan. Reizen en kosten Veel opmerkingen worden in het onderzoek gemaakt over de reisafstand. Veel daarvan pleiten ervoor cursussen niet meer in Groningen of Amsterdam te plannen. Regelmatig wordt gepleit voor Nieuw Hydepark als cursuslocatie in combinatie met het houden van meerdaagse cursussen waardoor meer aaneengesloten gestudeerd kan worden. Ook over de kosten en met name de reiskosten worden veel opmerkingen gemaakt. Onder predikanten bestaat de indruk dat dit voor eigen rekening komt. Dit zou betekenen dat de jaarlijkse bijdrage in het traktement voor studie als ontoereikend wordt ervaren. In de huidige regeling draagt de kerk jaarlijks per predikant een kleine twaalfhonderd euro bij in de nascholing (aangestuurd en open erkend). Dat is in vergelijking met andere sectoren geen laag bedrag. Een enkele keer worden ook de kosten van de cursussen in het open erkende aanbod als hoog benoemd. Dat kan het geval zijn als men kiest voor een opleiding of specialisatie, maar het open erkend aanbod herbergt ook veel cursussen die beduidend minder kosten dan in andere sectoren. Wellicht speelt hier ook de ingewikkeldheid van de huidige regeling een rol. Het is belangrijk meer duidelijkheid en eenvoud in de kostenstructuur te scheppen. Wat de kerk betaalt, wat eventueel voor eigen rekening is en welke mogelijkheden er zijn voor andere financiering (met name theologische fondsen). Registratie en accreditatie Op grond van een vergelijk van de gegevens van de PThU en Extranet moeten we constateren dat de registratie in Extranet onvolledig is. Dat betekent dat er een achterstand is in het bijhouden van de behaalde punten. Het ligt voor de hand dat dit ook geldt voor het open erkende aanbod en de gevolgde cursussen door kerkelijk werkers. Naast achterstanden constateren we ook onjuistheden in Extranet door onzekerheid over werktijdpercentages (met name kerkelijk werkers), onjuist ingevoerde punten, onvolledige benaming van gevolgde cursussen, etc. Het onderzoek bevestigt dit beeld. Circa 65% van de predikanten heeft studiepunten geregistreerd, waarvan 70% dit volledig heeft gedaan. Naast dat men er niet toe komt, wordt de registratie soms als ingewikkeld ervaren, maar vooral als niet nuttig of betuttelend. Er zijn (beperkte) problemen met de toegang tot het Extranet en de verwerking van ingebrachte gegevens wordt als traag ervaren Evaluatie Permanente Educatie Pagina 12 van 25
13 Dit sluit aan bij de ervaringen binnen de dienstenorganisatie dat het bijhouden van de puntenregistratie en de opzet van met name het open erkende aanbod (accreditatie) veel werk oplevert voor het PCTE. De vraag moet gesteld worden of deze wijze van registeren niet te arbeidsintensief is geworden en of de ermee gepaarde inspanningen in verhouding staan tot de opbrengsten. Daarnaast dwingen de nieuwe toekomstvisie van de synode en de daaruit voortvloeiende beleidsplannen van de dienstenorganisatie ook tot een kritische evaluatie van bestaande praktijken met het oog op de nieuwe organisatie Beoordeling van het draagvlak Conclusies: Onder predikanten en kerkelijk werkers is een hoge bereidheid nascholing te volgen. Meer structuur, de ontmoeting met collega s en andere aspecten van de PE worden als een stimulans ervaren. Tegelijk is er bij een deel van de predikanten weerstand tegen de huidige invulling van de voortgezette nascholing. Gemeenten/kerkenraden staan overwegend positief tegenover de nascholing van hun predikant. Bij de evaluatie van het draagvlak voor de PE gaat het allereerst om de vraag of predikanten en kerkelijk werkers bereid zijn om tijd en moeite te steken in de permanente educatie zoals de generale synode dat voor hen heeft vastgelegd. Met de hoge score van deelname kunnen we deze vraag in eerste instantie positief beantwoorden. Tegelijkertijd is het gemiddelde rapportcijfer in het onderzoek voor de predikanten uitgekomen op een 5,6 en voor de kerkelijk werkers op een 5,9. Bovenstaand hebben we kunnen lezen dat deze cijfers een stuk lager ligt dan de cijfers voor de gevolgde cursussen en dat de we deze lage waardering niet zozeer in de inhoud en doelstelling, maar meer in de praktische uitwerking van de voortgezette nascholing moeten zoeken. Dit diffuse beeld is in lijn met eerder beschikbare informatie, waar we, naast veel kritische opmerkingen van predikanten en kerkelijk werkers over de voortgezette nascholing, ook positieve geluiden terugkregen. Zoals bij de ledenraadpleging in oktober 2015 van de BNP, waar naast kritiek ook elke middag waardering klonk. De voortgezette nascholing bevordert de studiezin, zet je op nieuwe sporen, geeft meer structuur aan de studie, en brengt kwaliteitsverbetering, vooral omdat je meer (studerende) collega s en docenten ontmoet. Dit stimulerende leereffect van de onderlinge ontmoeting wordt ook ondersteund door geluiden uit andere kerken en tijdens de Europese consultatie in Straatsburg. Ook het onderzoek maakt dat duidelijk. Stelling Mee eens Neutraal Oneens Ik vind het belangrijk om aan nascholing 89% 5% 6% te doen Ik ervaar plezier aan mijn nascholing 73% 16% 11% Er is binnen een kerkenraad meer begrip voor de afwezigheid van de predikant dan binnen de gemeente als geheel. Wellicht houdt dit verband met de bekendheid daarvan binnen de gemeente. Uit het onderzoek blijkt dat predikanten de gemeente niet altijd goed op de hoogte houden van hun nascholingsactiviteiten. Ook de score voor het begrip dat de gemeente heeft voor de afwezigheid van de predikant vanwege nascholing is met 53% aan de lage kant te noemen. Verder blijkt uit het onderzoek dat gemeenten/kerkenraden overwegend positief staan tegen de nascholing van hun predikant. Kerkenraden stimuleren namelijk actief dat hun predikant aan nascholing doet (72% eens). Dit percentage geldt voor de gemeenten waarvan de predikanten aan de Voorgezette Nascholing meedoen. Evaluatie Permanente Educatie Pagina 13 van 25
14 Predikanten die dat niet doen, worden daartoe ook minder gestimuleerd door hun kerkenraden. (54% eens). Het is voor het draagvlak van belang dat met aanpassing van de voortgezette nascholing tegemoet gekomen wordt aan de met deze evaluatie geconstateerde belemmeringen. Evaluatie Permanente Educatie Pagina 14 van 25
