VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD

Transcriptie

1 VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD RUBRIEK 1 Identificatie van de stof of het mengsel en van de vennootschap/ onderneming 1.1 Productidentificatie Productnaam Product- of artikel nummer (Kit) Product- of artikel nummer Relevant geïdentificeerd gebruik van de stof of het mengsel en ontraden gebruik Aanbevolen gebruik Analytische middel. 100 ml 7.5 ml 75 ml 15 ml 0.75 ml 100 ml 1.3 Details betreffende de verstrekker van het veiligheidsinformatieblad Agilent Technologies Manufacturing GmbH & Co. KG Hewlett-Packard-Str Waldbronn Duitsland adres van de pdl-msds_author@agilent.com verantwoordelijke voor dit VIB 1.4 Telefoonnummer voor noodgevallen Telefoonnummer voor noodgevallen (met werkuren) CHEMTREC +(31) RUBRIEK 2 Identificatie van de gevaren 2.1 Indeling van de stof of het mengsel Productomschrijving Mengsel Mengsel Mengsel Mengsel Stof met één bestanddeel Stof met één bestanddeel Classificatie volgens de Verordening (EG) Nr.1272/2008 [CLP/GHS] 21/08/2014 1/43

2 RUBRIEK 2 Identificatie van de gevaren H302 ACUTE TOXICITEIT (oraal) - Categorie 4 H412 AQUATISCH GEVAAR OP LANGE TERMIJN - Categorie 3 H314 HUIDCORROSIE/-IRRITATIE - Categorie 1B H301 ACUTE TOXICITEIT (oraal) - Categorie 3 H311 ACUTE TOXICITEIT (dermaal) - Categorie 3 H331 ACUTE TOXICITEIT (inademing) - Categorie 3 H314 HUIDCORROSIE/-IRRITATIE - Categorie 1B H341 MUTAGENITEIT IN GESLACHTSCELLEN - Categorie 2 H373 SPECIFIEKE DOELORGAANTOXICITEIT BIJ HERHAALDE BLOOTSTELLING - Categorie 2 H302 ACUTE TOXICITEIT (oraal) - Categorie 4 H315 HUIDCORROSIE/-IRRITATIE - Categorie 2 H351 KANKERVERWEKKENDHEID - Categorie 2 H373 SPECIFIEKE DOELORGAANTOXICITEIT BIJ HERHAALDE BLOOTSTELLING - Categorie 2 H412 AQUATISCH GEVAAR OP LANGE TERMIJN - Categorie 3 H301 ACUTE TOXICITEIT (oraal) - Categorie 3 H310 ACUTE TOXICITEIT (dermaal) - Categorie 2 H315 HUIDCORROSIE/-IRRITATIE - Categorie 2 H318 ERNSTIG OOGLETSEL/OOGIRRITATIE - Categorie 1 H317 HUIDALLERGEEN - Categorie 1 H335 SPECIFIEKE DOELORGAANTOXICITEIT BIJ EENMALIGE BLOOTSTELLING (Irritatie van de luchtwegen) - Categorie 3 H411 AQUATISCH GEVAAR OP LANGE TERMIJN - Categorie 2 H225 ONTVLAMBARE VLOEISTOFFEN - Categorie 2 H319 ERNSTIG OOGLETSEL/OOGIRRITATIE - Categorie 2 H336 SPECIFIEKE DOELORGAANTOXICITEIT BIJ EENMALIGE BLOOTSTELLING (Narcotische werking) - Categorie 3 Ingrediënten met onbekende ecotoxiciteit Indeling overeenkomstig Richtlijn 1999/45/EG [Richtlijn gevaarlijke preparaten] Niet van toepassing. Niet van toepassing. Niet van toepassing. Procent van het mengsel bestaande uit bestanddelen met ongekende gevaren voor het waterig milieu 2% Niet van toepassing. Niet van toepassing. Het product is geklasseerd als gevaarlijk volgens richtlijn 1999/45/EG en zijn wijzigingen. Het product is geklasseerd als gevaarlijk volgens richtlijn 1999/45/EG en zijn wijzigingen. Het product is geklasseerd als gevaarlijk volgens richtlijn 1999/45/EG en zijn wijzigingen. Het product is geklasseerd als gevaarlijk volgens richtlijn 1999/45/EG en zijn wijzigingen. Het product is geklasseerd als gevaarlijk volgens richtlijn 1999/45/EG en zijn wijzigingen. Het product is geklasseerd als gevaarlijk volgens richtlijn 1999/45/EG en zijn wijzigingen. 21/08/2014 2/43

3 RUBRIEK 2 Identificatie van de gevaren Classificatie Xn; R20/21/22 R52/53 C; R34 Muta. Cat. 3; R68 T; R23/24/25 Xn; R48/20/21/22 C; R34 Carc. Cat. 3; R40 Xn; R22, R48/20/22 Xi; R38 T; R24 Xn; R22 Xi; R41, R38 R43 N; R51/53 F; R11 Xi; R36 R67 Fysisch/chemische Niet van toepassing. gevaren Niet van toepassing. Niet van toepassing. Niet van toepassing. Niet van toepassing. Licht ontvlambaar. Risico's voor de gezondheid Schadelijk bij inademing, opname door de mond en aanraking met de huid. Veroorzaakt brandwonden. Onherstelbare effecten zijn niet uitgesloten. Vergiftig bij inademing, opname door de mond en aanraking met de huid. Schadelijk gevaar voor ernstige schade aan de gezondheid bij langdurige blootstelling bij inademing, aanraking met de huid en opname door de mond. Veroorzaakt brandwonden. Carcinogene effecten zijn niet uitgesloten. Schadelijk bij opname door de mond. Schadelijk gevaar voor ernstige schade aan de gezondheid bij langdurige blootstelling bij inademing en opname door de mond. Irriterend voor de huid. Vergiftig bij aanraking met de huid. Schadelijk bij opname door de mond. Gevaar voor ernstig oogletsel. Irriterend voor de huid. Kan overgevoeligheid veroorzaken bij contact met de huid. Irriterend voor de ogen. Dampen kunnen slaperigheid en duizeligheid veroorzaken. Milieugevaren Schadelijk voor in het water levende organismen; kan in het aquatisch milieu op lange termijn schadelijke effecten veroorzaken. Niet van toepassing. Niet van toepassing. Niet van toepassing. Vergiftig voor in het water levende organismen; kan in het aquatisch milieu op lange termijn schadelijke effecten veroorzaken. Niet van toepassing. Zie Rubriek 16 voor de volledige tekst van de R- of H-zinnen die hierboven staan vermeld. Zie rubriek 11 voor meer informatie over gezondheidseffecten en symptomen. 2.2 Etiketteringselementen 21/08/2014 3/43

