De motivatie voor managers om fair value van immateriële vaste activa te verantwoorden

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "De motivatie voor managers om fair value van immateriële vaste activa te verantwoorden"

Transcriptie

1 Impairment tests De motivatie voor managers om fair value van immateriële vaste activa te verantwoorden Begeleider: Universiteit van Tilburg: Premaster Accounting dr. M.F.C.M. Wyn Richard Cremers ANR: e lezer: dr. B.R.C.J. van den Brand 1

2

3 Inhoudsopgave Samenvatting Introductie... 5 Problematiek... 5 Onderzoeksvraag Theoretisch raamwerk... 7 De aard van immateriële vaste activa... 7 Impairment op internationaal niveau... 8 De motivatie voor fair value waardering... 9 Huidig onderzoek en hypothesen Onderzoeksmethodologie Dataverzameling Regressiemodellen Onderzoeksresultaten Enkelvoudige regressie Meervoudige regressie Conclusie Literatuur Bijlage 1: Sample samenstelling Bijlage 2: SPSS Output Bijlage 3: Correlatiediagrammen enkelvoudige regressiemodellen

4 Samenvatting Samenvatting Immateriële vaste activa op de balans zijn altijd al lastig geweest om te waarderen. In 2005 heeft de IFRS in Europa gezorgd voor duidelijkheid omtrent fair value waardering van deze activa door te bepalen dat elke vennootschap verplicht is een impairment test uit te voeren op alle immateriële vaste activa. Het is echter nog steeds lastig om vast te stellen of managers bij deze impairment tests zich laten beïnvloeden door factoren als winst en aandeelwaarde. In dit onderzoek is een verband gelegd tussen de impairment loss die een beursgenoteerde onderneming heeft verantwoord en de winstcijfers en marktwaarde op dit moment. Er is onvoldoende bewijs om de aanwezigheid van een lineair verband aan te tonen tussen deze factoren. Daaruit kan worden geconcludeerd dat managers bij het uitvoeren van een impairment test zich niet door bedrijfsresultaten laten beïnvloeden. Hiermee wordt aangetoond dat de regelgeving zoals deze is opgesteld door de IFRS een goede uitvoering kent en wordt gebruikt waarvoor deze ook bedoeld is. 4

5 Introductie De motivaties voor het management om immateriële vaste activa te verantwoorden. 1. Introductie De balans van een onderneming is bedoeld om een inzicht te geven in de financiële status. Veel shareholders gebruiken dit voor het nemen van belangrijke beslissingen jegens het bedrijf. Hoewel de balans op zich vrij eenduidig in te vullen is, aangezien de meeste onderwerpen tastbaar of duidelijk meetbaar zijn, bestaat op de meeste balansen een of meerdere posten van ontastbare middelen. Deze ontastbare ofwel immateriële activa of passiva zijn vaak bijzonder lastig om correct te waarderen, aangezien ze veelal van subjectieve aard zijn en heel verschillend kunnen worden geïnterpreteerd (Lev, 2001). Om toch enige regelmaat en eenduidigheid in de verslaggeving te krijgen wat betreft immateriële activa, hebben verschillende accounting- en boekhoudstandaarden getracht een aantal meetregels op te stellen voor de berekening en verantwoording. Voor Europese ondernemingen betekent dat vooral de IFRS (International Financial Reporting Standards) regelgeving, terwijl in de Verenigde Staten veelal de US GAAP wordt gebruikt. Beiden systemen (onder anderen) bekijken immateriële vaste activa op een andere manier. Problematiek In de afgelopen decennia is het onderwerp waardering van immateriële vaste activa een veelbesproken thema (o.a. Boydell, Hoggett, Rugkåsa & Cummins, 2007). Veel onduidelijkheden blijven bestaan hierover, aangezien deze activa in de meeste gevallen subjectief en niet meetbaar zijn. Over de waarderingsgrondslagen wordt al jaren gediscussieerd. Om toch enige regelgeving te kunnen handhaven zijn in de jaren 70 de International Accounting Standards (IAS) opgesteld en continu bijgewerkt. In 2001 is echter een vernieuwde regelgeving gekomen, genaamd de International Financial Reporting Standards (IFRS), welke in 2005 in de gehele Europese Unie werden ingevoerd. Deze nieuwe standaarden omvatten voor een groot deel oude regels uit de IAS, maar heeft zich ondermeer ontwikkeld op het gebied van waarderingsgrondslagen voor immateriële vaste activa (Epstein & Mirza, 2006). Maar hoe veel regels er ook bestaan, ze kunnen nooit voor 100% afdekken dat de immateriële vaste activa op de juiste manier worden berekend. Er blijft altijd een grijs gebied bestaan. Over het algemeen kan dit natuurlijk tot verkeerde en onrealistische beelden leiden jegens de buitenwereld wanneer immateriële vaste activa onjuist worden weergegeven in de balans, wat vervelend en soms zelfs 5

6 Introductie misleidend is. De belangrijkste reden echter waarom deze activa zo gevaarlijk zijn, is omdat ze ook zitten inbegrepen in de resultatenrekening van het bedrijf. Door op bepaalde manieren om te gaan met verantwoording van immateriële vaste activa, kunnen winstcijfers worden gemanipuleerd wat gevolgen heeft voor een groot deel van de shareholders. Denk hierbij onder anderen aan de belastingdienst, aandeelhouders en andere investeerders. Onderzoeksvraag Dit onderzoek is vooral gericht op de vraag of managers (bewust of onbewust) zich laten beïnvloeden bij het nemen van beslissingen ter verantwoording van immateriële vaste activa. Hierbij wordt vooral gelet op de factoren waarop deze activa een directe rol spelen. Zo zouden managers in financieel ongunstige tijden in de verleiding kunnen raken om winsten kunstmatig hoger te houden. Dit zouden ze bijvoorbeeld kunnen doen door herwaardering van bepaalde immateriële activa uit te stellen, zodat de herwaarderingsverliezen later pas worden verantwoord. Hierdoor wordt het nettoresultaat hoger, zodat investeerders wellicht eerder geneigd zijn in slechte tijden toch de aandelen te behouden. Zulke situaties kunnen zich voordoen bij managers die deze activa kunnen vaststellen. De onderzoeksvraag is daarom als volgt vastgesteld: Zijn managers geneigd om herwaardering van immateriële vaste activa in de jaarrekening te beïnvloeden? 6

7 Theoretisch raamwerk 2. Theoretisch raamwerk De aard van immateriële vaste activa is al vele malen onderzocht. Vooral sinds de opkomst van de nieuwe IFRS standaarden zijn velen onderzoeken verricht naar de gevolgen op de waardering van deze activa en hoe ze invloed uitoefenen op de accounting van ondernemingen. De belangrijkste literatuur zal in dit hoofdstuk naar voren komen. Veel immateriële vaste activa worden niet of onvolledig op de balans gezet. In de meeste gevallen is dit ook niet mogelijk aangezien waardering van deze activa nagenoeg onmogelijk en subjectief is. Penman (2009) heeft echter geconstateerd dat immateriële activa vaak zijn te herleiden uit de winst- & verliesrekening. Zo wordt de merknaam Coca-Cola niet gewaardeerd op de balans, maar de activa is terug te vinden in de hogere verkoopprijzen en omzetcijfers. Doordat deze hoger zijn dan wanneer de drank merkloos zou worden verkocht, zijn de winstcijfers hoger dan normaal. Door deze hogere omzet is tevens de activa hoger. De waarde van de immateriële activa kan worden bepaald door de waarde van de immateriële zaken direct op te meten of door de inkomsten van de activa te kapitaliseren. Hierdoor komen vaak niet alleen zaken van goodwill naar voren, maar verschijnen ook belangrijke zaken omtrent Research & Development, door nieuwe innovatieve producten en technische ontwikkelingen. De aard van immateriële vaste activa Een veel gestelde vraag is echter wat immateriële vaste activa precies zijn. Epstein & Mirza (2006) hebben dit in een documentatie over de IFRS proberen vast te stellen. Zij beschrijven deze activa als een bezitting zonder fysieke inhoud, of van welke de waarde niet tot uitdrukking komt uit de waarde van het fysieke deel van deze bezitting. Bij dit laatste kan worden gedacht aan software die op een cd staat. De waarde van het plastic schijfje geeft niet de waarde aan van de software die erop staat. Of een immaterieel vast actief moet worden verantwoord is volgens Epstein & Mirza afhankelijk van een aantal criteria. Allereerst is het belangrijk om te kijken of het actief individueel kan worden onderscheiden van andere aspecten van de business enterprise. Ook moet beoordeeld worden of het immaterieel actief in control is van de onderneming en of de economische voordelen naar de onderneming vloeien. Tot slot moet ook worden beoordeeld in hoeverre de kosten van de immateriële vaste activa betrouwbaar kunnen worden gemeten. De uiteindelijke regelgeving van de IFRS is echter verder vrij algemeen in de beoordeling van dit soort activa. 7

8 Theoretisch raamwerk De aard van de immateriële activa is van groot belang voor de waardering (Green, 2007). Zo wordt beschreven dat er voor waardering 3 methoden zijn, namelijk de kostenmethode (hoeveel kost het om te reproduceren), de marktmethode (hoeveel is een vergelijkbaar immaterieel goed waard op de markt) en de opbrengstmethode (hoeveel zal het immaterieel goed totaal opleveren voor de onderneming). De aard van het immaterieel goed zal bepalen welke methode het meest toepasselijk is. Cohen (2005) gaat dieper in op het beschrijven van immateriële vaste activa. Hij doet dit door allereerst een onderscheid te maken tussen identificeerbare en onidentificeerbare immateriële vaste activa. Als identificeerbaar kenmerkt Cohen vooral het intellectueel eigendom (zoals patenten, copyrights en handelsmerken), maar ook Research & Development, merknamen en software codes vallen hieronder. Als onidentificeerbare immateriële vaste activa typeert hij zaken als goodwill en Human Capital. Cohen heeft voor het onderzoeken gebruik gemaakt van het Amerikaanse accounting systeem volgens de door FASB (Financial Accounting Standards Board) opgestelde GAAP (Generally Accepted Accounting Principles). In deze richtlijnen zijn 2 regels opgesteld om de vrijheid te beperken omwillen het boeken van goodwill bij herstructureringen en de beperkte hoeveelheid overgebleven goodwill is ook nog onderworpen aan zogenaamde regelmatige impairment tests. Hij geeft een aantal manieren waarop immateriële zaken kunnen worden geanalyseerd. Impairment op internationaal niveau Het blijkt uit bovenstaande literatuur dat in Amerika duidelijkere regels bestaan omtrent het waarderen van immateriële vaste activa. Mard et al. (2002) hebben geanalyseerd hoe de GAAP wil dat de impairment tests plaatsvinden. De GAAP heeft hiervoor de SFAS No. 142 opgesteld. The Statement SFAS No. 142 mandates that goodwill and intangible assets without a defined life shall not be amortized over a defined period; rather, they must be tested for impairment at least annually at the reporting unit level (Mard et al., 2002, p. 76). Toch zijn er ook in Europa veel immateriële vaste activa die wel op de balans worden gewaardeerd. Om de waarde hiervan te bepalen worden regelmatige audits gehouden zodat de fair value van deze assets goed zichtbaar wordt (Kohlbeck, Cohen & Holder-Webb, 2009). Dit is de Europese vorm van de impairment test. Deze regelgeving voor Europese ondernemingen wordt toegepast sinds de invoering van de IFRS. Een opvallende conclusie vloeit voort uit het onderzoek van Robinson & Sansing (2007). Zij leggen een verband tussen het investeren in immateriële vaste activa en de belastingtarieven op dat moment. Blijkbaar wordt bij lage belastingtarieven minder geïnvesteerd in deze activa. Volgens het onderzoek van Robinson & Sansing zijn dus landen met een laag belastingtarief aantrekkelijker voor ondernemingen die willen investeren in immateriële vaste activa. Dit zou tot gevolg kunnen hebben dat hierbij ook invloed is op de herwaarderingen van deze activa. 8