15 5. Voorstellen voor aanpassing van de (generale regeling voor de) Permanente Educatie De voorstellen van de commissie zijn gebaseerd op een combinatie van gekozen uitgangspunten en de uitkomsten van het onderzoek. 1. De focus van de permanente educatie betreft het actief bezig zijn met het onderhouden van de eigen professionaliteit, gegeven de uitdagingen waarvoor de kerk zich gesteld weet. Daarbij vanuit het onderzoek: versterken van relevantie van het aangestuurde aanbod. 2. Meer ruimte geven aan het inzicht dat deelnemers aan de voortgezette nascholing subject zijn van hun eigen leerprocessen. Daarbij vanuit het onderzoek: het versterken van de reflectie op het eigen functioneren als startpunt van de nascholing. 3. Gegeven het kerkelijk beleid, het vereenvoudigen van de systematiek van de voortgezette nascholing. Daarbij vanuit het onderzoek: het verminderen van de regeldruk 4. Vanuit het onderzoek: het verbeteren van de haalbaarheid om te voldoen aan de voortgezette nascholing in omvang en planning en daarbij het tegengaan van versnippering Nieuwe opzet voor de permanente educatie In veel beroepsgroepen is de gebruikelijke omvang van de verplichte nascholing 40 uur per jaar. We stellen voor deze omvang als referentiepunt te nemen voor het aangestuurde deel van de permanente educatie. Op grond van het onderzoek stellen we daarnaast voor te komen tot vereenvoudiging van drie naar twee delen; tot verlagen van de administratieve last door afschaffing van accreditatie en registratie en tot het invoeren van meer zelfsturing. Aangestuurde nascholing Het aangestuurde deel van de voortgezette nascholing bestaat uit twee onderdelen: 1. Reflectie op het eigen werk gericht op specifieke leerdoelen Het, binnen een cyclus van 5 jaar, volgen van een begeleidingstraject van supervisie, coaching of geestelijke begeleiding, bij voorkeur in groepsverband. Dit kan ook onderdeel zijn van een te volgen specialisatie (zoals de KPV) Een update/state of the art cursusaanbod op de bestaande drie onderzoeksvelden met inachtneming van speerpunten in kerkelijk beleid. Het, binnen een cyclus van 5 jaar, volgen van, bij een arbeidsomvang van %, drie cursussen uit het aangestuurde aanbod. Deze cursussen worden in de regel in een cluster gegeven en zijn zo gepland zijn dat men ca. 4 weken achter elkaar verlof op kan nemen om deze te volgen. Deeltijders volgen naar rato 1 of 2 cursussen van dit cluster (bij resp. minder dan 50% en bij 50 tot 80% werktijd). Het volgen van een specialisatie geeft vrijstelling van het volgen van de cursussen uit het aangestuurde deel. Registratie van de deelname wordt verricht door de opleiding en periodiek doorgegeven aan de kerk. 6 Supervisie, intervisie en coaching zijn begeleidingsvormen die het leren op de werkplek ondersteunen. Supervisie is een leertraject onder leiding van een supervisor waarin mensen, die beroepsmatig met mensen werken, hun eigen stijl van werken verbeteren en actualiseren. Het is een geschikte opleidingsmethode voor functies waarbij men voor het grootste deel niet volgens vastgestelde procedures kan werken, maar door ervaring leert een eigen werkwijze te ontwikkelen. Het gaat hierbij om de integratie van kennis, houding, vaardigheid en de eisen van de institutionele context. Evaluatie Permanente Educatie Pagina 15 van 25
16 Studieverlof onder eigen regie De overige werktijdafhankelijke studietijd (nu bestaande uit het open erkende en vrije deel) wordt een studieverlof onder eigen regie. Hiervoor gelden de volgende voorwaarden: 1. De invulling van het studieverlof onder eigen regie is een zaak van te verantwoorden en toetsbare zelfsturing 2. Het is gebaseerd op een besproken en ingezonden studieplan Minstens de helft van de studietijd wordt besteed aan studieactiviteiten waarvoor certificaten en/of diploma s worden afgegeven. 4. De accreditatie van activiteiten komt te vervallen. Predikanten en kerkelijk werkers dienen een persoonlijk portfolio bij te houden van gevolgde activiteiten. 5. De studietijd kan ook ingezet worden voor het volgen van een promotie of erkende specialisatie. Hiervoor dient vrijstelling te worden aangevraagd bij de commissie. Er is de mogelijkheid daarvoor de studietijd van twee cycli van PE te benutten (totaal 10 jaar). Mogelijke verdeling studiebelasting (uren) PE Predikanten Kerkelijk werkers werktijd studietijd aangestuurd eigen regie werktijd studietijd aangestuurd eigen regie 100% % % % % % % % % % % % % % % % Accreditatie en registratie Voor de invulling van het tweede deel hoeft geen accreditatie meer aangevraagd te worden. Dit roept wel de vraag op naar de professionele beroepsstandaard als richtsnoer voor de eigen studieplanning van de individuele predikant of kerkelijk werker. Deze kan echter niet individueel beantwoord worden. Het valt daarom, vanuit het oogpunt van de professionalisering van de beroepsgroep, te overwegen de beroepsgroep te stimuleren zelf de verantwoordelijkheid te nemen om voor dit studieverlof het professionele kader te formuleren. De verplichte registratie in Extranet komt te vervallen. Wel wordt de mogelijkheid en wenselijkheid dat predikanten en kerkelijk werkers hun nascholing kunnen blijven bijhouden in Extranet nader onderzocht. Daarvoor zal het volledig beheer door henzelf mogelijk gemaakt moeten worden, aangezien controle op de invoer vanuit de commissie PE niet meer zal plaatsvinden. Tevens zal onderzocht worden of het mogelijk is de deelname aan het aangestuurde deel, dat vanuit de opleiding wordt doorgegeven, automatisch in te lezen in Extranet. Zelfsturing Ook het begrip zelfsturing vraagt nadere invulling en definiëring, de beroepsgroep zelf speelt daar een belangrijke rol in. Zelfsturing vraagt zelfsturend vermogen. Factoren die dat 7 In de huidige regeling wordt nog gesproken over een scholingsplan. In de praktijk hebben wij geconstateerd dat deze terminologie onvoldoende op de beoogde inhoud aansluit. Het gaat om een plan waarin zowel de persoonlijke ontwikkeling wordt beschreven (m.b.t. kennis, vaardigheden en attitude, de zgn. competenties) als de daarvoor beoogde studie. We kunnen daarom beter spreken van een ontwikkelings- of studieplan. Om die reden kiezen we ervoor in het vervolg te spreken over studieplan. Evaluatie Permanente Educatie Pagina 16 van 25
