Nieuws brief. Jaargang 10 - Nr. 2 Driemaandelijks - Juni 2011

Transcriptie

1 Nieuws brief Jaargang 10 - Nr. 2 Driemaandelijks - Juni 2011 BELGIË P.B ASSE BC5759 AFGIFTEKANTOOR 1730 ASSE - P Conferentie van Vlaamse Gerechtsdeurwaarders vzw Nekkerspoelstraat Mechelen Telefoon kantoor Discart kantoor Brackeva kantoor Van Lierde Fax kantoor Van Lierde Editoriaal Visies van de kandidaten Bij de oprichting van de CVG was één van de voornaamste doelstellingen als studie- en reflectieplatform op te treden en mee na te denken over de toekomst van ons beroep. Gedurende de laatste jaren werd er onder impuls van de CVG tevens een voorstel van vernieuwd statuut uitgewerkt, dat als inspiratie en basis kan dienen voor coherent wetgevend werk, naast heel wat andere voorstellen en standpunten. In het kader van deze verkennende reflecties hebben een aantal kandidaat-gerechtsdeurwaarders een werkgroep opgericht die met kritisch-positieve zin een aantal visies op de toekomstige organisatie van ons korps ventileert. Vanuit de CVG juichen we deze inzet toe. Want het zijn de kandidaat-gerechtsdeurwaarders die ten volle de impact van een gewijzigde en nieuwe regelgeving willens nillens het meest zullen ondergaan. Rond de krachtlijnen voor een vernieuwd statuut werden ook een aantal heikele thema s aangesneden, zoals de pensioenleeftijd, de dubbele handtekening bij associatie, de problematiek van de plaatsvervangingen, de continuïteit en venaliteit van een gerechtsdeurwaarderskantoor, de toegang tot het beroep, de toegang tot het beroep met stagemodaliteiten, enz. Het Nederlandse model en de aftoetsende aanpak kunnen hierbij zeker als nuttige inspiratiebron dienen. Vanuit de CVG willen we dit voluntaristische denkwerk uitgaande van de kandidaat-gerechtsdeurwaarders ondersteunen. Open confrontatie van ideeën en discussie over standpunten dienen als basis voor evenwichtige en uitgebalanceerde voorstellen. We wensen de werkgroep(en) van kandidaatgerechtsdeurwaarders vanuit de CVG dan ook verder volop te ondersteunen in hun prospectief reflectiewerk. Het is vandaag dat de krijtlijnen voor hun toekomst mee worden uitgetekend. cvg@mail.gdw.be Website Bank Raad van Bestuur Guido Discart Voorzitter Marc Brackeva Ondervoorzitter Jan Eyskens Penningmeester Johan Van Lierde Secretaris Marc Beerten Paul Bruloot Peter Coene Frank De Smet Gilbert De Wilde Francis Snoeck Peter Van Noten Productie Vanwittenbergh&Partners Verantwoordelijke uitgever Guido Discart Veemarkt 25, 2800 Mechelen Guido Discart, voorzitter CVG

2 2 JUNI 2011 Nieuwsbrief Conferentie van Vlaamse Gerechtsdeurwaarders Een visie van de kandidaat-gerechtsdeurwaarders... Krijtlijnen voor een nieuw statuut van gerechtsdeurwaarder De gerechtsdeurwaarder is vandaag nog steeds de enige persoon binnen de gerechtelijke organisatie die ten huize komt en tegensprekelijk meestal oog in oog komt te staan met de rechtsonderhorige burger als hij gerechtelijke akten betekent. Hij is dan ook het eerste - en soms ook enige - aanspreekpunt bij de rechtsuitvoering in geval van vragen, onduidelijkheden, afspreken van modaliteiten, enz De gerechtsdeurwaarder treedt op in de zogenaamd pre-proceduriële fase van het geding (aanmaning, dagvaarding) en komt ter uitvoering opnieuw in actie nadat vonnis werd uitgesproken ( betekening, bevel, beslag, ). Ook met betrekking tot bv. procesverbaal van vaststellingen, dagvaardingen in kort geding of met verkorting van termijnen, dringende beslagen, enz. kan de gerechtsdeurwaarder ambtshalve accuraat tot uitvoering overgaan. Dit adequate optreden in het procesrecht en de concrete rechtsuitvoeringspraktijk is inherent verbonden met het statuut van de gerechtsdeurwaarder, met name enerzijds als openbaar ministerieel