Thoraxcentrum JAARVERSLAG 2013

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Thoraxcentrum JAARVERSLAG 2013"

Transcriptie

1 Thoraxcentrum JAARVERSLAG 2013 November 2014

2

3 Thoraxcentrum JAARVERSLAG 2013

4 2

5 Inhoudsopgave 1 Inleiding 5 2 Productie en Personeel 7 3 Afdeling Cardiologie Patiëntenzorg 3.2 Onderzoek 3.3 Onderwijs & opleiding 4 Afdeling Cardiothoracale Chirurgie Patiëntenzorg 4.2 Onderzoek 5 Kwaliteit van zorg en patiëntveiligheid Inleiding 5.2 Certificeren 5.3 Processen 5.4 Protocolontwikkeling 5.5 Databeheer 5.6 Meldingen 6 Prestatie-indicatoren Cardiothoracale chirurgie Aantal ingrepen en wachttijden Kwaliteit 6.2 Cardiologie Kwaliteitsindicatoren VMS thema optimale zorg acuut coronair syndroom Meetbaar Beter 7 Bijzondere programma s Transplantatieprogramma Harttransplantatie Left Ventricular Assist Device Longtransplantatie Hart-longtransplantatie 7.2 Transkatheter Hartklep Interventies Transkatheter Aortaklep Implantatie Mitraclip 7.3 Centrum Congenitale Hartafwijkingen 3 8 Dissertaties en Publicaties Dissertaties Publicaties

6 4

7 1 Inleiding Het Thoraxcentrum, het samenwerkingsverband van de afdelingen Cardiologie en Cardiothoracale chirurgie van het UMCG, richt zich op topklinische en topreferente zorg voor patiënten met cardiovasculaire en pulmonale aandoeningen. Het Thoraxcentrum is voor een groot deel van Noord- Nederland het eindpunt van verwijzing op zowel cardiologisch, cardiochirurgisch als pulmonaal gebied gezien het volledige pakket van zorg dat zij aanbiedt. Hierbij staan kwaliteit, patiëntveiligheid en klantgerichtheid bij het verlenen van zorg voorop. 5 De daling in de verrichtingen die zich na jaren van groei in 2012 liet zien, heeft in 2013 niet doorgezet. Het aantal percutane coronaire interventies (PCI s) is weliswaar nog iets verder gedaald maar dit is vooral toe te schrijven aan de toename van de Fractional Flow Reserve (FFR) meting bij de indicatiestelling voor het verrichten van deze interventie. Het aantal open hart operaties bevindt zich weer op het niveau van voor 2012 en er zijn nog nooit zoveel longtransplantaties verricht als in In 2013 is de in 2012 gestarte beddenreductie binnen het Thoraxcentrum voltooid waarbij er van de oorspronkelijke 108 bedden er nog 94 overbleven. Dankzij een korte ligduur en toename van het aantal dagopnames bleek dit nog ruim voldoende capaciteit om alle opnames te kunnen herbergen zonder consequenties voor de wachtlijst. De afdeling Hartbewaking is in oktober 2013 tijdelijk verhuisd naar een andere locatie. Op de oude locatie komt een volledig nieuwe Hartbewaking die in het najaar van 2014 zal worden opgeleverd. Het Thoraxcentrum heeft ook in 2013 veel aandacht gehad voor en nadruk gelegd op het verbeteren van de kwaliteit van zorg en patiëntveiligheid. In 2012 is de kerngroep kwaliteit opgezet en deze organisatievorm heeft er toe bijgedragen dat het kwaliteitsbeleid in 2013 zichtbaar uitgevoerd en verankerd kon worden in de organisatie. Om invulling te geven aan transparantie in de uitkomsten van de zorg is het Thoraxcentrum in 2013 gaan participeren in het project Meetbaar Beter en heeft zich samen met de regio aangesloten bij het NVVC Connect project.

8 Ofschoon enige voorzichtigheid op zijn plaats is, lijkt het gevoerde beleid en aandacht die er geweest is voor de kwaliteit van zorg en patiëntveiligheid zijn vruchten af te werpen gezien de uitkomsten van de diverse interventies in Op het gebied van onderzoek bestendigt het Thoraxcentrum zijn vooraanstaande positie zowel nationaal als internationaal. Het kent hierbij een goede traditie met bijbehorende resultaten op het gebied van zowel preklinisch als klinisch onderzoek. Ook in 2013 heeft het vele onderzoek dat binnen het Thoraxcentrum wordt gedaan weer geleid tot een groot aantal internationale publicaties. 6

9 2 Productie en Personeel In 2013 heeft de daling die in 2012 optrad in termen van productie niet verder doorgezet. Belangrijk is te noemen de groei in aantal open hart operaties en het totale aantal transplantaties van boven de Algemeen: Opnames Thoraxcentrum totaal Opnames Cardiologie Opnames Cardiothoracale chirurgie Nieuwe patiënten Bezoeken polikliniek Opnames CCU Cardiothoracale chirurgie: OpenHartOperatie totaal Coronary artery bypass grafting (CABG) Coronary artery bypass grafting (CABG) + klep Klep OK Aortachirurgie

10 Harttransplantaties Longtransplantaties LVAD Operaties Centrum Congenitale Hartafwijkingen Interventiecardiologie: Transkatheter hartklepinterventies (THI) Coronair AngioGram (CAG) Percutane Coronaire Interventie (PCI) Fractional Flow Reserve (FFR) meting Electrofysiologie: Conventionele pacemakers Biventriculaire pacemakers zonder ICD functie Biventriculaire pacemakers met ICD functie ICD s zonder biventriculaire pacemakerfunctie Reveal implantaties Ablaties

11 De (geringe) toename in de personele bezetting zit voornamelijk in het primaire proces (zorgondersteuning). Bezetting Medici 42,7 42,1 38,6 Arts-assistenten 12,8 15,0 15,4 Verpleging & verzorging 177,9 178,5 172,9 Zorgondersteuning 93,8 84,9 76,4 Zorgadministratie 37,4 43,0 43,5 Management en staf 4,7 3,9 3,4 Research en onderwijs 9,2 6,3 6,6 Secretariaten 5,3 5,8 6,4 Totaal Thoraxcentrum 383,8 379,7 363,2 9 Het ziekteverzuim binnen het Thoraxcentrum was in 2013 (12 maand gemiddelde exclusief gravida) 2,7 %. Het ziekteverzuimpercentage van het Thoraxcentrum over dezelfde periode vorig jaar ( tot ) was 4,5%. Het ziekteverzuimpercentage van het Thoraxcentrum is met 40 procent afgenomen. Ziekteverzuim ZVPincl ZVPexcl GZVD ZMF Totaal 3,8% 2,7% 13,3 1,3 ZVPincl ZVPexcl GZVD ZMF Ziekteverzuim inclusief Gravida Ziekteverzuim exclusief Gravida Gemiddelde ziekteverzuimduur Ziekmeldingsfrequentie

12 10

13 3 Afdeling Cardiologie 3.1 Patiëntenzorg Het aantal patiënten dat werd opgenomen daalde ook in Conform ontwikkelingen in de ziekenhuiszorg in heel Nederland daalde ook bij de afdeling Cardiologie het aantal verrichtingen. Uitzonderingen zijn de THI s en de ICD s, zij het in beperkte mate. Het totaal aantal nieuwe patiënten dat gezien werd, bleef stabiel, maar ten aanzien van de nieuwe patiënten op de polikliniek was een geringe toename in groei te zien. 11 De samenwerking in de regio werd verder bekrachtigd. Samen met het Martini Ziekenhuis wordt een ICD-programma uitgevoerd. Daarmee wordt regie gehouden over de patiëntenstromen en worden de relaties onderling verstevigd. Inmiddels zijn er voor 2014 wederom afspraken gemaakt tussen de beide ziekenhuizen en is het de bedoeling dat het aantal ICD/CRT-D s in het UMCG het komende jaar weer uit zal komen op 360. Met de vakgroep Cardiologie van het OZG zijn de eerste verkennende gesprekken gevoerd om voor de komende jaren de samenwerking op het gebied van devices en patiëntenonderzoek uit te bouwen. In 2013 is ingezet op versterking van de electrofysiologie door het aantrekken van een extra electrofysioloog. Daarmee kan de inzet op het gebied van de ablaties bij patiënten met boezemfibrilleren/ -flutter en patiënten met kamerritmestoornissen voor de langere termijn, structureel op een hoger niveau worden georganiseerd. Dankzij de nieuwe poliklinische faciliteit in het Centrum voor Revalidatie, locatie Beatrixoord kon een gemiddelde, gewenste toegangstijd van 2 tot 3 weken worden gehandhaafd, waarbij er tevens aan meer patiënten de mogelijkheid van eendagsdiagnostiek kon worden geboden.

14 In 2013 is de in 2012 gestarte beddenreductie binnen het Thoraxcentrum voltooid waarbij er van de oorspronkelijke 108 bedden er nog 94 overbleven. Dankzij een korte ligduur en het aantal dagopnames bleek dit nog ruim voldoende capaciteit om alle opnames te kunnen herbergen zonder consequenties voor de wachtlijst. 3.2 Onderzoek 12 In 2013 is er wederom een groot aantal publicaties geweest en waren er zeven promoties (zie hoofdstuk 8). Het aantal publicaties en citaties van de afdeling ligt, zowel kwalitatief als kwantitatief, op een hoog niveau. Er zijn vier jonge cardiologen die een VENI beurs van het NWO hebben. Het onderzoek binnen de afdeling Cardiologie is primair gericht op hartfalen en het behoud van de linkerkamerfunctie. Daarnaast neemt het onderzoek naar de behandeling van ritmestoornissen en de cardiogenetica een belangrijke plaats in. De organisatie van de afdeling Experimentele Cardiologie is verder geprofessionaliseerd, onder andere ook door nieuwe state of the art huisvesting. Er wordt onderzoek gedaan naar de onderliggende oorzaken en mechanismen die bijdragen aan de ontwikkeling van hartfalen en naar nieuwe diagnostische en behandelingsmethoden. De onderzoeksmethodologie is zeer breed waarbij onderzoek wordt gedaan op het gebied van medicijnen, genetica, eiwitten, markers, DNA, vitaminen, en specifieke cellen en processen in het hart. Tevens wordt grootschalig genetisch onderzoek verricht. In 2013 is hier ook stamcel onderzoek aan toegevoegd met als doel onderliggende ziekte oorzaken in het laboratorium te kunnen bestuderen. Het biedt studenten en promovendi een uitgelezen kans onderzoek te doen naar hartfalen en basale aspecten te onderzoeken, en getraind te worden in de alle aspecten van fysiologie, moleculaire biologie en genetica. Er wordt nauw samengewerkt met diverse andere onderzoekafdelingen. De Experimentele Cardiologie heeft een vaste formatie (staf en ondersteuning) en daarnaast een aantal hoofdonderzoekers, promovendi en post-docs.

