Kluwer Online Research Weekblad voor Fiscaal Recht. De fiscale flexibiliteit van de bv-nieuwe stijl

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Kluwer Online Research Weekblad voor Fiscaal Recht. De fiscale flexibiliteit van de bv-nieuwe stijl"

Transcriptie

1 Weekblad voor Fiscaal Recht De fiscale flexibiliteit van de bv-nieuwe stijl Auteur: Mevr. mr. J.W.E. Litjens en mevr. mr. M. Tydeman-Yousef[1] Per 1 oktober 2012 zal de flex-bv-wetgeving in werking treden. Hierdoor wordt het mogelijk om nieuwe soorten aandelen te creëren: winst- en stemrechtloze aandelen met tal van tussenvormen. Zonder volledigheid na te streven, geven de auteurs in deze bijdrage een overzicht van de belangrijke fiscale effecten die kunnen ontstaan als van deze mogelijkheid gebruik wordt gemaakt. Dit overzicht bestrijkt de volgende terreinen: inkomstenbelasting, loonbelasting, vennootschapsbelasting, het kwalificatiebesluit voor buitenlandse rechtsvormen, overdrachtsbelasting, omzetbelasting en Invorderingswet Inleiding Per 1 oktober 2012 zal de flex-bv-wetgeving in werking treden.[2] De essentie van de vereenvoudiging en flexibilisering van het bv-recht is dat oprichters en aandeelhouders meer vrijheid krijgen om hun bv vorm te geven en dat deze inrichtingsvrijheid gepaard gaat met verantwoordelijkheid tegenover crediteuren en minderheidsaandeelhouders.[3] In deze bijdrage bespreken wij, zonder volledigheid na te streven, welke belangrijke fiscale effecten kunnen ontstaan als gebruik wordt gemaakt van de mogelijkheid om onder de flex-bv-wetgeving nieuwe soorten aandelen te creëren. Allereerst gaan wij in onderdeel 2 in op de mogelijkheid om nieuwe soorten aandelen te creëren. Vervolgens geven wij in de daaropvolgende onderdelen een overzicht van de fiscale implicaties voor de inkomstenbelasting, loonbelasting, vennootschapsbelasting, het kwalificatiebesluit voor buitenlandse rechtsvormen, overdrachtsbelasting, omzetbelasting en Invorderingswet 1990, uitmondend in onze slotbeschouwing. 2 Creatie van nieuwe soorten aandelen De wetgever creëert nieuwe soorten aandelen: winstrechtloze aandelen[4] (zonder recht op deling in de winst of de reserves van de vennootschap) naast de reeds bestaande beperkte winstrechtaandelen (met een beperkt recht daarop) (art. 2:216 lid 7 (nieuw) BW); winstrechtloze aandelen hebben een (normaal of afwijkend) stemrecht; stemrechtloze aandelen[5] (zonder stemrecht in de algemene vergadering)[6] (art. 2:228 lid 5 (nieuw) BW); deze aandelen moeten wel (een volledig of beperkt) recht geven op deling in de winst of de reserves van de vennootschap. Na de invoering van deze aanpassingen van het Burgerlijk Wetboek zijn primair de volgende soorten aandelen te onderscheiden: gewone aandelen (met normaal stemrecht en volledig winstrecht), winstrechtloze aandelen en stemrechtloze aandelen. Daarnaast zijn tal van tussenvormen denkbaar, zoals beperkte winstrechtaandelen (met normaal stemrecht maar beperkt winstrecht), afwijkende stemrechtaandelen (met afwijkend stemrecht voor alle besluiten, maar volledig winstrecht) en afwijkende stemrecht- en beperkte winstrechtaandelen (met afwijkend stemrecht en beperkt winstrecht). 3 Inkomstenbelasting - 1 -

2 De invoering van de flex-bv met nieuwe aandelenvarianten kan sneller leiden tot een (soort) aanmerkelijk belang (hierna: ab). Dit blijkt uit opmerkingen van de minister[7] en uit een recent arrest van de Hoge Raad.[8] Ook bepaalde statutaire verplichtingen kunnen een soort-ab tot gevolg hebben. Omvorming van aandelen met stemrecht in aandelen zonder stemrecht kan onder bepaalde voorwaarden zonder heffing van inkomstenbelasting. 3.1 Gevolgen voor (soort) aanmerkelijk belang Volgens de soortbenadering in artikel 4.7 van de Wet inkomstenbelasting 2001 heeft een belastingplichtige ook een ab als hij aandeelhouder is voor ten minste 5% van het geplaatste kapitaal van een soort aandelen. Er is sprake van een aparte soort (certificaten van) aandelen indien de aandelen op enigerlei wijze van elkaar verschillen en daardoor niet dooreen leverbaar oftewel onderling vervangbaar zijn,[9] dat wil zeggen indien de daaraan verbonden rechten volgens de statuten en ook feitelijk niet identiek zijn. Aandelen die hetzelfde winstrecht hebben als andere aandelen maar een afwijkend stemrecht kennen, zijn niet dooreen leverbaar en vormen een aparte soort. Op deze regel geldt een uitzondering voor aandelen die zich uitsluitend onderscheiden van andere aandelen doordat daaraan een benoemingsrecht, het recht om de naam van de vennootschap te mogen bepalen of een met die rechten vergelijkbaar recht is verbonden, of doordat voor die aandelen een bijzondere aanbiedingsregeling of een daarmee vergelijkbare regeling geldt. Al deze aandelen worden beschouwd als aandelen die behoren tot één soort (art. 4.7 lid 2 Wet IB 2001). De Staatssecretaris van Financiën noemt in de memorie van toelichting een aantal voorbeelden van soortaandelen.[10] De minister[11] neemt in diezelfde memorie van toelichting het standpunt in dat na inwerkingtreding van de flex-bv-wetgeving aandelen zonder stemrecht of met een beperkt stem- en winstrecht zullen moeten worden beschouwd als een aparte soort.[12] In de literatuur wordt daarentegen bepleit om af te stappen van het stemrecht als relevante factor voor het soortcriterium.[13] Stemrechtloze aandelen: soortaandelen? Voor het antwoord op de vraag of stemrechtloze aandelen soortaandelen zijn, is het arrest van de Hoge Raad van 16 december 2011[14] van groot belang. In deze zaak stond de vraag centraal of een verschil in stemrecht tussen aandelen leidt tot het bestaan van een soort-ab. De Hoge Raad oordeelde als volgt: er is niet alleen sprake van verschillende soorten aandelen bij een bijzondere gerechtigdheid tot een vermogensbestanddeel of een reserve van de vennootschap (zoals bij letteraandelen met een eigen dividendreserve), maar ook indien tussen verschillende soorten aandelen uitsluitend een verschil bestaat met betrekking tot de besluitvorming over uitkeringen van winst of vermogen van de vennootschap. Dit laatstgenoemde verschil is immers niet van dezelfde orde als de verschillen die worden bedoeld in de soort-ab-regeling in artikel 4.7, tweede lid, van de Wet inkomstenbelasting 2001.[15] Omdat dit arrest volgens de Staatssecretaris van Financiën[16] recht doet aan de ratio van de soortbenadering, namelijk het tegengaan van misbruik door manipulatie van het aandelenbezit,[17] is er naar zijn mening geen aanleiding om de wet te wijzigen.[18] Volgens hem kan het door de Hoge Raad aangelegde onderscheid in enerzijds verschillen tussen aandelen die de gerechtigdheid tot of besluitvorming over uitkeringen van winst, vermogensbestanddelen of reserves van de vennootschap betreffen en anderzijds verschillen van andere orde, als richtsnoer dienen voor de vaststelling of sprake is van een soort-ab.[19] Dit betekent volgens de minister[20] dat een vennootschap verschillende soorten aandelen heeft als zij aandelen met stemrecht en aandelen zonder stemrecht heeft. Het is echter maar - 2 -

3 de vraag of de door de staatssecretaris verkozen uitleg van de eerder genoemde soort-ab-jurisprudentie van de Hoge Raad juist is.[21] De behoefte aan stemrechtloze aandelen kan bestaan wanneer aandelen zijn toegekend in het kader van werknemersparticipaties.[22] In dat geval wordt immers gedeeld in de winst zonder dat directe invloed op de besluitvorming in de vennootschap nodig of wenselijk wordt geacht.[23] De minister merkt onder verwijzing naar het eerder genoemde arrest[24] op dat een verschil in stemrecht tussen aandelen leidt tot het bestaan van afzonderlijke aandelensoorten voor het ab. Hij voegt daar echter geruststellend aan toe dat de toekenning van stemrechtloze aandelen in het kader van werknemersparticipatie slechts leidt tot belastingheffing in box 2 indien een werknemer daardoor een belang verwerft van ten minste 5% van het geplaatste kapitaal van die soort aandelen van de vennootschap. Mocht dit in de praktijk problemen opleveren, dan biedt de wet de mogelijkheid om bij ministeriële regeling te bepalen dat dergelijke aandelen geen afzonderlijke soort vormen.[25] Statutaire verplichtingen of kwaliteitseisen aan aandelen: soortaandelen? Onder de flex-bv-wetgeving kunnen statuten aan het aandeelhouderschap van aandelen verbintenisrechtelijke verplichtingen verbinden tegenover de vennootschap, derden of (andere) aandeelhouders (bijvoorbeeld de aansprakelijkheid voor een bepaalde bankschuld), bepaalde kwaliteitseisen stellen (bijvoorbeeld het beschikken over een bepaalde vooropleiding of vakbekwaamheid) of bepalen dat de aandeelhouder in de in de statuten omschreven gevallen (zoals faillissement of overgang van aandelen krachtens erfrecht) gehouden is om zijn aandelen aan te bieden en over te dragen (art. 2:192 lid 1 onderdeel a, b en c (nieuw) BW). Ook in deze drie situaties moet volgens de minister[26] worden aangesloten bij de door de Hoge Raad aangelegde maatstaf om te beoordelen of sprake is van soortaandelen. Volgens deze maatstaf vormen aandelen waaraan een bepaalde beroepskwalificatie is verbonden, geen afzonderlijke soort ten opzichte van de overige aandelen waaraan die kwalificatie niet is verbonden, mits ze voor het overige identiek zijn. Dezelfde toets geldt wanneer een aanbiedingsregeling wordt gecombineerd met een prijsbepalingsclausule zodat ook dan in het algemeen geen sprake zal zijn van een soort-ab. Verbinden de statuten echter de aansprakelijkheid voor een bepaalde bankschuld aan het aandeelhouderschap van een bepaalde soort aandelen, dan leidt de toets wel tot een soort-ab, omdat die aansprakelijkheid een bijzondere gerechtigdheid (waaronder een bijzondere verplichting) tot een vermogensbestanddeel van de vennootschap betreft.[27] Geldt een aan het aandeel verbonden verplichting wegens een persoonlijke vrijstelling niet voor de huidige aandeelhouder maar wel voor zijn opvolger, dan moet de vraag worden beantwoord of de desbetreffende verplichting van zodanige orde is dat deze zonder vrijstelling zou leiden tot een afzonderlijke ab-soort. Is dat niet het geval, dan is geen sprake van een afzonderlijke ab-soort. Is dat wel het geval, dan zijn de aandelen met en zonder vrijstelling verschillende soorten. Vervalt de vrijstelling bij de opvolgende aandeelhouder, dan vormen de aandelen weer één soort. [28] 3.2 Gevolgen van een (soort-)ab Door de creatie van nieuwe aandelensoorten kan iemand dus sneller een (soort-)ab verkrijgen. Dit werkt als volgt door in andere regelingen. De gebruikelijkloonregeling van artikel 12a van de Wet op de loonbelasting 1964 kan in beeld komen, zodat het door de ab-houder van de bv genoten loon wordt gesteld op ten - 3 -

