Aantal respondenten ingedeeld naar type zorg

Transcriptie

1 Pleegoudertevredenheidsonderzoek Inleiding Om de tevredenheid binnen pleegzorg te meten is het belangrijk om regelmatig cliënttevredenheidsonderzoeken onder de pleegouders en pleegkinderen te houden. Vandaar deze enquête. In 2009 is het vorige tevredenheidsonderzoek uitgevoerd. De uitslagen van het huidige onderzoek worden vergeleken met de resultaten van Dit jaar heeft de respondent kunnen kiezen voor het digitaal invullen van de vragenlijst. 2. De pleegzorgtoets Aantal verstuurde enquêtes Totaal aantal ontvangen enquêtes Digitaal door respondenten ingevulde enquêtes Per post ontvangen enquêtes Respons % (% t.o.v. aantal verstuurde enquêtes) 647 (in 2009) 219 (in 2009) 21% (% t.o.v. totaal aantal ingevulde enquêtes) 79% (% t.o.v. totaal aantal ingevulde enquêtes) 34% (% t.o.v. aantal verstuurde enquêtes in 2009) De respons van het tevredenheidsonderzoek is 40%, die van %. Er zijn 505 enquêtes binnengekomen, alleen heeft niet iedereen de enquête (volledig) ingevuld, vandaar dat het voorkomt dat het totaal aantal enquêtes waarmee gerekend wordt, lager is dan 505. Op dit moment is er bij 18 van de 485 respondenten geen pleegkind (meer) aanwezig. Verder komt uit de gegevens dat in de meeste gezinnen er sprake is van één pleegkind (62%) en dat dit aantal kan oplopen tot 8. In onderstaand figuur is te zien hoe de respondenten zijn verdeeld over de soorten pleegzorg die FlexusJeugdplein aanbiedt. Aantal respondenten ingedeeld naar type zorg Netwerkpleegzorg Bestandspleegzorg 146 Crisispleegzorg Weekend- / Vakantiepleegzorg Combinatie van type zorg 1

2 Netwerkpleegzorg (43%) en bestandspleegzorg (30%) leveren samen al bijna ¾ van het totaal aantal respondenten. In dit verslag zal dan ook met name gekeken worden of er tussen deze twee typen zorg significante verschillen zijn, zonder daarbij de andere typen zorg uit het oog te verliezen. 3. Bent u tevreden over FlexusJeugdplein? Uit de laatste vraag die in de enquête gesteld is, is grofweg de algemene tevredenheid van de pleegouders af te lezen over pleegzorg bij Stichting FlexusJeugdplein. 462 respondenten geven FlexusJeugdplein gemiddeld een 7,8 (op een schaal van 10). Wanneer dit cijfer wordt vergeleken met de resultaten van het onderzoek uit 2009 (toen was de beoordeling een 7,5) dan is dit een cijfer 3 tienden hoger en ook het aantal respondenten is 2,45 keer zoveel. In 2009 is deze vraag namelijk door 188 respondenten beantwoord. Uit onderstaand schema is de tevredenheid van de respondenten af te lezen. 193 respondenten beantwoorden de vraag: Hoe tevreden bent u in het algemeen over de Pleegzorg van FlexusJeugdplein met een 8. Een klein aantal respondenten geeft zeer lage cijfers wat zorgt voor het bovenstaande gemiddelde Spreiding van de antwoorden totaal Aantal respondenten