9 Theoretisch raamwerk De motivatie voor fair value waardering Het proberen te verklaren van factoren die bepalend zijn bij de vraag in hoeverre managers geneigd zijn om voor een bepaalde fair-value te gaan, zijn al verschillende studies voltooid. Zo verscheen in 2008 een studie van Ramanna, welke middels een politiek-economische studie een verband aantoonde tussen de waardering van goodwill en een aantal factoren en argumenten waarom managers deze cijfers zouden willen bijstellen. Het bleek dat er een verband aanwezig was tussen het opportunistisch gedrag van de managers en de daadwerkelijke fair-value s van de goodwill na de impairment tests. Dit onderzoek werkte als een bevestiging op een reeds eerder gehouden onderzoek door Beatty & Weber (2005), welke constateerden dat impairment tests daadwerkelijk kunnen worden beïnvloed door managers. Ze concludeerden dat de mate van winstkapitalisatie in aandelen van sterke invloed was op de impairment loss die werd gerealiseerd om toekomstige impairments te voorkomen. Aan de hand van deze testresultaten zijn Godfrey & Koh (2009) een onderzoek gaan houden of er dan wellicht ook een verband zou zijn tussen de impairment uitkomsten voor goodwill en de IOS (Investment Opportunities). In het regressiemodel dat ze opgemaakt hebben, wordt geanalyseerd in hoeverre een trend te zien is van afschrijvingen in verband met impairment losses. Hierbij ontstaat een model dat aantoont dat er een negatief verband is tussen investment opportunities van een onderneming en de goodwill afschrijvingen door impairment loss. Ook tonen ze aan dat er een negatief verband staat tussen goodwillherwaardering en de accountingwinst in de betreffende periode. Huidig onderzoek en hypothesen In dit onderzoek worden de bovenstaande bevindingen verder uitgediept. Goodwill is één van de meest bekende en veelvoorkomende immateriële vaste activa aanwezig bij een onderneming. Er bestaan echter nog veel meer zogenaamde intangibles die op een balans aanwezig kunnen zijn. Bovendien zijn er meer factoren waar een bedrijf op kan letten wanneer zij nadenkt over het bepalen van de fair-value van een immaterieel goed. Om het gedrag te kunnen analyseren wordt gebruik gemaakt van een aantal hypothesen. Deze proberen stuk voor stuk een verklaring te geven over dit vraagstuk. De eerste hypothesen analyseert het verband tussen winst en immateriële activa. De winstcijfers zijn uiterst belangrijk voor een onderneming, gezien ze hiermee aandeelhouders en andere shareholders tevreden kunnen houden. Winst heeft echter de eigenschap dat deze sterk kan fluctueren. Managers willen dit uiteraard voorkomen, niet alleen voor het bedrijfsbelang, maar vaak ook in verband met bonussystemen en dus het eigen belang. De meeste cijfers op een jaarrekening zijn vrij vast en controleerbaar. Een uitzondering geldt op de immateriële activa, welke van ontastbare aard zijn. Deze 9

10 Theoretisch raamwerk goederen moeten vaak geherwaardeerd worden naar fair-value waarde. Hier is echter wel sprake van een subjectieve waarderingsgrondslag, zoals eerder in deze paper al werd vastgesteld. Wanneer er een herwaardering plaatsvindt, komt deze ook terug in de winst- & verliesrekening. Dit gebeurt meestal in de vorm van afschrijvingen en impairment op immateriële activa. Wanneer de winst niet geheel naar wens is van het management, dan bestaat de kans dat ze proberen in te grijpen. Het zou dus kunnen zijn dat de winstcijfers (exclusief herwaarderingsverlies op immateriële vaste activa) in verband staan met de kosten gemaakt op herwaardering van immateriële vaste activa. Vandaar dat de eerste hypothese luidt: H 1: Er is een verband tussen de resultaten van een onderneming en de genomen impairment loss over dezelfde periode. De tweede hypothese gaat over het mogelijke verband tussen de beurskoers van de onderneming en de waardering van de immateriële vaste activa. De beurswaarde is een belangrijke maatstaf voor investeerders en aandeelhouders om in te schatten in hoeverre ze bereid zijn te investeren in de onderneming. Het is dus een aannemelijke veronderstelling dat managers hierdoor er alles aan willen doen deze waarde zo hoog mogelijk te laten zijn. Niet alleen vanwege het belang van de onderneming, maar ook vaak vanwege de mogelijke bonus die hierop wordt gebaseerd of omdat ze zelf ook aandelen bezitten. De mogelijkheid bestaat dat managers proberen de fair-value van de immateriële vaste activa aan te passen om een zo gunstig mogelijk effect op de beurswaarde te krijgen in tijden dat de koers lager ligt dan normaal. Voor deze hypothese worden de beurskoersen op het moment van rapportage gelinkt aan de waarde op de balans van immateriële vaste activa. H 2: Er is een verband tussen de beurskoers op moment van jaarrapportage en de waardering van immateriële vaste activa diezelfde periode. Met de bovengenoemde hypothesen is het de bedoeling dat de hoofdvraag (zoals gesteld in de introductie) met enige vorm van zekerheid kan worden beantwoord. Wanneer de hypothesen elk zijn onderworpen aan een test en analyse, zal moeten worden beoordeeld of deze al dan niet correct zijn. Om echter het onderwerp nog wat verder uit te diepen, wordt nog een extra test opgesteld. Deze test zal bekijken of er wellicht een verband is tussen de hypothesen onderling. Dit kan worden getest middels een regressiemodel. De genoemde variabelen uit de hypothesen zullen hierbij terugkomen en proberen een geschikt multiple regression model te vormen. Hierbij zal worden beoordeeld of dit een geldig model is aan de hand van de uitkomende determinatiecoëfficiënt R 2 en de bijbehorende significantie. 10

11 Onderzoeksmethodologie 3. Onderzoeksmethodologie Voor dit onderzoek zijn een aantal specifieke gegevens nodig van verschillende ondernemingen. Deze informatie moet vooral gericht zijn op de immateriële vaste activa, de genomen impairment loss, de resultaten over het jaar en de beurswaarde aan het eind van het betreffende boekjaar. Aangezien de specifieke informatie betreffende de genomen impairment loss op immateriële vaste activa niet in een centrale database staat vermeld, moet deze data uit het jaarverslag worden gehaald. Voor dit onderzoek zullen dus zoveel mogelijk jaarverslagen moeten worden verzameld om een goede hoeveelheid data te verzamelen en te verwerken. Op basis hiervan kunnen de hypothesen worden getest en conclusies worden getrokken. Dataverzameling Voor het verzamelen van de jaarverslagen wordt gebruik gemaakt van een grote database. De meest bruikbare en uitgebreide online database voor dit doel is Company.info. Hoewel de database voornamelijk is toegespitst op Nederlandse ondernemingen, bevat het tevens jaarverslagen van belangrijke buitenlandse bedrijven. Voor het onderzoek wordt informatie verzameld van een aantal willekeurig gekozen beursgenoteerde naamloze vennootschappen (of een Europese vorm hiervan) wegens de openlijkheid van financiële gegevensverstrekking richting de buitenwereld. Deze vennootschappen worden uitgekozen op basis van het steekproefmodel (Sekaran, 2003). Omdat hier een verband wordt gelegd tussen factoren die spelen binnen de IFRS, komen enkel Europese ondernemingen aan de orde. Hierdoor dienen tevens de jaarverslagen te gaan over de boekjaren na invoering van de IFRS, dus vanaf Een Europese onderneming wordt voor dit onderzoek gedefinieerd als een NV (naamloze vennootschap) welke aan een van de Europese nationale handelsbeurzen is genoteerd. Voor Nederland zijn dat bedrijven ingeschreven aan de AEX en de AMX index, voor België de BEL 20 enzovoorts. De bedrijven die aan deze beurzen zijn genoteerd zijn echter niet alleen werkzaam in die betreffende landen, maar nagenoeg allemaal ook internationaal actief. Dit heeft voor dit onderzoek echter geen gevolgen, aangezien de uiteindelijke moedermaatschappij moet rapporteren naar de IFRS standaarden van Europa. Voor de data zullen namelijk de geconsolideerde jaarrekeningen worden gebruikt waarin alle dochterondernemingen (inclusief die met vreemde valuta) verwerkt zijn. Om ontwikkelingslanden en landen met een geheel andere manier van rapporteren uit te sluiten van dit onderzoek, worden in de dataset enkel bedrijven meegenomen welke op de beurs zijn genoteerd van een Europees land dat lid is van de Europese Unie en gebruik maken van de Europese munteenheid de euro. 11

12 Onderzoeksmethodologie Omdat dit onderzoek gericht is op impairment tests, is het belangrijk dat de geconsolideerde jaarrekeningen deze informatie bevatten. Vóór de invoering van de IFRS was deze informatie niet of nauwelijks beschikbaar, maar na de invoering was het verplicht dit te vermelden (Epstein& Mirza, 2006). Daarom wordt voor de verzameling van data gebruik gemaakt van jaarrekeningen vanaf het jaar Dit is bewust een jaar na invoering gedaan, omdat bij het eerste jaar van implementatie de herwaarderingen van immateriële vaste activa geheel moesten worden bijgesteld. Vanaf 2006 werden deze waarderingen jaarlijks bijgesteld zodat toen goede impairment verliezen zichtbaar werden. Regressiemodellen De data die is verzameld moet nu aan een aantal vergelijkingen worden onderworpen. Hiermee kan worden beoordeeld in hoeverre de eerder genoemde hypothesen juist danwel onjuist zijn. De eerste hypothese stelt dat er een verband bestaat tussen de winst of het verlies van een onderneming en de genomen impairment loss tijdens dat jaar. Om deze hypothesen te testen moeten de winstcijfers worden gematched met de impairment cijfers van die onderneming van hetzelfde jaar. Het doel is om erachter te komen of managers geneigd zijn de kosten aan te passen zodat winstcijfers hoger of wellicht zelfs lager worden. Het betreft hier namelijk allemaal Naamloze Vennootschappen, hetgeen betekend dat ze op de beurs genoteerd staan en de aandelen openlijk verhandelbaar zijn. De waarde van de aandelen is dus van groot belang voor de onderneming. Wanneer bij de publicatie van de jaarcijfers de winst hoog uitvalt, zal dit direct positieve gevolgen hebben voor de waarde van een aandeel. Wanneer het bedrijf zorgt dat de winst hoger is, zal de waarde stijgen en geeft dit een positievere indruk van de onderneming. Om de invloed van belastingen en andere factoren te beperken, wordt voor deze analyse de nettowinst vóór belasting gebruikt. Hierdoor wordt invloed van verschillende belastingvoorzieningen en belastingdoorschuivingen van voorgaande jaren eruit gehaald. Het winstcijfer wordt gekoppeld aan de impairment loss die is verantwoord over de immateriële vaste activa in het boekjaar. Dit gaat middels het statistische softwarepakket SPSS. Deze zet als afhankelijke variabele de impairment loss in euro s en als onafhankelijke variabele de winst vóór belasting. Met deze variabelen wordt een lineaire vergelijking gemaakt door de methode van lineaire regressie toe te passen. Er moet echter rekening mee worden gehouden dat als het model zo zou worden opgesteld, dat de afhankelijke variabele zit inbegrepen in de onafhankelijke variabele. Het is namelijk zo dat de nettowinst al is verminderd met de kosten van impairment. De onafhankelijke variabele zal dus de nettowinst vermeerderd met de reeds genomen impairment loss zijn. De formule komt er zo uit te zien: 12

