DE WIJZIGINGEN DIE ZIJN DOORGEVOERD MET BETREKKING TOT DE 30%-REGELING HEBBEN GELEID TOT EEN DOELMATIGER REGELING

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "DE WIJZIGINGEN DIE ZIJN DOORGEVOERD MET BETREKKING TOT DE 30%-REGELING HEBBEN GELEID TOT EEN DOELMATIGER REGELING"

Transcriptie

1 DE WIJZIGINGEN DIE ZIJN DOORGEVOERD MET BETREKKING TOT DE 30%-REGELING HEBBEN GELEID TOT EEN DOELMATIGER REGELING Bachelor scriptie Erasmus Universiteit Rotterdam Fiscale Economie Naam: Rucheldy Gobind Studentnummer: rg Begeleider: Prof Dr. P. Kavelaars 1

2 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1: Inleiding 3 Hoofdstuk 2: Kenmerken van de 30%-regeling Het ontstaan de van 30%-regeling Doel van de wet Extraterritoriale werknemer Extraterritoriale kosten Specifieke deskundigheid Schaarste Looptijd en kortingsregeling Samenvatting 14 Hoofdstuk 3: De wetswijziging omtrent de 30%-regeling Inleiding Specifieke deskundigheid Schaarste Looptijd en kortingsregeling Promovendi Grensarbeider Jurisprudentie Samenvatting 24 Hoofdstuk 4: 150 kilometer-grens, EU-proof? Inleiding Toegang tot VwEU Discriminatie/belemmering Rechtvaardiging Proportionaliteit en noodzakelijkheid Samenvatting 34 Hoofdstuk 5: Conclusie 36 Literatuurlijst 38 2

3 HOOFDSTUK 1: INLEIDING Als een werknemer naar Nederland wordt gezonden of vanuit Nederland wordt uitgezonden, maakt hij mogelijk extra kosten. Deze kosten worden veelal aangeduid als extraterritoriale kosten. Hierbij kan men denken aan extra kosten voor huisvesting of levensonderhoud. Maar ook kosten voor het aanvragen van de verblijfsvergunning of de reiskosten vallen hieronder. Om deze reden is de 30%- regeling in het leven geroepen. Op grond van deze regeling kan aan kwalificerende werknemers een onbelaste vergoeding worden toegekend van 30% van het loon. Deze regeling kan mede bijdragen aan een aantrekkelijk vestigingsklimaat. Dit komt doordat buitenlands arbeid goedkoper is, waardoor de loonkosten worden gedrukt. De werkgever kan een vergoeding geven van 30% van het loon, vrij van loonbelasting, voor de extra gemaakte kosten van tijdelijk verblijf. Als de werkelijk gemaakte extraterritoriale kosten lager zijn dan 30% van het loon, kan de werkgever alsnog deze 30% belastingvrij vergoeden, waardoor de loonkosten voor de werkgever worden gedrukt. De 30%-regeling houdt zoals gezegd in dat er een onbelaste vergoeding is voor ingekomen en uitgezonden werknemers. Deze werknemers worden ook wel extraterritoriale werknemers genoemd. De regeling is opgenomen in artikel 31a onderdeel e van de Wet LB In artikel 10e t/m 10ej Uitvoeringsbesluit LB 1965 zijn nadere voorwaarden opgenomen waar een werknemer aan moet voldoen om deze onbelaste vergoeding te krijgen. De belangrijkste voorwaarde voor ingekomen werknemers komt erop neer dat zij een specifieke deskundigheid moeten hebben die op de Nederlandse arbeidsmarkt niet of schaars aanwezig is. Voor uitgezonden werknemers geldt de vergoeding globaal gezegd alleen voor ambtenaren, militairen en het beoefenen van wetenschap of het geven van onderwijs, verricht in het kader van ontwikkelingshulp. In deze scriptie beperk ik me tot de regeling voor zover die geldt voor inkomende werknemers. Sinds 1 januari 2012 is de 30%-regeling met name voor inkomende werknemers ingrijpend veranderd. In een brief van de staatssecretaris van Financiën aan de Voorzitter van de Tweede Kamer, merkt de staatssecretaris op: Middels deze brief informeer ik u over de 30%-regeling en de stappen die ik wil nemen om deze beter te richten op de doelgroep waarvoor deze regeling bedoeld is 1. Naar aanleiding van deze brief zijn er een aantal wijzigingen doorgevoerd door middel van een wetsvoorstel. 2 De voorwaarde van specifieke deskundigheid werd voor de wetswijzigingen flink uitgehold, meent staatssecretaris Weekers in zijn brief aan de Tweede Kamer 3. Dit kwam mede door jurisprudentie. Werknemers die geen specifieke deskundigheid als zodanig bezaten, bijvoorbeeld pijpfitters, kwamen mede in aanmerking voor deze regeling 4. Door de jaren heen gingen steeds meer mensen gebruik maken van deze fiscaal gunstige regeling. In 2002 hadden ongeveer werknemers het recht om gebruik te maken van de 30%-regeling. Het aantal aanvragen bedroeg in dat jaar In 2009 profiteerden mensen van deze regeling en het aantal aanvragen was in dat jaar gestegen naar Om de regeling budgettair beheersbaar te houden is er een salarisnorm 1 Kamerstukken ll 2010/11, 32504, nr Kamerstukken ll 2011/12, 33003, nr. 3, Kamerstukken ll 2010/11, 32504, nr Hoge Raad 5 oktober 2012, nr. 11/03239, LJN BW Kamerstukken ll 2010/11, 32504, nr

4 ingevoerd 6. In 2015 geldt er een salarisnorm van Voor jonge promovendi geldt er een verlaagde salarisnorm van De 30%-regeling is voor buitenlandse werknemers die een dienstverband hebben in Nederland. Deze regeling kon voor 1 januari 2012 ervoor zorgen dat Nederlandse werkgevers een voorkeur hadden om buitenlandse werknemers die juist aan de andere kant van de Nederlandse grens wonen aan te nemen boven werknemers die uit Nederland afkomstig waren. Dit omdat vrij gemakkelijk gebruik kon worden gemaakt van de 30%-regeling. Sinds 1 januari 2012 is daarom een extra voorwaarde in de wet opgenomen. Om in aanmerking te komen voor de regeling, moet een ingekomen werknemer minimaal 150 kilometer van de grens van Nederland wonen. Door deze voorwaarde in de wet op te nemen is de vraag gerezen of dit niet in strijd is met het EUrecht. In het EU-recht is artikel 18 VwEU (Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie), de regeling die de basis aangeeft voor non-discriminatie. Uit dit artikel kan geconcludeerd worden dat het verboden is te discrimineren op grond van nationaliteit. Nu is het de vraag of de voorwaarde van de 150 kilometer grens discrimineert op grond van nationaliteit en tegen het principe van vrije verkeer van werknemers in gaat. Het vrije verkeer van werknemers is neergelegd in artikel 45 VwEU. Aan het Hof van Justitie zijn ter zake prejudiciële vragen gesteld betreffende deze voorwaarden en het heeft daar inmiddels een uitspraak over gedaan. In de zaak Sopora concludeerde het Hof dat de voorwaarde van de 150 kilometer grens niet in strijd is met artikel 45 VwEU, wanneer de werknemers die op geringe afstand van Nederland wonen in de overgrote meerderheid van de gevallen dagelijks naar hun werk in Nederland kunnen pendelen 7. Tenzij de limieten (de 150 kilometer-grens en de forfaitaire vergoeding van 30%) zodanig zijn vastgesteld dat de vrijstelling aanleiding geeft voor een overcompensatie van de werkelijk gemaakte extraterritoriale kosten, is de 150 kilometer-voorwaarde niet in strijd met het EU-recht. De looptijd van de beschikking van de 30%-regeling was voordat de wijzigingen werden doorgevoerd tien jaar. Dit houdt in dat de werknemer dan voor een periode van tien jaar gebruik kan maken van de 30%-regeling. Deze is in 2012 verkort tot acht jaar. Daarnaast zal de werknemer gedurende de hele looptijd moeten voldoen aan de voorwaarden van de 30%-regeling. Omdat de werknemer gedurende de hele periode moet voldoen aan de voorwaarden, zal er de hele tijd moeten worden getoetst of dat wel zo is 8. Voor de wijzigingen was er een toets op de helft van de looptijd 9 en die is er in beginsel nog steeds, omdat het lastig uitvoerbaar is om de voorwaarden voortdurend te toetsen voor elke werknemer. Echter is er nu een vier jaarlijkse toets in plaats van een vijf jaarlijkse toets, waardoor de toets momenten wel worden ingekort. De kortingsregeling houdt in dat eerdere perioden die een werknemer tewerk is gesteld in Nederland in aftrek worden gebracht op de maximale looptijd van de 30%-regeling, mits deze periode minder dan 25 jaar geleden is stop gezet. Voorheen was deze periode tien jaar. Door de wijziging komen meer perioden van eerdere dienstverband in aftrek op de 30%-regeling. 6 Kamerstukken ll 2011/12, 33003, nr. 10, HvJ 24 februari 2015, Nr. C-512/13 8 Art. 10ee (Uitv.besluit LB 1965) 9 Art. 10ee lid 1 (Uitv.besluit LB 1965) (tekst 2011) 4

5 Dit brengt mij tot de volgende te onderzoeken stelling: De wijzigingen die zijn doorgevoerd met betrekking tot de 30%-regeling hebben geleid tot een doelmatiger regeling. Deze onderzoeksvraag zal ik aan de hand van een aantal deelvragen beantwoorden: Waar dient de 30%-regeling voor en wat zijn de kenmerken ervan? Wat is er op 1 januari 2012 veranderd aan de 30%-regeling en zorgen deze aanpassingen ervoor dat de doelgroep waar deze regeling voor bedoeld is wordt bereikt? Past het arrest Sopora in de algemene lijn van de rechtspraak van het HvJ? Toetsingscriterium De belangrijkste criteria waaraan zal worden getoetst in deze scriptie is of de aanpassingen met betrekking tot de 30%-regeling hebben gezorgd voor een effectievere regelgeving, d.w.z. dat er zal worden gekeken of de doelgroep waar de regeling in eerste instantie voor bedoeld was wordt bereikt. Daarnaast zal de efficiëntie van de regeling na de aanpassingen worden getoetst. Hierbij zal worden gekeken of de administratieve lasten voor werkgever, belastingplichtige en de belastingdienst door de wijzigingen niet zorgt voor een inefficiëntere regelgeving. Verder zal de 30%- regeling worden getoetst aan de EU-rechtelijke houdbaarheid. Bij het gebruik van de 30%-regeling kan mogelijk sprake zijn van verboden staatssteun (art. 107 VwEU). Dit onderdeel van het EU-recht zal niet worden aangekaart in deze scriptie. Wel zal er worden gekeken naar het vrije verkeer van werknemers in relatie tot het arrest Sopora. Afbakening De 30%-regeling geldt voor inkomende en uitgaande werknemers. in deze scriptie zal er uitsluitend worden gekeken naar de inkomende werknemers, omdat de wijzigingen in 2012 betrekking hebben op deze groep. Opbouw Het tweede hoofdstuk beoogt de 30%-regeling in het algemeen uit te leggen. Hierbij zullen alle kenmerken van de 30%-regeling worden besproken. In het derde hoofdstuk wordt gekeken naar de wijzigingen omtrent de 30%-regeling. Hierbij worden de voorwaarden afzonderlijk bekeken en besproken. Verder wordt er aandacht besteed aan de vraag wanneer artikel 31a Wet LB 1964 erin slaagt om de juiste doelgroep te bereiken. Dit zal worden onderzocht aan de hand van jurisprudentie en literatuur. Door arresten over de 30%-regeling die dateren voor 1 januari 2012 te toetsen aan de nieuwe voorwaarden verwacht ik een goed beeld te krijgen van wat de staatssecretaris beoogt te bereiken en of deze wijziging voor een effectievere regelgeving heeft gezorgd. Daarnaast zal dit hoofdstuk ook dienen voor het onderzoeken van de regeldruk. In het vierde hoofdstuk wordt onderzocht of de 30%-regeling in strijd is met het EU-recht. Hierbij zal de regeling worden getoetst aan het vrije verkeer van werknemers in relatie met het arrest Sopora. Er zal getracht worden antwoord te geven op de vraag of het HvJ terecht heeft geoordeeld dat de voorwaarde van 150 kilometer een belemmering vormt in de zin van de vrije verkeersbepalingen. 5

