Bacheloropleiding Universiteit Utrecht. Geneeskunde. Volg je eigen masterplan.

Transcriptie

1 Bacheloropleiding Universiteit Utrecht Geneeskunde Volg je eigen masterplan.

2 Welkom bij geneeskunde Iedereen bezoekt wel eens een huisarts of specialist. Waarschijnlijk kost het je daarom weinig moeite om je een voorstelling te maken van het werk van een medicus. Maar hoe word je arts? En wat leer je tijdens de opleiding geneeskunde? Bij geneeskunde staat de behandeling van de patiënt met zijn ziekte centraal. Daar is veel kennis voor nodig. Als arts moet je alles weten van het menselijk lichaam, ziekte en gezondheid. Maar ook praktische vaardigheden zijn heel belangrijk. Hoe prik je bijvoorbeeld bloed? Hoe onderzoek je iemand? En hoe voer je een goed gesprek met een patiënt of collega? de vaardigheden op poppen en soms ook op elkaar. Adequaat kunnen communiceren is ook erg belangrijk voor een arts. Goed kunnen luisteren naar een patiënt is van wezenlijk belang voor het stellen van een juiste diagnose. Omgekeerd moet je als arts de patiënt goed kunnen informeren. En natuurlijk is ook de communicatie met collega s, verpleegkundigen en andere hulpverleners belangrijk voor het welzijn van de patiënt. Al deze communicatieve vaardigheden train je al vanaf het begin van de opleiding. Het vakgebied De opleiding geneeskunde leidt je op tot basisarts; in zes jaar tijd leer je alle basiskennis en vaardigheden die je nodig hebt om arts te kunnen worden. Maar om wat voor kennis en vaardigheden gaat het dan? Om te kunnen vaststellen wat er precies aan de hand is bij een patiënt moet je als het ware terugredeneren van de praktijk naar de theoretische kennis over het menselijk lichaam, ziekte en gezondheid. In de opleiding geneeskunde leer je die theoretische basiskennis aan de hand van thema s, zoals Stofwisseling en Infectie en afweer. Op basis van theorie leer je diagnoses stellen in het zogenaamde Klinisch lijnonderwijs dat als een rode draad door de eerste twee studiejaren loopt. Daarbij werk je zoveel mogelijk met klinische problemen uit de praktijk. Dat betekent dat je een klacht, afwijking of probleem bestudeert aan de hand van een patiënt en zijn/haar ziektegeschiedenis. Een goede arts is niet alleen een vaardige en aardige dokter, maar ook een kritische beoordelaar. Regelmatig komen er nieuwe wondermiddelen of nieuwe behandelmethoden beschikbaar met veelbelovende onderzoeksresultaten. Als arts moet je dit soort gegevens op waarde kunnen beoordelen. Ook moet je in staat zijn om ontwikkelingen in het medisch(-biologisch) onderzoek te volgen en waar nodig erop in kunnen spelen. Tijdens de opleiding geneeskunde leer je om onderzoek te doen en te beoordelen. Geneeskunde leidt op tot een concreet beroep: arts. Dat beroep leer je uiteindelijk pas écht in de praktijk. Vanaf het derde jaar ga je co-assistentschappen (stages) lopen waarin je met patiënten werkt. Bij deze stages maak je kennis met verschillende specialismen, zoals chirurgie, psychiatrie, huisartsgeneeskunde en gynaecologie. Zo krijg je een idee welke specialisaties bij je passen. Als arts moet je een breed scala aan medisch-technische vaardigheden onder de knie hebben. Je moet daarbij denken aan vaardigheden als bloeddruk meten, verband aanleggen, hechten, bloed prikken en lichamelijk onderzoek. Gedurende de hele opleiding volg je Praktisch lijnonderwijs om je in deze praktische vaardigheden te trainen. Je oefent De opleiding overtreft mijn verwachtingen Op dit moment volg ik het vak Groei & Ontwikkeling; ik leer alles over de embryonale ontwikkeling, de zorg na de geboorte, ontwikkelingsstoornissen en erfelijke