Groeicurve Bintje en Fontane 2015
|
|
- Renske Hermans
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Groeicurve en 2015 V. De Blauwer (Inagro), D. Florins (FIWAP), H. Rasmont (CARAH) Samenvatting Net zoals de vorige jaren werd tijdens het groeiseizoen van 2015 de groei van opgevolgd op 26 praktijkpercelen. Voor de tweede keer werd ook elke veertien dagen bemonsterd in Vlaanderen op 11 velden. Het planten lag rond 20 april. Bij het begin van de proefrooiingen bleven de opbrengsten lager dan het meerjarig gemiddelde (koud, winderig voorjaar). Half augustus kwam de regen en vooral in Vlaanderen kon er op vlak van opbrengst nog heel wat goed gemaakt worden. In Wallonië daarentegen viel de opbrengst tegen. Het onderwatergewicht lag bij de start van de staalnames hoger door het droge weer. Verder in het groeiseizoen evolueerde het droge stof gehalte echter weinig met zelfs nog een kleine daling in september. Op alle s percelen werd in meer of mindere mate doorwas gevonden met vooral veel popperigheid. Enkele percelen vertoonden ook de typisch popperige en secundaire knollen. Ondanks de lagere onderwatergewichten en voldoende kaliuminhoud van de knollen waren de aardappelen gevoelig voor stootblauw. Proefopzet Tijdens het groeiseizoen werden om de 14 dagen proefrooiingen uitgevoerd in Vlaanderen (Inagro, PCA en Vlaamse Overheid) en Wallonië (FIWAP, CRA-W en CARAH). In Vlaanderen werden stalen genomen op 11 percelen met en 11 met. In Wallonië werden 15 percelen s elke twee weken bemonsterd terwijl daar op 9 percelen twee keer werd bemonsterd (half augustus en na loofdoding). De staalnames gebeuren steeds midden in het perceel. Deze gemeten opbrengst (onder ideale omstandigheden) werd verminderd met 20% om vergelijkbaar te zijn met de praktijk (verlies kopakkers, spuitsporen, ). Het is deze opbrengst die hier verder in dit artikel aan bod komt. Start groeiseizoen De 11 Vlaamse praktijkpercelen werden geplant tussen 15 april en 1 mei, wat een theoretisch gemiddelde oplevert van 20 april. De 15 Waalse velden werden geplant tussen 14 april en 13 mei (gemiddeld 24 april). De 26 bemonsterde percelen werden dus geplant rond 22 april wat volledig overeenkomt met het gemiddelde van de voorbije 10 jaar. Er werden 11 percelen aangeplant met de potermaat 28/35 en 12 percelen met 35/45. De andere drie percelen hadden de maat 25/28 of de bovenmaat 45/50. De gemeten plantafstand ligt voor de kleine maat 28/35 gemiddeld op 39 cm ( planten/ha) en voor de grote maat 35/45 op 42 cm ( planten/ha). In Vlaanderen werden alle percelen geplant met een rijafstand van 75 cm, terwijl in Wallonië een vijftal percelen op een grotere afstand werden geplant (85 tot 95 cm). De kleine maat (28/35)
2 resulteerde in gemiddeld 13 stengels/m² en 19 knollen per struik. De grote maat zorgde voor 15 stengels/m² en 22 knollen per struik. De bemonsterde percelen werden geplant tussen 14 en 27 april; één perceel nog op 8 mei. Gemiddeld komt dit neer op een plantdatum van 21 april. De voorbije jaren werd rond 23 april geplant. In Vlaanderen werden 6 percelen aangeplant met de potermaat 28/35, met een plantafstand van 29 cm gemiddeld ( planten/ha). 4 percelen met 35/45 of 35/50 werden op 41 cm geplant ( planten/ha), wat eigenlijk te ruim is voor. De kleine maat resulteerde in gemiddeld 13 stengels/m² en 12 knollen per struik. De grote maten vormden 13 stengels/m² en 19 knollen per struik wat wel hoger ligt dan de voorbije jaren. Eén veld werd geplant met bovenmaten (+45mm) en vormde slechts 15 stengels/m² en 15 knollen per struik. De Waalse percelen werden allemaal geplant met de potermaat 35/50. De drie percelen geplant op 90 cm tussen de rijen werden in de rij geplant op 34 cm (± planten/ha). De rest werd geplant op 75 x 37 cm (± planten/ha). Tabel 1 Aantal stengels per m² en aantal knollen per struik voor en Potermaat Aantal Stengels/m² Knollen Aantal Stengels/m² Knollen percelen* per m² per struik percelen* per m² per struik 25/28 mm Gemidd. voorbije jaren /35 mm Gemidd. voorbije jaren /45 mm en 35/50 mm Gemidd. voorbije jaren mm en +50 mm Gemidd. voorbije jaren * 'Aantal percelen' bij 'gemiddelde voorbije jaren' is het totaal aantal percelen tijdens de voorbije jaren met de desbetreffende potermaat Verloop groeiseizoen De eerste proefrooiing vond plaats op 27 en 28 juli. Op dat moment hadden de referentiepercelen iets minder dan 100 groeidagen achter de rug. haalde dan een bruto-opbrengst (alle sorteringen inclusief uitval) van 27 ton/ha en dit zowel in Vlaanderen als Wallonië. Dit was 5 ton lager dan het 10-jarig gemiddelde. Ook op vlak van grofte bleven de s achter op het langjarig gemiddelde. haalde eind juli gemiddeld 29 ton/ha. Omwille van de droogte lag het onderwatergewicht wat hoger dan normaal. Op bijna alle spercelen werd doorwas waargenomen. Bij de helft van de percelen werd minder dan 5% symptomen gezien en bij 5 percelen meer dan 20%. Vooral de 2 kustpercelen hadden zeer veel last van doorwas met veel secundaire knollen. De polderpercelen hadden zwaar te leiden gehad onder het
3 koude, winderige voorjaar en vervolgens de droogte, waardoor het gewas maar heel traag gesloten raakte. Bij werd er eind juli nog geen doorwas gezien. De droogte bleef aanhouden tot half augustus. We bleven op dat moment hangen op 5 ton/ha onder het langjarig gemiddelde met hogere onderwatergewichten. Na de terugkeer van de regen zagen we dat in Vlaanderen de groei zich herpakte en kwamen we steeds dichter bij een normale opbrengst. In Wallonië echter kwam de regen blijkbaar te laat en bleven de opbrengsten een heel stuk lager. Ook bij was er op het einde van het groeiseizoen een duidelijk verschil tussen Vlaanderen en Wallonië. Met de komst van de regen zakte het ondergewicht. Maar ook tijdens het verdere groeiseizoen bleef het onderwatergewicht lichtjes zakken. De frietkwaliteit was al meteen (zeer) goed. De symptomen van doorwas breidden zich verder uit. Ook bij kregen enkele percelen te maken met veel popperige en soms ook secundaire knollen. Grafiek 1 Groeicurve sortering +35mm en onderwatergewicht (België) en (owg en groeidagen van Vlaanderen) * Voor het berekenen van het aantal groeidagen wordt rekening gehouden met de datum van loofdoding en niet van staalname. Dit verklaart de zeer beperkte toename in aantal groeidagen op bij de laatste staalname. Resultaten bij de laatste proefrooiing Om de Belgische eindopbrengst te berekenen werden de resultaten gebruikt van 22 september. Percelen die begin oktober nog niet gerooid werden, werden nog eens extra bemonsterd. De referentiepercelen werden geloofdood tussen 3 en 26 september. Enkele percelen werden groen gerooid. De bruto-opbrengst (alle sorteringen, mét afval) in Vlaanderen en Wallonië bedraagt respectievelijk 50,5 en 42,5 ton/ha. Voor Vlaanderen betekent dit een opbrengst vergelijkbaar met het 10-jarige middelde. Wallonië blijft daar ver onder. Samen komt dit neer op een Belgische bruto-opbrengst van 45,9 ton/ha. De Belgische praktijkopbrengst (+35 mm, mét uitval) klopte af op 44,0 ton/ha. Het 10-jarig gemiddelde bedraagt zo n 49 ton/ha. Tijdens de afgelopen tien jaar lag enkel in 2012 de opbrengst nog net iets lager.