4 RUBRIEK 2 Identificatie van de gevaren Gevaarsymbolen Signaalwoord Gevarenaanduidingen Voorzorgsmaatregelen Preventie Waarschuwing Gevaar Gevaar Waarschuwing Gevaar Gevaar GHS07 - Schadelijk bij inslikken. Schadelijk voor in het water levende organismen, met langdurige gevolgen. GHS05 - Veroorzaakt ernstige brandwonden en oogletsel. GHS06 - Giftig bij inslikken. Giftig bij contact met de huid. Giftig bij inademing. GHS05 - Veroorzaakt ernstige brandwonden en oogletsel. GHS08 - Verdacht van het veroorzaken van genetische schade. Kan schade aan organen veroorzaken bij langdurige of herhaalde blootstelling. GHS07 - Schadelijk bij inslikken. Veroorzaakt huidirritatie. GHS08 - Verdacht van het veroorzaken van kanker. Kan schade aan organen veroorzaken bij langdurige of herhaalde blootstelling. Schadelijk voor in het water levende organismen, met langdurige gevolgen. GHS06 - Dodelijk bij contact met de huid. Giftig bij inslikken. GHS05 - Veroorzaakt ernstig oogletsel. GHS07 - Veroorzaakt huidirritatie. Kan irritatie van de luchtwegen veroorzaken. Kan een allergische huidreactie veroorzaken. GHS09 - Giftig voor in het water levende organismen, met langdurige gevolgen. GHS02 - Licht ontvlambare vloeistof en damp. GHS07 - Veroorzaakt ernstige oogirritatie. Kan slaperigheid of duizeligheid veroorzaken. P271 - Alleen buiten of in een goed geventileerde ruimte gebruiken. P273 - Voorkom lozing in het milieu. P261 - Inademing van damp vermijden. P280 - Draag beschermende handschoenen. Draag oog- of gelaatsbescherming. Draag beschermende kleding. P201 - Alvorens te gebruiken de speciale aanwijzingen 21/08/2014 4/43

5 RUBRIEK 2 Identificatie van de gevaren Reactie raadplegen. P280 - Draag beschermende handschoenen. Draag oog- of gelaatsbescherming. Draag beschermende kleding. P260 - Damp niet inademen. P201 - Alvorens te gebruiken de speciale aanwijzingen raadplegen. P280 - Draag beschermende handschoenen. P273 - Voorkom lozing in het milieu. P260 - Damp niet inademen. P280 - Draag beschermende handschoenen. Draag oog- of gelaatsbescherming. Draag beschermende kleding. P273 - Voorkom lozing in het milieu. P262 - Contact met de ogen, de huid of de kleding vermijden. P280 - Draag beschermende handschoenen. Draag oog- of gelaatsbescherming. P210 - Verwijderd houden van warmte, vonken, open vuur en hete oppervlakken. - Niet roken. P241 - Gebruik explosieveilige elektrische, ventilatie-, verlichtings- en materiaalbehandelingsapparatuur. P304 + P340 + P312 - NA INADEMING Het slachtoffer in de frisse lucht brengen en laten rusten in een houding die het ademen vergemakkelijkt. Raadpleeg een VERGIFTIGINGENCENTRUM of een arts indien u zich onwel voelt. P304 + P340 + P310 - NA INADEMING Het slachtoffer in de frisse lucht brengen en laten rusten in een houding die het ademen vergemakkelijkt. Raadpleeg onmiddellijk een VERGIFTIGINGENCENTRUM of een arts. P301 + P310 + P331 - NA INSLIKKEN Raadpleeg onmiddellijk een VERGIFTIGINGENCENTRUM of een arts. GEEN braken opwekken. P303 + P361 + P353 + P310 - BIJ CONTACT MET DE HUID (of het haar) Trek onmiddellijk alle verontreinigde kleding uit. Spoel de huid af met water of neem een douche. Raadpleeg onmiddellijk een VERGIFTIGINGENCENTRUM of een arts. P305 + P310 - BIJ CONTACT MET DE OGEN Raadpleeg onmiddellijk een VERGIFTIGINGENCENTRUM of een arts. P304 + P340 + P310 - NA INADEMING Het slachtoffer in de frisse lucht brengen en laten rusten in een houding die het ademen vergemakkelijkt. Raadpleeg onmiddellijk een VERGIFTIGINGENCENTRUM of een arts. P301 + P310 + P331 - NA INSLIKKEN Raadpleeg onmiddellijk een VERGIFTIGINGENCENTRUM of een arts. GEEN braken opwekken. P303 + P361 + P353 + P310 - BIJ CONTACT MET DE HUID (of het haar) Trek onmiddellijk alle verontreinigde kleding uit. Spoel de huid af met water of neem een douche. Raadpleeg onmiddellijk een VERGIFTIGINGENCENTRUM of een arts. P305 + P310 - BIJ CONTACT MET DE OGEN Raadpleeg onmiddellijk een VERGIFTIGINGENCENTRUM of een arts. P314 - Raadpleeg een arts indien u zich onwel voelt. P301 + P312 - NA INSLIKKEN Raadpleeg een VERGIFTIGINGENCENTRUM of een arts indien u zich onwel voelt. P304 + P340 - NA INADEMING Het slachtoffer in de frisse lucht brengen en laten rusten in een houding die het ademen vergemakkelijkt. P301 + P310 - NA INSLIKKEN Raadpleeg onmiddellijk een VERGIFTIGINGENCENTRUM of een arts. P302 + P310 - BIJ CONTACT MET DE HUID Raadpleeg onmiddellijk een VERGIFTIGINGENCENTRUM of een arts. P305 + P310 - BIJ CONTACT MET DE OGEN Raadpleeg 21/08/2014 5/43

6 RUBRIEK 2 Identificatie van de gevaren Opslag Verwijdering Gevaarlijke bestanddelen Guanidiniumthiocyanaat Azijnzuur Fenol Trichloormethaan onmiddellijk een VERGIFTIGINGENCENTRUM of een arts. P304 + P340 - NA INADEMING Het slachtoffer in de frisse lucht brengen en laten rusten in een houding die het ademen vergemakkelijkt. P303 + P361 + P353 - BIJ CONTACT MET DE HUID (of het haar) Trek onmiddellijk alle verontreinigde kleding uit. Spoel de huid af met water of neem een douche. Niet van toepassing. P405 - Achter slot bewaren. P405 - Achter slot bewaren. P405 - Achter slot bewaren. Aanvullende Niet van toepassing. etiketonderdelen Niet van toepassing. Niet van toepassing. Niet van toepassing. Niet van toepassing. Niet van toepassing. Speciale verpakkingseisen P405 - Achter slot bewaren. P235 - Koel bewaren. P501 - Inhoud en container afvoeren in overeenstemming met locale, regionale, nationale en internationale regelgeving. P501 - Inhoud en container afvoeren in overeenstemming met locale, regionale, nationale en internationale regelgeving. P501 - Inhoud en container afvoeren in overeenstemming met locale, regionale, nationale en internationale regelgeving. P501 - Inhoud en container afvoeren in overeenstemming met locale, regionale, nationale en internationale regelgeving. P501 - Inhoud en container afvoeren in overeenstemming met locale, regionale, nationale en internationale regelgeving. P501 - Inhoud en container afvoeren in overeenstemming met locale, regionale, nationale en internationale regelgeving. 21/08/2014 6/43

