Goed toeven in een dorp zonder school. Leefbare dorpen zonder school
|
|
- Raphaël Coppens
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Goed toeven in een dorp zonder Leefbare zonder
2 Leefbare zonder basis Een analyse van verschillen tussen met een basis, zonder een basis en met een recent gesloten basis
3 Colofon Leefbare zonder basis. Een analyse van verschillen tussen met een basis, zonder een basis en met een recent gesloten basis. Projectleider en eindredactie Dr. E.C.M. van Ruijven Onderzoekers Drs. M. Jokhan Dr. L. Crommentuijn Opmaak Partoer, Fries bureau voor sociaal economische vraagstukken Leeuwarden, juni 2012 Partoer, Fries bureau voor sociaal economische vraagstukken Postbus BB Leeuwarden T.: (058) F.: (058) E.: I.: 2
4 Inhoudsopgave Voorwoord 5 Samenvatting en conclusies 7 1. Inleiding Aanleiding Doelstelling en vraagstelling Onderzoeksopzet Leefbaarheid en demografische processen Leeswijzer Fryslân en de kleine Kleine in Fryslân Bevolkingsontwikkeling kleine Kleine en onderwijs Samenvatting Leefbaarheid in de kleine in Fryslân Bevolking Woningen Voorzieningenniveau Werkgelegenheid Gemeenschapsleven Samenvatting Demografische processen Ontwikkeling aantal inwoners Vergrijzing Ontgroening Huishoudens met kinderen Ontwikkeling aandeel basiskinderen Samenvatting Reflectie en discussie Reflectie Discussie 36 Bijlage 1: Overzicht naar gemeente en basis 37 3
5 4
6 Voorwoord Voor u ligt de rapportage van het onderzoek naar de leefbaarheid en demografische processen in de kleine in Fryslân in relatie met de. In het onderzoek zijn de met een, de zonder en de, waar recent een gesloten is, met elkaar vergeleken op relevante kenmerken van de leefbaarheid en de bevolkingssamenstelling. Het vergelijkend perspectief biedt een goed beeld over het effect van de op de leefbaarheid in de kleine. Met het oog op de krimp, vergrijzing en ontgroening is het onderzoek niet alleen relevant voor bestuurders in het Friese onderwijs, maar ook voor bestuurders van de lokale overheden in Fryslân. Naast deze rapportage verschijnt tevens een fluchskrift, waarin de demografische processen in relatie met het onderwijs belicht worden. Het onderzoek is uitgevoerd door Partoer in opdracht van de provincie Fryslân. In het voorwoord wil ik graag de mensen bedanken, die meegewerkt hebben aan het onderzoek. In de eerste plaats wil ik hier Maaike Swart, provinciaal beleidsmedewerker Onderwijs en Marco Smulders, analist/adviseur van de afdeling beleids- en geoinformatie van de provincie Fryslân noemen. Maaike en Marco hebben meegedacht over de invalshoek van het onderzoek, databestanden beschikbaar gesteld en in de afrondingsfase als referent de resultaten beoordeeld. Een bijzonder woord van dank gaat uit naar de heer Albert Helder, directeur-bestuurder onderwijsgroep Fier en de heer Wietze Kooistra, wethouder Opsterland en voorzitter van de VFG commissie Onderwijs, Jeugd en Sport. Albert en Wietze hebben het rapport vanuit hun functie in het onderwijs en het lokale bestuur voorzien van commentaar en Partoer geadviseerd over de wijze van publiceren. Tot slot een woord van dank aan mijn collega s Wilma de Vries, Sjoerd IJdema, Jan Rodenhuis en Annet Jaspers, elk voor hun aandeel in het eindresultaat. Mede namens Maja Jokhan en Leon Crommentuijn, Bernie van Ruijven Partoer Juni
7 6
8 Samenvatting en conclusies Inleiding en vraagstelling In de discussie over de kleine scholen in plattelands wordt vaak de leefbaarheid betrokken. Verondersteld wordt dat de leefbaarheid afhangt van de aanwezigheid van een basis. Fryslân kent een zeer groot aantal kleine : in het peiljaar 2008 telde Fryslân 224 kleine met 500 inwoners of minder. In ruim één derde van deze (71 ) wordt basisonderwijs geboden 1. In het huidige tijdsgewricht staat een deel van deze kleine scholen onder druk. In een aantal Friese gemeenten zijn beleidsontwikkelingen om scholen in kleine op te heffen. De vraag is wat deze beleidsontwikkelingen betekenen voor de leefbaarheid in een klein dorp. Wat gebeurt er met de bevolkingssamenstelling in een dorp wanneer de sluit? Zijn de zonder bijvoorbeeld meer vergrijsd dan de met een? Partoer is door de Provincie gevraagd onderzoek te doen naar de mogelijke verschillen in de leefbaarheid en demografische processen tussen met en zonder een basis. De centrale onderzoeksvraag luidt als volgt: Zijn er verschillen in leefbaarheid en demografische processen tussen kleine met een basis en kleine zonder een basis? Om de vraag te kunnen beantwoorden zijn alle kleine (<500 inwoners) in Fryslân ingedeeld in drie groepen, te weten met een, zonder en waar in de periode de basis gesloten is (zie tabel 1). De groep met een recent gesloten is met een aantal van zes zeer gering. Het beeld van deze groep kan sterk gekleurd worden door kleine veranderingen. Daarom moeten de resultaten van de analyses met betrekking tot de groep met een recent gesloten met enig voorzichtigheid gelezen worden. Tabel 1: Typering kleine in Fryslân (2008) totaal met zonder met recent gesloten Aantal De drie groepen zijn vergeleken op vijf kenmerken van leefbaarheid en een vijftal demografische gegevens. In tabel 2 zijn de kenmerken van leefbaarheid en de demografische processen samengevat. 1 Ook hier gaat het om het peiljaar
9 Tabel 2: Kenmerken van leefbaarheid en demografische processen Leefbaarheid Bevolking - Aantal inwoners - Aandeel 65-plussers Woningen - Omvang woningvoorraad - Jaarlijkse ontwikkeling woningvoorraad - Gemiddelde woningbezetting Voorzieningenniveau - Aantal voorzieningen - Type voorzieningen - Aantal voorzieningen per 100 inwoners Werkgelegenheid - Aantal fulltime arbeidsplaatsen - Gemiddelde groei werkgelegenheid - Werkgelegenheid per 100 inwoners Gemeenschapsleven - Aantal verenigingen - Type verenigingen - Aantal verenigingen per 100 inwoners Demografische processen Ontwikkeling aantal inwoners ( ) Vergrijzing ( ) - Ontwikkeling aandeel 65 plussers - Ontwikkeling grijze druk Ontgroening - Ontwikkelingen aandeel jongeren - Ontwikkeling groene druk Ontwikkeling aandeel huishoudens met kinderen ( ) Ontwikkeling aandeel bassikinderen ( ) Leefbaarheid De met een en de zonder laten grote overeenkomsten zien als het gaat om de leefbaarheid. Op alle kenmerken, met uitzondering op het aantal inwoners en de woningvoorraad, komen de met een en de zonder met elkaar overeen. Het verschil in het aantal inwoners is fors. De met een tellen gemiddeld 339 inwoners, terwijl in de zonder de teller blijft steken op 143 inwoners. De met een zijn dus gemiddeld bijna twee keer groter dan de zonder. In samenhang met het hoger aantal inwoners is de woningvoorraad in de met een iets groter en is de jaarlijkse woningtoename in vergelijking met de zonder ook iets groter. In de grotere vinden we, naast een, vaker een huisarts, een dorpshuis en sportverenigingen. Deze verschillen kunnen echter volledig toegeschreven worden aan het groter aantal inwoners in de met een. Voor voorzieningen en het verenigingsleven is namelijk draagvlak nodig. Het verschil van gemiddeld 200 inwoners weegt op een schaal van de dorpsgrootte tot 500 inwoners zwaar. Omgerekend naar 100 inwoners is de werkgelegenheid en het gemeenschapsleven in de met een gelijk aan de werkgelegenheid en het gemeenschapsleven in de zonder. Per 100 inwoners is het voorzieningenniveau in de zonder zelfs gunstiger ten opzichte van de met een. De leefbaarheid in de derde groep, de met een recent gesloten, komt nagenoeg overeen met de leefbaarheid in de met een en de zonder. Alleen het aandeel 65-plussers is in de met een recent gesloten iets hoger in vergelijking met de met een. In samenhang met het hoger aandeel 65-plussers is de gemiddelde woningbezetting in de met een recent gesloten basis iets lager in vergelijking met de met een. Maar het voorzieningenniveau, de werkgelegenheid en het 8
