Onderzoek naar de verspreiding van de Wijngaardslak Helix pomatia op basis van bestaande gegevensbronnen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Onderzoek naar de verspreiding van de Wijngaardslak Helix pomatia op basis van bestaande gegevensbronnen"

Transcriptie

1 Onderzoek naar de verspreiding van de Wijngaardslak Helix pomatia op basis van bestaande gegevensbronnen A.W. Gmelig Meyling, R.H. de Bruyne, A. Boesveld & I. van Lente STICHTING ANEMOON 30 juni 2009

2 2

3 Documenttype: Titel: Rapportage Onderzoek naar de verspreiding van de Wijngaardslak Helix pomatia op basis van bestaande gegevensbronnen. Datum: 30 juni 2009 Projectnaam: HabSlak 2008 Documentnummer: Samengesteld door: Foto s op kaft A.W. Gmelig Meyling, R.H. de Bruyne, A. Boesveld & I. van Lente Wijngaardslakken (foto s: A.W. Gmelig Meyling) Contactpersoon: contactpersoon: I. van Lente anemoon@cistron.nl Opdrachtgever: Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV). Kenmerk opdracht: DN.2008/2181 Verplichtingsnummer: Relatienummer: Opdrachtdatum: Contactpersoon: R. Bink Adres: Directie Natuur Gegevensautoriteit Natuur Catharijnesingel 64 Postbus JA Utrecht 2009 Stichting ANEMOON. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Stichting ANEMOON. Stichting ANEMOON ANalyse Educatie Marien Oecologisch ONderzoek Postbus 29, 2120 AA Bennebroek Tel: Kvk: BTW: NL B01 anemoon@cistron.nl Website (ANEMOON): Website HabSlak: 3

4 4

5 Inhoud 1. INLEIDING AANLEIDING OPDRACHT PRIMAIRE DOELSTELLING SECUNDAIRE DOELSTELLINGEN DE WIJNGAARDSLAK EERSTE KENNISMAKING TAXONOMIE EN NAAMGEVING BIOTOOP EN VERSPREIDING BEDREIGINGEN INDICATIEVE WAARDE VOEDSEL LEEFTIJD SEIZOENSPERIODICITEIT LIEFDESSPEL VAN EI TOT BABYSLAK GEGEVENSBRONNEN OPBOUW VERSPREIDINGSBEELD SELECTIE VAN WAARNEMINGEN T.B.V. HUIDIG VERSPREIDINGSBEELD Verspreidingsbeeld op basis van waarnemingen vanaf Betrouwbaarheid waarnemingen BRONNEN Bestand van het Atlasproject Nederlandse Mollusken Project: Soort van de maand telmee.nl Waarnemingen.nl Project: Ogen op steeltjes VERSPREIDING KAARTEN VERSPREIDING IN NEDERLAND Algemeen beeld Voorkomen in Limburg Voorkomen in de Hollandse duingebieden Voorkomen buiten Limburg Voorkomen vóór de Romeinen of Spanjaarden VERSPREIDING OVER DE PROVINCIES VERSPREIDING OVER FYSISCH GEOGRAFISCHE REGIO S VERSPREIDING IN NATURA2000-GEBIEDEN LEEMTES IN KENNIS OVER DE VERSPREIDING VRIJWILLIGERSPOTENTIEEL

6 5.1 T.B.V. DOEN VAN LOSSE WAARNEMINGEN T.B.V. HET GESTRUCTUREERD VERZAMELEN VAN VERSPREIDINGSGEGEVENS T.B.V. MONITORING BELANG VOOR DE WIJNGAARDSLAK VOOR DE ANDER HR-MOLLUSKEN CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN LITERATUUR DANKWOORD...29 Fig. 1. Wijngaardslakken. (Foto: A.W. Gmelig Meyling) 6

7 1. Inleiding 1.1 Aanleiding De Wijngaardslak is beschermd door de Europese Habitatrichtlijn en de nationale natuurwetgeving (Flora- en faunawet en Natuurbeschermingswet 1998). De Nederlandse overheid is door de EU onder meer voor de taak gesteld om de Staat van instandhouding van deze soort te bepalen. Daarnaast heeft de overheid zich in 2008 de taak gesteld om ten behoeve van de ruimtelijke ontwikkeling van Nederland inzicht te krijgen in het voorkomen van de Wijngaardslak en de andere soorten die door de Europese Habitatrichtlijn zijn beschermd. 1.2 Opdracht De Wijngaardslak wordt vermeld in bijlage 5 van de Europese Habitatrichtlijn. Dat betekent dat de soort niet aan de natuur mag worden onttrokken. In dit geval wordt vooral bedoeld: het niet verzameld voor consumptie. Daarnaast is de soort om dezelfde reden in Nederland beschermd door de Flora- en faunawet. Voor de Wijngaardslak was echter, in tegenstelling tot de soorten van bijlage 2 en 4 van de Habitatrichtlijn, waaronder de Nauwe korfslak, de Zeggekorfslak en de Platte schijfhoren, tot op heden nog geen gericht verspreidingsonderzoek opgestart. Daarom bestaat er van de Wijngaardslak (de grootste inheemse huisjesslak!) nog een incompleet beeld van de Nederlandse verspreiding. Vanwege de beschermde status en de leemte in de kennis over de verspreiding van deze soort, heeft het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit op officieel opdracht verleend aan Stichting ANEMOON tot het uitvoeren van een onderzoek naar de huidig bekende verspreiding van deze soort en de leemtes in de kennis daaromtrent. Het project wordt bij Stichting ANEMOON uitgevoerd onder de projectnaam HabSlak Dit project is uitgevoerd conform de offerteaanvraag van 14 april 2008 (kenmerk DN.2008/1417) en de daaruit voortkomende offerte van Stichting ANEMOON (kenmerk GAN_2008_6_18_01), die op 16 juni 2008 is gestuurd aan de Gegevensautoriteit Natuur. Dit project en deze rapportage maken onderdeel uit van het verspreidingsonderzoek waarbij ook de andere weekdierensoorten die vermeld staan op de Europese Habitat Richtlijn zijn betrokken, te weten: de Nauwe korfslak, de Zeggekorfslak en de Platte schijfhoren. De verslaglegging van deze soorten wordt respectievelijk behandeld in Boesveld, Gmelig Meyling & Van Lente (2009a), Boeveld, Gmelig Meyling & De Bruyne(2009) en Boeveld, Gmelig Meyling & Van Lente (2009b). 7

8 1.3 Primaire doelstelling Het primaire doel van dit onderzoek is het in kaart brengen van de verspreiding van de Wijngaardslak met behulp van de nu aanwezige gegevens bij Stichting ANEMOON. 1.4 Secundaire doelstellingen Het maken van een inschatting van de leemtes in de kennis over de verspreiding Het inschatten van het vrijwilligerspotentieel dat in de toekomst mogelijk waarnemingen van deze soort kan en wil doorgeven. Fig. 2. Florerende subpopulaties. Wijngaardslakken in copula. (Foto: H. Roode) 8

9 2. De Wijngaardslak 2.1 Eerste kennismaking De Wijngaardslak is de grootste inheemse huisjesslak van Nederland en vooral daarom een opvallende attractieve soort. De dieren hebben een slakkenhuis dat tot 5 cm groot kan worden, maar de meeste exemplaren zijn ongeveer 3,5 cm. Kruipende dieren kunnen een lengte hebben tot wel 12 centimeter. Vooral in de herfst bij vochtig weer loont het de moeite om op zoek te gaan naar deze soort. Dat kan in oude bossen rond landhuizen en kastelen, in diverse duingebieden en (vooral) in Limburg. In Limburg is de soort plaatselijk algemeen en wordt het voorkomen van de soort als autochtoon gezien, op veel andere plaatsen is de soort, vaak al in vroegere eeuwen, door de mens ingevoerd. De dieren zijn doorgaans niet moeilijk te vinden. Alleen s winters houden ze hun winterslaap in holen in de grond, waarbij de mondopening door een stevig kalkplaatje wordt afgesloten. De soort is beschermd door Flora en Faunawet, maar bovenal door de Europese Habitatrichtlijn, waar de Wijngaardslak wordt vermeld in bijlage V. Dat wil zeggen dat de soort niet mag worden verzameld (aan de natuur onttrokken). Dit is gedaan omdat de soort anders ten behoeve van consumptie zou worden verzameld, want door veel mensen wordt deze slak als lekkernij beschouwd. 2.2 Taxonomie en naamgeving De Wijngaardslak behoort tot de stam der mollusca (weekdieren), de klasse Gastropoda (huisjes-)slakken, de orde Stylommatophora en de familie Helicidae. De soort is beschreven door Linnaeus in het jaar 1758 onder de naam Helix pomatia Linnaeus, In de culinaire handel is de soort bekend onder de namen: Escargot, Roman snail ; Burgundy snail en Escargot de Bourgogne. 2.3 Biotoop en verspreiding Wijngaardslakken leven op een kalkrijke, vochtige bodems, met vaak rijke plantengroei. Anders dan de naam aangeeft, komen ze niet alleen in wijngaarden voor, maar ook in bos (vooral aan bosranden), wegranden, parken, tuinen en in duingebied. In Nederland komt de soort vooral voor in Zuid-Limburg en in de duingebieden van Zuid-Holland en Noord- Holland. Daarnaast zijn er door het hele land diverse verspreid gelegen vindplaatsen; vooral nabij landgoederen en kasteeltuinen. De dieren zijn daar soms al eeuwen geleden bewust uitgezet. In die gevallen kan de Wijngaardslak ter plaatse als een 'stinzensoort' worden beschouwd. Onderzoek naar de Nederlandse verspreiding maakt deel uit van de opdracht. De resultaten worden daarom behandeld in hoofdstuk 4. 9

10 2.4 Bedreigingen Wijngaardslakken worden door voor veel mensen gezien als lekkernij. De meeste dieren die op het bord belanden, zijn tegenwoordig gekweekt in speciale slakkenkwekerijen in binnen- en buitenland, maar de soort wordt ook nog steeds illegaal verzameld. (Vrijwilligers van Stichting ANEMOON komen af en toe met meldingen dat ze de soort op een bepaalde plaats waar ze deze in grote aantallen hadden waargenomen een paar dagen later vrijwel niet meer konden vinden, terwijl de gehele beplanting ter plaatse was vertrapt). Daarnaast wordt de soort bedreigd door biotoopvernietiging, cultivering en versnippering van de biotoop door aanleg van wegen en door al te rigoreuze en intensief beheer/schoonhouden van parken en bermen en andere meer gecultiveerde delen van het leefgebied. In het laatste geval kunnen als bedreigingen worden genoemd: klepelen en branden van bermen, het intensief, i.e. meerdere malen per jaar maaien, gebruik van insecticiden, slakkenverdelgingsmiddelen en het instrooien van kunstmest. Fig. 3. Wijngaardslakken wagen de oversteek over de Brederodeweg in Kennemerland. Vaak moeten ze dat met de dood bekopen, zoals hier het dode exemplaar op de voorgrond. (Foto: A.W. Gmelig Meyling) 2.5 Indicatieve waarde De Wijngaardslak is indicatief voor weinig gestoorde en ongestoorde kalkrijke gebieden. Gebieden waar stabiele populaties voorkomen betreffen (veelal) gebieden met grote tot zeer grote natuurwaarden. We treffen hier vaak een soortenrijke slakkenfauna met veel bijzondere soorten, zowel planten als dieren. In het agrarisch gebied van Zuid-Limburg is het een indicator van redelijk goede en goede bermen (Wallis de Vries et al, 2009). 10