ambtenaar in combinatie met zijn werkorganisatie, en anderzijds als vrij beroep en zelfstandig ondernemer. Functionele aanpassingen Toch zijn er functionele aanpassingen en wijzigingen aan het statutaire optreden van de gerechtsdeurwaarder noodzakelijk om in de veranderende maatschappij het hoofd te kunnen bieden aan nieuwe problemen en uitdagingen die zich stellen. Gelijkaardige functionele aanpassingen werden enkele jaren geleden ook aangebracht aan het statutaire kader van het notariaat. De problemen die zich indertijd stelden bij o.m. de opvolging en benoemingen van de notarissen zijn inmiddels opgelost via het vernieuwde notarisstatuut met een aangepaste en transparante benoemingsprocedure. De statuten van de twee ambten kunnen weliswaar niet volledig met elkaar vergeleken worden, gezien de kandidaat-gerechtsdeurwaarder en de kandidaat-notaris van vóór hun statuutwijziging op het werkingsterrein een andere invulling van hun bevoegdheden hebben. Zo is bv. de kandidaat-gerechtsdeurwaarder gemachtigd als plaatsvervanger op te treden, waarbij hij volledig in de rechten en de plichten van de titularis treedt en kan de gerechtsdeurwaarder-titularis geen betekeningen verrichten op de dagen dat hij vervangen wordt. Deze plaatsvervangingen dienen telkens te wor-

3 3 den aangevraagd bij het plaatselijk Parket van de Procureur des Konings en kunnen soms verwarring scheppen bij de rechtsonderhorigen. De ene dag is de gerechtsdeurwaarder-titularis bevoegd, de andere dag is het zijn plaatsvervanger. Uit de huidige situatie blijkt ook dat veel gerechtsdeurwaarders die ouder zijn dan 70 jaar zich bijna permanent laten vervangen door kandidaat-gerechtsdeurwaarders, zodat het aantal feitelijk instrumenterende gerechtsdeurwaarders hoger ligt. Een inperking van de leeftijd tot 67 jaar (zoals in het notariaat) met een overgangsperiode dringt zich op alsmede een beperking van het aantal dagen plaatsvervangingen per jaar. De gemiddelde leeftijd voor benoeming tot gerechtsdeurwaarder ligt steeds hoger en is thans 43 jaar. De kandidaat-gerechtsdeurwaarder wordt blijkbaar weinig of geen perspectief geboden. De criteria tot benoeming waren een stap in de goede richting maar werden ondertussen onderuitgehaald door de Raad van State. Thans is er een benoemingsstop en wordt de ene na de andere recente benoeming vernietigd door de Raad van State. Dit draagt bij tot een ondermijning van de rechtszekerheid en is in deze zin nefast voor het geloof en vertrouwen in Justitie! Ook de onvoorziene consequenties en in sommige gevallen dramatische gevolgen op financieel en sociaal vlak voor de benoemde in kwestie, behoeven geen betoog. In een nieuw ontwerp van statuut dient deze situatie uitgeklaard te worden, zodat zowel de gerechtsdeurwaarder-titularis als zijn/haar kandidaat een duidelijk perspectief voor beiden kan vooropgesteld worden. Het laat hen toe samen bedrijfsmatig een kantoor uit te bouwen. Het laat hen toe sneller, efficiënter en accurater te werken. Het is de feitelijke bezegeling van het wederzijds vertrouwen dat nu reeds aanwezig is tussen de gerechtsdeurwaarder en zijn/haar kandidaat. De stage voor gerechtsdeurwaarder dient grondig en intensief te zijn. Het homologatie-examen dient garant te staan voor de kennis en vaardigheden van de kandidaat-gerechtsdeurwaarder in spe. Vervolgens zal de kandidaat-gerechtsdeurwaarder, na zijn/haar studie, 2 jaar stage, homologatie-examen en minimum 5 jarige ervaring als kandidaatgerechtsdeurwaarder de mogelijkheid geboden worden te associëren met een gerechtsdeurwaarder-titularis. Deze associatie zelve kan gebaseerd worden op het model van de notaris-associatie in verplichte vennootschapsvorm, die in de praktijk zijn vruchten reeds