10 verenigingsleven zijn in de met een recent gesloten gelijk aan dat in de met een en de zonder. Samengevat zijn er tussen de drie typen geen verschillen in de leefbaarheid, zoals dat in dit onderzoek in kaart gebracht is. Demografische processen De demografische processen in de met een zijn nagenoeg gelijk aan de demografische processen in de zonder. Dat wil zeggen dat de ontwikkeling van het inwonersaantal, het aandeel 65-plussers, de grijze druk 2, het aandeel jongeren, de groene druk 3, het aandeel huishoudens met kinderen en het aandeel basisleerlingen in de met een en de zonder met elkaar overeenkomen. De bevolkingssamenstelling in de met een recent gesloten wijkt wel op een aantal punten af. Kort gezegd, zijn de met een recent gesloten in vergelijking met de met een en de zonder iets meer vergrijsd en meer ontgroend. Belangrijk punt hierbij is dat de vergrijzing en ontgroening in de met een recent gesloten al ingezet zijn voor de sluiting van de. De sluiting van de heeft geen invloed gehad op deze demografische ontwikkelingen. Samengevat zijn de overeenkomsten in de demografische processen in de met een, de zonder en de met een recent gesloten zo treffend dat wij een relatie tussen de en de bevolkingssamenstelling in de kunnen uitsluiten. Conclusies In dit onderzoek zijn de op vijf kenmerken van leefbaarheid en een vijftal demografische processen met elkaar vergeleken. Daaruit blijken er tussen de veel meer overeenkomsten te zijn dan verschillen. Zo is de werkgelegenheid en het gemeenschapsleven in de zonder gelijk aan hetgeen wij in de met een zien. Omgerekend per 100 inwoners is het voorzieningenniveau in de zonder zelfs gunstiger in vergelijking met het voorzieningenniveau in de met een. Het gunstiger voorzieningenniveau in de zonder heeft te maken met de aanwezigheid van een halte van Openbaar Vervoer en een dorpshuis. Samengevat kunnen we stellen dat de - dan wel de afwezigheid van een geen invloed heeft op belangrijke kenmerken van de leefbaarheid als het voorzieningenniveau, de werkgelegenheid en het verenigingsleven. De overeenkomsten in de demografische processen laten bovendien zien dat een dorp zonder ook qua bevolkingssamenstelling niet anders is dan een dorp met een. In de basis kan een dorp zonder net zo levendig zijn als een dorp met. 2 3 De grijze druk is het percentage 65-plussers ten opzichte van het aantal 20 t/m 64 jarigen. De groene druk is het percentage jongeren (< 20 jaar) ten opzichte van het aantal 20 t/m 64 jarigen. 9
11 Het leefbaarheidsprofiel en de bevolkingssamenstelling van de waar in de periode een gesloten is, wijken iets af van de met een en de zonder. Kort gezegd, zijn de met een recent gesloten in vergelijking met de met een en de zonder iets meer vergrijsd en meer ontgroend. Belangrijk punt hierbij is dat de vergrijzing en de ontgroening in de met een recent gesloten al ingezet zijn voor de sluiting van de. De sluiting van de heeft op deze ontwikkelingen geen invloed gehad. Als slotconclusie kunnen we stellen dat de, dan wel de sluiting van de, geen invloed heeft op de demografische processen in een dorp. Andersom wel. Dat wil zeggen dat demografische processen als krimp, vergrijzing en ontgroening kunnen leiden tot de sluiting van een. Maar ook als dat gebeurt, kan een dorp net zo leefbaar zijn en blijven als in de tijd dat er wel een gevestigd was. 10
12 1. Inleiding Fryslân krijgt de komende decennia te maken met een aantal demografische veranderingen. Een van de veranderingen is de afname in de groei van het aantal inwoners. In een aantal Friese gemeenten zal de groei zelfs omslaan in krimp 4. Naast het dalend aantal inwoners is er ook sprake van een verandering in de leeftijdsopbouw. Zo zal het aantal ouderen flink toenemen. Momenteel is 16,1 procent van de inwoners in Fryslân 65 jaar of ouder 5. Tot 2030 zal het aandeel 65-plusssers in Fryslân bijna verdubbelen tot 25,7 procent. Tegenover de toename van de ouderen staat een dalend aantal kinderen. Anders dan bij de vergrijzing speelt het proces van ontgroening voor het jaar Dat wil zeggen dat tot 2020 de omvang van de basisgeneratie 6 flink zal dalen. Na 2020 zal de basisgeneratie over de gehele provincie vrij constant blijven. 1.1 Aanleiding De genoemde demografische ontwikkelingen leggen een druk op het voorzieningenniveau. Dat geldt in het bijzonder voor het voorzieningenniveau in de kleine. De eerste tekenen doen zich voor in het basisonderwijs. Op de teldatum 1 oktober 2011 was het leerlingenaantal van bijna 18 procent van de Friese basisscholen onder de lokale opheffingsnorm 7. De druk op het voortbestaan van de kleine scholen wordt vergroot doordat de kleine scholen vaker de kwaliteitsnormen niet kunnen waarmaken. Landelijk gezien was in het jaar één op de zes kleine scholen zwak of zeer zwak 8. Daarnaast zijn er bedrijfseconomische factoren, die de druk op het voortbestaan van de kleine scholen vergroten. Als gevolg van de krimp, vergrijzing en ontgroening zullen meerdere in Fryslân geconfronteerd worden met een sluiting of een dreigende sluiting van de basis. De sluiting van de basis wordt vaak gezien als een aanslag op de leefbaarheid van het dorp. Een dorp met basis wordt namelijk als woonplaats aantrekkelijker geacht voor gezinnen met jonge kinderen. Bovendien wordt een vaak gezien als centrale ontmoetingsplaats voor kinderen, ouders en grootouders. De vraag is of de basis daadwerkelijk een bijdrage levert aan de leefbaarheid van een dorp. Zijn met een als woonplaats voor jonge gezinnen aantrekkelijker dan zonder basis? Zijn er trends die wijzen op een sterkere vergrijzing in de zonder? Hoe is de samenstelling van de bevolking over de jaren heen in een dorp met een in vergelijking met een dorp zonder? Dit onderzoek zal trachten een antwoord te geven op deze vragen. 1.2 Doelstelling en vraagstelling Het onderzoek 'Leefbare zonder basis' is bedoeld om zicht te krijgen op de leefbaarheid en demografische processen in kleine met een en kleine zonder Fan mear nei better. Beleidsopgave Demografische ontwikkelingen Fryslân. (Koöperaasje Fryslân, 2010) Friese streken in beeld. SWOT analyse als basis voor de streekagenda s (Partoer, 2012) Tot de basisgeneratie worden alle 4 t/m 11-jarigen plus 30% van de 12-jarigen gerekend. Focus op de leefbaarheid van het Friese platteland (Focus, 2008) De Staat van het Onderwijs. Onderwijsverslag 2009/2010 (Inspectie van het Onderwijs, 2011). 11
13 De centrale vraag van het onderzoek luidt: Zijn er verschillen in leefbaarheid en demografische processen tussen kleine met een basis en kleine zonder een basis? Het antwoord op de onderzoeksvraag is bedoeld als (sturings)informatie voor het beleid met betrekking tot de leefbaarheid van en de spreiding en toegankelijkheid van het basisonderwijs in Fryslân. 1.3 Onderzoeksopzet Fryslân telt als gevolg van een uniek cultuurhistorisch nederzettingenpatroon een groot aantal kleine (zie tabel 1.1). Volgens het Plattelânsrapport (Provincie Fryslân, 2010) heeft meer dan de helft (54%) van het totaal aantal minder dan 500 inwoners. Het onderzoek richt zich op de leefbaarheid van deze kleine in Fryslân. Tabel 1.1: Dorpen in Fryslân naar inwonersaantal (2008) Dorpen aantal aandeel < 500 inwoners % inwoners % inwoners 52 12% inwoners 19 5% > inwoners 4 1% Totaal % Bron: Provincie Fryslân bewerkingen Partoer Een groot deel van de kleine 9 met minder dan 500 inwoners (147) heeft geen basis meer of heeft deze nooit gehad (zie tabel 1.2). In 71 kleine wordt daarentegen nog wel basisonderwijs geboden. In twee kleine zijn zelfs nog twee basisscholen. Zes hebben in de afgelopen acht jaar (periode ) de sluiting van de laatste basis in het dorp meegemaakt 10. Tabel 1.2: Typering kleine in Fryslân (2008) totaal met zonder met een recent gesloten Aantal Bron: Provincie Fryslân - bewerkingen Partoer In deze uitwerking wordt zoveel mogelijk deze uitsplitsing gehanteerd. Dat wil zeggen dat verschillende typen ( met een, zonder en waar de recent gesloten is) geanalyseerd worden op een aantal kenmerken met betrekking tot de leefbaarheid en demografische ontwikkelingen. De groep, waar recent de basis gesloten is, is qua omvang zeer gering (n=6), waardoor de afwijkingen ten opzichte van de groep met een en zonder, met enige voorzichtigheid gelezen moeten worden De namen van de en de indeling naar met, zonder en een recent gesloten is te vinden in bijlage 1. In de periode zijn in Fryslân meer basisscholen gesloten, maar dat betrof dan basisscholen in met meer dan 500 inwoners. Deze vallen buiten de scoop van het onderzoek. 12
