Debiet meten met de visvriendelijke Venturi-meetdoorlaat
|
|
- Theophiel Driessen
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Rapportage veldproef te Strijbeek Lex van Loon, Hydrion BV; Hans van Kapel, Brabantse Delta, Michelle Talsma STOWA Debiet meten met de visvriendelijke Venturi-meetdoorlaat Samenvatting In de Strijbeekse beek in Noord-Brabant is een uitgebreide veldproef uitgevoerd met een nieuwe meettechniek waarbij het mogelijk blijkt bij lage stroomsnelheden nauwkeurig continu het debiet te meten en de vispasseerbaarheid gewaarborgd blijft. Dit nieuwe meetsysteem heet een Venturi-meetdoorlaat en werkt op basis van de wet van Bernoulli en is speciaal geschikt voor het meten van debieten wanneer weinig verval aanwezig is. In de Strijbeekse beek was enig verval juist vereist, waardoor een vistrap achter de meetopstelling is aangelegd. Al het water stroomt dan door de vistrap waardoor deze het gehele jaar werkzaam blijft. Veldmetingen lieten zien dat de meettechniek nog verder kon worden verfijnd en de zogenaamde drijver niet meer nodig was. De meetopstelling wordt dan veel minder gevoelig voor drijfvuil en wordt naast vispasseerbaar in principe ook kanopasseerbaar. Foto1 Meetmethode In figuur 1 stroomt het water van links naar rechts. In de vernauwing tussen de drijver en de drempel wordt de snelheid van het water hoger. De druk van het water onder de drijver is
2 daardoor wat lager dan de druk op dezelfde hoogte voor de meetdoorlaat. Uit dit verschil in druk kan de gemiddelde stroomsnelheid in de vernauwing worden berekend. Vermenigvuldiging van deze stroomsnelheid met het doorstroomde oppervlak geeft het debiet. Deze meetmethode is uitvoerig op een schaalmodel in een lab getest. De resultaten staan in publicatie 106 van de Sectie Waterhuishouding van de Wageningen Universiteit. Figuur 1 Locatiebeschrijving De Strijbeekse beek is een laaglandbeek bovenloop op de grens met Vlaanderen in het beheergebied van waterschap Brabantse Delta. Het betreft een beek met nog vrij natuurlijke trajecten. Beekherstelmaatregelen zijn al uitgevoerd en er zullen er nog meer volgen. De beek heeft de functie waternatuur/viswater. Voor de beek betekent dit onder meer de wens tot vrije migratiemogelijkheden voor vis. Voor de beek geldt vanuit de provincie Noord-Brabant een debietmeetverplichting omdat het een grensoverschrijdende waterloop betreft. Voor 2002 bevond zich op de plaats van de huidige vispassage/meetdoorlaat een geijkte meetstuw die voor de meeste vissoorten een groot deel van het jaar niet passeerbaar was (foto 2). Foto 2 Om zowel aan de eisen voor de visstand, als aan de debietmeetverplichting te voldoen, is gezocht naar een vispasseerbare meetoplossing in de vorm van een Venturi-meetdoorlaat gecombineerd met een drietal V-vormige overlaten. De overlaten dienen om de boven-waterstand op peil te houden omdat zich daar natuurgebieden bevinden. Figuur 2 Praktijkervaringen De opstelling in de Strijbeekse beek was oorspronkelijk ontworpen om stroomsnelheden van 0,20 tot 1,00 m/s in de meetdoorlaat goed te kunnen meten. De ondergrens van 0,20 m/s was eerder in een laboratoriumopstelling getest, waar was vastgesteld dat deze nog nauwkeurig kon worden gemeten. De bovengrens van 1,00 m/s was opgegeven door de
3 toenmalige Organisatie ter Verbetering van de Binnenvisserij (OVB) als een snelheid welke door de meeste vissen nog gemakkelijk kan worden overbrugd. In de praktijk kwamen in de meetopstelling in de Strijbeekse beek ook lagere en hogere snelheden voor. Na wat aanpassingen aan de meetopstelling en de bijbehorende software konden tenslotte snelheden van 0,05 m/s tot 1,40 m/s goed worden gemeten. Vergelijking met traditionele meetstuwen De traditionele meetstuwen zoals een lange overlaat, korte overlaat (foto 2), scherpe overlaat of meetgoten zoals de RBC Flume werken op basis van dezelfde wet van Bernoulli. Alleen moet het water vrij over de rand stromen of wordt de stroomsnelheid van het water in de meetgoot over een korte afstand tijdelijk zo hoog opgevoerd dat de meetstuw kritisch wordt. Dan kunnen bepaalde afvoerformules worden toegepast die slechts zijn gebaseerd op de overstorthoogte van de stuw. Deze overstorthoogte is dan groot genoeg om het debiet met peilmeetapparatuur nauwkeurig te kunnen berekenen (zie Rekenmethode Venturimeetdoorlaat). Als onbedoeld bijeffect zijn deze meetstuwen echter voor de meeste vissoorten niet meer passeerbaar. Een ander nadeel is dat ze slechts onder beperkte condities goed werken (modulair zijn). Bij te hoge waterstand verdrinkt de stuw en bij te lage waterstand neemt de weerstand van de overlaat onevenredig toe. In beide gevallen is de afvoerrelatie niet meer correct. Het meetbereik van deze meetsystemen is daardoor altijd beperkt. Visvriendelijkheid Bij een Venturi-meetdoorlaat is een geringe snelheid van het water voldoende om een nauwkeurige debietmeting uit te voeren. Er zijn geen kritische stromingscondities vereist. Ook bij lage afvoer is het meetpricipe toepasbaar, mits de gemiddelde stroomsnelheid in de vernauwing niet lager wordt dan circa 0,05 m/s. Hierdoor is het meetbereik heel groot en kunnen vissen praktisch het gehele jaar blijven passeren. Alleen heel lage waterstanden boven de drempel vormen voor vissen nog een obstakel. Meettechniek De kinetische energie van het water in de vernauwing moet bij een Venturi-meetdoorlaat wel uit een (zeer) klein drukverschil worden berekend. Dat was vroeger niet goed mogelijk. De combinatie van een intelligent onderstation met datalogger en een zeer nauwkeurige verschildruksensor maakt deze meetmethode nu wel goed toepasbaar. Bij een verschildruksensor doen de feitelijke waterdieptes niet ter zake waardoor een veel hogere meetnauwkeurigheid kan worden gerealiseerd. Indien de bovenwaterstand ook bepaald moet worden, is hier wel een aparte peilmeting voor nodig met een vlotter, een druksensor of anderszins. Meetnauwkeurigheid In het laboratorium De meettechniek is vooraf uitgebreid in het laboratorium van de sectie Waterhuishouding van de WUR te Wageningen getest. Als belangrijkste resultaat kwam hieruit naar voren dat de afvoer van de meetdoorlaat, mist deze juist is vormgegeven, goed overeenstemt met het (in het lab) bekende debiet. Wanneer de juiste afvoercoëfficiënt werd gekozen, was over een ruim meetbereik het verloop in deze coëfficiënt slechts maximaal +/- 1,5% ) 1. Interne controlemetingen in het veld Tijdens veldwaarnemingen in mei 2005 bleek er ook een interne controle op de nauwkeurigheid van het meetsysteem mogelijk. Bij een veldinspectie bleek de waterstand in de beek zodanig gedaald dat de instelbare nok, die voor een minimum doorlaatopening zorgt, de drijver zo ver had tegengehouden dat deze nog maar net in het water hing. 1) A. Dommerholt, W. Boiten en R.T. Oosterhoff, Modelonderzoek van de Venturimeetdoorlaat; een vispasseerbare debietmeetinrichting, WUR rapport 106
4 De gemeten afvoer bleek in deze situatie al enige tijd ongeveer 62 l/s te zijn. Nadat de nok was teruggezet naar een lagere stand, was de drijver ongeveer 12 cm gezakt voor hij weer vrij op het water dreef. Na deze aanpassing bleef de gemeten afvoer nog geruime tijd 62 l/s, zie figuur 3; Afvoer Strijbeek 28/5/05. Wanneer de doorlaat nauwer wordt gemaakt zal dit snel resulteren in een iets grotere opstuwing wat een grotere stroomsnelheid in de doorlaat geeft. In het ideale geval verandert er dan niets aan de afvoer. Uit figuur 3 blijkt dat ook het geval te zijn. Afvoer Strijbeek 28/5/ Doorlaat (mm) Snelheidshoogte(10-2 mm) Snelheid (mm/s) Afvoer (l/s) Figuur 3, de X-as is in log-intervallen. Tot punt 25 is dat 15 minuten na punt 25 is dat 5 minuten Bij een tweede veldproef werd de doorlaat eerst iets verkleind door de drijver met ballastwater te verzwaren en daarna wat vergroot door dit water weer te lozen en de drijver gedeeltelijk te lichten. Daarna werd de drijver geheel boven het water getild. Deze actie verstoorde het gelijkmatige afvoerregime van de beek enige tijd. Na het terugplaatsen van de drijver in de beek bleef de afvoer nog steeds langzaam afnemen wat met de lange termijn trend in overeenstemming was, zie figuur 4; Afvoer Strijbeek 10/5/05. N.B. bij het lichten van de drijver uit de beek werd automatisch door het onderstation de waterdiepte boven de drempel bepaald in plaats van de doorlaatopening tussen drempel en drijver. Hierdoor werd steeds het goede doorstroomde oppervlak berekend.