4 Er zat gemiddeld 30 ton/ha in de sortering +50 mm met 36 ton/ha voor Vlaanderen en 25 ton/ha voor Wallonië. Het 10-jarig Belgisch gemiddelde ligt op 34 ton/ha. De hoeveelheid uitval (rot, gekloven, misvormd, groen) lag tussen 0 en 5 ton/ha met enkele uitschieters van 7 en 13 ton/ha. Het gaat dan vooral om misvormde en/of gekloven aardappelen. Rotte knollen werden niet gevonden en het aandeel groene was minimaal. Het onderwatergewicht strandde op 376 g/5kg met grote verschillen tussen de percelen. Eén vierde van de percelen bleef schommelen net onder of boven de norm van 360 g/5kg terwijl één vierde boven 380 g/5kg uitkwam. In bepaalde regio s werden nog meer lagere onderwatergewichten genoteerd zonder duidelijke verklaring voor het probleem. Doorwas is zeker niet de enige oorzaak want niet alle percelen met secundaire knollen kenden een te laag onderwatergewicht. Daarbij komt dat het percentage drijvers over het algemeen goed meeviel. Mogelijks ligt het laat vrijkomen van stikstof hier wel aan de basis (tot eerste helft augustus te droog voor veel mineralisatie). Al vanaf begin augustus was de frietkwaliteit op elk van de percelen (zeer) goed. Enkel op het Vlaamse perceel met een hoger percentage drijvers werden bij de laatste proefrooiingen ook enkele suikertoppen vastgesteld (= eindglazigheid). De opgevolgde percelen met werden geloofdood tussen 3 en 26 september. Ook bij dit ras werden enkele percelen groen gerooid. De opbrengst met alle sorteringen én afval eindigde in Vlaanderen op 56,5 ton/ha en in Wallonië op 51,2 ton/ha. Voor België betekent dit een bruto-opbrengst van 54,1 ton/ha. De -35mm buiten beschouwing gelaten komen we op een praktijkopbrengst (mét afval) van 53,2 ton/ha. Het meerjarig gemiddelde ligt op 52,9 ton/ha. De partijen waren wel net iets minder grof dan de voorbije jaren met 45 ton/ha in de sortering +50 mm. Uitval (rot, misvormd, gekloven, groen) bleef zeer beperkt tot maximaal 1,5 ton/ha met uitzondering van één perceel met 3,5 ton/ha uitval (vooral gekloven). Het onderwatergewicht van lag iets hoger, namelijk rond 395 g/5kg. Maar toch bleven ook bij dit ras een drietal percelen hangen rond de norm van 360 g/5kg. Drijvers werden nauwelijks gevonden (< 1%). De frietkwaliteit bleef bij overal uitstekend. Tabel 2 Opbrengst en kwaliteit laatste proefrooiing (België) Ras Plantdatum praktijkopbrengst 1 Sortering 2 OWG Frietindex 3 Afval 4 (aantal percelen) (ton/ha) + 50 (%) g/5kg (0-6) (%) (26) 22 apr ,0 5,8 minimum 14 apr ,6 0,0 maximum 13 mei ,5 24,9 Gemiddelde ('05-'14) 23 apr ,1 (20) 21 apr ,8 1,0 minimum 14 apr ,1 0,0 maximum 08 mei ,4 5,3 Gemiddelde ('08-'14) 23 apr ,8 2,6 1 Opbrengsten werden reeds met 20% verminderd om rekening te houden met verliezen door LCA 2015 kopakkers, spuitsporen, Praktijkopbrengst: totale opbrengst min fractie -35 mm, uitval inbegrepen 2 Aandeel +50mm van de fractie +35mm 3 Frietkleur op een schaal van 0 tot 6 met < 2,5 = zeer goed; 2,5-3,0 = goed; 3,0-3,5 = aanvaardbaar; 3,5-4,0 = matig; > 4,0 = onvoldoende 4 Aandeel afval (rot, misvormd,gekloven, groen) op de fractie +35mm
5 Doorwas Het groeiseizoen van 2015 werd gekenmerkt door doorwas. De verschillen tussen de praktijkvelden waren groot. Een goede grondbedekking op het moment van een lange droge, warme periode kan doorwas beperken. Vooral in de polder was de groei extra geremd door het koude (winderige) voorjaar waardoor op deze velden het loof nauwelijks dichtgegroeid was. Bij de eerste proefrooiingen eind juli vertoonden bijna alle s-percelen doorwas met veel verschil tussen de percelen. Gemiddeld waren er in Vlaanderen symptomen van doorwas te zien op 15% van de knollen (spreiding van 0 tot 50%); in Wallonië was dit 5% (maximaal 27%). In Vlaanderen ging het toen vooral nog om scheuten en in Wallonië om popperigheid. Doorheen het groeiseizoen werd ook in Vlaanderen het aandeel popperige en secundaire knollen groter. Toch werden ook nieuwe kleine scheutjes gezien na de terugkeer van de regen half augustus. Eind augustus begin september was popperigheid het meest geziene symptoom: flessenhalzen maar ook knol op knol zonder stolon ertussen. Blauwgevoeligheid De monsters van de groeicurvepercelen in Vlaanderen werden een paar keer onderworpen aan een test voor blauwgevoeligheid. Bij deze blauwschudtest worden de aardappelen maximaal belast volgens een standaardprocedure en daarna beoordeeld op de aanwezigheid van blauwe plekken. De resultaten geven de gevoeligheid weer voor stootblauw na maximale belasting van de knollen (knoltemperatuur 8 C, hard schudden gedurende 1 minuut). De blauwgevoeligheid van de opgevolgde percelen bedroeg tweede helft september gemiddeld 250 voor en 223 voor. De blauwgevoeligheidsindex wordt