Academisch Ziekenhuis Maastricht Studie Hindernisvrijheid van de Helihaven EH0015

Transcriptie

1 Studie Hindernisvrijheid van de Helihaven EH0015 Juli 2015

2 PROJECT: - UMC Studie Hindernisvrijheid van de Helihaven EH0015 LOCATIE: Nederland, Maastricht INHOUD: Rapportage STATUS : V2.0 DATUM : Juli 2015 OPDRACHTGEVER: Maastricht UMC Facilitair Bedrijf CONSULTANT: NACO, Netherlands Airport Consultants Postbus 93056, 2509 AB Den Haag Nederland Tel.: +31 (0) , Fax: +31 (0) PROJECT DIRECTEUR: PROJECT LEIDER: ONTWERPLEIDER: GESCHREVEN DOOR: J. v.d. Meer W.J.Voet W.J.Voet W.J.Voet Juli

3 Inhoudsopgave 1 Inleiding Referenties Huidige situatie Nieuwe situatie Ontwerphelikopter Nieuwe Situatie Obstakelmeting Tekeningen betreffende de obstakelvrije vlakken Te implementeren maatregelen...7 Lijst van tekeningen Hindernisvrijheid Helihaven AZM Sector BC SB01 - Overzichtstekening BC DB02 - Dwarsprofielen BC LB03 - Lengteprofielen sector 190 en sector 360 Juli

4 1 Inleiding Het is uitgerust met een helihaven ten behoeve van ambulance- en traumavluchten. Tijdens de reguliere inspectie door ILT op 26 mei 2014 is een aantal afwijkingen ten opzichte van de vigerende regelgeving ten behoeve van een helikopterluchthaven geconstateerd, die volgens de Regeling veilig gebruik luchthavens en andere terreinen gebruikt mag worden. Deze afwijkingen zijn tijdens de inspectie en ook middels een schrijven van ILT aan het Maastricht UMC ter kennis gebracht (referentie ILT-2014/29251, d.d. 04 juni 2014). Omdat dit rapport de situatie m.b.t. hindernissen adresseert, wordt hier niet verder ingegaan op de geconstateerde afwijking aangaande de lage verlichtingsarmaturen die zich rond de landingsplaats bevinden. Tegelijkertijd wil het Maastricht UMC een vergunning krijgen voor het uitvoeren van nachtvluchten op de helihaven. Het Maastricht UMC-facilitair bedrijf heeft RHDHV-Maastricht verzocht de benodigde studies uit te voeren, t.w. een geluidsonderzoek, een risico analyse en een onderzoek naar obstakels in de nabijheid van het helikopterplatform. Voor dit laatste aspect is NACO, Netherlands Airport Consultants benaderd door RHDHV.. 2 Referenties Bij de studie is gebruik gemaakt van de onderstaande documenten: (a) Regeling veilig gebruik luchthavens en andere terreinen, MVW 27 oktober 2009 (b) ICAO Annex 14 Volume II Heliports, fourth edition July 2013, van kracht m.i.v. 14 november 2013, (c) Verordening Luchthavens Provincie Limburg, Provinciaal Blad Jaargang 2013, Nr 89, 13 augustus 2013 (d) EH0015 Maastricht/Maastricht Universitair Medisch Centrum AIP (Aeronautical Information Publication) (e) ILT-2014/29251, Inspectie Leefomgeving en Transport, Luchtvaart Handhaving Service-providers 3 Huidige situatie Binnen het afgegrensde terrein van de helihaven bevindt zich het landings- en opstijggebied (in de internationale richtlijnen Touchdown and Liftoff Area of TLOF genoemd), een met betonstenen verhard gebied van 12 x 12 m. Dit wordt omgeven door een strook verharding, waarin de lichtarmaturen t.b.v. de TLOF zijn geplaatst. De afmetingen van het verharde gebied zijn 17 x 17 m Dit verharde gebied bevindt zich centraal in het eindnaderings- en vertrekgebied (Final Approach and Takeoff area (FATO), een gras/onverhard gebied van 45 x 30 m waarvan de buitenrand gemarkeerd is met lage rood-witte grensmerkbakens. Juli