5 Afvoer Strijbeek 10/5/ Doorlaat (mm) Snelheidshoogte(10-2 mm) Snelheid (mm/s) Afvoer (l/s) Figuur 4, de X-as geeft de tijd in log-intervallen van 5 minuten. Externe controlemetingen in het veld Er zijn ook enkele controlemetingen gedaan in het veld volgens de velocity-area methode. Met een elektromagnetische snelheidsmeter is een dertigtal meter stroomafwaarts van de Venturi-meetdoorlaat het dwarsprofiel van de beek doorgemeten. Over een periode van 2 jaar zijn vier veldmetingen uitgevoerd. Bij nader inzien konden de eerste 2 metingen om meettechnische redenen niet worden gebruikt. De derde meting gaf een verschil van +15% te zien ten opzichte van de Venturi-meetdoorlaat (Q V =173 l/s). De vierde meting die werd uitgevoerd nadat de elektromagnetische stroomsnelheidmeter recentelijk was gekalibreerd gaf een verschil van 2% te zien ten opzichte van de Venturi-meetdoorlaat (Q V =108 l/s). Extreme debieten Zeer lage stroomsnelheden komen in najaar en winter soms voor als de afvoer van de Strijbeekse beek stagneert doordat de waterstand in de Mark, waar de beek in uitmondt, sterk is gestegen. Deze combinatie van hoge waterstanden en stagnerende afvoer duurt echter maar een paar uur. De stroomsnelheid in de meetdoorlaat kan dan tijdelijk tot 0 m/s teruglopen. Eenmaal in de 3 tot 5 jaar komen ook extreem hoge afvoeren in de Strijbeekse beek voor. Op 21 januari 2005 werd gedurende 4 ½ uur een afvoer van ruim 4000 l/s gemeten. Het water van de beek stond voor de meetopstelling tot 11 cm onder het maaiveld. Er werd toen een maximale gemiddelde stroomsnelheid in de meetdoorlaat van 1,640 m/s berekend terwijl de doorlaatopening 1,258 m open stond: Hieruit werd een afvoer berekend van 4130 l/s. N.B. De doorlaatopening werd met een gekalibreerde potmeter bepaald waardoor deze tot +/- 2 mm nauwkeurig kon worden gemeten.
6 Vispasseerbaarheidsonderzoek Van half maart tot half mei 2004 is de vispasseerbaarheid van de Venturi-meetdoorlaat en de drie V-vormige overlaten onderzocht door een fuik bovenstrooms voor de meetdoorlaat te plaatsen. Voor dit doel zijn ook vissen gemerkt die zich zowel boven- als benedenstrooms van de passage bevonden alsmede vissen die zich in de vispassage bevonden. De vissen werden met behulp van elektrovisserij gevangen. Het totale aanbod van vis was niet groot. In totaal werden ca. 200 vissen gemerkt, verdeeld over 10 soorten. Deze vissen zijn aan de stroomafwaartse zijde van de passage/meetdoorlaat teruggeplaatst. In de onderzoeksperiode zijn ongeveer 400 vissen in de fuik gevangen, verdeeld over 11 soorten. Daarbij zaten zowel stroomminnende soorten (o.a. Riviergrondel), maar ook soorten van stagnant water (o.a. Zeelt). De meest gevangen soort was Blankvoorn (ca. 300 stuks). Van de gemerkte exemplaren werd slechts 3% terug gevangen (6 stuks). De vangsten uit de fuik vertegenwoordigden zowel soorten die over de grond migreren (Paling, Riviergrondel) als soorten die over de gehele waterkolom migreren. De gevangen vissen variëerden in lengte van 6 cm tot 80 cm (Snoek). Genoemde soorten en lengten waren dus in staat om zowel de vispassage als de Venturi-meetdoorlaat te passeren. Voor de soorten Bermpje, Vetje en Driedoornige stekelbaars is het niet helemaal zeker of ze de vispassage kunnen passeren (wel gevangen bij de merkactie). Mogelijk zijn een aantal kleine exemplaren letterlijk door de mazen van het net geglipt. Op basis van de vangst van Zeelt, een langzame zwemmer, mag worden aangenomen dat ook deze drie soorten zowel de passage als de meetdoorlaat kunnen passeren. Conclusie Uit het vispasseerbaarheidsonderzoek kan geconcludeerd worden dat zowel de V-vormige overlaten als de meetdoorlaat goed passeerbaar zijn voor alle vissoorten. Voor- en nadelen van de Venturi-meetdoorlaat met drijver Voordelen Het belangrijkste voordeel is dat zeer nauwkeurige debietmetingen automatisch continu kunnen worden vastgelegd terwijl de meetdoorlaat vispasseerbaar blijft. De meetechniek heeft een groot meetbereik. In de Strijbeekse beek kon een afvoer van minimaal 10 l/s tot maximaal 4000 l/s nog goed worden gemeten. Verschillende metingen kunnen tegelijk worden vastgelegd zoals: watertemperatuur, bovenwaterstand, stroomsnelheid in de doorlaat en de afvoer van de beek. Sediment in de Strijbeekse beek weet de meetopstelling het hele jaar goed te passeren. De drempel blijft schoon; het natte oppervlak van de meetsectie blijft goed gedefinieerd. Nadelen De constructie van een Venturi-meetdoorlaat met drijver is een stuk ingewikkelder en daardoor duurder dan een gewone meetoverlaat. Door de drijver is de doorlaat wel vis- maar niet kanopasseerbaar. Een drijver op het water nodigt uit tot ophoping van drijfvuil. Deze ophoping van drijfvuil vergt niet alleen meer onderhoud maar kan ook tot fouten in de berekening van het debiet leiden. Een klein deel van het passerende zand komt via kleine openingen in de drukkamer van de drempel terecht waardoor deze om de drie jaar moet worden doorgespoeld.