heeft afgeworpen. Terzelfdertijd zal elke gerechtsdeurwaarder, in associatie of niet, een dubbele boekhouding moeten voeren, die beter controleerbaar zal zijn, in de eerste plaats met betrekking tot de derdenrekening. De economische rol van de gerechtsdeurwaarder De gerechtsdeurwaarder heeft naast een duidelijke sociaal-maatschappelijke rol ook een voorname plaats in het economisch leven. Immers, op verzoek van overheid, ondernemingen of particulieren int de gerechtsdeurwaarder de gelden die in een normaal en vlot economisch verloop niet ter beschikking komen. Na tussenkomst van het gerecht of aflevering van een dwangschrift zal de gerechtsdeurwaarder, mits de hem ter beschikking gestelde proceseconomische middelen van uitvoering, trachten om de contractuele verplichtingen tussen partijen te doen nakomen. Lees verder blz. 4

4 4 JUNI 2011 Nieuwsbrief Conferentie van Vlaamse Gerechtsdeurwaarders Krijtlijnen voor een nieuw statuut van gerechtsdeurwaarder Vervolg van blz. 3 De gerechtsdeurwaarder is dé praktijkjurist bij uitstek die dagelijks in contact komt met het terrein In het parcours van de contentieux is hij de bevoorrechte partner om vanaf het begin (de minnelijke invordering) de recuperatie van de verschuldigde gelden te bewerkstelligen. In de praktijk wordt de invordering van schuldvorderingen behartigd door verschillende actoren (advocaten, incassokantoren, ) en is het voor de schuldenaar niet altijd even duidelijk hoe en door wie zijn schulden worden teruggevorderd. Het is daarom belangrijk dat de gerechtsdeurwaarder in deze invorderingsprocedure een vooraanstaande rol krijgt toegewezen die gepaard gaat met een tegenstelbare rechtszekerheid. Nu zelfs blijkt dat de Nederlandse gerechtsdeurwaarders die ook bevoegd zijn incasso te verrichten medio 2011 een vestiging operationeel zullen maken in Vlaanderen (hoogstwaarschijnlijk Antwerpen) voor de uitoefening van minnelijke incassopraktijken, is een regelgeving/legalisering inzake minnelijk incasso met duidelijk afgelijnde kostenstructuur een zeer dringende noodzaak. De gerechtsdeurwaarder beschikt immers over de ervaring op het terrein en hij heeft toegang tot bepaalde informatiebronnen, waardoor hij een correcte financieel-economische beoordeling kan aanbieden van vrijwel elk individueel invorderingsdossier. Deze beoordeling gekoppeld aan de mogelijkheid voor de gerechtsdeurwaarder om volwaardige fiscale attesten van oninvorderbaarheid en/of onvermogen af te leveren geven hem ambtshalve een cruciale plaats in het economisch gebeuren. Ook wat betreft de verjaring van schuldvorderingen kan de gerechtsdeurwaarder een doorslaggevende rol spelen. Nu reeds zijn de exploten van bevel of beslag ambtelijke verrichtingen waarmee de verjaring wordt gestuit. Maar wat met onbetwiste schuldvorderingen die dreigen te verjaren en waarvoor nog geen titel werd verleend? De formele ingebrekestelling (door middel van de klassieke aangetekende zending met ontvangstbewijs, de nieuwe elektronische aangetekende zending of de betekening van een verjaringstuitend exploot op de woonplaats / zetel) kan de gerechtsdeurwaarder een belangrijke rol verlenen in het voorkomen van verjaring. Het is dus meer dan duidelijk dat de gerechtsdeurwaarder nu al een zeer belangrijke factor is in het economisch gebeuren. Indien hij vlotter toegang zou hebben tot nog meer informatiebronnen waarmee hij zich een beeld kan vormen van de vermogenstoestand van de schuldenaar, dan zou zijn positie van bevoorrecht uitvoeringsagent nog meer benadrukt kunnen worden. We denken hierbij aan de online consultatie van de RSZ-gegevens, de kruispuntbank sociale zekerheid, het kadaster, de hypotheken, De huidige informatisering op nationaal vlak, o.m. via het C.I.A.- netwerk alsook het centraal bestand van beslagberichten, toont aan dat het korps meer dan klaar is voor de uitdagingen van de elektronische dienstverlening. Zoals reeds aangehaald kan het gebruik van de nieuwe elektronische aangetekende zending hierin een belangrijke nieuwe stap vormen. Het korps van gerechtsdeurwaarders moet dit medium met vol enthousiasme verwelkomen en ook toepassen. Hierbij denken we in eerste instantie aan de ingebrekestelling van schuldenaars. De wettelijke datum van verzending wordt dan bepaald door het moment van uploaden van de documenten op het elektronisch platform. Het gebruik van zowel de zuivere elektronische aangetekende zending (verzending via het internet en de ontvanger ontvangt de brief in elektronisch formaat) als de hybride elektronische zending (zending wordt elektronisch verstuurd, kan bv. door bpost worden afgedrukt en vervolgens aan de geadresseerde door de postbode bezorgd) moet in elk geval aangemoedigd worden. Ruimere bevoegdheden en de toegang tot gegevensbestanden die de persoonlijke levenssfeer van de rechtsonderhorige aanbelangen vergen een duidelijk omlijnd handelingskader. Het is daarom van essentieel belang dat aan het nieuwe statuut van de gerechtsdeurwaarder ook een performante tuchtregeling wordt gekoppeld waardoor de transparantie in de behandeling van de dossiers gegarandeerd kan worden. Zowel de schuldenaar als de schuldeiser / klant moet kunnen genieten van een kwaliteitsvolle dienstverlening. De rol van de gerechtsdeurwaarder als motor voor een snelle en efficiënte uitvoering kan dan ten volle worden uitgespeeld. Zijn statuut van openbaar ministerieel ambtenaar, gekoppeld aan zijn strikte deontologie en beroepsgeheim, verzekeren een goed evenwicht. Dit alles met het nodige respect voor de privacy van de schuldenaar. Deze krijtlijnen voor een vernieuwd statuut werden door een werkgroep van kandidaat-gerechtsdeurwaarders inmiddels verwerkt en uitgeschreven in een proeve of ontwerp van wet op het gerechtsdeurwaarderambt. De CVG is verheugd dat de kandidaat-gerechtsdeurwaarders met deze werktekst een belangrijke inhoudelijke insteek en injectie geven aan het conceptuele denkwerk dat moet leiden naar een coherent initiatief en overleg voor een vernieuwde wetgeving op het gerechtsdeurwaarderambt en zijn statutaire omkadering. Vanuit de CVG zullen we de komende maanden dergelijk initiatief op een constructieve manier mee ondersteunen.

5 5 Jaarverslag 2010 e-notariaat in de steigers Joachim t Kint, kandidaat-gerechtsdeurwaarder Het is de periode van de jaarverslagen. Het laatste jaarverslag van de Koninklijke Federatie van het Belgisch Notariaat (KFBN) richt de focus op het e-notariaat onder het thema: 10 jaar op de elektronische snelweg: innoveren voor een betere dienstverlening. In 2010 lanceerde Karel Tobback, toenmalig voorzitter van de KFBN, het zogenaamde e-notariaat-project, het opstarten van een reeks innovatieve informaticaprojecten waarmee de notarissen hun globale dienstverlening wensten te moderniseren. Het e-notariaat wordt bestempeld als een elektronisch communicatieplatform waarlangs notarissen en hun medewerkers informatie uitwisselen met de diensten van de KFBN, colleganotarissen en de verschillende overheden. Het e-notariaat wordt een onmisbaar werkinstrument bij het voorbereiden van akten, alsook een kruispuntplatform voor het opvragen en uitwisselen van informatie met allerlei interne en externe databanken. Tevens bevat het e-notariaat allerlei berekeningsprogramma s, een online bibliotheek en een elektronisch journaal waarlangs dagelijks juridische en algemene info wordt verspreid. Naast het notariële intranet is het zogenaamde e-depot in de steigers gezet, waarlangs