4 minste (2012). Een ab-houder die een pand verhuurt aan een flex-bv kan te maken krijgen met de terbeschikkingstellingsregeling (hierna: tbs-regeling) in de inkomstenbelasting (art Wet IB 2001), waardoor het pand van box 3 verschuift naar box 1. Terwijl de huurinkomsten progressief zijn belast in box 1, zijn eventuele verhuurkosten aftrekbaar. Doordat een pand dat een ab-houder verhuurt aan zijn eigen bv wordt beschouwd als een pand in eigen gebruik, is sinds 2007 een afschrijving mogelijk tot 50% van de WOZ-waarde (de bodemwaarde). Voor beleggingspanden geldt daarentegen slechts een afschrijving tot 100% van de WOZ-waarde (art. 8 lid 6a onderdeel b Wet VPB 1969 jo. art. 3.30a lid 10 Wet IB 2001). Door de toepassing van de tbs-regeling heeft de belastingplichtige dus een ruimere afschrijvingsmogelijkheid. Bij een afschrijving tot 50% van de WOZ-waarde wordt de bodemwaarde immers later bereikt dan bij afschrijving tot 100% van de WOZ-waarde. Voor de afschrijving is wel vereist dat de bodemwaarde lager is dan de boekwaarde. Door een (soort-)ab te creëren, kan de belastingplichtige eerder gebruikmaken van de bedrijfopvolgingsregelingen van de Wet inkomstenbelasting 2001 (art. 4.17a t/m 4.17c Wet IB 2001) en de Successiewet 1956 (art. 35b t/m 35f SW 1956). Uiteraard moet wel zijn voldaan aan de overige voorwaarden. Doordat de ab-regeling ook doorwerkt naar de vennootschapsbelasting, kan het creëren van een (soort-)ab ook gevolgen hebben voor de regeling voor de buitenlandse belastingplicht (art. 17 lid 3 onderdeel b, en lid 4 Wet VPB 1969) en het regime voor de fiscale beleggingsinstelling (art. 28 Wet VPB 1969).[29] 3.3 Omvorming van aandelen Het ab-verzamelbesluit van 23 november 2006 regelt onder andere onder welke voorwaarden geen sprake is van een vervreemding voor de ab-regeling bij de omvorming van gewone aandelen in letter- of preferente aandelen in het kader van bedrijfsopvolging.[30] Dit besluit is volgens de minister[31] ook van toepassing op de omvorming van aandelen van een bepaalde soort in aandelen van een andere soort. Bij de omvorming van aandelen met stemrecht in aandelen zonder stemrecht zijn de in het besluit genoemde voorwaarden voor onbelaste certificering van overeenkomstige toepassing.[32] Certificering van aandelen[33] wordt volgens dit besluit niet aangemerkt als een vervreemding voor de ab-regeling, indien de uit te reiken certificaten kunnen worden vereenzelvigd met de aandelen. In dat geval is de verkrijgingsprijs van de certificaten gelijk aan die van de in administratie genomen aandelen. Van vereenzelviging is sprake indien uit de statuten van het administratiekantoor of uit eventuele voorwaarden van administratie blijkt dat wordt voldaan aan de in het besluit genoemde acht voorwaarden.[34] 4 Loonbelasting De invoering van de flex-bv-wetgeving leidt niet tot aanpassing van de loonbelastingbepalingen over de dienstbetrekking van een bestuurder en de fictieve dienstbetrekking van een commissaris (art. 2 lid 3, en art. 3 lid 1 onderdeel g Wet LB 1964).[35] De positie van de commissaris als onafhankelijke toezichthouder en daarmee het karakter van de arbeidsverhouding van de commissaris verandert hierdoor immers niet, al bestaat volgens de minister[36] onder de nieuwe wetgeving de mogelijkheid dat één of meer aandeelhouders een eigen commissaris benoemen.[37] Noemenswaardig is dat de wetgever geen aandacht heeft voor het verbondenheidscriterium van artikel 10, zevende lid, van de Wet op de loonbelasting Daarin speelt de term - 4 -

5 belang een rol bij de invulling van het begrip met de inhoudingsplichtige verbonden vennootschap. Dit verbondenheidscriterium vertoont een opvallende overeenkomst met het equivalent in de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 (zie onderdeel 5.3).[38] Een ander aspect is de gebruikelijkloonregeling van artikel 12a van de Wet op de loonbelasting Degene die arbeid verricht voor een lichaam waarin hij een (soort-)ab heeft, moet een gebruikelijk loon (2012: ) in aanmerking nemen.[39] Door de invoering van de flex-bv met nieuwe aandelenvarianten kan de gebruikelijkloonregeling sneller van toepassing zijn (zie onderdeel 3.2). 5 Vennootschapsbelasting Ook in de vennootschapsbelasting ontstaan mogelijkheden om met gebruikmaking van nieuwe aandelensoorten een aandelenbelang uit te breiden of te verminderen om zo de fiscaal meest gunstige regeling toe te passen. 5.1 Belastingplicht bv De bv is volgens de minister ook na de invoering van de flex-bv-wetgeving een rechtsvorm die op basis van de wettelijke regeling in alle gevallen is onderworpen aan de vennootschapsbelasting.[40] Een belangrijk kenmerk van de bv blijft dat aandeelhouders niet persoonlijk aansprakelijk zijn voor de (rechts)handelingen die zij verrichten namens de bv, ook als de statuten bepalen dat een of meer aandeelhouders naast de bv persoonlijk aansprakelijk zijn voor bepaalde of alle bv-schulden (art. 2:192 lid 1 onderdeel a (nieuw) BW). Ook in dit laatste geval is de flex-bv dus niet fiscaal transparant: de bezittingen en schulden van de vennootschap worden niet toegerekend aan de achterliggende aandeelhouders, ondanks de persoonlijke (mede)aansprakelijkheid. Is dus bij de vormgeving van de flex-bv niet voldaan aan het genoemde belangrijke kenmerk van de bv, dan heeft dit geen gevolgen voor de belastingplicht van de flex-bv.[41] 5.2 Uitsluiting investeringsaftrek Op grond van artikel 8, achtste lid, van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 is de investeringsaftrek uitgesloten voor verplichtingen die een vennootschap is aangegaan met gelieerde vennootschappen.[42] Het gaat hier volgens de minister om een belang van ten minste ⅓ van alle aandelen waarin het kapitaal is verdeeld voor zover op die aandelen is gestort, waarbij geen onderscheid wordt gemaakt tussen verschillende soorten aandelen.[43] Het begrip aandeelhouder moet materieel worden getoetst. Volgens de rechtspraak valt daaronder niet alleen de eigenaar van de aandelen, maar ook degene die in een zodanige rechtsverhouding tot deze eigenaar staat dat het hele belang bij de aandelen hem en niet de eigenaar toekomt, aldus de minister.[44] Aangezien het om een bezit van ten minste ⅓ in het nominaal gestorte kapitaal gaat en niet om de soorten aandelen, heeft de uitgifte van stem- en winstrechtloze aandelen geen effect op de uitsluiting van de investeringsaftrek. 5.3 Verbonden lichaam/persoon Voor verbondenheid is een belang van ⅓ gedeelte of meer in een andere vennootschap vereist (art. 10a lid 4 en lid 5 Wet VPB 1969). Op grond van de wetsgeschiedenis van de genoemde bepalingen wordt niet uitsluitend gekeken naar het financiële belang, maar kunnen ook het stemrecht en de aard van de aandelen een rol spelen.[45] Volgens de minister is het - 5 -

6 verbondenheidscriterium van materiële aard, waarbij de invulling afhankelijk is van de feiten en omstandigheden van het geval zodat de exacte invulling uiteindelijk plaatsvindt door de praktijk en jurisprudentie.[46] Zijn er aandelen met verschillende zeggenschaps- en vermogens- of winstrechten, dan zal een kwantificering moeten plaatsvinden van de zeggenschapsverhoudingen en van de verhoudingen met betrekking tot de financiële belangen in het lichaam. Deze kwantificering kan volgens de minister niet louter plaatsvinden aan de hand van de waarde in het economische verkeer van de verschillende aandelen.[47] Daarbij kunnen zich dan twee situaties voordoen: een evenredige of een onevenredige verdeling van zeggenschap en financieel belang. Bij een evenredige verdeling van zeggenschap en financieel belang geldt als uitgangspunt dat niet meer dan drie (rechts)personen een kwalificerend belang in hetzelfde lichaam kunnen houden. Zowel het aantal stemrechten als het aantal winstrechten in een lichaam kan dan niet meer dan 100% omvatten. Gelet op het arrest van de Hoge Raad van 8 april 2011[48] kan echter niet worden uitgesloten dat zich bepaalde verhoudingen kunnen voordoen, waarbij meer dan drie personen een kwalificerend belang hebben.[49] De Hoge Raad heeft toen geoordeeld dat een financieel belang in een vennootschap van ten minste ⅓ voldoende is om verbondenheid in de zin van de vennootschapsbelasting te kunnen aannemen. Zo kan de optelsom van de belangen boven de 100% uitkomen wanneer de zeggenschap en de financiële belangen niet evenredig zijn verdeeld, aldus de minister.[50] 5.4 Deelnemingsvrijstelling Het 5%-criterium in de deelnemingsvrijstelling kent geen soortbenadering (art. 13 lid 2 onderdeel a Wet VPB 1969). Bepalend is (het economische belang bij) 5% van het totale nominaal gestorte kapitaal. Invoering van de flex-bv maakt het gemakkelijker een niet-kwalificerend 3%-belang onder de deelnemingsvrijstelling te laten vallen. Dit is mogelijk door het resterende belang van aandelen te verwerven of te laten uitgeven in de vorm van winstrechtloze aandelen. Hierdoor wordt voldaan aan het 5%-criterium terwijl dat economisch niet het geval is. Omgekeerd kan een bestaande deelneming beneden de 5%-grens worden gebracht door aan derden winstrechtloze aandelen uit te geven zonder afname van het economische belang.[51] De flex-bv-wetgeving vormt voor het kabinet geen aanleiding om de bestaande formele 5%-eis aan te passen, omdat bij de vormgeving van deze eis bewust de consequenties zijn aanvaard die zijn verbonden aan de aanwezigheid van verschillende soorten aandelen.[52] Dit betekent dat zowel winst- als stemrechtloze aandelen onder de deelnemingsvrijstelling kunnen vallen en meetellen voor de bepaling van het totale nominaal gestorte kapitaal en voor de 5%-grens.[53] De minister[54] heeft dit bevestigd. 5.5 Bedrijfsfusie Eén van de voorwaarden van de bedrijfsfusiefaciliteit van artikel 14 van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 is dat de onderneming wordt overgedragen tegen uitgifte van aandelen in het overnemende lichaam (met beperkte creditering ter afronding).[55] De waarde van de uitgegeven aandelen moet corresponderen met de waarde in het economisch verkeer van de overgedragen onderneming. Ook na introductie van de flex-bv-wetgeving zal worden beoordeeld of de uit te geven aandelen een adequate tegenprestatie[56] vormen voor de overgedragen onderneming. Hierbij spelen de begrippen winstgerechtigdheid en zeggenschap een rol.[57] De eis van de adequate tegenprestatie in de standaardvoorwaarden biedt volgens het kabinet voldoende flexibiliteit voor het omgaan met de nieuwe mogelijkheden die de flex-bv-wetgeving brengt, waaronder de uitgifte van winst- en - 6 -