6 HOOFDSTUK 2: KENMERKEN VAN DE 30%-REGELING De 30%-regeling houdt als het ware in dat de werkgever een forfaitaire vergoeding van 30% op het loon kan geven als een vrije vergoeding voor de extra gemaakte kosten van het tijdelijk verblijf in Nederland. Dit zijn de zogenoemde extraterritoriale kosten. Deze vergoeding geldt alleen voor ingekomen werknemers met een specifieke deskundigheid die schaars is op de Nederlandse arbeidsmarkt. 2.1 Het ontstaan van de 30%-regeling Na de Tweede Wereldoorlog lag Nederland in duigen. Er moest een periode van wederopbouw komen. Ook de economie diende weer naar een aanvaardbaar peil te worden getild. Nederland had in deze tijden van moeilijkheid verlangen naar specialistische kennis op het gebied van technologie en economie. Door de onzekerheid van de Tweede Wereldoorlog ging Nederland op zoek naar deze kennis in het buitenland. Met name de Verenigde Staten kwam voor op het lijstje van Nederland die vielen onder de landen die het hoogst ontwikkeld waren. Daarom gingen veel bedrijven die in Nederland gevestigd waren op zoek naar werknemers die afkomstig waren uit de Verenigde Staten 10. Echter was het voor de Amerikanen en andere werknemers afkomstig uit het buitenland niet aantrekkelijk om aan de slag te gaan in Nederland. De reden hiervoor was dat er extra kosten verbonden waren bij het te werk stelling in Nederland. Hierbij valt te denken aan kosten voor dubbele huisvesting. Als gevolg hiervan besloot het bedrijfsleven in discussie te gaan met de overheid om zo tot een passende oplossing voor dit probleem te komen. Deze oplossing werd gevonden. De ingekomen Amerikanen zouden een aftrek van maximaal 40% van het loon krijgen waarbij de absolute grens f was en de tegemoetkoming gold voor een tijdsbestek van maximaal drie jaar 11. Echter werd deze regeling geheim gehouden en niet gepubliceerd door de overheid. Eind jaren zestig werd de regeling aangepast. Sindsdien was het percentage dat mocht worden afgetrokken 30% en de absolute grens van f werd geschrapt 12. In deze periode was de geheimhouding van de regeling steeds moeilijker aan te houden. In 1970 werden er Kamervragen gesteld over de geheimhouding van deze regeling. Dit gebeurde door het Tweede Kamerlid Lens. Doordat het Kamerlid Lens deze vragen stelde volgde er een niet-gepubliceerde resolutie 13. In 1985 was de regeling pas algemeen bekend. Dit leidde tot een resolutie die in 1986 bekend gemaakt werd met de nodige aanpassingen ten opzichte van eerdere versies 14. Door de jaren heen werd de regeling diverse malen aangescherpt en aangepast 15. In 1992 is de aftrekmethode ingewisseld voor de vergoedingsmethode 16. Deze methode geldt nog steeds. De aftrekmethode houdt in dat de werknemer de extraterritoriale kosten als een kostenpost opvoert bij het belastbaar inkomen. Bij de 10 Anoniem 1 januari 2009,NDFR, Fiscale zakenreeks, Nr. 9 de 30%-regeling voor ingekomen werknemers 11 Anoniem 1 januari 2009,NDFR, Fiscale zakenreeks, Nr. 9 de 30%-regeling voor ingekomen werknemers 12 Anoniem 1 januari 2009,NDFR, Fiscale zakenreeks, Nr. 9 de 30%-regeling voor ingekomen werknemers 13 Kamervragen van Tweede Kamerlid Lens, 25 februari Besluit van 2 april 1986, nr Besluit van 19 augustus 1988, nr. DB 88/5011 en besluit van 28 maart 1990, nr. DB 89/ Resolutie van 4 juni 1992, nr. DB 92/922, BNB 1992/284 en besluit van 28 augustus 1992, nr. DB 92/

7 vergoedingsmethode kent de werkgever een vergoeding toe voor de kosten die worden gemaakt (of in dit geval 30% van het loon). In het jaar 1995 werd de voorloper van de huidige 30%-regeling voor het laatst gewijzigd 17. Om van deze regeling gebruik te kunnen maken moest men een uit het buitenland aangetrokken werknemer zijn die in dienst staat van een binnenlandse werkgever 18. De voorwaarde om in de regeling te vallen was dat de werknemer moest beschikken over een specifieke deskundigheid die op de Nederlandse arbeidsmarkt niet of schaars aanwezig was. Dit werd getoetst aan een aantal factoren die als volgt in het besluit waren opgenomen 19 : hoog gekwalificeerde dan wel gespecialiseerde opleiding; de benodigde ervaring en of deskundigheid dan wel opleiding buiten Nederland opgedaan en in Nederland niet of schaars aanwezig; specifiek gekwalificeerde functie van de buitenlandse werknemer; het netto aan de desbetreffende functie verbonden salarisniveau in het land van herkomst voor een min of meer vergelijkbare functie hoger is dan c.q. vergelijkbaar is met het salarisniveau in Nederland. 2.2 Doel van de wet De 30%-procent regeling is in 2001 in plaats van de 35%-regeling gekomen. Deze bouwt als het ware voort op de oude 35%-regeling 20. De regeling is bedoeld voor zogenaamde extraterritoriale werknemers en geldt als een bewijsregel 21. Als er wordt voldaan aan de bewijsregel kunnen de extraterritoriale kosten belastingvrij worden vergoed. Extraterritoriale kosten hebben hetzelfde karakter als gemengde kosten. Deze kosten kunnen namelijk een sterk persoonlijk karakter hebben of de tewerkstelling kan aan de kosten ten grondslag liggen 22. Er geldt een aantal voorwaarden waaraan een werknemer moet voldoen om te opteren voor de 30%-regeling. Deze voorwaarden worden hierna afzonderlijk besproken. Doordat het ten gevolge aan de faciliteit aantrekkelijker wordt voor werknemers met een specifieke deskundigheid om in Nederland te komen werken wordt de concurrentiepositie van Nederland versterkt. De gedachte hierachter is dat buitenlandse bedrijven zodoende meer gaan investeren in de Nederlandse economie. Naast deze reden worden de administratieve lasten voor de werkgever ook verminderd omdat de werkgever niet alle kosten afzonderlijk in aanmerking hoeft te nemen Extraterritoriale werknemer In de wet wordt verstaan onder extraterritoriale werknemer: ingekomen en uitgezonden werknemers. Ingekomen werknemers zijn door een inhoudingsplichtige uit een ander land aangeworven, of naar een inhoudingsplichtige gezonden werknemer in de zin van artikel 2 Wet LB Artikel 2 Wet LB 1964 komt erop neer dat de ingekomen werknemer een civiel- of publiekrechtelijk dienstverband moet hebben. De ingekomen werknemer moet voldoen aan de 17 Besluit van 29 mei 1995, nr. DB 95/119M 18 Besluit van 29 mei 1995, nr. DB 95/119M, onderdeel 1 19 Besluit van 29 mei 1995, nr. DB 95/119M, onderdeel Besluit van 24 oktober 2000, Nr. WDB2000/ De Redactie, NTFR2000/1619, Hoofdpunten concept-aanpassingsbesluit belastingherziening Besluit van 11 februari 2004, nr. CPP2003/641M 23 Staatssecretaris Wijn 20 oktober 2003, Den Haag, Persbericht 24 Artikel 10e lid 2, onderdeel a en b, (Uitv.besluit LB 1965) 7

8 voorwaarde dat hij een specifieke deskundigheid bezit die op de Nederlandse arbeidsmarkt niet of schaars aanwezig is. Bovendien moet de werknemer voor meer dan twee derde in een periode van 24 maanden woonachtig zijn op een afstand van meer dan 150 kilometer van de Nederlandse grens. De vraag is gerezen of de werknemer alleen één van deze dienstverbanden moet hebben om te profiteren van de 30%-regeling, of dat de 30%-regeling ook geldt voor fictieve dienstverbanden. De Hoge Raad heeft hier een uitspraak over gedaan ten aanzien van commissarissen na de conclusie van Advocaat-Generaal Van Ballegooijen. In het geschil was of een commissaris van een Nederlandse NV die woonachtig was in Amerika kwalificeerde voor de 30%-regeling. De Hoge Raad oordeelde dat de 30%-regeling wel degelijk van toepassing is op fictieve dienstbetrekkingen 25. Wetsmatig klopt dit als er wordt gekeken naar artikel 2 lid 3 van de Wet LB. Hierin zijn de bestuurders en commissarissen genoemd die worden aangemerkt als werknemer. In het Uitvoeringsbesluit LB wordt er gesproken over de werknemer in de zin van artikel 2 Wet LB De bestuurder en commissaris kunnen zodoende wetsmatig wel opteren voor de 30%-regeling Wat betreft artiesten en sporters geldt dat deze zijn deze uitgesloten voor de 30%-regeling, aldus Schouten 27. Dit omdat het Uitvoeringsbesluit LB 1965 uitsluitend verwijst naar de dienstbetrekking die in artikel 2 van de Wet LB is opgenomen en de artiesten en sporters zijn opgenomen in artikel 1. Dit wordt ook betoogd door Kavelaars in zijn noot bij het commissarisarrest 28. Sporters kunnen wel opteren voor de 30%-regeling als zij gewoon werknemers zijn en niet onder de sportersbepaling vallen. 2.4 Extraterritoriale kosten Onder extraterritoriale kosten worden verstaan de extra kosten van tijdelijk verblijf buiten het land van herkomst 29. In het Uitvoeringsbesluit Wet LB is bepaald dat extraterritoriale kosten vergoedingen en verstrekkingen aan extraterritoriale werknemers zijn, voor het voorkomen van kosten van verblijf buiten het land van herkomst 30. als er gebruik wordt gemaakt van de 30%- regeling, dan hoeft de inhoudingsplichtige de kosten niet afzonderlijk in aanmerking te nemen. In plaats daarvan kan hij een vergoeding geven van 30%. Tot de grondslag behoort het loon uit tegenwoordige dienstbetrekking ter zake van het verblijf in Nederland. Ook schoolgelden kunnen onbelast worden vergoed. Extra kosten van tijdelijk verblijf kan op verschillende manieren worden geïnterpreteerd. Daarom is er in het besluit van 11 februari opgenomen wat er onder extraterritoriale kosten moet worden verstaan. De hoofdregel is dat kosten moeten worden toegerekend aan de kostenpost die het meest van toepassing is. Dit is hetzelfde als bij gemengde kosten 32. De vraag die zal moeten worden gesteld is wat de oorzaak is van de kosten die worden gemaakt tijdens het tijdelijk verblijf in Nederland. Hierbij kan het in overwegende mate (meer dan 50%) ten grondslag liggen aan privé 25 Hoge Raad 12 oktober 2007, nr en Fijen, NTFR2007/1858, 30%-regeling staat open voor commissarissen 26 Artikel 10e lid 2 (Uitv.besluit LB 1965) 27 J.D. Schouten augustus 2008, NTFR beschouwingen, gerechtigden tot de 30%-regeling 28 P. Kavelaars 14 september 2007, Noot bij: Hoge Raad, BNB 2007/319c, Nr Artikel 31a lid 2, onderdeel e, (Wet LB 1964) (tekst 2015) 30 Artikel 10ea (Uitv.besluit LB 1965) 31 Besluit van 11 februari 2004, nr. CPP2003/641M 32 Besluit van 11 februari 2004, nr. CPP2003/641M 8