14 1.4 Leefbaarheid en demografische processen In de literatuur worden uiteenlopende definities van leefbaarheid gehanteerd. Voor dit onderzoek sluiten wij aan bij de definitie, zoals die in het monitoringskader van de Agenda Leefbaar Platteland (It Waarglês foar Fryslân), is geformuleerd. Daarin wordt gesteld dat een dorp leefbaar is, wanneer er sprake is van: een gevarieerde bevolking, voldoende geschikte woningen, een bereikbaar voorzieningenniveau, voldoende bereikbare werkgelegenheid, een rijk gemeenschapsleven, grote organisatiekracht en voldoende aandacht van organisaties. In het kader van de monitor plattelandsbeleid heeft de Provincie in 2008 een nulmeting 11 verricht. Daartoe heeft de Provincie data verzameld over de eerder genoemde kenmerken. Voor de nulmeting is de dataverzameling nog beperkt tot een aantal kenmerken. Zo ontbreken de gegevens over de organisatiekracht en aandacht voor organisaties. Later in de tijd zal de dataset ook op deze kenmerken aangevuld worden. De Provincie Fryslân heeft het databestand van de nulmeting voor het onderzoek naar de verschillen in de leefbaarheid in de kleine beschikbaar gesteld. In het onderzoek worden de drie groepen ( met, zonder basis en waar recent de basis gesloten is) op de eerste vijf kenmerken van een leefbaar dorp met elkaar vergeleken. Met het oog op het toekennen van betekenis aan de verschillen worden de analyseresultaten getoetst 12 met behulp van de variantieanalyse (One-way ANOVA) 13. Het significantieniveau is op vijf procent gesteld. Om zicht te krijgen op de demografische processen worden een vijftal bevolkingsontwikkelingen geanalyseerd. Het gaat hierbij om: Ontwikkeling aantal inwoners ( ) Vergrijzing o Ontwikkeling aandeel 65-plussers ( ) o Ontwikkeling grijze druk ( ) Ontgroening o Ontwikkeling aandeel jongeren ( ) o Ontwikkeling groene druk ( ) Ontwikkeling aandeel huishoudens met kinderen ( ) Ontwikkeling aandeel basiskinderen ( ) Deze gegevens zijn deels afkomstig van CBS-statistieken en deels van de Provincie. De drie groepen worden op de genoemde demografische gegevens met elkaar vergeleken. Anders dan bij de kenmerken van leefbaarheid worden de analyseresultaten niet getoetst, maar tegen een normenkader gehouden. Verschillen van 4,9 procent of minder worden als normaal beschouwd. Een verschil van 5 procent of meer wijst op een Plattelânsrapport (Provincie Fryslân, 2010) Strikt genomen is het niet noodzakelijk om te toetsen, omdat er in dit onderzoek gewerkt wordt met populatiegegevens. De toetsing wordt daarom beperkt tot de grotere meeteenheden. In het geval van het voorzieningenniveau, de werkgelegenheid en het verenigingsleven gaat het om de berekeningen per 100 inwoners. Met behulp van variantie-analyse wordt getoetst of het gemiddelde van een interval- of ratiovariabele in verschillende groepen aan elkaar gelijk zijn. De groepen worden onderscheiden op basis van een onafhankelijke nominale of ordinale variabele. In dit onderzoek onderscheiden wij drie groepen, te weten met een basis, zonder basis en waar een basis recent gesloten is. 13
15 afwijkende ontwikkeling van de bevolkingssamenstelling binnen een groep ten opzichte van de andere groepen. 1.5 Leeswijzer In de inleiding zijn we al in het kort ingegaan op de kleine in Fryslân. In het volgende hoofdstuk maken we het beeld compleet. Naast de spreiding van de kleine over de provincie gaan we dieper in op de bevolkingsontwikkeling en de spreiding van met een, zonder een en waar recent de gesloten is. Aansluitend volgen twee hoofdstukken met de analyseresultaten. In hoofdstuk 3 gaat het om de resultaten van de analyses van de kenmerken van leefbaarheid. In het vierde hoofdstuk worden de demografische gegevens en ontwikkelingen gepresenteerd. Het rapport wordt afgesloten met een reflectie en discussie. Bij de reflectie plaatsen wij kritische kanttekeningen bij het onderzoek, waaronder de onderzoeksmethode en het datamateriaal. De rapportage bevat een samenvatting, speciaal bedoeld voor de lezer die omwille van de tijd zich moet beperken tot de belangrijkste resultaten van het onderzoek. De samenvatting is daarom ook vooraan in het rapport geplaatst. 14
16 2. Fryslân en de kleine Het onderzoek richt zich op de leefbaarheid in de kleine in Fryslân. Voorafgaand aan de analyses geven wij in het kort een beeld over kleine in Fryslân. Na de cijfers over de spreiding van de kleine gaan we dieper in op bevolkingsontwikkeling. Het hoofdstuk wordt afgesloten met een korte impressie over het onderwijs in de kleine. 2.1 Kleine in Fryslân Zoals gezegd, telt Fryslân veel kleine. In deze kleine woont een klein deel van de Friese inwoners, namelijk zeven procent (zie tabel 2.1). Tabel 2.1: Dorpen en inwoners van Fryslân (2008) Dorpen Inwoners aantal aandeel aantal 14 aandeel < 500 inwoners % % inwoners % % inwoners 52 12% % inwoners 19 5% % > inwoners 4 1% % Totaal % % Bron: Provincie Fryslân bewerkingen Partoer Figuur 2.1: Spreiding kleine (minder dan 500 inwoners) in Fryslân (2011) 14 De inwonersaantallen zijn afgerond op honderdtal. 15
17 Qua spreiding liggen de kleine vooral in het zuiden, westen en noorden van de Provincie (zie figuur 2.1). De gemeente Littenseradiel kent het hoogste percentage kleine, namelijk 83 procent. Na Harlingen heeft de gemeente Achtkarspelen het laagste percentage kleine, namelijk acht procent. 2.2 Bevolkingsontwikkeling kleine De kleine kennen een afwijkend beeld als het gaat om de bevolkingsontwikkeling. Dat wil zeggen dat over de periode de met meer dan 500 inwoners een toename in het inwonersaantal laten zien, terwijl de kleinste (<500 inwoners), waar dit onderzoek zich op richt, een geringe bevolkingsafname kent (zie tabel 2.2). Tabel 2.2: Bevolkingsontwikkeling van naar aantal inwoners Inwoners Gemiddelde jaarlijkse verandering < 500 inwoners ,10% inwoners ,26% inwoners ,28% inwoners ,44% > inwoners ,55% Bron: Provincie Fryslân bewerkingen Partoer De belangrijkste verklaring voor deze verschillen is dat er in grotere doorgaans meer nieuwe woningen gebouwd zijn. 2.3 Kleine en onderwijs Niet alle kleine hebben een basis. In het peiljaar 2008 werd in 71 van de 224 kleine met minder dan 500 inwoners, basisonderwijs geboden. In figuur 2.2 is de spreiding van de met, zonder en met een recent gesloten basis weergegeven. Op gemeenteniveau zijn lichte verschillen in het aantal met en zonder. Littenseradiel en (voormalig) Wûnseradiel tellen veel kleine van 500 inwoners of minder (respectievelijk 24 en 21). In veel van die kleine wordt ook basisonderwijs gegeven (in respectievelijk 50% en 33%). Skarsterlân telt ook redelijk veel kleine (21), waarvan krap aan 20 procent een basis heeft. Deze verschillen zeggen overigens niets van de toegankelijkheid van het basisonderwijs in Fryslân. Het is namelijk goed denkbaar dat in de directe nabijheid van een klein dorp een wat groter dorp is met meer dan 500 inwoners waar onderwijs geboden wordt. 16