7 stemrechtloze aandelen.[58] Wel zal nog worden bezien of de standaardvoorwaarden moeten worden aangepast in verband met de consequenties van de flex-bv-wetgeving voor de bedrijfsfusieregeling.[59] 5.6 Fiscale eenheid Wanneer een dochtermaatschappij verschillende soorten aandelen heeft, moeten op grond van de zogeheten minimumbezitseis in het fiscale-eenheidsregime, de gezamenlijke aandelen waarvan de moedermaatschappij de juridische en economische eigendom bezit, altijd recht geven op ten minste 95% van de winst en het vermogen van de dochtermaatschappij (art. 2 Besluit Fiscale eenheid 2003). Niet wordt geëist dat ten minste 95% van de stemrechten in het bezit van de moedermaatschappij zijn, maar de wetgever gaat hier wel van uit, zoals blijkt uit de wetsgeschiedenis.[60] Om zeker te stellen dat een fiscale eenheid alleen mogelijk is als de moedermaatschappij ook 95% van de stemrechten in de dochtermaatschappij bezit, zal in artikel 2 van het Besluit Fiscale eenheid 2003 expliciet worden opgenomen dat de moedermaatschappij ook 95% van de stemrechten moet bezitten.[61] De minister merkt daarover op dat met deze aanpassing geen wijziging is beoogd ten opzichte van de bestaande praktijk. Het doel is volgens hem alleen dat een fiscale eenheid niet kan worden gevormd wanneer de statutaire stemrechten en de winstrechten zijn verdeeld over verschillende aandelen terwijl de statutaire stemrechten niet toekomen aan de moedermaatschappij. Met andere woorden, voorkomen wordt dat een deel van de statutaire stemrechten feitelijk buiten de fiscale eenheid komt te liggen.[62] Tot slot legt de minister uit dat slechts wordt voldaan aan de bezitseis als de moedermaatschappij niet alleen materieel ten minste 95% van de juridische en economische eigendom in de dochtermaatschappij bezit, maar ook een belang heeft van ten minste 95% van de aandelen in het nominaal gestorte kapitaal.[63] 6 Kwalificatie van buitenlandse rechtsvormen Op basis van het kwalificatiebesluit buitenlandse samenwerkingsverbanden van 11 december 2009[64] beoordeelt de Belastingdienst of een buitenlands samenwerkingsverband of een buitenlandse rechtsvorm kwalificeert als een transparant of als een zelfstandig belastingplichtig lichaam voor de vennootschapsbelasting, inkomstenbelasting en dividendbelasting. Na inwerkingtreding van de flex-bv-wetgeving moet ook een rechtsvormvergelijking worden gemaakt tussen het buitenlandse samenwerkingsverband en de vernieuwde bv. Het toetsingskader in het genoemde besluit bevat vier criteria die in onderlinge samenhang moeten worden bezien: het eigendomscriterium, het aandelencriterium, het toestemmingscriterium en het aansprakelijkheidscriterium. Juist dit laatste criterium roept de vraag op hoe dit zich verhoudt tot de flex-bv-wetgeving op grond waarvan aandeelhouders aansprakelijk kunnen zijn voor alle bv-schulden (art. 2:192 lid 2 onderdeel a (nieuw) BW). Volgens de minister zal het aansprakelijkheidscriterium geen andere betekenis krijgen.[65] Bovendien blijft de bv in een dergelijk geval onderworpen aan de vennootschapsbelasting.[66] Ook heeft hij met zoveel woorden gezegd dat vooralsnog de indruk bestaat dat het hiervoor genoemde toetsingskader niet hoeft te worden aangepast na inwerkingtreding van de flex-bv-wetgeving.[67] 7 Overdrachtsbelasting Niet alleen de verkrijging van een onroerende zaak is belast met overdrachtsbelasting, maar - 7 -

8 ook de verkrijging van een kwalificerend belang in een onroerendezaaklichaam (hierna: ozl) in de zin van artikel 4 van de Wet op belastingen van rechtsverkeer. Sinds 2008 moet de term belang ingevolge artikel 4, derde en vierde lid, van de Wet op belastingen van rechtsverkeer materieel worden uitgelegd. Volgens de Staatssecretaris van Financiën heeft het begrip belang alleen betrekking op een door aandelen vertegenwoordigd direct of indirect belang in een ozl. Het begrip ziet volgens hem in beginsel niet op opties en converteerbare obligatieleningen zolang deze niet zijn omgezet in aandelen. Een belang dat uitsluitend bestaat uit zeggenschapsrechten, valt eveneens buiten het begrip.[68] Preferente aandelen die alleen een marktconforme vergoeding over het nominale ingelegde kapitaal opleveren, onafhankelijk van de resultaten van het lichaam, en daarom geen enkel recht geven op de overwinst en de stille reserves van het lichaam, vormen over het algemeen geen belang.[69] Omgekeerd kunnen schuldvorderingen die voor de vennootschapsbelasting kunnen worden aangemerkt als fiscaal kapitaal, een materieel belang vormen. Overigens is de term belang in het verbondenheidscriterium van de overdrachtsbelasting (art. 4 lid 6, 7 en 8 WBR) ontleend aan het verbondenheidscriterium van de vennootschapsbelasting (art. 10a lid 4 Wet VPB 1969).[70] Uitgaande van een materiële interpretatie van het begrip belang geldt hiervoor hetzelfde als omschreven in onderdeel 5.3.[71] Onder aandelen worden mede verstaan rechten uit bestaande aandelen (art. 4 lid 11 WBR). Om buiten discussie te stellen dat een verkrijging van aandeelhoudersrechten uit een bestaand aandeel een verkrijging van aandelen voor de overdrachtsbelasting vormt, is dit sinds 2011 in de wet opgenomen.[72] Tijdens de parlementaire behandeling van de flex-bv-wetgeving merkt de minister in dit verband op dat de term belang een open norm is, waarvan de invulling afhankelijk is van feiten en omstandigheden en uiteindelijk plaatsvindt door de praktijk en de jurisprudentie. De invoering van de flex-bv-wetgeving geeft volgens de minister dan ook geen aanleiding tot aanpassing van de Wet op belastingen van rechtsverkeer. De voor de overdrachtsbelasting relevante gevolgen van de flex-bv-wetgeving zijn volgens de minister beperkt.[73] Maar de invoering van de flex-bv-wetgeving maakt het wel, meer dan voorheen, mogelijk om via de verkrijging van rechten uit bestaande aandelen een belang in een ozl te verkrijgen. Zo kunnen bijvoorbeeld aandelen zonder winstrecht alsnog een recht op de winst geven. Volgens de Minister van Financiën was de hiervoor genoemde wetsaanpassing van artikel 4 van de Wet op belastingen van rechtsverkeer toen al van belang en zal deze na inwerkingtreding van de flex-bv-wetgeving nog belangrijker worden.[74] 8 Omzetbelasting Voor een fiscale eenheid in de omzetbelasting is onder andere financiële verwevenheid vereist (art. 7 lid 4 Wet OB 1968). Uit de jurisprudentie volgt dat voor dit criterium de moedermaatschappij van de fiscale eenheid ten minste de meerderheid (dus meer dan 50%) van de aandelen met inbegrip van de zeggenschap moet bezitten.[75] In de literatuur wordt verdedigd dat wellicht ook sprake is van financiële verwevenheid wanneer de moedermaatschappij niet beschikt over een meerderheidsbelang maar wel over de meerderheid van de zeggenschapsrechten.[76] Dit betekent dat de uitgifte van stemrechtloze aandelen aan derden een bestaande fiscale eenheid voor de omzetbelasting niet zou verbreken als de moedermaatschappij de meerderheid van de aan de gewone aandelen verbonden zeggenschapsrechten behoudt.[77] Omgekeerd zou het verkrijgen door middel van aandelen met stemrecht van meer dan 50% van de stemrechten zonder dat sprake is van een meerderheidsbelang, voldoende kunnen zijn om te spreken van verwevenheid. Tijdens de parlementaire behandeling van de Invoeringswet is niet ingegaan op deze aspecten