15 Medewerkers Aantal promovendi e GS 2 3 2e GS 4 4 3e GS e GS 6 8 MD PhD Ondersteuning: Verpleegkundigen 5,8 6,8 Kwaliteit 0,3 0,5 Administratie 1,6 1,0 Research arts 1,0 1,0 Projectcoördinator 1,51 2,25 Analisten/biotechnici 4,89 4,89 Speciale projecten VIDI Rudolf de Boer gestart CVON ARENA Adriaan Voors gestart Klinische fellow ZonMW Pim van der Harst gestart Klinische fellow ZonMW Peter van der Meer gestart

16 Het financieren van het onderzoek wordt echter steeds moeilijker. De afdeling Cardiologie doet nog steeds mee aan grootschalig onderzoek en contractresearch, maar dit is financieel minder aantrekkelijk geworden. De recent opgerichte (onderzoeks) BV heeft als doel om de financiering van het onderzoek ook op langere termijn te kunnen waarborgen. Daarnaast blijft de afdeling zich concentreren op eerste en tweede geldstroom financiering, zowel in de persoonlijke beurzen als bij de projecten. Hierbij richt de afdeling zich in toenemende mate niet alleen op Nederland, maar vooral op Europa. De afdeling werkt aan een centrumbrede systematiek en organisatie om de geldstromen rond het onderzoek in beeld te krijgen. In de loop van het voorjaar 2014 zal dit worden gepresenteerd Onderwijs & opleiding In 2013 heeft de afdeling Cardiologie wederom een belangrijke bijdrage geleverd aan het onderwijs in het medisch curriculum. Naast grote rollen zoals blokcoördinator, coördinator van een zijinstroomgroep, voorzitter van de examencommissie tandheelkunde/geneeskunde en voorzitter van de werkgroep interuniversitaire voortgangstoets geneeskunde werden intermediaire rollen zoals mentorschap, coaches, begeleiding stage wetenschap, begeleiding semi-arts stage en een groot aantal kleinere rollen vervuld. Inmiddels heeft de afdeling een staflid benoemd die leiding geeft aan het onderwijs dat door de afdeling wordt gegeven. Een belangrijk doel voor de afdeling is naast het afleveren van basisartsen die een goed begrip en kennis hebben van de cardiologie, zichtbaar te zijn in het curriculum en studenten de kans te geven goed met de cardiologie kennis te maken. Daarom is het beleid gericht gewest op het scouten van studenten in het kleine groepsonderwijs (mentorgroepen) en in de nieuw opgezette keuzecursus cardiologie die in het voorjaar van 2013 van start ging. In 2013 hebben drie aio s de opleiding cardiologie voltooid en zijn er negen aio s begonnen met de opleiding cardiologie. Deze instroom is meer dan andere jaren door vervanging van aio s die veranderd zijn van opleidingsspecialisme. Zo zijn er twee aio s geswitcht naar de huisartsopleiding, een aio naar de opleiding nucleaire geneeskunde en een aio van de interne geneeskunde opleiding naar de cardiologie opleiding.

17 Een belangrijk aandachtspunt binnen de opleiding in 2013 is, naast een veilig opleidingsklimaat, de bescherming van de stages en de dienstbelasting geweest. Door ook anio s dienst te laten doen is de dienstbelasting van de aios afgenomen en was de bezetting op de stages goed op orde. In 2013 is dr. P.P. van Geel opleider cardiologie geworden en prof. dr. M.P. van de Berg plaatsvervangend opleider. 15

18 16

19 4 Afdeling Cardiothoracale chirurgie 4.1 Patiëntenzorg 17 Het aantal open hart operaties in 2013 ligt met boven het begrote aantal van en is daarmee aanzienlijk hoger dan in Daarbij is opvallend dat het aantal complexe operaties relatief harder groeit. In 2013 zijn er 37 (hart)longtransplantaties en vier harttransplantatie uitgevoerd. Hiermee komt het totaal aantal transplantaties voor 2013 boven de productiejaarafspraak van 40 uit. Een record. Het Thoraxcentrum heeft een vergunning voor het implanteren van de LVAD als bridge to transplant. In 2011 zijn voorbereidingen hierop ingezet o.a. door het uitvoeren van een prospectieve risicoanalyse. In 2012 is daadwerkelijk gestart met de implantaties van het steunhart. Deze ontwikkeling heeft zich met succes doorgezet. In 2013 zijn vier steunharten geïmplanteerd. Binnen de Cardiothoracale chirurgie hebben deels in samenwerking met de Cardiologie - minimaal invasieve technieken hun intrede gedaan. Deze samenwerking heeft ook geresulteerd in een groeiend aantal gezamenlijk, op het Hartkatheterisatiecentrum uitgevoerde hybride interventies.

20 4.2 Onderzoek 18 Op het gebied van onderzoek ligt voor de afdeling Cardiothoracale chirurgie het zwaartepunt bij minimaal invasieve technieken, voornamelijk in het gebied van de off-pump bypasschirurgie met arteriële grafts. De afdeling richt zich verder op de behandeling van ritmestoornissen, in het bijzonder boezemfibrilleren (MD PHD traject), op mitralisklep chirurgie (promotietraject), op sympaticotomie voor hyperhydrose en chronic pain syndrome (promotietraject), patiënt-prothesis mismatch bij aortaklepchirurgie (promotietraject) en tot slot orgaan preservatie bij longtransplantatie ex-vivo long perfusie (promotietraject) en bij harttransplantatie. Een overzicht van publicaties in 2013 is in het laatste hoofdstuk van dit jaarverslag opgenomen.

21 19

22 20

23 5 Kwaliteit van zorg en patiëntveiligheid 5.1 Inleiding Het verbeteren van de organisatie van de kwaliteit van de zorg met als doel het vergroten van de patiëntveiligheid is voor het Thoraxcentrum ook in 2013 speerpunt geweest. De kerngroep kwaliteit van het Thoraxcentrum is hierbij een belangrijk orgaan geworden. Zij heeft een adviserende en besluitvormende rol bij relevante kwaliteitsonderwerpen vanuit het Thoraxcentrum alsook vanuit het UMCG. De afgelopen periode lag de nadruk op het verder verdiepen van het integrale kwaliteitsbeleid. De belangrijkste ontwikkelingen van het afgelopen jaar staan hieronder beschreven Certificeren Kwaliteitshandboek In 2013 is de eerste versie van het kwaliteitshandboek van het Thoraxcentrum gerealiseerd. In een digitaal kwaliteitshandboek zijn door middel van linken beleid, organisatie, personeelsmanagement, middelenmanagement, patiëntenzorgprocessen en kwaliteitsmanagement van het Thoraxcentrum overzichtelijk gerangschikt en gemakkelijk vindbaar. Externe audit In het kader van het certificeringproces heeft in november 2013 een follow up van de audit (juni 2012) en de herhalingsaudit (december 2012) plaatsgevonden. De externe certificeerder Det Norske Veritas (DNV) was positief over de voortgang van de ingezette ontwikkelingen binnen het Thoraxcentrum op het gebied van kwaliteit en patiëntveiligheid. De nadruk die voor het Thoraxcentrum lag op de PDCA cyclus, risico management en het gebruik van verbeterpuntenlijsten bij diverse overlegvormen was duidelijk aantoonbaar. Volgens DNV was de enorme drive en integrale benadering van veiligheid hierin opvallend.

24 Risicoanalyses Het uitvoeren van risicoanalyses voorafgaand aan nieuwe behandelingen en belangrijke veranderingen in de patiëntenzorg is volledig ingebed in de organisatie. Op basis van ervaringen zijn verbeteringen aangebracht in de verslaglegging en het proces van het uitvoeren van een risicoanalyse. Om de PDCA cyclus volledig te doorlopen is de risicoanalyse pas afgesloten als alle verbetermaatregelen zijn uitgevoerd en is het evalueren van de risicoanalyse ook een onderdeel van het proces geworden. Ook heeft een mini prospectieve risico inventarisatie (mini PRI) zijn intrede gedaan. Bij minder ingrijpende veranderingen kan een mini risicoanalyse volstaan die qua personele inzet, inspanning en tijd minder belastend is voor de betrokkenen. 22 In 2013 zijn 6 risicoanalyses afgerond: Titel risicoanalyse Afdeling Onderwerp analyse Datum Renale denervatie Cardiologie Nieuwe interventie Posthoraxvest (mini PRI) ASD, sluiten via heartport Cardiothoracale chirurgie Cardiothoracale chirurgie Nieuwe interventie Nieuwe operatietechniek Hemochron jr (mini PRI) Perfusie Vernieuwde apparatuur Verhuizing telemetrie CCU CCU Verhuizen medische apparatuur TEE onder narcose op C1VA/HC Cardiologie Interventie is nieuw voor de afdeling

25 5.3 Processen Zorgtraject Ten behoeve van de ISO certificering van het UMCG in november 2014, is door het Thoraxcentrum in 2013 de keuze gemaakt om het zorgtraject Acute Coronaire Syndromen volledig te beschrijven. Hierbij komen Thoraxcentrumbreed alle cardiologische en cardiothoracale aspecten aan bod; de processen op de afdeling Hartkatheterisatie, de Hartbewaking, het Operatiecentrum, de Hartkatheterisatie afdeling, de verpleegafdelingen, de Functieafdeling, de polikliniek en de Hartrevalidatie. In 2013 is een begin gemaakt met de procesbeschrijving. SURPASS In het Thoraxcentrum worden de SURPASS resultaten wekelijks teruggekoppeld. Op deze manier kan er snel en adequaat feedback worden gegeven tot op persoonsniveau. Een 100% score kon het Thoraxcentrum nog niet op alle onderdelen behalen, omdat interne en externe klinische overnames niet goed passen in de bestaande systematiek. In 2013 is een nieuwe SURPASS-lijst ontwikkeld voor deze categorie patiënten. 23 Zorgprocessen De eind 2012 gestarte polikliniek voor patiënten met atriumfibrilleren is in 2013 geoptimaliseerd. Via deze poli krijgen patiënten met atriumfibrilleren geprotocolleerde zorg en voorlichting. Deze zorgketen is in overleg met patiëntenverenigingen vastgesteld. Een soortgelijk traject is in 2013 opgezet voor patiënten die een ICD-implantatie moeten ondergaan. Deze patiënten worden naast een cardioloog ook gezien door een verpleegkundig specialist/physician assistant die de patiënt optimaal voorbereid op de implantatie. Alle onderzoeken voorafgaand aan de ingreep en uitgebreide voorlichting worden op één dag gepland. Evenals bij de atriumfibrilleren polikliniek is er bij de opzet van dit traject geparticipeerd door patiënten.

26 Door een structurele interventie in het zomer OK-programma is het in 2013 gelukt om de wachtlijst voor cardiothoracale patiënten in deze periode niet op te laten lopen. In 2013 bleven de wachttijden daardoor het gehele jaar binnen de gestelde norm. 5.4 Protocolontwikkeling 24 Documentbeheer In 2013 zijn binnen het Thoraxcentrum afspraken gemaakt over beheer van documenten, naast de al eerder vastgelegde regels betreffende protocolbeheer. Hiermee is het nu duidelijk voor medewerkers waar de diverse soorten documenten terug te vinden zijn, welk doel ieder document heeft en onder wiens verantwoordelijkheid het valt. Document opslag Alle eenheden en daarbij betrokken medewerkers binnen het Thoraxcentrum hebben het afgelopen jaar de beschikking gekregen over een eigen teamsite. Niet alleen is hiermee een efficiënt communicatiemiddel beschikbaar gekomen maar ook is de afspraak gemaakt dat iedere eenheid verplicht is om de notulen en verbeterpuntenlijst van het reguliere werkoverleg hierop te plaatsen. Nieuwe kwaliteitsdocumenten Behalve het al eerder genoemde kwaliteitshandboek is ook de verbeterpuntenlijst breed ingevoerd in het Thoraxcentrum. Met deze lijst is een afgeronde PDCA-cyclus beter uit te voeren en te controleren. In 2013 zijn meerdere afspraken ten aanzien van kwaliteitsbeleid gedocumenteerd en inzichtelijk gemaakt op DocPortal. 5.5 Databeheer VMS thema s Bijna alle thema s zijn Thoraxcentrumbreed geïmplementeerd. Eind 2013 zijn de thema s per verpleegafdeling geëvalueerd. Hieruit kwam naar voren dat het Thoraxcentrum er goed voor staat wat betreft de implementatie van de thema s. Voor de thema s vitaal bedreigde patiënt en kwetsbare ouderen was nog verbetering in de afstemming tussen medici en verpleegkundigen noodzakelijk.