11 2.6 Voedsel Wijngaardslakken leven voornamelijk op de bodem of in de strooisellaag. Zo nu en dan zijn de dieren ook te vinden op de stam van bomen of meestal jongere dieren- op bladeren van grotere plantensoorten. De dieren voeden zich met alle mogelijke plantaardige stoffen die in de natuur te vinden zijn. Paddestoelen en schimmels, zoals door veel naaktslakken worden gegeten, staan zelden of nooit op het menu van de Wijngaardslak. De dieren eten vooral verse, sappige plantendelen, maar ook afgevallen bladeren worden gegeven. Ondanks onderzoek, kon geen nadrukkelijke voorkeur voor een bepaalde plantensoort worden ontdekt. Omdat de soort nooit in grote aantallen optreedt, zoals wel het geval kan zijn bij het iets kleinere familielid Helix (Cornu) aspersa de Segrijnslak-, en voornamelijk in natuurgebieden voorkomt wordt de Wijngaardslak zelden of nooit als schadelijk ervaren. 2.7 Leeftijd Anders dan de meeste andere inheemse landslakken, die eenjarig zijn of hoogstens 2 jaar oud worden, kan de Wijngaardslak 5 tot 8 jaar worden (in gevangenschap zelfs nog ouder). 2.8 Seizoensperiodiciteit In het najaar overwinteren Wijngaardslakken vaak in een winterverblijf onder de grond, waarbij ze de mondopening van hun huisje afsluiten met een kartonachtig kalkplaatje (het epiphragma). In het voorjaar, bij een temperatuur van 8 graden of meer en vochtig weer, kruipen ze uit hun hol. (Tijdens zeer zachte winters kan de soort ook tijdelijk actief worden). In het voorjaar zijn ze tot 15% van het lichaamsgewicht dat ze voor de winterslaap hadden, kwijtgeraakt. Maar door opname van water en voedsel komt dat er binnen een paar weken weer bij. In de periode mei-juli zoeken ze partners en wordt er veelvuldig gepaard. Zoals de meeste slakken zijn Wijngaardlakken tweeslachtig (hermafrodiet); ze hebben zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen. Aan zelfbevruchting doen ze overigens niet. Ze zoeken altijd een partner en bevruchten elkaar wederzijds. Gedurende het voorjaar en de zomer zijn in het leefgebied van de dieren (vooral de duinen en Limburg) regelmatig paringen van elkaar omstrengelende dieren waar te nemen. 2.9 Liefdesspel Wijngaardslakken zijn, zoals de meeste weekdieren, traag. De kans dat ze veel partners tegenkomen is klein. Dan is tweeslachtigheid handig. Komen ze een paringsbereide partner tegen, dan kunnen ze elkaar wederzijds bevruchten. Helemaal toevallig treffen ze elkaar niet; in de kop zit een geurklier met lokstoffen. Wanneer twee slakken elkaar ontmoeten, betasten ze elkaar met de voelhorens (ze hebben er elk vier) en met het voorste deel van hun lichaam. Dan begint het voorspel, waarbij ze zich hoog oprichten, waarbij hun kruipvoeten (dat deel waarop slakken kruipen) tegenover elkaar liggen. In opgewonden toestand drukken ze elkaar stevig tegen zich aan, waarbij de voetzolen 11

12 elkaar uiterst beweeglijk befriemelen en ze elkaar ook met de monddelen betasten. Na een tijdje ingespannen verstrengeld heen en weer wiegen, zakken ze uitgeput weer naar de bodem, Maar na een rusttijd begint het liefdesspel opnieuw. Hoewel de daadwerkelijke bevruchting relatief kort duurt, kan het hele liefdesspel soms wel 20 uur duren. Op een gegeven moment wordt soms door één partner een scherpe 7-11 mm lange kalkpijl, de zogenaamde liefdespijl, in het lijf of de voetzool van de ander geschoten. De gestoken partner wordt hierdoor sterker opgewonden, maar vaak beantwoord hij/zij zich door eveneens een pijl af te schieten. De pijlen blijven steken in de partner. In de pijlzak worden later weer nieuwe pijlen aangemaakt. Niet altijd worden bij de paring pijlen afgezet; soms is de tijd tussen paringen te kort om al nieuwe pijlen te kunnen hebben gevormd. Hoewel lang gedacht is dat het pijlprikken alleen ter stimulatie dient, is uit recent onderzoek gebleken dat met de liefdespijl ook een hormoonstof in de ander wordt overgebracht. Op een gegeven moment komt uit beider geslachtsopeningen een melkwitte penis te voorschijn, die ze om elkaar heen kronkelen, om vervolgens in de vrouwelijke geslachtsopening van de partner te verdwijnen. Tijdens de paring worden zaadpakketjes (spermatofora) aan de partner overgedragen. Na deze eigenlijk paring, die hoogstens een kwartier duurt, trekken beide partners zich terug, waarna het nog enkele uren kan duren voordat de uitgestulpte penis weer geheel is ingetrokken. Relatief snel na afloop kunnen de slakken weer tot paring met een nieuwe partner overgaan Van ei tot babyslak Zo'n maand na de paring volgt de ei-afzetting. Het ouderdier kan lange tochten maken om een geschikte legplaats te vinden. Eenmaal op een geschikte plek, wordt een 4-6 cm diep holletje in niet te vochtige aarde gegraven. Dat gebeurt door draaiende bewegingen met het voorlichaam te maken, waarbij ook de schelp soms meedoet. Dat broedhol is van onderen rond, en versmalt zich naar boven toe in een smalle ingang. Afhankelijk van de ouderdom van de ouder, worden tot 50 kogelronde, melkwitte eieren als kleine, 6 mm grote knikkertjes in het hol afgezet. De eieren worden afgezet met tussenliggende pauzes van 15 tot 30 minuten. Uiteindelijk kan het uur duren voordat een legsel helemaal klaar is. Tijdens deze periode wordt het broedhol niet verlaten. Na het eieren leggen sluit het dier de opening met aardkruimels en blaadjes af en verdwijnt. Echte broedzorg komt bij de Wijngaardslak niet voor. Na zo'n 25 dagen komen de eieren uit. De minislakjes hebben al een klein, flinterdun, witachtig huisje en blijven eerst nog 10 tot 14 dagen in het holletje. Daarbij eten ze onder meer de restanten van de eierschalen op, waarmee ze de kalk, benodigd voor de verdere groei van het huisje, eveneens tot zich nemen. Wanneer de eieren niet allemaal tegelijk uitkomen, eten de eerst uitgekomenen soms ook de nog niet uitgekomen eieren op (dit wordt eierkannibalisme genoemd). De jongen eten zich door de aarde heen een weg boven de grond/naar boven/buiten. De huisjes zijn in dit stadium geelbruin van kleur. De dieren klimmen vervolgens zo snel mogelijk omhoog in de plantenbegroeiing, want jonge dieren met hun flinterdunne huisje vormen een prooi voor roofkevers, mieren en andere roofinsecten. In de periode tot aan de winter vreten ze zich zo vol mogelijk. Ze kunnen in korte tijd afmetingen tot 10 mm bereiken en drie nieuwe windingen of omgangen aan hun huisje toevoegen. De dieren zijn pas geslachtsrijp na de tweede overwintering, bij een grootte van ca 40 mm. Overigens bereikt nog geen 5% van de jonge slakjes die in september tot aan de winter te zien zijn, de volwassen leeftijd. 12

13 3. Gegevensbronnen 3.1 Opbouw verspreidingsbeeld Om het verspreidingsbeeld op te bouwen zijn diverse bronnen gebruikt. Deze bronnen worden besproken in paragraaf Selectie van waarnemingen t.b.v. huidig verspreidingsbeeld Verspreidingsbeeld op basis van waarnemingen vanaf 2001 Het huidige verspreidingsbeeld is gebaseerd op waarnemingen vanaf Het is voor de meeste plaatsen waar de soort vanaf 2001 is waargenomen aannemelijk dat de Wijngaardslak er nu momenteel nog steeds voorkomt Betrouwbaarheid waarnemingen De Wijngaardslak is in tegenstelling tot de andere weekdiersoorten van de Habtitatrichtlijn een grote soort en kan mede daardoor gemakkelijk worden herkend. Toch geldt zeker voor kleine exemplaren dat verwarring met de Segrijnslak Helix aspersa mogelijk is. De aanwezige waarnemingen zijn door een deskundige van Stichting ANEMOON beoordeeld op waarschijnlijkheid. Alleen waarschijnlijke waarnemingen zijn gebruikt voor de opbouw van het gegevensbestand en de weergave van het verspreidingsbeeld. Een waarneming is waarschijnlijk wanneer: De waarneming gecontroleerd kon worden aan de hand van bewijsmateriaal (foto of schelp) door een expert Er reeds betrouwbare waarnemingen in het betreffende km-hok waren gedaan De waarnemer bij Stichting ANEMOON bekend is als betrouwbaar op het gebied van determinaties Een waarneming moet vervolgens aan de volgende voorwaarden voldoen: Het moet ten minste gaan om (bijna) volwassen exemplaren Het betreft autochtoon waargenomen dieren (levend gevonden op de plaats waar ze zijn aangetroffen, dus niet secundair versleept) De plaatsaanduiding cq de opgegeven coördinaten moeten betrekking hebben op, of te herleiden zijn tot locaties binnen 1 km-hok. Indien de plaatsaanduiding vager is en de waarneming ruimer is dan 1 km-hok is de waarneming niet opgenomen. (Bij vervolgonderzoek moeten deze waarnemingen worden nagelopen.) 13

14 3.3 Bronnen Bestand van het Atlasproject Nederlandse Mollusken Het Atlasproject Nederlandse Mollusken (ANM) is in 1994 door Stichting ANEMOON gestart met als doel de verspreiding van alle Nederlandse mollusken (weekdieren) in kaart te brengen. Daartoe wordt tot op heden gewerkt aan een bestand waarin alle waarnemingen van in Nederland aangetroffen weekdieren worden opgenomen. Het gaat hierbij om waarnemingen die zowel door vrijwilligers als professionals zijn verzameld, waarnemingen die verkregen zijn aan de hand van zowel museumcollecties als die van particulieren. De database nadert inmiddels de waarnemingen uit de periode van 1700 tot heden. Het gaat om waarnemingen van ruim 600 weekdiersoorten, (terrestrisch aquatisch marien en binnenwater) waarvan het merendeel levend is aangetroffen. In de ANM-database bevinden zich 1089 waarnemingen van de Wijngaardslak, afkomstig van 248 verschillende waarnemers. 941 waarnemingen zijn voldoende betrouwbaar om bij het verspreidingsonderzoek betrokken te worden betrokken. Van de 941 waarnemingen in komen er 735 uit de periode van vóór De coördinaten van deze oude waarnemingen zijn voor een aanzienlijk deel slechts betrouwbaar op atlashokniveau i.e. 5x5 vierkante kilometer. Bij de samenstelling van het huidige verspreidingsbeeld worden alleen waarnemingen betrokken vanaf In de periode vanaf dat jaar hebben 319 waarnemers molluskenwaarnemingen aan het ANM doorgegeven. Hieronder zijn dan ook de waarnemers begrepen die letten op mariene weekdieren, zoetwaterweekdieren en/of landmollusken. Met betrekking tot landslakken hebben 96 ANM-waarnemers in deze periode waarnemingen ingestuurd. Voor wat betreft de periode vanaf 2001 bevinden zich in de ANM-database 216 waarnemingen, afkomstig van 28 verschillende waarnemers Project: Soort van de maand In het jaar 2007 werd door de Vereniging Onderzoek Flora en Fauna (VOFF), in samenwerking met tal van PGO s, waaronder Stichting ANEMOON, het project Soort van de maand gelanceerd. In de december 2007 was de Wijngaardslak de soort van de maand. In aanloop naar deze maand is de Wijngaardslak via de website soortvandemaand.nl onder de aandacht gebracht en waren in allerlei natuurcentra folders over het project en deze soort te vinden. Het project 'soort van de maand' leverde 160 waarnemingen op, afkomstig van ruim 80 waarnemers. 140 waarnemingen waren betrouwbaar genoeg om bij analyses te kunnen betrekken. 95 waarnemingen kwamen binnen via de overige via s en brieven aan Stichting ANEMOON. De soort werd gemeld uit 77 km-hokken. In 69 van deze km-hokken was de Wijngaardslak nog niet eerder bij het ANM waargenomen. Het project was dus zeker succesvol. De nieuwe vindplaatsen kwamen goed overeen met het al bekende verspreidingsbeeld telmee.nl Sinds de start van telmee.nl zijn er 30 waarnemingen binnengekomen van de Wijngaardslak, afkomstig van 14 waarnemers. Van de 30 waarnemingen zijn er 20 voldoende betrouwbaar om bij het verspreidingsbeeld te betrekken. 14

15 3.3.4 Waarnemingen.nl Bij waarnemingen.nl zijn sinds 2006 van de Wijngaardslak 595 waarnemingen binnengekomen. 310 waarnemingen, afkomstig van 125 waarnemers, waren betrouwbaar genoeg om bij het verspreidingsbeeld te betrekken Project: Ogen op steeltjes. In 2005 heeft de KNNV in samenwerking met Stichting ANEMOON een project uitgevoerd, waarbij KNNV leden en andere geïnteresseerden waarnemingen van een zestal gemakkelijk te herkennen landslakken konden doorgeven via waarnemers kaarten en via een website. De Wijngaardslak was één van de zes soorten. Via dit project kwamen er ruim 5000 waarnemingen van de geselecteerde soorten binnen afkomstig van 700 waarnemers. Na validatie van de waarnemingen zijn er van de Wijngaardslak 75 waarvan we zeker zijn dat het waarnemingen van de Wijngaardslak betrof. Voor een belangrijk deel van de waarnemingen waarbij Wijngaardslak werd opgegeven, zijn de validatoren van mening dat het waarschijnlijk toch waarnemingen van de Segrijnslak betrof. Deze waarnemingen zijn daarom buiten beschouwing gelaten. De 75 betrouwbare waarnemingen zijn afkomstig van 30 waarnemers. Fig. 4. De Segrijnslak Helix aspersa Müller, Een soort waarmee de Wijngaardslak verward kan worden en die ook was betrokken bij het project Ogen op Steeltjes. (Foto: A.W. Gmelig Meyling) 15