7 RUBRIEK 2 Identificatie van de gevaren Voelbare gevaarsaanduiding Niet van toepassing. Niet van toepassing. Niet van toepassing. Niet van toepassing. Niet van toepassing. Niet van toepassing. 2.3 Andere gevaren Overige gevaren die niet leiden tot classificatie Geen bekend. Veroorzaakt brandwonden aan het spijsverteringskanaal. Veroorzaakt brandwonden aan het spijsverteringskanaal. Langdurig of herhaald contact kan een droge huid en irritatie veroorzaken. Geen bekend. Langdurig of herhaald contact kan een droge huid en irritatie veroorzaken. RUBRIEK 3 Samenstelling en informatie over de bestanddelen Stof / Mengsel Product- / ingrediëntennaam Identificatiemogelijkheden Mengsel Mengsel Mengsel Mengsel Stof met één bestanddeel Stof met één bestanddeel Classificatie % 67/548/EEG Verordening (EG) nr. Type 1272/2008 [CLP] Guanidiniumthiocyanaat EG CAS-nummer Index >=35 - <50 Xn; R20/21/22 R32 R52/53 Acute Tox. 4, H302 Acute Tox. 4, H312 Acute Tox. 4, H332 Aquatic Chronic 3, H412 [1] Azijnzuur EG CAS-nummer Index >=25 - <90 R10 C; R35 Flam. Liq. 3, H226 Skin Corr. 1A, H314 [1] [2] Fenol EG CAS-nummer Index Barnsteenzuur EG CAS-nummer >=90 Muta. Cat. 3; R68 T; R23/24/25 Xn; R48/20/21/22 C; R34 >=1 - <5 Xi; R41, R37/38 Acute Tox. 3, H301 Acute Tox. 3, H311 Acute Tox. 3, H331 Skin Corr. 1B, H314 Muta. 2, H341 STOT RE 2, H373 Skin Irrit. 2, H315 Eye Dam. 1, H318 STOT SE 3, H335 (Irritatie van de luchtwegen) [1] [2] [1] Trichloormethaan EG CAS-nummer Index Methylbutaan-1-ol EG CAS-nummer >=90 Carc. Cat. 3; R40 Xn; R22, R48/20/22 Xi; R38 >=1 - <3 R10 Xn; R20 Acute Tox. 4, H302 Skin Irrit. 2, H315 Carc. 2, H351 STOT RE 2, H373 Flam. Liq. 3, H226 Acute Tox. 4, H302 [1] [2] 21/08/2014 7/43 [1]

8 RUBRIEK 3 Samenstelling en informatie over de bestanddelen Index Xi; R37 R66 Acute Tox. 4, H332 Skin Irrit. 2, H315 Eye Irrit. 2, H319 STOT SE 3, H335 and H336 (Irritatie van de luchtwegen en Narcotische werking) 2-Mercaptoethanol EG CAS-nummer T; R24 Xn; R22 Xi; R41, R38 R43 N; R51/53 Acute Tox. 3, H301 Acute Tox. 2, H310 Skin Irrit. 2, H315 Eye Dam. 1, H318 Skin Sens. 1, H317 STOT SE 3, H335 (Irritatie van de luchtwegen) Aquatic Chronic 2, H411 [A] Propan-2-ol EG CAS-nummer Index F; R11 Xi; R36 R67 Zie rubriek 16 voor de volledige tekst van de R-zinnen die hierboven worden vermeld. Flam. Liq. 2, H225 Eye Irrit. 2, H319 STOT SE 3, H336 (Narcotische werking) Zie Rubriek 16 voor de volledige tekst van de H-zinnen die hierboven staan vermeld. [A] Type [1] Stof ingedeeld met een gezondheids- of milieugevaar [2] Stof met een werkplaats blootstellingslimiet [3] Stof voldoet aan criteria voor PBT overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1907/2006, Bijlage XIII [4] Stof voldoet aan criteria voor zpzb overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1907/2006, Bijlage XIII [5] Een even zorgwekkende stof [A] Bestanddeel [B] Onzuiverheid [C] Stabiliserend additief Arbeidshygiënische blootstellingsgrenzen, indien beschikbaar, zijn weergegeven in rubriek 8. RUBRIEK 4 Eerstehulpmaatregelen 4.1 Beschrijving van de eerstehulpmaatregelen Oogcontact Spoel de ogen onmiddellijk met ruime hoeveelheden water, waarbij u de boven- en onderoogleden zo nu en dan oplicht. Ga aanwezigheid van contactlenzen na en verwijder ze. Blijf ten minste 10 minuten spoelen. Raadpleeg een arts als irritatie optreedt. Raadpleeg onmiddellijk een arts. Raadpleeg een vergiftigingencentrum of een arts. Spoel de ogen onmiddellijk met ruime hoeveelheden water, waarbij u de boven- en onderoogleden zo nu en dan oplicht. Ga aanwezigheid van contactlenzen na en verwijder ze. Blijf ten minste 10 minuten spoelen. Brandwonden door chemicaliën moeten onmiddellijk door een arts worden behandeld. Raadpleeg onmiddellijk een arts. Raadpleeg een vergiftigingencentrum of een arts. Spoel de ogen onmiddellijk met ruime hoeveelheden water, waarbij u de boven- en onderoogleden zo nu en dan oplicht. Ga aanwezigheid van contactlenzen na en verwijder ze. Blijf ten minste 10 minuten spoelen. Brandwonden door 21/08/2014 8/43

9 RUBRIEK 4 Eerstehulpmaatregelen Inademing chemicaliën moeten onmiddellijk door een arts worden behandeld. Spoel de ogen onmiddellijk met ruime hoeveelheden water, waarbij u de boven- en onderoogleden zo nu en dan oplicht. Ga aanwezigheid van contactlenzen na en verwijder ze. Blijf ten minste 10 minuten spoelen. Raadpleeg een arts. Raadpleeg onmiddellijk een arts. Raadpleeg een vergiftigingencentrum of een arts. Spoel de ogen onmiddellijk met ruime hoeveelheden water, waarbij u de boven- en onderoogleden zo nu en dan oplicht. Ga aanwezigheid van contactlenzen na en verwijder ze. Blijf ten minste 10 minuten spoelen. Brandwonden door chemicaliën moeten onmiddellijk door een arts worden behandeld. Spoel de ogen onmiddellijk met ruime hoeveelheden water, waarbij u de boven- en onderoogleden zo nu en dan oplicht. Ga aanwezigheid van contactlenzen na en verwijder ze. Blijf ten minste 10 minuten spoelen. Raadpleeg een arts. Het slachtoffer in de frisse lucht brengen en laten rusten in een houding die het ademen vergemakkelijkt. Als de patiënt niet ademt, onregelmatig ademt, of als zich ademhalingsstilstand voordoet, dient kunstmatige beademing of zuurstof te worden toegediend door getraind personeel. Dit kan gevaarlijk zijn voor degene die mond-opmondbeademing toepast. Roep medische hulp in wanneer schadelijke effecten voor de gezondheid aanhouden of ernstig zijn. Plaats in stabiele zijligging en roep onmiddelijk medische hulp in, indien de persoon bewusteloos is. Zorg dat luchtwegen vrij blijven. Maak strakzittende kleding los, zoals een overhemdboord, das, riem of ceintuur. Na inhalatie van afbraakproducten in geval van brand kunnen symptomen met vertraging optreden. Het slachtoffer moet mogelijk 48 uur lang onder medisch toezicht blijven. Raadpleeg onmiddellijk een arts. Raadpleeg een vergiftigingencentrum of een arts. Het slachtoffer in de frisse lucht brengen en laten rusten in een houding die het ademen vergemakkelijkt. Als vermoed wordt dat nog steeds dampen aanwezig zijn moet de reddingswerker een geschikt masker of onafhankelijke ademhalingsapparatuur dragen. Als de patiënt niet ademt, onregelmatig ademt, of als zich ademhalingsstilstand voordoet, dient kunstmatige beademing of zuurstof te worden toegediend door getraind personeel. Dit kan gevaarlijk zijn voor degene die mond-opmondbeademing toepast. Plaats in stabiele zijligging en roep onmiddelijk medische hulp in, indien de persoon bewusteloos is. Zorg dat luchtwegen vrij blijven. Maak strakzittende kleding los, zoals een overhemdboord, das, riem of ceintuur. Raadpleeg onmiddellijk een arts. Raadpleeg een vergiftigingencentrum of een arts. Het slachtoffer in de frisse lucht brengen en laten rusten in een houding die het ademen vergemakkelijkt. Als vermoed wordt dat nog steeds dampen aanwezig zijn moet de reddingswerker een geschikt masker of onafhankelijke ademhalingsapparatuur dragen. Als de patiënt niet ademt, onregelmatig ademt, of als zich ademhalingsstilstand voordoet, dient kunstmatige beademing of zuurstof te worden toegediend door getraind personeel. Dit kan gevaarlijk zijn voor degene die mond-opmondbeademing toepast. Plaats in stabiele zijligging en roep onmiddelijk medische hulp in, indien de persoon bewusteloos is. Zorg dat luchtwegen vrij blijven. Maak strakzittende kleding los, zoals een overhemdboord, das, riem of ceintuur. Het slachtoffer in de frisse lucht brengen en laten rusten in een houding die het ademen vergemakkelijkt. Als de patiënt 21/08/2014 9/43

