GEBRUIKSAANWIJZING. Digitaal telefoontoestel DSLT

Transcriptie

1 GEBRUIKSAANWIJZING Digitaal telefoontoestel DSLT

2

3 VOORWOORD Wilt u veel tijd besparen? Wilt u dat al uw oproepen worden doorgeschakeld indien u zich op een andere plaats bevindt? Wilt u veelgebruikte telefoonnummers opslaan als verkort kiesnummer? Of wilt u gewoon een oproep aannemen en een gesprek doorverbinden naar één van uw collega s of naar een ander telefoonnummer? Uw toestel biedt al deze mogelijkheden en nog veel meer. Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig en u zult zien dat u de tijd die u hier investeert, later ruimschoots zult terugwinnen. Wij wensen u veel gebruiksgemak met uw nieuw telefoontoestel. 3

4 INHOUD 1 Beschrijving Telefoneren Binnenkomende oproepen Externe of interne oproep op uw toestel Interne oproep op een ander toestel De deur openen Gesprekken behandelen Een gesprek in wacht plaatsen Een gesprek parkeren Een gesprek uit de parkeerstand halen Een gesprek aankondigen zonder doorverbinden Doorverbinden met of zonder aankondiging Uitgaande oproepen Een extern nummer oproepen Een intern nummer oproepen Verkort kiezen (Geheugennummers) Nummerherhaling Memogeheugen Functies Boodschapindicatie Versturen Reageren Annuleren Oproepdoorschakeling Omleiden instellen op uw eigen toestel Omleiding opheffen Volgstand (Follow-me) instellen op een ander toestel Volgstand opheffen Niet Storen (DND) Alle functies annuleren Functies annuleren Omroep Interne omroep Een interne omroep beantwoorden Externe omroep Een externe omroep beantwoorden Conferentie Achtergrondmuziek Instellingen Alarmfunctie Oproepsignaal instellen Beloproep op het eerste gesprekskanaal Stemoproep op het eerste gesprekskanaal Volume Het hoornvolume regelen Het belsignaalvolume regelen Codes Copyright

5 INLEIDING Gebruikte symbolen en termen Volgende symbolen en termen worden in deze handleiding gebruikt: Systeemprogrammering van de centrale Neem de hoorn op Leg de hoorn neer Toestelnr. Alfanumerieke toetsen voor het invoeren van numerieke gegevens en voor de ingave van namen Toesteltypes Deze handleiding is opgesteld voor het digitale systeemtoestel zonder display. Codes Voor de bediening en de programmering van de toestellen wordt gebruik gemaakt van numerieke codes die universeel zijn voor alle types van digitale, analoge en draadloze toestellen. Achteraan in deze handleiding vindt u een volledig overzicht van deze codes. De systeembeheerder kan functies voor een aantal toestellen toelaten of beperken. 5

6 1 BESCHRIJVING Digitaal telefoontoestel DSLT Versie ref. ANTH Copyright

7 2 TELEFONEREN 2.1 Binnenkomende oproepen Externe of interne oproep op uw toestel Uw toestel belt: een oproep komt binnen. De interne en externe oproepen worden van elkaar onderscheiden door een verschillend belsignaal. 2. U heeft verbinding Interne oproep op een ander toestel U hoort het intern belsignaal op een ander toestel. 2. Toets de overneemcode # 0 in de eigen groep of de overneemcode ## in een andere groep. 3. U heeft verbinding De deur openen U kunt de deur openen terwijl u verbonden bent met de deurtelefoon. 1. Druk op de HOLD-toets. Het deurslot wordt geactiveerd. 2.2 Gesprekken behandelen Een gesprek in wacht plaatsen U voert een intern of extern gesprek en wilt uw gesprekspartner even in de wachtstand plaatsen. Gedurende deze wachtstand hoort uw gesprekspartner de wachtmuziek van de centrale. 1. Druk op de HOLD-toets. 2. U hoort een kiestoon. 3. Leg de hoorn neer. Het gesprek werd in wacht geplaatst. Het toestel geeft een speciaal belsignaal om u erop attent te maken dat er nog een gesprek in wacht staat. 7

