Voor deze publicatie geldt de Creative Commons Licentie Attribution 3.0 Unported.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Voor deze publicatie geldt de Creative Commons Licentie Attribution 3.0 Unported."

Transcriptie

1 Een duurzame start Op weg naar duurzame ICT in het hoger onderwijs en onderzoek Versienummer 1.2, 30 maart 2011 Auteurs: Drs K.A. Helmholt (TNO), Ir F.W. Bomhof (TNO) Reviewers: Dr G.H. Kruithof (TNO), A. Hankel (SURFnet) Voor deze publicatie geldt de Creative Commons Licentie Attribution 3.0 Unported. Meer informatie over deze licentie is te vinden op

2 Inhoud 1 Inleiding Wat is duurzaamheid? Meten is weten Energiebesparing in je ICT-apparatuur Duurzaamheid dóór ICT Actie Referenties

3 1 Inleiding Duurzaamheid is een thema waar organisaties, huishoudens en overheden zich steeds meer mee bezig houden. Onderwijsinstellingen zijn wat dat betreft niet anders, en de meeste adviezen die gegeven worden voor bedrijven en organisaties zijn ook toepasbaar op onderwijsinstellingen. In dit document worden een aantal van die algemene overwegingen op een rij te gezet en wordt ingegaan op de specifiekere situatie waarin onderwijsinstellingen zich bevinden: het gebruik van relatief veel computerapparatuur, en de aanwezigheid van grote groepen mensen die niet als werknemer beschouwd kunnen worden. Dit document begint met het schetsen van een groot kader en focust vervolgens meer in op de werkomgeving van een I(C)T-manager van een grote onderwijsinstelling die de opdracht krijgt de ICT duurzaam te maken. Daarbij is aandacht besteed aan antwoorden op de volgende vragen: wanneer is ICT duurzaam? hoe kun je de duurzaamheid van ICT meten/verantwoorden? wat zijn huidige methoden/maatregelen om duurzaamheid van en met ICT bereiken? Omdat duurzaamheid in essentie te maken heeft met kringlopen van energie en materie/materiaal moeten sommige methoden/maatregelen vanuit een macro-gedachte worden bezien. Niet elke maatregel op het gebied van energiebesparing is bijvoorbeeld beneficiair voor iedereen in een keten. Zo is het dan misschien druk in de file bij telewerken, maar de verwarming moet in het huis van de thuiswerker ook weer aan. In dit document zijn zowel openbare bronnen als resultaten van TNO-onderzoek verwerkt. BELANGRIJK: In dit document geeft TNO geen advies over welk initiatief, product en/of dienst het meest duurzaam is. Wel zijn er voorbeelden gegeven ter illustratie. 3

4 2 Wat is duurzaamheid? In dit hoofdstuk wordt het thema duurzaamheid in het algemeen beschreven aan de hand van een aantal kenmerkende aspecten. 2.1 De definitie waar hebben we het over? Voor de definitie van duurzaamheid wordt de definitie van de VN-commissie Brundtland uit 1987 vaak gebruikt: Duurzame ontwikkeling is ontwikkeling die aansluit op de behoeften van het heden zonder het vermogen van toekomstige generaties om in hun eigen behoeften te voorzien in gevaar te brengen (zie ook het Nederlandstalige Wikipedia lemma). Maar dit is zeker niet de enige definitie. Zo worden efficiency, energiebesparing en duurzaamheid ook vaak in één adem genoemd, terwijl ze in essentie niet hetzelfde zijn. Een exacte definitie van duurzaamheid is daarom niet eenvoudig: zoveel mensen, zoveel definities, lijkt het soms. Duurzaamheid is in elk geval niet gedefinieerd als een natuurkundige grootheid. Een exacte definitie van duurzaamheid is niet eenvoudig Wat is de relatie met energiebesparing? Energiebesparing is een belangrijk onderdeel van duurzame energie. Zo is er dan ook een specifiekere definitie van duurzame energie: energie waarover de mensheid in de praktijk voor onbeperkte tijd kan beschikken en waarbij, door het gebruik ervan, het leefmilieu en de mogelijkheden voor toekomstige generaties niet worden benadeeld. (Wikipedia) Voor efficiency geldt dat het efficiënter maken van allerlei energie en materie/materiaal gebruikende processen over het algemeen duurzaamheid bevordert, omdat natuurlijke hulpbronnen minder snel schaars worden. Echter, de criteria die gebruikt worden om te bepalen of iets efficiënter is, zijn erg bepalend voor het wel of niet duurzamer zijn. Met een snellere computer zou men bijvoorbeeld sneller kunnen werken, maar de aanschaf van een snellere computer is niet altijd duurzamer vanuit de optiek van energiegebruik en natuurlijke hulpbronnen die benodigd zijn bij het produceren en afleveren van een nieuwe computer. Efficiëntie is niet hetzelfde als duurzaamheid. De toepassing van Informatie en Communicatie Technologie (ICT) kent twee aspecten als het gaat om duurzaamheid. Duurzaamheid van ICT en duurzaamheid door ICT. In het eerste geval gaat het om de duurzaamheid van ICT zelf. Gebaseerd op voorgaande definities lijkt ons een definitie van duurzame ICT: efficiënte en energiezuinige ICT, gefabriceerd op zodanige wijze en met zodanige hulpbronnen dat het leefmilieu en de mogelijkheden voor toekomstige generaties niet worden benadeeld.. Het tweede aspect gaat over de duurzaamheid door ICT. Een definitie hier is: het bereiken van (meer) duurzaamheid in productie-, gebruik- en verwijderprocessen door de inzet van ICT Is People-planet-prosperity hetzelfde als duurzaamheid? Bij de definitie van duurzaamheid kwamen een aantal belangrijke (f)actoren langs die impact hebben op en/of krijgen van duurzaamheid. Deze (f)actoren worden vaak in de zogenaamde triple baseline samengevat: People: eerlijk zakendoen, goede arbeidsomstandigheden, voorkómen van discriminatie en uitbuiting. In de context van ICT-diensten in de westerse wereld betekent dit vooral dat mensen een product of dienst willen gebruiken en er niet ongelukkig van worden. Planet: dit is de ecologische voetafdruk van een product of dienst. Het houdt het energieverbruik en materiaalgebruik bij het leveren van een dienst en/of 4

5 produceren/gebruik/verwijderen van een product in. Hierbij horen ook zaken als toxiciteit en schaarste van materialen. Prosperity: het moet te betalen en economisch houdbaar zijn, voor de organisatie maar ook voor de maatschappij. Iets wat op de één of andere manier niet te betalen is, zal uiteindelijk verdwijnen en dat is ook niet duurzaam. Deze triple baseline wordt gebruikt als structuur om de mate van duurzaamheid uit te drukken. Zo zijn er zogenaamde sustainability indexen waarin bedrijven, overheden, en organisaties kunnen aangeven hoe duurzaam zij (hun processen, producten en/of diensten) zijn. Ook wordt de baseline gebruikt in een standaard voor rapportage zoals de Global Reporting Initiative (GRI). Bepalen in hoeverre iets duurzaam is qua winst (profit of prosperity) is een exercitie die bij de meeste projecten en investeringen al gedaan wordt en staat bekend als de business case. Als er structureel (financieel) verlies wordt gedraaid valt er niet te spreken van een duurzaam economisch model. Hierbij moet niet alleen worden gekeken naar de winst voor de organisatie zelf, maar ook naar de impact op de (externe) omgeving. Duurzaamheid voor de planeet (planet) is vaak uitgedrukt in het (niet) schaarser worden van hulpbronnen door de tijd heen. Duurzaamheid voor mensen (people) is uitgedrukt in termen van gelukkig worden/ zijn/ blijven. Zeker organisaties die buiten Europa werken, krijgen bij het mens-aspect te maken met zaken als kinderarbeid, gelijke kansen en andere elementen van een duurzame sociale samenleving. Ook in Nederland telt de People -as mee en is dan te vertalen naar aspecten als werkomstandigheden en welbevinden. Een praktische manier om naar de andere aspecten te kijken, kan zijn door je te realiseren dat de business case zich meestal op meso-niveau afspeelt: een bedrijf of organisatie maakt zich hier druk over. Het people-aspect speelt zich voor een groot deel op micro-niveau af; je zou kunnen zeggen dat de use case positief moet zijn. Het planet-aspect is juist macro: de maatschappij als geheel moet niet gecompromitteerd worden door een project of investering. Dit wordt wel de value case genoemd, waarbij maatschappelijke kosten en baten ook meegenomen worden in de vergelijking. 2.3 Drie essentiële stappen: de Trias energetica Een ander belangrijk begrip in relatie tot duurzaamheid is de zogenaamde Trias Energetica. Deze is te zien het als een pad naar een duurzamere wereld en is door Novem (voorloper van Senter Novem en AgentschapNL) midden jaren 90 geformuleerd [1]. De Trias Energetica, de naam zegt het al, kijkt alleen naar energiegebruik. Het verbruik van grondstoffen en aspecten als toxiciteit en dergelijke, komen niet (automatisch) aan bod. De Trias Energetica kent drie richtingen waarin je een stap kunt zetten: 1. Bespaar energie. Zoals Plugwise, fabrikant van de gelijknamige slimme stekkers het formuleert: de groenste energie is de energie die je niet gebruikt. Deze stap gaat dus helemaal om efficiëntie met betrekking tot energiegebruik. De groenste energie is de energie die je niet gebruikt. 2. Duurzaam opwekken. Als je alles gedaan hebt om energie te besparen, moet de energie die je gebruikt zoveel mogelijk duurzaam opgewekt zijn, ook wel bekend als groene energie. 3. Efficiënt gebruik. Als je niet meer verder kunt komen in de eerste twee richtingen, dan moet je de resterende hoeveelheid benodigde grijze energie - niet duurzaam opgewekt - zo zuinig en efficiënt mogelijk moeten gebruiken. 5

6 2.4 Alles meegeteld: de LifeCycle Analysis De hoeveelheid verschillende onderdelen en materialen die in veel producten zit is verbijsterend. Vaak worden de onderdelen op verschillende plaatsen gefabriceerd, en komen de grondstoffen voor die onderdelen wéér andere plaatsen. Life Cycle Analysis (LCA) is een methode om op een rij te zetten hoeveel energie het heeft gekost om al die materialen en onderdelen te fabriceren, vervoeren, te assembleren en uiteindelijk weer af te voeren. De methode, waarvan varianten mooie namen als Cradle-to-grave, Well-to-wheel, of Zand-totklant hebben, legt in de praktijk meestal nadruk op de energiekosten van producten, maar kan ook voor de sociale consequenties gebruikt worden. Het op een rij zetten van dit alles is een behoorlijke klus, die meestal door specialisten uitgevoerd wordt. De aanpak en gedachte van een LCA is ook te gebruiken bij het beoordelen van processen: zo is voor het e-facturatie project van de Rijksoverheid op een rij gezet wat de energie-impact van het implementeren van dat proces is. (Hier gaan we in het onderdeel Duurzaamheid dóór ICT dieper op in.) 2.5 Afspraken over duurzaamheid Alle aandacht voor duurzaamheid heeft een flinke boost gekregen met de afspraken die tussen landen zijn gemaakt op het gebied van klimaatverandering, met name het Kyoto-protocol dat op 11 december 1997 adopted werd, waarin landen afspraken maakten op een aantal gebieden die moesten zorgen voor een minder uitstoot (van CO 2 ) zodat het klimaat (uiteindelijk) niet ten gevolge van menselijk handelen (verder) zou veranderen. De motivator achter het Kyoto protocol [7] is de gedachte dat de mens door zijn technologie meer CO 2 uitstoot dan de natuur kan verwerken in haar huidige balans. Bovendien verwijdert de mens in sommige landen meer bomen en planten - die juist weer CO 2 absorberen dan erbij komen. Het verschuiven van de balans kan weer zorgen voor klimaatveranderingen, die het leven van mens en dier (catastrofaal) kunnen beïnvloeden. Meer balans in emissie en absorptie van CO 2 leidt tot een duurzamer klimaat is de gedachte. Voor het vergelijkbaar rapporteren van hoeveel CO 2 er wordt uitgestoten door bedrijven/overheden/organisaties is inmiddels het GreenHouseGas (GHG) Protocol ontwikkeld. Er zijn meer afspraken dan het Kyoto protocol alleen. Zo valt bij Agentschap NL [10] te lezen over de zogenaamde Meer Jaren Afspraken (MJA). In een MJA worden afspraken met het bedrijfsleven gemaakt om invulling aan duurzaamheidsdoelstellingen te gaan geven. De HBO-raad en de VSNU hebben zo n MJA ondertekend [31]. Die zijn er voor allerlei andere branches. Ook interessant is de MJA voor de ICT-branche, waar onder leiding van brancheorganisatie ICT~Office afspraken gemaakt [4]. Rekenen aan duurzaamheid in de MJA: besparing van 50 miljoen door ICT-sector mogelijk door vergroenen lease fleet en duurzaam effect van thuiswerken Tussen Nederland en de wereld ligt nog Europa. Die kent ook zijn afspraken op het gebied van duurzaamheid als invulling of naar aanleiding van de afspraken gemaakt in Kyoto, met als belangrijk instrument de zogenaamde Code of Conducts. Voorbeelden op specifieke gebieden zijn: Code of Conduct for Data Centres Code of Conduct for Digital TV Services Code of Conduct on Energy Consumption of Broadband Communication Equipment Code of Conduct on Efficiency of External Power Supplies Code of Conduct on AC Uninterruptible Power Systems (UPS) Code of Conduct for ICT [11] 6