9 redenen of ten grondslag liggen aan de tewerkstelling in Nederland. Als een kostensoort in overwegende mate ten grondslag ligt aan privé doeleinden, zal deze kostenpost niet tot de extraterritoriale kosten behoren. In het besluit wordt een aantal kosten soorten besproken en wordt aangegeven of sprake is van extraterritoriale kosten. Deze zullen hier nader worden toegelicht. Vergoedingen voor extra uitgaven levensonderhoud: dit zijn de kosten die worden gemaakt doordat het prijspeil in het werkland (Nederland) hoger ligt dan die in het woon land. Deze kosten behoren tot extraterritoriale kosten. Uitzendtoelagen, bonussen en vergelijkbare vergoedingen: de werkgever kan een vergoeding aan de werknemer geven ter compensatie van de kosten die ermee samenhangen dat de werknemer bereid is om in het buitenland te gaan werken. Dit behoort tot het belastbaar loon en valt niet te kwalificeren als extraterritoriale kosten Verhuiskostenvergoeding: als de werknemer verhuist zijn hier kosten aan verbonden. De kosten hiervoor zijn geen extraterritoriale kosten. Echter is er in artikel 31a lid 2 onderdeel f Wet LB bepaald dat de kosten wel vrij vergoed kunnen worden als er wordt voldaan aan een aantal voorwaarden 33. Kosten van kennismaking met het werkland: de kosten die worden gemaakt om kennis te maken met het werkland zijn extraterritoriale kosten. Deze reizen worden meestal gemaakt met het gezin met de doelstelling om een geschikte woning en school te vinden. Kosten voor het in orde brengen van officiële papieren: dit zijn extraterritoriale kosten. Hierbij kan worden gedacht aan de rijbewijs, visa en verblijfvergunning. Ook de medische kosten zoals vaccinaties en keuringen behoren tot deze categorie. Kosten voor opslag meubilair: als de werknemer naar het werkland verhuist, kan hij te maken hebben met meubilair dat achterblijft in het woon land. De kosten voor het opslaan van dit meubilair zijn extraterritoriale kosten. Vermogensverliezen: de verliezen die worden geleden met bijvoorbeeld het verkopen van het huis of de auto, omdat de werknemer verhuist behoren niet tot extraterritoriale kosten. Deze verliezen liggen immers in de vermogenssfeer van de werknemer. Kosten van huisvesting: hier moet wel sprake zijn van dubbele huisvestingskosten. Een voorbeeld is als een werknemer in het land van herkomst blijft wonen en voor de tijd van de uitzending verblijft in een hotel. De kosten van het tijdelijk verblijf kunnen worden gezien als extraterritoriale kosten. Aan- en verkoopkosten woning: deze liggen in de vermogenssfeer van de werknemer en worden om die reden dus niet gerekend tot extraterritoriale kosten. Dit heeft de Hoge Raad ook beslist 34. Gas, water, licht en andere nutsvoorzieningen: Deze kunnen gedeeltelijk extraterritoriale kosten zijn. Of het extra kosten van het tijdelijk verblijf zijn heeft te maken met het verschil in prijspeil tussen het land van herkomst en het werkland. 33 Deze voorwaarden zijn de vinden in artikel 8.4, Uitv.reg. LB Hoge Raad 25 maart 1981, nr , BNB 1981/185 9

10 Reizen en reiskosten: als de werknemer terug reist naar het land van herkomst om zijn familie te bezoeken, worden deze kosten gerekend tot de extraterritoriale kosten. De reden hiervoor is dat de tewerkstelling in het buitenland de voornaamste reden is voor deze reizen. Kosten van de belastingadviseur: het is aannemelijk dat de extraterritoriale werknemer te maken krijgt met twee aangiften. Hier zijn extra kosten aan verbonden. De kosten ten aanzien van de aangifte die buiten het land van herkomst worden gerealiseerd zijn extraterritoriaal. Ook kan er een situatie ontstaan dat de kosten van de aangifte in het land van herkomst hoger worden door de tewerkstelling in het werkland. Deze kosten kunnen ook worden gezien als extraterritoriaal. Hogere belastingtarieven: deze liggen in de inkomens- of vermogenssfeer van de werknemer en zijn daarom niet aan te merken als extraterritoriale kosten. Taalcursussen: zijn aan te merken als extraterritoriale kosten. De kosten slaan niet alleen terug op de werknemer, maar ook op het gezin. Telefoonkosten: deze zijn extraterritoriaal voor zover de werknemer internationale gesprekken pleegt met het land van herkomst. Deze kosten waren er niet geweest als de werknemer niet was uitgezonden. Maaltijden: maaltijden die geen zakelijk karakter hebben kunnen aangemerkt worden als extraterritoriaal voor zover deze te maken hebben met de uitzending. Mijns inziens zijn de besproken kostensoorten goed ingedeeld naar aard en aldus al dan niet extraterritoriaal. Doch kan ik me niet vinden in het feit dat de verhuiskostenvergoeding niet extraterritoriaal is. Deze kosten worden immers gemaakt in verband met de tewerkstelling in het buitenland. Het feit dat de verhuizing wel kan worden vergoed op basis van artikel 32 Wet LB 1964 doet hier niet aan af. Als de 30%-regeling wordt toegepast is er geen ruimte meer voor vrije vergoedingen. Dit betekent dat de werknemer geen vergoedingen mag ontvangen voor kosten die worden gemaakt naast de 30%-regeling. Dit is ook geoordeeld door Rechtbank Breda 35. In deze zaak betreft het een werknemer met de Franse nationaliteit die werkzaam was in Nederland. Het geschil was of er naast de toepassing van de 30%-regeling ook een vrije vergoeding kan worden verstrekt. Hier ging het om een vrije vergoeding voor huisvesting. Deze vraag heeft de Rechtbank negatief beantwoord. Het Hof Den Bosch heeft dit een jaar later bevestigd 36. Naast de vrije vergoeding voor huisvesting zijn ook de vrije vergoedingen voor reiskosten uitgesloten naast de toepassing van de 30%-regeling 37. Als er huisvesting wordt verstrekt door de werkgever aan de werknemer behoort dit tot loon in natura. Loon in natura behoort tot de grondslag van de bewijsregel en verhoogt het fiscale loon waardoor de grondslag wordt vergroot 38. Echter is er door Rechtbank Den Haag geoordeeld dat de auto van de zaak niet tot de grondslag van de bewijsregel behoort 39. Hier ontstaat mijns inziens een discrepantie 35 Rechtbank Breda 6 april 2007, nr.05/ Hof Den Bosch 15 april 2008, nr.07/ Hoge Raad 9 april 2010, nr.09/ Besluit van 23 augustus 2013, nr. DGB2013/70M 39 Rechtbank Den Haag 27 november 2009, nr.08/04943, LJN:BK

11 met het besluit waar er expliciet wordt vermeld dat loon in natura tot de grondslag van de bewijsregel behoort. In de praktijk is het altijd lastig om de kosten voor het gebruik van de 30%-regeling te etiketteren in verschillende gevallen. Dit blijkt uit een brief die de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan de Tweede Kamer schrijft 40. Hierin schrijft de minister: In deze brief wordt nadere informatie gegeven over de ET-regeling, het convenant met de uitzendsector en wat er geregeld kan worden in een cao. Mede namens de staatssecretaris van Financiën meld ik u dat wij de toepassing en effecten van deze regeling nader zullen onderzoeken. Vanwege de complexiteit van dit vraagstuk en de samenhang met andere fiscale regelingen is het van belang dit gedegen te doen. Naar verwachting zal dit onderzoek niet binnen de termijn voor de beantwoording van de Kamervragen afgerond zijn. Zelfs in het jaar 2015 zijn er nog vragen en moeilijkheden met betrekking tot de 30%-regeling en de extra kosten van tijdelijk verblijf. 2.5 Specifieke deskundigheid Om te opteren voor de 30%-regeling moet een werknemer beschikken over een specifieke deskundigheid 41. Om een goed beeld te krijgen over de term specifieke deskundigheid zal bezien worden hoe dit criterium werd geïnterpreteerd voor de wetswijziging van De wettelijke bepaling met betrekking tot de specifieke deskundigheid zag er als volgt uit 42 : 1 Bij de beoordeling of een ingekomen werknemer specifieke deskundigheid bezit die op de Nederlandse arbeidsmarkt niet of schaars aanwezig is, wordt in onderlinge samenhang rekening gehouden met de volgende factoren, voor zover relevant: a. het niveau van de door de werknemer gevolgde opleiding; b. de voor de functie relevante ervaring van de werknemer; c. het beloningsniveau van de onderhavige functie in Nederland in verhouding tot het beloningsniveau in het land van herkomst van de werknemer. 2 Een werknemer van het middenkader of hoger kader van een internationaal concern met ten minste twee en een half jaar ervaring in dat concern die in het kader van roulatie wordt uitgezonden naar Nederland, wordt geacht specifieke deskundigheid te bezitten die op de Nederlandse arbeidsmarkt niet of schaars aanwezig is. Momenteel is het criterium opgenomen in artikel 10eb lid 4 Uitvoeringsbesluit loonbelasting Hierna ga ik in op de diverse onderdelen van het criterium. Het niveau van de door de werknemer gevolgde opleiding 40 Minister van Sociale Zaken en werkgelegenheid L.F. Assher 10 februari 2015, Verzoek Tweede Kamer over de extraterritoriale kostenregeling en verzoek om uitstel beantwoording Kamervragen 41 Artikel 10ea lid 2, onderdeel b, sub 1 (Uitv.besluit LB 1965) 42 Artikel 9a (Uitv.besluit LB 1965) (tekst 2010) 11

12 De gevolgde opleiding moet volgens de fiscus minimaal een Hbo-opleiding bevatten 43. Echter is deze voorwaarde in de praktijk niet aan te houden. De drie voorwaarden moeten immers in samenhang worden beoordeeld. Zo kan ook een specialist op LBO- of MBO-niveau een specifieke deskundigheid bezitten voor toepassing voor de 30%-regeling 44. Een pijpfitter die in Nederland werkzaam is beschikte volgens het Hof niet over een specifieke deskundigheid voor de toepassing van de 30%-regeling. Hoewel de pijpfitter een ervaren persoon was acht het Hof geen sprake van een specifieke deskundigheid in de zin van de 30%-regeling 45. Het hof duidt dit als volgt: Dat in Nederland voor pijpfitten geen gestructureerde opleiding meer voor handen is maakt de bekwaamheid van een gekwalificeerd pijpfitter niet tot een specifieke deskundigheid. Echter is de advocaat-generaal het hier niet mee eens 46. AG Niessen stelt dat de precieze weging en niveau niet is vastgelegd in de wet. Gelet op het feit dat een dergelijke opleiding helemaal niet aanwezig is in Nederland is het niet te begrijpen dat de pijpfitter geen specifieke deskundigheid bezit voor de toepassing van de 30%-regeling. De voor de functie relevante werkervaring In het meergenoemde besluit uit 2005 is aangegeven dat er voor de toepassing van de 30%-regeling de relevante werkervaring ongeveer twee en een half jaar moet zijn. Echter hangt deze periode wel af van de beklede functie en in hoeverre ervaring is vereist 47. De factoren zullen in samenhang moeten worden beoordeeld. Dit bleek ook naar aanleiding van een uitspraak van het Hof Amsterdam 48. In geschil was of belanghebbende die een Bachelor in Arts cumlaude had behaald en een functie als recruitment consultant bekleedt recht heeft op de 30%- regeling. De factoren werden in samenhang in aanmerking genomen. Belanghebbende had geen specifieke opleiding genoten op het gebied van werving en selectie. Daarnaast was hij pas acht maanden werkzaam in het concern. Daarnaast werd er ook gekeken naar het salaris niveau. Deze drie factoren werden alle in aanmerking genomen. Het Hof besliste uiteindelijk dat de specifieke deskundigheid niet aannemelijk werd gemaakt en dat belanghebbende geen gebruik mocht maken van de 30%-regeling. Omdat de term specifieke deskundigheid de nodige moeilijkheden met zich brengt is er een extra criterium in de wet opgenomen. Een werknemer die wil opteren voor de 30%-regeling moet voldoen aan een salarisnorm. Dit zal worden besproken in hoofdstuk 3, paragraaf Schaarste Voor de ingekomen werknemer geldt verder dat de specifieke deskundigheid op de Nederlandse arbeidsmarkt niet of schaars aanwezig moet zijn. Schaarste valt moeilijk te beoordelen, kijkend naar 43 Anoniem 1 januari 2009, NDFR, Fiscale Zakenreeks, nr. 9, De 30%-regeling voor ingekomen werknemers; Hoofdstuk 3: De 30%-bewijsregel 44 Conclusie A-G Niessen 12 april 2012, nr.11/03239, NTFR Hof Den Haag 22 juni 2011, nr. 10/ Conclusie A-G Niessen 12 april 2012, nr.11/03239, NTFR Besluit van 24 augustus 2005, nr. CPP M, Vragen en antwoorden extraterritoriale werknemers (30%- regeling), vraag Hof Amsterdam 24 februari 2005, nr. 04/

