JAARVERSLAG Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "JAARVERSLAG Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 2013"

Transcriptie

1 JAARVERSLAG Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen

2

3 Belangrijke informatie Voor u ligt het jaarverslag van het fonds voor gemene rekening Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2. Dit jaarverslag is onderworpen aan Nederlands recht en wordt opgesteld door de beheerder Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Ter bevordering van de leesbaarheid omvat dit document in hoofdstuk 2 een algemeen verslag van de beheerder en een totale jaarrekening voor Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2. In hoofdstuk 3 is voor ieder Fonds (zoals hierna gedefinieerd) specifiek een verslag van de beheerder en jaarrekening opgenomen. Gegevens uit het algemene deel zijn van toepassing op één of meerdere Fondsen. Gegevens uit het jaarverslag per Fonds en het algemene deel vormen samen met de overige gegevens (opgenomen in hoofdstuk 5) het volledige jaarverslag van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2. De belangrijkste risico s, waaronder het prijs-, krediet- en liquiditeitsrisico, en de daarbij behorende beheersmaatregelen, zijn niet opgenomen in het algemene directieverslag. Deze en andere risico s worden verantwoord in het directieverslag per Fonds. Omdat de Fondsen niet zijn blootgesteld aan kasstroomrisico is om die reden het kasstroomrisico niet toegelicht in dit jaarverslag. Wij raden u aan om zowel de informatie te raadplegen van het Fonds of de Fondsen waarin u belegt, als de informatie uit hoofdstuk 2 (algemeen), hoofdstuk 4 (informatie over de Achmea Beleggingspools en Robeco fondsen) en hoofdstuk 5 (overige gegevens).

4

5 Inhoudsopgave 1. Algemene gegevens 4 2. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen Profiel 2.2 Verslag van de beheerder 2.3 Jaarrekening Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen Balans Winst- en Verliesrekening Kasstroomoverzicht Toelichting algemeen Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling Toelichting op de balans Toelichting op de winst- en verliesrekening 3. Jaarrekeningen Fondsen Achmea Euro Staatsobligaties Fonds Verslag van de beheerder Jaarrekening Achmea Euro Staatsobligaties Fonds Balans Winst- en verliesrekening Kasstroomoverzicht Toelichting op de balans Toelichting op de winst- en verliesrekening 3.2 Achmea Grondstoffen Fonds Verslag van de beheerder Jaarrekening Achmea Grondstoffen Fonds Balans Winst- en verliesrekening Kasstroomoverzicht Toelichting op de balans Toelichting op de winst- en verliesrekening 3.3 Achmea High Yield Bedrijfsobligaties Fonds Verslag van de beheerder Jaarrekening Achmea High Yield Bedrijfsobligaties Fonds Balans Winst- en verliesrekening Kasstroomoverzicht Toelichting op de balans Toelichting op de winst- en verliesrekening 3.4 Achmea Indirect Vastgoed Fonds Verslag van de beheerder Jaarrekening Achmea Indirect Vastgoed Fonds Balans Winst- en verliesrekening Kasstroomoverzicht Toelichting op de balans Toelichting op de winst- en verliesrekening 3.5 Achmea lnvestment Grade Bedrijfsobligaties Fonds Verslag van de beheerder Jaarrekening Achmea lnvestment Grade Bedrijfsobligaties Fonds Balans Winst- en verliesrekening Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 1

6 Kasstroomoverzicht Toelichting op de balans Toelichting op de winst- en verliesrekening 3.6 Achmea Langlopende Obligaties Fonds Verslag van de beheerder Jaarrekening Achmea Langlopende Obligaties Fonds Balans Winst- en verliesrekening Kasstroomoverzicht Toelichting op de balans Toelichting op de winst- en verliesrekening 3.7 Achmea Opkomende Markten Aandelen Fonds Verslag van de beheerder Jaarrekening Achmea Opkomende Markten Aandelen Fonds Balans Winst- en verliesrekening Kasstroomoverzicht Toelichting op de balans Toelichting op de winst- en verliesrekening 3.8 Achmea Opkomende Markten Staatsobligaties Fonds Verslag van de beheerder Jaarrekening Achmea Opkomende Markten Staatsobligaties Fonds Balans Winst- en verliesrekening Kasstroomoverzicht Toelichting op de balans Toelichting op de winst- en verliesrekening 3.9 Achmea Wereldwijd Aandelen Fonds Verslag van de beheerder Jaarrekening Achmea Wereldwijd Aandelen Fonds Balans Winst- en verliesrekening Kasstroomoverzicht Toelichting op de balans Toelichting op de winst- en verliesrekening 4. Informatie over de Achmea Beleggingspools en Robeco fondsen Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro Beleggingspool Achmea Grondstoffen Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten Beleggingspool Achmea Aandelen Wereldwijd Robeco Property Equities Robeco Institutioneel Emerging Markets Quant Fund 167 Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 2

7 5. Overige gegevens Overige gegevens 5.2 Controleverklaring van de onafhankelijke accountant BIJLAGE A Uitsluitingen Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 en Achmea Beleggingspools per 31 december Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 3

8 Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 1. Algemene gegevens Beheerder Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V., waarvan de directie wordt gevormd door: M.T. Heijndijk (voorzitter) Drs. W. van Heerdt Drs. Y.J. de Jong Kantooradres: Gatwickstraat GK Amsterdam Postbus KA Amsterdam KvK Bewaarder Stichting Bewaarder Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 waarvan het bestuur bestaat uit: Mr. M.P. Brandt Drs. G.J.N. Melse Kantooradres: Gatwickstraat 1 Postbus KA Amsterdam KvK Onafhankelijke Accountant PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. Thomas R. Malthusstraat JR Amsterdam Depotbanken The Bank of New York Mellon SA/NV Strawinskylaan XX Amsterdam Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 4

9 2. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen Profiel Algemeen Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 is gestart op 1 oktober Met ingang van 1 februari 2013 is Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 gestructureerd als een (open) fonds voor gemene rekening met paraplustructuur. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 is een beleggingsfonds, zoals bedoeld wordt in artikel 1:1 van de Wft en is (o.a.) op basis van artikel 1:12 Wft niet onderworpen aan toezicht. De goederen die deel uitmaken of deel gaan uitmaken van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 worden ten behoeve van Achmea Pensioen- en Levensverzekeringen N.V. ( de verzekeraar ) ten titel van beheer gehouden of verkregen door Stichting Bewaarder Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 (de Bewaarder 2 ). De Bewaarder 2 is statutair gevestigd en kantoorhoudende aan de Gatwickstraat 1 te 1043 GK Amsterdam en is ingeschreven in de KvK onder nummer De aanspraken van de verzekeraar worden uitgedrukt in participaties. De Bewaarder geeft meerdere series participaties uit. Elke serie participaties geeft recht op een bepaald deel van het vermogen dat door de Bewaarder 2 wordt aangehouden, een Fonds. Elk Fonds heeft een eigen beleggingsbeleid en voor elk Fonds wordt een aparte administratie gevoerd, zodat alle aan een Fonds toe te rekenen opbrengsten en kosten per Fonds worden verantwoord. De Bewaarder 2 kan (een deel van) zijn taken doen uitvoeren door één of meer derden. Beheerder Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. (hierna ook de Beheerder ) is als de beheerder van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 belast met het beheer. De Beheerder maakt deel uit van de Achmea Groep. Achmea B.V. is enig aandeelhouder van de Beheerder. Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. is tevens Beheerder van Achmea Beleggingsfondsen N.V. en Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen en beschikt voor het beheren daarvan over een vergunning van en is geregistreerd bij de Autoriteit Financiële Markten (de AFM ). De Beheerder is statutair gevestigd te s-gravenhage en kantoorhoudende aan de Gatwickstraat 1 te 1043 GK Amsterdam en is ingeschreven in de KvK onder nummer De Beheerder maakt voor de uitoefening van haar taken, zoals het vermogensbeheer, de berekening van de intrinsieke waarde van een Fonds en de administratie, gebruik van zorgvuldig gekozen derden. Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V., de beheerder van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2, valt onder het regime van de Richtlijn Alternatieve Beleggingsinstellingen (Alternative Investment Fund Management Directive) ( AIFM-Richtlijn ), zoals dit van kracht is geworden op 22 juli Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. was reeds voor 21 juli 2013 bevoegd om in Nederland alternatieve beleggingsinstellingen te beheren en kan daardoor gebruik maken van het op basis van de AIFM-Richtlijn toepasselijke overgangsjaar om te voldoen aan de bij of krachtens de AIFM-Richtlijn gestelde regels. Voor een vergunninghoudende beheerder houdt het overgangsjaar in dat zijn bestaande vergunning op 22 juli 2014 van rechtswege overgaat in een AIFM-Richtlijn vergunning. Tot 22 juli 2014 blijven de regels van het aanbieden van deelnemingsrechten in een beleggingsinstelling van toepassing zoals deze voor een beheerder gelden op 21 juli 2013, inclusief de vrijstelling onder artikel 1:12 Wft voor Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2. Structuur Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 kent een zogenaamde paraplustructuur, wat betekent dat de gewone participaties zijn onderverdeeld in verschillende series participaties, waarbij iedere serie correspondeert met een afzonderlijk Fonds. Per 31 december 2013 kende Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 negen Fondsen met elk een specifiek beleggingsbeleid, risicoprofiel en koersvorming. Voorts wordt per Fonds een aparte administratie gevoerd, zodat alle aan een Fonds toe te rekenen opbrengsten en kosten per Fonds worden verantwoord. Fondsen hebben geen juridisch afgescheiden vermogen. Verslaggeving Het boekjaar loopt van 1 januari tot en met 31 december. Beleggingsbeleid De Fondsen van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 beleggen direct of indirect in verschillende geografische gebieden en/of assetcategorieën door middel van aandelen, obligaties, deposito s en andere financiële instrumenten (waaronder grondstofderivaten). Het beleggingsbeleid van de Fondsen is erop gericht door spreiding op langere termijn een optimum in risico en een voor de deelnemers zo goed mogelijk resultaat te realiseren. De meeste Fondsen beleggen daartoe voornamelijk in Achmea Beleggingspools, besloten fondsen voor gemene rekening, vrijgesteld van toezicht onder de Wft (de Achmea Beleggingspools). Uitgifte en inkoop van participaties Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 heeft een open-end structuur. Dit houdt in dat Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 nieuwe participaties zal uitgeven tegen een koers gelijk aan de dagelijks vastgestelde netto Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 5

10 vermogenswaarde van het Fonds. Tevens is Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 steeds bereid, bijzondere omstandigheden voorbehouden, participaties in te kopen tegen de netto vermogenswaarde. Een bijzondere omstandigheid, waardoor Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2, uitsluitend naar haar oordeel, de inkoop kan opschorten, is onder andere dat door de inkoop in strijd zou worden gehandeld met enig wettelijke bepaling of het beleggingsbeleid. Fiscale positie Algemeen Onderstaand is een algemeen overzicht opgenomen van de belangrijkste fiscale aspecten van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 en van het beleggen daarin. Het overzicht is gebaseerd op de fiscale wetgeving en jurisprudentie in Nederland zoals deze op het moment van opmaken van het jaarverslag van toepassing zijn, met uitzondering van maatregelen die met terugwerkende kracht worden ingevoerd. Het overzicht vormt geen advies over een specifieke persoonlijke situatie. Voor inzicht in de specifieke fiscale gevolgen van het verwerven, houden en overdragen van participaties in Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 wordt geadviseerd contact op te nemen met uw eigen belastingadviseur. Vennootschapsbelasting Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 heeft de status van fiscale beleggingsinstelling zoals bedoeld in artikel 28 van de Wet op de vennootschapsbelasting Het hebben van de status van fiscale beleggingsinstelling betekent dat, mits aan een aantal voorwaarden is voldaan, Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 weliswaar aan de heffing van de vennootschapsbelasting is onderworpen, maar tegen een tarief van 0%. Eén van de belangrijkste voorwaarden verbonden aan de status van fiscale beleggingsinstelling is de zogenoemde uitdelingsverplichting. Dit houdt in dat Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 de voor uitdeling beschikbare winst van ieder Fonds binnen acht maanden na afloop van het boekjaar dienen uit te keren aan haar participanten. De omvang van de dividenduitkering van een Fonds kan van jaar tot jaar fluctueren en kan in een bepaald jaar ook nihil zijn. Het saldo van gerealiseerde en ongerealiseerde koersresultaten op effecten evenals de winsten en verliezen behaald met de vervreemding van overige beleggingen, verminderd met een evenredig aandeel in de beheerskosten, wordt in beginsel aan de herbeleggingsreserve toegevoegd en daarmee uit de voor uitdeling beschikbare winst geëlimineerd. Negatieve koersresultaten komen ten laste van de herbeleggingsreserve. Daarnaast kan de uitdelingsverplichting verlaagd worden met de dotatie aan de afrondingsreserve. Een vrijval van de afrondingsreserve verhoogt de uitdelingsverplichting. Het saldo van de afrondingsreserve mag niet groter zijn dan 1% van het gestort kapitaal per einde van het betreffende boekjaar. Dividendbelasting Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 dient in beginsel 15% dividendbelasting in te houden op de dividenden die zij aan haar participanten uitkeert. Een uitkering ten laste van de herbeleggingsreserve kan zijn vrijgesteld van dividendbelasting. De ingehouden dividendbelasting kan door de in Nederland (binnenlands) belastingplichtige participanten in beginsel worden verrekend met de verschuldigde inkomsten- of vennootschapsbelasting. Ingehouden Nederlandse dividendbelasting en buitenlandse bronbelasting Op de door Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 ontvangen dividenden uit in Nederland gevestigde vennootschappen wordt 15% dividendbelasting ingehouden. Dividenden en interesten die worden ontvangen op buitenlandse beleggingen kunnen onderworpen zijn aan buitenlandse bronbelasting in het bronland. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 heeft in beginsel toegang tot de door Nederland met andere landen gesloten verdragen ter voorkoming van dubbele belasting en is in dat geval gerechtigd tot het lagere verdragstarief. In de situatie dat de ingehouden bronbelasting op dividenden en/of interesten hoger is dan het verdragstarief kan het meerdere door/namens Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 worden teruggevorderd bij de lokale belastingautoriteiten in het betreffende bronland. De Nederlandse dividendbelasting en de buitenlandse bronbelasting (tot het verdragstarief en tot maximaal 15%) kan in beginsel in mindering worden gebracht op de door Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 in te houden en af te dragen dividendbelasting op door haar uitgekeerde dividenden (de zogenoemde afdrachtvermindering). Het aldus in aanmerking genomen deel van de Nederlandse dividendbelasting en buitenlandse bronbelasting komt ten goede aan het betreffende Fonds. Voorzover de dividendbelasting en buitenlandse bronbelasting in een bepaald jaar niet kan worden benut, omdat deze de ingehouden dividendbelasting overschrijdt, kan deze in volgende jaren in aanmerking worden genomen. Met ingang van 1 januari 2013 is de afdrachtvermindering aangepast ten aanzien van de vrijgestelde entiteiten die in de fiscale beleggingsinstelling participeren. Indien vrijgestelde entiteiten in Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 participeren mag het fonds de afdrachtvermindering niet meer toepassen ter zake van de buitenlandse bronbelasting voor zover er buitenlandse entiteiten deelnemen. Dit kan van invloed zijn op de uitdelingsverplichting. Het bovenstaande is gebaseerd op de fiscale wetgeving en jurisprudentie in Nederland zoals deze op 3 juni 2013 van toepassing is en geeft slechts een algemeen beeld van de belangrijkste fiscale aspecten van Achmea Unit Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 6

11 Linked Beleggingsfondsen 2 en mag niet als een advies worden aangemerkt. Voor inzicht in de specifieke fiscale gevolgen van het verwerven, houden en overdragen van participaties in Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 wordt geadviseerd contact op te nemen met uw belastingadviseur. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 7

12 2.2 Verslag van de beheerder Algemeen Hierbij bieden wij u het jaarverslag aan van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 over het boekjaar Voor een specifieke toelichting op fondsniveau verwijzen wij naar hoofdstuk 3. Voor de structuur, doel en het beleggingsbeleid van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 verwijzen wij naar het profiel in hoofdstuk 2.1. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 is op basis van (o.a.) artikel 1:12 Wft vrijgesteld van toezicht door de Autoriteit Financiële Markten. Toestand per balansdatum en ontwikkelingen gedurende het boekjaar Het vermogen van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 is gedurende de verslagperiode toegenomen tot 107 miljoen (2012: 84 miljoen). De toename van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 is toe te schrijven aan intredingen van participanten van 17 miljoen en koersstijgingen op de financiële markten van 6 miljoen. Over het verslagjaar 2013 heeft Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 een resultaat geboekt van (2012: 2.073). Per 31 december 2013 stonden participaties (2012: participaties) uit. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 is een paraplufonds en bestaat daardoor uit het totaal van de verschillende Fondsen. Voor meer gedetailleerde informatie over de toestand per balansdatum en ontwikkelingen gedurende het boekjaar van de Fondsen wordt verwezen naar hoofdstuk 3. Ontwikkelingen 2013 Wijziging fiscale status Vanwege instroom in januari 2013 van vermogen dat belegd wordt voor rekening en risico van de polishouders die beleggen in de fondsen van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2, heeft dit een wijziging in de fiscale status tot gevolg. Met ingang van 1 februari 2013 is Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 gestructureerd als een (open) fonds voor gemene rekening en heeft deze de status van fiscale beleggingsinstelling. Wet- en Regelgeving AIFMD Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. valt onder het regime van de Richtlijn Alternatieve Beleggingsinstellingen (Alternative Investment Fund Management Directive) ( AIFM-Richtlijn ), zoals dit van kracht is geworden op 22 juli Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. was reeds voor 21 juli 2013 bevoegd om in Nederland alternatieve beleggingsinstellingen te beheren en kan daardoor gebruik maken van het op basis van de AIFM-Richtlijn toepasselijke overgangsjaar om te voldoen aan de bij of krachtens de AIFM- Richtlijn gestelde regels. Voor een vergunninghoudende beheerder houdt het overgangsjaar in dat zijn bestaande vergunning op 22 juli 2014 van rechtswege overgaat in een AIFM-Richtlijn vergunning. Tot 22 juli 2014 blijven de regels van het aanbieden van deelnemingsrechten in een beleggingsinstelling van toepassing zoals deze voor een beheerder gelden op 21 juli Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. is in 2013 gestart met een project om te komen tot tijdige implementatie van de regels van de AIFM-Richtlijn in haar processen. FATCA De implementatie van de Foreign Account Tax Compliance Act (FATCA) uit de Verenigde Staten van Amerika voor de beleggingsfondsen en beleggingspools heeft in 2013 nog geen gevolg gehad. Nederland onderhandelde met de Verenigde Staten van Amerika over het sluiten van een Intergovernmental Agreement, waarbij de gevolgen van de FATCA wetgeving geïmplementeerd zullen worden via de Nederlandse Belastingdienst. Deze Intergovernmental Agreement is in december 2013 bereikt. EMIR Op de beleggingsinstellingen waarin gebruik wordt gemaakt van derivaten, ofwel om redenen van risico afdekking, ofwel om beleggingsredenen, zijn de regels voortvloeiende uit de European Market Infrastructure Regulation (EMIR) van kracht geworden. In het verslagjaar is een aantal risico verminderende maatregelen van kracht geworden per 15 maart 2013 (timely confirmation en daily valuation) en per 15 september 2013 (portfolio compression, portfolio reconciliation, dispute resolution). Financial Transaction Tax (FTT) Invoering van een Financial Transaction Tax (FTT) heeft naar alle waarschijnlijkheid invloed op het rendement van een beleggingsfonds. Nederland heeft er in 2013 vooralsnog voor gekozen om zich niet aan te sluiten bij de andere EU lidstaten die een voorstel tot een Europese FTT onderschrijven. Toekomstige ontwikkelingen in Nederland, maar ook in het buitenland, worden door Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. gevolgd. Andere ontwikkelingen in de verslagperiode De langjarige overeenkomst met F&C Netherlands B.V. voor het uitvoeren van vermogensbeheer is geëindigd en daarvoor is een overeenkomst voor onbepaalde tijd met een gebruikelijke opzegtermijn in de plaats gekomen. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 8

13 Financiële markten en de euro schuldencrisis In de verslagperiode is de onrust over de euro schuldencrisis sterk verminderd. Het optreden van de Europese Centrale Bank (ECB) heeft er met name toe bijgedragen, dat het risico op het uiteenvallen van de euro significant kleiner is geworden. De ECB heeft zich medio 2012 bereid verklaard al het mogelijke te zullen doen om de euro te ondersteunen. Vanaf die tijd is de rust teruggekeerd en is meer oog gekomen voor de fundamentele veranderingen in de euro lidstaten. Daarmee is niet gezegd dat de verdere integratie binnen de eurozone zonder horten of stoten gepaard zal gaan. Het afgelopen jaar liet ook zien dat de nervositeit op de markten weer snel kan terugkeren. Zo stond het eerste kwartaal van 2013 nog in het teken van de bankencrisis op Cyprus. De Europese beleidsmakers wisten deze crisis te beteugelen via grootschalige financiële steun, in ruil voor een ingrijpende sanering van de twee grootste banken van Cyprus. Per saldo is het beeld van de euro schuldencrisis echter wel verbeterd. Positieve signalen zijn dat de concurrentiepositie van de perifere landen verbetert en dat de lange renteniveaus in Italië en Spanje verder zijn gedaald. Ook is een uittreding van Griekenland minder aannemelijk geworden, nu dit land blijft voldoen aan de voorwaarden voor steun. Wel is het zaak dat de door de ECB geboden tijd, goed wordt gebruikt door de euro lidstaten om verdere hervormingen en bezuinigingen door te voeren en niet te verslappen. Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. heeft het brede mandaat voor de euro obligatieportefeuille gedurende de euro schuldencrisis gehandhaafd. Dat betekent dat Italië en Spanje onderdeel zijn blijven uitmaken van de beleggingen in staatsobligaties. Diverse scenario analyses leverden op dat een brede spreiding over de euro lidstaten de voorkeur verdiende qua rendement en risico. Het huidige scenario waarin de euro schuldencrisis steeds beter onder controle raakt, heeft voordelig uitgewerkt voor deze brede obligatiebenchmark. Viertal pijlers voor verantwoord beleggen Achmea Pensioen- en Levensverzekeringen N.V. stelt zich, als institutionele belegger, op als een betrokken aandeelhouder richting ondernemingen en voert daarom een verantwoord beleggingsbeleid. Dit beleggingsbeleid bestaat uit vier pijlers en wordt hieronder toegelicht. Pijler 1: Uitsluitingsbeleid Er wordt op voorhand niet belegd in: Controversiële wapens Wij beleggen niet in ondernemingen die zich rechtstreeks richten op ontwikkeling, testen, productie, verkoop, handel en onderhoud van controversiële wapens. Ook wordt niet belegd in ondernemingen die een groot belang hebben in andere ondernemingen (via een dochter waarin voor > 50% wordt deelgenomen dan wel via een joint venture waarin een controlerend belang wordt gehouden) die controversiële wapens produceren. Het zijn producenten van: o clustermunitie; o anti persoonsmijnen; o biologische en chemische wapens; o kernwapens. Voor het uitsluiten van controversiële wapens zoekt Achmea aansluiting bij internationale verdragen die door Nederland (en vele andere landen) zijn ondertekend. Het betreft de volgende verdragen: - Conventie voor biologische wapens (1975); - Conventie voor chemische wapens (1997); - Verdrag van Ottawa betreffende anti persoonsmijnen (1997) en - Conventie over clustermunitie (2008). Controversiële landen De Nederlandse overheid kan sanctiemaatregelen nemen tegen landen. Deze landen worden door ons als controversieel beschouwd. Over het algemeen schenden de regeringen van dergelijke landen consequent de fundamentele mensenrechten van hun burgers. De sanctiemaatregelen zijn gebaseerd op de Sanctiewet Tabaksproducenten Producenten van tabaksproducten zijn uitgesloten. Dit vanwege de aangetoonde negatieve effecten van tabaksgebruik op de gezondheid. Achmea rekent juist het bevorderen van de gezondheid tot haar maatschappelijke verantwoordelijkheid. Notoire Global Compact schenders Wij sluiten ondernemingen uit die minimaal twee jaar achtereen bij minimaal twee door ons geselecteerde toetsingsbureaus als Global Compact schender zijn aangemerkt. De principes van het Global Compact van de Verenigde Naties richten zich op het gebied van mensenrechten, werkomstandigheden, klimaatverandering en corruptie. Jaarlijks laat Achmea haar beleggingsportefeuille door een onafhankelijke partij beoordelen in hoeverre de beleggingen voldoen aan deze principes. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 9

14 Indien als gevolg van bijzondere situaties, te beoordelen door de Beheerder, wordt belegd in ondernemingen en/of landen die vallen onder één van de vier hierboven genoemde categorieën, dan zullen dergelijke beleggingen binnen redelijke termijn worden afgebouwd. De Beheerder zal bij afbouw van dergelijke beleggingen in het belang van de deelnemers handelen, met inachtneming van specifieke wettelijke regels, waaronder die over clustermunitie. Zie bijlage A voor de complete lijst met uitsluitingen per 31 december Op de website is een actuele lijst met uitsluitingen opgenomen. Pijler 2: Engagement, in gesprek met ondernemingen Engagement wil zeggen dat wij de dialoog aangegaan met ondernemingen waarin wij beleggen. Robeco voert het engagementbeleid uit. Met de dialoog die Robeco met ondernemingen voert, proberen we de aandeelhouderswaarde (d.w.z. de waarde die een bedrijf weet te creëren) te vergroten. Tegelijkertijd wordt geprobeerd om het duurzame gedrag en de kwaliteit van het bestuur te verbeteren. Voor het aangaan van deze dialoog staan de uitgangspunten van het Global Compact centraal. Dit zijn principes op het gebied van mensenrechten, werkomstandigheden, klimaatverandering en corruptie. Bedrijven die op deze uitgangspunten minder goed scoren, worden geselecteerd voor ons engagement. Er worden dan heldere afspraken gemaakt en termijnen afgesproken om dit te verbeteren. De dialogen die worden gevoerd kunnen gaan over mensenrechten, arbeidsomstandigheden, milieu en ethisch gedrag. Maar ook onderwerpen als veranderingen in ondernemingsstructuur, zeggenschapsrechten of beloningsbeleid komen aan bod. Voorwaarde is dat het management van een onderneming het onderwerp kan beïnvloeden. Wij bereiken de beste resultaten met een constructieve en opbouwende dialoog tussen onze uitvoerder Robeco en het management van de ondernemingen waarin wij beleggen. Een goede relatie is hierbij belangrijk. Het doel is om vertrouwen en respect te creëren en te behouden tussen alle betrokken partijen. Achmea kijkt vooral of de ondernemingen de relevante internationale codes naleven. Is dit niet het geval? Dan vraagt Robeco namens Achmea waarom ze zich niet aan een bepaalde code houden en zal verbeteringen aanmoedigen. Daarnaast voeren wij ook enhanced engagement uit. Elk jaar kiezen we twee of drie ondernemingen uit. Hiermee gaan we intensief de dialoog aan. Dit gaat over specifieke thema s die wij belangrijk vinden. Deze thema s worden per jaar bepaald. Voorbeelden van deze thema s in de afgelopen jaren zijn: - mensenrechten (Freeport McMoran, Petro China); - dierproeven (Akzo Nobel, L Oreal); - publieke gezondheidszorg (Pfizer, Carrefour); - biodiversiteit (Gazprom, Newmont Mining, GDF Suez). De actuele thema s zijn mensenrechten, arbeidsomstandigheden en milieu. Voor deze bedrijven stelt Achmea specifieke verbeterdoelen vast. Voor elke onderneming waarmee wij een enhanced engagement aangaan geldt: voor de start van het traject beoordeelt een onafhankelijke partij of de door ons gestelde doelen hout snijden. Aan de hand van heldere, specifieke en meetbare doelstellingen wordt de dialoog gestart. Door middel van een nulmeting op het realiteitsgehalte van de doelstellingen en een eindmeting op de mate waarin de dialoog succesvol is geweest, wordt er inzicht verkregen of de aangesproken ondernemingen vooruitgang boeken op de specifieke thema s. Elk afgerond engagement wordt eveneens door een onafhankelijke partij beoordeeld op het behaalde resultaat. In het Overzicht Enhanced Engagements Achmea vindt u de thema s waarmee wij met ondernemingen sinds 2008 enhanced engagementtrajecten hebben afgerond of anoniem- nog hebben lopen. Een engagement traject duurt maximaal drie jaar. Als de dialoog met een onderneming niet het gewenste resultaat oplevert, kan de onderneming worden uitgesloten. Ook zijn elk kwartaal engagementverslagen beschikbaar. Deze verslagen en het Overzicht Enhanced Engagements zijn te downloaden op de website Pijler 3: Stemmen op aandeelhoudersvergaderingen Wij beleggen in aandelen van verschillende ondernemingen. Elk aangehouden aandeel geeft ons stemrecht op aandeelhoudersvergaderingen. Door actief gebruik te maken van dit stemrecht kunnen wij de betreffende ondernemingen aansporen de kwaliteit van het bestuur te vergroten. Ook kan de duurzaamheid verbeterd worden. Wij verwachten dat dit op termijn gunstig is voor de ontwikkeling van de aandeelhouderswaarde. Ondernemingen die hun zaken op orde hebben denk aan een goede ondernemingsstructuur of een sterk beleid op het gebied van milieu en mensenrechten- presteren immers op de lange termijn vaak beter. Met andere woorden: een goede ondernemingsstructuur is goed voor Achmea en voor haar belanghebbenden. Het stemrecht kan zowel direct als indirect (d.w.z. proxy voting, het stemmen op afstand als het niet mogelijk is om zelf de aandeelhoudersvergaderingen te bezoeken) worden uitgeoefend. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 10

15 We volgen met het stembeleid de Nederlandse Corporate Governance Code voor Nederlandse ondernemingen. De aanbevelingen uit deze code gebruiken we ook bij de beoordeling van de agendapunten waarvoor het stemrecht wordt toegepast. Buiten Nederland gebruiken we de code International Corporate Governance Network (ICGN). De ICGN-principes geven een breed kader waarbinnen ondernemingen naar lokale maatstaven, zoals de Nederlandse Corporate Governance Code, worden beoordeeld. Buiten Nederland is de lokale Corporate Governance Code van dat land leidend. Het zal echter niet in alle gevallen nodig zijn het stemrecht actief te gebruiken. Daarom zal voortdurend een afweging gemaakt worden tussen de verwachte opbrengst enerzijds en de kosten anderzijds. Wij worden echter in principe altijd vertegenwoordigd op (buitengewone) aandeelhoudersvergaderingen van ondernemingen - waarin een substantieel belang wordt gehouden, - als er belangrijke dan wel controversiële agendapunten zijn. De stemverslagen van de aandeelhoudersvergaderingen zijn te downloaden op de website Aantal stemvergaderingen 2013 In dit boekjaar is namens de beheerder wereldwijd gestemd op 698 aandeelhoudersvergaderingen. Op 401 (57%) vergaderingen is één of meerdere keren tegen voorstellen van het management gestemd. Ook zijn er 3 adviesstemmen uitgebracht over de frequentie van rapportage over de beloning van bestuurders van beursgenoteerde ondernemingen in voornamelijk de Verenigde Staten van Amerika (SEC rule say on pay ). Indien niet is gestemd, komt dit doordat de aandelen van de betreffende onderneming niet in eigendom waren ten tijde van de aandeelhoudersvergadering. Zoals opgenomen in het (basis) prospectus is eveneens niet gestemd indien de kosten niet opwogen tegen de verwachte opbrengst. Steeds meer ondernemingen kiezen ervoor het beloningsbeleid voor bestuurders ter stemming voor te leggen aan aandeelhouders. Dit betekent dat wij gezamenlijk met andere aandeelhouders bij steeds meer ondernemingen invloed uitoefenen op dit veelbesproken onderwerp. De belangrijkste onderwerpen waar een stem tegen het management werd uitgebracht zijn toezicht op management (ICGN principle 2), bezoldiging (ICGN principle 5) en rechten van aandeelhouders (ICGN principle 8). Pijler 4: ESG-criteria integratie Het vermogensbeheer van de beleggingsportefeuille is uitbesteed aan zorgvuldig geselecteerde vermogensbeheerders. We proberen een steeds groter deel van onze portefeuille te verduurzamen. Wij vinden het daarom belangrijk dat de vermogensbeheerders in het beleggingsproces waar mogelijk letten op duurzaamheidscriteria. Dit noemen we de ESG criteria. Het gaat hier om de factoren: - milieu (Environment), - sociale (Social) en - goed bestuur (Governance). Wij zijn er van overtuigd dat het meenemen van de duurzaamheidscriteria kan leiden tot betere beleggingsresultaten. Zo brengt bijvoorbeeld energiezuinig produceren minder kosten met zich mee en is dit ook beter voor het milieu. Ook voorkomt een goed milieubeleid het betalen van hoge boetes voor overtredingen. Wij voeren dan ook met al onze vermogensbeheerders intensieve gesprekken om de integratie van ESG factoren verder in te voeren in het beleggingsproces. Een uitgebreide beschrijving van het stem-, uitsluitingen- en engagementbeleid is gepubliceerd op de website(s) van de verzekeraar. AO/IC Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. beschikt over een beschrijving van de bedrijfsvoering, die voldoet aan de eisen van de Wft en het Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen ( BGfo ). Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. heeft gedurende het afgelopen boekjaar verschillende aspecten van de bedrijfsvoering beoordeeld. Bij deze werkzaamheden zijn geen constateringen gedaan op grond waarvan zou moeten worden geconcludeerd dat de beschrijving van de opzet van de bedrijfsvoering, als bedoeld in artikel 121 van het BGfo, niet voldoet aan de vereisten zoals opgenomen in de Wft en daaraan gerelateerde regelgeving. Op grond hiervan verklaren wij als beheerder voor Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 te beschikken over een beschrijving van de bedrijfsvoering als bedoeld in artikel 121 BGfo, die voldoet aan de eisen van het BGfo. In het afgelopen boekjaar zijn risico s en beheersmaatregelen systematisch geïnventariseerd. Beoordeeld is of het rest-risico (het risico dat overblijft na genomen beheersmaatregelen) acceptabel was. Indien dit niet het geval was, zijn additionele maatregelen genomen. Voorts is de werking van de beheersmaatregelen beoordeeld. Over dit proces is door de compliance- en risk officer van Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. aan de directie gerapporteerd. De directie van Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. heeft niet geconstateerd dat de bedrijfsvoering niet effectief en niet overeenkomstig de beschrijving functioneert. Derhalve verklaart Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. met een redelijke mate van zekerheid dat de bedrijfsvoering gedurende het verslagjaar effectief en overeenkomstig de beschrijving heeft gefunctioneerd. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 11

16 Fund Governance Beheerder Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. onderschrijft de principes voor een goede fund governance, zoals deze zijn gepubliceerd door de Dutch Fund and Asset Management Association (Dufas). Per 1 oktober 2009 heeft Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. deze beginselen geïntegreerd in haar eigen Gedragscode Fund Governance (de Gedragscode ). De Gedragscode dient ertoe om waarborgen te scheppen voor de integere uitoefening van het fondsbedrijf en een zorgvuldige dienstverlening en deze te implementeren in de beschrijving van de administratieve organisatie en interne controle systematiek van Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. De Gedragscode beoogt de belangen van de beleggers te beschermen en belangenconflicten te voorkomen. Dit wordt mede gewaarborgd door controle op de naleving van de fund governance bepalingen, waartoe de Raad van Commissarissen van Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. toezicht houdt op de directie, welke laatste verantwoordelijk is voor de naleving van de voorschriften voor een integere bedrijfsvoering. Evenals in voorgaande jaren en voorafgaand aan de publicatie van de Gedragscode, is de Raad van Commissarissen door middel van compliance rapportages inzicht verschaft en is de bedrijfsvoering in de vergadering van de Raad van Commissarissen onderdeel geweest van de besprekingen met de directie. De compliance officer van Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. heeft in het verslagjaar een rapportage ten behoeve van de Raad van Commissarissen opgesteld over de naleving van de Gedragscode en deze in de vergadering van december 2013 met de Raad van Commissarissen besproken. Risico's bij het deelnemen in beleggingsfondsen Beleggen impliceert het aangaan van transacties in financiële instrumenten. Aan het beleggen in het onderhavige fonds en derhalve aan het gebruik van financiële instrumenten zijn zowel kansen als ook risico's verbonden. Het beheersen van risico's die met beleggen zijn verbonden moet altijd in samenhang worden gezien met de kansen, zoals die tot uitdrukking komen in het rendement. Risicomanagement is daarom niet zozeer het zoveel mogelijk inperken van risico's als wel het streven naar een optimale verhouding tussen rendement en risico binnen acceptabele limieten. De belangrijkste risicocategorieën, verbonden met transacties in financiële instrumenten zijn in hoofdstuk 3 per Fonds opgenomen. Hierbij wordt in volgorde van relevantie, de belangrijkste gelopen risico s en de genomen beheersmaatregelen beschreven. Risicobeheer Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V., de beheerder van het Fonds, bewaakt dat het Fonds in het algemeen en de beleggingsportefeuille in het bijzonder voortdurend blijft voldoen aan de randvoorwaarden zoals die in het prospectus zijn vastgelegd, aan de wettelijke kaders en aan de meer fondsspecifieke interne uitvoeringsrichtlijnen. Dergelijke richtlijnen zijn onder meer gesteld ten aanzien van de mate van spreiding van de portefeuille, de kredietwaardigheid van debiteuren, de kwaliteit van marktpartijen waarmee zaken worden gedaan en de liquiditeit van de beleggingen. Naast de interne beheersingsmaatregelen en de met de vermogensbeheerder(s) overeengekomen beheersingsmaatregelen, maakt Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. tevens gebruik van diensten van The Bank of New York Mellon SA/NV voor controle op mandaatoverschrijdingen. Beleggingsresultaten Over het verslagjaar 2013 heeft Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 een resultaat geboekt van (2012: 2.073). De onderverdeling van dit netto resultaat is als volgt: Achmea Euro Staatsobligaties Fonds 29 Achmea Grondstoffen Fonds -103 Achmea High Yield Bedrijfsobligaties Fonds Achmea Indirect Vastgoed Fonds 6 Achmea lnvestment Grade Bedrijfsobligaties Fonds -133 Achmea Langlopende Obligaties Fonds -19 Achmea Opkomende Markten Aandelen Fonds -9 Achmea Opkomende Markten Staatsobligaties Fonds Achmea Wereldwijd Aandelen Fonds Totaal Terugblik financiële markten 2013 Algemeen In het jaarverslag van 2012 werd aangegeven, dat de wereldeconomie in 2013 naar verwachting in rustiger vaarwater terecht zou komen. Dit is gedurende 2013 in belangrijke mate ook uitgekomen. De euro schuldencrisis is in de tweede helft van 2013 naar de achtergrond verdwenen en vormde geen grote bron van onrust meer. Daarnaast zette het herstel van de Amerikaanse economie door, terwijl ook de economieën van de eurozone voorzichtig uit het dal klommen. Japan sprong positief in het oog, omdat het grootschalige stimuleringsbeleid leek aan te slaan. Tegen deze achtergrond was het beursklimaat voor de volwassen markten heel positief te noemen. Opvallend was echter dat de prestaties van de opkomende markten sterk achterbleven. Vanaf het moment dat de Amerikaanse Federal Reserve (Fed) anticipeerde op de afbouw van aankopen van staatsobligaties, keerde het sentiment voor de opkomende markten in negatieve zin. Bij gevolg was gedurende 2013 sprake van een groot verschil in aandelenrendementen tussen de ontwikkelde en opkomende markten. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 12

17 De centrale banken drukten wederom een belangrijke stempel op het marktbeeld. Dit gold in de eerste plaats voor de Fed in de Verenigde Staten. Toenmalig Fed president Bernanke kondigde in het voorjaar van 2013 aan het zeer ruime monetaire beleid langzaam te willen afbouwen. Anders gezegd, de maandelijkse aankopen van Amerikaanse staatsobligaties (ten bedrage van $ 85 mrd) zouden door de Fed stapsgewijs worden verlaagd. De timing bleef enkele maanden ongewis, maar uiteindelijk werd duidelijk dat deze afbouw (de zogenoemde tapering ) een aanvang zou nemen in januari Tegelijkertijd benadrukte de Fed dat de korte rente tot eind 2015 op een zeer laag peil blijft, zolang de werkgelegenheid niet voldoende verbetert. De beweging van de Amerikaanse centrale bank liet de markten zeker niet onberoerd. Eén van de belangrijkste gevolgen was een flinke stijging van de kapitaalmarktrente in de VS en in mindere mate ook in Europa. De opkomende markten waren hiervan de dupe, aangezien beleggers veel kapitaal terugtrokken uit deze regio s. In de eurozone zag de ECB voldoende redenen, om de korte rente in 2013 verder te verlagen. Via twee rentestappen daalde de officiële refi-rente met in totaal 0,5%-punt tot een historisch laag niveau van 0,25%. Aan de ene kant diende de lage rente om het broze economische herstel in de eurozone verder te stimuleren. Aan de andere kant had de ECB oog voor de dalende trend van de inflatie, die eind 2013 uitkwam op gemiddeld 0,8% in de eurozone. Dit wad duidelijk lager dan het door de ECB gewenste inflatieniveau van dichtbij 2%. Positief was dat de euro schuldencrisis gedurende het verslagjaar steeds minder een thema was. In het eerste kwartaal van het jaar speelde nog wel de bankencrisis in Cyprus, maar die werd uiteindelijk opgelost door de probleembanken te saneren en de grote spaarders ook mee te laten betalen aan de schuldsanering. Daarna werd het rustiger rondom de euro schuldencrisis. Dit weerspiegelde zich in een verdere daling van de renteverschillen tussen de euro periferie (met name Spanje, Italië, Portugal, Ierland) en de kernlanden (Duitsland, Frankrijk, Nederland). In Japan bleef het beleid van premier Abe de aandacht trekken. Dit zogenoemde Abenomics beleid rust op drie pijlers: een zeer ruim budgettair beleid, een zeer ruim monetair beleid en structurele hervormingen. Dit alles is bedoeld om twee decennia van een stagnerende Japanse economie te beëindigen. Het beleid van de Bank of Japan leidde tot een forse daling van de Japanse yen, waardoor de concurrentiepositie van Japanse bedrijven sterk verbeterde. In de ranglijst van 2013 was Japan dan ook de sterkst presterende aandelenmarkt. Voor de opkomende markten was 2013 een tegenvallend jaar. Naast de negatieve impact van het beleid van de Fed, speelden ook andere factoren een rol. Zo kampte de Chinese economie met een duidelijke groeivertraging (hoewel nog altijd op een respectabel niveau van 7 à 8%). Ook de dalende grondstofprijzen werkten nadelig uit voor de opkomende markten. Aandelen Wereldwijd was 2013 een prima jaar voor de aandelenmarkten, maar er was wel een groot verschil tussen de ontwikkelde en opkomende markten. De MSCI Wereld Index voor alle landen, gemeten in lokale valuta, steeg in 2013 met gemiddeld ruim 25%. Koploper was de Japanse Nikkei index met een stijging van bijna 60%. De Amerikaanse S&P 500 index scoorde ook erg goed, met een toename van ruim 32%. De Eurostoxx index voor de eurozone toonde een stijging van 21,5%. Hier bleef de Nederlandse AEX-index dichtbij in de buurt (+20,7%). Hiermee vergeleken stelden de rendementen voor de opkomende markten teleur. Dit gold vooral voor de beurzen in Brazilië (-15%), Rusland (+1%) en China (+4%). De MSCI index voor de opkomende markten (in lokale valuta s) rendeerde gemiddeld slechts +3% in Grondstoffen De grondstoffen beleefden een tegenvallend jaar. De energiesector hield nog redelijk stand door een per saldo gestegen olieprijs. Andere subsectoren leverden echter flink waarde in, met name edelmetalen, industriële metalen en agrarische producten. De goudprijs daalde bijvoorbeeld met bijna 30% in De Dow Jones UBS Commodity index verloor bijna 10% van de waarde in Obligaties De obligatiemarkten lieten in 2013 eveneens een verdeeld beeld zien. Aan de ene kant was sprake van opwaartse rentedruk voor de veilige obligatiemarkten. Zo steeg de Amerikaanse 10-jaars staatsrente met ongeveer 125 bp tot ruim 3%. De Duitse 10-jaars staatsrente liep op met 60 bp tot 1,9% en de Nederlandse 10- jaars staatsrente volgde dit spoor (2,2% eind 2013). De neerwaartse bijstelling van de Nederlandse kredietwaardigheid door S&P (tot AA) had hierbij nauwelijks effect. Aan de andere kant konden de eurolanden in de periferie een verdere daling van de lange renteniveaus noteren, omdat de risicopremie rond de euro schuldencrisis afnam. Deze renteontwikkelingen brachten met zich mee dat Spaanse en Ierse staatsobligaties hoge rendementen lieten zien van boven de 10%. Ook de Italiaanse staatsobligaties rendeerden ruim 7% in Verder waren de high yield bedrijfsobligaties in trek met een rendement van rond de 7%, terwijl de investment grade bedrijfsobligaties dichtbij 0% bleven steken. Amerikaanse en Duitse staatsobligaties moesten vanwege de rentestijging juist terrein prijsgeven (respectievelijk -3,5% en -2,3%). De obligaties uit de opkomende markten presteerden het minst, met een daling van ongeveer 5,5%. Valuta Gedurende 2013 is de euro in waarde gestegen ten opzichte van alle belangrijke valuta s. Het afzwakken van de euro schuldencrisis houdt hiermee verband. Ten opzicht van de Amerikaanse dollar is de euro 4% gestegen, terwijl ten opzichte van de Japanse yen de stijging zelfs 20% bedroeg. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 13

18 Vastgoed De categorie beursgenoteerd vastgoed liet in 2013 slechts een heel beperkt rendement zien. Zo steeg de wereldwijde index voor Indirect Vastgoed (S&P Developed Property Index) heel licht, met 0,5% in het afgelopen jaar. Daarmee bleef deze index ruim achter bij de stijging van de MSCI Wereld index voor aandelen van ruim 25%. De verklaring hiervoor is dat indirect vastgoed relatief gevoelig is voor de renteontwikkeling. De sterke stijging van de lange rente in de VS, en in mindere mate ook in Europa, zette de koersen van indirect vastgoed onder druk. Hier stond het voorzichtig aantrekken van de wereldeconomie als positieve factor tegenover. Vooruitblik financiële markten 2014 Algemeen In 2014 zal de wereldeconomie het herstel naar verwachting kunnen doortrekken. De rol van centrale banken zal hierbij cruciaal blijven, met name die van de Amerikaanse Federal Reserve. De nieuwe Fed voorzitter Janet Yellen staat voor de taak om het stimuleringsbeleid voorzichtig te gaan afbouwen, zonder de economische groei te beschadigen. Inmiddels is duidelijk dat de belangen groter zijn dan alleen voor de Amerikaanse economie. De koerswijziging van de Fed lokte in 2013 immers een wereldwijde rentestijging uit, alsmede een grote kapitaaluitstroom uit de opkomende markten. Dit lijkt begin 2014 in een stroomversnelling te komen, waardoor diverse valuta s van opkomende landen sterk onder druk zijn gekomen. Voor de Amerikaanse economie zijn de vooruitzichten nochtans redelijk positief. De verwachting is dat de situatie op de huizenmarkt en de arbeidsmarkt verder zal verbeteren. Ook zal de impact van bezuinigingen door de overheid minder groot zijn, dankzij een recent begrotingsakkoord. Per saldo wordt de groei van de Amerikaanse economie geraamd op ongeveer 3% in Er wordt nog niet direct rekening gehouden met een renteverhoging in de VS, die lijkt op zijn vroegst in 2015 aan de orde te kunnen komen. Voor de eurozone ligt een minder hoge groei in het verschiet dan in de VS, maar de verwachting is wel dat het herstel voorzichtig doorzet. Het Internationaal Monetair Fonds (IMF) raamt de groei voor de eurozone nu op 1%, na een krimp met 0,4% vorig jaar. Daarbij is de export redelijk sterk, maar blijft de binnenlandse vraag zwak. Een zorgpunt blijft de ontwikkeling van de Zuid Europese economieën, welke nog steeds gebukt gaan onder hoge werkloosheid en straffe bezuinigingen. Daarnaast wordt met enige zorg gekeken naar het zeer lage inflatieniveau binnen de eurozone van beneden de 1%. Als de inflatie zeer laag blijft of zelfs omslaat naar deflatie, bemoeilijkt dit het aflossen van schulden en kunnen bestedingen worden uitgesteld. Om die reden zal de ECB de korte rente zeer laag houden (dichtbij 0%) en proberen de inflatie weer richting 2% te sturen. Als risicofactor voor 2014 geldt nu vooral de situatie op de opkomende markten. De turbulentie wordt gevoed door drie factoren: het beleid van de Fed, de groeivertraging in China en de politieke onrust in bepaalde landen (zoals Thailand, Egypte, Turkije, Oekraïne). De verwachting is niet dat dit zal escaleren in een crisis, zoals ten tijde van de Azië crisis in De Fed zal uitermate voorzichtig zijn in het verder uitrollen van haar beleid. De groei in China blijft met circa 7% nog altijd op een respectabel peil. De politieke onrust lijkt beperkt te blijven tot een paar landen. Een algemeen doemscenario voor de opkomende markten voorzien wij daarom niet. Op lange termijn blijven de groeivooruitzichten voor deze regio s gunstig. Gedurende 2014 kan de volatiliteit voor de opkomende landen echter wel hoog blijven. Vooruitzichten Algemeen Vanwege verwachte migraties en consolidaties in 2014 voortkomende uit verzekeringsproducten van de verzekeraar, wordt verwacht dat de totale omvang van het fondsvolume van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 in 2014 zal stijgen. Instroom zal plaatsvinden vanwege transities van de verzekeraar waarbij de beleggingen van bepaalde verzekeringen nu gekoppeld zijn aan fondsen van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen en omgezet worden naar verzekeringen met beleggingen in Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2. Beleggingsbeleid De directie heeft de vooruitzichten beoordeeld en spreekt op basis van deze informatie thans de verwachting uit dat het beleggingsbeleid van de Fondsen in 2014 niet zal wijzigen. Gebeurtenissen na balansdatum Er hebben zich in de periode vanaf balansdatum tot aan de openbaarmaking geen bijzondere gebeurtenissen voorgedaan. Amsterdam, 5 juni 2014 De Beheerder Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 14

19 2.3 Jaarrekening Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 15

20 2.3.1 Balans per 31 december (voor winstbestemming) (in duizenden euro s) ref ACTIVA Beleggingen Participaties Liquide middelen Totaal activa PASSIVA Fondsvermogen Inbreng participanten Overige reserves Onverdeeld resultaat lopend boekjaar Kortlopende schulden Overige schulden Totaal passiva Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 16

21 2.3.2 Winst- en Verliesrekening over de periode 1 januari t/m 31 december (in duizenden euro s) ref OPBRENGSTEN Gerealiseerde waardeverandering beleggingen Niet-gerealiseerde waardeverandering beleggingen t/m Totaal bedrijfsopbrengsten LASTEN Beheerkosten Overige bedrijfskosten Totaal bedrijfslasten Netto resultaat Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 17

22 2.3.3 Kasstroomoverzicht over de periode 1 januari t/m 31 december (in duizenden euro s) ref Kasstroom uit beleggingsactiviteiten t/m Netto resultaat Gerealiseerde waardeverandering beleggingen Niet-gerealiseerde waardeverandering beleggingen Aankopen van beleggingen Verkopen van beleggingen Mutaties overige schulden Kasstroom uit financieringsactiviteiten Inbreng participanten Netto kasstroom/mutatie geldmiddelen 10 1 Totaal geldmiddelen begin van de verslagperiode 1 - Totaal geldmiddelen eind van de verslagperiode 11 1 Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 18

23 2.3.4 Toelichting algemeen Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 ( Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 ) is een fonds voor gemene rekening met paraplustructuur. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 is een beleggingsfonds, zoals bedoeld wordt in artikel 1:1 van de Wft en is (o.a.) op basis van artikel 1:12 Wft niet onderworpen aan toezicht. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 functioneert als een open-end beleggingsinstelling en kan besluiten, indien omstandigheden daartoe noodzaken, de inkoop van aandelen op te schorten. Een bijzondere omstandigheid, waardoor Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2, uitsluitend naar haar oordeel, de inkoop kan opschorten, is onder andere dat het Fonds door de inkoop niet meer aan een of meer criteria van een fiscale beleggingsinstelling zou voldoen. Bij deze jaarrekening van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 zijn toelichtingen per Fonds opgenomen, waarin alle activa, passiva, opbrengsten en kosten van het betreffende Fonds zijn verantwoord. Het vermogensbeheer van de Achmea Beleggingspools, waarin door de Fondsen van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 wordt belegd, is in 2013 uitbesteed aan F&C Netherlands B.V. en sinds 26 april 2013 mede aan Robeco Institutional Asset Management B.V. Het Achmea Indirect Vastgoedfonds belegt in het Robeco Property Equities Fund (IH share), waarvan het vermogensbeheer wordt gedaan door Robeco Luxembourg S.A. Het Achmea Opkomende Markten Aandelen fonds belegt in het Robeco Institutioneel Emerging Markets Quant Fund, waarvan het vermogensbeheer wordt gedaan door Robeco Institutional Asset Management B.V. De administratie van de Fondsen is door de beheerder uitbesteed aan The Bank of New York Mellon SA/NV Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling Algemeen Deze jaarrekening is opgesteld met inachtneming van de geldende voorschriften voor beleggingsinstellingen uit Titel 9 Boek 2 BW en de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 is vrijgesteld van toezicht onder de Wft. In de balans, de winst- en verliesrekening en het kasstroomoverzicht zijn referenties opgenomen waarmee wordt verwezen naar de toelichting. De vergelijkende cijfers in dit jaarverslag hebben betrekking op de periode 1 oktober tot en met 31 december, met uitzondering van het Achmea Grondstoffen Fonds, het Achmea Indirect Vastgoed Fonds en het Achmea Opkomende Markten Aandelen Fonds. Bij deze Fondsen hebben de vergelijkende cijfers betrekking op de periode 3 december tot en met 31 december. De gehanteerde grondslagen van waardering en van resultaatbepaling zijn ongewijzigd ten opzichte van het voorgaande jaar. Teksten kunnen zijn aangepast teneinde een beter inzicht en consistentie te verkrijgen. Alle in deze jaarrekening opgenomen bedragen zijn in duizenden euro s, tenzij anders vermeld. De opgenomen posten in de balans zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs, tenzij een andere waarderingsgrondslag wordt vermeld. Schattingen en veronderstellingen Bij toepassing van de grondslagen en regels voor het opstellen van de jaarrekening vormt de beheerder van de beleggingsinstelling zich verschillende oordelen en maakt schattingen die essentieel kunnen zijn voor de in de jaarrekening opgenomen bedragen. Indien het voor het geven van het in artikel 2:362 lid 1 BW vereiste inzicht noodzakelijk is, is de aard van deze oordelen en schattingen inclusief de bijbehorende veronderstellingen opgenomen bij de toelichting op de desbetreffende jaarrekeningposten. Beleggingen Algemeen Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 belegt in zeven Achmea Beleggingspools en in twee externe fondsen. Beleggingen worden gewaardeerd tegen reële waarde, zijnde de marktwaarde. Waardeveranderingen van de participaties in de Achmea Beleggingspools, zowel gerealiseerd als ongerealiseerd, worden direct in de winst-enverliesrekening verwerkt. Participaties / Aandelen De participaties in de Achmea Beleggingspools worden gewaardeerd tegen de reële waarde op balansdatum, zijnde de intrinsieke waarde. De participaties van de externe fondsen (aandelen) worden gewaardeerd tegen reële waarde (marktwaarde), zijnde de beurswaarde (slotkoers) op balansdatum. Aan- en verkoopkosten van beleggingen in externe fondsen worden opgenomen in de kostprijs en als gevolg van de dagelijkse herwaardering ten laste van het resultaat gebracht en zijn opgenomen in de post gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeverandering. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 19

24 Liquide middelen Onder de liquide middelen zijn opgenomen die kas- en banktegoeden die onmiddellijk opeisbaar zijn dan wel een looptijd korter dan twaalf maanden hebben. Rekening-courantschulden bij banken zijn opgenomen onder schulden aan bank onder kortlopende schulden. Liquide middelen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Overige activa en passiva Overige activa en passiva worden bij de eerste waardering gewaardeerd tegen de reële waarde, inclusief transactiekosten en na eerste verwerking tegen (geamortiseerde) kostprijs. Indien geen sprake is van transactiekosten is de (geamortiseerde) kostprijs gelijk aan de nominale waarde van de vordering c.q. schuld; Hierbij wordt op de vorderingen, indien dit noodzakelijk is, een voorziening wegens mogelijke oninbaarheid in mindering gebracht. Fondsvermogen Algemeen Het fondsvermogen wordt bepaald door het bedrag dat resteert nadat alle actiefposten en posten van het vreemd vermogen, inclusief de voorziening en achtergestelde schuld, volgens de van toepassing zijnde waarderingsgrondslagen in de balans zijn opgenomen. Verwerking van plaatsing en inkoop van aandelen De uit hoofde van plaatsing, respectievelijk inkoop van participaties ontvangen, respectievelijk betaalde bedragen worden geheel verwerkt in het fondsvermogen van het betreffende fonds. Resultaatbepaling Opbrengsten en lasten worden toegerekend aan de periode waarop ze betrekking hebben. De opbrengst uit beleggingen wordt bepaald door het aan het Fonds rechtstreeks toerekenbare deel van de beleggingsopbrengsten uit de Achmea Beleggingspools, danwel de externe fondsen. Kosten en vergoedingen worden, voor zover direct toerekenbaar, rechtstreeks ten laste of gunste van het betreffende Fonds gebracht. Op- en afslag bij toe- en uittredingen Bij de uitgifte van participaties van de Beleggingspool(s) waar het fonds in belegd wordt de uitgifteprijs van de participatie ten opzichte van de berekende intrinsieke waarde verhoogd met een opslag; bij de inkoop van participaties wordt de inkoopprijs verlaagd met een afslag. Deze op- en afslagen dienen vooral om transactiekosten te dekken. Deze transactiekosten bestaan uit onder andere brokerkosten, bankkosten en belastingen en worden door Achmea Pensioen- en Levensverzekeringen aan de Beleggingspool(s) voldaan. Spreads tussen bied- en laatprijzen en de eventuele verandering in de marktprijs als gevolg van de transactie komen ten laste van het Fonds. De beheerder valideert elk kwartaal de op- en afslagen op basis van de gemiddelde transactiekosten als gevolg van in en uittredingen, en past deze indien nodig aan. Lopende kosten De Lopende kosten worden berekend door de totale kosten in het betreffende Fonds en de kosten uit de Achmea Beleggingspool waarin het betreffende Fonds belegt over de verslagperiode te delen door de gemiddelde intrinsieke waarde. De gemiddelde intrinsieke waarde wordt berekend door gedurende de verslagperiode de afgegeven intrinsieke waarden bij elkaar op te tellen en te delen door het aantal maal dat de intrinsieke waarden zijn afgegeven. De Lopende kosten worden berekend in overeenstemming met de Nadere regeling gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft. De transactiekosten als gevolg van toe- en uittreding en eventuele rentelasten zijn buiten beschouwing gelaten. Portefeuille omloop factor De portefeuille omloop factor (POF) geeft een indicatie van de omloopsnelheid van de beleggingen ten opzichte van het gemiddeld eigen vermogen van het Fonds en is een maatstaf voor de mate van een actief of minder actief beleggingsbeleid. Bij de gehanteerde berekening wordt het bedrag van de omloop bepaald door de som van de aan- en verkopen van de beleggingen te verminderen met de som van de plaatsingen en opnames van eigen aandelen. De POF wordt bepaald door het bedrag van de omloop uit te drukken in een percentage van het gemiddeld eigen vermogen welke op identieke wijze wordt berekend als bij de bepaling van de Lopende kosten. Fiscale positie Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 heeft de status van fiscale beleggingsinstelling zoals bedoeld in artikel 28 van de Wet op de vennootschapsbelasting Het hebben van de status van fiscale beleggingsinstelling betekent dat, mits aan een aantal voorwaarden is voldaan, Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 weliswaar aan de heffing van de vennootschapsbelasting is onderworpen, maar tegen een tarief van 0%. Eén van de belangrijkste voorwaarden verbonden aan de status van fiscale beleggingsinstelling is de zogenoemde uitdelingsverplichting, hetgeen inhoudt dat Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 de voor uitkering beschikbare winst van ieder Fonds binnen acht maanden na afloop van het boekjaar dient uit te keren aan haar participanten. De omvang van de dividenduitkering kan van jaar tot jaar fluctueren en kan in een bepaald jaar ook nihil zijn. Het saldo van gerealiseerde en ongerealiseerde koersresultaten op effecten evenals de winsten en verliezen behaald met de vervreemding van overige beleggingen, verminderd met een evenredig aandeel in de beheerskosten, wordt in beginsel aan de herbeleggingsreserve toegevoegd en daarmee uit de uit te delen winst geëlimineerd. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 20

25 Negatieve koersresultaten komen ten laste van de herbeleggingsreserve en verlagen dus de uit te delen winst niet. Daarnaast kan de uitdelingsverplichting verlaagd worden met een dotatie aan de afrondingsreserve. Een vrijval van de afrondingsreserve verhoogt de uitdelingsverplichting. Het saldo van de afrondingsreserve mag niet groter zijn dan 1% van het gestort kapitaal per einde van het betreffende boekjaar. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 dient in beginsel 15% dividendbelasting in te houden op de dividenden die zij aan haar aandeelhouders uitkeert. Een uitkering ten laste van de herbeleggingsreserve is vrijgesteld van dividendbelasting. De zeven Achmea Beleggingspools waarin Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 belegt, zijn besloten fondsen voor gemene rekening en alle activa en passiva, alsmede de resultaten van deze Achmea Beleggingspools, worden rechtstreeks toegerekend aan de houders van de participaties, waaronder Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2. Kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de zogenaamde indirecte methode, waarbij onderscheid is gemaakt tussen kasstromen uit beleggings- en financieringsactiviteiten. Als liquide middelen worden aangemerkt de kasmiddelen en de tegoeden bij banken. Bij de kasstroom uit beleggingsactiviteiten wordt het resultaat gecorrigeerd voor kosten welke geen uitgaven zijn, opbrengsten welke geen ontvangsten zijn, alsmede voor mutaties in de beleggingsportefeuille en de vlottende activa en passiva. De mutaties in het geplaatste kapitaal, betaalde bedragen bij inkoop eigen aandelen en dividenduitkeringen worden opgenomen onder de kasstroom uit financieringsactiviteiten. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 21

26 2.3.6 Toelichting op de balans (in duizenden euro s) Beleggingen De Fondsen van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 beleggen in participaties van de Achmea Beleggingspools of in externe fondsen. Het verloop gedurende het boekjaar is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Aankopen Verkopen Gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeverandering Stand einde boekjaar De jaarrekeningen van de Achmea Beleggingspools en de op deze jaarrekening betrekking hebbende controleverklaring zijn openbaar en op aanvraag kosteloos verkrijgbaar bij uw verzekeraar. Voor de informatie inzake directe of indirecte beleggingen in andere beleggingsinstellingen verwijzen wij u naar het jaarverslag van de betreffende Beleggingsinstelling, welke kosteloos opvraagbaar is bij uw verzekeraar Liquide middelen Betreft direct opeisbare tegoeden bij de Deutsche Bank welke in liquide vorm aanwezig en rentedragend zijn. Hierover wordt een marktconforme rente ontvangen. De kredietwaardigheid van de Deutsche Bank per ultimo 31 december 2013 is A (2012: A). Bron: Standard & Poor s. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 22

27 Fondsvermogen Per 31 december 2013 zijn (2012: ) participaties geplaatst van in totaal 9 series. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 is een open-end beleggingsinstelling, waarvan de participaties op verzoek van de participanten door Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 vrij ingekocht en verkocht kunnen worden. Inbreng participanten Het verloop gedurende het boekjaar is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Geplaatst gedurende de verslagperiode Ingenomen gedurende de verslagperiode - - Totaal gestort en opgevraagd kapitaal Verloopoverzicht participaties Het bij derden geplaatst kapitaal bestaat uit (2012: ) participaties. Het verloop gedurende de verslagperiode is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Geplaatst participaties gedurende de verslagperiode Ingenomen participaties gedurende de verslagperiode Totaal gestort en opgevraagd kapitaal Overige reserves Het verloop gedurende het boekjaar is als volgt: t/m Stand begin boekjaar - - Toevoeging resultaat voorgaand boekjaar Uitgekeerd dividend - - Stand einde boekjaar De voorgestelde winstbestemming is vermeld in hoofdstuk 5, Overige gegevens Kortlopende schulden De overige schulden kunnen als volgt worden onderverdeeld: Overige schulden 12 - Totaal overige schulden 12 - Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 23

28 2.3.7 Toelichting op de winst- en verliesrekening (in duizenden euro s) Gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeverandering Dit betreft de gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeverandering van de participaties van de Achmea Beleggingspools en de aandelen van externe fondsen waarin wordt belegd. De gerealiseerde waardeveranderingen zijn de resultaten uit hoofde van verkopen (inclusief verkoopkosten) van beleggingen Beheerkosten Dit betreft een vergoeding variërend tussen 0,09% en 0,60% (2012: variërend tussen 0,06% en 0,60%) van het gemiddeld uitstaand vermogen per fonds op jaarbasis. Voor het exacte percentage per fonds verwijzen wij u naar de toelichting op de winst- en verliesrekening van het betreffende fonds in hoofdstuk 3. Deze vergoeding wordt door Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. in rekening gebracht voor het beheer van de beleggingsfondsen. Deze post wordt maandelijks in cash afgerekend Overige bedrijfskosten De overige bedrijfskosten kunnen als volgt worden onderverdeeld: t/m Overige -2 - Totaal overige bedrijfskosten -2 - Gelieerde partijen Op grond van artikel 124 lid 1 van het Besluit Gedragstoezicht Financiële Ondernemingen (Bgfo) worden de transacties en/of overeenkomsten met gelieerde partijen van de beheerder of van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 hieronder opgenomen. Van Gelieerde partijen is sprake wanneer een partij beleidsbepalende invloed kan uitoefenen in een andere partij, danwel invloed van betekenis kan uitoefenen op het zakelijke en financieel beleid van de andere partij. Achmea B.V. en de groepsmaatschappijen van de Achmea Groep, waaronder Achmea Pensioen- en Levensverzekeringen N.V. Robeco Institutional Asset Management B.V. tot (vanaf is deze partij geen onderdeel meer van de Rabobank Groep en is ongeveer 90% van de aandelen van Robeco in handen van Orix Corporation). Via of met een of meerdere van de hiervoor genoemde partijen hebben in 2013 tegen marktconforme tarieven transacties of bewaring plaatsgevonden met betrekking tot financiële instrumenten. Andere transacties met betrekking tot onder andere treasury, derivaten, uitlenen van effecten en het voeren van administraties hebben niet plaatsgevonden met gelieerde partijen. De door het Fonds aan de beheerder betaalde vergoeding is marktconform. De afrekeningen inzake beheerkosten geschieden in cash. Uit de beheervergoeding worden onder andere de kosten betaald voor de diensten die de groepsmaatschappijen van de Achmea Groep aan de beheerder verlenen, zoals onder andere voor personeel, facilitaire zaken en IT, een en ander op basis van marktconforme tarieven of beloningen. Kerncijfers Er is per Fonds een overzicht met kerncijfers opgenomen. Personeel en bezoldiging Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 heeft geen werknemers in dienst. De leden van de directie en Raad van Commissarissen van Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. hebben geen bezoldiging ten laste van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 ontvangen. Amsterdam, 5 juni 2014 De Beheerder Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 24

29 3. JAARREKENINGEN FONDSEN 2013 Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 25

30 3.1 Achmea Euro Staatsobligaties Fonds 2013 Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 26

31 3.1.1 Verslag van de beheerder Algemeen Hierbij bieden wij u het jaarverslag aan van Achmea Euro Staatsobligaties fonds over het boekjaar In dit verslag is alleen specifieke informatie opgenomen van het Fonds. Voor algemene informatie verwijzen wij u naar hoofdstuk 2.1 en hoofdstuk 2.2. Beleggingsbeleid Het Achmea Euro Staatsobligaties fonds belegt via de Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro in aan een in de eurozone gevestigde beurs genoteerde obligaties, die uitgegeven zijn of gegarandeerd worden door een overheid uit de eurozone. Voor nadere informatie inzake het rendement, beleggingsbeleid en de ontwikkelingen van de Beleggingspool verwijzen wij u naar het jaarverslag van de betreffende Beleggingspool, welke kosteloos opvraagbaar is bij uw verzekeraar. Tevens is deze informatie over de Beleggingspool verkort opgenomen in hoofdstuk 4. Toestand per balansdatum en ontwikkelingen gedurende het boekjaar Het Achmea Euro Staatsobligaties Fonds heeft in 2013 een resultaat geboekt van 29 (2012: 28). Het vermogen van het Fonds is gedurende de verslagperiode toegenomen tot 5,3 miljoen (2012: 1,0 miljoen). De toename van het Fonds is hoofdzakelijk toe te schrijven aan intredingen van participanten van 4,3 miljoen. De netto vermogenswaarde per aandeel van het Fonds bedroeg ultimo ,34 wat ten opzichte van 31 december 2012 een rendement van 2,45% betekent. De vergelijkbare benchmark van het Fonds heeft over dezelfde periode een rendement van 2,24% gerealiseerd. Toelichting beleggingsresultaat Het rendement op de euro staatsobligatieportefeuille kwam in 2013 uit op ongeveer 2,5%. Onderliggend was sprake van een sterk uiteenlopend beeld. De kapitaalmarktrente in de kernlanden van de eurozone liet een stijging zien. Bij gevolg was het rendement op staatsobligaties van bijvoorbeeld Duitsland en Nederland negatief over heel 2013 gemeten (respectievelijk -2,3% en -2,1%). Aan de andere kant zorgde de ontspanning in de eurozone voor een verdere daling van de renteverschillen tussen de euro periferie en Duitsland (de zogenoemde spreads). Dit weerspiegelde zich in een hoog rendement op staatsobligaties van Spanje (+11%), Ierland (+11%) en Italië (+7%). Het beleid voor de obligatieportefeuille is erop gericht om het rendement van de benchmark zo veel mogelijk te volgen. Afwijkingen versus de benchmark blijven nochtans mogelijk, omdat er geen volledige replicatie wordt toegepast. Voor het beheer van de portefeuille waren per eind 2013 twee vermogensbeheerders aangesteld, te weten F&C Netherlands B.V. en Robeco Institutional Asset Management B.V. Voor een beschrijving van de algemene marktomstandigheden, alsmede de vooruitzichten voor 2014, wordt verwezen naar het algemene verslag van directie (hoofdstuk 2.2). Risico s bij het deelnemen in beleggingsfondsen Algemeen De mogelijkheid bestaat dat uw belegging in waarde stijgt. Het is echter ook mogelijk dat uw belegging weinig tot geen inkomsten zal genereren en dat uw inleg bij een ongunstig koersverloop geheel of ten dele verloren gaat. De waardeontwikkeling van de belegging is namelijk afhankelijk van fluctuaties in prijzen van individuele financiële instrumenten waarin door het Fonds wordt belegd. Deze fluctuaties in prijzen van individuele financiële instrumenten zijn het gevolg van ontwikkelingen op de kapitaal-, effecten-, valuta- en goederenmarkten. De koers en de waarde van de beleggingen van het Fonds worden door deze fluctuaties beïnvloed met als gevolg dat de (intrinsieke) waarde (in euro) van het Fonds kan dalen. Hieronder wordt nader ingegaan op de belangrijkste risico s, in volgorde van relevantie, die de koers van het Fonds en de waarde van de financiële instrumenten waarin door het Fonds wordt belegd kunnen beïnvloeden. Om de risico s die zich voordoen zoveel mogelijk te kunnen beheersen, worden zo mogelijk maatregelen getroffen. Deze beheersmaatregelen worden continu geëvalueerd met als doel een optimale verhouding tussen rendement en risico te bereiken. Indien noodzakelijk worden de beheersmaatregelen als gevolg van de evaluatie aangepast. De genomen beheersmaatregelen worden per risico verantwoord. 1. Marktrisico De koersen van financiële instrumenten waarin wordt belegd kunnen wereldwijd of specifiek op de markten waarin wordt belegd, dalen of stijgen. Deze daling of stijging kan optreden door bijvoorbeeld de veranderde economische, politieke en algemene marktomstandigheden en/of marktomstandighedenverwachtingen alsmede door een veranderde individuele landen- of bedrijfssituatie. Met een brede spreiding in de eurozone wordt het marktrisico zoveel mogelijk beperkt. Er geldt een euro brede benchmark inclusief de euro perifere landen (waaronder Spanje en Italië), omdat die keuze in diverse scenario s Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 27

32 het meest robuust wordt geacht. Eind april 2013 waren twee vermogensbeheerders aangesteld, te weten F&C Netherlands B.V. en Robeco Institutional Asset Management B.V. Ten behoeve van het inzicht in het marktrisico is in hoofdstuk 4.1 de onderverdeling van de beleggingsportefeuille per sector en per land toegelicht. 2. Kredietwaardigheidrisico De waarde van de financiële instrumenten waarin door het Fonds wordt belegd kan worden beïnvloed door een positieve of negatieve ontwikkeling van de kredietwaardigheid van de desbetreffende landen, lagere overheden, bedrijven of instellingen, de debiteuren. Dit houdt in dat het risico door het Fonds kan worden gelopen als het desbetreffende land, lagere overheid, bedrijf of instelling niet aan zijn (financiële) verplichtingen kan voldoen. Hierdoor bestaat de mogelijkheid dat een financieel instrument met een lagere kredietwaardigheid moeilijker te verkopen is en/of dat de waarde van het financiële instrument waarin door het Fonds wordt belegd meer kan fluctueren. In de mandaten van de vermogensbeheerders zijn de nodige richtlijnen opgenomen teneinde het risicoprofiel te bewaken. Daarbij zijn richtlijnen opgenomen met betrekking tot de spreiding over landen, debiteurencategorieën, de minimale kwaliteit (rating), de omvang van de beleggingen per debiteur en de off benchmark ruimte. Binnen het mandaat geldt de rating van investment grade (BBB- en hoger) als ondergrens voor nieuwe beleggingen. Ten behoeve van het inzicht in het kredietwaardigheidrisico zijn in hoofdstuk 4.1 de onderverdeling van de beleggingsportefeuille per land en de onderverdeling naar creditrating toegelicht. 3. Renterisico Bij beleggingsfondsen die beleggen in vastrentende waarden is de waarde van de onderliggende financiële instrumenten afhankelijk van de (ontwikkelingen in de) renteniveaus van de financiële markt. De (ontwikkelingen in de) renteniveaus zijn afhankelijk van de algemene markt- en economische omstandigheden. Bij een stijgende rente zal de koers van een vastrentende waarde dalen en andersom. Om het renterisico te beperken wordt binnen de portefeuille actief ingespeeld op de te verwachte rente ontwikkelingen. Bij een verwachte rentestijging wordt de looptijd van de portefeuille verkort om minder gevoelig te zijn voor rentestijgingen. Bij een verwachte rentedaling wordt de looptijd van de portefeuille juist verlengd om te profiteren van de rentedaling. Tegelijkertijd voorziet het mandaat erin dat de duratie (gewogen gemiddelde looptijd) van de portefeuille niet meer mag afwijken dan 0,5 jaar (plus en min) ten opzichte van de duratie van de benchmark. Gedurende 2013 bedroeg de duratie van de portefeuille gemiddeld 6,4 jaar (benchmark: 6,3 jaar). In hoofdstuk 4.1 is een overzicht opgenomen van de duratie van de portefeuille ten opzichte van de benchmark. 4. Portefeuillerisico Dit risico ontstaat als gevolg van de gemaakte beleggingskeuzen door de vermogensbeheerder(s) in de portefeuille. De waarde van de onderliggende financiële instrumenten fluctueert soms aanzienlijk afhankelijk van de activiteiten en resultaten van de afzonderlijke ondernemingen en/of van de algemene markt- en economische omstandigheden. Dit risico wordt beperkt door richtlijnen in het beleggingsmandaat op te nemen, die de afwijkingen versus de benchmark binnen bepaalde bandbreedtes houden. Zo is een richtlijn opgenomen voor de zogenoemde maximale tracking error per jaar (een maatstaf voor de verwachte afwijking van het rendement ten opzichte van de benchmark). De mandaatrestricties worden dagelijks gemonitord en indien nodig wordt de portefeuille hierop bijgestuurd. 5. Risico van inflatie Inflatie (geldontwaarding) beïnvloedt de waarde van de beleggingen. Inflatie betekent dat het geld minder waard wordt. In het algemeen geldt dat bij beleggingen in zakelijke waarden (aandelen, vastgoed e.d.) de geldontwaarding op de langere termijn kan worden gecompenseerd door een hogere beleggingsrendement dan ingeval belegd wordt in vastrentende waarden (obligaties, liquiditeiten). In de koers van vastrentende waarden is in beginsel met een verwachte ontwikkeling van het inflatietempo rekening gehouden. De beleggingsopbrengsten van vastrentende waarden kunnen echter onvoldoende zijn voor de compensatie van de werkelijke inflatie. De inflatie verwachtingen worden nauwlettend gemonitord, omdat deze verwachtingen sterk gecorreleerd zijn aan de renteontwikkelingen. Bij de opbouw van de portefeuille wordt ingespeeld op het risico van inflatie. Bij een stijgende inflatieverwachting wordt de looptijd veelal verkort, omdat dit doorgaans gepaard gaat met een rentestijging. Bij een verwacht gematigd inflatieniveau past veeleer een lagere rente en daarmee verlenging van de duratie van de portefeuille. 6. Liquiditeitsrisico Het is mogelijk dat een transactie (aan- of verkoop van een financieel instrument) als gevolg van het ontbreken van voldoende verhandelbaarheid niet of niet tegen een acceptabele prijs kan worden uitgevoerd. Hierdoor kan er een verlies van waarde van het financiële instrument optreden. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 28

33 Dit risico is relatief beperkt, omdat doorgaans alleen in liquide financiële instrumenten wordt belegd. In de regel kunnen alle beleggingen binnen één tot drie werkdagen worden verkocht. 7. Kredietrisico Landen, lagere overheden, bedrijven, instellingen of een tegenpartij kunnen in gebreke blijven. Dit risico wordt zoveel mogelijk beperkt door strenge selectiecriteria te hanteren bij het selecteren van een land, lagere overheid, bedrijf, instelling of een tegenpartij. Daarbij zullen bij aan- en verkooptransacties in het algemeen slechts kortlopende vorderingen ontstaan waardoor het risico laag is, aangezien levering plaatsvindt tegen (vrijwel) gelijktijdige ontvangst van de tegenprestatie. De vermogensbeheerders voeren alleen transacties uit met brokers en tegenpartijen, die voldoen aan bepaalde minimumeisen (waaronder prijs en kredietwaardigheid). Transacties kunnen slechts worden uitgevoerd met brokers en tegenpartijen die door de risico afdeling van de vermogensbeheerder zijn goedgekeurd en in de interne processen en procedures zijn geborgd. Amsterdam, 5 juni 2014 De Beheerder Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 29

34 Hieronder de kerncijfers van het Fonds over de laatste 2 jaar en de specificatie van de beleggingsresultaten over de laatste 2 jaar. KERNCIJFERS (bedragen in euro s) Fondsvermogen (x 1.000) Aantal uitstaande participaties Netto vermogenswaarde per participatie 1) 26,34 25,71 Lopende kosten 0,22% 0,05% 1) De netto vermogenswaarde per aandeel wordt verkregen door het fondsvermogen, zoals opgenomen in de jaarrekening van het Fonds, te delen door het aantal uitstaande aandelen. De waarde van uw beleggingen kan fluctueren. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst / Beleggingsresultaat: 2) 2,45% 2,84% Waarvan uit inkomsten 0,00% 0,00% waardeverandering 2,62% 2,84% kosten -0,17% 0,00% Benchmark 3) 2,24% 3,01% 2) Het beleggingsresultaat, op basis van de mutatie van de netto vermogenswaarde per , heeft betrekking op de periode van t/m ) De benchmark heeft betrekking op de periode t/m Volledigheidshalve geven wij hieronder de volledige naam van de hierboven gebruikte benchmark: Barclays Capital Euro Aggregate Treasury Total Return Index Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 30

35 3.1.2 Jaarrekening Achmea Euro Staatsobligaties Fonds 2013 Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 31

36 Balans per 31 december (voor winstbestemming) (in duizenden euro s) ref ACTIVA Beleggingen Participaties Liquide middelen Totaal activa PASSIVA Fondsvermogen Inbreng participanten Overige reserves 28 - Onverdeeld resultaat lopend boekjaar Totaal passiva Winst- en Verliesrekening over de periode 1 januari t/m 31 december (in duizenden euro s) ref OPBRENGSTEN Niet-gerealiseerde waardeverandering beleggingen t/m Totaal bedrijfsopbrengsten LASTEN Beheerkosten Totaal bedrijfslasten 2 - Netto resultaat Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 32

37 Kasstroomoverzicht over de periode 1 januari t/m 31 december (in duizenden euro s) ref Kasstroom uit beleggingsactiviteiten t/m Netto resultaat Niet-gerealiseerde waardeverandering beleggingen Aankopen van beleggingen Verkopen van beleggingen Kasstroom uit financieringsactiviteiten Inbreng participanten Netto kasstroom/mutatie geldmiddelen 1 - Totaal geldmiddelen begin van de verslagperiode - - Totaal geldmiddelen eind van de verslagperiode 1 - Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 33

38 Toelichting op de balans Waarderingsgrondslagen Voor de waarderingsgrondslagen verwijzen wij naar de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling zoals opgenomen in de jaarrekening van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 in hoofdstuk Beleggingen Per 31 december 2013 heeft het Achmea Euro Staatsobligatie Fonds een belang van 3,71% (2012: 100%) in de Beleggingspool Achmea Staatsobligatie Euro. Het verloop gedurende het boekjaar is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Aankopen Verkopen -2 - Gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeverandering Stand einde boekjaar Achmea Euro Staatsobligatie Fonds belegt in Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro, welke het beleggingsbeleid voert. De omloopsnelheid van deze Beleggingspool is 125,21% (2012: 14,82%). Voor de berekeningswijze van de omloopsnelheid verwijzen wij naar de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling zoals opgenomen in de jaarrekening van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 in hoofdstuk Voor de informatie inzake directe of indirecte beleggingen in andere beleggingsinstellingen verwijzen wij u naar het jaarverslag van de betreffende Beleggingspool, welke kosteloos opvraagbaar is bij uw verzekeraar Liquide middelen Betreft direct opeisbare tegoeden bij de Deutsche Bank welke in liquide vorm aanwezig en rentedragend zijn. Hierover wordt een marktconforme rente ontvangen. De kredietwaardigheid van de Deutsche Bank per ultimo 31 december 2013 is A (2012: A). Bron: Standard & Poor s. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 34

39 Fondsvermogen Inbreng participanten Het verloop gedurende het boekjaar is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Geplaatst gedurende de verslagperiode Ingenomen gedurende de verslagperiode - - Totaal gestort en opgevraagd kapitaal Verloopoverzicht participaties Het bij derden geplaatst kapitaal bestaat uit (2012: ) participaties. Het verloop gedurende de verslagperiode is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Geplaatste participaties gedurende de verslagperiode Ingenomen participaties gedurende de verslagperiode - - Totaal gestort en opgevraagd kapitaal Overige reserves Het verloop gedurende het boekjaar is als volgt: t/m Stand begin boekjaar - - Toevoeging resultaat voorgaand boekjaar 28 - Uitgekeerd dividend - - Stand einde boekjaar 28 - Vergelijkend overzicht fondsvermogen (bedragen in euro s) Fondsvermogen (x 1.000) Aantal uitstaande aandelen Netto vermogenswaarde per aandeel 1) 26,34 25,71 1) De netto vermogenswaarde per aandeel wordt verkregen door het fondsvermogen, zoals opgenomen in de jaarrekening van het Fonds, te delen door het aantal uitstaande aandelen. Dividendvoorstel Voor het dividendvoorstel verwijzen wij naar hoofdstuk 5, Overige gegevens. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 35

40 Toelichting op de winst- en verliesrekening Gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeverandering Dit betreft de waardeverandering van de beleggingen waarin wordt belegd Beheerkosten Dit betreft een vergoeding van 0,12% tot 26 april 2013, vanaf 26 april ,10% (2012: 0,12%) van het gemiddeld uitstaand vermogen op jaarbasis. Deze vergoeding wordt door Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. in rekening gebracht voor het beheer van het vermogen. Deze post wordt maandelijks afgerekend. Lopende kosten Over het boekjaar bedragen de Lopende kosten van het Achmea Euro Staatsobligaties Fonds 0,22% (2012: 0,05%). Voor de berekeningswijze van de Lopende kosten verwijzen wij naar de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling zoals opgenomen in de jaarrekening van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 in hoofdstuk De Lopende kosten zijn opgebouwd uit de volgende componenten: Werkelijke kosten Beheerkosten Achmea Euro Staatsobligaties Fonds 0,10% Beheerkosten Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro 0,12% Overige bedrijfskosten - Het vermogensbeheer van de Beleggingspools is uitbesteed aan F&C Netherlands B.V. en/of Robeco Institutional Asset Management B.V. Deze kosten voor vermogensbeheer worden berekend op basis van een (gestaffeld) percentage en/of een vast bedrag van het gemiddeld uitstaand fondsvermogen (afhankelijk van de vermogensbeheerder) en zijn onder beheerkosten opgenomen in de resultatenrekening van de Beleggingspools. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 36

41 3.2 Achmea Grondstoffen Fonds 2013 Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 37

42 3.2.1 Verslag van de beheerder Algemeen Hierbij bieden wij u het jaarverslag aan van Achmea Grondstoffen fonds over het boekjaar In dit verslag is alleen specifieke informatie opgenomen van het Fonds. Voor algemene informatie verwijzen wij u naar hoofdstuk 2.1 en hoofdstuk 2.2. Beleggingsbeleid Het Achmea Grondstoffen fonds belegt via de Beleggingspool Achmea Grondstoffen door middel van financiële instrumenten in een breed scala van grondstoffen. Voor nadere informatie inzake het rendement, beleggingsbeleid en de ontwikkelingen van de Beleggingspool verwijzen wij u naar het jaarverslag van de betreffende Beleggingspool, welke kosteloos opvraagbaar is bij uw verzekeraar. Tevens is deze informatie over de Beleggingspool verkort opgenomen in hoofdstuk 4. Toestand per balansdatum en ontwikkelingen gedurende het boekjaar Het Achmea Grondstoffen Fonds heeft in 2013 een resultaat geboekt van -103 (2012: -30). Het vermogen van het Fonds is gedurende de verslagperiode toegenomen tot 1,7 miljoen (2012: 1,0 miljoen). De toename van het Fonds is toe te schrijven aan intredingen van participanten van 0,8 miljoen en koersdalingen op de financiële markten van 0,1 miljoen. De netto vermogenswaarde per aandeel van het Fonds bedroeg ultimo ,61 wat ten opzichte van 31 december 2012 een rendement van -10,85% betekent. De vergelijkbare benchmark van het Fonds heeft over dezelfde periode een rendement van -9,78% gerealiseerd. Toelichting beleggingsresultaat 2013 was een tegenvallend jaar voor de grondstoffenmarkten. De grondstoffen portefeuille leverde ruim 10% aan waarde in. De benchmark is samengesteld uit 5 subsectoren: energie, industriële metalen, edelmetalen, landbouwproducten en levend vee. De subindex voor energie presteerde goed, vooral dankzij een stijging van de olieprijs met ongeveer 7%. Andere subindices voor industriële metalen (zoals koper, aluminium), edelmetalen (goud, zilver) en landbouwproducten (zoals suiker, koffie, katoen) toonden echter een forse daling. In het oog sprong bijvoorbeeld een daling van de goudprijs met ongeveer 30%, in reactie op de wegebbende onrust gedurende Ook de groeivertraging van de Chinese economie speelde de grondstoffenmarkt parten. De portefeuille liet ten opzichte van de benchmark vooral rendement liggen, vanwege de positionering in natural gas. De gasprijzen gingen eind 2013 scherp omhoog, ten gevolge van de zeer strenge winter in Noord Amerika. De portefeuille was belegd in langere futures op gas dan de benchmark, terwijl juist de korte looptijden eind 2013 het sterkst in koers stegen. Voor een beschrijving van de algemene marktomstandigheden, alsmede de vooruitzichten voor 2014, wordt verwezen naar het algemene verslag van directie (hoofdstuk 2.2). Risico s bij het deelnemen in beleggingsfondsen Algemeen De mogelijkheid bestaat dat uw belegging in waarde stijgt. Het is echter ook mogelijk dat uw belegging weinig tot geen inkomsten zal genereren en dat uw inleg bij een ongunstig koersverloop geheel of ten dele verloren gaat. De waardeontwikkeling van de belegging is namelijk afhankelijk van fluctuaties in prijzen van individuele financiële instrumenten waarin door het Fonds wordt belegd. Deze fluctuaties in prijzen van individuele financiële instrumenten zijn het gevolg van ontwikkelingen op de kapitaal-, effecten-, valuta- en goederenmarkten. De koers en de waarde van de beleggingen van het Fonds worden door deze fluctuaties beïnvloed met als gevolg dat de (intrinsieke) waarde (in euro) van het Fonds kan dalen. Hieronder wordt nader ingegaan op de belangrijkste risico s, in volgorde van relevantie, die de koers van het Fonds en de waarde van de financiële instrumenten waarin door het Fonds wordt belegd kunnen beïnvloeden. Om de risico s die zich voordoen worden zo mogelijk te kunnen beheersen, worden zo mogelijk maatregelen getroffen. Deze beheersmaatregelen worden continu geëvalueerd met als doel een optimale verhouding tussen rendement en risico te bereiken. Indien noodzakelijk worden de beheersmaatregelen als gevolg van de evaluatie aangepast. De genomen beheersmaatregelen worden per risico verantwoord. 1. Marktrisico De koersen van financiële instrumenten waarin wordt belegd kunnen wereldwijd of specifiek op de markten waarin wordt belegd, dalen of stijgen. Deze daling of stijging kan optreden door bijvoorbeeld de veranderde economische, politieke, marktomstandigheden en algemene marktomstandighedenverwachtingen alsmede door een veranderde individuele landen- of bedrijfssituatie. Met een actief beleid en een goede spreiding binnen de portefeuille wordt het marktrisico zoveel mogelijk beperkt. Er wordt belegd in de grondstoffenmarkten. De beleggingen zijn gespreid over de subsectoren energie, edelmetalen, industriële metalen, landbouwproducten en levend vee. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 38

43 Ten behoeve van het inzicht in het marktrisico is in hoofdstuk 4.2 de onderverdeling van de beleggingsportefeuille per sector toegelicht. 2. Specifiek risico beleggen in grondstoffenderivaten Beleggen in grondstoffen geschiedt door middel van grondstoffenderivaten. Omdat sprake is van derivaten is het risico niet alleen afhankelijk van de onderliggende waarde, de grondstoffen, maar wordt tevens risico gelopen op een derde partij. Er wordt met name gebruik gemaakt van Commodity total return swaps. Hierbij wordt een selectief beleid van tegenpartijen gehanteerd. Het benodigde onderpand voor de swaps wordt volledig belegd in Amerikaans schatkistpapier, zodat binnen de portefeuille geen sprake is van een hefboom (geen leverage ). Dit onderpand wordt op dagbasis verrekend. 3. Concentratierisico Door te beleggen in onder meer hetzelfde land, dezelfde regio, dezelfde sector, bij dezelfde debiteuren of combinaties hiervan, is de spreiding van de beleggingsportefeuille beperkt. De oorzaak van de concentratie van de portefeuille kan het gevolg zijn van het beleggingsbeleid. Een beperkter beleggingsuniversum (b.v. een belegging in Nederland) leidt tot geringere spreidingsmogelijkheden dan een groter universum (b.v. een belegging in de Eurozone of een wereldwijde belegging). Door het concentratierisico kunnen bepaalde gebeurtenissen die de financiële instrumenten raken van grotere invloed zijn op de waarde van de beleggingsportefeuille dan bij een minder geconcentreerde beleggingsportefeuille. Er is gekozen voor een grondstoffen benchmark (Dow Jones UBS Commodity Total Return index), die een gelijkmatige spreiding kent over 5 subsectoren. Dit zijn energie, edelmetalen, industriële metalen, landbouwproducten en levend vee. De gewichten van deze subsectoren zijn gelimiteerd, zodat een goede spreiding binnen de grondstoffenmarkt gewaarborgd is. Ten behoeve van het inzicht in het concentratierisico is in hoofdstuk 4.2 de onderverdeling van de beleggingsportefeuille per sector toegelicht en is een overzicht van alle beleggingen per ultimo boekjaar opgenomen. 4. Risico van valutatermijncontracten Binnen het Fonds is het gebruik van valutatermijncontracten toegestaan met als doelstelling om het valutarisico naar de euro zoveel mogelijk te beperken. Hierbij wordt een selectief beleid van tegenpartijen gehanteerd. Hierbij wordt door de vermogensbeheerder een selectief beleid van tegenpartijen gehanteerd. Ten behoeve van het inzicht in het risico van valutatermijncontracten is in hoofdstuk 4.2 een overzicht van de openstaande valutatermijncontracten opgenomen. 5. Valutakoersrisico De waardeontwikkeling van de belegging waarin wordt belegd kan worden beïnvloed door valutakoersschommelingen. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen direct en indirect valutakoersrisico. Van direct valutakoersrisico is sprake indien de financiële instrumenten waarin wordt belegd, in een vreemde valuta zijn genoteerd. Hierdoor kan een verandering in de koers van een vreemde valuta ten opzichte van de euro een negatief of positief effect hebben op de beleggingen en de dividenden van het Fonds. Van indirect valutakoersrisico is sprake als er wordt belegd in financiële instrumenten van ondernemingen die hun resultaten (deels) buiten de eurozone realiseren. Het directe valutarisico naar de euro wordt afgedekt door middel van valutatermijncontracten. Ten behoeve van het inzicht in het valutarisico is in hoofdstuk 4.2 een overzicht opgenomen waarin de afdekking van valutaposities is toegelicht. 6. Liquiditeitsrisico Het is mogelijk dat een transactie (aan- of verkoop van een financieel instrument) als gevolg van het ontbreken van voldoende verhandelbaarheid niet of niet tegen een acceptabele prijs kan worden uitgevoerd. Hierdoor kan er een verlies van waarde van het financiële instrument optreden. De portefeuille belegt in grondstoffen swaps. De swaps markt wordt gekenmerkt door een zeer grote liquiditeit. Ook de beleggingen in onderpand, zijnde Amerikaans schatkistpapier, zijn over het algemeen zeer liquide. 7. Kredietrisico Landen, lagere overheden, bedrijven, instellingen of een tegenpartij kunnen in gebreke blijven. Dit risico wordt zoveel mogelijk beperkt door strenge selectiecriteria te hanteren bij het selecteren van een land, lagere overheid, bedrijf, instelling of een tegenpartij. Daarbij zullen bij aan- en verkooptransacties in het algemeen slechts kortlopende vorderingen ontstaan waardoor het risico laag is, aangezien levering plaatsvindt tegen (vrijwel) gelijktijdige ontvangst van de tegenprestatie. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 39

44 De vermogensbeheerder voert alleen transacties uit met brokers en tegenpartijen, die voldoen aan bepaalde minimumeisen (waaronder prijs en kredietwaardigheid). Transacties kunnen slechts worden uitgevoerd met brokers en tegenpartijen die door de risico afdeling van de vermogensbeheerder zijn goedgekeurd en in de interne processen en procedures zijn geborgd. Met betrekking tot niet-beursgenoteerde beleggingen, met name OTC-derivaten, wordt door de vermogensbeheerder enkel gewerkt met tegenpartijen waarmee ISDA/CSA-overeenkomsten zijn afgesloten zodat posities van het fonds adequaat worden afgedekt door onderpand. Amsterdam, 5 juni 2014 De Beheerder Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 40

45 Hieronder de kerncijfers van het Fonds over de laatste 2 jaar en de specificatie van de beleggingsresultaten over de laatste 2 jaar. KERNCIJFERS (bedragen in euro s) Fondsvermorgen (x 1.000) Aantal uitstaande participaties Netto vermogenswaarde per participatie 1) 21,61 24,24 Lopende kosten 0,42% 0,03% 1) De netto vermogenswaarde per aandeel wordt verkregen door het fondsvermogen, zoals opgenomen in de jaarrekening van het Fonds, te delen door het aantal uitstaande aandelen. De waarde van uw beleggingen kan fluctueren. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst / Beleggingsresultaat: 2) -10,85% -3,02% Waarvan uit inkomsten 0,00% 0,00% waardeverandering -10,74% -3,02% kosten -0,11% 0,00% Benchmark 3) -9,78% 0,00% 2) Het beleggingsresultaat, op basis van de mutatie van de netto vermogenswaarde per , heeft betrekking op de periode van t/m ) De benchmark heeft betrekking op de periode t/m Volledigheidshalve geven wij hieronder de volledige naam van de hierboven gebruikte benchmark: Dow Jones UBS Commodity Total Return Index (hedged naar euro) Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 41

46 3.2.2 Jaarrekening Achmea Grondstoffen Fonds 2013 Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 42

47 Balans per 31 december (voor winstbestemming) (in duizenden euro s) ref ACTIVA Beleggingen Participaties Totaal activa PASSIVA Fondsvermogen Inbreng participanten Overige reserves Onverdeeld resultaat lopend boekjaar Totaal passiva Winst- en Verliesrekening over de periode 1 januari t/m 31 december (in duizenden euro s) ref OPBRENGSTEN Niet-gerealiseerde waardeverandering beleggingen t/m Totaal bedrijfsopbrengsten LASTEN Beheerkosten Totaal bedrijfslasten 1 - Netto resultaat Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 43

48 Kasstroomoverzicht over de periode 1 januari t/m 31 december (in duizenden euro s) ref Kasstroom uit beleggingsactiviteiten t/m Netto resultaat Niet-gerealiseerde waardeverandering beleggingen Aankopen van beleggingen Verkopen van beleggingen Kasstroom uit financieringsactiviteiten Inbreng participanten Netto kasstroom/mutatie geldmiddelen - - Totaal geldmiddelen begin van de verslagperiode - - Totaal geldmiddelen eind van de verslagperiode - - Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 44