uitgedrukt op een schaal van 0 tot 400, waarbij 0 = niet blauwgevoelig en 400 = zeer blauwgevoelig. Algemeen geldt dat hoe hoger het onderwatergewicht, hoe hoger de blauwgevoeligheid. De blauwgevoeligheid lag dus (zeer) hoog zeker als we rekening houden met de algemeen lagere onderwatergewichten. Het onderwatergewicht is dus zeker niet de enige factor die de gevoeligheid bepaalt. Ook de celspanning speelt een rol. Hoe droger de bodemomstandigheden, hoe lager de celspanning en hoe groter de kans op stootblauw. Op het moment van staalname was er geen droogte en kan de celspanning dus niet meteen een verklaring zijn voor de hoge blauwgevoeligheid. Ook de temperatuur van de knollen beïnvloedt de blauwgevoeligheid. Bij de analyse van de blauwschudtest werden alle knollen gelijk behandeld (zelfde temperatuur, zelfde belasting). Deze temperatuur speelt echter wel een belangrijke rol tijdens de oogst: hoe hoger de temperatuur, hoe minder kans op knolbeschadiging. Uiteindelijk speelt ook de kaliuminhoud een rol. Een gehalte van 1,9% of lager (op droge stof) wijst op een hoger risico voor blauw. Bij de staalname begin september werd de kaliuminhoud bepaald. Hieruit bleek dat de kaliuminhoud van bijna alle stalen (meer dan) voldoende hoog lagen. Enkel bij één perceel bedroeg die net 1,9%. De hoge blauwgevoeligheden van dit groeiseizoen lijken dus meer het gevolg te zijn van de bodemomstandigheden en vooral het afgelopen groeiseizoen.
6 Tabel 3 Onderwatergewicht, blauwgevoeligheid en kaliuminhoud van de knollen (Vlaanderen) Nr Ras OWG Kalium in de knol (g/5 kg) (% DS) (0-400) 21/sep 7/sep 24/aug 7/sep 21/sep Gemiddelde 374 2, Minimum 350 1, Maximum 404 2, Gemiddelde 390 2, Minimum 345 2, Maximum 430 2, Blauwgevoeligheid: 0 = niet blauwgevoelig; 400 = zeer blauwgevoelig Blauwgevoeligheid Besluit Het planten van de late aardappelen zoals en konden op een normaal tijdstip doorgaan, namelijk rond 21 april. Het aantal gevormde knollen per struik ligt op een normaal niveau rekening houdend met de potermaten. Het voorjaar bleef lang koud (en winderig). Dit zorgde voor een trage groei (vooral in de polder). Eind juli eerste helft augustus bleef de opbrengst aan de lage kant en lager dan het meerjarig gemiddelde. Half augustus kwam de regen. In Vlaanderen kon de groei zich beter herpakken dan in Wallonië. In Vlaanderen haalde uiteindelijk een praktijkopbrengst van 49 ton/ha wat vergelijkbaar is met het 10-jarig gemiddelde. Wallonië strandde op 40 ton/ha wat dan weer een heel stuk lager is dan de voorbije jaren. haalde op Belgisch niveau met 53 ton/ha net het meerjarig gemiddelde. Het onderwatergewicht startte wel hoger door de droogte, maar er zat weinig evolutie in verder in het groeiseizoen met zelfs een daling naar het einde toe. Voor de rest was 2015 gekenmerkt door aanzienlijk wat doorwas met grote verschillen tussen de percelen. Popperigheid was het meest geziene verschijnsel. Bijzonder was dat ook op enkele percelen de typische symptomen van doorwas werden gezien. Ondanks de overwegend lagere onderwatergewichten en voldoende kaliuminhoud van de knollen waren de aardappelen gevoelig voor stootblauw.
Groeicurve Bintje en Fontane 2014
Groeicurve en 2014 V. De Blauwer (Inagro), D. Florins (FIWAP), H. Rasmont (CARAH) Samenvatting Net zoals de vorige jaren werd tijdens het groeiseizoen van 2014 de groei van opgevolgd op 29 praktijkpercelen.
Nadere informatieGroeicurve Bintje en Fontane 2016
Groeicurve Bintje en Fontane 2016 V. De Blauwer (Inagro), D. Florins (FIWAP), H. Rasmont (CARAH) Samenvatting Net zoals de vorige jaren werd tijdens het groeiseizoen van 2016 de groei van Bintje opgevolgd
Nadere informatieGroeicurve Amora en Anosta (2015)
4.1 Groeicurve en (2015) V. De Blauwer (Inagro) Samenvatting Al verschillende jaren op rij volgen PCA en Inagro de groei op van meerdere (half)vroege rassen op praktijkpercelen. Tijdens 2015 werden 9 velden
Nadere informatieGroeicurve Première en Sinora (2016)
Groeicurve en (2016) V. De Blauwer (Inagro) Samenvatting Al verschillende jaren op rij volgen PCA en Inagro de groei op van meerdere (half)vroege rassen op praktijkpercelen. Tijdens 2016 werden 8 velden
Nadere informatieGroeicurve Première en Anosta
4.1 Groeicurve Première en Anosta V. De Blauwer (PCA) Samenvatting In navolging van vorig jaar volgde het PCA de groei op van Première en Anosta op telkens acht praktijkpercelen. De gemiddelde opbrengst
Nadere informatieJolien Bode, Technisch onderzoeksmedewerker
Jolien Bode, Technisch onderzoeksmedewerker Areaal aardappelen 2017 Proeven aangelegd in 2017 Rassenproef frietaardappelen 10 rassen in proef Variabel poten SMART Crops Groeicurve Fontane Bintje Bladmeststoffen
Nadere informatieDOORWAS EEN PROBLEEM IN 2015?