13 Onderzoeksmethodologie Hierbij is Y de afhankelijke variabele impairment loss en x 1 de onafhankelijke variabele nettowinst voor belasting gecorrigeerd voor impairment. Als controle voor deze hypothese wordt een tweede lineair regressiemodel opgesteld. In dit model wordt de impairment loss van de immateriële vaste activa getest met de brutowinst van de onderneming als onafhankelijke variabele. Het model ziet hetzelfde eruit als het vorige model, enkel dat x 2 hierbij de brutowinst in plaats van de nettowinst bevat. Als de hypothese waar is, dan zou deze vergelijking ongeveer dezelfde determinatiecoëfficiënt moeten opleveren. Het model hiervoor ziet er als volgt uit: De tweede hypothese legt een verband tussen de verantwoorde impairment loss in het boekjaar en de waardering van de aandelen op het moment van jaarrapportage. Hiervoor zijn voor elk rapportagejaar in de sample de beursprijzen van het aandeel op de laatste handelsdag van het betreffende boekjaar verzameld. Aangezien deze informatie niet altijd aanwezig is in het jaarverslag van de onderneming, is deze data uit de online database Amadeus gehaald. Hieruit is de slotkoers op 31 december van het verslaggevingjaar opgevraagd en genoteerd in de sample. Hieruit volgt dat een regressieanalyse kan worden gemaakt met twee variabelen, namelijk de impairment loss als afhankelijke variabele en de slotkoers van de onderneming als onafhankelijke variabele. De verwachting is dat er een verband is tussen de waarde van de aandelen op moment van afsluiting van het jaar en de impairment loss die de onderneming kan verantwoorden over die periode. Om dit te verklaren is het volgende model opgebouwd: Om het totale idee van dit onderzoek tevens te kunnen testen, is een overallmodel opgesteld waarin alle onafhankelijke variabelen worden gecombineerd. Hiermee kan antwoord worden gegeven op de hoofdvraag die in de introductie werd gesteld, namelijk of managers de herwaardering van immateriële vaste activa gebruiken om winstcijfers aan te passen voor het eigen voordeel. In dit model wordt een vierde variabele toegevoegd. Deze is als controlevariabele om rekening te houden met de grootte van de onderneming en de reeds aanwezige immateriële vaste activa. De onafhankelijke variabele x 4 is de waardering van de totale immateriële vaste activa op het einde van het boekjaar zoals deze op de geconsolideerde balans van de onderneming aanwezig is. Hierbij gaat het om de immateriële vaste activa welke van beperkte (zoals Research & Development) danwel oneindige (zoals goodwill) 13

14 Onderzoeksmethodologie levensduur zijn. Deze variabele zal vooral voor een zo volledig mogelijk model zijn. In Tabel 1 is een overzicht van de variabelen gegeven. Als in deze laatste test blijkt dat er een meervoudig lineair regressiemodel met een redelijke determinatiecoëfficiënt gemaakt kan worden, dan is het antwoord op de hoofdvraag dat managers inderdaad geneigd zijn de herwaardering aan te passen. Variabele Y β 0 β 1 β 2 β 3 β 4 Betekenis Impairment loss van immateriële vaste activa Constante Nettowinst vóór belasting (excl. impairment loss) Brutowinst Slotkoers aandelen Waarde immateriële vaste activa op geconsolideerde balans Tabel 1: Variabele beschrijving 14

15 Onderzoeksresultaten 4. Onderzoeksresultaten Na het opstellen van de sample, moeten de gegevens uit de database worden afgelezen en geanalyseerd. In dit hoofdstuk zullen de verschillende uitkomsten en resultaten worden weergegeven welke bij de sample naar boven zijn gekomen. N Minimum Maximum Mean Std. Deviation Brutowinst ,0 2,4E10 4,258E9 5,8999E9 Nettowinst v bel ,0E9 1,0E10 1,418E9 2,1375E9 Immateriële activa ,0 5,1E10 5,283E9 9,0245E9 Marktwaarde 108,22 108,50 27, ,37027 Valid N (listwise) 108 Tabel 2: Beschrijvende statistieken In Tabel 2 zijn de zogenaamde descriptive statistics opgenomen welke uit de sample afkomstig zijn. De N van de sample is 108, wat wil zeggen dat de resultaten van 108 bedrijfsjaren zijn opgenomen in de analyse. De standaard deviatie laat zien dat in de variabelen veel spreiding zit. Vooral de marktwaarde van de aandelen kent een grote spanwijdte. Dit is grotendeels te verklaren door de trend die zichtbaar is tussen het jaar 2007 en In de sample wordt duidelijk dat bijna alle aandelen in die tijd in waarde zijn gehalveerd. Hierdoor is het uiterste dieptepunt van deze variabele vrij laag en is er een grote spreiding. Enkelvoudige regressie Het eerste model dat met SPSS is ontwikkeld maakt een enkelvoudige regressielijn met de impairment loss als afhankelijke variabele en nettowinst vóór belasting. Het valt op dat de R 2 erg laag is. Om nauwkeurig te beoordelen of dit regressiemodel bruikbaar is wordt de volgende hypothese gebruikt: H 0 : H 1 : 0 0 Voor het testen van deze hypothese wordt rekening gehouden met een α van 0,05. Dit komt neer op een t-test met als kritiek gebied t t, t., 2, of t t, t., 2, Omdat de t waarde is, valt deze niet in het kritieke gebied en dus moet worden geconcludeerd dat dit model niet bruikbaar is en de nulhypothese moet worden gehanteerd. Het tweede model is gemaakt op basis van de impairment loss in vergelijking met de brutowinst. Met een R 2 van 0,115 is dit model significant beter dan het vorige. Als hierop de t-test wordt uitgevoerd, blijkt dat met een t waarde van 3,696 de nulhypothese moet worden verworpen. Er is dus blijkbaar wel een aantoonbaar verband tussen brutowinst van een onderneming en de impairment loss welke in die periode is verantwoord. Het derde model is een enkelvoudig regressiemodel met als onafhankelijke 15

16 Onderzoeksresultaten variabele de slotkoers van het verslaggevingjaar. Uit het model blijkt vrijwel direct dat er geen aantoonbaar lineair verband is tussen de marktwaarde van de aandelen en de genomen impairment loss. De t waarde van deze variabele komt neer op 0,588. Dit ligt niet in het kritieke gebied, vandaar dat de nulhypothese moet worden aangenomen wat aantoont dat er geen lineair verband is. Meervoudige regressie Tot slot wordt een meervoudig regressiemodel opgesteld. Hiermee zal met alle bovenstaande variabelen een model worden geprobeerd te ontwikkelen. Wanneer dit model acceptabel is en een trend weer kan geven, bestaat er dus een verband tussen de impairment loss die een onderneming neemt en de resultaten die behaald zijn in dat jaar. Wanneer SPSS de sample analyseert, ontstaat het volgende model: ,026 0, , Hierbij is IL de impairment loss over een jaar, welke als basiswaarde op wordt gesteld. De NIIL (Net Income minus Impairment Loss) in het model staat voor de nettowinst (excl. genomen impairment loss) vóór belasting. Voor elke euro aan nettowinst wordt de impairment loss volgens het model lager met 0,026 euro. Deze wordt echter gecorrigeerd met de GP (Gross Profit), welke staat voor de brutowinst die de onderneming heeft behaald in dat jaar. Volgens dit model heeft SP (Stock Price), ofwel de waarde van de aandelen op de markt, een positieve invloed op de genomen impairment loss. Tot slot omvat IA (Intangible Assets) de immateriële vaste activa van de onderneming. Deze heeft echter geen enkele invloed op de impairment loss. De R 2 van dit model wordt gesteld op 0,134. Dat wil zeggen, dat 13,4% van de variatie in de impairment loss wordt verklaard door deze vier variabelen te gebruiken. De t waardes van 3 van de 4 variabelen zijn echter (net als bij de enkelvoudige regressie al bleek) dusdanig nabij het nulpunt, dat deze zeer weinig bijdragen bij het verklaren van de verantwoorde impairment loss. Om te analyseren of dit een geldig model is, wordt voor meervoudige regressie de F test gebruikt. Deze gaat na in het model of de variabelen daadwerkelijk iets geldigs aantonen, of dat de onverklaarde afwijkingen dusdanig groot zijn dat er geen conclusies mee kunnen worden getrokken. Als het model bruikbaar is, moet ten minste één β na ongelijk zijn aan nul met een α zekerheid van 0,05. De hypothese voor deze F analyse is alsvolgt: H 0 : 0 H 1 : Ten minste één β i is ongelijk aan 0. Om deze hypothese te testen is een kritiek gebied nodig. Hiervoor is de volgende formule: 16

17 Onderzoeksresultaten,,.,, 2,460 SPSS geeft uit de regressieanalyse een F waarde weer van 3,995, wat inhoudt dat de nulhypothese in dit geval wordt verworpen. Minimaal één β is ongelijk aan 0. Het model is dus wel significant. Om de coëfficiënten individueel te testen, wordt nogmaals de t test toegepast. Het kritieke gebied blijft gelijk zoals bij de enkelvoudige regressies, namelijk 2, en -2, Hieruit blijkt dat de NIIL, de SP en IA niet significant genoeg zijn en er niet genoeg reden is om aan te nemen dat er een lineair verband is tussen deze variabelen en de impairment loss. Enkel de brutowinst is een significante variabele in dit model. Van alle modellen die in SPSS zijn uitgewerkt zijn de output tabellen weergegeven in de bijlage. Hierin is alle bovenstaande informatie terug te vinden. Tevens zijn er van de enkelvoudige regressiemodellen correlatiediagrammen ontwikkeld. Hierin is ook duidelijk zichtbaar waarom de modellen een lage R 2 en significantie hebben. 17