8 TELEFONEREN Een gesprek parkeren Aangezien uw toestel niet over netlijnvisualisatie beschikt, kunt u gesprekken parkeren op een parkeerlocatie. U voert een extern gesprek: 1. Druk op de FTR-toets. 2. Druk op de HOLD-toets. 3. Toets het nummer van de parking. (01-08 voor 16i en 32i centrale, voor 288/500 centrale)* 4. Leg de hoorn neer. + - * Voor het type van de centrale, kunt u contact opnemen met de systeemverantwoordelijke van uw bedrijf Een gesprek uit de parkeerstand halen 1. Neem de hoorn op van een willekeurig toestel. 2. Druk op de FTR-toets. 3. Druk op de HOLD-toets. 4. Toets het nummer van de parking. (01-08 voor 16i en 32i centrale, voor 288/500 centrale)* 5. U heeft verbinding. + - * Voor het type van de centrale, kunt u contact opnemen met de systeemverantwoordelijke van uw bedrijf Een gesprek aankondigen zonder doorverbinden Nadat u uw gesprekspartner in wacht heeft gezet, heeft u de mogelijkheid uw collega hiervan op de hoogte te brengen. Deze kan dan zelf beslissen waar en wanneer hij deze gesprekspartner te woord wil staan. 1. Druk op de HOLD-toets. 2. Toets het gewenste toestelnummer. 3. Kondig het gesprek aan met vermelding van het lijnnummer. 4. Leg de hoorn neer. Toestelnr Doorverbinden met of zonder aankondiging Met deze functie schakelt u een oproep naar een intern of extern nummer door. U beslist zelf of u dit gesprek al dan niet eerst wilt aankondigen. 8 Copyright

9 TELEFONEREN 1. Druk op de HOLD-toets. 2. Kies het gewenste intern of extern nummer. 3. Kondig eventueel het gesprek aan. 4. Leg de hoorn neer. Toestelnr. 2.3 Uitgaande oproepen Een extern nummer oproepen Een extern nummer kiezen 2. Toets Toets het telefoonnummer. Tel. nr Een intern nummer oproepen Een intern nummer kiezen 2. Toets het gewenste toestelnummer. Toestelnr. Interne stemoproep U wilt uw gesprekspartner een mededeling doen zonder dat deze de hoorn moet opnemen. 1. Kies het gewenste toestelnummer. 2. U hoort de beltoon. 3. Druk op Uw stem komt door de luidspreker van het gekozen toestel. Toestelnr. Het is mogelijk om uw toestel standaard in te stellen op stemoproep, maar dat is niet aan te raden, omdat u uw collega s dan ook direct door de luidspreker te horen krijgt. (Zie 3.2 Oproepsignaal instellen.) 9

10 TELEFONEREN Verkort kiezen (Geheugennummers) Persoonlijke geheugennummers programmeren Onder de 10 numerieke toetsen van het toestel kunt u niet alleen telefoonnummers programmeren, maar ook vaak gebruikte codes of functies. 2. Toets de code Druk op de gewenste geheugenplaats (cijfer 1-0). 4. Kies de gewenste code of het gewenste telefoonnummer. Vergeet niet een extern telefoonnummer te laten voorafgaan door 0, anders neemt het toestel geen buitenlijn. 5. Leg de hoorn neer. Cijfers Persoonlijke geheugennummers oproepen 2. Toets de code Druk op de gewenste geheugenplaats (cijfer 1-0). Geheugenpl. Algemene geheugennummers oproepen 2. Toets de code Kies het nummer van de geheugenplaats ( ). Geheugenpl. Groepsnummers oproepen 2. Toets de code Kies het nummer van de geheugenplaats. Geheugenpl Nummerherhaling Deze functie biedt u de mogelijkheid het laatst gekozen nummer opnieuw op te roepen. 2. Druk op FTR. 3. Druk op REDIAL. 10 Copyright

11 TELEFONEREN 4. Het laatst gekozen nummer wordt opgeroepen Memogeheugen Een nummer tijdelijk opslaan (extern nummer) Dit nummer blijft bewaard tot u het overschrijft. 1. U bent in verbinding of krijgt de bezettoon. 2. Druk op FTR (brandt rood). 3. Druk op SAVE. Een tijdelijk nummer kiezen 2. Druk op FTR. 3. Druk op SAVE 4. Het bewaarde nummer wordt nu gebeld. 11

12 3. FUNCTIES 3.1 Boodschapindicatie De digitale systeemtoestellen zijn uitgerust met een indicatielampje (MW of FTR-lampje) dat aanduidt dat u een bericht heeft ontvangen. Wanneer u niet aanwezig bent of niet aan het toestel kunt komen, kunnen uw collega s het MW-lampje van de FTR-toets laten knipperen ter indicatie van een Message Wait Versturen Als u een collega wil spreken maar die kan uw oproep niet beantwoorden kunt u op zijn toestel het MW-lampje laten knipperen. 2. Kies het gewenste toestelnummer. 3. Druk op Leg de hoorn neer. Toestelnr Reageren U komt terug op uw plaats of uw gesprek is beëindigd en u merkt dat het MW-lampje knippert. 2. Toets de code 841. De centrale zal automatisch het toestelnummer kiezen van de persoon die heeft getracht u te bereiken. Het MW-lampje zal pas uitgaan als beide toestellen met elkaar in gesprek zijn geweest Annuleren U moet de opgeroepen persoon niet meer spreken en wilt het MW-lampje deactiveren. 2. Toets de code Leg de hoorn neer. 12 Copyright