10 RUBRIEK 4 Eerstehulpmaatregelen niet ademt, onregelmatig ademt, of als zich ademhalingsstilstand voordoet, dient kunstmatige beademing of zuurstof te worden toegediend door getraind personeel. Dit kan gevaarlijk zijn voor degene die mond-opmondbeademing toepast. Raadpleeg een arts. Plaats in stabiele zijligging en roep onmiddelijk medische hulp in, indien de persoon bewusteloos is. Zorg dat luchtwegen vrij blijven. Maak strakzittende kleding los, zoals een overhemdboord, das, riem of ceintuur. Na inhalatie van afbraakproducten in geval van brand kunnen symptomen met vertraging optreden. Het slachtoffer moet mogelijk 48 uur lang onder medisch toezicht blijven. Raadpleeg onmiddellijk een arts. Raadpleeg een vergiftigingencentrum of een arts. Het slachtoffer in de frisse lucht brengen en laten rusten in een houding die het ademen vergemakkelijkt. Als vermoed wordt dat nog steeds dampen aanwezig zijn moet de reddingswerker een geschikt masker of onafhankelijke ademhalingsapparatuur dragen. Als de patiënt niet ademt, onregelmatig ademt, of als zich ademhalingsstilstand voordoet, dient kunstmatige beademing of zuurstof te worden toegediend door getraind personeel. Dit kan gevaarlijk zijn voor degene die mond-opmondbeademing toepast. Plaats in stabiele zijligging en roep onmiddelijk medische hulp in, indien de persoon bewusteloos is. Zorg dat luchtwegen vrij blijven. Maak strakzittende kleding los, zoals een overhemdboord, das, riem of ceintuur. Het slachtoffer in de frisse lucht brengen en laten rusten in een houding die het ademen vergemakkelijkt. Als vermoed wordt dat nog steeds dampen aanwezig zijn moet de reddingswerker een geschikt masker of onafhankelijke ademhalingsapparatuur dragen. Als de patiënt niet ademt, onregelmatig ademt, of als zich ademhalingsstilstand voordoet, dient kunstmatige beademing of zuurstof te worden toegediend door getraind personeel. Dit kan gevaarlijk zijn voor degene die mond-op-mondbeademing toepast. Raadpleeg een arts. Raadpleeg een vergiftigingencentrum of een arts, indien noodzakelijk. Plaats in stabiele zijligging en roep onmiddelijk medische hulp in, indien de persoon bewusteloos is. Zorg dat luchtwegen vrij blijven. Maak strakzittende kleding los, zoals een overhemdboord, das, riem of ceintuur. Huidcontact Spoel verontreinigde huid met grote hoeveelheid water. Verwijder verontreinigde kleding en schoenen. Zoek medische hulp als zich symptomen voordoen. Was kleding alvorens ze opnieuw te gebruiken. Maak schoenen grondig schoon voor hergebruik. Raadpleeg onmiddellijk een arts. Raadpleeg een vergiftigingencentrum of een arts. Spoel verontreinigde huid met grote hoeveelheid water. Verwijder verontreinigde kleding en schoenen. Was verontreinigde kleding grondig met water voordat u die uittrekt of draag handschoenen. Blijf ten minste 10 minuten spoelen. Brandwonden door chemicaliën moeten onmiddellijk door een arts worden behandeld. Was kleding alvorens ze opnieuw te gebruiken. Maak schoenen grondig schoon voor hergebruik. Raadpleeg onmiddellijk een arts. Raadpleeg een vergiftigingencentrum of een arts. Met veel water en zeep wassen. Verwijder verontreinigde kleding en schoenen. Was verontreinigde kleding grondig met water voordat u die uittrekt of draag handschoenen. Blijf ten minste 10 minuten spoelen. Brandwonden door chemicaliën moeten onmiddellijk door een arts worden behandeld. Was kleding alvorens ze opnieuw te gebruiken. Maak schoenen grondig schoon voor hergebruik. 21/08/ /43

11 RUBRIEK 4 Eerstehulpmaatregelen Inslikken Reinig de huid grondig met water en zeep of gebruik een goedgekeurde huidreiniger. Verwijder verontreinigde kleding en schoenen. Blijf ten minste 10 minuten spoelen. Raadpleeg een arts. Was kleding alvorens ze opnieuw te gebruiken. Maak schoenen grondig schoon voor hergebruik. Raadpleeg onmiddellijk een arts. Raadpleeg een vergiftigingencentrum of een arts. Voorzichtig wassen met veel water en zeep. Verwijder verontreinigde kleding en schoenen. Was verontreinigde kleding grondig met water voordat u die uittrekt of draag handschoenen. Blijf ten minste 10 minuten spoelen. Brandwonden door chemicaliën moeten onmiddellijk door een arts worden behandeld. Vermijdt verdere blootstelling wanneer er klachten of symptomen van welke aard dan ook zijn. Was kleding alvorens ze opnieuw te gebruiken. Maak schoenen grondig schoon voor hergebruik. Reinig de huid grondig met water en zeep of gebruik een goedgekeurde huidreiniger. Verwijder verontreinigde kleding en schoenen. Zoek medische hulp als zich symptomen voordoen. Was kleding alvorens ze opnieuw te gebruiken. Maak schoenen grondig schoon voor hergebruik. Spoel de mond met water. Kunstgebit indien aanwezig verwijderen. Het slachtoffer in de frisse lucht brengen en laten rusten in een houding die het ademen vergemakkelijkt. Als het slachtoffer het materiaal heeft doorgeslikt en bij bewustzijn is, laat u het slachtoffer kleine hoeveelheden water drinken. Stop hiermee als het slachtoffer misselijk wordt, omdat overgeven gevaarlijk kan zijn. Zet niet aan tot braken tenzij medisch personeel aangeeft dat dit wel moet. Indien de persoon moet braken, houdt het hoofd dan laag om te voorkomen dat er braaksel in de longen komt. Raadpleeg een arts. Raadpleeg een vergiftigingencentrum of een arts, indien noodzakelijk. Geef een bewusteloos iemand nooit iets via de mond. Plaats in stabiele zijligging en roep onmiddelijk medische hulp in, indien de persoon bewusteloos is. Zorg dat luchtwegen vrij blijven. Maak strakzittende kleding los, zoals een overhemdboord, das, riem of ceintuur. Raadpleeg onmiddellijk een arts. Raadpleeg een vergiftigingencentrum of een arts. Spoel de mond met water. Kunstgebit indien aanwezig verwijderen. Het slachtoffer in de frisse lucht brengen en laten rusten in een houding die het ademen vergemakkelijkt. Als het slachtoffer het materiaal heeft doorgeslikt en bij bewustzijn is, laat u het slachtoffer kleine hoeveelheden water drinken. Stop hiermee als het slachtoffer misselijk wordt, omdat overgeven gevaarlijk kan zijn. Zet niet aan tot braken tenzij medisch personeel aangeeft dat dit wel moet. Indien de persoon moet braken, houdt het hoofd dan laag om te voorkomen dat er braaksel in de longen komt. Brandwonden door chemicaliën moeten onmiddellijk door een arts worden behandeld. Geef een bewusteloos iemand nooit iets via de mond. Plaats in stabiele zijligging en roep onmiddelijk medische hulp in, indien de persoon bewusteloos is. Zorg dat luchtwegen vrij blijven. Maak strakzittende kleding los, zoals een overhemdboord, das, riem of ceintuur. Raadpleeg onmiddellijk een arts. Raadpleeg een vergiftigingencentrum of een arts. Spoel de mond met water. Kunstgebit indien aanwezig verwijderen. Het slachtoffer in de frisse lucht brengen en laten rusten in een houding die het ademen vergemakkelijkt. Als het slachtoffer het materiaal heeft doorgeslikt en bij bewustzijn is, laat u het slachtoffer kleine hoeveelheden water drinken. Stop hiermee als het slachtoffer misselijk wordt, omdat 21/08/ /43