27 Afspraken betreffende de medische en verpleegkundige verantwoordelijkheden ten aanzien van deze twee thema s, passend bij de praktijk, zijn in documenten opgenomen en geïmplementeerd. Voor de medicatie thema s is het Thoraxcentrum nog in afwachting van het beleid van de themagroepen. Afspraken over scholingsinhoud en scholingsfrequentie van de VMS-thema s zijn Thoraxcentrumbreed vastgelegd. Het registreren van een aantal onderdelen van de VMS thema s in het indicatorenportaal is ondersteunend voor zowel verpleegkundigen als artsen op alle verpleegafdelingen. Zowel in juni als in november 2013 is het gebruik van het indicatorenportaal geëvalueerd. Aan de wens om frequent terugkoppeling te krijgen van de registraties om feedback te kunnen geven aan de gebruikers en om snel verbeteracties in te kunnen zetten, wordt UMCG breed nog gewerkt. 25 Meetbaar Beter Het project Meetbaar Beter is een wetenschappelijk onderbouwd programma dat met behulp van patiëntrelevante uitkomstindicatoren op een artsgedreven én patiëntgerichte manier werkt aan de verbetering van kwaliteit en transparantie van zorg in de deelnemende acht hartcentra. Het Thoraxcentrum van het UMCG participeert sinds 2013 in dit landelijke project. Op 1 september 2013 zijn de data aangeleverd voor wat betreft de CABG (Coronary Artery Bypass Surgery), PCI (Percutane Coronaire Interventie) en PVI (Pulmonaal Venen Isolatie) en in november 2013gepubliceerd in het Meetbaar Beter boek van het UMCG, terug te vinden op Digitalisering Deelname aan het project Meetbaar Beter heeft nog eens duidelijk gemaakt dat voor een snelle en efficiënte aanlevering van benodigde data het noodzakelijk is om dit proces optimaal in te richten en verder te automatiseren. Er is een begin gemaakt om de data die gegenereerd worden op de afdeling Hartkatheterisatie zodanig digitaal vast te leggen dat deze eenvoudig te benaderen zijn. In 2013 heeft er een digitaliseringslag plaats gevonden op de polikliniek van het Thoraxcentrum. Alle functieonderzoeken kunnen vanaf die tijd digitaal door de medici worden aangevraagd en worden ingezien. Daarnaast is ook het proces van de totstandkoming van de brief aan de huisarts grotendeels elektronisch geworden. Het resultaat is behalve een efficiëntere bedrijfsvoering en snellere informatievoorziening naar de verwijzer, ook een verlaging van de kans op administratieve fouten zoals patiëntverwisselingen.

28 Elektronisch Patiënten Dossier In voorbereiding op het nieuwe Elektronisch Patiënten Dossier (EPD) heeft de werkgroep EPD van het Thoraxcentrum onder begeleiding van het centrale EPD team het inrichtingsboek ontwikkeld. Op de beschreven onderdelen waarin het Thoraxcentrum uniek is binnen het UMCG zijn toelichting gesprekken gevoerd, mede omdat het voor het Thoraxcentrum nog niet duidelijk is of de Thoraxspecifieke processen/ applicaties in het EPD worden opgenomen of dat ze aan het EPD gekoppeld moeten worden. Ook is nog onzeker of het EPD de flexibiliteit en ontwikkelingssnelheid heeft die voor Thoraxcentrum noodzakelijk is om steeds te kunnen blijven voldoen aan veranderende technische mogelijkheden of interne en externe eisen Meldingen Decentrale Incident Meldingen Het aantal Decentrale Incident Meldingen (DIM) in het Thoraxcentrum viel in 2013 lager uit dan in 2012 (322 tegen 370 in 2012).Om de DIM-commissie breder onder de aandacht te brengen en het melden te stimuleren zijn er in 2013 binnen diverse afdelingen presentaties gegeven. Vanaf 2013 worden verwisselingen bijgehouden als aparte meldcategorie. De meeste meldingen in deze categorie komen van de afdeling Hartbewaking en de polikliniek. Op beide locaties is er een hoge doorstroom van patiënten. Het totaal aantal gemelde valincidenten daalt in de loop van de jaren mede als gevolg van onderwijs en instructie met continue aandacht voor valpreventie.

29 In onderstaande tabel staan de meldingen per categorie per jaar: Categorie Medicatie(incl. bloedproducten) 115 (36%) 121 (33%) 111 (34%) Valincidenten 25 (8%) 36 (10%) 50 (15%) Medische middelen 17 (5%) 30 (8%) 35 (11%) Uitvoering zorg, diagnosen behandeling 71 (22%) 61 (16%) 60 (18%) Coördinatie zorgproces 42 (13%) 81 (22%) 35 (11%) 27 Patiënt verwisseling 23 (7%) Overige 29 (9%) 41 (11%) 37 (11%) Totaal aantal meldingen Enkele, mede door de DIM-commissie, bereikte resultaten in 2013 zijn: - een nieuw protocol diabetesregulatie voor de afdeling Cardiothoracale chirurgie, - per 1 januari 2014 een nieuw medicatieprotocol voor de Short Stay van de afdeling Cardiologie, - introductie van een STEMI checklist op de afdeling Hartkatheterisatie voor een betere informatie verzameling in de acute situatie bij de opname van een STEMI-patiënt.

30 28

31 6 Prestatie-indicatoren 6.1 Cardiothoracale chirurgie Aantal ingrepen en wachttijden 29 Het aantal ingrepen verricht door de afdeling Cardiothoracale chirurgie wordt bepaald door de balans tussen vraag naar operatieve behandelingen en de mogelijkheid deze operatieve behandelingen uit te voeren. De vraag wordt bepaald door het aanbod aan patiënten, zoals die door verwijzers (bv. cardiologen en longartsen), voor een operatieve behandeling worden aangeboden. Daarnaast spelen vakmatige ontwikkelingen een rol. Hierbij kunnen indicaties voor behandelingen verschuiven, zoals bijvoorbeeld bij de behandeling van kransslagaderafwijkingen is gebeurd. Er is sprake van verschuiving naar meer behandelingen door de interventiecardiologie en - meer recent - bij hartklepoperaties met een hybride techniek (TAVI). Het aantal operaties dat uitgevoerd kan worden, wordt door vele factoren bepaald. Die kunnen deels van te voren worden vastgesteld (het aantal beschikbare operatiekamers), maar kunnen ook worden bepaald door minder te beïnvloeden factoren (vrije intensive care bedden). Een maat voor de balans tussen vraag naar behandelingen en de uitvoering ervan is de wachttijd.

32 Gerealiseerde wachttijden umcg 2013 mediaan (dagen) cabg iso klepchir iso cabg / klep cabg / overig aortachir overig cardiochir totaal umcg 2013 umcg 2013 landelijk Het blijkt dat de wachttijden voor patiënten die een CABG moeten ondergaan (en dus de dreiging van hartschade hebben door een infarct) lager is dan het landelijk gemiddelde. De patiënten die klep- en aorta chirurgie moeten ondergaan wachten in het UMCG gemiddeld langer dan het landelijk gemiddelde. Dit is een aandachtspunt voor volgende jaren. Voor 2013 ontvingen we van de BHN nog geen rapportage over de gerealiseerde wachttijden over dat jaar Kwaliteit Naast aantallen zijn er ook kwalitatieve prestatie indicatoren. De IGZ kent de basisset kwaliteitsindicatoren voor ziekenhuizen. Voor het jaar 2012 staan daar geen specifiek op hartchirurgie gerichte indicatoren in vermeld. Voor de longchirurgie wordt het aantal verrichte anatomische resecties gevraagd. Voor het jaar 2013 worden echter wel specifiek op de cardiochirurgie gerichte indicatoren benoemd en uitgevraagd. Het betreft deelname aan landelijke risico-gewogenmortaliteits-registratie NVT, percentage gebruik van de internal mammary artery als graft en percentage diepe sternumwondproblemen, mediastinitis. Deelname aan landelijke risico-gewogen-mortaliteits-registratie NVT Het Thoraxcentrum doet sinds de oprichting in 1993 mee aan deze registratie (BHN). Aanvankelijk opgezet als aantallen registratie voor open hart operaties is deze registratie door de jaren heen steeds meer een databank geworden ten behoeve van kwaliteitsmetingen. Inmiddels worden naast mortaliteitsgegevens ook complicaties geregistreerd.

33 Percentage gebruik van de internal mammary artery als graft De arteria mammaria is de voorkeursgraft om te gebruiken bij aorta-coronaire bypass operaties (CABG). Bij het gebruik maken van een van deze grafts is de kans dat een graft gaat falen en dus zijn functie niet meer vervuld op de lange termijn geringer dan wanneer veneuze grafts gebruikt worden. Daarom is het gebruik van deze graft een kwaliteitsindicator. In het UMCG is al jaren geleden begonnen met het gebruik van arteriële grafts uit kwalitatief oogpunt. 100,00% 80.00% 60.00% 40.00% 20.00% 0.00% % arteria mammaria gebruik bij cabg cabg iso avr iso avr / cabg overige totaal ! Bij CABG- operaties wordt vrijwel altijd gebruik gemaakt van de arteria mammaria, zoals in de grafiek te zien is. In grafiek hieronder is ook te zien dat ongeveer 80% van de CABG-operaties wordt uitgevoerd zonder gebruik te maken van de hart-longmachine (zgn. off pump CABG).

34 600 cabg cabg iso avr iso avr / cabg overige totaal cabg mammaria off pump Percentage diepe sternum wondproblemen, mediastinitis Een geïnfecteerde sternumwond is voor een patiënt een vervelende complicatie. Hij of zij moet meestal langdurig in het ziekenhuis verblijven en heeft intensieve verpleegkundige zorg nodig. Ook zijn meestal meerdere operaties nodig om de wond weer te sluiten als de infectie afdoende bestreden is. Het aantal sternum infecties was in het jaar 2012 iets hoger dan de gemiddelden uit de Prezies studie. Totaal 21 patiënten kregen deze complicatie. Relevant is wel dat deze patiënten in totaal dagen in het ziekenhuis lagen (72 dagen per patiënt) en daarvan 277 dagen op de IC (13 dagen per patiënt). Juist het afgelopen jaar is een grote studie afgesloten die in samenwerking met de collegae van de ICV alle mediastinitiden hebben onderzocht. Helaas leverde deze studie geen enkelvoudige te nemen maatregelen op die zeker tot verbetering zouden leiden. Wel is nu nog strikter in het protocol opgenomen dat de preventieve antibiotica gift minimaal 30 minuten voor de incisie gegeven moet zijn. In 2013 lag het aantal patiënten dat een sternum infectie kreeg lager (16 patienten, 1,8% tegen 21 patiënten in 2012, 2,6%).

35 infectie na hartoperatie ,5% 2,0% 1,5% 1,0% 0,5% 0,0% cabg iso avr iso avr / cabg overige totaal 33 Mortaliteit De belangrijkste kwaliteitsindicator is echter de mortaliteit, die op verschillende wijzen kan worden bepaald. Alhoewel sterfte een absoluut gegeven is, is het soms nog lastig om overlijden aan een bepaalde gebeurtenis, bijvoorbeeld een operatie, toe te schrijven. Ziekenhuismortaliteit is de sterfte die optreedt terwijl een patiënt in het ziekenhuis is opgenomen. 30-dagen mortaliteit is sterfte die optreedt binnen 30 dagen na een ingreep, onafhankelijk van het gegeven of een patiënt nog opgenomen is of reeds is ontslagen. Een strenge definitie is die waarbij ziekenhuismortaliteit en 30-dagen mortaliteit wordt gecombineerd. Tegenwoordig lijkt er ook een trend te zijn om 120 dagen mortaliteit als kwaliteitsindicator te gebruiken. De meest eenvoudig vast te stellen mortaliteit is de eigen ziekenhuis mortaliteit, die de sterfte geeft in het ziekenhuis waar een operatie heeft plaats gevonden. Maar juist in de cardiothoracale chirurgie is het een gewoonte om patiënten kort na een ingreep (vier dagen) voor verder herstel terug te verwijzen naar de eigen cardioloog. De mate waarin dit terug verwijzen gebeurt is niet voor elk hartcentrum hetzelfde en, binnen onze regio, ook niet naar elke verwijzer hetzelfde. Eventuele sterfte die optreedt in het tweede ziekenhuis, of tijdens een heropname in het eerste ziekenhuis telt dan niet mee, terwijl zo n gebeurtenis uit kwaliteitsoogpunt wel belangrijk is. Zo heeft deze eigen ziekenhuis mortaliteit maar een beperkte betekenis als kwaliteitsindicator. Landelijk, in de BHN (Begeleidingscommissie Hart interventies Nederland), is echter afgesproken om deze mortaliteit te gebruiken in haar rapportages. Het UMCG doet al vanaf het eerste begin mee met de landelijke registratie van hartinterventies (BHN). In deze registratie worden soort ingreep, spoedclassificatie en weegfactoren volgens de Euroscore vastgelegd volgens precieze definities, die voor alle Nederlandse hartcentra gelijk zijn.