16 4. Verspreiding 4.1 Kaarten Bijlage 1 geeft een kaart met de km-hokken waar de Wijngaardslak is waargenomen vanaf Dit kaartbeeld mag gezien worden als de huidige bekende verspreiding van de soort. Bijlage 2 geeft een kaart met zowel de 5x5 km-hokken waar de soort vóór 2001 is waargenomen, als uit de periode daarna. De rode vierkantjes betreffen waarnemingen van vóór De groene cirkels hebben betrekking op waarnemingen vanaf Bijlage 3 geeft een kaart met zowel de 10x10km-hokken waar de soort vóór 2001 is waargenomen, als uit de periode daarna. De rode vierkantjes betreffen waarnemingen van vóór De groene cirkels hebben betrekking op waarnemingen vanaf Verspreiding in Nederland Algemeen beeld Tabel 4.1 geeft een overzicht van het aantal hokken waar de Wijngaardslak is waargenomen. Tabel 4.1. Aantal hokken waar de Wijngaardslak is waargenomen vanaf 2001 en het aantal hokken waar de soort ooit is waargenomen. Hok-grootte Vanaf 2001 Vanaf x10km-hokken x5km-hokken x1km-hokken Uit tabel 4.2 komt naar voren dat de Wijngaardslak vooral voorkomt in Zuid Limburg en in meerdere gebieden in de duinen van Noord- en Zuid-Holland. In Limburg gaat het om een aaneengesloten gebied. In de duinen gaat het om twee grote hoofdkernen respectievelijk in de Natura2000 gebieden Kennemerland-Zuid en Voornes duin (zie paragraaf 4.5) en diverse kleinere kerngebieden. Daarnaast komt de soort in alle provincies lokaal en vaak sterk geïsoleerd voor (zie paragraaf 4.3). 16

17 4.2.2 Voorkomen in Limburg Het verspreidingsgebied in Zuid Limburg sluit aan bij dat in Midden en Oost-België, Duitsland, Luxemburg, Zwitserland en Frankrijk als noordwestelijke uitloper van het Zuidoost- en Midden Europese verspreidingsgebied. Limburg wordt gezien als de noordgrens van het natuurlijke areaal (Butot, 1975). In Nederland zijn geen betrouwbare bodemvondsten van huisjes van de Wijngaardslak bekend uit bodemlagen van vóór 2500 voor Christus, waaruit afgeleid kan worden dat de soort in die tijd voor kwam. Dit geldt ook voor het gebied in Zuid Limburg. Toch worden de populaties onder lijn Elsloo-Heerlen als natuurlijk (autochtoon) beschouwd Voorkomen in de Hollandse duingebieden In de duinstreek komen meerdere bekende, historische populaties van de Wijngaardslak voor. Beroemd en historisch gezien belangrijk is de populatie uit s Gravenhage, die ten minste al sinds 1656 in de Zuid-Hollandse duinen voorkomt. Cats maakt melding van de soort in zijn bundel Hofgedachten (gedicht nr VII). Deze populatie rondom het voormalig buiten van Cats bestaat nog steeds, mede dankzij de ligging in een beschermd natuurgebied (Butot, 1970b, 1973b). Een tweede belangrijke historische populatie uit de Hollandse duinstreek is de populatie uit Kennemerland, waarover Nicolaas Beets, onder het Pseudoniem Hildebrand, schreef in de Camera Obscura (De Bruyne & Van Lente, 2006). De biotoop in de duinen is zó goed passend, dat nu, eeuwen later, allang gesproken mag worden van natuurlijke populaties. De populaties verjongen zich, breiden zich uit en de soort kan zich, mits het biotoop wordt behouden, prima handhaven. Fig. 5. De beroemde Camera Obscura van Nicolaas Beets 17

18 4.2.4 Voorkomen buiten Limburg Gewoonlijk wordt aangenomen dat Wijngaardslakken direct of indirect door de mens zijn ingevoerd op alle plaatsen buiten Limburg waar ze vroeger en (deels) nu nog voorkomen. In diverse provincies leven al eeuwen populaties van de soort, waarmee ze ruimschoots voldoen aan de definitie van ter plaatse ingeburgerd. Herklots (1859) schrijft:..op de meeste plaatsen, waar zij gevonden werd, kan men nog nagaan, dat zij ingevoerd is geworden en later om zoo te zeggen verwilderd. Als zoodanig moge zij hier hare plaats beslaan.. Er bestaan diverse goed gedocumenteerde meldingen van voorkomens buiten Limburg. Bekend zijn onder andere oude populaties uit Friesland, waarvan sommigen teruggaan tot Veel populaties waren al in de jaren zeventig van de vorige eeuw uitgestorven of zeer bedreigd (Butot, 1970a). Hetzelfde geldt voor populaties uit Noord-Brabant, Zeeland en Utrecht (Butot, 1973a) en populaties in de oostelijke en noordelijke provincies van Nederland, met meldingen van historische populaties teruggaand tot 1822 en 1897 (Butot, 1974). In meerdere gevallen gaat het om populaties van landgoederen en andere buitens waar de soort door de bewoners zou zijn ingevoerd, al dan niet bewust of met planten van elders (stinzensoort). Daarnaast zijn er oude proefkwekerijen van meerdere locaties bekend. In verreweg de meeste gevallen zijn de betreffende populaties inmiddels verdwenen of, in de terminologie van Butot (1973a), zeer verzwakt. Het voorkomen buiten Limburg en de duinen is echter veel minder gemakkelijk te zien als natuurlijk leefgebied, onder meer omdat de dieren op veel plekken erg geïsoleerd voorkomen en gemakkelijk kunnen verdwijnen Voorkomen vóór de Romeinen of Spanjaarden Lange tijd werd getwijfeld of de Wijngaardslak ook vóór de komst van de Romeinen in onze streken leefde. Zoals hierboven al gezegd zijn er geen bodemvondsten van huisjes bekend in bodemlagen van vóór 2500 voor Christus, waaruit afgeleid kon worden dat de soort in die tijd voor kwam. Zoals ook een Engelse naam (Roman Snail) aangeeft, werd wel gedacht aan de Romeinen als mogelijke importeurs van de Wijngaardslak uit zuidelijker streken. Het verhaal wil dat op de tocht van Napoleon naar Rusland de soldaten de wijngaardslakken meegekregen zouden hebben als -op natuurlijke wijze ingeblikt- voedsel. Het voorkomen op de buitenplaatsen rond Haarlem is ook wel toegeschreven aan de Spanjaarden. Weber (1919) nam aan dat de dieren door Spanjaarden geïmporteerd werden, omdat de slak in de omtrek van Haarlem Caracolle heet, een Spaanse naam. De huidige Spaanse naam is Caracol de la Viña of Caracol de la Borgoña. Het Franse Escargot (Escargot de Bourgogne of Escargot vigneron) is afgeleid van die Spaanse naam. De Zuid-Nederlandse namen caracol, karakol of karkol zijn eveneens van caracol afgeleid. Latere bodemvondsten uit Limburg en Noordwest- Duitsland toonden echter toch aan dat de soort ook vóór de Romeinen al in onze streken leefde (Butot, 1975). 18

19 4.3 Verspreiding over de provincies Tabel 4.2 geeft de verdeling van het (nu bekende) voorkomen van de Wijngaardslak over de provincies van Nederland. Gegeven wordt het aantal hokken waarin de soort is waargenomen vanaf het jaar De soort is in alle provincies waargenomen, maar komt op basis van km-hokken duidelijk het meest voor in respectievelijk Limburg, Noord-Holland en Zuid-Holland. Tabel 4.2. Verdeling van het voorkomen van de Wijngaardslak over de provincies. Gegeven wordt het aantal hokken waarin de soort is waargenomen vanaf het jaar Provincie 10x10kmhokken 5x5kmhokken km-hokken Groningen Friesland Drenthe Overijssel Flevoland Gelderland Utrecht Noord-Holland Zuid-Holland Noord-Brabant Limburg Fig. 6. De Wijngaardslak wordt vaak gevonden op de grond tussen het strooisel, maar kan ook op boomstammen of takken worden aangetroffen. Foto: A.W. Gmelig Meyling 19

20 4.4 Verspreiding over Fysisch Geografische Regio s Tabel 4.3 geeft de verdeling van het (nu bekende) voorkomen van de Wijngaardslak over de Fysisch Geografische Regio s in Nederland. Gegeven wordt het aantal hokken waarin de soort is waargenomen vanaf het jaar 2001.Op basis van de aantallen km-hokken waarin de soort is gevonden, komt de soort respectievelijk het meest voor in het Heuvelland van Limburg, en in de regio Duinen overige. Tabel 4.3. Verdeling van het voorkomen van de Wijngaardslak over de Fysisch Geografische Regio s (FGR s). Gegeven wordt het aantal hokken waarin de soort is waargenomen vanaf het jaar FGR 10x10kmhokken 5x5kmhokken km-hokken Duinen overig Heuvelland Limburg Hogere zandgronden Noord Hogere zandgronden Oost Hogere zandgronden Veluwe Hogere zandgronden Zuid Laagveen Holland Laagveen Noord Rivierengebied Zeeklei Midden Zeeklei Noord Zeeklei Zuid

21 4.5 Verspreiding in Natura2000-gebieden Tabel 4.4 geeft de verdeling van het (nu bekende) voorkomen van de Wijngaardslak over de Natura2000-gebieden. Gegeven wordt het aantal hokken waarin de soort is waargenomen vanaf het jaar Op basis van de aantallen km-hokken waarin de soort is gevonden, komt de soort respectievelijk het meest voor in het gebied Kennemerland Zuid. De meeste vindplaatsen liggen echter buiten Natura2000-gebieden. Tabel 4.4. Verdeling van het voorkomen van de Wijngaardslak over de Natura2000- gebieden. Gegeven wordt het aantal hokken waarin de soort is waargenomen vanaf het jaar 2001 N2KNR N2KNAAM 10x10kmhokken 5x5kmhokken kmhokken -1 Buiten Natura2000 gebied Weerribben Veluwe Noordhollands Duinreservaat Kennemerland-Zuid Westduinpark & Wapendal Solleveld & Kapittelduinen Voornes Duin Roerdal Bunder- en Elsloërbos Geleenbeekdal Bemelerberg & Schiepersberg Geuldal Sint Pietersberg & Jekerdal Savelsbos Leemtes in kennis over de verspreiding Behalve in Zuid Limburg en de duingebieden, waar grote populaties van de Wijngaardslak voorkomen, leeft de soort hoogstwaarschijnlijk nog op een groot aantal locaties, en in vermoedelijk veel meer km-hokken dan tot op heden bekend. Bij de onder paragraaf 3.3. genoemde projecten is er wel aandacht naar de soort gedaan, maar er is geen gericht en systematisch onderzoek uitgevoerd waarbij alle kansrijke hokken zijn onderzocht. Er zal veel onderzoek nodig zijn om alle potentiële locaties te onderzoeken. Vanuit bescherming of natuurbeheer wordt het niet altijd als nuttig gezien al deze locaties buiten Zuid Limburg en de Duinen te leren kennen, omdat dergelijke losse locaties niet gezien worden als natuurlijk verspreidingsgebied. Veel van de dieren die zijn waargenomen op deze locaties zijn immers vermoedelijk vrij recent door mensen uitgezet. In hoeverre zulke 21

22 populaties stabiel zijn of zullen worden is niet duidelijk. Een deel ervan heeft zeker een grote kans weer te verdwijnen. Gezien de indicatieve waarde van de Wijngaardslak voor een rijke mollusken fauna, acht Stichting ANEMOON het wenselijk de verspreiding landelijk zo goed mogelijk in kaart te brengen. Zuid Limburg en de duingebieden worden gezien als het natuurlijk leefgebied van de Wijngaardslak. Het (blijvend) voorkomen van de soort in deze gebieden vormt zeker een goede indicatie voor de kwaliteit en het beheer van deze gebieden. Het is daarom aan te bevelen dat in elk geval voor deze gebieden het verspreidingsbeeld wel geheel wordt gecompleteerd, zowel op basis van 10x10km-hokken als km-hokken. Op basis van expert opinion komen binnen deze regio s nog ten minste 6 tot 10 10x10km-hokken voor die aan structureel verspreidingsonderzoek dienen te worden onderworpen. Op km-hok niveau moeten minimaal enkele honderden tot duizend hokken worden onderzocht om te kunnen stellen dat het verspreidingsbeeld in natuurlijke leefgebieden compleet is. Fig. 7. De Wijngaardslak is een aantrekkelijk en interessant dier, mede vanwege zijn afmetingen. (Foto: H. Roode) 22