7 De Venturi-meetdrempel; een meetdoorlaat zonder drijver Het veldonderzoek aan de opstelling te Strijbeek heeft geleid tot een nieuwe versie van de Venturi-meetdoorlaat welke nog slechts uit een onderwater meetdrempel bestaat. Deze versie is toepasbaar indien de stroomsnelheid boven de drempel voor het merendeel van de tijd groter is dan 0,05 m/s (zie tekst Rekenmethode) en heet Venturi-meetdrempel. Het nauwkeurig meten van lage stroomsnelheden kon worden bereikt door ieder kwartier een automatische nulpuntsijking van de verschildruksensor uit te voeren. Het verloop van het nulpunt van de verschildruksensor wordt voornamelijk veroorzaakt door schommelingen in temperatuur en voor een klein deel door variaties in de voedingsspanning. De drijver in de meetopstelling diende er voor om de stroomsnelheid in de doorlaat te verhogen. Na verfijning van de meettechniek bleek de drijver in de Strijbeekse beek niet meer nodig. Wanneer de drijver achterwegen kan worden gelaten zijn er vijf voordelen: 1. De constructie wordt eenvoudiger en daardoor een stuk goedkoper. 2. Drijfvuil kan zich niet meer voor de drijver ophopen wat minder onderhoud geeft. 3. Drijfvuil kan de berekende afvoer niet meer nadelig beïnvloeden. 4. De doorlaat kan nu ook trapezium vormig zijn. 5. De meetdoorlaat is nu naast vispasseerbaar ook kanopasseerbaar. De onderwater meetdrempel vervult vier functies: 1. In de drempel wordt de gemiddelde hydrostatische druk gemeten welke nodig is voor het berekenen van de gemiddelde stroomsnelheid boven de drempel. 2. De drempel zorgt ervoor dat natte oppervlak van de meetsectie goed gedefinieerd is. 3. De drempel zorgt er voor dat zich geen sediment ophoopt in de meetsectie. 4. Door een bepaalde drempelhoogte te kiezen kan deze voor enige opstuwing zorgen. Omdat de waterdiepte boven de drempel nu ook in absolute zin moet worden gemeten is een extra drukmeter nodig die de bovenwaterstand bij voorkeur tot 1 mm nauwkeurig registreert. De waterdiepte boven de drempel is dan gelijk aan de bovenwaterstand minus de verschildrukmeting. Heeft een meetoverlaat slechts 1 sensor nodig (de bovenwaterstandmeter bepaalt tevens de overstorthoogte), een Venturi-meetdrempel heeft twee sensoren nodig; een voor de bovenwaterstand en een voor de verschildruk tussen de bovenwaterstand en de gemiddelde hydrostatische druk boven de drempel, die de snelheidshoogte vertegenwoordigt. Rekenmethode Venturi-meetdoorlaat Voor het berekenen van het debiet wordt gebruik gemaakt van de vergelijking van Bernoulli waarbij de afzonderlijke termen als eenheid de meter hebben. Voor stroming door een buis waarbij van een gemiddelde stroomsnelheid v gem wordt uitgegaan geldt de vergelijking: P/ρg + z + α x v gem 2 /2g = H (in meters H 2 O) De termen heten: drukhoogte, plaatshoogte, snelheidshoogte en energiehoogte. In de Venturi-meetdoorlaat wordt het verschil tussen twee waterdrukken gemeten. De eerste druk heeft betrekking op stilstaand water net voor en naast de meetopstelling waar de energiehoogte H gelijk is aan de drukhoogte plus de plaatshoogte (want v=0). De andere heeft betrekking op de gemiddelde drukhoogte van het stromende water in de meetdoorlaat. Wanneer z (referentieniveau) gelijk blijft, is het drukverschil dp tussen deze twee locaties gelijk aan de kinetische energie per volume eenheid: dp (N/m 2 ) = α x ½ x ρ x v gem 2
8 ρ is de dichtheid van water. Deze is bij 4º C; 1000 kg/m 3 en bij 20º C; 998 kg/m 3. v gem is de gemiddelde snelheid in de meetdoorlaat in m/s. α is een correctiefactor welke iets groter is dan 1,00 en afhankelijk is van de snelheidsverdeling in de meetdoorlaat. Ingevuld geeft dit voor een gemiddelde T van 12º C: dp = α x 499,5 x v gem 2 Wanneer we dp in mm H 2 O meten, moeten we dp delen door 9,81 (1 mm H 2 O = 9,81 N/m 2 ) We krijgen dan: dp = α x 499,5/9,81 x v gem 2 α x 51 x v gem 2. Als we α in de afvoercoëfficiënt C d onderbrengen wordt de formule voor Q in m 3 /s met A in m 2 en dp in mm H 2 O: Q = C d x V dp/51 x A Hoe groot is nu dp in mm H 2 O bij verschillende v gem in m/s bij verwaarlozing van α? v gem in m/s dp in mm H 2 O 0,01 0,005 0,02 0,020 0,05 0,127 0,10 0,510 0,20 2,040 0,40 8,160 0,80 32,640 1,00 51,000 1,50 114,750 2,00 204,000 De verschildruksensor die werd gebruikt kan een dp die dicht bij nul ligt tot 0,02 mmh 2 O nauwkeurig meten. Stel we meten 0,11 mm voor dp terwijl het 0,13 mm had moeten zijn. Dan wordt een v gem berekend van 0,046 m/s in plaats van 0,050 m/s. We maken dan een fout van 0,004 m/s. Dat is 8% van de meetwaarde; 0,050 m/s is daarom een acceptabele ondergrens van het meetbereik van de stroomsnelheid voor een Venturi-meetdoorlaat. Deze hoge nauwkeurigheid van de ondergrens wordt bereikt door de meetopstelling automatisch regelmatig een zeer nauwkeurige nulpuntsijking te laten uitvoeren. Uit het verband tussen dp en v gem blijkt ook dat dp bij hogere waarden van v gem minder nauwkeurig behoeft te worden gemeten. Bij v gem = 1,50 m/s geeft een meetfout in dp van 1 mm H 2 O een fout van 0,007 m/s voor v gem,dat is 0,5 % van de meetwaarde. Vandaar dat men bij een Parshal Flume of RBC Flume (die ook weinig verval creëren) het water over een korte afstand laat schieten wat een grote watersprong geeft. Met een meetlint of met een vlotterwaterstandsmeter die maar 1 mm nauwkeurig zijn, kan dan toch een nauwkeurige debietmeting worden uitvoerd.