36 Ziekenhuis mortaliteit Totaal overleden in ziekenhuis Ruwe sterfte % 1,71 4,0 4,8 3,8 2,5 3,2 3,0 Gem. euroscore% 8,83 7,10 7,94 8,07 8,19 7,46 6,89 34 Mortaliteit wordt ook vaak vergeleken. De ene operatie met de andere, maar ook het ene ziekenhuis met het andere. Het is duidelijk dat niet alle patiënten die een operatie moeten ondergaan even ziek zijn en ook zal duidelijk zijn dat niet alle operaties het zelfde risico op overlijden met zich mee brengen. Daarom maken we gebruik van een systeem dat de vergelijkbaarheid verbetert door een gewogen risico te bepalen aan de hand van meerdere criteria. Dit is de risico gewogen mortaliteit met behulp van de Euroscore. Risico gewogen mortaliteit De Euroscore wordt berekend aan de hand van 17 factoren, waaronder leeftijd, geslacht, enkele nevendiagnosen, cardiale factoren en de soort ingreep. Een patiënt met een hoge Euroscore heeft een hoger risico op overlijden dan een patiënt met een lage Euroscore. De Euroscore voorspelt in zekere zin de kans op overlijden na een bepaalde ingreep. Het verschil tussen de voorspelde mortaliteit en de gerealiseerde mortaliteit (werkelijke ruwe sterfte) is uit te beelden in een CUSUM grafiek. Het overlijden van een patiënt met een hoge Euroscore weegt in de CUSUM grafiek minder zwaar dan het overlijden van een patiënt met een lage euroscore. Voor een grote groep patiënten, bijvoorbeeld allen die een hartoperatie in een bepaald jaar of jaren ondergingen, kan dat dan in een CUSUM*) curve worden weergegeven.

37 cusum *)CUSUM curve Een cusum curve komt tot stand door voor elke opeenvolgende patiënt in de tijd het risico te bepalen met behulp van de Euroscore methode en deze risico s dan op te tellen. Heeft de eerste patiënt van een meet interval (bijvoorbeeld een kalenderjaar) een risico op overlijden van 5% dan wordt op de X-as op positie 1 0,05 geschreven indien de patiënt binnen de mortaliteits definitie (bijvoorbeeld 30 dagen) in leven is gebleven. Als de tweede patiënt een risico heeft van 2,5% dan wordt op positie 2 op de X-as 0,025 opgeteld bij de waarde van positie 1 op de X-as en 0,075 geschreven. Dit getal heeft de eenheid van gewonnen leven : immers als alle honderd patiënten met een risico op overlijden van 1% in leven zouden blijven zou één leven gewonnen zijn ten opzichte van de voorspelling, waarbij indien de voorspelde mortaliteit 1% zou zijn er één patiënt van de honderd zou zijn overleden. Omgekeerd wordt indien een patiënt overlijdt binnen de mortaliteits definitie 1-[voorspelde risico] van het voorgaande getal afgetrokken. Dus als de derde patiënt in het voorbeeld een risico op overlijden heeft in de Euroscore van 20% wordt 1-0,2 ofwel 0,8 van het voorgaande getal afgetrokken en wordt dus op positie 3 op de X-as -0,125 geschreven. Ook dit is weer logisch. Als het resultaat strikt overeenkomt met de voorspelling is na 100 operaties met een risico van 1% en 99 patiënten in leven zijn gebleven en één is overleden het resultaat van de curve dat na 100 operaties men weer op de nullijn zit: er zijn geen levens gewonnen ten opzichte van de voorspelling: 99x0,01 bij elkaar opgeteld (=0,99) bij overlijden van een patiënt 1-0,01 = 0,99 daarvan afgetrokken. Eindresultaat 0. Het verloop van de curve zou een inzicht kunnen geven in clustering van mortaliteit. Indien zo n CUSUM actueel elke dag zou worden bijgehouden zouden eventuele problemen eerder aan het licht kunnen komen. De Euroscore- risico s zijn bepaald aan de hand van een dataset van meer dan 10 jaar geleden. Daarin was een bepaalde mix van patiënten opgenomen die anders zou kunnen zijn dan de mix in de huidige tijd. Over het algemeen wordt nu gevonden dat een CUSUM curve die aan het einde van een meettijdperk op de nullijn zit een aanduiding zou kunnen zijn van onvoldoende kwaliteit. In dat geval is een nadere dieper gaande analyse nodig, waarin bijvoorbeeld foutmarges mee gemeten moeten worden.

38 Ook kan mortaliteit in een staaf diagram worden weergegeven, waarbij nog iets beter zichtbaar is wat het verschil is tussen de gerealiseerde mortaliteit en de voorspelde mortaliteit (Euroscore) en hoe dat eventueel verschilt door de jaren heen. 14,0 12,0 10,0 Hartchirurgie umcg totaal 36 8,0 6,0 4,0 2, mortaliteit umcg verwachte mortaliteit! Complicaties Het eventueel optreden van bepaalde complicaties wordt als een prestatie-indicator beschouwd. Bij ruim een derde deel van de patiënten werd een complicatie geregistreerd. Het betreft ernstige complicaties, zoals een diepe sternum infectie of een re-interventie bij hartfalen, maar ook minder ernstige complicaties zoals een blaasontsteking. Bijna twee derde van de patiënten verliet het ziekenhuis ongecompliceerd. In beide jaren (2012 en 2011) werd een vergelijkbaar aantal complicaties geregistreerd. n % n % n % Totaal aantal geregistreerde complicaties Patiënten Geen complicatie ,5% ,2% ,5% Wel complicatie ,5% ,8% ,5%

39 CVA (Cerebrovasculair Accident, beroerte) Het CVA is een zeldzaam optredende, maar bekende complicatie van hartchirurgie. Het gebruik van de hart-longmachine (HLM) en het manipuleren van de aorta spelen waarschijnlijk bij het ontstaan van het onbloedige CVA een rol. Daar waar het gebruik van de HLM vermeden kan worden (off-pump CABG) is dat dus positief bijdragend aan het voorkomen van deze complicatie. Het manipuleren van de aorta is onvermijdelijk bij die operaties die onmogelijk off-pump uitgevoerd kunnen worden. CVA s met restverschijnselen, zoals verlamming, zijn ernstigere complicaties dan CVA s met geheel voorbijgaande verschijnselen (TIA). n % n % n % CVA met restverschijnselen 6 0,69% 8 0,76% 12 1,05% TIA/CVA zonder restverschijnselen 3 0,34% 7 0,67% 9 0,79% 37 cva zonder herstel na hartoperatie ,6% 1,1% 0,6% 0,1% cabg iso avr iso avr / cabg overige totaal

40 Re-sternotomie ten gevolge van bloeding en (late) tamponade Nabloedingen na hartoperaties zijn vrijwel onvermijdelijk. Als geprobeerd wordt dit te allen tijde te voorkomen dan zijn maatregelen nodig die een goed resultaat van de hartoperatie in de weg staan, zoals het stollen van een bypass graft na een CABG of het ontstaan van stolsels op kunstkleppen, die dan weer kunnen emboliseren. Deze complicatie is te verdelen in re-sternotomiën binnen 24 uur na een hartoperatie en die na 24 uur optreden. Deze laatste ontstaan vaak als bijwerking van te hoog gedoseerde anti-coagulerende medicijnen. Een nieuw, aangepast, protocol ontstolling rondom hartoperaties scherpt de indicatiestelling aan en geeft richtlijnen hoe deze laatste complicatie nog meer te voorkomen is. In de volgende jaren zal worden bezien of dit een gunstig effect heeft. 38 n % n % n % Rethoracotomie (<24 h) 40 4,6% 41 3,92% 40 3,50% Tamponade (laat) 21 2,4% 32 3,06% 23 2,01% 8,0% nabloeding na hartoperatie ,0% 4,0% 2,0% 0,0% cabg iso avr iso avr / cabg overige totaal Nierfalen Preoperatief nierfalen leidt postoperatief tot verslechtering van de nierfunctie, vooral bij operaties waarbij de hart-longmachine gebruikt wordt. Het leidt tot een verlengde opname op de Intensive Care en soms wordt met de hartoperatie het laatste duwtje gegeven in de richting van chronische hemodialyse. Door preoperatieve maatregelen, zoals prehydratie en preoperatieve aandacht voor de nierfunctie kan dit zoveel mogelijk voorkomen worden.

41 n % n % n % Nierfalen 0 9 0,86% 2 0,17% Nierfalen tijdelijk 16 1,5% 8 0,76% 5 0,44% Delier Delier komt frequent voor. Het is de meest geregistreerde complicatie. In het kader van het VMS thema Kwetsbare ouderen is extra aandacht hiervoor op zijn plaats. Uit registratie blijkt dat ongeveer 8% van de patiënten een delier heeft in aansluiting op een hartoperatie. Weliswaar treedt het delier in absoluut getal vaker op na een off-pump CABG, maar omdat de meeste patiënten offpump behandeld worden is het percentage patiënten dat een delier krijgt in aansluiting op een offpump procedure kleiner dan in aansluiting op een procedure met hart-longmachine. Deze bevinding noopt tot nader onderzoek, dat het komende jaar een begin zal hebben. 39 n % n % n % Delier 98 11,2% 91 8,69% 84 7,35% Delier cabg off pump 30 7,8% 24 7,97% 13 5,78% Delier cabg on pump 12 14,3% 16 13,56% 10 9,26% Re-interventie wegens hartfalen Een re-interventie wegens hartfalen komt weinig voor. Meestal zijn de gevolgen van deze complicatie voor de patiënt ernstig. Iedere re-interventie om deze reden noopt tot het bespreken van de casus in de complicatiebespreking. n % n % n % Re-interventie hartfalen 9 1,0% 2 0,19% 4 0,35%

42 6.2 Cardiologie Kwaliteitsindicatoren: De afdeling Cardiologie levert de kwaliteitsindicatoren aan die door de IGZ jaarlijks worden vastgesteld en gedefinieerd zijn in de Basisset kwaliteitsindicatoren ziekenhuizen. Voor 2013 werden er de volgende indicatoren vastgesteld: 40 a) Sterfte in het eerste jaar na eerste administratief consult op de polikliniek Cardiologie bij patiënten 70 jaar. b) Behandeling bij patiënten met een ST-elevatie acuut myocardinfarct (STEMI). c) Evaluatie na inbrengen pacemakers. a) Sterfte na eerste administratief consult op de polikliniek bij patiënten 70 jaar De definitie betreft hier de sterfte in het jaar na het eerste administratieve consult op de polikliniek Cardiologie van alle patiënten van 70 jaar en ouder die electief door de cardioloog gezien zijn op de polikliniek Mortaliteit 7,0% 7,5% 8,4% 10,6% 10,4% b) Sterfte na percutane coronaire interventie (PCI) in verband met STEMI Deze indicator betreft de ziekenhuis- of 30-dagen mortaliteit bij patiënten die opgenomen zijn met een ST-elevatie myocardinfarct (STEMI) en hiervoor een PCI ondergingen. Patiënten na een reanimatie werden hierbij geëxcludeerd Mortaliteit (ziekenhuis of 30-dagen)na PCI i.v.m. STEMI 2,6% 3,4% Totaal aantal STEMI-patiënten

43 Gemiddelde door-to-needle time Uitgangspunt voor de behandeling bij patiënten met een STEMI is dat deze behandeling binnen 90 minuten na het eerste contact met de patiënt (huisarts en/of ambulancedienst) uitgevoerd kan worden. Op diverse momenten in deze keten kan vertraging optreden. Sinds 2012 wordt gevraagd om over de zogenaamde door-to-needle time te rapporteren. Dit is de tijd tussen aankomst in het ziekenhuis en het moment van aanprikken van de arteria femoralis, brachialis of radialis in het kader van de katheterisatieprocedure om een PCI te verrichten. gemiddelde tijd (min) aantal patiënten * 41 Door-to-needle 36 min. 119 pat. * het betreft hier een steekproef c) Evaluatie na inbrengen pacemakers In onderstaande tabel worden de aantallen vermeld met betrekking tot het soort device dat geïmplanteerd is en het aantal re-interventies < 90 dagen Conventionele pacemakers Biventriculaire pacemakers zonder ICD functie Biventriculaire pacemakers met ICD functie ICD s zonder biventriculaire pacemakerfunctie Totaal Aantal re-interventies < 90 dagen om een device-, lead-, of procedure gerelateerd probleem op te lossen