5 Schematiche voorstelling van de FATO en Veiligheidszone (Safety area) De FATO wordt omgeven door een veiligheidszone (safety area) van 3 m breed, aan de buitenzijde begrensd door het hek rond de helihaven. Tijdens de inspectie door ILT op 26 mei 2014 is aangegeven dat dit hek en de aan de oostzijde opgestelde brandweerkast een verstoring vormen van de obstakelvrije zijvlakken, die beginnen vanuit de buitenrand van de veiligheidszone met een opwaartse hoek van 1:1. Het hek aan de noordzijde van de helihaven is verlaagd geplaatst, maar het hek aan de zuidzijde vormt een obstakel voor het in- en uitvliegvlak met een opwaartse helling 1:10, beginnend ter plaatse van de buitenkant van de safety area. Hekwerk aan de noordzijde Hekwerk aan de zuidzijde. De hoogte van het landingsterrein is 48,25m + NAP. Hierbij dient opgemerkt te worden dat deze waarde ter plaatse is gemeten, terwijl in de AIP een hoogte van 159 ft boven zeeniveau staat vermeld, welke omgerekend 48,45m+ NAP geeft. Alle hoogtes die in deze studie en op de begeleidende tekeningen worden vermeld, zijn gerelateerd aan 48,25m+ NAP. De twee invlieg/uitvliegsectoren zijn 190 en 360 graden, gerekend vanuit de helikopterlandingsplaats. Deze staan vermeld in de AIP (d) als ook in de Verordening Luchthavens Provincie Limburg (c). De hellingshoek van de bijbehorende obstakelvrije vlakken bedraagt 10% (1:10), als vermeld in (d). Juli

6 4 Nieuwe situatie Een praktische oplossing met betrekking tot de gemelde obstakels kan gevonden worden in een nadere beschouwing van de afmetingen van het helikopterterrein. Vanuit de internationale richtlijnen kunnen de minimaal vereiste afmetingen worden bepaald. Daarbij wordt de grootte van het platform gedicteerd door de afmetingen van de maatgevende helikopter. 4.1 Ontwerphelikopter Van de volgende helikopters, die als meest frequente gebruikers van de helihaven zijn aangemerkt door het AZM, zijn de belangrijkste afmetingen bepaald, t.w. de Rotordiameter (RD) en de maximale lengte (D): McDonnel Helicopters MD Explorer RD = 10,31 m, D = 11,89 m Eurocopter EC-135 RD = 10,20 m, D = 12,16 m Eurocopter AS355 RD = 10,69 m, D = 12,94 m. Vanwege zijn afmetingen is de Eurocopter AS355 het ontwerptoestel voor de afmetingen van het helikopterplatform. Op grond van de afmetingen van het ontwerptoestel geldt: Minimale afmeting van de TLOF is 0,83D = 10,75m, zie (b), para De bestaande afmetingen van 12 x 12 m als vermeld in de AIP blijven ongewijzigd. Afmeting FATO is minimaal 0,83 D, maar aanbevolen wordt 1 D = 13,00 m, zie (b), par Afmeting safety area, grenzend aan en gelegen buiten de FATO: minimum breedte 3 m of 0,25D, dus 3,24 m. Dit zou resulteren in een buitenmaat van 13, x 3,24 = 19,48 m. Echter, (b), par vereist een minimale afmeting voor de safety area van 2 D = 26,00 m. 4.2 Nieuwe Situatie De afmetingen van de TLOF blijven ongewijzigd. De FATO wordt teruggebracht tot de maten van het bestaande verharde oppervlak, t.w. 17 x 17 m. De buitenafmetingen van de safety area worden eveneens gereduceerd, tot op 26 x 26 m. Aan de oost- en westzijde betekent deze reductie dat de buitengrens van de safety area zich 2 m verplaatst richting centrum FATO. Hierdoor vormen de hekken aan de oost en westzijde geen verstoring meer van de 1:1 zijdelingse obstakelvrije vlakken, evenmin als de brandweerkast aan de oostzijde. Juli