23 5. Vrijwilligerspotentieel 5.1 T.b.v. doen van losse waarnemingen Sedert 2001 zijn bij het Atlasproject Nederlandse Mollusken 96 waarnemers actief geweest op het gebied van terrestrische weekdieren. 26 van deze waarnemers stuurden waarnemingen in van de Wijngaardslak. In de afgelopen twee jaar zijn er bij de website waarnemingen.nl ruim 125 waarnemers geweest die waarnemingen van Wijngaardslakken via deze website hebben ingevoerd. Tijdens het project Soort van de maand leverde een kortdurende promotie van deze soort 80 waarnemers op. Bij de het invoerportal telmee.nl zijn waarnemingen van de wijngaardslak door 14 waarnemers ingestuurd. Daarbij dient wel te worden opgemerkt dat telmee.nl nog niet uitgebreid door Stichting ANEMOON is gepromoot. Daarmee wordt pas begonnen, als telmee alle benodigde invoervelden toont die voor het doorgeven van betrouwbare molluskenwaarnemingen van belang zijn. Er is slechts in zeer beperkte mate overlap tussen waarnemers van deze drie gegevensbronnen. In totaal zijn er vanaf 2001 van 250 verschillende waarnemers waarnemingen van de wijngaardslak in ons landelijke Wijngaard-bestand terechtgekomen, waarvan gesteld kan worden dat ze van betrouwbare waarnemers komen. Binnen Stichting ANEMOON bestaat het vermoeden dat met een relatief geringe inspanning, het waarnemerspotentieel voor het doen van losse waarnemingen naar de Wijngaardslak, gemakkelijk kan worden verdubbeld of verdrievoudigd. De soort zou daartoe vooral onder de aandacht moeten wordt gebracht van alle meer breed georiënteerde waarnemers, waarnemers die letten op diverse soorten uit meerdere groepen tegelijk, dit in tegenstelling tot de huidige, zeer gespecialiseerde groep waarnemers. De Wijngaardslak is immers een attractieve, goed herkenbare, grote soort, die er gemakkelijk bij genomen kan worden. PR voor het doen van losse waarnemingen zou bijvoorbeeld kunnen worden uitgevoerd vanuit het project Capacity Building. 5.2 T.b.v. het gestructureerd verzamelen van verspreidingsgegevens Wanneer men zich afhankelijk maakt van waarnemers die alleen losse waarnemingen verzamelen, zullen er altijd leemten blijven in de kennis over het verspreidingsgebied. Zonder aansturing komen vrijwilligers zeker niet in alle gewenste hokken en worden niet systematisch alle potentieel kansrijke hokken onderzocht. Bovendien zal men geen zekerheden verkrijgen over de afwezigheid van de Wijngaardslak in de atlashokken waaruit geen meldingen van de soort bekend zijn. Zonder gerichte enquête onder de waarnemers die losse waarnemingen hebben doorgegeven, is het moeilijk om een inschatting te maken welk deel van deze waarnemers ook bereid is gestructureerd waarnemingen te doen en willen worden gestuurd naar bepaalde km-hokken. Ervaringen met het HabSlak-project en het ANM wijzen uit dat het aantal waarnemers dat bereid is zich nadrukkelijk te laten aansturen, tamelijk gering is. Deze ervaringen zijn echter 23

24 gebaseerd op de kleine, gespecialiseerde soorten, waarvoor men veel moeite moet doen (te weten de Nauwe korfslak, de Zeggekorfslak en de Platte schijfhoren). Aangenomen mag worden dat het aantal waarnemers dat gestructureerde inventarisaties wil doen die gericht zijn op de Wijngaardslak, beduidend hoger zal liggen. De Wijngaardslak is immers een veel grotere, gemakkelijker te herkennen soort, die op het oog kan worden waargenomen en voorkomt in meestal goed toegankelijke biotopen. Vanwege de grootte is het onder de weekdieren een van de meest aantrekkelijke ( aaibare ) soorten. Geschat wordt daarom dat er voor het doen van gestructureerde waarnemingen van de Wijngaardslak toch tussen de 50 en 200 waarnemers te vinden moeten zijn. Wanneer een project wordt opgezet voor het doen van gestructureerde waarnemingen aan de Wijngaardslak, is het aan te bevelen dat daarbij ook een beperkt aantal andere grote slakkensoorten meeliften, zoals de Segrijnslak Helix aspersa, de Heesterslak Arianta arbustorum en de Tuinslak Cepaea nemoralis, Witgerande tuinslak Cepaea hortensis. Wanneer waarnemers standaard letten op deze meeliftsoorten, kunnen met deze waarnemingen ook de detectiekansen worden berekend, wat informatie kan verstrekken ten behoeve van het maken van kanskaarten. 5.3 T.b.v. monitoring De Wijngaardslak kan worden gezien als een eenvoudig te volgen indicator voor weinig gestoorde tot ongestoorde kalkrijke bodems. Kwaliteitsveranderingen zullen op basis van veranderingen in het voorkomen op km-hokniveau echter niet gemakkelijk aan het licht komen. Monitoring van populaties biedt daarvoor echter wel een goede mogelijkheid. Het monitoren van Wijngaardslakken lijkt zeker goed mogelijk. Net als bij soorten als de zandhagedis en vlinders het geval is, zouden routes kunnen worden uitgezet, waarbij de Wijngaardslak onder bepaalde weersomstandigheden kunnen worden geteld. Om te zien of voor monitoring van Wijngaardslakken voldoende vrijwilligers kunnen worden gevonden, kunnen wervingscampagnes worden gehouden. Stichting ANEMOON gaat erop voorhand vanuit dat monitoring met behulp van vrijwilligers goed mogelijk is. Aanbevolen wordt om een pilotstudie op te zetten waarbij als proef bepaalde routes in bepaalde geselecteerde plots worden gemonitord. 5.4 Belang voor de Wijngaardslak voor de ander HR-mollusken Wanneer de Wijngaardslak bij het HabSlak-project zou worden betrokken, zouden sommige waarnemers die geworven zijn voor de Wijngaardslak, mogelijk ook kunnen doorstromen naar het waarnemersnetwerk voor de Nauwe korfslak, de Zeggekorfslak en de Platte schijfhoren. Deze laatste drie soorten zijn moeilijk te vinden en te herkennen en leven in veelal ontoegankelijke gebieden, waardoor het voor veel mensen in eerste instantie onaantrekkelijk lijkt om aan het verspreidingsonderzoek naar deze soorten mee te doen. Wanneer men echter eerder voor enige tijd actief is geweest met onderzoek naar makkelijkere soorten (zoals hier de Wijngaardslak) zien we vaak vanuit die vrijwilligers een behoefte ontstaan over te stappen naar grotere uitdagingen (in dit geval de moeilijke HRmollusken). 24

25 6. Conclusies en aanbevelingen De Wijngaardslak komt vooral voor in Zuid Limburg en in meerdere gebieden in de duinen van Noord- en Zuid-Holland. Aannemelijk is gemaakt dat deze gebieden in elk geval als natuurlijk verspreidingsgebied mogen worden opgevat. Buiten deze gebieden komt de Wijngaardslak op een groot aantal meer geïsoleerd gelegen locaties door het hele land voor. Voor een deel betreft het hier recent uitgezette exemplaren. In dergelijke gevallen kunnen de betreffende atlashokken vooralsnog beter niet worden opgevat als natuurlijk verspreidingsgebied. In een deel van die gevallen kunnen zulke populaties niet lang stand houden. Pas na nader onderzoek kan duidelijk worden welke plaatsen buiten de duinen en Limburg eveneens belangrijk zijn om nader te onderzoeken en te volgen. Met oude en vaak (cultuur-)historisch belangrijke populaties, zouden beheerders wel degelijk rekening moeten houden. Het verspreidingsbeeld van de Wijngaardslak binnen het als natuurlijk te beschouwen verspreidingsgebied van de soort (zuid-limburg, duingebieden van Zuid en Noord-Holland) is op basis van 10x10km-hokken redelijk compleet. Wel zijn er tussen de 6 en 10 10x10km-hokken binnen die nog nader onderzocht dienen te worden. Binnen het natuurlijke verspreidingsgebied is de verspreiding op het niveau van km-hokken nog verre van compleet. Er dienen nog circa 500 tot 1000 km-hokken aan gericht onderzoek te worden onderworpen om zekerheid over de aan- of afwezigheid, i.e. het complete verspreidingsbeeld te verkrijgen. Aanbevolen wordt ook het verspreidingsonderzoek op kmhok-niveau zoveel mogelijk te completeren, zodat met de verkregen gegevens een zo goed mogelijke kansenkaart kan worden samengesteld. Een kansenkaart is een kaart die aangeeft hoe groot de kans is dat de soort er gevonden kan worden. Deze kaart is gebaseerd op werkelijke waarnemingen, maar voor de hokken die nog niet zijn onderzocht worden de kansen berekend op basis van een wiskundigmodel, waarbij biotoop parameters aan het model worden meegegeven. Het ligt in de lijn der verwachtingen dat er met een relatief geringe inspanning zeker meer waarnemers kunnen worden geworven om losse waarnemingen van de Wijngaardslak te doen en door te geven. Met losse waarnemingen alleen worden echter de leemtes in de kennis over de verspreiding niet snel opgevuld. Om vrijwilligers te vinden die het verspreidingsbeeld via meer gestructureerde inventarisaties te completeren, zal een grotere inspanning moeten worden geleverd. Echter ook hiervoor wordt het waarschijnlijk geacht dat voldoende vrijwilligers beschikbaar zijn en kunnen worden geworven. Aanbevolen wordt om, mocht er binnen het kader van het Verspreidingsonderzoek 25

26 Mollusken voor de Wijngaardslak geen financiering meer komen, toch in ieder geval bij het project Capacity Building aandacht te geven aan de Wijngaardslak. De Wijngaardslak kan worden gezien als een indicator voor weinig gestoorde en ongestoorde kalkrijke bodems. Op basis van veranderingen in het voorkomen op km-hokniveau zullen kwaliteitsveranderingen niet gemakkelijk aan het licht komen. Monitoring van populaties biedt daarvoor wel een goede mogelijkheid. Of voor monitoring van de Wijngaardslak voldoende vrijwilligers zijn te vinden, is eerst te zien nadat er wervingscampagnes zijn geweest voor vrijwilligers tbv gestructureerd verspreidingsonderzoek. Aanbevolen wordt een pilotstudie uit te voeren waarbij middels een aantal monitoringtrajecten speciaal geselecteerde populaties worden gevolgd. Wanneer de Wijngaardslak bij het HabSlak-project zou worden betrokken, zou dit tevens een extra bron (via doorstroming) kunnen gaan vormen om nieuwe waarnemers te werven voor inventarisaties naar de Nauwe korfslak, de Zeggekorfslak en de Platte schijfhoren. Aanbevolen wordt daarom om ook vanuit het Verspreidingsonderzoek Mollusken (HabSlak-project) te investeren in een actief aangestuurd vrijwilligersnetwerk t.b.v. verspreidingsonderzoek naar de Wijngaardslak. Secundair doel daarvan is zo te komen tot een kweekvijver aan vrijwilligers die mede kunnen worden opgeleid als waarnemer t.b.v. het verspreidingsonderzoek naar de andere drie moeilijkere mollusken van de Europese Habitat Richtlijn. Fig. 8. De Wijngaardslak heeft het grootste huisje slakkenhuis van de Nederlandse inheemse landslakken. Er is ook handel in lege huisjes, die worden gevuld met knoflookboter en klaargemaakte slakken (vaak van een andere soort) en zo worden verkocht in de winkel. (Foto: R.H. de Bruyne) 26