aandoeningen. De opleiding overtreft echt mijn verwachtingen, in het begin wist ik niet zo goed wat ik precies kon verwachten. Ik dacht dat ik de eerste twee jaar moest doorbijten, dat het saaie grote hoeveelheden stof zouden zijn om te verwerken. En ja, het zijn inderdaad grote hoeveelheden maar omdat het echt interessant is en ik het zo leuk vind, gaat het heel gemakkelijk! Ik vind alles van de studie leuk, maar de werkgroepen en de snijzaalpractica springen eruit. Het leuke aan de werkgroepen is dat je samen opdrachten maakt en bespreekt. Hieruit ontstaat meestal een interessante discussie. De werkgroepleider houdt in de gaten of er geen medische incorrectheden verteld worden. Door deze discussies kun je elke keer voor jezelf nagaan: Heb ik het begrepen of niet? Andor van den Hoven, tweedejaarsstudent Het is fijn iets te kunnen betekenen Ik volgde mijn co-schappen Gynaecologie in een ziekenhuis in Tanzania, dat was echt geweldig!! Als je hier bent, vergeet je wel eens dat de situatie in andere landen heel anders kan zijn. Dat is goed om in levende lijve te zien en mee te maken. Het vormt je als arts en als mens. Ik wil mensen helpen. Het allerleukste van de studie vind ik dan ook het contact met de patiënten. Het is fijn om iets voor iemand te kunnen betekenen. Als arts kun je helpen om kwaliteit van leven te verbeteren. Maar ook alleen al naar iemand luisteren en erkenning te geven, dat vind ik mooi. De co-schappen zijn bijzonder. De theorie uit het eerste en tweede jaar zijn interessant en enorm verdiepend. Tijdens het vak Cardiologie leer je bijvoorbeeld echt alles wat er te weten valt over het hart. Tegelijkertijd volgen we praktijklessen die nauw aansluiten. Zo gaat het voor je leven. Judith Poldervaart, vierdejaarsstudente Geneeskunde 2 > Geneeskunde

3 Iets voor jou? Allereerst moet je gegrepen worden door het vakgebied. Je moet gefascineerd worden door problemen rond ziekte en gezondheid en graag meer willen weten over het functioneren van het menselijk lichaam, nieuwe geneesmiddelen, verbeterde behandelmethoden en moderne onderzoekstechnieken. Verder is het natuurlijk heel belangrijk dat je oprechte belangstelling hebt voor de mensen die aan jouw zorg zijn toevertrouwd. Je moet niet bang zijn om gedisciplineerd en hard te werken en grote hoeveelheden theorie te verwerken. Geneeskunde is een intensieve en lange studie. Je bent zes jaar lang bezig tot je basisarts bent en dan komt nog de specialisatie. Huisarts worden kost in totaal negen jaar studie, klinisch specialist nog langer. Waarom in Utrecht? Al in het derde jaar van de bacheloropleiding begin je met je co-assistentschappen in het ziekenhuis. De Utrechtse opleiding geneeskunde is de enige in Nederland die zijn co-assistentschappen zo vroeg heeft gepland. Bijzonder is ook dat studenten in de eerste twee jaar keuzevrijheid hebben. Aan het einde van jaar 2 kunnen zij tien weken besteden aan keuzecursussen waarbij zij ook cursussen kunnen kiezen buiten de eigen faculteit. Verder kunnen zeer gemotiveerde studenten in het tweede en derde jaar naast het reguliere onderwijs het z.g. honoursprogramma volgen. Dit programma is gericht op verdieping én verbreding van kennis en vaardigheden. Een belangrijk element hiervan is het doen van onderzoek. Gedragsregels Een hulpverlener in Nederland mag in de omgang met een patiënt en diens begeleider geen enkel onderscheid maken op grond van ras, geloof, geslacht, geaardheid of sociale status. Ook in de opleiding wordt die gedragsregel strikt gehanteerd. Als je met succes geneeskunde wilt studeren moet je dus ook de bereidheid en interesse hebben om zonder