9 9 Invorderingswet 1990 Volgens de katvangersbepaling in artikel 40 van de Invorderingswet 1990 kan de aandeelhouder aansprakelijk zijn voor de door de vennootschap verschuldigde vennootschapsbelasting. Het betreft de aandeelhouder die, al dan niet met zijn partner en bloedverwanten in de rechte lijn, direct of indirect ten minste een ⅓ deel van het geplaatste kapitaal van de vennootschap bezit. Bovendien moeten de bezittingen van deze vennootschap in belangrijke mate (30% of meer) bestaan uit beleggingen en liquide middelen op het moment waarop de aandeelhouder de aandelen geheel of deels vervreemdt. Ook hier geldt dat de uitgifte van stem- en winstrechtloze aandelen invloed kan hebben op het al dan niet voldoen aan het ⅓-criterium. Volgens de minister maakt het voor de toepassing van deze bepaling, met name voor de aandeelhouderstoets, niet uit welke soorten aandelen iemand bezit. Uitgangspunt vormt immers het totale geplaatste kapitaal van de vennootschap, dat wil zeggen alle soorten aandelen bij elkaar.[78] Nu dit effect bewust is aanvaard, blijft er weinig ruimte over voor fraus legis. 10 Slotbeschouwing In deze bijdrage zijn wij ingegaan op de gevolgen van de creatie van nieuwe soorten aandelen onder de flex-bv-wetgeving voor de toepassing van diverse fiscale regelingen. Zo kan op het gebied van de inkomstenbelasting, vennootschapsbelasting en schenk- en erfbelasting makkelijker een fiscaal gunstige regeling worden afgedwongen. Denk hierbij aan de deelnemingsvrijstelling, een vriendelijk afschrijvingsregime onder de tbs-regeling of toepassing van de bedrijfsopvolgingsregelingen in de Wet inkomstenbelasting 2001 en de Successiewet Ook is de toepassing van een fiscaal ongunstige regeling juist eenvoudiger te voorkomen, zoals de aansprakelijkheid van aandeelhouders voor vennootschapsbelastingschulden in de Invorderingswet Mogelijk speelt dit ook voor de overdrachtsbelasting (de toepassing van art. 4 WBR) en de omzetbelasting (het vormen van een fiscale eenheid). De wetgever gaat vooralsnog alleen bij de fiscale eenheid in de vennootschapsbelasting maatregelen treffen om onbedoeld gebruik tegen te gaan. Het is daarom de vraag of de wetgever zich voldoende heeft gerealiseerd dat de flex-bv-wetgeving nieuwe fiscale grensverkenningen tot gevolg kan hebben. Een mooie uitdaging voor de praktijk, de rechtspraak en uiteindelijk dan ook de wetgever! Voetnoot [1] Beide auteurs zijn werkzaam bij het Technical Office (Private Wealth) van het PwC Knowledge Center Tax & HRS te Rotterdam. Daarnaast is Jessica Litjens verbonden aan de Universiteit Maastricht en de Universiteit van Amsterdam. [2] Besluit van 29 juni 2012, Stb. 2012, 301. De vereenvoudiging en flexibilisering van het bv-recht is vormgegeven in twee afzonderlijke wetten: de Wet vereenvoudiging en flexibilisering van het bv-recht (Kamerstukken ) met vooral aanpassingen in boek 2 BW (Stb. 2012, 299), en de daarbij behorende Invoeringswet (Kamerstukken ) die geen voorstellen bevat om fiscale wetten te wijzigen (art. 2 Besluit fiscale eenheid 2003 zal weliswaar worden aangepast), maar waarin tijdens de parlementaire behandeling wel aandacht is voor diverse fiscale aspecten (Stb. 2012, 300). [3] MvA, Kamerstukken I 2011/12, , nr. C, p. 1. [4] - 9 -

10 Met winstrechtloze aandelen worden alleen aandelen zonder winstrecht bedoeld en dus niet aandelen met een beperkt winstrecht. Het is mogelijk om een aandeel uit te geven dat niet deelt in de winst, maar wel in het liquidatiesaldo. Bij omzetting in een nv komen winstrechtloze aandelen te vervallen, omdat de nv dergelijke aandelen niet kent. Zie MvA, Kamerstukken I 2011/12, , nr. C, p. 8. [5] Er moet altijd minstens één aandeel met stemrecht zijn, omdat de algemene vergadering besluiten moet kunnen nemen. Aan stemrechtloze aandelen komt wel stemrecht toe in de vergadering van houders van stemrechtloze aandelen. In het aandeelhoudersregister moeten de aandelen die volgens een statutaire regeling (art. 2:228 lid 5 (nieuw) BW) geen stemrecht hebben in de algemene vergadering worden opgenomen (art. 2:194 (nieuw) BW). Zie MvA, Kamerstukken I 2011/12, , nr. C, p [6] De algemene vergadering van aandeelhouders (hierna: ava) wordt omgedoopt tot algemene vergadering. [7] Minister Ernst Hirsch Ballin van Justitie, MvT, Kamerstukken II 2009/10, , nr. 3, p. 11; Minister Ivo Opstelten van Veiligheid en Justitie, MvA, Kamerstukken I 2011/12, , nr. C, p. 3. [8] HR 16 december 2011, nr. 10/00158, LJN BN7252, BNB 2012/81, V-N 2012/67.6. [9] MvA, Kamerstukken I 2011/12, , nr. C, p. 2. [10] MvT, Kamerstukken II 2009/10, , nr. 3, p. 11. [11] Minister Ernst Hirsch Ballin van Justitie; voor zover niet anders aangegeven betreft het in deze bijdrage verder steeds minister Ivo Opstelten van Veiligheid en Justitie. [12] MvT, Kamerstukken II 2009/10, , nr. 3, p. 11. [13] J.L. van de Streek, De moeizame symbiose tussen het flexibele BV-recht en de aanmerkelijkbelangregeling in de Wet IB 2001, in: 40 jaar Cursus Belastingrecht, Deventer: Kluwer 2010, p [14] HR 16 december 2011, nr. 10/00158, LJN BN7252, BNB 2012/81, V-N 2012/67.6; zie ook BNB 2012/80 voor een soortgelijke beslissing. Deze arresten verschenen ruim een jaar na de memorie van toelichting. Zie over de gevolgen van deze jurisprudentie S.J. Mol-Verver, Ruimte in het aanmerkelijk belang door arrest inzake soortbegrip, FBN 2012/3, p [15] R.o [16] MvA, Kamerstukken I 2011/12, , nr. C, p. 3. [17] Zie ook minister Hirsch Ballin van Justitie in MvT, Kamerstukken II 1995/96, , nr. 3, p. 43. [18] Zie ook het NOB-commentaar op het wetsvoorstel Invoeringswet vereenvoudiging en flexibilisering bv-recht (Kamerstukken ) van 17 september 2010, p. 4, par

11 [19] MvA, Kamerstukken I 2011/12, , nr. C, p [20] MvA, Kamerstukken I 2011/12, , nr. C, p. 3. [21] Zie V-N 2012/21.4, aantekening bij onderdeel 2; J.W.J. de Kort, Soortaandelen in het aanmerkelijkbelang-regime, HR 16 december 2011, FTV 2012/04. [22] MvT, Kamerstukken II 2006/07, , nr. 3, p. 11, en NV, Kamerstukken II 2010/11, , nr. 7, p. 7. Zie ook NOB-commentaar op het wetsvoorstel Vereenvoudiging en flexibilisering bv-recht (Kamerstukken ) en het wetsvoorstel Invoeringswet vereenvoudiging en flexibilisering bv-recht (32 426) van 11 november 2011, p. 3, par [23] MvT, Kamerstukken II 2006/07, , nr. 3, p. 11. [24] HR 16 december 2011, nr. 10/00158, LJN BN7252, BNB 2012/81, V-N 2012/67.6. [25] MvA, Kamerstukken I 2011/12, , nr. C, p. 3. Dit was naar aanleiding van het NOB-commentaar van 11 november 2011, p. 3, par [26] MvA, Kamerstukken I 2011/12, , nr. C, p. 4, o.a. naar aanleiding van het NOB-commentaar van 17 september 2010, p. 5, par [27] MvA, Kamerstukken I 2011/12, , nr. C, p. 4. [28] MvA, Kamerstukken I 2011/12, , nr. C, p. 4. [29] P. Borsjé, Fiscale aspecten bij het wetsvoorstel invoeringswet flexibilisering BV-recht, V&O 2010/11, p [30] Besluit van 23 november 2006, nr. CPP2006/2674M, BNB 2007/69, par [31] Minister Ernst Hirsch Ballin van Justitie. [32] MvT, Kamerstukken II 2009/10, , nr. 3, p. 12. [33] Dat wil zeggen overdracht in administratie van aandelen in een nv of bv door een aandeelhouder aan een administratiekantoor hetzij nv, bv of stichting tegen afgifte van certificaten van die aandelen (Besluit van 23 november 2006, nr. CPP2006/2674M, BNB 2007/69, par. 6.4.). [34] Besluit van 23 november 2006, nr. CPP2006/2674M, BNB 2007/69, par [35] MvT, Kamerstukken II 2009/10, , nr. 3, p. 12. [36] Minister Ernst Hirsch Ballin van Justitie. [37] MvT, Kamerstukken II 2009/10, , nr. 3, p. 12, met verwijzing naar MvT, Kamerstukken II 2008/2009, , nr. 3, p

12 [38] P. Borsjé, Fiscale aspecten bij het wetsvoorstel invoeringswet flexibilisering BV-recht, V&O 2010/11, p [39] MvT, Kamerstukken II 2009/10, , nr. 3, p. 12. [40] MvT, Kamerstukken II 2009/10, , nr. 3, p. 7, en NV, Kamerstukken II 2010/11, , nr. 7, p [41] Zie ook NOB-commentaar van 17 september 2010, p. 5-6, par [42] MvA, Kamerstukken I 2011/12, , nr. C, p. 6. [43] MvA, Kamerstukken I 2011/12, , nr. C, p. 6. [44] MvA, Kamerstukken I 2011/12, , nr. C, p. 6. Zie ook NOB-commentaar van 11 november 2011, p. 8, par. 7. [45] O.a. MvT, Kamerstukken II 1986/87, , nr. 3, p. 11. Zie voor een uiteenzetting van deze wetshistorie r.o. 4.3 van Rb. Arnhem 26 januari 2010, nr. 08/3331, BNB 2011/156. [46] MvA, Kamerstukken I 2011/12, , nr. C, p [47] MvA, Kamerstukken I 2011/12, , nr. C, p. 5, naar aanleiding van het NOB-commentaar van 11 november 2011, p. 6, par. 6. [48] HR 8 april 2011, nr. 10/00651, BNB 2011/156, r.o [49] B.A.H.J. Schijns & E.H.B. Kroesen, De flex-bv nader belicht, Forfaitair 2011/220, par [50] MvA, Kamerstukken I 2011/12, , nr. C, p. 5. Zie J.L. van de Streek, De nog steeds starre fiscale aspecten van de flexibele bv (deel 1), WFR 2011/819, onderdeel 3.2: hij betoogt dat het totaal van de belangen in een lichaam kennelijk 200% kan zijn, bestaande uit een som van 100% zeggenschapbelang en een 100% financieel belang. [51] Zie A.J.M. Arends, Winstrechtloze aandelen: hoe deze fiscaal te behandelen?, NTFR 2010/2656; G.J.W. Kinnegim, De flex-bv opnieuw fiscaal getoetst, WFR 2011/116, onderdeel 2.7; K.P.E. Stals, Fiscale aspecten van het wetsvoorstel Flexibilisering bv-recht: van dichte nevelen naar heldere lucht?, Forfaitair 2011/211, par. 4; R.N.F. Zuidgeest, Flexibel bv-recht en verbondenheid in het belastingrecht: buigen of barsten?, WFR 2007/1162, onderdeel 3.6. [52] Zie ook NOB-commentaar van 17 september 2010, p. 2-3, par [53] MvT, Kamerstukken II 2009/10, , nr. 3, p. 9. [54] NV, Kamerstukken II 2010/11, , nr. 7, p. 37. [55] Zie Besluit van 29 december 2008 met standaardvoorwaarden voor de bedrijfsfusie, nr