18 Figuur 2.2: Spreiding kleine (<500 inwoners) met een, zonder en met een recent gesloten basis Figuur 2.3: Dorpen met een, zonder een en met een recent gesloten basis naar grootte (1998) (Bron: Provincie Fryslân bewerkingen Partoer) Wanneer wij de kleine (<500 inwoners) indelen naar verschillende categorieën in het inwonersaantal blijkt er een samenhang te zijn tussen de omvang van het dorp en de aanwezigheid van een. De zonder zijn de kleinste (minder dan 100 inwoners), terwijl de met een basis overwegend de wat grotere zijn (150 inwoners of meer). 17
19 2.4 Samenvatting Meer dan de helft (54%) van alle in Fryslân telt minder dan 500 inwoners. De bevolkingsontwikkeling van de kleine wijkt af van de bevolkingsontwikkeling van de grotere. Dat wil zeggen dat de kleinste met minder dan 500 inwoners in de periode een lichte afname in het inwonersaantal laten zien, terwijl in alle andere grootteklassen van het inwonersaantal toeneemt. De belangrijkste verklaring voor deze verschillen is dat er in grotere doorgaans meer nieuwe woningen gebouwd zijn. Niet in alle kleine in Fryslân wordt basisonderwijs geboden. In het peiljaar 2008 heeft 32 procent van de kleine (<500 inwoners) een basis. Analyses wijzen op een samenhang tussen de omvang van het dorp en de aanwezigheid van een. Dat wil zeggen dat van de kleine vooral in de grootste (meer dan 150 inwoners) een basis te vinden is. 18
20 3. Leefbaarheid in de kleine in Fryslân In dit hoofdstuk geven wij de resultaten van de vergelijkingen tussen de drie typen op vijf kenmerken van de leefbaarheid, die in het kader van de monitor plattelandsbeleid door de Provincie verzameld zijn. Het gaat hierbij om gegevens over de bevolking, de woningen, het voorzieningenniveau, de werkgelegenheid en het gemeenschapsleven. 3.1 Bevolking Het eerste kenmerk van de leefbaarheid, de bevolking, wordt in beeld gebracht aan de hand van de bevolkingsomvang aandeel 65-plussers Bevolkingsomvang In tabel 3.1 is de gemiddelde bevolkingsomvang van de drie groepen gegeven. Daarin kunnen we zien dat de met een basis met gemiddeld genomen 339 inwoners het grootst zijn. Dorpen zonder basis zijn met gemiddeld genomen 143 inwoners het kleinst. Statistisch gezien is er een verschil in bevolkingsomvang tussen met en zonder basis. Dorpen met een recent gesloten basis lijken qua bevolkingsomvang op met een en laten ook geen (statistisch) verschil in omvang zien. Tabel 3.1: Bevolkingsomvang van kleine met, zonder en een recent gesloten basis (2008) totaal kleine met zonder met recent gesloten Totaal aantal inwoners Gemiddeld per dorp Bron: Provincie Fryslân bewerkingen Partoer Aandeel 65-plussers Het aandeel inwoners van 65 jaar of ouder neemt toe en zal de komende jaren ook blijven toenemen. Deze vergrijzing van de Friese bevolking is niet uniek en zal overal in Nederland plaatsvinden. Tabel 3.2: Aantal en aandeel 65-plussers voor kleine naar basis (2008) totaal kleine met zonder met recent gesloten Aantal Aandeel inwoners ,2% 11,4% 12,8% 15,4% Bron: Provincie Fryslân bewerkingen Partoer Over alle kleine genomen is iets meer dan 12 procent van het aantal inwoners 65 jaar of ouder (zie tabel 3.2). Vergeleken met het provinciale gemiddelde (16,1%) is het aandeel 65-plussers in de kleine lager. De groep kleine is dus naar verhouding minder vergrijsd dan het gemiddelde voor alle en steden in Fryslân. 19
21 In de waar recent de basis gesloten is, is het aandeel 65-plussers met 15,4 procent significant hoger dan de met een en de zonder. Hierbij willen wij wel opmerken dat het bij de groep met een recent gesloten om een klein aantal gaat (n=6). 3.2 Woningen Bij het tweede kenmerk, woningen, gaat het om de kenmerken: de omvang van de woningvoorraad (2007) de jaarlijkse ontwikkeling in de woningvoorraad ( ) de gemiddelde woningbezetting (2007). Bij de gemiddelde woningbezetting wordt het aantal inwoners gedeeld door het aantal woningen. Als uitkomst geeft dit het gemiddeld aantal personen per woning. Door de gemiddelde woningbezetting als indicator te nemen, worden verschillen, veroorzaakt door de verschillen in de bevolkingsomvang, constant gehouden. Omvang woningvoorraad Dorpen met basis hebben gemiddeld genomen meer woningen (132) dan de zonder (56) (zie tabel 3.3). De meeste woningen vinden wij echter in waar recent de gesloten is (144), maar door het geringe aantal en de grote spreiding rondom het gemiddelde binnen deze groep, zijn de verschillen niet significant. Tabel 3.3: Aantal woningen (2007), jaarlijkse ontwikkeling woningvoorraad ( ) en woningbezetting (2007) voor kleine naar basis totaal kleine met zonder met recent gesloten Gemiddeld aantal woningen per dorp * Jaarlijkse ontwikkeling woningvoorraad 0,3 0,4* 0,2 0,2 Gemiddelde woningbezetting 2,5 2,6 2,6 2,0* Bron: Provincie Fryslân bewerkingen Partoer * significantie = 0,05 Jaarlijkse ontwikkeling woningvoorraad Qua verandering in de woningvoorraad zijn er binnen de groepen slechts minimale verschillen. In de met een is het aantal woningen in de periode gemiddeld (afgerond) met 0,4 procent toegenomen, tegenover 0,2 procent voor zonder een basis. Dorpen met een groeien in vergelijking met zonder dus iets meer. Binnen de drie groepen zijn de verschillen in de jaarlijkse ontwikkeling van de woningvoorraad overigens groter dan tussen de groepen. 20
22 Gemiddelde woningbezetting De onderste rij van tabel 3.3 geeft de gemiddelde woningbezetting weer. Hoe hoger de waarde, hoe meer personen er gemiddeld genomen in een woning wonen. Een gemiddelde woningbezetting groter dan 2 duidt meestal op gezinnen met kinderen. De gemiddelde woningbezetting in de met een (2,6) en de zonder (2,6) is gelijk aan elkaar. In met een recent gesloten basis, is de gemiddelde woningbezetting duidelijk lager (2,0). Het negatieve verschil ten opzichte de gemiddelde woningbezetting in de zonder is statistisch significant. De lagere woningbezetting in de met een recent gesloten basis heeft te maken met het feit dat er in deze meer 65-plussers wonen. 3.3 Voorzieningenniveau Bij het derde kenmerk, het voorzieningenniveau, is gekeken naar het aantal en type voorzieningen het aantal voorzieningen per 100 inwoners Aantal en type voorzieningen De Plattelandsmonitor onderscheidt een zevental voorzieningen te weten: (a) supermarkt, (b) basis, (c) huisarts, (d) dorpshuis, (e) halte voor openbaar vervoer (f) bank en/of postagentschap en (g) woonzorgvoorziening voor ouderen. Een dorp met hooguit twee voorzieningen wordt gerekend tot beperkte, een dorp met drie à vijf basisvoorzieningen tot niet-complete en met zes of meer basisvoorzieningen worden complete genoemd. Tabel 3.4: Aantal voorzieningen, type voorzieningen, gemiddeld aantal voorzieningen en gemiddeld aantal voorzieningen per 100 inwoners voor kleine naar basis (2008) totaal kleine met zonder met recent gesloten Aantal voorzieningen (absolute aantallen) Type voorzieningen naar dorp - supermarkt (7 ) 3% 4% 3% 0% - huisarts (8 ) 4% 8% 1% 0% - dorpshuis (101 ) 45% 79% 29% 50% - halte OV (198 ) 88% 86% 90% 67% - bank en/of post (7 ) 3% 4% 3% 0% Gemiddeld aantal voorzieningen 1,4 1,8 1,3 1,2 Aantal voorzieningen per 100 inwoners 0,7 0,5 0,9* 0,4 Bron: Provincie Fryslân bewerkingen Partoer * significantie = 0,05 In het peiljaar 2008 hebben alle kleine 321 voorzieningen (zie tabel 3.4) 15. Geen van de in de onderzoeksgroep heeft een woon-zorg-voorziening. In een klein aantal kleine is een supermarkt (7 ), een huisarts (8 ) en een bank en/of postagentschap (7 ) gevestigd. Een dorpshuis en een (of meer) halte(s) voor openbaar vervoer komen daarentegen wel vaak voor. Dat geldt zeker voor een halte voor openbaar vervoer. 15 Bij de analyses zijn zowel de basis als de woonzorgvoorziening buiten beschouwing gelaten. 21