17 bevorderen zijn bijvoorbeeld zelfinzicht, groepsoriëntatie, communicatie (collegiale uitwisseling) en resultaatgerichtheid. Bezinning binnen de beroepsgroep op dit punt is in deze opzet gewenst. Verantwoording Bespreking van het studieplan met de kerkenraad blijkt lastig, maar het belang wordt breed gedeeld. Ook de toetsing door het BM van de classis blijkt niet eenvoudig. Daarnaast vraagt de wijziging in de bovenplaatselijke structuur op dit punt aanpassing. We stellen voor dat bespreking van de voortgang van de studie verplicht onderdeel wordt van het jaargesprek van de predikant en het functioneringsgesprek van de kerkelijk werker 8. Studieplan Naast het belang van verantwoording laat de evaluatie het inhoudelijk belang zien van het studieplan, waarbij het ontwikkelingsaspect daarin meer aandacht vraagt. Voor de totstandkoming daarvan zou meer begeleiding aangeboden kunnen worden. Allereerst krijgt dat in het te volgen begeleidingstraject een plaats. Aanvullend zou aan de werkgemeenschappen opgedragen kunnen worden periodiek (bijv. één keer per twee jaar) een bijeenkomst onder deskundige begeleiding te organiseren ter ondersteuning van het schrijven van het studieplan. In het onderzoek lijkt ook draagvlak voor collegiale toetsing van studieplannen binnen de werkgemeenschap. Tegelijkertijd blijkt uit de reacties op de open vragen dat niet alle werkgemeenschappen in staat zijn het daarvoor benodigde veilige kader te bieden. Ook is van belang kerkenraden blijvend te informeren over het doel van een studieplan en hun rol daarin. Het studieplan omvat zowel een beschrijving van de persoonlijke ontwikkeling als van de beoogde studie. Daarbij ligt de nadruk op het deel onder eigen regie, maar het omvat ook de uitgangspunten voor de keuze voor de deelname aan de aangestuurde nascholing. Elk nieuw studieplan wordt, na bespreking met een vertegenwoordiging van de kerkenraad, toegezonden aan de toekomstige voorzitter van de regionale classis. Deze kan aanleiding zien het studieplan met de predikant of kerkelijk werker nader te bespreken. Inzending van het studieplan is in deze opzet voorwaardelijk voor het kunnen volgen van nascholing. Portfolio Met de introductie van het portfolio krijgt de verantwoording meer een inhoudelijk karakter in plaats van een administratieve. Deze verantwoording gaat uit van gezamenlijke verantwoordelijkheid en vindt plaats in het kerkelijk gesprek op de volgende momenten: Jaarlijks komt de update van de portfolio aan de orde in het jaargesprek. Daarin is aandacht voor kerntaken, competenties, arbeidsvreugde en loopbaanontwikkeling. In de beroepingsprocedure heeft een beroepingscommissie de mogelijkheid inzage te vragen in de portfolio. De classispredikant kan elk moment om inzage vragen in de portfolio. Het ontbreken of niet bijhouden van de portfolio is aanleiding voor een gesprek met de classispredikant binnen het kader van de PE als onderdeel van de ambtsbelofte. 8 Belangrijk in het leidinggeven aan de gemeente is het samenspel tussen kerkenraad en predikant /kerkelijk werker. Met het oog daarop worden de jaargesprekken gevoerd. We willen hier wijzen op het belang van aandacht vanuit de kerkenraad voor de voorbereiding en kwaliteit van het jaargesprek vanuit een gezamenlijke verantwoordelijkheid. Dat vraagt openheid, wederkerigheid en vertrouwen. Die gezamenlijke verantwoordelijkheid betreft ook de mogelijkheid van de predikant/ kerkelijk werker om het studieplan te kunnen uitvoeren. Evaluatie Permanente Educatie Pagina 17 van 25
18 De Commissie draagt ervoor zorg dat er formats beschikbaar zijn voor het studieplan en portfolio. Daarnaast geeft zij richtlijnen voor het jaargesprek met het oog op het bevorderen van een daarvoor benodigde cultuur. Aanbesteding en inhoud van de aangestuurde nascholing Om inhoudelijke, organisatorische en financiële redenen blijft het voorkeur verdienen de cursussen die vallen binnen het aangestuurde deel van de voortgezette nascholing bij één aanbieder onder te brengen. Het ligt voor de hand dat dit voor de predikanten de PThU is, als (na)scholingsinstituut van de kerk. Gezien de resultaten van het onderzoek wordt daarbij de opdracht gegeven deze cursussen in clusters te programmeren, zoals daar nu al door de PThU een begin mee is gemaakt. Ook vinden de cursussen in principe op Hydepark plaats. We blijven stimuleren dat cursussen zo vroeg mogelijk gepubliceerd worden en de drukste periodes van het jaar zoveel mogelijk worden vermeden. Gezien de door predikanten gemaakte opmerkingen over de PThU als alleen-aanbieder, is het uitgangspunt voor de overeenkomst met de PThU deskundigheid van buiten de PThU meer in het programma te betrekken. De ervaring van de afgelopen periode en de resultaten van het onderzoek laten zien dat voor de kerkelijk werkers het onderbrengen van het aangestuurde deel van de voortgezette nascholing bij een cluster van hbo-instellingen niet tot een passend aanbod heeft geleid. Dit heeft alles te maken met de kleine omvang van deze groep en de variatie aan terreinen waarop deze werkzaam is. Daarom is in de huidige periode de regeling voor hen al verruimd. Voor de nieuwe opzet stellen we voor dat de kerkelijk werkers voor het aangestuurde deel de mogelijkheid krijgen deel te nemen aan (een deel van) het aangestuurde aanbod van de PThU. In dat verband kan, in lijn met de inzet van deskundigheid van buiten, gekeken worden welke bijdrage de hbo-instellingen (CHE en Windesheim) aan dit aanbod kunnen leveren. Het gemiddelde waarderingscijfer voor de cursussen van de PThU is goed te noemen, tegelijkertijd zien we ook een brede spreiding van dat gemiddelde. Eén van de aspecten daarin is de variatie in het ingangsniveau van de deelnemers. Om die reden worden cursussen op meerdere niveaus aangeboden. Bijvoorbeeld op een algemeen verdiepend niveau en een aanbod voor specialisten. In de rapporten van de Commissie Veerman (2008 en 2009) speelde het stimuleren van een grotere gezamenlijkheid een belangrijke rol. Samen was het sleutelbegrip dat de rode draad vormde door alle voorstellen. In lijn daarmee stelde de synodale nota inzake de PE dat bepalend voor de inhoud van de voortgezette nascholing is wat nodig is voor de beroepsbeoefenaar om deze kerntaken met toenemende deskundigheid en vreugde uit te oefenen en zijn/haar gaven daarin verder te ontwikkelen. De kerk kan in eigen verantwoordelijkheid, op grond van vigerend beleid, bepaalde competenties doen accentueren of nieuwe competenties toevoegen. We constateerden eerder in deze evaluatie dat in de huidige uitvoering zowel in aanbod als vraag de notie van de gezamenlijke gerichtheid die we als kerk zoeken naar de achtergrond is geraakt. De synodale bezinning in het kader van Kerk 2025 laat echter zien dat deze gezamenlijke gerichtheid nog steeds en wellicht nog meer van belang is. Daarom kiest de commissie bij de wijzigingsvoorstellen voor het uitgangspunt van meer focus. Gezien deze doelstelling is het van belang dat de kerk zelf nadrukkelijker de eindtermen vaststelt voor het vijfjaarlijks nascholingsprogramma dat door de PThU ontwikkeld moet worden. In het onderzoek reageren de predikanten op zijn minst verdeeld op deze nadrukkelijker aansturing door de landelijke kerk. Tegelijkertijd is er groot draagvlak voor de suggestie dat de beroepsgroep zelf de inhoud meer bepaalt. Voor het draagvlak onder de beroepsgroep is Evaluatie Permanente Educatie Pagina 18 van 25