3 Hieronder is in het schema de tevredenheid per type zorg te zien. Zichtbaar is dat het niet uitmaakt onder welke type pleegzorg de respondenten vallen, want de piek ligt bijna altijd bij de 8. Dit houdt in dat de tevredenheid van de respondenten voor alle zorgtypen bijna even groot is. 60% Spreiding van antwoorden per type zorg 50% Netwerkpleegzorg 40% Bestandspleegzorg 30% Crisispleegzorg 20% 10% 0% Weekend- / Vakantiepleegzorg Combinatie van type zorg 4. Professionaliteit pleegzorgbegeleider De professionaliteit van de pleegzorgbegeleider is hierbij in twee onderdelen ingedeeld: de ondersteuning door de begeleiders van de pleegouders en de professionaliteit van de begeleiders. Met betrekking tot de tevredenheid over de ondersteuning van de pleegzorgbegeleider zijn er in deze enquête drie vragen gesteld. De uitkomst hiervan is dat gemiddeld 87% van de respondenten op deze vragen reageert met: "mee eens" of "helemaal mee eens". Tussen de typen zorg netwerk en bestand is er praktisch geen verschil te zien wat uitkomst betreft. De professionaliteit van de pleegzorgbegeleider is met een zevental vragen bekeken. Hierbij valt te denken aan vragen als: "mijn pleegzorgbegeleider toont zich deskundig, heeft kennis van zaken"; "mijn pleegzorgbegeleider heeft voldoende aandacht voor mijn pleegkind"; "mijn pleegzorgbegeleider is goed op de hoogte van mogelijkheden voor specifieke hulp en ondersteuning". Bij deze zeven vragen is er gemiddeld door 91% van de respondenten op deze vragen gereageerd met: "mee eens" of "helemaal mee eens" 1. Wat uitkomst betreft is er tussen de netwerk en bestand ook praktisch geen verschil te zien. 5. Communicatie en samenwerking Om een beeld te kunnen geven van de communicatie en samenwerking tussen de pleegzorgbegeleider en de pleegouders is een vijftal vragen bekeken. Hierbij valt te denken aan: "het contact met de pleegzorgbegeleider verloopt prettig"; "de 1 Wanneer de optie niet van toepassing is gekozen is dit buiten beschouwing genomen in het percentage. 3

4 pleegzorgbegeleider komt zijn / haar afspraken na"; "ik kan de pleegzorgbegeleider goed bereiken"; "als ik het ergens niet mee eens ben, kan ik dit bespreken met mijn begeleider". Bij deze vijf vragen is er gemiddeld door 96% van de respondenten gereageerd met: "mee eens" of "helemaal mee eens". Opvallend is om te zien dat bij sommige van deze vragen de groep respondenten die "helemaal mee eens" heeft geantwoord, groter is dan de groep die "mee eens" heeft geantwoord. 6. Hulpverlenings- / begeleidingsplan en pleegouderdossier Deze vragen zijn op te splitsen in drie meerkeuzevragen (twee met betrekking tot het begeleidingsplan en één tot het pleegouderdossier) en één open vraag. Hierbij valt te denken aan: "ik heb invloed (gehad) op de inhoud van het begeleidingsplan"; "het begeleidingsplan sluit goed aan bij mijn pleegkind en de rest van ons gezin"; "ik heb inzage in het pleegouderdossier". In dit geval is ervoor gekozen om het begeleidingsplan en hulpverleningsplan samen te nemen. Uit de verwerking van de open vraag komt naar voren dat de respondenten 37x geen inzage hebben gehad / of niet (afdoende) op de hoogte zijn van het begeleidingsplan. Voor het pleegouderdossier is dit 63 keer het geval. Hiervan geven 15 respondenten aan noch bij het begeleidingsplan noch bij het pleegouderdossier inzage te hebben gehad / of (afdoende) op de hoogte te zijn. Reden dat dit niet duidelijk naar voren kwam uit de resultaten bij de meerkeuzevragen was dat bij 31 vragen waar dit het geval was, de respondenten soms vragen niet invulden, vragen beantwoordden met "niet van toepassing" of mee eens (een combinatie hiervan is dus ook mogelijk). Opvallend is dat de respondenten van de netwerkpleegzorg bij de meerkeuzevragen over het begeleidingsplan bij beide vragen er voor minimaal 21% voor kiezen, deze vraag over te slaan. 7. Belangrijkste personen binnen de netwerkpleegzorg Uit de data van netwerkpleegzorg blijkt dat 48% van de respondenten grootouder zijn. De algemene tevredenheid van deze grootouders is 8,2 (op een schaal van 10). De algemene tevredenheid van alle respondenten was gemiddeld genomen 7,8. 8. Voorbereiding komst pleegkind(eren) Deze vraag heeft voornamelijk betrekking op de bestandgezinnen. Bij deze netwerkplaatsingen is er immers geen sprake van matching door FlexusJeugdplein bij de komst van de pleegkinderen. De uitkomst bij deze twee vragen is dat gemiddeld 96% van de respondenten op deze vragen reageert met: "mee eens" of "helemaal mee eens". Hierbij valt te denken aan vragen als: "er is bij de matching voldoende rekening gehouden met mijn mogelijkheden"; "ik ben tevreden over de begeleiding bij de matching". Op de derde meerkeuzevraag met betrekking tot de voorbereiding op de komst van de pleegkind(eren): "ik ben tevreden over de voorlichting en voorbereiding voordat mijn pleegkind kwam", reageert minimaal 86% van de respondenten met: "mee eens" of "helemaal mee eens". Bij de open vraag is duidelijk zichtbaar dat binnen FlexusJeugdplein niet binnen iedere type zorg ook voorlichting en / of voorbereiding mogelijk is. Vooral bij crisisopvang is dit niet mogelijk, want het pleegkind wordt vaak direct geplaatst. Ook komt naar voren dat enkele respondenten juist meer willen weten over de achtergrond van hun pleegkind, terwijl er juist ook weer sommige zijn die dit juist niet willen weten om zo hun pleegkind met een schone lei te laten beginnen. 4