MONITORING VAN VISMIGRATIEVOORZIENINGEN VOORJAAR 2012
MONITORING VAN VISMIGRATIEVOORZIENINGEN VOORJAAR 2012 WATERSCHAP AA EN MAAS 20 september 2012 076534150:0.7 - Definitief C01012.100177.0100 5 Waterschap Aa en Maas Hevelpassage Kaweise Loop 5.1 KAWEISE
Nadere informatieVismigratie waterschap Brabantse Delta. Reinier van Nispen
Vismigratie waterschap Brabantse Delta Reinier van Nispen Opbouw presentatie: Vismigratie waterschap Brabantse Delta: - West-Brabant - Vismigratiebeleid Type vispassages waterschap Brabantse Delta Vistrappen
Nadere informatiePhydrostatisch = gh (6)
Proefopstellingen: Bernoulli-opstelling De Bernoulli-vergelijking (2) kan goed worden bestudeerd met een opstelling zoals in figuur 4. In de figuur staat de luchtdruk aangegeven met P0. Uiterst links staat
Nadere informatieHydraulische evaluatie vispassages "Meele" en "Wijhe"
Hydraulische evaluatie vispassages "Meele" en "Wijhe" Project: VA2012_08 Opgesteld in opdracht van: Ploegam noord BV maart 2012 door: Q. de Bruijn & H. Vis Statuspagina Statuspagina Titel: Hydraulische
Nadere informatieVISPASSAGES IN HET BEHEERSGEBIED VAN WATERSCHAP REGGE EN DINKEL
VISPASSAGES IN HET BEHEERSGEBIED VAN WATERSCHAP REGGE EN DINKEL TYPEN, LOCATIES EN MONITORING VAN DE VISOPTREK VISPASSAGE OVERWATER Gertie Schmidt Waterschap Regge en Dinkel, afd. BOA oktober VISPASSAGES
Nadere informatieHet visperspectief. Een blije blik? Veel vragen, weinig antwoorden! Peter Heuts Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden
Het visperspectief Een blije blik? Veel vragen, weinig antwoorden! Peter Heuts Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden Intro Foto: Wikipedia Deel 1: De leefgebieden, de knelpunten en de oplossingen Deel
Nadere informatieVismigratie onder het kanaal
Vismigratie onder het kanaal Is de langste en diepste onderleider van Nederland vispasseerbaar? Door Hendry Vis VisAdvies B.V. Monitoring vispassages in Nederland Compilatie monitoringsresultaten door
Nadere informatieVISTRAP: een gereedschap om vispassages hydraulisch te ontwerpen
VISTRAP: een gereedschap om vispassages hydraulisch te ontwerpen Paul Termes en Hans Hakvoort 1 Stuwen en sluizen in waterlopen vormen een obstakel voor vissen die naar hun paaigebieden trekken. Ze scheiden
Nadere informatieProvinciaal Centrum voor Milieuonderzoek. Visstandsonderzoek van de monding van de Terkleppebeek te Geraardsbergen
Provinciaal Centrum voor Milieuonderzoek Visstandsonderzoek van de monding van de Terkleppebeek te Geraardsbergen 1 Wijze van citeren: Boets P., Dillen A., Malfroid D., Poelman E. (2017). Visstandsonderzoek
Nadere informatieOnderzoek naar de nauwkeurigheid van debietmetingen op basis van praktijkmetingen in leidingen
Onderzoek naar de nauwkeurigheid van debietmetingen op basis van praktijkmetingen in leidingen Debietmetingen helpen inzicht te verkrijgen in het functioneren van de afvalwaterketen. Het meten van nauwkeurige
Nadere informatieAventuri met Bernoulli De wet van Bernoulli toegepast
Inleiding l in de 18e eeuw bedacht Daniel Bernoulli het natuurkundige principe om te vliegen. De wet van Bernoulli is de wet van behoud van energie voor een sterk vereenvoudigde situatie waarin alleen
Nadere informatieBasics flowmetingen. De basis informatie over: Thermal Mass / Positive Displacement / Turbine / Verschildruk en VA Flowmeters
Basics flowmetingen De basis informatie over: Thermal Mass / Positive Displacement / Turbine / Verschildruk en VA Flowmeters Thermische Flowmeters (in-line & by-pass principe) Thermische massa flowmeter
Nadere informatieOnderwerp: Voorlopige resultaten doortrekmetingen vislift H&Z polder Datum: 24-6-2013 Kenmerk: 20121066/not02 Status: Definitief Opsteller: J.
Aan: P.C. Jol Onderwerp: Voorlopige resultaten doortrekmetingen vislift H&Z polder Datum: 24-6-2013 Kenmerk: 20121066/not02 Status: Definitief Opsteller: J. Hop Inleiding Omstreeks begin mei 2013 is de
Nadere informatieMONITORING EN EVALUATIE VAN VISMIGRATIEVOORZIENINGEN
MONITORING EN EVALUATIE VAN VISMIGRATIEVOORZIENINGEN WATERSCHAP AA EN MAAS, WATERSCHAP DE DOMMEL, WATERSCHAP REGGE & DINKEL, HOOGHEEMRAADSCHAP DE STICHTSE RIJNLANDEN, WATERSCHAP VELUWE, WATERSCHAP ZUIDERZEELAND
Nadere informatieVispassage Vierlingsbeek, meer dan alleen veel vis
Vispassage Vierlingsbeek, meer dan alleen veel vis Mark Kerkhoff, Johnny van Keulen, Bart Brugmans (waterschap Aa en Maas), Timo Worm, Tim Puts (WiAeveen+Bos) De watermolen bij Vierlingsbeek was al eeuwen
Nadere informatiede weerstandscoëfficiënt van de bochten is nagenoeg onafhankelijk van het slangtype.
TNO heeft een onderzoek naar de invloed van een aantal parameters op de wrijvings- en weerstandscoëfficiënten van DEC International -slangen en -bochten uitgevoerd (rapportnummer 90-042/R.24/LIS). De volgende
Nadere informatieTREKVISSEN IN HET MEER EN DE POLDERS VAN UBBERGEN EN BEEK. onderzoek aan vier vispassages
TREKVISSEN IN HET MEER EN DE POLDERS VAN UBBERGEN EN BEEK onderzoek aan vier vispassages De waterhuishouding aan de voet van de stuwwal vanaf Ubbergen tot en met Beek is de laatste jaren aanzienlijk verbeterd.
Nadere informatieSpanningscoëfficiënt water. 1 Doel 1. 2 Theorie 1
Proefnummer : FE3-W5-WA1 Naam schrijver : René van Velzen Naam medewerker : Guillaume Goijen klas en PGO-groep : TN-P2, Groep 1 Datum practicum : 4 Oktober 2007 Datum inlevering : 11 Oktober 2007 Inhoudsopgave
Nadere informatieDebietmeting maken. Aan de hand van metingen aan de sloten en werken met natuurkundige formules een debietmeting leren maken.
Debietmeting maken Doel: Aan de hand van metingen aan de sloten en werken met natuurkundige formules een debietmeting leren maken. Benodigdheden: Groot meetlint / rolmeter Stok / lat om sloot op te meten
Nadere informatiede weerstandscoëfficiënt van de bochten is nagenoeg onafhankelijk van het slangtype.
TNO heeft een onderzoek naar de invloed van een aantal parameters op de wrijvings- en weerstandscoëfficiënten van DEC International -slangen en -bochten uitgevoerd (rapportnummer 90-042/R.24/LIS). De volgende
Nadere informatieTitel van het project (Kort en krachtige weergave van het onderwerp)
ONDERZOEKSOPDRACHT KCNR Vis monitoring met innovatieve technieken Ontwikkeling van een camera tel- en volgsysteem voor het onderzoeken van vismigratie. Pilotlocatie de Onlanden: Ingang zuidelijke slenk
Nadere informatieBeverdam in de Scheide
Beverdam in de Scheide Aanleiding Sinds enkele jaren heeft zich een bever gevestigd in de overstortvijver bij de watergang Scheide in de gemeente Venray. Het dier heeft meerdere oeverholen langs de vijver
Nadere informatieHYDRAULISCH FUNCTIONEREN VISPASSEERBARE CASCADES
F ina Final l rereport p ort Stationsplein 89 POSTBUS 2180 3800 CD AMERSFOORT HYDRAULISCH FUNCTIONEREN VISPASSEERBARE CASCADES TEL 033 460 32 00 FAX 033 460 32 50 HYDRAULISCH FUNCTIONEREN VISPASSEERBARE
Nadere informatieNauwkeurige dieptemetingen
Nauwkeurige dieptemetingen overwegingen & een methode drs. ir. Eric Weijters www.weijters.net Het inmeten van een wrakveld Een in onze Nederlandse wateren goed bruikbare methode om scheepswrakken in te
Nadere informatieHet drie-reservoirs probleem
Modelleren A WH01 Het drie-reservoirs probleem Michiel Schipperen (0751733) Stephan van den Berkmortel (077098) Begeleider: Arris Tijsseling juni 01 Inhoudsopgave 1 Samenvatting Inleiding.1 De probleemstelling.................................
Nadere informatieHydrologische berekeningen EVZ Ter Wisch
Hydrologische berekeningen EVZ Ter Wisch Inleiding In deze notitie worden verscheidene scenario s berekend en toegelicht ter ondersteuning van de bepaling van inrichtingsmaatregelen voor de EVZ Ter Wisch.
Nadere informatieFoutenberekeningen Allround-laboranten
Allround-laboranten Inhoudsopgave INHOUDSOPGAVE... 2 LEERDOELEN :... 3 1. INLEIDING.... 4 2. DE ABSOLUTE FOUT... 5 3. DE KOW-METHODE... 6 4. DE RELATIEVE FOUT... 6 5. GROOTHEDEN VERMENIGVULDIGEN EN DELEN....
Nadere informatieOnderzoeksrapportage naar het functioneren van de IT-Duiker Waddenweg te Berkel en Rodenrijs
Notitie Contactpersoon ir. J.M. (Martin) Bloemendal Datum 7 april 2010 Kenmerk N001-4706565BLL-mya-V02-NL Onderzoeksrapportage naar het functioneren van de IT-Duiker Waddenweg te Berkel en Rodenrijs Tauw
Nadere informatieedna vismonitoring van grote modderkruiper naar soortsamenstelling (KRW)
edna vismonitoring van grote modderkruiper naar soortsamenstelling (KRW) Jelger Herder Utrecht, 9 april 2015 Sommige soorten zijn lastig te monitoren Grote modderkruiper (Misgurnus fossilis) Vrijwilligers
Nadere informatie2 Materiaal en methode
2 Materiaal en methode 2.1 MONITORINGSMETHODE ALGEMEEN De STOWA richtlijnen voor bemonstering schrijven voor dat een monitoring, indien mogelijk continue dient te worden uitgevoerd. Continue monitoring
Nadere informatieUitwerking tentamen Stroming 15 juli 2005
Uitwerking tentamen Stroming 5 juli 005 Opgave Hydrostatica : Manometer ρ A = 890 kg/m3 g= 9.8 m/s ρ B = 590 kg/m3 ρ ZUIGER = 700 kg/m3 D ZUIGER = m ha= 30 m hb= 5 m pb= 50000 Pa (overdruk) Vraag : Hoogte
Nadere informatieGassnelheid en volume metingen. Deze code van goede meetpraktijk beschrijft de toegepaste. werkwijze bij de meting voor gassnelheid en volume
Code van goede meetpraktijk van de VKL (Vereniging Kwaliteit Luchtmetingen) Wat doet de VKL? De Vereniging Kwaliteit Luchtmetingen (VKL) heeft ten doel, binnen de kaders van de Europese en Nationale wet-
Nadere informatieFoto: Merkske, Noord-Brabant
Foto: Merkske, Noord-Brabant 1 2 Hydraulischeweerstand is een optelsom van diverse soorten weerstand. Vegetatie geeft, met name in de zomer, de grootste weerstand. Ook obstakels als takken en omgevallen
Nadere informatieMemo. Zaaknr. : Kenmerk : Barcode : : Ronald Loeve en Julian Maijers. Via :
Zaaknr. : Kenmerk : Barcode : Memo Van Via : Aan : Ronald Loeve en Julian Maijers : Peter van Tilburg, gemeente Oosterhout, Dorus Daris, Natasja Rijsdijk Onderwerp : Stedelijke wateropgave Oosterhout Verbinding
Nadere informatieFoutenberekeningen. Inhoudsopgave
Inhoudsopgave Leerdoelen :... 3 1. Inleiding.... 4 2. De absolute fout... 5 3. De KOW-methode... 7 4. Grootheden optellen of aftrekken.... 8 5. De relatieve fout...10 6. grootheden vermenigvuldigen en
Nadere informatieDRUKVERLIES GELAMINEERDE FLEXIBELE SLANGEN
TNO heeft een onderzoek naar de invloed van een aantal parameters op de wrijvings- en weerstandscoëfficiënten van EC -slangen en -bochten uitgevoerd (rapportnummer 90-042/R.24/LIS). e volgende parameters
Nadere informatieAdvies betreffende vrije vismigratie op de Kasteelbeek, West-Vlaanderen
Advies betreffende vrije vismigratie op de Kasteelbeek, West-Vlaanderen Nummer: INBO.A.2010.133 Datum: 27 april 2010 Auteur(s): Contact: David Buysse Marijke Thoonen - marijke.thoonen@inbo.be Kenmerk aanvraag:
Nadere informatieMEMO. 1. Aanleiding. Datum: 22-oktober Aan: Joep de Koning (WSK) Van: Martijn Tilma en Mia Süss (B&O-WH)
MEMO Aan: Joep de Koning (WSK) Van: Martijn Tilma en Mia Süss (B&O-WH) Datum: 22-oktober 2015 Onderwerp: Capaciteit duikers Wilhelminapark, Plaspoel- en Schaapweipolder 1. Aanleiding Het Wilhelminapark
Nadere informatieGeautomatiseerde monitoring van vismigratie door de vispassage bij de Bieberg (NB), 2006
Geautomatiseerde monitoring van vismigratie door de vispassage bij de Bieberg (NB), 2006 Rapport: VA2006_09 Opgesteld in opdracht van: Waterschap Brabantse Delta Augustus 2006 door: M.C. de Lange & M.J.
Nadere informatieMigratie door een temporele nevengeul en habitatgebruik door vissen in de Itterbeek. Arthur de Bruin
Migratie door een temporele nevengeul en habitatgebruik door vissen in de Itterbeek Arthur de Bruin Deelonderzoeken 1. Migratie temporele nevengeul 2. Habitatgebruik vissen Itterbeek Itterbeek Schouwsmolen
Nadere informatieHydraulische vervalberekeningen
Hydraulische vervalberekeningen Bijlage V Uitbreiding rwzi Numansdorp in het kader van course 15/16 Begeleiders namens: Hogeschool van Arnhem & Nijmegen Dhr. A.C. de Wit Waterschap Hollandse Delta Dhr.