7 In dit Europese kader moet verder Digital Europe [14] worden genoemd, dat een soortgelijke organisatie als Nederlandse ICT~Office kan worden gezien. 2.6 Motivatie: redenen om aan duurzaamheid te doen Ten slotte nog iets over de motivatie om duurzaam te zijn. Die lijkt divers. Een overheid of een overheidsorgaan kan er (gedreven door politiek) voor kiezen om duurzaam te zijn. Een commercieel bedrijf lijkt minder keuzevrijheid te hebben: uiteindelijk moet het bedrijf toch winst maken? Dat is misschien alleen op het eerste gezicht waar. In onderstaande tabel hebben we ter illustratie niet uitputtend - soorten motivaties voor een (commercieel) bedrijf neergezet, gevolgd door een typische voorbeeld uitspraak: Soort Wettelijk Financieel Beter imago Trots medewerkers Visie op continuïteit Voorbeeld van een uitspraak Als we ons niet aan deze wetten houden, dan mogen we geen producten meer verkopen Met ons groene product of dienst hebben we een compleet nieuwe markt aangeboord. Met een duurzaam imago krijgen we meer klanten uit dat gewilde segment. Wij willen meer doen dan alleen geld verdienen. We willen de wereld ook beter achterlaten dan we hem vonden. Als ons bedrijf langer wil voortbestaan, dan moeten we beter met onze omgeving omgaan. Anders laat die ons niet bestaan. Een voorbeeld van wettelijke motivatie is de verplichting Wet Milieubeheer / Activiteitenbesluit. Daarin staan zaken als: de Verplichting tot [het] nemen [van] maatregelen met terugverdientijd < 5 jaar (Artikel 2.15 lid 1) de Onderzoeksverplichting indien gebruik > kwh of > m3 gas (Artikel 2.15 lid 2). In artikel 2.1 lid 2a is ook een zorgplicht met betrekking tot het doelmatig gebruik van energie benoemd. Het lijkt op een boetesysteem. Wanneer niet tot meer duurzaamheid c.q. energiebesparing wordt overgegaan volgt er een boete. Dit is tegelijk een financiële ( dit drukt op de winst ) en imago ( bedrijf dat boetes krijgt ) motivatie. Een voorbeeld van het uitstralen van een groen imago is het bedrijf AVM dat er mee pronkt [8] dat hun ICT-apparatuur nog beter presteert dan wat de Code of Conducts voorschrijven. Energie efficiëntie is daarmee ook marketing aan het worden. Zonder imago kan het commercieel ook interessant zijn om duurzame technieken te gebruiken. Een voorbeeld is lijkt het datacenter bedrijf Schuberg Philis [9]. Met energiebesparingen kunnen zij gewoon geld verdienen. Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen hoeft je bedrijf niet op commerciële achterstand te zetten. Duurzaam ondernemen, ook wel Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) genoemd, hoeft je als bedrijf niet per se op commerciële achterstand te zetten. Dit is onder andere door de auteurs 7

8 Porter en Kramer [32] samengevat. Zij stellen dat MVO wel moet passen bij de strategie van het bedrijf. Ze beschrijven een aantal stappen bij het bepalen of dat zo is: Waar raken het bedrijf en de maatschappij elkaar? Welke issues zou je aan kunnen pakken? Start een klein aantal projecten die voor zowel je bedrijf als de maatschappij voordeel opleveren. Op een dergelijke manier aangepakt is de kans dat de inspanningen van een organisatie als greenwashing (een duurzaam sausje over het bedrijf) gezien worden, een stuk kleiner. Deze stappen kunnen ook door niet-commercieel gedreven organisaties worden gezet. 8

9 3 Meten is weten In het vorige hoofdstuk zijn wij ingegaan op het begrip duurzaamheid en aspecten hiervan. In dit hoofdstuk gaan we in op een belangrijke stap richting duurzamer gedrag: het meten van gebruik en productie van energie en grondstoffen. 3.1 Het nut van meten Meten van het gebruik van hulpbronnen is een onderdeel van een typische verbetercyclus/actiemodel, waarin de volgende stappen zijn verwerkt: 1. Meten: het registreren van de status en processen in de fysieke werkelijkheid. 2. Interpreteren: het bekijken van de metingen en analyseren aan de hand van een bepaald begripsmodel van de werkelijkheid. Voorbeeld begripsmodel ( als de thermometer in een kamer 22 graden aangeeft, dan is het in de hele kamer 22 graden ). 3. Beslissen tot actie: op basis van de analyse en een model van verwachte resultaten op naar aanleiding van acties, proberen de fysieke werkelijkheid te beïnvloeden. Een actie kan ook zijn: niks doen. Voorbeeld beslismodel ( om de temperatuur in een kamer hoger te krijgen, zetten we de verwarming hoger ). Na uitvoer van de actie wordt de fysieke werkelijkheid weer bemonsterd. Er vindt weer een interpretatie plaats, etc. Wanneer blijkt dat de acties/maatregelen niet het gewenste impact hebben dan kan het beslismodel worden aangepast. Wanneer uit de interpretatie blijkt dat de het begripsmodel van de werkelijkheid niet klopt, dan kan dit begripsmodel worden aangepast. ( water kookt bij 90 graden ). Het controleren of bepaalde acties het gewenste resultaat hebben is van groot belang in het bereiken van meer duurzaamheid. Sommige ketens van materiaal en/of energie productie/consumptie zijn zo complex door de vele betrokken (f)actoren - dat we nu nog niet goed weten waar precies oorzaak en gevolg liggen in termen van meer efficiëntie. Door meten van de fysieke werkelijkheid kan de impact van acties beter worden herleid en krijgen we meer begrip. 3.2 Alle hulpbronnen: energie en materiaal In het vorige hoofdstuk hebben we aangegeven dat een duurzame ontwikkeling aansluit op de behoeften van het heden zonder het vermogen van toekomstige generaties om in hun eigen behoeften te voorzien in gevaar te brengen. En met betrekking tot duurzame energie hadden we gesteld dat dit energie [is] waarover de mensheid in de praktijk voor onbeperkte tijd kan beschikken en waarbij, door het gebruik ervan, het leefmilieu en de mogelijkheden voor toekomstige generaties niet worden benadeeld. Dat geldt ook voor materiaal. Als een generatie schaarse grondstoffen gebruikt die niet weer via een bepaalde kringloop die over meerdere partijen heen kan lopen aangevuld worden, dan is dit niet duurzaam. Energie en materiaal zijn als hulpbronnen (soms) met elkaar verbonden als het gaat om duurzaamheid. Dat laat het probleem van metaalschaarste [15] zien. Het kost energie om metalen te winnen. En voor het opwekken en distribueren van energie zijn ook weer metalen nodig. Als beide schaars worden, dan kan de problematiek snel toenemen. Dan kan het huidig economisch model snel onhoudbaar worden. We gaan hier niet verder in op de complexe afhankelijkheidsrelaties tussen hulpbronnen, anders dan stellen dat ze er zijn. Zonder het ontwikkelen van inzicht in deze afhankelijkheden, is het moeilijk, zo niet onmogelijk, om duurzamere (economische) modellen te ontwikkelen. Om inzicht te 9

10 krijgen in het gebruik van hulpbronnen is het van belang om zowel het gebruik van energie als materiaal in beeld te hebben. 3.3 Meten van energiegebruik Het meten van energiegebruik kan op veel verschillende manieren. We gaan ze in dit rapport niet allemaal langs. Vaak meten organisaties bij de bron - dat wil zeggen het aansluitpunt - waar een energiedrager binnenkomt. Denk hierbij aan gasmeter of een elektriciteitsmeter. Deze meters zijn vaak verzegeld en leveren ook informatie voor de verrekening met de energieleveranciers. Standaard energiemeters geven meestal geen inzicht in wat de afzonderlijke apparaten bijdragen aan energiegebruik. Bovendien zijn de metingen meestal cumulatief. De meters houden bij hoeveel energiedrager en/of energie er is gebruikt. Bij elektriciteitsmeters is aangegeven hoeveel kilowattuur (aantal Joules) is gepasseerd. Bij gasmeters staat aangegeven hoeveel volume gas is gepasseerd. Op basis van rekenregels over de hoeveelheid energie per volume eenheid, kan dan de energie worden berekend. Er zijn steeds meer initiatieven om meer inzicht in bijvoorbeeld elektriciteitsverbruik te krijgen. Een voorbeeld is Flukso [16]. Hierbij wordt een klem om een elektriciteitsleiding gelegd en wordt door een met de klem verbonden computer aan de hand van veranderingen van het magnetisch veld bepaald hoeveel energie is gepasseerd door de leiding. De computer is kleiner dan een sigarenkistje, maar is wel via Wireless LAN aangesloten op het Internet en stuurt zijn informatie over het verbruik naar een server op het Internet. Daardoor ontstaat naast het aggregaat over de tijd heen ook inzicht in het gebruik van elektrische energie in de tijd. Flukso heeft de vorm van een social energy metering network omdat leden van de groep meters worden gestimuleerd hun verbruik met elkaar te vergelijken. Er zijn ook bedrijven die software Een social energy omgevingen voor het Internet ontwikkelen waarop sensoren kunnen worden network stimuleert aangesloten. Een voorbeeld is PortaCapena die voor gebouwen haar product energiegebruikers om EcoScada [17] (Supervisory Control And Data Acquisition) op de markt hun verbruik met brengt. Hier kunnen verschillende sensoren waaronder die voor elkaar te vergelijken elektriciteitsverbruik op worden aangesloten. Energiegebruik meten in datacenters wordt belangrijker omdat het impact heeft op de milieuprestatie, waar steeds vaker op afgerekend wordt. Het gaat daarbij niet alleen om de hoeveelheid energie die wordt afgenomen, maar ook om of die energie wel effectief besteed wordt. Hoeveel energie gaat er naar verwarming (door de computers) en koeling en hoeveel energie resulteert in welke hoeveelheid reken- en/of opslagcapaciteit? De volgende punten zijn in elk geval van belang: Plaatsing van meters. Welk apparaat of conglomeraat van apparaten wordt gemeten? Interval voor het uitvoeren van metingen. Vaak hebben energiemeters meerdere doelen. In datacenters bijvoorbeeld ook voor het bewaken van afgenomen vermogen. Meten van (actueel) vermogen of (historisch) verbruik Welke hulpbronnen? Denk aan verbruikt water voor verdampingskoelers (als het geen regenwater is), of dieselverbruik van elektriciteitsgeneratoren. Er zijn overigens steeds meer meters die je gewoon in het elektriciteitsnet van een gebouw kunt inprikken en die je kunt bevragen. Zo is er bijvoorbeeld de Circle van PlugWise [19]. Deze meet als tussenstekker de gepasseerde hoeveelheid elektrische energie en middels een draadloos netwerk protocol (Zigbee) kan een computer met een Zigbee ontvanger deze informatie (centraal) verzamelen. Ook hier is steeds meer software voor beschikbaar. Met dergelijke systemen kan bijvoorbeeld het energiegebruik van desktops/laptops in een onderwijsinstelling gemeten worden. 10