II. DE WERKBEGELEIDINGHET MENTORAAT EN DE PRIMAIRE NASCHOLING
Generale regeling voor de permanente educatie Als bedoeld in ordinantie 3-12 en 3-13, alsmede ordinantie 13-18 I. DE PERMANENTE EDUCATIE Artikel 1. De opbouw van de permanente educatie 1. Met het oog op
Nadere informatieKTO 12-07 Generale Synode april 2012
Gewijzigde voortgangsrapportage aan de generale synode inzake de Permanente Educatie KTO 12-07 Generale Synode april 2012 De generale synode heeft in november 2011 in tweede lezing ingestemd met de invoering
Nadere informatieUw kenmerk Ons kenmerk Dossier Behandeld door H. Hogendoorn telefoon (030) 880 1553 h.hogendoorn@pkn.nl Onderwerp
Retouradres: Postbus 8504, 3503 RM Utrecht Aan: - De predikanten voor gewone werkzaamheden - De predikanten met een bijzondere opdracht, waarvan de eerste ambtsbevestiging minder dan 5 jaar geleden is
Nadere informatieGenerale regeling voor de permanente educatie
Generale regeling voor de permanente educatie als bedoeld in ordinantie 3-12 en 3-13, alsmede ordinantie 13-18 Inhoudsopgave I. DE PERMANENTE EDUCATIE Artikel 1. Artikel 2. De opbouw van de permanente
Nadere informatieV.8. REGELING PRIMAIRE EN VOORTGEZETTE NASCHOLING
V.8. REGELING PRIMAIRE EN VOORTGEZETTE NASCHOLING ALGEMEEN Artikel 1. De Bond van Vrije Evangelische Gemeenten in Nederland, gevestigd te Dordrecht, kent een regeling voor primaire en voortgezette nascholing,
Nadere informatieV.8. REGELING PRIMAIRE EN VOORTGEZETTE NASCHOLING
V.8. REGELING PRIMAIRE EN VOORTGEZETTE NASCHOLING ALGEMEEN Artikel 1. De Bond van Vrije Evangelische Gemeenten in Nederland, gevestigd te Dordrecht, kent een regeling voor primaire en voortgezette nascholing,
Nadere informatiejuni 2013 Basisgegevens:
1 Regeling van Samenwerking tussen het kwaliteitsregister voor geestelijk verzorgers (SKGV) en het nascholingsregister Permanente Educatie voor predikanten en kerkelijk werkers (PE PKN) juni 2013 Basisgegevens:
Nadere informatieRapportnummer KTO 12-08 generale synode november 2012
Evaluatie van het plan van aanpak Hand aan de Ploeg Rapportnummer KTO 12-08 generale synode november 2012 In april 2009 biedt een stuurgroep onder voorzitterschap van prof. dr. C.P.Veerman aan de Generale
Nadere informatieGenerale regeling voor de kerkelijk werkers. als bedoeld in ordinantie
Generale regeling voor de kerkelijk werkers als bedoeld in ordinantie 3-12-8 Inhoudsopgave Artikel 1. Artikel 1a. Artikel 2. Artikel 3. Artikel 4. Artikel 5. Artikel 6. Artikel 6a. Artikel 7. Artikel 8.
Nadere informatieGenerale regeling voor de kerkelijk werkers. als bedoeld in ordinantie 3-12-8
Generale regeling voor de kerkelijk werkers als bedoeld in ordinantie 3-12-8 Inhoudsopgave Artikel 1. Artikel 1a. Artikel 2. Artikel 3. Artikel 4. Artikel 5. Artikel 6. Artikel 6a. Artikel 7. Artikel 8.
Nadere informatieKorte toelichting bij de presentatie Kerk 2025 kerkordevoorstellen deel 1 Regio s en kerkelijke presentie
1 Korte toelichting bij de presentatie Kerk 2025 kerkordevoorstellen deel 1 Regio s en kerkelijke presentie Een korte toelichting met verwijzing naar de pagina s in het toegezonden rapport Dia 1 de titel
Nadere informatieProfiel en functieomschrijving voorzitter classicale college voor de visitatie versie 2 d.d
1 Profiel en functieomschrijving voorzitter classicale college voor de visitatie versie 2 d.d. 30-10-2017 Inleiding In dit document wordt in twee hoofdstukken beschreven hoe het profiel van de voorzitter
Nadere informatieWe sluiten deze suggesties af met enkele methodische tips. Als bijlage 1 is een schematische samenvatting opgenomen. Mogelijkheden tot gesprek
Suggesties voor het classicaal gesprek naar aanleiding van de pastorale handreiking Spreken over God van de Generale Synode van de Protestantse Kerk in Nederland. Inleiding Voorjaar 2011 publiceerde de
Nadere informatieProfessionele ruimte. - onderzoek onder werknemers binnen zorg en welzijn. Den Haag Mei 2015
Professionele ruimte - onderzoek onder werknemers binnen zorg en welzijn Den Haag Mei 2015 Mei 2015 Inhoud Inleiding... 3 Algemene gegevens... 4 Richtlijnen... 6 Reflectie... 8 Conclusies... 10 2 Inleiding
Nadere informatieIn kerkordelijke voorstellen
1 Kerk 2025 In kerkordelijke voorstellen Deel 1 Regio s en kerkelijke presentie copyright RACV-beraad 2 Kerk 2025 - Intro Back to basics Terug naar de kern van kerk zijn: Waarom zijn we kerk? Wat leidt
Nadere informatieReglement Permanente Educatie (PE) Leden Actuaris AG en Leden Actuarieel Analist AG. Geldend vanaf 1 januari 2016
Reglement Permanente Educatie (PE) Leden Actuaris AG en Leden Actuarieel Analist AG Geldend vanaf 1 januari 2016 Hoofdindeling: Beroepsreglementering Categorie: Gedragsregels Opgesteld door: Bureau AG
Nadere informatieGemeente Moerdijk. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 20 juni 2017
Gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 20 juni 2017 DATUM 20 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl (076) 515
Nadere informatieRegistratie en herregistratie kwaliteitsregister: eisen en bewijslast Globaal overzicht (conceptversie oktober 2011)
Concept voor eerste registerontwerp Registratie en her kwaliteitsregister: eisen en bewijslast Globaal overzicht (conceptversie oktober 2011) Remedial Teacher Autisme specialist Gedragsspecialist Intern
Nadere informatieGemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017
Gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 26 juni 2017 DATUM 26 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl (076) 515
Nadere informatieProfiel, functieomschrijving en benoeming van de classispredikant
Profiel, functieomschrijving en benoeming van de classispredikant 1. Kerk 2025: Een stap verder over de classispredikant Kerk zijn met elkaar Deze functie staat in het brede kader van kerk zijn met elkaar.