12 RUBRIEK 4 Eerstehulpmaatregelen overgeven gevaarlijk kan zijn. Zet niet aan tot braken tenzij medisch personeel aangeeft dat dit wel moet. Indien de persoon moet braken, houdt het hoofd dan laag om te voorkomen dat er braaksel in de longen komt. Brandwonden door chemicaliën moeten onmiddellijk door een arts worden behandeld. Geef een bewusteloos iemand nooit iets via de mond. Plaats in stabiele zijligging en roep onmiddelijk medische hulp in, indien de persoon bewusteloos is. Zorg dat luchtwegen vrij blijven. Maak strakzittende kleding los, zoals een overhemdboord, das, riem of ceintuur. Spoel de mond met water. Kunstgebit indien aanwezig verwijderen. Het slachtoffer in de frisse lucht brengen en laten rusten in een houding die het ademen vergemakkelijkt. Als het slachtoffer het materiaal heeft doorgeslikt en bij bewustzijn is, laat u het slachtoffer kleine hoeveelheden water drinken. Stop hiermee als het slachtoffer misselijk wordt, omdat overgeven gevaarlijk kan zijn. Zet niet aan tot braken tenzij medisch personeel aangeeft dat dit wel moet. Indien de persoon moet braken, houdt het hoofd dan laag om te voorkomen dat er braaksel in de longen komt. Raadpleeg een arts. Raadpleeg een vergiftigingencentrum of een arts, indien noodzakelijk. Geef een bewusteloos iemand nooit iets via de mond. Plaats in stabiele zijligging en roep onmiddelijk medische hulp in, indien de persoon bewusteloos is. Zorg dat luchtwegen vrij blijven. Maak strakzittende kleding los, zoals een overhemdboord, das, riem of ceintuur. Raadpleeg onmiddellijk een arts. Raadpleeg een vergiftigingencentrum of een arts. Spoel de mond met water. Kunstgebit indien aanwezig verwijderen. Het slachtoffer in de frisse lucht brengen en laten rusten in een houding die het ademen vergemakkelijkt. Als het slachtoffer het materiaal heeft doorgeslikt en bij bewustzijn is, laat u het slachtoffer kleine hoeveelheden water drinken. Stop hiermee als het slachtoffer misselijk wordt, omdat overgeven gevaarlijk kan zijn. Zet niet aan tot braken tenzij medisch personeel aangeeft dat dit wel moet. Indien de persoon moet braken, houdt het hoofd dan laag om te voorkomen dat er braaksel in de longen komt. Brandwonden door chemicaliën moeten onmiddellijk door een arts worden behandeld. Geef een bewusteloos iemand nooit iets via de mond. Plaats in stabiele zijligging en roep onmiddelijk medische hulp in, indien de persoon bewusteloos is. Zorg dat luchtwegen vrij blijven. Maak strakzittende kleding los, zoals een overhemdboord, das, riem of ceintuur. Spoel de mond met water. Kunstgebit indien aanwezig verwijderen. Het slachtoffer in de frisse lucht brengen en laten rusten in een houding die het ademen vergemakkelijkt. Als het slachtoffer het materiaal heeft doorgeslikt en bij bewustzijn is, laat u het slachtoffer kleine hoeveelheden water drinken. Stop hiermee als het slachtoffer misselijk wordt, omdat overgeven gevaarlijk kan zijn. Zet niet aan tot braken tenzij medisch personeel aangeeft dat dit wel moet. Indien de persoon moet braken, houdt het hoofd dan laag om te voorkomen dat er braaksel in de longen komt. Raadpleeg een arts. Raadpleeg een vergiftigingencentrum of een arts, indien noodzakelijk. Geef een bewusteloos iemand nooit iets via de mond. Plaats in stabiele zijligging en roep onmiddelijk medische hulp in, indien de persoon bewusteloos is. Zorg dat luchtwegen vrij blijven. Maak strakzittende kleding los, zoals een overhemdboord, das, riem of ceintuur. 21/08/ /43

13 RUBRIEK 4 Eerstehulpmaatregelen Bescherming van eerstehulpverleners Er mag geen actie worden ondernomen als er kans is op persoonlijke ongelukken of in geval van onvoldoende training. Dit kan gevaarlijk zijn voor degene die mond-opmondbeademing toepast. Er mag geen actie worden ondernomen als er kans is op persoonlijke ongelukken of in geval van onvoldoende training. Als vermoed wordt dat nog steeds dampen aanwezig zijn moet de reddingswerker een geschikt masker of onafhankelijke ademhalingsapparatuur dragen. Dit kan gevaarlijk zijn voor degene die mond-op-mondbeademing toepast. Was verontreinigde kleding grondig met water voordat u die uittrekt of draag handschoenen. Er mag geen actie worden ondernomen als er kans is op persoonlijke ongelukken of in geval van onvoldoende training. Als vermoed wordt dat nog steeds dampen aanwezig zijn moet de reddingswerker een geschikt masker of onafhankelijke ademhalingsapparatuur dragen. Dit kan gevaarlijk zijn voor degene die mond-op-mondbeademing toepast. Was verontreinigde kleding grondig met water voordat u die uittrekt of draag handschoenen. Er mag geen actie worden ondernomen als er kans is op persoonlijke ongelukken of in geval van onvoldoende training. Dit kan gevaarlijk zijn voor degene die mond-opmondbeademing toepast. Er mag geen actie worden ondernomen als er kans is op persoonlijke ongelukken of in geval van onvoldoende training. Als vermoed wordt dat nog steeds dampen aanwezig zijn moet de reddingswerker een geschikt masker of onafhankelijke ademhalingsapparatuur dragen. Dit kan gevaarlijk zijn voor degene die mond-op-mondbeademing toepast. Was verontreinigde kleding grondig met water voordat u die uittrekt of draag handschoenen. Er mag geen actie worden ondernomen als er kans is op persoonlijke ongelukken of in geval van onvoldoende training. Als vermoed wordt dat nog steeds dampen aanwezig zijn moet de reddingswerker een geschikt masker of onafhankelijke ademhalingsapparatuur dragen. Dit kan gevaarlijk zijn voor degene die mond-op-mondbeademing toepast. 4.2 Belangrijkste acute en uitgestelde symptomen en effecten Mogelijke acute gevolgen voor de gezondheid Oogcontact Inademing Blootstelling aan ontledingsproducten kan gevaar voor de gezondheid opleveren. Na blootstelling kunnen ernstige gevolgen met vertraging optreden. Kan gassen, dampen of stof afgeven die zeer irriterend of corrosief zijn voor de ademhalingswegen. Giftig bij inademing. Kan gassen, dampen of stof afgeven die zeer irriterend of corrosief zijn voor de ademhalingswegen. Veroorzaakt ernstig oogletsel. Veroorzaakt ernstig oogletsel. Veroorzaakt ernstige oogirritatie. Veroorzaakt ernstig oogletsel. Veroorzaakt ernstige oogirritatie. Blootstelling aan ontledingsproducten kan gevaar voor de gezondheid opleveren. Na blootstelling kunnen ernstige gevolgen met vertraging optreden. Kan irritatie van de luchtwegen veroorzaken. Kan verzwakking van het centrale zenuwstelsel veroorzaken. Kan slaperigheid of duizeligheid veroorzaken. 21/08/ /43

