Richtlijnen en uitgangspunten Nieuw Curriculum Geneeskunde

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Richtlijnen en uitgangspunten Nieuw Curriculum Geneeskunde"

Transcriptie

1 Richtlijnen en uitgangspunten Nieuw Curriculum Geneeskunde Vastgesteld door de Raad van Bestuur AMC-UvA op 18 juli 2006 Onderwijsinstituut Geneeskunde Academisch Medisch Centrum Universiteit van Amsterdam

2 1. Inleiding Kenmerken arts opgeleid in het AMC Uitgangspunten en kaders Opbouw van het curriculum Inhoud van het curriculum Jaar De doctorale fase van Curius Uitvoering Toetsing ICT Professioneel gedrag Mentoraat/Tutoraat Kwaliteitszorg Ontwikkelingen in het medisch hoger onderwijs...30 Bijlagen...32

3 1. Inleiding Status document Dit document is opgesteld in opdracht van het bestuur van het Onderwijsinstituut (OWIGEN-bestuur) Geneeskunde en wordt ter vaststelling aangeboden aan de Studentenraad en de Raad van Bestuur. De afspraken en werkwijzen beschreven in onderstaand document (na vaststelling) vormen zodoende de handleiding voor het nieuwe curriculum geneeskunde die in september 2006 van start gaat en hebben dus een formele status. Curius Het nieuwe curriculum Geneeskunde heeft de naam Curius meegekregen. De naam vindt zijn oorsprong in de onderstaande uitdrukkingen: - Curious/curiosity: nieuwsgierig/nieuwsgierigheid, bezienswaardigheid en staat bovendien voor eigen inzicht en zelfwerkzaamheid - Cure: genezen - Curriculum Deze kernwoorden staan in nauwe verbinding met het nieuwe curriculum van de opleiding Geneeskunde. Aanleiding voor Curius Op basis van een verkenning in het voorjaar van 2001 van het huidige curriculum (daterend uit 1993) is een vernieuwing van de eerste vier jaar van de geneeskundeopleiding noodzakelijk gebleken. Redenen voor deze vernieuwing zijn ondermeer dat in het huidige curriculum teveel de nadruk gelegd wordt op kennisoverdracht en te weinig op het (blijven) verwerven van kennis. Daarnaast worden studenten te weinig onderlegd in wetenschappelijke en academische vaardigheden. Ook zijn klacht, symptoom en patiënt te weinig uitgangspunt van het klinisch onderwijs 1. In het onderwijsprogramma van Curius zal ook de nadruk gelegd worden op de verbeterpunten zoals geformuleerd in het rapport van de visitatiecommissie van april Deze punten zijn ondermeer betere toetsing en beoordelingen en meer aandacht voor farmacologie. Daarnaast zullen de sterke punten van het huidige curriculum, zoals het groot- en kleinschalig klinische lijnonderwijs en de wetenschappelijke stage, gehandhaafd blijven. Doelstelling en werkwijze diverse commissies De samenstelling van de hieronder beschreven commissies en werkgroepen kunt u terugvinden op de AMC-intranet pagina onder Nieuw Curriculum. In september 2003 heeft de Raad van Bestuur van het AMC de curriculumcommissie ingesteld. Deze commissie heeft in de Contourennota van april 2004 de onderwijsvisie, uitgangspunten en randvoorwaarden samengevat. Aan de hand van deze Contourennota en de opmerkingen van diverse afdelingen, docenten, studenten en andere geïnteresseerden binnen het AMC heeft de curriculumcommissie haar ideeën nader vormgeven in de Blauwdruk (november 2004), met daarin het programma van de eerste vier studiejaren in 1 Rapport van de commissie verkenning curriculumherziening: januari

4 grote lijnen. De Blauwdruk is door de Implementatiecommissie vertaald in een uitgewerkt onderwijsprogramma. De Implementatiecommissie werkte onder de verantwoordelijkheid van het bestuur van het Onderwijsinstituut Geneeskunde. Mede op basis van informatie uit de Blauwdruk heeft de Implementatiecommissie 7 aspecten van het nieuwe curriculum uitgelicht waarvan verder invulling c.q. concretisering nodig is. Deze aandachtspunten zijn onder te verdelen in 3 categorieën: 1. aspecten die reeds in het huidige curriculum aanwezig zijn en die in het kader van de invoering van het nieuwe curriculum worden verbeterd (toetsing & beoordeling en academische vorming, blok-/lijnonderwijs en aansluiting met co-schappen); 2. aspecten die ten opzichte van het huidige curriculum vernieuwend zijn: keuzeonderwijs en tutorsysteem; 3. aspecten ter bevordering van de effectiviteit en efficiëntie van het onderwijs: inzet van Informatie- en Communicatie Technologie (ICT) in het onderwijs. Onder regie van de Implementatiecommissie zijn 7 werkgroepen bezig geweest met de uitwerking van de bovengenoemde aspecten. Daarbij zijn de Contourennota en de Blauwdruk als basis gebruikt. De voorzitters van de werkgroepen waren tevens lid van de Implementatiecommissie om zo overzicht te kunnen houden en de coherentie van het curriculum te kunnen bewaken. De belangrijkste bevindingen en aanbevelingen van elke werkgroep zijn beschreven in het rapport van de Implementatiecommissie, verschenen in november Daarna heeft het OWIGEN-bestuur alle aanbevelingen van de Implementatiecommissie gedetailleerd beoordeeld en waar mogelijk overgenomen. Dit is verwoord in een brief aan de Raad van Bestuur van november Bovengenoemde documenten vormen de basis van het nieuwe curriculum. Deze principes zijn vervolgens uitgewerkt in richtlijnen voor de praktische implementatie van het onderwijs. Deze richtlijnen zullen in onderstaande notitie beschreven worden. Voor achtergrondinformatie wordt verwezen naar de werkdocumenten zoals de werkgroeprapportages, die op intranet beschikbaar zijn. De handleiding is als volgt opgezet: In het volgende hoofdstuk wordt kort het doel van Curius omschreven. In hoofdstuk 3 worden de uitgangspunten en kaders van Curius geschetst. De opbouw van het nieuwe curriculum wordt beschreven in hoofdstuk 4.Vervolgens wordt in hoofdstuk 5 de inhoud van de afzonderlijke onderwijsonderdelen uiteengezet. De praktische aspecten van het onderwijs komen aan bod in hoofdstuk 6. Hoofdstuk 7 behandelt de ontwikkelingen die spelen in het medisch hoger onderwijs. 3

5 2. Kenmerken arts opgeleid in het AMC De studie Geneeskunde is een universitaire opleiding met de daarbij behorende diepgang en brede oriëntatie. Dit betekent dat naast professionele doelstelling de opleiding beoogt de student academisch te vormen. Hier wordt onder andere onder verstaan: een beroep doen op analytisch vermogen/begripsvorming; ontwikkelen van kritisch en creatief vermogen en het ontwikkelen van intellectuele zelfstandigheid 2. Het AMC leidt artsen op die voldoen aan de algemene eigenschappen en kenmerken van de arts, zoals die wettelijk zijn vastgelegd in het Raamplan 2001 Artsopleiding (zie onderstaande tabel). Bij dit profiel gaat het om een net afgestudeerde arts. Er wordt van uitgegaan dat deze arts zich nog verder zal moeten ontwikkelen op velerlei gebied en nog verdere scholing nodig zal hebben voor zijn latere beroepsuitoefening. In bijlage 2 kunt u daarover meer lezen. 3 Algemene eigenschappen/kenmerken van de arts De arts: heeft zich het proces van het medisch probleemoplossen eigen gemaakt; bezit een breed kennis- en vaardighedenpakket, waardoor hij in staat wordt gesteld om met andere disciplines c.q. hulpverleners samen te werken en om elke vervolgopleiding in te gaan; is wetenschappelijk gevormd; bezit de juiste attitudes; is flexibel: kan op ontwikkelingen inspelen; is wettelijk bevoegd en bekwaam medisch te handelen en draagt hier de verantwoordelijkheid voor. Naast de bovengenoemde kenmerken, die voor alle medische opleidingen in Nederland dezelfde zijn, acht het AMC het van belang dat een arts zich in bepaalde kwaliteiten in het bijzonder heeft kunnen scholen (zie tabel hieronder). 4 Profielschets van de arts opgeleid in het AMC Deze arts bezit: methodologische kennis en vaardigheden om op academisch niveau te kunnen functioneren, in de medische praktijk of in de medisch-wetenschappelijk research. Dit impliceert een: (1) wetenschappelijke oriëntatie, (2) inzicht in de methodologie van het klinisch-wetenschappelijk onderzoek en (3) kritische houding; de capaciteit voor het kritisch nadenken over de fundamenten, de mogelijkheden en de grenzen van medisch-wetenschappelijke kennis; kennis van en (zo mogelijk) ervaring met de gezondheidszorg in andere delen van de wereld en in een internationale wetenschappelijke context; verdiepende kennis en expertise, die ontwikkeld zijn op basis van persoonlijke interesses Zelfstudie Geneeskunde 2003 Raamplan 2001 Artsopleiding Contourennota

6 3. Uitgangspunten en kaders In de Contourennota, Blauwdruk en het Implementatierapport zijn de uitgangspunten en voorwaarden opgesteld. Deze onderwijsbenadering en onderwijsvormen vormen het kader van het nieuwe curriculum. In onderstaande tabellen zijn de principes van Curius weergegeven. De implicaties van deze uitgangspunten voor de onderwijspraktijk van het AMC worden uiteengezet in de hoofdstukken 4, 5 en 6. Onderwijsprincipe Curius heeft een duidelijke AMC-signatuur, die gekenmerkt wordt door zowel de evidence-based medicine benadering (klinisch-wetenschappelijk onderzoek in de praktijk) als de nauwe integratie van pre-klinisch en klinisch onderwijs. Uitgangspunten voor het onderwijs zijn ziektebeelden of klinische problemen van waaruit zowel de klinische als preklinische kennis wordt behandeld, alsook sociaal geneeskundige en ethische aspecten. Studenten krijgen voldoende kennis van de methodologie van het klinischwetenschappelijk onderzoek, doen ervaring op met wetenschappelijk onderzoek en worden academisch gevormd. Er wordt veel aandacht besteed te worden aan het aanleren van methoden voor het verwerven van medische kennis en het analyseren van problemen op basis van medische literatuur. Een essentieel onderdeel van Curius is een programma van valide en betrouwbare toetsen, waarin klinische en preklinische onderwerpen geïntegreerd worden getoetst, waarbij meestal een klinisch probleem als uitgangspunt voor de vraag dient. Er wordt een mentor/tutorsysteem 5 ingesteld. De mentor is een ouderejaars student en de T-consulent (docent) vervult de rol van tutor. In Curius zal 20% van de beschikbare tijd worden besteed aan keuzeonderwijs. Onderwijsvormen De afstemming van het onderwijsdoel van een studieonderdeel op de onderwijsvorm wordt verbeterd. Hoorcolleges en klinische colleges dienen ter toelichting en illustratie van de studiestof, voor het enthousiasmeren, en rolidentificatie. Kleinschalige onderwijsvormen (werkcolleges, werkgroepen) worden vooral ingezet bij het leren toepassen van kennis, voor communicatie, voor attitudevorming/professioneel gedrag, en voor het leren samenwerken. In Curius zal er ruime aandacht zijn voor de toepassing van computerondersteunende onderwijsvormen en de toepassing van ICT bij het oplossen van vraagstukken en (patiënten)problemen. Onderwijsstructuur en programmering Inhoudelijk is sprake van een opleiding tot arts van 6 jaar, opgedeeld in een propedeutische fase (jaar 1), een doctoraalfase (jaar 2-4) en een klinische fase (jaar 5 en 6). Curius kent daarmee geen bachelor/masterstructuur. De structuur van de co-assistentschappen, die onlangs in het AMC zijn hervormd, wordt grotendeels intact gelaten. Naast een thematisch, georiënteerde gesegmenteerde opbouw (blokken) zijn er 5 Zie informatie over mentor/tutor in hoofdstuk 6 (6.4) 5

7 longitudinale lijnen in het curriculum, zoals de klinische lijn voor het oefenen in het oplossen van patiëntgebonden problemen. Het klinisch lijnonderwijs wordt beter afgestemd met de blokken en de tentamens. Er zijn blokoverstijgende thema s ingesteld; te weten twee rode draden (klinische en wetenschappelijke methodologie, farmacologie en farmacotherapie), en drie longitudinale thema s (academische vorming in engere zin, populatie-epidemiologie en moleculaire fysiologie). Deze thema s worden door een (lijn-)coördinator afgestemd met het blok- en lijnonderwijs en de tentamens. De twee rode draden worden apart van de blokken getoetst (zie 6.1). De basis van kennisverwerving blijft gestructureerde zelfstudie. Daarvoor zal dus, evenals in het bestaande curriculum, een groot deel van de beschikbare tijd worden ingeruimd. Uitgangspunten Blokonderwijs In het blokonderwijs komen ziekten en de biomedische basis ervan aan bod. De blokken zijn opgebouwd uit weekthema s, die beginnen met een patiëntenprobleem en worden afgesloten met een symposium. De studiestof wordt steeds vanuit een klinisch gezichtspunt geïntroduceerd en georganiseerd. De klinische en preklinische vakken worden zoveel mogelijk geïntegreerd gepresenteerd. Alleen die preklinische kennis die voor het begrijpen van de kliniek of klinisch wetenschappelijke thema s noodzakelijk is wordt in het blokonderwijs behandeld. Meer gedetailleerde kennis kan in de keuzemodules worden aangeboden. Bij de inweving van onderwerpen van de rode draden en de longitudinale thema s in de blokken en het lijnonderwijs zal bij conflicten wegens beschikbare onderwijstijd voorrang worden gegeven aan deze rode draden en longitudinale thema s zodat de herkenbaarheid en continuïteit daarvan niet in gevaar komen. Contactonderwijs beslaat ten hoogste 30% van de tijd toegekend aan een blok. Uitgangspunten Klinisch Lijnonderwijs Het (klinisch) lijnonderwijs is longitudinaal van karakter waarbij de patiënt met klacht centraal staat en het klinisch probleemoplossen getraind wordt. Het klinisch lijnonderwijs bestaat uit drie onderdelen: het grootschalig lijnonderwijs (klinische demonstraties), het kleinschalig theoretisch onderwijs (T-onderwijs) en het vaardigheidsonderwijs (V-onderwijs). Het klinisch lijnonderwijs start in het eerste jaar van Curius. De medische problemen, zoals beschreven in het Raamplan, komen in het klinisch lijnonderwijs aan bod. De opzet van het grootschalig klinisch lijnonderwijs, zoals dat in het huidige curriculum wordt uitgevoerd, blijft in hoofdlijnen ongewijzigd. Het klinisch redeneren en problem solving zijn kenmerkend voor het grootschalig en kleinschalig klinisch lijnonderwijs. Voor wat betreft de afstemming tussen het blok- en het lijnonderwijs wordt als uitgangspunt gehanteerd dat het grootschalig lijnonderwijs het blokonderwijs volgt. In het blokonderwijs wordt de ziekte als leidraad gehanteerd, terwijl het lijnonderwijs klachtgebonden is. In relatie tot het grootschalig lijnonderwijs: - Het onderwijs vindt altijd plaats aan de hand van een patiënt of,bij uitzondering, een videoband - Het onderwijs kan in 3 vormen worden gegeven: 6

8 a. probleemgeoriënteerd (>60% van het onderwijs) b. een demonstratie van samenhangende klinische problemen, die de inhoud van een blok overschrijdt c. varia (bijvoorbeeld behandeling van medisch actuele ziektes, demonstratie van een op dat moment toevallig aanwezige interessante patient) 6 Uitgangspunten keuzeonderwijs In Curius wordt 20% van de studietijd besteed aan keuzeonderwijs, te beginnen in het tweede studiejaar. In het tweede studiejaar is dit gericht op verbreding, naar vakken die in het verplichte curriculum niet voorkomen. In het derde jaar wordt gezocht naar verdieping, mede als voorbereiding op wetenschappelijk werk of op een specialistische opleiding. Zodoende is een belangrijk doel van het keuzeonderwijs een bijdrage te leveren aan de academische vorming van de student. Voor beide vormen worden clinici en onderzoekers uitgenodigd modules te maken. Bij de indeling van studenten voor het keuzeonderwijs, ligt de nadruk op de voorkeur van de student. Wel wordt de docent de mogelijkheid geboden om voor intensievere en/of langduriger trajecten een sollicitatieprocedure te hanteren. In dat geval dient de motivatie van de student de grootste rol te spelen bij de selectie. Naast de keuzevakken blijft de wetenschappelijke stage een belangrijk element van het keuzecurriculum. 6 Zie handleiding keuzeonderwijs (te vinden op Intranet) 7

9 4. Opbouw van het curriculum Het nieuwe curriculum houdt een semesterindeling aan (zie blokkenschema in bijlage 8). Elk semester bestaat uit twee blokken van 8 en een blok van 4 weken. Deze structuur is gelijk aan de UvA-indeling; en zo hebben studenten de mogelijkheid om keuzeonderwijs aan andere faculteiten te kunnen volgen.het programma van de eerste vier studiejaren bestaat uit een kerncurriculum (80%) en een keuzecurriculum (20%). Het kerncurriculum omvat: - blokonderwijs - klinisch lijnonderwijs (groot- en kleinschalig) - vaardigheidsonderwijs (fysische diagnostiek, communicatie en attitudevorming) - verpleeghulpstage - junior co-schappen Het keuzecurriculum bestaat uit: - keuzemodules - gedurende studiejaren 2 en 3, 1 dagdeel keuzeonderwijs per week - wetenschappelijke stage (afsluiting van de doctorale fase) Blokkenoverzicht Het eerste jaar van Curius richt zich op de orgaanoverstijgende stoornissen. In de twee daaropvolgende jaren worden de orgaangebonden aandoeningen/ziekten behandeld. In het laatste doctoraaljaar worden vakken op een hoger integratieniveau aangeboden om studenten goed voor te bereiden op de klinische fase. Jaar 1 4 blokken van 8 weken - Het ontstaan van ziekte - Stofwisselingsstoornissen - Hormonale stoornissen en farmacologie - Infectieziekten, afweer en ontsteking 2 blokken van 4 weken - Verpleeghulpstage - De 3D-mens Lijnonderwijs (grootschalig, kleinschalig en vaardigheidsonderwijs) Jaar 2 4 blokken van 8 weken - Voortplanting en ontwikkeling - Cardiovasculaire aandoeningen - Longziekten en gaswisselingsstoornissen - Maag-/darm- en leverziekten 2 blokken van 4 weken - Junior co-schappen - Keuzemodule Keuzeonderwijs gedurende 1 dagdeel per week Lijnonderwijs (grootschalig, kleinschalig en vaardigheidsonderwijs) 8

10 Jaar 3 4 blokken van 8 weken - Aandoeningen van het bewegingsapparaat - Ziekten van het zenuwstelsel - Psychiatrische aandoeningen - Oncologie en bloed 2 blokken van 4 weken - Nieren en urinewegen - Keuzemodule Keuzeonderwijs gedurende 1 dagdeel per week Lijnonderwijs (grootschalig, kleinschalig en vaardigheidsonderwijs) Jaar 4 1 blok van 7 weken - Ziekte, gedrag en samenleving 1 blok van 9 weken - Multi-orgaan ziekten & milieu en interieur Wetenschappelijke stage Lijnonderwijs (grootschalig, kleinschalig en vaardigheidsonderwijs) In het huidige curriculum zijn blokoverstijgende onderwerpen weinig zichtbaar, hetgeen in de afgelopen onderwijsvisitaties tot kritiek heeft geleid. Daarom wordt een aantal concepten opgenomen in zogenaamde rode draden (klinische en wetenschappelijke methodologie, farmacologie en farmacotherapie)en longitudinale thema s (academische vorming in engere zin, populatie-epidemiologie en moleculaire fysiologie). De rode draden en longitudinale thema s zijn niet separaat geroosterd. De kennis die behandeld moet worden is gekoppeld aan de weekthema s die blokcoördinatoren hebben geselecteerd en wordt zo geïntegreerd met de klinische onderwerpen aan de studenten gepresenteerd. Voor de inhoud van deze thema s wordt verwezen naar hoofdstuk 5. De toetsing komt aan bod in

11 Onderstaand schema toont een studiejaar in Curius, waarin grafisch is weergegeven dat het lijnonderwijs naast de blokken loopt, zoals ook in Curriculum 93 het geval was, en waarin te zien is dat de rode draden en de thema s over alle blokken verdeeld zijn. 1e semester 2e semester Klinisch lijnonderwijs (Grootschalig lijnonderwijs, kleinschalig lijnonderwijs en vaardigheidsonderwijs) Blok Blok Blok Blok Blok Blok farmacologie & farmacotherapie klinische & wetenschappelijke methodologie moleculaire fysiologie academische vorming & populatie-epidemiologie Tentamens Per collegejaar zijn er drie momenten waarop de tentamens worden afgenomen. Echter het is de student slechts toegestaan tweemaal per collegejaar deel te nemen aan een tentamen. Meer uitleg over de wijze van toetsing is opgenomen in hoofdstuk Uitvoering (6.1). Co-schappen De vernieuwing van het curriculum richt zich op de eerste 4 jaren van de opleiding Geneeskunde. De structuur van de co-assistentschappen, die in het AMC onlangs zijn hervormd, wordt grotendeels onaangetast gelaten. Wel wordt er gewerkt aan verbetering van de kwaliteit van het onderwijs in de co-schappen en krijgt professioneel gedrag nadrukkelijker aandacht. De opbouw van de co-schappen met een toenemend niveau van zelfstandigheid, zoals die in de vernieuwing van 1998 is doorgevoerd, wordt daarmee gehandhaafd. De opbouw van de co-schappen is weergegeven in bijlage 3. 10

12 5. Inhoud van het curriculum In dit hoofdstuk wordt kort de inhoud van het nieuwe curriculum weergegeven. Voor detailinformatie wordt verwezen naar de studiegids, te vinden op Jaar Blokonderwijs Het eerste jaar van Curius bestaat uit 6 blokken en naast dit blokonderwijs wordt lijnonderwijs gegeven. Per blok wordt allereerst de leerdoelen beschreven vervolgens wordt ingegaan op de inhoud van het desbetreffende blok. Blok 1.1: Het ontstaan van ziekte Leerdoelen Aan het eind van blok 1-1 heeft de student op - I/T-niveau 7 kennis van het bouwplan van het menselijk lichaam; - I/T-niveau kennis van de normale structuur en functie van de eukaryote cel en de verschillende weefsels; - I/T-niveau kennis van de processen die ten grondslag liggen aan beschadiging, aanpassing en dood van cellen en weefsels; - I/T niveau kennis van ontsteking, wondgenezing en littekenvorming; - I/T niveau kennis van de ontstaanswijze en uitingsvormen van kanker; - O-niveau kennis van farmacotherapie bij ontsteking en kanker; - O-niveau kennis van concepten en methoden van fundamenteel en klinisch wetenschappelijk onderzoek en de toepassing daarvan in aspecten van de geneeskunde; - O-niveau kennis en inzicht betreffende aspecten van de geschiedenis van de geneeskunde; Inhoud In de eerste week wordt met hoorcolleges tijdens de ochtend en met computer-ondersteunde practica als zelfstudie in de middag een overzicht gegeven van de bouw, structuur en functie van het menselijk lichaam en van de cel als functionele eenheid van leven. De tweede week is gewijd aan de bestudering van de verschillende weefsels aan de hand van overzichtscolleges en computer-ondersteunde practica. Geintegreerd met de behandeling van deze stof wordt in hoorcolleges aandacht geschonken aan aspecten van de geschiedenis van de geneeskunde. De vijf daaropvolgende weken zijn gewijd aan vier processen die algemeen ten grondslag liggen aan het ontstaan van ziekte, namelijk beschadiging, aanpassing en dood van cellen; ontsteking; herstel en vervanging van beschadigd weefsel en verlittekening; kanker. De ochtenden worden gebruikt voor overzichtscolleges. De middagen voor kleinschalige practica en zelfstudie. In de practica wordt het thema van de week geïntegreerd met de stof uit de eerste weken. Gedurende de 7 weken worden op maandag en vrijdag demonstratiecolleges gegeven waarbij de stof van de week wordt geïllustreerd aan de hand van een patiënt. Tevens worden iedere vrijdag werkcolleges gegeven waar in kleinere groepen de studiestof van de afgelopen week wordt bediscussieerd aan de hand van vragen die de aansluitende maandag op Blackboard staan. 7 Voor omschrijving niveau-aanduiding zie bijlage 1 11

13 Blok 1.2: Stofwisselingsstoornissen Leerdoelen Aan het eind van blok 1-2 bezit de student kennis van en inzicht in: - De algemene biochemie van koolhydraat-, vet- en eiwitstofwisseling in relatie tot gezondheid en ziekte. - De wijze waarop het lichaam onder verschillende omstandigheden de verwerking van substraten reguleert en de principes van metabole regelsystemen. - Stoornissen in de stofwisseling als gevolg van genetische afwijkingen of omgevingsfactoren. - Epidemiologische en maatschappelijke aspecten van stofwisselingsstoornissen en preventie. Inhoud Het blok is verdeeld in 7 themaweken, één studieweek en één eindtoets. Elke week begint met de demonstratie van een patiënt die het te behandelen onderwerp van de betreffende week goed illustreert. Bij de klinische demonstratie worden inleidende hoorcolleges gegeven. Vervolgens bestuderen de studenten de behandelde onderwerpen in detail aan de hand van de opgegeven studiestof. Er worden elke week COO s aangeboden voor zelftoetsing. Met de verworven kennis kan de student actief deelnemen aan werkcolleges en werkgroepen, waarbij aan de hand van een aantal vragen/vraagstukken de kennis verder wordt uitgediept. Bij deze onderwijsvormen gaat de docent er vanuit, dat de student zich heeft voorbereid. Op de laatste dag van week 2 tot en met week 5 en van week 7 vindt een minisymposium plaats, waarbij het klinische thema van de week in een breder perspectief wordt geplaatst. Naast een patiënt demonstratie en overzichtscolleges van de basale studiestof, worden ethische, psychosociale, kosten-effectiviteits, etnische en preventie aspecten multidiscipinair behandeld. Wat betreft de rode draden en longitudinale thema s worden de principes van farmacotherapie uitgelegd aan de hand van insuline, orale antidiabetica en statines in relatie tot diabetes mellitus type 1 en 2 en hyperlipidaemieën. Met betrekking tot de academische vorming worden diagnostisch onderzoekdesign, etiologie en prognose en de opzet en evaluatie van interventiestudies in dit blok behandeld. Blok 1.3: Hormonale stoornissen en farmacologie Leerdoelen Aan het eind van blok 1-2 bezit de student kennis van en inzicht in: - functies van de diverse hormonen - algemene principes van de werking van hormonen, en hun receptoren - algemene principes van hormonale regelsystemen - de wijze waarop het lichaam de productie van hormonen reguleert (d.w.z. hormonale regelsystemen gezien vanuit de organen, inclusief de bouw en functie van die organen) - epidemiologie, etiologie en symptomatologie van hormonale stoornissen - algemene principes van diagnose en therapie op het gebied van hormonale stoornissen - geneesmiddelen die worden gebruikt bij hormonale stoornissen - (eventuele) preventie van hormonale stoornissen - de algemene principes van de werking van geneesmiddelen - de algemene principes van de farmacokinetiek - de algemene principes van de werking van het autonome zenuwstelsel - geneesmiddelen die de werking van het autonome zenuwstelsel beïnvloeden 12

14 Inhoud Per week volgende de volgende thema s behandeld: Week 1:Algemene principes Week 2: Farmacokinetiek en calciumhuishouding Week 3: Autonome zenuwstelsel Week 4: Schildklierziekten Week 5: Bijnierziekten en hypogonadisme Week 6: Hypofyse afwijkingen Week 7: Polyfarmacie (basis), en polyglandulaire aandoeningen Blok 1.4: Infectieziekten, afweer en ontsteking Leerdoelen Algemeen: Kennis hebben van de basisprincipes van infectieziekten, de afweer van de gastheer hiertegen en de principes van diagnose en therapie van infectieziekten. De student kent de belangrijkste infectieziekten en verwekkers daarvan en kan diagnostische en therapeutische principes toepassen op eenvoudige klinische problemen. Daarnaast heeft de student kennis van de principes van epidemiologie, resistentie ontwikkeling en preventie van ziekenhuisinfecties. Subdoelen: - (Thema 1) Kennis van algemene eigenschappen van infectieuze organismen, d.w.z. anatomie en algemene eigenschappen van bacteriën, virussen en parasieten en kennis van de aspecifieke afweer van de gastheer tegen infecties. - (Thema 2) Kennis van infectieziekten die van belang zijn op de kinderleeftijd, inclusief epidemiologie en public health aspecten (Rijksvaccinatieprogramma); kennis van de specifieke afweer (humorale immuniteit). - (Thema 3, 4, 5) Kennis van infectieproblemen van luchtwegen, tractus digestivus en tractus urogenitalis, inclusief de verwekkers, de epidemiologie en de public health aspecten en preventie. Kennis van de belangrijkste groepen van antimicrobiële (antibacteriele en antivirale) middelen, inclusief werkingsmechanisme, resistentiemechanismen en principes voor een rationele keuze; kennis van de specifieke afweer (cellulaire immuniteit). - (Thema 6) Kennis van voor Nederland relevante importziekten, epidemiologie, behandeling en preventie. - (Thema 7) Kennis van systemische uitingen van infectieziekten, alsmede afwijkingen van het immuunsysteem (Immuundeficiënties, hyper- en dysfunctie van het immuunsysteem en de bijbehorende aspecten) Inhoud Het blok is opgebouwd uit 7 thema weken (zie leerdoelen) waarin de belangrijkste aspecten van infecties (bacteriologische, virologische en parasitologische), de diagnostiek hiervan, de afweer van de gastheer, en de behandeling aan de orde zullen komen. De themaweken beginnen met een aantal inleidende college s op dag 1, waarin zoveel mogelijk van de stof behandeld zal worden aan de hand van een of meerdere patiëntendemonstraties. Dag 2 bestaat in de regel uit zelfstudie, waar de behandelde stof van dag 1 wordt uitgediept door middel van zelfstudie opdrachten en waarin ook nieuwe (tentamen) stof aan de orde komt. Op Dag 3 of soms Dag 4 zullen er Werkcolleges plaatsvinden waarin de zelfstudie 13

15 opdrachten worden behandeld en er tijd is om vragen te stellen over de stof. Tevens wordt er een Microbiologisch Practicum gegeven, verspreid over twee dagen, waarin de student de basisprincipes van kweek en determinatie van bacteriën leert. De week wordt afgesloten met een minisymposium van 2 uur, waarin alle microbiologische, diagnostische en therapeutische achtergronden van een infectieziekte behorende bij het thema door de betrokken disciplines wordt behandeld. Indien passend in het thema of de actualiteit zullen ook gastdocenten van buiten het AMC hieraan deelnemen. Blok 1.5: Verpleeghulpstage De stage duurt vier opeenvolgende fulltime werkweken. De student werkt als verpleeghulp in een intramurale gezondheidszorginstelling: een ziekenhuis, een verpleeghuis of een instelling voor mensen met een lichamelijke en/of verstandelijke handicap. Leerdoelen Na afloop van de verpleeghulpstage, wordt de student geacht: kennis te hebben over: - wat het doel is van de zorg, hoe het georganiseerd is en hoe het wordt uitgevoerd (inhoud, taken en verantwoordelijkheden, samenwerking) inzicht te hebben in: - de belasting die het verblijf in de instelling voor een patiënt (en familie) met zich mee kan brengen; - de afhankelijke positie waarin een patiënt verkeert; - de bijdrage van de (wijze van) zorgverlening aan het welzijn van een patiënt; - zijn/haar functioneren als zorgverlener van patiënten en als lid van het team; - de persoonlijke en professionele vaardigheden die hij/zij heeft en gaat ontwikkelen. enige ervaring te hebben met vaardigheden als: - het leggen van contact met een patiënt; - het verlenen van basiszorg aan een patiënt; - het functioneren in teamverband. de opgedane inzichten en ervaringen te kunnen beschrijven in: - een casusbeschrijving; - een stageverslag. Inhoud Voor de meeste studenten betekent de verpleeghulpstage een eerste kennismaking met de praktijk van de gezondheidszorg en een eerste kennismaking met zichzelf als professioneel hulpverlener. Tijdens de stage heeft de student de positie van verpleeghulp en als taak het verlenen van basiszorg. Een deelopdracht voor de rode draad Farmacotherapie is geïntegreerd in de stage. Doel van de verpleeghulpstage is het verkrijgen van inzicht in de inhoud en het functioneren van de zorgverlening, de wijze waarop patiënten een verblijf in een instelling voor gezondheidszorg beleven en de betekenis van zorg voor het welzijn van patiënten. Bovendien ervaart de student hoe het is om zorg te verlenen aan patiënten en welke persoonlijke en professionele vaardigheden hij/zij heeft en gaat ontwikkelen. Blok 1.6: De driedimensionale mens Leerdoelen Aan het eind van blok 1.6 bezit de student kennis, inzicht en vaardigheden m.b.t.: - De topografie en terminologie van de structuren van de romp, waarbij de kennis wordt gebruikt om radiologische beelden van de romp te leren interpreteren en een relatie te leggen met verhoudingen van de structuren in de levende mens. 14

16 - De normale ontwikkeling van de lichaamsholten, de tractus digestivus en de tractus urogenitalis. - De student kent basaal de belangrijkste radiologische onderzoeksmethoden en principes. - De student kan de normale anatomie van de structuren van de romp op radiologische beelden herkennen en is in staat (grote) verstoringen van de anatomie op radiologische beelden te onderscheiden van de normale anatomie. - De student doet vaardigheden op met het doen van het lichamelijk onderzoek van de structuren van de romp. Tijdens het lichamelijk onderzoek zullen de bevindingen door middel van echografie worden gecontroleerd, zowel om het eigen handelen te controleren als ook kennis te krijgen over het gebruik van echografie. Inhoud De eerste dag van het blok zullen inleidende hoorcolleges worden gegeven vanuit de betrokken vakgroepen over de werkwijze tijdens het blok. De eerste week wordt besteed aan projectie anatomie in het stoffelijk overschot en aan het verkrijgen van ruimtelijk inzicht in radiologische beelden. In de tweede en derde week wordt de relatie gelegd tussen palpatie van organen / structuren in het stoffelijk overschot en bij palpatie bij elkaar tijdens het lichamelijk onderzoek. Er wordt dieper ingegaan op de radiologische beeldvorming bij verschillende orgaanstructuren aan de hand van macroscopische preparaten van de pathologie Het Lijnonderwijs Grootschalig Klinisch Lijnonderwijs leerdoelen De doelstelling van het grootschalig lijnonderwijs is om middels demonstratie en zoveel mogelijk interactief onderwijs de studenten het klinisch redeneren bij te brengen aan de hand van echte patiënt casus. De volgende uitgangspunten zijn daarbij van belang: 1. een lijncollege gaat altijd uit van een klacht of een symptoom 2. een klinisch lijncollege is altijd een college met patiënt (eventueel video) 3. de nadruk bij het college ligt op de differentiaal diagnostiek uitgaande van een klacht. Het is niet de bedoeling uitputtend onderwijs te geven over de verschillende ziektebeelden. Wel wordt ingegaan op de therapie (met name overwegingen bij de keuze van therapie, zowel farmacotherapie als andere vormen van therapie) Inhoud Het grootschalig lijnonderwijs is opgezet in thema s die zijn geclusterd rond klachten (b.v. buikpijn) en waarin door verschillende afdelingen onderwijs zal worden gegeven. De gekozen thema s overlappen voor 100% met de klachtenclusters zoals genoemd in het raamplan. Om tussen het onderwijs van verschillende afdelingen een zo goed mogelijke interactie te hebben wordt per thema het onderwijs op elkaar afgestemd door: - overleg vooraf over te behandelen patiënt/probleem - het gezamenlijk geven van colleges door verschillende afdelingen - per afdeling het onderwijs per jaarcohort door één of hooguit twee docenten te laten verzorgen om de continuïteit te garanderen. Dit zal ook de afstemming vergemakkelijken. e Naast de thematische indeling is er ruimte (ca. 15% van de uren, in het 1 jaar meer) voor varia, waarbij een afdeling een op dat moment toevallig aanwezig interessante patiënt kan demonstreren, of een poliklinisch college met meer problemen binnen 1 uur kan geven, of aandacht kan geven aan een onderwerp dat door de keuze van gedemonstreerde problemen 15

17 dat jaar anders wat te weinig aan bod kan komen. Tenslotte zal 5% van de uren worden ingevuld met colleges die betrekking hebben op medische actualiteit. In de opbouw van het lijnonderwijs over de jaren zit een toenemende complexiteit. Globaal ziet deze er als volgt uit: - jaar 1: systematiek van anamnese, lichamelijk onderzoek, aanvullend onderzoek, diagnose en therapie - jaar 2 en 3: differentiaal diagnostiek en therapie van niet-complexe problemen - jaar 3 en 4: differentiaal diagnostiek en therapie van complexe problemen Klinisch Lijn kleinschalig(theoretisch-onderwijs) Leerdoelen Aan het einde van de doctorale fase beschikt de student over: - Op I/T-niveau 8 : kennis van de methodologie van het klinisch denken en handelen en kan deze toepassen t.b.v. de diagnostiek bij klinische problemen van individuele patiënten met niet- of weinig-gespecificeerde klachten en symptomen, alsmede bij de behandeling en begeleiding van acute en chronische patiënten; - Op I/T-niveau: vaardigheid in toepassing bij individuele patiënt-problemen van eerder verworven kennis over patho-biologische en patho-psychologische mechanismen, de systematische ziekteleer en indicatiestelling voor onderzoek en behandeling en de principes van de klinische methodologie; - Op I/T-niveau: de psychomotorische, perceptuele, sociale en communicatieve vaardigheid die noodzakelijk is voor de klinische besluitvorming en behandeling, waaronder tenminste begrepen zijn de vaardigheden van anamnese techniek, de techniek van het algemeen lichamelijk onderzoek, algemene gespreksvaardigheid in klinische situaties en in beperkte mate vaardigheid m.b.t. verslaglegging, labo- ratoriumonderzoek, specifieke diagnostiek en therapie; - Een attitude die bevorderend is voor een adequate hulpverlening aan individuele patiënten en voor een optimale samenwerking met personen, werkzaam in de verschillende disciplines. Naar de aard van de doelstellingen kan gesteld worden dat het lijnonderwijs, vanaf het begin van de studie, gericht is op een algemene klinische competentie, m.a.w. op de einddoelstellingen van de opleiding. Kwalitatief zijn er dus geen verschillen met de doelstellingen van de co-schappen fase. Het nagestreefde niveau is wel verschillend. Waar de co-schappen fase zich richt op het P-niveau (professioneel niveau), is de doctoraalfase gericht op het I/T-niveau (inzicht en toepassing). Het bedoelde niveau van deze doelstellingen is dus het niveau dat vereist is voor een adequate vervulling van klinische stages (co-assistentschappen). Kenmerkend voor het hele klinisch lijnonderwijs is dat klachten en symptomen of andere patiëntgebonden aspecten van ziekte en gezondheid voorop staan. Dit verschilt van de benadering in de blokken waar als regel de systematiek van de ziektebeelden en hun achterliggende oorzaken voorop staat. Inhoud Het kleinschalig theoretisch klinisch lijnonderwijs (workshops klinische besluitvorming) is gericht op de training van klinisch probleemoplossen (clinical reasoning) en bestaat uit actieve oefening door alle studenten in het hanteren van klinische situaties, waarbij tevens een systematische toepassing van pathobiologische kennis uit de blokken wordt nagestreefd. Het kleinschalig theoretisch lijnonderwijs vormt een integratie van de diverse sublijnen. Het 8 Voor omschrijving niveau-aanduiding zie bijlage 1 16

18 onderwijs is niet primair gericht op kennisoverdracht door de docent (hiervoor dient het grootschalig lijnonderwijs), maar op actieve oefening door studenten. De docent zal in dit onderwijs de rol vervullen van commentator (indien nodig) en stuurder van het proces van kennisverwerving door de studenten. Ook zal de docent een zekere controlefunctie vervullen, waarbij wordt aangetekend in hoeverre studenten zich hebben voorbereid en in staat zijn de klinische probleemstelling adequaat op te lossen. Voor iedere bijeenkomst worden alle studenten geacht zich te hebben voorbereid. De voorbereiding omvat minimaal de opgegeven verplichte studiestof voor de betreffende bijeenkomst. Deze stof bestaat uit herhaling van de klinisch relevante stof uit voorgaande blokken, gerelateerd aan een klinische probleemstelling die onderwerp is van de bijeenkomst. Via internet wordt het eerste gedeelte van de casus zelf gemaakt. De betreffende casus wordt in ongeveer drie weken van te voren op blackboard geplaatst. De casus wordt door de student uiterlijk twee dagen voor het practicum voltooid. Vaardigheidsonderwijs Bij de inrichting van het vaardigheidsonderwijs staan vier zaken centraal: a. De verschillende vaardigheden worden beter aangeleerd door een herhaalfactor in te bouwen. b. Door invoering van meerdere toetselementen wordt de leerprikkel verhoogd. c. Er vindt een toenemende integratie plaats met de kliniek. d. Er wordt aandacht besteed aan de integratie van fysische diagnostiek en communicatieve vaardigheden. Deze doelstellingen worden op de volgende wijze verwezenlijkt: In het eerste jaar tijdens het blok de driedimensionale mens vindt een eerste kennismaking plaats met de principes fysische diagnostiek van hart, longen en abdomen. Hierbij zijn, naast anatomen en radiodiagnosten, ook huisartsen en chirurgen betrokken. In het tweede studiejaar kan de kennis worden uitgediept en de fysische diagnostiek worden verfijnd in een viertal practica van elk 2 uur, gegeven door de huisartsengroep. Bij deze practica wordt een integratie nagestreefd met de communicatieve vaardigheden en tevens een begin gemaakt met integratie met de kliniek. Aan het einde van elke practicumbijeenkomst wordt van iedere student een proeve van bekwaamheid gevraagd, die afgetekend dient te worden door de docent. (V2,V4,V6,V8). Bij de V8 wordt nauw samengewerkt met de afdeling radiologie. In dit jaar wordt ook een begin gemaakt met onderwijs in het obstetrisch onderzoek (V10). In het derde studiejaar wordt opnieuw de fysische diagnostiek van het abdomen behandeld, maar nu door de afdeling heelkunde. Hierbij wordt dieper ingegaan op de klinische aspecten. Ook hier wordt aandacht gegeven aan de communicatieve vaardigheden tijdens het onderzoek. Tevens dienen alle studenten aan het eind van dit practicum een proeve van bekwaamheid af te leggen. (V16). Het neurologisch onderzoek wordt in dit jaar onderwezen (V12). Tevens vindt een practicum gynaecologisch onderzoek plaats (V22). Het urologisch/andrologisch onderzoek komt aan de orde waarbij gebruik wordt gemaakt van fantomen (V21). In het vierde jaar vindt in 3x 2uur instructie plaats van onderzoek van het bewegingsapparaat (V26,V27,V28). 17

19 In dit jaar wordt ook de toets fysische diagnostiek gedaan. Deze dient als ingangsvoorwaarde voor de co-schappen. Naast deze vastgeroosterde onderdelen is er ruimschoots gelegenheid om zelfstandig of met supervisie te oefenen in het predoktercentrum. Dit kan gedurende het gehele studiejaar. In de eerste twee weken van het precoschap, die vooraf gaan aan de eerste serie co-schappen vindt een uitbreiding van de vaardigheden plaats door het gynaecologisch onderzoek te herhalen op het fantoom, gevolgd door een les waarbij het vaginaal toucher wordt behandeld en wordt geoefend op een docent gynaecologisch onderzoek die daarop de student van feedback voorziet. Ook een rectaal toucher wordt op die manier geoefend met inzet van een mannelijke docent. In de derde week van het precoschap, dat is gepland na de eerste serie co-schappen wordt het neurologisch onderzoek herhaald en vindt een les orthopedisch onderzoek plaats. In de co-schappen wordt de lijn vaardigheid doorgezet in de KLOP (klinische oefenpractica) en de bedsideteaching en de persoonlijke begeleiding van de co-assistent door de begeleiders op de onderscheiden afdelingen Draad- en themaonderwijs Zoals al is vermeld, zal in het nieuwe curriculum sprake zijn van 2 roden draden (Klinische en wetenschappelijke methodologie; Farmacologie en farmacotherapie) en 3 longitudinale thema s (Academische vorming in engere zin, Populatie-epidemiologie en Moleculaire fysiologie). Een rode draad is een longitudinale inweving in het curriculum van onderwerpen die in het oude curriculum deficiënt waren en om die reden in het nieuwe curriculum speciale aandacht behoeven. De toetsing van de rode draden wordt in het volgende hoofdstuk (6.1) beschreven. Hieronder vindt u de inhoud en leerdoelen van de draden en thema s. Rode draad Farmacologie & Farmacotherapie Leerdoelen Kennis: - Kennis van de algemene principes van de farmacodynamiek en farmacokinetiek (soorten receptoren, second messengers, (volledige/partiële) agonist, (volledige/partiële) antagonist, Emax, EC50, LD50, potentie, therapeutische breedte, absorptieprocessen, metabolisatie, distributie, eliminatie, halfwaardetijd, verdelingsvolume, eiwitbinding, klaring, cytochromen, soorten bijwerkingen, interacties, farmacovigilantie) - Kennis van de belangrijkste groepen geneesmiddelen (werkingsmechanisme, (contraindicatie, bijwerkingen) - Kennis van de basisprincipes van farmacotherapie Vaardigheden: - Het kritisch kunnen beoordelen van informatie over (nieuwe) geneesmiddelen uit diverse bronnen (wetenschappelijke literatuur, richtlijnen, artsenbezoekers, reclame-materiaal) - Het zelfstandig, op basis van de beschikbare informatie, kiezen van een adequate (niet- )medicamenteuze therapie voor een specifieke patiënt. In geval van medicamenteuze therapie: het kiezen voor een voor deze patiënt geschikt preparaat. - Het kiezen van de juiste toedieningsvorm, dosering, dosisintervallen en therapieduur. - Het correct kunnen schrijven van een recept. - Het op de juiste wijze kunnen toedienen van een geneesmiddel (zetpil, i.m., s.c., i.v.) - Het op adequate wijze aan een patiënt kunnen uitleggen wat de te verwachten effecten en problemen van medicamenteuze behandeling zijn. 18

20 Een aantal leerdoelen onder vaardigheden (m.n. 7 en 8, 6 gedeeltelijk) zullen pas aan het eind van de co-assistentschappen behaald worden. Rode draad Klinische & Wetenschappelijke Methodologie Met behulp van deze rode draad wordt de student vertrouwd gemaakt met fundamentele en klinische onderzoeksmethoden, de toepassing van evidence-based medicine (EBM) en klinisch redeneren. Ook het opdoen van presentatievaardigheden hoort thuis in deze rode draad. leerdoelen - Kennis hebben van wat fundamenteel biomedisch wetenschappelijk onderzoek inhoudt en de technieken die daarbij gangbaar zijn (overzichtniveau). - Kennis hebben van en inzicht in diverse onderzoeksdesigns in patiëntgebonden wetenschappelijk onderzoek (bijv. diagnostische, interventie- en prognostische studies) en de resultaten en effectparameters van deze studies kunnen interpreteren (inzichtniveau). - Kunnen begrijpen en (in het Engels) samenvatten van een medisch wetenschappelijk artikel (inzichtniveau). - Mondelinge en schriftelijke presentatievaardigheden (toepassingniveau). Thema Populatie-epidemiologie Dit thema is onder te verdelen in twee aspecten: a.) Volksgezondheid en (collectieve) preventie Het begrip volksgezondheid wordt gedefinieerd als de omvang en de spreiding van ziekte, handicap en sterfte in een bevolking. Preventie wordt beschouwd als het geheel aan maatregelen die gericht zijn op terugdringen van gezondheidsproblemen in die bevolking. Het collectieve public health perspectief vormt in de geneeskunde een noodzakelijke aanvulling op het perspectief van de individuele patiënt: - het geeft namelijk inzicht in hoe vaak individuele artsen in hun praktijk met een bepaald gezondheidsprobleem/ziekte geconfronteerd worden; - het levert een bijdrage aan het begrijpen van de oorzaken van gezondheidsproblemen; - het geeft inzicht in de gezondheidseffecten van interventies ter verbetering van de volksgezondheid. b.) Diversiteit De term diversiteit wordt in dit kader gebruikt om verschillen aan te duiden tussen patiënten die van invloed kunnen zijn op de gezondheid van die patiënt, of op diens presentatie, beleving van zijn gezondheid etc. Verschillen naar geslacht, etnische herkomst etc. reflecteren hele verschillende onderliggende kenmerken, zoals biologische kenmerken (sekse), sociale rollen en verantwoordelijkheden (gender, sociale klasse), cultuur (etnische herkomst, sociale klasse) etc. De diversiteit in de bevolking naar (onder meer) sekse en etniciteit, heeft implicaties voor de volksgezondheid, collectieve preventie en individuele zorgverlening door artsen. Thema Academische Vorming Academische vorming omvat een breed spectrum van onderwerpen en omvat meer dan alleen wetenschappelijke vorming. De volgende onderwerpen zijn te onderscheiden: Reflectieve vaardigheden, kennis, creativiteit en argumentatieve vaardigheden met betrekking tot.: - medische ethiek & gezondheidsrecht - geschiedenis van de geneeskunde 19

21 - (wetenschaps)filosofie - maatschappelijke aspecten Leerdoelen Een overzicht hebben van de geschiedenis van het vakgebied en ziekteclassificaties (overzichtniveau). - Kennis hebben van ethische en juridische aspecten en dilemma s in de gezondheidszorg (overzichtniveau). - Kennis hebben van de doelen en idealen in de geneeskunde, maar ook de grenzen ervan t.a.v. therapeutische mogelijkheden (overzichtniveau). Thema Moleculaire Fysiologie De moleculaire fysiologie laat de student kennis maken met de belangrijkste moleculen die de levensverrichtingen beheersen. Met nadruk worden die moleculen geïntroduceerd die voor een goed begrip van de cel-, weefsel en lichaamsfuncties, en vooral het ontsporen daarvan, nodig zijn. Niet alleen de moleculen zelf, maar ook de wijze waarop ze worden bestudeerd komen uitgebreid aan de orde. De moleculaire fysiologie lijn haakt aan bij de thematiek van een blok en vorm daarmee een natuurlijk geheel. Zo komen in het eerste jaar in de meer celpathologie-georiënteerde blokken de moleculen betrokken bij de sturing van het genoom uitgebreid aan de orde inclusief de moleculair biologische technieken die de moderne arts en medisch-biologisch onderzoeker ten dienste staan. Maar ook de moleculen van de stofwisseling en embryogenese passeren de revue, telkens in het licht van de ziekten die daarmee samenhangen. In de latere jaren zijn het de moleculen die bijdragen aan de orgaanfunctie en de regeling daarvan die belicht worden. Op deze manier worden de grote bijdragen van de moleculaire biologie en het humane genoom project bij het begrijpen van het ontstaan van ziekten ingebed in Curius. 5.2 De doctorale fase van Curius In jaar 2 en 3 wordt verdiepend gewerkt aan de hand van blokken die klinische en preklinische kennis integreren. De blokken in deze jaren zijn over het algemeen gekoppeld aan een orgaansysteem, en heten: Voortplanting en ontwikkeling, Cardiovasculaire aandoeningen, Longziekten en gaswisselingsstoornissen, Maag-, darm en leverziekten, Ziekten van het zenuwstelsel, Nieren en urinewegen, Psychiatrie, en Oncologie en bloed. Uiteraard zijn ook in deze jaren de klinische lijn, de rode draden en de longitudinale thema s verwerkt. In het tweede jaar doorloopt de student enkele juniorco-schappen. Verder is er in deze jaren, zoals hierboven al genoemd, veel ruimte voor keuzeonderwijs (een halve dag per week, plus 2 blokken van 4 weken). Er zullen veel modules worden aangeboden door afdelingen in het AMC, maar het is ook mogelijk om vakken buiten het AMC te volgen. In het vierde jaar wordt een hoger niveau van integratie nagestreefd. Er zijn twee blokken waarin de kennis die in de eerste jaren is opgedaan, wordt samengenomen en verdiept (t.w. Ziekte, gedrag en samenleving en Multi-orgaanziekten en milieu-intérieur). Vooral dat laatste blok is ook bedoeld als voorbereiding op de co-schappen. Daarna volgt een wetenschappelijke stage van 16 weken. Het curriculum is zo opgezet dat er in de vroege jaren relatief meer aandacht is voor de basisvakken, en naarmate de studie vordert steeds meer voor de kliniek. Doel daarvan is om de student steeds meer vanuit de klinische situatie, dus als een dokter, naar patiëntproblemen te laten kijken en zo een goede voorbereiding op de co-schappen te bieden. 20

Overgangsregeling Curius naar Curius+, Ongedeelde Opleiding Geneeskunde

Overgangsregeling Curius naar Curius+, Ongedeelde Opleiding Geneeskunde Overgangsregeling Curius naar Curius+, Ongedeelde Opleiding Geneeskunde De overgangsregeling is in eerste instantie bedoeld voor studenten, die per 1 september 2008 zijn gestart met de opleiding (cohort

Nadere informatie

Academisch Medisch Centrum Universiteit van Amsterdam

Academisch Medisch Centrum Universiteit van Amsterdam Boekenlijst t.b.v. de zij-instroom Master Geneeskunde kennistoets Academisch Medisch Centrum Onderwerpen van de kennistoets Fysiologie van hart & circulatie, nieren en longen Moleculaire biologie Celbiologie

Nadere informatie

Universiteit Opleiding Cursus Beschrijving Link. Vaardigheidsonderwijs 2e jaar

Universiteit Opleiding Cursus Beschrijving Link. Vaardigheidsonderwijs 2e jaar Overzicht bachelorcursussen Dit overzicht geeft een groot aantal bachelorcursussen weer die aandacht besteden cultuur en/of gender op het gebied van gezondheidszorg. Het overzicht betreft cursussen uit

Nadere informatie

Samenvatting leerstof Geriatrie opleiding

Samenvatting leerstof Geriatrie opleiding Samenvatting leerstof Geriatrie opleiding Klinisch redeneren doen we in feite al heel lang. VUmc Amstel Academie heeft hiervoor een systematiek ontwikkeld, klinisch redeneren in 6 stappen, om gedetailleerd

Nadere informatie

Titel: Interne Geneeskunde: van symptoom naar diagnose

Titel: Interne Geneeskunde: van symptoom naar diagnose Titel: Interne Geneeskunde: van symptoom naar diagnose ONDERTITEL: Iedere dokter die deze minor niet volgt, heeft daar een leven lang spijt van. Wie wel deelneemt is een leven lang comfortabel. Interne

Nadere informatie

Raamplan Artsopleiding 2009

Raamplan Artsopleiding 2009 Raamplan Artsopleiding 2009 Prof. dr. Roland Laan UMC St Radboud Nijmegen Onderwerpen - Historie en Doel - Student wordt Arts; wordt Specialist - Rollen en competenties - Kennis, vaardigheden en attitudes

Nadere informatie

Klinisch Redeneren. Leereenheid. Verpleegkundige Vervolgopleidingen

Klinisch Redeneren. Leereenheid. Verpleegkundige Vervolgopleidingen Klinisch Redeneren Leereenheid Verpleegkundige Vervolgopleidingen November 2014 2 Leereenheid Klinisch Redeneren VUmc Amstel Academie De Boelelaan 1109 1081 HV Amsterdam www.amstelacademie.nl November

Nadere informatie

Verwacht niveau in de co-schappen

Verwacht niveau in de co-schappen Verwacht niveau in de co-schappen Het gehele co-schap is verdeeld in vier fasen. Enerzijds verschillende deze fasen inhoudelijk van elkaar omdat ze bij verschillende afdelingen en specialismen plaatsvinden,

Nadere informatie

Van Klacht tot Patiënt

Van Klacht tot Patiënt Van Klacht tot Patiënt Master I-fase 1 Toelichting Achtergrondinformatie In de fase tot het doctoraal examen krijgt u een visie op de taak van de arts aangereikt, die wordt bepaald door de gedachte dat

Nadere informatie

Bachelorproject (15 EC), BSK. Docent: MSc, Drs. C. Nagtegaal

Bachelorproject (15 EC), BSK. Docent: MSc, Drs. C. Nagtegaal Vakbeschrijvingen derde jaar EBM: In het derde jaar volg je enkele verdiepende vakken, schrijf je de bachelorscriptie en heb je een vrije keuzeruimte. Je kunt deze ruimte invullen met keuzevakken (o.a.

Nadere informatie

Integrale lichaamsmassage

Integrale lichaamsmassage Integrale lichaamsmassage Eindtermen theorie: - De therapeut heeft kennis van anatomie/fysiologie en pathologie m.b.t. Integrale lichaamsmassage; - De therapeut is zich ervan bewust dat een massage behandeling

Nadere informatie

Toetsplan Masteropleiding Midden-Oosten Studies

Toetsplan Masteropleiding Midden-Oosten Studies Toetsplan Masteropleiding Studies 2017-2018 JAAR 1 semester 1 Blok 1 Blok 2 vaktitel vakcode week 1-7 colleges week 8/9/10 (her)toetsing week 11-17 colleges week 18/19/20 (her)toetsing Conflicten in het

Nadere informatie

Onderwijsregeling VI Keuzeonderwijs Bacheloropleiding Geneeskunde Curius+

Onderwijsregeling VI Keuzeonderwijs Bacheloropleiding Geneeskunde Curius+ Onderwijsregeling VI Keuzeonderwijs Bacheloropleiding Geneeskunde Curius+ juli 2014 ingangsdatum 1 september 2014 Algemeen Het verplichte keuzeonderwijs beslaat 10 ec in studiejaar 2 (keuzevakken) en 10

Nadere informatie

Vrijstellingsregeling voor Overstap van GNK Bachelor curriculum 2007 naar 2012

Vrijstellingsregeling voor Overstap van GNK Bachelor curriculum 2007 naar 2012 Vrijstellingsregeling voor Overstap van GNK Bachelor curriculum 2007 naar 2012 Vastgesteld door de EC op 2 september 2013 1 Opgesteld door Aandachtsgroep Overgangsregeling Voorzitter Mw. J.H.M. Schonk

Nadere informatie

BACHELORJAAR 1 OPLEIDINGSONDERDEEL Leerlijn 1 : Medische kennis. Biologie: basis van het leven 6. De cel: biomoleculen en metabolisme 10

BACHELORJAAR 1 OPLEIDINGSONDERDEEL Leerlijn 1 : Medische kennis. Biologie: basis van het leven 6. De cel: biomoleculen en metabolisme 10 BACHELORJAAR 1 Biologie: basis van het leven 6 De cel: biomoleculen en metabolisme 10 De cel: structuur en functie 6 De cel: moleculaire biologie en signaaltransductie 6 De cel: van cel naar weefsel 7

Nadere informatie

Eindtermen voor de vervolgopleiding tot oncologie verpleegkundige

Eindtermen voor de vervolgopleiding tot oncologie verpleegkundige Eindtermen voor de vervolgopleiding tot oncologie verpleegkundige De beschrijving van de eindtermen voor de vervolgopleiding tot oncologie verpleegkundige is ontleend aan het deskundigheidsgebied van de

Nadere informatie

Programma van toetsing

Programma van toetsing Programma van toetsing Inleiding In samenwerking met onderwijskundige experts hebben we ons programma van toetsing ontworpen. Het programma van toetsing is gevarieerd en bevat naast kennistoetsen en beoordelingen

Nadere informatie

Pilot nieuwe functie: Het concept ziekenhuisarts Het belang van generalisten in het ziekenhuis. Abe Meininger UMCG

Pilot nieuwe functie: Het concept ziekenhuisarts Het belang van generalisten in het ziekenhuis. Abe Meininger UMCG Pilot nieuwe functie: Het concept ziekenhuisarts Het belang van generalisten in het ziekenhuis Abe Meininger UMCG Vergrijzing, multimorbiditeit en chronische zorg Zorgcomplexiteit neemt toe Te hoge kosten,

Nadere informatie

Mastertrack, Klinische Forensische Psychologie

Mastertrack, Klinische Forensische Psychologie Mastertrack, Klinische Forensische Psychologie 5. Klinisch Forensische Psychologie 5.1 Doelgroep, toelatingseisen, selectie De track Klinisch Forensische Psychologie is in principe toegankelijk voor studenten

Nadere informatie

Bachelor VUmc-compas 15 Overgangsregeling. Prof.dr. Anton Horrevoets, Programmaleider Bachelor GNK

Bachelor VUmc-compas 15 Overgangsregeling. Prof.dr. Anton Horrevoets, Programmaleider Bachelor GNK Bachelor VUmc-compas 15 Overgangsregeling Prof.dr. Anton Horrevoets, Programmaleider Bachelor GNK Vumc compas 2015 Voldoen aan wettelijk raamwerk academische bachelor (OCW): Wet kwaliteit in verscheidenheid

Nadere informatie

Eindtermen. Eindtermen Praktijk: Eindtermen Voetreflextherapeut.doc 1

Eindtermen. Eindtermen Praktijk: Eindtermen Voetreflextherapeut.doc 1 Eindtermen Voetreflexzonetherapie: Eindtermen theorie: - De therapeut behandelt vanuit een holistische mensvisie en stelt binnen het kader van beroepsprofiel het lichamelijk en geestelijk functioneren

Nadere informatie

Praktijkopdracht Klinisch Redeneren

Praktijkopdracht Klinisch Redeneren Praktijkopdracht Klinisch Redeneren Inleiding Via deze praktijkopdracht werk je aan je verpleegkundige vakdeskundigheid. De opdracht helpt je om achtergrondkennis te verwerven van de patiënten binnen het

Nadere informatie

BEOORDELINGSFORMULIER STAGES BACHELOR NIVEAU 3

BEOORDELINGSFORMULIER STAGES BACHELOR NIVEAU 3 Faculteit Geesteswetenschappen BEOORDELINGSFORMULIER STAGES BACHELOR NIVEAU 3 Onderstaand formulier betreft de beoordeling van het stageverslag en het onderzoeksverslag. Deze wordt door de begeleidende

Nadere informatie

FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA. ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Masterschool Life and Earth Sciences studiejaar 2008-2009

FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA. ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Masterschool Life and Earth Sciences studiejaar 2008-2009 UNIVERSITEIT VAN AMSTERDAM FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Masterschool Life and Earth Sciences studiejaar 2008-2009 DE MASTEROPLEIDING BIOMEDICAL

Nadere informatie

Culture, Organization and Management Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - P Culture Organization and Management -

Culture, Organization and Management Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - P Culture Organization and Management - Culture, Organization and Management Vrije Universiteit Amsterdam - der Sociale Wetenschappen - P Culture Organization and Management - 2014-2015 Vrije Universiteit Amsterdam - der Sociale Wetenschappen

Nadere informatie

OVERZICHT EINDTERMEN FARMEDUCA

OVERZICHT EINDTERMEN FARMEDUCA 1. Inleiding OVERZICHT EINDTERMEN FARMEDUCA Beroepsprofiel en eindtermen De Eindtermen van Farmeduca zijn opgesteld om als handvatten te dienen bij het vormgeven van de initiële opleiding voor artsenbezoekers.

Nadere informatie

Medical Imaging/ Radiation Oncology Masteropleiding Haarlem

Medical Imaging/ Radiation Oncology Masteropleiding Haarlem Medical Imaging/ Radiation Oncology Masteropleiding Haarlem Gezondheid, Sport en Welzijn Masteropleiding Medical Imaging/ Radiation Oncology Verschillende studies laten zien dat de druk op de gezondheidszorg

Nadere informatie

Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte

Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte Beste student, U heeft onlangs alle onderdelen van uw bacheloropleiding Wijsbegeerte afgerond en kunt nu het BA-diploma aanvragen. Het bestuur van het Instituut voor

Nadere informatie

Eindtermen vervolgopleiding intensive care verpleegkundige

Eindtermen vervolgopleiding intensive care verpleegkundige Eindtermen vervolgopleiding intensive care verpleegkundige De beschrijving van de eindtermen voor de vervolgopleiding tot intensive care verpleegkundige is ontleend aan het deskundigheidsgebied intensive

Nadere informatie

Docenten voor Docenten

Docenten voor Docenten Docenten voor Docenten 25 september 2018 FA-MA101 Chronische aandoeningen Marianne Verdel, coördinator Opbouw master Farmacie CUR2016 jaar blok 1 1.1 1.2 blok 2 blok 3 blok 4 2.1 2.2 3.1 3.2 4.1 4.2 1

Nadere informatie

Docenten voor Docenten FA-MA104 Farmacie in praktijk

Docenten voor Docenten FA-MA104 Farmacie in praktijk Faculteit Bètawetenschappen Departement Farmaceutische Wetenschappen Docenten voor Docenten FA-MA104 Farmacie in praktijk Lenneke Minjon 26 september 2018 26 september 2018 2 Inhoud Organisatie Plaats

Nadere informatie

Nascholing Verpleegkundig Specialisten / Physician Assistants

Nascholing Verpleegkundig Specialisten / Physician Assistants Zorg en Welzijn Algemeen U werkt als verpleegkundig specialist (VS) of physician assistant (PA) al enige tijd binnen de patiëntenzorg in de eerste of tweede lijn. Gesubstitueerde taken zijn onderdeel van

Nadere informatie

Toetsregeling Beroepsvaardigheden en thema s B1.1

Toetsregeling Beroepsvaardigheden en thema s B1.1 Toetsregeling Beroepsvaardigheden en thema s B. studiejaar 25-26 Bacheloropleiding Geneeskunde Radboudumc Deze regeling is van kracht vanaf 3 augustus 25. ) Begripsbepaling Het tentamen Beroepsvaardigheden

Nadere informatie

Dedicated Schakeljaar Vitale Functies

Dedicated Schakeljaar Vitale Functies Dedicated Schakeljaar Vitale Functies 1. Inleiding Het schakeljaar vormt de verbinding tussen de studie geneeskunde en de vervolgopleidingen. De student leert te functioneren op het niveau van een beginnende

Nadere informatie

Hbo-bachelor verloskunde

Hbo-bachelor verloskunde Hbo-bachelor verloskunde zaterdag 8 november 2014 algemene informatie opleiding Willeke Boom, Teamleider propedeuse Korine Meulepas, Teamleider postpropedeuse Jasper de Jong, student Janneke Mathijssen,

Nadere informatie

Kwaliteit van opleiding

Kwaliteit van opleiding Bedoeling Card 1 Kwaliteit van opleiding De kwaliteit van de opleiding is ons primaire doel en een noodzakelijk onderdeel van onze professie. Aios hebben voldoende mogelijkheden nodig voor werkplekleren

Nadere informatie

Programma van toetsing tot september 2015 Versie 1.1 Con Amore B.V.

Programma van toetsing tot september 2015 Versie 1.1 Con Amore B.V. Programma van toetsing tot september 2015 Programma van toetsing tot september 2015 Versie 1.1 Con Amore B.V. Inleiding Voor studenten die zijn begonnen met het curriculum voor september 2015 is het oude

Nadere informatie

Curriculumevaluatie BA Filosofie

Curriculumevaluatie BA Filosofie Curriculumevaluatie BA Filosofie Beste student, U heeft onlangs het laatste onderdeel van uw bacheloropleiding Filosofie afgerond en staat op het punt het bachelorexamen aan te vragen. Om de kwaliteit

Nadere informatie

Minor Taal en Gehoor - track voor universitaire studenten

Minor Taal en Gehoor - track voor universitaire studenten Minor Taal en Gehoor - track voor universitaire studenten 2017-2018 I Hier vind je de beschrijvingen van de vakken in de minor. Meer inhoudelijke informatie over de minor vind je op minor.vu.nl. II Inhoudsopgave

Nadere informatie

Culture, Organization and Management Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - P Culture Organization and Management -

Culture, Organization and Management Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - P Culture Organization and Management - Culture, Organization and Management Vrije Universiteit Amsterdam - - P Culture Organization and Management - 2013-2014 Vrije Universiteit Amsterdam - - P Culture Organization and Management - 2013-2014

Nadere informatie

Eindtermen voor de vervolgopleiding tot spoedeisende hulp verpleegkundige

Eindtermen voor de vervolgopleiding tot spoedeisende hulp verpleegkundige Eindtermen voor de vervolgopleiding tot spoedeisende hulp verpleegkundige De beschrijving van de eindtermen voor de vervolgopleiding tot spoedeisende hulp verpleegkundige is ontleend aan het deskundigheidsgebied

Nadere informatie

Minor in het buitenland 2016-2017 Mogelijkheden bij de opleiding Geneeskunde

Minor in het buitenland 2016-2017 Mogelijkheden bij de opleiding Geneeskunde Internationalisering Minor in het buitenland 2016-2017 Mogelijkheden bij de opleiding Geneeskunde Minor algemeen Alle studenten van de Erasmus Universiteit Rotterdam (EUR) volgen in het derde Bachelorjaar

Nadere informatie

Verstandelijke Beperking en Psychiatrie; praktijk richtlijnen

Verstandelijke Beperking en Psychiatrie; praktijk richtlijnen Verstandelijke Beperking en Psychiatrie; praktijk richtlijnen Congres Focus op Onderzoek, 22 juni 2015 Gerda de Kuijper, AVG/senior senior onderzoeker CVBP/UMCG Dederieke Festen AVG/senior onderzoeker

Nadere informatie

Minor Taal en Gehoor - track voor logopediestudenten

Minor Taal en Gehoor - track voor logopediestudenten Minor Taal en Gehoor - track voor logopediestudenten 2017-2018 I Hier vind je de beschrijvingen van de vakken in de minor. Meer inhoudelijke informatie over de minor vind je op minor.vu.nl. II Inhoudsopgave

Nadere informatie

Biologie inhouden (PO-havo/vwo): Dynamisch evenwicht

Biologie inhouden (PO-havo/vwo): Dynamisch evenwicht Biologie inhouden (PO-havo/vwo): Dynamisch evenwicht kerndoelen primair onderwijs kerndoelen onderbouw havo bovenbouw exameneenheden vwo bovenbouw exameneenheden 34: De leerlingen leren zorg te dragen

Nadere informatie

Programma van toetsing

Programma van toetsing Programma van toetsing Programma van toetsing Versie 1.1 Con Amore B.V. Inleiding In samenwerking met onderwijskundige experts hebben we een nieuw programma van toetsing ontworpen. We zijn afgestapt van

Nadere informatie

Inhoud. Introductie tot de cursus

Inhoud. Introductie tot de cursus Inhoud Introductie tot de cursus 1 De functie van de cursus 7 2 De inhoud van de cursus 7 2.1 Voorkennis 7 2.2 Leerdoelen van de cursus 7 2.3 Opbouw van de cursus 8 2.4 Leermiddelen 8 3 Gebruiksaanwijzing

Nadere informatie

Inhoud. Woord vooraf 9. Over de auteurs 11

Inhoud. Woord vooraf 9. Over de auteurs 11 Inhoud Woord vooraf 9 Over de auteurs 11 1 Inleiding 12 1.1 Geschiedenis 12 1.2 Wettelijke bepalingen 14 1.3 Het verstrekken van geneesmiddelen door verpleegkundigen 18 1.4 Medicatiefouten 21 1.5 Therapietrouw

Nadere informatie

De opleiding tot Restauratief Tandarts van de Nederlands Vlaamse Vereniging voor Restauratieve Tandheelkunde

De opleiding tot Restauratief Tandarts van de Nederlands Vlaamse Vereniging voor Restauratieve Tandheelkunde De opleiding tot Restauratief Tandarts van de Nederlands Vlaamse Vereniging voor Restauratieve Tandheelkunde 1. Inleiding Vanuit de tandheelkundige praktijk komt de vraag naar een gedifferentieerde tandarts

Nadere informatie

Het onderwijsprogramma van de opleidingen Pedagogiek mei 2013

Het onderwijsprogramma van de opleidingen Pedagogiek mei 2013 Bijlage 7: Het onderwijsprogramma van de opleidingen Pedagogiek mei 2013 Visie opleidingen Pedagogiek Hogeschool van Amsterdam Wij dragen als gemeenschap en daarom ieder van ons als individu, gezamenlijk

Nadere informatie

Verkorte blauwdruk WO-masteropleiding Verloskunde

Verkorte blauwdruk WO-masteropleiding Verloskunde Verkorte blauwdruk WO-masteropleiding Verloskunde 1 1. Korte typering van de master verloskundige De zorgvraag en zorgbehoefte in de geboortezorg veranderen: - Toenemende complexiteit van de individuele

Nadere informatie

Verstandelijke Beperking en Psychiatrie; praktijk richtlijnen

Verstandelijke Beperking en Psychiatrie; praktijk richtlijnen Verstandelijke Beperking en Psychiatrie; praktijk richtlijnen Congres Focus op Onderzoek, 22 juni 2015 Gerda de Kuijper, AVG/senior senior onderzoeker CVBP/UMCG Dederieke Festen AVG/senior onderzoeker

Nadere informatie

Het diploma van de opleiding kan behaald worden tot en met 31 december 2015.

Het diploma van de opleiding kan behaald worden tot en met 31 december 2015. Opleidingsspecifieke deel OER, 2015-2016 Opleiding / programma: MSc Logopediewetenschap Artikel Tekst 2.1 Toelatingseisen opleiding Niet van toepassing NB: Sinds 1 september 2013 is instroom in de masteropleiding

Nadere informatie

PROGRAMMA SPECIALISTISCHE OPLEIDING TOT KLINISCH NEUROPSYCHOLOOG THEORETISCH ONDERWIJS. Algemene inleiding

PROGRAMMA SPECIALISTISCHE OPLEIDING TOT KLINISCH NEUROPSYCHOLOOG THEORETISCH ONDERWIJS. Algemene inleiding PROGRAMMA SPECIALISTISCHE OPLEIDING TOT KLINISCH NEUROPSYCHOLOOG THEORETISCH ONDERWIJS Algemene inleiding Hanna Swaab September 2012 1 Programma theoretisch onderwijs Specialistische opleiding tot Klinisch

Nadere informatie

Faculteit der Geneeskunde. opleiding Geneeskunde

Faculteit der Geneeskunde. opleiding Geneeskunde Faculteit der Geneeskunde opleiding Geneeskunde Onderwijs- en Examenregeling Curriculum 93 studiejaar 2010-2011 Definitieve versie Onderwijsinstituut Geneeskunde Juni 2010 1 ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING

Nadere informatie

DEEL B VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE BACHELOROPLEIDING ROEMEENSE TAAL EN CULTUUR

DEEL B VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE BACHELOROPLEIDING ROEMEENSE TAAL EN CULTUUR DEEL B VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE BACHELOROPLEIDING ROEMEENSE TAAL EN CULTUUR 2015-2016 Deel B: opleidingsspecifiek deel 1. Algemene bepalingen Artikel 1.1 Begripsbepalingen Artikel 1.2

Nadere informatie

2. Selectie van studenten geschiedt op basis van een oordeel over de volgende kerncompetenties van belangstellenden:

2. Selectie van studenten geschiedt op basis van een oordeel over de volgende kerncompetenties van belangstellenden: Opleidingsspecifieke deel OER, 2017-2018 Opleiding / programma: Theologie en Religiewetenschappen Programma: Religie en Samenleving Artikel Tekst 2.1 Toelatingseisen opleiding 1. Voor toelating tot de

Nadere informatie

10 Masteropleiding Filosofie & Maatschappij

10 Masteropleiding Filosofie & Maatschappij 10 Masteropleiding Filosofie & Maatschappij 10.1 Inleiding Dit hoofdstuk bevat gedetailleerde informatie over de doelstellingen, eindkwalificaties en opbouw van de Masteropleiding Filosofie & Maatschappij.

Nadere informatie

Onderwerpen die aan de orde komen tijdens de Registeropleiding Medische- Pyschosociale Basisvakken SHO 47 ECTS:

Onderwerpen die aan de orde komen tijdens de Registeropleiding Medische- Pyschosociale Basisvakken SHO 47 ECTS: Onderwerpen die aan de orde komen tijdens de Registeropleiding Medische- Pyschosociale Basisvakken SHO 47 ECTS: Bij start op 10 maart 2017 College 1: Algemene basiskennis, begrippen, rechten en plichten,

Nadere informatie

Examenprogramma biologie vwo

Examenprogramma biologie vwo Bijlage 4 Examenprogramma biologie vwo Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het centraal examen en het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit de volgende domeinen: Domein A Vaardigheden Domein

Nadere informatie

INLEVEREN OP HET SECRETARIAAT VAN DE OPLEIDING

INLEVEREN OP HET SECRETARIAAT VAN DE OPLEIDING INLEVEREN OP HET SECRETARIAAT VAN DE OPLEIDING EDUCATIEVE BEOORDELING AIOS IN TE VULLEN DOOR OPLEIDER IN MAAND: OMCIRKELEN Naam aios : Geboren : Naam opleider : Invuldatum : Handtekeningen: Aios gezien/

Nadere informatie

Eindtermen. voor de. Bacheloropleiding Bewegingswetenschappen. Faculteit der Medische Wetenschappen. Rijksuniversiteit Groningen

Eindtermen. voor de. Bacheloropleiding Bewegingswetenschappen. Faculteit der Medische Wetenschappen. Rijksuniversiteit Groningen Eindtermen voor de Bacheloropleiding Bewegingswetenschappen Faculteit der Medische Wetenschappen Rijksuniversiteit Groningen 1 Opbouw eindtermen BW Groningen De bewegingswetenschapper is op bachelor niveau

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen. Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel): Bachelor Wijsbegeerte

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen. Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel): Bachelor Wijsbegeerte ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING 2015-2016 Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen Deel 2 (Opleidingsspecifiek deel): Bachelor Wijsbegeerte Deze onderwijs- en examenregeling (OER-FFTR) treedt

Nadere informatie

Het Ontwikkelteam Digitale geletterdheid geeft de volgende omschrijving aan het begrip digitale technologie:

Het Ontwikkelteam Digitale geletterdheid geeft de volgende omschrijving aan het begrip digitale technologie: BIJGESTELDE VISIE OP HET LEERGEBIED DIGITALE GELETTERDHEID Digitale geletterdheid is van belang voor leerlingen om toegang te krijgen tot informatie en om actief te kunnen deelnemen aan de hedendaagse

Nadere informatie

Niet-technische samenvatting Algemene gegevens. 2 Categorie van het project

Niet-technische samenvatting Algemene gegevens. 2 Categorie van het project Niet-technische samenvatting 2015246 1 Algemene gegevens 1.1 Titel van het project Het ontrafelen van de rol die darmflora speelt in het ontstaan van hart- en vaatziekten 1.2 Looptijd van het project 1.3

Nadere informatie

Samenvatting voor niet-ingewijden

Samenvatting voor niet-ingewijden Samenvatting 188 Samenvatting Samenvatting voor niet-ingewijden Diabetes mellitus type 2 (DM2), oftewel ouderdomssuikerziekte is een steeds vaker voorkomende aandoening. Dit heeft onder andere te maken

Nadere informatie

Studiewijzer BACHELOR PSYCHOBIOLOGY VAK: BEHAVIOR-BASED ROBOTICS STUDIEJAAR: 3 E JAAR

Studiewijzer BACHELOR PSYCHOBIOLOGY VAK: BEHAVIOR-BASED ROBOTICS STUDIEJAAR: 3 E JAAR Studiewijzer BACHELOR PSYCHOBIOLOGY VAK: BEHAVIOR-BASED ROBOTICS STUDIEJAAR: 3 E JAAR Semester, periode Coördinator(en) Docent(en) Studielast (EC) Vakcode : e semester, 3 e periode : Arnoud Visser : Arnoud

Nadere informatie

Leerlijnen BA Geschiedenis

Leerlijnen BA Geschiedenis Leerlijnen BA Geschiedenis De opleiding BA Geschiedenis kent een zevental leerlijnen: Leerlijn A (Schrijfvaardigheid) loopt via Themacollege 1 en Themacollege 2 in de propedeuse naar de twee BA2 werkcolleges.

Nadere informatie

Inhoud. Introductie tot de cursus

Inhoud. Introductie tot de cursus Inhoud Introductie tot de cursus 1 Inleiding 7 2 Voorkennis 7 3 Het cursusmateriaal 7 4 Structuur, symbolen en taalgebruik 8 5 De cursus bestuderen 9 6 Studiebegeleiding 10 7 Huiswerkopgaven 10 8 Het tentamen

Nadere informatie

Het niveau van Medisch-Microbiologisch Onderzoeker wordt bereikt door een combinatie van een cursorisch gedeelte èn een

Het niveau van Medisch-Microbiologisch Onderzoeker wordt bereikt door een combinatie van een cursorisch gedeelte èn een Reglement voor de opleiding tot Medisch-Microbiologisch Onderzoeker (MMO) binnen het kader van het Algemeen Reglement van de Stichting voor opleiding tot Medisch-Biologisch Wetenschappelijk Onderzoeker

Nadere informatie

Opleidingsspecifieke deel OER, Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences

Opleidingsspecifieke deel OER, Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences Opleidingsspecifieke deel OER, 2017-2018 Opleiding / programma: Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum Het toelatingsonderzoek, bedoeld in art. 7.29 van de wet, heeft betrekking op de volgende vakken op het

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2017 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Russische studies Deze onderwijs- en examenregeling is gebaseerd op de Wet op het hoger onderwijs

Nadere informatie

Faculteit der Geesteswetenschappen Cluster Filosofie. Bachelor scriptiereglement voor de opleiding: Wijsbegeerte

Faculteit der Geesteswetenschappen Cluster Filosofie. Bachelor scriptiereglement voor de opleiding: Wijsbegeerte Faculteit der Geesteswetenschappen Cluster Filosofie Bachelor scriptiereglement voor de opleiding: Wijsbegeerte Vastgesteld door de Examencommissie CoH, clustercommissie Filosofie op 1-2-2019 Scriptiereglement

Nadere informatie

Studeren in Nijmegen Biomedische wetenschappen

Studeren in Nijmegen Biomedische wetenschappen Studeren in Nijmegen Biomedische wetenschappen Is biomedische wetenschappen studeren in Nijmegen misschien iets voor jou? Ik wil relevant zijn: bijdragen aan de gezondheid van mensen Gezondheidszorg heeft

Nadere informatie

Opleiding Verpleegkunde Stage-opdrachten jaar 3

Opleiding Verpleegkunde Stage-opdrachten jaar 3 Opleiding Verpleegkunde Stage-opdrachten jaar 3 Handleiding Voltijd Jaar 3 Studiejaar 2015-2016 Stage-opdrachten Tijdens stage 3 worden 4 stage-opdrachten gemaakt (waarvan opdracht 1 als toets voor de

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING. Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING 2016-2017 Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen Master Filosofie (120 EC) Deze onderwijs- en examenregeling (OER-FFTR) treedt in werking op 1 september

Nadere informatie

Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences. Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum

Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences. Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum Opleidingsspecifieke deel OER, 2018-2019 Opleiding / programma: Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum Het toelatingsonderzoek, bedoeld in art. 7.29 van de wet, heeft betrekking op de volgende vakken op het

Nadere informatie

Concept Beoordelingskader voor het bijzondere kenmerk residentieel onderwijs

Concept Beoordelingskader voor het bijzondere kenmerk residentieel onderwijs Concept Beoordelingskader voor het bijzondere kenmerk residentieel onderwijs 2 december 2008 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Beoordelingskader 4 pagina 2 1 Inleiding Dit beoordelingskader bevat een aantal facetten

Nadere informatie

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren. Bijlage V Bij het advies van de Commissie NLQF EQF Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en. Tabel ter vergelijking NLQF niveaus 5 t/m 8 en Dublindescriptoren NLQF Niveau 5 Context Een onbekende, wisselende

Nadere informatie

Onderwijs- en Examenregeling (OER) Bachelorprogramma Academische Opleiding Leraar Basisonderwijs. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen

Onderwijs- en Examenregeling (OER) Bachelorprogramma Academische Opleiding Leraar Basisonderwijs. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen Onderwijs- en Examenregeling (OER) Bachelorprogramma Academische Opleiding Leraar Basisonderwijs Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen 2018-2019 Bijlage: het programma PARAGRAAF 1 - ALGEMENE

Nadere informatie

2. Relevantie Blijkt uit de keuze voor de literatuur de relevantie van de ontwikkeling van kennis van het beroepsveld?

2. Relevantie Blijkt uit de keuze voor de literatuur de relevantie van de ontwikkeling van kennis van het beroepsveld? Bijlage 1 (Opleidings)literatuur Bij de waardering van in het kader van de accreditatie te beoordelen - door de opleiding voorgeschreven -literatuur worden de volgende criteria gehanteerd: 1. Variatie

Nadere informatie

Minor Goede doelen, filantropie en non-profits

Minor Goede doelen, filantropie en non-profits Minor Goede doelen, filantropie en non-profits I Inhoudsopgave Vak: Geschiedenis van de filantropie 1 Vak: Inleiding Filantropie 1 Vak: Non-Profit and Charity Marketing 2 Vak: Verklaringen voor prosociaal

Nadere informatie

Examenprogramma biologie havo

Examenprogramma biologie havo Bijlage 3 Examenprogramma biologie havo Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het centraal examen en het schoolexamen. Het examenprogramma bestaat uit de volgende domeinen: Domein A Vaardigheden Domein

Nadere informatie

Deeltaak 9.2a en b Public Health groepsvoorlichting

Deeltaak 9.2a en b Public Health groepsvoorlichting Deeltaak 9.2a en b Public Health groepsvoorlichting Opdracht De opdracht wordt in het VHO 9.4 Groepsvoorlichting (module 9) geïntroduceerd en toegelicht. Doel van de opdracht Je kunt groepsvoorlichting

Nadere informatie

Een nieuw Academisch Medisch Curriculum. urriculum

Een nieuw Academisch Medisch Curriculum. urriculum Een nieuw Academisch edisch Curriculum urriculum Blauwdruk nieuw curriculum Geneeskunde Curriculumcommissie Geneeskunde Vastgesteld door de Raad van Bestuur AC-UvA op 30 november 2004 Amsterdam, 30 november

Nadere informatie

Wetenschappelijke vorming in de huisartsopleiding

Wetenschappelijke vorming in de huisartsopleiding Versiedatum: 0-0-06 Pagina van 5 De wetenschappelijke onderbouwing van het huisartsgeneeskundig handelen vormt een belangrijke leidraad voor de huisarts. Deze moet een wetenschappelijke onderbouwing kunnen

Nadere informatie

Bijlage 5 Interviewformulier studieadviseurs

Bijlage 5 Interviewformulier studieadviseurs Bijlage 5 Interviewformulier studieadviseurs Studentnummer: Naam aanmelder: Stap 1. Welkom heten en uitleggen wat het onderzoek inhoudt (Tijd: 5 minuten) Landelijk en bij de FEM is er sprake van een hoge

Nadere informatie

Masterpleiding Tandheelkunde 3-jarig (MSc) Vrije Universiteit Amsterdam - ACTA - M Tandheelkunde 3-jarige opleiding

Masterpleiding Tandheelkunde 3-jarig (MSc) Vrije Universiteit Amsterdam - ACTA - M Tandheelkunde 3-jarige opleiding Masterpleiding Tandheelkunde 3-jarig (MSc) Vrije Universiteit Amsterdam - - M Tandheelkunde 3-jarige opleiding - 2012-2013 Vrije Universiteit Amsterdam - - M Tandheelkunde 3-jarige opleiding - 2012-2013

Nadere informatie

Voor informatie over Meer Mens: meermens@prismanet.nl 06-21 86 47 70. Meer info? 0800-2357747 www.prismanet.nl

Voor informatie over Meer Mens: meermens@prismanet.nl 06-21 86 47 70. Meer info? 0800-2357747 www.prismanet.nl Voor informatie over Meer Mens: meermens@prismanet.nl 06-21 86 47 70 Meer info? 0800-2357747 www.prismanet.nl Meer Mens Zorg voor kwaliteit van leven In de zorgsector wordt een breed pakket aan zorg- en

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010 Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010 Opleidingsspecifiek deel Masteropleiding: Nederlandkunde/ Dutch Studies Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel

Nadere informatie

Leergebied Overstijgend Onderwijs in de VMBO stroom (versie juni 2018)

Leergebied Overstijgend Onderwijs in de VMBO stroom (versie juni 2018) Leergebied Overstijgend Onderwijs in de VMBO stroom (versie juni 2018) In de VMBO stroom van het ACL wordt sinds het schooljaar 2016-2017 expliciet aandacht besteed aan de leergebied overstijgende (LGO)

Nadere informatie

Modulebeschrijving FINSLC0108

Modulebeschrijving FINSLC0108 pagina 1 van 5 Modulebeschrijving FINSLC0108 Naam module FINSLC0108 Vakgebied(en) Studieloopbaancoaching Studiepunten 1 EC Voorkennis De vereiste voorkennis van deze module zijn de stagevoorbereidingsactiviteiten

Nadere informatie

Studiehandleiding Ba-scriptie Kunsten, Cultuur en Media

Studiehandleiding Ba-scriptie Kunsten, Cultuur en Media Studiehandleiding Ba-scriptie Kunsten, Cultuur en Media Titel: Ba-scriptie Kunsten, Cultuur en Media Vakcode: LWX999B10 Opleiding: Kunsten, Cultuur en Media Studiefase: Bachelor 3 e jaar/ KCM Major Periode:

Nadere informatie

Onderwijs & Onderzoek Interdisciplinair postgraduaat deskundige NAH

Onderwijs & Onderzoek Interdisciplinair postgraduaat deskundige NAH Onderwijs & Onderzoek Interdisciplinair postgraduaat deskundige NAH Auteurs: Annemie Spooren (Hogeschool PXL) Els Knippenberg (Hogeschool PXL) Frederik Houben (Hogeschool PXL) 1 INDEX 1. Doelstellingen

Nadere informatie

PEER REVIEWS. Managementgroep Interactum September 2014

PEER REVIEWS. Managementgroep Interactum September 2014 PEER REVIEWS Managementgroep Interactum September 2014 Met peer review wordt een systeem bedoeld waarbij de betreffende opleidingen structureel gebruik maken van elkaars deskundigheid en elkaars critical

Nadere informatie

Intern toetsingskader CGS voor een landelijk opleidingsplan 1

Intern toetsingskader CGS voor een landelijk opleidingsplan 1 Intern toetsingskader CGS voor een landelijk opleidingsplan 1 Ingevuld voor LOP: De wetenschappelijke verenigingen in de zorg stellen voor de eigen geneeskundige vervolgopleiding een landelijk opleidingsplan

Nadere informatie

Page 1 of 15 EVALUATION AND FEEDBACK FOR EFFECTIVE CLINICAL TEACHING Deze vragenlijst is bedoeld om klinisch opleiders en supervisoren feedback te geven op hun kwaliteiten als opleider/supervisor in de

Nadere informatie

Landelijk Opleidingscompetentieprofiel. Master Physician Assistant

Landelijk Opleidingscompetentieprofiel. Master Physician Assistant Landelijk Opleidingscompetentieprofiel Master Physician Assistant Dit Landelijk Opleidingscompetentieprofiel van de Physician Assistant is tot stand gekomen door samenwerking tussen de 5 PA opleidingen

Nadere informatie

DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Algemene cultuurwetenschappen, 2014-2015

DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Algemene cultuurwetenschappen, 2014-2015 DEEL B van de onderwijs- en examenregeling voor de bacheloropleiding Algemene cultuurwetenschappen, 2014-2015 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Toepasselijkheid van de regeling Deze regeling bestaat uit

Nadere informatie

Appendix 3. Attitude - Vragenlijst (B-versie)

Appendix 3. Attitude - Vragenlijst (B-versie) Appendix 3. Attitude - Vragenlijst (B-versie) Inleiding Met deze vragenlijst proberen wij na te gaan, hoe je tegen je toekomstige beroep en beroepsuitoefening aankijkt. Ook zijn wij geïnteresseerd in je

Nadere informatie