11 Normen in datacenters. Voor het meten van energiegebruik in datacenters zijn ook normen opgesteld en afspraken gemaakt. Deze kunnen onderling verschillen. Zo staat in de MJA dat een gekalibreerde meter niet absoluut vereist is (het gaat om de jaarlijkse winst van 2% efficiency, niet om het absolute getal). Dit in tegenstelling tot de normen van de NEN [18]. Een uitdaging is het meten van het energiegebruik van de zogenaamde virtuele machines: meerdere computers die virtueel zijn ondergebracht op een fysieke hostcomputer. Met behulp van de eerder genoemde fysieke elektriciteitsmeters kan relatief eenvoudig het gebruik van de hostcomputers gemeten worden. Maar wat elke virtuele machine (VM) verbruikt? Met de opkomst van cloud computing ontstaat er ook een behoefte aan het meten (en doorberekenen) van het energieverbruik van de VMs, wil je klanten inzicht geven in hoeveel energie zij gebruiken. Dit hoeft zich niet te beperken tot virtuele machines. Het kan ook zijn dat organisaties geïnteresseerd zijn in het energiegebruik van een applicatie. Op dit moment zit het meten van VMs nog in de R&D fase. Microsoft heeft bijvoorbeeld onder de naam JouleMeter [6] een methode voor het bepalen van het energiegebruik van een VM of applicatie. 3.4 Vergelijken van gemeten energiegebruik Voor bepalen van duurzaamheid is het van belang dat het gebruik van energie op de juiste manier vergeleken wordt. Het aantal Joules dat binnenkomt in de gebouwen van een organisatie de zogenaamde site energy - is namelijk niet geschikt (genoeg) als vergelijkingsmateriaal. Het Amerikaans Environmental Protection Agency (EPA) werkt met zogenaamde source energy [20]. Simpel gesteld is dit een methode om allerlei soorten energie (elektrisch, hout, diesel, koude) om te rekenen naar een universele bron. De EPA stelt dat er twee soorten energie een organisatie/gebouw kunnen binnenkomen: primary energy en secondary energy. Bij primary gaat het om raw fuel (ruwe brandstof). Bij secondary gaat het om geconverteerde brandstof. Dat geldt ook in Nederland: de ene soort elektriciteit is de andere niet. In het geval van zogenaamde Groene Stroom is de elektriciteit duurzamer opgewekt; dit is in feite de tweede pijler van de Trias Energetica. Er wordt minder beslag gelegd op resources, c.q. de kans op Ook windenergie aanvullen is significant groter. Elektriciteit uit een kolencentrale bijvoorbeeld is levert uitstoot op: niet duurzaam opgewekt: deze werkt met bronnen die uitputten en/of toch nog 10 gram vervuilen. Er loopt overigens al jaren een discussie hoe dit met kernenergie per kwh.. precies gezien moet worden. Elektriciteit uit een windmolen centrale is simpel gesteld duurzamer: er raakt geen brandstof (kolen, uranium, etc.) op. Merk op dat dit een versimpeling is: het soort windmolen, het materiaal van de windmolen, het productieproces, etc. kunnen ook een niet duurzame claim op hulpbronnen leggen. Een kolengestookte kwh levert zo n 1000 gram CO 2 per kwh op; voor wind is dit toch nog 10 gram. (Voor kernenergie is het circa 70 gram.) Een opvallend aspect aan source energy (bron-energie) is dat aan de echte bron meer energie nodig kan zijn dan bij het punt waar de energie het bedrijf/gebouw binnenkomt. Zo kan het zijn dat bijvoorbeeld een kwh op de meter overeenstemt met 3kWh aan zogenaamde ruwe brandstof bij de bron. Het duurzaam maken van je energie gebruik betekent dus ook dat je weet hoeveel source energy er nodig was voor de energie die je gebouw in kwam. Anders gezegd: het kan zijn dat iemand met een hogere energierekening, toch duurzamer is in energiegebruik. Dat hangt van de prijs van de geleverde energie af en de bronenergie verbruik factor (= bron energie / site energy). 11

12 Voorbeeld van vergelijken van energiegebruik: Stel een bedrijf A gebruikt gemiddeld 4000 Watt aan elektriciteit van leverancier C. En bedrijf B gebruikt 5000 Watt aan elektriciteit van leverancier D. Nu blijkt dat leverancier C voor 100% extra Watt nodig heeft voor de levering van elektrische energie van bron naar bedrijf A. En leverancier heeft 50% extra Watt nodig. Dan gebruikt bedrijf A in termen van source energy dus gemiddeld 2 * 4000 = 8000 Watt. En bedrijf B gebruikt 1,5 * 5000 = 7500 Watt. Het is dus bedrijf B die 500 Watt minder vanaf de bron gebruikt dan bedrijf A. Merk op dat het dan nog steeds de vraag is of bedrijf B duurzamer bezig is. Want wellicht is leverancier D een kolencentrale die dichtbij B is gelokaliseerd en dus weinig transportverliezen heeft. En wellicht is leverancier C een windmolencentrale waarvoor meer energie (in bijvoorbeeld onderhoud) nodig is. 3.5 Meten van materiaal en ingebed energiegebruik Het gebruik van materiële hulpbronnen (metalen, water, olie, etc.) heeft flinke impact op duurzaamheid. Zo gebruikt de ICT industrie in haar chips bijvoorbeeld nogal wat zeldzame metalen. Deze zijn niet onuitputtelijk. Het productieproces voor computers en randapparatuur is niet per definitie (vaak niet) duurzaam. Zo worden nogal wat materialen gebruikt die niet natuurlijk afbreekbaar zijn. Het afdanken van computers resulteert in een groeiende afvalberg die niet zomaar verdwijnt. Het recyclen van onderdelen (zeldzame metalen) van bijvoorbeeld printplaten betekent lang niet altijd dat het gehele afgedankte product duurzaam wordt verwijderd. Verder zijn bepaalde productieprocessen energieverslindend. De aanschaf van een zuinige PC kan toch vanuit een ketenperspectief niet duurzaam zijn, omdat er een energieverslindend productieproces en materiaalverkwistend proces aan vooraf is gegaan. Dit kan heel ver gaan. We gaan hier verder niet in op het meten van productie en De helft van de energie afvalstromen. Voor een indruk van welke (f)actoren hier een rol is al gebruikt nog voor je spelen zie [21]. Het is een vakgebied op zich. Bij het bepalen van je nieuwe computer voor de duurzaamheid van een product/dienst en/of proces spelen vele het eerst aanzet. (f)actoren een rol. Deze moeten allemaal, inclusief hun onderlinge invloed, worden meegenomen voor echt inzicht. Dit inzicht kan worden opgebouwd middels de in hoofdstuk 2 genoemde Life Cycle Analyses (LCAs). Hier is ook steeds meer software instrumentatie voor handen. Zo zijn er databases met daarin informatie over de milieuimpact van allerlei soorten materialen. Bijvoorbeeld een desktop PC, of een plaat metaal, en wat de milieuimpact is voor het produceren, gebruiken en afdanken van het onderdeel. Een voorbeeld van zo n database is Ecoinvent ( Dit is een commercieel product. Met betrekking tot de ICT sector staan er helaas (vaak) geen kentallen voor routers, switches en servers in. Het is voornamelijk gericht op de gewone processen. Hier ligt een uitdaging voor de ICT sector. Als een berekening is uitgevoerd met bovengenoemde tools, dan komen daar soms interessante zaken uit. Bij PC s en laptops kan het energieverbruik van de productie en afdankfase meer dan de helft van het totale energieverbruik in het leven van een PC of laptop innemen [33]. Dit moet afgewogen worden tegen het feit dat nieuwe apparatuur ook minder energie verbruikt. 12

13 4 Energiebesparing in je ICT-apparatuur In het vorige hoofdstuk hebben we gekeken naar duurzaamheid in het algemeen, gevolgd door hoe je kunt meten in het kader van duurzaamheid. Daarbij zijn energie en materiaal aan bod gekomen. In dit hoofdstuk kijken we specifiek naar een belangrijk aspect van duurzaamheid: het energiegebruik van ICT-apparatuur. 4.1 Zuinige datacenters? De Power Usage Efficiency-maat Zet je energie in om je ICT te laten draaien of gebruik je ICT als een manier om je koelapparatuur een uitdaging te geven? Om dit helder te maken is er de zogenaamde Power Usage Efficiency (PUE) maat. Deze wordt veel in datacenters gebruikt. De maat geeft aan welke verhouding er is tussen het totaal opgenomen vermogen van een datacenter, en het vermogen dat door de ICT-apparatuur gebruikt wordt. In de dagelijkse Zet je energie in om ICT te laten draaien, of praktijk lijkt een PUE van 1.4 al een behoorlijk goede score. Oudere datacenters zitten eerder in de buurt van 2.0. De PUE standaard is door gebruik je ICT als een de Green Grid [22] organisatie gedefinieerd. Er kunnen meerdere manier om je koelapparatuur een invullingen van de meting zijn. Voordat de ene PUE met de andere vergeleken wordt moet wel helder zijn hoe de PUE is gedefinieerd in een uitdaging te geven? bepaalde context. In de Meer Jaren Afspraak (MJA) die brancheorganisatie ICT~Office met de overheid gesloten heeft, is overeengekomen dat de branche (voor wat betreft datacenters) jaarlijks een 2% efficiencyverbetering van de PUE zal nastreven. Om eenheid te krijgen in de manier waarop de PUE bepaald wordt, zijn daarbij een aantal concretere invullingen voor de PUE gedaan [3]. De PUE wordt ten eerste gemeten op het zogenaamde Level 1 van het Green Grid: rapporteren per maand, op basis van standen van kwh-meters. Daarbij gelden nog een aantal regels, die we hieronder per categorie aangeven: Scope Als er grote extra verbruikers zijn, zoals kantoorruimte die niet gerelateerd is aan de datacenter operations, dan kunnen deze worden uitgesloten van de berekening van het verbruik. Hiervoor wordt de zogenaamde excluded category lijst van Green Grid gebruikt. Het ingaande vermogen wordt vóór de transformator van het datacenter gemeten; de transformator zelf kan ook meer of minder energieverlies geven.. Correcties Er worden géén correcties voor bezettingsgraad van het datacenter in de berekeningen verwerkt. Er worden géén correcties voor seizoenseffecten verwerkt. De gebruikte meters moeten zoveel mogelijk gekalibreerd zijn. Dit is echter geen verplichting. Er wordt niet gecorrigeerd voor het zogenaamde tier level (de mate van strengheid van criteria waar aan voldaan moet worden met betrekking tot bedrijfszekerheid en uptime) van het datacenter. Als een bedrijf meer locaties exploiteert, dan wordt de totale PUE bepaald door alle ingangsvermogens op te tellen, en te delen door alle opgetelde IT-vermogens. Dus niet de losse PUE s van losse datacenters middelen. Correcties voor warmteteruglevering of doorlevering worden niet meegenomen. 13