13 de wetsgeschiedenis en de jurisprudentie. Een maatstaf voor schaarsheid kan een afgifte van een tewerkstellingsvergunning zijn of geringe reactie op geplaatste personeelsadvertenties 49. Een probleem dat zich hierbij voordoet is het geval bij kennismigranten 50. Deze groep werknemers komt in aanmerking voor de 30%-regeling. Echter ontstaat er hier een discrepantie tussen de groep werknemers die in Nederland komt werken als kennismigrant en de groep die geen vergunning nodig heeft om in Nederland te komen werken. De inwoners van de Europese Unie hebben geen tewerkstellingsvergunning nodig om in Nederland te komen werken. De inhoudingsplichtige zal bij deze groep aannemelijk moeten maken dat de werknemer een specifieke deskundigheid bezit die schaars is op de Nederlandse arbeidsmarkt. Schaarste zal per geval apart bekeken moeten worden. Zo wordt schaarste bepaald aan de hand van feiten en omstandigheden. Een tandarts die de Duitse Nationaliteit heeft en gaat werken in Nederland, kan gezien worden als een werknemer die een specifieke deskundigheid bezit die schaars is op de Nederlandse arbeidsmarkt. Rechtbank Breda heeft uitgesproken dat er sprake is van schaarste omdat er jaarlijks 180 tandartsen vanuit het buitenland instromen 51. Echter kwam het Hof in Amsterdam tot een andere conclusie 52. Hij oordeelde dat er bij het onderzoeken naar schaarste moet worden gekeken naar de hele Nederlandse arbeidsmarkt en niet naar regio s. Als er wordt gekeken naar het landelijk niveau, dan is er sprake van een beperkt tekort. Dit kan niet leiden tot schaarste. Een andere conclusie van het Hof was dat werknemers, in dit geval tandartsen, ervoor kunnen kiezen om in Nederland te komen werken zonder dat sprake is van schaarste, maar bijvoorbeeld doordat de arbeidsvoorwaarden gunstiger zijn. Het interpreteren van het begrip schaarste blijkt de nodige problemen met zich te brengen. Zo is er meermalen geprocedeerd over hoe het begrip schaarste moet worden uitgelegd, onder andere in het geval van tandartsen 53. Doordat er meer rechtspraak over het begrip schaarste is, is door de jaren heen steeds duidelijker geworden hoe dit begrip moet worden geïnterpreteerd. Echter is dit mijns inziens een dynamische toets omdat vraag en aanbod op de arbeidsmarkt met de tijd continu veranderen. 2.7 Looptijd en kortingsregeling Nu de voorwaarden zijn besproken zal er worden gekeken naar de looptijd van de 30%-regeling. hierbij zal er worden gekeken naar het begin en eind van de looptijd en de kortingsregeling, wat inhoudt dat eerdere perioden van tewerkstelling in Nederland in aftrek worden gebracht op de looptijd. Voor ingekomen werknemers bedraagt de looptijd van de bewijsregel maximaal acht jaar. Deze gaat in op de eerste dag waarop de inhoudingsplichtige de werknemer tewerk stelt en eindigt op de laatste dag van het loontijdvak na het loontijdvak waarin de tewerkstelling is geëindigd 54. De 49 Anoniem 1 januari 2009, NDFR, Fiscale zakenreeks, nr. 9, De 30%-regeling voor ingekomen werknemers 50 Anoniem 1 januari 2009, NDFR, Fiscale zakenreeks, nr. 9, De 30%-regeling voor ingekomen werknemers 51 Rechtbank Breda 2 november 2012, nr.11/ Hof Amsterdam 07 februari 2013, nr.12/00418 en J.C. Zeeuw, NTFR2013/1042, Geen schaarste aan tandartsen op de Nederlandse arbeidsmarkt in Een aantal voorbeelden zijn: Rechtbank Arnhem 23 augustus 2012, nr.11/04814; Hof Den Bosch 20 september 2013, nr.12/ Artikel 10ec (Uitv.besluit LB 1965) 13

14 feitelijke tewerkstelling is hierin bepalend, zo heeft de Hoge Raad beslist 55. Hier ging het om een Belg die in 1995 tewerk werd gesteld bij een Nederlandse vennootschap. Deze persoon wilde de 30%- regeling toepassen vanaf In dit jaar is een nieuw belastingverdrag met België in werking getreden waardoor de heffingsbevoegdheid over zijn salaris naar Nederland verschoof. Volgens de Hoge Raad moet er worden gekeken naar de feitelijke tewerkstelling voor de berekening van de maximale looptijd. Het maakt hierbij niet uit of de werknemer toen reeds als werknemer werd gezien in de zin van artikel 2 Wet LB 1964 (in Nederland). Daarnaast is het ook niet van belang of de 30%- regeling toen reeds op de werknemer van toepassing was. De looptijd kan worden beëindigd als zich een situatie voordoet dat er niet langer sprake is van een specifieke deskundigheid die op de Nederlandse arbeidsmarkt niet of schaars aanwezig is 56. Ook kan zich een situatie zich voordoen dat de ingekomen werknemer al eerder een tewerkstelling had in Nederland. De periode van eerdere tewerkstelling en verblijf wordt dan in mindering gebracht op de looptijd 57. De perioden van het verblijf in Nederland die afstammen uit langer dan vijfentwintig jaar geleden worden bij het verminderen van de looptijd niet in aanmerking genomen. Dit is de zogenaamde kortingsregeling. Als de werknemer in een kalenderjaar niet meer dan twintig dagen in Nederland zijn tewerkstelling heeft, wordt deze niet meegerekend voor de periode van de kortingsregeling. Ook als de werknemer in een kalenderjaar maximaal zes weken in Nederland verblijft of als hij eenmalig voor een aaneengesloten periode van drie maanden in een periode van vijfentwintig jaar in Nederland verblijft wordt deze niet meegenomen voor de berekening van de looptijd. Dit bezoek moet echter wel zijn gedaan naar aanleiding van persoonlijke omstandigheden. Enkele voorbeelden hiervan zijn vakantie of familiebezoek. Een werknemer wordt geacht in Nederland te zijn tewerkgesteld voor de periode dat de inhoudingsplichtige de werknemer heeft aangeworven in de zin van artikel 2 Wet op de Loonbelasting Hierin is neergelegd dat een werknemer in publiekof privaatrechtelijke dienstbetrekking moet staan bij de inhoudingsplichtige. Echter, zoals eerder al is betoogd, zal hier de fictieve dienstbetrekking ook toe behoren. De vermindering van de looptijd wordt afgerond naar boven op gehele kalendermaanden 59. Stel: een werknemer is zes weken tewerkgesteld in Nederland, waarna hij terug gaat naar het land van herkomst. De vermindering van de looptijd van de bewijsregel zal dan twee maanden bedragen. Dit zal per verblijf afzonderlijk moeten worden vastgesteld 60. De tewerkstellingen in Nederland mogen dus niet bij elkaar worden opgeteld en dan worden afgerond naar hele kalendermaanden. De looptijd van de bewijsregel kan van toepassing blijven als de werknemer een andere werkgever krijgt, mits het in stand komen van de nieuwe arbeidsovereenkomst binnen drie maanden na het beëindigen van de oude arbeidsovereenkomst gebeurt 61. Wel zal er weer aannemelijk moeten worden gemaakt dat de werknemer een extraterritoriale werknemer is in de zin van de 30%-regeling. 55 Hoge Raad 17 april 2009, nr Artikel 10ee (Uitv.besluit LB 1965) 57 Artikel 10ef (Uitv.besluit LB 1965) 58 Artikel 10ef lid 5 (Uitv.besluit LB 1965) 59 Artikel 10eh (Uitv.besluit LB 1965) 60 Rechtbank Haarlem 25 maart 2008, nr.06/ Artikel 10ed (Uitv.besluit LB 1965) 14

15 Als de nieuwe arbeidsovereenkomst niet binnen drie maanden tot stand komt, zal de 30%-regeling niet kunnen worden toegepast Samenvatting In dit hoofdstuk is het ontstaan van de 30%-regeling besproken. De voornaamste redenen voor de regeling zijn het versterken van de concurrentie positie en het verzachten van de administratieve lasten voor de werkgever. Daarnaast zijn er enkele kenmerken van de 30%-regeling besproken. Een extraterritoriale werknemer moet uit een ander land worden aangeworven. Verder moet deze werknemer een specifieke deskundigheid bezitten die op de Nederlandse arbeidsmarkt niet of schaars aanwezig is. Dan mogen de extraterritoriale kosten worden vergoed. Ook is er gekeken naar de looptijd van de bewijsregel. De aanvang is wanneer de feitelijke tewerkstelling plaatsvindt en de tewerkstelling eindigt op de laatste dag van het loontijdvak na het eindigen van de arbeidsovereenkomst. De inhoudingsplichtige moet een verzoek indienen om te opteren voor de 30%-regeling. Op 1 januari 2012 is er een ingrijpende wetswijziging geweest ten aanzien van de 30%-regeling. Deze wordt besproken in het volgende hoofdstuk. 62 Hof Arnhem-Leeuwarden 17 maart 2015, nr.14/

16 HOOFDSTUK 3: DE WETSWIJZIGING OMTRENT DE 30%-REGELING 3.1 inleiding Met ingang van 1 januari 2012 is de 30%-regeling ingrijpend veranderd. In dit hoofdstuk worden deze veranderingen aangekaart en vergeleken met de regelgeving vóór 1 januari Verder poogt er te worden geanalyseerd of deze wijzigingen hebben geleid tot een effectievere regelgeving en of de beoogde doelstelling die de staatssecretaris had ook is bereikt. Aan de hand van jurisprudentie en literatuur wordt de situatie van voor de wetswijziging vergeleken met de situatie na de wetswijziging, om zodoende een beter beeld te krijgen van de doelgroep die voorheen kon opteren voor de 30%- regeling en vanaf 1 januari 2012 buiten het bereik van deze regeling valt. Ook wordt er een blik geworpen op de regeldruk. Staatssecretaris Weekers vermeldde in zijn brief naar de Tweede Kamer dat een goed gerichte 30%- regeling ten doel heeft Nederland een competitief en een aantrekkelijk vestigingsklimaat te bieden 63. Verder is er in deze brief vermeld dat berichten in de media aanleiding zijn geweest voor aandacht tijdens de procedurevergadering van de vaste Commissie voor Financiën. Op 11 mei 2011 zond RTL een bericht 64 uit met als headline: Belastingvoordeel expats kost onbedoeld goudgeld. Volgens dit artikel genieten Nederlanders die tijdelijk in het buitenland hebben gewerkt en daarna weer in Nederland komen wonen de voordelen van de 30%-regeling. Naar aanleiding van berichten in de media en de brief van de Staatssecretaris van Financiën is er in de memorie van toelichting bekend gemaakt wat er zou worden veranderd aan de 30%-regeling 65. Het gaat om de volgende maatregelen: Het criterium van specifieke deskundigheid wordt voortaan ingevuld door een salarisnorm. Aanscherping van de kortingsregeling. Deze houdt in dat de perioden van eerdere verblijf in Nederland in mindering komen op de looptijd. Werknemers die gedurende de 24 maanden voorafgaande aan hun werkzaamheden in Nederland in een straal van 150 kilometer van de Nederlandse grens wonen, komen sinds 2012 niet in aanmerking voor de 30%-regeling. Het criterium dat een werknemer uit het buitenland moet worden aangeworven wordt buiten beschouwing gelaten als het gaat om jonge buitenlanders die promoveren in Nederland. 63 Kamerstukken ll 2010/11, 32504, nr Anoniem 16 mei 2011, < Belastingvoordeel expats kost onbedoeld goud geld 65 Kamerstukken ll 2011/12, 33003, nr. 3,

