Voortgangsrapportage 6 Ketenanalyse Beton BESIX bouwproject Lanaye

Transcriptie

1 Voortgangsrapportage 6 Ketenanalyse Beton BESIX bouwproject Lanaye BESIX Nederland Branch 15 juli 2014 Definitief rapport

2 --

3 BESIX Nederland Branch Trondheim Postbus AA Barendrecht +31 (0) Telefoon +31 (0) Fax info@besix.com Internet Barendrecht KvK Documenttitel Voortgangsrapportage 6 Ketenanalyse Beton BESIX bouwproject Lanaye Status Definitief rapport Datum 15 juli 2014 Projectnaam Voortgangsrapportage CO 2 -Prestatieladder Projectnummer Opdrachtgever BESIX Nederland Branch Referentie Auteur(s) Collegiale toets B. van Wieringen C. Callandt Datum/paraaf.. Vrijgegeven door M. Vijfhuizen Datum/paraaf..

4

5 Inhoudsopgave 1 INLEIDING Inhoud - leeswijzer 2 2 KWANTIFICEREN VAN SCOPE 3 EMISSIES 3 Blz. 3 VOORTGANG ACTUELE CO 2 -REDUCTIE Uitgangssituatie Kwantificeren van scope 3 emissies voor cement Berekening hoeveelheden klinker volgens conventionele situatie Berekening hoeveelheden klinker volgens de werkwijze BESIX 7 4 RESULTATEN EN TOETSING VAN DE BEHAALDE RESULATEN MET DE VASTGELEGDE DOELSTELLINGEN Behaalde resultaten Toetsing van de resultaten aan de vastgelegde doelstellingen 11 Definitief rapport - v - 15 juli 2014

6

7 1 INLEIDING Voor u ligt de zesde tussentijdse rapportage van de voortgang op de reductiemaatregelen ten aanzien van de CO 2 -emissies zoals beschreven in de studie over de productieketen CO 2 Footprint Lanaye project Ketenanalyse Beton van 23 mei 2011 (Ref. 9W ), met herziene versie van 6 november Deze zesde rapportage geeft een overzicht van de behaalde reductieresultaten vanaf het moment dat het project in Lanaye in uitvoering gegaan is in augustus 2011 tot december 2013, zijnde een periode van 29 maanden. De historie van eerdere ketenanalyses en voortgangsrapportages is als volgt: Tabel 1.1: Historie ketenanalyses Beton en voortgangsrapportages Historie ketenanalyse Beton Ketenanalyse Beton 1 ste versie 23/05/2011 Ketenanalyse Beton 1 ste herziening 6/11/2012 Historie voortgangsrapportage Ketenanalyse Beton Voortgangsrapportage Nr. 1 7/10/2011 Voortgangsrapportage Nr. 2 2/08/2012 Voortgangsrapportage Nr. 3 8/11/2012 Voortgangsrapportage Nr. 4 15/05/2013 Voortgangsrapportage Nr. 5 4/10/2013 Voortgangsrapportage Nr. 6 15/07/2014 De ketenanalyse waarop onderliggend document de voortgang van rapporteert, heeft als onderwerp: De vervanging van CEM I portlandcement (klinker) in betonmortel door andere hydraulische bindmiddelen (zoals bijvoorbeeld hoogovenslak) op het project Vierde sluis van Lanaye, met als doel de CO 2 -emissies in de keten te verminderen. De Eis 4.B.2 van de CO 2 -prestatieladder stelt bovendien dat BESIX op basis van de ketenanalyse ten minste halfjaarlijks (intern én extern) de voortgang [rapporteert] ten opzichte van de doelstellingen voor het bedrijf en de projecten waarop CO 2 -gerelateerd gunningvoordeel verkregen is. Aanvullend op de hoofddoelstelling om CEM I portlandcement (dat voor 100% uit klinker bestaat) te vervangen door hoogovencement CEM III/B (dat 77% hoogovenslak bevat 1 ), hebben BESIX en ketenpartner EUREGIO bijkomende doelstellingen/maatregelen ingevoerd om CO 2 -emissiereductie te behalen: 1. Aanlevering van het cement per binnenschip over het water in plaats van per vrachtwagen, met bovendien een kortere afstand; 2. Hergebruik van het grind in het betonmengsel dat vrijgekomen is bij grondwerken op het project; 3. hergebruik van het vrijgekomen zand in het betonmengsel, afkomstig van de grindwinning. In de voortgangsrapportages is het mogelijk om een gedeeltelijke toetsing te doen op de hoofddoelstelling door een vergelijking te maken tussen de BESIX methodiek van 1 Productinformatieblad Ciment de haut fourneau CEM III/B 42,5 N-LH, CBR, februari 2012 Definitief rapport juli 2014