13 CPP2008/1008, BNB 2009/10, par [56] Zie in dit verband HR 28 oktober 2011, nr. 10/04618, V-N 2011/55.16, r.o. 3.3 en 3.5 en de bijbehorende conclusie van A-G Wattel, V-N 2011/37.14, onderdeel 7, met name [57] Besluit van 29 december 2008, nr. CPP2008/1008, BNB 2009/10, par [58] Zie over de vraag of deze eis in overeenstemming is met art. 2, onderdeel d, Richtlijn 2009/133/EG (Fusierichtlijn), J.L. van de Streek, De nog steeds starre fiscale aspecten van de flexibele bv (deel 1), WFR 2011/819, onderdeel 3.3. [59] MvT, Kamerstukken II 2009/10, , nr. 3, p [60] MvT, Kamerstukken II 2009/10, , nr. 3, p. 10. [61] MvT, Kamerstukken II 2009/10, , nr. 3, p ; NvV, Kamerstukken I 2011/12, , nr. D, p ; NMvA, Kamerstukken I 2011/12, , nr. E, p. 22. [62] NMvA, Kamerstukken I 2011/12, , nr. E, p. 22. [63] MvA, Kamerstukken I 2011/12, , nr. C, p. 5. Zie ook NOB-commentaar van 11 november 2011, p. 6-7, par. 4. [64] Besluit van 11 december 2009, nr. CPP2009/519M, BNB 2010/58. [65] MvA, Kamerstukken I 2011/12, , nr. C, p. 5; dit was naar aanleiding van een vraag uit het NOB-commentaar van 11 november 2011, p. 7, par. 5. Zie ook NOB-commentaar van 17 september 2010, p. 6-7, par [66] NV, Kamerstukken II 2010/11, , nr. 7, p [67] NV, Kamerstukken II 2010/11, , nr. 7, p. 39. [68] MvA, Kamerstukken I 2010/11, , nr. D, p. 37. [69] Brief van de Staatssecretaris van Financiën, Kamerstukken II 2010/11, , nr. 19, p. 5. [70] MvT, Kamerstukken II 1999/2000, , nr. 3, p. 6. [71] Let wel, in verband met de interne-reorganisatievrijstelling (art. 15 lid 1 onderdeel h WBR) ter zake van de overdracht van onroerende zaken binnen een concern, veronderstelt het concernbegrip van het Uitvoeringsbesluit WBR (art. 5b lid 2 Uitv.besl. WBR) het hebben van een ten minste 90%-belang in andere vennootschappen. [72] J.W.E. Litjens & C.M. Koedam, Aandachtspunten in de vennootschapsbelasting en overdrachtsbelasting bij akten van pandrecht en statutenwijziging, FBN 2012/5, p. 11 e.v. [73]

14 MvT, Kamerstukken II 2009/2010, , nr. 3, p. 12. [74] MvT, Kamerstukken II 2010/11, , nr. 3, p. 7. [75] HR 14 februari 2003, nr , V-N 2003/12.17, r.o. 3.3, met verwijzing naar HR 22 februari 1989, nr , r.o [76] A.J. van Doesum & G.J. van Norden, De grondslagen en de toepassingsmodaliteiten van de fiscale eenheid-btw, WFR 2009/1572, p , onderdeel 6.2, met verwijzing naar een in juli 2009 door de Europese Commissie aangenomen mededeling die haar visie bevat op de fiscale-eenheid-btw; R.N.F. Zuidgeest, Flexibel bv-recht en verbondenheid in het belastingrecht: buigen of barsten?, WFR 2007/1162, onderdeel 3.8, met verwijzing naar B.G. van Zadelhoff in zijn noot bij HR 14 februari 2003, nr , BNB 2003/191. [77] R.N.F. Zuidgeest, Flexibel bv-recht en verbondenheid in het belastingrecht: buigen of barsten?, WFR 2007/1162, onderdeel 3.8. [78] Zie ook NOB-commentaar van 11 november 2011, p. 8, par. 7. Copyright Kluwer 2012 Kluwer Online Research Dit document is gegenereerd op Op dit document zijn de algemene leveringsvoorwaarden van Kluwer van toepassing

KPMG Meijburg & Co ABCD. Invoering van de Wet vereenvoudiging en flexibilisering bv-recht

KPMG Meijburg & Co ABCD. Invoering van de Wet vereenvoudiging en flexibilisering bv-recht Invoering van de Wet vereenvoudiging en flexibilisering bv-recht Op 12 juni 2012 heeft de Eerste Kamer de Wet vereenvoudiging en flexibilisering bv-recht en de Invoeringswet vereenvoudiging en flexibilisering

Nadere informatie

Flex-BV. 1. Inleiding en conclusie

Flex-BV. 1. Inleiding en conclusie Flex-BV 1. Inleiding en conclusie Alweer vijf jaar geleden, namelijk op 31 mei 2007, werd het wetsvoorstel Vereenvoudiging en flexibilisering BV-recht (31 058) ingediend bij de Tweede Kamer. Dit wetsvoorstel

Nadere informatie

Fiscale aspecten van de flex-bv Bijvangst, maar toch

Fiscale aspecten van de flex-bv Bijvangst, maar toch Bijvangst, maar toch Mr. S.F.J.J. (Sylvester) Schenk FB Amersfoort, 31-01-2013 Fiscale aspecten Flex BV Flex BV: ingevoerd per 01-10-2012 Lang gewacht, stil gezwegen, niet verwacht, toch gekregen! Regeling

Nadere informatie

De flexibilisering van het B.V. recht

De flexibilisering van het B.V. recht Seminar De flexibilisering van het B.V. recht 6 juni 2012 Dagvoorzitter: Kees Goeman Sprekers: Dirk School Lisan Vermeer Govert Vorstenbosch Sirik Goeman 1 www.bgadvocaten.nl Bogaerts & Groenen advocaten

Nadere informatie

Uitnodiging. HLB OndernemersCafé 7 november 2011. Ondernemend, net als u. www.hlb-van-daal.nl

Uitnodiging. HLB OndernemersCafé 7 november 2011. Ondernemend, net als u. www.hlb-van-daal.nl Uitnodiging HLB OndernemersCafé 7 november 2011 Ondernemend, net als u Nieuw bv-recht: Welke kansen biedt het u? Op 1 oktober 2012 wordt een geheel nieuwe wettelijke regeling voor de bv van kracht, de

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 31 065 Aanpassing van de wetgeving aan en invoering van titel 7.13 (vennootschap) van het Burgerlijk Wetboek (Invoeringswet titel 7.13 Burgerlijk

Nadere informatie

de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs Commissie Wetsvoorstellen

de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs Commissie Wetsvoorstellen NJOJU JJJ JJJ de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs Commissie Wetsvoorstellen mr. drs. S.A.W.J. Strik voorzitler Commissie Wetsvoorstellen Aan de Vaste commissie voor Financien van de Eerste Kamer

Nadere informatie

WPNR 2014(7011) Het creëren en de uitgifte van stemrechtloze aandelen als soort aandelen. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie

WPNR 2014(7011) Het creëren en de uitgifte van stemrechtloze aandelen als soort aandelen. Weekblad voor Privaatrecht, Notariaat en Registratie Page 1 of 8 WPNR 2014(7011) Het creëren en de uitgifte van stemrechtloze aandelen als soort aandelen Publicatie Aflevering 145 afl. 7011 Paginanummers 253-258 Publicatiedatum 22 maart 2014 Auteurs Weekblad

Nadere informatie

Flex-bv: nieuwe kansen, en hoe verder? De juridische en fiscale gevolgen van het nieuwe bv-recht

Flex-bv: nieuwe kansen, en hoe verder? De juridische en fiscale gevolgen van het nieuwe bv-recht Flex-bv: nieuwe kansen, en hoe verder? De juridische en fiscale gevolgen van het nieuwe bv-recht 2012 Inhoudsopgave Inleiding 3 Juridische gevolgen 4 Winstrechtloze en stemrechtloze aandelen 5 Fiscale

Nadere informatie

De Flex-BV Wet vereenvoudiging en flexibilisering bv-recht. (Juridische & Fiscale aspecten van de Flex BV)

De Flex-BV Wet vereenvoudiging en flexibilisering bv-recht. (Juridische & Fiscale aspecten van de Flex BV) De Flex-BV Wet vereenvoudiging en flexibilisering bv-recht (Juridische & Fiscale aspecten van de Flex BV) De Flex B.V. v1 2012 september 2012 Onze vestigingen: Amsterdam Heemstede Jozef Israëlskade 46

Nadere informatie

1. Inleiding. 2 (hierna: Invoeringswet FlexBV ).

1. Inleiding. 2 (hierna: Invoeringswet FlexBV ). Genoteerd nummer 87 juni 2012 1 Wijzigingen BV-recht per 1 oktober 2012 (de FlexBV ) 1. Inleiding IN DEZE UITGAVE Inleiding Kern van de aanpassingen Algemene uitgangspunten bij de wijzigingen Inhoud FlexBV

Nadere informatie

De Wet flex-bv De gevolgen voor de aandeelhouder

De Wet flex-bv De gevolgen voor de aandeelhouder ERASMUS UNIVERSITEIT ROTTERDAM Erasmus School of Economics Bachelorscriptie De Wet flex-bv De gevolgen voor de aandeelhouder Naam: Claudia van der Sar Studentnummer: 330573 Begeleider: Mr. M.P.L. Adriaansen

Nadere informatie

De wet flexibilisering en vereenvoudiging BV-recht De invloed op het aanmerkelijk belang

De wet flexibilisering en vereenvoudiging BV-recht De invloed op het aanmerkelijk belang ERASMUS UNIVERSITEIT ROTTERDAM Erasmus School of Economics Bachelor scriptie De wet flexibilisering en vereenvoudiging BV-recht De invloed op het aanmerkelijk belang Kirsten Gielen Studentnummer: 357579

Nadere informatie

Flex-bv: nieuwe kansen, en hoe verder? De juridische en fiscale gevolgen van het nieuwe bv-recht

Flex-bv: nieuwe kansen, en hoe verder? De juridische en fiscale gevolgen van het nieuwe bv-recht Flex-bv: nieuwe kansen, en hoe verder? De juridische en fiscale gevolgen van het nieuwe bv-recht De juridische en fiscale gevolgen van het nieuwe bv-recht Sneller en eenvoudiger een bv oprichten en meer

Nadere informatie

Flex-bv: nieuwe kansen, en hoe verder?

Flex-bv: nieuwe kansen, en hoe verder? Flex-bv: nieuwe kansen, en hoe verder? De juridische en fiscale gevolgen van het nieuwe bv-recht Sneller en eenvoudiger een bv oprichten en meer vrijheid om uw bedrijf naar eigen wensen in te richten.

Nadere informatie

Concept Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van (Regeling aanwijzing directeur-grootaandeelhouder 2014)

Concept Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van (Regeling aanwijzing directeur-grootaandeelhouder 2014) Concept Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van (Regeling aanwijzing directeur-grootaandeelhouder 2014) De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, handelend in overeenstemming

Nadere informatie

De bedrijfsopvolgingsfaciliteiten Successiewet en de verkrijging van aandelen in houdstervennootschappen

De bedrijfsopvolgingsfaciliteiten Successiewet en de verkrijging van aandelen in houdstervennootschappen Mr. Almer M.A. de Beer 1 De bedrijfsopvolgingsfaciliteiten Successiewet en de verkrijging van aandelen in houdstervennootschappen Wanneer is een houdstervennootschap beleidsbepalend? 1 Werkzaam bij Arenthals

Nadere informatie

Hoofdstuk 1. De nieuwe flex-bv juridisch bekeken. 1.1. Flexibele BV... 2 1.2. Een overzicht... 2 1.3. Niet automatisch!... 3

Hoofdstuk 1. De nieuwe flex-bv juridisch bekeken. 1.1. Flexibele BV... 2 1.2. Een overzicht... 2 1.3. Niet automatisch!... 3 Inhoudsopgave Voorwoord... VI Hoofdstuk 1. De nieuwe flex-bv juridisch bekeken 1. De flex-bv: wat betekent dit voor u?... 2 1.1. Flexibele BV... 2 1.2. Een overzicht... 2 1.3. Niet automatisch!... 3 2.