fluchskrift Merendeel Friese dorpen minder dan 500 inwoners Leefbare dorpen zonder school
Leefbare zonder school fluchskrift Merendeel Friese minder dan 500 inwoners Fryslân is een typische plattelandsprovincie met veel kleine. Meer dan de helft van de Friese telt minder dan 500 inwoners. In
Nadere informatieFriese streken in beeld
Friese streken in beeld SWOT analyse als basis voor de streekagenda s Maart 2012 Partoer CMO Fryslân Bernie van Ruijven Met medewerking van Leon Crommentuijn 2 Inhoudsopgave 1. Inleiding 5 2. Indicatoren
Nadere informatiefluchskrift Vergrijzing in Fryslân neemt toe Aantal senioren sterk gestegen Aantal 65-plussers in Fryslân, /2012
Vergrijzing in Fryslân fluchskrift Vergrijzing in Fryslân neemt toe In Fryslân wonen op 1 januari 2011 647.282 inwoners. De Friese bevolking groeit nog jaarlijks. Sinds 2000 is het aantal inwoners toegenomen
Nadere informatiefluchskrift
Wonen in Fryslân Afgelopen jaren minder toename woningen In 2011 bedraagt de totale woningvoorraad in Fryslân 282.689 woningen. In 2000 bestond de totale woningvoorraad nog uit 261.849 woningen. Tussen
Nadere informatieBevolkingsprognose Purmerend 2011-2026
Bevolkingsprognose Purmerend 2011-2026 Uitgevoerd door: Jan van Poorten Team Beleidsonderzoek & Informatiemanagement Gemeente Purmerend mei 2011 Informatie: Gemeente Purmerend Team Beleidsonderzoek & Informatiemanagement
Nadere informatieDemografische ontwikkeling Gemeente Koggenland Augustus 2014
Demografische ontwikkeling Gemeente Koggenland Augustus 214 Colofon Uitgave I&O Research Van Dedemstraat 6c 1624 NN Hoorn Tel.nr. 229-282555 Rapportnummer 214-246 Datum Augustus 214 Opdrachtgever De Westfriese
Nadere informatieDemografische ontwikkeling Gemeente Opmeer Augustus 2014
Demografische ontwikkeling Gemeente Opmeer Augustus 214 Colofon Uitgave I&O Research Van Dedemstraat 6c 1624 NN Hoorn Tel.nr. 229-282555 Rapportnummer 214-248 Datum Augustus 214 Opdrachtgever De Westfriese
Nadere informatieDemografische ontwikkeling Gemeente Medemblik Augustus 2014
Demografische ontwikkeling Gemeente Medemblik Augustus 214 Colofon Uitgave I&O Research Van Dedemstraat 6c 1624 NN Hoorn Tel.nr. 229-282555 Rapportnummer 214-247 Datum Augustus 214 Opdrachtgever De Westfriese
Nadere informatieVeilig opgroeien in Leeuwarden Factsheet Haulerwijk. bijlage
Veilig opgroeien in Leeuwarden 2015 bijlage Factsheet Haulerwijk Deze bijlage bevat cijfers op zowel buurtniveau als gemeentelijk- en provinciaal niveau. De cijfers geven inzicht in trends op het gebied
Nadere informatieOntwikkeling leerlingaantallen
Ontwikkeling leerlingaantallen Elk jaar wordt op 1 oktober het leerlingaantal van elke basisschool geregistreerd door de Dienst Uitvoering Onderwijs (). Op basis van deze leerlingtelling wordt de bekostiging
Nadere informatieDe grijze golf. Demografische ontwikkeling Drechtsteden tot Figuur 1 Bevolking Drechtsteden , totaal
De grijze golf Demografische ontwikkeling Drechtsteden tot 23 In deze factsheet rapporteren we over de uitkomsten van de bevolkings- en huishoudensprognose en de gevolgen ervan voor de Drechtsteden. De
Nadere informatieStoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages
Dit rapport is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen worden gebruikt met bronvermelding. Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages Een analyse van de huisartsenregistratie over de
Nadere informatieDemografische ontwikkeling Gemeente Hoorn Augustus 2014
Demografische ontwikkeling Gemeente Hoorn Augustus 214 Colofon Uitgave I&O Research Van Dedemstraat 6c 1624 NN Hoorn Tel.nr. 229-282555 Rapportnummer 214-245 Datum Augustus 214 Opdrachtgever De Westfriese
Nadere informatieFries burgerpanel Fryslân inzicht
Fries burgerpanel Fryslân inzicht Wij gaan er van uit dat we zo lang mogelijk in onze eigen woonomgeving kunnen blijven. Fries burgerpanel over voorzieningen in Fryslân september 2015 Wij gaan er van uit
Nadere informatieKrimp in Fryslân. Inwonertal
Krimp in Fryslân Bevolkingsdaling, lokaal en regionaal, is een vraagstuk van nu én de komende jaren. Hoewel pas over enkele decennia de bevolking van Fryslân als geheel niet meer zal groeien, is in sommige
Nadere informatieWonen met Zorg in de anticipeerregio s
Wonen met Zorg in de anticipeerregio s Inleiding In de komende decennia zal de bevolkingssamenstelling veranderen en zal het aandeel ouderen in de bevolking toenemen. Indien nu al bekend is hoeveel ouderen
Nadere informatieDemografische ontwikkeling Gemeente Enkhuizen Augustus 2014
Demografische ontwikkeling Gemeente Enkhuizen Augustus 214 Colofon Uitgave I&O Research Van Dedemstraat 6c 1624 NN Hoorn Tel.nr. 229-282555 Rapportnummer 214-244 Datum Augustus 214 Opdrachtgever De Westfriese
Nadere informatieJoost Meijer, Amsterdam, 2015
Deelrapport Kohnstamm Instituut over doorstroom vmbo-mbo t.b.v. NRO-project 405-14-580-002 Joost Meijer, Amsterdam, 2015 Inleiding De doorstroom van vmbo naar mbo in de groene sector is lager dan de doorstroom
Nadere informatieEconomische monitor. Voorne PutteN 5 GEMEENTEN. 4 e editie. Opzet en inhoud
4 e editie Economische monitor Voorne PutteN Opzet en inhoud In 2010 verscheen de eerste editie van de Economische Monitor Voorne-Putten, een gezamenlijk initiatief van de vijf gemeenten Bernisse, Brielle,
Nadere informatieDemografische ontwikkeling Gemeente Drechterland Augustus 2014
Demografische ontwikkeling Gemeente Drechterland Augustus 214 Colofon Uitgave I&O Research Van Dedemstraat 6c 1624 NN Hoorn Tel.nr. 229-282555 Rapportnummer 214-243 Datum Juli 214 Opdrachtgever De Westfriese
Nadere informatieDemografische (wijk-) analyse van de woningbouwplannen Deventer 2015
Demografische (wijk-) analyse van de woningbouwplannen Deventer 2015 Uitgave : team Kennis en Verkenning Naam : John Stam Telefoonnummer : 3298 Mail : gj.stam@deventer.nl 1 Inhoudsopgave pagina 1 Inleiding:
Nadere informatieBevolkingsprognose Nieuwegein 2011
Postbus 1 3430 AA Bezoekadres Martinbaan 2 3439 NN www.nieuwegein.nl Communicatie, Juridische & Personeelszaken Bevolkingsprognose Nieuwegein 2011 Raadsnummer Datum 7 mei 2012 Auteur Tineke Brouwers Versie
Nadere informatieStefan Teeling Leeuwarden, november 2015 FACTSHEET METSLAWIER
Stefan Teeling Leeuwarden, november 2015 FACTSHEET METSLAWIER Inhoud Inleiding... 3 Demografie... 4 Wonen... 7 Bronvermelding... 8 Inleiding In 2011 ging het experiment Duurzame beschermde dorpsgezichten
Nadere informatieVerhuisplannen en woonvoorkeuren
Verhuisplannen en woonvoorkeuren Burgerpeiling Woon- en Leefbaarheidsmonitor Eemsdelta 2015 Bevolkingsdaling ontstaat niet alleen door demografische ontwikkelingen, zoals ontgroening en vergrijzing of
Nadere informatieÚs Waarglês Leefberens Fryslân monitoringskader en nulmeting 2011 versie 12-01-2012
Bijlage 1 Ús Waarglês Leefberens Fryslân monitoringskader en nulmeting 2011 versie 12-01-2012 Afdeling Beleids- en Geoinformatie Info: Marco Smulders Inleiding Onlangs is de Beleidsnota Plattelân 2012-2015
Nadere informatieDemografische ontwikkeling Gemeente Drechterland
Demografische ontwikkeling Gemeente Drechterland 211-225 Inhoud blz. Colofon 1. Bevolkingsontwikkeling 1 1.1 Aantal inwoners 1 1.2 Componenten van de groei 3 2. Jong en oud 6 3. Huishoudens 8 Uitgave I&O
Nadere informatieWaardering van leefbaarheid en woonomgeving
Waardering van leefbaarheid en woonomgeving Burgerpeiling Woon- en Leefbaarheidsmonitor Eemsdelta 2015 In de Eemsdelta zijn verschillende ontwikkelingen die van invloed kunnen zijn op de leefbaarheid.