8 vervanging van CEM I en de referentiesituatie zoals in het bestek van het project beschreven, zijnde de toepassing van 100% cementtype CEM I voor gebruik in de betonmortel. 1.1 Inhoud - leeswijzer 2 In Hoofdstuk 2 worden de verschillende parameters op basis van de referentiesituatie herhaald en vergeleken met de situatie wanneer volgens de BESIX methode het cementtype CEM I vervangen wordt door het cementtype CEM III/B. In Hoofdstuk 3 wordt de voortgang ten opzichte van voorgaande periode gegeven, volgens de methodiek zoals die beschreven is in de ketenanalyse Beton van 6 november 2012 (herziening van 23 mei 2011). In Hoofdstuk 4 worden de gestelde doelen uit de ketenanalyse (herziene versie van 6/11/2012) en de eerste Voortgangsrapportage Betonketenstudie BESIX (7/10/2011) getoetst aan deze resultaten. 2 Voor uitleg over de CO 2-prestatieladder en de toepassing hiervan wordt verwezen naar en Hoofdstuk 2 van de herziene versie (6 november 2012) van de rapportage CO 2 footprint Lanaye project - Ketenanalyse Beton 2011(23 mei 2011). Definitief rapport juli 2014

9 2 KWANTIFICEREN VAN SCOPE 3 EMISSIES In dit hoofdstuk wordt de theoretische vergelijking tussen de conventionele methode van uitvoering van de betonwerken ten opzichte van de werkwijze van BESIX op het project Vierde sluis van Lanaye nog eens toegelicht, om de beschrijving van de voortgang, die toegelicht zal worden in hoofdstuk 3 van dit rapport, beter te kunnen begrijpen. Conventionele methode Tabel 2.1: CO 2 berekening grondstoffase volgens de conventionele situatie CO Onderdeel Hoeveelheid CO 2 conversiefactor 2 emissie (ton) Rivierzand m³ 2,8 kg CO 2/m³ 170 Transport rivierzand per truck 60 km Totaal netto gewicht ton 110 g CO 2/tonkm Kraan voor het lossen van zand 500 ton/u Grindbreker on site (bulldozer verdisconteerd in productiefase) 25 l/u g CO 2/l ton 100 ton/u 300 kw 455 g CO 2/kWh 164 Transport grind 30 km 110 g CO 2/tonkm Cement (CEM I) ton 1,07 ton CO 2/ton klinker Transport cement 7 km 110 g CO 2/tonkm 87 Staal ton 640 kg CO 2/ton staal Transport staal 7 km 110 g CO 2/tonkm 18 Totaal Werkwijze BESIX In onderstaande tabel zijn alle onderdelen nogmaals weergegeven met het enige verschil dat de berekening gedaan is volgens de werkwijze van BESIX, met de aangepaste waarden zoals hierboven. Tabel 2.2: CO 2 berekening grondstoffase volgens de werkwijze van BESIX CO Onderdeel Hoeveelheid CO 2 conversiefactor 2 emissie (ton) Rivierzand m³ 2,8 kg CO 2/m³ 0 Transport rivierzand per truck 0 km Totaal netto gewicht g CO 2/tonkm 0 Kraan voor het lossen van zand 500 ton/u Grindbreker on site (bulldozer verdisconteerd in productiefase) 25 l/u g CO 2/l ton 100 ton/u 300 kw 455 g CO 2/kWh 164 Cement (CEM III/B) ton 0,36 ton CO 2/ton klinker Transport cement 3 km 70 g CO 2/tonkm 74 Staal ton 640 kg CO 2/ton staal Transport staal 132 km 110 g CO 2/tonkm 335 Totaal Definitief rapport juli 2014