Nadere informatieHerregistratie-eisen EIF en voor ICT groepen
Herregistratie-eisen EIF en voor ICT groepen A L G E M E N E I N F O R M A T I E D O O R A L E T T E B R U N E T D E R O C H E B R U N E + T H E S R A H I L T E - O L D E S C H E P E R, B E I D E N A R
Nadere informatieFeiten en cijfers. Studenttevredenheids onderzoek juni 2008
Feiten en cijfers Studenttevredenheids onderzoek 2008 juni 2008 Feiten en cijfers 2 Studenttevreden heids - onderzoek 2008 Inleiding In maart 2008 hebben 27 hogescholen dezelfde vragenlijst voorgelegd
Nadere informatieReglement Permanente Educatie (PE) Leden Actuaris AG en Leden Actuarieel Analist AG. Geldend vanaf 1 januari 2013
Reglement Permanente Educatie (PE) Leden Actuaris AG en Leden Actuarieel Analist AG Geldend vanaf 1 januari 2013 Hoofdindeling: Beroepsreglementering Categorie: Gedragsregels Opgesteld door: Bureau AG
Nadere informatieVoorstel inzake wijziging ord. 3 c.a. (wijzigingen i.v.m. HBO-theoloog/kerkelijk werker) 1. Inleiding
Voorstel inzake wijziging ord. 3 c.a. (wijzigingen i.v.m. HBO-theoloog/kerkelijk werker) (GCK 11-04). 1. Inleiding De generale synode heeft op 11 november 2011 besluiten genomen ten aanzien van de positie
Nadere informatie3 Management van ICT-kosten en baten
3 Management van ICT-kosten en baten Stand van zaken in de woningcorporatiesector Patrick van Eekeren en Menno Nijland Het bepalen van de hoogte van de ICT-kosten (en baten), bijvoorbeeld door gebruik
Nadere informatieHuiswerkbegeleiding. Hoe ervaren ouders huiswerkbegeleiding, hoe zetten zij dit in en welke rol speelt de school hierin?
Huiswerkbegeleiding Hoe ervaren ouders huiswerkbegeleiding, hoe zetten zij dit in en welke rol speelt de school hierin? 1 Inhoudsopgave Inleiding 3 Conclusies 8 Resultaten 1. Zetten ouders huiswerkbegeleiding
Nadere informatieORD HANDLEIDING EN MODEL BESLUIT VOOR HET VERLENEN VAN APPROBATIE
ORD 3-5-6 HANDLEIDING EN MODEL BESLUIT VOOR HET VERLENEN VAN APPROBATIE 1. HANDLEIDING VOOR HET VERLENEN VAN APPROBRATIE door het breed moderamen van de classicale vergadering volgens ord. 3-5-6 1. De
Nadere informatieBegrippenlijst. Kwaliteitsregister Verpleegkundigen & Verzorgenden. Register Zorgprofessionals. Uitvoeringsregelingen
Begrippenlijst Kwaliteitsregister Verpleegkundigen & Verzorgenden Register Zorgprofessionals Uitvoeringsregelingen Vastgesteld door het College Kwaliteitsregister V&V en Register Zorgprofessionals op 10
Nadere informatieSamen geroepen en samengeroepen
Samen geroepen en samengeroepen Beleidsplan 2013 2016 Classicale vergadering van Zierikzee Inleiding Voor u ligt het nieuwe beleidsplan van de Classciale vergadering van Zierikzee. Het vorige beleidsplan
Nadere informatieSamenvatting en conclusies
Samenvatting en conclusies Inleiding In het kader van de Monitor en evaluatie Tweede Fase HAVO / VWO heeft het ITS voor het Ministerie van OCenW, directie voortgezet onderwijs, onderzoek gedaan in het
Nadere informatieBegrippenlijst. Kwaliteitsregister Verpleegkundigen & Verzorgenden. Register Zorgprofessionals. Uitvoeringsregelingen
Begrippenlijst Kwaliteitsregister Verpleegkundigen & Verzorgenden Register Zorgprofessionals Uitvoeringsregelingen Vastgesteld door het College Kwaliteitsregister V&V en Register Zorgprofessionals op 10
Nadere informatieLoopbaanIndicator. Voor een duurzame loopbaanplanning
LoopbaanIndicator Voor een duurzame loopbaanplanning 1. Inleiding LoopbaanIndicator wordt ingezet om alle relevante waarden rondom menselijke inzetbaarheid gestructureerd en genormeerd in kaart te brengen,
Nadere informatie15 16 Evaluatie Docentencursus Zuyd, juni Inhoudsopgave. 1 Algemeen...1
15 16 Evaluatie Docentencursus Zuyd, juni 2016 Inhoudsopgave 1...1 2 Hoofdsectie...2 1 Geef bij de onderstaande stellingen aan of u ermee zeer mee oneens/oneens/eens/zeer mee eens bent, dan wel neutraal
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Dit proefschrift gaat over de invloed van inductieprogramma s op het welbevinden en de professionele ontwikkeling van beginnende docenten, en welke specifieke kenmerken van inductieprogramma s daarvoor
Nadere informatieCursusinformatie PIAF opleiding nieuwe stijl 2013/2014
Cursusinformatie PIAF opleiding nieuwe stijl 2013/2014 Medicatiebeoordeling is een systematische beoordeling van het geneesmiddelgebruik van een individuele patiënt door arts, apotheker en patiënt op basis
Nadere informatieNieuwsbrief Resultaten evaluatie
Nieuwsbrief Resultaten evaluatie Toen het project 2030 werd gestart, is aan de gemeenteraad toegezegd dat na vier afgeronde en het project geëvalueerd zou worden. In april heeft het projectteam 2030 een
Nadere informatie3. Opleidingskader voor de opleiding Informatiecoördinator
3. Opleidingskader voor de opleiding Informatiecoördinator In het project GROOTER worden onder andere opleidingskaders ontwikkeld voor drie functiegerichte opleidingen voor Bevolkingszorg. In dit hoofdstuk
Nadere informatieWerkplan van Kerk 2025 (KS 15-19)
Werkplan van Kerk 2025 (KS 15-19) A. Besluit van de Generale Synode d.d. 12 november 2015 Het besluit van de Generale Synode van 12 november 2015 naar aanleiding van de nota Kerk 2025 Waar een Woord is,
Nadere informatieWerkend leren in de jeugdhulpverlening
Werkend leren in de jeugdhulpverlening en welzijnssector Nulmeting Samenvatting Een onderzoek in opdracht van Sectorfonds Welzijn Bernadette Holmes-Wijnker Jaap Bouwmeester B2796 Leiden, 1 oktober 2003
Nadere informatieSamenvatting en conclusies
Samenvatting en conclusies Aanleiding In het meerjarenbeleidsplan van 2005-2010 Op weg naar nog eens 100 jaar stonden vijf kerndoelen centraal, waaronder een passend vrijwilligersbeleid. Een goed vrijwilligersbeleid
Nadere informatieAan: Kerkenraden Collleges van Kerkrentmeesters Kerkelijk werkers. Geachte lezer,
Retouradres:, Aan: Kerkenraden Collleges van Kerkrentmeesters Kerkelijk werkers Dienstenorganisatie Protestantse Kerk Human Resource Management Joseph Haydnlaan 2a,, Telefoon (030) 880 18 80 servicedesk@pkn.nl
Nadere informatie1. Voor hen die de opleiding tot predikant volgen (artikel 4 generale regeling preekconsent)
PROCEDURES voor het verlenen van preekconsenten in de Protestantse Kerk in Nederland ex ordinantie 5-5-2 en 13-10 van de kerkorde, alsmede de bij de kerkorde behorende generale regeling preekconsent 1.