18 Conclusie 5. Conclusie Om de onderzoeksvraag te kunnen beantwoorden zijn een aantal analyses gemaakt. Hieruit kunnen zowel conclusies als aanbevelingen worden gemaakt. In dit hoofdstuk zal nogmaals de onderzoeksvraag naar voren komen en wordt bekeken in hoeverre deze beantwoord kan worden. In de inleiding van het onderzoek kwam ter sprake dat er veel onzekerheid is wat betreft waardering van immateriële vaste activa. Hiervoor is in 2005 de IFRS tot stand gekomen welke tot gevolg had dat elk bedrijf verplicht is om jaarlijks een impairment test uit te voeren op de immateriële vaste activa. In dit onderzoek zijn verschillende hypothesen opgesteld om te bekijken of er mogelijk een verband bestaat tussen de resultaten die een bedrijf heeft gehaald in een jaar en de verantwoorde impairment loss in die periode. De regressiemodellen die naar aanleiding hiervan zijn ontwikkeld tonen echter bijna allemaal aan dat er geen lineair verband zichtbaar is. Van de vier variabelen die aan bod zijn gekomen in deze modellen werden er drie statistisch afgewezen als volwaardige variabelen voor een lineair regressiemodel. Brutowinst was de variabele waar echter wel een lineair verband mee zichtbaar was. Om na te gaan of de hypothesen zoals genoemd in het theoretische onderdeel al dan niet waar zijn, wordt gekeken naar de uitslagen van de tests uit de onderzoeksresultaten. Uit de regressiemodellen blijkt dat er daadwerkelijk een verband kan worden gelegd tussen brutowinst en impairment loss. Dit verband is echter niet sterk genoeg om te kunnen concluderen dat managers daadwerkelijk de impaiment loss laten beïnvloeden door de gemaakte brutowinst. Daarnaast kon alleen een verband worden gelegd met de brutowinst, en moest de regressie van nettowinst worden afgewezen. De tweede hypothese ging na of er een verband was tussen marktwaarde van een onderneming en de verantwoorde impairment loss. Ook hier moest het regressiemodel worden afgewezen. Met een R 2 van slechts 0,003 kon niet worden aangetoond dat er een verband is tussen deze twee factoren. Om terug te komen op de hoofdvraag, of managers geneigd zijn de impairment loss te laten beïnvloeden door bedrijfscijfers, is de meervoudige regressieanalyse opgesteld. Ook hier bleek echter dat de significantie van dit model te laag was om een duidelijk verband aan te tonen. Hieruit kan dus worden geconcludeerd dat managers de impairment loss niet zullen laten beïnvloeden door winstcijfers of marktwaarde van de onderneming. Hoewel de modellen nagenoeg allemaal zijn afgewezen, wil dit niet zeggen dat het onderzoek mislukt is. Deze resultaten tonen namelijk aan dat de regelgeving van de IFRS in deze sample goed wordt nageleefd. De bedoeling van de IFRS was namelijk om de waarderingsgrondslagen van immateriële vaste activa dusdanig te standaardiseren dat er een betrouwbare, realistische en actuele waarde op de balans komt te staan. Het doel van de impairment test was niet om managers de mogelijkheid te geven winstcijfers te manipuleren 18

19 Conclusie en naar eigen belang aan te scherpen. Uit dit onderzoek mag echter worden geconcludeerd dat dit dan ook niet het geval is en dat de IFRS standaarden betrouwbaar worden nageleefd. Voor toekomstige onderzoeken kan nog veel aandacht worden besteed aan de omvang en de breedte van de onderzoeksvraag. Wegens beperkte tijd en toegankelijkheid is voor dit onderzoek slechts gekeken naar geconsolideerde winstcijfers en slotkoersen van de aandelen aan het einde van een rapportagejaar. Het is mogelijk dit onderzoek verder uit te breiden en te kijken naar andere verbanden binnen een onderneming wat een manager zou kunnen beïnvloeden in het maken van keuzen betreffende herwaarderingen. Verder is in dit onderzoek enkel een steekproef gedaan naar beursgenoteerde ondernemingen in de Europese Unie. Aangezien de bereikbaarheid van de benodigde data beperkt was, is de sample slechts 108 resultaten groot. Verder zou kunnen worden gekeken naar bedrijven wereldwijd. Ook is er geen rekening gehouden met bedrijven die niet aan een beurs genoteerd zijn. Hiermee zou een vergelijking kunnen worden gemaakt tussen bedrijven die onder de IFRS vallen en bedrijven die de US GAAP hanteren. Al deze factoren kunnen worden meegenomen bij het uitbreiden van de onderzoeksvraag van deze paper. Immateriële vaste activa zullen echter altijd enigszins subjectief blijven en het zal erg moeilijk zijn om ze geheel te kunnen verklaren en te controleren op juistheid. 19

20 Literatuur Literatuur Beatty, A., Weber, J. (2005). Accounting Discretion in Fair Value Estimates: An Examination of SFAS 142 Goodwill Impairments. Journal of Accounting Research, vol. 44, no. 2, Boydell, L., Hoggett, P., Rugkåsa, J., Cummins, A.M. (2007). Intersectoral partnerships, the knowledge economy and intangible assets. Policy & Politics, vol. 36, no. 2, Cohen, J.A. (2005). Intangible Assets: Valuation and Economic Benefit. New Jersey: John Wiley & Sons, Inc. Epstein, B. J., Mirza, A. A. (2006). IFRS: Interpretation and Application of International Accounting and Financial Reporting Standards. New Jersey: John Wiley & Sons, Inc. Godfrey, J.M., Koh, P.S. (2009). Goodwill impairment as a reflection of investment opportunities. Accounting and Finance, vol. 49, Green, A. (2007). Intangible assets in plain business language. VINE: The journal of information and knowledge management systems, vol. 37, No. 3, Kohlbeck, M.J., Cohen, J.R., Holder-Webb, L.L. (2009). Auditing Intangible Assets and Evaluating Fair Market Value: The Case of Reacquired Franchise Rights. Issues In Accounting Education, vol. 24, no. 1, Lev, B. (2001) Intangibles: Management, Measurement, and Reporting. Washington, D.C.: The Brookings Institution. Mard, M.J., Hitchner, J.R., Hyden, S.D., Zyla, M.L. (2002). Valuation for Financial Reporting: Intangible Assets, Goodwill, and Impairment Analysis, SFAS 141 and 142. Canada: John Wiley & Sons, Inc. Penman, S.H. (2009). Accounting for Intangible Assets: There is Also an Income Statement. ABACUS, Vol. 45, No. 3, Ramanna, K. (2008). The implications of unverifiable fair-value accounting: Evidence from the political economy of goodwill accounting. Journal of Accounting and Economics, vol. 45, Robinson, L.A., Sansing, R. (2007). The effect of invisible tax preferences on investment and tax preference measures. Journal of Accounting and Economics, 46, Sekaran, U. (2003) Research methods for business : a skill-building approach. 4 th ed. New York: John Wiley & Sons, Inc. 20

21 Bijlagen Bijlage 1: Sample samenstelling In deze bijlage is een lijst weergegeven met alle bedrijven die gebruikt zijn in de sample voor dit onderzoek. Van elk van deze ondernemingen is één jaarverslag genomen waarvan het boekjaar plus het boekjaar daarvoor gebruikt zijn. De sample telde in totaal 108 regels data. Dit houdt in dat hiervoor 54 jaarverslagen nodig waren. AB InBev Belgium Kerry Group Ireland Abertis Spain Kingspan Ireland Akzo Nobel N.V. Netherlands Kone Finland Andritz Austria Koningklijke Ahold N.V. Netherlands Arkema France Lufthansa Germany Autogrill Italy Michelin France Azkoyen Spain Mobistar Belgium Bekaert Belgium Nokia Finland Bouygues France Nutreco Netherlands C&C Group Plc Ireland OMV Austria CargoTec Finland Outokumpu Finland Christian Dior France Paddy Power Ireland Continental Germany Parmalat Italy Daimler AG Germany Pernod Ricard France Dalalex Ireland Pirelli Italy EDF France Repsol Spain Enagas Spain Rhodia France Enel Italy Sanoma Finland Fiat Italy Siemens AG Germany Finmeccania Italy Sol Melia Spain Fomento Construcciones y Contratas Spain Solvay Belgium Heineken Netherlands Strabag Austria Hermes France Telecom Italia Italy Imtech Netherlands Unilever Netherlands Intesa SanPaulo Italy Uponor Finland KBC Group Belgium Vienna Insurance Austria Kemira Finland Wolters Kluwer Netherlands 21

22 Bijlagen Bijlage 2: SPSS Output Enkelvoudige regressiemodellen 1. Afhankelijke variabele: Impairment loss Onafhankelijke variabele: Nettowinst (excl. impairment loss) vóór belasting Model Summary Model R R Square Adjusted R Square Std. Error of the Estimate 1,181 a,033,023 2,4808E8 a. Predictors: (Constant), NI + IL ANOVA b Model Sum of Squares df Mean Square F Sig. 1 Regression 2,180E17 1 2,180E17 3,542,063 a Residual 6,462E ,154E16 Total 6,680E a. Predictors: (Constant), NI + IL b. Dependent Variable: Impairment Loss/(Gain) Coefficients a Unstandardized Coefficients Standardized Coefficients Model B Std. Error Beta t Sig. 1 (Constant) 5,342E7 2,887E7 1,850,067 NI + IL,021,011,181 1,882,063 a. Dependent Variable: Impairment Loss/(Gain) 22

23 Bijlagen 2. Afhankelijke variabele: Impairment loss Onafhankelijke variabele: Brutowinst Model Summary Model R R Square Adjusted R Square Std. Error of the Estimate 1,339 a,115,107 2,3727E8 a. Predictors: (Constant), Gross Profit ANOVA b Model Sum of Squares df Mean Square F Sig. 1 Regression 7,690E17 1 7,690E17 13,660,000 a Residual 5,911E ,630E16 Total 6,680E a. Predictors: (Constant), Gross Profit b. Dependent Variable: Impairment Loss/(Gain) Coefficients a Unstandardized Coefficients Standardized Coefficients Model B Std. Error Beta t Sig. 1 (Constant) 2,187E7 2,838E7,771,443 Gross Profit,014,004,339 3,696,000 a. Dependent Variable: Impairment Loss/(Gain) 23

24 Bijlagen 3. Afhankelijke variabele: Impairment loss Onafhankelijke variabele: Slotkoers aandelen Model Summary Model R R Square Adjusted R Square Std. Error of the Estimate 1,057 a,003 -,006 2,5182E8 a. Predictors: (Constant), StockPrice ANOVA b Model Sum of Squares df Mean Square F Sig. 1 Regression 2,190E16 1 2,190E16,345,558 a Residual 6,658E ,341E16 Total 6,680E a. Predictors: (Constant), StockPrice b. Dependent Variable: Impairment Loss/(Gain) Coefficients a Unstandardized Coefficients Standardized Coefficients Model B Std. Error Beta t Sig. 1 (Constant) 6,831E7 3,569E7 1,914,058 StockPrice , ,596,057,588,558 a. Dependent Variable: Impairment Loss/(Gain) 24

25 Bijlagen Meervoudig regressiemodel Afhankelijke variabele: Impairment loss Onafhankelijke variabelen: Nettowinst (excl. impairment loss) vóór belasting Brutowinst Slotkoers aandelen Waarde immateriële vaste activa op balans Model Summary Model R R Square Adjusted R Square Std. Error of the Estimate 1,366 a,134,100 2,3811E8 a. Predictors: (Constant), Intangible Assets, StockPrice, NI + IL, Gross Profit ANOVA b Model Sum of Squares df Mean Square F Sig. 1 Regression 8,969E17 4 2,242E17 3,955,005 a Residual 5,783E ,670E16 Total 6,680E a. Predictors: (Constant), Intangible Assets, StockPrice, NI + IL, Gross Profit b. Dependent Variable: Impairment Loss/(Gain) Coefficients a Unstandardized Coefficients Standardized Coefficients Model B Std. Error Beta t Sig. 1 (Constant) 2,591E7 3,723E7,696,488 NI + IL -,026,018 -,221-1,475,143 Gross Profit,022,007,520 3,240,002 StockPrice 83668, ,474,008,089,930 Intangible Assets,000,003 -,015 -,130,897 a. Dependent Variable: Impairment Loss/(Gain) 25

26 Bijlagen Bijlage 3: Correlatiediagrammen enkelvoudige regressiemodellen 26

27 Bijlagen 27

Oplossingen hoofdstuk XI

Oplossingen hoofdstuk XI Oplossingen hoofdstuk XI. Hierbij vind je de resultaten van het onderzoek naar de relatie tussen een leestest en een schoolrapport voor lezen. Deze gegevens hebben betrekking op een regressieanalyse bij

Nadere informatie

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica. Tentamen Statistiek 2 voor TeMa (2S195) op dinsdag , uur.