27 7. Literatuur Bank, R. A. & L. J. M. Butot, Over wijngaardslakken in Haarlem, Bloemendaal en Heemstede. Corresp.-blad Ned. Malac. Ver. 195: Benthem Jutting, W.S.S. van, Mollusca (I) A. Gastropoda, Prosobranchia et Pulmonata. Fauna van Nederland VII. Sijthof, Leiden 387 p. Boesveld, A., A.W. Gmelig Meyling & R.H. de Bruyne, Inhaalslag Verspreidingsonderzoek. Mollusken van de Europese Habitatrichtlijn. Resultaten van het inventarisatiejaar Zeggekorfslak Vertigo moulinsiana. Anemoon rap.nr: Stichting ANEMOON. Heemstede. 53 pp. Boesveld, A., A.W. Gmelig Meyling & I. van Lente, Inhaalslag Verspreidingsonderzoek. Mollusken van de Europese Habitatrichtlijn. Resultaten van het inventarisatiejaar Platte schijfhoren Anisus vorticulus. Anemoon rap.nr: Stichting ANEMOON. Heemstede. 51 pp. Boesveld, A., A.W. Gmelig Meyling & I. van Lente, Inhaalslag Verspreidingsonderzoek. Mollusken van de Europese Habitatrichtlijn. Resultaten van het inventarisatiejaar Nauwe korfslak Vertigo angustior. Anemoon rap.nr: Stichting ANEMOON. Heemstede. 62 pp. Boon, B., Pothoofddieren. De Levende Natuur 7: Bruyne, R.H. de, H. Wallbrink & A.W. Gmelig Meyling, Bedreigde en verdwenen land- en zoetwatermollusken in Nederland (Mollusca). Basisrapport met voorstel voor de Rode Lijst. European Invertebrate Survey Nederland (EIS), Leiden & Stichting ANEMOON, Heemstede. 88 pp. Bruyne, R.H. de en I. van Lente, De Wijngaardslak, een historische populatie in Kennemerland. ANEMOON rapport: pp. Bruyne, R.H, de, Profielschets van Nederlands grootste terrestrische huisjesslak: de Wijngaardslak Helix pomatia Linnaeus, Rapportnr: 2007(07). Stichting ANEMOON. Heemstede Butot, L.J.M., 1970a. Geschiedenis en stand van de Wijngaardslak in Friesland. De Levende Natuur (R.I.N.-bericht nr 3) 73 (02): 40-46; feb Butot, L.J.M., 1970b. De Wijngaardslakken, Sorghvliet en Jacob Cats. Corresp.-blad Ned. Malac. Ver. 139: Butot, L.J.M., De geschiedenis en de verspreiding van de Wijngaardslak langs de duinzoom. De Levende Natuur (R.I.N.- bericht nr 30) 75 (02): 29-40; feb Butot, L.J.M., 1973a. De geschiedenis en de verspreiding van de Wijngaardslak in de beide Hollanden, Noordbrabant, Zeeland en Utrecht. De Levende Natuur (R.I.N.- bericht nr 51) 76 (07/08): ; jul/aug Butot, L. J. M., 1973b. De geschiedenis en de verspreiding van de Wijngaardslak in s- Gravenhage. De levende Natuur 73: (R.I.N.-bericht nr 20) Butot, L.J.M., De geschiedenis en de verspreiding van de Wijngaardslak in de oostelijke en noordelijke provincies van Nederland. De Levende Natuur (R.I.N.- bericht nr 59) 77 (07/08): ; jul/aug Butot, L.J.M., De Wijngaardslak in Limburg. Bericht nr 63 van het Rijksinstituut voor Natuurbeheer, Leersum. (Tevens: publicaties van het Natuurhistorisch genootschap in Limburg. Reeks XXV. Afl. 2 en 3, gepubliceert in maart 1976). 23 pp. 27

28 Heimans, E., Paschen aan de Pietersberg. De Levende Natuur 28: Herklots, J.A., Natuurlijke historie van Nederland. De dieren van Nederland. Weekdieren. Haarlem 466 pp. Hubert, B., De paringsbiologie van de Wijngaardslak. Natuur en techniek 34: Kleyn, H., Brederode. De levende Natuur 4: Linden, P.J.H. van der & C. Achterberg, Brederodelaan; effecten van verkeerstoename. Els & Linde, proj pp. Sparrius, L.B. & N. Buiten, 2006, Mossen en korstmossen in de duinbossen van Schapenduinen en Caprera, binnen de Speciale Beschermingszone Kennemerland- Zuid, in een smalle strook aan weerszijden van de Brederodelaan. BLWG rapport BLWG, Gouda. Waardenburg, H.G., Commentatio Historia Naturalis animalium molluscorum regno belgico indigenorum. Annales Acad. Lugduno- Batavae Leiden 62 pp. Wallis de Vries, M., A. Boesveld, W. Bosman, M. Reemer, J. Regelink, A.J. Rossenaar, J. Schaminée & K. Veling, Verkenning herstel kleinschalige lijnvormige infrastructuur Heuvelland. Rapport DK nr. 2009/dk110-O. Directie Kennis, Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Ede. 82 pp. Weber, M., Beschouwingen over de fauna van Nederland. Bijdr. Dierk. Feestnummer Kerbert, 21:

29 8. Dankwoord Dank gaat uit naar alle vrijwilligers die waarnemingen hebben doorgeven aan het Atlasproject Nederlandse Mollusken, het VOFF-project Soortvan de maand, Het KNNVproject ogen op steeltjes en aan de losse waarnemingesites waarnemingen.nl en telmee.nl. Stef Keulen wordt bedankt met betrekking tot het aandragen van ecologische en historische aanvullingen. Nancy Elbersen zijn we zeer dankbaar voor de hulp bij de verwerking van waarnemingen tot een digitaal bestand en de validatie van de gegevens. 29

30 Bijlagen Bijlage 1: Kaart met de km-hokken waar de Wijngaardslak is waargenomen vanaf Dit kaartbeeld mag gezien worden als de huidige bekende verspreiding van de soort. Bijlage 2: Kaart met zowel de 5x5 km-hokken waar de soort vóór 2001 is waargenomen, als uit de periode daarna. De rode vierkantjes betreffen waarnemingen van vóór De groene cirkels hebben betrekking op waarnemingen vanaf Bijlage 3: Kaart met zowel de 10x10km-hokken waar de soort vóór 2001 is waargenomen, als uit de periode daarna. De rode vierkantjes betreffen waarnemingen van vóór De groene cirkels hebben betrekking op waarnemingen vanaf

Kevers van de Habitatrichtlijn,

Kevers van de Habitatrichtlijn, Indicator 19 juni 2012 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Het oorspronkelijke areaal van

Nadere informatie

Alle dieren zijn gelijk maar sommige dieren zijn meer gelijk dan andere De Nauwe korfslak in de Nederlandse duinen. Jaap de Boer Stichting ANEMOON

Alle dieren zijn gelijk maar sommige dieren zijn meer gelijk dan andere De Nauwe korfslak in de Nederlandse duinen. Jaap de Boer Stichting ANEMOON Alle dieren zijn gelijk maar sommige dieren zijn meer gelijk dan andere De Nauwe korfslak in de Nederlandse duinen Jaap de Boer Stichting ANEMOON Inhoud Stichting ANEMOON De Nauwe korfslak Oorzaken achteruitgang

Nadere informatie

Inhaalslag Verspreidingsonderzoek. Mollusken van de Europese Habitatrichtlijn

Inhaalslag Verspreidingsonderzoek. Mollusken van de Europese Habitatrichtlijn Inhaalslag Verspreidingsonderzoek Mollusken van de Europese Habitatrichtlijn Resultaten van het inventarisatiejaar 2006 Nauwe korfslak Vertigo angustior R.H. de Bruyne & A.W. Gmelig Meyling STICHTING ANEMOON

Nadere informatie

Bureauonderzoek natuurwaarden wijzigingsplan Boekenrode

Bureauonderzoek natuurwaarden wijzigingsplan Boekenrode Bureauonderzoek natuurwaarden wijzigingsplan Boekenrode Natuurwaardenkaart Voor het inventariseren van de natuurwaarden van Heemstede zijn in het rapport Natuurwaardenkaart van Heemstede Waardering van

Nadere informatie

Nauwe korfslak (Vertigo angustior) H Status: 2. Kenschets. 3. Bijdrage van gebieden. Habitatrichtlijn Bijlage II (inwerkingtreding 1994).

Nauwe korfslak (Vertigo angustior) H Status: 2. Kenschets. 3. Bijdrage van gebieden. Habitatrichtlijn Bijlage II (inwerkingtreding 1994). Nauwe korfslak (Vertigo angustior) H1014 1. Status: Habitatrichtlijn Bijlage II (inwerkingtreding 1994). 2. Kenschets Beschrijving: De nauwe korfslak is een klein landslakje met een linksgewonden huisje.

Nadere informatie

Nauwe korfslak (Vertigo angustior) H Status: 2. Kenschets. 3. Ecologische vereisten. Habitatrichtlijn Bijlage II (inwerkingtreding 1994).

Nauwe korfslak (Vertigo angustior) H Status: 2. Kenschets. 3. Ecologische vereisten. Habitatrichtlijn Bijlage II (inwerkingtreding 1994). Dit profiel dient gelezen, geïnterpreteerd en gebruikt te worden in combinatie met de leeswijzer, waarin de noodzakelijke uitleg van de verschillende paragrafen vermeld is. Nauwe korfslak (Vertigo angustior)

Nadere informatie

Platte schijfhoren (Anisus vorticulus) H4056. 1. Status: 2. Kenschets. 3. Ecologische vereisten. Habitatrichtlijn Bijlage II (sinds 2004)

Platte schijfhoren (Anisus vorticulus) H4056. 1. Status: 2. Kenschets. 3. Ecologische vereisten. Habitatrichtlijn Bijlage II (sinds 2004) Dit profiel dient gelezen, geïnterpreteerd en gebruikt te worden in combinatie met de leeswijzer, waarin de noodzakelijke uitleg van de verschillende paragrafen vermeld is. Platte schijfhoren (Anisus vorticulus)

Nadere informatie

Behoud van populaties van de Nauwe korfslak (Vertigo angustior) in het kader van het Herstelplan Hollands Duin.

Behoud van populaties van de Nauwe korfslak (Vertigo angustior) in het kader van het Herstelplan Hollands Duin. Behoud van populaties van de Nauwe korfslak (Vertigo angustior) in het kader van het Herstelplan Hollands Duin. A. Boesveld, A.W. Gmelig Meyling & R.H. de Bruyne STICHTING ANEMOON 14 juli 2007 Documenttype:

Nadere informatie

Vlinders van de Habitatrichtlijn,

Vlinders van de Habitatrichtlijn, Indicator 20 september 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Van de vijf Habitatrichtlijnsoorten

Nadere informatie

Verspreidingsonderzoek Nederlandse zoogdieren VONZ 2012

Verspreidingsonderzoek Nederlandse zoogdieren VONZ 2012 Verspreidingsonderzoek Nederlandse zoogdieren VONZ 2012 D.L. Bekker & H. Hollander Rapport nummer 2013.10 mei 2013 Rapport van de Zoogdiervereniging in opdracht van de Gegevensautoriteit Natuur Rapport

Nadere informatie

Inhaalslag Verspreidingsonderzoek. Mollusken van de Europese Habitatrichtlijn. Resultaten van het inventarisatiejaar 2008

Inhaalslag Verspreidingsonderzoek. Mollusken van de Europese Habitatrichtlijn. Resultaten van het inventarisatiejaar 2008 Inhaalslag Verspreidingsonderzoek Mollusken van de Europese Habitatrichtlijn. Resultaten van het inventarisatiejaar 2008 Nauwe korfslak Vertigo angustior A. Boesveld, A.W. Gmelig Meyling & I. van Lente

Nadere informatie

Landelijke klapekstertelling winter 2008/2009 Eindresultaten

Landelijke klapekstertelling winter 2008/2009 Eindresultaten Landelijke klapekstertelling winter 2008/2009 Eindresultaten Foto J. Schwiebbe - http://www.birdphoto.nl April 2009, Matthijs Broere (Waarneming.nl) & Fred Hustings (SOVON) 1. Inleiding Afgelopen winter

Nadere informatie

1 NATUUR. 1.1 Natuurwetgeving & Planologie

1 NATUUR. 1.1 Natuurwetgeving & Planologie 1 NATUUR 1.1 Natuurwetgeving & Planologie De bescherming van de natuur is in Nederland vastgelegd in respectievelijk de Natuurbeschermingswet en de Flora- en faunawet. Deze wetten vormen een uitwerking

Nadere informatie

Groene glazenmaker in de provincie Groningen

Groene glazenmaker in de provincie Groningen Groene glazenmaker in de provincie Groningen Groene glazenmaker in de provincie Groningen Groene glazenmaker in de provincie Groningen Tekst: Albert Vliegenthart Met medewerking van: Herman de Heer, Henk

Nadere informatie

Notitie. 1 Inleiding. Referentienummer Datum Kenmerk PN mei Betreft Roofvogel onderzoek (BMP-R methode)

Notitie. 1 Inleiding. Referentienummer Datum Kenmerk PN mei Betreft Roofvogel onderzoek (BMP-R methode) Notitie Referentienummer Datum Kenmerk 20 mei 2014 Betreft Roofvogel onderzoek (BMP-R methode) 1 Inleiding 1.1 Kader van het onderzoek Projecten of handelingen dienen te worden getoetst aan de wet- en

Nadere informatie

Inhaalslag Verspreidingsonderzoek. De mossen van de Habitatrichtlijn: Geel schorpioenmos & Tonghaarmuts. BLWG Rapport 2004.07.