14 Rapportage Metingen op de zogenaamde Level 2 en Level 3 (zoals Green Grid heeft aangegeven) moeten als zodanig met subscripts worden weergegeven. Het aantal dagen dat vrije koeling gebruikt is, kan worden gerapporteerd als indicatie van invloeden van seizoenen/klimaat. Het tier level van het datacenter kan, als dat officieel is vastgesteld, worden gebruikt in de toelichting van de rapportage. Waarden die niet gemeten zijn, maar ingeschat of via een omweg berekend, moeten in de rapportage aangegeven worden. Procedureel Auditing op de gerapporteerde gegevens wordt in eerste instantie nog niet voorzien. Merk op dat wanneer een datacenter warmte overheeft, deze soms voor andere doeleinden kan worden ingezet, zoals bijvoorbeeld te zien is bij het Symbiotic Data Centre van Parthenon Datacenters bij de Agriport A7 [27]. Manieren om de PUE te beïnvloeden zijn een energetisch efficiënt ontwerp van het datacenter en efficiëntie apparatuur. Die laatste bekijken we in de volgende sectie. Lage PUE is niet per definitie duurzaam. Een zo laag mogelijke PUE betekent niet per definitie dat iets heel duurzaam is. Een paar relatief oude servers in een hoekje van het datacenter die weinig tot geen nuttig werk verrichten hebben weinig tot geen invloed op de koeling. Die heeft niet meer energie nodig, maar in verhouding gaat er wel meer vermogen naar de IT apparatuur. Dit heeft tot gevolg dat volgens de formule de PUE beter wordt. Terwijl er geen sprake is van duurzamer gedrag. Vergelijk het met een super zuinige auto, die je vervolgens gebruikt om de vuilniszakken mee buiten te zetten. 4.2 Duurzaam inkopen De rijksoverheid heeft zich ten doel gesteld om in 2010 alle inkoop duurzaam te laten zijn. Voor lagere overheden is de doelstelling om 50% duurzaam in te kopen. Het onderwijs wordt als volgende doelgroep gezien. Inkopen op basis van een duurzaamheidslabel is niet voldoende. Natuurlijk is het goed dat een apparaat recyclebaar is, dat het productieproces duurzaam was, dat het duurzaam afgedankt kan worden, etc. Echter, in de vorige hoofdstukken hebben we gezien dat duurzaamheid ook een contextbegrip is. De eisen die een apparaat aan zijn omgeving stelt kunnen bepalend zijn voor de totale efficiëntieslag. In dit kader zijn de normen van de American Society of Heating, Refrigerating and Air-Conditioning Engineers (ASHRAE) voor klimaateisen in gebouwen (specifiek datacenters) interessant. De eisen van luchtvochtigheid en temperatuur zijn vanuit het verleden nogal strak opgesteld. Veel computerapparatuur (Dell, IBM, HP) kan inmiddels al makkelijk overweg met grotere verschillen in temperatuur en vochtigheid. Dat betekent dat het klimaatsysteem in een datacenter veel minder strak geregeld hoeft te worden ten opzichte van wat sommige eisen vanuit een standaard voorschrijven. Als de ASHRAE eisen losser worden (en dat lijkt nu aan de gang) dan kan de koeling/klimaatvoorziening een stuk simpeler met als gevolg dat een datacenter meer energie aan IT besteed en minder aan koeling. Anders gezegd: aanschaf van iets duurdere apparatuur die om kan gaan met meer variatie in zijn omgeving, zorgt voor meer energiebesparing. Daarnaast is het interessant om te zien dat er initiatieven zijn om direct met buitenlucht te gaan koelen en/of rekencapaciteit te gaan brengen daar waar er energie is. Zo is er het OZZO [24] concept, waarbij verschillende ICT-processen (opslag georiënteerd) in verschillende contexten 14

15 (variërend van dichtbevolkte stad tot platteland) worden ondergebracht, zodat er zo efficiënt met energie en materiaal omgegaan kan worden. Deze gedachte wordt wel doorgetrokken door intensieve rekenklussen vooral in te plannen op plaatsen waar het koel is: follow the moon computing dus. Tenslotte is in dit kader belangrijk de CO 2 prestatieladder [23] te noemen. Dit is een initiatief van ProRail en lijkt aan populariteit te groeien. In de woorden van ProRail: We hebben dit instrument ontwikkeld om de bedrijven die deelnemen aan onze aanbestedingen uit te dagen en te stimuleren hun eigen CO 2 -productie te kennen en te verminderen. Concreet geldt: hoe meer een bedrijf zich inspant om CO 2 te reduceren, hoe meer kans op gunning Instellingen van apparatuur en gedrag van gebruikers Voor organisaties die veel afzonderlijke desktops/laptops in gebruik hebben, zijn de instellingen van die computers van belang. Een computer die zichzelf bij geen gebruik in een energie zuinige stand-by stand zet, gebruikt nu eenmaal minder energie. Zie ook de Europese Code of Conduct met betrekking tot het stand-by gebruik. Er ligt hier wel een balans: het te rigoureus instellen van stand-by gedrag kan voor frustratie zorgen. Opstarttijden van printers en PC s worden als storend ervaren, vooral omdat deze middelen gezien worden als dingen die je op elk moment van de dag nodig kunt hebben en dan direct beschikbaar moeten zijn. Als je te ver gaat, dan kan het zijn dat gebruikers actief op zoek gaan naar mogelijkheden om de instellingen te omzeilen. Je kunt ook te ver gaan als gebruikers gaan klagen moet je wat anders verzinnen. Het inzetten van laptoptechnologie in plaats van normale desktops kan overigens al veel schelen, zoals ook in een recent onderzoek van Tebodin die via Agentschap NL is uitgevoerd, is aangetoond [35]. Het gebruik van thin clients is een andere overweging. Bij het gebruik van laptops is het kiezen voor robuustere exemplaren een optie: het maken en afdanken van een laptop kost veel (zeldzame) materialen en energie. Het repareren van een beschadigde laptop kan niet gauw uit. Een laptop die robuuster is en minder gauw stuk gaat kan qua duurzaamheid veel uitmaken. 4.4 Computernetwerken: hoeveel kwh per Megabyte? Vergeet vooral de netwerken niet! Het meest zichtbaar is natuurlijk die server die staat te draaien, maar alle routers, modems en andere apparatuur hebben ook gewoon een 230V-stekker. Het bedrijf Telecom Italia rapporteert het energieverbruik per bandbreedte. Dat wil zeggen per bit (per seconde) kost het transport ons zoveel kilowattuur (in 2009 was het 117 bits per Joule). Een grote Nederlandse nationale telecomoperator gaat dit met ingang van 2011 (over 2010) doen. Daarnaast is er Energy Consumption Rating (ECR) Initiative [25] als prestatiemaat van Juniper en IXIA voor het bepalen van de energie-efficiënte van netwerk apparatuur. ECR is een methode waarbij er procedures en condities voor metingen en berekeningen zijn vastgesteld. Dat is op zodanige wijze gebeurd, dat het volgens de initiatiefnemers zonder veel moeite met industrystandard test equipment geïmplementeerd zou moeten kunnen worden. Een ander voorbeeld van duurzamer netwerken is het GreenStar project [26]. Het doel is onder meer technologie en standaarden te realiseren om de carbon footprint van ICT te reduceren om uiteindelijk tot een zero carbon network te komen. Lichtpaden naar duurzaamheid. In dit kader is het interessant om te zien dat de lichtpaden technologie/diensten van SURFnet mogelijkerwijs ook ingezet kan worden voor meer duurzaamheid. Met de lichtpaden kunnen extreem hoge bandbreedtes en supersnelle switching worden behaald. Dat lijkt het mogelijk te maken om Virtual Machines (VM) snel van het ene naar het andere datacenter te verplaatsen. Daarmee kunnen VMs naar plaatsen gebracht worden waar 15

16 energie beschikbaar en/of over is. Vroeger was er het gezegde: Process where the data is. Nu zou het gezegde kunnen worden: Process where (or when) the energy is. 4.5 Energiegebruik buiten ICT: het nut van goed gebouwmanagement Als laatste nog enkele opmerkingen over energiegebruik door niet ICT-apparatuur zoals verlichting, verwarming en koeling. Bij deze apparatuur is het absoluut lonend om de HVAC-apparatuur (Heating, Ventilating, Air Conditioning) goed te onderhouden en in te stellen. Uit onderzoek blijkt dat 70% van de gebouwinstallaties niet goed ingeregeld is. Veel energie kan worden bespaard (25% tot 30%) door gebouwen/installaties te laten functioneren conform ontwerpspecificaties. [5]. 16

17 5 Duurzaamheid dóór ICT De constatering van Gartner dat ICT verantwoordelijk is voor 2% van de mondiale CO 2 -uitstoot, vergelijkbaar met het luchtvaartverkeer, heeft veel aandacht gekregen. Je zou kunnen denken: die 2% is niet zoveel, kunnen we onze aandacht niet beter op de resterende 98% richten? Het antwoord is: op beide. De groei in het gebruik van ICT is dermate groot, dat het nog een hele toer zal zijn om die 2% vast te houden. Maar daarnaast is Greening by ICT een aanpak die zeker veel aandacht verdient. Er is redelijk consensus dat de verstandige inzet van ICT wereldwijd tot circa 15% energiebesparing in verschillende sectoren kan leiden [34]. Van deze gedachte ICT as a solution (in tegenstelling tot ICT as a problem ) geven we hier een aantal voorbeelden. De centrale gedachte bij veel Duurzaamheid door ICT maatregelen is dematerialisatie: move bits, not molecules. 5.1 Thuiswerken: de ultieme oplossing? Het meest genoemde voorbeeld waar iedereen meteen altijd als eerste aan denkt is thuiswerken: dat bespaart forenzen-kilometers en dus CO 2 -uitstoot. Dat is zeker waar. Maar de huizen van die thuiswerkers moeten ook verwarmd en verlicht worden, je hebt thuis spullen nodig, je gaat er thuis net wat vaker op uit dan wanneer je de hele dag op kantoor zou zijn, die ongebruikte auto wordt door anderen gebruikt, de lege snelweg trekt ander verkeer aan, en dat terwijl het kantoor geen procentje minder energie gebruikt als jij er een keer een dagje niet bent. Ook kunnen thuiswerkers het zich veroorloven om verder van hun werk te gaan wonen. Deze rebound effecten kunnen dus sterker zijn dan het bedoelde effect. Het huis van de thuiswerker moet ook verwarmd en verlicht worden! Dat betekent niet dat thuiswerken een slecht idee is er kunnen veel andere redenen zijn om thuiswerken, of breder nog, Het Nieuwe Werken, te promoten: het is eenvoudiger voor werknemers om werk en privé te combineren, het kan tot tijdbesparing leiden (vermijden van files), soms kan men zich thuis beter concentreren. 5.2 Een internet voor energie: het Smart Grid Een zeer interessante toepassing van ICT is dat het het zogenaamde Smart Grid mogelijk maakt. Op het moment dat in of rond gebouwen gebruik gemaakt wordt van decentrale opwekking van energie, wordt het mogelijk om in plaats van alleen maar energie te vragen wanneer nodig, je het ook kunt aanbieden als je overhebt (in plaats van het als warmte weg te gooien). Je kunt ook met anderen aanbod/behoefte gaan matchen. Vroeger gebeurde dat alleen op centrale plaatsen, maar dankzij ICT kan het op veel meer plekken. Een andere mogelijkheid die ontstaat is het afstemmen van energievraag. Dit wordt demand site management genoemd. Het doel hiervan is peak shaving : het verminderen van de pieken in energiegebruik. De productiecapaciteit van energie wordt namelijk gedimensioneerd op de verwachting van de maximale vraag. Als je dat maximum naar beneden kunt krijgen, is er minder zware infrastructuur nodig en hoeven er veel minder kosten gemaakt te worden. Bekende voorbeelden zijn het niet allemaal tegelijk aanschakelen van verschillende koelelementen in het gebouw, zodat ze niet allemaal tegelijk stroom trekken. Dat de airco 5 minuten later aanslaat, is meestal niet eens te merken. Nog interessanter wordt het als Elektrisch Vervoer grootscheeps aan zal slaan: de accu s van alle voertuigen die aan laadpalen slaan, kunnen afgestemd opgeladen worden, zodat ze overcapaciteit op het energienet op kunnen slaan. Ook kunnen ze, als er even behoefte is aan extra energie, misschien juist ingezet worden als tijdelijke leverancier. 17