49 Toelichting op de balans Waarderingsgrondslagen Voor de waarderingsgrondslagen verwijzen wij naar de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling zoals opgenomen in de jaarrekening van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 in hoofdstuk Beleggingen Per 31 december 2013 heeft het Achmea Grondstoffen Fonds een belang van 4,91% (2012: 100%) in de Beleggingspool Achmea Grondstoffen. Het verloop gedurende het boekjaar is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Aankopen Verkopen -1 - Gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeverandering Stand einde boekjaar Achmea Grondstoffen Fonds belegt in Beleggingspool Achmea Grondstoffen, welke het actieve beleggingsbeleid voert. De omloopsnelheid van deze Beleggingspool is 548,22% (2012: -4,03%). Voor de berekeningswijze van de omloopsnelheid verwijzen wij naar de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling zoals opgenomen in de jaarrekening van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 in hoofdstuk Voor de informatie inzake directe of indirecte beleggingen in andere beleggingsinstellingen verwijzen wij u naar het jaarverslag van de betreffende Beleggingspool, welke kosteloos opvraagbaar is bij uw verzekeraar. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 45

50 Fondsvermogen Inbreng participanten Het verloop gedurende het boekjaar is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Geplaatst gedurende de verslagperiode Ingenomen gedurende de verslagperiode - - Totaal gestort en opgevraagd kapitaal Verloopoverzicht participaties Het bij derden geplaatst kapitaal bestaat uit (2012: ) participaties. Het verloop gedurende de verslagperiode is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Geplaatste participaties gedurende de verslagperiode Ingenomen participaties gedurende de verslagperiode - - Totaal gestort en opgevraagd kapitaal Overige reserves Het verloop gedurende het boekjaar is als volgt: t/m Stand begin boekjaar - - Toevoeging resultaat voorgaand boekjaar Uitgekeerd dividend - - Stand einde boekjaar Vergelijkend overzicht fondsvermogen (bedragen in euro s) Fondsvermogen (x 1.000) Aantal uitstaande aandelen Netto vermogenswaarde per aandeel 1) 21,61 24,24 1) De netto vermogenswaarde per aandeel wordt verkregen door het fondsvermogen, zoals opgenomen in de jaarrekening van het Fonds, te delen door het aantal uitstaande aandelen. Dividendvoorstel Voor het dividendvoorstel verwijzen wij naar hoofdstuk 5, Overige gegevens. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 46

51 Toelichting op de winst- en verliesrekening Gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeverandering Dit betreft de waardeverandering van de beleggingen waarin wordt belegd Beheerkosten Dit betreft een vergoeding van 0,06% tot 26 april 2013, vanaf 26 april ,11% (2012: 0,06%) van het gemiddeld uitstaand vermogen op jaarbasis. Deze vergoeding wordt door Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. in rekening gebracht voor het beheer van het vermogen. Deze post wordt maandelijks afgerekend. Lopende kosten Over het boekjaar bedragen de Lopende kosten van het Achmea Grondstoffen Fonds 0,42% (2012: 0,03%). Voor de berekeningswijze van de Lopende kosten verwijzen wij naar de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling zoals opgenomen in de jaarrekening van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen in hoofdstuk De Lopende kosten zijn opgebouwd uit de volgende componenten: Werkelijke kosten Beheerkosten Achmea Grondstoffen Fonds 0,12% Beheerkosten Beleggingspool Achmea Grondstoffen Fonds 0,30% Overige bedrijfskosten - Het vermogensbeheer van de Beleggingspools is uitbesteed aan F&C Netherlands B.V. en/of Robeco Institutional Asset Management B.V. Deze kosten voor vermogensbeheer worden berekend op basis van een (gestaffeld) percentage en/of een vast bedrag van het gemiddeld uitstaand fondsvermogen (afhankelijk van de vermogensbeheerder) en zijn onder beheerkosten opgenomen in de resultatenrekening van de Beleggingspools. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 47

52 3.3 Achmea High Yield Bedrijfsobligaties Fonds 2013 Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 48

53 3.3.1 Verslag van de beheerder Algemeen Hierbij bieden wij u het jaarverslag aan van Achmea High Yield Bedrijfsobligaties fonds over het boekjaar In dit verslag is alleen specifieke informatie opgenomen van het Fonds. Voor algemene informatie verwijzen wij u naar hoofdstuk 2.1 en hoofdstuk 2.2. Beleggingsbeleid Het Achmea High Yield Bedrijfsobligaties fonds belegt via de Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield wereldwijd in bedrijfsobligaties met een hoge rentevergoeding. Er wordt voornamelijk belegd in bedrijfsobligaties met een relatief lage kredietwaardigheid ( High Yield ). Het risico van het beleggen in hoogrentende obligaties is doorgaans groter dan het beleggen in laagrentende obligaties. Verwacht wordt dat het nemen van dit risico op lange termijn waarde kan toevoegen. Voor nadere informatie inzake het rendement, beleggingsbeleid en de ontwikkelingen van de Beleggingspool verwijzen wij u naar het jaarverslag van de betreffende Beleggingspool, welke kosteloos opvraagbaar is bij uw verzekeraar. Tevens is deze informatie over de Beleggingspool verkort opgenomen in hoofdstuk 4. Toestand per balansdatum en ontwikkelingen gedurende het boekjaar Het Achmea High Yield Bedrijfsobligaties Fonds heeft in 2013 een resultaat geboekt van (2012: 780). Het vermogen van het Fonds is gedurende de verslagperiode toegenomen tot 22,8 miljoen (2012: 20,8 miljoen). De toename van het Fonds is voornamelijk toe te schrijven aan koersstijgingen op de financiële markten van 1,5 miljoen en intredingen van participanten van 0,5 miljoen. De netto vermogenswaarde per aandeel van het Fonds bedroeg ultimo ,78 wat ten opzichte van 31 december 2012 een rendement van 6,94% betekent. De vergelijkbare benchmark van het Fonds heeft over dezelfde periode een rendement van 7,07% gerealiseerd. Toelichting beleggingsresultaat Het portefeuillebeleid leverde per saldo toegevoegde waarde, maar vanwege de kostenafslag kwam het netto rendement lager uit dan de benchmark. De portefeuille van high yield bedrijfsobligaties toonde in 2013 een rendement van ongeveer 7%. Deze meer risicovolle categorie profiteerde van de ontspanning op de financiële markten. De euroschuldencrisis verdween gedurende 2013 meer naar de achtergrond en de focus verschoof naar het doorzettende macro economische herstel. De koerswijziging van de Amerikaanse Federal Reserve om minder staatsobligaties te gaan aankopen zwakte het positieve sentiment voor de high yield markt wel enigszins af. Opvallend was ook dat de high yield obligaties in Europa duidelijk beter rendeerden dan die in de VS. Het beleid voor de portefeuille is actief. De overweging van Europese high yield obligaties leverde een extra rendement op versus de benchmark. Het looptijdenbeleid drukte het relatieve rendement enigszins. Voor een beschrijving van de algemene marktomstandigheden, alsmede de vooruitzichten voor 2014, wordt verwezen naar het algemene verslag van directie (hoofdstuk 2.2). Risico s bij het deelnemen in beleggingsfondsen Algemeen De mogelijkheid bestaat dat uw belegging in waarde stijgt. Het is echter ook mogelijk dat uw belegging weinig tot geen inkomsten zal genereren en dat uw inleg bij een ongunstig koersverloop geheel of ten dele verloren gaat. De waardeontwikkeling van de belegging is namelijk afhankelijk van fluctuaties in prijzen van individuele financiële instrumenten waarin door het Fonds wordt belegd. Deze fluctuaties in prijzen van individuele financiële instrumenten zijn het gevolg van ontwikkelingen op de kapitaal-, effecten-, valuta- en goederenmarkten. De koers en de waarde van de beleggingen van het Fonds worden door deze fluctuaties beïnvloed met als gevolg dat de (intrinsieke) waarde (in euro) van het Fonds kan dalen. Hieronder wordt nader ingegaan op de belangrijkste risico s, in volgorde van relevantie, die de koers van het Fonds en de waarde van de financiële instrumenten waarin door het Fonds wordt belegd kunnen beïnvloeden. Om de risico s die zich voordoen zoveel mogelijk te kunnen beheersen, worden zo mogelijk maatregelen getroffen. Deze beheersmaatregelen worden continu geëvalueerd met als doel een optimale verhouding tussen rendement en risico te bereiken. Indien noodzakelijk worden de beheersmaatregelen als gevolg van de evaluatie aangepast. De genomen beheersmaatregelen worden per risico verantwoord. 1. Marktrisico De koersen van financiële instrumenten waarin wordt belegd kunnen wereldwijd of specifiek op de markten waarin wordt belegd, dalen of stijgen. Deze daling of stijging kan optreden door bijvoorbeeld de veranderde economische, politieke en algemene marktomstandigheden en/of marktomstandighedenverwachtingen alsmede door een veranderde individuele landen- of bedrijfssituatie. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 49

54 Met een actief beleid en een brede spreiding binnen de portefeuille wordt het marktrisico zoveel mogelijk beperkt. Er wordt belegd in de VS en Europa. Ten behoeve van het inzicht in het marktrisico is in hoofdstuk 4.3 de onderverdeling van de beleggingsportefeuille per sector en per land toegelicht. 2. Kredietwaardigheidrisico De waarde van de financiële instrumenten waarin door het Fonds wordt belegd kan worden beïnvloed door een positieve of negatieve ontwikkeling van de kredietwaardigheid van de desbetreffende landen, lagere overheden, bedrijven of instellingen, de debiteuren. Dit houdt in dat het risico door het Fonds kan worden gelopen als het desbetreffende land, lagere overheid, bedrijf of instelling niet aan zijn (financiële) verplichtingen kan voldoen. Hierdoor bestaat de mogelijkheid dat een financieel instrument met een lagere kredietwaardigheid moeilijker te verkopen is en/of dat de waarde van het financiële instrument waarin door het Fonds wordt belegd meer kan fluctueren. In het mandaat zijn de nodige richtlijnen opgenomen teneinde het risicoprofiel te bewaken. Daarbij zijn richtlijnen opgenomen met betrekking tot de spreiding over landen, debiteurencategorieën, de minimale kwaliteit (rating), de omvang van de beleggingen per debiteur en de off benchmark ruimte. Binnen het mandaat geldt de rating van B als ondergrens voor nieuwe beleggingen. Ten behoeve van het inzicht in het kredietwaardigheidrisico zijn in hoofdstuk 4.3 de onderverdeling van de beleggingsportefeuille per land en de onderverdeling naar creditrating toegelicht. 3. Renterisico Bij beleggingsfondsen die beleggen in vastrentende waarden is de waarde van de onderliggende financiële instrumenten afhankelijk van de (ontwikkelingen in de) renteniveaus van de financiële markt. De (ontwikkelingen in de) renteniveaus zijn afhankelijk van de algemene markt- en economische omstandigheden. Bij een stijgende rente zal de koers van een vastrentende waarde dalen en andersom. Om het renterisico te beperken wordt binnen de portefeuille actief ingespeeld op de te verwachte rente ontwikkelingen. Bij een verwachte rentestijging wordt de looptijd van de portefeuille verkort om minder gevoelig te zijn voor rentestijgingen. Bij een verwachte rentedaling wordt de looptijd van de portefeuille juist verlengd om te profiteren van de rentedaling. Daarnaast wordt ingespeeld op de ontwikkeling van renteverschillen tussen type obligaties of landen. Tegelijkertijd voorziet het mandaat erin dat de duratie (gewogen gemiddelde looptijd) van de portefeuille niet meer mag afwijken dan 2 jaar (plus en min) ten opzichte van de duratie van de benchmark. Gedurende 2013 bedroeg de duratie van de portefeuille gemiddeld 4,0 jaar (benchmark: 3,9 jaar). In hoofdstuk 4.3 is een overzicht opgenomen van de duratie van de portefeuille ten opzichte van de benchmark. 4. Liquiditeitsrisico Het is mogelijk dat een transactie (aan- of verkoop van een financieel instrument) als gevolg van het ontbreken van voldoende verhandelbaarheid niet of niet tegen een acceptabele prijs kan worden uitgevoerd. Hierdoor kan er een verlies van waarde van het financiële instrument optreden. Dit risico is relatief beperkt, omdat doorgaans alleen in liquide financiële instrumenten wordt belegd. Naar schatting 75% van de obligatiebeleggingen kan binnen één tot drie dagen worden geliquideerd, terwijl het resterende gedeelte van 25% binnen twee tot drie weken kan worden afgebouwd. 5. Portefeuillerisico Dit risico ontstaat als gevolg van de gemaakte beleggingskeuzen door de vermogensbeheerder(s) in de portefeuille. De waarde van de onderliggende financiële instrumenten fluctueert soms aanzienlijk afhankelijk van de activiteiten en resultaten van de afzonderlijke ondernemingen en/of van de algemene markt- en economische omstandigheden. Dit risico wordt beperkt door richtlijnen in het beleggingsmandaat op te nemen, die de afwijkingen versus de benchmark binnen bepaalde bandbreedtes houden. Zo is een richtlijn opgenomen voor de zogenoemde maximale tracking error per jaar (een maatstaf voor de verwachte afwijking van het rendement ten opzichte van de benchmark). De mandaatrestricties worden dagelijks gemonitord en indien nodig wordt de portefeuille hierop bijgestuurd. 6. Valutakoersrisico De waardeontwikkeling van de belegging waarin wordt belegd kan worden beïnvloed door valutakoersschommelingen. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen direct en indirect valutakoersrisico. Van direct valutakoersrisico is sprake indien de financiële instrumenten waarin wordt belegd, in een vreemde valuta zijn genoteerd. Hierdoor kan een verandering in de koers van een vreemde valuta ten opzichte van de euro een negatief of positief effect hebben op de waarde van de beleggingen en de dividenden van het Fonds. Van indirect valutakoersrisico is sprake als er wordt belegd in financiële instrumenten van ondernemingen die hun resultaten (deels) buiten de eurozone realiseren. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 50

55 Het directe valutarisico naar de euro wordt afgedekt door middel van valutatermijncontracten. Ten behoeve van het inzicht in het valutarisico is in hoofdstuk 4.3 een overzicht opgenomen waarin de afdekking van valutaposities is toegelicht. 7. Kredietrisico Landen, lagere overheden, bedrijven, instellingen of een tegenpartij kunnen in gebreke blijven. Dit risico wordt zoveel mogelijk beperkt door strenge selectiecriteria te hanteren bij het selecteren van een land, lagere overheid, bedrijf, instelling of een tegenpartij. Daarbij zullen bij aan- en verkooptransacties in het algemeen slechts kortlopende vorderingen ontstaan waardoor het risico laag is, aangezien levering plaatsvindt tegen (vrijwel) gelijktijdige ontvangst van de tegenprestatie. De vermogensbeheerder voert alleen transacties uit met brokers en tegenpartijen, die voldoen aan bepaalde minimumeisen (waaronder prijs en kredietwaardigheid). Transacties kunnen slechts worden uitgevoerd met brokers en tegenpartijen die door de risico afdeling van de vermogensbeheerder zijn goedgekeurd en in de interne processen en procedures zijn geborgd. Amsterdam, 5 juni 2014 De Beheerder Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 51

56 Hieronder de kerncijfers van het Fonds over de laatste 2 jaar en de specificatie van de beleggingsresultaten over de laatste 2 jaar. KERNCIJFERS (bedragen in euro s) Fondsvermorgen (x 1.000) Aantal uitstaande participaties Netto vermogenswaarde per participatie 1) 27,78 25,97 Lopende kosten 0,62% 0,15% 1) De netto vermogenswaarde per aandeel wordt verkregen door het fondsvermogen, zoals opgenomen in de jaarrekening van het Fonds, te delen door het aantal uitstaande aandelen. De waarde van uw beleggingen kan fluctueren. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst / Beleggingsresultaat: 2) 6,94% 3,90% Waarvan uit inkomsten 0,00% 0,00% waardeverandering 7,03% 3,92% kosten -0,09% -0,02% Benchmark 3) 7,07% 0,00% 2) Het beleggingsresultaat, op basis van de mutatie van de netto vermogenswaarde per , heeft betrekking op de periode van t/m ) De benchmark heeft betrekking op de periode t/m Volledigheidshalve geven wij hieronder de volledige naam van de hierboven gebruikte benchmark: 50% Barclays Capital US High Yield Total Return Index (hedged naar euro) 50% Barclays Capital Pan European High Yield Total Return Index 3% Cap Cash B+ x T1 UT2 LT2 (hedged naar euro) Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 52

57 3.3.2 Jaarrekening Achmea High Yield Bedrijfsobligaties Fonds 2013 Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 53

58 Balans per 31 december (voor winstbestemming) (in duizenden euro s) ref ACTIVA Beleggingen Participaties Liquide middelen Totaal activa PASSIVA Fondsvermogen Inbreng participanten Overige reserves Onverdeeld resultaat lopend boekjaar Kortlopende schulden Overige schulden Totaal passiva Winst- en Verliesrekening over de periode 1 januari t/m 31 december (in duizenden euro s) ref OPBRENGSTEN Gerealiseerde waardeverandering beleggingen Niet-gerealiseerde waardeverandering beleggingen t/m Totaal bedrijfsopbrengsten LASTEN Beheerkosten Totaal bedrijfslasten 19 4 Netto resultaat Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 54

59 Kasstroomoverzicht over de periode 1 januari t/m 31 december (in duizenden euro s) ref Kasstroom uit beleggingsactiviteiten t/m Netto resultaat Gerealiseerde waardeverandering beleggingen Niet-gerealiseerde waardeverandering beleggingen Aankopen van beleggingen Verkopen van beleggingen Mutaties overige schulden Kasstroom uit financieringsactiviteiten Inbreng participanten Netto kasstroom/mutatie geldmiddelen 1 - Totaal geldmiddelen begin van de verslagperiode - - Totaal geldmiddelen eind van de verslagperiode 1 - Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 55

60 Toelichting op de balans Waarderingsgrondslagen Voor de waarderingsgrondslagen verwijzen wij naar de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling zoals opgenomen in de jaarrekening van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 in hoofdstuk Beleggingen Per 31 december 2013 heeft het Achmea High Yield Bedrijfsobligaties Fonds een belang van 100% (2012: 100%) in de Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield. Het verloop gedurende het boekjaar is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Aankopen Verkopen Gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeverandering Stand einde boekjaar Achmea High Yield Bedrijfsobligaties Fonds belegt in Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield, welke het actieve beleggingsbeleid voert. De omloopsnelheid van deze Beleggingspool is 92,57% (2012: 11,35%). Voor de berekeningswijze van de omloopsnelheid verwijzen wij naar de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling zoals opgenomen in de jaarrekening van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 in hoofdstuk Voor de informatie inzake directe of indirecte beleggingen in andere beleggingsinstellingen verwijzen wij u naar het jaarverslag van de betreffende Beleggingspool, welke kosteloos opvraagbaar is bij uw verzekeraar Liquide middelen Betreft direct opeisbare tegoeden bij de Deutsche Bank welke in liquide vorm aanwezig en rentedragend zijn. Hierover wordt een marktconforme rente ontvangen. De kredietwaardigheid van de Deutsche Bank per ultimo 31 december 2013 is A (2012: A). Bron: Standard & Poor s. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 56

61 Fondsvermogen Inbreng participanten Het verloop gedurende het boekjaar is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Geplaatst gedurende de verslagperiode Ingenomen gedurende de verslagperiode - - Totaal gestort en opgevraagd kapitaal Verloopoverzicht participaties Het bij derden geplaatst kapitaal bestaat uit (2012: ) participaties. Het verloop gedurende de verslagperiode is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Geplaatste participaties gedurende de verslagperiode Ingenomen participaties gedurende de verslagperiode - - Totaal gestort en opgevraagd kapitaal Overige reserves Het verloop gedurende het boekjaar is als volgt: t/m Stand begin boekjaar - - Toevoeging resultaat voorgaand boekjaar Uitgekeerd dividend - - Stand einde boekjaar Vergelijkend overzicht fondsvermogen (bedragen in euro s) Fondsvermogen (x 1.000) Aantal uitstaande aandelen Netto vermogenswaarde per aandeel 1) 27,78 25,97 1) De netto vermogenswaarde per aandeel wordt verkregen door het fondsvermogen, zoals opgenomen in de jaarrekening van het Fonds, te delen door het aantal uitstaande aandelen. Dividendvoorstel Voor het dividendvoorstel verwijzen wij naar hoofdstuk 5, Overige gegevens Kortlopende schulden De overige schulden kunnen als volgt worden onderverdeeld: Overige schulden 1 - Totaal overige schulden 1 - Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 57

62 Toelichting op de winst- en verliesrekening Gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeverandering Dit betreft de waardeverandering van de beleggingen waarin wordt belegd Beheerkosten Dit betreft een vergoeding van 0,09% (2012: 0,09%) van het gemiddeld uitstaand vermogen op jaarbasis. Deze vergoeding wordt door Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. in rekening gebracht voor het beheer van het vermogen. Deze post wordt maandelijks afgerekend. Lopende kosten Over het boekjaar bedragen de Lopende kosten van het Achmea High Yield Bedrijfsobligaties Fonds 0,62% (2012: 0,15%). Voor de berekeningswijze van de Lopende kosten verwijzen wij naar de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling zoals opgenomen in de jaarrekening van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 in hoofdstuk De Lopende kosten zijn opgebouwd uit de volgende componenten: Werkelijke kosten Beheerkosten Achmea High Yield Bedrijfsobligaties Fonds 0,09% Beheerkosten Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 0,53% Overige bedrijfskosten - Het vermogensbeheer van de Beleggingspools is uitbesteed aan F&C Netherlands B.V. en/of Robeco Institutional Asset Management B.V. Deze kosten voor vermogensbeheer worden berekend op basis van een (gestaffeld) percentage en/of een vast bedrag van het gemiddeld uitstaand fondsvermogen (afhankelijk van de vermogensbeheerder) en zijn onder beheerkosten opgenomen in de resultatenrekening van de Beleggingspools. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 58

63 3.4 Achmea Indirect Vastgoed Fonds 2013 Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 59

64 3.4.1 Verslag van de beheerder Algemeen Hierbij bieden wij u het jaarverslag aan van Achmea Indirect Vastgoed fonds over het boekjaar In dit verslag is alleen specifieke informatie opgenomen van het Fonds. Voor algemene informatie verwijzen wij u naar hoofdstuk 2.1 en hoofdstuk 2.2. Beleggingsbeleid Het Achmea Indirect Vastgoed fonds belegt uitsluitend in Robeco Property Equities dat wereldwijd in beursgenoteerde vastgoedaandelen belegt. Robeco Property Equities richt zich op ondernemingen met de beste vooruitzichten binnen de sector. Er wordt gebruik gemaakt van zorgvuldig ontwikkelde modellen om aandelen te kiezen met goede winstverwachtingen en redelijke waarderingen. Daarnaast worden ondernemingen aan een individuele screening onderworpen via gesprekken met het management en beoordeling van bedrijfscijfers. Het Fonds voert een actief beleggingsbeleid. De doelstelling van het Fonds is met een goed gespreide portefeuille een outperformance te bereiken ten opzichte van de benchmark. Dit betekent dat de benchmark niet wordt gevolgd. Hierdoor zijn relatief grote rendementsverschillen, afgezien van kosten zoals vermeld in dit prospectus, met de benchmark mogelijk. Als benchmark geldt de S&P Developed Property Net Return Index (hedged naar EUR). - Er kan ter optimalisering van de rendement-/risicoverhouding gebruikt worden gemaakt van derivaten, echter zodanig dat niet substantieel meer risico wordt gelopen dan wanneer gebruik van deze derivaten achterwege wordt gelaten. Daarnaast is het gebruik van valutatermijncontracten toegestaan, met als doelstelling om het valutarisico naar de euro zoveel mogelijk te beperken. Robeco Property Equities Robeco Property Equities is een subfonds van Robeco Capital Growth Funds, dat statutair gevestigd is in Luxemburg als instelling voor collectieve belegging in de vorm van een Société d Investissement à Capital Variable (SICAV) naar Luxemburgs recht. Robeco Capital Growth Funds SICAV is conform de richtlijn beleggingsinstellingen toegelaten in Nederland en staat onder toezicht van de CSSF in Luxemburg. Robeco Luxembourg S.A. is als beheerder van Robeco Property Equities geautoriseerd door en staat onder toezicht van de Commission de Surveillance du Secteur Financier (CSSF) te Luxemburg. Robeco Property Equities is geautoriseerd als ICBE (instelling voor collectieve belegging in effecten) door de CSSF. Het Robeco Property Equities is opgenomen in het register van de AFM (notificatie van buitenlandse ICBE s). Robeco Luxembourg S.A. is gevestigd in Luxemburg en is een aan de Beheerder van het Fonds gelieerde partij, zoals bedoeld in de Wft. Van gelieerde partijen is sprake wanneer een partij beleidsbepalende invloed kan uitoefenen in een andere partij, danwel invloed van betekenis kan uitoefenen op het zakelijk en financieel beleid van de andere partij. De aan- en verkoop van deelnemingsrechten in het Robeco Property Equities Fund vindt plaats conform de vastgelegde voorwaarden. Voor het Robeco Property Equities is een Engelstalig prospectus beschikbaar alsmede de Essentiële Beleggersinformatie (EBI) in het Nederlands. Voor nadere informatie inzake het rendement, beleggingsbeleid en de ontwikkelingen van het externe fonds waarin wordt belegd. verwijzen wij u naar het jaarverslag van het externe fonds, wat kosteloos verkrijgbaar is bij uw verzekeraar en naar de website van de aanbieder van het externe fonds. Toestand per balansdatum en ontwikkelingen gedurende het boekjaar Het Achmea Indirect Vastgoed Fonds heeft in 2013 een resultaat geboekt van 6 (2012: 0). Het vermogen van het Fonds is gedurende de verslagperiode toegenomen tot 639 (2012: 0). De toename van het Fonds is toe te schrijven aan intredingen van participanten van 634 en koersstijgingen op de financiële markten van 5. De netto vermogenswaarde per aandeel van het Fonds bedroeg ultimo ,85 wat ten opzichte van 31 december 2012 een rendement van 3,68% betekent. De vergelijkbare benchmark van het Fonds heeft over dezelfde periode een rendement van 9,03% gerealiseerd. Toelichting beleggingsresultaat De portefeuille Indirect Vastgoed liet in 2013 een gematigde stijging zien van ongeveer 3,5%. Aan de ene kant had het voorzichtig intredende wereldwijde economische herstel een positief effect op de koersen van indirect vastgoed. Aan de andere kant is indirect vastgoed ook rentegevoelig en de stijging van de kapitaalmarktrentes in de VS en Europa drukte het rendement. De strategische keuze om het valutarisico naar de euro af te dekken, werkte in 2013 voordelig uit. De valuta afdekking leverde een extra rendement van ongeveer 7%-punt op. Het fonds belegt één op één in het Robeco Property Equities Fund (hedged variant). Het beleggingsproces van dit fonds is gericht op grotere, meer stabiele en minder risicovolle vastgoedfondsen met vastgoed op toplocaties en weinig schulden. Deze strategie kwam in 2013 niet uit de verf. Dit had twee oorzaken. Ten eerste is na jaren van instroom in de indirect vastgoedsector weer sprake van een uitstroom, met name in ETF s (Exchange Traded Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 60

65 Funds) en die zitten vooral in de grote namen. Ten tweede zijn beleggers door de rentestijging op zoek gegaan naar aandelen die een nog hoger dividend uitkeren en dat waren met name de kleinere fondsen. Het afgelopen jaar was naast de focus op prime retail, ook de allocatie naar de opkomende markten nadelig. Gedurende het jaar is de allocatie naar het thema opkomende markten verkleind, vanwege de impact van het monetaire beleid (afbouw stimulering Fed) op deze markten. Voor een beschrijving van de algemene marktomstandigheden, alsmede de vooruitzichten voor 2014, wordt verwezen naar het algemene verslag van directie (hoofdstuk 2.2). Risico s bij het deelnemen in beleggingsfondsen Algemeen De mogelijkheid bestaat dat uw belegging in waarde stijgt. Het is echter ook mogelijk dat uw belegging weinig tot geen inkomsten zal genereren en dat uw inleg bij een ongunstig koersverloop geheel of ten dele verloren gaat. De waardeontwikkeling van de belegging is namelijk afhankelijk van fluctuaties in prijzen van individuele financiële instrumenten waarin (indirect) door het Fonds wordt belegd. Deze fluctuaties in prijzen van individuele financiële instrumenten zijn het gevolg van ontwikkelingen op de kapitaal-, effecten-, valuta- en goederenmarkten. De koers en de waarde van de beleggingen van het Fonds worden door deze fluctuaties beïnvloed met als gevolg dat de (intrinsieke) waarde (in euro) van het Fonds kan dalen. Hieronder wordt nader ingegaan op de belangrijkste risico s, in volgorde van relevantie, die de koers van het Fonds en de waarde van de financiële instrumenten waarin (indirect) door het Fonds wordt belegd kunnen beïnvloeden. De risico s zijn beschreven voor het Fonds en kunnen zich voordoen op het niveau van het Fonds en/of de beleggingsinstelling(en) waarin wordt belegd en/of de financiële instrumenten waarin wordt belegd. Ten aanzien van de risico s die zich voordoen in de andere beleggingsinstelling(en) waarin door het Fonds wordt belegd, worden zo mogelijk beheersmaatregelen getroffen en verantwoord door de beheerder van de desbetreffende beleggingsinstelling(en). Het risico van beleggen in een andere beleggingsinstelling wordt beperkt door een zorgvuldige selectie en monitoring van de andere beleggingsinstelling(en). 1. Marktrisico De koersen van financiële instrumenten waarin wordt belegd kunnen wereldwijd of specifiek op de markten waarin wordt belegd, dalen of stijgen. Deze daling of stijging kan optreden door bijvoorbeeld de veranderde economische, politieke, marktomstandigheden of algemene marktomstandighedenverwachtingen alsmede door een veranderde individuele landen- of bedrijfssituatie. Ten behoeve van het inzicht in het marktrisico zijn in hoofdstuk 4.8 de onderverdeling van de beleggingsportefeuille per sector en per land en zijn de 10 grootste belangen van de portefeuille toegelicht. 2. Risico van valutatermijncontracten Binnen het Fonds is het gebruik van valutatermijncontracten toegestaan met als doelstelling om het valutarisico naar de euro zoveel mogelijk te beperken. Hierbij wordt een selectief beleid van tegenpartijen gehanteerd. 3. Concentratierisico Door te beleggen in onder meer hetzelfde land, dezelfde regio, dezelfde sector, bij dezelfde debiteuren of combinaties hiervan, is de spreiding van de beleggingsportefeuille beperkt. De oorzaak van de concentratie van de portefeuille kan het gevolg zijn van het beleggingsbeleid. Een beperkter beleggingsuniversum (b.v. een belegging in Nederland) leidt tot geringere spreidingsmogelijkheden dan een groter universum (b.v. een belegging in de Eurozone of een wereldwijde belegging). Door het concentratierisico kunnen bepaalde gebeurtenissen die de financiële instrumenten raken van grotere invloed zijn op de waarde van de beleggingsportefeuille dan bij een minder geconcentreerde beleggingsportefeuille. Ten behoeve van het inzicht in het concentratierisico zijn in hoofdstuk 4.8 de onderverdeling van de beleggingsportefeuille per sector en per land en zijn de 10 grootste belangen van de portefeuille toegelicht. 4. Portefeuillerisico Dit risico ontstaat als gevolg van de gemaakte beleggingskeuzen door de vermogensbeheerder(s) in de portefeuille. De waarde van de onderliggende financiële instrumenten fluctueert soms aanzienlijk afhankelijk van de activiteiten en resultaten van de afzonderlijke ondernemingen en/of van de algemene markt- en economische omstandigheden. 5. Valutakoersrisico De waardeontwikkeling van de belegging waarin wordt belegd kan worden beïnvloed door valutakoersschommelingen. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen direct en indirect valutakoersrisico. Van direct valutakoersrisico is sprake indien de financiële instrumenten waarin wordt belegd, in een vreemde valuta zijn genoteerd. Hierdoor kan een verandering in de koers van een vreemde valuta ten opzichte van de euro een negatief of positief effect hebben op de beleggingen en de dividenden van het Fonds. Van indirect Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 61

66 valutakoersrisico is sprake als er wordt belegd in financiële instrumenten van ondernemingen die hun resultaten (deels) buiten de eurozone realiseren. 6. Liquiditeitsrisico Het is mogelijk dat een transactie (aan- of verkoop van een financieel instrument) als gevolg van het ontbreken van voldoende verhandelbaarheid niet of niet tegen een acceptabele prijs kan worden uitgevoerd. Hierdoor kan er een verlies van waarde van het financiële instrument optreden. 7. Kredietrisico Landen, lagere overheden, bedrijven, instellingen of een tegenpartij kunnen in gebreke blijven. Dit risico wordt zoveel mogelijk beperkt door strenge selectiecriteria te hanteren bij het selecteren van een land, lagere overheid, bedrijf, instelling of een tegenpartij. Daarbij zullen bij aan- en verkooptransacties in het algemeen slechts kortlopende vorderingen ontstaan waardoor het risico laag is, aangezien levering plaatsvindt tegen (vrijwel) gelijktijdige ontvangst van de tegenprestatie. Amsterdam, 5 juni 2014 De Beheerder Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 62

67 Hieronder de kerncijfers van het Fonds over de laatste 2 jaar en de specificatie van de beleggingsresultaten over de laatste 2 jaar. KERNCIJFERS (bedragen in euro s) Fondsvermorgen (x 1.000) 639 0,3 Aantal uitstaande participaties Netto vermogenswaarde per participatie 1) 26,85 25,89 Lopende kosten 0,60% 0,05% 1) De netto vermogenswaarde per aandeel wordt verkregen door het fondsvermogen, zoals opgenomen in de jaarrekening van het Fonds, te delen door het aantal uitstaande aandelen. De waarde van uw beleggingen kan fluctueren. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst / Beleggingsresultaat: 2) 3,68% 3,58% Waarvan uit inkomsten 0,00% 0,00% waardeverandering 3,07% 3,58% kosten 0,61% 0,00% Benchmark 3) 9,03% 4,40% 2) Het beleggingsresultaat, op basis van de mutatie van de netto vermogenswaarde per , heeft betrekking op de periode van t/m ) De benchmark heeft betrekking op de periode t/m Volledigheidshalve geven wij hieronder de volledige naam van de hierboven gebruikte benchmark: S&P Developed Property Net Return Index (hedged naar euro) Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 63

68 3.4.2 Jaarrekening Achmea Indirect Vastgoed Fonds 2013 Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 64

69 Balans per 31 december (voor winstbestemming) (in duizenden euro s) ref ACTIVA Beleggingen Participaties 636 0,3 Liquide middelen Totaal activa 639 0,3 PASSIVA Fondsvermogen Inbreng participanten 633 0,3 Onverdeeld resultaat lopend boekjaar ,3 Totaal passiva 639 0, Winst- en Verliesrekening over de periode 1 januari t/m 31 december (in duizenden euro s) ref OPBRENGSTEN Niet-gerealiseerde waardeverandering beleggingen t/m Totaal bedrijfsopbrengsten 5 - LASTEN Overige bedrijfskosten Totaal bedrijfslasten -1 - Netto resultaat 6 - Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 65

70 Kasstroomoverzicht over de periode 1 januari t/m 31 december (in duizenden euro s) ref Kasstroom uit beleggingsactiviteiten t/m Netto resultaat 6 - Niet-gerealiseerde waardeverandering beleggingen Aankopen van beleggingen , ,3 Kasstroom uit financieringsactiviteiten Inbreng participanten , ,3 Netto kasstroom/mutatie geldmiddelen 3 - Totaal geldmiddelen begin van de verslagperiode - - Totaal geldmiddelen eind van de verslagperiode 3 - Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 66

71 Toelichting op de balans Waarderingsgrondslagen Voor de waarderingsgrondslagen verwijzen wij naar de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling zoals opgenomen in de jaarrekening van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 in hoofdstuk Beleggingen Het Achmea Indirect Vastgoed Fonds belegt in participaties Robeco Capital Growth Funds Robeco Property Equities IH EUR ( Robeco Property Equities ) dat wereldwijd in beursgenoteerde vastgoedaandelen belegt. Het verloop gedurende het boekjaar is als volgt: t/m Stand begin boekjaar 0,3 - Aankopen 631 0,3 Verkopen - - Gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeverandering 5 - Stand einde boekjaar 636 0,3 Voor de informatie inzake directe of indirecte beleggingen in andere beleggingsinstellingen verwijzen wij u naar het jaarverslag van het externe fonds waarin wordt belegd, welke kosteloos opvraagbaar is bij uw verzekeraar en naar de aanbieder van het externe fonds Liquide middelen Betreft direct opeisbare tegoeden bij de Deutsche Bank welke in liquide vorm aanwezig en rentedragend zijn. Hierover wordt een marktconforme rente ontvangen. De kredietwaardigheid van de Deutsche Bank per ultimo 31 december 2013 is A (2012: A). Bron: Standard & Poor s. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 67

72 Fondsvermogen Inbreng participanten Het verloop gedurende het boekjaar is als volgt: t/m Stand begin boekjaar 0,3 - Geplaatst gedurende de verslagperiode 633 0,3 Ingenomen gedurende de verslagperiode - - Totaal gestort en opgevraagd kapitaal 633 0,3 Verloopoverzicht participaties Het bij derden geplaatst kapitaal bestaat uit (2012: 10) participaties. Het verloop gedurende de verslagperiode is als volgt: t/m Stand begin boekjaar 10 - Geplaatste participaties gedurende de verslagperiode Ingenomen participaties gedurende de verslagperiode - - Totaal gestort en opgevraagd kapitaal Vergelijkend overzicht fondsvermogen (bedragen in euro s) Fondsvermogen (x 1.000) 639 0,3 Aantal uitstaande aandelen Netto vermogenswaarde per aandeel 1) 26,85 25,89 1) De netto vermogenswaarde per aandeel wordt verkregen door het fondsvermogen, zoals opgenomen in de jaarrekening van het Fonds, te delen door het aantal uitstaande aandelen. Dividendvoorstel Voor het dividendvoorstel verwijzen wij naar hoofdstuk 5, Overige gegevens. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 68

73 Toelichting op de winst- en verliesrekening Gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeverandering Dit betreft de waardeverandering van de beleggingen waarin wordt belegd Beheerkosten Dit betreft een vergoeding van 0,60% (2012: 0,60%) van het gemiddeld uitstaand vermogen op jaarbasis. Deze vergoeding wordt door Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. in rekening gebracht voor het beheer van het vermogen. Deze post wordt maandelijks afgerekend Overige bedrijfskosten De overige bedrijfskosten kunnen als volgt worden onderverdeeld: t/m Overige -1 - Totaal overige bedrijfskosten -1 - Lopende kosten Over het boekjaar bedragen de Lopende kosten van het Achmea Indirect Vastgoed Fonds 0,60% (2012: 0,05%). Voor de berekeningswijze van de Lopende kosten verwijzen wij naar de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling zoals opgenomen in de jaarrekening van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 in hoofdstuk De Lopende kosten zijn opgebouwd uit de volgende componenten: Werkelijke kosten Beheerkosten Achmea Indirect Vastgoed Fonds 0,60% Vermogensbeheerkosten Robeco Property Equities 0,92% Overige bedrijfskosten -0,92% Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 69

74 3.5 Achmea lnvestment Grade Bedrijfsobligaties Fonds 2013 Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 70

75 3.5.1 Verslag van de beheerder Algemeen Hierbij bieden wij u het jaarverslag aan van Achmea Investment Grade Bedrijfsobligaties fonds over het boekjaar In dit verslag is alleen specifieke informatie opgenomen van het Fonds. Voor algemene informatie verwijzen wij u naar hoofdstuk 2.1 en hoofdstuk 2.2. Beleggingsbeleid Het Achmea Investment Grade Bedrijfsobligaties fonds belegt via de Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade vooral in Euro- en Amerikaanse bedrijfsobligaties. Er wordt voornamelijk belegd in bedrijfsobligaties met een relatief goede kredietwaardigheid ( Investment Grade ). Daarnaast wordt belegd in staatsgerelateerde obligaties met een relatief goede kredietwaardigheid ( Investment Grade ), zoals obligaties van lokale overheden of obligaties van supranationale instellingen. Tevens kan in beperkte mate worden belegd in Euro- en Amerikaanse staatsobligaties om de portefeuille tijdelijk bij te sturen. Voor nadere informatie inzake het rendement, beleggingsbeleid en de ontwikkelingen van de Beleggingspool verwijzen wij u naar het jaarverslag van de betreffende Beleggingspool, welke kosteloos opvraagbaar is bij uw verzekeraar. Tevens is deze informatie over de Beleggingspool verkort opgenomen in hoofdstuk 4. Toestand per balansdatum en ontwikkelingen gedurende het boekjaar Het Achmea Investment Grade Bedrijfsobligaties Fonds heeft in 2013 een resultaat geboekt van -133 (2012: 342). Het vermogen van het Fonds is gedurende de verslagperiode toegenomen tot 21,7 miljoen (2012: 20,3 miljoen). De toename van het Fonds is toe te schrijven aan intredingen van participanten van 1,5 miljoen en koersdalingen op de financiële markten van 0,1 miljoen. De netto vermogenswaarde per aandeel van het Fonds bedroeg ultimo ,26 wat ten opzichte van 31 december 2012 een rendement van -0,66% betekent. De vergelijkbare benchmark van het Fonds heeft over dezelfde periode een rendement van -0,27% gerealiseerd. Toelichting beleggingsresultaat De portefeuille van investment grade bedrijfsobligaties liet in 2013 een klein negatief rendement zien. Dit had te maken met de rentestijging, die vooral was uitgelokt door de aankondiging van de Amerikaanse Federal Reserve om de maandelijkse aankopen van staatsobligaties te gaan verlagen. De Amerikaanse bedrijfsobligaties presteerden daarbij minder, dan de bedrijfsobligaties in de eurozone. Voor de Europese bedrijfsobligaties gold dat de renteverschillen met de staatsobligaties verder afnamen, met name ook in de perifere landen, hetgeen positief uitwerkte op het rendement. Het beleid voor de portefeuille is actief. De overweging van de subsector financiële instellingen had een positieve impact op de relatieve performance. Daar stond tegenover dat de onderweging van de euro perifere bedrijfsobligaties enig rendement heeft gekost. Voor het beheer van de portefeuille waren per eind april 2013 twee vermogensbeheerders aangesteld, te weten F&C Netherlands B.V. en Robeco Institutional Asset Management B.V. Voor een beschrijving van de algemene marktomstandigheden, alsmede de vooruitzichten voor 2014, wordt verwezen naar het algemene verslag van directie (hoofdstuk 2.2). Risico s bij het deelnemen in beleggingsfondsen Algemeen De mogelijkheid bestaat dat uw belegging in waarde stijgt. Het is echter ook mogelijk dat uw belegging weinig tot geen inkomsten zal genereren en dat uw inleg bij een ongunstig koersverloop geheel of ten dele verloren gaat. De waardeontwikkeling van de belegging is namelijk afhankelijk van fluctuaties in prijzen van individuele financiële instrumenten waarin door het Fonds wordt belegd. Deze fluctuaties in prijzen van individuele financiële instrumenten zijn het gevolg van ontwikkelingen op de kapitaal-, effecten-, valuta- en goederenmarkten. De koers en de waarde van de beleggingen van het Fonds worden door deze fluctuaties beïnvloed met als gevolg dat de (intrinsieke) waarde (in euro) van het Fonds kan dalen. Hieronder wordt nader ingegaan op de belangrijkste risico s, in volgorde van relevantie, die de koers van het Fonds en de waarde van de financiële instrumenten waarin door het Fonds wordt belegd kunnen beïnvloeden. Om de risico s die zich voordoen zoveel mogelijk te kunnen beheersen, worden zo mogelijk maatregelen getroffen. Deze beheersmaatregelen worden continu geëvalueerd met als doel een optimale verhouding tussen rendement en risico te bereiken. Indien noodzakelijk worden de beheersmaatregelen als gevolg van de evaluatie aangepast. De genomen beheersmaatregelen worden per risico verantwoord. 1. Marktrisico De koersen van financiële instrumenten waarin wordt belegd kunnen wereldwijd of specifiek op de markten waarin wordt belegd, dalen of stijgen. Deze daling of stijging kan optreden door bijvoorbeeld de veranderde economische, politieke en algemene marktomstandigheden en/of marktomstandighedenverwachtingen alsmede door een veranderde individuele landen- of bedrijfssituatie. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 71

76 Met een actief beleid en een goede spreiding wordt het marktrisico zoveel mogelijk beperkt. Er wordt belegd in de eurozone en in de VS. Eind april 2013 waren twee vermogensbeheerders aangesteld, te weten F&C Netherlands B.V. en Robeco Institutional Asset Management B.V. Ten behoeve van het inzicht in het marktrisico is in hoofdstuk 4.4 de onderverdeling van de beleggingsportefeuille per sector en per land toegelicht. 2. Kredietwaardigheidrisico De waarde van de financiële instrumenten waarin door het Fonds wordt belegd kan worden beïnvloed door een positieve of negatieve ontwikkeling van de kredietwaardigheid van de desbetreffende landen, lagere overheden, bedrijven of instellingen, de debiteuren. Dit houdt in dat het risico door het Fonds kan worden gelopen als het desbetreffende land, lagere overheid, bedrijf of instelling niet aan zijn (financiële) verplichtingen kan voldoen. Hierdoor bestaat de mogelijkheid dat een financieel instrument met een lagere kredietwaardigheid moeilijker te verkopen is en/of dat de waarde van het financiële instrument waarin door het Fonds wordt belegd meer kan fluctueren. In de mandaten van de vermogensbeheerders zijn de nodige richtlijnen opgenomen teneinde het risicoprofiel te bewaken. Daarbij zijn richtlijnen opgenomen met betrekking tot de spreiding over landen, debiteurencategorieën, de minimale kwaliteit (rating), de omvang van de beleggingen per debiteur en de off benchmark ruimte. Binnen het mandaat geldt de rating van investment grade (BBB- en hoger) als ondergrens voor nieuwe beleggingen. Ten behoeve van het inzicht in het kredietwaardigheidrisico zijn in hoofdstuk 4.4 de onderverdeling van de beleggingsportefeuille per land en de onderverdeling naar creditrating toegelicht. 3. Renterisico Bij beleggingsfondsen die beleggen in vastrentende waarden is de waarde van de onderliggende financiële instrumenten afhankelijk van de (ontwikkelingen in de) renteniveaus van de financiële markt. De (ontwikkelingen in de) renteniveaus zijn afhankelijk van de algemene markt- en economische omstandigheden. Bij een stijgende rente zal de koers van een vastrentende waarde dalen en andersom. Om het renterisico te beperken wordt binnen de portefeuille actief ingespeeld op de te verwachte rente ontwikkelingen. Bij een verwachte rentestijging wordt de looptijd van de portefeuille verkort om minder gevoelig te zijn voor rentestijgingen. Bij een verwachte rentedaling wordt de looptijd van de portefeuille juist verlengd om te profiteren van de rentedaling. Daarnaast wordt ingespeeld op de ontwikkeling van renteverschillen tussen type obligaties of landen. Tegelijkertijd voorziet het mandaat erin dat de duratie (gewogen gemiddelde looptijd) van de portefeuille niet meer mag afwijken dan 0,75 jaar (plus en min) ten opzichte van de duratie van de benchmark. Gedurende 2013 bedroeg de duratie van de portefeuille gemiddeld 5,7 jaar (benchmark: 5,6 jaar). In hoofdstuk 4.4 is een overzicht opgenomen van de duratie van de portefeuille ten opzichte van de benchmark. 4. Liquiditeitsrisico Het is mogelijk dat een transactie (aan- of verkoop van een financieel instrument) als gevolg van het ontbreken van voldoende verhandelbaarheid niet of niet tegen een acceptabele prijs kan worden uitgevoerd. Hierdoor kan er een verlies van waarde van het financiële instrument optreden. Dit risico is relatief beperkt, omdat doorgaans alleen in liquide financiële instrumenten wordt belegd. Naar schatting 75% van de obligatiebeleggingen kan binnen één tot drie dagen worden geliquideerd, terwijl het resterende gedeelte van 25% binnen twee tot drie weken kan worden afgebouwd. 5. Risico van inflatie Inflatie (geldontwaarding) beïnvloedt de waarde van de beleggingen. Inflatie betekent dat het geld minder waard wordt. In het algemeen geldt dat bij beleggingen in zakelijke waarden (aandelen, vastgoed e.d.) de geldontwaarding op de langere termijn kan worden gecompenseerd door een hoger beleggingsrendement dan ingeval belegd wordt in vastrentende waarden (obligaties, liquiditeiten). In de koers van vastrentende waarden is in beginsel met een verwachte ontwikkeling van het inflatietempo rekening gehouden. De beleggingsopbrengsten van vastrentende waarden kunnen echter onvoldoende zijn voor de compensatie van de werkelijke inflatie. De inflatie verwachtingen worden nauwlettend gemonitord, omdat deze verwachtingen sterk gecorreleerd zijn aan de renteontwikkelingen. Bij de opbouw van de portefeuille wordt ingespeeld op het risico van inflatie. Bij een stijgende inflatieverwachting wordt de looptijd veelal verkort, omdat dit doorgaans gepaard gaat met een rentestijging. Bij een verwacht gematigd inflatieniveau past veeleer een lagere rente en daarmee verlenging van de duratie van de portefeuille. 6. Valutakoersrisico De waardeontwikkeling van de belegging waarin wordt belegd kan worden beïnvloed door valutakoersschommelingen. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen direct en indirect valutakoersrisico. Van direct valutakoersrisico is sprake indien de financiële instrumenten waarin wordt belegd, in een vreemde valuta zijn genoteerd. Hierdoor kan een verandering in de koers van een vreemde valuta ten opzichte van de euro een Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 72

77 negatief of positief effect hebben op de waarde van de beleggingen en de dividenden van het Fonds. Van indirect valutakoersrisico is sprake als er wordt belegd in financiële instrumenten van ondernemingen die hun resultaten (deels) buiten de eurozone realiseren. Het directe valutarisico naar de euro wordt afgedekt door middel van valutatermijncontracten. Ten behoeve van het inzicht in het valutarisico is in hoofdstuk 4.4 een overzicht opgenomen waarin de afdekking van valutaposities is toegelicht. 7. Kredietrisico Landen, lagere overheden, bedrijven, instellingen of een tegenpartij kunnen in gebreke blijven. Dit risico wordt zoveel mogelijk beperkt door strenge selectiecriteria te hanteren bij het selecteren van een land, lagere overheid, bedrijf, instelling of een tegenpartij. Daarbij zullen bij aan- en verkooptransacties in het algemeen slechts kortlopende vorderingen ontstaan waardoor het risico laag is, aangezien levering plaatsvindt tegen (vrijwel) gelijktijdige ontvangst van de tegenprestatie. De vermogensbeheerders voeren alleen transacties uit met brokers en tegenpartijen, die voldoen aan bepaalde minimumeisen (waaronder prijs en kredietwaardigheid). Transacties kunnen slechts worden uitgevoerd met brokers en tegenpartijen die door de risico afdeling van de vermogensbeheerder zijn goedgekeurd en in de interne processen en procedures zijn geborgd. Amsterdam, 5 juni 2014 De Beheerder Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 73

78 Hieronder de kerncijfers van het Fonds over de laatste 2 jaar en de specificatie van de beleggingsresultaten over de laatste 2 jaar. KERNCIJFERS (bedragen in euro s) Fondsvermorgen (x 1.000) Aantal uitstaande participaties Netto vermogenswaarde per participatie 1) 25,26 25,43 Lopende kosten 0,38% 0,10% 1) De netto vermogenswaarde per aandeel wordt verkregen door het fondsvermogen, zoals opgenomen in de jaarrekening van het Fonds, te delen door het aantal uitstaande aandelen. De waarde van uw beleggingen kan fluctueren. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst / Beleggingsresultaat: 2) -0,66% 1,71% Waarvan uit inkomsten 0,00% 0,00% waardeverandering -0,46% 1,74% kosten -0,20% -0,03% Benchmark 3) -0,27% 1,88% 2) Het beleggingsresultaat, op basis van de mutatie van de netto vermogenswaarde per , heeft betrekking op de periode van t/m ) De benchmark heeft betrekking op de periode t/m Volledigheidshalve geven wij hieronder de volledige naam van de hierboven gebruikte benchmark: 50% Barclays Capital US Credit Total Return Index (hedged naar euro) 50% Barclays Capital Euro Credit Total Return Index (hedged naar euro) Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 74

79 3.5.2 Jaarrekening Achmea lnvestment Grade Bedrijfsobligaties Fonds 2013 Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 75

80 Balans per 31 december (voor winstbestemming) (in duizenden euro s) ref ACTIVA Beleggingen Participaties Liquide middelen Totaal activa PASSIVA Fondsvermogen Inbreng participanten Overige reserves Onverdeeld resultaat lopend boekjaar Kortlopende schulden Overige schulden Totaal passiva Winst- en Verliesrekening over de periode 1 januari t/m 31 december (in duizenden euro s) ref OPBRENGSTEN Niet-gerealiseerde waardeverandering beleggingen t/m Totaal bedrijfsopbrengsten LASTEN Beheerkosten Totaal bedrijfslasten 40 6 Netto resultaat Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 76

81 Kasstroomoverzicht over de periode 1 januari t/m 31 december (in duizenden euro s) ref Kasstroom uit beleggingsactiviteiten t/m Netto resultaat Niet-gerealiseerde waardeverandering beleggingen Aankopen van beleggingen Verkopen van beleggingen Mutaties overige schulden Kasstroom uit financieringsactiviteiten Inbreng participanten Netto kasstroom/mutatie geldmiddelen 1 - Totaal geldmiddelen begin van de verslagperiode - - Totaal geldmiddelen eind van de verslagperiode 1 - Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 77

82 Toelichting op de balans Waarderingsgrondslagen Voor de waarderingsgrondslagen verwijzen wij naar de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling zoals opgenomen in de jaarrekening van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 in hoofdstuk Beleggingen Per 31 december 2013 heeft het Achmea Investment Grade Bedrijfsobligaties Fonds een belang van 13,82% (2012: 100%) in de Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade. Het verloop gedurende het boekjaar is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Aankopen Verkopen Gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeverandering Stand einde boekjaar Achmea Investment Grade Bedrijfsobligaties Fonds belegt in Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade, welke het actieve beleggingsbeleid voert. De omloopsnelheid van deze Beleggingspool is 139,95% (2012: 18,57%). Voor de berekeningswijze van de omloopsnelheid verwijzen wij naar de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling zoals opgenomen in de jaarrekening van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 in hoofdstuk Voor de informatie inzake directe of indirecte beleggingen in andere beleggingsinstellingen verwijzen wij u naar het jaarverslag van de betreffende Beleggingspool, welke kosteloos opvraagbaar is bij uw verzekeraar Liquide middelen Betreft direct opeisbare tegoeden bij de Deutsche Bank welke in liquide vorm aanwezig en rentedragend zijn. Hierover wordt een marktconforme rente ontvangen. De kredietwaardigheid van de Deutsche Bank per ultimo 31 december 2013 is A (2012: A). Bron: Standard & Poor s. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 78

83 Fondsvermogen Inbreng participanten Het verloop gedurende het boekjaar is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Geplaatst gedurende de verslagperiode Ingenomen gedurende de verslagperiode - - Totaal gestort en opgevraagd kapitaal Verloopoverzicht participaties Het bij derden geplaatst kapitaal bestaat uit (2012: ) participaties. Het verloop gedurende de verslagperiode is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Geplaatste participaties gedurende de verslagperiode Ingenomen participaties gedurende de verslagperiode - - Totaal gestort en opgevraagd kapitaal Overige reserves Het verloop gedurende het boekjaar is als volgt: t/m Stand begin boekjaar - - Toevoeging resultaat voorgaand boekjaar Uitgekeerd dividend - - Stand einde boekjaar Vergelijkend overzicht fondsvermogen (bedragen in euro s) Fondsvermogen (x 1.000) Aantal uitstaande aandelen Netto vermogenswaarde per aandeel 1) 25,26 25,43 1) De netto vermogenswaarde per aandeel wordt verkregen door het fondsvermogen, zoals opgenomen in de jaarrekening van het Fonds, te delen door het aantal uitstaande aandelen. Dividendvoorstel Voor het dividendvoorstel verwijzen wij naar hoofdstuk 5, Overige gegevens Kortlopende schulden De overige schulden kunnen als volgt worden onderverdeeld: Overige schulden 6 - Totaal overige schulden 6 - Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 79

84 Toelichting op de winst- en verliesrekening Gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeverandering Dit betreft de waardeverandering van de beleggingen waarin wordt belegd Beheerkosten Dit betreft een vergoeding van 0,12% tot 26 april 2013, vanaf 26 april ,20% (2012: 0,12%) van het gemiddeld uitstaand vermogen op jaarbasis. Deze vergoeding wordt door Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. in rekening gebracht voor het beheer van het vermogen. Deze post wordt maandelijks afgerekend. Lopende kosten Over het boekjaar bedragen de Lopende kosten van het Achmea Investment Grade Bedrijfsobligaties Fonds 0,38% (2012: 0,10%). Voor de berekeningswijze van de Lopende kosten verwijzen wij naar de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling zoals opgenomen in de jaarrekening van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 in hoofdstuk De Lopende kosten zijn opgebouwd uit de volgende componenten: Werkelijke kosten Beheerkosten Achmea lnvestment Grade Bedrijfsobligaties Fonds 0,20% Beheerkosten Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 0,18% Overige bedrijfskosten - Het vermogensbeheer van de Beleggingspools is uitbesteed aan F&C Netherlands B.V. en/of Robeco Institutional Asset Management B.V. Deze kosten voor vermogensbeheer worden berekend op basis van een (gestaffeld) percentage en/of een vast bedrag van het gemiddeld uitstaand fondsvermogen (afhankelijk van de vermogensbeheerder) en zijn onder beheerkosten opgenomen in de resultatenrekening van de Beleggingspools. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 80

85 3.6 Achmea Langlopende Obligaties Fonds 2013 Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 81

86 3.6.1 Verslag van de beheerder Algemeen Hierbij bieden wij u het jaarverslag aan van Achmea Langlopende Obligaties fonds over het boekjaar In dit verslag is alleen specifieke informatie opgenomen van het Fonds. Voor algemene informatie verwijzen wij u naar hoofdstuk 2.1 en hoofdstuk 2.2. Beleggingsbeleid Het Achmea Langlopende Obligaties fonds belegt via de Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties in aan een in de eurozone gevestigde beurs genoteerde obligaties, die uitgegeven zijn of gegarandeerd worden door een overheid uit de eurozone. Er wordt belegd in obligaties die een looptijd kennen van gemiddeld langer dan 20 jaar. Voor nadere informatie inzake het rendement, beleggingsbeleid en de ontwikkelingen van de Beleggingspool verwijzen wij u naar het jaarverslag van de betreffende Beleggingspool, welke kosteloos opvraagbaar is bij uw verzekeraar. Tevens is deze informatie over de Beleggingspool verkort opgenomen in hoofdstuk 4. Toestand per balansdatum en ontwikkelingen gedurende het boekjaar Het Achmea Langlopende Obligaties Fonds heeft in 2013 een resultaat geboekt van -19 (2012: 0). Het vermogen van het Fonds is gedurende de verslagperiode toegenomen tot 2,7 miljoen (2012: 0,0 miljoen). De toename van het Fonds is geheel toe te schrijven aan intredingen van participanten 2,7 miljoen. De netto vermogenswaarde per aandeel van het Fonds bedroeg ultimo ,76 wat ten opzichte van 31 december 2012 een rendement van -4,17% betekent. De vergelijkbare benchmark van het Fonds heeft over dezelfde periode een rendement van -4,13% gerealiseerd. Toelichting beleggingsresultaat De beleggingen in de portefeuille zijn geconcentreerd op staatsobligaties van de euro lidstaten met een AAA of AA rating. Dit betrof eind 2013 de eurolanden Duitsland, Nederland, Frankrijk, Oostenrijk, België, Finland en Luxemburg. Beleggingen in langlopende obligaties zijn extra gevoelig voor ontwikkelingen in de kapitaalmarktrentes. De lange rente in de euro kernlanden stond in 2013 onder opwaartse druk. Hierbij speelde de aankondiging van de Amerikaanse Federal Reserve om de maandelijkse aankopen van staatsobligaties te gaan afbouwen, een belangrijke rol. Dit dreef namelijk de Amerikaanse lange rente behoorlijk omhoog, en de lange rente in de eurozone volgde gedeeltelijk. De 30-jaarsrente op Duitse en Nederlandse staatsobligaties liepen in het vierde kwartaal op tot respectievelijk 2,75% en 2,88%. De rentestijging weerspiegelde zich in een negatief rendement op de langlopende obligaties van ruim -4% in Het beleid voor de obligatieportefeuille is erop gericht om het rendement van de benchmark zo veel mogelijk te volgen. Afwijkingen versus de benchmark blijven nochtans mogelijk, omdat er geen volledige replicatie wordt toegepast. Voor een beschrijving van de algemene marktomstandigheden, alsmede de vooruitzichten voor 2014, wordt verwezen naar het algemene verslag van directie (hoofdstuk 2.2). Risico s bij het deelnemen in beleggingsfondsen Algemeen De mogelijkheid bestaat dat uw belegging in waarde stijgt. Het is echter ook mogelijk dat uw belegging weinig tot geen inkomsten zal genereren en dat uw inleg bij een ongunstig koersverloop geheel of ten dele verloren gaat. De waardeontwikkeling van de belegging is namelijk afhankelijk van fluctuaties in prijzen van individuele financiële instrumenten waarin door het Fonds wordt belegd. Deze fluctuaties in prijzen van individuele financiële instrumenten zijn het gevolg van ontwikkelingen op de kapitaal-, effecten-, valuta- en goederenmarkten. De koers en de waarde van de beleggingen van het Fonds worden door deze fluctuaties beïnvloed met als gevolg dat de (intrinsieke) waarde (in euro) van het Fonds kan dalen. Hieronder wordt nader ingegaan op de belangrijkste risico s, in volgorde van relevantie, die de koers van het Fonds en de waarde van de financiële instrumenten waarin door het Fonds wordt belegd kunnen beïnvloeden. Om de risico s die zich voordoen zoveel mogelijk te kunnen beheersen, worden zo mogelijk maatregelen getroffen. Deze beheersmaatregelen worden continu geëvalueerd met als doel een optimale verhouding tussen rendement en risico te bereiken. Indien noodzakelijk worden de beheersmaatregelen als gevolg van de evaluatie aangepast. De genomen beheersmaatregelen worden per risico verantwoord. 1. Marktrisico De koersen van financiële instrumenten waarin wordt belegd kunnen wereldwijd of specifiek op de markten waarin wordt belegd, dalen of stijgen. Deze daling of stijging kan optreden door bijvoorbeeld de veranderde economische, politieke en algemene marktomstandigheden en/of marktomstandighedenverwachtingen alsmede door een veranderde individuele landen- of bedrijfssituatie. Voor het Fonds geldt een benchmark met alleen eurolanden met een AA of AAA rating. Dit betekent dat niet wordt belegd in staatsobligaties van euro perifere landen, zoals Spanje en Italië. Er geldt een passieve beleggingsstijl. Dat betekent dat het Fonds geen actief beleid voert om de benchmark te verslaan. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 82

87 Ten behoeve van het inzicht in het marktrisico is in hoofdstuk 4.5 de onderverdeling van de beleggingsportefeuille per sector en per land toegelicht. 2. Concentratierisico Door te beleggen in onder meer hetzelfde land, dezelfde regio, dezelfde sector, bij dezelfde debiteuren of combinaties hiervan, is de spreiding van de beleggingsportefeuille beperkt. De oorzaak van de concentratie van de portefeuille kan het gevolg zijn van het beleggingsbeleid. Een beperkter beleggingsuniversum (bijvoorbeeld een belegging in Nederland) leidt tot geringere spreidingsmogelijkheden dan een groter universum (bijvoorbeeld een belegging in de Eurozone of een wereldwijde belegging). Door het concentratierisico kunnen bepaalde gebeurtenissen die de financiële instrumenten raken van grotere invloed zijn op de waarde van de beleggingsportefeuille dan bij een minder geconcentreerde beleggingsportefeuille. Het Fonds kent een verhoogd concentratierisico, omdat het universum van langlopende euro obligaties relatief beperkt is. De beleggingen zijn gespreid over een aantal eurolanden met een relatief hoge kredietwaardigheid, te weten Duitsland, Nederland, Frankrijk, Finland, Oostenrijk, België en Luxemburg. De spreiding over de genoemde landen volgt de samenstelling van de benchmark. Ten behoeve van het inzicht in het concentratierisico zijn in hoofdstuk 4.5 de onderverdeling van de beleggingsportefeuille per sector en de beleggingen groter dan 5% van de portefeuille nader toegelicht. 3. Renterisico Bij beleggingsfondsen die beleggen in vastrentende waarden is de waarde van de onderliggende financiële instrumenten afhankelijk van de (ontwikkelingen in de) renteniveaus van de financiële markt. De (ontwikkelingen in de) renteniveaus zijn afhankelijk van de algemene markt- en economische omstandigheden. Bij een stijgende rente zal de koers van een vastrentende waarde dalen en andersom. Het mandaat voorziet erin dat de duratie (gewogen gemiddelde looptijd) van de portefeuille niet meer mag afwijken dan 0,5 jaar (plus en min) ten opzichte van de duratie van de benchmark. Deze gemiddelde duratie geeft de rentegevoeligheid van de obligatieportefeuille aan. Oftewel, aan de duratie kan worden afgelezen welke waardemutatie optreedt bij een bepaalde renteverandering. Gedurende 2013 bedroeg de duratie van de portefeuille gemiddeld 13,6 jaar (benchmark: 13,6 jaar). In hoofdstuk 4.5 is een overzicht opgenomen van de duratie van de portefeuille ten opzichte van de benchmark. 4. Kredietwaardigheidrisico De waarde van de financiële instrumenten waarin door het Fonds wordt belegd kan worden beïnvloed door een positieve of negatieve ontwikkeling van de kredietwaardigheid van de desbetreffende landen, lagere overheden, bedrijven of instellingen, de debiteuren. Dit houdt in dat het risico door het Fonds kan worden gelopen als het desbetreffende land, lagere overheid, bedrijf of instelling niet aan zijn (financiële) verplichtingen kan voldoen. Hierdoor bestaat de mogelijkheid dat een financieel instrument met een lagere kredietwaardigheid moeilijker te verkopen is en/of dat de waarde van het financiële instrument waarin door het Fonds wordt belegd meer kan fluctueren. In het mandaat met de vermogensbeheerder zijn richtlijnen opgenomen teneinde het risicoprofiel te bewaken. Daarbij zijn richtlijnen opgenomen met betrekking tot de spreiding over landen, debiteurencategorieën, de minimale kwaliteit (rating), karakter van de obligaties en de omvang van de beleggingen per debiteur. Binnen het mandaat geldt de rating van AA- als ondergrens. Dit betekent dat de beleggingen zich concentreren in de kernlanden van de eurozone en dat er geen beleggingen zijn in de euro periferie. Ten behoeve van het inzicht in het kredietwaardigheidrisico is in hoofdstuk 4.5 de onderverdeling van de beleggingsportefeuille per land en de onderverdeling naar creditrating toegelicht. 5. Risico van inflatie Inflatie (geldontwaarding) beïnvloedt de waarde van de beleggingen. Inflatie betekent dat het geld minder waard wordt. In het algemeen geldt dat bij beleggingen in zakelijke waarden (aandelen, vastgoed e.d.) de geldontwaarding op de langere termijn kan worden gecompenseerd door een hoger beleggingsrendement dan ingeval belegd wordt in vastrentende waarden (obligaties, liquiditeiten). In de koers van vastrentende waarden is in beginsel met een verwachte ontwikkeling van het inflatietempo rekening gehouden. De beleggingsopbrengsten van vastrentende waarden kunnen echter onvoldoende zijn voor de compensatie van de werkelijke inflatie. Bij de opbouw van de portefeuille wordt niet direct ingespeeld op het risico van inflatie. Er is sprake van een passief beleid, zodat het Fonds gericht is op het volgen van de benchmark. 6. Liquiditeitsrisico Het is mogelijk dat een transactie (aan- of verkoop van een financieel instrument) als gevolg van het ontbreken van voldoende verhandelbaarheid niet of niet tegen een acceptabele prijs kan worden uitgevoerd. Hierdoor kan er een verlies van waarde van het financiële instrument optreden. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 83

88 Dit risico is relatief beperkt, omdat doorgaans alleen in liquide financiële instrumenten wordt belegd. Alle obligatiebeleggingen kunnen in beginsel binnen één tot drie dagen worden geliquideerd. 7. Kredietrisico Landen, lagere overheden, bedrijven, instellingen of een tegenpartij kunnen in gebreke blijven. Dit risico wordt zoveel mogelijk beperkt door strenge selectiecriteria te hanteren bij het selecteren van een land, lagere overheid, bedrijf, instelling of een tegenpartij. Daarbij zullen bij aan- en verkooptransacties in het algemeen slechts kortlopende vorderingen ontstaan waardoor het risico laag is, aangezien levering plaatsvindt tegen (vrijwel) gelijktijdige ontvangst van de tegenprestatie. De vermogensbeheerder voert alleen transacties uit met brokers en tegenpartijen, die voldoen aan bepaalde minimumeisen (waaronder prijs en kredietwaardigheid). Transacties kunnen slechts worden uitgevoerd met brokers en tegenpartijen die door de risico-afdeling van de vermogensbeheerder zijn goedgekeurd en in de interne processen en procedures zijn geborgd. Ten behoeve van het inzicht in het kredietrisico is in hoofdstuk 4.5 de onderverdeling van de beleggingsportefeuille naar creditrating en een overzicht van de duratie van de portefeuille ten opzichte van de benchmark toegelicht. Amsterdam, 5 juni 2014 De Beheerder Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 84

89 Hieronder de kerncijfers van het Fonds over de laatste 2 jaar en de specificatie van de beleggingsresultaten over de laatste 2 jaar. KERNCIJFERS (bedragen in euro s) Fondsvermorgen (x 1.000) ,3 Aantal uitstaande participaties Netto vermogenswaarde per participatie 1) 24,76 25,83 Lopende kosten 0,22% 0,05% 1) De netto vermogenswaarde per aandeel wordt verkregen door het fondsvermogen, zoals opgenomen in de jaarrekening van het Fonds, te delen door het aantal uitstaande aandelen. De waarde van uw beleggingen kan fluctueren. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst / Beleggingsresultaat: 2) -4,17% 3,33% Waarvan uit inkomsten 0,00% 0,00% waardeverandering -4,17% 3,33% kosten 0,00% 0,00% Benchmark 3) -4,13% 3,47% 2) Het beleggingsresultaat, op basis van de mutatie van de netto vermogenswaarde per , heeft betrekking op de periode van t/m ) De benchmark heeft betrekking op de periode t/m Volledigheidshalve geven wij hieronder de volledige naam van de hierboven gebruikte benchmark: Barclays Euro Treasury 10+ AAA-AA Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 85

90 3.6.2 Jaarrekening Achmea Langlopende Obligaties Fonds 2013 Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 86

91 Balans per 31 december (voor winstbestemming) (in duizenden euro s) ref ACTIVA Beleggingen Participaties ,3 Liquide middelen Totaal activa ,3 PASSIVA Fondsvermogen Inbreng participanten ,3 Onverdeeld resultaat lopend boekjaar ,3 Totaal passiva , Winst- en Verliesrekening over de periode 1 januari t/m 31 december (in duizenden euro s) ref OPBRENGSTEN Niet-gerealiseerde waardeverandering beleggingen t/m Totaal bedrijfsopbrengsten LASTEN Totaal bedrijfslasten - - Netto resultaat Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 87

92 Kasstroomoverzicht over de periode 1 januari t/m 31 december (in duizenden euro s) ref Kasstroom uit beleggingsactiviteiten t/m Netto resultaat Niet-gerealiseerde waardeverandering beleggingen Aankopen van beleggingen ,3 Verkopen van beleggingen ,3 Kasstroom uit financieringsactiviteiten Inbreng participanten , ,3 Netto kasstroom/mutatie geldmiddelen 1 - Totaal geldmiddelen begin van de verslagperiode - - Totaal geldmiddelen eind van de verslagperiode 1 - Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 88

93 Toelichting op de balans Waarderingsgrondslagen Voor de waarderingsgrondslagen verwijzen wij naar de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling zoals opgenomen in de jaarrekening van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 in hoofdstuk Beleggingen Per 31 december 2013 heeft het Achmea Langlopende Obligaties Fonds een belang van 5,15% (2012: 0,001%) in de Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties. Het verloop gedurende het boekjaar is als volgt: t/m Stand begin boekjaar 0,3 - Aankopen ,3 Verkopen -1 - Gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeverandering Stand einde boekjaar ,3 Achmea Langlopende Obligaties Fonds belegt in Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties, welke het passieve beleggingsbeleid voert. De omloopsnelheid van deze Beleggingspool is 52,87% (2012: 11,81%). Voor de berekeningswijze van de omloopsnelheid verwijzen wij naar de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling zoals opgenomen in de jaarrekening van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 in hoofdstuk Voor de informatie inzake directe of indirecte beleggingen in andere beleggingsinstellingen verwijzen wij u naar het jaarverslag van de betreffende Beleggingspool, welke kosteloos opvraagbaar is bij uw verzekeraar Liquide middelen Betreft direct opeisbare tegoeden bij de Deutsche Bank welke in liquide vorm aanwezig en rentedragend zijn. Hierover wordt een marktconforme rente ontvangen. De kredietwaardigheid van de Deutsche Bank per ultimo 31 december 2013 is A (2012: A). Bron: Standard & Poor s. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 89

94 Fondsvermogen Inbreng participanten Het verloop gedurende het boekjaar is als volgt: t/m Stand begin boekjaar 0,3 - Geplaatst gedurende de verslagperiode ,3 Ingenomen gedurende de verslagperiode - - Totaal gestort en opgevraagd kapitaal ,3 Verloopoverzicht participaties Het bij derden geplaatst kapitaal bestaat uit (2012: 10) participaties. Het verloop gedurende de verslagperiode is als volgt: t/m Stand begin boekjaar 10 - Geplaatste participaties gedurende de verslagperiode Ingenomen participaties gedurende de verslagperiode Totaal gestort en opgevraagd kapitaal Vergelijkend overzicht fondsvermogen (bedragen in euro s) Fondsvermogen (x 1.000) ,3 Aantal uitstaande aandelen Netto vermogenswaarde per aandeel 1) 24,76 25,83 1) De netto vermogenswaarde per aandeel wordt verkregen door het fondsvermogen, zoals opgenomen in de jaarrekening van het Fonds, te delen door het aantal uitstaande aandelen. Dividendvoorstel Voor het dividendvoorstel verwijzen wij naar hoofdstuk 5, Overige gegevens. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 90

95 Toelichting op de winst- en verliesrekening Gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeverandering Dit betreft de waardeverandering van de beleggingen waarin wordt belegd Beheerkosten Dit betreft een vergoeding van 0,15% (2012: 0,15%) van het gemiddeld uitstaand vermogen op jaarbasis. Deze vergoeding wordt door Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. in rekening gebracht voor het beheer van het vermogen. Deze post wordt maandelijks afgerekend. Lopende kosten Over het boekjaar bedragen de Lopende kosten van het Achmea Langlopende Obligaties Fonds 0,22% (2012: 0,05%). Voor de berekeningswijze van de Lopende kosten verwijzen wij naar de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling zoals opgenomen in de jaarrekening van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 in hoofdstuk De Lopende kosten zijn opgebouwd uit de volgende componenten: Werkelijke kosten Beheerkosten Achmea Langlopende Obligaties Fonds 0,15% Beheerkosten Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties 0,07% Overige bedrijfskosten - Het vermogensbeheer van de Beleggingspools is uitbesteed aan F&C Netherlands B.V. en/of Robeco Institutional Asset Management B.V. Deze kosten voor vermogensbeheer worden berekend op basis van een (gestaffeld) percentage en/of een vast bedrag van het gemiddeld uitstaand fondsvermogen (afhankelijk van de vermogensbeheerder) en zijn onder beheerkosten opgenomen in de resultatenrekening van de Beleggingspools. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 91

96 3.7 Achmea Opkomende Markten Aandelen Fonds 2013 Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 92

97 3.7.1 Verslag van de beheerder Algemeen Hierbij bieden wij u het jaarverslag aan van Achmea Opkomende Markten Aandelen fonds over het boekjaar In dit verslag is alleen specifieke informatie opgenomen van het Fonds. Voor algemene informatie verwijzen wij u naar hoofdstuk 2.1 en hoofdstuk 2.2. Beleggingsbeleid Het Achmea Opkomende Markten Aandelen fonds belegt uitsluitend in het Robeco Institutioneel Emerging Markets Quant Fund, dat wereldwijd belegt in beursgenoteerde ondernemingen in opkomende markten. Tot de opkomende markten worden met name gerekend de landen in Zuid-Amerika, Azië en Oost-Europa. Deze economieën kunnen snelle groei laten zien, waardoor de risico s ook hoger kunnen zijn dan in de ontwikkelde landen. De aandelenrendementen in opkomende markten worden voornamelijk bepaald door de economische en politieke ontwikkelingen. Binnen deze landen worden de aantrekkelijkste bedrijven geselecteerd, waarbij gebruikt wordt gemaakt van een kwantitatief model. Het fonds voert een actief beleggingsbeleid. De doelstelling van het fonds is met een goed gespreide portefeuille een outperformance te bereiken ten opzichte van de benchmark. Dit betekent dat de benchmark niet wordt gevolgd. Hierdoor zijn relatief grote rendementsverschillen, afgezien van kosten zoals vermeld in dit prospectus, met de benchmark mogelijk. Als benchmark geldt de MSCI Emerging Markets Net Return Index (EUR). Robeco Institutioneel Emerging Markets Quant Fund Het Robeco Institutioneel Emerging Markets Quant Fund is een open fonds voor gemene rekening in de zin van de Wet op de Vennootschapsbelasting 1969 en wordt gevormd door het fondsvermogen, dat wordt bijeengebracht door stortingen door participanten. Het Robeco Institutioneel Emerging Markets Quant Fund wordt geacht te zijn gevestigd ten kantore van de beheerder, Robeco Institutional Asset Management B.V. ( RIAM ), te Rotterdam. Het Robeco Institutioneel Emerging Markets Quant Fund staat alleen open voor gekwalificeerde beleggers als bedoeld in de Wet op het financieel toezicht ( Wft ). RIAM is voor het aanbieden van participaties in het Robeco Institutioneel Emerging Markets Quant Fund niet vergunningplichtig ingevolge de Wft, staat niet onder toezicht van de Autoriteit Financiële Markten en kent geen eigen prospectus. Het Robeco Institutioneel Emerging Markets Quant Fund heeft op basis van artikel 28 van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 de status van een fiscale beleggingsinstelling. Voor nadere informatie inzake het rendement, beleggingsbeleid en de ontwikkelingen van de externe fondsen waarin wordt belegd, verwijzen wij u naar de jaarverslagen van de betreffende externe fondsen, welke kosteloos opvraagbaar zijn bij uw verzekeraar en naar de website van de aanbieder van het desbetreffende fonds. Toestand per balansdatum en ontwikkelingen gedurende het boekjaar Het Achmea Opkomende Markten Aandelen Fonds heeft in 2013 een resultaat geboekt van -9 (2012: 0). Het vermogen van het Fonds is gedurende de verslagperiode toegenomen tot 856 (2012: 0,3). De toename van het Fonds is voornamelijk toe te schrijven aan intredingen van participanten van 865 en een rebate van de Robeco kosten van 1 en koersdalingen op de financiële markten van 10. De netto vermogenswaarde per aandeel van het Fonds bedroeg ultimo ,58 wat ten opzichte van 31 december 2012 een rendement van -8,26% betekent. De vergelijkbare benchmark van het Fonds heeft over dezelfde periode een rendement van -6,81% gerealiseerd. Toelichting beleggingsresultaat Het Fonds belegt één op één in het Robeco Institutioneel Quant Emerging Markets Fund. Onderliggend hanteert de vermogensbeheerder een kwantitatief model om op lange termijn outperformance te bereiken. De categorie aandelen opkomende markten bleef in 2013 sterk achter bij de ontwikkelde markten. Belangrijkste oorzaak was de koerswijziging van de Amerikaanse Federal Reserve, die in het voorjaar van 2013 aankondigde het zeer ruime stimuleringsbeleid geleidelijk te gaan afbouwen. Dit lokte niet alleen een stijging van de lange rentes uit in de VS, maar ook een kapitaaluitstroom vanuit de opkomende markten. Daar kwam bij dat de Chinese economie een duidelijke groeivertraging doormaakte. Bovendien stak politieke onrust in sommige opkomende landen de kop op (zoals Egypte, Thailand, Turkije en Oekraïne). Voor dit fonds wordt het valutarisico naar de euro niet afgedekt, hetgeen in het afgelopen jaar waar sprake was van de nodige valuta onrust, nadelig heeft gewerkt. Het bovenstaande weerspiegelde zich in een negatief rendement voor het fonds van ruim -8%. Het fonds belegt één op één in het Robeco Institutioneel Quant Emerging Markets Fund. Onderliggend hanteert de vermogensbeheerder een kwantitatief model om op lange termijn outperformance te bereiken. In de opbouwfase van het Fonds is het rendement gedrukt, doordat bij nieuwe inflows de doorbelegging in het Robeco fonds gepaard ging met een tijdelijke, extra liquide positie binnen het Fonds. Doordat de omvang van het Fonds significant is toegenomen gedurende het verslagjaar en de inflows een veel beperkter deel uitmaken van het totaal, is dit effect inmiddels gemarginaliseerd. Voor een beschrijving van de algemene marktomstandigheden, alsmede de vooruitzichten voor 2014, wordt verwezen naar het algemene verslag van directie (hoofdstuk 2.2). Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 93

98 Risico s bij het deelnemen in beleggingsfondsen Algemeen De mogelijkheid bestaat dat uw belegging in waarde stijgt. Het is echter ook mogelijk dat uw belegging weinig tot geen inkomsten zal genereren en dat uw inleg bij een ongunstig koersverloop geheel of ten dele verloren gaat. De waardeontwikkeling van de belegging is namelijk afhankelijk van fluctuaties in prijzen van individuele financiële instrumenten waarin (indirect) door het Fonds wordt belegd. Deze fluctuaties in prijzen van individuele financiële instrumenten zijn het gevolg van ontwikkelingen op de kapitaal-, effecten-, valuta- en goederenmarkten. De koers en de waarde van de beleggingen van het Fonds worden door deze fluctuaties beïnvloed met als gevolg dat de (intrinsieke) waarde (in euro) van het Fonds kan dalen. Hieronder wordt nader ingegaan op de belangrijkste risico s, in volgorde van relevantie, die de koers van het Fonds en de waarde van de financiële instrumenten waarin (indirect) door het Fonds wordt belegd kunnen beïnvloeden. De risico s zijn beschreven voor het Fonds en kunnen zich voordoen op het niveau van het Fonds en/of de beleggingsinstelling(en) waarin wordt belegd en/of de financiële instrumenten waarin wordt belegd. Ten aanzien van de risico s die zich voordoen in de andere beleggingsinstelling(en) waarin door het Fonds wordt belegd, worden zo mogelijk beheersmaatregelen getroffen en verantwoord door de beheerder van de desbetreffende beleggingsinstelling(en). Het risico van beleggen in een andere beleggingsinstelling wordt beperkt door een zorgvuldige selectie en monitoring van de andere beleggingsinstelling(en). 1. Marktrisico De koersen van financiële instrumenten waarin wordt belegd kunnen wereldwijd of specifiek op de markten waarin wordt belegd, dalen of stijgen. Deze daling of stijging kan optreden door bijvoorbeeld de veranderde economische, politieke, marktomstandigheden of algemene marktomstandighedenverwachtingen alsmede door een veranderde individuele landen- of bedrijfssituatie. Ten behoeve van het inzicht in het marktrisico is in hoofdstuk 4.9 de onderverdeling van de beleggingsportefeuille per sector en zijn de 10 grootste belangen van de portefeuille toegelicht. 2. Valutakoersrisico De waardeontwikkeling van de belegging waarin wordt belegd kan worden beïnvloed door valutakoersschommelingen. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen direct en indirect valutakoersrisico. Van direct valutakoersrisico is sprake indien de financiële instrumenten waarin wordt belegd, in een vreemde valuta zijn genoteerd. Hierdoor kan een verandering in de koers van een vreemde valuta ten opzichte van de euro een negatief of positief effect hebben op de beleggingen en de dividenden van het Fonds. Van indirect valutakoersrisico is sprake als er wordt belegd in financiële instrumenten van ondernemingen die hun resultaten (deels) buiten de eurozone realiseren. 3. Portefeuillerisico Dit risico ontstaat als gevolg van de gemaakte beleggingskeuzen door de vermogensbeheerder(s) in de portefeuille. De waarde van de onderliggende financiële instrumenten fluctueert soms aanzienlijk afhankelijk van de activiteiten en resultaten van de afzonderlijke ondernemingen en/of van de algemene markt- en economische omstandigheden. 4. Concentratierisico Door te beleggen in onder meer hetzelfde land, dezelfde regio, dezelfde sector, bij dezelfde debiteuren of combinaties hiervan, is de spreiding van de beleggingsportefeuille beperkt. De oorzaak van de concentratie van de portefeuille kan het gevolg zijn van het beleggingsbeleid. Een beperkter beleggingsuniversum (bijvoorbeeld een belegging in Nederland) leidt tot geringere spreidingsmogelijkheden dan een groter universum (bijvoorbeeld een belegging in de Eurozone of een wereldwijde belegging). Door het concentratierisico kunnen bepaalde gebeurtenissen die de financiële instrumenten raken van grotere invloed zijn op de waarde van de beleggingsportefeuille dan bij een minder geconcentreerde beleggingsportefeuille. Ten behoeve van het inzicht in het concentratierisico zijn in hoofdstuk 4.9 de onderverdeling van de beleggingsportefeuille per sector en zijn de 10 grootste belangen van de portefeuille toegelicht. 5. Kredietwaardigheidrisico De waarde van de financiële instrumenten waarin door het Fonds wordt belegd kan worden beïnvloed door een positieve of negatieve ontwikkeling van de kredietwaardigheid van de desbetreffende landen, lagere overheden, bedrijven of instellingen, de debiteuren. Dit houdt in dat het risico door het Fonds kan worden gelopen als het desbetreffende land, lagere overheid, bedrijf of instelling niet aan zijn (financiële) verplichtingen kan voldoen. Hierdoor bestaat de mogelijkheid dat een financieel instrument met een lagere kredietwaardigheid moeilijker te verkopen is en/of dat de waarde van het financiële instrument waarin door het Fonds wordt belegd meer kan fluctueren. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 94

99 6. Liquiditeitsrisico Het is mogelijk dat een transactie (aan- of verkoop van een financieel instrument) als gevolg van het ontbreken van voldoende verhandelbaarheid niet of niet tegen een acceptabele prijs kan worden uitgevoerd. Hierdoor kan er een verlies van waarde van het financiële instrument optreden. 7. Kredietrisico Landen, lagere overheden, bedrijven, instellingen of een tegenpartij kunnen in gebreke blijven. Dit risico wordt zoveel mogelijk beperkt door strenge selectiecriteria te hanteren bij het selecteren van een land, lagere overheid, bedrijf, instelling of een tegenpartij. Daarbij zullen bij aan- en verkooptransacties in het algemeen slechts kortlopende vorderingen ontstaan waardoor het risico laag is, aangezien levering plaatsvindt tegen (vrijwel) gelijktijdige ontvangst van de tegenprestatie. Amsterdam, 5 juni 2014 De Beheerder Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 95

100 Hieronder de kerncijfers van het Fonds over de laatste 2 jaar en de specificatie van de beleggingsresultaten over de laatste 2 jaar. KERNCIJFERS (bedragen in euro s) Fondsvermorgen (x 1.000) 856 0,3 Aantal uitstaande participaties Netto vermogenswaarde per participatie 1) 23,58 25,68 Lopende kosten 0,45% 0,04% 1) De netto vermogenswaarde per aandeel wordt verkregen door het fondsvermogen, zoals opgenomen in de jaarrekening van het Fonds, te delen door het aantal uitstaande aandelen. De waarde van uw beleggingen kan fluctueren. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst / Beleggingsresultaat: 2) -8,26% 2,72% Waarvan uit inkomsten 0,00% 0,00% waardeverandering -9,18% 2,72% kosten 0,92% 0,00% Benchmark 3) -6,81% 3,47% 2) Het beleggingsresultaat, op basis van de mutatie van de netto vermogenswaarde per , heeft betrekking op de periode van t/m ) De benchmark heeft betrekking op de periode t/m Volledigheidshalve geven wij hieronder de volledige naam van de hierboven gebruikte benchmark: MSCI Emerging Markets Net Return Index (euro) Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 96

101 3.7.2 Jaarrekening Achmea Opkomende Markten Aandelen Fonds 2013 Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 97

102 Balans per 31 december (voor winstbestemming) (in duizenden euro s) ref ACTIVA Beleggingen Participaties 854 0,3 Liquide middelen Totaal activa 856 0,3 PASSIVA Fondsvermogen Inbreng participanten 865 0,3 Onverdeeld resultaat lopend boekjaar ,3 Totaal passiva 856 0, Winst- en Verliesrekening over de periode 1 januari t/m 31 december (in duizenden euro s) ref OPBRENGSTEN Niet-gerealiseerde waardeverandering beleggingen t/m Totaal bedrijfsopbrengsten LASTEN Overige bedrijfskosten Totaal bedrijfslasten -1 - Netto resultaat -9 - Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 98

103 Kasstroomoverzicht over de periode 1 januari t/m 31 december (in duizenden euro s) ref Kasstroom uit beleggingsactiviteiten t/m Netto resultaat -9 - Niet-gerealiseerde waardeverandering beleggingen Aankopen van beleggingen , ,3 Kasstroom uit financieringsactiviteiten Inbreng participanten , ,3 Netto kasstroom/mutatie geldmiddelen 2 - Totaal geldmiddelen begin van de verslagperiode - - Totaal geldmiddelen eind van de verslagperiode 2 - Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 99

104 Toelichting op de balans Waarderingsgrondslagen Voor de waarderingsgrondslagen verwijzen wij naar de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling zoals opgenomen in de jaarrekening van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 in hoofdstuk Beleggingen Het Achmea Opkomende Markten Aandelen Fonds belegt in participaties Robeco Institutioneel Emerging Markets Quant Fund dat wereldwijd in beursgenoteerde ondernemingen in opkomende markten belegt. Het verloop gedurende het boekjaar is als volgt: t/m Stand begin boekjaar 0,3 - Aankopen 864 0,3 Verkopen - - Gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeverandering Stand einde boekjaar 854 0,3 Voor de informatie inzake directe of indirecte beleggingen in andere beleggingsinstellingen verwijzen wij u naar het jaarverslag van het externe fonds waarin wordt belegd, welke kosteloos opvraagbaar is bij uw verzekeraar en naar de aanbieder van het externe fonds Liquide middelen Betreft direct opeisbare tegoeden bij de Deutsche Bank welke in liquide vorm aanwezig en rentedragend zijn. Hierover wordt een marktconforme rente ontvangen. De kredietwaardigheid van de Deutsche Bank per ultimo 31 december 2013 is A (2012: A). Bron: Standard & Poor s. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 100

105 Fondsvermogen Inbreng participanten Het verloop gedurende het boekjaar is als volgt: t/m Stand begin boekjaar 0,3 - Geplaatst gedurende de verslagperiode 865 0,3 Ingenomen gedurende de verslagperiode - - Totaal gestort en opgevraagd kapitaal 865 0,3 Verloopoverzicht participaties Het bij derden geplaatst kapitaal bestaat uit (2012: 10) participaties. Het verloop gedurende de verslagperiode is als volgt: t/m Stand begin boekjaar 10 - Geplaatste participaties gedurende de verslagperiode Ingenomen participaties gedurende de verslagperiode - - Totaal gestort en opgevraagd kapitaal Vergelijkend overzicht fondsvermogen (bedragen in euro s) Fondsvermogen (x 1.000) 856 0,3 Aantal uitstaande aandelen Netto vermogenswaarde per aandeel 1) 23,58 25,68 1) De netto vermogenswaarde per aandeel wordt verkregen door het fondsvermogen, zoals opgenomen in de jaarrekening van het Fonds, te delen door het aantal uitstaande aandelen. Dividendvoorstel Voor het dividendvoorstel verwijzen wij naar hoofdstuk 5, Overige gegevens. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 101

106 Toelichting op de winst- en verliesrekening Gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeverandering Dit betreft de waardeverandering van de beleggingen waarin wordt belegd Beheerkosten Dit betreft een vergoeding van 0,45% (2012: 0,45%) van het gemiddeld uitstaand vermogen op jaarbasis. Deze vergoeding wordt door Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. in rekening gebracht voor het beheer van het vermogen. Deze post wordt maandelijks afgerekend Overige bedrijfskosten De overige bedrijfskosten kunnen als volgt worden onderverdeeld: t/m Overige -1 - Totaal overige bedrijfskosten -1 - Lopende kosten Over het boekjaar bedragen de Lopende kosten van het Achmea Opkomende Markten Aandelen Fonds 0,45% (2012: 0,04%). Voor de berekeningswijze van de Lopende kosten verwijzen wij naar de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling zoals opgenomen in de jaarrekening van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 in hoofdstuk De Lopende kosten zijn opgebouwd uit de volgende componenten: Werkelijke kosten Beheerkosten Achmea Opkomende Markten Aandelen Fonds 0,45% Vermogensbeheerkosten Robeco Institutioneel Emerging Markets Quant Fund 0,78% Overige bedrijfskosten -0,78% Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 102

107 3.8 Achmea Opkomende Markten Staatsobligaties Fonds 2013 Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 103

108 3.8.1 Verslag van de beheerder Algemeen Hierbij bieden wij u het jaarverslag aan van Achmea Opkomende Markten Staatsobligaties fonds over het boekjaar In dit verslag is alleen specifieke informatie opgenomen van het Fonds. Voor algemene informatie verwijzen wij u naar hoofdstuk 2.1 en hoofdstuk 2.2. Beleggingsbeleid Het Achmea Opkomende Markten Staatsobligaties fonds belegt via de Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten voornamelijk in staatsobligaties van opkomende landen. Daarnaast wordt belegd in bedrijfsobligaties, welke zijn voorzien van staatsgarantie, van opkomende landen. Tot de opkomende markten worden met name gerekend de landen in Zuid-Amerika, Azië en Oost-Europa. Deze economieën kunnen snelle groei laten zien, waardoor de risico s ook hoger kunnen zijn dan in de ontwikkelde landen. Voor nadere informatie inzake het rendement, beleggingsbeleid en de ontwikkelingen van de Beleggingspool verwijzen wij u naar het jaarverslag van de betreffende Beleggingspool, welke kosteloos opvraagbaar is bij uw verzekeraar. Tevens is deze informatie over de Beleggingspool verkort opgenomen in hoofdstuk 4. Toestand per balansdatum en ontwikkelingen gedurende het boekjaar Het Achmea Opkomende Markten Staatsobligaties Fonds heeft in 2013 een resultaat geboekt van (2012: 606). Het vermogen van het Fonds is gedurende de verslagperiode afgenomen naar 19,9 miljoen (2012: 20,6 miljoen). De afname van het Fonds is toe te schrijven aan koersdalingen op de financiële markten van 1,2 miljoen en intredingen van participanten van 0,5 miljoen. De netto vermogenswaarde per participatie van het Fonds bedroeg ultimo ,23 wat ten opzichte van 31 december 2012 een rendement van -5,93% betekent. De vergelijkbare benchmark van het fonds heeft over dezelfde periode een rendement van -5,58% gerealiseerd. Toelichting beleggingsresultaat De portefeuille van staatsobligaties opkomende markten moest in 2013 flink terrein prijsgeven, met een negatief rendement van bijna -6%. De koerswijziging van de Amerikaanse Federal Reserve om minder staatsobligaties te gaan aankopen, leidde tot een rentestijging in de VS (en in mindere mate ook in Europa) en een uitstroom van kapitaal uit de opkomende markten. Ook de groeivertraging van de Chinese economie drukte de stemming. Verder was sprake van toenemende politieke onrust, met name in landen als Egypte, Thailand, Turkije en de Oekraïne. Dit alles leidde ook tot druk op diverse valuta s van de opkomende landen. De portefeuille belegt overwegend in obligaties luidende in dollars ( hard currency ) en is daarmee in belangrijke mate afgedekt tegen direct verlies vanwege valuta depreciaties. Het beleid voor de portefeuille is actief. Positief voor de relatieve performance waren beleggingen in staatsobligaties van Rwanda en Slovenië en de onderwogen positie voor Turkse staatsobligaties. Het relatieve rendement werd beperkt door een overwogen positie in Venezuela. Voor een beschrijving van de algemene marktomstandigheden, alsmede de vooruitzichten voor 2014, wordt verwezen naar het algemene verslag van directie (hoofdstuk 2.2). Risico s bij het deelnemen in beleggingsfondsen Algemeen De mogelijkheid bestaat dat uw belegging in waarde stijgt. Het is echter ook mogelijk dat uw belegging weinig tot geen inkomsten zal genereren en dat uw inleg bij een ongunstig koersverloop geheel of ten dele verloren gaat. De waardeontwikkeling van de belegging is namelijk afhankelijk van fluctuaties in prijzen van individuele financiële instrumenten waarin door het Fonds wordt belegd. Deze fluctuaties in prijzen van individuele financiële instrumenten zijn het gevolg van ontwikkelingen op de kapitaal-, effecten-, valuta- en goederenmarkten. De koers en de waarde van de beleggingen van het Fonds worden door deze fluctuaties beïnvloed met als gevolg dat de (intrinsieke) waarde (in euro) van het Fonds kan dalen. Hieronder wordt nader ingegaan op de belangrijkste risico s, in volgorde van relevantie, die de koers van het Fonds en de waarde van de financiële instrumenten waarin door het Fonds wordt belegd kunnen beïnvloeden. Om de risico s die zich voordoen zoveel mogelijk te kunnen beheersen, worden zo mogelijk maatregelen getroffen. Deze beheersmaatregelen worden continu geëvalueerd met als doel een optimale verhouding tussen rendement en risico te bereiken. Indien noodzakelijk worden de beheersmaatregelen als gevolg van de evaluatie aangepast. De genomen beheersmaatregelen worden verantwoord in de jaarrekening. 1. Marktrisico De koersen van financiële instrumenten waarin wordt belegd kunnen wereldwijd of specifiek op de markten waarin wordt belegd, dalen of stijgen. Deze daling of stijging kan optreden door bijvoorbeeld de veranderde economische, politieke en algemene marktomstandigheden en/of marktomstandighedenverwachtingen alsmede door een veranderde individuele landen- of bedrijfssituatie. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 104