14 RUBRIEK 4 Eerstehulpmaatregelen Huidcontact Veroorzaakt ernstige brandwonden. Veroorzaakt ernstige brandwonden. Giftig bij contact met de huid. Veroorzaakt huidirritatie. Ontvettend voor de huid. Dodelijk bij contact met de huid. Veroorzaakt huidirritatie. Kan een allergische huidreactie veroorzaken. Ontvettend voor de huid. Kan droge huid en irritatie veroorzaken. Inslikken Schadelijk bij inslikken. Corrosieve werking op het spijsverteringskanaal. Veroorzaakt brandwonden. Kan brandwonden aan mond, keel en maag veroorzaken. Giftig bij inslikken. Corrosieve werking op het spijsverteringskanaal. Veroorzaakt brandwonden. Kan brandwonden aan mond, keel en maag veroorzaken. Schadelijk bij inslikken. Veroorzaakt irritatie aan mond, keel en maag. Giftig bij inslikken. Kan brandwonden aan mond, keel en maag veroorzaken. Kan verzwakking van het centrale zenuwstelsel veroorzaken. Veroorzaakt irritatie aan mond, keel en maag. Tekenen/symptomen van overmatige blootstelling Oogcontact Geen specifieke gegevens. Ongewenste symptomen kunnen de volgende zijn pijn tranenvloed roodheid Ongewenste symptomen kunnen de volgende zijn pijn tranenvloed roodheid Ongewenste symptomen kunnen de volgende zijn pijn of irritatie tranenvloed roodheid Ongewenste symptomen kunnen de volgende zijn pijn tranenvloed roodheid Ongewenste symptomen kunnen de volgende zijn pijn of irritatie tranenvloed roodheid Inademing Geen specifieke gegevens. Geen specifieke gegevens. Geen specifieke gegevens. Geen specifieke gegevens. Ongewenste symptomen kunnen de volgende zijn irritatie van de luchtwegen hoesten Ongewenste symptomen kunnen de volgende zijn misselijkheid of braken hoofdpijn slaperigheid/moeheid duizeligheid/draaierigheid bewusteloosheid 21/08/ /43

15 RUBRIEK 4 Eerstehulpmaatregelen Huidcontact Geen specifieke gegevens. Ongewenste symptomen kunnen de volgende zijn pijn of irritatie roodheid blaarvorming kan voorkomen Ongewenste symptomen kunnen de volgende zijn pijn of irritatie roodheid blaarvorming kan voorkomen Ongewenste symptomen kunnen de volgende zijn irritatie roodheid droogheid barsten Ongewenste symptomen kunnen de volgende zijn pijn of irritatie roodheid blaarvorming kan voorkomen Ongewenste symptomen kunnen de volgende zijn irritatie droogheid barsten Inslikken Geen specifieke gegevens. Ongewenste symptomen kunnen de volgende zijn maagpijnen Ongewenste symptomen kunnen de volgende zijn maagpijnen Geen specifieke gegevens. Ongewenste symptomen kunnen de volgende zijn maagpijnen Geen specifieke gegevens. 4.3 Vermelding van de vereiste onmiddellijke medische verzorging en speciale behandeling Opmerkingen voor arts Na inhalatie van afbraakproducten in geval van brand kunnen symptomen met vertraging optreden. Het slachtoffer moet mogelijk 48 uur lang onder medisch toezicht blijven. Behandel symptomatisch. Contacteer onmiddellijk een specialist voor de behandeling van de vergiftiging indien grote hoeveelheden ingenomen of geïnhaleerd zijn. Behandel symptomatisch. Contacteer onmiddellijk een specialist voor de behandeling van de vergiftiging indien grote hoeveelheden ingenomen of geïnhaleerd zijn. Na inhalatie van afbraakproducten in geval van brand kunnen symptomen met vertraging optreden. Het slachtoffer moet mogelijk 48 uur lang onder medisch toezicht blijven. Behandel symptomatisch. Contacteer onmiddellijk een specialist voor de behandeling van de vergiftiging indien grote hoeveelheden ingenomen of geïnhaleerd zijn. Behandel symptomatisch. Contacteer onmiddellijk een specialist voor de behandeling van de vergiftiging indien grote hoeveelheden ingenomen of geïnhaleerd zijn. Specifieke behandelingen Geen specifieke behandeling. Geen specifieke behandeling. Geen specifieke behandeling. Geen specifieke behandeling. Geen specifieke behandeling. Geen specifieke behandeling. 21/08/ /43

16 RUBRIEK 5 Brandbestrijdingsmaatregelen 5.1 Blusmiddelen Geschikte blusmiddelen Ongeschikte blusmiddelen Gebruik een blusmiddel dat geschikt is voor de ontstane brand. Gebruik een blusmiddel dat geschikt is voor de ontstane brand. Gebruik een blusmiddel dat geschikt is voor de ontstane brand. Gebruik een blusmiddel dat geschikt is voor de ontstane brand. Gebruik een blusmiddel dat geschikt is voor de ontstane brand. Gebruik bluspoeder, CO₂, waternevel (mist) of schuim. Geen bekend. Geen bekend. Geen bekend. Geen bekend. Geen bekend. Gebruik geen waterstraal. 5.2 Speciale gevaren die door de stof of het mengsel worden veroorzaakt Risico's van de stof of het mengsel Gevaarlijke verbrandingsproducten Bij brand of verhitting loopt de druk op en kan de houder barsten. Deze stof is schadelijk voor het aquatisch milieu met blijvende gevolgen. Met dit materiaal verontreinigd bluswater dient te worden opgevangen, zodat het niet in het oppervlaktewater, riool of afvoer terechtkomt. Bij brand of verhitting loopt de druk op en kan de houder barsten. Bij brand of verhitting loopt de druk op en kan de houder barsten. Bij brand of verhitting loopt de druk op en kan de houder barsten. Deze stof is schadelijk voor het aquatisch milieu met blijvende gevolgen. Met dit materiaal verontreinigd bluswater dient te worden opgevangen, zodat het niet in het oppervlaktewater, riool of afvoer terechtkomt. Bij brand of verhitting loopt de druk op en kan de houder barsten. Deze stof is toxisch voor het aquatisch milieu met blijvende gevolgen. Met dit materiaal verontreinigd bluswater dient te worden opgevangen, zodat het niet in het oppervlaktewater, riool of afvoer terechtkomt. Licht ontvlambare vloeistof en damp. Bij brand of verhitting loopt de druk op en kan de houder barsten en eventueel exploderen. De damp/het gas is zwaarder dan lucht en verspreidt zich langs de grond. Dampen kunnen zich ophopen in lage of besloten ruimten, een aanzienlijke afstand overbruggen naar een ontstekingsbron en vervolgens terugslaan. Wegvloeien in riool kan gevaar voor brand of explosie veroorzaken. Afbraakproducten kunnen onder meer zijn kooldioxide koolmonoxide stikstofoxiden zwaveloxiden Afbraakproducten kunnen onder meer zijn kooldioxide koolmonoxide metaaloxide(n) Afbraakproducten kunnen onder meer zijn kooldioxide koolmonoxide Afbraakproducten kunnen onder meer zijn kooldioxide koolmonoxide 21/08/ /43