Nadere informatie

Wat u als ondernemer hoort te weten omtrent de Flex B.V.

Wat u als ondernemer hoort te weten omtrent de Flex B.V. Wat u als ondernemer hoort te weten omtrent de Flex B.V. Sprekers Mr. M.J.G. Kleine Punte Notariskantoor Sprang-Capelle Raadhuisplein 4a Sprang-Capelle J.F. Hettema Hettema Interim Controlling www.hettemainterimcontrolling.nl

Nadere informatie

Transparante Vennootschap

Transparante Vennootschap Transparante Vennootschap Er is een Transparante Vennootschap (hierna: TV) ingevoerd. Een TV is een naamloze vennootschap (hierna NV) of een besloten vennootschap (hierna: BV) die verzcht heeft om voor

Nadere informatie

Flexibilisering BV-recht. Najaar 2012

Flexibilisering BV-recht. Najaar 2012 Flexibilisering BV-recht Najaar 2012 2 Inleiding Vanaf 1 oktober 2012 kunt u sneller en eenvoudiger een BV oprichten en heeft u meer vrijheid om uw bedrijf naar uw eigen wensen in te richten. De wet Flexibilisering

Nadere informatie

JJJ. de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs Commissie Wetsvoorstellen

JJJ. de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs Commissie Wetsvoorstellen JJJ JJJ de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs Commissie Wetsvoorstellen Aan de Vaste commissie voor Justitie van de Tweede Kamer der Staten-Generaal mr. D.S. Nava Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG mr.

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De Staatssecretaris van Financiën heeft het volgende besloten.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De Staatssecretaris van Financiën heeft het volgende besloten. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 31727 11 juni 2018 Inkomstenbelasting. Vennootschapsbelasting. Lijfrente in de winstsfeer. Wijziging van het besluit van

Nadere informatie

Inkomstenbelasting, vennootschapsbelasting, willekeurige afschrijving

Inkomstenbelasting, vennootschapsbelasting, willekeurige afschrijving Inkomstenbelasting, vennootschapsbelasting, willekeurige afschrijving Geldend op 24-07-2009 - Besluit van 27 maart 2001; CPP 2001/366M De directeur-generaal Belastingdienst heeft namens de staatssecretaris

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 32 426 Aanpassing van de wetgeving aan en invoering van de Wet vereenvoudiging en flexibilisering bv-recht (Invoeringswet vereenvoudiging en flexibilisering

Nadere informatie

De Wet op de vennootschapsbelasting 1969 wordt als volgt gewijzigd:

De Wet op de vennootschapsbelasting 1969 wordt als volgt gewijzigd: Wijziging van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 en enige andere wetten in verband met enkele aanpassingen inzake de fiscale eenheid (Wet aanpassing fiscale eenheid) VOORSTEL VAN WET Allen, die deze

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 31 065 Aanpassing van de wetgeving aan en invoering van titel 7.13 (vennootschap) van het Burgerlijk Wetboek (Invoeringswet titel 7.13 Burgerlijk

Nadere informatie

2. Onder vernummering van het zevende tot en met negende lid tot achtste tot en met tiende lid wordt na het zesde lid een lid ingevoegd, luidende:

2. Onder vernummering van het zevende tot en met negende lid tot achtste tot en met tiende lid wordt na het zesde lid een lid ingevoegd, luidende: ARTIKEL I De Wet inkomstenbelasting 2001 wordt als volgt gewijzigd: A. Artikel 4.17a wordt als volgt gewijzigd: 1. In de aanhef van het vijfde lid wordt een belang heeft vervangen door: direct of indirect

Nadere informatie

De koopoptie in de aanmerkelijkbelangregeling

De koopoptie in de aanmerkelijkbelangregeling Inkomstenbelasting DGA Master Nederlands Belastingrecht UVA De koopoptie in de aanmerkelijkbelangregeling Optie op nieuw uit te geven aandelen nader toegelicht Paul Ooms BSc Studentnummer: 5910277 Datum:

Nadere informatie

Kluwer Online Research Vermogende Particulieren Bulletin Geruisloze omzetting eenmanszaak heroverwogen

Kluwer Online Research Vermogende Particulieren Bulletin Geruisloze omzetting eenmanszaak heroverwogen Vermogende Particulieren Bulletin Geruisloze omzetting eenmanszaak heroverwogen Auteur: Mr. E. Alink[1] Elders in deze uitgave wordt aandacht besteed aan de Flex-bv. Invoering van dat wetsvoorstel kan

Nadere informatie

Welke aandelen kwalificeren voor de bedrijfsopvolgingsfaciliteiten in de Successiewet?

Welke aandelen kwalificeren voor de bedrijfsopvolgingsfaciliteiten in de Successiewet? Mr. Almer M.A. de Beer 1 Welke aandelen kwalificeren voor de bedrijfsopvolgingsfaciliteiten in de Successiewet? Art. 4.6 Wet IB 2001 geeft antwoord op de vraag wie aanmerkelijkbelanghouder is De bedrijfsopvolgingsfaciliteiten

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2002 396 Wet van 13 juli 2002 tot wijziging van belastingwetten in verband met dividendstripping en het verlenen van optierechten aan werknemers Wij

Nadere informatie

de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs Commissie Wetsvoorstellen

de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs Commissie Wetsvoorstellen de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs Commissie Wetsvoorstellen Ministerie van Justitie en Veiligheid Ingediend op https://www.internetconsultatie.nl/moderniseringpersonenvennootschap Amsterdam, 29

Nadere informatie

de regeling voor besloten vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid (Wet vereenvoudiging en flexibilisering bv-recht)

de regeling voor besloten vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid (Wet vereenvoudiging en flexibilisering bv-recht) 31 058 Wijziging van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek in verband met de aanpassing van de regeling voor besloten vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid (Wet vereenvoudiging en flexibilisering

Nadere informatie

Flex-BV: nieuwe kansen, en hoe nu verder? De juridische en fiscale gevolgen van het nieuwe BV-recht

Flex-BV: nieuwe kansen, en hoe nu verder? De juridische en fiscale gevolgen van het nieuwe BV-recht Flex-BV: nieuwe kansen, en hoe nu verder? De juridische en fiscale gevolgen van het nieuwe BV-recht BV's die na 1 oktober 2012 opgericht worden, zullen meteen met de wijzigingen van de Flex-BV geconfronteerd

Nadere informatie

DE FISCALE IMPACT VAN PREFERENTE

DE FISCALE IMPACT VAN PREFERENTE 653 DE FISCALE IMPACT VAN PREFERENTE AANDELEN MR. G.C.F. VAN GELDER 1 1 Inleiding Om verschillende redenen, fiscaal en niet-fiscaal, kan gebruik worden gemaakt van preferente aandelen. Een preferent aandeel

Nadere informatie

$ 100,000 (2punten) Pand gebruik genot $ 417,500 50% $ 208,750 Boekwaarde $ 250,000 -/- 1 Hypotheek $ 100,000 +/+ 1.

$ 100,000 (2punten) Pand gebruik genot $ 417,500 50% $ 208,750 Boekwaarde $ 250,000 -/- 1 Hypotheek $ 100,000 +/+ 1. Opgave 1 Activa Fiscale Werkelijke Passiva Fiscale Werkelijke boekwaarde waarde boekwaarde waarde Alternatief per goed Bedrijfspand 250,000 350,000 Kapitaal 337,500 667,500 getal 2 (x3) Voorraad 200,000

Nadere informatie

Het begrip belang in artikel 4 WBR

Het begrip belang in artikel 4 WBR Het begrip belang in artikel 4 WBR Bachelorscriptie Erasmus School of Economics Sectie: Fiscale Economie Naam: Jonneke Dijkstra Studentnummer: 329950 Begeleider: drs. M.T.E. Robben Datum: 30 juli 2012

Nadere informatie

Wet Flex-BV in vogelvlucht

Wet Flex-BV in vogelvlucht Wet Flex-BV in vogelvlucht Van Wim Eikendal en Janou Briaire Plaats/Datum Maastricht, 20 juni 2012 Op 1 oktober 2012 treedt de wetgeving inzake de vereenvoudiging en flexibilisering van het BV-recht in

Nadere informatie

2.2 Belangrijke civielrechtelijke wijzigingen ten opzichte van de voormalige wetgeving

2.2 Belangrijke civielrechtelijke wijzigingen ten opzichte van de voormalige wetgeving De flex-bv, Wijziging van het B.V.-recht per 1 oktober 2012 1 Inleiding Op 1 oktober 2012 is de 'Wet vereenvoudiging en flexibilisering B.V.-recht' ('flex-by') in werking getreden. Hierbij komen achtereenvolgens

Nadere informatie

Flex BV. Stan Commissaris Jolande van Loon. Rotterdam 17 november 2011

Flex BV. Stan Commissaris Jolande van Loon. Rotterdam 17 november 2011 Flex BV Stan Commissaris Jolande van Loon Rotterdam 17 november 2011 Onderwerpen - Inleiding - Stemrechtloze / winstrechtloze aandelen - Uitkeringstest en accountantsverklaring - Positie bestuur - Certificering

Nadere informatie

Student: A.M.J. Soeters ANR: Onderwijsinstelling: De Faculteit der Rechtsgeleerdheid, Universiteit van Tilburg Opleiding: Fiscaal Recht

Student: A.M.J. Soeters ANR: Onderwijsinstelling: De Faculteit der Rechtsgeleerdheid, Universiteit van Tilburg Opleiding: Fiscaal Recht De civielrechtelijke mogelijkheid tot uitgifte van stemrechtloze en winstrechtloze aandelen en de fiscale gevolgen hiervan voor de bedrijfsopvolgingsfaciliteiten in de Successiewet en de Wet op de Inkomstenbelasting

Nadere informatie

Doorschuiffaciliteiten in het aanmerkelijkbelangregime

Doorschuiffaciliteiten in het aanmerkelijkbelangregime Doorschuiffaciliteiten in het aanmerkelijkbelangregime Mr. K. de Heus * en drs. A. Rozendal ** Indien aandelen die een aanmerkelijk belang vertegenwoordigen worden vervreemd, vindt op grond van art. 4.12

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Voorwoord... 1. 1. De BV goed gestart... 3. 2. Alles goed geregeld tussen u en uw BV?... 26. Inhoudsopgave

Inhoudsopgave. Voorwoord... 1. 1. De BV goed gestart... 3. 2. Alles goed geregeld tussen u en uw BV?... 26. Inhoudsopgave Inhoudsopgave Voorwoord... 1 1. De BV goed gestart... 3 1.1. De oprichting.... 3 1.2. De gang naar de notaris... 4 1.2.1. Flexibilisering en vereenvoudiging BV-recht.......... 6 1.2.2. Afschaffing verplicht

Nadere informatie

Juridische aspecten van de stichting administratiekantoor (STAK).