5 9. Verhuizing pleegkind Op de vraag of de respondent een verhuizing van het pleegkind uit het gezin heeft meegemaakt, bijvoorbeeld door het volgen van een zelfstandigheidstraining of verhuizing naar de biologische ouders, antwoordt iets minder dan 31% van de respondenten hierop met ja. Bij de respondenten die onder het type crisisopvang vallen, reageert meer dan ¾ op deze vraag bevestigend. De uitkomst bij deze twee vragen is dat gemiddeld 76% van de respondenten op deze vragen reageert met: "mee eens" of "helemaal mee eens". Hierbij valt te denken aan vragen als: "ik ben voldoende begeleid naar en tijdens het vertrek van mijn pleegkind"; "ik heb ondersteuning ervaren na een (afgebroken) plaatsing". 10. Voogdij-overdracht Op de vraag of de respondenten afgelopen drie jaar te maken hebben gehad met voogdij-overdracht, antwoordt 75% dat zij hier niet mee te maken hebben gehad. Op de vraag: "de voogdij-overdracht is goed verlopen", antwoordt 28% van de respondenten die hier wel mee te maken heeft gehad: "niet mee eens" of "helemaal niet mee eens". 11. Bijplaatsing Op de vraag of de respondenten afgelopen drie jaar te maken hebben gehad met een bijplaatsing antwoordt 82% dat zij hier niet mee te maken hebben gehad. Op de vraag: "de matching voor de bijplaatsing is goed verlopen" antwoordt bijna 87% van de respondenten die hier wel mee te maken heeft gehad: "mee eens" of "helemaal mee eens". 12. Andere vaste pleegzorgbegeleider Op de vraag of de respondenten afgelopen jaar een andere vaste pleegzorgbegeleider gekregen hebben, antwoordde ruim 44% dat dit het geval was. Gemiddeld 92% van de respondenten die hiermee te maken heeft gehad, beantwoordde vragen als: "er is mij goed uitgelegd waarom de wisseling plaatsvond"; "de overdracht is goed en zorgvuldig verlopen" met "mee eens" of "helemaal mee eens". Uit de vraag waar de respondent toelichting kon geven op de voogdij-overdracht, bijplaatsing en het krijgen van een andere vaste pleegzorgbegeleider komt 20 keer naar voren dat er veel wisselingen plaatsvinden van pleegzorgbegeleider en / of voogd. 13. Seksuele en relationele vorming Om een beeld te krijgen van seksuele en relationele vorming zijn hierover twee vragen gesteld: "u bent tevreden over de manier waarop er door de pleegzorgbegeleider met u gepraat is over veiligheid"; "u bent tevreden over de manier waarop er door de pleegzorgbegeleider met u gepraat is over intimiteit". Gemiddeld 95% van de respondenten, geeft als antwoord: "mee eens" of "helemaal mee eens". In de vraag waar toelichting door de respondent gegeven kan worden, zegt een deel van de respondenten (24 keer) dat één of beide onderwerpen niet of nauwelijks is besproken (onder andere vanwege de leeftijd van het pleegkind), een ander deel van de respondenten (14 keer) zegt tevreden te zijn, omdat ze onder andere voorbeelden kregen hoe dit soort onderwerpen aangepakt moesten worden. 14. Toegankelijkheid FlexusJeugdplein De toegankelijkheid van FlexusJeugdplein bestaat uit drie meerkeuzevragen. Op de vraag of FlexusJeugdplein goed bereikbaar is, antwoordt ruim 94% van de respondenten: "mee eens" of "helemaal mee eens". De vragen: "in noodsituatie buiten kantooruren weet ik de bereikbaarheidsdienst te bereiken"; "vervanging van de pleegzorgbegeleider wordt goed 5