10 Wanneer ook de emissies voortkomende uit de productiefase en de distributiefase (verpompen van beton d.m.v. betonpomp) in rekening gebracht worden, geeft dit de theoretische waarden voor de CO 2 emissie voor het project Lanaye zoals vermeld in onderstaande tabel. Tabel 2.3: Eindsituatie theoretische vergelijking CO 2 berekening grondstoffase CO 2 emissie (ton) CONVENTIONELE SITUATIE Werkwijze BESIX Grondstoffase Productiefase Distributiefase Gebruiksfase 0 0 Totaal CO 2 Reductie na herziening uitgangssituatie ton CO 2 Eindsituatie project Lanaye Na herziening van deze gegevens, is de totale CO 2 -emissie in de keten van m 3 beton: voor de conventionele situatie ton CO 2 voor de werkwijze van BESIX ton CO 2 Het reductieverbetering bedraagt ton CO 2. Er wordt dus bijna 60% CO 2 emissie bespaard, waarbij de grootste bijdrage (98 99%) wordt geleverd door toepassing van CEM III/B cement i.p.v. CEM I cement. Definitief rapport juli 2014

11 3 VOORTGANG ACTUELE CO 2 -REDUCTIE 3.1 Uitgangssituatie Aangezien bovenstaande studie aangetoond heeft dat voor het project vooral cementvervanging (grondstoffase) een grote invloed heeft op de totale CO 2 reductie (98 99%), en in mindere mate de bijzonderheden in de productie- en distributiefase, wordt bij de volgende voortgangsbepalingen voor het project Lanaye enkel het aspect cementvervanging toegelicht. Zoals beschreven in paragraaf 1 zal de voortgang van de CO 2 reductie gebeuren op basis van: Een periode van 29 maanden (de duur dat het project momenteel in uitvoering is) in vergelijking met de conventionele uitvoeringsmethode zoals beschreven in de samenvatting in bovenstaand hoofdstuk 2 (uit de herziene versie van 6 november 2012 van het rapport CO 2 footprint Lanaye project - Ketenanalyse Beton 2011 van 23 mei 2011); Het CEM III/B cement met een samenstelling van 77% hoogovenslak en 23% portlandklinker, met een conversiefactor op basis van het werkelijke gehalte klinker in het betonrecept van 1,07 kg CO 2 /kg cement. 3.2 Kwantificeren van scope 3 emissies voor cement Tot 31 december 2013 werden onderstaande hoeveelheden beton gebruikt voor de verschillende toepassingen van het project. Hierbij moet echter opgemerkt worden dat op verschillende momenten beton afgenomen is van de betoncentrale van Gravibeton in Flemalle in plaats van de betoncentrale van Euregio op het project, om volgende redenen: de E-modulus / compositie van het beton van Euregio was niet conform BENOR; de betoncentrale van Euregio was niet (tijdig) operationeel of de vereiste leveringshoeveelheid was kleiner dan 100 m³ (wat de minimum hoeveelheid is om de betoncentrale te kunnen opstarten). Tabel 3.1: Betonhoeveelheden per constructie-element geleverd door Euregio en Gravibeton Element Sterkteklasse conform bestek Hoeveelheid beton (m³) 3 Euregio Gravibeton Totaal Betonvloer, tijdelijke voorziening 50 kg/m³ ,5 282, ,0 Betonvloer, tijdelijke voorziening 100 kg/m³ , ,5 Betonvloer, tijdelijke voorziening 150 kg/m³ , ,0 Betonvloer, tijdelijke voorziening 200 kg/m³ ,0 69,0 Betonvloer, tijdelijke voorziening 250 kg/m³ ,5 2,0 52,5 Zuiverheidsbeton / tijdelijke voorziening C16/ ,0 66, ,0 Mager beton RW99 133,5 9,0 142,5 Palen, fundering kaaimuur, kaaimuur C25/ ,5 116, ,5 Slibwand, controlegebouw, keerwand, fundering, kaaimuur C30/ ,4 531, ,4 Balken tijdelijke damwand, kaaimuur C35/45 734,0 22,0 756,0 Brugdek, bovenhoofd sluis C35/ , ,0 Bovenhoofd sluis C40/ ,5 2, ,5 Totaal , , ,9 3 Om verschillende redenen zijn hoeveelheden van deze betonhoeveelheden door de betoncentrale van Gravibeton in Flemalle geleverd i.p.v. de betoncentrale van Euregio op het project (zie 3.2). Definitief rapport juli 2014