17 Door deze maatregelen te treffen verwacht de Staatssecretaris dat de doelgroep waar de 30%- regeling eigenlijk voor bedoeld was beter wordt bereikt en dat het oneigenlijk gebruik zal afnemen. Hij verkondigt in de Memorie van toelichting 66 : Door dit evenwichtige pakket maatregelen wordt het onbedoelde gebruik van de regeling tegengegaan en wordt de regeling gelijktijdig verruimd op het punt waar het in de praktijk knelt. Hierdoor wordt de regeling beter gericht op de eigenlijke doelgroep van deze regelingen en blijft tegelijkertijd de kern van de regeling onaangetast. Hierna wordt naar de afzonderlijke maatregelen gekeken en wordt getracht te toetsen of de wijzigingen daadwerkelijk hebben geleid tot een effectievere regelgeving. 3.2 Specifieke deskundigheid Uit het vorige hoofdstuk blijkt dat vóór de wetswijziging de term specifieke deskundigheid werd beoordeeld aan de hand van een aantal factoren, namelijk: het niveau van de door de werknemer gevolgde opleiding, de relevante werkervaring en het beloningsniveau van de onderhavige functie in Nederland in verhouding tot het beloningsniveau in het land van herkomst van de werknemer. Deze factoren gelden nog steeds, maar alleen om te bepalen of de werknemer die de specifieke deskundigheid bezit, schaars is op de Nederlandse arbeidsmarkt. Sinds 2012 is de norm voor het hebben van een specifieke deskundigheid uitsluitend vastgesteld door middel van een salarisnorm. In het jaar 2015 moet het salaris op jaarbasis meer dan bedragen om in aanmerking te komen voor de 30%-regeling 67. Dit bedrag zal aan het begin van elk kalenderjaar worden aangepast naar aanleiding van de prijsindexcijfers uit de Consumentenprijsindex Alle Huishoudens, afgeleid van het Centraal Bureau voor de Statistiek 68. Deze salarisnorm geldt niet voor elke ingekomen werknemer. Voor een werknemer die de leeftijd van dertig nog niet heeft bereikt en die in het wetenschappelijk onderwijs een Nederlandse graad of een hiermee gelijkwaardige buitenlandse graad heeft gehaald is er een verzachtende salarisnorm van op jaarbasis 69. Aan de salarisnorm hoeft ook niet te worden voldaan in geval van 70 : Een werknemer die in het kader van wetenschappelijk onderzoek of wetenschappelijk onderwijs in Nederland tewerkgesteld wordt bij een onderzoeksinstelling. Een werknemer die als arts in opleiding tot specialist tewerkgesteld wordt door één van de aangewezen instituten. Nu is het de vraag hoe deze salarisnorm moet worden berekend en ingevuld. Het is bijvoorbeeld denkbaar dat een werknemer in een jaar wel voldoet aan de salarisnorm en het jaar erop niet meer doordat hij minder is gaan werken. In de Uitvoeringsregeling loonbelasting 2001 is er alleen een uitzondering opgenomen in geval van het opnemen van ouderschapsverlof of zwangerschapsverlof 71. Het loon van de werknemer wordt dan gesteld op het bedrag ingeval hij geen ouderschaps- of zwangerschapsverlof had opgenomen. In andere gevallen is hier geen regeling voor getroffen. Voor 66 Kamerstukken ll 2011/12, 33003, nr. 3, Artikel 10eb lid 1 (Uitv.besluit LB 1965) 68 Artikel 10eb lid 5 (Uitv.besluit LB 1965)jo. Artikel 10.2 (Wet IB 2001) 69 Artikel 10eb lid 2(Uitv.besluit LB 1965) 70 Artikel 10eb lid 3(Uitv.besluit LB 1965) 71 Artikel 8.2a (Uitv.regl LB 2011) 17

18 de werknemer die parttime werkt geldt de volledige salarisnorm 72. Dit is mijns inziens onbegrijpelijk, aangezien deze parttime werkers net zo goed tot de doelgroep behoren die de staatssecretaris beoogt te bereiken. Echter, voor werknemers die naast Nederland ook looninkomsten hebben in een ander land, mogen deze inkomsten wel mee worden genomen voor de kwalificatie van de salarisnorm 73. De salarisnorm moet aan het eind van elk jaar worden getoetst. Voorheen werd de voorwaarde van specifieke deskundigheid op de helft van de looptijd getoetst. Na deze toets had de werknemer de bevoegdheid om voor de resterende vijf jaar te opteren voor de 30%-regeling. Met het invoeren van de salarisnorm is deze toets veranderd in een voortdurende toets 74. Als een werknemer niet langer aan het looncriterium voldoet, wordt er niet langer voldaan aan het specifieke deskundigheidscriterium. Gevolg is dat hij niet langer wordt aangemerkt als ingekomen werknemer en daarmee komt de looptijd van de regeling ten einde 75. Mijns inziens zorgt deze voortdurende toets ervoor dat de doelgroep die de Staatsecretaris beoogt te bereiken, beter wordt bereikt. Zo moet een werknemer voortdurend voldoen aan de voorwaarde dat hij een specifieke deskundigheid moet bezitten. Op enig moment dat de werknemer niet meer aan dit criterium voldoet zal het recht om te opteren voor de 30%-regeling komen te vervallen. Echter is er in de memorie van toelichting vastgelegd dat er nog steeds twee toets momenten zijn 76. Er zijn wel een aantal complicaties ten aanzien van de salarisnorm. Ten eerste kunnen de werkgevers de arbeidsvoorwaarden zodanig aanpassen dat er wordt voldaan aan het looncriterium. De salarisnorm die is vastgelegd in artikel 10eb van het Uitvoeringsbesluit LB 1965 is exclusief de forfaitaire vergoeding van 30% 77. Door de vergoeding naar beneden bij te stellen wordt er een hoger fiscaal loon bereikt 78. Zodoende kunnen werkgevers inspelen op het looncriterium. Verder doet zich ook een probleem voor bij werknemers die een specifieke deskundigheid bezitten, maar niet voldoen aan het looncriterium 79. Deze groep kan aldus niet opteren voor de 30%-regeling. Zo ontstaat er een discrepantie in de wet. De Staatsecretaris praat dit goed door de stelling in te nemen dat het opnemen van de salarisnorm een zekere grofheid kent 80. Door de salarisnorm komen werknemers die een specifieke deskundigheid bezitten en schaars zijn op de Nederlandse arbeidsmarkt niet meer in aanmerking voor de 30%-regeling als zij een laag loon genieten. in dit opzicht zal de salarisnorm er niet toe leiden dat er een doelmatiger regelgeving wordt bereikt. Het Kamerlid Braakhuis van GroenLinks meent dat de regeling niet bedoeld is voor een aantrekkelijk vestigingsklimaat, maar voor de kenniswerkers en wetenschappers en dat het bijna ontroerend is 72 Besluit van 23 augustus 2013, nr.dgb2013/70m, vraag C.L.J.R Douven, Fiscaal up to Date, 2012-de gewijzigde 30%-regeling 74 C.L.J.R Douven, Fiscaal up to Date, 2012-de gewijzigde 30%-regeling 75 J. de Haan 1 januari 2012, Maandblad Belastingbeschouwingen, Wijzigingen in de loonheffingen met ingang van 2012, Kamerstukken ll 2011/12, 33003, nr. 3, Kamerstukken ll 2011/12, 33003, nr C.L.J.R Douven, Fiscaal up to Date, 2012-de gewijzigde 30%-regeling, 79 Kamerstukken ll 2011/12, 33003, nr. 10, 6.3, leden van fractie CDA 80 Kamerstukken ll 2011/12, 33003, nr. 10,

Het Uitvoeringsbesluit loonbelasting 1965 wordt als volgt gewijzigd:

Het Uitvoeringsbesluit loonbelasting 1965 wordt als volgt gewijzigd: CONCEPT AMVB 30%-REGELING Artikel I Het Uitvoeringsbesluit loonbelasting 1965 wordt als volgt gewijzigd: A. Artikel 10e wordt als volgt gewijzigd: 1. Het tweede lid, onderdeel b, komt te luiden: b. ingekomen

Nadere informatie

Loonbelasting. Vrije vergoedingen en verstrekkingen; extraterritoriale kosten

Loonbelasting. Vrije vergoedingen en verstrekkingen; extraterritoriale kosten Loonbelasting. Vrije vergoedingen en verstrekkingen; extraterritoriale kosten 1 Loonbelasting. Vrije vergoedingen en verstrekkingen; extraterritoriale kosten Belastingdienst/Centrum voor proces- en productontwikkeling,

Nadere informatie

Checklist De 30%-regeling

Checklist De 30%-regeling Checklist De 30%-regeling 1. Maak gebruik van de 30%-regeling De 30%-regeling is een fiscaal gefaciliteerde regeling voor tijdelijk buiten het land van herkomst tewerkgestelde deskundigen. Onbelaste vergoeding

Nadere informatie

Vragen en antwoorden extraterritoriale werknemers

Vragen en antwoorden extraterritoriale werknemers Belastingdienst/Centrum voor proces- en productontwikkeling, domein belastingen op arbeid en vermogen Besluit van 26 november 2001, nr. CPP2001/2970M De directeur-generaal Belastingdienst heeft namens

Nadere informatie

De nieuwe wijzigingen in de 30%-regeling van 2012

De nieuwe wijzigingen in de 30%-regeling van 2012 De nieuwe wijzigingen in de 30%-regeling van 2012 Wat moeten werkgevers nu doen? De 30%-regeling zal in 2012 in belangrijke mate gaan veranderen. In Praktijkblad Salarisadministratie nr. 14 hebt u al kunnen

Nadere informatie

Checklist - Grensoverschrijdende arbeid

Checklist - Grensoverschrijdende arbeid Checklist - Grensoverschrijdende arbeid Grensoverschrijdende arbeid neemt steeds meer toe en heeft allerlei gevolgen voor de werknemer, zijn de gezinsleden en zijn werkgever(s). Bij het bepalen van de

Nadere informatie

30%-regeling ingekomen werknemers 14 maart 2012

30%-regeling ingekomen werknemers 14 maart 2012 30%-regeling ingekomen werknemers 14 maart 2012 Belangrijkste veranderingen Regeling was max. 10 jaar wordt max. 8 jaar (kortingsregeling) Terugblik periode was 10/15 jaar wordt 25 jaar (kortingsregeling)

Nadere informatie

De 30% regeling vanaf 2012 (deel 2) 14-017. Nummer 2 Februari 2014 Pagina 5

De 30% regeling vanaf 2012 (deel 2) 14-017. Nummer 2 Februari 2014 Pagina 5 Februari 2014 Pagina 5 van de vakantiewoning via een vakantiepark heeft dan ook tot gevolg dat de verhuur is belast met 19% Duitse omzetbelasting. Kleine ondernemersregeling De Duitse kleine ondernemersregeling

Nadere informatie

De 30%-regeling. Toetsing van het 150-kilometercriterium.