Juridische aspecten van de stichting administratiekantoor (STAK). Juridische aspecten van de stichting administratiekantoor (STAK). mr. dr. R.W.F. Hendriks, Willem II stadion te Tilburg 20 juni 2012 De STAK Certificering van aandelen is een in Nederland veel voorkomende

Nadere informatie

College NV en BV; Aandelen

College NV en BV; Aandelen College NV en BV; Aandelen Mr. K. Frielink Universiteit van de Nederlandse Antillen Dinsdag 23 februari 2010 van 19.00-20.30 uur NV en BV - inleiding 1. De NV is een RP met een of meer op naam of aan toonder

Nadere informatie

Flex BV TILBURG UNIVERSITY. De gevolgen van de wetswijziging voor de deelnemingsvrijstelling en de fiscale eenheid. : J.G.R. Sloot

Flex BV TILBURG UNIVERSITY. De gevolgen van de wetswijziging voor de deelnemingsvrijstelling en de fiscale eenheid. : J.G.R. Sloot TILBURG UNIVERSITY Flex BV De gevolgen van de wetswijziging voor de deelnemingsvrijstelling en de fiscale eenheid Naam : J.G.R. Sloot Studierichting : Fiscale Economie Administratienummer : 107178 Datum

Nadere informatie

32 129 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Overige fiscale maatregelen 2010) Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

32 129 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Overige fiscale maatregelen 2010) Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd: 32 129 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Overige fiscale maatregelen 2010) NOTA VAN WIJZIGING Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd: 1 Artikel I wordt als volgt gewijzigd:

Nadere informatie

1.1 Gebruikte begrippen en afkortingen

1.1 Gebruikte begrippen en afkortingen Overdrachtsbelasting. Belastbaar feit Directoraat-generaal Belastingdienst, Brieven en beleidsbesluiten Besluit van 29 juni 2011, nr. BLKB2011/137M, Staatscourant 7 juli 2011, nr. 12049 De staatssecretaris

Nadere informatie

Hypothese. Voorbeeld. 2018/0042 De hoogte van de 30%-vergoeding onder de werkkostenregeling SAMENVATTING

Hypothese. Voorbeeld. 2018/0042 De hoogte van de 30%-vergoeding onder de werkkostenregeling SAMENVATTING Kijk op NLFiscaal voor online versie 2018/0042 De hoogte van de 30%-vergoeding onder de werkkostenregeling SAMENVATTING Met enige regelmaat krijgt Sebastian Spauwen te horen dat iemand een makkelijke vraag

Nadere informatie

2014 -- Inkomstenbelasting - AB -- Deel 1

2014 -- Inkomstenbelasting - AB -- Deel 1 Inkomstenbelasting AB 1 programma Inleiding aanmerkelijk belang Ratio regeling Wanneer sprake van AB? Meesleepregeling en meetrekregeling Reguliere voordelen en vervreemdingsvoordelen Verkrijgingsprijs

Nadere informatie

Inhoudsopgave. 1. De BV goed gestart... 1. 2. Alles goed geregeld tussen u en uw BV?... 19. Inhoudsopgave. Voorwoord... VII

Inhoudsopgave. 1. De BV goed gestart... 1. 2. Alles goed geregeld tussen u en uw BV?... 19. Inhoudsopgave. Voorwoord... VII Voorwoord....................................................... VII 1. De BV goed gestart... 1 1.1. De oprichting.... 1 1.2. De gang naar de notaris... 1 1.2.1. Flexibilisering en vereenvoudiging BV-recht............

Nadere informatie

Inleiding. Vennootschapsrecht

Inleiding. Vennootschapsrecht Inleiding Het heeft lang geduurd, maar het is er dan toch van gekomen. Anders dan voor de maatschap en de vennootschap onder firma waar na jaren van voorbereiding de nieuwe regeling een roemloos einde

Nadere informatie

DE FLEX-BV KORT & BONDIG

DE FLEX-BV KORT & BONDIG DE FLEX-BV KORT & BONDIG Marxman Advocaten B.V. Sectie Ondernemingen Inleiding & Indeling Met ingang van 1 oktober 2012 treedt de Wet vereenvoudiging en flexibilisering BV-recht (hierna: de Flexwet ) in

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 29 686 Wijziging van enkele belastingwetten in verband met een herziening van de behandeling van de omzetting en kwijtschelding van afgewaardeerde

Nadere informatie

25.De flexibele BV; oprichting, aandelen zonder stemrecht en zonder winstrecht

25.De flexibele BV; oprichting, aandelen zonder stemrecht en zonder winstrecht 25 25.De flexibele BV; oprichting, aandelen zonder stemrecht en zonder winstrecht In het voorstel van Wet vereenvoudiging en flexibilisering bv-recht worden onder andere de vereisten voor de oprichting

Nadere informatie

Uitvoeringsbesluit aftrekbeperking bovenmatige deelnemingsrente

Uitvoeringsbesluit aftrekbeperking bovenmatige deelnemingsrente Uitvoeringsbesluit aftrekbeperking bovenmatige deelnemingsrente Artikel 1 Reikwijdte en definities 1. Dit besluit geeft uitvoering aan de artikelen 13l en 15ad van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969.

Nadere informatie

C E I F E R N I E U W S B R I E F S P E C I A L B V - N V S E P T E M B E R 2 0 1 2 P

C E I F E R N I E U W S B R I E F S P E C I A L B V - N V S E P T E M B E R 2 0 1 2 P SPECIAL BV-NV September 2012 Inleiding Het heeft lang geduurd, maar het is er dan toch van gekomen. Anders dan voor de maatschap en de vennootschap onder firma waar na jaren van voorbereiding de nieuwe

Nadere informatie

2009 -- Bedrijfsadministratie - GBE3.2 (FE) - Deel 2

2009 -- Bedrijfsadministratie - GBE3.2 (FE) - Deel 2 GBE3.2 (FE) les 4 programma Wat is een fusie Bedrijfsoverdracht en bedrijfsfusie Bedrijfsfusie Juridische fusie Een fusie is het samengaan van twee meer ondernemingen die daarna als economische eenheid

Nadere informatie

info &boon tips & boon

info &boon tips & boon tips & boon Uw positie als DGA Fiscale actualiteiten 2010 Ruim één op de vijf ondernemers is directeur-grootaandeelhouder (dga). Voor het kabinet aanleiding om, zeker in het huidige economische klimaat,

Nadere informatie

NOTULEN AUTEUR / INLICHTINGEN: 12 mei 2011 10060553/11-00258663/eti Concept-notulen flexbv

NOTULEN AUTEUR / INLICHTINGEN: 12 mei 2011 10060553/11-00258663/eti Concept-notulen flexbv NOTULEN VAN DE ALGEMENE VERGADERING VAN EEN BESLOTEN VENNOOTSCHAP NAAR NEDERLANDS RECHT, GEBASEERD OP DE WETSVOORSTELLEN INZAKE FLEXIBILISERING VAN HET BV-RECHT. Bijgaand eerst een toelichting en daarna

Nadere informatie

Overdrachtsbelasting. Ondernemingsfaciliteiten Belastingdienst/Directie Vaktechniek Belastingen Besluit van 10 juli 2013, nr. BLKB/2013/1130M.

Overdrachtsbelasting. Ondernemingsfaciliteiten Belastingdienst/Directie Vaktechniek Belastingen Besluit van 10 juli 2013, nr. BLKB/2013/1130M. Overdrachtsbelasting. Ondernemingsfaciliteiten Belastingdienst/Directie Vaktechniek Belastingen Besluit van 10 juli 2013, nr. BLKB/2013/1130M. De Staatssecretaris van Financiën heeft het volgende besloten.

Nadere informatie

Uitleg van het begrip belang voor artikel 10a Wet Vpb 1969

Uitleg van het begrip belang voor artikel 10a Wet Vpb 1969 Uitleg van het begrip belang voor artikel 10a Wet Vpb 1969 Naam auteur: Jasper van der Meij Collegekaartnummer: 0424056 Inleverdatum: 22 augustus 2010 Afstudeervariant: Fiscale economie FEB UVA Eerste

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Overdrachtsbelasting. Ondernemingsfaciliteiten

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Overdrachtsbelasting. Ondernemingsfaciliteiten STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 30213 4 juni 2018 Overdrachtsbelasting. Ondernemingsfaciliteiten 25 mei 2018 nr. 2018-50125 Belastingdienst/Directie Vaktechniek

Nadere informatie

Invorderingswet. Revisierente. Aansprakelijkheid verzekeraars

Invorderingswet. Revisierente. Aansprakelijkheid verzekeraars Invorderingswet. Revisierente. Aansprakelijkheid verzekeraars Besluit 31-03-2006 nr CPP06-507 Invorderingswet 1990. Aansprakelijkheid verzekeraars in verband met een inkomensvoorziening, een arbeids- of

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 163 12 januari 2018 Vennootschapsbelasting. Dividendbelasting. Subjectieve vrijstelling pensioenlichamen (artikel 5 Wet

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2007 269 Wet van 21 juli 2007, houdende wijziging van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 en enkele andere belastingwetten in verband met de

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 29 381 Wijziging van enkele belastingwetten in verband met een herziening van de behandeling van de omzetting en kwijtschelding van afgewaardeerde

Nadere informatie

Flex-bv: nieuwe kansen en bedreigingen Het belang van de vennootschap staat voorop! 23 juli 2014

Flex-bv: nieuwe kansen en bedreigingen Het belang van de vennootschap staat voorop! 23 juli 2014 Flex-bv: nieuwe kansen en bedreigingen Het belang van de vennootschap staat voorop! 1 Het belang van de vennootschap staat voorop! Sinds 1 oktober 2012 is het bv-recht ingrijpend gewijzigd. De regels zijn

Nadere informatie

Prinsjesdag: fiscale maatregelen 2017

Prinsjesdag: fiscale maatregelen 2017 Prinsjesdag: fiscale maatregelen 2017 Maatregelen tegen box 2-beleggen in VBI s De belastingdruk op box 2-vermogen kan worden beperkt door vermogen waarop een abclaim rust onder te brengen in een vrijgestelde

Nadere informatie

Hoge Raad 30 november 2018, nr. 17/04543

Hoge Raad 30 november 2018, nr. 17/04543 Titel Bedrijfsopvolgingsvrijstelling van toepassing op de verkrijging van fictieve onroerende zaken I Nummer 49 / 2779 Belastingjaar/tijdvak 2014 Brondocumenten Beroepschrift in cassatie bij HR nr. 17/04543,

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Overdrachtsbelasting. Ondernemingsfaciliteiten

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Overdrachtsbelasting. Ondernemingsfaciliteiten STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 20282 19 juli 2013 Overdrachtsbelasting. Ondernemingsfaciliteiten 10 juli 2013 Nr. BLKB/2013/1130M Belastingdienst/Directie

Nadere informatie

De fiscale impact van de flex BV

De fiscale impact van de flex BV Universiteit van Tilburg Master fiscaal recht Masterscriptie De fiscale impact van de flex BV Naam: Maartje Dekkers-van Woerkom Studentnummer: 328034 Afstudeercommissie: mr. Y.J.M. Pijpers en Prof. dr.