44 6.2.2 VMS thema optimale zorg acuut coronair syndroom Naast de bovengenoemde indicatorenset is binnen het VMS thema optimale zorg voor het acute coronaire syndroom als doelstelling ondermeer geformuleerd dat: ten minste 90% van de patiënten de zogenaamde gouden vijf medicijnen voorgeschreven heeft gekregen bij ontslag (acetylsalicylzuur, thienopyridine, statine, beta-blokker, ACE-remmer); alle patiënten met een hartinfarct die in aanmerking komen voor hartrevalidatie een hartrevalidatieprogramma volgen. 42 Bij de patiënten die in 2013 werden opgenomen met een ACS en poliklinisch vervolgd werden in het UMCG op de Postinfarctpolikliniek, werd het criterium van 90% ten aanzien van het voorschrijven van alle gouden vijf medicijnen evenals in 2012 niet gehaald ofschoon uiteindelijk wel 84% van de patiënten de genoemde vijf medicamenten gebruikten. Per medicament werd wel voldaan aan het 90% criterium. Voorgeschreven medicatie Bij ontslag Na 1-2 weken Na 3 maanden Acetylsalicylzuur 91% 95% 91% 95% 93% 95% Thyenopiridine 100% 100% 100% 100% 100% 100% Bètablokker 95% 97% 97% 98% 97% 97% ACE/ ARB 86% 90% 94% 94% 94% 95% Statine 97% 99 % 99% 99 % 98% 99% Alle 5 75% 83% 84% 86% 84% 86% Ten aanzien van hartrevalidatie hebben in 2013 alle patiënten met een hartinfarct een hartrevalidatieprogramma aangeboden gekregen, maar niet alle patiënten zijn ook een programma gaan volgen. In totaal heeft 62% van de patiënten een hartrevalidatieprogramma gevolgd.

45 Hartrevalidatie Hartrevalidatie aangeboden 351 (100%) 349 (100%) Geen hartrevalidatie 132 (38%) 119 (34%) Fit Kort locatie Hanzeplein 109 (31%) 101 (29%) Fit Kort locatie Beatrixoord 42 (12%) 39 (11%) Fit Plus locatie Beatrixoord 31 (9%) 27 (8%) Elders 35 (10%) 63 (18%) Meetbaar Beter In 2013 heeft het Thoraxcentrum voor het eerst deelgenomen aan Meetbaar Beter. Op basis van De uitkomstindicatoren voor de afdeling Cardiologie waren in 2013 de uitkomsten van de Percutane Coronaire Interventie (PCI) en de Pulmonaal Venen Isolatie (PVI). Mortaliteit na PCI over de periode Mortaliteit na PCI Periode < 30 dagen na PCI 2,9% < 1 jaar na PCI 6,5% Uitkomstindicatoren PVI over de periode Periode Mortaliteit < 30 dagen na PVI 0% 1-jaar succes (complete remissie van AF/AFl/AT zonder AAD) 48,3% Cardiale tamponade of effusie 1,8% AF = atriumfibrilleren; AFl = atriumflutter; AT = atriale tachycardie; AAD = anti-aritmica

46 44

47 7 Bijzondere programma s 7.1 Transplantatieprogramma Harttransplantatie 45 In 2013 werden er 24 patiënten gescreend voor harttransplantatie (HTX). Eind 2012 stonden er 10 patiënten actief op de HTX wachtlijst UMCG; eind 2013 waren dat er 17. Aantal HTX screeningen per jaar Gescreend Op wachtlijst geplaatst Nog te goed Afgewezen Aantal patiënten dat een HTX in het UMCG onderging HTX UMCG Mortaliteit * Oorzaken van overlijden van het drietal patiënten dat perioperatief overleed waren in respectievelijk 2010: - stolling en bloeding en 2007:- septische shock.

48 Aantal post-htx patiënten in nabehandeling in het UMCG en mortaliteit in deze groep Post-HTX Mortaliteit (patiënten die in het betreffende jaar voor HTX gingen zijn niet opgenomen) 46 Oorzaken overlijden van patiënten in nabehandeling post-htx: in de respectievelijke jaren: 2013: 3 patiënten: 1 plots overlijden 9 maanden post-htx; 1 infectie 6 maanden post HTX; 1 maligniteit 18 jaar post-htx 2012: 5 patiënten: 1 plots overlijden, 1 maligniteit na 14 jaar, 1 hartfalen na 18 jaar, 1 hart/nierfalen na 13 jaar, 1 infectie na 1,2 jaar 2011: 3 patiënten: 1 CVA 26 jaar post-htx; 1 CVA 20 jaar post-htx; 1 maligniteit 14 jaar post-htx 2010: 2 patiënten: 1 Hart- en nierfalen 15 jaar post-htx; 1 maligniteit 17 jaar post HTX 2009: : 2 patiënten: 1 Hart- en nierfalen 15 jaar post-htx; 1 plots overlijden 1 1 / 2 jaar post-htx 2007: 0 Het aantal patiënten dat gescreend werd voor HTX in 2013 is met 24 ongeveer gelijk gebleven aan het jaar ervoor. Eind 2013 stonden er 17 patiënten al op als transpantabel. Het aantal patiënten in Nederland dat wacht op een donorhart is in 2013 t.o.v gestegen naar 84. Het aantal daadwerkelijk in Nederland verrichtte harttransplantaties is in 2013 conform het aantal in 2012 in drie centra, namelijk 37 (UMCU 14, Erasmus Rotterdam 19 (waarvan zes kinderen), UMCG vier). Ofschoon het UMCG in Nederland het kleinste harttransplantatie-programma heeft, zijn de resultaten goed en zondermeer vergelijkbaar met de uitkomsten, zowel nationaal als ook internationaal. In januari 2014 zal de Inspectie voor de Gezondheidszorg het UMCG bezoeken om op verzoek van de minister van Volksgezondheid Welzijn en Sport haar te adviseren omtrent de vergunningsaanvraag van het UMCG voor een definitieve vergunning om harttransplantaties te verrichten.

49 7.1.2 Left Ventricular Assist Device In 2011 heeft het UMCG een vergunning gekregen voor het implanteren van een Left Ventricular Assist Device (LVAD). Na een zorgvuldige voorbereiding (protocol, scholing, prospectieve risicoanalyse) is er in de tweede helft van 2012 gestart worden met het LVAD-programma. In 2013 is in het UMCG bij drie patiënten een Heartmate2 geïmplanteerd en bij een patiënt is een LVAD vervangen in verband met een pompthrombose. Aantal patiënten dat een LVAD implantatie in het UMCG onderging LVAD UMCG 4 2 Mortaliteit 0 0 In het UMCG wordt deze behandeloptie vooralsnog alleen ingezet om de periode tot aan een harttransplantatie te kunnen overleven (bridge-to-transplant). Het (zorg)proces rondom de LVAD implantatie wordt begeleid door een breed multidisciplinair team waarin cardiologen, cardiothoracaal chirurgen, intensivisten, cardio-anesthesisten, verpleegkundig specialisten en physician assistants vertegenwoordigd zijn Longtransplantatie Het aantal longtransplantatieprogramma in het UMCG is de laatste jaren stabiel rond de 30 per jaar geweest. In 2013 werden er echter 37 longtransplantaties uitgevoerd. De verhouding patiënten op de wachtlijst/aantal transplantaties ligt in het UMCG nog steeds duidelijk gunstiger dan gemiddeld in Nederland.

Thoraxcentrum Kwaliteitsjaarverslag 2015

Thoraxcentrum Kwaliteitsjaarverslag 2015 Thoraxcentrum Kwaliteitsjaarverslag 2015 Oktober 2016 Inhoud Inleiding Productieoverzicht Kwaliteit & Veiligheid algemeen Prestatie-indicatoren Cardiothoracale chirurgie Prestatie-indicatoren Cardiologie

Nadere informatie

Thoraxcentrum Kwaliteitsjaarverslag 2016

Thoraxcentrum Kwaliteitsjaarverslag 2016 Thoraxcentrum Kwaliteitsjaarverslag 2016 Oktober 2017 Inhoud Inleiding Productieoverzicht Kwaliteit & Veiligheid Prestatie-indicatoren Cardiothoracale chirurgie Prestatie-indicatoren Cardiologie Transplantatie-

Nadere informatie

Thoraxcentrum. Kwaliteits- Jaarverslag. Juli 2015

Thoraxcentrum. Kwaliteits- Jaarverslag. Juli 2015 Thoraxcentrum Kwaliteits- Jaarverslag 2014 Juli 2015 Inhoudsopgave Pagina 1. Inleiding 3 2. Productie 4 3. Kwaliteit van zorg en patiëntveiligheid 5 3.1 Inleiding 3.2 Certificeren 3.3 Processen 3.4 Databeheer

Nadere informatie

Kwaliteit zorg van Thoraxcentrum UMCG

Kwaliteit zorg van Thoraxcentrum UMCG Kwaliteit zorg van Thoraxcentrum UMCG Een artikel in Dagblad van het Noorden van vandaag suggereert dat de kwaliteit van de zorg van het Thoraxcentrum UMCG niet op orde zou zijn. Het artikel is gebaseerd

Nadere informatie

Thoraxcentrum. Jaarverslag 2012

Thoraxcentrum. Jaarverslag 2012 Thoraxcentrum Jaarverslag 2012 2 Inhoudsopgave 1. Inleiding 5 2. Productie en personeel 7 3. Afdeling Cardiologie 11 3.1. Patiëntenzorg 3.2. Onderzoek 3.3. Onderwijs & opleiding 4. Afdeling Cardiothoracale

Nadere informatie

GECOMBINEERD AORTAKLEPLIJDEN EN 5CORONAIRLIJDEN

GECOMBINEERD AORTAKLEPLIJDEN EN 5CORONAIRLIJDEN GECOMBINEERD AORTAKLEPLIJDEN EN CORONAIRLIJDEN Patiënten die de diagnose gecombineerd aortakleplijden en coronairlijden krijgen, kunnen worden behandeld middels coronaire bypasschirurgie (CABG) en een

Nadere informatie

Programma

Programma 25 september 2014 Programma Welkom Waarom samen? Waarom samen? >20 jaar bestaande (samen)werking streven naar kwaliteit groot volume aantrekkingspool voor talent innovatie Waarom samen? concentratie verdere

Nadere informatie

NVVC-CONNECT. In kaart brengen van zorg voor. Nederlandse patiënt met myocardinfarct

NVVC-CONNECT. In kaart brengen van zorg voor. Nederlandse patiënt met myocardinfarct NVVC-CONNECT In kaart brengen van zorg voor Nederlandse patiënt met myocardinfarct 1 NVVC-CONNECT Behandeling myocardinfarct Kan het beter? Regionale samenwerking Kan het beter? 4 mei 2012 2 NVVC-CONNECT

Nadere informatie

Recente ontwikkelingen in de acute hartzorg

Recente ontwikkelingen in de acute hartzorg Recente ontwikkelingen in de acute hartzorg GEVOLGEN VOOR DE ORGANISATIE IN ZIEKENHUIZEN ROB VAN MECHELEN CONNECT 2012-2016 9-10-16 NVVC CONNECT 2016 1 Sterfte hartinfarct in Nederland 1970-2016 30 % Mortaliteit

Nadere informatie

5.3. Gecombineerd aortakleplijden en coronairlijden

5.3. Gecombineerd aortakleplijden en coronairlijden 5.3 Gecombineerd aortakleplijden en coronairlijden 98 5.3 Gecombineerd aortakleplijden en coronairlijden Patiënten die de diagnose gecombineerd aortakleplijden en coronairlijden krijgen, kunnen worden

Nadere informatie

Overzicht prestaties Hartchirurgie

Overzicht prestaties Hartchirurgie Rapport Universitair Medisch Centrum Cardio-thoracale Chirurgie Hartlongcentrum Huispost 677 Postbus 9101 6500 HB Nijmegen UMC St Radboud Centraal, route 677 Geert Grooteplein zuid 10 T (024) 361 47 44