Inhaalslag Verspreidingsonderzoek. De mossen van de Habitatrichtlijn: Geel schorpioenmos & Tonghaarmuts. BLWG Rapport 2004.07. Inhaalslag Verspreidingsonderzoek De mossen van de Habitatrichtlijn: Geel schorpioenmos & Tonghaarmuts BLWG Rapport 2004.07 Oktober 2004 In opdracht van Expertisecentrum LNV Inhaalslag verspreidingsonderzoek,

Nadere informatie

De Zeggekorfslak: bedreigdy maar wijder verspreid dan gedacht

De Zeggekorfslak: bedreigdy maar wijder verspreid dan gedacht Adriaan Gmelig Meyling, Stef Keulen, Rykel de Bruyne & Arno Boesveld De Zeggekorfslak: bedreigdy maar wijder verspreid dan gedacht De Zeggekorfslak staat met nog enkele andere weekdiersoorten vermeld in

Nadere informatie

OPKOMST VAN DE HALSBANDPARKIET IN NEDERLAND EN UTRECHT André van Kleunen

OPKOMST VAN DE HALSBANDPARKIET IN NEDERLAND EN UTRECHT André van Kleunen OPKOMST VAN DE HALSBANDPARKIET IN NEDERLAND EN UTRECHT André van Kleunen De halsbandparkiet (Psittacula krameri) komt van oorsprong voor in Afrika, in een gordel ten zuiden van de Sahara en op het Indisch

Nadere informatie

Libellen van de Habitatrichtlijn,

Libellen van de Habitatrichtlijn, Indicator 19 september 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Er staan negen soorten Nederlandse

Nadere informatie

Op wegen en paden De openstelling van natuur in Nederland

Op wegen en paden De openstelling van natuur in Nederland Op wegen en paden De openstelling van natuur in Nederland Wegen_paden.indd 1 04-05-2006 17:22:48 Wandelen, genieten en verwonderen Wandelen, hardlopen en fietsen. Of gewoon tot rust komen en vol verwondering

Nadere informatie

Slakken. Tijdstip: mei tot en met oktober, slakken houden niet van zon maar zijn in de zomer toch te vinden.

Slakken. Tijdstip: mei tot en met oktober, slakken houden niet van zon maar zijn in de zomer toch te vinden. KB4 Tijdsinvestering: 30 minuten Slakken. Tijdstip: mei tot en met oktober, slakken houden niet van zon maar zijn in de zomer toch te vinden. 1. Inleiding Slakken zijn weekdieren. Vandaar dat ze er week

Nadere informatie

Zeggekorfslak (Vertigo moulinsiana ) H1016. 1. Status: 2. Kenschets. 3. Ecologische vereisten. Habitatrichtlijn Bijlage II (inwerkingtreding 1994)

Zeggekorfslak (Vertigo moulinsiana ) H1016. 1. Status: 2. Kenschets. 3. Ecologische vereisten. Habitatrichtlijn Bijlage II (inwerkingtreding 1994) Dit profiel dient gelezen, geïnterpreteerd en gebruikt te worden in combinatie met de leeswijzer, waarin de noodzakelijke uitleg van de verschillende paragrafen vermeld is. Zeggekorfslak (Vertigo moulinsiana

Nadere informatie

QUICKSCAN FLORA EN FAUNA

QUICKSCAN FLORA EN FAUNA QUICKSCAN FLORA EN FAUNA Behorende bij project: Oostkanaalweg 44, te Ter Aar Gemeente Nieuwkoop Opdrachtgever : Keijzer Dakbedekking b.v. Projectnummer : PS.2017.714 Datum : 21 augustus 2017 Niets uit

Nadere informatie

Planten uit de Habitatrichtlijn

Planten uit de Habitatrichtlijn Indicator 28 februari 2008 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Kruipend moerasscherm, groenknolorchis

Nadere informatie

Hierboven: inspectie van het fort. Hiernaast: munitiebos met rood omcirkeld de onderzochte plofhuisjes

Hierboven: inspectie van het fort. Hiernaast: munitiebos met rood omcirkeld de onderzochte plofhuisjes 1 2 Aanleiding In verband met mogelijke ontwikkelingen in Fort Benoorden Spaarndam en het aangrenzende Munitiebos heeft het Recreatieschap Spaarnwoude op 18 juni 2007 aan het Ecologisch Adviesbureau B.Kruijsen

Nadere informatie

Reptielen van de Habitatrichtlijn,

Reptielen van de Habitatrichtlijn, Indicator 28 mei 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Gladde slang, muurhagedis en zandhagedis

Nadere informatie

Basisscholen in krimpgebieden in schooljaar 2017/2018

Basisscholen in krimpgebieden in schooljaar 2017/2018 Basisscholen in krimpgebieden in 2017/2018 In welke provincies sluiten de meeste basisscholen? Aan het begin van 2017/2018 zijn in Groningen, Zeeland, Limburg en Flevoland rond 2% van de basisscholen gesloten

Nadere informatie

Grote vos Nymphalis polychloros

Grote vos Nymphalis polychloros Nymphalis polychloros Jan Goedbloed Soortbeschrijving De is een grote bruinrode vlinder, behorend tot de familie van de schoenlappers Nymphalidae waar ook, Atalanta, Dagpauwoog, Gehakkelde aurelia en Distelvlinder

Nadere informatie

Monitoring van Nauwe korfslak Vertigo angustior in het Noordhollands Duinreservaat Inventarisatiejaar 2013

Monitoring van Nauwe korfslak Vertigo angustior in het Noordhollands Duinreservaat Inventarisatiejaar 2013 Monitoring van Nauwe korfslak Vertigo angustior in het Noordhollands Duinreservaat Inventarisatiejaar 2013 Tello Neckheim 2015 Stichting ANEMOON 1 Documenttype: Titel: Rapportage Monitoring van Nauwe korfslak

Nadere informatie

Notitie. Inleiding. S. Bek REA-ORO, gemeente Leiden. aan. G. Bakker & A. de Baerdemaeker. van. Quick scan Aalmarkt II en III.

Notitie. Inleiding. S. Bek REA-ORO, gemeente Leiden. aan. G. Bakker & A. de Baerdemaeker. van. Quick scan Aalmarkt II en III. Notitie aan van betreft projectnummer 0712 S. Bek REA-ORO, gemeente Leiden G. Bakker & A. de Baerdemaeker Quick scan Aalmarkt II en III datum 6 september 2011 Postbus 23452 3001 KL Rotterdam telefoon:

Nadere informatie

BILAN. RAPPORT 2006 Nijmegen - (GLD) - Nijmegen, Winckelsteegh DEFINITIEF CONCEPT. Veldonderzoek naar rode eekhoorn

BILAN. RAPPORT 2006 Nijmegen - (GLD) - Nijmegen, Winckelsteegh DEFINITIEF CONCEPT. Veldonderzoek naar rode eekhoorn BILAN RAPPORT 2006 Nijmegen - (GLD) - Nijmegen, Winckelsteegh Veldonderzoek naar rode eekhoorn DEFINITIEF CONCEPT in opdracht van Pluryn Werkenrode Groep Rapport-ID Titel Nijmegen (GLD) - Nijmegen, Winckelsteegh

Nadere informatie

Zeggekorfslak (Vertigo moulinsiana ) H Status: 2. Kenschets. 3. Bijdrage van gebieden. Habitatrichtlijn Bijlage II (inwerkingtreding 1994)

Zeggekorfslak (Vertigo moulinsiana ) H Status: 2. Kenschets. 3. Bijdrage van gebieden. Habitatrichtlijn Bijlage II (inwerkingtreding 1994) Zeggekorfslak (Vertigo moulinsiana ) H1016 1. Status: Habitatrichtlijn Bijlage II (inwerkingtreding 1994) 2. Kenschets Beschrijving: De zeggekorfslak is een landslakje uit de familie der Vertiginidae.

Nadere informatie

Eindrapport DAGVLINDERS OP HET ZEEHOSPITIUMTERREIN TE KATWIJK

Eindrapport DAGVLINDERS OP HET ZEEHOSPITIUMTERREIN TE KATWIJK Eindrapport DAGVLINDERS OP HET ZEEHOSPITIUMTERREIN TE KATWIJK Eindrapport DAGVLINDERS OP HET ZEEHOSPITIUMTERREIN TE KATWIJK rapportnr. 2016.2200 oktober 2016 In opdracht van: Rho adviseurs voor leefruimte

Nadere informatie

ZEGGEKORFSLAK VERTIGO MOULINSIANA (DUPUY, 1849) Tekst R.H. de Bruyne, A.W. Gmelig Meyling & A. Boesveld (Stichting ANEMOON)

ZEGGEKORFSLAK VERTIGO MOULINSIANA (DUPUY, 1849) Tekst R.H. de Bruyne, A.W. Gmelig Meyling & A. Boesveld (Stichting ANEMOON) 138 ZEGGEKORFSLAK VERTIGO MOULINSIANA (DUPUY, 1849) Tekst R.H. de Bruyne, A.W. Gmelig Meyling & A. Boesveld (Stichting ANEMOON) Herkenning Klein landslakje met een tonvormig huisje van tot 3,0 mm hoog

Nadere informatie

memo INLEIDING GEBIEDSBESCHERMING ZAND/ZON/ c.c.: datum: 22 augustus 2013 Achterweg 48, Lisse

memo INLEIDING GEBIEDSBESCHERMING ZAND/ZON/ c.c.: datum: 22 augustus 2013 Achterweg 48, Lisse memo aan: van: OG ZAND/ZON/130372 c.c.: datum: 22 augustus 2013 betreft: Achterweg 48, Lisse INLEIDING Bij alle ruimtelijke ingrepen moet rekening gehouden worden met de aanwezige natuurwaarden in en om

Nadere informatie

Verspreidingsonderzoek ingekorven vleermuis 2008

Verspreidingsonderzoek ingekorven vleermuis 2008 Verspreidingsonderzoek ingekorven vleermuis 2008 J.J.A. Dekker Augustus 2008 Rapport van de Zoogdiervereniging VZZ In opdracht van de Gegevensautoriteit Natuur Verspreidingsonderzoek ingekorven vleermuis

Nadere informatie

Toekomst voor eeuwenoud bos Samenvatting van het beheerplan Norgerholt Concept

Toekomst voor eeuwenoud bos Samenvatting van het beheerplan Norgerholt Concept Toekomst voor eeuwenoud bos Samenvatting van het beheerplan Norgerholt Concept a Toekomst voor eeuwenoud bos Samenvatting van het beheerplan Norgerholt Colofon Deze samenvatting is een uitgave van de

Nadere informatie

HET VLIEGEND HERT IN GELDERLAND VINCENT KALKMAN & SANDER WIJDEVEN

HET VLIEGEND HERT IN GELDERLAND VINCENT KALKMAN & SANDER WIJDEVEN 2003 HET VLIEGEND HERT IN GELDERLAND RESULTATEN 2003 VINCENT KALKMAN & SANDER WIJDEVEN VLIEGEND HERT IN GELDERLAND RESULTATEN 2003 2003 tekst Vincent Kalkman & Sander Wijdeven productie Stichting European

Nadere informatie

Veldinventarisatie ringslang en levendbarende hagedis A37, omgeving Zwartemeer

Veldinventarisatie ringslang en levendbarende hagedis A37, omgeving Zwartemeer Veldinventarisatie ringslang en levendbarende hagedis A37, omgeving Zwartemeer Veldinventarisatie in opdracht van Advies- en Ingenieursbureau Oranjewoud Opgesteld door Stichting RAVON R.P.J.H. Struijk

Nadere informatie

De ringslang een bijzondere bewoner van Gouda

De ringslang een bijzondere bewoner van Gouda De ringslang een bijzondere bewoner van Gouda Uit de serie Natuur in Gouda 10 2 colofon tekst: Cyclus, gemeente Gouda en RAVON lay-out: Steenbergen Ontwerp Studio foto s: André van Kleinwee en Richard

Nadere informatie

Quick scan ecologie. Mientweg 5 & 29 te Lutjewinkel

Quick scan ecologie. Mientweg 5 & 29 te Lutjewinkel Quick scan ecologie Mientweg 5 & 29 te Lutjewinkel Samenvatting Inhoud H 01 Aanleiding Voor de Mientweg 5 en Mientweg 29 te Lutjewinkel wordt een ruimtelijke ontwikkeling voorbereidt. Het gaat om de ontwikkeling

Nadere informatie

Beverwijkerstraatweg 44 - Castricum

Beverwijkerstraatweg 44 - Castricum Quick scan flora en fauna Beverwijkerstraatweg 44 - Castricum Gemeente Castricum 0 INHOUD 1. Aanleiding... 2 2. Gebiedsomschrijving en beoogde ingrepen... 3 3. Wettelijk kader... 4 4. Voorkomen van beschermde

Nadere informatie

Toxoplasmose bij de rode eekhoorn, een update

Toxoplasmose bij de rode eekhoorn, een update Toxoplasmose bij de rode eekhoorn, een update In 2014 werden in de zomer en herfst enkele honderden dode eekhoorns gemeld. Er kwamen zelfs berichten dat eekhoorns dood uit de boom vielen. Onderzoek dat

Nadere informatie

Bever, Gepubliceerd op Compendium voor de Leefomgeving (

Bever, Gepubliceerd op Compendium voor de Leefomgeving ( Indicator 3 december 2014 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Dankzij herintroducties (vanaf

Nadere informatie

Zoogdieren van de Habitatrichtlijn,

Zoogdieren van de Habitatrichtlijn, Indicator 3 augustus 2012 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Vijf landzoogdieren staan op

Nadere informatie

Ordito Gilze B.V. t.a.v. dhr. C. van Kuijk Postbus ZH GILZE

Ordito Gilze B.V. t.a.v. dhr. C. van Kuijk Postbus ZH GILZE Postadres: Postbus 1015 6040 KA Roermond Bezoekadres: Zuidhoven 9m 6042 PB Roermond telefoon 0475 32 00 00 - fax 0475 32 19 67 - email info@aeres-milieu.nl - internet www.aeres-milieu.nl IBAN NL70 INGB

Nadere informatie

Natuurtoets realisatie McDonald s, Amstelveen-zuid

Natuurtoets realisatie McDonald s, Amstelveen-zuid Notitie Contactpersoon Arjan de Klepper Datum 5 augustus 2014 Kenmerk N001-1223274ADK-cri-V02-NL Natuurtoets realisatie McDonald s, Amstelveen-zuid 1 Inleiding 1.1 Aanleiding en doel Bij alle ruimtelijke

Nadere informatie

Quickscan FF-wet voor ontwikkelingen aan Wedderstraat 18 te Vlagtwedde.