17 RUBRIEK 5 Brandbestrijdingsmaatregelen gehalogeneerde verbindingen carbonylhalogeniden Afbraakproducten kunnen onder meer zijn kooldioxide koolmonoxide zwaveloxiden Afbraakproducten kunnen onder meer zijn kooldioxide koolmonoxide 5.3 Advies voor brandweerlieden Speciale voorzorgsmaatregelen voor brandbestrijders Speciale beschermende uitrusting voor brandweerlieden In geval van brand, isoleer het terrein direct door alle personen uit de buurt van het incident te verwijderen. Er mag geen actie worden ondernomen als er kans is op persoonlijke ongelukken of in geval van onvoldoende training. In geval van brand, isoleer het terrein direct door alle personen uit de buurt van het incident te verwijderen. Er mag geen actie worden ondernomen als er kans is op persoonlijke ongelukken of in geval van onvoldoende training. In geval van brand, isoleer het terrein direct door alle personen uit de buurt van het incident te verwijderen. Er mag geen actie worden ondernomen als er kans is op persoonlijke ongelukken of in geval van onvoldoende training. In geval van brand, isoleer het terrein direct door alle personen uit de buurt van het incident te verwijderen. Er mag geen actie worden ondernomen als er kans is op persoonlijke ongelukken of in geval van onvoldoende training. In geval van brand, isoleer het terrein direct door alle personen uit de buurt van het incident te verwijderen. Er mag geen actie worden ondernomen als er kans is op persoonlijke ongelukken of in geval van onvoldoende training. In geval van brand, isoleer het terrein direct door alle personen uit de buurt van het incident te verwijderen. Er mag geen actie worden ondernomen als er kans is op persoonlijke ongelukken of in geval van onvoldoende training. Verplaats de reservoirs uit het brandgebied als dat zonder risico kan. Gebruik waternevel om aan het vuur blootgestelde vaten koel te houden. Brandbestrijders dienen geschikte kleding te dragen en een onafhankelijk ademhalingstoestel (SCBA) dat een volledig gelaatsdeel heeft en met een overdrukmodus werkt. Kleding voor brandweerlieden (inclusief helmen, beschermende laarzen en handschoenen), overeenkomstig Europese norm EN 469, geeft een basis beschermingsniveau voor incidenten met chemische stoffen. Brandbestrijders dienen geschikte kleding te dragen en een onafhankelijk ademhalingstoestel (SCBA) dat een volledig gelaatsdeel heeft en met een overdrukmodus werkt. Kleding voor brandweerlieden (inclusief helmen, beschermende laarzen en handschoenen), overeenkomstig Europese norm EN 469, geeft een basis beschermingsniveau voor incidenten met chemische stoffen. Brandbestrijders dienen geschikte kleding te dragen en een onafhankelijk ademhalingstoestel (SCBA) dat een volledig gelaatsdeel heeft en met een overdrukmodus werkt. Kleding voor brandweerlieden (inclusief helmen, beschermende laarzen en handschoenen), overeenkomstig Europese norm EN 469, geeft een basis beschermingsniveau voor incidenten met chemische stoffen. 21/08/ /43

18 RUBRIEK 5 Brandbestrijdingsmaatregelen Brandbestrijders dienen geschikte kleding te dragen en een onafhankelijk ademhalingstoestel (SCBA) dat een volledig gelaatsdeel heeft en met een overdrukmodus werkt. Kleding voor brandweerlieden (inclusief helmen, beschermende laarzen en handschoenen), overeenkomstig Europese norm EN 469, geeft een basis beschermingsniveau voor incidenten met chemische stoffen. Brandbestrijders dienen geschikte kleding te dragen en een onafhankelijk ademhalingstoestel (SCBA) dat een volledig gelaatsdeel heeft en met een overdrukmodus werkt. Kleding voor brandweerlieden (inclusief helmen, beschermende laarzen en handschoenen), overeenkomstig Europese norm EN 469, geeft een basis beschermingsniveau voor incidenten met chemische stoffen. Brandbestrijders dienen geschikte kleding te dragen en een onafhankelijk ademhalingstoestel (SCBA) dat een volledig gelaatsdeel heeft en met een overdrukmodus werkt. Kleding voor brandweerlieden (inclusief helmen, beschermende laarzen en handschoenen), overeenkomstig Europese norm EN 469, geeft een basis beschermingsniveau voor incidenten met chemische stoffen. RUBRIEK 6 Maatregelen bij het accidenteel vrijkomen van de stof of het mengsel 6.1 Persoonlijke voorzorgsmaatregelen, beschermde uitrusting en noodprocedures Voor andere personen dan de hulpdiensten Er mag geen actie worden ondernomen als er kans is op persoonlijke ongelukken of in geval van onvoldoende training. Evacueer omringende gebieden. Zorg dat onbeschermd en overbodig personeel niet binnenkomt. Raak gemorst materiaal niet aan en loop er niet doorheen. Vermijd inademen van damp of nevel. Zorg voor voldoende ventilatie. Draag het daartoe geëigende ademhalingsmasker bij onvoldoende ventilatie. Draag geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen. Er mag geen actie worden ondernomen als er kans is op persoonlijke ongelukken of in geval van onvoldoende training. Evacueer omringende gebieden. Zorg dat onbeschermd en overbodig personeel niet binnenkomt. Raak gemorst materiaal niet aan en loop er niet doorheen. Adem damp of mist niet in. Zorg voor voldoende ventilatie. Draag het daartoe geëigende ademhalingsmasker bij onvoldoende ventilatie. Draag geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen. Er mag geen actie worden ondernomen als er kans is op persoonlijke ongelukken of in geval van onvoldoende training. Evacueer omringende gebieden. Zorg dat onbeschermd en overbodig personeel niet binnenkomt. Raak gemorst materiaal niet aan en loop er niet doorheen. Adem damp of mist niet in. Zorg voor voldoende ventilatie. Draag het daartoe geëigende ademhalingsmasker bij onvoldoende ventilatie. Draag geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen. Er mag geen actie worden ondernomen als er kans is op persoonlijke ongelukken of in geval van onvoldoende training. Evacueer omringende gebieden. Zorg dat onbeschermd en overbodig personeel niet binnenkomt. Raak gemorst materiaal niet aan en loop er niet doorheen. Vermijd inademen van damp of nevel. Zorg voor voldoende ventilatie. Draag het daartoe geëigende ademhalingsmasker bij onvoldoende ventilatie. Draag geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen. Er mag geen actie worden ondernomen als er kans is op persoonlijke ongelukken of in geval van onvoldoende training. Evacueer omringende gebieden. Zorg dat 21/08/ /43