109 Met een actief beleid en een goede spreiding binnen de portefeuille wordt het marktrisico zoveel mogelijk beperkt. Er wordt belegd in de opkomende markten. Ten behoeve van het inzicht in het marktrisico is in hoofdstuk 4.6 de onderverdeling van de beleggingsportefeuille per sector en per land toegelicht. 2. Kredietwaardigheidrisico De waarde van de financiële instrumenten waarin door het Fonds wordt belegd kan worden beïnvloed door een positieve of negatieve ontwikkeling van de kredietwaardigheid van de desbetreffende landen, lagere overheden, bedrijven of instellingen, de debiteuren. Dit houdt in dat het risico door het Fonds kan worden gelopen als het desbetreffende land, lagere overheid, bedrijf of instelling niet aan zijn (financiële) verplichtingen kan voldoen. Hierdoor bestaat de mogelijkheid dat een financieel instrument met een lagere kredietwaardigheid moeilijker te verkopen is en/of dat de waarde van het financiële instrument waarin door het Fonds wordt belegd meer kan fluctueren. In het mandaat zijn de nodige richtlijnen opgenomen teneinde het risicoprofiel te bewaken. Daarbij zijn richtlijnen opgenomen met betrekking tot de spreiding over landen, debiteurencategorieën, de omvang van de beleggingen per debiteur en de off benchmark ruimte. Ten behoeve van het inzicht in het kredietwaardigheidrisico zijn in hoofdstuk 4.6 de onderverdeling van de beleggingsportefeuille per land en de onderverdeling naar creditrating toegelicht. 3. Renterisico Bij beleggingsfondsen die beleggen in vastrentende waarden is de waarde van de onderliggende financiële instrumenten afhankelijk van de (ontwikkelingen in de) renteniveaus van de financiële markt. De (ontwikkelingen in de) renteniveaus zijn afhankelijk van de algemene markt- en economische omstandigheden. Bij een stijgende rente zal de koers van een vastrentende waarde dalen en andersom. Om het renterisico te beperken wordt binnen de portefeuille actief ingespeeld op de te verwachte rente ontwikkelingen. Bij een verwachte rentestijging wordt de looptijd van de portefeuille verkort om minder gevoelig te zijn voor rentestijgingen. Bij een verwachte rentedaling wordt de looptijd van de portefeuille juist verlengd om te profiteren van de rentedaling. Daarnaast wordt ingespeeld op de ontwikkeling van renteverschillen tussen type obligaties of landen. Tegelijkertijd voorziet het mandaat erin dat de duratie (gewogen gemiddelde looptijd) van de portefeuille niet meer mag afwijken dan 2 jaar (plus en min) ten opzichte van de duratie van de benchmark. Gedurende 2013 bedroeg de duratie van de portefeuille gemiddeld 6,0 jaar (benchmark: 6,9 jaar). In hoofdstuk 4.6 is een overzicht opgenomen van de duratie van de portefeuille ten opzichte van de benchmark. 4. Liquiditeitsrisico Het is mogelijk dat een transactie (aan- of verkoop van een financieel instrument) als gevolg van het ontbreken van voldoende verhandelbaarheid niet of niet tegen een acceptabele prijs kan worden uitgevoerd. Hierdoor kan er een verlies van waarde van het financiële instrument optreden. Dit risico is relatief beperkt, omdat doorgaans alleen in liquide financiële instrumenten wordt belegd. Naar schatting 75% van de obligatiebeleggingen kan binnen één tot drie dagen worden geliquideerd, terwijl het resterende gedeelte van 25% binnen twee tot drie weken kan worden afgebouwd. 5. Portefeuillerisico Dit risico ontstaat als gevolg van de gemaakte beleggingskeuzen door de vermogensbeheerder(s) in de portefeuille. De waarde van de onderliggende financiële instrumenten fluctueert soms aanzienlijk afhankelijk van de activiteiten en resultaten van de afzonderlijke ondernemingen en/of van de algemene markt- en economische omstandigheden. Dit risico wordt beperkt door richtlijnen in het beleggingsmandaat op te nemen, die de afwijkingen versus de benchmark binnen bepaalde bandbreedtes houden. Zo is een richtlijn opgenomen voor de zogenoemde maximale tracking error per jaar (een maatstaf voor de verwachte afwijking van het rendement ten opzichte van de benchmark). De mandaatrestricties worden dagelijks gemonitord en indien nodig wordt de portefeuille hierop bijgestuurd. 6. Valutakoersrisico De waardeontwikkeling van de belegging waarin wordt belegd kan worden beïnvloed door valutakoersschommelingen. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen direct en indirect valutakoersrisico. Van direct valutakoersrisico is sprake indien de financiële instrumenten waarin wordt belegd, in een vreemde valuta zijn genoteerd. Hierdoor kan een verandering in de koers van een vreemde valuta ten opzichte van de euro een negatief of positief effect hebben op de waarde van de beleggingen en de dividenden van het Fonds. Van indirect valutakoersrisico is sprake als er wordt belegd in financiële instrumenten van ondernemingen die hun resultaten (deels) buiten de eurozone realiseren. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 105

110 Het directe valutarisico naar de euro wordt afgedekt door middel van valutatermijncontracten. Ten behoeve van het inzicht in het valutarisico is in hoofdstuk 4.6 een overzicht opgenomen waarin de afdekking van valutaposities is toegelicht. 7. Kredietrisico Landen, lagere overheden, bedrijven, instellingen of een tegenpartij kunnen in gebreke blijven. Dit risico wordt zoveel mogelijk beperkt door strenge selectiecriteria te hanteren bij het selecteren van een land, lagere overheid, bedrijf, instelling of een tegenpartij. Daarbij zullen bij aan- en verkooptransacties in het algemeen slechts kortlopende vorderingen ontstaan waardoor het risico laag is, aangezien levering plaatsvindt tegen (vrijwel) gelijktijdige ontvangst van de tegenprestatie. De vermogensbeheerder voert alleen transacties uit met brokers en tegenpartijen, die voldoen aan bepaalde minimumeisen (waaronder prijs en kredietwaardigheid). Transacties kunnen slechts worden uitgevoerd met brokers en tegenpartijen die door de risico afdeling van de vermogensbeheerder zijn goedgekeurd en in de interne processen en procedures zijn geborgd. Amsterdam, 5 juni 2014 De Beheerder Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 106

111 Hieronder de kerncijfers van het Fonds over de laatste 2 jaar en de specificatie van de beleggingsresultaten over de laatste 2 jaar. KERNCIJFERS (bedragen in euro s) Fondsvermorgen (x 1.000) Aantal uitstaande participaties Netto vermogenswaarde per participatie 1) 24,23 25,76 Lopende kosten 0,64% 0,16% 1) De netto vermogenswaarde per aandeel wordt verkregen door het fondsvermogen, zoals opgenomen in de jaarrekening van het Fonds, te delen door het aantal uitstaande aandelen. De waarde van uw beleggingen kan fluctueren. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst / Beleggingsresultaat: 2) -5,93% 3,03% Waarvan uit inkomsten 0,00% 0,00% waardeverandering -5,82% 3,06% kosten -0,11% -0,03% Benchmark 3) -5,58% 2,36% 2) Het beleggingsresultaat, op basis van de mutatie van de netto vermogenswaarde per , heeft betrekking op de periode van t/m ) De benchmark heeft betrekking op de periode t/m Volledigheidshalve geven wij hieronder de volledige naam van de hierboven gebruikte benchmark: JP Morgan EMBI Global Diversified Total Return Index (hedged naar euro) Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 107

112 3.8.2 Jaarrekening Achmea Opkomende Markten Staatsobligaties Fonds 2013 Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 108

113 Balans per 31 december (voor winstbestemming) (in duizenden euro s) ref ACTIVA Beleggingen Participaties Liquide middelen Totaal activa PASSIVA Fondsvermogen Inbreng participanten Overige reserves Onverdeeld resultaat lopend boekjaar Totaal passiva Winst- en Verliesrekening over de periode 1 januari t/m 31 december (in duizenden euro s) ref OPBRENGSTEN Niet-gerealiseerde waardeverandering beleggingen t/m Totaal bedrijfsopbrengsten LASTEN Beheerkosten Totaal bedrijfslasten 22 6 Netto resultaat Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 109

114 Kasstroomoverzicht over de periode 1 januari t/m 31 december (in duizenden euro s) ref Kasstroom uit beleggingsactiviteiten t/m Netto resultaat Niet-gerealiseerde waardeverandering beleggingen Aankopen van beleggingen Verkopen van beleggingen Kasstroom uit financieringsactiviteiten Inbreng participanten Netto kasstroom/mutatie geldmiddelen 1 - Totaal geldmiddelen begin van de verslagperiode - - Totaal geldmiddelen eind van de verslagperiode 1 - Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 110

115 Toelichting op de balans Waarderingsgrondslagen Voor de waarderingsgrondslagen verwijzen wij naar de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling zoals opgenomen in de jaarrekening van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 in hoofdstuk Beleggingen Per 31 december 2013 heeft het Achmea Opkomende Markten Staatsobligaties Fonds een belang van 100% (2012: 100%) in de Beleggingspool Staatsobligaties Opkomende Markten. Het verloop gedurende het boekjaar is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Aankopen Verkopen Gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeverandering Stand einde boekjaar Achmea Opkomende Markten Staatsobligaties Fonds belegt in Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten, welke het actieve beleggingsbeleid voert. De omloopsnelheid van deze Beleggingspool is 223,77% (2012: 77,57%). Voor de berekeningswijze van de omloopsnelheid verwijzen wij naar de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling zoals opgenomen in de jaarrekening van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 in hoofdstuk Voor de informatie inzake directe of indirecte beleggingen in andere beleggingsinstellingen verwijzen wij u naar het jaarverslag van de betreffende Beleggingspool, welke kosteloos opvraagbaar is bij uw verzekeraar Liquide middelen Betreft direct opeisbare tegoeden bij de Deutsche Bank welke in liquide vorm aanwezig en rentedragend zijn. Hierover wordt een marktconforme rente ontvangen. De kredietwaardigheid van de Deutsche Bank per ultimo 31 december 2013 is A (2012: A). Bron: Standard & Poor s. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 111

116 Fondsvermogen Inbreng participanten Het verloop gedurende het boekjaar is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Geplaatst gedurende de verslagperiode Ingenomen gedurende de verslagperiode - - Totaal gestort en opgevraagd kapitaal Verloopoverzicht participaties Het bij derden geplaatst kapitaal bestaat uit (2012: ) participaties. Het verloop gedurende de verslagperiode is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Geplaatste participaties gedurende de verslagperiode Ingenomen participaties gedurende de verslagperiode - - Totaal gestort en opgevraagd kapitaal Overige reserves Het verloop gedurende het boekjaar is als volgt: t/m Stand begin boekjaar - - Toevoeging resultaat voorgaand boekjaar Uitgekeerd dividend - - Stand einde boekjaar Vergelijkend overzicht fondsvermogen (bedragen in euro s) Fondsvermogen (x 1.000) Aantal uitstaande aandelen Netto vermogenswaarde per aandeel 1) 24,23 25,76 1) De netto vermogenswaarde per aandeel wordt verkregen door het fondsvermogen, zoals opgenomen in de jaarrekening van het Fonds, te delen door het aantal uitstaande aandelen. Dividendvoorstel Voor het dividendvoorstel verwijzen wij naar hoofdstuk 5, Overige gegevens. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 112

117 Toelichting op de winst- en verliesrekening Gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeverandering Dit betreft de waardeverandering van de beleggingen waarin wordt belegd Beheerkosten Dit betreft een vergoeding van 0,11% (2012: 0,11%) van het gemiddeld uitstaand vermogen op jaarbasis. Deze vergoeding wordt door Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. in rekening gebracht voor het beheer van het vermogen. Deze post wordt maandelijks afgerekend. Lopende kosten Over het boekjaar bedragen de Lopende kosten van het Achmea Opkomende Markten Staatsobligaties Fonds 0,64% (2012: 0,16%). Voor de berekeningswijze van de Lopende kosten verwijzen wij naar de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling zoals opgenomen in de jaarrekening van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 in hoofdstuk De Lopende kosten zijn opgebouwd uit de volgende componenten: Werkelijke kosten Beheerkosten Achmea Opkomende Markten Staatsobligaties Fonds 0,11% Beheerkosten Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten 0,53% Overige bedrijfskosten - Het vermogensbeheer van de Beleggingspools is uitbesteed aan F&C Netherlands B.V. en/of Robeco Institutional Asset Management B.V. Deze kosten voor vermogensbeheer worden berekend op basis van een (gestaffeld) percentage en/of een vast bedrag van het gemiddeld uitstaand fondsvermogen (afhankelijk van de vermogensbeheerder) en zijn onder beheerkosten opgenomen in de resultatenrekening van de Beleggingspools. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 113

118 3.9 Achmea Wereldwijd Aandelen Fonds 2013 Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 114

119 3.9.1 Verslag van de beheerder Algemeen Hierbij bieden wij u het jaarverslag aan van Achmea Wereldwijd Aandelen fonds over het boekjaar In dit verslag is alleen specifieke informatie opgenomen van het Fonds. Voor algemene informatie verwijzen wij u naar hoofdstuk 2.1 en hoofdstuk 2.2. Beleggingsbeleid Het Achmea Wereldwijd Aandelen fonds belegt via de Beleggingspool Achmea Aandelen Wereldwijd in ondernemingen genoteerd in ontwikkelde landen in hoofdzakelijk de eurozone, Noord-Amerika en het Verre Oosten (inclusief Japan). Voor nadere informatie inzake het rendement, beleggingsbeleid en de ontwikkelingen van de Beleggingspool verwijzen wij u naar het jaarverslag van de betreffende Beleggingspool, welke kosteloos opvraagbaar is bij uw verzekeraar. Tevens is deze informatie over de Beleggingspool verkort opgenomen in hoofdstuk 4. Toestand per balansdatum en ontwikkelingen gedurende het boekjaar Het Achmea Wereldwijd Aandelen Fonds heeft in 2013 een resultaat geboekt van (2012: 347). Het vermogen van het Fonds is gedurende de verslagperiode toegenomen tot 31,6 miljoen (2012: 20,3 miljoen). De toename van het Fonds is toe te schrijven aan intredingen van participanten van 5,3 miljoen en koersstijgingen op de financiële markten van 6,0 miljoen. De netto vermogenswaarde per aandeel van het Fonds bedroeg ultimo ,53 wat ten opzichte van 31 december 2012 een rendement van 27,88% betekent. De vergelijkbare benchmark van het Fonds heeft over dezelfde periode een rendement van 28,76% gerealiseerd. Toelichting beleggingsresultaat In 2013 was sprake van een zeer hoog rendement voor de categorie aandelen wereldwijd. Het aantrekkende economische herstel, een goede winstontwikkeling van bedrijven en de lage rentestanden waren factoren die bijdroegen aan het resultaat. De focus op de ontwikkelde aandelenmarkten werkte eveneens voordelig, omdat de zogenoemde volwassen markten in het verslagjaar veel beter presteerden dan de opkomende markten. Tenslotte kan worden vermeld dat ons strategische uitgangspunt om het valutarisico naar de euro volledig te hedgen, in 2013 een flink positief verschil heeft gemaakt. De valutahedge leidde het afgelopen jaar tot een extra rendement van circa 7%-punt. Het beleid voor de aandelenportefeuille is erop gericht om het rendement van de benchmark zo veel mogelijk te volgen. Afwijkingen versus de benchmark blijven nochtans mogelijk, omdat er geen volledige replicatie wordt toegepast. Bovendien hanteert Achmea een uitsluitingenlijst, welke niet geldt voor de benchmark. Voor het beheer van de portefeuille waren per eind 2013 twee vermogensbeheerders aangesteld, te weten F&C Netherlands B.V. en Robeco Institutional Asset Management B.V. Voor een beschrijving van de algemene marktomstandigheden, alsmede de vooruitzichten voor 2014, wordt verwezen naar het algemene verslag van directie (hoofdstuk 2.2). Risico s bij het deelnemen in beleggingsfondsen Algemeen De mogelijkheid bestaat dat uw belegging in waarde stijgt. Het is echter ook mogelijk dat uw belegging weinig tot geen inkomsten zal genereren en dat uw inleg bij een ongunstig koersverloop geheel of ten dele verloren gaat. De waardeontwikkeling van de belegging is namelijk afhankelijk van fluctuaties in prijzen van individuele financiële instrumenten waarin door het Fonds wordt belegd. Deze fluctuaties in prijzen van individuele financiële instrumenten zijn het gevolg van ontwikkelingen op de kapitaal-, effecten-, valuta- en goederenmarkten. De koers en de waarde van de beleggingen van het Fonds worden door deze fluctuaties beïnvloed met als gevolg dat de (intrinsieke) waarde (in euro) van het Fonds kan dalen. Hieronder wordt nader ingegaan op de belangrijkste risico s, in volgorde van relevantie, die de koers van het Fonds en de waarde van de financiële instrumenten waarin door het Fonds wordt belegd kunnen beïnvloeden. Om de risico s die zich voordoen zoveel mogelijk te kunnen beheersen, worden zo mogelijk maatregelen getroffen. Deze beheersmaatregelen worden continu geëvalueerd met als doel een optimale verhouding tussen rendement en risico te bereiken. Indien noodzakelijk worden de beheersmaatregelen als gevolg van de evaluatie aangepast. De genomen beheersmaatregelen worden per risico verantwoord. 1. Marktrisico De koersen van financiële instrumenten waarin wordt belegd kunnen wereldwijd of specifiek op de markten waarin wordt belegd, dalen of stijgen. Deze daling of stijging kan optreden door bijvoorbeeld de veranderde economische, politieke en algemene marktomstandigheden en/of marktomstandighedenverwachtingen alsmede door een veranderde individuele landen- of bedrijfssituatie. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 115

120 Met een wereldwijde spreiding binnen de portefeuille wordt het marktrisico zoveel mogelijk beperkt. Er wordt alleen belegd in beursgenoteerde aandelen van ontwikkelde landen. Beleggingen in opkomende markten zijn binnen het mandaat niet toegestaan. Eind april 2013 waren twee vermogensbeheerders aangesteld, te weten F&C Netherlands B.V. en Robeco Institutional Asset Management B.V. Ten behoeve van het inzicht in het marktrisico is in hoofdstuk 4.7 de onderverdeling van de beleggingsportefeuille per sector en per land toegelicht. 2. Risico van het gebruik van derivaten Derivaten kunnen worden gebruikt voor de beheersing van de rendement-/risicoverhouding van het fonds. Derivaten kunnen zodanig gebruikt worden dat niet substantieel meer risico wordt gelopen dan wanneer gebruik van derivaten achterwege wordt gelaten. Verschillende factoren hebben invloed op de waarde van een derivaat. De waarde van een derivaat kan relatief veel stijgen of dalen bij een kleine koersontwikkeling. Binnen het Fonds is het gebruik van valutatermijncontracten toegestaan met als doelstelling om het valutarisico naar de euro zoveel mogelijk te beperken. Hierbij wordt een selectief beleid van tegenpartijen gehanteerd. Binnen de portefeuille is het gebruik van valutatermijncontracten toegestaan met als doelstelling om het valutarisico naar de euro zoveel mogelijk te beperken. Hierbij wordt een selectief beleid van tegenpartijen gehanteerd. Daarnaast zijn beleggingen in futures in beperkte mate toegestaan. 3. Valutakoersrisico De waardeontwikkeling van de belegging waarin wordt belegd kan worden beïnvloed door valutakoersschommelingen. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen direct en indirect valutakoersrisico. Van direct valutakoersrisico is sprake indien de financiële instrumenten waarin wordt belegd, in een vreemde valuta zijn genoteerd. Hierdoor kan een verandering in de koers van een vreemde valuta ten opzichte van de euro een negatief of positief effect hebben op de waarde van de beleggingen en de dividenden van het Fonds. Van indirect valutakoersrisico is sprake als er wordt belegd in financiële instrumenten van ondernemingen die hun resultaten (deels) buiten de eurozone realiseren. Het directe valutarisico naar de euro wordt afgedekt door middel van valutatermijncontracten. Ten behoeve van het inzicht in het valutarisico is in hoofdstuk 4.6 een overzicht opgenomen waarin de afdekking van valutaposities is toegelicht. 4. Portefeuillerisico Dit risico ontstaat als gevolg van de gemaakte beleggingskeuzen door de vermogensbeheerder(s) in de portefeuille. De waarde van de onderliggende financiële instrumenten fluctueert soms aanzienlijk afhankelijk van de activiteiten en resultaten van de afzonderlijke ondernemingen en/of van de algemene markt- en economische omstandigheden. Dit risico wordt beperkt door richtlijnen in het beleggingsmandaat op te nemen, die de afwijkingen versus de benchmark binnen bepaalde bandbreedtes houden. Zo is een richtlijn opgenomen voor de zogenoemde maximale tracking error per jaar (een maatstaf voor de verwachte afwijking van het rendement ten opzichte van de benchmark). De mandaatrestricties worden dagelijks gemonitord en indien nodig wordt de portefeuille hierop bijgestuurd. 5. Liquiditeitsrisico Het is mogelijk dat een transactie (aan- of verkoop van een financieel instrument) als gevolg van het ontbreken van voldoende verhandelbaarheid niet of niet tegen een acceptabele prijs kan worden uitgevoerd. Hierdoor kan er een verlies van waarde van het financiële instrument optreden. Dit risico is relatief beperkt, omdat doorgaans alleen in liquide financiële instrumenten wordt belegd. In de regel kunnen alle beleggingen binnen één tot drie werkdagen worden verkocht. 6. Kredietrisico Landen, lagere overheden, bedrijven, instellingen of een tegenpartij kunnen in gebreke blijven. Dit risico wordt zoveel mogelijk beperkt door strenge selectiecriteria te hanteren bij het selecteren van een land, lagere overheid, bedrijf, instelling of een tegenpartij. Daarbij zullen bij aan- en verkooptransacties in het algemeen slechts kortlopende vorderingen ontstaan waardoor het risico laag is, aangezien levering plaatsvindt tegen (vrijwel) gelijktijdige ontvangst van de tegenprestatie. De vermogensbeheerders voeren alleen transacties uit met brokers en tegenpartijen, die voldoen aan bepaalde minimumeisen (waaronder prijs en kredietwaardigheid). Transacties kunnen slechts worden uitgevoerd met brokers en tegenpartijen die door de risico afdeling van de vermogensbeheerder zijn goedgekeurd en in de interne processen en procedures zijn geborgd. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 116

121 Amsterdam, 5 juni 2014 De Beheerder Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 117

122 Hieronder de kerncijfers van het Fonds over de laatste 2 jaar en de specificatie van de beleggingsresultaten over de laatste 2 jaar. KERNCIJFERS (bedragen in euro s) Fondsvermorgen (x 1.000) Aantal uitstaande participaties Netto vermogenswaarde per participatie 1) 32,53 25,43 Lopende kosten 0,28% 0,07% 1) De netto vermogenswaarde per aandeel wordt verkregen door het fondsvermogen, zoals opgenomen in de jaarrekening van het Fonds, te delen door het aantal uitstaande aandelen. De waarde van uw beleggingen kan fluctueren. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst / Beleggingsresultaat: 2) 27,88% 1,73% Waarvan uit inkomsten 0,00% 0,00% waardeverandering 28,04% 1,75% Kosten -0,16% -0,02% Benchmark 3) 28,76% - 2) Het beleggingsresultaat, op basis van de mutatie van de netto vermogenswaarde per , heeft betrekking op de periode van t/m ) De benchmark heeft betrekking op de periode t/m Volledigheidshalve geven wij hieronder de volledige naam van de hierboven gebruikte benchmark: MSCI World TR (Hedged into EUR) Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 118

123 3.9.2 Jaarrekening Achmea Wereldwijd Aandelen Fonds 2013 Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 119

124 Balans per 31 december (voor winstbestemming) (in duizenden euro s) ref ACTIVA Beleggingen Participaties Liquide middelen Totaal activa PASSIVA Fondsvermogen Inbreng participanten Overige reserves Onverdeeld resultaat lopend boekjaar Kortlopende schulden Overige schulden Totaal passiva Winst- en Verliesrekening over de periode 1 januari t/m 31 december (in duizenden euro s) ref OPBRENGSTEN Gerealiseerde waardeverandering beleggingen Niet-gerealiseerde waardeverandering beleggingen t/m Totaal bedrijfsopbrengsten LASTEN Beheerkosten Totaal bedrijfslasten 35 4 Netto resultaat Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 120

125 Kasstroomoverzicht over de periode 1 januari t/m 31 december (in duizenden euro s) ref Kasstroom uit beleggingsactiviteiten t/m Netto resultaat Gerealiseerde waardeverandering beleggingen Niet-gerealiseerde waardeverandering beleggingen Aankopen van beleggingen Verkopen van beleggingen Mutaties overige schulden Kasstroom uit financieringsactiviteiten Inbreng participanten Netto kasstroom/mutatie geldmiddelen - 1 Totaal geldmiddelen begin van de verslagperiode 1 - Totaal geldmiddelen eind van de verslagperiode 1 1 Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 121

126 Toelichting op de balans Waarderingsgrondslagen Voor de waarderingsgrondslagen verwijzen wij naar de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling zoals opgenomen in de jaarrekening van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 in hoofdstuk Beleggingen Per 31 december 2013 heeft het Achmea Wereldwijd Aandelen Fonds een belang van 9,88% (2012: 100%) in de Beleggingspool Achmea Aandelen Wereld. Het verloop gedurende het boekjaar is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Aankopen Verkopen Gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeverandering Stand einde boekjaar Achmea Wereldwijd Aandelen Fonds belegt in Beleggingspool Achmea Aandelen Wereldwijd, welke het passieve beleggingsbeleid voert. De omloopsnelheid van deze Beleggingspool is 25,63% (2012: 36,56%). Voor de berekeningswijze van de omloopsnelheid verwijzen wij naar de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling zoals opgenomen in de jaarrekening van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 in hoofdstuk Voor de informatie inzake directe of indirecte beleggingen in andere beleggingsinstellingen verwijzen wij u naar het jaarverslag van de betreffende Beleggingspool, welke kosteloos opvraagbaar is bij uw verzekeraar Liquide middelen Betreft direct opeisbare tegoeden welke in liquide vorm aanwezig en rentedragend zijn. Hierover wordt een marktconforme rente ontvangen. De kredietwaardigheid van de Deutsche Bank per ultimo 31 december 2013 is A (2012: A). Bron: Standard & Poor s. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 122

127 Fondsvermogen Inbreng participanten Het verloop gedurende het boekjaar is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Geplaatst gedurende de verslagperiode Ingenomen gedurende de verslagperiode - - Totaal gestort en opgevraagd kapitaal Verloopoverzicht participaties Het bij derden geplaatst kapitaal bestaat uit (2012: ) participaties. Het verloop gedurende de verslagperiode is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Geplaatste participaties gedurende de verslagperiode Ingenomen participaties gedurende de verslagperiode - - Totaal gestort en opgevraagd kapitaal Overige reserves Het verloop gedurende het boekjaar is als volgt: t/m Stand begin boekjaar - - Toevoeging resultaat voorgaand boekjaar Uitgekeerd dividend - - Stand einde boekjaar Vergelijkend overzicht fondsvermogen (bedragen in euro s) Fondsvermogen (x 1.000) Aantal uitstaande aandelen Netto vermogenswaarde per aandeel 1) 32,53 25,43 1) De netto vermogenswaarde per aandeel wordt verkregen door het fondsvermogen, zoals opgenomen in de jaarrekening van het Fonds, te delen door het aantal uitstaande aandelen. Dividendvoorstel Voor het dividendvoorstel verwijzen wij naar hoofdstuk 5, Overige gegevens Kortlopende schulden De overige schulden kunnen als volgt worden onderverdeeld: Overige schulden 5 - Totaal overige schulden 5 - Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 123

128 Toelichting op de winst- en verliesrekening Gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeverandering Dit betreft de waardeverandering van de beleggingen waarin wordt belegd Beheerkosten Dit betreft een vergoeding van 0,09% tot 26 april 2013, vanaf 26 april ,14% (2012: 0,09%) van het gemiddeld uitstaand vermogen op jaarbasis. Deze vergoeding wordt door Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. in rekening gebracht voor het beheer van het vermogen. Deze post wordt maandelijks afgerekend. Lopende kosten Over het boekjaar bedragen de Lopende kosten van het Achmea Wereldwijd Aandelen Fonds 0,28% (2012: 0,07%). Voor de berekeningswijze van de Lopende kosten verwijzen wij naar de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling zoals opgenomen in de jaarrekening van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 in hoofdstuk De Lopende kosten zijn opgebouwd uit de volgende componenten: Werkelijke kosten Beheerkosten Achmea Wereldwijd Aandelen Fonds 0,14% Beheerkosten Beleggingspool Achmea Aandelen Wereldwijd 0,14% Overige bedrijfskosten - Het vermogensbeheer van de Beleggingspools is uitbesteed aan F&C Netherlands B.V. en/of Robeco Institutional Asset Management B.V. Deze kosten voor vermogensbeheer worden berekend op basis van een (gestaffeld) percentage en/of een vast bedrag van het gemiddeld uitstaand fondsvermogen (afhankelijk van de vermogensbeheerder) en zijn onder beheerkosten opgenomen in de resultatenrekening van de Beleggingspools. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 124

129 4. Informatie over de Achmea Beleggingspools en Robeco fondsen 4.1 Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro Algemeen Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro te Amsterdam (hierna ook de Beleggingspool genoemd) is een besloten fonds voor gemene rekening wat zich tot doel stelt voor rekening en risico van participanten het verwerven, houden, beheren en het vervreemden van vermogenswaarden. De Beleggingspool is een beleggingsinstelling die is vrijgesteld van Wft toezicht. De Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools die het vermogen van een Achmea Beleggingspool ten titel van beheer houdt, besteedt de beheerwerkzaamheden uit aan een zorgvuldig gekozen, te goeder naam en faam in de markt bekend staande vermogensbeheerder, bij voorkeur onderdeel uitmakend van Achmea of gelieerd daaraan. Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools (KvK ), is statutair gevestigd te Amsterdam en kantoorhoudende aan de Gatwickstraat 1, 1043 GK te Amsterdam. Het bestuur van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools wordt gevormd door Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Op 17 september 2012 zijn de voorwaarden van beheer en bewaring vastgesteld. De Beleggingspool is opgericht op 17 september 2012, de daadwerkelijke beleggingsactiviteiten zijn gestart per 1 oktober Het boekjaar van de Beleggingspool loopt van 1 januari tot en met 31 december. De jaarrekening van Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro en de op deze jaarrekening betrekking hebbende controleverklaring zijn openbaar en op aanvraag kosteloos verkrijgbaar bij uw verzekeraar. Beleggingsbeleid De Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro belegt in aan een in de eurozone gevestigde beurs genoteerde obligaties, die uitgegeven zijn of gegarandeerd worden door een overheid uit de eurozone. Het beleggingsbeleid van de Beleggingspool is erop gericht om de samenstelling van de benchmark in belangrijke mate te volgen, waarbij de uitdrukkelijke mogelijkheid bestaat om andere posities ten opzichte van de benchmark in te nemen in situaties of marktomstandigheden waarin grote marktuitslagen kunnen optreden. Afgezien van kosten zoals vermeld in het prospectus, zijn beperkte rendementsverschillen ten opzichte van de benchmark mogelijk. In het geval gebruik wordt gemaakt van de mogelijkheid om af te wijken van de benchmark, zijn relatief grote rendementsverschillen met de benchmark mogelijk. Als benchmark voor de Beleggingspool geldt de Barclays Capital Euro Aggregate Treasury Total Return index. Er kan ter optimalisering van de rendement-/risicoverhouding gebruik worden gemaakt van futures echter zodanig dat niet substantieel meer risico wordt gelopen dan wanneer gebruik van futures achterwege wordt gelaten. De debiteurenkwaliteit van staatsobligaties is minimaal BBB-. In de situatie van ratingverlagingen waardoor de debiteurenkwaliteit beneden BBB- komt, geldt dat binnen een termijn van drie maanden deze staatsobligaties worden verkocht. Deze termijn wordt aangehouden om gedwongen verkopen te verkomen. Hierbij is de benchmark methodologie leidend voor de definitie van de ratings. Dit betekent dat de ratings afkomstig moeten zijn van Standard & Poor s, Moody s of Fitch (onder toezichtstaande ratingagencies). In geval van drie ratings is de middelste rating leidend. In geval van twee ratings is de laagste rating leidend. Maximaal 5% van het Fonds mag buiten de benchmark ( off benchmark ) worden belegd. Liquiditeiten zijn toegestaan. De vermogensbeheerders van de Beleggingspool beschikken over een eigen researchteam dat gericht onderzoek doet naar ontwikkelingen binnen de verschillende sectoren, de macro-economie en de invloeden daarvan op de financiële markten wereldwijd. De Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro wordt beheerd door meerdere vermogensbeheerders (Multi Asset Management model). Hierdoor ontstaat het voordeel van spreiding van beleggingsstijlen, waarbij actief wordt gestuurd op verbetering van de verhouding tussen risico en rendement. Robeco Institutional Asset Management B.V. heeft het merendeel van het vermogen onder beheer. Het overige gedeelte wordt beheerd door F&C Netherlands B.V. Bij de selectie van vermogensbeheerders wordt beoordeeld of de beleggingsstijlen en achtergronden van de diverse vermogensbeheerders elkaar aanvullen. Beleggingsresultaat Het vermogen van de Beleggingspool is gedurende de verslagperiode toegenomen tot 142,0 miljoen (2012: 1,0 miljoen). De netto vermogenswaarde per participatie van de Beleggingspool bedroeg ultimo ,94 wat ten opzichte van 31 december 2012 een rendement van 2,56% betekent. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 125

130 Kerncijfers (bedragen in euro s) Fondsvermogen (x 1.000) Aantal uitstaande participaties , ,7080 Netto vermogenswaarde per participatie 1) 1.054, ,66 Lopende kosten 0,12% 0,03% Portefeuille omloop factor 125,21% 14,82% 1) De netto vermogenswaarde per participatie wordt verkregen door het Fondsvermogen, zoals opgenomen in de jaarrekening van de beleggingspool, te delen door het aantal uitstaande participaties. 2) De Lopende kosten en Portefeuille omloopfactor over 2012 hebben betrekking op de periode van t/m Verkorte balans per 31 december (voor winstbestemming) (in duizenden euro s) ACTIVA Beleggingen Vorderingen Liquide middelen Totaal activa PASSIVA Fondsvermogen Beleggingen 31 - Kortlopende schulden Totaal passiva Beleggingsresultaat over de periode 1 januari tot en met 31 december (in duizenden euro s) / Opbrengsten beleggingen Gerealiseerde waardeverandering Niet-gerealiseerde waardeverandering Overige bedrijfsopbrengsten 59 - Totaal opbrengst Beheerkosten Totaal bedrijfslasten Totaal beleggingsresultaat Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 126

131 Beleggingsspecificatie De onderverdeling van de beleggingen is als volgt: Obligaties Positieve futures 7 - Totaal saldo (activa) Negatieve futures Totaal saldo (passiva) Obligaties Het verloop van de obligaties gedurende de verslagperiode is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Aankopen Verkopen Gerealiseerde en niet gerealiseerde waardeveranderingen Stand einde boekjaar De onderverdeling per sector is als volgt: Staatsobligaties % % Bedrijfsobligaties % - - Afronding De onderverdeling van de staatsobligaties naar landen is als volgt: % % Italië % % Frankrijk % % Duitsland % % Spanje % % België % 63 6% Nederland % 68 7% Ierland % 23 2% Oostenrijk % 47 5% Finland % 17 2% Overige 234 0% - - Afronding % % % Geografische verdeling per Italie Frankrijk Duitsland Spanje Belgie Nederland Ierland Oostenrijk Finland Overig Geografische verdeling per De categorie Overige (2013) bestaat uit de volgende landen: Slovenië, Slowakije en Luxemburg. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 127

132 De onderverdeling per Credit Rating is als volgt: BBB % % AA % % AAA % % A 133 0% % % Credit Ratings per Credit Ratings per BBB AA AAA A 7,00 6,90 jaar duratie portefeuille duratie benchmark jaar 7,00 6,90 6,80 6,80 6,70 6,70 6,60 6,60 6,50 6,50 6,40 6,40 6,30 6,30 6,20 6,20 6,10 6,10 6,00 jan-13 feb-13 mrt-13 apr-13 mei-13 jun-13 jul-13 aug-13 sep-13 okt-13 nov-13 dec-13 6,00 Deze gemiddelde duratie geeft de rentegevoeligheid van de obligatieportefeuille aan. Oftewel, aan de duratie kan worden afgelezen welke waardemutatie optreedt bij een bepaalde renteverandering. De portefeuille kende ultimo 2013 een duratie van ongeveer 6,5 jaar. De vuistregel is dan dat bij een gemiddelde rentestijging van 1%, de waarde van de portefeuille met 6,45% (gelijk aan de duratie) zou dalen. De benchmark kent bij deze rentestijging een waardedaling 6,21%. Bij 1% rentedaling is het effect hetzelfde, maar dan in tegengestelde richting. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 128

133 Futures De mutatie in de futures gedurende de verslagperiode is als volgt: t/m Stand begin boekjaar (saldo) - - Aankopen 57 - Verkopen Gerealiseerde en niet- gerealiseerde waardeveranderingen Stand einde boekjaar (saldo) Stand einde boekjaar - positieve futures 7 - Stand einde boekjaar - negatieve futures Stand einde boekjaar (saldo) De nominale waarde van de openstaande future contracten per einde verslagperiode bedraagt: Nominale waarde (x1.000) Einddatum Euro-Schatz Future 50 mrt Euro-Bobl Future -18 mrt Euro-Bund Future 19 mrt Zekerheidsstelling futures Als zekerheid dat aan de dagelijkse marginverplichting wordt voldaan dient door de Beleggingspool een initial margin gestort te worden. Per 31 december 2013 bedroeg de waarde van de afgegeven zekerheidstelling 98 in de vorm van liquide middelen. Voor een specificatie van de beleggingen verwijzen wij u naar het jaarverslag van Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 129

134 4.2 Beleggingspool Achmea Grondstoffen Algemeen Beleggingspool Achmea Grondstoffen te Amsterdam (hierna ook de Beleggingspool genoemd) is een besloten fonds voor gemene rekening wat zich tot doel stelt voor rekening en risico van participanten het verwerven, houden, beheren en het vervreemden van vermogenswaarden. De Beleggingspool is een beleggingsinstelling die is vrijgesteld van Wft toezicht. De Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools die het vermogen van een Achmea Beleggingspool ten titel van beheer houdt, besteedt de beheerwerkzaamheden uit aan een zorgvuldig gekozen, te goeder naam en faam in de markt bekend staande vermogensbeheerder, bij voorkeur onderdeel uitmakend van Achmea of gelieerd daaraan. Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools (KvK ), is statutair gevestigd te Amsterdam en kantoorhoudende aan de Gatwickstraat 1, 1043 GK te Amsterdam. Het bestuur van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools wordt gevormd door Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Op 17 september 2012 zijn de voorwaarden van beheer en bewaring vastgesteld. De Beleggingspool is opgericht op 17 september 2012, de daadwerkelijke beleggingsactiviteiten zijn gestart per 3 december Het boekjaar van de Beleggingspool loopt van 1 januari tot en met 31 december. De jaarrekening van Beleggingspool Achmea Grondstoffen en de op deze jaarrekening betrekking hebbende controleverklaring zijn openbaar en op aanvraag kosteloos verkrijgbaar bij uw verzekeraar. Beleggingsbeleid De Beleggingspool Achmea Grondstoffen belegt door middel van financiële instrumenten in een breed scala van grondstoffen. De Beleggingspool voert een actief beleggingsbeleid. De doelstelling van de Beleggingspool Achmea Grondstoffen is met een goed gespreide portefeuille een outperformance te bereiken ten opzichte van de benchmark. Dit betekent dat de benchmark niet wordt gevolgd. Hierdoor zijn relatief grote rendementsverschillen, afgezien van kosten zoals vermeld in het prospectus, met de benchmark mogelijk. Als benchmark voor de Beleggingspool Achmea Grondstoffen geldt de Dow Jones UBS Commodity Total Return Index (hedged naar euro). Het beleggen in grondstoffen gebeurt door het afsluiten van goederentermijncontracten of andere aan grondstoffen gerelateerde grondstoffenderivaten. De waarde van deze grondstoffenderivaten is onder meer afgeleid van de waarde van de onderliggende grondstoffen. De goederentermijnmarkten bieden zeer liquide mogelijkheden voor beleggers om toegang te krijgen tot de grondstoffenmarkt. De markt is in het algemeen zeer efficiënt, maar het gegeven dat vele beleggers op hetzelfde moment posities in goederentermijncontracten vernieuwen, ook wel doorrollen genoemd, biedt goede mogelijkheden voor het toevoegen van additioneel rendement. De benchmark van de Beleggingspool Achmea Grondstoffen bestaat uit liquide goederentermijncontracten, die iedere twee maanden volgens een vast schema worden doorgerold. Dit doorrollen gaat gepaard met kosten en veroorzaakt beperkt marktdislocaties, doordat veel beleggers op exact hetzelfde moment deze activiteit uitvoeren. De Beleggingspools Achmea Grondstoffen belegt onder normale omstandigheden in commodity swaps. Dit zijn grondstoffenderivaten met dagelijkse afrekening van onderpand. Daarnaast belegt het fonds in Amerikaanse kortlopende staatsobligaties ( Treasury bills ), welke worden gebruikt als onderpand voor de commodity swaps. De commodity swaps in de Beleggingspool Achmea Grondstoffen worden door de partij met wie de commodity swaps worden gesloten volledig gedekt door een belegging in Amerikaanse kortlopende staatsobligaties (Treasury bills ). Er is derhalve geen sprake van een hefboomwerking ( leverage ) in het fonds. Daarnaast is het gebruik van valutatermijncontracten toegestaan, met als doelstelling om het valutakoersrisico naar de euro zoveel mogelijk te beperken. De vermogensbeheerder van de Beleggingspool Achmea Grondstoffen beschikt over een eigen researchteam dat gericht onderzoek doet naar ontwikkelingen binnen de verschillende sectoren, de macro-economie en de invloeden daarvan op de financiële markten wereldwijd. Beleggingsresultaat Het vermogen van de Beleggingspool is gedurende de verslagperiode toegenomen tot 33,8 miljoen (2012: 1,0 miljoen). De netto vermogenswaarde per participatie van de Beleggingspool bedroeg ultimo ,49 wat ten opzichte van 31 december 2012 een rendement van -10,76% betekent. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 130

135 Kerncijfers (bedragen in euro s) Fondsvermogen (x 1.000) Aantal uitstaande participaties , ,2500 Netto vermogenswaarde per participatie 1) 865,49 969,82 Lopende kosten 0,30% 0,03% Portefeuille omloop factor 548,22% -4,03% 1) De netto vermogenswaarde per participatie wordt verkregen door het Fondsvermogen, zoals opgenomen in de jaarrekening van de beleggingspool, te delen door het aantal uitstaande participaties. 2) De Lopende kosten en portefeuille omloopfactor over 2012 hebben betrekking op de periode van t/m Verkorte balans per 31 december (voor winstbestemming) (in duizenden euro s) ACTIVA Beleggingen Vorderingen Liquide middelen Totaal activa PASSIVA Fondsvermogen Beleggingen Totaal passiva Beleggingsresultaat over de periode 1 januari tot en met 31 december (in duizenden euro s) / Opbrengsten beleggingen Gerealiseerde waardeverandering Niet-gerealiseerde waardeverandering Overige bedrijfsopbrengsten 14 - Totaal opbrengst Beheerkosten 68 - Totaal bedrijfslasten 68 - Totaal beleggingsresultaat Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 131

136 Beleggingsspecificatie De onderverdeling van de beleggingen is als volgt: Obligaties Positieve valutatermijncontracten Positieve commodity swaps Totaal saldo (activa) Negatieve valutatermijncontracten Negatieve commodity swaps Totaal saldo (passiva) Obligaties Het verloop van de obligaties gedurende de verslagperiode is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Aankopen Verkopen Gerealiseerde en niet gerealiseerde waardeveranderingen Stand einde boekjaar Dit betreffen uitsluitend Amerikaanse kortlopende staatsobligaties ( Treasury bills ) met een credit rating AAA, welke worden gebruikt als onderpand voor de commodity swaps (zie hieronder). Valutatermijncontracten De Beleggingspool heeft de volgende uitstaande valutatermijncontracten per : Aangekochte valuta Aangekocht bedrag Verkochte valuta Verkocht bedrag Expiratie datum Ongerealiseerd resultaat EUR USD USD EUR Totaal 417 Ter vergelijking de uitstaande valutatermijncontracten per : Aangekochte valuta Aangekocht bedrag Verkochte valuta Verkocht bedrag Expiratie datum Ongerealiseerd resultaat EUR 999 USD Totaal 8 Per balansdatum zijn de valutarisico's als volgt afgedekt: Valuta Valutapositie Nominale Valutapositie voor afdekking afdekking na afdekking USD Totaal Indien de buitenlandse valuta ten opzichte van de Euro 5% daalt (ceteris paribus) dan heeft dit een negatief effect van -37 (vanwege de overwogen afdekking van het valutarisico). Bij een stijging 5% heeft dit hetzelfde effect, maar dan in tegengestelde richting. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 132

137 Commodity swaps De mutatie in de commodity swaps gedurende de verslagperiode is als volgt: t/m Stand begin boekjaar (saldo) Afgewikkelde swaps waarvoor per saldo betaald Afgewikkelde swaps waarvoor per saldo ontvangen Gerealiseerde en niet- gerealiseerde waardeveranderingen Stand einde boekjaar (saldo) Stand einde boekjaar - positieve commodity swaps Stand einde boekjaar - negatieve commodity swaps Stand einde boekjaar (saldo) De nominale waarde van de openstaande commodity swaps per einde verslagperiode bedraagt: Nominale waarde (x1.000) Einddatum Trs Fl Jctaadje 0,8000% feb Trs Fl Ul Jmab091E P 0,15% feb-14-3 Trs Fl Ul Jmab091E P 0,17% feb-14 - Trs El Djubs Commodity P 0,00% feb Trs El Djubs Commodity P 0,15% mei Trs El Enhg157P Commodity P 0,6% mei De onderverdeling per (hoofd)sector is als volgt: Energie 48 39% % Aardgas 17 14% -4 12% WTI Crude Oil 13 10% -3 9% Brent Crude Oil 8 7% -2 5% Stookolie 5 4% -1 3% Unleaded Gasoline 5 4% -1 3% Landbouw 33 28% % Sojabonen 7 5% -2 8% Mais 6 5% -2 7% Suiker 4 3% -1 3% Tarwe 4 3% -2 6% Sojabonen olie 3 3% -1 3% Sojameel 3 3% - - Katoen 3 3% -1 2% Koffie 2 2% -1 2% Kansas tarwe 1 1% - - Industriële metalen 20 17% -6 18% Koper 9 7% -2 7% Aluminium 6 5% -2 6% Zink 3 3% -1 3% Nikkel 2 2% -1 2% Edelmetalen 13 11% -4 13% Goud 10 8% -3 10% Zilver 3 3% -1 3% Vee 6 5% -2 6% Runderen 4 3% -1 4% Varkens 2 2% -1 2% Afronding % % Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 133

138 Verdeling per subsector per Aardgas WTI Crude Oil Goud Koper Brent Crude Oil Sojabonen Mais Aluminium Stookolie Unleaded Gasoline Tarwe Suiker Runderen Sojabonen olie Sojameel Katoen Zink Zilver Koffie Nikkel Varkens Kansas tarwe Verdeling per subsector per Zekerheidsstelling commodity swaps Als zekerheid dat aan de dagelijkse marginverplichting wordt voldaan dient door de Beleggingspool een initial margin gestort te worden. Per 31 december 2013 bedroeg de waarde van de afgegeven zekerheidstelling 150 in de vorm van staatsobligaties. Voor een specificatie van de beleggingen verwijzen wij u naar het jaarverslag van Beleggingspool Achmea Grondstoffen. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 134

139 4.3 Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield Algemeen Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield te Amsterdam (hierna ook de Beleggingspool genoemd) is een besloten fonds voor gemene rekening wat zich tot doel stelt voor rekening en risico van participanten het verwerven, houden, beheren en het vervreemden van vermogenswaarden. De Beleggingspool is een beleggingsinstelling die is vrijgesteld van Wft toezicht. De Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools die het vermogen van een Achmea Beleggingspool ten titel van beheer houdt, besteedt de beheerwerkzaamheden uit aan een zorgvuldig gekozen, te goeder naam en faam in de markt bekend staande vermogensbeheerder, bij voorkeur onderdeel uitmakend van Achmea of gelieerd daaraan. Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools (KvK ), is statutair gevestigd te Amsterdam en kantoorhoudende aan de Gatwickstraat 1, 1043 GK te Amsterdam. Het bestuur van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools wordt gevormd door Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Op 17 september 2012 zijn de voorwaarden van beheer en bewaring vastgesteld. De Beleggingspool is opgericht op 17 september 2012, de daadwerkelijke beleggingsactiviteiten zijn gestart per 1 oktober Het boekjaar van de Beleggingspool loopt van 1 januari tot en met 31 december. De jaarrekening van Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield en de op deze jaarrekening betrekking hebbende controleverklaring zijn openbaar en op aanvraag kosteloos verkrijgbaar bij uw verzekeraar. Beleggingsbeleid De Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield belegt wereldwijd in bedrijfsobligaties met een hoge rentevergoeding. Er wordt voornamelijk belegd in bedrijfsobligaties met een relatief lage kredietwaardigheid ( High Yield ). Het risico van het beleggen in hoogrentende obligaties is doorgaans groter dan het beleggen in laagrentende obligaties. Verwacht wordt dat het nemen van dit risico op lange termijn waarde kan toevoegen. De Beleggingspool voert een actief beleggingsbeleid. De doelstelling van de Beleggingspool is met een goed gespreide portefeuille een outperformance te bereiken ten opzichte van de benchmark. Dit betekent dat de benchmark niet wordt gevolgd. Hierdoor zijn relatief grote rendementsverschillen, afgezien van kosten zoals vermeld in het prospectus, met de benchmark mogelijk. Als samengestelde benchmark voor de Beleggingspool geldt 50% Barclays Capital US High Yield Total Return Index en 50% Barclays Capital Pan European High Yield Total Return Index 3% Cap Cash B+ x T1 UT2 LT2 (hedged naar euro). Naast de regioverdeling (50% VS 50% Pan Europa) gelden voor de benchmark enkele aanvullende bepalingen. Dit betreft een maximum benchmarkgewicht van 3% per uitgevende partij, een minimale risicorating van B en uitsluiting van achtergestelde obligaties van financiële instellingen ( Tier 1, Upper Tier 2, Lower Tier 2 ). Deze afbakening van de benchmark is gedaan teneinde de risico s die gepaard gaan met het beleggen in High Yield obligaties zo goed mogelijk te beheersen. Er kan ter optimalisering van de rendement-/risicoverhouding gebruikt worden gemaakt van futures en kredietderivaten, echter zodanig dat niet substantieel meer risico wordt gelopen dan wanneer gebruik van deze derivaten achterwege wordt gelaten. Daarnaast is het gebruik van valutatermijncontracten toegestaan, met als doelstelling om het valutarisico naar de euro zoveel mogelijk te beperken. Maximaal 15% van het fonds mag buiten de benchmark ( off benchmark ) worden belegd. Liquiditeiten zijn toegestaan. De vermogensbeheerder van de Beleggingspool beschikt over een eigen researchteam dat gericht onderzoek doet naar ontwikkelingen binnen de verschillende sectoren, de macro-economie en de invloeden daarvan op de financiële markten wereldwijd. Beleggingsresultaat Het vermogen van de Beleggingspool is gedurende de verslagperiode toegenomen tot 22,8 miljoen (2012: 20,8 miljoen). De netto vermogenswaarde per participatie van de Beleggingspool bedroeg ultimo ,31 wat ten opzichte van 31 december 2012 een rendement van 7,03% betekent. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 135

140 Kerncijfers Fondsvermogen (x 1.000) Aantal uitstaande participaties , ,4690 Netto vermogenswaarde per participatie 1) 1.112, ,21 Lopende kosten 0,53% 0,13% Portefeuille omloop factor 92,57% 11,35% 1) De netto vermogenswaarde per aandeel wordt verkregen door het fondsvermogen, zoals opgenomen in de jaarrekening van de Beleggingspool, te delen door het aantal uitstaande participaties. 2) De Lopende kosten en Portefeuille omloopfactor over 2012 hebben betrekking op de periode van t/m Verkorte balans per 31 december (voor winstbestemming) (in duizenden euro s) ACTIVA Beleggingen Vorderingen Liquide middelen Totaal activa PASSIVA Fondsvermogen Beleggingen 21 - Kortlopende schulden - 27 Totaal passiva Beleggingsresultaat over de periode 1 januari tot en met 31 december (in duizenden euro s) / Opbrengsten beleggingen Gerealiseerde waardeverandering Niet-gerealiseerde waardeverandering Totaal opbrengst Beheerkosten Overige bedrijfskosten - 1 Totaal bedrijfslasten Totaal beleggingsresultaat Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 136

141 Beleggingenspecificatie De onderverdeling van de beleggingen is als volgt: t/m Obligaties Valutatermijncontracten Totaal saldo (activa) Negatieve valutatermijncontracten Totaal saldo (passiva) Obligaties Het verloop van de obligaties gedurende de verslagperiode is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Aankopen Verkopen Gerealiseerde en niet gerealiseerde waardeveranderingen Stand einde boekjaar De onderverdeling per Credit Rating is als volgt: BB % % B % % BBB 779 4% 108 1% CCC 633 3% 467 2% Geen Rating 261 1% 105 1% % % Credit Ratings per Credit Ratings per BB B BBB CCC Geen rating De portefeuilleverdeling naar valuta is als volgt: EUR % % USD % % GPB % % % % Verdeling per valuta per Verdeling per valuta per EUR USD GPB Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 137

142 De onderverdeling van de bedrijfsobligaties naar landen is als volgt: Verenigde Staten % % Luxemburg % % Verenigd Koninkrijk % % Nederland % % Frankrijk % % Duitsland 733 3% % Italië 640 3% 317 2% Spanje 544 2% 261 1% Ierland 463 2% 495 3% Zweden 452 2% 548 3% Jersey 387 2% - - Overige 843 4% % % % Geografische verdeling per Verenigde Staten Luxemburg Verenigd Koninkrijk Nederland Frankrijk Duitsland Italie Spanje Ierland Zweden Jersey Overige Geografische verdeling per De categorie Overig (2013) bestaat uit de volgende landen: Australië, Canada, Kaaiman Eilanden, Liberië, Oostenrijk, Portugal en Singapore. 4,50 4,40 4,30 4,20 4,10 4,00 3,90 3,80 3,70 3,60 3,50 jaar duratie portefeuille duratie benchmark jan-13 feb-13 mrt-13 apr-13 mei-13 jun-13 jul-13 aug-13 sep-13 okt-13 nov-13 dec-13 jaar 4,50 4,40 4,30 4,20 4,10 4,00 3,90 3,80 3,70 3,60 3,50 Deze gemiddelde duratie geeft de rentegevoeligheid van de obligatieportefeuille aan. Oftewel, aan de duratie kan worden afgelezen welke waardemutatie optreedt bij een bepaalde renteverandering. De portefeuille kende ultimo 2013 een duratie van ongeveer 4,0 jaar. De vuistregel is dan dat bij een gemiddelde rentestijging van 1%, de waarde van de portefeuille met 4,02% (gelijk aan de duratie) zou dalen. De benchmark kent bij deze rentestijging een waardedaling 3,73%. Bij 1% rentedaling is het effect hetzelfde, maar dan in tegengestelde richting. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 138

143 Valutatermijncontracten De Beleggingspool heeft de volgende uitstaande valutatermijncontracten per : Aangekochte valuta Aangekocht bedrag Verkochte valuta Verkocht bedrag Expiratiedatum Ongerealiseerd resultaat USD 216 EUR USD EUR EUR GBP EUR 253 GBP EUR USD Totaal 115 Ter vergelijking de uitstaande valutatermijncontracten per : Aangekochte valuta Aangekocht bedrag Verkochte valuta Verkocht bedrag Expiratiedatum Ongerealiseerd resultaat EUR 13 USD EUR GBP EUR USD Totaal 123 Per balansdatum zijn de valutarisico's als volgt afgedekt: Valuta Valutapositie Nominale Valutapositie voor afdekking afdekking na afdekking GBP USD Totaal Indien de buitenlandse valuta ten opzichte van de Euro 5% daalt (ceteris paribus) dan heeft dit een negatief effect van -15 (vanwege de overwogen afdekking van het valutarisico). Bij een stijging 5% heeft dit hetzelfde effect, maar dan in tegengestelde richting. Voor een specificatie van de beleggingen verwijzen wij u naar het jaarverslag van Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 139

144 4.4 Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade Algemeen Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade te Amsterdam (hierna ook de Beleggingspool genoemd) is een besloten fonds voor gemene rekening wat zich tot doel stelt voor rekening en risico van participanten het verwerven, houden, beheren en het vervreemden van vermogenswaarden. De Beleggingspool is een beleggingsinstelling die is vrijgesteld van Wft toezicht. De Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools die het vermogen van een Achmea Beleggingspool ten titel van beheer houdt, besteedt de beheerwerkzaamheden uit aan een zorgvuldig gekozen, te goeder naam en faam in de markt bekend staande vermogensbeheerder, bij voorkeur onderdeel uitmakend van Achmea of gelieerd daaraan. Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools (KvK ), is statutair gevestigd te Amsterdam en kantoorhoudende aan de Gatwickstraat 1, 1043 GK te Amsterdam. Het bestuur van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools wordt gevormd door Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Op 17 september 2012 zijn de voorwaarden van beheer en bewaring vastgesteld. De Beleggingspool is opgericht op 17 september 2012, de daadwerkelijke beleggingsactiviteiten zijn gestart per 1 oktober Het boekjaar van de Beleggingspool loopt van 1 januari tot en met 31 december. De jaarrekening van Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade en de op deze jaarrekening betrekking hebbende controleverklaring zijn openbaar en op aanvraag kosteloos verkrijgbaar bij uw verzekeraar. Beleggingsbeleid De Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade belegt vooral in Euro- en Amerikaanse bedrijfsobligaties. Er wordt voornamelijk belegd in bedrijfsobligaties met een relatief goede kredietwaardigheid ( Investment Grade ). Daarnaast wordt belegd in staatsgerelateerde obligaties met een relatief goede kredietwaardigheid ( Investment Grade ), zoals obligaties van lokale overheden of obligaties van supranationale instellingen. Tevens kan in beperkte mate worden belegd in Euro- en Amerikaanse staatsobligaties om de portefeuille tijdelijk bij te sturen. De Beleggingspool voert een actief beleggingsbeleid. De doelstelling van de Beleggingspool is met een goed gespreide portefeuille een outperformance te bereiken ten opzichte van de benchmark. Dit betekent dat de benchmark niet wordt gevolgd. Hierdoor zijn relatief grote rendementsverschillen, afgezien van kosten zoals vermeld in dit prospectus, met de benchmark mogelijk. Als samengestelde benchmark voor de Beleggingspool geldt 50% Barclays Capital US Credit Total Return Index en 50% Barclays Capital Euro Credit Total Return Index (hedged naar euro). Er kan ter optimalisering van de rendement-/risicoverhouding gebruik worden gemaakt van futures en kredietderivaten, echter zodanig dat niet substantieel meer risico wordt gelopen dan wanneer gebruik van deze derivaten achterwege wordt gelaten. Daarnaast is het gebruik van valutatermijncontracten toegestaan, met als doelstelling om het valutarisico naar de euro zoveel mogelijk te beperken. De debiteurenkwaliteit is minimaal BBB-. In de situatie van ratingverlaging mag voor maximaal 4% lager dan BBB- worden aangehouden, echter niet langer dan 6 maanden. Hierbij is de benchmark methodologie leidend voor de definitie van de ratings. Dit betekent dat de ratings afkomstig moeten zijn van Standard & Poor s, Moody s of Fitch (onder toezichtstaande ratingagencies). In geval van drie ratings is de middelste rating leidend. In geval van twee ratings is de laagste rating leidend. Maximaal 15% van het fonds mag buiten de benchmark ( off benchmark ) worden belegd. Liquiditeiten zijn toegestaan. De vermogensbeheerders van de Beleggingspool beschikken over een eigen researchteam dat gericht onderzoek doet naar ontwikkelingen binnen de verschillende sectoren, de macro-economie en de invloeden daarvan op de financiële markten wereldwijd. De Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade wordt beheerd door meerdere vermogensbeheerders (Multi Asset Management model). Hierdoor ontstaat het voordeel van spreiding van beleggingsstijlen, waarbij actief wordt gestuurd op verbetering van de verhouding tussen risico en rendement. Robeco Institutional Asset Management B.V. heeft het merendeel van het vermogen onder beheer. Het overige gedeelte wordt beheerd door F&C Netherlands B.V. Bij de selectie van vermogensbeheerders wordt beoordeeld of de beleggingsstijlen en achtergronden van de diverse vermogensbeheerders elkaar aanvullen. Beleggingsresultaat Het vermogen van de Beleggingspool is gedurende de verslagperiode toegenomen tot 156,7 miljoen (2012: 20,3 miljoen). De netto vermogenswaarde per participatie van de Beleggingspool bedroeg ultimo ,67 wat ten opzichte van 31 december 2012 een rendement van -0,47% betekent. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 140

145 Kerncijfers (bedragen in euro s) Fondsvermogen (x 1.000) Aantal uitstaande participaties , ,1760 Netto vermogenswaarde per participatie 1) 1.012, ,41 Lopende kosten 0,18% 0,07% Portefeuille omloop factor 139,95% 18,57% 1) De netto vermogenswaarde per participatie wordt verkregen door het Fondsvermogen, zoals opgenomen in de jaarrekening van de beleggingspool, te delen door het aantal uitstaande participaties. 2) De Lopende kosten en Portefeuille omloopfactor over 2012 hebben betrekking op de periode van t/m Verkorte balans per 31 december (voor winstbestemming) (in duizenden euro s) ACTIVA Beleggingen Vorderingen Liquide middelen Totaal activa PASSIVA Fondsvermogen Beleggingen Kortlopende schulden Totaal passiva Beleggingsresultaat over de periode 1 januari tot en met 31 december (in duizenden euro s) / Opbrengsten beleggingen Gerealiseerde waardeverandering Niet-gerealiseerde waardeverandering Overige bedrijfsopbrengsten Totaal opbrengst Beheerkosten Overige bedrijfskosten - 1 Totaal bedrijfslasten Totaal beleggingsresultaat Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 141

146 Beleggingsspecificatie De onderverdeling van de beleggingen is als volgt: Obligaties Positieve valutatermijncontracten Positieve futures Totaal saldo (activa) Negatieve valutatermijncontracten Negatieve futures Totaal saldo (passiva) Obligaties Het verloop van de obligaties gedurende de verslagperiode is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Aankopen Verkopen Gerealiseerde en niet gerealiseerde waardeveranderingen Stand einde boekjaar De onderverdeling per sector is als volgt: Bedrijfsobligaties % % Staatsobligaties % % Afronding % % % Verdeling per sector per Verdeling per sector per Bedrijfsobligaties Staatsobligaties De onderverdeling per Credit Rating is als volgt: BBB % % A % % AA % % AAA % % BB 93 0% - - Afronding % % % Credit Ratings per BBB A AA AAA BB Credit Ratings per Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 142

147 De onderverdeling van de bedrijfsobligaties naar landen is als volgt: Verenigde Staten % % Nederland % % Verenigd Koninkrijk % % Frankrijk % % Duitsland % 553 3% Zweden % 330 2% Mexico % - - Noorwegen % 388 2% Zwitserland % 344 2% Ierland % 373 2% Spanje % 320 2% Luxemburg % 429 2% Kaaiman Eilanden % - - België % 196 1% Australië 999 1% 339 2% Italië 995 1% 490 3% Overige % % % % Geografische verdeling per Verenigde Staten Nederland Verenigd Koninkrijk Frankrijk Duitsland Zweden Mexico Noorwegen Zwitserland Ierland Spanje Luxemburg Kaaiman Eilanden België Australië Italië Overige Geografische verdeling per De categorie Overige (2013) bestaat uit de volgende landen: Denemarken, Canada, Jersey, Verenigde Arabische Emiraten en Zuid-Korea. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 143

148 De onderverdeling van de staatsobligaties naar landen is als volgt: Supranationaal % % Duitsland % 101 5% Verenigde Staten 735 4% - - Canada 111 1% 117 5% Denemarken 51 0% 52 2% Overige 200 1% % % % Geografische verdeling per Geografische verdeling per Supranationaal Duitsland Verenigde Staten Canada Denemarken Overige De categorie Overige (2013) bestaat uit de volgende landen: Brazilië, Polen en Zuid-Korea. In 2012 bestond deze categorie uit dezelfde landen. De portefeuilleverdeling naar valuta is als volgt: USD % % EUR % % % % Verdeling per valuta per Verdeling per valuta per USD EUR Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 144

149 6,00 5,90 5,80 5,70 5,60 5,50 5,40 jaar jaar 6,00 5,90 5,80 5,70 5,60 5,50 5,40 5,30 5,20 duratie portefeuille duratie benchmark 5,30 5,20 5,10 5,10 5,00 jan-13 feb-13 mrt-13 apr-13 mei-13 jun-13 jul-13 aug-13 sep-13 okt-13 nov-13 dec-13 5,00 Deze gemiddelde duratie geeft de rentegevoeligheid van de obligatieportefeuille aan. Oftewel, aan de duratie kan worden afgelezen welke waardemutatie optreedt bij een bepaalde renteverandering. De portefeuille kende ultimo 2013 een duratie van ongeveer 5,7 jaar. De vuistregel is dan dat bij een gemiddelde rentestijging van 1%, de waarde van de portefeuille met 5,68% (gelijk aan de duratie) zou dalen. De benchmark kent bij deze rentestijging een waardedaling 5,57%. Bij 1% rentedaling is het effect hetzelfde, maar dan in tegengestelde richting. In de Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade is het concentratierisico op individuele beleggingen beperkt aangezien er in de beleggingsportefeuille geen individuele beleggingen zijn opgenomen groter dan 5% van de portefeuille. Futures De mutatie in de futures gedurende de verslagperiode is als volgt: t/m Stand begin boekjaar (saldo) Aankopen Verkopen Gerealiseerde en niet- gerealiseerde waardeveranderingen Stand einde boekjaar (saldo) Stand einde boekjaar - positieve futures Stand einde boekjaar - negatieve futures Stand einde boekjaar (saldo) De nominale waarde van de openstaande future contracten per bedraagt: Nominale waarde (x1.000) Einddatum Euro-Schatz Future 66 mrt Euro-Bobl Future -10 mrt Euro-Bund Future -26 mrt Euro Buxl 30 Yr Bond Future 14 mrt Us 2Yr Treasury Nts Future 57 mrt Us 5Yr Treasury Nts Future 58 mrt Us 10Yr Treasury Nts Future -258 mrt Us Treasury Bond Future 63 mrt Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 145

150 Ter vergelijking de nominale waarde van de openstaande future contracten per : Nominale waarde (x1.000) Einddatum Euro-Schatz Future 12 mrt Euro-Bobl Future -4 mrt Euro-Bund Future -7 mrt Euro Buxl 30 Yr Bond Future 1 mrt Us 2Yr Treasury Nts Future 3 mrt Us 5Yr Treasury Nts Future -2 mrt Us 10Yr Treasury Nts Future -2 mrt Us Treasury Bond Future 7 mrt Zekerheidsstelling futures Als zekerheid dat aan de dagelijkse marginverplichting wordt voldaan dient door de Beleggingspool een initial margin gestort te worden. Per 31 december 2013 bedroeg de waarde van de afgegeven zekerheidstelling 236 in cash. Valutatermijncontracten De Beleggingspool heeft de volgende uitstaande valutatermijncontracten per : Aangekochte valuta Aangekocht bedrag Verkochte valuta Verkocht bedrag Expiratiedatum Ongerealiseerd resultaat EUR 2 USD EUR USD EUR USD USD EUR USD EUR Totaal Ter vergelijking de uitstaande valutatermijncontracten per : Aangekochte valuta Aangekocht bedrag Verkochte valuta Verkocht bedrag Expiratiedatum Ongerealiseerd resultaat EUR 1 USD USD 2 EUR EUR USD Totaal 142 De valutarisico s zijn als volgt afgedekt (incl. futures) per : Valuta Valutapositie Nominale Valutapositie voor afdekking afdekking na afdekking USD Totaal Indien de buitenlandse valuta ten opzichte van de Euro 5% daalt (ceteris paribus) dan heeft dit een negatief effect van -84 (vanwege de overwogen afdekking van het valutarisico). Bij een stijging 5% heeft dit hetzelfde effect, maar dan in tegengestelde richting. Voor een specificatie van de beleggingen verwijzen wij u naar het jaarverslag van Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 146

151 4.5 Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties Algemeen Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties te Amsterdam (hierna ook de Beleggingspool genoemd) is een besloten fonds voor gemene rekening wat zich tot doel stelt voor rekening en risico van participanten het verwerven, houden, beheren en het vervreemden van vermogenswaarden. De Beleggingspool is een beleggingsinstelling die is vrijgesteld van Wft toezicht. De Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools die het vermogen van een Achmea Beleggingspool ten titel van beheer houdt, besteedt de beheerwerkzaamheden uit aan een zorgvuldig gekozen, te goeder naam en faam in de markt bekend staande vermogensbeheerder, bij voorkeur onderdeel uitmakend van Achmea of gelieerd daaraan. Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools (KvK ), is statutair gevestigd te Amsterdam en kantoorhoudende aan de Gatwickstraat 1, 1043 GK te Amsterdam. Het bestuur van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools wordt gevormd door Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Op 17 september 2012 zijn de voorwaarden van beheer en bewaring vastgesteld. De Beleggingspool is opgericht op 17 september 2012, de daadwerkelijke beleggingsactiviteiten zijn gestart per 24 september Het boekjaar van de Beleggingspool loopt van 1 januari tot en met 31 december. De jaarrekening van Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties en de op deze jaarrekening betrekking hebbende controleverklaring zijn openbaar en op aanvraag kosteloos verkrijgbaar bij uw verzekeraar. Beleggingsbeleid De Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties belegt in aan een in de eurozone gevestigde beurs genoteerde obligaties, die uitgegeven zijn of gegarandeerd worden door een overheid uit de eurozone. Er wordt belegd in obligaties die een looptijd kennen van gemiddeld langer dan 20 jaar. De Beleggingspool voert een passief beleggingsbeleid. De doelstelling van de Beleggingspool is om de benchmark te volgen. Met enhanced indexing wordt de samenstelling van de benchmark in belangrijke mate gevolgd. Er is geen sprake van volledige replicatie (nabootsing) van de benchmark. Hierdoor zijn beperkte rendementsverschillen, afgezien van kosten zoals vermeld in het prospectus, ten opzichte van de benchmark mogelijk. Er is gekozen voor enhanced indexing uit oogpunt van optimalisering van het rendement-risicoprofiel. Als benchmark voor de Beleggingspool geldt de Barclays Euro Treasury 10+ yrs AAA-AA index (Total Return). Er kan ter optimalisering van de rendement-/risicoverhouding gebruik worden gemaakt van futures, echter zodanig dat niet substantieel meer risico wordt gelopen dan wanneer gebruik van futures achterwege wordt gelaten. Liquiditeiten zijn toegestaan. De debiteurenkwaliteit is minimaal AA-. Hierbij is de benchmark methodologie leidend voor de definitie van de ratings. Dit betekent dat de ratings afkomstig moeten zijn van Standard & Poor s, Moody s of Fitch (onder toezichtstaande ratingagencies). In geval van drie ratings is de middelste rating leidend. In geval van twee ratings is de laagste rating leidend. Maximaal 5% van het fonds mag buiten de benchmark ( off benchmark ) worden belegd. De vermogensbeheerder van de Beleggingspool, beschikt over een eigen researchteam, dat onder meer gericht is op onderzoek naar macro-economische veranderingen in de eurozone alsmede de ontwikkelingen op de kapitaalmarkt. Beleggingsresultaat Het vermogen van de Beleggingspool is gedurende de verslagperiode toegenomen tot 53,0 miljoen (2012: 42,2 miljoen). De netto vermogenswaarde per participatie van de Beleggingspool bedroeg ultimo ,41 wat ten opzichte van 31 december 2012 een rendement van -4,10% betekent. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 147

152 Kerncijfers (bedragen in euro s) Fondsvermogen (x 1.000) Aantal uitstaande participaties , ,0450 Netto vermogenswaarde per participatie 1) 1.007, ,45 Lopende kosten 0,07% 0,02% Portefeuille omloop factor 52,87% 11,81% 1) De netto vermogenswaarde per aandeel wordt verkregen door het fondsvermogen, zoals opgenomen in de jaarrekening van de Beleggingspool, te delen door het aantal uitstaande participaties. 2) De Lopende kosten en portefeuille omloopfactor over 2012 hebben betrekking op de periode van t/m Verkorte balans per 31 december (voor winstbestemming) (in duizenden euro s) ACTIVA Beleggingen Vorderingen Liquide middelen Totaal activa PASSIVA Fondsvermogen Kortlopende schulden Totaal passiva Beleggingsresultaat over de periode 1 januari tot en met 31 december (in duizenden euro s) / Opbrengsten beleggingen Gerealiseerde waardeverandering Niet-gerealiseerde waardeverandering Overige bedrijfsopbrengsten 9 2 Totaal opbrengst Beheerkosten 35 8 Totaal bedrijfslasten 35 8 Totaal beleggingsresultaat Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 148

153 Beleggingenspecificatie Het verloop van de obligaties gedurende de verslagperiode is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Toename door herstructurering Aankopen Verkopen Gerealiseerde en niet gerealiseerde waardeveranderingen Stand einde boekjaar De onderverdeling per Credit Rating is als volgt: AAA % % AA % % % % Credit Ratings per Credit Ratings per AAA AA De Beleggingspool loopt door de keuze van zijn beleggingen concentratierisico ten aanzien van de volgende beleggingen welke groter zijn dan 5% van de portefeuille: France Government bond OAT 3.500% 04/25/2026 DD 04/25/10 8,60% 5,91% France Government bond OAT 5.750% 10/25/2032 5,29% - France Government bond OAT 4.250% 10/25/2023-9,19% Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 149

154 De onderverdeling van de staatsobligaties naar landen is als volgt: Frankrijk % % Duitsland % % België % % Nederland % % Oostenrijk % % Finland 978 2% 681 2% Luxemburg 36 0% % % Geografische verdeling per Geografische verdeling per Frankrijk Duitsland België Nederland Oostenrijk Finland Luxemburg jaar 14,20 14,10 14,00 13,90 13,80 13,70 13,60 13,50 13,40 13,30 duratie portefeuille duratie benchmark jaar 14,20 14,10 14,00 13,90 13,80 13,70 13,60 13,50 13,40 13,30 13,20 jan-13 feb-13 mrt-13 apr-13 mei-13 jun-13 jul-13 aug-13 sep-13 okt-13 nov-13 dec-13 13,20 Deze gemiddelde duratie geeft de rentegevoeligheid van de obligatieportefeuille aan. Oftewel, aan de duratie kan worden afgelezen welke waardemutatie optreedt bij een bepaalde renteverandering. De portefeuille kende ultimo 2013 een duratie van ongeveer 13,5 jaar. De vuistregel is dan dat bij een gemiddelde rentestijging van 1%, de waarde van de portefeuille met 13,51% (gelijk aan de duratie) zou dalen. De benchmark kent bij deze rentestijging een waardedaling 13,50%. Bij 1% rentedaling is het effect hetzelfde, maar dan in tegengestelde richting. Voor een specificatie van de beleggingen verwijzen wij u naar het jaarverslag van Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 150

155 4.6 Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten Algemeen Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten te Amsterdam (hierna ook de Beleggingspool genoemd) is een besloten fonds voor gemene rekening wat zich tot doel stelt voor rekening en risico van participanten het verwerven, houden, beheren en het vervreemden van vermogenswaarden. De Beleggingspool is een beleggingsinstelling die is vrijgesteld van Wft toezicht. De Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools die het vermogen van een Achmea Beleggingspool ten titel van beheer houdt, besteedt de beheerwerkzaamheden uit aan een zorgvuldig gekozen, te goeder naam en faam in de markt bekend staande vermogensbeheerder, bij voorkeur onderdeel uitmakend van Achmea of gelieerd daaraan. Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools (KvK ), is statutair gevestigd te Amsterdam en kantoorhoudende aan de Gatwickstraat 1, 1043 GK te Amsterdam. Het bestuur van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools wordt gevormd door Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Op 17 september 2012 zijn de voorwaarden van beheer en bewaring vastgesteld. De Beleggingspool is opgericht op 17 september 2012, de daadwerkelijke beleggingsactiviteiten zijn gestart per 1 oktober Het boekjaar van de Beleggingspool loopt van 1 januari tot en met 31 december. De jaarrekening van Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten en de op deze jaarrekening betrekking hebbende controleverklaring zijn openbaar en op aanvraag kosteloos verkrijgbaar bij uw verzekeraar. Beleggingsbeleid De Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten belegt voornamelijk in staatsobligaties van opkomende landen. Daarnaast wordt belegd in bedrijfsobligaties, welke zijn voorzien van staatsgarantie, van opkomende landen. Tot de opkomende markten worden met name gerekend de landen in Zuid-Amerika, Azië en Oost-Europa. Deze economieën kunnen snelle groei laten zien, waardoor de risico s ook hoger kunnen zijn dan in de ontwikkelde landen. De Beleggingspool voert een actief beleggingsbeleid. De doelstelling van de Beleggingspool is met een goed gespreide portefeuille een outperformance te bereiken ten opzichte van de benchmark. Dit betekent dat de benchmark niet wordt gevolgd. Hierdoor zijn relatief grote rendementsverschillen, afgezien van kosten zoals vermeld in het prospectus, met de benchmark mogelijk. Als benchmark voor de Beleggingspool geldt de JP Morgan EMBI Global Diversified Total Return Index (hedged naar euro). Er kan ter optimalisering van de rendement-/risicoverhouding gebruikt worden gemaakt van futures, echter zodanig dat niet substantieel meer risico wordt gelopen dan wanneer gebruik van futures achterwege wordt gelaten. Daarnaast is het gebruik van valutatermijncontracten toegestaan, met als doelstelling om het valutarisico naar de euro zoveel mogelijk te beperken. Maximaal 10% van het fonds mag buiten de benchmark ( off benchmark ) worden belegd. Liquiditeiten zijn toegestaan. De vermogensbeheerder van de Beleggingspool beschikt over een eigen researchteam dat gericht onderzoek doet naar ontwikkelingen binnen de verschillende sectoren, de macro-economie en de invloeden daarvan op de financiële markten wereldwijd. Beleggingsresultaat Het vermogen van de Beleggingspool is gedurende de verslagperiode afgenomen naar 19,9 miljoen (2012: 20,6 miljoen). De netto vermogenswaarde per participatie van de Beleggingspool bedroeg ultimo ,51 wat ten opzichte van 31 december 2012 een rendement van -5,83% betekent. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 151

156 Kerncijfers Fondsvermogen (x 1.000) Aantal uitstaande participaties , ,4500 Netto vermogenswaarde per participatie 1) 970, ,56 Lopende kosten 0,53% 0,13% Portefeuille omloop factor 223,77% 77,57% 1) De netto vermogenswaarde per aandeel wordt verkregen door het fondsvermogen, zoals opgenomen in de jaarrekening van de Beleggingspool, te delen door het aantal uitstaande participaties. 2) De Lopende kosten en portefeuille omloopfactor over 2012 hebben betrekking op de periode van t/m Verkorte balans per 31 december (voor winstbestemming) (in duizenden euro s) ACTIVA Beleggingen Vorderingen Liquide middelen Totaal activa PASSIVA Fondsvermogen Beleggingen 20 - Kortlopende schulden - 27 Totaal passiva Beleggingsresultaat over de periode 1 januari tot en met 31 december (in duizenden euro s) / Opbrengsten beleggingen Gerealiseerde waardeverandering Niet-gerealiseerde waardeverandering Totaal opbrengst Beheerkosten Overige bedrijfskosten - 2 Totaal bedrijfslasten Totaal beleggingsresultaat Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 152

157 Beleggingenspecificatie De onderverdeling van de beleggingen is als volgt: t/m Obligaties Positieve valutatermijncontracten Totaal saldo (activa) Negatieve valutatermijncontracten Totaal saldo (passiva) Obligaties Het verloop van de obligaties gedurende de verslagperiode is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Aankopen Verkopen Gerealiseerde en niet gerealiseerde waardeveranderingen Stand einde boekjaar De onderverdeling per sector is als volgt: Staatsobligaties % % Bedrijfsobligaties % % Afronding % % % Verdeling per sector per Verdeling per sector per Staatsobligaties Bedrijfsobligaties De onderverdeling per Credit Rating is als volgt: BBB % % BB % % B % % A 556 3% % AA 310 2% 492 3% Afronding % % Credit Ratings per BBB BB B A AA Credit Ratings per Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 153

158 De onderverdeling van de staatsobligaties naar landen is als volgt: Hongarije % 503 3% Kroatië % 553 4% Venezuela 982 7% 577 4% Turkije 942 7% % Dominicaanse Republiek 819 6% 233 1% Servië en Montenegro 816 6% 491 3% Slovenië 713 5% 160 1% Litouwen 592 4% % Indonesië 581 4% % Filippijnen 549 4% 741 5% Roemenië 487 3% 114 1% Rusland 465 3% 838 5% Armenië 432 3% - - Argentinië 391 3% 207 1% Panama 335 2% 400 3% Ierland 315 2% 890 6% Vietnam 314 2% 170 1% Brazilië 305 2% 541 3% Nigeria 299 2% 180 1% Wit-Rusland 295 2% 157 1% Honduras 270 2% - - Oekraïne 263 2% 551 4% Letland 198 1% 769 5% Overige % % % % Geografische verdeling per Hongarije Kroatië Venezuela Turkije Dominicaanse Republiek Servië en Montenegro Slovenië Litouwen Indonesië Filippijnen Roemenië Rusland Armenië Argentinië Panama Ierland Vietnam Brazilië Nigeria Wit-Rusland Honduras Oekraïne Letland Overige Geografische verdeling per De categorie Overige (2013) bestaat uit de volgende landen: Bahrein, Bolivia, Chili, Colombia, Gabon, Ghana, Kazachstan, Polen, Rwanda, Sri Lanka en Uruguay. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 154

159 De onderverdeling van de bedrijfsobligaties naar landen is als volgt: Mexico % 303 8% Kazachstan % % Azerbeidzjan % 336 8% Verenigde Staten 394 9% - - Sri Lanka 340 8% 164 4% Zuid Afrika 295 7% - 0% Britse Maagdeneilanden 289 7% 328 8% Venezuela 281 7% % Indonesië 278 6% - 0% Chili 217 5% 199 5% Hongarije 151 3% - - Luxemburg 149 3% - - Ierland 147 3% - - Australië 145 3% - - Costa Rica 143 3% - - Kaaiman Eilanden 133 3% 154 4% Maleisië 80 2% 272 7% Brazilië % Georgië % Nederland % Oekraïne % % % Geografische verdeling per Mexico Kazachstan Azerbeidzjan Verenigde Staten Sri Lanka Zuid Afrika Britse Maagdeneilanden Venezuela Indonesië Chili Hongarije Luxemburg Ierland Australie Costa Rica Kaaiman Eilanden Maleisië Brazilië Georgië Nederland Oekraïne Geografische verdeling per Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 155

160 De portefeuilleverdeling naar valuta is als volgt: USD % % EUR 530 3% 217 1% PHP 319 2% 192 1% RUB % % % Verdeling per valuta per Verdeling per valuta per USD EUR PHP RUB 7,50 jaar duratie portefeuille duratie benchmark jaar 7,50 7,00 7,00 6,50 6,50 6,00 6,00 5,50 5,50 5,00 5,00 4,50 jan-13 feb-13 mrt-13 apr-13 mei-13 jun-13 jul-13 aug-13 sep-13 okt-13 nov-13 dec-13 4,50 Deze gemiddelde duratie geeft de rentegevoeligheid van de obligatieportefeuille aan. Oftewel, aan de duratie kan worden afgelezen welke waardemutatie optreedt bij een bepaalde renteverandering. De portefeuille kende ultimo 2013 een duratie van ongeveer 4,8 jaar. De vuistregel is dan dat bij een gemiddelde rentestijging van 1%, de waarde van de portefeuille met 4,82% (gelijk aan de duratie) zou dalen. De benchmark kent bij deze rentestijging een waardedaling 6,61%. Bij 1% rentedaling is het effect hetzelfde, maar dan in tegengestelde richting. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 156

161 Valutatermijncontracten De Beleggingspool heeft de volgende uitstaande valutatermijncontracten per : Aangekochte valuta Aangekocht bedrag Verkochte valuta Verkocht bedrag Expiratie datum Ongerealiseerd resultaat EUR 5 USD EUR USD USD EUR Totaal 241 Ter vergelijking de uitstaande valutatermijncontracten per : Aangekochte valuta Aangekocht bedrag Verkochte valuta Verkocht bedrag Expiratie datum Ongerealiseerd resultaat EUR USD Totaal 268 Per balansdatum zijn de valutarisico's als volgt afgedekt: Valuta Valutapositie Nominale Valutapositie voor afdekking afdekking na afdekking PHP USD Totaal Indien de buitenlandse valuta ten opzichte van de Euro 5% daalt (ceteris paribus) dan heeft dit een negatief effect van 41. Bij een stijging 5% heeft dit hetzelfde effect, maar dan in tegengestelde richting. Voor een specificatie van de beleggingen verwijzen wij u naar het jaarverslag van Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 157

162 4.7 Beleggingspool Achmea Aandelen Wereldwijd Algemeen Beleggingspool Achmea Aandelen Wereldwijd te Amsterdam (hierna ook de Beleggingspool genoemd) is een besloten fonds voor gemene rekening wat zich tot doel stelt voor rekening en risico van participanten het verwerven, houden, beheren en het vervreemden van vermogenswaarden. De Beleggingspool is een beleggingsinstelling die is vrijgesteld van Wft toezicht. De Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools die het vermogen van een Achmea Beleggingspool ten titel van beheer houdt, besteedt de beheerwerkzaamheden uit aan een zorgvuldig gekozen, te goeder naam en faam in de markt bekend staande vermogensbeheerder, bij voorkeur onderdeel uitmakend van Achmea of gelieerd daaraan. Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools (KvK ), is statutair gevestigd te Amsterdam en kantoorhoudende aan de Gatwickstraat 1, 1043 GK te Amsterdam. Het bestuur van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools wordt gevormd door Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Op 17 september 2012 zijn de voorwaarden van beheer en bewaring vastgesteld. De Beleggingspool is opgericht op 17 september De daadwerkelijke beleggingsactiviteiten zijn gestart per 1 oktober Het boekjaar van de Beleggingspool loopt van 1 januari tot en met 31 december. De jaarrekening van Beleggingspool Achmea Aandelen Wereldwijd en de op deze jaarrekening betrekking hebbende controleverklaring zijn openbaar en op aanvraag kosteloos verkrijgbaar bij uw verzekeraar. Beleggingsbeleid De Beleggingspool Achmea Aandelen Wereldwijd belegt in ondernemingen genoteerd in ontwikkelde landen in hoofdzakelijk de eurozone, Noord-Amerika en het Verre Oosten (inclusief Japan). De Beleggingspool voert een passief beleggingsbeleid. De doelstelling van de Beleggingspool is om de benchmark te volgen. Met enhanced indexing wordt de samenstelling van de benchmark in belangrijke mate gevolgd. Er is geen sprake van volledige replicatie (nabootsing) van de benchmark. Hierdoor zijn beperkte rendementsverschillen, afgezien van kosten zoals vermeld in het prospectus, ten opzichte van de benchmark mogelijk. Er is gekozen voor enhanced indexing uit oogpunt van optimalisering van het rendement-risicoprofiel. Als benchmark voor de Beleggingspool geldt de MSCI Developed Countries World Total Return Index (hedged naar euro). Er kan ter optimalisering van de rendement-/risicoverhouding gebruik worden gemaakt van futures echter zodanig dat niet substantieel meer risico wordt gelopen dan wanneer gebruik van futures achterwege wordt gelaten. Daarnaast is het gebruik van valutatermijncontracten toegestaan, met als doelstelling om het valutarisico naar de euro zoveel mogelijk te beperken. Beleggingsuniversum wordt bepaald door de benchmark en door liquiditeiten De vermogensbeheerders van de Beleggingspool beschikken over een eigen researchteam dat gericht onderzoek doet naar ontwikkelingen binnen de verschillende sectoren, de macro-economie en de invloeden daarvan op de financiële markten wereldwijd. Bij de samenstelling van de portefeuille wordt gestreefd naar een evenwichtige verdeling over de verschillende sectoren en regio s, waarbij gebruik wordt gemaakt van een kwantitatief model. De Beleggingspool Achmea Aandelen Wereldwijd wordt beheerd door meerdere vermogensbeheerders (Multi Asset Management model). Hierdoor ontstaat het voordeel van spreiding van beleggingsstijlen, waarbij actief wordt gestuurd op verbetering van de verhouding tussen risico en rendement. Als vermogensbeheerders zijn F&C Netherlands B.V. en Robeco Institutional Asset Management B.V. aangesteld. Bij de selectie van vermogensbeheerders wordt beoordeeld of de beleggingsstijlen en achtergronden van de diverse vermogensbeheerders elkaar aanvullen. Beleggingsresultaat Het vermogen van Beleggingspool is gedurende de verslagperiode toegenomen tot 320,3 miljoen (2012: 20,3 miljoen). De netto vermogenswaarde per participatie van de Beleggingspool bedroeg ultimo ,06 wat ten opzichte van 31 december 2012 een rendement van 28,05% betekent. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 158

163 Kerncijfers (bedragen in euro s) Fondsvermogen (x 1.000) Aantal uitstaande participaties , ,1060 Netto vermogenswaarde per participatie 1) 1.303, ,55 Lopende kosten 2) 0,14% 0,05% Portefeuille omloop factor 2) 25,63% 36,56% 1) De netto vermogenswaarde per participatie wordt verkregen door het Fondsvermogen, zoals opgenomen in de jaarrekening van de beleggingspool, te delen door het aantal uitstaande participaties. 2) De Lopende kosten en portefeuille omloopfactor over 2012 hebben betrekking op de periode van t/m Verkorte balans per 31 december (voor winstbestemming) (in duizenden euro s) ACTIVA Beleggingen Vorderingen Liquide middelen Totaal activa PASSIVA Fondsvermogen Beleggingen Kortlopende schulden Totaal passiva Beleggingsresultaat over de periode 1 januari tot en met 31 december (in duizenden euro s) / Opbrengsten beleggingen Gerealiseerde waardeverandering Niet-gerealiseerde waardeverandering Overige bedrijfsopbrengsten Totaal opbrengst Beheerkosten Overige bedrijfskosten - 2 Totaal bedrijfslasten Totaal beleggingsresultaat Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 159

164 Beleggingsspecificatie De onderverdeling van de beleggingen is als volgt: Aandelen Positieve futures Positieve valutatermijncontracten Totaal saldo (activa) Negatieve futures - - Negatieve valutatermijncontracten Totaal saldo (passiva) Aandelen Het verloop van de aandelen gedurende de verslagperiode is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Aankopen Verkopen Gerealiseerde en niet gerealiseerde waardeveranderingen Stand einde boekjaar De onderverdeling per sector is als volgt: Banken en verzekeraars % % Chemie - farmacie % % Niet duurzame consumptiegoederen % % IT-Telecom % % Energie % % Basisindustrie % % Duurzame consumptiegoederen % 590 3% Dienstverlening % % Media % 481 2% Vastgoed % 523 3% Handel - transport % 462 2% Kapitaalgoederen % 500 3% Overige % 485 2% % % Verdeling per sector per Banken en verzekeraars Chemie - farmacie Niet duurzame consumptiegoederen IT-Telecom Energie Basisindustrie Duurzame consumptiegoederen Dienstverlening Media Vastgoed Handel - transport Kapitaalgoederen Overige Verdeling per sector per Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 160

165 De onderverdeling van de aandelen naar landen is als volgt: Verenigde Staten % % Japan % % Verenigd Koninkrijk % % Zwitserland % 842 4% Canada % 999 5% Frankrijk % 749 4% Duitsland % 697 4% Australië % 805 4% Nederland % 441 2% Spanje % 206 1% Zweden % 255 1% Ierland % 294 1% Hong Kong % 317 2% Overige % % % % Geografische verdeling per Verenigde Staten Japan Verenigd Koninkrijk Zwitserland Canada Frankrijk Duitsland Australië Nederland Spanje Zweden Ierland Hong Kong Overige Geografische verdeling per De categorie Overige (2013) bestaat uit de volgende landen: België, Bermuda, Britse Maagdeneilanden, Colombia, Curaçao, Denemarken, Finland, Guernsey, Israël, Italië, Jersey, Kaaiman eilanden, Liberië, Luxemburg, Macau, Mexico, Nieuw Zeeland, Noorwegen, Oostenrijk, Panama, Portugal en Singapore. De portefeuilleverdeling naar valuta is als volgt: Amerikaanse dollar % % Euro % % Japanse yen % % Britse pond % % Canadese dollar % % Zwitserse frank % 702 4% Australische dollar % 816 4% Zweedse kroon % 255 1% Hong Kong dollar % 317 2% Overige % 412 2% % % Verdeling per valuta per Amerikaanse dollar Euro Japanse yen Engelse pond Canadese dollar Zwitserse frank Australische dollar Zweedse kroon Hong Kong dollar Overige Verdeling per valuta per Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 161

166 De categorie Overige (2013) bestaat uit de volgende valuta: Deense kroon, Israël Shekel, Nieuw Zeeland dollar, Noorse kroon en Singapore dollar. De onderverdeling van de beleggingsportefeuille naar marktkapitalisatie van de aandelen (large caps, mid caps en small caps is als volgt: Large cap >6 miljard Mid cap 2-6 miljard Small cap < 2 miljard Beleggingspool Achmea Aandelen Wereldwijd 95% 5% 0% Futures De mutatie in de futures gedurende de verslagperiode is als volgt: t/m Stand begin boekjaar (saldo) - - Aankopen Verkopen Gerealiseerde en niet- gerealiseerde waardeveranderingen Stand einde boekjaar (saldo) Stand einde boekjaar - positieve futures Stand einde boekjaar - negatieve futures - - Stand einde boekjaar (saldo) De nominale waarde van de openstaande future contracten per einde verslagperiode bedraagt: Nominale waarde (x1.000) Einddatum Euro-Bobl Future 97 mrt Euro-Bund Future 2 mrt-14 5 Euro Buxl 30 Yr Bond Future 2 mrt-14 6 Euro-Schatz Future 43 mrt Zekerheidsstelling futures Als zekerheid dat aan de dagelijkse marginverplichting wordt voldaan dient door de Beleggingspool een initial margin gestort te worden. Per 31 december 2013 bedroeg de waarde van de afgegeven zekerheidstelling 509 in de vorm van aandelen en liquide middelen. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 162

167 Valutatermijncontracten De Beleggingspool heeft de volgende uitstaande valutatermijncontracten per : Aangekochte valuta Aangekocht bedrag Verkochte valuta Verkocht bedrag Expiratie datum Ongerealiseerd resultaat AUD 402 EUR -402 jan CHF 358 EUR -358 jan DKK 11 EUR -11 jan EUR AUD jan EUR CAD jan EUR CHF jan EUR DKK jan EUR GBP jan EUR HKD jan EUR 435 ILS -437 jan EUR JPY jan EUR NOK jan EUR 172 NZD -171 jan EUR SEK jan EUR SGD jan EUR USD jan GBP 146 EUR -146 jan NOK 10 EUR -10 jan NZD 3 EUR -3 jan SEK 12 EUR -12 jan SGD 46 EUR -47 jan USD EUR jan Totaal Ter vergelijking de uitstaande valutatermijncontracten per : Aangekochte valuta Aangekocht bedrag Verkochte valuta Verkocht bedrag Expiratie datum Ongerealiseerd resultaat DKK 7 EUR -7 jan EUR CAD jan EUR USD jan EUR 801 AUD -786 jan EUR 705 CHF -704 jan EUR 55 DKK -55 jan EUR GBP jan EUR 318 HKD -314 jan EUR 34 ILS -35 jan EUR JPY jan EUR 113 NOK -113 jan EUR 9 NZD -9 jan EUR 246 SEK -248 jan EUR 208 SGD -204 jan ILS 7 EUR -7 jan Totaal 293 Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 163

168 Per balansdatum zijn de valutarisico's als volgt afgedekt (incl. futures): Valuta Valutapositie Nominale Valutapositie voor afdekking afdekking na afdekking AUD CAD CHF DKK GBP HKD ILS JPY NOK NZD SEK SGD USD Totaal Indien de buitenlandse valuta ten opzichte van de Euro 5% daalt (ceteris paribus) dan heeft dit een negatief effect van 241. Bij een stijging 5% heeft dit hetzelfde effect, maar dan in tegengestelde richting. Voor een specificatie van de beleggingen verwijzen wij u naar het jaarverslag van Beleggingspool Achmea Aandelen Wereldwijd. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 164

