Oorspronkelijke stukken. h.m.zonderland, t.l.pope en a.j.nieborg
|
|
- Augusta Hendrickx
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Oorspronkelijke stukken De voorspellende waarde van classificatie van mammografie-uitslagen volgens het Breast imaging reporting and data system (BI-RADS): retrospectief follow-uponderzoek in een ziekenhuispopulatie h.m.zonderland, t.l.pope en a.j.nieborg In 2000 is door het Kwaliteitsinstituut voor de Gezondheidszorg CBO (CBO) een nieuwe richtlijn uitgegeven ten behoeve van de screening en diagnostiek van het mammacarcinoom. 1 Verreweg de belangrijkste aanbevelingen in deze richtlijn vormen de implementatie van de mammapolikliniek en het mammateam. Ook wordt in de richtlijn gewezen op het belang van continue kwaliteitscontrole ten behoeve van een hogere kwaliteit van zorg voor vrouwen bij wie een mammacarcinoom wordt vermoed. Een belangrijke eis is dat er een verband wordt gelegd tussen de klinische, radiologische en histologische bevindingen als onderdelen van de tripeldiagnostiek. Daarvoor is een heldere en systematische verslaglegging onontbeerlijk. Verslagen dienen te worden afgesloten met een conclusie en een advies, waarbij een classificatie in algemeen aanvaarde categorieën moet worden toegepast. 2 Voor de radioloog is deze classificatie gebaseerd op het Breast imaging reporting and data system (BI- RADS). 3 Dit werd in 1993 ontwikkeld in de Verenigde Staten door het American College of Radiology, met als doel de terminologie bij de beschrijving van een mammografisch onderzoek te standaardiseren, compleet met conclusie en classificatie in verschillende eindcategorieen. Op dit moment is ook de aanvulling met betrekking tot de echografie voltooid. 4 In deze eindcategorieën geeft de radioloog als het ware een inschatting van de kans op maligniteit. Deze eindcategorieën en een korte omschrijving daarvan zijn weergegeven in tabel 1. Door ze te koppelen aan de uiteindelijke diagnose kan worden berekend wat de opbrengst is aan maligniteiten per BI- RADS-eindcategorie. Dit wordt in de BI-RADS-atlas de positief voorspellende waarde voor maligniteit (PVW) van de eindcategorieën genoemd. Hiermee kunnen de BI-RADS-eindcategorieën ook worden ingezet bij de kwaliteitsbewaking. *Dit onderzoek werd eerder gepubliceerd in European Radiology (2004;14: ) met als titel The positive predictive value of the breast imaging reporting and data system (BI-RADS) as a method of quality assessment in breast imaging in a hospital population. Leids Universitair Medisch Centrum, afd. Radiologie, Postbus 9600, 2300 RC Leiden. Mw.dr.H.M.Zonderland, radioloog; hr.a.j.nieborg, datamanager. Medical University of South Carolina, dept. Radiology, Charleston, S.C., Verenigde Staten. Hr.dr.T.L.Pope, radioloog. Correspondentieadres: mw.dr.h.m.zonderland (h.m.zonderland@lumc.nl). samenvatting Doel. De bepaling van de positief voorspellende waarde (PVW) voor borstkanker van de eindcategorieën van mammografieverslagen, zoals aanbevolen in het Breast imaging reporting and data system (BI-RADS) ten behoeve van kwaliteitsbewaking. Opzet. Retrospectieve follow-upstudie. Methode. In de periode juni 2000-mei 2001 werden 2762 mammografieën verricht; 654 (23,7%) werden aangevuld met echografie, die werd betrokken bij de eindconclusie. Het verslag werd afgesloten met een eindcategorie volgens de BI- RADS-classificatie, waarmee een inschatting van de kans op maligniteit werd gegeven. Follow-upgegevens werden verkregen via het Ziekenhuis Informatie Systeem (pathologiediagnose: n = 215; resultaten van aanvullend onderzoek: n = 1477) en het Pathologisch-Anatomisch Landelijk Geautomatiseerd Archief (PALGA) (n = 1070). Resultaten. De prevalentie van het mammacarcinoom was 4,1%; er waren 17 fout-negatieve diagnosen. De PVW van categorie BI-RADS 1 ( normaal ) was 0,3%, van categorie BI- RADS 2 ( benigne ) 0,6%, van categorie BI-RADS 3 ( waarschijnlijk benigne ) 3,9%, van categorie BI-RADS 4 ( verdachte bevinding ) 52,7% en BI-RADS 5 ( zeer verdachte bevinding ) 100%. De waarden van de laatste drie categorieën lagen hoger dan in de Amerikaanse literatuur. Dit kon deels worden verklaard door een verschil in benadering: hier lag meer nadruk op het vermijden van onnodige ingrepen bij een foutpositieve bevinding, terwijl in de VS het risico op een foutnegatief onderzoek zwaarder weegt. Conclusie. Het toepassen van de BI-RADS-categorieën gaf naast duidelijkheid in de patiëntenzorg ook inzicht in de bijdrage van de radiologie binnen het mammateam. De BI-RADS-classificatie werd in het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC) ingevoerd medio Wij gingen na hoe de verdeling was van de eindcategorieën over onze patiëntenpopulatie en wij berekenden de PVW s voor maligniteit van de eindcategorieën. patiënten en methoden Patiënten. De follow-upstudie werd uitgevoerd over de periode 1 juni mei In totaal werden 2762 onderzoeken geïncludeerd. Het betrof alle vrouwelijke patiënten bij wie mammografie werd verricht, al dan niet aangevuld met echografie, met als indicatie het aantonen of uitsluiten van maligniteit. Mammografieën met betrekking tot de controle van siliconenprothesen of de reactie op chemotherapie werden buiten beschouwing gelaten. De gemiddelde leeftijd van de patiënten was 51 jaar (uitersten: 21-92). Ned Tijdschr Geneeskd oktober;148(42) 2077
2 TABEL 1. Breast imaging reporting and data system (BI-RADS): categorieën voor de radiologische verslaglegging van mammografisch onderzoek met korte omschrijving 3 BI-RADS- conclusie omschrijving aanbeveling categorie 0 incompleet onderzoek aanvullende diagnostiek (detailopnamen, aanvullend onderzoek verrichten vergrotingsopnamen of echografie) of vergelijking met oude foto s van elders is noodzakelijk 1 normaal mammogram geen commentaar expectatief beleid 2 benigne bevinding eenduidig benigne bevinding, bijvoorbeeld expectatief beleid grof verkalkt fibroadenoom, typische mastopathische microcalcificaties of cysten 3 waarschijnlijk benigne de radioloog denkt dat de bevinding benigne vervolgonderzoek, de termijn moet bevinding is, maar wil dit bevestigd zien, bijvoorbeeld worden aangegeven; indien de bij een ovale, vrijwel geheel glad begrensde afwijking toegankelijk is voor afwijking, een klein groepje rond-ovale echogeleide cytologische punctie microcalcificaties of een subtiele verstoring kan hiermee worden volstaan van de architectuur 4 verdachte bevinding geen typisch benigne of maligne kenmerken, histologisch onderzoek maar maligniteit kan niet worden uitgesloten, bijvoorbeeld bij een onscherp begrensde afwijking of een groepje polymorfe microcalcificaties 5 zeer verdachte bevinding radiologische kenmerken van maligniteit, histologisch onderzoek bijvoorbeeld stervormige afwijking met uitlopers, microcalcificaties van het casting type *, secundaire huid- en tepelintrekking *Microcalcificaties van het casting type zijn irregulaire, gefragmenteerde microcalcificaties, als het ware afgietsels van een intraductaal carcinoom. Van de geïncludeerde mammogrammen werden er 654 (23,7%) aangevuld met echografie, ter nadere evaluatie van een palpabele afwijking of ter nadere specificatie van een afwijking op het mammogram conform de CBO-richtlijn. 