DOORWAS EEN PROBLEEM IN 2015? Hoe voorkom ik doorwas? Ilse Eeckhout, PCA Seizoen 2015 - droog 01/06/2015 03/06/2015 05/06/2015 07/06/2015 09/06/2015 11/06/2015 13/06/2015 15/06/2015 17/06/2015 19/06/2015
Nadere informatieEvolutie van de Belgische voorraden
Evolutie van de Belgische voorraden 2012-2013 V. De Blauwer (Inagro), D. Florins (FIWAP), P. Lebrun (FIWAP) Samenvatting Jaarlijks houden FIWAP, CARAH, PCA en Inagro een enquête om de evolutie van de aardappelvoorraden
Nadere informatie9.1 Kiemremming van in het veld
9.1 Kiemremming van in het veld V. De Blauwer (PCA), Annie Demeyere (ADLO), P. Vermeulen (VTI), J. Fagard (PIBO), R. Van Avermaet (LTCW) Samenvatting Voor het vierde jaar op rij werden het voorbije groeiseizoen
Nadere informatieHet gebruik van humuszuren bij de bemesting van aardappelen
8.4 Het gebruik van humuszuren bij de bemesting van aardappelen A. Elsen en J. Bries (BDB) Samenvatting In 2010 werden door de Bodemkundige Dienst van België 2 proefvelden aangelegd om het gebruik van
Nadere informatieEvolutie van de Belgische voorraden
Evolutie van de Belgische voorraden 2015-2016 V. De Blauwer (Inagro), D. Florins (FIWAP), P. Lebrun (FIWAP) Samenvatting Jaarlijks houden FIWAP, CARAH, PCA en Inagro een enquête om de evolutie van de aardappelvoorraden
Nadere informatieOverzicht van de waarschuwingsdienst van Carah (2015)
Overzicht van de waarschuwingsdienst van Carah (2015) A. Degavre (CARAH) Samenvatting Vanaf half april kon er in goede omstandigheden geplant worden en tegen 15 mei was al het grootste deel van het planten
Nadere informatieHet gebruik van humuszuren bij de bemesting van aardappelen
8.4 Het gebruik van humuszuren bij de bemesting van aardappelen - 2011 W. Odeurs en J. Bries (BDB) Samenvatting Bodemkundige Dienst van België heeft in 2011 twee proefvelden aangelegd om het gebruik van
Nadere informatieRassenevolutie Vlaanderen
Rassenevolutie Vlaanderen 15 jaar praktijkopvolging V. De Blauwer (PCA/Inagro), Oudenaarde 26 januari 16 Overzicht Statbel en verzamelaanvraag Jaarlijkse peiling PCA/Inagro Eigen onderzoek Overzicht Statbel
Nadere informatieFractioneren van de stikstofbemesting in aardappelen 6 jaar proeven
Fractioneren van de stikstofbemesting in aardappelen 6 jaar proeven V. De Blauwer (Inagro), W. Odeurs (BDB), M. Goeminne (PCA) Samenvatting Het is moeilijk voor een teler om het nitraatresidu na de teelt
Nadere informatieRassenproef CONSUMPTIEAARDAPPELEN 2012
Interprovinciaal proefcentrum voor de aardappelteelt vzw Rassenproef CONSUMPTIEAARDAPPELEN 2012 Proefcode: RSE12WL Offerte code: In opdracht van: Servagri SA Uitvoering door: Interprovinciaal Proefcentrum
Nadere informatieStikstofbemesting bij biologische aardappelen
Stikstofbemesting bij biologische aardappelen A. Beeckman (Inagro), J. Rapol (Inagro), L. Delanote (Inagro) Samenvatting Uit proeven van voorgaande jaren kwam naar voor dat stalmest te traag werkt om optimaal
Nadere informatieOpbrengst en kwaliteit van (half)vroege en late rassen in Vlaanderen
Opbrengst en kwaliteit van (half)vroege en late rassen in Vlaanderen - 2016 V. De Blauwer (Inagro), D. Cauffman (PIBO), I. Eeckhout (PCA), D. Martens (LTCW), P. Vermeulen (VTI) Samenvatting De diverse
Nadere informatieOogsttijdstip en kwaliteit bij plaagresistente biologische aardappel 2015
Oogsttijdstip en kwaliteit bij plaagresistente biologische aardappel 2015 Karel Dewaele, Lieven Delanote, Johan Rapol, Inagro Doel In de rassenproeven biologische aardappel van Inagro halen verschillende
Nadere informatieSeizoen Droogte, hitte, lage opbrengsten, doorwas,
Seizoen 2018 Droogte, hitte, lage opbrengsten, doorwas, Het weer in 2018 uiterst warm zeer zonnig droog Gem. temperatuur: 11,9 C = evenaring jaarrecord 2014 (normaal 10,5 C) 6 de zonnigste jaar ooit sinds
Nadere informatie8.1 Stikstofbemesting en gebruik chlorofylmeter in aardappelen in Wallonië (2011)
8.1 Stikstofbemesting en gebruik chlorofylmeter in aardappelen in Wallonië (2011) J.P. Goffart (CRA-W), Pierre Vereecke (FIWAP), Karel Vandemeulebroecke (CARAH), Mostafa Khalidi (Nitrawal) Samenvatting
Nadere informatieOpbrengst en kwaliteit van (half)vroege en late rassen
Opbrengst en kwaliteit van (half)vroege en late rassen V. De Blauwer (Inagro), D. Cauffman (PIBO), A. Demeyere (VO-ADLO), I. Eeckhout (PCA), D. Martens (LTCW), P. Vermeulen (VTI) Samenvatting Alle rassenproeven
Nadere informatie8.3 Doorwas in aardappelen voorkomen? Proefervaringen in 2010 A. Demeyere (ADLO), D. Cauffman (PIBO), V. De Blauwer (PCA), E.
8.3 Doorwas in aardappelen voorkomen? Proefervaringen in 2010 A. Demeyere (ADLO), D. Cauffman (PIBO), V. De Blauwer (PCA), E. Hofmans (ADLO) Samenvatting Doorwas is een gevolg van hoge temperaturen in
Nadere informatieRaseigenschappen biologische aardappelen. Vermeerdering Biologisch Uitgangsmateriaal (VBU) KW0826 Door: Douwe Werkman
Raseigenschappen biologische aardappelen. Vermeerdering Biologisch Uitgangsmateriaal (VBU) KW0826 Door: Douwe Werkman Inleiding In opdracht van VBU (Vermeerdering Biologisch Uitgangsmateriaal) werd in
Nadere informatieIs spuiwater een volwaardig alternatief voor minerale meststoffen in de aardappelteelt?