onderscheid met mensen om te gaan. Studenten geneeskunde oefenen bepaalde vaardigheden ook op elkaar. Daarbij word je willekeurig aan een andere student gekoppeld. De gedragsregels bepalen dat je in dat geval geen bezwaar mag maken op basis van ras, geloof en geslacht. Geneeskunde in steekwoorden Lichamelijk onderzoek doen bij patiënten Met patiënten en hun familieleden communiceren Vroeg in de studie ervaring opdoen in het ziekenhuis Kennismaken met klinisch relevant onderzoek Werken en leren in grote en kleine ziekenhuisorganisaties Cijfers en feiten Jaarlijks ongeveer 1250 aanmeldingen 300 studenten worden ingeloot 2075 studenten in totaal (66% vrouw, 34% man) 95% van alle studenten zijn lid van de studievereniging MSFU "Sams" 1250 belangstellenden bezoeken de voorlichtingsdag. Het UMC Utrecht Als student geneeskunde breng je veel tijd door in het Universitair Medisch Centrum Utrecht, het grootste gezondheidscentrum van Nederland. Een paar cijfers: medewerkers polikliniek bezoeken per jaar bevallingen per jaar bedden Studievereniging De Medische Studenten Faculteitsvereniging Utrecht Sams, behartigt de belangen van geneeskundestudenten op onderwijsgebied en organiseert tal van activiteiten zoals feesten, congressen, een buitenlandse excursie, een ouderdag en - het traditionele hoogtepunt - het jaarlijkse gala. De vereniging heeft een eigen bureau dat met korting boeken, collegedictaten en medische instrumenten verkoopt. Kijk voor meer informatie op Voorbeelden keuzecursussen Forensische geneeskunde Geneeskunde van de toekomst Palliatieve zorg Pijn Zorgmanagement in een multidisciplinair perspectief Complementaire zienswijzen in de zorg Handletsel Clinical and preventive nutrition Geneeskunde > 3

4 De studieopbouw De opleiding geneeskunde kent vanaf het studiejaar de bachelor-masterstructuur. De naam van het nieuwe geneeskundeprogramma is toen gewijzigd in CRU2006 (Curriculum Utrecht 2006). De studie duurt zes jaar, onderverdeeld in drie jaar bachelor en drie jaar master. Elke fase wordt afgesloten met een examen. Met het Utrechtse bachelordiploma Geneeskunde mag je instromen in de Utrechtse masteropleiding Als je beide fasen met succes hebt afgerond, dan ben je basisarts. De bachelorfase Het eerste jaar begint met een oriëntatie op de opleiding, de gezondheidszorg en het beroep van arts. Daarna volgen zeven blokken waarin je brede basiskennis opdoet over het menselijk lichaam. De blokken zijn thematisch en bestaan allemaal voor het grootste deel uit stof, waarin je leert hoe bijvoorbeeld het hart- en vaatstelsel in elkaar zit en functioneert. Maar tegelijkertijd leer je hoe de belangrijkste hart- en vaatziekten ontstaan, hoe je die kunt herkennen en wat de gevolgen voor de orgaanfunctie zijn. Parallel aan het blokonderwijs volg je Klinisch en Praktisch lijnonderwijs. Je leert aan de hand van beschrijvingen van patiënten als een arts redeneren en problemen oplossen en krijgt training in medisch technische vaardigheden en in communicatie en zorgvuldig omgaan met patiënten. Het tweede jaar heeft voor het grootste deel dezelfde opzet als het eerste jaar. In de laatste tien weken echter is er ruimte gemaakt voor het volgen van twee cursussen naar eigen keuze. Het staat je dan óók vrij om dan cursussen van andere bacheloropleidingen te volgen. In het derde jaar bestaat het programma uit een combinatie van co-assistentschappen, co-schap voorbereidende blokken, een inleiding in het wetenschappelijk onderzoek en onderwijs in thema s als gezondheidsrecht en medische ethiek. Door de combinatie van blokonderwijs en co-assistentschappen kun je voortdurend je basiskennis