1 Als na de mammografie ook echografie had plaatsgevonden, was de eindcategorie gebaseerd op het resultaat van beide technieken. BI-RADS-categorieën. BI-RADS-categorie 0 werd uitsluitend als een voorlopige uitslag toegepast. Uiteindelijk werd ieder compleet onderzoek steeds afgesloten met een BI-RADS 1 of hoger. Bij patiënten met een BI-RADS 1 of 2 werd een expectatief beleid gevolgd. Bij BI-RADS-3-afwijkingen werd vervolgonderzoek geadviseerd. Afwijkingen die echografisch in beeld kwamen, bijvoorbeeld die waarbij een fibroadenoom werd vermoed, ondergingen aansluitend een cytologische punctie. Als de uitslag conform het vermoeden was, kwam verder vervolgonderzoek te vervallen. Ook de eerste postoperatieve controles na een mammasparende behandeling kregen als eindcategorie BI-RADS 3. Bij afwijkingen met uitslag BI-RADS 4 of 5 werd zo mogelijk aansluitend cytologisch en histologisch onderzoek verricht. Het cytologisch onderzoek werd in deze categorieën gebruikt ten behoeve van de sneldiagnostiek. Op de wekelijkse multidisciplinaire bespreking werden alle onderzoeken met een eindcategorie BI- RADS 4 of 5 besproken, alsmede overige probleemgevallen. Mede op grond van het klinisch onderzoek en de pathologie-uitslagen werd nu het verdere beleid bepaald. Soms werd afgeweken van de uit de BI-RADSeindcategorie voortvloeiende aanbeveling. Aan de hand van het Ziekenhuis Informatie Systeem werd nagegaan bij hoeveel patiënten een weefseldiagnose werd verkregen en of er een follow-uponderzoek beschikbaar was. Voor de patiënten bij wie geen followupgegevens in het Ziekenhuis Informatie Systeem beschikbaar waren, werd gebruikgemaakt van het Pathologisch-Anatomisch Landelijk Geautomatiseerd Archief (PALGA). De gegevens werden door PALGA anoniem TABEL 2. Positief voorspellende waarde (PVW) voor mammacarcinoom per mammografische uitslag weergegeven als eindcategorie van het Breast imaging reporting and data system (BI-RADS), op grond van de bevindingen bij 2762 vrouwen BI-RADS- onderzoeken aantal carcinomen (%) PVW* (95%-BI) categorie n (%) (55,8) 5/1542 (0,3) 0,3 (0,04-0,6) (33,8) 6/935 (0,6) 0,6 (0,13-1,15) (5,6) 6/154 (3,9) 3,9 (0,8-7,0) 4 74 (2,6) 39/74 (52,7) 52,7 (41,3-64,1) 5 57 (2,1) 57/57 (100) of 5 96/131 (73,3) 73,3 (65,7-80,1) totaal 2762 (100) 113/2762 (0,041) *PVW = aantal maligniteiten per BI-RADS-categorie/aantal onderzoeken 100%. De PVW in de BI-RADS-3-categorie was significant groter dan in BI-RADS-categorieën 1 en 2 (p 0,01) Ned Tijdschr Geneeskd oktober;148(42)
3 TABEL 3. In de literatuur gerapporteerde positief voorspellende waarde (in %)* voor mammacarcinoom per mammografische uitslag weergegeven als eindcategorie van het Breast imaging reporting and data system (BI-RADS) 3 BI-RADScategorie 1e auteur Yasmeen 8 biopsieonderzoek; vervolgonderzoek en biopsie; carcinomen/biopsieën (%) carcinomen/patiënten (%) Orel 9 Lacquement 10 Liberman / (0,45) 2 140/ (0,6) 3 30/2 927 (1) 4 279/936 (30) 54/234 (23) 120/355 (34) 5 165/170 (97) 97/106 (92) 105/129 (81) 4 of 5 444/1 106 (40,1) 151/340 (44,4) 225/484 (46,5) *Aantal maligniteiten per BI-RADS-categorie/aantal onderzoeken 100%. verstrekt, omdat geen schriftelijke toestemming van de patiënten vooraf was gevraagd. Positief voorspellende waarde van de BI-RADS-uitslag. Bij het bewerken van de data werd gebruikgemaakt van de definities en de richtlijnen van het American College of Radiology, 3 te weten: terecht positieve diagnose = carcinoom vastgesteld binnen 1 jaar na een radiologisch onderzoek met eindcategorie BI-RADS 4 of 5; terecht negatieve diagnose = geen carcinoom bekend binnen 1 jaar na een onderzoek met eindcategorie BI-RADS 1, 2 of 3; fout-negatieve diagnose = carcinoom vastgesteld binnen 1 jaar na een onderzoek met eindcategorie BI- RADS 1, 2 of 3; in ons huidige onderzoek werden ook de carcinomen die werden vastgesteld tijdens de eerstvolgende jaarlijkse controle hiertoe gerekend; fout-positieve diagnose = geen carcinoom bekend binnen 1 jaar na een onderzoek met eindcategorie BI-RADS 4 of 5. Uit deze gegevens werd de PVW voor maligniteit van de eindcategorieën berekend: het aantal maligniteiten per categorie gedeeld door het totaalaantal patiënten per categorie 100%. Ook de PVW voor de gezamenlijke categorieën 4 en 5 werd berekend. Statistische significantie werd berekend met behulp van de exacte toets van Fisher, waarbij een p-waarde 0,05 als drempel werd aangehouden. resultaten Definitieve diagnose. Bij 215 patiënten werd een weefseldiagnose verkregen, bij 1477 patiënten was een vervolgonderzoek verricht en bij de overige 1070 patiënten vond koppeling plaats van de patiëntengegevens met het PALGA. Derhalve was de prevalentie van het mammacarcinoom 4,1% (113 van 2762). In ons ziekenhuis werden 110 carcinomen gediagnosticeerd, koppeling met PALGA leverde nog 3 carcinomen op: 2 carcinomen in de BI-RADS-1-categorie en 1 carcinoom in BI- RADS-2. De verdeling van de carcinomen over de verschillende BI-RADS-categorieën met de daarbijbehorende PVW is weergegeven in tabel 2. Fout-positieve resultaten. Van alle 57 BI-RADS-5- patiënten was de weefseldiagnose maligne. Van de 74 BI-RADS-4-patiënten was bij 62 een weefseldiagnose bekend, bij 39 was de uitslag maligne. Bij de overige figuur 1. Mammogram (mediolatero-oblique opname rechts) met goed beoordeelbaar fibroglandulair weefsel zonder afwijkingen of bijzonderheden, Breast imaging reporting and data system (BI-RADS)-classificatie 1 ( normaal ). Ned Tijdschr Geneeskd oktober;148(42) 2079
4 grove verkalkingen fijne verkalkingen a b figuur 2. (a) Mammogram (mediolatero-oblique opname rechts) met een glad begrensde tumor, waarin grove en fijne verkalkingen. De tumor met de grove verkalkingen kan passen bij een fibroadenoom, maar gezien de fijne verkalkingen en het ontbreken van oude opnamen werd bij deze patiënt follow-up geadviseerd; Breast imaging reporting and data system (BI-RADS)- classificatie 3 ( waarschijnlijk benigne ); (b) mammogram (zelfde opname) 1 jaar later. De verkalkingen zijn alle grover geworden, de tumor is niet gegroeid, het beeld past thans volledig bij een verkalkt fibroadenoom; BI-RADS-classificatie 2 ( benigne ). 