Radiologie Röntgenonderzoek van de bloedvaten, eventueel met behandeling (Angiografie, eventueel met dotter/stent)

Transcriptie

1 Radiologie Röntgenonderzoek van de bloedvaten, eventueel met behandeling (Angiografie, eventueel met dotter/stent) Voor u is een afspraak gepland op: dag om uur voor een röntgenonderzoek/behandeling van de bloedvaten (angiografie/dotterprocedure). Leest u deze folder in zijn geheel door. Deze folder informeert u over het verloop van het onderzoek/de behandeling. De informatie in deze folder is algemeen van aard. Het is goed u te realiseren dat voor u de situatie anders kan zijn. Angiografie, wat is dat? Bij een angiografie worden de bloedvaten (slagaders en/of aders) op röntgenbeelden zichtbaar gemaakt met behulp van contrastmiddel. In deze folder vindt u informatie over de voorbereiding op het onderzoek, het onderzoek zelf en de nazorg. Voorbereidingen Bloedonderzoek Voorafgaande aan het onderzoek laat u, indien dit door uw behandelend arts is verzocht, op het laboratorium bloed prikken. Dit is nodig om de nierfunctie en de stolling te controleren. Hiervoor krijgt u op de polikliniek een aanvraagformulier. Medicijnen Wanneer u antistolling (bloedverdunners) gebruikt, dient u te overleggen met uw behandelend arts of deze medicatie tijdelijk moet worden gestopt

2 Wanneer u metformine gebruikt is het afhankelijk van uw nierfunctie of u hier mee moet stoppen. Het is mogelijk dat er aanvullende maatregelen genomen moeten worden in de vorm van hydreren (extra vochttoediening door een infuus). Alle andere medicatie mag u gewoon blijven innemen. Nuchter Voor dit onderzoek is het nodig dat u nuchter blijft tot na het onderzoek. Dat houdt in dat u vanaf uur op de avond vóór het onderzoek niet meer mag eten en drinken. s Morgens een glas water voor het innemen van uw medicijnen is geen probleem. Wanneer het onderzoek in de middag zal plaats vinden, mag u om uur een licht ontbijt gebruiken (beschuit en een kopje thee). Diabetes Overleg met uw behandelend arts of diabetesverpleegkundige om uw dieet, insulinegebruik en medicijnengebruik aan te passen. Opname Voor het onderzoek is het nodig dat u kortdurend in het ziekenhuis wordt opgenomen. U meldt zich op de afgesproken tijd voor ziekenhuisopname bij de receptie van het ziekenhuis of bij de balie van de TVO (Tielse Vrijwilligers Organisatie). U wordt vanaf hier doorverwezen of begeleid naar de verpleegafdeling. Informatie over ziekenhuisopname en de verpleegafdeling kunt u op onze website nalezen ( of via de verpleegafdeling verkrijgen. Verpleegafdeling De verpleegkundige van de verpleegafdeling ontvangt u en houdt met u een opnamegesprek. Zij legt u de gang van zaken op de afdeling uit, beantwoordt uw vragen en bereidt u voor op het onderzoek. De liezen worden geschoren, u krijgt een blaaskatheter in (slangetje in de blaas), een blauw operatie jasje en een wegwerp onderbroek aan. Een medewerker brengt u in bed naar de afdeling Radiologie. 2

3 Het onderzoek Op de afdeling Radiologie wordt u door een radiodiagnostisch laborant of verpleegkundige ontvangen. In de onderzoekskamer neemt u plaats op de onderzoektafel (zie afbeelding). Er wordt bij u een infuus ingebracht en uw beide liezen worden met een desinfecterende vloeistof schoongemaakt, waarna u wordt toegedekt met een steriel (bacterievrij) laken. Dit is nodig om schoon te kunnen werken, d.w.z. om de kans op infectie zo klein mogelijk te maken. Om dezelfde reden dragen de arts (radioloog) en de radiodiagnostisch laborant ook steriele kleding. De onderzoektafel Met het voelen in beide liezen begint de radioloog het onderzoek. In beide liezen loopt namelijk een slagader; één (of soms beide) van deze slagaders zal aangeprikt worden. De betreffende lies wordt plaatselijk verdoofd. Wanneer de slagader met een naald is aangeprikt (hier voelt u bijna niets van), wordt er door deze naald een dunne voerdraad in de slagader geschoven. De naald wordt terug getrokken en over de draad wordt een hulsje geschoven. Door dit hulsje wordt een dun slangetje (katheter) geschoven tot op de plaats 3

