Na het introducerend gesprek geeft u de cursisten de volgende instructie:

Transcriptie

1 TOETSTAAK 2: LUNCH Vaardigheid: schrijven Doelstelling: de cursist kan op beschrijvend niveau informatie vragen en geven in informatieve teksten zoals een persoonlijk brief, een mededeling, een bedankingsbriefje, een formulier, een memo en een ziektemelding bij een onbekende taalgebruiker. Verwerkingsniveau: beschrijvend. Context: Afspraken en regelingen (logies en maaltijden). Publiek: onbekende taalgebruiker.. Materiaal nodig voor deze toetstaak Voor elke cursist een toetsblad Voor uzelf: een kopie van het toetsblad 2. Het afnemen van de toetstaak 2.. Het introductiegesprek U kan deze toets best beginnen met een kort gesprekje over werk en collega s. Volgende vragen kunnen hierbij aan bod komen: Doen de cursisten tijdens de middagpauze soms dingen samen met hun collega s? Hoe spreken ze dan af? U vertelt de cursisten dat wanneer u iets met een collega wil afspreken, u hem of haar een kort briefje schrijft Mondelinge instructies voor de cursisten Na het introducerend gesprek geeft u de cursisten de volgende instructie: Je wil deze middag samen met je collega gaan eten. Omdat je de hele morgen weg bent, schrijf je een briefje naar de collega. Schrijf de volgende dingen:. Stel voor s middags samen te gaan eten 2. Schrijf op waar je wil afspreken 3. Schrijf op hoe laat je wil afspreken Vergeet ook niet je briefje goed te beginnen en te eindigen Gebruik voor deze opdracht volledige zinnen. Het briefje moet minstens drie zinnen lang zijn. Je krijgt voor deze taak twintig minuten. Veel succes!!!

2 3. Ondersteunende didactische principes 3.. Aandachtspunten bij het afnemen van de toetstaak Het is aangewezen dat u de cursisten tijdens het uitvoeren van de toetstaak op geen enkele wijze helpt. Indien er cursisten zijn die de bal misslaan, kan u eventueel wel de instructies nog eens op dezelfde manier herhalen. Extra uitleg, zoals woordverklaringen, dient echter uitgesloten te worden. Omdat de cursisten op dit niveau in staat moeten zijn een kort briefje te schrijven, raden we af hen een woordenboek te laten gebruiken bij het maken van deze toetstaak Het afstemmen van de toetstaak op de kenmerken van uw cursistengroep Indien u denkt dat het thema van deze toetstaak te ver staat van het bed van uw cursisten, bijvoorbeeld omdat de meeste van uw cursisten momenteel werkloos zijn, kan u natuurlijk voor een andere topic opteren. Zo kan u de cursist een kort briefje naar zijn huisgenoten laten schrijven met de mededeling dat hij naar de winkel is om boodschappen te doen en om X uur terug zal zijn.

3 4. Het beoordelen en interpreteren van de resultaten 4.. Het beoordelingsmodel De nadruk ligt op het overbrengen van de inhoud van de boodschap, niet op de vorm. Wanneer de vorm van wat de cursist zegt het begrijpen van de boodschap echter belemmert, krijgt hij een lagere score op de vormelijke elementen.

4 Toetsitems Preconditie De cursist schrijft een tekst die in relatie staat tot de gegeven opdracht. Inhoud Item. De cursist spreekt de collega op gepaste wijze aan Minimumvereiste: Hallo Item 2. De cursist stelt voor s middags samen te eten. Minimumvereiste: Gaan we straks samen eten Item 3. De cursist schrijft op waar hij wil afspreken. Minimumvereiste: een plaatsnaam (de naam van een restaurant wordt hier ook goed gerekend) Item 4. De cursist schrijft op wanneer hij wil afspreken. Minimumvereiste: een tijdsaanduiding Item 5. De cursist sluit het briefje gepast af. Minimumvereiste: Dag of Tot straks. Indien de cursist het briefje met zijn naam eindigt, wordt dit ook goed gekeurd. Vorm De cursist maakt eenvoudige korte zinnen, minimaal een onderwerp en persoonsvorm. De zinnen mogen op dit niveau nog af en toe fouten bevatten zoals: spellingsfouten, fouten tegen de woordvolgorde,.... De fouten die gemaakt worden, hebben geen systematisch karakter; er worden niet steeds dezelfde fouten gemaakt EN de boodschap die de cursist met de tekst wil overbrengen, blijft ten alle tijde en voor iedereen duidelijk begrijpbaar. OF: De cursist formuleert zinnen, maar maakt systematisch dezelfde fouten, bijvoorbeeld tegen de woordvolgorde, vervoeging,... OF/EN de cursist maakt veel fouten, maar de boodschap is nog steeds duidelijk begrijpbaar. OF: De cursist formuleert onvolledige zinnen of beperkt zich tot enkele losse woorden. Hij herhaalt enkel de instructie of kan helemaal geen antwoord geven. De boodschap is hier en daar onduidelijk/niet begrijpbaar. Score of 0,5 of 0 Totaal 5

5 4.2 De scoretabel Scoretabel Lunch Klas:... Datum:.../.../ Naam van de cursist: Item Item 2 Item 3 Item 4 Item 5 Vorm Totaal

6 Naam:.. Datum:... TOETS Je wil deze middag samen met je collega gaan eten. Omdat je de hele morgen weg bent, schrijf je een briefje naar de collega. Schrijf de volgende dingen:. Stel voor s middags samen te gaan eten 2. Schrijf op waar je wil afspreken 3. Schrijf op hoe laat je wil afspreken Vergeet ook niet je briefje goed te beginnen en te eindigen Gebruik voor deze opdracht volledige zinnen. Het briefje moet minstens 3 zinnen lang zijn....,... Toetsblad cursist