12 patiënten werd, na overleg met het mammateam op de multidisciplinaire bespreking, volstaan met kortetermijnvervolgonderzoek of aanvullend beeldvormend onderzoek, door middel van MRI. Deze onderzoeken toonden geen aanwijzingen voor maligniteit. Het totaal aantal fout-positieve resultaten in deze categorie kwam daarmee op 35. Fout-negatieve resultaten. Bij 8 patiënten, bekend in het LUMC, was bij een BI-RADS-1- of -2-uitslag toch sprake van een carcinoom. Bij 4 patiënten werd de diagnose tijdig gesteld, doordat zij om klinische redenen een operatieve ingreep ondergingen wegens ziekte van Paget van de tepel of wegens preventieve ablatio bij dragerschap van een borstkankergenmutatie. Bij de 4 andere patiënten werd het carcinoom ten tijde van het routinevervolgonderzoek ontdekt, bij 3 patiënten ontdekten wij dit met behulp van PALGA. Bij 6 patiënten was er bij een BI-RADS-3-uitslag toch een maligniteit: bij 3 patiënten werd de diagnose tijdig gesteld doordat er cytologisch onderzoek was verricht, bij de overige 3 patiënten werd de diagnose gesteld ten tijde van het geadviseerde follow-uponderzoek. Het aantal maligniteiten in de BI-RADS-3-categorie was significant groter dan in de BI-RADS-1- en -2-categorie (χ 2 = 26,90; p 0,01; df = 1). beschouwing Het belangrijkste doel van de invoering van de BI- RADS-eindcategorieën is duidelijkheid in de communicatie tussen de behandelaar en de radioloog. De radioloog geeft na adequate beschrijving van de mammografische en echografische bevindingen aan hoe hoog hij de kans inschat dat er sprake is van een maligniteit. Er is door de werkgroep van het CBO destijds bewust gekozen voor deze classificatie en niet voor eerdere, onder andere vanuit de radiologie of vanuit de huisartsgeneeskunde gebruikte classificaties, omdat de BI- RADS-classificatie op dit moment wereldwijd wordt geïmplementeerd en de precieze omschrijving van de BI-RADS-eindcategorieën vergelijking mogelijk maakt. 3 De recent verschenen nieuwe, vierde druk voorziet in een aantal aanvullingen, maar laat het principe en de uitwerking daarvan intact. 4 Een beperking van het systeem is de interobservervariatie. In een studie waarbij deze werd gemeten aan de hand van κ-waarden, was de mate van overeenstemming matig (κ = 0,56) bij het toekennen van een eindcategorie als er een afwijking aanwezig was. Deze mate van overeenstemming bleek nog te verminderen (κ = 0,46) in de subgroep van de maligniteiten. 5 Ook kan het aandeel van de BI-RADS-3-eindcategorie uiteenlopen van 2080 Ned Tijdschr Geneeskd oktober;148(42)
5 uitloper figuur 3. Mammogram (craniocaudale opname links) van een patiënte die in het verleden een mastectomie rechts onderging in verband met een mammacarcinoom. Er wordt een enigszins ronde tumor gezien, deels glad begrensd, deels onscherp begrensd met mogelijk een uitloper. De tumor toont aanwijzigen voor maligniteit, maar zou nog benigne kunnen zijn; Breast imaging reporting and data system (BI-RADS)-classificatie 4 ( verdachte bevinding ). De latere weefseldiagnose luidde: invasief ductaal carcinoom. 1,4 tot 14% van de gehele populatie. 6 Deze variatie neemt af naarmate de introductie van BI-RADS meer gemeengoed wordt. 7 Ten behoeve van de kwaliteitscontrole is de bepaling van de PVW per eindcategorie een doeltreffende methode. Veel studies met betrekking tot de PVW betreffen subgroepen van patiënten uit de Amerikaanse screeningspraktijk, waardoor de resultaten uit deze studies niet geheel vergelijkbaar zijn De belangrijkste waarden uit deze studies zijn weergegeven in tabel 3. Ons follow-uponderzoek geeft een goede indruk van onze werkwijze en onze sterke en zwakke punten. Wij bespreken nu de BI-RADS-eindcategorieën; voorbeelden zijn afgebeeld in de figuren 1-4. BI-RADS-eindcategorie 1 en 2. Het onderscheid tussen BI-RADS 1 ( normaal ) en BI-RADS 2 ( benigne ) is enigszins artificieel, maar kan helpen in de discussie met de behandelend arts over een bevinding op het mammogram met radiologisch benigne kenmerken (zie figuur 1 en 2b). Het percentage carcinomen in deze categorieën hoort zeer klein te zijn, maar zal nooit nul zijn, omdat fout-negatieve bevindingen onvermijdelijk zijn. In een eerder uitgevoerde studie was de PVW voor de subgroep benigne (vergelijkbaar met de gezamenlijke BI-RADS-1- en -2-categorieën) 0,7%. 12 De follow-up van deze categorieën is altijd problematisch, omdat de betreffende patiënten zich vaak tot een enkel bezoek beperken. De completering van de follow-up werd mogelijk gemaakt door de PALGA-gegevens. BI-RADS-eindcategorie 4 en 5. Het onderscheid tussen BI-RADS 4 ( verdacht ) en BI-RADS 5 ( zeer verdacht voor maligniteit ) is groter. Als de radioloog een afwijking als BI-RADS 4 classificeert, mag er rekening mee worden gehouden, dat de afwijking toch benigne is (zie figuur 3). De meeste patiënten die vanuit het bevolkingsonderzoek op borstkanker worden verwezen, horen tot deze groep. Bij een BI-RADS 5 wordt de afwijking daarentegen zó maligne ingeschat, dat een mogelijke benigne diagnose een uitzondering zal zijn (zie figuur 4). De PVW van 100% in deze categorie in onze studie (zie tabel 2) lag hoger dan in de literatuur: 81-97% Dit kan worden geduid als een na-effect van onze voorheen toegepaste classificatie, waarbij de afwijkingen met de classificatie maligne primaire én secun- Ned Tijdschr Geneeskd oktober;148(42) 2081
6 mogelijke metastase bloedvat ingetrokken huid figuur 4. Mammogram (mediolatero-oblique opname links) van een patiënte met een palpabele tumor boven de tepel, zichtbaar als een grillige massa. De huid is ter plaatse ingetrokken en er zijn meerdere voor metastasen verdachte lymfklieren te zien, doordat hierin een lucent vetcentrum ontbreekt. Het totale beeld wijst sterk op een mammacarcinoom; Breast imaging reporting and data system (BI-RADS)-classificatie 5 ( zeer verdacht voor maligniteit ). De latere weefseldiagnose luidde: invasief ductaal carcinoom met lymfkliermetastasering. daire maligniteitskenmerken moesten tonen, dat wil zeggen dat naast de (primaire) verdachte afwijking tevens sprake moest zijn van (secundaire) kenmerken geassocieerd met maligniteit, zoals huid- of tepelintrek king, huidverdikking en pathologische lymfklieren in de oksel. De PVW van de eindcategorieën 4 en 5 tezamen lag in onze studie met 73% mede hierdoor ver boven de door de American College of Radiology aanbevolen 25-40%. 3 BI-RADS-eindcategorie 3. Dit is een categorie afwijkingen waarbij de radioloog de kans op maligniteit zo laag inschat, dat het verantwoord wordt geacht te volstaan met een controleonderzoek. Meestal gaat het om solide afwijkingen met ronde, ovale of enigszins gelobde contouren, een klein groepje ronde of ovale microcalcificaties of een focale asymmetrie van het klierweefsel. In het algemeen wordt hiervoor een controle over een termijn van 6 maanden aanbevolen, gevolgd door een tweetal follow-upmammografieën met een interval van 1 jaar (zie figuur 2a en 2b). Dit is een moeilijke categorie; de radioloog mag de behandelend arts en de patiënt niet belasten met het vermelden van een zeer klein risico op kanker, maar moet kunnen verdedigen dat controle noodzakelijk en verantwoord is. 13 Deze categorie is het draaipunt tussen de onderzoeken met een benigne uitslag en de onderzoeken waarin aanwijzingen voor maligniteit werden gevonden. In deze categorie is de interobservervariatie dan ook het grootst. 6 Als de bezorgdheid een carcinoom te missen sterk op de voorgrond staat, zal het aantal onderzoeken met een BI- RADS-3-classificatie klein zijn en zal vaker worden overgegaan tot een BI-RADS-4-classificatie. Het gevolg is een groter aantal biopsieën met meer fout-positieve ingrepen. Als men onnodige bezorgdheid bij de patiënt wil voorkomen, onnodige biopsieën wil vermijden en de kosten beheersbaar wil houden, zal een afwachtende houding, dus een BI-RADS-3-classificatie, vaker worden toegepast. Door de eerste controle uit te voeren na 6 maanden, is het gevaar dat de prognose verslechtert te verwaarlozen. 13 Voorzover dat te vergelijken is met de Amerikaanse literatuur, was het percentage carcinomen in de BI Ned Tijdschr Geneeskd oktober;148(42)