Is spuiwater een volwaardig alternatief voor minerale meststoffen in de aardappelteelt? J. Bonnast (BDB), W. Odeurs (BDB) Samenvatting Het optimaliseren van de teelttechniek is een uitdaging voor iedere
Nadere informatie9.4 Invloed koude tijdens bewaring pootgoed K. Demeulemeester (Inagro)
9.4 Invloed koude tijdens bewaring pootgoed K. Demeulemeester (Inagro) Samenvatting Pootgoed wordt bewaard bij lage temperatuur. Dit heeft o.a. voordeel naar een maximale kiemrust, tragere fysiologische
Nadere informatieSTUDIEAVOND AARDAPPELEN Land- en tuinbouw Poperinge
STUDIEAVOND AARDAPPELEN 2018 Land- en tuinbouw Poperinge Neerslaggegevens Poperinge 2018 140 120 100 Totaal gemiddeld per jaar : 797 l/m² Totaal Poperinge in 2018 : 728 l/m² 80 60 40 20 0 Sept '17 Okt
Nadere informatieAanaarden in één of twee werkgangen
9.1 Aanaarden in één of twee werkgangen V. De Blauwer (Inagro) Samenvatting Bij een definitieve rugopbouw direct na het planten wordt de opkomst vertraagd. Dit vergroot de kans op aantasting van de kiemen
Nadere informatie9.5 Drempels tussen de aardappelruggen
9.5 Drempels tussen de aardappelruggen C. Olivier (CRA-W), J-P. Goffart (CRA-W), D. Baets (Bayer CropScience), N. Fonder (Epuvaleau), J-P. Barthélemy (ULg-Gembloux Agro-Bio Tech), G. Lognay (ULg-Gembloux
Nadere informatieOpbrengst en kwaliteit van (half)vroege en late rassen
Opbrengst en kwaliteit van (half)vroege en late rassen V. De Blauwer (Inagro), D. Cauffman (PIBO), A. Demeyere (VO-ADLO), I. Eeckhout (PCA), D. Martens (LTCW), P. Vermeulen (VTI) Samenvatting Alle rassenproeven
Nadere informatie9.2 Ervaringen met niet-kerende grondbewerking in aardappelen ( )
9.2 Ervaringen met niet-kerende grondbewerking in aardappelen (-) V. De Blauwer (PCA), D. Cauffman (PIBO-Campus), P. Vermeulen (VTI), L. Serlet (Proclam) Samenvatting Aangezien aardappelen op ruggen geteeld
Nadere informatieAardappelseizoen Ilse Eeckhout, PCA
Aardappelseizoen 2010 Ilse Eeckhout, PCA Temperatuur ( C) Neerslag (mm) 35 30 HEURNE 2010 80 70 25 20 60 15 50 10 40 5 30 0-5 20-10 10-15 0 Temperatuur ( C) Neerslag (mm) 35 80 30 70 25 60 20 15 50 10
Nadere informatie1 Rassenproeven aardappelen Rassenproef te Tongeren Proefveldgegevens Opbrengst en sortering LCA rassenproef 9
Inhoudsopgave 1 Rassenproeven aardappelen 5 1.1 Rassenproef te Tongeren 5 1.1.1 Proefveldgegevens 6 1.1.2 Opbrengst en sortering 8 1.2 LCA rassenproef 9 1.2.1 Algemeen 9 1.2.2 Opbrengsten en sortering
Nadere informatieHoofdstuk Opbrengst en kwaliteit van halfvroege en late rassen
Hoofdstuk Opbrengst en kwaliteit van halfvroege en late rassen I. Eeckhout (PCA), A. Demeyere (VO-ADLO) Samenvatting Ondanks een iets latere plantdatum verliep de groei en ontwikkeling van de rassen in
Nadere informatieBelgisch areaal aardappelen 2015
02.4 Belgisch areaal aardappelen 2015 V. De Blauwer (Inagro), D. Florins (FIWAP) Samenvatting In 2015 werden iets minder aardappelen uitgeplant. De daling was echter beperkt en het totale areaal blijft
Nadere informatieVariabel aardappelen poten
Variabel aardappelen poten Inleiding Eind 2017 is een operationele groep gestart waarbij het toepassen van variabel aardappelen poten van dichtbij werd bekeken (financiering door de Vlaamse Overheid).
Nadere informatieAanaarden in één of twee werkgangen
9.1 Aanaarden in één of twee werkgangen V. De Blauwer (Inagro) Samenvatting Bij een definitieve rugopbouw direct na het planten wordt de opkomst vertraagd. Dit vergroot de kans op aantasting van de kiemen
Nadere informatie10.2 Rassenproef biologische aardappelen
10.2 Rassenproef biologische aardappelen L. Delanote (PCBT), K. Demeulemeester (PCA) Samenvatting Het proefjaar 2011 werd opnieuw gekenmerkt door extremen in het weer. Het was droog en warm van april tot
Nadere informatieC. Meijer BV Lady Anna. Willem in t Anker
C. Meijer BV Lady Anna Willem in t Anker Historie CMK 2001-022-033 Doel: goed bewaarbaar frietras met goede verwerkingseigenschappen Oogst 2009 eerste pootgoed productie buiten kweekbedrijf Oogst 2014
Nadere informatieCopyright Boerenbond. Aardappelrassen vergeleken
Kenmerkend voor 2010 waren het koude voorjaar en de droge en warme maand juli. Sommige rassen hadden dan ook te maken met doorwas. Vanaf de tweede helft van augustus begon het te regenen. Het bleef nat
Nadere informatieOpbrengst en kwaliteit van halfvroege en late aardappelrassen
Foto: Patrick Dieleman Opbrengst en kwaliteit van halfvroege en late aardappelrassen akkerbouw aardappelen In het kader van het Programma Landbouwcentrum Aardappelen werden vorig jaar op 8 locaties in
Nadere informatiepca Bewaarproblemen oogst 2014
pca Bewaarproblemen oogst 2014 Seizoen 2014 Prachtig voorjaar Zomer: groeizaam weer (plaag ) Natte augustus Hoge temperaturen bij oogst Hoge temperaturen eerste weken bewaring Grote productie Grove knollen,
Nadere informatie1 Rassenproeven aardappelen Rassenproef te Tongeren Proefveldgegevens Ontledingsuitslag bouwlaaganalyse 8
Inhoudsopgave 1 Rassenproeven aardappelen 5 1.1 Rassenproef te Tongeren 5 1.1.1 Proefveldgegevens 6 1.1.1.1 Ontledingsuitslag bouwlaaganalyse 8 1.1.1.2 N-index 9 1.2 LCA rassenproef 10 1.2.1 Samenvatting
Nadere informatie10.2 Rassenproef biologische aardappelen
10.2 Rassenproef biologische aardappelen L. Delanote (PCBT), K. Demeulemeester (PCA) Samenvatting Door de droge weersomstandigheden in mei tot juli 2010 werd in deze proef geen plaag vastgesteld. Dit is
Nadere informatiesumptieaardappelen KW 406, KW 407 Door: ing H.W.G.Floot
opbrengst en sortering van con- Invloed van bladbemesters ( vooral Mg en Mn) op de sumptieaardappelen KW 406, KW 407 Door: ing H.W.G.Floot Inleiding Vele mineralen, anorganische stoffen en sporenelementen