12 De oorzaak van de afwijkende betonkwaliteiten inzake E-modulus zou te wijten zijn aan het verschil in type aggregaat (gebroken zandsteenhoudend rolgrind uit Lanaye t.o.v. gebroken kalksteen uit Flemalle). Aanpassing van de betonreceptuur kon dus ook geen oplossing bieden Berekening hoeveelheden klinker volgens conventionele situatie Wanneer volgens de conventionele werkmethode gewerkt zou worden, dus conform bestek, zouden volgende hoeveelheden van het cementtype CEM I (100% klinker, milieuklasse EE4, minimaal 340 kg cement/m³ BENOR) toegepast worden voor de verschillende constructie-elementen. Tabel 3.2: Cementhoeveelheden per constructie-element in de conventionele situatie Element Cementsoort conform bestek Hoeveelheid beton (m³) 4 Hoeveelheid klinker (ton) Gestabiliseerd zand 50 kg/m³ CEM I 1.509,0 75,45 Gestabiliseerd zand 100 kg/m³ CEM I 4.633,5 463,35 Gestabiliseerd zand 150 kg/m³ CEM I 1.161,0 174,15 Gestabiliseerd zand 200 kg/m³ CEM I 69,0 13,80 Gestabiliseerd zand 250 kg/m³ CEM I 52,5 13,13 Zuiverheidsbeton / tijdelijke voorziening CEM I C16/ kg/m³ 6.250, ,00 Mager beton RW99 CEM I 340 kg/m³ 142,5 48,45 Palen, fundering kaaimuur, kaaimuur CEM I C25/ kg/m³ 5.179, ,03 Slibwand, controlegebouw, keerwand, fundering, kaaimuur CEM I C30/ kg/m³ , ,10 Balken tijdelijke damwand, kaaimuur CEM I C35/ kg/m³ 756,0 257,04 Brugdek, bovenhoofd sluis CEM I C35/ kg/m³ 1.203,0 409,02 Bovenhoofd sluis CEM I C40/ kg/m³ 7.168, ,29 Totaal , ,81 In de huidige voortgang van het project, zou er op basis van de hierboven vermelde en tot dusver gestorte hoeveelheden beton een CO 2 -emissiewaarde van ,71 ton zijn, volgens onderstaande berekening: Tabel 3.3 CO 2-emissiewaarde op basis van gebruik van CEM I voor betonhoeveelheden Cementsoort / Grondstof Hoeveelheid klinker CO 2 conversiefactor CO 2 emissie CEM I (100% klinker) ,81 ton 1,07 5 ton CO 2/ton klinker ,71 ton CEM III/B (23% klinker) 0 ton 1,07 6 ton CO 2/ton klinker 0 ton Totaal ,81 ton ,71 ton 4 5 Gecumuleerde hoeveelheden van betoncentrales Euregio en Gravibeton DHV 2010, CO 2 bewust certificaat Van Spijker Infrabouw B.V. Definitief rapport juli 2014