169 4.8 Robeco Property Equities Algemeen Robeco Property Equities is een subfonds van Robeco Capital Growth Funds, dat statutair gevestigd is in Luxemburg als instelling voor collectieve belegging in de vorm van een Société d Investissement à Capital Variable (SICAV) naar Luxemburgs recht. Robeco Capital Growth Funds SICAV is conform de richtlijn beleggingsinstellingen toegelaten in Nederland en staat onder toezicht van de CSSF in Luxemburg. Robeco Luxembourg S.A. is als beheerder van Robeco Property Equities geautoriseerd door en staat onder toezicht van de Commission de Surveillance du Secteur Financier (CSSF) te Luxemburg. Robeco Property Equities is geautoriseerd als ICBE door de CSSF. Het Robeco Property Equities is opgenomen in het register van de AFM (notificatie van buitenlandse ICBE s). Robeco Luxembourg S.A. is gevestigd in Luxemburg en is een aan de Beheerder van het Fonds gelieerde partij, zoals bedoeld in de Wft. Van gelieerde partijen is sprake wanneer een partij beleidsbepalende invloed kan uitoefenen in een andere partij, danwel invloed van betekenis kan uitoefenen op het zakelijk en financieel beleid van de andere partij. De aan- en verkoop van deelnemingsrechten in het Robeco Property Equities Fund vindt plaats conform de vastgelegde voorwaarden. Voor het Robeco Property Equities is een Engelstalig prospectus beschikbaar alsmede de Essentiële Beleggersinformatie (EBI) in het Nederlands. Voor nadere informatie inzake het rendement, beleggingsbeleid en de ontwikkelingen van het externe fonds waarin wordt belegd. verwijzen wij u naar het jaarverslag van het externe fonds, wat kosteloos verkrijgbaar is bij uw verzekeraar en naar de website van de aanbieder van het externe fonds. Beleggingsbeleid Robeco Property Equities belegt wereldwijd in beursgenoteerde vastgoedaandelen. Robeco Property Equities richt zich op ondernemingen met de beste vooruitzichten binnen de sector. Er wordt gebruik gemaakt van zorgvuldig ontwikkelde modellen om aandelen te kiezen met goede winstverwachtingen en redelijke waarderingen. Daarnaast worden ondernemingen aan een individuele screening onderworpen via gesprekken met het management en beoordeling van bedrijfscijfers. Robeco Property Equities voert een actief beleggingsbeleid. De doelstelling van Robeco Property Equities is met een goed gespreide portefeuille een outperformance te bereiken ten opzichte van de benchmark. Dit betekent dat de benchmark niet wordt gevolgd. Hierdoor zijn relatief grote rendementsverschillen, afgezien van kosten zoals vermeld in dit prospectus, met de benchmark mogelijk. Als benchmark geldt de S&P Developed Property Net Return Index (hedged naar EUR). - Er kan ter optimalisering van de rendement-/risicoverhouding gebruikt worden gemaakt van derivaten, echter zodanig dat niet substantieel meer risico wordt gelopen dan wanneer gebruik van deze derivaten achterwege wordt gelaten. Daarnaast is het gebruik van valutatermijncontracten toegestaan, met als doelstelling om het valutarisico naar de euro zoveel mogelijk te beperken. Beleggingsresultaat Het beleggingsproces van dit fonds is gericht op grotere, meer stabiele en minder risicovolle vastgoedfondsen met vastgoed op toplocaties en weinig schulden. Deze strategie kwam in 2013 niet uit de verf. Dit had twee oorzaken. Ten eerste is na jaren van instroom in de indirect vastgoedsector weer sprake van een uitstroom, met name in ETF s (Exchange Traded Funds) en die zitten vooral in de grote namen. Ten tweede zijn beleggers door de rentestijging op zoek gegaan naar aandelen die een nog hoger dividend uitkeren en dat waren met name de kleinere fondsen. Het afgelopen jaar was naast de focus op prime retail, ook de allocatie naar de opkomende markten nadelig. Gedurende het jaar is de allocatie naar het thema opkomende markten verkleind, vanwege de impact van het monetaire beleid (afbouw stimulering Fed) op deze markten. In 2013 steeg de waarde van een participatie (IH EUR shares) in Robeco Property Equities van 103,97 naar 107,24, wat een beleggingsresultaat van 3,1% betekent (bron: Annual Report Robeco Capital Growth Funds 2013). Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 165

170 Beleggingsspecificatie De onderverdeling per sector is als volgt: Onroerend goed fondsen (REIT's) 67,4% 68,0% Beheer & ontwikkeling onroerend goed 29,5% 29,6% Liquiditeit 1,9% 0,5% Hotels, restaurants, vrijetijdsbesteding 1,2% 0,9% Overig - 1,0% 100% 100% De geografische onderverdeling is als volgt: Amerika 47,0% 48,0% Verre Oosten 37,6% 38,3% Europa 13,5% 12,0% Liquiditeit 1,9% 0,5% Overige landen - 1,2% 100% 100% De 10 grootste belangen (per ultimo 2013) zijn als volgt: Simon Property Group 6,8% 6,4% Mitsubishi Estate 5,7% 4,7% Mitsui Fudosan 5,0% 4,0% Sun Hung Kai Properties 3,7% 3,5% Unibail-Rodamco 3,6% 2,7% Public Storage 3,3% 3,2% Ventas 2,9% 3,8% Prologis Inc 2,9% 2,2% SL Green Realty 2,4% 1,8% Daiwa House Industry 2,2% - Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 166

171 4.9 Robeco Institutioneel Emerging Markets Quant Fund Algemeen Het Robeco Institutioneel Emerging Markets Quant Fund is een open fonds voor gemene rekening in de zin van de Wet op de Vennootschapsbelasting 1969 en wordt gevormd door het fondsvermogen, dat wordt bijeengebracht door stortingen door participanten. Het Robeco Institutioneel Emerging Markets Quant Fund wordt geacht te zijn gevestigd ten kantore van de beheerder, Robeco Institutional Asset Management B.V. ( RIAM ), te Rotterdam. Het Robeco Institutioneel Emerging Markets Quant Fund staat alleen open voor gekwalificeerde beleggers als bedoeld in de Wet op het financieel toezicht ( Wft ). RIAM is voor het aanbieden van participaties in het Robeco Institutioneel Emerging Markets Quant Fund niet vergunningplichtig ingevolge de Wft, staat niet onder toezicht van de Autoriteit Financiële Markten en kent geen eigen prospectus. Het Robeco Institutioneel Emerging Markets Quant Fund heeft op basis van artikel 28 van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 de status van een fiscale beleggingsinstelling. Voor nadere informatie inzake het rendement, beleggingsbeleid en de ontwikkelingen van de externe fondsen waarin wordt belegd, verwijzen wij u naar de jaarverslagen van de betreffende externe fondsen, welke kosteloos opvraagbaar zijn bij uw verzekeraar en naar de website van de aanbieder van het desbetreffende fonds. Beleggingsbeleid Het Robeco Institutioneel Emerging Markets Quant Fund belegt wereldwijd in beursgenoteerde ondernemingen in opkomende markten. Tot de opkomende markten worden met name gerekend de landen in Zuid-Amerika, Azië en Oost-Europa. Deze economieën kunnen snelle groei laten zien, waardoor de risico s ook hoger kunnen zijn dan in de ontwikkelde landen. De aandelenrendementen in opkomende markten worden voornamelijk bepaald door de economische en politieke ontwikkelingen. Binnen deze landen worden de aantrekkelijkste bedrijven geselecteerd, waarbij gebruikt wordt gemaakt van een kwantitatief model. Het Robeco Institutioneel Emerging Markets Quant Fund voert een actief beleggingsbeleid. De doelstelling van het Robeco Institutioneel Emerging Markets Quant Fund is met een goed gespreide portefeuille een outperformance te bereiken ten opzichte van de benchmark. Dit betekent dat de benchmark niet wordt gevolgd. Hierdoor zijn relatief grote rendementsverschillen, afgezien van kosten zoals vermeld in dit prospectus, met de benchmark mogelijk. Als benchmark geldt de MSCI Emerging Markets Net Return Index (EUR). Beleggingsresultaat De categorie aandelen opkomende markten bleef in 2013 sterk achter bij de ontwikkelde markten. Belangrijkste oorzaak was de koerswijziging van de Amerikaanse Federal Reserve, die in het voorjaar van 2013 aankondigde het zeer ruime stimuleringsbeleid geleidelijk te gaan afbouwen. Dit lokte niet alleen een stijging van de lange rentes uit in de VS, maar ook een kapitaaluitstroom vanuit de opkomende markten. Daar kwam bij dat de Chinese economie een duidelijke groeivertraging doormaakte. Bovendien stak politieke onrust in sommige opkomende landen de kop op (zoals Egypte, Thailand, Turkije en Oekraïne). In 2013 daalde de waarde van een participatie in Robeco Institutioneel Emerging Markets Quant Fonds van 126,76 naar 117,60. Rekening houdend met het in juni uitgekeerde dividend van 1,28 per participatie betekent dit een beleggingsresultaat van -6,2%. De benchmark van het fonds, de MSCI Emerging Markets Index, daalde in dezelfde periode met 6,8%. Het fondsvermogen steeg in 2013 van 478 miljoen naar 569 miljoen (bron: Jaarverslag Robeco Institutioneel Emerging Markets Quant Fonds 2013). Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 167

172 Beleggingsspecificatie De onderverdeling per sector is als volgt: Financiële dienstverlening 27,6% 27,5% Informatie technologie 16,6% 13,6% Energie 11,4% 12,4% Basismaterialen 8,6% 11,7% Telecom 8,4% 8,5% Consument cyclisch 7,8% 6,8% Consument defensief 7,5% 7,6% Industrie en dienstverlening 5,8% 6,6% Nutsbedrijven 4,2% 4,3% Farmacie en gezondheidszorg 1,0% 0,5% Overig 0,9% 0,1% Liquiditeit 0,2% 0,4% 100% 100% De 10 grootste belangen (per ultimo 2013) zijn als volgt: Samsung Electronics Co Ltd 3,9% 4,0% Taiwan Semiconductor Manufacturing Co Lt 2,0% 2,1% China Mobile Ltd 1,6% 1,8% China Construction Bank Corp 1,6% 1,7% Gazprom OAO ADR 1,5% 1,5% Tencent Holdings Ltd 1,5% 0,6% Industrial & Commercial Bank of China Lt 1,5% 1,4% Bank of China Ltd 1,1% 1,0% Naspers Ltd 1,1% 0,4% Lukoil OAO ADR 1,0% 1,0% Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 168

173 5. Overige gegevens 5.1 Overige gegevens Winstbestemming volgens Voorwaarden Conform artikel 18 van de Voorwaarden van Beheer en Bewaring van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 (hierna de Voorwaarden ) wordt het voor uitdeling beschikbare deel van de winst per Fonds bepaald conform het bepaalde in artikel 28 van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 en aan de participanten van het Fonds uitgekeerd. De beheerder bepaalt met inachtneming van de toepasselijke wet- en regelgeving welk gedeelte van de winst wordt toegevoegd aan de aangehouden reserverekening van het Fonds. Hetgeen na de in de vorige zin bedoelde toevoeging resteert komt aan de participanten van het Fonds ten goede, met dien verstande dat winstuitkeringen uitsluitend kunnen plaatsvinden overeenkomstig door de beheerder opgemaakte voorstellen. Voorgestelde Winstbestemming Conform artikel 19.2 van de Voorwaarden wordt in de jaarlijkse vergadering van participatiehouders het jaarverslag ter goedkeuring voorgelegd en stelt de beheerder voor om over het afgelopen boekjaar de volgende winstuitkeringen in contanten te doen: Dividendvoorstel Aan de komende participantenvergadering zal worden voorgesteld over het afgelopen boekjaar van het betreffende Fonds de volgende dividenden in contanten uit te keren: Fonds Dividend Datum Betaal- (in duizenden euro s) ex-dividend datum Achmea Euro Staatsobligaties Fonds Achmea Grondstoffen Fonds Achmea High Yield Bedrijfsobligaties Fonds Achmea Indirect Vastgoed Fonds Achmea lnvestment Grade Bedrijfsobligaties Fonds Achmea Langlopende Obligaties Fonds Achmea Opkomende Markten Aandelen Fonds Achmea Opkomende Markten Staatsobligaties Fonds Achmea Wereldwijd Aandelen Fonds Persoonlijke belangen directie en Raad van commissarissen van beheerder De directie en Raad van Commissarissen van Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. hadden op 1 januari 2013 en 31 december 2013 de volgende persoonlijke belangen in Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 en/of in de beleggingen in de Achmea Beleggingspools (aandelen/participaties in aantallen): Fonds Belang per Belang per Aegon Nv Ahold Nv Akzo Nobel NV Heineken Nv Ing Groep Nv Cva Koninklijke Philips Electronics Nv Royal Dutch Shell Plc Unliver NV Cva Bijzondere gebeurtenissen na balansdatum Er hebben zich in de periode vanaf balansdatum tot aan de openbaarmaking geen bijzondere gebeurtenissen voorgedaan. Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 169

174 5.2 Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: de participantenvergadering van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de in dit verslag opgenomen jaarrekening 2013 van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 te Amsterdam gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2013 en de winst-enverliesrekening over 2013 met de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen. Verantwoordelijkheid van de beheerder De beheerder van het fonds is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven, alsmede voor het opstellen van het verslag van de beheerder, beide in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 van het in Nederland geldende Burgerlijk Wetboek (BW). De beheerder is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als de beheerder noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van het fonds. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van de door de beheerder van het fonds gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden. Oordeel Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 per 31 december 2013 en van het resultaat over 2013 in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 van het in Nederland geldende Burgerlijk Wetboek (BW). Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisen Ingevolge artikel 2:393 lid 5 onder e en f BW vermelden wij dat ons geen tekortkomingen zijn gebleken naar aanleiding van het onderzoek of het verslag van de beheerder, voor zover wij dat kunnen beoordelen, overeenkomstig Titel 9 Boek 2 BW is opgesteld, en of de in artikel 2:392 lid 1 onder b tot en met h BW vereiste gegevens zijn toegevoegd. Tevens vermelden wij dat het verslag van de beheerder, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 2:391 lid 4 BW. Amsterdam, 5 juni 2014 PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. mr. drs. M.D. Jansen RA Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 170

175 Nucleaire wapens Bio. & chemische wapens Antipersoonsmijnen Clustermunitie UN Global Compact Tabak Enhanced engagement BIJLAGE A - Uitsluitingen Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 en Achmea Beleggingspools per 31 december 2013 Staatsobligaties Birma/Myanmar Ivoorkust Libanon Oezbekistan Somalië Soedan Syrië Zimbabwe Democratische Volksrepubliek Korea (Noord Korea) Iran Bedrijfsobligaties en aandelen Bedrijf Land Alliant Techsystems United States x x x Areva S.A. France x Babcock International Group PLC United Kingdom x BAE Systems PLC United Kingdom x Boeing Co. United States x European Aeronautic Defence & Space Co. EADS N.V. Netherlands Finmeccanica S.p.A. Italy x Fluor Corp. United States x General Dynamics Corp. United States x x Honeywell International Inc. United States x Huntington Ingalls Industries United States x Jacobs Engineering Group Inc. United States x L-3 Communications Holdings Inc. United States x x Lockheed Martin Corp. United States x x x Moog Inc. United States x Northrop Grumman Corp. United States x Raytheon Co. United States x Rolls-Royce Group PLC United Kingdom x SAFRAN S.A. France x SAIC Inc. United States x Serco Group United Kingdom x Textron Inc. United States x United Technologies United States x URS Corp. United States x Singapore Technologies Engineering Ltd. Singapore x x Hanwha Corp. South Korea x x Doosan Co Ltd South Korea x Aeroteh Romania x x Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 171

176 Nucleaire wapens Bio. & chemische wapens Antipersoonsmijnen Clustermunitie UN Global Compact Tabak Enhanced engagement Bedrijf Land Aryt Industries Israel x China Spacesat China x Kaman Corp United States x Poongsan South Korea x Chevron Corp. United States x Wal-Mart Stores Inc. United States x Vedanta United Kingdom x PetroChina Co. Ltd. China x 22nd Century Group Inc (XXII) USA x Adris Grupa dd (ADRSRA) Croatia x Al Eqbal Co for Investment PLC (EICO) Jordan x Alliance One International Inc (AOI) USA x Altria Group Inc (MO) USA x Asenovgrad Tabac AD-Asenovgrad (6AD) Bulgaria x Blagoevgrad-BT AD (55B) Bulgaria x British American Tobacco Malaysia Bhd (ROTH) Malaysia x British American Tobacco PLC (BATS) UK x Bulgartabac Holding AD (57B) Bulgaria x Coka Duvanska Industrija AD Coka (COKA) Serbia x Dupnitza-BT AD (4DA) Bulgaria x Duvanski Kombinat AD Podgorica (DKPG) Montenegro x Eastern Tobacco (EAST) Egypt x Fabrika duhana Sarajevo dd Sarajevo (FDSSR) Bosnia and Herzegovina x Fabrika Duvana AD Banja Luka (FDBLRA) Bosnia and Herzegovina x Godfrey Phillips India Ltd (GP) India x Golden Tobacco Ltd (GTO) India x Gotse Delchev Tabac AD-Gotse Delchev (4GD) Bulgaria x Grupo Carso SAB de CV Mexico x Gudang Garam Tbk PT (GGRM) Indonesia x Haskovo-Tabac AD (4H9) Bulgaria x Hrvatski Duhani DD (HRDHRA) Croatia x Huabao International Holdings Limited China x Imperial Tobacco Group PLC (IMT) UK x Isperih-BT AD (4IS) Bulgaria x ITC Ltd (ITC) India x Japan Tobacco Inc (2914) Japan x JT International Bhd (RJR) Malaysia x Karelia Tobacco Co Inc SA (KARE) Greece x Khyber Tobacco Co (KHTC) Pakistan x Kothari Products Ltd (KTP) India x KT&G Corp (033780) South Korea x Lorillard Inc (LO) USA x Ngan Son JSC (NST) Viet Nam x Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 172

177 Nucleaire wapens Bio. & chemische wapens Antipersoonsmijnen Clustermunitie UN Global Compact Tabak Enhanced engagement Bedrijf Land NTC Industries Ltd (NTCIL) India x Pazardzhik-BT AD Pazardzhik (4PZ) Bulgaria x Philip Morris International Inc (PM) USA x Philippine Tobacco Flue Cur (TFC) Philippines x Pleven-Bulgartabak (4PQ) Bulgaria x Reynolds American Inc (RAI) USA x Shanghai Industrial Holdings Ltd. China x Shoumen-BT AD (3JZ) Bulgaria x Sinnar Bidi Udyog Ltd (SBU) India x Sitab-Soc Ivoirienne Tabacs (STBC) Ivory Coast x Slantse Stara Zagora- BT AD (3JO) Bulgaria x Smokefree Innotec Inc (SFIO) USA x Sofia-BT AD (3JU) Bulgaria x Souza Cruz SA Brazil x Strumica Tabak Strumica (STTB) Macedonia x Swedish Match AB (SWMA) Sweden x Tabak ad Nis (TBKN) Serbia x TSL Ltd/Zimbabwe (TSL) Zimbabwe x Tvornica Duhana Zagreb dd (TDZRA) Croatia x Union Tobacco (UTOB) Jordan x Universal Corp/VA (UVV) USA x Utalim SA Slatina (UTOL) Romania x Vector Group Ltd (VGR) USA x VST Industries Ltd (VST) India x Wismilak Inti Makmur Tbk PT ( D) Indonesia x Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 173

178 JAARVERLAG Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro 2013

179

180 Inhoudsopgave 1. Algemene gegevens 2 2. Profiel 3 3. Verslag van de beheerder 5 4. Jaarrekening Balans Winst- en verliesrekening Kasstroomoverzicht Toelichtingen Algemeen Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling Toelichting op de balans Toelichting op de winst- en verliesrekening Overige gegevens Overige gegevens Controleverklaring van de onafhankelijke accountant 25 Bijlage A. Beleggingenspecificatie 26 Bijlage B. Uitsluitingen Achmea Beleggingspools per 31 december Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro 1

181 Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro 1. Algemene gegevens Beheerder Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools, waarvan het bestuur wordt gevormd door: Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V., waarvan de directie wordt gevormd door: M.T. Heijndijk (voorzitter) Drs. W. van Heerdt Drs. Y.J. de Jong Kantooradres: Gatwickstraat GK Amsterdam Postbus KA Amsterdam KvK Onafhankelijke Accountant PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. Thomas R. Malthusstraat JR Amsterdam Depotbank BNY Mellon S.A./ N.V. Netherlands Branche Strawinskylaan XX Amsterdam Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro 2

182 2. Profiel Structuur Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro te Amsterdam (hierna ook de Beleggingspool genoemd) is een besloten fonds voor gemene rekening wat zich tot doel steltvoor rekening en risico van participanten het verwerven, houden, beheren en het vervreemden van vermogenswaarden. De Beleggingspool is opgericht op 17 september De daadwerkelijke beleggingsactiviteiten hebben per 1 oktober 2012 een aanvang genomen. De Beleggingspool is vrijgesteld van toezicht in het kader van de Wet op het financieel toezicht ( Wft ). Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V., de bestuurder van Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools, valt onder het regime van de Richtlijn Alternatieve Beleggingsinstellingen (Alternative Investment Fund Management Directive) ( AIFM-Richtlijn ), zoals dit van kracht is geworden op 22 juli Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. was reeds voor 21 juli 2013 bevoegd om in Nederland alternatieve beleggingsinstellingen te beheren en kan daardoor gebruik maken van het op basis van de AIFM-Richtlijn toepasselijke overgangsjaar om te voldoen aan de bij of krachtens de AIFM-Richtlijn gestelde regels. Voor een vergunninghoudende beheerder houdt het overgangsjaar in dat zijn bestaande vergunning op 22 juli 2014 van rechtswege overgaat in een AIFM-Richtlijn vergunning. Tot 22 juli 2014 blijven de regels van het aanbieden van deelnemingsrechten in een beleggingsinstelling van toepassing zoals deze voor een beheerder gelden op 21 juli 2013, inclusief de vrijstelling onder artikel 1:12 Wft voor de Achmea Beleggingspools. Doel Het beleggingsbeleid van Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro is erop gericht op langere termijn een hoger totaalrendement te behalen dan een doorsnee individuele belegger met een directe belegging zou kunnen realiseren. Beleggingsbeleid De Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro belegt in aan een in de eurozone gevestigde beurs genoteerde obligaties, die uitgegeven zijn of gegarandeerd worden door een overheid uit de eurozone. Het beleggingsbeleid van de Beleggingspool is erop gericht om de samenstelling van de benchmark in belangrijke mate te volgen, waarbij de uitdrukkelijke mogelijkheid bestaat om andere posities ten opzichte van de benchmark in te nemen in situaties of marktomstandigheden waarin grote marktuitslagen kunnen optreden. Afgezien van kosten zoals vermeld in het prospectus, zijn beperkte rendementsverschillen ten opzichte van de benchmark mogelijk. In het geval gebruik wordt gemaakt van de mogelijkheid om af te wijken van de benchmark, zijn relatief grote rendementsverschillen met de benchmark mogelijk. Als benchmark voor de Beleggingspool geldt de Barclays Capital Euro Aggregate Treasury Total Return index. Er kan ter optimalisering van de rendement-/risicoverhouding gebruik worden gemaakt van futures echter zodanig dat niet substantieel meer risico wordt gelopen dan wanneer gebruik van futures achterwege wordt gelaten. De debiteurenkwaliteit van staatsobligaties is minimaal BBB-. In de situatie van ratingverlagingen waardoor de debiteurenkwaliteit beneden BBB- komt, geldt dat binnen een termijn van drie maanden deze staatsobligaties worden verkocht. Deze termijn wordt aangehouden om gedwongen verkopen te verkomen. Hierbij is de benchmark methodologie leidend voor de definitie van de ratings. Dit betekent dat de ratings afkomstig moeten zijn van Standard & Poor s, Moody s of Fitch (onder toezichtstaande ratingagencies). In geval van drie ratings is de middelste rating leidend. In geval van twee ratings is de laagste rating leidend. Maximaal 5% van het Fonds mag buiten de benchmark ( off benchmark ) worden belegd. Liquiditeiten zijn toegestaan. De vermogensbeheerders van de Beleggingspool beschikken over een eigen researchteam dat gericht onderzoek doet naar ontwikkelingen binnen de verschillende sectoren, de macro-economie en de invloeden daarvan op de financiële markten wereldwijd. De Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro wordt beheerd door meerdere vermogensbeheerders (Multi Asset Management model). Hierdoor ontstaat het voordeel van spreiding van beleggingsstijlen, waarbij actief wordt gestuurd op verbetering van de verhouding tussen risico en rendement. Robeco Institutional Asset Management B.V. heeft het merendeel van het vermogen onder beheer. Het overige gedeelte wordt beheerd door F&C Netherlands B.V. Bij de selectie van vermogensbeheerders wordt beoordeeld of de beleggingsstijlen en achtergronden van de diverse vermogensbeheerders elkaar aanvullen. Uitgifte en inkoop van participaties Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro heeft een open-end structuur. Dit houdt in dat de Beleggingspool nieuwe participaties zal uitgeven tegen een koers gelijk aan de dagelijks vastgestelde netto vermogenswaarde van de Beleggingspool, verhoogd met de voor de Beleggingspool vastgestelde opslag. Tevens is de Beleggingspool steeds bereid, bijzondere omstandigheden voorbehouden, participaties in te kopen tegen de netto Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro 3

183 vermogenswaarde verlaagd met de voor de Beleggingspool vastgestelde afslag. Een bijzondere omstandigheid, waardoor Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro, uitsluitend naar haar oordeel, de inkoop kan opschorten, is onder andere dat de Beleggingspool door politieke, economische, militaire of monetaire situatie geen netto vermogenswaarde kan bepalen. Fiscale positie De Beleggingspool wordt ten behoeve van haar participanten fiscaal als transparant aangemerkt. De Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro, is een besloten fonds voor gemene rekening en alle activa en passiva, alsmede de resultaten van deze pool, worden rechtstreeks toegerekend aan de houders van de participaties. Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro 4

184 3. Verslag van de beheerder Algemeen Hierbij bieden wij u het jaarverslag aan van Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro over het boekjaar Voor de structuur, doel en het beleggingsbeleid van Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro verwijzen wij naar het profiel in hoofdstuk 2. Toestand per balansdatum en ontwikkelingen gedurende het boekjaar Het vermogen van Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro is gedurende de verslagperiode toegenomen tot 142,0 miljoen (2012: 1,0 miljoen). De toename van het vermogen is geheel toe te schrijven aan de intreding van participanten van 141 miljoen. De netto vermogenswaarde per participatie van de Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro bedroeg ultimo ,94 wat ten opzichte van 31 december 2012 een rendement van 2,56% betekent. De vergelijkbare benchmark van de Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro heeft over dezelfde periode een rendement van 2,24% gerealiseerd. Ontwikkelingen 2013 Ontwikkelingen belegd vermogen Gedurende de verslagperiode zijn per 2 april 2013 vijf nieuwe beleggingsfondsen toegevoegd aan Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen, het Achmea Mixfonds Zeer Defensief, het Achmea Mixfonds Defensief, het Achmea Mixfonds Neutraal, het Achmea Mixfonds Offensief en het Achmea Mixfonds Zeer Offensief. Eind april 2013 heeft instroom plaatsgevonden van ongeveer 635 miljoen euro in de per 2 april 2013 opgerichte vijf beleggingsfondsen. De instroom kwam voort uit een transitie van de verzekeraar waarbij de beleggingen die gekoppeld zijn aan bepaalde beleggingsverzekeringen omgezet zijn naar deze vijf nieuwe mixfondsen (hierna: Mixfondsen Leven). De vijf mixfondsen Leven beleggen voornamelijk in de Achmea Beleggingspools, waardoor ook de belegde vermogens van deze Beleggingspools zijn toegenomen. Multi Assetmanagement Tegelijkertijd met de instroom eind april 2013, heeft Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. ervoor gekozen om voor de Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro een tweede vermogensbeheerder, Robeco Institutional Asset Management B.V., aan te wijzen. Wet- en Regelgeving AIFMD Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. valt onder het regime van de Richtlijn Alternatieve Beleggingsinstellingen (Alternative Investment Fund Management Directive) ( AIFM-Richtlijn ), zoals dit van kracht is geworden op 22 juli Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. was reeds voor 21 juli 2013 bevoegd om in Nederland alternatieve beleggingsinstellingen te beheren en kan daardoor gebruik maken van het op basis van de AIFM-Richtlijn toepasselijke overgangsjaar om te voldoen aan de bij of krachtens de AIFM- Richtlijn gestelde regels. Voor een vergunninghoudende beheerder houdt het overgangsjaar in dat zijn bestaande vergunning op 22 juli 2014 van rechtswege overgaat in een AIFM-Richtlijn vergunning. Tot 22 juli 2014 blijven de regels van het aanbieden van deelnemingsrechten in een beleggingsinstelling van toepassing zoals deze voor een beheerder gelden op 21 juli Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. is in 2013 gestart met een project om te komen tot tijdige implementatie van de regels van de AIFM-Richtlijn in haar processen. FATCA De implementatie van de Foreign Account Tax Compliance Act (FATCA) uit de Verenigde Staten van Amerika voor de beleggingsfondsen en beleggingspools heeft in 2013 nog geen gevolg gehad. Nederland onderhandelde met de Verenigde Staten van Amerika over het sluiten van een Intergovernmental Agreement, waarbij de gevolgen van de FATCA wetgeving geïmplementeerd zullen worden via de Nederlandse Belastingdienst. Deze Intergovernmental Agreement is in december 2013 bereikt. EMIR Op de beleggingsinstellingen waarin gebruik wordt gemaakt van derivaten, ofwel om redenen van risico afdekking, ofwel om beleggingsredenen, zijn de regels voortvloeiende uit de European Market Infrastructure Regulation (EMIR) van kracht geworden. In het verslagjaar is een aantal risico verminderende maatregelen van kracht geworden per 15 maart 2013 (timely confirmation en daily valuation) en per 15 september 2013 (portfolio compression, portfolio reconciliation, dispute resolution). Financial Transaction Tax (FTT) Invoering van een Financial Transaction Tax (FTT) heeft naar alle waarschijnlijkheid invloed op het rendement van een beleggingsfonds. Nederland heeft er in 2013 vooralsnog voor gekozen om zich niet aan te sluiten bij de andere EU lidstaten die een voorstel tot een Europese FTT onderschrijven. Toekomstige ontwikkelingen in Nederland, maar ook in het buitenland, worden door Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. gevolgd. Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro 5

185 Andere ontwikkelingen in de verslagperiode De langjarige overeenkomst met F&C Netherlands B.V. voor het uitvoeren van vermogensbeheer is geëindigd en daarvoor is een overeenkomst voor onbepaalde tijd met een gebruikelijke opzegtermijn in de plaats gekomen. Verantwoord beleggen Ten behoeve van haar participanten stellen de Achmea Beleggingspools zich op als een betrokken aandeelhouder richting ondernemingen die deel uitmaken van de beleggingsportefeuille van de Achmea Beleggingspools. Zij voeren daarom een verantwoord beleggingsbeleid. Uitsluitingsbeleid Er wordt op voorhand niet belegd in: Controversiële wapens Wij beleggen niet in ondernemingen die zich rechtstreeks richten op ontwikkeling, testen, productie, verkoop, handel en onderhoud van controversiële wapens. Ook wordt niet belegd in ondernemingen die een groot belang hebben in andere ondernemingen (via een dochter waarin voor > 50% wordt deelgenomen dan wel via een joint venture waarin een controlerend belang wordt gehouden) die controversiële wapens produceren. Het zijn producenten van: o clustermunitie; o anti persoonsmijnen; o biologische en chemische wapens; o kernwapens. Voor het uitsluiten van controversiële wapens zoekt Achmea aansluiting bij internationale verdragen die door Nederland (en vele andere landen) zijn ondertekend. Het betreft de volgende verdragen: - Conventie voor biologische wapens (1975); - Conventie voor chemische wapens (1997); - Verdrag van Ottawa betreffende anti persoonsmijnen (1997) en - Conventie over clustermunitie (2008). Controversiële landen De Nederlandse overheid kan sanctiemaatregelen nemen tegen landen. Deze landen worden door ons als controversieel beschouwd. Over het algemeen schenden de regeringen van dergelijke landen consequent de fundamentele mensenrechten van hun burgers. De sanctiemaatregelen zijn gebaseerd op de Sanctiewet Tabaksproducenten Producenten van tabaksproducten zijn uitgesloten. Dit vanwege de aangetoonde negatieve effecten van tabaksgebruik op de gezondheid. Achmea rekent juist het bevorderen van de gezondheid tot haar maatschappelijke verantwoordelijkheid. Notoire Global Compact schenders Wij sluiten ondernemingen uit die minimaal twee jaar achtereen bij minimaal twee door ons geselecteerde toetsingsbureaus als Global Compact schender zijn aangemerkt. De principes van het Global Compact van de Verenigde Naties richten zich op het gebied van mensenrechten, werkomstandigheden, klimaatverandering en corruptie. Jaarlijks laat Achmea haar beleggingsportefeuille door een onafhankelijke partij beoordelen in hoeverre de beleggingen voldoen aan deze principes. Indien als gevolg van bijzondere situaties, te beoordelen door de Beheerder, wordt belegd in ondernemingen en/of landen die vallen onder één van de vier hierboven genoemde categorieën, dan zullen dergelijke beleggingen binnen redelijke termijn worden afgebouwd. De Beheerder zal bij afbouw van dergelijke beleggingen in het belang van de deelnemers handelen, met inachtneming van specifieke wettelijke regels, waaronder die over clustermunitie. Zie bijlage B voor de complete lijst met uitsluitingen per 31 december Op de website is een actuele lijst met uitsluitingen opgenomen. AO/IC Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V., als bestuurder van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools, beschikt over een beschrijving van de bedrijfsvoering, die voldoet aan de eisen van de Wft en het Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen ( BGfo ). Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. heeft gedurende het afgelopen boekjaar verschillende aspecten van de bedrijfsvoering beoordeeld. Bij deze werkzaamheden zijn geen constateringen gedaan op grond waarvan zou moeten worden geconcludeerd dat de beschrijving van de opzet van de bedrijfsvoering, als bedoeld in artikel 121 van het BGfo, niet voldoet aan de vereisten zoals opgenomen in de Wft en daaraan gerelateerde regelgeving. Op grond hiervan verklaren wij als bestuurder te beschikken over een beschrijving van de bedrijfsvoering als bedoeld in artikel 121 BGfo, die voldoet aan de eisen van het BGfo. Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro 6

186 In het afgelopen boekjaar zijn risico s en beheersmaatregelen systematisch geïnventariseerd. Beoordeeld is of het rest-risico (het risico dat overblijft na genomen beheersmaatregelen) acceptabel was. Indien dit niet het geval was, zijn additionele maatregelen genomen. Voorts is de werking van de beheersmaatregelen beoordeeld. Over dit proces is door de compliance- en risk officer van Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. aan de directie gerapporteerd. De directie van Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. heeft niet geconstateerd dat de bedrijfsvoering niet effectief en niet overeenkomstig de beschrijving functioneert. Derhalve verklaart Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. met een redelijke mate van zekerheid dat de bedrijfsvoering gedurende het verslagjaar effectief en overeenkomstig de beschrijving heeft gefunctioneerd. Risico s bij het deelnemen in beleggingsfondsen Algemeen De mogelijkheid bestaat dat uw belegging in waarde stijgt. Het is echter ook mogelijk dat uw belegging weinig tot geen inkomsten zal genereren en dat uw inleg bij een ongunstig koersverloop geheel of ten dele verloren gaat. De waardeontwikkeling van de belegging is namelijk afhankelijk van fluctuaties in prijzen van individuele financiële instrumenten waarin door de Beleggingspool wordt belegd. Deze fluctuaties in prijzen van individuele financiële instrumenten zijn het gevolg van ontwikkelingen op de kapitaal-, effecten-, valuta- en goederenmarkten. De koers en de waarde van de beleggingen van de Beleggingspool worden door deze fluctuaties beïnvloed met als gevolg dat de (intrinsieke) waarde (in euro) van de Beleggingspool kan dalen. Hieronder wordt nader ingegaan op de belangrijkste risico s, in volgorde van relevantie, die de koers van de Beleggingspool en de waarde van de financiële instrumenten waarin door de Beleggingspool wordt belegd, kunnen beïnvloeden. Om de risico s die zich voordoen zoveel mogelijk te kunnen beheersen, worden zo mogelijk maatregelen getroffen. Deze beheersmaatregelen worden continu geëvalueerd met als doel een optimale verhouding tussen rendement en risico te bereiken. Indien noodzakelijk worden de beheersmaatregelen als gevolg van de evaluatie aangepast. De genomen beheersmaatregelen worden per risico verantwoord. Omdat de Beleggingspool niet is blootgesteld aan een kasstroomrisico is om die reden het kasstroomrisico niet toegelicht in deze jaarrekening. 1. Marktrisico De koersen van financiële instrumenten waarin wordt belegd kunnen wereldwijd of specifiek op de markten waarin wordt belegd, dalen of stijgen. Deze daling of stijging kan optreden door bijvoorbeeld de veranderde economische, politieke en algemene marktomstandigheden en/of marktomstandighedenverwachtingen alsmede door een veranderde individuele landen- of bedrijfssituatie. Met een brede spreiding in de eurozone wordt het marktrisico zoveel mogelijk beperkt. Er geldt een euro brede benchmark inclusief de euro perifere landen (waaronder Spanje en Italië), omdat die keuze in diverse scenario s het meest robuust wordt geacht. Eind april 2013 waren twee vermogensbeheerders aangesteld, te weten F&C Netherlands B.V. en Robeco Institutional Asset Management B.V. Ten behoeve van het inzicht in het marktrisico is in hoofdstuk de onderverdeling van de beleggingsportefeuille per sector en per land toegelicht. 2. Kredietwaardigheidrisico De waarde van de financiële instrumenten waarin door de Beleggingspool wordt belegd kan worden beïnvloed door een positieve of negatieve ontwikkeling van de kredietwaardigheid van desbetreffende landen, lagere overheden, bedrijven of instellingen, de debiteuren. Dit houdt in dat het risico door de Beleggingspool kan worden gelopen als het desbetreffende land, lagere overheid, bedrijf of instelling niet aan zijn (financiële) verplichtingen kan voldoen. Hierdoor bestaat de mogelijkheid dat een financieel instrument met een lagere kredietwaardigheid moeilijker te verkopen is en/of dat de waarde van het financiële instrument waarin door de Beleggingspool wordt belegd meer kan fluctueren. In de mandaten van de vermogensbeheerders zijn de nodige richtlijnen opgenomen teneinde het risicoprofiel te bewaken. Daarbij zijn richtlijnen opgenomen met betrekking tot de spreiding over landen, debiteurencategorieën, de minimale kwaliteit (rating), de omvang van de beleggingen per debiteur en de off benchmark ruimte. Binnen het mandaat geldt de rating van investment grade (BBB- en hoger) als ondergrens voor nieuwe beleggingen. Ten behoeve van het inzicht in het kredietwaardigheidrisico zijn in hoofdstuk de onderverdeling van de beleggingsportefeuille per land en de onderverdeling naar creditrating toegelicht. 3. Renterisico Bij beleggingsfondsen die beleggen in vastrentende waarden is de waarde van de onderliggende financiële instrumenten afhankelijk van de (ontwikkelingen in de) renteniveaus van de financiële markt. De (ontwikkelingen in de) renteniveaus zijn afhankelijk van de algemene markt- en economische omstandigheden. Bij een stijgende rente zal de koers van een vastrentende waarde dalen en andersom. Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro 7

187 Om het renterisico te beperken wordt binnen de portefeuille actief ingespeeld op de te verwachte rente ontwikkelingen. Bij een verwachte rentestijging wordt de looptijd van de portefeuille verkort om minder gevoelig te zijn voor rentestijgingen. Bij een verwachte rentedaling wordt de looptijd van de portefeuille juist verlengd om te profiteren van de rentedaling. Tegelijkertijd voorziet het mandaat erin dat de duratie (gewogen gemiddelde looptijd) van de portefeuille niet meer mag afwijken dan 0,5 jaar (plus en min) ten opzichte van de duratie van de benchmark. Gedurende 2013 bedroeg de duratie van de portefeuille gemiddeld 6,4 jaar (benchmark: 6,3 jaar). In hoofdstuk is een overzicht opgenomen van de duratie van de portefeuille ten opzichte van de benchmark. 4. Portefeuillerisico Dit risico ontstaat als gevolg van de gemaakte beleggingskeuzen door de vermogensbeheerder(s) in de portefeuille. De waarde van de onderliggende financiële instrumenten fluctueert soms aanzienlijk afhankelijk van de activiteiten en resultaten van de afzonderlijke ondernemingen en/of van de algemene markt- en economische omstandigheden. Dit risico wordt beperkt door richtlijnen in het beleggingsmandaat op te nemen, die de afwijkingen versus de benchmark binnen bepaalde bandbreedtes houden. Zo is een richtlijn opgenomen voor de zogenoemde maximale tracking error per jaar (een maatstaf voor de verwachte afwijking van het rendement ten opzichte van de benchmark). De mandaatrestricties worden dagelijks gemonitord en indien nodig wordt de portefeuille hierop bijgestuurd. 5. Risico van inflatie Inflatie (geldontwaarding) beïnvloedt kan de waarde van de beleggingen. Inflatie betekent dat het geld minder waard wordt. In het algemeen geldt dat bij beleggingen in zakelijke waarden (aandelen, vastgoed e.d.) de geldontwaarding op de langere termijn kan worden gecompenseerd door een hogere beleggingsrendement dan ingeval belegd wordt in vastrentende waarden (obligaties, liquiditeiten). In de koers van vastrentende waarden is in beginsel met een verwachte ontwikkeling van het inflatietempo rekening gehouden. De beleggingsopbrengsten van vastrentende waarden kunnen echter onvoldoende zijn voor de compensatie van de werkelijke inflatie. De inflatie verwachtingen worden nauwlettend gemonitord, omdat deze verwachtingen sterk gecorreleerd zijn aan de renteontwikkelingen. Bij de opbouw van de portefeuille wordt ingespeeld op het risico van inflatie. Bij een stijgende inflatieverwachting wordt de looptijd veelal verkort, omdat dit doorgaans gepaard gaat met een rentestijging. Bij een verwacht gematigd inflatieniveau past veeleer een lagere rente en daarmee verlenging van de duratie van de portefeuille. 6. Liquiditeitsrisico Het is mogelijk dat een transactie (aan- of verkoop van een financieel instrument), als gevolg van het ontbreken van voldoende verhandelbaarheid niet of niet tegen een acceptabele prijs kan worden uitgevoerd. Hierdoor kan er een verlies van waarde van het financiële instrument optreden. Dit risico is relatief beperkt, omdat doorgaans alleen in liquide financiële instrumenten wordt belegd. In de regel kunnen alle beleggingen binnen één tot drie werkdagen worden verkocht. 7. Kredietrisico Landen, lagere overheden, bedrijven, instellingen of een tegenpartij kunnen in gebreke blijven. Dit risico wordt zoveel mogelijk beperkt door strenge selectiecriteria te hanteren bij het selecteren van een land, lagere overheid, bedrijf, instelling of een tegenpartij. Daarbij zullen bij aan- en verkooptransacties in het algemeen slechts kortlopende vorderingen ontstaan waardoor het risico laag is, aangezien levering plaatsvindt tegen (vrijwel) gelijktijdige ontvangst van de tegenprestatie. De vermogensbeheerders voeren alleen transacties uit met brokers en tegenpartijen, die voldoen aan bepaalde minimumeisen (waaronder prijs en kredietwaardigheid). Transacties kunnen slechts worden uitgevoerd met brokers en tegenpartijen die door de risico afdeling van de vermogensbeheerder zijn goedgekeurd en in de interne processen en procedures zijn geborgd. Beleggingsresultaat Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro heeft in 2013 een resultaat geboekt van -23 (2012: 28) en behaalde een beleggingsresultaat van 2,56% (2012: 2,87%). Het rendement op de euro staatsobligatieportefeuille kwam in 2013 uit op ongeveer 2,5%. Onderliggend was sprake van een sterk uiteenlopend beeld. De kapitaalmarktrente in de kernlanden van de eurozone liet een stijging zien. Bij gevolg was het rendement op staatsobligaties van bijvoorbeeld Duitsland en Nederland negatief over heel 2013 gemeten (respectievelijk -2,3% en -2,1%). Aan de andere kant zorgde de ontspanning in de eurozone voor een verdere daling van de renteverschillen tussen de euro periferie en Duitsland (de zogenoemde spreads). Dit weerspiegelde zich in een hoog rendement op staatsobligaties van Spanje (+11%), Ierland (+11%) en Italië (+7%). Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro 8

188 Het beleid voor de obligatieportefeuille is erop gericht om het rendement van de benchmark zo veel mogelijk te volgen. Afwijkingen versus de benchmark blijven nochtans mogelijk, omdat er geen volledige replicatie wordt toegepast. Voor het beheer van de portefeuille waren per eind 2013 twee vermogensbeheerders aangesteld, te weten F&C Netherlands B.V. en Robeco Institutional Asset Management B.V. Terugblik financiële markten 2013 Algemeen Eind 2012 werd verwacht dat de wereldeconomie in 2013 in rustiger vaarwater terecht zou komen. Dit is gedurende 2013 in belangrijke mate ook uitgekomen. De euroschuldencrisis is in de tweede helft van 2013 naar de achtergrond verdwenen en vormde geen grote bron van onrust meer. Daarnaast zette het herstel van de Amerikaanse economie door, terwijl ook de economieën van de eurozone voorzichtig uit het dal klommen. Japan sprong positief in het oog, omdat het grootschalige stimuleringsbeleid leek aan te slaan. Tegen deze achtergrond was het beursklimaat voor de volwassen markten heel positief te noemen. Opvallend was echter dat de prestaties van de opkomende markten sterk achterbleven. Vanaf het moment dat de Amerikaanse Federal Reserve (Fed) anticipeerde op de afbouw van aankopen van staatsobligaties, keerde het sentiment voor de opkomende markten in negatieve zin. Bij gevolg was gedurende 2013 sprake van een groot verschil in aandelenrendementen tussen de ontwikkelde en opkomende markten. De centrale banken drukten wederom een belangrijke stempel op het marktbeeld. Dit gold in de eerste plaats voor de Fed in de Verenigde Staten. Toenmalig Fed president Bernanke kondigde in het voorjaar van 2013 aan het zeer ruime monetaire beleid langzaam te willen afbouwen. Anders gezegd, de maandelijkse aankopen van Amerikaanse staatsobligaties (ten bedrage van $ 85 mrd) zouden door de Fed stapsgewijs worden verlaagd. De timing bleef enkele maanden ongewis, maar uiteindelijk werd duidelijk dat deze afbouw (de zogenoemde tapering ) een aanvang zou nemen in januari Tegelijkertijd benadrukte de Fed dat de korte rente tot eind 2015 op een zeer laag peil blijft, zolang de werkgelegenheid niet voldoende verbetert. De beweging van de Amerikaanse centrale bank liet de markten zeker niet onberoerd. Eén van de belangrijkste gevolgen was een flinke stijging van de kapitaalmarktrente in de VS en in mindere mate ook in Europa. De opkomende markten waren hiervan de dupe, aangezien beleggers veel kapitaal terugtrokken uit deze regio s. In de eurozone zag de Europese Centrale Bank (ECB) voldoende redenen, om de korte rente in 2013 verder te verlagen. Via twee rentestappen daalde de officiële refi-rente met in totaal 0,5%-punt tot een historisch laag niveau van 0,25%. Aan de ene kant diende de lage rente om het broze economische herstel in de eurozone verder te stimuleren. Aan de andere kant had de ECB oog voor de dalende trend van de inflatie, die eind 2013 uitkwam op gemiddeld 0,8% in de eurozone. Dit was duidelijk lager dan het door de ECB gewenste inflatieniveau van dichtbij 2%. Positief was dat de euroschuldencrisis gedurende het verslagjaar steeds minder een thema was. In het eerste kwartaal van het jaar speelde nog wel de bankencrisis in Cyprus, maar die werd uiteindelijk opgelost door de probleembanken te saneren en de grote spaarders ook mee te laten betalen aan de schuldsanering. Daarna werd het rustiger rondom de euroschuldencrisis. Dit weerspiegelde zich in een verdere daling van de renteverschillen tussen de euro periferie (met name Spanje, Italië, Portugal, Ierland) en de kernlanden (Duitsland, Frankrijk, Nederland). In Japan bleef het beleid van premier Abe de aandacht trekken. Dit zogenoemde Abenomics beleid rust op drie pijlers: een zeer ruim budgettair beleid, een zeer ruim monetair beleid en structurele hervormingen. Dit alles is bedoeld om twee decennia van een stagnerende Japanse economie te beëindigen. Het beleid van de Bank of Japan leidde tot een forse daling van de Japanse yen, waardoor de concurrentiepositie van Japanse bedrijven sterk verbeterde. In de ranglijst van 2013 was Japan dan ook de sterkst presterende aandelenmarkt. Voor de opkomende markten was 2013 een tegenvallend jaar. Naast de negatieve impact van het beleid van de Fed, speelden ook andere factoren een rol. Zo kampte de Chinese economie met een duidelijke groeivertraging (hoewel nog altijd op een respectabel niveau van 7 à 8%). Ook de dalende grondstofprijzen werkten nadelig uit voor de opkomende markten. Obligaties De obligatiemarkten lieten in 2013 eveneens een verdeeld beeld zien. Aan de ene kant was sprake van opwaartse rentedruk voor de veilige obligatiemarkten. Zo steeg de Amerikaanse 10-jaars staatsrente met ongeveer 125 bp tot ruim 3%. De Duitse 10-jaars staatsrente liep op met 60 bp tot 1,9% en de Nederlandse 10- jaars staatsrente volgde dit spoor (2,2% eind 2013). De neerwaartse bijstelling van de Nederlandse kredietwaardigheid door S&P (tot AA) had hierbij nauwelijks effect. Aan de andere kant konden de eurolanden in de periferie een verdere daling van de lange renteniveaus noteren, omdat de risicopremie rond de euroschuldencrisis afnam. Deze renteontwikkelingen brachten met zich mee dat Spaanse en Ierse staatsobligaties hoge rendementen lieten zien van boven de 10%. Ook de Italiaanse staatsobligaties rendeerden ruim 7% in Verder waren de high yield bedrijfsobligaties in trek met een rendement van rond de 7%, terwijl de investment grade bedrijfsobligaties dichtbij 0% bleven steken. Amerikaanse en Duitse staatsobligaties moesten vanwege de rentestijging juist terrein prijsgeven (respectievelijk -3,5% en -2,3%). De obligaties uit de opkomende markten presteerden het minst, met een daling van ongeveer 5,5%. Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro 9

189 Vooruitblik financiële markten 2014 Algemeen In 2014 zal de wereldeconomie het herstel naar verwachting kunnen doortrekken. De rol van centrale banken zal hierbij cruciaal blijven, met name die van de Amerikaanse Federal Reserve. De nieuwe Fed voorzitter Janet Yellen staat voor de taak om het stimuleringsbeleid voorzichtig te gaan afbouwen, zonder de economische groei te beschadigen. Inmiddels is duidelijk dat de belangen groter zijn dan alleen voor de Amerikaanse economie. De koerswijziging van de Fed lokte in 2013 immers een wereldwijde rentestijging uit, alsmede een grote kapitaaluitstroom uit de opkomende markten. Dit lijkt begin 2014 in een stroomversnelling te komen, waardoor diverse valuta s van opkomende landen sterk onder druk zijn gekomen. Voor de Amerikaanse economie zijn de vooruitzichten nochtans redelijk positief. De verwachting is dat de situatie op de huizenmarkt en de arbeidsmarkt verder zal verbeteren. Ook zal de impact van bezuinigingen door de overheid minder groot zijn, dankzij een recent begrotingsakkoord. Per saldo wordt de groei van de Amerikaanse economie geraamd op ongeveer 3% in Er wordt nog niet direct rekening gehouden met een renteverhoging in de VS, die lijkt op zijn vroegst in 2015 aan de orde te kunnen komen. Voor de eurozone ligt een minder hoge groei in het verschiet dan in de VS, maar de verwachting is wel dat het herstel voorzichtig doorzet. Het Internationaal Monetair Fonds (IMF) raamt de groei voor de eurozone nu op 1%, na een krimp van 0,4% vorig jaar. Daarbij is de export redelijk sterk, maar blijft de binnenlandse vraag zwak. Een zorgpunt blijft de ontwikkeling van de Zuid Europese economieën, welke nog steeds gebukt gaan onder hoge werkloosheid en straffe bezuinigingen. Daarnaast wordt met enige zorg gekeken naar het zeer lage inflatieniveau binnen de eurozone van beneden de 1%. Als de inflatie zeer laag blijft of zelfs omslaat naar deflatie, bemoeilijkt dit het aflossen van schulden en kunnen bestedingen worden uitgesteld. Om die reden zal de ECB de korte rente zeer laag houden (dichtbij 0%) en proberen de inflatie weer richting 2% te sturen. Als risicofactor voor 2014 geldt nu vooral de situatie op de opkomende markten. De turbulentie wordt gevoed door drie factoren: het beleid van de Fed, de groeivertraging in China en de politieke onrust in bepaalde landen (zoals Thailand, Egypte, Turkije, Oekraïne). De verwachting is niet dat dit zal escaleren in een crisis, zoals ten tijde van de Azië crisis in De Fed zal uitermate voorzichtig zijn in het verder uitrollen van haar beleid. De groei in China blijft met circa 7% nog altijd op een respectabel peil. De politieke onrust lijkt beperkt te blijven tot een paar landen. Een algemeen doemscenario voor de opkomende markten voorzien wij daarom niet. Op lange termijn blijven de groeivooruitzichten voor deze regio s gunstig. Gedurende 2014 kan de volatiliteit voor de opkomende landen echter wel hoog blijven. Beleggingsbeleid De directie heeft de vooruitzichten beoordeeld en spreekt op basis van deze informatie thans de verwachting uit dat het beleggingsbeleid van de Beleggingspool in 2014 niet zal wijzigen. Gebeurtenissen na balansdatum Er hebben zich in de periode vanaf balansdatum tot aan de openbaarmaking geen bijzondere gebeurtenissen voorgedaan. Amsterdam, 22 april 2014 Bestuur van Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools inzake Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro Voor deze: Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro 10

190 Hieronder de kerncijfers van de Beleggingspool over de laatste 2 jaar en de specificatie van de beleggingsresultaten over de laatste 2 jaar. KERNCIJFERS (bedragen in euro s) Fondsvermogen (x 1.000) Aantal uitstaande participaties , ,7080 Netto vermogenswaarde per participatie 1) 1.054, ,66 Lopende kosten 2) 0,12% 0,03% Portefeuille omloop factor 2) 125,21% 14,82% 1) De netto vermogenswaarde per participatie wordt verkregen door het Fondsvermogen, zoals opgenomen in de jaarrekening van de beleggingspool, te delen door het aantal uitstaande participaties. 2) De Lopende kosten en Portefeuille omloopfactor over 2012 hebben betrekking op de periode van t/m / Beleggingsresultaat: 3) 2,56% 2,87% Waarvan uit inkomsten -354,98% 0,82% waardeverandering 345,76% 2,05% kosten 11,78% 0,00% Benchmark 2,24% 3,01% 3) Het beleggingsresultaat, op basis van de mutatie van de netto vermogenswaarde per heeft betrekking op de periode van t/m (2012: t/m ). Volledigheidshalve geven wij hieronder de volledige naam van de hierboven gebruikte benchmark: Barclays Capital Euro Aggregate Treasury Total Return index Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro 11

191 4. Jaarrekening Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro 2013 Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro 12

192 4.1 Balans per 31 december (voor winstbestemming) (in duizenden euro s) ref ACTIVA Beleggingen Obligaties Futures Vorderingen Uit hoofde van effectentransacties Overige vorderingen Liquide middelen Totaal activa PASSIVA Fondsvermogen Geplaatst kapitaal Overige reserves 28 - Onverdeeld resultaat lopend boekjaar Beleggingen Futures Kortlopende schulden Uit hoofde van effectentransacties Totaal passiva Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro 13

193 4.2 Winst- en verliesrekening over de periode 1 januari t/m 31 december (in duizenden euro s) ref OPBRENGSTEN Opbrengst beleggingen Gerealiseerde waardeverandering obligaties Gerealiseerde waardeverandering futures Niet-gerealiseerde waardeverandering obligaties Gerealiseerde waardeverandering futures Overige bedrijfsopbrengsten t/m Totaal bedrijfsopbrengsten LASTEN Beheerkosten Totaal bedrijfslasten Netto resultaat Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro 14

194 4.3 Kasstroomoverzicht over de periode 1 januari t/m 31 december (in duizenden euro s) ref Kasstroom uit beleggingsactiviteiten t/m Netto resultaat Gerealiseerde waardeverandering obligaties Gerealiseerde waardeverandering futures Niet-gerealiseerde waardeverandering obligaties Niet-gerealiseerde waardeverandering futures Aankopen van obligaties Aankopen van futures Verkopen van obligaties Verkopen van futures Mutaties uit hoofde van effectentransacties Mutaties overige vorderingen Kasstroom uit financieringsactiviteiten Inbreng participanten Terugbetaald aan participanten Netto kasstroom/mutatie geldmiddelen Totaal geldmiddelen begin van de verslagperiode 3 - Totaal geldmiddelen eind van de verslagperiode Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro 15

195 4.4 Toelichtingen Algemeen Het besloten fonds voor gemene rekening Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro stelt zich ten doel voor rekening en risico van participanten het verwerven, houden, beheren en vervreemden van vermogenswaarden. Op 17 september 2012 zijn de voorwaarden van beheer en bewaring vastgesteld. Het boekjaar loopt van 1 januari tot en met 31 december. De vergelijkende cijfers in dit jaarverslag hebben betrekking op de periode 1 oktober 2012 tot en met 31 december Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro wordt ten behoeve van haar participanten fiscaal als transparant aangemerkt. De beheerder en bewaarder van de Beleggingspool is de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools (KvK ), statutair gevestigd te Amsterdam en kantoorhoudende aan de Gatwickstraat 1, 1043 GK te Amsterdam. Het bestuur van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools wordt gevormd door Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Het vermogensbeheer van de Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro is uitbesteed aan F&C Netherlands B.V. en sinds 26 april 2013 mede aan Robeco Institutional Asset Management B.V. De administratie en de berekening van de dagelijkse intrinsieke waarde van de Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro zijn uitbesteed aan The Bank of New York Mellon SA/NV Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling Algemeen Deze jaarrekening is opgesteld met inachtneming van de geldende voorschriften voor beleggingsinstellingen uit Titel 9 Boek 2 BW, de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving en de Wft, zoals verder uitgewerkt in het BGfo. In de balans, de winst- en verliesrekening en het kasstroomoverzicht zijn referenties opgenomen waarmee wordt verwezen naar de toelichting. Alle in deze jaarrekening opgenomen bedragen zijn in duizenden euro s, tenzij anders vermeld. De opgenomen posten in de balans zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs, tenzij een andere waarderingsgrondslag wordt vermeld. Schattingen en veronderstellingen Bij toepassing van de grondslagen en regels voor het opstellen van de jaarrekening vormt de beheerder van de beleggingsinstelling zich verschillende oordelen en maakt schattingen die essentieel kunnen zijn voor de in de jaarrekening opgenomen bedragen. Indien het voor het geven van het in artikel 2:362 lid 1 BW vereiste inzicht noodzakelijk is, is de aard van deze oordelen en schattingen inclusief de bijbehorende veronderstellingen opgenomen bij de toelichting op de desbetreffende jaarrekeningposten. Beleggingen Obligaties Beleggingen worden gewaardeerd tegen reële waarde (marktwaarde), zijnde de beurswaarde (slotkoers) per balansdatum. Waardeveranderingen van de obligaties, zowel gerealiseerd als ongerealiseerd, worden direct in de winst- en verliesrekening verwerkt. Derivaten Derivaten (futures en/of valutatermijncontracten) worden in de jaarrekening opgenomen tegen de reële waarde (marktwaarde). Indien geen marktwaarde beschikbaar is, wordt de waarde bepaald met behulp van marktconforme en toetsbare waarderingsmodellen, vergelijkbare derivaten met dezelfde kenmerken waarvoor wel een marktnotering bestaat of wordt de marktwaarde ontleend aan informatie verkregen van gezaghebbende brokers/instituten. Indien een derivatenpositie negatief is wordt het bedrag onder de schulden verantwoord. Waardeveranderingen van de derivaten, zowel gerealiseerd als ongerealiseerd, worden direct in de winst- en verliesrekening verwerkt. Transactiekosten Aankoopkosten worden direct ten laste van de verkrijgingprijs van de beleggingen gebracht. Verkoopkosten worden ten laste van de vervreemdingsprijs van de beleggingen gebracht. Dientengevolge vormen de aankoopen verkoopkosten onderdeel van de (on)gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen. Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro 16

196 Het totaalbedrag aan transactiekosten van beleggingen over het boekjaar wordt, voor zover aantoonbaar, opgenomen in toelichting op de winst- en verliesrekening bij de post Gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeveranderingen. Liquide middelen Onder de liquide middelen zijn opgenomen die kas- en banktegoeden die onmiddellijk opeisbaar zijn dan wel een looptijd korter dan twaalf maanden hebben. Rekening-courantschulden bij banken zijn opgenomen onder schulden aan kredietinstellingen onder kortlopende schulden. Liquide middelen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Overige activa en passiva Overige activa en passiva worden bij de eerste waardering gewaardeerd tegen de reële waarde, inclusief transactiekosten en na eerste verwerking tegen (geamortiseerde) kostprijs. Indien geen sprake is van transactiekosten is de (geamortiseerde) kostprijs gelijk aan de nominale waarde van de vordering c.q. schuld. Hierbij wordt op de vorderingen, indien noodzakelijk, een voorziening wegens mogelijke oninbaarheid in mindering gebracht. Fondsvermogen Algemeen Het fondsvermogen wordt bepaald door het bedrag dat resteert nadat alle actiefposten en posten van het vreemd vermogen, inclusief de voorziening en achtergestelde schuld, volgens de van toepassing zijnde waarderingsgrondslagen in de balans zijn opgenomen. Verwerking van plaatsing en inkoop van participaties De uit hoofde van plaatsing, respectievelijk inkoop van participaties ontvangen, respectievelijk betaalde bedragen worden geheel verwerkt in het fondsvermogen. Resultaatbepaling Het resultaat wordt bepaald als het verschil tussen enerzijds de opbrengsten, zoals in het verslagjaar gedeclareerde dividenden, interest, opbrengsten uit verbruikleen effecten, koersresultaten en valutaresultaten en anderzijds de lasten, zoals beheerkosten. Opbrengsten en lasten worden toegerekend aan de periode waarop zij betrekking hebben. Op- en afslag bij toe- en uittredingen Bij de uitgifte van participaties van de Beleggingspool wordt de uitgifteprijs van de participatie ten opzichte van de berekende intrinsieke waarde verhoogd met een opslag; bij de inkoop van participaties wordt de inkoopprijs verlaagd met een afslag. Deze op- en afslagen dienen vooral om transactiekosten te dekken. Deze transactiekosten bestaan uit onder andere brokerkosten, bankkosten en belastingen. Spreads tussen bied- en laatprijzen en de eventuele verandering in de marktprijs als gevolg van de transactie komen ten laste van de Beleggingspool. De beheerder valideert elk kwartaal de op- en afslagen op basis van de gemiddelde transactiekosten als gevolg van toe- en uittredingen, en past deze indien nodig aan. Lopende kosten De Lopende kosten worden berekend door de totale kosten in de Beleggingspool over de verslagperiode te delen door de gemiddelde intrinsieke waarde. De gemiddelde intrinsieke waarde wordt berekend door gedurende de verslagperiode de afgegeven intrinsieke waarden bij elkaar op te tellen en te delen door het aantal maal dat de intrinsieke waarden zijn afgegeven. De Lopende kosten worden berekend in overeenstemming met de Nadere regeling gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft. De transactiekosten als gevolg van toe- en uittreding en eventuele rentelasten zijn buiten beschouwing gelaten. Portefeuille omloop factor De portefeuille omloop factor (POF) geeft een indicatie van de omloopsnelheid van de beleggingen ten opzichte van het gemiddeld fondsvermogen van de Beleggingspool en is een maatstaf voor de gemaakte transactiekosten als gevolg van het gevoerde portefeuillebeleid en de daaruit voortvloeiende beleggingstransacties. Bij de gehanteerde berekening wordt het bedrag van de omloop bepaald door de som van de aan- en verkopen van de beleggingen te verminderen met de som van de plaatsingen en opnames van eigen participaties. De POF wordt bepaald door het bedrag van de omloop uit te drukken in een percentage van het gemiddeld fondsvermogen welke op identieke wijze wordt berekend als bij de bepaling van de Lopende kosten. Kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de zogenaamde indirecte methode waarbij onderscheid is gemaakt tussen kasstromen uit beleggings- en financieringsactiviteiten. Als liquide middelen worden aangemerkt de kasmiddelen. Bij de kasstroom uit beleggingsactiviteiten wordt het resultaat gecorrigeerd voor kosten welke geen uitgaven zijn, opbrengsten welke geen ontvangsten zijn, alsmede voor mutaties in de beleggingenportefeuille en de vlottende activa en passiva. De mutaties in het fondsvermogen, betaalde bedragen bij inkoop eigen participaties en dividenduitkeringen worden opgenomen onder de kasstroom uit financieringsactiviteiten. Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro 17

197 Fiscale positie De Beleggingspool wordt ten behoeve van haar participanten fiscaal als transparant aangemerkt. De Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro, is een besloten fonds voor gemene rekening en alle activa en passiva, alsmede de resultaten van deze pool, worden rechtstreeks toegerekend aan de houders van de participaties. Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro 18

198 4.4.3 Toelichting op de balans (in duizenden euro s) Beleggingen Obligaties De Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro belegt in obligaties die genoteerd zijn aan een in de eurozone gevestigde beurs. De mutatie in de effectenportefeuille gedurende de verslagperiode is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Aankopen Verkopen Gerealiseerde en niet gerealiseerde waardeveranderingen Stand einde boekjaar De omloopsnelheid van de beleggingen bedroeg in het boekjaar 125,21% (2012: 14,82%). Er was sprake van een passief beleid, waarbij het rendement van de benchmark zo goed mogelijk wordt gevolgd. Voor uitleg inzake de portefeuille omloop factor en de wijze van berekenen, zie de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling. De onderverdeling per sector is als volgt: Staatsobligaties % % Bedrijfsobligaties % - - Afronding De onderverdeling van de staatsobligaties naar landen is als volgt: % % Italië % % Frankrijk % % Duitsland % % Spanje % % België % 63 6% Nederland % 68 7% Ierland % 23 2% Oostenrijk % 47 5% Finland % 17 2% Overige 234 0% - - Afronding % % % Geografische verdeling per Italie Frankrijk Duitsland Spanje Belgie Nederland Ierland Oostenrijk Finland Overig Geografische verdeling per De categorie Overige (2013) bestaat uit de volgende landen: Slovenië, Slowakije en Luxemburg. Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro 19

199 De onderverdeling per Credit Rating is als volgt: BBB % % AA % % AAA % % A 133 0% % % Credit Ratings per Credit Ratings per BBB AA AAA A 7,00 6,90 jaar duratie portefeuille duratie benchmark jaar 7,00 6,90 6,80 6,80 6,70 6,70 6,60 6,60 6,50 6,50 6,40 6,40 6,30 6,30 6,20 6,20 6,10 6,10 6,00 jan-13 feb-13 mrt-13 apr-13 mei-13 jun-13 jul-13 aug-13 sep-13 okt-13 nov-13 dec-13 6,00 Deze gemiddelde duratie geeft de rentegevoeligheid van de obligatieportefeuille aan. Oftewel, aan de duratie kan worden afgelezen welke waardemutatie optreedt bij een bepaalde renteverandering. De portefeuille kende ultimo 2013 een duratie van ongeveer 6,5 jaar. De vuistregel is dan dat bij een gemiddelde rentestijging van 1%, de waarde van de portefeuille met 6,45% (gelijk aan de duratie) zou dalen. De benchmark kent bij deze rentestijging een waardedaling 6,21%. Bij 1% rentedaling is het effect hetzelfde, maar dan in tegengestelde richting. De specificatie van de beleggingen is opgenomen in bijlage A. Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro 20

200 Futures De mutatie in de futures gedurende de verslagperiode is als volgt: t/m Stand begin boekjaar (saldo) - - Aankopen 57 - Verkopen Gerealiseerde en niet- gerealiseerde waardeveranderingen Stand einde boekjaar (saldo) Stand einde boekjaar - positieve futures 7 - Stand einde boekjaar - negatieve futures Stand einde boekjaar (saldo) De nominale waarde van de openstaande future contracten per einde verslagperiode bedraagt: Nominale waarde (x1.000) Einddatum Euro-Schatz Future 50 mrt Euro-Bobl Future -18 mrt Euro-Bund Future 19 mrt Zekerheidsstelling futures Als zekerheid dat aan de dagelijkse marginverplichting wordt voldaan dient door de Beleggingspool een initial margin gestort te worden. Per 31 december 2013 bedroeg de waarde van de afgegeven zekerheidstelling 98 in de vorm van liquide middelen Vorderingen De overige vorderingen kunnen als volgt worden onderverdeeld: Te vorderen rente Te vorderen op participanten uit hoofde van intreding Overige vorderingen 5 - Totaal overige vorderingen Alle vorderingen hebben een looptijd korter dan één jaar Liquide middelen Betreft direct opeisbare tegoeden bij de Deutsche Bank welke in liquide vorm aanwezig en rentedragend zijn. Hierover wordt een marktconforme rente ontvangen. De kredietwaardigheid van de Deutsche Bank per ultimo 31 december 2013 is A (2012: A). Bron: Standard & Poor s. Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro 21

201 Fondsvermogen Geplaatst kapitaal Het verloop gedurende het boekjaar is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Geplaatst gedurende het boekjaar Ingenomen gedurende het boekjaar Totaal gestort en opgevraagd kapitaal Overige reserves t/m Stand begin boekjaar - - Toevoeging resultaat voorgaand boekjaar 28 - Stand einde boekjaar 28 - Vergelijkend overzicht fondsvermogen (bedragen in euro s) Fondsvermogen (x 1.000) Aantal uitstaande participaties , ,7080 Netto vermogenswaarde per participatie 4) 1.054, ,66 4) De netto vermogenswaarde per participatie wordt verkregen door het fondsvermogen, zoals opgenomen in de jaarrekening van het fonds, te delen door het aantal uitstaande participaties. Toerekenbaar netto vermogenswaarde aan: Achmea Mixfonds Neutraal Achmea Mixfonds Defensief Achmea Mixfonds Zeer Defensief Achmea Mixfonds Offensief Achmea Euro Staatsobligaties fonds Afronding Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro 22

202 4.4.4 Toelichting op de winst- en verliesrekening (in duizenden euro s) Opbrengst beleggingen t/m Interest Compensatievergoeding 4 - Totaal opbrengst beleggingen Gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeveranderingen In de waardeverandering is een bedrag van 0 (2012: 0) aan transactiekosten opgenomen uit hoofde van aanen verkopen van beleggingen. Gerealiseerde waardeveranderingen zijn de resultaten uit hoofde van verkopen (inclusief verkoopkosten) van beleggingen en het expireren van valutatermijncontracten. De ongerealiseerde waardeveranderingen zijn de veranderingen in de aangehouden beleggingen (inclusief de aankoopkosten) en de valutatermijncontracten Overige bedrijfsopbrengsten De overige bedrijfsopbrengsten betreffen de op- en afslagen 59 (2012: 0) welke bij de participanten in rekening worden gebracht bij aan- en verkopen van participaties Bedrijfslasten t/m Beheerkosten Accountantskosten: onderzoek van de jaarrekening - 7 Overige kosten - -7 Totaal bedrijfslasten De beheerkosten betreffen de door de vermogensbeheerder(s) in rekening gebrachte vergoeding voor het vermogensbeheer, accountantskosten, bewaarloon en administratiekosten. De vermogensbeheervergoeding wordt berekend op basis van een (gestaffeld) percentage en een vast bedrag van het gemiddeld uitstaand fondsvermogen (afhankelijk van de vermogensbeheerder). Over 2013 bedragen de Lopende kosten van Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro 0,12% (2012: 0,03%). Voor uitleg inzake de Lopende kosten en de wijze van berekenen, zie de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling. De Lopende kosten zijn opgebouwd uit de volgende componenten: Beheerkosten Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro 0,1170% Overige bedrijfskosten 0,0000% Personeel en bezoldiging De Beleggingspool heeft geen werknemers in dienst. De bestuurder van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools is onbezoldigd. Amsterdam, 22 april 2014 Bestuur van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools inzake Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro Voor deze: Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro 23

203 5. Overige gegevens 5.1 Overige gegevens Winstbestemming Volgens artikel 17 en 18 van de Terms and Conditions of Management and Custody van Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro, stelt het bestuur van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools de jaarrekening vast. Dividendvoorstel Conform artikel 18.1 van de Terms and Conditions of Management and Custody van Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro worden opbrengsten direct herbelegd in de Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro en vindt er geen daadwerkelijke uitkering in geld of stukken plaats aan de participanten. Bestemming van het resultaat Het bestuur van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools heeft besloten het resultaat over 2013 te onttrekken aan de overige reserves. Persoonlijke belangen directie De directie en Raad van Commissarissen van Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. als bestuur van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools hadden op 1 januari 2013 en op 31 december 2013 geen persoonlijke belangen in de beleggingen van Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro. Bijzondere gebeurtenissen na balansdatum Er hebben zich in de periode vanaf balansdatum tot aan de openbaarmaking geen bijzondere gebeurtenissen voorgedaan. Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro 24

204 5.2 Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: de beheerder van Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de in dit verslag opgenomen jaarrekening 2013 van Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro te Amsterdam gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2013 en de winst-enverliesrekening over 2013 met de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen. Verantwoordelijkheid van de beheerder De beheerder van de beleggingspool is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 van het in Nederland geldende Burgerlijk Wetboek (BW) en met de Wet op het financieel toezicht, alsmede voor het opstellen van het verslag van de beheerder in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW. De beheerder is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als de beheerder noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de beleggingspool. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van de door de beheerder van de beleggingspool gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden. Oordeel Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro per 31 december 2013 en van het resultaat over 2013 in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 van het in Nederland geldende Burgerlijk Wetboek (BW) en met de Wet op het financieel toezicht. Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisen Ingevolge artikel 2:393 lid 5 onder e en f BW vermelden wij dat ons geen tekortkomingen zijn gebleken naar aanleiding van het onderzoek of het verslag van de beheerder, voor zover wij dat kunnen beoordelen, overeenkomstig Titel 9 Boek 2 BW is opgesteld, en of de in artikel 2:392 lid 1 onder b tot en met h BW vereiste gegevens zijn toegevoegd. Tevens vermelden wij dat het verslag van de beheerder, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 2:391 lid 4 BW. Amsterdam, 22 april 2014 PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. Origineel getekend door mr. drs. M.D. Jansen RA Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro 25

205 BIJLAGE A - Beleggingenspecificatie (in duizenden euro s) De specificatie van de beleggingen van Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro is als volgt 1) : Obligaties ultimo 2013: Fondsnaam Waarde Fondsnaam Waarde Austria Gov. Bond 3.150% 34 Bundesrepub.Deutschl % 145 Austria Gov.Bond 3.400% 49 Bundesrepub.Deutschl % 368 Austria Gov.Bond 3.500% 67 Bundesrepub.Deutschl % Austria Gov.Bond 3.500% 174 Bundesrepub.Deutschl % Austria Gov.Bond 3.650% Bundesrepub.Deutschl % 266 Austria Gov.Bond 3.900% 89 Bundesrepub.Deutschl % 640 Austria Gov.Bond 4.000% 27 Bundesrepub.Deutschl % Austria Gov.Bond 4.150% 137 Bundesrepub.Deutschl % 231 Austria Gov.Bond 4.150% 600 Bundesrepub.Deutschl % 254 Austria Gov.Bond 4.300% Bundesrepub.Deutschl % 36 Austria Gov.Bond 4.350% 164 Bundesrepub.Deutschl % 291 Austria Gov.Bond 4.650% 228 Bundesrepub.Deutschl % 193 Austria Gov.Bond 4.850% 124 Bundesschatzanweisung % Austria Gov.Bond 4.850% 496 Bundesschatzanweisung % 443 Austria Gov.Bond 6.250% 34 Dexia Credit Local 1.625% Belgium Gov.Bond 3.000% 144 Finland Gov.Bond 1.625% 484 Belgium Gov.Bond 3.250% 265 Finland Gov.Bond 1.750% 85 Belgium Gov.Bond 3.500% 363 Finland Gov.Bond 2.750% 108 Belgium Gov.Bond 3.750% 157 Finland Gov.Bond 2.750% 304 Belgium Gov.Bond 4.000% 303 Finland Gov.Bond 3.500% 146 Belgium Gov.Bond 4.000% Finland Gov.Bond 3.875% 23 Belgium Gov.Bond 4.000% Finland Gov.Bond 4.375% 33 Belgium Gov.Bond 4.250% 120 Finland Gov.Bond 4.375% 524 Belgium Gov.Bond 4.250% 800 Finnish Gov.1.125% 50 Belgium Gov.Bond 5.000% 212 France (Govt Of) 0.250% 255 Belgium Gov.Bond 5.500% 200 France Gov.Bond Oat 1.000% 302 Belgium Gov.Bond 5.500% 706 France Gov.Bond Oat 2.500% 220 Belgium Kingdom 3.750% 52 France Gov.Bond Oat 2.750% 102 Bonos Y Oblig 3.300% France Gov.Bond Oat 3.000% 459 Bundesobligation 0.500% 425 France Gov.Bond Oat 3.000% Bundesobligation 0.750% 428 France Gov.Bond Oat 3.250% 494 Bundesobligation 1.000% 301 France Gov.Bond Oat 3.250% 51 Bundesobligation 1.250% 298 France Gov.Bond Oat 3.250% 420 Bundesobligation 2.250% 171 France Gov.Bond Oat 3.250% Bundesobligation 2.500% 135 France Gov.Bond Oat 3.500% 191 Bundesobligation 2.750% France Gov.Bond Oat 3.500% 274 Bundesobligation 2.750% 337 France Gov.Bond Oat 3.500% 275 Bundesrepub.Deutschl % 207 France Gov.Bond Oat 3.750% 388 Bundesrepub.Deutschl % 242 France Gov.Bond Oat 3.750% 151 Bundesrepub.Deutschl % France Gov.Bond Oat 3.750% 206 Bundesrepub.Deutschl % 324 France Gov.Bond Oat 4.000% 147 Bundesrepub.Deutschl % 110 France Gov.Bond Oat 4.000% 330 Bundesrepub.Deutschl % 103 France Gov.Bond Oat 4.000% Bundesrepub.Deutschl % 144 France Gov.Bond Oat 4.000% 668 Bundesrepub.Deutschl % 116 France Gov.Bond Oat 4.250% Bundesrepub.Deutschl % 253 France Gov.Bond Oat 4.250% Bundesrepub.Deutschl % 176 France Gov.Bond Oat 4.250% 270 Bundesrepub.Deutschl % 153 France Gov.Bond Oat 4.250% 206 Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro 26

206 Fondsnaam Waarde Fondsnaam Waarde France Gov.Bond Oat 4.250% 316 Italy Buoni Pol.Del Tes 5.500% France Gov.Bond Oat 4.250% 346 Italy Buoni Pol.Del Tes 6.000% France Gov.Bond Oat 4.500% 421 Italy Buoni Pol.Del Tes 6.000% 524 France Gov.Bond Oat 4.500% 137 Italy Buoni Pol.Del Tes 6.500% 222 France Gov.Bond Oat 4.750% Netherlands Gov.Bond 1.750% 100 France Gov.Bond Oat 4.750% 37 Netherlands Gov.Bond 2.500% 104 France Gov.Bond Oat 5.000% 256 Netherlands Gov.Bond 2.500% 55 France Gov.Bond Oat 5.500% 251 Netherlands Gov.Bond 2.750% 53 France Gov.Bond Oat 5.750% Netherlands Gov.Bond 3.250% France Gov.Bond Oat 5.750% 203 Netherlands Gov.Bond 3.250% 236 French Treasury Note 2.000% 215 Netherlands Gov.Bond 3.250% 205 French Treasury Note 2.500% 45 Netherlands Gov.Bond 3.500% 224 French Treasury Note 2.500% 222 Netherlands Gov.Bond 3.750% 107 Grand Duchy Of Lux % 50 Netherlands Gov.Bond 3.750% 94 Ireland Gov.Bond 4.400% Netherlands Gov.Bond 4.000% 953 Ireland Gov.Bond 4.500% Netherlands Gov.Bond 4.000% 744 Ireland Gov.Bond 4.500% 337 Netherlands Gov.Bond 4.000% 88 Ireland Gov.Bond 4.600% 289 Netherlands Gov.Bond 4.000% 225 Ireland Gov.Bond 5.000% 845 Netherlands Gov.Bond 4.000% 56 Italy Buoni Pol.Del Tes 3.000% 136 Netherlands Gov.Bond 4.500% Italy Buoni Pol.Del Tes 3.000% 310 Netherlands Gov.Bond 4.500% 237 Italy Buoni Pol.Del Tes 3.750% Netherlands Gov.Bond 5.500% 535 Italy Buoni Pol.Del Tes 3.750% 217 Netherlands Gov.Bond 5.500% 131 Italy Buoni Pol.Del Tes 4.000% Netherlands Gov.Bond 7.500% Italy Buoni Pol.Del Tes 4.000% 292 Slovakia Gov.Bond 4.625% 133 Italy Buoni Pol.Del Tes 4.250% Slovenia Gov.Bond 2.750% 51 Italy Buoni Pol.Del Tes 4.250% 316 Spain Gov.Bond 3.000% 294 Italy Buoni Pol.Del Tes 4.250% 349 Spain Gov.Bond 3.300% 4 Italy Buoni Pol.Del Tes 4.250% 161 Spain Gov.Bond 3.800% 523 Italy Buoni Pol.Del Tes 4.500% Spain Gov.Bond 4.000% 378 Italy Buoni Pol.Del Tes 4.500% 271 Spain Gov.Bond 4.200% 310 Italy Buoni Pol.Del Tes 4.500% 132 Spain Gov.Bond 4.250% Italy Buoni Pol.Del Tes 4.500% 245 Spain Gov.Bond 4.300% 624 Italy Buoni Pol.Del Tes 4.750% Spain Gov.Bond 4.600% Italy Buoni Pol.Del Tes 4.750% Spain Gov.Bond 4.800% 511 Italy Buoni Pol.Del Tes 4.750% Spain Gov.Bond 4.900% 848 Italy Buoni Pol.Del Tes 4.750% 439 Spain Gov.Bond 5.500% Italy Buoni Pol.Del Tes 4.750% Spain Gov.Bond 5.500% Italy Buoni Pol.Del Tes 4.750% 604 Spain Gov.Bond 5.500% 252 Italy Buoni Pol.Del Tes 5.000% Spain Gov.Bond 5.750% Italy Buoni Pol.Del Tes 5.000% 55 Spain Gov.Bond 5.850% Italy Buoni Pol.Del Tes 5.000% 512 Spain Gov.Bond 5.850% 455 Italy Buoni Pol.Del Tes 5.000% 326 Spain Gov.Bond 6.000% 211 Italy Buoni Pol.Del Tes 5.250% 401 Afronding ) De beleggingen met verschillende looptijden worden separaat weergegeven in bovenstaande tabel. Deze looptijden worden niet nader toegelicht. Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro 27

207 Ter vergelijking de obligaties ultimo ) : Fondsnaam Waarde Fondsnaam Waarde Fondsnaam Waarde Austria (Rep Of) Bds 4.000% 2 Finland Gov. Bnd 1.750% 5 Italy Buoni Pol % 7 Austria (Rep Of) 4.650% 7 Finland Gov. Bnd 3.125% 2 Italy Buoni Pol % 9 Austria (Rep Of) Bds 4.300% 10 Finnish Government 2.750% 3 Italy Buoni Pol % 11 Austria (Republic Of) 3.500% 7 Finnish Government 3.500% 6 Italy Buoni Pol % 8 Austria (Republic Of) 3.900% 5 France (Govt Of) 3.000% 7 Italy Buoni Pol % 11 Austria (Republic Of) 4.350% 8 France (Govt Of) 3.750% 9 Italy Buoni Pol % 7 Austria (Republic Of) 4.150% 5 France (Govt Of) 4.000% 11 Italy Buoni Pol % 12 Belgium (Kingdom Of) 3.250% 8 France (Govt Of) 4.250% 7 Italy Buoni Pol % 10 Belgium (Kingdom Of) 4.000% 8 France (Govt Of) 4.500% 9 Italy Buoni Pol % 11 Belgium (Kingdom Of) 5.000% 8 France (Govt Of) Oat 4.000% 7 Italy Buoni Pol % 8 Belgium (Kingdom Of) 5.500% 8 France (Govt Of) Oat 5.000% 8 Netherlands Gov. Bnd 2.500% 7 Belgium Gov. Bnd 3.750% 8 France Gov. Bond Oat 2.500% 9 Netherlands Gov. Bnd 3.250% 10 Belgium Gov. Bnd 4.250% 5 France Gov. Bond Oat 3.000% 10 Netherlands Gov. Bnd 3.250% 7 Belgium Kingdom 3.500% 10 France Gov. Bond Oat 3.250% 18 Netherlands Gov. Bnd 3.500% 7 Belgium(Kingdom Of) 4.000% 8 France Gov. Bond Oat 3.250% 9 Netherlands Gov. Bnd 3.750% 2 Bonos Y Oblig 3.000% 8 France Gov. Bond Oat 3.500% 8 Netherlands Gov. Bnd 3.750% 5 Bonos Y Oblig 3.300% 8 France Gov. Bond Oat 3.500% 9 Netherlands Gov. Bnd 4.000% 9 Bonos Y Oblig 4.000% 7 France Gov. Bond Oat 3.500% 16 Netherlands Gov. Bnd 4.000% 7 Bundesobligation 2.250% 7 France Gov. Bond Oat 3.750% 5 Netherlands Gov. Bnd 4.500% 9 Bundesobligation 2.500% 11 France Gov. Bond Oat 3.750% 8 Netherlands Gov. Bnd 5.500% 4 Bundesobligation 2.500% 2 France Gov. Bond Oat 4.000% 8 Republic Of Austria 4.850% 3 Bundesrepub. Deutschl % 5 France Gov. Bond Oat 4.000% 8 Spain (Govt Of) Bds 4.400% 8 Bundesrepub. Deutschl % 10 France Gov. Bond Oat 4.250% 11 Spain (Govt Of) Bds 6.000% 7 Bundesrepub. Deutschl % 8 France Gov. Bond Oat 4.250% 8 Spain (Kingdom Of) 3.800% 8 Bundesrepub. Deutschl % 6 France Gov. Bond Oat 4.250% 14 Spain (Kingdom Of) 4.200% 7 Bundesrepub. Deutschl % 7 France Gov. Bond Oat 5.500% 8 Spain (Kingdom Of) 5.500% 7 Bundesrepub. Deutschl % 5 France Gov. Bond Oat 5.750% 4 Spain (Kingdom Of) 4.600% 9 Bundesrepub. Deutschl % 7 French Treasury Note 2.000% 8 Spain Gov. Bnd 4.800% 9 Bundesrepub. Deutschl % 17 French Treasury Note 2.500% 9 Spain Gov. Bnd 5.500% 15 Bundesrepub. Deutschl % 5 French Treasury Note 3.000% 8 Spain Gov. Bnd 4.250% 8 Bundesrepub. Deutschl % 27 Germany (Fed Rep) Bds 5.500% 14 Treasury 4.6% 13 Bundesrepub. Deutschl % 32 Germany (Fed Rep) Bds 6.250% 12 Afronding 10 Bundesrepub. Deutschl % 11 Germany( Fed. Rep) 3.750% Bundesrepub. Deutschl % 1 Ireland Gov. Bond 4.500% 10 Bundesrepub. Deutschl % 11 Italy (Republic Of) 4.500% 9 Bundesrepub. Deutschl % 1 Italy Buoni Pol % 10 Buoni Poliennali Del Tes 4.250% 9 Italy Buoni Pol % 7 Buoni Poliennali Del Tes 3.000% 7 Italy Buoni Pol % 7 Buoni Poliennali Del Tes 3.000% 8 Italy Buoni Pol % 8 Buoni Poliennali Del Tes 3.500% 12 Italy Buoni Pol % 9 Buoni Poliennali Del Tes 3.750% 8 Italy Buoni Pol % 10 Buoni Poliennali Del Tes 5.000% 10 Italy Buoni Pol % 7 Buoni Poliennali Del Tes 6.000% 6 Italy Buoni Pol % 8 1) De beleggingen met verschillende looptijden worden separaat weergegeven in bovenstaande tabel. Deze looptijden worden niet nader toegelicht. Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro 28

208 Nucleaire wapens Bio. & chemische wapens Antipersoonsmijnen Clustermunitie UN Global Compact Tabak Enhanced engagement BIJLAGE B - Uitsluitingen Achmea Beleggingspools per 31 december 2013 Staatsobligaties Birma/Myanmar Ivoorkust Libanon Oezbekistan Somalië Soedan Syrië Zimbabwe Democratische Volksrepubliek Korea (Noord Korea) Iran Bedrijfsobligaties en aandelen Bedrijf Land Alliant Techsystems United States x x x Areva S.A. France x Babcock International Group PLC United Kingdom x BAE Systems PLC United Kingdom x Boeing Co. United States x European Aeronautic Defence & Space Co. EADS N.V. Netherlands Finmeccanica S.p.A. Italy x Fluor Corp. United States x General Dynamics Corp. United States x x Honeywell International Inc. United States x Huntington Ingalls Industries United States x Jacobs Engineering Group Inc. United States x L-3 Communications Holdings Inc. United States x x Lockheed Martin Corp. United States x x x Moog Inc. United States x Northrop Grumman Corp. United States x Raytheon Co. United States x Rolls-Royce Group PLC United Kingdom x SAFRAN S.A. France x SAIC Inc. United States x Serco Group United Kingdom x Textron Inc. United States x United Technologies United States x URS Corp. United States x Singapore Technologies Engineering Ltd. Singapore x x Hanwha Corp. South Korea x x Doosan Co Ltd South Korea x Aeroteh Romania x x Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro 29

209 Nucleaire wapens Bio. & chemische wapens Antipersoonsmijnen Clustermunitie UN Global Compact Tabak Enhanced engagement Bedrijf Land Aryt Industries Israel x China Spacesat China x Kaman Corp United States x Poongsan South Korea x Chevron Corp. United States x Wal-Mart Stores Inc. United States x Vedanta United Kingdom x PetroChina Co. Ltd. China x 22nd Century Group Inc (XXII) USA x Adris Grupa dd (ADRSRA) Croatia x Al Eqbal Co for Investment PLC (EICO) Jordan x Alliance One International Inc (AOI) USA x Altria Group Inc (MO) USA x Asenovgrad Tabac AD-Asenovgrad (6AD) Bulgaria x Blagoevgrad-BT AD (55B) Bulgaria x British American Tobacco Malaysia Bhd (ROTH) Malaysia x British American Tobacco PLC (BATS) UK x Bulgartabac Holding AD (57B) Bulgaria x Coka Duvanska Industrija AD Coka (COKA) Serbia x Dupnitza-BT AD (4DA) Bulgaria x Duvanski Kombinat AD Podgorica (DKPG) Montenegro x Eastern Tobacco (EAST) Egypt x Fabrika duhana Sarajevo dd Sarajevo (FDSSR) Bosnia and Herzegovina x Fabrika Duvana AD Banja Luka (FDBLRA) Bosnia and Herzegovina x Godfrey Phillips India Ltd (GP) India x Golden Tobacco Ltd (GTO) India x Gotse Delchev Tabac AD-Gotse Delchev (4GD) Bulgaria x Grupo Carso SAB de CV Mexico x Gudang Garam Tbk PT (GGRM) Indonesia x Haskovo-Tabac AD (4H9) Bulgaria x Hrvatski Duhani DD (HRDHRA) Croatia x Huabao International Holdings Limited China x Imperial Tobacco Group PLC (IMT) UK x Isperih-BT AD (4IS) Bulgaria x ITC Ltd (ITC) India x Japan Tobacco Inc (2914) Japan x JT International Bhd (RJR) Malaysia x Karelia Tobacco Co Inc SA (KARE) Greece x Khyber Tobacco Co (KHTC) Pakistan x Kothari Products Ltd (KTP) India x KT&G Corp (033780) South Korea x Lorillard Inc (LO) USA x Ngan Son JSC (NST) Vietnam x NTC Industries Ltd (NTCIL) India x Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro 30

210 Nucleaire wapens Bio. & chemische wapens Antipersoonsmijnen Clustermunitie UN Global Compact Tabak Enhanced engagement Bedrijf Land Pazardzhik-BT AD Pazardzhik (4PZ) Bulgaria x Philip Morris International Inc (PM) USA x Philippine Tobacco Flue Cur (TFC) Philippines x Pleven-Bulgartabak (4PQ) Bulgaria x Reynolds American Inc (RAI) USA x Shanghai Industrial Holdings Ltd. China x Shoumen-BT AD (3JZ) Bulgaria x Sinnar Bidi Udyog Ltd (SBU) India x Sitab-Soc Ivoirienne Tabacs (STBC) Ivory Coast x Slantse Stara Zagora- BT AD (3JO) Bulgaria x Smokefree Innotec Inc (SFIO) USA x Sofia-BT AD (3JU) Bulgaria x Souza Cruz SA Brazil x Strumica Tabak Strumica (STTB) Macedonia x Swedish Match AB (SWMA) Sweden x Tabak ad Nis (TBKN) Serbia x TSL Ltd/Zimbabwe (TSL) Zimbabwe x Tvornica Duhana Zagreb dd (TDZRA) Croatia x Union Tobacco (UTOB) Jordan x Universal Corp/VA (UVV) USA x Utalim SA Slatina (UTOL) Romania x Vector Group Ltd (VGR) USA x VST Industries Ltd (VST) India x Wismilak Inti Makmur Tbk PT ( D) Indonesia x Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Euro 31

211 JAARVERSLAG Beleggingspool Achmea Grondstoffen 2013

212

213 Inhoudsopgave 1. Algemene gegevens 2 2. Profiel 3 3. Verslag van de beheerder 5 4. Jaarrekening Balans Winst- en verliesrekening Kasstroomoverzicht Toelichtingen Algemeen Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling Toelichting op de balans Toelichting op de winst- en verliesrekening Overige gegevens Overige gegevens Controleverklaring van de onafhankelijke accountant 25 Bijlage A. Beleggingenspecificatie 26 Bijlage B. Uitsluitingen Achmea Beleggingspools per 31 december Beleggingspool Achmea Grondstoffen 1

214 Beleggingspool Achmea Grondstoffen 1. Algemene gegevens Beheerder Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools, waarvan het bestuur wordt gevormd door: Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V., waarvan de directie wordt gevormd door: M.T. Heijndijk (voorzitter) Drs. W. van Heerdt Drs. Y.J. de Jong Kantooradres: Gatwickstraat GK Amsterdam Postbus KA Amsterdam KvK Onafhankelijke Accountant PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. Thomas R. Malthusstraat JR Amsterdam Depotbank BNY Mellon S.A./ N.V. Netherlands Branche Strawinskylaan XX Amsterdam Beleggingspool Achmea Grondstoffen 2

215 2. Profiel Structuur Beleggingspool Achmea Grondstoffen te Amsterdam (hierna ook de Beleggingspool genoemd) is een besloten fonds voor gemene rekening wat zich tot doel stelt voor rekening en risico van participanten het verwerven, houden, beheren en het vervreemden van vermogenswaarden. De Beleggingspool is opgericht op 17 september De daadwerkelijke beleggingsactiviteiten hebben per 3 december 2012 een aanvang genomen. De Beleggingspool is vrijgesteld van toezicht in het kader van de Wet op het financieel toezicht ( Wft ). Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V., de bestuurder van Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools, valt onder het regime van de Richtlijn Alternatieve Beleggingsinstellingen (Alternative Investment Fund Management Directive) ( AIFM-Richtlijn ), zoals dit van kracht is geworden op 22 juli Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. was reeds voor 21 juli 2013 bevoegd om in Nederland alternatieve beleggingsinstellingen te beheren en kan daardoor gebruik maken van het op basis van de AIFM-Richtlijn toepasselijke overgangsjaar om te voldoen aan de bij of krachtens de AIFM-Richtlijn gestelde regels. Voor een vergunninghoudende beheerder houdt het overgangsjaar in dat zijn bestaande vergunning op 22 juli 2014 van rechtswege overgaat in een AIFM-Richtlijn vergunning. Tot 22 juli 2014 blijven de regels van het aanbieden van deelnemingsrechten in een beleggingsinstelling van toepassing zoals deze voor een beheerder gelden op 21 juli 2013, inclusief de vrijstelling onder artikel 1:12 Wft voor de Achmea Beleggingspools. Doel Het beleggingsbeleid van Beleggingspool Achmea Grondstoffen is erop gericht op langere termijn een hoger totaalrendement te behalen dan een doorsnee individuele belegger met een directe belegging zou kunnen realiseren. Beleggingsbeleid De Beleggingspool Achmea Grondstoffen belegt door middel van financiële instrumenten in een breed scala van grondstoffen. De Beleggingspool voert een actief beleggingsbeleid. De doelstelling van de Beleggingspool Achmea Grondstoffen is met een goed gespreide portefeuille een outperformance te bereiken ten opzichte van de benchmark. Dit betekent dat de benchmark niet wordt gevolgd. Hierdoor zijn relatief grote rendementsverschillen, afgezien van kosten zoals vermeld in het prospectus, met de benchmark mogelijk. Als benchmark voor de Beleggingspool Achmea Grondstoffen geldt de Dow Jones UBS Commodity Total Return Index (hedged naar euro). Het beleggen in grondstoffen gebeurt door het afsluiten van goederentermijncontracten of andere aan grondstoffen gerelateerde grondstoffenderivaten. De waarde van deze grondstoffenderivaten is onder meer afgeleid van de waarde van de onderliggende grondstoffen. De goederentermijnmarkten bieden zeer liquide mogelijkheden voor beleggers om toegang te krijgen tot de grondstoffenmarkt. De markt is in het algemeen zeer efficiënt, maar het gegeven dat vele beleggers op hetzelfde moment posities in goederentermijncontracten vernieuwen, ook wel doorrollen genoemd, biedt goede mogelijkheden voor het toevoegen van additioneel rendement. De benchmark van de Beleggingspool Achmea Grondstoffen bestaat uit liquide goederentermijncontracten, die iedere twee maanden volgens een vast schema worden doorgerold. Dit doorrollen gaat gepaard met kosten en veroorzaakt beperkt marktdislocaties, doordat veel beleggers op exact hetzelfde moment deze activiteit uitvoeren. De Beleggingspools Achmea Grondstoffen belegt onder normale omstandigheden in commodity swaps. Dit zijn grondstoffenderivaten met dagelijkse afrekening van onderpand. Daarnaast belegt het fonds in Amerikaanse kortlopende staatsobligaties ( Treasury bills ), welke worden gebruikt als onderpand voor de commodity swaps. De commodity swaps in de Beleggingspool Achmea Grondstoffen worden door de partij met wie de commodity swaps worden gesloten volledig gedekt door een belegging in Amerikaanse kortlopende staatsobligaties (Treasury bills ). Er is derhalve geen sprake van een hefboomwerking ( leverage ) in het fonds. Daarnaast is het gebruik van valutatermijncontracten toegestaan, met als doelstelling om het valutakoersrisico naar de euro zoveel mogelijk te beperken. De vermogensbeheerder van de Beleggingspool Achmea Grondstoffen beschikt over een eigen researchteam dat gericht onderzoek doet naar ontwikkelingen binnen de verschillende sectoren, de macro-economie en de invloeden daarvan op de financiële markten wereldwijd. Uitgifte en inkoop van participaties Beleggingspool Achmea Grondstoffen heeft een open-end structuur. Dit houdt in dat de Beleggingspool nieuwe participaties zal uitgeven tegen een koers gelijk aan de dagelijks vastgestelde netto vermogenswaarde van de Beleggingspool, verhoogd met de voor de Beleggingspool vastgestelde opslag. Tevens is de Beleggingspool steeds bereid, bijzondere omstandigheden voorbehouden, participaties in te kopen tegen de netto Beleggingspool Achmea Grondstoffen 3