Nadere informatie

Knelpunten in de bedrijfsopvolgingsregelingen

Knelpunten in de bedrijfsopvolgingsregelingen Knelpunten in de bedrijfsopvolgingsregelingen Mr. Sabine A.M. de Wijkerslooth-Lhoëst en Paul-Johan Swank LLM 1 Met de verschillende doorschuiffaciliteiten in de Wet IB 2001 2 en de bedrijfsopvolgingsregeling

Nadere informatie

Het komende Surinaamse rechtspersonenrecht

Het komende Surinaamse rechtspersonenrecht 11 e Handelsmissie Zaken doen met de Nederlandse Antillen, Aruba en Suriname Het komende Surinaamse rechtspersonenrecht Vrijdag 7 mei 2010 Avila Hotel, Curaçao Mr. K. Frielink 14.50 15.15 uur Er zal op

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 003 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Belastingplan 2012) Nr. 11 DERDE NOTA VAN WIJZIGING Ontvangen 25 oktober 2011

Nadere informatie

Aandeelhouders STAK LOM

Aandeelhouders STAK LOM Memo Van : Joris de Leur Aan : Roelof van der Wielen (Uno Bedrijfsadviseurs) Datum : 16 februari 2017 Betreft : Realisatie LEM/LOM structuur Referentie : 225340/JL 1. Structuur 1.1. Uitgaande van een scheiding

Nadere informatie

TOELICHTEND INFORMATIEMEMORANDUM

TOELICHTEND INFORMATIEMEMORANDUM TOELICHTEND INFORMATIEMEMORANDUM met betrekking tot de Gecombineerde Buitengewone Algemene Vergadering van Aandeelhouders (de"vergadering") van Insinger de Beaufort Umbrella Fund N.V. (de "Vennootschap")

Nadere informatie

Checklist Deelnemingsvrijstelling

Checklist Deelnemingsvrijstelling Checklist Deelnemingsvrijstelling Wie een (persoonlijke) holding bezit met daarin aandelen in een werkmaatschappij, zal al snel achter het belang van de deelnemingsvrijstelling komen. De deelnemingsvrijstelling

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 32 873 Wijziging van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek ter verduidelijking van de artikelen 297a en 297b Nr. 3 MEMORIE VAN TOELICHTING 1 Het advies

Nadere informatie

Uitvoeringsregeling schenk- en erfbelasting

Uitvoeringsregeling schenk- en erfbelasting Uitvoeringsregeling schenk- en erfbelasting Uitvoeringsregeling schenk- en erfbelasting, Stcrt. 2009, 20619 HOOFDSTUK I ALGEMENE BEPALINGEN Reikwijdte Artikel 1. Reikwijdte en definitie 1. Deze regeling

Nadere informatie

32401 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Fiscale verzamelwet 2010)

32401 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Fiscale verzamelwet 2010) Overzicht van stemmingen in de Tweede Kamer afdeling Inhoudelijke Ondersteuning aan De leden van de vaste commissie voor Financiën datum 19 november 2010 Betreffende wetsvoorstel: 32401 Wijziging van enkele

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Vennootschapsbelasting. Artikel 28a; omzetting rechtspersoon

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Vennootschapsbelasting. Artikel 28a; omzetting rechtspersoon STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 38087 7 juli 2017 Vennootschapsbelasting. Artikel 28a; omzetting rechtspersoon 3 april 2017 nr. 2017/116 Belastingdienst/Directie

Nadere informatie

Gegevens belastingplichtige. Naam. Adres Postcode Plaats Telefoon. Inspectienaam Boekjaar van.. t/m

Gegevens belastingplichtige. Naam. Adres Postcode Plaats Telefoon. Inspectienaam Boekjaar van.. t/m Gegevens belastingplichtige Naam Adres Postcode Plaats Telefoon Inspectienaam Boekjaar van.. t/m Regeling functionele valuta van toepassing dit boekjaar? Ingangsdatum Valutacode Factor Koers Vpb aangifte

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 713 Wijziging van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 in verband met de invoering van een compartimenteringsreserve (Wet compartimenteringsreserve)

Nadere informatie

Inhoud. Lijst van afkortingen 13. Studiewijzer 15. Inleiding belastingrecht 17. Deel 1 Inkomstenbelasting 24

Inhoud. Lijst van afkortingen 13. Studiewijzer 15. Inleiding belastingrecht 17. Deel 1 Inkomstenbelasting 24 Inhoud Lijst van afkortingen 13 Studiewijzer 15 Inleiding belastingrecht 17 Deel 1 Inkomstenbelasting 24 1 Algemene uitgangspunten 26 1.1 Wie moet belasting betalen? (art. 1.1 en 1.2 Wet IB) 26 1.2 Waarover

Nadere informatie

28 oktober 2010 Modernisering van het Nederlandse ondernemingsrecht / presentatie 28 oktober 2010 Ellen Timmer

28 oktober 2010 Modernisering van het Nederlandse ondernemingsrecht / presentatie 28 oktober 2010 Ellen Timmer Modernisering van het Nederlandse ondernemingsrecht (o.a. flex) 28 oktober 2010 door ( Rotterdam Ellen Timmer (kantoor Belangrijke veranderingen in het Nederlandse ondernemingsrecht, onder meer: flexibilisering

Nadere informatie

Bart van der Vorm HetRegister

Bart van der Vorm HetRegister Moeder-dochterfusie en zusterfusie: mooie middelen bij een herstructurering Bart van der Vorm Mr. B.L. van der Vorm FB is belastingadviseur bij ESJ Accountants & Belastingadviseurs te Breda. De civielrechtelijke

Nadere informatie

Personenvennootschappen

Personenvennootschappen Personenvennootschappen mei 2006 mr De auteur heeft grote zorgvuldigheid betracht in het weergeven van delen uit het geldende recht. Evenwel noch de auteur noch kan aansprakelijk worden gesteld voor schade

Nadere informatie

Dit besluit wijzigt het besluit van 18 februari 2014, nr. BLKB 2014/15M, Staatscourant 2014, nr De wijzigingen zijn de volgende.

Dit besluit wijzigt het besluit van 18 februari 2014, nr. BLKB 2014/15M, Staatscourant 2014, nr De wijzigingen zijn de volgende. Vennootschapsbelasting. Dividendbelasting. Fiscale beleggingsinstelling. Wijziging van het besluit van 18 februari 2014, nr. BLKB 2014/15M, Staatscourant 2014, nr. 5544 Belastingdienst/Directie Vaktechniek

Nadere informatie

Zowel de moedervennootschap als de dochtervennootschap(pen) moet(en) feitelijk in Nederland zijn gevestigd.

Zowel de moedervennootschap als de dochtervennootschap(pen) moet(en) feitelijk in Nederland zijn gevestigd. Onderneemt u vanuit meerdere bv s, dan kan het fiscaal aantrekkelijk zijn om de bv s een fiscale eenheid te laten vormen. Zowel in de vennootschapsbelasting als in de omzetbelasting is een fiscale eenheid

Nadere informatie

Inhoud. Inleiding belastingrecht 19. Deel 1 Inkomstenbelasting 26. Lijst van afkortingen 15. Studiewijzer 17

Inhoud. Inleiding belastingrecht 19. Deel 1 Inkomstenbelasting 26. Lijst van afkortingen 15. Studiewijzer 17 Inhoud Lijst van afkortingen 15 Studiewijzer 17 Inleiding belastingrecht 19 Deel 1 Inkomstenbelasting 26 1 Algemene uitgangspunten 29 1.1 Wie moet belasting betalen? (art. 1.1 en 1.2 Wet IB) 29 1.2 Waarover

Nadere informatie

DE INVLOED VAN ART. 1:87 BW (VERGOEDINGSVORDERINGEN

DE INVLOED VAN ART. 1:87 BW (VERGOEDINGSVORDERINGEN 678 Weekblad fiscaal recht. 6954. 17 mei 2012 DE INVLOED VAN ART. 1:87 BW (VERGOEDINGSVORDERINGEN TUSSEN ECHTGENOTEN) OP TBS-RESULTAAT EN AB-INKOMEN PROF. MR. DR. P.G.H. ALBERT 1 1 Inleiding Per 1 januari

Nadere informatie

Vennootschapsbelasting. Artikel 28a; omzetting rechtspersoon. Belastingdienst/Directie Vaktechniek Belastingen

Vennootschapsbelasting. Artikel 28a; omzetting rechtspersoon. Belastingdienst/Directie Vaktechniek Belastingen 1 Vennootschapsbelasting. Artikel 28a; omzetting rechtspersoon Belastingdienst/Directie Vaktechniek Belastingen Besluit van 3 april 2017, nr. 2017/116, De staatssecretaris van Financiën heeft het volgende

Nadere informatie

De fiscale gevolgen van de flex-bv

De fiscale gevolgen van de flex-bv ERASMUS UNIVERSITEIT ROTTERDAM Nadruk verboden Erasmus School of Economics Masterscriptie De fiscale gevolgen van de flex-bv Naam: Mandy van den Hurk Studentnummer: 302855 Begeleider: Prof. Dr. P. Kavelaars

Nadere informatie

Bijlage: overzicht regelingen omtrent bedrijfsbeëindiging per 1 januari 2010

Bijlage: overzicht regelingen omtrent bedrijfsbeëindiging per 1 januari 2010 Bijlage: overzicht regelingen omtrent bedrijfsbeëindiging per 1 januari 2010 Onderstaand wordt een overzicht gegeven van de diverse regelingen omtrent bedrijfsbeëindiging in de Wet op de inkomstenbelasting

Nadere informatie

Actualiteiten overdrachtsbelasting

Actualiteiten overdrachtsbelasting Actualiteiten overdrachtsbelasting 26 mei 2011 mr. Harry Corbeek, participant belastingadvies BDO Arnhem Programma Artikel 4 WBR Aanpassing economisch eigendom Mogelijkheden invoering Flex-BV Page 2 Artikel

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 533 Wijziging van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 en enkele andere belastingwetten in verband met de introductie van een regeling voor

Nadere informatie

2. Verdeling gemeenschap tussen samenwoners

2. Verdeling gemeenschap tussen samenwoners Overdrachtsbelasting. Vrijstelling; diverse onderwerpen 1 Overdrachtsbelasting. Vrijstelling; diverse onderwerpen Belastingdienst/Centrum voor proces- en productontwikkeling, Sector brieven & beleidsbesluiten

Nadere informatie