Quickscan FF-wet voor ontwikkelingen aan Wedderstraat 18 te Vlagtwedde. Quickscan FF-wet voor ontwikkelingen aan Wedderstraat 18 te Vlagtwedde. Quickscan FF-wet voor ontwikkelingen aan Wedderstraat 18 te Vlagtwedde. Status Definitief Datum 7 april 2015 Handtekening Matthijs

Nadere informatie

Vrijwilligers voor flora en fauna inventarisaties: een gouden combinatie

Vrijwilligers voor flora en fauna inventarisaties: een gouden combinatie Vrijwilligers voor flora en fauna inventarisaties: een gouden combinatie 19 juni 2017 Theo Verstrael Sovon Vogelonderzoek Nederland Inhoud Vrijwilligers & natuurmonitoring Achtergronden & motivaties Wat

Nadere informatie

Quickscan natuuronderzoek bouwblok Kolenbranderweg Haaksbergen

Quickscan natuuronderzoek bouwblok Kolenbranderweg Haaksbergen Quickscan natuuronderzoek bouwblok Kolenbranderweg Haaksbergen Een inventarisatie van beschermde flora en fauna Haaksbergen 21 Mei 2014 Rapportnummer 031 Projectnummer 012 opdrachtgever Fam. Ten Dam Kolenbranderweg

Nadere informatie

KLEVERIGE POELSLAK MYXAS GLUTINOSA DRAPARNAUD, Tekst R.H. de Bruyne, A.W. Gmelig Meyling & A. Boesveld (Stichting ANEMOON)

KLEVERIGE POELSLAK MYXAS GLUTINOSA DRAPARNAUD, Tekst R.H. de Bruyne, A.W. Gmelig Meyling & A. Boesveld (Stichting ANEMOON) 116 KLEVERIGE POELSLAK MYXAS GLUTINOSA DRAPARNAUD, 1805 Tekst R.H. de Bruyne, A.W. Gmelig Meyling & A. Boesveld (Stichting ANEMOON) Synoniemen: Amphipeplea glutinosa (Draparnaud, 1805) Herkenning De kleverige

Nadere informatie

Onderzoek flora en fauna

Onderzoek flora en fauna Onderzoek flora en fauna 1. Conclusie Geconcludeerd wordt dat voor de beoogde functieveranderingen geen ontheffing in het kader van de Flora- en faunawet vereist is. Hierbij dient wel gewerkt te worden

Nadere informatie

Zeggekorfslak Vertigo moulinsiana

Zeggekorfslak Vertigo moulinsiana Inhaalslag Verspreidingsonderzoek Mollusken van de Europese Habitatrichtlijn Inventarisatieperiode 2004-2005 Zeggekorfslak Vertigo moulinsiana A.W. Gmelig Meyling, R.H. de Bruyne & S.M.A. Keulen STICHTING

Nadere informatie

Waarnemingen. AIC te Castricum

Waarnemingen. AIC te Castricum 7 AIC te Castricum Waarnemingen Op het braakliggend terrein grenzend aan de Beverwijkerstraatweg is de vegetatie nauwelijks ontwikkeld. Oude restanten van een fundering zijn nog zichtbaar. Overal ligt

Nadere informatie

Acuut bedreigde dagvlinders in Nederland

Acuut bedreigde dagvlinders in Nederland Acuut bedreigde dagvlinders in Nederland Acuut bedreigde dagvlinders in Nederland Tekst: Chris van Swaay Met medewerking van Calijn Plate, CBS. Rapportnummer: VS2004.023 Productie: De Vlinderstichting

Nadere informatie

Kort verslag kleurringen van Nijlganzen en Grote Canadese Ganzen

Kort verslag kleurringen van Nijlganzen en Grote Canadese Ganzen Kort verslag kleurringen van Nijlganzen en Grote Canadese Ganzen 2011-2015 Frank Majoor & Berend Voslamber Sinds 2011 worden op verschillende plekken in Nederland in opdracht van het Faunafonds Nijlganzen

Nadere informatie

ij'. Ministerie van Verkeer en Waterstaat Rijkswaterstaat .~ \~

ij'. Ministerie van Verkeer en Waterstaat Rijkswaterstaat .~ \~ .~ \~ ij'. 4,' " t,,', (!If,.., Rijkswa terstaa t Ministerie van Verkeer en Waterstaat > Retouradres Postadres: Postbus 5014 4330 KA Middelbu,r~gl*~~~~~~~~ L[=±=t:J Ministerie van Landbouw, Economische

Nadere informatie

Uitvoering herstelmaatregelen voor kommavlinder en bruine eikenpage in Overijssel [Voer de ondertitel in]

Uitvoering herstelmaatregelen voor kommavlinder en bruine eikenpage in Overijssel [Voer de ondertitel in] Uitvoering herstelmaatregelen voor kommavlinder en bruine eikenpage in Overijssel [Voer de ondertitel in] Uitvoering herstelmaatregelen voor kommavlinder en bruine eikenpage in Overijssel Uitvoering herstelmaatregelen

Nadere informatie

BROEDGEVALLEN VAN DE RAAF IN DE PROVINCIE UTRECHT IN 2009 EN 2010

BROEDGEVALLEN VAN DE RAAF IN DE PROVINCIE UTRECHT IN 2009 EN 2010 BROEDGEVALLEN VAN DE RAAF IN DE PROVINCIE UTRECHT IN 2009 EN 2010 André van Kleunen en Gert Ottens Een paar jaar geleden hebben we in de Provinciale Nieuwsbrief van SOVON en in de Kruisbek aangekondigd

Nadere informatie

Quick scan ecologie Stroet te Sint Maarten

Quick scan ecologie Stroet te Sint Maarten Quick scan ecologie Stroet te Sint Maarten Quick scan ecologie Stroet te Sint Maarten Auteur Opdrachtgever Projectnummer Ingen foto omslag P.J.H. van der Linden N. Hemmers Bureau Buitenweg 13.128 - definitief

Nadere informatie

Quick scan ecologie Beatrixstraat te Halfweg

Quick scan ecologie Beatrixstraat te Halfweg Quick scan ecologie Beatrixstraat te Halfweg Quick scan ecologie Beatrixstraat te Halfweg Auteur Opdrachtgever Projectnummer Ingen foto omslag T. ursinus Van Riezen en Partners 12.004 april 2012 De brandweerkazerne

Nadere informatie

Notitie Quickscan flora en fauna

Notitie Quickscan flora en fauna Notitie Quickscan flora en fauna De Uithof/ Kromhout te Utrecht Projectnummer: 5755.9 Datum: 5-5-2017 Projectleider: Opgesteld: Opdrachtgever: Universiteit Utrecht Universiteit Utrecht laat jaarlijks bomen

Nadere informatie

Aanvullend natuuronderzoek TATA. tbv tijdelijke natuur

Aanvullend natuuronderzoek TATA. tbv tijdelijke natuur Aanvullend natuuronderzoek TATA tbv tijdelijke natuur 2017 Aanvullend natuuronderzoek TATA tbv tijdelijke natuur C. van den Tempel & V. Ronde 2017 Projectleider Afdeling Opdrachtgever Financiering Foto

Nadere informatie

Naam emailadres@natuurlijkezaken.nl. Een nieuw merk voor de zakelijke diensten

Naam emailadres@natuurlijkezaken.nl. Een nieuw merk voor de zakelijke diensten Naam emailadres@natuurlijkezaken.nl Een nieuw merk voor de zakelijke diensten Even voorstellen Wat is Natuurlijke Zaken? Een nieuw merk voor de zakelijke diensten van Landschap Noord-Holland Samenvoeging

Nadere informatie

Memo. Figuur 1 Ligging Planlocatie (rode ster) (Bron: Google Maps)

Memo. Figuur 1 Ligging Planlocatie (rode ster) (Bron: Google Maps) Memo nummer 1 datum 10 februari 2014 aan Ron Vleugels Gemeente Maastricht van Luc Koks Antea Group Ton Steegh kopie project Sporthal Geusselt-stadion projectnummer 265234 betreft Toetsing natuurwetgeving

Nadere informatie

Notitie. 1 Aanleiding

Notitie. 1 Aanleiding Aan Bart van Eck Onderwerp Advies over natuurwetgeving bij de inrichtingsplannen voor de waterberging de Ronde Hoep 1 Aanleiding De polder de Ronde Hoep is aangewezen voor calamiteitenberging in de deelstroomgebiedsvisie

Nadere informatie

Vleermuisonderzoek De Waterwijzer Lelystad

Vleermuisonderzoek De Waterwijzer Lelystad Vleermuisonderzoek De Waterwijzer Lelystad Opdrachtgever : DG Groep Rapporteur : R. van der Kuil Status : concept Datum : 27 augustus 2011 Stichting CREX Boekenburglaan 54 2215 AE Voorhout 06-48410531

Nadere informatie

Monitoring van Steenuilen in : een succes!

Monitoring van Steenuilen in : een succes! Monitoring van Steenuilen in 2003-2008: een succes! Monitoring van Steenuilen in 2003-2008: een succes! Arjan Boele Het zou ideaal zijn jaarlijks alle Steenuil-territoria in ons land in kaart te brengen,

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing Flora en fauna De Monarch I, II, III en IV

Ruimtelijke onderbouwing Flora en fauna De Monarch I, II, III en IV Notitie Contactpersoon ing. M.M. (Margaret) Konings Datum 18 juli 2012 Ruimtelijke onderbouwing Flora en fauna De Monarch I, II, III en IV Algemeen In opdracht van Monarch heeft Tauw in 2011 en 2012 onderzoek

Nadere informatie

Verspreidingsonderzoek libellen 2009

Verspreidingsonderzoek libellen 2009 Verspreidingsonderzoek libellen 2009 Verspreidingsonderzoek libellen 2009 Tekst: Tim Termaat (De Vlinderstichting) & Vincent Kalkman (EIS-Nederland) Met medewerking van: Jaap Bouwman, Kim Huskens, René

Nadere informatie

1. Status. Groenknolorchis (Liparis loeselii) H Kenschets. 3. Ecologische vereisten. 4. Huidig voorkomen

1. Status. Groenknolorchis (Liparis loeselii) H Kenschets. 3. Ecologische vereisten. 4. Huidig voorkomen Dit profiel dient gelezen, geïnterpreteerd en gebruikt te worden in combinatie met de leeswijzer, waarin de noodzakelijke uitleg van de verschillende paragrafen vermeld is. Groenknolorchis (Liparis loeselii)

Nadere informatie

Quick scan ecologie Grote Sloot te Burgerbrug

Quick scan ecologie Grote Sloot te Burgerbrug Quick scan ecologie Grote Sloot te Burgerbrug Quick scan ecologie Grote Sloot te Burgerbrug Auteur Opdrachtgever Projectnummer Ingen foto omslag P.J.H. van der Linden N. Hemmers Bureau Buitenweg 13.143

Nadere informatie

KENGETALLEN MOBILITEITSBRANCHE

KENGETALLEN MOBILITEITSBRANCHE KENGETALLEN MOBILITEITSBRANCHE 2005-2016 Juni 2016 Kengetallen mobiliteitsbranche 2005-2016 1 INHOUD 1. Aanleiding 3 2. Conclusie 5 3. Resultaten 10 3.1 Werkgevers 10 3.2 Medewerkers 27 3.3 Branchemobiliteit

Nadere informatie

Quick scan Ecologie Tunnel Leijenseweg Gemeente De Bilt

Quick scan Ecologie Tunnel Leijenseweg Gemeente De Bilt Quick scan Ecologie Tunnel Leijenseweg Gemeente De Bilt CONCEPT Omgevingsdienst Regio Utrecht juli 2012 kenmerk/ opgesteld door beoordeeld door Ronald Jansen Dagmar Storm INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding...