216 vermogenswaarde verlaagd met de voor de Beleggingspool vastgestelde afslag. Een bijzondere omstandigheid, waardoor Beleggingspool Achmea Grondstoffen, uitsluitend naar haar oordeel, de inkoop kan opschorten, is onder andere dat de Beleggingspool door politieke, economische, militaire of monetaire situatie geen netto vermogenswaarde kan bepalen. Fiscale positie De Beleggingspool wordt ten behoeve van haar participanten fiscaal als transparant aangemerkt. De Beleggingspool Achmea Grondstoffen, is een besloten fonds voor gemene rekening en alle activa en passiva, alsmede de resultaten van deze pool, worden rechtstreeks toegerekend aan de houders van de participaties. Beleggingspool Achmea Grondstoffen 4

217 3. Verslag van de beheerder Algemeen Hierbij bieden wij u het jaarverslag aan van Beleggingspool Achmea Grondstoffen over het boekjaar Voor de structuur, doel en het beleggingsbeleid van Beleggingspool Achmea Grondstoffen verwijzen wij naar het profiel in hoofdstuk 2. Toestand per balansdatum en ontwikkelingen gedurende het boekjaar Het vermogen van Beleggingspool Achmea Grondstoffen is gedurende de verslagperiode toegenomen tot 34 miljoen (2012: 1 miljoen). De toename van het vermogen is toe te schrijven aan intredingen van participanten van 34 miljoen en netto beleggingsopbrengsten van 1 miljoen. Daar tegenover stonden de koersdalingen op de financiële markten van -2 miljoen. De netto vermogenswaarde per participatie van de Beleggingspool Achmea Grondstoffen bedroeg ultimo ,49 wat ten opzichte van 31 december 2012 een rendement van -10,76% betekent. De vergelijkbare benchmark van de Beleggingspool Achmea Grondstoffen heeft over dezelfde periode een rendement van -9,78% gerealiseerd. Ontwikkelingen 2013 Ontwikkelingen belegd vermogen Gedurende de verslagperiode zijn per 2 april 2013 vijf nieuwe beleggingsfondsen toegevoegd aan Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen, het Achmea Mixfonds Zeer Defensief, het Achmea Mixfonds Defensief, het Achmea Mixfonds Neutraal, het Achmea Mixfonds Offensief en het Achmea Mixfonds Zeer Offensief. Eind april 2013 heeft instroom plaatsgevonden van ongeveer 635 miljoen euro in de per 2 april 2013 opgerichte vijf beleggingsfondsen. De instroom kwam voort uit een transitie van de verzekeraar waarbij de beleggingen die gekoppeld zijn aan bepaalde beleggingsverzekeringen omgezet zijn naar deze vijf nieuwe mixfondsen (hierna: Mixfondsen Leven). De vijf mixfondsen Leven beleggen voornamelijk in de Achmea Beleggingspools, waardoor ook de belegde vermogens van deze Beleggingspools zijn toegenomen. Wet- en Regelgeving AIFMD Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. valt onder het regime van de Richtlijn Alternatieve Beleggingsinstellingen (Alternative Investment Fund Management Directive) ( AIFM-Richtlijn ), zoals dit van kracht is geworden op 22 juli Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. was reeds voor 21 juli 2013 bevoegd om in Nederland alternatieve beleggingsinstellingen te beheren en kan daardoor gebruik maken van het op basis van de AIFM-Richtlijn toepasselijke overgangsjaar om te voldoen aan de bij of krachtens de AIFM-Richtlijn gestelde regels. Voor een vergunninghoudende beheerder houdt het overgangsjaar in dat zijn bestaande vergunning op 22 juli 2014 van rechtswege overgaat in een AIFM-Richtlijn vergunning. Tot 22 juli 2014 blijven de regels van het aanbieden van deelnemingsrechten in een beleggingsinstelling van toepassing zoals deze voor een beheerder gelden op 21 juli Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. is in 2013 gestart met een project om te komen tot tijdige implementatie van de regels van de AIFM-Richtlijn in haar processen. FATCA De implementatie van de Foreign Account Tax Compliance Act (FATCA) uit de Verenigde Staten van Amerika voor de beleggingsfondsen en beleggingspools heeft in 2013 nog geen gevolg gehad. Nederland onderhandelde met de Verenigde Staten van Amerika over het sluiten van een Intergovernmental Agreement, waarbij de gevolgen van de FATCA wetgeving geïmplementeerd zullen worden via de Nederlandse Belastingdienst. Deze Intergovernmental Agreement is in december 2013 bereikt. EMIR Op de beleggingsinstellingen waarin gebruik wordt gemaakt van derivaten, ofwel om redenen van risico afdekking, ofwel om beleggingsredenen, zijn de regels voortvloeiende uit de European Market Infrastructure Regulation (EMIR) van kracht geworden. In het verslagjaar is een aantal risico verminderende maatregelen van kracht geworden per 15 maart 2013 (timely confirmation en daily valuation) en per 15 september 2013 (portfolio compression, portfolio reconciliation, dispute resolution). Financial Transaction Tax (FTT) Invoering van een Financial Transaction Tax (FTT) heeft naar alle waarschijnlijkheid invloed op het rendement van een beleggingsfonds. Nederland heeft er in 2013 vooralsnog voor gekozen om zich niet aan te sluiten bij de andere EU lidstaten die een voorstel tot een Europese FTT onderschrijven. Toekomstige ontwikkelingen in Nederland, maar ook in het buitenland, worden door Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. gevolgd. Andere ontwikkelingen in de verslagperiode De langjarige overeenkomst met F&C Netherlands B.V. voor het uitvoeren van vermogensbeheer is geëindigd en daarvoor is een overeenkomst voor onbepaalde tijd met een gebruikelijke opzegtermijn in de plaats gekomen. Beleggingspool Achmea Grondstoffen 5

218 Verantwoord beleggen Ten behoeve van haar participanten stellen de Achmea Beleggingspools zich op als een betrokken aandeelhouder richting ondernemingen die deel uitmaken van de beleggingsportefeuille van de Achmea Beleggingspools. Zij voeren daarom een verantwoord beleggingsbeleid. Uitsluitingsbeleid Er wordt op voorhand niet belegd in: Controversiële wapens Wij beleggen niet in ondernemingen die zich rechtstreeks richten op ontwikkeling, testen, productie, verkoop, handel en onderhoud van controversiële wapens. Ook wordt niet belegd in ondernemingen die een groot belang hebben in andere ondernemingen (via een dochter waarin voor > 50% wordt deelgenomen dan wel via een joint venture waarin een controlerend belang wordt gehouden) die controversiële wapens produceren. Het zijn producenten van: o clustermunitie; o anti persoonsmijnen; o biologische en chemische wapens; o kernwapens. Voor het uitsluiten van controversiële wapens zoekt Achmea aansluiting bij internationale verdragen die door Nederland (en vele andere landen) zijn ondertekend. Het betreft de volgende verdragen: - Conventie voor biologische wapens (1975); - Conventie voor chemische wapens (1997); - Verdrag van Ottawa betreffende anti persoonsmijnen (1997) en - Conventie over clustermunitie (2008). Controversiële landen De Nederlandse overheid kan sanctiemaatregelen nemen tegen landen. Deze landen worden door ons als controversieel beschouwd. Over het algemeen schenden de regeringen van dergelijke landen consequent de fundamentele mensenrechten van hun burgers. De sanctiemaatregelen zijn gebaseerd op de Sanctiewet Tabaksproducenten Producenten van tabaksproducten zijn uitgesloten. Dit vanwege de aangetoonde negatieve effecten van tabaksgebruik op de gezondheid. Achmea rekent juist het bevorderen van de gezondheid tot haar maatschappelijke verantwoordelijkheid. Notoire Global Compact schenders Wij sluiten ondernemingen uit die minimaal twee jaar achtereen bij minimaal twee door ons geselecteerde toetsingsbureaus als Global Compact schender zijn aangemerkt. De principes van het Global Compact van de Verenigde Naties richten zich op het gebied van mensenrechten, werkomstandigheden, klimaatverandering en corruptie. Jaarlijks laat Achmea haar beleggingsportefeuille door een onafhankelijke partij beoordelen in hoeverre de beleggingen voldoen aan deze principes. Indien als gevolg van bijzondere situaties, te beoordelen door de Beheerder, wordt belegd in ondernemingen en/of landen die vallen onder één van de vier hierboven genoemde categorieën, dan zullen dergelijke beleggingen binnen redelijke termijn worden afgebouwd. De Beheerder zal bij afbouw van dergelijke beleggingen in het belang van de deelnemers handelen, met inachtneming van specifieke wettelijke regels, waaronder die over clustermunitie. Zie bijlage B voor de complete lijst met uitsluitingen per 31 december Op de website is een actuele lijst met uitsluitingen opgenomen. AO/IC Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V., als bestuurder van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools, beschikt over een beschrijving van de bedrijfsvoering, die voldoet aan de eisen van de Wft en het Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen ( BGfo ). Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. heeft gedurende het afgelopen boekjaar verschillende aspecten van de bedrijfsvoering beoordeeld. Bij deze werkzaamheden zijn geen constateringen gedaan op grond waarvan zou moeten worden geconcludeerd dat de beschrijving van de opzet van de bedrijfsvoering, als bedoeld in artikel 121 van het BGfo, niet voldoet aan de vereisten zoals opgenomen in de Wft en daaraan gerelateerde regelgeving. Op grond hiervan verklaren wij als bestuurder te beschikken over een beschrijving van de bedrijfsvoering als bedoeld in artikel 121 BGfo, die voldoet aan de eisen van het BGfo. In het afgelopen boekjaar zijn risico s en beheersmaatregelen systematisch geïnventariseerd. Beoordeeld is of het rest-risico (het risico dat overblijft na genomen beheersmaatregelen) acceptabel was. Indien dit niet het geval was, zijn additionele maatregelen genomen. Voorts is de werking van de beheersmaatregelen beoordeeld. Over dit proces is door de compliance- en risk officer van Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. aan de directie gerapporteerd. Beleggingspool Achmea Grondstoffen 6

219 De directie van Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. heeft niet geconstateerd dat de bedrijfsvoering niet effectief en niet overeenkomstig de beschrijving functioneert. Derhalve verklaart Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. met een redelijke mate van zekerheid dat de bedrijfsvoering gedurende het verslagjaar effectief en overeenkomstig de beschrijving heeft gefunctioneerd. Risico s bij het deelnemen in beleggingsfondsen Algemeen De mogelijkheid bestaat dat uw belegging in waarde stijgt. Het is echter ook mogelijk dat uw belegging weinig tot geen inkomsten zal genereren en dat uw inleg bij een ongunstig koersverloop geheel of ten dele verloren gaat. De waardeontwikkeling van de belegging is namelijk afhankelijk van fluctuaties in prijzen van individuele financiële instrumenten waarin door de Beleggingspool wordt belegd. Deze fluctuaties in prijzen van individuele financiële instrumenten zijn het gevolg van ontwikkelingen op de kapitaal-, effecten-, valuta- en goederenmarkten. De koers en de waarde van de beleggingen van de Beleggingspool worden door deze fluctuaties beïnvloed met als gevolg dat de (intrinsieke) waarde (in euro) van de Beleggingspool kan dalen. Hieronder wordt nader ingegaan op de belangrijkste risico s, in volgorde van relevantie, die de koers van de Beleggingspool en de waarde van de financiële instrumenten waarin door de Beleggingspool wordt belegd kunnen beïnvloeden. Om de risico s die zich voordoen zoveel mogelijk te kunnen beheersen, worden zo mogelijk maatregelen getroffen. Deze beheersmaatregelen worden continu geëvalueerd met als doel een optimale verhouding tussen rendement en risico te bereiken. Indien noodzakelijk worden de beheersmaatregelen als gevolg van de evaluatie aangepast. De genomen beheersmaatregelen worden per risico verantwoord. Omdat de Beleggingspool niet is blootgesteld aan een kasstroomrisico is om die reden het kasstroomrisico niet toegelicht in deze jaarrekening. 1. Marktrisico De koersen van financiële instrumenten waarin wordt belegd kunnen wereldwijd of specifiek op de markten waarin wordt belegd, dalen of stijgen. Deze daling of stijging kan optreden door bijvoorbeeld de veranderde economische, politieke en algemene marktomstandigheden en/of marktomstandighedenverwachtingen alsmede door een veranderde individuele landen- of bedrijfssituatie. Met een actief beleid en een goede spreiding binnen de portefeuille wordt het marktrisico zoveel mogelijk beperkt. Er wordt belegd in de grondstoffenmarkten. De beleggingen zijn gespreid over de subsectoren energie, edelmetalen, industriële metalen, landbouwproducten en levend vee. Ten behoeve van het inzicht in het marktrisico is in hoofdstuk de onderverdeling van de beleggingsportefeuille per sector toegelicht. 2. Specifiek risico beleggen in grondstoffenderivaten Beleggen in grondstoffen geschiedt door middel van grondstoffenderivaten. Omdat sprake is van derivaten is het risico niet alleen afhankelijk van de onderliggende waarde, de grondstoffen, maar wordt tevens risico gelopen op een derde partij. Er wordt met name gebruik gemaakt van Commodity total return swaps. Hierbij wordt een selectief beleid van tegenpartijen gehanteerd. Het benodigde onderpand voor de swaps wordt volledig belegd in Amerikaans schatkistpapier, zodat binnen de portefeuille geen sprake is van een hefboom (geen leverage ). Dit onderpand wordt op dagbasis verrekend. 3. Concentratierisico Door te beleggen in onder meer hetzelfde land, dezelfde regio, dezelfde sector, bij dezelfde debiteuren of combinaties hiervan, is de spreiding van de beleggingsportefeuille beperkt. De oorzaak van de concentratie van de portefeuille kan het gevolg zijn van het beleggingsbeleid. Een beperkter beleggingsuniversum (b.v. een belegging in Nederland) leidt tot geringere spreidingsmogelijkheden dan een groter universum (b.v. een belegging in de Eurozone of een wereldwijde belegging). Door het concentratierisico kunnen bepaalde gebeurtenissen die de financiële instrumenten raken van grotere invloed zijn op de waarde van de beleggingsportefeuille dan bij een minder geconcentreerde beleggingsportefeuille. Er is gekozen voor een grondstoffen benchmark (Dow Jones UBS Commodity Total Return index), die een gelijkmatige spreiding kent over 5 subsectoren. Dit zijn energie, edelmetalen, industriële metalen, landbouwproducten en levend vee. De gewichten van deze subsectoren zijn gelimiteerd, zodat een goede spreiding binnen de grondstoffenmarkt gewaarborgd is. Ten behoeve van het inzicht in het concentratierisico is in hoofdstuk de onderverdeling van de beleggingsportefeuille per sector toegelicht en is een overzicht van alle beleggingen per ultimo boekjaar opgenomen. Beleggingspool Achmea Grondstoffen 7

220 4. Risico van valutatermijncontracten Binnen de Beleggingspool is het gebruik van valutatermijncontracten toegestaan met als doelstelling om het valutarisico naar de euro zoveel mogelijk te beperken. Hierbij wordt een selectief beleid van tegenpartijen gehanteerd. Hierbij wordt door de vermogensbeheerder een selectief beleid van tegenpartijen gehanteerd. Ten behoeve van het inzicht in het risico van valutatermijncontracten is in hoofdstuk een overzicht van de openstaande valutatermijncontracten opgenomen. 5. Valutakoersrisico De waardeontwikkeling van de belegging waarin wordt belegd kan worden beïnvloed door valutakoersschommelingen. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen direct en indirect valutakoersrisico. Van direct valutakoersrisico is sprake indien de financiële instrumenten waarin wordt belegd, in een vreemde valuta zijn genoteerd. Hierdoor kan een verandering in de koers van een vreemde valuta ten opzichte van de euro een negatief of positief effect hebben op de waarde van de beleggingen en de dividenden van de Beleggingspool. Van indirect valutakoersrisico is sprake als er wordt belegd in financiële instrumenten van ondernemingen die hun resultaten (deels) buiten de eurozone realiseren. Het directe valutarisico naar de euro wordt afgedekt door middel van valutatermijncontracten. Ten behoeve van het inzicht in het valutarisico is in hoofdstuk een overzicht opgenomen waarin de afdekking van valutaposities is toegelicht. 6. Liquiditeitsrisico Het is mogelijk dat een transactie (aan- of verkoop van een financieel instrument) als gevolg van het ontbreken van voldoende verhandelbaarheid niet of niet tegen een acceptabele prijs kan worden uitgevoerd. Hierdoor kan er een verlies van waarde van het financiële instrument optreden. De portefeuille belegt in grondstoffen swaps. De swaps markt wordt gekenmerkt door een zeer grote liquiditeit. Ook de beleggingen in onderpand, zijnde Amerikaans schatkistpapier, zijn over het algemeen zeer liquide. 7. Kredietrisico Landen, lagere overheden, bedrijven, instellingen of een tegenpartij kunnen in gebreke blijven. Dit risico wordt zoveel mogelijk beperkt door strenge selectiecriteria te hanteren bij het selecteren van een land, lagere overheid, bedrijf, instelling of een tegenpartij. Daarbij zullen bij aan- en verkooptransacties in het algemeen slechts kortlopende vorderingen ontstaan waardoor het risico laag is, aangezien levering plaatsvindt tegen (vrijwel) gelijktijdige ontvangst van de tegenprestatie. De vermogensbeheerder voert alleen transacties uit met brokers en tegenpartijen, die voldoen aan bepaalde minimumeisen (waaronder prijs en kredietwaardigheid). Transacties kunnen slechts worden uitgevoerd met brokers en tegenpartijen die door de risico afdeling van de vermogensbeheerder zijn goedgekeurd en in de interne processen en procedures zijn geborgd. Met betrekking tot niet-beursgenoteerde beleggingen, met name OTC-derivaten, wordt door de vermogensbeheerder enkel gewerkt met tegenpartijen waarmee ISDA/CSA-overeenkomsten zijn afgesloten zodat posities van het fonds adequaat worden afgedekt door onderpand. Beleggingsresultaat Beleggingspool Achmea Grondstoffen heeft in 2013 een resultaat geboekt van (2012: -30) en behaalde een beleggingsresultaat van -10,76% (2012: -3,02%) was een tegenvallend jaar voor de grondstoffenmarkten. De grondstoffen portefeuille leverde ruim 10% aan waarde in. De benchmark is samengesteld uit 5 subsectoren: energie, industriële metalen, edelmetalen, landbouwproducten en levend vee. De subindex voor energie presteerde goed, vooral dankzij een stijging van de olieprijs met ongeveer 7%. Andere subindices voor industriële metalen (zoals koper, aluminium), edelmetalen (goud, zilver) en landbouwproducten (zoals suiker, koffie, katoen) toonden echter een forse daling. In het oog sprong bijvoorbeeld een daling van de goudprijs met ongeveer 30%, in reactie op de wegebbende onrust gedurende Ook de groeivertraging van de Chinese economie speelde de grondstoffenmarkt parten. De portefeuille liet ten opzichte van de benchmark vooral rendement liggen, vanwege de positionering in natural gas. De gasprijzen gingen eind 2013 scherp omhoog, ten gevolge van de zeer strenge winter in Noord Amerika. De portefeuille was belegd in langere futures op gas dan de benchmark, terwijl juist de korte looptijden eind 2013 het sterkst in koers stegen. Terugblik financiële markten 2013 Algemeen Eind 2012 werd verwacht dat de wereldeconomie in 2013 in rustiger vaarwater terecht zou komen. Dit is gedurende 2013 in belangrijke mate ook uitgekomen. De euroschuldencrisis is in de tweede helft van 2013 naar de achtergrond verdwenen en vormde geen grote bron van onrust meer. Daarnaast zette het herstel van de Amerikaanse economie door, terwijl ook de economieën van de eurozone voorzichtig uit het dal klommen. Japan Beleggingspool Achmea Grondstoffen 8

221 sprong positief in het oog, omdat het grootschalige stimuleringsbeleid leek aan te slaan. Tegen deze achtergrond was het beursklimaat voor de volwassen markten heel positief te noemen. Opvallend was echter dat de prestaties van de opkomende markten sterk achterbleven. Vanaf het moment dat de Amerikaanse Federal Reserve (Fed) anticipeerde op de afbouw van aankopen van staatsobligaties, keerde het sentiment voor de opkomende markten in negatieve zin. Bij gevolg was gedurende 2013 sprake van een groot verschil in aandelenrendementen tussen de ontwikkelde en opkomende markten. De centrale banken drukten wederom een belangrijke stempel op het marktbeeld. Dit gold in de eerste plaats voor de Fed in de Verenigde Staten. Toenmalig Fed president Bernanke kondigde in het voorjaar van 2013 aan het zeer ruime monetaire beleid langzaam te willen afbouwen. Anders gezegd, de maandelijkse aankopen van Amerikaanse staatsobligaties (ten bedrage van $ 85 mrd) zouden door de Fed stapsgewijs worden verlaagd. De timing bleef enkele maanden ongewis, maar uiteindelijk werd duidelijk dat deze afbouw (de zogenoemde tapering ) een aanvang zou nemen in januari Tegelijkertijd benadrukte de Fed dat de korte rente tot eind 2015 op een zeer laag peil blijft, zolang de werkgelegenheid niet voldoende verbetert. De beweging van de Amerikaanse centrale bank liet de markten zeker niet onberoerd. Eén van de belangrijkste gevolgen was een flinke stijging van de kapitaalmarktrente in de VS en in mindere mate ook in Europa. De opkomende markten waren hiervan de dupe, aangezien beleggers veel kapitaal terugtrokken uit deze regio s. In de eurozone zag de Europese Centrale Bank (ECB) voldoende redenen, om de korte rente in 2013 verder te verlagen. Via twee rentestappen daalde de officiële refi-rente met in totaal 0,5%-punt tot een historisch laag niveau van 0,25%. Aan de ene kant diende de lage rente om het broze economische herstel in de eurozone verder te stimuleren. Aan de andere kant had de ECB oog voor de dalende trend van de inflatie, die eind 2013 uitkwam op gemiddeld 0,8% in de eurozone. Dit was duidelijk lager dan het door de ECB gewenste inflatieniveau van dichtbij 2%. Positief was dat de euroschuldencrisis gedurende het verslagjaar steeds minder een thema was. In het eerste kwartaal van het jaar speelde nog wel de bankencrisis in Cyprus, maar die werd uiteindelijk opgelost door de probleembanken te saneren en de grote spaarders ook mee te laten betalen aan de schuldsanering. Daarna werd het rustiger rondom de euroschuldencrisis. Dit weerspiegelde zich in een verdere daling van de renteverschillen tussen de euro periferie (met name Spanje, Italië, Portugal, Ierland) en de kernlanden (Duitsland, Frankrijk, Nederland). In Japan bleef het beleid van premier Abe de aandacht trekken. Dit zogenoemde Abenomics beleid rust op drie pijlers: een zeer ruim budgettair beleid, een zeer ruim monetair beleid en structurele hervormingen. Dit alles is bedoeld om twee decennia van een stagnerende Japanse economie te beëindigen. Het beleid van de Bank of Japan leidde tot een forse daling van de Japanse yen, waardoor de concurrentiepositie van Japanse bedrijven sterk verbeterde. In de ranglijst van 2013 was Japan dan ook de sterkst presterende aandelenmarkt. Voor de opkomende markten was 2013 een tegenvallend jaar. Naast de negatieve impact van het beleid van de Fed, speelden ook andere factoren een rol. Zo kampte de Chinese economie met een duidelijke groeivertraging (hoewel nog altijd op een respectabel niveau van 7 à 8%). Ook de dalende grondstofprijzen werkten nadelig uit voor de opkomende markten. Obligaties De obligatiemarkten lieten in 2013 eveneens een verdeeld beeld zien. Aan de ene kant was sprake van opwaartse rentedruk voor de veilige obligatiemarkten. Zo steeg de Amerikaanse 10-jaars staatsrente met ongeveer 125 bp tot ruim 3%. De Duitse 10-jaars staatsrente liep op met 60 bp tot 1,9% en de Nederlandse 10- jaars staatsrente volgde dit spoor (2,2% eind 2013). De neerwaartse bijstelling van de Nederlandse kredietwaardigheid door S&P (tot AA) had hierbij nauwelijks effect. Aan de andere kant konden de eurolanden in de periferie een verdere daling van de lange renteniveaus noteren, omdat de risicopremie rond de euroschuldencrisis afnam. Deze renteontwikkelingen brachten met zich mee dat Spaanse en Ierse staatsobligaties hoge rendementen lieten zien van boven de 10%. Ook de Italiaanse staatsobligaties rendeerden ruim 7% in Verder waren de high yield bedrijfsobligaties in trek met een rendement van rond de 7%, terwijl de investment grade bedrijfsobligaties dichtbij 0% bleven steken. Amerikaanse en Duitse staatsobligaties moesten vanwege de rentestijging juist terrein prijsgeven (respectievelijk -3,5% en -2,3%). De obligaties uit de opkomende markten presteerden het minst, met een daling van ongeveer 5,5%. Grondstoffen De grondstoffen beleefden een tegenvallend jaar. De energiesector hield nog redelijk stand door een per saldo gestegen olieprijs. Andere subsectoren leverden echter flink waarde in, met name edelmetalen, industriële metalen en agrarische producten. De goudprijs daalde bijvoorbeeld met bijna 30% in De Dow Jones UBS Commodity index verloor bijna 10% van de waarde in Valuta Gedurende 2013 is de euro in waarde gestegen ten opzichte van alle belangrijke valuta s. Het afzwakken van de euroschuldencrisis houdt hiermee verband. Ten opzicht van de Amerikaanse dollar is de euro 4% gestegen, terwijl ten opzichte van de Japanse yen de stijging zelfs 20% bedroeg. Beleggingspool Achmea Grondstoffen 9

222 Vooruitblik financiële markten 2014 Algemeen In 2014 zal de wereldeconomie het herstel naar verwachting kunnen doortrekken. De rol van centrale banken zal hierbij cruciaal blijven, met name die van de Amerikaanse Federal Reserve. De nieuwe Fed voorzitter Janet Yellen staat voor de taak om het stimuleringsbeleid voorzichtig te gaan afbouwen, zonder de economische groei te beschadigen. Inmiddels is duidelijk dat de belangen groter zijn dan alleen voor de Amerikaanse economie. De koerswijziging van de Fed lokte in 2013 immers een wereldwijde rentestijging uit, alsmede een grote kapitaaluitstroom uit de opkomende markten. Dit lijkt begin 2014 in een stroomversnelling te komen, waardoor diverse valuta s van opkomende landen sterk onder druk zijn gekomen. Voor de Amerikaanse economie zijn de vooruitzichten nochtans redelijk positief. De verwachting is dat de situatie op de huizenmarkt en de arbeidsmarkt verder zal verbeteren. Ook zal de impact van bezuinigingen door de overheid minder groot zijn, dankzij een recent begrotingsakkoord. Per saldo wordt de groei van de Amerikaanse economie geraamd op ongeveer 3% in Er wordt nog niet direct rekening gehouden met een renteverhoging in de VS, die lijkt op zijn vroegst in 2015 aan de orde te kunnen komen. Voor de eurozone ligt een minder hoge groei in het verschiet dan in de VS, maar de verwachting is wel dat het herstel voorzichtig doorzet. Het Internationaal Monetair Fonds (IMF) raamt de groei voor de eurozone nu op 1%, na een krimp van 0,4% vorig jaar. Daarbij is de export redelijk sterk, maar blijft de binnenlandse vraag zwak. Een zorgpunt blijft de ontwikkeling van de Zuid Europese economieën, welke nog steeds gebukt gaan onder hoge werkloosheid en straffe bezuinigingen. Daarnaast wordt met enige zorg gekeken naar het zeer lage inflatieniveau binnen de eurozone van beneden de 1%. Als de inflatie zeer laag blijft of zelfs omslaat naar deflatie, bemoeilijkt dit het aflossen van schulden en kunnen bestedingen worden uitgesteld. Om die reden zal de ECB de korte rente zeer laag houden (dichtbij 0%) en proberen de inflatie weer richting 2% te sturen. Als risicofactor voor 2014 geldt nu vooral de situatie op de opkomende markten. De turbulentie wordt gevoed door drie factoren: het beleid van de Fed, de groeivertraging in China en de politieke onrust in bepaalde landen (zoals Thailand, Egypte, Turkije, Oekraïne). De verwachting is niet dat dit zal escaleren in een crisis, zoals ten tijde van de Azië crisis in De Fed zal uitermate voorzichtig zijn in het verder uitrollen van haar beleid. De groei in China blijft met circa 7% nog altijd op een respectabel peil. De politieke onrust lijkt beperkt te blijven tot een paar landen. Een algemeen doemscenario voor de opkomende markten voorzien wij daarom niet. Op lange termijn blijven de groeivooruitzichten voor deze regio s gunstig. Gedurende 2014 kan de volatiliteit voor de opkomende landen echter wel hoog blijven. Beleggingsbeleid De directie heeft de vooruitzichten beoordeeld en spreekt op basis van deze informatie thans de verwachting uit dat het beleggingsbeleid van de Beleggingspool in 2014 niet zal wijzigen. Gebeurtenissen na balansdatum Er hebben zich in de periode vanaf balansdatum tot aan de openbaarmaking geen bijzondere gebeurtenissen voorgedaan. Amsterdam, 22 april 2014 Bestuur van Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools inzake Beleggingspool Achmea Grondstoffen Voor deze: Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Beleggingspool Achmea Grondstoffen 10

223 Hieronder de kerncijfers van de Beleggingspool over de laatste 2 jaar en de specificatie van de beleggingsresultaten over de laatste 2 jaar. KERNCIJFERS (bedragen in euro s) Fondsvermogen (x 1.000) Aantal uitstaande participaties , ,2500 Netto vermogenswaarde per participatie 1) 865,49 969,82 Lopende kosten 2) 0,30% 0,03% Portefeuille omloop factor 2) 548,22% -4,03% 1) De netto vermogenswaarde per participatie wordt verkregen door het Fondsvermogen, zoals opgenomen in de jaarrekening van de beleggingspool, te delen door het aantal uitstaande participaties. 2) De Lopende kosten en portefeuille omloopfactor over 2012 hebben betrekking op de periode van t/m / Beleggingsresultaat: 3) -10,76% -3,02% Waarvan uit inkomsten 3,61% -0,60% waardeverandering -13,90% -2,42% kosten -0,47% 0,00% Benchmark DJ UBS Comm. TR Index -9,78% - 3) Het beleggingsresultaat, op basis van de mutatie van de netto vermogenswaarde per heeft betrekking op de periode van t/m (2012: t/m ). Volledigheidshalve geven wij hieronder de volledige naam van de hierboven gebruikte benchmark: Dow Jones UBS Commodity Total Return Index (hedged naar euro) Beleggingspool Achmea Grondstoffen 11

224 4. Jaarrekening Beleggingspool Achmea Grondstoffen 2013 Beleggingspool Achmea Grondstoffen 12

225 4.1 Balans per 31 december (voor winstbestemming) (in duizenden euro s) ref ACTIVA Beleggingen Obligaties Valutatermijncontracten Commodity swaps Vorderingen Overige vorderingen Liquide middelen Totaal activa PASSIVA Fondsvermogen Geplaatst kapitaal Overige reserves Onverdeeld resultaat lopend boekjaar Beleggingen Valutatermijncontracten 32 - Commodity swaps Kortlopende schulden Overige schulden Totaal passiva Beleggingspool Achmea Grondstoffen 13

226 4.2 Winst- en verliesrekening over de periode 1 januari t/m 31 december (in duizenden euro s) ref OPBRENGSTEN Opbrengst beleggingen Gerealiseerde waardeverandering obligaties Gerealiseerde waardeverandering valutatermijncontracten Gerealiseerde waardeverandering commodity swaps Niet-gerealiseerde waardeverandering obligaties Niet-gerealiseerde waardeverandering valutatermijncontracten Niet-gerealiseerd resultaat op commodity swaps Overige bedrijfsopbrengsten t/m Totaal bedrijfsopbrengsten LASTEN Beheerkosten Totaal bedrijfslasten 68 - Netto resultaat Beleggingspool Achmea Grondstoffen 14

227 4.3 Kasstroomoverzicht over de periode 1 januari t/m 31 december (in duizenden euro s) ref Kasstroom uit beleggingsactiviteiten t/m Netto resultaat Gerealiseerde waardeverandering obligaties Gerealiseerde waardeverandering commodity swaps Niet-gerealiseerde waardeverandering obligaties Niet-gerealiseerde waardeverandering valutatermijntransacties Niet-gerealiseerde waardeverandering commodity swaps Aankopen van obligaties Aankopen van commodity swaps Verkopen van obligaties Verkopen van commodity swaps 759 Mutaties overige vorderingen Kasstroom uit financieringsactiviteiten Inbreng participanten Terugbetaald aan participanten Netto kasstroom/mutatie geldmiddelen Totaal geldmiddelen begin van de verslagperiode 35 - Totaal geldmiddelen eind van de verslagperiode Beleggingspool Achmea Grondstoffen 15

228 4.4 Toelichtingen Algemeen Het besloten fonds voor gemene rekening Beleggingspool Achmea Grondstoffen stelt zich ten doel voor rekening en risico van participanten het verwerven, houden, beheren en vervreemden van vermogenswaarden. Op 17 september 2012 zijn de voorwaarden van beheer en bewaring vastgesteld. De vergelijkende cijfers in dit jaarverslag hebben betrekking op de periode 3 december 2012 tot en met 31 december Beleggingspool Achmea Grondstoffen wordt ten behoeve van haar participanten fiscaal als transparant aangemerkt. De beheerder en bewaarder van de Beleggingspool is de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools (KvK ), statutair gevestigd te Amsterdam en kantoorhoudende aan de Gatwickstraat 1, 1043 GK te Amsterdam. Het bestuur van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools wordt gevormd door Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Het vermogensbeheer van de Beleggingspool Achmea Grondstoffen is uitbesteed aan F&C Netherlands B.V. De administratie en de berekening van de dagelijkse intrinsieke waarde van de Beleggingspool Achmea Grondstoffen zijn uitbesteed aan The Bank of New York Mellon SA/NV Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling Algemeen Deze jaarrekening is opgesteld met inachtneming van de geldende voorschriften voor beleggingsinstellingen uit Titel 9 Boek 2 BW, de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving en de Wft, zoals verder uitgewerkt in het BGfo. In de balans, de winst- en verliesrekening en het kasstroomoverzicht zijn referenties opgenomen waarmee wordt verwezen naar de toelichting. Alle in deze jaarrekening opgenomen bedragen zijn in duizenden euro s, tenzij anders vermeld. De opgenomen posten in de balans zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs, tenzij een andere waarderingsgrondslag wordt vermeld. Schattingen en veronderstellingen Bij toepassing van de grondslagen en regels voor het opstellen van de jaarrekening vormt de beheerder van de beleggingsinstelling zich verschillende oordelen en maakt schattingen die essentieel kunnen zijn voor de in de jaarrekening opgenomen bedragen. Indien het voor het geven van het in artikel 2:362 lid 1 BW vereiste inzicht noodzakelijk is, is de aard van deze oordelen en schattingen inclusief de bijbehorende veronderstellingen opgenomen bij de toelichting op de desbetreffende jaarrekeningposten. Vreemde valuta Activa en passiva luidende in vreemde valuta worden omgerekend tegen de slotkoers op balansdatum. Opbrengsten en lasten in vreemde valuta worden omgerekend tegen de transactiekoers. Koersresultaten (gerealiseerd en ongerealiseerd) op vreemde valuta worden in de resultatenrekening verantwoord. Voor de omrekening van de buitenlandse valuta naar euro s zijn de volgende omrekenkoersen gehanteerd: Valuta Amerikaanse dollar 1,3780 1,3184 Beleggingen Obligaties Obligaties worden gewaardeerd tegen reële waarde (marktwaarde), zijnde de beurswaarde (slotkoers) per balansdatum. Waardeveranderingen van de obligaties, zowel gerealiseerd als ongerealiseerd, worden direct in de winst- en verliesrekening verwerkt. (Grondstoffen)derivaten (Grondstoffen)derivaten (commodity swaps, futures en/of valutatermijncontracten) worden in de jaarrekening opgenomen tegen de reële waarde (marktwaarde). Indien geen marktwaarde beschikbaar is, wordt de waarde bepaald met behulp van marktconforme en toetsbare waarderingsmodellen, vergelijkbare derivaten met dezelfde kenmerken waarvoor wel een marktnotering bestaat of wordt de marktwaarde ontleend aan informatie verkregen van gezaghebbende brokers/instituten. Indien een derivatenpositie negatief is wordt het bedrag onder de schulden verantwoord. Waardeveranderingen van de derivaten, zowel gerealiseerd als ongerealiseerd, worden direct in de winst- en verliesrekening verwerkt. Beleggingspool Achmea Grondstoffen 16

229 Transactiekosten Aankoopkosten worden direct ten laste van de verkrijgingprijs van de beleggingen gebracht. Verkoopkosten worden ten laste van de vervreemdingsprijs van de beleggingen gebracht. Dientengevolge vormen de aankoopen verkoopkosten onderdeel van de (on)gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen. Het totaalbedrag aan transactiekosten van beleggingen over het boekjaar wordt, voor zover aantoonbaar, opgenomen in toelichting op de winst- en verliesrekening bij de post Gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeveranderingen. Liquide middelen Onder de liquide middelen zijn opgenomen die kas- en banktegoeden die onmiddellijk opeisbaar zijn dan wel een looptijd korter dan twaalf maanden hebben. Rekening-courantschulden bij banken zijn opgenomen onder schulden aan kredietinstellingen onder kortlopende schulden. Liquide middelen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Overige activa en passiva Overige activa en passiva worden bij de eerste waardering gewaardeerd tegen de reële waarde, inclusief transactiekosten en na eerste verwerking tegen (geamortiseerde) kostprijs. Indien geen sprake is van transactiekosten is de (geamortiseerde) kostprijs gelijk aan de nominale waarde van de vordering c.q. schuld. Hierbij wordt op de vorderingen, indien noodzakelijk, een voorziening wegens mogelijke oninbaarheid in mindering gebracht. Fondsvermogen Algemeen Het fondsvermogen wordt bepaald door het bedrag dat resteert nadat alle actiefposten en posten van het vreemd vermogen, inclusief de voorziening en achtergestelde schuld, volgens de van toepassing zijnde waarderingsgrondslagen in de balans zijn opgenomen. Verwerking van plaatsing en inkoop van participaties De uit hoofde van plaatsing, respectievelijk inkoop van participaties ontvangen, respectievelijk betaalde bedragen worden geheel verwerkt in het fondsvermogen. Resultaatbepaling Het resultaat wordt bepaald als het verschil tussen enerzijds de opbrengsten, zoals in het verslagjaar gedeclareerde dividenden, interest, opbrengsten uit verbruikleen effecten, koersresultaten en valutaresultaten en anderzijds de lasten, zoals beheerkosten. Opbrengsten en lasten worden toegerekend aan de periode waarop zij betrekking hebben. Op- en afslag bij toe- en uittredingen Bij de uitgifte van participaties van de Beleggingspool wordt de uitgifteprijs van de participatie ten opzichte van de berekende intrinsieke waarde verhoogd met een opslag; bij de inkoop van participaties wordt de inkoopprijs verlaagd met een afslag. Deze op- en afslagen dienen vooral om transactiekosten te dekken. Deze transactiekosten bestaan uit onder andere brokerkosten, bankkosten en belastingen. Spreads tussen bied- en laatprijzen en de eventuele verandering in de marktprijs als gevolg van de transactie komen ten laste van de Beleggingspool. De beheerder valideert elk kwartaal de op- en afslagen op basis van de gemiddelde transactiekosten als gevolg van toe- en uittredingen, en past deze indien nodig aan. Lopende kosten De Lopende kosten worden berekend door de totale kosten in de Beleggingspool over de verslagperiode te delen door de gemiddelde intrinsieke waarde. De gemiddelde intrinsieke waarde wordt berekend door gedurende de verslagperiode de afgegeven intrinsieke waarden bij elkaar op te tellen en te delen door het aantal maal dat de intrinsieke waarden zijn afgegeven. De Lopende kosten worden berekend in overeenstemming met de Nadere regeling gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft. De transactiekosten als gevolg van toe- en uittreding en eventuele rentelasten zijn buiten beschouwing gelaten. Portefeuille omloop factor De portefeuille omloop factor (POF) geeft een indicatie van de omloopsnelheid van de beleggingen ten opzichte van het gemiddeld fondsvermogen van de Beleggingspool en is een maatstaf voor de gemaakte transactiekosten als gevolg van het gevoerde portefeuillebeleid en de daaruit voortvloeiende beleggingstransacties. Bij de gehanteerde berekening wordt het bedrag van de omloop bepaald door de som van de aan- en verkopen van de beleggingen te verminderen met de som van de plaatsingen en opnames van eigen participaties. De POF wordt bepaald door het bedrag van de omloop uit te drukken in een percentage van het gemiddeld fondsvermogen welke op identieke wijze wordt berekend als bij de bepaling van de Lopende kosten. Kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de zogenaamde indirecte methode waarbij onderscheid is gemaakt tussen kasstromen uit beleggings- en financieringsactiviteiten. Als liquide middelen worden aangemerkt de kasmiddelen. Bij de kasstroom uit beleggingsactiviteiten wordt het resultaat gecorrigeerd voor kosten welke geen uitgaven zijn, opbrengsten welke geen ontvangsten zijn, alsmede voor mutaties in de beleggingen- Beleggingspool Achmea Grondstoffen 17

230 portefeuille en de vlottende activa en passiva. De mutaties in het fondsvermogen, betaalde bedragen bij inkoop eigen participaties en dividenduitkeringen worden opgenomen onder de kasstroom uit financieringsactiviteiten. Fiscale positie De Beleggingspool wordt ten behoeve van haar participanten fiscaal als transparant aangemerkt. De Beleggingspool Achmea Grondstoffen, is een besloten fonds voor gemene rekening en alle activa en passiva, alsmede de resultaten van deze pool, worden rechtstreeks toegerekend aan de houders van de participaties. Beleggingspool Achmea Grondstoffen 18

231 4.4.3 Toelichting op de balans (in duizenden euro s) Beleggingen De Beleggingspool Achmea Grondstoffen belegt door middel van financiële instrumenten in een breed scala van grondstoffen. De omloopsnelheid van de beleggingen bedroeg in het boekjaar 548,22% (2012: -4,03%). De hoge omloopsnelheid van de portefeuille is vooral toe te schrijven aan het kortlopende karakter van de beleggingen. Voor uitleg inzake de portefeuille omloop factor en de wijze van berekenen, zie de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling. Obligaties De mutatie in de effectenportefeuille gedurende de verslagperiode is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Aankopen Verkopen Gerealiseerde en niet gerealiseerde waardeveranderingen Stand einde boekjaar Dit betreffen uitsluitend Amerikaanse kortlopende staatsobligaties ( Treasury bills ) met een credit rating AAA, welke worden gebruikt als onderpand voor de commodity swaps (zie hieronder). Een specificatie van deze obligaties is opgenomen in bijlage A. Valutatermijncontracten De Beleggingspool heeft de volgende uitstaande valutatermijncontracten per : Aangekochte valuta Aangekocht bedrag Verkochte valuta Verkocht bedrag Expiratie datum Ongerealiseerd resultaat EUR USD USD EUR Totaal 417 Ter vergelijking de uitstaande valutatermijncontracten per : Aangekochte valuta Aangekocht bedrag Verkochte valuta Verkocht bedrag Expiratie datum Ongerealiseerd resultaat EUR 999 USD Totaal 7 Per balansdatum zijn de valutarisico's als volgt afgedekt: Valuta Valutapositie Nominale Valutapositie voor afdekking afdekking na afdekking USD Totaal Indien de buitenlandse valuta ten opzichte van de Euro 5% daalt (ceteris paribus) dan heeft dit een negatief effect van -37 (vanwege de overwogen afdekking van het valutarisico). Bij een stijging 5% heeft dit hetzelfde effect, maar dan in tegengestelde richting. Beleggingspool Achmea Grondstoffen 19

232 Commodity swaps De mutatie in de commodity swaps gedurende de verslagperiode is als volgt: t/m Stand begin boekjaar (saldo) Afgewikkelde swaps waarvoor per saldo betaald Afgewikkelde swaps waarvoor per saldo ontvangen Gerealiseerde en niet- gerealiseerde waardeveranderingen Stand einde boekjaar (saldo) Stand einde boekjaar - positieve commodity swaps Stand einde boekjaar - negatieve commodity swaps Stand einde boekjaar (saldo) De nominale waarde van de openstaande commodity swaps per einde verslagperiode bedraagt: Nominale waarde (x1.000) Einddatum Trs Fl Jctaadje 0,8000% feb Trs Fl Ul Jmab091E P 0,15% feb-14-3 Trs Fl Ul Jmab091E P 0,17% feb-14 - Trs El Djubs Commodity P 0,00% feb Trs El Djubs Commodity P 0,15% mei Trs El Enhg157P Commodity P 0,6% mei De onderverdeling per (hoofd)sector is als volgt: Energie 48 39% % Aardgas 17 14% -4 12% WTI Crude Oil 13 10% -3 9% Brent Crude Oil 8 7% -2 5% Stookolie 5 4% -1 3% Unleaded Gasoline 5 4% -1 3% Landbouw 33 28% % Sojabonen 7 5% -2 8% Mais 6 5% -2 7% Suiker 4 3% -1 3% Tarwe 4 3% -2 6% Sojabonen olie 3 3% -1 3% Sojameel 3 3% - - Katoen 3 3% -1 2% Koffie 2 2% -1 2% Kansas tarwe 1 1% - - Industriële metalen 20 17% -6 18% Koper 9 7% -2 7% Aluminium 6 5% -2 6% Zink 3 3% -1 3% Nikkel 2 2% -1 2% Edelmetalen 13 11% -4 13% Goud 10 8% -3 10% Zilver 3 3% -1 3% Vee 6 5% -2 6% Runderen 4 3% -1 4% Varkens 2 2% -1 2% Afronding % % Beleggingspool Achmea Grondstoffen 20

233 Verdeling per subsector per Aardgas WTI Crude Oil Goud Koper Brent Crude Oil Sojabonen Mais Aluminium Stookolie Unleaded Gasoline Tarwe Suiker Runderen Sojabonen olie Sojameel Katoen Zink Zilver Koffie Nikkel Varkens Kansas tarwe Verdeling per subsector per Zekerheidsstelling commodity swaps Als zekerheid dat aan de dagelijkse marginverplichting wordt voldaan dient door de Beleggingspool een initial margin gestort te worden. Per 31 december 2013 bedroeg de waarde van de afgegeven zekerheidstelling 150 in de vorm van staatsobligaties Vorderingen De overige vorderingen kunnen als volgt worden onderverdeeld: Te vorderen rente Te vorderen op participanten uit hoofde van intreding Overige vorderingen 2 - Totaal overige vorderingen Alle vorderingen hebben een looptijd korter dan één jaar Liquide middelen Betreft direct opeisbare tegoeden bij de Deutsche Bank welke in liquide vorm aanwezig en rentedragend zijn. Hierover wordt een marktconforme rente ontvangen. De kredietwaardigheid van de Deutsche Bank per ultimo 31 december 2013 is A (2012: A). Bron: Standard & Poor s. Beleggingspool Achmea Grondstoffen 21

234 Fondsvermogen Geplaatst kapitaal Het verloop gedurende het boekjaar is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Geplaatst gedurende het boekjaar Terugbetaald aan participanten gedurende het boekjaar Totaal gestort en opgevraagd kapitaal Overige reserves t/m Stand begin boekjaar - - Toevoeging resultaat voorgaand boekjaar Stand einde boekjaar Vergelijkend overzicht fondsvermogen (bedragen in euro s) Fondsvermogen (x 1.000) Aantal uitstaande participaties , ,2500 Netto vermogenswaarde per participatie 4) 865,49 969,82 4) De netto vermogenswaarde per participatie wordt verkregen door het fondsvermogen, zoals opgenomen in de jaarrekening van het fonds, te delen door het aantal uitstaande participaties. Toerekenbaar netto vermogenswaarde aan: Achmea Mixfonds Neutraal Achmea Mixfonds Defensief Achmea Mixfonds Offensief Achmea Mixfonds Zeer Defensief Achmea Mixfonds Zeer Offensief Achmea Grondstoffen fonds Beleggingspool Achmea Grondstoffen 22

235 4.4.4 Toelichting op de winst- en verliesrekening (in duizenden euro s) Opbrengst beleggingen t/m Dividend 1 - Interest Valutaresultaten Rente rekening-courant 1 - Totaal opbrengst beleggingen Gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeveranderingen De gerealiseerde waardeveranderingen zijn de resultaten uit hoofde van verkopen (inclusief verkoopkosten) van beleggingen en het expireren van valutatermijncontracten. De ongerealiseerde waardeveranderingen zijn de veranderingen in de aangehouden beleggingen (inclusief de aankoopkosten) en de valutatermijncontracten Overige bedrijfsopbrengsten De overige bedrijfsopbrengsten betreffen de op- en afslagen 14 (2012: 0) welke bij de participanten in rekening worden gebracht bij aan- en verkopen van participaties Bedrijfslasten t/m Beheerkosten 68 - Accountantskosten: onderzoek van de jaarrekening - 7 Overige kosten - -7 Totaal bedrijfslasten 68 - De beheerkosten betreffen de door de vermogensbeheerder(s) in rekening gebrachte vergoeding voor het vermogensbeheer, accountantskosten, bewaarloon en administratiekosten. De vermogensbeheervergoeding wordt berekend op basis van een gestaffeld percentage van het gemiddeld uitstaand. Over 2013 bedragen de Lopende kosten van Beleggingspool Achmea Grondstoffen 0,30% (2012: 0,03%). Voor uitleg inzake de Lopende kosten en de wijze van berekenen, zie de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling. De Lopende kosten zijn opgebouwd uit de volgende componenten: Beheerkosten Beleggingspool Achmea Grondstoffen 0,3030% Overige bedrijfskosten 0,0000% Personeel en bezoldiging De Beleggingspool heeft geen werknemers in dienst. De bestuurder van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools is onbezoldigd. Amsterdam, 22 april 2014 Bestuur van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools inzake Beleggingspool Achmea Grondstoffen Voor deze: Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Beleggingspool Achmea Grondstoffen 23

236 5. Overige gegevens 5.1 Overige gegevens Winstbestemming Volgens artikel 17 en 18 van de Terms and Conditions of Management and Custody van Beleggingspool Achmea Grondstoffen, stelt het bestuur van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools de jaarrekening vast. Dividendvoorstel Conform artikel 18.1 van de Terms and Conditions of Management and Custody van Beleggingspool Achmea Grondstoffen worden opbrengsten direct herbelegd in de Beleggingspool Achmea Grondstoffen en vindt er geen daadwerkelijke uitkering in geld of stukken plaats aan de participanten. Bestemming van het resultaat Het bestuur van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools heeft besloten het resultaat over 2013 te onttrekken aan de overige reserves. Persoonlijke belangen directie De directie en Raad van Commissarissen van Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. als bestuur van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools hadden op 1 januari 2013 en op 31 december 2013 geen persoonlijke belangen in de beleggingen van Beleggingspool Achmea Grondstoffen. Bijzondere gebeurtenissen na balansdatum Er hebben zich in de periode vanaf balansdatum tot aan de openbaarmaking geen bijzondere gebeurtenissen voorgedaan. Beleggingspool Achmea Grondstoffen 24

237 5.2 Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: de beheerder van Beleggingspool Achmea Grondstoffen Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de in dit verslag opgenomen jaarrekening 2013 van Beleggingspool Achmea Grondstoffen te Amsterdam gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2013 en de winst-enverliesrekening over 2013 met de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen. Verantwoordelijkheid van de beheerder De beheerder van de beleggingspool is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 van het in Nederland geldende Burgerlijk Wetboek (BW) en met de Wet op het financieel toezicht, alsmede voor het opstellen van het verslag van de beheerder in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW. De beheerder is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als de beheerder noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de beleggingspool. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van de door de beheerder van de beleggingspool gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden. Oordeel Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van Beleggingspool Achmea Grondstoffen per 31 december 2013 en van het resultaat over 2013 in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 van het in Nederland geldende Burgerlijk Wetboek (BW) en met de Wet op het financieel toezicht. Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisen Ingevolge artikel 2:393 lid 5 onder e en f BW vermelden wij dat ons geen tekortkomingen zijn gebleken naar aanleiding van het onderzoek of het verslag van de beheerder, voor zover wij dat kunnen beoordelen, overeenkomstig Titel 9 Boek 2 BW is opgesteld, en of de in artikel 2:392 lid 1 onder b tot en met h BW vereiste gegevens zijn toegevoegd. Tevens vermelden wij dat het verslag van de beheerder, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 2:391 lid 4 BW. Amsterdam, 22 april 2014 PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. Origineel getekend door mr. drs. M.D. Jansen RA Beleggingspool Achmea Grondstoffen 25

238 BIJLAGE A - Beleggingenspecificatie (in duizenden euro s) De specificatie van de beleggingen van Beleggingspool Achmea Grondstoffen is als volgt 1) : Beleggingen ultimo 2013: Fondsnaam Waarde U S Treasury Note 1.000% U S Treasury Note 1.250% U S Treasury Note 1.250% Afronding Ter vergelijking de beleggingen ultimo 2012: Fondsnaam Waarde U S Treasury Note 1.375% 228 U S Treasury Note 1.375% 228 U S Treasury Note 1.375% 228 U S Treasury Note 1.750% ) De beleggingen met verschillende looptijden worden separaat weergegeven in bovenstaande tabel. Deze looptijden worden niet nader toegelicht. Beleggingspool Achmea Grondstoffen 26

239 Nucleaire wapens Bio. & chemische wapens Antipersoonsmijnen Clustermunitie UN Global Compact Tabak Enhanced engagement BIJLAGE B - Uitsluitingen Achmea Beleggingspools per 31 december 2013 Staatsobligaties Birma/Myanmar Ivoorkust Libanon Oezbekistan Somalië Soedan Syrië Zimbabwe Democratische Volksrepubliek Korea (Noord Korea) Iran Bedrijfsobligaties en aandelen Bedrijf Land Alliant Techsystems United States x x x Areva S.A. France x Babcock International Group PLC United Kingdom x BAE Systems PLC United Kingdom x Boeing Co. United States x European Aeronautic Defence & Space Co. EADS N.V. Netherlands Finmeccanica S.p.A. Italy x Fluor Corp. United States x General Dynamics Corp. United States x x Honeywell International Inc. United States x Huntington Ingalls Industries United States x Jacobs Engineering Group Inc. United States x L-3 Communications Holdings Inc. United States x x Lockheed Martin Corp. United States x x x Moog Inc. United States x Northrop Grumman Corp. United States x Raytheon Co. United States x Rolls-Royce Group PLC United Kingdom x SAFRAN S.A. France x SAIC Inc. United States x Serco Group United Kingdom x Textron Inc. United States x United Technologies United States x URS Corp. United States x Singapore Technologies Engineering Ltd. Singapore x x Hanwha Corp. South Korea x x Doosan Co Ltd South Korea x Aeroteh Romania x x Beleggingspool Achmea Grondstoffen 27

240 Nucleaire wapens Bio. & chemische wapens Antipersoonsmijnen Clustermunitie UN Global Compact Tabak Enhanced engagement Bedrijf Land Aryt Industries Israel x China Spacesat China x Kaman Corp United States x Poongsan South Korea x Chevron Corp. United States x Wal-Mart Stores Inc. United States x Vedanta United Kingdom x PetroChina Co. Ltd. China x 22nd Century Group Inc (XXII) USA x Adris Grupa dd (ADRSRA) Croatia x Al Eqbal Co for Investment PLC (EICO) Jordan x Alliance One International Inc (AOI) USA x Altria Group Inc (MO) USA x Asenovgrad Tabac AD-Asenovgrad (6AD) Bulgaria x Blagoevgrad-BT AD (55B) Bulgaria x British American Tobacco Malaysia Bhd (ROTH) Malaysia x British American Tobacco PLC (BATS) UK x Bulgartabac Holding AD (57B) Bulgaria x Coka Duvanska Industrija AD Coka (COKA) Serbia x Dupnitza-BT AD (4DA) Bulgaria x Duvanski Kombinat AD Podgorica (DKPG) Montenegro x Eastern Tobacco (EAST) Egypt x Fabrika duhana Sarajevo dd Sarajevo (FDSSR) Bosnia and Herzegovina x Fabrika Duvana AD Banja Luka (FDBLRA) Bosnia and Herzegovina x Godfrey Phillips India Ltd (GP) India x Golden Tobacco Ltd (GTO) India x Gotse Delchev Tabac AD-Gotse Delchev (4GD) Bulgaria x Grupo Carso SAB de CV Mexico x Gudang Garam Tbk PT (GGRM) Indonesia x Haskovo-Tabac AD (4H9) Bulgaria x Hrvatski Duhani DD (HRDHRA) Croatia x Huabao International Holdings Limited China x Imperial Tobacco Group PLC (IMT) UK x Isperih-BT AD (4IS) Bulgaria x ITC Ltd (ITC) India x Japan Tobacco Inc (2914) Japan x JT International Bhd (RJR) Malaysia x Karelia Tobacco Co Inc SA (KARE) Greece x Khyber Tobacco Co (KHTC) Pakistan x Kothari Products Ltd (KTP) India x KT&G Corp (033780) South Korea x Lorillard Inc (LO) USA x Ngan Son JSC (NST) Vietnam x NTC Industries Ltd (NTCIL) India x Beleggingspool Achmea Grondstoffen 28

241 Nucleaire wapens Bio. & chemische wapens Antipersoonsmijnen Clustermunitie UN Global Compact Tabak Enhanced engagement Bedrijf Land Pazardzhik-BT AD Pazardzhik (4PZ) Bulgaria x Philip Morris International Inc (PM) USA x Philippine Tobacco Flue Cur (TFC) Philippines x Pleven-Bulgartabak (4PQ) Bulgaria x Reynolds American Inc (RAI) USA x Shanghai Industrial Holdings Ltd. China x Shoumen-BT AD (3JZ) Bulgaria x Sinnar Bidi Udyog Ltd (SBU) India x Sitab-Soc Ivoirienne Tabacs (STBC) Ivory Coast x Slantse Stara Zagora- BT AD (3JO) Bulgaria x Smokefree Innotec Inc (SFIO) USA x Sofia-BT AD (3JU) Bulgaria x Souza Cruz SA Brazil x Strumica Tabak Strumica (STTB) Macedonia x Swedish Match AB (SWMA) Sweden x Tabak ad Nis (TBKN) Serbia x TSL Ltd/Zimbabwe (TSL) Zimbabwe x Tvornica Duhana Zagreb dd (TDZRA) Croatia x Union Tobacco (UTOB) Jordan x Universal Corp/VA (UVV) USA x Utalim SA Slatina (UTOL) Romania x Vector Group Ltd (VGR) USA x VST Industries Ltd (VST) India x Wismilak Inti Makmur Tbk PT ( D) Indonesia x Beleggingspool Achmea Grondstoffen 29

242 JAARVERSLAG Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 2013

243

244 Inhoudsopgave 1. Algemene gegevens 2 2. Profiel 3 3. Verslag van de beheerder 5 4. Jaarrekening Balans Winst- en verliesrekening Kasstroomoverzicht Toelichtingen Algemeen Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling Toelichting op de balans Toelichting op de winst- en verliesrekening Overige gegevens Overige gegevens Controleverklaring van de onafhankelijke accountant 26 Bijlage A. Beleggingenspecificatie 27 Bijlage B. Uitsluitingen Achmea Beleggingspools per 31 december Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 1

245 Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 1. Algemene gegevens Beheerder Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools, waarvan het bestuur wordt gevormd door: Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V., waarvan de directie wordt gevormd door: M.T. Heijndijk (voorzitter) Drs. W. van Heerdt Drs. Y.J. de Jong Kantooradres: Gatwickstraat GK Amsterdam Postbus KA Amsterdam KvK Onafhankelijke Accountant PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. Thomas R. Malthusstraat JR Amsterdam Depotbank BNY Mellon S.A./ N.V. Netherlands Branche Strawinskylaan XX Amsterdam Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 2

246 2. Profiel Structuur Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield te Amsterdam (hierna ook de Beleggingspool genoemd) is een besloten fonds voor gemene rekening wat zich tot doel stelt voor rekening en risico van participanten het verwerven, houden, beheren en het vervreemden van vermogenswaarden. De Beleggingspool is opgericht op 17 september De daadwerkelijke beleggingsactiviteiten hebben per 1 oktober 2012 een aanvang genomen. De Beleggingspool is vrijgesteld van toezicht in het kader van de Wet op het financieel toezicht ( Wft ). Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V., de bestuurder van Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools, valt onder het regime van de Richtlijn Alternatieve Beleggingsinstellingen (Alternative Investment Fund Management Directive) ( AIFM-Richtlijn ), zoals dit van kracht is geworden op 22 juli Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. was reeds voor 21 juli 2013 bevoegd om in Nederland alternatieve beleggingsinstellingen te beheren en kan daardoor gebruik maken van het op basis van de AIFM-Richtlijn toepasselijke overgangsjaar om te voldoen aan de bij of krachtens de AIFM-Richtlijn gestelde regels. Voor een vergunninghoudende beheerder houdt het overgangsjaar in dat zijn bestaande vergunning op 22 juli 2014 van rechtswege overgaat in een AIFM-Richtlijn vergunning. Tot 22 juli 2014 blijven de regels van het aanbieden van deelnemingsrechten in een beleggingsinstelling van toepassing zoals deze voor een beheerder gelden op 21 juli 2013, inclusief de vrijstelling onder artikel 1:12 Wft voor de Achmea Beleggingspools. Doel Het beleggingsbeleid van Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield is erop gericht op langere termijn een hoger totaalrendement te behalen dan een doorsnee individuele belegger met een directe belegging zou kunnen realiseren. Beleggingsbeleid De Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield belegt wereldwijd in bedrijfsobligaties met een hoge rentevergoeding. Er wordt voornamelijk belegd in bedrijfsobligaties met een relatief lage kredietwaardigheid ( High Yield ). Het risico van het beleggen in hoogrentende obligaties is doorgaans groter dan het beleggen in laagrentende obligaties. Verwacht wordt dat het nemen van dit risico op lange termijn waarde kan toevoegen. De Beleggingspool voert een actief beleggingsbeleid. De doelstelling van de Beleggingspool is met een goed gespreide portefeuille een outperformance te bereiken ten opzichte van de benchmark. Dit betekent dat de benchmark niet wordt gevolgd. Hierdoor zijn relatief grote rendementsverschillen, afgezien van kosten zoals vermeld in het prospectus, met de benchmark mogelijk. Als samengestelde benchmark voor de Beleggingspool geldt 50% Barclays Capital US High Yield Total Return Index en 50% Barclays Capital Pan European High Yield Total Return Index 3% Cap Cash B+ x T1 UT2 LT2 (hedged naar euro). Naast de regioverdeling (50% VS 50% Pan Europa) gelden voor de benchmark enkele aanvullende bepalingen. Dit betreft een maximum benchmarkgewicht van 3% per uitgevende partij, een minimale risicorating van B en uitsluiting van achtergestelde obligaties van financiële instellingen ( Tier 1, Upper Tier 2, Lower Tier 2 ). Deze afbakening van de benchmark is gedaan teneinde de risico s die gepaard gaan met het beleggen in High Yield obligaties zo goed mogelijk te beheersen. Er kan ter optimalisering van de rendement-/risicoverhouding gebruikt worden gemaakt van futures en kredietderivaten, echter zodanig dat niet substantieel meer risico wordt gelopen dan wanneer gebruik van deze derivaten achterwege wordt gelaten. Daarnaast is het gebruik van valutatermijncontracten toegestaan, met als doelstelling om het valutarisico naar de euro zoveel mogelijk te beperken. Maximaal 15% van het fonds mag buiten de benchmark ( off benchmark ) worden belegd. Liquiditeiten zijn toegestaan. De vermogensbeheerder van de Beleggingspool beschikt over een eigen researchteam dat gericht onderzoek doet naar ontwikkelingen binnen de verschillende sectoren, de macro-economie en de invloeden daarvan op de financiële markten wereldwijd. Uitgifte en inkoop van participaties Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield heeft een open-end structuur. Dit houdt in dat de Beleggingspool nieuwe participaties zal uitgeven tegen een koers gelijk aan de dagelijks vastgestelde netto vermogenswaarde van de Beleggingspool, verhoogd met de voor de Beleggingspool vastgestelde opslag. Tevens is de Beleggingspool steeds bereid, bijzondere omstandigheden voorbehouden, participaties in te kopen tegen de netto vermogenswaarde verlaagd met de voor de Beleggingspool vastgestelde afslag. Een bijzondere omstandigheid, waardoor Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield, uitsluitend naar haar oordeel, de inkoop kan opschorten, is onder andere dat de Beleggingspool door politieke, economische, militaire of monetaire situatie geen netto vermogenswaarde kan bepalen. Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 3

247 Fiscale positie De Beleggingspool wordt ten behoeve van haar participanten fiscaal als transparant aangemerkt. De Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield, is een besloten fonds voor gemene rekening en alle activa en passiva, alsmede de resultaten van deze pool, worden rechtstreeks toegerekend aan de houders van de participaties. Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 4

248 3. Verslag van de beheerder Algemeen Hierbij bieden wij u het jaarverslag aan van Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield over het boekjaar Voor de structuur, doel en het beleggingsbeleid van Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield verwijzen wij naar het profiel in hoofdstuk 2. Toestand per balansdatum en ontwikkelingen gedurende het boekjaar Het vermogen van Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield is gedurende de verslagperiode toegenomen tot 22,8 miljoen (2012: 20,8 miljoen). De toename van het vermogen is geheel toe te schrijven aan de koersstijgingen op de financiële markten van 2,0 miljoen. De netto vermogenswaarde per participatie van de Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield bedroeg ultimo ,31 wat ten opzichte van 31 december 2012 een rendement van 7,03% betekent. De vergelijkbare benchmark van de Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield heeft over dezelfde periode een rendement van 7,07% gerealiseerd. Ontwikkelingen 2013 Wet- en Regelgeving AIFMD Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. valt onder het regime van de Richtlijn Alternatieve Beleggingsinstellingen (Alternative Investment Fund Management Directive) ( AIFM-Richtlijn ), zoals dit van kracht is geworden op 22 juli Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. was reeds voor 21 juli 2013 bevoegd om in Nederland alternatieve beleggingsinstellingen te beheren en kan daardoor gebruik maken van het op basis van de AIFM-Richtlijn toepasselijke overgangsjaar om te voldoen aan de bij of krachtens de AIFM- Richtlijn gestelde regels. Voor een vergunninghoudende beheerder houdt het overgangsjaar in dat zijn bestaande vergunning op 22 juli 2014 van rechtswege overgaat in een AIFM-Richtlijn vergunning. Tot 22 juli 2014 blijven de regels van het aanbieden van deelnemingsrechten in een beleggingsinstelling van toepassing zoals deze voor een beheerder gelden op 21 juli Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. is in 2013 gestart met een project om te komen tot tijdige implementatie van de regels van de AIFM-Richtlijn in haar processen. FATCA De implementatie van de Foreign Account Tax Compliance Act (FATCA) uit de Verenigde Staten van Amerika voor de beleggingsfondsen en beleggingspools heeft in 2013 nog geen gevolg gehad. Nederland onderhandelde met de Verenigde Staten van Amerika over het sluiten van een Intergovernmental Agreement, waarbij de gevolgen van de FATCA wetgeving geïmplementeerd zullen worden via de Nederlandse Belastingdienst. Deze Intergovernmental Agreement is in december 2013 bereikt. EMIR Op de beleggingsinstellingen waarin gebruik wordt gemaakt van derivaten, ofwel om redenen van risico afdekking, ofwel om beleggingsredenen, zijn de regels voortvloeiende uit de European Market Infrastructure Regulation (EMIR) van kracht geworden. In het verslagjaar is een aantal risico verminderende maatregelen van kracht geworden per 15 maart 2013 (timely confirmation en daily valuation) en per 15 september 2013 (portfolio compression, portfolio reconciliation, dispute resolution). Financial Transaction Tax (FTT) Invoering van een Financial Transaction Tax (FTT) heeft naar alle waarschijnlijkheid invloed op het rendement van een beleggingsfonds. Nederland heeft er in 2013 vooralsnog voor gekozen om zich niet aan te sluiten bij de andere EU lidstaten die een voorstel tot een Europese FTT onderschrijven. Toekomstige ontwikkelingen in Nederland, maar ook in het buitenland, worden door Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. gevolgd. Drietal pijlers voor verantwoord beleggen Ten behoeve van haar participanten stellen de Achmea Beleggingspools zich op als een betrokken aandeelhouder richting ondernemingen die deel uitmaken van de beleggingsportefeuille van de Achmea Beleggingspools. Zij voeren daarom een verantwoord beleggingsbeleid. Dit beleggingsbeleid bestaat uit drie pijlers en wordt hieronder toegelicht. Pijler 1: Uitsluitingsbeleid Er wordt op voorhand niet belegd in: Controversiële wapens Wij beleggen niet in ondernemingen die zich rechtstreeks richten op ontwikkeling, testen, productie, verkoop, handel en onderhoud van controversiële wapens. Ook wordt niet belegd in ondernemingen die een groot belang hebben in andere ondernemingen (via een dochter waarin voor > 50% wordt deelgenomen dan wel via een joint venture waarin een controlerend belang wordt gehouden) die controversiële wapens produceren. Het zijn producenten van: Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 5

249 o o o o clustermunitie; anti persoonsmijnen; biologische en chemische wapens; kernwapens. Voor het uitsluiten van controversiële wapens zoekt Achmea aansluiting bij internationale verdragen die door Nederland (en vele andere landen) zijn ondertekend. Het betreft de volgende verdragen: - Conventie voor biologische wapens (1975); - Conventie voor chemische wapens (1997); - Verdrag van Ottawa betreffende anti persoonsmijnen (1997) en - Conventie over clustermunitie (2008). Controversiële landen De Nederlandse overheid kan sanctiemaatregelen nemen tegen landen. Deze landen worden door ons als controversieel beschouwd. Over het algemeen schenden de regeringen van dergelijke landen consequent de fundamentele mensenrechten van hun burgers. De sanctiemaatregelen zijn gebaseerd op de Sanctiewet Tabaksproducenten Producenten van tabaksproducten zijn uitgesloten. Dit vanwege de aangetoonde negatieve effecten van tabaksgebruik op de gezondheid. Achmea rekent juist het bevorderen van de gezondheid tot haar maatschappelijke verantwoordelijkheid. Notoire Global Compact schenders Wij sluiten ondernemingen uit die minimaal twee jaar achtereen bij minimaal twee door ons geselecteerde toetsingsbureaus als Global Compact schender zijn aangemerkt. De principes van het Global Compact van de Verenigde Naties richten zich op het gebied van mensenrechten, werkomstandigheden, klimaatverandering en corruptie. Jaarlijks laat Achmea haar beleggingsportefeuille door een onafhankelijke partij beoordelen in hoeverre de beleggingen voldoen aan deze principes. Indien als gevolg van bijzondere situaties, te beoordelen door de Beheerder, wordt belegd in ondernemingen en/of landen die vallen onder één van de vier hierboven genoemde categorieën, dan zullen dergelijke beleggingen binnen redelijke termijn worden afgebouwd. De Beheerder zal bij afbouw van dergelijke beleggingen in het belang van de deelnemers handelen, met inachtneming van specifieke wettelijke regels, waaronder die over clustermunitie. Zie bijlage B voor de complete lijst met uitsluitingen per 31 december Op de website is een actuele lijst met uitsluitingen opgenomen. Pijler 2: Engagement, in gesprek met ondernemingen Engagement wil zeggen dat wij de dialoog aangegaan met ondernemingen waarin wij beleggen. Robeco voert het engagementbeleid uit. Met de dialoog die Robeco met ondernemingen voert, proberen we de aandeelhouderswaarde (d.w.z. de waarde die een bedrijf weet te creëren) te vergroten. Tegelijkertijd wordt geprobeerd om het duurzame gedrag en de kwaliteit van het bestuur te verbeteren. Voor het aangaan van deze dialoog staan de uitgangspunten van het Global Compact centraal. Dit zijn principes op het gebied van mensenrechten, werkomstandigheden, klimaatverandering en corruptie. Bedrijven die op deze uitgangspunten minder goed scoren, worden geselecteerd voor ons engagement. Er worden dan heldere afspraken gemaakt en termijnen afgesproken om dit te verbeteren. De dialogen die worden gevoerd kunnen gaan over mensenrechten, arbeidsomstandigheden, milieu en ethisch gedrag. Maar ook onderwerpen als veranderingen in ondernemingsstructuur, zeggenschapsrechten of beloningsbeleid komen aan bod. Voorwaarde is dat het management van een onderneming het onderwerp kan beïnvloeden. Wij bereiken de beste resultaten met een constructieve en opbouwende dialoog tussen onze uitvoerder Robeco en het management van de ondernemingen waarin wij beleggen. Een goede relatie is hierbij belangrijk. Het doel is om vertrouwen en respect te creëren en te behouden tussen alle betrokken partijen. Achmea kijkt vooral of de ondernemingen de relevante internationale codes naleven. Is dit niet het geval? Dan vraagt Robeco namens Achmea waarom ze zich niet aan een bepaalde code houden en zal verbeteringen aanmoedigen. Daarnaast voeren wij ook enhanced engagement uit. Elk jaar kiezen we twee of drie ondernemingen uit. Hiermee gaan we intensief de dialoog aan. Dit gaat over specifieke thema s die wij belangrijk vinden. Deze thema s worden per jaar bepaald. Voorbeelden van deze thema s in de afgelopen jaren zijn: - mensenrechten (Freeport McMoran, Petro China); - dierproeven (Akzo Nobel, L Oreal); - publieke gezondheidszorg (Pfizer, Carrefour); - biodiversiteit (Gazprom, Newmont Mining, GDF Suez). Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 6

250 De actuele thema s zijn mensenrechten, arbeidsomstandigheden en milieu. Voor deze bedrijven stelt Achmea specifieke verbeterdoelen vast. Voor elke onderneming waarmee wij een enhanced engagement aangaan geldt: voor de start van het traject beoordeelt een onafhankelijke partij of de door ons gestelde doelen hout snijden. Aan de hand van heldere, specifieke en meetbare doelstellingen wordt de dialoog gestart. Door middel van een nulmeting op het realiteitsgehalte van de doelstellingen en een eindmeting op de mate waarin de dialoog succesvol is geweest, wordt er inzicht verkregen of de aangesproken ondernemingen vooruitgang boeken op de specifieke thema s. Elk afgerond engagement wordt eveneens door een onafhankelijke partij beoordeeld op het behaalde resultaat. In het Overzicht Enhanced Engagements Achmea vindt u de thema s waarmee wij met ondernemingen sinds 2008 enhanced engagementtrajecten hebben afgerond of anoniem- nog hebben lopen. Een engagement traject duurt maximaal drie jaar. Als de dialoog met een onderneming niet het gewenste resultaat oplevert, kan de onderneming worden uitgesloten. Ook zijn elk kwartaal engagementverslagen beschikbaar. Deze verslagen en het Overzicht Enhanced Engagements zijn te downloaden op de website Pijler 3: ESG-criteria integratie Het vermogensbeheer van de beleggingsportefeuille is uitbesteed aan zorgvuldig geselecteerde vermogensbeheerders. We proberen een steeds groter deel van onze portefeuille te verduurzamen. Wij vinden het daarom belangrijk dat de vermogensbeheerders in het beleggingsproces waar mogelijk letten op duurzaamheidscriteria. Dit noemen we de ESG criteria. Het gaat hier om de factoren: - milieu (Environment), - sociale (Social) en - goed bestuur (Governance). Wij zijn er van overtuigd dat het meenemen van de duurzaamheidscriteria kan leiden tot betere beleggingsresultaten. Zo brengt bijvoorbeeld energiezuinig produceren minder kosten met zich mee en is dit ook beter voor het milieu. Ook voorkomt een goed milieubeleid het betalen van hoge boetes voor overtredingen. Wij voeren dan ook met al onze vermogensbeheerders intensieve gesprekken om de integratie van ESG factoren verder in te voeren in het beleggingsproces. AO/IC Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V., als bestuurder van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools, beschikt over een beschrijving van de bedrijfsvoering, die voldoet aan de eisen van de Wft en het Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen ( BGfo ). Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. heeft gedurende het afgelopen boekjaar verschillende aspecten van de bedrijfsvoering beoordeeld. Bij deze werkzaamheden zijn geen constateringen gedaan op grond waarvan zou moeten worden geconcludeerd dat de beschrijving van de opzet van de bedrijfsvoering, als bedoeld in artikel 121 van het BGfo, niet voldoet aan de vereisten zoals opgenomen in de Wft en daaraan gerelateerde regelgeving. Op grond hiervan verklaren wij als bestuurder te beschikken over een beschrijving van de bedrijfsvoering als bedoeld in artikel 121 BGfo, die voldoet aan de eisen van het BGfo. In het afgelopen boekjaar zijn risico s en beheersmaatregelen systematisch geïnventariseerd. Beoordeeld is of het rest-risico (het risico dat overblijft na genomen beheersmaatregelen) acceptabel was. Indien dit niet het geval was, zijn additionele maatregelen genomen. Voorts is de werking van de beheersmaatregelen beoordeeld. Over dit proces is door de compliance- en risk officer van Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. aan de directie gerapporteerd. De directie van Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. heeft niet geconstateerd dat de bedrijfsvoering niet effectief en niet overeenkomstig de beschrijving functioneert. Derhalve verklaart Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. met een redelijke mate van zekerheid dat de bedrijfsvoering gedurende het verslagjaar effectief en overeenkomstig de beschrijving heeft gefunctioneerd. Risico s bij het deelnemen in beleggingsfondsen Algemeen De mogelijkheid bestaat dat uw belegging in waarde stijgt. Het is echter ook mogelijk dat uw belegging weinig tot geen inkomsten zal genereren en dat uw inleg bij een ongunstig koersverloop geheel of ten dele verloren gaat. De waardeontwikkeling van de belegging is namelijk afhankelijk van fluctuaties in prijzen van individuele financiële instrumenten waarin door de Beleggingspool wordt belegd. Deze fluctuaties in prijzen van individuele financiële instrumenten zijn het gevolg van ontwikkelingen op de kapitaal-, effecten-, valuta- en goederenmarkten. De koers en de waarde van de beleggingen van de Beleggingspool worden door deze fluctuaties beïnvloed met als gevolg dat de (intrinsieke) waarde (in euro) van de Beleggingspool kan dalen. Hieronder wordt nader ingegaan op de belangrijkste risico s, in volgorde van relevantie, die de koers van de Beleggingspool en de waarde van de financiële instrumenten waarin door de Beleggingspool wordt belegd kunnen beïnvloeden. Om de risico s die zich voordoen zoveel mogelijk te kunnen beheersen, worden zo mogelijk maatregelen getroffen. Deze beheersmaatregelen worden continu geëvalueerd met als doel een optimale Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 7

251 verhouding tussen rendement en risico te bereiken. Indien noodzakelijk worden de beheersmaatregelen als gevolg van de evaluatie aangepast. De genomen beheersmaatregelen worden per risico verantwoord. Omdat de Beleggingspool niet is blootgesteld aan een kasstroomrisico is om die reden het kasstroomrisico niet toegelicht in deze jaarrekening. 1. Marktrisico De koersen van financiële instrumenten waarin wordt belegd kunnen wereldwijd of specifiek op de markten waarin wordt belegd, dalen of stijgen. Deze daling of stijging kan optreden door bijvoorbeeld de veranderde economische, politieke en algemene marktomstandigheden en/of marktomstandighedenverwachtingen alsmede door een veranderde individuele landen- of bedrijfssituatie. Met een actief beleid en een brede spreiding binnen de portefeuille wordt het marktrisico zoveel mogelijk beperkt. Er wordt belegd in de VS en Europa. Ten behoeve van het inzicht in het marktrisico is in hoofdstuk de onderverdeling van de beleggingsportefeuille per sector en per land toegelicht. 2. Kredietwaardigheidrisico De waarde van de financiële instrumenten waarin door de Beleggingspool wordt belegd kan worden beïnvloed door een positieve of negatieve ontwikkeling van de kredietwaardigheid van de desbetreffende landen, lagere overheden, bedrijven of instellingen, de debiteuren. Dit houdt in dat het risico door de Beleggingspool kan worden gelopen als het desbetreffende land, lagere overheid, bedrijf of instelling niet aan zijn (financiële) verplichtingen kan voldoen. Hierdoor bestaat de mogelijkheid dat een financieel instrument met een lagere kredietwaardigheid moeilijker te verkopen is en/of dat de waarde van het financiële instrument waarin door de Beleggingspool wordt belegd meer kan fluctueren. In het mandaat zijn de nodige richtlijnen opgenomen teneinde het risicoprofiel te bewaken. Daarbij zijn richtlijnen opgenomen met betrekking tot de spreiding over landen, debiteurencategorieën, de minimale kwaliteit (rating), de omvang van de beleggingen per debiteur en de off benchmark ruimte. Binnen het mandaat geldt de rating van B als ondergrens voor nieuwe beleggingen. Ten behoeve van het inzicht in het kredietwaardigheidrisico zijn in hoofdstuk de onderverdeling van de beleggingsportefeuille per land en de onderverdeling naar creditrating toegelicht. 3. Renterisico Bij beleggingsfondsen die beleggen in vastrentende waarden is de waarde van de onderliggende financiële instrumenten afhankelijk van de (ontwikkelingen in de) renteniveaus van de financiële markt. De (ontwikkelingen in de) renteniveaus zijn afhankelijk van de algemene markt- en economische omstandigheden. Bij een stijgende rente zal de koers van een vastrentende waarde dalen en andersom. Om het renterisico te beperken wordt binnen de portefeuille actief ingespeeld op de te verwachte rente ontwikkelingen. Bij een verwachte rentestijging wordt de looptijd van de portefeuille verkort om minder gevoelig te zijn voor rentestijgingen. Bij een verwachte rentedaling wordt de looptijd van de portefeuille juist verlengd om te profiteren van de rentedaling. Daarnaast wordt ingespeeld op de ontwikkeling van renteverschillen tussen type obligaties of landen. Tegelijkertijd voorziet het mandaat erin dat de duratie (gewogen gemiddelde looptijd) van de portefeuille niet meer mag afwijken dan 2 jaar (plus en min) ten opzichte van de duratie van de benchmark. Gedurende 2013 bedroeg de duratie van de portefeuille gemiddeld 4,0 jaar (benchmark: 3,9 jaar). In hoofdstuk is een overzicht opgenomen van de duratie van de portefeuille ten opzichte van de benchmark. 4. Liquiditeitsrisico Het is mogelijk dat een transactie (aan- of verkoop van een financieel instrument) als gevolg van het ontbreken van voldoende verhandelbaarheid niet of niet tegen een acceptabele prijs kan worden uitgevoerd. Hierdoor kan er een verlies van waarde van het financiële instrument optreden. Dit risico is relatief beperkt, omdat doorgaans alleen in liquide financiële instrumenten wordt belegd. Naar schatting 75% van de obligatiebeleggingen kan binnen één tot drie dagen worden geliquideerd, terwijl het resterende gedeelte van 25% binnen twee tot drie weken kan worden afgebouwd. 5. Portefeuillerisico Dit risico ontstaat als gevolg van de gemaakte beleggingskeuzen door de vermogensbeheerder(s) in de portefeuille. De waarde van de onderliggende financiële instrumenten fluctueert soms aanzienlijk afhankelijk van de activiteiten en resultaten van de afzonderlijke ondernemingen en/of van de algemene markt- en economische omstandigheden. Dit risico wordt beperkt door richtlijnen in het beleggingsmandaat op te nemen, die de afwijkingen versus de benchmark binnen bepaalde bandbreedtes houden. Zo is een richtlijn opgenomen voor de zogenoemde maximale tracking error per jaar (een maatstaf voor de verwachte afwijking van het rendement ten opzichte van Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 8

252 de benchmark). De mandaatrestricties worden dagelijks gemonitored en indien nodig wordt de portefeuille hierop bijgestuurd. 6. Valutakoersrisico De waardeontwikkeling van de belegging waarin wordt belegd kan worden beïnvloed door valutakoersschommelingen. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen direct en indirect valutakoersrisico. Van direct valutakoersrisico is sprake indien de financiële instrumenten waarin wordt belegd, in een vreemde valuta zijn genoteerd. Hierdoor kan een verandering in de koers van een vreemde valuta ten opzichte van de euro een negatief of positief effect hebben op de waarde van de beleggingen en de dividenden van de Beleggingspool. Van indirect valutakoersrisico is sprake als er wordt belegd in financiële instrumenten van ondernemingen die hun resultaten (deels) buiten de eurozone realiseren. Het directe valutarisico naar de euro wordt afgedekt door middel van valutatermijncontracten. Ten behoeve van het inzicht in het valutarisico is in hoofdstuk een overzicht opgenomen waarin de afdekking van valutaposities is toegelicht. 7. Kredietrisico Landen, lagere overheden, bedrijven, instellingen of een tegenpartij kunnen in gebreke blijven. Dit risico wordt zoveel mogelijk beperkt door strenge selectiecriteria te hanteren bij het selecteren van een land, lagere overheid, bedrijf, instelling of een tegenpartij. Daarbij zullen bij aan- en verkooptransacties in het algemeen slechts kortlopende vorderingen ontstaan waardoor het risico laag is, aangezien levering plaatsvindt tegen (vrijwel) gelijktijdige ontvangst van de tegenprestatie. De vermogensbeheerder voert alleen transacties uit met brokers en tegenpartijen, die voldoen aan bepaalde minimumeisen (waaronder prijs en kredietwaardigheid). Transacties kunnen slechts worden uitgevoerd met brokers en tegenpartijen die door de risico afdeling van de vermogensbeheerder zijn goedgekeurd en in de interne processen en procedures zijn geborgd. Beleggingsresultaat Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield heeft in 2013 een resultaat geboekt van (2012: 784) en behaalde een beleggingsresultaat van 7,03% (2012: 3,92%). De portefeuille van high yield bedrijfsobligaties toonde in 2013 een rendement van ongeveer 7%. Deze meer risicovolle categorie profiteerde van de ontspanning op de financiële markten. De euroschuldencrisis verdween gedurende 2013 meer naar de achtergrond en de focus verschoof naar het doorzettende macro economische herstel. De koerswijziging van de Amerikaanse Federal Reserve om minder staatsobligaties te gaan aankopen zwakte het positieve sentiment voor de high yield markt wel enigszins af. Opvallend was ook dat de high yield obligaties in Europa duidelijk beter rendeerden dan die in de VS. Het beleid voor de portefeuille is actief. De overweging van Europese high yield obligaties leverde een extra rendement op versus de benchmark. Het looptijdenbeleid drukte het relatieve rendement enigszins. Terugblik financiële markten 2013 Algemeen Eind 2012 werd verwacht dat de wereldeconomie in 2013 in rustiger vaarwater terecht zou komen. Dit is gedurende 2013 in belangrijke mate ook uitgekomen. De euroschuldencrisis is in de tweede helft van 2013 naar de achtergrond verdwenen en vormde geen grote bron van onrust meer. Daarnaast zette het herstel van de Amerikaanse economie door, terwijl ook de economieën van de eurozone voorzichtig uit het dal klommen. Japan sprong positief in het oog, omdat het grootschalige stimuleringsbeleid leek aan te slaan. Tegen deze achtergrond was het beursklimaat voor de volwassen markten heel positief te noemen. Opvallend was echter dat de prestaties van de opkomende markten sterk achterbleven. Vanaf het moment dat de Amerikaanse Federal Reserve (Fed) anticipeerde op de afbouw van aankopen van staatsobligaties, keerde het sentiment voor de opkomende markten in negatieve zin. Bij gevolg was gedurende 2013 sprake van een groot verschil in aandelenrendementen tussen de ontwikkelde en opkomende markten. De centrale banken drukten wederom een belangrijke stempel op het marktbeeld. Dit gold in de eerste plaats voor de Fed in de Verenigde Staten. Toenmalig Fed president Bernanke kondigde in het voorjaar van 2013 aan het zeer ruime monetaire beleid langzaam te willen afbouwen. Anders gezegd, de maandelijkse aankopen van Amerikaanse staatsobligaties (ten bedrage van $ 85 mrd) zouden door de Fed stapsgewijs worden verlaagd. De timing bleef enkele maanden ongewis, maar uiteindelijk werd duidelijk dat deze afbouw (de zogenoemde tapering ) een aanvang zou nemen in januari Tegelijkertijd benadrukte de Fed dat de korte rente tot eind 2015 op een zeer laag peil blijft, zolang de werkgelegenheid niet voldoende verbetert. De beweging van de Amerikaanse centrale bank liet de markten zeker niet onberoerd. Eén van de belangrijkste gevolgen was een flinke stijging van de kapitaalmarktrente in de VS en in mindere mate ook in Europa. De opkomende markten waren hiervan de dupe, aangezien beleggers veel kapitaal terugtrokken uit deze regio s. In de eurozone zag de Europese Centrale Bank (ECB) voldoende redenen, om de korte rente in 2013 verder te verlagen. Via twee rentestappen daalde de officiële refi-rente met in totaal 0,5%-punt tot een historisch laag niveau van 0,25%. Aan de ene kant diende de lage rente om het broze economische herstel in de eurozone Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 9

253 verder te stimuleren. Aan de andere kant had de ECB oog voor de dalende trend van de inflatie, die eind 2013 uitkwam op gemiddeld 0,8% in de eurozone. Dit was duidelijk lager dan het door de ECB gewenste inflatieniveau van dichtbij 2%. Positief was dat de euroschuldencrisis gedurende het verslagjaar steeds minder een thema was. In het eerste kwartaal van het jaar speelde nog wel de bankencrisis in Cyprus, maar die werd uiteindelijk opgelost door de probleembanken te saneren en de grote spaarders ook mee te laten betalen aan de schuldsanering. Daarna werd het rustiger rondom de euroschuldencrisis. Dit weerspiegelde zich in een verdere daling van de renteverschillen tussen de euro periferie (met name Spanje, Italië, Portugal, Ierland) en de kernlanden (Duitsland, Frankrijk, Nederland). In Japan bleef het beleid van premier Abe de aandacht trekken. Dit zogenoemde Abenomics beleid rust op drie pijlers: een zeer ruim budgettair beleid, een zeer ruim monetair beleid en structurele hervormingen. Dit alles is bedoeld om twee decennia van een stagnerende Japanse economie te beëindigen. Het beleid van de Bank of Japan leidde tot een forse daling van de Japanse yen, waardoor de concurrentiepositie van Japanse bedrijven sterk verbeterde. In de ranglijst van 2013 was Japan dan ook de sterkst presterende aandelenmarkt. Voor de opkomende markten was 2013 een tegenvallend jaar. Naast de negatieve impact van het beleid van de Fed, speelden ook andere factoren een rol. Zo kampte de Chinese economie met een duidelijke groeivertraging (hoewel nog altijd op een respectabel niveau van 7 à 8%). Ook de dalende grondstofprijzen werkten nadelig uit voor de opkomende markten. Obligaties De obligatiemarkten lieten in 2013 eveneens een verdeeld beeld zien. Aan de ene kant was sprake van opwaartse rentedruk voor de veilige obligatiemarkten. Zo steeg de Amerikaanse 10-jaars staatsrente met ongeveer 125 bp tot ruim 3%. De Duitse 10-jaars staatsrente liep op met 60 bp tot 1,9% en de Nederlandse 10- jaars staatsrente volgde dit spoor (2,2% eind 2013). De neerwaartse bijstelling van de Nederlandse kredietwaardigheid door S&P (tot AA) had hierbij nauwelijks effect. Aan de andere kant konden de eurolanden in de periferie een verdere daling van de lange renteniveaus noteren, omdat de risicopremie rond de euroschuldencrisis afnam. Deze renteontwikkelingen brachten met zich mee dat Spaanse en Ierse staatsobligaties hoge rendementen lieten zien van boven de 10%. Ook de Italiaanse staatsobligaties rendeerden ruim 7% in Verder waren de high yield bedrijfsobligaties in trek met een rendement van rond de 7%, terwijl de investment grade bedrijfsobligaties dichtbij 0% bleven steken. Amerikaanse en Duitse staatsobligaties moesten vanwege de rentestijging juist terrein prijsgeven (respectievelijk -3,5% en -2,3%). De obligaties uit de opkomende markten presteerden het minst, met een daling van ongeveer 5,5%. Valuta Gedurende 2013 is de euro in waarde gestegen ten opzichte van alle belangrijke valuta s. Het afzwakken van de euroschuldencrisis houdt hiermee verband. Ten opzicht van de Amerikaanse dollar is de euro 4% gestegen, terwijl ten opzichte van de Japanse yen de stijging zelfs 20% bedroeg. Vooruitblik financiële markten 2014 Algemeen In 2014 zal de wereldeconomie het herstel naar verwachting kunnen doortrekken. De rol van centrale banken zal hierbij cruciaal blijven, met name die van de Amerikaanse Federal Reserve. De nieuwe Fed voorzitter Janet Yellen staat voor de taak om het stimuleringsbeleid voorzichtig te gaan afbouwen, zonder de economische groei te beschadigen. Inmiddels is duidelijk dat de belangen groter zijn dan alleen voor de Amerikaanse economie. De koerswijziging van de Fed lokte in 2013 immers een wereldwijde rentestijging uit, alsmede een grote kapitaaluitstroom uit de opkomende markten. Dit lijkt begin 2014 in een stroomversnelling te komen, waardoor diverse valuta s van opkomende landen sterk onder druk zijn gekomen. Voor de Amerikaanse economie zijn de vooruitzichten nochtans redelijk positief. De verwachting is dat de situatie op de huizenmarkt en de arbeidsmarkt verder zal verbeteren. Ook zal de impact van bezuinigingen door de overheid minder groot zijn, dankzij een recent begrotingsakkoord. Per saldo wordt de groei van de Amerikaanse economie geraamd op ongeveer 3% in Er wordt nog niet direct rekening gehouden met een renteverhoging in de VS, die lijkt op zijn vroegst in 2015 aan de orde te kunnen komen. Voor de eurozone ligt een minder hoge groei in het verschiet dan in de VS, maar de verwachting is wel dat het herstel voorzichtig doorzet. Het Internationaal Monetair Fonds (IMF) raamt de groei voor de eurozone nu op 1%, na een krimp van 0,4% vorig jaar. Daarbij is de export redelijk sterk, maar blijft de binnenlandse vraag zwak. Een zorgpunt blijft de ontwikkeling van de Zuid Europese economieën, welke nog steeds gebukt gaan onder hoge werkloosheid en straffe bezuinigingen. Daarnaast wordt met enige zorg gekeken naar het zeer lage inflatieniveau binnen de eurozone van beneden de 1%. Als de inflatie zeer laag blijft of zelfs omslaat naar deflatie, bemoeilijkt dit het aflossen van schulden en kunnen bestedingen worden uitgesteld. Om die reden zal de ECB de korte rente zeer laag houden (dichtbij 0%) en proberen de inflatie weer richting 2% te sturen. Als risicofactor voor 2014 geldt nu vooral de situatie op de opkomende markten. De turbulentie wordt gevoed door drie factoren: het beleid van de Fed, de groeivertraging in China en de politieke onrust in bepaalde landen (zoals Thailand, Egypte, Turkije, Oekraïne). De verwachting is niet dat dit zal escaleren in een crisis, zoals ten Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 10

254 tijde van de Azië crisis in De Fed zal uitermate voorzichtig zijn in het verder uitrollen van haar beleid. De groei in China blijft met circa 7% nog altijd op een respectabel peil. De politieke onrust lijkt beperkt te blijven tot een paar landen. Een algemeen doemscenario voor de opkomende markten voorzien wij daarom niet. Op lange termijn blijven de groeivooruitzichten voor deze regio s gunstig. Gedurende 2014 kan de volatiliteit voor de opkomende landen echter wel hoog blijven. Beleggingsbeleid De directie heeft de vooruitzichten beoordeeld en spreekt op basis van deze informatie thans de verwachting uit dat het beleggingsbeleid van de Beleggingspool in 2014 niet zal wijzigen. Gebeurtenissen na balansdatum Er hebben zich in de periode vanaf balansdatum tot aan de openbaarmaking geen bijzondere gebeurtenissen voorgedaan. Amsterdam, 22 april 2014 Bestuur van Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools inzake Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield Voor deze: Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 11