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica. Tentamen Statistiek 2 voor TeMa (2S195) op dinsdag , uur. TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica Tentamen Statistiek voor TeMa (S95) op dinsdag 3-03-00, 9- uur. Bij het tentamen mag gebruik worden gemaakt van een zakrekenmachine en

Nadere informatie

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica Tentamen Statistiek voor TeMa (S95) Avondopleiding. donderdag 6-6-3, 9.-. uur Bij het tentamen mag gebruik worden gemaakt van een zakrekenmachine

Nadere informatie

EIND TOETS TOEGEPASTE BIOSTATISTIEK I. 30 januari 2009

EIND TOETS TOEGEPASTE BIOSTATISTIEK I. 30 januari 2009 EIND TOETS TOEGEPASTE BIOSTATISTIEK I 30 januari 2009 - Dit tentamen bestaat uit vier opgaven onderverdeeld in totaal 2 subvragen. - Geef bij het beantwoorden van de vragen een zo volledig mogelijk antwoord.

Nadere informatie

1 vorig = omzet voorgaande jaar. Forward (Criterion: Probability-of-F-to-enter <=,050) 2 bezoek = aantal bezoeken vertegenwoordiger

1 vorig = omzet voorgaande jaar. Forward (Criterion: Probability-of-F-to-enter <=,050) 2 bezoek = aantal bezoeken vertegenwoordiger De groothandel Onderwerp: regressieanalyse met SPSS Bij: hoofdstuk 10 Een groothandel heeft onderzoek gedaan onder de klanten en daarbij geprobeerd met regressieanalyse vast te stellen wat de bepalende

Nadere informatie

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica. Tentamen Statistiek 2 voor TeMa (2S195) op vrijdag , 9-12 uur.

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica. Tentamen Statistiek 2 voor TeMa (2S195) op vrijdag , 9-12 uur. TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica Tentamen Statistiek 2 voor TeMa (2S95) op vrijdag 29-04-2004, 9-2 uur. Bij het tentamen mag gebruik worden gemaakt van een zakrekenmachine

Nadere informatie

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica. Tentamen Statistiek 2 voor TeMa (2S195) op dinsdag ,

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica. Tentamen Statistiek 2 voor TeMa (2S195) op dinsdag , TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica Tentamen Statistiek 2 voor TeMa (2S95) op dinsdag 5-03-2005, 9.00-22.00 uur Bij het tentamen mag gebruik worden gemaakt van een zakrekenmachine

Nadere informatie

Financiële verslaggeving in beweging. Programma

Financiële verslaggeving in beweging. Programma Financiële verslaggeving in beweging Prof. dr Jos M.J. Blommaert 1 Programma Four key steps Recente ontwikkelingen Voorzieningen als verplichtingen Goodwill en reële waarde Impairmenttoets 2 1 Four key

Nadere informatie

11. Multipele Regressie en Correlatie

11. Multipele Regressie en Correlatie 11. Multipele Regressie en Correlatie Meervoudig regressie model Nu gaan we kijken naar een relatie tussen een responsvariabele en meerdere verklarende variabelen. Een bivariate regressielijn ziet er in

Nadere informatie

Immateriële activa: de relatie tussen het activeren van spelerscontracten en beurskoersen

Immateriële activa: de relatie tussen het activeren van spelerscontracten en beurskoersen Bachelor Thesis Accounting Immateriële activa: de relatie tussen het activeren van spelerscontracten en beurskoersen Naam: Stefan Haverkate Administratienummer: 104179 Telefoonnummer: 06-18664061 Studierichting:

Nadere informatie

Enkelvoudige ANOVA Onderzoeksvraag Voorwaarden

Enkelvoudige ANOVA Onderzoeksvraag Voorwaarden Er is onderzoek gedaan naar rouw na het overlijden van een huisdier (contactpersoon: Karolijne van der Houwen (Klinische Psychologie)). Mensen konden op internet een vragenlijst invullen. Daarin werd gevraagd

Nadere informatie

Meervoudige ANOVA Onderzoeksvraag Voorwaarden

Meervoudige ANOVA Onderzoeksvraag Voorwaarden Er is onderzoek gedaan naar rouw na het overlijden van een huisdier (contactpersoon: Karolijne van der Houwen (Klinische Psychologie)). Mensen konden op internet een vragenlijst invullen. Daarin werd gevraagd

Nadere informatie

Zowel correlatie als regressie meten statistische samenhang Correlatie: geen oorzakelijk verband verondersteld: X Y

Zowel correlatie als regressie meten statistische samenhang Correlatie: geen oorzakelijk verband verondersteld: X Y 1 Regressie analyse Zowel correlatie als regressie meten statistische samenhang Correlatie: geen oorzakelijk verband verondersteld: X Y Regressie: wel een oorzakelijk verband verondersteld: X Y Voorbeeld

Nadere informatie

Voorbeeld regressie-analyse

Voorbeeld regressie-analyse Voorbeeld regressie-analyse In dit voorbeeld wordt gebruik gemaakt van het SPSS data-bestand vb_regr.sav (dit bestand kan gedownload worden via de on-line helpdesk). We schatten een model waarin de afhankelijke

Nadere informatie

Bijlage 3: Multiple regressie analyse

Bijlage 3: Multiple regressie analyse Bijlage 3: Multiple regressie analyse REGRESSION /DESCRIPTIVES MEAN STDDEV CORR SIG N /MISSING PAIRWISE /STATISTICS COEFF OUTS CI(95) R ANOVA COLLIN TOL ZPP /CRITERIA=PIN(.05) POUT(.10) /NOORIGIN /DEPENDENT

Nadere informatie

Open vragen 1. Wat zijn stakeholders van een onderneming?

Open vragen 1. Wat zijn stakeholders van een onderneming? Vragen hoofdstuk 8: Externe verslaggeving Open vragen 1. Wat zijn stakeholders van een onderneming? Externe verslaggeving is, zoals de naam al aangeeft, gericht op het verschaffen van informatie aan partijen

Nadere informatie

9. Lineaire Regressie en Correlatie

9. Lineaire Regressie en Correlatie 9. Lineaire Regressie en Correlatie Lineaire verbanden In dit hoofdstuk worden methoden gepresenteerd waarmee je kwantitatieve respons variabelen (afhankelijk) en verklarende variabelen (onafhankelijk)

Nadere informatie

Verband tussen twee variabelen

Verband tussen twee variabelen Verband tussen twee variabelen Inleiding Dit practicum sluit aan op hoofdstuk I-3 van het statistiekboek en geeft uitleg over het maken van kruistabellen, het berekenen van de correlatiecoëfficiënt en

Nadere informatie

Is de waardering van immateriële activa op de balans veranderd door invoering van IFRS?

Is de waardering van immateriële activa op de balans veranderd door invoering van IFRS? 11/06/2010 TILBURG UNIVERSITY BACHELOR THESIS ACCOUNTING Is de waardering van immateriële activa op de balans veranderd door invoering van IFRS? Naam: Janno de Wildt ANR: 427709 Instelling: Opleiding:

Nadere informatie

Inhoud Noordhoff Uitgevers bv. Antwoorden hoofdstuk 1 2. Antwoorden hoofdstuk 2 3. Antwoorden hoofdstuk 3 4. Antwoorden hoofdstuk 4 5

Inhoud Noordhoff Uitgevers bv. Antwoorden hoofdstuk 1 2. Antwoorden hoofdstuk 2 3. Antwoorden hoofdstuk 3 4. Antwoorden hoofdstuk 4 5 Inhoud Antwoorden hoofdstuk 1 2 Antwoorden hoofdstuk 2 3 Antwoorden hoofdstuk 3 4 Antwoorden hoofdstuk 4 5 Antwoorden hoofdstuk 5 6 Antwoorden hoofdstuk 6 8 Antwoorden hoofdstuk 7 9 Antwoorden hoofdstuk

Nadere informatie

Tentamen Biostatistiek 1 voor BMT (2DM40) woensdag 2 november 2011, uur

Tentamen Biostatistiek 1 voor BMT (2DM40) woensdag 2 november 2011, uur Faculteit der Wiskunde en Informatica Tentamen Biostatistiek 1 voor BMT (2DM40) woensdag 2 november 2011, 9.00-12.00 uur Bij het tentamen mag gebruik worden gemaakt van een zakrekenmachine en van een onbeschreven

Nadere informatie

Berekenen en gebruik van Cohen s d Cohen s d is een veelgebruikte manier om de effectgrootte te berekenen en wordt

Berekenen en gebruik van Cohen s d Cohen s d is een veelgebruikte manier om de effectgrootte te berekenen en wordt A. Effect & het onderscheidingsvermogen Effectgrootte (ES) De effectgrootte (effect size) vertelt ons iets over hoe relevant de relatie tussen twee variabelen is in de praktijk. Er zijn twee soorten effectgrootten:

Nadere informatie

Themaonderzoek 2011 Winst per aandeel (IAS 33)

Themaonderzoek 2011 Winst per aandeel (IAS 33) Themaonderzoek 2011 Winst per aandeel (IAS 33) Toezicht Financiële Verslaggeving 27 oktober 2011 Autoriteit Financiële Markten De AFM bevordert eerlijke en transparante financiële markten. Wij zijn de

Nadere informatie

mlw stroom 2.2 Biostatistiek en Epidemiologie College 9: Herhaalde metingen (2) Syllabus Afhankelijke Data Hoofdstuk 4, 5.1, 5.2

mlw stroom 2.2 Biostatistiek en Epidemiologie College 9: Herhaalde metingen (2) Syllabus Afhankelijke Data Hoofdstuk 4, 5.1, 5.2 mlw stroom 2.2 Biostatistiek en Epidemiologie College 9: Herhaalde metingen (2) Syllabus Afhankelijke Data Hoofdstuk 4, 5.1, 5.2 Bjorn Winkens Methodologie en Statistiek Universiteit Maastricht 21 maart

Nadere informatie

Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 - Inleiding Hoofdstuk 2 - Beschrijving regelgeving Hoofdstuk 3 - Onderzoek jaarrekeningen

Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 - Inleiding Hoofdstuk 2 - Beschrijving regelgeving Hoofdstuk 3 - Onderzoek jaarrekeningen Immateriële activa Inhoudsopgave Titelblad... 1 Inhoudsopgave... 2 Hoofdstuk 1 - Inleiding... 4 1.1 Algemeen... 4 1.2 Probleemstelling... 4 1.3 Opbouw... 4 Hoofdstuk 2 - Beschrijving regelgeving... 6 2.1

Nadere informatie

Materieel belang in de jaarrekening. Nationale Verslaggevingsdag 26 juni 2012 Ton Meershoek Hoofd toezicht financiële verslaggeving