6 en snel geregeld"; heeft gemiddeld 37% van de respondenten beantwoord met "niet van toepassing". Van de respondenten die deze vragen wel beantwoord hebben, geeft gemiddeld 80% als reactie: "mee eens" of "helemaal mee eens". 15. Omgang met gegevens Op de vraag: ik ben voldoende geïnformeerd over mijn rechten en plichten als pleegouder; antwoordt 16% van de respondenten met: "niet mee eens" of "helemaal niet mee eens". Op de vragen: "ik weet met wie informatie over mij / ons wordt gedeeld"; "de pleegzorgbegeleider en / of FlexusJeugdplein hebben mij van informatie voorzien over privacy en inzagerecht"; wordt door gemiddeld 35% van de respondenten gesteld dat dit niet het geval is. 16. Scholing & informatievoorziening Onder scholing en informatieverstrekking wordt verstaan in hoeverre FlexusJeugdplein naast de begeleiding die al geboden wordt door pleegzorgbegeleiders nog andere vormen van scholing of voorlichting aanbiedt. Wat type vragen en uitkomst betreft is dit onderwerp in drie onderdelen in te delen. Het eerste onderdeel gaat over thema-avonden. Ruim 32% van de respondenten die deze vraag hebben ingevuld, heeft minimaal eenmaal deelgenomen aan de themaavonden die FlexusJeugdplein organiseert. Uit de toelichtingsvraag (die is gesteld over diverse onderwerpen, maar waar de thema-avond duidelijk naar voren komt), blijkt dat acht respondenten zeker de intentie hebben om nog te gaan en dat bij acht andere respondenten tijd of en / of kinderen een reden is om tot nu toe de thema-avond niet te bezoeken. Het tweede onderdeel bestaat uit vier vormen van informatievoorziening waarvan gemiddeld 77% van de respondenten die gereageerd hebben, vindt dat FlexusJeugdplein hen op deze manier op een voldoende wijze van informatie heeft voorzien. Dit gaat om de Pleegouderraad (POR), de website ( informatievoorziening over vergoedingen en informatievoorziening over ontwikkelingen in de pleegzorg en jeugdhulp. Het derde onderdeel bestaat uit drie vormen van informatievoorziening waarvan gemiddeld 49% van de respondenten, vindt dat FlexusJeugdplein hun niet afdoende van informatie heeft voorzien. Dit gaat om de Wegwijzer, de informatievoorziening over de vertrouwenspersonen voor pleegkinderen en de informatie over de klachtenregeling. 17. Opvallende punten open vragen Aan het eind van de enquête zijn er drie open vragen gesteld. Per vraag zullen de punten die hierbij opvallen, naar voren worden gehaald. Bij de eerste vraag: hoe kan FlexusJeugdplein volgens u de begeleiding aan pleegouders verbeteren, reageren zeer veel respondenten dat ze tevreden zijn, ze zeggen dat de begeleiding goed gaat of dat men dit niet weet hoe het beter kan. Wel zijn er nog 24 respondenten die een opmerking maken over de vele wisselingen van de pleegzorgbegeleiders. Ook wordt er enkele keren gevraagd of er een betere voorbereiding mogelijk is voor het traject na het 18 e jaar. Bij de tweede vraag: waar bent u tevreden over; wat moet FlexusJeugdplein behouden voor pleegzorg / pleegouders, geven de volgende woorden een goed beeld van de mening van de respondenten: contact / (persoonlijke) begeleiding / ondersteuning / betrokkenheid / deskundigheid / bereikbaarheid / laagdrempeligheid / openheid / 6