7 RADS-3-categorie in onze studie hoog: 3,9. In Amerika wordt gestreefd naar een PVW 2% voor deze categorie. 613 Dit illustreert dat aldaar de bezorgdheid een carcinoom te missen prevaleert boven het streven geen onnodige biopsieën uit te voeren en de kosten beheersbaar te houden. Dit neemt niet weg dat iedere fout-negatieve bevinding in deze categorie retrospectief dient te worden besproken, vooral om na te gaan of de afwijking wel voldeed aan de criteria van een BI-RADS-3-afwijking. 14 conclusie De invoering van de BI-RADS-eindcategorieën heeft geleid tot duidelijkheid in communicatie en beleid. De beschreven PVW van de categorieën gaf inzicht in de bijdrage van de radiologie binnen het mammateam. Aanvullend onderzoek en vergelijking met andere klinieken is noodzakelijk ter verkrijging van de voor de Nederlandse praktijk wenselijke referentiewaarden. Dr.E.J.Th.Rutgers, chirurg, Nederlands Kanker Instituut, gaf commentaar op het manuscript. Belangenconflict: geen gemeld. Financiële ondersteuning: geen gemeld. abstract The predictive value of the final assessment categories of the Breast Imaging Reporting and Data System (BI-RADS): a retrospective follow-up study in a hospital population Objective. To evaluate the positive predictive value (PPV) of the final assessment categories of the Breast Imaging Reporting and Data System (BI-RADS) in order to assess diagnostic performance in breast cancer diagnosis. Design. Retrospective follow-up study. Method. In the period June 2000-May 2001 a total of 2,762 mammograms were included in the study. Additional ultrasound was performed in 654 patients (23,7%). The reports were assigned a BI-RADS category, which included risk assessment information. Follow-up data were obtained from the Ziekenhuis Informatie Systeem (hospital information system) (pathology diagnosis: n = 215; follow-up examination: n = 1477) and from data obtained from PALGA, a nationwide network and registry of histo- and cytopathology in the Netherlands (n = 1070). Results. The prevalence of breast cancer was 4.1%. In 17 cases there was a false-negative diagnosis. The PPV of BI- RADS 1 ( normal ) was 0.3%, BI-RADS 2 ( benign ) was 0.6%, BI-RADS 3 ( probably benign ) was 3.9%, BI-RADS 4 ( suspicious ) was 52.7% and BI-RADS 5 ( highly suggestive of malignancy ) was 100%. The PPVs of BI-RADS categories 3, 4 and 5 were high, compared with American studies. This may reflect the fact that in American studies the fear of a falsenegative diagnosis prevails over the risk of a false-positive diagnosis, while in the Netherlands more value is attached to keeping the number of unnecessary biopsies to a minimum. Conclusion. The application of the BI-RADS categories improved the clarity of mammography reporting and enabled analysis of the diagnostic performance of mammography and ultrasound investigation in the diagnosis of breast cancer. literatuur 1 Kwaliteitsinstituut voor de Gezondheidszorg (CBO). Het mammacarcinoom: richtlijn voor screening en diagnostiek. Utrecht: CBO; Rutgers EJTh, Tuut MK. CBO-richtlijn Mammacarcinoom: screening en diagnostiek. Ned Tijdschr Geneeskd 2001;145: American College of Radiology. Breast imaging reporting and datasystem (BI-RADS). 3rd ed. Reston: American College of Radiology; American College of Radiology. Breast imaging reporting and datasystem (BI-RADS). 4th ed. Reston: American College of Radiology; Kerlikowske K, Grady D, Barclay J, Frankel SD, Ominsky SH, Sickles EA, et al. Variability and accuracy in mammographic interpretation using the American College of Radiology Breast Imaging Reporting and Data System. J Natl Cancer Inst 1998;90: Caplan LS, Blackman D, Nadel M, Monticciolo DL. Coding mammograms using the classification probably benign finding short interval follow-up suggested. AJR Am J Roentgenol 1999;172: Lehman C, Holt S, Peacock S, White E, Urban N. Use of the American College of Radiology BI-RADS guidelines by community radiologists: concordance of assessments and recommendations assigned to screening mammograms. AJR Am J Roentgenol 2002; 179: Yasmeen S, Romano PS, Pettinger M, Chlebowski RT, Robbins JA, Lane DS, et al. Frequency and predictive value of a mammographic recommendation for short-interval follow-up. J Natl Cancer Inst 2003;95: Orel SG, Kay N, Reynolds C, Sullivan DC. BI-RADS categorization as a predictor of malignancy. Radiology 1999;211: Lacquement MA, Mitchell D, Hollingsworth AB. Positive predictive value of the Breast Imaging Reporting and Data System. J Am Coll Surg 1999;189: Liberman L, Abramson AF, Squires FB, Glassman JR, Morris EA, Dershaw DD. The breast imaging reporting and data system: positive predictive value of mammographic features and final assessment categories. AJR Am J Roentgenol 1998;171: Zonderland HM, Coerkamp EG, Hermans J, Vijver MJ van de, Voorthuisen AE van. Diagnosis of breast cancer: contribution of US as an adjunct to mammography. Radiology 1999;213: Sickles EA. Probably benign breast lesions: when should followup be recommended and what is the optimal follow-up protocol? Radiology 1999;213: Rosen EL, Baker JA, Soo MS. Malignant lesions initially subject to short-term mammographic follow-up. Radiology 2002;223: Aanvaard op 25 februari 2004 Ned Tijdschr Geneeskd oktober;148(42) 2083
Nieuwe ontwikkelingen in de mammadiagnostiek
Nieuwe ontwikkelingen in de mammadiagnostiek mw. drs. S.B. van der Meulen Radioloog UMCG mw. dr. M.D. Dorrius Arts-assistent in opleiding tot radioloog UMCG Disclosure belangen spreker Geen potentiële
Nadere informatieDe waarde van MRI bij DCIS
De waarde van MRI bij DCIS Invasion or no invasion, that s the question E.E. Deurloo 1,2, J.D. Sriram 3, H.J. Teertstra 1, C.E. Loo 1, J. Wesseling 4, E.J.Th. Rutgers 3, K.G.A. Gilhuijs 1 Afdelingen radiologie
Nadere informatieMammadiagnostiek: integratie pathologie en radiologie
Klinische les Mammadiagnostiek: integratie pathologie en radiologie Harmien M. Zonderland, Marc J. van de Vijver en Mike Visser Academisch Medisch Centrum, Amsterdam. Afd. Radiologie: dr. H.M. Zonderland,
Nadere informatieFactsheet Indicatoren NABON Breast Cancer Audit (NBCA) 2016
Factsheet en NABON Breast Cancer Audit (NBCA) 2016 Registratie gestart: 2009 Inclusie en exclusie criteria Inclusie Primaire mammacarcinomen waarbij de volgende tumorsoorten geïncludeerd worden: Alle tumorstadia,
Nadere informatieFactsheet Indicatoren NABON Breast Cancer Audit (NBCA) 2017
Factsheet en NABON Breast Cancer Audit (NBCA) 2017 Registratie gestart: 2009 Datum Versie Mutatie Eigenaar 23-10-2017 2017.1 Vrijwillig/ verplicht toegevoegd DICA 27-11-2017 2017.2 Schrappen van indicatoren
Nadere informatieEline Deurloo Correlation of diagnostic breast imaging data and pathology: application to diagnosis and treatment
[Proefschriften] Eline Deurloo Correlation of diagnostic breast imaging data and pathology: application to diagnosis and treatment Mammacarcinoom is de meest voorkomende vorm van kanker bij vrouwen in