Nadere informatie

Jan G Grandjean. Cardiothoracaal Chirurg

Jan G Grandjean. Cardiothoracaal Chirurg Jan G Grandjean Cardiothoracaal Chirurg Coronary Artery Bypass Grafting ECC MECC Off Pump benadering EndoCab Gebruik van Arterieel en/of veneus materiaal 1.Arterieel LIMA, RIMA, Radialis en Gastroepiploica

Nadere informatie

Harttransplantatie - De voorbereiding

Harttransplantatie - De voorbereiding Harttransplantatie - De voorbereiding Inleiding U heeft te horen gekregen, dat u mogelijk een harttransplantatie zult ondergaan. De voorbereiding op een transplantatie is een lange en onzekere weg. U staat

Nadere informatie

Indicatorensets Meetbaar Beter

Indicatorensets Meetbaar Beter Indicatorensets Meetbaar Beter 2015 Uitkomstindicatoren Uitkomstindicator Definitie Coronairlijden Aortakleplijden Atriumfibrilleren PCI CB AVR TAVI CB Procedurele 30-daagse 120-daagse 1-jaars 30-daagse

Nadere informatie

Prestaties hartchirurgie

Prestaties hartchirurgie Rapport Radboud universitair medisch centrum Cardio-thoracale Chirurgie Hartlongcentrum Postbus 9101, 6500 HB Nijmegen Huispost 911 Geert Grooteplein zuid 10 Radboudumc ingang oost, route 911 T (024) 361

Nadere informatie

Volumenormen cardiologie 2016

Volumenormen cardiologie 2016 Volumenormen cardiologie 2016 Nederlandse Vereniging voor Cardiologie Nederlandse Vereniging voor Cardiologie Auteur: Moniek Elsendoorn, beleidsmedewerker kwaliteit Vastgesteld: 14 september 2016 Evaluatiedatum:

Nadere informatie

Besluit van 14 december 2016 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme cardiologie

Besluit van 14 december 2016 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme cardiologie Besluit van 14 december 2016 houdende de opleidings- en erkenningseisen voor het medisch specialisme cardiologie (Besluit cardiologie) Het College Geneeskundige Specialismen, gelet op artikel 14, tweede

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 31 765 Kwaliteit van zorg Nr. 399 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR MEDISCHE ZORG Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag,

Nadere informatie

Left Ventriculair Assist Device

Left Ventriculair Assist Device Left Ventriculair Assist Device Hans Tempelman Tim Lisman 8 december 2011 Inhoud Inleiding Indicatie LVAD Opvang op de IC na implantatie LVAD Monitor LVAD, wat houden die getallen in Problemen (RV, trombus

Nadere informatie

Indicatorensets Meetbaar Beter

Indicatorensets Meetbaar Beter Indicatorensets Meetbaar Beter 2016 2015 Uitkomstindicatoren Uitkomstindicator PCI CB AVR TAVI CB Procedurele mortaliteit 30-daagse mortaliteit 120-daagse mortaliteit 1-jaars mortaliteit Lange-termijn

Nadere informatie

AORTAKLEPLIJDEN. Hiërarchie gecombineerd voor Aortakleplijden

AORTAKLEPLIJDEN. Hiërarchie gecombineerd voor Aortakleplijden AORTAKLEPLIJDEN Aortakleplijden is binnen Meetbaar Beter gedefinieerd als een medische conditie waarbij een patiënt symptomatisch is en ernstige aorta klep stenose en/of aortaklepinsufficiëntie heeft.

Nadere informatie

6ATRIUMFIBRILLEREN. Hiërarchie gecombineerd voor Atriumfibrilleren

6ATRIUMFIBRILLEREN. Hiërarchie gecombineerd voor Atriumfibrilleren ATRIUMFIBRILLEREN Atriumfibrilleren is binnen Meetbaar Beter gedefinieerd als een ritmestoornis die gekenmerkt wordt door een irregulair RR interval (zonder de aanwezigheid van een repetitief patroon),

Nadere informatie

Aantallen en uitkomsten van congenitale cardiothoracale chirurgie in Nederland

Aantallen en uitkomsten van congenitale cardiothoracale chirurgie in Nederland Aantallen en uitkomsten van congenitale cardiothoracale chirurgie in Nederland Congenitale cardiothoracale chirurgie is het onderdeel van de cardiothoracale chirurgie dat zich specifiek bezig houdt met

Nadere informatie

Van hartinfarct tot nazorg op de poli

Van hartinfarct tot nazorg op de poli Van hartinfarct tot nazorg op de poli Implementatie zorgpad Acuut Coronair Syndroom Dr. Adriaan Kraaijeveld, UMC Utrecht 23-5-2018 Wat valt je op? Doel van proces Efficiënter zorgproces implementeren,

Nadere informatie

5.4. Atriumfibrilleren

5.4. Atriumfibrilleren 5.4 Atriumfibrilleren 112 5.4 Atriumfibrilleren Atriumfibrilleren is binnen Meetbaar Beter gedefinieerd als een ritmestoornis die gekenmerkt wordt door een irregulair RR interval (zonder de aanwezigheid

Nadere informatie

Knelpunten en uitgangsvragen

Knelpunten en uitgangsvragen Knelpunten en uitgangsvragen Hieronder zijn de geconstateerde knelpunten weergeven zoals die met de projectgroep waren geformuleerd (kolom 1 en 2), en die gemiddeld genomen door alle deelnemende beroepsverenigingen

Nadere informatie

Intracardiale pacemaker

Intracardiale pacemaker Introductie protocol NEDERLANDSE VERENIGING VOOR CARDIOLOGIE 25 augustus 2016 Opgesteld door: Nederlandse Hart Ritme Associatie (NHRA) Introductie protocol Inhoud INLEIDING... 2 EISEN VOOR CENTRUM EN IMPLANTEUR...

Nadere informatie

CORONAIRLIJDEN. Hiërarchie gecombineerd voor Coronairlijden

CORONAIRLIJDEN. Hiërarchie gecombineerd voor Coronairlijden Coronairlijden CORONAIRLIJDEN is binnen Meetbaar Beter gedefinieerd als coronaire atherosclerose welke leidt tot progressieve lumenvernauwing van één of meerdere kransslagaderen (coronairen) met myocardiale

Nadere informatie

Vastgesteld rapport van het inspectiebezoek Toezicht Operatief Proces cardiothoracale chirurgie in het Amphia Ziekenhuis te Breda.

Vastgesteld rapport van het inspectiebezoek Toezicht Operatief Proces cardiothoracale chirurgie in het Amphia Ziekenhuis te Breda. Vastgesteld rapport van het inspectiebezoek Toezicht Operatief Proces cardiothoracale chirurgie in het Amphia Ziekenhuis te Breda Utrecht, mei 2015 1. Inleiding Bij brief van 29 januari 2015 bent u geïnformeerd

Nadere informatie

Polikliniek atriumfibrilleren

Polikliniek atriumfibrilleren P.J. Musters, verpleegkundig specialist Thoraxcentrum Erasmus MC Rotterdam Disclosure Geen potentiële belangenverstrengeling Eigen route voor specifieke doelgroepen Doelgroep-polikliniek Uniforme diagnostiek

Nadere informatie

Thoraxcentrum Harttransplantatie

Thoraxcentrum Harttransplantatie Thoraxcentrum Harttransplantatie 1. De voorbereiding Thoraxcentrum Inleiding U heeft te horen gekregen, dat u mogelijk een harttransplantatie zult ondergaan. De voorbereiding op een transplantatie is

Nadere informatie

AAN De leden van de Nederlandse Vereniging voor Neurochirurgie De leden van de Nederlandse Orthopaedische Vereniging

AAN De leden van de Nederlandse Vereniging voor Neurochirurgie De leden van de Nederlandse Orthopaedische Vereniging AAN De leden van de Nederlandse Vereniging voor Neurochirurgie De leden van de Nederlandse Orthopaedische Vereniging Referentie NVvN 17-0347 Betreft Wervelkolomchirurgie: registratie en indicatoren transparantiekalender

Nadere informatie

Patiëntveiligheid in ziekenhuizen. 12,5 jaar onderzoek, successen en nieuwe uitdagingen

Patiëntveiligheid in ziekenhuizen. 12,5 jaar onderzoek, successen en nieuwe uitdagingen Patiëntveiligheid in ziekenhuizen 12,5 jaar onderzoek, successen en nieuwe uitdagingen Patiëntveiligheid is een continu proces Ziekenhuizen willen de beste zorg bieden aan hun patiënten. Maar behandelingen

Nadere informatie

Inspectie voor de Gezondheidszorg Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Inspectie voor de Gezondheidszorg Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Inspectie voor de Gezondheidszorg Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport > Retouradres Postbus 90700 2509 LS Den Haag Medisch Centrum Haaglanden Werkgebied Zuidwest Raad van Bestuur WiIh. van

Nadere informatie

Hartkatheterisatie, dotter of omleidingen

Hartkatheterisatie, dotter of omleidingen Van harte welkom! Hartkatheterisatie, dotter of omleidingen 20.00 Opening door Wendy de Valk 20.05 Harteraad en Hartezorg 20.15 Presentie Leo Gerhards, arts ass cardiologie 20.40 Henk Drent, ervaringsdeskundige

Nadere informatie

Jaarverslag Ziekenhuis 195. Gemaakt op:

Jaarverslag Ziekenhuis 195. Gemaakt op: Jaarverslag 2015 Ziekenhuis 195 Gemaakt op: 2016-03-22 Inhoud Inleiding... 4 Minimale Data Set (MDS)... 5 Algemeen... 6 Aantal... 7 Her... 8 Herkomst... 9 Opnametype... 9 Leeftijd en Geslacht... 10 Reanimaties...

Nadere informatie

Vastgesteld rapport van het inspectiebezoek Toezicht Operatief Proces cardiothoracale chirurgie in het Academisch Medisch Centrum te Amsterdam

Vastgesteld rapport van het inspectiebezoek Toezicht Operatief Proces cardiothoracale chirurgie in het Academisch Medisch Centrum te Amsterdam Vastgesteld rapport van het inspectiebezoek Toezicht Operatief Proces cardiothoracale chirurgie in het Academisch Medisch Centrum te Amsterdam Utrecht, mei 2015 1. Inleiding Bij brief van 29 januari 2015

Nadere informatie

Factsheet Indicatoren Geïnstrumenteerde Lage Rug Chirurgie (DSSR) 2016

Factsheet Indicatoren Geïnstrumenteerde Lage Rug Chirurgie (DSSR) 2016 Factsheet en Geïnstrumenteerde Lage Rug Chirurgie (DSSR) 2016 Registratie gestart: 2014 Inclusie en exclusie criteria Inclusie Alle patienten met een degeneratieve lumbale wervelkolomaandoening die een

Nadere informatie

Leren van onverwacht ernstige gebeurtenissen in de zorg

Leren van onverwacht ernstige gebeurtenissen in de zorg Leren van onverwacht ernstige gebeurtenissen in de zorg Openbaar maken van (mogelijke) calamiteiten in de patiëntenzorg Alle zorgverleners van het Jeroen Bosch Ziekenhuis doen hun uiterste best om er voor

Nadere informatie

jaarverslag 2008 Ziekenhuis 195 Gemaakt op:

jaarverslag 2008 Ziekenhuis 195 Gemaakt op: Ziekenhuis 195 Gemaakt op: 2009-04-14 2-29 Inleiding De cijfers in dit rapport zijn gebaseerd op de records die opgenomen zijn in de landelijke database. Voor 2008 zijn 2083 aangeleverd, waarvan 5 zonder

Nadere informatie

Value based healthcare in de praktijk

Value based healthcare in de praktijk 12 mei 2017 Value based healthcare in de praktijk Jos Kroon Projectleider VBHC St. Antonius ziekenhuis DISCLOSURE: SPREKERS BELANGEN Sprekers hebben voor deze bijeenkomst geen (potentiële) belangenverstrengeling

Nadere informatie

STAPPENPLAN BIJ HET MODEL STUURYSTEEM DECUBITUS (PROJECT DECUBITUSZORG IN DE DAGELIJKSE PRAKTIJK; DOOR STUREN STEEDS BETER)