Nadere informatieDemografische gegevens ouderen
In dit hoofdstuk worden de demografische gegevens van de doelgroep ouderen beschreven. We spreken hier van ouderen indien personen 55 jaar of ouder zijn. Dit omdat gezondheidsproblemen met name vanaf die
Nadere informatieDrentse Onderwijs monitor
Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_Aa_Hunze-DEF.indd 1 18-05-16 11:1 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10 de editie
Nadere informatieHuishoudensprognose : ontwikkelingen naar type en grootte
Huishoudensprognose 5: ontwikkelingen naar type en grootte Andries de Jong Het aantal huishoudens neemt de komende decennia fors toe, van 6,9 miljoen in naar 8, miljoen in 5. Deze groei wordt vooral bepaald
Nadere informatieBevolkingsprognose van Amersfoort 2013-2030 Gemeente Amersfoort Marc van Acht en Ben van de Burgwal maart 2013
Bevolkingsprognose van Amersfoort 213-23 Gemeente Amersfoort Marc van Acht en Ben van de Burgwal maart 213 In april verwacht Amersfoort haar 15.ste inwoner te mogen begroeten. Ondanks de recessie in de
Nadere informatieDemografische ontwikkeling Gemeente Koggenland
Demografische ontwikkeling Gemeente Koggenland 211-225 Inhoud blz. Colofon 1. Bevolkingsontwikkeling 1 1.1 Aantal inwoners 1 1.2 Componenten van de groei 3 2. Jong en oud 6 3. Huishoudens 8 Uitgave I&O
Nadere informatieGrote gemeenten goed voor driekwart van bevolkingsgroei tot 2025
Persbericht PB13 062 1 oktober 2013 9:30 uur Grote gemeenten goed voor driekwart van bevolkingsgroei tot 2025 Tussen 2012 en 2025 groeit de bevolking van Nederland met rond 650 duizend tot 17,4 miljoen
Nadere informatieDemografische ontwikkeling Gemeente Medemblik
Demografische ontwikkeling Gemeente Medemblik Andijk Opmeer Medemblik Wervershoof Enkhuizen Stede Broec Koggenland Hoorn Drechterland Inhoud blz. Colofon 1. Bevolkingsontwikkeling 1 1.1 Aantal inwoners
Nadere informatieAtlas voor gemeenten 2013: de positie van Utrecht. notitie van Onderzoek.
Atlas voor gemeenten 2013: de positie van Utrecht notitie van Onderzoek www.onderzoek.utrecht.nl mei 2013 Colofon uitgave Afdeling Onderzoek Gemeente Utrecht 030 286 1350 onderzoek@utrecht.nl internet
Nadere informatieRegionale verscheidenheid in bevolkingsconcentraties
Deel 1: Gemiddelde leeftijd en leeftijdsopbouw Mathieu Vliegen en Niek van Leeuwen De se bevolkingskernen vertonen niet alleen een ongelijkmatig ruimtelijk spreidingspatroon, maar ook regionale verschillen
Nadere informatieGO Jeugd 2008 Alcohol
GO Jeugd 2008 Alcohol Samenvatting alcohol Uit de gegevens van GO Jeugd 2008 van GGD Fryslân blijkt dat 63% van de Friese 12 t/m 18 jarigen wel eens alcohol heeft, 51% nog in de vier voorafgaand aan het
Nadere informatieSociale index: Gebiedsteam Sneek Noord 1 oktober 2014
Sociale index: Gebiedsteam Sneek Noord 1 oktober 2014 Inleiding De sociale index is ontwikkeld voor de inzet van gebiedsteams in het kader van de decentralisatie van taken betreffende Participatie, AWBZ(en
Nadere informatieZeeuwse Verhuisatlas deel III
Zeeuwse Verhuisatlas deel III Verhuizen meer mensen naar de stad of naar het platteland? Zeeuws-Vlaanderen Middelburg, augustus 2012 Sociale Staat van Zeeland Colofon SCOOP 2012 Samenstelling Ankie Smit
Nadere informatiedrenthe rapportage september 2016 leefbaarheid
kennis. onderzoek. advies drenthe rapportage september 2016 Hoe tevreden is het Drents panel over leven in Drenthe en hoe ervaren zij de gevolgen van bevolkingskrimp op de? vooraf Drenthe heeft te maken
Nadere informatieSportparticipatie Kinderen en jongeren
Sportparticipatie 2017 Kinderen en jongeren Onderzoek & Statistiek Juni 2017 Samenvatting Begin 2017 heeft de afdeling Onderzoek & Statistiek een onderzoek uitgezet onder ouders en jongeren uit de gemeente
Nadere informatieMonitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2016
1 Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 20 Fact sheet april 20 De totale werkloosheid onder Amsterdamse jongeren is het afgelopen jaar vrijwel gelijk gebleven aan 2015. Van de 14.000 Amsterdamse jongeren
Nadere informatieSociale index Gebiedsteam Sneek Zuid 1 oktober 2014
Sociale index Gebiedsteam Sneek Zuid 1 oktober 2014 Inleiding De sociale index is ontwikkeld voor de inzet van gebiedsteams in het kader van de decentralisatie van taken betreffende Participatie, AWBZ(en
Nadere informatieDrentse Onderwijsmonitor
Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Gemeente Midden- Kerncijfers uit de periode 2009-2014 Drentse Onderwijsmonitor 2014 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 9 de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.