Nadere informatieOverzicht van de waarschuwingsdienst van Carah (2012)
Overzicht van de waarschuwingsdienst van Carah (2012) V. Damanet (CARAH) Samenvatting Groeiseizoen 2012 begon met een zeer vochtige en nogal koude lente. Het planten vond plaats in twee duidelijk afgescheiden
Nadere informatieAGRITON Inhoudsopgave:
++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++ Inhoudsopgave: 1. Doel proef.... 2 2. Proefgegevens.... 2 3. Objecten... 2 4. Resultaten... 4 4.1 Algemeen... 4 4.2 Resultaten
Nadere informatieHet gebruik van ammoniumpolyfosfaat (Hydro Terra) en zwavel in pootaardappelen
Het gebruik van ammoniumpolyfosfaat (Hydro Terra) en zwavel in pootaardappelen KW 362 Door: ing. H.W.G. Floot Inleiding Ammoniumpolyfosfaat (APP) is een vloeibare meststof die zowel stikstof als fosfaat
Nadere informatieAARDAPPELEN. nr variëteit maat zaadhuis. 1 Agria Bioselect Agrico/Binst. 2 Biogold Van Rijn. 3 Charlotte Bio Terra (Binst)
AARDAPPELEN 1 Proefopzet Variëteitenproef in samenwerking met het PCBT te Beitem. Doel is om samen met het PCBT op zoek te gaan naar variëteiten die geschikt zijn voor de biologische teeltwijze. Hiertoe
Nadere informatieDOPERWT vergelijking efficiëntie fungiciden tegen valse meeldauw
DOPERWT vergelijking efficiëntie fungiciden tegen valse meeldauw Vergelijking van de efficiëntie van fungiciden tegen valse meeldauw in groene erwt - eigen onderzoek 1 Efficiëntie van middelen tegen valse
Nadere informatieMaaimeststof: een volwaardig alternatief voor stalmest? Inleiding Doel en context Proefopzet Inagro ILVO (a) (b) Figuur 1 Tabel 1
Maaimeststof: een volwaardig alternatief voor stalmest? Bram Vervisch, Annelies Beeckman, Johan Rapol, Lieven Delanote, Victoria Nelissen, Koen Willekens Inleiding Proeven de voorbije jaren hebben aangetoond
Nadere informatieCRITERIA VOOR HET ONDERZOEK VAN DE RASSEN MET HET OOG OP HUN TOELATING TOT DE CATALOGUS AARDAPPELEN (Solanum tuberosum L.
1/9 CRITERIA VOOR HET ONDERZOEK VAN DE RASSEN MET HET OOG OP HUN TOELATING TOT DE CATALOGUS AARDAPPELEN (Solanum tuberosum L.) - 13/12/2013 I ONDERZOEK VAN DE ONDERSCHEIDBAARHEID, DE HOMOGENITEIT EN DE
Nadere informatieAgrometeorologische Berichten Situatie op 1 september 2017
15 e jaargang, #3 15 september 2017 Samenvatting Agrometeorologische Berichten Situatie op 1 september 2017 Na een erg droog voorjaar volgde in juli en augustus gelukkig normaal zomerweer. Toch is in sommige
Nadere informatieRijenbemesting en fractioneren 2012
Rijenbemesting en fractioneren 2012 V. De Blauwer (Inagro), J. Bries (BDB), M. Goeminne (PCA) Samenvatting Het nitraatresidu ligt na de teelt van aardappelen vaak te hoog. Aardappelen springen namelijk
Nadere informatieProgramma voor vandaag:
Aardappelteelt Programma voor vandaag: Standdichtheid en benodigde hoeveelheid pootgoed Bemesting van aardappelen Opdrachten no.2 Pauze 10:30 10:45 PowerPoint presentatie / werk in groepen Opdrachten no.
Nadere informatieNieuwe rassen dienen zich aan
Nieuwe rassen dienen zich aan L. Delanote (Inagro), J. Rapol (Inagro) Samenvatting Rassenkeuze is het belangrijkste wapen tegen aardappelplaag in de biologische teelt. Sarpo Mira, Bionica en Toluca hebben
Nadere informatieWaarschuwingsdienst aardappelziekte PCA
Waarschuwingsdienst aardappelziekte PCA P. Vanhaverbeke (PCA) Samenvatting Vroege aantastingen van de aardappelziekte mochten ons eigenlijk niet verbazen in 2014: de winter was recordzacht, van echte vrieskou
Nadere informatie5.1 Opbrengst en kwaliteit van halfvroege en late rassen
5.1 Opbrengst en kwaliteit van halfvroege en late rassen V. De Blauwer (PCA), A. Demeyere (VOADLO), P. Vermeulen (VTI), D. Martens (LTCW), J. Fagard (PIBO) Samenvatting Kenmerkend voor 2010 was het koude
Nadere informatieProefresultaten zoete aardappel 2017
Proefresultaten zoete aardappel 2017 Zoete aardappel doet het goed in Vlaamse grond Proefcentrum Herent voerde in 2017 een rassenproef uit waarbij de opbrengst van verschillende rassen bataat nagegaan
Nadere informatieDoel van het onderzoek
Doel van het onderzoek Compost is een veel gebruikte bodemverbeteraar in meerdere teelten. Diverse soorten zijn verkrijgbaar, waarbij aan sommige soorten middels extra doorgroeien met micro-organismen,
Nadere informatie5.1 Opbrengst en kwaliteit van halfvroege en late rassen
5.1 Opbrengst en kwaliteit van halfvroege en late rassen V. De Blauwer (PCA), A. Demeyere (VOADLO), P. Vermeulen (VTI), D. Martens (LTCW), D. Cauffman (PIBO) Samenvatting Kenmerkend voor 2011 was het droge
Nadere informatieOpbrengst en kwaliteit van halfvroege en late rassen
Opbrengst en kwaliteit van halfvroege en late rassen V. De Blauwer (Inagro), A. Demeyere (VOADLO), P. Vermeulen (VTI), D. Martens (LTCW), D. Cauffman (PIBO) Samenvatting Met uitzondering van één proefperceel
Nadere informatieProefresultaten zoete aardappel 2016
Proefresultaten zoete aardappel 2016 Zoete aardappel, een veelbelovend gewas In het najaar van 2016 werden in Proefcentrum Herent de eerste zoete aardappelen geoogst. Ondanks zijn naam is de zoete aardappel
Nadere informatie1/25/2018. Resultaten druppelirrigatie diverse gewassen. Inleiding. More crop per drop. Wie ben ik en wat is mijn rol
Inleiding Resultaten druppelirrigatie diverse gewassen Sigrid Arends Wie ben ik Over het project Resultaten 2014-2017 Zetmeelaardappelen Consumptieaardappelen Soja Uien/Plantuien Pootaardappelen Samenvatting
Nadere informatieAGRITON INHOUDSOPGAVE:
++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++ INHOUDSOPGAVE: 1. Doel proef... 2 2. Proefgegevens.... 2 3. Objecten en spuitdatums.... 3 4. Resultaten... 3 4.1 Algemeen...