notariskantoren alle gegevens die nodig zijn om een vennootschap op te richten op elektronische wijze kunnen verzamelen, ondertekenen en verzenden. De duurtijd voor het starten van een onderneming wordt zodoende ingekort tot 3 dagen. In de komende tijd staan er tevens projecten op stapel waarbij de gebruikers niet alleen notarissen zijn, maar ook het grote publiek. Voorbeeld hiervan is de Notariële Aktenbank (NABAN), waarin alle akten elektronisch gearchiveerd zullen worden. Burgers en ondernemingen zullen de akten (koopakten, huwelijksakten,op richtingsakten, enz.) die zij ondertekend hebben, kunnen consulteren via hun elektronische identiteitskaart. De juridische basis voor de authentieke akte in elektronische vorm werd inmiddels ook gelegd, waardoor deze dezelfde juridische kracht heeft als een akte op papier. De combinatie van elektronische verwerking met tegenstelbare rechtszekerheid is hierbij het absolute uitgangspunt en de bottom line. Het jaarverslag vermeldt enkele kerncijfers: -eind 2010 telde ons land notarissen (21 meer dan in 2009), waarvan 308 vrouwen (+29 t.o.v. 2009) en mannen (-8 t.o.v.2009). De gemiddelde leeftijd bedraagt 49 jaar en 1 maand. De gemiddelde anciënniteit 15 jaar en 2 maanden. Op de dag van hun benoeming waren notarissen gemiddeld 33 jaar en 10 maanden oud. Van de in 2010 benoemde notarissen was de jongste 28 jaar en 11 maanden en de oudste 50 jaar en 1 maand. In 2010 werden er 90 kandidaat-notarissen benoemd door de Koning (42 mannen en 48 vrouwen). -er zijn notariskantoren (8 minder dan in 2009). Hierbij 221 notariële associaties waarvan er 19 in de loop van 2010 tot stand kwamen. -inzake werkgelegenheid waren er in 2010 in totaal medewerkers aan de slag, waaronder vrouwen (80,1%) en mannen (19,9%). Gemiddeld zijn er 5,6 medewerkers per notariskantoor. -in de verschillende notariële instellingen zijn er 226 medewerkers werkzaam. -in 2010 verleden de notarissen akten, gemiddeld 594 akten per notaris, hetgeen een stijging van 6,3% betekent. -daarnaast hebben de notarissen voor euro aan registratierechten geïnd (ruim 141 miljard BEF), een stijging van 13,4% tegenover 2009, toen de registratierechten daalden met 6,5%. -elk jaar ontvangen de notariskantoren meer dan 2,5 miljoen cliënten. (uit: jaarverslag 2010 Koninklijke Federatie van het Belgisch Notariaat

6 6 JUNI 2011 Nieuwsbrief Conferentie van Vlaamse Gerechtsdeurwaarders Jaarverslag 2010 Kredietcentrale aan particulieren De Centrale voor kredieten aan particulieren, die door de Nationale Bank wordt beheerd, is één van de instrumenten die door de Belgische overheid is ingesteld om overmatige schuldenlast bij gezinnen te bestrijden. De jaarverslagen van de kredietcentrales bij de Nationale Bank zijn telkens een relevante bron van (macro)economische beleidsinformatie over o.m. het aantal geregistreerde kredietovereenkomsten in ons land. We geven hier de voornaamste facts & figures die gepubliceerd werden in het laatste jaarverslag 2010: -aantal kredietovereenkomsten: eind 2010 telt de Centrale geregistreerde kredietovereenkomsten, een stijging met 1,2 % ( contracten). Deze stijging is de resultante van nieuwe kredietovereenkomsten die werden geregistreerd en anderzijds kredieten die uit het bestand werden geschrapt aantal kredietnemers: personen, een toename met 1,3% ( personen), hetgeen overeenkomt met 57 % van de meerderjarige bevolking. Meer dan 75% van de personen tussen 35 en 54 jaar heeft een krediet. In 2010 hebben personen één of meerdere nieuwe kredieten aangegaan ,3% ,2% aantal kredietnemers met een betalingsachterstand: personen, hetzij een toename van 2,5% ( personen), hetgeen overeenkomt met 4,2% van de meerderjarige bevolking. De uitsplitsing van de in het bestand