4 in de bloedvaten, die zichtbaar gemaakt moeten worden (ook hier voelt u niets van). Als de katheter op de juiste plaats ligt, worden er röntgenopnames gemaakt. Om de bloedvaten zichtbaar te kunnen maken, wordt er via de katheter een contrastmiddel ingespoten. Van het contrastvloeistof kunt u een warm gevoel krijgen, maar dit trekt snel weer weg. Na het maken van de opnames bekijkt de radioloog direct of er een behandeling mogelijk is. Als dit het geval is zal hij in de meeste gevallen direct tot behandeling overgaan. Het onderzoek zelf duurt ongeveer één tot anderhalf uur. Wanneer u behandeld wordt door middel van een dotterprocedure kan het langer duren. Dotterprocedure Bij een dotterprocedure wordt de vernauwing of afsluiting door middel van een speciaal ballonnetje opgerekt. Hierbij brengt de radioloog een katheter met een ballonnetje op de plaats van de vernauwing of de afsluiting in het bloedvat. Door de ballon op te blazen wordt geprobeerd de vernauwing weg te drukken. Geeft dit niet het gewenste resultaat, dan kan de radioloog alsnog kiezen voor het plaatsen van een stent. Dit is een buisje van gevlochten metaal, te vergelijken met een soort kippengaas. De stent wordt met behulp van een ballonkatheter in het bloedvat geplaatst en blijft daar achter om het bloedvat open te houden. Als het onderzoek/de behandeling klaar is, verwijdert de radioloog de katheter uit het bloedvat en wanneer u weer terug in bed ligt, wordt het hulsje uit het bloedvat verwijderd en zal de radioloog ongeveer 10 minuten het gaatje in het bloedvat in uw lies dichtdrukken. Als het gaatje dicht is, wordt er een drukverband (een strak verband) aangelegd om nabloeding te voorkomen, dit verband moet minimaal 6 uur blijven zitten. Na het onderzoek De afdelingsverpleegkundigen brengen u weer terug naar de verpleegafdeling. De verpleegkundige geeft u instructie over de noodzakelijke bedrust. Over het algemeen moet u 6 uur plat blijven liggen, het hoofd niet actief optillen en vooral uw benen gestrekt houden. Regelmatig wordt het drukverband in uw lies en uw bloeddruk gecontroleerd. Indien u zelf voelt dat uw lies nat wordt, waarschuwt u dan direct de verpleegkundige, mogelijk is het aanprikgaatje gaan lekken. 4

5 Na 6 uur zal de verpleegkundige beoordelen of het drukverband vervangen kan worden door een pleister. U mag vanaf 1 uur na de behandeling weer eten en drinken. Het contrastmiddel onttrekt vocht aan uw lichaam, het is belangrijk dat u na het onderzoek veel drinkt. Na het verwijderen van het drukverband mag u voorzichtig uit bed. De blaaskatheter en het infuus worden verwijderd wanneer u uit bed mag. Naar huis Als er geen complicaties zijn, mag u de volgende dag naar huis. Zonodig vindt overleg plaats met de radioloog of behandelend chirurg. Zorg ervoor dat u wordt opgehaald. U mag zelf geen auto rijden en niet alleen reizen. De rest van de dag mag u zich niet inspannen, zoals tillen, bukken, fietsen etc. Complicaties thuis Wanneer er zich thuis in de eerste dagen na het onderzoek problemen voordoen, neem dan contact op met de poli chirurgie (0344) In de avond, nacht of in het weekend met het ziekenhuis (0344) De uitslag De uitslag van het onderzoek/de behandeling krijgt u van de specialist, bij wie u onder behandeling bent. In de meeste gevallen is dit bij het controle bezoek op de polikliniek. De datum van deze afspraak krijgt u thuisgestuurd. Hebt u nog vragen of bent u verhinderd? Als u onverwacht verhinderd bent, geeft u dat zo snel mogelijk door. Als u na het lezen van deze folder nog vragen hebt, kunt u op maandag, woensdag en vrijdag van uur en van uur contact opnemen met de Nurse Practitioner vaatzorg. Bereikbaar via poli chirurgie, tel. (0344)

6 Ruimte voor aantekeningen 6

7 7

8 Ziekenhuis Rivierenland Tiel Pres. Kennedylaan WP Tiel Postbus HA Tiel Tel. (0344) Fax (0344) Internetsite: