Raadsvoorstel. Vergadering van : 19 juli Agendanummer : 7. Vaststellen Algemene Plaatselijke Verordening Dantumadiel 2011.

Transcriptie

1 Raadsvoorstel Vergadering van : 19 juli 2011 Agendanummer : 7 Onderwerp : Programma : - Vaststellen Algemene Plaatselijke Verordening Dantumadiel 2011 Voorstel Voorgesteld wordt bijgaande Algemene Plaatselijke Verordening Dantumadiel 2011 vast te stellen en in werking laten treden per 1 augustus 2011, onder gelijktijdige intrekking van de Algemene Plaatselijke Verordening Dantumadiel Voorstel in het kort Op 5 juni 2008 is de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) Dantumadeel 2008 in werking getreden. Deze APV is vervolgens drie keer aangepast. De volgende zaken geven aanleiding de APV aan te passen: a. het handhaven door middel van een Bestuurlijke Strafbeschikking mogelijk maken; b. opnemen op welke artikelen de Lex Silencio Positivo (LSP) van toepassing wordt, overeenkomstig paragraaf Algemene wet bestuursrecht en de Europese Dienstenrichtlijn; c. toevoegen nieuw artikel verblijfsontzeggingen op verzoek van de burgemeester; d. aanpassen APV aan de leidraad Elfstedentocht; e. kleine aanpassingen onder meer door wetswijzigingen; f. verzoeken van de afdeling Fergunnings in verband met de praktische uitvoering van de APV; g. de plaatsen waar carbidschieten is toegestaan tijdens de oud- en nieuwviering door de burgemeester aan te laten wijzen; h. verzoek om de verplichting de stoep sneeuwvrij te houden, weer op te nemen in de APV; i. verzoek om het aanlijngebod voor honden opnieuw op te nemen in de APV; j. wijzigingen in verband met het project Geweld is niet normaal k. verzoeken van de politie om het verbod op het vervoeren van inbrekerswerktuigen weer op te nemen en om het gebruik van (soft)drugs te verbieden op openbare plaatsen; Deze onderwerpen worden hieronder verder toegelicht. Wat is de aanleiding en/of het probleem? a. Bestuurlijke strafbeschikking Wij hebben ingestemd met de invoering van de Bestuurlijke strafbeschikking (BSB) voor de handhaving van overlast in de openbare ruimte. Een BSB is een door, in dit geval, de gemeente zonder tussenkomst van de rechter opgelegde straf. Een BSB is een beetje te vergelijken met een bestuurlijke boete, maar de strafbeschikking valt onder het strafrecht en niet onder het bestuursrecht. De processen-verbaal van de gemeente worden doorgezonden naar het Centraal justitieel Incassobureau dat zorg draagt voor het inningstraject.

2 Het Openbaar Ministerie heeft een feitenlijst opgesteld waarin 93 overlastfeiten staan genoemd die gebruikt kunnen worden voor de BSB. De teksten van de overlastfeiten zijn gebaseerd op de teksten uit de model-apv van de VNG. De vraag is in hoeverre de APV van Dantumadiel aangepast moet worden zodat deze aansluit op de feitenlijst. Ondanks dat de feitenlijst gebaseerd is op de model-apv, komt zij hiermee niet geheel overeen. Om te voorkomen dat er een verschil in interpretatie ontstaat of een feit wel of niet overtreden is, hebben we enkele artikelen iets aangepast, namelijk de artikelen 1.1 sub j (definitie van vee), , 2.4.8, lid 1 en 2, en Overigens is op dit moment nog niet duidelijk tegen welke feiten de gemeente handhavend wil gaan optreden met de BSB. Het kan dus zijn dat nu voorgestelde aanpassingen achteraf misschien niet noodzakelijk blijken omdat er niet op gehandhaafd gaat worden middels een BSB. b. Lex Silencio Positivo De Europese Dienstenrichtlijn is op 28 december 2006 in werking getreden. Deze richtlijn heeft als doel te voorkomen dat er onnodige belemmeringen worden opgeworpen voor het uitoefenen van diensten binnen de EU. De Dienstenrichtlijn is onder meer uitgewerkt in de Dienstenwet, die eind december 2009 in werking is getreden. De belangrijkste bepaling in de Dienstenwet is het verder invoeren van de LSP. De LSP houdt in dat een vergunning geacht moet worden te zijn verleend als de overheid niet binnen de gestelde termijn (8 weken) een beslissing neemt op de aanvraag. Onder meer vanwege de veiligheid, stellen we voor enkele vergunningenstelsels in de APV expliciet uit te zonderen voor de LSP. Wij stellen voor de volgende vergunningstelsels van de APV niet te laten vallen onder de LSP: - artikel 2.2.2: evenementenvergunning Kleinere evenementen zijn vergunningsvrij. Deze vergunning ziet derhalve op grotere evenementen. Daarbij is een LSP niet wenselijk, gezien de impact die een groot evenement kan hebben, met name op de openbare orde. Ook vragen vele aspecten van een groot evenement, zoals brandveiligheid, geluid, aanvoer, afvoer en parkeren van bezoekers, om het maatwerk van een inhoudelijke vergunningsbeschikking. Er zijn derhalve verschillende dwingende redenen van algemeen belang, met name de openbare orde, openbare veiligheid en milieu om van een LSP af te zien. - artikel : exploitatievergunning horeca Deze vergunning richt zich met name op de openbare orde. Een LSP is dan ook niet wenselijk om deze dwingende reden van algemeen belang. - artikel : exploitatievergunning speelgelegenheid Deze vergunning beoogt met name de bescherming van de openbare orde. Daarnaast speelt het bestrijden van gokverslaving een rol. Het is hoogst onwenselijk om deze vergunning van rechtswege te verlenen voordat een inhoudelijke toets van de aanvraag heeft plaatsgevonden en is voltooid. Een LSP is hier dan ook niet wenselijk om dwingende redenen van algemeen belang, zoals de openbare orde en volksgezondheid. - artikel 3.2.1: vergunning seksinrichting Deze vergunning beschermt wezenlijke belangen, met name de openbare orde en de volksgezondheid. Het is hoogst onwenselijk om deze vergunning van rechtswege te verlenen voordat een inhoudelijke toets van de aanvraag heeft plaatsgevonden en is

3 voltooid. Een LSP is hier dan ook niet wenselijk om dwingende redenen van algemeen belang, zoals de openbare orde en de volksgezondheid. c. Verblijfsontzeggingen De afgelopen jaren zijn er jaarlijks terugkerende, hardnekkige problemen geweest door overlastveroorzakende groepen personen. Voorbeelden hiervan zijn de problemen die elk jaar terugkeren in de zomer bij de Zwemmer in De Westereen (jongeren die van de brug springen, aan boten hangen en overig overlastgevend gedrag vertonen) en problemen in het winkelcentrum van De Westereen (vernielingen, baldadigheden, samenscholing e.d. door een groep jongeren). De politie heeft op dit moment nog geen mogelijkheid om notoire relschoppers uit de gebieden waar men last heeft van de overlastplegers, te weren. Wij stellen voor een artikel aan de APV toe te voegen, waardoor burgemeester en politie meer mogelijkheden krijgen om de openbare orde en veiligheid te handhaven. Indien er vrees bestaat dat een bepaald persoon in een bepaald gebied de orde of de zedelijkheid kan verstoren, kan op grond van dit artikel door of namens de burgemeester een verblijfsontzegging worden uitgereikt aan die persoon. Dit betekent dat die persoon zich op bepaalde tijden niet in dat gebied mag begeven. Het is niet doorslaggevend of de gepleegde feiten op straat plaatsvinden, maar er moet wel een relatie met de openbare orde zijn. Zo zullen bedreigingen in een winkel of in voor het publiek toegankelijke gebouwen wel degelijk relevant zijn voor de openbare orde en ten grondslag kunnen liggen aan een verblijfsontzegging. Ook winkelontzeggingen die regelmatig worden overtreden kunnen aanleiding zijn een persoon uit een groter gebied rondom die winkel te weren. De verblijfsontzegging wordt reeds jaren (sinds het begin van de jaren 90) gebruikt in andere gemeenten (Rotterdam, Nijmegen, Den Haag, Amsterdam etc.). Door dit jarenlange gebruik is de verblijfsontzegging inmiddels door jurisprudentie uitgekristalliseerd. Wat wel en wat niet haalbaar is, is inzichtelijk. Verhouding tot de Wet Maatregelen Bestrijding Voetbalvandalisme en Ernstige Overlast (de zogenaamde Voetbalwet) Per 1 september 2010 is de zogenaamde Voetbalwet (Wet Maatregelen Bestrijding Voetbalvandalisme en Ernstige Overlast) in werking getreden. Door middel van de toevoeging van de artikelen 172a en 172b aan de Gemeentewet geeft de nieuwe wet burgemeesters aanvullende bevoegdheden gericht op het vroegtijdig kunnen stoppen, het preventief ingrijpen en het doorbreken van het ordeverstorende gedrag van een individu of van een groep. Met de toevoeging van artikel 172a in de Gemeentewet kan de burgemeester een gebiedsverbod, een groepsverbod en / of een meldingsplicht opleggen aan de personen die herhaaldelijk de orde verstoren, zowel individueel als groepsgewijs. De komst van deze nieuwe wet brengt de vraag met zich mee of het nog nodig is om de mogelijkheid tot het geven van een gebiedsontzegging in de APV van Dantumadiel op te nemen. Dit is afhankelijk van de verschillen tussen de diverse bevoegdheden en van de overlastsituaties die wij op willen heffen. Na een inventarisatie is gebleken dat een verblijfsontzegging op grond van de APV, met name bij jeugdoverlast, een toegevoegde waarde heeft ten opzichte van het gebiedsverbod zoals dit opgelegd kan worden op grond van artikel 172a van de Gemeentewet. De toepassing van artikel 172a van de Gemeentewet en een verblijfsontzegging op grond van de APV is namelijk verschillend, de twee mogelijkheden vullen elkaar aan. Dit is ook expliciet aangegeven in de Kamerstukken en in de verwoording van het artikel zelf ( Onverminderd artikel 172,

4 derde lid, en hetgeen bij gemeentelijke verordening is bepaald omtrent de bevoegdheid van de burgemeester om bevelen te geven ter handhaving van de openbare orde ). De APV kan het mogelijk maken na een waarschuwing bij lichte ordeverstorende gedragingen direct een gebiedsontzegging voor zeer korte duur op te leggen. Een langer durende gebiedsontzegging geeft problemen met de proportionaliteitseis. Uit de jurisprudentie blijkt niet ondubbelzinnig wat de maximumduur mag zijn van een gebiedsverbod krachtens de APV. Aangenomen mag worden dat deze grens ergens tussen de acht en twaalf weken ligt. Mogelijk zal de jurisprudentie hier in de toekomst meer duidelijkheid over verschaffen. Op grond van de APV kan direct worden opgetreden op het moment dat een maatregel op dat moment, in dat gebied noodzakelijk wordt geacht voor het herstel van de openbare orde. Een APV-verblijfsontzegging is daarom mogelijk bij een op dat moment manifesterend probleem. De burgemeester kan deze bevoegdheid mandateren aan politieambtenaren. De bevoegdheden op grond van artikel 172a en 172b uit de Gemeentewet kunnen alleen worden ingezet als de overtredingen een herhaaldelijk karakter hebben, waarbij tevens sprake moet zijn van een ernstige vrees voor een verdere verstoring van de openbare orde. Een gebiedsverbod op grond van artikel 172a van de Gemeentewet, is een beschikking in de zin van de Algemene wet bestuursrecht. Dit betekent dat de voorbereiding, de belangenafweging, de dossiervorming en het horen enige tijd kost. Verder moet de beslissing goed gemotiveerd worden en is de beslissing vatbaar voor bezwaar en beroep. Het gebiedsverbod op grond van artikel 172a van de Gemeentewet kan opgelegd worden voor de duur van drie maanden en drie keer verlengd worden met eenzelfde periode. Het mandateren van deze aanvullende bevoegdheden is niet toegestaan. De bevoegdheden zijn daardoor feitelijk niet geschikt om in een acuut zich manifesterend openbare orde probleem in te zetten. Hiervoor blijven de APV, bestuurlijk ophouden en het noodrecht (artikelen 172, a Gemeentewet) de meest geëigende instrumenten. Gelet op het voorgaande stellen wij voor om de mogelijkheid tot het geven van verblijfsontzeggingen door de burgemeester, op te nemen in artikel van de APV. d. Elfstedentocht Op 20 april 2010 heeft het college de Leidraad Elfstedentocht vastgesteld. Deze Leidraad is in samenwerking met de andere Elfstedentocht gemeenten voorbereid. Hierin is opgenomen dat het tijdens een Elfstedentocht verboden zal worden om stukken te verspreiden onder het publiek. Om dit verbod echter mogelijk te maken is het noodzakelijk een wettelijke basis te creëren in de APV. Het voorstel is dan ook om het verbod op het verspreiden van gedrukte stukken in door het college aangewezen gebieden, weer op te nemen in de APV in artikel , conform de modelverordening van de VNG. e. Kleine aanpassingen door wetswijzigingen De Regeling agressieve dieren is per 1 januari 2009 afgeschaft. Dit leidt tot een aanpassing van artikel lid 3. De aanwezigheidsvergunning voor behendigheidsautomaten is afgeschaft in verband met Europese regelgeving. Dit leidt tot een aanpassing van de artikelen en Het opheffen van de Nederlandse Antillen geeft een kleine wijziging in artikel lid 2, sub b.

5 De Wet particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus is vervangen door de Wet op de weerkorpsen (wijziging artikel lid 2, sub c, onderdeel e). De verfriezing van de Dantumadielse plaatsnamen geeft een wijziging van artikel De term horecabedrijf dient vervangen te worden door de term openbare inrichting conform de model-apv. De VNG heeft in de model-apv de term horecabedrijven vervangen door openbare inrichtingen. De definitie van horecabedrijf in de Drank- en horecawet is anders (enger) dan die in de model-apv. Om verwarring te voorkomen, is gekozen voor een ander begrip zodat duidelijk is welke regeling bedoeld wordt als gesproken wordt over een (vergunning voor een) openbare inrichting; In artikel 4:2 lid 1 is bij een voorgaande wijziging ten onrechte een deel vervallen: namelijk het aantal dagen (maximaal acht) dat het college aan mag wijzen als collectieve festiviteiten. Wij stellen voor dit weer op te nemen; De artikelen 5:25, 5:26 en 5:27 kunnen vervallen omdat de materie met betrekking tot het innemen van een ligplaats ook wordt geregeld in de Ligplaatsenverordening Dantumadeel. f. Verzoeken van de afdeling Fergunnings in verband met de praktische uitvoering van de APV De uitvoering van artikel , vergunning voor de exploitatie van een horecabedrijf geeft in de praktijk onredelijke situaties. Een horecabedrijf waar alleen non-alcoholische dranken worden geschonken moet op grond van artikel , lid 4, sub b van de APV aan dezelfde inrichtingseisen voldoen als een horecabedrijf waar wel alcoholische dranken worden geschonken. Hierbij gaat het bijvoorbeeld om de aanwezigheid van gescheiden toiletten voor mannen en vrouwen en om de hoogte van de horecaruimte. Voorgesteld wordt om een mogelijkheid op te nemen voor de burgemeester om ontheffing te verlenen van deze eisen. Verder stellen wij voor de aanhoudingsplicht zoals opgenomen in de lid 2, af te schaffen. Nadat een bestemmingsplan aan de gewenste bestemming is aangepast, kan de vergunning om horeca te exploiteren ingediend worden. Verder wordt voorgesteld om artikel (de collectevergunning) aan te passen zodat zij beter uitvoerbaar wordt in de praktijk. De voorgestelde wijzigingen geven plaatselijke verenigingen meer ruimte om te collecteren zonder collectevergunning, maar wel met meldingsplicht. g. Carbidschieten In artikel is een verbod opgenomen voor carbidschieten. In het huidige systeem mag tijdens de oud- en nieuw viering carbid worden geschoten mits wordt voldaan aan de in het derde lid genoemde voorwaarden. De voorwaarden betreffen onder meer de afstand tot de bebouwing, de afstand tot voorzieningen voor dieren en het feit dat het buiten de bebouwde kom moet plaatsvinden. In de praktijk blijkt dat deze algemene voorwaarden niet voldoen. Zo zijn er plaatsen buiten de bebouwde kom die ongeschikt zijn om carbid te schieten en zijn er plaatsen binnen de bebouwde kom die waarschijnlijk wel geschikt zijn om carbid te schieten en waar al vele jaren zonder problemen (voor zover bij ons bekend) carbid wordt geschoten. Er is derhalve meer maatwerk nodig. Wij stellen dan ook voor het carbidschieten tijdens de oud- en nieuwviering alleen toe te staan op plaatsen die door de burgemeester zijn aangewezen. De burgemeester kan

6 hierdoor per plaats beoordelen of het een geschikte locatie is, kan beter inspelen op problemen die optreden (bij problemen of klachten kan een aangewezen locatie van de lijst gehaald worden) en de openbare orde en veiligheid met betrekking tot het carbidschieten is beter te handhaven. h. Verzoek om de verplichting de stoep sneeuwvrij te houden, weer op te nemen in de APV Bij brief van 20 januari 2010 is het college verzocht een bepaling in de APV op te nemen waardoor het sneeuwvrij houden van de stoep voor het huis weer verplicht wordt gesteld. Deze verplichting is echter bij de wijziging van 5 juni 2008 uit de APV gehaald omdat een dergelijke bepaling niet te handhaven is. Daarnaast is het de vraag of de gemeente de bevoegdheid heeft dit te regelen in verband met de in 1930 in Geneve door de International Labour Organisation vastgestelde conventie betreffende de gedwongen of verplichte arbeid, dan wel artikel 4 van het Verdrag van Rome. Om deze redenen is de de sneeuwruimbepaling ook niet opgenomen in de model APV. Wij stellen dan ook voor de bepaling niet op te nemen in de APV. i. Verzoek om het aanlijngebod voor honden opnieuw op te nemen in de APV De concept APV is ter inzage gelegd waarbij belanghebbenden en ingezetenen in de gelegenheid zijn gesteld om eventuele zienswijzen kenbaar te maken. De ter inzagelegging heeft geen zienswijzen opgeleverd. Wel zijn twee verzoeken binnengekomen die als zodanig zijn aangemerkt zodat zij meegenomen kunnen worden in de voorgestelde wijziging van de APV. Deze verzoeken zijn beide gericht op het weer opnemen van het aanlijngebod voor honden binnen de bebouwde kom. Deze verplichting is in 2008 uit de APV verwijderd met het oog op deregulering. Nu blijkt echter dat toch behoefte bestaat aan het gebod. De verzoekers vinden het onplezierig en ze voelen zich bedreigd (dan wel zijn aangevallen) door de loslopende honden. Het gebod heeft de volgende bedoelingen: - de bescherming van de verkeersveiligheid, die door loslopende honden in gevaar kan worden gebracht; - het voorkomen van beschadigingen aan eigendommen van derden; - het voorkomen van hinder voor voetgangers; - het bestrijden van verontreiniging; - het voorkomen van schade en dierenleed, die wordt veroorzaakt doordat loslopende honden andere dieren naar het leven staan. Gelet op het voorgaande stellen wij voor om het aanlijngebod weer op te nemen in de APV en de concept-apv in zijn geheel aan de raad voor te leggen. j. Het project Geweld is niet normaal De nieuwe wijzigingen zijn het gevolg van het project Geweld is niet normaal dat in 2008 is gestart en in 2010 nieuw leven is ingeblazen. Het project heeft tot doel om het geweld in Noordoost Fryslân terug te dringen. De geweldscijfers zijn namelijk de laatste jaren op veel punten wel langzamerhand beter geworden, maar het aantal geweldsdelicten is in Noordoost Fryslân hoger dan in vergelijkbare gebieden. Een extra impuls in de aanpak daarvan, verdient daarom aandacht. Met behulp van een pilot waarin verschillende nieuwe en bestaande maatregelen gebundeld en geïntensiveerd worden, wordt een daling van 10% beoogd van de geweldscriminaliteit in Noordoost Fryslân. Eén van deze maatregelen betreft het opnemen van pilotondersteunende artikelen in de APV en het harmoniseren van de APV s van de deelnemende gemeenten.

7 Deze maatregelen zijn uitgewerkt door een projectteam met daarin leden uit de deelnemende organisaties (gemeenten, Openbaar Ministerie en politie). Dit heeft geresulteerd in een lijst met APV-artikelen die opgenomen/herzien moeten worden om harmonisatie te bewerkstelligen. Wijzigingen in verband met het project geweld is niet normaal - om de APV s te harmoniseren dient de APV geheel vernummerd te worden naar voorbeeld van de model-apv van de VNG. Hiertoe is een transponeringstabel als bijlage opgenomen. Door de vernummering zal de nummering van de APV van Dantumadiel gelijk zijn aan de nummering van de andere deelnemende gemeenten; - de term openbare plaats op te nemen en de term weg aan te passen. Dit is ook naar voorbeeld van de model-apv van de VNG. De VNG heeft in artikel 1:1 (begripsbepalingen) een beperkter begrip weg geformuleerd en een nieuw begrip openbare plaats opgenomen. De huidige definitie van weg werd als te omvangrijk gezien. Door het opnemen van het extra begrip openbare plaats kan per artikel bepaald worden hoe ruim het toepassingsbereik moet zijn (alleen de weg of ook voor publiek toegankelijke plaatsen); - in artikel 2:1 (samenscholing en ongeregeldheden) de term wanordelijkheden vervangen door de term ongeregeldheden waardoor het artikel in overeenstemming is met het model van de VNG en daarmee ook met de APV s van de projectgemeenten. Verder is op verzoek van de projectgroep het voormalige artikel 2.4.7a (verstoring van de openbare orde) verwerkt in dit artikel en in de artikelen met betrekking ordeverstoring bij evenementen en in openbare inrichtingen (artikelen 2:26 en 2:31). Artikel 2.4.7a vervalt; - het artikel inzake ordeverstoring bij evenementen (artikel 2:26) weer op te nemen in de APV. In het voorgestelde artikel is expliciet genoemd wat onder ordeverstoring wordt verstaan. Daarnaast wordt het bij zich dragen van wapens, zoals slagwapens e.d. verboden wanneer de openbare orde en veiligheid in gevaar komt. Een soortgelijk artikel is reeds geaccepteerd door de rechtbank Leeuwarden, de rechtbank vindt dit artikel proportioneel; - het artikel inzake ordeverstoring in openbare inrichtingen (artikel 2:31) weer op te nemen. Dit artikel komt overeen met het artikel inzake ordeverstoring bij evenementen; - het artikel over hinderlijk gedrag in of bij gebouwen (artikel 2:49) weer op te nemen in de APV. Dit artikel is bij de herziening van de APV in 2008 vervallen omdat deze overlast reeds werd ondervangen door de ruime definitie van weg. De voorgestelde gewijzigde definities van weg en van openbare plaats zijn echter minder ruim dan de eerdere definitie van weg waardoor hinderlijk gedrag in of bij gebouwen niet meer wordt ondervangen. j. Wijzigingen op verzoek van de politie De politie heeft ons verzocht om het verbod op het vervoer van inbrekerswerktuigen weer op te nemen in de APV. Deze verbodsbepaling beoogt het plegen van misdrijven zoals diefstal met braak te bemoeilijken. Verder heeft de politie verzocht een artikel in de APV op te nemen waarin het gebruik van (soft)drugs op openbare plaatsen verboden wordt. De projectgroep stelt dan ook voor artikel 2:74a (openlijk drugsgebruik) toe te voegen aan de APV. Het doel van deze bepaling is om de overlast die burgers ondervinden van het openlijk gebruik van drugs te

8 bestrijden. De Opiumwet stelt de handel in drugs namelijk wel strafbaar, maar het gebruik van drugs is niet strafbaar. Gemeenten kunnen binnen de begrenzingen van de wet bepalen welke overlastveroorzakende gedragingen zij wensen te verbieden (artikelen 121 en 149 Gemeentewet). Dit betekent dat bij de wijziging van de verordening rekening moet worden gehouden met hetgeen in de Opiumwet is bepaald. Bij de door de projectgroep gekozen redactie van het artikel dient wel rekening gehouden te worden met het risico dat een dergelijk breed verbod op het gebruik van drugs (de hele gemeente en zonder het te koppelen aan het veroorzaken van overlast) wellicht door het OM en de rechter buitenproportioneel wordt geacht. Hier is echter nog geen jurisprudentie over gevormd. Het aanwijzen van de hele gemeente als gebied waar geen alcohol genuttigd mag worden, is echter door de rechter al wel buitenproportioneel geacht. Bijlage: tekst van de APV waarin de wijzigingen duidelijk zijn aangegeven. Wat willen we bereiken en hoe? Beoogde effecten en de argumenten daarbij. Verschillende argumenten komen door de tekstopmaak helder naar voren. Kosten en dekking De financiële uitwerking van het voorstel. Wanneer moet wat gebeuren? De concept-wijzigingen zijn ter inzage gelegd waarbij belanghebbenden en ingezetenen in de gelegenheid zijn gesteld om eventuele zienswijzen kenbaar te maken. Nadat de raad de APV Dantumadiel 2011 heeft vastgesteld, zal zij op de gebruikelijke wijze bekendgemaakt worden en per 1 augustus 2011 in werking treden. Fatale datum Zijn er wettelijke termijnen? Zo ja, op grond waarvan. Behandeling presidium Het presidium heeft op 5 juli 2011 besloten het punt opiniërend te behandelen. Damwâld, 28 juni Burgemeester en wethouders van Dantumadiel, A. Aalberts, burgemeester. A.J.H.M. Stierhout, secretaris.

9 Raadsbesluit Vergadering van : 19 juli 2011 Agendanummer : 7 Onderwerp : Programma : - Vaststellen Algemene Plaatselijke Verordening Dantumadiel 2011 De raad van de gemeente DANTUMADIEL; gelezen het voorstel van het presidium d.d. 5 juli 2011; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 28 juni 2011; Besluit Bijgaande Algemene Plaatselijke Verordening Dantumadiel 2011 vast te stellen en in werking laten treden per 1 augustus 2011, onder gelijktijdige intrekking van de Algemene Plaatselijke Verordening Dantumadiel Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad der gemeente Dantumadiel, gehouden in het gemeentehuis te Damwâld op 19 juli De raad voornoemd,, voorzitter., griffier.