13 3.2.2 Berekening hoeveelheden klinker volgens de werkwijze BESIX Aan de hand van grondig onderzoek heeft BESIX volgende cementsoorten als alternatief voor de betonwerken kunnen voorstellen, met per bouwelement de eerder in tabel 3.1 vermelde gestorte hoeveelheden beton: Tabel 3.4: Cementhoeveelheden per constructie-element volgens werkwijze BESIX - Euregio Element Betoncentrale Euregio Cementsoort conform Hoeveelheid Hoeveelheid bestek beton (m³) klinker (ton) Gestabiliseerd zand 50 kg/m³ CEM III/B ,5 14,10 Gestabiliseerd zand 100 kg/m³ CEM III/B ,5 106,57 Gestabiliseerd zand 150 kg/m³ CEM III/B ,0 40,05 Gestabiliseerd zand 200 kg/m³ CEM III/B 9 69,0 3,17 Gestabiliseerd zand 250 kg/m³ CEM III/B 10 50,5 2,90 Zuiverheidsbeton / tijdelijke voorziening CEM III/B C16/ ,0 284,46 Mager beton RW99 CEM III/B ,5 10,44 Palen, fundering kaaimuur, kaaimuur CEM III/B C25/30 S ,7 72,47 CEM III/B C25/30 S ,0 51,52 CEM III/B C25/30 S ,5 213,94 CEM III/B C25/30 S ,3 77,40 Slibwand, controlegebouw, keerwand, CEM III/B C30/37 S ,0 899,21 fundering, kaaimuur CEM III/B C30/37 S , ,23 CEM III/B C30/37 S , ,57 CEM III/B C30/37 S ,0 141,82 CEM III/B C30/37 RW ,0 3,05 Balken tijdelijke damwand, kaaimuur CEM III/B C35/ ,0 57,40 Brugdek, bovenhoofd sluis CEM III/A C35/ ,0 0,00 Bovenhoofd sluis CEM III/B C40/ ,0 445,00 CEM III/B C40/ ,0 16,93 CEM III/B C40/ ,5 197,39 Totaal , , kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak 100 kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak 150 kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak 200 kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak 250 kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak 200 kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak kg/m³ cement, waarvan 50% klinker en 47% hoogovenslak kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak 400 kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak 400 kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak Definitief rapport juli 2014

14 Tabel 3.5: Cementhoeveelheden per constructie-element volgens werkwijze BESIX - Gravibeton Element Betoncentrale Gravibeton Cementsoort conform bestek Hoeveelheid beton (m³) Hoeveelheid klinker (ton) Gestabiliseerd zand 50 kg/m³ CEM III/B ,5 3,25 Gestabiliseerd zand 250 kg/m³ CEM III/B 28 2,0 0,12 Zuiverheidsbeton / tijdelijke voorziening CEM III/B C16/ ,0 3,95 Mager beton RW99 (200 kg) CEM III/B 30 9,0 0,41 Palen, fundering kaaimuur, kaaimuur CEM III/B C25/30 S ,0 1,56 CEM III/B C25/30 S ,0 5,00 CEM III/B C25/30 S3 33 8,0 0,63 CEM III/B C25/30 S ,0 2,17 Slibwand, controlegebouw, keerwand, CEM III/B C30/37 EE3 S ,0 2,97 fundering, kaaimuur CEM III/B C30/37 EE3 S ,0 13,97 CEM III/B C30/37 EE3 S ,0 0,74 CEM III/B C30/37 EA2 S ,5 3,38 CEM III/B C30/37 EE3 S3 39 7,0 0,52 CEM III/B C30/37 EE3 S ,5 3,10 CEM III/B C30/37 EE3 S ,0 5,20 CEM III/B C30/37 EE3 F ,0 10,63 Balken tijdelijke damwand, kaaimuur CEM III/B C35/45 S ,0 1,72 Brugdek, bovenhoofd sluis CEM III/A C35/ ,0 204,51 Bovenhoofd sluis CEM III/B C40/ ,0 0,18 Totaal Betoncentrale Gravibeton 2.233,5 264,01 Totaal Betoncentrale Euregio (tabel 3.4) , ,62 TOTAAL , , kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak 250 kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak 260 kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak 200 kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak 340 kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak 340 kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak 340 kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak 393 kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak 323 kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak type B 323 kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak type B 323 kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak 323 kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak 323 kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak 350 kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak 323 kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak 340 kg/m³ cement, waarvan 50% klinker en 47% hoogovenslak 400 kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak Definitief rapport juli 2014