Materieel belang in de jaarrekening. Nationale Verslaggevingsdag 26 juni 2012 Ton Meershoek Hoofd toezicht financiële verslaggeving Materieel belang in de jaarrekening Nationale Verslaggevingsdag 26 juni 2012 Ton Meershoek Hoofd toezicht financiële verslaggeving Agenda Inleiding Doel van de jaarrekening Wat is materieel belang Wat

Nadere informatie

De rol van de waarde van vastgoed in crisistijd op de verslaggeving van vastgoed ondernemingen

De rol van de waarde van vastgoed in crisistijd op de verslaggeving van vastgoed ondernemingen De rol van de waarde van vastgoed in crisistijd op de verslaggeving van vastgoed ondernemingen VBA - Seminar Jef Holland Head of Real Estate Audit Amsterdam Tel. : +31 (0)20-582 4504 E-Mail: jholland@deloitte.nl

Nadere informatie

Schiphol Nederland B.V. Halfjaarlijkse financiële verslaggeving over de periode 1 januari 2013 t/m 30 juni 2013

Schiphol Nederland B.V. Halfjaarlijkse financiële verslaggeving over de periode 1 januari 2013 t/m 30 juni 2013 Halfjaarlijkse financiële verslaggeving over de periode 1 januari 2013 t/m 30 juni 2013 HALFJAARVERSLAG 2013 Schiphol Nederland B.V. is onderdeel van de Schiphol Group (N.V. Luchthaven Schiphol voert Schiphol

Nadere informatie

Bijlage bij opgave 3 N.V. Nederlandsche Apparatenfabriek Nedap jaarrekening 2013

Bijlage bij opgave 3 N.V. Nederlandsche Apparatenfabriek Nedap jaarrekening 2013 Bijlage bij opgave 3 N.V. Nederlandsche Apparatenfabriek Nedap jaarrekening 2013 GECONSOLIDEERDE BALANS PER 31 DECEMBER (x 1.000) Vaste activa Materiële vaste activa 48.001 45.836 Immateriële vaste activa

Nadere informatie

HUNTER DOUGLAS N.V., Piekstraat 2, 3071 EL Rotterdam Tel , Telefax

HUNTER DOUGLAS N.V., Piekstraat 2, 3071 EL Rotterdam Tel , Telefax PERSBERICHT HUNTER DOUGLAS N.V., Piekstraat 2, 3071 EL Rotterdam Tel. 31 10 4869911, Telefax 31 10 4850355 Voor publicatie: 17 januari 2006 08.00 uur HUNTER DOUGLAS PRESENTEERT FINANCIËLE RESULTATEN OVER

Nadere informatie

4 Goodwill en overige immateriële vaste activa Het verloop van de goodwill en de overige immateriële vaste activa is opgenomen in de volgende tabel.

4 Goodwill en overige immateriële vaste activa Het verloop van de goodwill en de overige immateriële vaste activa is opgenomen in de volgende tabel. J A A R V E R S L A G 2 0 1 3 3 Acquisities In het verslagjaar 2013 heeft Q-Park 'control' verkregen over de Nederlandse vennootschap Q-Park Heerlen BV (voorheen: Parkeer Heerlen BV) waarvan Q-Park 49%

Nadere informatie

mlw stroom 2.1: Statistisch modelleren

mlw stroom 2.1: Statistisch modelleren mlw stroom 2.1: Statistisch modelleren College 5: Regressie en correlatie (2) Rosner 11.5-11.8 Arnold Kester Capaciteitsgroep Methodologie en Statistiek Universiteit Maastricht Postbus 616, 6200 MD Maastricht

Nadere informatie

Alternatieve financiële prestatie-indicatoren. Toezicht Kwaliteit Accountantscontrole & Verslaggeving

Alternatieve financiële prestatie-indicatoren. Toezicht Kwaliteit Accountantscontrole & Verslaggeving Alternatieve financiële prestatie-indicatoren Toezicht Kwaliteit Accountantscontrole & Verslaggeving April 2014 Inhoudsopgave 1 Conclusie en samenvatting 4 2 Doelstellingen, onderzoeksopzet en definiëring

Nadere informatie

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica. Tentamen Biostatistiek voor BMT (2S390) op maandag ,

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica. Tentamen Biostatistiek voor BMT (2S390) op maandag , TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica Tentamen Biostatistiek voor BMT (2S390) op maandag 19-11-2001, 14.00-17.00 uur Bij het tentamen mag gebruik worden gemaakt van een zakrekenmachine

Nadere informatie

De waarde van immateriële activa na invoering van IFRS in 2005 in Nederland

De waarde van immateriële activa na invoering van IFRS in 2005 in Nederland Bachelorthesis De waarde van immateriële activa na invoering van IFRS in 2005 in Nederland Geschreven door: Ceress Fiering ANR: S 233157 Datum: 11 juni 2010 Begeleider: Dr. M.F.C.M. Wijn Samenvatting Deze

Nadere informatie

laboratory for industrial mathematics eindhoven Endinet Regressie-analyse Energiekamer

laboratory for industrial mathematics eindhoven Endinet Regressie-analyse Energiekamer Endinet Regressie-analyse Energiekamer Laboratory for Industrial Mathematics Eindhoven Postbus 513 5600 MB Eindhoven tel.: 040 247 4875 fax: 040 244 2489 e-mail: lime@tue.nl WWW: http://www.lime.tue.nl

Nadere informatie

Schiphol Nederland BV Vennootschappelijke balans en winst- en verliesrekening

Schiphol Nederland BV Vennootschappelijke balans en winst- en verliesrekening 2009 Vennootschappelijke balans en winst- en verliesrekening Jaarverslag 2009 Toelichting bij vennootschappelijke balans per 31 december 2009 en vennootschappelijke winst- en verliesrekening over 2009

Nadere informatie

Hoofdstuk 8: Multipele regressie Vragen

Hoofdstuk 8: Multipele regressie Vragen Hoofdstuk 8: Multipele regressie Vragen 1. Wat is het verschil tussen de pearson correlatie en de multipele correlatie R? 2. Voor twee modellen berekenen we de adjusted R2 : Model 1 heeft een adjusted

Nadere informatie

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica Tentamen Statistiek voor T (2S070) op vrijdag 8 oktober 1999, uur De u

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica Tentamen Statistiek voor T (2S070) op vrijdag 8 oktober 1999, uur De u TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica Tentamen Statistiek voor T (2S070) op vrijdag 8 oktober 1999, 14.00-17.00 uur De uitwerkingen van de opgaven dienen duidelijk geformuleerd

Nadere informatie

Schiphol Nederland B.V. 2011. Vennootschappelijke balans en winst- en verliesrekening

Schiphol Nederland B.V. 2011. Vennootschappelijke balans en winst- en verliesrekening Schiphol Nederland B.V. 2011 Vennootschappelijke balans en winst- en verliesrekening Jaarverslag 2011 Schiphol Nederland B.V. is onderdeel van de Schiphol Group (N.V. Luchthaven Schiphol voert Schiphol

Nadere informatie

Robuustheid regressiemodel voor kapitaalkosten gebaseerd op aansluitdichtheid

Robuustheid regressiemodel voor kapitaalkosten gebaseerd op aansluitdichtheid Robuustheid regressiemodel voor kapitaalkosten gebaseerd op aansluitdichtheid Dr.ir. P.W. Heijnen Faculteit Techniek, Bestuur en Management Technische Universiteit Delft 22 april 2010 1 1 Introductie De

Nadere informatie

Studentenuitwerkingen Externe verslaggeving

Studentenuitwerkingen Externe verslaggeving Studentenuitwerkingen Externe verslaggeving Hoort bij het opgavenboek, tweede druk 2012, isbn 978-90-01-80956-0. Drs. H.J. Bouwer Dr. D.H. van Offeren Drs. E.M. van der Veer Inhoud Antwoorden hoofdstuk

Nadere informatie

Immateriële vaste activa en de nauwkeurigheid van winstvoorspellingen van analisten

Immateriële vaste activa en de nauwkeurigheid van winstvoorspellingen van analisten Immateriële vaste activa en de nauwkeurigheid van winstvoorspellingen van analisten Bachelorthesis 2009 Het verband tussen Earnings Surprises en immateriële vaste activa Naam: Stijn Sap ANR: 163221 Begeleider:

Nadere informatie

Masterclass: advanced statistics. Bianca de Greef Sander van Kuijk Afdeling KEMTA

Masterclass: advanced statistics. Bianca de Greef Sander van Kuijk Afdeling KEMTA Masterclass: advanced statistics Bianca de Greef Sander van Kuijk Afdeling KEMTA Inhoud Masterclass Deel 1 (theorie): Achtergrond regressie Deel 2 (voorbeeld): Keuzes Output Model Model Dependent variable

Nadere informatie

We berekenen nog de effectgrootte aan de hand van formule 4.2 en rapporteren:

We berekenen nog de effectgrootte aan de hand van formule 4.2 en rapporteren: INDUCTIEVE STATISTIEK VOOR DE GEDRAGSWETENSCHAPPEN OPLOSSINGEN BIJ HOOFDSTUK 4 1. Toets met behulp van SPSS de hypothese van Evelien in verband met de baardlengte van metalfans. Ga na of je dezelfde conclusies

Nadere informatie

HOOFDSTUK 6: INTRODUCTIE IN STATISTISCHE GEVOLGTREKKINGEN

HOOFDSTUK 6: INTRODUCTIE IN STATISTISCHE GEVOLGTREKKINGEN HOOFDSTUK 6: INTRODUCTIE IN STATISTISCHE GEVOLGTREKKINGEN Inleiding Statistische gevolgtrekkingen (statistical inference) gaan over het trekken van conclusies over een populatie op basis van steekproefdata.

Nadere informatie

Pagina 0 van 49. Webshop Bol.com. Onderzoeksvaardigheid Hogeschool Inholland Muilwijk, Sammy

Pagina 0 van 49. Webshop Bol.com. Onderzoeksvaardigheid Hogeschool Inholland Muilwijk, Sammy Pagina 0 van 49 Webshop Bol.com Onderzoeksvaardigheid 2 7-4-2014 Hogeschool Inholland Muilwijk, Sammy Pagina 1 van 49 Inhoud H1 Inleiding...2 H1.1 Aanleiding...2 H1.2 Probleemstelling...2 H2 Beschrijvende

Nadere informatie

Strategie en resultaat

Strategie en resultaat Strategie en resultaat Hoe goed zijn Nederlandse organisaties in het omzetten van strategie in resultaat? Het antwoord op die vraag krijgen, dat was het doel van het onderzoek van Yvonne Nijkamp Msc, dat

Nadere informatie

Bij herhaalde metingen ANOVA komt het effect van het experiment naar voren bij de variantie binnen participanten. Bij de gewone ANOVA is dit de SS R

Bij herhaalde metingen ANOVA komt het effect van het experiment naar voren bij de variantie binnen participanten. Bij de gewone ANOVA is dit de SS R 14. Herhaalde metingen Introductie Bij herhaalde metingen worden er bij verschillende condities in een experiment dezelfde proefpersonen gebruikt of waarbij dezelfde proefpersonen op verschillende momenten

Nadere informatie

Bijlage bij opgave 3 tentamen juni 2014. Jaarrekening 2012 Sligro Food Group NV

Bijlage bij opgave 3 tentamen juni 2014. Jaarrekening 2012 Sligro Food Group NV Bijlage bij opgave 3 tentamen juni 2014 Jaarrekening 2012 Sligro Food Group NV 1 2 3 4 Uit de grondslagen van de geconsolideerde jaarrekening: a. Algemeen Sligro Food Group N.V. is gevestigd te Veghel,

Nadere informatie

* de percentages goed per klas en volgorde van afnemen. sort cases by klas volgorde. split file by klas volgorde. des var=goedboekperc.