18 De Hogeschool van Amsterdam bestudeert momenteel het lokaal toepassen van de Smart Grid gedachte voor de Amstelcampus [30]. 5.3 Weg met papier! De Rijksoverheid ontvangt jaarlijks 10 miljoen facturen, die volgens het klassieke proces van printen, envelopperen, vervoeren, ontvangen, verspreiden en goedkeuren verwerkt worden. Het efacturatie project stelt zich ten doel om dit proces geheel elektronisch te laten verlopen. Hiervoor zijn flink wat servers nodig en de vraag dringt zich op: kan dat wel uit? (qua energiegebruik). Een uitgebreide analyse gaf aan dat dit het geval was. Het proces met papieren facturen heeft netto een bijna twee keer zo groot energieverbruik dan een volledig elektronisch proces. Opvallend is dat de grootste bijdrage in het oude proces voor rekening van het papier (productie) kwam. Het transport van de facturen was daarentegen voor wat betreft energieverbruik bijna verwaarloosbaar. Opvallend: vooral de (productie van de) envelop heeft een relatief hoge bijdrage Niemand merkt dat de airco 5 minuten later aanslaat dan normaal. in de totale energiebelasting. Het bleek wel dat de uitvoeringsvorm van het nieuwe proces veel impact had. Als een factuur digitaal binnenkomt, maar vervolgens toch weer (voor goedkeuring of archivering) geprint wordt, is het voordeel al een behoorlijk stuk kleiner. Alles met elkaar dus een goed idee, dat e-factureren. Wel is het zo dat de besparingen erg bescheiden zijn: 10 miljoen facturen elektronisch verwerken bespaart de CO 2 -uitstoot van maar liefst 20 Nederlanders. De wereld gaan we er dus niet mee redden. Ook als heel Nederland alleen maar elektronisch gaat factureren, komen we uit op de uitstoot van 700 Nederlanders. Moraal van het verhaal: het is een goed idee om e-facturatie in te zetten omdat het je geld en tijd bespaart; bovendien bespaar je ook nog wat energie. 5.4 Videoconferencing: doet u nog maar een Eyjaflallajökulluitbarsting Eén van de meest effectieve toepassingen van ICT op het gebied van duurzaamheid is wel videoconferencing. Internationaal opererende bedrijven als Cisco hebben videoconferencing bij al hun vestigingen ingevoerd onder gelijktijdige vermindering van het internationale reisbudget tot wel 40%. Op onderwijsinstellingen nemen de kansen op een goede toepassing van videoconferencing alleen maar toe. Internationale samenwerking op hogescholen komt meer van de grond, studenten gaan vaker bij andere instellingen vakken volgen, en infrastructuur (voor studenten) om op afstand colleges te gaan volgen worden steeds groter. Menselijk gedrag en het vasthouden aan gewoontes is waarschijnlijk de grootste bottleneck. Ten tijde van de aswolk-problemen medio 2009 nam het vliegverkeer dramatisch af, en de vraag naar videoconferencing nam even sterk toe. Toen er weer gevlogen kon worden, verviel men echter grotendeels weer in de oude patronen. Een berekening van TNO over de People-Planet-Prosperity gevolgen van videoconferencing gaf aan dat er op alle drie de aspecten winst was: je bespaart geld omdat reistijd relatief erg kostbaar is, je bespaart energie omdat het verbruik van de videoconferencing apparatuur ruimschoots opweegt tegen de bespaarde auto of treinkilometers, en zeker als de deelnemers elkaar al kennen zijn vergaderingen effectiever en door het ontbreken van reisinspanningen ook minder vermoeiend. Kwantitatief naar euro s omgerekend, overheerste trouwens de reistijdbesparing: dus los van duurzaamheid is videoconferencing business wise gewoon een wijze beslissing. 18

19 6 Actie Na duurzaamheid te hebben gedefinieerd, na gekeken te hebben naar hoe je kunt meten, hoe je ICT zelf duurzamer kunt maken in termen van energiebesparing, hoe je met ICT kunt verduurzamen, komen we tenslotte bij de vraag wat kan een IT-manager in het (hoger) onderwijs zelf doen?. 6.1 Datacenters Als een IT-manager verantwoordelijk is voor een in-house datacenter dan zou in de eerste plaats de vraag gesteld kunnen worden: hoe duurzaam is het eigenlijk om een datacenter in-house te hebben? Zou een extern datacenter niet effectiever zijn vanuit het oogpunt van duurzaamheid? Om die vraag te beantwoorden is een analyse noodzakelijk. Voordat aan zo n analyse wordt begonnen, is het belangrijk te weten of er andere redenen zijn dan optimale duurzaamheid waarom een datacenter intern is. Het kan zijn dat een onderwijsinstelling om bepaalde redenen per definitie de apparatuur en het personeel in-house wil hebben. In-house of extern: inzicht in gebruik van energie en materiaal kan altijd winst opleveren in termen van duurzaamheid. Specifiek voor datacenters zijn er een aantal volgende maatregelen te benoemen op het gebied van energie [2]. We hebben een aantal hieronder opgesomd. Deze zijn soms technisch van aard qua bewoording. Merk op dat deze maatregelen van globale aard zijn. Het kan soms zijn dat in een specifieke situatie een maatregel de totale energieketen (in een geografische buurt) niet duurzamer maakt. Dit vereist meer studie en analyse. IT Load: Zoek idle servers en zet die uit. Dit klinkt erg simpel en dat is het ook. Het kan veel schelen. Testservers zijn berucht in dit geval. Deze staan vaak 24x7 aan terwijl er maar heel af en toe daadwerkelijk gebruik van gemaakt wordt. Gebouwbeheersystemen: Introduceer een gebouwbeheersysteem, bijvoorbeeld uit de tuinbouw en zet maximale monitoring in. Er geldt hier de stelregel: If you cannot measure it, you cannot improve it. Mocht nu blijken dat er niets meer te verbeteren valt, dan kan de monitoring alsnog worden uitgezet. Gegeven de dynamiek van een datacenter lijkt dit echter niet gauw voor te komen: regelmatig zal er opnieuw gemeten moeten worden. Koeling: Werk met zogenaamde vrije koeling waar mogelijk. Kijk of het zogenaamde Kyoto-wheel [28] waarbij gebruik gemaakt wordt van koeling door buitenlucht inzetbaar is. Dit is een zuinige oplossing, maar vergt wel flinke aanpassingen in bestaande bouw en dat is niet altijd mogelijk. Verhoog de inblaastemperatuur naar bijvoorbeeld 24 graden als je apparatuur dit aan kan. Plaats luchtkanalen op de CRAC units om daarmee warmere lucht aan te zuigen van hoger in de zaal. Laat daarbij wel ruimte voor het verwisselen van je filters. Kijk ook of het mogelijk is de units gericht uit te zetten: soms leidt het uitzetten van CRAC units tot betere resultaten omdat de resterende units efficiënter kunnen werken. 19

20 Electra: Bij grotere interne afstanden kan het nuttig zijn om middenspanning te hanteren. Naast hogere kosten voor koper levert een 400V feed een hoger verlies dan middenspanning (21kV). Airflow: Maximeer het toerental van de pomp op 85% van het maximum; hierboven wordt de pomp zeer inefficiënt. Doorloop maandelijks de zaal en meet luchtstromen met bijvoorbeeld EnoTemp [29]. Deze rapportage toont luchtrichting en temperatuur aan. Je ziet valse lekstromen, hotspots en missende blindplates. Hier kunnen concrete maatregelen zoals schuifdeuren, en extra wandjes om recirculatie tegen te gaan uit volgen. EnoTemp komt uit de tuinbouwwereld. Vloer: Houd de ruimte onder de verhoogde vloer vrij van kabels om een vrije luchtstroom te garanderen. Kijk ook naar de hoogte van de vloer in relatie tot de energie die het kost om druk op te bouwen. In sommige gevallen blijkt 60cm te weinig en is 80cm beter. Breng verticale schotten en folie aan om de druk daar te hebben (en houden) waar je het nodig hebt. Zorg voor een klein verschil tussen de druk in de koude gang en de warme gang, de fans van de servers doen dan het werk. Overweeg piepersnijders tegels om daarmee de vloer in de koude gang zo open mogelijk te houden. Je betrekt daarmee de koude gang in het zogenaamde plenum. Zaal: Bevochtigingsmachines (humidifiers) uitzetten maakt een groot verschil: energetisch lijken ze op waterkokers van 8kW per stuk. De servers in het datacenter zijn behoorlijk ongevoelig voor droogte. Dit heeft wel een nadeel: engineers krijgen droge lippen en ogen. Zolang de datacentervloer geen verblijfsruimte is, hoeft het niet per definitie een arbo-kwestie te worden. Overleg wel met het personeel over de arbeidsomstandigheden. Gezondheid van personeel staat bovenaan. Luchtverversing uitzetten als de deur vaak genoeg open gaat om vanzelf verse lucht te krijgen. Voer wel regelmatig een CO 2 -meting uit om uit de gevarenzone te blijven. Lichten uit op zaal buiten kantooruren en in het weekend. Houd wel voldoende aan om de beveiligingscamera s te laten werken. Racks en corridor: Richt zogenaamde cold closes corridors in, of kies voor een plenum met koude lucht en een warme gang. Plaats High Density Racks niet vooraan in de rij omdat je daarmee de luchtstroom fors beïnvloedt voor de racks verderop in de rij. Blindplates standaard aanbrengen in nieuwe lege kasten. Servers in de goede richting plaatsen: dat ze de warme lucht naar de warme gang uitblazen. Denk hierbij aan het juist plaatsen van kabelwerk: deze kunnen belemmerend werken. 20

Vraagstelling: wanneer en hoe

Vraagstelling: wanneer en hoe Vraagstelling: wanneer en hoe In opdracht van AgentschapNL heeft TNO het volgende onderzocht: 1. Wanneer is een cloud oplossing groen?! Wat is een groene cloud?! Welke factoren zijn hierbij van belang?

Nadere informatie

CO-2 Rapportage Electrotechnische Industrie ETI bv Vierde Broekdijk JD Aalten Kamer van koophandel Arnhem

CO-2 Rapportage Electrotechnische Industrie ETI bv Vierde Broekdijk JD Aalten Kamer van koophandel Arnhem CO-2 Rapportage 2013 Electrotechnische Industrie ETI bv Vierde Broekdijk 16 7122 JD Aalten Kamer van koophandel Arnhem 09080078 Aalten 2-5-2014 Versie 2.1 H.J.Slot Geaccordeerd J.Nannings Directeur Inhoudsopgave

Nadere informatie

CO-2 Rapportage 2014. Inhoudsopgave. Electrotechnische Industrie ETI bv Vierde Broekdijk 16 7122 JD Aalten Kamer van koophandel Arnhem 09080078

CO-2 Rapportage 2014. Inhoudsopgave. Electrotechnische Industrie ETI bv Vierde Broekdijk 16 7122 JD Aalten Kamer van koophandel Arnhem 09080078 CO-2 Rapportage 2014 Electrotechnische Industrie ETI bv Vierde Broekdijk 16 7122 JD Aalten Kamer van koophandel Arnhem 09080078 Aalten 28-04-2015 Versie 2.2 J.Nannings Directeur Inhoudsopgave 1. Inleiding

Nadere informatie

ZUINIGE ENERGIE EN KPN

ZUINIGE ENERGIE EN KPN ZUINIGE ENERGIE EN KPN KPN start op 30 oktober 2012 met nieuwe corporate campagne Het netwerk dat geeft om Nederland. Hierbij worden relevante maatschappelijke thema s belicht. In de eerste uiting, We

Nadere informatie

nergiebesparing in de ICT

nergiebesparing in de ICT nergiebesparing in de ICT Een koud kunstje? 10 April Green IT Energy Solutions Niels Sijpheer 3671 Meter (Q=m.g.h) 100 kg massa en 1 kwh arbeid: Hoe hoog kom ik? A Minder dan100 meter B Tussen 100 en 1000

Nadere informatie

Ketenmaatregelen in de ICT branche Case 3: Datacenters

Ketenmaatregelen in de ICT branche Case 3: Datacenters Ketenmaatregelen in de ICT branche Case 3: Datacenters Status: Defintief Betrokkenen: Frerik van de Pas Michiel Cuijpers Lieke van Rossum Joost van Capellen Agentschap NL ICT Office BECO BECO BECO Rotterdam,

Nadere informatie

Is internet een klimaatkiller?

Is internet een klimaatkiller? Is internet een klimaatkiller? IT is deel van het probleem... maar vooral ook van de oplossing dr. ir. A. Osseyran Directeur SARA Reken en Netwerkdiensten Meer dan 1.5 miljard mensen zijn online vandaag!

Nadere informatie

Nieuwsbrief CO2-Prestatieladder. Q1, Q2 en Q3 2017

Nieuwsbrief CO2-Prestatieladder. Q1, Q2 en Q3 2017 sbrief CO2-Prestatieladder Q1, Q2 en Q3 2017 Wij hebben als Kleywegen groep de CO2-Prestatieladder geïmplementeerd. De CO2-Prestatieladder is een instrument dat bedrijven helpt bij het reduceren van CO2.

Nadere informatie

Een beginners handleiding voor energie en vermogen

Een beginners handleiding voor energie en vermogen Een beginners handleiding voor energie en vermogen Waarom moet je leren over energie en vermogen. Het antwoord is omdat we allemaal energie verbruiken in ons dagelijks leven om te verwarmen, te koelen,

Nadere informatie

Welkom bij de toolbox: T043 Duurzaam Ondernemen

Welkom bij de toolbox: T043 Duurzaam Ondernemen Welkom bij de toolbox: T043 Duurzaam Ondernemen Na deze toolbox begrijp je: Wat Duurzaam Ondernemen betekent Waarom het Belangrijk is om CO2 uitstoot te verminderen Welke Richtlijn SPIE hanteert om duurzaam

Nadere informatie

Quick scan Green IT Noorderpoort

Quick scan Green IT Noorderpoort Quick scan Green IT Noorderpoort Noorderpoort Floris Bennema 1 / 8 Quick scan Green IT Noorderpoort In het Strategisch Plan Noorderpoort wordt gekozen voor duurzaam. Een van de aspecten die hier een rol

Nadere informatie

Groen-Punt Groep B.V.