255 Hieronder de kerncijfers van de Beleggingspool over de laatste 2 jaar en de specificatie van de beleggingsresultaten over de laatste 2 jaar. KERNCIJFERS (bedragen in euro s) Fondsvermogen (x 1.000) Aantal uitstaande participaties , ,4690 Netto vermogenswaarde per participatie 1) 1.112, ,21 Lopende kosten 2) 0,53% 0,13% Portefeuille omloop factor 2) 92,57% 11,35% 1) De netto vermogenswaarde per participatie wordt verkregen door het Fondsvermogen, zoals opgenomen in de jaarrekening van de beleggingspool, te delen door het aantal uitstaande participaties. 2) De Lopende kosten en Portefeuille omloopfactor over 2012 hebben betrekking op de periode van t/m / Beleggingsresultaat: 3) 7,03% 3,92% Waarvan uit inkomsten 6,63% 1,84% waardeverandering 0,94% 2,21% kosten -0,54% -0,13% Benchmark 7,07% - 3) Het beleggingsresultaat, op basis van de mutatie van de netto vermogenswaarde per heeft betrekking op de periode van t/m (2012: t/m ). Voor de berekening van de hierboven genoemde benchmark wordt gebruik gemaakt van de onderstaande verhouding: 50% Barclays Capital US High Yield Total Return Index 50% Barclays Capital Pan European High Yield Total Return Index 3% Cap Cash B+ x T1 UT2 LT2 (hedged naar euro) Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 12

256 4. Jaarrekening Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 2013 Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 13

257 4.1 Balans per 31 december (voor winstbestemming) (in duizenden euro s) ref ACTIVA Beleggingen Obligaties Valutatermijncontracten Vorderingen Overige vorderingen Liquide middelen Totaal activa PASSIVA Fondsvermogen Geplaatst kapitaal Overige reserves Onverdeeld resultaat lopend boekjaar Beleggingen Valutatermijncontracten Kortlopende schulden Overige schulden Totaal passiva Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 14

258 4.2 Winst- en verliesrekening over de periode 1 januari t/m 31 december (in duizenden euro s) ref OPBRENGSTEN Opbrengst beleggingen Gerealiseerde waardeverandering obligaties Gerealiseerde waardeverandering valutatermijncontracten Niet-gerealiseerde waardeverandering obligaties Niet-gerealiseerde waardeverandering valutatermijncontracten t/m Totaal bedrijfsopbrengsten LASTEN Beheerkosten Overige bedrijfskosten Totaal bedrijfslasten Netto resultaat Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 15

259 4.3 Kasstroomoverzicht over de periode 1 januari t/m 31 december (in duizenden euro s) ref Kasstroom uit beleggingsactiviteiten t/m Netto resultaat Gerealiseerde waardeverandering obligaties Niet-gerealiseerde waardeverandering obligaties Niet-gerealiseerde waardeverandering valutatermijntransacties Aankopen van obligaties Verkopen van obligaties Mutaties vorderingen Mutaties overige schulden Kasstroom uit financieringsactiviteiten Inbreng participanten Terugbetaald aan participanten Netto kasstroom/mutatie geldmiddelen Totaal geldmiddelen begin van de verslagperiode Totaal geldmiddelen eind van de verslagperiode Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 16

260 4.4 Toelichtingen Algemeen Het besloten fonds voor gemene rekening Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield stelt zich ten doel voor rekening en risico van participanten het verwerven, houden, beheren en vervreemden van vermogenswaarden. Op 17 september 2012 zijn de voorwaarden van beheer en bewaring vastgesteld. Het boekjaar loopt van 1 januari tot en met 31 december. De vergelijkende cijfers in dit jaarverslag hebben betrekking op de periode 1 oktober 2012 tot en met 31 december Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield wordt ten behoeve van haar participanten fiscaal als transparant aangemerkt. De beheerder en bewaarder van de Beleggingspool is de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools (KvK ), statutair gevestigd te Amsterdam en kantoorhoudende aan de Gatwickstraat 1, 1043 GK te Amsterdam. Het bestuur van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools wordt gevormd door Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Het vermogensbeheer van de Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield is uitbesteed aan F&C Netherlands B.V. De administratie en de berekening van de dagelijkse intrinsieke waarde van de Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield zijn uitbesteed aan The Bank of New York Mellon SA/NV Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling Algemeen Deze jaarrekening is opgesteld met inachtneming van de geldende voorschriften voor beleggingsinstellingen uit Titel 9 Boek 2 BW, de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving en de Wft, zoals verder uitgewerkt in het BGfo. In de balans, de winst- en verliesrekening en het kasstroomoverzicht zijn referenties opgenomen waarmee wordt verwezen naar de toelichting. Alle in deze jaarrekening opgenomen bedragen zijn in duizenden euro s, tenzij anders vermeld. De opgenomen posten in de balans zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs, tenzij een andere waarderingsgrondslag wordt vermeld. Schattingen en veronderstellingen Bij toepassing van de grondslagen en regels voor het opstellen van de jaarrekening vormt de beheerder van de beleggingsinstelling zich verschillende oordelen en maakt schattingen die essentieel kunnen zijn voor de in de jaarrekening opgenomen bedragen. Indien het voor het geven van het in artikel 2:362 lid 1 BW vereiste inzicht noodzakelijk is, is de aard van deze oordelen en schattingen inclusief de bijbehorende veronderstellingen opgenomen bij de toelichting op de desbetreffende jaarrekeningposten. Vreemde valuta Activa en passiva luidende in vreemde valuta worden omgerekend tegen de slotkoers op balansdatum. Opbrengsten en lasten in vreemde valuta worden omgerekend tegen de transactiekoers. Koersresultaten (gerealiseerd en ongerealiseerd) op vreemde valuta worden in de resultatenrekening verantwoord. Voor de omrekening van de buitenlandse valuta naar euro s zijn de volgende omrekenkoersen gehanteerd: Valuta Amerikaanse dollar 1,3780 1,3184 Britse pond 0,8320 0,8111 Beleggingen Obligaties Obligaties worden gewaardeerd tegen reële waarde (marktwaarde), zijnde de beurswaarde (slotkoers) per balansdatum. Waardeveranderingen van de obligaties, zowel gerealiseerd als ongerealiseerd, worden direct in de winst- en verliesrekening verwerkt. Derivaten Derivaten (futures en/of valutatermijncontracten) worden in de jaarrekening opgenomen tegen de reële waarde (marktwaarde). Indien geen marktwaarde beschikbaar is, wordt de waarde bepaald met behulp van marktconforme en toetsbare waarderingsmodellen, vergelijkbare derivaten met dezelfde kenmerken waarvoor wel Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 17

261 een marktnotering bestaat of wordt de marktwaarde ontleend aan informatie verkregen van gezaghebbende brokers/instituten. Indien een derivatenpositie negatief is wordt het bedrag onder de schulden verantwoord. Waardeveranderingen van de derivaten, zowel gerealiseerd als ongerealiseerd, worden direct in de winst- en verliesrekening verwerkt. Transactiekosten Aankoopkosten worden direct ten laste van de verkrijgingprijs van de beleggingen gebracht. Verkoopkosten worden ten laste van de vervreemdingsprijs van de beleggingen gebracht. Dientengevolge vormen de aankoopen verkoopkosten onderdeel van de (on)gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen. Het totaalbedrag aan transactiekosten van beleggingen over het boekjaar wordt, voor zover aantoonbaar, opgenomen in toelichting op de winst- en verliesrekening bij de post Gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeveranderingen. Liquide middelen Onder de liquide middelen zijn opgenomen die kas- en banktegoeden die onmiddellijk opeisbaar zijn dan wel een looptijd korter dan twaalf maanden hebben. Rekening-courantschulden bij banken zijn opgenomen onder schulden aan kredietinstellingen onder kortlopende schulden. Liquide middelen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Overige activa en passiva Overige activa en passiva worden bij de eerste waardering gewaardeerd tegen de reële waarde, inclusief transactiekosten en na eerste verwerking tegen (geamortiseerde) kostprijs. Indien geen sprake is van transactiekosten is de (geamortiseerde) kostprijs gelijk aan de nominale waarde van de vordering c.q. schuld. Hierbij wordt op de vorderingen, indien noodzakelijk, een voorziening wegens mogelijke oninbaarheid in mindering gebracht. Fondsvermogen Algemeen Het fondsvermogen wordt bepaald door het bedrag dat resteert nadat alle actiefposten en posten van het vreemd vermogen, inclusief de voorziening en achtergestelde schuld, volgens de van toepassing zijnde waarderingsgrondslagen in de balans zijn opgenomen. Verwerking van plaatsing en inkoop van participaties De uit hoofde van plaatsing, respectievelijk inkoop van participaties ontvangen, respectievelijk betaalde bedragen worden geheel verwerkt in het fondsvermogen. Resultaatbepaling Het resultaat wordt bepaald als het verschil tussen enerzijds de opbrengsten, zoals in het verslagjaar gedeclareerde dividenden, interest, opbrengsten uit verbruikleen effecten, koersresultaten en valutaresultaten en anderzijds de lasten, zoals beheerkosten. Opbrengsten en lasten worden toegerekend aan de periode waarop zij betrekking hebben. Op- en afslag bij toe- en uittredingen Bij de uitgifte van participaties van de Beleggingspool wordt de uitgifteprijs van de participatie ten opzichte van de berekende intrinsieke waarde verhoogd met een opslag; bij de inkoop van participaties wordt de inkoopprijs verlaagd met een afslag. Deze op- en afslagen dienen vooral om transactiekosten te dekken. Deze transactiekosten bestaan uit onder andere brokerkosten, bankkosten en belastingen. Spreads tussen bied- en laatprijzen en de eventuele verandering in de marktprijs als gevolg van de transactie komen ten laste van de Beleggingspool. De beheerder valideert elk kwartaal de op- en afslagen op basis van de gemiddelde transactiekosten als gevolg van toe- en uittredingen, en past deze indien nodig aan. Lopende kosten De Lopende kosten worden berekend door de totale kosten in de Beleggingspool over de verslagperiode te delen door de gemiddelde intrinsieke waarde. De gemiddelde intrinsieke waarde wordt berekend door gedurende de verslagperiode de afgegeven intrinsieke waarden bij elkaar op te tellen en te delen door het aantal maal dat de intrinsieke waarden zijn afgegeven. De Lopende kosten worden berekend in overeenstemming met de Nadere regeling gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft. De transactiekosten als gevolg van toe- en uittreding en eventuele rentelasten zijn buiten beschouwing gelaten. Portefeuille omloop factor De portefeuille omloop factor (POF) geeft een indicatie van de omloopsnelheid van de beleggingen ten opzichte van het gemiddeld fondsvermogen van de Beleggingspool en is een maatstaf voor de gemaakte transactiekosten als gevolg van het gevoerde portefeuillebeleid en de daaruit voortvloeiende beleggingstransacties. Bij de gehanteerde berekening wordt het bedrag van de omloop bepaald door de som van de aan- en verkopen van de beleggingen te verminderen met de som van de plaatsingen en opnames van eigen participaties. De POF wordt bepaald door het bedrag van de omloop uit te drukken in een percentage van het gemiddeld fondsvermogen welke op identieke wijze wordt berekend als bij de bepaling van de Lopende kosten. Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 18

262 Kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de zogenaamde indirecte methode waarbij onderscheid is gemaakt tussen kasstromen uit beleggings- en financieringsactiviteiten. Als liquide middelen worden aangemerkt de kasmiddelen. Bij de kasstroom uit beleggingsactiviteiten wordt het resultaat gecorrigeerd voor kosten welke geen uitgaven zijn, opbrengsten welke geen ontvangsten zijn, alsmede voor mutaties in de beleggingenportefeuille en de vlottende activa en passiva. De mutaties in het fondsvermogen, betaalde bedragen bij inkoop eigen participaties en dividenduitkeringen worden opgenomen onder de kasstroom uit financieringsactiviteiten. Fiscale positie De Beleggingspool wordt ten behoeve van haar participanten fiscaal als transparant aangemerkt. De Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield, is een besloten fonds voor gemene rekening en alle activa en passiva, alsmede de resultaten van deze pool, worden rechtstreeks toegerekend aan de houders van de participaties. Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 19

263 4.4.3 Toelichting op de balans (in duizenden euro s) Beleggingen Obligaties De Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield belegt wereldwijd in bedrijfsobligaties met een hoge rentevergoeding. De mutatie in de effectenportefeuille gedurende de verslagperiode is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Aankopen Verkopen Gerealiseerde en niet gerealiseerde waardeveranderingen Stand einde boekjaar De omloopsnelheid van de beleggingen bedroeg in het boekjaar 92,57% (2012: 11,35%). Er was sprake van een actief beleid, waarbij de positionering in de portefeuille frequent veranderde. Voor uitleg inzake de portefeuille omloop factor en de wijze van berekenen, zie de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling. De onderverdeling per Credit Rating is als volgt: BB % % B % % BBB 779 4% 108 1% CCC 633 3% 467 2% Geen Rating 261 1% 105 1% % % Credit Ratings per Credit Ratings per BB B BBB CCC Geen rating De portefeuilleverdeling naar valuta is als volgt: EUR % % USD % % GPB % % % % Verdeling per valuta per Verdeling per valuta per EUR USD GPB Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 20

264 De onderverdeling van de bedrijfsobligaties naar landen is als volgt: Verenigde Staten % % Luxemburg % % Verenigd Koninkrijk % % Nederland % % Frankrijk % % Duitsland 733 3% % Italië 640 3% 317 2% Spanje 544 2% 261 1% Ierland 463 2% 495 3% Zweden 452 2% 548 3% Jersey 387 2% - - Overige 843 4% % % % Geografische verdeling per Verenigde Staten Luxemburg Verenigd Koninkrijk Nederland Frankrijk Duitsland Italie Spanje Ierland Zweden Jersey Overige Geografische verdeling per De categorie Overige (2013) bestaat uit de volgende landen: Australië, Canada, Kaaiman Eilanden, Liberië, Oostenrijk, Portugal en Singapore. 4,50 4,40 4,30 4,20 4,10 4,00 3,90 3,80 3,70 3,60 3,50 jaar duratie portefeuille duratie benchmark jan-13 feb-13 mrt-13 apr-13 mei-13 jun-13 jul-13 aug-13 sep-13 okt-13 nov-13 dec-13 jaar 4,50 4,40 4,30 4,20 4,10 4,00 3,90 3,80 3,70 3,60 3,50 Deze gemiddelde duratie geeft de rentegevoeligheid van de obligatieportefeuille aan. Oftewel, aan de duratie kan worden afgelezen welke waardemutatie optreedt bij een bepaalde renteverandering. De portefeuille kende ultimo 2013 een duratie van ongeveer 4,0 jaar. De vuistregel is dan dat bij een gemiddelde rentestijging van 1%, de waarde van de portefeuille met 4,02% (gelijk aan de duratie) zou dalen. De benchmark kent bij deze rentestijging een waardedaling 3,73%. Bij 1% rentedaling is het effect hetzelfde, maar dan in tegengestelde richting. De specificatie van de beleggingen is opgenomen in bijlage A. Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 21

265 Valutatermijncontracten De Beleggingspool heeft de volgende uitstaande valutatermijncontracten per : Aangekochte valuta Aangekocht bedrag Verkochte valuta Verkocht bedrag Expiratiedatum Ongerealiseerd resultaat USD 216 EUR USD EUR EUR GBP EUR 253 GBP EUR USD Totaal 115 Ter vergelijking de uitstaande valutatermijncontracten per : Aangekochte valuta Aangekocht bedrag Verkochte valuta Verkocht bedrag Expiratiedatum Ongerealiseerd resultaat EUR 13 USD EUR GBP EUR USD Totaal 123 Per balansdatum zijn de valutarisico's als volgt afgedekt: Valuta Valutapositie Nominale Valutapositie voor afdekking afdekking na afdekking GBP USD Totaal Indien de buitenlandse valuta ten opzichte van de Euro 5% daalt (ceteris paribus) dan heeft dit een negatief effect van -15 (vanwege de overwogen afdekking van het valutarisico). Bij een stijging 5% heeft dit hetzelfde effect, maar dan in tegengestelde richting Vorderingen De overige vorderingen kunnen als volgt worden onderverdeeld: Te vorderen rente Overige vorderingen 1 - Totaal overige vorderingen Alle vorderingen hebben een looptijd korter dan één jaar Liquide middelen Betreft direct opeisbare tegoeden bij de Deutsche Bank welke in liquide vorm aanwezig en rentedragend zijn. Hierover wordt een marktconforme rente ontvangen. De kredietwaardigheid van de Deutsche Bank per ultimo 31 december 2013 is A (2012: A). Bron: Standard & Poor s. Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 22

266 Fondsvermogen Geplaatst kapitaal Het verloop gedurende het boekjaar is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Geplaatst gedurende het boekjaar Terugbetaald aan participanten gedurende het boekjaar Totaal gestort en opgevraagd kapitaal Overige reserves t/m Stand begin boekjaar - - Toevoeging resultaat voorgaand boekjaar Stand einde boekjaar Vergelijkend overzicht fondsvermogen (bedragen in euro s) Fondsvermogen (x 1.000) Aantal uitstaande participaties , ,4690 Netto vermogenswaarde per participatie 4) 1.112, ,21 4) De netto vermogenswaarde per participatie wordt verkregen door het fondsvermogen, zoals opgenomen in de jaarrekening van het fonds, te delen door het aantal uitstaande participaties. Toerekenbaar netto vermogenswaarde aan: Achmea High Yield Bedrijfsobligaties fonds Kortlopende schulden De overige schulden kunnen als volgt worden onderverdeeld: Te betalen beheerkosten - 27 Totaal overige schulden - 27 Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 23

267 4.4.4 Toelichting op de winst- en verliesrekening (in duizenden euro s) Opbrengst beleggingen t/m Interest Valutaresultaten Rente rekening-courant Totaal opbrengst beleggingen Gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeveranderingen De gerealiseerde waardeveranderingen zijn de resultaten uit hoofde van verkopen (inclusief verkoopkosten) van beleggingen en het expireren van valutatermijncontracten. De ongerealiseerde waardeveranderingen zijn de veranderingen in de aangehouden beleggingen (inclusief de aankoopkosten) en de valutatermijncontracten Bedrijfslasten t/m Beheerkosten Bewaarloon inclusief kosten depotbank - 1 Accountantskosten: onderzoek van de jaarrekening - 7 Overige kosten - -7 Totaal bedrijfslasten De beheerkosten betreffen een door de vermogensbeheerder(s) in rekening gebrachte vergoeding voor het vermogensbeheer, accountantskosten, bewaarloon en administratiekosten. De vermogensbeheervergoeding wordt berekend op basis van een (gestaffeld) percentage of een vast bedrag van het gemiddeld uitstaand fondsvermogen (afhankelijk van de vermogensbeheerder). Over 2013 bedragen de Lopende kosten van Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 0,53% (2012: 0,13%). Voor uitleg inzake de Lopende kosten en de wijze van berekenen, zie de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling. De Lopende kosten zijn opgebouwd uit de volgende componenten: Beheerkosten Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 0,5275% Overige bedrijfskosten 0,0000% Personeel en bezoldiging De Beleggingspool heeft geen werknemers in dienst. De bestuurder van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools is onbezoldigd. Amsterdam, 22 april 2014 Bestuur van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools inzake Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield Voor deze: Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 24

268 5. Overige gegevens 5.1 Overige gegevens Winstbestemming Volgens artikel 17 en 18 van de Terms and Conditions of Management and Custody van Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield, stelt het bestuur van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools de jaarrekening vast. Dividendvoorstel Conform artikel 18.1 van de Terms and Conditions of Management and Custody van Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield worden opbrengsten direct herbelegd in de Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield en vindt er geen daadwerkelijke uitkering in geld of stukken plaats aan de participanten. Bestemming van het resultaat Het bestuur van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools heeft besloten het resultaat over 2013 toe te voegen aan de overige reserves. Persoonlijke belangen directie De directie en Raad van Commissarissen van Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. als bestuur van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools hadden op 1 januari 2013 en op 31 december 2013 geen persoonlijke belangen in de beleggingen van Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield. Bijzondere gebeurtenissen na balansdatum Er hebben zich in de periode vanaf balansdatum tot aan de openbaarmaking geen bijzondere gebeurtenissen voorgedaan. Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 25

269 5.2 Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: de beheerder van Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de in dit verslag opgenomen jaarrekening 2013 van Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield te Amsterdam gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2013 en de winsten-verliesrekening over 2013 met de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen. Verantwoordelijkheid van de beheerder De beheerder van de beleggingspool is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 van het in Nederland geldende Burgerlijk Wetboek (BW) en met de Wet op het financieel toezicht, alsmede voor het opstellen van het verslag van de beheerder in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW. De beheerder is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als de beheerder noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de beleggingspool. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van de door de beheerder van de beleggingspool gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden. Oordeel Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield per 31 december 2013 en van het resultaat over 2013 in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 van het in Nederland geldende Burgerlijk Wetboek (BW) en met de Wet op het financieel toezicht. Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisen Ingevolge artikel 2:393 lid 5 onder e en f BW vermelden wij dat ons geen tekortkomingen zijn gebleken naar aanleiding van het onderzoek of het verslag van de beheerder, voor zover wij dat kunnen beoordelen, overeenkomstig Titel 9 Boek 2 BW is opgesteld, en of de in artikel 2:392 lid 1 onder b tot en met h BW vereiste gegevens zijn toegevoegd. Tevens vermelden wij dat het verslag van de beheerder, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 2:391 lid 4 BW. Amsterdam, 22 april 2014 PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. Origineel getekend door mr. drs. M.D. Jansen RA Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 26

270 BIJLAGE A - Beleggingenspecificatie (in duizenden euro s) De specificatie van de beleggingen van Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield is als volgt 1) : Obligaties ultimo 2013: Fondsnaam Waarde Fondsnaam Waarde Aa Bond Co Ltd 9.500% 132 Ence Energia Y Celulosa S.A 7.250% 110 Abengoa Finance Sau 8.875% 120 Energy Xxi Gulf Coast Inc 144A 7.500% 53 Ace Cash Express Inc % 59 Enterprise Inns Plc 6.500% 125 Ace Cash Express Inc 144A % 146 Exova Plc % 161 Activision Blizzard Inc 144A 6.125% 61 Fiat Finance & Trade Sa 6.625% 238 Adria Bidco Bv 7.875% 101 Fiat Finance & Trade Sa 6.750% 108 Ag Spring Finance Ltd 7.500% 146 Fiat Finance & Trade Sa 7.750% 222 Ally Financial Inc 3.500% 86 Flextronics International Ltd 5.000% 110 Ally Financial Inc 8.000% 87 Franz Haniel & Cie Gmbh 6.250% 58 American Axle & Manufacturing 6.625% 193 Gcl Holdings Sca 9.375% 109 Ameristar Casinos Inc 7.500% 159 General Motors Co 144A 4.875% 99 Amplifon Spa 4.875% 115 General Motors Co 144A 6.250% 152 Anglian Water Osprey Financing 7.000% 261 Genon Energy Inc 9.500% 165 Ardagh Packaging Finance Plc 9.250% 109 Genon Energy Inc 9.500% 124 Arqiva Broadcast Finance Plc 9.500% 181 Geo Group Inc/The 6.625% 269 Aston Martin Capital Ltd 9.250% 131 Gestamp Fund Lux Sa 5.875% 106 Banque Psa Finance Sa 4.000% 206 Gkn Holdings Plc 5.375% 125 Banque Psa Finance Sa 5.750% 48 Goodyear Dunlop Tires Europe B 6.750% 109 Belden Inc 5.500% 98 Grainger Plc 5.000% 123 Bluewater Holding Bv % 146 Gray Television Inc 7.500% 27 Bombardier Inc 144A 7.750% 206 Hanson Ltd 6.125% 80 Bombardier Inc 6.125% 65 Hastings Insurance Group Finan 8.000% 124 Brakes Capital 7.125% 120 Hawk Acquisition Sub Inc 144A 4.250% 141 Brisa Concessao Rodoviaria Sa 6.875% 111 Hca Holdings Inc 6.250% 34 Buzzi Unicem Spa 6.250% 113 Hca Holdings Inc 7.750% 80 Cable Communications Systems N 7.500% 103 Heathrow Finance Plc 7.125% 133 Calcipar Sa 144A 6.875% 192 Heidelbergcement Fin Lux 9.500% 324 Calpine Corp 7.500% 149 Hertz Corp/The 7.375% 159 Campofrio Food Group Sa 8.250% 105 Hilton Worldwide Finance 144A 5.625% 15 Carlson Wagonlit Bv 7.500% 217 Icahn Enterprises Lp / Ic 144A 6.000% 376 Cco Holdings Llc / Cco Holding 5.250% 169 Idh Finance Plc 6.000% 122 Cegedim Sa 6.750% 140 Inaer Aviation Finance Ltd 9.500% 106 Celanese Us Holdings Llc 6.625% 78 Intelsat Jackson Holdings 144A 5.500% 7 Chesapeake Energy Corp 6.875% 204 Intelsat Jackson Holdings Sa 7.250% 274 Chesapeake Oilfield Operating 6.625% 190 Intergen Nv 7.500% 127 Cie Generale De Geophysique % 149 International Lease Finance Co Step 85 Ciech Group Financing 9.500% 115 Interxion Holding Nv 6.000% 106 Cirsa Funding Luxembourg Sa 8.750% 107 Iron Mountain Inc 8.375% 108 Cit Group Inc 5.000% 70 Isle Of Capri Casinos Inc 5.875% 107 Cit Group Inc 5.000% 71 Jaguar Land Rover Automotive P 8.250% 342 Cnh Industrial Finance Europe 6.250% 341 Kabel Deutschland Vertrieb Und 6.500% 159 Commscope Inc 144A 8.250% 146 Kelda Finance No 3 Plc 5.750% 124 Continental Rubber Of America 4.500% 270 Kerling Plc % 107 Crown Americas Llc / Crown Ame 4.500% 14 Kinetic Concepts Inc / Kci Usa Var Rt 209 Deutsche Raststatten 6.750% 105 Kion Finance Sa 6.750% 109 Dixons Retail Plc 8.750% 140 Koninklijke Kpn Nv Var Rt 125 Edp Finance Bv 5.750% 110 L Brands Inc 5.625% 59 Eileme 2 Ab % 121 La Financiere Atalian Sa 7.250% 106 Elior Finance & Co Sca 6.500% 109 Lafarge Sa 6.750% 406 Empark Funding Sa 6.750% 103 Lecta Sa 8.875% 95 Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 27

271 Fondsnaam Waarde Fondsnaam Waarde Linn Energy Llc / Linn Energy 7.750% 337 Sealed Air Corp 144A 5.250% 46 Lynx I Corp 6.000% 167 Sisal Holding Ist Di Pag 7.250% 102 Marcolin Spa 8.500% 105 Smurfit Kappa Acquisitions 4.125% 208 Mce Finance Ltd 144A 5.000% 141 Softbank Corp 144A 4.500% 212 Mgm Resorts International 6.625% 50 Soho House Bond Ltd 9.125% 129 Mgm Resorts International 6.625% 65 Spcm Sa 5.500% 109 Mgm Resorts Intl 6.750% 196 Sprint Corp 7.875% 78 Mol Group Finance Sa 6.250% 149 Sprint Nextel Corp 6.000% 149 Mpt Oper Partnersp/Finl 5.750% 105 Stena Ab 6.125% 108 Navios Maritime Holdings 144A 7.375% 7 Stork Technical Services Holdi % 101 Nexans Sa 4.250% 104 Sunrise Communications Holding 8.500% 218 Odeon & Uci Finco Plc 9.000% 122 Swift Energy Co 7.875% 145 Oi European Group Bv 4.875% 210 Telecom Italia Spa 4.875% 205 Ote Plc 4.625% 103 Telenet Finance V Luxembourg S 6.250% 107 Pendragon Plc 6.875% 127 Tereos Finance Group I 4.250% 204 Petroleum Geo-Services As 144A 7.375% 155 T-Mobile Usa Inc 6.731% 8 Peugeot Sa 6.500% 130 T-Mobile Usa Inc 6.836% 151 Plains Exploration & Productio 6.500% 48 Trionista Holdco Gmbh 5.000% 102 Plains Exploration & Productio 6.750% 160 Trw Automotive Inc 144A 4.500% 29 Portugal Telecom International 5.875% 110 Tvn Finance Corp Iii Ab 7.375% 108 Precision Drilling Corp 6.500% 78 Unitymedia Hessen Gmbh & Co Kg 5.500% 206 R&R Ice Cream Plc 8.375% 107 Unitymedia Hessen Gmbh & Co Kg 5.750% 103 Rain Cii Carbon Llc / Cii Carb 8.500% 101 Upc Holding Bv 8.375% 221 Range Resources Corp 5.000% 71 Viridian Group Fundco Ii % 102 Range Resources Corp 5.000% 107 Wendel Sa 5.875% 112 Renault Sa 4.625% 268 Whiting Petroleum Corp 5.000% 86 Rexel Sa 6.125% 153 Whiting Petroleum Corp 5.750% 57 Royal Caribbean Cruises Ltd 5.250% 29 William Hill Plc 7.125% 136 Sable International Finan 144A 7.750% 190 Wind Acquisition Finance Sa % 213 Santos Finance Ltd Var Rt 113 Wynn Macau Ltd 5.250% 146 Sappi Papier Holding Gmbh 144A 6.625% 181 Xefin Lux Sca 8.000% 108 Schaeffler Finance Bv 7.750% 232 Afronding ) De beleggingen met verschillende looptijden worden separaat weergegeven in bovenstaande tabel. Deze looptijden worden niet nader toegelicht. Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 28

272 Ter vergelijking de obligaties ultimo 2012: Fondsnaam Waarde Fondsnaam Waarde Fondsnaam Waarde Ace Cash Express Inc % 180 Goodyear Dunlop Tires 6.750% 108 Smurfit Kappa Acq % 222 Agr0Kor Dd 9.125% 272 Hca Holdings Inc 6.250% 35 Spcm Sa 5.500% 106 Air France-Klm 6.250% 105 Hca Holdings Inc 7.750% 83 Spie Bondco 3 Sca % 109 Alba Group Plc & Co Kg 8.000% 109 Heidelbergcement Fin % 322 Sprint Nextel Corp 6.000% 165 American Axle & Mfg Inc 6.625% 194 Hertz Corp 7.375% 167 Sprint Nextel Corp 7.000% 209 Ameristar Casinos Inc 7.500% 164 Host Hotels & Resorts 6.000% 175 Stena Ab Reg S 6.125% 106 Anglian Water Osp. Fin 7.000% 268 Inaer Aviation Fin Ltd 9.500% 99 Stork Tech. Serv % 108 Arch Coal Inc 7.000% 141 Ineos Group Hldgs Bds 7.875% 100 Sunrise Comm % 220 Ardagh Packaging Fin % 273 Intelsat Jackson 7.250% 287 Swift Energy Co 7.875% 160 Aston Martin Capital Ltd 9.250% 123 Intergen Nv 8.5% 233 Telenet Finance V Lux % 107 Bombardier Inc 144A 7.750% 216 Interxion Holding Nv 9.500% 224 United Rentals 6.125% 8 Boyd Gaming Corp 9.000% 263 Intl Lease Fin. Corp Var 88 United Rentals 9.250% 172 Brisa Conc. Rodov Sa 6.875% 106 Iron Mountain Inc 8.375% 211 Unitymedia Hessen 5.750% 104 Buzzi Unicem Spa 6.250% 107 Jaguar Land Rover Plc 8.250% 342 Unitymedia Hessen 5.500% 205 Calcipar Sa 144A 6.875% 194 Kabel Deutschland V&S 6.500% 271 Upc Holding Bv 8.375% 225 Calpine Corp 7.500% 194 Kerling Plc % 97 Vanguard Hlt Hdg Inc 8.000% 79 Campofrio Food Sa 8.250% 161 Kinetic Concepts Inc % 199 Viridian Group Fund % 104 Carlson Wagonlit Bv 7.500% 215 Lafarge Sa 6.750% 283 Wendel Sa 5.875% 108 Cco Hldgs Llc/Cap Corp 5.250% 193 Lecta Sa 8.875% 212 William Hill Plc 7.125% 138 Celanese Holdings Llc 6.625% 83 Leucadia National Corp 8.125% 129 Wind Acquisition Fin % 209 Cet 21 Spol Sro 9.000% 219 Linn Energy Llc/Fin Corp 7.750% 406 Wind Acquisition Fin 7.375% 152 Chesapeake Corp 6.875% 206 Lottomatica Regs Var 210 Ziggo Bond Co 8.000% 331 Chesapeake Oilfield 6.625% 180 Mce Finance Ltd % 173 Afronding 5 Chrysler /Cg Co-Issuer 8.000% 166 Mgm Resorts Int, 6.625% Ciech Group Fin. Ab 9.500% 110 Mgm Resorts Int % 195 Cirsa Funding Lu % 100 Mol Group Finance Sa 6.250% 156 Citycenter Holdings 7.625% 161 Navios Maritime Corp 8.625% 143 Commscope Inc 144A 8.250% 209 Navios Maritime Hlds/Fin 8.875% 74 Compagnie Gen.7.750% 158 New World Res Bv 7.875% 209 Constellation Brands Inc 4.625% 199 Nexans Sa 4.250% 101 Cyfrowy Polsat Fin Ab 7.125% 110 Odeon & Uci Finco Plc 9.000% 129 Dixons Retail Plc 8.750% 134 Oi European Group 6.875% 312 Edp Finance Bv 5.750% 107 Otc Plc 4.625% 89 Eileme 2 Ab % 117 Perstorp Holding Ab 9.000% 105 Enterprise Inns Plc Bds 6.500% 120 Petroleum Geo-Services 7.375% 164 Ep Energy Sa 5.875% 108 Plains Exploration & Pro % 50 Exova Ltd % 162 Plains Exploration & Pro % 170 Fiat Finance & Trade 7.750% 106 Portugal Telecom Int % 104 Fiat Finance & Trade Sa 7.750% 107 Precision Drilling Corp 6.500% 81 Fiat Industrial Fin Eur 6.250% 449 Renault Sa 4.625% 104 First Quantum Minerals 7.250% 154 Rexel Sa 6.125% 159 Franz Haniel & Cie 6.250% 223 Royal Car. Cruises 5.250% 32 Gcl Holdings S.C.A 9.375% 108 Royal Car. Cruises 5.625% 208 Genon Energy Inc 9.500% 134 Sable Int.Finan 7.750% 205 Genon Energy Inc 9.875% 131 Santos Finance Ltd Var 106 Geo Group Inc/The 6.625% 295 Sappi Papier Holding 6.625% 189 Gkn Holdings Plc 5.375% 127 Schaeffler Fin. Bv Regs 7.750% 112 Gmac Intl Finance Bv 7.500% 274 Sinclair Television Gr % 84 1) De beleggingen met verschillende looptijden worden separaat weergegeven in bovenstaande tabel. Deze looptijden worden niet nader toegelicht. Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 29

273 Nucleaire wapens Bio. & chemische wapens Antipersoonsmijnen Clustermunitie UN Global Compact Tabak Enhanced engagement BIJLAGE B - Uitsluitingen Achmea Beleggingspools per 31 december 2013 Staatsobligaties Birma/Myanmar Ivoorkust Libanon Oezbekistan Somalië Soedan Syrië Zimbabwe Democratische Volksrepubliek Korea (Noord Korea) Iran Bedrijfsobligaties en aandelen Bedrijf Land Alliant Techsystems United States x x x Areva S.A. France x Babcock International Group PLC United Kingdom x BAE Systems PLC United Kingdom x Boeing Co. United States x European Aeronautic Defence & Space Co. EADS N.V. Netherlands Finmeccanica S.p.A. Italy x Fluor Corp. United States x General Dynamics Corp. United States x x Honeywell International Inc. United States x Huntington Ingalls Industries United States x Jacobs Engineering Group Inc. United States x L-3 Communications Holdings Inc. United States x x Lockheed Martin Corp. United States x x x Moog Inc. United States x Northrop Grumman Corp. United States x Raytheon Co. United States x Rolls-Royce Group PLC United Kingdom x SAFRAN S.A. France x SAIC Inc. United States x Serco Group United Kingdom x Textron Inc. United States x United Technologies United States x URS Corp. United States x Singapore Technologies Engineering Ltd. Singapore x x Hanwha Corp. South Korea x x Doosan Co Ltd South Korea x Aeroteh Romania x Aryt Industries Israel x x Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 30

274 Nucleaire wapens Bio. & chemische wapens Antipersoonsmijnen Clustermunitie UN Global Compact Tabak Enhanced engagement Bedrijf Land China Spacesat China x Kaman Corp United States x Poongsan South Korea x Chevron Corp. United States x Wal-Mart Stores Inc. United States x Vedanta United Kingdom x PetroChina Co. Ltd. China x 22nd Century Group Inc (XXII) USA x Adris Grupa dd (ADRSRA) Croatia x Al Eqbal Co for Investment PLC (EICO) Jordan x Alliance One International Inc (AOI) USA x Altria Group Inc (MO) USA x Asenovgrad Tabac AD-Asenovgrad (6AD) Bulgaria x Blagoevgrad-BT AD (55B) Bulgaria x British American Tobacco Malaysia Bhd (ROTH) Malaysia x British American Tobacco PLC (BATS) UK x Bulgartabac Holding AD (57B) Bulgaria x Coka Duvanska Industrija AD Coka (COKA) Serbia x Dupnitza-BT AD (4DA) Bulgaria x Duvanski Kombinat AD Podgorica (DKPG) Montenegro x Eastern Tobacco (EAST) Egypt x Fabrika duhana Sarajevo dd Sarajevo (FDSSR) Bosnia and Herzegovina x Fabrika Duvana AD Banja Luka (FDBLRA) Bosnia and Herzegovina x Godfrey Phillips India Ltd (GP) India x Golden Tobacco Ltd (GTO) India x Gotse Delchev Tabac AD-Gotse Delchev (4GD) Bulgaria x Grupo Carso SAB de CV Mexico x Gudang Garam Tbk PT (GGRM) Indonesia x Haskovo-Tabac AD (4H9) Bulgaria x Hrvatski Duhani DD (HRDHRA) Croatia x Huabao International Holdings Limited China x Imperial Tobacco Group PLC (IMT) UK x Isperih-BT AD (4IS) Bulgaria x ITC Ltd (ITC) India x Japan Tobacco Inc (2914) Japan x JT International Bhd (RJR) Malaysia x Karelia Tobacco Co Inc SA (KARE) Greece x Khyber Tobacco Co (KHTC) Pakistan x Kothari Products Ltd (KTP) India x KT&G Corp (033780) South Korea x Lorillard Inc (LO) USA x Ngan Son JSC (NST) Vietnam x NTC Industries Ltd (NTCIL) India x Pazardzhik-BT AD Pazardzhik (4PZ) Bulgaria x Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 31

275 Nucleaire wapens Bio. & chemische wapens Antipersoonsmijnen Clustermunitie UN Global Compact Tabak Enhanced engagement Bedrijf Land Philip Morris International Inc (PM) USA x Philippine Tobacco Flue Cur (TFC) Philippines x Pleven-Bulgartabak (4PQ) Bulgaria x Reynolds American Inc (RAI) USA x Shanghai Industrial Holdings Ltd. China x Shoumen-BT AD (3JZ) Bulgaria x Sinnar Bidi Udyog Ltd (SBU) India x Sitab-Soc Ivoirienne Tabacs (STBC) Ivory Coast x Slantse Stara Zagora- BT AD (3JO) Bulgaria x Smokefree Innotec Inc (SFIO) USA x Sofia-BT AD (3JU) Bulgaria x Souza Cruz SA Brazil x Strumica Tabak Strumica (STTB) Macedonia x Swedish Match AB (SWMA) Sweden x Tabak ad Nis (TBKN) Serbia x TSL Ltd/Zimbabwe (TSL) Zimbabwe x Tvornica Duhana Zagreb dd (TDZRA) Croatia x Union Tobacco (UTOB) Jordan x Universal Corp/VA (UVV) USA x Utalim SA Slatina (UTOL) Romania x Vector Group Ltd (VGR) USA x VST Industries Ltd (VST) India x Wismilak Inti Makmur Tbk PT ( D) Indonesia x Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties High Yield 32

276 JAARVERSLAG Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 2013

277

278 Inhoudsopgave 1. Algemene gegevens 2 2. Profiel 3 3. Verslag van de beheerder 5 4. Jaarrekening Balans Winst- en verliesrekening Kasstroomoverzicht Toelichtingen Algemeen Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling Toelichting op de balans Toelichting op de winst- en verliesrekening Overige gegevens Overige gegevens Controleverklaring van de onafhankelijke accountant 30 Bijlage A. Beleggingenspecificatie 31 Bijlage B. Uitsluitingen Achmea Beleggingspools per 31 december Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 1

279 Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 1. Algemene gegevens Beheerder Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools, waarvan het bestuur wordt gevormd door: Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V., waarvan de directie wordt gevormd door: M.T. Heijndijk (voorzitter) Drs. W. van Heerdt Drs. Y.J. de Jong Kantooradres: Gatwickstraat GK Amsterdam Postbus KA Amsterdam KvK Onafhankelijke Accountant PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. Thomas R. Malthusstraat JR Amsterdam Depotbank BNY Mellon S.A./ N.V. Netherlands Branche Strawinskylaan XX Amsterdam Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 2

280 2. Profiel Structuur Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade te Amsterdam (hierna ook de Beleggingspool genoemd) is een besloten fonds voor gemene rekening wat zich tot doel stelt voor rekening en risico van participanten het verwerven, houden, beheren en het vervreemden van vermogenswaarden. De Beleggingspool is opgericht op 17 september De daadwerkelijke beleggingsactiviteiten hebben per 1 oktober 2012 een aanvang genomen. De Beleggingspool is vrijgesteld van toezicht in het kader van de Wet op het financieel toezicht ( Wft ). Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V., de bestuurder van Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools, valt onder het regime van de Richtlijn Alternatieve Beleggingsinstellingen (Alternative Investment Fund Management Directive) ( AIFM-Richtlijn ), zoals dit van kracht is geworden op 22 juli Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. was reeds voor 21 juli 2013 bevoegd om in Nederland alternatieve beleggingsinstellingen te beheren en kan daardoor gebruik maken van het op basis van de AIFM-Richtlijn toepasselijke overgangsjaar om te voldoen aan de bij of krachtens de AIFM-Richtlijn gestelde regels. Voor een vergunninghoudende beheerder houdt het overgangsjaar in dat zijn bestaande vergunning op 22 juli 2014 van rechtswege overgaat in een AIFM-Richtlijn vergunning. Tot 22 juli 2014 blijven de regels van het aanbieden van deelnemingsrechten in een beleggingsinstelling van toepassing zoals deze voor een beheerder gelden op 21 juli 2013, inclusief de vrijstelling onder artikel 1:12 Wft voor de Achmea Beleggingspools. Doel Het beleggingsbeleid van Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade is erop gericht op langere termijn een hoger totaalrendement te behalen dan een doorsnee individuele belegger met een directe belegging zou kunnen realiseren. Beleggingsbeleid De Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade belegt vooral in Euro- en Amerikaanse bedrijfsobligaties. Er wordt voornamelijk belegd in bedrijfsobligaties met een relatief goede kredietwaardigheid ( Investment Grade ). Daarnaast wordt belegd in staatsgerelateerde obligaties met een relatief goede kredietwaardigheid ( Investment Grade ), zoals obligaties van lokale overheden of obligaties van supranationale instellingen. Tevens kan in beperkte mate worden belegd in Euro- en Amerikaanse staatsobligaties om de portefeuille tijdelijk bij te sturen. De Beleggingspool voert een actief beleggingsbeleid. De doelstelling van de Beleggingspool is met een goed gespreide portefeuille een outperformance te bereiken ten opzichte van de benchmark. Dit betekent dat de benchmark niet wordt gevolgd. Hierdoor zijn relatief grote rendementsverschillen, afgezien van kosten zoals vermeld in dit prospectus, met de benchmark mogelijk. Als samengestelde benchmark voor de Beleggingspool geldt 50% Barclays Capital US Credit Total Return Index en 50% Barclays Capital Euro Credit Total Return Index (hedged naar euro). Er kan ter optimalisering van de rendement-/risicoverhouding gebruik worden gemaakt van futures en kredietderivaten, echter zodanig dat niet substantieel meer risico wordt gelopen dan wanneer gebruik van deze derivaten achterwege wordt gelaten. Daarnaast is het gebruik van valutatermijncontracten toegestaan, met als doelstelling om het valutarisico naar de euro zoveel mogelijk te beperken. De debiteurenkwaliteit is minimaal BBB-. In de situatie van ratingverlaging mag voor maximaal 4% lager dan BBB- worden aangehouden, echter niet langer dan 6 maanden. Hierbij is de benchmark methodologie leidend voor de definitie van de ratings. Dit betekent dat de ratings afkomstig moeten zijn van Standard & Poor s, Moody s of Fitch (onder toezichtstaande ratingagencies). In geval van drie ratings is de middelste rating leidend. In geval van twee ratings is de laagste rating leidend. Maximaal 15% van het fonds mag buiten de benchmark ( off benchmark ) worden belegd. Liquiditeiten zijn toegestaan. De vermogensbeheerders van de Beleggingspool beschikken over een eigen researchteam dat gericht onderzoek doet naar ontwikkelingen binnen de verschillende sectoren, de macro-economie en de invloeden daarvan op de financiële markten wereldwijd. De Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade wordt beheerd door meerdere vermogensbeheerders (Multi Asset Management model). Hierdoor ontstaat het voordeel van spreiding van beleggingsstijlen, waarbij actief wordt gestuurd op verbetering van de verhouding tussen risico en rendement. Robeco Institutional Asset Management B.V. heeft het merendeel van het vermogen onder beheer. Het overige gedeelte wordt beheerd door F&C Netherlands B.V. Bij de selectie van vermogensbeheerders wordt beoordeeld of de beleggingsstijlen en achtergronden van de diverse vermogensbeheerders elkaar aanvullen. Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 3

281 Uitgifte en inkoop van participaties Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade heeft een open-end structuur. Dit houdt in dat de Beleggingspool nieuwe participaties zal uitgeven tegen een koers gelijk aan de dagelijks vastgestelde netto vermogenswaarde van de Beleggingspool, verhoogd met de voor de Beleggingspool vastgestelde opslag. Tevens is de Beleggingspool steeds bereid, bijzondere omstandigheden voorbehouden, participaties in te kopen tegen de netto vermogenswaarde verlaagd met de voor de Beleggingspool vastgestelde afslag. Een bijzondere omstandigheid, waardoor Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade, uitsluitend naar haar oordeel, de inkoop kan opschorten, is onder andere dat de Beleggingspool door politieke, economische, militaire of monetaire situatie geen netto vermogenswaarde kan bepalen. Fiscale positie De Beleggingspool wordt ten behoeve van haar participanten fiscaal als transparant aangemerkt. De Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade, is een besloten fonds voor gemene rekening en alle activa en passiva, alsmede de resultaten van deze pool, worden rechtstreeks toegerekend aan de houders van de participaties. Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 4

282 3. Verslag van de beheerder Algemeen Hierbij bieden wij u het jaarverslag aan van Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade over het boekjaar Voor de structuur, doel en het beleggingsbeleid van Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade verwijzen wij naar het profiel in hoofdstuk 2. Toestand per balansdatum en ontwikkelingen gedurende het boekjaar Het vermogen van Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade is gedurende de verslagperiode toegenomen tot 156,7 miljoen (2012: 20,3 miljoen). De toename van het vermogen is toe te schrijven aan intredingen van participanten van 139 miljoen en netto beleggingsopbrengsten van 3 miljoen. Daar stond tegenover de koersdalingen op de financiële markten van -5 miljoen. De netto vermogenswaarde per participatie van de Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade bedroeg ultimo ,67 wat ten opzichte van 31 december 2012 een rendement van -0,47% betekent. De vergelijkbare benchmark van de Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade heeft over dezelfde periode een rendement van -0,27% gerealiseerd. Ontwikkelingen 2013 Ontwikkelingen belegd vermogen Gedurende de verslagperiode zijn per 2 april 2013 vijf nieuwe beleggingsfondsen toegevoegd aan Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen, het Achmea Mixfonds Zeer Defensief, het Achmea Mixfonds Defensief, het Achmea Mixfonds Neutraal, het Achmea Mixfonds Offensief en het Achmea Mixfonds Zeer Offensief. Eind april 2013 heeft instroom plaatsgevonden van ongeveer 600 miljoen euro in de per 2 april 2013 opgerichte vijf beleggingsfondsen. De instroom kwam voort uit een transitie van de verzekeraar waarbij de beleggingen die gekoppeld zijn aan bepaalde beleggingsverzekeringen omgezet zijn naar deze vijf nieuwe mixfondsen (hierna: Mixfondsen Leven). De vijf mixfondsen Leven beleggen voornamelijk in de Achmea Beleggingspools, waardoor ook de belegde vermogens van deze Beleggingspools zijn toegenomen. Multi Assetmanagement Tegelijkertijd met de instroom eind april 2013, heeft Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. ervoor gekozen om voor de Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade een tweede vermogensbeheerder, Robeco Institutional Asset Management B.V., aan te wijzen. Wet- en Regelgeving AIFMD Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. valt onder het regime van de Richtlijn Alternatieve Beleggingsinstellingen (Alternative Investment Fund Management Directive) ( AIFM-Richtlijn ), zoals dit van kracht is geworden op 22 juli Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. was reeds voor 21 juli 2013 bevoegd om in Nederland alternatieve beleggingsinstellingen te beheren en kan daardoor gebruik maken van het op basis van de AIFM-Richtlijn toepasselijke overgangsjaar om te voldoen aan de bij of krachtens de AIFM- Richtlijn gestelde regels. Voor een vergunninghoudende beheerder houdt het overgangsjaar in dat zijn bestaande vergunning op 22 juli 2014 van rechtswege overgaat in een AIFM-Richtlijn vergunning. Tot 22 juli 2014 blijven de regels van het aanbieden van deelnemingsrechten in een beleggingsinstelling van toepassing zoals deze voor een beheerder gelden op 21 juli Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. is in 2013 gestart met een project om te komen tot tijdige implementatie van de regels van de AIFM-Richtlijn in haar processen. FATCA De implementatie van de Foreign Account Tax Compliance Act (FATCA) uit de Verenigde Staten van Amerika voor de beleggingsfondsen en beleggingspools heeft in 2013 nog geen gevolg gehad. Nederland onderhandelde met de Verenigde Staten van Amerika over het sluiten van een Intergovernmental Agreement, waarbij de gevolgen van de FATCA wetgeving geïmplementeerd zullen worden via de Nederlandse Belastingdienst. Deze Intergovernmental Agreement is in december 2013 bereikt. EMIR Op de beleggingsinstellingen waarin gebruik wordt gemaakt van derivaten, ofwel om redenen van risico afdekking, ofwel om beleggingsredenen, zijn de regels voortvloeiende uit de European Market Infrastructure Regulation (EMIR) van kracht geworden. In het verslagjaar is een aantal risico verminderende maatregelen van kracht geworden per 15 maart 2013 (timely confirmation en daily valuation) en per 15 september 2013 (portfolio compression, portfolio reconciliation, dispute resolution). Financial Transaction Tax (FTT) Invoering van een Financial Transaction Tax (FTT) heeft naar alle waarschijnlijkheid invloed op het rendement van een beleggingsfonds. Nederland heeft er in 2013 vooralsnog voor gekozen om zich niet aan te sluiten bij de andere EU lidstaten die een voorstel tot een Europese FTT onderschrijven. Toekomstige ontwikkelingen in Nederland, maar ook in het buitenland, worden door Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. gevolgd. Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 5

283 Andere ontwikkelingen in de verslagperiode De langjarige overeenkomst met F&C Netherlands B.V. voor het uitvoeren van vermogensbeheer is geëindigd en daarvoor is een overeenkomst voor onbepaalde tijd met een gebruikelijke opzegtermijn in de plaats gekomen. Drietal pijlers voor verantwoord beleggen Ten behoeve van haar participanten stellen de Achmea Beleggingspools zich op als een betrokken aandeelhouder richting ondernemingen die deel uitmaken van de beleggingsportefeuille van de Achmea Beleggingspools. Zij voeren daarom een verantwoord beleggingsbeleid. Dit beleggingsbeleid bestaat uit drie pijlers en wordt hieronder toegelicht. Pijler 1: Uitsluitingsbeleid Er wordt op voorhand niet belegd in: Controversiële wapens Wij beleggen niet in ondernemingen die zich rechtstreeks richten op ontwikkeling, testen, productie, verkoop, handel en onderhoud van controversiële wapens. Ook wordt niet belegd in ondernemingen die een groot belang hebben in andere ondernemingen (via een dochter waarin voor > 50% wordt deelgenomen dan wel via een joint venture waarin een controlerend belang wordt gehouden) die controversiële wapens produceren. Het zijn producenten van: o clustermunitie; o anti persoonsmijnen; o biologische en chemische wapens; o kernwapens. Voor het uitsluiten van controversiële wapens zoekt Achmea aansluiting bij internationale verdragen die door Nederland (en vele andere landen) zijn ondertekend. Het betreft de volgende verdragen: - Conventie voor biologische wapens (1975); - Conventie voor chemische wapens (1997); - Verdrag van Ottawa betreffende anti persoonsmijnen (1997) en - Conventie over clustermunitie (2008). Controversiële landen De Nederlandse overheid kan sanctiemaatregelen nemen tegen landen. Deze landen worden door ons als controversieel beschouwd. Over het algemeen schenden de regeringen van dergelijke landen consequent de fundamentele mensenrechten van hun burgers. De sanctiemaatregelen zijn gebaseerd op de Sanctiewet Tabaksproducenten Producenten van tabaksproducten zijn uitgesloten. Dit vanwege de aangetoonde negatieve effecten van tabaksgebruik op de gezondheid. Achmea rekent juist het bevorderen van de gezondheid tot haar maatschappelijke verantwoordelijkheid. Notoire Global Compact schenders Wij sluiten ondernemingen uit die minimaal twee jaar achtereen bij minimaal twee door ons geselecteerde toetsingsbureaus als Global Compact schender zijn aangemerkt. De principes van het Global Compact van de Verenigde Naties richten zich op het gebied van mensenrechten, werkomstandigheden, klimaatverandering en corruptie. Jaarlijks laat Achmea haar beleggingsportefeuille door een onafhankelijke partij beoordelen in hoeverre de beleggingen voldoen aan deze principes. Indien als gevolg van bijzondere situaties, te beoordelen door de Beheerder, wordt belegd in ondernemingen en/of landen die vallen onder één van de vier hierboven genoemde categorieën, dan zullen dergelijke beleggingen binnen redelijke termijn worden afgebouwd. De Beheerder zal bij afbouw van dergelijke beleggingen in het belang van de deelnemers handelen, met inachtneming van specifieke wettelijke regels, waaronder die over clustermunitie. Zie bijlage B voor de complete lijst met uitsluitingen per 31 december Op de website is een actuele lijst met uitsluitingen opgenomen. Pijler 2: Engagement, in gesprek met ondernemingen Engagement wil zeggen dat wij de dialoog aangegaan met ondernemingen waarin wij beleggen. Robeco voert het engagementbeleid uit. Met de dialoog die Robeco met ondernemingen voert, proberen we de aandeelhouderswaarde (d.w.z. de waarde die een bedrijf weet te creëren) te vergroten. Tegelijkertijd wordt geprobeerd om het duurzame gedrag en de kwaliteit van het bestuur te verbeteren. Voor het aangaan van deze dialoog staan de uitgangspunten van het Global Compact centraal. Dit zijn principes op het gebied van mensenrechten, werkomstandigheden, klimaatverandering en corruptie. Bedrijven die op deze uitgangspunten minder goed scoren, worden geselecteerd voor ons engagement. Er worden dan heldere afspraken gemaakt en termijnen afgesproken om dit te verbeteren. Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 6

284 De dialogen die worden gevoerd kunnen gaan over mensenrechten, arbeidsomstandigheden, milieu en ethisch gedrag. Maar ook onderwerpen als veranderingen in ondernemingsstructuur, zeggenschapsrechten of beloningsbeleid komen aan bod. Voorwaarde is dat het management van een onderneming het onderwerp kan beïnvloeden. Wij bereiken de beste resultaten met een constructieve en opbouwende dialoog tussen onze uitvoerder Robeco en het management van de ondernemingen waarin wij beleggen. Een goede relatie is hierbij belangrijk. Het doel is om vertrouwen en respect te creëren en te behouden tussen alle betrokken partijen. Achmea kijkt vooral of de ondernemingen de relevante internationale codes naleven. Is dit niet het geval? Dan vraagt Robeco namens Achmea waarom ze zich niet aan een bepaalde code houden en zal verbeteringen aanmoedigen. Daarnaast voeren wij ook enhanced engagement uit. Elk jaar kiezen we twee of drie ondernemingen uit. Hiermee gaan we intensief de dialoog aan. Dit gaat over specifieke thema s die wij belangrijk vinden. Deze thema s worden per jaar bepaald. Voorbeelden van deze thema s in de afgelopen jaren zijn: - mensenrechten (Freeport McMoran, Petro China); - dierproeven (Akzo Nobel, L Oreal); - publieke gezondheidszorg (Pfizer, Carrefour); - biodiversiteit (Gazprom, Newmont Mining, GDF Suez). De actuele thema s zijn mensenrechten, arbeidsomstandigheden en milieu. Voor deze bedrijven stelt Achmea specifieke verbeterdoelen vast. Voor elke onderneming waarmee wij een enhanced engagement aangaan geldt: voor de start van het traject beoordeelt een onafhankelijke partij of de door ons gestelde doelen hout snijden. Aan de hand van heldere, specifieke en meetbare doelstellingen wordt de dialoog gestart. Door middel van een nulmeting op het realiteitsgehalte van de doelstellingen en een eindmeting op de mate waarin de dialoog succesvol is geweest, wordt er inzicht verkregen of de aangesproken ondernemingen vooruitgang boeken op de specifieke thema s. Elk afgerond engagement wordt eveneens door een onafhankelijke partij beoordeeld op het behaalde resultaat. In het Overzicht Enhanced Engagements Achmea vindt u de thema s waarmee wij met ondernemingen sinds 2008 enhanced engagementtrajecten hebben afgerond of anoniem- nog hebben lopen. Een engagement traject duurt maximaal drie jaar. Als de dialoog met een onderneming niet het gewenste resultaat oplevert, kan de onderneming worden uitgesloten. Ook zijn elk kwartaal engagementverslagen beschikbaar. Deze verslagen en het Overzicht Enhanced Engagements zijn te downloaden op de website Pijler 3: ESG-criteria integratie Het vermogensbeheer van de beleggingsportefeuille is uitbesteed aan zorgvuldig geselecteerde vermogensbeheerders. We proberen een steeds groter deel van onze portefeuille te verduurzamen. Wij vinden het daarom belangrijk dat de vermogensbeheerders in het beleggingsproces waar mogelijk letten op duurzaamheidscriteria. Dit noemen we de ESG criteria. Het gaat hier om de factoren: - milieu (Environment), - sociale (Social) en - goed bestuur (Governance). Wij zijn er van overtuigd dat het meenemen van de duurzaamheidscriteria kan leiden tot betere beleggingsresultaten. Zo brengt bijvoorbeeld energiezuinig produceren minder kosten met zich mee en is dit ook beter voor het milieu. Ook voorkomt een goed milieubeleid het betalen van hoge boetes voor overtredingen. Wij voeren dan ook met al onze vermogensbeheerders intensieve gesprekken om de integratie van ESG factoren verder in te voeren in het beleggingsproces. AO/IC Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V., als bestuurder van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools, beschikt over een beschrijving van de bedrijfsvoering, die voldoet aan de eisen van de Wft en het Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen ( BGfo ). Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. heeft gedurende het afgelopen boekjaar verschillende aspecten van de bedrijfsvoering beoordeeld. Bij deze werkzaamheden zijn geen constateringen gedaan op grond waarvan zou moeten worden geconcludeerd dat de beschrijving van de opzet van de bedrijfsvoering, als bedoeld in artikel 121 van het BGfo, niet voldoet aan de vereisten zoals opgenomen in de Wft en daaraan gerelateerde regelgeving. Op grond hiervan verklaren wij als bestuurder te beschikken over een beschrijving van de bedrijfsvoering als bedoeld in artikel 121 BGfo, die voldoet aan de eisen van het BGfo. In het afgelopen boekjaar zijn risico s en beheersmaatregelen systematisch geïnventariseerd. Beoordeeld is of het rest-risico (het risico dat overblijft na genomen beheersmaatregelen) acceptabel was. Indien dit niet het geval was, zijn additionele maatregelen genomen. Voorts is de werking van de beheersmaatregelen beoordeeld. Over dit proces is door de compliance- en risk officer van Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. aan de directie gerapporteerd. Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 7

285 De directie van Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. heeft niet geconstateerd dat de bedrijfsvoering niet effectief en niet overeenkomstig de beschrijving functioneert. Derhalve verklaart Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. met een redelijke mate van zekerheid dat de bedrijfsvoering gedurende het verslagjaar effectief en overeenkomstig de beschrijving heeft gefunctioneerd. Risico s bij het deelnemen in beleggingsfondsen Algemeen De mogelijkheid bestaat dat uw belegging in waarde stijgt. Het is echter ook mogelijk dat uw belegging weinig tot geen inkomsten zal genereren en dat uw inleg bij een ongunstig koersverloop geheel of ten dele verloren gaat. De waardeontwikkeling van de belegging is namelijk afhankelijk van fluctuaties in prijzen van individuele financiële instrumenten waarin door de Beleggingspool wordt belegd. Deze fluctuaties in prijzen van individuele financiële instrumenten zijn het gevolg van ontwikkelingen op de kapitaal-, effecten-, valuta- en goederenmarkten. De koers en de waarde van de beleggingen van de Beleggingspool worden door deze fluctuaties beïnvloed met als gevolg dat de (intrinsieke) waarde (in euro) van de Beleggingspool kan dalen. Hieronder wordt nader ingegaan op de belangrijkste risico s, in volgorde van relevantie, die de koers van de Beleggingspool en de waarde van de financiële instrumenten waarin door de Beleggingspool wordt belegd kunnen beïnvloeden. Om de risico s die zich voordoen zoveel mogelijk te kunnen beheersen, worden zo mogelijk maatregelen getroffen. Deze beheersmaatregelen worden continu geëvalueerd met als doel een optimale verhouding tussen rendement en risico te bereiken. Indien noodzakelijk worden de beheersmaatregelen als gevolg van de evaluatie aangepast. De genomen beheersmaatregelen worden per risico verantwoord. Omdat de Beleggingspool niet is blootgesteld aan een kasstroomrisico is om die reden het kasstroomrisico niet toegelicht in deze jaarrekening. 1. Marktrisico De koersen van financiële instrumenten waarin wordt belegd kunnen wereldwijd of specifiek op de markten waarin wordt belegd, dalen of stijgen. Deze daling of stijging kan optreden door bijvoorbeeld de veranderde economische, politieke en algemene marktomstandigheden en/of marktomstandighedenverwachtingen alsmede door een veranderde individuele landen- of bedrijfssituatie. Met een actief beleid en een goede spreiding wordt het marktrisico zoveel mogelijk beperkt. Er wordt belegd in de eurozone en in de VS. Eind april 2013 waren twee vermogensbeheerders aangesteld, te weten F&C Netherlands B.V. en Robeco Institutional Asset Management B.V. Ten behoeve van het inzicht in het marktrisico is in hoofdstuk de onderverdeling van de beleggingsportefeuille per sector en per land toegelicht. 2. Kredietwaardigheidrisico De waarde van de financiële instrumenten waarin door de Beleggingspool wordt belegd kan worden beïnvloed door een positieve of negatieve ontwikkeling van de kredietwaardigheid van de desbetreffende landen, lagere overheden, bedrijven of instellingen, de debiteuren. Dit houdt in dat het risico door de Beleggingspool kan worden gelopen als het desbetreffende land, lagere overheid, bedrijf of instelling niet aan zijn (financiële) verplichtingen kan voldoen. Hierdoor bestaat de mogelijkheid dat een financieel instrument met een lagere kredietwaardigheid moeilijker te verkopen is en/of dat de waarde van het financiële instrument waarin door de Beleggingspool wordt belegd meer kan fluctueren. In de mandaten van de vermogensbeheerders zijn de nodige richtlijnen opgenomen teneinde het risicoprofiel te bewaken. Daarbij zijn richtlijnen opgenomen met betrekking tot de spreiding over landen, debiteurencategorieën, de minimale kwaliteit (rating), de omvang van de beleggingen per debiteur en de off benchmark ruimte. Binnen het mandaat geldt de rating van investment grade (BBB- en hoger) als ondergrens voor nieuwe beleggingen. Ten behoeve van het inzicht in het kredietwaardigheidrisico zijn in hoofdstuk de onderverdeling van de beleggingsportefeuille per land en de onderverdeling naar creditrating toegelicht. 3. Renterisico Bij beleggingsfondsen die beleggen in vastrentende waarden is de waarde van de onderliggende financiële instrumenten afhankelijk van de (ontwikkelingen in de) renteniveaus van de financiële markt. De (ontwikkelingen in de) renteniveaus zijn afhankelijk van de algemene markt- en economische omstandigheden. Bij een stijgende rente zal de koers van een vastrentende waarde dalen en andersom. Om het renterisico te beperken wordt binnen de portefeuille actief ingespeeld op de te verwachte rente ontwikkelingen. Bij een verwachte rentestijging wordt de looptijd van de portefeuille verkort om minder gevoelig te zijn voor rentestijgingen. Bij een verwachte rentedaling wordt de looptijd van de portefeuille juist verlengd om te profiteren van de rentedaling. Daarnaast wordt ingespeeld op de ontwikkeling van renteverschillen tussen type obligaties of landen. Tegelijkertijd voorziet het mandaat erin dat de duratie (gewogen gemiddelde looptijd) van de portefeuille niet meer mag afwijken dan 0,75 jaar (plus en min) ten opzichte van de duratie van de benchmark. Gedurende 2013 bedroeg de duratie van de portefeuille gemiddeld 5,7 jaar (benchmark: 5,6 jaar). Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 8

286 In hoofdstuk is een overzicht opgenomen van de duratie van de portefeuille ten opzichte van de benchmark. 4. Liquiditeitsrisico Het is mogelijk dat een transactie (aan- of verkoop van een financieel instrument) als gevolg van het ontbreken van voldoende verhandelbaarheid niet of niet tegen een acceptabele prijs kan worden uitgevoerd. Hierdoor kan er een verlies van waarde van het financiële instrument optreden. Dit risico is relatief beperkt, omdat doorgaans alleen in liquide financiële instrumenten wordt belegd. Naar schatting 75% van de obligatiebeleggingen kan binnen één tot drie dagen worden geliquideerd, terwijl het resterende gedeelte van 25% binnen twee tot drie weken kan worden afgebouwd. 5. Risico van inflatie Inflatie (geldontwaarding) beïnvloedt de waarde van de beleggingen. Inflatie betekent dat het geld minder waard wordt. In het algemeen geldt dat bij beleggingen in zakelijke waarden (aandelen, vastgoed e.d.) de geldontwaarding op de langere termijn kan worden gecompenseerd door een hogere beleggingsrendement dan ingeval belegd wordt in vastrentende waarden (obligaties, liquiditeiten). In de koers van vastrentende waarden is in beginsel met een verwachte ontwikkeling van het inflatietempo rekening gehouden. De beleggingsopbrengsten van vastrentende waarden kunnen echter onvoldoende zijn voor de compensatie van de werkelijke inflatie. De inflatie verwachtingen worden nauwlettend gemonitored, omdat deze verwachtingen sterk gecorreleerd zijn aan de renteontwikkelingen. Bij de opbouw van de portefeuille wordt ingespeeld op het risico van inflatie. Bij een stijgende inflatieverwachting wordt de looptijd veelal verkort, omdat dit doorgaans gepaard gaat met een rentestijging. Bij een verwacht gematigd inflatieniveau past veeleer een lagere rente en daarmee verlenging van de duratie van de portefeuille. 6. Valutakoersrisico De waardeontwikkeling van de belegging waarin wordt belegd kan worden beïnvloed door valutakoersschommelingen. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen direct en indirect valutakoersrisico. Van direct valutakoersrisico is sprake indien de financiële instrumenten waarin wordt belegd, in een vreemde valuta zijn genoteerd. Hierdoor kan een verandering in de koers van een vreemde valuta ten opzichte van de euro een negatief of positief effect hebben op de waarde van de beleggingen en de dividenden van de Beleggingspool. Van indirect valutakoersrisico is sprake als er wordt belegd in financiële instrumenten van ondernemingen die hun resultaten (deels) buiten de eurozone realiseren. Het directe valutarisico naar de euro wordt afgedekt door middel van valutatermijncontracten. Ten behoeve van het inzicht in het valutarisico is in hoofdstuk een overzicht opgenomen waarin de afdekking van valutaposities is toegelicht. 7. Kredietrisico Landen, lagere overheden, bedrijven, instellingen of een tegenpartij kunnen in gebreke blijven. Dit risico wordt zoveel mogelijk beperkt door strenge selectiecriteria te hanteren bij het selecteren van een land, lagere overheid, bedrijf, instelling of een tegenpartij. Daarbij zullen bij aan- en verkooptransacties in het algemeen slechts kortlopende vorderingen ontstaan waardoor het risico laag is, aangezien levering plaatsvindt tegen (vrijwel) gelijktijdige ontvangst van de tegenprestatie. De vermogensbeheerders voeren alleen transacties uit met brokers en tegenpartijen, die voldoen aan bepaalde minimumeisen (waaronder prijs en kredietwaardigheid). Transacties kunnen slechts worden uitgevoerd met brokers en tegenpartijen die door de risico afdeling van de vermogensbeheerder zijn goedgekeurd en in de interne processen en procedures zijn geborgd. Beleggingsresultaat Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade heeft in 2013 een resultaat geboekt van (2012: 348) en behaalde een beleggingsresultaat van -0,47% (2012: 1,74%). De portefeuille van investment grade bedrijfsobligaties liet in 2013 een klein negatief rendement zien. Dit had te maken met de rentestijging, die vooral was uitgelokt door de aankondiging van de Amerikaanse Federal Reserve om de maandelijkse aankopen van staatsobligaties te gaan verlagen. De Amerikaanse bedrijfsobligaties presteerden daarbij minder, dan de bedrijfsobligaties in de eurozone. Voor de Europese bedrijfsobligaties gold dat de renteverschillen met de staatsobligaties verder afnamen, met name ook in de perifere landen, hetgeen positief uitwerkte op het rendement. Het beleid voor de portefeuille is actief. De overweging van de subsector financiële instellingen had een positieve impact op de relatieve performance. Daar stond tegenover dat de onderweging van de euro perifere bedrijfsobligaties enig rendement heeft gekost. Voor het beheer van de portefeuille waren per eind april 2013 twee vermogensbeheerders aangesteld, te weten F&C Netherlands B.V. en Robeco Institutional Asset Management B.V. Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 9

287 Terugblik financiële markten 2013 Algemeen Eind 2012 werd verwacht dat de wereldeconomie in 2013 in rustiger vaarwater terecht zou komen. Dit is gedurende 2013 in belangrijke mate ook uitgekomen. De euroschuldencrisis is in de tweede helft van 2013 naar de achtergrond verdwenen en vormde geen grote bron van onrust meer. Daarnaast zette het herstel van de Amerikaanse economie door, terwijl ook de economieën van de eurozone voorzichtig uit het dal klommen. Japan sprong positief in het oog, omdat het grootschalige stimuleringsbeleid leek aan te slaan. Tegen deze achtergrond was het beursklimaat voor de volwassen markten heel positief te noemen. Opvallend was echter dat de prestaties van de opkomende markten sterk achterbleven. Vanaf het moment dat de Amerikaanse Federal Reserve (Fed) anticipeerde op de afbouw van aankopen van staatsobligaties, keerde het sentiment voor de opkomende markten in negatieve zin. Bij gevolg was gedurende 2013 sprake van een groot verschil in aandelenrendementen tussen de ontwikkelde en opkomende markten. De centrale banken drukten wederom een belangrijke stempel op het marktbeeld. Dit gold in de eerste plaats voor de Fed in de Verenigde Staten. Toenmalig Fed president Bernanke kondigde in het voorjaar van 2013 aan het zeer ruime monetaire beleid langzaam te willen afbouwen. Anders gezegd, de maandelijkse aankopen van Amerikaanse staatsobligaties (ten bedrage van $ 85 mrd) zouden door de Fed stapsgewijs worden verlaagd. De timing bleef enkele maanden ongewis, maar uiteindelijk werd duidelijk dat deze afbouw (de zogenoemde tapering ) een aanvang zou nemen in januari Tegelijkertijd benadrukte de Fed dat de korte rente tot eind 2015 op een zeer laag peil blijft, zolang de werkgelegenheid niet voldoende verbetert. De beweging van de Amerikaanse centrale bank liet de markten zeker niet onberoerd. Eén van de belangrijkste gevolgen was een flinke stijging van de kapitaalmarktrente in de VS en in mindere mate ook in Europa. De opkomende markten waren hiervan de dupe, aangezien beleggers veel kapitaal terugtrokken uit deze regio s. In de eurozone zag de Europese Centrale Bank (ECB) voldoende redenen, om de korte rente in 2013 verder te verlagen. Via twee rentestappen daalde de officiële refi-rente met in totaal 0,5%-punt tot een historisch laag niveau van 0,25%. Aan de ene kant diende de lage rente om het broze economische herstel in de eurozone verder te stimuleren. Aan de andere kant had de ECB oog voor de dalende trend van de inflatie, die eind 2013 uitkwam op gemiddeld 0,8% in de eurozone. Dit was duidelijk lager dan het door de ECB gewenste inflatieniveau van dichtbij 2%. Positief was dat de euroschuldencrisis gedurende het verslagjaar steeds minder een thema was. In het eerste kwartaal van het jaar speelde nog wel de bankencrisis in Cyprus, maar die werd uiteindelijk opgelost door de probleembanken te saneren en de grote spaarders ook mee te laten betalen aan de schuldsanering. Daarna werd het rustiger rondom de euroschuldencrisis. Dit weerspiegelde zich in een verdere daling van de renteverschillen tussen de euro periferie (met name Spanje, Italië, Portugal, Ierland) en de kernlanden (Duitsland, Frankrijk, Nederland). In Japan bleef het beleid van premier Abe de aandacht trekken. Dit zogenoemde Abenomics beleid rust op drie pijlers: een zeer ruim budgettair beleid, een zeer ruim monetair beleid en structurele hervormingen. Dit alles is bedoeld om twee decennia van een stagnerende Japanse economie te beëindigen. Het beleid van de Bank of Japan leidde tot een forse daling van de Japanse yen, waardoor de concurrentiepositie van Japanse bedrijven sterk verbeterde. In de ranglijst van 2013 was Japan dan ook de sterkst presterende aandelenmarkt. Voor de opkomende markten was 2013 een tegenvallend jaar. Naast de negatieve impact van het beleid van de Fed, speelden ook andere factoren een rol. Zo kampte de Chinese economie met een duidelijke groeivertraging (hoewel nog altijd op een respectabel niveau van 7 à 8%). Ook de dalende grondstofprijzen werkten nadelig uit voor de opkomende markten. Obligaties De obligatiemarkten lieten in 2013 eveneens een verdeeld beeld zien. Aan de ene kant was sprake van opwaartse rentedruk voor de veilige obligatiemarkten. Zo steeg de Amerikaanse 10-jaars staatsrente met ongeveer 125 bp tot ruim 3%. De Duitse 10-jaars staatsrente liep op met 60 bp tot 1,9% en de Nederlandse 10- jaars staatsrente volgde dit spoor (2,2% eind 2013). De neerwaartse bijstelling van de Nederlandse kredietwaardigheid door S&P (tot AA) had hierbij nauwelijks effect. Aan de andere kant konden de eurolanden in de periferie een verdere daling van de lange renteniveaus noteren, omdat de risicopremie rond de euroschuldencrisis afnam. Deze renteontwikkelingen brachten met zich mee dat Spaanse en Ierse staatsobligaties hoge rendementen lieten zien van boven de 10%. Ook de Italiaanse staatsobligaties rendeerden ruim 7% in Verder waren de high yield bedrijfsobligaties in trek met een rendement van rond de 7%, terwijl de investment grade bedrijfsobligaties dichtbij 0% bleven steken. Amerikaanse en Duitse staatsobligaties moesten vanwege de rentestijging juist terrein prijsgeven (respectievelijk -3,5% en -2,3%). De obligaties uit de opkomende markten presteerden het minst, met een daling van ongeveer 5,5%. Valuta Gedurende 2013 is de euro in waarde gestegen ten opzichte van alle belangrijke valuta s. Het afzwakken van de euroschuldencrisis houdt hiermee verband. Ten opzicht van de Amerikaanse dollar is de euro 4% gestegen, terwijl ten opzichte van de Japanse yen de stijging zelfs 20% bedroeg. Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 10

288 Vooruitblik financiële markten 2014 Algemeen In 2014 zal de wereldeconomie het herstel naar verwachting kunnen doortrekken. De rol van centrale banken zal hierbij cruciaal blijven, met name die van de Amerikaanse Federal Reserve. De nieuwe Fed voorzitter Janet Yellen staat voor de taak om het stimuleringsbeleid voorzichtig te gaan afbouwen, zonder de economische groei te beschadigen. Inmiddels is duidelijk dat de belangen groter zijn dan alleen voor de Amerikaanse economie. De koerswijziging van de Fed lokte in 2013 immers een wereldwijde rentestijging uit, alsmede een grote kapitaaluitstroom uit de opkomende markten. Dit lijkt begin 2014 in een stroomversnelling te komen, waardoor diverse valuta s van opkomende landen sterk onder druk zijn gekomen. Voor de Amerikaanse economie zijn de vooruitzichten nochtans redelijk positief. De verwachting is dat de situatie op de huizenmarkt en de arbeidsmarkt verder zal verbeteren. Ook zal de impact van bezuinigingen door de overheid minder groot zijn, dankzij een recent begrotingsakkoord. Per saldo wordt de groei van de Amerikaanse economie geraamd op ongeveer 3% in Er wordt nog niet direct rekening gehouden met een renteverhoging in de VS, die lijkt op zijn vroegst in 2015 aan de orde te kunnen komen. Voor de eurozone ligt een minder hoge groei in het verschiet dan in de VS, maar de verwachting is wel dat het herstel voorzichtig doorzet. Het Internationaal Monetair Fonds (IMF) raamt de groei voor de eurozone nu op 1%, na een krimp van 0,4% vorig jaar. Daarbij is de export redelijk sterk, maar blijft de binnenlandse vraag zwak. Een zorgpunt blijft de ontwikkeling van de Zuid Europese economieën, welke nog steeds gebukt gaan onder hoge werkloosheid en straffe bezuinigingen. Daarnaast wordt met enige zorg gekeken naar het zeer lage inflatieniveau binnen de eurozone van beneden de 1%. Als de inflatie zeer laag blijft of zelfs omslaat naar deflatie, bemoeilijkt dit het aflossen van schulden en kunnen bestedingen worden uitgesteld. Om die reden zal de ECB de korte rente zeer laag houden (dichtbij 0%) en proberen de inflatie weer richting 2% te sturen. Als risicofactor voor 2014 geldt nu vooral de situatie op de opkomende markten. De turbulentie wordt gevoed door drie factoren: het beleid van de Fed, de groeivertraging in China en de politieke onrust in bepaalde landen (zoals Thailand, Egypte, Turkije, Oekraïne). De verwachting is niet dat dit zal escaleren in een crisis, zoals ten tijde van de Azië crisis in De Fed zal uitermate voorzichtig zijn in het verder uitrollen van haar beleid. De groei in China blijft met circa 7% nog altijd op een respectabel peil. De politieke onrust lijkt beperkt te blijven tot een paar landen. Een algemeen doemscenario voor de opkomende markten voorzien wij daarom niet. Op lange termijn blijven de groeivooruitzichten voor deze regio s gunstig. Gedurende 2014 kan de volatiliteit voor de opkomende landen echter wel hoog blijven. Beleggingsbeleid De directie heeft de vooruitzichten beoordeeld en spreekt op basis van deze informatie thans de verwachting uit dat het beleggingsbeleid van de Beleggingspool in 2014 niet zal wijzigen. Gebeurtenissen na balansdatum Er hebben zich in de periode vanaf balansdatum tot aan de openbaarmaking geen bijzondere gebeurtenissen voorgedaan. Amsterdam, 22 april 2014 Bestuur van Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools inzake Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade Voor deze: Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 11

289 Hieronder de kerncijfers van de Beleggingspool over de laatste 2 jaar en de specificatie van de beleggingsresultaten over de laatste 2 jaar. KERNCIJFERS (bedragen in euro s) Fondsvermogen (x 1.000) Aantal uitstaande participaties , ,1760 Netto vermogenswaarde per participatie 1) 1.012, ,41 Lopende kosten 2) 0,18% 0,07% Portefeuille omloop factor 2) 139,95% 18,57% 1) De netto vermogenswaarde per participatie wordt verkregen door het Fondsvermogen, zoals opgenomen in de jaarrekening van de beleggingspool, te delen door het aantal uitstaande participaties. 2) De Lopende kosten en Portefeuille omloopfactor over 2012 hebben betrekking op de periode van t/m / Beleggingsresultaat: 3) -0,47% 1,74% Waarvan uit inkomsten 0,56% 1,20% waardeverandering -0,99% 0,61% kosten -0,04% -0,06% Benchmark -0,27% 1,88% 3) Het beleggingsresultaat, op basis van de mutatie van de netto vermogenswaarde per heeft betrekking op de periode van t/m (2012: t/m ). Voor de berekening van de hierboven genoemde benchmark wordt gebruik gemaakt van de onderstaande verhouding: 50% Barclays Capital US Credit Total Return Index (hedged naar euro) 50% Barclays Capital Euro Credit Total Return Index (hedged naar euro) Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 12

290 4. Jaarrekening Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 2013 Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 13

291 4.1 Balans per 31 december (voor winstbestemming) (in duizenden euro s) ref ACTIVA Beleggingen Obligaties Valutatermijncontracten Futures Vorderingen Overige vorderingen Liquide middelen Totaal activa PASSIVA Fondsvermogen Geplaatst kapitaal Overige reserves Onverdeeld resultaat lopend boekjaar Beleggingen Futures Valutatermijncontracten Kortlopende schulden Schulden uit hoofde van effectentransacties Overige schulden Totaal passiva Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 14

292 4.2 Winst- en verliesrekening over de periode 1 januari t/m 31 december (in duizenden euro s) ref OPBRENGSTEN Opbrengst beleggingen Gerealiseerde waardeverandering obligaties Gerealiseerde waardeverandering valutatermijncontracten Gerealiseerde waardeverandering futures Niet-gerealiseerde waardeverandering obligaties Niet-gerealiseerde waardeverandering valutatermijncontracten Niet-gerealiseerde waardeverandering futures Overige bedrijfsopbrengsten t/m Totaal bedrijfsopbrengsten LASTEN Beheerkosten Overige bedrijfskosten Totaal bedrijfslasten Netto resultaat Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 15

293 4.3 Kasstroomoverzicht over de periode 1 januari t/m 31 december (in duizenden euro s) ref Kasstroom uit beleggingsactiviteiten t/m Netto resultaat Gerealiseerde waardeverandering obligaties Gerealiseerde waardeverandering futures Niet-gerealiseerde waardeverandering obligaties Niet-gerealiseerde waardeverandering valutatermijntransacties Niet-gerealiseerde waardeverandering futures Aankopen van obligaties Aankopen van futures Verkopen van obligaties Verkopen van futures Mutaties overige vorderingen Mutaties uit hoofde van effectentransacties Mutaties overige schulden Kasstroom uit financieringsactiviteiten Inbreng participanten Terugbetaald aan participanten Netto kasstroom/mutatie geldmiddelen Totaal geldmiddelen begin van de verslagperiode Totaal geldmiddelen eind van de verslagperiode Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 16

294 4.4 Toelichtingen Algemeen Het besloten fonds voor gemene rekening Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade stelt zich ten doel voor rekening en risico van participanten het verwerven, houden, beheren en vervreemden van vermogenswaarden. Op 17 september 2012 zijn de voorwaarden van beheer en bewaring vastgesteld. Het boekjaar loopt van 1 januari tot en met 31 december. De vergelijkende cijfers in dit jaarverslag hebben betrekking op de periode 1 oktober 2012 tot en met 31 december Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade wordt ten behoeve van haar participanten fiscaal als transparant aangemerkt. De beheerder en bewaarder van de Beleggingspool is de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools (KvK ), statutair gevestigd te Amsterdam en kantoorhoudende aan de Gatwickstraat 1, 1043 GK te Amsterdam. Het bestuur van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools wordt gevormd door Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Het vermogensbeheer van de Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade is uitbesteed aan F&C Netherlands B.V. en sinds 26 april 2013 mede aan Robeco Institutional Asset Management B.V. De administratie en de berekening van de dagelijkse intrinsieke waarde van de Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade zijn uitbesteed aan The Bank of New York Mellon SA/NV Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling Algemeen Deze jaarrekening is opgesteld met inachtneming van de geldende voorschriften voor beleggingsinstellingen uit Titel 9 Boek 2 BW, de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving en de Wft, zoals verder uitgewerkt in het BGfo. In de balans, de winst- en verliesrekening en het kasstroomoverzicht zijn referenties opgenomen waarmee wordt verwezen naar de toelichting. Alle in deze jaarrekening opgenomen bedragen zijn in duizenden euro s, tenzij anders vermeld. De opgenomen posten in de balans zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs, tenzij een andere waarderingsgrondslag wordt vermeld. Schattingen en veronderstellingen Bij toepassing van de grondslagen en regels voor het opstellen van de jaarrekening vormt de beheerder van de beleggingsinstelling zich verschillende oordelen en maakt schattingen die essentieel kunnen zijn voor de in de jaarrekening opgenomen bedragen. Indien het voor het geven van het in artikel 2:362 lid 1 BW vereiste inzicht noodzakelijk is, is de aard van deze oordelen en schattingen inclusief de bijbehorende veronderstellingen opgenomen bij de toelichting op de desbetreffende jaarrekeningposten. Vreemde valuta Activa en passiva luidende in vreemde valuta worden omgerekend tegen de slotkoers op balansdatum. Opbrengsten en lasten in vreemde valuta worden omgerekend tegen de transactiekoers. Koersresultaten (gerealiseerd en ongerealiseerd) op vreemde valuta worden in de resultatenrekening verantwoord. Voor de omrekening van de buitenlandse valuta naar euro s zijn de volgende omrekenkoersen gehanteerd: Valuta Amerikaanse dollar 1,3780 1,3184 Beleggingen Obligaties Obligaties worden gewaardeerd tegen reële waarde (marktwaarde), zijnde de beurswaarde (slotkoers) per balansdatum. Waardeveranderingen van de obligaties, zowel gerealiseerd als ongerealiseerd, worden direct in de winst- en verliesrekening verwerkt. Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 17

295 Derivaten Derivaten (futures en/of valutatermijncontracten) worden in de jaarrekening opgenomen tegen de reële waarde (marktwaarde). Indien geen marktwaarde beschikbaar is, wordt de waarde bepaald met behulp van marktconforme en toetsbare waarderingsmodellen, vergelijkbare derivaten met dezelfde kenmerken waarvoor wel een marktnotering bestaat of wordt de marktwaarde ontleend aan informatie verkregen van gezaghebbende brokers/instituten. Indien een derivatenpositie negatief is wordt het bedrag onder de schulden verantwoord. Waardeveranderingen van de derivaten, zowel gerealiseerd als ongerealiseerd, worden direct in de winst- en verliesrekening verwerkt. Transactiekosten Aankoopkosten worden direct ten laste van de verkrijgingprijs van de beleggingen gebracht. Verkoopkosten worden ten laste van de vervreemdingsprijs van de beleggingen gebracht. Dientengevolge vormen de aankoopen verkoopkosten onderdeel van de (on)gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen. Het totaalbedrag aan transactiekosten van beleggingen over het boekjaar wordt, voor zover aantoonbaar, opgenomen in toelichting op de winst- en verliesrekening bij de post Gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeveranderingen. Liquide middelen Onder de liquide middelen zijn opgenomen die kas- en banktegoeden die onmiddellijk opeisbaar zijn dan wel een looptijd korter dan twaalf maanden hebben. Rekening-courantschulden bij banken zijn opgenomen onder schulden aan kredietinstellingen onder kortlopende schulden. Liquide middelen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Overige activa en passiva Overige activa en passiva worden bij de eerste waardering gewaardeerd tegen de reële waarde, inclusief transactiekosten en na eerste verwerking tegen (geamortiseerde) kostprijs. Indien geen sprake is van transactiekosten is de (geamortiseerde) kostprijs gelijk aan de nominale waarde van de vordering c.q. schuld. Hierbij wordt op de vorderingen, indien noodzakelijk, een voorziening wegens mogelijke oninbaarheid in mindering gebracht. Fondsvermogen Algemeen Het fondsvermogen wordt bepaald door het bedrag dat resteert nadat alle actiefposten en posten van het vreemd vermogen, inclusief de voorziening en achtergestelde schuld, volgens de van toepassing zijnde waarderingsgrondslagen in de balans zijn opgenomen. Verwerking van plaatsing en inkoop van participaties De uit hoofde van plaatsing, respectievelijk inkoop van participaties ontvangen, respectievelijk betaalde bedragen worden geheel verwerkt in het fondsvermogen. Resultaatbepaling Het resultaat wordt bepaald als het verschil tussen enerzijds de opbrengsten, zoals in het verslagjaar gedeclareerde dividenden, interest, opbrengsten uit verbruikleen effecten, koersresultaten en valutaresultaten en anderzijds de lasten, zoals beheerkosten. Opbrengsten en lasten worden toegerekend aan de periode waarop zij betrekking hebben. Op- en afslag bij toe- en uittredingen Bij de uitgifte van participaties van de Beleggingspool wordt de uitgifteprijs van de participatie ten opzichte van de berekende intrinsieke waarde verhoogd met een opslag; bij de inkoop van participaties wordt de inkoopprijs verlaagd met een afslag. Deze op- en afslagen dienen vooral om transactiekosten te dekken. Deze transactiekosten bestaan uit onder andere brokerkosten, bankkosten en belastingen. Spreads tussen bied- en laatprijzen en de eventuele verandering in de marktprijs als gevolg van de transactie komen ten laste van de Beleggingspool. De beheerder valideert elk kwartaal de op- en afslagen op basis van de gemiddelde transactiekosten als gevolg van toe- en uittredingen, en past deze indien nodig aan. Lopende kosten De Lopende kosten worden berekend door de totale kosten in de Beleggingspool over de verslagperiode te delen door de gemiddelde intrinsieke waarde. De gemiddelde intrinsieke waarde wordt berekend door gedurende de verslagperiode de afgegeven intrinsieke waarden bij elkaar op te tellen en te delen door het aantal maal dat de intrinsieke waarden zijn afgegeven. De Lopende kosten worden berekend in overeenstemming met de Nadere regeling gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft. De transactiekosten als gevolg van toe- en uittreding en eventuele rentelasten zijn buiten beschouwing gelaten. Portefeuille omloop factor De portefeuille omloop factor (POF) geeft een indicatie van de omloopsnelheid van de beleggingen ten opzichte van het gemiddeld fondsvermogen van de Beleggingspool en is een maatstaf voor de gemaakte transactiekosten als gevolg van het gevoerde portefeuillebeleid en de daaruit voortvloeiende beleggingstransacties. Bij de gehanteerde berekening wordt het bedrag van de omloop bepaald door de som van de aan- en verkopen van de beleggingen te verminderen met de som van de plaatsingen en opnames van eigen participaties. De POF wordt Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 18

296 bepaald door het bedrag van de omloop uit te drukken in een percentage van het gemiddeld fondsvermogen welke op identieke wijze wordt berekend als bij de bepaling van de Lopende kosten. Kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de zogenaamde indirecte methode waarbij onderscheid is gemaakt tussen kasstromen uit beleggings- en financieringsactiviteiten. Als liquide middelen worden aangemerkt de kasmiddelen. Bij de kasstroom uit beleggingsactiviteiten wordt het resultaat gecorrigeerd voor kosten welke geen uitgaven zijn, opbrengsten welke geen ontvangsten zijn, alsmede voor mutaties in de beleggingenportefeuille en de vlottende activa en passiva. De mutaties in het fondsvermogen, betaalde bedragen bij inkoop eigen participaties en dividenduitkeringen worden opgenomen onder de kasstroom uit financieringsactiviteiten. Fiscale positie De Beleggingspool wordt ten behoeve van haar participanten fiscaal als transparant aangemerkt. De Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade, is een besloten fonds voor gemene rekening en alle activa en passiva, alsmede de resultaten van deze pool, worden rechtstreeks toegerekend aan de houders van de participaties. Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 19

297 4.4.3 Toelichting op de balans (in duizenden euro s) Beleggingen Obligaties De Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade belegt met name in Euro- en Amerikaanse bedrijfsobligaties. De mutatie in de effectenportefeuille gedurende de verslagperiode is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Aankopen Verkopen Gerealiseerde en niet gerealiseerde waardeveranderingen Stand einde boekjaar De omloopsnelheid van de beleggingen bedroeg in het boekjaar 139,95% (2012: 18,57%). Er was sprake van een actief beleid, waarbij de positionering in de portefeuille frequent veranderde. Voor uitleg inzake de portefeuille omloop factor en de wijze van berekenen, zie de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling. De onderverdeling per sector is als volgt: Bedrijfsobligaties % % Staatsobligaties % % Afronding % % % Verdeling per sector per Verdeling per sector per Bedrijfsobligaties Staatsobligaties De onderverdeling per Credit Rating is als volgt: BBB % % A % % AA % % AAA % % BB 93 0% - - Afronding % % % Credit Ratings per BBB A AA AAA BB Credit Ratings per Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 20

298 De onderverdeling van de bedrijfsobligaties naar landen is als volgt: Verenigde Staten % % Nederland % % Verenigd Koninkrijk % % Frankrijk % % Duitsland % 553 3% Zweden % 330 2% Mexico % - - Noorwegen % 388 2% Zwitserland % 344 2% Ierland % 373 2% Spanje % 320 2% Luxemburg % 429 2% Kaaiman Eilanden % - - België % 196 1% Australië 999 1% 339 2% Italië 995 1% 490 3% Overige % % % % Geografische verdeling per Verenigde Staten Nederland Verenigd Koninkrijk Frankrijk Duitsland Zweden Mexico Noorwegen Zwitserland Ierland Spanje Luxemburg Kaaiman Eilanden België Australië Italië Overige Geografische verdeling per De categorie Overige (2013) bestaat uit de volgende landen: Denemarken, Canada, Jersey, Verenigde Arabische Emiraten en Zuid-Korea. Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 21

299 De onderverdeling van de staatsobligaties naar landen is als volgt: Supranationaal % % Duitsland % 101 5% Verenigde Staten 735 4% - - Canada 111 1% 117 5% Denemarken 51 0% 52 2% Overige 200 1% % % % Geografische verdeling per Geografische verdeling per Supranationaal Duitsland Verenigde Staten Canada Denemarken Overige De categorie Overige (2013) bestaat uit de volgende landen: Brazilië, Polen en Zuid-Korea. In 2012 bestond deze categorie uit dezelfde landen. De portefeuilleverdeling naar valuta is als volgt: USD % % EUR % % % % Verdeling per valuta per Verdeling per valuta per USD EUR Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 22

300 6,00 5,90 5,80 5,70 5,60 5,50 5,40 jaar jaar 6,00 5,90 5,80 5,70 5,60 5,50 5,40 5,30 5,20 duratie portefeuille duratie benchmark 5,30 5,20 5,10 5,10 5,00 jan-13 feb-13 mrt-13 apr-13 mei-13 jun-13 jul-13 aug-13 sep-13 okt-13 nov-13 dec-13 5,00 Deze gemiddelde duratie geeft de rentegevoeligheid van de obligatieportefeuille aan. Oftewel, aan de duratie kan worden afgelezen welke waardemutatie optreedt bij een bepaalde renteverandering. De portefeuille kende ultimo 2013 een duratie van ongeveer 5,7 jaar. De vuistregel is dan dat bij een gemiddelde rentestijging van 1%, de waarde van de portefeuille met 5,68% (gelijk aan de duratie) zou dalen. De benchmark kent bij deze rentestijging een waardedaling 5,57%. Bij 1% rentedaling is het effect hetzelfde, maar dan in tegengestelde richting. In de Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade is het concentratierisico op individuele beleggingen beperkt aangezien er in de beleggingsportefeuille geen individuele beleggingen zijn opgenomen groter dan 5% van de portefeuille. De specificatie van de beleggingen is opgenomen in bijlage A. Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 23

301 Futures De mutatie in de futures gedurende de verslagperiode is als volgt: t/m Stand begin boekjaar (saldo) Aankopen Verkopen Gerealiseerde en niet- gerealiseerde waardeveranderingen Stand einde boekjaar (saldo) Stand einde boekjaar - positieve futures Stand einde boekjaar - negatieve futures Stand einde boekjaar (saldo) De nominale waarde van de openstaande future contracten per bedraagt: Nominale waarde (x1.000) Einddatum Euro-Schatz Future 66 mrt Euro-Bobl Future -10 mrt Euro-Bund Future -26 mrt Euro Buxl 30 Yr Bond Future 14 mrt Us 2Yr Treasury Nts Future 57 mrt Us 5Yr Treasury Nts Future 58 mrt Us 10Yr Treasury Nts Future -258 mrt Us Treasury Bond Future 63 mrt Ter vergelijking de nominale waarde van de openstaande future contracten per : Nominale waarde (x1.000) Einddatum Euro-Schatz Future 12 mrt Euro-Bobl Future -4 mrt Euro-Bund Future -7 mrt Euro Buxl 30 Yr Bond Future 1 mrt Us 2Yr Treasury Nts Future 3 mrt Us 5Yr Treasury Nts Future -2 mrt Us 10Yr Treasury Nts Future -2 mrt Us Treasury Bond Future 7 mrt Zekerheidsstelling futures Als zekerheid dat aan de dagelijkse marginverplichting wordt voldaan dient door de Beleggingspool een initial margin gestort te worden. Per 31 december 2013 bedroeg de waarde van de afgegeven zekerheidstelling 236 in cash. Valutatermijncontracten De Beleggingspool heeft de volgende uitstaande valutatermijncontracten per : Aangekochte valuta Aangekocht bedrag Verkochte valuta Verkocht bedrag Expiratiedatum Ongerealiseerd resultaat EUR 2 USD EUR USD EUR USD USD EUR USD EUR Totaal Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 24