Nadere informatieVisstandbemonsteringen in het beheergebied van Waterschap Regge en Dinkel
Visstandbemonsteringen in het beheergebied van Waterschap Regge en Dinkel veldwerkverslag 2008 Rapport 2009-023 J.H. Wanink Visstandbemonsteringen in het beheergebied van Waterschap Regge en Dinkel veldwerkverslag
Nadere informatieOntwerp Hobrad-overlaat Project Evertsekoog,Texel. W. Boiten RAPPORT86. Sectie Waterhuishouding Nieuwe Kanaal 11, 6709 PAWageningen ISSN X
Ontwerp Hobrad-overlaat Project Evertsekoog,Texel W. Boiten RAPPORT86 Sectie Waterhuishouding Nieuwe Kanaal 11, 6709 PAWageningen ISSN0926-230X cp)l \ OntwerpHobrad-overlaat,projectEvertsekoog,Texel 1.
Nadere informatieHandreiking vispassages in Noord-Brabant Waterschap De Dommel, Waterschap Aa en Maas en Waterschap Brabantse Delta
Handreiking vispassages in Noord-Brabant Waterschap De Dommel, Waterschap Aa en Maas en Waterschap Brabantse Delta Handreiking vispassages in Noord-Brabant Waterschap De Dommel, Waterschap Aa en Maas
Nadere informatieMeten is Weten. 1 Inhoud... 1
1 Inhoud 1 Inhoud... 1 2 Meten is weten... 2 2.1 Inleiding... 2 2.2 Debieten... 2 2.2.1 Elektromagnetische debietmeters... 4 2.2.2 Coriolis... 4 2.2.3 Vortex... 4 2.2.4 Ultrasoon... 4 2.2.5 Thermische
Nadere informatieUitwerking tentamen Stroming 24 juni 2005
Uitwerking tentamen Stroming 4 juni 005 Opgave Hydrostatica : Manometer ρ A 890 kg/m3 g 9.8 m/s ρ B 590 kg/m3 ρ ZUIGER 700 kg/m3 D ZUIGER m a 30 m b 5 m pb 50000 Pa (overdruk) Vraag : Hoogte van de zuiger
Nadere informatieOntwerp omleiding Eeuwselse Loop
Ontwerp omleiding Eeuwselse Loop SOBEK resultaten 1 Inleiding... 1 2 Huidige situatie... 3 3 Toekomstige situatie... 6 3.1 Stromingscondities tijdens maximaal debiet... 6 3.2 Afvoergolf met jaarlijkse
Nadere informatieOnderzoek naar visbeschermende maatregelen bij waterkrachtcentrales in de Maas
Onderzoek naar visbeschermende maatregelen bij waterkrachtcentrales in de Maas Harriet Bakker Studiedag Benelux 30 april 2015 Indeling Waterkracht in de Maas en vissterfte Beleid en politiek Studie effectiviteit
Nadere informatieWerkplan ten behoeve de biologische monitoring vispassage Oranjesluizen te Schellingwoude
Werkplan ten behoeve de biologische monitoring vispassage Oranjesluizen te Schellingwoude Bijgestelde versie september uitgevoerd in opdracht van de RWS dir. N-H RWSNH/OVB - (C) OVB Nieuwegein; RWS Noord-Holland,
Nadere informatieVismigratie in Noord-Brabant: een stand van zaken
VISMIGRATIE IN NOORD-BRABANT: EEN STAND VAN ZAKEN Anno 2006 is Nederland veilig en bevaarbaar dankzij onze wereldberoemde Deltawerken en andere waterwerken. Helaas kennen deze waterwerken ook een keerzijde.
Nadere informatieKennisvraag: wat waren de herhalingstijden van de neerslag-, afvoer- en grondwatersituatie? In beeld brengen situatie zoals die buiten geweest is.
Herhalingstijden Kennisvraag: wat waren de herhalingstijden van de neerslag-, afvoer- en grondwatersituatie? In beeld brengen situatie zoals die buiten geweest is. Antwoord: de herhalingstijden die berekend
Nadere informatieStroom, spanning en weerstand. Student booklet
Stroom, spanning en weerstand Student booklet Stroom, spanning en weerstand - INDEX - 2006-04-06-16:51 Stroom, spanning en weerstand De analogie die vaak wordt gebruikt om te visualiseren wat er in een
Nadere informatieMODELLEREN VAN VISPASSAGES. Aanbevelingen voor het ontwerp van een schaalmodel voor vispassages. s juli 2015 Civiele Techniek
MODELLEREN VAN VISPASSAGES Aanbevelingen voor het ontwerp van een schaalmodel voor vispassages M.G.J. Mulder Bachelor Eindopdracht s1365193 1 juli 2015 Civiele Techniek Afbeelding voorblad: Vispassage
Nadere informatieBasics flowmetingen. De basis informatie over: Thermal Mass / Positive Displacement / Turbine / Verschildruk en VA Flowmeters
Basics flowmetingen De basis informatie over: Thermal Mass / Positive Displacement / Turbine / Verschildruk en VA Flowmeters Thermische Flowmeters (in-line & by-pass principe) 3 Thermische massa flowmeter
Nadere informatieEen kogel die van een helling afrolt, ondervindt een constante versnelling. Deze versnelling kan berekend worden met de formule:
Voorbeeldmeetrapport (eenparig versnelde beweging stopwatch en meetlat) Eenparig versnelde beweging stopwatch en meetlat. Doel van de proef Een kogel die van een helling afrolt, voert een eenparig versnelde
Nadere informatieBiomassaschatting van de pelagische visstand in een haven van de Antwerpse Linkerscheldeoever
Biomassaschatting van de pelagische visstand in een haven van de Antwerpse Linkerscheldeoever Mei 2007 Versie 1 door: Kemper, Jan H. Statuspagina Statuspagina Titel Biomassaschatting van de pelagische
Nadere informatieHydraulica. Practicum Verhanglijnen BB1. Prof. dr. ir. R. Verhoeven Ir. L. De Doncker
Hydraulica Prof. dr. ir. R. Verhoeven Ir. L. De Doncker Practicum Verhanglijnen BB1 Academiejaar 2007-2008 Jan Goethals Jan Goormachtigh Walid Harchay Harold Heeffer Anke Herremans Bart Hoet Inhoud Inleiding...
Nadere informatieHydraulische toetsing Klaas Engelbrechts polder t.b.v. nieuw gemaal.
MEMO Aan: Van: Kwaliteitsborging: Onderwerp: Koos van der Zanden (PMB) Jeroen Leyzer (WH) Anne Joepen Datum: 27-11-2014 Status: Adviesnummer WH: Hydraulische toetsing Klaas Engelbrechts polder t.b.v. nieuw
Nadere informatieProefopstelling Tekening van je opstelling en beschrijving van de uitvoering van de proef.
Practicum 1: Meetonzekerheid in slingertijd Practicum uitgevoerd door: R.H.M. Willems Hoe nauwkeurig is een meting? Onderzoeksvragen Hoe groot is de slingertijd van een 70 cm lange slinger? Waardoor wordt
Nadere informatieNaam:... Studentnr:...