Groen-Punt Groep B.V. CO2 Emissie-inventarisatie 2017 Project Zuidplas 09 april 2018 Groen-Punt Groep B.V. Groen-aannemingsbedrijf Punt B.V. Groen Punt Uitzendorganisatie B.V. Chroomstraat 1d 3067 GN Rotterdam INHOUDSOPGAVE

Nadere informatie

ENERGIEBEOORDELING 2012 H1

ENERGIEBEOORDELING 2012 H1 Versie 1.0 Datum: 4 OKTOBER 2012 ELEKTROTECHNISCHE INSTALLATIES - AANDRIJFSYSTEMEN - TECHNISCHE AUTOMATISERING PANELENBOUW - SERVICE EN ONDERHOUD - PLAATWERK - TECHNISCHE DIENSTVERLENING DOMOTICA - ENERGIEMANAGEMENT

Nadere informatie

Het Slimme energienet..zx ronde 25 januari 2015

Het Slimme energienet..zx ronde 25 januari 2015 Het Slimme energienet..zx ronde 25 januari 2015 De laatste tijd worden we overspoeld door marketing verhalen over de slimme meter en het slimme energienet. Men stelt dat met de komst van de slimme meter

Nadere informatie

Green IT en de rol van supercomputers bij duurzaamheid

Green IT en de rol van supercomputers bij duurzaamheid Green IT en de rol van supercomputers bij duurzaamheid IT is deel van het CO2 probleem... maar vooral ook van de oplossing dr. ir. A. Osseyran Directeur SARA en Vancis Waarom Green IT? 50% meer energie

Nadere informatie

Green IT in de praktijk

Green IT in de praktijk Green IT in de praktijk Naar een duurzame ICT bedrijfsvoering 2013 Invulling van MVO bij Groep ICT Beleid & Identiteit Maatschappelijke betrokkenheid Interne bedrijfsvoering 2 Beleid & identiteit MVO in

Nadere informatie

Door: Vincent Damen Ninja Hogenbirk Roel Theeuwen

Door: Vincent Damen Ninja Hogenbirk Roel Theeuwen Door: Vincent Damen Ninja Hogenbirk Roel Theeuwen 31 mei 2012 INHOUDSOPGAVE Inleiding... 3 1. Totale resultaten... 4 1.1 Elektriciteitsverbruik... 4 1.2 Gasverbruik... 4 1.3 Warmteverbruik... 4 1.4 Totaalverbruik

Nadere informatie

De zin en onzin van PUE

De zin en onzin van PUE De zin en onzin van PUE Energiebesparing 9 november 2011 Ir. Karel Haverkorn van Rijsewijk Adviseur Energie InvesteringsAftrek (EIA) Waarom energie besparen? Geld en concurrentie Nu al vaak duurder dan

Nadere informatie

Reductie doelstellingen (B: Reductie)

Reductie doelstellingen (B: Reductie) Reductie doelstellingen (B: Reductie) Eis 3.B.1. Barendrecht, 28 oktober 2014 Auteur: E. Oudshoorn Geaccordeerd door: L.A. Droog Directeur E. Oudshoorn Bedrijfsleider/ MVO Verantwoordelijk CO 2 prestatieladder

Nadere informatie

Energie beoordelingsverslag februari 2017

Energie beoordelingsverslag februari 2017 Energie beoordelingsverslag 2016 15 februari 2017 Datum:... Paraaf directie:... Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Bedrijf 4 2.1 Activiteiten 4 2.2 Bedrijfsonderdelen 4 2.3 Factoren die het energieverbruik

Nadere informatie

Duurzame Ontwikkeling

Duurzame Ontwikkeling Duurzame Ontwikkeling Korte toelichting op het begrip Praktische invulling - in bedrijven - technologie Invulling in het onderwijs J. Venselaar 17 november Duurzame ontwikkeling in het onderwijs 1 Duurzaam..

Nadere informatie

CO 2 -update H1 2014. versie 2, 16 maart 2015

CO 2 -update H1 2014. versie 2, 16 maart 2015 CO 2 -update H1 2014 versie 2, 16 maart 2015 INLEIDING De belangrijkste milieu-impact van Beelen is haar CO 2 -uitstoot. Daarom hebben wij reeds in 2011 reductiedoelstellingen voor onze CO 2 -uitstoot

Nadere informatie

Inhoud. Pagina 2 van 7

Inhoud. Pagina 2 van 7 Energie Audit 2014 Inhoud 1. Introductie... 3 2. Doelstelling... 3 3. Energie-aspecten... 3 Uitstoot door procesemissies... 3 Uitstoot door fabriek installaties... 3 Uitstoot vanuit de kantoorpanden...

Nadere informatie

CO 2 -uitstootrapportage 2011

CO 2 -uitstootrapportage 2011 Programmabureau Klimaat en Energie CO 2 -uitstootrapportage 2011 Auteurs: Frank Diependaal en Theun Koelemij Databewerking: CE Delft, Cor Leguijt en Lonneke Wielders Inhoud 1 Samenvatting 3 2 Inleiding

Nadere informatie

Helmonds Energieconvenant

Helmonds Energieconvenant Helmonds Energieconvenant Helmondse bedrijven slaan de handen ineen voor een duurzame en betrouwbare energievoorziening. Waarom een energieconvenant? Energie is de drijvende kracht Energie is de drijvende

Nadere informatie

Groen-Punt Groep B.V.

Groen-Punt Groep B.V. CO2 Emissie-inventarisatie 2018 Project Woerden 12 maart 2019 Groen-Punt Groep B.V. Groen-aannemingsbedrijf Punt B.V. Groen Punt Uitzendorganisatie B.V. Chroomstraat 1d 3067 GN Rotterdam INHOUDSOPGAVE

Nadere informatie

De toegevoegde waarde van een duurzame werkplek

De toegevoegde waarde van een duurzame werkplek De toegevoegde waarde van een duurzame werkplek Zó maakt u automatisering onderdeel van uw duurzaamheids-doelstelling Dat duurzaamheid een belangrijke kernwaarde is binnen het bedrijfsleven spreekt voor

Nadere informatie

Nr.01 / Februari 2012. Doe mee en verminder CO2!

Nr.01 / Februari 2012. Doe mee en verminder CO2! Nr.01 / Februari 2012 Doe mee en verminder CO2! De Groene Hollander is dé MVO-krant van Hollandridderkerk opgezet door het (milieu-)adviesteam. Het (milieu-)adviesteam is tot stand gekomen naar aanleiding

Nadere informatie

Ketenanalyse Woon- Werkverkeer

Ketenanalyse Woon- Werkverkeer 2014 Ketenanalyse Woon- Werkverkeer Rapportage: KAWWV 2014 Datum: 12 Augustus 2014 Opgesteld door: Rick Arts Versie: 1.1 Inhoud 1 Inleiding... 3 2 Doel... 4 2.1 Data inventarisatie... 4 2.1.1 Zakelijke

Nadere informatie

Energie Beoordeling Co2 reductie

Energie Beoordeling Co2 reductie Energie Beoordeling Co2 reductie Opgesteld door: Cheryl de Vette VGMK coördinator 2.A.3 Energie Beoordeling 2016 Van Beek Infra Groep B.V. Conform Co2 Prestatieladder 3.0 Datum: 13-5-2016 Inhoud 1. Inleiding...

Nadere informatie

Lessuggesties energie Ter voorbereiding van GLOW. Groep 6, 7, 8

Lessuggesties energie Ter voorbereiding van GLOW. Groep 6, 7, 8 Lessuggesties energie Ter voorbereiding van GLOW Groep 6, 7, 8 Eindhoven, 8 september 2011 In het kort In deze lesbrief vind je een aantal uitgewerkte lessen waarvan je er één of meerdere kunt uitvoeren.

Nadere informatie

CO2 prestatieladder. Het CO2-verbruik reduceren binnen de gehele organisatie. Inzicht. Doelstelling CO2-reductie

CO2 prestatieladder. Het CO2-verbruik reduceren binnen de gehele organisatie. Inzicht. Doelstelling CO2-reductie CO2 prestatieladder Het CO2-verbruik reduceren binnen de gehele organisatie Inzicht De CO2-emissie (footprint) van J. van Etten Holding geeft de totale hoeveelheid CO2- productie die vrijkomt onder andere

Nadere informatie

Energie beoordelingsverslag 2015 11-02-2016

Energie beoordelingsverslag 2015 11-02-2016 Energie beoordelingsverslag 2015 11-02-2016 Energie Beoordelingsverslag 2015 Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Bedrijf 4 2.1 Activiteiten 4 2.2 Bedrijfsonderdelen 4 2.3 Factoren die het energieverbruik beïnvloeden

Nadere informatie

Energiemanagement actieplan

Energiemanagement actieplan Energiemanagement actieplan Versie 2018.1 Datum: 11-01-2019 Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Reductiemogelijkheden 4 2.1 Brandstof 4 2.2 Electra en warmte 4 2.3 Projecten 5 3. CO2 reductie a.d.h.v. maatregelen

Nadere informatie

Rapportage Carbon Footprint 2018 cf. ISO t.b.v. CO2-Prestatieladder

Rapportage Carbon Footprint 2018 cf. ISO t.b.v. CO2-Prestatieladder Rapportage Carbon Footprint 2018 cf. ISO 14064-1 t.b.v. CO2-Prestatieladder Inhoudsopgave 1. BESCHRIJVING VAN DE RAPPORTERENDE ORGANISATIE... 2 2. EMISSIE INVENTARISATIE... 2 3. KWANTIFICERING... 4 WIJZE

Nadere informatie

CO2 reductie

CO2 reductie CO2 reductie 2015-2020 1 In dit document willen wij onze CO2 uitstoot publiceren over de jaren 2015, 2016 en 2017. Daarbij nemen wij alvast een voorschot op de verwachting voor het jaar 2020 als we de

Nadere informatie

Ketenanalyse Papier. Rapportage: KAP 2015 Datum: 21 augustus 2015 Opgesteld door: Rick Arts Versie: 1.1

Ketenanalyse Papier. Rapportage: KAP 2015 Datum: 21 augustus 2015 Opgesteld door: Rick Arts Versie: 1.1 2015 Ketenanalyse Papier Rapportage: KAP 2015 Datum: 21 augustus 2015 Opgesteld door: Rick Arts Versie: 1.1 Inhoud 1 Inleiding... 3 2 Ketenanalyse papier... 4 1.1 Keten van papier... 4 2.2 Identificeren

Nadere informatie

W & M de Kuiper Holding

W & M de Kuiper Holding 2 januari t/m juni 2018 2 Pagina 2 van 6 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Overzicht -emissie gegevens 3 Vergelijking met voorgaande jaren 4 3 -gerelateerd gunningsvoordeel 5 4 Doelstellingen 5 Reductiedoelstellingen

Nadere informatie

emissie [ton/halfjaar] [%] [ton/fte] [ton/fte] Aardgasverbruik Scope 1 12,92 13% 0,51 0,72 Brandstofverbruik zakelijk verkeer met leaseauto's Scope

emissie [ton/halfjaar] [%] [ton/fte] [ton/fte] Aardgasverbruik Scope 1 12,92 13% 0,51 0,72 Brandstofverbruik zakelijk verkeer met leaseauto's Scope Pagina 1 van 7 Inleiding Dit jaar is Speer Groep gestart met het monitoren en analyseren van haar energie-efficiency. In het kader hiervan is dit haar eerste jaarrapportage Energie-Efficiency. Doel van

Nadere informatie

CO2-reductieplan Kuurman

CO2-reductieplan Kuurman CO2-reductieplan Kuurman Auteur: MRO, RVD Januari 2017 Inhoud CO2-reductieplan Kuurman... 1 Inhoud... 2 1 Inleiding... 3 1.1 Leeswijzer... 3 2 Energiebeoordeling... 4 2.1 Identificatie verbruikers... 4

Nadere informatie

Document: Energiemanagementplan

Document: Energiemanagementplan Energiemanagementplan Certificering op CO 2 -prestatieladder CO 2 -prestatieladder Niveau 3 Auteur(s): Mevrouw C.K. Kloens De heer H. Hooftman De heer D. Slothouber 12 september 2014 Definitief rapport

Nadere informatie

Reductie doelstellingen (B: Reductie)

Reductie doelstellingen (B: Reductie) Reductie doelstellingen (B: Reductie) Eis 3.B.1. Barendrecht, oktober 2013 Auteur: Sabine Droog Geaccordeerd door: Leo Droog Directeur Edwin Oudshoorn Bedrijfsleider/ MVO Verantwoordelijk 1 1. Reductiebeleid

Nadere informatie

SOFTWARE ENERGY FOOTPRINT LAB

SOFTWARE ENERGY FOOTPRINT LAB SOFTWARE ENERGY FOOTPRINT LAB Bo Merkus (CleanTech onderzoeker) Eric Hoekstra (E-tech docent / CleanTech onderzoeker) Robert van den Hoed (Lector Energie & Innovatie) 15 mei 2012 1 HVA FACTS Totaal HvA:

Nadere informatie

Document: Energiemanagementplan

Document: Energiemanagementplan Energiemanagementplan Certificering op CO 2 -prestatieladder CO 2 -prestatieladder Niveau 3 Auteur(s): Mevrouw C.K. Kloens De heer D. Slothouber 23 oktober 2013 (revisie 1.0) Definitief rapport Inhoudsopgave:

Nadere informatie

Energie management actieplan. Copier Groep B.V.