Nadere informatieEconomische monitor. Voorne PutteN 5 GEMEENTEN. 5 e editie. Opzet en inhoud. Deze factsheet is de vijfde editie van de
5 e editie Economische monitor Voorne PutteN Opzet en inhoud Deze factsheet is de vijfde editie van de Economische Monitor Voorne-Putten en presenteert recente economische ontwikkelingen van Voorne-Putten
Nadere informatieDrentse Onderwijsmonitor
Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Gemeente Kerncijfers uit de periode 2009-2014 Drentse Onderwijsmonitor 2014 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 9 de editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit
Nadere informatieDemografische ontwikkeling Gemeente Hoorn 2011-2025
Demografische ontwikkeling Gemeente Hoorn 211-225 Inhoud blz. Colofon 1. Bevolkingsontwikkeling 1 1.1 Aantal inwoners 1 1.2 Componenten van de groei 3 2. Jong en oud 6 3. Huishoudens 8 Uitgave I&O Research
Nadere informatieOverzichtsrapport SER Gelderland
Overzichtsrapport SER Gelderland Bevolking en participatie In opdracht van SER Gelderland September 2008 Drs. J.D. Gardenier L.T. Schudde CAB Martinikerkhof 30 9712 JH Groningen 050-3115113 cab@cabgroningen.nl
Nadere informatieRegionale VTV Bevolking. Regionale Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2011 Hart voor Brabant Deelrapport Bevolking
Regionale VTV 2011 Bevolking Regionale Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2011 Hart voor Brabant Deelrapport Bevolking Auteurs: Dr. M.A.M. Jacobs-van der Bruggen, GGD Hart voor Brabant Drs. S. van de
Nadere informatieHoofdstuk 24 Financiële situatie
Hoofdstuk 24 Financiële situatie Samenvatting De gemeente voert diverse inkomensondersteunende maatregelen uit die bedoeld zijn voor huishoudens met een lager inkomen. Zes op de tien Leidenaren zijn bekend
Nadere informatieWaardering van voorzieningen, vervoer en werk
Waardering van voorzieningen, vervoer en werk Burgerpeiling Woon- en Leefbaarheidsmonitor Eemsdelta 2015 Een afname van het inwoneraantal heeft gevolgen voor het voorzieningenniveau. Er zal immers niet
Nadere informatieBijlage F Demografische ontwikkelingen
Bijlage F Demografische ontwikkelingen Inleiding Demografische ontwikkelingen kunnen nationaal worden beschouwd, maar om specifieke lokale ontwikkelingen te kunnen aangeven is het van belang ze op Puttens
Nadere informatieInleiding. Vervolgens worden uitgangspunten geformuleerd die van belang zijn voor de regionale woonvisie.
notitie Wonen in Molenwaard april 2012 Inleiding De woningmarkt is de laatste jaren sterk aan veranderingen onderhevig. De economische situatie heeft grote gevolgen gehad voor de woningmarkt, evenals nieuwe
Nadere informatieBereikbaarheid van voorzieningen wat is een acceptabele afstand?
Bereikbaarheid van voorzieningen wat is een acceptabele afstand? Voor de Provincie Groningen is het een uitdaging om de bereikbaarheid van voorzieningen op een zo hoog mogelijk peil te houden, zeker gezien
Nadere informatieDrentse Onderwijs monitor
Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Midden- Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_Midden--DEF.indd 1 18-05-16 11:16 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10
Nadere informatieHuiselijk Geweld in 's-hertogenbosch. Omvang, kenmerken en meldingen
Huiselijk Geweld in 's-hertogenbosch Omvang, kenmerken en meldingen O&S oktober 2003 Inhoudsopgave Inhoudsopgave Samenvatting 1. Inleiding Plan Plan van van Aanpak Aanpak Huiselijk Geweld Geweld Inhoud
Nadere informatieDemografische ontwikkeling Gemeente Hoorn
Demografische ontwikkeling Gemeente Hoorn Andijk Opmeer Medemblik Wervershoof Enkhuizen Stede Broec Koggenland Hoorn Drechterland Inhoud blz. Colofon 1. Bevolkingsontwikkeling 1 1.1 Aantal inwoners 1 1.2
Nadere informatieArbeidsmarktontwikkelingen 2016
- Arbeidsmarktontwikkelingen 2016 Factsheet maart 2017 Het aantal banen van werknemers en zelfstandigen in Amsterdam nam het afgelopen jaar toe met bijna 14.000 tot bijna 524.000 banen, een groei van bijna
Nadere informatieActualisatie leerlingenprognose basisonderwijs
Actualisatie leerlingenprognose basisonderwijs Gemeente Koggenland September 2011 Colofon Uitgave I&O Research Van Dedemstraat 6c 1624 NN Hoorn Tel.nr. 0229-282555 Rapportnummer 2011-1781 Datum September
Nadere informatieDrentse Onderwijs monitor
Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_-DEF.indd 1 18-05-16 11:16 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10 de editie van
Nadere informatieAnticiperen op leerlingenkrimp in het Friese voortgezet onderwijs. RPO Zuidoost Fryslân
Anticiperen op leerlingenkrimp in het Friese voortgezet onderwijs RPO Zuidoost Fryslân Colofon Anticiperen op leerlingenkrimp in het voortgezet onderwijs RPO Zuidoost Fryslân Opdrachtgever Het project
Nadere informatie53% 47% 51% 54% 54% 53% 49% 0% 25% 50% 75% 100% zeer moeilijk moeilijk komt net rond gemakkelijk zeer gemakkelijk
30 FINANCIËLE SITUATIE In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de financiële situatie van de Leidse burgers. In de enquête wordt onder andere gevraagd hoe moeilijk of gemakkelijk men rond kan komen met het
Nadere informatieBevolkingsprognoses Deventer 2013
Bevolkingsprognoses Deventer 2013 december 2013 Uitgave : team Kennis en Verkenning Naam : John Stam Telefoonnummer : 3298 Mail : gj.stam@deventer.nl 1 1 Samenvatting en conclusies... 3 2 Inleiding...
Nadere informatieZicht op cijfers in uw gemeente
Zicht op cijfers in uw gemeente Wie zijn mijn inwoners nu en straks? Wat houdt hen bezig? Welk beleid sluit daarop aan? Hoe pakt mijn beleid uit en wat vinden de inwoners ervan? Zijn de uitkomsten in mijn
Nadere informatie5.6 Het Nederlands hoger onderwijs in internationaal perspectief
5.6 Het s hoger onderwijs in internationaal perspectief In de meeste landen van de is de vraag naar hoger onderwijs tussen 1995 en 2002 fors gegroeid. Ook in gaat een steeds groter deel van de bevolking
Nadere informatieEconomische monitor. Voorne PutteN 5 GEMEENTEN. 6 e editie. Opzet en inhoud
6 e editie Economische monitor Voorne PutteN Opzet en inhoud Deze factsheet is de zesde editie van de Economische Monitor Voorne-Putten en presenteert recente economische ontwikkelingen van Voorne-Putten
Nadere informatieBevolkingsprognose Deventer 2015
Bevolkingsprognose Deventer 2015 Aantallen en samenstelling van bevolking en huishoudens Augustus 2015 augustus 2015 Uitgave : team Kennis en Verkenning Naam : John Stam Telefoonnummer : 0570 693298 Mail
Nadere informatieDrentse Onderwijsmonitor
Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Gemeente Emmen Kerncijfers uit de periode 2008-2013 Drentse Onderwijsmonitor 2013 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 8ste editie van de Drentse Onderwijsmonitor.
Nadere informatieDordrecht in de Atlas 2013
in de Atlas Een aantrekkelijke stad om in te wonen, maar sociaaleconomisch kwetsbaar Inhoud:. Conclusies. Positie van. Bevolking. Wonen. De Atlas voor gemeenten wordt jaarlijks gepubliceerd. In mei is
Nadere informatieDrentse Onderwijsmonitor
Drentse Onderwijsmonitor Feitenbladen Gemeente Kerncijfers uit de periode 2008-2013 Drentse Onderwijsmonitor 2013 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 8ste editie van de Drentse Onderwijsmonitor. Dit
Nadere informatieDrentse Onderwijs monitor
Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_-DEF.indd 1 18-05-16 11:16 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10 de editie van
Nadere informatieFactsheet gemeente Tytsjerksteradiel
Factsheet gemeente Tytsjerksteradiel De gemeente Tytsjerksteradiel telde op 1 januari 31.963 inwoners, van wie 49,9 procent man en 50,1 procent vrouw. De gemiddelde leeftijd in de gemeente is 43,4 jaar.
Nadere informatieKwartaalbericht Woningmarkt
Woningmarktregio Parkstad In verschillende delen van ons land neemt de bevolkingsomvang af. Deze demografische krimp heeft grote gevolgen voor de woningmarkt. Parkstad Limburg is in ons land koploper op
Nadere informatieHuishoudensprognose : belangrijkste uitkomsten
Huishoudensprognose 26 2: belangrijkste uitkomsten Elma van Agtmaal-Wobma en Coen van Duin Het aantal huishoudens blijft de komende decennia toenemen, van 7,2 miljoen in 26 tot 8,1 miljoen in 23. Daarna
Nadere informatieSociale index Gebiedsteam Bolsward, Platteland Bolsward en Witmarsum-Arum 1 oktober 2014
Sociale index, en 1 oktober 2014 Inleiding De sociale index is ontwikkeld voor de inzet van gebiedsteams in het kader van de decentralisatie van taken betreffende Participatie, AWBZ (en Wmo) en Jeugdzorg.