Naam:...... Studentnr:..... FACULTEIT CONSTRUERENDE TECHNISCHE WETENSCHAPPEN WATERBEHEER Tentamen : Stroming Examinator: J.S. Ribberink Vakcode : 401 Datum : vrijdag 15 juli 005 Tijd : 13.30 17.00 uur
Nadere informatieMigratie van salmoniden naar het binnenwater met nadruk op de intrek via de Haringvlietsluizen en de vervolgmigratie op de Maas
Migratie van salmoniden naar het binnenwater met nadruk op de intrek via de Haringvlietsluizen en de vervolgmigratie op de Maas Tim Vriese (ATKB) In opdracht van : Harriet Bakker (ZN) Inhoudelijk begeleider:
Nadere informatieEen enkele detector op de grond geeft een signaal, dit wordt een single genoemd.
Uitwerkingen HiSPARC Air-showers, events en coïncidenties N.G. Schultheiss 1 Inleiding Op de HiSPARC site is RouteNet te vinden. Hierin staan modules die als verdieping gebruikt kunnen worden. Klik bijvoorbeeld
Nadere informatieMigratiemogelijkheden voor trekvissen
Indicator 15 juli 2011 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Trekvissen kunnen slechts weinig
Nadere informatieVismigratie onderzoek Hertogswetering
Vismigratie onderzoek Hertogswetering Hevelvispassages en De Wit passage in beheergebied Waterschap Aa en Maas P.B. Broeckx J.H. Bergsma J.L. Spier Vismigratie onderzoek Hertogswetering Hevelvispassages
Nadere informatieMaandag 17 juli Bemonstering Balengracht en Grote Nete.
Maandag 17 juli Bemonstering Balengracht en Grote Nete. Na de oproep van Jos meldden op de druilerige maandagmorgen om 9.00u 6 medewerkers zich op de plaats van afspraak. Hetzelfde onderzoek werd op 21
Nadere informatieWeerstand tegen strorning in de Gorai rivier
Weerstand tegen strorning in de Gorai rivier Samenvatting In deze studie wordt de weerstand tegen strorning in de Gorai rivier onderzocht. Als basis voor deze studie zijn veldmetingen gebruikt die gedaan
Nadere informatieAdvies betreffende de werking van de vistrap 'Dalemse molen' op de Velpe te Tienen
Advies betreffende de werking van de vistrap 'Dalemse molen' op de Velpe te Tienen Nummer: INBO.A.2011.119 Datum advisering: 16 november 2011 Auteur: Contact: David Buysse Marijke Thoonen (marijke.thoonen@inbo.be)
Nadere informatieHet verbeteren van de ecologische toestand van de oppervlaktewaterlichamen op basis van rivierecosysteemontwikkeling en biodiversiteit
ScaldWIN WP1 1 ScaldWIN - WP1 Doelstelling : Het verbeteren van de ecologische toestand van de oppervlaktewaterlichamen op basis van rivierecosysteemontwikkeling en biodiversiteit 2 ScaldWIN - WP1 WP1
Nadere informatieVisvriendelijk waterbeheer. Aanleg vispassage bij renovatie gemalen Kerkeland en Vuylcop-Oost in Schalkwijk
et Visvriendelijk waterbeheer Aanleg vispassage bij renovatie gemalen Kerkeland en Vuylcop-Oost in Schalkwijk Visvriendelijk waterbeheer Aanleg vispassage bij renovatie gemalen Kerkeland en Vuylcop-Oost
Nadere informatieWerkprotocol onderzoeken vismigratie
Visserij Service Nederland sterk in viswerk Werkprotocol onderzoeken vismigratie Werkwijze en richtlijnen voor diverse bemonsteringstypen Opgesteld: Februari 2012 Update februari 2014 Visserij Service
Nadere informatieNatuurkunde in het veld
Natuurkunde in het veld Voorwoord: Het natuurkundige deel van het vakoverstijgend project Dinkel heeft als titel Natuurkunde in het veld. Hierin gaan jullie een aantal natuurkundige zaken in en aan de
Nadere informatie- KLAS 5. a) Bereken de hellingshoek met de horizontaal. (2p) Heb je bij a) geen antwoord gevonden, reken dan verder met een hellingshoek van 15.
NATUURKUNDE - KLAS 5 PROEFWERK H6 22-12-10 Het proefwerk bestaat uit 3 opgaven met in totaal 31 punten. Gebruik van BINAS en grafische rekenmachine is toegestaan. Opgave 1: De helling af (16p) Een wielrenner
Nadere informatieQ l = 23ste Vlaamse Fysica Olympiade. R s. ρ water = 1, kg/m 3 ( ϑ = 4 C ) Eerste ronde - 23ste Vlaamse Fysica Olympiade 1
Eerste ronde - 3ste Vlaamse Fysica Olympiade 3ste Vlaamse Fysica Olympiade Eerste ronde. De eerste ronde van deze Vlaamse Fysica Olympiade bestaat uit 5 vragen met vier mogelijke antwoorden. Er is telkens
Nadere informatieHet groeiende beek concept
Het groeiende beek concept Een ontwikkelingsstrategie voor de Wilderbeek Aanleiding In juni 07 is de Wilderbeek verlegd ten behoeve van de aanleg van de A73. De Wilderbeek kent over het traject langs de
Nadere informatiePlanten in de stroom. Kansen voor weerstand. Stroombaanmaaien en risicogericht onderhoud; Het effect op de stromingsweerstand
Planten in de stroom. Kansen voor weerstand. Stroombaanmaaien en risicogericht onderhoud; Het effect op de stromingsweerstand Chris Griffioen en Pieter van Dijk 15 november 2016 Stromingsweerstanden Het
Nadere informatieBijlage XXXIV. Lijst van de milieu-inbreuken, ter uitvoering van artikel , 1, f), en , derde lid, van het decreet
Bijlage 16 bij het besluit van de Vlaamse Regering van. tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 december 2008 tot uitvoering van titel XVI van het decreet van
Nadere informatieDe visstand in vaarten en kanalen
De visstand in vaarten en kanalen Jochem Hop Bijeenkomst Vissennetwerk 6 juni 2013, Bilthoven Inhoudsopgave Inleiding Materiaal en Methode Analyse Trends Inleiding KRW-watertypen M3, M10, M6 en M7 M3 gebufferde
Nadere informatieVisbestandopnames op de Noordede en de Blankenbergsevaart (2009)
Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek-Duboislaan 14 B-1560 Groenendaal-www.inbo.be Visbestandopnames op de Noordede en de Blankenbergsevaart (2009) Linde Galle en Gerlinde Van Thuyne Blankenbergse vaart,
Nadere informatieProef-tentamen Hydrologie Het gebruik van telefoons, boeken, dictaten en tabellen is niet toegestaan.
Proef-tentamen Hydrologie Het gebruik van telefoons, boeken, dictaten en tabellen is niet toegestaan. Normering Vraag 1 2 3 4 5 6 7 8 9 totaal Punten 15 10 10 25 20 25 30 10 10 155 Het eindcijfer is het
Nadere informatieZaterdag 10 oktober 2015
Zaterdag 10 oktober 2015 Zaterdag 10 oktober zakten we af naar het hoge noorden van onze provincie. Paul, Harry en Rigo hadden de week vooraf de trajecten op de Prinsenloop vastgelegd. Bedankt daarvoor.