302 Ter vergelijking de uitstaande valutatermijncontracten per : Aangekochte valuta Aangekocht bedrag Verkochte valuta Verkocht bedrag Expiratiedatum Ongerealiseerd resultaat EUR 1 USD USD 2 EUR EUR USD Totaal 142 De valutarisico s zijn als volgt afgedekt (incl. futures) per : Valuta Valutapositie Nominale Valutapositie voor afdekking afdekking na afdekking USD Totaal Indien de buitenlandse valuta ten opzichte van de Euro 5% daalt (ceteris paribus) dan heeft dit een negatief effect van -84 (vanwege de overwogen afdekking van het valutarisico). Bij een stijging 5% heeft dit hetzelfde effect, maar dan in tegengestelde richting. Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 25

303 Vorderingen De overige vorderingen kunnen als volgt worden onderverdeeld: Te vorderen rente Te vorderen couponbelasting 2 1 Te vorderen op participanten uit hoofde van intreding Overige vorderingen 7 - Totaal overige vorderingen Alle vorderingen hebben een looptijd korter dan één jaar Liquide middelen Betreft direct opeisbare tegoeden bij de Deutsche Bank welke in liquide vorm aanwezig en rentedragend zijn. Hierover wordt een marktconforme rente ontvangen. De kredietwaardigheid van de Deutsche Bank per ultimo 31 december 2013 is A (2012: A). Bron: Standard & Poor s. Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 26

304 Fondsvermogen Geplaatst kapitaal Het verloop gedurende het boekjaar is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Geplaatst gedurende het boekjaar Terugbetaald aan participanten gedurende het boekjaar Totaal gestort en opgevraagd kapitaal Overige reserves t/m Stand begin boekjaar - - Toevoeging resultaat voorgaand boekjaar Stand einde boekjaar Vergelijkend overzicht fondsvermogen (bedragen in euro s) Fondsvermogen (x 1.000) Aantal uitstaande participaties , ,1760 Netto vermogenswaarde per participatie 4) 1.012, ,41 4) De netto vermogenswaarde per participatie wordt verkregen door het fondsvermogen, zoals opgenomen in de jaarrekening van het fonds, te delen door het aantal uitstaande participaties. Toerekenbaar netto vermogenswaarde aan: Achmea Mixfonds Neutraal Achmea Mixfonds Defensief Achmea Investment Grade Bedrijfsobligaties fonds Achmea Mixfonds Zeer Defensief Achmea Mixfonds Offensief Afronding Kortlopende schulden De overige schulden kunnen als worden onderverdeeld: Te betalen beheerkosten - 13 Totaal overige schulden - 13 Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 27

305 4.4.4 Toelichting op de winst- en verliesrekening (in duizenden euro s) Opbrengst beleggingen t/m Interest Valutaresultaten Totaal opbrengst beleggingen Gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeveranderingen In de waardeverandering van de beleggingen is 9 (2012: 0) aan transactiekosten opgenomen uit hoofde van aan- en verkopen van beleggingen. De gerealiseerde waardeveranderingen zijn de resultaten uit hoofde van verkopen (inclusief verkoopkosten) van beleggingen en het expireren van valutatermijncontracten. De ongerealiseerde waardeveranderingen zijn de veranderingen in de aangehouden beleggingen (inclusief de aankoopkosten) en de valutatermijncontracten Overige bedrijfsopbrengsten De overige bedrijfsopbrengsten betreffen de op- en afslagen 170 (2012: 0) welke bij de participanten in rekening worden gebracht bij aan- en verkopen van participaties Bedrijfslasten t/m Beheerkosten Bewaarloon inclusief kosten depotbank - 1 Accountantskosten: onderzoek van de jaarrekening - 7 Overige kosten - -7 Totaal bedrijfslasten De beheerkosten betreffen de door de vermogensbeheerder(s) in rekening gebrachte vergoeding voor het vermogensbeheer, accountantskosten, bewaarloon en administratiekosten. De vermogensbeheer wordt berekend op basis van een (gestaffeld) percentage en/of een vast bedrag van het gemiddeld uitstaand fondsvermogen (afhankelijk van de vermogensbeheerder). Over 2013 bedragen de Lopende kosten van Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 0,18% (2012: 0,07%). Voor uitleg inzake de Lopende kosten en de wijze van berekenen, zie de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling. De Lopende kosten zijn opgebouwd uit de volgende componenten: Beheerkosten Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 0,1811% Overige bedrijfskosten 0,0000% Personeel en bezoldiging De Beleggingspool heeft geen werknemers in dienst. De bestuurder van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools is onbezoldigd. Amsterdam, 22 april 2014 Bestuur van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools inzake Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade Voor deze: Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 28

306 5. Overige gegevens 5.1 Overige gegevens Winstbestemming Volgens artikel 17 en 18 van de Terms and Conditions of Management and Custody van Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade, stelt het bestuur van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools de jaarrekening vast. Dividendvoorstel Conform artikel 18.1 van de Terms and Conditions of Management and Custody van Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade worden opbrengsten direct herbelegd in de Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade en vindt er geen daadwerkelijke uitkering in geld of stukken plaats aan de participanten. Bestemming van het resultaat Het bestuur van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools heeft besloten het resultaat over 2013 te onttrekken aan de overige reserves. Persoonlijke belangen directie De directie en Raad van Commissarissen van Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. als bestuur van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools hadden op 1 januari 2013 en op 31 december 2013 geen persoonlijke belangen in de beleggingen van Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade. Bijzondere gebeurtenissen na balansdatum Er hebben zich in de periode vanaf balansdatum tot aan de openbaarmaking geen bijzondere gebeurtenissen voorgedaan. Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 29

307 5.2 Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: de beheerder van Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de in dit verslag opgenomen jaarrekening 2013 van Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade te Amsterdam gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2013 en de winst-en-verliesrekening over 2013 met de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen. Verantwoordelijkheid van de beheerder De beheerder van de beleggingspool is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 van het in Nederland geldende Burgerlijk Wetboek (BW) en met de Wet op het financieel toezicht, alsmede voor het opstellen van het verslag van de beheerder in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW. De beheerder is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als de beheerder noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de beleggingspool. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van de door de beheerder van de beleggingspool gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden. Oordeel Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade per 31 december 2013 en van het resultaat over 2013 in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 van het in Nederland geldende Burgerlijk Wetboek (BW) en met de Wet op het financieel toezicht. Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisen Ingevolge artikel 2:393 lid 5 onder e en f BW vermelden wij dat ons geen tekortkomingen zijn gebleken naar aanleiding van het onderzoek of het verslag van de beheerder, voor zover wij dat kunnen beoordelen, overeenkomstig Titel 9 Boek 2 BW is opgesteld, en of de in artikel 2:392 lid 1 onder b tot en met h BW vereiste gegevens zijn toegevoegd. Tevens vermelden wij dat het verslag van de beheerder, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 2:391 lid 4 BW. Amsterdam, 22 april 2014 PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. Origineel getekend door mr. drs. M.D. Jansen RA Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 30

308 BIJLAGE A - Beleggingenspecificatie (in duizenden euro s) De specificatie van de beleggingen van Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade is als volgt 1) : Obligaties ultimo 2013: Fondsvermogen Waarde Fondsvermogen Waarde Abb Finance Bv 2.625% 104 Bank Of America Corp 2.500% 100 Abbvie Inc 4.400% 34 Bank Of America Corp 2.500% 351 Abbvie Inc 1.750% 51 Bank Of America Corp 5.650% 190 Abertis Infra. Sa 4.625% 54 Bank Of America Corp 6.500% 82 Abn Amro Bank Nv 1.375% 621 Bank Of America Corp Var Rt 361 Abn Amro Bank Nv 2.500% 144 Bank Of America Corp Var Rt 582 Abn Amro Bank Nv 2.500% 830 Barclays Bank Plc 6.000% 318 Abn Amro Bank Nv 6.375% 636 Barclays Bank Plc 6.625% 159 Accor Sa 2.500% 602 Barrick Gold Corp 3.850% 33 Achmea Bv 2.500% 695 Baxter International Inc 2.400% 19 Akzo Nobel Nv 4.000% 571 Bbva Senior Finance Sau 3.625% 510 Akzo Nobel Sw. Fin. Ab 2.625% 492 Berkshire Hathaway Fin % 116 Allianz Finance Ii Bv 3.500% Bg Energy Capital Plc Var Rt Allianz Finance Ii Bv Var Rt 112 Bhp Billiton Fin. Usa Ltd 5.000% 31 Allianz Se Var Rt 103 Bmw Finance Nv 1.500% 598 Allianz Se Var Rt 103 Bmw Finance Nv 2.000% 149 America Movil Sab 4.375% 486 Bmw Us Capital Llc 1.000% 226 America Movil Sab Var Rt 105 Bnp Paribas Sa 5.000% 48 America Movil Sab Var Rt 106 Bnp Paribas Sa 3.250% America Movil Sab Var Rt 314 Bnp Paribas Sa 5.000% 191 American Express Co 7.000% 652 Bnp Paribas Sa Var Rt 53 American Expr. Credit 2.125% 95 Bouygues Sa 4.250% 112 Amer. Expr. Cre. Corp 2.125% 51 Bp Capital Markets Plc 3.245% 35 American Inter. Grp I 5.850% 50 Bp Capital Markets Plc 3.125% American Inter. Grp I 5.850% 200 Bp Capital Markets Plc 3.245% 49 Amer. Water Cap. Crp 6.593% 66 Bp Capital Markets Plc 3.830% 109 Anglo American Cap % 704 Bp Capital Markets Plc 3.994% 622 Anglo American Cap % 95 Bp Capital Markets Plc 4.154% 369 Anheuser-Bsch Inbev Fin 4.000% 577 Bpce Sa 144A 5.700% 150 Anheuser-Busch Inbev Nv 4.000% 167 Bpce Sa 3.750% 216 Anheuser-Bsch Inbev 1.375% 87 British Telecomm. Plc 6.125% 72 Anheuser-Busch Inbev 1.375% 130 Bundesobligation 0.750% 201 Anheuser-Busch Inbev 3.750% 617 Bundesrepub. Deutschlnd 1.500% 387 Apple Inc 2.400% 85 Bundesrepub. Deutschlnd 1.500% 389 Aquarius And Inv. Plc F Var Rt 100 Bundesrepub. Deutschlnd 1.500% 147 Arkema Sa 4.000% 109 Bundesrepub. Deutschlnd 1.750% 501 Asian Development Bank 1.750% 144 Bundesrepub. Deutschlnd 2.250% 368 Asml Holding Nv 3.375% 101 Bundesrepub. Deutschlnd 3.000% Assicurazioni Gen. Spa 5.125% 54 Bundesrepub. Deutschlnd 4.000% 452 At&T Inc 2.400% 30 Bundesrepub. Deutschlnd 4.250% At&T Inc 2.625% 262 Bundesrepub. Deutschlnd 4.250% 180 At&T Inc 2.650% 101 Burlington Northern Santa 4.100% 37 At&T Inc 4.300% 106 Cargill Inc 1.875% 109 At&T Inc 4.300% 464 Carlsberg Breweries A/S 2.625% 654 Atlantia Spa 2.875% 100 Casino Guichard Perr. Sa 3.157% 207 Austral.&New Zealnd Bnk 3.750% 86 Casino Guichard Perr. Sa 4.379% 705 Autor. Du Sd De La Frnce 2.875% 100 Casino Guichard Perr. Sa 5.500% 105 Aviva Plc Var Rt 57 Citigroup Inc 5.500% 61 Axa Sa 4.500% 52 Citigroup Inc 6.675% 50 Axa Sa Var Rt 64 Citigroup Inc 4.450% 153 Baltimore Gas & Electric Co 6.350% 60 Citigroup Inc 4.500% 116 Banco Nacional De Desen % 62 Citigroup Inc 6.000% Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 31

309 Vervolg obligaties ultimo 2013: Fondsvermogen Waarde Fondsvermogen Waarde Citigroup Inc 7.375% 557 Elsevier Finance Sa Bv 2.500% Citigroup Inc Var Rt 182 Enel Finance Intern. Nv 4.875% 145 Coca-Cola Enterprises Inc 2.375% Enel Finance Intern. Nv 6.250% 471 Coca-Cola Enterprises Inc 3.125% 4 Enexis Holding Nv 3.375% 413 Coca-Cola Femsa Sab Cv 5.250% 261 Eni Spa 4.000% 55 Comcast Corp 2.850% 843 European Fin. Stability F 1.250% 371 Common. Bank Of Australia 5.000% 40 European Fin. Stability F 1.500% Compass Group Plc 3.125% 106 European Fin. Stability F 2.250% Conocophillips Holding Co 6.950% 101 European Investment Bank 2.250% Coop. Centrale Raiffeis 3.375% 184 European Investment Bank 2.750% 423 Coop. Centrale Raiffeis 3.875% European Investment Bank 3.500% Coop. Centrale Raiffeis 4.000% 574 European Investment Bank 4.000% Coop. Centrale Raiffeis 4.125% 608 European Investment Bank 4.875% 144 Coop. Centrale Raiffeis 4.125% 248 European Union 3.625% 709 Coop. Centrale Raiffeis 4.750% 115 Eutelsat Sa 3.125% 99 Coventry Building Society 2.500% 515 Eutelsat Sa 3.125% 593 Credit Agricole Sa/London 2.375% 100 Eutelsat Sa 5.000% 561 Credit Agricole Sa/London 3.875% 110 Evonik Industries Ag 1.875% 14 Credit Suisse Ag 6.500% 502 Experian Finance Plc 4.750% 91 Credit Suisse Var Rt 107 Export-Import Bank Of Korea 4.625% 88 Crh Finance Bv 5.000% 226 Export-Import Bank Of Korea 5.125% 80 Crh Finance Ltd 3.125% 646 Fce Bank Plc 4.750% 648 Cvs Caremark Corp 5.300% 42 Fomento Economico Mex 4.375% 938 Daimler Ag 1.000% 363 Ford Motor Credit Co Llc 4.375% 146 Daimler Fin. North America 8.500% 74 Ford Motor Credit Co Llc 4.375% 146 Danone 2.250% 100 Ford Motor Credit Co Llc 5.750% 244 Danone Sa 1.250% 496 France Telecom Sa Step 60 Delhaize Group Sa 3.125% 102 Gas Natural Cap. Mark. Sa 4.500% 111 Delhaize Group Sa 3.125% 205 Gas Natural Cap. Mark. Sa 5.250% 51 Delhaize Group Sa 5.700% 69 Gazprom (Gaz Capital Sa) 3.700% 104 Denmark Govern. Inter % 51 Gdf Suez 1.500% 599 Deutsche Bank Ag/London 6.000% 58 Gdf Suez 3.000% 206 Deutsche Tele. Inter % 67 Gdf Suez 5.625% 19 Deutsche Tele. Inter % 999 Gdf Suez 6.375% 157 Deutsche Tele. Inter % 268 Ge Cap. European Funding 1.250% 308 Devon Energy Corp 3.250% 659 Ge Cap. European Funding 2.000% 637 Devon Energy Corporation 1.200% 341 General Electric Capital Crp 2.250% 299 Diageo Capital Plc 2.625% 631 General Electric Capital Crp 4.375% 590 Directv Holdings Llc 2.400% 111 General Electric Capital Crp 4.625% 132 Dnb Bank Asa 144A 3.200% 151 General Electric Capital Crp 6.150% Dong Energy A/S 2.625% 99 Georgia Power Co 4.300% 20 Dow Chemical Co/The 3.000% 79 Georgia Power Co 4.300% 79 Dow Chemical Co/The 4.250% 192 Glaxosmithkline Capital Plc 5.625% 117 Dow Chemical Co/The 4.375% 55 Glencore Fin. Europe Sa 5.250% 55 Dow Chemical Co/The 4.375% 801 Goldman Sachs Grp Inc/The 2.625% 43 Duke Energy Ohio Inc 3.800% 22 Goldman Sachs Grp Inc/The 4.375% 163 Duke Energy Ohio Inc 3.800% 123 Goldman Sachs Grp Inc/The 4.500% 53 Eandis Cvba 4.500% 569 Goldman Sachs Grp Inc/The 4.500% 612 Eastman Chemical Co 3.600% Goldman Sachs Grp Inc/The 6.000% El Paso Pipeline Partn. Op % 643 Halliburton Company 3.500% Electricite De France 2.250% 397 Hartford Fin. Services Gr 5.125% 55 Electricite De France Sa Var Rt 107 Heineken Nv 2.125% 593 Electricite De France Sa Var Rt 103 Heineken Nv 2.750% 588 Electricite De France Sa Var Rt 827 Heineken Nv 2.875% 97 Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 32

310 Vervolg obligaties ultimo 2013: Fondsvermogen Waarde Fondsvermogen Waarde Holcim Us Fin. Sarl & Cie S 2.625% 101 Mcdonald'S Corp 3.625% 847 Holcim Us Fin. Sarl & Cie S 6.000% 990 Merck & Co Inc 3.875% 46 Home Depot Inc/The 3.750% 52 Merck & Co Inc 3.875% 69 Hsbc Holdings Plc 5.100% 38 Merrill Lynch & Co Inc 6.400% Hsbc Holdings Plc 6.500% 86 Metlife Inc 4.875% 355 Hsbc Holdings Plc 4.000% 818 Metlife Inc 6.375% 156 Hsbc Holdings Plc 5.100% 123 Microsoft Corp 2.375% 36 Hsbc Holdings Plc 5.100% Microsoft Corp 2.375% 30 Hsbc Holdings Plc Var Rt 326 Microsoft Corp 3.125% 99 Hutchison Europe Finan Var Rt 97 Microsoft Corp 3.625% 560 Hutchison Internationa 4.625% 85 Microsoft Corp 4.875% 571 Iberdrola International Bv 4.250% 110 Mondelez International Inc 6.500% 43 Ibm Corp 3.375% Mondelez International Inc 1.125% 320 Ing Bank Nv 144A 5.800% 151 Mondelez International Inc 2.375% 108 Ing Bank Nv 3.750% 154 Mondelez International Inc 2.375% 534 Ing Groep Nv 4.125% 918 Mondelez International Inc 6.250% 53 Ing Verzekeringen Nv Var Rt 429 Mondelez International Inc 6.500% 43 Inter-American Dev. Ban 1.750% 124 Morgan Stanley 2.125% Int. Bank For Reconst 0.875% 253 Morgan Stanley 2.250% 50 Int. Bank For Reconst 3.875% 91 Morgan Stanley 3.450% 76 International Paper Co 4.750% 915 Morgan Stanley 5.375% Intesa Sanpaolo Spa 144A 3.625% 75 Morgan Stanley 6.500% 60 John Deere Capital Corp 2.800% 68 Morgan Stanley 7.300% 88 John Deere Capital Corp 2.800% 60 Muenchener Rueckversich. Var Rt 118 Jpmorgan Chase & Co 4.500% 38 Mylan Inc 2.550% 24 Jpmorgan Chase & Co 2.625% Mylan Inc/Pa 5.400% 36 Jpmorgan Chase & Co 4.500% 154 National Grid North America 1.750% 202 Jpmorgan Chase & Co 4.500% Nationwide Building Society 6.750% 59 Jpmorgan Chase & Co 6.000% 67 Nbcuniversal Media Llc 5.150% 87 K+S Ag 3.125% 56 Nestle Holdings Inc 1.375% 991 Kbc Inter. Financierin 3.875% 806 Newmont Mining Corp 3.500% 50 Kbc Inter. Financierin 4.500% 103 Nexen Inc 5.875% 54 Kellogg Co 2.750% Ngg Finance Plc Var Rt Kellogg Co 1.750% 36 Nordea Bank Ab 1.625% 142 Kering 3.125% 37 Nordea Bank Ab Var Rt 777 Kering 8.625% 51 Norfolk Southern Corp 4.800% 27 Kfw 2.125% Omnicom Group Inc 4.450% 66 Kfw 2.250% 84 Oracle Corp 2.375% 40 Kfw 2.500% 525 Orange Sa 1.875% 901 Kfw 3.625% 79 Origin Energy Finance Ltd 2.500% 490 Kinder Morgan Energy Prtnrs 3.450% 537 Packaging Corp Of Americ 4.500% Kinder Morgan Energy Prtnrs 6.500% 96 Pemex Project Fun. Mstr T 5.500% 57 Koninklijke Kpn Nv 3.250% 203 Pepsico Inc 2.750% 859 Koninklijke Kpn Nv 6.500% 801 Pepsico Inc 5.000% 82 Kraft Foods Group Inc 5.000% 107 Pernod-Ricad Sa 5.000% 111 Kroger Co/The 3.400% 944 Petrobras Global Fin. Bv 3.000% 101 Legal & General Group Plc Var Rt 52 Petrobras Inter. Financ 4.875% 114 Linde Finance Bv 1.750% 227 Petroleos Mexicanos 3.500% 732 Lloyds Bank Plc 1.875% 100 Petroleos Mexicanos 4.875% 52 Lloyds Bank Plc 5.800% 160 Pfizer Inc 6.200% 86 Lloyds Bank Plc 6.375% 942 Pfizer Inc 6.200% 129 Lottomatica Group Spa 5.375% 166 Poland Gov. Internationa 4.200% 50 Luxottica Group Spa 3.625% 108 Praxair Inc 1.250% 57 Macys Retail Hldgs Inc 4.375% 22 Province Of Ontario Canada 1.600% 111 Macy'S Retail Holdings Inc 2.875% 132 Prudential Financial Inc 5.500% 59 Man Se 1.000% 183 RCI Banque Sa 3.250% 208 Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 33

311 Vervolg obligaties ultimo 2013: Fondsvermogen Waarde Fondsvermogen Waarde Rhodia Sa 6.875% 470 Tesco Corp Treasury Serv 1.250% 259 RIO Tinto Finance Plc 2.000% 99 Tesco Plc 3.375% 107 RIO Tinto Finance USA Ltd 9.000% 36 Thames Wtr Utilities Cymn 3.250% 125 Roche Holdings Inc 144A 6.000% 51 Time Warner Inc 4.875% Roche Holdings Inc 5.625% 9 Time Warner Cable Inc 4.000% Roche Holdings Inc 6.000% 205 Time Warner Cable Inc 4.500% 33 Royal Bk Of Scotlnd Plc/The 5.375% 201 Time Warner Cable Inc 4.500% 109 Royal Bk Of Scotlnd Plc/The 5.625% Time Warner Cable Inc 6.750% 16 Royal Bk Of Scotlnd Plc/The Var Rt 875 Time Warner Inc 4.050% 195 Sabic Capital I Bv 3.000% 150 Time Warner Inc 5.350% 37 Sabmiller Holdings Inc 1.875% 221 Time Warner Inc 6.500% 49 Sabmiller Hldngs Inc 144A 3.750% 145 Total Capital Sa 2.300% 52 Safeway Inc 3.400% Total Capital Sa 2.300% 97 Santander Inter. Debt S 4.375% 307 Toyota Motor Credit Corp 0.875% 913 Santander Inter. Debt S 4.625% 107 Toyota Motor Credit Corp 2.375% 624 Seagate Hdd Cayman 144A 3.750% 26 Transcanada Pipelines Ltd 7.625% 135 Ses 3.600% 36 U S Treasury Bond 2.875% 51 Shell International Fin 2.250% U S Treasury Bonds 3.625% 419 Skandin. Enskilda Ba 144A 1.750% 142 U S Treasury Note 1.375% 265 Skf Ab 3.875% 109 Unicredit Spa 4.375% 246 Sns Bank Nv 6.625% 30 Unicredit Spa 4.875% 108 Societe Des Autoroutes 2.500% 294 Union Pacific Corp 4.750% 464 Societe Des Autor. Paris-R 4.875% 113 Union Pacific Corp 2.950% 742 Societe Generale Sa 2.750% 187 Unitedhealth Group Inc 2.875% 41 Societe Generale Sa 4.000% 100 Vale Overseas Ltd 4.375% 78 Solvay Finance Sa Var Rt 103 Vale Overseas Ltd 4.375% 635 Solvay Finance Sa Var Rt 104 Verizon Comm. Inc 6.550% 110 Southern Copper Corp 5.250% 30 Verizon Comm. Inc 5.150% 741 Southern Copper Corp 5.375% 39 Verizon Comm. Inc 6.550% 442 Sse Plc Var Rt Verizon Comm. Inc 6.900% 78 Sse Plc Var Rt 185 Viacom Inc 5.625% 124 Standard Chartered Plc 1.625% 128 Vodafone Group Plc 1.500% 214 Standard Chartered Plc 3.625% 341 Volkswagen Bank Gmbh 1.125% 99 Standard Chartered Plc Var Rt 637 Volkswagen Bank Gmbh 1.125% 923 Statkraft As 2.500% 252 Volkswagen Inter. Finan 1.600% 144 Statoil Asa 1.800% 111 Volkswagen Inter. Finan Var Rt 623 Statoil Asa 2.450% Wachovia Corp 5.750% 92 Statoil Asa 4.800% 38 Wells Fargo & Co 2.100% 741 Suez Environnement 2.750% 99 Wells Fargo & Co 5.375% 56 Suncor Energy Inc 6.500% 63 Wells Fargo & Co 5.375% 667 Svenska Handelsbnken Ab 1.500% 558 Westpac Banking Corp 4.875% 40 Swedbank Ab 2.375% 937 Westpac Banking Corp 4.875% 81 Swedbank Ab Var Rt 905 Weyerhaeuser Co 4.625% 259 Tdc A/S 3.750% 214 Wm Morrison Supermrkt Plc 2.250% 98 Teck Resources Ltd 3.750% 51 Wolters Kluwer Nv 2.875% 644 Telecom Italia Capital Sa 6.999% 40 Wolters Kluwer Nv 6.375% 588 Telecom Italia Spa 5.125% 53 Wpp Finance % 99 Telefonica Emisiones Sau 2.736% 102 Wpp Plc 6.625% 113 Telefonica Emisiones Sau 3.987% 208 Xerox Corp 5.625% 41 Telefonica Emisiones Sau 4.967% 215 Xstrata Finance Dubai Ltd Step 142 Telstra Corp Ltd 2.500% 195 Afronding 3 Terna Rete Elet. Nazionale 2.875% Tesco Corp Treasury Serv 1.250% 100 1) De beleggingen met verschillende looptijden worden separaat weergegeven in bovenstaande tabel. Deze looptijden worden niet nader toegelicht. Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 34

312 Ter vergelijking de obligaties ultimo ) : Fondsnaam Waarde Fondsnaam Waarde Fondsnaam Waarde Abb Finance Bv 2.625% 106 Cloverie (Zurich) Var 61 Henkel Ag & Co Kgaa Var 43 Abbvie Inc 1.750% 54 Commonwealth Bank 5.000% 89 Holcim Us Fin. $ Cie 2.625% 102 Abbvie Inc 144A 4.400% 12 Compass Group Plc 3.125% 109 Hsbc Holdings Plc 5.100% 137 Abertis Infra % 53 Conoco Inc 6.950% 117 Hutchison Int % 90 Air Products & Chem % 40 Coop. Centr. Raiffeis 3.375% 155 Iberdrola Int. Bv 4.250% 108 Allianz Finance Ii Bv Var 115 Credit Agricole Sa 3.875% 112 Ing Bank Nv 3.750% 161 America Movil Sab 4.750% 119 Credit Suisse New Y % 143 Ing Bank Nv 6.125% 87 American Intl Group 5.850% 81 Daimler Ag 1.750% 102 Inter-American k 1.750% 55 American Intl Group 5.000% 113 Daimler Finance Na Llc 8.500% 82 Int. Bank For Recon 0.875% 76 Anheuser-Busch Inbev 4.000% 93 Delhaize Group 3.125% 103 Int. Bank Rec & Dev 3.875% 95 Anheuser-Busch Inbev 1.375% 61 Deutsche Bank London 6.000% 64 Intesa Sanpaolo 3.625% 76 Arkema 4.000% 111 Deutsche Telekom Int 4.250% 70 John Deere Cap % 68 Asian Dev. Bank 1.750% 157 Devon Energy Corp % 90 Jpmorgan Chase 3.450% 122 Asml Holding Nv 5.750% 117 Directv Holdings/Fing 2.400% 117 Jpmorgan Chase 4.500% 172 Assicurazioni Generali 5.125% 53 Dnb Bank Asa 144A 3.200% 162 Jpmorgan Chase 6.000% 73 At&T Inc 2.400% 32 Dnb Bank Asa 4.750% 109 Kbc Ifima Nv 4.500% 106 At&T Inc 4.300% 132 Dong Energy A/S 2.625% 100 Kellogg Co 1.750% 39 Atlantia Spa 5.625% 56 Dow Chemical Co The 3.000% 51 Kfw 3.625% 82 Aust & Nz Banking 3.750% 89 Dow Chemical Co/The 4.375% 125 Kinder Morgan 6.500% 75 Autoroutes Paris-Rhin 4.875% 114 Enel Finance Intl Nv 4.875% 141 Kingdom Of Denm % 52 Aviva Plc Var 55 Eni Spa 4.000% 112 Kreditanst. Wieder % 141 Axa Sa 4.500% 54 European Community 3.625% 122 Legal & General Group Var 50 Axa Sa Var 59 European Investment 3.500% 662 Lloyds Tsb Bank Plc 5.800% 89 Bacardi Limited 7.750% 54 European Investment 2.750% 439 Lloyds Tsb Bank Plc 6.375% 117 Baltimore Gas & El % 71 Eutelsat Sa 3.125% 103 Lottomatica Spa 5.375% 55 Banco Nac De Desen 4.125% 65 Experian Finance Plc 4.750% 95 Luxottica Group Spa 3.625% 110 Bank Of America Corp 5.650% 159 Exp.-Imp. Bank Korea 4.625% 89 Macy'S Retail Hold % 38 Bank Of America Corp 6.500% 88 Exp.-Imp. Bank Korea 5.125% 88 Merck & Co Inc 3.875% 77 Barclays Bank Plc 6.000% 85 Firstenergy Sol. Co 4.800% 41 Metlife Inc 6.375% 129 Barclays Bank Plc 6.625% 59 France Step 01-Mar Metropolitan Life Gl % 105 Barrick Gold Corp 3.850% 40 Gas Natural Capital 5.250% 53 Mondelez Int. Inc 5.375% 32 Baxter Int. Inc 2.400% 42 Gaz Capital (Gazprom) 5.440% 57 Mondelez Int. Inc 6.250% 112 Berkshire Hath. Fin 4.250% 87 Gaz Capital Reg S 5.030% 52 Morgan Stanley 3.450% 79 Bmw Finance Nv 2.125% 103 Gdf Suez 6.875% 65 Morgan Stanley 3.750% 53 Bnp Paribas 3.600% 40 Gdf Suez Sa 5.625% 57 Munich Re Var 122 Bnp Paribas 5.000% 163 Ge Capital Euro Fund % 81 Nationwide Bldg 6.750% 59 Bouygues Bds 4.250% 113 Ge Capital Euro Fund % 65 Nbcuniversal Media 4.450% 69 Bp Capital Markets 3.245% 56 Ge Capital Euro Fund % 165 Nbcuniversal Media 5.150% 96 Bp Capital Markets 3.830% 113 General Elec Cap Corp 2.250% 79 Newmont Mining 3.500% 63 British Telecom Plc 6.125% 76 General Elec Cap Corp 5.875% 73 Nexen Inc 5.875% 65 Bundesobligation 0.500% 101 General Electric Co 2.700% 89 Nordea Bank Ab 3.125% 161 Burlingtn North Santa 4.100% 42 Georgia Power Comp % 55 Omnicom Group Inc 4.450% 71 Cargill Inc 1.875% 111 Glaxosmithkline Cap % 123 Ontario (Province Of) 1.600% 117 Carrefour Sa 3.875% 55 Glencore Fin. Europe 5.250% 56 Pemex Project Tr 5.500% 57 Casino Guichard Per % 163 Goldman Sachs Gr. Inc 4.375% 164 Pepsico Inc 5.000% 54 Citigroup Inc 4.000% 162 Goldman Sachs Gr. Inc 4.500% 135 Pernod-Ricard Sa 5.000% 115 Citigroup Inc 4.450% 126 Hartford Finl Svcs Grp 5.125% 61 Petrobras Intl Fin Co 4.875% 117 Citigroup Inc 4.500% 128 Heineken Nv 2.875% 102 Petroleos Mexicanos 4.875% 60 Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 35

313 Vervolg obligaties ultimo 2012: Fondsnaam Waarde Fondsnaam Waarde Fondsnaam Waarde Pfizer Inc 6.200% 144 Southern Copper Corp 5.375% 44 Vale Overseas Lim % 89 Poland (Republic Of) 4.200% 50 Sse Plc Var Rt 5.625% 106 Veolia Env % 56 Poland (Republic Of) 5.000% 112 Standard Chartered 5.875% 58 Verizon Comm % 39 Ppr 3.125% 38 Standard Chartered 4.125% 115 Verizon Comm % 97 Ppr 8.625% 55 Standard Chartered 5.500% 82 Viacom Inc 5.625% 82 Prudential Fin. Inc 5.500% 64 Statoil Asa 1.800% 117 Virgin Media Sec % 82 Rabobank Nederland 4.750% 121 Target Corp 7.000% 111 Vivendi Sa 3.500% 105 Rio Tinto Finance Plc 2.000% 102 Tdc A/A 3.750% 110 Vivendi Sa 4.750% 115 Rio Tinto Finance Ltd 9.000% 73 Teck Resources 3.750% 58 Vodafone Group Plc 1.625% 123 Roche Holdings Inc 6.000% 95 Telecom Italia Cap 6.999% 44 Volkswagen Int. Fin % 151 Roche Holdings Inc 5.625% 9 Telefonica Emis. Sau 5.496% 110 Wachovia Corp 4.375% 111 Royal Bk Of Scotlnd 2.550% 280 Terna Spa 2.875% 104 Wachovia Corp Nts 5.750% 146 Sabic Capital I Bv 3.000% 157 Tesco Plc 3.375% 111 Walt Disney Co/The 1.100% 67 Safeway Inc 6.350% 87 Thames Water Caym % 128 Westpac Banking 4.875% 89 Santander Intl Debt 4.625% 105 Time Waner Cable Inc 6.750% 19 Wpp Group 6.625% 117 Ses Sa 4.750% 118 Time Warner Cable Inc 4.500% 45 Xerox Corporation 4.250% 80 Skandinaviska Banken 3.875% 111 Time Warner Inc 6.500% 57 Xerox Corporation 5.625% 43 Skandinaviska Banken Var 106 Total Capital Sa 2.300% 103 Xtrata Fin. Dubai 2.375% 141 Skf Ab 3.875% 113 Trans-Canada Pipel % 159 Afronding -1 Societe Generale Sa 2.750% 192 Ubs Ag Stamford Ct 3.875% Southern Cal Edison 4.050% 104 Unitedhealth Group Inc 2.875% 47 1) De beleggingen met verschillende looptijden worden separaat weergegeven in bovenstaande tabel. Deze looptijden worden niet nader toegelicht. Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 36

314 Nucleaire wapens Bio. & chemische wapens Antipersoonsmijnen Clustermunitie UN Global Compact Tabak Enhanced engagement BIJLAGE B - Uitsluitingen Achmea Beleggingspools per 31 december 2013 Staatsobligaties Birma/Myanmar Ivoorkust Libanon Oezbekistan Somalië Soedan Syrië Zimbabwe Democratische Volksrepubliek Korea (Noord Korea) Iran Bedrijfsobligaties en aandelen Bedrijf Land Alliant Techsystems United States x x x Areva S.A. France x Babcock International Group PLC United Kingdom x BAE Systems PLC United Kingdom x Boeing Co. United States x European Aeronautic Defence & Space Co. EADS N.V. Netherlands Finmeccanica S.p.A. Italy x Fluor Corp. United States x General Dynamics Corp. United States x x Honeywell International Inc. United States x Huntington Ingalls Industries United States x Jacobs Engineering Group Inc. United States x L-3 Communications Holdings Inc. United States x x Lockheed Martin Corp. United States x x x Moog Inc. United States x Northrop Grumman Corp. United States x Raytheon Co. United States x Rolls-Royce Group PLC United Kingdom x SAFRAN S.A. France x SAIC Inc. United States x Serco Group United Kingdom x Textron Inc. United States x United Technologies United States x URS Corp. United States x Singapore Technologies Engineering Ltd. Singapore x x Hanwha Corp. South Korea x x Doosan Co Ltd South Korea x Aeroteh Romania x x Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 37

315 Nucleaire wapens Bio. & chemische wapens Antipersoonsmijnen Clustermunitie UN Global Compact Tabak Enhanced engagement Bedrijf Land Aryt Industries Israel x China Spacesat China x Kaman Corp United States x Poongsan South Korea x Chevron Corp. United States x Wal-Mart Stores Inc. United States x Vedanta United Kingdom x PetroChina Co. Ltd. China x 22nd Century Group Inc (XXII) USA x Adris Grupa dd (ADRSRA) Croatia x Al Eqbal Co for Investment PLC (EICO) Jordan x Alliance One International Inc (AOI) USA x Altria Group Inc (MO) USA x Asenovgrad Tabac AD-Asenovgrad (6AD) Bulgaria x Blagoevgrad-BT AD (55B) Bulgaria x British American Tobacco Malaysia Bhd (ROTH) Malaysia x British American Tobacco PLC (BATS) UK x Bulgartabac Holding AD (57B) Bulgaria x Coka Duvanska Industrija AD Coka (COKA) Serbia x Dupnitza-BT AD (4DA) Bulgaria x Duvanski Kombinat AD Podgorica (DKPG) Montenegro x Eastern Tobacco (EAST) Egypt x Fabrika duhana Sarajevo dd Sarajevo (FDSSR) Bosnia and Herzegovina x Fabrika Duvana AD Banja Luka (FDBLRA) Bosnia and Herzegovina x Godfrey Phillips India Ltd (GP) India x Golden Tobacco Ltd (GTO) India x Gotse Delchev Tabac AD-Gotse Delchev (4GD) Bulgaria x Grupo Carso SAB de CV Mexico x Gudang Garam Tbk PT (GGRM) Indonesia x Haskovo-Tabac AD (4H9) Bulgaria x Hrvatski Duhani DD (HRDHRA) Croatia x Huabao International Holdings Limited China x Imperial Tobacco Group PLC (IMT) UK x Isperih-BT AD (4IS) Bulgaria x ITC Ltd (ITC) India x Japan Tobacco Inc (2914) Japan x JT International Bhd (RJR) Malaysia x Karelia Tobacco Co Inc SA (KARE) Greece x Khyber Tobacco Co (KHTC) Pakistan x Kothari Products Ltd (KTP) India x KT&G Corp (033780) South Korea x Lorillard Inc (LO) USA x Ngan Son JSC (NST) Vietnam x NTC Industries Ltd (NTCIL) India x Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 38

316 Nucleaire wapens Bio. & chemische wapens Antipersoonsmijnen Clustermunitie UN Global Compact Tabak Enhanced engagement Bedrijf Land Pazardzhik-BT AD Pazardzhik (4PZ) Bulgaria x Philip Morris International Inc (PM) USA x Philippine Tobacco Flue Cur (TFC) Philippines x Pleven-Bulgartabak (4PQ) Bulgaria x Reynolds American Inc (RAI) USA x Shanghai Industrial Holdings Ltd. China x Shoumen-BT AD (3JZ) Bulgaria x Sinnar Bidi Udyog Ltd (SBU) India x Sitab-Soc Ivoirienne Tabacs (STBC) Ivory Coast x Slantse Stara Zagora- BT AD (3JO) Bulgaria x Smokefree Innotec Inc (SFIO) USA x Sofia-BT AD (3JU) Bulgaria x Souza Cruz SA Brazil x Strumica Tabak Strumica (STTB) Macedonia x Swedish Match AB (SWMA) Sweden x Tabak ad Nis (TBKN) Serbia x TSL Ltd/Zimbabwe (TSL) Zimbabwe x Tvornica Duhana Zagreb dd (TDZRA) Croatia x Union Tobacco (UTOB) Jordan x Universal Corp/VA (UVV) USA x Utalim SA Slatina (UTOL) Romania x Vector Group Ltd (VGR) USA x VST Industries Ltd (VST) India x Wismilak Inti Makmur Tbk PT ( D) Indonesia x Beleggingspool Achmea Bedrijfsobligaties Investment Grade 39

317 JAARVERSLAG Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties 2013

318

319 Inhoudsopgave 1. Algemene gegevens 2 2. Profiel 3 3. Verslag van de beheerder 4 4. Jaarrekening Balans Winst- en verliesrekening Kasstroomoverzicht Toelichtingen Algemeen Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling Toelichting op de balans Toelichting op de winst- en verliesrekening Overige gegevens Overige gegevens Controleverklaring van de onafhankelijke accountant 23 Bijlage A. Beleggingenspecificatie 24 Bijlage B. Uitsluitingen Achmea Beleggingspools per 31 december Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties 1

320 Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties 1. Algemene gegevens Beheerder Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools, waarvan het bestuur wordt gevormd door: Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V., waarvan de directie wordt gevormd door: M.T. Heijndijk (voorzitter) Drs. W. van Heerdt Drs. Y.J. de Jong Kantooradres: Gatwickstraat GK Amsterdam Postbus KA Amsterdam KvK Onafhankelijke Accountant PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. Thomas R. Malthusstraat JR Amsterdam Depotbank BNY Mellon S.A./ N.V. Netherlands Branche Strawinskylaan XX Amsterdam Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties 2

321 2. Profiel Structuur Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties te Amsterdam (hierna ook de Beleggingspool genoemd) is een besloten fonds voor gemene rekening wat zich tot doel stelt voor rekening en risico van participanten het verwerven, houden, beheren en het vervreemden van vermogenswaarden. De Beleggingspool is opgericht op 17 september De daadwerkelijke beleggingsactiviteiten hebben per 24 september 2012 een aanvang genomen. De Beleggingspool is vrijgesteld van toezicht in het kader van de Wet op het financieel toezicht ( Wft ). Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V., de bestuurder van Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools, valt onder het regime van de Richtlijn Alternatieve Beleggingsinstellingen (Alternative Investment Fund Management Directive) ( AIFM-Richtlijn ), zoals dit van kracht is geworden op 22 juli Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. was reeds voor 21 juli 2013 bevoegd om in Nederland alternatieve beleggingsinstellingen te beheren en kan daardoor gebruik maken van het op basis van de AIFM-Richtlijn toepasselijke overgangsjaar om te voldoen aan de bij of krachtens de AIFM-Richtlijn gestelde regels. Voor een vergunninghoudende beheerder houdt het overgangsjaar in dat zijn bestaande vergunning op 22 juli 2014 van rechtswege overgaat in een AIFM-Richtlijn vergunning. Tot 22 juli 2014 blijven de regels van het aanbieden van deelnemingsrechten in een beleggingsinstelling van toepassing zoals deze voor een beheerder gelden op 21 juli 2013, inclusief de vrijstelling onder artikel 1:12 Wft voor de Achmea Beleggingspools. Doel Het beleggingsbeleid van Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties is erop gericht op langere termijn een hoger totaalrendement te behalen dan een doorsnee individuele belegger met een directe belegging zou kunnen realiseren. Beleggingsbeleid De Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties belegt in aan een in de eurozone gevestigde beurs genoteerde obligaties, die uitgegeven zijn of gegarandeerd worden door een overheid uit de eurozone. Er wordt belegd in obligaties die een looptijd kennen van gemiddeld langer dan 20 jaar. De Beleggingspool voert een passief beleggingsbeleid. De doelstelling van de Beleggingspool is om de benchmark te volgen. Met enhanced indexing wordt de samenstelling van de benchmark in belangrijke mate gevolgd. Er is geen sprake van volledige replicatie (nabootsing) van de benchmark. Hierdoor zijn beperkte rendementsverschillen, afgezien van kosten zoals vermeld in het prospectus, ten opzichte van de benchmark mogelijk. Er is gekozen voor enhanced indexing uit oogpunt van optimalisering van het rendement-risicoprofiel. Als benchmark voor de Beleggingspool geldt de Barclays Euro Treasury 10+ yrs AAA-AA index (Total Return). Er kan ter optimalisering van de rendement-/risicoverhouding gebruik worden gemaakt van futures, echter zodanig dat niet substantieel meer risico wordt gelopen dan wanneer gebruik van futures achterwege wordt gelaten. Liquiditeiten zijn toegestaan. De debiteurenkwaliteit is minimaal AA-. Hierbij is de benchmark methodologie leidend voor de definitie van de ratings. Dit betekent dat de ratings afkomstig moeten zijn van Standard & Poor s, Moody s of Fitch (onder toezichtstaande ratingagencies). In geval van drie ratings is de middelste rating leidend. In geval van twee ratings is de laagste rating leidend. Maximaal 5% van het fonds mag buiten de benchmark ( off benchmark ) worden belegd. De vermogensbeheerder van de Beleggingspool beschikt over een eigen researchteam, dat onder meer gericht is op onderzoek naar macro-economische veranderingen in de eurozone alsmede de ontwikkelingen op de kapitaalmarkt. Uitgifte en inkoop van participaties Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties heeft een open-end structuur. Dit houdt in dat de Beleggingspool nieuwe participaties zal uitgeven tegen een koers gelijk aan de dagelijks vastgestelde netto vermogenswaarde van de Beleggingspool, verhoogd met de voor de Beleggingspool vastgestelde opslag. Tevens is de Beleggingspool steeds bereid, bijzondere omstandigheden voorbehouden, participaties in te kopen tegen de netto vermogenswaarde verlaagd met de voor de Beleggingspool vastgestelde afslag. Een bijzondere omstandigheid, waardoor Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties, uitsluitend naar haar oordeel, de inkoop kan opschorten, is onder andere dat de Beleggingspool door politieke, economische, militaire of monetaire situatie geen netto vermogenswaarde kan bepalen. Fiscale positie De Beleggingspool wordt ten behoeve van haar participanten fiscaal als transparant aangemerkt. De Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties, is een besloten fonds voor gemene rekening en alle activa en passiva, alsmede de resultaten van deze pool, worden rechtstreeks toegerekend aan de houders van de participaties. Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties 3

322 3. Verslag van de beheerder Algemeen Hierbij bieden wij u het jaarverslag aan van Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties over het boekjaar Voor de structuur, doel en het beleggingsbeleid van Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties verwijzen wij naar het profiel in hoofdstuk 2. Toestand per balansdatum en ontwikkelingen gedurende het boekjaar Het vermogen van Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties is gedurende de verslagperiode toegenomen van 42,2 miljoen tot 53,0 miljoen. De toename van het vermogen is toe te schrijven aan een intreding van participanten van 12 miljoen en netto beleggingsopbrengsten ad 2 miljoen. Hier tegenover stonden koersdalingen op de financiële markten van -3 miljoen. De netto vermogenswaarde per participatie van de Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties bedroeg ultimo ,41 wat ten opzichte van 31 december 2012 een rendement van -4,10% betekent. De vergelijkbare benchmark van de Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties heeft over dezelfde periode een rendement van -4,13% gerealiseerd. Ontwikkelingen 2013 Wet- en Regelgeving AIFMD Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. valt onder het regime van de Richtlijn Alternatieve Beleggingsinstellingen (Alternative Investment Fund Management Directive) ( AIFM-Richtlijn ), zoals dit van kracht is geworden op 22 juli Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. was reeds voor 21 juli 2013 bevoegd om in Nederland alternatieve beleggingsinstellingen te beheren en kan daardoor gebruik maken van het op basis van de AIFM-Richtlijn toepasselijke overgangsjaar om te voldoen aan de bij of krachtens de AIFM- Richtlijn gestelde regels. Voor een vergunninghoudende beheerder houdt het overgangsjaar in dat zijn bestaande vergunning op 22 juli 2014 van rechtswege overgaat in een AIFM-Richtlijn vergunning. Tot 22 juli 2014 blijven de regels van het aanbieden van deelnemingsrechten in een beleggingsinstelling van toepassing zoals deze voor een beheerder gelden op 21 juli Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. is in 2013 gestart met een project om te komen tot tijdige implementatie van de regels van de AIFM-Richtlijn in haar processen. FATCA De implementatie van de Foreign Account Tax Compliance Act (FATCA) uit de Verenigde Staten van Amerika voor de beleggingsfondsen en beleggingspools heeft in 2013 nog geen gevolg gehad. Nederland onderhandelde met de Verenigde Staten van Amerika over het sluiten van een Intergovernmental Agreement, waarbij de gevolgen van de FATCA wetgeving geïmplementeerd zullen worden via de Nederlandse Belastingdienst. Deze Intergovernmental Agreement is in december 2013 bereikt. EMIR Op de beleggingsinstellingen waarin gebruik wordt gemaakt van derivaten, ofwel om redenen van risico afdekking, ofwel om beleggingsredenen, zijn de regels voortvloeiende uit de European Market Infrastructure Regulation (EMIR) van kracht geworden. In het verslagjaar is een aantal risico verminderende maatregelen van kracht geworden per 15 maart 2013 (timely confirmation en daily valuation) en per 15 september 2013 (portfolio compression, portfolio reconciliation, dispute resolution). Financial Transaction Tax (FTT) Invoering van een Financial Transaction Tax (FTT) heeft naar alle waarschijnlijkheid invloed op het rendement van een beleggingsfonds. Nederland heeft er in 2013 vooralsnog voor gekozen om zich niet aan te sluiten bij de andere EU lidstaten die een voorstel tot een Europese FTT onderschrijven. Toekomstige ontwikkelingen in Nederland, maar ook in het buitenland, worden door Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. gevolgd. Andere ontwikkelingen in de verslagperiode De langjarige overeenkomst met F&C Netherlands B.V. voor het uitvoeren van vermogensbeheer is geëindigd en daarvoor is een overeenkomst voor onbepaalde tijd met een gebruikelijke opzegtermijn in de plaats gekomen. Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties 4

323 Verantwoord beleggen Ten behoeve van haar participanten stellen de Achmea Beleggingspools zich op als een betrokken aandeelhouder richting ondernemingen die deel uitmaken van de beleggingsportefeuille van de Achmea Beleggingspools. Zij voeren daarom een verantwoord beleggingsbeleid. Uitsluitingsbeleid Er wordt op voorhand niet belegd in: Controversiële wapens Wij beleggen niet in ondernemingen die zich rechtstreeks richten op ontwikkeling, testen, productie, verkoop, handel en onderhoud van controversiële wapens. Ook wordt niet belegd in ondernemingen die een groot belang hebben in andere ondernemingen (via een dochter waarin voor > 50% wordt deelgenomen dan wel via een joint venture waarin een controlerend belang wordt gehouden) die controversiële wapens produceren. Het zijn producenten van: o clustermunitie; o anti persoonsmijnen; o biologische en chemische wapens; o kernwapens. Voor het uitsluiten van controversiële wapens zoekt Achmea aansluiting bij internationale verdragen die door Nederland (en vele andere landen) zijn ondertekend. Het betreft de volgende verdragen: - Conventie voor biologische wapens (1975); - Conventie voor chemische wapens (1997); - Verdrag van Ottawa betreffende anti persoonsmijnen (1997) en - Conventie over clustermunitie (2008). Controversiële landen De Nederlandse overheid kan sanctiemaatregelen nemen tegen landen. Deze landen worden door ons als controversieel beschouwd. Over het algemeen schenden de regeringen van dergelijke landen consequent de fundamentele mensenrechten van hun burgers. De sanctiemaatregelen zijn gebaseerd op de Sanctiewet Tabaksproducenten Producenten van tabaksproducten zijn uitgesloten. Dit vanwege de aangetoonde negatieve effecten van tabaksgebruik op de gezondheid. Achmea rekent juist het bevorderen van de gezondheid tot haar maatschappelijke verantwoordelijkheid. Notoire Global Compact schenders Wij sluiten ondernemingen uit die minimaal twee jaar achtereen bij minimaal twee door ons geselecteerde toetsingsbureaus als Global Compact schender zijn aangemerkt. De principes van het Global Compact van de Verenigde Naties richten zich op het gebied van mensenrechten, werkomstandigheden, klimaatverandering en corruptie. Jaarlijks laat Achmea haar beleggingsportefeuille door een onafhankelijke partij beoordelen in hoeverre de beleggingen voldoen aan deze principes. Indien als gevolg van bijzondere situaties, te beoordelen door de Beheerder, wordt belegd in ondernemingen en/of landen die vallen onder één van de vier hierboven genoemde categorieën, dan zullen dergelijke beleggingen binnen redelijke termijn worden afgebouwd. De Beheerder zal bij afbouw van dergelijke beleggingen in het belang van de deelnemers handelen, met inachtneming van specifieke wettelijke regels, waaronder die over clustermunitie. Zie bijlage B voor de complete lijst met uitsluitingen per 31 december Op de website is een actuele lijst met uitsluitingen opgenomen. AO/IC Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V., als bestuurder van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools, beschikt over een beschrijving van de bedrijfsvoering, die voldoet aan de eisen van de Wft en het Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen ( BGfo ). Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. heeft gedurende het afgelopen boekjaar verschillende aspecten van de bedrijfsvoering beoordeeld. Bij deze werkzaamheden zijn geen constateringen gedaan op grond waarvan zou moeten worden geconcludeerd dat de beschrijving van de opzet van de bedrijfsvoering, als bedoeld in artikel 121 van het BGfo, niet voldoet aan de vereisten zoals opgenomen in de Wft en daaraan gerelateerde regelgeving. Op grond hiervan verklaren wij als bestuurder te beschikken over een beschrijving van de bedrijfsvoering als bedoeld in artikel 121 BGfo, die voldoet aan de eisen van het BGfo. In het afgelopen boekjaar zijn risico s en beheersmaatregelen systematisch geïnventariseerd. Beoordeeld is of het rest-risico (het risico dat overblijft na genomen beheersmaatregelen) acceptabel was. Indien dit niet het geval was, zijn additionele maatregelen genomen. Voorts is de werking van de beheersmaatregelen beoordeeld. Over dit proces is door de compliance- en risk officer van Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. aan de directie gerapporteerd. Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties 5

324 De directie van Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. heeft niet geconstateerd dat de bedrijfsvoering niet effectief en niet overeenkomstig de beschrijving functioneert. Derhalve verklaart Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. met een redelijke mate van zekerheid dat de bedrijfsvoering gedurende het verslagjaar effectief en overeenkomstig de beschrijving heeft gefunctioneerd. Risico s bij het deelnemen in beleggingen Algemeen De mogelijkheid bestaat dat uw belegging in waarde stijgt. Het is echter ook mogelijk dat uw belegging weinig tot geen inkomsten zal genereren en dat uw inleg bij een ongunstig koersverloop geheel of ten dele verloren gaat. De waardeontwikkeling van de belegging is namelijk afhankelijk van fluctuaties in prijzen van individuele financiële instrumenten waarin door de Beleggingspool wordt belegd. Deze fluctuaties in prijzen van individuele financiële instrumenten zijn het gevolg van ontwikkelingen op de kapitaal-, effecten-, valuta- en goederenmarkten. De koers en de waarde van de beleggingen van de Beleggingspool worden door deze fluctuaties beïnvloed met als gevolg dat de (intrinsieke) waarde (in euro) van de Beleggingspool kan dalen. Hieronder wordt nader ingegaan op de belangrijkste risico s, in volgorde van relevantie, die de koers van de Beleggingspool en de waarde van de financiële instrumenten waarin door de Beleggingspool wordt belegd kunnen beïnvloeden. Om de risico s die zich voordoen zoveel mogelijk te kunnen beheersen, worden zo mogelijk maatregelen getroffen. Deze beheersmaatregelen worden continu geëvalueerd met als doel een optimale verhouding tussen rendement en risico te bereiken. Indien noodzakelijk worden de beheersmaatregelen als gevolg van de evaluatie aangepast. De genomen beheersmaatregelen worden per risico verantwoord. Omdat de Beleggingspool niet is blootgesteld aan een kasstroomrisico is om die reden het kasstroomrisico niet toegelicht in deze jaarrekening. 1. Marktrisico De koersen van financiële instrumenten waarin wordt belegd kunnen wereldwijd of specifiek op de markten waarin wordt belegd, dalen of stijgen. Deze daling of stijging kan optreden door bijvoorbeeld de veranderde economische, politieke, algemene marktomstandigheden of marktomstandighedenverwachtingen alsmede door een veranderde individuele landen- of bedrijfssituatie. Voor de Beleggingspool geldt een benchmark met alleen eurolanden met een AA of AAA rating. Dit betekent dat niet wordt belegd in staatsobligaties van euro perifere landen, zoals Spanje en Italië. Er geldt een passieve beleggingsstijl. Dat betekent dat de Beleggingspool geen actief beleid voert om de benchmark te verslaan. Ten behoeve van het inzicht in het marktrisico is in hoofdstuk de onderverdeling van de beleggingsportefeuille per sector en per land toegelicht. 2. Concentratierisico Door te beleggen in onder meer hetzelfde land, dezelfde regio, dezelfde sector, bij dezelfde debiteuren of combinaties hiervan, is de spreiding van de beleggingsportefeuille beperkt. De oorzaak van de concentratie van de portefeuille kan het gevolg zijn van het beleggingsbeleid. Een beperkter beleggingsuniversum (bijvoorbeeld een belegging in Nederland) leidt tot geringere spreidingsmogelijkheden dan een groter universum (bijvoorbeeld een belegging in de eurozone of een wereldwijde belegging). Door het concentratierisico kunnen bepaalde gebeurtenissen die de financiële instrumenten raken van grotere invloed zijn op de waarde van de beleggingsportefeuille dan bij een minder geconcentreerde beleggingsportefeuille. De Beleggingspool kent een verhoogd concentratierisico, omdat het universum van langlopende euro obligaties relatief beperkt is. De beleggingen zijn gespreid over een aantal eurolanden met een relatief hoge kredietwaardigheid, te weten Duitsland, Nederland, Frankrijk, Finland, Oostenrijk, België en Luxemburg. De spreiding over de genoemde landen volgt de samenstelling van de benchmark. Ten behoeve van het inzicht in het concentratierisico zijn in hoofdstuk de onderverdeling van de beleggingsportefeuille per sector en de beleggingen groter dan 5% van de portefeuille nader toegelicht. 3. Renterisico Bij beleggingspools die beleggen in vastrentende waarden is de waarde van de onderliggende financiële instrumenten afhankelijk van de (ontwikkelingen in de) renteniveaus van de financiële markt. De (ontwikkelingen in de) renteniveaus zijn afhankelijk van de algemene markt- en economische omstandigheden. Bij een stijgende rente zal de koers van een vastrentende waarde dalen en andersom. Het mandaat voorziet erin dat de duratie (gewogen gemiddelde looptijd) van de portefeuille niet meer mag afwijken dan 0,5 jaar (plus en min) ten opzichte van de duratie van de benchmark. Deze gemiddelde duratie geeft de rentegevoeligheid van de obligatieportefeuille aan. Oftewel, aan de duratie kan worden afgelezen welke waardemutatie optreedt bij een bepaalde renteverandering. Gedurende 2013 bedroeg de duratie van de portefeuille gemiddeld 13,6 jaar (benchmark: 13,6 jaar). In hoofdstuk is een overzicht opgenomen van de duratie van de portefeuille ten opzichte van de benchmark. Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties 6

325 4. Kredietwaardigheidrisico De waarde van de financiële instrumenten waarin door de Beleggingspool wordt belegd kan worden beïnvloed door een positieve of negatieve ontwikkeling van de kredietwaardigheid van de desbetreffende landen, lagere overheden, bedrijven of instellingen, de debiteuren. Dit houdt in dat het risico door de Beleggingspool kan worden gelopen als het desbetreffende land, lagere overheid, bedrijf of instelling niet aan zijn (financiële) verplichtingen kan voldoen. Hierdoor bestaat de mogelijkheid dat een financieel instrument met een lagere kredietwaardigheid moeilijker te verkopen is en/of dat de waarde van het financiële instrument waarin door de Beleggingspool wordt belegd meer kan fluctueren. In het mandaat met de vermogensbeheerder zijn richtlijnen opgenomen teneinde het risicoprofiel te bewaken. Daarbij zijn richtlijnen opgenomen met betrekking tot de spreiding over landen, debiteurencategorieën, de minimale kwaliteit (rating), karakter van de obligaties en de omvang van de beleggingen per debiteur. Binnen het mandaat geldt de rating van AA- als ondergrens. Dit betekent dat de beleggingen zich concentreren in de kernlanden van de eurozone en dat er geen beleggingen zijn in de euro periferie. Ten behoeve van het inzicht in het kredietwaardigheidrisico is in hoofdstuk de onderverdeling van de beleggingsportefeuille per land en de onderverdeling naar creditrating toegelicht. 5. Risico van inflatie Inflatie (geldontwaarding) beïnvloedt de waarde van de beleggingen. Inflatie betekent dat het geld minder waard wordt. In het algemeen geldt dat bij beleggingen in zakelijke waarden (aandelen, vastgoed e.d.) de geldontwaarding op de langere termijn kan worden gecompenseerd door een hogere beleggingsrendement dan ingeval belegd wordt in vastrentende waarden (obligaties, liquiditeiten). In de koers van vastrentende waarden is in beginsel met een verwachte ontwikkeling van het inflatietempo rekening gehouden. De beleggingsopbrengsten van vastrentende waarden kunnen echter onvoldoende zijn voor de compensatie van de werkelijke inflatie. Bij de opbouw van de portefeuille wordt niet direct ingespeeld op het risico van inflatie. Er is sprake van een passief beleid, zodat de Beleggingspool gericht is op het volgen van de benchmark. 6. Liquiditeitsrisico Het is mogelijk dat een transactie (aan- of verkoop van een financieel instrument) als gevolg van het ontbreken van voldoende verhandelbaarheid niet of niet tegen een acceptabele prijs kan worden uitgevoerd. Hierdoor kan er een verlies van waarde van het financiële instrument optreden. Dit risico is relatief beperkt, omdat doorgaans alleen in liquide financiële instrumenten wordt belegd. Alle obligatiebeleggingen kunnen in beginsel binnen één tot drie dagen worden geliquideerd. 7. Kredietrisico Landen, lagere overheden, bedrijven, instellingen of een tegenpartij kunnen in gebreke blijven. Dit risico wordt zoveel mogelijk beperkt door strenge selectiecriteria te hanteren bij het selecteren van een land, lagere overheid, bedrijf, instelling of een tegenpartij. Daarbij zullen bij aan- en verkooptransacties in het algemeen slechts kortlopende vorderingen ontstaan waardoor het risico laag is, aangezien levering plaatsvindt tegen (vrijwel) gelijktijdige ontvangst van de tegenprestatie. De vermogensbeheerder voert alleen transacties uit met brokers en tegenpartijen, die voldoen aan bepaalde minimumeisen (waaronder prijs en kredietwaardigheid). Transacties kunnen slechts worden uitgevoerd met brokers en tegenpartijen die door de risico-afdeling van de vermogensbeheerder zijn goedgekeurd en in de interne processen en procedures zijn geborgd. Ten behoeve van het inzicht in het kredietrisico is in hoofdstuk de onderverdeling van de beleggingsportefeuille naar creditrating en een overzicht van de duratie van de portefeuille ten opzichte van de benchmark toegelicht. Beleggingsresultaat Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties heeft in 2013 een resultaat geboekt van (2012: 2.035) en behaalde een beleggingsresultaat van -4,10% (2012: 5,05%). De beleggingen in de portefeuille zijn geconcentreerd op staatsobligaties van de euro lidstaten met een AAA of AA rating. Dit betrof eind 2013 de eurolanden Duitsland, Nederland, Frankrijk, Oostenrijk, België, Finland en Luxemburg. Beleggingen in langlopende obligaties zijn extra gevoelig voor ontwikkelingen in de kapitaalmarktrentes. De lange rente in de euro kernlanden stond in 2013 onder opwaartse druk. Hierbij speelde de aankondiging van de Amerikaanse Federal Reserve om de maandelijkse aankopen van staatsobligaties te gaan afbouwen, een belangrijke rol. Dit dreef namelijk de Amerikaanse lange rente behoorlijk omhoog, en de lange rente in de eurozone volgde gedeeltelijk. De 30-jaarsrente op Duitse en Nederlandse staatsobligaties liepen in het vierde kwartaal op tot respectievelijk 2,75% en 2,88%. De rentestijging weerspiegelde zich in een negatief rendement op de langlopende obligaties van ruim -4% in Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties 7

326 Het beleid voor de obligatieportefeuille is erop gericht om het rendement van de benchmark zo veel mogelijk te volgen. Afwijkingen versus de benchmark blijven nochtans mogelijk, omdat er geen volledige replicatie wordt toegepast. Terugblik financiële markten 2013 Algemeen In het jaarverslag van 2012 werd aangegeven, dat de wereldeconomie in 2013 naar verwachting in rustiger vaarwater terecht zou komen. Dit is gedurende 2013 in belangrijke mate ook uitgekomen. De euroschuldencrisis is in de tweede helft van 2013 naar de achtergrond verdwenen en vormde geen grote bron van onrust meer. Daarnaast zette het herstel van de Amerikaanse economie door, terwijl ook de economieën van de eurozone voorzichtig uit het dal klommen. Japan sprong positief in het oog, omdat het grootschalige stimuleringsbeleid leek aan te slaan. Tegen deze achtergrond was het beursklimaat voor de volwassen markten heel positief te noemen. Opvallend was echter dat de prestaties van de opkomende markten sterk achterbleven. Vanaf het moment dat de Amerikaanse Federal Reserve (Fed) anticipeerde op de afbouw van aankopen van staatsobligaties, keerde het sentiment voor de opkomende markten in negatieve zin. Bij gevolg was gedurende 2013 sprake van een groot verschil in aandelenrendementen tussen de ontwikkelde en opkomende markten. De centrale banken drukten wederom een belangrijke stempel op het marktbeeld. Dit gold in de eerste plaats voor de Fed in de Verenigde Staten. Toenmalig Fed president Bernanke kondigde in het voorjaar van 2013 aan het zeer ruime monetaire beleid langzaam te willen afbouwen. Anders gezegd, de maandelijkse aankopen van Amerikaanse staatsobligaties (ten bedrage van $ 85 mrd) zouden door de Fed stapsgewijs worden verlaagd. De timing bleef enkele maanden ongewis, maar uiteindelijk werd duidelijk dat deze afbouw (de zogenoemde tapering ) een aanvang zou nemen in januari Tegelijkertijd benadrukte de Fed dat de korte rente tot eind 2015 op een zeer laag peil blijft, zolang de werkgelegenheid niet voldoende verbetert. De beweging van de Amerikaanse centrale bank liet de markten zeker niet onberoerd. Eén van de belangrijkste gevolgen was een flinke stijging van de kapitaalmarktrente in de VS en in mindere mate ook in Europa. De opkomende markten waren hiervan de dupe, aangezien beleggers veel kapitaal terugtrokken uit deze regio s. In de eurozone zag de Europese Centrale Bank (ECB) voldoende redenen, om de korte rente in 2013 verder te verlagen. Via twee rentestappen daalde de officiële refi-rente met in totaal 0,5%-punt tot een historisch laag niveau van 0,25%. Aan de ene kant diende de lage rente om het broze economische herstel in de eurozone verder te stimuleren. Aan de andere kant had de ECB oog voor de dalende trend van de inflatie, die eind 2013 uitkwam op gemiddeld 0,8% in de eurozone. Dit was duidelijk lager dan het door de ECB gewenste inflatieniveau van dichtbij 2%. Positief was dat de euroschuldencrisis gedurende het verslagjaar steeds minder een thema was. In het eerste kwartaal van het jaar speelde nog wel de bankencrisis in Cyprus, maar die werd uiteindelijk opgelost door de probleembanken te saneren en de grote spaarders ook mee te laten betalen aan de schuldsanering. Daarna werd het rustiger rondom de euroschuldencrisis. Dit weerspiegelde zich in een verdere daling van de renteverschillen tussen de euro periferie (met name Spanje, Italië, Portugal, Ierland) en de kernlanden (Duitsland, Frankrijk, Nederland). In Japan bleef het beleid van premier Abe de aandacht trekken. Dit zogenoemde Abenomics beleid rust op drie pijlers: een zeer ruim budgettair beleid, een zeer ruim monetair beleid en structurele hervormingen. Dit alles is bedoeld om twee decennia van een stagnerende Japanse economie te beëindigen. Het beleid van de Bank of Japan leidde tot een forse daling van de Japanse yen, waardoor de concurrentiepositie van Japanse bedrijven sterk verbeterde. In de ranglijst van 2013 was Japan dan ook de sterkst presterende aandelenmarkt. Voor de opkomende markten was 2013 een tegenvallend jaar. Naast de negatieve impact van het beleid van de Fed, speelden ook andere factoren een rol. Zo kampte de Chinese economie met een duidelijke groeivertraging (hoewel nog altijd op een respectabel niveau van 7 à 8%). Ook de dalende grondstofprijzen werkten nadelig uit voor de opkomende markten. Obligaties De obligatiemarkten lieten in 2013 eveneens een verdeeld beeld zien. Aan de ene kant was sprake van opwaartse rentedruk voor de veilige obligatiemarkten. Zo steeg de Amerikaanse 10-jaars staatsrente met ongeveer 125 bp tot ruim 3%. De Duitse 10-jaars staatsrente liep op met 60 bp tot 1,9% en de Nederlandse 10- jaars staatsrente volgde dit spoor (2,2% eind 2013). De neerwaartse bijstelling van de Nederlandse kredietwaardigheid door S&P (tot AA) had hierbij nauwelijks effect. Aan de andere kant konden de eurolanden in de periferie een verdere daling van de lange renteniveaus noteren, omdat de risicopremie rond de euroschuldencrisis afnam. Deze renteontwikkelingen brachten met zich mee dat Spaanse en Ierse staatsobligaties hoge rendementen lieten zien van boven de 10%. Ook de Italiaanse staatsobligaties rendeerden ruim 7% in Verder waren de high yield bedrijfsobligaties in trek met een rendement van rond de 7%, terwijl de investment grade bedrijfsobligaties dichtbij 0% bleven steken. Amerikaanse en Duitse staatsobligaties moesten vanwege de rentestijging juist terrein prijsgeven (respectievelijk -3,5% en -2,3%). De obligaties uit de opkomende markten presteerden het minst, met een daling van ongeveer 5,5%. Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties 8

327 Valuta Gedurende 2013 is de euro in waarde gestegen ten opzichte van alle belangrijke valuta s. Het afzwakken van de euroschuldencrisis houdt hiermee verband. Ten opzicht van de Amerikaanse dollar is de euro 4% gestegen, terwijl ten opzichte van de Japanse yen de stijging zelfs 20% bedroeg. Vooruitblik financiële markten 2014 Algemeen In 2014 zal de wereldeconomie het herstel naar verwachting kunnen doortrekken. De rol van centrale banken zal hierbij cruciaal blijven, met name die van de Amerikaanse Federal Reserve. De nieuwe Fed voorzitter Janet Yellen staat voor de taak om het stimuleringsbeleid voorzichtig te gaan afbouwen, zonder de economische groei te beschadigen. Inmiddels is duidelijk dat de belangen groter zijn dan alleen voor de Amerikaanse economie. De koerswijziging van de Fed lokte in 2013 immers een wereldwijde rentestijging uit, alsmede een grote kapitaaluitstroom uit de opkomende markten. Dit lijkt begin 2014 in een stroomversnelling te komen, waardoor diverse valuta s van opkomende landen sterk onder druk zijn gekomen. Voor de Amerikaanse economie zijn de vooruitzichten nochtans redelijk positief. De verwachting is dat de situatie op de huizenmarkt en de arbeidsmarkt verder zal verbeteren. Ook zal de impact van bezuinigingen door de overheid minder groot zijn, dankzij een recent begrotingsakkoord. Per saldo wordt de groei van de Amerikaanse economie geraamd op ongeveer 3% in Er wordt nog niet direct rekening gehouden met een renteverhoging in de VS, die lijkt op zijn vroegst in 2015 aan de orde te kunnen komen. Voor de eurozone ligt een minder hoge groei in het verschiet dan in de VS, maar de verwachting is wel dat het herstel voorzichtig doorzet. Het Internationaal Monetair Fonds (IMF) raamt de groei voor de eurozone nu op 1%, na een krimp van 0,4% vorig jaar. Daarbij is de export redelijk sterk, maar blijft de binnenlandse vraag zwak. Een zorgpunt blijft de ontwikkeling van de Zuid Europese economieën, welke nog steeds gebukt gaan onder hoge werkloosheid en straffe bezuinigingen. Daarnaast wordt met enige zorg gekeken naar het zeer lage inflatieniveau binnen de eurozone van beneden de 1%. Als de inflatie zeer laag blijft of zelfs omslaat naar deflatie, bemoeilijkt dit het aflossen van schulden en kunnen bestedingen worden uitgesteld. Om die reden zal de ECB de korte rente zeer laag houden (dichtbij 0%) en proberen de inflatie weer richting 2% te sturen. Als risicofactor voor 2014 geldt nu vooral de situatie op de opkomende markten. De turbulentie wordt gevoed door drie factoren: het beleid van de Fed, de groeivertraging in China en de politieke onrust in bepaalde landen (zoals Thailand, Egypte, Turkije, Oekraïne). De verwachting is niet dat dit zal escaleren in een crisis, zoals ten tijde van de Azië crisis in De Fed zal uitermate voorzichtig zijn in het verder uitrollen van haar beleid. De groei in China blijft met circa 7% nog altijd op een respectabel peil. De politieke onrust lijkt beperkt te blijven tot een paar landen. Een algemeen doemscenario voor de opkomende markten voorzien wij daarom niet. Op lange termijn blijven de groeivooruitzichten voor deze regio s gunstig. Gedurende 2014 kan de volatiliteit voor de opkomende landen echter wel hoog blijven. Beleggingsbeleid De directie heeft de vooruitzichten beoordeeld en spreekt op basis van deze informatie thans de verwachting uit dat het beleggingsbeleid van de Beleggingspool in 2014 niet zal wijzigen. Gebeurtenissen na balansdatum Er hebben zich in de periode vanaf balansdatum tot aan de openbaarmaking geen bijzondere gebeurtenissen voorgedaan. Amsterdam, 22 april 2014 Bestuur van Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools inzake Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties Voor deze: Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties 9

328 Hieronder de kerncijfers van de Beleggingspool over de laatste 2 jaar en de specificatie van de beleggingsresultaten over de laatste 2 jaar. KERNCIJFERS (bedragen in euro s) Fondsvermogen (x 1.000) Aantal uitstaande participaties , ,0450 Netto vermogenswaarde per participatie 1) 1.007, ,45 Lopende kosten 2) 0,07% 0,02% Portefeuille omloop factor 2) 52,87% 11,81% 1) De netto vermogenswaarde per participatie wordt verkregen door het Fondsvermogen, zoals opgenomen in de jaarrekening van de beleggingspool, te delen door het aantal uitstaande participaties. 2) De Lopende kosten en Portefeuille omloop factor over 2012 hebben betrekking op de periode van t/m / Beleggingsresultaat: 3) -4,10% 5,05% Waarvan uit inkomsten 3,57% 0,94% waardeverandering -7,59% 4,13% kosten -0,08% -0,02% Benchmark Barclays Euro Treasury ,13% 5,14% 3) Het beleggingsresultaat, op basis van de mutatie van de netto vermogenswaarde per heeft betrekking op de periode van t/m (2012: t/m ). Volledigheidshalve geven wij hieronder de volledige naam van de hierboven gebruikte benchmark: Barclays Euro Treasury 10+ AAA-AA Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties 10

329 4. Jaarrekening Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties 2013 Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties 11

330 4.1 Balans per 31 december (voor winstbestemming) (in duizenden euro s) ref ACTIVA Beleggingen Obligaties Vorderingen Uit hoofde van effectentransacties Overige vorderingen Liquide middelen Totaal activa PASSIVA Fondsvermogen Geplaatst kapitaal Overige reserves Onverdeeld resultaat lopend boekjaar Kortlopende schulden Uit hoofde van effectentransacties Overige schulden Totaal passiva Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties 12

331 4.2 Winst- en verliesrekening over de periode 1 januari t/m 31 december (in duizenden euro s) ref OPBRENGSTEN Opbrengst beleggingen Gerealiseerde waardeverandering obligaties Niet-gerealiseerde waardeverandering obligaties Overige bedrijfsopbrengsten t/m Totaal bedrijfsopbrengsten LASTEN Beheerkosten Totaal bedrijfslasten 35 8 Netto resultaat Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties 13

332 4.3 Kasstroomoverzicht over de periode 1 januari t/m 31 december (in duizenden euro s) ref Kasstroom uit beleggingsactiviteiten t/m Netto resultaat Gerealiseerde waardeverandering obligaties Niet-gerealiseerde waardeverandering obligaties Aankopen van obligaties Verkopen van obligaties Mutaties overige vorderingen Mutatie uit hoofde van effectentransacties -1 - Mutaties overige schulden Kasstroom uit financieringsactiviteiten Inbreng participanten Terugbetaald aan participanten Netto kasstroom/mutatie geldmiddelen Totaal geldmiddelen begin van de verslagperiode 49 - Totaal geldmiddelen eind van de verslagperiode Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties 14

333 4.4 Toelichtingen Algemeen Het besloten fonds voor gemene rekening Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties stelt zich ten doel voor rekening en risico van participanten het verwerven, houden, beheren en vervreemden van vermogenswaarden. Op 17 september 2012 zijn de voorwaarden van beheer en bewaring vastgesteld. Het boekjaar loopt van 1 januari tot en met 31 december. De vergelijkende cijfers in dit jaarverslag hebben betrekking op de periode 24 september 2012 tot en met 31 december Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties wordt ten behoeve van haar participanten fiscaal als transparant aangemerkt. De beheerder en bewaarder van de Beleggingspool is de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools (KvK ), statutair gevestigd te Amsterdam en kantoorhoudende aan de Gatwickstraat 1, 1043 GK te Amsterdam. Het bestuur van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools wordt gevormd door Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Het vermogensbeheer van de Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties is uitbesteed aan F&C Netherlands B.V. De administratie en de berekening van de dagelijkse intrinsieke waarde van de Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties zijn uitbesteed aan The Bank of New York Mellon SA/NV Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling Algemeen Deze jaarrekening is opgesteld met inachtneming van de geldende voorschriften voor beleggingsinstellingen uit Titel 9 Boek 2 BW, de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving en de Wft, zoals verder uitgewerkt in het BGfo. In de balans, de winst- en verliesrekening en het kasstroomoverzicht zijn referenties opgenomen waarmee wordt verwezen naar de toelichting. Alle in deze jaarrekening opgenomen bedragen zijn in duizenden euro s, tenzij anders vermeld. De opgenomen posten in de balans zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs, tenzij een andere waarderingsgrondslag wordt vermeld. Schattingen en veronderstellingen Bij toepassing van de grondslagen en regels voor het opstellen van de jaarrekening vormt de beheerder van de beleggingsinstelling zich verschillende oordelen en maakt schattingen die essentieel kunnen zijn voor de in de jaarrekening opgenomen bedragen. Indien het voor het geven van het in artikel 2:362 lid 1 BW vereiste inzicht noodzakelijk is, is de aard van deze oordelen en schattingen inclusief de bijbehorende veronderstellingen opgenomen bij de toelichting op de desbetreffende jaarrekeningposten. Beleggingen Obligaties Obligaties worden gewaardeerd tegen reële waarde (marktwaarde), zijnde de beurswaarde (slotkoers) per balansdatum. Waardeveranderingen van de obligaties, zowel gerealiseerd als ongerealiseerd, worden direct in de winst- en verliesrekening verwerkt. Transactiekosten Aankoopkosten worden direct ten laste van de verkrijgingprijs van de beleggingen gebracht. Verkoopkosten worden ten laste van de vervreemdingsprijs van de beleggingen gebracht. Dientengevolge vormen de aankoopen verkoopkosten onderdeel van de (on)gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen. Het totaalbedrag aan transactiekosten van beleggingen over het boekjaar wordt, voor zover aantoonbaar, opgenomen in toelichting op de winst- en verliesrekening bij de post Gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeveranderingen. Liquide middelen Onder de liquide middelen zijn opgenomen die kas- en banktegoeden die onmiddellijk opeisbaar zijn dan wel een looptijd korter dan twaalf maanden hebben. Rekening-courantschulden bij banken zijn opgenomen onder schulden aan kredietinstellingen onder kortlopende schulden. Liquide middelen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties 15

334 Overige activa en passiva Overige activa en passiva worden bij de eerste waardering gewaardeerd tegen de reële waarde, inclusief transactiekosten en na eerste verwerking tegen (geamortiseerde) kostprijs. Indien geen sprake is van transactiekosten is de (geamortiseerde) kostprijs gelijk aan de nominale waarde van de vordering c.q. schuld. Hierbij wordt op de vorderingen, indien noodzakelijk, een voorziening wegens mogelijke oninbaarheid in mindering gebracht. Activa en passiva in vreemde valuta worden omgerekend tegen de per balansdatum geldende wisselkoers. Fondsvermogen Algemeen Het fondsvermogen wordt bepaald door het bedrag dat resteert nadat alle actiefposten en posten van het vreemd vermogen, inclusief de voorziening en achtergestelde schuld, volgens de van toepassing zijnde waarderingsgrondslagen in de balans zijn opgenomen. Verwerking van plaatsing en inkoop van participaties De uit hoofde van plaatsing, respectievelijk inkoop van participaties ontvangen, respectievelijk betaalde bedragen worden geheel verwerkt in het fondsvermogen. Resultaatbepaling Het resultaat wordt bepaald als het verschil tussen enerzijds de baten, zoals in het verslagjaar gedeclareerde dividenden, interest, opbrengsten uit verbruikleen effecten, koersresultaten en valutaresultaten en anderzijds de lasten, zoals beheerkosten. Baten en lasten worden toegerekend aan de periode waarop zij betrekking hebben. Op- en afslag bij toe- en uittredingen Bij de uitgifte van participaties van de Beleggingspool wordt de uitgifteprijs van de participatie ten opzichte van de berekende intrinsieke waarde verhoogd met een opslag; bij de inkoop van participaties wordt de inkoopprijs verlaagd met een afslag. Deze op- en afslagen dienen vooral om transactiekosten te dekken. Deze transactiekosten bestaan uit onder andere brokerkosten, bankkosten en belastingen. Spreads tussen bied- en laatprijzen en de eventuele verandering in de marktprijs als gevolg van de transactie komen ten laste van de Beleggingspool. De beheerder valideert elk kwartaal de op- en afslagen op basis van de gemiddelde transactiekosten als gevolg van toe- en uittredingen, en past deze indien nodig aan. Lopende kosten De Lopende kosten worden berekend door de totale kosten in de Beleggingspool over de verslagperiode te delen door de gemiddelde intrinsieke waarde. De gemiddelde intrinsieke waarde wordt berekend door gedurende de verslagperiode de afgegeven intrinsieke waarden bij elkaar op te tellen en te delen door het aantal maal dat de intrinsieke waarden zijn afgegeven. De Lopende kosten worden berekend in overeenstemming met de Nadere regeling gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft. De transactiekosten als gevolg van toe- en uittreding en eventuele rentelasten zijn buiten beschouwing gelaten. Portefeuille omloop factor De portefeuille omloop factor (POF) geeft een indicatie van de omloopsnelheid van de beleggingen ten opzichte van het gemiddeld fondsvermogen van de Beleggingspool en is een maatstaf voor de gemaakte transactiekosten als gevolg van het gevoerde portefeuillebeleid en de daaruit voortvloeiende beleggingstransacties. Bij de gehanteerde berekening wordt het bedrag van de omloop bepaald door de som van de aan- en verkopen van de beleggingen te verminderen met de som van de plaatsingen en opnames van eigen participaties. De POF wordt bepaald door het bedrag van de omloop uit te drukken in een percentage van het gemiddeld fondsvermogen welke op identieke wijze wordt berekend als bij de bepaling van de Lopende kosten. Kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de zogenaamde indirecte methode waarbij onderscheid is gemaakt tussen kasstromen uit beleggings- en financieringsactiviteiten. Als liquide middelen worden aangemerkt de kasmiddelen. Bij de kasstroom uit beleggingsactiviteiten wordt het resultaat gecorrigeerd voor kosten welke geen uitgaven zijn, opbrengsten welke geen ontvangsten zijn, alsmede voor mutaties in de beleggingenportefeuille en de vlottende activa en passiva. De mutaties in het fondsvermogen, betaalde bedragen bij inkoop eigen participaties en dividenduitkeringen worden opgenomen onder de kasstroom uit financieringsactiviteiten. Fiscale positie De Beleggingspool wordt ten behoeve van haar participanten fiscaal als transparant aangemerkt. De Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties, is een besloten fonds voor gemene rekening en alle activa en passiva, alsmede de resultaten van deze pool, worden rechtstreeks toegerekend aan de houders van de participaties. Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties 16

335 4.4.3 Toelichting op de balans (in duizenden euro s) Beleggingen Obligaties Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties belegt uitsluitend in aan in de eurozone gevestigde beurs genoteerde obligaties. Het verloop gedurende de verslagperiode is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Toename door herstructurering Aankopen Verkopen Gerealiseerde en niet gerealiseerde waardeveranderingen Stand einde boekjaar De omloopsnelheid van de beleggingen bedroeg in het boekjaar 52,87% (2012: 11,81%). Er was sprake van een passief beleid, waarbij het rendement van de benchmark zo goed mogelijk wordt gevolgd. Voor uitleg inzake de portefeuille omloop factor en de wijze van berekenen, zie de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling. De onderverdeling per credit rating is als volgt: AAA % % AA % % % % Credit Ratings per Credit Ratings per AAA AA De Beleggingspool loopt door de keuze van zijn beleggingen concentratierisico ten aanzien van de volgende beleggingen welke groter zijn dan 5% van de portefeuille: France Government bond OAT 3.500% 04/25/2026 DD 04/25/10 8,60% 5,91% France Government bond OAT 5.750% 10/25/2032 5,29% - France Government bond OAT 4.250% 10/25/2023-9,19% Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties 17

336 De onderverdeling van de staatsobligaties naar landen is als volgt: Frankrijk % % Duitsland % % België % % Nederland % % Oostenrijk % % Finland 978 2% 681 2% Luxemburg 36 0% % % Geografische verdeling per Geografische verdeling per Frankrijk Duitsland België Nederland Oostenrijk Finland Luxemburg jaar 14,20 14,10 14,00 13,90 13,80 13,70 13,60 13,50 13,40 13,30 duratie portefeuille duratie benchmark jaar 14,20 14,10 14,00 13,90 13,80 13,70 13,60 13,50 13,40 13,30 13,20 jan-13 feb-13 mrt-13 apr-13 mei-13 jun-13 jul-13 aug-13 sep-13 okt-13 nov-13 dec-13 13,20 Deze gemiddelde duratie geeft de rentegevoeligheid van de obligatieportefeuille aan. Oftewel, aan de duratie kan worden afgelezen welke waardemutatie optreedt bij een bepaalde renteverandering. De portefeuille kende ultimo 2013 een duratie van ongeveer 13,5 jaar. De vuistregel is dan dat bij een gemiddelde rentestijging van 1%, de waarde van de portefeuille met 13,51% (gelijk aan de duratie) zou dalen. De benchmark kent bij deze rentestijging een waardedaling 13,50%. Bij 1% rentedaling is het effect hetzelfde, maar dan in tegengestelde richting. De specificatie van de beleggingen is opgenomen in bijlage A. Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties 18

337 Vorderingen De overige vorderingen kunnen als volgt worden onderverdeeld: Te vorderen rente Overige vorderingen 6 2 Totaal overige vorderingen Alle vorderingen hebben een looptijd korter dan één jaar Liquide middelen Betreft direct opeisbare tegoeden bij de Deutsche Bank welke in liquide vorm aanwezig en rentedragend zijn. Hierover wordt een marktconforme rente ontvangen. De kredietwaardigheid van de Deutsche Bank per ultimo 31 december 2013 is A (2012: A). Bron: Standard & Poor s. Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties 19

338 Fondsvermogen Geplaatst kapitaal Het verloop gedurende het boekjaar is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Instroom door herstructurering in specie Instroom door herstructurering in cash - 73 Geplaatst gedurende het boekjaar Terugbetaald aan participanten gedurende het boekjaar Totaal gestort en opgevraagd kapitaal Overige reserves t/m Stand begin boekjaar - - Toevoeging resultaat voorgaand boekjaar Stand einde boekjaar Vergelijkend overzicht fondsvermogen (bedragen in euro s) Fondsvermogen (x 1.000) Aantal uitstaande participaties , ,0450 Netto vermogenswaarde per participatie 4) 1.007, ,45 4) De netto vermogenswaarde per participatie wordt verkregen door het fondsvermogen, zoals opgenomen in de jaarrekening van het fonds, te delen door het aantal uitstaande participaties. Toerekenbaar netto vermogenswaarde aan: Centraal Beheer Achmea Amethist fonds Achmea Langlopende Obligaties Fonds Overige schulden Te betalen beheerkosten - 3 Te betalen kosten depotbank 3 - Totaal overige schulden 3 3 Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties 20

339 4.4.4 Toelichting op de winst- en verliesrekening (in duizenden euro s) Opbrengst beleggingen t/m Interest Totaal opbrengst beleggingen Gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeveranderingen De gerealiseerde waardeveranderingen zijn de resultaten uit hoofde van verkopen (inclusief verkoopkosten). De ongerealiseerde waardeveranderingen zijn de veranderingen in de aangehouden beleggingen (inclusief de aankoopkosten) en de valutatermijncontracten Overige bedrijfsopbrengsten De overige bedrijfsopbrengsten betreffen de op- en afslagen 9 (2012: 2) welke bij de participanten in rekening worden gebracht bij aan- en verkopen van participaties Bedrijfslasten t/m Beheerkosten 35 8 Totaal bedrijfslasten 35 8 De beheerkosten betreffen een door de vermogensbeheerder(s) in rekening gebrachte vergoeding voor het vermogensbeheer. Deze vergoeding wordt berekend op basis van een gestaffeld percentage van het gemiddeld uitstaand fondsvermogen. Over 2013 bedragen de Lopende kosten en Beleggingspool Achmea Aandelen Nederland 0,07% (2012: 0,02%). Voor uitleg inzake de Lopende kosten en de wijze van berekenen, zie de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling. De Lopende kosten zijn opgebouwd uit de volgende componenten: Beheerkosten Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties 0,0747% Overige bedrijfskosten 0,0000% Personeel en bezoldiging De Beleggingspool heeft geen werknemers in dienst. De bestuurder van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools is onbezoldigd. Amsterdam, 22 april 2014 Bestuur van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools inzake Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties Voor deze: Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties 21

340 5. Overige gegevens 5.1 Overige gegevens Winstbestemming Volgens artikel 17 en 18 van de Terms and Conditions of Management and Custody van Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties, stelt het bestuur van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools de jaarrekening vast. Dividendvoorstel Conform artikel 18.1 van de Terms and Conditions of Management and Custody van Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties worden opbrengsten direct herbelegd in de Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties en vindt er geen daadwerkelijke uitkering in geld of stukken plaats aan de participanten. Bestemming van het resultaat Het bestuur van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools heeft besloten het resultaat over 2013 te onttrekken uit de overige reserves. Persoonlijke belangen directie De directie en Raad van Commissarissen van Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. als bestuur van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools hadden op 1 januari 2013 en op 31 december 2013 geen persoonlijke belangen in de beleggingen van Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties. Bijzondere gebeurtenissen na balansdatum Er hebben zich in de periode vanaf balansdatum tot aan de openbaarmaking geen bijzondere gebeurtenissen voorgedaan. Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties 22

341 5.2 Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: de beheerder van Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de in dit verslag opgenomen jaarrekening 2013 van Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties te Amsterdam gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2013 en de winst-enverliesrekening over 2013 met de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen. Verantwoordelijkheid van de beheerder De beheerder van de beleggingspool is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 van het in Nederland geldende Burgerlijk Wetboek (BW) en met de Wet op het financieel toezicht, alsmede voor het opstellen van het verslag van de beheerder in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW. De beheerder is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als de beheerder noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de beleggingspool. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van de door de beheerder van de beleggingspool gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden. Oordeel Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties per 31 december 2013 en van het resultaat over 2013 in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 van het in Nederland geldende Burgerlijk Wetboek (BW) en met de Wet op het financieel toezicht. Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisen Ingevolge artikel 2:393 lid 5 onder e en f BW vermelden wij dat ons geen tekortkomingen zijn gebleken naar aanleiding van het onderzoek of het verslag van de beheerder, voor zover wij dat kunnen beoordelen, overeenkomstig Titel 9 Boek 2 BW is opgesteld, en of de in artikel 2:392 lid 1 onder b tot en met h BW vereiste gegevens zijn toegevoegd. Tevens vermelden wij dat het verslag van de beheerder, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 2:391 lid 4 BW. Amsterdam, 22 april 2014 PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. Origineel getekend door mr. drs. M.D. Jansen RA Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties 23

342 BIJLAGE A - Beleggingenspecificatie (in duizenden euro s) De specificatie van de beleggingen van Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties is als volgt 1) : Obligaties ultimo 2013: Fondsnaam Waarde Fondsnaam Waarde Austria Government Bond 3.150% 574 Bundesrepublik Deutschland 6.500% Austria Government Bond 3.800% 197 Finland Government Bond 2.625% 216 Austria Government Bond 4.150% Finland Government Bond 2.750% 371 Austria Government Bond 4.850% 615 Finland Government Bond 4.000% 390 Austria Government Bond 6.250% 882 France Government Bond Oat 2.750% Belgium Government Bond 4.000% 691 France Government Bond Oat 3.250% Belgium Government Bond 4.250% 786 France Government Bond Oat 3.500% Belgium Government Bond 4.500% 782 France Government Bond Oat 4.000% Belgium Government Bond 5.000% France Government Bond Oat 4.000% 566 Belgium Government Bond 5.500% France Government Bond Oat 4.000% Belgium Kingdom 3.750% 765 France Government Bond Oat 4.500% Bundesrepublik Deutschland 2.500% France Government Bond Oat 4.750% Bundesrepublik Deutschland 3.250% 996 France Government Bond Oat 5.500% Bundesrepublik Deutschland 4.000% France Government Bond Oat 5.750% Bundesrepublik Deutschland 4.250% 978 France Government Bond Oat 6.000% 249 Bundesrepublik Deutschland 4.750% 709 Grand Duchy Of Luxembourg 2.250% 36 Bundesrepublik Deutschland 4.750% Netherlands Government Bond 2.500% 735 Bundesrepublik Deutschland 4.750% Netherlands Government Bond 3.750% Bundesrepublik Deutschland 5.500% Netherlands Government Bond 4.000% 980 Bundesrepublik Deutschland 5.625% Netherlands Government Bond 5.500% Bundesrepublik Deutschland 6.250% Afronding 3 Bundesrepublik Deutschland 6.250% Ter vergelijking de obligaties ultimo ): Fondsnaam Waarde Fondsnaam Waarde Austria (Rep Of) Bds Ser % 559 France Government Bond Oat 4.250% Austria Government Bond 3.800% 181 France Government Bond Oat 5.500% Austria (Republic Of) 4.150% 930 France Government Bond Oat 5.750% Republic Of Austria 3.150% 117 Bundesrepublik Deutschland 2.500% 681 Republic Of Austria 4.850% 582 Bundesrepublik Deutschland 3.250% 964 Belgium (Kingdom Of) Bds 5.500% 949 Bundesrepublik Deutschland 4.000% Belgium (Kingdom Of) 5.000% Bundesrepublik Deutschland 4.250% Belgium Government Bond 4.500% 532 Bundesrepublik Deutschland 4.750% 694 Belgium Kingdom 4.000% 540 Bundesrepublik Deutschland 4.750% Belgium Kingdom 4.250% 776 Bundesrepublik Deutschland 4.750% Finland Government Bond 2.625% 146 Bundesrepublik Deutschland 5.625% 973 Finnish Government 2.750% 160 Bundesrepublik Deutschland 6.500% 196 Finnish Government 4.000% 376 Germany (Fed Rep) Bds 5.500% France (Govt Of) Oat 4.000% 894 Germany (Fed Rep) Bds 6.250% France (Govt Of) 2.750% 309 Germany (Fed Rep) Bds 6.250% 846 France (Govt Of) 4.000% 574 Netherlands Government Bond 2.500% 528 France (Govt Of) 4.500% Netherlands Government Bond 3.750% 947 France (Govt Of) 4.750% Netherlands Government Bond 3.750% 865 France Government Bond Oat 3.500% Netherlands Government Bond 4.000% 882 France Government Bond Oat 4.000% Netherlands Government Bond 5.500% Afronding ) De beleggingen met verschillende looptijden worden separaat weergegeven in bovenstaande tabel. Deze looptijden worden niet nader toegelicht. Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties 24

343 Nucleaire wapens Bio. & chemische wapens Antipersoonsmijnen Clustermunitie UN Global Compact Tabak Enhanced engagement BIJLAGE B - Uitsluitingen Achmea Beleggingspools per 31 december 2013 Staatsobligaties Birma/Myanmar Ivoorkust Libanon Oezbekistan Somalië Soedan Syrië Zimbabwe Democratische Volksrepubliek Korea (Noord Korea) Iran Bedrijfsobligaties en aandelen Bedrijf Land Alliant Techsystems United States x x x Areva S.A. France x Babcock International Group PLC United Kingdom x BAE Systems PLC United Kingdom x Boeing Co. United States x European Aeronautic Defence & Space Co. EADS N.V. Netherlands Finmeccanica S.p.A. Italy x Fluor Corp. United States x General Dynamics Corp. United States x x Honeywell International Inc. United States x Huntington Ingalls Industries United States x Jacobs Engineering Group Inc. United States x L-3 Communications Holdings Inc. United States x x Lockheed Martin Corp. United States x x x Moog Inc. United States x Northrop Grumman Corp. United States x Raytheon Co. United States x Rolls-Royce Group PLC United Kingdom x SAFRAN S.A. France x SAIC Inc. United States x Serco Group United Kingdom x Textron Inc. United States x United Technologies United States x URS Corp. United States x Singapore Technologies Engineering Ltd. Singapore x x Hanwha Corp. South Korea x x Doosan Co Ltd South Korea x Aeroteh Romania x x Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties 25