Nadere informatieRapportage Evaluator
Rapportage Evaluator Schrijftherapie voor getraumatiseerde kinderen en jeugdigen Docent: mevrouw drs. S.J.M. Lucassen Locatie: Regardz La Vie te Utrecht STK100309 Vertrouwelijk 20-05-2010 Dit rapport is
Nadere informatieRapportage Leerlingtevredenheid. Samenvatting van leerlingtevredenheidsmetingen onder 57 ECABO- leerbedrijven
Rapportage Leerlingtevredenheid Samenvatting van leerlingtevredenheidsmetingen onder 57 ECABO- leerbedrijven Rob Swager ECABO, mei 2011 1. Inleiding... 3 2. Tevredenheid algemeen.... 4 3. Aspecten die
Nadere informatieCurriculumevaluatie BA Wijsbegeerte
Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte Beste student, U heeft onlangs alle onderdelen van uw bacheloropleiding Wijsbegeerte afgerond en kunt nu het BA-diploma aanvragen. Het bestuur van het Instituut voor
Nadere informatieEvaluatie Back to Basics: De Nieuwe Koers
Evaluatie Back to Basics: De Nieuwe Koers nderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Goirle DIMENSUS beleidsonderzoek April 2012 Projectnummer 488 Het onderzoek De gemeente Goirle is eind april 2010
Nadere informatie& Pastorale Supervisie in Nederland
& Pastorale Supervisie in Nederland (HER)REGISTRATIE ALS PASTORAAL SUPERVISOR Herziene editie 2011 (update 2013) Regelgeving betreffende de (her)registratie en opleiding van pastoraal supervisoren Raad
Nadere informatiePortefeuillehouder: M.A.P. Michels Behandelend ambtenaar J. van der Meer, 0595 447719 gemeente@winsum.nl (t.a.v. J. van der Meer)
Vergadering: 11 december 2012 Agendanummer: 12 Status: Besluitvormend Portefeuillehouder: M.A.P. Michels Behandelend ambtenaar J. van der Meer, 0595 447719 E mail: gemeente@winsum.nl (t.a.v. J. van der
Nadere informatieHaKa Nederland b.v. 24-11-2012
EVC in de Jeugdzorg HaKa Nederland b.v. 24-11-2012 EVC in de jeugdzorg Wat is EVC? EVC staat voor Erkennen van Verworven Competenties. Het is een instrument waarmee werknemers hun kennis en ervaring -
Nadere informatieDe arbeidsmarktpositie van afgestudeerden van het hoger beroepsonderwijs. HBO-Monitor 2007. G.W.M. Ramaekers
De arbeidsmarktpositie van afgestudeerden van het hoger beroepsonderwijs HBO-Monitor 2007 G.W.M. Ramaekers Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt Faculteit der Economische Wetenschappen en Bedrijfskunde
Nadere informatieRapport evaluatie speeddaten met uitzendbureaus op de vestigingen van het WERKbedrijf
Rapport evaluatie speeddaten met uitzendbureaus op de vestigingen van het WERKbedrijf December 2011 Auteurs: Leonie Oosterwaal, beleidsmedewerker ABU Judith Huitenga en Marit Hoffer, medewerkers Servicepunt
Nadere informatie2. Opleidingskader voor de opleiding Teamleider Preparatie nafase
2. Opleidingskader voor de opleiding Teamleider Preparatie nafase In het project GROOTER worden onder andere opleidingskaders ontwikkeld voor drie functiegerichte opleidingen voor Bevolkingszorg. In dit
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal Vergaderjaar 0 03 7 93 Werken in het onderwijs Nr. 44 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Nadere informatie2a. Individueel jaargesprek Format medewerker
2a. Individueel jaargesprek Format medewerker 1 Introductie Vraagt u zich ook wel eens af doe ik in mijn werk de dingen waar ik goed in ben en waar ik plezier in heb, heb ik een goede werk/privé balans
Nadere informatieProfiel en functieomschrijving van de classispredikant
1 Profiel en functieomschrijving van de classispredikant Inleiding In dit document wordt in drie hoofdstukken beschreven hoe het profiel van de classispredikant eruit ziet en hoe dit is uitgewerkt in een
Nadere informatieIntercollegiale Toetsing
Intercollegiale Toetsing Intercollegiale toetsing (ICT) is als volgt te omschrijven: vorm van deskundigheidsbevordering waarbij met specialisten uit het eigen specialisme of andere professionals met wie
Nadere informatie1. Voor hen die de opleiding tot predikant volgen (ord ) de scriba van de kleine synode.
- naar - bij - een zoals PROCEDURES voor het verlenen van preekconsenten in de Protestantse Kerk in Nederland ex ordinantie 5-5-2 en 13-10 alsmede de generale regeling preekconsent van de kerkorde 1. Voor
Nadere informatieBeschrijving leertraject Basiskwalificatie Didactische Bekwaamheid (BDB), inclusief de Basis Kwalificatie Examinering (BKE)
STENDEN HOGESCHOOL Beschrijving leertraject Basiskwalificatie Didactische Bekwaamheid (BDB), inclusief de Basis Kwalificatie Examinering (BKE) Klik op een van onderstaande linken om direct naar het betreffende
Nadere informatieOnderzoek Passend Onderwijs
Rapportage Onderzoek passend onderwijs Utrecht, juni 2016 DUO Onderwijsonderzoek drs. Vincent van Grinsven drs. Liesbeth van der Woud Postbus 681 3500 AR Utrecht telefoon: 0302631080 e-mail: info@duo-onderwijsonderzoek.nl
Nadere informatieVoor intern gebruik bij een opleiding wordt gerapporteerd over alle stellingen, vragen, toelichtingen enz.