opfrissen, toepassen en aanvullen. Na je bachelor Het Utrechtse bachelordiploma geeft toegang tot de masterfase geneeskunde in Utrecht. Het is niet mogelijk om je masterfase geneeskunde aan een andere universiteit in Nederland te volgen. Het bachelordiploma geneeskunde geeft wel, nadat je voldaan hebt aan bepaalde voorwaarden, toegang tot masterprogramma s van bijvoorbeeld Biomedical Sciences. De masterfase De masterfase bereidt je verder voor op het uitoefenen van het beroep arts. Het programma is erg praktijkgericht, maar de koppeling met theorie en wetenschap blijft nadrukkelijk aanwezig. In het eerste jaar van de master volg je vijf co-assistentschappen: Gynaecologie, Kindergeneeskunde, Neurologie, Psychiatrie en Oogheelkunde. Het onderwijs dat je voorafgaand aan een co-assistentschap volgt, zorgt voor de juiste basis om in de kliniek aan de slag te gaan. Verder wissel je op wekelijkse `terugkomdagen je ervaringen met andere studenten uit en krijg je aanvullende theorie en farmacotherapie. Verder volg je in dit jaar individueel keuzeonderwijs en verdiep je je kennis van het wetenschappelijk onderzoek. De opzet van het tweede masterjaar is hetzelfde als die van het eerste jaar. Je volgt dan co-assistentschappen op het gebied van interne geneeskunde, chirurgie, huisartsgeneeskunde, sociale geneeskunde, dermatologie en keel-, neus- en oorheelkunde. Ook nu zijn er weer terugkomdagen georganiseerd. Het laatste jaar is een schakeljaar: het vormt een brug naar de specialistenopleidingen, zoals interne geneeskunde, chirurgie of keel-, neus- en oorheelkunde. In dit jaar doe je in ieder geval een wetenschappelijke stage en kies je een klinische afdeling waar je een aantal maanden gaat werken als semi-arts. Dit betekent dat je in feite gaat werken als basisarts, maar natuurlijk wel onder supervisie. Naast de wetenschappelijke en de klinische stages is er in het schakeljaar ook ruimte voor keuzeonderwijs en verdere theoretische en professionele vorming. 4 > Geneeskunde

5 Studieopbouw in schema Bachelorfase (3 jaar) Masterfase (3 jaar) Jaar 1 Oriëntatie geneeskunde Gezonde en zieke cellen I Stofwisseling I Zintuigen, hersenen en beweging I Circulatie I Infectie en afweer I Regulatie en integratie Circulatie II Jaar 2 Zintuigen, hersenen en beweging II Gezonde en zieke cellen II Circulatie III Stofwisseling II Zintuigen, hersenen en beweging III Groei en ontwikkeling Twee keuzecursussen Jaar 3 Acute geneeskunde Acute chirurgie en peri-operatieve zorg Infectie en afweer II Gezonde en zieke cellen III Architectuur Klinisch Wetenschappelijk Onderzoek Co-assistentschap Interne geneeskunde I Co-assistentschap Chirurgie I Medical Humanities I en II (bijv. Medische ethiek, Gezondheidsrecht, Wetenschapsfilosofie) Bachelordiploma Jaar 1 Determinanten van ziekten Stofwisseling III Zintuigen, hersenen en beweging IV Co-assistentschap Gynaecologie Co-assistentschap Kindergeneeskunde Co-assistentschap Oogheelkunde Co-assistentschap Neurologie Co-assistentschap Psychiatrie Individueel keuzeonderwijs Jaar 2 Geneeskunde en maatschappij Co-assistentschap Keel-, Neus- en Oorheelkunde Co-assistentschap Dermatologie Co-assistentschap Interne geneeskunde II Co-assistentschap Chirurgie II Co-assistentschap Sociale geneeskunde Co-assistentschap Huisartsgeneeskunde Individueel keuzeonderwijs Jaar 3 Wetenschappelijke stage Keuzestage Semi-artsstage Masterdiploma Specialisatie (2-6 jaar) Voorbeeldcursus Voorbeelden tentamenvragen Praktisch lijnonderwijs (PLO) /Medisch technische vaardigheden (jaar 1) De onderwerpen die in de cursus Medisch technische vaardigheden aan bod komen zijn: algemeen