Nadere informatieFactsheet Indicatoren NABON Breast Cancer Audit (NBCA) 2018
Factsheet en NABON Breast Cancer Audit (NBCA) 2018 NBCA 2018.3 Registratie gestart: 2009 Datum Versie Mutatie Eigenaar 01-07-2016 2017.1 Aanpassingen conform indicatorendagen juli DICA 2016. Verwijderen
Nadere informatieEchografie + biopsie
Proces Chirurg/verpleegkundige anamnese en lichamelijk onderzoek Mammacare verpleegkundige geeft uitleg over de gang van zaken en begeleidt Mammografie/ echografie en zo nodig direct echogeleid histologisch
Nadere informatieStadiering en triple diagnostiek van borst en oksel. Dr. P. Berteloot 10/2011
Stadiering en triple diagnostiek van borst en oksel Dr. P. Berteloot 10/2011 Diagnostische beeldvorming Radiologisch onderzoek ter evaluatie van - klinische afwijking screenings gedetecteerde afwijking
Nadere informatieHelp, een UBO. L.E. Elshof Student Geneeskunde EUR Keuzeonderzoek NKI-AVL
Help, een UBO L.E. Elshof Student Geneeskunde EUR Keuzeonderzoek NKI-AVL Photo: Purported 1952 shot of UFO, Passoria, New Jersey. Credit: Public Domain/CIA MRI-gebruik bij mammacarcinoom MRI-gebruik bij
Nadere informatieNABON Breast Cancer Audit (NBCA)
NABON Breast Cancer Audit (NBCA) Beschrijving Dit overzicht toont de kwaliteitsindicatoren welke per 1 april 2014 ontsloten zullen worden in het kader van het getrapte transparantiemodel van DICA. De ontsluiting
Nadere informatieFactsheet NABON Breast Cancer Audit (NBCA)
Factsheet NABON Breast Cancer Audit () [1.0.; 15-09-] Registratie gestart: 2011 Als algemene voorwaarde voor het meenemen van een patiënt in de berekening van de kwaliteitsindicatoren is gesteld dat ten
Nadere informatieMammacarcinoom en zwangerschap. PJ Westenend Laboratorium voor Pathologie Dordrecht
Mammacarcinoom en zwangerschap PJ Westenend Laboratorium voor Pathologie Dordrecht Relatie met zwangerschap Zwangerschap en risico later mammacarcinoom te krijgen Mammacarcinoom tijdens de zwangerschap
Nadere informatieJ. Mamma aandoeningen. Inhoudsopgave 01 J 02 J 03 J 04 J 05 J 06 J 07 J 08 J 09 J 10 J 11 J 12 J 13 J 14 J 15 J 16 J 17 J 18 J 19 J
J. Mamma aandoeningen nhoudsopgave 1 J 2 J 3 J 4 J 5 J 6 J 7 J 8 J 9 J 1 J 11 J 12 J 13 J 14 J 15 J 16 J 17 J 18 J 19 J Screening: vrouwen jonger dan 4 jaar zonder genetisch risico... 1 Screening: vrouwen
Nadere informatieBeeldvorming bij schildklierpathologie. Erik R. Ranschaert, MD, PhD Radioloog
Beeldvorming bij schildklierpathologie Erik R. Ranschaert, MD, PhD Radioloog 2 Inleiding Schildkliernodi: steeds frequenter gediagnosticeerd vnl. door toenemend gebruik van echo -> incidentalomen Frequentie
Nadere informatieBI-RADS-classificatie bij mammacarcinoom
O V E R Z I C H T S R T I K E L E N I-RDS-classificatie bij mammacarcinoom De toepassing in Nederland I-RDS classification and breast cancer pplication in the Netherlands uteur Trefwoorden Key words H.M.
Nadere informatieCHAPTER XII. Nederlandse Samenvatting
CHAPTER XII Nederlandse Samenvatting Dit proefschrift behelst een aantal klinische en translationele studies met betrekking tot de behandeling van het primair operabel mammacarcinoom. Zowel aspecten van
Nadere informatieMRI: more is less? Emiel Rutgers
Het 9e NKI-AVL mammacarcinoom symposium Less is more? Minder overbehandeling voor meer borstkankerpatiënten MRI: more is less? Emiel Rutgers Indicaties MRI mammae Opsporen van onbekende primaire bij patiënten
Nadere informatieFactsheet Indicatoren NABON Breast Cancer Audit (NBCA) 2018
Factsheet en NABON Breast Cancer Audit (NBCA) 2018 NBCA 2018.2 Registratie gestart: 2009 Datum Versie Mutatie Eigenaar 01-07-2016 2017.1 Aanpassingen conform indicatorendagen juli DICA 2016. Verwijderen
Nadere informatieFactsheet Indicatoren NABON Breast Cancer Audit (NBCA) 2017
Factsheet en NABON Breast Cancer Audit (NBCA) 2017 Registratie gestart: 2009 Inclusie en exclusie criteria Inclusie Primaire mammacarcinomen waarbij de volgende tumorsoorten geïncludeerd worden: Alle tumorstadia,
Nadere informatieRichtlijn 'screening en diagnostiek van het mammacarcinoom' (herziening).
Richtlijn 'screening en diagnostiek van het mammacarcinoom' (herziening). Zonderland, H.M.; Tuut, M.K.; den Heeten, G.J.; Asperen, C.J.; de Bock, G.H.; Rutqers, E.J.; Westenend, P.J.; Smit, Gerrit; Benraadt,
Nadere informatieFactsheet Indicatoren NABON Breast Cancer Audit (NBCA) NBCA 2015 [2015.3.ZIN besluit verwerkt; 05-11- 2015]
Factsheet en NABON Breast Cancer Audit () 2015 [2015.3.ZIN besluit verwerkt; 05112015] Inclusiecriteria Nabon Breast Cancer Audit Inclusie Alle primaire invasieve mammacarcinomen volgens de WHO classificatie
Nadere informatieSamenvatting 1. Chapter Samenvatting. Samenvatting. Charlotte M.C. Oude Ophuis. Charlotte M.C.
Samenvatting 1 http://hdl.handle.net/1765/100861 Chapter 12 Samenvatting Samenvatting Charlotte M.C. Oude Ophuis Charlotte M.C. Oude Ophuis 2 Erasmus Medical Center Rotterdam Samenvatting 3 Samenvatting
Nadere informatieImproving the sensitivity of screening mammography in the south of the Netherlands.
Improving the sensitivity of screening mammography in the south of the Netherlands. Vivian van Breest Smallenburg De borstkankerincidentie in Nederland behoort tot de hoogste ter wereld. Mede dankzij de
Nadere informatieSneldiagnostiek bij verdenking op kanker: de nieuwe norm?
Sneldiagnostiek bij verdenking op kanker: de nieuwe norm? Prof. dr. Paul J van Diest Hoofd afdeling Pathologie, UMC Utrecht p.j.vandiest@umcutrecht.nl De diagnostische keten in de oncologie Anamnese/lichamelijk
Nadere informatieDe Mammapolikliniek (polikliniek voor borstafwijkingen)
De Mammapolikliniek (polikliniek voor borstafwijkingen) Inleiding Deze brochure informeert u over de gang van zaken op de mammapoli (mamma is de medische term voor borst ). U bent hier naar verwezen omdat
Nadere informatieMamma diagnostiek: Een paar dilemma s in de spreekkamer
Mamma diagnostiek: Een paar dilemma s in de spreekkamer Hier gaat het om u. J. Journee / E. Bakker Een paar dilemma s in de spreekkamer Dense mammae, wat moet/kun je daar mee? Is een MRI niet beter? Mamma
Nadere informatieWaar kijkt de radioloog naar op het mammogram? Ruud Pijnappel
Waar kijkt de radioloog naar op het mammogram? Ruud Pijnappel Introduc8ecursus Klinische fysica LRCB 15 januari 2015 DOEL MAMMOGRAFIE Screening Klinische mammografie Geen klachten Verklaring klacht Vroege
Nadere informatieOplegger indicatorset Mammacarcinoom verslagjaar 2016
Zorginstituut Nederland Kwaliteitsinstituut Eekholt 4 1112 XH Diemen Postbus 320 1110 AH Diemen www.zorginstituutnederland.nl T +31 (0)20 797 89 20 Transparantiekalender@zinl.nl Oplegger indicatorset Mammacarcinoom
Nadere informatieRadiologisch beleid bij erfelijke borstkanker
Jaarlijks symposium MBC 21/10/2017 Genetica en borstkanker Radiologisch beleid bij erfelijke borstkanker dr. M. Keupers dr. S. Postema dr. R. Prevos prof. dr. C. Van Ongeval Radiologisch beleid bij erfelijke
Nadere informatieLANDELIJK REGISTRATIEFORMULIER MAMMATUMOREN. Zkh reg.nr: SIG code zkh: pagina 1 van 5. Datum:. Paraaf:.