Standaardisatie en formulering stellingen en vragen voor module evaluaties VHL versie 27 maart 2011 Inleiding In het voorjaar van 2010 is het project Standaardiseren module evaluaties VHL breed o.l.v.
Nadere informatieLeve de competente coach!
Silvia van Schaik-Kuijer Leve de competente coach! Van competentieanalyse naar ontwikkelplan Inhoud Voorwoord 9 Inleiding 11 Deel 1 Algemene informatie over Leve de competente coach! Coachen en coachcompetenties:
Nadere informatieKlanttevredenheidsonderzoek zwemlessen in De Tweesprong
Klanttevredenheidsonderzoek zwemlessen in De Tweesprong zet je met plezier in beweging! 18 januari 2017 Inleiding en samenvatting De Tweesprong hecht veel waarde aan tevreden bezoekers. Daarvoor is het
Nadere informatieInternetpanel Dienst Regelingen
Internetpanel Dienst Regelingen Resultaten peiling 20: evaluatie panel December 2012 1. Inleiding Het Internetpanel Dienst Regelingen bestaat nu bijna vijf jaar. Dat vinden de opdrachtgever Dienst Regelingen
Nadere informatiePilot Basistraining Ethiek in Sociaal Werk succesvol afgerond
Pilot Basistraining Ethiek in Sociaal Werk succesvol afgerond nieuwe inzichten over het aanbieden van ethiektrainingen in de Sector Sociaal Werk December 2018 1 van 6 Inleiding In de periode november 2017
Nadere informatieVoortgang implementatie Masterplan Dyscalculie. Rapportage. Mei, s-hertogenbosch
Voortgang implementatie Masterplan Dyscalculie Rapportage Mei, 2016 s-hertogenbosch Inhoud Introductie... 2 Opzet van het onderzoek... 2 Resultaten... 2 Conclusies, interpretaties en aanbevelingen... 2
Nadere informatieRegeling Permanente Educatie Public Controlling
Artikel 1 Doelstelling Regeling Permanente Educatie Public Controlling Gelet op artikel 2 lid 2c van de statuten van het EICPC is de doelstelling van de permanente educatie voor public controllers het
Nadere informatieSamenvatting Benchmark O&O beleid gemeenten. Tweede meting werkgevers en werknemers
Samenvatting Benchmark O&O beleid gemeenten Tweede meting werkgevers en werknemers 2 Inleiding In deze brochure vindt u de belangrijkste resultaten van de benchmark Opleiden en Ontwikkelen. De benchmark
Nadere informatieEvaluatie eerste fase. Pilot CES en HR. Performance management
Evaluatie eerste fase Pilot CES en HR Performance management 1. Inleiding Onderstaand leest u de evaluatie van de pilot performance management bij CES en HR. We willen weten of we met de implementatie
Nadere informatieEvaluatie SamenOud training Anders denken, anders doen Casemanagement
Evaluatie SamenOud training Anders denken, anders doen Casemanagement Deelprogramma voor wijkverpleegkundigen en ouderenadviseurs die opgeleid worden tot casemanager SamenOud R. Brans April 2013 Inhoud
Nadere informatieCertificering HR Professional
Certificering HR Professional Certificering HR Professional Het personeelsmanagement kenmerkt zich door een grote mate van diversiteit, in de diepte en de breedte. De inhoud van het personeelsmanagement
Nadere informatieSKM-reglement Permanente Educatie (PE) voor de MfNregistermediator. 1 Januari 2014
SKM-reglement Permanente Educatie (PE) voor de MfNregistermediator 1 Januari 2014 INHOUDSOPGAVE Inleiding pag. 2 Art. 1 Begrippen pag. 2 Art. 2 Doelstellingen pag. 2 Art. 3 Datum van inwerkingtreding pag.
Nadere informatieEvaluatie EVC-traject buurtsportcoaches
Evaluatie EVC-traject buurtsportcoaches Zoë van Ginneken Jo Lucassen Mulier Instituut, Utrecht Januari 2017 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1: Achtergrond Hoofdstuk 2: Bevindingen Hoofdstuk 3: Resultaten Introductie
Nadere informatieDe AOb krijgt veel vragen over de Wet Beroep Leraar. Wij hebben de meest gestelde vragen voor jullie onder elkaar gezet.
25 augustus 2017 Vragen en antwoorden over Wet Beroep Leraar De AOb krijgt veel vragen over de Wet Beroep Leraar. Wij hebben de meest gestelde vragen voor jullie onder elkaar gezet. 1. Wanneer gaat de
Nadere informatieOnderzoek burgerinitiatief. Tevredenheid van indieners
Onderzoek burgerinitiatief Tevredenheid van indieners In opdracht van: De Raadsgriffier Uitgevoerd door: Team Beleidsonderzoek en Informatiemanagement Gemeente Purmerend Denise Floris Bert Mentink April
Nadere informatieRapportage. Samenvatting Medewerkersonderzoek PO. Datum: november Stichting Prodas. Opdrachtgever:
Rapportage Samenvatting Medewerkersonderzoek PO Soort rapportage: School: Schoolrapportage BBS Antonius Datum: november 2017 Opdrachtgever: Stichting Prodas 1. Inleiding Stichting Prodas wil inzicht in
Nadere informatieBeschrijving leertraject Basiskwalificatie Didactische Bekwaamheid (BDB), inclusief de Basis Kwalificatie Examinering (BKE)
FONTYS HOGESCHOLEN Beschrijving leertraject Basiskwalificatie Didactische Bekwaamheid (BDB), inclusief de Basis Kwalificatie Examinering (BKE) Klik op een van onderstaande linken om direct naar het betreffende
Nadere informatieReglement Permanente Educatie (PE) voor de Actuaris AG. Ingaande per 1 januari 2010
Reglement Permanente Educatie (PE) voor de Actuaris AG Ingaande per 1 januari 2010 Hoofdindeling: Beroepsregelementering Categorie: Gedragsregels Opgesteld door: Bureau AG Vastgesteld door: Algemene Ledenvergadering
Nadere informatieBijlage 5 Interviewformulier studieadviseurs
Bijlage 5 Interviewformulier studieadviseurs Studentnummer: Naam aanmelder: Stap 1. Welkom heten en uitleggen wat het onderzoek inhoudt (Tijd: 5 minuten) Landelijk en bij de FEM is er sprake van een hoge
Nadere informatiePlan van aanpak: werken met Acadin in je eigen groep en je school
Plan van aanpak: werken met Acadin in je eigen groep en je school Inleiding Je wilt gaan werken met Acadin. Het is aan te raden direct met een collega samen te werken. Ook is het goed Acadin als thema
Nadere informatieInleiding. Start met proefabonnement. acadin 1