15 Als gevolg van de wisselende karakteristieken van het te hergebruiken zeefzand (afkomstig van het gewonnen grind), was men in sommige gevallen genoodzaakt, w.b. de betonproductie van de Euregio betoncentrale, het cementgehalte (CEM III/B) bij sommige batches met 25 kg per kubieke meter beton te verhogen om de juiste verwerkbaarheid te verkrijgen. Dit is echter niet het geval geweest voor de betonproductie van de Gravibeton betoncentrale in Flemalle. Deze toevoegingen hebben uiteraard tot gevolg gehad dat de totale hoeveelheid gebruikt cement over de gehele betrokken periode toenam. Tabel 3.6: Cementhoeveelheden bij toevoeging van cement voor goede verwerkbaarheid Element Cementsoort conform bestek Hoeveelheid beton (m³) Hoeveelheid klinker (ton) Totaal tabel 3.5 CEM III/B 42,5 NLH HSR LA , ,63 Toevoeging 25 kg/m³ beton CEM III/B 42,5 NLH HSR LA ,3 9,08 Totaal , ,71 In de huidige voortgang van het project, komt er op basis van de hierboven vermelde en tot dusver gestorte hoeveelheden beton een CO 2 -emissie van 9.720,56 ton vrij, volgens onderstaande berekening: Tabel 3.7: CO 2-emissiewaarde op basis van gebruik van CEM III/B voor betonhoeveelheden Cementsoort / Grondstof Hoeveelheid klinker CO 2 conversiefactor CO 2 emissie CEM I (100% klinker) 0 ton 1,07 47 ton CO 2/ton klinker 0 ton CEM III/B (23% klinker) 8.889,20 ton 1,07 ton CO 2/ton klinker 9.511,44 ton CEM III/A (50% klinker) 204,51 ton 1,07 ton CO 2/ton klinker 218,83 ton Totaal 9.093,71 ton 9.730,27 ton Aangezien de betonhoeveelheden van tabel 3.5 uit de betoncentrale van Gravibeton in Flemalle afkomstig zijn, moet voor de berekening van de totale CO 2 -uitstoot van de betreffende periode ook de CO 2 -uitstoot van het transport van Flemalle tot Lanaye in de berekening meegenomen worden. Tabel 3.8: CO 2-uitstoot als gevolg van betontransport per vrachtwagen Onderdeel Hoeveelheid CO 2 conversiefactor CO 2 emissie Transport stortbeton per mixertruck 41 km 48 ton Totaal volume beton 2.233,5 m³ ton Totaal netto gewicht beton 4.020,3 ton g CO 2/tonkm 27,20 ton Totaal 27,20 ton Concluderend, in de huidige voortgang van het project, bedraagt de CO 2 -emissie 9.757,47 ton (op basis van de hierboven vermelde en tot dusver gestorte hoeveelheden beton, inclusief het transport voor het in Flemalle geproduceerde beton): kg/m³ cement, waarvan 23% klinker en 77% hoogovenslak DHV 2010, CO 2 bewust certificaat Van Spijker Infrabouw B.V. Bron: Google Maps 49 1 m³ beton = 1,8 ton beton Definitief rapport juli 2014