De 30%-regeling. Toetsing van het 150-kilometercriterium. Universiteit van Amsterdam Leerstoelgroep Belastingrecht De 30%-regeling. Toetsing van het 150-kilometercriterium. Student: John Leenders Studentnummer: 0518379 Begeleider: Mr. S. Bentohami Herkenbosch,

Nadere informatie

Hypothese. Voorbeeld. 2018/0042 De hoogte van de 30%-vergoeding onder de werkkostenregeling SAMENVATTING

Hypothese. Voorbeeld. 2018/0042 De hoogte van de 30%-vergoeding onder de werkkostenregeling SAMENVATTING Kijk op NLFiscaal voor online versie 2018/0042 De hoogte van de 30%-vergoeding onder de werkkostenregeling SAMENVATTING Met enige regelmaat krijgt Sebastian Spauwen te horen dat iemand een makkelijke vraag

Nadere informatie

1.1 Gebruikte begrippen en afkortingen

1.1 Gebruikte begrippen en afkortingen Loonheffingen. Extraterritoriale werknemers; 30%-regeling Directoraat-generaal Belastingdienst/ Cluster Fiscaliteit Besluit van 23 augustus 2013, nr. DGB 2013/70M. De Staatssecretaris van Financiën heeft

Nadere informatie

Actualiteiten internationaal belastingrecht en sociale zekerheid

Actualiteiten internationaal belastingrecht en sociale zekerheid Actualiteiten internationaal belastingrecht en sociale zekerheid ITEM/Team GWO Informatiesessie 11 oktober 2018 Carlo Douven Belastingplan 2019 De looptijd van de 30%-regeling beperkt tot 5 jaar Beperking

Nadere informatie

30%-regeling. Universiteit van Tilburg. Houdbaarheid van de wijzigingen per 1 januari ANR: Datum: 25 september 2012 MSc Fiscale Economie

30%-regeling. Universiteit van Tilburg. Houdbaarheid van de wijzigingen per 1 januari ANR: Datum: 25 september 2012 MSc Fiscale Economie Universiteit van Tilburg 30%-regeling Houdbaarheid van de wijzigingen per 1 januari 2012 Auteur: Bas Rens MSc. ANR: 434861 Datum: 25 september 2012 Studie: MSc Fiscale Economie Begeleider: Mr. E. Alink

Nadere informatie

Administratief Centrum. Procedure uitvoering 30%-regeling Universiteit van Amsterdam

Administratief Centrum. Procedure uitvoering 30%-regeling Universiteit van Amsterdam Administratief Centrum Procedure uitvoering 30%-regeling Universiteit van Amsterdam Personeels- en Salarisadministratie Januari 2012 1 Inleiding pagina 3 Voorwaarden voor toepassing (inclusief wijzigingen

Nadere informatie

30%-regeling. Door recente rechtspraak perfect of nog steeds voor verbetering vatbaar?

30%-regeling. Door recente rechtspraak perfect of nog steeds voor verbetering vatbaar? 30%-regeling Door recente rechtspraak perfect of nog steeds voor verbetering vatbaar? Auteur Joanita de Pagter ANR 186744 Datum 29 april 2016 Studie MSc Fiscale Economie Begeleider Mr. E. Alink Examencommissie

Nadere informatie

Nieuwsbrief september 2011

Nieuwsbrief september 2011 Nieuwsbrief september 2011 In dit nummer: Vast bedrag voor zelfstandigenaftrek vanaf 2012 Wetsvoorstel personenvennootschappen wordt ingetrokken Onroerende zaken en privégebruik na 2011 Afschaffing levensloopregeling

Nadere informatie

30%-bewijsregeling voor ingekomen werknemers. De Belastingdienst kantoor Buitenland & ITEM Maastricht

30%-bewijsregeling voor ingekomen werknemers. De Belastingdienst kantoor Buitenland & ITEM Maastricht 30%-bewijsregeling voor ingekomen werknemers De Belastingdienst kantoor Buitenland & ITEM Maastricht Agenda Terugblik in het verleden Relevante wet- en regelgeving Extraterritoriale kosten 30%-bewijsregel

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Loonheffingen. Extraterritoriale werknemers; 30%-regeling

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Loonheffingen. Extraterritoriale werknemers; 30%-regeling STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 25663 11 september 2013 Loonheffingen. Extraterritoriale werknemers; 30%-regeling 23 augustus 2013 Nr. DGB 2013/70M Directoraat-generaal

Nadere informatie

De 30%-regeling per 2012, een eerste tussenstand

De 30%-regeling per 2012, een eerste tussenstand mr. M.B. Bedaux 1 Mr.M.B.BedauxisverbondenanCourdidBelastingadviseursteDenHag. en mr. J.P. van t Hof 2 Mr.J.Pvan thofisverbondenancourdidbelastingadviseurstedenhag. De 30%-regeling per 2012, een eerste

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 003 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Belastingplan 2012) Nr. 30 VIJFDE NOTA VAN WIJZIGING Ontvangen 11 november

Nadere informatie

GERECHTSHOF AMSTERDAM. 1 Ontstaan en loop van het geding. Uitspraak. Kenmerk 13/ augustus 2014

GERECHTSHOF AMSTERDAM. 1 Ontstaan en loop van het geding. Uitspraak. Kenmerk 13/ augustus 2014 Uitspraak GERECHTSHOF AMSTERDAM Kenmerk 13/00066 21 augustus 2014 uitspraak van de vierde meervoudige belastingkamer op het hoger beroep van [X], wonende te [Z], belanghebbende tegen de uitspraak in de

Nadere informatie

In deze Nieuwjaarsbrief Nederlandse Payroll 2014 gaan wij in op een aantal aandachtspunten en wijzigingen met betrekking tot de loonheffingen 2014.

In deze Nieuwjaarsbrief Nederlandse Payroll 2014 gaan wij in op een aantal aandachtspunten en wijzigingen met betrekking tot de loonheffingen 2014. NIEUWJAARSBRIEF NEDERLANDSE PAYROLL 2014 Postbus 504 2300 AM Leiden t +31 71 750 68 00 w www.limes-int.com e info@limes-int.com Beconnummer 500495 In deze Nieuwjaarsbrief Nederlandse Payroll 2014 gaan

Nadere informatie

30%-regeling. 30%-regeling laatst gewijzigd maart 2015 1

30%-regeling. 30%-regeling laatst gewijzigd maart 2015 1 30%-regeling Medewerkers die naar een ander land worden uitgezonden of vanuit een ander land in Nederland komen werken, maken veelal extra kosten in verband met het werken buiten hun woonland. Deze kosten

Nadere informatie

2017 no. 63 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

2017 no. 63 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA 2017 no. 63 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA MINISTERIЁLE REGELING van 25 september 2017 tot wijziging van de Regeling fiscale behandeling secundaire arbeidsvoorwaarden (AB 2003 no. 96) Uitgegeven, 3 oktober

Nadere informatie

Vrijwillige premie beroepspensioenregeling werknemer

Vrijwillige premie beroepspensioenregeling werknemer Vrijwillige premie beroepspensioenregeling werknemer Inleiding Dit memo bevat de argumenten voor de fiscale aftrek van de premie betreffende het vrijwillige gedeelte van een beroepspensioenregeling bij

Nadere informatie

STAATSBLAD 640. Besluit van 20 december 2000 tot aanpassing van enige uitvoeringsbesluiten

STAATSBLAD 640. Besluit van 20 december 2000 tot aanpassing van enige uitvoeringsbesluiten STAATSBLAD 640 Besluit van 20 december 2000 tot aanpassing van enige uitvoeringsbesluiten ARTIKEL II Het Uitvoeringsbesluit loonbelasting 1965 wordt als volgt gewijzigd: HOOFDSTUK 3 VRIJE VERGOEDINGEN

Nadere informatie

Memorandum werkkostenregeling

Memorandum werkkostenregeling Memorandum werkkostenregeling De werkkostenregeling De werkkostenregeling (hierna: WKR) betekent een volledige verandering van de fiscale regels rondom het geven van vergoedingen en verstrekkingen aan

Nadere informatie

Uitspraak 1 Het geding in feitelijke instantie 2 Geding in cassatie 3 Beoordeling van de middelen

Uitspraak 1 Het geding in feitelijke instantie 2 Geding in cassatie 3 Beoordeling van de middelen Uitspraak 9 augustus 2013 nr. 12/05577 Arrest gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z], Duitsland (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van de Rechtbank te Breda van 8 november 2012, nr.

Nadere informatie

De gewijzigde 30%-regeling per 1 januari 2012: een verbetering? G.B. van Houselt

De gewijzigde 30%-regeling per 1 januari 2012: een verbetering? G.B. van Houselt De gewijzigde 30%-regeling per 1 januari 2012: een verbetering? G.B. van Houselt De gewijzigde 30%-regeling per 1 januari 2012: een verbetering? Master thesis Tilburg University Tilburg School of Economics

Nadere informatie

De 30%-regeling nader onderzocht

De 30%-regeling nader onderzocht ERASMUS UNIVERSITEIT ROTTERDAM NADRUK VERBODEN Erasmus School of Economics Masterscriptie Fiscale Economie De 30%-regeling nader onderzocht Naam: Lars van der Hoorn Studentnummer: 386092 Begeleider: Prof.

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG >Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Hoger Onderwijs en Studiefinanciering Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375

Nadere informatie

Brondatum:

Brondatum: Keuzeregeling voor buitenlandse belastingplichtigen; inhaal- en terugnameregeling bij negatieve inkomsten uit eigen woning en belastingvermindering bij keuzerecht Brondatum: 26-04-2013 De keuzeregeling

Nadere informatie

Totale vergoedingen en verstrekkingen inhoudingsplichtige. Belastbaar loon. -/- door inhoudingsplichtige aangewezen belastbaar loon werknemer

Totale vergoedingen en verstrekkingen inhoudingsplichtige. Belastbaar loon. -/- door inhoudingsplichtige aangewezen belastbaar loon werknemer voor cliënten De werkkostenregeling De werkkostenregeling (hierna: WKR) betekent een volledige verandering van de fiscale regels rondom het geven van vergoedingen en verstrekkingen aan personeel. Weet

Nadere informatie

Wijziging van de Wet studiefinanciering 2000 met het oog op het wijzigen van de criteria voor de toekenning van meeneembare studiefinanciering

Wijziging van de Wet studiefinanciering 2000 met het oog op het wijzigen van de criteria voor de toekenning van meeneembare studiefinanciering TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL Vergaderjaar 2018/19 34 989 Wijziging van de Wet studiefinanciering 2000 met het oog op het wijzigen van de criteria voor de toekenning van meeneembare studiefinanciering

Nadere informatie

kantoor Den Haag Verbond van Verzekeraars Postbus AL DEN HAAG Geachte heer,

kantoor Den Haag Verbond van Verzekeraars Postbus AL DEN HAAG Geachte heer, kantoor Den Haag > 1 Postbus 30206 2500 GE 'S-GRAVENHAGE Telefoon 0800-0543 Telefax (088) 15 234 05 Kennisgroep CAO Verbond van Verzekeraars Postbus 93450 2509 AL DEN HAAG Datum 23 juli 2015 Uw kenmerk

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 34 989 Wijziging van de Wet studiefinanciering 2000 met het oog op het wijzigen van de criteria voor de toekenning van meeneembare studiefinanciering

Nadere informatie

Nieuwsbrief van d.d. 24-08-2011

Nieuwsbrief van d.d. 24-08-2011 Nieuwsbrief van d.d. 24-08-2011 Nummer: 10 2011 Dat ervaren pijpfitters schaars zijn op de Nederlandse arbeidsmarkt betekent niet dat de 30%-regeling van toepassing is / vereiste opleiding is te laag Uitspraak

Nadere informatie

Directoraat-generaal Belastingdienst, Cluster Fiscaliteit. Besluit van 26 april 2013, nr. DGB 2013/201M

Directoraat-generaal Belastingdienst, Cluster Fiscaliteit. Besluit van 26 april 2013, nr. DGB 2013/201M Inkomstenbelasting. Keuzeregeling voor buitenlandse belastingplichtigen; inhaal - en terugnameregeling bij negatieve inkomsten uit eigen woning en belastingvermindering bij keuzerecht Directoraat-generaal

Nadere informatie

Convenant tussen de Belastingdienst en de Uitzendbranche

Convenant tussen de Belastingdienst en de Uitzendbranche Convenant tussen de Belastingdienst en de Uitzendbranche 14 december 2010 Convenant Uitzendbranche Partijen de brancheorganisaties de Algemene Bond Uitzendondernemingen (ABU), gevestigd te Lijnden in deze

Nadere informatie

ECLI:NL:RBGEL:2016:4672

ECLI:NL:RBGEL:2016:4672 ECLI:NL:RBGEL:2016:4672 Instantie Rechtbank Gelderland Datum uitspraak 23-08-2016 Datum publicatie 30-08-2016 Zaaknummer AWB - 14_7383 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

30% regeling. Criteria

30% regeling. Criteria 30% regeling Werknemers die naar een ander land worden uitgezonden of vanuit een ander land in Nederland komen werken, noemen we extraterritoriale werknemers. Zij kunnen extraterritoriale kosten maken.