Zkh reg.nr: SIG code zkh: pagina 1 van 5 IDENTIFICATIE 1. Geboortenaam: Voorvoegsels: 2. Naam partner: Voorvoegsels: 3. Voorletters: 4. Geslacht (1=man, 2=vrouw, 3=overig) 5. Geboortedatum: 6. Geboorteplaats
Nadere informatie14Beleid bij klachten mamma Rubriekhouder: Mw. Dr. M. Hooiveld, NIVEL (2012)
14Beleid bij klachten mamma Rubriekhouder: Mw. Dr. M. Hooiveld, NIVEL (2012) Inleiding De afgelopen jaren is het aantal nieuwe diagnoses van borstkanker bij vrouwen tussen de 40 en 49 jaar sterk toegenomen.
Nadere informatieAnalysis of Temporal Mammogram Pairs to Detect and Characterise Mass Lesions
Proefschrift Sheila Timp Analysis of Temporal Mammogram Pairs to Detect and Characterise Mass Lesions Borstkanker is de meest voorkomende soort kanker bij vrouwen. Ongeveer 1 op de 10 vrouwen zal ooit
Nadere informatieSamenvatting 129. Samenvatting
Samenvatting 128 Samenvatting 129 Samenvatting Het mammacarcinoom is de meest voorkomende maligniteit bij vrouwen, met wereldwijd een jaarlijkse incidentie van 1,67 miljoen. De prognose van patiënten met
Nadere informatieSt. Anna Borstzorg (mammapoli)
St. Anna Borstzorg (mammapoli) Uw huisarts heeft u doorverwezen naar St. Anna Borstzorg (mammapoli), van het St. Anna Ziekenhuis. In deze folder geven wij u meer informatie over de werkwijze binnen St.
Nadere informatieWat is de beste reading strategy? Consensus of arbitrage. Lisa Klompenhouwer
Wat is de beste reading strategy? Consensus of arbitrage Lisa Klompenhouwer Reading strategy Blinded double reading Program sensitivity Arbitrage Interval cancer Recall rate Screen detected cancer Discrepant
Nadere informatieVereniging voor Ziekenhuisgeneeskunde
Vereniging voor Ziekenhuisgeneeskunde SHELLEY METSELAAR AIOS SOZG Achtergrond Incidentie - 5-11 per 1000 per jaar 1 Diagnose - Combinatie kliniek, lab, X-thorax Sensitiviteit X-thorax 2 - Pneumonie +/-
Nadere informatieDetection of malignant masses in breast cancer screening by computer assisted decision making
Rianne Hupse Detection of malignant masses in breast cancer screening by computer assisted decision making Om borstkanker in een vroeg stadium op te sporen, worden in de meeste westerse landen screeningprogramma's
Nadere informatieDe indicatoren omtrent borstkanker, die in kader van het VIP²-project worden opgevolgd zijn :
Indicatoren VIP²-project Oncologie In België is, net als in Europa, borstkanker de meest voorkomende oorzaak van overlijden door kanker bij vrouwen (20,6 % van alle overlijdens ingevolge kanker). In 2009
Nadere informatieBeeldvorming van de Borst Meer dan zo maar een Foto
Borstkliniek Voorkempen Beeldvorming van de Borst Meer dan zo maar een Foto Isabelle Biltjes, Peter Naudts Patrick De Herdt, Herwig Brusselaers, Peter Bracke, Luc van den Hauwe, Wim Volders, Erwin Pelzers,
Nadere informatieerdiepingsmodule erdiep Medische besliskunde 2: edi De patiënt met een knobbeltje in de borst s c he bes ing l is kunde 2: dule De p iën met een kn
1. Toelichting Aan de hand van een casus van een vrouw met een knobbeltje in de borst maken de deelnemers rekensommen met fictieve gegevens om mammacarcinoom bij vrouwen met een knobbeltje in de borst
Nadere informatieHoe is de sarcomenzorg geregeld binnen Nederland en wat is daarbij de rol van de verpleegkundig specialist
Hoe is de sarcomenzorg geregeld binnen Nederland en wat is daarbij de rol van de verpleegkundig specialist Nicolette Leijerzapf, verpleegkundig specialist MAJ van de Sande, PDS Dijkstra, RJP vd Wal oncologische
Nadere informatieBeleid bij klachten mamma
Beleid bij klachten mamma Rubriekhouder: Mw. Dr. M. Hooiveld, NIVEL (2012-2013) Inleiding De afgelopen jaren is het aantal nieuwe diagnoses van borstkanker bij vrouwen tussen de 40 en 49 jaar sterk toegenomen.
Nadere informatieLaat je borsten zien: doen of niet? Resultaten screening. A Van Steen
Laat je borsten zien: doen of niet? Resultaten screening A Van Steen Wilhelm Conrad Röntgen (1845-1923) Professor Natuurkunde Universiteit Würzburg 26 / 11 / 1897 ontdekt bij toeval X-stralen 20 / 01
Nadere informatieBEVOLKINGSONDERZOEK BAARMOEDERHALSKANKER. Monitor 2017 EERSTE RESULTATEN VAN HET VERNIEUWDE
a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a BEVOLKINGSONDERZOEK BAARMOEDERHALSKANKER Monitor
Nadere informatieHoofdstuk 8. Orale leukoplakie een klinische, histopathologische en moleculaire studie. Samenvatting, conclusies en aanbevelingen
Hoofdstuk 8 Orale leukoplakie een klinische, histopathologische en moleculaire studie Samenvatting, conclusies en aanbevelingen Samenvatting, conclusies en aanbevelingen Samenvatting, conclusies en aanbevelingen
Nadere informatieKWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: BORSTKANKER Fase 1: validatie van de individuele resultaten Ziekenhuis 86
1 KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: BORSTKANKER Fase 1: validatie van de individuele resultaten Ziekenhuis 86 2 1. BESCHRIJVENDE STATISTIEK Tabel 1: Invasieve borstkanker en ductaal carcinoma in situ
Nadere informatieGerichte niet-invasieve borst-biopsies
Gerichte niet-invasieve borst-biopsies Dr. Bart Claikens Dienst Radiologie NMR AZ Damiaan Oostende www.radiologie-azdamiaan.be Inhoud -Borstkanker -Het doel van borst biopsies -Wat wordt van radioloog
Nadere informatieBorstkanker indicatoren - Resultaten voor
Borstkanker indicatoren - Resultaten voor 2009-2011 AZ Sint-Jozef Malle maakt samen met AZ Klina Brasschaat deel uit van de Borstkliniek Voorkempen. Recent werden vanuit het Vlaams Indicatoren Project
Nadere informatie10 e NKI AvL Mammasymposium
10 e NKI AvL Mammasymposium Een decennium lokalisatie van het niet palpabele mammacarcinoom M.T.F.D. Vrancken Peeters, Chirurg Netherlands Cancer Institute Antoni van Leeuwenhoek Hospital Amsterdam, The
Nadere informatie1 Beleid bij klachten mamma
1 Beleid bij klachten mamma Rubriekhouder: Mw. Dr. M. Hooiveld, NIVEL (2012-2014) In samenwerking met Mw. Dr. E. Paap, LRCB Inleiding De afgelopen jaren is het aantal nieuwe diagnoses van borstkanker bij
Nadere informatieEchogeleide chirurgie voor mammacarcinoom
Echogeleide chirurgie voor mammacarcinoom Een prospectief gerandomiseerd onderzoek N.M.A. Krekel M.H. Haloua M.P. van den Tol S. Meijer Chirurgische oncologie VU Universitair Medisch Centrum Incidentie
Nadere informatieMammacare poli. Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee!