Energie management actieplan. Copier Groep B.V. Energie management actieplan Copier Groep B.V. Aspect van de CO 2 prestatieladder: 3.B.2. Datum: 31 maart 2015 Versie: 00 Auteur: M.J.A. Rijpert Vrijgegeven: T.J. Crum, J. Copier Voorwoord Voor u ligt

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Energiemanagement programma I GMB 2

Inhoudsopgave. Energiemanagement programma I GMB 2 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Duurzaamheid beleid... 4 3 PLAN: Energieverbruik en reductiekansen... 6 3.1 Energieverbruik door GMB (scope 1 en 2)... 6 3.2 Energieverbruik in de keten (scope 3)... 7

Nadere informatie

Carbon Footprint 2e helft 2015 (referentiejaar = 2010)

Carbon Footprint 2e helft 2015 (referentiejaar = 2010) Carbon Footprint 2e helft 2015 (referentiejaar = 2010) Opgesteld door: Akkoord: I. Bangma O. Van der Ende 1. INLEIDING Binnen de Van der Ende Steel Protectors Group BV staat zowel interne als externe duurzaamheid

Nadere informatie

Energie Management Actieplan

Energie Management Actieplan Energie Management Actieplan Conform niveau 3 op de CO 2 -prestatieladder 3.0 Auteur: Mariëlle de Gans - Hekman Datum: 5 september 2017 Versie: 2.0 Status: Concept Inhoudsopgave 1 Inleiding... 2 2 Reductiedoelstellingen...

Nadere informatie

Netwerken, telefoondiensten en telefoonapparatuur

Netwerken, telefoondiensten en telefoonapparatuur Milieucriteria voor het maatschappelijk verantwoord inkopen van Netwerken, telefoondiensten en 1. Scope/afbakening Dit document behandelt drie ICT-gerelateerde productgroepen tegelijk. Deze productgroepen

Nadere informatie

Carbon Footprint 2014

Carbon Footprint 2014 Carbon Footprint 2014 Opdrachtgever: Stuurgroep MVO Projectnummer: 550613 Versie: 1.1 Datum: 19-6-2015 Status: Defintief Adres Kievitsweg 13 9843 HA, Grijpskerk Contact Tel. 0594-280 123 E-mail: info@oosterhofholman.nl

Nadere informatie

3.C.1 Voortgangsrapportage CO2 over het jaar 2018

3.C.1 Voortgangsrapportage CO2 over het jaar 2018 3.C.1 Voortgangsrapportage CO2 over het jaar 2018 Inleiding In het energie management actieplan zijn de reductiedoelstellingen beschreven. Tevens is hierin het plan van aanpak opgenomen waarin de maatregelen

Nadere informatie

SMART GRID ALBERT MOLDERINK

SMART GRID ALBERT MOLDERINK SMART GRID ALBERT MOLDERINK WIE BEN IK Albert Molderink (http://www.utwente.nl/ctit/energy/people/molderink_a.php) www.utwente.nl www.ipsumenergy.com Computer Architectures for Embedded Systems Discrete

Nadere informatie

2016/ Ketenanalyse Papier. Rapportage: KAP 2017 Datum: Opgesteld door: Monique Harmsen Versie: 1.3

2016/ Ketenanalyse Papier. Rapportage: KAP 2017 Datum: Opgesteld door: Monique Harmsen Versie: 1.3 2016/ 2017 Ketenanalyse Papier Rapportage: KAP 2017 Datum: 27-11-2017 Opgesteld door: Monique Harmsen Versie: 1.3 Inhoud 1 Inleiding... 3 2 Ketenanalyse papier... 4 1.1 Keten van papier... 4 2.2 Identificeren

Nadere informatie

referentiejaar Emissies aantal FTE 29,5125

referentiejaar Emissies aantal FTE 29,5125 Pagina 1 van 6 Inleiding Dit jaar is Speer Groep gestart met het monitoren en analyseren van haar energie-efficiency. In het kader hiervan is dit haar eerste halfjaarrapportage Energie-Efficiency. Doel

Nadere informatie

ENERGIEBEOORDELING P.C.

ENERGIEBEOORDELING P.C. ENERGIEBEOORDELING P.C. van der Wiel Datum audit: 28 mei 2018 Beoordeling uitgevoerd door: S.W.Zuiderveld (SWZ Consulting) en J. van Schooten Doorgenomen procedures: Energie management systeem conform

Nadere informatie

Energiefactor Ref. jaar 2013 Target 2016* T.o.v. 2013 Target 2021* T.o.v. 2013

Energiefactor Ref. jaar 2013 Target 2016* T.o.v. 2013 Target 2021* T.o.v. 2013 CO2prestatieladder Revisiedatum: 16102014 CO2 reductiedoelstellingen 2016 Conform niveau 5 op de CO2prestatieladder 2.2 Inleiding In dit document wordt de scope 1 & 2 CO 2 reductiedoelstelling van Protinus

Nadere informatie

Voortgangsrapportage. Scope 1 en 2 CO2 emissies. Tweede halfjaar 2013

Voortgangsrapportage. Scope 1 en 2 CO2 emissies. Tweede halfjaar 2013 Voortgangsrapportage Scope 1 en 2 CO2 emissies Tweede halfjaar 2013 Wijzigingsblad Versie Datum Auteur Wijzigingen 0.1 04-12-2013 F. Wuts Draft 0.2 1-2-2014 F. Wuts Aanpassing naar aanleiding van Audit

Nadere informatie

CO 2 reductiedoelstellingen 2016

CO 2 reductiedoelstellingen 2016 Civil at Hart b.v. Koperslager 7 2631 RK Nootdorp T (015) 251 20 10 E info@civilathart.nl I www.civilathart.nl KvK Haaglanden 272.87.214 BTW nr. : NL 8187.43.906.B01 CO 2 reductiedoelstellingen 2016 Conform

Nadere informatie

Energie beoordelingsverslag 2016

Energie beoordelingsverslag 2016 Energie beoordelingsverslag 2016 Datum:... Paraaf directie:... Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Bedrijf 4 2.1 Activiteiten 4 2.2 Bedrijfsonderdelen 4 2.3 Factoren die het energieverbruik beïnvloeden 4 3.

Nadere informatie

Voor het welzijn van kind en school. Klas 3!

Voor het welzijn van kind en school. Klas 3! Voor het welzijn van kind en school Klas 3! Wat is energie Energie heb je nodig om iets te doen. Je hebt het nodig om een auto mee te kunnen laten rijden, een huis mee te verwarmen of een fabriek mee te

Nadere informatie

School Info. Beter inzicht, hogere kwaliteit en meer omzet

School Info. Beter inzicht, hogere kwaliteit en meer omzet School Info Beter inzicht, hogere kwaliteit en meer omzet SchoolsConnect is een totaalconcept voor onderwijsinstellingen. Gemakkelijk internet en telefonie is altijd fijn op een school. Ook de veiligheid

Nadere informatie

Document: Energiemanagementplan

Document: Energiemanagementplan Energiemanagementplan Certificering op CO2-prestatieladder CO 2 -prestatieladder Niveau 3 Auteur(s): De heer W. de Vries De heer H. Kosse 26 juni 2014 Definitief rapport Inhoudsopgave: blz. 1. Inleiding

Nadere informatie

Energie management actieplan. Newae B.V.

Energie management actieplan. Newae B.V. Energie management actieplan Newae B.V. Aspect van de CO2 prestatieladder: 3.B.2. Datum: 31 december 2017 Versie: 01 Auteur: Vrijgegeven: J. Burg T.J. Crum Voorwoord Voor u ligt het Energie Management

Nadere informatie

Doel van deze presentatie is : Akkoord op het energiemanagement actieplan voor 2017

Doel van deze presentatie is : Akkoord op het energiemanagement actieplan voor 2017 1 Doel van deze presentatie is : Akkoord op het energiemanagement actieplan voor 2017 Inhoud Samenvatting 1. Inleiding 2. Footprint 2016 3. Gerealiseerde reductie 4. Trends en ontwikkelingen 5. KPI 2017

Nadere informatie

Energiezorg management systeem. Symposium Groene ICT

Energiezorg management systeem. Symposium Groene ICT Energiezorg management systeem Symposium Groene ICT Voorstellen Marco Kappe Directeur Service Delivery Vancis 2 fysieke datacenters Housing van de (nationale supercomputer) Leveren van Co locatie Leveren

Nadere informatie

Cleantech Markt Nederland 2008

Cleantech Markt Nederland 2008 Cleantech Markt Nederland 2008 Baken Adviesgroep November 2008 Laurens van Graafeiland 06 285 65 175 1 Definitie en drivers van cleantech 1.1. Inleiding Cleantech is een nieuwe markt. Sinds 2000 heeft

Nadere informatie

Voortgangsrapportage over 2018 CO 2 -Prestatieladder

Voortgangsrapportage over 2018 CO 2 -Prestatieladder Voortgangsrapportage over 2018 CO 2 -Prestatieladder Barendrecht, 1 juli 2019 Geaccordeerd door: L.A. Droog Edwin Oudshoorn Directeur MVO verantwoordelijk CO2 prestatieladder voortgangsrapportage over

Nadere informatie

Inzicht. Doelstelling CO2-reductie

Inzicht. Doelstelling CO2-reductie Loonbedrijf J. van Etten BV en Grondbewerkingsbedrijf Blijdorp BV zijn twee bedrijven die bij J van Etten Holding behoren. Loonbedrijf van Etten is één van de grootste tuinbouwloonbedrijven van Nederland,

Nadere informatie

De slimme meter Klaar voor de toekomst

De slimme meter Klaar voor de toekomst De slimme meter Klaar voor de toekomst met de slimme meter bent u klaar voor de toekomst Endinet maakt haar energienetten klaar voor de toekomst. Net als de auto-, de telefoonen bankindustrie worden ook

Nadere informatie

[3.B.1.3- CO2 reductiedoelstellingen]

[3.B.1.3- CO2 reductiedoelstellingen] 2017 [3.B.1.3- CO2 reductiedoelstellingen] Co2 prestatieladder 3.0 Conform niveau 3 Transportbedrijf R.Vels & Zn. BV 1 Inhoud Inleiding... 3 1 Mogelijkheid en reductie CO2 uitstoot... 4 1.1. Input... 4

Nadere informatie

Energiemanagement Actieplan 2015 CO 2 -Prestatieladder

Energiemanagement Actieplan 2015 CO 2 -Prestatieladder Bijlage E Energiemanagement Actieplan CO2- Prestatieladder Energiemanagement Actieplan 2015 CO 2 -Prestatieladder Sarens Nederland Pagina 28 van 40 E.1 Inleiding Uit CO2 uitstoot berekeningen over 2013

Nadere informatie

CO 2 footprint rapportage Uzin Utz

CO 2 footprint rapportage Uzin Utz CO 2 footprint rapportage 2018 Uzin Utz 1 januari 2018 t/m 31 december 2018 Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1. Inleiding en samenvatting 1.1. Inleiding 1.2. Samenvatting 2. CO2 reductiebeleid 2.1. Visie 2.2.

Nadere informatie

Hoe hoog staat u op de prestatieladder?