13 3.2 Oproepdoorschakeling FUNCTIES Omleiden instellen op uw eigen toestel Deze functie biedt u de mogelijkheid al uw oproepen naar een ander toestel om te leiden. Dit kan worden ingesteld voor alle binnenkomende oproepen, indien u in gesprek bent en/of indien u de telefoon niet beantwoordt. Intern 2. Kies de gewenste code: 848 altijd; 842 beide toestellen gaan bellen, als één toestel bezet is, rinkelt het andere; 843 indien bezet; 844 tandem (beide toestellen gaan bellen, maar als één van beide toestellen bezet is, rinkelt het andere ook niet en hoort de persoon die tracht u te bereiken de bezettoon), deze functie is nuttig als u bij voorbeeld uw vast toestel wilt koppelen aan uw draadloos toestel; 845 bij geen antwoord. 3. Toets 1 voor inschakelen. 4. Kies het toestelnummer waarnaar de oproepen moeten worden doorgeschakeld. 5. Leg de hoorn neer. Volgcode Toestelnr. Extern U kunt binnenkomende oproepen ook doorschakelen naar een extern nummer, maar dat nummer moet dan wel geprogrammeerd zijn in de algemene lijst van verkorte nummers (zie Verkort kiezen (geheugennummers)). 2. Kies de volgcode Toets 1 voor inschakelen. 4. Toets de code Kies de geheugenplaats waar uw extern nummer onder geprogrammeerd staat. 6. Leg de hoorn neer Omleiding opheffen Geheugenpl. 2. Kies de gewenste optie: 848 altijd; 842 beide toestellen gaan bellen; 13

14 FUNCTIES 843 indien bezet; 844 tandem; 845 bij geen antwoord. 3. Toets 0 voor uitschakelen. 4. Leg de hoorn neer. Volgcode Volgstand (Follow-me) instellen op een ander toestel U bevindt zich op een andere plaats dan normaal en u wilt dat alle oproepen die binnenkomen op uw toestel worden doorgeschakeld naar het toestel waar u zich nu bevindt. 1. Neem de hoorn op van het toestel waarnaar de oproepen moeten worden doorgeschakeld. 2. Toets de code Toets 1 voor inschakelen. 4. Toets het toestelnummer waar de oproepen niet meer mogen terechtkomen. 5. Leg de hoorn neer. Uw toestelnr Volgstand opheffen 1. Neem de hoorn op van het toestel waar u zich normaal bevindt. 2. Toets de code Toets 0 voor uitschakelen. 4. Toets het nummer waar de volg-mij werd ingesteld, of 0 voor alle toestellen. 5. Leg de hoorn neer. Toestelnr. of 3.3 Niet Storen (DND) U wilt in bepaalde gevallen liever niet worden gestoord (Do Not Disturb). 1. Toets de code Druk op de gewenste optie: 0 opheffen; 1 alleen externe oproepen worden niet doorgelaten; 2 alleen interne oproepen worden niet doorgelaten; 3 geen enkele oproep wordt doorgelaten; 4 alleen omgeleide oproepen worden niet doorgelaten. 14 Copyright

15 FUNCTIES 3. Leg de hoorn neer. DND-optie Als de niet-storen-functie op een toestel is ingeschakeld, kunt u dit horen aan de onderbroken kiestoon. Wilt u deze functie opheffen, toets dan de code 847 gevolgd door Alle functies annuleren Functies annuleren Functies als niet-storen, doorschakelen en omleiden kunt u met één code annuleren. 2. Toets de code Omroep Interne omroep Deze functie biedt de mogelijkheid een gesproken bericht uit te sturen naar een bepaalde groep van digitale toestellen. 2. Toets de interne omroepcode Kies de gewenste omroepzone (01-32 voor centrale 288/500, voor centrale 32i, 0 voor een omroep op alle toestellen). 4. Uw stem klinkt over de digitale toestellen in die groep. 5. Wacht eventueel tot de omroep beantwoord wordt. Omroepzone Een interne omroep beantwoorden 1. Neem de hoorn op van een willekeurig toestel. 2. Toets de code *0. 3. U bent in verbinding met de omroeper. 15