Nadere informatie

Memo. Stefan Buskermolen Liandon B.V. Sander van Rijn 2 e lezer Ellen Bults. 13 juli 2012 RLO 476-SOM

Memo. Stefan Buskermolen Liandon B.V. Sander van Rijn 2 e lezer Ellen Bults. 13 juli 2012 RLO 476-SOM Liandon B.V. Aan Stefan Buskermolen Liandon B.V. Van Sander van Rijn 2 e lezer Ellen Bults Memo Contactpersoon drs. Sander van Rijn Telefoon +31 6 21 47 95 82 sander.van.rijn@alliander.com Datum Betreft

Nadere informatie

Opvallend in deze figuur is het grote aantal bedrijven met een vergunning voor exact 340 stuks melkvee (200 melkkoeien en 140 stuks jongvee).

Opvallend in deze figuur is het grote aantal bedrijven met een vergunning voor exact 340 stuks melkvee (200 melkkoeien en 140 stuks jongvee). Ontwikkeling melkveebedrijven in Utrecht, Gelderland en Brabant Analyse van mogelijke groei van melkveebedrijven op basis van gegevens van CBS en provincies Het CBS inventariseert jaarlijks de feitelijk

Nadere informatie

Bijlage 3: Notitie Aanvullend onderzoek vissen wijzigingsplannen N359, knooppunten Winsum, Húns-Leons en Hilaard

Bijlage 3: Notitie Aanvullend onderzoek vissen wijzigingsplannen N359, knooppunten Winsum, Húns-Leons en Hilaard Bijlage 3: Notitie Aanvullend onderzoek vissen wijzigingsplannen N359, knooppunten Winsum, Húns-Leons en Hilaard Notitie aanvullend onderzoek vissen - aanpassingen kruisingen N359 De provincie Fryslân

Nadere informatie

Nauwe korfslak Vertigo angustior

Nauwe korfslak Vertigo angustior Inhaalslag Verspreidingsonderzoek Mollusken van de Europese Habitatrichtlijn Inventarisatieperiode 2004-2005 Nauwe korfslak Vertigo angustior A.W. Gmelig Meyling & R.H. de Bruyne STICHTING ANEMOON 2006

Nadere informatie

AMFIBIEËN EN REPTIELEN IN HET PLANGEBIED EN OMGEVING VAN DE UITBREIDINGSLOCATIE RENDAC TE SON

AMFIBIEËN EN REPTIELEN IN HET PLANGEBIED EN OMGEVING VAN DE UITBREIDINGSLOCATIE RENDAC TE SON AMFIBIEËN EN REPTIELEN IN HET PLANGEBIED EN OMGEVING VAN DE UITBREIDINGSLOCATIE RENDAC TE SON AMFIBIEËN EN REPTIELEN IN HET PLANGEBIED EN OMGEVING VAN DE UITBREIDINGSLOCATIE RENDAC TE SON juni 2007 In

Nadere informatie

Stand van zaken huisvesting kinderopvang in Nederland 2011

Stand van zaken huisvesting kinderopvang in Nederland 2011 Stand van zaken huisvesting kinderopvang in Nederland 2011 Utrecht, juli 2011 Buitenhek Management & Consult Winthontlaan 200 Postbus 85183 3508 AD Utrecht T +030 287 59 59 F +030 287 59 60 info@buitenhek.nl

Nadere informatie

Gevlekte witsnuitlibel (Leucorrhinia pectoralis) H1042. 1. Status:

Gevlekte witsnuitlibel (Leucorrhinia pectoralis) H1042. 1. Status: Gevlekte witsnuitlibel (Leucorrhinia pectoralis) H1042 1. Status: Dit profiel dient gelezen, geïnterpreteerd en gebruikt te worden in combinatie met de leeswijzer, waarin de noodzakelijke uitleg van de

Nadere informatie

Vissoorten Aal Herkenning: Verspreiding: Voedsel: Lengte afgebeelde vis: Lengte tot circa: Snoek Herkenning: Verspreiding: Voedsel:

Vissoorten Aal Herkenning: Verspreiding: Voedsel: Lengte afgebeelde vis: Lengte tot circa: Snoek Herkenning: Verspreiding: Voedsel: Vissoorten Aal Herkenning: Het lichaam is slangachtig van vorm. De borstvinnen bevinden zich direct achter de kop. Op het achterste deel van het lichaam is, zowel onder als boven, een vinzoom aanwezig

Nadere informatie

Aan het Dagelijks Bestuur van waterschap Hunze en Aa s, t.a.v. Willem Kastelein.

Aan het Dagelijks Bestuur van waterschap Hunze en Aa s, t.a.v. Willem Kastelein. Zienswijze Slochterdiep, 13-2-14 Haaksbergen, 13 februari 2014. Aan het Dagelijks Bestuur van waterschap Hunze en Aa s, t.a.v. Willem Kastelein. Betreft: Zienswijze met betrekking tot: Ontwerp projectplan

Nadere informatie

Notitie flora en fauna

Notitie flora en fauna Notitie flora en fauna Titel/locatie Projectnummer: 6306 Datum: 11-6-2013 Opgesteld: Rosalie Heins Gemeente Baarn is voornemens om op de locatie van de huidige gemeentewerf een nieuwe brede school ontwikkelen.

Nadere informatie

Handleiding voor het gebruik van de kaartmodule NEM Meetnet Amfibieën

Handleiding voor het gebruik van de kaartmodule NEM Meetnet Amfibieën Handleiding voor het gebruik van de kaartmodule NEM Meetnet Amfibieën http://www.ravon.nl/kaartmodule Versie 1.1 30 maart 2015 Edo Goverse p.a. IBED/UvA Postbus 93501 1090 EA Amsterdam 020-525 7331 e.goverse@uva.nl

Nadere informatie

Kevers, kreeften en bloedzuigers van de Habitatrichtlijn,

Kevers, kreeften en bloedzuigers van de Habitatrichtlijn, Kevers, kreeften en bloedzuigers van de Habitatrichtlijn, 2012-2017 Indicator 6 februari 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens

Nadere informatie

De soorten van het leefgebiedenbeleid 121

De soorten van het leefgebiedenbeleid 121 De soorten van het leefgebiedenbeleid 121 NAUWE KORFSLAK VERTIGO ANGUSTIOR JEFFREYS, 1830 Tekst R.H. de Bruyne, A.W. Gmelig Meyling & A. Boesveld (Stichting ANEMOON) Herkenning Klein landslakje met een

Nadere informatie

Stand van zaken huisvesting kinderopvang in Nederland

Stand van zaken huisvesting kinderopvang in Nederland Stand van zaken huisvesting kinderopvang in Nederland Utrecht, januari 2010 Buitenhek Management & Consult Winthontlaan 200 Postbus 85183 3508 AD Utrecht T +030 287 59 59 F +030 287 59 60 info@buitenhek.nl

Nadere informatie

MARKTFLITSEN SPECIAL: Leeftijd intermediaire bedrijven. Bedrijfsleeftijd is een goede indicatie voor financiële soliditeit en omvang

MARKTFLITSEN SPECIAL: Leeftijd intermediaire bedrijven. Bedrijfsleeftijd is een goede indicatie voor financiële soliditeit en omvang : Leeftijd intermediaire bedrijven Bedrijfsleeftijd is een goede indicatie voor financiële soliditeit en omvang INLEIDING Het Ratinginstituut Financieel Dienstverleners (RiFD) publiceert regelmatig actuele,

Nadere informatie

Verspreidingsonderzoek. Mollusken van de Europese Habitatrichtlijn. Resultaten van het inventarisatiejaar 2010. Zeggekorfslak Vertigo moulinsiana

Verspreidingsonderzoek. Mollusken van de Europese Habitatrichtlijn. Resultaten van het inventarisatiejaar 2010. Zeggekorfslak Vertigo moulinsiana Verspreidingsonderzoek Mollusken van de Europese Habitatrichtlijn. Resultaten van het inventarisatiejaar 2010 Zeggekorfslak Vertigo moulinsiana A. Boesveld, A.W. Gmelig Meyling & I. van Lente STICHTING

Nadere informatie

Sthveglxkiziv# # # Eyxiyv# # # # # # # # # # # # # # N1#Qipmw# # R1Z1#Rihivperhwi#Kewyrmi## # Tswxfyw#495# #;733#EH#Hizirxiv#

Sthveglxkiziv# # # Eyxiyv# # # # # # # # # # # # # # N1#Qipmw# # R1Z1#Rihivperhwi#Kewyrmi## # Tswxfyw#495# #;733#EH#Hizirxiv# Gemeente Maastricht Veiligheid en Leefbaarheid Ontvangen op : 14-12-2015 Zaaknummer : 15-2868WB Behoort bij besluit van B&W d.d. 12-05-2016 VettsvxRehivSrhiv~sio Rehivsrhiv~sioEptir{exivwepeqerhiv/le~ip{svqir

Nadere informatie

Soortenonderzoek Julianahof Zeist

Soortenonderzoek Julianahof Zeist Soortenonderzoek Julianahof Zeist 21 sept 2013 ZOON ECOLOGIE Colofon Titel Soortenonderzoek Julianahof Zeist Opdrachtgever mro Uitvoerder ZOON ECOLOGIE Auteur C.P.M. Zoon Datum 21 sept 2013 ZOON ECOLOGIE

Nadere informatie

Herintroductie bever,

Herintroductie bever, Indicator 20 december 2013 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Dankzij herintroducties vanaf

Nadere informatie

ANEM-2013 EINDRAPPORTAGE

ANEM-2013 EINDRAPPORTAGE ANEM-213 EINDRAPPORTAGE Verslag van monitoring- en verspreidingsonderzoek met betrekking tot de weekdieren van de Europese habitatrichtlijn en trendonderzoek naar Typische soorten van de mariene Europese

Nadere informatie

Resultaten onderzoek voorjaar 2018

Resultaten onderzoek voorjaar 2018 Resultaten onderzoek voorjaar 2018 een eerste beeld en vragen ter verdere afstemming Uitvoering: vereniging Natu-Eco@EU Ontwikkeling & Research: Edwin Roovers 2018, Natu-Eco@EU Wat is er gedaan? Onderzoekopzet

Nadere informatie

Noord-Holland heeft hoogste startersquote

Noord-Holland heeft hoogste startersquote Vooruitzicht Starters Noord-Holland heeft hoogste startersquote Ontwikkeling aantal starters onzeker door nieuwe wetgeving Fors meer taxichauffeurs door nieuwe taxiwet en Uber Ontwikkeling aantal starters

Nadere informatie

Nauwe korfslak (Vertigo angustior) H1014. 1. Status: 2. Kenschets. 3. Ecologische vereisten. Habitatrichtlijn Bijlage II (inwerkingtreding 1994).

Nauwe korfslak (Vertigo angustior) H1014. 1. Status: 2. Kenschets. 3. Ecologische vereisten. Habitatrichtlijn Bijlage II (inwerkingtreding 1994). Dit profiel dient gelezen, geïnterpreteerd en gebruikt te worden in combinatie met de leeswijzer, waarin de noodzakelijke uitleg van de verschillende paragrafen vermeld is. Nauwe korfslak (Vertigo angustior)

Nadere informatie

Financiering in het MKB

Financiering in het MKB M201004 Financiering in het MKB Onderzoek naar de financieringsbehoefte per provincie Johan Snoei Abdelfatah Ichou Zoetermeer, maart 2010 Financiering in het MKB Financieringsbehoefte in het MKB verschilt

Nadere informatie

Quick scan archeologie, gemeente Loon op Zand, Kaatsheuvel Van Heeswijkstraat / Horst

Quick scan archeologie, gemeente Loon op Zand, Kaatsheuvel Van Heeswijkstraat / Horst Quick scan archeologie, gemeente Loon op Zand, Kaatsheuvel Van Heeswijkstraat / Horst Opsteller: B. van Sprew Opdrachtgever: H. de Jongh (H. de Jongh Advies) Datum: 22-8-2012 Aanleiding en doelstelling

Nadere informatie

Surveillance Muntjak Goirle

Surveillance Muntjak Goirle Surveillance Muntjak Goirle Onderzoek naar het voorkomen van de muntjak (Muntiacus reevesi) in Park Boschkens in Goirle R.M. Koelman Januari 2014 Rapport van de Zoogdiervereniging In opdracht van de Nederlandse

Nadere informatie