Mammacare poli Uw huisarts heeft u doorverwezen naar de mammacare poli (mamma = borst). Deze poli is er op gericht zo snel en goed mogelijk uit te zoeken of u een borstafwijking heeft waarvoor behandeling
Nadere informatieDiagnostiek van het afwijkende adnex: de rol van echografie. Dr. T. Van Gorp Gynaecoloog-Oncoloog MUMC+
Diagnostiek van het afwijkende adnex: de rol van echografie. Dr. T. Van Gorp Gynaecoloog-Oncoloog MUMC+ Disclosures Geen onthullingen 10/11/2016 Symposium Het Ovariumcarcinoom 2 Casus 37 j. Zwelling in
Nadere informatieJ. Mamma aandoeningen
Asymptomatische patiënten Screening: vrouwen jonger dan 4 jaar zonder genetisch risico 1 J Screening: vrouwen tussen 4-49 jaar zonder genetisch risico 2 J Screening: vrouwen tussen 5-69 jaar 3 J Screening:
Nadere informatieBorstonderzoek op de mammapolikliniek
Borstonderzoek op de mammapolikliniek HMC (Haaglanden Medisch Centrum) en het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC) werken intensief samen binnen het Universitair Kankercentrum Leiden - Den Haag (UKC).
Nadere informatieAandeel van patiënten met invasieve borstkanker waarbij een ER, PR en/of HER2 statusbepaling werd uitgevoerd vóór enige systemische behandeling
Status bepaling: 99,4% Aandeel van patiënten met invasieve borstkanker waarbij een ER, PR en/of HER2 statusbepaling werd uitgevoerd vóór enige systemische behandeling Vóór het starten van de behandeling
Nadere informatiePancreascysten prevalentie & risico op maligne ontaarding
4 de GIOCA verpleegkundig congres AMC 23 januari 2015 Pancreascysten prevalentie & risico op maligne ontaarding Paul Fockens, MD PhD Professor and Chairman of Gastroenterology & Hepatology Academic Medical
Nadere informatieEffect van het gebruik van mammogrammen van voorgaande screeningronden op de detectie van borstkanker
Nico Karssemeijer en Ton Roelofs Effect van het gebruik van mammogrammen van voorgaande screeningronden op de detectie van borstkanker In het bevolkingsonderzoek naar borstkanker is het gebruikelijk dat
Nadere informatieBevolkingsonderzoek op mammacarcinoom bij vrouwen met een verstandelijke handicap
Bevolkingsonderzoek op mammacarcinoom bij vrouwen met een verstandelijke handicap Een NVAVG richtlijn Inleiding In Nederland worden alle vrouwen tussen de 50 en 75 jaar iedere twee jaar opgeroepen voor
Nadere informatieVoorjaarsymposium KARVA
Voorjaarsymposium KARVA De voorspellende waarde van een positieve test: een gemiste kans Prof. Dr. Joost Weyler Epidemiologie en Sociale Geneeskunde Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen UA Voorspellende
Nadere informatieKwaliteitsnormen. Blaascarcinoom
Kwaliteitsnormen Blaascarcinoom Versie 6 September 2018 Achtergrond herziening 2017 De NVU heeft eind 2010 de eerste kwaliteitsnormen blaascarcinoom openbaar gemaakt en deze in 2012 en 2014 herzien. Sinds
Nadere informatieVerplichte indicatoren die moeten worden aangeleverd aan Zorginstituut Nederland. Indicator nummer Indicatornaam
Zorginstituut Nederland Kwaliteitsinstituut Eekholt 4 1112 XH Diemen Postbus 320 1110 AH Diemen www.zorginstituutnederland.nl T +31 (0)20 797 89 20 Transparantiekalender@zinl.nl Oplegger indicatorenset
Nadere informatieComputerbeoordeling van screeningsmammogrammen
Stand van zaken Computerbeoordeling van screeningsmammogrammen G.J. (Ard) den Heeten en Nico Karssemeijer Jaarlijks worden er in Nederland meer dan 1 miljoen mammogrammen gemaakt. Deze zijn inmiddels allemaal
Nadere informatieEerste bezoek aan de mammapoli. polikliniek chirurgie
Eerste bezoek aan de mammapoli polikliniek chirurgie Wie is wie Op de mammapoli wordt u geholpen en onderzocht door verschillende verpleegkundigen en artsen. Hier volgt een overzicht van de verschillende
Nadere informatieDe gidsbijprostaatkanker -Uroloog Roderick van den Bergh St Antonius Ziekenhuis, Utrecht
De gidsbijprostaatkanker -Uroloog 4-6-2019 Roderick van den Bergh St Antonius Ziekenhuis, Utrecht Inhoud Wat zijn de stappen die de patiënt doorloopt als mogelijk sprake is van prostaatkanker. 1. Incidentie
Nadere informatieCribriform goed gedifferentieerd DCIS: laat maar zitten!
Cribriform goed gedifferentieerd DCIS: laat maar zitten! Ja Nee Geen van beide Jelle Wesseling Patholoog j.wesseling@nki.nl Indeling Atypische Ductale Hyperplasie Ductaal carcinoom in situ graad I Risicoanalyse
Nadere informatieWAARDE VAN DE PSA-BEPALING EN HET RECTAAL TOUCHER
1. Toelichting Deze module is gebaseerd op de NHG-Standaard van november 2004. De huisarts krijgt het verzoek om een test op prostaatkanker of wil zelf, bij een vermoeden van prostaatkanker of bij twijfel
Nadere informatieInvasieve beademing bij longfibrose. Liselotte Boerman, ANIOS
Invasieve beademing bij longfibrose Liselotte Boerman, ANIOS Casus Man, 82 jaar, Opname ivm respiratoire insufficiëntie, DD: 1. Acute exacerbatie Idiopathische Pulmonale Fibrose (IPF) 2. overvulling cardiaal
Nadere informatieP A T I Ë N T E N I N F O R M A T I E
Onderzoek naar een borstafwijking P A T I Ë N T E N I N F O R M A T I E Verwijzing door huisarts of via het bevolkingsonderzoek Uw huisarts heeft u verwezen naar de locatie Delfzicht van de Ommelander
Nadere informatieProject Kwaliteitsindicatoren Borstkanker 2007-2008
Project Kwaliteitsindicatoren 2007-2008 De borstkliniek: Iedere nieuwe diagnose van een borsttumor dient door de borstkliniek te worden geregistreerd bij het Nationaal Kankerregister. Het Project Kwaliteitsindicatoren
Nadere informatienr Indicator Intern/extern*
Indicatorenset NABON mammaregistratie Versie 17 januari 2013 (aangepast vanuit versies 29 juli 2011 en 17 januari 2011) nr Indicator Intern/extern* 1 Deelname aan de NABON mammaregistratie Extern 2 Gestandaardiseerde
Nadere informatieSchildkliernodus Iris Wakelkamp
Schildkliernodus Iris Wakelkamp 30 september 2010 Casus I Vrouw 53 jaar, komt met zwelling rechts in de hals. Ontdekt door de schoonheidspecialiste. Geen klachten passende bij hyperthyreoidie. Familie
Nadere informatieOpsporing van Borstkanker Voor wie? Waarom? Symposium, 17.10.2015 Dr. Hilde Vernaeve en Dr. T. Schraepen
Opsporing van Borstkanker Voor wie? Waarom? Symposium, 17.10.2015 Dr. Hilde Vernaeve en Dr. T. Schraepen Aantal borstkankers Vrouwen: Borst (C50) / 2011 / België 0-4 jaar 0 5-9 jaar 0 10-14 jaar 0 15-19
Nadere informatiePien de Haas en John de Klerk nucleair geneeskundigen Meander Medisch Centrum Amersfoort. 2e Mammacongres 28 januari 2011 Harderwijk
Pien de Haas en John de Klerk nucleair geneeskundigen Meander Medisch Centrum Amersfoort 2e Mammacongres 28 januari 2011 Harderwijk Siemens Biograph true point PET/CT 40 slice Sinds 21 januari 2011 Sinds