16 Tabel 3.9: Totale CO 2-uitstoot (als gevolg van betontransport per vrachtwagen) Omschrijving CO 2 emissie (ton) Totaal tabel CO 2-emissiewaarde op basis van gebruik van CEM III/B 9.730,27 Totaal tabel Transport van in Flemalle geproduceerd beton 27,20 Totaal 9.757,47 In de huidige voortgang van het project, komt er op basis van de hierboven vermelde en tot dusver gestorte hoeveelheden beton een CO 2 -emissie van 9.757,47 ton vrij. 3.3 Resultaten CO 2 -emissie werkwijze BESIX ten opzichte van de conventionele methode De toepassing van CEM III/B in de werkwijze van BESIX ten opzichte van de conventionele situatie met gebruik van CEM I levert voor de thans toegepaste hoeveelheden beton een besparing van klinker op van: , ,71 = ,1 ton klinker. Deze besparing uitgedrukt in hoeveelheid CO 2 -emissiereductie betekent een besparing van: , ,47 = ,24 ton CO 2, wat neerkomt op 76,9% CO 2 reductie. Deze reductie is exact gelijk aan de reductie van voorgaande periode van augustus 2011 tot einde juni Met het huidige resultaat wordt echter in ruime mate voldaan aan de eerder gestelde doelstellingen 50, welke de volgende zijn: 1. Algemene doelstelling om beton met een zo laag mogelijke CO2 uitstoot te produceren en toe te passen; 2. Een specifieke doelstelling voor CO 2 -reductie van minimaal 25%, voor projecten waar de mogelijkheid binnen het contract met de klant bestaat om een eigen studie naar betonsamenstelling te doen, conform de eisen van de klant en de betonnorm(en) voor soortgelijke projecten over een periode van 3 jaar. 50 Eerste Voortgangsrapportage Betonketenstudie BESIX, 7 oktober Definitief rapport juli 2014

17 4 RESULTATEN EN TOETSING VAN DE BEHAALDE RESULATEN MET DE VASTGELEGDE DOELSTELLINGEN 4.1 Behaalde resultaten Door het aanbieden en uitvoeren van een alternatief op de door het bestek opgelegde betonrecepten, heeft BESIX tot dusver bij een voorlopige hoeveelheid van ,9 m³ gestort beton een CO 2 emissiereductie van: , ,47 = ,24 ton CO 2 kunnen realiseren: een besparing van 76,9% 4.2 Toetsing van de resultaten aan de vastgelegde doelstellingen Wanneer we dit resultaat van 76,9% naast de vooropgestelde doelstelling zetten, zijnde: een CO 2 -reductie van minimaal 25%, ten opzichte van de gemiddelde waarde van de conventionele methode van soortgelijke projecten 51 over een periode van 3 jaar, blijkt dat volgens de huidige gegevens deze doelstelling ruimschoots gehaald zal worden. Desalniettemin moet de projectleiding verdere verbetering nastreven, waarbij aan maatregelen op volgende gebieden gedacht kan worden: optimaliseren van de granulometrie van het hergebruikte zeefzand (afkomstig van het gewonnen grind) om de vereiste typen beton op de centrale van Euregio te kunnen produceren; het gebruik van oud beton in nieuw beton; voorkomen van uitval en productieafval; het gebruik van gecertificeerde groene stroom; brandstof voor werfmaterieel vervangen door biodiesel; transportafstanden verkleinen; beladingsgraad verhogen. De dieselstroomgroep voor elektriciteitsproductie is inmiddels vervangen door een aansluiting op het elektriciteitsnetwerk, wat een extra reductie van de uitstoot van CO 2 betekent. 51 Projecten waar de mogelijkheid binnen het contract met de klant bestaat om een eigen studie naar betonsamenstelling te doen, conform de eisen van de klant en de betonnormen. Definitief rapport juli 2014