lichamelijk onderzoek; eenvoudig aanvullend onderzoek (bijv. bloedafname, laboratorium bepaling, beoordelen röntgenfoto s); eenvoudige therapeutische verrichtingen (bijv. reanimatie, hechten, verbanden aanleggen). Het onderwijs wordt zoveel mogelijk aangeboden in een context die overeenkomt met de situatie tijdens de co-assistentschappen en de latere beroepsuitoefening. De vaardigheden oefen je voornamelijk op speciaal ontwikkelde oefenmodellen (fantomen) en op medestudenten. Een consequentie van het oefenen op medestudenten is dat je je soms gedeeltelijk zult moeten ontkleden. Hier dien je je mentaal en qua kledingkeuze op voor te bereiden. Er wordt van je verwacht dat je je op het onderwijs voorbereidt, onder andere door aanbevolen leerboeken, artikelen, video s etc. en door zelfstudievragen. Naast het vaardigheidsonderwijs dat ondersteund wordt door docenten en student-assistenten, kun je ook zelfstandig vaardigheden oefenen in het Instructielab Klinische Vaardigheden. Vraag 1 (cursus: Praktisch Lijnonderwijs/Communicatie- Attitudeonderwijs, jaar 1) Waarom is het stellen van uitsluitend gerichte vragen bij aanvang van het consult niet aan te raden? antwoord: patiënt wordt passief, in richting gestuurd, krijgt weinig gelegenheid tot eigen inbreng, vraag-antwoordspel. Vraag 2 (cursus: Regulatie en integratie, jaar 1) Welke van de hieronder genoemde veranderingen treedt NIET op bij matig zware inspanning (circa 50% van het maximale vermogen)? a. stijging kerntemperatuur b. daling van de arteriële ph c. daling van de arteriële PCO2 d. daling van de veneuze PO2 antwoord: c is het juiste antwoord. Het onderwijs PLO/Medisch technische vaardigheden start in jaar 1 en loopt door t/m jaar 5. 5 > <p1heading> Geneeskunde > 5

6 Het onderwijs Goed onderwijs begint bij deskundige docenten. En er is meer dat je mag verwachten van de opleiding geneeskunde. Veel keuzeruimte bijvoorbeeld, persoonlijke begeleiding, moderne voorzieningen en aandacht voor academische vaardigheden. Goed onderwijs betekent ook tweerichtingsverkeer. En dus verwachten we ook iets van jou: inzet en betrokkenheid. Van vwo naar universiteit Aan een universiteit gaat het er anders aan toe dan op school. Geneeskunde is een studie met zeer veel theorie en oefeningen in praktische vaardigheden. In korte tijd moet je aanzienlijk grotere hoeveelheden stof verwerken dan op het vwo. Bovendien moet je er rekening mee houden dat een groot deel van de studieboeken Engelstalig is. Ook zul je veel zelfstandig moeten werken, thuis of op de universiteit. De gemiddelde geneeskundestudent besteedt circa 70 procent van zijn tijd aan het zelfstandig bestuderen en verwerken van de leerstof. Uiteraard vergt dit een grote dosis inzet en zelfdiscipline. Bij de studie geneeskunde krijg je naast zelfstudie te maken met verschillende onderwijsvormen, zoals werkgroepen, practica en hoorcolleges. Het grootste deel van het onderwijs wordt kleinschalig gegeven, dat wil zeggen in de vorm van practica en werkgroepen, voor groepen van twaalf à veertien studenten. In een werkgroep is ruimte voor nabespreking van gemaakte opdrachten en zelfstudies, discussie en toetsing van je kennis. Tijdens een hoorcollege behandelt een docent de stof in grote lijnen. Veel hoorcolleges worden gegeven in de vorm van een patiëntpresentatie. Bij zo n presentatie bespreekt de docent het probleem van een in de zaal aanwezige- patiënt. Begeleiding Bij goed onderwijs hoort goede begeleiding. In de cursus Studiereflectie en portfolio begeleidt een tutor, een docent, een groep van twaalf studenten gedurende de gehele bachelor. Het portfolio is vooral bedoeld om je