Nadere informatie

Midden- en kleinbedrijf Land- en Tuinbouworganisatie (LTO) Nederland Bezuidenhoutseweg AL Den Haag

Midden- en kleinbedrijf  Land- en Tuinbouworganisatie (LTO) Nederland Bezuidenhoutseweg AL Den Haag Belastingdienst, Postbus 90056, 5600 PJ Eindhoven Land- en Tuinbouworganisatie (LTO) Nederland Bezuidenhoutseweg 225 2594 AL Den Haag Midden- en kleinbedrijf www.belastingdienst.nl Team Kennisgroep CAO

Nadere informatie

Accountantskantoor de Bot B.V.

Accountantskantoor de Bot B.V. Gebruikelijk loon voor de DGA, hoe te bepalen? Door de jaren heen zijn er diverse uitspraken door rechters geweest inzake de gebruikelijkloonregeling. Mede door aanpassingen en besluiten van de wetgever

Nadere informatie

Wijziging van enkele fiscale uitvoeringsregelingen

Wijziging van enkele fiscale uitvoeringsregelingen Wijziging van enkele fiscale uitvoeringsregelingen 1 Wijziging van enkele fiscale uitvoeringsregelingen Directoraat-generaal voor Fiscale Zaken; directie Directe Belastingen Besluit van 17 februari 2009,

Nadere informatie

Nederland als vestigingsplaats voor vermogende particulieren

Nederland als vestigingsplaats voor vermogende particulieren Internationaal Nederland als vestigingsplaats voor vermogende particulieren HNWI s en de 30%-regeling mr. D. Nijkamp Van oudsher is Zwitserland een land om naar uit te wijken voor vermogende particulieren.

Nadere informatie

De werkkostenregeling heeft als uitgangspunt dat alle vergoedingen tot het belaste loon horen.

De werkkostenregeling heeft als uitgangspunt dat alle vergoedingen tot het belaste loon horen. Toelichting werkkostenregeling 1. Nieuw loonbegrip; vergoedingen belast loon De werkkostenregeling heeft als uitgangspunt dat alle vergoedingen tot het belaste loon horen. Schema werkkostenregeling: -

Nadere informatie

Wijzigingen binnen de 30%-regeling nader beschouwd

Wijzigingen binnen de 30%-regeling nader beschouwd Wijzigingen binnen de 30%-regeling nader beschouwd Rob Welling Universiteit van Tilburg 221531 Faculteit der Rechtsgeleerdheid Master Fiscaal Recht Afstudeercommissie: Mr. M.L.M. van Kempen & Prof. Dr.

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 81, onder a, van de Wet materieel ambtenarenrecht BES;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 81, onder a, van de Wet materieel ambtenarenrecht BES; STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 9411 15 juni 2011 Regeling van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 24 mei 2011, nr. 2011-2000111221,

Nadere informatie

Wel of geen compartimentering? R.W. Vaessen

Wel of geen compartimentering? R.W. Vaessen Wel of geen compartimentering? R.W. Vaessen Grensoverschrijdend werken, ingewikkeld? Belastingverdragen bieden duidelijke regels en vaak kan relatief eenvoudig worden vastgesteld in welk land de arbeidsbeloning

Nadere informatie

Datum 9 maart 2009 Betreft Vragen over de overeengekomen vaststellingsovereenkomst tussen de Belastingdienst en de prostitutiebranche

Datum 9 maart 2009 Betreft Vragen over de overeengekomen vaststellingsovereenkomst tussen de Belastingdienst en de prostitutiebranche > Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Directoraat-Generaal Belastingdienst Korte Voorhout 7 2511 CW Den Haag

Nadere informatie

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Korte Voorhout 7 2511 CW Den Haag Postbus 20201 2500 EE Den Haag www.rijksoverheid.nl

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Directoraat-Generaal Belastingdienst Korte Voorhout 7 2511 CW Den Haag

Nadere informatie

I. ALGEMEEN. Memorie van toelichting. 1. Inleiding

I. ALGEMEEN. Memorie van toelichting. 1. Inleiding Wijziging van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 in verband met de invoering van een tussenregeling voor valutaresultaten op deelnemingen (Tussenregeling valutaresultaten op deelnemingen) Memorie

Nadere informatie

Besluit van 22 mei 2001, nr. CPP2000/ 3172M

Besluit van 22 mei 2001, nr. CPP2000/ 3172M Gebruikelijkloonregeling 1 Gebruikelijkloonregeling Belastingdienst/Centrum voor proces- en productontwikkeling, domein belastingen op arbeid en vermogen Besluit van 22 mei 2001, nr. CPP2000/ 3172M De

Nadere informatie

kantoor Den Haag Stichting Raad van Overleg in de Metalektro (ROM) Postbus 407 2260 AK LEIDSCHENDAM Geachte heer,

kantoor Den Haag Stichting Raad van Overleg in de Metalektro (ROM) Postbus 407 2260 AK LEIDSCHENDAM Geachte heer, kantoor Den Haag > 1 Postbus 30206 2500 GE 'S-GRAVENHAGE Telefoon 0800-0543 Telefax (088) 15 234 05 Kennisgroep CAO Stichting Raad van Overleg in de Metalektro (ROM) Postbus 407 2260 AK LEIDSCHENDAM Datum

Nadere informatie

De werkkostenregeling internationaal belicht.

De werkkostenregeling internationaal belicht. De werkkostenregeling internationaal belicht. Over de werkkostenregeling (hierna: WKR) is al veel geschreven en gesproken. De internationale aspecten van de werkkostenregeling zijn echter onderbelicht

Nadere informatie

Aandelen en andere opties

Aandelen en andere opties Aandelen en andere opties Hoe zit het in grensoverschrijdende situaties? Het gaat weer beter met de Nederlandse economie. Dit zien we onder meer terug in de toenemende behoefte van Nederlandse werkgevers

Nadere informatie

Werkkostenregeling; waar moet u op letten bij de overgang?

Werkkostenregeling; waar moet u op letten bij de overgang? Kennisdocument Werkkostenregeling; waar moet u op letten bij de overgang? Per 1 januari 2011 heeft de werkkostenregeling ingevoerd. Met ingang van 2015 is de toepassing van de werkkostenregeling (WKR)

Nadere informatie

De ongerechtvaardigde discriminatie van de 150 km voorwaarde in de 30% regeling

De ongerechtvaardigde discriminatie van de 150 km voorwaarde in de 30% regeling De ongerechtvaardigde discriminatie van de 150 km voorwaarde in de 30% regeling Door: mr. drs. S.N. Kimsma Post-Master Internationaal & Europees Belastingrecht, Jaar 2014 Inhoudsopgave Verklaring van gebruikte

Nadere informatie

Loonheffingen. Inkomstenbelasting. Heffingsaspecten stagiairs 1. Besluit van 15 december 2006, nr. CPP2006/1461M, Stcrt. nr. 249

Loonheffingen. Inkomstenbelasting. Heffingsaspecten stagiairs 1. Besluit van 15 december 2006, nr. CPP2006/1461M, Stcrt. nr. 249 Loonheffingen. Inkomstenbelasting. Heffingsaspecten stagiairs 1 Loonheffingen. Inkomstenbelasting. Heffingsaspecten stagiairs Belastingdienst/Centrum voor proces- en productontwikkeling, Sector brieven

Nadere informatie

Regeling met België inzake ontslaguitkeringen

Regeling met België inzake ontslaguitkeringen Regeling met België inzake ontslaguitkeringen Besluit 22-06-2006 nr CPP2006-1404 Belastingdienst/Centrum voor proces- en productontwikkeling. Sector Ontwerp. Aspectgebied Internationaal belastingrecht

Nadere informatie

Bronlandheffing op pensioenen in belastingverdragen: enkele details - Deel II

Bronlandheffing op pensioenen in belastingverdragen: enkele details - Deel II Bronlandheffing op pensioenen in belastingverdragen: enkele details - Deel II Uit secundaire regelgeving zijn nadere details af te leiden over bijzondere situaties waarin Nederland geacht wordt pensioenen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2006 2007 31 127 Wijziging van de Wet werk en bijstand in verband met aanpassing van de groep met recht op bijstand bij langer verblijf buiten Nederland

Nadere informatie

Datum 2 september 2013 Betreft Vragen van het lid Groot over studiereizen met privékarakter op kosten van de belastingbetaler.

Datum 2 september 2013 Betreft Vragen van het lid Groot over studiereizen met privékarakter op kosten van de belastingbetaler. > Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Korte Voorhout 7 2511 CW Den Haag Postbus 20201 2500 EE Den Haag www.rijksoverheid.nl Inlichtingen

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2005:AS7261 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 04/01325

ECLI:NL:GHAMS:2005:AS7261 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 04/01325 ECLI:NL:GHAMS:2005:AS7261 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 08-02-2005 Datum publicatie 23-02-2005 Zaaknummer 04/01325 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht

Nadere informatie

Gelet op en in aanvulling op hoofdstuk 5 van de CAO Nederlandse Universiteiten stelt de werkgever de navolgende regeling vast.

Gelet op en in aanvulling op hoofdstuk 5 van de CAO Nederlandse Universiteiten stelt de werkgever de navolgende regeling vast. REGELING KEUZEMODEL ARBEIDSVOORWAARDEN RADBOUD UNIVERSITEIT Overeengekomen in het Lokaal Overleg d.d.7 november 2014, laatstelijk gewijzigd en vastgesteld in het Lokaal Overleg van 10 april 2015 Gelet

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2003 535 Besluit van 15 december 2003, houdende aanpassing van enige uitvoeringsbesluiten Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden,

Nadere informatie

Programma. 1. Werkkostenregeling 2. 30%-regeling 3. Beschikking geen loonheffingen 4. Stand van zaken beroepsprocedures crisisheffing

Programma. 1. Werkkostenregeling 2. 30%-regeling 3. Beschikking geen loonheffingen 4. Stand van zaken beroepsprocedures crisisheffing Loonheffingen Programma 1. Werkkostenregeling 2. 30%-regeling 3. Beschikking geen loonheffingen 4. Stand van zaken beroepsprocedures crisisheffing 2 Werkkostenregeling - Verplicht sinds 1 januari 2015

Nadere informatie

mr. A.L. Mertens Postbus CH s-gravenhage

mr. A.L. Mertens Postbus CH s-gravenhage Postbus 312 2501 CH s-gravenhage e-mail: a.l.mertens@uva.nl Tweede Kamer der Staten-Generaal Vaste Commissie voor Financiën t.a.v. de heer mr. R.F. Berck Postbus 20018 2500 EA s-gravenhage Per e-mail:

Nadere informatie

Directoraat-generaal voor Fiscale Zaken Directie Internationale Fiscale Zaken. Besluit van 14 november 2007, nr. IFZ 2007/754M, Stcrt. nr.

Directoraat-generaal voor Fiscale Zaken Directie Internationale Fiscale Zaken. Besluit van 14 november 2007, nr. IFZ 2007/754M, Stcrt. nr. Regeling voor de toepassing van het Nederlands-Duitse belastingverdrag met betrekking tot de toedeling van het recht tot belastingheffing over aan werknemers betaalde afkoopsommen 1 Regeling voor de toepassing

Nadere informatie

Het Uitvoeringsbesluit loonbelasting 1965 wordt als volgt gewijzigd:

Het Uitvoeringsbesluit loonbelasting 1965 wordt als volgt gewijzigd: Bijlage bij de memorie van antwoord bij het wetsvoorstel Wijziging van enkele belastingwetten en enkele andere wetten ten behoeve van het afschaffen van de Verklaring arbeidsrelatie (Wet deregulering beoordeling

Nadere informatie

Werkkosten- regeling. Hoofdstuk 2.7. Sociaal-economische en maatschappelijke ontwikkelingen

Werkkosten- regeling. Hoofdstuk 2.7. Sociaal-economische en maatschappelijke ontwikkelingen Werkkosten- regeling Hoofdstuk 2.7 Sociaal-economische en maatschappelijke ontwikkelingen Inleiding Kerstpakket, werkkleding en een fiets; het zijn voorbeelden van extra s die werkgevers aan hun personeel

Nadere informatie

Addendum bij het rapport Knelpunten werkkostenregeling: inventarisatie en mogelijke alternatieven

Addendum bij het rapport Knelpunten werkkostenregeling: inventarisatie en mogelijke alternatieven Addendum bij het rapport Knelpunten werkkostenregeling: inventarisatie en mogelijke alternatieven Op 3 juli 2014 heeft staatssecretaris Wiebes in zijn brief aan de Tweede Kamer aangekondigd dat hij met

Nadere informatie

Als werkgever krijg je uiterlijk in 2015 te maken met de werkkostenregeling.