16 FUNCTIES Externe omroep Deze functie biedt de mogelijkheid een gesproken bericht uit te sturen via externe luidsprekers. 2. Toets de externe omroepcode Kies de gewenste omroepzone (1-8). 4. Uw stem klinkt over alle aangesloten luidsprekers. 5. Wacht eventueel tot de omroep beantwoordt wordt. Omroepzone Een externe omroep beantwoorden 1. Neem de hoorn op van een willekeurig toestel. 2. Toets de code **. 3. U bent in verbinding met de omroeper. 3.6 Conferentie U bent in gesprek met een interne of externe lijn en u wilt u collega laten deelnemen aan dit gesprek. 1. Druk op HOLD om uw gesprekspartner in wacht te zetten. 2. Toets de conferentiecode U hoort de kiestoon. 4. Toets het nummer van uw collega of een extern nummer. 5. Wacht tot uw collega de telefoon beantwoordt. 6. Kondig de conferentie aan en druk op HOLD om uw collega in wacht te zetten. 7. Druk nogmaals op HOLD om de conferentie te starten. 8. Om een volgende persoon in de conferentie te betrekken, herhaalt u de stappen 4 tot 7. Een conferentiegesprek kan maximaal worden opgebouwd tussen 4 partijen (voor 32i centrale) of 8 partijen (voor 288/500 centrale).* Toestelnr. * Voor het type van de centrale, kunt u contact opnemen met de systeemverantwoordelijke van uw bedrijf. 16 Copyright

17 3.7 Achtergrondmuziek FUNCTIES Indien uw centrale werd aangesloten op een muziekbron is het mogelijk via de luidsprekers van de telefoontoestellen achtergrondmuziek te beluisteren. Deze achtergrondmuziek wordt uitgeschakeld zodra een oproep binnenkomt en schakelt automatisch weer in wanneer u dit gesprek beëindigt. Aanzetten 2. Toets code Leg de hoorn neer. Uitzetten 2. Toets code Leg de hoorn neer. Opmerking: Deze functie is niet aanwezig op de centrale 16i. 17

18 4 INSTELLINGEN 4.1 Alarmfunctie U kunt uw toestel op een vooraf geprogrammeerd tijdstip laten bellen (bv. om u aan een afspraak te herinneren). Instellen 2. Toets code Kies de gewenste alarmoptie: 1 = eenmalig; 2 = dagelijks terugkerend. 4. Toets de tijdsaanduiding in 4 cijfers (UU:MM, 24-urenaanduiding). 5. Leg de hoorn neer. of uu:mm Op het door u ingestelde tijdstip (zoals hierboven beschreven) zal een alarmsignaal u waarschuwen. 4.2 Oproepsignaal instellen U kunt het standaardoproepsignaal instellen Beloproep op het eerste gesprekskanaal 2. Toets de code Leg de hoorn neer. Uw toestel zal alle oproepen met een belsignaal aankondigen Stemoproep op het eerste gesprekskanaal 2. Toets de code Leg de hoorn neer. Uw toestel zal alle oproepen met een stemoproep aankondigen. 18 Copyright

19 4.3 Volume INSTELLINGEN Het hoornvolume regelen U kunt het hoornvolume regelen terwijl u in gesprek bent. 1. Druk op de VOLUME UP-toets om het volume te verhogen. 2. Druk op de VOLUME DOWN-toets om het volume te verlagen. of Het belsignaalvolume regelen U kunt het volume van het belsignaal regelen terwijl het toestel rinkelt. 1. Druk op de VOLUME UP-toets om het volume te verhogen. 2. Druk op de VOLUME DOWN-toets om het volume te verlagen. of 19

20 20 Copyright

21 5 CODES Via codes kunt u de verschillende functies van uw toestel programmeren. De tabel geeft een overzicht van de codes. Voor meer informatie over de procedures, verwijzen wij u naar de uitgebreide beschrijving in deze handleiding. Alle functies annuleren 720 Boodschapindicatie annuleren 873 Boodschapindicatie beantwoorden 841 Boodschapindicatie sturen Toestelnr. 0 Conferentie 826 Toestelnr. HOLD HOLD Geheugennummer oproepen (algemeen) Geheugennummer oproepen (persoonlijk) Geheugennummer programmeren (persoonlijk) Niet storen uit Niet storen, alleen externe oproepen rinkelen niet Niet storen, alleen interne oproepen rinkelen niet Niet storen, alleen omgeleide oproepen rinkelen niet Niet storen, geen enkele oproep rinkelt Omleiden, altijd (aan) Toestelnr. Omleiden, altijd (uit) Toestelnr. Omleiden, beide toestellen bellen (aan) Toestelnr. Omleiden, beide toestellen bellen (uit) Toestelnr. Omleiden, bij geen antwoord (aan) Toestelnr. Omleiden, bij geen antwoord (uit) Toestelnr. Omleiden, extern (aan) Omleiden, extern (uit) Omleiden, indien bezet (aan) Toestelnr. Omleiden, indien bezet (uit) Toestelnr. Omleiden, tandem (aan) Toestelnr. Omleiden, tandem (uit) Toestelnr. Omroep, extern 803 Zone Omroep, extern beantwoorden ** Omroep, intern 801 Zone Omroep, intern beantwoorden *0 Volgstand aan Uw toestelnr. Volgstand uit Toestelnr. of 0 21

22

23

24