opgenomen kredietnemers volgens hun verblijfplaats toont dat 55,3% gedomicilieerd is in Vlaanderen, tegenover 34,6% in Wallonië en 8,7% in Brussel. Van de kredietnemers die geregistreerd zijn met een betalingsachterstand is 44,5% gedomicilieerd in Wallonië, tegenover 39,5% in Vlaanderen en 12,6% in Brussel. Eén op 20 kredietnemers uit Vlaanderen kampt met een betalingsachterstand (5,2%), terwijl dit voor kredietnemers uit Wallonië en Brussel ongeveer één op tien bedraagt (respectievelijk 9,5 en 10,6%). -aantal collectieve schuldenregelingen: berichten van toelaatbaarheid van collectieve schuldenregeling geregistreerd, hetzij een toename van 11,5% ( personen). In 2010 werden nieuwe aanvragen van personen voor collectieve schuldenregeling door de rechtbanken toelaatbaar verklaard, een stijging met meer dan 38% in vergelijking met 2008 en 2007 en waarschijnlijk een gevolg van de economische crisis waardoor steeds meer mensen in een toestand van overmatige schuldenlast verzeild geraken. -aantal raadplegingen van de Centrale: in 2010 hebben de kredietgevers de Centrale keer geraadpleegd, waarbij een onderscheid gemaakt wordt tussen individuele en gegroepeerde raadplegingen. Het aantal individuele raadplegingen is in 2010 gestegen tot , hetgeen overeenkomt met een gemiddelde van raadplegingen per werkdag. In 8,2 % van de gevallen was de persoon op wie de raadpleging betrekking had, met een betalingsachterstand en/of collectieve schuldenregeling geregistreerd. -totaal achterstallig bedrag: eind 2010 bedroeg het totaal van de achterstallige schuld 2,419 miljard euro, een toename met 12,3% t.o.v en zelfs met 30,3% tegenover ( in februari 2011 bedroeg de achterstallige schuld reeds 2,46 miljard euro. In januari 2011 was dat nog 2,44 miljard euro.) 2,5 2,0 1,5 1,0 0,5 0,0 In miljarden Euro 1,856 2,154 2,419 2, ,5% Meer uitgebreide informatie en statistieken is te vinden in: Statistieken - Centrale voor kredieten aan particulieren 2010, uitgave Nationale Bank van België, dienst Documentatie - Publicaties, de Berlaimontlaan 14, 1000 Brussel.

7 7 Forse stijging wanbetalingen bedrijven Joachim t Kint, kandidaat-gerechtsdeurwaarder Ondanks de berichten ver een economische revival stijgen de wanbetalingen bij de Belgische bedrijven fors. Dat meldt het handelsinformatiekantoor Graydon. Slechts 63,14 % van de facturen werd in het eerste kwartaal van dit jaar op tijd betaald, tegenover 65,22 % in het eerste kwartaal van Eén op de 8 rekeningen werd zelfs niet of meer dan 90 dagen na vervaldatum betaald.(.) 65,22% 63,14% Eerste kwartaal 2010 Eerste kwartaal 2011 De bedrijven in het Waals Gewest houden er de slechtste betalingsmoraal op na. Met 59,41 % tijdige betalingen halen ze de laagste score in België. De Vlaamse bedrijven doen het iets beter met 63,46 % op tijd betaalde facturen, maar Brussel is de beste van de klas. De Brusselse bedrijven trokken het gemiddelde omhoog met 67,46 % tijdige betalingen. Volgens Graydon dankt Brussel zijn koppositie aan de vele grote en internationaal gerichte ondernemingen. (..) Bij Graydon menen ze dat veel kmo s de economische crisis nog niet hebben verwerkt. Er is een snelgroeiende groep ondernemingen waarvan de liquide reserves een uitputtingsniveau bereiken, zegt het informatiekantoor. De onzekerheid over de verdere evolutie van de Europese economie, productie- en verkoopcijfers die het niveau van voor de crisis nog niet hebben gehaald en het traag stijgende consumentenvertrouwen maken dat veel kmo s het moeilijk hebben. Het ziet er echter niet naar uit dat de kmo s blijven wegkomen met de wanbetalingen. In oktober 2010 keurde het Europees parlement een wet goed die het betalingsverkeer tussen bedrijven reglementeert. Vanaf 2012 