7 voorlichting / cursussen / themabijeenkomsten / kennis goed kunnen afstemmen op de behoefte. Eén respondent omschrijft het op de volgende manier: volgens pleegzoon: de 2-jarige uitjes! Dat mag ook ieder jaar! Op de derde vraag: welke specifieke activiteiten en / of trainingen zou u nog graag georganiseerd willen zien door de pleegzorg van FlexusJeugdplein, geven de respondenten zeer verschillende antwoorden. Hierbij valt te denken aan: hechtingsproblematiek en gedragsproblemen in gezinnen, het vervolgtraject na het 18 e jaar, omgang met biologische ouders en de rechten die zij hebben met hun biologische kinderen, gebruiken / normen / waarden van verschillende culturen, omgang met pubers en de mogelijkheid om (meer) sportieve activiteiten / uitjes / EHBO cursussen voor pleegkinderen zelf te organiseren. Over de trainingen / thema-avonden zelf hebben de respondenten enkele opmerkingen waarbij gedacht kan worden de mogelijkheid om de informatie die bij een dergelijke activiteit besproken wordt, digitaal terug te kunnen lezen of een meer informelere setting van deze avond. De pleegouders geven hun tevredenheid over de pleegzorg binnen FlexusJeugdplein aan met een 7,8 (op een schaal van 10). Ten opzichte van het onderzoek van 2009 is zowel de tevredenheid hoger dan het totaal aantal respondenten. Dit jaar hebben er in totaal 505 pleegouders gereageerd, wat een respons van 40% betekent. Ook binnen de verschillende typen zorg ligt de piek van de tevredenheid bijna altijd bij de 8. Uit deze enquête blijkt ook dat van de reagerende pleegouders er 43% in te delen valt binnen netwerkpleegzorg en 30% binnen bestandspleegzorg. Door de mogelijkheid om de enquête voor het eerst digitaal aan te bieden heeft FlexusJeugdplein er bewust voor gekozen met de tijd mee te gaan. Dit scheelt zowel bij het invullen als bij de verwerking ervan zeer veel tijd. Uiteindelijk heeft 1/5 van de pleegouders voor deze optie gekozen en waarschijnlijk zal deze groep bij de volgende enquête groter worden. Naast de tevredenheid zijn er nog veel meer punten waar FlexusJeugdplein trots op kan zijn, maar twee zaken springen er echt uit: 1. de professionaliteit van de pleegzorgbegeleider: zowel de ondersteuning als de deskundigheid van de pleegzorgbegeleiders is uitstekend 2. de communicatie & samenwerking met de pleegouders: ook hier vinden de pleegouders dat de pleegzorgbegeleiders zich houden aan afspraken, het contact prettig verloopt en de bereikbaarheid van de pleegzorgbegeleider uitstekend is Uit deze enquête komt daarentegen naar voren dat er nog enkele verbeterpunten zijn. Hierbij valt bijvoorbeeld te denken aan: 1. het hulpverlenings- / begeleidingsplan en pleegouderdossier: teveel respondenten zijn niet (volledig) van de inhoud (of het bestaan) van deze plannen / dossiers op de hoogte. 2. de omgang met gegevens: teveel respondenten geven aan niet volledig op de hoogte zijn van rechten / plichten / privacy / informatiedeling. 3. enkele punten met betrekking tot scholing en informatievoorziening (namelijk Wegwijzer, informatievoorziening over de vertrouwenspersonen voor pleegkinderen en de informatie over de klachtenregeling). Hiervan vinden de respondenten weer dat FlexusJeugdplein hun niet afdoende van informatie heeft voorzien. 4. andere vaste pleegouder: zowel uit de open vragen aan het eind als uit de vraag over dit onderwerp blijkt dat veel pleegouders vinden dat er nog te veel wisselingen plaatsvinden. 7

8 Uit de conclusies vallen de volgende aanbevelingen te trekken: 1. Dossieranalyse op aanwezigheid van hulpverleningsplan en het evaluatiehulpverleningsplan. 2. Voorlichting met betrekking tot rechten / plichten / privacy / informatiedeling / informatievoorziening over de vertrouwenspersoon / Wegwijzer / klachtenregeling. Door de twee verbeterpunten samen te pakken en een goed Plan van Aanpak te schrijven is het mogelijk om in één keer de tevredenheid van de pleegouders te verhogen. 3. De wisselingen van de pleegouders zijn grotendeels verklaarbaar door reorganisaties, maar in principe zal FlexusJeugdplein wisselingen van pleegouder zo veel mogelijk moeten voorkomen. Uit deze enquête blijkt dus dat de tevredenheid van de pleegouders ten opzichte van vorige keer is toegenomen. Niet alleen de professionaliteit van de pleegzorgbegeleiders is uitstekend maar ook de samenwerking tussen de pleegzorgbegeleider en pleegouders. Wel is het verstandig om te kijken naar een manier om de informatievoorziening voor de pleegouders te verbeteren en het aantal wisselingen van de pleegzorgbegeleiders wellicht terug te brengen. 8