* de percentages goed per klas en volgorde van afnemen. sort cases by klas volgorde. split file by klas volgorde. des var=goedboekperc. * Sprekende voorbeelden. * De invloed van lessen op meerkeuzetoetsen Natuurkunde, klas 5 en 6 * Manfred te Grotenhuis en Nico van de Mortel * we gaan uit van de folder 'temp'op de c-drive, svp wijzigen

Nadere informatie

De Veste B.V. te Breda. Kamer van Koophandel Inschrijfnummer JAARREKENING 2018

De Veste B.V. te Breda. Kamer van Koophandel Inschrijfnummer JAARREKENING 2018 JAARREKENING 2018 BALANS PER 31 DECEMBER 2018 (na resultaatbestemming) 31 december 2018 31 december 2017 ACTIVA Materiële vaste activa 62.290 94.446 Financiële vaste activa 31.212 70.986 Vaste activa 93.502

Nadere informatie

Verkorte Geconsolideerde Winst- en Verliesrekening 1

Verkorte Geconsolideerde Winst- en Verliesrekening 1 Verkorte Geconsolideerde Winst- en Verliesrekening 1 EUR EUR EUR USD 3 EUR 4 2000 2001 2002 2002 2001 (Bedragen x 1000) jan - jun jan - jun jan - jun jan - jun jul - dec Netto omzet 1.335.336 1.015.496

Nadere informatie

Netto-omzet 63.789 1.099 Kostprijs van de omzet (61.047) (640) Bruto-omzetresultaat 2.741 458 EBITDA 1.666 22. Bedrijfsresultaat 1.

Netto-omzet 63.789 1.099 Kostprijs van de omzet (61.047) (640) Bruto-omzetresultaat 2.741 458 EBITDA 1.666 22. Bedrijfsresultaat 1. Persbericht Willemstad, Curaçao, 5 mei 2011 AamigoO Group NV maakt voorlopige jaarcijfers 2010 bekend Omzet Source+ NV 128,7 miljoen Brutomarge Source+ NV 5,6 miljoen Source+ slechts halfjaar meegenomen

Nadere informatie

Onderdeel A. Toepassingsgerichte opgaven

Onderdeel A. Toepassingsgerichte opgaven Onderdeel A. Toepassingsgerichte opgaven Dit onderdeel betreft een casus met 4 verschillende deelvragen. U dient de gestelde opgaven te beantwoorden binnen de omlijnde vakken. Vermeldt daarbij de gevraagde

Nadere informatie

RESILUX Halfjaarlijks financieel verslag per 30 juni 2012 INHOUDSTAFEL

RESILUX Halfjaarlijks financieel verslag per 30 juni 2012 INHOUDSTAFEL RESILUX Halfjaarlijks financieel verslag per 30 juni 2012 INHOUDSTAFEL 1. Geconsolideerde kerncijfers 2. Verkorte geconsolideerde winst- en verliesrekening 3. Verkorte geconsolideerde balans 4. Verkort

Nadere informatie

Nederlandse Haarstichting Wilsonsplein VG Haarlem. Jaarverslag 2012

Nederlandse Haarstichting Wilsonsplein VG Haarlem. Jaarverslag 2012 Nederlandse Haarstichting Wilsonsplein 2 2011 VG Haarlem Jaarverslag 2012 Nederlandse Haarstichting Pagina: - 1 - Geacht bestuur, Hierbij brengen wij rapport uit omtrent de gegevens in de jaarrekening

Nadere informatie

Schiphol Nederland B.V Vennootschappelijke balans en winst- en verliesrekening

Schiphol Nederland B.V Vennootschappelijke balans en winst- en verliesrekening Schiphol Nederland B.V. 2014 Vennootschappelijke balans en winst- en verliesrekening Jaarverslag 2014 Schiphol Nederland B.V. is onderdeel van de Schiphol Group (N.V. Luchthaven Schiphol voert Schiphol

Nadere informatie

De Veste Vermogensbeheer B.V. te Breda. Kamer van Koophandel Inschrijfnummer JAARREKENING 2017

De Veste Vermogensbeheer B.V. te Breda. Kamer van Koophandel Inschrijfnummer JAARREKENING 2017 JAARREKENING 2017 BALANS PER 31 DECEMBER 2017 (na resultaatbestemming) ====================== 31-12-2017 ---------------- 31-12-2016 ---------------- activa: IMMATERIËLE VASTE ACTIVA 5.375 MATERIËLE VASTE

Nadere informatie

College 2 Enkelvoudige Lineaire Regressie

College 2 Enkelvoudige Lineaire Regressie College Enkelvoudige Lineaire Regressie - Leary: Hoofdstuk 7 tot p. 170 (Advanced Correlational Strategies) - MM&C: Hoofdstuk 10 (Inference for Regression) - Aanvullende tekst 3 Jolien Pas ECO 011-01 Correlatie:

Nadere informatie

c. Geef de een-factor ANOVA-tabel. Formuleer H_0 and H_a. Wat is je conclusie?

c. Geef de een-factor ANOVA-tabel. Formuleer H_0 and H_a. Wat is je conclusie? Opdracht 13a ------------ Een-factor ANOVA (ANOVA-tabel, Contrasten, Bonferroni) Bij een onderzoek naar de leesvaardigheid bij kinderen in de V.S. werden drie onderwijsmethoden met elkaar vergeleken. Verschillende

Nadere informatie

De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een. Vaste Relatie

De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een. Vaste Relatie De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een Vaste Relatie The Association between Daily Stress, Emotional Intimacy and Affect with Partners in a Commited

Nadere informatie

BALANS PER 31 DECEMBER 2011 (na resultaatbestemming) ====================== IMMATERIËLE VASTE ACTIVA 27.196 37.741

BALANS PER 31 DECEMBER 2011 (na resultaatbestemming) ====================== IMMATERIËLE VASTE ACTIVA 27.196 37.741 JAARREKENING 2011 BALANS PER 31 DECEMBER 2011 (na resultaatbestemming) ====================== 31-12-2011 31-12-2010 activa: IMMATERIËLE VASTE ACTIVA 27.196 37.741 MATERIËLE VASTE ACTIVA 62.018 26.274 FINANCIËLE

Nadere informatie

Hoofdstuk 12: Eenweg ANOVA

Hoofdstuk 12: Eenweg ANOVA Hoofdstuk 12: Eenweg ANOVA 12.1 Eenweg analyse van variantie Eenweg en tweeweg ANOVA Wanneer we verschillende populaties of behandelingen met elkaar vergelijken, dan zal er binnen de data altijd sprake

Nadere informatie

RESILUX Halfjaarlijks financieel verslag per 30 juni 2010 INHOUDSTAFEL

RESILUX Halfjaarlijks financieel verslag per 30 juni 2010 INHOUDSTAFEL RESILUX Halfjaarlijks financieel verslag per 30 juni 2010 INHOUDSTAFEL 1. Geconsolideerde kerncijfers 2. Verkorte geconsolideerde winst- en verliesrekening 3. Verkorte geconsolideerde balans 4. Verkort

Nadere informatie

Informatiewaarde van Actieve Belastinglatenties bij Nederlandse Beursgenoteerde Ondernemingen onder IAS. 12

Informatiewaarde van Actieve Belastinglatenties bij Nederlandse Beursgenoteerde Ondernemingen onder IAS. 12 Informatiewaarde van Actieve Belastinglatenties bij Nederlandse Beursgenoteerde Ondernemingen onder IAS. 12 P.A.J. de Rooij ANR: 866508 Bachelor Thesis Accounting Abstract In deze scriptie onderzoek ik

Nadere informatie

1. Reductie van error variantie en dus verhogen van power op F-test

1. Reductie van error variantie en dus verhogen van power op F-test Werkboek 2013-2014 ANCOVA Covariantie analyse bestaat uit regressieanalyse en variantieanalyse. Er wordt een afhankelijke variabele (intervalniveau) voorspeld uit meerdere onafhankelijke variabelen. De

Nadere informatie

Proefexamen Financiële Rapportering en Analyse

Proefexamen Financiële Rapportering en Analyse Proefexamen Financiële Rapportering en Analyse 2017-2018 Theorie 1. De Balanced Scorecard is een raamwerk dat managers toelaat de missie, strategie en doelstellingen van een onderneming te vertalen in

Nadere informatie

1. Verslag zonder voorbehoud met toelichtende paragraaf

1. Verslag zonder voorbehoud met toelichtende paragraaf 1. Verslag zonder voorbehoud met toelichtende paragraaf 1.1. Onzekerheid van materieel belang Zonder afbreuk te doen aan ons oordeel vestigen wij de aandacht op Toelichting X bij de financiële overzichten.

Nadere informatie

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. Technische nota bij

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. Technische nota bij COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN Technische nota bij CBN-advies 2013/14 De boekhoudkundige verwerking van de uitgestelde belastingen bij gerealiseerde meerwaarden waarvoor de uitgestelde-belastingregeling

Nadere informatie

BALANS PER 31 DECEMBER 2013 (na resultaatbestemming) ====================== IMMATERIËLE VASTE ACTIVA 9.875 16.651 MATERIËLE VASTE ACTIVA 49.425 46.

BALANS PER 31 DECEMBER 2013 (na resultaatbestemming) ====================== IMMATERIËLE VASTE ACTIVA 9.875 16.651 MATERIËLE VASTE ACTIVA 49.425 46. JAARREKENING 2013 BALANS PER 31 DECEMBER 2013 (na resultaatbestemming) ====================== 31-12-2013 ---------------- 31-12-2012 ---------------- activa: IMMATERIËLE VASTE ACTIVA 9.875 16.651 MATERIËLE

Nadere informatie

IFRS en Immateriële Activa

IFRS en Immateriële Activa 13-06-2008 IFRS en Immateriële Activa Bachelor Thesis Universiteit van Tilburg Auteur: 332317 Begeleider: B.R.C.J. van den Brand Voorwoord Deze bachelorthesis is geschreven als onderdeel van de afronding

Nadere informatie

Finles N.V. Halfjaarverslag 2012

Finles N.V. Halfjaarverslag 2012 Finles N.V. Halfjaarverslag 2012 1 1. Algemene informatie Directie De directie van Finles N.V. wordt gevoerd door: Drs. J.A.M. van der Holst R.J. van Kuijk J.P.P.A. van Oudvorst RA Vestigingsplaats Finles

Nadere informatie

Twee en een half jaar Kwaliteitsmeting in de Fysiotherapie

Twee en een half jaar Kwaliteitsmeting in de Fysiotherapie Twee en een half jaar Kwaliteitsmeting in de Fysiotherapie Feiten en cijfers tot nu toe Managementsamenvatting Na twee en een half jaar kwaliteitsmetingen in de fysiotherapie is het een geschikt moment

Nadere informatie

BETER BED HOLDING NV HALFJAARCIJFERS 2009

BETER BED HOLDING NV HALFJAARCIJFERS 2009 BETER BED HOLDING NV HALFJAARCIJFERS 2009 Beter Bed Holding N.V. halfjaarcijfers 2009 1 Inhoudsopgave 1. Geconsolideerde balans. 3 2. Geconsolideerde winst-en-verliesrekening.. 4 3. Geconsolideerd kasstroomoverzicht.....