worden de lidstaten verplicht een maximale betalingstermijn van 60 dagen op te leggen aan hun bedrijven. Gezien de betaaltrend hopen we dat die richtlijn snel wordt ingevoerd,aldus Graydon (uit: De Tijd, 20 april 2011) Wallonië Vlaanderen Brussel 59,41% 63,46% 67,46% Nieuwe EU-richtlijn inzake te late betalingen Op 23 januari 2011 is de nieuwe richtlijn 2011/7/EU over te late betalingen gepubliceerd in het publicatieblad van de Europese Unie. Deze nieuwe richtlijn maakt de algemene betalingstermijn strenger en de mogelijkheden voor ondernemingen groter om na een te laattijdige betaling alsnog verhaal te halen. Europa wil hiermee slechte betalers (bedrijven en de overheid) strenger aanpakken. De lidstaten hebben tot 16 maart 2013 de tijd om deze richtlijn te implementeren in hun nationale wetgeving. De nieuwe richtlijn is tot stand gekomen in het kader van de Small Business Act, die in juni 2008 is aangenomen met de doelstelling de centrale rol van kleine en middelgrote ondernemingen in de Europese economie te benadrukken. Het zijn vooral de kleine en middelgrote ondernemingen die veel hinder ondervinden van slechte betalers. De nieuwe richtlijn voorziet dat men een schadevergoeding van minimaal 40 euro kan vragen aan klanten-handelaars die te laat betalen, zelfs als dit bedrag niet voorzien is in de algemene voorwaarden.

8 8 JUNI 2011 Nieuwsbrief Conferentie van Vlaamse Gerechtsdeurwaarders Publicatie Uw rechten tegenover de gerechtsdeurwaarder en uw schuldeiser. Het beslagrecht ontmaskerd. In de voorgaande CVG-Nieuwsbrief (jg.10, nr.1, februari 2011) verwezen we naar het lijvige eerste deel van deze publicatie omtrent het beslagrecht, samengesteld door advocaat Elfri De Neve. In dit tweede deel zijn niet minder dan een 60-tal modellen opgenomen die op één of andere manier betrekking hebben op de proces- en procedurevoeringen rond het beslagrecht. Tevens worden in een aantal bijlagen de toepasselijke wetgeving en rechtspleging beschrijvend weergegeven. Advocaat Elfri de Neve geniet binnen het circuit enige bekendheid met zijn gestoffeerde website ( die hij naar een breder publiek prospectief communiceert en zodoende als opportuun visitekaartje van zijn advocatenpraktijk laat gelden. Deze praktijkgerichte inventaris van modellen kan dienstig zijn als oriëntatie bij de verschillende stappen in de procesuitvoering. Zoals in de inleiding vermeld wordt, is dit boek geschreven vanuit de invalshoek van de schuldenaar, maar worden er ook tal van inzichten geboden aan de schuldeisers en zij die professioneel invorderen. Hoe denkt een schuldenaar? Hoe kan men solvabiliteit en insolvabiliteit beter inschatten? Waar dient men op te letten bij de invordering van schulden? Hoe kan men een onregelmatig beslag vermijden? Wat zijn de risico s en valkuilen op het traject van de invordering, zowel vanaf het ogenblik van het stellen van de vordering als tot het ogenblik van de uitvoering. Hoewel de ondertitel het beslagrecht ontmaskerd een nogal zware en irrelevante kwalificatie is, biedt deze publicatie in zijn geheel een panoramische introductie en leidraad met heel wat praktische insteken voor elkeen die met de juridische fundamentals en de praktijk van het beslagrecht te maken heeft. Advocaat Elfri De Neve heeft in elk geval een lofwaardige inspanning geleverd om het beslagrecht minder vanuit een academisch-theoretische benadering en eerder vanuit een zekere praktijkgerichte invalshoek in kaart te brengen. Zelfs de gerechtsdeurwaarders kunnen er hun voordeel mee doen. Uw rechten tegenover de gerechtsdeurwaarder en uw schuldeisers. Het beslagrecht ontmaskerd, deel 2 - Modellen en bijlagen, 415 p., Elfri De Neve, UGA Publishers ( Joachim t Kint, kandidaat-gerechtsdeurwaarder