Nadere informatieAge Stinissen September 2017
Age Stinissen September 2017 Inhoud Inhoud 2 Samenvatting 3 1. Inleiding 4 1.1 Aanleiding en doel van het onderzoek 4 2 De respons 6 3 De resultaten 8 3.1 Algemeen 8 3.2 Jongens en meisjes. 9 3.3 De Stadsdelen
Nadere informatieKrimp en Onderwijs in Drenthe
Krimp en Onderwijs in Drenthe Demografische ontwikkelingen, gevolgen en kansen voor het basisonderwijs Roosje van Leer, projectleider Onderwijs en Krimp STAMM Assen, 7 december 2012 Krimp? Krimp? - Krimp
Nadere informatieBijlage 4 Aan: portefeuillehoudersoverleg REO d.d Betreft: Aanalyse economische ontwikkelingen Voorne-Putten
Bijlage 4 Aan: portefeuillehoudersoverleg REO d.d. 230114 Betreft: Aanalyse economische ontwikkelingen Voorne-Putten Sinds 2010 is de Economische Monitor Voorne-Putten een signalerend document inzake de
Nadere informatieVerbanden tussen demografische kenmerken, gezondheidsindicatoren en gebruik van logopedie
Notitie De vraag naar logopedie datum 24 mei 2016 aan van Marliek Schulte (NVLF) Robert Scholte en Lucy Kok (SEO Economisch Onderzoek) Rapport-nummer 2015-15 Kunnen ontwikkelingen in de samenstelling en
Nadere informatieBijeenkomst voor Tweede Kamerleden over bevolkingskrimp. Den Haag -14 oktober 2010
Bijeenkomst voor Tweede Kamerleden over bevolkingskrimp Den Haag -14 oktober 2010 Programma 10.30 uur -Welkom voorzitter WWI 10.35 uur -Algemene inleiding door Pim de Bruijne, gedeputeerde Groningen 10.45
Nadere informatieDemografische ontwikkeling Gemeente Enkhuizen
Demografische ontwikkeling Gemeente Enkhuizen 211-225 Inhoud blz. Colofon 1. Bevolkingsontwikkeling 1 1.1 Aantal inwoners 1 1.2 Componenten van de groei 3 2. Jong en oud 6 3. Huishoudens 8 Uitgave I&O
Nadere informatieDrentse Onderwijs monitor
Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Emmen Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_Emmen-DEF.indd 1 18-05-16 11:15 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10 de
Nadere informatieKinderen in Nederland - Bijlage B Respons, representativiteit en weging
Kinderen in Nederland - Bijlage B Respons, representativiteit en weging Respons thuiszorgorganisaties en GGD en In deden er tien thuiszorgorganisaties mee aan het, verspreid over heel Nederland. Uit de
Nadere informatieANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN
ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN Dr. C.P. van Linschoten Drs. P. Moorer Definitieve versie 27 oktober 2014 ARGO BV Inhoudsopgave 1. INLEIDING EN VRAAGSTELLING... 3 1.1 Inleiding... 3 1.2 Vraagstelling...
Nadere informatieTEVREDEN WERKEN IN HET PRIMAIR ONDERWIJS. Onderzoek naar de tevredenheid en werkbeleving van personeel in het primair onderwijs.
ARBEIDSMARKTPLATFORM PO. Van en voor werkgevers en werknemers TEVREDEN WERKEN IN HET PRIMAIR ONDERWIJS Onderzoek naar de tevredenheid en werkbeleving van personeel in het primair onderwijs april 2016 1
Nadere informatieVergrijzing MKB-ondernemers zet bedrijfsprestaties onder druk
M201210 Vergrijzing MKB-ondernemers zet bedrijfsprestaties onder druk Arjan Ruis Zoetermeer, september 2012 Vergrijzing MKB-ondernemers zet bedrijfsprestaties onder druk De leeftijd van de ondernemer blijkt
Nadere informatieDrentse Onderwijs monitor
Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_-DEF.indd 1 18-05-16 11:13 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10 de editie van
Nadere informatieDrentse Onderwijs monitor
Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Borger-Odoorn Kern cijfers uit de periode 2012-2017 Drentse Onderwijsmonitor 2017 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 12de editie van de Drentse Onderwijsmonitor.
Nadere informatie(65%) Totaal Mannen Vrouwen. Totaal jaar jaar
Ontwikkeling van de WW in de periode 21 24 Ton Ferber Tussen eind 21 en eind 24 is het aantal WW-uitkeringen bijna verdubbeld. Vooral het aantal uitkeringen aan mannen jonger dan 45 is sterk gestegen.
Nadere informatieJongeren & hun financiële verwachtingen
Nibud, februari Jongeren & hun financiële verwachtingen Anna van der Schors Daisy van der Burg Nibud in samenwerking met het 1V Jongerenpanel van EenVandaag Inhoudsopgave 1 Onderzoeksopzet Het Nibud doet
Nadere informatieArtikelen. Huishoudensprognose : uitkomsten. Coen van Duin en Suzanne Loozen
Artikelen Huishoudensprognose 28 2: uitkomsten Coen van Duin en Suzanne Loozen Het aantal huishoudens blijft de komende decennia toenemen, van 7,2 miljoen in 28 tot 8,3 miljoen in 239. Daarna zal het aantal
Nadere informatieDrentse Onderwijs monitor
Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_-DEF.indd 1 18-05-16 11:14 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10 de editie van
Nadere informatieDemografische ontwikkeling Gemeente Enkhuizen
Demografische ontwikkeling Gemeente Enkhuizen Andijk Opmeer Medemblik Wervershoof Enkhuizen Stede Broec Koggenland Hoorn Drechterland Inhoud blz. Colofon 1. Bevolkingsontwikkeling 1 1.1 Aantal inwoners
Nadere informatieLeefbaarheid en bevolkingskrimp: Groningers waarderen leefbaarheid positief, al zien ze wel achteruitgang
Leefbaarheid en bevolkingskrimp: Groningers waarderen leefbaarheid positief, al zien ze wel achteruitgang In de provincie Groningen bevinden zich drie krimpregio s: De Eemsdelta, De Marne en Oost- Groningen.
Nadere informatieDrentse Onderwijs monitor
Drentse Onderwijs monitor Feitenbladen Gemeente Kern cijfers uit de periode 2010-2015 OM_-DEF.indd 1 18-05-16 11:16 Drentse Onderwijsmonitor 2015 Primair onderwijs Onlangs verscheen de 10 de editie van
Nadere informatieTabellenrapportage Quickscan leerlingendaling VO. schoolbesturen, gemeenten en provincies
Tabellenrapportage Quickscan leerlingendaling VO schoolbesturen, gemeenten en provincies Tabellenrapportage Quickscan leerlingendaling VO schoolbesturen, gemeenten en provincies Opdrachtgever: Ministerie
Nadere informatieScholen in de Randstad sterk gekleurd
Scholen in de Randstad sterk gekleurd Marijke Hartgers Autochtone en niet-westers allochtone leerlingen zijn niet gelijk over de Nederlandse schoolvestigingen verdeeld. Dat komt vooral doordat niet-westerse
Nadere informatieDemografische ontwikkeling gemeente Mill en Sint Hubert
Demografische ontwikkeling gemeente Mill en Sint Hubert 2015-2025 2 Samenvatting Hoeveel inwoners zal de gemeente Mill en Sint Hubert in 2025 tellen? Welke verschuivingen zullen zich voordoen in de opbouw
Nadere informatieConjunctuurenquête Nederland
Nieuw: metingen op provinciaal niveau Conjunctuurenquête Nederland Rapport eerste kwartaal 212 Conjunctuurenquête Nederland I rapport eerste kwartaal 212 Inhoud rapportage COEN in het kort Economisch klimaat
Nadere informatieDemografische ontwikkeling Gemeente Andijk
Demografische ontwikkeling Gemeente Andijk Andijk Opm eer Medem blik Wervershoof Enkhuizen Stede Broec Koggenland Hoorn Drechterland Inhoud blz. Colofon 1. Bevolkingsontwikkeling 1 1.1 Aantal inwoners
Nadere informatie