Inleiding Acadin is een leeromgeving met veel faciliteiten en een grote hoeveel leeractiviteiten. Het succevol implementeren ervan, vraagt om doordachte keuzes. Voor u ligt de opzet van een plan van aanpak
Nadere informatieTevredenheidsonderzoek schooljaar 2011/2012: een inspectiebreed beeld
Tevredenheidsonderzoek schooljaar 2011/2012: een inspectiebreed beeld 1. Inleiding De Inspectie van het Onderwijs voert al lange tijd tevredenheidsonderzoeken uit onder besturen en scholen in de sectoren
Nadere informatieDe ontwikkeling van de Mondriaan methode VISIE OP PROFESSIONALISEREN
M.11i.0419 De ontwikkeling van de Mondriaan methode VISIE OP PROFESSIONALISEREN versie 02 M.11i.0419 Naam notitie/procedure/afspraak Visie op professionaliseren Eigenaar/portefeuillehouder Theo Bekker
Nadere informatieJaarplan o.b.s. De Boomhut 2015-2016
Jaarplan o.b.s. De Boomhut 2015-2016 Inleiding Elk jaar stellen wij als team van o.b.s. De Boomhut gezamenlijk een jaarplan op. Vanuit de evaluatie van het vorige jaarplan, gekoppeld aan de strategische
Nadere informatieEvaluatie werkwijze gemeenteraad Bloemendaal Verslag & Uitslag Enquête
Evaluatie werkwijze gemeenteraad Bloemendaal 2014-2018 Verslag & Uitslag Enquête Bloemendaal, 23 februari 2018 Evaluatie werkwijze gemeenteraad Bloemendaal 2014-2018 1 Inleiding Verslag & Uitslag Enquête
Nadere informatieResultaten van het onderzoek naar het welbevinden van hoogbegaafde leerling in PO en VO naar de inschatting van hun ouder(s)
Resultaten van het onderzoek naar het welbevinden van hoogbegaafde leerling in PO en VO naar de inschatting van hun ouder(s) (door Willem Wind, ikbenhoogbegaafd.nl, 9 oktober 2018) Samenvatting De vragenlijst
Nadere informatieScholingsplan 2012-2013. Samen in ontwikkeling
Scholingsplan 2012-2013 Samen in ontwikkeling Inhoudsopgave Inleiding 3 Pijlers 4 Kader 5 Deskundigheidsbevordering 2012-2013 6 Beschrijvingen van de scholingen 7 Aanmelden voor externe scholingen 9 Inleiding
Nadere informatieOpleidingsstatuut Bacheloropleiding Automotive Studiejaar 2015 2016. Regeling Externe toezichthouders bij examens
Opleidingsstatuut Bacheloropleiding Automotive Studiejaar 2015 2016 Regeling Externe toezichthouders bij examens Inhoudsopgave 1. Positie en benoeming externe toezichthouders... 3 2. Taak externe toezichthouder
Nadere informatieeen onderzoek naar arbeidssatisfactie in Nederland
een onderzoek naar arbeidssatisfactie in Nederland 1 februari 2009 Ausems en Kerkvliet, arbeidsmedisch adviseurs Hof van Twente www.aenk.nl Onderzoeksrapport JobMeter 2009 Inleiding Ausems en Kerkvliet,
Nadere informatieAccreditatiekader voor de permanente educatie van predikanten en kerkelijk werkers
Accreditatiekader voor de permanente educatie van predikanten en kerkelijk werkers vs. okt2014/evds Inhoudsopgave 1. Algemene voorwaarden met betrekking tot de permanente educatie... 2 1.1. Inhoud van
Nadere informatieEvaluatie van opleiders door aios LUMC: inleiding voor opleiders versie 2017
Evaluatie van opleiders door aios LUMC: inleiding voor opleiders versie 2017 Om de kwaliteit van de opleiding tot specialist ouderengeneeskunde te behouden en te verbeteren worden met ingang van december
Nadere informatieBrochure Post HBO opleiding coach in het onderwijs
Brochure 2017-2018 Post HBO opleiding coach in het onderwijs Coaching is een waardevol instrument bij professionalisering van leraren. Hiervoor is een goed opgeleide coach een voorwaarde! biedt u de mogelijkheid
Nadere informatieEvaluatie EvenementAssistent
Evaluatie EvenementAssistent Praktijktest oktober 2011 tot en met december 2011 1 pilot EvenementAssistent De EvenementAssistent is tijdens een pilot getest door zowel organisatoren als vergunningverleners
Nadere informatieEnquête herinrichting Botenbuurt 2016
Enquête herinrichting Botenbuurt 2016 December 2016 Kenniscentrum MVS Gemeente Schiedam E n q u ê t e h e r i n r i c h t i n g B o t e n b u u r t P a g i n a 1 Inleiding De gemeente Schiedam voert in
Nadere informatieBekwaamheidseisen of competenties docenten LD
Bekwaamheidseisen of competenties docenten LD Bekwaamheidseisen docenten LD vmbo en havo/vwo. (tekst: Wet op de beroepen in het onderwijs en Besluit bekwaamheidseisen onderwijspersoneel / 2006). 1. Zeven
Nadere informatieSupervisie in de driejarige opleiding van het CPC Versie 28/10/2015
Supervisie in de driejarige opleiding van het CPC Versie 28/10/2015 Je kunt kiezen voor een opleiding met of zonder supervisie. Om voor een diploma met supervisie in aanmerking te komen is het noodzakelijk
Nadere informatieDe stand van mediation
De stand van mediation Onderzoek bij gemeenten naar de stand van zaken rond mediation 30 november 2007 1 Inleiding Steeds meer gemeenten ontdekken mediation als manier om conflictsituaties op te lossen.
Nadere informatieSamenvatting Onderzoeksrapport 2014
Samenvatting Onderzoeksrapport 2014 Monitoring en evaluatie Cultuureducatie met Kwaliteit Drenthe door Zoë Zernitz, Rijksuniversiteit Groningen In 2012 heeft het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen
Nadere informatieOnderzoek klanttevredenheid Proces klachtbehandeling 2011... Antidiscriminatievoorziening Limburg
Proces klachtbehandeling 2011................................................................... Antidiscriminatievoorziening Limburg Mei 2012...................................................................
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 32 396 Wijziging van de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra, de Wet op het voortgezet onderwijs, de Wet educatie en beroepsonderwijs,
Nadere informatieUitkomsten CFO-bijeenkomst Prestatieafspraken in het HBO
Uitkomsten CFO-bijeenkomst Prestatieafspraken in het HBO Eind september ging Deloitte met CFO s uit het hoger onderwijs in gesprek over de uitdagingen om de prestatieafspraken te realiseren, ook al is
Nadere informatie