Nadere informatieKWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 75
1 KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER (2007-2008) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 75 2 1. BESCHRIJVENDE STATISTIEK Tabel 1: Invasieve borstkanker (2007-2008) - Beschrijving
Nadere informatieKWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 78
1 KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER (2007-2008) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 78 2 1. BESCHRIJVENDE STATISTIEK Tabel 1: Invasieve borstkanker (2007-2008) - Beschrijving
Nadere informatieKWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 85
1 KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER (2007-2008) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 85 2 1. BESCHRIJVENDE STATISTIEK Tabel 1: Invasieve borstkanker (2007-2008) - Beschrijving
Nadere informatieKWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 16
1 KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER (2007-2008) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 16 2 1. BESCHRIJVENDE STATISTIEK Tabel 1: Invasieve borstkanker (2007-2008) - Beschrijving
Nadere informatieSamenvatting. Samenvatting
amenvatting Het aantal mensen met dementie neemt toe. De huisarts speelt een sleutelrol in het (h)erkennen van signalen die op dementie kunnen wijzen en hiermee in het stellen van de diagnose dementie,
Nadere informatieSamenvatting. Samenvatting
Samenvatting Dikkedarmkanker is een groot gezondheidsprobleem in Nederland. Het is de derde meest voorkomende vorm van kanker bij mannen en de tweede meest voorkomende vorm van kanker bij vrouwen. In 2008
Nadere informatieACR BI-RADS ATLAS 2013
ACR BI-RADS ATLAS 2013 ACR BI-RADS ATLAS 2013 Mammografie, Echografie en MRI Bewerkt voor de Nederlandse Mammaradiologie NEDERLANDSE BEWERKING ACR BI-RADS ATLAS 2013 DIGITALE VERSIE VOORWOORD SECTIEBESTUUR
Nadere informatieKWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: Invasieve borstkanker ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 21
1 KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: Invasieve borstkanker (2009-2011) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 21 2 1. BESCHRIJVENDE STATISTIEK Tabel 1: Invasieve borstkanker (2009-2011) - Beschrijving
Nadere informatieNABON Breast Cancer Audit. Pathologie
NABON Breast Cancer Audit Pathologie Dr. P.J. Westenend, patholoog, pathologisch laboratorium Dordrecht Drs. A.C.M. van Bommel, arts-onderzoeker, DICA DICA Congres 25 juni 2013 Pathologie Volledige verslaglegging
Nadere informatieSnelle mutatiescreening bij borstkanker. Dr. Margreet Ausems Afdeling Medische Genetica UMC Utrecht
Snelle mutatiescreening bij borstkanker Dr. Margreet Ausems Afdeling Medische Genetica UMC Utrecht Erfelijke borstkanker Tenminste 5% van de patiënten met mammacarcinoom Dominante overerving Oorzaak:
Nadere informatieACHTERGRONDEN BIJ DE CASUSSCHETSEN INCLUSIEF LEERDOELEN EN STELLINGEN
INTERLINE MAMMACARCINOOM 2 dec 2008 ACHTERGRONDEN BIJ DE CASUSSCHETSEN INCLUSIEF LEERDOELEN EN STELLINGEN Inleiding De werkafspraak en het Interlineprogramma is samengesteld door Chirurgen Isalaklinieken:
Nadere informatieMammapolikliniek. Algemene chirurgie
Mammapolikliniek Algemene chirurgie Inleiding U bent door uw huisarts naar de mammapolikliniek doorgestuurd, omdat er een afwijking is gezien op de borstfoto (mammografie) die gemaakt is tijdens het bevolkingsonderzoek.
Nadere informatieBEVOLKINGSONDERZOEK BAARMOEDERHALSKANKER Monitor 2015
a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a BEVOLKINGSONDERZOEK BAARMOEDERHALSKANKER Monitor
Nadere informatieDisseminatiediagnostiek bij locoregionaal recidief van mammacarcinoom: klinische praktijk en perspectief voor PET
Disseminatiediagnostiek bij locoregionaal recidief van mammacarcinoom: klinische praktijk en perspectief voor PET F.J. van Oost 1, J.J.M. van der Hoeven 2,3, O.S. Hoekstra 3, A.C. Voogd 1,4, J.W.W. Coebergh
Nadere informatieOnderzoek naar een borstafwijking
Onderzoek naar een borstafwijking Inleiding Uw huisarts heeft u verwezen naar de Ommelander Ziekenhuis Groep (OZG) in verband met een afwijking in uw borst. Het kan ook zijn dat u via het bevolkingsonderzoek
Nadere informatieDe indicatoren over borstkanker, die in kader van het VIP²-project worden opgevolgd zijn:
Indicatoren VIP²-project Oncologie In België is, net als in Europa, borstkanker de meest voorkomende oorzaak van overlijden door kanker bij vrouwen (20,6 % van alle overlijdens ingevolge kanker). In 2009
Nadere informatieEchografie van de schouder door de reumatoloog: toy or tool?
Echografie van de schouder door de reumatoloog: toy or tool? Henk Martens, reumatoloog Sint Maartenskliniek Nijmegen 29-11-2013 inleiding echografie in de reumatologie/door de reumatoloog echogeleide interventies
Nadere informatieLeeswijzer diagnose mammacarcinoom binnen 5 dagen Publicatie: Leeswijzers. 1. Diagnose mammacarcinoom binnen vijf werkdagen
Leeswijzer diagnose mammacarcinoom binnen 5 dagen Publicatie: Leeswijzers 1. Diagnose mammacarcinoom binnen vijf werkdagen 2. Externe verantwoording In het kader van de Kwaliteitswet Zorginstellingen leggen
Nadere informatieKenmerken Overervingspatroon: Autosomaal dominant, penetrantie vrijwel 100%
6. PTEN Hamartoom Tumor Syndroom (PHTS) Voorheen Cowden syndroom en Bannayan-Riley-Ruvalcaba syndroom (BRRS) Richtlijn 2015 Diagnostische criteria Vaststelling van een mutatie in het PTEN-gen Daarnaast
Nadere informatieMammapolikliniek. Chirurgie
Mammapolikliniek Chirurgie Wat is een mammapoli? De mammapoli is een polikliniek gespecialiseerd in borstafwijkingen. Mamma is het Latijnse woord voor borst. Wanneer u een klacht heeft aan uw borst, bijvoorbeeld
Nadere informatiePraktijkvariatie: diagnostiek bij Ductaal Carcinoma In Situ
Praktijkvariatie: diagnostiek bij Ductaal Carcinoma In Situ C.J.C. Meurs - Biomedische Wetenschapper - CMAnalyzing M.B.E. Menke-Pluijmers - Mammachirurg - Albert Schweitzer Ziekenhuis R.W. Bretveld - Epidemioloog
Nadere informatieVoorspellende waarde van HE4 bij een complexe ovarium cyste ROELIEN VAN DE VRIE ARTS ONDERZOEKER
Voorspellende waarde van HE4 bij een complexe ovarium cyste ROELIEN VAN DE VRIE ARTS ONDERZOEKER 16-06-2016 INHOUD Achtergrond Ovarium carcinoom HE4 Retrospectieve studie AvL & AMC Opzet van prospectieve
Nadere informatielongcarcinoom: stadiëring en behandeling
Hoe actueel is de CBO richtlijn? Niet-kleincellig longcarcinoom: stadiëring en behandeling Prof. dr. Harry J.M. Groen UMCG Groningen Wat moet er veranderen? TBNA? Plaats van EUS-FNA? Plaats van EBUS-FNA?
Nadere informatie