te stimuleren na te denken over je studieresultaten en om, zo nodig, tijdig het roer om te gooien. Daarnaast heeft dezelfde groep een mentor, een ouderejaarsstudent geneeskunde, die je vooral tijdens de introductie begeleidt en wegwijs maakt in de organisatie. In het derde jaar kun je kiezen voor Studie- en loopbaan-oriëntatie, waarin je je nader oriënteert op de verschillende belangrijke keuzes die je in het vervolg van je studie moet maken. Voorzieningen De Utrechtse opleiding tot arts volg je in het Universitair Medisch Centrum (UMC) Utrecht en speelt zich af in een moderne omgeving. Dat geldt niet alleen voor de locatie in een prachtig nieuw gebouw, maar ook voor het onderwijsprogramma dat aansluit bij de nieuwste inzichten over effectief medisch onderwijs. Het UMC Utrecht heeft veel faciliteiten zoals studieruimtes en computers en een uitgebreide medische bibliotheek ter beschikking in het zogenoemde `Studielandschap. Naast de studie Studeren in Utrecht betekent ook studeren in een bruisende studentenstad. Uitgebreide informatie over Utrecht als studiestad vind je op Je kunt via Studievoorlichting (zie achterzijde) ook de brochure `Op kamers in Utrecht bestellen. Vanaf het tweede jaar van de studie is er een grote mate van keuzemogelijkheden. In totaal stellen studenten ongeveer eenvijfde van hun onderwijs zelf samen. Dit betreft zowel meer theoretisch (keuzeblokken) als praktisch onderwijs (keuze co-assistentschappen en onderzoeksstages). De weekagenda van Elke Baars, eerstejaars geneeskunde, actief SAMS-lid Deze week was een drukke en afwisselende week met zowel theorie (hoorcolleges en werkgroep) als praktijk (practica en PLO). Over het algemeen ziet mijn week er wel zo ongeveer uit qua contacturen en ik kan het dan ook prima combineren met allerlei leuke dingen. Ik moet wel wat tijd uittrekken om de lessen voor te bereiden, maar er blijft nog zat tijd over om bijvoorbeeld bij een vereniging actief te zijn. maandag Hoorcollege - Blauwe collegezaal vergadering Eerstejaarscommissie uur Oppassen dinsdag Werkgroep Praktisch Lijnonderwijs, Medisch technische vaardigheden woensdag uur anatomiepracticum practicum microscopie Eten met Vivian uur Bijzondere leden vergadering SAMS donderdag uur werkgroep Eten met de eerstejaarscommissie ijdag interview met patiënt hoorcollege uur communicatietoets Vanaf uur actieve ledenweekend van MFSU Sams terdag 21 Actieve ledenweekend MSFU SAMS ndag 22 Terug van ledenweekend 6 > Geneeskunde

7 En daarna Als je je bachelordiploma geneeskunde hebt behaald, vervolg je je studie met de driejarige masterfase. Als je beide fases met succes hebt afgerond, dan ben je basisarts. Basisarts Als basisarts ben je formeel bevoegd tot het uitoefenen van de geneeskunde. Maar je kunt je nog niet als erkende, door het ziekenhuis gehonoreerde specialist of huisarts vestigen. Daarvoor moet je nog een vervolgopleiding van enkele jaren doen. Hetzelfde geldt voor afgestudeerden die sportarts, bedrijfsarts, verpleeghuisarts, verzekeringsarts of wetenschappelijk onderzoeker willen worden. Eén troost: alle vervolgopleidingen zijn betaalde functies. Als huisarts moet je geïnteresseerd zijn in mensen Als huisarts heb je te maken met ziekte én gezondheid. Patiënten komen soms met iets kleins waarvoor je zelf nooit naar de dokter zou gaan. Toch kan hier nog een andere klacht of probleem achter zitten. De uitdaging voor de huisarts is om dit eventuele probleem te achterhalen. Naast een brede medische kennis, moet je als huisarts geïnteresseerd zijn in mensen, betrokken zijn en goed kunnen luisteren. Aan communicatievaardigheden wordt ruimschoots aandacht