19 RUBRIEK 6 Maatregelen bij het accidenteel vrijkomen van de stof of het mengsel Voor de hulpdiensten onbeschermd en overbodig personeel niet binnenkomt. Raak gemorst materiaal niet aan en loop er niet doorheen. Adem damp of mist niet in. Zorg voor voldoende ventilatie. Draag het daartoe geëigende ademhalingsmasker bij onvoldoende ventilatie. Draag geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen. Er mag geen actie worden ondernomen als er kans is op persoonlijke ongelukken of in geval van onvoldoende training. Evacueer omringende gebieden. Zorg dat onbeschermd en overbodig personeel niet binnenkomt. Raak gemorst materiaal niet aan en loop er niet doorheen. Sluit alle ontstekingsbronnen af. Geen open vuur en niet roken in het gevarengebied. Vermijd inademen van damp of nevel. Zorg voor voldoende ventilatie. Draag het daartoe geëigende ademhalingsmasker bij onvoldoende ventilatie. Draag geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen. Indien speciale kleding is vereist voor het hanteren van het gemorst product, lees dan ook de eventuele informatie in Rubriek 8 over geschikte en ongeschikte materialen. Zie ook de informatie onder de hoofding "Voor andere personen dan de hulpdiensten". Indien speciale kleding is vereist voor het hanteren van het gemorst product, lees dan ook de eventuele informatie in Rubriek 8 over geschikte en ongeschikte materialen. Zie ook de informatie onder de hoofding "Voor andere personen dan de hulpdiensten". Indien speciale kleding is vereist voor het hanteren van het gemorst product, lees dan ook de eventuele informatie in Rubriek 8 over geschikte en ongeschikte materialen. Zie ook de informatie onder de hoofding "Voor andere personen dan de hulpdiensten". Indien speciale kleding is vereist voor het hanteren van het gemorst product, lees dan ook de eventuele informatie in Rubriek 8 over geschikte en ongeschikte materialen. Zie ook de informatie onder de hoofding "Voor andere personen dan de hulpdiensten". Indien speciale kleding is vereist voor het hanteren van het gemorst product, lees dan ook de eventuele informatie in Rubriek 8 over geschikte en ongeschikte materialen. Zie ook de informatie onder de hoofding "Voor andere personen dan de hulpdiensten". Indien speciale kleding is vereist voor het hanteren van het gemorst product, lees dan ook de eventuele informatie in Rubriek 8 over geschikte en ongeschikte materialen. Zie ook de informatie onder de hoofding "Voor andere personen dan de hulpdiensten". 6.2 Milieuvoorzorgsmaatregelen Vermijd verspreiding van gemorst materiaal en afvalmateriaal en voorkom dat dit in contact komt met bodem, waterwegen, afvoerleidingen en riool. Informeer de betreffende autoriteiten wanneer het product het milieu heeft vervuild (riolering, waterwegen, bodem of lucht). Watervervuilend materiaal. Dit product kan schadelijk zijn voor het milieu wanneer het in grote hoeveelheden vrijkomt. Vermijd verspreiding van gemorst materiaal en afvalmateriaal en voorkom dat dit in contact komt met bodem, waterwegen, afvoerleidingen en riool. Informeer de betreffende autoriteiten wanneer het product het milieu heeft vervuild (riolering, waterwegen, bodem of lucht). Vermijd verspreiding van gemorst materiaal en afvalmateriaal en voorkom dat dit in contact komt met bodem, waterwegen, afvoerleidingen en riool. Informeer de betreffende autoriteiten wanneer het product het milieu heeft 21/08/ /43

20 RUBRIEK 6 Maatregelen bij het accidenteel vrijkomen van de stof of het mengsel vervuild (riolering, waterwegen, bodem of lucht). Vermijd verspreiding van gemorst materiaal en afvalmateriaal en voorkom dat dit in contact komt met bodem, waterwegen, afvoerleidingen en riool. Informeer de betreffende autoriteiten wanneer het product het milieu heeft vervuild (riolering, waterwegen, bodem of lucht). Watervervuilend materiaal. Dit product kan schadelijk zijn voor het milieu wanneer het in grote hoeveelheden vrijkomt. Vermijd verspreiding van gemorst materiaal en afvalmateriaal en voorkom dat dit in contact komt met bodem, waterwegen, afvoerleidingen en riool. Informeer de betreffende autoriteiten wanneer het product het milieu heeft vervuild (riolering, waterwegen, bodem of lucht). Watervervuilend materiaal. Dit product kan schadelijk zijn voor het milieu wanneer het in grote hoeveelheden vrijkomt. Gelekte/gemorste stof opruimen. Vermijd verspreiding van gemorst materiaal en afvalmateriaal en voorkom dat dit in contact komt met bodem, waterwegen, afvoerleidingen en riool. Informeer de betreffende autoriteiten wanneer het product het milieu heeft vervuild (riolering, waterwegen, bodem of lucht). 6.3 Insluitings- en reinigingsmethoden en -materiaal Reinigingsmethode Dicht het lek als dat zonder risico kan. Verwijder verpakkingen uit het gebied waar gemorst is. Verdun met water en opmoppen indien wateroplosbaar. Alternatief, of indien water-onoplosbaar, absorbeer met inert droog materiaal en plaats in een toepasbare afvalcontainer. Af laten voeren door een vergunninghoudend afvalverwerkingsbedrijf. Dicht het lek als dat zonder risico kan. Verwijder verpakkingen uit het gebied waar gemorst is. Verdun met water en opmoppen indien wateroplosbaar. Alternatief, of indien water-onoplosbaar, absorbeer met inert droog materiaal en plaats in een toepasbare afvalcontainer. Af laten voeren door een vergunninghoudend afvalverwerkingsbedrijf. Dicht het lek als dat zonder risico kan. Verwijder verpakkingen uit het gebied waar gemorst is. Verdun met water en opmoppen indien wateroplosbaar. Alternatief, of indien water-onoplosbaar, absorbeer met inert droog materiaal en plaats in een toepasbare afvalcontainer. Af laten voeren door een vergunninghoudend afvalverwerkingsbedrijf. Dicht het lek als dat zonder risico kan. Verwijder verpakkingen uit het gebied waar gemorst is. Verdun met water en opmoppen indien wateroplosbaar. Alternatief, of indien water-onoplosbaar, absorbeer met inert droog materiaal en plaats in een toepasbare afvalcontainer. Af laten voeren door een vergunninghoudend afvalverwerkingsbedrijf. Dicht het lek als dat zonder risico kan. Verwijder verpakkingen uit het gebied waar gemorst is. Verdun met water en opmoppen indien wateroplosbaar. Alternatief, of indien water-onoplosbaar, absorbeer met inert droog materiaal en plaats in een toepasbare afvalcontainer. Af laten voeren door een vergunninghoudend afvalverwerkingsbedrijf. Dicht het lek als dat zonder risico kan. Verwijder verpakkingen uit het gebied waar gemorst is. Gebruik vonkvrije gereedschappen en explosievrije apparatuur. Verdun met water en opmoppen indien wateroplosbaar. Alternatief, of indien water-onoplosbaar, absorbeer met inert 21/08/ /43