Nadere informatie2. Stuw Kortrijk blz Stuw Kerkweg-noord blz Stuw Portengen blz Stuw Schutterskade-west blz Stuw Schutterskade-oost blz 7
Datum: 13 oktober 2014 Betreft : Registratiegegevens van kunstwerken en watersysteem in bemalingsgebieden De Tol en Maarssenbroek-Haarrijn tijdens de wateroverlast van juli 2014. Document DM 869688 Inhoud:
Nadere informatiehet noordelijk deel (nabij de woningen) en het zuidelijk deel. Vanwege de invloed naar de omgeving is alleen het noordelijk deel beschouwd.
partner in bouwputadvies en grondwatertechniek 1/5 Project : HT140056 Park Waterrijk Hekelingen Datum : 1 September 2014 Betreft : Nota waterhuishouding Opsteller : M. (Marco) Zieverink, MSc Documentstatus
Nadere informatienatuurkunde vwo 2017-I
natuurkunde vwo 07-I Cessna 4 maximumscore 5 uitkomst: α = 7,8 voorbeeld van een berekening: In verticale richting geldt: F = Fz = mg = 70 9,8= 6,965 0 N. De motorkracht kan berekend worden met behulp
Nadere informatieExamen Januari OEF 1 Hydrostatica (4 pt, apart dubbelblad) Scharniert rond C, er heerst atmosfeerdruk.
Examen Januari 2017 OEF 1 Hydrostatica (4 pt, apart dubbelblad) d 1 = 2 m g = 9,81 m/s 2 ρ = 1000 kg /m³ AB: breedte = 4 m r 1 = 2 m α 1 = 45 BC: breedte = 4 m lengte = 5 m α 2 = 45 CD: breedte = 4 m r
Nadere informatieGeschiedenis van de Drentsche Aa
Geschiedenis van de Drentsche Aa Ontwikkeling van een beeksysteem gedurende de laatste 500 jaar Marije Langstraat Ronald Leeraar Methodiek Afbakening Gebiedsbeschrijving Ontwikkeling Systeem Stroming Structuur
Nadere informatieBeekherstel in en rondom Breda
Beekherstel in en rondom Breda Op bezoek bij Waterschap Brabantse Delta Verslag excursie stroomgebied Bovenmark, 3 juni 2004. Herman Wanningen en Hans van Kapel (WEW Subgroep Realisatie), Het waterschap
Nadere informatieEcologisch herstel van twee nieuwe beektrajecten in de bovenlopen van de Kleine Nete
Ecologisch herstel van twee nieuwe beektrajecten in de bovenlopen van de Kleine Nete Alain De Vocht Centrum voor Milieukunde, Universiteit Hasselt, Agoralaan, Geb. D, 3590 Diepenbeek, Belgium alain.devocht@uhasselt.be
Nadere informatieWaterschap Aa en Maas
Waterschap Aa en Maas Groep: 6 namen leerlingen GY1A/AT1B Inhoudsopgave Samenvatting...3 Beschrijving bedrijf...4 Beschrijving opdracht...5 Huidige situatie...6 Inventarisatie belangen...7 De belanghebbenden...7
Nadere informatieVLOEISTOFSTROOMSENSOR 0387I GEBRUIKERSHANDLEIDING
VLOEISTOFSTROOMSENSOR 0387I GEBRUIKERSHANDLEIDING CENTRUM VOOR MICROCOMPUTER APPLICATIES http://www.cma-science.nl Beschrijving De Vloeistofstroomsensor 0387i meet de snelheid van stromend water. De sensor
Nadere informatieEffect overstorten op de wateroverlast
Effect overstorten op de wateroverlast Kennisvraag: wat als er geen overstorten waren geweest? Wat is het effect daarvan op de waterstanden en overstromingen? Antwoord: lokaal kunnen overstorten een grote
Nadere informatie4.5 Riviervis. Erwin Winter en Joep de Leeuw, RIVO
4.5 Erwin Winter en Joep de Leeuw, RIVO (erwin.winter@wur.nl) De toestand van veel riviervissen is verbeterd sinds het dieptepunt in de jaren zeventig, maar de visstand is nog ver verwijderd van de situatie
Nadere informatieHerinrichting Boven Slinge. Eerste inzichten na een jaar meten. Inleiding
Herinrichting Boven Slinge Eerste inzichten na een jaar meten Inleiding Aanleiding De Boven Slinge is een bijzondere beek, niet alleen voor de Achterhoek, maar zelfs op landelijke schaal. Er zijn in ons
Nadere informatieMODERNISERING MODELVERORDENING
MODERNISERING MODELVERORDENING In de pas lopen met technische ontwikkelingen Piet Bervoets Praktijkdag Waterheffingen 9 oktober 2018 1 Aanleiding Nieuwe techniek modelverordening verhindert toepassing
Nadere informatieInhoud. Eenheden... 2 Omrekenen van eenheden I... 4 Omrekenen van eenheden II... 9 Omrekenen van eenheden III... 10
Inhoud Eenheden... 2 Omrekenen van eenheden I... 4 Omrekenen van eenheden II... 9 Omrekenen van eenheden III... 10 1/10 Eenheden Iedere grootheid heeft zijn eigen eenheid. Vaak zijn er meerdere eenheden
Nadere informatieMONITORING EN EVALUATIE VISMIGRATIEVOORZIENINGEN VOORJAAR 2013
MONITORING EN EVALUATIE VISMIGRATIEVOORZIENINGEN VOORJAAR 2013 WATERSCHAP GROOT SALLAND 28 oktober 2013 077348871:0.5 - Definitief C01012.100237.0100/SD Inhoud Samenvatting... 5 1 Inleiding... 7 2 Materiaal
Nadere informatiePROJECTNUMMER C ONZE REFERENTIE A
ONDERWERP Aangepaste leggerwijziging Tradeportsloot DATUM 14-4-2016 PROJECTNUMMER C01031.000363.0900 ONZE REFERENTIE 078903199 A VAN Joost Veltmaat AAN Waterschap Peel en Maasvallei Inleiding Klaver 6a
Nadere informatieBijlage 3: Notitie Aanvullend onderzoek vissen wijzigingsplannen N359, knooppunten Winsum, Húns-Leons en Hilaard
Bijlage 3: Notitie Aanvullend onderzoek vissen wijzigingsplannen N359, knooppunten Winsum, Húns-Leons en Hilaard Notitie aanvullend onderzoek vissen - aanpassingen kruisingen N359 De provincie Fryslân
Nadere informatieEvaluatie traject Smeerling
Evaluatie traject Smeerling Toelichting op inrichting en beheer door: Hein Kuiper Henk Roskam Paul Hendriks hk Aanleiding Ervaringen beheerders: hoge beekpeilen in groeiseizoen vernatting van het beekdal
Nadere informatieVismigratie-onderzoek. Dwarsdiep Onderzoek naar de werking van een tweetal vispassages in het Dwarsdiep
Vismigratie-onderzoek Dwarsdiep 2008 Onderzoek naar de werking van een tweetal vispassages in het Dwarsdiep Colofon Opdrachtgever: Afdeling Onderzoek en Planvorming, Waterschap Noorderzijlvest Titel: Vismigratie-onderzoek
Nadere informatieMigratiemogelijkheden voor trekvissen, 2018
Indicator 19 april 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Trekvissen kunnen vanuit zee of
Nadere informatie