Hoe hoog staat u op de prestatieladder? Hoe hoog staat u op de prestatieladder? ir. Siert Wiersema, adjunct directeur AERZEN Nederland BV ENERGY EFFICIENCY in de PROCESINDUSTRIE Energieakkoord, Klimaatwet MVO, CO₂-footprint Hernieuwbare energiebronnen

Nadere informatie

Zonder investeren besparen 10 tips en vragen voor de facilitair manager

Zonder investeren besparen 10 tips en vragen voor de facilitair manager Zonder investeren besparen 10 tips en vragen voor de facilitair manager Als facilitair manager bent u verantwoordelijk voor de huisvesting. Daarmee ook voor het energiegebruik van de huisvesting. In deze

Nadere informatie

De CO2-footprint is weer bekend!

De CO2-footprint is weer bekend! De CO2-footprint is weer bekend! Energiebeleid In het eerste half jaar van 2018 is Gebr. van der Lee ook weer actief bezig om hun CO2- footprint in kaart te brengen. Hierbij wordt opnieuw gebruik gemaakt

Nadere informatie

Practice what you preach

Practice what you preach Beste lezer, In deze nieuwsbrief staat het volgende centraal: Wat leeft er onder de medewerkers van VHL Leeuwarden & Velp als het om duurzaamheid gaat. Daarnaast is de huidige stand van zaken omtrent zonnepanelen

Nadere informatie

Jaarverslag Criteria. Conform niveau 3 op de CO2- prestatieladder 3.0 en ISO norm. Opgesteld door Paraaf. Datum Versie 2

Jaarverslag Criteria. Conform niveau 3 op de CO2- prestatieladder 3.0 en ISO norm. Opgesteld door Paraaf. Datum Versie 2 Jaarverslag 2017 Criteria Opgesteld door Paraaf Conform niveau 3 op de CO2- prestatieladder 3.0 en ISO 14064-1 norm RB Datum 12-7-2018 Versie 2 Status Definitief Inhoudsopgave 1 INLEIDING EN VERANTWOORDING...

Nadere informatie

[3.B.1.3- CO2 reductiedoelstellingen]

[3.B.1.3- CO2 reductiedoelstellingen] 2017 [3.B.1.3- CO2 reductiedoelstellingen] Co2 prestatieladder 3.0 Conform niveau 3 Transportbedrijf R.Vels & Zn. BV 1 Inhoud Inleiding... 3 1 Mogelijkheid en reductie CO2 uitstoot... 4 1.1. Input... 4

Nadere informatie

Voortgangsrapportage eerste half jaar CO2 prestatieladder, niveau 3

Voortgangsrapportage eerste half jaar CO2 prestatieladder, niveau 3 Voortgangsrapportage eerste half jaar CO2 prestatieladder, niveau 3 T&A Survey BV - APG Dynamostraat 48 1001 NR Amsterdam T&A Survey BV Bedrijvenpark Twente 305 7602 KL Almelo Laatste wijzigingen : juli

Nadere informatie

Energie beoordelingsverslag 2015 20 januari 2016 (definitief)

Energie beoordelingsverslag 2015 20 januari 2016 (definitief) Energie beoordelingsverslag 2015 20 januari 2016 (definitief) Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Bedrijf 4 2.1 Activiteiten 4 2.2 Bedrijfsonderdelen 4 2.3 Factoren die het energieverbruik beïnvloeden 4 3.

Nadere informatie

Voortgangsrapportage. Scope 1 en 2 CO2 emissies Eerste halfjaar 2012

Voortgangsrapportage. Scope 1 en 2 CO2 emissies Eerste halfjaar 2012 Voortgangsrapportage Scope 1 en 2 CO2 emissies Eerste halfjaar 2012 Wijzigingsblad Versie Datum Auteur Wijzigingen 0.1 01-10-2013 F. Wuts Draft 1.0 7-10-2013 F. Wuts Final 1.1 20-01-2014 F. Wuts Emissie

Nadere informatie

CO 2 Prestatieladder. Energie auditverslag. Aspect(en): 2.A.3, 1.B.2, 2.B.2, 2.B.3

CO 2 Prestatieladder. Energie auditverslag. Aspect(en): 2.A.3, 1.B.2, 2.B.2, 2.B.3 CO 2 Prestatieladder Energie auditverslag Auteur: Dhr. A.J. van Doornmalen Aspect(en): 2.A.3, 1.B.2, 2.B.2, 2.B.3 Vrijgegeven: Dhr. A.J. van der Heul Datum: 11 juni 2014 Inhoudsopgave 1.0 Energie auditverslag...3

Nadere informatie

Voortgangsrapportage. Scope 1 en 2 CO2 emissies. Eerste halfjaar 2012

Voortgangsrapportage. Scope 1 en 2 CO2 emissies. Eerste halfjaar 2012 Voortgangsrapportage Scope 1 en 2 CO2 emissies Eerste halfjaar 2012 Wijzigingsblad Versie Datum Auteur Wijzigingen 0.1 01-10-2013 F. Wuts Draft 1.0 7-10-2013 F. Wuts Final 2 Energie Management Programma

Nadere informatie

Ab Arbo-advisering i en duurzaamheid + MVO

Ab Arbo-advisering i en duurzaamheid + MVO Ab Arbo-advisering i en duurzaamheid + MVO Esther Loozen Atze Boerstra (Stanley Kurvers) NvvA Symposium 2010 1 Programma Introductie door Esther Loozen Korte inleiding over duurzaamheid+ MVO door Atze

Nadere informatie

Review CO2 reductiedoelstellingen. Conform niveau 5 op de CO2-prestatieladder 2.2

Review CO2 reductiedoelstellingen. Conform niveau 5 op de CO2-prestatieladder 2.2 Review CO2 reductiedoelstellingen Conform niveau 5 op de CO2-prestatieladder 2.2 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Voortgang subdoelstellingen 4 2.1. Voortgang subdoelstelling kantoren 4 2.2. Voortgang subdoelstelling

Nadere informatie

Carbon footprint 2013

Carbon footprint 2013 PAGINA i van 13 Carbon footprint 2013 Opdrachtgever: Stuurgroep MVO Besteknummer: - Projectnummer: 511133 Documentnummer: 511133_Rapportage_Carbon_footprint_2013_2.0 Versie: 2.0 Status: Def Uitgegeven

Nadere informatie

CO 2 Nieuwsbrief Eerste voortgangsrapportage scope 3 doelstellingen

CO 2 Nieuwsbrief Eerste voortgangsrapportage scope 3 doelstellingen Eerste voortgangsrapportage scope 3 doelstellingen September 2017 Eerste voortgangsrapportage CO 2 -emissiereductie. Graag informeren wij u over de voortgang van onze scope 3 doelstellingen. Recent hebben

Nadere informatie

Intersteno Ghent 2013- Correspondence and summary reporting

Intersteno Ghent 2013- Correspondence and summary reporting Intersteno Ghent 2013- Correspondence and summary reporting DUTCH Wedstrijd Correspondentie en notuleren De wedstrijdtekst bevindt zich in de derde kolom van de lettergrepentabel in art. 19.1 van het Intersteno

Nadere informatie

Rapport 16 oktober 2014

Rapport 16 oktober 2014 CO 2 -EMISSIE INVENTARIS SCOPE 1 EN 2 OVER 2014 AANEMINGSBEDRIJF VAN DER ZANDEN BV EN VAN DER ZANDEN MILIEU BV IN HET KADER VAN DE CO 2 -PRESTATIELADDER Rapport 16 oktober 2014 INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING...

Nadere informatie

Energie Management Actieplan Conform 3.B.2

Energie Management Actieplan Conform 3.B.2 Energie Management Actieplan Conform 3.B.2 Op basis van de internationale norm ISO 50001 4.4.3, 4.4.4, 4.4.5, 4.4.6, 4.6.1 en 4.6.4 Auteur(s): Mevr. Marjan Giezen, CO₂-functionaris, PUK Benelux B.V. Marcel

Nadere informatie

Energie Audit verslag 2019 Energie Management Actieplan 2016 t/m 2021

Energie Audit verslag 2019 Energie Management Actieplan 2016 t/m 2021 Energie Audit verslag 2019 Energie Management Actieplan 2016 t/m 2021 08-02-2019 Parafen van alle MT-leden: Onafhankelijke interne controle door KAM: 1 Energie Audit Verslag 2019/Energie Management Actieplan

Nadere informatie

Energie Management Actieplan

Energie Management Actieplan Energie Management Actieplan Conform niveau 3 op de CO 2 -prestatieladder 3.0 Auteur: Mariëlle de Gans - Hekman Datum: 30 september 2015 Versie: 1.0 Status: Concept Inhoudsopgave 1 Inleiding...2 2 Reductiedoelstellingen...3

Nadere informatie

Scope 1 doelstelling Scope 2 doelstelling Scope 1 en 2 gecombineerd 5% CO 2- reductie. 30% CO 2- reductie in 2016 6% CO 2 -reductie in 2016 ten

Scope 1 doelstelling Scope 2 doelstelling Scope 1 en 2 gecombineerd 5% CO 2- reductie. 30% CO 2- reductie in 2016 6% CO 2 -reductie in 2016 ten B. Kwantitatieve doelstellingen & beleid 1 INLEIDING Verhoef wil concreet en aantoonbaar maken dat we ons inspannen om CO 2 te reduceren. Daarvoor hebben wij dit reductiebeleid opgesteld. 2 HET CO 2 REDUCTIE

Nadere informatie

CO 2 -Voortgangsrapportage 2017 H1

CO 2 -Voortgangsrapportage 2017 H1 CO 2 -Voortgangsrapportage 2017 H1 Datum: 20 december 2017 Versie: 1 In samenwerking met: Will2Sustain: Adviesbureau in Duurzaam Ondernemen 1. Inleiding Prins Bouw B.V. wil via dit rapport de voorgang

Nadere informatie

Elektrische auto stoot evenveel CO 2 uit als gewone auto

Elektrische auto stoot evenveel CO 2 uit als gewone auto Elektrische auto stoot evenveel CO 2 uit als gewone auto Bron 1: Elektrische auto s zijn duur en helpen vooralsnog niets. Zet liever in op zuinige auto s, zegt Guus Kroes. 1. De elektrische auto is in

Nadere informatie

NIVE masterclass Kansen van duurzaam ondernemen

NIVE masterclass Kansen van duurzaam ondernemen NIVE masterclass Kansen van duurzaam ondernemen Felix Gruijters Nuon Amsterdam ArenA 12 oktober 2011 1 A convenient truth 44 triljard dollar staat op het spel Die waarde biedt kansen A convenient truth

Nadere informatie

Energie management actieplan. Newae B.V.

Energie management actieplan. Newae B.V. Energie management actieplan Newae B.V. Aspect van de CO2 prestatieladder: 3.B.2. Datum: 22 maart 2017 Versie: 01 Auteur: Vrijgegeven: P. Cleijne T.J. Crum Voorwoord Voor u ligt het Energie Management

Nadere informatie

Review CO 2 reductiedoelstellingen voestalpine WBN. Conform niveau 5 op de CO 2 -prestatieladder 2.2

Review CO 2 reductiedoelstellingen voestalpine WBN. Conform niveau 5 op de CO 2 -prestatieladder 2.2 Review CO 2 reductiedoelstellingen voestalpine WBN Conform niveau 5 op de CO 2 -prestatieladder 2.2 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Voortgang subdoelstellingen 4 2.1. Voortgang subdoelstelling kantoren 4

Nadere informatie

Voortgangsrapportage. Scope 1 en 2 CO2 emissies Tweede halfjaar 2012

Voortgangsrapportage. Scope 1 en 2 CO2 emissies Tweede halfjaar 2012 Voortgangsrapportage Scope 1 en 2 CO2 emissies Tweede halfjaar 2012 Wijzigingsblad Versie Datum Auteur Wijzigingen 0.1 01-10-2013 F. Wuts Draft 1.0 15-10-2013 F. Wuts Final 1.1 20-01-2014 F. Wuts Emissie

Nadere informatie

Voortgangsrapportage CO2-emissiereductie.

Voortgangsrapportage CO2-emissiereductie. Augustus 2018 Voortgangsrapportage CO2-emissiereductie. Graag informeren wij jullie weer over de voortgang van onze CO 2-emissies. Met de CO 2-Prestatieladder en de CO 2-Footprint zijn de hoeveelheden

Nadere informatie