STAPPENPLAN BIJ HET MODEL STUURYSTEEM DECUBITUS (PROJECT DECUBITUSZORG IN DE DAGELIJKSE PRAKTIJK; DOOR STUREN STEEDS BETER) STAPPENPLAN BIJ HET MODEL STUURYSTEEM DECUBITUS (PROJECT DECUBITUSZORG IN DE DAGELIJKSE PRAKTIJK; DOOR STUREN STEEDS BETER) Juni 2004 INLEIDING Voor u ligt een stappenplan dat gebaseerd is op de CBO-richtlijn

Nadere informatie

Samenvatting SAMENVATTING

Samenvatting SAMENVATTING SAMENVATTING INTRODUCTIE Acuut coronair syndroom (ACS) is de meest voorkomende ischemische hartziekte en één van de belangrijkste oorzaken van vroegtijdige sterfte in de wereld. Ondanks dat veranderingen

Nadere informatie

5.4 Gastro-intestinaal

5.4 Gastro-intestinaal 5.4 Gastro-intestinaal 5.4.1 Indicator: Deelname aan de Dutch UpperGI Cancer Audit (DUCA) De mortaliteit en morbiditeit van de chirurgische behandeling van slokdarmkanker heeft de laatste jaren veel aandacht

Nadere informatie

Verslag jaargesprek 2016 van de Inspectie voor de Gezondheidszorg met Groene Hart ziekenhuis te Gouda. Groene Hart ziekenhuis te Gouda

Verslag jaargesprek 2016 van de Inspectie voor de Gezondheidszorg met Groene Hart ziekenhuis te Gouda. Groene Hart ziekenhuis te Gouda Stadsplateau 1 3521 AZ Utrecht Postbus 2518, 6401 DA Heerlen T 088 120 50 00 F 088 120 50 01 www.igz.nl Datum 29 augustus 2017 Omschrijving Verslag jaargesprek 2016 van de Inspectie voor de Gezondheidszorg

Nadere informatie

Valorisatie. Valorisatie

Valorisatie. Valorisatie Valorisatie Valorisatie Hartchirurgie in zijn huidige vorm is een complexe materie en een belangrijke en arbeidsintensieve tak van medische beroepsuitoefening. Sinds 1896 heeft het een enorme vooruitgang

Nadere informatie

Procedure voor dataverkrijging en terugkoppeling

Procedure voor dataverkrijging en terugkoppeling Procedure voor dataverkrijging en terugkoppeling Doel: In het verleden zijn er te weinig concrete afspraken gemaakt over de tijdstippen waarop de aan NCDR deelnemende centra hun data aanleveren en op welke

Nadere informatie

Minimaal invasieve aortaklepchirurgie NVHVV Het hart in handen, van klein tot groot

Minimaal invasieve aortaklepchirurgie NVHVV Het hart in handen, van klein tot groot Minimaal invasieve aortaklepchirurgie NVHVV Het hart in handen, van klein tot groot Idserd Klop Arts-onderzoeker Cardio-Thoracale Chirurgie St. Antonius Ziekenhuis, Nieuwegein 9 April 2019 2 Anatomie 3

Nadere informatie

Feiten en cijfers. Beroerte. Aantal nieuwe patiënten met een beroerte. Definitie. Uitgave van de Nederlandse Hartstichting.

Feiten en cijfers. Beroerte. Aantal nieuwe patiënten met een beroerte. Definitie. Uitgave van de Nederlandse Hartstichting. Feiten en cijfers Uitgave van de Nederlandse Hartstichting November 211 Beroerte Definitie Beroerte (in het Engels Stroke ), ook wel aangeduid met cerebrovasculaire aandoeningen/accidenten/ziekte (CVA),

Nadere informatie

Handleiding NHR data-aanlevering DOTTERCENTRA - PCI. Definitief / 20 juni 2018 / versie

Handleiding NHR data-aanlevering DOTTERCENTRA - PCI. Definitief / 20 juni 2018 / versie Handleiding NHR data-aanlevering 2013-2017 DOTTERCENTRA - PCI Definitief / 20 juni 2018 / versie 2018.0.4 Versie: 2018.0.4 Datum: 20 juni 2018 Voor informatie neem contact op met: Nederlandse Hart Registratie

Nadere informatie

6.4 Evaluatie na inbrengen Pacemakers en ICD s

6.4 Evaluatie na inbrengen Pacemakers en ICD s 6.4 Evaluatie na inbrengen Pacemakers en ICD s Vraagstelling en definities vindt u in de basisset kwaliteitsindicatoren ziekenhuizen van 2014, paragraaf 6.3. Indicatoren Evaluatie van het inbrengen van

Nadere informatie

Stage - Cardiologie. Lokaal Opleidingsplan Interne Geneeskunde, UMC Utrecht,

Stage - Cardiologie. Lokaal Opleidingsplan Interne Geneeskunde, UMC Utrecht, Stage - Cardiologie Keuzestage 4 maanden Dit is de afdeling, dit zijn de patiënten Op de hartbewaking worden patiënten behandeld met acute hart- en vaatproblemen. Voorbeelden hiervan zijn: hartinfarct,

Nadere informatie

Leiderschap in de Cardio-thoracale chirurgie Ervaringen in het Radboud en Haga ziekenhuis Prof. dr. ir. H.A. van Swieten

Leiderschap in de Cardio-thoracale chirurgie Ervaringen in het Radboud en Haga ziekenhuis Prof. dr. ir. H.A. van Swieten Leiderschap in de Cardio-thoracale chirurgie Ervaringen in het Radboud en Haga ziekenhuis Prof. dr. ir. H.A. van Swieten Ziekenhuissterfte Hartchirurgische centra, Website Ned Ver. v. Thoraxchirurgie Crisis

Nadere informatie

Factsheet indicatoren IGZ Transparantieportaal Zorg 2017

Factsheet indicatoren IGZ Transparantieportaal Zorg 2017 Factsheet indicatoren IGZ Transparantieportaal Zorg 2017 Uitvraag Bron Nr. over (jaar) hoofdstuk 1. Deelname aan Dutch Spine Surgergy Registry (DSSR) 2017 DSSR 1.4.3 2. Wachttijd tussen diagnose en aanvang

Nadere informatie

ZORGCALAMITEITEN in het UMCG

ZORGCALAMITEITEN in het UMCG ZORGCALAMITEITEN in het UMCG 1. Procedure, methode en aantallen Procedure Onverwachte of onvoorziene gebeurtenissen in de directe patiëntenzorg, met ernstige schade voor de patiënt, moeten direct aan het

Nadere informatie

Factsheet Indicatoren DSSR 2018 Geïnstrumenteerd (A) DSSR 2018 Registratie gestart: 2014

Factsheet Indicatoren DSSR 2018 Geïnstrumenteerd (A) DSSR 2018 Registratie gestart: 2014 Factsheet en DSSR 2018 Geïnstrumenteerd (A) DSSR 2018 Registratie gestart: 2014 Inclusie- en exclusiecriteria geïnstrumenteerd (A) Inclusie Alle patiënten die operatief behandeld worden aan de lumbale

Nadere informatie

Factsheet Indicatoren DSSR 2017 Geïnstrumenteerd (A) en ongeïnstrumenteerd (B)

Factsheet Indicatoren DSSR 2017 Geïnstrumenteerd (A) en ongeïnstrumenteerd (B) Factsheet en DSSR 2017 Geïnstrumenteerd (A) en ongeïnstrumenteerd (B) DSSR 2017.4 Registratie gestart: 2014 Datum Versie Mutatie Eigenaar 06-07-2016 2017.1 Aanpassingen conform indicatorendagen 1 juli

Nadere informatie

Connect acuut hartinfarct

Connect acuut hartinfarct CONNECT Connect acuut hartinfarct Model Landelijke start: april 2012 Succes van de cardiologie zichtbaar maken. Regionale samenwerking vormgeven. Voldoen aan richtlijnen en prestatie-indicatoren. Projectcoördinator

Nadere informatie

Een loopbaan bij het Thoraxcentrum Rotterdam. a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a

Een loopbaan bij het Thoraxcentrum Rotterdam. a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a Een loopbaan bij het Thoraxcentrum Rotterdam a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a Het ziekenhuis in een ziekenhuis Het Thoraxcentrum van het

Nadere informatie

13 juni 2015 Landelijke Hartkleppenbijeenkomst van de diagnosegroep Hartfalen Cardiomyopathie en Hartkleppen Een samenvatting van de presentaties

13 juni 2015 Landelijke Hartkleppenbijeenkomst van de diagnosegroep Hartfalen Cardiomyopathie en Hartkleppen Een samenvatting van de presentaties 13 juni 2015 Landelijke Hartkleppenbijeenkomst van de diagnosegroep Hartfalen Cardiomyopathie en Hartkleppen Een samenvatting van de presentaties Samenvatting van de presentatie van interventiecardioloog

Nadere informatie

Praten over behandelwensen en -grenzen

Praten over behandelwensen en -grenzen Praten over behandelwensen en -grenzen Praten over behandelwensen en -grenzen Informatie voor patiënten en familie Inleiding Als patiënt komt u in het UMC Utrecht met een bepaalde behandelwens. Meestal

Nadere informatie

Nederlanse Samenvatting. Nederlandse Samenvatting

Nederlanse Samenvatting. Nederlandse Samenvatting Nederlandse Samenvatting 197 198 Samenvatting In het proefschrift worden diverse klinische aspecten van primaire PCI (Primaire Coronaire Interventie) voor de behandeling van een hartinfarct onderzocht.

Nadere informatie

Factsheet Indicatoren Longcarcinoom (DLCA) 2017 Start DLCA-S: 2012 (/2015 voor alle cardiothoracale centra) Start DLCA-R: 2013 Start DLCA-L: 2016

Factsheet Indicatoren Longcarcinoom (DLCA) 2017 Start DLCA-S: 2012 (/2015 voor alle cardiothoracale centra) Start DLCA-R: 2013 Start DLCA-L: 2016 Factsheet en Longcarcinoom (DLCA) 2017 Start DLCA-S: 2012 (/2015 voor alle cardiothoracale centra) Start DLCA-R: 2013 Start DLCA-L: 2016 Inclusie en exclusie criteria DLCA-S Inclusie Alle chirurgische

Nadere informatie

Benchmark van complicaties en reïnterventies van pacemaker- of ICD implantaties. Concept / 10 januari 2019 / versie

Benchmark van complicaties en reïnterventies van pacemaker- of ICD implantaties. Concept / 10 januari 2019 / versie Benchmark van complicaties en s van pacemaker- of ICD implantaties Concept / 10 januari 2019 / versie 2018.0.4 Versie: 2018.0.4 Datum: 10 januari 2019 Voor informatie neem contact op met: Nederlandse Hart

Nadere informatie

Factsheet Indicatoren Acute en Electieve PCI registratie (NHR) Versie:

Factsheet Indicatoren Acute en Electieve PCI registratie (NHR) Versie: Factsheet Indicatoren Acute en Electieve PCI registratie (NHR) Versie: 2017.2 Datum Versie Mutatie Eigenaar 31-01-2017 2017.1 Eerste concept NVVC 11-10-2017 2017.2 Definitieve versie verslagjaar 2018 NVVC

Nadere informatie

Belangrijke Veiligheidsinformatie over prasugrel

Belangrijke Veiligheidsinformatie over prasugrel Belangrijke Veiligheidsinformatie over prasugrel Prasugrel behoort tot de farmacotherapeutische groep van de bloedplaatjesaggregatieremmers (heparine niet meegerekend), een groep waaronder ook clopidogrel

Nadere informatie

Inhoud. Aanleiding Doel Samenstelling Werkmodel Activiteiten Resultaten

Inhoud. Aanleiding Doel Samenstelling Werkmodel Activiteiten Resultaten Inhoud Aanleiding Doel Samenstelling Werkmodel Activiteiten Resultaten 1 Aanleiding 1. Steeds groter wordende groep kwetsbare klinische patiënten van 70 jaar en ouder die kwetsbaar zijn voor functieverlies:

Nadere informatie

CHECKLIST ZORGBELEIDSPLAN IC-AFDELINGEN IN NEDERLAND. Nederlandse Vereniging voor Intensive Care

CHECKLIST ZORGBELEIDSPLAN IC-AFDELINGEN IN NEDERLAND. Nederlandse Vereniging voor Intensive Care CHECKLIST ZORGBELEIDSPLAN IC-AFDELINGEN IN NEDERLAND Nederlandse Vereniging voor Intensive Care 1 Inhoudsopgave Blauwdruk Zorgbeleidsplan... 3 De IC- patiënt... 4 Hoe werken de professionals op de IC?...