Nadere informatieRassenproef biologische aardappelteelt (2016)
Rassenproef biologische aardappelteelt (2016) K. Dewaele (Inagro), L. Delanote (Inagro), J. Rapol (Inagro) Samenvatting De aardappelrassen overwonnen in de rassenproef bio aardappel 2016 onder meer wateroverlast,
Nadere informatieVerslag. Voorkiemproef aardappelen biologische teelt 2004 (1)
Interprovinciaal Proefcentrum voor de Biologische Teelt (P.C.B.T.) v.z.w. Ieperseweg 87 8800 RUMBEKE Tel. : 051/26 14 00 Fax. : 051/24 00 20 e-mail : povlt.pcbt@west-vlaanderen.be Verslag Voorkiemproef
Nadere informatieBEMESTING WINTERTARWE (Tekst uit LCG-Brochure Granen Oogst 2009)
BEMESTING WINTERTARWE (Tekst uit LCG-Brochure Granen Oogst 2009) Let wel: de proeven aangelegd door het LCG in 2009 werden uitgevoerd conform de bemestingsnormen die van kracht waren in 2009. Deze bemestingsnormen
Nadere informatieZaaibed of tray: ga uit van een kwalitatieve plant
Planttype en plantkwaliteit late herfstprei Zaaibed of tray: ga uit van een kwalitatieve plant Lieven Delanote, Karel Dewaele, Philippe France Een aantal biologische telers kweekt zelf zijn preiplanten
Nadere informatieOnderzoek naar bruikbare herbiciden in knolbegonia
Onderzoek naar bruikbare herbiciden in knolbegonia Vervolgonderzoek in 2005 P.J. van Leeuwen, A.Th.J. Koster en J.P.T. Trompert Praktijkonderzoek Plant & Omgeving B.V. Sector Bloembollen maart 2006 PPO
Nadere informatieSNIJBOON ONDER GLAS 2015
SNIJBOON ONDER GLAS 215 1. Snijboon - vergelijking stengelheid en frequentie TOAGLA15SJB_TT1 Doel van de proef Bepalen wat de invloed is van de stengelheid en de frequentie van ken op de arbeidsduur en
Nadere informatie2 BEMESTING WINTERTARWE
2 BEMESTING WINTERTARWE 2.1 Bekalking, basisbemesting en stikstofbemesting in wintertarwe W. Odeurs 1, J. Bries 1 Een beredeneerde bemesting is een belangrijke teelttechnische factor voor het bekomen van
Nadere informatieProefopzet In tabel 1 zijn enkele gegevens over het proefveld weergegeven.
13 Het effect van N-bodembemesting al of niet in combinatie met N-bladbemesting met Urean op de opbrengst van consumptieaardappelen Door Ir. H.J. Russchen, Ing. A. Mager (ALTIC) Inleiding In 26 is door
Nadere informatieBEMESTING WINTERTARWE (Tekst uit LCG-Brochure Granen Oogst 2009)
- 1 - BEMESTING WINTERTARWE (Tekst uit ) Let wel: de proeven aangelegd door het LCG in 2009 werden uitgevoerd conform de bemestingsnormen die van kracht waren in 2009. Deze bemestingsnormen van 2009 zijn
Nadere informatieRhizoctoniabestrijding in de teelt van biologische pootaardappelen KW0721 Door: Ing. W.S. Veldman
Rhizoctoniabestrijding in de teelt van biologische pootaardappelen KW0721 Door: Ing. W.S. Veldman Inleiding In 2007 werd door SPNA op de locatie Proefboerderij Kollumerwaard, Munnekezijl, een proef uitgevoerd
Nadere informatieAardappelen: meer dynamiek, minder nutriënten
Aardappelen: meer dynamiek, minder nutriënten 2 maart 27 Ir. Veerle De Blauwer Inhoud Situtatieschets bij aardappelen Toegepaste technieken Resultaten Conclusies Reststikstof Kg NO 3 - N/ha 24 (x12) 25
Nadere informatieInhoudsopgave: AGRITON
++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++ Inhoudsopgave: 1. Doel proef.... 2 2. Proefgegevens.... 2 3. Objecten.... 2 4. Resultaten.... 4 4.1 Algemeen.... 4 4.2 Resultaten
Nadere informatieDe inflatie zakte in juni nog tot 1,5 punten. De daaropvolgende maanden steeg de inflatie tot 2,0 in augustus (Bron: NBB).
NOTARISBAROMETER VASTGOED WWW.NOTARIS.BE T3 2017 Barometer 34 MACRO-ECONOMISCH Het consumentenvertrouwen trekt sinds juli terug aan, de indicator stijgt van -2 in juni naar 2 in juli en bereikte hiermee
Nadere informatieDOPERWT vergelijking efficiëntie fungiciden tegen valse meeldauw
DOPERWT vergelijking efficiëntie fungiciden tegen valse meeldauw Vergelijking van de efficiëntie van fungiciden tegen valse meeldauw in groene erwt - eigen onderzoek 1 Efficiëntie van middelen tegen valse
Nadere informatieBodembevochtiging Transformer. Aaldrik Venhuizen
Bodembevochtiging Transformer Aaldrik Venhuizen Waterafstotendheid van de bodem Oorzaken Classificatie Ervaringen in NL Proefblokken in zetmeelaardappel PPO Vredepeel Vervolg 2014 film niet waterafstotend
Nadere informatieEffectiviteit en toepasbaarheid van Pentakeep Super in een vollegrondsteelt aardbeien
Effectiviteit en toepasbaarheid van Pentakeep Super in een vollegrondsteelt aardbeien Aardbeiendemodag 2014 DLV Plant Postbus 6207 5960 AE Horst Expeditiestraat 16 a 5961 PX Horst T 077 398 75 00 F 077
Nadere informatieSterke rassen weerstaan hoge plaagdruk (2014)
Sterke rassen weerstaan hoge plaagdruk (2014) K.. Dewaele (Inagro), L. Delanote (Inagro), J. Rapol (Inagro) Samenvatting In 2014 zorgde de vroege en zeer hoge plaagdruk voor een grondige selectie in de
Nadere informatieRassenproef biologische quinoa 2018
Rassenproef biologische quinoa 2018 Karel Dewaele, Lieven Delanote, Brecht Vandenbroucke, Inagro Context Quinoa is door zijn unieke eigenschappen een gewas met een brede waaier aan toepassingsmogelijkheden,
Nadere informatieRest-N praktijkpercelen. Ondiep en lui wortelstelsel. Rijenbemesting en/of fractioneren? Dé oplossing? Stikstof plaatsen in de rij.