Als werkgever krijg je uiterlijk in 2015 te maken met de werkkostenregeling. WERKKOSTENREGELING Als werkgever krijg je uiterlijk in 2015 te maken met de werkkostenregeling. Natuurlijk is het hierbij belangrijk om goed op de hoogte te zijn van de werkkostenregeling. We willen met

Nadere informatie

afspraken die in het Najaarsoverleg 2008 zijn gemaakt. Volstaan wordt dan ook met hiernaar te verwijzen.

afspraken die in het Najaarsoverleg 2008 zijn gemaakt. Volstaan wordt dan ook met hiernaar te verwijzen. Reactie op de brief van de Nederlandse Orde van Advocaten (NOvA) inzake het wetsvoorstel tot wijziging van Boek 7, titel 10, van het Burgerlijk Wetboek in verband met het limiteren van de hoogte van de

Nadere informatie

Inkomstenbelasting. Loonheffingen. Vragen en antwoorden extraterritoriale werknemers

Inkomstenbelasting. Loonheffingen. Vragen en antwoorden extraterritoriale werknemers Inkomstenbelasting. Loonheffingen. Vragen en antwoorden extraterritoriale werknemers Belastingdienst/Centrum voor proces- en productontwikkeling. Aspectgebied Internationaal Belastingrecht Besluit van

Nadere informatie

Kantoor Arnhem. Werkgeversorganisatie in de Sport. Postbus AD ARNHEM. Geachte heer/mevrouw,

Kantoor Arnhem. Werkgeversorganisatie in de Sport. Postbus AD ARNHEM. Geachte heer/mevrouw, Kantoor Arnhem Telefoon 0800-0543 > 1 Postbus 9001 6800 DB ARNHEM Werkgeversorganisatie in de Sport Postbus 185 6800 AD ARNHEM Kennisgroep CAO Datum 31 januari 2017 Uw kenmerk Kenmerk KG CAO/17/Beoordeling

Nadere informatie

kantoor Haarlem BETA t.a.v. secretariaat Postbus BC Rotterdam Geachte heer, mevrouw,

kantoor Haarlem BETA t.a.v. secretariaat Postbus BC Rotterdam Geachte heer, mevrouw, kantoor Haarlem > 1 Postbus 1682 2003 BS HAARLEM Kennisgroep CAO BETA tav secretariaat Postbus 19128 3001 BC Rotterdam Datum 22 september 2014 Uw kenmerk KG cao 2014-44 Kenmerk Betreft Beoordeling CAO

Nadere informatie

Uitzondering op 90%-eis voor kwalificerend buitenland

Uitzondering op 90%-eis voor kwalificerend buitenland Uitzondering op 90%-eis voor kwalificerend buitenland belastingplichtige Kabinet zegde toe uitwerking te geven aan een uitzonderingsbepaling (art. 7.8 WetIB 2001) op het 90% inkomenscriterium voor kwalificerende

Nadere informatie

Directie Directe Belastingen. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. 16 november 2007 DB M

Directie Directe Belastingen. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. 16 november 2007 DB M Directie Directe Belastingen De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Datum Uw brief (Kenmerk) Ons kenmerk 16 november 2007 DB 2007-00589 M Onderwerp Vrijwillige

Nadere informatie

Regeling vergoeding reiskosten woon-werkverkeer Gezien het voorstel van de afdeling Concernadvies van 1 december 2016;

Regeling vergoeding reiskosten woon-werkverkeer Gezien het voorstel van de afdeling Concernadvies van 1 december 2016; GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Roermond. Nr. 183215 27 december 2016 Regeling vergoeding reiskosten woon-werkverkeer 2017 Het college van burgemeester en wethouders van Roermond, Gezien het

Nadere informatie

Nieuwsbrief van d.d. 19-02-2009

Nieuwsbrief van d.d. 19-02-2009 Nieuwsbrief van d.d. 19-02-2009 Nummer: 04 2009 Werkgever aansprakelijk bij verkeersongeluk Onlangs heeft de Hoge Raad in korte tijd drie uitspraken gedaan over werkgeversaansprakelijkheid bij een verkeersongeval

Nadere informatie

TiU-Regeling vergoeding reiskosten woon-werkverkeer en verhuiskosten

TiU-Regeling vergoeding reiskosten woon-werkverkeer en verhuiskosten TiU-Regeling vergoeding reiskosten woon-werkverkeer en verhuiskosten Paragraaf 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Onderwerp reikwijdte regeling Deze regeling bevat: nadere regels, als bedoeld in de CAO

Nadere informatie

De 30%-regeling vanaf 2012 (deel 1) Nummer 1 Pagina 12 Januari 2014

De 30%-regeling vanaf 2012 (deel 1) Nummer 1 Pagina 12 Januari 2014 Pagina 12 Januari 2014 Het voorstel voor de invoering van een nieuwe overgangsregeling voor in Duitsland wonende gepensioneerden met een Nederlands pensioen lijkt een aardige tegemoetkoming. Met de nieuwe

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2004 2005 29 758 Wijziging van enkele belastingwetten c.a. (Overige Fiscale Maatregelen 2005) Nr. 8 NOTA VAN WIJZIGING Ontvangen 21 oktober 2004 Het voorstel

Nadere informatie

de inspecteur van de Belastingdienst[te P], verweerder.

de inspecteur van de Belastingdienst[te P], verweerder. Uitspraak RECHTBANK DEN HAAG Team belastingrecht zaaknummer: SGR 13/6388 proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de enkelvoudige kamer van 7 november 2013 in de zaak tussen [X], wonende te [Z],

Nadere informatie

Ook voor geheel of gedeeltelijk op de werkplek te gebruiken arbovoorzieningen en hulpmiddelen geldt een gerichte vrijstelling.

Ook voor geheel of gedeeltelijk op de werkplek te gebruiken arbovoorzieningen en hulpmiddelen geldt een gerichte vrijstelling. Voor 1 maart vindt de afrekening van de werkkostenregeling (WKR) voor 2018 plaats. Weet u welke vergoedingen en verstrekkingen onder de WKR vallen? En weet u tot welk bedrag u mag gaan? En wat er gebeurt

Nadere informatie

Carkits, navigatiesystemen & headsets

Carkits, navigatiesystemen & headsets Carkits, navigatiesystemen & headsets (klik op logo om onze website te bezoeken) Aan de cliënten NEXUS accountants & fiscaal adviseurs BV Breda, 27 februari 2004 1. Inleiding Aan de staatssecretaris zijn

Nadere informatie

Beantwoording Kamervragen over de pensioenmaximering op 100.000 en de verlaging van de opbouw

Beantwoording Kamervragen over de pensioenmaximering op 100.000 en de verlaging van de opbouw Beantwoording Kamervragen over de pensioenmaximering op 100.000 en de verlaging van de opbouw Het Tweede Kamerlid Omtzigt (CDA) heeft aan de staatssecretarissen Wiebes (Financiën) en Klijnsma (SZW) een

Nadere informatie

Directie Financieel-Economische Zaken

Directie Financieel-Economische Zaken Ministerie van Justitie Directie Financieel-Economische Zaken Postadres: Postbus 20301, 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Bezoekadres

Nadere informatie

Gebruikelijkloonregeling

Gebruikelijkloonregeling Gebruikelijkloonregeling Bekijk uw situatie opnieuw Met ingang van 2015 is de gebruikelijkloonregeling voor de directeurgrootaandeelhouder (dga) veranderd. Het is aan te raden om te toetsen of u de gebruikelijkloonregeling

Nadere informatie

... Betreft beoordeling CAO voor het Hoger Personeel in de Metalektro op fiscale aspecten

... Betreft beoordeling CAO voor het Hoger Personeel in de Metalektro op fiscale aspecten Oost/kantoor Almelo ALMELO > 1 Postbus Telefoon Telefax Kennisgroep CAO-adoptie Doorkiesnummer Datum 7 juni 2010 Uw kenmerk Kenmerk Betreft beoordeling CAO voor het Hoger Personeel in de Metalektro op

Nadere informatie

Checklist Werken met de werkkostenregeling

Checklist Werken met de werkkostenregeling Checklist Werken met de werkkostenregeling 1. Verdiep u in de werkkostenregeling Op 1 januari 2011 trad de werkkostenregeling in werking. Op grond van deze regeling mag de inhoudingsplichtige maximaal

Nadere informatie

Wijziging van de Wet studiefinanciering 2000 met het oog op het wijzigen van de criteria voor de toekenning van meeneembare studiefinanciering

Wijziging van de Wet studiefinanciering 2000 met het oog op het wijzigen van de criteria voor de toekenning van meeneembare studiefinanciering Wijziging van de Wet studiefinanciering 2000 met het oog op het wijzigen van de criteria voor de toekenning van meeneembare studiefinanciering Voorstel van wet Allen, die deze zullen zien of horen lezen,

Nadere informatie

Easylon Loon & Salaris Administratie (ELSA) en de Werk Kosten Regeling (WKR)

Easylon Loon & Salaris Administratie (ELSA) en de Werk Kosten Regeling (WKR) Easylon Loon & Salaris Administratie (ELSA) en de Werk Kosten Regeling (WKR) 1. Inleiding De werkkostenregeling vervangt de regeling voor vrije vergoedingen en verstrekkingen en is vanaf 1 januari 2015

Nadere informatie

Midden- en kleinbedrijf Kantoor Eindhoven. Vereniging Zelfstandige Apotheken (VZA) Postbus BN Den Haag. Betreft: cao Apotheken 2017

Midden- en kleinbedrijf Kantoor Eindhoven. Vereniging Zelfstandige Apotheken (VZA) Postbus BN Den Haag. Betreft: cao Apotheken 2017 Belastingdienst, Postbus 90056, 5600 PJ Eindhoven Vereniging Zelfstandige Apotheken (VZA) Postbus 16570 2500 BN Den Haag. Midden- en kleinbedrijf Karel de Grotelaan 4 5616 CA Eindhoven Postbus 90056 5600

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Loonheffingen. Inkomstenbelasting. Heffingsaspecten stagiairs

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Loonheffingen. Inkomstenbelasting. Heffingsaspecten stagiairs STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 20500 21 december 2010 Loonheffingen. Inkomstenbelasting. Heffingsaspecten stagiairs 14 december 2010 Nr. DGB2010/2202M

Nadere informatie

MEMO. l. lnleidinq. RSM Wehrens, Mennen & de Vries. nieuwe Uitvoeringsregeling loonbelasting Voor bestaande vaste kostenvergoedingen geldt een

MEMO. l. lnleidinq. RSM Wehrens, Mennen & de Vries. nieuwe Uitvoeringsregeling loonbelasting Voor bestaande vaste kostenvergoedingen geldt een MEMO Van Datum Betreft RSM Wehrens, Mennen & de Vries Belastingadviseurs N.V. 29 september 2010 nieuwe werkkostenregeling 201 0 l. lnleidinq Naar verwachting wordt per 1 januari 2011 - in het kader van

Nadere informatie

Loonbelastingregels: een geheugensteun voor ieder werkgever!

Loonbelastingregels: een geheugensteun voor ieder werkgever! Loonbelastingregels: een geheugensteun voor ieder werkgever! Marla Bonafacio-Zimmerman Wettelijke bepalingen Op basis van de hoofdregel van artikel 6 lid 1 van de Landsverordening op de Loonbelasting1976

Nadere informatie