Nadere informatie

Algemene beschrijving en instructie ACS registratie tool en Dashboard

Algemene beschrijving en instructie ACS registratie tool en Dashboard Algemene beschrijving en instructie ACS registratie tool en Dashboard versienummer datum reden Versie 1.6 April 2014 Interfacewijziging Versie 1.7 3 juni 2014 Interface wijziging Versie 1.8 30 juni 2014

Nadere informatie

TAVI (Un) limited. transcatheter aorta valve implantation. NVVC 1 April 2016. Anjo van Staaveren Verpleegkundig specialist TAVI team

TAVI (Un) limited. transcatheter aorta valve implantation. NVVC 1 April 2016. Anjo van Staaveren Verpleegkundig specialist TAVI team TAVI (Un) limited transcatheter aorta valve implantation NVVC 1 April 2016 Anjo van Staaveren Verpleegkundig specialist TAVI team Disclosure (potentiële) belangenverstrengeling geen Zijn er grenzen aan

Nadere informatie

Besluit van 15 mei 2018 houdende de aanvullende opleidings-, erkenningseisen voor het medisch specialisme cardio-thoracale chirurgie

Besluit van 15 mei 2018 houdende de aanvullende opleidings-, erkenningseisen voor het medisch specialisme cardio-thoracale chirurgie Besluit van 15 mei 2018 houdende de aanvullende opleidings-, erkenningseisen voor het medisch specialisme cardio-thoracale chirurgie (Besluit cardio-thoracale chirurgie) Het College Geneeskundige Specialismen,

Nadere informatie

Peer Review. Hartrevalidatie

Peer Review. Hartrevalidatie Peer Review Hartrevalidatie Inhoudstafel Inleiding Inleidende kennistest Toelichting Intercollegiaal overleg INLEIDENDE KENNISTEST 1. Welke van onderstaande eigenschappen is geen cardiovasculaire risicofactor?

Nadere informatie

Toetsingskader Follow-up Toezicht operatief proces (FU TOP)

Toetsingskader Follow-up Toezicht operatief proces (FU TOP) Toetsingskader Follow-up Toezicht operatief proces (FU TOP) Communicatie en overdracht Preoperatieve voortgang Binnen het ziekenhuis moet een sluitend systeem aanwezig zijn dat te allen tijde inzichtelijk

Nadere informatie

In de bijlage treft u het definitieve rapport aan, uw reactie op het concept rapport is hierin verwerkt.

In de bijlage treft u het definitieve rapport aan, uw reactie op het concept rapport is hierin verwerkt. > Retouradres Postbus 2518 6401 DA Heerlen LangeLand Ziekenhuis Raad van bestuur T.a.v. Postbus 3015 2700 KJ ZOETERMEER Stadsplateau 1 3521 AZ Utrecht Postbus 2518 6401 DA Heerlen T 088 120 50 00 F 088

Nadere informatie

Verslag jaargesprek 2015 van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) met MC Zuiderzee in Lelystad

Verslag jaargesprek 2015 van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) met MC Zuiderzee in Lelystad Stadsplateau 1 3521 AZ Utrecht Postbus 2680 3500 GR Utrecht T 088 120 50 00 F 088 120 50 01 www.igz.nl Datum 19 oktober 2015 9 december 2015 Omschrijving Verslag jaargesprek 2015 van de Inspectie voor

Nadere informatie

Factsheets indicatoren Verwisseling van en bij patiënten

Factsheets indicatoren Verwisseling van en bij patiënten aan Factsheets indicatoren Verwisseling van en bij patiënten Publicatienummer: 2010.1800 (Kijk op www.vmszorg.nl voor updates) Structuurindicatoren. Aanwezigheid, toepassing en registratie identificatie-

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle   holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/43550 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Brunsveld-Reinders, A.H. Title: Communication in critical care : measuring and

Nadere informatie

Inhoud. Verpleegkunde Cardiologie. Symptomen. Diagnose. Verpleegkunde Cardiologie 1. Indeling New York Heart Association (NYHA)

Inhoud. Verpleegkunde Cardiologie. Symptomen. Diagnose. Verpleegkunde Cardiologie 1. Indeling New York Heart Association (NYHA) Inhoud Verpleegkunde Cardiologie Han van der Borgh Verpleegkundige aspecten bij: Angina Pectoris Acuut coronair syndroom Prinz Metal Decompensatie cordis Cardiogene shock P.C.I./STENT/ spoed CABG in perifeer

Nadere informatie

VISIE DOCUMENT COLLEGE VAN CARDIOLOGIE

VISIE DOCUMENT COLLEGE VAN CARDIOLOGIE VISIE DOCUMENT COLLEGE VAN CARDIOLOGIE OKTOBER 2013 Prof dr M Claeys Voorzitter college cardiologie Cardioloog, UZ Antwerpen x 1000 Visie document 2013 2 1. INLEIDING Aandoeningen van het cardiovasculaire

Nadere informatie

Publicatie sterftecijfers 2015 Albert Schweitzer ziekenhuis Dordrecht

Publicatie sterftecijfers 2015 Albert Schweitzer ziekenhuis Dordrecht Toelichting bij - Publicatie sterftecijfers 2015 Albert Schweitzer ziekenhuis Dordrecht W.J. Jansen & F. van den Elsen Februari 2017 Toelichting publicatie HSMR 2015 - Albert Schweitzer ziekenhuis februari

Nadere informatie

EEN MEERJARIG BELEIDSPLAN MET SMART DOELSTELLINGEN

EEN MEERJARIG BELEIDSPLAN MET SMART DOELSTELLINGEN VOORBEELD VEILIGHEIDSPLAN EEN MEERJARIG BELEIDSPLAN MET SMART DOELSTELLINGEN Hieronder ziet u de hoofdstukken en paragrafen van het veiligheidsplan. Per paragraaf ziet u welke informatie u moet geven.

Nadere informatie

Factsheet indicatoren DSSR/Wervelkolomregistratie 2019 Geïnstrumenteerd (A)

Factsheet indicatoren DSSR/Wervelkolomregistratie 2019 Geïnstrumenteerd (A) Factsheet indicatoren DSSR/Wervelkolomregistratie 2019 Geïnstrumenteerd (A) DSSR 2019.1 Registratie gestart: 2014 Datum Versie Mutatie Eigenaar 29-03-2018 2019.1 Concept indicatorengids registratiejaar

Nadere informatie

Factsheet Indicatoren CVA (CVAB) 2016

Factsheet Indicatoren CVA (CVAB) 2016 Factsheet en CVA (CVAB) 2016 Registratie gestart: 2014 In- en exclusiecriteria Definities: - CVA (Beroerte): intracerebrale bloeding of herseninfarct. - Intracerebrale bloeding: spontane bloeding in het

Nadere informatie

32 Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen

32 Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen VOOR- PUBLICATIE Brancherapport algemene ziekenhuizen 2016 Het aantal DBC s is in 2015 gestegen met bijna 10%. Deze stijging hangt voor een belangrijk deel samen met de verkorting van de DBC-doorlooptijd

Nadere informatie

Hij draagt in deze hoedanigheid zorg voor:

Hij draagt in deze hoedanigheid zorg voor: Inleiding Patiënten worden in het ziekenhuis regelmatig door meerdere medisch specialisten tegelijk behandeld. In het verleden is verschillende malen geconstateerd dat de onderlinge verantwoordelijkheden

Nadere informatie

Factsheet Indicatoren Beroerte (CVAB)

Factsheet Indicatoren Beroerte (CVAB) Factsheet en Beroerte (CVAB) A. Beschrijving CVAB 2014 [2.0.; 10102014] Registratie gestart: 2014 Nr. Type Uitvraag Bron indicator over (jaar) 1. Percentage TIA en CVA patiënten ingevuld in de CVAB (2014)

Nadere informatie

Evaluatie locatieprofiel ziekenhuislocatie Den Helder. Continu op zoek naar de meest optimale zorg voor iedere patiënt

Evaluatie locatieprofiel ziekenhuislocatie Den Helder. Continu op zoek naar de meest optimale zorg voor iedere patiënt Evaluatie locatieprofiel ziekenhuislocatie Den Helder Continu op zoek naar de meest optimale zorg voor iedere patiënt 1 januari 2015 implementatie locatieprofiel ziekenhuislocatie Den Helder: behouden

Nadere informatie

Indicator 4a en 4b. Overweging ZiN

Indicator 4a en 4b. Overweging ZiN Toetstabel geïnstrumenteerde lumbnale spinaalchirurgie vj 2019 Operationalisatie Aard van de wijziging Criteria Toetsingskader Advies werkgroep PFN FMS V&VN ZN NVZ NFU ZKN WSCie Alle indicatoren behalve

Nadere informatie

TAAKHERSCHIKKING ALS REACTIE OP INDIVIDUALISEREN VAN DE OPLEIDING

TAAKHERSCHIKKING ALS REACTIE OP INDIVIDUALISEREN VAN DE OPLEIDING TAAKHERSCHIKKING ALS REACTIE OP INDIVIDUALISEREN VAN DE OPLEIDING Hoe taakherschikking juist in te zetten door vooraf te anticiperen op mogelijke effecten Met het Opleidingsakkoord van oktober 2013 is

Nadere informatie

Factsheet Indicatoren DSSR 2018 Ongeïnstrumenteerd (B)

Factsheet Indicatoren DSSR 2018 Ongeïnstrumenteerd (B) Factsheet en DSSR 2018 Ongeïnstrumenteerd (B) DSSR 2018 Registratie gestart: 2014 Datum Versie Mutatie Eigenaar 30-08-2018 2018.5 Aanpassing verplicht naar vrijwillig voor alle indicatoren DICA Inclusie-

Nadere informatie

Belangrijke Veiligheidsinformatie over EFIENT (prasugrel)

Belangrijke Veiligheidsinformatie over EFIENT (prasugrel) Belangrijke Veiligheidsinformatie over EFIENT (prasugrel) EFIENT (prasugrel) behoort tot de farmacotherapeutische groep van de bloedplaatjesaggregatieremmers (heparine niet meegerekend), een groep waaronder

Nadere informatie

Percutane aortaklepimplantatie (TAVI) en Mitraclip

Percutane aortaklepimplantatie (TAVI) en Mitraclip Oktober 2014 Percutane aortaklepimplantatie (TAVI) en Mitraclip Advies richtlijn voor verwijzers Hartcentrum Catharina Ziekenhuis: Het pre- en post-operatieve traject van TAVI en Mitraclip Dr. B.R.G. Brueren

Nadere informatie

Als regioziekenhuis heeft het IJsselland Ziekenhuis veel aandacht voor de samenwerking met de partners uit de regio.

Als regioziekenhuis heeft het IJsselland Ziekenhuis veel aandacht voor de samenwerking met de partners uit de regio. Jaarbeeld 2016 Het IJsselland Ziekenhuis kijkt terug op een goed 2016. Met onze medewerkers, medisch specialisten en vrijwilligers werken wij samen elke dag en elk moment aan de best denkbare zorg. Dit

Nadere informatie

Logistieke drukte op de hartcatheterisatiekamers VUmc. Arwen Naber (stafadviseur cardiologie) en Margaret van Valkengoed (PICA)

Logistieke drukte op de hartcatheterisatiekamers VUmc. Arwen Naber (stafadviseur cardiologie) en Margaret van Valkengoed (PICA) Logistieke drukte op de hartcatheterisatiekamers VUmc Arwen Naber (stafadviseur cardiologie) en Margaret van Valkengoed (PICA) Afdeling Cardiologie complexe structuur Intensieve zorg `OK omgeving Niet-intensieve

Nadere informatie