Nadere informatie

BALANS PER 31 DECEMBER 2016 (na resultaatbestemming) ====================== IMMATERIËLE VASTE ACTIVA

BALANS PER 31 DECEMBER 2016 (na resultaatbestemming) ====================== IMMATERIËLE VASTE ACTIVA JAARREKENING 2016 BALANS PER 31 DECEMBER 2016 (na resultaatbestemming) ====================== 31-12-2016 ---------------- 31-12-2015 ---------------- activa: IMMATERIËLE VASTE ACTIVA 5.375 6.875 MATERIËLE

Nadere informatie

Tentamen Biostatistiek 1 voor BMT (2DM40), op maandag 5 januari 2009 14.00-17.00 uur

Tentamen Biostatistiek 1 voor BMT (2DM40), op maandag 5 januari 2009 14.00-17.00 uur Faculteit der Wiskunde en Informatica Tentamen Biostatistiek voor BMT (2DM4), op maandag 5 januari 29 4.-7. uur Bij het tentamen mag gebruik worden gemaakt van een zakrekenmachine en van een onbeschreven

Nadere informatie

Externe Verslaggeving 2 proeftentamen nieuwe stijl - uitwerking

Externe Verslaggeving 2 proeftentamen nieuwe stijl - uitwerking Opgave 1 1. Conform de wettelijke bepalingen ( art. 2:385) is het niet toegestaan eigen aandelen te activeren. Ook mogen deze niet in mindering gebracht worden op het geplaatste aandelenkapitaal (art.

Nadere informatie

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. Technische nota 2017/XX - Definiëring van EBIT / EBITDA na omzetting van de accounting richtlijn

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. Technische nota 2017/XX - Definiëring van EBIT / EBITDA na omzetting van de accounting richtlijn COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN Technische nota 2017/XX - Definiëring van EBIT / EBITDA na omzetting van de accounting richtlijn Ontwerp technische nota van 15 maart 2017 1. In hetgeen volgt wenst

Nadere informatie

CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT i

CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT i CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT i Aan: de aandeelhouders en de raad van commissarissen van... (naam entiteit(en)) A. Verklaring over de in het jaarverslag opgenomen jaarrekening 201X

Nadere informatie

Meervoudige lineaire regressie

Meervoudige lineaire regressie Meervoudige lineaire regressie Inleiding In dit hoofdstuk dat aansluit op hoofdstuk II- (deel 2) wordt uitgelegd hoe een meervoudige regressieanalyse uitgevoerd kan worden met behulp van SPSS. Aan de hand

Nadere informatie

** VOORBEELD VAN CAUSALE ANALYSE MET CONFOUNDER EN MEDIATOR **.. GET FILE='u:\)Research\ISSP-NL\ISSP \Data\issp_2013_2014_NL_def.sav'.

** VOORBEELD VAN CAUSALE ANALYSE MET CONFOUNDER EN MEDIATOR **.. GET FILE='u:\)Research\ISSP-NL\ISSP \Data\issp_2013_2014_NL_def.sav'. ** VOORBEELD VAN CAUSALE ANALYSE MET CONFOUNDER EN MEDIATOR **.. GET FILE=''. ** EERST MAKEN WE EEN OVERZICHT VAN DE DATA **. freq nl_rinc wrkhrs sex. Frequencies Statistics N Valid Missing NL_RINC Resp:

Nadere informatie

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica. Tentamen Statistiek II voor TeMa (2S195) op maandag ,

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica. Tentamen Statistiek II voor TeMa (2S195) op maandag , TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica Tentamen Statistiek II voor TeMa (2S195) op maandag 8-5-26, 9.-12. uur Bij het tentamen mag gebruik worden gemaakt van een (grafisch)

Nadere informatie

BALANS PER 31 DECEMBER 2015 (na resultaatbestemming) ====================== IMMATERIËLE VASTE ACTIVA MATERIËLE VASTE ACTIVA

BALANS PER 31 DECEMBER 2015 (na resultaatbestemming) ====================== IMMATERIËLE VASTE ACTIVA MATERIËLE VASTE ACTIVA JAARREKENING 2015 BALANS PER 31 DECEMBER 2015 (na resultaatbestemming) ====================== 31-12-2015 ---------------- 31-12-2014 ---------------- activa: IMMATERIËLE VASTE ACTIVA 6.875 8.375 MATERIËLE

Nadere informatie

BALANS PER 31 DECEMBER 2014 (na resultaatbestemming) ====================== IMMATERIËLE VASTE ACTIVA 8.375 9.875 MATERIËLE VASTE ACTIVA 36.339 49.

BALANS PER 31 DECEMBER 2014 (na resultaatbestemming) ====================== IMMATERIËLE VASTE ACTIVA 8.375 9.875 MATERIËLE VASTE ACTIVA 36.339 49. JAARREKENING 2014 BALANS PER 31 DECEMBER 2014 (na resultaatbestemming) ====================== 31-12-2014 ---------------- 31-12-2013 ---------------- activa: IMMATERIËLE VASTE ACTIVA 8.375 9.875 MATERIËLE

Nadere informatie

Examen G0N34 Statistiek

Examen G0N34 Statistiek Naam: Richting: Examen G0N34 Statistiek 7 juni 2010 Enkele richtlijnen : Wie de vragen aanneemt en bekijkt, moet minstens 1 uur blijven zitten. Je mag gebruik maken van een rekenmachine, het formularium

Nadere informatie

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica Tentamen Statistiek 2 voor TeMa (2S95) dinsdag 2-08-2003, 4.00-7.00 uur Bij het tentamen mag gebruik worden gemaakt van een zakrekenmachine,

Nadere informatie

Persbericht NETTOWINST HAL HOLDING N.V. OVER 2004

Persbericht NETTOWINST HAL HOLDING N.V. OVER 2004 Persbericht HAL NETTOWINST OVER 2004 ¼0,/-2(1¼0,/-2(1 De nettowinst van HAL Holding N.V. over 2004 bedroeg ¼PLOMRHQ overeenkomend met ¼SHUDDQGHHOYHUJHOHNHQPHW¼PLOMRHQ¼4 per aandeel) over 2003. De nettowinst

Nadere informatie

Rubriek Verslaggeving en Verslaglegging. Fusies en overnames

Rubriek Verslaggeving en Verslaglegging. Fusies en overnames Rubriek Verslaggeving en Verslaglegging Fusies en overnames In de rubriek Verslaggeving en Verslaglegging gaan we deze keer in op de verwerking van fusies en overnames. Een actueel onderwerp in een tijdperk

Nadere informatie

Verdeeld Eigendom in Shopping Centers

Verdeeld Eigendom in Shopping Centers Verdeeld Eigendom in Shopping Centers De invloed van verdeeld eigendom op de waarde van winkelunits Barzien Khoshbakht Cushman & Wakefield Technische Universiteit Eindhoven Provada Amsterdam, 2016 0 ACHTERGROND

Nadere informatie

Examen AA. Financial Accounting 2 / EV2

Examen AA. Financial Accounting 2 / EV2 Examen AA Financial Accounting 2 / EV2 DATUM: 9 januari 2018 TIJD: 13.30 15.30 uur Belangrijke informatie: Dit examen bestaat uit 3 opgaven van 6 pagina s inclusief voorblad. Controleer of dit examen compleet

Nadere informatie

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. Technische nota. bij

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. Technische nota. bij COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN Technische nota bij CBN-advies 2013/14 De boekhoudkundige verwerking van de uitgestelde belastingen bij gerealiseerde meerwaarden waarvoor de uitgesteldebelastingregeling

Nadere informatie

TESLIN CAPITAL MANAGEMENT BV Halfjaarcijfers. De directie: Cassaforte BV Nellestein Management BV Happy Acres BV Loch Broom Management BV

TESLIN CAPITAL MANAGEMENT BV Halfjaarcijfers. De directie: Cassaforte BV Nellestein Management BV Happy Acres BV Loch Broom Management BV TESLIN CAPITAL MANAGEMENT BV Halfjaarcijfers De directie: Cassaforte BV Nellestein Management BV Happy Acres BV Loch Broom Management BV BALANS PER 30 JUNI 2017 Activa (Vóór winstbestemming, alle bedragen

Nadere informatie

Opdrachten speciaal herontworpen voor eerstejaars studenten

Opdrachten speciaal herontworpen voor eerstejaars studenten Opdrachten speciaal herontworpen voor eerstejaars studenten Auteur: Dick Vrenssen, docent pedagogiek psychologie onderwijskunde, Fontys Hogeschool Kind en Educatie In het schooljaar 2013/ 2014 heeft het

Nadere informatie

Financial due diligence: Toegevoegde waarde due diligence adviseur bij afrekenmechanismen

Financial due diligence: Toegevoegde waarde due diligence adviseur bij afrekenmechanismen Financial due diligence: Toegevoegde waarde due diligence adviseur bij afrekenmechanismen Door: Gijs van Reen Transacties vinden veelal plaats op een 'cash and debt' free basis. Een analyse van de netto

Nadere informatie

Persbericht NETTOWINST 2011 VAN 493 MILJOEN (+14%) NETTO VERMOGENSWAARDE STIJGT MET 157 MILJOEN (+3%) IN 2011

Persbericht NETTOWINST 2011 VAN 493 MILJOEN (+14%) NETTO VERMOGENSWAARDE STIJGT MET 157 MILJOEN (+3%) IN 2011 Persbericht HAL NETTOWINST 2011 VAN 493 MILJOEN (+14%) NETTO VERMOGENSWAARDE STIJGT MET 157 MILJOEN (+3%) IN 2011 De nettowinst over 2011 bedroeg 493 miljoen, overeenkomend met 7,42 per aandeel, vergeleken

Nadere informatie

Klantonderzoek: statistiek!

Klantonderzoek: statistiek! Klantonderzoek: statistiek! Statistiek bij klantonderzoek Om de resultaten van klantonderzoek juist te interpreteren is het belangrijk de juiste analyses uit te voeren. Vaak worden de mogelijkheden van

Nadere informatie

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica. Tentamen Statistiek 2 voor TeMa (2S195) op donderdag ,

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica. Tentamen Statistiek 2 voor TeMa (2S195) op donderdag , TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica Tentamen Statistiek 2 voor TeMa (2S95) op donderdag 0-03-2005, 4.00-7.00 uur Bij het tentamen mag gebruik worden gemaakt van een zakrekenmachine,

Nadere informatie

Financiële definities

Financiële definities Financieel Overzicht Bekaert Jaarverslag 2013 102 Financiële definities Boekwaarde per aandeel Dividendrendement Dochterondernemingen EBIT EBIT interestdekking EBITDA (Bedrijfscashflow) Eenmalige opbrengsten

Nadere informatie

Wettelijke regelingen in verband met de jaarrekening

Wettelijke regelingen in verband met de jaarrekening 16 hoofdstuk Wettelijke regelingen in verband met de jaarrekening 16.1 Onder de werking van boek 2 titel 9 van het burgerlijk wetboek vallen ondernemingen die gedreven worden in de vorm van een NV, BV,

Nadere informatie