7 In de richting van de in- en uitvliegsectoren schuift de onderste begrenzing van de bijbehorende obstakelvrije vlakken over een afstand van (51,00 26,00)/2 = 12,50 m richting centrum FATO, waardoor het bestaande hek aan de zuidzijde geen obstakel meer vormt.. Omdat het Maastricht UMC een vergunning wil aanvragen voor het uitvoeren van nachtvluchten op de helihaven, moeten de afmetingen van de in- en uitvliegvlakken (Take-off/Approach surfaces) overeenkomen met die als gegeven in de richtlijnen. Toepassing van Annex 14 Volume 2 resulteert in de volgende afmetingen voor de obstakelvlakken t.b.v. de: - Aanvangsbreedte ( inner edge ) t.p.v. buitenzijde safety area : 26,00 m - Aanvangshoogte = hoogte TLOF : 48,25m + - Divergentie t.b.v. nachtvluchten: 15% t.o.v de aslijn - Totale breedte invlieg/uitvliegsectoren t.b.v. nachtvluchten = 10 x RD = 107,00 m - Gradient: 1:10 (10%) (d) - Zijdelingse obstakelvlakken: 1:2, tot hoogte 45 m boven FATO. N.B.: ICAO Annex 14 - Volume 2 hanteert andere opwaartse hoeken voor de hindernisvrije vlakken bij visuele operaties, afhankelijk van de performance class van de helikopter. De 1:10 hellingshoek is in deze studie gehanteerd, omdat deze waarde in de AIP is gepubliceerd en ook voor veel andere helihavens bij ziekenhuizen wordt gebruikt. 4.3 Obstakelmeting Ter plaatse is voor de obstakelvrije vlakken een inmeting gedaan van mogelijke obstakels die deze vlakken verstoren. De resultaten zijn gegeven in Tabel 1 hieronder. Nulpunt van de metrering ligt op de buitenrand van de safety area, met de vermelde afstand links of rechts tot de aslijn gezien in de richting van de metrering. Waar in de kolom overhoogte negatieve getallen vermeld staan, vindt een verstoring van het obstakelvrije vlak plaats. Aan de noordzijde van het AzM is een uitbreiding gepland, waarvan bekend is, dat de gevel in lijn zal komen met en de dakhoogte dezelfde zal zijn als die van de belendende bestaande bebouwing. Deze uitbreiding is op de obstakeltekeningen aangegeven. In dit verband zij vermeld dat op de artists impression van deze uitbreiding een aantal hoge windmolens wordt getoond op het dak. In het definitieve ontwerp van dit gebouw zullen deze windmolens moeten worden getoetst aan de beperkingen vanuit het obstakelvrije vlak. Aan de zuidzijde verrijst nieuwbouw langs de Verheylaan. De locatie en hoogte zijn zodanig dat deze bebouwing geen obstakel vormt voor de sector 190. Juli

8 Tabel 1 - Controle Hindernisvrijheid Sector 360 (Invlieg/uitvliegroute 180 / 360 ) Object metrering vanuit rand safety area zijdelingse afstand hoogte t.o.v NAP Hoogte Obstakelvlak tov NAP overhoogte (m) Lichtmast 105,25 18,20 R 57,65 58,78 1,13 Lichtmast 139,50 18,00 R 56,67 62,20 5,53 Lichtmast 160,50 18,40 R 57,63 64,30 6,67 Lichtmast 166,50 14,70 L 63,78 64,90 1,12 Lichtmast 230,50 24,55 L 64,02 71,30 7,28 Bomenrij 132,00 variabel 65,55 61,45-4,10 Sector 190 (Invlieg/uitvliegroute 010 / 190 ) Object metrering vanuit rand safety area zijdelingse afstand hoogte t.o.v NAP Hoogte Obstakelvlak tov NAP overhoogte (m) Lichtmast 29,00 3,40 L 50,65 51,15 0,50 Lichtmast 134,70 29,40 R 62,39 61,72-0,67 Lichtmast 174,50 26,30 R 62,96 65,70 2,74 Bomenrij 258,00 +/- 52 L 68,72 74,05 5, Tekeningen betreffende de obstakelvrije vlakken De volgende tekeningen zijn van toepassing op de sectoren 190 en 360 : BC SB01 - Overzichtstekening BC DB02 - Dwarsprofielen BC LB03 Lengteprofielen sector 190 en sector 360 Deze zijn als bijlagen aan het rapport toegevoegd. 4.5 Te implementeren maatregelen De rand van het bestaande verharde oppervlak wordt de begrenzing van de nieuwe FATO. Deze moet met geverfde markering op de rand van de verharding als zodanig worden aangegeven. Tegelijkertijd moeten de bestaande randmarkers langs de 30 x 45 m bestaande FATO worden verwijderd. Juli

9 Aanpassingen die vereist zijn om te kunnen voldoen aan de obstakelvrije vlakken voor de in- en uitvliegvlakken van de sectoren 190 en 360. Zie de hierboven genoemde tekeningen SB01, SB02 en SB03 Voor de sector 190 geldt: - De hoogte van de bomenrij langs de zuidoostkant van sector 190 moet worden beheerd. Door middel van regelmatig snoeien moet worden voorkomen dat (een deel van) deze bomenrij leidt tot een verstoring van de betreffende obstakelvrije vlakken. - Een lichtmast die is ingemeten op metrering 134,70m en op 29,40 m westelijk van de as-lijn moet worden aangepast omdat deze mast momenteel 0,67 m door het obstakelvrije vlak voor de in- en uitvlieg sector 190 steekt. Lichtmast Bomenrij ten zuidoosten en lichtmast west van as sector 190 Voor de sector 360 geldt: - De hoogte van de bomenrij die zich globaal bevindt op 134 m afstand vanuit de noordelijke rand van de veiligheidszone moet worden beheerd. Door middel van regelmatig snoeien moet worden voorkomen dat (een deel van) deze bomenrij leidt tot een verstoring van de betreffende obstakelvrije vlakken. Juli

10 Bomenrij t.p.v. / west van sector 360 Juli