Rest-N praktijkpercelen 400 350 Rijenbemesting en/of fractioneren? Dé oplossing? Veerle De Blauwer Rest-N (kg N/ha) 300 250 200 150 100 50 0 157 174 159 125 130 120 115 109 81 96 2004 2005 2006 2007 2008
Nadere informatieBewaarseizoen Doorwas, natrot en phytophthora
Bewaarseizoen 2010 Doorwas, natrot en phytophthora Temperatuurafwijking t.o.v. gem. Neerslagtekort Van neerslagtekort naar wateroverlast Foto: Sytze Bakker Regen na warme periode: doorwas Hoge temperaturen
Nadere informatieHet beste tijdstip om grasland te vernieuwen
Het beste tijdstip om grasland te vernieuwen Auteur Alex De Vliegher 16/04/2014 www.lcvvzw.be 2 / 7 INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave... 3 Wanneer grasland vernieuwen in het najaar? Wanneer in het voorjaar?...
Nadere informatieBemesting in maïs. Oktober 2011
Bemesting in maïs uitgevoerd in opdracht van: Agriton BV Oktober 2011 Proefnummer: 11647 Oktober 2011 H. de Vries Proeftuin Zwaagdijk Tolweg 13 1681 ND Zwaagdijk-Oost Telefoon +31 (228) 56 31 64 Fax +31
Nadere informatieEffecten van zwavel, borium en mangaan bij de teelt van zetmeelaardappelen
Effecten van zwavel, borium en mangaan bij de teelt van zetmeelaardappelen Inleiding In opdracht van het Productschap Akkerbouw (PA) voerden HLB B.V., BLGG AgroXpertus en NMI een tweejarig onderzoeksproject
Nadere informatieRASSENKEUZE BIOLOGISCHE AARDAPPELEN. Lieven Delanote, Karel Dewaele - Inagro
RASSENKEUZE BIOLOGISCHE AARDAPPELEN Lieven Delanote, Karel Dewaele - Inagro Bio in Vlaanderen - consumptie Aardappelen vers: > 5 % marktaandeel Voorbije 5 jaar x 2 2 Biologische teelt EU Lastenboek Bio
Nadere informatieRassenproef aardappelen biologische teelt 2016: Plaagresistent aanbod breidt fors uit
Rassenproef aardappelen biologische teelt 2016: Plaagresistent aanbod breidt fors uit Karel Dewaele, Lieven Delanote, Johan Rapol, Inagro De aardappelrassen overwonnen in de rassenproef bio aardappel 2016
Nadere informatie3. Rassenproef knolvenkel voorjaarsteelt
3. Rassenproef knolvenkel voorjaarsteelt 3.1 Doel In deze proef werden diverse rassen vergeleken in de vroege teelt voor wat betreft, plant- en gewaskenmerken, ziektegevoeligheid, alsook oogst- en opbrengstgegevens.
Nadere informatieRassenkeuze erwten en veldbonen in combinatie met triticale
Rassenkeuze erwten en veldbonen in combinatie met triticale Annelies Beeckman, Karel Dewaele, Lieven Delanote In de zoektocht naar een hogere bedrijfseigen eiwitproductie voert Inagro reeds enkele jaren
Nadere informatieGroeikracht nieuwe zetmeelaardappelrassen. Kees Bus
Groeikracht nieuwe zetmeelaardappelrassen Kees Bus Praktijkonderzoek Plant & Omgeving B.V. Business-unit Akkerbouw, Groene ruimte en Vollegrondsgroente PPO nr 510269 februari 2006 2006 Wageningen, Praktijkonderzoek
Nadere informatieNieuwe rassen dienen zich aan
Rassenproef aardappelen biologische teelt 2013 Nieuwe rassen dienen zich aan Lieven Delanote, Johan Rapol Rassenkeuze blijft het belangrijkste wapen tegen aardappelplaag in de biologische teelt. De voorbije
Nadere informatieOnderzoek naar effect van zaad primen en vroeg zaaien op opbrengst cichorei; verslag 2006 en eindverslag. Ir. L. van den Brink
Onderzoek naar effect van zaad primen en vroeg zaaien op opbrengst cichorei; verslag 2006 en eindverslag Ir. L. van den Brink Praktijkonderzoek Plant & Omgeving B.V. Business-unit Akkerbouw, Groene Ruimte
Nadere informatie4.17. ORGANISCHE BODEMVERBETERING - LANGE TERMIJNPROEF SEIZOEN 2002 (TWEEDE TEELTJAAR): HERFSTPREI
4.17. ORGANISCHE BODEMVERBETERING LANGE TERMIJNPROEF SEIZOEN 22 (TWEEDE TEELTJAAR): HERFSTPREI (in samenwerking met de Vlaamse Compostorganisatie, VLACO) DOEL In een lange termijnproef wordt de bodemverbeterende
Nadere informatieResultaten praktijkproeven AARDAPPELEN 2018
Resultaten praktijkproeven AARDAPPELEN 2018 VRIJ TECHNISCH INSTITUUT Land- en Tuinbouw Proefbedrijf Schipvaarthoeve Boeschepestraat 44 Schipvaartweg 8 8970 Poperinge 8970 Poperinge Tel. 057/ 34 65 55 Patrick.vermeulen@vsop.be
Nadere informatieRassenproef biologische triticale : Droogte staat goede opbrengst niet in de weg
Rassenproef biologische triticale 2014-2015: Droogte staat goede opbrengst niet in de weg Karel Dewaele, Lieven Delanote, Inagro Gunther Leyssens, PIBO Triticale is met ongeveer 250 ha het belangrijkste
Nadere informatieInvloed plantversterkers op opbrengst en gezondheid gewas in de teelt van pootaardappelen
Invloed plantversterkers op opbrengst en gezondheid gewas in de teelt van pootaardappelen KW 0112 Door: ing. H.W.G. Floot Inleiding In de teelt van biologische aardappelen gelden specifieke regels van
Nadere informatie