344 Nucleaire wapens Bio. & chemische wapens Antipersoonsmijnen Clustermunitie UN Global Compact Tabak Enhanced engagement Bedrijf Land Aryt Industries Israel x China Spacesat China x Kaman Corp United States x Poongsan South Korea x Chevron Corp. United States x Wal-Mart Stores Inc. United States x Vedanta United Kingdom x PetroChina Co. Ltd. China x 22nd Century Group Inc (XXII) USA x Adris Grupa dd (ADRSRA) Croatia x Al Eqbal Co for Investment PLC (EICO) Jordan x Alliance One International Inc (AOI) USA x Altria Group Inc (MO) USA x Asenovgrad Tabac AD-Asenovgrad (6AD) Bulgaria x Blagoevgrad-BT AD (55B) Bulgaria x British American Tobacco Malaysia Bhd (ROTH) Malaysia x British American Tobacco PLC (BATS) UK x Bulgartabac Holding AD (57B) Bulgaria x Coka Duvanska Industrija AD Coka (COKA) Serbia x Dupnitza-BT AD (4DA) Bulgaria x Duvanski Kombinat AD Podgorica (DKPG) Montenegro x Eastern Tobacco (EAST) Egypt x Fabrika duhana Sarajevo dd Sarajevo (FDSSR) Bosnia and Herzegovina x Fabrika Duvana AD Banja Luka (FDBLRA) Bosnia and Herzegovina x Godfrey Phillips India Ltd (GP) India x Golden Tobacco Ltd (GTO) India x Gotse Delchev Tabac AD-Gotse Delchev (4GD) Bulgaria x Grupo Carso SAB de CV Mexico x Gudang Garam Tbk PT (GGRM) Indonesia x Haskovo-Tabac AD (4H9) Bulgaria x Hrvatski Duhani DD (HRDHRA) Croatia x Huabao International Holdings Limited China x Imperial Tobacco Group PLC (IMT) UK x Isperih-BT AD (4IS) Bulgaria x ITC Ltd (ITC) India x Japan Tobacco Inc (2914) Japan x JT International Bhd (RJR) Malaysia x Karelia Tobacco Co Inc SA (KARE) Greece x Khyber Tobacco Co (KHTC) Pakistan x Kothari Products Ltd (KTP) India x KT&G Corp (033780) South Korea x Lorillard Inc (LO) USA x Ngan Son JSC (NST) Vietnam x NTC Industries Ltd (NTCIL) India x Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties 26

345 Nucleaire wapens Bio. & chemische wapens Antipersoonsmijnen Clustermunitie UN Global Compact Tabak Enhanced engagement Bedrijf Land Pazardzhik-BT AD Pazardzhik (4PZ) Bulgaria x Philip Morris International Inc (PM) USA x Philippine Tobacco Flue Cur (TFC) Philippines x Pleven-Bulgartabak (4PQ) Bulgaria x Reynolds American Inc (RAI) USA x Shanghai Industrial Holdings Ltd. China x Shoumen-BT AD (3JZ) Bulgaria x Sinnar Bidi Udyog Ltd (SBU) India x Sitab-Soc Ivoirienne Tabacs (STBC) Ivory Coast x Slantse Stara Zagora- BT AD (3JO) Bulgaria x Smokefree Innotec Inc (SFIO) USA x Sofia-BT AD (3JU) Bulgaria x Souza Cruz SA Brazil x Strumica Tabak Strumica (STTB) Macedonia x Swedish Match AB (SWMA) Sweden x Tabak ad Nis (TBKN) Serbia x TSL Ltd/Zimbabwe (TSL) Zimbabwe x Tvornica Duhana Zagreb dd (TDZRA) Croatia x Union Tobacco (UTOB) Jordan x Universal Corp/VA (UVV) USA x Utalim SA Slatina (UTOL) Romania x Vector Group Ltd (VGR) USA x VST Industries Ltd (VST) India x Wismilak Inti Makmur Tbk PT ( D) Indonesia x Beleggingspool Achmea Langlopende Obligaties 27

346 JAARVERSLAG Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten 2013

347

348 Inhoudsopgave 1. Algemene gegevens 2 2. Profiel 3 3. Verslag van de beheerder 4 4. Jaarrekening Balans Winst- en verliesrekening Kasstroomoverzicht Toelichtingen Algemeen Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling Toelichting op de balans Toelichting op de winst- en verliesrekening Overige gegevens Overige gegevens Controleverklaring van de onafhankelijke accountant 26 Bijlage A. Beleggingenspecificatie 27 Bijlage B. Uitsluitingen Achmea Beleggingspools per 31 december Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten 1

349 Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten 1. Algemene gegevens Beheerder Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools, waarvan het bestuur wordt gevormd door: Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V., waarvan de directie wordt gevormd door: M.T. Heijndijk (voorzitter) Drs. W. van Heerdt Drs. Y.J. de Jong Kantooradres: Gatwickstraat GK Amsterdam Postbus KA Amsterdam KvK Onafhankelijke Accountant PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. Thomas R. Malthusstraat JR Amsterdam Depotbank BNY Mellon S.A./ N.V. Netherlands Branche Strawinskylaan XX Amsterdam Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten 2

350 2. Profiel Structuur Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten te Amsterdam (hierna ook de Beleggingspool genoemd) is een besloten fonds voor gemene rekening wat zich tot doel stelt voor rekening en risico van participanten het verwerven, houden, beheren en het vervreemden van vermogenswaarden. De Beleggingspool is opgericht op 17 september De daadwerkelijke beleggingsactiviteiten hebben per 1 oktober 2012 een aanvang genomen. De Beleggingspool is vrijgesteld van toezicht in het kader van de Wet op het financieel toezicht ( Wft ). Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V., de bestuurder van Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools, valt onder het regime van de Richtlijn Alternatieve Beleggingsinstellingen (Alternative Investment Fund Management Directive) ( AIFM-Richtlijn ), zoals dit van kracht is geworden op 22 juli Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. was reeds voor 21 juli 2013 bevoegd om in Nederland alternatieve beleggingsinstellingen te beheren en kan daardoor gebruik maken van het op basis van de AIFM-Richtlijn toepasselijke overgangsjaar om te voldoen aan de bij of krachtens de AIFM-Richtlijn gestelde regels. Voor een vergunninghoudende beheerder houdt het overgangsjaar in dat zijn bestaande vergunning op 22 juli 2014 van rechtswege overgaat in een AIFM-Richtlijn vergunning. Tot 22 juli 2014 blijven de regels van het aanbieden van deelnemingsrechten in een beleggingsinstelling van toepassing zoals deze voor een beheerder gelden op 21 juli 2013, inclusief de vrijstelling onder artikel 1:12 Wft voor de Achmea Beleggingspools. Doel Het beleggingsbeleid van Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten is erop gericht op langere termijn een hoger totaalrendement te behalen dan een doorsnee individuele belegger met een directe belegging zou kunnen realiseren. Beleggingsbeleid De Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten belegt voornamelijk in staatsobligaties van opkomende landen. Daarnaast wordt belegd in bedrijfsobligaties, welke zijn voorzien van staatsgarantie, van opkomende landen. Tot de opkomende markten worden met name gerekend de landen in Zuid-Amerika, Azië en Oost-Europa. Deze economieën kunnen snelle groei laten zien, waardoor de risico s ook hoger kunnen zijn dan in de ontwikkelde landen. De Beleggingspool voert een actief beleggingsbeleid. De doelstelling van de Beleggingspool is met een goed gespreide portefeuille een outperformance te bereiken ten opzichte van de benchmark. Dit betekent dat de benchmark niet wordt gevolgd. Hierdoor zijn relatief grote rendementsverschillen, afgezien van kosten zoals vermeld in het prospectus, met de benchmark mogelijk. Als benchmark voor de Beleggingspool geldt de JP Morgan EMBI Global Diversified Total Return Index (hedged naar euro). Er kan ter optimalisering van de rendement-/risicoverhouding gebruikt worden gemaakt van futures, echter zodanig dat niet substantieel meer risico wordt gelopen dan wanneer gebruik van futures achterwege wordt gelaten. Daarnaast is het gebruik van valutatermijncontracten toegestaan, met als doelstelling om het valutarisico naar de euro zoveel mogelijk te beperken. Maximaal 10% van het fonds mag buiten de benchmark ( off benchmark ) worden belegd. Liquiditeiten zijn toegestaan. De vermogensbeheerder van de Beleggingspool beschikt over een eigen researchteam dat gericht onderzoek doet naar ontwikkelingen binnen de verschillende sectoren, de macro-economie en de invloeden daarvan op de financiële markten wereldwijd. Uitgifte en inkoop van participaties Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten heeft een open-end structuur. Dit houdt in dat de Beleggingspool nieuwe participaties zal uitgeven tegen een koers gelijk aan de dagelijks vastgestelde netto vermogenswaarde van de Beleggingspool, verhoogd met de voor de Beleggingspool vastgestelde opslag. Tevens is de Beleggingspool steeds bereid, bijzondere omstandigheden voorbehouden, participaties in te kopen tegen de netto vermogenswaarde verlaagd met de voor de Beleggingspool vastgestelde afslag. Een bijzondere omstandigheid, waardoor Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten, uitsluitend naar haar oordeel, de inkoop kan opschorten, is onder andere dat de Beleggingspool door politieke, economische, militaire of monetaire situatie geen netto vermogenswaarde kan bepalen. Fiscale positie De Beleggingspool wordt ten behoeve van haar participanten fiscaal als transparant aangemerkt. De Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten, is een besloten fonds voor gemene rekening en alle activa en passiva, alsmede de resultaten van deze pool, worden rechtstreeks toegerekend aan de houders van de participaties. Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten 3

351 3. Verslag van de beheerder Algemeen Hierbij bieden wij u het jaarverslag aan van Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten over het boekjaar Voor de structuur, doel en het beleggingsbeleid van Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten verwijzen wij naar het profiel in hoofdstuk 2. Toestand per balansdatum en ontwikkelingen gedurende het boekjaar Het vermogen van Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten is gedurende de verslagperiode afgenomen naar 19,9 miljoen (2012: 20,6 miljoen). De afname van het vermogen is toe te schrijven aan de koersdalingen op de financiële markten van 2 miljoen. De netto beleggingsopbrengsten ad 1 miljoen waren niet voldoende om deze afname geheel te compenseren. De netto vermogenswaarde per participatie van de Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten bedroeg ultimo ,51 wat ten opzichte van 31 december 2012 een rendement van -5,83% betekent. De vergelijkbare benchmark van de Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten heeft over dezelfde periode een rendement van -5,58% gerealiseerd. Ontwikkelingen 2013 Wet- en Regelgeving AIFMD Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. valt onder het regime van de Richtlijn Alternatieve Beleggingsinstellingen (Alternative Investment Fund Management Directive) ( AIFM-Richtlijn ), zoals dit van kracht is geworden op 22 juli Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. was reeds voor 21 juli 2013 bevoegd om in Nederland alternatieve beleggingsinstellingen te beheren en kan daardoor gebruik maken van het op basis van de AIFM-Richtlijn toepasselijke overgangsjaar om te voldoen aan de bij of krachtens de AIFM- Richtlijn gestelde regels. Voor een vergunninghoudende beheerder houdt het overgangsjaar in dat zijn bestaande vergunning op 22 juli 2014 van rechtswege overgaat in een AIFM-Richtlijn vergunning. Tot 22 juli 2014 blijven de regels van het aanbieden van deelnemingsrechten in een beleggingsinstelling van toepassing zoals deze voor een beheerder gelden op 21 juli Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. is in 2013 gestart met een project om te komen tot tijdige implementatie van de regels van de AIFM-Richtlijn in haar processen. FATCA De implementatie van de Foreign Account Tax Compliance Act (FATCA) uit de Verenigde Staten van Amerika voor de beleggingsfondsen en beleggingspools heeft in 2013 nog geen gevolg gehad. Nederland onderhandelde met de Verenigde Staten van Amerika over het sluiten van een Intergovernmental Agreement, waarbij de gevolgen van de FATCA wetgeving geïmplementeerd zullen worden via de Nederlandse Belastingdienst. Deze Intergovernmental Agreement is in december 2013 bereikt. EMIR Op de beleggingsinstellingen waarin gebruik wordt gemaakt van derivaten, ofwel om redenen van risico afdekking, ofwel om beleggingsredenen, zijn de regels voortvloeiende uit de European Market Infrastructure Regulation (EMIR) van kracht geworden. In het verslagjaar is een aantal risico verminderende maatregelen van kracht geworden per 15 maart 2013 (timely confirmation en daily valuation) en per 15 september 2013 (portfolio compression, portfolio reconciliation, dispute resolution). Financial Transaction Tax (FTT) Invoering van een Financial Transaction Tax (FTT) heeft naar alle waarschijnlijkheid invloed op het rendement van een beleggingsfonds. Nederland heeft er in 2013 vooralsnog voor gekozen om zich niet aan te sluiten bij de andere EU lidstaten die een voorstel tot een Europese FTT onderschrijven. Toekomstige ontwikkelingen in Nederland, maar ook in het buitenland, worden door Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. gevolgd. Verantwoord beleggen Ten behoeve van haar participanten stellen de Achmea Beleggingspools zich op als een betrokken aandeelhouder richting ondernemingen die deel uitmaken van de beleggingsportefeuille van de Achmea Beleggingspools. Zij voeren daarom een verantwoord beleggingsbeleid. Uitsluitingsbeleid Er wordt op voorhand niet belegd in: Controversiële wapens Wij beleggen niet in ondernemingen die zich rechtstreeks richten op ontwikkeling, testen, productie, verkoop, handel en onderhoud van controversiële wapens. Ook wordt niet belegd in ondernemingen die een groot belang hebben in andere ondernemingen (via een dochter waarin voor > 50% wordt deelgenomen dan wel via een joint venture waarin een controlerend belang wordt gehouden) die controversiële wapens produceren. Het zijn producenten van: Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten 4

352 o o o o clustermunitie; anti persoonsmijnen; biologische en chemische wapens; kernwapens. Voor het uitsluiten van controversiële wapens zoekt Achmea aansluiting bij internationale verdragen die door Nederland (en vele andere landen) zijn ondertekend. Het betreft de volgende verdragen: - Conventie voor biologische wapens (1975); - Conventie voor chemische wapens (1997); - Verdrag van Ottawa betreffende anti persoonsmijnen (1997) en - Conventie over clustermunitie (2008). Controversiële landen De Nederlandse overheid kan sanctiemaatregelen nemen tegen landen. Deze landen worden door ons als controversieel beschouwd. Over het algemeen schenden de regeringen van dergelijke landen consequent de fundamentele mensenrechten van hun burgers. De sanctiemaatregelen zijn gebaseerd op de Sanctiewet Tabaksproducenten Producenten van tabaksproducten zijn uitgesloten. Dit vanwege de aangetoonde negatieve effecten van tabaksgebruik op de gezondheid. Achmea rekent juist het bevorderen van de gezondheid tot haar maatschappelijke verantwoordelijkheid. Notoire Global Compact schenders Wij sluiten ondernemingen uit die minimaal twee jaar achtereen bij minimaal twee door ons geselecteerde toetsingsbureaus als Global Compact schender zijn aangemerkt. De principes van het Global Compact van de Verenigde Naties richten zich op het gebied van mensenrechten, werkomstandigheden, klimaatverandering en corruptie. Jaarlijks laat Achmea haar beleggingsportefeuille door een onafhankelijke partij beoordelen in hoeverre de beleggingen voldoen aan deze principes. Indien als gevolg van bijzondere situaties, te beoordelen door de Beheerder, wordt belegd in ondernemingen en/of landen die vallen onder één van de vier hierboven genoemde categorieën, dan zullen dergelijke beleggingen binnen redelijke termijn worden afgebouwd. De Beheerder zal bij afbouw van dergelijke beleggingen in het belang van de deelnemers handelen, met inachtneming van specifieke wettelijke regels, waaronder die over clustermunitie. Zie bijlage B voor de complete lijst met uitsluitingen per 31 december Op de website is een actuele lijst met uitsluitingen opgenomen. ESG-criteria integratie Het vermogensbeheer van de beleggingsportefeuille is uitbesteed aan zorgvuldig geselecteerde vermogensbeheerders. We proberen een steeds groter deel van onze portefeuille te verduurzamen. Wij vinden het daarom belangrijk dat de vermogensbeheerders in het beleggingsproces waar mogelijk letten op duurzaamheidscriteria. Dit noemen we de ESG criteria. Het gaat hier om de factoren: - milieu (Environment), - sociale (Social) en - goed bestuur (Governance). Wij zijn er van overtuigd dat het meenemen van de duurzaamheidscriteria kan leiden tot betere beleggingsresultaten. Zo brengt bijvoorbeeld energiezuinig produceren minder kosten met zich mee en is dit ook beter voor het milieu. Ook voorkomt een goed milieubeleid het betalen van hoge boetes voor overtredingen. Wij voeren dan ook met al onze vermogensbeheerders intensieve gesprekken om de integratie van ESG factoren verder in te voeren in het beleggingsproces. AO/IC Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V., als bestuurder van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools, beschikt over een beschrijving van de bedrijfsvoering, die voldoet aan de eisen van de Wft en het Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen ( BGfo ). Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. heeft gedurende het afgelopen boekjaar verschillende aspecten van de bedrijfsvoering beoordeeld. Bij deze werkzaamheden zijn geen constateringen gedaan op grond waarvan zou moeten worden geconcludeerd dat de beschrijving van de opzet van de bedrijfsvoering, als bedoeld in artikel 121 van het BGfo, niet voldoet aan de vereisten zoals opgenomen in de Wft en daaraan gerelateerde regelgeving. Op grond hiervan verklaren wij als bestuurder te beschikken over een beschrijving van de bedrijfsvoering als bedoeld in artikel 121 BGfo, die voldoet aan de eisen van het BGfo. In het afgelopen boekjaar zijn risico s en beheersmaatregelen systematisch geïnventariseerd. Beoordeeld is of het rest-risico (het risico dat overblijft na genomen beheersmaatregelen) acceptabel was. Indien dit niet het geval was, zijn additionele maatregelen genomen. Voorts is de werking van de beheersmaatregelen beoordeeld. Over Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten 5

353 dit proces is door de compliance- en risk officer van Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. aan de directie gerapporteerd. De directie van Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. heeft niet geconstateerd dat de bedrijfsvoering niet effectief en niet overeenkomstig de beschrijving functioneert. Derhalve verklaart Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. met een redelijke mate van zekerheid dat de bedrijfsvoering gedurende het verslagjaar effectief en overeenkomstig de beschrijving heeft gefunctioneerd. Risico s bij het deelnemen in beleggingsfondsen Algemeen De mogelijkheid bestaat dat uw belegging in waarde stijgt. Het is echter ook mogelijk dat uw belegging weinig tot geen inkomsten zal genereren en dat uw inleg bij een ongunstig koersverloop geheel of ten dele verloren gaat. De waardeontwikkeling van de belegging is namelijk afhankelijk van fluctuaties in prijzen van individuele financiële instrumenten waarin door de Beleggingspool wordt belegd. Deze fluctuaties in prijzen van individuele financiële instrumenten zijn het gevolg van ontwikkelingen op de kapitaal-, effecten-, valuta- en goederenmarkten. De koers en de waarde van de beleggingen van de Beleggingspool worden door deze fluctuaties beïnvloed met als gevolg dat de (intrinsieke) waarde (in euro) van de Beleggingspool kan dalen. Hieronder wordt nader ingegaan op de belangrijkste risico s, in volgorde van relevantie, die de koers van de Beleggingspool en de waarde van de financiële instrumenten waarin door de Beleggingspool wordt belegd kunnen beïnvloeden. Om de risico s die zich voordoen zoveel mogelijk te kunnen beheersen, worden zo mogelijk maatregelen getroffen. Deze beheersmaatregelen worden continu geëvalueerd met als doel een optimale verhouding tussen rendement en risico te bereiken. Indien noodzakelijk worden de beheersmaatregelen als gevolg van de evaluatie aangepast. De genomen beheersmaatregelen worden per risico verantwoord. Omdat de Beleggingspool niet is blootgesteld aan een kasstroomrisico is om die reden het kasstroomrisico niet toegelicht in deze jaarrekening. 1. Marktrisico De koersen van financiële instrumenten waarin wordt belegd kunnen wereldwijd of specifiek op de markten waarin wordt belegd, dalen of stijgen. Deze daling of stijging kan optreden door bijvoorbeeld de veranderde economische, politieke en algemene marktomstandigheden en/of marktomstandighedenverwachtingen alsmede door een veranderde individuele landen- of bedrijfssituatie. Met een actief beleid en een goede spreiding binnen de portefeuille wordt het marktrisico zoveel mogelijk beperkt. Er wordt belegd in de opkomende markten. Ten behoeve van het inzicht in het marktrisico is in hoofdstuk de onderverdeling van de beleggingsportefeuille per sector en per land toegelicht. 2. Kredietwaardigheidrisico De waarde van de financiële instrumenten waarin door de Beleggingspool wordt belegd kan worden beïnvloed door een positieve of negatieve ontwikkeling van de kredietwaardigheid van de desbetreffende landen, lagere overheden, bedrijven of instellingen, de debiteuren. Dit houdt in dat het risico door de Beleggingspool kan worden gelopen als het desbetreffende land, lagere overheid, bedrijf of instelling niet aan zijn (financiële) verplichtingen kan voldoen. Hierdoor bestaat de mogelijkheid dat een financieel instrument met een lagere kredietwaardigheid moeilijker te verkopen is en/of dat de waarde van het financiële instrument waarin door de Beleggingspool wordt belegd meer kan fluctueren. In het mandaat zijn de nodige richtlijnen opgenomen teneinde het risicoprofiel te bewaken. Daarbij zijn richtlijnen opgenomen met betrekking tot de spreiding over landen, debiteurencategorieën, de omvang van de beleggingen per debiteur en de off benchmark ruimte. Ten behoeve van het inzicht in het kredietwaardigheidrisico zijn in hoofdstuk de onderverdeling van de beleggingsportefeuille per land en de onderverdeling naar creditrating toegelicht. 3. Renterisico Bij beleggingsfondsen die beleggen in vastrentende waarden is de waarde van de onderliggende financiële instrumenten afhankelijk van de (ontwikkelingen in de) renteniveaus van de financiële markt. De (ontwikkelingen in de) renteniveaus zijn afhankelijk van de algemene markt- en economische omstandigheden. Bij een stijgende rente zal de koers van een vastrentende waarde dalen en andersom. Om het renterisico te beperken wordt binnen de portefeuille actief ingespeeld op de te verwachte rente ontwikkelingen. Bij een verwachte rentestijging wordt de looptijd van de portefeuille verkort om minder gevoelig te zijn voor rentestijgingen. Bij een verwachte rentedaling wordt de looptijd van de portefeuille juist verlengd om te profiteren van de rentedaling. Daarnaast wordt ingespeeld op de ontwikkeling van renteverschillen tussen type obligaties of landen. Tegelijkertijd voorziet het mandaat erin dat de duratie (gewogen gemiddelde looptijd) van de portefeuille niet meer mag afwijken dan 2 jaar (plus en min) ten opzichte van de duratie van de benchmark. Gedurende 2013 bedroeg de duratie van de portefeuille gemiddeld 6,0 jaar (benchmark: 6,9 jaar). Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten 6

354 In hoofdstuk is een overzicht opgenomen van de duratie van de portefeuille ten opzichte van de benchmark. 4. Liquiditeitsrisico Het is mogelijk dat een transactie (aan- of verkoop van een financieel instrument) als gevolg van het ontbreken van voldoende verhandelbaarheid niet of niet tegen een acceptabele prijs kan worden uitgevoerd. Hierdoor kan er een verlies van waarde van het financiële instrument optreden. Dit risico is relatief beperkt, omdat doorgaans alleen in liquide financiële instrumenten wordt belegd. Naar schatting 75% van de obligatiebeleggingen kan binnen één tot drie dagen worden geliquideerd, terwijl het resterende gedeelte van 25% binnen twee tot drie weken kan worden afgebouwd. 5. Portefeuillerisico Dit risico ontstaat als gevolg van de gemaakte beleggingskeuzen door de vermogensbeheerder(s) in de portefeuille. De waarde van de onderliggende financiële instrumenten fluctueert soms aanzienlijk afhankelijk van de activiteiten en resultaten van de afzonderlijke ondernemingen en/of van de algemene markt- en economische omstandigheden. Dit risico wordt beperkt door richtlijnen in het beleggingsmandaat op te nemen, die de afwijkingen versus de benchmark binnen bepaalde bandbreedtes houden. Zo is een richtlijn opgenomen voor de zogenoemde maximale tracking error per jaar (een maatstaf voor de verwachte afwijking van het rendement ten opzichte van de benchmark). De mandaatrestricties worden dagelijks gemonitored en indien nodig wordt de portefeuille hierop bijgestuurd. 6. Valutakoersrisico De waardeontwikkeling van de belegging waarin wordt belegd kan worden beïnvloed door valutakoersschommelingen. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen direct en indirect valutakoersrisico. Van direct valutakoersrisico is sprake indien de financiële instrumenten waarin wordt belegd, in een vreemde valuta zijn genoteerd. Hierdoor kan een verandering in de koers van een vreemde valuta ten opzichte van de euro een negatief of positief effect hebben op de waarde van de beleggingen en de dividenden van de Beleggingspool. Van indirect valutakoersrisico is sprake als er wordt belegd in financiële instrumenten van ondernemingen die hun resultaten (deels) buiten de eurozone realiseren. Het directe valutarisico naar de euro wordt afgedekt door middel van valutatermijncontracten. Ten behoeve van het inzicht in het valutarisico is in hoofdstuk een overzicht opgenomen waarin de afdekking van valutaposities is toegelicht. 7. Kredietrisico Landen, lagere overheden, bedrijven, instellingen of een tegenpartij kunnen in gebreke blijven. Dit risico wordt zoveel mogelijk beperkt door strenge selectiecriteria te hanteren bij het selecteren van een land, lagere overheid, bedrijf, instelling of een tegenpartij. Daarbij zullen bij aan- en verkooptransacties in het algemeen slechts kortlopende vorderingen ontstaan waardoor het risico laag is, aangezien levering plaatsvindt tegen (vrijwel) gelijktijdige ontvangst van de tegenprestatie. De vermogensbeheerder voert alleen transacties uit met brokers en tegenpartijen, die voldoen aan bepaalde minimumeisen (waaronder prijs en kredietwaardigheid). Transacties kunnen slechts worden uitgevoerd met brokers en tegenpartijen die door de risico afdeling van de vermogensbeheerder zijn goedgekeurd en in de interne processen en procedures zijn geborgd. Beleggingsresultaat Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten heeft in 2013 een resultaat geboekt van (2012: 611) en behaalde een beleggingsresultaat van -5,83% (2012: 3,06%). De portefeuille van staatsobligaties opkomende markten moest in 2013 flink terrein prijsgeven, met een negatief rendement van bijna -6%. De koerswijziging van de Amerikaanse Federal Reserve om minder staatsobligaties te gaan aankopen, leidde tot een rentestijging in de VS (en in mindere mate ook in Europa) en een uitstroom van kapitaal uit de opkomende markten. Ook de groeivertraging van de Chinese economie drukte de stemming. Verder was sprake van toenemende politieke onrust, met name in landen als Egypte, Thailand, Turkije en de Oekraïne. Dit alles leidde ook tot druk op diverse valuta s van de opkomende landen. De portefeuille belegt overwegend in obligaties luidende in dollars ( hard currency ) en is daarmee in belangrijke mate afgedekt tegen direct verlies vanwege valuta depreciaties. Het beleid voor de portefeuille is actief. Positief voor de relatieve performance waren beleggingen in staatsobligaties van Rwanda en Slovenië en de onderwogen positie voor Turkse staatsobligaties. Het relatieve rendement werd beperkt door een overwogen positie in Venezuela. Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten 7

355 Terugblik financiële markten 2013 Algemeen Eind 2012 werd verwacht dat de wereldeconomie in 2013 in rustiger vaarwater terecht zou komen. Dit is gedurende 2013 in belangrijke mate ook uitgekomen. De euroschuldencrisis is in de tweede helft van 2013 naar de achtergrond verdwenen en vormde geen grote bron van onrust meer. Daarnaast zette het herstel van de Amerikaanse economie door, terwijl ook de economieën van de eurozone voorzichtig uit het dal klommen. Japan sprong positief in het oog, omdat het grootschalige stimuleringsbeleid leek aan te slaan. Tegen deze achtergrond was het beursklimaat voor de volwassen markten heel positief te noemen. Opvallend was echter dat de prestaties van de opkomende markten sterk achterbleven. Vanaf het moment dat de Amerikaanse Federal Reserve (Fed) anticipeerde op de afbouw van aankopen van staatsobligaties, keerde het sentiment voor de opkomende markten in negatieve zin. Bij gevolg was gedurende 2013 sprake van een groot verschil in aandelenrendementen tussen de ontwikkelde en opkomende markten. De centrale banken drukten wederom een belangrijke stempel op het marktbeeld. Dit gold in de eerste plaats voor de Fed in de Verenigde Staten. Toenmalig Fed president Bernanke kondigde in het voorjaar van 2013 aan het zeer ruime monetaire beleid langzaam te willen afbouwen. Anders gezegd, de maandelijkse aankopen van Amerikaanse staatsobligaties (ten bedrage van $ 85 mrd) zouden door de Fed stapsgewijs worden verlaagd. De timing bleef enkele maanden ongewis, maar uiteindelijk werd duidelijk dat deze afbouw (de zogenoemde tapering ) een aanvang zou nemen in januari Tegelijkertijd benadrukte de Fed dat de korte rente tot eind 2015 op een zeer laag peil blijft, zolang de werkgelegenheid niet voldoende verbetert. De beweging van de Amerikaanse centrale bank liet de markten zeker niet onberoerd. Eén van de belangrijkste gevolgen was een flinke stijging van de kapitaalmarktrente in de VS en in mindere mate ook in Europa. De opkomende markten waren hiervan de dupe, aangezien beleggers veel kapitaal terugtrokken uit deze regio s. In de eurozone zag de Europese Centrale Bank (ECB) voldoende redenen, om de korte rente in 2013 verder te verlagen. Via twee rentestappen daalde de officiële refi-rente met in totaal 0,5%-punt tot een historisch laag niveau van 0,25%. Aan de ene kant diende de lage rente om het broze economische herstel in de eurozone verder te stimuleren. Aan de andere kant had de ECB oog voor de dalende trend van de inflatie, die eind 2013 uitkwam op gemiddeld 0,8% in de eurozone. Dit was duidelijk lager dan het door de ECB gewenste inflatieniveau van dichtbij 2%. Positief was dat de euroschuldencrisis gedurende het verslagjaar steeds minder een thema was. In het eerste kwartaal van het jaar speelde nog wel de bankencrisis in Cyprus, maar die werd uiteindelijk opgelost door de probleembanken te saneren en de grote spaarders ook mee te laten betalen aan de schuldsanering. Daarna werd het rustiger rondom de euroschuldencrisis. Dit weerspiegelde zich in een verdere daling van de renteverschillen tussen de euro periferie (met name Spanje, Italië, Portugal, Ierland) en de kernlanden (Duitsland, Frankrijk, Nederland). In Japan bleef het beleid van premier Abe de aandacht trekken. Dit zogenoemde Abenomics beleid rust op drie pijlers: een zeer ruim budgettair beleid, een zeer ruim monetair beleid en structurele hervormingen. Dit alles is bedoeld om twee decennia van een stagnerende Japanse economie te beëindigen. Het beleid van de Bank of Japan leidde tot een forse daling van de Japanse yen, waardoor de concurrentiepositie van Japanse bedrijven sterk verbeterde. In de ranglijst van 2013 was Japan dan ook de sterkst presterende aandelenmarkt. Voor de opkomende markten was 2013 een tegenvallend jaar. Naast de negatieve impact van het beleid van de Fed, speelden ook andere factoren een rol. Zo kampte de Chinese economie met een duidelijke groeivertraging (hoewel nog altijd op een respectabel niveau van 7 à 8%). Ook de dalende grondstofprijzen werkten nadelig uit voor de opkomende markten. Obligaties De obligatiemarkten lieten in 2013 eveneens een verdeeld beeld zien. Aan de ene kant was sprake van opwaartse rentedruk voor de veilige obligatiemarkten. Zo steeg de Amerikaanse 10-jaars staatsrente met ongeveer 125 bp tot ruim 3%. De Duitse 10-jaars staatsrente liep op met 60 bp tot 1,9% en de Nederlandse 10- jaars staatsrente volgde dit spoor (2,2% eind 2013). De neerwaartse bijstelling van de Nederlandse kredietwaardigheid door S&P (tot AA) had hierbij nauwelijks effect. Aan de andere kant konden de eurolanden in de periferie een verdere daling van de lange renteniveaus noteren, omdat de risicopremie rond de euroschuldencrisis afnam. Deze renteontwikkelingen brachten met zich mee dat Spaanse en Ierse staatsobligaties hoge rendementen lieten zien van boven de 10%. Ook de Italiaanse staatsobligaties rendeerden ruim 7% in Verder waren de high yield bedrijfsobligaties in trek met een rendement van rond de 7%, terwijl de investment grade bedrijfsobligaties dichtbij 0% bleven steken. Amerikaanse en Duitse staatsobligaties moesten vanwege de rentestijging juist terrein prijsgeven (respectievelijk -3,5% en -2,3%). De obligaties uit de opkomende markten presteerden het minst, met een daling van ongeveer 5,5%. Valuta Gedurende 2013 is de euro in waarde gestegen ten opzichte van alle belangrijke valuta s. Het afzwakken van de euroschuldencrisis houdt hiermee verband. Ten opzicht van de Amerikaanse dollar is de euro 4% gestegen, terwijl ten opzichte van de Japanse yen de stijging zelfs 20% bedroeg. Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten 8

356 Vooruitblik financiële markten 2014 Algemeen In 2014 zal de wereldeconomie het herstel naar verwachting kunnen doortrekken. De rol van centrale banken zal hierbij cruciaal blijven, met name die van de Amerikaanse Federal Reserve. De nieuwe Fed voorzitter Janet Yellen staat voor de taak om het stimuleringsbeleid voorzichtig te gaan afbouwen, zonder de economische groei te beschadigen. Inmiddels is duidelijk dat de belangen groter zijn dan alleen voor de Amerikaanse economie. De koerswijziging van de Fed lokte in 2013 immers een wereldwijde rentestijging uit, alsmede een grote kapitaaluitstroom uit de opkomende markten. Dit lijkt begin 2014 in een stroomversnelling te komen, waardoor diverse valuta s van opkomende landen sterk onder druk zijn gekomen. Voor de Amerikaanse economie zijn de vooruitzichten nochtans redelijk positief. De verwachting is dat de situatie op de huizenmarkt en de arbeidsmarkt verder zal verbeteren. Ook zal de impact van bezuinigingen door de overheid minder groot zijn, dankzij een recent begrotingsakkoord. Per saldo wordt de groei van de Amerikaanse economie geraamd op ongeveer 3% in Er wordt nog niet direct rekening gehouden met een renteverhoging in de VS, die lijkt op zijn vroegst in 2015 aan de orde te kunnen komen. Voor de eurozone ligt een minder hoge groei in het verschiet dan in de VS, maar de verwachting is wel dat het herstel voorzichtig doorzet. Het Internationaal Monetair Fonds (IMF) raamt de groei voor de eurozone nu op 1%, na een krimp van 0,4% vorig jaar. Daarbij is de export redelijk sterk, maar blijft de binnenlandse vraag zwak. Een zorgpunt blijft de ontwikkeling van de Zuid Europese economieën, welke nog steeds gebukt gaan onder hoge werkloosheid en straffe bezuinigingen. Daarnaast wordt met enige zorg gekeken naar het zeer lage inflatieniveau binnen de eurozone van beneden de 1%. Als de inflatie zeer laag blijft of zelfs omslaat naar deflatie, bemoeilijkt dit het aflossen van schulden en kunnen bestedingen worden uitgesteld. Om die reden zal de ECB de korte rente zeer laag houden (dichtbij 0%) en proberen de inflatie weer richting 2% te sturen. Als risicofactor voor 2014 geldt nu vooral de situatie op de opkomende markten. De turbulentie wordt gevoed door drie factoren: het beleid van de Fed, de groeivertraging in China en de politieke onrust in bepaalde landen (zoals Thailand, Egypte, Turkije, Oekraïne). De verwachting is niet dat dit zal escaleren in een crisis, zoals ten tijde van de Azië crisis in De Fed zal uitermate voorzichtig zijn in het verder uitrollen van haar beleid. De groei in China blijft met circa 7% nog altijd op een respectabel peil. De politieke onrust lijkt beperkt te blijven tot een paar landen. Een algemeen doemscenario voor de opkomende markten voorzien wij daarom niet. Op lange termijn blijven de groeivooruitzichten voor deze regio s gunstig. Gedurende 2014 kan de volatiliteit voor de opkomende landen echter wel hoog blijven. Beleggingsbeleid De directie heeft de vooruitzichten beoordeeld en spreekt op basis van deze informatie thans de verwachting uit dat het beleggingsbeleid van de Beleggingspool in 2014 niet zal wijzigen. Gebeurtenissen na balansdatum Er hebben zich in de periode vanaf balansdatum tot aan de openbaarmaking geen bijzondere gebeurtenissen voorgedaan. Amsterdam, 22 april 2014 Bestuur van Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools inzake Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten Voor deze: Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten 9

357 Hieronder de kerncijfers van de Beleggingspool over de laatste 2 jaar en de specificatie van de beleggingsresultaten over de laatste 2 jaar. KERNCIJFERS (bedragen in euro s) Fondsvermogen (x 1.000) Aantal uitstaande participaties , ,4500 Netto vermogenswaarde per participatie 1) 970, ,56 Lopende kosten 2) 0,53% 0,13% Portefeuille omloop factor 2) 223,77% 77,57% 1) De netto vermogenswaarde per participatie wordt verkregen door het Fondsvermogen, zoals opgenomen in de jaarrekening van de beleggingspool, te delen door het aantal uitstaande participaties. 2) De Lopende kosten en portefeuille omloopfactor over 2012 hebben betrekking op de periode van t/m / Beleggingsresultaat: 3) -5,83% 3,06% Waarvan uit inkomsten 5,27% 1,37% waardeverandering -10,59% 1,83% kosten -0,51% -0,14% Benchmark -5,58% 2,36% 3) Het beleggingsresultaat, op basis van de mutatie van de netto vermogenswaarde per heeft betrekking op de periode van t/m (2012: t/m ). Volledigheidshalve geven wij hieronder de volledige naam van de hierboven gebruikte benchmark: JP Morgan EMBI Global Diversified Total Return Index (hedged naar euro) Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten 10

358 4. Jaarrekening Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten 2013 Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten 11

359 4.1 Balans per 31 december (voor winstbestemming) (in duizenden euro s) ref ACTIVA Beleggingen Obligaties Valutatermijncontracten Vorderingen Overige vorderingen Liquide middelen Totaal activa PASSIVA Fondsvermogen Geplaatst kapitaal Overige reserves Onverdeeld resultaat lopend boekjaar Beleggingen Valutatermijncontracten Kortlopende schulden Overige schulden Totaal passiva Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten 12

360 4.2 Winst- en verliesrekening over de periode 1 januari t/m 31 december (in duizenden euro s) ref OPBRENGSTEN Opbrengst beleggingen Gerealiseerde waardeverandering obligaties Gerealiseerde waardeverandering valutatermijncontracten Niet-gerealiseerde waardeverandering obligaties Niet-gerealiseerde waardeverandering valutatermijncontracten t/m Totaal bedrijfsopbrengsten LASTEN Beheerkosten Overige bedrijfskosten Totaal bedrijfslasten Netto resultaat Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten 13

361 4.3 Kasstroomoverzicht over de periode 1 januari t/m 31 december (in duizenden euro s) ref Kasstroom uit beleggingsactiviteiten t/m Netto resultaat Gerealiseerde waardeverandering obligaties Niet-gerealiseerde waardeverandering obligaties Niet-gerealiseerde waardeverandering valutatermijntransacties Aankopen van obligaties Verkopen van obligaties Mutaties overige vorderingen Mutaties overige schulden Kasstroom uit financieringsactiviteiten Inbreng participanten Terugbetaald aan participanten Netto kasstroom/mutatie geldmiddelen Totaal geldmiddelen begin van de verslagperiode Totaal geldmiddelen eind van de verslagperiode Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten 14

362 4.4 Toelichtingen Algemeen Het besloten fonds voor gemene rekening Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten stelt zich ten doel voor rekening en risico van participanten het verwerven, houden, beheren en vervreemden van vermogenswaarden. Op 17 september 2012 zijn de voorwaarden van beheer en bewaring vastgesteld. Het boekjaar loopt van 1 januari tot en met 31 december. De vergelijkende cijfers in dit jaarverslag hebben betrekking op de periode 1 oktober 2012 tot en met 31 december Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten wordt ten behoeve van haar participanten fiscaal als transparant aangemerkt. De beheerder en bewaarder van de Beleggingspool is de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools (KvK ), statutair gevestigd te Amsterdam en kantoorhoudende aan de Gatwickstraat 1, 1043 GK te Amsterdam. Het bestuur van de Stichting Bewaarder Achmea Beleggingspools wordt gevormd door Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Het vermogensbeheer van de Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten is uitbesteed aan F&C Netherlands B.V. De administratie en de berekening van de dagelijkse intrinsieke waarde van de Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten zijn uitbesteed aan The Bank of New York Mellon SA/NV Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling Algemeen Deze jaarrekening is opgesteld met inachtneming van de geldende voorschriften voor beleggingsinstellingen uit Titel 9 Boek 2 BW, de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving en de Wft, zoals verder uitgewerkt in het BGfo. In de balans, de winst- en verliesrekening en het kasstroomoverzicht zijn referenties opgenomen waarmee wordt verwezen naar de toelichting. Alle in deze jaarrekening opgenomen bedragen zijn in duizenden euro s, tenzij anders vermeld. De opgenomen posten in de balans zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs, tenzij een andere waarderingsgrondslag wordt vermeld. Schattingen en veronderstellingen Bij toepassing van de grondslagen en regels voor het opstellen van de jaarrekening vormt de beheerder van de beleggingsinstelling zich verschillende oordelen en maakt schattingen die essentieel kunnen zijn voor de in de jaarrekening opgenomen bedragen. Indien het voor het geven van het in artikel 2:362 lid 1 BW vereiste inzicht noodzakelijk is, is de aard van deze oordelen en schattingen inclusief de bijbehorende veronderstellingen opgenomen bij de toelichting op de desbetreffende jaarrekeningposten. Vreemde valuta Activa en passiva luidende in vreemde valuta worden omgerekend tegen de slotkoers op balansdatum. Opbrengsten en lasten in vreemde valuta worden omgerekend tegen de transactiekoers. Koersresultaten (gerealiseerd en ongerealiseerd) op vreemde valuta worden in de resultatenrekening verantwoord. Voor de omrekening van de buitenlandse valuta naar euro s zijn de volgende omrekenkoersen gehanteerd: Valuta Amerikaanse dollar 1,3780 1,3184 Braziliaanse real 3,2509 n.v.t. Filipijnse peso 61, ,1368 Beleggingen Obligaties Obligaties worden gewaardeerd tegen reële waarde (marktwaarde), zijnde de beurswaarde (slotkoers) per balansdatum. Waardeveranderingen van de obligaties, zowel gerealiseerd als ongerealiseerd, worden direct in de winst- en verliesrekening verwerkt. Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten 15

363 Derivaten Derivaten (futures en/of valutatermijncontracten) worden in de jaarrekening opgenomen tegen de reële waarde (marktwaarde). Indien geen marktwaarde beschikbaar is, wordt de waarde bepaald met behulp van marktconforme en toetsbare waarderingsmodellen, vergelijkbare derivaten met dezelfde kenmerken waarvoor wel een marktnotering bestaat of wordt de marktwaarde ontleend aan informatie verkregen van gezaghebbende brokers/instituten. Indien een derivatenpositie negatief is wordt het bedrag onder de schulden verantwoord. Waardeveranderingen van de derivaten, zowel gerealiseerd als ongerealiseerd, worden direct in de winst- en verliesrekening verwerkt. Transactiekosten Aankoopkosten worden direct ten laste van de verkrijgingprijs van de beleggingen gebracht. Verkoopkosten worden ten laste van de vervreemdingsprijs van de beleggingen gebracht. Dientengevolge vormen de aankoopen verkoopkosten onderdeel van de (on)gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen. Het totaalbedrag aan transactiekosten van beleggingen over het boekjaar wordt, voor zover aantoonbaar, opgenomen in toelichting op de winst- en verliesrekening bij de post Gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeveranderingen. Liquide middelen Onder de liquide middelen zijn opgenomen die kas- en banktegoeden die onmiddellijk opeisbaar zijn dan wel een looptijd korter dan twaalf maanden hebben. Rekening-courantschulden bij banken zijn opgenomen onder schulden aan kredietinstellingen onder kortlopende schulden. Liquide middelen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Overige activa en passiva Overige activa en passiva worden bij de eerste waardering gewaardeerd tegen de reële waarde, inclusief transactiekosten en na eerste verwerking tegen (geamortiseerde) kostprijs. Indien geen sprake is van transactiekosten is de (geamortiseerde) kostprijs gelijk aan de nominale waarde van de vordering c.q. schuld. Hierbij wordt op de vorderingen, indien noodzakelijk, een voorziening wegens mogelijke oninbaarheid in mindering gebracht. Fondsvermogen Algemeen Het fondsvermogen wordt bepaald door het bedrag dat resteert nadat alle actiefposten en posten van het vreemd vermogen, inclusief de voorziening en achtergestelde schuld, volgens de van toepassing zijnde waarderingsgrondslagen in de balans zijn opgenomen. Verwerking van plaatsing en inkoop van participaties De uit hoofde van plaatsing, respectievelijk inkoop van participaties ontvangen, respectievelijk betaalde bedragen worden geheel verwerkt in het fondsvermogen. Resultaatbepaling Het resultaat wordt bepaald als het verschil tussen enerzijds de opbrengsten, zoals in het verslagjaar gedeclareerde dividenden, interest, opbrengsten uit verbruikleen effecten, koersresultaten en valutaresultaten en anderzijds de lasten, zoals beheerkosten. Opbrengsten en lasten worden toegerekend aan de periode waarop zij betrekking hebben. Op- en afslag bij toe- en uittredingen Bij de uitgifte van participaties van de Beleggingspool wordt de uitgifteprijs van de participatie ten opzichte van de berekende intrinsieke waarde verhoogd met een opslag; bij de inkoop van participaties wordt de inkoopprijs verlaagd met een afslag. Deze op- en afslagen dienen vooral om transactiekosten te dekken. Deze transactiekosten bestaan uit onder andere brokerkosten, bankkosten en belastingen. Spreads tussen bied- en laatprijzen en de eventuele verandering in de marktprijs als gevolg van de transactie komen ten laste van de Beleggingspool. De beheerder valideert elk kwartaal de op- en afslagen op basis van de gemiddelde transactiekosten als gevolg van toe- en uittredingen, en past deze indien nodig aan. Lopende kosten De Lopende kosten worden berekend door de totale kosten in de Beleggingspool over de verslagperiode te delen door de gemiddelde intrinsieke waarde. De gemiddelde intrinsieke waarde wordt berekend door gedurende de verslagperiode de afgegeven intrinsieke waarden bij elkaar op te tellen en te delen door het aantal maal dat de intrinsieke waarden zijn afgegeven. De Lopende kosten worden berekend in overeenstemming met de Nadere regeling gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft. De transactiekosten als gevolg van toe- en uittreding en eventuele rentelasten zijn buiten beschouwing gelaten. Portefeuille omloop factor De portefeuille omloop factor (POF) geeft een indicatie van de omloopsnelheid van de beleggingen ten opzichte van het gemiddeld fondsvermogen van de Beleggingspool en is een maatstaf voor de gemaakte transactiekosten als gevolg van het gevoerde portefeuillebeleid en de daaruit voortvloeiende beleggingstransacties. Bij de gehanteerde berekening wordt het bedrag van de omloop bepaald door de som van de aan- en verkopen van de beleggingen te verminderen met de som van de plaatsingen en opnames van eigen participaties. De POF wordt Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten 16

364 bepaald door het bedrag van de omloop uit te drukken in een percentage van het gemiddeld fondsvermogen welke op identieke wijze wordt berekend als bij de bepaling van de Lopende kosten. Kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de zogenaamde indirecte methode waarbij onderscheid is gemaakt tussen kasstromen uit beleggings- en financieringsactiviteiten. Als liquide middelen worden aangemerkt de kasmiddelen. Bij de kasstroom uit beleggingsactiviteiten wordt het resultaat gecorrigeerd voor kosten welke geen uitgaven zijn, opbrengsten welke geen ontvangsten zijn, alsmede voor mutaties in de beleggingenportefeuille en de vlottende activa en passiva. De mutaties in het fondsvermogen, betaalde bedragen bij inkoop eigen participaties en dividenduitkeringen worden opgenomen onder de kasstroom uit financieringsactiviteiten. Fiscale positie De Beleggingspool wordt ten behoeve van haar participanten fiscaal als transparant aangemerkt. De Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten, is een besloten fonds voor gemene rekening en alle activa en passiva, alsmede de resultaten van deze pool, worden rechtstreeks toegerekend aan de houders van de participaties. Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten 17

365 4.4.3 Toelichting op de balans (in duizenden euro s) Beleggingen Obligaties De Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten belegt voornamelijk in staatsobligaties van opkomende landen. De mutatie in de effectenportefeuille gedurende de verslagperiode is als volgt: t/m Stand begin boekjaar Aankopen Verkopen Gerealiseerde en niet gerealiseerde waardeveranderingen Stand einde boekjaar De omloopsnelheid van de beleggingen bedroeg in het boekjaar 223,77% (2012: 77,57%). Er was sprake van een actief beleid, waarbij de positionering in de portefeuille frequent veranderde. Voor uitleg inzake de portefeuille omloop factor en de wijze van berekenen, zie de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling. De onderverdeling per sector is als volgt: Staatsobligaties % % Bedrijfsobligaties % % Afronding % % % Verdeling per sector per Verdeling per sector per Staatsobligaties Bedrijfsobligaties De onderverdeling per Credit Rating is als volgt: BBB % % BB % % B % % A 556 3% % AA 310 2% 492 3% Afronding % % Credit Ratings per BBB BB B A AA Credit Ratings per Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten 18

366 De onderverdeling van de staatsobligaties naar landen is als volgt: Hongarije % 503 3% Kroatië % 553 4% Venezuela 982 7% 577 4% Turkije 942 7% % Dominicaanse Republiek 819 6% 233 1% Servië en Montenegro 816 6% 491 3% Slovenië 713 5% 160 1% Litouwen 592 4% % Indonesië 581 4% % Filippijnen 549 4% 741 5% Roemenië 487 3% 114 1% Rusland 465 3% 838 5% Armenië 432 3% - - Argentinië 391 3% 207 1% Panama 335 2% 400 3% Ierland 315 2% 890 6% Vietnam 314 2% 170 1% Brazilië 305 2% 541 3% Nigeria 299 2% 180 1% Wit-Rusland 295 2% 157 1% Honduras 270 2% - - Oekraïne 263 2% 551 4% Letland 198 1% 769 5% Overige % % % % Geografische verdeling per Hongarije Kroatië Venezuela Turkije Dominicaanse Republiek Servië en Montenegro Slovenië Litouwen Indonesië Filippijnen Roemenië Rusland Armenië Argentinië Panama Ierland Vietnam Brazilië Nigeria Wit-Rusland Honduras Oekraïne Letland Overige Geografische verdeling per De categorie Overige (2013) bestaat uit de volgende landen: Bahrein, Bolivia, Chili, Colombia, Gabon, Ghana, Kazachstan, Polen, Rwanda, Sri Lanka en Uruguay. Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten 19

367 De onderverdeling van de bedrijfsobligaties naar landen is als volgt: Mexico % 303 8% Kazachstan % % Azerbeidzjan % 336 8% Verenigde Staten 394 9% - - Sri Lanka 340 8% 164 4% Zuid Afrika 295 7% - 0% Britse Maagdeneilanden 289 7% 328 8% Venezuela 281 7% % Indonesië 278 6% - 0% Chili 217 5% 199 5% Hongarije 151 3% - - Luxemburg 149 3% - - Ierland 147 3% - - Australië 145 3% - - Costa Rica 143 3% - - Kaaiman Eilanden 133 3% 154 4% Maleisië 80 2% 272 7% Brazilië % Georgië % Nederland % Oekraïne % % % Geografische verdeling per Mexico Kazachstan Azerbeidzjan Verenigde Staten Sri Lanka Zuid Afrika Britse Maagdeneilanden Venezuela Indonesië Chili Hongarije Luxemburg Ierland Australie Costa Rica Kaaiman Eilanden Maleisië Brazilië Georgië Nederland Oekraïne Geografische verdeling per Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten 20

368 De portefeuilleverdeling naar valuta is als volgt: USD % % EUR 530 3% 217 1% PHP 319 2% 192 1% RUB % % % Verdeling per valuta per Verdeling per valuta per USD EUR PHP RUB 7,50 jaar duratie portefeuille duratie benchmark jaar 7,50 7,00 7,00 6,50 6,50 6,00 6,00 5,50 5,50 5,00 5,00 4,50 jan-13 feb-13 mrt-13 apr-13 mei-13 jun-13 jul-13 aug-13 sep-13 okt-13 nov-13 dec-13 4,50 Deze gemiddelde duratie geeft de rentegevoeligheid van de obligatieportefeuille aan. Oftewel, aan de duratie kan worden afgelezen welke waardemutatie optreedt bij een bepaalde renteverandering. De portefeuille kende ultimo 2013 een duratie van ongeveer 4,8 jaar. De vuistregel is dan dat bij een gemiddelde rentestijging van 1%, de waarde van de portefeuille met 4,82% (gelijk aan de duratie) zou dalen. De benchmark kent bij deze rentestijging een waardedaling 6,61%. Bij 1% rentedaling is het effect hetzelfde, maar dan in tegengestelde richting. De specificatie van de beleggingen is opgenomen in bijlage A. Beleggingspool Achmea Staatsobligaties Opkomende Markten 21

Nieuwsbrief Beleggingsfondsen.

Nieuwsbrief Beleggingsfondsen. Nieuwsbrief Beleggingsfondsen. Jaargang 18, mei 2014 Terugblik financiële markten 2013 Algemeen In de nieuwsbrief Beleggingsfondsen van mei 2013 werd aangegeven, dat de wereldeconomie in 2013 naar verwachting

Nadere informatie

Viertal pijlers voor verantwoord beleggen

Viertal pijlers voor verantwoord beleggen Achmea Beleggingsfondsen Beheer BV (Achmea Beleggingsfondsen) is beheerder van meerdere beleggingsinstellingen van Achmea en voert daarvoor een verantwoord beleggingsbeleid. In dit document wordt het Verantwoord

Nadere informatie

JAARVERSLAG Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 2014

JAARVERSLAG Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 2014 JAARVERSLAG Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 2014 Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2 2 Belangrijke informatie Voor u ligt het jaarverslag van het fonds voor gemene rekening Achmea Unit Linked

Nadere informatie

JAARVERSLAG Achmea Beleggingsfondsen N.V. 2013

JAARVERSLAG Achmea Beleggingsfondsen N.V. 2013 JAARVERSLAG Achmea Beleggingsfondsen N.V. 2013 Belangrijke informatie Voor u ligt het jaarverslag van Achmea Beleggingsfondsen N.V. Dit jaarverslag is onderworpen aan Nederlands recht en wordt opgesteld

Nadere informatie

GEDRAGSCODE FUND GOVERNANCE

GEDRAGSCODE FUND GOVERNANCE GEDRAGSCODE FUND GOVERNANCE ACHMEA BELEGGINGSFONDSEN BEHEER B.V. Inleiding, statutair gevestigd te s-gravenhage (KvK nr. 8062738), beschikt over een vergunning als beheerder van beleggingsinstellingen,

Nadere informatie

JAARVERSLAG Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2015

JAARVERSLAG Achmea Unit Linked Beleggingsfondsen 2015 JAARVERSLAG 2015 Belangrijke informatie Voor u ligt het jaarverslag van het fonds voor gemene rekening. Dit jaarverslag is onderworpen aan Nederlands recht en wordt opgesteld door de beheerder Achmea

Nadere informatie

JAARVERSLAG Achmea Beleggingsfondsen N.V. 2014

JAARVERSLAG Achmea Beleggingsfondsen N.V. 2014 JAARVERSLAG Achmea Beleggingsfondsen N.V. 2014 Belangrijke informatie Voor u ligt het jaarverslag van Achmea Beleggingsfondsen N.V. Dit jaarverslag is onderworpen aan Nederlands recht en wordt opgesteld

Nadere informatie

Nieuwsbericht. 22 januari Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Postbus KA AMSTERDAM.

Nieuwsbericht. 22 januari Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Postbus KA AMSTERDAM. Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Nieuwsbericht 22 januari 2010 Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Postbus 59011 1040 KA AMSTERDAM www.achmeabeleggingsfondsen.nl I N F O R M A T I E M E M O R A N

Nadere informatie

Halfjaarbericht 2015. Bright LifeCycle Fonds

Halfjaarbericht 2015. Bright LifeCycle Fonds Halfjaarbericht 2015 Bright LifeCycle Fonds Periode: 19 december 2014 tot en met 30 juni 2015 Inhoudsopgave HALFJAARBERICHT BRIGHT LIFECYCLE FONDS... 3 BALANS PER 30 JUNI 2015... 3 WINST- EN VERLIESREKENING

Nadere informatie

JAARVERSLAG Achmea Beleggingsfondsen N.V. 2015 (In liquidatie per 11-11-2015)

JAARVERSLAG Achmea Beleggingsfondsen N.V. 2015 (In liquidatie per 11-11-2015) JAARVERSLAG Achmea Beleggingsfondsen N.V. 2015 (In liquidatie per 11-11-2015) Belangrijke informatie Voor u ligt het jaarverslag van Achmea Beleggingsfondsen N.V. in liquidatie. Op basis van een besluit

Nadere informatie

Fund Governance. Achmea Investment Management. Versie 3.0, november 2018

Fund Governance. Achmea Investment Management. Versie 3.0, november 2018 Fund Governance Achmea Investment Management Versie 3.0, november 2018 Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Specifieke maatregelen fund governance structuur 3 2.1 Periodieke controle 3 2.2 Rapportage 3 2.3

Nadere informatie

Beleggingsfondsen. Basis Prospectus. Behorende bij de beleggingsverzekeringen van Achmea Pensioenen Levensverzekeringen N.V.

Beleggingsfondsen. Basis Prospectus. Behorende bij de beleggingsverzekeringen van Achmea Pensioenen Levensverzekeringen N.V. Basis Prospectus Beleggingsfondsen Behorende bij de beleggingsverzekeringen van Achmea Pensioenen Levensverzekeringen N.V. Achmea Adres XX 1234 XX Plaatsnaam Telefoon (030) 123 45 67 Fax (030) 123 45 67

Nadere informatie

Interpolis Obligaties 4e kwartaal 2012

Interpolis Obligaties 4e kwartaal 2012 Interpolis Obligaties 4e kwartaal 2012 Op de financiële markten keerde de rust enigszins terug in het vierde kwartaal. In de VS hield de zogenoemde fiscal cliff de beleggers nog wel geruime tijd in haar

Nadere informatie

Stichting Fondsenbeheer Spoorwegmuseum. Jaarrapport 2017

Stichting Fondsenbeheer Spoorwegmuseum. Jaarrapport 2017 Stichting Fondsenbeheer Spoorwegmuseum Jaarrapport 2017 Inhoudsopgave Pagina Verslag van het bestuur 2 Doelstelling van de Stichting 2 Economie en financiële markten 2 Beleggingsbeleid Portefeuille 2 Stortingen

Nadere informatie

Nieuwsbericht GEDRAGSCODE FUND GOVERNANCE. 1 oktober Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Postbus KA AMSTERDAM

Nieuwsbericht GEDRAGSCODE FUND GOVERNANCE. 1 oktober Achmea Beleggingsfondsen Beheer B.V. Postbus KA AMSTERDAM Nieuwsbericht GEDRAGSCODE FUND GOVERNANCE 1 oktober 2009 Postbus 59011 1040 KA AMSTERDAM www.achmeabeleggingsfondsen.nl GEDRAGSCODE FUND GOVERNANCE ACHMEA BELEGGINGSFONDSEN BEHEER B.V. Inleiding, statutair

Nadere informatie

Beleggingsfondsen. Basis Prospectus. Behorende bij de beleggingsverzekeringen van Achmea Pensioenen Levensverzekeringen N.V.

Beleggingsfondsen. Basis Prospectus. Behorende bij de beleggingsverzekeringen van Achmea Pensioenen Levensverzekeringen N.V. Basis Prospectus Beleggingsfondsen Behorende bij de beleggingsverzekeringen van Achmea Pensioenen Levensverzekeringen N.V. Achmea Adres XX 1234 XX Plaatsnaam Telefoon (030) 123 45 67 Fax (030) 123 45 67

Nadere informatie

Tussentijds bericht Staalbankiers Beleggingsfondsen Beheer B.V. per 30-06-2013

Tussentijds bericht Staalbankiers Beleggingsfondsen Beheer B.V. per 30-06-2013 Tussentijds bericht Staalbankiers Beleggingsfondsen Beheer B.V. per 30-06-2013 Inhoudsopgave 1. Verslag van de directie 3 2. Jaarrekening 5 Balans per 30 juni 2013 Winst- en verliesrekening over 26 april

Nadere informatie

Beleggingsfondsen. Basis Prospectus. Behorende bij de beleggingsverzekeringen van Achmea Pensioenen Levensverzekeringen N.V.

Beleggingsfondsen. Basis Prospectus. Behorende bij de beleggingsverzekeringen van Achmea Pensioenen Levensverzekeringen N.V. Basis Prospectus Beleggingsfondsen Behorende bij de beleggingsverzekeringen van Achmea Pensioenen Levensverzekeringen N.V. Achmea Adres XX 1234 XX Plaatsnaam Telefoon (030) 123 45 67 Fax (030) 123 45 67

Nadere informatie

Maatschappelijk Verantwoord Beleggen

Maatschappelijk Verantwoord Beleggen Maatschappelijk Verantwoord Beleggen 1 Verantwoord beleggingsbeleid Wij vinden het belangrijk dat uw geld maatschappelijk verantwoord wordt belegd. Dit doen we op verschillende manieren: we sluiten bepaalde

Nadere informatie

Stichting Fondsenbeheer Spoorwegmuseum. Jaarrapport 2015

Stichting Fondsenbeheer Spoorwegmuseum. Jaarrapport 2015 Stichting Fondsenbeheer Spoorwegmuseum Jaarrapport 2015 Inhoudsopgave Pagina Verslag van het bestuur 2 Doelstelling van de Stichting 2 Economie en financiële markten 2 Beleggingsbeleid Portefeuille 2 Stortingen

Nadere informatie

Welkom bij het webinar over de beleggingsresultaten van de Life Cycle Fondsen van Aegon PPI in het derde kwartaal van 2015

Welkom bij het webinar over de beleggingsresultaten van de Life Cycle Fondsen van Aegon PPI in het derde kwartaal van 2015 Welkom bij het webinar over de beleggingsresultaten van de Life Cycle Fondsen van Aegon PPI in het derde kwartaal van 2015 Bas Endlich Jacob Vijverberg 1 Marktontwikkelingen derde kwartaal 2015 Geen renteverhoging

Nadere informatie

Beleggingsfondsen. Basis Prospectus. Behorende bij de beleggingsverzekeringen van Achmea Pensioenen Levensverzekeringen N.V.

Beleggingsfondsen. Basis Prospectus. Behorende bij de beleggingsverzekeringen van Achmea Pensioenen Levensverzekeringen N.V. Basis Prospectus Beleggingsfondsen Behorende bij de beleggingsverzekeringen van Achmea Pensioenen Levensverzekeringen N.V. Achmea Adres XX 1234 XX Plaatsnaam Telefoon (030) 123 45 67 Fax (030) 123 45 67

Nadere informatie

Interpolis Obligaties 3e kwartaal 2012

Interpolis Obligaties 3e kwartaal 2012 Interpolis Obligaties 3e kwartaal 2012 De obligatiemarkten werden in het derde kwartaal vooral beïnvloed door de ingrepen van de Europese Centrale Bank (ECB). Aan het begin van het kwartaal bleven aanvankelijk

Nadere informatie

FUND GOVERNANCE CODE VAN DELTA LLOYD ASSET MANAGEMENT N.V.

FUND GOVERNANCE CODE VAN DELTA LLOYD ASSET MANAGEMENT N.V. FUND GOVERNANCE CODE VAN DELTA LLOYD ASSET MANAGEMENT N.V. I. INLEIDING Doel Delta Lloyd Asset Management N.V. (DLAM) wenst de DUFAS Principles of Fund Governance na te leven. De onderhavige code heeft

Nadere informatie

Het beleggingsbeleid, de kosten en de rechten van de bestaande participanten blijven ongewijzigd.

Het beleggingsbeleid, de kosten en de rechten van de bestaande participanten blijven ongewijzigd. Toelichting op wijziging Prospectus van het Index Umbrella Fund d.d. 17 juli 2014 Algemene toelichting: Op 22 juli 2013 is de Europese richtlijn inzake beheerders van alternatieve beleggingsinstellingen

Nadere informatie

Halfjaarbericht Bright LifeCycle Fonds

Halfjaarbericht Bright LifeCycle Fonds Halfjaarbericht 2016 Bright LifeCycle Fonds Periode: 1 januari 2016 tot en met 30 juni 2016 Inhoudsopgave HALFJAARBERICHT BRIGHT LIFECYCLE FONDS... 3 BALANS PER 30 JUNI 2016... 3 WINST- EN VERLIESREKENING

Nadere informatie

INFORMATIE BELEGGINGSFONDSEN (NETTO) WERKNEMERS PENSIOEN

INFORMATIE BELEGGINGSFONDSEN (NETTO) WERKNEMERS PENSIOEN INFORMATIE BELEGGINGSFONDSEN (NETTO) WERKNEMERS PENSIOEN Informatie voor werkgevers Ingangsdatum 1 januari 2016 Als uw werknemer niet kiest voor een gegarandeerde uitkering wordt zijn premie belegd. Dit

Nadere informatie

TOELICHTEND INFORMATIEMEMORANDUM

TOELICHTEND INFORMATIEMEMORANDUM TOELICHTEND INFORMATIEMEMORANDUM met betrekking tot de Gecombineerde Buitengewone Algemene Vergadering van Aandeelhouders (de"vergadering") van Insinger de Beaufort Umbrella Fund N.V. (de "Vennootschap")

Nadere informatie

Achmea life cycle beleggingen

Achmea life cycle beleggingen Achmea life cycle beleggingen Scheiden. Uw pensioengeld in vertrouwde handen Wat betekent dat voor uw ouderdomspensioen? Interpolis. Glashelder Achmea life cycle beleggingen Als pensioenverzekeraar beleggen

Nadere informatie

Halfjaarbericht 2011. BNG Vermogensbeheer B.V.

Halfjaarbericht 2011. BNG Vermogensbeheer B.V. Halfjaarbericht 2011 BNG Vermogensbeheer B.V. Inhoud 1 Profiel 1 2 Directieverslag 2 2.1 Beheerd vermogen 2 2.2 Financieel resultaat 2 2.3 Financiële markten 2 2.4 Personeel en organisatie 3 2.5 Vooruitblik

Nadere informatie

Aanpassing Prospectussen Aegon, AEAM en Aegon Paraplu 1 Funds Per 1 augustus 2016

Aanpassing Prospectussen Aegon, AEAM en Aegon Paraplu 1 Funds Per 1 augustus 2016 Aanpassing Prospectussen Aegon, AEAM en Aegon Paraplu 1 Funds Per 1 augustus 2016 Per 1 augustus 2016 voert de beheerder van de Aegon Funds, de AEAM Funds en de Aegon Paraplu 1 Funds, Aegon Investment

Nadere informatie

Beleggingsfondsen. Basis Prospectus. Behorende bij de beleggingsverzekeringen van Achmea Pensioenen Levensverzekeringen N.V.

Beleggingsfondsen. Basis Prospectus. Behorende bij de beleggingsverzekeringen van Achmea Pensioenen Levensverzekeringen N.V. Basis Prospectus Beleggingsfondsen Behorende bij de beleggingsverzekeringen van Achmea Pensioenen Levensverzekeringen N.V. Achmea Adres XX 1234 XX Plaatsnaam Telefoon (030) 123 45 67 Fax (030) 123 45 67

Nadere informatie

INFORMATIE MEMORANDUM

INFORMATIE MEMORANDUM INFORMATIE MEMORANDUM BIJ DE AGENDA VAN DE BUITENGEWONE ALGEMENE VERGADERING VAN ACHMEA BELEGGINGSFONDSEN N.V. (EEN BELEGGINGSMAATSCHAPPIJ MET VERANDERLIJK KAPITAAL) EN DE VERGADERINGEN VAN HOUDERS VAN

Nadere informatie

Halfjaarcijfers per 30 juni 2010

Halfjaarcijfers per 30 juni 2010 W:\370 FI(financien)\396 begroting - jaarrekening\2011\jr - SBONF\2011 halfjaarcijfers SBONF\2010 halfjrcijfers SBONF.doc Halfjaarcijfers per 30 juni 2010 STICHTING BEHEER OIKOCREDIT NEDERLAND FONDS INHOUDSOPGAVE

Nadere informatie

Stichting bedrijfstakpensioenfonds voor de Houthandelindustrie september 2015

Stichting bedrijfstakpensioenfonds voor de Houthandelindustrie september 2015 Maatschappelijk verantwoord beleggen Stichting bedrijfstakpensioenfonds voor de Houthandelindustrie september 2015 Beleid ten aanzien van Maatschappelijk verantwoord beleggen Inleiding BPF Houthandel draagt

Nadere informatie

11. Bijlage 2: Beleidsdocument Verantwoord Beleggen

11. Bijlage 2: Beleidsdocument Verantwoord Beleggen 11. Bijlage 2: Beleidsdocument Verantwoord Beleggen INLEIDING Wereldwijd wordt meer en meer de gedachte omarmd dat bij beleggen in ondernemingen rekening gehouden moet worden met de gevolgen van het handelen

Nadere informatie

Achmea life cycle beleggingen in beeld

Achmea life cycle beleggingen in beeld Achmea life cycle beleggingen in beeld Scheiden. Uw pensioengeld in vertrouwde handen Wat betekent dat voor uw ouderdomspensioen? Achmea life cycle beleggingen in beeld Voor het beleggen van pensioen bent

Nadere informatie

LifeCycle Prestatie Pensioen

LifeCycle Prestatie Pensioen LifeCycle Prestatie Pensioen 2018 www.nn.nl Wat houdt LifeCycle Beleggen in? Het maakt gebruik van LifeCycle Beleggen van NN Investment Partners. Met LifeCycle Beleggen hebben de specialisten van NN IP

Nadere informatie

ABN AMRO Investment Management B.V. Jaarrekening 2013

ABN AMRO Investment Management B.V. Jaarrekening 2013 Jaarrekening 2013 Pagina 1 van 12 INHOUD Pagina Directieverslag 3 Balans per 31 december 2013 4 Winst- en verliesrekening 2013 5 Toelichting algemeen 6 Toelichting op de balans per 31 december 2013 8 Toelichting

Nadere informatie

ABN AMRO Basic Funds N.V. Jaarrekening 2013

ABN AMRO Basic Funds N.V. Jaarrekening 2013 Jaarrekening 2013 Pagina 1 van 12 INHOUD Pagina Directieverslag 3 Balans per 31 december 2013 4 Winst- en verliesrekening 2013 5 Toelichting algemeen 6 Toelichting op de balans per 31 december 2013 8 Toelichting

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Ballast Nedam Deelnemersvergadering

Stichting Pensioenfonds Ballast Nedam Deelnemersvergadering Stichting Pensioenfonds Ballast Nedam Deelnemersvergadering Marjon Brandenbarg 27 september 2012 www.ingim.com Agenda Mandaat ING Markt en Performance Vooruitzichten 2 2011: Mandaat ING Door het Bestuur

Nadere informatie

IBUS Fondsen Beheer B.V. Jaarverslag 2013

IBUS Fondsen Beheer B.V. Jaarverslag 2013 IBUS Fondsen Beheer B.V. INHOUDSOPGAVE JAARVERSLAG 4 JAARREKENING Balans per 31 december 2013 5 Winst- en verliesrekening over 2013 6 Kasstroomoverzicht 7 Grondslagen van waardering en resultaatbepaling

Nadere informatie

Aanwezig: - Wilgenhaege Fondsen Management B.V. vertegenwoordigd door de heer R.G.A. Steenvoorden en de heer R.L. Voskamp.

Aanwezig: - Wilgenhaege Fondsen Management B.V. vertegenwoordigd door de heer R.G.A. Steenvoorden en de heer R.L. Voskamp. NOTULEN van de jaarlijkse algemene vergadering van Participanten van Steady Growth Fund, gevestigd en kantoorhoudende te Polarisavenue 97, 2132 JH Hoofddorp (de vennootschap) gehouden te Hoofddorp op 28

Nadere informatie

Interpolis Obligaties 4e kwartaal 2013

Interpolis Obligaties 4e kwartaal 2013 Interpolis Obligaties 4e kwartaal 2013 Gedurende het slotkwartaal van 2013 heeft de ECB ervoor gekozen om het monetaire beleid verder te verruimen. De reden hiervoor was onder meer een verrassend lage

Nadere informatie

TOELICHTEND INFORMATIEMEMORANDUM. met betrekking tot het voorstel tot wijziging van het prospectus van

TOELICHTEND INFORMATIEMEMORANDUM. met betrekking tot het voorstel tot wijziging van het prospectus van TOELICHTEND INFORMATIEMEMORANDUM met betrekking tot het voorstel tot wijziging van het prospectus van Insinger de Beaufort European Mid Cap Fund N.V. 16 april 2014 I N H O U D 1. DOEL TOELICHTEND INFORMATIEMEMORANDUM

Nadere informatie

Beleggingsrendement 3% over het vierde kwartaal van 2012 (14,4% over geheel 2012); waarde van de beleggingen gestegen naar miljoen.

Beleggingsrendement 3% over het vierde kwartaal van 2012 (14,4% over geheel 2012); waarde van de beleggingen gestegen naar miljoen. Kwartaalbericht 2012 Samenvatting DNB-dekkingsgraad 125,2% per 31 december 2012, toename van 3,6%-punt ten opzichte van 30 september 2012. Meer informatie over de dekkingsgraad vindt u op de website Beleggingsrendement

Nadere informatie

MPC PRIVATE EQUITYFONDS

MPC PRIVATE EQUITYFONDS MPC PRIVATE EQUITYFONDS GLOBAL 8 CV GRONINGEN Financieel verslag 2011 MPC Private Equityfond Global 8 CV Groningen JAARVERSLAG Hierbij bieden wij u het jaarverslag 2011 aan van MPC Private Equityfonds

Nadere informatie

Marktwaarde van de pensioenverplichtingen in het derde kwartaal gestegen van 16.893 miljoen naar 17.810 miljoen ( 15.008 miljoen ultimo Q4 2013).

Marktwaarde van de pensioenverplichtingen in het derde kwartaal gestegen van 16.893 miljoen naar 17.810 miljoen ( 15.008 miljoen ultimo Q4 2013). Kwartaalbericht 2014 Samenvatting Marktwaardedekkingsgraad per 30 september 2014 130,4%, een toename van 0,9%-punt ten opzichte van 30 juni 2014. Over de eerste negen maanden steeg de marktwaardedekkingsgraad

Nadere informatie

JAARVERSLAG Achmea Beleggingsfondsen N.V. 2012

JAARVERSLAG Achmea Beleggingsfondsen N.V. 2012 JAARVERSLAG Achmea Beleggingsfondsen N.V. 2012 Belangrijke informatie Voor u ligt het jaarverslag van Achmea Beleggingsfondsen N.V. Dit jaarverslag is onderworpen aan Nederlands recht en wordt opgesteld

Nadere informatie

Begrippenlijst Unit Linked Beleggingsfondsen.

Begrippenlijst Unit Linked Beleggingsfondsen. Begrippenlijst Unit Linked Beleggingsfondsen. Begrippenlijst behorende bij de beleggingsverzekeringen van Achmea Pensioenen Levensverzekeringen N.V. Begrip Nieuwe voorwaarden (LBB 14) Aandeel Aandelenfonds

Nadere informatie

Algemeen. 6. Publicatie Priciples De meest actuele versie van deze Principles of Fund Governance is te vinden op www.gilissen.nl.

Algemeen. 6. Publicatie Priciples De meest actuele versie van deze Principles of Fund Governance is te vinden op www.gilissen.nl. FUND GOVERNANCE Algemeen 1. Compliance functie Een directielid van de Beheerder is aangesteld als Compliance Officer. Deze ziet toe op de correcte naleving van: (i) de Prospectussen van de TG Fondsen;

Nadere informatie

JAARVERSLAG Achmea paraplu fonds A 2016

JAARVERSLAG Achmea paraplu fonds A 2016 JAARVERSLAG Achmea paraplu fonds A 2016 Belangrijke informatie Voor u ligt het jaarverslag van het Fonds voor gemene rekening Achmea paraplu fonds A. Dit jaarverslag is onderworpen aan Nederlands recht

Nadere informatie

Perspectief Mid Year Update Economie & Beleggingsstrategie Ineke Valke

Perspectief Mid Year Update Economie & Beleggingsstrategie Ineke Valke Perspectief Mid Year Update Economie & Beleggingsstrategie Ineke Valke Serious Money. Taken Seriously. Actuele stand van zaken Repressie houdt aan Verbeteringen en verslechteringen in Zuid-Europa Regelingen

Nadere informatie

Beleggingsfondsen. Basis Prospectus. Behorende bij de beleggingsverzekeringen van Achmea Pensioenen Levensverzekeringen N.V.

Beleggingsfondsen. Basis Prospectus. Behorende bij de beleggingsverzekeringen van Achmea Pensioenen Levensverzekeringen N.V. Basis Prospectus Beleggingsfondsen Behorende bij de beleggingsverzekeringen van Achmea Pensioenen Levensverzekeringen N.V. Achmea Adres XX 1234 XX Plaatsnaam Telefoon (030) 123 45 67 Fax (030) 123 45 67

Nadere informatie

Presentatie beleggingsresultaten eerste kwartaal 2018 van de Life Cycle Fondsen van Aegon PPI. Bas Endlich Jacob Vijverberg 1

Presentatie beleggingsresultaten eerste kwartaal 2018 van de Life Cycle Fondsen van Aegon PPI. Bas Endlich Jacob Vijverberg 1 Presentatie beleggingsresultaten eerste kwartaal 2018 van de Life Cycle Fondsen van Aegon PPI Bas Endlich Jacob Vijverberg 1 Agenda Financiële markten Resultaten Vooruitzichten Bron: Bloomberg, Aegon Asset

Nadere informatie

HALFJAARBERICHT 2015 BNG VERMOGENSBEHEER B.V.

HALFJAARBERICHT 2015 BNG VERMOGENSBEHEER B.V. HALFJAARBERICHT 2015 BNG VERMOGENSBEHEER B.V. Inhoud 1 Profiel 1 2 Directieverslag 2 2.1 Beheerd vermogen 2 2.2 Financieel resultaat 2 2.3 Financiële markten 2 2.4 Personeel en organisatie 2 3 Financiële

Nadere informatie

Halfjaarcijfers per 30 juni 2011

Halfjaarcijfers per 30 juni 2011 Halfjaarcijfers per 30 juni 2011 STICHTING BEHEER OIKOCREDIT NEDERLAND FONDS INHOUDSOPGAVE pagina Balans per 30 juni 2011 2 Staat van baten en lasten eerste halfjaar 2011 3 Toelichting op de halfjaarcijfers

Nadere informatie

IBUS FONDSEN BEHEER B.V. JAARVERSLAG 2011. Krijgsman 6 - Postbus 8010-1180 LA AMSTELVEEN Telefoon 020-7559000 - Fax 020-7559090

IBUS FONDSEN BEHEER B.V. JAARVERSLAG 2011. Krijgsman 6 - Postbus 8010-1180 LA AMSTELVEEN Telefoon 020-7559000 - Fax 020-7559090 IBUS FONDSEN BEHEER B.V. JAARVERSLAG 2011 Krijgsman 6 - Postbus 8010-1180 LA AMSTELVEEN Telefoon 020-7559000 - Fax 020-7559090 INHOUDSOPGAVE Pagina JAARVERSLAG 3 JAARREKENING Balans per 31 december 2011

Nadere informatie

FUND GOVERNANCE CODE VAN HOF HOORNEMAN FUND MANAGEMENT NV

FUND GOVERNANCE CODE VAN HOF HOORNEMAN FUND MANAGEMENT NV FUND GOVERNANCE CODE VAN HOF HOORNEMAN FUND MANAGEMENT NV INLEIDING Doel Hof Hoorneman Fund Management NV wenst de DUFAS Principles of Fund Governance na te leven. De onderhavige code heeft tot doel de

Nadere informatie

Halfjaarcijfers per 30 juni 2012

Halfjaarcijfers per 30 juni 2012 Halfjaarcijfers per 30 juni 2012 STICHTING BEHEER OIKOCREDIT NEDERLAND FONDS INHOUDSOPGAVE Balans per 30 juni 2012 2 Winst en verliesrekening over het eerste halfjaar 2012 3 Toelichting op de halfjaarcijfers

Nadere informatie

Presentatie beleggingsresultaten over eerste kwartaal van 2017 van de Life Cycle Fondsen van Aegon PPI. Bas Endlich Jacob Vijverberg 1

Presentatie beleggingsresultaten over eerste kwartaal van 2017 van de Life Cycle Fondsen van Aegon PPI. Bas Endlich Jacob Vijverberg 1 Presentatie beleggingsresultaten over eerste kwartaal van 2017 van de Life Cycle Fondsen van Aegon PPI Bas Endlich Jacob Vijverberg 1 Agenda Financiële markten Resultaten Vooruitzichten Bron: Bloomberg,

Nadere informatie

Verslag verantwoording betrokken aandeelhouderschap 2017

Verslag verantwoording betrokken aandeelhouderschap 2017 Verslag verantwoording betrokken aandeelhouderschap 2017 In dit verslag: 1. Stemresultaten over 2017 2. Implementatie Nederlandse Corporate Governance Code Verantwoordelijkheid van institutionele beleggers

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds voor de Woningcorporaties. Beleid voor verantwoord beleggen

Stichting Pensioenfonds voor de Woningcorporaties. Beleid voor verantwoord beleggen Stichting Pensioenfonds voor de Woningcorporaties Beleid voor verantwoord beleggen Inhoudsopgave 1. Doel van verantwoord beleggen... 3 2. De pijlers van het beleid voor verantwoord beleggen... 3 3. Integratie

Nadere informatie

Verslag verantwoording betrokken aandeelhouderschap 2014

Verslag verantwoording betrokken aandeelhouderschap 2014 Verslag verantwoording betrokken aandeelhouderschap 2014 In dit verslag: 1. Stemresultaten over 2014 2. Implementatie Nederlandse Corporate Governance Code Verantwoordelijkheid van institutionele beleggers

Nadere informatie

Stichting Bewaarder BNP Paribas Beleggingsfondsen NL. te Amsterdam. Jaarrekening 2013

Stichting Bewaarder BNP Paribas Beleggingsfondsen NL. te Amsterdam. Jaarrekening 2013 Stichting Bewaarder BNP Paribas Beleggingsfondsen NL te Amsterdam Jaarrekening 2013 Inhoudsopgave Blad Verslag van het Bestuur 2 Jaarrekening Balans per 31 december 2013 4 Staat van baten en lasten over

Nadere informatie

Verslag verantwoording betrokken aandeelhouderschap 2016

Verslag verantwoording betrokken aandeelhouderschap 2016 Verslag verantwoording betrokken aandeelhouderschap 2016 In dit verslag: 1. Stemresultaten over 2016 2. Implementatie Nederlandse Corporate Governance Code Verantwoordelijkheid van institutionele beleggers

Nadere informatie

ABN AMRO. verzekeringen. Marktontwikkelingen & vooruitzichten. Portefeuilleverdeling & fondsselectie. Rendement. Profielfonds 3. Tweede kwartaal 2012

ABN AMRO. verzekeringen. Marktontwikkelingen & vooruitzichten. Portefeuilleverdeling & fondsselectie. Rendement. Profielfonds 3. Tweede kwartaal 2012 ABN AMRO verzekeringen Profielfonds 3 Tweede kwartaal 2012 Marktontwikkelingen & vooruitzichten Volgens recente signalen vertoont de mondiale economie tekenen van verzwakking. Tegelijkertijd nemen de risico

Nadere informatie

Verslag verantwoording betrokken aandeelhouderschap 2015

Verslag verantwoording betrokken aandeelhouderschap 2015 Verslag verantwoording betrokken aandeelhouderschap 2015 In dit verslag: 1. Stemresultaten over 2015 2. Implementatie Nederlandse Corporate Governance Code Verantwoordelijkheid van institutionele beleggers

Nadere informatie

Aanvullend Prospectus FBTO Oranje Rente Fonds

Aanvullend Prospectus FBTO Oranje Rente Fonds Aanvullend Prospectus FBTO Oranje Rente Fonds Aanvullend Prospectus FBTO Oranje Rente Fonds Dit Aanvullend Prospectus maakt onderdeel uit van het Prospectus van Achmea Pensioen- en Levensverzekeringen

Nadere informatie

Begrippenlijst Unit Linked Beleggingsfondsen behorende bij de beleggingsverzekeringen van Achmea Pensioen- en Levensverzekeringen N.V.

Begrippenlijst Unit Linked Beleggingsfondsen behorende bij de beleggingsverzekeringen van Achmea Pensioen- en Levensverzekeringen N.V. Begrippenlijst Unit Linked Beleggingsfondsen behorende bij de beleggingsverzekeringen van Achmea Pensioen- en Levensverzekeringen N.V. Begrip Aandeel Aandelenfonds Aanvullend Prospectus Achtergestelde

Nadere informatie

Jaarbericht ABC 2013

Jaarbericht ABC 2013 Jaarbericht ABC 2013 Terugblik De wereldeconomie maakte zich in 2013 op voor de tweede fase van groeiherstel na de crisis van 2008-2010. De groei van de wereldeconomie bedroeg over 2013 circa 3%, vergelijkbaar

Nadere informatie

Halfjaarcijfers per 30 juni 2014

Halfjaarcijfers per 30 juni 2014 Halfjaarcijfers per 30 juni 2014 STICHTING BEHEER OIKOCREDIT NEDERLAND FONDS INHOUDSOPGAVE Balans per 30 juni 2014 Staat van baten en lasten over het eerste halfjaar 2014 Toelichting op de halfjaarcijfers

Nadere informatie

Begrippenlijst Unit Linked Beleggingsfondsen

Begrippenlijst Unit Linked Beleggingsfondsen Begrippenlijst Unit Linked Beleggingsfondsen behorende bij de beleggingsverzekeringen van Achmea Pensioen- en Levensverzekeringen N.V. Begrip Uitleg 01 Aandeel Bewijs van deelneming in het kapitaal van

Nadere informatie

Fortis Investments. Fortis Groen Fonds. Kwartaalrapportage

Fortis Investments. Fortis Groen Fonds. Kwartaalrapportage Fortis Investments Fortis Groen Fonds Kwartaalrapportage 13-07-2009 Fortis Groen Fonds beleggingsfonds voor gemene rekening met een closed-end structuur Beheerder Fortis Funds (Nederland) N.V. Postbus

Nadere informatie

SynVest Beleggingsfondsen nv. Halfjaarcijfers Bestuursverslag Verslag directie 2

SynVest Beleggingsfondsen nv. Halfjaarcijfers Bestuursverslag Verslag directie 2 AMSTERDAM Halfjaarcijfers 2018 INHOUDSOPGAVE Pagina 1. Bestuursverslag 1 1.1 Verslag directie 2 2. Halfjaarcijfers 3 2.1 Samengestelde balans per 30 juni 2018 4 2.2 Samengestelde winst- en verliesrekening

Nadere informatie

Begrippenlijst Unit Linked Beleggingsfondsen

Begrippenlijst Unit Linked Beleggingsfondsen penlijst Unit Linked Beleggingsfondsen behorende bij de beleggingsverzekeringen van Achmea Pensioen- en Levensverzekeringen N.V. Begrip Aandeel Aandelenfonds Aanvullend Prospectus Achtergestelde obligatie

Nadere informatie

Essentiële Beleggersinformatie

Essentiële Beleggersinformatie Essentiële Beleggersinformatie Dit document verschaft u essentiële beleggersinformatie aangaande dit fonds. Het is geen marketingmateriaal. De verstrekte informatie is bij wet voorgeschreven en is bedoeld

Nadere informatie

In deze nieuwsbrief voor Q2 2014

In deze nieuwsbrief voor Q2 2014 In deze nieuwsbrief voor Q2 2014 Werkloosheid Verenigde Staten - Fed blijft op toneel Rusland eist rol op, p.1. - Aandelen meest kansrijk in 2014, p.2. - Obligaties winnen in Q1 - weinig potentie, p.2.

Nadere informatie

HALFJAARVERSLAG Over de periode 1 januari 2017 tot en met 30 juni Finles Bond Fund

HALFJAARVERSLAG Over de periode 1 januari 2017 tot en met 30 juni Finles Bond Fund HALFJAARVERSLAG 2017 Over de periode 1 januari 2017 tot en met 30 juni 2017 Finles Bond Fund Inhoudsopgave Algemene informatie... 3 Kerncijfers... 4 Verslag van de beheerder... 5 Halfjaarcijfers... 6 Balans...

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds voor Personeelsdiensten

Stichting Pensioenfonds voor Personeelsdiensten 9-1-2018 Stichting Pensioenfonds voor Personeelsdiensten ESG-beleid Over dit document Dit document beschrijft het ESG-beleid (Environmental, Social en Governance) van Stichting Pensioenfonds voor Personeelsdiensten

Nadere informatie

Marktwaardedekkingsgraad per 31 maart 2014: 128,6%, een toename van 3,3%-punt ten opzichte van 31 december 2013.

Marktwaardedekkingsgraad per 31 maart 2014: 128,6%, een toename van 3,3%-punt ten opzichte van 31 december 2013. Kwartaalbericht 2014 Samenvatting Marktwaardedekkingsgraad per 31 maart 2014: 128,6%, een toename van 3,3%-punt ten opzichte van 31 december 2013. Meer informatie vindt u op de website. Beleggingsrendement

Nadere informatie

Algemene informatie 3. Verslag van de beheerder 4. Jaarrekening 6. Balans per 31 december Winst- en verliesrekening over

Algemene informatie 3. Verslag van de beheerder 4. Jaarrekening 6. Balans per 31 december Winst- en verliesrekening over Jaarverslag 2018 Inhoud Algemene informatie 3 Verslag van de beheerder 4 Jaarrekening 6 Balans per 31 december 2018 6 Winst- en verliesrekening over 2018 7 Toelichting op de jaarrekening 8 2 Algemene informatie

Nadere informatie

ACTIVINVESTOR MANAGEMENT B.V. Amsterdam. Halfjaarbericht per 30 juni 2012

ACTIVINVESTOR MANAGEMENT B.V. Amsterdam. Halfjaarbericht per 30 juni 2012 ACTIVINVESTOR MANAGEMENT B.V. Amsterdam Halfjaarbericht per 30 juni 2012 Profiel ActivInvestor Management B.V. is 16 december 2004 opgericht en heeft als doel het opzetten en beheren van niche vastgoedbeleggingsfondsen

Nadere informatie

Stichting Bewaarder Robeco

Stichting Bewaarder Robeco Stichting Bewaarder Robeco Jaarrekening over het boekjaar 2013 Stichting Bewaarder Robeco INHOUDSOPGAVE Pagina Algemene informatie 1 Verslag van het Bestuur 2 Algemeen 2 Ontwikkelingen gedurende het verslagjaar

Nadere informatie

beleggen BPL pensioen belegt maatschappelijk verantwoord

beleggen BPL pensioen belegt maatschappelijk verantwoord beleggen BPL pensioen belegt maatschappelijk verantwoord hoe belegt BPL Pensioen Ons maatschappelijk verantwoord beleggingsbeleid BPL Pensioen wil een duurzaam en betrouwbaar pensioenfonds zijn dat de

Nadere informatie

Beleggingsupdate Allianz Pensioen

Beleggingsupdate Allianz Pensioen Allianz Nederland Levensverzekering N.V. Beleggingsupdate Allianz Pensioen Beleggingsupdate Q3 2017 Rendementen Allianz Pensioen Passieve en Actieve Lifecycles In deze Beleggingsupdate vindt u tabellen

Nadere informatie

Jaarverslag verantwoord beleggen 2015

Jaarverslag verantwoord beleggen 2015 Jaarverslag verantwoord beleggen 2015 Ook in 2015 heeft Pensioenfonds Vervoer in het beleggingsbeleid en de uitvoering ervan weer een impuls kunnen geven aan maatschappelijke verantwoord beleggen. Nadat

Nadere informatie

De gegevens van Hewitt Associates zijn: Hewitt Associates Outsourcing B.V. Beukenlaan 143 Postbus 80040 5600 JP Eindhoven

De gegevens van Hewitt Associates zijn: Hewitt Associates Outsourcing B.V. Beukenlaan 143 Postbus 80040 5600 JP Eindhoven Philips Pensioenfonds heeft de uitvoering van het Philips flex pensioen uitbesteed aan Hewitt Associates Outsourcing B.V. U kunt bij Hewitt Associates terecht met al uw pensioenvragen. De gegevens van

Nadere informatie

Global Opportunities (GO) Capital Asset Management BV gevestigd te AMSTERDAM. Rapport inzake de jaarrekening 2015

Global Opportunities (GO) Capital Asset Management BV gevestigd te AMSTERDAM. Rapport inzake de jaarrekening 2015 Global Opportunities (GO) Capital Asset Management BV gevestigd te AMSTERDAM Rapport inzake de jaarrekening 2015 Inhoudsopgave Pagina Opdracht 1 Algemeen 1 Resultaten 1 Financiële positie 2 Fiscale positie

Nadere informatie

Persbericht ABP, eerste halfjaar 2008

Persbericht ABP, eerste halfjaar 2008 Persbericht ABP, eerste halfjaar 2008 Hoofdpunten Rendement over eerste helft 2008 is 5,1%. De dekkingsgraad is medio 2008 uitgekomen op 132%. De kredietcrisis eist zijn tol. Vooral aandelen en onroerend

Nadere informatie

Aanvullend prospectus. Achmea paraplu fonds A

Aanvullend prospectus. Achmea paraplu fonds A Aanvullend prospectus Achmea paraplu fonds A Inlegvel behorende bij het aanvullend Prospectus Achmea paraplu fonds A Inlegvel per 1 januari 2017 Wijziging benchmark Beleggingspool Achmea Aandelen Wereldwijd

Nadere informatie

Mijndomein.nl Services BV

Mijndomein.nl Services BV 15 Mijndomein.nl Services BV 1 Cappa Accountants & Adviseurs Inhoudsopgave jaarrekening 2015 De in dit rapport opgenomen getallen tussen haakjes zijn negatief. Tenzij anders vermeld luiden de bedragen

Nadere informatie

Oktober 2015. Macro & Markten. 1. Rente en conjunctuur :

Oktober 2015. Macro & Markten. 1. Rente en conjunctuur : Oktober 2015 Macro & Markten 1. Rente en conjunctuur : VS Zoals al aangegeven in ons vorig bulletin heeft de Amerikaanse centrale bank FED de beleidsrente niet verhoogd. Maar goed ook, want naderhand werden

Nadere informatie

PRINCIPLES OF FUND GOVERNANCE AMERICAN VALUE FUND

PRINCIPLES OF FUND GOVERNANCE AMERICAN VALUE FUND PRINCIPLES OF FUND GOVERNANCE AMERICAN VALUE FUND I. INLEIDING Safe Harbour Fund Management B.V. (de Beheerder ) is de beheerder van American Value Fund (het Fonds ). De bewaarder van het Fonds is Stichting

Nadere informatie

TOELICHTEND INFORMATIEMEMORANDUM. met betrekking tot de vergadering van participanten van Sustainable Values Fund

TOELICHTEND INFORMATIEMEMORANDUM. met betrekking tot de vergadering van participanten van Sustainable Values Fund TOELICHTEND INFORMATIEMEMORANDUM met betrekking tot de vergadering van participanten van Sustainable Values Fund te houden op 18 juli 2014, om 11:00 uur Herengracht 537, 1017 BV Amsterdam 2 juli 2014 I

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Eerste kwartaal 2017-1 januari 2017 t/m 31 maart 2017 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad eind maart 2017 is 112,6% en is gestegen ten opzichte

Nadere informatie

PRINCIPLES OF FUND GOVERNANCE COMMODITY DISCOVERY FUND Bijgewerkt tot 8 juli 2014

PRINCIPLES OF FUND GOVERNANCE COMMODITY DISCOVERY FUND Bijgewerkt tot 8 juli 2014 PRINCIPLES OF FUND GOVERNANCE COMMODITY DISCOVERY FUND Bijgewerkt tot 8 juli 2014 Principles of Fund Governance Pag. 1/5 1. INLEIDING Commodity Discovery Management B.V. (de Beheerder ) is de beheerder

Nadere informatie

Global Opportunities (GO) Capital Asset Management BV gevestigd te AMSTERDAM. Rapport inzake de jaarrekening 2013

Global Opportunities (GO) Capital Asset Management BV gevestigd te AMSTERDAM. Rapport inzake de jaarrekening 2013 Global Opportunities (GO) Capital Asset Management BV gevestigd te AMSTERDAM Rapport inzake de jaarrekening 2013 Inhoudsopgave Pagina Opdracht 1 Algemeen 1 Resultaten 1 Financiële positie 2 Kengetallen

Nadere informatie