besteed op de wekelijkse onderwijsdagen. Daarnaast leer je veel van de ervaring van verschillende opleiders op de stageplekken. Ik ben erg tevreden over de kwaliteit van de huisartsopleiding. Straks begin ik aan mijn derde en tevens laatste jaar. Ik geniet van de relatieve vrijheid van het vak. Als huisarts speel je een rol in het leven van je patiënten en het blijft bijzonder om daar een kijkje in te mogen nemen! Floor van Woerkum, tweedejaars huisarts-in-opleiding (haio) Huisarts Om huisarts te worden dien je na je masterdiploma de driejarige opleiding huisartsgeneeskunde te volgen. De opleiding wordt verzorgd door universitaire instituten voor huisartsgeneeskunde. Vier van de vijf dagen werk je bij een huisarts in de praktijk. De vijfde dag volg je onderwijs op het instituut. Klinisch specialist Nederland kent dertig klinische specialismen. Om er een paar te noemen: chirurgie, klinische chemie, cardiologie, gastro-enterologie, neurologie, oogheelkunde en gynaecologie. Met een groot deel van deze specialismen heb je al kennisgemaakt tijdens de co-assistentschappen. Om specialist te worden volg je als arts in opleiding de opleiding in een ziekenhuis of een laboratorium. De duur van de opleiding is vier tot zes jaar, afhankelijk van het specialisme. Sociaal-geneeskundige, verpleeghuisarts Erkende sociaal-geneeskundigen komen vaak terecht in functies als schoolarts, bedrijfsarts, sportarts of controlerend geneeskundige. De opleiding neemt ongeveer twee tot vier jaar in beslag. De opleiding tot verpleeghuisarts duurt twee jaar. Dit vak gaat ergens over Geneeskunde is afwisselend en veelzijdig. Je kunt er alle kanten mee op. Tijdens mijn co-assistentschappen ontdekte ik welke aspecten ik minder leuk vond. De snijdende vakken bijvoorbeeld ik ben redelijk onhandig. Toen ik afstudeerde was er een artsenoverschot. Om mijn kansen te vergroten ben ik gaan promoveren. Ik onderzocht hoe een ongeboren kind aan ijzer komt: een onderzoek op het gebied van verloskunde en kindergeneeskunde. Vanaf dat moment wist ik zeker dat ik de kindergeneeskunde in wilde. Ik ben gespecialiseerd in kwaadaardige ziekten bij kinderen, in het bijzonder in beenmergtransplantaties bij leukemie. De behandelingen die de kinderen ondergaan zijn zwaar, maar de meeste kinderen worden gelukkig beter. Ik begeleid ze vaak jarenlang. Dit vak gaat ergens over. Ik kan echt iets voor kinderen doen. Marc Bierings, kinderarts in het Wilhelmina Kinderziekenhuis Utrecht, UMC Utrecht Wetenschappelijk onderzoeker Het is als arts ook mogelijk wetenschappelijk onderzoek te gaan doen. Het betreft dan vooral functies waarbij patiëntgebonden onderzoek een belangrijke rol speelt. Veel beroepsmogelijkheden Je kunt als arts dus veel kanten op. De kansen op werk zijn goed tot uitstekend. In alle beroepen staat de verhouding patiënt-arts centraal, maar de invulling verschilt per specialisme. Behalve beroepen waarin de handvaardigheid sterk voorop staat, zoals de snijdende vakken, zijn er ook specialisaties waarin het contact van de arts met de patiënt veel intensiever is, zoals in de psychiatrie of de verpleeghuisgeneeskunde. Geneeskunde > 7

8 Meer weten? Natuurlijk kies je niet zomaar! Wil je meer weten over de bachelor geneeskunde, dan zijn er verschillende mogelijkheden. Toelating en inschrijving Om geneeskunde te kunnen studeren, moet je natuurlijk wel het juiste diploma op zak hebben. Aan welke eisen moet je voldoen? En waar moet je verder rekening mee houden voor je aan je studie kunt beginnen? Numerus fixus Geneeskunde is een numerus-fixusopleiding. Dat betekent dat niet iedereen tot de opleiding kan worden toegelaten. Voor het studiejaar waren er 344 plaatsen in Utrecht. Voldoe je aan de gestelde ingangseisen (zie hieronder onder Toelating ), dan zijn er twee mogelijkheden om toegang te krijgen tot de bacheloropleiding geneeskunde in Utrecht: rechtstreekse plaatsing en gewogen loting. Heb je een vwo-diploma met het profiel Natuur & Gezondheid of Natuur & Techniek met het vak biologie 1,2 en heb je een vwo-eindexamengemiddelde van 8 of hoger, dan kun je rechtstreeks worden toegelaten. Lukt dat niet, dan moet je meedoen aan de gewogen loting (zie Uitgeloot, wat dan? Houd er rekening mee dat er een reële kans is dat je wordt uitgeloot. Het is dus belangrijk om goed na te denken over een tweede keuze (zie Utrecht biedt ook een vierjarige master Arts/Onderzoeker SUMMA (Selective Utrecht Medical Master). Deze master is alleen toegankelijk voor studenten die een bacheloropleiding Biomedische Wetenschappen of een daaraan verwante opleiding hebben gevolgd (zie Voorlichtingsdagen Tijdens de voorlichtingsdagen in maart en november kun je uitgebreid kennismaken met geneeskunde. Je krijgt informatie over de studie, er zijn proefcolleges en je ontmoet studenten en docenten. Kijk voor meer informatie op of neem contact op met Studievoorlichting. Internet en algemene bachelorbrochure Uitgebreide informatie over de studie geneeskunde vind je ook op Wil je meer weten over studeren aan de Universiteit Utrecht in het algemeen of over de andere bacheloropleidingen, kijk dan op of vraag de algemene bachelorbrochure aan via Studievoorlichting. Persoonlijke informatie Met specifieke vragen kun je terecht bij een van de studieadviseurs van de opleiding geneeskunde, bereikbaar via adviseurs@umcutrecht.nl of tijdens de telefonische spreekuren op (maandag en woensdag van uur, vrijdag van uur). Bacheloropleiding geneeskunde Hijmans van den Berghgebouw Bezoekadres: Universiteitsweg 98, Utrecht Postadres: Postbus GA Utrecht tel (dagelijks tussen uur) onderwijs-opleidingen@umcutrecht.nl Studievoorlichting Universiteit Utrecht tel. (030) Veel gestelde vragen en Toelating Alleen de vwo-profielen Natuur & Gezondheid en Natuur & Techniek met het vak biologie 1,2 geven toegang tot de lotingsprocedure. Voldoe je niet aan de eisen, dan moet je aanvullend examen(s) afleggen. Dat kan via het James Boswell Instituut, dat tevens cursussen in de profielvakken verzorgt. Je moet de deficiënties hebben weggewerkt voor je als student een verzoek tot inschrijving kunt doen. Ook andere diploma s geven mogelijk toegang. Neem hiervoor contact op met Studentenservice, tel. (030) of kijk op Voor scholieren die nu hun profiel kiezen (dus geen deelvakken meer hebben) en in 2010 gaan studeren, geldt dat de volgende profielen toegang tot de lotingsprocedure geven: Natuur & Gezondheid met Natuurkunde (wiskunde A of B mag je vrij kiezen) of Natuur & Techniek met Biologie. Verzoek tot inschrijving Als je geneeskunde wilt gaan studeren, doe dan een verzoek tot inschrijving bij de Universiteit Utrecht. Hoe dat werkt zie je op Doe dit zo spoedig mogelijk maar uiterlijk 15 mei. Als je in aanmerking komt voor directe plaatsing of als je bent ingeloot, dan ontvang je een bewijs van toelating waarmee je je definitief kunt inschrijven. 8 > Geneeskunde Colofon Maart Uitgave: faculteit Geneeskunde, Universiteit Utrecht. Samenstelling en productie: faculteit Geneeskunde i.s.m. Communicatie Service Centrum. Basisvormgeving: Wrik (BNO), Utrecht. Fotografie: Ivar Pel, Chris Timmers e.a. Opmaak en druk: Joh. Enschedé Amsterdam. Deze brochure is met de grootst mogelijke zorg samengesteld. Aan de inhoud kunnen echter geen rechten worden ontleend.